Masterpiece Autonomie bij de geriatrische zorgvrager na invoering van het Baxtersysteem “Een beeld vormen en in kaart brengen van de autonomie bij de geriatrische zorgvrager na invoering van het Baxtersysteem binnen Sevagram, in een periode van juni t/m september 2008”
Naam Opleiding Stageperiode Hbo-v stagiaire Stageplaats . Faculteit
W.A. Schoenmakers HBO-Verpleegkunde Juni t/m September 2008 4e jaars VKH, afd. 7 (ZIC)
Eindpresentatie
september 2008
Gezondheidszorg, Hogeschool Zuyd te Heerlen
Inleiding In de komende decennia zal het aandeel 65-plussers verder stijgen. Tot 2010 gaat deze stijging geleidelijk. Vanaf 2011 neemt de stijging sterk toe wanneer de eerste leden van de babyboomgeneratie 65 jaar oud worden. Op het hoogtepunt, omstreeks 2040, zijn ruim vier miljoen Nederlanders 65 jaar of ouder, 25% van de bevolking (RIVM, 2003). De combinatie autonomie en ouderen lijkt soms een onmogelijke. Is het niet zo dat naarmate je ouder wordt je autonomie steeds verder afneemt? De vergrijzing en het overheidsbeleid dat zelfstandigheid en regie over het eigen leven in de zorg centraal stelt, plaatst ons voor de vraag hoe ouderen zelf denken over autonomie. Autonomie zal de komende jaren een steeds belangrijker aspect worden binnen de samenleving. In de periode juni t/m september 2008 heeft er een kwaliteitsonderzoek plaatsgevonden op het gebied van de autonomie van de geriatrische zorgvrager. Binnen afdeling 7, van de VKH komen geriatrische zorgvragers om te herstellen na een operatie, kracht op te bouwen om na huis te gaan of om een mantelzorgverlener tijdelijk te ontlasten. In de meeste gevallen gaan deze zorgvragers na ontslag, weer richting huis. Wanneer we het hebben over autonomie, komt ook de wijze van medicatie beheren aan bod. Kan de geriatrische zorgvrager op afdeling 7, een reactiveringsafdeling, niet diens eigen medicatie beheren? Kan het Baxtersysteem hier een mogelijke bijdrage aan leveren om de autonomie van een geriatrische zorgvrager op medicatiegebied te vergroten? Dit zijn enkele vragen die gesteld zijn geworden aan medewerkers van afdeling 7, binnen dit kwaliteitsonderzoek. Binnen dit document kunt u een procesbeschrijving vinden, op welke manier dit kwaliteitsonderzoek tot stand is gekomen en welke mogelijke implementatiestukken aangereikt kunnen worden naar de reactiveringsafdeling, om zo de autonomie van geriatrische zorgvragers op medicatiegebied te kunnen vergroten.
Hoofdstuk 1 start kwaliteitsonderzoek Binnen afdeling 7, de plek waar ik op dit moment stage loop, is in juni 2008 een projectgroep medicatie ontstaan. Deze projectgroep is opgezet, omdat er veel verbeterpunten liggen op medicatiegebied. Door samen met de leden van de projectgroep medicatie te brainstormen over een mogelijk onderwerp voor mijn kwaliteitsonderzoek, zijn we tot het volgende onderwerp gekomen: een duidelijk beeld schetsen over hoe er binnen de VKH gedacht wordt over de autonomie bij geriatrische zorgvragers op medicatiegebied (baxtersysteem) en om zo te komen tot eventuele zwakheden en of verbeterpunten. Binnen dit kwaliteitsonderzoek, is de volgende centrale vraagstelling geformuleerd: “Wordt met het huidige gebruik van het Baxtersysteem binnen de VKH voldoende rekening gehouden met de autonomie van de cliënt en welke zwakheden en eventuele verbeterpunten komen naar voren?” Naast de centrale vraagstelling, zijn ook enkele deelvragen geformuleerd: 1. Wie komt allemaal in aanraking met het baxtersysteem? 2. Hoe wordt er door de gebruikers gedacht over het baxtersysteem? 3. Is er bij invoering van het baxtersysteem rekening gehouden met de autonomie van geriatrische cliënten? Zo ja, op welke wijze is hiermee rekening gehouden en hoe is dit terug te vinden in het huidige systeem? 4. Welke zwakheden vertoont het baxtersysteem m.b.t. de autonomie van de geriatrische cliënten? 5. Welke verbeterpunten zijn er mogelijk m.b.t. de autonomie van de geriatrische cliënt binnen het baxtersysteem? 6. Wat zijn de verwachtingen van de geriatrische cliënten binnen het ZIC m.b.t hun eigen autonomie op het gebied van medicatieverstrekking? 7. Welke mogelijke verbeterpunten dragen deze cliënten aan? In de hierna volgende hoofdstukken kunt u informatie vinden hoe het kwaliteitsonderzoek van start is gegaan tot het moment waarbij implementatiestukken zijn ontwikkeld om de kwaliteit van zorg te vergroten.
