MEMO Aan : College van B&W, Raadsleden Van : Marjan Dat/Inge Koster, afd. RMO Onderwerp : kostendekkendheid tarieven begraafplaats en vergelijking buurgemeentes Datum
: september 2013
De raad heeft in haar besluit van 6 juni 2013 met betrekking tot de aanleg van de nieuwe begraafplaats in Zevenbergen besloten in november nadere gegevens te willen zien over de exploitatie van de nieuwe begraafplaats. De raad heeft in een eerder stadium al aangegeven, dat het product Begraafplaatsen kostendekkend moet zijn. In 2012 was het gemiddelde 68%. Deze memo is de eerste aanzet om te komen tot het formuleren van uitgangspunten voor het al dan niet kostendekkend begraven in de gemeente Moerdijk. In deze memo staan nog geen bevindingen over de gevolgen voor de tarieven met betrekking tot nieuwe begraafplaats, wel wordt aandacht gevraagd voor een richtinggevende uitspraak. Daarnaast is deze memo van belang om – zoals nu wordt voorgesteld – de tarieven gehanteerd in de legesverordening van 2014 met een hoger percentage op te hogen dan uitsluitend de gebruikelijke indexering. Ook is het wenselijk nu al enige kleine verbeterslagen aan te brengen in de tarieventabel van de lijkbezorgingsrechten ten aanzien van algemene graven en kindergraven. Deze memo kent de volgende onderdelen; a) Resultaten onderzoek buurgemeenten b) Keuzes voor bereiken kostendekkendheid c) Vereenvoudiging tarieven (lange termijnvisie) Ad A) Resultaten Buurgemeenten De gegevens zijn uitgewerkt voor de gemeentes in de directe omgeving, te weten Drimmelen, EttenLeur, Oosterhout, Steenbergen, Bergen op Zoom en Rucphen. Geen enkele gemeente werkt kostendekkend. Bij vrijwel elke gemeente speelt het argument ‘kostendekkendheid’ met name in relatie tot de bijzondere begraafplaatsen. Zorgen worden uitgesproken over de sluiting van de kerken en wat dan? Kortom, precies de vragen en dilemma’s die ook binnen de gemeente Moerdijk spelen. Daarnaast is gekeken naar de gemeenten Breda en Roosendaal als naastliggende grote gemeenten, omdat de inwoners van Moerdijk met betrekking tot het cremeren vooralsnog op deze twee particuliere crematoria zijn georiënteerd. Voor Breda, Roosendaal en Oosterhout geldt, dat de van oorsprong gemeentelijke algemene begraafplaatsen inmiddels particulier worden geëxploiteerd. In Breda en Roosendaal zijn ‘gesloten’ of negatief draaiende begraafplaatsen niet mee gegaan naar de private partijen. In de bijlage worden per onderzochte gemeente de bijzonderheden vermeld. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de totaalkosten van een (echt)paar voor twee bijzettingen in een particulier graf, uitgaande van het grafrecht en onderhoudskosten voor 20 jaar, 2x het tarief van grafdelven en de eventuele verplichtingen voor het (niet) aanbrengen van een grafmonument. Deze tarieven zijn vergeleken met de huidige tarieven, die gehanteerd worden in de gemeente Moerdijk. De laatste kolom laat de mate van kostendekkendheid zien voor de betrokken beheerder, zover deze gegevens verstrekt zijn. Duidelijk wordt, dat de huidige tarieven van de gemeente Moerdijk nog niet zo negatief hoog zijn zoals sommigen denken. De tariefopbouw verschilt per gemeente. Sommige gemeentes heffen geen apart onderhoudstarief, maar voegen dit toe bij het grafrecht. Alle gemeentes hanteren gedifferentieerde tarieven voor kindergraven, maar niet elke gemeente kent een apart tarief voor kinderen tot 1 jaar. Er zijn aanmerkelijke verschillen in de tarieven voor urnengraven, navraag leert, dat de tarieven voor urnengraven niet altijd even bewust worden berekend. Alle begraafplaatsen geven algemene graven uit, maar van die faciliteit wordt vrijwel geen gebruik gemaakt. Om die reden blijft ook hier vergelijking achterwege. Wat opvalt, dat de keuze voor een algemeen graf voor 10 jaar bij sommige begraafplaatsen in verhouding aanmerkelijk duurder is dan een particulier graf voor 20 jaar.
1
Tabel 1, overzicht tarieven voor een particulier graf voor 2 personen
Overzicht 2013
Gemeentelijke exploitatie
Inwoners
Moerdijk
Ja
36.500 inw.
Particulier graf, 20 Verhouding tov jaar 2 personen gemeente Moerdijk € 2.772 -
Bergen op zoom Breda
Ja ja (tot 2014)
66.000 inw. 176.000 inw.
€ 2.282 € 2.057
- 18% - 26%
Breda Zuylen Drimmelen Etten-Leur
neen ja ja
176.000 inw. 26.500 inw. 42.700 inw.
