Maakindustrie: stuwende kern van de economie in de Metropoolregio Amsterdam
Inhoud Blz.
Samenvatting
2
1
Inleiding
7
2
Quick Scan Industrie
11
3
Naar een modern industriebeleid
18
4
Actieplan maakindustrie in MRA
28
Bijlage 1
Onderzoeksaanpak
33
Uitgevoerd in opdracht van: Kamer van Koophandel Amsterdam Buck Consultants International Nijmegen, 7 januari 2011
Samenvatting
Made in Amsterdam Region De Metropoolregio Amsterdam (MRA) is één van de grote economische kerngebieden in Europa: vooraanstaande internationale zakelijke en financiële diensten, centrum van informatie en communicatietechnologie, wereldtop in de creatieve sector, top-10 positie voor toerisme & congressen, Schiphol als grote hubluchthaven. Metropoolregio Amsterdam is een dynamisch en veelzijdig economisch systeem en staat in heftige internationale competitie met andere economische centra. In de internationale positionering en competitie wordt te gemakkelijk voorbij gegaan aan de florerende maakindustrie in de regio en dat is onbegrijpelijk. In branches als basismetaal, machinebouw, food, multimedia, aerospace, fashion en klimaat- en regeltechniek behoren bedrijven uit onze regio tot de Europese top en soms zelfs tot de wereldtop. De maakindustrie is van groot belang voor de export en realiseert met relatief weinig werknemers veel toegevoegde waarde. Nederland is één van de grootste exporteurs in de wereld en de export komt voor een groot deel uit de industrie. Maar in de Metropoolregio Amsterdam lijkt het belang van de industrie te worden vergeten en dat zou een enorme misser zijn. In de moderne economie kan niet meer over traditionele sectoren worden gesproken, aangezien industriële en dienstverlenende bedrijven zijn verweven in waardeketens. In de Metropoolregio Amsterdam is dit goed zichtbaar, want naast industriële bedrijven zijn hoofdkantoren, distributiecentra, marketingkantoren en financiële en zakelijke dienstverleners actief in internationale voortbrengingsketens waarvoor industriële producten de basis vormen. De maakindustrie is dus sterk verweven met de totale economie in de Metropoolregio. De samenhang kan worden voorgesteld door schillen: de kern wordt gevormd door de maakindustrie zelf, die deel uitmaakt van een grotere groep bedrijven in voortbrengingsketens met o.a. toeleveranciers en dienstverleners. Deze industriële waardeketens spelen een belangrijke rol in de economische clusters die in het beleid al zijn geoormerkt (o.a. door het Platform Regionaal Economische Structuur, PRES): financiële en zakelijke dienstverlening, ICT, creatieve industrie, handel & logistiek, life sciences, food en flowers.
Buck Consultants International
2
Figuur 1
Maakindustrie, clusters en totale economie.
Totale economie Clusters PRES Industriële voortbrengingsketens
(Maak)industrie
Vreemd genoeg is de maakindustrie zelf nog niet geoormerkt als een belangrijke cluster en Kamer van Koophandel Amsterdam roept op om de maakindustrie via de clusteraanpak aan de beleidsagenda van de Metropoolregio Amsterdam toe te voegen. Daartoe presenteert Kamer Amsterdam dit rapport, met op de volgende pagina's een beknopte karakteristiek van de maakindustrie in de metropoolregio Amsterdam, de belangrijkste trends, een overzicht van 'wat er moet gebeuren', en tot slot wat de rol en de activiteiten van de Kamer zijn. Kamer van Koophandel Amsterdam start in 2011 met de campagne ‘Made in Amsterdam’ om in de regio een breder besef te creëren dat de maakindustrie voor de meeste clusters en sectoren in de Metropoolregio de harde kern vormt (als klant of als toeleverancier).
Maakindustrie in de Metropoolregio Amsterdam De maakindustrie in de Metropoolregio is zeer divers. Zowel kleine als grote ondernemingen zijn in de regio aanwezig. In de onderstaande tabel zijn kerncijfers van de maakindustrie in de Metropoolregio opgenomen.
Buck Consultants International
3
Tabel.1
1)
Cijfers over de maakindustrie in de Metropoolregio Amsterdam
Vestigingen industrie MRA Werkgelegenheid industrie MRA Toegevoegde waarde industrie MRA in € (2008) Exportwaarde industrie MRA in €
Aantal/ bedrag 2009 9.500 90.000 8,9 miljard 14 miljard
% van totaal MRA 5% 9% 10% 40%
Ontwikkeling sinds 2000 Groei (5%) Daling (16%) Groei (25%) Onveranderd hoog
1) Betreft alleen cijfers over de sector industrie, dus exclusief de uitbestedingen van industriële bedrijven in overige sectoren van de economie
In de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw kende de industrie haar hoogtepunt. In die tijd werkten ongeveer drie op de tien Nederlanders in de industrie. Inmiddels is dat percentage in de MRA gedaald tot 9%. De toegevoegde waarde is echter sterk gestegen en de exportwaarde is onveranderd hoog. Enkele bevindingen uit de analyse:
Het aantal banen in de industrie van de MRA is in de periode 2000 – 2009 met circa 16% afgenomen tot 90.000, als gevolg van outsourcing (van met name diensten) in de regio, verplaatsing van (standaard)productie naar lage lonen landen, automatisering en informatisering. Daarentegen levert elke baan in de maakindustrie nu minimaal één baan elders in de economie op. Ondanks deze afname van werkgelegenheid is de toegevoegde waarde sinds het begin van deze eeuw wel substantieel toegenomen (met 25%) en wordt momenteel geschat op € 8,9 mrd. Dat betekent dat de productiviteit per medewerker sterk is gestegen en dat veel ondersteunende activiteiten (in de regio) zijn uitbesteed. De maakindustrie staat bekend als een sterk internationaal georiënteerde sector, wat zich ook uit in een hoge exportwaarde van ca. € 14 mrd, ofwel 40% van de export uit de Metropoolregio. Het aantal vestigingen is met 5% toegenomen. Dit is vooral het gevolg van de toename van het aantal ambachtelijke bedrijven in de meubelindustrie. De industrie is de kern voor vele andere economische activiteiten, als klant of als toeleverancier. De financiële en zakelijke dienstverlening krijgt zijn opdrachten voor een belangrijk deel uit de (internationale) industrie, net als de ICT. Daarnaast zijn handel en logistiek nauw verweven met industriële branches.
Trends in de maakindustrie De maakindustrie is de afgelopen twintig jaar aan veel veranderingen onderhevig geweest: stevige internationale concurrentie, tal van innovaties, toenemende regelgeving vanuit de Europese Unie en opkomende economieën worden wereldspelers. De komende jaren staat de maakindustrie voor grote uitdagingen:
Bedrijven zullen zich nog meer richten op de kernactiviteiten. Bedrijfsonderdelen die niet daartoe behoren, worden uitbesteed (outsourcing).. Als gevolg van outsourcing zijn industriële bedrijven meer afhankelijk geworden van andere partijen in de keten, zoals toeleveranciers, dienstverleners en andere onder-
Buck Consultants International
4
steunende bedrijven. De komende tijd zal de maakindustrie nog meer in waardeketens samen optrekken met andere bedrijven, zowel internationaal als juist ook regionaal. Door schaalvergroting (fusies en overnames) en concentraties is het internationale speelveld drastisch veranderd. Belangrijke beslissingen worden vaak buiten de regio genomen; de concernstrategie is doorslaggevend. Tegelijkertijd zien we dat voor hoofdkantoren, marketingkantoren en distributiecentra van internationale industriële concerns ook voor de regio Amsterdam kiezen. Verdergaande informatisering en automatisering van productieprocessen en logistieke ketens leiden tot stijging van de arbeidsproductiviteit. Hierin zit de noodzaak voor continue innovatie. Innovatie vormt de kern van productiviteitsstijging en duurzaamheid. Industriële bedrijven moeten constant voorop lopen. Europa is belangrijker geworden voor bedrijven. Zeker in tijden van economische recessie zijn sommige landen bereid fors te investeren in hun eigen industrie (bijv. Frankrijk). In Nederland is dit niet aan de orde. Des te belangrijker is dat er een ‘level playing field’ voor onder meer milieuwetgeving gaat ontstaan: steeds weer is de indruk dat Nederland strengere regels hanteert dan menig ander Europees land. De toenemende aandacht voor duurzaamheid in de afgelopen jaren biedt kansen voor de maakindustrie in de vorm van nieuwe (biobased) producten en verduurzaming van industriële processen. Niet voor niets zet het huidige kabinet in op een Green Deal en een groen industriebeleid. Voorbeelden in andere Europese regio’s (bijv. Stockholm, Eindhoven, Stuttgart en München) leren dat regio’s vernieuwingen en veranderingen in de maakindustrie goed kunnen ondersteunen en dat dit tot een extra groei van toegevoegde waarde en export leidt.
Wat moet er gebeuren? De maakindustrie is een belangrijk stuwend onderdeel van de economie in de Metropoolregio. Om de concurrentiekracht van de industrie te behouden en versterken zijn de volgende acties nodig:
investeren in maatwerkoplossingen voor voldoende fysieke en milieuruimte voor de maakindustrie; investeren in beroepsvoorlichting en onderwijs, zodat de instroom in technische beroepen toeneemt; stimuleren van innovatie door bedrijven in de regio deel uit te laten maken van het nieuwe innovatiebeleid van het Rijk (de zogenaamde Topgebieden) en de EU (Europa 2020); stimuleren dat in het economisch beleid van de Metropoolregio de onderscheiden clusters het scheppend vermogen van de maakindustrie optimaal benutten; de ‘maakindustrie’ als apart cluster aan de Economische Agenda van de Metropoolregio toe te voegen; in handelsmissies vanuit de regio meer aandacht te besteden aan het industriële MKB dat ook actief is in andere continenten; in het acquisitiebeleid nagaan of nieuwe productiebedrijven of vestigingen van internationale industrieconcerns (handel, logistiek, financieel) aangetrokken kunnen worden; nog meer dan nu al investeren in het verbeteren van het imago van de maakindustrie.
