Landschap en cultuurhistorie in de Wijde Biesbosch - zuid Lerarenhandleiding voor een historische projectweek voor groep 1 t/m 8
Inhoud
2
1 Inleiding
4
Visie Educatie over landschap en cultuurhistorie Kerndoelen landschap en cultuurhistorie
5 5 6
2 Organisatie
7
Menukaart Tijdsduur Materialen lenen Excursie met gids Suggesties voor andere uitstapjes Menukaart landschap en cultuurhistorie
7 7 8 9 9 10
3 Voorgerechten
11
11 11 12
Grond onder je voeten Groepsgesprek foto’s van vroeger Introductie Groene Kaart
4 Hoofdgerechten
15
15 16 21 22
Lespakket Bodem.nu Leesbaar landschap Leskist landschap Opdrachten over molens
5 Bijgerechten
23
Kleurplaat molen Kleurplaat ‘landschap vroeger’ Windmolen maken Molenliedjes Aarde uit de tuin Aardexpress Landschap en cultuurhistorie op internet
23 23 23 25 26 26 27
6 Desserts
28
Excursie onderbouw Excursie middenbouw- / bovenbouw Suggesties voor andere uitstapjes Reserveringsformulier
28 29 33 34
7 Uitbuiken
35
35
Maken en presenteren Groene Kaart
3
1 Inleiding
Visie
In Brabant hecht de provincie grote waarde aan een vitaal en aantrekkelijk buitengebied. Zo ook in het gebied dat tot 1 juli 2012 werd aangeduid als Wijde Biesbosch. Tussen 2005 en 2012 is onder leiding van de provincie een aantal revitaliseringsprojecten uitgevoerd om het landelijk gebied een impuls te geven. Hierbij gaat het om zaken als landschap, cultuurhistorie, natuur, landbouw, recreatie, water, bodem, werken en verkeer. Vanaf 1 juli 2012 worden deze projecten voortgezet waarbij de streek zelf het voortouw neemt. Alle partijen in de regio vinden het belangrijk om jeugd te betrekken bij deze veranderingen in hun omgeving. Daarom heeft IVN Brabant op verzoek van de toenmalige Gebiedscommissie een educatieprogramma opgezet over de revitaliseringsthema’s. Voorafgaand aan de ontwikkeling van dit programma vond er een verkenning en een pilot in de gemeente Aalburg plaats. Het educatieprogramma Wijde Biesbosch1 bestaat uit drie modules voor groep 1 t/m 8: • Water in de Wijde Biesbosch • Landbouw en biodiversiteit in de Wijde Biesbosch • Landschap en cultuurhistorie in de Wijde Biesbosch De drie modules zijn qua opzet hetzelfde. De modules zijn onafhankelijk van elkaar te gebruiken. Wijde Biesbosch
Vitaal, mooi en schoon platteland in de Wijde Biesbosch Op tal van plaatsen in Noord-Brabant verandert het platteland. Zo ook in de Wijde Biesbosch. Nieuwe natuurgebieden komen tot stand, rivieren krijgen de ruimte, dorpen blijven leefbaar en landbouw kan zich ontwikkelen op duurzame locaties. Deze voorbeelden van de ‘herinrichting van het Brabantse platteland’ dragen bij aan een vitaal, mooi en schoon platteland voor alle inwoners en recreanten. Nu èn in de toekomst. Aan de uitvoering werkten overheden, maatschappelijke organisaties en particulieren, onder regie van de provincie Noord-Brabant. Dat was de situatie tot 1 juli 2012.In de Wijde Biesbosch waren al deze partijen vertegenwoordigd in de Voormalige Gebiedscommissie Wijde Biesbosch. Nu zet de streek zichzelf in voor een vitaal, mooi en schoon buitengebied. In de Wijde Biesbosch-regio gebeurt dat in de regionale netwerken ‘Biesbosch’en ‘Hart van Brabant.
Het lesmateriaal is opgezet vanuit het idee dat het voor jonge kinderen belangrijk is om een aantal ‘onvergetelijke ervaringen’ in hun eigen omgeving mee te maken. Dit beïnvloedt hun kijk op de wereld. Door kinderen op een prikkelende manier kennis te laten maken met hun (leef)omgeving, stimuleer je de interesse voor en verhoog je de kennis over de natuur bij kinderen. Onderzoek toonde aan dat deze manier van natuuren milieueducatie invloed heeft op houding en gedrag op latere leeftijd. Om deze ‘onvergetelijke ervaringen’ te realiseren, betrekken we de leerlingen bij èchte projecten in hun directe omgeving. In het lesmateriaal komen cognitieve, sensomotorische en belevingsaspecten voor. Hierbij gebruiken de kinderen hun ‘hoofd’, ‘hart’ en ‘handen’. Bij het ene kind is de ingang het hoofd; het andere kind is het best ontvankelijk voor informatie via belevingen. Uit onderzoek van Wageningen Universiteit en Veldwerk Nederland blijkt overigens dat veldwerkactiviteiten het langst bijblijven. Met deze lesmethode willen wij de kinderen de natuur, inclusief landschap en cultuur historie daadwerkelijk laten beleven. Kinderen voelen zich hierdoor verbonden met hun omgeving. Het is de kunst om de nieuwsgierigheid van de leerlingen te prikkelen, hen vragen te laten stellen en goed te leren kijken naar hun omgeving. De projecten die in het kader van de revitalisering van het platteland worden uitgevoerd, bieden hiervoor een uitgelezen kans. Deze projecten laten kinderen zien hoe de Gebiedscommissie Wijde Biesbosch er samen met anderen voor zorgt dat het ook over een aantal jaren nog steeds fijn vertoeven is op het platteland.
Educatie over landschap en cultuurhistorie De Wijde Biesbosch kent een mooi en afwisselend landschap. Je vindt er mooie dorpen, vestingstadjes, oude dijken, authentieke boerderijen en natuurgebieden zoals de uitlopers van Nationaal Park De Biesbosch en het Pompveld. Water en landbouw bepalen in grote mate het karakter van het gebied en de natuur is alom aanwezig. Landschap is overal om ons heen en het verandert voortdurend. Waarom verandert het landschap? Komt dit door de natuur zelf of heeft de mens ook invloed? Hoe is het landschap ontstaan? Hoe zag het landschap er vroeger uit? Overal om ons heen vinden we sporen van het verleden. Molens bijvoorbeeld hadden vroeger een hele andere functie dan ze nu hebben. Cultuurhistorie in de eigen omgeving maakt onderwijs leuk en levendig. Kinderen verzamelen in de eigen omgeving kennis over de wereld om hen heen. Erfgoededucatie helpt leerlingen om meer begrip en waardering op te brengen voor de eigen cultuur èn die van een ander. Landschap en cultuurhistorie hebben een nauwe relatie met elkaar. Wij hebben ervoor gekozen om deze thema’s daarom samen te behandelen. De thema’s van de overige modules – water en landbouw/biodiversiteit – staan hier overigens niet los van: het zal blijken dat in de natuur veel met elkaar verweven is.
1 Gemakshalve blijven wij deze naam als geografische aanduiding gebruiken voor het gebied dat de volgende gemeenten
beslaat: Heusden (ged.), Waalwijk, Dongen (ged.) Geertruidenberg, Oosterhout, Breda (ged.), Drimmelen, Aalburg, Woudrichem, Werkendam.
4
5
Kerndoelen landschap en cultuurhistorie De module landschap en cultuurhistorie sluit prima aan op de onderstaande kerndoelen: 02 De leerlingen leren zich naar vorm en inhoud uit te drukken bij het geven en vragen van informatie, het uitbrengen van verslag, het geven van uitleg, het instrueren en bij het discussiëren. 04 De leerlingen leren informatie te behalen in informatieve teksten en instructieve teksten, waaronder schema’s en digitale bronnen. 39 De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu. 47 De leerlingen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in de omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levens beschouwing.