€ 2.856 € 3.570 € 3.370
+ 3% + 29% + 22%
Oosterhout
Neen, sinds 2003 54.000 inw.
€ 1.950
- 30%
Roosendaal Rucphen Steenbergen
Neen, sinds 2007 77.200 inw. ja 22.320 inw. ja 23.000 inw.
€ 3.147 € 1.809 € 3.558
+ 14% - 34% + 28%
Jaarlijks tekort
€ 44.000 € 29.000 Lager dan 50% Geen € 47.836 € 22.000 € 25.000 (gemeentelijke subsidie) geen € 44.000 € 37.000
Zoals uit bovenstaande tabel 1 blijkt, is geen enkele gemeentelijke begraafplaats in deze omgeving kostendekkend te noemen. Daarnaast is bij een aantal gemeenten zelfs nog de vraag of de kosten niet nog hoger liggen, omdat soms het inzicht over de kosten die zijn overgebracht naar andere kostendragers zoals het grondbedrijf of de Algemene Dienst ontbreekt. B) Keuzes voor bereiken kostendekkendheid Begraven is altijd een dure aangelegenheid geweest, vandaar dat tot de bouw van de eerste crematoria, begraafplaatsen vrijwel uitsluitend door gemeentes werden geëxploiteerd. Alternatieven waren de kerkelijke begraafplaatsen, die werden en worden voor een groot gedeelte op basis van vrijwilligheid vanuit de leden van het kerkgenootschap beheerd. Ook werd in het verleden de grond voor begraafplaatsen in verhouding goedkoop ter beschikking gesteld. Al deze facetten zorgen ervoor, dat de exploitatie van kerkelijke begraafplaatsen relatief eenvoudig is. Commercieel geëxploiteerde begraafplaatsen zonder crematorium zijn tot op de dag van vandaag een uitzondering. De financiële discussie werd gestart nadat cremeren in Nederland officieel werd toegestaan. Overal verschenen de crematoria als paddestoelen uit de grond. Ook met name de grotere gemeentelijke begraafplaatsen lieten een crematorium bouwen. Zij konden door het aanbieden van het totaalproduct de kosten voor het begraven positief naar beneden beïnvloeden. De stichting van een crematorium is nog altijd lastig vanuit de benodigde RO-procedures, maar eenmaal aanwezig is het voor een marktpartij interessant om een gemeentelijk crematorium (liefst zonder begraafplaats) over te nemen. Dit is volop in de 80er en 90er jaren van de vorige eeuw gebeurd met de gemeentelijke begraafplaatsen waar eveneens een crematorium aanwezig is. Gemeentelijke begraafplaatsen zonder crematorium konden zich niet in de belangstelling van private partijen verheugen. Door de terugvallende inkomsten bij gemeentes worden bezuinigingen overal gezocht. Kostendekkend werken is eveneens een methode om te bezuinigen wanneer efficiencyslagen niet meer mogelijk zijn. Sommige gemeentes boeken de kapitaalslasten in één keer af vanuit de algemene reserve. Anderen brengen een groot gedeelte van de onderhoudskosten onder bij het openbare groen, omdat de begraafplaats een ‘park’ is. Ogenschijnlijk worden daarmee de kosten voor het product Begraafplaatsen verlaagd. Financieel worden de kosten via de OZB echter doorbelast aan alle inwoners, ook aan hen die geen gebruik maken van de faciliteiten van de begraafplaats. Het gevolg van deze overheveling van de kosten is, dat de tarieven voor de gebruikers van de begraafplaats kunstmatig laag zijn en ogenschijnlijk kostendekkend. Wanneer – zoals te verwachten is – het aantal bijzettingen toeneemt (door de vergrijzing, toename urnengraven), nemen de inkomsten ook toe. Winst is niet toegestaan, dus het tarief moet dan naar beneden worden bijgesteld. Uit financieel oogpunt voor de langere termijn is het raadzaam om nu een lager percentage voor kostendekkendheid te accepteren, zodat bij de toename van het gebruik alsnog alle kosten in rekening gebracht kunnen worden. Wanneer een gedeelte van die kosten zijn verplaatst, is dit niet 2
meer mogelijk. Daarnaast levert het op de juiste plaats verantwoorden van zowel de kosten als de baten een eerlijker onderlinge, gemeentelijke vergelijking op (alhoewel een tarief nog niets zegt over de aard en kwaliteit van de geleverde dienst). Voor het verhogen van het dekkingspercentage zijn er grofweg zes mogelijkheden: 1) kostenreductie doorvoeren door efficiency opvoeren of kwaliteit verlagen 2) verhogen van de tarieven 3) verhogen van het aantal bijzettingen 4) kapitaalslasten in één keer afboeken ten laste van de algemene reserve 5) onderhoudskosten ten laste brengen van de algemene dienst 6) gesloten (gedeelten van de) begraafplaatsen herbestemmen