magazine 2010
de fontein goois lyceum sg huizermaat college de brink casparus college vechtstede college gooise praktijkschool a. roland holst college
INNOVATIE
ONDERWIJSVERNIEUWING IS OVERAL
DIALOOG OUDERS EN SCHOOL IN GESPREK
KWALITEIT ONTWIKKELKANSEN VOOR DOCENTEN
redactioneel
magazine 2010
redactioneel
Voorwoord Mark de Haas (links) en Kees Elsinga vormen samen het College van Bestuur. Voorzitter Kees Elsinga trad per 1 september 2010 aan bij de Gooise Scholen Federatie. Voorheen werkte hij als bestuursmanager bij de Onderwijsgroep Amersfoort, een stichting voor openbaar voortgezet en speciaal voortgezet onderwijs.
Met enige trots presenteren wij u hierbij de tweede uitgave van ons magazine. U bent ouder, leerling, docent of anderszins betrokken bij één van onze acht prachtige scholen. Met deze uitgave leggen wij verantwoording aan u af over in hoeverre we erin slagen onze doelstellingen daadwerkelijk te bereiken. Als schoolbestuur hebben we een maatschappelijke opdracht die meer omvat dan examenresultaten. Wij verzorgen toekomstgericht onderwijs dat leerlingen goed voorbereidt op een vervolgopleiding of de arbeidsmarkt, alsmede op een actieve deelname aan het maatschappelijk leven. We ontvangen daarvoor financiering uit publieke gelden. We vinden het dan ook noodzakelijk om ons in het openbaar te verantwoorden. Daarbij vatten we het begrip verantwoording ruim op: niet alleen een financiële verantwoording, maar ook een toelichting op hoe
inhoudsopgave
we omgaan met de ons toevertrouwde middelen. Het afgelopen schooljaar heeft de Gooise Scholen Federatie veel werk gemaakt van onderwijsvernieuwing. Niet vernieuwen om te vernieuwen, maar onderwijsinnovatie als middel om de kwaliteit van ons onderwijs te verbeteren. We werken aan een verdere uitwerking van het begrip kwaliteit met het ontwikkelen van een keurmerk. Daarnaast hebben we stappen gezet in een verdere professionalisering van onze medewerkers. De functiemix heeft vorm gekregen. Met dit magazine maken we u deelgenoot van onze vorderingen. Medewerkers van de GSF zijn trots op hun school en op de organisatie. Wij hopen dat u – na lezing van het magazine – die trots begrijpt. College van Bestuur Kees Elsinga en Mark de Haas
6/7 De functiemix ingevoerd
10/11 Onderwijsvernieuwing
Gooise Scholen Federatie Magazine 2010 Dit magazine is een uitgave van de Gooise Scholen Federatie. Het biedt een terugblik in woord en beeld op inzet en opbrengst van het achterliggende schooljaar. Met dit magazine legt de Gooise Scholen Federatie verantwoording af aan een breed publiek. Oplage 8000 exemplaren Tekst Michel Schreuder Suzanne Visser Concept & eindredactie Breeve Media & Communicatie, Rotterdam Ontwerp & fotografie bakker+co, Amsterdam Drukwerk Graficiënt, Almere Met dank aan alle geïnterviewde leerlingen, ouders en medewerkers. Gooise Scholen Federatie Postbus 50 1400 AB Bussum 035 - 692 6700
[email protected] www.gsf.nl College van Bestuur Drs. C.J. Elsinga (voorzitter) Drs. M.G.M. de Haas (lid)
2
Innovatie op alle scholen
12/13 School en samenleving
Stages en leerplekken
16/17 Taal en rekenen
Extra middelen ter verbetering
18/19 Verantwoording afleggen
Keurmerk voor alle scholen
20/21 Onderwijs en ICT
COLOFON
Kwaliteit onderwijs omhoog
Smartborden, ELO’s en E-klassen
24 Opleiden in de school
GSF-scholen geaccrediteerd
verder in dit nummer:
4/5
A. Roland Holst College Talent extra in de prijzen
4/5
Respect & veiligheid Het belang van elkaar kennen
6/7
College De Brink 29 x Talent
8/9
De Fontein Summerclasses voor schoolverlaters
8/9
Relatie & dialoog Deskundigheid ouders een rol geven
12/13
Vechtstede College Weesp Side Story
13
GSF vijftien jaar Feest voor leerlingen en personeel
14/15
Gooise Praktijkschool Slagen in de autobranche
14/15
Professionaliteit & leiderschap In openheid met elkaar praten
16/17
SG Huizermaat Praten met je puber
17
In memoriam
20/21
Casparus College Vul zelf je Caspar-uren
22/23
Goois Lyceum Stappen in science
22/23
Vertrouwen & optimisme Werken aan zelfvertrouwen
3
Kernwaarde GSF: respect & veiligheid
Kernwaarde GSF: respect & veiligheid
respect & veiligheid Tekst Suzanne Visser
‘De afstand tussen leraar en leerling is klein op deze school’ ‘De ene leraar kan beter luisteren dan de andere,
Eindexamenkandidaat Kayleigh Teer (18) en docent Rutger Boeren kennen elkaar al jaren. Vier jaar zat Kayleigh als leerling bij
maar serieus nemen ze je hier allemaal’
Rutger Boeren in de les. Drie jaar daarvan hadden zij beiden zitting in de medezeggenschapsraad van SG Huizermaat. Welke betekenis hechten zij aan respect en veiligheid?
Rutger Boeren: “Respect is vooral luisteren. Als docent heb je daarin een voorbeeld te geven. Wat doe je als iets uit de hand dreigt te lopen? Ik zeg altijd tegen leerlingen: ‘Ook als jij iets stoms doet, blijf ik naar je luisteren. Je krijgt misschien wel straf voor wat je hebt gedaan, maar als persoon heb je voor mij nooit afgedaan.’ De relatie blijft overeind. Sommige kinderen snappen dat heel goed omdat ze het kennen van thuis. Voor anderen is het nieuw. Voor hen kan school een veilige plek zijn, waar je altijd bij iemand terecht kunt.” Kayleigh Teer: “Voor mij betekent respect: serieus genomen worden. Mensen die luisteren. Niemand die lacht als je iets aan de orde stelt. De ene leraar kan beter luisteren dan de andere, maar serieus nemen ze je hier
035 - 624 7863
[email protected] www.rolandholst.nl mavo, havo en vwo Informatie 2011 De voorlichtingsavond voor ouders in het gebouw aan de Jonkerweg is op woensdag 12 januari om 19.30 uur. De open avond voor ouders en leerlingen in beide gebouwen is op vrijdag 21 januari van 19.00 tot 21.00 uur. De open dag voor ouders en leerlingen in beide gebouwen is op zaterdag 22 januari van 10.30 tot 12.30 uur. Geslaagd 2009-2010 mavo 96% havo 87% vwo 89%
4
A. Roland Holst College
tekst suzanne visser
A. Roland Holst College Locatie Jonkerweg Jonkerweg 31 1217 PM Hilversum Locatie Schuttersweg Schuttersweg 26 1217 PZ Hilversum
allemaal. De afstand tussen leraar en leerling is klein op deze school. Lang niet overal mag je leraren bij de voornaam noemen. Hier wel, dat vind ik typerend. Er wordt in de school op veel plaatsen naar leerlingen geluisterd. Zijn er bijvoorbeeld problemen met een leraar, dan mag een groepje leerlingen daarover meepraten. En in de medezeggenschapsraad wordt altijd gevraagd wat wij ervan vinden. Dat maakt het gemakkelijker om je mening te geven. Ik heb ook in de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) gezeten, Ook daar is echt interesse in onze inbreng. Er wordt doorgevraagd tot duidelijk is wat we precies vinden.” Rutger: “Kenmerkend voor Huizermaat is dat we leerlingen een actieve rol geven. Heeft een individuele leerling met een leraar
een probleem, dan willen we dat de leerling dat eerst zelf probeert op te lossen. Ga maar praten. Dat praten is wel een sleutelwoord, merk ik. Het mentoraat is bijvoorbeeld ook heel intensief. Maar praten hoeft niet per se met de mentor. Een voorwaarde is vooral dat je elkaar goed ligt. Stel dat een leerling met mij niet zo’n klik voelt, dan zal ik die leerling adviseren naar een ander te gaan. Zoek vooral iemand met wie je goed kunt praten! Als docent moet je dat niet persoonlijk opvatten, vind ik, het gaat om wat het beste is voor de leerling.”
eigenlijk maar één keer herinneren dat een leerling in de les agressief werd. Ook dat is gewoon op school opgelost. Ik herinner me nog dat we er daarna heel vaak over hebben gepraat.” Rutger: “Het is simpel: als je elkaar allemaal goed kent, heb je helemaal geen beveiliging nodig. Geen pasjes, geen camera’s. Dat is ook wel iets van deze school: we kennen elkaar. Ik zie het meteen als er in de gang jongeren rondlopen die hier niet op school zitten. Opvallend vind ik trouwens ook dat mensen elkaar hier zo vaak groeten. Leraren en leerlingen zeggen elkaar in het voorbijgaan gedag in de gang.”
Kayleigh: “Ik heb me hier op school altijd veilig gevoeld. Ook hier gebeurt natuurlijk wel eens wat in de les, maar dat wordt eigenlijk altijd in de les opgelost. In de zes jaar die ik hier op school gezeten heb, kan ik me
Eindexamenkandidaat Kayleigh Teer en docent Rutger Boeren
Talent extra in de prijzen Laura Benschop en Sjagoefta Ramjankhan uit atheneum-5 wonnen eind mei de vakprijs én de publieksprijs van het project ‘Extra Talent’ van de Vrije Universiteit. Slimme vwo-5-leerlingen en hun docenten krijgen de kans zich te verdiepen in wetenschappelijke thema’s die passen bij de vwo-lesstof. Het Roland Holst deed voor de tweede keer mee. Laura en Sjagoefta onderzochten welke invloed iemands leesverleden heeft op zijn leesgedrag op latere leeftijd. Docente Nederlands Marianne Cramer was bijzonder trots: “De jury prees met name de opzet en de relevantie van het onderzoek. De middag werd nog succesvoller toen Laura en Sjagoefta ook de publieksprijs wonnen. Heel goed gedaan!”
Het geheim van de flipperkast Baanbrekende ontdekkingen over de werking van de hersenen moeten gevolgen hebben voor de didactiek op school, vindt het team van het Roland Holst College. Geïnspireerd door het boekje ‘Leren overdragen of het geheim van de flipperkast’ van adviseur en emeritus-hoogleraar
Gerard Westhoff vertalen docenten de nieuwe inzichten naar hun didactiek. Leerstof blijft beter hangen als die wordt aangeboden in een levensechte situatie of een complexe opdracht. Ook variatie in opdrachten is van groot belang. Westhoff gebruikt de flipperkast
als metafoor. Door de bal (de leerstof) zoveel mogelijk flippers te laten raken (op zoveel mogelijk manieren met het leerlingbrein in contact te laten komen) haalt de speler de hoogste score. Het Roland Holst kiest daarom nadrukkelijk voor de inzet van veel activerende werkvormen.
Frans met je hele lijf Jara uit Q1a leert Frans via een revolutionaire methode: “Ik leer heel veel met AIM. Het is leuk dat je dingen leert die je in het dagelijks leven ook nodig zou kunnen hebben, en dat je zo actief bent!” AIM staat voor Accelerative Integrated Method. Het idee is dat je sneller leert als je niet begint met een combinatie van lezen en luisteren, maar met spreken, doen en luisteren. Omdat de docent in de klas alleen Frans spreekt, doen leerlingen vanzelf hun best om hem zo snel mogelijk te verstaan. Wat helpt, is dat de docent niet alleen praat, maar de woorden en zinnen ook met gebaren uitbeeldt. Ook de leerlingen zelf mogen hun hele lijf gebruiken: ze pikken de taal op door te gebaren, dansen, springen en toneel te spelen. Op het Roland Holst krijgen drie klassen les volgens deze methode.