2
Organisatie
Menukaart Het hart van iedere module is een menukaart. De menukaart bevat ingrediënten voor een gevulde projectweek. U, als leerkracht, kunt hieruit zelf een afgewogen menu samenstellen, dat past bij uw groep. Vanzelfsprekend kunt u ervoor kiezen om het thema korter of langer te behandelen. De menukaart is voor iedere module opgebouwd volgens een vast stramien: • Dag 1: Voorgerecht: groepsgesprek over het thema en introductie Groene Kaart • Dag 2: Hoofdgerecht: werken met een lesprogramma over het thema (in de klas) • Dag 3: Hoofdgerecht: werken met een lesprogramma over het thema (veldwerk) • Dag 4: Dessert: excursie • Dag 5: Uitbuiken: werken aan de Groene Kaart en presentatie • Dag 1 t/m 5: Bijgerechten: ondersteunende activiteiten, zoals boekenpakket, internet, kleurplaat etc. In de menukaart verwijzen wij naar pagina’s verderop in de handleiding, waar u een uit gebreidere beschrijving vindt van de activiteit. Wordt er gebruik gemaakt van een bestaand product (bijvoorbeeld een lespakket of leskist), dan wordt in de beschrijving vermeld welke onderdelen het beste aansluiten bij de module en/of bij actuele thema’s in de Wijde Biesbosch. Natuurlijk kunt u ook andere onderdelen van zo’n product gebruiken.
Tijdsduur In de menukaart geven wij een inschatting van de tijdsduur per activiteit. Dit is een gemiddelde en uitsluitend bedoeld als indicatie, aangezien de invulling van de activiteiten per ‘bouw’ en per leerkracht variëren.
6
7
Materialen lenen (gratis)
Excursie met gids
De materialen (lespakketten, leskisten e.d.) die in de menukaart zijn opgenomen en voorzien van een * kunt u lenen bij De Madese Natuurvrienden, Bezoekerscentrum Wolfslaar, MEK Oosterhout, De Bonte Hoeve (Sprang-Capelle) en Bibliotheek Vlijmen. Wij raden u aan om zeer tijdig (minimaal vier weken van tevoren) te reserveren, omdat per thema ‘slechts’ twee uitleensets op voorraad zijn. Dit kan telefonisch of per e-mail. De uitleentermijn is maximaal drie weken. Wij verzoeken u de sets zelf af te halen en terug te brengen.
IIn de menukaart staat per bouw een excursie vermeld. Deze excursie legt voor de leerlingende link tussen de behandelde lessen in het hoofdgerecht en het belang van het thema inde Wijde Biesbosch. De gidsen hebben ervaring met het begeleiden van activiteiten met kinderen. Verder hebben ze voor de lesmodule ‘landschap en cultuurhistorie in de Wijde Biesbosch’ een gerichte bijscholing gevolgd.
Madese Natuurvrienden Contactpersoon Ankie Stoop Adres Parkgebouw De Liniehof, Kievitsstraat 3, Made Telefoon 0162-517965 E-mail
[email protected] Website www.madesenatuurvrienden.nl Bezoekerscentrum en Kinderboerderij Wolfslaar Contactpersoon Marika Rath Adres Wolfslaardreef 95, 4834 SN Breda Telefoon 076-5294459 (balie di. t/m vrij.) E-mail
[email protected] Website www.breda.nl/bezoekerscentrumwolfslaar
De kosten van de excursies variëren en worden bij de excursiebeschrijvingen (paragraaf 6) in de handleiding vermeld. De kosten zijn gebaseerd op vrijwilligersvergoedingen voor de gidsen, soms aangevuld met prijs die door de excursieaanbieder wordt gehanteerd. Een gids begeleidt maximaal 15 leerlingen, wat in praktijk zal betekenen dat per klas meestal 2 gidsen mee zullen gaan. De in de menukaart genoemde excursies zijn te reserveren door middel van het reserveringsformulier op pagina 34. Wij raden u aan om minimaal drie weken vantevoren te reserveren. Nadat u het formulier heeft opgestuurd, krijgt u bericht over de plaats en de tijd waar u met uw groep wordt verwacht en de namen van de gidsen. Wij vragen u om met eigen vervoer (auto’s, bus, fiets) te komen. De leerlingen blijven onder verantwoordelijkheid van de leerkracht. De leerkracht wordt verzocht bij de activiteit aanwezig te blijven.
Suggesties voor andere uitstapjes MEK Oosterhout Contactpersoon Angela Knook Adres Veerseweg 100, Oosterhout Telefoon 0162-457446 E-mail
[email protected] Website www.mek-oosterhout.nl
In de omgeving zijn talloze mogelijkheden om de themaweek verder uit te bouwen, bijvoorbeeld met zelf te organiseren uitstapjes. In deze handleiding vindt u enkele excursiemogelijkheden (inclusief contactgegevens), die aansluiten bij de module ‘landschap en cultuurhistorie’. Deze excursies worden niet vanuit het educatieprogramma Wijde Biesbosch georganiseerd en begeleid.
Paardenmelkerij De Bonte Hoeve Contactpersoon Adri en Conny Verhoeven Adres Hogevaart 85, SPRANG-CAPELLE Telefoon 0416-343633 / 06-27223013 E-mail
[email protected] Website www.debontehoeve.nl Bibliotheek Vlijmen Contactpersoon Joyce Kooreman Adres Burg. Zwaansweg 2, VLIJMEN Telefoon 073-5113063 E-mail
[email protected] Website www.bibliotheekheusden.nl
8
9
zie pagina 35
zie pagina 28 West: Fort Kleine Schans
West: Landgoed Oosterheide
Midden: Slagenlandschap
Oost: Elshoutse Zeedijk
Maken en presenteren Groene Kaart*
• Landschap en Cultuurhistorie op internet
West: Fort Kleine Schans
West: Landgoed Oosterheide
Midden: Slagenlandschap
Oost: Elshoutse Zeedijk
Maken en presenteren Groene Kaart*
Wandeling in de buurt met ‘opa en oma’
Grond onder je voeten Benodigdheden • tekenmateriaal Introductie Deze les bestaat uit 2 delen: een inleidend kringgesprek en het maken van een tekening. Lesopbouw • Vraag wat het woord ‘grond’ betekent. Laat verschillende kinderen hun eigen beschrijving formuleren. De kinderen mogen op elkaar reageren en elkaar vragen stellen. • Als het nodig is kunt u vragen stellen als: - Hoe ziet grond eruit? (bruin, zwart, lichtbruin, groen door het gras etc.) - Wat groeit er allemaal op de grond? (planten, bomen, struiken, bloemen etc.) - Ken je grond die hard is? En grond die zacht is? (rotsen, klei, fijn zand etc.) - Wat zit er in de grond? (water, wortels, knollen, dieren, holen van dieren etc.) • Maak een lijst van kenmerken van het woord grond. (bijvoorbeeld: aarde, je kunt erin graven, zwart of bruin van kleur, planten groeien erop, dieren leven onder de grond, ons huis staat erop etc.) • Vraag de kinderen of aarde hetzelfde is als grond. • Vertel de kinderen dat we met aarde ook de grond onder onze voeten bedoelen. De aarde is de basis waarop we leven. De grond in je tuin kun je dus ook gewoon aarde noemen. • Laat de kinderen ter afsluiting een tekening maken over de onderwerpen uit het gesprek. • Bekijk de tekeningen en vraag de kinderen te vertellen wat ze hebben getekend.
Groepsgesprek foto’s van vroeger
Dessert Excursie
Uitbuiken Afsluiting
Dag 5
Basisschoolleerlingen hebben vaak niet door hoe veranderlijk het landschap om hen heen is. Denk bijvoorbeeld aan de seizoenen of agrarisch landgebruik. Ook cultuurhistorische overblijfselen vallen hen niet altijd op. Dit groepsgesprek is bedoeld om deze bewust wording op gang te brengen. De vorm is bruikbaar voor onder-, midden- en bovenbouw. Pas het niveau van de vragen aan aan uw groep.
