MARKET INSIGHTS
Guide to the Markets Europa | 3e kw. 2015 | Per 30 juni 2015
Global Market Insights Strategy Team Amerikaanse continent
Europa
Azië
Dr. David P. Kelly, CFA
Stephanie H. Flanders
Tai Hui
Andrew D. Goldberg New York
Madrid
Manuel Arroyo Ozores, CFA
Yoshinori Shigemi
Anastasia V. Amoroso, CFA
Tilmann Galler, CFA
Grace Tam, CFA
Julio C. Callegari
Lucia Gutierrez-Mellado
Kerry Craig, CFA
James C. Liu, CFA
Vincent Juvyns
Ian Hui
David M. Lebovitz
Dr. David Stubbs
Akira Kunikyo
Gabriela D. Santos
Maria Paola Toschi
Ben Luk
Hannah J. Anderson
Alexander W. Dryden
Anthony Tsoi, CFA
Abigail B. Dwyer
Nandini L. Ramakrishnan
New York
Houston
São Paulo Chicago
New York New York New York New York
Londen
Frankfurt Madrid
Benelux Londen Milaan
Londen
Hongkong Tokio
Hongkong
Melbourne Hongkong Tokio
Hongkong Hongkong
Londen
Ainsley E. Woolridge
New York
2
Voor verspreiding in China, Australië, Vietnam en Canada: Merk op dat deze communicatie alleen bedoeld is voor de beoogde ontvangers. In Australië is ze alleen bedoeld voor groothandelscliënten en in Canada alleen voor institutionele cliënten. Raadpleeg voor verdere informatie de volledige disclaimer. Tenzij anders vermeld zijn alle gegevens op datum van 30 juni 2015 of de recentste beschikbare gegevens.
Inhoudsopgave Europese economie
37. 38. 39. 40. 41. 42. 43. 44. 45.
Wereldeconomie
Vastrentende waarden
4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27.
Europa: BBP en inflatie Europese conjuncturele indicatoren Overzicht van het herstel in de eurozone Kredietklimaat in de eurozone Beleid Europese Centrale Bank (ECB) Europese spaarrekeningen Financiële cijfers van Europese bedrijven Economische indicatoren van het Verenigd Koninkrijk Wereldwijde Inkoopmanagerindex (PMI) voor de maakindustrie Wereldwijde en Europese inflatiebewegingen Verschillen in economisch en monetair beleid US dollar Beleid Amerikaanse Federal Reserve VS: BBP en inflatie Werkgelegenheid in de VS Cyclische indicatoren in de VS Consumentenfinanciën in de VS Japan: BBP en inflatie Japan: Abenomics en de economie China: BBP, inflatie en beleidsrente Cyclische indicatoren in China Financiële dynamiek in China Uitdagingen voor opkomende markten Handelsbetrekkingen van opkomende markten met ontwikkelde markten
Aandelen 28. 29. 30. 31. 32. 33. 34. 35. 36.
3
Aandelenmarktrendementen wereldwijd Europese sectorrendementen Relatieve waarderingen obligaties en aandelen MSCI Europe Index op inflectiepunten MSCI Europe Index aandelenwaarderingen Winst en winstmarges MSCI Europe Amerikaanse S&P 500 op inflectiepunten Amerikaanse aandelenwaarderingen S&P 500 Amerikaanse winst en winstmarges S&P 500
46. 47. 48. 49. 50. 51. 52. 53. 54. 55. 56. 57.
Baissemarkten Rentevoeten en aandelen Japanse aandelen Aandelenwaarderingen ontwikkelde markten, per land Aandelenwaarderingen opkomende markten, per land Waarderingen en rendementen opkomende markten Opkomende markten: dividenden en waarderingen Inkomsten uit aandelen Jaarlijkse rendementen en dalingen tijdens het jaar Sectorrendementen vastrentende waarden Cijfers markt voor vastrentende waarden Beleid centrale bank Rente op staatsobligaties Renterisico van vastrentende waarden Liquiditeit en looptijdrisico's Staatsobligaties Investment-grade obligaties Amerikaanse hoogrentende obligaties Europese hoogrentende obligaties Schuldpapier van opkomende markten Samenstelling schuldpapier van opkomende markten
Overige beleggingen en beleggersgedrag 58. 59. 60. 61. 62. 63. 64. 65. 66. 67. 68. 69. 70.
Rendementen naar beleggingscategorie Correlatie van rendementen (EUR) Volatiliteit van beleggingscategorieën Grondstoffenrendementen Grondstoffen Aardolieverbruik en -productie Levensverwachting en pensioentekorten Consumentenvertrouwen en de aandelenmarkt Kapitaalstromen beleggingsfondsen Amerikaanse rendementen naar beleggingstermijn Rendementen alternatieve beleggingscategorieën Risico-/rendementskenmerken van alternatieve beleggingen Alternatieve strategieën
Europese economie
Europa: BBP en inflatie
GTM – Europa
Reëel BBP
Gemiddeld sinds 1999
EU28, verandering kwartaal-op-kwartaal 2
Reëel BBP
%
1Q15
0,3%
0,4%
Inflatie
| 4
Gemiddeld Mei sinds 1999 2015
EU28, verandering jaar-op-jaar 55
Feitelijke CPI*
2,3%
0,3%
% %
Kern-CPI
1,6%
0,9%
44
1
Gemiddeld 33
0 22
-1 11
-2 00
-3 '99 ʹ99
'01 ʹ01
-1 -1
'03
'05
'07
'09 '09
'11 '11
'13 '13
'99
'01 '01
'03
'05
'07 '07
Bron: (Beide grafieken) Eurostat, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. *CPI is de consumentenprijsindex. Kern-CPI is gedefinieerd als CPI exclusief voeding, energie en tabak. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
4
'09
'11
'13 '13
Europese economie
Europese conjuncturele indicatoren Registratie van nieuwe auto’s
Groei consumentenverkopen
EU19, miljoenen nieuwe personenauto’s, seizoensgecorrigeerd 1,2 1,2
EU19, exclusief motorvoertuigen, verandering jaar-op-jaar 4 % 2
1,1 1,1 Mei 2015: 0,78
1,0 1,0
| 5
GTM – Europa
Apr 2015: 2,2%
0
0,9 0,9 -2
Gemiddeld: 0,89
0,8 0,8
-4
0,7 0,7 0,6 0,6 '95 ʹ95
'97 ʹ97
'99 ʹ99
'01 ʹ01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
'07 ʹ07
'09 ʹ09
'11 ʹ11
'13 ʹ13
'15 ʹ15
-6
'01 ʹ01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
'07 ʹ07
'09 ʹ09
'11 ʹ11
'13 ʹ13
Industriële productie en geldvoorraad
Bruto-investeringen in vaste activa* Herberekend op 100 per maart 2008 110
VS*
EU19, verandering jaar-op-jaar, voortschrijdend gemiddelde op drie maanden
16 % %
100
12
90
8
M1 (j-o-j) 12 maanden voorlopend Industriële productie (j-o-j)
12 % 8 4
Eurozone
0
4
80
-4
0
70 '08 ‘08
'09 '09
'10 ‘10
'11 ‘11
'12 ‘12
'13 ‘13
'14
'15
'93
‘95 '95
ʹ97 '97
ʹ99 '99
ʹ01 '01
ʹ03 '03
ʹ05 '05
ʹ07 '07
Bron: (Bovenaan links, boven en onderaan rechts) ECB, Eurostat, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) Eurostat, US Bureau of Economic Analysis, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. *Amerikaanse gegevens verwijzen naar niet-residentiële bruto-investeringen in vaste activa, gegevens van de eurozone verwijzen naar globale bruto-investeringen in vaste activa vanwege de beschikbaarheid van gegevens. M1 wordt gedefinieerd als de som van valuta in handen van het publiek en transactiedeposito's bij bewaarinstellingen. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
5
ʹ09 '09
ʹ11 '11
ʹ13 '13
ʹ15 '15
-8
Europese economie
Overzicht van het herstel in de eurozone
GTM – Europa
Indices van de inkoopmanagers uit de maakindustrie
Economisch sentiment
Indexniveau 65 65
Indexniveau 120
Duitsland Frankrijk
Italië Spanje
| 6
Griekenland
110
55 55 100 90
45 45
80
35 35 25 25 '07 '07
Duitsland Frankrijk
Italië Spanje
Griekenland
70 60
'08 '08
'09 '09
'10 '10
'11 '11
'12 '12
'13 '13
Werkloosheidscijfer
Duitsland
Italië
30
Frankrijk Eurozone
Spanje
% %
'14 '14
'07
'15 '15
Griekenland
'08 '08
'09 '09
'10 '10
'11 '11
'14 '14
'15
Bruto-export Herberekend op basis 100 per december 2007, voortschrijdend gemiddelde over twee kwartalen
140
25
130
20 20
120 110
15 15
100
10 10
90
5
80
0
70 '07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 '12
'13 '13
'14 '14
Duitsland
Italië
Frankrijk
Spanje
Ierland '07
'08 '08
'09 '09
'10 '10
'11 '11
Bron: (Bovenaan links) Markit, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links en onderaan rechts) Eurostat, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) Europese Commissie, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
6
'13 '13
'12 '12
'12 '12
Portugal '13 '13
'14 '14
Europese economie
Kredietklimaat in de eurozone
GTM – Europa
| 7
Kredietvraag en BBP-groei eurozone
Bankleningen aan huishoudens en niet-financiële bedrijven
Netto % banken die een positieve vraag naar kredieten rapporteren, BBP-groei 100 44
€ miljard, nettokredietstromen, voortschrijdend gemiddelde op drie maanden 30 30 €€ 20 20
Sterkere leningvraag
%
% 22
50 50
10 10 00 00
0
00
-10 -10 -20 -20
-2
-50 -50
-4 -4
-100 -100 Zwakkere leningvraag
Consumptief krediet (links) Woningleningen (links) -200 -200 '05 '05
'06 '06
'07 '07
'08
'09 '09
'10
'10 '10
'11 '11
'12 '12
'14 '14
'15 '15
Rente bedrijfskredieten Niet-financiële bedrijven, nieuwe bedrijfsleningen tot EUR 1 miljoen, 1-5 jaar 77 % 66
Totaal bedrijven (links) BBP-groei eurozone j/j -8 (rechts) '11 '12 '14 '11 '12 '13 '14 '15 '15
44
Italië Spanje
33
Frankrijk Duitsland
22 '05 '05
'06 '06
'07 '07
'08 '08
'09 '09
'10 '10
Bron: (Links) ECB, Eurostat, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Boven en onderaan rechts) ECB, Thomson Reuters Datastream, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
7
'13 '13
55 -6
-150 -150
'09 '09
'11 '11
'12 '12
'13 '13
'14 '14
'15 '15
Europese economie
Beleid Europese Centrale Bank (ECB)
GTM – Europa
Balans ECB: Activa
| 8
Opkopen door centrale bank in het kader van QE
EUR biljoen 4,0 4.0 €€
Jul 2015 – Sep 2016: gesch. 39%
3.5 3,5
% netto uitgifte over periode* QE
% van uitstaande schulden
20 20
150 150 100 100
10 10
50 50
55 Jan 2005 – Jul 2012: 249%
2,5 2.5
00
00 Fed
2,0 2.0
BoE
BoJ
Sinds beleidsaankondigingen** 80 80 % 60 60
1,5 1.5
1,0 1.0
Aandelen Wisselkoers 15,6
40 40 20 20
0,5 0.5
00 0,0 0.0
8
ECB
Veranderingen in aandelen en wisselkoersen
'05
'06
'07
'08
'09 '09
'10 '10
'11 '11
'12 '12
'13 '13
'14 '14
'15
250 250 % 200 200
15 15
Aug 2012 – Jun 2015: -20%
3,0 3.0
30 30 %% 25 25
'16
-20 -20
31,7
46,0 20,0
-10,1
-1,9
VS – QE1
VS – QE2
VS – QE3
Bron: (Links) ECB, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) Bank of England (BoE), Bank of Japan (BoJ), Deutsche Bank, Europese Centrale Bank (ECB), Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) Bank of England, FactSet, IMF, MSCI, Standard & Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. *QE-periode voor Fed is september 2008 tot oktober 2014, BoE is maart 2009 tot juni 2012, ECB is maart 2015 tot september 2016. QE-periode voor BoJ is april 2013 tot oktober 2015 en is gebaseerd op schattingen van Deutsche Bank, evenals netto-uitgiftebedragen over de QE-periode voor Japan en de eurozone. **Alle Amerikaanse gegevens zijn voor 2 jaar na de eerste beleidsaankondiging. VS – QE1 is vanaf november 2008, VS – QE2 is vanaf november 2010, VS – QE3 is vanaf september 2012. QE Eurozone is vanaf augustus 2014 tot 30 juni 2015. QE Japan is vanaf april 2013 tot 30 juni 2015. Amerikaanse aandelen is de S&P 500, aandelen uit de eurozone is de MSCI EMU en aandelen uit Japan is de MSCI Japan. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
38,5 11,5 -9,2
-15,0
Eurozone
Japan
Europese economie
Spaarrekeningen Europa Deposito’s eurozone
GTM – Europa Inkomen gegenereerd met € 100.000 op een eenjarig bankdeposito
Aug 2012: € 3,3 biljoen
EUR biljoen
| 9
3,5 3.5
2007: € 4,580
5.000 5,000
55
Inkomen Inflatie (j/j)
€€ 3,0 3.0
€ €
%%
4,000 4.000
44
Mei 2015: € 1,8 biljoen
2,5 2.5
Jun 2015: € 115
3.000 3,000
33
2,0 2.0 2,000 2.000
22
1.000 1,000
11
0
00
1,5 1.5
1.0 1,0
0,5 0.5
0.0 0,0 '06
'07 '07
'08 '08
'09
'10 '10
'11
'12 '12
'13
'14
'15 '15
-1
-1.000 -1,000 '00
'02 '02
'04 '04
'06
'08 '08
'10
Bron: (Links) ECB, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) Bloomberg, Eurostat, J.P. Morgan Asset Management. Blauwe markeringspunten weerspiegelen de jaar-op-jaar gemeten inflatie en illustreren de waarde van het inkomen dat door de inflatie verdampt zou zijn in dat jaar. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
9
'12 '12
'14
Europese economie
Financiële cijfers van Europese bedrijven
| 10
GTM – Europa Totale schuldpositie
MSCI Europe Index: Geografische bronnen van omzet
MSCI Europe, ratio totale schuld/totaal eigen vermogen, per kwartaal 340 340
RvdW* Azië 11% 9%
%% 320 320
Europa 53%
Amerikaanse continent 26%
300 300
280 280
260 260
Rentedekkingsratio (EBIT / nettorente) MSCI Europe, per kwartaal 6 x 5
3e kw. 2015: 3,6x
Gemiddeld: 260%
240 240
220 220
4
1e kw. 2015: 194%
Gemiddeld: 3,1x
33
200 200
2 1 '97
180 180
'99
'01
'03 '03
'05 '05
'07 '07
'09 '09
'11 '11
'13 '13
'97 '97
'99 '99
'01
'03
'05 '05
'07 '07
Bron: (Bovenaan links) MSCI, Thomson Reuters Datastream, Worldscope, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts en onderaan links) MSCI, FactSet, J.P Morgan Asset Management. *RvW (rest van de wereld) omvat omzet uit wereld exclusief Europa, Azië en Amerika. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
10
'09
'11 '11
'13 '13
Europese economie
Economische indicatoren van het Verenigd Koninkrijk Reële BBP-groei
| 11
Werkloosheid en consumentenvertrouwen 9,0 % % 8,0
Herberekend op 100 per het 1e kw. 2008 110 110 Frankrijk VS Japan Duitsland 106 106 VK 102 102
10
Consumentenvertrouwe n
Werkloosheidscijfer
0 -10
7,0 -20 6,0
98 98
-30
5,0
94 94 90 90
GTM – Europa
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
ʹ15 '15
Lopende rekening % van BBP 44 % % 22
4,0
-40 ʹ05 '05
ʹ06 '06
ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
Handelsbalans Saldo lopende rekening
00
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
-50
Nominale groei van de lonen* Feitelijke CPI Reële groei van de lonen
Loongroei
Opbrengsten van beleggingen Lopende overdrachten
ʹ10 '10
Verandering jaar-op-jaar 66 % 44 22
-2 -2 00
-4 -4
-2 -2
-6 -6 -8 -8
ʹ05 '05
ʹ07 '07
ʹ09 '09
ʹ11 '11
ʹ13 '13
-4 -4
'05 ʹ05
'06 ʹ06
'07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
Bron: (Bovenaan links) OECD, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) FactSet, ONS, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) FactSet, GFK, ONS, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) FactSet, ONS, J.P. Morgan Asset Management. *Nominale lonen zijn inclusief bonussen. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Wereldwijde Inkoopmanagersindex (PMI) voor de maakindustrie
Europa Opkomende
Ontwikkeld
Wereldeconomie
Jun
Mei
Apr
Mrt
Feb
Jan
Dec
Nov
Okt
Sep
2015 Aug
Jul
Jun
Mei
Apr
Mrt
Feb
Jan
Dec
| 12
Mondiaal
50,6 51,5 51,6 51,9 52,8 52,9 52,9 53,1 52,4 51,9 52,2 52,6 52,4 52,5 52,2 52,2 51,8 51,5 51,7 51,9 51,8 51,0 51,3 51,0
Eurozone
50,3 51,4 51,1 51,3 51,6 52,7 54,0 53,2 53,0 53,4 52,2 51,8 51,8 50,7 50,3 50,6 50,1 50,6 51,0 51,0 52,2 52,0 52,2 52,5
Frankrijk
49,7 49,7 49,8 49,1 48,4 47,0 49,3 49,7 52,1 51,2 49,6 48,2 47,8 46,9 48,8 48,5 48,4 47,5 49,2 47,6 48,8 48,0 49,4 50,7
Duitsland
50,7 51,8 51,1 51,7 52,7 54,3 56,5 54,8 53,7 54,1 52,3 52,0 52,4 51,4 49,9 51,4 49,5 51,2 50,9 51,1 52,8 52,1 51,1 51,9
Italië
50,4 51,3 50,8 50,7 51,4 53,3 53,1 52,3 52,4 54,0 53,2 52,6 51,9 49,8 50,7 49,0 49,0 48,4 49,9 51,9 53,3 53,8 54,8 54,1
Spanje
49,8 51,1 50,7 50,9 48,6 50,8 52,2 52,5 52,8 52,7 52,9 54,6 53,9 52,8 52,6 52,6 54,7 53,8 54,7 54,2 54,3 54,2 55,8 54,5
Ierland
51,0 52,0 52,7 54,9 52,4 53,5 52,8 52,9 55,5 56,1 55,0 55,3 55,4 57,3 55,7 56,6 56,2 56,9 55,1 57,5 56,8 55,8 57,1 54,6
VK
54,6 58,4 56,9 56,4 57,8 57,2 56,5 55,9 55,3 57,2 56,6 56,8 54,9 53,0 51,5 53,4 53,3 52,7 52,9 53,9 54,3 51,8 51,9 51,4
VS
53,7 53,1 52,8 51,8 54,7 55,0 53,7 57,1 55,5 55,4 56,4 57,3 55,8 57,9 57,5 55,9 54,8 53,9 53,9 55,1 55,7 54,1 54,0 53,6
Japan
50,7 52,2 52,5 54,2 55,1 55,2 56,6 55,5 53,9 49,4 49,9 51,5 50,5 52,2 51,7 52,4 52,0 52,0 52,2 51,6 50,3 49,9 50,9 50,1
Brazilië
48,5 49,4 49,9 50,2 49,7 50,5 50,8 50,4 50,6 49,3 48,8 48,7 49,1 50,2 49,3 49,1 48,7 50,2 50,7 49,6 46,2 46,0 45,9 46,5
Rusland
49,2 49,4 49,4 51,8 49,4 48,8 48,0 48,5 48,3 48,5 48,9 49,1 51,0 51,0 50,4 50,3 51,7 48,9 47,6 49,7 48,1 48,9 47,6 48,7
India
50,1 48,5 49,6 49,6 51,3 50,7 51,4 52,5 51,3 51,3 51,4 51,5 53,0 52,4 51,0 51,6 53,3 54,5 52,9 51,2 52,1 51,3 52,6 51,3
China
47,7 50,1 50,2 50,9 50,8 50,5 49,5 48,5 48,0 48,1 49,4 50,7 51,7 50,2 50,2 50,4 50,0 49,6 49,7 50,7 49,6 48,9 49,2 49,4
Korea
47,2 47,5 49,7 50,2 50,4 50,8 50,9 49,8 50,4 50,2 49,5 48,4 49,3 50,3 48,8 48,7 49,0 49,9 51,1 51,1 49,2 48,8 47,8 46,1
Taiwan
48,6 50,0 52,0 53,0 53,4 55,2 55,5 54,7 52,7 52,3 52,4 54,0 55,8 56,1 53,3 52,0 51,4 50,0 51,7 52,1 51,0 49,2 49,3 46,3
Laagste t.o.v. PMI 50
12
2014 Nov
Okt
Sep
Aug
Jul
2013
GTM – Europa
50
Hoogste t.o.v. PMI 50
Bron: FactSet, Markit, J.P. Morgan Asset Management. De mondiale index van de inkoopmanagers (PMI) beoordeelt de economische gezondheid van de productiesector door te peilen naar de intenties op het vlak van productie en tewerkstelling. Voor de wereldwijde PMI hebben kleuren betrekking op het PMI-niveau ten opzichte van de wereldwijde recente geschiedenis; voor landen hebben kleuren betrekking op het PMI-niveau ten opzichte van alle landen. De Wereldwijde PMI is een BBP-gewogen berekening. Guide to the Markets - Europa.Gegevens per 30 juni 2015.