5
Functiemix
Functiemix
een stimulans tot ontwikkeling De invoering van de functiemix is een zeer grote operatie. In 2014 moet ongeveer de helft van de LB-funties op scholen zijn omgezet naar LC- en LD-functies. Landelijk is er meer dan een miljard euro mee gemoeid. Die investering is bedoeld om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. “De functiemix is veel méér dan een salarisverhoging”, stelt Han Doove, rector van SG Huizermaat. De invoering van de functiemix, het systeem voor functiedifferentiatie in het onderwijs, dient een tweeledig doel. Het beroep van leerkracht aantrekkelijker maken en tegelijkertijd de kwaliteit in het onderwijs verbeteren. Goed en gemotiveerd personeel in de school, verhoogt die kwaliteit, is de centrale gedachte.
de afgelopen jaar ingevoerde gesprekscyclus zijn middelen die daaraan bijdragen. Han Doove is er stellig in. “Op het moment dat een docent een bepaalde rol binnen de school vervult, kun je aan hem de met die rol corresponderende eisen stellen. Bij een zwaardere rol hoort een hogere salarisschaal.”
Zichtbaar maken
Luuk van Loon, docent Engels aan Huizermaat stapte onlangs over naar een LC-functie. Hij ziet de functiemix als een manier om goed personeel te behouden voor het onderwijs. “Veel van mijn vrienden zijn uit het onderwijs gestapt omdat ze zich elders op een betere manier konden ontwikkelen. En bovendien was het elders financieel aantrekkelijker. Met de
Bij de GSF zijn afgelopen jaar functiebeschrijvingen en competentieprofielen ontwikkeld, die aangeven over welke kwaliteiten docenten en teamleiders moeten beschikken. De docent moet zichtbaar maken of hij daaraan voldoet en welke ontwikkelmogelijkheden hij voor zichzelf ziet. Het digitaal bekwaamheidsdossier en
Informatie 2011 De voorlichtingsavond voor ouders is op dinsdag 11 januari vanaf 19.30 uur. De open dag is op woensdag 19 januari van 15.00 tot 21.00 uur. Geslaagd 2009-2010 vmbo-b 96% vmbo-k 96% mavo 95%
6
College De Brink
tekst suzanne visser
College De Brink Kerklaan 6 1251 JT Laren (NH)
[email protected] 035 - 539 9299 www.collegedebrink.nl vmbo en lwoo
functiemix wordt de financiële beloning beter en blijven mensen misschien langer in onderwijs”, aldus Van Loon.
Stimulans
Geld is voor de meeste docenten niet het belangrijkste onderdeel van de functiemix. Gert Boxem, docent wiskunde en MR-lid op Huizermaat, wijst op de stimulans die uitgaat van erkenning. “Op het moment dat jij als leerkracht zelf dingen opzette, was dat hartstikke mooi voor de school, maar het werd nergens zichtbaar. Nu worden
initiatieven duidelijker gewaardeerd. Ze worden vastgelegd en dus zichtbaar. En dáár gaat het uiteindelijk om. Wie presteert en zich ontwikkelt, wordt extra beloond. “Je kunt als school nu duidelijk maken wat je van een docent verlangt”, zegt Van Loon.
Solliciteren
Eén van de grote wijzigingen in de functiemix is dat docenten moeten solliciteren voor een functie in een hogere schaal. Zo zijn docenten zelf meer verantwoordelijk voor hun loopbaan. Ook draagt het bij aan
Functiemix
de transparantie van de procedures. De sollicitatiegesprekken worden gevoerd door een Benoemings Advies Commissie, waarin naast de schoolleiding een sectiehoofd en een lid van de medezeggenschapsraad zitting hebben. Boxem vindt dat een goede zaak. “Met deze procedure borg je dat je kiest op kwaliteit.” Han Doove: “We stellen onszelf de vraag: ‘Waar moet deze kandidaat goed in zijn?’ Als je op die manier het sollicitatiegesprek in gaat, kun je daadwerkelijk iemands competenties toetsen. Vervolgens kun je de vastgestelde criteria zo objectief mogelijk afwegen.”
Wat is wat? Wet BIO De wet Beroepen in het onderwijs (BIO) gaat over de kwaliteit van onderwijspersoneel. Werknemers hebben de plicht hun bekwaamheid op peil te houden; werkgevers moeten dat faciliteren. Bekwaamheidsdossier Het dossier laat zien dat de leraar bekwaam is en die bekwaamheid onderhoudt, aansluitend bij het beleid van de school. De docent houdt het dossier zelf bij. Functiemix Verdeling van leraren over salarisschalen. In het Convenant Leerkracht is meer ruimte voor scholen om leraren te laten doorgroeien. Daar hoort ook een hogere beloning bij. LB/LC/LD In het voortgezet onderwijs gehanteerde functie-indeling naar zwaarte.
Gesprekscyclus
De rector ziet de functiemix, samen met de gesprekscyclus, als mogelijkheid voor scholen om een professioneler cultuur neer te zetten. “In de gesprekscyclus wordt van je verwacht dat je reflecteert op je eigen functioneren. En trots bent op waar je goed in bent. Maar ook dat je in samenspraak met je direct leidinggevende en collega’s kijkt waar er nog verbeteringen mogelijk zijn.” Op Huizermaat is de invoering van de functiemix niet als problematisch ervaren. Niemand was echt teleurgesteld als hij of zij niet direct voor een schaalverhoging in aanmerking kwam. Doove: “Dat komt omdat we zo’n fantastisch perspectief hebben. De komende jaren zijn er nog voldoende budgettaire mogelijkheden om groei in LC- en LD-functies te realiseren. We gaan
de kwaliteit van het onderwijs gerichter sturen door keuzes te maken in de gewenste rollen en daarmee in de gewenste bijdragen van de docent aan de school. Mensen die we in de eerste ronde teleurgesteld hebben, hebben de mogelijkheid zich te verbeteren, en zijn wellicht een paar jaar later ook aan de beurt.”
Verzuim
Schooljaar 2007-2008 Schooljaar 2008-2009
5,2% 5,1%
Schooljaar 2009-2010 Landelijk 2008
5,1% 5,1%
Aantal medewerkers bij de GSF De Fontein Goois Lyceum SG Huizermaat College De Brink (inclusief ISK) Casparus College Vechtstede College Gooise Praktijkschool A. Roland Holst College Centraal Bureau
53 102 110 143 41 111 40 135 32
Totaal
767
Cijfers per 31 juli 2010
Drie vragen aan leraar-in-opleiding Camille Gorissen (29) 29 x Talent ‘Move like Michael Jackson’ was er niets bij. Op de 29e Talentenjacht van College De Brink deed eersteklasser Dicky Tamaela iedereen versteld staan met zijn performance van het Jackson-nummer ‘Jam’. Hij won niet alleen de eerste prijs, maar ook de wisselbeker. Ter ere van de naderende pensionering van docent en initiatiefnemer Jan Blaauwgeers, werd die beker feestelijk omgedoopt tot Jan Blaauwgeersbokaal.
1. Wat ben je nu echt: student of docent? “Allebei. Ik werk fulltime en doe daarnaast in deeltijd de lerarenopleiding. College De Brink is opleidingsschool. Het leuke van de combinatie is dat je meteen kunt toepassen wat je leert.”
2. Word je goed begeleid? “Ja, meteen vanaf dag één. In de eerste week had ik al contact met de schoolopleider en begeleider van nieuwe docenten. En elke maand is er een bijeenkomst met alle stagiairs en leraren-in-opleiding.”
3. En de toekomst? “Mijn eerste jaar is omgevlogen. Het ziet er goed uit, ik heb een vast contract aangeboden gekregen. Op zijn minst hoop ik hier mijn opleiding af te ronden. Ik heb het enorm naar mijn zin.”
Fashionweek De aula van College De Brink was in december 2009 voorzien van een echte catwalk. Leerlingen van zes brugklassen voor leerwegondersteunend onderwijs toonden er de producten van de projectweek ‘Waarnemen’ aan medeleerlingen, ouders en belangstellenden. Negentig leerlingen hebben kleding uit diverse tijdperken ontworpen en in elkaar gezet. Er waren allerlei schoolvakken bij betrokken: van geschiedenis en aardrijkskunde tot handvaardigheid én Engels. Deze manier van werken is een voorbereiding op de leersituatie en de manier van werken in de bovenbouw. Zo verloopt de overgang straks vloeiender.
VM2: linea recta naar een mbo-diploma “De leerlingen zijn iets anders dan ik gewend ben. Speelser. Wat ze nog niet zien, is het beroepsmatige.” Aan het woord is docent Robert van der Roest. Eigenlijk werkt hij als leraar ‘kok’ aan het ROC van Amsterdam. Maar in het kader van een landelijk experiment geeft hij ook lessen op College De Brink. VM2 (van vmbo naar mbo-2) is een experiment waarbij leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg in hun eigen school een mbo-diploma niveau 2 kunnen halen. Het idee is dat de uitval tussen vmbo en mbo vermindert en dat er een doorlopende leerlijn ontstaat. College De Brink deed mee met één klas in het schooljaar 2009-2010; in het komend schooljaar is er weer één.
7
kernwaarde gsf: relatie & dialoog
kernwaarde gsf: relatie & dialoog
relatie & dialoog Tekst Suzanne Visser
‘Als ouder vind ik hier een luisterend oor’
Henk Lenselink is sinds 1 januari 2009 rector van het Goois Lyceum. Met succes zette hij zich in voor een veel grotere betrokkenheid van ouders bij de school. Pauline Broekema heeft drie kinderen op het Goois Lyceum. Ze is lid van de ouderraad van het Goois Lyceum en van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van de GSF. Hoe werken zij aan relatie en dialoog? Henk Lenselink: “De tijd was er rijp voor. Communicatie met ouders die niet goed liep, te veel misverstanden tussen school en thuis. Iedereen voelde: hier moet iets veranderen. In zekere zin een dankbare situatie, want dan kun je snel verbeteren. Nu staat er een heel goede structuur. Ouderraad, contactouders in de onderbouw, klankbordgroepen in de bovenbouw… Elke maand zit de ouderraad hier bij mij aan tafel. En ik luister écht. Ze laten me ook niet ontsnappen. Op onderwerpen die zijn aangekaart, komen we altijd terug, daar hebben we afspraken over. Vragen uit de contactoudergroepen moeten afdelingsleiders bijvoorbeeld binnen vier weken beantwoorden. Zo strak hebben we dat geformuleerd. Structuur heb je nu
Informatie 2011 De open dag voor ouders en leerlingen is op zaterdag 22 januari van 11.00 uur tot 14.00 uur. De voorlichtingsavond voor ouders is op vrijdag 4 februari van 19.00 tot 21.00 uur. Geslaagd 2009-2010 vmbo-t 86%
8
De Fontein
tekst suzanne visser
De Fontein Aagje Dekenlaan 2 1403 HH Bussum 035 - 692 7676
[email protected] www.defonteinbussum.nl vmbo-t
eenmaal nodig om in het drukke schoolleven bewust met dit onderwerp bezig te blijven. De inzet van ouders is geweldig. Onze ouders zijn zo trots op hún school. Als je ziet wat ze allemaal doen op de open dag, rond de examens… Het kost ook weinig moeite om mensen te vinden voor de ouderraad. Ze hebben echt invloed, dat scheelt. Alleen voor de oudergeleding in de MR blijft het lastig, de onderwerpen zijn nogal juridisch en technisch. Maar bij het dagelijkse schoolleven is de betrokkenheid groot. Je moet wel uitleggen hoe een school werkt. Een school heeft haar eigen ritme en werkelijkheid. Dat moet je inzichtelijk weten te maken. Maar als dat lukt, kun je veel hebben aan de inbreng van ouders. Het opleidingsniveau in onze ouder-
Rector Henk Lenselink
raad is heel hoog. Ieder brengt zijn eigen deskundigheid mee. Dat is een meerwaarde, daar doen we echt ons voordeel mee.”
