Rapportage over de uitvoering WWB /Ioaw/Ioaz Bbz Periode 01-01-2013 t/m 30-09-2013 1. Inleiding. Hierbij ontvangt u de verantwoording van de productgroep sociale zaken over de uitvoering van de WWB/WIJ, Ioaw/Ioaz en Bbz over de periode 01-01-2013 tot 30-09-2013. In mei en de Berap 2013 is een “doorkijk” gegeven van de toename van ons uitkeringsbestand en de financiële gevolgen voor het uitkeringsbudget. In deze rapportage wordt in de vorm van cijfers en feiten een aanvulling gegeven over het uitvoeringsbeleid van Soza in genoemde periode. De economische crisis heeft zich in 2013 onverminderd doorgezet. De arbeidsmarkt is, ongeacht de lichte opleving in juli/augustus zowel landelijk als regionaal verslechtert. De werkloosheid blijft stijgen, het aantal vacatures blijft dalen en de arbeidsmobiliteit stagneert. Ook zien we een toename van het zgn.” verdringingseffect ” doordat de vraag naar arbeid velen malen hoger ligt dan het aanbod en werkgevers volop keuze hebben. Hogere opgeleiden komen op banen die normaliter door minder opgeleiden moeten worden ingevuld. Zeker voor de doelgroep die afhankelijk is van de WWB en aanverwante regelingen een slechte ontwikkeling omdat zij veelal al een grotere afstand tot de arbeidsmarkt hebben Onderstaande cijfers bevestigen deze ontwikkeling. Werkloosheidspercentage Landelijk Regio Twente Borne
01-01-2012 6.0 7,9 5,4
01-07-2012 6,5 7,4 5,5
01-01-2013 7,2 9,1 6,2
01-10-2013 8,6 10,8 7,1
Het sombere beeld voor de Twentse arbeidsmarkt wordt in de “Arbeidsmarktmonitor van de Regio” bevestigd. Voor 2013 is de economie voor Twente verder gekrompen, de werkloosheid is toegenomen en het aantal aanvragen voor een WW- en bijstandsuitkering zijn gestegen. De verwachting aan het begin van 2013 dat het werkloosheidspercentage zou gaan toenemen tot 10,2 % van de beroepsbevolking is na 3 kwartalen al ruimschoots overschreden. De ongunstige ontwikkeling is ook niet aan Borne voorbij gegaan. Dat zien we ook terug in de toename van ons uitkeringsbestand dat nu op 277 staat ( stand 01-10-2013). De grote toename van het aantal aanvragen vanaf het 4e kwartaal 2012 zette zich de eerste 2 kwartalen van 2013 onverminderd door. Vanaf juli 2013 zien we een stabilisering, maar de verwachting is, doordat het herstel pas in 2015 wordt verwacht, dat het bestand verder zal oplopen. Klantmanagers hebben hun prioriteit moeten geven aan het tijdig afhandelen van die vele aanvragen voor het levensonderhoud. Hun uitstroomactiviteiten zijn voor zover dat mogelijk was overgedragen naar de werkcoach en de accountmanager op het Werkplein of zijn op een lager pitje gezet. De uitstroommogelijkheden voor onze doelgroep zijn het afgelopen jaar drastisch beperkt. Ook de grote bezuinigingen op het participatiebudget hebben een grote invloed gehad op de uitstroom. Voor het verdelen van het zgn. W.deel van dit budget is bepaald dat het beperken van het bijstandsvolume prioriteit heeft en dat het W.deel gebruikt moet worden voor uitkeringsgerechtigden met uitstroomkansen. Dit betekent dat uitkeringsgerechtigden op de tredes 1 en 2 van de participatieladder geen structurele ondersteuning krijgen, maar maatwerk altijd mogelijk blijft; dat uitkeringsgerechtigden in de tredes 3 en 4 van de participatieladder die door hun grotere afstand tot de arbeidsmarkt ondersteund worden met trajecten die hen binnen een redelijke termijn (maximaal 1 jaar) “uitstroomklaar” moeten maken en dat uitkeringsgerechtigden op de tredes 5 en 6 die direct beschikbaar zijn, worden ondersteund door de werkcoaches op het Werkplein en alleen ondersteuning krijgen in de vorm van kort lopende trainingen, opleidingen etc. die direct tot uitstroom leiden. In paragraaf 3 en 4 wordt u hierover verder geïnformeerd.
