Ver. Uitg. Corinne François - N°7317
N° 2015/01- februari/maart 2015
Herpositionering Ik wens van deze rubriek gebruik maken om enkele ideeën met u te delen. Sinds mijn indiensttreding ben ik, als ik met mensen praat, regelmatig verbaasd te horen dat weinigen de hele waaier van onze acties goed kennen. Wie weet wat er schuil gaat achter de naam “VSGB” en wat die Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest precies doet? Waarin bestaat het werk van haar deskundigen? Onze Vereniging moet dus haar imago verduidelijken en haar prioritaire opdrachten en waarden preciseren. In het ruime kader van het gemeentelijk belang bieden onze adviseurs bijstand aan onze leden, d.w.z. mandatarissen en ambtenaren van de lokale besturen van de 19 gemeenten in verschillende domeinen. Onze Vereniging werd opgericht in 1993 voor en door de lokale overheden en draait rond een afdeling OCMW en een afdeling gemeenten. Onze actie berust op 3 pijlers: juridisch en technisch advies, “capacity building” in de betekenis van overdracht van knowhow om de gemeenten in staat te stellen hun taken zo goed mogelijk uit te voeren, en lobbying bij gewestelijke, federale en Europese instanties. De lokale besturen moeten dagelijks antwoorden op vragen van burgers, in uiteenlopende domeinen. Dat gaat van burgerlijke stand tot de toewijzing van woningen, de organisatie van de mobiliteit, de inrichting van de openbare ruimte, de goedkeuring van maatregelen met het oog op de veiligheid in hun gemeenten, de bouw van scholen, de bevordering van burgerzin, … Dit is slechts een greep uit de talrijke taken van het gemeentelijk niveau. Maar de financiële toestand van de lokale besturen gaat onophoudelijk achteruit en we moeten nu meer doen met minder middelen: de financiering van de pensioenlast van de ambtenaren, die van de politiezones, de bouw van infrastructuren en de problematiek van de OCMW-uitkeringen wegen zwaar door.
EDITO
Zoals u weet, zijn de lokale besturen het democratisch echelon dat het dichtst bij de burger staat en bij moeilijkheden draait de burger zich tot zijn lokale mandatarissen. Daar ligt dus de kern van onze opdracht ten behoeve van verkozenen en personeel van de lokale besturen: hen helpen bij de vervulling van hun essentiële democratische opdracht. De regelgeving en politieke werkzaamheden analyseren, gegevens verzamelen en verspreiden en goede praktijkvoorbeelden delen. Als de regelgeving nefaste gevolgen teweegbrengt
of te zware financiële lasten voor de lokale besturen, gaat onze Vereniging lobbyen bij de beleidsvoerders. In dat kader moeten wij onze proactiviteit verbeteren, door meer aandacht te schenken aan het dagelijks werk van de lokale besturen en de politieke debatten die hen aanbelangen. In het voorjaar van 2015 zullen wij samen met onze Vlaamse en Waalse zustervereniging, overleggen met de federale ministers, om de stem van de lokale besturen kracht bij te zetten. Een laatste aspect van onze opdracht is de informatieverspreiding. De Vereniging moet een grote inspanning leveren op het vlak van de bekendmaking van haar werk en zal geleidelijk haar communicatie vernieuwen door gebruik te maken van alle moderne tools. Al deze doelstellingen ter harte nemen vergt tijd, want we moeten bepaalde zekerheden en gewoontes in vraag durven stellen. Eind 2014 hebben wij een grondig debat aangevat over onze prioritaire opdrachten, in nauw overleg met onze politieke organen. Dat zullen wij in 2015 voortzetten, om voldoende voeling te hebben met onze leden en ons zo goed mogelijk aan te passen aan hun behoeften, om een onmisbare schakel te worden in het Brussels institutioneel milieu, ten dienste van de lokale besturen.
Corinne François - Directrice van de VSGB
Impact van het federaal regeerakkoord op de gemeenten - Administratieve vereenvoudiging�������������������������������������������������������������������������3 - Fraudebestrijding ������������������������������������������������������������������������������������������������6 - Advies van de Federaties van OCMW’s ��������������������������������������������������������������7 - Belfius-studie: de financiën van de OCMW’s en de politiezones in 2014�������������8 - Financiële aspecten �������������������������������������������������������������������������������������������11 - Grootstedenbeleid en Beliris �����������������������������������������������������������������������������15 Het gewestelijk preventieplan tegen radicalisering en voor samenleven ����������������17 Smart Cities & Horizon 2020������������������������������������������������������������������������������19 Wetgeving������������������������������������������������������������������������������������������������������������21
GEMEENTELIJKE INTERNATIONALE SAMENWERKING Marokko in de schijnwerpers
Een netwerk van Belgische overheden voor Palestina
De werkgroep Marokko, met alle Brusselse gemeenten die actief zijn in Marokko in het kader van het programma voor Gemeentelijke Internationale Samenwerking (GIS), vergaderde op 18 december en 13 januari. De deelnemende gemeenten zijn Oudergem, Evere, Jette, Sint-Jans-Molenbeek, Sint-Gillis, Schaarbeek en Sint-Joost-ten-Node.
De gemeente Elsene, die bijzonder actief is in Palestina via haar jumelage met Zababdeh, heeft een netwerk van Belgische overheden voor Palestina opgericht. Dit netwerk bestaat momenteel uit de gemeenten Elsene, Sint-Joost-ten-Node, Watermaal-Bosvoorde, Luik, Doornik en de provincie Henegouwen. Het heeft als doel de gedecentraliseerde samenwerking met Palestina te verbeteren door onder meer de uitwisseling van vaardigheden, best practices en ervaring en de uitvoering van gemeenschappelijke projecten tussen de Belgische lokale overheden (op middellange termijn) en Europese overheden (op lange termijn).
De ngo Echos Communication, die ook actief is in Marokko, is zich komen voorstellen, want deze organisatie is momenteel een territoriaal coachingproject aan het uitwerken. Het was dus zeker een goed idee om onze gemeenten in contact te brengen met deze ngo, zodat ze eventueel kunnen samenwerken met het oog op de versterking van de capaciteiten van de Marokkaanse lokale overheden. Daarnaast is Echos Communication ook een sensibiliseringsproject rond de migratiekwestie aan het uitwerken aan de hand van verhalen van migranten. Nadat alle details over het initiatief uit de doeken gedaan waren, heeft onze werkgroep besloten om het van dichtbij te blijven volgen en er de komende maanden misschien een evenement rond te organiseren. Wordt vervolgd ...
De Vereniging werd verzocht om deel te nemen aan het netwerk als waarnemer en indien nodig haar expertise aan te reiken, bijvoorbeeld inzake coördinatie of bij het zoeken naar Europese programma's. Contactpunt van het netwerk van Belgische overheden voor Palestina: de coördinatie gebeurt door de gemeente Elsene
[email protected] Contactpersoon bij de VSGB: Jean-Michel Reniers
Meer info op http://echoscommunication.org/ Op 30 januari mocht de Vereniging een delegatie van de Marokkaanse gemeente Ain Bni Mathar (provincie Orientale) in haar kantoren ontvangen. De Eerste Vice-President van de gemeente informeerde de Vereniging over de voortgang van de uitvoering van het samenwerkingsprogramma met Sint-Joost-ten-Node. De volgende Marokkaanse lokale verkiezingen vinden plaats in juni, wat uiteraard gevolgen zal hebben voor de uitvoering van de projecten in Marokko. Na de samenstelling van de gemeenteraden en bureaus (de tegenhanger van onze schepencolleges) zullen onze Belgische partners wellicht opnieuw informatie- en sensibiliseringsvergaderingen over de lopende samenwerkingsprojecten moeten organiseren voor de nieuwe Marokkaanse verkozenen. In oktober zou er trouwens een platform georganiseerd moeten worden voor alle Belgische en Marokkaanse partners van het programma voor Gemeentelijke Internationale Samenwerking. Meer achtergrondinfo vindt u in het artikel met onze balans van de GIS in Marokko in Nieuwsbrief 2014/4.
2
Trait d’Union 2014/05
OESO biedt VSGB een luisterend oor! In het kader van de "peer review" van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking, die om de vijf jaar georganiseerd wordt door de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), werd de Vereniging op 22 januari aanhoord als indirecte betrokkene bij de ontwikkelingssamenwerking. Ten aanzien van een delegatie van Italiaanse, Franse, Noorse en Mexicaanse experts heeft de Vereniging benadrukt dat ze haar specifieke karakter graag erkend zou willen zien door de OESO, zoals dat van de andere meer institutionele actoren. In dat verband kon de OESO-delegatie luisteren naar de verschillende toespraken van de deelnemers om de verschillen met ngo's te onderstrepen, evenals de noodzaak voor de Belgische samenwerking om rekening te houden met de verschillende specifieke situaties in het kader van de huidige hervormingen binnen de Belgische samenwerking, zowel inzake subsidiëring van de samenwerkingsprogramma's als qua intern beheer.
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD OP DE GEMEENTEN In februari jl. keurden de politieke organen van de VSGB de nota goed betreffende de impact van het federale regeerakkoord. Deze analyse evalueert de gevolgen voor de lokale besturen van de maatregelen die de federale regering plant. Wij hebben het reeds gehad over de hoofdstukken betreffende de pensioenen en politie in het vorige nummer van Nieuwsbrief. In dit nummer gaan we in op de hoofdstukken financiën, administratieve vereenvoudiging, fraudebestrijding en tot slot de plaats van Brussel in het grootstedenbeleid of het Beliris-fonds. Ter herinnering: het federaal regeerakkoord van 10 oktober 2014 is beschikbaar op www.premier.be en op issuu.
Actie van de Vereniging Op 8 april hebben de Verenigingen van Steden en Gemeenten afspraak met de federale minister van Financiën, om de impact van verschillende maatregelen uit het federaal regeerakkoord op de gemeenten te bespreken. De VSGB en haar zusterverenigingen hebben op 26 februari ook een ontmoeting gevraagd met eerste minister Charles Michel, om de volgende onderwerpen te belichten: • de budgettaire neutraliteit van de beslissingen van de federale regering voor de lokale besturen • de pensioenen van de ambtenaren en het nationaal pensioencomité • de onderwerping van de intercommunales aan de vennootschapsbelasting en de impact daarvan op de gemeentefinanciën • de evolutie van het grootstedenbeleid op federaal niveau • veiligheid en politie (definitie van de kerntaken, rol van de burgemeester in het tuchtstatuut en vereenvoudiging van het statuut van de politie) • de ESR-normen en de impact ervan op de investering van de lokale besturen • de bijstandszones en hulpcentra
Administratieve vereenvoudiging en kwaliteitsvolle wetgeving In de uiteenzetting tot voorstelling van het regeerakkoord in het Parlement1 staat dat het belangrijk is "het vertrouwen in de overheid te versterken. De vereenvoudiging biedt de overheid dan weer de kans op haar eigen werking te besparen." De regering zal een Federaal Actieplan voor Administratieve Vereenvoudiging 2015-20192 goedkeuren op basis van enerzijds de strikte toepassing van het "Only Once"-beginsel, d.w.z unieke gegevensverzameling, en anderzijds het gebruik van authentieke bronnen zoals het Rijksregister en de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO). De VSGB is verheugd over de voortzetting van de "voorafgaande evaluatie van de potentiële gevolgen of mogelijke neveneffecten van ontwerpen van wetgeving op economisch, milieu- en sociaal vlak en voor de overheid." 3 Dit instrument moet immers zo efficiënt mogelijk toegepast worden vanuit het standpunt van de lokale overheden. Er moet dus nagegaan worden of de lokale overheden de nodige middelen hebben om de geschikte administratieve procedures te kunnen invoeren.
En in het Gewest In januari 2015 gaf de Brusselse regering groen licht voor de oprichting van een agentschap voor administratieve vereenvoudiging. Dat agentschap “Easybrussels” is een expertise- en documentatiecentrum dat het leven tracht te vereenvoudigen van burgers, bedrijven en ambtenaren die de diensten van gewestelijke overheidsdiensten gebruiken. Easybrussels zal ook een Brussels plan voor administratieve vereenvoudiging opstellen. Eén van de toonaangevende projecten zal betrekking hebben op de ontwikkeling van de elektronische factuur. Staatssecretaris voor het Openbaar Ambt Fadila Laanan stelde dat zij in dit dossier nauw zal samenwerken met staatssecretaris voor Informatica en Digitalisering Bianca Debaets, gezien de grote uitdaging van de invoering van nieuwe technologieën in de administratieve formaliteiten. Het nieuwe Brusselse plan voor administratieve vereenvoudiging zou voor de zomer 2015 moeten uitkomen.
1 Beleidsverklaring – administratieve vereenvoudiging – 18 november 2014, doc. 54 20/022, op www.dekamer.be. 2 Dit is het 4e plan van dit soort. Het vorige was het “federaal actieplan voor administratieve vereenvoudiging 2012-2015”. 3 Beleidsverklaring – administratieve vereenvoudiging – 18 november 2014, doc. 54 20/022, op www.dekamer.be.
Nieuwsbrief 2015/01
3
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD Digitale overheidsopdrachten en e-procurement Het regeerakkoord preciseert dat digitale overheidsopdrachten via e-procurement4 op het einde van de legislatuur de regel worden. De nieuwe richtlijnen betreffende overheidsopdrachten en concessies bepalen de veralgemening van het gebruik van elektronische middelen. De volledige elektronische omschakeling mag de concurrentie echter niet in de weg staan. Als gevolg van een beperkt budget en onvoldoende geschikt materiaal zullen kleine aanbestedende overheden en KMO's immers niet kunnen voldoen aan het verplichte gebruik van elektronische middelen. De VSGB vindt het noodzakelijk dat de aanbestedende overheden een voldoende ruime deadline krijgen, minstens tot 2020, zodat zij zich kunnen uitrusten met geschikt materiaal en de nodige opleidingen kunnen volgen rond deze nieuwe manier van werken. De dematerialisatie van de procedures dient gepaard te gaan met een betere toegang tot het federale platform Telemarc, waarvan de werking momenteel nog tekortkomingen vertoont die in het tijdperk van de absolute digitalisering zeker niet meer aanvaardbaar zijn.
Telemarc Het project Telemarc wordt gedragen door het Agentschap voor Administratieve Vereenvoudiging (AAV), in samenwerking met de federale diensten die de nodige gegevens voor de overheidsopdrachten bezitten (en attesten opmaken) en Fedict, dat de elektronische tool Digiflow ontwikkeld heeft. Het doel is de communicatie te beperken van administratieve documenten die ingediend moeten door de kandidaten of inschrijvers in het kader van de kwalitatieve selectie. De aanbestedende overheid krijgt deze attesten voortaan rechtstreeks en gratis, via elektronische weg. Telemarc is een gratis webtool die toegang geeft tot verschillende authentieke bronnen (nationale bank, BTW en belastingen, RSZ, ECB). Het is voor de aanbestedende overheden toegankelijk in het elektronisch loket Digiflow. Zij kunnen er in realtime zoekopdrachten uitvoeren in betrouwbare gegevensbanken en krijgen onmiddellijk de nodige inlichtingen voor de gunning van een overheidsopdracht, met de mogelijkheid om het resultaat van hun zoekopdracht te bewaren en/of te printen. Bron: http://marchespublics.cfwb.be Ten slotte rijst het probleem van de koppeling van deze dematerialisatie aan de elektronische handtekening. Europa vindt namelijk dat de elektronische handtekening enkel door de lidstaten opgelegd mag worden als uit een risicoanalyse blijkt dat het risiconiveau zo hoog is dat het gebruik van de elektronische handtekening een noodzaak is. Elke lidstaat moet een specifieke risicoanalyse uitvoeren. Voor zover wij weten, is men nog niet van start gegaan met deze analyse. Ze zou nochtans gelijktijdig uitgevoerd moeten worden met de werken die momenteel aan de gang zijn in het kader van de omzetting van de
4
richtlijnen, aangezien de deadline voor e-facturatie en e-procurement aangekondigd werd voor het einde van de huidige legislatuur. Een termijn die ons, om de hoger vermelde redenen, te vroeg lijkt. Aangezien het om de Europese wetgeving gaat, vraagt de Vereniging dat er geen "goldplating" of bijkomende procedure en administratieve overbelasting teweeggebracht wordt bij de omzetting van de Europese richtlijnen, vooral bij de omzetting van de richtlijnen inzake overheidsopdrachten.
Optimalisering van het Rijksregister In het regeerakkoord staat: "In overleg met de gemeenten wordt de werking van het Rijksregister en het kadaster geoptimaliseerd en leveren ze hun gegevens kosteloos aan alle entiteiten binnen overheden van dit land."5 De regering zal er ook op toezien dat het gebruik van de elektronische handtekening veralgemeend wordt in de administratie en dat vanaf 2016 elektronische facturatie ingevoerd wordt. Niemand kan tegenspreken dat het noodzakelijk is om te moderniseren, schaalvoordelen te bereiken en de gegevensuitwisseling te stroomlijnen. We vestigen de aandacht van de overheden op het feit dat de uitvoering van deze "vereenvoudigingen" niet alleen gepaard dient te gaan met de voorziening van informaticamateriaal. De administraties van de overheden moeten ook hun interne werkgewoonten en procedures aanpassen. De gemeenten moeten dus de nodige technische middelen en mankracht krijgen om deze aanpassingen door te voeren zonder dat de gemeentelijke dienstverlening eronder lijdt.
Burgerlijke stand en bevolking Bij de volledige automatisering van justitie en de realisatie van een efficiëntere databank "Just-X" zijn in eerste instantie de gemeenten betrokken, vooral de diensten burgerlijke stand en bevolking. Deze diensten schrijven diverse beslissingen in, zoals vonnissen en arresten in het kader van verwantschap, echtscheiding, door de rechter uitgesproken ontzettingen uit de uitoefening van bepaalde beroepen, rechten, ...
