2003Algemene beschouwingen.
Geachte collegaraadsleden;
Ik heb een probleem: ik zocht de balans……… maar die was zoek ! Hoewel wij op zo’n 50 punten in de programbegroting de mening delen van de meerderheid van de raad, valt er voor ons nog een wereld te winnen als het om de kwaliteit van beleid gaat, al was het alleen al door een openbare behandeling hiervan te praktiseren. De VNG deelt zo te zien, vanwege het huidige kabinetsbeleid, ook onze zorg voor de sociale aspecten hiervan, en dan gaat het hier naar onze mening vooral over het gebrek aan evenwicht tussen sociaal beleid en economisch beleid. Waar immers bij de zachte sector de honderdjes bij stukjes en beetjes moeten worden bij elkaar geschraapt, vliegen in de harde sector de miljoenen ons om de oren. Daarenboven leiden bij verschillende hoofdstukken in de begroting de voornemens niet tot afrekenbare doelstellingen. Zie bij voorbeeld economie en toerisme, sport en recreatie en sociale inkomens- en werkgelegenheidsvoorzieningen. Opvallend is ook hier dat vooral de zachte sector niet hard genoeg blijkt om een effectendoelstelling voor te formuleren. Dat geeft burger te denken natuurlijk, immers, democratie moet ergens over gaan, alle problemen serieus behandelen en transparant zijn. Dat bereik je niet met voornemens zonder deadline. Wij zoeken die balans en daarom willen wij een aantal voor GroenLinks belangrijke thema’s met mogelijke begrotingseffecten graag even kort met jullie doornemen. Het betreffen hier in wezen de thema’s van Openheid, Solidariteit en Duurzaamheid die voor ons centraal staan en de kwaliteit van beleid betekenis geven OPENHEID is waar alle debat mee begint; We hebben een levendige democratie en dus openheid hoog in het vaandel staan en nemen daarbij de rechten van de burgers, dus ook de bevoegdheden van de gemeenteraad als verkozen volksvertegenwoordigers, uiterst serieus.
Wij zijn en blijven daarom voorstander van een onafhankelijke rekenkamer. Binnen het duale stelsel kan hiervoor immers geen personeel uit de eigen organisatie worden gerekruteerd. Het is gewoon een kwestie van bestuurlijke zorgvuldigheid om als raad waar nodig een second opinion te kunnen vragen. Democratische kwaliteit van bestuur krijg je niet om niet, dus zal je hiervoor ruimte moeten maken in de begroting. Het feit dat facilitering van wijk en dorpsraden een van de meerderheidspeerpunten is zegt ons dat we hier niet alleen in staan. Aan punt 1.7 betreffende een permanente overlegstructuur voor elke wijk of kern moet dan ook een effectdoelstelling worden verbonden. Wat betreft het thema van de SOLIDARITEIT het volgende: Wij willen niet voor de gemakkelijke weg kiezen die door het kabinet bewandeld wordt en die in feite het graaien in de grote pot van de benedenmodale bevolkingsector betreft waardoor het voor veel mensen te krap wordt in de huishoudbeurs. Dit vraagt dus om Solidariteit op lokaal, maar ook op globaal niveau. Verslaafden en daklozenzorg mogen volgens de VVD niet hier plaatsvinden omdat het een aanzuigende werking zou hebben. GroenLinks wil juist investeren in geld en ruimte voor deze problematiek. Niet om VVD’ers van overlast te vrijwaren, maar om mensen te helpen die in de knoei zitten. Zo simpel ligt dat nu eenmaal, en wij zijn blij dat de meerderheid hier ook zo over lijkt te denken. Mogelijke oplossingen voor de problemen van allochtone inwijkelingen behoren stevig post te vatten in de begroting. Wij vinden dat integratie en emancipatie niet alleen een zaak voor de doelgroep is, want voor wie uit nood geboren een veilig plekje zoekt moet ruimte gevonden worden en dat vergt financiële inspanningen van vooral ook onze kant. Uit deze problematiek blijkt dat de derde wereld niet ver van ons bed, maar juist op onze stoep ligt.
