Economie De Kern van de Economie – deel 1 Hoofdstuk 4
Les 1 – Introductie producenten
Ontwerp: Henk Douna
De komende weken: ondernemingen
Producenten
Consumenten
“De markt” Bijvoorbeeld Goederenmarkt Arbeidsmarkt Vermogensmarkt
Overheid
2
Weten we het nog: arbeidsverdeling heeft geleid tot heel veel verschillende bedrijven Zelfvoorziening
•
•
Mensen “produceren” zelf om in hun eigen behoeften te voorzien Geld bestaat nog niet
(Super-) specialisatie
Arbeidsverdeling
•
•
• •
Behoeften nemen toe en het wordt onmogelijk om alles zelf te maken Er ontstaat arbeidsverdeling: het maken van producten wordt verdeeld over verschillende mensen Bakker, slager, etc. Er ontstaat ruilhandel
• • •
De arbeidsverdeling blijft doorgaan Er is sprake van extreme specialisatie Bijvoorbeeld: het vastlijmen van het scherm van een iPhone is een beroep
3
BBP naar sector 2010
1998
BBP (€ mrd)
BBP (€ mrd)
4
We kunnen bedrijven op verschillende manieren indelen
1• Naar het product dat gemaakt wordt 2• Naar het eigendom en de aansprakelijkheid 3• Naar omvang 4• Naar particulier en/of staatseigendom
5
1. Naar het product dat gemaakt wordt
Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector
Kwartaire sector
• Bedrijven verkrijgen hun producten (bijna) rechtstreeks van de natuur
• Industriele sector: grondstoffen worden verwerkt tot halffabrikaten of eindproducten
• Commerciele dienstensector • Leveren onstoffelijke goederen
• Nietcommmerciele dienstensector
• • • • •
• Chemische industrie • Voedingsmiddelen industrie • Scheepsbouw
• • • • •
• Gezondheidszorg • Onderwijs
Akkerbouw Veeteelt Visserij Mijnbouw Bosbouw
Banken Verzekeraars Makelaars Notarissen Advocaten
6
2. Naar het eigendom en de aansprakelijkheid Organisatie Eenmanszaak VOF (Vennootschap Onder Firma)
Commanditaire Vennootschap (CV)
BV (Besloten Vennootschap)
NV (Naamloze Vennootschap)
Omschrijving • Eén eigenaar, neemt alle beslissingen • Geen onderscheid tussen privé en bedrijf: bij faillissement kunnen al je bezittingen worden opgeëist • Meerdere firmanten • Geen onderscheid tussen privé en bedrijf: bij faillissement kunnen alle bezittingen van alle firmanten worden opgeëist • (Gedeeltelijke) scheiding van eigendom en bestuur • Beherende vennoten: volledig aansprakelijk • Stille vennoten: alleen aansprakelijk voor het geld dat ze in het bedrijf hebben gestopt • Scheiding van eigendom en bestuur: bestuurders zijn niet privé aansprakelijk • Aandelen zijn in handen van kleine besloten groep en worden niet uitgegeven • Scheiding van eigendom en bestuur: bestuurders zijn niet privé aansprakelijk; aandeelhouders zijn niet aansprakelijk • Aandelen worden verhandeld op de beurs
7
Coöperatieve vereniging
Kenmerken coöperatieve vereniging •
• • •
Fusie van Campina en Friesland Foods 20.000 leden, melkveehouders in Nederland, Duitsland en België Ledenraad (210 leden) kiest de negen directieleden van de coöperatie
• • •
Een groep ondernemers die gezamenlijk eigenaar is van de onderneming Leiding is in handen van het bestuur De producenten / leden zijn de eigenaren De leden zijn (vaak) alleen aansprakelijk voor het bedrag van hun deelneming in de vereniging
8
Opdrachten • 159.1 – 159.3
9
Economie De Kern van de Economie – deel 1 Hoofdstuk 4
Les 2 – Introductie producenten
Docent: Henk Douna
We kunnen bedrijven op verschillende manieren indelen
1• Naar het product dat gemaakt wordt 2• Naar het eigendom en de aansprakelijkheid 3• Naar omvang 4• Naar particulier en/of staatseigendom
11
1. Naar het product dat gemaakt wordt
Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector
Kwartaire sector
• Bedrijven verkrijgen hun producten (bijna) rechtstreeks van de natuur
• Industriele sector: grondstoffen worden verwerkt tot halffabrikaten of eindproducten
• Commerciele dienstensector • Leveren onstoffelijke goederen
• Nietcommmerciele dienstensector
• • • • •
• Chemische industrie • Voedingsmiddelen industrie • Scheepsbouw
• • • • •
• Gezondheidszorg • Onderwijs
Akkerbouw Veeteelt Visserij Mijnbouw Bosbouw
Banken Verzekeraars Makelaars Notarissen Advocaten
12
2. Naar het eigendom en de aansprakelijkheid Organisatie
Eenmanszaak VOF (Vennootschap Onder Firma)
Commanditaire Vennootschap (CV)
BV (Besloten Vennootschap)
NV (Naamloze Vennootschap)
Omschrijving
Hoofdelijke aansprakelijkheid
• Eén eigenaar, neemt alle beslissingen • Geen onderscheid tussen privé en bedrijf: bij faillissement kunnen al je bezittingen worden opgeëist • Meerdere firmanten • Geen onderscheid tussen privé en bedrijf: bij faillissement kunnen alle bezittingen van alle firmanten worden opgeëist • (Gedeeltelijke) scheiding van eigendom en bestuur • Beherende vennoten: volledig aansprakelijk • Stille vennoten: alleen aansprakelijk voor het geld dat ze in het bedrijf hebben gestopt
✔ ✔ ✔ Alleen beherende vennoten!!
• Scheiding van eigendom en bestuur: bestuurders zijn niet privé aansprakelijk • Aandelen zijn in handen van kleine besloten groep en worden niet uitgegeven • Scheiding van eigendom en bestuur: bestuurders zijn niet privé aansprakelijk; aandeelhouders zijn niet aansprakelijk • Aandelen worden verhandeld op de beurs
13
Aandelen: een bewijs van (een stukje) eigendom van een bedrijf Voorbeelden van NV’s Grote onderneming (NV = Naamloze Vennootschap) In stukjes gehakt
Een aandeel (verhandeld op de beurs) Rendement op aandelen bestaat uit Dividend: aandeelhouder is mede-eigenaar en heeft recht op deel van de winst (=dividend) Koersrendement: stijging van de koers van het aandeel
14
2. Beleggen op de beurs AEX index: mix van aandelen van de 25 grootste bedrijven op de Amsterdamse beurs
+250% +0%
15
Organisatiestructuur van een NV Voorbeeld: Heineken Algemene vergadering van aandeelhouders
Uiteindelijke zeggenschap en dus macht!
Heineken NV
Controle van en advies aan de raad van bestuur
Raad van Commissarissen (RvC)
Raad van Bestuur
Regionaal management
Dagelijkse leiding
Groepsafdelingen (IT, accounting, etc.) 16
Voorbeeld The Children’s Investment Fund vs. ABN AMRO
17
Beschermingsconstructie Heineken . . . vrij complex . . . Publiek verhandelbaar
L’Arche Green NV
50,82%
34,24%
Heineken Holding NV
14,94%
Publiek verhandelbaar
50,005%
FEMSA
10,143%
39,852%
Heineken NV Raad van Commissarissen (RvC)
Raad van Bestuur
Charlene de CarvalhoHeineken •Dochter van Freddy Heineken •Rijkste vrouw van NL Bron: heinekeninternational.com, juli 2011
Regionaal ranagement
Stafafdelingen (IT, accounting, etc.) 18
Bespreken opdrachten 159.1 – 159.3 • 159.1 – 159.3
19
3. Naar omvang Vaak op basis van aantal werknemers
Grootbedrijf
Middenbedrijf
Kleinbedrijf
> 250 medewerkers
250 > medewerkers > 50
< 50 medewerkers
20
4. Naar particulier en/of staatseigendom
Xxx Xxx
Particulier eigendom
Staatseigendom
Doel
Winst maken
Het publieke belang dienen Winst maken is van ondergeschikt belang
Voorbeelden
Alle commerciële organisaties in Nederland (eenmanszaken, CVs, BVs, NVs)
Omschrijving
Als de productie niet winstgevend is,
Als het algemeen belang wordt gediend, zal ook verliesgevende productie niet worden gestaakt
