Masterplan Havens Midden Brabant
Uitgevoerd in opdracht van: Havens Midden Brabant
Buck Consultants International Nijmegen, 7 december 2007
Uitgevoerd met een financiële bijdrage van:
Inhoudsopgave
Blz.
Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Aanleiding voor dit traject Doel Werkwijze en resultaat Betrokken partijen Leeswijzer
Hoofdstuk 2 Positionering Havens Midden Brabant 2.1 2.2
Midden Brabant in nationaal perspectief Midden Brabant in regionaal perspectief
Hoofdstuk 3 Marktpotentieel en ambities voor de regio Midden Brabant 3.1 3.2
Marktkansen SWOT analyse regio Midden Brabant
Hoofdstuk 4 Streefbeeld 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
Duurzame groei Logistieke ambitie Economische ambitie Ruimtelijke ambitie Overwegingen bij de formulering van het streefbeeld
1 1 2 3 4 4
6 6 9
14 15 16
20 20 21 21 22 23
Hoofdstuk 5 Concretisering streefbeeld 5.1 5.2 5.3 5.4
Logistieke opgave Economische opgave Ruimtelijke opgave Samenwerkingsstructuur en organisatie
Hoofdstuk 6 Actieprogramma 6.1 6.2 6.3
Bijlage 1
Autonome acties Korte termijn acties Havens Midden Brabant Lange termijn acties Havens Midden Brabant
Betrokken partijen
24 24 27 28 30
36 37 38 48
49
Hoofdstuk 1
Inleiding
De havens van Waalwijk, Dongen, Oosterhout en Tilburg - Havens Midden Brabant - hebben de handen ineengeslagen en gaan zich sterker positioneren en profileren op het gebied van logistiek en multimodaal vervoer. Samen met het bedrijfsleven in de regio Midden Brabant hebben, de vier gemeenten een gezamenlijke visie én agenda opgesteld. Dit met als doel de regio logistiek sterker te positioneren en een impuls te geven aan méér vervoer over water en spoor. Het voorliggende Masterplan beschrijft de achtergrond, geeft een visie op logistieke ontwikkeling, stelt streefwaarden en doelstellingen en beschrijft concrete acties om de gezamenlijke doelstelling te bereiken.
1.1
Aanleiding voor dit traject
Ontwikkeling van de binnenvaart staat internationaal en nationaal in de belangstelling. De markt van het (container) vervoer ontwikkelt zich sterk en dientengevolge staat de infrastructuur van zowel de mainports als binnenhavens voor de opgave die groei te faciliteren en ervan te profiteren. Midden Brabant telt een aantal binnenhavens met een goede positie en een sterke regionale, industriële basis. De havens in Midden Brabant zijn bovendien strategisch gelegen tussen mainports, markt en achterland. Daarom is Midden Brabant één van de regio’s die zich de komende jaren sterk kan ontwikkelen op logistiek gebied. In Midden Brabant doen zich ontwikkelingen en mogelijkheden voor die de logistieke sector in het algemeen en het vervoer over water en spoor in het bijzonder, kunnen versterken. Overheid en bedrijfsleven in Midden Brabant zijn van mening dat zij deze kansen beter kunnen benutten via een gezamenlijke aanpak. Deze gezamenlijke aanpak biedt tevens de mogelijkheid voor samenwerking om de huidige havenactiviteiten beter af te stemmen, te organiseren en te faciliteren. In februari 2006 heeft in Waalwijk een eerste havenconferentie plaatsgevonden waarin de toekomst van de Waalwijkse Havens centraal stond. Verschillende deskundigen en beleidsmakers hebben daar hun visie gegeven op de kansen voor de Waalwijkse Havens. Het standpunt van de heer Smits (Havenbedrijf Rotterdam): “Ontwikkel niet alleen maar kom tot (regionale) samenwerking” is een belangrijke motivatie geweest om het aspect samenwerking rondom havens verder uit te denken. Buck Consultants International
1
In maart 2007 is een tweede (regionale) havenconferentie georganiseerd met als doel de mogelijkheden van een meer gemeenschappelijk optreden te verkennen. Deze bijeenkomst leidde tot de ondertekening van een intentieverklaring door de gemeenten Waalwijk, Oosterhout, Dongen en Tilburg en vier overslagbedrijven (waarvan één in oprichting). Met de ondertekening van deze intentieverklaring is afgesproken om te komen tot een integrale Havenvisie voor het gebied Midden-Brabant. Met ondersteuning van een UEB-subsidie door de Provincie Noord-Brabant is vervolgens het Masterplan traject ingezet. Op 5 september 2007 hebben de overheden en marktpartijen rondom de havens in Midden Brabant de visie concreet gemaakt. Op basis van uitvoerig onderzoek naar de huidige positie van de havens in Midden Brabant1 en onderzoek naar het draagvlak voor samenwerking onder betrokkenen2, hebben stakeholders zich uitgesproken om te werken aan de invulling van een ambitieus ontwikkelingsscenario (de zogenaamde ‘Logistiek Plus’ variant, zie verderop in dit Masterplan). In het traject ‘Masterplan Havens Midden Brabant’ is met ondersteuning van Buck Consultants International gewerkt aan de totstandkoming van de gemeenschappelijke havenvisie en de daarbij passende acties voor overheden en bedrijfsleven.
1.2
Doel
Het Masterplan heeft tot doel: inzicht te geven in de inspanningen die voor de regio Midden Brabant nodig zijn om op het gebied van vervoer over water de concurrentiepositie van de regio te versterken. Deze doelstelling is gedurende het traject aangescherpt waardoor er niet uitsluitend aandacht zal zijn voor het versterken van de concurrentiepositie van Midden Brabant maar ook voor structurele samenwerking, versterking van de logistieke functie, gericht op meer toegevoegde waarde voor de regio en meer multimodaal vervoer (vervoer over water én spoor).
1 2
Deze informatie is opgenomen in de “Atlas havens Midden Brabant” (BCI, 2007) Deze informatie is opgenomen in de rapportage “Draagvlakanalyse samenwerking havens Midden Brabant” (BCI, 2007)
Buck Consultants International
2
1.3
Werkwijze en resultaat
Het traject Masterplan Havens midden Brabant bestaat uit 5 stappen (en twee fasen), die worden begeleid door een projectgroep en een stuurgroep, waarin ondernemers en overheden vertegenwoordigd zijn (zie de bijlage voor de samenstelling). Onderstaande figuur geeft de activiteiten en bijbehorend stappenplan samengevat weer: Figuur 1.1
Plan van aanpak samengevat
•• Wat Watisis actuele actuelesituatie situatieen ende depositie positievan vande de havens havensWaalwijk, Waalwijk, Dongen, Dongen, Oosterhout Oosterhout en enTilburg? Tilburg? •• Welke Welkeinitiatieven initiatievenzijn zijnbekend bekendvoor voor de deinfrastructurele infrastructureleverbetering verbeteringvan van vaarwegen, vaarwegen,havens havens en ennatte nattebedrijventerreinen? bedrijventerreinen? •• Welke Welkekansen kansenen enknelpunten knelpunten voor voormeer meergebruik gebruik van van vervoer vervoer over over water water zijn zijnper per haven havenaanwezig? aanwezig?
Stap Stap 1: 1: Actualisatie Actualisatie positie positie Havens Havens Midden Midden Brabant Brabant
•• Welk Welk draagvlak draagvlakisiser ervoor voorverdere verdere samenwerking samenwerkingtussen tussenoverheden overheden en en tussen tussenoverheid overheiden enbedrijfsleven bedrijfslevenen enwelke welkewin-win win-winsituatie situatieontstaat? ontstaat? •• Op Opwelk welkniveau niveauen enin in welke welkevorm vorm isissamenwerking samenwerkingmogelijk? mogelijk? •• In Inwelke welkevorm vorm kan kansamengewerkt samengewerktworden wordenmet met de deRotterdamse Rotterdamsehaven? haven? Welke Welkesamenwerkingsvormen samenwerkingsvormenmet metexterne externepartijen partijenzijn zijnnog nogmeer meer interessant interessant voor voor de dehavens havens in inde deregio? regio?
Stap Stap 2: 2: Mogelijkheden Mogelijkheden en en randvoorwaarden randvoorwaarden voor voor samenwerking samenwerking
••Welke Welkeruimtelijk-economische ruimtelijk-economischeontwikkelingsrichtingen ontwikkelingsrichtingenzijn zijnmogelijk? mogelijk? •• Welke Welkesamenwerkingsvormen samenwerkingsvormenzijn zijnmogelijk? mogelijk?
Fase 1
Stap Stap 3: 3: Uitwerking Uitwerking en en beoordeling beoordeling scenario’s scenario’s
Go Go // no no go go moment moment
•• Hoe Hoedraagt draagtde deontwikkelingsrichting ontwikkelingsrichtingbij bij aan: aan: 1. 1. het het economische economischerendement rendementvan vande dehavens havens in inMidden MiddenBrabant? Brabant? 2. de groei van het vervoer over water? 2. de groei van het vervoer over water? 3. 3. een een versterking versterkingvan van de deconcurrentiepositie concurrentiepositievan vande deregio? regio?
Stap Stap 4: 4: Opstellen Opstellen Masterplan Masterplan Fase 2
•• Welke Welkeprojecten projectenen enacties acties zijn zijnnodig nodigom om te tekomen komentot toteen eenconcrete concrete samenwerking samenwerkingtussen tussenhavens havens in inMidden MiddenBrabant Brabant met met als als doel doelde de concurrentiepositie concurrentiepositievan vandeze dezehavens havens te teversterken? versterken?
Stap Stap 5: 5: Opstellen Opstellen actieprogramma actieprogramma
Het voorliggende Masterplan beschrijft kort de genomen stappen uit bovenstaand schema. Voor een meer gedetailleerd beeld van de eerste drie stappen wordt verwezen naar de in het proces opgestelde achtergronddocumenten3. Het masterplan beperkt zich tot de strategische lijnen en de daaruit voortvloeiende strategische visie over de mogelijkheden om de concurrentiepositie van de havens in Midden Brabant te bevorderen. In het Masterplan worden visie, samenwerkingsopties en varianten en voorkeurskeuze in een geheel samengebracht en uitgewerkt in een actieprogramma met concrete, haalbare uitvoeringsprojecten.
3
De eerder genoemde ‘Atlas Havens Midden Brabant’, de ‘Draagvlakanalyse samenwerking binnenhavens Midden Brabant’ en de beschrijving van de gehele eerste fase: ‘Ontwikkeling van de havens in Midden Brabant’, alle drie door BCI opgesteld in 2007.
Buck Consultants International
3
Het resultaat is een gezamenlijk ‘ondernemingsplan’, inclusief een uitvoeringsagenda, onderbouwd met kwalitatieve achtergrondinformatie en cijfermateriaal, analyses, essentiële randvoorwaarden voor samenwerking en opinies van experts en betrokkenen. Het Masterplan geeft hiermee antwoord op de volgende vragen: • • • • • •
Wat is onze gezamenlijke visie? Wat is de onderbouwing hierbij? Welk scenario wordt richtinggevend? Hoe gaan wij de visie realiseren? Welke organisatie is hiervoor benodigd? Welke kosten en investeringen zijn hiermee gemoeid?
1.4
Betrokken partijen
Om de totstandkoming van het Masterplan te begeleiden is een projectgroep en stuurgroep samengesteld. Het Masterplan is tot stand gekomen door nauwe samenwerking tussen de leden van de Projectgroep Havens Midden Brabant. Daarnaast heeft intensieve (bestuurlijke) afstemming plaatsgevonden met de leden van de Stuurgroep. Het logistieke streefbeeld dat als leidraad dient voor dit Masterplan, is bovendien tijdens een informatie- en inspiratiebijeenkomst aan een brede groep stakeholders voorgelegd, realistisch bevonden en geaccepteerd. Hieruit kan worden afgeleid dat het Masterplan een breed draagvlak geniet. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de projectgroepleden, stuurgroepleden en de stakeholders die aan de informatie- en inspiratiebijeenkomst hebben deelgenomen.
1.5
Leeswijzer
De regionale partners hebben uit drie scenario’s gekozen voor het meest ambitieuze. Dit zogenaamde ‘Logistiek Plus’ streefbeeld is in dit Masterplan onderbouwd en uitgewerkt. Het Masterplan dient als handvat om de beoogde ambitie van ‘Logistiek Plus’ – en daarmee versterking van de logistieke concurrentiepositie van havens Midden Brabant voor vervoer over water en spoor – daadwerkelijk invulling te geven.