Wereldwijde en Europese inflatiebewegingen
GTM – Europa
| 13
Inflatie van ontwikkelde economieën
Wereldeconomie
CPI-verandering jaar-op-jaar 55 % 44 Gemiddelde jan 2009 tot jun 2015: 1,4%
33
Gemiddelde jan 1990 tot dec 2008: 2,3%
22 11 00 -1 -1
'90
'94 '94
'98 '98
'02 '02
Inflatieverwachtingen op lange termijn 5 jaar / 5 jaar inflatie* 4,0 4.0 % % 3,5 3.5
'06 '06
'10 '10
'14
Inflatie en consumentenvertrouwen eurozone VK VS Eurozone
3,0 3.0
66 %
CPI** zes maanden terug (j-o-j)
5 5
0 -5
Consumentenvertrouwen
44
-10
-15
22
-20
2,5 2.5
-25
00
2,0 2.0
-30 -35
1,5 1.5 Dec 13
Jun 14
Dec 14
Jun 15
-2 -2 '03 '03
'04 '04
'05 '05
'06 '06
'07 '07
'08 '08
'09 '09
'10 '10
'11 '11
Bron: (Boven) J.P. Morgan Economic Research, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) Bloomberg, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) Eurostat, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. *5 jaar/5 jaar inflatieverwachtingen zijn de marktverwachtingen voor de gemiddelde inflatie over een periode van 5 jaar die begint over 5 jaar, afgeleid van inflatieswaps. **CPI is de consumentenprijsindex. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
13
'12 '12
'13 '13
'14 '14
-40
Verschillen in economisch en monetair beleid Nominale BBP-groei
3.0 % %
VS 120 120
Gemiddelde voorspellingen VS Fed FOMC juni 2015 2.5
VK
VS VK
115 115 Eurozone kern
Eurozone
Dec 2017: 1,85%
2.0
110 110
1.5
105 105
100
Eurozone periferie
95
1.0
Dec 2017: 1,72%
Dec 2016: 1,37%
Dec 2016: 1,05%
Dec 2015: 0,73%
Japan 0.5
90
Dec 2015: 0,30%
Dec 2017: 0,32% Dec 2016: 0,10%
Dec 2015: 0,02% 85 85
-0.1 '08
'09 '09
'10 '10
'11 '11
'12
'13
'14
'16
'17
Bron: (Links) FactSet, Frans nationaal instituut voor statistiek en economische studies (INSEE), Duits federaal bureau voor statistiek, Iers Central Statistics Office (CSO), Italiaans nationaal bureau voor de statistiek (ISTAT), Japanse Cabinet Office, de nationale dienst voor de statistiek van Griekenland, Portugese nationaal statistisch instituut (INE), Spaans nationaal statistisch instituut (INE), Brits bureau voor nationale statistiek (ONS), Amerikaans Bureau of Economic Analysis, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) Bloomberg, Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Asset Management. Eurozone-kern is Frankrijk en Duitsland en eurozone-periferie is Griekenland, Italië, Ierland, Portugal en Spanje. De marktverwachtingen voor de evolutie van de rentevoeten zijn afgeleid van de futuresmarkt. Er is geen actieve Japanse futuresmarkt, dus geen marktverwachtingen voor de beoogde beleidsrente. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
14
| 14
Marktverwachtingen voor beoogde beleidsrente
Herberekend op 100 per het 1e kw. 2008 125 125
Wereldeconomie
GTM – Europa
'18
US dollar
GTM – Europa
US Dollar Index
Gemiddeld Mei 2015 sinds 1973
Reële effectieve wisselkoers (REER) 130 130
Wereldeconomie
120 110
1973-1978: -21,8%
100
US Dollar Index
1985: Plazaakkoord
1978-1985: +52,7%
1987: Louvreakkoord
2002-2011: -28,6%
1995-2002: +34,2%
1985-1988: -29,5%
90
| 15
95,7
93,0
2011-2015: +15,5%
1988-1995: -7,1%
80 80 70 '73 '73
'77 '77
'81 '81
'85 '85
Lopende rekening
'89 '89 Eurozone
% van BBP 44 % 22
VS
'93 '93
'97 '97
'01
'05 '05
'09 '09
'13 '13
Koers US dollar vs. geselecteerde valuta's Laatste 12 maanden 25 % % 18
20,8
20,9
22,9
17,2
00 8,7
11
-2 -2
5,4
-4 -4
4
-6 -6
-3
-8 -8 '05 '05
'07
'09 '09
'11 '11
'13
-0,1 Chinese renminbi
Zwitserse frank
Britse pond
Canadese Japanse Mexicaanse dollar yen peso
Bron: (Boven) Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) BEA, ECB, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
15
Euro
Beleid Amerikaanse Federal Reserve
| 16
Balans van de Amerikaanse Federal Reserve: Activa
Voorspellingen individuele FOMC-leden voor de fed-fundsrente
USD biljoen
Van de vergadering in juni 2015
Voorspelling
5 $$ 4
Wereldeconomie
GTM – Europa
Overige
5,0 5.0 % %
Gemiddelde
4,5 4.5
Voorspellingen individuele FOMCleden
3 4,0 4.0
Amerikaanse staatsobligaties
2
Hypotheekgedekte effecten (‘MBS’) van instellingen
1 0 '08
'09 '09
'10
'11
'12 '12
'13
'14 '14
3.5 3,5 3.0 3,0
'15
Opkopen hypotheekgedekte effecten ('MBS') Amerikaanse Federal Reserve
2,5 2.5
USD miljard
120 $ 100 100
Nieuwe opkopen*
2,0 2.0
Herbelegde opkopen*
1,5 1.5
80 60
1.0 1,0
40 0,5 0.5
20 0 Sep 13 Dec 13
0.0 0,0 Mrt 14
Jun 14
Sep 14
Dec 14
Mrt 15
2015
2016
Bron: (Alle grafieken) FactSet, Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Asset Management. *Nieuwe opkopen zijn de opkopen die de Amerikaanse Federal Reserve gemeld heeft. Herbelegde opkopen zijn obligaties aangekocht met de geïnde hoofdsommen van afgelopen obligaties. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
16
2017
Langere termijn
VS: BBP en inflatie Reëel BBP Verandering kwartaal-op-kwartaal, SAAR 10 % % 8
Wereldeconomie
| 17
GTM – Europa Gemiddeld 1e kw. sinds 1999 2015 Reëel BBP
2,0%
-0,2%
Inflatie
Gemiddeld Gemiddeld sinds 1964 sinds 1999
Verandering jaar-op-jaar
Mei 2015
15
Feitelijke CPI*
4,1%
2,3%
0,0%
% %
Kern-CPI
4,1%
2,0%
1,7%
12
6 4
Gemiddeld
9
2 0
6
-2 -2 -4 -4 -6 -6 -8 -8 -10 -10 '99
3
Componenten van het nominale BBP 1e kw. 2015 Consumptie Overheid Invest. excl. woningen Woningen Netto-export '01 '01
'03
'05 '05
68,5% 17,9% 13,4% 3,3% -3,2% '07 '07
0
'09
'11 '11
'13
-3 '64 '64
'69 '69
'74 '74
'79 '79
'84 '84
'89 '89
'94 '94
Bron: (Links) BEA, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) BLS, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. SAAR is seizoensgecorrigeerd jaarlijks cijfer (Seasonally Adjusted Annual Rate). *CPI is de consumentenprijsindex. Kern-CPI is gedefinieerd als CPI exclusief voedsel en energie. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
17
'99 '99
'04
'09
'14
Werkgelegenheid in de VS
GTM – Europa
Werkloosheidscijfer
Participatiegraad arbeidsmarkt
Seizoensgecorrigeerd
% van bevolking van 16 jaar of ouder aan het werk of werkzoekend 67 % % 66 Arbeidsongeschikt
Wereldeconomie
11 % 10
65
Gepensioneerd
64
9
Overige Jun 2015: 62,6%
63 8
62 '05
'06
'07
'08
'09
7
Loongroei
6
Verandering jaar-op-jaar 3,5 Arbeidskostenindex % % 3,0
Gemiddeld: 6,1%
5
Jun 2015: 5,3%
'10
'11
'12
1,0 '79 '79
'84
'89 '89
'94 '94
'99
'04 '04
'09 '09
'14
1e kw. 2015: 2,7%
4,0 4,0 % 3,5 3,5
'07
'08
Jun 2015: 1,5 1,5 2,0% Gemiddelde groei van de uurlonen 1,0 1,0 '09 '10 '12 '13 '14 '09 '10 '11 '12 '14
Bron: (Links) BEA, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) "Constructing the Reason-for-Nonparticipation Variable Using the Monthly CPS", 6 februari 2014, Shigeru Fujita, Federal Reserve Bank of Philadelphia, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) BLS, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
18
'15
2,0 2,0
1,5 '74 '74
'14
2,5 2,5
4
'69
'13
3,0 3,0
2,5 2,0
3 '64 '64
| 18
Cyclische indicatoren in de VS
GTM – Europa
Verkoop lichte voertuigen
Voorraden maakindustrie en handel
miljoenen, seizoensgecorrigeerd
Verkoopdagen, seizoensgecorrigeerd
24
48 48 Jun 2015: 17,2
Wereldeconomie
20 16
46 46 Apr 2015: 41,4
44 44 42 42
Gemiddeld: 15,3
40 40
12
38 38 8 '93 '93
'95 '95
'97 '97
'99
'01
'03 '03
'05 '05
'07 '07
'09 '09
'11
'13
36 36 '93 '93
'95 '95
'97 '97
'99 '99
'01 '01
'03 '03
'05 '05
'07 '07
'09 '09
'11 '11
'13 '13
Reële orders kapitaalgoederen*
Nieuwbouw Duizend, seizoensgecorrigeerd
Niet-defensieve orders kapitaalgoederen excl. vliegtuigen, USD mld., seizoensgecorrigeerd
2,500 2,500
55 $$ 50 50
2,000 2,000
Mei 2015: 1,036
1,500 1,500
45 40
Gemiddeld: 1,342
1,000 1,000
Mei 2015: 40,7
Gemiddeld: 39,5
35
500 500
30
00
25 '93 '93
'95 '95
'97 '97
'99 '99
'01 '01
'03 '03
'05 '05
'07 '07
'09 '09 '11 '11
'13 '13
'93
'95
'97 '97
'99 '99
'01 '01
'03
'05
'07
Bron: (Bovenaan links) BEA, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Boven en onderaan rechts en onderaan links) FactSet, US Census Bureau, J.P. Morgan Asset Management. *Orders kapitaalgoederen gedefleerd op basis van de producentenprijsindex voor kapitaalgoederen. SAAR is seizoensgecorrigeerd jaarlijks cijfer (Seasonally Adjusted Annual Rate). Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
19
| 19
'09
'11
'13 '13
Consumentenfinanciën in de VS Nettovermogen huishoudens USD miljard, seizoensgecorrigeerd
2e kw. 2007: $67,858
Wereldeconomie
80.000 80.000 $
GTM – Europa 2ekw. 2015*: $85,772
| 20
Verkoop, prijzen en nieuwbouw woningen Herberekend op 100 per december 1999 175 175
60.000 60.000 150 150 40.000 40.000 +26,3% 125 125
20.000 20.000 '90 ʹ92 '92 ʹ94 '94 ʹ90
'96 ʹ96
'98 ʹ98
'00 ʹ00
'02 ʹ02
'04 ʹ04
'06 ʹ06
'08 ʹ10 '10 ʹ12 '12 ʹ14 '14 ʹ08 100 100
Schuldserviceratio huishoudens Schuldbetalingen als % van besteedbaar persoonlijk inkomen, seizoensgecorrigeerd
14 % % 13
4e kw. 2007 13,2%
+55,1% 75 75
12
Prijsindex
2ekw. 2015*: 9,9%
11
Verkoop bestaande woningen
50 50 10
Nieuwbouw
+116,7%
9 8
ʹ80 '80
ʹ85 '85
ʹ90 '90
ʹ95 '95
ʹ00 '00
ʹ05 '05
ʹ10 '10
ʹ15 '15
25 25 ʹ99 '99
ʹ01 '01
ʹ03 '03
ʹ05 '05
ʹ07 '07
ʹ09 '09
Bron: (Boven en onderaan links) FactSet, Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) FactSet, National Association of Realtors, US Census Bureau, J.P. Morgan Asset Management. Prijsindex is het gemiddelde van de woningverkoopprijzen. SAAR is het seizoensgecorrigeerd jaarlijkse cijfer (Seasonally Adjusted Annual Rate). *Cijfers 2e kw. 2015 voor nettovermogen en schuldserviceratio Amerikaanse huishoudens zijn voorspellingen van J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
20
ʹ11 '11
ʹ13 '13
Japan: BBP en inflatie
GTM – Europa
Reële BBP-groei
Gemiddeld 1Q15 sinds 1999
Verandering kwartaal-op-kwartaal 44
Reëel BBP
%
0,2%
1,0%
Wereldeconomie
33
Inflatie
Gemiddeld sinds 1999
Verandering jaar-op-jaar
| 21 Mei 2015
55
Feitelijke CPI*
0,0%
0,5%
% %
Kern-CPI
-0,3%
0,4%
44
CPI excl. voedsel en btw
-0,1%
0,0%
Gemiddeld
22
33
11 22
00 11
-1 -1 00
-2 -2 -1 -1 -3 -3
-2 -2
-4 -4 -5 -5
ʹ99 '99
ʹ01 '01
ʹ03 '03
ʹ05 '05
ʹ07 '07
ʹ09 '09
ʹ11 '11
ʹ13 '13
-3 -3 '99 ʹ99
'01 ʹ01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
'07 ʹ07
Bron: (Links) FactSet, Japan Statistics Bureau & Statistics Centre, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) Bloomberg, FactSet, Japanse Ministerie van Binnenlandse Zaken en Communicatie, J.P. Morgan Asset Management. *CPI is de consumentenprijsindex. Kern-CPI is gedefinieerd als CPI exclusief voedsel en energie. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
21
'09 ʹ09
'11 ʹ11
'13 ʹ13
Japan: Abenomics en de economie
GTM – Europa Japanse yen en de aandelenmarkt
Loongroei Japan Verandering jaar-op-jaar, voortschrijdend gemiddelde op drie maanden 3 % Kern-CPI* 2 Loongroei
Wereldeconomie
| 22 130 130
22.000 22.000
¥ per $
Nikkei 225 Index
¥ Verandering over de laatste 12 maanden ¥ per $ -17,2% Nikkei 225 33,5%
20.000 20.000
11 0
18.000 18.000
120 120
-1 110 110
-2
16.000 16.000
ʹ03 '03
ʹ05 '05
ʹ07 '07
ʹ09 '09
ʹ11 '11
ʹ13 '13 100 100
14.000 14.000
Participatiegraad arbeidsmarkt voortschrijdend gemiddelde op 12 maanden 65 65 Alle % 64 Vrouwen
Heden
OESOgem.:
59,4%
74,2%
49,4%
65,1%
12.000 12.000
90
63
10.000 10.000
62 61
Mei 2015: 59,4%
60
80 8.000 8.000
59 58 '80 ʹ80
'85 ʹ85
'90 ʹ90
'95 ʹ95
'00 ʹ00
'05 ʹ05
'10 ʹ10
'15 ʹ15
6.000 6.000 '03 ʹ03
'04 ʹ04
'05 ʹ05
'06 ʹ06
'07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
Bron: (Bovenaan links) FactSet, Japanse Ministerie van Binnenlandse Zaken en Communicatie, Japanse Ministerie van Gezondheid, Arbeid en Welzijn, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) OESO, Statistiek Bureau Japan, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) FactSet, Nikkei, J.P. Morgan Asset Management. *CPI is de consumentenprijsindex. Kern-CPI is gedefinieerd als CPI exclusief voedsel en energie. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
22
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
70
China: BBP, inflatie en beleidsrente
GTM – Europa
Nominale BBP-groei BBP-groei
21 21
Investeringen
%
Consumptie
18 18
Wereldeconomie
Mei 2015
Inflatie
Verandering jaar-op-jaar
Netto-export
15 15
| 23
Verandering jaar-op-jaar 24 % 18
Voedsel-CPI Feitelijke CPI* Kern-CPI
1,6% 1,2% 1,6%
12 6
1e kw. 2015: 7,0%
12 12
0 -6 '00 ʹ00
9
'02 ʹ02
'04 ʹ04
'06 ʹ06
'08 ʹ08
'10 ʹ10
'12 ʹ12
'14 ʹ14
Beleidsrente en reserveverplichting (RRR) 6
Beleidsrente op deposito's in renminbi op één jaar 55 % Beleidsrente PBoC 4 4
3 0
RRR
25 % 20
3
15
22
10 10
11
5
-3 -6 '90 ʹ90
'92 ʹ92
'94 ʹ94 '96 ʹ96 '98 ʹ98
'00 ʹ00
'02 ʹ02
'04 ʹ04
'06 ʹ06
'08 ʹ08
'10 ʹ10
'12 '14 ʹ12 ʹ14
00 '04 ʹ04
'06 ʹ06
'08 ʹ08
'10 ʹ10
Bron: (Links en bovenaan rechts) FactSet, National Bureau of Statistics of China, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) FactSet, People’s Bank of China (PBoC), J.P. Morgan Asset Management. *CPI is de consumentenprijsindex. Kern-CPI is gedefinieerd als CPI exclusief voedsel en energie. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
23
'12 ʹ12
'14 ʹ14
0
Cyclische indicatoren in China
GTM – Europa
Handelsgroei koopwaar
Top 100 vastgoedprijzen in steden en woningvoorraad
Verandering jaar-op-jaar, voortschrijdend gemiddelde op drie maanden 40
Verandering maand-op-maand, aantal maanden 22 % steden 3e niveau steden 2e niveau 11
Wereldeconomie
% 20
25 mndn 20 15
Export 00
10
0 -1 -1 Import -20 '11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Vastgoedprijzen -2 -2
'15 ʹ15
Consumenten- en autoverkopen 60
% 40
16 20
55 00
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
ʹ15'15
Verandering jaar-op-jaar, voortschrijdend gemiddelde op drie maanden 70 % Infrastructuur 50 Productie Vastgoed
30 10
12 0
Consumentenverkopen 8 '06 ʹ06
steden 1e niveau
Investeringen in vaste activa
Verandering jaar-op-jaar, voortschrijdend gemiddelde op drie maanden 24 % Autoverkopen 20
-10 '07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
'15 ʹ15
ʹ06 '06
ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
Bron: (Alle grafieken) CEIC, FactSet, National Bureau of Statistics of China, Soufun, J.P. Morgan Asset Management. Steden van het 1e niveau omvatten Beijing, Shanghai, Guangzhou en Shenzhen. Steden van het 2e niveau omvatten 31 provinciehoofdsteden en gemeenten niet opgenomen in de steden van niveau 1, en steden van het 3e niveau omvatten de andere 65 steden in de Soufun-peiling. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
24
| 24
ʹ13 '13
ʹ14 '14
ʹ15 '15
Financiële dynamiek in China
GTM – Europa
Overheidsschuld en schulden huishoudens en niet-financiële bedrijven in 2014 % van BBP Publieke schulden 350 350 Schulden niet-financiële bedrijven % 300 Schulden huishoudens
Particuliere niet-financiële schuld
Wereldeconomie
% van BBP, kwartalen sinds het begin van de stijging van de schuld 230 Japan vanaf 1965 %
250
180 180
China vanaf 1998
200 150
130
100 50 0
80 11
27
53
79 79
105
Japan
131 131
VK
VS
Eurozone
China
Korea
Reserves in buitenlandse valuta's
Krediet aan de privésector % van BBP 140 % 120
2013: 140%
% van BBP 50 50 % 40 40
100
30 30
80
20 20
60
10 10
40
00 '77 ʹ77
'81 ʹ81
'85 ʹ85
'89 ʹ89
'93 ʹ93
'97 ʹ97
'01 ʹ01
'05 ʹ05
'09 ʹ09
'13 ʹ13
'00 ʹ00
'02 ʹ02
'04 ʹ04
'06 ʹ06
'08 ʹ08
Bron: (Bovenaan links) BIS, CEIC, Lombard Street Research, J.P. Morgan Asset Management. (Onder links) Wereldbank, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) BIS, IMF World Economic Outlook april 2015, Lombard Street Research, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) Bloomberg, FactSet, Oxford Economics, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
25
| 25
'10 ʹ10
'12 ʹ12
'14 ʹ14
Uitdagingen van opkomende markten
Wereldeconomie
MSCI EM Index in USD, herberekend op basis 100 op de datum van de eerste renteverhoging
150 150 India
30 jun 2004 30 jun 1999 4 apr 1994
125 125
77 China
66 55
Indonesië Thailand
44 Turkije
33
100 100 75 75 50 50 -250
0
125 125
250 dagen 250
Aandelenprestaties herberekend op 100 per 1993 250 MSCI EM / MSCI DM 200
11 00 Brazilië
-1 -1
90 90
100 100
150
Rusland
110 110
-2 -2
100
-3 -3
50
-4 -4 Jul 13
-125 -125
Relatieve aandelenprestaties opk. m. / ontw. m. en USD REER*
22
Okt 13
Jan 14
Apr 14
Jul 14
Okt 14
Jan 15
Apr 15
0 '93 ʹ93
USD REER (omgekeerd)
'95 ʹ95
'97 ʹ97
'99 ʹ99
'01 ʹ01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
'07 ʹ07
Bron: (Links) Bloomberg, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) MSCI, Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. *REER is real effective exchange rate (reële effectieve wisselkoers). Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
26
| 26
Aandelenprestaties opk. m. en Amerikaanse renteverhogingen
Consensusvoorspellingen voor de groei Ramingen voor de volgende 12 maanden 99 % % 88
GTM – Europa
'09 ʹ09
'11 ʹ11
'13 ʹ13
120 120 130 130
Handelsbetrekkingen van opkomende markten met ontwikkelde markten Verdeling export opk. markten
BBP-groei opk. markten: Gevoeligheid voor groei ontw. markten*
Tsjechië
Aziatische landen
90 90
Korea Hongarije 80 Taiwan 80 Polen Turkije Mexico Thailand Filipijnen 70 Vietnam 70 Maleisië
60 60
Grondstoffenexporteurs
China
EMEA-landen Latijns-Am. landen
India Oekraïne
Chili
Europa VS
Z-Afrika
Japan Rusland Als de Amerikaanse economie met 1% groeit, dan zal de Mexicaanse economie naar schatting met nog eens 0,3% groeien, als alle andere omstandigheden gelijk blijven.