Just-X Eind november 2012 zette de regering het programma Just-X op, dat een centrale gegevensbank met vonnissen en arresten wil uitbouwen, met inbegrip van de uitwisselingen van adviezen inzake veroordelingen met het centraal strafregister en de FOD Financiën. Op termijn zullen alle vonnissen en arresten opgenomen worden en beheerd op één gecentraliseerde plaats. Info: presscenter.org [30.11.212] en http://justitie.belgium.be De hervorming dient begrepen te worden in een nog algemener kader met: • de implementatie van een centraal strafregister • de coherente en spoedige afronding van de hervorming inzake de modernisering en automatisering van de dienst burgerlijke stand door de oprichting van een centraal register met alle handelingen van deze dienst
4 Volgens Wikipedia is e-procurement het elektronisch laten verlopen van de processen en transacties in verband met aankoopopdrachten. Dit leidt een grotere doeltreffendheid en hogere efficiëntie van de aankoopprocedures, administratieve vereenvoudiging, en een grotere transparantie bij overheidsopdrachten. E-procurement is geschikt voor overheden en grote bedrijven. Info op www.publicprocurement.be 5 Beleidsverklaring – administratieve vereenvoudiging, op. cit.
Nieuwsbrief 2015/01
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD De versterking van de ‘Open Data’6 om te investeren in het hergebruik van gegevens uit de openbare sector voor meer transparantie en de technische mogelijkheden voor de opname van de gegevens, impliceert dat er nagedacht dient te worden over de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de burgers. Wij vragen dat de regering ermee instemt om de impact van de uitvoering van deze hervormingen te ramen in overleg met de gemeenten.
Ondernemers alle kansen geven De regering benadrukt dat de bedrijfswereld zware liquiditeits- en financieringsproblemen kent. Om de inning van eventuele schuldvorderingen vlotter te laten verlopen of om de schuldeisers op zijn minst beter te informeren over de financiële situatie van de schuldenaar, worden
onder meer twee maatregelen genomen: • uitbreiding van de toegang tot het centraal bankregister in het kader van het beslag naar iedere schuldeiser; • de integratie van de faillissementsberichten en de collectieve schuldenregelingen in het publiek toegankelijke deel van het centraal beslagregister. De gemeente is bevoegd om belastingen en retributies te heffen en is dus een belangrijke schuldeiser. De opbrengsten van deze schuldvorderingen krijgen meteen een bestemming conform het algemeen belang. De inning van gemeentelijke belastingen en retributies wordt echter vaak gehinderd. Wij dringen erop aan dat de gemeenten, net als andere schuldeisers, toegang krijgen tot het beslagregister en ook gebruik kunnen maken van de aangekondigde maatregelen in het regeerakkoord.
6 Open Data is een term die wordt gebruikt om vrij beschikbare informatie te duiden. De voorwaarden waaronder deze informatie beschikbaar is, worden beschreven in licenties en gebruiksvoorwaarden. Bij Open Data wordt er wel naar gestreefd om de beperkingen in hergebruik tot een minimum te beperken. (Bron: Wikipedia)
Ongelooflijke moestuinen Van 9 tot 17 mei zal er een grootschalige promotiecampagne gevoerd worden naar het grote publiek toe.
STARTERKIT
Zo kan iedereen ontdekken waarover het gaat, zowel qua type moestuinen als instrumenten om een moestuin op te starten, in een ruimer perspectief van natuur en biodiversiteit in Brusselse tuinen en groene ruimten. In het kader van deze promotiecampagne zullen bepaalde gewestelijke moestuinen hun deuren openstellen voor iedereen. Het Gewest wil de Brusselse moestuinen immers toegankelijk maken voor een ruim publiek, zodat iedereen kan kennismaken met deze plekken voor sociaal leven, ontmoeting en cultuur.
Gemeenten doen mee!
Ook de Brusselse lokale besturen hebben moestuinen. Zij kunnen zich aansluiten bij het initiatief en het grote publiek ermee doen kennismaken. In het kader van een samenwerkingsverband tussen de VSGB en Leefmilieu Brussel organiseerde de Vereniging een infosessie op donderdag 26 februari.
Meer info : Leefmilieu Brussel - www.leefmilieu.brussels
MON POTAGER EN VILLE Tout pour oser vous lancer, y compris vos graines de persil, bette et radis. Bon appétit !
MIJN STADSMOESTUIN Alles om vlotjes aan de slag te kunnen, inclusief uw zaadjes voor peterselie, warmoes en radijs. Smakelijk!
Bruxelles Environnement / Leefmilieu Brussel Havenlaan 86C/3000 Avenue du Port Brussel 1000 Bruxelles
Overheidsopdrachten: omzetting van richtlijn 2014/24/EU Op 3 maart schreven de VSGB en de Vlaamse en Waalse zustervereniging naar de Kanselarij van de eerste minister, meer bepaald naar Françoise Audag-Dechamps, directrice coördinatie en juridische zaken, om te ijveren voor een minimale omzetting van de richtlijnen betreffende de overheidsopdrachten en de concessies die momenteel aan de gang zijn in de federale commissie overheidsopdrachten. In grote lijnen komt dat erop neer dat niet omgezet wordt wat niet verplicht is.
Anderzijds pleitten wij voor een stelsel van versoepelde regels onder de drempel van Europese bekendmaking, en in het bijzonder nog meer versoepeld in de procedures met onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Wij maakten van de gelegenheid gebruik om te melden dat we vragen hebben bij de aanpak van de Commissie, die geen globaal zicht geeft op de voorstellen van teksten, noch op de coherentie van de omzetting.
Nieuwsbrief 2015/01
5
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD
Fraudebestrijding Sociale dumping: aansprakelijkheid versus minimumloon De strijd tegen sociale dumping is een prioriteit voor de regering. Als aanbestedende overheden dragen de gemeenten zware verantwoordelijkheden in dat kader, die zelfs kunnen gaan tot de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de gemeentemandatarissen. De gemeenten hebben niet de financiële middelen en het personeel voor het uitvoeren van zo'n controle, die niet behoort tot hun vaste takenpakket maar wel tot dat van de Arbeidsinspectie. De omzendbrief van juli 20141 om de aanbestedende overheden - de gemeenten dus - te informeren over de omvang van hun aansprakelijkheid en van de maatregelen die genomen moeten worden om te vermijden dat ze aansprakelijk gesteld worden, is begin augustus 2014 verschenen.
Einde van de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de lokale mandatarissen? Sinds de wet van 4 mei 1999 kunnen rechtspersonen strafrechtelijk aansprakelijk gesteld worden, met uitzondering van de publiekrechtelijke. Voor de gemeenten is het dus nog altijd de mandataris die veroordeeld kan worden. • Sedert enkele jaren tracht de VSGB deze bijzonder zware aansprakelijkheid te wijzigen. In januari 2015 werd een wetsvoorstel2 ingediend, dat de steun van de drie Verenigingen van gemeenten geniet. • De strafrechtelijke aansprakelijkheid van de mandatarissen werd in februari ook nog besproken in het Bureau van de VSGB. Ivm de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de mandatarissen, zie “Praktisch handboek voor gemeentemandatarissen” – Fiche 1.4.1, beschikbaar op www.vsgb.be > Publicaties. • Zie ook “Strafrechtelijke aansprakelijkheid van mandatarissen: aansprakelijkheid van de instelling wordt voorgesteld” op www.vsgb.be > Actualiteit [12.05.2010]. • De beperking van de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de mandatarissen wordt ook aangekaart in het gewestelijk memorandum van 2013, beschikbaar op www.vsgb.be > Publicaties Deze wetgeving is een bron van grote wanorde voor de gemeenten, die efficiënte systemen zullen moeten opzetten voor het toezicht op de naleving van de sociale en fiscale wetgeving in het kader van hun overheidsopdrachten. De regering dient de gemeenten absoluut een aanpassingsperiode te laten, zodat zij zich kunnen organiseren om systemen voor controle en beperking van de aansprakelijkheid op te zetten, wat de omzendbrief noodzakelijk maakt.
6
In een recent arrest3 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie trouwens besloten dat wanneer een inschrijver een overheidsopdracht wil uitvoeren door uitsluitend een beroep te doen op werknemers die tewerkgesteld worden door een toeleverancier die gevestigd is in een andere lidstaat dan de lidstaat waartoe de aanbestedende overheid behoort, het vrij verrichten van diensten zich ertegen verzet dat de lidstaat waartoe de aanbestedende overheid behoort, de toeleverancier verplicht om de werknemer een minimumloon uit te betalen. Enerzijds legt de Commissie ons dus op om de strijd aan te gaan tegen sociale dumping en anderzijds gaat het Europees Hof van Justitie akkoord dat dergelijke dumping via een achterpoortje toch plaatsvindt. Gezien deze incoherente Europese beslissingen is onze Vereniging blij te vernemen dat de regering zich ertoe verbindt om op Europees niveau vurig te pleiten voor de invoering van een bedrijfstakoverkoepelend of sectoraal referentieminimumloon in elke lidstaat, dat het beste wapen zal zijn in de strijd tegen sociale dumping.4 Midden februari hebben Europees parlementslid Marie Arena en PS-voorzitter Elio Di Rupo 8 voorstellen naar voren geschoven (4 op Belgisch en 4 op Europees niveau) in de strijd tegen sociale dumping. Op Europees vlak zouden de lonen opgetrokken worden door een minimumloon vast te leggen op 60 % van de mediaan in elk land. Vervolgens zou het begrip vergoeding gepreciseerd worden in de Europese richtlijn, zodat werkkrachten uit andere landen wel degelijk het Belgisch minimumloon zouden ontvangen. Het Europees parlementslid wil ook komaf maken met de ‘postbus’-bedrijven en aan allen hetzelfde recht op sociale zekerheid verlenen.
In de achteruitkijkspiegel • De VSGB volgt dit dossier al lang. De Verenigingen van gemeenten gingen ook op 19 februari naar de staatssecretaris voor de strijd tegen sociale en fiscale fraude, John Crombez. Zie “Overheidsopdrachten: overleg met de staatssecretaris” op www.vsgb.be > Actualiteit [06.03.2014] • Sinds de verschijning van de omzendbrief van juli – die het resultaat is van overleg met de lokale besturen, maar niet alle problemen oplost – nam het Bureau van de VSGB het dossier van de sociale dumping opnieuw ter hand. • Daarenboven organiseerde de Vereniging op 27 november 2014 een infosessie over de aansprakelijkheden van de lokale besturen en de manieren om deze te beperken. Zie “Strijd tegen fiscale, sociale en loonfraude” op www.vsgb.be > Documenten [10.12.2014]
1 Omzendbrief van 22 juli 2014 betreffende de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de loonschulden van een opdrachtnemer of onderaannemer, hoofdelijke aansprakelijkheid voor de loonschulden van een opdrachtnemer of onderaannemer die illegaal verblijvende onderdanen van derde landen tewerkstelt, uitbreiding van de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de fiscale en sociale schulden naar bepaalde fraudegevoelige dienstensectoren, Inforum 285947. 2 Wetsvoorstel tot wijziging van het Strafwetboek wat de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van rechtspersonen betreft - ingediend door Raf Terwingen, Sonja Becq, Leen Dierick, Philippe Pivin en Servais Verherstraeten – doc. 54 0816/001. 3 Case Bundesdruckerei v Dortmund (C-549/13), arrest van 18 september 2014, Europees Hof van Justitie, beschikbaar op http://curia.europa.eu. 4 Zie punt 3.4.4 “Grensoverschrijdende sociale fraude”, beschikbaar op www.premier.be.
Nieuwsbrief 2015/01
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD Strijd tegen domiciliefraude
Sociale fraude: Brussel komt er nog goed uit
Er werd een plan aangekondigd voor de strijd tegen domiciliefraude, die voornamelijk voorkomt in grote steden, zoals Brussel. Het spreekt voor zich dat de lokale overheden bij het plan betrokken zullen worden.
Een grootschalige studie over sociale fraude werd aangevraagd door Maggie De Block, toenmalig staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie. Deze werd toevertrouwd aan het auditbureau PwC en uitgevoerd in 2013. Er kon gerekend worden op de medewerking van 283 van de 589 Belgische gemeenten, dus nagenoeg de helft, waaronder 11 van de 19 Brusselse gemeenten.
We kunnen ons afvragen welke bijkomende middelen ter beschikking gesteld zullen worden. De strijd tegen fraude met uitkeringen heeft vaak betrekking op de diensten “burgerlijke stand – bevolking” van de gemeenten en de ambtenaar van de burgerlijke stand. Het gaat niet enkel om fraude omtrent de domicilie, maar ook identiteit of zelfs afstamming. In het kader van de fraudebestrijding is het personeel van gemeenten en OCMW’s begaan met de naleving van hun beroepsgeheim5. Er moet over gewaakt worden dat de beambten die persoonlijke gegevens bezitten, niet geconfronteerd worden met belangenconflicten tussen de federale overheid en de inzameling van deze gegevens, waardoor ze hun werk niet meer in alle onafhankelijkheid kunnen doen. Het verschijnsel moet bekeken worden in overleg met de minister van Justitie en het Parket, de wijkinspecteurs en het bevoegde gemeentepersoneel. Gezien de complexe materie (frequente toepassing van het vreemdelingenrecht, confrontatie met officiële buitenlandse documenten, …) moet het gemeentepersoneel een adequate vorming krijgen.
Fraude wordt er gedefinieerd als het zich op onwettige wijze toeeigenen van uitkeringen (leefloon, equivalent leefloon of dringende medische hulp), door foutieve of onvolledige gegevens te leveren. De OCMW’s hebben globaal een hoger fraudepercentage vastgesteld op het leefloon (LL) dan op het equivalent LL of de dringende medische hulp. Als we het aantal vastgestelde fraudes in verhouding brengen tot het gemiddeld aantal OCMW-begunstigden die de vraag beantwoord hebben, bedraagt het fraudepercentage gemiddeld 4,14 % voor het leefloon, 4,47 % voor equivalente sociale bijstand en 1,69 % voor medische hulp. Inkomensfraude komt het vaakst voor bij de OCMW’s die de vraag beantwoord hebben, zowel voor het leefloon als het equivalent leefloon. Domiciliefraude volgt. Michel Colson (FDF), gewezen voorzitter van de Conferentie van Brusselse OCMW-voorzitters: “Het is goed dat we aan de studie meegewerkt hebben, om aan te tonen dat we niets te verbergen hebben. En de fraudecijfers bleken lager dan de minister verwachtte. Ik denk dat de fraude aanzienlijker is in de werkloosheid, omdat het door de OCMW’s geholpen publiek minder in staat is om te werken.”
Standpunt van de Federaties van OCMW’s De Federaties van OCMW’s van Vlaanderen, Brussel en Wallonië zonden eind 2014 hun advies over het federaal regeerakkoord naar minister van Maatschappelijke Integratie Willy Borsus. Een overzicht van de voornaamste argumenten: • Globaal ontbreekt het principiële voornemen dat de federale overheid maatregelen met effecten voor lokale besturen vooraf met hen zal bespreken en ook vooraf op hun mogelijke gevolgen voor de lokale besturen zal beoordelen. • Bij veel onderdelen uit het regeerakkoord ontbreekt een explicitering van de gevolgen van de geplande maatregelen op de lokale besturen. Bovendien zullen veel zaken worden 'onderzocht', 'nagegaan', 'geëvalueerd', ... zodat een concrete inschatting van de gevolgen voor de gemeenten en OCMW's onmogelijk is. • De voorziene budgetten voor de concretisering van de aangekondigde projecten roepen vragen op. Zullen er voldoende budgetten voorhanden zijn voor de uitvoering van alle aangekondigde projecten? Er is geen enkele waarborg op dat vlak en er worden steeds meer inkrimpingen van kredieten aangekondigd. In de ogen van de OCMW's zijn bepaalde projecten dringender dan andere. • De voorziene besparingen op het vlak van werkloosheid en elders impliceren dat meer mensen moeten rekenen op de steun van de OCMW's en dus totaal of gedeeltelijk ten laste komen van lokale budgetten. Dat is met name het geval voor de maatregelen met betrekking tot de in-
schakelingstoelagen vanaf januari 2015. De OCMW's weigeren deze sociëtale oriëntatie en maken zich zorgen om de gevolgen ervan op het vlak van sociale precariteit, maatschappelijk werk en lokale financiën. • "De OCMW's hebben terzake een belangrijke taak te vervullen en moeten daartoe over de nodige instrumenten beschikken”. Bij het lezen van de regeringsverklaring zien de OCMW's die instrumenten niet komen, noch op het vlak van personeel, financiën, informatica, ... De Federaties gaan dieper in op hun argumenten ivm: • de hervorming van de wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie • de voorziene stijging van het aantal personen dat door de OCMW's geholpen wordt, ingevolge de verschillende op federaal niveau geplande hervormingen en de steun die aan de OCMW's toegekend zal worden om daaraan het hoofd te kunnen bieden • de uitwisseling van gegevens • de geleidelijke optrekking van de minimumuitkeringen inzake sociale zekerheid en de sociale bijstand op het niveau van de Europese armoedegrens • het strafbeleid en gevangeniswezen • gemeenschapsdienst De nota van de Federaties van OCMW’s betreffende de impact van het regeerakkoord is beschikbaar op www.vsgb.be > Documenten [23.02.2015]
5 • In 2006 werd de Algemene Vergadering van de Afdeling OCMW gewijd aan het beroepsgeheim: het uitgebreide dossier “Het OCMW en het beroepsgeheim: stand van zaken” staat op www.vsgb.be > Documenten [09.02.2006]. • Recenter, in 2011, publiceerde de VSGB op www.vsgb.be documentatie over een verwant thema “Discretieplicht of beroepsgeheim voor mandatarissen?”. • Het beroepsgeheim van de OCMW’s werd nogmaals aangekaart door de Afdeling OCMW in hun gewestelijk memorandum 2014 en in “Een menswaardig leven voor iedereen - federaal memorandum 2014”, beide beschikbaar op www.vsgb.be en verschenen in Nieuwsbrief 2014-3.
Nieuwsbrief 2015/01
7
BELFIUS-STUDIE: DE FINANCIËN VAN DE OCMW’S EN DE POLITIEZONES IN 2014 Sociale bijstand en veiligheid zijn twee domeinen met de overheid in een fundamentele rol en die de burger daarenboven rechtstreeks raken. In ons land is de specifieke uitvoering ervan sterk lokaal verankerd via de werking van de OCMW's en de politiezones. Door de economische en financiële crisis en de toenemende kwetsbaarheid van de bevolking, legt de werking van deze beide instellingen steeds meer beslag op het gemeentebudget. De komende jaren zullen de financiën van de lokale besturen wellicht onder druk blijven als gevolg van nieuwe hervormingen (zoals die van de pensioenen van het statutair personeel, het degressief maken van de werkloosheidsuitkeringen, ...) in combinatie met de vergrijzing van de bevolking.