Dat we daarbij ook nog eens de derde haven van Nederland zijn, zouden we eer aan kunnen doen door er in ieder geval voor te zorgen dat het Varenscentrum kan doorgaan met haar belangrijke werk voor zeevarenden die vaak uit derde wereldlanden komen, en hier éven een voor hen betaalbaar Thuis, ver weg van huis kunnen vinden. De gemeente heeft een voorbeeldfunctie, ook als het om internationale betrokkenheid gaat. Wij vinden daarom dat de gemeente zich moet oriënteren op de mogelijkheden van het inkopen van Eerlijke handelsproducten ten behoeve van de kleine producent in de Derde Wereld. Zeker in een situatie van krappe beurzen zijn thema’s als sport, cultuur en welzijn aantrekkelijke bronnen van bezuiniging. GroenLinks beschouwt deze thema’s van onmisbaar belang, als het erom gaat aan een positieve samenleving vorm te geven. Wij willen er daarbij graag op wijzen dat deze gemeente uit een veelheid van kernen bestaat die op dat gebied allemaal gerechtvaardigde behoeftes hebben. Al die “zachte sectoren” hebben dus “harde” middelen nodig. Maar ik ben ook zeg maar een binnenstadsraadslid en vind dat projecten als de 3 kunstassen en de Groene Kerk in de binnenstad volgens afspraak moet worden afgerond, temeer omdat de gelden hiervoor naar mijn beste weten al zijn geoormerkt. Uiteraard zijn er ook in de overige kernen dergelijke lopende projecten, en mogen die niet geruisloos worden afgevoerd. Met betrekking tot DUURZAAMHEID: Tenzij we de rol van het bulldozertje Scoop willen gaan spelen in een gemeentelijke aflevering van Bob de Bouwer, lijkt het ons handiger de problemen niet voor ons uit te gaan schuiven tot we écht niet verder meer kunnen. Wat we vandaag in het milieu investeren, hoeven we morgen niet te gaan repareren en zal dus overmorgen onze kindskinderen niet tot last zijn. Dat is de crux van het begrip Duurzaamheid en naar ik dacht ook Rentmeesterschap. Met betrekking tot de in de speerpunten bevestigde Groene paragraaf van het opnieuw op te starten ROM-project vragen wij:
Gaan we hier echt op investeren of blijven we doorgaan alles te offeren op het altaar van Professor Allaert’s vaart der volkeren ? Misschien is enige onthaasting een beter idee als we het ook nog gezond willen houden. Wij willen daarom graag eerst de groene paragraaf van het 1e ROMproject uitgevoerd zien, alvorens opnieuw in de versnelling te gaan met voor ons vaak twijfelachtige ontwikkelingen. Wij willen investeren in een duurzaam economisch beleid en dat betekent voor GroenLinks; het aantrekken van arbeidsintensieve schone bedrijvigheid en het ruimtelijk combineren van verschillende bedrijfssectoren in een industrieel ecosysteem. Zo’n beleid is innovatief en mogelijk heeft het rijk ook hiervoor een potje staan om uit te putten. Dit kan naadloos passen in een Zeeland van rust en ruimte en een Kanaalzone waar wonen en werken gescheiden zijn, zoals bedoeld in het ROM-project. Daarbij is bijvoorbeeld enerzijds de situering van een Zuid-Chemie of een Cerestar pal tegen Sas, of de Hydro-Agri bij Sluiskil de erfenis van een 19e eeuwse opvatting over de combinatie van wonen en werken. Anderzijds passen de vestiging van een Nedalco bij Cerestar en de kassen bij Hydro-Agri tot op zekere hoogte binnen het concept van een industrieel ecosysteem. We moeten als raad een fundamentele discussie over de ruimtelijke ordening van dergelijke bedrijven dus niet uit de weg gaan. Maar voorop moet staan dat verplaatsing, uitbreiding of verandering van bestaande situaties nimmer mogen leiden tot milieuverslechtering. Het was overigens in de Commissie Omgeving aan de wethouders niet te merken dat men iets had meegekregen van de rijkssubsidies voor duurzaam energie- en bouwbeleid, zoals die werden aangegeven bij de presentatie van NOVEM. Men had dan ook kunnen vernemen dat dit alles ook niet zoveel keus toelaat, gezien de komende verplichtingen vanwege de milieuconferentie in Kyoto.
Wij willen in dat verband óók pleiten voor het nadrukkelijker in beeld brengen van het Milieu Educatie Centrum dat nu amper te vinden is. Er moet hiervoor een betere plek en ook een potje te vinden zijn. Tenslotte vinden wij, Mijnheer Van Waes, Mijnheer Noët, dat als het Rijk en Zeeland Seaports ons een bos en natuurgebied in de Braakman cadeau willen doen, we dat gegeven paard maar niet teveel in de bek moeten kijken. De burger profiteert hiervan, onze gemeente wordt er aantrekkelijker door, het incasseren op dit kapitaal komt dan vanzelf zou ik zo zeggen. “Alles van waarde is weerloos” schreef Lucebert op een muur in de Amsterdamse Nieuwmarktbuurt. De balans die we zoeken, heeft veel te maken met wat weerloos is, de zachte sector zoals dat heet in bestuursland, waarvan de natuur, het milieu, de cultuur en de sociale dimensie die dit alles heeft, vaak als eerste geofferd wordt op het voornoemde altaar van de vaart der volkeren. Dat is heel vreemd omdat de coalitiepartijen allemaal beweren vanuit hun politieke filosofie hier juist aandacht voor te hebben. Men stelt terecht dat geld eerst verdiend moet worden, alvorens het te kunnen uitgeven. Laat daarom de sector die hard genoeg is om te verdienen wat er nodig is vooral doen waar ze goed in is. Daar hebben ze ons gemeentegeld niet voor nodig. Laat ons als gemeente vooral investeren in de zachte sector, die wat ons betreft juist goed kan zijn in de sociale, culturele en ecologische kwaliteiten van ons bestaan. Onze amendementen en voorstellen zullen de onbalans vooralsnog niet uit de begroting kunnen poetsen, daar is meer voor nodig, maar een lange reis begint met een eerste voetstap. Wij hopen en verwachten dan ook bij de volgende begrotingscyclus in 2004 ook in duaal opzicht aanmerkelijk beter ons evenwicht te kunnen bewaren.