MIENSKIPSSOARCH IN 2013 Uitvoering van de WMO in (voormalig) Boarnsterhim, ontwikkelingen en cijfers Uitgave mei 2014
Inhoudsopgave 1.
2.
3.
Mienskipssoarch: werkwijze en ontwikkelingen
03
1.1 Werkwijze: eenvoud door verbinding
03
1.2 Ontwikkelingen in 2013
08
Resultaten in 2013
11
2.1 Besparingen in de WMO
11
2.2 Waardering van cliënten
13
2.3 Resultaten en kosten uitvoering WMO Boarnsterhim
15
Mienskipssoarch per gebied
19
3.1 Leeuwarden
19
3.2 Heerenveen
21
3.3 Sùdwest Fryslân
22
3.4 De Friese Meren/De Fryske Marren
23
3.5 Kosten uitvoering WMO per deelgebied
24
Bijlage 1: Afgegeven indicaties HH 2013 per gemeentegebied Bijlage 2: Verstrekkingen 2013 per gemeentegebied
Colofon Stichting Mienskipssoarch Mei 2014 www.mienskipssoarch.nl Tekst:
van Toepassing onderzoek en beleidsadvies www.vantoepassing.nl Eindredactie: wcomma.nl Grafisch: ICO-communicatie.nl
3
1. MIENSKIPSSOARCH: WERKWIJZE EN ONTWIKKELINGEN 1.1 WERKWIJZE: EENVOUD DOOR VERBINDING Mensen hebben verbindingen nodig en willen deel uitmaken van de gemeenschap. De tijd van ‘ik en nog eens ik’ lijkt voorbij. We (her)ontdekken dat we elkaar nodig hebben en ook iets voor elkaar willen betekenen. We moeten op zoek naar nieuwe vormen om deze behoefte aan gemeenschapszin inhoud te geven. Vanzelf gaat dit niet. Stichting Mienskipssoarch heeft de afgelopen jaren in de uitvoering van de WMO laten zien daarbij een rol van betekenis te kunnen spelen. Volgens de werkwijze van Mienskipssoarch vervullen Meitinkers als vertrouwde vraagbaak een spilfunctie voor verbinding in de dorpen. De innovatieve projecten van Mienskipssoarch leren hoe de gemeenschapsvorming verder versterkt kan worden. Stichting Mienskipssoarch voerde in de periode 2007-2013 de WMO uit voor de gemeente Boarnsterhim, eerst op projectmatige basis en sinds 2010 als zelfstandige stichting. Sinds de herindeling van de gemeente Boarnsterhim per 1 januari 2014 voert Mienskipssoarch de WMO uit voor de gemeente Heerenveen in Akkrum, Nes en Aldeboarn en in de Leeuwarder dorpen voor de gemeente Leeuwarden. Mienskipssoarch staat voor dorpsgericht werken en het verbinden van diensten op het gebied van wonen, zorg en welzijn. Mienskipssoarch wil daarmee een gemakkelijke en snelle toegang zijn tot zorg en dienstverlening voor bewoners van participerende gemeenten. Door op kleinschalig niveau nieuwe verbanden te zoeken en verbindingen te leggen, en daarmee vaak mogelijkheden vanuit informele zorg beter te benutten, heeft Mienskipssoarch in de loop der jaren zowel voor de cliënten als voor de gemeente goede resultaten bereikt. Voor cliënten in termen van cliënttevredenheid en voor de gemeente in maatschappelijke en financiële zin. In deze (jaarlijks geactualiseerde) brochure wordt inzage gegeven in de werkwijze van Mienskipssoarch (paragraaf 1.1) en de ontwikkelingen in 2013 (paragraaf 1.2). In dit jaar stonden de gemeentelijke herindeling en de voorbereiding op de drie transities centraal. Vervolgens wordt inzicht gegeven in de resultaten, zowel in de resultaten voor de hele gemeente Boarnsterhim (hoofdstuk 2) als per deelgebied van de herindeling in hoofdstuk 3.
VERGROTEN EIGEN REGIE Mienskipssoarch heeft een eigen werkwijze ontwikkeld om de invloed van cliënten op hun (zorg)situatie, en daarmee het welbevinden, te vergroten. Meitinkers (“meedenkers”) ondersteunen inwoners van de gemeente bij alle vragen op het gebied van wonen, zorg en welzijn. Zij brengen huisbezoeken voor vraagverheldering en informatievoorziening, zij zoeken oplossingsmogelijkheden en ondersteunen op deze wijze de cliënt bij het vinden van passende zorg en dienstverlening. De Meitinker kan na dit bezoek een indicatie afgeven voor een WMO-voorziening, maar er kunnen ook alternatieven worden gevonden waardoor een WMO indicatie niet, of in mindere mate, nodig is. Zo wordt ondermeer te vroege inzet van professionals voorkomen; oplossingen zijn ‘simpel waar het kan’. Indien gewenst wordt de cliënt ondersteund bij het maken van afspraken met aanbieders van WMO-voorzieningen of andere dienstverleners, zoals vrijwilligers. De Meitinkers worden bij complexe vragen ondersteund door een backoffice. De backoffice is bovendien gemandateerd voor indicaties die buiten het mandaat van de Meitinkers vallen. In 2013 hebben alle Meitinkers begeleiding gehad om alle voorkomende indicaties te kunnen toekennen met uitzondering van indicaties voor complexe woningaanpassingen.
INTEGRALE CLIËNTONDERSTEUNING Meitinkers zijn onafhankelijke, laagdrempelige cliëntondersteuners, die de sociale kaart en de mogelijkheden van het dorp waarin ze werken goed kennen. De Meitinkers bieden integrale cliëntondersteuning, wat inhoudt dat zij overzicht bieden van mogelijkheden in zorg en dienstverlening in zowel de professionele sector, zoals vanuit de WMO, als in vormen van informele dienstverlening, zoals vrijwilligerswerk of burenhulp. De mogelijkheden voor zorg en dienstverlening worden zoveel mogelijk dicht bij huis gezocht. Ook wordt op kleinschalig niveau nieuw aanbod gecreëerd. Dit gebeurt op verschillende manieren. Enerzijds in direct overleg met aanbieders, anderzijds door in samenwerking met verenigingen van Plaatselijk Belang kleinschalige projecten op te zetten die de leefbaarheid van de dorpen verbeteren. Er is een pool vrijwilligers-plus (Freonskippers) opgezet om een leemte in specifiek vrijwilligerswerk op te vullen. Met het creëren van nieuw of aangepast aanbod en het vinden van praktische oplossingen, waar niet altijd ‘een potje’ voor is, wordt de keuzevrijheid voor cliënten vergroot. Hiermee krijgt de cliënt meer mogelijkheden voor eigen regie en kan meer zorg op maat worden gerealiseerd.