Buck Consultants International
5
Rol Kamer van Koophandel Amsterdam Kamer van Koophandel Amsterdam wil in de komende jaren een herkenbare, faciliterende rol spelen bij het stimuleren van de maakindustrie in de regio. Als schakel tussen het bedrijfsleven en de overheid is Kamer Amsterdam de ideale partij om gezamenlijk met deze partijen de ambities van de maakindustrie waar te maken. Kamer Amsterdam ziet hierbij de volgende rollen voor zich weggelegd:
Informeren: analyseren resp. zichtbaar maken van ontwikkelingen en het economische belang van de maakindustrie voor de overheden. Dit gebeurt via de campagne “Made in Amsterdam”, maar ook door de vele nog onbekende bedrijven, die toch internationaal actief zijn, beter te leren kennen en hen te ondersteunen in contacten met overheden of andere organisaties in binnen- en buitenland. De Kamer moet de interessante bedrijven in de regio kennen. Faciliteren: aandacht vragen voor omgevingsfactoren voor de maakindustrie; dat kan gaan om milieuruimte, maar ook om arbeidsmarktprojecten. Makelen en schakelen: opbouwen/opzetten van zakelijke netwerken om zodoende bedrijven in de maakindustrie en industriële dienstverleners met elkaar in contact te brengen. In vergelijking met bijv. de regio’s Eindhoven en Twente zijn de onderlinge contacten in de Metropoolregio tussen bedrijven in dezelfde waardeketen beperkt. Toch blijken deze netwerken van belang te zijn voor grote bedrijven én voor het MKB om nieuwe signalen op te pakken. Innovatie kent niet alleen een technologische basis, maar vraagt ook vaak om een sociale innovatie door de juiste partners (in de regio) voor vernieuwingen te kiezen. Organiseren: Kamer Amsterdam neemt het initiatief om samen met andere intermediairs (branche organisaties, Syntens) en ondernemersverenigingen een gezamenlijk plan op te stellen hoe de maakindustrie het meest effectief kan worden ondersteund (met in achtneming van de vorige punten). Bovendien zal Kamer Amsterdam bewaken dat er in het nieuwe economische offensief van de Metropoolregio, onder regie van de Economic Development Board, voldoende aandacht is voor de maakindustrie.
Buck Consultants International
6
1
Inleiding
Aandacht voor (maak)industrie Kamer van Koophandel Amsterdam wil meer aandacht voor de industrie in de Metropoolregio. Dit onderzoek verschaft inzicht in:
het economische belang van de industrie voor de regio; de mogelijkheden om op basis van de industrie de economie te versterken via bijvoorbeeld innovatie en export; de rol van de Kamer van Koophandel en andere organisaties hoe zij de industrie kunnen ondersteunen.
Door onder meer de Stichting voor Industriebeleid en Communicatie (SIC) is de afgelopen tien jaar terecht veel aandacht gevraagd voor de ontwikkeling van de maakindustrie in Nederland. Dat heeft in die periode geleid tot enkele “Industriebrieven” van diverse regeringen, waardoor het besef is toegenomen dat meer aandacht voor R&D en innovatie, met name in industriële sectoren, van groot belang is voor de concurrentiekracht van ons land. Ook is nationaal steeds meer het besef ontstaan dat samen met de industrie gekeken moet worden naar vraagstukken omtrent energie, duurzaamheid, ruimte en bereikbaarheid en milieuruimte voor bedrijven. Ondanks deze positieve signalen moet worden geconstateerd dat Nederland verder achterop is geraakt met investeringen (publiek en privaat) in innovatie en Research & Development (SER 2010, OECD 2010). Bovendien is met name in de diverse branches van de industrie de krapte op de arbeidsmarkt toegenomen. Het is daarom logisch dat recent enkele spelers in de maakindustrie (o.a. Philips, Akzo Nobel en DSM) maar ook brancheorganisaties (zoals VNCI, Modint, etc,) en de SER om hernieuwde aandacht voor industriebeleid in de nieuwe Kabinetsperiode vragen.
Buck Consultants International
7
Ook op regionaal niveau zijn er vele initiatieven geweest om meer aandacht te vragen voor de (maak)industrie. In Zuidoost-Nederland (Brabant en Limburg) is daarbij het accent gelegd op het uitbouwen van clusters op het gebied van hoogwaardige apparatuur en systemen, hoogwaardige materialen en de koppeling tussen technologie en Agro en Food. In andere regio’s heeft men de afbakening van bedrijfsklassen binnen de (maak)industrie van het SIC gevolgd en het economische belang en de kansen van de maakindustrie beschreven. Steeds weer komt het beeld naar voren dat het werkgelegenheidsaandeel van de maakindustrie weliswaar afneemt, maar nog steeds substantieel is. Ook wordt geconstateerd dat de maakindustrie - zeker in vergelijking met het werkgelegenheidsaandeel - een belangrijk aandeel in de regionale toegevoegde waarde heeft en belangrijk is voor de innovatie en export in die regio’s.
Definities Kamer van Koophandel Amsterdam en Buck Consultants International hebben in dit project het vertrekpunt gekozen om niet alleen naar de industrie te kijken, maar uit te gaan van waardeketens waarin de industrie de basis vormt. Dat betekent dat toeleverende diensten, handel en logistiek rond industriële productie ook van belang zijn. Met het in kaart brengen van deze waardeketens ontstaat bij het zichtbaar maken van de economische omvang een groot probleem. Statistieken en economische data zijn nog (verouderd) gerangschikt via sectoren. De sector industrie bevat alleen productie (geen industriële diensten), terwijl waardeketens juist veel breder gaan en een reëler beeld schetsen van de economie. Het gaat bijvoorbeeld om een modeketen (ontwerp, productie, handel kleding) of om de hele keten van productie, handel en distributie van geneesmiddelen of medische apparatuur. Daarnaast geldt dat in het regionaal economisch beleid van overheden (ook in de Metropoolregio) veel wordt gesproken over clusters. Daarbij wordt wel rekening gehouden met sectordoorsnijdende ontwikkelingen (van industrie en diensten), maar deze clusters zijn vaak zo breed geformuleerd dat daar meerdere waardeketens toe behoren. Bijvoorbeeld tot het brede cluster Life Science kunnen de al genoemde waardeketens rond geneesmiddelen en medische apparatuur worden gerekend. Tot slot, in dit document is het begrip ‘Maakindustrie’ synoniem voor de sector industrie. In onderstaand kader zijn de diverse definities van de gehanteerde begrippen gegeven. Definities Maakindustrie:
Cluster:
Waardeketens:
Het met behulp van machines bedrijfsmatig bewerken van grondstoffen en produceren van halffabricaten/eindproducten voor de commerciële markt. Bij de afbakening hanteren we de SIC-indeling voor maakindustrie, aangevuld met gerelateerde branches zoals de afvalsector en de energiesector Ruimtelijke concentratie van gerelateerde bedrijvigheid, gericht op gezamenlijke innovatie en business development, met een aanzienlijke massa en internationaal onderscheidend, met een aantoonbare kennisbasis als motor van vernieuwing Bedrijven uit verschillende industriële branches die allen binnen (het proces van) een product (groep) werkzaam zijn vormen gezamenlijk een waardeketen. Het gaat hierbij om alle bedrijven die relevant zijn bij het proces van een bepaald product (hierbij moet gedacht worden aan grondstoffen, basisproductie, toeleveranciers, diensten, eindproduct, handel e.d.)