Pauline Broekema: “Zal ik eens iets dwars zeggen? Ik vind dat je je als ouder niet te veel moet bemoeien met de gang van zaken op school. Betrokkenheid is goed, maar ik word wel eens moe van ouders die over alles mee willen praten, over iedere roosterwijziging en lessentabel een mening hebben. Het is toch logisch dat het contact tussen ouders en school in het voortgezet onderwijs anders is dan op de basisschool? Je kinderen worden ouder; kunnen het vaak wel alleen af. De ideale situatie is die waarin dat ook niet nodig is. Ik wil graag een school waar mijn kinderen zich thuis voelen. Gelukkig zijn. Een school die oog heeft voor hun individuele kwaliteiten. Die mij kan uitleggen wat voor mijn kinderen de beste route is, en waarom. Een situatie waarin ik alleen aan de bel trek als iets echt niet goed gaat. Natuurlijk is het belangrijk dat de school gemakkelijk te benaderen is. Henk Lenselink heeft een goede structuur opgezet. Als ouder vind ik hier een luisterend oor. En wat nog belangrijker is: een eerlijk antwoord. Zijn er bijvoorbeeld moeilijkheden bij het vervullen van een vacature, dan hoor ik graag
een eerlijk verhaal. Dat gaat hier op school heel goed. Daardoor groeit wederzijds vertrouwen. Het is een gegeven dat ouders van de huidige generatie leerlingen sterk verschillen in hun behoefte aan contact met school. Ze zijn als groep lastig te mobiliseren. Wat wel goed werkt, is de tweemaandelijkse e-mailnieuwsbrief die school heeft opgezet, met de laatste informatie over wat er speelt. Ouders zijn niet meer zo snel geneigd naar een themaavond te komen, tenzij je een bekende spreker hebt of een aansprekend onderwerp. Dat vereist creativiteit. Misschien dat je iets moet organiseren voor kleinere groepen ouders: bijeenkomsten waar ze meer inzicht krijgen in onderwijstechnische zaken. Een bijeenkomst waar voor ouders iets te ‘halen’ valt. En waarmee je ze toch aan school bindt.” Pauline Broekema, ouderlid MR en GMR
‘Ieder brengt zijn eigen deskundigheid mee. Dat is een meerwaarde, daar doen we echt ons voordeel mee’
Summerclasses voor schoolverlaters Echte diehards gaan ook na hun examen gewoon naar school. Op De Fontein was er voor de vierdejaars leerlingen voor het eerst ook na afloop van de examens nog les. Deze vrijwillige summerclasses zijn bedoeld om de overstap naar het mbo gemakkelijker te maken. De ervaring leert dat er een groot gat valt tussen het laatste vmbo-t-examen en de start van het studiejaar op het mbo. Dankzij de summerclasses – verzorgd door docenten van De Fontein – houden leerlingen voor sleutelvakken hun kennis bij. Gestimuleerd door de ouders maakte een kwart van de leerlingen al van de lessen gebruik.
De Fontein helpt de Voedselbank Eind juni kleurden de wijken rond De Fontein massaal oranje. Niet vanwege het WK voetbal, maar voor een grote inzamelingsactie van alle tweedeklassers van De Fontein. Gehuld in oranje t-shirts trokken leerlingen van deur tot deur om producten in te zamelen voor plaatsgenoten die het niet breed hebben. Een originele en praktische invulling van de (binnenkort verplichte) maatschappelijke stage. De Voedselbank was erg blij met de actie en onder de indruk van de positieve opstelling van het allergrootste deel van de leerlingen.
Goed begeleid naar
Reactie? Even mailen! Hoe maken we het voor ouders nog gemakkelijker om hun betrokkenheid bij de school te tonen? Met die vraag ging De Fontein het schooljaar in. Een actieve ouderraad was er al. Daarnaast bestond er al veel contact tussen de ouders en de coaches die de leerlingen begeleiden. Toch bleek de introductie van een simpele nieuwsbrief per e-mail nog een belangrijke stap vooruit. Ouders ontvangen nu elke laatste vrijdag van de maand een digitale terugblik op de afgelopen maand en een vooruitblik naar wat komen gaat. Het succes van de nieuwsbrief zit vooral in de eenvoud. Reageren kan met een druk op de knop. “In een doorsnee week krijg ik van ouders toch wel tien tot vijftien reacties; in topweken wel veertig”, zegt directeur Adriaan Nagel tevreden.
De Fontein >>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>
Docentenuitwisseling en themalunches zijn twee middelen waarmee De Fontein inzet op een betere aansluiting van het basisonderwijs op een schoolcarrière bij De Fontein. De school doet meer om het contact met de basisscholen te verbeteren. Als de leerlingen een maand binnen zijn, gaat er altijd een docent naar de basisscholen om te vertellen hoe het gaat. Aan het eind van het jaar krijgt elke basisschool informatie over de resultaten van oud-leerlingen in leerjaar 1 en het examenjaar.
9
Onderwijsvernieuwing
Onderwijsvernieuwing
Onderwijs naar de toekomst Tekst Michel Schreuder
College De Brink
De scholen van de GSF werken voortdurend aan verbetering van het onderwijs. Ze zorgen zo voor een breed aanbod, maatwerk, uitdaging voor elke leerling en kwalitatief sterk onderwijs. Een greep uit enkele recente ontwikkelingen.
Vakcollege doet recht aan vmbo-leerling
Goois Lyceum
De onderzoekende leerling Het Goois Lyceum heeft grote stappen gezet ter versterking van het bètaprofiel. De school is afgelopen jaar officieel een Technasium geworden. Daarnaast werkt de school binnen het Jongeren en Technologie Netwerk sinds vorig jaar samen met AkzoNobel. Ook is het Goois Lyceum aangesloten bij het Universumprogramma ter vernieuwing van het bètaonderwijs. Binnen het Technasium volgen leerlingen vijf tot zes uur per week de les Onderzoeken en Ontwerpen. “Daarbij werken we bestaande opdrachten uit
het bedrijfsleven om tot onderzoeken voor onze leerlingen”, vertelt Marloes Kloosterboer, één van de coördinatoren van het Technasium. Voor zowel leerlingen als docenten was het Technasium even wennen, geeft ze aan. “Er wordt van de leerlingen gevraagd dat ze samenwerken, onderzoekend en creatief zijn en discipline tonen. Dat ligt niet iedereen.” Ook de docenten moesten omschakelen. Zij moesten leren niet meteen het antwoord te geven als een leerling er niet uitkomt. Het streven is dat de Technasiumcultuur
Casparus College
School zonder lokalen De tijd van de aparte leslokalen is al enige tijd voorbij op het Casparus College. De school heeft drie zogenoemde plaza’s waarin al het onderwijs gelijktijdig wordt gegeven. “Vroeger had je op de afdeling Techniek een apart lokaal voor materiaalleer, voor gereedschapsleer, voor vaktekenen”, zegt directeur Paul Blonk. “Het verband tussen al die vakken werd daardoor niet echt duidelijk. Door alles in één ruimte te doen, wordt de verbinding tussen vakken veel beter zichtbaar. Want het is natuurlijk jammer als je bij wiskunde de stelling van Pythagoras leert, terwijl de relatie met het zagen van een plaat hout je ontgaat.” De school kent drie plaza’s, voor Techniek, Zorg en Welzijn en Economie, waar maximaal 36 leerlingen bezig zijn met soms wel vijftien verschillende activiteiten. Centrale instructie is er niet meer, geeft Blonk aan. “Een docent komt bij een groepje zitten dat ergens mee bezig is en geeft instructie. Voor de leerlingen is het leren in zo’n plaza niet lastig, hoewel het meer zelfstandigheid van ze vraagt. Voor de docenten is het een stuk lastiger geweest. Een docent moet voor deze manier van onderwijs stressbestendig zijn, ongelofelijk flexibel en grote sociale vaardigheden hebben.”
uiteindelijk breder in de school wordt ingevoerd. Bètacoördinator Bep Portengen: “Het zou geweldig zijn als álle leerlingen een beetje onderzoeksvaardig worden, leren samenwerken, bezig zijn met kennisconstructie en reflectie. Dat zijn toch ook de vaardigheden die in het vervolgonderwijs worden gevraagd.” Alle inspanningen leveren wel resultaat op. “We zien een toegenomen keuze voor de Natuurprofielen en de afgelopen drie jaar zijn de resultaten van de bètavakken bij het centraal eindexamen uitzonderlijk goed geweest.”
Leerlingen uitdagen het beste in zichzelf naar boven te halen. Dat is wat SG Huizermaat wil bereiken met de speciale brugklas vwo+. “Er wordt op basisscholen steeds meer aandacht besteed aan excelleren, en we proefden bij ouders die behoefte ook voor het voortgezet onderwijs”, zegt rector Han Doove. “Daarom starten we komend schooljaar met een aparte vwo-brugklas waarin naast de reguliere lesstof, ruimte is voor verbreding en verdieping. Ook is het vak filosofie toegevoegd, waarin we de leerlingen goed leren denken, formuleren en respect ontwikkelen voor andermans meningen.” Vwo+ is alleen toegankelijk voor leerlingen met een vwo-advies en de hoogste cito-scores. Daarnaast is de
De Fontein worden beter voorbereid op de overstap naar het vervolgonderwijs. ROC Gooi- en Vechtstreek in Hilversum ter verbetering van de aansluiting vmbo-mbo. Uitgangspunt is dat niet het eindexamen het doel is, maar dat de leerloopbaan van de leerling centraal komt te staan. Vierdejaars zullen voortaan al eerder ken-
schakel tussen primair en vervolgonder-
10
wijs die wel recht geeft op een diploma, school dit jaar gestart met Masterclasses, bedoeld voor leerlingen in zowel vwo+ als het reguliere vwo. Buiten het normale curriculum wordt in blokken van zes weken les gegeven over een breed scala aan onderwerpen, zoals Engels, onderzoekende biologie, kijken naar kunsten, astronomie en logica. “Het gaat om prikkelende, intellectueel uitdagende onderwerpen”, aldus de rector. “De lessen zijn op hoog niveau. De Masterclass past in het idee van activerende didactiek. We laten de leerlingen zelf dingen onderzoeken en we leren ze ook samenwerken, plannen, presenteren en reflecteren als voorbereiding op een universitaire studie.”
Leren vanuit een passie
Vierdejaars leerlingen van vmbo-school
De GSF heeft een convenant gesloten met
maar niet op een startkwalificatie. We slagen er heel goed in om onze leerlingen aan een diploma te helpen, maar merken dat zo’n veertig procent in het vervolgonderwijs niet zo succesvol is. We moeten ons meer richten op dat wat de leerlingen in het vervolgonderwijs nodig hebben.” Om dat verschil te ondervangen zullen de vierdeklassers komend schooljaar één middag in de week aan de slag gaan met leerstof van het ROC. Daartoe zullen docenten van ROC Gooi- en Vechtstreek les geven op De Fontein, en gaan de leerlingen langs op het ROC om te wennen.
ling. Dat leerlingen en ouders ook tevreden zijn, blijkt: komend schooljaar beginnen we met 56 nieuwe leerlingen.” Tot dusver is het Vakcollege alleen voor de sector Techniek bedoeld. College De Brink werkt komend schooljaar mee aan een pilot om ook in de sectoren Economie en Zorg en Welzijn te komen tot een Vakcollege. Wanneer de pilot succesvol is, zouden deze Vakcolleges in 2011 van start kunnen gaan.