4
5
Eenvoudige oplossingen, dicht bij huis Mevrouw Prins vroeg om huishoudelijke ondersteuning voor het lappen van de ramen. Oplossing: de buurvrouw lapt voor haar de ramen. In ruil daarvoor bakt mevrouw Prins de favoriete chocoladecake als er iemand jarig is in het gezin van de buurvrouw. Mensen in het dorp met elkaar in contact brengen, zodat ze voortaan gezamenlijk kunnen gaan bloedprikken in Akkrum. Televisiekanalen opnieuw instellen door er een handige buurjongen voor te vragen. Mensen die eenzaam zijn samen brengen. Een meneer was ernstig ziek en moest verhuizen naar een verzorgingshuis, maar had geen netwerk om zich heen van familie of vrienden. De Meitinker heeft vrijwilligers gebeld en zij hebben er samen voor gezorgd dat meneer is verhuisd, tot en met het opzeggen van de huur en het leeghalen van het huis.
ACTIVITEITEN WMO BREED Alle vragen op het gebied van wonen, zorg en welzijn komen bij Mienskipssoarch samen en op al deze vragen weet Mienskipssoarch te ondersteunen, te verbinden, te signaleren en te ontwikkelen. Ook voor activiteiten die door welzijnsorganisaties werden verricht, maar door bezuinigingen zijn opgeheven (ouderenwerk, mantelzorgondersteuning, jongerenwerk) probeert Mienskipssoarch door het leggen van verbindingen oplossingen te vinden. Al met al is de dienstverlening van Mienskipssoarch gericht op een groot aantal prestatievelden van de WMO en is een aanvullend WMO-loket niet nodig. De gemeente ontwikkelt daarbij het beleid en geeft sturing. Ook de financiële administratie en de toetsing achteraf wordt door de gemeente uitgevoerd.
Basisdiensten Mienskipssoarch
6
t
)VJTCF[PFLFOWPPSPOEFSTUFVOJOHCJKWSBHFOPWFSXPOFO [PSHFOXFM[JKO
t
5FMFGPOJTDIFJOGPSNBUJFWFSTUSFLLJOH
t
8FLFMJKLTF MBUFSNBBOEFMJKLTF TQSFFLVSFO
t
*OEJDBUJFTUFMMJOH))FO)) 1(# XPOJOHBBOQBTTJOHFO
IVMQNJEEFMFO WFSWPFSTWPPS[JFOJOHFO
t
"GHFWFOCFTDIJLLJOHFO
t
#FNJEEFMFOCJKBBOCJFEFST
t
%JFOTUWFSMFOJOHEPPS'SFPOTLJQQFST
t
0SHBOJTFSFOWBOCFHFMFJEJOHEBHPQWBOH
t
7FSEFSFPOUXJLLFMJOHTPDJBMFDPIFTJFFOMFFGCBBSIFJEPBPOEFSIPVEFOFO
VJUCSFJEFOOFUXFSL TUJNVMFSFOWSJKXJMMJHFSTXFSLWPPS[PSHFOEJFOTUWFSMFOJOH
FOPQ[FUUFOBDUJWJUFJUFOWPPSKPOHFOPVEJOTBNFOXFSLJOHNFUWFSFOJHJOHFOJOEFEPSQFO
7
INNOVATIE Mienskipssoarch is klein begonnen met als kerntaak cliëntondersteuning en indicatie WMO-voorzieningen. Mienskipssoarch heeft sindsdien haar activiteiten verbreed. Om de mogelijkheden voor zorg en dienstverlening dicht bij huis te vergroten is het onderhouden en uitbreiden van verbindingen noodzakelijk. Door regelmatig nieuwe pilots op te zetten wordt het basismodel versterkt. Zo is vanuit een pilot de pool Freonskippers opgezet. Ook is er een pilot opgezet waarin de behoefte aan ondersteuning van mantelzorgers is geïnventariseerd. Naast onderzoek is hiervoor een ‘verwendag’ voor mantelzorgers georganiseerd waarbij diverse opleidingen en dienstverlenende organisaties betrokken zijn. Vernieuwing en verdere professionalisering zijn inherent aan de visie van Mienskipssoarch. Als er ontwikkelingen worden geconstateerd die vragen oproepen of als er zich knelpunten voordoen, dan speelt Mienskipssoarch daarop in met onderzoek en projecten om nieuwe verbanden te leggen. Vanuit vragen op het gebied van welzijn en de pakketmaatregelen is op deze wijze in een aantal dorpen dagopvang georganiseerd. Ook hebben jongeren in een maatschappelijke stage ouderen met hun dagelijkse activiteiten geholpen.
Pilot: Ook jongeren doen mee Omdat er behoefte bleek aan vrijwilligers die cliënten met een beperkt sociaal netwerk betrekken bij het sociale leven, maar ook behoefte bleek aan vrijwilligers voor hand en spandiensten, werden er nieuwe vormen van vrijwilligerswerk gezocht. Van daaruit kwam het idee om jongeren te betrekken bij het vrijwilligerswerk. Er is een pilot opgezet waarin naast het vrijwilligerswerk de leefbaarheid van dorpen voor jongeren aan bod komt; welke wensen hebben zij, wat missen ze, waar hebben ze behoefte aan? Via de maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs worden jongeren nu uitgenodigd om zelf projecten op te zetten en uit te voeren. Het uiteindelijke doel van het project is om netwerken op te zetten waarin zowel jongeren als ook ouderen gezamenlijk optrekken. Met elkaar en met de bestaande aanbieders van zorg, welzijn en dienstverlening, maken zij voor zo veel mogelijk inwoners maatschappelijke deelname mogelijk.
DIENSTVERLENING AAN ANDERE GEMEENTEN Naast de uitvoering van de kerntaken en de pilots, draagt Mienskipssoarch haar visie uit en zet Mienskipssoach haar expertise in bij dienstverlening aan andere gemeenten. In de dorpen Wirdum, Swichum en Wytgaard voert Mienskipssoarch sinds 2010 de WMO uit voor de gemeente Leeuwarden. In 2013 heeft Mienskipssoarch bij de gemeenten Opsterland, Dantumadiel en Texel door deskundigheidsbevordering en/of detachering van personeel visie en werkwijze overgedragen.
ORGANISATIE Stichting Mienskipssoarch is een platte organisatie met een bestuur. In het bestuur zijn de volgende deskundigheden vertegenwoordigd: cliëntenparticipatie, commerciële dienstverlening, wonen, gemeentelijk beleid en zorg en educatie. De bestuursleden zijn niet direct betrokken bij de levering van diensten en/of producten.
1.2 ONTWIKKELINGEN IN 2013 In 2013 heeft Mienskipssoarch zich gericht op de voorbereiding van zowel de gemeentelijke herindeling als de drie transities.