Dag 4
• Windmolen maken
• Molenliedjes
• Landschap en cultuurhistorie op internet • De Zuiderwaterlinie (kaart + stripboek*)
• Aardexpress
• Kleurplaat landschap vroeger • Molenliedjes • Kleurplaat molen
Bijgerechten Ondersteunende activiteiten
1 dagdeel
1 uur tot een dagdeel
zie pagina 23
zie pagina 22 2 dagdelen • Werken aan Groene Kaart*
Lespakket bodem.nu* Hoofdgerecht Veldwerk
Dag 3
• Werken aan Groene Kaart*
zie pagina 15 zie pagina 22 2 dagdelen 1à2 dagdelen • Opdrachten over molens* • Leesbaar Landschap*
zie pagina 15 2 dagdelen Lespakket bodem.nu* Hoofdgerecht In de klas
Dag 2
Lespakket bodem.nu*
Leesbaar Landschap*
zie pagina 12 2 uur
zie pagina 11 zie pagina 11 1 uur 20 min.
• Groepsgesprek Foto’s van vroeger • Introductie Groene Kaart* Voorgerecht Introductie
Dag 1
Grond onder je voeten
•G roepsgesprek Foto’s van vroeger • Introductie Groene Kaart*
Informatie Tijdsduur Bovenbouw Middenbouw Onderbouw
Menukaart landschap en cultuurhistorie 10
3 Voorgerechten
11
Voorbereiding Vraag de leerlingen enkele dagen voordat u met het thema begint om foto’s van hun (groot)ouders mee te nemen, waarop de school of (dorps)omgeving van vroeger te zien is. U kunt ook via internet, de bibliotheek en het Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) zie hun site www.bhic.nl Ga dan naar geschiedenis, kies de gemeente van je voorkeur. Je kunt verhalen zien, door een fotoalbum bladeren, etc. Er staat ook een verwijzing in welk archief u terecht kunt voor meer informatie over de gekozen gemeente. Lesopbouw Houd een groepsgesprek over de meegenomen foto’s. • Welke foto is het oudste, welke van het kortst geleden? Hoe zie je dat? • Wat is er veranderd ten opzichte van vroeger? Hoe ziet het er nu uit dan? • Waarom denken jullie dat dit veranderd is? Wat vinden de kinderen mooier? • Hoe denk je dat de omgeving op de foto er 1000 jaar geleden uit zag? Hoe kwamen de mensen toen aan hun eten? • Zie je ook dingen die hetzelfde zijn gebleven? Hoe zou dat kunnen? Op deze manier leren de kinderen op een andere manier naar de omgeving te kijken en beseffen ze dat er veel veranderd is. Bijvoorbeeld onder invloed van landgebruik, bebouwing, beplanting, overstromingen, etc.
Stap 1 Voorbereiding Benodigde materialen: • Twee op A3 formaat gekopieerde kaarten (plattegronden) van de schoolomgeving. Werkt u met groepjes? Geef ieder groepje dan twee kaarten. Eén kaart is te gebruiken als (klad) invulkaart voor onderweg; de andere om in de klas de gevonden plekken op aan te geven. Een kopieerversie van de kaart vindt u in de uitleenset. • Iconen Groene Kaart (kopieerbladen in uitleenset). In de uitleenset vindt u kopieer bladen met een selectie van voor kinderen geschikte iconen. Dit is slechts een selectie; het originele systeem bevat meer dan 100 iconen. In de uitleenset bij deze module zijn plattegronden opgenomen van de gemeenten in de Wijde Biesbosch. Stippel op de kaart een wandelroute uit langs bijzondere plekken in de buurt. De kinderen kunnen deze in groepjes of samen met u wandelen. Geef eventueel op de kaart de grens aan tot waar de groepjes mogen lopen. Als u met de hele klas loopt is dit uiteraard niet nodig.
Stap 2 Introductie voor de klas Vertel de kinderen over het Green Map system ofwel de Groene Kaart. Laat de kinderen, bijvoorbeeld via een digitaal bord, verschillende voorbeelden zien: • www.communitywalk.com/cuijkgreenmap • www.greenmap.org/greenhouse/files/noord_brabant.pdf • www.fronet.nl/greenmap/index.html
Suggestie • Het is ook leuk om een opa of oma van een leerling uit te nodigen om in de klas over vroeger te vertellen. • Is één van de meegenomen foto’s in de buurt van de school? Neem de leerlingen dan mee naar deze plek. Wat is er veranderd? Wat is hetzelfde gebleven?
Geef aan dat het maken van een Groene Kaart een methode is om de bijzondere plekken in je eigen omgeving vast te leggen. Welke bijzondere plekken in de schoolomgeving hebben te maken met het thema landschap en cultuurhistorie? Schrijf deze bijzondere plekken op het bord. Groepeer ze en teken de bijbehorende iconen erbij.
Introductie Groene Kaart
Stap 3 Op pad
De icoontjes van het Groene Kaart systeem zijn wereldwijd bekend. Van Tokyo tot New York maken kinderen Groene kaarten ofwel ‘Greenmaps’ (zie www.greenmaps.org). Kinderen ontdekken met deze communicatiemethode op hun eigen manier de natuurlijke en de, volgens hen, waardevolle plekken in hun eigen omgeving. Met de Groene Kaart vertellen ze aan elkaar, ouders of buurt hoe zij over hun eigen omgeving denken. Een aantal gemeenten heeft hun Groene Kaart gedigitaliseerd, waarmee de kaart interactief gebruikt kan worden. Zie bijvoorbeeld www.amsterdam.nl.
Benodigde materialen: • De (klad)kaart, papier en pen om onderweg aantekeningen te maken. • Eventueel een digitale camera om de mooie plekken vast te leggen. Ga in de eigen schoolomgeving de uitgekozen plekken bezoeken. Geef steeds op de (klad) kaart aan waar een plek ligt. Noteer wat de kinderen van deze plek vinden. Waarom is deze waardevol of juist niet? Eventueel kunnen van de bijzondere plekken foto’s worden gemaakt. Al lopende komen er vanzelf extra locaties bij, die de kinderen van tevoren niet hadden bedacht. Laat de kinderen breed waarnemen en breng naar eigen inzicht het thema van de module naar voren. Deze opdracht kan ook zelfstandig door de kinderen in groepjes gedaan worden.
Stap 4 Werken aan de kaart
12
13
Benodigde materialen: • Voldoende icoontjes om op de kaart(en) te kunnen plakken. De kinderen kunnen deze zelf met een schaar uit de kopieerbladen knippen. • Een vel A2 papier per groepje • Lijm • Linialen Verdeel de klas in groepjes en laat elk groepje de blanco plattegrond op het A2 vel plakken. In groepjes worden de plekken op de kladkaart nabesproken: • Waar staat de plek op de kaart? • Welk icoontje past erbij? • Wat vinden we ervan? • Wat moet er veranderd worden? • Zijn er speciale zaken aangetroffen, bijvoorbeeld historische dingen, dieren, planten? Bij elke plek wordt: • het icoontje geplakt. • een foto, een tekening of iets dat op de plek gevonden is geplakt. • aangegeven waarom deze plek is gekozen. Deze tekst kunnen de kinderen rondom de plattegrond op de blanco ruimte schrijven. Met een lijn wordt de tekst met het punt op de kaart verbonden. Bovenaan het vel papier schrijven de kinderen de datum. Aan het einde van de projectweek kan nog een kaart gemaakt worden. De horizon van de kinderen is dan verbreed door de behandeling van het thema in de klas en de gemaakte excursie. Er is dan ook ruimte om de mening over bepaalde punten bij te stellen (zie uitbuiken).
4 Hoofdgerechten Lespakket Bodem.nu Het lespakket Bodem.nu heeft tot doel bij basisschoolleerlingen belangstelling te wekken voor de bodem. Hieronder vindt u een selectie van activiteiten die goed passen binnen het thema landschap en cultuurhistorie. Het lespakket Bodem.nu is ontwikkeld door SOM onderwijs- en milieuprojecten.