b1) kostenreductie doorvoeren door efficiency opvoeren of kwaliteit verlagen Er zijn geen grote verdienpunten in het maken van efficiencyslagen. De begraafplaatsen zijn zeer sober ingericht. Wel zou het nadere onderzoek nog tot verschuiving van de kosten kunnen leiden. Onderstaande tabel laat de huidige verdeling van kosten zien. De indruk bestaat, dat het team Beheer en onderhoud ´veel budget´ opslokt zonder afdoende motivatie. Maar door de oogharen gekeken, valt dit mee. De kosten van de gemeentewinkel zijn goed onderbouwd. Mogelijk dat in de toekomst gezien bij verregaande digitalisering van de systemen (digitaal agendabeheer begrafenisondernemers) en vereenvoudiging van de tarievenopbouw (onderhoud niet meer per jaar) enige efficiencywinst kan worden behaald, mede omdat aangenomen mag worden dat er geen problemen zijn te verwachten op de nieuwe begraafplaats. De kosten van belastingen en financiën zijn dermate beperkt, dat geen energie gestoken moet worden in een nadere onderbouwing. Tabel 2, overzicht verdeling personeelskosten Zevenbergen Grafrechten Grafbedekking Grafdelven Onderhoud Overig TOTAAL
totaal
Klundert Grafrechten Grafbedekking Grafdelven Onderhoud
totaal
Overig TOTAAL
4.473 1.283 5.726 357 11.359
9.623 2.762
gemeentewinkel 4.337 1.283 489 357 6.466
gemeentewinkel 9.338 2.762
Financiën 137
Belastingen 23
Beheer en onderhoud
247
43
4.947
384
67
4.947
Financiën 286
Belastingen 49
Beheer en onderhoud
17.179
1.052
514
89
15.563
29.564
13.152
800
138
15.563
B2) verhogen van tarieven Het verhogen van tarieven is uiteraard een legitiem middel, maar ervaring leert wel, dat de tarieven dan goed onderbouwd moeten zijn. Daarnaast kan een abrupte verhoging van de tarieven tot gevolg hebben dat er sprake is van afname van het uitvoeren van begravingen. De burger is minder streekgebonden dan vroeger. Wanneer dit middel wordt gebruikt is, is een stapsgewijze verhoging van 5 % boven het gebruikelijke indexpercentage ongeveer het uiterste om te voorkomen dat de calculerende burger een andere keuze gaat maken. Duidelijk is, dat de kapitaalslasten voor de voorbereiding Zevenbergen 2006 inmiddels zijn afgelost. Daardoor worden de lasten vanaf 2013 verminderd met zo’n € 10.000. De kostendekkendheid verbetert naar 71% ten opzichte van 68% in 2012. Wanneer elk jaar bovenop de index 5% wordt toegevoegd, ben je in 6 jaar op niveau op basis van de huidige begraafplaatsen. Het tarief komt daarbij uit ca € 3.660,-- en bevindt zich daarmee in de range van de omringende (niet kostenneutraal werkende) gemeentes Drimmelen (€ 3.570), Etten-Leur (€ 3.370) en Steenbergen (€ 3.558). Het voorstel om vanaf 2014 de tarieven extra te verhogen in de eerstkomende jaren kan zorgen voor een langzame gewenning aan hogere tarieven als gevolg van de nieuwe/uitgebreide begraafplaatsen. (In november zullen alle gevolgen van het amendement voor de exploitatie bekend zijn en ook de doorkijk vanaf 2018 kunnen worden gegeven.)
3
B3) verhogen van het aantal bijzettingen Nederland vergrijst en zoals al eerder in het haalbaarheidsonderzoek, behorend bij het raadsbesluit van 6 juni 2013 aangehaald, zal het sterftecijfer oplopen van het huidige 8,1 per 1000 inwoners naar 12 per 1000 inwoners in 2050 oftewel nu per jaar 296 overledenen naar 438 per jaar in 2050. Nu wordt slechts 12% van de bijzettingen bijgezet op de beide algemene begraafplaatsen, reëel is een stijging naar 20%, oftewel van 37 begravingen naar 87 begravingen/urnplaatsen. Daardoor zullen de inkomsten toenemen bij gelijkblijvende kosten, waardoor automatisch de kostendekkendheid zal groeien. Tegelijkertijd is de verwachte stijging van het aantal bijzettingen ook een goed argument om geen kosten over te hevelen naar andere kostendragers zoals de algemene dienst of naar het grondbedrijf. B4) kapitaalslasten afboeken ten laste van de algemene reserve Door het afboeken van de huidige kapitaallasten ten laste van de algemene reserve zou het jaarlijkse begrotingstekort van € 44.000 in één keer worden opgelost. Voor Klundert staat nog ruim € 31.500 op de begroting. De tarieven kunnen dan ongewijzigd blijven en behoren daarmee tot de laagste uit de regio. Natuurlijk dient een begraafplaats het algemene belang, waardoor gebruik van de algemene reserve