1
De toename van de bestanden hebben een grote invloed op de beschikbare budgetten. Het budget 2013 waaruit de uitkeringen moeten worden betaald is ontoereikend bij een bestand van rond de 277 uitkeringsgerechtigden. In de samenvatting en onder paragraaf 5 wordt u hierover nader geïnformeerd. Het jaar 2013 zou het voorbereidingsjaar worden voor de invoering van de nieuwe Participatiewet, maar die is wederom uitgesteld tot 01-01-2015. Verdergaande plannen maken is op dit moment niet mogelijk omdat nog volkomen onduidelijk is hoe de nieuwe Participatiewet ingevoerd zal gaan worden en welke financiële consequenties dat zal gaan hebben. Ondertussen heeft het project Samenwerken maakt Sterker” haar eindfase bereikt en zijn alle klantmanagers, de juridische kwaliteitsmedewerker, de beleidsmedewerker en de applicatiebeheerder/ financieel specialist via een standplaatswijziging binnen de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Hengelo geplaatst. Alle werkprocessen op het gebied van de rechtmatigheidbeoordelingen zijn volledig op elkaar afgestemd en voor de re-integratie worden momenteel afstemmingsafspraken gemaakt. Voor het eind van dit jaar zal volledige samenwerking ook juridisch afgerond zijn en zullen alle medewerkers van Sociale zaken Borne een dienstverband aangaan met de gemeente Hengelo. Inzet 2013 Ondanks bovenstaande ontwikkelingen en de nodige personele problemen “blijft de keuken open” en is het beleid voor 2013 een voortzetting van dat van 2012. Dat betekent focus houden op het duurzaam beperken van het bijstandsvolume ongeacht de slechte economische vooruitzichten, de slechte uitstroommogelijkheden en een zeer beperkt budget. We zetten in op een goede poortwachterfunctie, sturen op eigen verantwoordelijkheid en het nakomen van verplichtingen. Daarnaast bieden we ondersteuning en zetten we in op ontwikkeltrajecten voor die cliënten die een grote afstand tot de arbeidmarkt hebben.Direct bemiddelbare cliënten worden begeleid door de werkcoach en de accountmanager op het Werkplein, die ondersteund kunnen worden met kortlopende trainingen en cursussen en proberen we leer-en werkervaringplekken aan te bieden. Voor 2013 is dat vertaald in de volgende concrete stappen:
.
1. Beperk de instroom met 20% van het bestand ( ongeveer 50 personen) aan de voorkant van het aanvraagproces door consequent aandacht te hebben voor de poortwachterfunctie. 2. Laat klantmanagers een belangrijk deel van de uitstroomactiviteiten voor de direct bemiddelbaren (code 5 en 6 participatieladder) zelf uitvoeren met ondersteuning van de werkcoach en accountmanager en probeer gezamenlijk 20% van het bestand ( ongeveer 50 personen) uit te laten stromen naar werk. 3. Geeft 35 uitkeringsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt ( code 3 en 4 van de participatieladder) een ontwikkeltraject bij de SWB waarmee zij kunnen uitstromen naar werk. 4. Blijf specifieke aandacht houden voor jongeren in het uitkeringsbestand. 5. Blijf inzetten op kortlopende, vakgerichte trainingen en opleidingen. 6. Geeft op het werkplein uitvoering aan de werkgeversbenadering en versterk de contacten met de regionale en lokale ondernemers om vacatures, werkleer-en stageplekken op te halen. 7. Versterk de invulling van de SROI paragraaf bij het gemeentelijk aanbestedingsbeleid 8. Blijf aandacht houden voor de uitkeringsgerechtigden met een vrijstelling van de arbeidsverplichtingen of die door sociale/ psychische problemen worden belemmerd.
2
2.
Samenvatting. Aanvullende informatie over deze samenvatting vindt u in de paragrafen 3,4 en 5.
2.1.
Stijging bestand. In 2012 was ons bestand van 199 naar 243 uitkeringsgerechtigden gestegen ( een toename van 22%). Die stijging heeft zich in de eerste 3 kwartalen van 2013 doorgezet met 14% van 243 naar 277. Vanaf juli 2013 zien we een lichte stabilisering, maar nog geen echte daling. Volgens de Twentse Arbeidsmonitor wordt een stijging van het aantal WWB aanvragen verwacht.
2.2.
Bijzondere Bijstand en Langdurigheidtoeslag. Het aantal aanvragen Bijzondere Bijstand is verhoudingsgewijs lager dan in 2012. Door de toename van het lopende bestand zou de verwachting zijn dat het aantal aanvragen voor Bijzondere Bijstand ook zou gaan toenemen. Een verklaring is hier niet voor te geven, behalve dan dat er door de verhuizing naar Hengelo, verdeling van de bestanden en de harmonisering van de werkprocessen enige achterstand is ontstaan. De herstelactie voor het aanvragen van de Langdurigheidtoeslag over voorliggend jaren is vooral in 2012 benut. Vanaf 2013 is de wet veranderd en bestaat deze mogelijkheid niet meer. Het aantal minima is in korte tijd sterk gestegen maar het aantal langdurige minima ( 3 jaar op het sociaal minimum) zal geleidelijker stijgen.