Het toenemend aandeel van de gemeentedotatie voor het OCMW en de politiezone De gemeentedotatie die de gemeente geeft aan het OCMW en de politiezone, vormt een niet onaanzienlijk deel van het gemeentebudget (gemiddeld meer dan 20 % van de gewone uitgaven). De impact van de economische crisis is duidelijk te merken in de evolutie van die gemeentedotaties, die een steeds groter aandeel van gemeente-uitgaven vertegenwoordigen. Die dotaties kennen een nominale groei die groter is dan de groei van de totale gemeente-uitgaven. Ook in 2014 blijft de dotatie aangroeien.
De sociaal-economische context Hoeveel middelen moeten worden uitgetrokken om tegemoet te komen aan de nood aan maatschappelijke dienstverlening en veiligheid, hangt zowel af van de economische en financiële conjunctuur als van de specifieke lokale sociaal-economische context. De verschillen tussen gemeenten zijn hierbij vrij groot. De activiteiten van de OCMW’s nemen even sterk toe als de kwetsbaarheid van de bevolking. Domeinen zoals sociale uitsluiting, armoede of vergrijzing weerspiegelen de behoeften waaraan de OCMW’s tegemoetkomen. • Algemeen genomen loopt één Belg op vijf een armoederisico of een risico op sociale uitsluiting. • Vergrijzing maakt dat het aanbod van diensten tegemoet moet komen aan de noden van personen die hun zelfredzaamheid verliezen. Op financieel vlak betekent dit voor OCMW’s hogere infrastructuur-, personeels- en werkingskosten. Voor de OCMW's zien we de volgende trends:
8
• Verjonging en verarming: Een verjonging van de bevolking, samen met een steeds grotere kwetsbaarheid in het Brusselse Gewest. De Brusselse gemeenten (en in het algemeen de grote stedelijke centra van het land) vallen op door een belangrijke interventie voor maatschappelijke dienstverlening ten gunste van asielaanvragers en politieke vluchtelingen (begunstigden RMH).
Nieuwsbrief 2015/01
• Begunstigden Recht op Maatschappelijke Integratie (RMI): - De OCMW's zien hun uitgaven voor het leefloon elk jaar toenemen. Sinds het begin van de economische en financiële crisis van 2008 is het aantal leefloners voortdurend gestegen in Wallonië en Brussel. In Vlaanderen is het aantal lichtjes gedaald tussen 2011 en 2012 en daarna weer beginnen stijgen in 2013 (zie figuur 1). - De gedeeltelijke terugbetaling van dit soort van uitgaven door de federale overheid zorgt voor toenemende druk op de tekorten van de OCMW's, die moeten worden bijgepast door de gemeentedotatie. Figuur 1: Evolutie van het aantal begunstigden van het Recht op Maatschappelijke Integratie (RMI) per gewest 900 000 800 000 700 000
Brussel Vlaanderen Wallonië
600 000 500 000 400 000 300 000 2008
2009
2010
2011
2012
2013
Bron: POD Maatschappelijke integratie, www.mi-is.be
De kosten voor maatschappelijke dienstverlening en veiligheid vertonen echter grote verschillen per gemeente. In het algemeen lopen zij fors op met het aantal inwoners (cf. tabel 1) en zeker wanneer de bevolkingsdichtheid toeneemt, net zoals het niveau van verstedelijking en de centrumfunctie. Tabel 1 : Gemeentedotatie aan het OCMW en de politiezone (in euro/inw.) afhankelijk van de omvang van de bevolking – Gemeentebudget 2014
< 10.000 inw. 10 000 – 30 000 inw. 30 000 – 100 000 inw. > 100.000 inw. Gemiddelde
Dotatie aan het OCMW 101 122 167 249 155
Dotatie aan de politiezone 74 110 160 307 155
Voor de gemeenten met minder dan 10.000 inwoners bedraagt de gemeentedotatie voor de OCMW's 101 euro per inwoner en die voor de politiezones 74 euro per inwoner. In de steden met meer dan 100.000
inwoners lopen de dotaties op tot respectievelijk 249 euro en 307 euro per inwoner. De verschillen in de bedragen van de dotaties zijn ook meer uitgesproken voor de politiezones dan voor de OCMW's.
Een reeks uitdagingen zetten OCMW’s en politiezones financieel onder druk De komende jaren krijgen zowel de OCMW's als de politiezones te maken met de toenemende kosten voor de implementatie van de pensioenhervorming van het statutair personeel1. Omdat het aandeel van het vastbenoemde personeel sterk verschilt tussen politiezones (95 %) en OCMW’s (slechts 25 % gemiddeld), zal ook de meerkost van de pensioenhervorming fundamenteel verschillen voor beide soorten van lokaal bestuur. Schematisch gezien zullen de politiezones vooral de impact voelen door de verhoging van de basisbijdrage (van 27,5 % in 2011 tot 41,5 % in 2016). Voor de OCMW’s en de openbare ziekenhuizen (die hun vastbenoemde personeel in aantal zien verminderen en zelfs zien verdwijnen), zal eerder de evolutie van de responsabiliseringsbijdrage bepalend zijn. Die bijdrage valt alleen ten laste van besturen voor wie de individuele pensioenuitkeringen de ontvangsten uit de basisbijdrage overtreffen. De maatregelen voor het uitsluiten van langdurig werklozen en de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen dreigen het aantal rechthebbenden op het leefloon te doen stijgen. De verarming komt onder meer tot uiting door het groter aantal begunstigden van het leefloon.
De financiën van de OCMW's in 2014 De financiële analyse van de OCMW’s per regio is gebaseerd op de meest recente financiële gegevens ingezameld met de steun van de Verenigingen van Steden en Gemeenten (sectie OCMW’s). De financiële analyse verschilt echter voor de drie gewesten van het land omdat de Vlaamse, Waalse en Brusselse OCMW’s elk hun eigen boekhoudsysteem hebben. Door de verschillen in de boekhoudkundige begrippen is het dan ook moeilijk, om niet te zeggen onmogelijk, om een vergelijking te maken tussen de geboekte saldi en de componenten van de ontvangsten en de uitgaven. De grote trends in de evolutie van de budgetten 2014 en de rekeningen 2012-2013 van de OCMW’s:
Terwijl in het Waalse en Brusselse Gewest de investeringen tussen 2013 et 2014 terugvallen met respectievelijk 9 % en 12 %, voorziet Vlaanderen ook in het meerjarenplan 2014-2019 een continue progressieve afname van investeringen (geraamd op 66 % tussen 2014 en 2019). Het investeringsvolume wordt in grote mate gedomineerd door investeringen in rusthuizen (woonzorgcentra). - Omdat de uitgaven voor maatschappelijke dienstverlening slechts gedeeltelijk kunnen worden gerecupereerd bij de federale overheid, wegen die tegemoetkomingen op het financieel evenwicht van de OCMW's. En dit ondanks het feit dat het globaal budget voor sociale dienst mindert in omvang of slechts lichtjes toeneemt. - De OCMW's krijgen te maken met de pensioenhervorming van het statutair personeel die een geleidelijke impact heeft op de personeelsuitgaven door de opeenvolgende toename van de bijdragen. Uit het budget 2014 blijkt echter duidelijk de inspanning van de OCMW’s om de toename van hun personeelskosten onder controle te houden: de gebudgetteerde toename blijft ruim onder het jaarlijkse groeipercentage van de vorige legislatuur. De Waalse OCMW’s beperken de toename in 2014 tot 1,1 % en de Brusselse OCMW’s tot 3,4 %. De meerjarenplannen van de Vlaamse OCMW’s geven aan dat de zwaarste ingrepen op personeelskosten voorzien zijn voor 2014 en 2015, met een evolutie die aanvankelijk in de buurt van 1 % ligt en daarna naar 2 % gaat. - Als de begrotingssaldi nagenoeg in evenwicht zijn, dan komt dat door de gemeentedotatie die de vastgestelde exploitatietekorten compenseert. De gemeentedotatie bedraagt gemiddeld 155 euro per inwoner met grote verschillen afhankelijk van de gemeente (cf. tabel hierboven) en van de regio: • Gemeentedotatie van de Vlaamse gemeenten: 144 euro/inw. • Gemeentedotatie van de Waalse gemeenten: 125 euro/inw. • Gemeentedotatie van de Brusselse gemeenten: 261 euro/inw. - De schuldgraad van de OCMW's verschilt sterk tussen de regio’s en hangt af van de mate waarin investeringsleningen werden aangegaan. We merken bovendien op dat het aandeel van de kortlopende schuld proportioneel groter is bij de OCMW's dan gemiddeld bij lokale besturen omdat OCMW’s de maatschappelijke dienstverlening structureel voorfinancieren. • Schuld 2012 van de Vlaamse OCMW’s: 389 euro/inw. • Schuld 2013 van de Waalse OCMW’s: 263 euro/inw. • Schuld 2012 van de Brusselse OCMW’s: 544 euro/inw.
- In vergelijking met de tendensen van de voorbije jaren, voorzien de OCMW’s uit de drie regio’s op hun werkingsbudget 2014 slechts een beperkte toename van hun totale exploitatie-uitgaven. (evolutie van minder dan 1 % in het Waalse en Brusselse Gewest ten opzichte van het jaar ervoor, terwijl de Vlaamse OCMW’s een jaarlijkse groei voorzien van 1,7 % tussen 2014 en 2019. Aan de basis van deze zwakke groei ligt enerzijds de impact van de budgettaire saneringsmaatregelen en anderzijds een afgenomen vraag naar maatschappelijke dienstverlening doordat in 2013 het aantal geregistreerde asielzoekers daalde.
De cijfers die worden toegelicht in de Belfius-analyse zijn regionale gemiddelden. Meer nog dan bij de gemeenten, vertonen de budgetten en de rekeningen van de OCMW's individuele verschillen afhankelijk van de lokale sociaal-economische context en van de omvang van de rechtstreekse OCMW-dienstverlening (het al dan niet uitbaten van een rusthuis, thuishulpdiensten, een centrale keuken, ...).
- Ander effect van de budgettaire saneringsmaatregelen: het investeringsvolume van de OCMW’s neemt duidelijk af in de drie regio’s.
De analyse van de politiezones is gebaseerd op de begrotingen 2014, die vergeleken worden met de begrotingen van het jaar daarvoor.
De financiën van de politiezones in 2014
1 Zie fiche 9 "De pensioenlasten van de lokale ambtenaren" uit het dossier "Financiële uitdagingen van de gemeentelijke bestuursperiode (2013-2018) www.belfius.be/onzestudies, Lokale financiën.
Nieuwsbrief 2015/01
9
We beschikten voor 2014 over de begrotingsgegevens van 181 zones, die 93,6 % van de totale bevolking vertegenwoordigen. De ontbrekende gegevens werden geëxtrapoleerd op basis van onder meer het politiepersoneel in de verschillende zones. Tabel 2
Vlaanderen Wallonië
Politiezones Aantal politiezones Gemiddelde bevolking Effectief politiepersoneel (einde 2013) - per 1000 inwoners Gemeentedotatie aan de politiezones (in EUR/Inw.) (1)
117 54.792 2.6 141
72 49.671 3.0 125
Brussel
Totaal
6 195 193.914 57.182 5.4 3.0 290 52
Wat de politiezones betreft, krijgen de Brusselse gemeenten logischerwijze te maken met veel hogere veiligheidsuitgaven dan de andere gewesten. Zij moeten dan ook een beroep doen op een politiekorps dat in verhouding veel groter is, wat tot uiting komt in een gemeentedotatie die een flink stuk hoger ligt dan het landelijk gemiddelde. Dat bijzondere kenmerk is eens te meer niet specifiek voor het Brusselse, maar zien we in alle grote stedelijke centra van het land. Figuur 2: Gewone uitgaven van de politiezones volgens verstedelijkingsgraad (clusters) (in euro/inw.) – Begrotingen 2014 600 8
500
8 52
400
10
300
435
200
1 30
5
253
1 24
Cluster 2
Cluster 3
100 0
174
Cluster 1
4
5
1 19
1 20
149
148
Cluster 4
Cluster 5
Schuld Overdrachten Werking Personeel
Cluster 1 = sterk verstedelijkt Cluster 5 = erg landelijk
De financiële analyse van de politiezones ingedeeld volgens de typologie van de FOD Binnenlandse Zaken (figuur 2) geeft belangrijke verschillen aan naar gelang van de verstedelijkingsgraad, vooral voor de goedgekeurde uitgaven en de financieringsstructuur. De voornaamste trends die globaal blijken uit de begrotingen 2014 en de rekeningen 2012 van de politiezones:
10
- Een politiezone omvat gemiddeld 3 gemeenten, telt 57 182 inwoners en beschikt over een politiekorps van 171 agenten. Die gemiddelde cijfers verschillen soms echter sterk van gewest tot gewest en vooral volgens de typologie die gebaseerd is op de verstedelijkingsgraad. - De totale gewone uitgaven stijgen matig (+ 3,1 %) in 2014, tegen 3,5 % in 2013 en bijna 5 % in 2012. De stijging van die uitgaven in 2014 is echter meer uitgesproken in Brussel (+ 4,3 %) dan in de rest van het land (+ 2,9 % in Wallonië en slechts + 2,8 % in Vlaanderen). - De personeelsuitgaven nemen het leeuwendeel voor hun rekening (85,9 %) en ondervinden andermaal de gevolgen van de hervorming van de pensioenen van het statutair personeel (hogere bijdragepercentages). - De begroting van de politiezone heeft twee belangrijke financieringsbronnen: enerzijds de toelagen van de federale overheid (de federale toelage en de aanvullende toelagen) en anderzijds van de gemeenten (de gemeentetoelage). De gemeentedotatie bedraagt gemiddeld 152 Nieuwsbrief 2015/01
euro per inwoner en dekt op zich al meer dan 60 % van de gewone ontvangsten. - Het saldo voor het eigen dienstjaar stabiliseert op bijna 30 miljoen euro in 2014. Dat overschot is echter in hoofdzaak geconcentreerd in de politiezones in Vlaanderen (26 miljoen euro, d.w.z. 87 % van het totaal bedrag) terwijl het slechts ongeveer 2 miljoen euro bedraagt, zowel in Wallonië als in het Brusselse Gewest. - De financiële schuld beloopt gemiddeld 52,4 euro per inwoner, maar wordt voornamelijk aangegaan voor de financiering van de investeringen (commissariaat, uitrusting, voertuigen, ...). De schuldenlasten (interest en aflossingen) vertegenwoordigen slechts 2,6 % van de totale gewone uitgaven. - Op basis van de begrotingen zijn de investeringsprojecten van de politiezones structureel verminderd sinds 2009. Zij komen uit op slechts 13,8 euro per inwoner in 2014, tegen bijna 20 euro per inwoner in 2009. - Volgens de ESR-normen die de referentie vormen voor de monitoring van de Europese begrotingsdoelstellingen, geven de politiezones een financieringsbehoefte te zien die schommelt tussen 243 miljoen euro in 2010 en 89 miljoen euro in 2013. Deze studie is beschikbaar op www.belfius.be > Onze studies > Lokale financiën > OCMW en politiezones
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD
Financiën – Impact op de gemeentelijke investeringen en diensten van algemeen belang “De regering zal erover waken dat tussen alle private en publiekrechtelijke actoren, zoals de overheidsbedrijven, naamloze vennootschappen van publiek recht, vzw's in handen van overheidsorganisaties of intercommunales, die op eenzelfde externe markt actief zijn, een loyale concurrentie verzekerd kan worden.”
onderworpen worden aan de vennootschapsbelasting, behalve als ze geen winstgevende activiteiten stellen, want dan zijn ze onderworpen aan de rechtspersonenbelasting.
Deze openingszin van punt 8.2.7 van het akkoord roept heel wat vragen op aangaande het gevolg dat aan deze intentieverklaring gegeven kan worden.
In een arrest van 6 december 20122, dat vrij gunstig is voor de gemeentefinanciën, stelde het Grondwettelijk Hof dat de autonome gemeentebedrijven niet onderworpen kunnen worden aan de vennootschapsbelasting. 1. ze oefenen een opdracht uit die identiek is aan die van een intercommunale of een structuur voor intergemeentelijke samenwerking 2. ze komen niet in concurrentie met bedrijven uit de privésector
In de eerste plaats: om welke externe markt gaat het precies? Kunnen de activiteiten van openbare dienstverlening die aangeboden worden door de publieke overheden via gemeentelijke of intercommunale vzw’s voortaan aan concurrentie onderworpen worden met diensten aangeboden door privébedrijven? In elk geval is de eerste maatregel in het kader van de omzetting van deze maatregel de onderwerping van intercommunales aan de vennootschapsbelasting geworden.
Belasting van intercommunales en autonome gemeentebedrijven De federale regering heeft de intercommunales onderworpen aan de vennootschapsbelasting - terwijl dat vroeger niet het geval was - aangezien deze maatregel goedgekeurd werd met de programmawet1. Volgens het regeerakkoord is “één van de basisprincipes van deze hervorming de totstandbrenging van een loyale fiscale concurrentie tussen de private en de publieke sector.” Meer bepaald zijn het de intercommunales, de samenwerkingsstructuren en de projectverenigingen die
Winstgevende activiteit als criterium
In juli 2014 oordeelde het Grondwettelijk Hof3 daarentegen dat het niet redelijk was de autonome gemeentebedrijven uit te sluiten van de vrijstelling van vennootschapsbelasting voor de activiteiten die, als ze uitgeoefend worden door de gemeente zelf of door een intercommunale, een samenwerkingsstructuur of een projectvereniging, effectief algemeen vrijgesteld zijn van vennootschapsbelasting. Uitgaande van de vaststelling dat ze vergelijkbare opdrachten van algemeen belang hebben, beschouwde het Hof dat deze structuren dezelfde belastingvrijstellingen dienden te genieten (vennootschapsbelasting inbegrepen) als de intercommunales, op straffe van discriminatie. Wij herinneren eraan dat privaatrechtelijke rechtspersonen moeten vestigen dat ze geen winstgevende activiteiten stellen, opdat ze aan de rechtspersonenbelasting onderworpen zouden worden.4
Succes voor de VSGB: gemeenten en OCMW’s opnieuw vrij in de toewijzing van hun woningen In 2013 keurde het Brusselse parlement de nieuwe Huisvestingscode goed. Die wijzigde onder meer de regels betreffende de toekenning van niet-sociale woningen, met het oog op een transparantere toekenning en harmonisering van de procedures van de verschillende overheidsoperatoren. Er werden enkele vorderingen tot nietigverklaring ingediend bij het Grondwettelijk Hof en bij de Raad van State. Die besloten: de onafhankelijke commissie en de beperking van de toewijzingen op uitzondering zijn niet meer verplicht. De Raad van State voegt eraan toe dat door het verbod op elke vorm van politiek mandaat voor de commissieleden de regering de beslissingsbevoegdheid van de gemeenteraad beperkt in afwezigheid van enige wettelijke habilitering.Deze sluit zich aan bij het advies dat de VGSB uitte in een brief van 11 september 2013. Daarin stelde onze Vereniging dat de Code de regering niet toelaat de macht van de gemeenteraad terzake te beperken. Bovendien onderstreepte ze dat het recht van de gemeenteraden om verkozen mandatarissen te kunnen aanstellen, een essentieel democratisch principe is.