verdedigbaar is. Tegelijkertijd worden de diensten in rekening gebracht bij de gebruikers, waardoor inkomsten worden gegenereerd. Dit verhoudt zich niet met het gebruik van de algemene reserve, waar juist geen geoormerkte inkomsten tegenover staan. Overigens zullen voor de huidige begraafplaatsen de kapitaalslasten in de loop der tijd afnemen. In 2026 en 2028 zijn de laatste kapitaalslasten afgeschreven, waardoor op basis van de huidige tarieven voor de bestaande begraafplaatsen automatisch over 14 jaar 100% kostendekkendheid zou worden bereikt. Door de realisatie van de nieuwe begraafplaats zullen de tarieven in zijn algemeenheid moeten stijgen. Zoals eerder aangegeven, geniet vanaf 2014 een langzame gewenning aan hogere tarieven de voorkeur. B5) onderhoudskosten ten laste brengen van de algemene dienst Het oude gedeelte van de begraafplaats ligt een beetje los van de begraafplaats en is gesloten. Het is mogelijk dit gedeelte formeel los te koppelen van de begraafplaats en toe te voegen aan het openbare groen. Daarmee zouden de onderhoudskosten ook niet meer ten laste komen van het product begraafplaatsen, maar ten laste van de algemene dienst oftewel het openbare groen. Het gaat slechts om een gering bedrag, ingeschat een € 500,--/€1.000,-- dus dat zet nauwelijks zoden aan de dijk. B6) gesloten (gedeelten van de) begraafplaatsen herbestemmen Op dit moment is het oude gedeelte van de begraafplaats in Zevenbergen reeds gesloten. Na het gereedkomen van de nieuwe begraafplaats en nadat de gereserveerde graven in gebruik zijn genomen, kan ook een formele sluiting van de algemene begraafplaats in Zevenbergen worden overwogen. Er is immers al besloten, dat de graven op korte termijn niet worden geruimd. Daarna kan de begraafplaats worden overgebracht naar het grondbedrijf voor een herontwikkeling. Immers, 50 jaar nadat een begraafplaats gesloten is verklaard, mag de begraafplaats worden opgeruimd en worden herbestemd. Overigens moet nog wel rekening worden gehouden met de afkoop van de eeuwigdurende rechten. Wanneer wordt besloten, dat de begraafplaats wordt overgeheveld, komen de onderhoudskosten (ca € 12.000) automatisch ook ten laste van het grondbedrijf. Tegelijkertijd moge duidelijk zijn er gedurende de eerste 50 jaar na sluiting geen ontwikkelingen mogelijk zijn, waardoor het grondbedrijf gedurende lange tijd onevenredig zwaar wordt belast. Samenvattend voor de zes mogelijkheden om tot een hoger percentage kostendekkendheid te komen, wordt voorgesteld de huidige tarieven vanaf 2014 boven op de gebruikelijke index (nu 3%) met 5% te verhogen. De tarieven zijn vanaf 2008 alleen met de toegestane index verhoogd, waardoor de huidige tekorten op de exploitatie niet zijn ingelopen. Op termijn zal de kostendekkendheid automatisch verbeteren door de toename van het aantal bijzettingen. Daarom wordt op voorhand niet voorgesteld (gedeelten van) kosten voor beheer en onderhoud van de begraafplaatsen over te hevelen naar de Algemene dienst of Grondbedrijf.
C) Vereenvoudiging tarieven (langere termijnvisie) Hoewel het vereenvoudigen van de tarieven nog nader uitgewerkt dient te worden en op meer tarieven van toepassing is dan nu wordt toegelicht, wordt wel voorgesteld vooruitlopend op het aanpassen van de totale opzet van de tarieven vast een begin te maken met het aanpassen van de tarieven voor kindergraven 1-12 jaar en < 1 jaar naar respectievelijk 50% en 25% van het tarief voor
4
volwassenen, het gelijktrekken van het grafdelf-tarief voor algemene en particuliere graven en het toevoegen van een onderhoudstarief voor een algemeen graf. Tarieven worden jaarlijks geïndexeerd. Maar het gevolg is, dat in de loop der jaren de tarieven, die van oorsprong een relatie met elkaar hadden uit elkaar groeien en er verschillen ontstaan, die moeilijk zijn uit te leggen. Het verdient aanbeveling om op korte termijn reeds te werken aan de verhouding graven voor volwassenen en kinderen en de algemene graven. C1) verhouding met kindergraven Kindgraven 1 - 12 jaar en < 1 jaar worden in bijna elke gemeente afgeleid van het tarief voor een volwassen particulier graf (hier: huurgraf) voor ca. 50 % en 25%. Ook in Moerdijk is deze piëteitsgedachte van oorsprong zo ingevuld, maar dan alleen voor de tarieven