ORGANISATORISCHE ONTWIKKELINGEN Doordat de gemeente Boarnsterhim als opdrachtgever van Stichting Mienskipssoarch zou wegvallen vanwege de gemeentelijke herindeling, is Mienskipssoarch in overleg gegaan met de vier ‘ontvangende’ gemeenten over de wijze waarop de uitvoering van de WMO kon worden voortgezet. Voor Mienskipssoarch stonden in het overleg twee punten centraal: het overdragen van de visie van Mienskipssoarch en de zorg voor de medewerkers (goed werkgeverschap). Met de gemeenten Leeuwarden en Heerenveen is een overgangsperiode afgesproken, waarin Mienskipssoarch haar activiteiten voor een deel van de gemeente blijft uitvoeren. In de gemeente Heerenveen maakt men gebruik van de Meitinkers van Mienskipssoarch in het gebied van het voormalige Boarnsterhim en ondersteunt Mienskipssoarch de gemeente met procesbegeleiding ten behoeve van het realiseren van de door de gemeente gewenste werkwijze. In Leeuwarden heeft Mienskipssoarch de opdracht gekregen 'een dorpenteam' te ontwikkelen dat aansluit bij de uitgangspunten van het Amaryllis-concept. De gemeenten Skarsterlân (na herindeling: De Friese Meren/De Fryske Marren) en Sùdwest Fryslân wilden geen gebruik maken van de diensten van Mienskipssoarch. Voor alle vier gemeenten is een apart traject uitgestippeld voor een zo zorgvuldig mogelijke overdracht van de uitvoering. Als voorbereiding op de ontwikkeling van een ‘dorpenteam voor de gemeente Leeuwarden heeft Mienskipssoarch in 2013 de samenwerking met De MO-zaak aangetrokken om de werkwijze bij indicatiestelling op elkaar af te stemmen. Mienskipssoarch heeft samen met De MO-zaak een opzet gemaakt voor een dorpenteam dat zo eenvoudig mogelijk de toegang tot zorg en ondersteuning regelt en voldoet aan de formele afhandelingscriteria. Het gaat om een flexibel model waarin de drie transities ingepast kunnen worden. In dit model kan het dorpenteam op het hele sociale domein cliënten met vragen ondersteunen. De notitie kunt u vinden op de website van Mienskipssoarch (www.mienskipssoarch.nl).
8
9
DRIE TRANSITIES Als voorbereiding op de decentralisatie van de jeugdzorg, de overheveling van de functie begeleiding van AWBZ naar WMO en de komst van de Participatiewet zijn nieuwe pilots opgezet. De visie om eenvoudige oplossingen dicht bij huis te vinden, door op kleinschalig niveau verbindingen te leggen en daarbij gebruik te maken van bestaande netwerken en structuren, biedt uitstekende mogelijkheden voor de nieuwe vraagstukken. De decentralisaties bieden mogelijkheden om de cliënt meer integraal te benaderen en vraag en aanbod beter op elkaar te laten aansluiten. Zo is een pilot gestart waarin uitkeringsgerechtigden worden ingezet bij ouderen die extra zorg en aandacht nodig hebben omdat zij langer thuis moeten blijven wonen. Onderzocht wordt wat beide groepen op deze wijze voor elkaar kunnen betekenen. In een andere pilot worden jongeren die buiten de boot dreigen te vallen, begeleid naar werk of opleiding. Hierbij werken partners vanuit de zorg en arbeidsmarkt samen met gemeenten. Door onderzoek en pilots worden oplossingsmogelijkheden voor de nieuwe taken verkend en wordt het werkveld van Mienskipssoarch stap voor stap verbreed. In samenwerking met Partoer is een rapportage verschenen over aanknopingspunten voor de ontwikkeling van een passend aanbod voor (AWBZ-)begeleiding. Deze rapportage is gebaseerd op interviews met huidige gebruikers van AWBZ-begeleiding. Over de groep jongeren die gebruik maakt van AWBZ-begeleiding is een afzonderlijke rapportage verschenen. Alle rapportages zijn te downloaden vanaf www.mienskipssoarch.nl.
Een opvallend resultaat uit het onderzoek 'Wat betekent begeleiding voor mij?' Door het gebrek aan passend aanbod voor de vraag van cliënten, met name jeugdige cliënten met psychische of psychiatrische problematiek, wordt vaak voor een PGB gekozen. Omdat geen passende zorg in natura kan worden gevonden, wordt het PGB in een deel van de gevallen ingevuld door de mantelzorg. De inzet van het PGB leidt dan echter niet tot een verlichting van de taak van mantelzorger.
Pilots en projecten Mienskipssoarch in 2013 t t t t t t
10
8BUCFUFLFOUCFHFMFJEJOHWPPSNJK 0OEFS[PFLOBBSIFUHFCSVJLWBO "8#;CFHFMFJEJOHFOBBOLOPQJOHTQVOUFOWPPSEFPOUXJLLFMJOH WBOFFOQBTTFOEBBOCPE JTN1BSUPFS
.FFEPFOPGOJFUNFFEPFO %BUJTEFWSBBHo1JMPUXBBSJOEFSUJH LBOTBSNFKPOHFSFOJO'SZTMÉOJOUFOTJFGXPSEFOCFMFJEOBBSXFSL PGPQMFJEJOH *FEFSFFOEPFUNFF1JMPUXBBSJOVJULFSJOHTHFSFDIUJHEFO ouderen helpen die extra zorg en aandacht nodig hebben #FIPFGUFBBOCFHFMFJEJOH o0OEFS[PFLWPPSPOUXJLLFMJOHBBOCPE "8#;oCFHFMFJEJOHJOEFKFVHE[PSH %VFUo1SPKFDUXBBSJOBVUJTUJTDIFKPOHFSFOFOKPOHWPMXBTTFOFOUIVJT FOCJKTDIPPMXFSLXPSEFOCFHFMFJENFUNBYJNBBMUXFFIVMQWFSMFOFST .PEFMPOUXJLLFMJOHVJUWPFSJOHSFHFMJOHFOPQIFUTPDJBMFEPNFJO JTN%F.0[BBL-FFVXBSEFO
11
2.
RESULTATEN IN 2013
In dit hoofdstuk worden de cijfers gepresenteerd over de uitvoering van de WMO in Boarnsterhim. Vanwege de herindeling zijn de geautomatiseerde administratieve systemen in december 2013 naar de vier gemeenten overgegaan. Hierdoor zijn geautomatiseerde gegevens, inclusief nota’s en CAK-gegevens, over de laatste periode in 2013 voor een deel gebaseerd op schattingen. Deze zijn echter op zorgvuldig wijze tot stand gekomen.
2.1 BESPARINGEN IN DE WMO De werkwijze van Mienskipssoarch, waarbij de vraag van de cliënt goed in kaart wordt gebracht en gezocht wordt naar eenvoudige oplossingen dicht bij huis, levert besparingen op in de kosten voor de WMO. Bij de grootste kostenpost, de huishoudelijke zorg, blijken cliënten vaak met minder professionele hulp en met minder complexe zorg dan voorheen prima uit de voeten te kunnen. Hierdoor is een verschuiving opgetreden van HH2 naar HH1 die veel groter is dan de landelijke trend. Toen Mienskipssoarch in 2007 startte was de verdeling van uren huishoudelijke zorg over HH1 en HH2 57%/ 43%. Voor 57% van de geleverde uren was een indicatie voor HH1 afgegeven en voor 43% van de uren een indicatie voor HH2 (zie het volgende overzicht). De cijfers voor 2012 geven aan dat de verhouding tussen HH1 en HH2 in Boarnsterhim is verschoven naar 93% versus 7%. Landelijk gezien was in 2012 de verhouding tussen geleverde uren HH1 en HH2 74% versus 26% 1.