NS Schiphol Gasunie Holland Casino Onderwijs
21
Privatiseren: staatseigendom wordt particulier eigendom
13 miljard euro voor provincies De verkoop van Nuon en Essent leverde de provincies ruim 13 miljard euro op en de gemeenten 5,7 miljard euro. NoordBrabant had met ruim 30 procent de meeste aandelen Essent, terwijl Gelderland met ruim 44 procent de meeste aandelen Nuon bezat. Drie provincies en ruim de helft van alle gemeenten hadden geen aandelen Nuon of Essent. 22
Opdrachten • 162.2 – 162.3
23
Economie De Kern van de Economie – deel 1 Hoofdstuk 4
Les 3 – Bedrijfskolom en bedrijfstak
Docent: Henk Douna
Arbeidsverdeling
Zelfvoorziening
•
• •
Mensen “produceren” zelf om in hun eigen behoeften te voorzien Geld bestaat nog niet Er is sprake van directe ruil
(Super-) specialisatie
Arbeidsverdeling
•
•
• •
Behoeften nemen toe en het wordt onmogelijk om alles zelf te maken Er ontstaat arbeidsverdeling: het maken van producten wordt verdeeld over verschillende mensen Bakker, slager, etc. Er ontstaat ruilhandel
• • •
De arbeidsverdeling blijft doorgaan Er is sprake van extreme specialisatie Bijvoorbeeld: het vastlijmen van het scherm van een iPhone is een beroep
25
Drie soorten arbeidsverdeling
1. Externe arbeidsverdeling
• •
Specialisatie tussen ondernemingen De een maakt schoenen, de ander verkoopt hypotheken
2. Interne arbeidsverdeling
• •
Specialisatie binnen ondernemingen De een is directeur, de ander doet de administratie
3. Geografische arbeidsverdeling
• •
Specialisatie tussen landen of regio’s Landen: in Spanje sinaasappels, in Nederland bloembollen Regio’s: varkensboeren in Noord-Brabant, veehouders in Friesland
•
26
Arbeidsverdeling in horizontale en verticale richting Bedrijfskolom:
weg die een product doorloopt van de oerproducent naar de consument
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint Aluminium smelterij Exporteur Buizenfabrikant
Bedrijfstak:
groep bedrijven die zich bezighoudt met het maken van verschillende soorten van een product
Kinderfietsen
Elektrische fietsen
Fietsfabrikant
Stadsfietsen
Ligfietsen
Groothandel Fietswinkel 27
1. Integratie Arbeidsverdeling wordt verminderd Oud
Nieuw
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint Aluminium smelterij
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint en smelt tot aluminium
Exporteur
Exporteur
Buizenfabrikant
Buizenfabrikant
Fietsfabrikant
Fietsfabrikant
Groothandel
Groothandel
Fietswinkel
Fietswinkel 28
2. Differentiatie Arbeidsverdeling wordt vergroot Oud
Nieuw
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint
Aluminium smelterij
Aluminium smelterij
Exporteur
Exporteur
Buizenfabrikant
Buizenfabrikant
Fietsfabrikant
Fabrikant frames Assemblage fietsen
Groothandel
Groothandel
Fietswinkel
Fietswinkel 29
3. Specialisatie Fabrikant richt zich op een specifieke productsoort Oud
Nieuw
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint
Aluminium smelterij
Aluminium smelterij
Exporteur
Exporteur
Buizenfabrikant
Buizenfabrikant
Fietsfabrikant
Racefiets fabrikant
Groothandel
Groothandel
Fietswinkel
Fietswinkel 30
4. Parallellisatie (ook wel: branchevervaging) Fabrikant maakt verschillende soorten producten Oud
Nieuw
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint Aluminium smelterij
Bedrijf dat delfstoffen (bauxiet) wint Aluminium en ijzer smelterij
Exporteur
Exporteur
Buizenfabrikant
Buizenfabrikant
Fietsfabrikant
Fietsfabrikant
Groothandel
Groothandel
Fietswinkel
Fietswinkel 31
Opdrachten: 154.1 – 154.3, 154.5 1. a. b. c.