van begraven, niet voor het grafrecht en niet voor het onderhoud. Daarnaast verdwijnt deze oorspronkelijke gedachte door de indexering. Wanneer in de verordening wordt vastgesteld, dat de handeling voor de kindergraven resp. 100% en 50% zijn van het particuliere graf, dan hoeft alleen het particuliere graf te worden geïndexeerd en de rekenmodule doet de rest. Tegelijkertijd nemen kindergraven aanmerkelijk minder ruimte in beslag. Vanuit dit licht bezien is het logisch dat een kindergraf een afgeleide wordt van een heel graf. Dit geldt dan zowel voor de begraafrechten, het delven en het onderhouden van de begraafplaats. De tarieven worden daarmee ook transparant en rechtmatig. Daarnaast speelt er bij kindergraven nog een ander fenomeen. Particuliere graven werden oudsher bijna overal tweediep uitgegeven. Maar gelukkig gaan er tegenwoordig zelden meer kinderen uit één gezin dood, tenzij het een ongeval betreft. Dit betekent, dat bij de eerste bijzetting een relatief duur graf wordt gegraven en dat het bovenste graf nooit wordt gebruikt. Het altijd ééndiep uitgeven van kindergraven heeft ook nog als voordeel, dat deze graven ook in de buitenrand kunnen worden geplaatst, die minder wordt opgehoogd. Omdat het dan slechts om één grafruimte gaat in plaats van twee, zou de basis de helft van het standaardtarief moeten zijn en daar respectievelijk 50% en 25% van. Het lijkt ingewikkeld, maar wijst vanzelf. Nu is een grafrecht voor iedereen gelijk, namelijk € 573. Door de invoering van de 50 en 25% piëteitsgedachte dalen de tarieven voor kinderen naar € 286 en € 143. Maar wanneer slechts ééndiep wordt uitgegeven, wordt het de helft van € 573 en daarna respectievelijk 50% en 25% mee oftewel € 143 en € 72. Uiteraard gaan daarmee de opbrengsten naar beneden, maar tegelijkertijd is de negatieve financiële invloed door het geringe aantal begravingen gering. Tegelijkertijd levert het wel veel goodwill op. C2) algemene graven Traditioneel worden bij algemene graven geen grafrechten in rekening gebracht, waarschijnlijk met als achtergrond dat er geen vrije keuze is, er een vreemde persoon bij ligt, geen of een zeer beperkt monument mag worden aangebracht, een korte grafrust wordt gehanteerd en een graf niet verlengd mag worden. Onderhoud werd bij algemene graven traditioneel eveneens niet in rekening gebracht, maar er zijn inmiddels steeds meer gemeenten die dat wel doen. De bezoeker van een algemeen graf maakt ook gebruik van alle voorzieningen die de begraafplaats biedt. Dit is een beter te rechtvaardiger methode dan het duurder maken van het delven van een algemeen graf zoals hier ook het geval is. De kosten voor het delven van een graf verschillen niet voor een algemeen of particulier graf. Kostentechnisch zou dat op basis van de huidige tarieven het volgende betekenen: nu betaalt men voor een algemeen graf voor het begraven € 678 en dan zou het worden het begraven € 543 plus 10 jaar onderhoud € 278, bij elkaar € 821 worden. Dit betekent een verzwaring van de kosten voor een algemeen graf, maar op zich is dit een terechte aanpassing. Bovendien is het eenduidiger uit te leggen.
5
Bijlage: Gegevens kostendekkendheid buurgemeenten Bergen op Zoom (66.000 inwoners) Er is één algemene begraafplaats en 11 bijzondere begraafplaatsen (waaronder 1 Joodse, 1 Islamitische, 1 Brits/Canadese en een begraafplaats behorend bij een inrichting). Op de algemene begraafplaats vinden gemiddeld slechts 20 tot 25 bijzettingen per jaar plaats (nieuwe graven en reserveringen). Zes jaar geleden is besloten de subsidie van € 29.000 aan de bijzondere begraafplaatsen af te schaffen, omdat deze bijzondere begraafplaatsen volgens eigen zeggen niet kostendekkend waren. Het betrof enkele RK- en NH-begraafplaatsen, maar ook niet allemaal. Maar het valt nog niet mee deze opgelegde bezuiniging te halen. Daarnaast wordt door het geringer worden van het aantal bijzettingen op de algemene begraafplaats het verschil tussen kosten en baten ook steeds groter. Uitgangspunt is 100% kostendekkendheid, maar naast het bovenvermelde tekort van € 29.000 is niet bekend of alle beheerkosten worden doorberekend aan het product begraven. De raad heeft voor 2013 opdracht gegeven om te kijken naar het op afstand zetten van de begraafplaats. Het