Hoofdstuk 2 vervolg kwaliteitsonderzoek Ieder kwaliteitsonderzoek begint met het bestuderen van de nodige literatuur over het onderwerp. Wanneer er voldoende gegevens zijn verzameld over het onderwerp, kan men van start gaan met het daadwerkelijke onderzoek. Binnen dit kwaliteitsonderzoek zijn 6 stappen aan bod gekomen, die uiteindelijk een beeld zou moeten schetsen over hoe er binnen afdeling 7, van de VKH, gedacht werd over de autonomie van geriatrische zorgvragers op medicatiegebied. Deze stappen waren: Stap 1. Formuleren van een concreet en onderbouwt voorstel voor verbetering van de zorg Stap 2. In kaart brengen van de feitelijke zorg Stap 3. Analyse van doelgroep en setting Stap 4. Ontwikkeling of selectie van strategieën Stap 5. Ontwikkelen, testen en uitvoeren van de implementatie activiteiten Stap 6. Evaluatie en (eventueel) bijstelling van het plan Allereerst werd het onderwerp gekozen voor het kwaliteitsonderzoek. Vervolgens werd beschreven waarom dit onderwerp werd gekozen. Daarnaast kwamen de centrale vraagstelling, doelstelling en deelvragen aan bod. Ook werd er een beeld geschetst (de huidige situatie) hoe het op dit moment gesteld is met de autonomie van geriatrische zorgvragers op medicatiegebied, op afdeling 7. Daarnaast werd een wenselijke situatie geschetst, waaraan afdeling 7, zou moeten voldoen, wil de autonomie op medicatiegebied door de geriatrische zorgvrager optimaal benut kunnen worden. Hieronder vindt u de werkelijke en wenselijke situatie op afdeling 7. Huidige situatie In de huidige situatie wordt er gewerkt met het baxtersysteem. Doel van dit systeem is op een systematische wijze cliënten van hun medicatie te voorzien om zo ervoor te zorgen dat er zo min mogelijk fouten worden gemaakt bij de medicatieverstrekking. Op dit moment krijgen geriatrische zorgvragers de medicatie niet in eigen beheer. Bij enkele zorgvragers zou dit misschien wel kunnen. Op dit moment wordt naar mijns inziens de autonomie van geriatrische zorgvragers niet optimaal benut. Daarnaast wordt de autonomie op medicatie gebied ingeperkt, doordat er geen duidelijke richtlijnen zijn en hier geen aandacht aan wordt besteedt. Wenselijke situatie • De cliënt krijgt de medicatie in eigen beheer en beheert de medicatie zelfstandig doormiddel van het baxtersysteem of door een hulpmiddel (weekdoos). De contactverzorgende stelt zich verantwoordelijk om de autonomie bij deze cliënt te vergroten. • Alle werknemers op afd. 7 hebben kennis van het begrip autonomie en weten hoe je dit begrip in de praktijk kunt toepassen en bevorderen. • Er zou een protocol of richtlijn moeten komen dat aangeeft aan welke eisen een geriatrische zorgvrager moet voldoen, wil deze de medicatie in eigen beheer krijgen. • De arts heeft de eindverantwoordelijkheid als het gaat om de medicatie in eigen beheer te geven. • Er zou een formulier ondertekend moeten worden, om vast te leggen wie er verantwoordelijk is voor het beheer van de medicatie.
• • • • • • • •
Er zouden hulpmiddelen op de afdeling moeten komen, wanneer de zorgvragers het niet lukt om de blisters te openen (beperking in de fijne motoriek). Alle medewerkers stellen zich tot doel de autonomie op afdeling 7 te vergroten. De contactverzorgende stelt zich verantwoordelijk om de autonomie bij diens cliënt te vergroten, wanneer mogelijk is. Medewerkers op afdeling 7, bevorderen de autonomie op medicatiegebied door de richtlijnen uit te oefenen, die opgesteld zijn om de autonomie op medicatiegebied te bevorderen. Medewerkers zien in wat het effect is van het vergroten van de autonomie op medicatiegebied. Medewerkers weten dat door het vergroten van de autonomie de kwaliteit en doelmatigheid van zorg wordt verbeterd. De geriatrische zorgvrager is tevreden over het zelfstandig beheren van medicatie. Het overgrote deel van de betrokken partijen is tevreden over hoe het bevorderen van de autonomie op medicatiegebied verloopt.