2.3. Resultaatgerichte afspraken. 2.3.1. Beperk de instroom met 50 personen Ongeacht de sterke toename van het aantal uitkeringsverzoeken heeft het consequent in zetten van de poortwachterfunctie aan de voorkant van het aanvraagproces tot een reductie van het aantal aanvragen gerealiseerd. Door in de voorlichtingsbijeenkomsten, waarvoor elke nieuwe cliënt wordt uitgenodigd, informatie te verstrekken over de voorliggende voorzieningen, de rechten en plichten en een directe verwijzing naar maatwerkgerichte oplossingen zijn in de eerste 3 kwartalen van 2013 44 eerste verzoeken om een uitkering niet doorgezet. We liggen op koers! 2.3.2 In 2013 50 uitkeringsgerechtigden uit de tredes 5 en 6 regulier laten uitstromen. In de 1e 3 kwartalen van 2013 zijn in totaal 62 uitkeringen beëindigd, waarvan er 27 zijn uitgestroomd naar full- time werk. Gezien de huidige arbeidsmarkt waar weinig beweging in is en het groot aantal werkzoekenden t.o.v. de openstaande vacatures is het geen slecht resultaat maar ligt het iets achter op de verwachtingen.. Er wordt een zeer lichte stijging van het aantal vacatures geconstateerd en men verwacht dat de opgestarte werkgeversbenadering een positieve invloed heeft op de uitstroom. Ook sturen we op parttime werk om daarmee de schadelast te kunnen beperken. 2.3.3. Zet 35 trajecten in voor niet direct bemiddelbaren uit de tredes 3,4. Het inzetten van trajecten moet er toe leiden dat de uitkeringsgerechtigde een zodanig niveau bereikt dat dit leidt tot definitieve uitstroom. Met de SWB is in het prestatiecontract 2013 vastgelegd dat er 35 ontwikkelingstrajecten zouden worden opgestart. Alle trajecten zijn inmiddels gevuld. In totaal hebben 50 uitkeringsgerechtigden (inclusief 15 in 2012 gestarte trajecten) dit jaar een traject. Daarvan zijn er inmiddels weer 16 beëindigd. 2.3.4. Jongeren. Op 30-09-2013 ontvingen 19 jongeren een WWB –uitkering. In principe zal iedere jongere zonder startkwalificatie (niveau MBO 2) terug moeten naar school. Deels door het gebrek aan capaciteit, deels doordat er jongeren zijn die door sociaal/ emotionele situaties of door (tijdelijke) arbeidsongeschiktheid niet in staat zijn een opleiding af te maken. 2.3.5. Blijf inzetten op kortlopende trainingen/opleidingen etc. Er zijn in totaal 38 scholing- en werkervaringtrajecten ingezet bij verschillende dienstverleners, zoals Praktijkjob, Allezorg, Blom opleidingen, Werk en Mama, Libereaux EVC, AOC Oost, Saxion, Carriere Care Company, ROC Oost, Kanswijzer, verkeersschool Brookhuis, Leus verkeerschool en Surplus. 2.3.6 Intensiveer de contacten met het bedrijfsleven Er is een marktbewerkingplan opgesteld waarin aangesloten wordt bij de prioritaire branches in de regio Twente. In overleg met de afdelingen EZ en bedrijfscontactfunctionarissen van de
3
deelnemende gemeenten is een lijst met te benaderen bedrijven vastgesteld, Inclusief de al bekende contacten van de partners. Inmiddels is de eerste mailing richting bedrijven verstuurd waarin het Werkplein Twente, locatie de Gieterij zich presenteert en haar dienstverlening onder de aandacht brengt. Tevens wordt aangekondigd dat er binnen 14 dagen na verzending van de brief telefonisch contact wordt opgenomen via een belscript. Met de eerste mailing zijn 42 bedrijven in Borne 282 in Hengelo en 62 in de Hof van Twente aangeschreven Er is een format ontwikkeld voor het vastlegging van de resultaten. De planning is om dit jaar binnen het werkgebied van Midden Twente nog plm. 400 bedrijven aan te schrijven en telefonisch te benaderen. Voor de medewerkers op het werkplein is een ‘boodschappentas’ samengesteld waarin van elke organisatie de uitstroominstrumenten zijn opgenomen, die gebruikt kunnen worden in hun contacten met werkgevers. Tot 1 september 2013 hebben de samenwerkende partijen 481 vacatures ( werk-, stage en werkleerplekken) opgehaald. Voor Borne hebben de 42 bedrijfsbezoeken 13 vacatures en 5 werkervaringplekken opgeleverd. 2.3.7 “Social Return on Investment” In 2012 hebben we de eerste successen behaald bij het invullen van de SROI paragraaf in het aanbestedingbeleid door het plaatsen van uitkeringsgerechtigden bij Brookhuis vervoer. Er vindt steeds vaker afstemming plaats tussen de afdeling Beheer/grondgebied de bedrijfscontactfunctionaris en de inkoper. Het “leeft” steeds meer om gezamenlijk invulling te geven aan de SROI paragraaf, dat binnen het Werkplein ook extra aandacht heeft. Momenteel zijn er 3 projecten in voorbereiding. Het gaat om “Infra werkt” een project over regionale infrastructurele werkzaamheden, “Digi werkt “, een programma voor het digitalisering van de bouwvergunningen” en “de Veste”, voor de invulling van de SROI bij het bouwen van een multifunctioneel schoolgebouw in de Bornse Maten. In de loop van het 4e kwartaal van 2013 en in 2014 wordt hier verdere invulling aan geven. 2.3.8. Participatie Alle cliënten worden minimaal 1 x per jaar gesproken. Ook die opgenomen zijn in de tredes 1 en 2 van de participatieladder en die een te grote afstand hebben tot de arbeidsmarkt. We blijven hier aandacht voor houden door hen te adviseren of te stimuleren deel te nemen aan sociale activeringprogramma’s of het doen van vrijwilligerswerk waarbij het accent ligt op persoonlijke ondersteuning en het deelnemen en participeren in de samenleving. 2.4.