1 2 3 4
Zij besloot dat het ideaal zou zijn dat ingeval politieke mandatarissen deel uitmaken van de commissie, er een evenwichtige vertegenwoordiging zou zijn van de gemeentelijke meerderheid en oppositie, en de commissie niet uitsluitend zou bestaan uit mandatarissen, zodat er nog deskundigen bij betrokken kunnen worden.
De gemeenten hervinden hun volle autonomie In afwachting van een eventuele wijziging van de Huisvestingscode hervinden de gemeenten hun volle autonomie terzake. De gemeenteraad is vrij om in het toewijzingsreglement het principe van een onafhankelijke commissie al dan niet te behouden. Als ze daarvoor kiezen, moeten ze niet meer verbieden dat de leden van de commissie een politiek mandaat uitoefenen. Men moet gevolg geven aan de tegenwerpingen van het Grondwettelijk Hof, hetzij door het OCMW de mogelijkheid te bieden - mits akkoord van de raad voor maatschappelijk welzijn - zijn vertegenwoordigers aan te stellen binnen een unieke commissie, hetzij door een specifieke commissie voor de woningen van de gemeente op te richten. Uitgebreidere versie op www.vsgb.be > Actualiteit [19.03.2015]
Programmawet van 19 december 2014 (BS 29 december 2014) – inforum 288430. Grondwettelijk Hof, arrest nr 148/2012 van 6 december 2012, beschikbaar op www.const-court.be. Grondwettelijk Hof, arrest nr 114/2014 van 17 juli 2014, beschikbaar op www.const-court.be. Art. 181, 182 en 220, 3° WIB92.
Nieuwsbrief 2015/01
11
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD Het zal dus rond het begrip ‘winstgevend’ zijn dat de grens getrokken zal worden voor de onderwerping van deze structuren. Anders zullen de intercommunales die bv. actief zijn op het vlak van energie, echte commerciële bedrijven worden met alle gevolgen van dien: ze zullen voorafbetalingen moeten doen, berekeningen van fiscale prognoses, onderworpen worden aan de regels van subkapitalisatie, aftrekbaarheid, …
hun toekomstige investeringen. Bepaalde intercommunales hebben al aanpassingen gedaan vóór de inwerkingtreding van de wet en hebben dividenden verdeeld. Andere overwegen om privépartners tot hun kapitaal te doen toetreden …
Samen met haar Vlaamse en Waalse zustervereniging uit de Vereniging haar bekommernis over de impact van deze maatregel op de gemeentefinanciën. De intercommunales zijn emanaties van de gemeenten: we stellen vast dat zij diensten aanbieden waarin privébedrijven niet noodzakelijk geïnteresseerd zijn. Intercommunales en autonome gemeentebedrijven vormen polen voor mutualisering van technische beroepen door lokale besturen die op die manier tegen lagere prijzen aangeboden kunnen worden.
Op basis van het arrest van het Grondwettelijk Hof van juli 2014 kon de regering een ander besluit trekken: moest men – om een einde te stellen aan wat de regering beschouwde als deloyale fiscale concurrentie – beschouwen dat alle structuren van vereniging tussen de lokale besturen noodzakelijkerwijs concurrentie inhouden met privébedrijven?
Gevolgen van de onderwerping Volgens de cijfertabel die de regering voorstelde bij de besprekingen, bedragen de verwachte ontvangsten uit de vennootschapsbelasting op de intercommunales zowat 200 miljoen euro in 2015, 210 miljoen euro in 2016, 220 miljoen euro in 2017 en 230 miljoen euro in 2018. Het is jammer dat de maatregel in strijd is met het beginsel van de neutraliteit van de impact van de federale maatregelen op het lokaal niveau, aangezien de federale regering haar tekorten invult door inkomsten te zoeken bij andere overheidsniveaus. In de Brusselse gemeenten vertegenwoordigen de van intercommunales ontvangen dividenden nagenoeg 50 miljoen euro en de inkomsten die ze voortbrengen, vertegenwoordigen tussen 3 en 5 % van de gewone ontvangsten. Terwijl de gemeentefinanciën het al moeilijk hebben, hoe gaan de gemeenten het gebrek aan inkomsten in hun ontvangsten dan compenseren? Als de door de intercommunales gestorte dividenden zouden dalen omwille van belastingen, maar ook de heffing van reserves, kunnen de gemeentefinanciën daar gevolgen van ondervinden. Opnieuw raakt deze maatregel van de regering de financiën van de lokale besturen en zoals vaak in dat geval op de tweede plaats ook de burgers, hetzij door de verhoging van de tarieven van de intercommunales, hetzij door de optrekking van de gemeentebelastingen. Door de minst belaste fiscale weg te zoeken zouden de intercommunales de bestaande verhouding tussen eigen fondsen en leningen kunnen wijzigen. Het zou immers interessanter kunnen zijn leningen aan te gaan, wat de aftrekbaarheid van intresten mogelijk maakt, in plaats van investeringen met eigen middelen te financieren. Dat zou het uiteindelijke financiële resultaat kunnen verlagen en dus ook de toekenning van dividenden aan de gemeentelijke aandeelhouders.
12
Bovendien voorziet de wet dat voordien gereserveerde winsten (al dan niet in het kapitaal verwerkt), de meerwaarden van herevaluatie en de provisies voor risico’s en lasten niet stelselmatig vrijgesteld zouden worden, wat een dubbele belasting van deze structuren doet vrezen. Bepaalde intercommunales worden geconfronteerd met uitdagingen en zullen de komende jaren moeten investeren om de verouderde netwerken te doen evolueren. Als we de reserves belasten, kunnen de intercommunales ze beperken, wat negatieve effecten kan hebben op Nieuwsbrief 2015/01
Besluit
Dat stelt een aantal fundamentele vragen … Bepaalde politieke stromingen - zowel Europese als nationale - moedigen aan tot rationalisering en de verenigingen om het beheer te optimaliseren, maar deze maatregel zou daar een rem op kunnen zetten. Wat houdt het begrip ‘deloyale concurrentie’ precies in? De Brusselse gemeenten voelen zich in een ambigue situatie, omdat de regering op gewestelijk niveau het maximaal gebruik aanmoedigt van de mogelijkheden die de verschillende vormen van intergemeentelijke samenwerking aanbieden: regie, intercommunale of projectvereniging, om het algemeen belang zo goed mogelijk te vrijwaren. Konden de lokale besturen niet vrijgesteld worden? Zullen de gemeenten in de toekomst genoopt worden om zich niet meer te verenigen en kosten te delen, ondanks de duidelijke winst op het vlak van efficiëntie en goed bestuur? Zijn ze niet al onderworpen aan zware regels die hen benadelen ten aanzien van de privésector, zoals de naleving van de regels inzake overheidsopdrachten? En tot slot: zal de toetreding van privépartners tot het kapitaal van de intercommunales in het nadeel uitdraaien van de opdracht van openbare dienstverlening?
Actie van de Vereniging Op 2 maart jl. organiseerde de VSGB een infosessie over de onderwerping van de intercommunales aan de vennootschapsbelasting. Het ondersteuningsmateriaal van de uiteenzettingen vindt u in “Intercommunales: rechtspersonenbelasting of vennootschapsbelasting? Een uitdaging voor intercommunales en gemeenten” op www.vsgb.be > Actualiteit [04.03.2015]. De belastingen op intercommunales staat ook op de agenda die de Verenigingen van gemeenten willen bespreken met de eerste minister.
Inning van aanvullende personenbelastingen Het federaal niveau moet dringend een permanent voorschottensysteem voor de aanvullende personenbelastingen invoeren. Momenteel krijgen de gemeenten de aanvullende belastingen immers meer dan 18 maanden nadat de schatkist ze via de bedrijfsvoorheffing en de voorafbetalingen ontving. Het verlies aan intresten voor de gemeenten wordt geraamd op 100 miljoen euro. Er zouden dus voorschotten gestort moeten worden in het eerste semester en een regularisering doorgevoerd in het tweede semester.
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD Naar een structurele oplossing? Wij zijn verheugd dat de administratie werkt aan een structurele oplossing, om te beantwoorden aan de vragen van de Verenigingen van gemeenten. In de plenaire vergadering van de Kamer op 29 januari jl. antwoordde de minister van Financiën dat zijn administratie werkt aan een structureel voorschottensysteem voor de aanvullende personenbelastingen ten behoeve van steden en gemeenten, zodat zij hun financiële planning en hun budgettaire situatie beter zouden kunnen beheren. De ramingen die stelselmatig geleverd worden door de federale administratie, zullen dan beter aansluiten bij hun reële fiscale capaciteit. Het integrale antwoord is te vinden op www.dekamer.be > Documenten > Plenaire vergadering > Integraal verslag 029. Die oplossing is absoluut noodzakelijk, te meer daar de gemeenten nu het slachtoffer zijn van eventuele vertraging in de stortingen door de laattijdige verzending van aanslagbiljetten door de FOD Financiën. Dat was het geval in 2014 en zal zware gevolgen hebben voor de rekeningen van de gemeenten. De federale Staat moet de heffing schrappen van een percentage administratiekosten, die het nog int voor de invordering en de doorstorting van de aanvullende personenbelastingen aan de gemeenten. Het zal immers gratis zijn dat de federale overheid een vergelijkbare taak zal uitvoeren ten behoeve van de gewesten, in het kader van de staatshervorming – nochtans voor hogere bedragen en met complexere berekeningen.
Kent u de WIG LEX? Sinds 1 januari 2015 beheert de VSGB de WIG LEX, een juridische intercommunale werk- en informatiegroep met juristen uit de Brusselse gemeenten. De WIG LEX werd opgericht in april 2013, op initiatief van de gemeente Sint-Gillis, die er voorzitter van was tot eind 2014. De organisatie van de WIG LEX is in handen van een vast bureau, bestaand uit leden van de studiedienst van de VSGB en juristen uit vijf gemeenten. De WIG LEX zal dit jaar 6 keer vergaderen, telkens met uiteenzettingen rond een specifiek thema aangebracht door de leden. Er zal ook informatie uitgewisseld worden over rechtspraak en beslissingen inzake toezicht en allerlei andere juridische kwesties. Er zullen ook werkgroepen opgericht worden binnen de WIG LEX om specifieke problematieken te analyseren. De eerste vergadering van de WIG LEX vond plaats op 26 maart en belichtte voornamelijk de maatregelen inzake openbare orde. Uw contact bij de VSGB voor de WIG LEX is Isabelle Vincke
• Het voorschot op de aanvullende personenbelasting is een eis van de 3 Verenigingen van gemeenten, die ook terug te vinden is in hun federaal memorandum 2014, dat geraadpleegd kan worden op www.vsgb.be. • Zoals u kon lezen in Nieuwsbrief 2014/3 (blz 2), hadden de Verenigingen in juni 2014 een ontmoeting met de FOD Financiën, onder meer over de snelheid van de inkohiering van de personenbelasting en het voorschottensysteem. Zie ook “De drie Verenigingen van gemeenten ontvangen op de FOD Financiën” op www.vsgb.be > Actualiteit [19.06.2014]. • De vraag om voorschotten op de personenbelasting was ook al aangehaald op onze Algemene Vergadering van 2011, zoals we lezen in “Brusselse gemeenten denken na over openbaar vervoer en klagen impasse op federaal niveau” op www.vsgb.be > Actualiteit [15.06.2011] en in het verslag van de Algemene Vergadering, beschikbaar op www.vsgb.be. • Meer info over aanvullende belastingen is te vinden in het “Praktisch handboek voor gemeentemandatarissen” – Fiche 7.5 op www.vsgb.be
Steeds meer gemeenten met saneringsplan Momenteel staan 8 van de 19 Brusselse gemeenten onder gewestelijk toezicht: Anderlecht, Sint-Agatha-Berchem, Etterbeek, Ganshoren, Jette, Sint-Gillis, Schaarbeek en Watermaal-Bosvoorde. Voor 2015 hebben ook Sint-Jans-Molenbeek en Evere dergelijk toezicht gevraagd.
Uitstel van de afschaffing van gemeentelijke strafregisters Sinds de wet van 31 juli 2009 betreffende diverse bepalingen met betrekking tot het Centraal Strafregister, bepaalt het Strafwetboek dat de uittreksels afgegeven worden op basis van een centraal strafregister. Toch was er een overgangsstelsel uitgewerkt volgens hetwelk uittreksels uit strafregisters door de gemeenten nog op basis van gemeentelijke strafregisters zou gebeuren. Dat overgangsstelsel was nuttig om technische redenen en zou tot eind 2012 gelden, een periode die verlengd werd tot eind 2014. De wet van 19 december 2014 houdende diverse bepalingen betreffende Justitie verlengt nogmaals deze termijn, tot een datum die niet verder mag liggen dan 31 december 2017. De minister van Justitie schreef ons op 26 februari om ons gerust te stellen dat de voorbereidingen omtrent de ingebruikname van het centrale strafregister daarom niet uitgesteld of onderbroken worden. De VSGB en haar zusterverenigingen hebben een cruciale rol te spelen in de goede evolutie van dit dossier, waarvan de minister zich bewust is. Hij heeft ons gemeld dat er een strikte werkplanning opgemaakt zal worden. De VSGB zal de stem van de Brusselse gemeenten terzake in dit dossier blijven kracht bijzetten.
Nieuwsbrief 2015/01
13
MOBILITEIT Raadgevende Commissie voor het Wegverkeer draait op volle toeren Op 16 december had de voorzitter van de Vereniging een lang gesprek met Staatssecretaris voor verkeersveiligheid Bianca Debaets. Tijdens het gesprek kwam de Raadgevende Commissie voor het Wegverkeer (RCWV) ter sprake, die een advies formuleert over alle gemeentelijke en gewestelijke aanvullende reglementen. De VSGB staat in voor het secretariaat, terwijl de voorzitter van de Conferentie van Burgemeesters het voorzitterschap waarneemt. Het doel van deze Commissie, die vastgelegd is in een ordonnantie, is een deskundige kijk te bieden op de maatregelen rond verkeersveiligheid van de gemeenten of het Gewest en een maximale coherentie te garanderen tussen de regelgeving van die instanties op het vlak van wegsignalisatie. Tijdens de vergaderingen van de RCWV op 14 januari en 10 februari werden de gemeenten herinnerd aan hun plicht om hun aanvullende reglementen ter advies voor te leggen aan de Commissie voordat ze goedgekeurd worden door de minister-staatssecretaris, en dat een van hun vertegenwoordigers aanwezig moet zijn op de vergadering om uitleg te geven bij de voorgestelde maatregelen en te antwoorden op vragen van commissieleden. Er vond ook een rondvraag plaats over de voortgang met betrekking tot de uitvoering van de maatregelen B22/B23 (toelating voor fietsers om aan verkeerslichten rechts af te slaan of rechtdoor te rijden bij rood of oranje licht) op gemeente- en gewestwegen. Ten slotte merken we op dat naast de RCWV een werkgroep "Verkeerswetgeving" opgericht werd. De eerste vergadering van die werkgroep vond plaats op 4 maart rond het thema "parkeren": beheer van de parkeerkaarten en -plaatsen voor mindervaliden en signalisatie van de betalende parkeerzones.
Communicatieopleiding voor mobiliteitsadviseurs Op 19 december heeft de dienst Duurzame Stad de derde en laatste module georganiseerd van een communicatieopleiding voor gemeentelijke mobiliteitsadviseurs. Terwijl de eerste twee modules over de belangrijkste communicatiemiddelen en de participatiebeginselen gingen, had deze derde module als doel de mobiliteitsadviseurs vaardigheden aan te leren om met conflictsituaties om te gaan en hun emoties te beheersen. Er namen een twintigtal gemeentelijke en gewestelijke vertegenwoordigers deel aan de opleiding. Gezien het succes is de Vereniging van plan om er in 2015 een vervolg aan te breien!
Op naar de Week van de Vervoering 2015! Op 21 januari heeft de Vereniging de traditionele plenaire debriefingvergadering over de Week van de Vervoering en de autoloze zondag in goede banen geleid. Op de vergadering waren vertegenwoordigers aanwezig van minister Pascal Smet, Mobiel Brussel, de gemeenten, de politiezones, de MIVB en mobiliteitsverenigingen. Na bespreking van de resultaten van de verschillende acties die tijdens de Week van Vervoering (en meer bepaald de sensibiliseringsacties in bedrijven en scholen) plaatsvonden, bracht de gemeente Evere verslag uit over haar "mobiliteitsdorp". Uiteindelijk wer-
14
Nieuwsbrief 2015/01
den tijdens de plenaire vergadering tal van opmerkingen en aanbevelingen geformuleerd voor de editie 2015 ... want het kabinet van de minister zou in 2015 graag een nieuwe autoloze zondag zien plaatsvinden. Afspraak op 20 september, maar dan zonder wagen!
Parkeren nog altijd op de agenda Naar aanleiding van de twee nieuwe technische werkgroepen over de sectorisering die de VSGB op 26 januari en 12 februari organiseerde samen met de gemeenten, Mobiel Brussel en het Parkeeragentschap, riep het kabinet van de minister voor Mobiliteit op 28 januari een nieuwe vergadering bijeen van de werkgroep Parkeren, waarop de negentien gemeenten aanwezig waren. De VSGB bracht er een stand van zaken van de werkzaamheden in de technische werkgroepen met de gemeenten, betreffende de sectorisering zelf en het beheer van de toekomstige vrijstellingskaarten. De resultaten van deze technische werkgroep zullen ongetwijfeld zeer informatief zijn voor het kabinet en het Parkeeragentschap in het kader van de concrete problemen met de uitvoering van het gewestelijke parkeerbeleid en zullen misschien richting geven aan nieuwe wijzigingen in de Parkeerordonnantie.