eindresultaat is bijna in roulatie. (Vertrouwelijk: Het ziet er niet naar uit, dat op afstand zetten lukt, gezien het tekort op de exploitatie. Ondernemers willen garantie over de bruidsschat met betrekking tot deze tekorten. Dit vermindert de lasten van de gemeente niet, terwijl de zeggenschap op termijn in gevaar komt.) Gemeente Breda (176.500 inwoners) Gemeente Breda heeft in een ver verleden het kleine algemene gedeelte op de begraafplaats Zuylen overgedaan aan de overkoepelende bijzondere begraafplaatsen, die zijn opgegaan in de huidige stichting. Op deze begraafplaats is ook een crematorium opgericht. Er zijn voorzover bekend geen verdere afspraken gemaakt. De voormalige gemeente Ginneken (na de samenvoeging opgenomen in Breda) had ook één algemene begraafplaats en twee rk begraafplaatsen in beheer. Deze hebben een kostendekkendheid van minder dan 50%. Dit is een bewust raadsbesluit geweest. Maar nu heeft de raad besloten ook deze begraafplaatsen alsnog naar buiten te plaatsen. Er wordt onderhandeld met één partij en dat zal leiden tot overgang naar deze partij. Deze ondernemer, die sinds kort ook de begraafplaats onderhoudt, eist wel, dat hij zelf de hoogte van de tarieven mag vaststellen, waarmee indirect de wens van de raad om lage tarieven te behouden overboord gaat. Uiteraard is ook getracht de stichting van Zuylen geïnteresseerd te krijgen, maar die waren niet geïnteresseerd gezien de jaarlijkse lasten. De verwachting is dat de Bredase burger op termijn ook duurder uit zal zijn, omdat wordt aangegeven dat de gemeente geen nadere voorwaarden of richtlijnen zal opstellen. Op de twee oudere RK begraafplaatsen vonden nauwelijks bijzettingen plaats en er werd nergens geruimd. De zeer betrouwbare verwachting is, dat na overname fors geruimd gaat worden door de nieuwe beheerder. In de overzichtslijst staan de huidige tarieven van 2013, maar in 2014 zijn deze drie begraafplaatsen niet meer in beheer bij Breda. De stichting Zuylen heeft de oorspronkelijke begraafplaats Zuylen overgenomen (de twee bijzondere en het kleine stukje algemeen) en vervolgens een crematorium opgericht. Ondanks de melding op de site zijn de tarieven niet terug te vinden, maar telefonisch worden de tarieven zonder terughoudendheid verstrekt. Hoewel Zuylen 11 ex- gemeentelijke begraafplaatsen beheert, hebben zij heel duidelijk geen belangstelling voor de laatste drie begraafplaatsen van Breda. Drimmelen (26.500 inwoners) Deze gemeente heeft 6 kernen. Elke kern heeft ‘een’ begraafplaats met uitzondering van de kern Drimmelen. Er zijn 7 bijzondere begraafplaatsen. Er is slechts één algemene begraafplaats namelijk in de kern Made. Daarnaast zijn twee oude algemene begraafplaatsen in Made ‘gesloten’ en terug gegeven aan het grondbedrijf voor de boekwaarde € 182.000. Ook het onderhoud daarvan vindt niet meer plaats ten laste van het product begraafplaatsen. Ondanks deze versluiering is de kostendekkendheid slechts 76% (verwacht tekort in 2013 € 47.836). Wel zijn in de lasten de kosten meegenomen van de uitbreiding van de begraafplaats en de ruiming op de beide ‘gesloten’ begraafplaatsen. Etten-Leur (42.700 inwoners) Uitgangspunt is 100% kostendekkendheid, maar die is nog niet bereikt. Daarom worden de tarieven elk jaar met een extra 2% verhoogd. (De begraafrechten moeten in 2013 € 6.000 meer opbrengen en in 2014 nog een keer €16.000). De gemeente kent 3 algemene begraafplaatsen. Op de begraafplaatsen aan de Stationsstraat en de Binnentuin kunnen alleen nog gereserveerde bijzettingen plaatsvinden. De kosten van onderhoud op deze twee begraafplaatsen drukken zo te zien niet op het 6