Buck Consultants International
8
Maakindustrie in de Metropoolregio In de Metropoolregio Amsterdam (MRA) maakt de maakindustrie een substantieel onderdeel uit van de regionale economie. De maakindustrie bestaat uit verschillende branches en er is in de regio sprake van een brede spreiding over de diverse bedrijfsklassen in de maakindustrie. In het Noordzeekanaal-gebied bestaat reeds lange tijd veel aandacht voor de industrie. Dat komt door de dominante aanwezigheid van de basisindustrie en de foodindustrie in de diverse havens. Elders in de Metropoolregio krijgt de maakindustrie echter weinig aandacht. Het accent in het economische beleid buiten de havens ligt op de zakelijke en financiële diensten, de creatieve industrie en enkele kennisspeerpunten zoals ICT en life sciences. Dat laatste komt bijvoorbeeld tot uiting in de eind 2009 gepresenteerde Economische Agenda voor de Metropoolregio met de Global Business Gateway strategie. Daarin worden acht clusters onderscheiden (Financiële en zakelijke diensten; ICT, creatieve industrie; handel en logistiek; life sciences; food en flowers; internationaal toerisme en congressen). In deze brede clusters zit de industrie echter te veel verscholen en dreigt ze te weinig aandacht te krijgen in de economische samenwerking binnen de Metropoolregio (onder andere via de Economic Development Board Amsterdam). Het belang van de maakindustrie krijgt wel de nodige prioriteit binnen de Kamer van Koophandel Amsterdam. Afgelopen jaren heeft Kamer Amsterdam diverse malen aandacht gevraagd voor het belang van de (maak)industrie in haar werkgebied. In 2001 zijn de visie en strategie ‘De industrie gewaardeerd’ en een daarop gebaseerde flyer ‘Industrie en technologie in perspectief’ uitgebracht. Daarin worden twee industriële pijlers onderscheiden, namelijk het haven- en industriecomplex in het Amsterdam-Noordzeekanaalgebied en de stedelijk georiënteerde kennisintensieve clusters. De industrie zorgde in 2000 voor 5% van de ondernemingen in het Kamergebied, maar is verantwoordelijk voor 14% van de banen, 22% van de toegevoegde waarde en maar liefst 50% van de export. De vraag is of anno 2010 dit aandeel gelijk gebleven is. Is het aantal banen als gevolg van automatisering en offshoring afgenomen? En zijn de toegevoegde waarde en de export van de sector onveranderd hoog gebleven? In 2004 is de strategie uit 2001 opgevolgd door het manifest ‘Ruimte voor vitale industrie’, waarbij aandacht wordt gevraagd voor het level playing field op Europees niveau, technologiebeleid en innovatie, en behoud van fysieke en milieuruimte voor de industrie in de regio. Er zijn in de regio, - mede dankzij de inzet van Kamer Amsterdam - ook de nodige successen geboekt, bijvoorbeeld de samenwerking in de sector metaalelektro (IJmond/ Zaanstreek) en in de foodsector in de Zaanstreek (First in Food). In dit rapport wordt aangegeven dat andere accenten in het beleid van de Kamer van Koophandel en andere organisaties noodzakelijk zijn. Daarbij zal naar voren komen dat het er niet zozeer om gaat om nieuwe thema’s op te pakken, maar dat de Kamer samen met andere organisaties een meer actievere rol moet gaan spelen, op basis van prioriteiten die bepaald worden door bedrijven. De afgelopen decennia zijn onderdelen van de maakindustrie – vooral massaproductieactiviteiten – naar lage loon landen verplaatst, met name in Azië en Oost-Europa. Ook de Me-
Buck Consultants International
9
tropoolregio Amsterdam heeft hier mee te maken gehad. In de regio zijn echter nog tal van (hoogwaardige) productiebedrijven actief. Bovendien hebben industriële concerns ondersteunende diensten (handel, logistiek, marketing/sales, etc.) opgezet. De regio neemt dan ook nog steeds een goede positie in binnen internationale industriële voortbrengingsketens. Door op deze manier naar de industrie te kijken, kan ook worden onderbouwd dat elke baan in de industrie minimaal één baan elders in de economie creëert. En dat zijn vaak ook banen bij bedrijven die internationaal actief zijn en daardoor ook (samen met de industrie) de stuwende basis van de economie van de Metropoolregio versterken. Dat de maakindustrie nog steeds een sector van belang is in de Metropoolregio blijkt uit verschillende analyses in de volgende hoofdstukken. De huidige basis van de maakindustrie (in termen van vestigingen, werkgelegenheid, toegevoegde waarde, export) is geanalyseerd en vergeleken met 2000. Hieruit blijkt dat de sector met name in toegevoegde waarde is gegroeid. Daarnaast is de industrie sterk verankerd in een belangrijk deel van de clusters die in de Economische Strategie van de Metropoolregio zijn onderscheiden. Behalve via productieactiviteiten nemen industriële concerns in de Metropoolregio met handel en diensten rond industriële producten een belangrijke positie in binnen internationale voortbrengingsketens. Voor veel industriële bedrijven en dienstverleners is de Metropoolregio de European Business Hub. In dit rapport worden daarom verschillende categorieën bedrijven in industriële voortbrengingsketens onderscheiden. In deze waardeketenaanpak zit de basis voor een krachtig nieuw beleid dat Kamer van Koophandel Amsterdam ook een herkenbare en erkende positie kan geven in het veld met de vele organisaties die zich met economische vernieuwing bezighouden.
Leeswijzer De rest van dit rapport is als volgt opgebouwd. In Hoofdstuk 2 worden de resultaten van een Quick Scan van de industrie gepresenteerd. Hierbij is aandacht voor de positie, de omvang en trends van de maakindustrie in de Metropoolregio. Hoofdstuk 3 gaat in op de voorwaarden waaraan een modern industriebeleid moet voldoen, onder andere door het denken over de industrie in waardeketens toe te lichten. Het afsluitende hoofdstuk 4 schetst een actieplan voor de maakindustrie in de Metropoolregio met de bijbehorende rol van Kamer Amsterdam. In Bijlage 1 wordt de aanpak om te komen tot dit rapport uitgewerkt.
Buck Consultants International
10
2
Quick Scan Industrie
Om de omvang en dynamiek van de maakindustrie in de MRA goed in beeld te brengen, kan de verwevenheid van de industrie met de totale economie in de regio via een aantal schillen worden voorgesteld. De harde kern van de economie wordt gevormd door de maakindustrie zelf. De industrie maakt daarnaast deel uit van een grotere groep bedrijven die actief zijn in industriële voortbrengingsketens, waar bijvoorbeeld ook toeleveranciers en dienstverleners toe behoren (bijvoorbeeld ontwerpers, ingenieursbureaus, logistieke dienstverleners en handelsbedrijven). Deze industriële waardeketens spelen een belangrijke rol in de clusters die in de MRA aanwezig zijn en zoals die ook in de Economische Strategie van de Metropoolregio als speerpunten zijn benoemd. Ten slotte is er de rol van de industrie in de totale economie. Die rol is vooral gelegen in het innovatievermogen en de exportkracht van de industriële bedrijven. In de onderstaande figuur is dit schematisch weergegeven. Figuur 2.1 Maakindustrie, clusters en totale economie.
Totale economie Clusters PRES Industriële voortbrengingsketens
(Maak)industrie
Buck Consultants International
11
Omvang en trends van de industrie in de MRA De industrie neemt in de Metropoolregio Amsterdam nog steeds een belangrijke positie in (zie tabel 2.1). Het is een veelzijdige sector die goed is voor circa 10% van de werkgelegenheid en toegevoegde waarde en 40% van de exportwaarde van de regio. Tabel 2.1
Overzicht industrie MRA Aantal/ bedrag 2009
% van totaal MRA
Ontwikkeling sinds 2000
Vestigingen industrie MRA
9.500
5%
Groei (5%)
Werkgelegenheid industrie MRA Toegevoegde waarde industrie MRA in € (2008)
90.000
9%
Daling (16%)
8,9 miljard
10%
Groei (25%)
Exportwaarde industrie MRA in € 14 miljard Bron: BCI (2010) op basis van KvK, CBS en Valuator
40%
Onveranderd hoog
De industrie in de MRA heeft sinds 2000 een positieve ontwikkeling doorgemaakt. Dat is voor velen waarschijnlijk een verrassing. De groei van de industrie is met name zichtbaar in de kengetallen toegevoegde waarde en export. Een groei van 25% van de toegevoegde waarden in de periode 2000 – 2009 is substantieel (zie tabel 2.2). Dat resultaat is des te opmerkelijker om dat in diezelfde periode de werkgelegenheid daalde met 16%. Dat betekent dat de productiviteit per medewerker sterk gestegen is en dat veel ondersteunende activiteiten zijn uitbesteed in de regio. De groei van het aantal vestigingen is vooral het gevolg van de toename van het aantal ambachtelijke bedrijven in o.a. de meubel industrie. Een kanttekening hierbij is dat de maakindustrie in de MRA een kleiner aandeel van de regionale toegevoegde waarde en export voor zijn rekening neemt dan de industrie in Nederland als geheel. Het aandeel van de Nederlandse industrie in termen van toegevoegde waarde is 13,7% en het aandeel van de export is 58%. Dat deze cijfers in de MRA relatief lager zijn is een gevolg van de omvang van de toeristische sector in de regio en het feit dat de sectoren handel en logistiek en financiële en zakelijke dienstverlening in de MRA meer internationaal acteren dan in andere regio’s. Deze gegevens maken dat de industrie in de MRA in vergelijking met Nederland een kleiner aandeel heeft in de toegevoegde waarde en de export, maar het gaat in absolute termen wel om grote getallen. De cijfers uit tabel 1 vertellen nog niet het hele verhaal. Als er dieper op wordt ingezoomd dan blijkt ook dat:
De groei van de toegevoegde waarde, bij een daling van de werkgelegenheid, het resultaat is van een forse stijging van de arbeidsproductiviteit; Vooral de ambachtelijke, creatieve sectoren zowel qua vestigingen als werkgelegenheid gegroeid zijn. De overige bedrijfsklassen zijn in de afgelopen 10 jaar gekrompen als naar het aantal vestigingen en de werkgelegenheid wordt gekeken, maar wel gegroeid in export en toegevoegde waarde. Dit kan alleen met behulp van innovaties in productieprocessen en in waardeketens gerealiseerd zijn;
Buck Consultants International
12
Er sprake is van regionale spin-off van industrie. Uit wetenschappelijke studies blijkt dat de indirecte/afgeleide werkgelegenheid tenminste gelijk is aan de directe werkgelegenheid in de industrie. Deze zogenaamde multipliers van de industrie kunnen worden afgeleid uit onderzoeken van SIC (2003 en 2010) en BCI (2004). Ook aan de hand van lijsten van bedrijven die tot de industriële voortbrengingsketens behoren (toelevering van producten en diensten en handel van industriële producten), kan ook in de Metropoolregio worden onderbouwd dat naast de industrie net zoveel banen in de schil er om heen zijn te achterhalen in zogenaamde industriële voortbrengingsketens. Deze bedrijven moeten dan ook een plek krijgen in het nieuwe industriebeleid in de Metropoolregio; De sectoren chemie, food en metaal de export domineren. De exportwaarde van 14 miljard (door de hele industrie) is van groot belang voor de Metropoolregio; De maakindustrie in de MRA vertegenwoordigt 10% van de toegevoegde waarde in de regio en vormt de harde kern van innovatie en export in het merendeel van de clusters van de Economische Strategie van de Metropoolregio.
