Plastische Chirurgie
Moedervlekken Inleiding Moedervlekken staan sterk in de belangstelling omdat bij elke moedervlek de (overigens zeer kleine) kans bestaat dat deze ontaart in een melanoom. Afhankelijk van de vorm van de moedervlek en de aard van de pigmentcellen worden moedervlekken in verschillende groepen ingedeeld. Moedervlekken zijn goedaardige opeenhopingen van pigmentvormende cellen in de huid. Er is sprake van een concentratie van cellen die pigment kunnen vormen, de zgn. Melanocyten. De concentratie van de melanocyten en de mate waarin deze cellen pigment produceren bepalen de kleur van de moedervlek. Het is een normaal verschijnsel; vrijwel iedereen krijgt meerdere moedervlekken, gemiddeld zo’n 25. De officiële medische term voor deze goedaardige moedervlek is naevus (naevocellularis). Naast normale, goedaardige moedervlekken bestaan er nog onrustige (dysplastische/atypische) moedervlekken en kwaadaardige moedervlekken (melanomen), een agressief soort huidkanker die uitgaat van ‘ontspoorde’ melanocyten. Onrustige moedervlekken zijn goedaardig, maar kunnen soms voorlopers van het melanoom zijn, al is de kans dat een moedervlek kwaadaardig wordt kleiner dan 1 op een miljoen. Ook kan een melanoom “spontaan” uit tevoren normale huid ontstaan. Hoe ontstaan moedervlekken? Een moedervlek is een onschuldige stoornis in de ontwikkeling van de huid. Een enkele keer is een moedervlek al bij de geboorte zichtbaar aanwezig (de zogenaamde aangeboren of congenitale moedervlek). De meeste moedervlekken ontstaan tussen het derde en twintigste jaar. Na het veertigste jaar kan het aantal moedervlekken weer afnemen. Het aantal moedervlekken wordt bepaald door erfelijke factoren en door de mate waarin de huid tijdens het leven aan zonlicht is blootgesteld. Vooral (overmatige) blootstelling aan de zon in de eerste 15 jaar van het leven is van belang bij de vorming van moedervlekken.
1/6
Welke moedervlekken hebben een vergroot risico om melanoom te worden? • Kleine egaal bruin gepigmenteerde op de huid gelegen moedervlekken komen veel voor en hebben een bijzonder laag risico op ontaarding in melanoom • Een laag risico hebben tevens de kleine congenitale (aangeboren) moedervlekken, vooral als ze kleiner zijn dan 4 cm. Vaak zijn deze moedervlekken met donkere haren begroeid. • De vlakke, in het niveau van de huid gelegen moedervlekken, die op latere leeftijd zijn ontstaan hebben weer een iets grotere kans om te ontaarden in melanoom. • De vlakke, wisselend gekleurde moedervlekken (ook wel atypische moedervlekken genoemd) lopen weer een groter risico dan de moedervlekken uit de laatst genoemde groep. Benadrukt moet worden dat zelfs de kans dat een atypische moedervlek ‘ontaardt’ nog steeds erg klein is. • Een groot risico op melanoomontwikkeling hebben grote aangeboren moedervlekken (groter dan ca. 8cm). Hoe groter de moedervlek, hoe groter het risico op melanoom. Wat zijn de verschijnselen? Moedervlekken zijn zichtbaar als bruine of zwarte vlekjes, meestal vlak, maar ook wel eens verheven of duidelijk bol of hobbelig. Ze kunnen in grootte, vorm of kleur nogal van elkaar verschillen. Kenmerkend is dat de vorm en pigmentatie regelmatig zijn. Een onrustige moedervlek is onregelmatiger van vorm en pigmentatie (dat wil zeggen: verschillende tinten bruin tot zwart naast elkaar in dezelfde moedervlek) en vaak is er ook sprake van een roodachtige verkleuring. Een gewone of onrustige moedervlek mag niet : • Groter worden • Van kleur of kleursamenstelling veranderen • Van vorm veranderen • Jeuken, steken of pijn doen • Korstjes vertonen • Bloeden In veel gevallen zullen deze verschijnselen berusten op onschuldige veranderingen in de moedervlek, maar het is -in voorkomende gevallen - altijd raadzaam uw huisarts of dermatoloog te raadplegen om te zien of er geen sprake is van kwaadaardige verandering in de moedervlek. Een melanoom is meestal groter dan een gewone moedervlek, de vorm is grillig en asymmetrisch en de pigmentatie is vaak onregelmatig. Naast bruin en zwart kunnen de kleuren rood, paars, blauw, grijs, wit of een combinatie van verschillende kleuren voorkomen.
