Memorandum Elia Gewestelijke verkiezingen 2009 Vlaams Gewest Elia is de beheerder van het Belgische transmissienet voor elektriciteit. De onderneming staat in voor de transmissie van elektriciteit op efficiënte, betrouwbare en veilige wijze van de producenten naar de distributienetbeheerders en industriële grootverbruikers. Zij zorgt eveneens voor in- en uitvoer van elektrische energie vanuit en naar de buurlanden. Elia bezit het volledige Belgische net op zeer hoge spanning (150 tot 380kV) en ongeveer (eigendom en gebruiksrechten) 94% van het Belgische net onder een spanning van 30 tot 70kV. Het Elia-net bestaat uit 5.641 kilometer luchtlijnen en 2.765 kilometer ondergrondse verbindingen en is een onmisbare schakel tussen de Zuid- en de Noord-Europese elektriciteitsmarkten. Door recente investeringen in de interconnectiecapaciteit met de buurlanden is België een van de meest open voor import van elektriciteit en geïnterconnecteerde landen in Europa geworden.
De opdracht van Elia en de uitdagingen waarmee Elia wordt geconfronteerd .....2 De behoeften van Elia om zijn opdrachten te volbrengen................................2 1.
Regulatoir kader voor de ontwikkeling en het beheer van de netten...........3 1.1. Ontwikkeling van de elektriciteitsnetten (planificatie) ........................3 1.2. Beheer van de netten en van het elektrische systeem .......................5
2. Procedures voor het verkrijgen van vergunningen voor nieuwe netinfrastructuren ....................................................................................6 3. Coherente verdeling van de bevoegdheden inzake regulering van de netbeheerders .........................................................................................8
1/11
De opdracht van Elia en de uitdagingen waarmee Elia wordt geconfronteerd Elia moet instaan voor de continuïteit van de elektriciteitsbevoorrading – vervult dus een nutsopdracht - voor de bedrijven en voor de gemeenschap, en dit tegen de laagst mogelijke kostprijs voor de verbruiker. De elektriciteitswet en de gewestelijke decreten betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt hebben aan Elia, als beheerder van de elektriciteitsnetten van 380.000 tot 30.000 volts (380 tot 30 kilovolts of kV) in België, twee essentiële opdrachten toevertrouwd: het onderhoud van deze netten en de realisatie van de investeringen die nodig zijn voor de ontwikkeling ervan; de exploitatie van deze netten, met inbegrip van de monitoring van de elektriciteitsstromen en de organisatie van de diensten die onmisbaar zijn voor de goede werking ervan. Elia heeft zich vanaf zijn oprichting ook enorm ingezet voor de opdracht van marktfacilitator. Elia heeft hiervoor instrumenten ontwikkeld die de werking van de elektriciteitsmarkt aanmoedigen. Deze is inmiddels opengesteld voor de concurrentie, en Elia heeft in dit verband ruimschoots bijgedragen tot de oprichting van "regionale" elektriciteitsmarkten1 binnen Europa, als tussenstap naar een op Europees niveau geïntegreerde elektriciteitsmarkt. Deze ontwikkelingen dragen bij tot de aanmoediging van de elektriciteitsmarkten, de bevordering van een concurrentiële markt en het behoud van de bevoorradingszekerheid inzake elektriciteit in het belang van alle Belgische verbruikers. Elia draagt actief bij tot de verwezenlijking van de overheidsdoelstellingen (bijvoorbeeld inzake hernieuwbare energie) en vervult bepaalde bijkomende opdrachten (zoals de aankoop van groenestroomcertificaten) in het kader van zijn missie van algemeen belang. Deze doelstellingen situeren zich op het Europese, het nationale en het gewestelijke niveau. Omwille van de actieradius van zijn activiteit (nagenoeg alle netten van 380 tot 30 kV in België en de grensoverschrijdende interconnecties) draagt