In tabel 2.2 worden de gegevens uit tabel 2.1 (vestigingen, werkgelegenheid en export) uitgewerkt per bedrijfsklasse van de sector industrie. Tabel 2.2
Aantal vestigingen, werkzame personen en exportwaarde per sector in de industrie, 2009
Werkzame Waarde export Cluster Vestigingen personen (in miljoen €) Verv. van voedings en genotsmidd 794 10.008 2.487 Verv. van textiel, kleding en leder/lederwaren 626 3.152 418 Houtindustrie en verv. hout, kurk, riet (geen meub.) 234 933 17 Vervaardiging van papier en karton 68 1.702 233 Uitgeverijen, drukkerijen en reprod. van opgenomen media 2.333 18.602 308 Aardolie- en steenkoolverwerkende industrie 11 304 743 Verv. van chem. en farmaceut. grondstoffen en producten 207 8.816 4.505 Verv. van producten met rubber en kunststof 149 1.752 232 Verv. van overige niet-metaalhoudende minerale prod. 249 1.359 25 Vervaardiging van metalen in primaire vorm 45 9.671 2.303 Verv. van producten van metaal (geen machines en appar.) 930 6.034 323 Verv. van computers en van elektr. en optische appar. 330 3.763 498 Verv. van overige machines en apparaten 541 7.514 954 Verv. van auto's , aanhangwagens en opleggers 68 475 68 Vervaardiging van overige transportmiddelen 481 3.074 442 Vervaardiging van meubels 1.242 2.911 54 Vervaardiging van overige goederen 930 8.521 157 Voorbereiding tot recycling 47 266 5 Aardolie- en aardgaswinning en dienstv. voor aardolie- en aardgaswinning 80 153 206 Productie en distributie van en handel in elektriciteit, aardgas en warm water 135 1.629 44 Totaal 9.500 90.639 14.022 Bron: BCI (2010) op basis van KvK-gegevens
Buck Consultants International
13
Vervaardiging van metalen in primaire vorm en voedings- en genotsmiddelen zijn wat betreft werkgelegenheid en exportwaarde belangrijke sectoren. De vervaardiging van chemische en farmaceutische grondstoffen is wat betreft export echter de grootste sector. De grafische sector is, gerekend naar het aantal vestigingen en werkzame personen, de grootste sector, maar speelt bij de export een bescheiden rol. Binnen de grote diversiteit aan maakindustrie in de Metropoolregio zijn verschillende bedrijfsklassen te onderscheiden, die sterk zijn vertegenwoordigd. In figuur 2.2 zijn de meest dominante weergegeven. Figuur 2.2 Sterk vertegenwoordigde bedrijfsklassen binnen de maakindustrie in de Metropoolregio
Creatief ambachtelijk Aerospace Klimaat- en regeltechniek
Maakindustrie MRA Metaal Chemie
Food
Media Fashion
Voor het mediacluster geldt dat die geconcentreerd voorkomt op de as Hilversum – Amsterdam – Haarlem. De overige bedrijfsklassen kennen veelal regionale zwaartepunten, zoals metaal in IJmond, food in de Zaanstreek, aerospace op Schiphol en creatieve/ambachtsindustrie in de binnensteden. De chemie (met al haar verschijningsvormen) kent een brede spreiding over de regio. De onderstaande kaart (figuur 2.3) geeft de verdeling van de industriële werkgelegenheid over de MRA weer.
Buck Consultants International
14
Figuur 2.3 Regionale spreiding industriële werkgelegenheid
3.679
14.170
10.154
7.002 26.113
17.651
10.088
Bron: BCI (2010) op basis van KvK-gegevens
Tabel 2.3 geeft een overzicht van de macro-economische cijfers in Nederland in de afgelopen drie crisisjaren. Wat opvalt is dat de uitvoer na een flinke dip in 2009 inmiddels weer flink aan het groeien is en daarmee een substantiële bijdrage levert aan de Nederlandse economie. Bedrijfsinvesteringen krabbelen langzaam weer op, net als particuliere consumptie. De overheidsinvesteringen, die de afgelopen jaren nog groeiden, zullen de komende periode waarschijnlijk gaan dalen als gevolg van aangekondigde bezuinigingen. Tabel 2.3
Groei van de motoren van de economie in Nederland 2008
2009
2010 I
2010 II
2010 III
Particuliere consumptie
1,6%
-2,5%
-0,7%
0,1%
0,6%
Bedrijfsinvesteringen
5,1%
-12,7%
-11,7%
-4,2%
-3,0%
Overheidsbestedingen
2,5%
3,7%
2,1%
1,7%
1,8%
Uitvoer
2,8%
-7,9%
9,5%
12,2%
10,8%
Voorraadvorming
0,3%
-0,7%
0,8%
0,4%
-0,1%
Bron: CBS 2010
Al met al zet de industrie de afgelopen jaren een sterke prestatie neer en levert ze een substantiële bijdrage aan de economie in de MRA. Voor 2011 zijn de verwachtingen voor de investeringen in de industrie (zeer) positief (CBS 2010). Na jaren van verminderde investeringen zal er in 2011 door de industrie weer worden geïnvesteerd in vervangings- en uitbreidingsinvesteringen. Voor de Nederlandse industrie is de Europese markt veruit het belangrijkst. Het is dan ook goed om te kunnen constateren dat de particuliere consumptie naar verwachting op de belangrijkste thuismarkt (Noordwest Europa) een lichte groei zal
Buck Consultants International
15
laten zien. De export blijft de motor van de groei waarbij de Europese thuismarkt bepalend zal zijn, maar een minderheid van de industrie is ook succesvol in andere continenten (VS en Azië en ook in enkele BRIC-landen). Deze bedrijven staan volgens ondernemers nu nog onvoldoende op het netvlies van diverse intermediaire organisaties. Uit diverse verkenningen (van het CPB, OESO en OECD) blijkt dat de groei van de Nederlandse economie in de komende jaren beperkt zal zijn en zal schommelen tussen de 1 en 2% en dat die groei onveranderd zal voortkomen uit de sterke exportpositie. Die sterke positie zorgt er ook voor dat Nederland, ondanks hoge staatsschulden, relatief gemakkelijk in staat is om aan die verplichtingen te voldoen. Het is goed om te beseffen dat de industrie de basis vormt voor de export. Zeker voor Kamer van Koophandel Amsterdam, als instituut dat een rol speelt in de export van bedrijven, is het zaak om meer inzicht te hebben in de bedrijven die exporteren en met name die bedrijven die er nog steeds in slagen hun exportwaarde te vergroten. Kamer Amsterdam moet weten welke bedrijven dit zijn en in welke waardeketens zij actief zijn.
Maakindustrie van belang voor clusters MRA In de Economische Strategie van de Metropoolregio worden 8 internationaal onderscheidende clusters onderscheiden. In de onderstaande tabel zijn de totale aantallen werkzame personen per cluster opgenomen en daarbij beschreven welk percentage daarvan tot de industrie worden gerekend. Hieruit blijkt dat de industriële sector een significant onderdeel uitmaakt van diverse clusters van de Economische Strategie van de Metropoolregio. Daarnaast zijn industriële bedrijven ook van groot belang (als klant of toeleverancier) voor bedrijven in het cluster financiële en zakelijke dienstverlening en handel en logistiek. Tabel 2.4
Werkgelegenheidsaandeel industrie in clusters van de Economische Strategie Metropoolregio Industrie 10.299
Totaal 29.980
Percentage 34%
Life sciences
3.338
11.494
29%
ICT
19.987
96.514
21%
Creatieve industrie
12.488
64.552
19%
450
14.543
3%
Fin+ zakelijke dienstverlening
0
163.028
0%
Handel+logistiek
0
179.961
0%
Toerisme+congres
0
98.732
0%
46.708
661.499
7,1%
Food
Flowers
Totaal Bron: BCI (2010) op basis van KvK-gegevens
Echter, het is te beperkt om alleen te kijken naar het aandeel van de industrie in deze clusters. Aanvullend hierop zijn er tussen de industrie en bedrijven in de diverse clusters namelijk andere economische relaties. Een voorbeeld hiervan zijn de uitbestedingsrelaties tussen de industrie en de financieel en zakelijke dienstverlening (juridisch, administratief, etc.). Het Buck Consultants International
16
belang van de industrie voor de clusters van de Metropoolregio kan ook als volgt worden aangegeven:
Hoewel de sector financiële en zakelijke dienstverlening zelf geen industriële bedrijven omvat, haalt een belangrijk deel van deze sector haar omzet uit de industriële bedrijven en bedrijven die toeleveren aan de industrie of industriële producten verhandelen. In het ICT cluster is een belangrijk deel van de toegevoegde waarde afkomstig van de eindassemblage en handel in hardware. Bovendien is het ICT-cluster voor een belangrijk deel van haar omzet afhankelijk van de industrie. In de creatieve industrie wordt steeds duidelijker dat van ontwerpen en design alleen geen omvangrijke economie kan ontstaan. Daarvoor zijn echte brands met een gevarieerd productenpakket nodig, waartoe productie essentieel is. In de combinaties tussen creatieve industrie en de ‘echte’ (producerende) industrie zijn nog veel vernieuwende dwarsverbanden te leggen. Het cluster handel en logistiek is nauw verweven met de diverse industriële branches. Het gaat hierbij om de af- en behandeling van fysieke producten. Bedrijven in de handel en logistiek zelf vallen echter niet binnen de industrie. Voor het life sciences cluster in de Metropoolregio geldt dat het accent wordt gelegd op spin-offs van de universiteiten, waarbij echter niet vergeten moet worden dat met name pharma bedrijven in de regio nu al miljarden toegevoegde waarde realiseren. Voor food geldt dat in de Metropoolregio aangetoond kan worden dat de industriële basis hier overduidelijk aanwezig is.
Uit deze toelichting op tabel 2.4 blijkt dat bij de afbakening van belangrijke clusters voor de Metropoolregio niet alleen naar werkgelegenheid moet worden gekeken (gebaseerd op sectoren), maar dat relaties tussen sectoren in de diverse waardeketens (rond industriële producten) een betere invalshoek vormen voor het economische beeld.