Buck Consultants International
4
Een succesvolle invulling van deze ambitie vraagt om een stevige onderbouwing. Daarom besteedt het Masterplan in hoofdstuk 2 aandacht aan de (logistieke) positionering van de havens in Midden Brabant. Dit hoofdstuk zet Havens Midden Brabant in (inter)nationaal, regionaal en lokaal perspectief op de kaart. Hoofdstuk 3 geeft een analyse van de marktkansen, sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen van de havens in Midden Brabant en beschrijft de regionale ambities ten aanzien van de ontwikkeling van de havens. Daarbij wordt geput uit de feiten en cijfers die zijn samengebracht in de Havenatlas, de resultaten uit de draagvlakverkenning en de gesprekken over samenwerkingsmogelijkheden. Hoofdstuk 4 beschrijft het streefbeeld, ofwel ambities worden concreet gemaakt in regionale doelstellingen die de vier deelnemende gemeentebesturen en de ondernemers gezamenlijk nastreven. Dit met een tijdshorizon tot 2020. Het tweede deel van het Masterplan gaat in op de concretisering van dit streefbeeld. Hoofdstuk 5 vertaalt de doelstellingen uit het streefbeeld naar beoogde effecten op logistiek, economie en ruimte. Ook beschrijft dit hoofdstuk de overwegingen bij een keuze voor een samenwerkingsstructuur. Tot slot gaat hoofdstuk 6 in op acties die uitgevoerd moeten worden voor realisatie van het streefbeeld. Een actieprogramma is opgesteld waarin een overzicht van concrete acties inclusief prioriteit en timing is opgenomen. De benodigde investeringen in organisatie en infrastructuur worden inzichtelijk gemaakt.
Buck Consultants International
5
Hoofdstuk 2
Positionering Havens Midden Brabant
De huidige positie van de havens is vastgelegd in de Atlas Havens Midden Brabant, dat een overzicht geeft van de huidige staat van de havens, de economische activiteiten, de (geplande) marktinitiatieven, de ruimtelijke mogelijkheden en de beleidsmatige inbedding van havenontwikkeling. Dit hoofdstuk geeft antwoord op de vraag: Hoe staat Midden Brabant er in ruimtelijk, economisch en logistiek opzicht voor? Uitgesplitst naar de logistieke, economische en ruimtelijke positie, wordt in de eerste paragraaf een nationaal perspectief gegeven, dat in de daaropvolgende paragraaf wordt toegespitst op de regio.
2.1
Midden Brabant in nationaal perspectief
Logistiek In economische studies naar logistieke kracht komt de regio Midden Brabant steeds nadrukkelijker naar voren. De afgelopen jaren verschoof het logistieke zwaartepunt in Nederland richting het zuiden. Venlo is nog altijd de sterkste en populairste logistieke regio van Nederland (en mag zich al drie jaar koploper noemen als beste logistieke vestigingsplaats), maar West-Brabant en Tilburg verkleinen hun achterstand snel. West Brabant, de op één na sterkste vestigingsregio voor de logistiek, scoort vooral goed op het punt van de beschikbaarheid van grond en panden, blijkt uit het onderzoek. Onderstaand de top 10 ranglijst van logistieke regio’s. In totaal werden 25 ‘hotspots’ vergeleken door het vakblad journalistiek, dat veel waardering uitspreekt voor Tilburg, waar ondermeer DHL en Epson recent een nieuw pand in gebruik hebben genomen.
Buck Consultants International
6
Tabel 2.1
Top 10 van logistieke regio’s in Nederland (Bron: vakblad journalistiek, 2007)
Logistieke regio 1. Venlo 2. West-Brabant 3. Tilburg 4. Haven Amsterdam 5. Almere – Zeewolde 6. Haven Rotterdam 7. Eindhoven 8. Arnhem – Nijmegen 9. Zwolle – Hoogeveen 10. Schiphol
Economie De provincie Brabant doet het economisch gezien goed. In de Monitor van Economische Kracht, die jaarlijks wordt uitgevoerd door de Rabobank, staan drie van de vier Brabantse regio’s in de top 10 van meest krachtige regio’s van Nederland. Midden-Noord Brabant neemt de 8e positie in. Niet enkel omdat het goede economische prestaties levert, maar ook omdat het economisch gezien een relatief sterke groei kent (zie figuur). Figuur 2.1 Monitor economische kracht (Bron: Visie op provinciale dynamiek, Rabobank, 2007)
Een analyse van de werkgelegenheid in industrie, transport en logistiek laat zien dat Midden Brabant ten opzichte van Nederland veel meer banen in industrie en transport en logistiek telt en dat de sector transport en logistiek bovendien sterk groeit.
Buck Consultants International
7
Ruimte Midden Brabant wordt goed ontsloten door het Rijkswegennet. De A59 en de A58 zorgen voor een goede oost-west ontsluiting. De A27 en A/N 261 voor een vrij goede noord-zuid ontsluiting. Voor wat betreft de vaarwegen is Midden Brabant strategisch gelegen tussen de mainports van Rotterdam en Antwerpen. De regio is goed bevaarbaar voor de kleine en middelgrote binnenvaart via Amer, Bergsche Maas en Wilhelminakanaal. De haven van Waalwijk is bereikbaar met vaarwegklasse 3. Oosterhout en Dongen zijn bereikbaar via vaarwegklasse 4. Tilburg is nu bereikbaar via vaarwegklasse 2, maar op termijn wordt dit ook vergroot naar vaarwegklasse 4. Figuur 2.2 Regio Midden Brabant (Bron: BCI)
Het spoor bereikt de havens van Tilburg en Oosterhout, waar multimodale overslag plaats vindt. Voor wat betreft het ruimtelijk ontwikkelingspotentieel heeft de regio Midden Brabant relatief veel ruimte, zeker in vergelijking met de dichtgeplande Randstad.
Buck Consultants International
8
2.2
Midden Brabant in regionaal perspectief
Logistiek Het goederenvervoer floreert in de Provincie Noord Brabant. Het containervervoer stijgt jaarlijks met 17% (tussen 1996 en 2005, Bron: Goederenvervoer in de Provincie Noord Brabant, 2006, Rijkswaterstaat, Provincie Noord Brabant). Midden Brabant heeft daar een aandeel in. In termen van overslagvolume per binnenvaart behoren de vier havens in Midden Brabant niet tot de grootste spelers. De regio neemt in totaal ca. 15% van het totale volume van de provincie voor zijn rekening. Indien (shortsea)haven Moerdijk buiten beschouwing wordt gelaten dan bedraagt dit aandeel ruim 21%. Figuur 2.3 Overslagcijfers binnenvaart van havens in de provincie Noord-Brabant. Bron: CBS, 2005. 8.000
7.356
7.000 6.000 5.000 4.000
3.535 2.709
3.000 2.000
1.883
1.797 1.166
1.000
2.528
859 150 233
584 584 187
B
er ge n
op
Zo om B re da D on g E in en G ee dh o rtr ui ven s de H er to nbe ge r nb g os ch M oe rd O ijk os te rh ou t O ss Ti lb W ur g a W alw er i ke jk nd W am ou dr ic he m
-
Beschouwen we nog iets specifieker de vier Havens van Midden Brabant, dan zien we dat vier gemeenten op dit moment mogelijkheden hebben voor bulkoverslag, dat drie van de vier anno 2007 ook in containeroverslag kunnen voorzien (Oosterhout, Tilburg, Waalwijk) en dat twee van de vier (Tilburg en Oosterhout) de mogelijkheid hebben om van water op spoor over te slaan (zie figuur).
Buck Consultants International
9
Figuur 2.4 Overslagmogelijkheden voor binnenvaart en spoor (containers en bulk) in Midden Brabant. Containeroverslag binnenvaart
ִ ִ
ִ ִ
Containeroverslag binnenvaart en spoor
ִ ִ
ִ ִ
Bulkoverslag binnenvaart
-
ִ ִ ִ ִ
Verschillende overslagvoorzieningen in de regio zijn sterk geconcentreerd aanwezig. Voor wat betreft de positie van de regio in overslagvolume per binnenvaart verdient dat beeld een nuancering.
Economie De provincie Noord Brabant als geheel staat van oudsher bekend als een industrieregio en de regio Midden Brabant doet daar niet voor onder. Eindhoven is de hotspot van de regio. Daar komen de drie ‘kennisassen’ (die zich niet tot de provinciegrenzen beperken) samen: • • •
High Tech Systemen en Materialen Food & Nutrition Life Science en Medische Technologie
De provincie kent zeven ‘pieken’ afgeleid uit de kennisassen, waaronder die van logistiek en distributie. In onderstaande figuur is de aanwezigheid van de pieken over verschillende regio’s in Noord Brabant weergegeven. De procesindustrie is de belangrijkste piek (in omvang van werkgelegenheid) en is bovendien relatief sterk in de regio Midden Brabant vertegenwoordigd, maar ook de andere pieken zijn present in Midden Brabant (overwegend in Tilburg).
Buck Consultants International
10
Figuur 2.5 Pieken in Noord-Brabant (Bron: Sociaal Economische Verkenningen Noord Brabant 2007, Provincie Noord Brabant)
Midden Brabant telt een hoger dan gemiddeld aantal banen in de industrie (bijna 30.000 banen in totaal) en een groeiend aantal banen in transport en logistiek (meer dan 10.000 banen). De werkgelegenheid in transport en logistiek is met 17% bovendien sterk gestegen in vergelijking met een stijging van 2% in heel Noord-Brabant tussen 2000 en 2005. De trend is dat de banen in de industrie langzaam zullen afnemen, maar dat de logistiek een sterk groeiende sector is in termen van werkgelegenheid.
Buck Consultants International
11
Ruimte Dongen en Oosterhout worden beiden ontsloten via een vaarweg met klasse 4, Waalwijk via de sluis aan de Bergsche Maas met een vaarweg klasse 3, en Tilburg, ondanks zijn grote groei en potentieel in de containeroverslag met een vaarweg klasse 2 (Wilhelminakanaal). Voor het Wilhelminakanaal is door Rijkswaterstaat voorzien in een opwaardering naar klasse 4 vaarweg. Met zijn ligging tussen de havens van Rotterdam en Antwerpen, kent de provincie Noord Brabant een sterke strategische positie, vooral als ‘nabij achterland’. Deze wordt versterkt door de sterk ontwikkelde structuur voor de containerlogistiek met acht binnenvaartterminals en twee railterminals (zie de kaart hieronder). Vier van die terminals zijn gelegen in Midden Brabant. Figuur 2.6 Binnenvaart- en railterminals in de provincie Noord-Brabant (Bron: BCI)
Rotterdam
Moerdijk
Oss Den Bosch Waalwijk Oosterhout Tilburg
Veghel Helmond
Bergen op Zoom (initiatief) Eindhoven Antwerpen Bargeterminal
Railterminal
Bron: BCI, 2007
Op dit moment is in Midden Brabant bijna 2000 hectare netto grond uitgegeven aan industrie en logistiek en is (peildatum 2005) nog circa 150 hectare op korte termijn beschikbaar voor deze functies. (Bron: IBIS, 2006). Overigens heeft niet alleen Midden Brabant een ruimtelijk ontwikkelingspotentieel, ook aangrenzende en omliggende gemeenten herstructureren en realiseren bedrijventerreinen geschikt voor de huisvesting van logistieke bedrijvigheid. Zie onderstaand een tabel met totaal uitgeefbaar bedrijventerrein in Midden Brabant en in omliggende gemeenten in de Noord Brabant (direct of op langere termijn uitgeefbaar, mede geschikt voor logistiek, exclusief nieuwe planvorming na 2005/ 2006).
Buck Consultants International
12
Tabel 2.2
Uitgeefbaar bedrijfsterrein in omliggende regio en Midden Brabant (Bron: IBIS, 2006)
Totaal uitgeefbaar bedrijventerrein in hectare (particulier en gemeentelijk eigendom) in omliggende regio Breda Etten-Leur Roosendaal Den Bosch Geertruidenberg Moerdijk
189
Midden Brabant totaal Dongen Oosterhout Tilburg Waalwijk
141 8 23 43 67
60 14 66 28 1 20
Samenvattend Midden Brabant is strategisch gelegen ten opzichte van goederenstromen, beschikt over een goede, regionale infrastructuur en een goede ontsluiting (zeker als het Wilhelminakanaal opgewaardeerd kan worden naar vaarklasse IV). De regio zal vooral kunnen profiteren van groeiende vervoersstromen voor zover deze aan de lokale en regionale markt gerelateerd zijn, ofwel; de marktkansen voor de logistiek zullen sterk leunen op de regionale marktbasis. Die marktbasis is sterk, met de aanwezigheid van veel regionale industrie en een ruim (ruimtelijk) groeipotentieel. In de volgende hoofdstukken zal de positie van Midden Brabant nader uitgewerkt worden. Marktontwikkelingen worden inzichtelijk gemaakt en een SWOT analyse van de regio wordt gepresenteerd in het volgende hoofdstuk. Daarnaast wordt ook aandacht besteed aan de ambities van partijen in de regio en daarbuiten.