Groep 1/2
Pagina lespakket
Vervolgactiviteit Les 2 Een vreemde bezoeker
groep 1/2
1 Een mol in de klas
p. 12
Zelf te verzamelen materiaal
Materiaal in lespakket Mo mo de mol (pop)
2 Kringgesprek Vervolgactiviteit Les 2 Een vreemde bezoeker
groep 1/2
4 Bodemdieren zoeken en bekijken
p. 14
• materialen voor het verzamelen van bodemdieren: bakjes,
Zoekkaart bodemdiertjes
schepjes en emmertjes • materialen om de bodemdieren mee te bekijken: glazen potten, loepjes en loeppotjes Slotactiviteit Les 5 Mo mo gaat weer onder
groep 1/2
de grond
p. 27
Mo mo de mol (pop)
Groep 3/4 Startactiviteit Les 2 Onder je voeten
groep 3/4
1 Bodemwerkimpuls
p. 15
• blanco A3 vellen (1x per tweetal)
www.bodem.nu (klik op:
2 Bodemwerk onder je voeten
• loepjes (1x per tweetal)
-> leerkrachten
3 Bodemwerk woordveld
• stokjes om te peuteren
-> foto’s en illustraties)
(1x per tweetal)
4 Afronding
• foto’s: uitvergrotingen van
5 Voorproefje
zand, klei, kauwgum, papier, glas, droog gras • luciferdoosjes Vervolgactiviteit Les 4 Bodemkijkertocht
groep 3/4
• 6 blanco vellen poster formaat
1 Bodemwerkimpuls
p. 19
• knutselmateriaal • teken- en verfmateriaal
2 Bodemwerk bodemkijkertocht 3 Afronding Groep 5/6 Vervolgactiviteit Les 7 Landschappen en
groep 5/6
bodemvruchtbaarheid
p. 32
• eventueel aardrijkskunde methode en atlassen • voor de afronding:
1 Verhaalimpuls
Verhaalimpuls: Brief van een boer (zie kopieerbijlage)
2 Sleutelvragen
Kaart van Nederland aan de
Blad 15 Grondsoorten 2
3 Onderzoek 1
muur
(zie kopieerbijlage)
4 Onderzoek 2
Blad 14 Wat heb je
5 Afronding
nodig? (zie kopieer-
6 Voorproefje
bijlage)
Extra activiteit Les 10 Bodemmonsters maken
groep 5/6 p. 40
• v eel kranten, papierlijm, hobbylijm • allerlei kosteloos materiaal.
14
• r esten karton, schilderstape, touw, onbedrukt krantenpapier, schoolverf, kwasten en scharen Slotactiviteit Les 14 De eindpresentatie
groep 5/6 p. 45
Leesbaar Landschap Deze les behandelt de vraag: “Wanneer voel jij je thuis in een landschap?” Leerdoelen Na deze les kunnen de kinderen: 1. Een koppeling leggen tussen het landschap en de grondsoort. Dit laten zij zien door bomen/begroeiing aan te wijzen in het landschap en daarbij te vertellen wat de relatie is met de grondsoort. 2. Een koppeling leggen tussen het landschap en het gebruik door de mensen (vroeger en nu). Dit laten zij zien door minimaal twee overeenkomsten en twee verschillen in patronen van wegen, waterlopen en grondgebruik aan te wijzen met behulp van topografische en historische kaarten. Ook kunnen zij twee toponiemen toelichten. 3. Een koppeling leggen tussen het landschap en het seizoen. Dit laten zij zien door het benoemen van de kleuren en andere seizoenskenmerken. 4. Toelichten in welk landschap zij zich prettig voelen. Dit laten zij zien door middel van een schilderij en/of gedicht. Achtergrondinformatie Leesbaar Landschap is een methode om zichtbare samenhangen in ondergrond, functionaliteit, seizoen en historie in het landschap te ontdekken. Er zijn als het ware vier brillen om het landschap te lezen. Voor meer informatie over deze methode kunt u de handleiding ‘Leesbaar Landschap’ downloaden via www.clm.nl/projecten/leesbaar.html. De methode is ontwikkeld door Karina Hendriks, Landschapsarchitectuur en Henk Kloen, CLM Onderzoek en Advies BV. Voor de Wijde Biesbosch is de methode vertaald naar een kindvriendelijke versie. Hiermee kunnen kinderen een mening vormen over het landschap in hun eigen leefomgeving. Voorbereiding door de leerkracht • Zoeken van een geschikte locatie voor de buitenles. Dit is bij voorkeur een locatie dicht bij school, maar wel buiten het dorp of stad. De locatie moet bestaan uit een open tot half open landschap. • Uitzetten van de route en vier plaatsen vaststellen voor het uitvoeren van de opdrachten. U kunt ook één punt uitzoeken dat geschikt is om alle vier de opdrachten uit te voeren. • Verzamelen/kopiëren van de benodigde materialen.
Gebruik van de les Vooraf in de klas. Ieder landschap heeft zijn eigen verhaal. Om antwoord te kunnen geven op de vraag “Wanneer voel jij je thuis in een landschap?” moet je het verhaal van het landschap hebben gelezen. Wij gaan deze week het verhaal van het landschap van onze omgeving lezen. Niet uit een boek, maar aan de hand van wat we zelf zien in het veld. • Wat is volgens jullie een landschap? • Wat is een mooi landschap en wat is een lelijk landschap? Een landschap kun je omschrijven als jouw leefomgeving zover jij die kunt zien. Een landschap kun je op verschillende manieren bekijken. Hiervoor hebben we vier brillen nodig. Een verticale bril, horizontale bril, historische bril en een seizoenen bril. • Met de verticale bril kijken we naar wat er groeit en wat dat zegt over de bodem. Iedere soort boom of plant heeft een eigen voorkeur voor een groeiplek (afhankelijk van de hoeveelheid voedsel, water en lucht in de bodem). • Met de horizontale bril kijken we naar de lijnen van wegen en sloten. Zijn er ook nog groene wegen waar de planten en dieren zich kunnen verplaatsen? • Met de historische bril kijken we naar het landschap van vroeger. Kunnen we in het veld nog ontdekken hoe het er vroeger heeft uitgezien? • En met de seizoenen bril kijken we of we in het landschap kunnen zien welk seizoen het is. In Nederland kennen we vier seizoenen: herfst, winter, lente en zomer. Tijdens ieder seizoen veranderen de kleuren in de natuur. Zo is bijvoorbeeld het groen in het voorjaar veel frisser dan het groen in de zomer. We gaan buiten de verschillende ‘brillen’ opzetten om ons landschap te lezen. Maar voordat we naar buiten gaan bekijken we twee verschillende kaarten: vroeger en nu.
Opdracht 1 voor binnen Materialen: • Voor iedere leerling een kleurenkopie van een topografische kaart en een historische kaart op A4 formaat. De leerlingen nemen deze kaarten ook mee naar buiten. • Overtrekpapier. • Per tweetal een vergrootglas of steelloepje om de teksten op de historische kaart goed te kunnen lezen. U kunt er ook voor kiezen de kaarten uit te vergroten. • Internetverbinding: Google Earth (optioneel) De kinderen trekken de historische kaart over op overtrekpapier. Daarna leggen zij deze over de huidige topografische kaart heen. Opdracht 1a: Z oek twee verschillen. Bijvoorbeeld de loop van een weg, het aantal sloten, de dorpsomvang. Opdracht 1b: W at is er gelijk gebleven? Zijn er bijvoorbeeld wegen niet of bijna niet veranderd?
16
17
Nabespreking Vroeger was het op veel plaatsen in de Wijde Biesbosch erg nat. Veel stukken waren te nat om bouwgrond van te maken of koeien te laten grazen. Men heeft toen veel extra sloten gegraven om het water snel af te kunnen voeren. Later bij de ruilverkaveling zijn heel veel sloten verdwenen; er waren betere technieken om het gebied droog te houden. Sommige wegen liggen nog wel op de oude plek, maar zijn later recht getrokken. In de tijd dat het nog erg nat was in het gebied had je verbindingswegen, maar ook ontginningswegen. Deze laatste liggen vaak op een dijk.