Het participatiebudget 2013. Het participatiebudget voor 2013 was vastgesteld op € 455.994,- dat als volgt is verdeeld: 1. W.deel inclusief overheveling 2012 ( 50.064, -) € 345.604, -2. Inburgering - 21.465, 3. Volwasseneneducatie - 88.875, -· Voor de volwasseneneducatie is de verplichte inkooprelatie met het ROC nog van kracht tot 01-01-2014. Er is een programma opgesteld waarvan de verwachting is dat alle middelen worden gebruikt. Voor het W-deel en de Inburgering is dat anders. Dit zijn ontschotte budgetten waarvan, als daar sprake van is, een deel overgeheveld kan worden naar het nieuwe jaar. Voor 2013 zal hier geen sprake van zijn. Met het stijgende bestand zijn er ook veel meer trajecten ingezet die bekostigd worden uit het participatiebudget. Voor 2013 zal er geen ruimte zijn om middelen over te hevelen naar 2014. Voor de Inburgeringkosten is het budget voor 2013 al overschreden. De oorzaak hiervan is dat de verplichte ( 2 en soms 3 jarige ) inburgeringtrajecten die in 2011 en 2012 zijn aangegaan, in 2013 ( en in 2014) extra kosten met zich meebrengen. De inzet voor het 4e kwartaal van 2013 is er op gericht dat het toegekende budget niet wordt overschreden. Zie voor meer informatie paragraaf 5.
2.5
De gebundelde uitkering 2013. Het budget voor de kleine gemeenten, waartoe Borne behoort, wordt vastgesteld op basis van het zgn. "historisch verdeelmodel". Dit wordt bepaald door de totale bestedingen aan de WWB, Ioaw/Ioaz en Bbz (voor starters) in 2011 te delen door het aantal huishoudens van 15-64 jaar in de gemeente op 1 januari 2011 en te vermenigvuldigen met het aantal huishoudens van 15-64 jaar op 1 januari 2012. Dit houdt in dat het budget 2013 onder andere wordt bepaald door het aantal
huishoudens met een uitkering op 01-01-2011(dat waren er toen 199). Op 1 januari 2013 is het bestand al gegroeid naar 243 en op 1 juli 2013 nogmaals toegenomen tot 277. Van het vastgesteld budget van € 2.837.369,- is begin juli vastgesteld
4
dat dit onvoldoende was en dat er een tekort ontstaat op de gebundelde uitkering. Door de verwachting dat het herstel voorlopig niet zal inzetten is op basis van de lasten van het 1e halfjaar, met een gelijkblijvend aantal van 277 uitkeringsgerechtigden het tekort geprognosticeerd op 28% van het toegekende budget en voorlopig bepaald op € 785.421,-. In de Berap 2013 is hiervan melding gemaakt en er is en voorziening getroffen voor een bedrag van € 780.000, -. Het meerdere dan de genoemde 10% à € 496.264,- is voorlopig in de risicoparagraaf 2013/2014 opgenomen. Op basis van art.74 WWB kan het tekort voor een gemeente op de gebundelde uitkering beperkt blijven tot 10% van het toegekende budget. Voor Borne is dat € 283.736,- Voor het meerdere kan begin 2014 een beroep gedaan worden om een Incidentele Aanvullende Uitkering . Zie voor meer informatie paragraaf 5, pagina 11. . .
3. Resultaten bestandsontwikkeling. In de hieronder aangegeven overzichten wordt het merendeel van de cijfers bepaald door de ontwikkelingen binnen het WWB/WIJ-bestand. De Ioaw/Ioaz en Bbz-starters zijn regelingen waarin weinig fluctuaties plaatsvinden. Indien dat wel het geval is, zal daarover afzonderlijk worden gerapporteerd. 3.1.