Elia bij tot de realisatie van deze verschillende doelstellingen. Het beheer van het Elia-net wordt geconfronteerd met een reeks belangrijke ontwikkelingen die het gevolg zijn van de Europese integratie en van de evolutie van de energiemix, zoals: de wil om in Europa het gebruik van hernieuwbare energie te ontwikkelen. Als gevolg van de goedkeuring van het Europese Klimaat- en Energieplan wordt de Belgische staat en zijn drie Gewesten verzocht om ze in hun energiebeleid maatregelen op te nemen die tot doel hebben te garanderen dat tegen 2020 13 % van de geproduceerde energie uit hernieuwbare energiebronnen wordt gehaald. Dit impliceert bijgevolg dat aangepaste netinfrastructuur wordt opgezet voor de integratie van deze nieuwe productiebronnen, waarvan een belangrijk gedeelte gedecentraliseerde productie, naast intermitterende (niet-continue) productiemiddelen. -
de noodzaak om "intelligente netten" uit te werken en te beheren die zeer variabele elektriciteitsstromen kunnen vervoeren, die ontstaan door zeer snelle reacties van productiemiddelen en verbruikers op prijssignalen, op het intermitterende karakter van bepaalde hernieuwbare productiemiddelen en op een beter beheer van het verbruik.
De behoeften van Elia om zijn opdrachten te volbrengen Om zijn nutsopdracht – m.n. de continuïteit van elektriciteitsbevoorrading voor de bedrijven en gemeenschap – te vervullen tegen de laagste prijs voor de verbruiker en om de veiligheid van de netten in deze omstandigheden te waarborgen, vraagt Elia dat tijdens de legislatuur 2009-2014 op gewestelijk niveau prioritair de volgende doelstellingen in aanmerking zouden worden genomen: 1. Uitwerking van een adequaat regulatoir kader voor de ontwikkeling en het beheer van de netten 2. Vereenvoudiging of hervorming van de procedures voor het verkrijgen van vergunningen voor nieuwe netinfrastructuren 3. Behoud van een coherente verdeling van de bevoegdheden op het gebied van de regulering van de netbeheerders.
1
Europa werd in de context van elektriciteitsvoorziening verdeeld in zeven regio's of markten, op basis van hun gezamenlijke interacties. België bevindt zich samen met Frankrijk, Nederland, Duitsland en Luxemburg in de Centraal-West-Europese regio.
2/11
1. Regulatoir kader voor de ontwikkeling en het beheer van de netten 1.1. Ontwikkeling van de elektriciteitsnetten (planificatie) Historisch gezien werden de elektriciteitsnetten ontworpen om de elektriciteit die in centrales met een steeds groter vermogen wordt geproduceerd, te vervoeren en te verdelen naar grote verbruikscentra. Deze situatie is sindsdien sterk geëvolueerd: •
Steunmaatregelen en doelstellingen voor hernieuwbare energieproductie en warmtekrachtkoppeling en de integratie van decentrale productie. Elia wordt, net als andere netbeheerders, geconfronteerd met een groeiende vraag naar rechtstreekse of onrechtstreekse (via het distributienet) aansluitingen van hernieuwbare productie-installaties (wind, PV, biomassa,…) en warmtekrachtkoppelinginstallaties in gebieden waar het net historisch niet ontworpen werd om ze veilig te kunnen aansluiten. In het Vlaams Gewest vertaalt deze evolutie zich vooral in een toenemende vraag naar aansluitingen voor nieuwe eenheden voor warmtekrachtkoppeling en productie op basis van hernieuwbare energie.
•
Ontwikkeling van grote offshore windmolenparken. Elia is een drijvende kracht in de ontwikkeling van de netten die nodig zijn voor de integratie van de grote offshore windmolenparken. Om deze energieproductie te integreren moet Elia het net over land in het Vlaams Gewest versterken.
•
De opkomst van de intelligente netten Ook de omvorming van de bestaande netten naar echte “smart grids” is een gradueel proces dat aanzienlijke financiële en personeelsmiddelen zal vragen.