Focus op het Fietscolloquium De VSGB heeft meegewerkt aan het Fietscolloquium van het Brussels Gewest op 27 januari 2015. Enkele elementen verdienen bijzondere aandacht: • Tijdens de inleiding deelde minister Pascal Smet mee dat het aantal fietsers gestagneerd lijkt en stelde hij mogelijke werkpunten voor om de situatie te verbeteren (aanleg van gescheiden en verhoogde fietspaden, terbeschikkingstelling van gedeelde elektrische fietsen en een gericht marketingbeleid). • Bij de voorstelling van hun studie over de fietsbaarheid wees het bureau Timenco erop dat de omschakeling van het wijknet tot zone 30 conform het Iris 2 Plan een essentiële maatregel blijft om een kwaliteitssprong met een verhouding van 1 tot 3 te maken. • De stad Gent onderstreepte op haar beurt het belang van een gepaste dimensionering van de nieuwe fietsvoorzieningen om tegemoet te komen aan de stijging van het aantal fietsers en de toename van het fietsgebruik (elektrische fietsen, fietskarren voor kinderen, bakfietsen voor leveringen, ...). • De verbetering van de luchtkwaliteit, vooral door de verminderde autodrukte, werd ook benadrukt bij een tussenkomst van het publiek. • Ten slotte waren we onder de indruk van het spectrum van nieuwe kwaliteitsvolle fietsvoorzieningen die Mobiel Brussel in 2014 realiseerde. Dat verdient zeker een eervolle vermelding! Ten slotte heeft de VSGB haar betrokkenheid bij de Gewestelijke Commissie voor Mobiliteit versterkt door deel te nemen aan de subcommissies Fiets, Zachte Vervoerswijzen, Personen met Beperkte Mobiliteit en Goederen.
Impact de l'Accord fédéral IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD
Federale financiering van Brussel Grootstedenbeleid Het Grootstedenbeleid werd geregionaliseerd in het kader van de zesde staatshervorming. Om een einde te stellen aan de discussies die ontstaan zijn over de zogenaamde "usurperende" bevoegdheden, bepaalt het institutioneel akkoord van 11 oktober 20111 het volgende: "De federale overheid houdt op middelen in te zetten voor projecten die tot de bevoegdheden van de Gemeenschappen of de Gewesten behoren." Ondanks de overdracht van aanzienlijke financiële middelen naar de gewesten (in het Brussels Gewest gaat het om 10,6 miljoen euro) werd toch besloten om een Grootstedenbeleid op federaal niveau te behouden en de federale regering blijft verantwoordelijk voor de betaling van de stadscontracten 2014 (federale en gewestelijke projecten). Het deel van de verrekening van de uitstaande bedragen voor de gewestelijke projecten zal dus afgetrokken worden van het bedrag dat jaarlijks overgedragen wordt aan de gewesten. De Vereniging maakt zich dan ook vooral zorgen om het feit dat er in de beleidsverklaring van de minister belast met deze belangrijke materie geen enkel concreet plan staat om projecten uit te voeren die nochtans van fundamenteel belang zijn voor Brussel.
Heet van de naald: VSGB overlegt met minister van Binnenlandse Zaken Op 10 maart pleegden de drie Verenigingen van steden en gemeenten overleg met minister Jambon. Wat het grootstedenbeleid betreft, betreuren wij echter – hoewel we nauwelijks verrast zijn – dat de minister er niet het verhoopte belang aan hecht. Wij hoopten immers dat hij zijn verklaringen afgelegd in de Kamer in december 2014 zou verduidelijken toen hij stelde dat hij de oriëntaties zou bepalen die hij aan het grootstedenbeleid wil geven. De Vereniging herinnert eraan dat er gewerkt moet worden in overleg met de Brusselse gemeenten waar programma's uitgevoerd worden, en andere de mogelijkheid moeten krijgen er nog bij aan te sluiten. Dit overleg moet gebeuren met de verschillende Gewesten en de prioriteiten moeten samen vastgelegd worden. Zie www.vsgb.be > Actualiteit [12.02.2015] Bovendien merkte het Rekenhof op dat de door de federale Staat voorziene budgetten om de betaling van de stadscontracten te dragen, ontoereikend waren. Het lijkt erop dat de minister het Grootstedenbeleid zou willen integreren in de FOD Binnenlandse Zaken, binnen de dienst veiligheid en preventie. Het zou volgens hem een logische keuze zijn,
rekening houdend met de overlappingen tussen de veiligheids- en preventiecontracten en het geplande Grootstedenbeleid. De gebeurtenissen die in januari plaatsvonden in Parijs, hebben duidelijk gemaakt wat iedereen al aanvoelde: de grote steden ondervinden als eerste de gevolgen van de economische problemen, maar ook van de integratieproblemen. Radicalisering en terrorisme zouden bestreden kunnen worden met beleidsmaatregelen die gefinancierd worden in het kader van het grootstedenbeleid. Zie het gewestelijk plan voor de strijd tegen radicalisering, in dit nummer. Hoe dan ook, gaat het vandaag dus om een sterk versnipperde bevoegdheid, die nochtans essentieel is voor de samenleving. Overleg tussen de vertegenwoordigers van de gewesten en gemeenschappen en de federale overheid is dan ook van cruciaal belang. In afwachting van de nieuwe beleidsnota terzake van de minister belast met Grote Steden dringt de Vereniging er dus bij de federale overheid op aan om in overleg samen te werken met de Brusselse gemeenten waar de programma's uitgevoerd worden, en zelfs om andere gemeenten de kans te geven om eraan mee te werken. Dit overleg dient te gebeuren met de verschillende gewesten en er moeten gezamenlijk prioriteiten vastgelegd worden. Ten slotte pleiten we ervoor dat de federale Staat extra middelen toekent, ofwel de 14 miljoen euro die opgenomen had moeten zijn in de begroting, in overeenstemming met het federale deel (32,83 %) dat overeengekomen is in het kader van de staatshervorming.
6de staatshervorming: impact op de subsidies In 2014 creëerde de VSGB een nieuwe rubriek op www.vsgb.be, genaamd “Zesde staatshervorming”, om de gemeenten zo goed mogelijk te informeren over de uitvoering ervan en meer bepaald over de impact op het beheer van subsidies. Het grootstedenbeleid maakt deel uit van de reeds behandelde materies. www.vsgb.be > Een subsidie zoeken > 6de staatshervorming
Beliris Dit fonds voor de financiering van de internationale rol en de functie van hoofdstad van Brussel bekleedt voor ons Gewest een essentiële functie en de VSGB is verheugd dat het bedrag behouden bleef sinds 2013.
1 Het institutioneel akkoord van 11 oktober 2011 omvat de 3 voorgaande akkoorden: dat over de splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde, dat over de intra-Brusselse vereenvoudiging, en het akkoord over de herfinanciering van Brussel en de hervorming van de bijzondere wet betreffende de financiering.
Nieuwsbrief 2015/01
15
IMPACT VAN HET FEDERAAL REGEERAKKOORD Deze envelop van 125 miljoen euro per jaar financiert zeer belangrijke projecten in diverse actiedomeinen, op het vlak van mobiliteit of de bouw van woningen. De afsluiting van een nieuw bijvoegsel is voorzien voor 2015 binnen het samenwerkingscomité en zal de prioriteiten vastleggen voor de 186 projecten uit bijvoegsel nr 11. De samenstelling van het overlegcomité Beliris is aan de gang. Ter herinnering, dit comité bestaat uit zes vertegenwoordigers van de federale overheid en zes vertegenwoordigers van de regionale.` De Vereniging vraagt de federale overheid om belangrijke banden te behouden met haar hoofdstad en rekening te houden met de specifieke behoeften die voortvloeien uit de internationale rol van Brussel, haar functie als hoofdstad en eerste economische pool van het land, en dit in een geest van goed overleg. Wij lezen: “In 2015 zullen de projecten die door Beliris gestart zijn of moeten worden in het kader van het aanhangsel 11 van het samenwerkingsakkoord, door het samenwerkingscomité geëvalueerd worden en een beslissing zal genomen moeten worden wat betreft de opportuniteit van hun voortzetting in de komende jaren”.2 De federale regering verbindt zich ertoe in de onderhandeling van het bijvoegsel voor 2015 nog meer de nadruk te leggen op de mobiliteitsinfrastructuren in Brussel, onder meer wat betreft de ontwikkeling van de Noord-Zuid-metro, de inrichting van de kleine ring en de toegangen tot de nieuwe ontwikkelingspolen van de stad. We lezen3 ook dat Beliris in 2015 het richtplan van de metrolijn Noord tussen het Noordstation en het station Bordet in Evere zal afwerken en in geval van akkoord vanwege de Brusselse regering over dit richtplan, zal het de studies in verband met het voorontwerp bestellen. Naast de multimodale pool Schuman zal Beliris in overleg met het Gewest de werken bestuderen en uitvoeren voor de inrichting van de wegen langs de tunnel komende van het Jubelpark en de Karel De Grote straat. Sinds enkele jaren kampen de Brusselse gemeenten met een aanzienlijke bevolkingsgroei, waardoor de kwaliteit van de woningen verbeterd zou moeten worden en de collectieve uitrustingen en openbare diensten snel aangepast moeten worden, zowel voor de inwoners van het Gewest als voor de vele pendelaars die er elke dag werken; In die context gaat het er niet zozeer om het internationaal imago van Brussel op te poetsen, maar gewoonweg haar in staat te stellen haar rol als hoofdstad te kunnen spelen. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is immers ondergefinancierd en kampt met zware lasten zoals de financiering van de politiezones, maar met dit fonds beschikken we over een echte bron van herfinanciering, die behouden moet blijven in nauw overleg met de betrokken actoren. Het algemeen belang moet vooropgesteld worden, door de coördinatie en mutualisering van de investeringen van de verschillende overheidsniveaus in het Brussels Gewest (federale overheid, Brussels Gewest, Gemeenschappen en gemeenten).
16
De VSGB vraagt dus dat het Beliris-fonds niet uitsluitend gewijd zou worden aan grote infrastructuurwerken en dat het ook lokale initiatieven blijft steunen, zoals de uitvoering van operaties voor stadsrevitalisatie, zoals het gewestelijk programma voor duurzame wijkcontracten of de bouw en de renovatie van de sport- en cultuurinfrastructuren die beheerd worden door gemeenten. Deze projecten dragen immers niet alleen bij tot de levenskwaliteit van de Brusselaars, maar ook tot het imago en de economische aantrekkelijkheid van Brussel in België en in het buitenland. Tot slot dringt de Vereniging erop aan dat het Beliris-fonds niet gebruikt zou worden om de onderfinanciering van federale beleidsmaatregelen in Brussel te verhelpen. Beliris zal immers investeringen financieren in bepaalde culturele instellingen, zoals Flagey of het nationaal orkest van België, door renovatiewerken aan te vatten zoals de inrichting van Wiels, de ateliers van het koninklijk theater van de Munt of de uitbreiding van het Horta-museum in Sint-Gillis. Wij pleiten er echter voor dat de federale instellingen (met name de NMBS, de Regie der Gebouwen en federale culturele en wetenschappelijke instellingen) een gepaste financiering zouden krijgen zodat de uitdagingen van de hoofdstad van ons land aangepakt kunnen worden. De gegevensbank subsidies van de VSGB wijdt een specifieke rubriek aan de impact van de zesde staatshervorming op de subsidies. Raadpleeg onze gegevensbank op www.vsgb.be > Een subsidie zoeken
Pensioen VSGB vraagt berekening op lange termijn en meer duidelijkheid aangaande responsabiliseringsbijdrage Op vraag van de drie Verenigingen van Steden en Gemeenten heeft de Dienst voor de Bijzondere Socialezekerheidsstelsels DIBISS (de voormalige RSZ-PPO) een onderhoud gehad met de drie Verenigingen op 15 januari 2015. Het ging om de bestemming van de reserves – voor zover die er zijn – en de verbetering van de communicatie en de nieuwe dienst. De VSGB drong aan op een duidelijkere communicatie betreffende de facturen voor de pensioenen van statutairen de komende jaren. Momenteel krijgen de gemeenten een factuur met de vooruitzichten voor de drie komende jaren, maar dat volstaat niet om deze stijgende uitgaven te plannen. Een uitgebreider verslag van dit overleg op www.vsgb.be > Actualiteit [13.02.2015]
2 Beleidsverklaring van 13 november 2014 van de vice-premier en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, belast met Beliris en de federale culturele instellingen, doc. 54 0020/005, beschikbaar op www.dekamer.be. 3 Ibid.
Nieuwsbrief 2015/01
Gewestelijk preventieplan om het radicalisme te bestrijden en het samenleven te bevorderen Na een raadplegingsronde met de burgemeesters en de korpschefs van de gemeenten die het meest te maken krijgen met dit verschijnsel, stelde de Brusselse minister-president zijn preventieplan voor in januari jl. Zoals wij schreven in onze vorige Nieuwsbrief1, kondigde de Brusselse minister-president, die sinds 1 juli 2014 als gevolg van de zesde staatshervorming bevoegd is voor veiligheid, in oktober vorig jaar aan dat hij een globaal plan voor de preventie en bestrijding van radicalisme voorbereidde.
• Op zeer korte termijn krijgen de 19 burgemeesters een briefing over de situatie in Brussel. • Er wordt een specifieke en maatgeknipte opleiding verstrekt aan de projectleiders die dat wensen.
Op 23 januari 2015 gaf Rudi Vervoort toelichting bij zijn preventieplan, dat opgebouwd is rond 8 concrete initiatieven.
Sensibiliserings- en vormingsacties opstarten, steunen uitbouwen • Dit wordt in eerste instantie geformaliseerd in de vorm van pilootprojecten en ervaringen, eventueel samen met andere beleidsniveaus voor een gemeenschappelijke actie in de scholen en de associatieve middens (opbouwwerk (AMO), buurt- en jeugdhuizen).
1. Filosofie Het Brussels Gewest stelt zijn gemeenten een globale aanpak voor van het radicalisme. Het is de bedoeling om via dit instrument van zo nabij mogelijk in te spelen op de behoeften die geformuleerd worden door de gemeenten en de inwoners van het Gewest zonder te discrimineren of te stigmatiseren. De culturele diversiteit van het Brussels Gewest is een rijkdom. Naast het beleidsinstrument dat hier wordt besproken, zullen we uiteraard ook inzetten op andere beleidsdomeinen, zoals openbaar onderwijs, jeugdhulp, opleiding, de toegang tot werk en huisvesting, en sociale cohesie in het algemeen. Meer nog dan het ‘samen leven’, willen we het “samen doen” versterken en de empathie tussen onze burgers vergroten. Voor de preventie van dit verschijnsel moet samengewerkt worden met alle diensten die actief zijn op lokaal, gewestelijk, gemeenschaps- en federaal niveau. Het voorgestelde beleidsinstrument vormt een positief en inclusief project, dat gebaseerd is op solidariteit, gelijkheid en non-discriminatie tussen de burgers. We richten ons hiermee tot alle Brusselse gemeenten, die vandaag al dan niet te maken krijgen met jongeren die naar Syrië vertrekken. Het is absoluut noodzakelijk dat we met dit instrument het volledige grondgebied van ons Gewest bestrijken en het zelfs uitbreiden tot daarbuiten, als we willen dat het efficiënt is op middellange en lange termijn. “De voorgestelde maatregelen zullen opgenomen worden in het gewestelijk preventieplan en overlegd worden met de andere beleidsniveaus, zodat op een complementaire manier te werk kan worden gegaan,” laat de minister-president nog weten.
2. De initiatieven De coördinerende rol van het Gewest • Hiervoor moet een gestructureerd netwerk van contact- en verbindingspersonen opgezet worden bij de verschillende beleidsniveaus. Het Kabinet neemt de coördinatie op zich en de opvolging gebeurt door het Brussels Observatorium voor Preventie en Veiligheid (BOPV). De gestructureerde terbeschikkingstelling van een arsenaal aan bronpersonen (deskundigen van lokale en federale diensten en van de universiteiten) om het fenomeen beter te begrijpen en op te treden met gepaste instrumenten • Het kabinet heeft reeds gesprekspartners geïdentificeerd, maar dit is een dynamische inspanning waarvoor wij ook een return van ervaringen op gemeentelijk vlak verwachten. 1
De verschillende partners informeren over de initiatieven die al bestaan bij het Gewest en elders om ze bekend te maken met Belgische en buitenlandse goede praktijken In de gemeenten Sint-Gillis, Oudergem, Ukkel en Watermaal-Bosvoorde organiseerden eind maart vormingen voor hun personeel, meer bepaald voor de terreinwerkers, zodat zij de tekenen van radicalisering beter herkennen. De vorming werd verschaft door de coördinator van de taskforce Radicalisering. • Deze inspanning moet gebeuren in samenwerking met het Belgisch Forum voor Preventie en veiligheid in de Steden (BFPVS), dat nu al gelijkaardig werk verricht. Een informatie en bijstandspunt organiseren voor de begeleiding van jongeren, ouders en betrokken of ongeruste derden • Dit element beantwoordt aan een elementaire sociale urgentie, onder meer voor ouders die niet weten tot wie zij zich moeten wenden. Optreden als doorgeefluik voor vragen van de gemeenten aan de politieke en gerechtelijke overheid (de administratieve overheden beter informeren en de opvolging van ‘returnees’ verbeteren). • Dit sluit globaal gezien aan bij het Eerste Initiatief, maar beantwoordt aan het specifieke vraagstuk van de opvolging en begeleiding van personen. Een netwerk van externe partners opzetten voor de opvolging van individuele situaties • Een begeleiding verzorgen die preventief is (dat wil zeggen van bij de eerste eventuele tekenen van radicalisering) OF ‘curatief’ na de terugkeer uit Syrië (of een ander land). Dat kan gaan van sociale bemiddeling, tot rechtshulp en psychomedische hulpverlening. Steun zoeken op federaal, Europees en internationaal niveau bij erkende bronnen van deskundigheid en projectfinanciering Deze werkzaamheden hebben reeds een aanvang genomen na de ontmoeting tussen minister-president Rudi Vervoort en de Europees coördinator voor terrorismebestrijding, die plaatsvond in december 2014.