Buck Consultants International
13
Hoofdstuk 3
Marktpotentieel en ambities voor de regio Midden Brabant
In hoofdstuk 2 is het beeld geschetst van een regio die sterk staat voorgesorteerd om zich verder te ontwikkelen als logistieke regio. In de praktijk worden daarvoor ook al initiatieven ondernomen. Echter, om de kansen voor een dergelijke (door)ontwikkeling te realiseren is de regio niet enkel afhankelijk van de eigen ruimtelijk-economische en logistieke ontwikkelingsmogelijkheden, ook omgevingsfactoren spelen een rol. In dit hoofdstuk worden drie bouwstenen aangereikt die nodig zijn voor het opstellen van een realistisch streefbeeld, te weten: 1 2 3
(inter)nationale marktkansen De SWOT-analyse van de regio Concretisering van regionale ambities (en draagvlak voor die ambities)
Op basis van deze drie ingrediënten wordt in het volgende hoofdstuk het streefbeeld opgesteld voor Havens Midden Brabant. Onderstaand figuur illustreert deze redeneerlijn. Figuur 3.1 Bouwstenen voor het streefbeeld havens midden Brabant
1. Marktkansen
2. SWOT analyse
3. Ambities
4. Streefbeeld Havens Midden Brabant
Buck Consultants International
14
3.1
Marktkansen
Een aantal (mondiale) trends laat zien dat het goederenvervoer groeit: • •
• •
•
•
De wereldhandel groeit en ook de afstand tussen productie en consumptie isvergroot waardoor het goederenvervoer tot 2020 met 75% stijgt. Een sterke groei is zichtbaar in het containervervoer (nationaal 5-6% per jaar). Hoewel in enige mate afhankelijk van het bovenregionale ontwikkelingen, lijkt de verwachting reëel dat de havens in Midden Brabant meer dan evenredig profiteren van de groeiende containermarkt. Omdat industrie en logistiek meer dan gemiddeld is vertegenwoordigd in de regionale, economische structuur en vanwege de ligging en ruimte voor initiatieven, zal Midden Brabant meer dan evenredig kunnen profiteren van de groei van minimaal 6% per jaar. Ook in het bulkvervoer is een beperkte groei zichtbaar (nationaal 0-2% per jaar). De inzet van binnenvaart (en spoor) wordt steeds belangrijker omwille van het (op betaalbare en betrouwbare wijze) bereikbaar houden van de economische centra in Brabant. Er zal een verschuiving plaatsvinden van logistieke en distributieactiviteiten vanuit mainports naar het achterland. Dit omdat de mainports een groeiend ruimtegebrek kennen, maar ook omdat het te kostbaar wordt om goederen of containers te lang binnen de mainport te houden. Mainports zoeken daarom in toenemende mate samenwerking met het directe achterland voor efficiënte afhandeling en bewerking van containerstromen. Daarbij gaat het niet enkel om ruimte voor opslag van goederen en containers, maar ook om handelingen die waarde toevoegen (Value Added Logistics).
Om de marktkansen van Midden Brabant goed in te kunnen schatten, is het van belang een onderscheid te maken tussen containeroverslag en de bulkmarkt: •
Containeroverslag is een forse groeimarkt. Volgens alle prognoses neemt het containervervoer fors toe tot 2020. De prognoses voor de groei in Noord-Brabant zijn zelfs nog hoger dan de gemiddelde groeiverwachtingen.
Buck Consultants International
15
De groei in goederenvervoer en speciaal in het containervervoer De afstand tussen productie en consumptie neemt toe en de Westerse maatschappij consumeert steeds meer goederen met als gevolg een groei in het goederenvervoer. Voor de periode 2000-2020 wordt uitgegaan van een gemiddelde jaarlijkse groei van het Bruto Binnenlands Product met 2,1% (52% voor die volledige periode). Voor het goederenvervoer wordt een vergelijkbare groei verwacht d.w.z. 50% groei voor de periode 2000 – 2020. (Bron: EC: Tussentijdse evaluatie van het Witboek Vervoer van 2001, 2006). Van en naar de economische centra in Noord-Brabant wordt in diezelfde periode zelfs een groei verwacht van 75%. Om aan deze vraag te kunnen voldoen en de afwikkeling van het goederenvervoer soepel te laten verlopen moet Noord-Brabant alle vervoerswijzen optimaal benutten (Bron: Provincie N-Brabant, Provinciale visie Brabantse vaarwegen, 2004). In vergelijking met de groei in het totale goederenvervoer zal het containervervoer wereldwijd een sterkere groei doormaken. Volgens prognoses van het Havenbedrijf Rotterdam zal er tot 2030 een verdrievoudiging van het containervervoer zichtbaar zijn tussen de zeehavens en het Europese achterland. Deze verdrievoudiging heeft ook zijn impact op de regio Midden Brabant. De forse groei in het containervervoer (5-6% per jaar) komt niet alleen door de forse groei in het goederenvervoer maar ook doordat steeds meer producten in containers worden vervoerd. In andere segmenten zoals de vaste en vloeibare bulk is wel een beperkte groei (0-2% per jaar) zichtbaar maar deze groei is zeker niet gelijk aan die in het containervervoer.
•
De volwassen bulkmarkt zal in tegenstelling tot de containermarkt beperkt groeien, evenals de markt voor stukgoed (exclusief containers). Bulkoverslag (bijv. aanvoer bouwstoffen en zeezand) is in de havens een (noodzakelijke) meerwaarde, zeker gelet op de tonnages die van oudsher per jaar door bulkoverslagbedrijven worden behandeld. Het benoemen van de meerwaarde door bulkoverslagbedrijven en het sterker profileren van deze bedrijfstak (naast containeroverslag) verdient aandacht, ook in Midden Brabant. Stukgoed (niet verpakt in containers) wordt op dit moment nog hoofdzakelijk via de weg vervoerd. Stukgoed via spoor kan in de toekomst beperkt groeien door uitbreiding van spooroverslagfaciliteiten. Stukgoed via binnenvaart zal (zeker na het onlangs uit de vaart genomen Distrivaart-palletschip) geen noemenswaardige groei kennen.
3.2
SWOT analyse regio Midden Brabant
De havens in Midden Brabant zijn goed gepositioneerd ten opzichte van de mainports en (inter)nationale logistieke stromen. Daarnaast is de lokale markt- en ladingbasis voor binnenvaart goed, vanwege de sterke aanwezigheid van (ook vooraanstaande) logistieke en industriële bedrijven in de regio. Naast binnenvaart staat ook spoorvervoer bij deze verladers en logistiek dienstverleners steeds meer in belangstelling. Deze paragraaf vat de positie van de havens in de regio samen in een SWOT analyse. De SWOT analyse geeft een goed, samenvattend inzicht in de potentie van de regio op ruimtelijk, economisch en logistiek vlak.
Buck Consultants International
16
Een aantal kerncijfers vooraf: Logistiek • • • • • •
Midden Brabant beschikt over een geconcentreerd netwerk van overslagfaciliteiten voor alle modaliteiten. In de havens van Midden Brabant wordt jaarlijks 3,5 miljoen ton goederen overgeslagen tussen binnenvaartschepen en wegtransport. Binnen deze goederenoverslag wordt bijna 200.000 TEU4 overgeslagen van/naar binnenvaartschepen en treinen (spoorvervoer heeft een beperkt aandeel). De containeroverslag vindt nu plaats op een oppervlakte van 7,5 hectare grond. Het containervervoer groeit jaarlijks minimaal 5-6%. Het bulkvervoer groeit jaarlijks 0-2%.
Economie • •
De havens beschikken over een goede economische basis. Er zijn bovendien veel sterke spelers (verladers en logistieke bedrijven) gevestigd. De regio Midden Brabant is een logistieke regio, gezien de regionaal economische structuur. De regio telt een sterkere economische basis voor logistieke arbeidskrachten dan gemiddeld Nederland (zie onderstaande tabel).
Tabel 3.1
Werkgelegenheid in industrie, transport en logistiek in Midden Brabant.
Aantal banen (2005)
Industrie
Transport en Logistiek
Mutatie T&L2000 Totaal aantal – 2005 banen in 2005
Industrie en T&L als % van totaal aantal banen
Midden Brabant
29.297
10.400
+ 17%
154.850
26%
Nederland
835.000
424.000
n.b.
6.975.000
18%
•
•
•
4
De sector transport en logistiek is een sterk groeiende sector in Midden Brabant. In de periode 2000-2005 is een sterke positieve mutatie zichtbaar in het aantal arbeidsplaatsen. Nieuwe marktinitiatieven voor multimodale overslag (met name in de bulk) lijken de marktbehoefte op korte termijn te overstijgen. Er is sprake van overlap van marktinitiatieven in de regio (en dus behoefte aan regionale regie, om investeringen te prioriteren en op elkaar af te stemmen). Aansluitend op het vorige punt: het economische beleid in de regio is verbrokkeld: gemeenten in Midden Brabant stellen lokaal het economische beleid - voor zover het de havens betreft - en de daarbij behorende investeringen vast, zonder voldoende afstemming met andere gemeenten in de regio.
TEU= Twenty feet Equivalent Unit, een standaardmaat voor een (20-voets) container.
Buck Consultants International
17
Ruimte •
• • • • • •
De havens in Midden Brabant zijn via de weg redelijk tot goed ontsloten maar in de toekomst kunnen bereikbaarheidsknelpunten ontstaan of groter worden, bij sterke groei van de logistieke sector. In totaal is 2000 ha in Midden Brabant ontwikkeld Er is nog 150 hectare uitgeefbaar voor verdere ruimtelijke ontwikkeling in deze sectoren. Op dit moment is de ontwikkeling van 100 hectare opgenomen in de planvorming en op langere termijn is het mogelijk 300 hectare extra bedrijventerrein te ontwikkelen Een upgrading van vaarweginfrastructuur biedt kansen voor verdere ontwikkeling van havens aan het Wilhelminakanaal. Een belangrijk knelpunt voor een verdere groei van de logistieke sector (met de nadruk op multimodale ontsluiting) vormt de sluis bij Waalwijk. Er zijn nu nog geen milieutechnische knelpunten maar op verschillende plekken in de regio kan voorziene woningbouw (en recreatie) nabij de haven een bedreiging zijn voor logistieke ambities en voor uitbreiding van havenactiviteiten. Dit omdat deze functies de milieucontour beïnvloeden, waarbij uitbreidingsmogelijkheden van de haven in het geding komen.
De havens in Midden Brabant opereren deels binnen een krachtenveld waarin ze zelf slechts beperkte regie hebben. Het zijn vooral de omgevingsfactoren die bij verdere regionale samenwerking een rol spelen. Ter illustratie: • • • •
Vooral bedrijven in de regio onderhouden samenwerkingsrelaties met elkaar en met bedrijven buiten de regio, maar dat kan intensiever en ook efficiënter. Midden Brabant is niet bekend als ‘industrieel-logistieke’ regio. Dat profiel kan beter uitgedragen worden. Marktkansen op lokaal niveau, zijn er zeker ook op regionaal niveau. Juist door samenwerking dient overlap in marktinitiatieven te worden voorkomen. Andere, grotere partijen in de logistieke sector maken deel uit van het speelveld waarin de regio moet opereren. Zo is er op dit moment veel discussie over de plaatsing van containertransferia rondom Rotterdam, die moeten bijdragen aan een ontlasting van het vervoer over de weg en een verbetering van de luchtkwaliteit in de Rotterdamse regio.
Tabel 3.2
SWOT-analyse van de havenregio Midden Brabant
Sterkten Zwakten • Gunstige ligging in direct achterland van mainports • Gemeenten en bedrijven kunnen nog meer Rotterdam en Antwerpen. gaan samenwerken en proactief de markt (andere havens, bedrijven) benaderen. • Goed ontsloten voor alle modaliteiten. • Sterke regionale ladingbasis door concentratie indu- • Nog onvoldoende gezamenlijke visie ontwikkeld en afstemming marktinitiatieven strie en distributie met enkele spelers van allure. • Verscheidenheid aan watergebonden functies en (daarom Masterplan). nieuwe initiatieven door sterke (watergebonden) • Midden Brabant nog onvoldoende op de kaart gezet. spelers. • Beschikbare ruimte en ontwikkeling nieuwe terreinen biedt perspectief voor aantrekken bedrijvigheid die (indirect) van de havens gebruik willen maken.
Buck Consultants International
18
Kansen
Bedreigingen
• Groei in containervervoer en bulkvervoer. • Ontwikkeling van transferia in omliggende • Congestie in zeehavens en verplaatsing van logis- havens kan nadelige gevolgen hebben voor de bereikbaarheid van Midden Brabant tieke en distributie functies naar het achterland. • Meer aandacht voor nieuwe initiatieven (in contai- (veel wegvervoer van / naar transferium). ners, bulk en stukgoed) kan leiden tot upgrading van • Beperkte milieuruimte voor doorgroei op langere termijn. het havengebruik. • Ontwikkelingen zoals wonen en recreëren, • Gunstig beleidsklimaat. • Specialismen in (zee)havens bijvoorbeeld shortsea worden onvoldoende afgestemd met economische ambities. ontwikkelingen in Moerdijk bieden perspectieven. • Verbeteren dienstverlening ten behoeve van gevestigde bedrijven • Realiseren meer werkgelegenheid
De conclusie van de SWOT analyse is dat de havens van Midden Brabant een goede uitgangspositie hebben vanwege de ligging, de gunstige ontsluiting, de (fysieke) ruimte voor ontwikkeling en een sterke regionale ladingsbasis. Echter, die positie is niet vanzelfsprekend. Er zijn forse investeringen nodig, er moeten strategische keuzes gemaakt worden en enkele bedreigingen (grote investeringen, gebrekkige prioritering van economische activiteiten, verbrokkeling van economisch beleid) moeten overwonnen worden. Midden Brabant kan zijn potenties verzilveren door: 1 In te spelen op een internationale groeimarkt van zowel shortsea als deepsea containerstromen 2 De sterke regionale ladingbasis (bulk en containers) optimaal te benutten om het vervoer over water en spoor te vergroten 3 Zichzelf sterker onder de aandacht te brengen bij de heroriëntatie van de mainports in containerafhandeling. Noord-Brabant staat nadrukkelijk in de aandacht van de mainports Rotterdam en Antwerpen 4 Meer te profiteren van de verschuiving van logistiek en distributieactiviteiten vanuit mainports naar het achterland
In het volgende hoofdstuk zal het ambitieniveau vastgelegd worden in een zogenaamd ‘streefbeeld’.