Buck Consultants International
17
3
Naar een modern industriebeleid
De waarde van de industrie Sinds de oorlog is de groei van de Nederlandse economie gestaag afgenomen, met in 2009 zelfs een negatieve groei. Opmerkelijk is ook de ontwikkeling van de beroepsbevolking. Het aantal werkzame personen is niet het sterkst gegroeid in de jaren vijftig en zestig, maar vooral in de jaren negentig (mede door parttime werk en de invloed van de uitzendbranche). Interessant is ook de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit, waarvan de groei ondanks de automatisering - in de loop van de decennia is teruggelopen. Na de oorlog is in eerste instantie tijdens de industrialisatie de productiviteit fors toegenomen. Ondanks het intreden van de kenniseconomie (ICT) is de groei van de arbeidsproductiviteit nooit meer in de buurt gekomen van de naoorlogse situatie. Een deel van de lagere productiviteitstoename in de laatste decennia kan worden toegeschreven aan de snelle groei van het aantal banen in de detailhandel, zorg en overheidsdiensten en de daling van de werkgelegenheid in de industrie. Voor de komende jaren wordt een beperkte groei van de productiviteit en dus ook van de economie verwacht. Tabel 3.1
Gestaag afnemende groei van de arbeidsproductiviteit in Nederland Periode Groei BNP % 1949-1956 5,3 1957-1965 4,4 1966-1973 4,9 1974-1980 2,4 1981-1990 2,0 1991-2000 3,0 2001-2008 1,9 2009-2010 -2,2 Bron: CBS, 2010
Groei beroepsbev. % 0,7 1,1 0,7 0,8 0,4 2,1 1,0 0,1
Arbeidsprod. % 4,4 3,6 Industrialisatie 5,2 2,3 Transitie 1,9 1,5 2,0 Kennis-/diensteneconomie 1,4
Het belang van bedrijven die in staat zijn te innoveren, exporteren en daardoor een productiviteitsstijging realiseren wordt momenteel (landelijk en regionaal) onderschat. Deze bedrijven vormen de stuwende kracht achter de regionale economie. Op dit moment bestaat onvoldoende inzicht in welke bedrijven dit zijn en of deze optimaal gefaciliteerd worden. Het beeld van de economische ontwikkeling in Nederland en in de Metropoolregio is tot op heden te veel gedomineerd door de ontwikkeling van werkgelegenheid en werkloosheid. In internationaal perspectief zijn deze cijfers voor Nederland en voor de regio relatief gunstig. Er is echter onvoldoende zicht op het scheppend vermogen van de nationale en regionale economie: in welke waardeketens zijn wij als land of als regio in staat om in het buitenland geld te verdienen en is de positie van exporterende bedrijven in deze waardeketens voldoende robuust?.
Buck Consultants International
18
Bedrijven in de maakindustrie worden van oudsher ingedeeld in specifieke industriële branches. Men spreekt bijvoorbeeld van dé metaalindustrie of dé grafische industrie. Belangen van bedrijven in deze bedrijfstaken worden vooral behartigd door brancheorganisaties. Deze brancheorganisaties dragen zorg voor onderlinge contacten binnen de betreffende bedrijfstak. Om vernieuwing in de industrie verder te stimuleren, dienen de zakelijke relaties tussen industriële ondernemingen en hun afnemers en toeleveranciers versterkt te worden. Een duidelijke positie van industriële bedrijven in waardeketens en netwerken is essentieel om de concurrentiepositie van de maakindustrie te versterken en innovatie te bevorderen. Voorbeelden hiervan zijn bedrijven in basismateriaal, automotive-suppliers en autofabrikanten die samen één keten vormen. Dit geldt ook voor ontwerpers, grafische bedrijven, verpakkingsbedrijven en retail in de verpakkingsketen. Het gaat dus om industriële bedrijven die samen met toeleveranciers, afnemers, dienstverleners en kennisinstellingen een waardeketen vormen gericht op groei en innovatie.
Trends in de maakindustrie De maakindustrie is de afgelopen twintig jaar aan veel veranderingen onderhevig geweest. De industrie heeft te maken gehad met een stevige internationale concurrentie, de uitbestede productie naar lagelonenlanden en de steeds verdergaande automatisering. Ook voor de komende jaren staat de maakindustrie voor de volgende grote uitdagingen:
Bedrijven zullen zich nog meer richten op hun kernactiviteiten. Dit betekent dat bedrijfsonderdelen die niet daartoe behoren (in de regio) uitbesteed worden. Daarnaast zullen arbeidsintensieve productieprocessen, voor zover dit de afgelopen jaren al niet heeft plaatsgevonden, verplaatst worden naar lagelonenlanden in Azië en Oost-Europa. Als gevolg van outsourcing zijn industriële bedrijven meer afhankelijk geworden van andere partijen in de keten, zoals toeleveranciers, dienstverleners en andere ondersteunende bedrijven. Waar zij voorheen alleen de keten beheersten, zijn zij nu ‘slechts’ een belangrijke schakel in de keten. De komende tijd wordt daarom van de maakindustrie verwacht nog meer in waardeketens samen te werken, internationaal, maar ook in de regio. Door schaalvergrotingen (fusies en overnames) en concentraties is het internationale speelveld drastisch veranderd. Belangrijke beslissingen worden vaak niet meer in de regio genomen. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld Tata, Cargill, Tate&Lyle, Canon, Hitachi, etc. Tegelijkertijd zien we dat hoofdkantoren, marketing kantoren en distributiecentra van internationale industriële concerns nog steeds voor de regio kiezen. Verdergaande automatisering van productieprocessen en logistieke ketens leidt nog steeds tot een stijging van de arbeidsproductiviteit. Noodzaak voor continue innovatie. Innovatie vormt de kern van productiviteitsstijging en maatschappelijk verantwoord ondernemerschap (duurzaamheid). Industriële bedrijven in de regio kunnen namelijk niet (alleen) concurreren op kosten, zij moeten constant voorop lopen. Daarin slagen zowel bedrijven in de procesindustrie (basismetaal, chemie, food), als bedrijven die een eigen industriële systemen of machines ontwikkelen. Daarnaast geldt dat vele uiteenlopende dienstverleners (ICT, technisch ontwerp, logistiek, juridisch, financieel, etc.) internationaal opereren en daarmee een efficiënt en hoogwaardig business services netwerk kunnen bieden aan de maakindustrie.
Buck Consultants International
19
Europa (de EU) is belangrijker geworden voor bedrijven. Zeker in tijden van economische recessie zijn sommige landen bereid fors te investeren in hun eigen industrie (bijv. Frankrijk). In Nederland is dit niet aan de orde. Maar naast investeringen in innovatie is het misschien nog wel belangrijker dat er een ‘level playing field’ op het gebied van o.a. milieuwetgeving gaat ontstaan, waarbij steeds weer de indruk bestaat dat in Nederland regels strenger worden gehandhaafd dan in menig ander Europees land. De toenemende aandacht voor duurzaamheid in de afgelopen jaren biedt zeker kansen voor de maakindustrie in de vorm van nieuwe (biobased) producten en verduurzaming van industriële processen. Voorbeelden in andere Europese regio’s (bijv. Stockholm, Eindhoven, Stuttgart en München, etc.) leren dat als regio’s er in slagen vernieuwingen en veranderingen in de maakindustrie goed te faciliteren, dit tot een sterke groei van toegevoegde waarde en export leidt. Dat faciliteren door overheden en intermediaire organisaties (zoals de Kamer van Koophandel en branche organisaties) zit vooral in het kennen van de bedrijven (met groeipotenties of met problemen), bedrijven uit dezelfde waardeketen bijeen te brengen om innovaties te stimuleren, hen te helpen met de instroom van voldoende personeel en maatwerk te leveren in het kader van milieu- en RO-regelgeving
Voorbeeld grafische industrie Met ruim 2.300 vestigingen en 18.000 arbeidsplaatsen is de grafische industrie goed voor circa een kwart van de industriële bedrijven en 25% van de industriële werkgelegenheid in de Metropoolregio. De branche is vooral gericht op de regionale en nationale markt en minder internationaal georiënteerd dan sommige andere industriële bedrijfsklassen. Door ontwikkeling van nieuwe technieken en snellere apparatuur opereert de branche steeds efficienter. Tegelijkertijd verandert de markt snel, omdat communicatie steeds minder via papier plaatsvindt en meer via internet en mobiel. Bovendien bieden moderne hard- en software aan bedrijven en particulieren zelf de mogelijkheden om drukwerk te verzorgen. Grafische bedrijven moeten dus op zoek naar andere manieren om waarde aan hun producten toe te voegen. De eigen investeringen in nieuwe technologie en productenaanbod en de toenemende concurrentie van andere communicatievormen resulteren in een steeds hoogwaardiger bedrijfstak, maar ook in overcapaciteit. Bedrijven zijn genoodzaakt tot een strategische heroriëntatie, met aandacht voor verbreding van de dienstverlening, nieuwe technologische mogelijkheden, versterking van de marketingfunctie, etc.. Dit vergt nieuwe vormen van samenwerking in de keten, niet alleen met toeleveranciers, maar vooral ook met ontwerpers, andere dienstverleners, multimediabedrijven en klanten. Ondanks de overcapaciteit hebben veel bedrijven te maken met een gebrek aan goed opgeleid personeel. Ondanks recente initiatieven om grafische opleidingen te versterken, geniet de branche nog onvoldoende belangstelling bij de jeugd om in de vraag te kunnen voorzien. Net als de rest van de industrie heeft deze branche te maken met een imagoprobleem (“vieze handen”, terwijl dit al lang niet meer zo is). De noodzakelijke strategische heroriëntatie en aanpak van gemeenschappelijke knelpunten als onvoldoende arbeidsaanbod vragen om meer samenwerking, zowel in de keten als in de branche zelf. Brancheorganisaties opereren op landelijk niveau, maar er is daarnaast behoefte aan samenwerking met regionale partners (zowel binnen als buiten de branche) om zakelijke netwerken uit te bouwen en de concurrentiepositie te versterken. Hierbij kan de Kamer van Koophandel, samen met andere partijen, een rol spelen. Bron: Workshop grafische industrie, Haarlem 5 november 2010
Buck Consultants International
20
Denken in waardeketens Voor Kamer van Koophandel Amsterdam, brancheorganisaties, Syntens en ondernemersverenigingen in de Metropoolregio Amsterdam vergt dit een andere manier van werken. Waar voorheen de nadruk lag op het ondersteunen van een bedrijfstak, ligt tegenwoordig de nadruk op de totale waardeketen, waarbij alle activiteiten in de keten een rol speelt. In de waardeketen kunnen vier typen bedrijven onderscheiden worden:
Basisindustrie Zelfscheppend (met eigen eindproducten) Toeleveranciers van industriële producten Dienstverleners in de waardeketen
In de onderstaande figuur worden de relaties tussen de typen bedrijven weergegeven. Het SIC (2010) constateert dat ‘industriële bedrijven steeds meer opschuiven naar leveranciers van slimme productdienstcombinaties om daarmee te toegevoegde waarde te creëren voor klanten en zich onderscheiden van de concurrentie’. Voor een sterke maakindustrie is het essentieel dat met name de basisindustrie en de zelfscheppende bedrijven sterk verankerd zijn in de regio. Als het met deze bedrijven voor de wind gaat, dan heeft dit ook positieve gevolgen voor de ondersteunende diensten (toeleveranciers en dienstverleners). Figuur 3.1 Typen bedrijven in de keten
A Basis
B Zelfscheppend
Milieuruimte/ Internationale concurrentie
Innovatie/ marktbewerking Vestigingsklimaat
C Toeleveranciers
D Dienstverleners
Vestigingsklimaat Netwerken
Vestigingsklimaat Netwerken Handelsbevordering
De Metropoolregio huisvest bedrijven in alle vier categorieën. De kennis over de verschillende categorieën en hun onderlinge relaties is beperkt. Van de basisindustrie bestaat een goed beeld. Het gaat hier veelal om grote bedrijven (vaak beursgenoteerde) die regelmatig in het nieuws zijn met een accent op milieuruimte / internationale concurrentie. Er is nu in de meeste deelgebieden voldoende fysieke ruimte (vestigingslocaties) in de regio Amsterdam. De basisindustrie heeft echter voldoende milieuruimte nodig om te kunnen voortbestaan en vernieuwen. De omvang van de bedrijven in de basisindustrie (groot; beursgenoteerd) maakt dat de scope van deze bedrijven mondiaal is. Concurrentie vindt dan ook op internationaal schaalniveau plaats.