Verwerking buiten Materialen: 1. fotolijstjes (uit de uitleenset, kopiëren op dik papier) De kinderen kunnen deze eventueel versieren. 2. touw en knijpers De wandeling wordt afgesloten door de leerlingen dat stukje van het landschap, dat zij het mooiste vinden, te laten inkaderen met behulp van een fotolijstje. Zij lichten hun keuze toe aan de hand van de vraag: “Waarom voel jij je thuis in dit landschap?” Dit doen ze in de vorm van een klein gedichtje (elfje).
Opdracht 2 voor binnen Vroeger gaven de mensen wegen en plaatsen een naam die iets zei over de omgeving, een persoon die daar woonde of over een gebeurtenis. Het woordje ‘dijk’ kom je vaak tegen. Maar ook het woordje ‘steeg’. Zoek op de historische kaart waar de ‘stegen’ liggen. Wie kan de meeste vinden? Kun je nu ook vertellen wat een steeg is? Nabespreking Een steeg is een verbindingsweg die twee plaatsen met elkaar verbindt. Een steeg is meestal onverhard met een sloot ernaast zodat het water van de weg in de sloot kon stromen en de weg mooi droog bleef.
Veldles buiten Materialen: 1. Kopieën van de opdrachtkaartjes (gebruik voor iedere bril een andere kleur papier) 2. Kompas 3. Papier en potlood 4. Kopieën van de topografische en historische kaart 5. Grondboor (optioneel) 6. Trechter (optioneel)
Om te voorkomen dat kinderen te veel uit elkaar waaieren, kan het helpen om op verschillende hoogtes touwen te spannen tussen bomen. De kinderen kunnen hieraan met knijpers hun lijstje ophangen. Deze touwen vormen als het ware de ‘landschaps tentoonstelling’. U kunt vervolgens van ieder ‘schilderij’ ook een digitale foto maken. Tips voor uitbreiding 1. Na de veldles creëren de leerlingen hun eigen ideale landschap. Dit kan bijvoorbeeld door met natuurlijke materialen een gezamenlijke maquette te maken. De klas kan hierbij verdeeld worden over de 4 brillen. Iedereen vult de maquette aan met de eigen bril. 2. U kunt er ook voor kiezen de leerlingen een persoonlijke tekening te laten maken met boven- en zijaanzicht. De leerlingen presenteren de resultaten aan elkaar en lichten hun tekening toe. 3. Ook kunt u de foto’s van de ‘landschapsschilderijen’ die u heeft gemaakt na afloop van de veldles in de school ophangen.
De veldles is een wandeling door het landschap. De lengte van deze wandeling/route bepaalt u zelf. Kies in ieder geval vier punten - voor iedere bril één - waar de leerlingen de opdrachten kunnen uitvoeren. In de uitleenset staan per bril een aantal opdrachten geformuleerd. U selecteert van te voren welke opdrachten wel/niet geschikt zijn in uw omgeving. Eventueel geeft u bij de verticale bril een demonstratie bodemmonster nemen met hulp van grondboor. De kinderen gaan in tweetallen aan de slag met de opdrachten. Na iedere opdracht is er een korte terugkoppeling. Hierbij kunt u gebruik maken van de achtergrondinformatie die is gegeven in de bijlage bij de opdrachtkaartjes.
18
19
Opdrachten over molens Toelichting brillen Verticale bril Elzen en wilgen kunnen overleven op natte bodem. Klei houdt water vast en is dan ook heel nat (tenzij er veel ontwaterd wordt). Dat er klei in de bodem zit kun je goed zien op de omgeploegde stukken en op plekken waar het water blijft staan. Aan de hand van een demonstratie, waarbij u een trechter met zand en een trechter met klei vult, kunt u laten zien hoe beide grondsoorten het water doorlaten c.q. vasthouden. Horizontale bril Met de horizontale bril kijk je naar de kleinere onderdelen in een landschap, de landschapselementen. Denk hierbij aan slootranden, heggen, bomenrijen, bermen. Iets groter zijn de afzonderlijke weilanden/akkerlanden (vroeger voor de ruilverkaveling waren die overigens veel kleiner). Een ree graast in weide, maar wil bij gevaar kunnen vluchten in een bosje. Reeën kunnen heel goed springen en zelfs een stukje zwemmen. Sloten zijn dus geen obstakels, autowegen wel. Historische bril Bomen werden vroeger geknot. Dat betekent op een bepaalde hoogte afgezaagd. De boom maakt vervolgens allemaal nieuwe loten en deze groeien uit tot stevige takken. Deze takken werden afgezaagd als ‘geriefhout’. Geriefhout is hout voor bezemstelen en andere gereedschappen. Als je te lang wacht met het afzagen van de takken worden de takken te zwaar en scheurt de boom. Steenuilen (ook overdag aan te treffen) schuilen graag in geknotte bomen. Van oudsher waren sloten, molens en dijken voor dit gebied nodig om de grond droog te krijgen. Dorpen en steden werden gebouwd op de hoger gelegen stroomruggen. Op deze stroomruggen konden de mensen het droog houden. Maar bij heel hoog water kregen ze ook daar natte voeten. Toen is men dijken gaan bouwen om zich te beschermen tegen het hoge water. Later zijn de dijken gaan inklinken waardoor ze steeds lager kwamen te liggen.
Waar water is, zijn molens. Zo ook in de Wijde Biesbosch. Er zijn veel verschillende soorten molens zoals poldermolens (bijvoorbeeld de achtkante poldermolen, wipwatermolen en achtkante bovenkruier), korenmolens, watermolens, Amerikaanse windmotors, etc. In de uitleenset zitten drie lesbrieven over respectievelijk de poldermolen, de korenmolen en de watermolen. De lesbrieven zijn afkomstig van Vereniging De Hollandsche Molen, die hiermee als doel heeft dat: • kinderen weten dat je met behulp van water en wind energie kan opwekken. • kinderen weten dat molens een onderdeel van de Nederlandse cultuur zijn. • kinderen weten dat wind een belangrijke energiebron is. • kinderen weten hoe een molen werkt.
Lesbrief
Korte omschrijving
De Poldermolen
Hoe werkt een poldermolen? Wat doet de molenaar? De juiste molen bij het plaatje zoeken.
De Korenmolen
Manieren om een korenmolen meel te laten malen. Hoe wordt graan tegenwoordig gemalen?
De Watermolen
Wat is een goede plek om een watermolen te bouwen? Waarom moet een molenaar weten hoeveel regen er is gevallen?
Seizoenen bril Vraag de leerlingen bijvoorbeeld hoe goed ze het seizoen in dit landschap zien/ ervaren. Als het een omgeving is met alleen maar groene weilanden, die bijna het hele jaar door groen blijven kan dit verwarrend zijn. Natuurlijk gras wordt echter wel geel in de herfst. Misschien dat er toch verschillen te vinden zijn…
20
21
5
Bijgerechten
Stap 2 Knip de streepjes tot de helft in met een schaar.
Kleurplaat molen Zie kopieerblad in de leskist.
Kleurplaat ‘landschap vroeger’ Zie kopieerblad in de kist.
Windmolen maken Ter voorbereiding op het bezoek aan de molen (zie hoofdstuk 6 Desserts) is het leuk om samen met de kinderen een windmolen te maken. In vier stappen bouwen de kinderen een molentje. Als de kinderen de molentjes meenemen tijdens de excursie, dan legt de molenaar vast een vergelijking met de werking van een echte molen!
Wat heb je nodig? • een vierkant stuk stevig papier • een schaar • een speld met een knop • een liniaal • een pen • een dun limonaderietje
Stap 3 Vouw de vier hoeken met de gaatjes naar het midden.
Stap 4 Duw de speld door de gaatjes en door het midden van het vierkant. Duw de speld in de bovenkant van het limonaderietje. Zo, je windmolen is klaar! Blaas er tegenaan of hou hem buiten in de wind.
Stap 1 Neem een stuk stevig papier en zorg ervoor dat het precies vierkant is. Meet even of alle zijkanten even lang zijn. Leg de liniaal schuin over het papier en trek streepjes van de ene hoek naar de andere. Maak gaatjes in de hoeken aan dezelfde kant van elke lijn.
