MICROSOFT-REGISTRATIE 2013: WIJZIGINGEN LICENTIEREGELS SERVERS Voor een aantal producten zijn er sinds het uitkomen van nieuwe versies, wijzigingen in de licentieregels. Dit geldt voor SQL Server (zie pagina 1 en 2), Windows Server (zie pagina 3), System Center en Forefront (zie pagina 4,5). SQL Server 2012 Enterprise Edition overgangsregeling De nieuwe SQL Enterprise 2012 licenties worden op een andere wijze afgerekend (per 2 cores) dan de SQL Enterprise 2008 (per server). Indien u SQL Server 2012 wilt gaan gebruiken dan geldt het onderstaande transitiepad. De SQL Enterprise licentie in het Schoolcontract betreft de ‘Enterprise Edition Server Licenses.’
De licentiering is ook gewijzigd t.o.v. SQL Server 2008. Het Server – CAL-model is gebleven. De ‘per processor’-variant is verdwenen, dit is vervangen door een ‘per core’-licentiering. Hieronder de huidige regels: SQL Standard Edition + Business Intelligence Edition: Dit gaat op basis van een Server – CAL-model. De CAL’s zitten in het Desktop Pakket. De aanschaf van een serverlicentie volstaat. SQL Enterprise Edition: De Enterprise-licentie dient per fysieke core van een processor aangeschaft te worden. Het aantal cores hangt af van of de fysieke server gelicentieerd wordt, dan wel een virtuele machine. Wanneer u SQL gebruikt op een fysieke server dient u alle fysieke cores te licentieren. Uitzondering hierop is als u SQL in een virtuele machine gebruikt (zie verderop in dit document). Het aantal cores bepaalt u in drie stappen: 1. Tel het totale aantal fysieke cores in de server 2. Vermenigvuldig dit aantal met de Core Factor zoals aangegeven in onderstaande tabel. 3. Deel de uitkomst van deze som door 2. Dit is het aantal licenties dat u aanschaft (de core-licentie schaft u per 2 aan).
1
Voorbeeld: U heeft 2 Intel Xeon 6-core processors. Deze bevatten 12 cores. De Core Factor is in dit geval 1. U heeft dus 12 cores nodig. Dit gaat per bundel van 2, dus u heeft 6 licenties nodig. Let op, er is een minimum van 4 core-licenties nodig voor elke fysieke processor op een fysieke server. In dit model zijn geen CAL’s meer nodig. SQL Enterprise in een virtuele omgeving: Alle virtuele cores binnen virtuele machines die SQL Enterprise 2012 instances draaien dienen juist gelicentieerd te worden. U dient een core-licentie aan te schaffen voor iedere v-core (virtuele core/virtuele processor), gealloceerd aan de virtuele machine. Core Factoren zoals bij de fysieke licentiering zijn hier niet van toepassing. Voorbeeld: voor een virtuele SQL Server Enterprise 2012 machine waarin 6 v-cores zijn toegewezen zijn 6 core-licenties nodig. Let op, ook hier geldt een minimum van 4 core-licenties per virtuele machine met SQL Server Enterprise 2012
Active / Passive Wanneer u een failover-omgeving heeft ingericht in een active / passive-mode dan hoeft u de passive omgeving niet extra te licentieren. De tweede server die gebruikt wordt voor failover heeft geen aparte licentie nodig zolang deze passief gebruikt wordt. Let op, dit is dus alleen in een failover-situatie. Wordt de passieve omgeving om wat voor reden dan ook actief naast de reeds actieve omgeving, dan dienen hier de juiste licenties voor aanwezig te zijn.
Windows Server 2012
2
In september 2012 heeft Microsoft Windows Server 2012 uitgebracht. Ten opzichte van de 2008-versie brengt dit wat wijzigingen met zich mee.
Windows Server 2012 heeft nu nog maar 2 versies; de Standard- en de Datacenter-editie. Er zitten geen functionele verschillen in deze twee edities, het enige verschil tussen deze twee edities zit in de virtualisatierechten. Met de Standard-editie mag u 2 virtuele machines draaien; met de Datacenter-versie mag u een ongelimiteerd aantal virtuele machines draaien. Licenties gaan per 2 fysieke processoren per server.