Bestand op 01-10-2013. 01-07-2012
31-12-2012
30-10-2013
WWB/jongeren
213
227
254
Ioaw/Ioaz Bbz
14 0
15 1
18 5
Totaal
227
243
277
Toelichting 1.Het bestand is in de eerste 9 maanden van 2013 met 14% gestegen. Vanaf juli is er sprake van een stabilisatie en blijft het aantal uitkeringen rond de 277.De verwachting voor de rest van het jaar is dat er sprake zal zijn van een lichte stijging .
3.2. Totaal aantal aanvragen periode 01-01-2013 tot 01-10-2013 01-01-2012 t/m 30-06-2012 58
01-07-012 t/m 31-12-2012 85
Totaal 2012
01-01-2013 t/m 30-09-2013
143
128
Ioaw /Ioaz Bbz ( Bijzondere Bijstand Langdurigheidtoeslag
2 0 103 69
6 1 86 36
8 1 189 105
7 5 114 45
Totaal
232
214
446
299
WWB/WIJ
Toelichting In de eerste 9 maanden van 2013 lag het gemiddeld aantal aanvragen op 34 tegen 37 in geheel 2012. Die teruggang wordt vooral veroorzaakt door minder aanvragen Bijzondere Bijstand en Langdurigheidtoeslag. De verwachting is dat het aantal aanvragen voor het levensonderhoud het totaal van 2012 zal gaan overschrijden.
5
3.3. Toelichting per aanvraagsoort periode 01-01-2013 tot 01-10-2013 3.3.1.
WWB/Ioaw/Ioaz
Toekenningen Afwijzingen Buiten behandeling Ingetrokken Totaal
01-01-2012 t/m 30-06-2012 40
01-07-2012 t/m 31-12-2012 66
Totaal 2012 106
01-01-2013 t/m 30-09-2013 100
4 9 5 58
1 9 9 85
5 18 14 143
3 14 11 128
Instroomredenen aanvragen levensonderhoud periode 01-01-2013 tot 01-10-2013 (aantal besluiten ) reden
Totaal 2011
Einde WW Verlies ink. zonder recht op WW Verlies ink. zelfstandig bedrijf Verlies overige inkomen ( ZW/WAO/Wajong) Acceptatie werkleeraanbod Beëindiging studie Beëindiging huwelijk/relatie Uit andere gemeente detentie vermogen Overige reden (remigratie, aanvulling op WW/werk/andere uitkering, samenwoning , interen vermogen hernieuwde aanvraag en nieuwkomers, opname in inrichting inburgeraars ) opname inrichting normmutatie
27 9
01-01-2013 t/m 30-09-2013 36 4
7
3
9
8
0
0
5 10
7 14
3 1 0 28
0 1 0 27
Totaal
106
100
Toelichting: 1. 43% van de toegekende instroom is gerelateerd aan het verlies van werk en het bereiken van de max-datum van de WW-uitkering. 2. Er is een sterke toename van de instroomreden ”beëindiging relatie”. Financiële problemen ( schulden) en het verlies van een baan zijn steeds vaker de oorzaak dat de relatie wordt verbroken. 3. In de eerste 9 maanden van 2013 ontvangen 19 jongeren een WWB-uitkering. Dat ligt op het zelfde niveau als in het 2e half jaar van 2012. In paragraaf 4 vindt u hierover meer informatie.
6
Beëindigingen periode 01-01-2013 tot 01-10-2013
Totaal 2012 Arbeid in dienstbetr. Ander inkomen /partner Zelfstandige Verhuizing 65 jaar studie Geen inlichtingen Aangaan relatie Uitkering zw/wia/WW Overlijden Andere oorzaak Totaal
21 8 0 3 6 0 14 7 2 1 10 71
01-01-2013 t/m 30-09-2013 18 8 1 10 7 2 4 4 1 1 4 62
Toelichting. 1. De economische crisis is er de oorzaak van dat de uitstroom van onze uitkeringsgerechtigden met kansen op de arbeidsmarkt momenteel stagneert. Het is daarom niet verwonderlijk dat maar 27 van de 62 beëindigingen gerelateerd zijn aan uitstroom naar werk. Over het algemeen is onze doelgroep (ongeacht de sector), afhankelijk van ( veelal tijdelijk) werk van niveau 1, 2 en 3. Daar komt bij dat de concurrentie groot is. Veel schoolverlaters accepteren lager geschoold werk dan waar ze voor opgeleid zijn. WW-ers met een kort werkloosheidverleden krijgen vaak de voorkeur. Wajongers kunnen nog gebruik maken van grotere re-integratiebudgetten en 65+ers melden zich ook weer op de arbeidsmarkt.
3.3.2.