22
23
Molenliedjes
Aarde uit de tuin Materiaal • een paar flinke scheppen aarde uit de tuin, inclusief blad, takjes, beestjes etc. • krantenpapier of opengeknipte vuilniszakken Doel De kinderen bekijken wat er allemaal in de aarde uit de tuin voorkomt. De les 1. Leg op een tafel of op de grond een hoop aarde op de kranten of vuilniszakken. De kinderen moeten eromheen kunnen staan. Vertel de kinderen dat u met ze gaat bekijken wat er allemaal in de aarde zit. Laat de kinderen vertellen wat aarde is. 2. Laat de kinderen met hun handen in de aarde voelen. Laat ze vertellen wat ze voelen en wat ze tegenkomen. 3. Laat de kinderen vervolgens de takjes, wortels, plantjes, zaadjes, wormen en kevertjes in drie groepen verdelen: planten, dieren en grond. 4. Vraag de kinderen of ze dieren kennen die in de grond leven of een hol in de grond maken (bijvoorbeeld worm, mier of mol). 5. Concludeer samen met de kinderen dat er allerlei leven in de grond zit. Planten groeien er met hun wortels in. Afgevallen blaadjes vergaan en worden weer nieuwe grond. Dieren kruipen erin rond, ze graven gangen, eten van plantenresten en maken holletjes. Suggestie 1. Lees een verhaal of prentenboek voor over dieren die in de grond leven. 2. Het is nòg spannender om met een vergrootglas de aarde te bekijken. Bron: Leerkracht.nl
Aardexpress Aardexpress is een programma op internet waarin de kinderen kennis maken met de ondergrondse wereld. Met een speciale machine bekijk je de verschillende lagen van de aarde (het pleistoceen, het holoceen, het krijt, onze huidige laag etc.). Per laag wordt iets over de betreffende tijd verteld en krijgen de kinderen iets te zien over het landschap van vroeger. Via een ondergrondse weg kunnen de kinderen kiezen uit: • Landschappen toen: het klimaat in een bepaalde periode, de planten en dieren die vroeger leefden, een kaart van Nederland in het pleistoceen, foto’s en nog veel meer. • Delfstoffen nu: winning, eindproduct, fossielen. Bron: www.bodem.nu/bovenbouw/flash/bodemwebsite.html
24
25
’s-HERTOGENBOSCH
Zuiderwaterlinie
Landschap en cultuurhistorie op internet
De Zuiderwaterlinie is een verdedigingswerk, gelegen in de provincie Noord-Brabant. Dankzij een systeem van watergangen en sluizen kon men grote delen onder water zetten. Het geheel werd versterkt met forten en ommuurde steden. Veel hiervan is nog zichtbaar in het landschap.
Organisaties en informatie over landschap en cultuurhistorie (een kleine selectie):
In het uitleenmateriaal bevinden zich een stripboek en kaartmateriaal over de Zuiderwaterlinie. Stripboek Ter gelegenheid van de eerste ‘Fortennacht’ in 2011 werd het Suske en Wiske-album ‘De Laaiende Linies’ gemaakt. Suske en Wiske flitsen met de teletijdmachine van Professor Barabas naar het jaar 1641 en Jerom en Lambik naar het jaar 1622 (tijdens de Tachtig jarige Oorlog). Wiske raakt Schanulleke kwijt door een offer door een Spaanse rat en een Staatse raaf. Om Schanulleke terug te krijgen moeten ze de twee gouden ogen proberen terug te vinden om zo de vloek te verbreken.
Landschap www.wijdebiesbosch.nl www.mooierlandschap.nl www.de12landschappen.nl www.nationalelandschappen.nl www.landschapsbeheer.nl www.bhic.nl
Cultuurhistorie www.kich.nl www.projectenbankcultuurhistorie.nl www.natuurbeheer.nu www.erfgoedbrabant.nl www.thuisinbrabant.nl www.hollandsewaterlinie.nl www.molens.nl www.moleneducatief.nl
Kaartmateriaal De provincie Noord-Brabant heeft ter illustratie kaarten gemaakt van de Zuiderwater linie. Deze zijn te gebruiken in de klas om de leerlingen inzicht in de linie te geven.
26
27
6
Desserts
Excursie onderbouw Wandeling in de buurt met ‘opa en oma’ Tijdens deze excursie komen een heuse opa en oma (of twee opa’s of oma’s) in de klas. Dit zijn twee Wijde Biesboschgidsen in de huid kruipen van een oude bewoner van de schoolomgeving, waarbij hun kindertijd in de wijk ca. 60 jaar geleden centraal staat. ‘Opa en oma’ beginnen hun verhaal over de school. Weten de kinderen hoe de school eruit zag? Wat was er anders dan nu op school? ‘Opa en oma’ laten de kinderen enkele oude schoolfoto’s zien, waardoor de kinderen meteen een beeld hebben bij de tijd waarin ‘opa en oma’ klein waren. Vervolgens nemen ‘opa en oma’ de kinderen mee naar buiten. Wat zie je? Wat is volgens jullie het oudste wat hier staat? Hoe zie je dat? Wat vertellen die diepe krassen op die eik? ‘Opa en oma’ vertellen over hun kindertijd: de kinderspelletjes die ze speelden, de weilanden op de plek waar je nu staat. Op een andere plek laten ‘opa en oma’ met een foto zien wat er vroeger was. Wat is er veranderd? Wat zie je nu nog steeds? ‘Opa en oma’ vertellen wat ze hier zoal hebben beleefd, bijvoorbeeld die ene keer dat ze stiekem peren hadden geplukt in de tuin a chter dat laatste huis. Vervolgens laten ze de kinderen oude dingen verzamelen. Wat voor verhaal vertelt die steen? Terug in de klas hebben de kinderen zich een beeld gevormd van hoe hun omgeving er vroeger uit zag. Bovendien hebben ze geleerd om goed te kijken, bijvoorbeeld naar oude dingen in de buurt. Duur 1 à 1½ uur Gids Wijde Biesboschgids Kosten 2 30,- per gids (1 gids per 15 leerlingen) Reserveren via reserveringsformulier (zie pagina 34) Meer informatie Hanny Scheffers (IVN Brabant, tel. 0411-614111)
28
Excursie midden- / bovenbouw Fort Kleine Schans Ergens in de veertiende eeuw ontstaat het West-Brabantse dorp Terheijden op een zandrug parallel aan de Mark. Dat is een riviertje dat vanuit België richting Breda stroomt en bij Terheijden een bocht maakt naar het westen. De ligging van het dorp is van grote invloed op de ontwikkeling en geschiedenis van het gebied. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog bouwen afwisselend Staatse en Spaanse troepen hun tentenkampen en forten bij het dorp. Ook raken ze er meermaals in zware gevechten. Een van de fortificaties in Terheijden is de Kleine Schans. Spaanse troepen leggen deze in 1590 aan op de plek van hun kamp. In 1637 geven Staatse troepen de schans haar huidige vorm. Hij dient dan om de scheepvaart op de Mark en de verbinding BredaMoerdijk te beschermen. In 1680, na de oorlog tegen de Spanjaarden, wordt de schans geslecht. In 1830 verrijst echter een nieuwe schans op dezelfde plek. Nederland heet dan het ‘Verenigd Koninkrijk der Nederlanden’, wat betekent dat ook België daar bij hoort. Bij de zuiderburen zijn ze het hier echter niet mee eens en Nederland raakt verwikkeld in de Belgische afscheidingsoorlog. In 1952 wordt de Kleine Schans opgeheven, maar gesloopt wordt ze nooit.Intussen zijn er plannen om Fort Kleine Schans te stabiliseren. De gidsen laten de kinderen de geschiedenis van Fort Kleine Schans opnieuw beleven. Met de kinderen wordt gekeken hoe een bebouwde schans eruit zag. Waarin hebben de soldaten gewoond? En waar zou de kerk hebben gestaan? En was er dan nog ruimte voor de kinderen om te spelen? Hoe deden ze dat zonder speelgoed? De leerlingen bedenken zelf spelletjes die kinderen toen speelden en spelen ze ook. Hebben ze bijvoorbeeld gedacht aan hinkelen en wat zou bikkelen voor een spel kunnen zijn.Kinderen leren de geschiedenis beter kennen door het memoriespel. Maar ook luisteren naar de geluiden die je hoort als je op de schans bent en dan hun eigen orkest maken. Leven er nu ook dieren en waar kun je dat aan zien? De excursie wordt afgesloten met een ‘elfje’ over de schans.