Hoe bepaal ik welke editie ik moet hebben? Welke editie u dient te registreren hangt af van de virtuele machines die u draait of wenst te gaan draaien. Voor gevirtualiseerde omgevingen met een hoog aantal virtuele machines kunt u de Datacentereditie gebruiken, anders de Standard. Wat moet ik nu registreren? Standard Edition Tel het aantal fysieke processoren en het aantal virtuele machines per fysieke server. Deel beide door 2, het hoogste aantal dient u aan Standard-licenties aan te schaffen. Voorbeeld: U heeft 1 server met 2 processoren. Op die server draaien 6 virtuele machines. Zowel het aantal processoren als het aantal virtuele machines deelt u door 2. U heeft dan respectievelijk 1 en 3. U heeft dan 3 Windows Server 2012 Standard-licenties nodig voor deze server. Datacenter Edition Tel per server het aantal fysieke processoren en deel dit door 2. De uitkomst hiervan dient u aan Datacenter-licenties voor die server aan te schaffen. Ik maak nog gebruik van de 2008-versie Dat is geen probleem. U kunt de geregistreerde licenties ook nog voor voorgaande versies gebruiken. In onderstaande tabel is te zien op welke versie u recht heeft:
System Center 2012 / Forefront System Center 2012 is een nieuw product. Een aantal (voorheen aparte) producten vallen hier nu onder: 3
-
Configuration Manager Operations Manager Data Protection Manager Virtual Machine Manager Endpoint Protection (voorheen Forefront Endpoint Protection) Service Manager Orchestrator App Controller
U kunt deze onderdelen nog wel los van elkaar gebruiken, maar het valt onder de noemer System Center 2012. Licentiering Serverlicentie: Het aanschaffen van een serverlicentie om de software te mogen installeren is niet meer nodig. Microsoft vereist alleen nog maar de afname van licenties voor de zogenaamde beheerde endpoints (desktops, fysieke en virtuele servers). Een licentie voor SQL Server Standard, alleen ter ondersteuning van System Center 2012, is inbegrepen. Beheerde desktop endpoints: Om clients te beheren met de System Center-producten is een Cliënt Management Licentie nodig. Deze licenties zijn opgenomen in het Desktop Pakket middels de Enterprise CAL Suite. Hierdoor is het gebruik van System Center voor het beheren van clients gratis geworden voor instellingen die deelnemen aan het Desktop Pakket. Beheerde servers: Om servers (zowel fysiek als virtueel) te mogen beheren met System Center-producten zal een Management Licentie aangeschaft moeten worden. Deze licenties gaan per 2 fysieke processoren per server. Er zijn twee edities van de Management Licentie beschikbaar: - Standard, voor 2 virtuele servers per 2 processoren. - Datacenter, voor onbeperkte aantallen virtuele servers per 2 processoren.
Ik ga servers beheren in mijn System Center omgeving, wat moet ik registreren? Beheert u enkel fysieke servers, dan kunt u de Standard-licentie aanhouden. In een virtuele omgeving telt u per server het aantal processoren en het aantal virtuele machines. Beiden deelt u door 2, indien nodig rondt u af naar boven. De hoogste uitkomst van die 2 dient u aan Standardlicenties te registreren. Het kan mogelijk zijn dat de Datacenter-editie voordeliger is. Dit hangt af van het aantal virtuele machines per host. Uitgaande van een server met 2 processoren is het vanaf 5 virtuele machines per server voordeliger om een Datacenter-licentie aan te schaffen.
Forefront Forefront Endpoint Protection is gewijzigd in System Center Endpoint Protection. Omdat de System Center installaties gratis zijn en de benodigde CAL’s in het Desktop Pakket zitten is System Center Endpoint Protection kosteloos geworden voor deelnemers aan de Microsoft School- en Campusovereenkomst. Forefront Protection for Sharepoint & Exchange Server is ook inbegrepen in de Microsoft-overeenkomst.
4
De andere Forefront-producten blijven zoals ze zijn: - Forefront Identity Manager Server – CAL model - Forefront Threat Management Gateway Per processor aan te schaffen De Web Protection Service zit in het Desktop Pakket - Forefront Unified Access Gateway Per server – External connector
5