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
))
57%
71%
78%
81%
90%
93%
88%
))
43%
29%
22%
19%
10%
7%
12%
7FSIPVEJOHHFMFWFSEFVSFO))FO)) JO#PBSOTUFSIJN #SPO$",2
In 2013 is het percentage HH2 ten opzichte van HH1 weer gestegen. Dit is echter niet zozeer het gevolg van een toename in gebruik van HH2, maar van een forse afname van het aantal cliënten dat gebruik maakt van HH1 (489 cliënten in 2012 versus 375 in 2013). Hierdoor is het gebruik van het aantal uren HH1 met 33% afgenomen. Het aantal cliënten dat gebruik maakt van HH1 is gedaald doordat vaker alfahulp op basis van een PGB is ingezet. Een grote thuiszorgorganisatie heeft cliënten deze vorm van thuiszorg aangeboden vanuit gewijzigd personeelsbeleid. Bij 187 indicaties voor bestaande cliënten is de indicatie van HH1 in zorg in natura daarom administratief omgezet in alfahulp op basis van PGB. Overigens is deze vorm van thuiszorg aan het eind van 2013 weer teruggedraaid. Daarnaast kan de daling in HH1 zijn veroorzaakt doordat vaker andersoortige oplossingen, waaronder informele zorg, zijn gevonden.
Het totale aantal zorguren in Boarnsterhim bleef afgelopen jaren eveneens achter bij de verwachte ontwikkeling. Het aantal inwoners dat gebruik maakt van huishoudelijke zorg is tussen 2007 en 2009 toegenomen met ruim 10% van 453 naar 512 en daarna gestabiliseerd. Het gemiddelde aantal uren HH1 en HH2 per cliënt is in die periode echter afgenomen van 2,6 uur per week in 2007 tot 2,0 uur in 2010 en daarna (zie het volgende overzicht). )VJTIPVEFMJKLFIVMQJO#PBSOTUFSIJN
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
(FNJEEFMEBBOUBMVSFOQFSXFFLQFSDMJÑOU
2,6
2,4
2,2
2,0
2,1
2,0
2,0
"BOUBMDMJÑOUFO
453
490
512
510
509
511
375
#SPO$",
Het gemiddelde aantal uren per cliënt is in deze tabel lager dan het gemiddelde aantal uren per indicatie, omdat niet alle cliënten een volledig jaar gebruik maken van de huishoudelijke hulp. Als naar de grootte van de indicaties per cliënt wordt gekeken, lijken cliënten in Boarnsterhim in vergelijking met het landelijke gemiddelde echter ook vaker kleinere indicaties voor huishoudelijke zorg te hebben gekregen. In 2011 werd landelijk gemiddeld 2,9 uur huishoudelijke hulp per indicatie geleverd3, terwijl dat in Boarnsterhim 2,6 was4. Deze verschuivingen in indicaties leveren jaarlijks een besparing op van ruim € 200.000,-. Dit komt overeen met de overschotten uit het rijksbudget voor de huishoudelijke hulp (rijksbudget huishoudelijke hulp WMO met aftrek van werkelijke kosten voor HH). Sinds 2009 is het overschot uit het rijksbudget jaarlijks ruim € 200.000,-. Daarbij is de opbrengst aan eigen bijdragen van cliënten voor de gemeente niet meegerekend. De opbrengst aan eigen bijdragen is jaarlijks ruim € 250.000. Door de besparing kan de gemeente Boarnsterhim ook de uitvoeringskosten van de WMO, de kosten van Mienskipssoarch, uit het rijksbudget voor huishoudelijke hulp bekostigen, terwijl gemeenten hiervoor veelal andere middelen moeten aanwenden.
1. 2. 3. 4.
12
SGBO (2013). Benchmark Wmo 2013. Resultaten over het jaar 2012. Vanwege de herindeling zijn de geautomatiseerde administratieve systemen in december 2013 naar de vier gemeenten overgegaan. Hierdoor zijn geautomatiseerde gegevens, inclusief nota’s en CAK-gegevens voor een deel gebaseerd op schattingen. Deze zijn echter zo zorgvuldig mogelijk tot stand gekomen. SGBO (2012). Benchmark Wmo 2012. Resultaten over het jaar 2011 CAK vierwekelijkse rapportages Boarnsterhim over 2011
13
2.2 WAARDERING VAN CLIËNTEN In Boarnsterhim is de tevredenheid van de cliënten over het contact met Mienskipssoarch groot. In Boarnsterhim is het gemiddelde rapportcijfer waarmee het contact wordt gewaardeerd 7,9. Uit onderzoek over 2013 blijkt dat in Boarnsterhim meer dan 94% van de WMO-cliënten tevreden was over verschillende aspecten van de dienstverlening van Mienskipssoarch die voor vraagverheldering en het bieden van keuzemogelijkheden bepalend zijn. Vooral de ruimte die de Meitinker biedt aan de cliënt om alles te vertellen wat van belang is en het meedenken over oplossingsmogelijkheden worden gewaardeerd. Bij deze vragen gaf 97% van de cliënten aan tevreden of zeer tevreden te zijn. 94% van de klanten gaf aan tevreden of zeer tevreden te zijn met de gevonden oplossing, terwijl dat percentage landelijk op 89%5 ligt. $MJÑOUUFWSFEFOIFJE#PBSOTUFSIJN6
1FSDFOUBHFUFWSFEFO[FFSUFWSFEFOoJO -FFVXBSEFSEFFMWBOWPPSNBMJH#PBSOTUFSIJN
De meitinker heeft voldoende tijd voor me genomen
95%
Ik heb de meitinker alles kunnen vertellen wat van belang was
96%
De meitinker begreep wat ik nodig had
94%
De meitinker dacht goed met me mee om een oplossing voor me te vinden
97%
De meitinker heeft een goede oplossing geadviseerd voor mijn vraag/probleem
95%
Indien een aanvraag voor een voorziening van u is afgewezen: Ik heb een
74%
duidelijke toelichting gekregen op de afwijzing van mijn aanvraag Bij afwijzing van een aanvraag (20% van de respondenten heeft deze vraag ingevuld) geeft een kwart van de cliënten aan niet tevreden te zijn met de toelichting die is gegeven. Gezien de antwoorden op de open vragen die sommige respondenten hebben gegeven, gaat het bij een deel van de respondenten echter niet zozeer om de toelichting maar zijn ze het niet eens met de reden van afwijzing. Het aantal bezwaarschriften dat jaarlijks wordt ingediend in Boarnsterhim is bijzonder laag, namelijk slechts een enkel geval per jaar. Niet alleen zegt dit iets over de tevredenheid van cliënten, maar het heeft eveneens een besparend effect op de kosten.