Elia is daarom voorstander van een proactief investeringsbeleid, in overleg met de bevoegde autoriteiten en de distributienetbeheerders, dat de netcapaciteit verhoogt in de gebieden waar een significante ontwikkeling van nieuwe productiemiddelen te verwachten is. Hierbij moet rekening worden gehouden met het feit dat een uitbreiding van het hoogspanningsnet niet overal tegelijkertijd kan gebeuren omwille van technische, milieu en financiële redenen. Bovendien vraagt de bouw van netinfrastructuur ook dikwijls meer tijd dan de bouw van een installatie voor elektriciteitsproductie. Om decentrale productie met succes te kunnen integreren, moeten zowel overheden, regulatoren, eindverbruikers, operatoren van de sector als netbeheerders in overleg de gepaste maatregelen treffen of verduidelijken, op federaal en regionaal niveau. De aansluiting van een nieuwe productie-installatie en de aanpassing van de transmissie en distributienetten moeten op een gecoördineerde manier gebeuren. Bijzondere aandacht dient te worden besteed aan de financieringsmiddelen en de tariefdragers, op basis waarvan de facturatie gebeurt om het evenwichtige en nietdiscriminerende karakter van de transmissie- en distributietarieven te bewaken. Een toenemend aantal decentrale productie-installaties leidt immers enerzijds tot netinvesteringen die niet gerelateerd zijn aan een verhoging van het verbruik of een verbetering van de netveiligheid, maar anderzijds tot een dalend volume afgenomen energie vanuit de netten (in het bijzonder het transmissienet), dat het niveau van de tarieven (in vermogen en energie) bepaalt.
3/11
In het kader van het gewestelijke beleid vraagt Elia: 1.
Een overlegproces tussen de gewestelijke overheden en de netbeheerders op te zetten om een gemeenschappelijke visie te ontwikkelen over de uitbouwmogelijkheden van decentrale productie-installaties per geografische zone op het grondgebied van het Gewest en de daaruit volgende netontwikkelingen.
2.
De risico’s in aanmerking te nemen die de consumenten en de netbeheerders lopen op het gebied van de investeringen in netinfrastructuur, indien aangekondigde projecten (productie of verbruik) niet worden geconcretiseerd (“stranded costs”).
3.
Waar nodig, dat de gewestelijke overheden prioritaire zones identificeren voor de integratie van nieuwe productie-installaties, met het oog op een harmonieuze ontwikkeling van de netten.
4.
De huidige onzekerheden bij de omvorming van de netten naar “smart grids” uit de weg te ruimen, onder meer door het aanpassen en/of verduidelijken van het regelgevend kader en de nagestreefde objectieven.
5.
In de steunmaatregelen voor hernieuwbare energie en WKK, de verdere ontwikkeling van het net op te nemen. Elia pleit er ook voor dat de steunmaatregelen zo zijn opgebouwd dat een producent wordt aangemoedigd om zijn aansluiting te kiezen op basis van de beschikbare capaciteit van de netten ten bate van het algemeen belang.
6.
Coherentie van de maatregelen en regels op het regionale en federale niveau.
4/11
1.2. Beheer van de netten en van het elektrische systeem Voor een veilige exploitatie van het net is het essentieel dat alle productie-installaties die erop worden aangesloten, in alle omstandigheden en meer bepaald na een incident op de juiste manier reageren. De decentrale productie-installaties vormen geen uitzondering op die regel. Gezien het toenemende aantal van deze productieinstallaties moet bijzondere aandacht worden besteed aan hun aansluitingsvoorwaarden. Bovendien bevat de wetgeving momenteel een aantal niet zo transparante en soms incompatibele regels voor de aankoop van groenestroomcertificaten, het belangrijkste steunmechanisme voor hernieuwbare energie en warmtekrachtkoppeling, die Elia moet toepassen. Een harmonisering van de regels dringt zich op zodat deze productiemiddelen op de meest efficiënte manier worden aangemoedigd. Elia vraagt daarom aan de overheden: 1.