Gooise Praktijkschool
Betere aansluiting op vervolgonderwijs
Nagel van De Fontein: “Het vmbo-t is een
Vwo+ in de brugklas
leerlingen opgeleid tot gekwalificeerde vakmensen.” De eerste twee tot drie jaar oriënteren de leerlingen zich en wordt veel aandacht besteed aan vakmanschap en techniek. Daarna worden ze verder opgeleid in een specifiek beroep en wordt er steeds meer stage gelopen in het bedrijfsleven. Kok is enthousiast over het concept. “Naar mijn idee doe je hiermee recht aan de praktische leerstijl van de vmbo-leer-
De Fontein
nismaken met het mbo. Directeur Adriaan
SG Huizermaat
Op College De Brink zijn afgelopen jaar 38 leerlingen gestart met het Vakcollege, een nieuwe zesjarige leerroute voor techniekonderwijs waarin vmbo en mbo samenwerken. “De kracht van het Vakcollege is dat leerlingen vanaf leerjaar één een beroepsgericht programma aangeboden krijgen”, vertelt directeur Raymond Kok. “In samenwerking met het mbo en het bedrijfsleven worden de
A. Roland Holst College
Onderzoeken en initiatief nemen Tijd voor Onderzoek en Prestatie, kortweg TOP, is een aanvulling op de reguliere lessen in de eerste drie leerjaren van het A. Roland Holst College. In blokken van zes weken komen onderwerpen langs als Spaans, dans, tekenen, kleien, gebarentaal of Griekse mythologie. “Het is een beetje afgekeken van Quest, een aparte, uitdagende onderwijsstroom binnen de onderbouw van de school”, vertelt rector Loes Lauteslager. “Deze generatie leerlingen vindt het leuk om zelf onderzoek te doen en initiatief te nemen. We zagen dat Quest zeer stimulerend werkt, daarom is besloten de andere leerlingen iets dergelijks aan te bieden. Bovendien, als je als leerling iets te kiezen hebt, motiveert dat ook. Wat ze daarnaast erg leuk vinden, is dat er wordt gewerkt in gemengde klassen. Bij TOP zitten leerlingen van de eerste drie leerjaren door elkaar, waardoor ze meer mensen op school leren kennen.” De meeste TOP-lessen vinden plaats in de school en worden gegeven door docenten van het college, maar voor creatieve onderwerpen wordt ook gebruik gemaakt van de deskundigheid van Globe, het centrum voor kunst en cultuur in Hilversum.
Vanuit het Amerikaanse concept Big Picture zijn op de Gooise Praktijkschool onderwijsvernieuwingen in gang gezet. Elke leerling werkt vanuit een persoonlijk leerplan waarin de eigen capaciteiten, behoeften en passies centraal staan. “Vooral die passie is heel belangrijk”, zegt Thea Hilhorst, teamleider onderbouw op de school. “Omdat we daar nu al direct mee starten, weten leerlingen eerder wat ze willen. Leerlingen in de derde hebben een goed idee welke keuze ze willen maken, terwijl het vroeger echt nog voorkwam dat een leerling in de vijfde niet wist of hij de horeca of de autotechniek in wilde.” Het Big Picture-concept is ontstaan om schooluitval tegen te gaan. Basisprincipes zijn onder andere werken vanuit de passie van de individuele leerling, intensieve samenwerking met de ouders en leren in de echte wereld. Hilhorst: “Onze leerlingen leren niet alleen in de school, maar juist ook daarbuiten. Ze moeten de wereld in. Daar moeten ze het tenslotte straks ook doen. En het werkt fantastisch. Als je ziet hoe de leerlingen terugkomen van hun maatschappelijke stage. Ze worden enorm gewaardeerd. Vaak worden ze teruggevraagd op woensdagmiddagen om mee te helpen, of als vrijwilliger.”
Vechtstede College
Tweetalig vwo steeds succesvoller Het tweetalig onderwijs op het Vechtstede College (tvwo) wordt steeds succesvoller. Het aantal leerlingen van het tweetalig vwo dat deelneemt aan het International Baccalaureate A2-examen Engels is de afgelopen jaren gestaag gestegen. Dit schooljaar gingen alle 25 examenkandidaten zelfs op voor het hoogste niveau van het examen. Iedereen slaagde, en het overgrote deel van de leerlingen scoorde goed of zeer goed. Het Vechtstede College startte negen jaar geleden met tweetalig onderwijs op
het vwo. Door leerlingen al vroeg een tweede taal bij te brengen, krijgen ze een voorsprong in het vervolgonderwijs en de samenleving. Een groot deel van de lessen op het tvwo wordt in het Engels gegeven. Overigens draait het bij tvwo niet alleen om het vloeiend leren spreken van Engels. Ook internationalisering krijgt veel aandacht, wat moet bijdragen aan een groter begrip en respect bij leerlingen voor andere culturen.
11
De school in de maatschappij
Verbinding zoeken
met de samenleving
Tekst Michel Schreuder
Het Casparus College en College De Brink willen met bijzondere projecten de samenleving en de school meer met elkaar verbinden.
Onder de titel Beroepsleven in Bedrijf gaat het Casparus College in Weesp komend jaar samenwerken met het bedrijfsleven in de gemeente. Doel is de leerlingen van de vmbo-school die vaardigheden bij te brengen die de bedrijven nodig achten. “Samen met de Industrievereniging Weesp hebben we subsidie aangevraagd voor een driejarig project dat de houdingscompetenties van leerlingen moet verhogen”, zegt directeur Paul Blonk. “Het mooie is dat de bedrijven zelf aangegeven hebben wat voor hen het belangrijkste is in een werknemer. Dat waren motivatie, verantwoordelijkheidsgevoel, betrokkenheid en kunnen samenwerken in een team. Op de tweede plaats kwamen
Informatie 2011 De voorlichtingsavond over het tweetalig vwo is voor ouders en leerlingen op woensdag 5 januari van 19.30 tot 21.30 uur. De open dag voor ouders en leerlingen is op vrijdag 7 januari van 16.00 tot 21.00 uur. Geslaagd 2009-2010 vmbo-t 95% havo 96% vwo 89%
12
Vechtstede College
tekst suzanne visser
Vechtstede College Amstellandlaan 1a 1382 CD Weesp 0294 - 410 796
[email protected] www.vechtstedecollege.nl vmbo-t, havo, vwo en tvwo
pas de beroeps- en vakcompetenties.” Acht bedrijven uit Weesp willen de leerlingen via stages laten werken aan de voor hen zo belangrijke beroepshouding. Daarnaast is het de bedoeling dat de leerlingen beter te weten komen welke beroepen er zijn. Blonk: “Een deel van de leerlingen valt uit omdat het beroepenveld niet inzichtelijk is gemaakt. Die verwachten dat ze op kantoor in een streepjespak mogen rondlopen, met een koffertje, een gsm en een Apple in hun hand. En als ze dan in de realiteit komen, valt het vies tegen.”
Leerplekken
College De Brink gaat deelnemen aan het project WSI, waarin vijftien sociaal-culturele instellingen in Laren samenwerken. Een deel daarvan wordt gerealiseerd naast en op het terrein van College De Brink. In het sociaal-cultureel centrum komt bijvoorbeeld een cultuurhuis, waarin ook kleinschalige horeca komt. “Onze horecaafdeling is gevraagd om doordeweeks het beheer te doen”, zegt directeur Raymond
Kok van College De Brink. “Dat biedt heel veel mooie leerplekken voor onze leerlingen en sluit aan bij de koers van onze school: onderwijs aantrekkelijk, uitdagend en betekenisvol maken. Dit is een voorbeeld waarbij we leerlingen op een betekenisvolle manier het vak kunnen leren.” Het project gaat ook plaats bieden aan een kindercrèche, waardoor leerlingen van de afdeling Zorg en Welzijn meer mogelijkheden hebben voor leerplekken. Kok:
“En met de Gooise muziekschool gaan we een leerroute Kunst, Cultuur en Media ontwikkelen. Verder willen we
kijken of we van elkaars ruimtes gebruik kunnen maken, maar ook van elkaars deskundigheid door het uitwisselen van docenten.” De directeur vindt het belangrijk dat de school deel uitmaakt van de samenleving. “Het doet veel goeds voor het imago van onze school en het vmboonderwijs. En dat is precies wat leerlingen nodig hebben, dat ze worden herkend en erkend. Op die manier zien ze hoe waardevol ze zijn voor de gemeenschap.”
Jubileum
GSF bestaat vijftien jaar
De Gooise Scholen Federatie viert in 2010 haar vijftienjarig bestaan. Een moment om bij stil te staan, en dus was het tijd voor een feestje.
“We hebben besloten daar niet op te bezuinigen”, zegt Mark de Haas, lid van het College van Bestuur. “We werken er allemaal hard genoeg voor. Het was een beloning voor de medewerkers en de leerlingen. En een mooie gelegenheid om
stil te staan bij het feit dat we de zaken goed voor elkaar hebben binnen de GSF. In het kerstpakket
van 2009 kregen alle medewerkers een kalender van 2010 waarin elke maand een GSF-school is geportretteerd. Een mooie manier om het hele jaar herinnerd te
worden aan het jubileum. In maart werd een groot personeelsfeest gegeven in de Rijtuigenloods in Amersfoort. “Dat gaf een mooie boost aan het GSF-gevoel”, zegt De Haas. “De opkomst was met meer dan achthonderd man heel goed en er waren heel veel positieve reacties.” Anders dan bij het tienjarig jubileum wordt ditmaal ook iets georganiseerd voor de leerlingen van de GSF. Daarbij is nadrukkelijk met leerlingen gesproken om te kijken wat zij leuk zouden vinden. Binnen de grenzen van het haalbare, uiteraard, want een evenement
waar alle 6500 leerlingen aan meedoen, is helaas onmogelijk. Uiteindelijk is er voor gekozen in september een Supersportdag te houden op het terrein van de Gooise Atletiek Club (GAC). Leerlingen uit alle klassen één tot en met vier van alle GSFscholen zullen het tegen elkaar opnemen. Voor de vijfde- en zesdejaars leerlingen is een apart debatingtoernooi georganiseerd. Bovendien ontvangen alle leerlingen die in 2010 net als de GSF vijftien jaar worden op hun verjaardag een vrolijke felicitatiekaart.
Verschrikkingen van de Holocaust Tijdens de Open Monumentendagen 2010 presenteerden derdeklassers van het Vechtstede College in de Weesper Synagoge werkstukken, gedichten en powerpoints over de Holocaust. In groepjes van drie of vier hadden de leerlingen van het tweetalig vwo zich verdiept in de Jodenvervolging in zeven Europese landen. Tijdens de monumentendagen waren ze in de synagoge aanwezig om vragen van bezoekers over hun (Engelstalige) werkstukken te beantwoorden.
Weesp Side Story ‘Bendeoorlog op het schoolplein’ kopte het Weesper Nieuws op 21 april 2010. Gelukkig liep het in werkelijkheid wel los. De rivaliserende groepen op het schoolplein van het Vechtstede College bleken de musicalsterren van de Weesp Side Story: een parodie op de befaamde Broadway-musical over de straatbendes van de Upper West Side in New York, die weer een vertaling is van het tijdloze verhaal van Romeo en Julia.
vierde keer dat het Vechtstede College in samenwerking met het Vechtstede Theater een musical opvoerde. Eerdere voorstellingen waren Odysseus in Weesp, de Wizard of Weesp en het Weesper Droom Domijn.
Techniek & Design Hoe licht je een podium uit? Wat voor sfeer roept een kleur op? Hoe zorg je ervoor dat geluid in een zaal niet gaat rondzingen of resoneren? Wat is een ‘trus’ en een ‘profielspot’? Fascinerende vragen uit de theater- en evenemententechniek die dit jaar aan bod kwamen in het vak Techniek & Design. Het Vechtstede College biedt dit vak aan voor leerlingen van het vierde leerjaar vmbo-t. Eén op de drie gediplomeerde vmbo-t-leerlingen stroomt door naar de havo-afdeling van het Vechtstede College. Ook kiezen diverse gediplomeerde vmbo-t-leerlingen voor vervolgopleidingen in technischcreatieve richtingen: van grafische lycea tot het mediacollege en de vakschool voor schilderen en etaleren Nimeto. De traditionele vmbo-t-opleiding voorziet echter helemaal niet in deze behoefte. Met het vak Techniek & Design vult Vechtstede de lacune. Er zit van alles in: webdesign, fotografie, licht en geluid, industriële vormgeving, grafisch design en mode.