Colombia Brazilië
50 50 Z-Afrika Indonesië
40 40 30 30
Argentinië
Rusland Colombia Chili
Peru
10 10
Mexico
Brazilië
20 20
Nigeria Venezuela
00 00
10 10
20
30
40 40
50 50
60 60
70 70
80 80
90
Export grondstoffen als % van de export van goederen - 2013
Taiwan Turkije Korea Thailand
100 0,0 0.0
0,2 0.2
0,4 0.4
0,6 0.6
Bron: (Links) IMF, Wereldhandelsorganisatie, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) FactSet, IMF, J.P. Morgan Asset Management. *Veronderstelt een stijging van 1% in de BBP-groei van Japan, Europa en de VS, en schat een reactiefunctie via een regressie in meerdere fasen die de gevoeligheid van de economieën van opkomende markten voor exportvolumes meet. De import van ontwikkelde markten wordt gebruikt als alternatief voor de vraag uit ontwikkelde markten en geschat op basis van een herstel van het binnenlandse BBP van 1%. In de voorbeeldperiode werden bereiken getest tussen 1993 en 2014 die kwartaalgegevens weerspiegelden. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
27
| 27
Geschatte stijging in de reële BBP-groei door een stijging van de groei met 1% in ontwikkelde markten
Maakindustrie
Export maakindustrie als % van de export van goederen - 2013
Wereldeconomie
100 100
GTM – Europa
0,8 0.8
1,0 1.0 % 1,2 1.2
Aandelenmarktrendementen wereldwijd
€
Aandelen
Lokaal
GTM – Europa
2e kw. Geann. op 2015 tien jaar
2009
2010
2011
2012
2013
2014
YTD
-23,0% TOPIX -40,6%
73,4% MSCI EM 62,8%
35,4% Small Caps 24,4%
5,5% US S&P 500 2,1%
20,8% Asia ex-Jp 19,7%
27,2% Small Caps 35,8%
29,5% US S&P 500 13,7%
24,5% TOPIX 17,0%
-0,0% TOPIX 5,8%
11,0% Asia ex-Jp 10,0%
26,1% MSCI EM 33,6%
-33,7% US S&P 500 -37,0%
67,2% Asia ex-Jp 67,2%
28,3% Asia ex-Jp 15,6%
3,5% HDY Equity 1,5%
18,1% Europe 16,4%
26,7% US S&P 500 32,4%
19,7% Asia ex-Jp 7,7%
15,3% Small Caps 7,7%
-2,1% Small Caps 0,8%
10,1% MSCI EM 10,3%
18,6% MSCI EM 28,8%
4,6% Portfolio 11,1%
-37,9% HDY Equity -34,4%
40,2% Small Caps 40,8%
27,5% MSCI EM 14,4%
-5,7% Small Caps -8,7%
16,8% MSCI EM 17,4%
21,5% TOPIX 54,4%
16,5% Small Caps 6,7%
14,7% Asia ex-Jp 6,3%
-2,8% Portfolio -0,4%
9,3% Small Caps 8,2%
33,8% Small Caps 23,3%
16,0% HDY Equity 21,6%
3,2% Europe 6,5%
-38,6% Small Caps -40,4%
37,6% Portfolio 35,8%
23,9% TOPIX 1,0%
-5,8% Portfolio -7,5%
16,3% Small Caps 18,4%
20,5% Europe 22,3%
16,2% HDY Equity 8,7%
13,3% Portfolio 6,3%
-2,8% MSCI EM 0,8%
8,9% US S&P 500 7,7%
33,6% Portfolio 23,9%
12,5% Portfolio 19,4%
-1,0% HDY Equity 4,7%
-40,3% Portfolio -40,1%
34,0% HDY Equity 30,2%
23,1% US S&P 500 15,1%
-7,5% Europe -8,8%
15,6% Portfolio 17,1%
15,3% Portfolio 23,6%
15,3% Portfolio 8,2%
13,3% Europe 7,7%
-3,0% Europe -3,6%
8,5% Portfolio 8,0%
27,0% HDY Equity 17,7%
5,2% Small Caps 13,6%
-4,9% US S&P 500 5,5%
-43,3% Europe -38,5%
32,5% Europe 28,6%
20,9% Portfolio 11,1%
-9,6% TOPIX -17,0%
14,2% US S&P 500 16,0%
13,9% HDY Equity 20,5%
11,8% MSCI EM 5,6%
12,0% MSCI EM 5,8%
-3,0% Asia ex-Jp 0,8%
8,2% HDY Equity 7,7%
26,7% Europe 25,5%
3,6% US S&P 500 15,8%
-8,8% Small Caps -3,8%
-49,8% Asia ex-Jp -47,7%
22,5% US S&P 500 26,5%
16,2% HDY Equity 8,0%
-14,3% Asia ex-Jp -14,6%
13,6% HDY Equity 14,0%
-1,1% Asia ex-Jp 6,2%
10,1% TOPIX 10,3%
9,9% US S&P 500 1,2%
-3,3% US S&P 500 0,3%
6,4% Europe 6,4%
20,9% US S&P 500 4,9%
-8,7% TOPIX 3,0%
-14,5% TOPIX -11,1%
-50,8% MSCI EM -45,7%
1,5% TOPIX 7,6%
11,7% Europe 7,5%
-15,4% MSCI EM -12,5%
5,9% TOPIX 20,9%
-6,5% MSCI EM 3,8%
7,4% Europe 5,2%
8,7% HDY Equity 1,5%
-3,8% HDY Equity -2,0%
3,5% TOPIX 3,9%
2005
2006
2007
55,0% MSCI EM 35,8%
20,2% Europe 19,6%
26,7% Asia ex-Jp 38,0%
45,3% TOPIX 45,2%
19,6% Asia ex-Jp 28,6%
41,9% Asia ex-Jp 24,1%
2008
Bron: MSCI, TOPIX, Standard & Poor’s, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Geannualiseerd rendement omvat de periode 2005 tot 2014. HDY Equity: MSCI AC World High Dividend Yield Index; Smallcaps: MSCI Europe Small Cap Index. Hypothetische portefeuille (louter ter illustratie en niet te beschouwen als een aanbeveling): 30% Europa; 20% S&P 500; 15% opk. m.; 10% Azië excl. Japan; 10% TOPIX; 10% HDY equity en 5% smallcaps. Alle indices zijn totaalrendementsindices. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
28
| 28
Europese sectorrendementen
GTM – Europa
| 29
29
Technol.
Europa
Weging Europa
22,9%
13,8%
13,6%
11,8%
11,0%
7,5%
7,1%
4,9%
3,9%
3,4%
100%
Weging groei
11,7%
17,9%
20,9%
17,5%
13,6%
6,6%
1,7%
3,2%
0,1%
6,7%
100%
Weging waarde
34,6%
9,1%
6,1%
5,9%
8,4%
8,6%
12,8%
6,7%
7,8%
0,1%
100%
2e kw. 2015
-2,8
-5,1
-3,7
-3,5
-5,3
-4,4
-2,6
1,2
-2,3
-5,9
-3,6
YTD
9,2
8,1
5,9
14,2
8,6
6,4
0,2
11,3
-1,7
7,9
7,7
Sinds marktpiek*
-27,9
109,6
87,5
75,7
22,5
-0,8
7,2
55,5
-7,3
4,7
20,5
Sinds marktbodem* Bèta t.o.v. Europa
206,8
200,8
174,2
288,4
187,3
135,1
47,2
133,6
63,1
164,7
158,3
1,34x
0,62x
0,63x
0,95x
1,14x
1,31x
1,00x
0,78x
0,86x
0,99x
1,00x
0,43
0,26
0,29
0,36
0,40
0,37
0,34
0,33
0,33
0,33
0,41
Correl met rentevoeten** Verwachte K/Wratio 15-jarig gemiddelde
11,7x
18,0x
18,9x
14,7x
15,7x
16,5x
14,2x
19,8x
14,3x
18,4x
15,1x
11,1x
16,1x
15,9x
14,5x
14,2x
12,3x
11,9x
18,4x
13,7x
21,5x
13,5x
Laatste K/W-ratio
13,6x
19,4x
20,6x
17,1x
17,9x
17,7x
13,2x
21,2x
14,9x
22,0x
16,6x
15-jarig gemiddelde
12,9x
17,4x
17,3x
17,1x
16,3x
14,1x
12,0x
20,7x
14,5x
37,8x
15,0x
Dividendrendement
3,8%
2,7%
2,8%
2,4%
2,8%
3,2%
5,7%
4,1%
4,8%
1,7%
3,3%
15-jarig gemiddelde
3,7%
2,6%
2,7%
2,8%
2,7%
2,9%
3,9%
4,3%
4,7%
1,7%
3,2%
Bron: FactSet, MSCI, J.P Morgan Asset Management. Alle berekeningen zijn totaalrendementen in lokale valuta, niet geannualiseerd. *Sinds de marktpiek vertegenwoordigt de periode van 9 oktober 2007 tot het einde van het laatste kwartaal. Sinds marktbodem vertegenwoordigt de periode van 9 maart 2009 tot het einde van het laatste kwartaal. **Correlatie met de rentevoeten wordt berekend op basis van dagelijkse sectorrendementen en de dagelijkse rente op de 10-jarige Duitse Bund over de laatste 10 jaar. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
Rendement
Telecom Nutsbedr.
ß
Industrie Materialen Energie
ρ
Discr. cons.g.
K/W
Gez.h.-zorg Basiscons. g.
Div
Aandelen
Fin. sector
Wegingen
MSCI Europe Index
Relatieve waarderingen obligaties en aandelen Histogram: S&P 500 winstrendement (omgekeerde van K/W)
| 30
Aandelenrisicopremie* 88
30 jun 2015: 5,00% (lager dan 73% van de dagen sinds 1965)
3.000 3,500 2.500 3,000 2.000 2,500 1.500 1.000
Aandelen relatief minder duur
Aantal dagen: 1965 – 2015 4.000 4,000 3.500
Aandelen
GTM – Europa
% 66
44
500 2,000 0 1,500
Gemiddeld: 1,8%
22
00
Aandelen relatief duurder
0 11 2 33 4 55 6 7 8 9 10 11 11 12 12 13 13 14 14 15 16 16 1,000 Histogram: Nominale rente 10-jarige Amerikaanse staatsobligaties 500 Aantal0 dagen: 1965 – 2015 30 jun 2015: 2.500 2.500 2,35% (lager dan 96% van de 2.000 2.000 dagen sinds 1965) 1.500 1.500
-2 -2
1.000 1.000 500 500 00
22
3
44
5
6
7
88
9
10 10 11 11 12 13 13 14 14 15 15 16
-4 -4 '89 ʹ89
'91 ʹ91
'93 ʹ93
'95 ʹ95
'97 ʹ97
'99 ʹ99
'01 ʹ01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
Bron: (Alle grafieken) FactSet, Standard & Poor’s, Tullett Prebon, J.P. Morgan Asset Management. *De aandelenrisicopremie is het verwachte winstrendement van de S&P 500 min de rente op 10-jarige Amerikaanse staatsobligaties. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
30
'07 ʹ07
'09 '13 ʹ09 '11 ʹ11 ʹ13
MSCI Europe Index op inflectiepunten MSCI Europe Index
Aspect
4 sep 2000: K/W = 21,8x 1,623
Aandelen
1.400
Sep 2000 Jul 2007
Indexniveau
1.800 1.800
Totaalrendement: +133%
GTM – Europa
1.623 21,8x K/W-ratio (verw.) Dividendrendement 1,8% 5,2% Euro 10 jaar*
1.641 13,0x 2,8% 4,6%
| 31
Jun 2015 1.455 15,1x 3,3% 0,8%
16 jul 2007: K/W = 13,0x 1,641
30 jun 2015: K/W = 15,1x 1,455
-55% +180% -54%
+158% 1.000
31 dec 1996: K/W = 16,3x 714
12 mrt 2003: K/W = 11,9x 676
9 mrt 2009: K/W = 8,3x 714
600 '96 ʹ96
'97 ʹ97
'98 ʹ98
'99 ʹ99
'00 ʹ00
'01 ʹ01
'02 ʹ02
'03 ʹ03
'04 ʹ04
'05 ʹ05
'06 ʹ06
'07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
Bron: FactSet, MSCI, Tullett Prebon, J.P. Morgan Asset Management. Rendementen in lokale valuta. K/W-ratio’s zijn verwachte K/W-ratio’s. Verwachte K/W-ratio is een bottom-up-berekening gebaseerd op de meest recente koerscijfers gedeeld door de mediane consensusschattingen voor de winsten in de komende 12 maanden en is geleverd door FactSet Market Aggregates. Rendementsberekeningen getoond in groen zijn gebaseerd op de totaalrendementsindex. *Gerepresenteerd door de Duitse obligatierente. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
31
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Aandelenwaarderingen MSCI Europe Index Verwachte K/W-ratio
Winstrendement en 10-jaars obligatierente
24 x
12 12
| 32
%
20
30 jun 2015: 15,1x
16
10 10 Winstrendement (omgekeerde van verw. K/W)
Gemiddeld: 13,9x
12
Aandelen
GTM – Europa
8
8
'01 ʹ01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
'07 ʹ07
'09 ʹ09
'11 ʹ11
'13 ʹ13
6
30 jun 2015: 6,6%
MSCI Europe aan de conjunctuur aangepaste K/W-ratio Aangepast op basis van de historische 10-jarige inflatiegecorrigeerde winst 40 x
4
30 30 Gemiddeld: 17,8x 20 10 00
30 jun 2015: 0,8%
Tienjarige Europese obligatierente*
2
30 apr 2015: 16,0x '79 ʹ79
'84 ʹ84
'89 ʹ89
'94 ʹ94
'99 ʹ99
'04 ʹ04
'09 ʹ09
'14 ʹ14
0
ʹ00 '00
ʹ02 '02
ʹ04 '04
ʹ06 '06
ʹ08 '08
ʹ10 '10
Bron: (Bovenaan links) FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) FactSet, MSCI, Tullett Prebon, J.P. Morgan Asset Management. Verwachte K/W-ratio is een bottom-up-berekening gebaseerd op de meest recente koerscijfers gedeeld door consensusschattingen voor de winsten in de komende 12 maanden en is geleverd door FactSet Market Aggregates. Winstrendement is berekend als het omgekeerde van de K/W-ratio. *Gerepresenteerd door de Duitse obligatierente. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
32
ʹ12 '12
ʹ14 '14
Winst en winstmarges MSCI Europe
GTM – Europa
Winst en rendement MSCI Europe
Jaarlijkse winstschattingen MSCI Europe
Indexniveau, analistenschattingen van de winsten van de komende twaalf maanden
Consensusschattingen maandelijkse winst per aandeel
10,5 €
145 $ 135
Winsten MSCI Europe
Indexniveau MSCI Europe
10,0
1.600 1.500
| 33
'13 '14
'15
125
9,5
1.400
9,0
Aandelen
1.300 8,5
'16
115 105 95
1.200 8,0 1.100 7,5 1.000 7,0
900
6,5 6,5
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
Amerikaanse en Europese winstmarges Winst per aandeel/omzet per aandeel voor MSCI Europe en S&P 500* 11 % 10
VS
99 88
800
6,0 5,5 '07 ʹ07
700 700 '08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Europa
7 66 ʹ04 '04
ʹ05 '05
ʹ06 '06
ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
Bron: (Links) FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) FactSet, MSCI, Standard & Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. *Gegevens betreffen laatste 12 maanden. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
33
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
Amerikaanse S&P 500 op inflectiepunten
GTM – Europa
| 34
S&P 500 Index Aspect
2,200
Indexniveau K/W-ratio (verw.) Dividendrendement
2,000
VS 10 jaar
Mrt 2000 1.527 27,2x 1,1% 6,2%
Okt 2007 1.565 15,7x 1,7% 4,6%
1,800
Aandelen
1,400 1,400
9 okt 2007: K/W = 15,7x 1,565
24 mrt 2000: K/W = 27,2x 1,527
1,600
30 jun 2015: K/W = 16,4x 2,063
Jun 2015 2.063 16,4x 1,9% 2,4%
+248%
Totaalrendement: +116% +121%
-47%
-55%
1,200
1,000
800
600
31 dec 1996: K/W = 16,0x 741 ʹ96 '96
ʹ97 '97
ʹ98 '98
9 mrt 2009: K/W = 10,3x 677
9 okt 2002: K/W = 14,1x 777 ʹ99 '99
ʹ00 '00
ʹ01 '01
ʹ02 '02
ʹ03 '03
ʹ04 '04
ʹ05 '05
ʹ06 '06
ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
Bron: FactSet, Standard & Poor’s, Tullett Prebon, J.P. Morgan Asset Management. De K/W-ratio’s zijn verwachte K/W-ratio’s. Verwachte K/W-ratio is een bottom-upberekening gebaseerd op de meest recente koerscijfers gedeeld door de mediane consensusschattingen voor de winsten in de komende 12 maanden en is geleverd door FactSet Market Aggregates. Rendementsberekeningen getoond in groen zijn gebaseerd op de totaalrendementsindex. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
34
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
Amerikaanse aandelenwaarderingen S&P 500
GTM – Europa
Winstrendement en rente op een Baa bedrijfsobligatie
Verwachte K/W-ratio
11
28 x
%
| 35
31 dec 1999: 25,4x
24 24
10 10
30 jun 2015: 6,1%
Rente op Baa bedrijfsobligaties
9
16
Gemiddeld: 16,3x
12 12
8
Aandelen
30 jun 2015: 16,4x
20
ʹ89 '89
ʹ91 '91
ʹ93 '93
ʹ95 '95
ʹ97 '97
ʹ99 '99
ʹ01 '01
ʹ03 '03
ʹ05 '05
ʹ09 '09
ʹ11 '11
ʹ13 '13
7
S&P 500 Shiller aan de conjunctuur aangepaste K/W Aangepast op basis van de historische 10-jarige inflatiegecorrigeerde winst 30 jun 2015: 50 50 x 26,7x 40 40
66
5
30
4
3 '89 ʹ89
Winstrendement (omgekeerde van verw. K/W) '91 ʹ91
'93 ʹ93
'95 ʹ95
'97 ʹ97
'99 ʹ99
'01 ʹ03 '03 ʹ05 '05 ʹ01
'07 ʹ07
'09 ʹ09
30 jun 2015: 5,2%
'11 ʹ11
'13 ʹ13
Gemiddeld: 16,6x
20 10 10
00 ʹ00 '00
ʹ10 '10
ʹ20 '20
ʹ30 '30
ʹ40 '40
ʹ50 '50
ʹ60 '60
ʹ70 '70