5. 6.
SGBO (2013). Klantonderzoek WMO over 2012 Van Toepassing (2014). Klanttevredenheid WMO 2013 Boarnsterhim
Waardering gesprek $MJÑOUFO[JKOCMJKEBU[FJFNBOELVOOFOCFMMFOFOFSEBOJFNBOEMBOHT LPNUEBUIFUOJFUUFMFGPOJTDIXPSEUBGHFIBOEFMENBBSFSQFSTPPOMJKL contact is: “Ik bin bliid dat jo d’r binne, kinne we even prate.” “Na het gesprek met u ben ik zaken helderder gaan zien en heb ik bepaalde inzichten gekregen wat betreft mijn ouders”.
Waardering meedenken Meitinker: “Als je bijvoorbeeld een ‘nee’ als antwoord geeft waar een ‘ja’ was gewenst, kun je samen met de cliënt kijken naar andere mogelijkheden, andere begeleiding geven of later nog eens bellen en vragen hoe het is. Mensen ervaren dit als zeer prettig en hebben het gevoel dat hun vraag serieus genomen is”.
14
15
2.3 RESULTATEN EN KOSTEN UITVOERING WMO BOARNSTERHIM
PRODUCTIE De Meitinkers, Freonskippers en backoffice hebben in 2013 met gemiddeld 4,5 fte voor een bevolking van een kleine 19.500 inwoners in Boarnsterhim onderstaande activiteiten verricht.
Basisdiensten Mienskipssoarch Meitinkers + backoffice:
"DUJWJUFJUFOJO#PBSOTUFSIJN
"BOUBMMFO "BOUBMMFO 2013
2012
Huisbezoeken
912
1.082
Indicaties HH1 en HH2 (incl. herindicaties en PGB, excl. tijdelijke
325
342
Indicaties collectief taxivervoer
79
82
Indicaties rolstoel algemeen en elektrisch huur
15
32
Indicaties rolstoel overige
15
2
Indicaties scootmobiel huur
26
21
Overige indicaties vervoer
11
8
Indicaties douche/toiletstoel koop
10
21
Indicaties traplift, incl. onderhoud en reparatie
18
20
Indicaties drempeloploop
12
19
administratieve omzetting naar PGB, zie uitleg paragraaf 2.1)
Indicaties woningaanpassingen duurder dan 1.500,- euro
6
8
24
29
Ondersteuning cliënten met diverse activiteiten
251
274
Begeleiding dagopvang (dagdelen)
204
204
Overige indicaties Overige activiteiten: Afhandelen telefonische vragen, email Speekuren Opzetten activiteiten Onderhouden netwerk 'SFPOTLJQQFST
In 2013 zijn heeft de backoffice minder huisbezoeken gebracht en de Meitinkers meer. Deze verschuiving is veroorzaakt door deskundigheidsbevordering van de Meitinkers, waardoor zij meer vragen zelfstandig kunnen afhandelen. De frequentie van de spreekuren is verlaagd van 1 keer per week naar 1 keer per maand. Er bleek meer behoefte te zijn aan huisbezoeken dan aan spreekuren. Het aantal verstrekkingen is over het algemeen afgenomen, alleen voor scootmobielen en overige vervoer is het aantal indicaties licht gestegen. Mienskipssoarch heeft het verstrekken vanuit eigen depot van drempeloplopen, rolstoelen, douche/toiletstoelen en trapliften uitgebreid van 3 in 2012 tot 20 in 2013. Mienskipssoarch stimuleert het hergebruiken van middelen. Naast de genoemde activiteiten hebben Meitinkers en backoffice bijgedragen aan de ontwikkelingstaken van Mienskipssoarch door o.a. vragenlijsten bij cliënten af te nemen. De uitvoering werd ondersteund door een administratief medewerker voor 0,8 fte (gedetacheerd door de gemeente) en een staffunctionaris (gemiddeld 0,6 fte). De staffunctionaris nam eveneens taken op het gebied van personeel en organisatie (P&O) voor haar rekening. Daarnaast was er 1,6 fte voor projectmanagement en directie; de fte’s voor directie zijn voor een deel ingezet voor acquisitie en ontwikkeling. De projectmanager heeft tevens het team aangestuurd.
INZET PERSONEEL UITVOERING WMO 1-1-2013 *O[FUQFSTPOFFM.JFOTLJQTTPBSDI
#BTJTEJFOTUFO '5& Meitinkers (1,4 fte)7 + backoffice (1,9 fte) Freonskippers (1,5 fte) 0OEFSTUFVOJOHLFSOQSPDFT '5& Teamleiding/P&O/staf (0,8 fte) + administratieve ondersteuning (0,8 fte) + directie (0,4 fte) 0OUXJLLFMJOH QJMPUTFOQSPKFDUFO BDRVJTJUJF '5& Projecten (0,9 fte) + directie (0,5 fte)
*O[FUQFSTPOFFMHFNFFOUF#PBSOTUFSIJN
5PUBMFJO[FUHFNFFOUF '5& Beleidsmedewerker (0,5 fte) + financiële administratie WMO (0,8 fte) + beslisser/toetser (0,2 fte)
In totaal was begin 2013 bij Mienskipssoarch 8,4 fte aan medewerkers werkzaam. In de loop van 2013 is de personele bezetting door natuurlijk verloop verminderd met 1,1 fte in de uitvoering en 1,5 fte in de overige taken. Met het oog op de herindeling zijn vacatures zijn in 2013 niet opgevuld. Eind 2013 was bij Mienskipssoarch 5,8 fte aan mensen werkzaam.
7.
16
Exclusief uren voor gemeente Leeuwarden (Wirdum, Swichum, Wytgaard)
17
Daarnaast werden enkele diensten ingehuurd, zoals boekhouding, accountant, projectleiding en - uitvoering (deels) en ict-diensten. Het komt de efficiëntie ten goede dat de verschillende functionarissen flexibel inzetbaar zijn. Er is uitwisseling tussen de directe uitvoering en de ondersteunende diensten. Zo verrichtte de staffunctionaris ook P&O-taken, was de projectleider tevens inzetbaar in de uitvoering bij complexere casuïstiek en werden Meitinkers en backoffice ingezet bij ontwikkelingstaken. De functies bij de gemeente zijn: beleidsmedewerker (0,5 fte), medewerker financiële administratie WMO (0,8 fte) en beslisser/toetser (0,2 fte).
KOSTEN WMO VOORZIENINGEN De kosten voor het totaal aan voorzieningen voor de 19.500 inwoners van Boarnsterhim staan in de volgende tabel. Hierbij is geen vergelijking gemaakt in kosten van vervoersvoorzieningen, woningaanpassingen en hulpmiddelen, omdat door de overgang van de administratieve gegevens naar verschillende gemeenten hier geen betrouwbaar overzicht van is. Uit de aantallen verstrekkingen (zie vorige paragraaf ) is wel af te leiden wat er ten opzichte van 2012 aan kosten veranderd zal zijn.