Buck Consultants International
21
Van de andere categorieën bestaat een minder volledig beeld. De box op de volgende pagina geeft een overzicht van (vooral) grote bedrijven in de waardeketen. Echter, met name in de categorieën B, C en D zijn naast grote, ook vele tientallen MKB-bedrijven actief met een internationale actieradius die bij overheden en intermediaire organisaties niet op het netvlies staan. Modern industriebeleid vergt ook dat er aandacht is voor ingenieursbureaus, handelsvestigingen van industriële multinationals en hoogwaardige dienstverleners. Dergelijke bedrijven zijn actief op internationale markten en zien en benutten de regio als European Business Hub. Dat laatste is dus niet alleen aan de orde in het vaak genoemde segment van de Europese hoofdkantoren en de creatieve industrie, maar ook de maakindustrie ziet de Metropoolregio als een hub voor haar Europese en soms ook mondiale activiteiten. Van groot belang in bovenstaande figuur zijn de onderlinge relaties tussen de verschillende typen bedrijven. In een waardeketen komen bedrijven voor uit alle vier de typen. Het is dus van belang over de grenzen van de categorieën heen te kijken en te bezien wat de relaties tussen verschillende typen bedrijven zijn. Zoals te zien in figuur 3.1, zijn alle typen bedrijven met elkaar verbonden; deze samenhang is de basis voor waardeketens. Bedrijven in de basisindustrie leveren input voor zelfscheppende en toeleverende bedrijven en ontvangen input van dienstverleners. Zelfscheppende bedrijven krijgen input van alle drie de andere typen, maar leveren ook producten aan toeleveranciers en dienstverleners. Toeleveranciers leveren producten aan zelfscheppende en dienstverlenende bedrijven en ontvangen input van alle drie de andere typen bedrijven. Tot slot leveren dienstverleners diensten aan alle andere typen bedrijven. Sommige bedrijven zijn in meerdere van deze typen bedrijven actief.
Buck Consultants International
22
Box: Overzicht van bedrijven in de verschillende categorieën van de waardeketen
A
Basisindustrie
B
Zelfscheppend/Eindproducten
C
Toeleveranciers
D
Dienstverleners
Perspectiefvolle waardeketens De Metropoolregio Amsterdam moet daarom een duidelijke keuze maken op welke waardeketens de komende jaren ingezet moet worden. Perspectiefvolle waardeketens, die uit de gesprekken naar voren zijn gekomen, zijn:
Basismetaal en metaalelektro (basisproducten, machinebouw, industriële systemen) Procesindustrie/ klimaat- en regeltechniek (procesindustrie, klimaatneutraal ontwerpen) Food (basisproducten, eindproducten, toelevering, diensten) Aerospace (MRO, eindassemblage, distributie spareparts) Fashion (ontwerp, prototyping, marketing, handel) Fijnchemie / Pharma (basisproducten, research, eindproducten)
Buck Consultants International
23
Een andere perspectiefvolle waardeketen is design en ambachtelijke productie. Vanuit de industrie is meerdere malen opgemerkt dat dit cluster al voldoende aandacht heeft via diverse projecten en organisaties. Men beschouwt dit niet als een harde industriële sector die veel exporterend en stuwend vermogen heeft. De creatieve industrie is echter wel van belang om vernieuwing en anders denken in bovengenoemde waardeketens te stimuleren. Innovatie is naast technologische vaak ook sociale innovatie, doordat onverwachte ontmoetingen tot nieuwe inzichten leiden. Met name in de waardeketens fashion, multimedia en food zou dit van belang kunnen zijn.
Naar een modern industriebeleid In het algemeen is de relatie tussen de industrie en de diverse overheden sinds 2000 verbeterd. Industriële bedrijven stonden aan het eind van de jaren negentig niet op het netvlies van de overheid, wat bleek uit relatief weinig aandacht in plannen en programma’s. Er was een sterke oriëntatie op zakelijke diensten en ICT. Bij bedrijven was het in de mode om stevig af te geven op de overheden. Problemen waar ondernemers tegenaan liepen, waren bijvoorbeeld onvoldoende fysieke ruimte (uitbreidingsruimte), onvoldoende milieuruimte, een verslechterende bereikbaarheid en een gebrek aan goed opgeleid en gemotiveerd personeel. Dit heeft zijn weerslag gevonden in het industriebeleid van de afgelopen tien jaar. In tabel 2 is samengevat welke dynamiek er in de verschillende onderdelen van de bedrijfsomgeving hebben gespeeld sinds 2000 en wat de situatie op dit moment is. Tabel 3.2
De ontwikkeling van de bedrijfsomgeving van de industrie in Nederland Afgelopen 10 jaar
Nu en komende jaren
Bedrijfsomgeving
Fysieke ruimte Milieuruimte
Milieuruimte nog groter probleem
Arbeidsmarkt
Veel initiatieven
Probleem is vergroot
Innovatie
Sleutelgebieden Regionale initiatieven
Generiek Topgebieden
Ondernemerschap
Veel initiatieven Versnippering
Shake out Herbezinning
Handelsbevordering/ acquisitie
Te divers/weinig focus
Focus op inkomend en handel/export
Imago/promotie
Veel gedaan Imago goed
Nu nog de doelgroepen bereiken
Bedrijfsomgeving In de afgelopen 10 jaar lag de nadruk op ruimtebehoefte van bedrijven. Er moesten nieuwe terreinen gereserveerd en aangelegd worden en altijd was er vraag naar fysieke ruimte. Daarnaast speelde ook de afgelopen jaren de beschikbare milieuruimte een belangrijke rol. Dit beeld is nu anders: er zijn voldoende locaties waar bedrijven zich kunnen vestigen. Milieuruimte is echter een nog belangrijker punt geworden. In een verduurzamende economie is milieuruimte om te kunnen blijven investeren cruciaal. Ook is Europa (de EU) belangrijker Buck Consultants International
24
geworden voor bedrijven en zullen in de toekomst flinke stappen gezet moeten worden in de richting van een level playing field. Arbeidsmarkt De afgelopen tien jaar is de vraag naar goed geschoold personeel constant aanwezig geweest. Overheden en kennisinstellingen werden verantwoordelijk gehouden voor het zorgen voor personeel met de juiste competenties. Het onderwijs sloot echter niet aan op de vraag vanuit het bedrijfsleven. Ondanks de inspanningen op nationaal en regionaal niveau (o.a. Stichting Beta Techniek, initiatieven met hogescholen en ROC´s in de regio) is de spanning op de regionale arbeidsmarkt alleen maar groter geworden (meer vraag naar technische arbeidskrachten dan het beschikbare aanbod op alle opleidingsniveaus). Bedrijven zullen in de komende jaren scherper moeten aangeven aan welke kwalificaties werknemers moeten voldoen en zij zullen meer moeten investeren in beroepsoriëntatie, stages en bijscholing van werknemers. Innovatiestimulering De afgelopen jaren is op nationaal niveau de industrie onmiskenbaar hoger op de agenda van het Rijk gekomen. Voorbeelden hiervan zijn de Industriebrieven, de aandacht vanuit het voormalige Innovatieplatform en de FES-middelen voor diverse R&D-trajecten. Er is een beweging ingezet in de richting van regiostimulering via het programma ‘Pieken in de Delta’, waarin regionale speerpunten extra ontwikkeld dienden te worden. De huidige regering heeft dit programma drastisch aangepast en innovatiestimulering vindt vanaf nu meer generiek plaats (via fiscale maatregelen zoals WBSO) en via zogenaamde ‘topgebieden’. De toenemende aandacht voor duurzaamheid in de afgelopen jaren biedt zowel kansen als bedreigingen voor de industrie. Kansen in de vorm van nieuwe (biobased) producten, verduurzaming van processen, nieuwe afzetmarkten etc. Bedreigingen in de vorm van strengere milieueisen. Ondernemerschapsbevordering De afgelopen 10 jaar zijn in de regio een hoop nieuwe initiatieven ontstaan om ondernemerschap te stimuleren. Het grote aantal initiatieven en intermediaire organisaties werkt niet altijd effectief en efficiënt. Er is behoefte aan een heldere afbakening van taken en werkzaamheden tussen de diverse organisaties om ontwikkelingen en kansen van bedrijven beter te faciliteren. Ondersteuning van bedrijven dient beter op elkaar te worden afgestemd. Bedrijfsnetwerken zelf hebben zich steeds meer gericht op het internationale én (sub)regionale schaalniveau. Juist op dat regionale schaalniveau kan namelijk voortgang geboekt worden met en meerwaarde behaald worden uit open innovatie, clustervorming en specifieke gebiedsontwikkelingen (bijvoorbeeld in de vorm van co-siting rond procesindustrie en energie-opwekking of in de vorm van campussen). Handelsbevordering Handelsbevordering en acquisitie hebben de afgelopen 10 jaar plaats gevonden vanuit verschillende organisaties en bedrijven. Hierdoor is er weinig focus ontstaan en heeft er te weinig gerichte acquisitie plaats gevonden.