Een aanpassing van de aansluitingsvoorwaarden van de decentrale productie-installaties in de verschillende technische reglementen en contracten om efficiënt bij te dragen aan de veiligheid van de netexploitatie.
2.
Een harmonisering van de steunmechanismen op de federale en gewestelijke niveaus (bijv. regels voor de aankoop van groenestroomcertificaten), die de efficiëntie kan bevorderen, onder meer door een verhoogde liquiditeit.
5/11
2. Procedures voor het verkrijgen van vergunningen voor nieuwe netinfrastructuren Een vergelijkende studie op Europees niveau heeft aangetoond dat de vereiste termijn voor de aanleg van nieuwe bovengrondse elektriciteitslijnen kan variëren van 5 tot 15 jaar, afhankelijk van het land en de diverse regio's, en dit vooral door de lange vergunningsprocedures. Gezien de nieuwe uitdagingen die Elia wil aangaan in het kader van het energiebeleid, gekoppeld aan het klimaatbeleid, heeft de Europese Commissie herhaaldelijk benadrukt dat deze termijnen een belangrijk obstakel vormen voor de verwezenlijking van haar ambities. Het Klimaat- en Energieplan van de Europese Commissie wijst de Lidstaten op hun verantwoordelijkheid om maatregelen te nemen om de elektriciteitsnetten te ontwikkelen, de vergunningsprocedures te versnellen en de goedkeuring van de netinfrastructuur en de administratieve en procedures op het vlak van ruimtelijke ordening te coördineren. De bouw van nieuwe infrastructuren voor het elektriciteitsnet stuit vooral op problemen inzake: • lange duur van de vergunningsprocedures, • complexiteit en gebrek aan coördinatie van de verschillende procedures, • onvoorspelbaarheid en juridische onzekerheid van sommige procedures. De problemen rond de uitvoering van infrastructuurprojecten voor het elektriciteitsnet hebben negatieve effecten voor: a) de economische ontwikkeling van het Gewest. De soms zeer lange procedures voor vergunningen en de vertragingen om de noodzakelijke aanpassingen aan het elektriciteitsnet uit te voeren remmen de ontwikkeling van de activiteiten en de nieuwe industriële initiatieven. In het algemeen wordt een discrepantie vastgesteld tussen de planning van de industrie (maximaal 3 jaar) en de soms zeer lange termijnen (meer dan 5 jaar) om alle vereiste vergunningen te verkrijgen voor geplande werken aan het elektriciteitsnet; b) de bevoorradingszekerheid inzake elektriciteit. Terwijl de bouw van nieuwe gecentraliseerde productie-eenheden wordt gepland, worden de vergunningen voor de centrales afgeleverd, maar blijven deze voor de aansluiting op het net hangende. Datzelfde geldt voor de grensoverschrijdende interconnecties: hier loopt de bouw vertraging op omdat de nodige vergunningen op zich laten wachten, terwijl deze infrastructuren nodig zijn om de bevoorradingszekerheid inzake elektriciteit te handhaven; c) de aansluiting van de productie-installaties op basis van hernieuwbare energiebronnen. De integratie van dit productietype, vooral de gedecentraliseerde productie, eist meer bepaald een versterking van het Elia-net. De uitvoering van dergelijke versterkingen is pas mogelijk nadat de hiervoor noodzakelijke vergunningen verkregen zijn. Elia meent dat een meer geïntegreerde procedure ertoe kan leiden dat de bevolking een betere informatie over, en een beter inzicht in de elektriciteitstransmissieprojecten krijgt, wat meestal uitmondt in een vlottere aanvaarding van deze projecten. Om de integratie van nieuwe infrastructuren voor het elektriciteitsnet te vergemakkelijken, met respect voor de verwachtingen van de burgers, vraagt Elia een vereenvoudiging of een hervorming van de procedures om vergunningen te