Duur Gids Kosten Reserveren Meer informatie
ca. 1½ uur Wijde Biesboschgids 2 30,- per gids (1 gids per 15 leerlingen) via reserveringsformulier (zie pagina 34) Hanny Scheffers (IVN Brabant, tel. 0411-614111)
Landgoed Oosterheide
Slagenlandschap
Landgoed Oosterheide is met zijn honderd jaar nog maar een jong landgoed. Toch kun je aan elementen als het landhuis, een fraaie boerderij, grenspalen en enkele militaire overblijfselen zien dat het gebied al een rijke cultuurhistorie heeft. Natuurmonumenten wil dit unieke landgoedkarakter zo goed mogelijk bewaren. Landgoed Oosterheide is een onderdeel van het landschapspark Oosterhout-Breda.
Zestienhonderd meter lang en 96 meter breed is één slag: de gangbare maat voor stukken land die vanaf de middeleeuwen ontgonnen werden. Tussen de percelen werden sloten gegraven voor de afwatering, langs de slootkanten kwamen elzen te staan om de oevers te verstevigen en hout te leveren. Het resultaat: een oer-Hollands slagenlandschap. Het prachtige landschap met deze naam komen we tegen in de Langstraat, tussen Waalwijk en Waspik.
De gidsen gaan met de kinderen terug in de tijd, zo rond 1769. Ze vertellen over grenspalen en militaire oefeningen. Tussen 1701 en 1794 vonden hier grootscheepse internationale legeroefeningen plaats, met duizenden soldaten. Enkele herinneringen hieraan zijn nog altijd in het landschap terug te vinden zoals kogelvangers, loopgraven, een uitkijkpost en batterijen. Oude tekeningen worden ter plekke vergeleken met het hier en nu. Waar staan we? Wat zie je nog terug in het landschap? De kinderen horen wat een kogelvanger is en hoe deze gebruikt werd. Hoeveel kracht heb je nodig om een “kogel” te kunnen gooien. Daarnaast zijn er nog andere opdrachten, zoals werken met fotokaartjes. Eventueel maken de kinderen een natuurschilderij voor voorbijgangers. Op Oosterheide ligt een stelsel van mooie aangelegde lanen, beplant met een grote variatie aanbomen. Talloze diersoorten profiteren van de holtes in de laanbomen. Vleermuizen gebruiken de bomen als broedkamers en ook paddenstoelen hebben voordeel bij deze bomen. De gidsen kijken met de kinderen of ze sporen van de dieren kunnen vinden, wat zien, ruiken of horen ze. Na deze excursie zitten de kinderen boordevol verhalen over vroeger en hebben ze geleerd om met een ‘historische bril’ naar hun omgeving te kijken.
Duur Gids Kosten Reserveren Meer informatie
30
1½ à 2 uur (exclusief reistijd) Wijde Biesboschgids 2 30,- per gids (1 gids per 15 leerlingen) via reserveringsformulier (zie pagina 34) Hanny Scheffers (IVN Brabant, tel. 0411-614111)
In het Slagenlandschap sta je op de grond die je voorouders hebben bewerkt, en waar ze hebben geleefd. Wil je het landschap leren kennen, dan maken we een reis naar het verleden. Deze reis wordt verteld door de gidsen terwijl we het gebied in trekken. Er wordt bijv. over het ontstaan van het Slagenlandschap verteld, maar ook over de Sint- Elisabethsvloed en Huize Zuidewijn. Er komen leuke weetjes aan de orde, zoals waar het woord “steenrijk” vandaan komt. Tijdens het wandelen komen leerlingen ogen en oren te kort in dit schitterende natuurgebied. Onderweg worden allerlei opdrachtjes gedaan door de leerlingen en kunnen ze actief aan de slag, zoals waterdiertjes scheppen. Maar een kaart van vroeger wordt erbij gepakt: wat zie je daar nu nog van terug, wat is er verdwenen en wat betekenen straatnamen? We luisteren naar de stilte en maken een “elfje” maken om de excursie af te sluiten. Ieder seizoen is weer anders en na de excursie kijken de kinderen met andere ogen naar het Slagenlandschap en andere landschappen!
Duur 1½ à 2 uur (exclusief reistijd) Gids Wijde Biesboschgids Kosten 2 30,- per gids (1 gids per 15 leerlingen) Reserveren via reserveringsformulier (zie pagina 34) Meer informatie Hanny Scheffers (IVN Brabant, tel. 0411-614111)
31
Elshoutse Zeedijk
Suggesties voor andere uitstapjes
De Elshoutse zeedijk stamt uit de Middeleeuwen en beweegt zich kronkelend door het vlakke landschap tussen Doeveren en Drunen. Het is een dijk met een grillige vorm, waarvan de ‘littekens’ herinneren aan strijd, stormen en overstromingen. Sinds de rivierverbetering uit de jaren dertig en de sluiting van de diverse overlaten, hoeft de Elshoutse Zeedijk geen water meer tegen te houden. De dijk vormt nu de grens tussen rivier- en zeeklei. De dijk is cultuurhistorisch zeer interessant, bijvoorbeeld door archeologische vondsten, historische sluisjes en duikers en uitgegroeide grienden.
In de omgeving zijn talloze mogelijkheden om de themaweek verder uit te bouwen, bijvoorbeeld met zelf georganiseerde uitstapjes. Hieronder vindt u een aantal suggesties die aansluiten bij het thema landschap en cultuurhistorie. Deze excursies worden niet v anuit het educatieprogramma Wijde Biesbosch georganiseerd.
Langs de zeedijk ligt het natuurgebied Elshoutse Wielen. Dit bestaat uit elzenbroekbos en verschillende plassen (wielen) langs de Elshoutse Zeedijk. Ook de zogeheten Hooibroeken met natte graslanden en populierenbosjes aan de Kooilaan horen erbij (zie module Water in de Wijde Biesbosch). De zestien grote en kleine wielen zijn ontstaan door dijkdoorbraken. Er groeien waterplanten als gele plomp en watergentiaan.
• Slot Loevestein adres Loevestein 1, Poederoijen telefoon 0183 447171 website www.slotloevestein.nl De rijke geschiedenis van slot Loevestein beslaat zo’n 650 jaar en is in te delen in 3 periodes: middeleeuwen, staatsgevangenis en Hollandse Waterlinie. De meest markante periode is de staatsgevangenis. Door de gevangenschap en ontsnapping van de internationaal beroemde rechtsgeleerde Hugo de Groot is Loevestein (inter)nationaal bekend geworden. Voor kinderen zijn er speciale rondleidingen.
De gidsen nemen de leerlingen mee naar de Middeleeuwen en vertellen over de strijd tegen het water. De Sint-Elisabethsvloed (1421) neemt daarbij een belangrijke plaats is. Aan welke kant van de dijk zul je zeeklei vinden? Weet je nu waar de naam Elshoutse Zeedijk vandaan komt? De kinderen gaan zelf aan de slag, onder andere met fotokaartjes van het gebied. Maar ook luisteren ze naar de geluiden die hier voorkomen. Welke dieren komen hier voor en kun je daar iets van zien, horen, ruiken? In de Elshoutse Zeedijk zijn nogal wat kunstwerken ( sluisjes) gelegen die in verval zijn geraakt.Er zijn plannen om deze te gaan opknappen. Ook deze worden in het verhaal van de gidsen betrokken.
• VVV Geertruidenberg adres Markt 46, Geertruidenberg telefoon 0162-517689 website www.vvvgeertruidenberg.nl De VVV biedt allerlei activiteiten aan om de vestingstad Geertruidenberg te ontdekken, waaronder kinderactiviteiten en rondleidingen. Met name een bezoek aan Fort Lunette (Maasdijk te Raamsdonksveer) en demonstraties van de Bergsche Battery (www.bergschebattery.nl) sluiten goed aan bij het educatieprogramma Wijde Biesbosch!