Buck Consultants International
19
Hoofdstuk 4
Streefbeeld
In de voorgaande hoofdstukken is geconstateerd dat: •
•
De regio strategisch gelegen is en dat het over een goede, regionale infrastructuur en een goede ontsluiting beschikt (zeker als het Wilhelminakanaal opgewaardeerd kan worden naar vaarklasse IV). Die marktbasis is relatief sterk, met de aanwezigheid van sterke regionale industriële en logistieke spelers en een ruim (ruimtelijk) groeipotentieel.
Al het voorgaande in ogenschouw nemende (inclusief de uitgebreid beschreven positie van de havens in de Havenatlas), hebben de publieke en private stakeholders in de regio gekozen het streefbeeld ‘Logistiek Plus’ als uitgangspunt voor toekomstig handelen te nemen5. De volgende drie paragrafen beschrijven de doelstellingen die met dit streefbeeld op langere termijn nagestreefd worden. In het volgende hoofdstuk worden deze doelstellingen verder concreet gemaakt.
4.1
Duurzame groei
Eén element is een cruciaal uitgangspunt in het streven van de regio Midden Brabant: dat is het streven naar duurzame economische groei. In het geval van de havenontwikkeling in de regio, moet duurzame economische groei als volgt worden geïnterpreteerd: 1
Het genereren van toegevoegde waarde voor de regio door: • In te zetten op clustervorming: d.w.z. en het aanbieden van specialistische logistieke en andere ondersteunende diensten voor belangrijke sectoren in de regio zoals elektronica en hightech. • Maximaal in te spelen op de verplaatsing van logistieke en distributiefuncties vanuit mainports naar het achterland en tegelijk concrete oplossingen te bieden voor de verbetering van de afhandeling en doorvoer van maritieme containerstromen.
2
Maximaal in zetten op het gebruik van binnenvaart en spoorvervoer.
3
Professionalisering en verbetering van de dienstverlening door lokale overheid (omgaan met wet- en regelgeving, procedures, vergunningverlening, inspecties) en het bedrijfsleven (bundeling van stromen).
4
Een gezamenlijke promotie van Midden Brabant als logistieke regio.
5
Deze keuze uit drie streefbeelden is gemaakt en bekrachtigd op een bijeenkomst op 5 september 2007, waarbij stakeholders (publiek en privaat) van binnen en buiten de regio aanwezig waren.
Buck Consultants International
20
4.2
Logistieke ambitie
Doelstelling 1: verdubbeling van containeroverslag naar 400.000 TEU in 2020. Met het oog op de marktkansen en de gewenste maximale inzet van spoorvervoer en binnenvaart wordt een verdubbeling van de containeroverslag voorzien. Op dit moment wordt in Midden Brabant 200.000 TEU overgeslagen. Gezien de groei in het goederenvervoer, en voornamelijk in het containervervoer, is een verdubbeling van de containeroverslag naar 400.000 TEU per jaar in 2020 reëel. Doelstelling 2: beperkte groei in de bulksector tot 2020. Bulksector blijvend faciliteren. De goederenoverslag in de bulksector groeit niet zo sterk als het containervervoer. Deze sector blijft gelijk of groeit voorzichtig met maximaal 2% per jaar.
4.3
Economische ambitie
Doelstelling 3: van ruim 10.000 naar 18.000 arbeidsplaatsen in logistiek in 2020. Duurzame economische groei heeft ook zijn weerslag op de werkgelegenheid. Op dit moment zijn er in Midden Brabant ruim 10.000 arbeidsplaatsen in Midden Brabant in de sectoren logistiek en transport. Tabel 4.1
Werkgelegenheid in industrie, transport en logistiek in Midden Brabant.
Aantal banen (2005)
Industrie
Transport en Logistiek
Mutatie T&L2000 Totaal aantal – 2005 banen in 2005
Industrie en T&L als % van totaal aantal banen
Midden Brabant
29.297
10.400
+ 17%
154.850
26%
Nederland
835.000
424.000
n.b.
6.975.000
18%
Ten opzichte van het landelijk gemiddelde zijn er in Midden Brabant meer banen in transport en logistiek als onderdeel van de totale werkgelegenheid. Ook de groei van werkgelegenheid in deze sectoren is sterk. Het aantal arbeidsplaatsen is tussen 2000 en 2005 gegroeid met 17%6. Dit is equivalent aan een groei van 3% per jaar in de periode tussen 2000 en 2005. 6
Bron: Provincie Noord-Brabant
Buck Consultants International
21
Als gevolg van clustervorming en duurzame economische ontwikkeling wordt ingezet op een toekomstige groei van 4% in het aantal arbeidsplaatsen in de periode tot 2020. Dit betekent een toename van 8.000 arbeidsplaatsen in Midden Brabant in de sectoren logistiek en transport. Als de ontwikkeling van het totaal aantal arbeidsplaatsen in de regio zich voortzet, zoals in de periode 2000-2005 (een lichte toename van enkele honderden banen per jaar), dan is dat te gering om bovenstaande ambitie te verwezenlijken. Ook als prognoses voor de werkgelegenheid (Bron: Provincie Noord Brabant bij de prognose bedrijventerreinen 2006 -2040, CWI Arbeidsmarktprognose) gevolgd worden, lijken de perspectieven voor een toename van de werkgelegenheid in de regio goed. Het CWI prognosticeert een toename van de werkgelegenheid van tussen de 1% en 2% per jaar. De beroepsbevolking in Midden Brabant neemt nog altijd met enkele procenten toe, terwijl het aantal banen in de achterliggende periode wat afnam (zie onderstaande tabel). Er is dus arbeidspotentieel in de regio voor het realiseren van bovengenoemde doelstelling. Tabel 4.2
Ontwikkeling beroepsbevolking en werkgelegenheid 2000-2005 (Bron: CBS)
Ontwikkeling 2000-2005 Dongen Oosterhout Tilburg Waalwijk
Beroepsbevolking (15-65 jaar) ↑ ↑ ↑ ↑
Werkgelegenheid ↓ ↑ ↑ ↓
De regio Midden Brabant biedt meer werkgelegenheid dan enkel voor haar eigen beroepsbevolking (de werkgelegenheid is ruim 154.000, terwijl de beroepsbevolking net iets minder dan 150.000 mensen telt). De regio heeft daarmee nu al een bovenregionale functie. Gezien de ontwikkeling van de (beroeps)bevolking in Midden Brabant, zal slechts een deel van de toename aan arbeidsplaatsen autonoom zijn en zal een deel ook betekenen dat meer mensen van buiten de regio in Midden Brabant komen te werken. Er moet ingezet worden op het beschikbaar krijgen van voldoende arbeidspotentieel. Door sluipende deindustrialisatie zal ook een verschuiving zichtbaar zijn in arbeidsplaatsen van industriële naar logistieke bedrijven.
4.4
Ruimtelijke ambitie
Doelstelling 4:
250 hectare (extra) ruimte beschikbaar voor logistieke activiteiten in 2020.
Er is nog circa 150 hectare beschikbaar om uit geven voor industrie en logistieke activiteiten. In de planvorming wordt voorzien in de realisatie van 100 hectare op korte termijn en 300 hectare extra op lange termijn. Het aantal arbeidsplaatsen per hectare varieert van 25 (ruimtelijk planbureau 2005) tot 40 (bij meer toegevoegde waarde activiteiten). Voor Midden
Buck Consultants International
22
Brabant wordt uitgegaan van 30-35 arbeidsplaatsen per hectare in de logistiek. Een doelstelling van 250 hectare past bij de werkgelegenheidsdoelstelling. Doelstelling 5: van 7,5 naar 20 hectare grond voor containeroverslag in 2020. Op dit moment wordt 200.000 TEU overgeslagen op een (beperkte) oppervlakte van 7,5 hectare. Voor de overslag van 400.000 TEU zal binnen de totale ruimtebehoefte van 250 extra hectare tenminste 12,5 hectare worden gereserveerd voor containeroverslag. Gezien de marktontwikkeling, is het op natte bedrijventerreinen niet noodzakelijk extra ruimte voor natte werklocaties in de bulk- en stukgoedsector te reserveren. De bestaande ruimte en het bestaande aandeel natte werklocaties volstaan voor een lichte toename in deze markt (zie doelstelling 2).
4.5
Overwegingen bij de formulering van het streefbeeld
Dit streefbeeld heeft zijn weerslag op de investeringen in infrastructuur, de structuur van de samenwerking en de investeringen die nodig zijn voor deze gezamenlijke organisatie. Een juiste inzet van middelen en mensen leidt naar verwachting tot de gewenste logistieke, economische en ruimtelijke effecten. Voordat de effecten in het volgende hoofdstuk worden beschreven, een aantal overwegingen dat bij de formulering van het streefbeeld en de daarbij behorende doelstellingen is gemaakt en die cruciaal zijn voor de uitvoering ervan: • • •
• •
Uitvoering is niet enkel een kwestie van ruimtereservering en formulering van economisch beleid, maar vooral ook van communicatie en profilering. De regio Midden Brabant is geen vragende maar aanbiedende partij. De propositie van de regio moet een “offer you can’t refuse” zijn. De uitvoering van het streefbeeld zal voor de vier binnenhavengemeenten lokaal een verschillende uitwerking hebben. Met het oog op clustervorming en het maximaal inspelen op verplaatsing van logistieke en distributiefuncties naar Midden-Brabant is het belangrijk de ruimtelijk- economische ambities te concretiseren en uit te werken op regionaal niveau. Dit project is een voorbeeldproject (pilot) voor andere regio’s in Noord-Brabant en zal een onderdeel worden van de Provinciale Logistieke Visie (gereed: medio 2008). Het Masterplan moet geïntegreerd worden met andere beleidsvelden. De maatschappelijke consequenties van de ambities gaan verder dan de logistieke en industriële economische sector: in een gespannen arbeidsmarkt als die van de logistiek zal een inspanning aan de onderwijs- en arbeidsmarkt kant nodig zijn; het scheppen van 8.000 arbeidsplaatsen kan niet op basis van autonome groei van de beroepsbevolking. Pendel zal toenemen, de woonopgave zal kritisch bekeken moeten worden.
In het volgende hoofdstuk wordt het streefbeeld nader uitgewerkt en ingekaderd op het organisatorische vlak en wordt de logistieke, economische en ruimtelijke opgave tot 2020 geformuleerd. Buck Consultants International
23
Hoofdstuk 5
Concretisering streefbeeld
Hoe kan de regio Midden Brabant zich op logistiek gebied sterker profileren? Om op deze vraag een antwoord te verkrijgen wordt het streefbeeld dat in voorgaand hoofdstuk is weergegeven verder concreet gemaakt. We spreken dan over de contouren voor de ruimtelijke, economische en logistieke opgave. Aansluitend wordt de organisatorische invulling van de samenwerking tussen en met partijen in Midden Brabant geformuleerd.
5.1
Logistieke opgave
Aantal watergebonden bedrijven • • • •
Het aantal direct watergebonden bedrijven blijft gelijk. Containeroverslagbedrijven verdubbelen tenminste in oppervlakte en containeroverslag. Bulkoverslagbedrijven nemen in aantal en omvang niet toe. Er kunnen wel verschuivingen plaatsvinden in de bestaande bulkmarkt. Het aantal logistieke bedrijven neemt toe met bijna 300 bedrijven in de regio7.
Figuur 5.1
Investeringen in infrastructuur – planning en realisatie Korte termijn: 1. Loswal Van den Noort Dongen 2. Uitbreiding kade OCT 3. Upgrading containeroverslag BTT / RTT 4. Verruiming Wilhelminakanaal 5. Verhogen brug A59 6. Revisie sluis 1, 2, en 3 7. Vervanging damwanden en baggeren sluis 3-Loven 8. Revisie sluis Waalwijk
15 88 15 14 14 55
11 11
13 13 22
12 12 11 99 10 10
18 18 44
66
77
17 17 33
7
16 16
Lange termijn 9. ROC Dongen 10. Tichelrijt III Dongen 11. Bulkterminal M&VO O’hout 12. Vloeibare bulkterminal Döhler 13. Trimodale terminal OCT 14. Uitbreiding ROC Waalwijk 15. Verruiming sluis waalwijk of Havens VIII buitendijks 16. Spoorterminal Tilburg bulken stukgoed 17. Upgrading kades Industriehaven Loven Tilburg 18. Vossenberg West II met extra containeroverslag
Uitgaande van een gemiddeld kaveloppervlak van 8.300 m2 per gemiddeld logistiek bedrijf (Bron: Bedrijfsruimtegebruikers in Beeld, STEC, 2005).