6/11
verkrijgen. Deze vragen passen in dezelfde context als de vragen die de beheerder van het gastransportnet formuleert. Ze zijn meer bepaald gericht op: 1. Beperking van de globale termijn voor het verkrijgen van alle vergunningen die noodzakelijk zijn voor de realisatie van een project voor de aanleg van een elektrische verbinding. De termijn zou voor de meeste projecten niet langer dan 1 jaar, en voor de grote projecten niet langer dan 3 jaar mogen zijn. De beperking van deze termijnen zijn van fundamenteel belang om het net te kunnen aanpassen aan de vragen van de industrie (elektriciteitsverbruikers en -producenten) en om de netbeheerder in staat te stellen zijn opdracht op het gebied van het beheer, onderhoud en de ontwikkeling van het net uit te voeren. 2. Beperking van de duur van elke stap in het proces voor het afleveren van vergunningen, en opleggen van dwingende termijnen. De naleving van de termijnen is essentieel om de planning van de investeringen, die opgenomen worden in de verschillende investeringsplannen ingediend op gewestelijk of federaal niveau, in acht te kunnen nemen. 3. Coördinatie van de verschillende procedures om de termijnen voor het verkrijgen van vergunningen te verkorten, meer bepaald door: • een sterke integratie tussen alle afzonderlijke procedures (RUP, plan-MER en project-MER); • de oprichting van één loket op gewestelijk niveau, bevoegd voor de ontvangst van de verschillende dossiers voor het aanvragen van vergunningen, met name van "openbaar nut", om de informatie over alle lopende procedures voor eenzelfde project te bundelen. Dit loket zou na overleg met de federale besturen bovendien alle informatie verzamelen over de verschillende vergunningen en licenties die bij de federale staat moeten worden verkregen; • de oprichting, op gewestelijk niveau, van een administratief platform "lineaire infrastructuren" met een transversale visie op het vlak van milieu, stedenbouw en energie, dat de netbeheerders kan helpen bij het oriënteren, coördineren en controleren van alle vergunningsprocedures voor de elektriciteitsinfrastructuren. 4. Versoepeling van sommige bestaande regels en wetgevingen voor een vlottere aflevering van vergunningen voor infrastructuren van het elektriciteitsnet. Meer bepaald: • opstelling van een lijst van "werken van bescheiden belang" voor installaties van de elektriciteitsnetten; • toelating voor de aanleg van elektriciteitsverbindingen in domeinen die door anderen worden beheerd (bijvoorbeeld op het domein van de autosnelwegen); • precisering van de modaliteiten voor een eventueel onteigeningsrecht. 5. Garanties voor grotere rechtszekerheid voor afgeleverde vergunningen, door: • precisering van de beoordelingscriteria voor objectivering van de opmerkingen die worden geformuleerd tijdens de verschillende volksraadplegingen; • systematische motivering van alle vergunningen die voor transmissie-installaties worden afgeleverd, op basis van het "openbaar nut" van die installaties; • mogelijkheid om bepaalde vergunningen die bijzonder belangrijk zijn voor de bevoorradingszekerheid, voor de veiligheid van het net, of voor het Energie- en Klimaatbeleid van de Europese Unie, te laten ratificeren door het gewestelijke parlement.