Vijftig leerlingen van het Vechtstede College deden mee aan de voorstelling, waarvoor hun eigen schoolplein als decor diende. De techniek was ook in handen van leerlingen, maar voor de regie tekenden professionele acteurs. Honderden inwoners van Weesp woonden één van de vier voorstellingen bij. Het was de
13
Kernwaarde GSF: professionaliteit & leiderschap
Kernwaarde GSF: professionaliteit & leiderschap
professionaliteit & leid erschap Tekst Suzanne Visser
‘Professionaliteit is dat je vragen open en eerlijk kunt bespreken’
Frank Joop is teamleider havo-5 en docent aardrijkskunde op het Roland Holst College in Hilversum. Eén van zijn teamleden is docent Frans, Jenny van de Loo. Waar denken zij aan bij professionaliteit en leiderschap? Frank Joop: “In het begin had ik als teamleider nog wel eens de neiging zaken bij mensen weg te halen als het spannend werd. Moeilijkheden? Ik loste ze op. Nu werk ik minder als supermentor en meer als teamleider. Ik moet niet het werk van mijn teamleden doen, ik moet er voor ze zijn.” Jenny van de Loo: “Weten dat je teamleider achter je staat, is belangrijk. Ik werk heel zelfstandig en sta niet dagelijks bij Frank aan de deur. Maar juist de wetenschap dát
Buisweg 9 1222 EZ Hilversum 035 - 683 5405
[email protected] www.gooisepraktijkschool.nl praktijkonderwijs Informatie 2011 De open dag is op woensdag 2 februari van 16.00 uur tot 19.30 uur in ons nieuwe gebouw aan de Laapersboog. Geslaagd 2009-2010 Certificaat praktijkonderwijs: 55 leerlingen Brancheopleiding Horeca-assistent: 7 leerlingen ‘Doen in groen’ mbo-niveau 1: 5 leerlingen ‘Doen in groen’ basis: 1 leerling ‘Doen in groen’ gevorderd/expert: 2 leerlingen Arbeidsmarkt gekwalificeerd assistent (AKA) mbo-niveau 1: 6 leerlingen
14
Gooise Praktijkschool
tekst suzanne visser
Gooise Praktijkschool Laapersveld 25a Nieuw adres per 1-1-2011: Laapersboog 5 1213 VC Hilversum 035 - 626 4040
ik bij iemand terecht kan als er iets mis gaat, maakt die zelfstandigheid mogelijk. Ik geef gewoon mijn mening over ontwikkelingen en dingen die ik zie. Zo vind ik dat onze leerlingen af en toe erg veel vrijheid krijgen en dat zeg ik dan ook. Zelf ben ik meer van de structuur. Maar vervolgens is het aan de leiding om daar iets mee te doen. Richting geven, dat verwacht ik van een leidinggevende. Professionaliteit is dat je dit soort vragen open en eerlijk kunt bespreken. Als je van elkaar weet dat je met de leerlingen het beste voor hebt en hetzelfde doel nastreeft, kom je een heel eind.” Frank: “Ik hecht aan openheid. Heb je een mening, geef die dan. Vind je dat ik als teamleider iets op een andere manier moet doen, zeg het dan maar. Van mijn kant probeer ik mensen tegemoet te treden zonder vooraf een oordeel te hebben over hun motieven.
Niet: die en die denkt zo, dus zal hij dat wel vinden. Dat is wel moeilijk als je al jaren en jaren samenwerkt. Je wordt toch een soort familie, waarin mensen vaste rollen innemen. Maar als je zonder oordeel begint, ontdek je dat mensen vaak prima argumenten hebben. Als Jenny met zo’n opmerking over de structuur bij me komt, bespreken we die. Ik zal zeggen op welke punten ik het met haar eens ben en waar niet. Bijvoorbeeld: een strengere aanpak helpt misschien bij bepaalde leerlingen, maar we willen niet voor iedere leerling politieagenten worden. Veruit de meeste leerlingen halen ook zonder strenge regels glansrijk het examen. Dus waar stoppen we dan liever onze energie in?” Jenny: “Wat werkt en wat niet? Wat gaat goed en waarom? Ook naar je eigen functioneren moet je regelmatig kijken. Op deze school is dat gemakkelijk. Er is voldoende
‘Als je van elkaar weet dat je met de leerlingen het beste voor hebt en hetzelfde doel nastreeft, kom je een heel eind’
veiligheid om je tegenover collega’s open op te stellen. Ik voer met Frank jaarlijks in het kader van de wet BIO een gesprek en dat vind ik prettig. Je kunt terugkijken en het ‘t volgend jaar beter doen. Het prachtige van onderwijs is dat je elk jaar met een nieuwe klas en een schone lei kunt beginnen.” Frank: “Ik probeer bij iedereen een lesbezoek af te leggen. Dat is ontzettend leuk, ik leer er zelf ook veel van. Dit jaar was het lesbezoek nog vrijwillig, langzaamaan wordt het verplicht. De voortgangs- en functioneringsgesprekken zijn er al jaren. Voor mij persoonlijk voelt dat soms een beetje gek, want naast teamleider ben ik zelf ook gewoon docent. Daar komt bij dat ik hier op school vrienden heb; dan zit je toch anders tegenover elkaar aan tafel! Ik heb geleerd het van tevoren te benoemen. Wij zijn vrienden, maar we zitten hier nu in een professionele setting. Dat moet kunnen; ook dat hoort bij de professionaliteit die ik van mezelf en van anderen verwacht.”
Frank Joop en Jenny van de Loo
Slagen in de autobranche Werken in de wereld van cars, trucks & bikes is cool. Zeker met een erkend diploma, want daarmee kom je verder. Vanuit die gedachte biedt de Gooise Praktijkschool vanaf september 2010 in samenwerking met de mobiliteitsbranche twee erkende opleidingen aan: het certificaat Auto-make-up en het branchecertificaat Assistent Autotechniek. In het schooljaar 2009-2010 vonden de voorbereidingen plaats en konden leerlingen met gevoel voor techniek zich aanmelden. De tien beschikbare plaatsen waren zo vol. Volgend jaar komt er nog een groep bij.
Feest op de bouw Begin juni ging op het Laapersveld de vlag in top: het hoogste punt van de nieuwbouw van de Gooise Praktijkschool was bereikt! Leerlingen van de afdeling Horeca trakteerden de bouwploeg op lekkere broodjes. De bouwvakkers gaven op hun beurt een korte rondleiding aan de leerlingen, die stonden te popelen om te zien waar ze eind 2010 hun intrek nemen. Opvallend aan de nieuwe school zijn de grote praktijkruimtes, waar de Gooise Praktijkschool in samenwerking met roc’s en brancheorganisaties steeds meer erkende beroepsopleidingen gaat aanbieden. Leerlingen kunnen dan op hun vertrouwde school een certificaat halen, waarmee ze gekwalificeerd in een baan stappen of verder kunnen leren op het roc.
Maatschappelijke stage: voor jezelf en voor de ander De Gooise Praktijkschool stuurt al sinds 2007 eerstejaars en tweedejaars leerlingen op maatschappelijke stage. Debby Pikker, één van de twee coördinatoren maatschappelijke stage, licht toe. “Een voorwaarde is dat je iets doet voor een ander zonder dat er een commerciële kant aan zit. Wij vinden het belangrijk
dat onze leerlingen actieve burgers worden. Dit is ook onze wettelijke opdracht. Via de maatschappelijke stage komen ze op plaatsen waar ze zelden of nooit komen. We stimuleren dat ze stilstaan bij wat ze tegenkomen. Hoe is het om als je oud bent in een verzorgingshuis te wonen? Wie zijn die mensen die bij het
Leger des Heils komen eten? Maar net zo belangrijk is dat de leerlingen ontdekken welk soort werk bij hen past. We proberen altijd aan te sluiten bij de belangstelling, de passie van een leerling.”
15
Kwaliteitsgelden
Kwaliteitsgelden
In memoriam
Kwaliteitsgelden
voor taal en rekenen Tekst Michel Schreuder
Leerlingen die in het schooljaar 2013-2014 examen doen, moeten ook een taal- en rekentoets afleggen. Alle scholen ontvangen van de overheid zogenoemde kwaliteitsgelden om de leerlingen taal- en rekenvaardiger te maken. Het A. Roland Holst College en De Fontein vertellen hoe zij die middelen hebben ingezet.
hebben de kinderen geen ‘rekengeweten’ meer,” zegt Nagel. “Iedere uitkomst die met de rekenmachine wordt gevonden, is goed voor hen. Als ze per ongeluk met hun vinger aan het verkeerde knopje zitten, krijgen ze een verkeerd antwoord. Maar ze zien het niet, omdat ze geen inzicht hebben.”
Kranten lezen
Het A. Roland Holst College onderzocht wat leerlingen missen in hun taalvaardigheid. Daaruit bleken met name de woordenschat en het wereldbegrip achter de woorden te klein te zijn. “Het probleem is veel groter dan alleen spelling”, zegt rector Loes Lauteslager. “Het heeft te maken met zorgvuldig lezen. Kinderen zitten tegenwoordig zoveel achter de computer, zijn zo gewend aan snelle communicatie en informatie, dat heel consciëntieus iets moeilijks lezen er vaak bij inschiet.” Daarnaast is ook het tekstbegrip onvoldoende, zegt de rector. “Er is te weinig kennis van de maatschappij, van de actualiteit. De krant wordt niet meer gelezen en leerlingen
Op beide scholen kregen leerlingen van de brugklas afgelopen jaar elke week taal- en rekenles. Directeur Adriaan Nagel van De Fontein noemt de extra inspanning noodzakelijk. “Leerlingen die van de basisschool komen, kunnen best rekenen”, zegt hij. “Alleen hoeven ze het hier niet te doen. En tegen de tijd dat ze het weer moeten kunnen, zijn ze het verleerd.” Op De Fontein sluit het rekenonderwijs aan op vakken als economie, wiskunde en natuurkunde. Vooral het uitrekenen van percentages en breuken is een probleem. “Bovendien
Informatie 2011 De open dag op SG Huizermaat voor ouders en leerlingen vindt plaats op zaterdag 22 januari van 10.00 tot 13.00 uur. De voorlichtingsavond voor ouders is op maandag 31 januari vanaf 20.00 uur. Geslaagd 2009-2010 vmbo-t 92% havo 88% vwo 97%
16
SG Huizermaat
tekst suzanne visser
SG Huizermaat Monnickskamp 7 1273 JP Huizen 035 - 528 7021
[email protected] www.huizermaat.nl vmbo-t, havo en vwo
Praten met je puber Wie is die lange slungel die slaperig aan de ontbijttafel hangt? En waar is het enthousiaste basisschoolkind gebleven? Omgaan met pubers is niet altijd eenvoudig. Dat bleek wel uit de grote opkomst van ouders bij de thema-avond ‘Praten met je puber’, eind 2009. Behalve informatie over de lichamelijke, cognitieve en psychoseksuele ontwikkeling van pubers konden de honderdvijftig aanwezige ouders oefenen in rollenspellen, met acteurs in de rol van puber. Andere ouders observeerden en gaven advies. Tweemaal per jaar organiseert de ouderraad van Huizermaat een dergelijke thema-avond.
Slakkenhuis
kijken ook niet meer naar het journaal.” De school heeft een docente maatschappijleer aangesteld die het nieuwe vak Taal en Maatschappij geeft. Daarin worden
actuele teksten uit kranten gelezen en behandeld. Op die manier leren de leerlingen niet alleen nieuwe woorden, maar worden deze ook in hun context geplaatst.
Schoolbreed wordt er gewerkt aan een taalbeleid. Zo is afgesproken dat schriftelijke antwoorden altijd in hele zinnen moeten worden gesteld. Lauteslager: “Het was praktijk geworden dat als een leerling maar wat op papier kwakte en het kernbegrip goed had, het antwoord goed werd gerekend. Daar komen we een beetje op terug. Antwoorden moeten weer zorgvuldig en in goed Nederlands worden geformuleerd.”
Maandag 22 februari 2010 overleed zeer onverwacht Robert Molenaar, leerling van de examenklas in de afdeling Consumptief op College De Brink. Robert is maar zeventien jaar geworden. Hij overleed in zijn slaap, vermoedelijk aan een hartstilstand. Klasgenoten en docenten noemden hem liefdevol, komisch en respectvol. Hij was sportief en een groot liefhebber van basketbal. Een grote jongen met een hart van goud.