Bijzondere Bijstand 01-01-2012 t/m 30-06-2012 85
01-07-2012 t./m 31-12-2012 69
Totaal 2012 154
01-01-2013 t/m 30-09-2013 88
Afwijzingen Buiten behandeling
11 1
12 4
23 5
19 6
Ingetrokken Totaal
6 103
1 8
7 86
1 114
Toekenningen
Toelichting: Bovenstaande cijfers geven aan dat er in de iets minder gebruik is gemaakt van de Bijzondere Bijstand. De verwachting is wel dat dit op het eind van het jaar wel zal bijtrekken. Door de aanpassing van de inkomensgrens (van 100% naar 120%) wordt nog een extra actie ingezet om het gebruik van het minimabeleid, waar de BB een onderdeel van is, extra onder de aandacht te brengen.
7
3.3.3.
Langdurigheidtoeslag 01-01-2012 t/m 30-06-2012 69
01-07-2012 t./m 31-12-2012 25
Totaal 2012 84
01-01-2013 t/m 30-09-2013 45
Afwijzingen Buiten behandeling
0 0
10 0
10 0
5 0
Ingetrokken Totaal
0 69
1 36
1 105
0 50
Toekenningen
Toelichting: 1. Voor geheel 2012 gold nog de gewijzigde instroomvoorwaarden dat de referteperiode van 5 jaar naar 3 jaar is terug gebracht, waardoor er meer beroep op deze regeling werd gedaan. Daarnaast werd veel gebruik gemaakt van de mogelijkheid om over de terug liggende jaren tot de invoeringsdatum van de langdurigheidtoeslag een toeslag aan te vragen Vanaf 2013 is dat niet meer mogelijk omdat de wetgever deze mogelijkheid heeft geblokkeerd. De verwachting is dat het aantal aanvragen zich voorlopig zal stabiliseren op 65 stuks. Het aantal minima is de afgelopen 18 maanden spectaculair gestegen, maar ze behoren nog lang niet tot de langdurige minima ( 3 jaar op sociaal minimum).
4. Re-integratie en uitstroomactiviteiten Indeling Participatieladder: trede 6: betaald werk Trede 5: betaald werk met ondersteuning trede 4: onbetaald werk, arbeidsactivering trede 3: deelname aan georganiseerde activiteiten (cursus, vereniging) , arbeidstoeleiding trede 2: sociale contacten buitenshuis maatschappelijke activering trede 1: geïsoleerd, zorg Totaal
31-12- 2012
30-09-2013
3 36
2 38
56
44
30
67
72
72
51 260**
55 278**
**Het totaal aantal is hoger dan het uitkeringsbestand (235). Oorzaak is dat ook partners in dit overzicht zijn opgenomen.
Toelichting: 1. De cliënten in 5 en 6 zijn direct bemiddelbaren worden door de medewerkers op het Werkplein intensief ondersteund. Voor hen wordt, behoudens kort lopende trajecten zoals bijvoorbeeld een heftruck- of CVA certificaat, geen specifieke trajecten ingezet. 2. Voor de cliënten op de tredes 3 en 4 met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt maar die binnen 1 jaar wel kunnen uitstromen worden ontwikkeltrajecten ingezet om hen geschikt te maken voor uitstroom. 3. De prioriteit ligt bij het verlagen van het bijstandsvolume. Daarom ligt onze focus op die uitkeringsgerechtigden die nog kansen hebben om aan te sluiten op de arbeidsmarkt. Maar ook voor cliënten in de tredes 1 en 2 wordt ondersteuning geboden om op die manier te kunnen participeren.
8
4.1
Jongeren, Voor alle19 jongeren in ons bestand, behalve die direct beschikbaar zijn, is een traject ingezet om hen te ondersteunen in de terugkeer naar school, de zoektocht naar werk of het laten volgen van een aanvullende opleiding om de kans op werk te vergroten. De verdeling ziet er als volgt uit: 3 jongeren hebben met ingang van 01-10-2013 werk gevonden; 1 jongere gaat in februari 2014 weer naar school en werkt ter overbrugging op part time basis; 1 jongere volgt een BOL-opleiding; 4 jongeren volgen een ontwikkelingstraject; 5 jongeren zijn direct bemiddelbar en intensief begeleid door medewerkers op het Werkplein; 1 jongere heeft een aanvulling op een Wajong uitkering; 4 jongeren zijn momenteel arbeidsongeschikt en volgen een zorgtraject.