Bron: (Links) FactSet, IBES, Moody’s, Standard & Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) FactSet, Standard & Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. Verwachte K/W-ratio is een bottom-up-berekening gebaseerd op de meest recente koerscijfers gedeeld door consensusschattingen voor de winsten in de komende 12 maanden en is geleverd door FactSet Market Aggregates. (Onderaan rechts) FactSet, Robert Shiller, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
35
ʹ07 '07
ʹ80 '80
ʹ90 '90
ʹ00 '00
ʹ10 '10
Amerikaanse winst en winstmarges S&P 500 Winst en rendement van de S&P 500 Indexniveau, analistenschattingen van de winsten van de komende twaalf maanden 130 130 $
Winst S&P 500
Niveau van de S&P 500 Index
2.000 120 120
| 36
GTM – Europa
Groei winst per aandeel S&P 500 Verandering jaar-op-jaar, 1e kw. 2015 12 % 8,5
12,0
6 1,1
1.800
0
-5,5
110 110
Aandelen
1.600
-6
100 1.400
70 70
60 '07 ʹ07
Vergoeding van werknemers en winstgevendheid
1.200
1.000
56
8
54
6
52
4
12 % 10
Bedrijfswinst
800
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
600
50 ʹ60 '60
ʹ65 '65
ʹ70 '70
ʹ75 '75
ʹ80 '80
ʹ85 '85
ʹ90 '90
ʹ95 '95
Bron: (Links en bovenaan rechts) FactSet, Standard & Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. Onderaan rechts) BEA, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Exporteurs wordt gedefinieerd als de 40% van de S&P 500 met het hoogste percentage omzet uit het buitenland en binnenlandse bedrijven zijn de resterende 60% van de S&P 500. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
36
Exporteurs
% van BBP 60 Vergoeding van werknemers % 58
90
80 80
Binnenlandse bedrijven
Excl. energie
Totaal index
ʹ00 '00
ʹ05 '05
ʹ10 '10
ʹ15 '15
2
Baissemarkten
GTM – Europa
| 37
Dalingen van de S&P 500 t.o.v. hoogste niveaus ooit 0 % -20
-40
6
33
-80 -80
Aandelen
8 8
5
-60 -60
-100 1926
marktdaling van 20%
77
44
9 10 10
Recessie
22 11
1931
1936
1941
1946
1951
1956
1961
1966 1966
1971
1976 1976
1981
1986
1991
1996
2001
2011
Kenmerken van baissemarkten in het verleden Marktcorrecties
Piek cyclus
Duur haussemarkt (maanden)
Daling t.o.v. hoogste niveau ooit
Recessie
Grondstoffenpiek
Agressief strak beleid van de Fed
Extreme waarderingen
Commentaar
1 2 3 4
Crash van 1929 1937 Monetaire verstrakking door de Fed Crash na WOII Flash Crash van 1962
Aug 1929 Feb 1937 Mei 1946 Dec 1961
37 22 48 14
-84% -74 -54 -22
Buitensporige schuldenlast, irrationele uitbundigheid Premature monetaire verstrakking Naoorlogse demobilisatie, vrees voor recessie Flash crash, Cubaanse rakettencrisis
5
Tech-crash van 1970
Dec 1968
73
-29
6
Stagflatie
Dec 1972
29
-43
OPEC-olie-embargo
7
Monetaire verstrakking van Volcker
Nov 1980
31
-19
Extreem hoge rente om inflatie te beteugelen
Economische oververhitting, sociale onrust
8
1987 Crash
Aug 1987
59
-27
Program trading, oververhitte markt
9
Technol.-bubbel
Aug 2000
118
-42
10
Wereldwijde financiële crisis
Okt 2007
55
-51
Extreme waarderingen, vooral voor technologieaandelen Hefboomwerking, woningen, faillissement van Lehman
Bron: FactSet, NBER, Robert Shiller, Standard & Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. *Een baissemarkt vertegenwoordigt een daling van 20% of meer tegenover de vorige marktpiek, aan de hand van een maandelijkse frequentie. Perioden van 'Recessie' worden gedefinieerd met behulp van datums voor bedrijfscycli van het NBER. 'Grondstoffenpiek' wordt gedefinieerd als een aanzienlijke snelle stijging van de olieprijzen. Perioden van 'Extreme waarderingen' zijn perioden waarin de K/W-niveaus van de S&P 500 in de laatste twaalf maanden circa twee standaardafwijkingen boven het langetermijngemiddelde lagen. 'Agressief strak beleid van de Fed' wordt gedefinieerd als een onverwachte monetaire verstrakking door de Fed van aanzienlijke omvang. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
37
2006
Rentevoeten en aandelen
GTM – Europa
| 38
Correlaties tussen wekelijkse aandelenrendementen en renteschommelingen Correlatie van wekelijkse rendementen van de S&P 500, MSCI Europe Index en de rente op Amerikaanse staatsobligaties op 10 jaar over voortschrijdende perioden van twee jaar, 1980 - 2015 Marktreactie toen de Amerikaanse Fed de rente verhoogde 0,8 S&P 500 S&P 500 MSCI Europe
Positieve relatie tussen renteschommelingen en aandelenrendementen
0,6
0,4
Correlatie
Aandelen
0,2
koersrendement
’87
’87-’89
’94-’95
’99-’00
’04-’06
Eerste reactie
-5%
-7%
-10%
-7%
-8%
Latere marktreactie
32%
24%
7%
18%
20%
Totale reactie
26%
17%
-2%
10%
11%
0,0
-0,2 Negatieve relatie tussen renteschommelingen en aandelenrendementen
-0,4
-0,6
-0,8 0
2
4
6
8 10 12 Rente op 10-jarig Amerikaans schatkistpapier
14
Bron: FactSet, MSCI, Standard & Poor’s, US Treasury, J.P. Morgan Asset Management. Rendementen zijn enkel gebaseerd op prijsindexen en omvatten geen dividenden. 'Eerste reactie' staat voor de periode waarin, naar ons oordeel, markten de eerste renteverhoging begonnen in te prijzen tot de datum van de tweede renteverhoging. 'Latere marktreactie' is de periode van de tweede renteverhoging tot een besloten punt dat het einde van de renteverhogingscyclus markeert. 'Totale reactie' is de marktbeweging over de volle cyclus van renteverhogingen. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
38
%
16
Japanse aandelen
GTM – Europa
Winstmomentum aandelen
Activa-allocatie Japans pensioenfonds**
Winstherzieningen, voortschrijdend gemiddelde op drie maanden Japan Europa VS
0,6 % 0,4
Laatste allocatie (dec 2014)
Binnenlandse obligaties
4%
Internationale obligaties
20%
0,2 25%
0,0 -0,2 Nagestreefde allocatie
-0,4
35%
43%
Aandelen
-0,8 '02
'04
'06
'08
'10
'12
15%
Posities in geldmiddelen en kasequivalenten van beursgenoteerde bedrijven*
% van marktkapitalisatie, gemiddelde tussen 2004 en 2012 50 44 % 40 27
30
Kortlopende activa
13%
'14
Dividenden TOPIX per aandeel
30 jun 2015: ¥30,2
35 ¥ 30 25 20
25 21
20
20
18
15 15
10
10 5 0
0 Japan
Duitsland
Italië
Frankrijk
VK
VS
Canada
'00 ʹ00
'02 ʹ02
'04 ʹ04
'06 ʹ06
'08 ʹ08
'10 ʹ10
Bron: (Bovenaan links) FactSet, Standard & Poor’s, STOXX, TOPIX, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) IMF, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) FactSet, Government Pension Investment Fund, Japanse Cabinet Office, Japan Investment Trust Association, Pension Fund Association, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) FactSet, TOPIX, J.P. Morgan Asset Management. *Posities in geldmiddelen en kasequivalenten gebaseerd op "Unstash the Cash! Corporate Governance Reform in Japan", Chie Aoyagi en Giovanni Ganelli, IMF, augustus 2014. **Het Japanse Government Pension Investment Fund (GPIF) heeft per 30 september 2014 een beheerd vermogen van JPY 137 biljoen. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
39
Binnenlandse aandelen Internationale aandelen
25%
20%
-0,6 '00
| 39
'12 ʹ12
'14 ʹ14
Aandelenwaarderingen ontwikkelde markten, per land
GTM – Europa
| 40
Ontwikkelde markten Toelichting grafiek
Aandelen
Std. afw. van wereldgemiddelde
+6 Std. afw. +5 Std. afw. +4 Std. afw.
Duur t.o.v. eigen geschiedenis
+2 Std. afw. +1 Std. afw.
Heden
Gemiddeld
Gemiddeld Goedkoop t.o.v. wereld
-1 Std. afw.
Goedkoop t.o.v. eigen geschiedenis
-2 Std. afw. -3 Std. afw. -4 Std. afw. -5 Std. afw.
Spanje
Italië
VK
Duitsland Frankrijk
ACWI
Japan DM Index Zwitserland
Heden
VS 10-jarig gemiddelde
Huidige samengestelde index
Verw. K/W
K/B
K/CF
Dividendrende ment
Verw. K/W
K/B
K/CF
Dividendrende ment
Spanje Italië VK Duitsland Frankrijk ACWI Japan DM Index Zwitserland
-1,47 -1,46 -0,33 -0,30 -0,21 0,85 0,89 1,16 1,88
14,3x 15,1 15,1 13,5 15,4 15,5 15,4 16,1 16,9
1,4x 1,1 1,8 1,7 1,6 2,1 1,5 2,2 2,5
7,2x 5,2 9,3 8,7 9,1 10,2 8,7 10,6 14,2
4,6% 3,0 4,0 2,8 3,2 2,5 1,7 2,4 3,2
11,3x 11,4 11,8 11,7 11,8 13,4 16,3 13,7 14,1
1,5x 1,1 1,9 1,7 1,5 2,1 1,4 2,1 2,6
4,4x 3,6 7,1 5,5 6,0 7,4 6,5 7,5 10,3
5,1% 3,5 3,7 2,9 3,3 2,5 1,8 2,5 3,1
VS
2,40
16,7
2,8
11,6
2,0
14,3
2,7
8,8
1,9
Bron: FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. Elke waarderingsindex toont een gelijk gewogen samenstelling van vier metrieken: koers/verwachte winst (verw. K/W), koers/huidige boekwaarde (K/B), koers/cashflow laatste 12 maanden (K/CF) en koers/dividend laatste 12 maanden. De resultaten worden dan genormaliseerd aan de hand van gemiddelden en de gemiddelde variatie in de laatste 10 jaar. De grijze balken weerspiegelen de waarderingsindexvariatie t.o.v. die van de All Country World Index (ACWI). DM index is de MSCI The World Index. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
40
Duur t.o.v. wereld
+3 Std. afw.
Aandelenwaarderingen opkomende markten, per land
| 41
GTM – Europa
Opkomende markten Toelichting grafiek
Aandelen
Std. afw. van wereldgemiddelde
+6 Std. afw. +5 Std. afw.
Duur t.o.v. wereld
+4 Std. afw. +3 Std. afw.
Duur t.o.v. eigen geschiedenis
+2 Std. afw. +1 Std. afw. Gemiddeld
Gemiddeld
-1 Std. afw. -2 Std. afw.
Goedkoop t.o.v. eigen geschiedenis
-3 Std. afw. -4 Std. afw.
Goedkoop t.o.v. wereld
-5 Std. afw. -6 Std. afw.
Rusland
Rusland Brazilië China EM Index Taiwan Korea ACWI Z-Afrika Mexico India
Brazilië
China
EM Index
Taiwan
Z-Korea
ACWI
Z-Afrika
Mexico
Heden
Huidige samengestelde index
Verw. K/W
K/B
-4,75 -1,94 -1,21 -1,15 -1,02 -0,96 0,85 1,31 3,04 3,81
5,3x 12,7 10,6 11,7 12,4 9,5 15,5 16,1 18,7 18,2
0,5x 1,2 1,5 1,5 1,8 1,0 2,1 2,6 2,7 3,1
India 10-jarig gemiddelde
K/CF
Dividendrende ment
Verw. K/W
K/B
K/CF
Dividendrende ment
3,0x 6,4 7,9 7,2 7,6 4,9 10,2 11,5 10,2 12,0
4,9% 4,1 2,8 2,7 3,3 1,5 2,5 2,9 1,5 1,5
7,2x 10,3 11,8 11,3 14,5 9,7 13,4 12,3 15,3 16,0
1,2x 1,9 2,1 1,9 1,9 1,4 2,1 2,6 2,9 3,2
6,2x 5,9 4,5 6,2 6,4 5,5 7,4 8,9 6,5 12,5
2,9% 3,4 2,8 2,7 3,7 1,6 2,5 3,2 1,9 1,3
Bron: FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. Elke waarderingsindex toont een gelijk gewogen samenstelling van vier metrieken: koers/verwachte winst (verw. K/W), koers/huidige boekwaarde (K/B), koers/cashflow laatste 12 maanden (K/CF) en koers/dividend laatste 12 maanden. De resultaten worden dan genormaliseerd aan de hand van gemiddelden en de gemiddelde variatie in de laatste 10 jaar. De grijze balken weerspiegelen de waarderingsindexvariatie t.o.v. die van de All Country World Index (ACWI). Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
41
Heden
Waarderingen en rendementen opkomende markten MSCI Emerging Markets Index: koers-boekwaarde
GTM – Europa
| 42
MSCI Emerging Markets Index: koers-boekwaarde en rendementen Koers-boekwaarderatio en koersrendement over de komende 12 maanden
3,00 x
80 80
Huidige niveau
%
2,75
+2,0 std. afw.
60 60
2,50 2,50
40 40
Aandelen
2,25 2,25
20 20
2,00
1,75
Gemiddeld:
00
1,80x
1,50 1,50
30 jun 2015: 1,55
1,25
-20 -20
-40 -40
1,00
-2,0 std. afw.
0,75 '95 '95
'97
'99 '99
'01
'03 '03
'05
'07 '07
'09
'11 '11
'13
-60 -60 0,75 0,75
1,00 1,00 1,25 1,25 1,50 1,50 1,75 1,75 2,00 2,00 2,25
Bron: (Alle grafieken) FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. Lineaire regressie van koers-boekwaarderatio's op het koersrendement van de volgende 12 maanden van september 1995 tot juni 2015. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
42
2,50 2,50 2,75
3,00 xx 3,25
Opkomende markten: dividenden en waarderingen
Relatieve waardering van aandelen met hoge dividenden
MSCI EM Index: Langetermijngroei in dividenden per aandeel (DPA) en winst per aandeel (WPA)
Waardering vs. langetermijngemiddelde, 3-maands voortschrijdend gemiddelde
Herberekend op 100 per december 1995
130 130
500
110 110
Opk. m. WPA (verw.) Ontw. m. DPA
400
VS Europa Opkomende markten
120 120
Opk.m. DPA 450
| 43
GTM – Europa
100 100
Ontw. m. WPA (verw.)
90 90
Aandelen
350
80 80
'00 '00
300
'02 '02
'04 '04
'06 '06
'08 '08
'10 '10
'12 '12
'14 '14
Aantal bedrijven met meer dan 2% rendement volgens regio
250 200
Componenten van de MSCI All Country World Index 600 600 485
150
400 400
100
314
303
200 200
86 50
00 0 '95 '95
'97 '97
'99 '99
'01 '01
'03 '03
'05 '05
'07 '07
'09 '09
'11 '11
'13 '13
Opkomende markten
VS
Bron: (Links) FactSet, IBES, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. (Boven en onderaan rechts) FactSet, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
43
Europa
Japan
Inkomsten uit aandelen
GTM – Europa
S&P 500 totaalrendementsindex: dividenden en vermogensgroei
| 44
Vermogensgroei
Gemiddelde geannualiseerde rendementen 25 25 % % 20 20
Dividenden
15 15 10 10 55 00
3,0% 4,7%
Aandelen
5,4%
6,0%
5,1%
12,6% 4,4% 3,3%
1926-1929
1930s
4,4%
1940s
1950s
1960s
1970s
2,5%
2,7%
4,0%
1980s
1990s
2000s
2010-2014
1926-2014
Bronnen van inkomen +125%
Totaalrendement Koersrendement
1,8% -2,7%
Herberekend op 100 per december 1999 250 250 Totaalrendement aandelen met hoog dividend
88 % % 66
Gem. CPI-inflatie eurozone: 0,1% (12 maanden tot mei 2015)
+58% 2,5 -4%
6,2
6,2
Hoogrentend
Opk. m. schuld
4,0 44
150 150 100 100
5,9%
4,2%
MSCI Europe indices: Koers vs. totaalrendement*
200 200
16,6%
15,3%
1,6%
-5,3%
-5 -5 -10 -10
13,6%
13,9%
3,0
3,2
1,4
22 0,8 0,1
50 '99 '00 '08 '09 '10 '10 '11 '12 '14 '00 '01 '02 '02 '03 '04 '04 '05 '06 '06 '07 '08 '12 '13 '14
00
Contanten
Bunds
Euro Opk. m. Convert. bedr.obl. aandelen obl.