8.
Voorzieningen WMO in Boarnsterhim
Kosten in 2013 (bedragen in euro’s)
Kosten in 2012 (bedragen in euro’s)
HH1+HH2
854.402
1.230.642
PGB
292.8638
68.272
Totaal (HH, PGB+ZIN)
1.147.265
1.298.914
Ook hiervoor geldt dat de verschuiving naar PGB voortkomt uit een tijdelijk aanbod van een grote thuiszorgorganisatie, zie uitleg paragraaf 2.1
KOSTEN UITVOERINGSORGANISATIE De kosten van de organisatie bedroegen in 2013 (afgerond) € 736.000,- en de opbrengsten waren € 751.000,-. Het bedrijfsresultaat over 2013 was daarmee bijna € 15.000,-. De salariskosten vormen het grootste deel van de kosten (zie volgende overzicht). #FESJKGTLPTUFO
#FESJKGTLPTUFO
JOFVSPT
JOFVSPT
-POFOFOTBMBSJTTFOFOPWFSJHFQFSTPOFFMTLPTUFO
464.377
528.405
)VJTWFTUJOHTLBOUPPSFOBVUPNBUJTFSJOHTLPTUFO
42.057
47.825
7FSLPPQLPTUFO FYQMPJUBUJFLPTUFO BGTDISJKWJOHFOFOBMHFNFOFLPTUFO
20.889
31.082
BDDPVOUBOU WFS[FLFSJOHFO CFTUVVSTLPTUFO %JSFDUFLPTUFODMJÑOUFOBDUJWJUFJUFOFOQJMPUT FYDMFJHFOQFSTPOFFMTLPTUFO
505""-
208.672
156.326
735.995
763.638
Mienskipssoarch werd in 2013 gefinancierd door de gemeente. De niet-structurele projecten werden deels door de gemeente gefinancierd, maar ook door de Provincie Fryslân en andere Friese gemeenten, zorgverzekeraar De Friesland, Plattelânsprojekten en Frieslab. Daarbij waren er inkomsten door dienstverlening aan derden, waaronder detachering van personeel, deskundigheidsbevordering, onderzoek en organisatieontwikkeling. Hieronder staat het overzicht van de opbrengsten in 2013. 0QCSFOHTUFO JO FVSPT
FVSPT
227.851
222.209
4VCTJEJFHFNFFOUF#PBSOTUFSIJNQBLLFUNBBUSFHFM
42.574
41.534
4VCTJEJFHFNFFOUF#PBSOTUFSIJN'SFPOTLJQQFST
42.573
41.534
0
24.400
69.182
67.493
286.587
225.349
0
90.000
77.794
98.262
4VCTJEJFHFNFFOUF#PBSOTUFSIJNBMHFNFFO
4VCTJEJFHFNFFOUF#PBSOTUFSIJNEJWFSTFO %FUBDIFSJOHQFSTPOFFMWBOHFNFFOUF#PBSOTUFSIJN Subsidie pilots Subsidie aanbieders *OLPNTUFOPQESBDIUHFWFSTCVJUFO#PBSOTUFSIJN Rente en bijzondere baten 505""-
18
0QCSFOHTUFO JO
4.410
24.035
750.970
834.816
19
3.
MIENKSIPSSOARCH PER GEBIED
In 2014 is de gemeente Boarnsterhim opgesplitst en verdeeld over de vier buurgemeenten. Hieronder wordt voor de deelgebieden van de vier ‘ontvangende’ gemeenten beschreven hoe de dorpen zich kenmerken, om hoeveel inwoners het gaat en de activiteiten die Mienskipssoarch heeft ontplooid. In paragraaf 3.5 staat het overzicht van de cijfermatige gegevens over de uitvoering van de WMO per deelgebied. In de bijlage staan de overzichten van het aantal verstrekkingen per deelgebied.
3.1 LEEUWARDEN Grou heeft ruim 5.500 inwoners. De Meitinker komt er relatief veel schuldenproblematiek tegen, evenals eenzaamheid, drank- en drugsproblemen en werkeloosheid. Er is industrie en er zijn veel kleine bedrijven gericht op watersport en recreatie. Het dorp ontplooit veel activiteiten op cultureel gebied. ’s Zomers zijn er diverse activiteiten rond de zeilsport. Ook is het UVV als vrijwilligersorganisatie actief. De vrijwilligers zijn met name erg actief in zorgcentrum Friesma State. In Grou komen relatief veel vragen voor huishoudelijke ondersteuning van betrekkelijk jonge gezinnen. In de andere dorpen springen familie of buren vaker bij. Eagum telt slechts 32 inwoners , Friens is eveneens een klein dorpje met 83 inwoners, Ideard heeft een kleine 100 inwoners. In Ideard is een dorpshuis waar het verenigingsleven terecht kan, voor andere voorzieningen is het dorp aangewezen op Reduzum. Reduzum heeft ongeveer 1.100 inwoners. Het kreeg als eerste dorp in Fryslân in 1995 een vorm van zelfbeheer. Al jaren exploiteert Dorpsbelang een windmolen. Het dorp is recentelijk uitgebreid met een nieuwe woonwijk. Veel bewoners zijn actief op sportgebied. De dorpswinkel is er helaas mee opgehouden. Jirnsum is een dorp met een kleine 1.300 inwoners, waarin de industriële en recreatieve sector zich heeft ontwikkeld. Er zijn sportvelden aangelegd en er is een multifunctionele accommodatie. De bevolking is betrokken bij de leefomgeving en actief in sport- en verenigingsleven. Er is een supermarkt.
9.
Informatie over de dorpen uit gemeentegids Boarnsterhim 2012 en enquêtes Meitinkers. Inwonersaantallen uit gemeentelijke registratie, peildatum 1-1-2013. Percentage 65-plussers peildatum 31-12-2010.
Warstiens heeft 39 inwoners en Warten heeft een kleine 1.000 inwoners. In Warten is bedrijvigheid in de recreatiesector en in de scheepsbouw. Wergea heeft ruim 1.600 inwoners. Er is wat bedrijvigheid, een jachthaven en een welig tierend verenigingsleven. In deze dorpen wonen in totaal (incl. Grou) bijna 11.000 mensen, waarvan 14,7% ouder is dan 65 jaar. In de kleinste dorpjes is de vergrijzing het laagst. Als vanwege ouderdom het huis en de voorzieningen in het dorp niet meer voldoen aan de veranderende eisen, verhuist men vaak naar een groter dorp. In de kleine dorpen worden meestal activiteiten door vrijwilligers georganiseerd. Als iemand niet kan komen door bijvoorbeeld een zieke partner, dan biedt men onderling hulp (bijv. oppas).