2/6
Hoe wordt de diagnose gesteld? Op grond van de uitwendige verschijnselen kan door een in dit opzicht ervaren arts in veel gevallen met zekerheid de diagnose gewone of onrustige moedervlek, d.w.z. Goedaardige moedervlek, worden gesteld. Een hulpmiddel daarbij kan de dermatoscoop zijn: een apparaatje vergelijkbaar met een oor- of oogspiegel, waarmee de huid enkele tientallen malen vergroot kan worden. Bij twijfelgevallen en bij duidelijke verdenking op een melanoom is altijd microscopisch onderzoek nodig, waarmee de laatste twijfel kan worden weggenomen. Voor het microscopisch onderzoek moet de moedervlek of het melanoom onder plaatselijke verdoving worden verwijderd. Wat is de behandeling? Een goedaardige moedervlek is een normaal verschijnsel en geen ziekelijke/abnormale afwijking en hoeft dus ook niet behandeld te worden. Soms wil de patiënt uit cosmetisch oogpunt een moedervlek laten verwijderen. Dit kan op verschillende manieren. Het meest wordt toegepast: wegbranden (electrocoagulatie) of wegsnijden (excisie). Indien er ook maar de geringste verdenking op melanoom (kwaadaardige moedervlek) bestaat, zal de moedervlek worden weggesneden en microscopisch worden onderzocht. In de meeste gevallen zal een huidafwijking onder plaatselijke verdoving chirurgisch worden verwijderd, waarbij rekening wordt gehouden met het beste cosmetische resultaat. Als het niet mogelijk is de wondranden direct te sluiten, zal gebruik worden gemaakt van een „plastiek“: een techniek waarbij huid van elders wordt verschoven om de wond toch mooi te kunnen sluiten. Nadat u plaats heeft genomen op de behandeltafel wordt het te behandelen gebied schoongemaakt en gedesinfecteerd. Dan volgt er een plaatselijke verdoving door middel van een injectie. Het inspuiten van de vloeistof voelt wat branderig aan. Na de verdoving voelt u geen pijn meer, wel voelt u dat de arts bezig is. Het te opereren gebied wordt afgedekt met een steriele doek die u niet aan mag raken. Om de huid na het verwijderen van de tumor weer goed te kunnen sluiten wordt de tumor meestal met een ovaalvormig stukje huid verwijderd. Er wordt altijd enkele millimeters marge genomen om er zeker van te zijn dat de tumor geheel verwijderd wordt. De randen van de operatiewond worden vervolgens naar elkaar toe gebracht en gehecht. De huidtumor wordt opgestuurd voor pathologisch, microscopisch onderzoek. Meestal is de uitslag na 7 tot 10 dagen bekend Na de ingreep krijgt u een pleister die u moet laten zitten tot nader order. Als u in het gezicht bent geopereerd worden de hechtingen meestal na een week verwijderd. Elders op het lichaam worden de hechtingen na twee weken verwijderd. U krijgt daarvoor een afspraak op de polikliniek Plastische chirurgie, maar het is ook mogelijk het bij uw huisarts te laten doen. Afhankelijk van de plaats van de wond en bij grote worden soms alleen onderhuidse hechtingen gebruikt; hechtingen van de huid hoeven dan niet meer te verwijderd te worden. De hierboven beschreven behandelingen nemen ongeveer tien tot twintig, bij wat grotere ingrepen soms 50 minuten in beslag.
3/6
Wat zijn de resultaten van de chirurgische behandeling ? Vaak is de afwijking in één behandeling verwijderd. Soms komt het voor dat er meer dan één behandeling nodig is, of dat de afwijkingen in meerdere sessies moeten worden uitgevoerd. De behandeling gaat bijna altijd gepaard met littekenvorming, bij de ene persoon wordt het litteken mooier dan bij de andere. Dit heeft vooral te maken met uw huidtype. Littekens hebben soms de neiging breed en dik te worden (hypertroof litteken /keloïd). Het is altijd het streven van de plastisch chirurg het meest beste cosmetisch resultaat te bereiken. Als de patiënt niet tevreden is met het resultaat is het belangrijk om hierover contact op te nemen met de plastisch chirurg door wie hij of zij behandeld werd om over eventuele aanvullende behandelingen (laser, littekenzalf, litteken pleisters) te informeren. Wat zijn de bijwerkingen of nadelen van deze behandeling? Bij eventuele napijn mag u een pijnstiller nemen (bij voorkeur Paracetamol, volg de gebruiksaanwijzing op de bijsluiter). Gebruik geen aspirine in verband met de kans op nabloedingen. Een mogelijke complicatie is een bloeduitstorting, vooral bij een ingreep in het gezicht, waarbij ook meestal een zwelling optreedt. Een andere complicatie is een infectie, die zich uit door pijn, zwelling, roodheid en soms pus uit de wond. Welke voorzorgsmaatregelen moet u nemen? Als u bloedverdunnende middelen gebruikt zoals Sintromitis, Acenocoumarol, Ascal, Aspirine of Carbasalaatcalcium moet u dit vooraf aan de arts