Buck Consultants International
24
Tonnages via binnenvaart, spoor en weg (modal split) In de havens Midden Brabant wordt op dit moment 200.000 TEU per jaar overgeslagen. 160.000 TEU via binnenvaart (en weg) en 40.000 TEU via spoor. Volgens CBS wordt per jaar 3,5 miljoen ton goederen overgeslagen (zie ook paragraaf 2.2). De regio Midden Brabant heeft nog geen compleet beeld kunnen maken van alle goederenstromen per modaliteit van en naar de haventerreinen in de vier gemeenten. Deze uitgangspositie vraagt om een aanscherping. De forse groei in het containervervoer en beperkte groei in bulkvervoer heeft impact op het gebruik van de binnenscheepvaart en spoorvervoer. Op dit moment wordt in het Nederlandse achterland 65% van het aantal tonnen vervoerd via de weg, 30,6 % via binnenvaart en 3,6% via spoor (Bron: Eurostat). Het containervervoer kent een modal split van 30% binnenvaart, 10% spoor en 60% wegvervoer (Bron: HbR, 2006) en groeit per binnenvaart de laatste jaren met 7-10% per jaar (Bron: Nota mobiliteit). Figuur 5.2 Modal split Nederland (2005)
Bestudering van de modal split voor West-Brabant (Oosterhout inbegrepen) en Midden Brabant (Dongen, Waalwijk en Tilburg inbegrepen) laat zien dat het totale goederenvervoer toeneemt, evenals het aandeel binnenvaart. De laatste jaren is echter vooral de modaliteit wegvervoer in omvang gestegen. De modaliteiten binnenvaart en spoor zijn meegegroeid maar het aandeel is niet vergroot. Bij ongewijzigd beleid zullen aanzienlijke congestie- en milieuproblemen optreden. Om de bestaande modal split verhouding te behouden en goederenstromen om te buigen van wegvervoer naar binnenvaart en spoor zal geïnvesteerd moeten worden in de infrastructuur voor deze alternatieve modaliteiten.
Buck Consultants International
25
Figuur 5.3 Modal split West Brabant en Midden Brabant (Bron: CBS, bewerking door Ecorys en PNB (*gegevens spoorvervoer 2005 niet bekend))
tonnen * 10.000
Modal-split West-Brabant alle stromen 35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 weg
binnenvaart
spoor
Modal-split Midden-Brabant - alle stromen 16.000
tonnen * 10.000
14.000 12.000 10.000 8.000 6.000 4.000 2.000 0 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 weg
Buck Consultants International
binnenvaart
spoor
26
5.2
Economische opgave
Aantal arbeidsplaatsen in de logistiek • • •
Het aantal arbeidsplaatsen tot 2020 neemt toe met 8.000 in de logistieke sector. 5% van deze groei in arbeidsplaatsen is zichtbaar bij uitbreidingen bij direct watergebonden bedrijven. 95% van deze groei is zichtbaar bij indirect watergebonden bedrijven.
Deze groei in aantal logistieke arbeidsplaatsen vraagt om gerichte acties om voldoende arbeidspotentieel in de logistiek te verkrijgen.
Aantal nieuwe logistieke bedrijven • •
Er wordt ingezet op het aantrekken van ca. 300 nieuwe logistieke bedrijven. Om deze doelstelling in 2020 te realiseren zal een gerichte acquisitie van deze doelgroep noodzakelijk zijn. Het gaat hier om het aantrekken van: - Hoogwaardige logistieke bedrijven die toegevoegde waarde activiteiten uitvoeren voor de bestaande industriële en logistieke bedrijvigheid. - Logistieke bedrijven die bijdragen aan clustervorming in de regio. - Grote logistieke spelers vanuit mainports naar het achterland.
Spin-off door havenactiviteiten •
• • • •
Omdat de randvoorwaarden voor logistieke dienstverlening en industriële activiteiten worden ingevuld (voldoende en kwalitatief hoogwaardig aanbod van multimodale vervoersmogelijkheden) wordt een weglekeffect van bestaande industriële en logistieke bedrijvigheid voorkomen. Door een verbetering van de dienstverlening zullen meer bedrijven gebruik maken van binnenvaart en spoor. De goederenstromen van en naar Midden Brabant zullen sterker groeien dan het landelijk gemiddelde. Binnenvaart en spoor zijn niet alleen interessante modaliteiten van en naar de zeehaven maar ook op continentale bestemmingen. Clustervorming van bedrijvigheid trekt meer logistieke bedrijvigheid aan.
Buck Consultants International
27
5.3
Ruimtelijke opgave
Ruimtegebruik door logistieke bedrijfsactiviteiten • •
• • • •
•
De doelstelling heeft een duidelijke weerslag op het gebruik van de ruimte in de regio. Voor logistieke bedrijvigheid wordt tot 2020 een uitbreiding van 250 hectare verwacht. De uitbreiding van ruimte zal beperkt zichtbaar zijn in direct watergebonden terreinen aan de havens. Voor containeroverslag zal in de periode tot 2020 tenminste 12,5 extra hectare gereserveerd moeten worden voor containeroverslag. Voor de overlag van bulk- en stukgoederen moet de bestaande ruimte van watergebonden werklocaties (en kades) op bedrijventerreinen gehandhaafd blijven. De uitbreiding van ruimte voor logistiek is grotendeels zichtbaar in de ontwikkeling van droge terreinen. Op dit moment is nog 150 hectare in Midden Brabant uitgeefbaar (peildatum 2005). Dit is echter niet uitsluitend bedoeld voor logistieke activiteiten. Streekplannen geven inzicht in beschikbare terreinen. Specifiek zal ingezet moeten worden op het beter benutten van “loze ruimte” rondom havens en voor logistieke activiteiten moet ruimte gereserveerd worden. Dit betekent dat alle zeilen bijgezet moeten worden om nieuwe bedrijfsruimte voor logistieke activiteiten te ontwikkelen. Dit kan door het aanwijzen van uitbreidingslocaties op bestaande terreinen in de regio en ontwikkeling van nieuwe terreinen in de regio en door herontwikkeling van terreinen (duurzaam ruimtegebruik). Dit vereist naast samenwerking tussen gemeenten in Midden Brabant ook samenwerking en afstemming met gemeenten buiten Midden Brabant.
Voor logistieke activiteiten moet ruimte gereserveerd worden. Zichtbaar is geworden dat gemeenten de afgelopen jaren in de besluitvorming geen gelijke tred hebben gevoerd met de multimodale ontwikkeling van het bedrijfsleven. Dit terwijl het bedrijfsleven al wel jarenlang keuzes hieromtrent verlangt. De ruimtevraag zal beperkt zijn in direct havengebonden werklocaties en voornamelijk in droge terreinen rondom de havens. De ruimtelijke opgave heeft niet alleen betrekking op bedrijventerreinen. De doelstellingen zullen op regionaal niveau synchroon moeten lopen met de woningbouwopgave en infrastructurele ingrepen.
Buck Consultants International
28
Figuur 5.4 Ruimtelijke ontwikkeling
33
Definitief: 1. Uitgifte Weststad III O’hout (nog 10 ha droog terrein) 2. Uitgifte grond op Tichelrijt II Dongen (vooralsnog gereserveerd voor loswal en ROC) 3. Uitgifte Havens VII Waalwijk (75 ha waarvan 30 ha voor logistiek)
77
11
In procedure: 4. Vossenberg West II (79 ha)
22
Planvorming: 5. Tichelrijt III Dongen (18-20 ha) 6. Ontwikkeling Loven-Noord (opp. ca. 60 ha) 7. Ontwikkeling Havens VIII Waalwijk (ca. 200 ha)
55 44
66
• •
In de planvorming is op korte termijn voor de vestiging van verschillende bedrijfssectoren 100 hectare voorzien en op lange termijn 300 hectare. Bij de ruimtelijke ontwikkeling is het van groot belang dat over de grens van de regio wordt heen gekeken. Rekening houdend met ruimtelijke ontwikkelingen in omliggende gemeenten heeft de regio Midden Brabant meer dan gemiddeld fysieke ruimte beschikbaar.
Knelpunten in (milieu)ruimte • • • • •
De gemeente Oosterhout heeft geen nieuwe ruimtelijke uitbreidingsmogelijkheden. De uitbreidingsmogelijkheden in Dongen (18-20 ha) zijn beperkt in tegenstelling tot Tilburg en Waalwijk. In Tilburg kan op twee locaties worden uitgebreid (oppervlakte samen ca. 140 ha). De gemeente Waalwijk heeft fysiek de meeste uitbreidingsruimte (200 ha). Bij de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen ontstaan conflicten met bestaande en toekomstige woningbouw en/of recreatie in de gemeenten Tilburg (Vossenberg West II) en Dongen (Tichelrijt III).
Dit vraagt om keuzes op lokaal en regionaal niveau. Die keuzes zijn in veel gevallen niet absoluut (of woningbouw, of logistiek-industriële ontwikkeling). Op regionaal niveau zal besluitvorming moeten plaatsvinden hoe de opgave voor ontwikkeling van bedrijventerreinen kan plaatsvinden. •
In Waalwijk zijn vooralsnog geen knelpunten te identificeren in relatie tot wonen en/of recreëren.
Buck Consultants International
29
Knelpunten in bereikbaarheid via de weg •
• •
•
•
Met het oog op de groei in het goederenvervoer en met name het containervervoer wordt de bereikbaarheid via de weg tussen natte en droge terreinen in de regio steeds belangrijker. Bij ontwikkeling van Tichelrijt III en Vossenberg West II is de doortrekking van de westelijke randweg rondom Tilburg noodzakelijk. Dit is in de planvorming ook meegenomen. Ondanks deze randweg zullen de knelpunten aan de westkant van Dongen (N629) op de aansluiting met de A27 groter worden. Ook de verkeersdruk tussen Dongen en Tilburg (N632) neemt toe. Indien in Waalwijk het terrein Havens verder wordt uitgebreid (uitgifte Havens VII en ontwikkeling havens VIII) dan moet nauwkeurig bekeken worden of de aansluiting op de A59 nog volstaat. Als containeroverslag in Waalwijk in vergelijking met Tilburg en Oosterhout niet gelijk toeneemt maar achterblijft dan zal regionaal extra verkeersdruk ontstaan op de N261 en de A59 omdat containertransport dan via andere overslagterminals wordt afgewikkeld.
Knelpunten in bereikbaarheid via water •
• •
•
Omdat het goederenvervoer fors toeneemt van en naar de regio waarbij zo veel mogelijk wordt ingezet op multimodaal vervoer is het belangrijk dat het onderhoud van de vaarwegen en havens op peil wordt gehouden. De upgrading van het Wilhelminakanaal tussen sluis II en sluis III door Rijkswaterstaat moet voor 2010 zijn gestart. De aanleg van een buitendijkse variant van de havens in Waalwijk lijkt niet realistisch omdat de ruimtebehoefte aan natte werklocaties niet fors moet worden uitgebreid. De inzet op de ontwikkeling van droge terreinen in de regio Midden Brabant ligt meer voor de hand. Waalwijk heeft hiervoor nog de meeste ruimte. Dit in tegenstelling tot de andere gemeenten in Midden Brabant. Deze ontwikkeling maakt het wel urgenter om de kosten en baten van de capaciteitsvergroting van de sluis in Waalwijk (naar tenminste vaarwegklasse 4) versneld in beeld te brengen. Indien meer goederenvervoer via overslagbedrijven in Waalwijk kunnen worden gefaciliteerd dan voorkomt dit (onnodig) wegtransport in de regio.
5.4
Samenwerkingsstructuur en organisatie
Gedurende de uitvoering van het traject is gebleken dat voor samenwerking een groot draagvlak bestaat binnen de regio en dat alle regionale samenwerkingsvormen tot dusver bespreekbaar zijn. Om in het volgende hoofdstuk actielijnen en concrete acties organisatorisch te kunnen ondersteunen worden achtereenvolgens de meerwaarde en randvoorwaarden voor samenwerking beschreven. Ook worden enkele lijnen voor een (toekomstig) samenwerkingsmodel uitgestippeld. Buck Consultants International
30
Meerwaarde door regionale samenwerking De gemeenten en (vertegenwoordigers van) het bedrijfsleven verwachten door samenwerking de volgende meerwaarde te creëren: • • • • • • • •
Verbetering dienstverlening door overheid en bedrijfsleven Professionalisering havens Maximaal gebruik van binnenvaart (en spoor) Verbeteren continuïteit, flexibiliteit en harmonisering Groei binnen bestaande milieunormen Zorgvuldig ruimtegebruik (Beheer)kosten besparen Promotie van de regio als logistieke regio
Randvoorwaarden voor samenwerking Een belangrijke randvoorwaarde voor samenwerking wordt met het voorliggende Masterplan ingevuld. Er is een regionale visie, die onvoorwaardelijk wordt gedragen door het regionale bestuur en het bedrijfsleven. Op langere termijn betekent dat mogelijk de bereidheid tot het inleveren van delen van de lokale autonomie, bijvoorbeeld als in een later stadium gekozen wordt voor een strategische variant om regionaal samen te werken in bijvoorbeeld een Havenschap. Daarnaast is een aantal aandachtpunten noemenswaardig: • • •
•
Er is ‘momentum’: het klimaat voor het opstellen en invullen van een lange termijnvisie en de bereidheid (ook financieel) tot samenwerking is goed. Een regionale samenwerking moet gezien worden als een middel om het gezamenlijke doel te bereiken. Samenwerking is geen doel op zich. De overheden hebben een faciliterende rol in het ontwikkelen van ruimte voor het bedrijfsleven. Naast samenwerking door overheden wordt ook de samenwerking tussen bedrijven en bedrijven en overheden binnen de regio nagestreefd. Tegelijk zijn ook de gemeenteraden gericht op directe omgeving en kritisch ten opzichte van regionale samenwerking als gevolg van eerdere ervaringen met regionale samenwerking.