product Begraafplaatsen. Daarnaast kent Etten-Leur aan de Langstraat een RK en een protestante begraafplaats. Op de rk worden enkele tientallen mensen bijgezet, op de protestantse begraafplaats slechts mondjesmaat. Er zijn in Etten-Leur op jaarbasis 70 begravingen, waarvan ongeveer de helft nieuwe graven betreft. Er wordt veelvuldig gebruik gemaakt van de mogelijkheid om urnen bij te zetten. Gemeente Oosterhout (54.000 inwoners) De gemeente heeft drie kerkdorpen met bijzondere begraafplaatsen. De gemeente Oosterhout heeft in 2003 haar algemene begraafplaats ondergebracht bij de Stichting Begraafplaatsen Oosterhout. Deze stichting is niet toegankelijk via internet qua tarieven en statuten. Gebruikt zijn de tarieven van de jaarinventarisatie van Dela. Bij de stichting is een betrokkenheid met een plaatselijke ondernemer en Dela. De gemeente heeft in 2003 aangegeven subsidie te verstrekken (tot 2011) met de afspraak, dat door verhoging van tarieven 100% kostendekkendheid wordt bereikt. De tarieven zijn relatief laag (prijspeil 2012). Maar uiteindelijk heeft de gemeenteraad besloten de subsidiëring gewoon voort te zetten met € 23.000/jaar. Het contract wordt weer voor 10 jaar aangegaan en de gemeente vraagt ontheffing bij de provincie van de verplichting een algemene begraafplaats binnen de gemeente te exploiteren. Kortom, de gemeente heeft haar mogelijkheden tot regulering uit handen gegeven, maar het product begraven kost in ieder geval nog geld. Daarnaast komt er naar verwachting in 2014 een crematorium op het industrieterrein. De gemeente heeft wel toestemming gegeven voor de uitbreiding van de begraafplaats met 1,5 ha, maar toestemming geweigerd voor de bouw van een crematorium. Het crematorium is via een prijsvraag die de gemeente heeft uitgeschreven ‘gewonnen’ door Yarden in combinatie met De Bruin, een plaatselijke ondernemer. Het uitschrijven van een prijsvraag lijkt op betrokkenheid van de gemeente, misschien door het beschikbaar stellen van gemeentelijke grond op het industrieterrein tegen een lagere grondprijs. Gemeente Roosendaal (77.169 inwoners) Gemeente Roosendaal had vanouds 3 begraafplaatsen, twee algemene en één in beheer overgenomen RK begraafplaats. De nieuwste algemene begraafplaats is overgedaan naar de stichting Zoom en Zegestede. De andere twee zijn gesloten en niet meegegaan naar de stichting, die overigens meerdere begraafplaatsen onder haar beheer heeft. Deze oude, absoluut niet kostendekkende begraafplaatsen worden overigens wel door de gemeente onderhouden, maar vanuit de algemene middelen. Bij de door de stichting overgenomen begraafplaats is ook een crematorium gevestigd. De gemeente Roosendaal heeft geen begraafplaats meer in beheer, dus ook geen verordening. De tarievenlijst van Zoom en Zegestede is inzichtelijk en toegankelijk. Wat opvalt is het feit, dat naast begraven en grafrecht ook ´verplicht´ het plaatsen en onderhouden van grafmonument (bij algemene graven) en formaliteiten grafbedekking bij particuliere graven in rekening worden gebracht. Deze verplichte kosten zijn ook in het kostenoverzicht meegenomen. Rucphen (22.320 inwoners) Rucphen heeft 5 kernen. De kostendekkendheid van de begraafplaats ligt rond de 50%. Het jaarlijkse tekort ligt rond de € 44.000. In 2003-4 heeft de gemeente ook gekeken naar de kostendekkendheid. Ondanks het feit, dat de kostendekkendheid ver onder de norm lag, heeft de raad aangegeven dat dit zo moet blijven. Argumenten zijn betaalbaarheid en concurrentie met betrekking tot de bijzondere begraafplaatsen. Ambtelijke voorstellen om kosten over te brengen naar de Algemene dienst hebben het niet gehaald. Ook de onderhoudskosten van het nieuwe gedeelte bij de algemene begraafplaats, die nog niet in gebruik wordt genomen, worden gewoon doorberekend op de begraafplaats. Ook het voorstel voor fondsvorming ten aanzien van onderhoud heeft het bij de raad niet gehaald. Er wordt alleen geïndexeerd met het gebruikelijke %. De opbouw van de tarieven is ondoorzichtig. Zo is een bijzetting in een urnengraf duurder dan een bijzetting in een zandgraf. Dat komt omdat in dit tarief de kapitaalslasten van de urnenmuur zijn verwerkt. Er worden bijna geen urnen aangeboden, hetgeen niet vreemd is. Gemeente Steenbergen (23.000 inwoners) Er zijn twee algemene begraafplaatsen, namelijk in de kernen Dinteloord en Steenbergen. Een derde algemene begraafplaats in Steenbergen is nauwelijks nog in gebruik (3 bijzettingen in gereserveerde graven) en is om die reden uit de begroting gehaald. Het jaarlijks onderhoud groot € 12.000 wordt ten laste gebracht van de algemene dienst. Ogenschijnlijk lijken de tarieven in de begroting 7
kostendekkend, maar de jaarrekeningen laten een gemiddeld tekort zien van € 37.000. Met de overgehevelde € 12.000 zou dit een jaarlijks tekort van € 49.000 betekenen. Daarnaast zijn er 6 RK en 3 protestantse/NH begraafplaatsen.