7/11
3. Coherente verdeling van de bevoegdheden inzake regulering van de netbeheerders Elia pleit voor de handhaving van een coherente bevoegdheidsverdeling tussen de federale en de gewestelijke overheden op het vlak van elektriciteit, waarbij rekening wordt gehouden met de structuur van de netten die Elia beheert, en met de noodzaak van een centraal beheer in het belang van alle verbruikers in België. Vandaag behoort het Elia-net gedeeltelijk tot de bevoegdheid van de federale overheid (voor alle tariefaspecten en voor de technische aspecten van de netten van 380 tot 150 kV) en gedeeltelijk tot die van de gewestelijke overheden (voor de technische aspecten van de netten van 70 tot 30 kV en voor de openbaredienstverplichting, opgelegd door de Gewesten). In het kader van deze bevoegdheidsverdeling werden (federaal en gewestelijk) verschillende technische reglementen uitgewerkt, die respectievelijk gelden voor verschillende delen van netten die Elia beheert. Deze verschillende reglementen steunen op gemeenschappelijke concepten. Dankzij deze benadering konden coherente contracten en technische procedures worden ingevoerd in één tarifaire context, aangezien deze uitsluitend tot de federale bevoegdheid behoort. Elia is geen vragende partij wat de wijziging van deze context betreft, omdat: 1. De netten voor 30 tot 70 kV een specifieke structuur hebben, en de gewestgrenzen op geen enkele manier een technische, budgettaire of tariefgrens vormen voor het beheer van deze netten. In die zin staat Elia positief tegenover het initiatief van de Vlaamse Regering om in de wetgeving het concept van "plaatselijk vervoernet" in te voeren. 2. Het nodig is om gemeenschappelijke tariefstructuren en contracten te handhaven voor alle gebruikers van de Elia-netten, en wel in het belang van deze gebruikers: deze beschikken immers vaak over verschillende verbruiksplaatsen in verschillende gewesten, of deze zijn aangesloten op verschillende spanningsniveaus; 3. Het nodig is om over regels te beschikken die globaal genomen coherent zijn met het oog op de toewijzing van de beheerskosten van alle netten die Elia beheert.
***
8/11
Bijlage: Initiatieven van Elia in het Vlaams Gewest met het oog op een verhoging van de vervoerscapaciteit De verbetering en de uitbreiding van het net, met inbegrip van de interconnecties, vormen een wettelijke opdracht die krachtens de wet van 29 april betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt wordt opgelegd aan de transmissienetbeheerder. De kwaliteit van de dienstverlening aan de gebruikers van het net zoals het er in de toekomst zal uitzien, is nauw verbonden met de ontwikkelingen die vandaag worden gepland. In deze context moet Elia anticiperen op de marktontwikkelingen en op de verwachtingen van zijn spelers. Elia plant in de komende jaren een reeks belangrijke investeringen die noodzakelijk zijn zodat het de groei van de industrie, de bouw van grote productie-eenheden op verschillende plaatsen in het land, evenals de integratie van elektriciteitsproductie op basis van hernieuwbare energiebronnen in aanmerking zal kunnen nemen. Om deze investeringen op het gepaste tijdstip te kunnen realiseren, moet Elia kunnen rekenen op snelle en doeltreffende procedures voor het verkrijgen van de vergunningen (cf. deel 2 van dit Memorandum), alsook op financiële middelen in overeenstemming met de risicogerelateerde verwachtingen van de kapitaalsmarkten. Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest zijn tot 2014 ongeveer 200 verbindings- of postwerken geprogrammeerd. BRABO – de haven van Antwerpen Elia versterkt de elektrische verbindingen op de Rechter- en de Linkeroever van de haven van Antwerpen. De versterking is noodzakelijk voor de ontwikkeling van de activiteiten in de haven. Door de sterke ontwikkeling van de afgelopen decennia is de hoogspanningsinfrastructuur in de haven immers grotendeels verzadigd, wat een belangrijke hinderpaal is voor nieuwe investeringen en dus voor de economische ontwikkeling van de hele regio en het land. De versterking omvat in de eerste fase de bouw van een nieuwe elektrische luchtlijn op 380kV van het hoogspanningsstation Zandvliet naar dat van Lillo. In een tweede fase volgt de bouw van een nieuwe luchtlijn van Lillo naar het hoogspanningsstation Kallo. Deze nieuwe verbinding ligt hoofdzakelijk in industriegebied. Vervolgens brengt Elia de verbinding op 150kV tussen de hoogspanningsstations Kallo en Beveren ondergronds. En ten slotte wordt de verbinding op 150kV tussen de hoogspanningsstations Mercator en Kallo op 380kV gebracht. De versterking geeft niet alleen een belangrijke impuls aan het economische potentieel van de regio, maar verbetert ook de bevoorradingszekerheid op lange termijn. STEVIN – Windmolenparken en de haven van Zeebrugge De evoluties voor de kust van Zeebrugge en in de haven hebben ertoe geleid dat het huidige hoogspanningsnet in de regio stilaan verzadigd is. Enkele ultieme netversterkingen op het huidige 150kV-net worden uitgevoerd waarmee de eerste offshore windparken die reeds een concessie hebben verkregen, kunnen worden aangesloten. Een grotere versterking van het net met een upgrade naar 380 kV dringt zich op. Ter hoogte van Zeebrugge is een nieuw 380kV-hoogspanningsstation nodig waarop zowel de offshore windmolenparken kunnen worden aangesloten als de onderzeese
9/11
elektrische verbindingen met het buitenland. Bovendien zal dit hoogspanningsstation via transformatoren met het bestaande 150kV-netwerk worden verbonden. De verbinding met het huidige 380kV-net wordt verzekerd via een dubbele verbinding naar Zomergem, zoveel mogelijk gebundeld met bestaande hoogspanningslijnen. Hernieuwbare energie Voor de ontwikkeling van decentrale productie op basis van WKK en hernieuwbare energiebronnen werd met AGEM, de distributienetbeheerder van de gemeente Merksplas, en plaatselijke tuinbouwbedrijven een overeenkomst afgesloten voor de aansluiting van een cluster van tuinbouwbedrijven op het Elia net. In een eerste fase zal de aansluiting op 15 kV gebeuren, maar het kabeltype dat aangelegd zal worden, is voorzien om binnen één tot twee jaar over te schakelen op 70 kV. In de omgeving van Duffel, Kontich, en Mechelen voert Elia dringende netversterkingen in zijn hoogspanningstation Lier uit om het hoofd te bieden aan een massale aanvraag voor aansluiting van decentrale productie. Het grootste gedeelte wordt geleverd door WKK met gasmotoren bij de talrijke tuinbouwbedrijven. Verder is er in de omgeving ook de installatie van windenergie, fotovoltaïsche cellen, BioWKK’s,.... Nieuwe projecten met decentrale productie bevinden zich rond Hoogstraten en vooral ten noorden hiervan rond Meer. Er werden door Elia netversterkingen opgestart met de installatie van een kabelverbinding 150kV naar Rijkevorsel. Aansluiting van industriële verbruikers Elia is bezig met infrastructuurprojecten die nodig zijn om grote industriële projecten mogelijk te maken. BASF en Fluxys zijn voorbeelden van economische actoren waarvoor Elia investeringsprojecten uitvoert om hun elektrische voeding aan te passen of uit te breiden.
10/11
Voor meer informatie, gelieve contact te nemen met de dienst Public and Regulatory Affairs van Elia. PUBLIC AND REGULATORY AFFAIRS Pascale Fonck Manager Boulevard de l’Empereur 20 B-1000 Bruxelles Tel.: 02/546 72 23 Fax: 02/546 75 60 GSM: +32 478 65 27 09 E-mail:
[email protected] Julien Damilot Boulevard de l’Empereur 20 B-1000 Bruxelles Tel.: 02/546 73 31 Fax: 02/546 75 60 GSM: +32 472 92 73 82 E-mail:
[email protected]
Isabelle Gerkens Boulevard de l’Empereur 20 B-1000 Bruxelles Tel.: 02/546 74 28 Fax: 02/546 75 60 GSM: +32 479 97 88 14 E-mail:
[email protected]
Christian Kerremans Boulevard de l’Empereur 20 B-1000 Bruxelles Tel.: 02/546 78 01 Fax: 02/546 75 60 GSM: +32 473 95 68 07 E-mail:
[email protected]
Steven Mertens Keizerslaan 20 B-1000 Brussel Tel.: 02/546 73 65 Fax: 02/546 75 60 GSM: +32 486 71 70 49 E-mail:
[email protected]
11/11