Buck Consultants International
25
Imago Er is de afgelopen jaren veel gedaan op het gebied van promoten van de maakindustrie wat heeft geleid tot een goed imago van de maakindustrie. Echter, de juiste doelgroepen (bijv. jongeren) zijn hier nog niet volledig mee bereikt. Dit is de uitdaging voor de komende 10 jaar. Deze nationale ontwikkelingen hebben de volgende weerslag gehad op de industrie in de regio Amsterdam. Hieronder wordt specifieker ingegaan op de situatie in de Metropoolregio.
Ondanks de pogingen op nationaal niveau om meer aandacht aan de industrie te geven, is deze kentering in de Metropoolregio onvoldoende zichtbaar en merkbaar geworden. Nog steeds staan met name gemeentebesturen ver van de industrie af en dat geldt ook voor de gemeenteraden. Bij weinigen is bijvoorbeeld bekend dat op veel bedrijventerreinen in de regio er nauwelijks nog milieuruimte is voor bedrijven om door te kunnen groeien, terwijl er nu wel voldoende bedrijventerreinen zijn. Voor wat betreft Europa is het nog onduidelijk wat vanuit de Metropoolregio gedaan moet worden in aanvulling op initiatieven van het Rijk en brancheorganisaties. Feit blijft wel dat voor de komende jaren het belang van Europa alleen maar toeneemt (voor regelgeving en voor innovatiegelden). De in de Metropoolregio recent (laatste 4 jaar) ingezette veranderingen ten gunste van het regionaal economisch beleid (zoals de gezamenlijke economische agenda, samenwerking op het gebied van acquisitie in Amsterdam in Business en samenwerking op het gebied van innovatie via Amsterdam Innovatie Motor), staan nu onder druk (zowel nationaal als regionaal) door de aangekondigde bezuinigingen. Er is in de Metropoolregio nog geen zicht op verbetering in de arbeidsmarktsituatie en dat betekent dat beroepsvoorlichting, open dagen bij bedrijven en het opzetten van bedrijfsscholen onveranderd door moeten gaan. Voor de Metropoolregio geldt dat er veel aandacht is voor internationale acquisitie en het versterken van de relaties met buitenlandse regio´s (Amsterdam in Business, Amsterdam Airport Area). De aandacht richt zich daarbij vooral op internationale kantoren en distributie. Van een aanpak gericht op bedrijven in industriële voortbrengingsketens is nog onvoldoende sprake. Dat geldt zowel voor het aantrekken van investeringen naar de regio als voor het verbeteren van handelsrelaties met buitenlandse regio´s. Wat de behoefte en kansen zijn in deze van de maakindustrie in de Metropoolregio is nog onvoldoende scherp bekend. Door ondernemers in de Metropoolregio is in het kader van dit project regelmatig opgemerkt dat het imago voor techniek en van hun bedrijven op zich niets mis is, maar in de beroepskeuze speelt de maakindustrie bij het merendeel van de jongeren geen doorslaggevende rol. Hier zal nog veel meer dan nu door bedrijven, overheden, onderwijs en intermediairs in geïnvesteerd moeten worden. Voor wat betreft duurzaamheid zijn in de Metropoolregio de kansen onvoldoende scherp in beeld. De regio is zeker geen koploper in Nederland en Europa wat betreft duurzame energie, energiezuinige processen en groene industrie (biobased producten), terwijl er wel bedrijven zijn die (op onderdelen) een belangrijke invulling hieraan zouden kunnen geven. Deze bedrijven zouden of in de regio met elkaar aan de slag moeten, of zich moeten aansluiten bij netwerken elders in Nederland.
Buck Consultants International
26
De nationale opleving van industriebeleid is aan de Metropoolregio voorbijgegaan. De aandacht is er onvoldoende geweest bij de uitwerking van de Economische Strategie van de Metropoolregio. Onduidelijk is bovendien of de regio in het huidige kabinet (bij de invulling van de Topgebieden) wel stevig gepositioneerd is. De Kamer van Koophandel zal die positionering moeten agenderen op Rijksniveau en in de Metropoolregio (in het kader van de Economic Development Board).
De komende jaren valt er echter niet veel van het Rijk te verwachten. De huidige regering bepleit vooralsnog een ‘groen industriebeleid’ alleen met de mond. Het Rijk heeft nog weinig stimulerende instrumenten/middelen voor innovatie in het vooruitzicht gesteld. Het Rijk gaat twee mogelijke richtingen uit:
algemene strategie groen industriebeleid met veel aandacht voor duurzame energie (wind, zonne-energie, algen) specifiek: Topgebieden voor Nederland. (Deze zijn nog niet bekend, maar gedacht wordt aan chemie, food, logistiek, high tech systems, life science, etc.). Dit betekent dat de Metropoolregio zich in 2011 op die topgebieden moet richten en daarbij soms ook de samenwerking met andere regio’s moet intensiveren.
Ondernemers zullen het de komende jaren zelf moeten regelen. Het heeft geen zin te wachten op overheidsinitiatieven. Lokale en regionale overheden zullen samen met intermediairs een faciliterende rol kunnen spelen en zullen maatwerkoplossingen moeten bieden. Het is daarom van belang dat het Actieprogramma in het volgende hoofdstuk, dat tot stand is gekomen door gesprekken met ondernemers in de maakindustrie, ook concreet wordt opgepakt.
Buck Consultants International
27
4
Actieplan maakindustrie in MRA
Het belang van een krachtige maakindustrie in de Metropoolregio is aangetoond. Met ‘slechts’ 5% van het aantal bedrijfsvestigingen in de MRA wordt circa 10% van de totale toegevoegde waarde en zelfs 40% van de totale exportwaarde gerealiseerd1. De maakindustrie is hiermee de harde kern van het stuwend vermogen van de economie in de Metropoolregio Amsterdam. Behoud van een krachtige maakindustrie is dus niet alleen essentieel voor de sector zelf, maar ook voor de hele regionale economie. De maakindustrie is sterk, maar kan dit niet alleen. De regio, maar zeker ook de Kamer van Koophandel Amsterdam, kunnen een bijdrage leveren door de ambities en doelstellingen in de sector te ondersteunen en faciliteren. Om de positie van de maakindustrie in de Metropoolregio te behouden en te versterken wordt een aantal ambitieuze, maar geen onrealistische ambities nagestreefd. In 2020 is de totale toegevoegde waarde van de industrie in de Metropoolregio Amsterdam gegroeid (van nu 9 miljard) naar 11 miljard euro en is de exportwaarde van de sector gestegen (van nu 14 miljard) naar 16 miljard euro. Ondanks de stijgende arbeidproductiviteit blijft het aantal arbeidsplaatsen in de sector constant. De effecten van outsourcing en automatisering hebben langzamerhand minder effect, maar dat verlies kan worden gecompenseerd door de groei van waardeketens met kansen. Meer investeringen in innovatie. Innovatie vormt namelijk de kern van productiviteit en ondernemerschap: “innovate or die”. Hier is zeker sprake van in West-Europa, waar niet op kosten geconcurreerd kan worden, waardoor industriële bedrijven constant vooraan moeten lopen (innoveren). De Kamer van Koophandel pleit daarom voor investeringen en projecten op het gebied van open innovatie en clusterontwikkeling (op regionaal niveau). Ondanks dat in het huidige regeringsbeleid hier weinig aandacht voor is, moet deze lacune worden ingevuld (SER, 2010). De regio is hier aan zet. De Kamer zal daarom de maakindustrie als achtste cluster toevoegen aan Economische Agenda van de Metropoolregio en zal dit achtste cluster gaan trekken.
Wat moet er gebeuren? De maakindustrie is een belangrijk stuwend onderdeel van de economie in de Metropoolregio. Om deze brede en sterke basis te behouden en te versterken zijn de volgende extra inspanningen nodig in de Metropoolregio in de komende jaren van de maakindustrie, overheden en intermediaire organisaties: 1
Deze cijfers liggen op een substantieel hoger niveau als in de statistieken ook rekening wordt gehouden met toeleveranciers van producten en diensten in industriële waardeketens.
Buck Consultants International
28
Investeren in maatwerkoplossingen voor de fysieke en milieuruimte voor de maakindustrie, Investeren in beroepsvoorlichting en het middelbaar onderwijs, zodat de instroom in technische beroepen toeneemt, Stimuleren van innovatie door bedrijven in de regio deel uit te laten maken van het nieuwe innovatiebeleid van het Rijk (de zogenaamde Topgebieden) en de EU (Europa 2020), maar ook door in het regionale beleid in de Metropoolregio in de clusters die zijn onderscheiden gebruik te maken van het scheppend vermogen van de maakindustrie en er het cluster ‘maakindustrie’ aan toe te voegen, In de diverse handelsmissies vanuit de regio meer aandacht te besteden aan het industriële MKB dat ook actief is in andere continenten en in het acquisitiebeleid ook na te gaan of nieuwe productiebedrijven of vestigingen van internationale industrieconcerns (handel, logistiek, financieel) aangetrokken kunnen worden, Onveranderd, en misschien nog wel meer dan nu al het geval is, te investeren in het verbeteren van het imago van de maakindustrie richting verschillende doelgroepen (overheden, omwonenden, jongeren).