MSCI Europe
Bron: (Bovenaan) Ibbotson, Standard & Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) FactSet, FTSE, J.P. Morgan Asset Management. Hoge dividendrendementen is de FTSE 350 Higher Yield Index. (Onderaan rechts) Barclays, BofA/Merrill Lynch, FactSet, FTSE, Tullett Prebon, J.P. Morgan Asset Management. Bedr.obl. euro: Barclays Euro Aggregate Credit - Corporate; schuldpapier opk. m.: J.P. Morgan EMBI Global; hoogrentend: BofA/Merrill Lynch Developed Markets High Yield Constrained; wereldwijde REIT's: FTSE NAREIT Index; Converts: Barclays Global Convertibles; aandelen opk. m.; MSCI EM. Rendementen van obligatie-indices betreffen yield-to-worst en dividendrendementen voor de aandelenindices. *Rendementen in lokale valuta. Guide to the Markets Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
44
REIT's mondiaal
Jaarlijkse rendementen en intra-jaarlijkse dalingen
| 45
GTM – Europa
Intrajaarlijkse dalingen MSCI Europe Index t.o.v. rendementen per kalenderjaar Ondanks gemiddelde intra-jaarlijkse dalingen van 15,6% (mediaan 11,9%), zijn de jaarrendementen positief in 27 van de 35 jaren 35
34
34 28
30 30 20 20
17 13
23
22
20
20
16
15
13
28
22
21
18
16
12
12 9
10 10
Aandelen
Rendement kalenderjaar Intra-jaarlijkse daling
39
40 40 %
6 4
3
2
2
00 -10
-4
-3
-4 -7 -11
-11
-10
-15
-20
-4
-6
-8 -11
-6
-5
-6 -8
-9
-11 -16
-18
-19
-12
-12 -12
-12
-12
-18
-18
-22
-24
-25
-26
-30 -31
-31 -35
-40
-12 -12 -15
-15
-35
-37 -41
-50
-48
'80 ʹ80
'82 ʹ82
'84 ʹ84
'86 ʹ86
'88 ʹ88
'90 ʹ90
'92 ʹ92
'94 ʹ94
'96 ʹ96
'98 ʹ98
'00 ʹ00
'02 ʹ02
'04 ʹ04
'06 ʹ06
'08 ʹ08
Bron: FactSet, MSCI, J.P Morgan Asset Management. Rendementen zijn alleen gebaseerd op koers en zijn exclusief dividenden. Intra-jaarlijkse daling verwijst naar de grootste marktdaling van piek tot dal binnen een korte periode tijdens het kalenderjaar. Getoonde rendementen betreffen kalenderjaren 1980 tot 2014. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
45
'10 ʹ10
'12 ʹ12
'14 ʹ14
Sectorrendementen vastrentende waarden
Vastrentende waarden
Lokaal
46
| 46
YTD
2e kw. 2015
Geann. op tien jaar
22,4% US IG 7,5%
11,3% US HY 2,5%
-0,9% Euro HY -0,9%
9,0% EM Debt 7,7%
2,8% US HY 7,4%
20,9% EM Debt 6,2%
9,7% EM Debt 1,0%
-1,4% Linkers -1,4%
8,9% US HY 7,6%
13,8% US HY 15,5%
2,4% Euro IG 2,4%
19,6% US Treas. 5,1%
8,6% US Treas. 0,0%
-2,9% Euro IG -2,9%
7,4% Euro HY 7,4%
7,9% US HY 4,4%
13,6% Euro IG 13,6%
2,1% Euro Gov 2,2%
16,7% US HY 2,5%
7,6% US IG -0,9%
-3,7% US HY -0,0%
6,8% US IG 5,5%
13,2% US Treas. 5,9%
7,4% Portfolio 5,4%
10,6% Portfolio 11,6%
-2,7% Portfolio -0,3%
14,9% Portfolio 6,6%
4,8% Portfolio 0,1%
-4,3% Portfolio -2,2%
6,6% Portfolio 5,5%
15,0% US IG 18,7%
11,4% Portfolio 7,3%
3,5% Euro Gov 3,2%
10,5% Euro Gov 11,2%
-3,0% Linkers -3,0%
12,4% Euro Gov 11,1%
2,3% Euro HY 2,3%
-4,5% EM Debt -0,9%
5,6% US Treas. 4,4%
-5,0% EM Debt -9,7%
7,0% Linkers 7,0%
4,7% Euro IG 4,7%
1,5% Euro IG 1,5%
8,4% Linkers 8,4%
-5,8% US IG -1,5%
8,4% Euro IG 8,4%
0,8% Linkers 0,8%
-5,0% Euro Gov -4,3%
5,0% Euro Gov 4,9%
-5,7% US IG 4,6%
-22,3% US HY -26,1%
4,5% Euro Gov 6,9%
2,1% Linkers 2,1%
1,3% Linkers 1,3%
8,1% US IG 9,8%
-7,0% US Treas. -2,7%
5,5% Euro HY 5,5%
-1,3% Euro Gov -1,2%
-5,1% US Treas. -1,6%
4,5% Euro IG 4,5%
-7,5% US HY 2,6%
-32,8% Euro HY -32,8%
-6,6% US Treas. -3,6%
1,5% Euro Gov 2,2%
-1,1% Euro HY -1,1%
0,4% US Treas. 2,0%
-12,3% EM Debt -8,3%
2,2% Linkers 2,2%
-1,6% Euro IG -1,6%
-6,7% US IG -3,2%
3,0% Linkers 3,0%
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
28,9% EM Debt 11,9%
9,0% Euro HY 9,0%
3,7% Linkers 3,7%
19,6% US Treas. 13,7%
66,1% Euro HY 66,1%
23,1% US HY 15,1%
13,5% US Treas. 9,8%
23,3% Euro HY 23,3%
8,8% Euro HY 8,8%
18,5% US Treas. 2,8%
0,5% Euro IG 0,5%
1,7% Euro Gov 1,4%
9,1% Euro Gov 6,2%
53,2% US HY 58,1%
19,6% EM Debt 11,8%
12,9% EM Debt 9,2%
16,2% EM Debt 18,0%
18,4% US HY 2,8%
-0,0% Euro Gov -0,0%
0,0% Euro IG 0,0%
5,3% Linkers 5,3%
22,0% EM Debt 25,9%
16,6% US IG 9,0%
11,8% US IG 8,1%
17,2% US IG 1,7%
-0,5% Linkers -0,5%
-1,6% Euro HY -1,6%
0,3% Portfolio -3,0%
16,4% Portfolio 18,9%
14,3% Euro HY 14,3%
13,6% Portfolio 4,8%
-0,9% US HY 10,7%
-1,7% US Treas. 9,0%
-0,0% US IG -4,9%
15,7% Euro IG 15,7%
6,8% Euro HY 6,8%
-1,2% EM Debt 10,5%
-1,8% Portfolio 3,8%
-3,8% Euro IG -3,8%
4,8% Euro Gov 4,8%
-2,0% Portfolio 4,2%
-4,0% EM Debt 6,5%
4,0% Euro IG 4,0%
-6,7% US IG 4,3%
3,7% Linkers 3,7%
-7,8% US Treas. 3,1%
2005 €
GTM – Europa 2014
Bron: Barclays Capital, BofA/Merrill Lynch, FactSet, J.P. Morgan Economic Research, J.P. Morgan Asset Management. Geannualiseerde rendementen omvatten de periode 2005 tot 2014. Staatsobl. Eur.: Barclays Euro Agg. Government; Amerikaans schatkistpapier: Barclays US Agg. Gov. – Treasury; Linkers: Barclays Euro Gov. Inflation-Linked; IG VS: Barclays US Agg. – Corporate – Investment Grade; IG Eur.: Barclays Euro Agg. – Credit – Corporate; HR VS: BofA/Merrill Lynch US High Yield Constrained; HR Eur.: BofA/Merrill Lynch Euro Non-Financial High Yield Constrained; schuldpapier opk. m.: J.P. Morgan EMBI+. Hypothetische portefeuille (louter ter illustratie en niet te beschouwen als een aanbeveling): 20% staatsobl. Eur..; 15% Amerikaans schatkistpapier; 10% Linkers; 15% IG VS; 10% IG Eur.; 10% HR VS; 5% HR Eur.; 15% schuldpapier opk. m. Rendementen zijn niet-afgedekt in euro en lokale valuta's. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
Cijfers markt voor vastrentende waarden
GTM – Europa Rente
Rendement*
| 47
Correlatie op 10 jaar
Aant. uitgiften
Marktwaarde (USD miljard)
Gem. looptijd
30/06/2015
31/03/2015
2e kw. 2015
YTD
10-jarige Bund
10-jarig Amerikaans schatkistpapier
1-3 jaar
1,280
3,109
2,0 jaar
0,34%
0,22%
0,11%
1,83%
0,44
0,17
5-7 jaar
968
2,285
6,0
1,10
0,62
-1,91
0,96
0,83
0,58
10+ jaar
938
3,581
20,4
2,37
1,55
-9,42
0,83
0,83
0,67
1-3 jaar
95
2,451
1,9 jaar
0,63%
0,56%
0,14%
0,68%
0,47
0,65
5-7 jaar
37
1,001
6,0
1,89
1,58
-1,10
1,01
0,74
0,96
10-20 jaar
13
119
13,0
2,50
2,11
-3,28
-0,70
0,79
1,00
387
5,040
7,1 jaar
2,78%
2,40%
-0,74%
0,31%
0,64
0,80
Krediet beleggingskwaliteit
9,288
7,657
8,9
2,83
2,39
-1,55
-2,71
0,09
0,26
Hoogrentend
3,447
2,253
6,4
6,54
6,27
1,28
1,94
-0,28
-0,21
Vlottende rente
520
364
2,0
0,74
0,70
0,18
0,42
-0,24
-0,20
Convertibles
795
359
0,0
3,02
3,04
1,44
3,35
-0,46
-0,46
EMD USD staatsoblig.
490
687
11,3
5,79
5,56
-0,26
2,26
0,09
0,11
1,199
299
7,8
5,22
5,20
1,32
3,70
0,05
0,05
264
1,570
4,9
6,79
6,34
0,19
2,44
-0,04
0,03
Staatsobligaties Europa
Vastrentende waarden
Amerikaanse staatsobligaties
Sector HYPOTHEEKWAARDEN ('MBS')
EMD USD bedrijfsoblig. EMD LV staatsoblig.
Bron: Barclays Capital, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. De afgebeelde vastrentende sectoren worden vertegenwoordigd door de volgende indices: Staatsobligaties Europa: Barclays Pan-European Aggregate – Treasuries indices; Amerikaans schatkistpapier: Barclays US Treasury indices; MBS: Barclays US Aggregate Securitized-MBS; IG krediet: Barclays Global Aggregate-Corporates; hoogrentend: Barclays Global High Yield; vlottende rente: Barclays US Floating Rate Notes; Convertibles: Barclays Global Convertibles Composite; staatsobl. opk. m. in USD: J.P. Morgan EMBIG; bedrijfsobl. opk. m. in USD: J.P. Morgan CEMBI; staatsobl. opk. m. LV: J.P. Morgan GBI-EM. Rendementen van obligatie-indices zijn yield-to-worst. *Rendement is in de lokale valuta van de index en niet afgedekt. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
47
Beleid centrale bank
GTM – Europa
Reële rente
Balansen van de centrale bank
Beleidsrente min kerninflatie* 55 % %
% van het nominale BBP 80
Beleidsrente centrale bank Bank of Japan
44
0,10%
Bank of England
0,50
Europese Centrale Bank
0,05
Amerikaanse Federal Reserve
0,25
| 48
Vooruitzichten**
Japan %
Eurozone VS
33
VK
60 22
Vastrentende waarden
11
40 00
-1 -1
20
-2 -2
-3 -3
-4 -4
'05 ʹ05
'06 ʹ06
'07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
'15 ʹ15
00 ʹ06 '06
ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
Bron: (Beide grafieken) Bank of England, Bank of Japan, ECB, Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Economic Research, J.P. Morgan Asset Management. *Kern-CPI-inflatie is de referentiekern-CPI voor elk land behalve Japan, waar het CPI excl. voedsel en btw is. **Het vermogen van centrale banken als percentage van het nominale BBP is voorspeld van 2Q15 tot 1Q16 met gebruikmaking van de J.P. Morgan Economics Research voor nominale BBP voorspellingen en aannames voor centrale banken, waarbij de balansen gebaseerd zijn op de verklaringen zoals uitgebracht door de respectievelijke centrale banken en diens presidenten. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
48
ʹ13 '13
ʹ14 '14
ʹ15 '15
Rente op staatsobligaties
GTM – Europa
Financieringskosten staten Tienjarige obligatierente benchmark 88
Portugal
%
VS
77
VK
Land Griekenland Portugal VS Italië Spanje VK Ierland Frankrijk Nederland Duitsland Zwitserland
Spanje Ierland
66
Frankrijk Duitsland
55
Japan
Vastrentende waarden
Rente (%) Heden 14,98% 2,94 2,35 2,30 2,27 2,03 1,62 1,19 1,04 0,76 0,10
44
Verandering (bp.) 2e kw. 2015 Vanaf dec 2013 351 bp 672 bp 127 -317 43 -68 107 -181 106 -191 43 -99 98 -181 72 -119 78 -120 61 -118 16 -117
Correlatie tussen overheidsobligaties Correlatie* tussen de rente op Amerikaans schatkistpapier en de Duitse Bund
1,0 1.0
33
0,8 0.8 obligaties op 10 jr
0,6 0.6 22
0,4 0.4 0.2 0,2
11
0,0 0.0 -0.2 -0,2
00 Jun 13
obligaties op 2 jr
-0,4 -0.4 Dec 13
Jun 14
Dec 14
Jun 15
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
Bron: (Alle grafieken) FactSet, Tullett Prebon, J.P. Morgan Asset Management. *Correlatie van de wekelijkse verandering in rente over een voortschrijdende periode van zes maanden. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
49
| 49
'14 ʹ14
Renterisico vastrentende waarden
GTM – Europa
Huidige en historische rendementen voor geselecteerde indices Laatste 10 jaar* 25 % 20
Toelichting grafiek Max .
15 10
Gemiddeld Heden
5 Min.
0
Vastrentende waarden
Staatsobligaties: Europa
1-3 jaar
5-7 jaar
10+ jaar
Vlottende rente
Investment-grade krediet
Hoogrentend
Staatsobl. opk. m. (USD)
Bedr.obl. opk. Staatsobl. opk. m. m. (USD) (lokale valuta)
Illustratie van de impact van een stijging van 1% van de lokale rente op geselecteerde indices Gaat uit van een parallelle verschuiving in de rentecurve en behouden spreads 0
Koersrendement
%
Totaalrendement
-5
-10
-15
50
Staatsobligaties: Europa
1-3 jaar
5-7 jaar
10+ jaar
Vlottende rente
Investmentgrade krediet
Hoogrentend
Staatsobl. opk. m. (USD)
Bedr.obl. opk. Staatsobl. opk. m. (USD) m. (lokale valuta)
| 50
Bron: (Beide grafieken) Barclays, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. *Analyse historische spreads gebaseerd op de laatste 10 jaar van gegevens, behalve over schuld van opkomende markten uitgedrukt in lokale valuta's, die gebaseerd zijn op zes jaar van gegevens, wegens de beschikbaarheid van gegevens. De afgebeelde vastrentende sectoren zijn geleverd door Barclays Capital en worden vertegenwoordigd door: Staatsobligaties Europa: Barclays Pan-European Aggregate Government – Treasury; vlottende rente: Barclays US Floating Rate Notes (BBB); IG krediet: Barclays Global Aggregate – Corporates; hoogrentend: Barclays Global High Yield; staatsobl. opk. m. in USD: Barclays Emerging Markets – Sovereigns; bedrijfsobl. opk. m. in USD: Barclays Emerging Markets – Corporates; staatsobl. opk. m. (LV): Barclays Emerging Market Local Currency Government. Uitsluitend voor illustratieve doeleinden. Verandering in koersobligatie berekend a.d.h.v. duration en convexiteit. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
Liquiditeit en looptijdrisico's
GTM – Europa
| 51
Liquiditeit van de Amerikaanse bedrijfsobligatiemarkt
Mark-to-market: Renterisico's
USD miljard 600 600
Geraamde rentestijging om de opbrengst van volgend jaar teniet te doen 900 900 bp. bp. Huidige rente
$$
Portefeuilles handelaars
12,000 12.000
Uitstaande bedrijfsobligaties VS*
500 500
$$
800 800
10.000 10,000
Een stijging van de rente met 89 bp. doet gemaakte winst het komend jaar teniet.
152 700 700
400 400
8.000 8,000
600 600
98
89
Vastrentende waarden
500 500 300 300
6.000 6,000
400 400
59
48
300 300
29
4,000 4.000
200 200
26 200 200 17 100 100
2,000 2.000
100 100 00
0
00
'01 '03 '04 '10 '11 ʹ01 '02 ʹ02 ʹ03 ʹ04 '05 ʹ05 '06 ʹ06 '07 ʹ07 '08 ʹ08 '09 ʹ09 ʹ10 ʹ11 '12 ʹ12 '13 ʹ13 '14 ʹ14
51
Mondiaal HY
EMD Staatsobl.
opk. m. IG wereldwijd USD
IG VS
VS VK Gilts Staatsobligaties
Bron: (Links) Barclays, Federal Reserve Bank of New York, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) Barclays, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. *Uitstaande bedrijfsobligaties VS is de Barclays US Corporate Investment Grade. De renterisicografiek gaat ervan uit dat alle beleggingen gebeuren tegen de nominale waarde en op 30 juni 2015, zonder herbelegging van inkomsten en zonder rekening te houden met convexiteitskenmerken. De afgebeelde vastrentende sectoren zijn verstrekt door Barclays Capital en worden vertegenwoordigd door – Barclays Global High Yield, Barclays Emerging Market Local Currency Government, Barclays Emerging Markets USD Aggregate, Barclays Global Credit – Corporate, Barclays US Aggregate Credit - Corporate - Investment Grade, Barclays US Aggregate Government - Treasury (7-10 Y), Barclays UK Gilt (7-10 Y), Barclays Euro Aggregate Government - Treasury (7-10 Y). Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
Euro Aggregate Govt
Staatsobligaties
GTM – Europa GrootBrittannië verlaat ERM 1992
Rente 10-jaars obligaties Zwarte 16
vrijdag 1987
%
ECB QE 2015
VS VK
12
Dot-com bubble Feb 2000
Eurozone
4
Aziatische valutacrisis 1997
Val van de Berlijnse Muur 1989
00 '79 ʹ79
Vastrentende waarden
Fed QE2 2010 BoE QE 2009
8 Olieschok 1981
'84 ʹ84
'89 ʹ89
'94 ʹ94
Europese overheidsobligaties naar vervaldatum 0
2
3
4
5
6
7
8
Aanval van 11 september 2001
9
10
15
Duitsland Finland
Jaren 20 30
| 52
BoJ QE 2013
Fed QE3 2012
Fed QE 2008
'99 ʹ99
'04 ʹ04
'09 ʹ09
'14 ʹ14
Staatsobligaties eurozone met negatieve rente Obligatie-index BofA/ML eurozone 50 Staatsobligaties eurozone Jun 2015 % met <1% rente 40
Frankrijk
30 Zweden
Totale waarde % totaal uitstaand
Ierland
20 20
Italië
10
30 juni 2015: 16,4%
€2,6 biljoen 55%
Spanje Negatieve rente
Negatief in april 2015 en nu positief*
Positieve rente
00
Aug 14
Okt 14
Dec 14
Feb 15
Bron: (Boven en onderaan links) FactSet, Tullett Prebon, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) BofA/Merrill Lynch, Bloomberg, J.P. Morgan Asset Management. *De laagste rente die in april 2015 voor elk land werd bereikt. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
52
Apr 15
Jun 15
Investment-grade obligaties
GTM – Europa
Bedrijfsobligaties naar valuta
Emissies Europese bedrijven
Optie-aangepaste spreads*
EUR miljard 750 750 €
600 bp. bp. 500 500
VK VS Eurozone
Bruto-uitgifte Netto-uitgifte
500 500
YTD: €255 miljard
400
250 250
300 200
| 53
0
100
Vastrentende waarden
0 '06 ʹ06
-250 -250 '07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
Amerikaanse bedrijfsobligaties naar sector
Emissies Amerikaanse bedrijven
Optie-aangepaste spreads* 350 350 bp. bp. 300 300
USD miljard 1,200 1.200 $$ 1.000 1,000
Energie Fin. sector Nutsbedr. Industrie exclusief energie
250 250
ʹ14 '14
600 600
150 150
400 400
100 100
200 200
ʹ15 '15
Bruto-uitgifte Netto-uitgifte
YTD: €658 miljard
0 ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
ʹ15 '15
ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
Bron: (Boven en onderaan links) Barclays, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Boven en onderaan rechts) J.P. Morgan Securities, J.P. Morgan Asset Management. *Optie-aangepaste spread is de spread tussen de rente op een vastrentende waarde en de risicovrije rente, aangepast om rekening te houden met enige besloten opties. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
53
ʹ13 '13
800 800
200 200
50 50
ʹ12 '12
ʹ14 '14
ʹ15 '15
Amerikaanse hoogrentende obligaties
| 54
GTM – Europa
Hoogrentend VS: spreads en defaults (wanbetalingen) 20
20
Gemiddeld sinds 1986
Activaklasse
% % 15
15
10
2.000
Laatste
2,000 bp. bp.