VERBETEREN LEEFBAARHEID VAN DORPEN: VOOR JONG EN OUD In de dorpen Grou, Jirnsum, Reduzum, Warten, Wergea en Wirdum houden de Meitinkers één keer maand spreekuur. In Grou wordt het spreekuur gehouden in het multifunctionele centrum, in Warten in de hervormde kerk en in de overige dorpen in het dorpshuis. Verder zijn de Meitinkers telefonisch en via email dagelijks bereikbaar. De Meitinkers houden contacten met de verschillende verenigingen om het vrijwilligerswerk te stimuleren en met zorgorganisaties om van elkaars activiteiten op de hoogte te blijven. In Reduzum heeft de Meitinker in een samenwerkingsverband een pool vrijwilligers weten op te zetten waar ze een beroep op kan doen. In Reduzum is bovendien een project opgezet voor jongeren die een maatschappelijke stage doen om de leefbaarheid van het dorp te verbeteren.
20
21
3.2 HEERENVEEN Het gebied dat per 2014 is toegevoegd aan de gemeente Heerenveen, omvat de dorpen Akkrum, Nes en Aldeboarn10. In de drie dorpen samen wonen ruim 6.000 inwoners, waarvan ongeveer 15% ouder is dan 65 jaar. Nes is daarbij het minst vergrijsd met 7% 65-plussers. Akkrum en Nes zijn aan elkaar gelegen en kunnen wat dat betreft als eenheid worden beschouwd. Akkrum heeft ruim 3.400 inwoners, Nes 1.100. Akkrum heeft bedrijvigheid in de recreatieve sector en een uitgebreid winkelbestand. Het staat bekend als een actief en gezellig dorp vanwege de toeristische en culturele activiteiten die worden georganiseerd. Nes is een dorp met een kleine sfeervolle oude kern en een grote nieuwbouwwijk. In de nieuwbouwwijk wonen relatief veel jongere mensen. Voor de voorzieningen kunnen de inwoners van Nes terecht in Akkrum. Er zijn veel activiteiten en voldoende voorzieningen. Het vrijwilligerswerk voor zorg- en dienstverlening in beide dorpen is met name op Mienskipssintrum Leppehiem gericht. Aldeboarn heeft bijna 1.500 inwoners, waaronder veel ouderen. Onderling wordt veel hulp geboden; er zijn voldoende mantelzorgers en vrijwilligers. Voor de ouderen worden veel activiteiten georganiseerd vanuit het vrijwilligerswerk en door het verzorgingshuis Leppehiem. In de nieuwbouwwijk komen meer jongeren te wonen. Voor deze groep zijn er weinig activiteiten naast de gymnastiek- en voetbalvereniging. Jaarlijks wordt er een gondelvaart georganiseerd waar duizenden toeschouwers van genieten. Er is nog een plaatselijke supermarkt.
VERBETEREN LEEFBAARHEID VAN DORPEN: VOOR JONG EN OUD Voor de dorpen Akkrum en Nes houdt de Meitinker één keer per maand spreekuur in het verzorgingstehuis Leppehiem. Verder is zij telefonisch en via email dagelijks bereikbaar. Het Mienskipssintrum Leppehiem stelt in overleg met Mienskipssoarch activiteiten open voor thuiswonende ouderen. Leppehiem heeft met een integraal aanbod aan diensten voor jong en oud veel te bieden. Zo zijn ook het zwembad en de maaltijdservice toegankelijk voor jongeren en zelfstandig wonende ouderen. Omdat er in Akkrum/Nes geen vrijwilligerswerk is, legt de Meitinker contacten met verenigingen om dit te stimuleren. In Aldeboarn houdt de Meitinker één keer per maand spreekuur in de oude directeurswoning. Ook is zij telefonisch en via email dagelijks bereikbaar. Jongeren hebben onder leiding van Mienskipssoarch in Aldeboarn, naar aanleiding van een enquête onder de bevolking, een aantal activiteiten opgezet om de leefbaarheid van het dorp te verbeteren. Het gaat hierbij om een klussen- en activiteitendienst en om het organiseren van activiteiten, zoals o.a. een schoonmaakactie, een zwemvierdaagse en de kerstmarkt.
10. Informatie over de dorpen uit gemeentegids Boarnsterhim 2012 en enquêtes Meitinkers. Inwonersaantallen uit gemeentelijke registratie, peildatum 1-1-2013; percentage 65-plussers peildatum 31-12-2010.
3.3 SÙDWEST FRYSLÂN Het gebied dat per 2014 is toegevoegd aan de gemeente Sùdwest Fryslân, omvat vijf kleine dorpen11. Raerd heeft 640 inwoners, Poppenwier heeft 177 inwoners, Dearsum heeft 130 inwoners. Er is in Dearsum een bloeiend verenigingsleven en er worden veel activiteiten georganiseerd. Vanuit Raerd komen relatief veel aanvragen voor taxivergoedingen vanwege onvoldoende openbaar vervoer. De aanvragen kunnen echter niet altijd gehonoreerd worden, omdat de vervoersvoorziening geen compensatie biedt voor onvoldoende openbaar vervoer. De Meitinker zoekt dan met de cliënt alternatieve oplossingen. Sibrandaboarren heeft 380 inwoners. Er is nog een kleine school, die een streekfunctie vervult, evenals een sporthal. Er is een rijk verenigingsleven, deels ook in samenwerking met de omliggende dorpen. De bakker en groenteboer komen langs de deur. Door inzet van vrijwilligers worden activiteiten verricht om het dorp leefbaar te houden. Tersoal heeft 360 inwoners. Het dorp heeft een bloeiend verenigingsleven en er zijn veel activiteiten. De school vervult een streekfunctie. De vereniging voor dorpsbelangen, waarvan bijna elke huishouden lid is, zorgt ervoor dat het dorp leefbaar blijft. In deze dorpen wonen in totaal 1.680 mensen, waarvan 9,5% ouder is dan 65 jaar. In de kleinste dorpjes is de vergrijzing meestal laag. Als vanwege ouderdom het huis en de voorzieningen in het dorp niet meer voldoen aan de veranderende eisen, verhuist men vaak naar een groter dorp. Er is geen georganiseerd vrijwilligerswerk voor zorg en dienstverlening, maar buren en dorpsgenoten helpen elkaar wel. Aanvullend kan de Meitinker een Freonskipper inzetten bij mensen die weinig contacten hebben.
VERBETEREN LEEFBAARHEID VAN DORPEN: VOOR JONG EN OUD Voor de vijf dorpen van ‘de Lege Geaen’ houdt de Meitinker één keer maand spreekuur in het dorpshuis van Raerd. Verder is zij telefonisch en via email dagelijks bereikbaar. De Meitinker onderhoudt contacten met verenigingen en diverse zorgorganisaties als MEE en Maatschappelijk Werk. In Raerd is een project opgezet voor jongeren die een maatschappelijke stage willen doen om de leefbaarheid van het dorp te vergroten.
11. Informatie over de dorpen uit gemeentegids Boarnsterhim 2012 en enquêtes Meitinkers. Inwonersaantallen uit gemeentelijke registratie, peildatum 1-1-2013; percentage 65-plussers peildatum 31-12-2010.