Parallellisatie Stabiele(re) omzet Internet marketing
2. a. b.
Parallellisatie Kolom wordt breder
3. a. b. c. d.
Goedkoper Differentiatie (1) Grotere winst: minder voorraad- en transportkosten, (2) Kennis toepassen Integratie
4. a. b.
Processen afstoten, uitbesteden Ja
32
Opdrachten: 154.1 – 154.6 5. a. b.
Specialisatie: de bedrijfskolom wordt smaller, horizontale beweging Differentiatie: de bedrijfskolom wordt langer, verticale beweging Geld- en goederenstromen
6. a. b.
Integratie (1) Kostenvoordeel, (2) Versheid garanderen
33
Economie De Kern van de Economie – deel 1 Hoofdstuk 4
Les 4 – Arbeidsproductiviteit en loonkosten (deel 1)
Docent: Henk Douna
Onrust in de fabriek van de wereld Made in China
35
36
Berekening van de verkoopprijs
Berekening verkoopprijs – simpel voorbeeld Loonkosten per product Grondstofkosten per product Overige kosten per product
+
Kostprijs Winstmarge
+
Verkoopprijs (excl. BTW)
37
Procentuele verandering van de loonkosten Nederland: 1970 - 2010
38
Loonkosten per (eenheid) product
Totale loonkosten Loonkosten per (eenheid) product
= Totale productie
39
Kapitaalintensief versus arbeidsintensief Kapitaalintensief
Arbeidsintensief •
“Veel mensen ten opzichte van het aantal machines”
•
“Veel machines ten opzichte van het aantal mensen”
•
Per werknemer worden er relatief weinig kapitaal(goederen) worden ingezet
•
Per werknemer relatief veel kapitaal(goederen) worden ingezet
40
Arbeidsproductiviteit (APT) De gemiddelde productie per arbeider per periode In € of in aantallen
Totale productie Arbeidsproductiviteit
= Aantal werknemers
41
Hoe neemt de arbeidsproductiviteit toe?
1. 1. Arbeidsverdeling / 2. specialisatie
•
•
Werknemers doen hun werk sneller en beter omdat zij zich volledig op hun taak kunnen richten Nadeel: saai!
42
Nadeel van (super-)specialisatie
43
Hoe neemt de arbeidsproductiviteit toe?
1. 1. Arbeidsverdeling / 2. specialisatie
•
•
• 2. Scholing •
3. Diepte-investeringen
•
Werknemers doen hun werk sneller en beter omdat zij zich volledig op hun taak kunnen richten Nadeel: saai!
Toegevoegde waarde van hoogopgeleid personeel is (vaak) groter Denk aan: computer chip fabrikant ASML
Onderneming koopt nieuwe machines die productiever zijn dan de oude machines
44
Diepte- en breedte-investeringen Bij vervanging of uitbreiding van machines
Diepte-investering
Breedte-investering
•
Een onderneming gaat over op een kapitaalintensievere techniek
•
Een onderneming kiest voor de bestaande techniek
•
Per werknemer wordt meer kapitaal gebruikt
•
Per werknemer blijft evenveel kapitaal in gebruik
•
De arbeidsproductiviteit stijgt
•
De arbeidproductiviteit blijft gelijk
•
Het gevolg is vaak ontslag van een deel van het personeel
45
Voorbeeld kostprijsberekening Situatie • • • • • •
In de eenmanszaak Lompe Klompen werken 3 mensen Zij maken gezamenlijk gemiddeld 300 paar klompen per maand De loonkosten bedragen € 1.000,- per werknemer Per product is 2 kg hout nodig met een prijs van € 3,- per kilo De overige kosten bedragen € 2,- per product De winstmarge bedraagt 50% van de kostprijs Arbeidsproductiviteit
Berekening verkoopprijs Loonkosten per product Grondstofkosten per product Overige kosten per product