Op 1 januari 2010 overleed Fedde van der Laan. Fedde was sinds 1998 werkzaam op College De Brink als docent elektrotechniek. Hij was een vakman, die stond voor zijn vak en dit elke dag uitdroeg. Helaas was Fedde al enige tijd ernstig ziek. Hij zou per 1 september 2010 met FPU gaan, maar mocht dit niet meer meemaken. Fedde is 62 jaar geworden.
De 5 beste profielwerkstukken Vijf profielwerkstukken van vwo-leerlingen (alle beoordeeld met een 9) dongen mee in diverse wedstrijden. Eén ervan werd genomineerd voor de JuniorProfAward, een wedstrijd uitgeschreven door de Vrije Universiteit. De onderwerpen in vogelvlucht: + Hoe kunnen docenten (hoog)begaafde leerlingen het best begeleiden? Cognitief intelligente leerlingen vertellen wat zij vinden van school en welke begeleiding hen zou helpen om hun potentieel te ‘verzilveren’.
+ Hoe heeft het denken over het ontstaan van gebergten, vulkanen en aardbevingen zich in de geschiedenis ontwikkeld? De maker van dit werkstuk mocht voor de jury van de JuniorProfAward zijn onderzoek presenteren. Hij ging niet naar huis met de hoofdprijs, maar wel met een lovend juryrapport.
+ Zit er iets in ons mensen dat ervoor zorgt dat wij in een god gaan geloven? De verschillen en overeenkomsten op het gebied van ethiek en filosofie van de grote godsdiensten in kaart gebracht.
+ Wat houdt het vervalsen van schilderijen in (zowel kunsthistorisch als praktisch)? Welk proces gebruikte meestervervalser Van Meegeren en wat gebeurt er als leerlingen met behulp hiervan zelf ‘Het meisje met de parel’ proberen te vervalsen?
+ Welke gevolgen heeft een blessure aan de vierhoofdige dijbeenspier voor de hardloopbeweging en welke training helpt bij het herstel?
Houd je doel altijd duidelijk voor ogen, dat zou de lijfspreuk kunnen zijn van afdelingsleider Bill van Delft. In de drie jaar dat hij de bovenbouw vmbo-t leidt, heeft het team daar heel doordacht een stimulerend leer- en werkklimaat neergezet. Een sleutelbegrip is het slakkenhuis. Activiteiten van leerlingen hebben een plaats gekregen op een cirkelvormige tijdlijn. Het is een slakkenhuis en geen rechte lijn, omdat de kracht van leren zit in herhaling en verdieping. Een leerling begint bijvoorbeeld met een minipresentatie over een onderzoekje aan het begin van leerjaar drie. Dat groeit in een jaar tijd uit tot een presentatie over een vierdaags project. Nog een jaar later presenteren diezelfde leerlingen hun sectorwerkstuk aan een gehoor van alle nieuwe derdeklassers. Die zien dan meteen waartoe de kleine presentatie waarmee zij beginnen, in twee jaar tijd moet uitgroeien – en zo is de cirkel rond.
17
Verantwoording
De GSF kwam vorig jaar voor het eerst met een magazine om verantwoording af te leggen over het gevoerde beleid. Critici binnen en buiten de organisatie vragen zich af of je daar geld aan moet uitgeven. “Ja, natuurlijk”, zegt Arjan Kastelein, scheidend voorzitter van het College van Bestuur. “Het is vrij simpel. Wij worden betaald uit publiek geld en niemand vraagt daar verder iets over. Ja, de inspectie komt af en toe langs. Twintig jaar geleden was dat prima, maar de samenleving is veranderd. We willen weten wat er met publiek geld gebeurt. En dus geven we een heel klein deeltje van ons publiek geld uit aan verantwoording.” Vooral de zogenoemde horizontale verantwoording aan ouders, leerlingen, gemeenten en alle andere partners van de scholen is voor de GSF belangrijk. Kastelein: “We proberen in het magazine op een toegankelijke manier uit te leggen waar we voor staan, wat we ons hebben voorgenomen en wat daarvan terecht is gekomen.”
Vensters
Mede daarom doet de GSF graag mee aan Vensters voor Verantwoording, een landelijk overheidsproject waarbij via een website gestandaardiseerde informatie over scholen in Nederland beschikbaar wordt. Via de site kan eind 2010 worden bekeken hoe een school er voor staat en hoe deze presteert ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Directeur Raymond Kok van College De Brink is het helemaal met de bestuursvoorzitter eens. Zijn school is, samen met het Vechtstede College, deelnemer aan de pilot van Vensters voor Verantwoording. “Het sluit helemaal aan bij onze visie als het gaat om transparantie”, zegt
De Gooise Scholen Federatie had in het schooljaar 2009-2010 6.516 leerlingen onder haar hoede. De Fontein Goois Lyceum SG Huizermaat College De Brink (inclusief ISK) Casparus College Vechtstede College Gooise Praktijkschool A. Roland Holst College
423 1.016 988 1.028 327 1.072 205 1.457
Totaal
6.516
Percentage geslaagden
GSF 2009-2010
GSF 2008-2009
Landelijk 2008-2009
GSF 2007-2008
Totaal vmbo-b Totaal vmbo-k Totaal vmbo-t + gl Totaal havo Totaal vwo
97% 96% 92% 90% 94%
98% 96% 95% 92% 96%
97% 94% 94% 87% 91%
97% 98% 93% 89% 93%
hij. “Laat maar zien wat je doet, hoe je het doet en wat beter zou kunnen. Het geeft alle mensen die dat willen inzicht in hoe je er voor staat als school.” Kok is niet bang dat cijfers op de openbare website verkeerd worden geïnterpreteerd door ouders. Op de site hebben scholen de gelegenheid een toelichting te geven bij de cijfers. “Als je daar onderbouwd kunt aangeven waarom iets goed of minder goed uitpakt, en wat je er als school aan doet om iets beter te laten worden, is er niets aan de hand”, vindt de directeur. “Je moet als school geen defensieve houding aannemen. Als iets niet goed is, moet je dat ook ruiterlijk toegeven, maar dan wel meteen erbij zeggen hoe je het beter gaat doen.”
Inspectie: 16 afdelingen een basisarrangement Het opbrengstenoordeel van de onderwijsinspectie heeft dit jaar voor twee van de achttien onderwijsafdelingen binnen de GSF onvoldoende uitgepakt. “Een vervelende constatering, maar in beide gevallen begrijpelijk”, zegt Arjan Kastelein, tot 1 augustus 2010 voorzitter van het College van Bestuur van de GSF. “We weten hoe het komt en wat we er aan moeten doen. En ik ben ervan overtuigd dat beide scholen op de goede weg zijn.”
Netto lesuitval 2009-2010
18
De Fontein Goois Lyceum SG Huizermaat College De Brink Casparus College Vechtstede College Gooise Praktijkschool A. Roland Holst College
5,1% 5,4% 5,1% 7,6% 6,4% 7,1% 1,6% 4,9%
Totaal GSF
5,9%
De afdelingen met een onvoldoende zijn de gemengd/theoretische leerweg van College De Brink en de vwo-afdeling van SG Huizermaat. Bij het opbrengstenoordeel kijkt de inspectie per onderwijssoort van de school naar de examenresultaten (gemiddeld cijfer voor het centraal examen van alle vakken), het rendement in de onderbouw en in de bovenbouw en het verschil in cijfers tussen schoolexamens en centrale examens. De gemengd/theoretische leerweg van College De Brink is onvoldoende. Directeur Raymond Kok ziet daar een duidelijke verklaring voor. “Leerlingen met vmbo-t potentie krijgen bij ons in de eerste leerjaren de mogelijkheid om door te groeien naar het vmbo-t niveau. Dat is niet altijd even makkelijk, maar door intensieve begeleiding lukt ons dat uiteindelijk wel. Daarnaast proberen we de leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op hun examen. Het effect van kansen geven aan deze leerlingen resulteert in een lager gemiddeld rendement. Wij zien voldoende mogelijkheden om de opbrengsten van deze leerweg weer op orde te krijgen. Daar zijn we nu al mee bezig.” Op het vwo van Huizermaat is al in 2008 een verbeterplan gemaakt. “Vorig jaar waren de resultaten daarvan zichtbaar”, zegt Kastelein. “Alleen duurt het nog een jaar voordat het kleurtje weer van rood naar groen gaat.”
Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
2009
2008
5.586 6.732 12.318
4.971 6.619 11.590
Vlottende activa Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende middelen
1.389 10.451 11.840
1.446 11.041 12.487
Totaal activa
24.158
24.077
Passiva Eigen vermogen 9.776 Voorzieningen 3.251 Kortlopende schulden 11.131 Totaal passiva 24.158
10.445 2.968 10.664 24.077
In de min met een reden De GSF heeft het jaar 2009 met een negatief exploitatieresultaat afgesloten. Het College van Bestuur vindt dat vanzelfsprekend heel vervelend, maar is niet overgegaan tot drastische maatregelen op korte termijn. “Er is geen reden om ons zorgen te maken, we zagen het tekort aankomen”, zegt Mark de Haas, lid van het College van Bestuur. “We zijn een hele gezonde organisatie en kunnen een stootje hebben.” De liquiditeit, rentabiliteit en solvabiliteit van de GSF worden elk jaar getoetst aan normen die gelden voor besturen in het
Exploitatierekening (bedragen x € 1.000)
is noodzaak
Tekst Michel Schreuder
Balans per 31 december (bedragen x € 1.000)
Verantwoording
Verantwoording
2009 Baten Rijksbijdragen OCW 46.000 Overige rijksbijdragen 730 Overige baten 2.355 Totaal baten 49.085
2008 41.936 1.020 2.260 45.216
Lasten Personeelslasten 39.376 Afschrijvingen 1.053 Huisvestingslasten 2.544 Overige lasten 7.037 Totaal lasten 50.010
36.672 1.066 2.829 4.579 45.146
Saldo baten en lasten
925-
70
Totaal financiële baten Totaal financiële lasten
260 4
401 5
Saldo financiële baten en lasten
256
396
Resultaat
669-
466
voortgezet onderwijs. “We zitten elk jaar ruim boven de signaleringsgrens”, zegt De Haas. “Een signaal om eens wat meer geld uit te geven. Onze reserves kunnen dit tekort ruim dragen.” Overigens heeft de GSF afgelopen jaar geen excessieve uitgaven gedaan. De bekostiging vanuit de overheid is achtergebleven bij het niveau van de uitgaven. “We kregen meer geld binnen, maar er ging – bijvoorbeeld als gevolg van loonkostenontwikkelingen – meer geld uit”, zegt De Haas. “We hebben daarom natuurlijk kritisch naar onze
uitgaven gekeken en daar waar mogelijk bijgestuurd. Het tekort voor 2009 was voorspeld en kunnen we goed verklaren. Maar we zorgen er wel voor dat het meerjarenperspectief gezond is.” Het meeste geld geeft de GSF uit aan personeel. De Haas: “De kwaliteit van het onderwijs staat voorop. Om lesuitval te beperken, blijven we inzetten op tijdelijk personeel, ter vervanging van zieken. Daarnaast is afgelopen jaar veel geld geïnvesteerd in ICT en in het realiseren van de doelstellingen uit ons beleidsplan.”
GSF-Keurmerk voor alle scholen Er komt geen groot bord bij de voordeur met sterren erop. Toch krijgen alle scholen in het najaar te maken met het GSF-keurmerk. Afgelopen jaar is hard gewerkt aan de ontwikkeling ervan. Scholen wordt tegenwoordig op een veelheid van manieren de maat genomen. Er zijn de rapporten van de onderwijsinspectie, cijfers over rendementen en onderwijsopbrengsten en de tevredenheidsonderzoeken onder ouders, leerlingen en personeel. Al deze gegevens worden straks ook gebruikt in het GSF-keurmerk. Toch is de GSF niet tevreden met alleen die cijfers. “De gegevens van de inspectie zijn bijzonder waardevol”, zegt bestuursvoorzitter Arjan Kastelein. “Het zijn prachtige indicatoren, en redelijk kwantitatief, maar ze vertellen maar een deel van het verhaal. Ze zeggen niets over hoe veilig een school is, niets over de onderwijsvisie of wat er in het vervolgonderwijs gebeurt.”