De waardeketens waarvan de maakindustrie de basis vormt, kennen vier categorieën bedrijven: de basisindustrie (bij velen bekend in de regio); bedrijven met een eigen product (machines, industriële systemen, foodproducten, etc.) die internationaal actief zijn maar onvoldoende bekend zijn in de regio; industriële toeleveranciers die internationaal in een niche actief zijn, staan nauwelijks op het netvlies; tenslotte zijn vele dienstverleners (financieel, IT, logistiek, etc.) in de Metropoolregio voor een belangrijk deel afhankelijk van de maakindustrie. Het denken in waardeketens en in deze vier categorieën is nog nauwelijks ontwikkeld in de Metropoolregio. Deze waardeketens bieden kansen om bedrijven, die niet elkaars concurrent zijn, met elkaar in contact te brengen om nieuwe kansen in de ketens te ontdekken en te verzilveren.
Actieplan maakindustrie Om de ambities voor de maakindustrie te realiseren moet de Kamer van Koophandel Amsterdam samen met haar partners de volgende punten agenderen. In de gesprekken met ondernemers en intermediaire organisaties zijn vele actiepunten naar voren gekomen (zie pagina 30). Deze actiepunten kunnen als volgt worden gecategoriseerd: De Kamer gaat met brancheorganisaties en andere intermediairs vaststellen in welke (perspectiefvolle) industriële waardeketens deze nieuwe manier van werken als eerste wordt toegepast. De eerste vier actiepunten, Stimuleren ondernemerschap, Onderwijs en arbeidsmarkt, Kennis en Innovatie en Internationaal Zaken doen, stellen de waardeketen aanpak centraal. Welke ketens pakken we als eerste aan, welke bedrijven (uit alle vier categorieën) zijn daarin bepalend en kennen we de vele nichespelers (MKBbedrijven) wel in voldoende mate en hebben bedrijven in die waardeketens (of specifieke selecties daaruit) behoefte om met elkaar over in gesprek te gaan over innovatie, exportkansen en arbeidsmarktprojecten. Daarnaast is dan is het zaak dat actiepunt E, Strategie en Beleid, wordt opgepakt. Het gaat hierbij enerzijds om clusterversterking en innovatiestimulering via concrete, afge-
Buck Consultants International
29
stemde werkplannen van diverse intermediairs op het gebied van starters/doorstarters, beroepsoriëntatie en –opleidingen, innovatieprojecten etc. Daarnaast heeft dit actiepunt betrekking op de beleidsmatige beïnvloeding door de Kamer. Hierbij gaat het erom de maakindustrie in de regio, bij het Rijk en bij de Europese Unie (regelgeving en innovatieinvesteringen) goed op de kaart te zetten.
Buck Consultants International
30
Box: Actiepunten maakindustrie
A. Stimuleren ondernemerschap Zet (succesvolle) stuwende industriële bedrijven meer in de publiciteit Sterke focus thema’s op innovatie, arbeidspotentieel en duurzaamheid, via faciliteren van koplopers, stimuleren en ondersteunen van innovatievolgers en nieuwe vormen van netwerken van bedrijven (ook met andere regio’s in Nederland/Europa). In kader van nieuwe privaat-publieke samenwerkingsverbanden (en samenwerking tussen intermediairs) concrete actieplannen uitwerken voor a Starters/ doorgroeiers industrie b Netwerkbijeenkomsten voor innovatie en productiviteitsstijging. Ontwikkel een op elkaar afgestemde keten van (faciliterende) ondersteuning van stuwende industriële bedrijven samen met ondernemersverenigingen en branche organisaties. B. Onderwijs en arbeidsmarkt Onverminderde aandacht voor instroom van technisch beroepsonderwijs (op alle niveaus), en continue scholing van werkenden In kader van nieuwe privaat-publieke samenwerkingsverbanden (en samenwerking tussen intermediairs) concrete actieplannen uitwerken voor: a Beroepsoriëntatie (aanvalsplan Bèta Techniek) b Oprichten van/behoud van bedrijfsscholen C. Kennis en innovatie Aandacht voor waardeketens en voor alle vier categorieën bedrijven daarin Van bedrijfstak- naar keten- en clusterbenadering: nadruk op vernieuwing en productiviteitsstijging in bedrijven en ketens Focus op sterke en kansrijke niches: weten (als Kamer) welke waardeketens hebben stuwend (exporterend) vermogen en welke bedrijven zijn trekkers D. Internationaal zaken doen Exporterende bedrijven beter ondersteunen (aanscherping handelsbevordering buiten de EU) en meer aandacht voor industrie en handel in acquisitiebeleid E. Strategie / beleid Rol industrie in belangrijke regionale clusters (Economische Agenda Metropoolregio) meer benadrukken. In vier regioclusters vormt de industrie namelijk de belangrijke basis voor innovatie. Daarnaast opstarten van een extra cluster maakindustrie door de Kamer zelf Lobby sterker richten op EU, waar veel regels en financiële middelen (innovatie) vandaan komen Pleidooi voor meer publiek geld voor innovatie, met name ook voor open innovatie en clusterprojecten in de maakindustrie richting Rijk (Topgebieden) en regionale middelen in het kader van de EDBA
Buck Consultants International
31
Rol van de Kamer van Koophandel Amsterdam De Kamer van Koophandel Amsterdam wil in de komende jaren een herkenbare, faciliterende rol blijven spelen bij het stimuleren van de maakindustrie in de regio. Als schakel tussen het bedrijfsleven en de overheid is de Kamer de ideale partij om gezamenlijk met deze partijen de ambities van de maakindustrie waar te maken. De Kamer ziet hierbij de volgende rollen voor zich weggelegd:
Informeren: zichtbaar maken van de ontwikkelingen en het economische belang van de maakindustrie voor de overheden. Dit gebeurt via de campagne “Made in Amsterdam”, maar ook door de vele nog onbekende bedrijven (in de vier categorieën) die toch internationaal actief zijn, beter te leren kennen en hen te ondersteunen in contacten met overheden of andere organisaties (in binnen- en buitenland). De Kamer moet de interessante bedrijven in de regio kennen. Faciliteren: aandacht vragen voor omgevingsfactoren voor de maakindustrie. Dat kan gaan om milieuruimte, maar ook om arbeidsmarktprojecten. Hierbij zal de Kamer niet alleen problemen op beleidsniveau aankaarten, maar ook actief helpen de problemen op te lossen. Ook zullen wij een actieve rol spelen in het vergroten van het aanbod van technisch personeel op alle niveaus. Makelen & schakelen: opbouwen/opzetten van zakelijke netwerken om zodoende bedrijven in de maakindustrie en industriële dienstverleners met elkaar in contact te brengen. In vergelijking met bijv. de regio’s Eindhoven en Twente zijn de onderlinge contacten in de Metropoolregio tussen bedrijven in dezelfde waardeketen beperkt. Toch blijken deze netwerken van belang te zijn voor grote bedrijven én voor het MKB om nieuwe signalen op te pakken. Innovatie kent niet alleen een technologische basis, maar kan vaak ook een sociale innovatie realiseren door de juiste partners (vaak in de regio) voor vernieuwingen te kiezen. Dit betekent ook dat de Kamer op de hoogte moet zijn van de kansen voor het aantrekken van bedrijven van elders en van kansen voor export naar andere continenten of naar relatief nieuwe markten in Europa. Organiseren: Kamer Amsterdam neemt het initiatief om in 2011 samen met andere intermediairs (branche organisaties, Syntens) en ondernemersverenigingen een gezamenlijk plan op te stellen hoe de maakindustrie het meest effectief kan worden ondersteund (met in achtneming van de vorige punten). Bovendien zal Kamer Amsterdam er op toezien dat in het nieuwe economische offensief van de Metropoolregio, onder regie van de Economic Development Board, er voldoende aandacht is voor de maakindustrie.
Buck Consultants International
32
Bijlage 1
Onderzoeksaanpak
Aanpak Dit onderzoek naar de maakindustrie in de Metropoolregio Amsterdam bestond uit de volgende onderdelen: 1. Quick scan maakindustrie: verzameling en analyse van statistische materiaal en relevante rapporten teneinde de omvang en dynamiek van de industrie in beeld te brengen; 2. Gesprekken met bedrijven en stakeholders: rondetafelgesprekken en interviews teneinde de belangrijkste trends en ontwikkelingen, uitdagingen en prioritaire actiepunten te verdiepen; 3. Diverse bijeenkomsten met de begeleidingscommissie teneinde de scope en aanpak van het onderzoek te verfijnen, tussenproducten te bespreken en richting te geven aan het eindproduct; 4. Rapportage in de vorm van dit rapport, een aanzet voor de flyer (via de samenvatting) en een bijlagenboek met belangrijkste cijfers.
Begeleidingscommissie Dit onderzoek is begeleid door een commissie met vertegenwoordigers van Kamer van Koophandel Amsterdam, lokale ondernemersorganisaties en de Stichting voor Industriebeleid en Communicatie (SIC):
Dick Freling, KvK Amsterdam (voorzitter) Lydia de Vries, KvK Amsterdam Martijn Jonker, KvK Amsterdam (accountmanager regio Zaanstreek) Gerik ten Berge, KvK Amsterdam (accountmanager regio IJmond) Laurette van Halen, KvK Amsterdam (accountmanager regio Haarlem) Rein Aarts, ORAM Willem van der Stokker, SIC (voorzitter) Theo van den Berg, SIC (manager)
Gesprekspartners In het kader van dit onderzoek zijn diverse ondernemers en vertegenwoordigers van intermediaire organisaties geconsulteerd via (telefonische) interviews, rondetafel-bijeenkomsten en bijeenkomsten van Commissie van Kamer van Koophandel Amsterdam.
Buck Consultants International
33
Interviews
Miklas Dronkers, Crown Van Gelder Hans Goossens, Tata Steel Wijnand Ruis, Cargill Cacao Jan Ruig, Ruig Wild en gevogelte Jaap Zijlstra, Post Staalbouw
Rondetafel-bijeenkomsten
Grafische industrie, Haarlem 5 november 2010 (15 deelnemers) Aerospace, Schiphol 16 december 2010 (15 deelnemers).
Commissies Kamer van Koophandel Amsterdam
Commissie Economie 25 november 2010 Regiocommissie IJmond 16 november 2010 Regiocommissie Zaanstreek 29 november 2010
20103064
Buck Consultants International
34