+
Verkoopprijs (excl. BTW)
= (3 x 1.000) / 300
6,-
=2x3
2,-
+
18,-
Kostprijs Winstmarge
10,-
+
9,- +
= 50% x 18
27,46
Arbeidsproductiviteit en de loonkosten per product Uitgangssituatie
APT (per maand) Loonkosten Loonkosten per product
Arbeidsproductiviteit stijgt met 5%
APT (per maand) Loonkosten Loonkosten per product
315 producten € 3.000,€ 9,52
• Bij een gelijke verkoopprijs zal de winst van de ondernemer stijgen • Er is ruimte voor een loonstijging
300 producten € 3.000,€ 10,-
Arbeidsproductiviteit daalt met 5%
APT (per maand) Loonkosten Loonkosten per product
285 producten € 3.000,€ 10,53
• Bij een gelijke verkoopprijs zal de winst van de ondernemer dalen • De ondernemer zal de verkoopprijs moeten verhogen • Als dit niet kan door concurrentie, zal de winst dalen
47
Arbeidsproductiviteit en de loonkosten per product
APT (per maand) Loonkosten Loonkosten per product
Loonkosten Loonkosten per product
APT stijgt met 5%
300 producten
315 producten
€ 3.000,-
€ 3.000,-
€ 10,-
€ 9,52,-
Loonkosten stijgen met 2%
Loonkosten stijgen met 10%
APT (per maand)
Uitgangssituatie
315 producten € 3.300,€ 10,48
APT (per maand) Loonkosten
315 producten € 3.060,-
Loonkosten per product
€ 9,71
Als loonstijging > APT stijging
Als loonstijging < APT stijging
Loonkosten per product stijgen
Loonkosten per product dalen
48
Hetzelfde voorbeeld met indexcijfers Berekening in euro’s
Uitgangssituatie
APT (per maand)
Loonkosten Loonkosten per product
300 producten
€ 3.000,€ 10,-
• De loonkosten zijn gestegen van € 10,naar € 10,48 • Een procentuele stijging van (10,48 – 10) / 10 x 100% = 4,8%
Berekening met index cijfers APT stijgt met 5% en loonkosten met 10%
APT (per maand) Loonkosten Loonkosten per product
315 producten € 3.300,€ 10,48
• − − • − − • − −
Indexcijfer loonkosten Oud: 100 Nieuw: 110 Indexcijfer arbeidsproductiviteit: Oud: 100 Nieuw: 105 Indexcijfer looonkosten per product: Oud: 100 Nieuw: 110 / 105 x 100 = 104,8 49
Opdracht 149.2 klassikaal
50
Opdracht 149.1, 150.4, 150.5
51
HAVO eindexamen vragen
52
Economie De Kern van de Economie – deel 1 Hoofdstuk 4
Les 5 – Toegevoegde waarde
Docent: Henk Douna
Economische groei Procentuele verandering van het bruto binnenlands product Procentuele verandering BBP
54 Bron: CBS
Situatie Nederland
€ 1.100 miljard
Totale productie Inkoopwaarde van grond- en hulpstoffen en diensten van derden Bruto binnenlands product (BBP)
Bron: CBS
–
€ 600 miljard € 500 miljard
55
De toegevoegde waarde van een bedrijfstak / sector De sector “Bouw” in Nederland Grondstof
Bakstenen100 mln 200 mln fabriek
Toegevoegde waarde = Hulpstof • Energie • Water
(Omzet – inkoopwaarde grond- en hulpstoffen = 200 – 150 = 50)
50 mln
Bouwbedrijven
Grondstof 200 mln
50
500 mln
Toegevoegde waarde =
300
(Omzet – inkoopwaarde grond- en hulpstoffen = 500 – 200 = 300)
+ Totale toegevoegde waarde
350 56
Toegevoegde waarde
Waarde van de productie Inkoopwaarde van grond- en hulpstoffen en diensten van derden
– Waardevermindering van machines, gebouwen, auto’s
Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen
–
Netto toegevoegde waarde
Loon
Rente
Huur
Pacht
Winst 57