Burgerschap
Daarom werd besloten zelf een keurmerk te ontwikkelen. Om, zoals Kastelein het zegt, aan te geven wat de GSF denkt dat een goede school is. “We willen dat leerlingen hun diploma behalen en dat onze scholen meer uit leerlingen halen dan je vooraf had kunnen verwachten. Maar we proberen ook te bereiken dat ouders tevreden zijn en dat we kinderen goed voorbereiden op het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt. Bovendien is er meer dan onderwijs. Burgerschap bijvoorbeeld, is een belangrijk onderdeel. En een school moet veilig zijn. Daar willen we onszelf óók de maat in nemen.” Afgelopen jaar is hard gewerkt aan de invulling van het keurmerk. Er werden acht indicatoren benoemd waarop de kwaliteit wordt gemeten, en elke school moet op een aantal ervan ‘boven niveau’ scoren.
Eén van de kwaliteitsindicatoren is de visie van een school op het onderwijs. “Dat is nauwelijks in cijfers uit te drukken”, zegt Kastelein. “Maar om toch een oordeel te krijgen, laten we de zeven collega-scholen van de GSF er een uitspraak over doen. We werken nu al vier jaar met collegiale visitatie. Die teams krijgen met ingang van het nieuwe cursusjaar de opdracht om een uitspraak te doen over een aantal elementen van het GSF-keurmerk, waaronder de onderwijsvisie.”
Ontwikkelinstrument
De bestuursvoorzitter benadrukt dat het keurmerk vooral een ontwikkelinstrument is. “De onderwijsinspectie werkt met een behoorlijke vertraging. Pas na acht maanden komen ze per school met een bijgewerkte opbrengstenkaart. Dan ben je eigenlijk al te laat om het daaropvolgende schooljaar nog te reageren, mocht er iets mis zijn. Waar we op uit zijn, is dat scholen veel eerder een spiegel wordt voorgehouden.” Om te voorkomen dat een school het stigma ‘onvoldoende’ krijgt, wordt er geen totaalcijfer aan het keurmerk gekoppeld. “Dat zou alleen maar subjectief zijn, want waar leg je de nadruk?” merkt Kastelein op. “Voor de ene school is bijvoorbeeld veiligheid belangrijker dan voor de andere.” Of het keurmerk openbaar wordt gemaakt, weet hij nog niet. “Intern zullen we er uiteraard zoveel mogelijk ruchtbaarheid aan geven. En natuurlijk wil je de resultaten publiek maken. Maar zeker als er wat negatieve verrassingen zijn, moet je een school de tijd gunnen om er iets aan te kunnen doen.”
19
Onderwijs en ICT
Onderwijs en ICT
Investeren in ICT Tekst Michel Schreuder
De GSF heeft afgelopen jaar veel geld besteed aan het verbeteren van de ICT op scholen, variërend van het ophangen van smartborden tot de verdere ontwikkeling van de elektronische leeromgeving. Op het A. Roland Holst College in Hilversum zijn vorig schooljaar alle schoolborden vervangen door elektronische smartborden. “De huidige generatie leerlingen is behoorlijk visueel ingesteld, daar komt het smartbord aan tegemoet”, zegt rector Loes Lauteslager. “En niet alleen door er YouTube-filmpjes op te tonen. Je kunt er ook heel goed tekeningen op maken en simulaties laten zien.” Toch is het elektronische schoolbord alléén niet zaligmakend, waarschuwt Mark de Haas, lid van het College van Bestuur van de GSF. “Als je niet uitkijkt, wordt een smartbord als een gewoon schoolbord gebruikt en maken we onvoldoende gebruik van de mogelijkheden die erin zitten.” De GSF worstelt, net als alle scholen in Nederland, met de vraag hoe computertechnologie het best gebruikt kan
Informatie 2011 De open dag voor nieuwe brugklasleerlingen en ouders is op zaterdag 15 januari van 12.00 tot 15.00 uur. De open avond voor nieuwe brugklasleerlingen en ouders is op vrijdag 21 januari van 19.00 tot 21.00 uur. De voorlichting voor de sport- en expressieklassen voor geïnteresseerde leerlingen met hun ouders is op donderdagavond 27 januari. Geslaagd 2009-2010 vmbo-b 100% vmbo-k 98%
20
CASPARUS COLLEGE
tekst suzanne visser
Casparus College Talmastraat 40 1381 NE Weesp 0294 - 460 200
[email protected] www.casparuscollege.nl vmbo
worden in het onderwijs. Lauteslager: “We weten nog niet zo goed hoe ICT ingezet kan worden. We zijn er wel goed in om kinderen er informatie mee te laten te verzamelen, maar hoe dat het leren verder kan ondersteunen, daar zijn we nog niet uit.” Toch worden steeds meer initiatieven genomen om het digitale onderwijs van de grond te krijgen. Het Goois Lyceum en het Vechtstede College gaan samen met enkele scholen in Noord-Holland experimenteren met de E-klas, een digitale leeromgeving met software, video-instructies, animaties en toetsen.
Interactief
In het concept verandert de rol van de docent: hij is naast docent ook coach en begeleidt de leerlingen die via de E-klassen de theorie krijgen en opdrachten maken.
“Het is interactief onderwijs dat leerlingen ook echt uitdaagt zelf actief bezig te zijn”, zegt Marloes Kloosterboer van het Goois Lyceum. “Op termijn zou dit concept eventuele tekorten aan docenten op kunnen vangen, omdat een docent zo meer klassen tegelijk kan begeleiden.” Mark de Haas is het daarmee eens. “Voor sommige vakken kan het handig zijn. Als je toch onderwijs wilt aanbieden en je hebt niet voldoende leerlingen, zoals bijvoorbeeld bij wiskunde D vaak het geval is, zou het de moeite waard kunnen zijn om dat als scholen gezamenlijk te doen en les te geven via de webcam. Maar ICT zou er niet toe moeten leiden dat er plaatsonafhankelijk onderwijs gegeven gaat worden. ICT is een hulpmiddel bij het onderwijs en zal nooit één op één de docent vervangen.”
Sociaal contact
Ook Jan Verhulst, rector van het Vechtstede College, deelt die mening. “Scholen hebben naast de onderwijstaak ook een pedagogische en disciplinerende taak. Sociaal contact is essentieel. Scholen zijn
een ontmoetingsplaats, geen instituut voor schriftelijke cursussen.” Toch wordt ook op het Vechtstede College gebruik gemaakt van de ICT-ontwikkelingen. Nu
al is er een docent die ’s avonds via de elektronische leeromgeving (ELO) een vragenuurtje heeft. Verhulst kan zich
goed voorstellen dat zoiets in de toekomst vaker zal plaatsvinden.
Spitsgroep
De GSF heeft recent een spitsgroep in het leven geroepen, waarin docenten en leerlingen zitting hebben. Zij moeten nieuwe ontwikkelingen signaleren en kijken of deze voor het onderwijs geschikt zijn. De Haas verwacht er veel van: “Afgelopen jaar is veel geïnvesteerd in de infrastructuur en faciliteiten, nu wordt het tijd dat er gebruik van wordt gemaakt. De spitsgroep kan daar een heel belangrijke rol in vervullen. We willen graag dat ICTvernieuwing vraaggestuurd wordt. Dus niet vernieuwen om te vernieuwen, maar omdat het een middel is om tot eigentijds, beter onderwijs te komen.” GSF-breed is
tevens een ELO-werkgroep ingesteld. Deze gebruikersgroep richt zich met name op het stimuleren van het gebruik van het netwerk en geeft tips over het omgaan met de elektronische leeromgeving.
Schoolboeken
De Haas vindt de ontwikkelingen in de ICT prachtig, maar plaatst ook een kanttekening. “Soms is het de vraag of onze ICT nog wel betaalbaar blijft”, zegt hij. “Er kan steeds meer en medewerkers en leerlingen vragen ook steeds meer. Het probleem is hoe je die toenemende behoefte kunt financieren.” Eén besparing ziet hij al wel: schoolboeken kunnen steeds vaker vervangen worden door digitaal lesmateriaal. De GSF zag het afgelopen jaar de kopieerkosten stijgen. “Ik zou het heel plezierig vinden als we op zoek zouden gaan naar digitale leermiddelen in plaats van kopietjes te maken.”
Aantal leerlingen per computer De Fontein
4,7
Goois Lyceum
4,5
SG Huizermaat
4,6
College De Brink (inclusief ISK)
2,2
Casparus College
2,6
Vechtstede College
3,8
Gooise Praktijkschool
2,0
A. Roland Holst College
4,2
Gemiddeld
3,6
Vul zelf je Caspar-uren Zelf kiezen welke opdracht je doet en op die manier ontdekken waar je voorkeuren liggen: dat is het idee achter de Caspar-uren. Voor alle vakken en leergebieden in de onderbouw van het Casparus College zijn opdrachten gemaakt die ‘anders dan anders’ zijn. Voor Science bijvoorbeeld: maak zelf een skelet en benoem alle onderdelen. Meestal gaat het niet om extra leerstof, maar is vooral de vorm anders. Dit biedt ruimte aan verschillende talenten.
Casparus College verovert het Muiderslot
Relationele vorming: ik + jij = wij?
Een opmerkelijk gezelschap betrad op 20 april de rode loper in het historische Muiderslot. Vervaarlijk uitziende ridders in maliënkolder verwelkomden glamoureus uitgedoste Hollywoodsterren; aanwezige persfotografen zoomden nu eens in op middeleeuwse zwaarden en dan weer op hippe zonnebrillen. Dit feestelijke gala was de afsluiting van een twee weken durend project waarin leerlingen van het Casparus College binnen de muren van het Muiderslot filmpjes maakten en monteerden. Tientallen sponsors maakten het evenement mogelijk. Een deel van het budget kwam uit een overheidssubsidie die het Casparus College en het Muiderslot hebben ontvangen na het tekenen van een driejarig samenwerkingsconvenant. Volgend schooljaar krijgt het project een flitsend vervolg.
Jongens en meisjes in de puberteit gedragen zich onderling en tegenover elkaar vaak onhandig. Jongens doen stoer om vooral maar bij de groep te horen. Hoe ze op een leuke manier met meisjes contact leggen, weten ze niet. En meisjes vinden het lastig om goed aan te geven wat ze wel en niet willen. Over deze vragen gaan de nieuwe lessen relationele vorming op het Casparus College. In het voorjaar van 2010 kregen alle eerste en tweede klassen een gastles van de GGD.
Bedrijf en school: Ons kent Ons In het voorjaar van 2010 hebben het Casparus College en acht bedrijven uit Weesp de basis gelegd voor een vernieuwend project om leerlingen nog beter voorbereid aan hun beroepsgerichte stage te laten beginnen. Vanaf september 2010 voert het hele derde leerjaar voor de bedrijven doorlopend echte opdrachten uit. Zo ontdekken de leerlingen eerder wat er in het bedrijfsleven van hen wordt verwacht en vormen ze zich een beter beeld van de betreffende beroepen. Met meer kans op stagesucces als gevolg! Een subsidie van het ministerie van OCW maakt ‘Ons kent Ons’ – zoals het project is gedoopt – ook financieel mogelijk.
21
Kernwaarde GSF: vertrouwen & optimisme
Kernwaarde GSF: vertrouwen & optimisme
vertrouwen & optimisme
‘Vertrouwen in het kunnen van je leerlingen, dat is de basis van je vak’
Tekst Suzanne Visser
Casper Weismuller is docent algemeen vormende vakken aan de Gooise Praktijkschool. Michaël Sterk (15) is één van zijn mentorleerlingen. Wat betekenen vertrouwen en optimisme voor hen? Casper Weismuller: “Docent zijn ís vertrouwen hebben. Vertrouwen in het kunnen van je leerlingen, dat is de basis van je vak. Natuurlijk moet je negatieve dingen benoemen, maar je vertrekt vanuit het positieve. Voor onze leerlingen is het extra belangrijk omdat het op de basisschool niet vanzelf ging. In de vijf jaar dat ze bij ons zijn, bouwen we verder op hun sterke punten. Iedere leerling maakt een persoonlijk leerplan dat uitgaat van het positieve. Daar hebben we het ook over in de maandelijkse coachingsgesprekken. We gaan voor een reëel beeld, maar wel optimistisch. Piloot worden lukt misschien niet, maar je kunt wel iets anders met vliegtuigen gaan doen. Een van onze leerlingen maakt nu bijvoorbeeld het interieur van vliegtuigen schoon. Zo blijft hij toch dichtbij zijn passie.”