8
GEMEENTE MOERDIJK TARIEVENTABEL concept-opbouw naar 100% kostendekkendheid huidige tarieven
toegevoegd
3% 5% indexering extra stijging tarief 2014
Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven, 1.1 a. voor een periode van 20 jaar € 573,00 € 17,19 b. voor verlenging van het recht met maximaal 10 jaar € 288,00 € 8,64 1.2. Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf voor een kind in de leeftijd van 1 jaar tot 12 jaren wordt geheven, a. voor een periode van 20 jaar 25% van het tarief van 1.1.a 25% van € 573,00 € 143,25 € 4,30 b. voor verlenging van het recht met maximaal 10 jaar 25% van het tarief van 1.1.b 25% van € 288,00 € 72,00 € 2,16 1.3 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf voor een kind in de leeftijd tot 1 jaar wordt geheven, a. voor een periode van 20 jaar 12,5% van het tarief van 1.1.a 12,5% van € 573 € 71,63 € 2,15 b. voor verlenging van het recht met maximaal 10 jaar 12,5% van het tarief van 1.1.b 12,5% van € 288 € 36,00 € 1,08 1.4 Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven, a. voor een periode van 20 jaar € 381,00 € 11,43 b. voor verlenging van het recht met maximaal 10 jaar € 191,00 € 5,73 Hoofdstuk 2 Begraven Voor het begraven van de stoffelijke resten van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven Voor het begraven van de stoffelijke resten van een kind van 1 jaar tot 12 jaren wordt geheven 50% van het tarief van 2.1. 2.2 Voor het begraven van de stoffelijke resten van een kind beneden één jaar wordt geheven 25% van het tarief van 2.1. 2.3 Voor het begraven buiten de gewone tijd zoals omschreven in artikel 6 van de Beheersverordening begraafplaatsen Gemeente Moerdijk 2005, worden de rechten bedoeld onder 2.1, 2.2, en 2.3 verhoogd met 100%. 2.4 Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen 2.1
Voor het bijzetten van een asbus of een urn in een urnengraf wordt geheven Voor het bijzetten van een asbus of urn buiten de gewone tijd zoals omschreven in artikel 6 van de Beheersverordening begraafplaatsen Gemeente Moerdijk 2005 wordt het recht bedoeld onder 3.1 verhoogd met 100%. 3.2 Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van de grafbedekking, bedoeld in artikel 19 van de Beheersverordening begraafplaatsen Gemeente Moerdijk 2005, wordt geheven 4.1 3.1
€ 543,00
afgerond tarief 2014
€ 28,65 € 14,40
€ 618,84 € 311,04
€ 619 € 311
€ 7,16
€ 154,71
€ 155
€ 3,60
€ 77,76
€ 78
€ 3,58
€ 77,36
€ 78
€ 1,80
€ 38,88
€ 39
€ 19,05 € 9,55
€ 411,48 € 206,28
€ 411 € 206
€ 543,00
€ 16,29
€ 27,15
€ 586,44
€ 586
50% van € 543,00
€ 271,50
€ 8,15
€ 13,58
€ 293,22
€ 293
25% van € 543,00
€ 135,75
€ 4,07
€ 6,79
€ 146,61
€ 147
€ 10,86
€ 18,10
€ 390,96
€ 391
€ 2,01
€ 3,35
€ 72,36
€ 72
€ 362,00
€ 67,00
€ 67,00
Voor het door of vanwege de gemeente uit te voeren algemeen onderhoud, wordt geheven per grafruimte voor 20 jaar a. voor een particulier graf b. voor een kindgraf tussen 1 en 12 jaar 25% van het tarief van 4.2.a c. voor een kindgraf jonger dan 1 jaar 12,5% van het tarief van 4.2.a d. voor een urn 50% van het tarief van 4.2.a Voor het door of vanwege de gemeente uit te voeren algemeen onderhoud, wordt geheven per grafruimte bij verlenging van 10 jaar 4.3. a. voor een particulier graf 50% van 4.2.a c. voor een kindgraf tussen 1 en 12 jaar 25% van het tarief van 4.3.a d. voor een kindgraf jonger dan 1 jaar 12,5% van het tarief van 4.3.a b. voor een urn 50% van het tarief van 4.3.a Voor of vanwege de gemeente uit te voeren algemeen onderhoud wordt geheven voor een algemeen graf een tarief 50% van 4.3.a 4.4 Hoofdstuk 5 Opgraven, ruimen en verstrooien 4.2.
5.1
5.2
Voor het opgraven van de stoffelijke resten ten behoeve van een herbegraving of crematie elders wordt geheven een tarief gelijk aan 2.1. Voor het opgraven of verwijderen van een asbus of een urn ten behoeve van een herbegraving of verstrooiing elders wordt geheven een tarief gelijk aan 3.1.
Behoort bij raadsbesluit van xx december 2013, de griffier,
H.D. Tiekstra
€ 1.113,00 € 278,25 € 139,13 € 556,50
€ 33,39 € 8,35 € 4,17 € 16,70
€ 55,65 € 13,91 € 6,96 € 27,83
€ 1.202,04 € 300,51 € 150,26 € 601,02
€ 1.202 € 301 € 150 € 601
€ 556,50 € 139,13 € 69,56 € 278,25
€ 16,70 € 4,17 € 2,09 € 8,35
€ 27,83 € 6,96 € 3,48 € 13,91
€ 601,02 € 150,26 € 75,13 € 300,51
€ 601 € 150 € 75 € 301
€ 278,25
€ 8,35
€ 13,91
€ 300,51
€ 301
€ 543,00
€ 543,00
€ 16,29
€ 27,15
€ 586,44
€ 586
€ 362,00
€ 362,00
€ 10,86
€ 18,10
€ 390,96
€ 391