Maatschap Urologie
Orchidopexie bij kinderen
Diaconessenhuis Leiden
Orchidopexie bij kinderen
Datum en tijd U wordt met uw kind ________ (dag), _________ (datum) om _________ uur verwacht. Plaats U meldt zich bij de receptie (hoofdingang). Hier wijst men u de weg naar de kinderafdeling op de vierde etage (afdeling 4A). Algemeen Uw kind wordt opgenomen voor een operatie aan de zaadbal. Dit heet een orchidopexie. Bij deze operatie wordt de zaadbal vastgezet in de balzak (scrotum). Deze folder geeft u nadere informatie over de gebruikelijke gang van zaken rondom een operatie in dagopname in het Diaconessenhuis. Op de kinderafdeling wordt u ontvangen door een kinderverpleegkundige, die samen met u het opnameformulier invult. Dit is bedoeld om een zo goed mogelijk beeld van uw kind te krijgen. De gegevens gaan, met de medische informatie, in een dossier. Voorbereiding op de opname Het is belangrijk dat u zelf uw kind inlicht over de opname en de ingreep. Houdt u hierbij de volgende punten in gedachten: • Begin tijdig, zodat u alles nog eens kunt herhalen. Zo krijgt uw kind gelegenheid om aan het idee te wennen. • Wees eerlijk tegen uw kind, vertel het bijvoorbeeld niet dat het geen pijn zal hebben. • Vertel uw kind dat het best verdriet mag hebben en dat het mag huilen. • Kom, indien mogelijk, van tevoren met uw kind een keer op de kinderafdeling kijken. Tijdens dit bezoek kunt u vragen stellen aan de kinderverpleegkundige of de pedagogisch medewerker. • In de boekwinkel en in de bibliotheek vindt u verschillende kinderboeken die over het ziekenhuis gaan. Lees hier eens uit voor. Wilt u de volgende dingen meenemen naar het ziekenhuis: • afsprakenkaart, inschrijfkaart en een geldig identiteitsbewijs, • verzekeringsbewijs, • actueel medicatieoverzicht, • pyjama, • vertrouwd speelgoed of knuffelbeest. Belangrijk Gedurende zeven dagen voorafgaand aan de operatie mag u uw kind geen medicijnen geven die aspirine bevatten. Aspirine verhoogt de kans op nabloedingen. U mag wel paracetamol geven.
2
Diaconessenhuis Leiden
Orchidopexie bij kinderen
Neem contact op met de behandelend specialist als: • uw kind drie weken voor de opname in contact is geweest met een kinderziekte; • uw kind verkouden is of koorts heeft; • uw kind twee dagen voor de ingreep een DKTP-vaccinatie heeft gehad; • uw kind veertien dagen voor de ingreep een BMR-vaccinatie heeft gehad. Het kan zijn dat de ingreep moet worden uitgesteld. Voorbereiding op anesthesie Enige tijd voor de operatie bezoekt u met uw kind het preoperatieve spreekuur (POS) van de anesthesie. Hier wordt de manier van onder narcose brengen (kapje of prikje) met u besproken. Daarnaast geeft de anesthesioloog uitleg over de pijnmedicatie voor en na de operatie. Verder krijgt u uitleg over het nuchterbeleid. Het is belangrijk dat uw kind nuchter is vóór de anesthesie. Kinderen met een geheel of gedeeltelijk gevulde maag kunnen gaan braken als zij algehele anesthesie (in de volksmond ook wel narcose genoemd) krijgen. Dit kan ernstige complicaties tot gevolg hebben. Ook als uw kind geen algehele anesthesie krijgt maar een lokale of regionale anesthesie door de anesthesioloog dient het nuchter te zijn vóór de anesthesie. Eten en drinken dient gestopt te worden volgens het volgende voorschrift: Voor kinderen van 3 tot 5 kg: • borstvoeding mag gegeven worden tot 4 uur vóór anesthesie, • flesmelkvoeding mag gegeven worden tot 6 uur vóór anesthesie indien minder dan 6 voedingen per dag, • flesmelkvoeding mag gegeven worden tot 4 uur vóór anesthesie indien 6 of meer voedingen per dag, • glucosewater mag gegeven worden tot 2 uur vóór anesthesie. Voor kinderen vanaf 5 kg: Indien zij alleen melkvoeding krijgen: • borstvoeding tot 4 uur vóór anesthesie • flesmelkvoeding tot 6 uur vóór anesthesie Indien zij vast voedsel krijgen: • Op de dag van de operatie mag uw kind niet gegeten hebben vóór de operatie. (Hij/zij mag voor het laatst gegeten hebben op de avond vóór de operatie tot uiterlijk 24.00 uur). • Tot twee uur voor de anesthesie mag uw kind wel heldere vloeistoffen drinken (water, thee, Roosvicee. Geen melkproducten of fruitsap), maximaal één glas. In principe geldt het beleid vanaf 5 kg tot en met de volwassen leeftijd. Gebruikt uw kind medicijnen dan kan het deze innemen met een klein slokje water.
