Titel: Mijnbouw in Peru. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Locatie: Hogeschool Gent Datum en uur: 26 februari 2013, 11.00-12.30 Verslaggever: Inge Boudewijn Aantal aanwezigen, beschrijving doelpubliek: ca. 40 aanwezigen, studenten. Mirtha Vásquez Mirtha Vásquez uit Peru is advocaat in sociaal management,milieurecht,bestuurenmensenrechten. Verder is zij de uitvoerend secretaris en hoofd van de juridische afdeling van de NGO Grufides,die de rechten van boerengemeenschappen in Peru verdedigt, lid van de nationale Peruaanse mensenrechtencommissie,en hoogleraar milieurecht aan de nationale universiteit van Cajamarca,waar ze zelf ook gestudeerd heeft.
Inhoud Inge Boudewijn geeft een introductie voor GOUD:EERLIJK? Ze vertelt over de drie verschillende vzw's die de goudcampagne organiseren en hun verschillende doelen en rollen in de campagne.
Ze
legt
uit
waarom
goudmijnen
zo'n
groot
probleem
vormen
voor
ontwikkelingslanden, het gigantische verbruik van water, giftige stoffen en erts, en de effecten op de lokale bevolking. Dan introduceert ze Mirtha Vásquez, de gastspreker van de ochtend. Mirtha Vásquez vertelt hoe de problemen in het mondiale Zuiden ons in het noorden ook allemaal aangaan. Latijns-Amerika is bijvoorbeeld rijk aan natuurlijke grondstoffen, waardoor er grote exploitatie plaatsvindt; deze grondstoffen gaan via grote bedrijven echter allemaal naar het Noorden, waar de vraag naar dergelijke grondstoffen groot is en ze duur verkocht kunnen worden. Zo zijn het de consumenten in het Noorden die uiteindelijk baat hebben bij de grondstoffen rijkdom van Zuid-Amerika. Tegenwoordig is Zuid-Amerika dus het werelddeel waar de meeste exploitatie van natuurlijke grondstoffen wereldwijd plaatsvindt; vroeger waren Europa en Afrika de belangrijkste exploitatie
gebieden. Peru, waar Mirtha Vásquez zelf vandaan komt, is nu echt een “mijn land” geworden, maar het land krijgt maar een klein deel van de opbrengsten van de mijnbouw. De meeste winst verdwijnt in de zakken van de exploiterende mijnbouwbedrijven, vaak uit landen als NoordAmerika, Engeland en Zuid-Afrika. Het is echter wel de lokale bevolking die rond de mijnen woont die met de nadelen van mijnbouw moet leven. Dit geldt zeker voor de regio Cajamarca in het noorden van Peru, wat momenteel de belangrijkste regio in Zuid-Amerika is voor goudmijnbouw. In de regio Cajamarca woont de bevolking voornamelijk in rurale gebieden, en de bewoners hielden zich traditioneel bezig met landbouw en veeteelt. Omdat het een van de regio's van ZuidAmerika is waar het meeste goud in de grond zit, is inmiddels echter meer dan 50% van de regio overgegeven voor exploitatie van natuurlijke grondstoffen, en worden veel mensen als gevolg van hun grondgebied verjaagd. Yanacocha is het grootste mijnbouwbedrijf in de regio, vier keer zo groot als de nabij gelegen stad Cajamarca, en is in handen van Newmont Mining (uit de VS), Buenaventura (uit Peru) en de Wereldbank. In de Yanacocha mijn wordt al meer dan 15 jaar goud ontgonnen, maar de directe omgeving heeft hier geen voordelen uit gehaald: Cajamarca is de op één na armste regio van Peru. Goudmijnbouw in Peru gebeurt via open pit mining: men gebruikt explosieven om de aarde kapot te maken, en besproeit die vervolgens met de giftige stof cyanide om het goud van de rest van de grond te scheiden. Wat er uiteindelijk achterblijft is vervuilde grond. Daarom is het op andere plekken op aarde, zoals in de VS, verboden om op deze manier mijnbouw te bedrijven; en ook in de Europese Unie is men bezig met een wetsvoorstel om dergelijke praktijken te verbieden. Wat het probleem van vervuiling nog verergert is dat veel mijnen zich hoog in heuvels bevinden, terwijl veel dorpen en steden lager liggen. De lagunes rond de mijnen verdwijnen of worden vervuild, wat zeer ernstige gevolgen heeft voor de watertoevoer naar de lager gelegen dorpen. De lokale bevolking is vaak sterk afhankelijk van dit water, niet alleen voor henzelf, maar ook voor hun gewassen en dieren. Zodra deze watertoevoer dus vervuild wordt zijn de gevolgen niet te overzien. Als uitbreiding van het Yanacocha project wordt nu de Conga mijn gepland. Ook hierbij zouden er weer lagunes verdwijnen: de bedrijven hebben beloofd artificiële reservoirs aan te leggen om boeren van water te voorzien. Hierbij wordt echter geen rekening gehouden met de unieke biodiversiteit die als gevolg van het opdrogen van de lagunes zal verdwijnen. Bovendien is de plaatselijke bevolking wijs geworden na zoveel jaar mijnbouw in hun regio: ze weten dat alles wat er achterblijft armoede en vervuiling is. Rond de Yanacocha mijn lekte in 2000 bijvoorbeeld nog