4.2
Inzet trajecten Het succesvol afronden van de re-integratie en werkleer-traject betekent niet dat ze ook allen direct kunnen uitgestroomd naar regulier werk. De huidige arbeidsmarkt is onveranderd slecht. Het aantal vacatures is zeer beperkt en de concurrentie is groot. Daarmee krijgen het voorbereiden op een toekomstige baan en het opdoen van werkervaring een steeds grotere betekenis en wordt hier op ingezet met een beperkt participatiebudget Voor de periode 01-01-2013 t/m 30-09-2013 hebben we de volgende trajecten ingezet:
Ontwikkeltrajecten (SWB) Uitstroompremie(Loonkostensubsidie) Vouchers voor jongeren No-risk polis Detachering Prakties Scholing ROC Kanswijzer Werk-leer en ervaringsplekken ( Werk en Mama Oostwerk Blom VCA/ heftruckopleidingen EVC traject Leus Chauffeuropleiding Aksept Sociale ActiveringTraject ( inclusief Surplus) Zorg ( inclusief Allerzorg en Mediant)
Totaal periode 01-01-2013 t/m 3009-2013
Totaal nieuw en lopend t/m 30-09-2013 50 6 3 2 1 2 6 4
Beëindigd t/m 30-09-2013
2 5 1 1 1 4
0 3 1 0 1 0
2
0
86
36
16 6 0 2 1 2 4 0
Toelichting: Ontwikkelingstraject SWB
16 4 succesvol uitgestroomd naar werk; . 1.succesvol afgerond maar nog niet uitgestroomd naar werk; 1.vroegtijdig gestopt wegens beëindiging uitkering
9
Uitstroompremie (Loonkostensubsidie )
6
Vouchers jongeren
3
Detachering Prakties
1
No risk polis
2
Scholing ROC
2
Kanswijzer
6
Werk-leer en ervaringsplekken ( Werk en Mama Oostwerk Blom VCA/ heftruckopleidingen EVC traject
4
Leus Chauffeuropleiding Aksept Sociale activering Zorg ( Allerzorg en Mediant)
5.
2..gestopt wegen medische beperkingen 5.gestopt wegens sociale omstandigheden. 3.gestopt door eigen toedoen. Handhavingtraject wordt overwogen 4 een jaar uitgestroomd naar met behulp van een Uitstroompremie van € 6.000,2 een half jaar uitgestroomd met behulp van een Uitstroompremie van € 3.000,3 Jongeren hebben een voucher meegekregen om werkgevers te verleiden hen in dienst te nemen. Heeft nog niet tot uitstroom geleid. 1 succesvol uit laten stromen met vervolgwerkzaamheden 2 uitkeringgerechtigden zijn met dit instrument succesvol uitgestroomd 2 personen volgen extra taalles om hun kansen op uitstroom te vergroten Dit traject ondersteunt hoger opgeleiden met sociale problemen en probeert vanuit het “eigen kracht” principe situationele verandering te verkrijgen en uit te stromen naar werk. 2.uitkeringsgerechtigden zijn daarmee uit gestroomd. 1.uitkeringsgerechtigde volgt een opleiding 1 richt zich via zelfstandigheid op uitstroom Alle trajecten lopen nog
2 Alle trajecten lopen nog 5 3 trajecten zijn afgerond. Heeft nog niet tot uitstroom geleid 1 Succesvol afgerond. Heeft nog niet geleid tot uitstroom 1 Traject loopt nog. 1 Traject is afgerond. 4 Alle trajecten lopen nog 2 Alle trajecten lopen nog
Financiële kaders
5.1. Het participatiebudget. Het participatiebudget is een geoormerkte subsidie waaruit alle directe trajectkosten van inburgering, volwassen educatie, re-integratie (Werkdeel) en de uitvoeringskosten die direct met deze re-integratiewerkzaamheden hebben te maken, gefinancierd moeten worden. Het participatiebudget is “ontschot”. Dit wil zeggen dat tussen de budgetten onderling geschoven mag worden behoudens het budget van de volwasseneneducatie. Tot 01-01-2014 is hier nog een inkoopverplichting met het ROC. Totaal budget voor 2013 W.deel Inburgering Volwasseneneducatie Overheveling 2012
€ 455.944,€ 295.540,21.465,88.875,50.064,-
Volwasseneneducatie Het budget voor volwasseneneducatie wordt volledig besteed aan basiseducatie, laaggeletterdheid, en nt2 alfabetiseringstrajecten, Inburgering
10
Momenteel volgen nog 24 personen een inburgeringtraject Het budget voor 2013 is al overschreden met 24.000,- omdat de verplichte ( 2 en soms 3 jarige ) inburgeringtrajecten die in 2011 en 2012 zijn aangegaan in 2013 en ook in 2014 nog kosten met zich meebrengen. Dit tekort komt in principe ten laste van het participatiebudget.