Gegevens behaald uit interviews Om een goed beeld te krijgen hoe medewerkers en zorgvragers denken over het begrip autonomie in relatie met het verstrekken en beheren van medicatie (Baxtersysteem), zijn er interviewvragen opgesteld. Gegevens zijn verzameld door middel van open interview vragen. Hiervoor zijn 10 medewerkers van afdeling 7 gekozen en 7 zorgvragers. Het verzamelen van gegevens door middel van interviews is belangrijk geweest voor dit onderzoek. Uit deze interviews zijn (samenvattend) de volgende gegevens naar voren gekomen: -
-
Alle medewerkers zijn op de hoogte wat het begrip autonomie inhoudt. Medewerkers binnen Sevagram zijn niet op de hoogte van mogelijke protocollen/richtlijnen op het gebied van medicatiebeheer. Medewerkers binnen Sevagram geven aan dat er binnen het Baxtersysteem knelpunten aan bod komen, die de autonomie van de geriatrische zorgvrager niet doet bevorderen. Deze knelpunten zijn echter niet te zoeken binnen het Baxtersysteem, maar bij de medewerkers zelf. Deze zien het als een automatisme om de medicatie van de cliënten te regelen. Medewerkers binnen Sevagram, geven aan meer aandacht te moeten hebben voor de autonomie van geriatrische zorgvragers op het gebied van medicatie te vergroten. Op dit moment gebeurt dit naar eigen zeggen te weinig. Alle medewerkers binnen Sevagram geven aan dat er meer aandacht geschonken moet worden aan de autonomie op medicatie gebied. Aangedragen wordt om mogelijke verbeterpunten op dit gebied in te voeren op afdeling 7. De volgende mogelijke verbeterpunten worden aangedragen: 1. Er moet bij opname duidelijk worden geobserveerd hoe het gesteld is met de cognitie van de cliënt; 2. Er wordt gevraagd aan de cliënt of deze de medicatie zelf in eigen beheer wil hebben, daarnaast moet de cliënt de medicatie in de thuissituatie ook altijd zelf hebben geregeld. 3. Er moet een machtigingsformulier komen, dat ondertekend moet worden door zowel Sevagram als de cliënt. Binnen dit formulier wordt op papier gezet wie verantwoordelijk is voor de medicatie in eigen beheer.
-
4. Daarnaast is het ook van belang dat wanneer een cliënt diens eigen medicatie in beheer wil hebben er een soort van observatie periode aan gekoppeld wordt. Daarmee wordt bedoeld dat er gekeken wordt hoe de medicatie in eigen beheer verloopt. Dit om onnodige fouten te voorkomen. Alle medewerkers binnen Sevagram denken wanneer de autonomie op medicatiegebied wordt vergroot, de kwaliteit van zorg toeneemt. Bijna alle cliënten geven aan akkoord te gaan wanneer zij hun eigen medicatie in eigen beheer zouden krijgen.
Conclusie Nadat we een beeld hebben gekregen hoe zowel medewerkers als zorgvragers denken over het begrip autonomie in relatie met medicatiebeheer/medicatieverstrekking, kunnen we kijken of de werkelijke verleende zorg en de wenselijke verleende zorg overeenkomen. De wenselijke zorg komt niet overeen met de werkelijke verleende zorg. Echter alle geïnterviewde medewerkers binnen de VKH afd. 7 geven aan dat er veel moet veranderen op het gebied van de autonomie bij geriatrische zorgvragers op medicatiegebied. Er worden punten aangedragen om de autonomie bij deze zorgvragers te vergroten. Deze punten komen naar voren in de wenselijke verleende zorg. Kortom: op dit moment wordt de autonomie binnen afd. 7 op het gebied van medicatie bij geriatrische zorgvragers niet optimaal benut. Medewerkers geven aan hier meer aandacht voor te moeten hebben, wil men de autonomie vergroten. Medewerkers dragen punten aan om de autonomie te vergroten, deze punten zijn in bovenstaande tekst opgesomd. Daarnaast is het natuurlijk van belang dat cliënten binnen afd. 7 akkoord gaan wanneer zij hun eigen medicatie in eigen beheer krijgen. Wanneer er aandacht komt voor de autonomie op medicatiegebied zal dit op een positieve manier de kwaliteit van zorg vergroten, aldus medewerkers afd. 7.
Hoofdstuk 3 implementatie Omdat er veel verbeterpunten liggen op het gebied van autonomie in relatie tot medicatiebeheer/verstrekking, kunnen er mogelijke implementatiestukken ontwikkeld worden om de autonomie te vergroten. Binnen het kwaliteitsonderzoek zijn 2 implementatiestukken naar voren gekomen, deze zijn beschreven in een implementatieplan. Hieronder vindt u de ontwikkelde implementatiestukken, 1e Implementatiestuk Wat: Criteria m.b.t. het geven van medicatie in eigen beheer bij geriatrische zorgvragers Waarom: Op dit moment zijn er geen duidelijke criteria m.b.t. het medicatiebeheer 2e Implementatiestuk Wat: Overdracht beheer medicatie (machtigingsformulier) Waarom: Er moet duidelijkheid komen wie de verantwoording draagt over de medicatie Deze stukken komen voort uit gegevens die door medewerkers van afdeling 7 zijn aangedragen om de autonomie op medicatiegebied bij de geriatrische zorgvrager te vergroten. Medewerkers hebben zelf nagedacht wat er ingevoerd zou moeten worden, wil de autonomie op medicatiegebied vergroot worden. Daarnaast is er informatie verzameld die afkomstig is uit andere zorgcentra binnen Sevagram, die al langer werken met het medicatiebeheer. Afsluiting Door middel van een presentatie zal ik u de verdere rest van het onderzoek presenteren. Daarnaast kunt u ook de daadwerkelijke implementatiestukken zien, die binnen de VKH op langere termijn ingevoerd zullen worden. Daarnaast biedt deze presentatie gelegenheid voor het stellen van vragen over de mogelijke implementatie binnen de VKH.