22
23
3.4 DE FRIESE MEREN In het gebied dat per 2014 is toegevoegd aan de gemeente De Friese Meren/ De Fryske Marren ligt het dorp Terherne12 . Terherne heeft ruim 800 inwoners en heeft als grootste bron van inkomsten de waterrecreatie. De winkel gaat in de winter dicht. De souvenirwinkel, kaasboer (met kraam) en notenbar (kraam) nemen dan brood en melk e.d. op in het assortiment. Van de ruim 800 bewoners is 16,3% ouder dan 65 jaar. Het dorp is redelijk welvarend met veel mensen die er na hun pensionering zijn komen wonen. Zij leven vaak wat meer op zichzelf dan de dorpsbewoners. De grote groep dorpsbewoners doet veel voor elkaar. Bovendien is er een vrijwilligersploeg en een groep senioren die één ochtend per week bij elkaar komt en met elkaar eet.
VERBETEREN LEEFBAARHEID VAN DORPEN: VOOR JONG EN OUD In Terherne houdt de Meitinker één keer per maand spreekuur. Zij is telefonisch en via email dagelijks bereikbaar. Daarnaast heeft zij regelmatig contact met de vrijwilligers, organiseert ze in de wintermaanden in samenwerkingsverband veel activiteiten en is betrokken bij het jeugdactiviteiten-centrum. Jongeren helpen in hun maatschappelijke stage het centrum draaiende te houden. Jong en oud bezoeken de georganiseerde activiteiten flink, waardoor ze elkaar ook makkelijker aanspreken en jongeren meer betrokken raken bij het dorp. De Meitinker overlegt met de eigenaar van de souvenirwinkel over te verkopen levensmiddelen.
12. Informatie over de dorpen uit gemeentegids Boarnsterhim 2012 en enquêtes Meitinkers. Inwonersaantallen uit gemeentelijke registratie, peildatum 1-1-2013; percentage 65-plussers peildatum 31-12-2010.
3.5 KOSTEN PER DEELGEBIED In de volgende tabel staan de kosten voor voorzieningen per deelgebied. In de bijlagen is het aantal verstrekkingen in 2013 per dorp aangegeven. Om een inschatting te krijgen van de kosten van de uitvoering van de WMO voor de inwoners van de vier deelgebieden is gekeken naar het aandeel inwoners in elk deelgebied van Boarnsterhim. In werkelijkheid kunnen de kosten enigszins afwijken, omdat hier geen rekening is gehouden met effecten van sociale cohesie, vrijwilligerswerk en aanwezigheid van voorzieningen per deelgebied. De werkelijke kosten per gemeente na de herindeling zijn afhankelijk van de precieze invulling van taken. ,PTUFOWBOWPPS[JFOJOHFOFOVJUWPFSJOHTPSHBOJTBUJFJOQFSEFFMHFCJFE13 -FFVXBSEFO
)FFSFOWFFO
Sùdwest
%F'SJFTF
Boarnsterhim
56%
31%
'SZTMÉO
Meren 4%
UPUBBM
11.000
6.000
1.700
800
19.500
,PTUFO8.0)) )) 1(#
€ 709.587
€ 382.806
€ 27.797
€ 25.067
€ 1.147.265
,PTUFODPMMFDUJFGUBYJWFSWPFS
€ 113.954
€ 56.953
€ 8.487
€ 2.894
€ 182.288
-POFO TBMBSJTTFOFOPWFSJHF
€ 260.051
€ 143.956
€ 41.793
€ 18.575
€ 464.377
€ 412.157
€ 228.158
€ 66.239
€ 29.439
€ 735.995
"BOUBMJOXPOFST 14
15
personeelskosten16 ,PTUFOUPUBMFVJUWPFSJOHTPSHBOJTBUJF 8.0EPPS.JFOTLJQTTPBSDI UPUBBM QFSTPOFFMTLPTUFO IVJTWFTUJOHFUD 16
De gemeente Boarnsterhim bespaart met de inzet van Mienskipssoarch jaarlijks ruim € 200.000 op de kosten van de huishoudelijke zorg (het rijksbudget huishoudelijke zorg verminderd met de werkelijke kosten voor huishoudelijke zorg). Dit bedrag is niet uitgesplitst naar de verschillende deelgebieden, omdat de kostenberekeningen per gemeente verschillend zijn.
13. 14. 15. 16.
24
De totaalbedragen komen overeen met de bedragen op pagina 17 en 18 Het totaalbedrag ligt hoger dan de optelling van de kosten per deelgebied doordat enkele cliënten zijn verhuisd en de nieuwe woonplaats niet bekend is. Gebaseerd op facturen per deelgebied; voor de perioden 11 en 12 is het gemiddelde van periode 9 en 10 genomen in verband met ontbrekende factuur. Kosten zijn aantal km x € 1,63 x 6% BTW. Totale kosten naar aandeel van aantal inwoners per deelgebied
25
Bijlage 1: Afgegeven indicaties HH 2013 per gemeentegebied
(Bron: EBB)
"BOUBMJOEJDBUJFT 1SPEVDU HBH PGB
-FFVXBSEFO
)FFSFOWFFO
4áEXFTU'SZTMÉO
%F'SJFTF.FSFO
5PUBBM
5
10
HBH PGB ALFA*
136
41
7
3
187
HBH1
133
76
9
4
222
HBH2 5PUBBM
15
19
16
1
1
37
293
143
17
8
461
*incl. tijdelijke administratieve omzetting naar PGB-zie uitleg paragraaf 2.1
Bijlage 2: Verstrekkingen 2013 per gemeentegebied
(Bron: EBB)
Aantal afgegeven indicaties 1SPEVDU autoaanpassing bijdrage eigen auto collectief taxi vervoer
-FFVXBSEFO
4áEXFTU'SZTMÉO
%F'SJFTF.FSFO
2
douche/toiletstoel huur
2
douche/toiletstoel koop
5
douchezitje
5PUBBM 2
3 43
douche/toiletstoel uit depot
3 34
2
79
1
3
5
10
4
4
1
1
drempeloploop
6
5
drempeloploop uit depot
2
2
eenvoudig straatwerk
1
1
fiets aangepast huur
2
2
jada toiletbeugelset
1
1
2
overige
1
2
3
rolstoel algemeen huur
1
12
3
6
1
2
2
5
13
rolstoel algemeen koop
1
1
rolstoel algemeen uit depot
5
5
rolstoel elektrisch huur
2
2
rolstoel elektrisch koop
1
1
rolstoel elektrisch uit depot
3
3
rolstoel PGB
5
scootmobiel uit depot scootmobiel huur
24
tillift uit depot
5 2
2
2
26
1
1
tillift huur
2
traplift
7
traplift onderhoud
3
1
traplift reparatie
4
2
verhuis en of inrichtingskosten
2
2
vervoermiddel overig huur
1
1
vervoermiddel overig koop
1
1
woonvoorziening groot
4
4
woonvoorziening groot onderhoud &JOEUPUBBM
26
)FFSFOWFFO
2 7 1
6
2 128
5
2 78
6
4
216