Duur 1½ à 2 uur (exclusief reistijd) Gids Wijde Biesboschgids Kosten 2 30,- per gids (1 gids per 15 leerlingen) Reserveren via reserveringsformulier (zie pagina 34) Meer informatie Hanny Scheffers (IVN Brabant, tel. 0411-614111)
• Heusdens Buro voor Toerisme adres Pelsestraat 17, Heusden telefoon 0416 662100 website www.hbtheusden.nl Op deze website zijn tal van arrangementen te boeken voor kinderen. Bijvoorbeeld de speurtocht ‘De Bende van de Witte Veer’ en een rondleiding door de poort van Heusden. • Ecologische Verbindings Zone Dongen adres Beljaartlaan, Dongen (parkeren: Hamsesticht) telefoon 06-30688993 (Combinatiefunctionaris Cultuur van de gemeente Dongen) website www.delooierij.nl De Ecologische Verbindings Zone (EVZ) is een nieuw natuurgebied dat ligt aan de noordkant van Dongen. De zone is aangelegd om een ecologische verbinding te maken tussen het natuurgebied Huis ter Heide en de Biesbosch. Het gedeelte EVZ aan de nieuwe wijk de Beljaart heeft ook een actieve recreatieve functie. Het is een paradijs voor kinderen die graag spelen met zand en water. De gemeentegidsen geven rondleidingen aan schoolkinderen maar ook aan volwassenen. Het project dat is samengesteld richt zich op kinderen van groep 4 en 5 van de basisschool.
32
• Biesbosch Museum Werkendam adres Hilweg 2, Werkendam telefoon 0183 504009 website www.biesboschmuseum.nl De Biesbosch is in feite een cultuurlandschap, een landschap dat in belangrijke mate door mensenhanden is gevormd. Een cultuurlandschap heeft een cultuurhistorie. In het Biesbosch Museum wordt de cultuurhistorie van De Biesbosch uitvoerig belicht.
Reserveringsformulier excursie Met onderstaand reserveringsformulier kunt u de Wijde Biesbosch excursies reserveren. Alle excursies worden begeleid door ervaren gidsen. U kunt het formulier het beste kopiëren en het origineel bewaren, zodat u dit volgend schooljaar eventueel opnieuw kunt gebruiken. Wilt u meer groepen inschrijven voor één excursie? Kopieer dit inschrijvingsformulier dan en vul voor elke groep één formulier in! Het is belangrijk dat uw inschrijvingsformulier ten minste vier weken voor de gewenste excursiedatum bij ons binnen is. Wij sturen u dan zo spoedig mogelijk de bevestigingsbrief met alle gegevens en een factuur. Pas wanneer u de bevestigingsbrief ontvangen heeft, bent u zeker van uw inschrijving.
Inschrijving excursie landschap en cultuurhistorie in de Wijde Biesbosch
Wandeling met ‘opa en oma’ in de buurt (onderbouw) Fort Kleine Schans (midden- / bovenbouw) Landgoed Oosterheide (midden- / bovenbouw) Slagenlandschap (midden- / bovenbouw) Elshoutse Zeedijk (midden- / bovenbouw)
Opsturen naar (postzegel niet nodig): IVN Brabant o.v.v. excursie Wijde Biesbosch Antwoordnummer 16015 5280 VJ Boxtel
34
Maken en presenteren Groene Kaart Tijdens de projectweek is het thema landschap en cultuurhistorie op verschillende manieren aan de orde gekomen. De kinderen hebben de bijzondere plekken in ‘hun eigen stukje Wijde Biesbosch’ aangegeven op een kaart. Ze hebben zich verdiept in het thema, hebben onderzoekjes gedaan en zijn op excursie geweest. Zo hebben zij hun blik over landschap en cultuurhistorie in hun eigen Wijde Biesbosch verruimd. De bedoeling van deze afsluiting is dat wat de kinderen hebben opgestoken en wat hen is opgevallen, wordt verwerkt in een Groene Kaart van de wijdere omgeving. Ook kunnen zij de Groene Kaart van hun naaste omgeving eventueel van aanvullend commentaar voorzien, naar aanleiding van wat ze over het thema hebben geleerd. De twee kaarten kunnen als afsluiting van het project worden getoond/opgehangen in de centrale ruimte van de school.
Benodigde materialen: • De Groene Kaart die bij de introductie is gemaakt • Schrijfmateriaal • Liniaal
Voor welke excursie wilt u zich inschrijven? (maximaal 1 excursie aankruisen)
Voorkeursdag en -tijd: Datum 1e keus: Datum 2e keus: Datum 3e keus:
Uitbuiken
Stap 1 Aanvullen van de eigen Groene Kaart
School Straat en huisnummer Postcode en plaats Telefoon E-mail Leerkracht Groep Aantal leerlingen
7
Vraag de kinderen om elk punt op de Groene Kaart nog eens te bekijken en laat de kinderen eventueel aanvullende teksten erbij schrijven: • Zijn er nog nieuwe punten bij gekomen aan de hand van ontdekkingen in het project? • Zijn ze het eens met de tekst die zij aan het begin van het project hebben gemaakt? Of denken ze er nu anders over? • Hebben ze foto’s gemaakt die ze erbij willen plakken? Vervolgens kunnen de groepjes hun aangepaste kaarten aan elkaar presenteren.
Stap 2 Aanvullen Wijde Biesbosch kaart Benodigde materialen: • Wijde Biesbosch kaart (in uitleenset) • Iconen Groene Kaart (kopieerbladen in uitleenset) 9.00 uur / 13.00 uur 9.00 uur / 13.00 uur 9.00 uur / 13.00 uur
Hang de Wijde Biesbosch kaart centraal op in de klas. Op dezelfde manier als bij de introductie Groene Kaart (zie pagina 12) kunnen de kinderen bijzondere plekken aangeven. Echter nu is het gebied veel groter. Vraag de kinderen bijzondere plekken aan te geven die zij tijdens de afgelopen projectweek hebben gezien of hebben ontdekt. Laat hen hiervan een korte beschrijving geven en indien mogelijk een afbeelding zoeken (via internet of zelf gemaakte foto’s). De kinderen vullen dit aan met hun eigen icoontjes van de Groene Kaart.
Stap 3 Kaarten presenteren Tot slot kunnen beide kaarten aan medeleerlingen en/of ouders worden getoond.
35
Colofon Het Educatieprogramma Wijde Biesbosch - zuid is ontwikkeld in opdracht van de Gebiedscommissie Wijde Biesbosch. De ontwikkeling is mogelijk gemaakt door financiële bijdragen van Leader West-Brabant, Provincie Noord-Brabant, ZLTO, gemeenten Waalwijk en Drimmelen en IVN Nederland. Coördinatie Ido de Haan, IVN Brabant 0411-614111
[email protected] www.ivn.nl Ontwikkeling Annette Zirkzee, IVN Brabant Jeffrey Raymakers, IVN Brabant Marieke Wingens, IVN Brabant Vormgeving Van Riet Ontwerpers, ‘s-Hertogenbosch Druk Reach strategische communicatie & vormgeving Partners/met dank aan Bezoekerscentrum Wolfslaar Breda Bibliotheek Vlijmen Brabants Landschap Cultuurspot Drimmelen Gemeente Breda Gemeente Dongen Gemeente Drimmelen Gemeente Geertruidenberg Gemeente Heusden Gemeente Oosterhout Gemeente Waalwijk Heemkundekring De Vlasselt IVN-afdeling Mark en Donge IVN-afdeling De Waerdman JCI Bergsche Maas 36
Madese Natuurvrienden MEK Oosterhout Natuur en Milieuvereniging Heusden Natuurbos Raamsdonk Natuurmonumenten Paardenmelkerij De Bonte Hoeve Staatsbosbeheer Theek 5 Oosterhout/Dongen/Geertruidenberg Waterschap Aa en Maas Waterschap Brabantse Delta Waterschap Rivierenland Wijde Biesboschgidsen ZLTO / Klasseboeren