3
Diaconessenhuis Leiden
Orchidopexie bij kinderen
Voorbereiding van de ouders Ouders kunnen de hele dag op de kinderafdeling blijven. Moet uw kind nuchter zijn, dan raden we u als ouders aan toch gewoon te ontbijten. Het heeft geen zin om uit solidariteit met uw kind ook nuchter te blijven. Zorg dat uw maag gevuld is. Op die manier bent u beter opgewassen tegen eventuele spanningen bij uw kind en uzelf. Voorbereiding op de ingreep Op de kinderafdeling komt de pedagogisch medewerker met u en uw kind kennismaken. Zij gaat uw kind voorbereiden op de ingreep. Zij vertelt wat er gaat gebeuren en legt uit hoe de narcose in z’n werk gaat (met een kapje of een injectie). Vervolgens krijgt uw kind een operatiejasje aan. Samen met de pedagogisch medewerker of kinderverpleegkundige begeleidt u uw kind naar de operatiekamer. U kunt bij uw kind blijven tot het onder narcose is. Op het moment dat uw kind in narcose wordt gebracht, is het mogelijk dat het zich wat onrustig beweegt. Dit is een normale reactie op het narcosemiddel. In bijzondere gevallen zal de anesthesioloog u verzoeken om de operatiekamer eerder te verlaten. U hoort dan achteraf waarom u weg moest. Verder is het voor u als ouder goed om te weten, dat uw kind, eenmaal onder narcose, altijd een infuus krijgt, ook als het met een kapje in narcose is gebracht. Zodra uw kind onder narcose is, gaat u met de begeleidster terug naar de kinderafdeling. Daar kunt u wachten totdat u van de secretaresse bericht krijgt, dat u naar de uitslaapkamer kunt komen om bij uw kind te zijn als het begint te ontwaken uit de narcose. Na de ingreep De looproute naar de uitslaapkamer is dezelfde als die bij het wegbrengen van uw kind naar de operatieafdeling. Belangrijk: het is de bedoeling dat de persoon die aanwezig was bij het geven van de narcose, ook degene is die naar de uitslaapkamer gaat. Aangekomen bij de operatieafdeling meldt u zich bij de secretaresse. Nadat u de juiste beschermende kleding heeft aangedaan, brengt zij u naar de uitslaapkamer waar uw kind wakker wordt. U mag beslist niet zonder begeleiding naar de uitslaapkamer gaan. De uitslaapkamer is een grote ruimte waar meerdere patiënten ontwaken. Hier wordt uw kind bewaakt door verpleegkundigen. Ook is er altijd een anesthesioloog in de directe omgeving aanwezig. Om redenen van privacy verzoeken wij u geen contact te maken met andere patiënten en alleen aandacht te geven aan uw kind. Het kan voorkomen dat er zich een acute situatie voordoet bij mensen die wakker worden. In dat geval wordt u dringend gevraagd de ruimte direct te verlaten. Tijdens het wakker worden kan uw kind wat huilerig of onrustig reageren.
4
Diaconessenhuis Leiden
Orchidopexie bij kinderen
Dit is een normaal verschijnsel. Ook kan het wat misselijk zijn en pijn hebben. Langzamerhand wordt dat minder. Zodra uw kind goed wakker is, haalt de verpleegkundige van de kinderafdeling u en uw kind op. Na enige tijd mag uw kind weer gaan drinken. Ontslag Enkele uren na de operatie komt de arts samen met de kinderverpleegkundige bij uw kind langs. Eventuele vragen kunt u dan stellen aan de arts. De arts bepaalt het moment dat u met uw kind naar huis mag. Bij het ontslag krijgt u van de kinderverpleegkundige de volgende zaken mee: • (meestal) een afspraak voor een poliklinische controle, • overzicht van de pijnmedicatie die uw kind de eerste 48 uur na de ingreep moet krijgen, • een ontslagbericht voor de huisarts, • toelichting op leefregels. Leefregels voor thuis • Een dag na de operatie mag uw kind gewoon eten. • Een dag na de operatie mag uw kind kort douchen (niet in bad) en moet de pleister vervangen worden door een nieuwe. • Op de balzak zit soms een gaasbolletje. Door dit gaasbolletje loopt de hechting waarmee de zaadbal is vastgezet. Het gaasbolletje valt er meestal na een paar dagen af. Het is niet nodig om er een nieuw gaasje op te doen. De hechting lost vanzelf na verloop van tijd op. Ook de hechting in de lies is oplosbaar en hoeft dus niet verwijderd te worden. • Uw kind moet thuis nog even rustig aan doen. Weer thuis Ieder kind verwerkt een ziekenhuisopname anders. Vooral bij jonge kinderen kan het voorkomen dat zij zich op bepaalde punten anders gaan gedragen dan voor de ziekenhuisopname. Voorbeelden hiervan zijn: • moeite met inslapen, • ’s nachts plotseling wakker worden, • niet of minder eten, • angst om alleen gelaten te worden (uw kind loopt u overal achterna). Na verloop van tijd zal dit gedrag verminderen en komt uw kind weer in zijn oude doen. De dag na de operatie neemt een kinderverpleegkundige telefonisch contact met u op en kunt u eventueel nog vragen stellen. Privacy Het ziekenhuis is wettelijk verplicht om volgens bepaalde regels om te gaan met de gegevens van uw kind. Hierbij geldt de privacywetgeving. Informatie over de WGBO (Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereen-
5
Diaconessenhuis Leiden
Orchidopexie bij kinderen
komst) vindt u in de aparte folder.
Heeft u nog vragen na het lezen van deze informatie, dan kunt u contact opnemen met de kinderafdeling of met de uroloog.
Kinderafdeling Telefoonnummer: 071 - 517 89 00 Maatschap Urologie Telefoonnummer: 071 - 517 82 44 0214/5014782/DIA738
6