melden, zelfs bij voorkeur bij het maken van de afspraak. Sommige patiënten hebben bij operaties antibiotica nodig in verband met een bepaalde hartafwijking. Als u een hartafwijking heeft wilt u dit aan de arts melden voordat de afspraak voor behandeling is gemaakt? De arts vraagt ook of u een allergie heeft (bijvoorbeeld voor jodium, rode pleister, antibioticum) Wanneer dient u uw arts te waarschuwen? Neem bij problemen (zoals een nabloeding, hevige pijn, infectie) contact op met de polikliniek Plastische chirurgie. Wij zijn van maandag tot en met vrijdag van 08.30 16.30 uur bereikbaar op telefoonnummer 0543 54 46 00. Buiten deze tijden kunt u contact opnemen met de afdeling Spoedeisende Hulp of met de huisarts. Risicofactoren en wat kunt u zelf nog doen? De belangrijkste risicofactor voor het krijgen van een melanoom is de erfelijke aanleg. Het risico neemt toe als meerdere familieleden een melanoom hebben. Een kleine risicofactor voor het ontstaan van een melanoom is: het hebben van veel (meer dan 50) gewone moedervlekken of 3 of meer onrustige moedervlekken. Bij mensen met een bleke huid, met sproeten of blond/rossig haar is het risico op melanoom ook licht verhoogd. Dit zijn allemaal factoren die vastliggen en niet beïnvloed kunnen worden. De enige bekende risicofactor die wel beïnvloed kan worden, is blootstelling aan teveel zonlicht. Zonlichtverbrandingen op jonge leeftijd vergroten enigszins het risico op het krijgen van een melanoom. Het is zeker bij kleine kinderen aan te raden overmatige blootstelling aan zonlicht te vermijden. Er zijn ook aanwijzingen, dat regelmatig zonnebankgebruik het risico op melanoom kan vergroten, maar dit is nog niet bewezen.
4/6
Bij een melanoom is het van groot belang dat de afwijking in een zo vroeg mogelijk stadium ontdekt wordt. In een vroeg stadium is deze vorm van huidkanker meestal uitstekend te genezen. In een later stadium ontstaan uitzaaiingen, die een groot gevaar zijn voor de gezondheid, vaak met dodelijke afloop. Het is daarom van groot belang dat u een arts raadpleegt als u veranderingen opmerkt aan een moedervlek, als u een vreemde moedervlek ontdekt, of als u klachten heeft van een moedervlek. Een klein percentage mensen heeft zo’n groot risico op het krijgen van een melanoom, dat regelmatige controle door een dermatoloog gewenst is. Als u vele tientallen opvallende moedervlekken heeft en/of twee of meer familieleden met een melanoom zou u tot die categorie kunnen behoren. Het is raadzaam dat u in dat geval uw huisarts raadpleegt. Ook aangeboren moedervlekken kunnen in zeldzame gevallen kwaadaardig worden. Het risico is afhankelijk van de grootte van deze moedervlekken. Bij kleine aangeboren moedervlekken is het risico heel klein. Wat zijn de vooruitzichten? Dankzij de aandacht die er al vele jaren in diverse voorlichtingscampagnes en in de media aan het melanoom is besteed, wordt deze vorm van huidkanker in een steeds vroeger stadium ontdekt. Mensen met verdachte verschijnselen gaan eerder naar de huisarts dan vroeger het geval was. Hierdoor zijn de vooruitzichten van mensen met een melanoom de laatste 30 jaar aanzienlijk verbeterd. Verreweg het merendeel van de melanoompatiënten krijgt tegenwoordig na verwijdering nooit meer opnieuw klachten. Vragen Hebt u na het lezen van deze folder nog vragen of wilt u meer informatie? Belt u dan gerust naar de polikliniek Plastische Chirurgie in Winterswijk. Wij zijn van maandag tot en met vrijdag van 08.30 - 16.30 uur bereikbaar op telefoonnummer: 0543 54 46 00. Geheimhouding en recht op privacy Alle medewerkers van ons ziekenhuis, dus ook artsen en verpleegkundigen, hebben een geheimhoudingsplicht. Alleen als u toestemming geeft, mogen zij gegevens aan derden verstrekken. Degenen die bij uw behandeling betrokken zijn, mogen alleen onderling gegevens opvragen en uitwisselen als dat voor uw behandeling nodig is. Het recht op privacy houdt nog meer in. Alle (para)medische, verpleegkundige en verzorgende handelingen moeten worden uitgevoerd zonder dat anderen dat kunnen zien. Een vertrouwelijk gesprek met een zorgverlener dient in een aparte ruimte gevoerd te worden. Wij doen ons best om deze afspraken na te komen. Meer informatie staat in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’, verkrijgbaar op de afdeling.
5/6
Adresgegevens SKB Streekziekenhuis Koningin Beatrix Bezoekadres: Beatrixpark 1 7101 BN Winterswijk Postadres: Postbus 9005 7100 GG Winterswijk T 0543 54 44 44 F 0543 52 23 95 E-mail
[email protected] Website www.skbwinterswijk.nl
_______________________________________ Foldernummer plc 201 versie: sept. 2011
6/6