Overzicht Participatiebudget 2013
Budget 2013
Ontvangsten € 405.880,-
Overheveling 2012
€
Kosten voor het W. deel t/m/ 01-11-2013: -Uitstroompremie; -Re-integratiekosten (traject, scholing en opleiding); - Post.nl -Naheffing SWB -Medische indicaties; -Sociale activering Loonkosten ex WIW; -Loonkosten werkcoach, accountmanager Kosten Volwasseneducatie Kosten Inburgering
Uitgaven
50.064,-
€ 455.994,€ 315.665,-
€ 88.875,€ 45.704,-
Kosten totaal
€ 450.244,-
Resteert voor 2013
€
5.750,-
Toelichting: 1. Voor 2013 zijn op basis van het prestatiecontract 2013 met de SWB meer trajecten ingezet dan in 2012. Er zijn 35 trajecten ingekocht die allemaal zijn ingevuld met de daarbij behorende kosten die uit dit participatiebudget zijn betaald. 2. Door de toename van ons bestand en de beperking van de directe uitstroommogelijkheden hebben we binnen de mogelijkheden van het participatiebudget meer cliënten ondersteuning geboden met trainingen/cursussen etc om straks als de economie gaat aantrekken beter kansen te hebben. 3. Voor 2013 zal het participatiebudget daarom volledig ingezet zijn en zullen we geen gebruik kunnen maken van “Reserveringsregeling Participatiebudget” waarbij maximaal 25% van het participatiebudget overgeheveld mag worden naar het nieuwe jaar. 5.2 De gebundelde uitkering Vanaf 2010 stelt het Rijk een gebundeld budget beschikbaar voor de WWB, Ioaw/z en Bbz (starters). Het gaat hier om een geoormerkte subsidie ( inkomensdeel) waaruit de kosten van alle regelingen gefinancierd moeten worden. Het budget voor de kleine gemeenten, waartoe Borne behoort, wordt vastgesteld op basis van het zgn. "historisch verdeelmodel" Dit wordt bepaald door de totale bestedingen aan de WWB, Ioaw/Ioaz en Bbz in 2011 te delen door het aantal huishoudens van 15-64 jaar in de gemeente op 1 januari
11
2011 en te vermenigvuldigen met het aantal huishoudens van 15-64 jaar op 1 januari 2012. Dit houdt onder andere in dat budget 2013 onder andere wordt bepaald door het aantal huishoudens met een uitkering op 01-01-2011(dat waren er toen 199). Het aantal uitkeringsgerechtigden is in de periode 01-01-2012 t/m 30-09-2013 gestegen van 199 naar 277. Vanaf juli 2013 zien we een stabilisering van het aantal maar de verwachting is dat de daling nog zeker een half jaar op zich zal laten wachten. Budget “gebundelde uitkering” 2013 WWB/Ioaw/Ioaz
Budget 2013 opbrengsten terugvordering Totale ontvangsten Verwachte kosten WWB Verwachte kosten Ioaw/Ioaz Verwachte uitgaven Verwacht Tekort 2013
Ontvangsten € 2.837.369,€
Uitgaven
35.000,-
€ 2.872.369,-€ 3.340.100,-
-€
311.850,-
€ 3.651.950,779.581,-
Toelichting: e 1. Het voorlopige tekort is vastgesteld door de cijfers over het 1 half jaar te extrapoleren over geheel 2013, rekening houdend met een bestand van 277 uitkeringgerechtigden. 2. De grote toename van het aantal uitkering, in vergelijking met omliggende gemeenten is niet geheel te verklaren. Ook bij Bornse bedrijven zijn mensen ontslagen door de crisis maar van een ontslaggolf is in Borne geen sprake geweest. Mogelijk is er een verband met het feit dat veel inwoners van Borne buiten de gemeente werken. Daarnaast speelt mee dat mensen met een kort dienstverband sneller worden ontslagen, een kortere WW uitkering genieten en sneller een beroep moeten doen op een WWB uitkering. Van “werk naar werk” wordt steeds moeilijker en steeds meer (vooral oudere) werklozen bereiken de maximale uitkeringsperiode en moeten aansluitend een beroep op de bijstand doen. 3. Bij tekorten op de gebundelde uitkering blijft 10% voor rekening van de gemeente. Voor het resterende deel kan op grond van art. 74 WWB, art. 10 van de Regeling WWB e en art.10 , 1 lid onder c van het besluit WWB 2007, onder strenge voorwaarden een beroep gedaan worden op een Individuele Aanvullende Uitkering. De Toetsingcommissie WWB die namens de Minister de beoordelingen maakt, heeft de toetsingscriteria voor 2013 nog niet definitief bekend gemaakt, maar de verwachting is dat die gelijk zullen zijn aan 2012. De belangrijkste zijn: - Geen aanwijzing hebben gehad op de rechtmatige verstrekking van de uitkeringen ; - Het WWB criterium. Een toename van de gemiddelde in- en uitstroom over de jaren 2010,2011 en 2012 t.o.v. van het landelijke gemiddelde in de zelfde jaren; - Het NWW criterium. Een toename in het aantal ingeschreven werkloze werknemers bij het UWV over de jaren 201-,2011 en 2012 t.o.v. het landelijke gemiddelde in de zelfde jaren. Eind 4. Eind 2013/ begin 2014 zal bij de verantwoording van de uitkeringen over geheel 2013 het definitieve tekort worden vastgesteld en zal een Incidentele Aanvullende Uitkering worden aangevraagd.
12