1.500
HR wanbetalingen (links)
4,0%
1,9%
HR-spread – bp (rechts)
576
549
Hefboomleningenspread - bp (rechts)
439
508
1,500
1.000
10
1,000
5
500 500
5
0
0
0 '94
'96
Vastrentende waarden
ʹ94
'98
ʹ96
'00
ʹ98
'02
ʹ00
'04
ʹ02
ʹ04
'06
'08
ʹ06
'10
ʹ08
'12
ʹ10
ʹ12
Historische mate van herstel hoogrentende obligaties VS
Emissie van hoogrentende obligaties
Hoogrentende obligaties, cent per dollar 70 70
USD miljard 400 400 $ $
60 60
Gemiddeld: 41,5 cent
YTD: $185,4 mjd
Herfinanciering
Overname/LBO
40 40
200 200
30 30 20 20
100 100
10 10
00 '82 ʹ82
'85 ʹ85
'88 ʹ88
'91 ʹ91
'94 ʹ94
'97 ʹ97
'00 ʹ00
'03 ʹ03
'06 ʹ06
'09 ʹ09
'12 ʹ12
'15 ʹ15
0
ʹ05 '05
ʹ06 '06
ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
Bron: (Boven) Credit Suisse, J.P. Morgan Economic Research, US Treasury, J.P. Morgan Asset Management. Wanbetalingspercentages gedefinieerd als het nominalewaardepercentage van de totale markt dat wordt verhandeld tegen of onder 50% van de nominale waarde, inclusief Chapter 11-aanvragen of vooraanvragen, en achterstallige rentebetalingen. Hefboomleningenspread is de discount margin to maturity. (Onderaan links en rechts) J.P. Morgan Economic Research, J.P. Morgan Asset Management. *Algemene uitgiften omvat uitgiften met het oog op de uitbetaling van dividenden. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
54
ʹ14
Algemeen*
300 300
50 50
0
'14
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
ʹ15 '15
Europese hoogrentende obligaties
GTM – Europa
Europees hoogrentend: spread-to-worst en wanbetalingen 20
Activaklasse
Wanbetalingen 2002: 34%
% 15
Gemiddeld
Laatste
HR-spread – bp (rechts)
654
396
HR wanbetalingen (links)
5,2%
0,7%
| 55 2.500 2.500 bp. bp.
2.000 2.000 1.500 1.500
10
1.000 1.000 55
500 500 NVT
00
Vastrentende waarden
'98 ʹ98
'99 ʹ99
'00 ʹ00
'01 ʹ01
'02 ʹ02
'03 ʹ03
'04 ʹ04
'05 ʹ05
'06 ʹ06
'07 ʹ07
'08 ʹ08
'09 ʹ09
'10 ʹ10
'11 ʹ11
Emissie van Europese hoogrentende obligaties naar creditrating
Sectorwegingen hoogrentend
EUR miljard 90
% van de index 100 Overige 17% % 80 80
YTD: €50,4bn
Zonder rating
€
CCC 60
Energie 18%
B
60 60
Industrie 19%
BB 40 40
30
20 20 0 '03
'04
'05
'06
'07
'08
'09
'10
'11
'12
'13
'14
'15
0
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Overige 7% Energie 2% Industrie 29% Telecom 17%
Telecom 10% Financieel 7%
Financieel 13%
Consument 28%
Consument 31%
Hoogrentend VS
Hoogrentend Eur.
Bron: (Boven) BofA/Merrill Lynch, Credit Suisse, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan links) FactSet, J.P. Morgan Economic Research, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) Barclays, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Spread-to-worst is BofA/Merrill Lynch Euro Non-Financial High Yield Constrained. HR VS is de J.P. Morgan Domestic HY Index en HR Eur. is de J.P. Morgan Euro HY index. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
55
'15 ʹ15
00
Schuldpapier van opkomende markten Rente op schuldpapier van opkomende markten 14 14 % % 13 13
| 56
Reële beleidsrente
Staatsobl. opk. m. (lokale valuta) Staatsobl. opk. m. (USD)
12 12
GTM – Europa
Bedr.obl. opk. m. (USD)
11 11
66 % 44
Ontwikkelde markten Opkomende markten
22 00 -2 -4 -6 -8
Vastrentende waarden
10 10 9 9
Rente op staatsobligaties en Baa-bedrijfsobligaties van opk. m.
8 8
7,0 7,0 % % 6,5 6,5
7 7
6,0 6,0
6 6 5 5 4 4 ʹ01 '01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
'07 ʹ07
'09 ʹ09
'11 ʹ11
'13 ʹ13
5,5 5,5 5,0 5,0 4,5 4,5 4,0 '09 4,0ʹ09
Staatsobl. opk. m. (USD)
Baa bedrijfsobligatie (USD) '10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
Bron: (Links en bovenaan rechts) FactSet, J.P. Morgan Economic Research, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) Moody’s, J.P. Morgan Economic Research, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Staatsobligaties opkomende markten (lokale valuta) is de JP Morgan GBI-EM; staatsobligaties opkomende markten (USD) is de JP Morgan EMBI+; bedrijfsobligaties opkomende markten (USD) is de JP Morgan CEMBI. De JP Morgan EMBI Global (EMBIG) Index is een in USD luidende buitenlandseschuldindex die gericht is op obligaties uitgegeven door staten en semi-overheidsorganen in opkomende landen. Guide to the Markets Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
56
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Samenstelling schuldpapier van opkomende markten
GTM – Europa
Belegbaar universum schuldpapier opkomende markten
Samenstelling index staatsobligaties in lokale valuta
USD biljoen 3,5
GBI-EM naar regio
$ 3,0
2,5 2,5
9% Bedr.obl. opk. m. (USD)
Azië 22% Europa
Staatsobl. opk. m. (USD) Staatsobl. opk. m. (lokale valuta)
| 57
Latijns-Amerika
40% 29%
Overige
Vastrentende waarden
2,0
Verdeling creditrating staatsobligaties luidend in USD % van EMBI Global Index 100 100 % 80 80
1,5
1,0 1,0
0,5
0,0 ʹ01 ʹ02 ʹ03 '04 ʹ04 ʹ05 ʹ06 ʹ07 ʹ08 '09 ʹ09 ʹ10 ʹ11 '12 ʹ12 '13 ʹ13 '14 ʹ14 '15 ʹ15 '01 '02 '03 '05 '06 '07 '08 '10 '11
60 60 40 40 20 20 0 0 1994-97 1994-97 1998-01 2014-15 1998-01 2002-05 2002-05 2006-09 2006-09 2010-13 2010-13 2014-15
Bron: (Alle grafieken) J.P. Morgan Economic Research, J.P. Morgan Asset Management. De JP Morgan EMBI Global (EMBIG) Index is een in USD luidende buitenlandseschuldindex die gericht is op obligaties uitgegeven door staten en semi-overheidsorganen in opkomende landen. bedrijfsobligaties opk. m. (USD) is de CEMBI; staatsobligaties opk. m. (USD) is de J.P. Morgan EMBI Global; staatsobligaties opk. m. (lokale valuta) is de Global Bond Index Emerging Market Broad Diversified Index (GBI-EM). Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
57
Zonder rating B BB IG
Rendementen naar beleggingscategorie
Overige beleggingen en beleggersgedrag
2005
58
2006
2007
2008
GTM – Europa
2009
2010
2011
2012
2013
2014
YTD
2e kw. 2015
| 58 Geann. op tien jaar EME 10,3%
EME 35,8%
REITS 34,4%
EME 33,6%
Govt bonds 10,2%
EME 62,8%
REITS 27,6%
REITS 7,3%
REITS 20,1%
DM Equities 29,6%
REITS 27,1%
EME 5,8%
Cmdty 4,7%
Cmdty 21,4%
EME 28,8%
Cmdty 16,2%
Cash 5,7%
HY bonds 59,4%
Cmdty 16,8%
EMD 7,0%
HY bonds 19,6%
Hedge Funds 9,7%
DM Equities 10,4%
DM Equities 4,5%
HY bonds 1,3%
HY bonds 8,0%
DM Equities 16,3%
DM Equities 16,1%
Hedge Funds 12,6%
IG bonds -8,6%
EMD 34,2%
HY bonds 14,8%
EME 5,6%
EMD 2,8%
Hedge Funds 0,8%
EMD 7,8%
EMD 12,3%
Hedge Funds 13,9%
Govt bonds 10,6%
EMD -14,7%
REITS 27,4%
Portfolio 10,0%
Portfolio 13,8%
Portfolio 8,5%
Hedge Funds -19,1%
REITS 8,3%
HY bonds 13,7%
IG bonds 6,7%
Hedge Funds 7,6%
EMD 10,0%
HY bonds 3,6%
Govt bonds 6,3%
EMD 17,9%
Portfolio 9,3%
EME 14,4%
IG bonds 4,3%
EME 17,4%
HY bonds 7,3%
Portfolio 5,0%
HY bonds 1,9%
EME 0,8%
REITS 7,5%
Portfolio 27,0%
EMD 12,8%
HY bonds 3,1%
DM Equities 16,4%
EME 3,8%
EMD 4,8%
Portfolio 1,0%
EMD 0,4%
DM Equities 6,9%
Portfolio -23,2%
DM Equities 26,5%
Hedge Funds 10,9%
Cash 1,7%
Portfolio 12,3%
REITS 3,2%
Hedge Funds 4,1%
Cash 0,1%
Cash 0,0%
Portfolio 6,5%
DM Equities 5,2%
HY bonds -26,9%
IG bonds 19,2%
Portfolio 10,8%
Portfolio -1,1%
IG bonds 11,2%
IG bonds 0,3%
IG bonds 3,1%
Hedge Funds 0,0%
DM Equities -0,5%
Hedge Funds 5,8%
IG bonds 7,2%
EMD 5,2%
Cmdty -35,6%
Cmdty 18,9%
DM Equities 10,6%
Hedge Funds -2,5%
Hedge Funds 7,7%
Cash 0,2%
Cash 0,3%
Cmdty -1,6%
Portfolio -0,5%
IG bonds 4,3%
Cash 2,2%
Govt bonds 6,4%
Cash 4,4%
REITS -37,3%
Hedge Funds 18,6%
Govt bonds 5,9%
DM Equities -5,0%
Govt bonds 1,8%
EMD -4,1%
HY bonds 0,0%
IG bonds -2,7%
Govt bonds -1,5%
Govt bonds 3,1%
IG bonds -3,6%
Cash 3,0%
HY bonds 3,2%
DM Equities -38,3%
Govt bonds 2,6%
IG bonds 5,8%
EME -12,5%
Cash 1,2%
Govt bonds -4,3%
Govt bonds -0,8%
Govt bonds -3,7%
IG bonds -1,6%
Cash 2,2%
Govt bonds -6,7%
Cmdty 2,1%
REITS -17,8%
EME -45,7%
Cash 2,3%
Cash 1,1%
Cmdty -13,3%
Cmdty -1,1%
Cmdty -9,5%
Cmdty -17,0%
REITS -5,2%
REITS -8,9%
Cmdty -1,9%
Bron: Barclays Capital, Bloomberg, Credit Suisse/Tremont, MSCI, FactSet, J.P. Morgan Economic Research, NAREIT, J.P. Morgan Asset Management. Geannualiseerd rendement omvat de periode van 2005 tot 2014. EME: MSCI EM Emerging Market; Staatsobl.: Barclays Global Aggregate Government Treasuries; Hoogrentende obligaties: Barclays Global High Yield; Schuld opk. markten: Barclays Emerging Markets (USD); IG obligaties: Barclays Global Aggregate – Corporates; Grondstoffen: Bloomberg Commodity; REIT's: FTSE NAREIT All REITS; Aandelen ontwikkelde markten: MSCI World; hedgefondsen: Credit Suisse/Tremont Hedge Fund; contanten: JP Morgan Cash Index ECU (3M). Hypothetische portefeuille (louter ter illustratie en niet te beschouwen als een aanbeveling): 30% aandelen ontwikkelde markten; 10% aandelen opkomende markten; 15% IG-obligaties; 12,5% staatsobligaties; 7,5% HY-obligaties; 5% schuldpapier opk. m.; 5% grondstoffen; 5% contanten; 5% REIT's en 5% hedgefondsen. Rendementen zijn niet-afgedekt. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
Correlatie van rendementen (EUR)
GTM – Europa
| 59
Overige beleggingen en beleggersgedrag
Correlaties op 10 jaar MSCI Europa
S&P 500
Grondst.
Hedgefondsen
MSCI Europe
1,00
0,79
0,86
0,84
-0,08
0,63
0,77
-0,22
0,45
0,81
0,74
-0,11
S&P 500
0,47
1,00
0,67
0,71
0,05
0,35
0,50
0,11
0,39
0,57
0,60
-0,08
MSCI EM
0,79
0,49
1,00
0,96
-0,10
0,68
0,76
-0,15
0,58
0,83
0,77
-0,26
MSCI Asia ex-Japan
0,76
0,62 0,62
0,97
1,00
0,02
0,62
0,71
-0,03
0,44
0,74
0,72
-0,28
Pan-Eur. oblig.
0,56
0,49
0,71
0,76
1,00
0,19
-0,16
0,70
-0,30
-0,33
-0,22
-0,12
Schuldpapier van opk. m.
0,42
-0,13
0,61
0,48
0,48
1,00
0,81
-0,10
0,40
0,62
0,69
-0,34
Hoogrentende oblig.
0,35
-0,33
0,11
-0,04
0,02
0,69
1,00
-0,39
0,48
0,84
0,92
-0,47
Mondiale oblig.
0,58
0,72
0,81
0,87
0,82
0,26
-0,31
1,00
-0,13
-0,47
-0,30
-0,13
Grondst.
0,49
0,22
0,54
0,44
0,28
0,63
0,39
0,45
1,00
0,61
0,59
-0,03
Hedgefondsen
0,68
0,38
0,42
0,38
0,33
0,36
0,55
0,17
0,35
1,00
0,87
-0,18
Hefboomleningen
0,62
0,09
0,40
0,29
0,09
0,60
0,80
0,04
0,67
0,67
1,00
-0,42
Vastgoed
0,15
-0,18
-0,05
-0,06
-0,09
-0,06
-0,01
-0,07
-0,03
0,13
-0,22
1,00
MSCI EM
MSCI Asia ex-Japan
Pan-Eur. oblig.
Hoogrentende Mondiale Schuldpapier oblig. oblig. van opk. m.
Correlaties op 3 jaar
59
Bron: Barclays, Bloomberg, Citigroup, Credit Suisse, J.P. Morgan Economic Research, MSCI, NCREIF, Standard & Poor’s, Amerikaanse Federal Reserve, J.P. Morgan Asset Management. Pan-Europese obligaties: Citigroup Europe Government Bond; Schuld opkomende markten: JP Morgan EMBI Global; hoogrentende obligaties: JP Morgan Domestic High Yield; Wereldwijde obligaties: Barclays Global Aggregate; Hefboomleningen: Credit Suisse Leveraged Loans; grondstoffen: Bloomberg Commodity; hedgefondsen: CS/Tremont Multi-Strategy; vastgoed: gemengde index met gegevens uit de NCREIF Property Index en schattingen van veranderingen in kapitaalwaarde volgens de Federal Reserve. De waarden van de tienjarige correlaties zijn berekend voor de periode van juni 2005 tot juni 2015. Alle indices, behalve vastgoed, betreffen totaalrendementen, gebaseerd op kwartaalrendementscijfers in EUR. Vastgoedcorrelaties zijn gebaseerd op kwartaalcijfers en luiden per 31 maart 2015. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 31 maart 2015.