Buck Consultants International
31
Financiële randvoorwaarden •
•
• •
•
Het financiële draagvlak voor versterken van lokale havens is beperkt. Er zijn wel ruimtelijke plannen maar de financiële dekking is (nog) onzeker. Een gezamenlijke lobby door regionale overheden ondersteund door het bedrijfsleven kan deze financiële basis versterken. De financiële balans is voor individuele gemeenten zeer belangrijk. Door het bedrijfsleven zijn al investeringen gepland. Onder andere in de upgrading van het Wilhelminakanaal (bijdrage bedrijfsleven 1 miljoen euro) en private investeringen in Midden Brabantse inlandterminals (bijna 10 miljoen euro tot 2013). Alle havens worden op dit moment op een verschillende wijze organisatorisch en financieel beheerd. Een deelname (en dus ook financiële ondersteuning) van de Provincie Noord-Brabant en andere bovenregionale spelers is noodzakelijk voor investeringen die het regionale financiële draagvlak te boven gaan. Om korte en lange termijn acties uit te voeren zal per direct budget moeten worden gereserveerd!
Verder zijn er bij het opzetten van een samenwerkingsstructuur nog een aantal generieke aandachtpunten van belang. Deze staan weergegeven in onderstaand figuur: Figuur 5.5 Generieke aandachtpunten bij samenwerking Werk bij voorkeur samen in een homogene groep
Wees geduldig
Formuleer een gezamenlijke doelstelling / boodschap
Succesfactoren in samenwerkingsprojecten
Aandacht voor proces(begeleiding)
Benoem één gezicht / aanspreekpunt
Start met eenvoudige taken
Overwegingen voor de opzet van een samenwerkingsstructuur De samenwerkingsvorm moet in de juiste verhouding worden geplaatst ten opzichte van de gezamenlijke doelstelling en de bijdragen aan de acties die daarvoor nodig zijn. Onderstaand figuur illustreert deze redeneerlijn:
Samenwerkingsvorm/samenwerkingsstructuur ► concrete acties ►gezamenlijke doelstelling
Bij het formuleren van een passende samenwerkingsvorm zijn verschillende samenwerkingsniveaus denkbaar. Deze niveaus zijn zowel toepasbaar op samenwerking tussen marktpartijen als ook tussen overheden. Kortweg zijn drie niveaus te benoemen:
Buck Consultants International
32
1 2 3
Gezamenlijke profilering / lobby Operationele samenwerking Strategische samenwerking
Gezamenlijke profilering / lobby Bij de totstandkoming van het Masterplan Midden Brabant is de directe betrokkenheid van gemeenten en bedrijfsleven bij de havens in Midden Brabant vergroot. Om de betrokkenheid van (met name) de gemeenten vast te houden wordt voorgesteld binnen elke gemeente een projectmanager Havens Midden Brabant te benoemen. Deze projectmanagers overleggen tenminste 4 keer per jaar over de voortgang van acties die nodig zijn om de havens vitaal te houden. Dit overleg is gericht op de ontwikkeling van de havens in Midden Brabant. Intern binnen elke gemeente informeren de projectmanagers de betreffende bestuurders waardoor tijdig bestuurlijke besluitvorming kan plaatsvinden. Ook de bestuurders hebben aangegeven het bestuurlijk overleg periodiek voort te willen zetten. De regionale projectgroep- en stuurgroepoverleg staat boven de acties die nodig zijn (zie hiervoor hoofdstuk 6), en draagt bij aan het vasthouden van de slagvaardige werkwijze die in 2007 in gang is gezet. Belangrijk is dat er namens de regio sprake is van een eenduidige gezamenlijke boodschap die (bij voorkeur) door één boodschapper overgebracht wordt. Deze gemeenschappelijke boodschapper kan ook een (bestaande) organisatie zijn die de samenwerkende partners in de regio kan vertegenwoordigen. Door de partners in de regio wordt gedacht aan de profilering van de regio Midden Brabant door samenwerking en projectinitiatie te starten binnen De Ideale Connectie. De Ideale Connectie De Ideale Connectie is een initiatief van de samenwerkende gemeenten, de onderwijs- en kennisinstellingen en het bedrijfsleven in de regio Midden-Brabant. De Ideale Connectie staat voor economische versterking van de regio. Uitgangspunt is dat de regio sterke pieken kent, die het moet uitbouwen en beter moet profileren. Daartoe zet de Ideale Connectie in op bundeling van krachten en bundeling van fondsen om een programma uit te voeren langs drie lijnen waarin Midden Brabant goed is: Logistics, Leisure en Life Sciences. Voor wat betreft Logistics wil de Ideale Connectie het ondernemerschap en de innovatie in de logistieke sector versterken. Daartoe zijn verschillende concrete activiteiten geformuleerd, zoals het instellen van een projectgroep Ketenregie in de logistiek, clustering van bedrijven in kenniskringen met als doel hoogwaardiger en efficientere dienstverlening te kunnen verzorgen en nieuwe ICT toepassingen te ontwikkelen. Een duidelijke link wordt gelegd met de in de regio sterk aanwezige maakindustrie. Het ontwikkelen van een multimodale havenvisie is één van de ‘majeure’ projecten van de Ideale Connectie.
Ook de Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij (BOM) en de het Multimodaal Coördinatie en Adviescentrum (MCA) kunnen in deze multimodale logistieke profilering van de regio Midden Brabant een stimulerende rol spelen. Het Rijk heeft recent 55 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de ontwikkeling van binnenhavens (zgn. Quick Wins). Meer Nederlandse regio’s zullen aanspraak willen maken op dit
Buck Consultants International
33
budget. Dit Masterplan kan worden beschouwd als lakmoesproef. Kunnen havens Midden Brabant zich sterk genoeg organiseren richting het Ministerie van Verkeer en Waterstaat om aanspraak te maken op een deel van het budget?
Operationele samenwerking Naast gezamenlijk profilering van de regio kan ook binnen de regio operationeel worden samengewerkt. Hierbij kan gedacht worden aan: • •
• •
de opzet van een regionaal havenoverleg het gezamenlijk aantrekken van nieuwe (logistieke) bedrijven. Op dit moment voorziet REWIN daarin voor Oosterhout en trekken Tilburg, Dongen en Waalwijk zelfstandig logistieke bedrijven aan voor nieuwvestiging. de inzet van een regionale havenmeester regionaal havenbeheer
Strategische samenwerking Meer strategische samenwerking kenmerkt zich door committment voor de langere termijn en het aangaan van formele allianties, zoals een havenschap. Dat gaat voor Midden Brabant op dit moment te ver. Wel wil het strategische samenwerking invullen met acties als het harmoniseren van havenverordeningen (havengelden), milieuwetgeving rondom overslagbedrijven en het centraliseren van het havenbeheer.
Samenwerking met partijen buiten de regio Naast regionale samenwerking als middel voor economische ontwikkeling van de regio Midden Brabant is ook de potentie voor samenwerking met bovenregionale partijen in beeld gebracht. Private partijen werken horizontaal (bijvoorbeeld via Brabacon) en verticaal (in de logistieke keten) samen. Deze samenwerking zou publiek aangevuld kunnen worden door nadrukkelijk publiek-private allianties op te zoeken, zoals met de havens van Rotterdam, Moerdijk en Antwerpen, of met de provincie Noord Brabant. Het Havenbedrijf Rotterdam stelt dat: •
•
Multimodaal geïntegreerde concepten van havens in het achterland nodig zijn en dat de enorme groei in de (container)markt gefaciliteerd moet worden door enerzijds beter te organiseren en anderzijds te investeren in het achterland. Rotterdam zoekt naar een oplossing voor de overbelasting van A15. De aanleg van een of meer transferia voor de overslag van containers met een herkomst/bestemming in de regio Rotterdam wordt onderzocht. Aan de oostkant van Rotterdam zijn Alblasserdam, Gorinchem, Moerdijk in beeld. Indien een transferium wordt ontwikkeld in de haven van Moerdijk, waar containers met herkomst/bestemming Midden Brabant worden overgeslagen en indien dit intensief gebruikt gaat worden door de markt, dan ontstaat een negatief effect op het gebruik van de binnenvaart en de bereikbaarheid via de weg van en
Buck Consultants International
34
• • •
naar (Midden) Brabant verslechterd. Een omgekeerde modal shift kan plaatsvinden: vanuit Moerdijk zal meer verkeer over de weg langs en door Midden Brabant gaan. De ambitie in Midden Brabant mag volgens Rotterdam hoog zijn. De verdubbeling van de containeroverslag in 2020 zou dan ook een minimale doelstelling moeten zijn. Rotterdam (vooralsnog) niet financieel participeert in samenwerking in Midden Brabant. De verwachtingen in de regio van participatie van Rotterdam waren bij de start van het traject Masterplan hoog. Echter, gezien de opstelling van Rotterdam (Rotterdam wacht een propositie van de regio af) groeit in de regio Midden Brabant het besef dat er ook zonder Rotterdam slagen zijn te maken.
Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen wil de relatie met Midden Brabant versterken door ladingstromen beter te organiseren. Ook de haven van Antwerpen wordt geconfronteerd met congestie in het containervervoer. Antwerpen legt de focus op efficiënte aan- en afvoer van containerstromen. De lading per binnenvaart vanuit de regio naar Antwerpen en vice versa is te versnipperd. Het gaat om kleine volumes per terminal. Daarom acht de haven van Antwerpen een samenwerking met Midden Brabant voor het consolideren van ladingstromen noodzakelijk. Het Havenschap Moerdijk ziet niet direct mogelijkheden voor bestuurlijke samenwerking met de havengemeenten in Midden Brabant. Moerdijk wil met het oog op de verwachte groei in het shortseaverkeer samenwerking tussen marktpartijen, ook in Midden Brabant beter organiseren. Doel: het goederenvervoer zoveel mogelijk multimodaal laten plaatsvinden. Samengevat: De grote spelers buiten de regio onderstrepen het marktpotentieel van Midden Brabant. Zij stellen dat de ambitie om te groeien in de logistieke sector realistisch is. Tegelijk geven zij aan geïnteresseerd te zijn in samenwerking met Midden Brabant, maar dit betekent niet dat zij financieel willen participeren. Belangrijk is te noteren dat de timing van het Masterplan goed is: snelheid en slagvaardigheid is nu nodig om de havens in Midden Brabant vitaal te houden en een logistiek infarct in Nederland te voorkomen.
Buck Consultants International
35
Actieprogramma
Hoofdstuk 6
Het Masterplan geeft een volledig beeld van de belangrijkste stappen die gezet moeten worden om tot een sterkere logistieke concurrentiepositie van Havens Midden Brabant te komen, tegelijk gericht op de maximale multimodale inzet van binnenvaart en spoor. Figuur 6.1 Stappenplan voor Masterplan inclusief Actieprogramma
A
Marktkansen
Ambities
Streefbeeld Havens Midden Brabant
B
Opgave Logistiek – Economie – Ruimte – Organisatie
C
D
SWOT analyse
Acties autonoom
Acties korte termijn
Acties lange termijn
In dit hoofdstuk wordt de vertaalslag gemaakt naar acties op korte termijn (start binnen nu en 5 jaar) die nodig zijn om het gewenste streefbeeld in 2020 te realiseren. De acties op korte termijn worden uitgewerkt in zogenoemde projectfiches. Ook wordt een doorkijk gegeven naar acties die op lange termijn kunnen worden uitgevoerd. Voorafgaand aan de projectfiches en de beschrijving van lange termijn acties worden een aantal autonome acties benoemd. Autonome acties zijn acties die onafhankelijk van de voortgang van Havens Midden Brabant uitgevoerd worden. Deze autonome acties worden vanuit de doelstelling om de multimodale logistieke concurrentiepositie van de regio te versterken wel extra gestimuleerd om uitgevoerd te worden.
Buck Consultants International
36
6.1
Autonome acties
In de regio Midden Brabant worden de komende jaren acties uitgevoerd die al gepland (en gebudgetteerd) zijn en tegelijk een positieve bijdrage leveren aan de realisatie van de gewenste doelstellingen van de regio Midden Brabant in 2020, zoals verwoord in dit Masterplan. Deze acties hebben hoofdzakelijk betrekking op de realisatie van infrastructuur en (nieuwe) bedrijventerreinen. Tabel 6.1
Autonome acties die positief bijdragen aan de doelstelling Havens Midden Brabant
Weginfrastructuur • Verbetering aansluiting Dongen/Tilburg-West op A27 (provinciale weg) • Realisatie westelijke tangent Tilburg • Op termijn de realisatie van een nieuwe/vervangende aansluiting op A59 (Waalwijk-Oost) in relatie tot de nieuwe ontwikkeling van Havens VIII • Op termijn verbetering van de aansluiting van Weststad (Oosterhout) op de A59. Vaarwegen/havens/kades • Upgrading Wilhelminakanaal tot vaarwegklasse IV tussen sluis 2 en sluis 3 • Verhogen brug A59 nabij Oosterhout (op dit moment in afronding) • Aanleg langshaven Vossenberg West II • Uitbreiding kade Oosterhoutse Container Terminal (op dit moment in uitvoering) • Uitbreiding ruimte voor containeroverslag Barge Terminal Tilburg (op dit moment in uitvoering) • Revisie (onderhoud) sluizen 1, 2 en 3 in Wilhelminakanaal • Baggeren Wilhelminakanaal en vervangen damwanden sluis 3 tot Loven • Revisie (onderhoud) sluis Waalwijk • Aanleg ROC Dongen is in onderzoek Spoor • Uitbreiding ruimte spooroverslag Rail Terminal Tilburg (op dit moment in uitvoering) • Realisatie spooroverslagfaciliteit in combinatie met realisatie Loven Noord in Tilburg Bedrijventerreinen • Realisatie Vossenberg West II (met container langshaven) in Tilburg in procedure.