Kalender van de algemene beleidsverklaring, in Nieuwsbrief 2014-5 (blz 13), beschikbaar op www.vsgb.be.
Nieuwsbrief 2015/01
17
Federaal ? Op 25 februari 2015 nodigde de Conferentie van Burgemeesters minister Jan Jambon uit voor overleg omtrent de problemen met betrekking tot politie en veiligheid. De minister stemde ermee in een werkgroep te creëren die zich op de Brusselse eigenheden zal toeleggen, met burgemeesters en zijn kabinet. Aansluitend, op 11 en 25 maart, stelde de Conferentie deze werkgroep samen en werden 5 thematische commissies opgericht, belast met de behandeling van de dossiers wapens, aanwervingen, politietaken, herziening van de KUL-normen en tot slot coördinatie van de politie.
“Brussel Preventie en Veiligheid”, naar een Instelling voor Openbaar Nut (ION) De Brusselse Regering bekrachtigt in tweede lezing de ordonnantie tot oprichting van “Brussel Preventie & Veiligheid”. In onze vorige Nieuwsbrief wezen wij erop dat de regeringsverklaring vermeldde dat in het parlement een ordonnantie ingediend werd betreffende de autonome veiligheidsdienst. Dat dossier heeft sindsdien vooruitgang geboekt. De dienst komt rechtstreeks onder het gezag van de minister-president en moet op korte termijn uitgroeien tot het referentiepunt voor preventie en veiligheid in het Brussels Gewest. De instelling komt dus centraal te staan in de coördinatie van de preventie- en politiediensten als transversaal beleidsinstrument. De missies van de ION zijn: • een coördinerende rol bij de uitwerking van het gewestelijk veiligheidsplan • de toekenning van subsidies voor preventie aan de gemeenten • de toewijzing van de middelen van het Fonds Europese Toppen Er is een personeelsplan opgesteld dat op zeer korte termijn ten uitvoer zal worden gebracht zodat de dienst ten volle operationeel kan zijn vanaf juli 2015, gebouwd rond de reeds bestaande diensten zoals het Observatorium voor Preventie en Veiligheid. De middelen die voor de dienst worden vrijgemaakt, zijn al in 2015 beschikbaar en worden aangepast aan de werkingsbehoeften vanaf 2016.
“Naast de middelen voor de instelling van openbaar nut waarin bestaande diensten en nieuwe deskundigheid worden samengebracht, is jaarlijks ook ruim 20 miljoen euro voorbehouden voor het Brussels Preventie- en Buurtplan, dat ondersteuning biedt aan het veiligheidsbeleid in de gemeenten”, verklaarde Rudi Vervoort na afloop van de Ministerraad van februari jl.
Naar een Europese methodologische gids voor lokale veiligheidsaudits Op 9 en 10 februari 2015 nam de directie integrale lokale veiligheid (DG Veiligheid en Preventie) van de FOD Binnenlandse Zaken deel aan de coördinatievergadering van het Europees project “Local Safety Audit: methodological tools for the definition of local security politcies in Europe” dat Efus, het Europees forum voor veiligheid in de stad, organiseerde in Parijs. Doel van dit project is een Europese handleiding samen te stellen die voor de lokale actoren inzake preventie methodologische tools bundelt om lokale veiligheidsaudits uit te voeren. In 2008 had Efus voor de politieke beleidsvoerders reeds een gids samengesteld, waarin een strategische aanpak beschreven werd van lokale veiligheidsdiagnoses: “Guide d’information sur les audits locaux de sécurité: Pratiques internationales”. De nieuwe gids zal voorgesteld worden in het najaar 2015, op de slotconferentie in Rotterdam. Het wordt een praktische leidraad, die de lokale overheden inspiratie aanreikt voor de aanpak van hun lokale veiligheidsaudits.
Heet van de naald: VSGB overlegt met federaal minister van Binnenlandse Zaken Op 10 maart pleegde de VSGB samen met haar zusterverenigingen overleg met minister Jambon. Met betrekking tot de maatregelen rond terrorisme plant hij een herziening van de omzendbrief van september 2004, die een aanzienlijke werklast legt op burgemeesters en lokale politiezones. Wij hebben erop gewezen dat de uitvoering van bepaalde maatregelen, zoals de intrekking of de weigering van paspoort en nationaliteit, de schrapping van ambtswege of de ‘returnee’-procedure, een strikt wettelijk kader vergen, op straffe van bezwaren en zware veroordelingen van de gemeente als uitvoerende overheid. Zij zou dus de enige zijn om die aansprakelijkheid te dragen.
2015 Europees jaar voor ontwikkeling 2015 werd door de Europese Unie uitgeroepen tot Europees Jaar voor de Ontwikkeling (EYD2015). Het doel is de Europeanen te informeren over de ontwikkelingssamenwerking door de EU en de lidstaten, door de aandacht te vestigen op wat de verschillende actoren reeds doen als grootste speler op wereldvlak en hoe zij nog meer kunnen doen als ze de krachten bundelen. Elke maand wordt aan een bepaald thema gewijd. Het gaat niet om Europese financiering, maar de evenementen die rond het thema georganiseerd worden, kunnen in dit kader belicht worden. De federale Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGD) coördineert het nationaal werkprogramma EYD2015 voor België.
18
2 Kalender van de algemene beleidsverklaring, in Nieuwsbrief 2014-5 (blz 13), beschikbaar op www.vsgb.be.
Nieuwsbrief 2015/01
Dat programma omvat evenementen die plaatsvinden in Jette (10 jaar samenwerking met Sidi Bibi op 12 april) en Elsene (festival van de millenniumdoelstellingen op 6 mei).
Meer info
• over de georganiseerde evenementen: https://europa.eu/eyd2015/fr/belgium • “Ontwikkelingseducatie in Elsene” in Nieuwsbrief 2014/3, p. 28-31 • www.vsgb.be > Materie > Internationale samenwerking & agenda
En ook binnenkort
• in onze gegevensbank subsidies: Europese financiering voor samenwerking • in de rubriek Agenda van onze website: de Brusselse evenementen
Smart Cities & Horizon 2020: van theorie naar praktijk in Brussel Op 7 januari 2015 organiseerde de VSGB samen met NCP Brussels (bij Impulse.brussels) een workshop over de financieringsmogelijkheden Horizon 2020 rond het thema Smart Cities. Het Europese programma voor onderzoek en innovatie Horizon 2020 biedt een financieringsbron voor innoverende oplossingen Smart Cities in Brussel. Horizon 2020 vereist Europese samenwerkingsverbanden, maar de projecten Smart Cities moeten in de eerste plaats technische, universitaire en ondernemingscompetenties op lokaal niveau combineren. De workshop bracht in de VSGB-lokalen zeven Brusselse gemeenten (stad Brussel, Schaarbeek, Sint-Jans-Molenbeek, Elsene, Vorst, Sint-Lambrechts-Woluwe, Watermaal-Bosvoorde) samen, het Agentschap voor Territoriale Ontwikkeling, veertien kleine en grote ondernemingen (oa Siemens en Vivaqua) en negen onderzoekscentra (oa VUB en ULB). Na een inleiding door Brussels minister voor Economie Didier Gosuin stelden de Europese Commissie en NCP Brussels de oproep Horizon 2020 voor, de ene voor de toonaangevende projecten – die aan bod kwamen in een andere infosessie, waarover meer hieronder – en de andere voor de kleinere projecten. In een tweede deel werd aan de hand van praktische tips ingegaan op de echte mogelijkheden om van start te gaan, voor zover voldoende tijd uitgetrokken wordt voor het zoeken naar partners en het opzetten van projecten. Daarna belichtten twee onderzoekscentra en drie ondernemingen hun projecten. De deelnemers stelden de concrete dimensie van de workshop en de samenwerking tussen de Vereniging en NCP Brussels bijzonder op prijs.
Europese toonaangevende projecten Smart Cities 2014 Op de infosessie van 12 februari 2015 over de projectoproep “Horizon 2020: Smart Cities – toonaangevende projecten 2015” werden de bij de oproep 2014 geselecteerde projecten voorgesteld. Een manier om concreter te zien wat er verwacht wordt van de Europese Commissie, om de toekomstige oproepen (2016-2017) beginnen voor te bereiden. De projectoproep Horizon 2020: Smart Cities – toonaangevende projecten 2015 biedt ondersteuning voor demonstratieprojecten die oplossingen voorstellen voor intelligente steden (‘smart cities’).
En ook nog … Zoals u kon lezen in het editoriaal artikel van ons vorige nummer, wijdde de Vereniging op 4 december 2014 een Forum van de Gemeentelijke Beleidsvoerders aan het thema Smart Cities. De documenten ter ondersteuning van het Forum (meer bepaald de documenten Horizon 2020) zijn beschikbaar op www.vsgb.be > Documenten > Europese projecten. Zie ook onze gegevensbank subsidies op www.vsgb.be > Horizon 2020: Smart Cities Deadline toonaangevende projecten: 5 mei 2015
Brussels platform "Open Data" genomineerd voor "Belfius Smart City Award 2015" Enkele maanden geleden lanceerde Belfius in samenwerking met Proximus en Accenture de eerste editie van de Belfius Smart City Award, een wedstrijd1 ter bekroning van de stad of gemeente met de grootste creativiteit op het vlak van duurzame innovatie. Tijdens de preselecties werden tien projecten van steden en gemeenten uit heel België door een professionele jury geselecteerd voor de finale. Ook het project voor het openbare platform Open Data van de stad Brussel werd genomineerd.
Een digitale stad ten dienste van iedereen De eerste stappen van de stad Brussel op het vlak van de "Open Data" gaan in feite terug tot februari 2012, met het online plaatsen van een dertigtal reeksen openbare gegevens in csv- en html-formaat. Dat initiatief paste in een thema van deugdelijk bestuur om via een digitaal formaat tegemoet te komen aan de verwachtingen van de bevolking en de betrokkenheid van de burger te vergroten dankzij de inbreng van technologie.
De 3 belangrijkste elementen van de oproep zijn: • creatie van synergie tussen de sectoren energie, transport en telecommunicatie, met name door de integratie van infrastructuren, energiezuinige wijken en duurzame mobiliteit • het potentieel van de reproduceerbaarheid, i.e. weergave in andere Europese steden • het evenwicht tussen de gekozen sectoren, steden en activiteiten In het kader van de oproep 2014, die sterk vergelijkbaar is met die van 2015, heeft de Europese Commissie 3 projecten geselecteerd uit de 19 ingediende projecten: GROWSMARTER, TRIANGULUM & REMOURBAN. De presentatie is beschikbaar op www.vsgb.be > Actualiteit [24.02.2015] 1 Zie reglement en beoordelingscriteria op www.knack.be/belfiussmartcity
Nieuwsbrief 2015/01
19
De stad Brussel schakelde een versnelling hoger door twee jaar later een echt "Open Data"-platform (opendata.brussel.be) in gebruik te nemen. Met deze tool kunnen de bevolking, de Brusselaars en de verkozenen niet alleen alle beschikbare gegevens vrij toegankelijk consulteren, maar ze kunnen die ook verwerken en gebruiken, bv. in mobiele toepassingen, illustraties of websites. De portaalsite "Open Data" van de stad Brussel ging online in april 2014. Momenteel bevat hij al 348 reeksen gegevens over Brussel en zijn partners. Zo kan het gaan om een overzicht van de collecties of de statistieken van de ontleningen in de Brusselse gemeentelijke bibliotheken, de exacte locatie van de parkeerplaatsen voor personen met beperkte mobiliteit, de situering van bankautomaten, een overzicht in realtime van de beschikbare fietsen of historische demografische gegevens. Met OpenData.Brusel.be heeft men voortaan met enkele muisklikken gratis en vrij toegang tot een hele resem openbare gegevens rond mobiliteit, demografie, lokale democratie, bestuur, voorzieningen voor kinderen, jongeren, senioren of sportbeoefenaars, cultuur en patrimonium, toerisme, folklore, netheid, milieu en het gebruik van ICT.
Een troef, ook voor milieu en mobiliteit Door systematisch zijn openbare gegevens te digitaliseren om ze te kunnen delen met de burgers, werpt Brussel zich duidelijk op als pionier en voorbeeld op het vlak van Open Data in België, en treedt de stad in de voetstappen van grote metropolen als Parijs of New York. De troef voor Brussel is de nadruk op de visuele voorstelling van die gegevens in kaarten of grafieken. Dankzij dit project en dankzij de technologie zorgt de stad ervoor dat burgers en administratief personeel niet telkens weer omslachtige opzoekingen moeten doen, dat het papierverbruik aanzienlijk teruggedrongen wordt en dat er minder fysieke verplaatsingen naar de administratieve diensten nodig zijn. Bovendien maakt de geolocalisatie van een groot aantal plaatsen, die in de gegevens op de portaalsite opgenomen zijn, het mogelijk om verplaatsingen te rationaliseren, wat bijdraagt tot een betere mobiliteit.
Stemming in november en uitreikingsplechtigheid op 2 december In november zal het grote publiek – dus ook alle Brusselaars – zijn voorkeur uit de tien genomineerde projecten kenbaar kunnen maken. Bij de toekenning van de prijs voor het beste “Smart Cities”-project zal de vakjury rekening houden met de uitslag van die stemming. De uitreikingsceremonie van de Belfius Smart City Award 2015 zal plaatsvinden op 2 december 2015 in aanwezigheid van de tien geselecteerde steden en gemeenten. Wij hadden reeds een interview met Philippe Allard, verantwoordelijk voor de digitale communicatie van de stad Brussel en dus het project Open Data, in Nieuwsbrief 2014/4.
Elsene wint Google eTown award Elsene is de actiefste Brusselse internetgemeente van 2014. De gemeenten kreeg een Google eTown award in november vorig jaar. Google reikt voor het tweede jaar op rij een prijs uit aan de gemeenten waar KMO’s de economische kansen van het internet het best benutten. De winnaars werden bepaald aan de hand van zes indicatoren, waaronder het aantal unieke bezoekers per dag op de gemeentelijke websites. De andere zijn: het aantal bedrijven met een “.be” domeinnaam (wellicht zal de volgende editie ook de recente uitbreiding “.brussels” in aanmerking nemen), het aantal postpakketten dat per gemeente per gezin geleverd wordt, het aantal bedrijven dat online adverteert met Google AdWords (wat je zelf doet, doe je beter), de 4G‐coverage en de gemiddelde up- en downloadsnelheid in de gemeente.
Administratieve sancties: modellen van protocolakkoorden De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties biedt de colleges van burgemeester en schepenen de mogelijkheid een protocolakkoord af te sluiten met het Parket betreffende de gemengde inbreuken. Voor de gemengde inbreuken inzake verkeer (stilstaan en parkeren en inbreuken tegen de bepalingen ivm borden C3 en F103) is dat protocol verplicht.
ZONE
De protocolakkoorden hebben betrekking op de concrete modaliteiten van de procedure en de termijnen in geval van gemengde inbreuken. Midden 2014 keurde de procureur-generaal het model van protocol goed betreffende de gemengde inbreuken buiten verkeer en eind december 2014 gaf hij zijn mondeling akkoord over het model betreffende de gemengde inbreuken inzake verkeer.