Hefboomleningen
Vastgoed
Volatiliteit van beleggingscategorieën Relatieve volatiliteit van belangrijke activa Herberekend op 100 per juni 2010 180 180
GTM – Europa
Volatiliteitsmaatstaven (indexniveau) Ruwe olie (OVX)
Gemiddeld
Laatste
31 78 18
32 92 18
Amerikaans schatkistpapier (MOVE)
140 140
S&P 500 (VIX)
| 60
100 100 60 60 20 20
Overige beleggingen en beleggersgedrag
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Schommelingen in de rente op Amerikaanse en Duitse 30-jarige obligaties
Relatieve volatiliteit van Amerikaanse en Duitse aandelen
Verandering in de rente op zes maanden 100 % % +2,0 std. afw. 50 50
Herberekend op 100 per juni 2010 180 180 Duitsland VS
S&P 500 (VIX)
140 140 100 100
0 0 -50 -100
Duitsland (VDAX)
60 60
-2,0 std. afw. ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
ʹ15 '15
20 20 ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
Bron: (Boven en onderaan rechts) CBOE, Deutsche Boerse, BofA/Merrill Lynch, Thomson Reuters Datastream, J.P. Morgan Asset Management. (Onder links) FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
60
'15 ʹ15
ʹ14 '14
ʹ15 '15
Grondstoffenrendementen 2005
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Geann. op tien jaar
Nickel 167,2%
Wheat 52,1%
Gold 2,4%
Copper 129,6%
Silver 81,6%
Gold 9,6%
Corn 18,9%
Crude Oil 6,8%
Coffee 37,7%
Wheat 3,5%
Wheat 19,3%
Gold 8,0%
Nat. gas 52,8%
Copper 45,1%
Crude Oil 40,1%
Corn -23,1%
Nickel 54,6%
Coffee 66,8%
Corn 1,1%
Wheat 9,7%
Nat. gas 5,0%
Nickel 7,3%
Corn 0,0%
Crude Oil 17,5%
Copper 6,9%
Gold -1,8%
Crude Oil 0,0%
Corn 7,8%
Silver 6,0%
Aluminium -3,1%
Silver -0,9%
Nat. gas 1,9%
Nickel 0,4%
Wheat -9,5%
Gold -1,3%
Gold -1,0%
Corn -3,1%
Wheat -27,2%
Corn -13,3%
Copper -7,7%
Nickel -3,7%
Coffee -5,8%
Silver 25,0%
Corn 40,0%
Gold 24,2%
Silver -26,6%
Silver 47,4%
Nickel 32,0%
Crude Oil -3,7%
Silver 7,0%
Copper -8,8%
Crude Oil 21,9%
Silver 37,8%
Silver 9,1%
Coffee -27,3%
Aluminium 33,6%
Corn 30,5%
Silver -10,2%
Gold 6,0%
Nickel -20,1%
Aluminium 15,5%
Wheat 20,0%
Copper 4,1%
Nat. gas -38,0%
Gold 22,7%
Copper 29,4%
Coffee -11,2%
Copper 4,9%
Aluminium 19,4%
Corn -2,3%
Wheat -39,4%
Coffee 10,1%
Gold 28,5%
Aluminium -21,7%
Aluminium -4,1%
Aluminium -20,8%
Nickel -8,1%
Gold 16,0%
Coffee -6,4%
Aluminium -41,0%
Crude Oil 4,2%
Wheat 21,0%
Copper -24,5%
Nickel -10,3%
Gold -28,7%
Copper -16,6%
Nat. gas -9,4%
Coffee -3,9%
Aluminium -6,1%
Wheat -8,8%
Coffee 1,0%
Nickel -16,9%
Copper -53,8%
Corn -10,3%
Aluminium 5,2%
Nickel -24,7%
Crude Oil -11,8%
Corn -30,3%
Silver -20,5%
Aluminium -11,1%
Copper -4,8%
Wheat -8,1%
Coffee -11,7%
Crude Oil -16,7%
Aluminium -18,9%
Crude Oil -53,9%
Wheat -26,1%
Crude Oil 3,7%
Wheat -34,0%
Nat. gas -30,7%
Coffee -30,6%
Nat. gas -30,8%
Nickel -21,5%
Silver -6,6%
Crude Oil -9,4%
Corn -18,4%
Nat. gas -72,1%
Nat. gas -22,9%
Nickel -56,8%
Nat. gas -51,6%
Nat. gas -40,7%
Nat. gas -47,1%
Coffee -41,6%
Silver -36,7%
Crude Oil -41,7%
Coffee -24,6%
Aluminium -7,3%
Nat. gas -34,1%
Bron: Bloomberg, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Rendementen in de basisvaluta van de index. Geannualiseerde periode loopt van 2005 tot 2014. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
61
YTD
2e kw. 2015
| 61
Copper 56,1%
Gold 13,8%
Overige beleggingen en beleggersgedrag
2006
GTM – Europa
Grondstoffen
GTM – Europa
Volatiliteit grondstoffen
Goudprijs
Standaardafwijking van wekelijkse rendementen, 10 jaar
2.500
Aardgas
Inflatiegecorrigeerde goudprijs
5,9
Ruwe aardolie Graan
3,6
Industriemetalen
3,6
Edelmetalen Bloomberg Cmdty Index ACWI
Goudprijs
USD/ ons
4,4
| 62
31 jan 1980: $2,086
2.000
3,2 2,5 2,4 1.500
2,0
Levende have
00
2
44
6
% %
Grondstoffenprijzen en inflatie VS Verandering jaar-op-jaar
Overige beleggingen en beleggersgedrag
8 % 6
Bloomberg Commodity Index
Feitelijke CPI*
80 80 %% 60 60
4
40 40
2
20 20
0
00
-2
-20
-4
-40
-6 '95
-60 '97
'99
'01
'03
'05
'07
'09
'11
'13
30 jun 2015: $1,175
1.000
500
0 ʹ69 '69
ʹ74 '74
ʹ79 '79
ʹ84 '84
ʹ89 '89
Bron: (Boven en onderaan links) Bloomberg, MSCI, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) BLS, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. *CPI is de consumentenprijsindex. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
62
ʹ94 '94
ʹ99 '99
ʹ04 '04
ʹ09 '09
ʹ14 '14
Aardolieverbruik en -productie Olieproductie volgens land
GTM – Europa Olie-importeurs en -exporteurs
VS Saoedi-Arabië Rusland
Miljoenen b/d 16 16
| 63
Netto-import als % van het BBP, 2013 -3,6
Canada
14 14
Noorwegen
12 12
VK
-1,1 0,9 1,6
VS
10 10
2,2
Italië 88 66
ʹ01 '01
ʹ03 '03
ʹ05 '05
ʹ07 '07
ʹ09 '09
ʹ11 '11
ʹ13 '13
Prijzen ruwe olie
Wijziging YTD
$ per vat 150 $ 125
Overige beleggingen en beleggersgedrag
ʹ15 '15
Brent Crude WTI
6,7% 11,1%
2,4
Duitsland
2,4 3,6
Japan
Rusland
-14,0 0,5
Brazilië
100
2,4
China
75 75
3,2
Turkije
50 50
5,1
Zuid-Afrika
25 25 0
Frankrijk
5,3
India '91 ʹ91
'93 ʹ93
'95 ʹ95
'97 ʹ97
'99 ʹ99
'01 ʹ01
'03 ʹ03
'05 ʹ05
'07 ʹ07
'09 ʹ09
'11 ʹ11
'13 ʹ13
-8 -14
-6
-4
-2
Bron: (Bovenaan links) EIA, J.P. Morgan Asset Management. (Onder links) FactSet, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) EIA, IMF, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
63
0
22
44
% 6
Levensverwachting en pensioentekorten Kans op behalen van een specifieke leeftijd als men nu 65 is
Verwacht pensioentekort per land
100
25 25 94
%%
Mannen
Verwacht spaartekort (jaren)
jr
Spaarvermogen naar verwachting voldoende voor (jaren)
Vrouwen 78
80 70
Echtpaar – ten minste één haalt betreffende leeftijd
| 64
GTM – Europa
20 20 7
11
66
10 15 15
60
8
8
10
10 10
8
5
8 6
47 10 10 40
36 14 9
9
VAE
10
20
Brazilië
Canada
VS
Singapore
90 jaar
Australië
80 jaar
Frankrijk
0
VK
00
Bron: (Links) ONS 2010-2012 Life Tables, J.P. Morgan Asset Management. (Rechts) "The Future of Retirement: A new reality" onderzoek door HSBC, J.P. Morgan Asset Management. Cijfers weerspiegelen het verwachte deel van de pensioenperiode dat niet wordt gedekt door pensioenspaargelden, gebaseerd op onderzoekscijfers. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
64
10
Mexico
9
India
9
8
12
11
China
11
10
Gemiddeld
Overige beleggingen en beleggersgedrag
55
Consumentenvertrouwen en de aandelenmarkt Consumentenvertrouwen eurozone
Aug 2000: -23,8%
5 Gemiddeld rendement 12 maanden MSCI Europe Index: Na een piek: -3,4%
Na een dal: +27,4%
| 65
GTM – Europa
Totale periode: +8,1%
0
-5
Jul 1989: +4,4%
Mei 1986: +12,1%
Jun 2015
Jun 1995: +17,7% Nov 2010: -8,3%
-10
-15
Feb 1988: +19,6%
Overige beleggingen en beleggersgedrag
-20
Nov 1996: +30,1% Mrt 2003: +32,5%
-25
-30
-35
Dec 2012: +18,1%
Mrt 1993: +19,4% ʹ85 '85
ʹ87 '87
ʹ89 '89
ʹ91 '91
ʹ93 '93
Mrt 2009: +44,7% ʹ95 '95
ʹ97 '97
ʹ99 '99
ʹ01 '01
ʹ03 '03
ʹ05 '05
ʹ07 '07
ʹ09 '09
Bron: European Commissie, FactSet, J.P. Morgan Asset Management. Piek wordt gedefinieerd als de hoogste indexstand vóór een reeks lagere standen, terwijl een dal wordt gedefinieerd als de laagste indexwaarde vóór een reeks hogere standen. De daaropvolgende rendementen over 12 maanden van de MSCI Europe Index betreffen alleen de koersrendementen, dus zonder dividenden. De totale rendementsperiode is het gemiddelde lopende rendement over 12 maanden. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
65
ʹ11 '11
ʹ13 '13
Kapitaalstromen beleggingsfondsen Cumulatieve kapitaalstromen beleggingsfondsen
Cumulatieve instroom in Amerikaanse aandelenfondsen
In VS gevestigde fondsen, USD miljard 1.200 1,200 Aandelenfondsen $$ Obligatiefondsen
Omvat zowel beleggingsfondsen als ETF's, USD miljard 800 $$
$1.175 bn
400
Institutioneel USD +654 miljard
1.000 1,000 0
Retail USD -707 miljard
$837 bn -400
800
-800 600
Overige beleggingen en beleggersgedrag
ʹ07 '07
ʹ08 '08
ʹ09 '09
ʹ10 '10
ʹ11 '11
ʹ12 '12
ʹ13 '13
ʹ14 '14
ʹ15 '15
Maandelijkse kapitaalstromen beleggingsfondsen Netto nieuwe kasstromen naar Amerikaanse beleggingsfondsen, USD miljard 80 Aandelenfondsen $$ Obligatiefondsen 40
400
0
200 $107 bn $64 bn 0 1997-2000
2009-2012
-40 -80 -80
'10 ʹ10
'11 ʹ11
'12 ʹ12
Bron: (Links) FactSet, Strategic Insight, J.P. Morgan Asset Management. (Boven en onderaan rechts) FactSet, Investment Company Institute, J.P. Morgan Asset Management. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
66
| 66
GTM – Europa
'13 ʹ13
'14 ʹ14
Amerikaanse rendementen naar beleggingstermijn
GTM – Europa
Reeks totale aandelen- en obligatierendementen Geannualiseerde totaalrendementen, 1950-2015 75 75 Largecap-aandelen % %
Obligaties 61%
50/50-portefeuille
50 50 48%
49%
30%
25 25
24%
24%
21% 17%
17%
18% 13%
1%
00
Overige beleggingen en beleggersgedrag
-7%
-3%
-1%
-3%
4%
1%
4%
0%
-18% -24%
-25 -25
-43% -50 -50
1 jr. (voortschrijdend)
5 jr. (voortschrijdend)
10 jr. (voortschrijdend)
20 jr. (voortschrijdend)
Bron: Strategas/Ibbotson, J.P. Morgan Asset Management. Getoonde rendementen luiden per jaar en zijn berekend op basis van maandelijkse rendementen van 1950 tot mei 2015, dividenden inbegrepen. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
67
15%
| 67
Rendementen alternatieve beleggingscategorieën
Geann. op Geann. op tien jaar tien jr. rendement volatiliteit
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
YTD
Private Equity 22,9%
Glbl. Macro 4,7%
Rel. Val. 23,0%
Private Equity 18,2%
Real Estate 16,0%
Private Equity 13,1%
Private Equity 19,8%
Real Estate 12,5%
Mrgr. Arb. 4,3%
Distressed 2,2%
Private Equity 11,8%
Private Equity 10,4%
Real Estate 16,3%
Real Estate 16,0%
Eq. Mkt. Ntrl. -3,0%
Distressed 20,2%
Real Estate 16,4%
Private Equity 7,4%
Real Estate 10,9%
Distressed 15,1%
Private Equity 7,3%
HF Agg. 3,6%
Mrgr. Arb. 2,1%
Real Estate 7,1%
Distressed 9,2%
Distressed 15,3%
Glbl. Macro 11,4%
Mrgr. Arb. -6,7%
HF Agg. 18,6%
Rel. Val. 12,5%
Mrgr. Arb. 2,3%
Rel. Val. 9,7%
Real Estate 13,9%
Glbl. Macro 5,8%
Real Estate 3,4%*
HF Agg. 2,0%
Rel. Val. 6,4%
Real Estate 8,9%
HF Agg. 9,1%
Mrgr. Arb. 14,6%
HF Agg. 11,0%
Real Estate -10,0%
Private Equity 15,3%
Distressed 12,2%
Rel. Val. 0,8%
Distressed 8,5%
HF Agg. 9,6%
Rel. Val. 5,3%
Rel. Val. 2,9%
Rel. Val. 1,9%
Distressed 6,0%
HF Agg. 8,0%
Eq. Mkt. Ntrl. 6,1%
HF Agg. 13,3%
Rel. Val. 10,0%
Rel. Val. -17,3%
Mrgr. Arb. 11,9%
HF Agg. 8,5%
Distressed -0,0%
HF Agg. 4,4%
Rel. Val. 7,5%
HF Agg. 4,3%
Eq. Mkt. Ntrl. 2,3%
Eq. Mkt. Ntrl. 1,1%
HF Agg. 5,3%
Rel. Val. 7,2%
Glbl. Macro 6,1%
Rel. Val. 12,2%
Mrgr. Arb. 8,9%
HF Agg. -18,7%
Glbl. Macro 6,9%
Mrgr. Arb. 4,6%
Glbl. Macro -0,7%
Eq. Mkt. Ntrl. 3,1%
Eq. Mkt. Ntrl. 6,4%
Eq. Mkt. Ntrl. 3,2%
Glbl. Macro 2,3%
Glbl. Macro -0,7%
Mrgr. Arb. 4,9%
Glbl. Macro 4,6%
Mrgr. Arb. 5,5%
Glbl. Macro 8,2%
Distressed 6,8%
Distressed -22,3%
Eq. Mkt. Ntrl. -1,7%
Glbl. Macro 3,2%
Eq. Mkt. Ntrl. -1,5%
Mrgr. Arb. 1,8%
Mrgr. Arb. 5,3%
Mrgr. Arb. 1,9%
Distressed 1,3%
Real Estate -
Glbl. Macro 4,4%
Mrgr. Arb. 4,0%
Rel. Val. 5,3%
Eq. Mkt. Ntrl. 7,0%
Eq. Mkt. Ntrl. 5,7%
Private Equity -25,8%
Real Estate -29,8%
Eq. Mkt. Ntrl. 2,5%
HF Agg. -2,0%
Glbl. Macro -1,3%
Glbl. Macro 0,1%
Distressed 1,2%
Private Equity -
Private Equity -
Eq. Mkt. Ntrl. 2,7%
Eq. Mkt. Ntrl. 3,0%
2006
2007
Real Estate 21,4%
Private Equity 29,9%
Private Equity 21,3%
Distressed 10,4%
Bron: FactSet, HFRI, NCREIF, The Burgiss Group, J.P. Morgan Asset Management. Hedgefondsindices omvatten noodlijdende waarden en aandelen van bedrijven in een reorganisatie (Distressed), relatieve waarde (Rel. Val.), global macro (Glbl. Macro), fusiearbitrage (Mrgr. Arb.), aandelenmarktneutraal (Eq. Mkt. Ntrl.), en de globale hedgefondsen (HF Agg.). Geannualiseerde volatiliteit en rendementen betreffen de periode van 2005 tot 2014. *YTD vastgoedrendementen zijn rendementen voor het 1e kw. 2015 aangezien er voor 2015 nog geen verdere gegevens beschikbaar zijn. Rendementen van private equity in 2015 zijn eveneens niet beschikbaar vanwege een achterstand in de gegevens. Rendementen kunnen fluctueren aangezien hedgefondsen rapporteren met een achterstand. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
68
| 68
2e kw. 2015
2005
Overige beleggingen en beleggersgedrag
GTM – Europa
Risico-/rendementskenmerken van alternatieve beleggingen
GTM – Europa
| 69
De gevolgen van het toevoegen van alternatieven aan een portefeuille, 1990 - 2014 10 60% aandelen 20% obligaties 20% alternatieven
Overige beleggingen en beleggersgedrag
% Geannualiseerd rendement
40% aandelen 40% obligaties 20% alternatieven
69
9
100% aandelen 0% obligaties
70% aandelen 30% obligaties
20% aandelen 60% obligaties 20% alternatieven
Alternatieven subportefeuille
50% aandelen 50% obligaties 8
Vastgoed
30% aandelen 70% obligaties Hedgefondsen
7 Private equity
0% Aandelen 100% Obligaties 6 3
5
7
9
11
13
15
% Geannualiseerde volatiliteit Bron: Barclays, Bloomberg, Hedge Fund Research, NCREIF, S&P, The Burgiss Group, Towers Watson, J.P. Morgan Asset Management. Gegevens periode van januari 1990 tot december 2014 met gebruikmaking van jaarlijkse herschikking. 'Aandelen' vertegenwoordigt de S&P 500 Index, en 'obligaties' vertegenwoordigt de Barclays U.S. Aggregate Bond Index. *'Alternatieven' vertegenwoordigt een hypothetische subportefeuille geselecteerd om de preferente posities van beleggers weer te geven op basis van het "Global Alternatives Survey 2013" van Towers Watson. Alle portefeuilles zijn louter ter illustratie en niet te beschouwen als een aanbeveling. Burgiss Index Pooled return voor het 4e kw. van 2014 is nog niet beschikbaar, en bijgevolg is de 'pooled return' van het 3e kw. van 2014 als alternatief gebruikt. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de toekomst. Indices worden ter illustratie getoond. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
17
19
Alternatieve strategieën
GTM – Europa
Toegestaan rendement op eigen vermogen boven de kosten van vreemd vermogen
Rendementen van hedgefondsen in verschillende aandelenmarktomgevingen
Infrastructuur OESO 16 16
Gemiddeld rendement gebaseerd op prestaties totaalrendement 1995-2014 Recessie
%
4 % 2
14 14
3,1 3,1
S&P 500 1,4 1,4
HFRI FW
0
Elektriciteit
12 12
-1,0 -1,0
-2
10 10
Obligatie nutsbedrijven
Aardgas
88
Overige beleggingen en beleggersgedrag
-4
-3,9 Maanden S&P omhoog
Maanden S&P omlaag
Rendementen van hedgefondsen in verschillende obligatiemarktomgevingen
Amerikaans schatkistpapier op 10 jr
66
Gemiddeld rendement gebaseerd op prestaties obligatiemarkt 1995-2014 22 Obligaties Obligaties VS VS % HFRI FW FW HFRI 1,0 1,0 11 0,6 0,6 0,3 0,3
44
22
00
00 '70 ʹ70
'76 ʹ76
'82 ʹ82
'88 ʹ88
'94 ʹ94
'00 ʹ00
'06 ʹ06
'12 ʹ12
-1 -1
Maanden obligatie omhoog
-0,7 Maanden obligatie omlaag
Bron: (Links) Bloomberg, Regulatory Research Associates, J.P. Morgan Asset Management. (Bovenaan rechts) FactSet, Hedge Fund Research, Standard and Poor’s, J.P. Morgan Asset Management. (Onderaan rechts) Barclays Capital, FactSet, Hedge Fund Research, J.P. Morgan Asset Management. S&P 500 is het totale rendement. HFRI FW is Hedge Fund Research Index Fund Weighted. Obligaties VS is de Barclays Capital US Aggregate Bond Index. Guide to the Markets - Europa. Gegevens per 30 juni 2015.
70
| 70
J.P. Morgan Asset Management: Risico's en informatieverschaffing Alle indexen zijn onbeheerd en personen kunnen niet direct in een index beleggen Indexrendementen omvatten geen vergoedingen of kosten. De S&P 500 Index wordt algemeen beschouwd als de beste graadmeter voor de Amerikaanse aandelenmarkt. Deze wereldberoemde index omvat een representatief staal van 500 toonaangevende bedrijven in toonaangevende sectoren van de Amerikaanse economie. Hoewel de S&P 500 Index gericht is op het largecap-segment van de markt, bestrijkt de index ongeveer 75% van alle Amerikaanse aandelen, en hij is dan ook een ideale afspiegeling van de totale markt. Een belegger kan niet direct in een index beleggen. De S&P 400 Mid Cap Index is representatief voor 400 aandelen in het middensegment van de binnenlandse aandelenmarkt en vertegenwoordigt alle belangrijke sectoren. De Russell 3000 Index® meet de prestaties van de 3000 grootste Amerikaanse bedrijven op basis van hun totale marktkapitalisatie. De Russell 1000 Index ® meet de prestaties van de 1000 grootste bedrijven in de Russell 3000. De Russell 1000 Growth Index ® meet de prestaties van die bedrijven uit de Russell 1000 met hogere koers-boekwaarderatio's en hogere verwachte groeiwaarden. De Russell 1000 Value Index ® meet de prestaties van die bedrijven uit de Russell 1000 met lagere koers-boekwaarderatio's en lagere verwachte groeiwaarden. De Russell Midcap Index ® meet de prestaties van de 800 kleinste bedrijven in de Russell 1000 Index. De Russell Midcap Growth Index ® meet de prestaties van die bedrijven uit de Russell Midcap met hogere koersboekwaarderatio's en hogere verwachte groeiwaarden. De aandelen maken ook deel uit van de Russell 1000 Growth Index. De Russell Midcap Value Index ® meet de prestaties van die bedrijven uit de Russell Midcap met lagere koersboekwaarderatio's en lagere verwachte groeiwaarden. De aandelen maken ook deel uit van de Russell 1000 Value Index. De Russell 2000 Index ® meet de prestaties van de 2000 kleinste bedrijven in de Russell 3000 Index. De Russell 2000 Growth Index ® meet de prestaties van die bedrijven uit de Russell 2000 met hogere koers-boekwaarderatio's en hogere verwachte groeiwaarden. De Russell 2000 Value Index ® meet de prestaties van die bedrijven uit de Russell 2000 met lagere koers-boekwaarderatio's en lagere verwachte groeiwaarden. De Russell Top 200 Index ® meet de prestaties van het segment van de grootste marktkapitalisaties van het Amerikaanse aandelenuniversum. Hij omvat circa 200 van de grootste waarden op basis van een combinatie van hun marktkapitalisatie en hun huidige lidmaatschap van een index en vertegenwoordigt circa 68% van de Amerikaanse markt. De MSCI® EAFE (Europe, Australia, Far East) Net Index wordt beschouwd als de meest vooraanstaande benchmark in de Verenigde Staten om de prestaties van internationale aandelen te meten. Hij omvat 21 MSCI-landenindices en vertegenwoordigt de ontwikkelde markten buiten Noord-Amerika. De MSCI Emerging Markets Index SM is een marktkapitalisatie-index aangepast aan het aantal vrij verhandelbare aandelen (de 'free float'), ontworpen om de prestaties van de aandelenmarkten in de wereldwijde opkomende markten te meten. Per juni 2007 bestond de MSCI Emerging Markets Index uit de volgende 25 indices van landen met een opkomende markt: Argentinië, Brazilië, Chili, China, Colombia, Tsjechië, Egypte, Hongarije, India, Indonesië, Israël, Jordanië, Korea, Maleisië, Mexico, Marokko, Pakistan, Peru, Filipijnen, Polen, Rusland, Zuid-Afrika, Taiwan, Thailand en Turkije. De MSCI ACWI (All Country World Index) Index is een marktkapitalisatie-index aangepast aan het aantal vrij verhandelbare aandelen (de 'free float'), ontworpen om de prestaties van de aandelenmarkten in ontwikkelde en opkomende markten te meten. Per juni 2009 bestond de MSCI ACWI uit 45 landenindices: 23 landenindices van ontwikkelde markten en 22 landenindices van opkomende markten. De MSCI Small Cap Indices SM zijn gericht op 40% van het in aanmerking komende small-cap universum binnen elke sectorgroep, binnen elk land. MSCI definieert het smallcap-universum als alle genoteerde waarden met een marktkapitalisatie tussen USD 200 miljoen en 1.500 miljoen. De MSCI All Country Asia Pacific ex-Japan Index is een marktkapitalisatie-index aangepast aan het aantal vrij verhandelbare aandelen (de 'free float'), ontworpen om de prestaties van de aandelenmarkten van ontwikkelde en opkomende markten in de Pacific-regio te meten. De MSCI All Country Asia Pacific ex-Japan Index bestaat uit de volgende 11 ontwikkelde en opkomende markten: Australië, China, Hongkong, Indonesië, Japan, Korea, Maleisië, Nieuw-Zeeland, de Filipijnen, Singapore, Taiwan en Thailand.