Informatie 2011 De voorlichtingsavond voor ouders is op dinsdag 25 januari van 20.00 tot 22.00 uur. De open dag voor ouders en leerlingen is op zaterdag 29 januari van 10.30 tot 14.00 uur.
Goois Lyceum
tekst suzanne visser
Goois Lyceum Vossiuslaan 2a 1401 RT Bussum 035 - 693 3294
[email protected] www.gooislyceum.nl havo, atheneum, gymnasium en technasium
Michaël Sterk: “Ik ben hier op school gegroeid in mijn zelfvertrouwen. Voor mij betekent zelfvertrouwen: positief blijven en doorgaan, ook als iets niet meteen lukt. De docenten helpen je daarbij. Iedere docent is anders. De een is lolliger, de ander is strenger. Maar ze beginnen en eindigen allemaal positief. Ze laten ook merken dat ze vertrouwen in ons hebben. Sommige leerlingen maken daar af en toe misbruik van. Maar het werkt niet als de regels veel strakker worden, denk ik. Je moet er tussenin zitten: wel regels, maar niet te streng. Nu zijn de regels simpel en dat is goed. Zorg dat je het leuk hebt met elkaar, ga niet pesten. Dat soort dingen.Van te veel regels krijg je stress.” Casper: “Daarom hebben we eigenlijk ook maar drie regels: heb respect, houd het veilig
en neem je verantwoordelijkheid. Ik merk dat ik zelf wel eens iets te goed van vertrouwen ben. Dan stuur ik leerlingen om een paar boodschappen en dan blijven ze toch net te lang weg. Maar ik ga mijn aanpak niet veranderen, want het gaat erom dat leerlingen verantwoordelijk worden voor hun eigen functioneren. Ze moeten het niet voor mij doen, maar voor zichzelf. Dat bereik ik niet als ik meer regels maak. Wel als we er veel over praten. Als ik uitleg waarom er regels zijn en we samen kijken of het goede regels zijn. Een andere benadering zou bij ons op school trouwens ook niet passen. Eén van de kenmerken van ons onderwijsconcept the Big Picture is dat je werkt vanuit de relatie. Bij ons kennen leerlingen en docenten elkaar heel goed. Ik ben bijvoorbeeld al drie jaar mentor van dezelfde leerlingen.
Dan ontstaat dat onderlinge vertrouwen vanzelf.” Michaël: “Ik ben een rustige jongen. Daarom krijg ik niet vaak negatieve dingen te horen. Ik krijg vaker complimentjes, mijnheer Weismuller is daar heel goed in. Maar ik doe ook mijn best. Ik wil dat de docenten trots op me kunnen zijn. Ik ga nu naar het vierde jaar en onze eigen leerboeken heb ik al uit. Maar straks wil ik de opleiding voor horeca-assistent doen en dan moet je wel wat laten zien. Ik wil later kok worden. Dat was wel een moeilijke keus, want ik heb lang getwijfeld tussen kok of automonteur. Ik vind het allebei leuk, al van kleins af aan. Ik hielp mijn moeder altijd in de keuken en tegenwoordig ben ik best vaak degene die thuis kookt. Maar ik ging ook altijd met mijn vader mee als die ergens auto’s moest
Casper Weismuller en Michaël Sterk
ophalen. Toch is het koken geworden. Lekkere dingen maken, mooi opmaken. Daar ben ik beter in dan in techniek en je moet doen waar je heel goed in bent. Als je je best doet, kom je er wel, daar ben ik van overtuigd.”
dat diploma halen. Ze zijn heel gemotiveerd, dat is mooi om te zien. En ze hebben straks natuurlijk ook echt een betere kans op de arbeidsmarkt.”
Casper: “Wij bieden in eigen huis steeds meer erkende opleidingen aan. Zo’n opleiding geeft leerlingen doel en richting: ik ga
Stappen in science ‘Zomaar lopen’ is er voor de leerlingen van de internationale bèta-masterclass niet meer bij. Begin februari ontdekten ze samen met leerlingen uit Duitsland en Portugal hoeveel biologie, wis- en natuurkunde er aan één enkele voetstap ten grondslag ligt. Met behulp van de computer maakten en bestudeerden zij opnamen van de lopende mens. In totaal deden dertig leerlingen mee: vijftien leerlingen uit klas 5 en 6 vwo van het Goois Lyceum en vijftien buitenlandse leerlingen. Het project gaat rouleren: volgend jaar in Duitsland, het jaar daarop in Portugal.
Nieuw: de kunst- en mediaklas Een workshop verzorgd door Cliniclowns, leren grimeren, zelf voor (en achter) de camera staan, affiches maken en op excursie naar het Tropenmuseum: welke brugklasser wil dat niet? Met zo’n aantrekkelijk programma kon de nieuwe kunst- en mediaklas meteen op veel belangstelling rekenen. Alle circa dertig plaatsen waren al vergeven, ruim voordat de eerste les in september 2010
Wie schoon houdt, krijgt lekkers
Half mei bonden alle tweedeklassers van het Goois Lyceum op een eigentijdse manier de strijd aan met zwerfafval. In een gezamenlijk project van de school met de organisatie Codename Future, de gemeente Bussum en de Rabobank verzonnen de leerlingen in groepjes verbeterplannen voor de aanpak van zwerfafval in hun eigen woonwijk. Eerst
ontwierpen alle groepjes een route langs de meest vervuilde plekken in hun wijk en bedachten ze een origineel verbeterplan. De vijf groepjes met de beste ideeën mochten van hun route een GPS-wandeling maken. Die legden ze samen met een aantal wijkbewoners af. De overige leerlingen maakten zich nuttig met het opruimen van zwerfafval
op diverse plaatsen in de gemeente. Uiteindelijk won het idee om in een supermarkt bij een vervuild skatepark in Bussum-Zuid afvalprikkers te gaan uitlenen. Eén keer prikken wordt beloond met een stempel; vijf stempels geven recht op iets lekkers. Na de zomer van 2010 wordt het plan uitgevoerd.
van start kon gaan. Een groepje docenten en onderwijsontwikkelaars bedacht de klas om havoen vwo-leerlingen de kans te geven zich ook op artistiek gebied breed te ontplooien. Vergeleken met een ‘doorsnee’ kunstklas valt vooral de combinatie met media op, relevant in het op de media georiënteerde Gooi.
Geslaagd 2009-2010 havo 93% vwo 99%
22
23
Opleiden in de school
eigen personeel opleiden Tekst Michel Schreuder
De GSF kreeg afgelopen jaar een zesjarige accreditatie van Opleiden in de school. Alle acht scholen zijn nu opleidingsschool voor aankomend docenten die op de werkvloer het vak leren. “Het is een van de motoren van ons personeelsbeleid”, meent Adriaan Nagel van De Fontein. “Er is niets natuurlijkers dan opleiden in de school”, zegt directeur Adriaan Nagel van vmbo-school De Fontein in Bussum. “Ieder vak leer je door te doen in een echte situatie, en niet in een simulatie. Bovendien heb je als school de allerbeste mensen nodig, die passen bij jouw type onderwijs. Waar kan je die beter opleiden dan in je eigen school?” Zijn collega Paul Blonk, directeur van het Weesper Casparus College (vmbo), is het helemaal met Nagel eens: “Een hout-
hakker leer je ook geen hout hakken aan zee. Dat moet je in het bos doen.” Schoolopleiders
De GSF heeft het afgelopen jaar geïnvesteerd in professionalisering van de begeleiding van studenten op school. Via Opleiden in de school worden studenten van lerarenopleidingen in het hbo en wo op de scholen van de GSF mede opgeleid tot docent. De schoolopleiders en werkplekbegeleiders spelen daarbij een heel belangrijke rol. Hun inzet borgt de kwaliteit van het onderwijs, ook als de lessen worden gegeven door jonge, nog onervaren aankomende docenten. De studenten combineren het studeren met werken op een school en bereiden zich zo voor op ‘het echte leven’ in het onderwijs. Dat is volgens Nagel een levensgroot voordeel. “Vroeger had een beginnend docent geen idee wat er van hem werd verlangd”, zegt hij. “Je moet ook niet vergeten dat een docent eigenlijk nooit heeft leren werken. Meestal gaan ze direct van de middelbare school naar de lerarenopleiding en komen dan voor de klas te staan. En als hij dan eenmaal begon, viel het lesgeven aan die pubers toch wel tegen. Je merkt nu dat
24
er veel minder beginnend docenten uitvallen omdat ze het niet aan kunnen. Ze hebben een veel beter beroepsbeeld.” Blonk is er groot voorstander van studenten van de lerarenopleidingen zo snel mogelijk in het diepe te gooien. “Een docent die begint moet zo veel mogelijk lessen geven, lessen voorbereiden, meedraaien in de school. Ook tijdens de werkweek en activiteitendag, bijvoorbeeld.”
Tweehonderd studenten
De GSF werkt voor Opleiden in de school samen met de hogescholen van Utrecht en Amsterdam en de universiteiten in beide steden. Afgelopen jaar werden zo’n tweehonderd studenten opgeleid, een aantal waarnaar ook de komende jaren wordt gestreefd. Een groot voordeel is dat de GSF diverse onderwijstypen kent, van praktijkonderwijs tot gymnasium. De aankomend docenten moeten tijdens hun vierjarige opleiding stage lopen bij de diverse schooltypen, maar kunnen dit doen binnen GSF-verband. Zo blijven ze vaak behouden voor de organisatie, ongeacht welk type onderwijs ze ook kiezen. De beide vmbo-directeuren zien dat als een groot goed, vooral voor hun eigen onderwijstype. Blonk: “In het vmbo zoek je toch mensen die hun hele ziel en zaligheid in het onderwijs leggen en niet alleen komen voor het vak. Een student die hier komt om alleen tien lessen Engels te geven, is ongeschikt. Op het vmbo wordt veel meer van iemand gevraagd.” Nagel: “De meeste studenten kennen het vmbo niet. Ze komen van de havo of het vwo en weten niet wat er hier op school gebeurt. Eerstejaars kiezen daarom niet zo veel voor
het vmbo als opleidingsschool. Die moet je eerst laten zien dat het hier echt heel leuk werken is en het onderwijs uitdagend.” Nagel ziet het zelf opleiden van docenten als de motor van het personeelsbeleid binnen de GSF. Op alle scholen lopen wel vierdejaars studenten rond die, ook al zijn ze nog met hun studie bezig, al enkele uren lesgeven. “Er dreigt een lerarentekort. Door stu-
denten de kans te geven op verschillende scholen binnen de GSF rond te kijken, kunnen ze een onderwijstype kiezen dat bij hen past. Als het hier niet
lukt, kan ik bijvoorbeeld regelen dat ze hier in Bussum op het Goois Lyceum terecht kunnen. Zo kunnen we andere scholen voor zijn en de beste studenten voor onszelf houden.”
GSF-Academie
De erkenning als opleidingsschool past ook in de strategie van de GSF om de scholing van al het onderwijzend personeel verder te professionaliseren. Niet alleen die van aankomende of nieuwe docenten, maar ook van al langer zittend personeel. Al het scholingsaanbod wordt daarom samengevoegd in de GSF-Academie. Het project begint dit najaar en de Academie zal naar verwachting in 2012 volledig draaien. Nagel ziet nóg een groot voordeel aan het opleiden van studenten in de scholen: het zorgt voor een verfrissende kijk op het onderwijs bij de zittende docenten. “De wereld verandert en ook docenten moeten bijblijven. Het binnenhalen van studenten geeft een impuls aan de begeleiders. Ze maken kennis met nieuw verworven inzichten. Zo kunnen we van en met elkaar leren.”