20
Nieuwsbrief 2015/01
Op die basis zijn de gemeenten de interne procedure voor de goedkeuring van de protocollen beginnen in te voeren. Jammer genoeg vernamen wij begin januari 2015 dat de door de gemeenten gebruikte modellen niet volledig beantwoordden aan de vragen van de procureurgeneraal. Daarom belegde de VSGB met de intergemeentelijke werkgroep Gemeentelijke Administratieve Sancties (WIG GAS) een spoedvergadering met het Parket, om kennis te nemen van de eindversies van de protocoldocumenten die goedgekeurd werden door de procureur-generaal. Vervolgens werden deze verspreid onder de gemeenten, zodat ze aan de hun goedkeuringsprocedure voorgelegd kunnen worden. De protocolakkoorden zijn te vinden op www.avcb.be > Documenten [23.02.2015]
OCMW Dringende geneeskundige hulpverlening 08.12.2014 MB ter uitvoering van het KB 04.09.2014 tot vaststelling van de modaliteiten en de voorwaarden voor de toekenning van de toelage bedoeld in art. 3ter van de wet 08.07.1964 betr. de dringende geneeskundige hulpverlening voor de periode van 01.04.2014 tot 31.03.2015 – B.S. 19.12.2014 288665 Rekeningen 16.01.2015 Omz. betr. de afsluiting van de rekeningen voor het dienstjaar 2014 van de openbare centra voor maatschappelijk Welzijn van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest – B.S. 22.01.2015 289192 Vreemdelingen 05.02.2015 MB tot vaststelling van de verdeling van het bedrag voor 2014, ter toepassing van het KB 19.05.1995 getroffen ter uitvoering van art. 5, par. 3, van de wet 02.04.1965 betr. het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, gewijzigd bij KB 08.07.2005 – B.S. 12.02.2015 224085 28.01.2015 KB tot financiering in het kader van het project 'Hervestiging van vluchtelingen' door het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers – B.S. 13.02.2015 276375 Zie terzake “Hervestiging van vluchtelingen in België: nieuwe oproep aan OCMW’s” op www.vsgb.be > Actualiteit [18.02.2015] Energielevering 16.01.2015 Omzendbrief van POD-MI betr. indexatie om als persoon ten laste te worden beschouwd, in het kader van het Sociaal Stookoliefonds 213094 Huisvesting 11.11.2014 KB houdende toekenning van een subsidie voor het jaar 2014 aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor de kosten voor het samenstellen van huurwaarborgen ten gunste van personen die ze niet kunnen betalen B.S. 08.12.2014 195982
BURGERLIJKE STAND/ BEVOLKING 10.02.2015 Wet met betrekking tot geautomatiseerde verwerkingen van persoonsgegevens die noodzakelijk zijn voor de Belgische paspoorten en reisdocumenten – B.S. 02.03.2015 289870
16.02.2015 Omz. nr. 240 van Min. van Justitie - Uittreksels uit het strafregister – B.S. 20.02.2015 289603 23.11.2014 KB wijz. KB 16.07.1992 tot vaststelling van de informatie die opgenomen wordt in de bevolkingsregisters en in het vreemdelingenregister en KB 08.01.2006 tot bepaling van de informatietypes, verbonden met de informatiegegevens bedoeld in art. 3, eerste lid, van de wet 08.08.1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, met het oog op de opname van de informatiegegevens betr. de afstamming - B.S. 10.12.2014 288425 20.11.2014 Omz. ter aanvulling van de omz. 07.05.2007 betr. de wet 01.07.2006 wijz. de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het vaststellen van de afstamming en de gevolgen ervan – B.S. 10.12.2014 288399
FINANCIËN/BELASTINGEN 12.02.2015 Ordonnantie wijz. ordonnantie 03.04.2014 betr. de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen – B.S. 25.02.2015 289758 Zie www.vsgb.be > Actualiteit [26.02.2015] en in deze Nieuwsbrief 15.12.2014 Ordonnantie houdende de aanpassing van de Middelenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2014 – [de terugbetalingen ten onrechte ontvangen subsidies bestemd worden voor het Fonds voor stedenbouw en grondbeheer] – B.S. 10.02.2015 289481 15.12.2014 Ordonnantie houdende de Middelenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2015 - [geldsommen toegewezen aan verschillende fondsen] – B.S. 10.02.2015 289477 21.01.2015 Omz. betr. de afsluiting van de gemeenterekeningen voor het dienstjaar 2014 – B.S. 29.01.2015 289305
INTERCOMMUNALES Grondwettelijk Hof - Arrest nr. 172/2014 van 27.11.2014 - De prejudiciële vraag over art. 2 van de wet 21.12.2007 betr. de uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2007-2008 en art. 158 van de wet 24.07.2008 houdende diverse bepalingen (I) - [intergemeentelijke samenwerkingsverbanden] – B.S. 16.02.2015 288132
HUISVESTING Grondwettelijk Hof - Arrest nr. 16/2015 van 12.02.2015 - De beroepen tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 11.07.2013 wijz. de ordonnantie 17.07.2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode 289541 Zie in deze Nieuwsbrief “Vernietiging van twee artikelen uit de Huisvestingscode” 06.11.2014 BBHR wijz. BBHR 26.09.1996 houdende de regeling van de verhuur van woningen die beheerd worden door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen – B.S. 16.12.2014 288531
MANDATARISSEN/ORGANEN 23.01.2015 Bericht Federale Kamers - Wetgevende assemblees - [Cumulatiegrens wedde lokale mandataris en wedde parlementslid]– B.S. 23.01.2015 167725
PENSIOENEN 11.12.2014 MB tot aanpassing van de jaarbedragen bedoeld in art. 64, par. 2 en 3 van het KB 21.12.1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betr. het rust- en overlevingspensioen voor werknemers – B.S. 19.12.2014 181117 25.09.2014 Grondwettelijk Hof - Arrest nr. 138/2014 - De prejudiciële vraag betr. de art. 156 en 160 NGW, in samenhang gelezen met de art. 1 en 6 van de algemene wet 21.07.1844 op de burgerlijke en kerkelijke pensioenen - B.S. 18.12.2014 287020
PERSONEEL 20.01.2015 KB wijz. art. 64 van KB 21.12.1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers – B.S. 23.01.2015 289216 08.01.2015 KB tot uitvoering van artikel 57 van de wet van 12.05.2014 tot oprichting van de dienst voor de bijzondere socialezekerheidsstelsels B.S. 27.01.2015 0.12.2014 KB wijz. KB/WIB 92, op het stuk van de bedrijfsvoorheffing – B.S. 16.12.2014 56911 05.12.2014 Omz. nr. 642 - Dispenses de service accordées en 2015 De vaststelling van de brugdagen voor 2015 voor het personeel van de diensten van het federaal administratief openbaar ambt, zoNieuwsbrief 2015/01
21
als bepaald in art. 1 van de wet 22.07.1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken – B.S. 15.12.2014 167294 30.09.2014 MB betr. de vakbondspremie in de overheidssector voor het referentiejaar 2014 – M.B. 15.12.2014 7740 Aanpassing op 01.01.2015 van de loonbedragen bepaald bij de wet 03.07.1978 betr. de arbeidsovereenkomsten aan het algemeen indexcijfer van de conventionele lonen voor bedienden (art. 131) – B.S. 09.12.2014 7125
POLITIE
van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, en wijz. de wet 06.05.2002 tot oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen voor de jaren 2015, 2016 en 2017 – B.S. 13.01.2015 260992 08.01.2015 KB houdende de toekenning aan de gemeente of aan de meergemeenten politiezone van een federale sociale toelage voor het jaar 2014 – B.S. 26.01.2015 182280
BESTUURLIJKE POLITIE
19.12.2014 KB tot toekenning van een dotatie voor 2014 het Brussels Hoofdstedelijk gewest ten laste van het 'Fonds ter financiering van sommige verrichte uitgaven die verbonden zijn aan de veiligheid voortvloeiend uit de organisatie van de Europese Toppen te Brussel, evenals van uitgaven voor veiligheid en preventie die verbonden zijn aan de nationale en internationale hoofdstedelijke functie van Brussel' – B.S. 09.01.2015; B.S. 09.02.2015, add. 270452 19.12.2014 KB houdende de toekenning van een federale dotatie voor het jaar 2014 om het aanwervingsbeleid in politiezones te stimuleren – B.S. 13.01.2015 252459 19.12.2014 KB tot uitvoering van de art. 16, eerste lid, 2), en 22, par. 3, van de wet 24.10.2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden
09.03.2014 KB betr. de gemeentelijke administratieve sancties voor de overtredingen betr. het stilstaan en het parkeren en voor de overtredingen betr. de verkeersborden C3 en F103, vastgesteld met automatisch werkende toestellen – B.S. 10.02.2015, err. 284695 Zie ook “Gemeentelijke administratieve sancties – modellen van protocolakkoorden met het Parket” op www.vsgb.be > Documenten [23.02.2015]
REGIE/VZW 02.02.2015 Bericht Bestuur van het Belgisch Staatsblad - Kosten van bekendmakingen – [Akten van rechtspersonen] – B.S. 02.02.2015 205805
VERKEERSVEILIGHEID 09.03.2014 KB → zie Bestuurlijke politie 24.01.2015 KB betr. het bedrag toegekend aan de FOD Mobiliteit en Vervoer voor de opvolging van het verkeersveiligheidsbeleid van de politiediensten voor het jaar 2014 – B.S. 09.02.2015253357 30.12.2014 KB tot uitvoering van art. 7, par. 1, tweede en derde lid van de wet 06.12.2005 betr. de opmaak en financiering van actieplannen inzake verkeersveiligheid en houdende toekenning van het saldo 2009 - B.S. 14.01.2015 288996 18.12.2014 ADR in voege op 01.01.2015 - Europees Verdrag betr. het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg – B.S. 18.12.2014 288569
DIENSTEN 27.05.2014 Wet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 17.07.2013 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betr. de implementatie van de Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12.12.2006 betr. de diensten op de interne markt – B.S. 20.02.2015 289639
Herstelordonnantie voor gemeentelijke geschillen De VSGB had contact opgenomen met de Brusselse minister-president om te wijzen op enkele problemen in de tekst en om een herstelordonnantie te vragen … die er gekomen is. Vlak voor het einde van de vorige legislatuur had het Brusselse Parlement de ordonnantie van 3 april 2014 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen goedgekeurd. De ordonnantie bracht gunstige wijzigingen teweeg voor de Brusselse gemeenten, … maar er waren nog belangrijke zaken te verbeteren: de ordonnantie bevatte nog onvolmaaktheden, o.a. in de bepalingen betreffende de inwerkingtreding en het overgangsrecht. De herstelordonnantie heeft de datum van inwerkingtreding gewijzigd, maar wetende dat de gemeenten hun belastingreglementen moeten aanpassen en hun organisatie moeten bijsturen om de nieuwigheden uit de ordonnantie correct uit te voeren, betreuren wij dat de datum van inwerkingtreding de gemeenten daarvoor onvoldoende tijd laat.
22
Nieuwsbrief 2015/01
Ook de verschillen in de taalversies van de ordonnantie werden geharmoniseerd: het gebruik van de ambtshalve belasting is wel degelijk een mogelijkheid. De VSGB betreurt dat de ordonnantie niet preciseert wat het alternatief is voor de procedure van ambtshalve belasting, noch de objectieve criteria op basis waarvan de gemeente de procedure niet zou toepassen. Onze Vereniging is tevreden dat ze actief meegewerkt heeft, in nauwe samenwerking met het Bestuur Plaatselijke Besturen, aan de herziening van de ordonnantie van 3 april 2014. Toch blijven wij waakzaam ten aanzien van de problemen die de praktische uitvoering van de ordonnantie, ook al is ze hersteld, nog met zich mee kan brengen. Wij pleiten voor een verklarende omzendbrief, in het bijzonder voor de toepassing van de mogelijkheid voor de gemeenten om de ambtshalve belastingsprocedure toe te passen. Nadere toelichting op www.vsgb.be > Actualiteit [26.02.2015]
DE AFDELING OCMW IN ACTIE De 3 Federaties van OCMW’s werden ontvangen door de minister van Maatschappelijke Integratie op 28 januari. Tijdens dat overleg belichtten wij onze opmerkingen en suggesties betreffende het federaal regeerakkoord, meer bepaald met betrekking tot de volgende punten: - de hervorming van de wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie, ivm de categorieën, het geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie, … - de voorziene stijging van het aantal personen dat door de OCMW's geholpen wordt, ingevolge de verschillende op federaal niveau geplande hervormingen en de steun die aan de OCMW's toegekend zal worden om daaraan het hoofd te kunnen bieden - de uitwisseling van gegevens en het beroepsgeheim - de geleidelijke optrekking van de minimumuitkeringen inzake sociale zekerheid en de sociale bijstand op het niveau van de Europese armoedegrens - de invoering van gemeenschapsdienst Een bijzonder aandachtspunt was uiteraard de aanpassing van het wettelijk kader met het oog op een “organieke integratie van de gemeentebesturen en de OCMW's”. De Afdeling OCMW is hevig gekant tegen deze evolutie en samen met de Federatie van Waalse OCMW’s hebben wij in december 2014 een brief geschreven naar de minister, om onze talrijke argumenten voor te leggen. Zo'n wijziging zet immers de deur open voor de fusie gemeente-OCMW en een defederalisering van de maatschappelijke bijstand, wat wij categoriek afwijzen. Naast het gebrek aan globale en langetermijnvisie op de geplande hervorming en het niet in aanmerking nemen van de motivering van het specifieke statuut van het OCMW en de achteruitgang die de afschaffing zou inhouden, vinden wij het debat absoluut niet prioritair. Wij vrezen een achteruitgang van het sociale en een verhulde regionalisering van de sociale bijstand. De minister repliceerde dat er een juridische studie aan de gang is om de gevolgen in te schatten van een wijziging van artikel 2 van de wet van 8 juli 1976 volgens dewelke elke Belgische gemeente bediend wordt door een OCMW. Meer info: wij gaan dieper in op de visie van de OCMW’s in ons dossier over het regeerakkoord in dit nummer. De volledige nota van de OCMW’s en de nota betreffende de fusie gemeente-OCMW zijn te vinden op www.vsgb.be > Documenten [23.02.2015] Op 5 februari 2015 organiseerden de 3 Federaties van OCMW’s een ontmoetingsdag. Drie OCMW’s openden hun deuren, zodat mandatarissen en personeel van OCMW’s uit andere gewesten konden kennismaken met hun instelling en hun projecten. In Brussel ontving het Schaarbeekse OCMW een dertigtal Vlaamse en Waalse bezoekers. Zij stelden enkele projecten voor: de coördinatie van de sociale actie, de “burgerateliers” en een project rond ondersteuning van ouderschap. De Brusselse OCMW’s van hun kant konden op bezoek gaan bij het OCMW van Mechelen en Doornik.
De Monitor van de duurzame ontwikkeling nr 20 is uit! Dit nummer werd gewijd aan het OCMW en belicht de sociale dimensie van de duurzame ontwikkeling, de moestuin als motor voor sociale inschakeling, terreinbezoeken als spiegel voor de evolutie van het lokaal bestuur en tot slot de band tussen leefmilieu en sociale aspecten.
MONITOR VAN DE DUURZAME ONTWIKKELING DRIEMAANDELIJKS │ NR 20│ WINTER 20 14
SPECIAAL NUMMER ‘OCMW’
www.avcb.be > publicatie Op 25 februari 2015 namen de 3 Federaties van OCMW's deel aan een hoorzitting van de commissie Volksgezondheid, Leefmilieu en Maatschappelijke Vernieuwing, in het kader van de bespreking van een voorstel van resolutie betreffende armoedebestrijding (doc. 54/0287 – 8.9.2014 – N. Lanjri). Wij hebben er de federale parlementsleden gesensibiliseerd voor de eisen van de OCMW's die in ons federaal memorandum opgelijst werden. We wezen er ook op enkele aandachtspunten uit het voorstel van resolutie. Tot slot hebben we gewaarschuwd dat het paradoxaal is te debatteren over de verbetering van de armoedebestrijding in een context waarin de OCMW's zich zorgen maken om hun toekomst. De tekst van de hoorzitting in de Commissie op www.vsgb.be > Actualiteit [05.03.2015] Het federaal memorandum van de OCMW’s op www.vsgb.be > Documenten [13.10.2014] Op gewestelijk niveau is de Afdeling OCMW sinds januari 2015 nauw betrokken bij de werkzaamheden in het kader van de hervorming van de organieke OCMW-wet, die geleid wordt door de ministers Fremault en Smet. Doel van de hervorming is de aanpassing van de beschikkingen inzake administratief toezicht, personeel, werking van de OCMW-raad, de regels inzake beheer en financiën, ... Er werden werkgroepen samengesteld en de werkzaamheden vorderen gestaag. Parallel met het overleg dat plaatsvond in het kader van deze algemene hervorming, hebben wij vernomen dat het voorontwerp van ordonnantie houdende de wijziging van de organieke OCMW-wet van 8 juli 1976 in het vooruitzicht van de omzetting van de richtlijn van 8 november 2011 (2011/85) van de Europese Commissie in tweede lezing goedgekeurd werd door de regering. De Afdeling OCMW, de Conferentie van Voorzitters en Secretarissen van de Brusselse OCMW's en de Vereniging van Secretarissen en de Federatie van Ontvangers van de Brusselse gemeenten en OCMW's hebben samen een brief geschreven naar de ministers Vervoort, Fremault en Smet op 25 februari, om te onderstrepen dat wij verrast zijn dat er geen overleg gepleegd werd zoals gevraagd in onze brief van 18 juli 2014. Wij vragen in onze brief: • het behoud van een beleidsprogramma voor 6 jaar, maar met de mogelijkheid van een aanpassing in functie van de evolutie van de realiteit, bv. via een driejarenplan (en een oriëntatienota) halverwege het mandaat voor de komende 3 jaar, of zelfs de jaarlijkse aanpassing
Nieuwsbrief 2015/01
23
• dat de organieke OCMW-wet het prerogatief van bepaling en supervisie van het systeem van interne controle, waarmee de secretaris belast zal worden, toekent aan de OCMW-raad • dat de opstelling van een trimestrieel verslag met de budgettaire en boekhoudkundige gegevens tot de bevoegdheid van de OCMW-raad zou behoren en in dat kader een mogelijke delegatie aan het vast bureau ingebouwd zou worden • dat de contouren gepreciseerd zouden worden van de interne controle en het beheersplan, hetzij via ordonnantie, hetzij in de wet, gekoppeld aan verklarende omzendbrieven • in het kader van de invoering van een interne controle en de uitvoering van een externe audit, een gewestelijke financiering voor de vorming van het personeel of geweststeun voor een specifiek organisme in deze materies • dat alle teksten en de verschillende wijzigingen grondig doorgenomen zouden worden om de coherentie van de regelgeving in haar geheel te controleren “Wijziging van de organieke OCMW-wet: het advies van de OCMW’s” op www.vsgb.be > Actualiteit [06.03.2015] Op 3 maart vond een infosessie plaats over de nieuwigheden van het netwerk van de sociale zekerheid voor de OCMW’s. Meer dan dertig personeelsleden van Brusselse OCMW’s namen deel aan de vergadering, die geleid werd door Christian Lejour, adviseur bij de Afdeling OCMW, en Marie-Laetitia Denayer voor de POD Maatschappelijke Integratie.
Op 6 februari schreef de Afdeling OCMW op eigen initiatief naar de bevoegde Brusselse ministers om haar standpunt uit de doeken te doen betreffende de ordonnantie houdende organisatie en werking van de bicommunautaire dienst voor gezondheid en welzijn ("Iriscare"). In plaats van één commissie vragen wij drie organen: een eerstelijns commissie (bijstand en coördinatie thuis), een commissie opvangdiensten voor bejaarden en een commissie tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden. Wij vragen ook het behoud van afzonderlijke diensten voor erkenning en financiering, een procedure voor budgettaire follow-up en raming van de behoeften met communicatie van de gegevens die momenteel ter beschikking gesteld worden van de sector, en een administratieve procedure voor de behandeling van prijsverhogingen. Ordonnantie "Iriscare": OCMW’s schrijven naar minister-president, op www.vsgb.be > Actualiteit [03.03.2015]
Jaarverslag 2014 van de Afdeling OCMW Tijdens de algemene vergadering werd het activiteitenverslag van de Afdeling OCMW voor het afgelopen jaar besproken. Het werd tevens in elektronische versie ter beschikking gesteld op www.vsgb.be Lees het jaarverslag op www.vsgb.be
Handelingen van een colloquium inzake gendergelijkheid Het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen (IGVM), de Franse Gemeenschapscommissie (FGC) en het Interfederaal Gelijkekansencentrum stellen de handelingen voor van het colloquium “Egalité et mixité. Associations et Cocof: ensemble, construisons l’égalité” dat de FGC en het IGVM organiseerden op 9 oktober 2014. Verschillende uiteenzettingen belichtten het wettelijk kader, de Belgische normen en de teksten die van kracht zijn in de Europese Unie. De sprekers stipten aan dat deze juridische instrumenten aangewend moeten worden omdat iedereen een rol te spelen heeft inzake gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Dat geldt zeker voor verenigingen: door de talrijke aanwezigheid van vrouwen in die sector kan dit aanzienlijke
effecten hebben op de economische situatie van vrouwen. In dat kader wees de FGC op het belang van een goede samenwerking met de verenigingen als actoren op het terrein, om de doelstellingen op het vlak van gelijkheid te kunnen bewerkstelligen. De kwestie van gelijkheid en gemengdheid werd overigens verruimd tot het algemenere begrip ‘diversiteit’. Er werd gewezen op de banden van de strijd voor gelijkheid man-vrouw met de problemen waarmee personen van vreemde origine of personen met een handicap kampen. In dat kader wezen de sprekers op enkele tools die lokaal uitgewerkt worden om die ongelijkheden aan te pakken, zoals handleidingen, informatiefiches en goede praktijkvoorbeelden die ter beschikking gesteld worden van iedereen die wil ijveren voor meer gelijkheid tussen vrouwen en mannen. Ze bestaan, laten we ze dus gebruiken! De handelingen van het colloquium (in het Frans) zijn te vinden op http://igvm-iefh.belgium.be
Werk mee aan het platform voor burgerparticipatie op 23 april In samenwerking met enkele ambtenaren van de gemeente Anderlecht werkt de Vereniging aan de oprichting van een platform voor burgerparticipatie. Tijdens twee voorbereidingsvergaderingen met het Anderlechtse Participatiehuis en onze dienst Duurzame Stad, in de loop van de voorbije maanden, werden de contouren geschetst en werd besproken hoe de uitwisselingen kunnen verlopen, ervaringen gedeeld en goede praktijkvoorbeelden gebundeld kunnen worden.