De MSCI China Index is een onbeheerde index die als representatief voor aandelen uit China wordt beschouwd. De MSCI KOKUSAI Index is een marktkapitalisatie-index aangepast aan het aantal vrij verhandelbare aandelen (de 'free float'), ontworpen om de prestaties van de aandelenmarkten van ontwikkelde markten zonder Japan te meten. De MSCI KOKUSAI Index bestaat uit de volgende 23 landenindices van ontwikkelde markten: Australië, Oostenrijk, België, Canada, Denemarken, Finland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Hongkong, Ierland, Israël, Italië, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Portugal, Singapore, Spanje, Zweden, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten*. De Nikkei 225 Index is een koersgewogen gemiddelde van de 225 Japanse bedrijven met de hoogste rating genoteerd op de eerste afdeling van de Tokyo Stock Exchange. De Tokyo Price Index (TOPIX) is een kapitalisatiegewogen index van alle bedrijven die geacht worden zich onder de 'eerste afdeling' van de TSE te bevinden, die alle grote bedrijven op de beurs in één groep onderbrengt. In de tweede afdeling worden de resterende kleinere bedrijven gegroepeerd. De FTSE 100 Index is een index van de 100 grootste bedrijven (volgens marktkapitalisatie) in het Verenigd Koninkrijk. De FTSE All Share Index is een index van de 630 grootste bedrijven (volgens marktkapitalisatie) in het Verenigd Koninkrijk. De MSCI Value and Growth Indices SM bestrijken het volledige scala van aandelenindices van MSCI uit ontwikkelde markten, opkomende markten en alle landen. Bij de sluiting van 30 mei 2003 heeft MSCI een geoptimaliseerde methode voor de MSCI Global Value and Growth Indices ingevoerd, met een tweedimensionaal kader voor stijlsegmentering waarin waarde- en groei-waarden worden ingedeeld aan de hand van verschillende eigenschappen - drie voor waarde en vijf voor groei, inclusief toekomstgerichte variabelen. De doelstelling van het ontwerp van de index bestaat erin componenten van een onderliggende MSCI Standard Country Index onder te verdelen in een waarde-index en een groei-index, die elk gericht zijn op 50% van de aan de free float aangepaste marktkapitalisatie van de onderliggende landenindex. De waarde- en groei-indices van landen worden vervolgens gecombineerd in regionale waarde- en groei-indices. Vóór 30 mei 2003 gebruikten de indices koers-boekwaarderatio's (K/BW) om de standaard MSCI-landenindices onder te verdelen in waarde- en groei-indices. Alle waarden werden ofwel ingedeeld als 'waarde-waarden' (waarden met een lage K/BW-ratio) ofwel als 'groei-waarden' (waarden met een hoge K/BW-ratio) voor elke MSCI-landenindex. De volgende MSCI Total Return IndicesSM worden berekend met brutodividenden: Deze reeks benadert de maximale mogelijke dividendherbelegging. Het herbelegde bedrag is het dividend dat is uitgekeerd aan natuurlijke personen die wonen in het land waar het bedrijf is gevestigd, maar omvat geen belastingtegoeden. De MSCI Europe Index SM is een marktkapitalisatie-index aangepast aan het aantal vrij verhandelbare aandelen, ontworpen om de aandelenprestaties van de ontwikkelde markten in Europa te meten. Per juni 2007 bestond de MSCI Europe Index uit de volgende 16 indices van ontwikkelde landen: Oostenrijk, België, Denemarken, Finland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Ierland, Italië, Nederland, Noorwegen, Portugal, Spanje, Zweden, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk. De MSCI Pacific IndexSM is een marktkapitalisatie-index aangepast aan het aantal vrij verhandelbare aandelen (de 'free float'), ontworpen om de prestaties van de aandelenmarkten in de Pacific-regio te meten. Per juni 2007 bestond de MSCI Pacific Index uit de volgende 5 ontwikkelde landen: Australië, Hongkong, Japan, Nieuw-Zeeland en Singapore. Credit Suisse/Tremont Hedge Fund Index wordt samengesteld door Credit Suisse Tremont Index, LLC. Het is een activagewogen hedgefondsindex die alleen fondsen omvat, en geen afzonderlijke rekeningen. De Index maakt gebruik van de database van Credit Suisse/Tremont, die meer dan 4500 fondsen volgt en alleen is samengesteld uit fondsen met een minimaal beheerd vermogen van USD50 miljoen, die al 12 maanden bestaan en waarvan de jaarrekening is gecontroleerd. Hij wordt maandelijks berekend en aangepast, en wordt gepresenteerd na aftrek van alle prestatievergoedingen en kosten. Hij is de exclusieve eigendom van Credit Suisse Tremont Index, LLC. De NCREIF Property Index is een maatstaf voor het samengestelde totaalrendement over driemaandelijkse tijdreeksen van de beleggingsprestaties van een zeer grote pool van afzonderlijke commerciële vastgoedpanden die op de privémarkt louter voor beleggingsdoeleinden zijn verworven. Alle panden in de NPI zijn, althans gedeeltelijk, verworven namens van belastingen vrijgestelde institutionele beleggers - waarvan de overgrote meerderheid pensioenfondsen zijn. Als dusdanig worden alle panden gehouden in een fiduciaire omgeving. De NAREIT EQUITY REIT Index is ontworpen om de meest uitgebreide beoordeling te verstrekken van de globale prestaties van de sector, en omvat alle voor belastingdoeleinden in aanmerking komende Real Estate Investment Trusts (REIT's) die genoteerd zijn aan de NYSE, de American Stock Exchange of de NASDAQ National Market List.
J.P. Morgan Asset Management: Risico's en informatieverschaffing De Dow Jones Industrial Average meet de aandelenprestaties van 30 toonaangevende Amerikaanse blue-chipbedrijven. De Dow Jones-UBS Commodity Index is samengesteld uit futurescontracten op materiële grondstoffen en vertegenwoordigt tweeëntwintig afzonderlijke grondstoffen die worden verhandeld op Amerikaanse beurzen, met uitzondering van aluminium, nikkel en zink. West Texas Intermediate (WTI) is de onderliggende grondstof voor de oliefuturescontracten van de New York Mercantile Exchange. De S&P GSCI Index is een samengestelde index van grondstoffensectorrendementen die alleen longposities zonder hefboomwerking in grondstoffenfutures vertegenwoordigen die breed gediversifieerd zijn over het grondstoffenspectrum. De rendementen worden berekend op basis van een volledige zekerstelling met volledige herbelegging. De Barclays Capital U.S. Aggregate Index vertegenwoordigt waarden die bij de SEC zijn geregistreerd, belastbaar zijn en in USD luiden. De index bestrijkt de Amerikaanse markt van de vastrentende obligaties van beleggingskwaliteit (‘investment grade’), met indexcomponenten voor overheids- en bedrijfsobligaties, 'mortgage pass-through'-waarden en door vermogen gedekte waarden. Deze U.S. Treasury Index is een component van de U.S. Government index. De Barclays Capital High Yield Index bestrijkt het universum van de vastrentende schuld onder beleggingskwaliteit. Pay-in-kindobligaties (PIK-obligaties, ofwel obligaties betaald in natura), Eurobonds en schuldemissies van landen die zijn aangemerkt als opkomende markten (bijv., Argentinië, Brazilië, Venezuela, enz.) zijn uitgesloten, maar Canadese en wereldwijde obligaties (geregistreerd bij de SEC) van emittenten in landen die geen opkomende markten zijn, worden opgenomen in de index. De Barclays Capital 1-3 Month U.S. Treasury Bill Index omvat alle op de beurs uitgegeven Amerikaanse staatsobligaties met nulcoupon met een resterende looptijd tot de vervaldatum van minder dan drie maanden en meer dan één maand, die over een IGrating beschikken en een uitstaande nominale waarde hebben van USD250 miljoen of meer. De Barclays Euro-Aggregate Index bestaat uit obligaties uitgegeven in euro of in de vroegere valuta's van de soevereine landen die lid zijn van de Europese Monetaire Unie (EMU). De Global Bond Index Emerging Market Broad Diversified Index (GBI-EM) is een uitgebreide wereldwijde lokale index van opkomende markten die bestaat uit liquide, vastrentende overheidsobligaties luidend in binnenlandse valuta's. De Barclays Global Aggregate Corporate Index is samengesteld uit bedrijfsemissies in Europa, de VS en de regio Azië-Pacific. De Barclays Capital Global High Yield Index is een onbeheerde index die als representatief wordt beschouwd voor vastrentende schuld onder beleggingskwaliteit van bedrijven in de VS, ontwikkelde markten en opkomende markten. De Barclays Capital Emerging Markets Index omvat in USD luidende schuld van opkomende markten in de volgende regio's: Amerika’s, Europa, Midden-Oosten, Afrika en Azië. Net als andere vastrentende benchmarks die door Barclays Capital worden geleverd, is de index gebaseerd op regels, wat een onbevooroordeelde visie op de markt mogelijk maakt en waardoor hij eenvoudig kan worden gereproduceerd. De Barclays Capital MBS Index bestrijkt de door hypotheek gedekte 'pass-through-waarden' van Ginnie Mae, Fannie Mae en Freddie Mac. De totale componenten moeten een gewogen gemiddelde looptijd hebben van ten minste één jaar, een uitstaand nominaal bedrag van USD250 miljoen en vastrentende hypotheken vertegenwoordigen. De Barclays Capital Corporate Bond Index is de bedrijfscomponent van de U.S. Credit index. De Barclays Capital TIPS Index bestaat uit tegen de inflatie beschermde waarden uitgegeven door de Amerikaanse schatkist. De J.P. Morgan EMBI Global Index omvat in USD luidende Brady bonds, Eurobonds, verhandelde leningen en schuldinstrumenten van lokale markten uitgegeven door overheden en semi-overheidsorganen. De Li Keqiang Index is een samengestelde maatstaf die de Chinese elektriciteitsproductie, leningen van financiële instellingen en het vrachtvervoer per spoor vertegenwoordigt. De Euro Stoxx 600 Index vertegenwoordigt bedrijven met een grote, middelgrote en kleine marktkapitalisatie uit 18 Europese landen. De JPMorgan GBI-EM Global Diversified bestaat uit regelmatig verhandelde, liquide, vastrentende overheidsobligaties die luiden in binnenlandse valuta's en waarin door internationale beleggers kan worden belegd. De wegingen over de landen zijn binnen deze index gelijkmatiger verdeeld. De JPMorgan Corporate Emerging Markets Bond Index (CEMBI): De CEMBI volgt de totaalrendementen van in USD luidende schuldinstrumenten uitgegeven door bedrijven in opkomende markten, en bestaat uit een beleggingsuniversum van bedrijfsobligaties. Beide indices zijn ook beschikbaar in een Diversified-versie. De JPMorgan CEMBI Index is een in USD luidende index van buitenlandse schuld die obligaties volgt die zijn uitgegeven door staten en semi-overheidsorganen in ontwikkelingslanden.
De J.P. Morgan Domestic High Yield Index is ontworpen om het beleggingsuniversum van de in USD luidende markt voor binnenlandse hoogrentende bedrijfsobligaties te weerspiegelen. De CS/Tremont Equity Market Neutral Index neemt zowel long- als shortposities in aandelen op om de blootstelling aan het systeemrisico van de markt tot een minimum te beperken (d.w.z. een bèta van nul). De CS/Tremont Multi-Strategy Index bestaat uit fondsen die kapitaal toewijzen op basis van waargenomen kansen binnen verschillende hedgefondsstrategieën. Strategieën die door een fonds dat meerdere strategieën hanteert, omvatten mogelijk, doch zonder beperking, arbitrage van converteerbare obligaties, aandelen long-short, statistische arbitrage en fusiearbitrage. De Barclays U.S. Dollar Floating Rate Note (FRN) Index biedt een maatstaf van de in USD luidende markt voor obligaties met vlottende rente (FRN's). *Marktneutrale rendementen voor november 2008 zijn ramingen van J.P. Morgan Funds Market Strategy, en zijn gebaseerd op een op 8 december 2008 gepubliceerde schatting voor rendementen in november door CS/Tremont waarin de marktneutrale rendementen geschat werden op +0,85% (waarbij 69% van alle CS/Tremont-componenten rendementsgegevens hebben gerapporteerd). Drie fondsen worden verondersteld uitgesloten te zijn van het rendement van november. Die fondsen zijn later door CS/Tremont gewaardeerd op USD 0 in verband met het Bernard Madoff-schandaal. J.P. Morgan Funds is van oordeel dat deze vertekening de rendementen in de categorie niet accuraat weergeeft. CS/Tremont publiceerde later een definitief rendement voor november van 40,56% over de maand, wat rekening hield met deze afwaardering. CS/Tremont aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor deze schattingen. De Office of National Statistics (ONS) Index is een aan het aanbod aangepaste index van gemiddelde woningprijzen. De index wordt maandelijks berekend aan de hand van door hypotheken gefinancierde transacties van de Regulated Mortgage Survey door de Council of Mortgage Lenders. De Nationwide House Price Index is een aan het aanbod aangepaste index afgeleid van landelijke kredietgegevens in het hele VK. De Halifax House Price Index is samengesteld op basis van hypotheekgegevens afgeleid van kredietgegevens van Halifax in het hele VK. De MSCI AC World High Dividend Yield Index is samengesteld uit effecten met een bovengemiddeld dividendrendement binnen de moederindex, een geschiedenis van consequente dividendbetalingen en het vermogen om toekomstige dividendbetalingen te kunnen dragen. De Hedge Fund Research Distressed /Restructuring Index is samengesteld uit fondsen waarvan het investeringsproces zich richt op vastrentende bedrijfsmiddelen, voornamelijk kredietmiddelen van bedrijven die met aanzienlijke kortingen op hun waarde bij uitgifte of verplicht (per waarde) op de vervaldag ten gevolge van hetzij een formele faillissementsprocedure of een financiële marktperceptie van een naderende beëindigingsprocedure. De Hedge Fund Research Macro Index bestaat uit fondsen die een procedure van beleggen hanteren, waarbij onderliggende economische variabelen worden geanalyseerd en de invloed die deze hebben op een scala van activamarkten. De Hedge Fund Research Equity Market Neutral Index bestaat uit fondsen die geavanceerde kwantitatieve technieken hanteren voor het analyseren van prijsgegevens om informatie vast te stellen over toekomstige prijsontwikkelingen en de relatie tussen effecten. De Hedge Fund Research Merger Arbitrage Index bestaat uit fondsen die een procedure van beleggen hanteren, die vooral gericht is op kansen in aandelen en gerelateerde instrumenten van bedrijven die momenteel bezig zijn met een zakelijke transactie De Hedge Fund Research Relative Value Index bestaat uit fondsen die op zoek zijn naar waardediscrepanties in de verhouding tussen de verschillende effecten. De HFRI Fund Weighted Composite Index is een wereldwijde index van gelijk gewicht van meer dan 2.000 fondsen met elk één beheerder die verslag doet aan de HFR Database De Burgiss Pooled Return Index is een index van kasstromen van private equity-fondsen, inclusief buy-outfondsen en durfkapitaalfondsen. De Merrill Lynch Option Volatility Estimate (MOVE) Index is een rentecurvegewogen index van de genormaliseerde geïmpliceerde volatiliteit op opties op schatkistpapier op 1 maand gewogen op de contracten op 2, 5, 10 en 30 jaar. De VDAX Volatility Index is een indicatie van de verwachte volatiliteit (het bereik) van de DAX-aandelenindex voor de volgende 30 dagen.
J.P. Morgan Asset Management: Risico's en informatieverschaffing De Market Insights-reeks biedt uitgebreide gegevens en commentaren op de mondiale markten, zonder te verwijzen naar producten. De Markets Insights-reeks is ontworpen als instrument om klanten te helpen om de markten te begrijpen en hen te ondersteunen bij de besluitvorming over beleggingen, en is gericht op het onderzoeken van de implicaties van actuele economische gegevens en veranderende marktomstandigheden. Dit document is opgesteld voor informatieve doeleinden en de visies hierin moeten dan ook niet worden beschouwd als advies of aanbeveling om beleggingen of belangen te kopen of te verkopen. Het is volledig ter beoordeling van de belegger of hij vertrouwt op de informatie in dit document. Alle research in deze publicatie is verkregen door J.P. Morgan Asset Management, die op basis daarvan voor eigen doeleinden actie kan hebben ondernomen. De resultaten van dergelijke research worden als aanvullende informatie beschikbaar gesteld en komen niet noodzakelijkerwijs overeen met de standpunten van J.P. Morgan Asset Management. Alle voorspellingen, cijfers, opinies, verklaringen van financiële marktontwikkelingen en beleggingstechnieken en -strategieën zijn, tenzij anders weergegeven, die van J.P. Morgan Asset Management per de datum van dit document. Ze worden geacht nauwkeurig te zijn op het moment van schrijven. Ze kunnen zonder verwijzing of kennisgeving aan u worden gewijzigd. In het verleden behaalde resultaten en inkomsten bieden geen garantie voor het toekomstige rendement en u dient er rekening mee te houden dat de waarde van beleggingen en het inkomen daaruit kan fluctueren al naar gelang de marktomstandigheden. Er is geen garantie dat voorspellingen ook daadwerkelijk uitkomen. J.P. Morgan Asset Management is de handelsnaam van de vermogensbeheeractiviteiten van JPMorgan Chase & Co en zijn filialen wereldwijd. Als u telefonisch contact opneemt met J.P. Morgan Asset Management dient u er rekening mee te houden dat de telefoongesprekken kunnen worden opgenomen en gevolgd voor juridische, veiligheids- en trainingsdoeleinden. Informatie en gegevens worden verzameld, opgeslagen en verwerkt door J.P. Morgan Asset Management, in overeenstemming met het privacybeleid van de Europese registratieautoriteit (EMEA). Uitgegeven in continentaal Europa door JPMorgan Asset Management (Europe) S.à.r.l., European Bank & Business Centre, 6 route de Trèves, L-2633 Senningerberg, Groothertogdom Luxemburg, R.C.S. Luxemburg B27900, maatschappelijk kapitaal EUR 10.000.000.
0903c02a80a12b1c
Opgesteld door: Stephanie Flanders, David Stubbs, Vincent Juvyns, Maria Paola Toschi, Kerry Craig, Alexander Dryden, Nandini Ramakrishnan. Tenzij anders vermeld zijn alle gegevens op datum van 30 juni 2015 of de recentste beschikbare gegevens. Guide to the Markets – EUROPA JP-LITTLEBOOK