Voorgesteld wordt deze autonome acties, evenals de nieuwe (korte termijn) acties, op te nemen in de Logistieke Visie Brabant die in de eerste helft van 2008 door de Provincie Noord-Brabant wordt opgesteld.
Buck Consultants International
37
6.2
Korte termijn acties Havens Midden Brabant
Binnen een periode van 5 jaar wordt de uitvoering van de volgende acties voorgesteld: 1 2 3 4 5 6 7 8
Regionale ontwikkeling logistieke bedrijventerreinen Verbreden ophaalbruggen Kraaiven-Loven Vergroten Sluis Waalwijk naar vaarwegklasse V Proactief beheer en onderhoud van havens Lobby en communicatie via De Ideale Connectie Multimodaal Midden Brabant Samenwerking tussen inlandterminals Upgrading arbeidspotentieel in de logistiek
Deze acties hebben een raakvlak met de volgende thema’s:
Project
1
2
3
4
x
x
x
x
5
6
7
8
Thema Logistiek
x
Economie Ruimte Infrastructuur Lobby en samenwerking Acquisitie
x x x
x
x
x x
x
x
x
x
Overkoepelend wordt het regionale projectgroep- en stuurgroepoverleg gecontinueerd. Elke gemeente benoemt een projectmanager Havens welke tenminste 4 keer per jaar overlegt over de voortgang van acties die nodig zijn om de havens vitaal te houden. Ook op bestuurlijk niveau vindt periodiek afstemming plaats tussen de gemeenten Dongen, Oosterhout, Tilburg en Waalwijk over de acties gericht op havenontwikkeling. De acties worden in deze paragraaf uitgewerkt. Deze paragraaf wordt afgesloten met een tijdpad waarin de verschillende acties kunnen worden uitgevoerd en een overzicht van initiators van deze verschillende acties.
Buck Consultants International
38
Actie 1: Regionale ontwikkeling logistieke bedrijventerreinen Omschrijving
Ontwikkeling en herstructurering van bedrijventerreinen welke geschikt zijn voor de huisvesting van logistieke bedrijvigheid Doel • Het reserveren van ruimte voor logistieke (en industriële) functies in Midden-Brabant. Het streekplan biedt al een eerste inzicht in de beschikbare ruimte voor deze functies in de regio Midden Brabant. • Het benutten van loze ruimte en het in gang zetten van herstructurering van bestaande bedrijventerreinen, geschikt voor de vestiging van logistieke functies in de regio. • Het ondersteunen van besluitvorming om nieuwe logistieke en havengebonden terreinen te ontwikkelen. • Het vaststellen van samenwerkingsmogelijkheden bij de acquisitie van logistieke bedrijven in de regio Midden-Brabant. • Periodiek terugkoppelen of de voortgang in uitgifte van bedrijventerrein aan logistieke bedrijven in de pas loopt met de doelstelling zoals geformuleerd in dit masterplan. Type actie Beleidsafstemming Trekker Gemeenten Dongen, Oosterhout, Tilburg en Waalwijk Betrokken partijen Provincie Noord-Brabant, omliggende gemeenten, Kamer van Koophandel, Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij e.a. Tijdsplanning Opstellen overzicht en actieplan in 2008 Besluitvorming Om tot daadwerkelijke ontwikkeling over te gaan, is bestuurlijke besluitvorming nodig, medio 2008. Kosten Beleidsafstemming, additionele projectkosten PM Relatie met andere Deze actie levert input voor acties 5 daar waar mogelijkheden zijn voor acties gezamenlijke acquisitie van logistieke bedrijven.
Buck Consultants International
39
Actie 2: Verbreden ophaalbruggen Kraaiven-Loven Omschrijving
Het verbreden van de smalle ophaalbruggen in het Wilhelminakanaal in Tilburg (vanaf sluis III, kanaaldeel Kraaiven-Loven) maakt geen onderdeel uit van de eerste fase kanaalverruiming (vanaf sluis II tot sluis III). Deze verbreding maakt het wel mogelijk om bedrijventerrein Loven bereikbaar te maken voor grotere schepen. Onderzoek naar de technische mogelijkheden, kosten en baten van de verbreding van de ophaalbruggen8 moet plaatsvinden. Doel Het Wilhelminakanaal tot bedrijventerrein Loven geschikt maken voor vaarwegklasse IV. Type actie Vooronderzoek/ uitvoering Trekker Gemeente Tilburg Betrokken partijen Provincie Noord-Brabant, Rijkswaterstaat, Ministerie van Verkeer & Waterstaat. Tijdsplanning Vooronderzoek: 2008 Aanbesteding: 2009 Uitvoering: start 2010 Besluitvorming Besluitvorming lokaal in 2008/ 2009 Kosten Vooronderzoek: 40.000 euro Realisatie: PM Relatie met andere Deze actie heeft een relatie met actie 1: optimale ontwikkeling van beacties drijventerreinen mogelijk maken (in dit geval Kraaiven, Loven en toekomstig Loven-Noord).
8
Kraaivenstraat, Waalstraat, Oude Lind en Petrus Loosjesstraat
Buck Consultants International
40
Actie 3: Vergroten Sluis Waalwijk naar vaarwegklasse V Omschrijving
Onderzoek naar de technische mogelijkheden, kosten en baten (volgens OEI methodiek9) voor de verruiming van de Sluis in Waalwijk van vaarwegklasse III tot vaarwegklasse V, rekening houdend met de (toekomstige) aanleg en uitgifte van logistieke bedrijventerreinen in Waalwijk. Met dit inzicht kan regionale besluitvorming plaatsvinden en gericht gezocht worden naar financiële ondersteuningsmogelijkheden binnen de regio en buiten de regio (waaronder het Rijk). Doel • De bereikbaarheid van de regio via alle modaliteiten (weg, binnenvaart en spoor) garanderen. • De bereikbaarheid van de (nieuwe) bedrijfsterreinen in Waalwijk via binnenvaart vergroten zodat onnodig wegtransport in de regio Midden Brabant wordt voorkomen. • Versterking logistieke functie door clustervorming als gevolg van uitgebreidere binnenvaartoverslagmogelijkheden. Type actie Vooronderzoek / uitvoering Trekker Gemeente Waalwijk Betrokken partijen Provincie Noord-Brabant, Rijkswaterstaat, Ministerie van Verkeer & Waterstaat. Afstemming met gemeenten Dongen, Oosterhout, Tilburg, Tijdsplanning Vooronderzoek: 2008 Besluitvorming / financiering / aanbesteding: 2008-2010 Uitvoering: start 2011 Besluitvorming Besluitvorming (regionaal) vindt plaats in 2008. Kosten Vooronderzoek: 100.000 euro Realisatie: PM Relatie met andere Deze actie heeft een relatie met actie 1. De planvorming voor de realiacties satie van Havens VIII in Waalwijk moet concreter zijn.
9
Overzicht Effecten Infrastructuur (OEI) is een document waarin alle maatschappelijk effecten van een infrastructuurproject overzichtelijk en bondig op een rij staan en bevat, naast de kosten van aanleg en onderhoud, de effecten van wegen, spoorwegen en vaarwegen op de bereikbaarheid, economie, veiligheid, natuur en het milieu.
Buck Consultants International
41
Actie 4: Proactief beheer en onderhoud van havens Omschrijving
De opzet van een gezamenlijk operationeel beheerplan en de aanstelling van een (of enkele) gezamenlijke havenmeester(s) in de regio Midden Brabant. Gestart wordt met een periodiek havenoverleg. Dit havenoverleg is gericht op het beheer van de binnenhaven en bedoeld om knelpunten in de infrastructuur tijdig te signaleren. Het overleg bestaat tenminste uit de vier gemeenten en Rijkswaterstaat. Zo vindt direct ook periodiek afstemming plaats over onderhoud en beheer van kunstwerken (bruggen en sluizen), vaarwegen, haveninvaarten en havens en kades. In 2008 ligt de nadruk op het uniformeren van feiten, cijfers en processen over het gebruik van de havens. Ook worden de beheerplannen per gemeente (voor zover aanwezig) geïntegreerd tot een document. Per haven wordt inzichtelijk gemaakt welke activiteiten noodzakelijk zijn op korte en lange termijn om het onderhoud en het beheer van de havens op een proactieve wijze invulling te geven, en welke activiteiten gezamenlijk kunnen worden opgepakt. Deze actie moet worden ingebed in de werkwijze van vier gemeenten zodat een herziening van dit beheerplan jaarlijks mogelijk wordt.
Met dit gezamenlijke operationele beheerplan is het mogelijk om het gezamenlijk beheer te institutionaliseren door de aanstelling van een of enkele regionale havenmeester(s). Doel Door het uniformeren van gegevensverzameling en het standaardiseren van werkwijzen wordt aan het onderhoud en beheer van de havens in Midden Brabant op een proactieve wijze invulling gegeven. Type actie Uitvoeringsproject Trekker Gemeenten Dongen, Oosterhout, Tilburg en Waalwijk Betrokken partijen Rijkswaterstaat, bedrijfsleven Tijdsplanning Regionaal havenoverleg: start per direct Opzet gezamenlijk operationeel beheerplan: 2008 Aanstelling regionale havenmeester(s): 2009 Besluitvorming Medio 2008 besluitvorming over aanstelling gezamenlijke havenmeester(s). Kosten Havenoverleg: via reguliere middelen Operationeel beheerplan: 30.000 euro Inzet regionale havenmeester(s): via reguliere middelen en personele inzet van gemeenten Kosten voor onderhoud en beheer van havens: PM (volgt uit operationeel beheerplan) Relatie met andere Mogelijk kan het havenoverleg worden ondergebracht onder de vlag acties van De Ideale Connectie.
Buck Consultants International
42
Actie 5: Lobby en communicatie via De Ideale Connectie Omschrijving Doel
Samenwerking tussen overheden en bedrijfsleven in Midden Brabant, geïnstitutionaliseerd via De Ideale Connectie. Gezamenlijke profilering van de regio Midden-Brabant met als doel: • het aantrekkelijk maken van de regio voor nieuwe (logistieke) bedrijven om zich in Midden Brabant te vestigen. De acquisitie van nieuwe logistieke bedrijven verdient afstemming. Het inzicht in de beschikbare ruimte in de regio (zie actie 1) moet gedeeld worden met de acquisiteurs voor logistieke activiteiten in de regio midden Brabant. • bestaande bedrijvigheid in de regio (verladers en logistieke dienstverleners) informeren over multimodale logistieke mogelijkheden. • het aantrekkelijk maken van (financiële) participatie door partijen buiten de regio voor investeringen binnen de regio Midden Brabant. Deze profilering kan concreet gemaakt worden door onder de vlag van De Ideale Connectie promotionele activiteiten uit te voeren. De regionale presentatie van het Masterplan is de eerste stap in deze richting. Uitvoeringsproject De Ideale Connectie
Type actie Initiatiefnemer/trekker Betrokken partijen Kamer van Koophandel, REWIN, gemeenten Dongen, Oosterhout, Tilburg en Waalwijk, Universiteit Tilburg Tijdsplanning Start samenwerking: 2008 Besluitvorming Begin 2008 besluitvorming in gemeente Oosterhout wel/niet via projectengeld te participeren in De Ideale connectie. Kosten Havenconferentie: projectbudget is gereserveerd Gemeente Oosterhout participeert via projectengeld in De Ideale connectie. De overige gemeenten leveren al een (financiële) bijdrage aan De Ideale Connectie. Relatie met andere Een relatie met actie 1 is zichtbaar. Ook kan een relatie ontstaan met acties de acties 4 en 8, indien blijkt dat onder de vlag ven De Ideale Connectie meer (deel)projecten kunnen worden uitgevoerd.
Buck Consultants International
43
Actie 6: Multimodaal Midden Brabant Omschrijving
Het multimodaal vervoer in Midden Brabant wordt op verschillende manieren ondersteund zodat het gebruik van binnenvaart en spoor maximaal kan plaatsvinden. De ondersteuning van multimodaal vervoer door het starten van een segmentspecifieke aanpak (containers, droge bulk, natte bulk, stukgoed etc.). Bij deze aanpak worden met overheid en bedrijven in een segment gezamenlijk oplossingen gezocht voor knelpunten waardoor belangrijke efficiencyslagen worden bereikt. Denk hierbij aan: • het uniformeren van de interpretatie, toepassing en controle van milieuwet- en regelgeving door overheden bij overslagbedrijven; • het bundelen van goederenstromen (bijvoorbeeld op Antwerpen); • vervoersmanagement (inclusief modal shift scans) op vervoersintensieve bedrijventerreinen waar productie- en logistieke bedrijven zijn gevestigd. Dit om de verkeersdruk op de weg tot een minimum te beperken. • ondersteuning van innovatieve vervoersconcepten bij marktpartijen; • realisatie van nieuwe overslagfaciliteiten voor spoorvervoer, geschikt voor stukgoed en containers; • het verlengen van binnenvaartkades voor container- en bulkoverslag.