24
Dankzij deze vergaderingen werd ook vooruitgang geboekt in de praktische organisatie van de eerste afspraak van het platform: de start-
Nieuwsbrief 2015/01
vergadering zal plaatsvinden op 23 april in ‘Espace 16 Arts’ in de Rossinistraat in Anderlecht. Het gedetailleerde programma van de voormiddag is nog in voorbereiding. Er zal tijd gemaakt worden voor goede praktijkvoorbeelden van Brusselse gemeenten en interactie tussen de deelnemers. In het programma wordt aandacht geschonken aan goede praktijkvoorbeelden van Brusselse gemeenten en interactie tussen de deelnemers. Zie www.vsgb.be > Agenda
GELIJKHEID TUSSEN VROUWEN EN MANNEN Op 22 januari organiseerden de VSGB en het Bestuur Plaatselijke Besturen samen een informatievergadering over het “Europees Handvest Gelijke kansen M/V op lokaal niveau”.
Europees handvest voor gelijkheid van vrouwen en mannen op lokaal vlak
Vervolgens stelde Barbara Decupere voor om de werkgroep die in 2010 gecreëerd werd, te heropstarten, met als doel:
In mei 2006 bracht de REGR (Raad van Europese Gemeenten en Regio’s) een Europees charter voor gelijkheid van man en vrouw op lokaal vlak uit. Dit charter is bestemd voor de lokale en regionale overheden die verzocht worden het te ondertekenen, een publiek standpunt in te nemen over het principe van gelijkheid man/vrouw en de engagementen die erin vastgelegd werden op hun grondgebied uit te voeren.
• de verwachtingen van de gemeenten te inventariseren
De 6 basisprincipes:
In het eerste deel van de vergadering presenteerden Johanna Törnström en Manon Huchet van de REGR (Raad van Europese Gemeenten en Regio’s) de vooruitgang op dat vlak en een testproject over de indicatoren.
• samenwerking tot stand te brengen via de uitwisseling van informatie en goede praktijkvoorbeelden, om de gemeenten die het handvest ondertekenen te helpen bij de uitvoering van hun actieplan Deze namiddag sloten aan bij de voormiddag die gewijd werd aan de uitwisseling van ervaringen van diensten Gelijke Kansen in het kader van Gender Budgeting. De vertegenwoordigers Gelijke Kansen van het kabinet van staatssecretaris Bianca Debaets schetsten de grote oriëntaties van de staatssecretaris terzake voor de komende jaren. Het was een geslaagde samenkomst, met talrijke schepenen en afgevaardigden van heel wat gemeentediensten. De oriëntatienota inzake gendergelijkheid staat op http://biancadebaets.be > Staatssecretaris Bianca Debaets stelt haar oriëntatienota’s 2014-2019 voor [26.11.2014]
Studiereis "Gelijke kansen" naar Lyon: de VSGB was erbij Op 25, 26 en 27 februari jl. reisde een Brusselse delegatie, bestaande uit staatssecretaris voor Gelijke Kansen Bianca Debaets, een tiental schepenen bevoegd voor gelijke kansen, twee vertegenwoordigsters van Brussel Plaatselijke Besturen en een vertegenwoordiger van de VSGB, naar Lyon. Lyon is op dat vlak een modelstad. Zij ondertekende zeer snel het charter voor man/vrouw-gelijkheid en stelde een compleet actieplan op. De stad is tevens vooruitstrevend op het vlak van toegankelijkheid van openbare plaatsen en gebouwen voor gehandicapten. De stad Lyon, de regio en diverse organisaties en verenigingen die zich toeleggen op de uitvoering van het charter, hebben ons hartelijk ontvangen. Deze ontmoeting was een uitstekende gelegenheid voor zeer boeiende uitwisselingen van ideeën en informatie. Daar zal het niet bij blijven: dankzij de contacten die gelegd werden, zal er nog meer samenwerking opgebouwd worden voor de toekomst.
• De gelijkheid tussen man en vrouw is een basisrecht. • Teneinde de gelijkheid van vrouwen en mannen te garanderen, moet rekening worden gehouden met de vele discriminaties en hindernissen (handicap, leeftijd, seksuele voorkeur, socio-economisch statuut, …). • De evenwichtige deelname van vrouwen en mannen in de besluitvorming is een basisvoorwaarde voor een democratische samenleving. • Het wegwerken van seksuele stereotypes en vooroordelen is absoluut nodig voor het creëren van gelijkheid van vrouwen en mannen. • Het opnemen van de genderdimensie in alle activiteiten van de plaatselijke overheden is nodig om de gelijkheid van vrouwen en mannen te doen groeien. • Er moeten gepast gefinancierde actieplannen gekoppeld aan de nodige instrumenten uitgewerkt worden. Het charter is te vinden op www.vsgb.be > Documenten [02.02.2010]
Sint-Agatha-Berchem Op 29 januari stemde de Berchemse gemeenteraad in met de ondertekening van het Europees charter voor gelijkheid van man en vrouw op lokaal niveau. Zo wil de gemeente concrete engagementen aangaan, een actieplan opstellen (prioriteiten, basisacties, …), samenwerking tot stand brengen, … De gemeente preciseerde haar engagement en kondigt een adviesraad aan: “Meer dan publiekelijk een standpunt in te nemen over een principe, verbinden we er ons toe om met alle instellingen en organisaties van ons grondgebied samen te werken teneinde het bekomen van een echte gelijkheid te promoten. Gelijkheid is een fundamenteel recht en niet een slogan. Dit recht moet niet alleen wettelijk erkend worden, maar het moet ook effectief uitgeoefend worden op economisch, sociaal en cultureel gebied. Laten we samen werken! Een nieuwe Adviesraad voor Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen, voor adviezen en acties, zal daarvoor binnenkort samengesteld worden.” Naast Sint-Agatha-Berchem werd het handvest ook al ondertekend door Anderlecht, de stad Brussel, Etterbeek, Evere, Elsene, Schaarbeek, Sint-Lambrechts-Woluwe en Sint-Pieters-Woluwe.
Nieuwsbrief 2015/01
25
DUURZAME ONTWIKKELING Nieuwe tools voor de lokale overheden Op 13 januari vond in de lokalen van Leefmilieu Brussel in Tour&Taxis de Europese conferentie “Resilient cities, nieuwe tools voor de lokale overheden” plaats.
Het evenement kadert in het initiatief TURAS (Transitioning Towards Urban Resilience and Sustainability), gefinancierd door de Europese Commissie, dat 10 Europese steden verenigt die 3 jaar lang samen met onderzoekers en commerciële partners gewerkt hebben aan nieuwe tools en innoverende methodes om de steden te helpen hun weerbaarheid (‘resilience’) te ontwikkelen en zich aan te passen aan de negatieve impact van de klimaatverandering. Op het Brusselse evenement stelden de lokale overheden van Dublin, Brussel, Stuttgart, Londen, Rome, Sofia en Rotterdam voor het eerst de resultaten van de nieuwe samenwerking voor.
Laten we allen een duit in het zakje doen Zakjes voor eenmalig gebruik zijn niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. Een nuttig voorwerp om een last te dragen die 2.000 keer zwaarder is dan zijn gewicht volgens sommigen. Een milieuramp die het landschap vervuilt of eindigt in de maag van ongelukkige zeezoogdieren voor vele anderen. Voordat de eerste maatregelen genomen werden, zoals de invoering van alternatieven voor supermarkten en de heffing van belastingen sinds 2007, gingen in België jaarlijks 3 miljard zakjes over de toonbank.
De Vereniging nam er deel aan een panel vertegenwoordigers van Europese lokale besturen, om de begeleiding en de steun die zij aanbiedt in het kader van de projectoproep Agenda Iris 21 voor te stellen. Bij de aanvang van de nieuwe thematische projectoproep Agenda Iris 21 organiseerde de VSGB twee workshops, op 10 en 27 februari, naargelang de gemeenten en OCMW’s al dan niet reeds subsidies ontvangen hebben in het kader van de Agenda Iris 21. Deadline voor de indiening van het kandidatuursdossier: 4 mei 2015 De documenten van de oproep staan op www.vsgb.be > Actualiteit [6.03.2015]
Klimaatfeest Op zondag 7 juni 2015 zal de 17e editie van het Feest van het Leefmilieu plaatsvinden, in het Jubelpark, van 11 tot 19 uur. Zoals elk jaar neemt de Vereniging deel aan de voorbereiding van het evenement, door de aanwezigheid van de Brusselse lokale besturen te organiseren. De eerste vergadering vond plaats op 12 maart, in onze lokalen. Het Brusselse feest vindt enkele maanden voor de 21e conferentie in december plaats in Parijs en wordt gewijd aan het thema “klimaat”. Meer info binnenkort op www.leefmilieu.brussels
26
Nieuwsbrief 2015/01
Hoe ver staan we vandaag? Het verbruik is gedaald, maar nog niet tot nul herleid. Bepaalde landen (zoals Frankrijk, Mauritanië en Mali) voeren verbodsbepalingen in. De Europese Unie wil het gebruik van plastic zakjes voor eenmalig gebruik met meer dan drie vierden terugschroeven tegen 2025. En in Brussel? Wat willen wij morgen doen om het gebruik van plastic zakjes in te perken? Er zijn verschillende mogelijkheden: recyclage, hergebruik, vrijwilligersacties, verbodsbepalingen, … Dat hebben wij belicht op de vergadering “Laten we allen een duit in het zakje doen” van 17 maart, georganiseerd in samenwerking met Leefmilieu Brussel. Een tiental gemeenten kwamen er ervaringen en werkmethodes terzake uitwisselen.
EUROPESE WEEK VAN DE LOKALE DEMOCRATIE Op uitnodiging van de Raad van Europa gingen het Brussels Gewest, de VSGB en de gemeente Sint-Gillis op 16 februari naar Parijs om deel te nemen aan de balans EWLD 2014. Verschillende landen en gemeenten hebben er hun programma uiteengezet. Onze vertegenwoordigers hebben aan hun Europese homologen een samenvatting gebracht van de Brusselse versie van deze 7e editie.
De volgende Week zal plaatsvinden van 12 tot 17 oktober, weliswaar met een marge zodat er ook activiteiten kunnen plaatsvinden in de week voordien of nadien. Het thema dat de Raad van Europa op 23 maart goedkeurde, draait rond ‘samen leven’, meer bepaald: “Samenleven in een multiculturele samenleving: respect, dialoog, interactie”.
Dankzij het colloquium “Naar de gestructureerde participatie van jongeren aan het lokaal niveau” ontvingen de Brusselse gemeenten samen nogmaals het label “12 sterren” voor de editie 2014. Deze jaarlijkse afspraak is telkens weer een uitgelezen kans voor de uitwisseling van ideeën en goede praktijkvoorbeelden onder landen van de Raad. Het jaarthema wordt er ook besproken. Dit keer wordt het “samen leven”. De Raad meldt zijn partners reeds de datums voor editie 2015: die zal plaatsvinden in de week van 12 tot 17 oktober. Meer info over de EWLD op Europees niveau: www.congress-eldw.eu
Europese Week van de Lokale Democratie – editie 2015 Aansluitend bracht de VSGB de Brusselse gemeenten samen, op 6 maart, om de editie 2015 voor te bereiden. Deze eerste vergadering van het jaar was ook de gelegenheid om een balans op te maken van de vorige editie. De coördinatoren kunnen een tevredenheidsenquête invullen, om zo veel mogelijk informatie in te winnen.
Buiten de individuele acties opgezet door collectiviteiten in verband met dit thema, zien we dat bepaalde gemeenten het werk dat in 2014 aangevat werd, willen voortzetten, samen met de jongeren. De contacten en de samenwerking die tot stand gebracht werd met de verantwoordelijken van de jongerenraden van de Brusselse gemeenten, zullen verder uitgewerkt worden om gemeenschappelijke projecten op touw te zetten. Nieuw is dat er dit jaar getracht zal worden om nog actiever samen te werken met bepaalde gemeentediensten, in het bijzonder de diensten ‘gelijke kansen’. Twee grote evenementen, parallel met rechtstreekse samenwerking tussen diensten, zullen uitgevoerd worden tijdens de EWLD: • enerzijds de organisatie van een colloquium rond “genderbudgeting”, in samenwerking met de diensten van Brussel Plaatselijke Besturen, • anderzijds, in samenwerking met de REGR, de organisatie van een Europese ontmoeting over “gender equality” (charter gelijkheid, Europese ondertekenaars, uitwisseling van ideeën en goede praktijkvoorbeelden). Genderbudgeting is een analyse vanuit genderperspectief van alle vormen van overheidsuitgaven en –inkomsten, die een overzicht geeft van de directe en indirecte gevolgen ervan op de respectieve situatie van vrouwen en mannen. De definitie is terug te vinden op www.gelijkekansenbrussel. irisnet.be/nl/glossary
Participatief budget Volgens internet krijgen burgers bij een participatief budget inspraak in de begrotingsopmaak. In wijk- en themavergaderingen kunnen de bewoners hun wensen ten aanzien van de publieke voorzieningen prioritariseren. Een raad verdeelt ten slotte het budget op basis van de aangegeven wensen over de verschillende thema's en wijken. Het Braziliaanse Porto Alegre was de eerste stad die het participatief budget in de praktijk omzette.
enkele goede praktijkvoorbeelden van lokale besturen, zoals het participatief budget van het OCMW van Charleroi en het wijkcontract Scheut in Anderlecht waar het participatief budget deel uitmaakt van het wijkhuis. Op die manier kregen de aanwezigen meer inzicht in de mechanismen van dit soort instrument, de voorwaarden waaraan het moet voldoen en praktische tips.
Op 11 maart vond in de lokalen van de VSGB een workshop plaats rond de begeleiding van Agenda Iris 21 “Participatieve budgetten, wasda?”. De gastspreker van de Brusselse vereniging Periferia belichtte er
Nieuwsbrief 2015/01
27
“DE GEMEENTEN TEN DIENSTE VAN DE BURGERS” e-book gratis te downloaden
Nieuwsbrief Vereniging van de Stad en de Gemeenten van de Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw Aarlenstraat 53/ bus 4 - 1040 Brussel Tel 02 238 51 40 - Fax 02 280 60 90
[email protected] www.vsgb.be Redactie :
[email protected]
Nr 2015-01
februari / maart 2015
De VSGB en de Conferentie van Burgemeesters zijn verheugd u de publicatie aan te kondigen van de handelingen van het colloquium “De gemeenten ten dienste van de burgers”, in elektronische versie beschikbaar via onderstaande links. Het doel van het colloquium was de aandacht van het publiek te vestigen op het belang en de impact van het lokaal bestuur op het leven van de burger in domeinen zoals economie, gezondheid en sociale zaken. Het colloquium vond begin 2014 plaats in de Passage 44, met de steun van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Gewest (VSGB) en Belfius. Het colloquium krijgt nu een verlengstuk in de publicatie van de handelingen, die dieper ingaan op de diverse thema’s die gepresenteerd werden door de heren
Charles PICQUÉ, Rudi VERVOORT, Vincent DE WOLF, Olivier DELEUZE, Didier GOSUIN, Hervé DOYEN, Dimitri YERNAULT en Joost VAESEN. Meer dan 170 bladzijden gewijd aan de Brusselse gemeenten: • in hun betrekkingen met andere overheidsniveaus • resultaat van het subsidiariteitsbeginsel • sleutelactoren van economie en inschakeling • sociale cohesie • het sociaal en gezondheidsbeleid • stadsrenovatie, ruimtelijke ordening of netheid ten aanzien van de demografische uitdagingen Naast de teksten van de uiteenzettingen vindt u er ook de samenvatting van de debatten die gevoerd werden tijdens de workshops. De handelingen zijn in elektronische versie verkrijgbaar in het Nederlands en het Frans, zowel op www.vsgb.be als op het platform ISSUU.
Directie : Corinne François Coördinatie : Philippe Delvaux Redactie : Philippe Delvaux, Corinne François, Juliette Lenders, Camille Lepinay Vertaling : Liesbeth Vankelecom, Annelies Verbiest Secretariaat : Patricia De Kinne Abonnementen : Patricia De Kinne : 02 238 51 49 -
[email protected] Publiciteit : Agenschap Publiest - 02 550 38 04 -
[email protected] U vindt ons nu ook op LinkedIn.com > VSGB Nieuwsbrief wordt gedrukt op 100% gerecycleerd papier Cette revue existe aussi en français. Si vous souhaitez recevoir de Trait d'Union contactez notre secrétariat :
[email protected] Sinds 2002 is Nieuwsbrief-Brussel integraal beschikbaar op www.vsgb.be Gepubliceerd met de steun van het Brussel Hoofdstedelijk Gewest, Belfius en Ethias
28
Nieuwsbrief 2015/01
conferentie van burgeMeesters van van het brussels hoofdstedelijk gewest
de gemeenten ten dienste van de burgers