150 kilo kwik. De lokale bevolking wist niet dat dit een gevaarlijke stof is en raakte het aan. Veel mensen werden ziek, en nog steeds sterven er mensen als gevolg van deze ramp. De overheid en het Yanacocha bedrijf nemen geen verantwoordelijkheid. Rondom het komende Conga project daarom is een groot sociaal conflict ontstaan, in Cajamarca, maar ook in de rest van Peru. Het Conga project heeft op veel protest gestuit, dat echter met geweld wordt neergeslagen door de Peruviaanse overheid, met gewonden en doden als gevolg. De regio Cajamarca is volledig gemilitariseerd en de regering gooit het op een akkoordje met de grote bedrijven, die via deze weg in feite privé legers tot hun beschikking krijgen gesteld. Bovendien heeft de regering besloten dat protesteren nu een ernstig misdrijf is, en de bijbehorende celstraf kan langer zijn dan die voor doodslag. De politie wordt echter door de staat beschermd als zij tijdens de protesten mensen verwonden of vermoorden. Sociale leiders worden bespioneerd en bedreigd, vooral als zij actief actie willen ondernemen tegen de mijnbouwbedrijven. Vandaag de dag beweren veel bedrijven dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) een onderdeel is van hun filosofie. Dit is echter niet waar: de waarheid is dat ze gewoon veel geld in marketing stoppen om mensen dit te doen geloven. Ze bieden bijvoorbeeld de lokale bevolking kleine vergoedingen aan om weg te trekken uit het gebied, en vele mensen zijn zo arm dat ze dit aannemen. Dit is niet goed: bedrijven moeten een andere rol gaan opnemen in de globalisering. Ze moeten MVO niet meer zien als marketingtruc, filosofie of compromis, maar als een verantwoordelijkheid die ze daadwerkelijk op gaan moeten nemen. Het is niet meer genoeg dat bedrijven doen alsof ze hun verantwoording nemen terwijl ze verbergen dat er eigenlijk niets verandert. Ze moeten echt verantwoordelijkheid gaan nemen en inzien wat ze aanrichten, en plaatselijke bevolking en milieu met respect behandelen. Zoals het nu gaat, kan de globalisering niet doorgaan. Mevrouw Vásquez pleit voor sensibilisering van de consument in het Noorden. Hier moeten de mensen zich realiseren dat de spullen die wij gebruiken ergens vandaan komen; ze worden ergens ontgonnen en wat voor ons voordelen met zich meebrengt, brengt daar grote nadelen. In landen als Peru vechten de mensen nu voor hun omgeving, natuur en milieu. Op de presentatie van Mirtha Vásquez volgde nog een afsluiting door Catapa, waarin uitgelegd werd wat wij in het noorden kunnen doen aan deze problemen. De nadruk lag op minder consumeren, meer recycleren (dus ook van oude Gsms en e-waste!) en niet investeren in mijnbouw of bedrijven die mijnbouw ondersteunen. Verder werd het Fair Trade & Fair Mined initiatief van FLO-ARM uitgelegd, wat kleinschalige artisanale goudmijnbouw ondersteunt. Dit
label garandeert onder andere goede werkomstandigheden, maar kan niet beschouwd worden als oplossing voor de grootschalige open pit mijnbouw zoals de Yanachocha en Conga mijnen.
Vragen/opmerkingen uit het publiek Hoe is de sociale beweging in Peru? Zijn het plaatselijke actiegroepen of is het al landelijk georganiseerd? Antwoord Mirtha Vásquez: het protest is begonnen op het moment dat boeren de impact van de mijnbouw voelden en hun land werd bedreigd. Langzamerhand gingen steeds meer mensen er iets van merken zich aansluiten bij de protesten, en momenteel bevindt het protest tegen de Conga mijn zich op nationaal niveau. Is er internationale hulp voor de protesten in Peru? Antwoord Mirtha Vásquez: er is momenteel weinig georganiseerde/grootschalige internationale hulp, maar er zijn wel veel solidaire groepen in andere landen die hun steun willen geven aan de protesten tegen Conga. Langzamerhand merken we echter ook dat er op politiek niveau steeds meer landen verontwaardigd raken over de problematiek in Peru. Scharen de plaatselijke leiders zich openlijk achter de protest acties of juist niet? Antwoord Mirtha Vásquez: 99% van de plaatselijke leiders zijn voor de bedrijven, dit is meestal als gevolg van corruptie of bedreigingen. De leiders die openlijk de kant van de bevolking kiezen worden zwaar onderdrukt. Wie verdient het meeste geld aan de mijnbouwprojecten? De bedrijven of de overheid? Antwoord Mirtha Vásquez: de bedrijven verdienen het meest geld aan het exporteren van het goud. De overheid int hierop wat belasting, die verdeeld zou moeten worden over de regio's van het land, maar dit gebeurt maar in zeer kleine mate, en de inkomsten die op deze manier Cajamarca bereiken wegen bij lange na niet op tegen de nadelen. Bovendien is de winst voor goud in de afgelopen jaar gestegen van $200 per 100 gram naar $1800 dollar per 100 gram, de belasting die de bedrijven betalen is echter nog steeds hetzelfde. De reden voor de groeiende winst op goud is dat banken goud willen opslaan als reserve in de huidige economische crisis in het mondiale Noorden. Kan er niets aan deze problematiek gedaan worden via het internationale verdrag rond de universele rechten van de mens?
Antwoord Mirtha Vásquez: om deze problematiek voor een internationaal tribunaal te krijgen moeten eerst alle nationale stappen opgevolgd worden, en dit kan jaren duren. Dit wordt echter wel geprobeerd: men is al vijftien jaar bezig met de mijnbouwbedrijven aanklagen bij hogere instanties, en er nu eindelijk in geslaagd om een datum in maart te regelen voor een interAmerikaans tribunaal voor de rechten van de mens.