Deze segmentspecifieke aanpak kan worden geïnstitutionaliseerd door het Multimodaal Coördinatie en Adviescentrum Noord-Brabant. Doel Faciliteren gebruik binnenvaart en spoor Trekker MCA Noord-Brabant Betrokken partijen Provincie Noord-Brabant, BOM, Rijkswaterstaat, gemeenten, direct betrokken bedrijven, gemeenten e.a. Tijdsplanning 2009 Besluitvorming Versterken multimodaal midden Brabant door de opstart van (implementatiegerichte) deelprojecten. Kosten PM, per deelproject te vast te stellen. Relatie met andere Deelprojecten kunnen worden opgestart middels het havenoverleg acties (actie 4). De realisatie van nieuwe overslagfaciliteiten sluit aan bij de (deels autonome) ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen.
Buck Consultants International
44
Actie 7: Samenwerking tussen inlandterminals Omschrijving
Onder de noemer Brabacon wordt de komende jaren invulling gegeven aan samenwerking tussen Brabantse inlandcontainerterminals. Gestart wordt met een inventarisatie van Facts & Figures over de ontwikkelingen in het containervervoer tot 2020 en de (toekomstige) capaciteiten van het terminalnetwerk. Direct aansluitend worden de samenwerkingmogelijkheden op verschillende niveaus verkend en (indien mogelijk) tot uitvoering gebracht. Deze niveaus zijn: 1 Mogelijkheden voor kennisdeling en gezamenlijke Networking & Lobby 2 Mogelijkheden voor gezamenlijke inkoop (Sourcing) 3 Mogelijkheden voor uitwisseling van producten en diensten (Operational sharing) 4 Mogelijkheden voor Strategische samenwerking (Strategical Cooperation) Doel Door samenwerking tussen inlandterminals wordt een betere benutting van de bestaande capaciteit van het multimodale vervoerssysteem gerealiseerd. Met het oog op de verwachte groei in het containertransport wordt zodoende de dienstverlening van de terminals geoptimaliseerd en de marktpositie van deze logistieke bedrijfstak versterkt. Trekker MCA is penvoerder namens alle terminals Betrokken partijen Alle inlandterminals in Brabant, BOM, Provincie Noord-Brabant e.a. Tijdsplanning Start in 2007, looptijd tot eind 2009. Besluitvorming Geen bestuurlijke besluitvorming nodig. Kosten Projectbegroting (alle terminals in Noord-Brabant): 400.000 euro. Budget aangevraagd bij Pieken in de Delta en Provincie Noord-Brabant, aangevuld met investeringen van private partijen. Relatie met andere Samenwerking tussen inlandterminals kan gezien worden als een acties deelproject welke ook bijdraagt aan actie 6: Multimodaal Midden Brabant. Actie 7 onderscheidt zich van deelprojecten uit actie 6 omdat de partners niet alleen uit Midden Brabant, maar uit heel Brabant komen en voor dit project recent een projectplan gereed is gekomen10.
10
Projectplan Brabacon, samenwerking tussen inlandterminals in Brabant (oktober 2007).
Buck Consultants International
45
Actie 8: Upgrading arbeidspotentieel in de logistiek Omschrijving
Doel Trekker Betrokken partijen Tijdsplanning Besluitvorming
Kosten Relatie met andere acties
Het aantal arbeidsplaatsen in logistieke functies groeit meer dan gemiddeld in vergelijking met landelijke cijfers. Deze groei in werkgelegenheid vraagt om een upgrading en uitbreiding van logistiek gekwalificeerd arbeidspotentieel op alle niveaus (uitvoerend tot en met management). Dit wordt gerealiseerd door: • Een verbetering van de aansluiting tussen logistiek onderwijs en arbeidsmarkt. • Het interesseren van jongeren in de regio voor een logistiek vakgebied. • Optimaal gebruik van logistiek arbeidspotentieel, eventueel na omscholing. Met het oog op de groei in logistieke arbeidsplaatsen voldoende gekwalificeerd arbeidspotentieel beschikbaar krijgen. De Ideale Connectie VT&L, ROC’s, NHTV, Universiteit Tilburg e.a. 2008 en verder Begin 2008 zal in overleg met opleidingsinstituten en onderwijsinstellingen besluitvorming plaats moeten vinden over deelprojecten die kunnen worden uitgevoerd binnen deze actie. PM Relatie met actie 5, dit initiatief kan onder de vlag van De Ideale Connectie worden opgepakt.
Buck Consultants International
46
Tijdpad korte termijn acties 2007-2012 2008
2007
2009
2010
2011
2012
1. Regionale ontwikkeling logistieke bedrijventerreinen 2. Verbreden ophaalbruggen Kraaiven-Loven
vooronderzoek
financiering / aanbesteding
3. Vergroten Sluis Waalwijk naar vaarwegklasse V
vooronderzoek
financiering en aanbesteding
4. Pro-actief beheer en onderhoud van havens
havenoverleg
regionale havenmeester
en verder
uitvoering (deel)projecten
en verder
uitvoering
en verder uitvoering
en verder
5. Lobby en communicatie via De Ideale Connectie 6. Multimodaal Midden Brabant 7. Samenwerking tussen inlandterminals 8. Upgrading arbeidspotentieel in de logistiek
en verder
Initiatie korte termijn acties 2007-2012 Actie 1. Regionale ontwikkeling logistieke bedrijventerreinen 2. Verbreden ophaalbruggen Kraaiven-Loven 3. Vergroten Sluis Waalwijk naar vaarwegklasse V 4. Proactief beheer en onderhoud van havens 5. Lobby en communicatie via De Ideale Connectie 6. Multimodaal Midden Brabant 7. Samenwerking tussen inlandterminals 8. Upgrading arbeidspotentieel in de logistiek
Buck Consultants International
Initiatie Projectgroep Gemeente Tilburg Gemeente Waalwijk Projectgroep De Ideale Connectie MCA Noord Brabant MCA Noord Brabant De Ideale Connectie
47
6.3
Lange termijn acties Havens Midden Brabant
Organisatie Meer strategische samenwerking kenmerkt zich door commitment voor de lange termijn en het aangaan van formele allianties met partijen binnen en buiten de regio Midden Brabant. Deze allianties kunnen juridisch worden verankerd in een Havenschap. Het centraliseren van het (operationeel en financieel) havenbeheer via de oprichting van een Havenschap is in Midden Brabant nu niet aan de orde. Op lange termijn willen overheden en bedrijfsleven in Midden Brabant mogelijk wel samenwerken in een Havenschap. Tabel 6.2
Definitie Havenschap
Havenschap Binnen dit havenschap wordt naast operationeel beheer gewerkt met een gezamenlijke exploitatiebegroting. De inkomstenkant van deze exploitatiebegroting is afhankelijk van de gebruikskosten van de haven. Deze worden gedekt door de overheid (overheidsbudget, reserves) en bedrijven (w.o. havengelden). Ook eventuele financiële bijdragen van externe partijen (Rijk, Provincie, Havenbedrijf Rotterdam, Antwerpen etc.) wordt hierin meegenomen. Daar tegenover staat de uitgavenkant waarbij kosten gemaakt worden voor het: • Baggeren van havens • Reparaties kademuren, taluds en steigers • Reparaties/onderhoud weginfrastructuur • Parkmanagement van haventerreinen (beveiliging, elektriciteit, vuilophaaldiensten etc.) • Kapitaallasten a.g.v. grootschalige investeringen in/rond de havens • Personeels- en huisvestingskosten voor operationele beheerder(s) • Overheadkosten, zoals (indirecte) kosten voor het maken/herzien van: - Marketingbeleid - Havenbeleid inclusief visie op havengelden, veiligheid, security, calamiteitenplannen, milieuzonering, woningbouw, ligplaatsenbeleid en bijvoorbeeld baggerspecie. - Verstrekken vergunningen binnen kader van milieu- en andere voorwaarden - Toezicht op de naleving van wet- en regelgeving
Wel ziet de regio Midden Brabant op de middellange termijn strategische samenwerkingsmogelijkheden. Deze mogelijkheden kunnen worden ingevuld door acties gericht op bijvoorbeeld het harmoniseren van havenverordeningen (havengelden), milieuwetgeving rondom overslagbedrijven en het centraliseren van het havenbeheer. Hiertoe wordt een eerste aanzet gedaan door op korte termijn te starten met een havenoverleg en binnen de regio op een proactieve wijze invulling te geven aan het beheer en onderhoud van havens.
Infrastructuurprojecten Infrastructuurprojecten zijn over het algemeen projecten met een lange doorlooptijd (> 5 jaar). Infrastructurele projecten die gepland zijn worden beschreven in paragraaf 6.1. Nieuwe infrastructurele ontwikkelingen zoals nieuwe bedrijventerreinen voor logistiek, een vergroting van de sluis in Waalwijk, de aanleg van nieuwe spooroverslagfaciliteiten kunnen het gevolg zijn van de opzet van korte termijn acties zoals beschreven in paragraaf 6.2 maar deze voorzieningen zijn pas na 2013 uitvoeringsgereed gerealiseerd.
Buck Consultants International
48
Bijlage 1
Betrokken partijen
Leden Stuurgroep • • • • • • • • • •
Dhr. M. van Dongen Mw. S. Dirven-van Aalst Dhr. H. Janssen Dhr. Y. de Boer Dhr. W. Versteijnen Dhr. G. Bosch Dhr. B. Hilberts Dhr. A. Verhoeven Dhr. O.L. Zwiers Dhr. H. Bleekendaal
gemeente Waalwijk gemeente Dongen gemeente Tilburg gemeente Oosterhout Barge terminal Tilburg (B.T.T.) Kamer van Koophandel Midden Brabant Stichting M.C.A. adviseur Stichting M.C.A. adviseur BOM adviseur secretaris
Leden Projectgroep • • • • • • • • • • •
Dhr. H. Bleekendaal Dhr. E. Lichtenberg Dhr. P. Loos Dhr. W.P. de Jongh Dhr. W. Versteijnen Dhr. A. Rietveld Dhr. S. van der Linden Dhr. B. Hilberts Dhr. A. Verhoeven Dhr. H. v.d. Vleuten Mw. I. van Dongen
Buck Consultants International
gemeente Waalwijk gemeente Tilburg gemeente Oosterhout gemeente Dongen Barge Terminal Tilburg (B.T.T.) Oosterhout Container terminal (O.C.T.) R.O.C. Waalwijk Stichting M.C.A. Stichting M.C.A. Wijnen Transport Dongen (agendalid) Buck Consultants international
49
Aanwezigen Informatie- en inspiratiebijeenkomst 5 september 2007 • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Dhr. M. van Dongen Mw. S. Dirven-van Aalst Dhr. H. Janssen Dhr. Y. de Boer Dhr. W. Versteijnen Dhr. H. van der Vleuten Dhr. G. Bosch Dhr. B. Hilberts Dhr. A. Verhoeven Dhr. O.L. Zwiers Dhr. H. Bleekendaal Dhr. E. Lichtenberg Dhr. M. van der Meer Dhr. P. de Jongh Dhr. S. v.d. Linden Dhr. A. Rietveld Dhr. S. van der Linden Dhr. F. Boss Dhr. M. van Schuijlenburg Mw. M. Schouten Dhr. J. van Mourik Dhr. G. Hanekamp Mw. G. Sannen Dhr. Y. Calcoen Mw. M. van Grinsven Dhr. A. van Schaik Mw. H. van Kessel Dhr. A. Peekstok Dhr. J. Vaes Dhr. R. Koster Dhr. T. Bogaers Dhr. H. van Neerven Dhr. T. de Graaf Dhr. P. van der Maat Dhr. P. Loos Mw. I. van Dongen Dhr. E. Koster Mw. E. Naaykens
Buck Consultants International
Gemeente Waalwijk Gemeente Dongen Gemeente Tilburg Gemeente Oosterhout Barge Terminal Tilburg (B.T.T.) Wijnen Transport Dongen K.V.K. Midden Brabant Stichting M.C.A. Stichting M.C.A. BOM adviseur Secretaris stuurgroep HMB Gemeente Tilburg Gemeente Tilburg Gemeente Dongen ROC Waalwijk Oosterhout Container Terminal (O.C.T.) R.O.C. Waalwijk De Ideale Connectie Port of Rotterdam Rijkswaterstaat, directie Noord-Brabant Secretaris BZW Voorzitter WBP Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen Gemeentelijk Havendijk Antwerpen WBP Xenos en WBP VICD Nederlandse Vereniging voor Binnenhavens Havenschap Moerdijk voorzitter BORT Vollenhoven Olie B.V. Provincie Noord-Brabant Provincie Noord-Brabant Koninklijke Schuttevaer Gemeente Oosterhout Buck Consultants International Buck Consultants International Buck Consultants International
50