LYME-LIGHTS Licht op het Lyme-borreliose-syndroom © 2005 Désirée L. Röver medisch research journalist
Microben zijn niet de vijand voor de mens. Dat is de mens zelf. Gedreven door winstbejag, en zonder respect voor de aarde heeft hij het oorspronkelijke, precaire evenwicht voor al het leven daarin ingrijpend veranderd. Behalve dat de mens doelbewust nieuwe en virulent pathogene organismen heeft ontwikkeld, heeft zijn ingrijpen in het milieu geresulteerd in omstandigheden die de groei bevorderen van al langer bestaande lagere levensvormen, zoals celwandloze microben en virussen. Net als de gekkekoeienziekte, varkenspest, Q-koorts en mond- en klauwzeer, is de ziekte van Lyme een boodschapper van ons wangedrag. De Borrelia bacterie laat als geen ander zien dat ziekteverwekkers zich niet eenvormig en inert gedragen, hoezeer men Pasteur’s zienswijze ook heeft weten te verheffen tot de basis van de huidige patentgeneeskunde. Veel van de onderzoeken die Pasteur destijds beweerde te hebben gedaan, zijn achteraf onuitvoerbaar gebleken. Nadat hij zonder scrupules diens gedachtegoed jarenlang had geplagieerd en gemanipuleerd, gaf Pasteur pas op zijn doodsbed zijn veruit superieure tijdgenoot Antoine Béchamp gelijk: ”Ce n’est pas le microbe, c’est le milieu”: het gaat niet om de microbe, het gaat om het milieu in het lichaam. De reguliere richtlijnen voor de ziekte van Lyme zijn wereldwijd in grote lijnen dezelfde want vormgegeven door fervente vertegenwoordigers van deze reguliere geneeskunde. Deze IDSAen CBO-protocollen leveren geen beterschap op voor de patiënt, en resulteren rechtstreeks in de meest ernstige vorm van de ziekte, neuroborreliose fase 3. Oorsprong De ziekte van Lyme – of meer correct: het Lyme-borreliose-syndroom – is een nauwelijks onderkende wereldwijde epidemie, veroorzaakt door de spirocheet Borrelia. Deze al 100 miljoen jaar oude bacterie treedt meestal op samen met één of meer andere, al of niet al eerder in het lichaam aanwezige, en minstens even virulente co-infecties (schimmels, gisten, parasieten, virussen, bacteriën, spirocheten). Deze co-infecties hebben te maken met (de nietoptimale of zelfs deplorable) staat van het milieu in het lichaam Zo is een disbalans in het zuur-base evenwicht voor sommige ziekteverwekkers zeer aantrekkelijk. In Nederland zijn doorgaans drie van de wereldwijd 300 varianten van de Borreliabacterie actief: • Borrelia burgdorferi (vooral gewrichts- en hartklachten), • B. garinii (neurologische klachten), en • B. afzelii (huidklachten). Zeer nauw gelijkend op Borrelia burgdorferi is Borrelia mylophora, de eveneens celwandloze bacterie die multiple sclerose (MS) veroorzaakt door zijn voorkeur voor de myeline die het zenuwweefsel omhult. In een poging deze bacterie uit te schakelen, beschadigt het immuunsysteem veel van deze myelineschacht. Aldus levend bloed analyse expert Dr. Philip Hoekstra, Michigan, leerling van spirocheet expert prof. Lida Mattman. (http:// www.geocities.com/SoHo/Gallery/6412/stealth.htm). Het heeft enige tijd geduurd voordat men in Amerika de diverse puzzelstukjes met elkaar in verband bracht. Vóór 1975 kende men elementen van een borrelia-infectie: de door teken overgebrachte meningopolyneuritis, het syndroom van Garin-Bujadoux, het syndroom van
Bannwarth, en de schapenteekkoorts. In Europa had men al in 1883 een huiduitslag beschreven. Een Borreliabesmetting resulteert in een zeer gecompliceerde, pleomorfe (veelvormige), intracellulaire infectie: de bacterie kan van vorm veranderen en zich in niet-metabole vormen voor onbeperkte tijd in de cellen van weefsels schuilhouden. Wanneer actief, worden de symptomen van de Borrelia-infectie dikwijls verward met die van meer dan 360 andere ziektebeelden. De meest bekende andere spirocheteninfectie is syfilis (lues), veroorzaakt door Borrelia’s neef Treponema pallidum. Deze werd in 1905 door Schaudinn ontdekt, en werd ’de grote imitator’ genoemd omdat de verschijnselen door deze infectie leken op die van vele andere ziektebeelden. Door spirocheten veroorzaakte non-syfilis-infecties bestaan al veel langer – de intensiteit, grilligheid en (dagelijkse) variabiliteit in de symptomen van de tegenwoordige ziektebeelden is echter nieuw. Oude boswachters in Friesland die vroeger vele tekenbeten hebben gehad, bevestigen dat deze pas sinds de laatste jaren zulke virulente symptomen opleveren. De huidige Borrelia is meer dan vermoedelijk het product van biologische oorlogvoering activiteiten – daarin gelden teken van oudsher als uitnemende vectoren (verspreiders) voor ziektekiemen. Op het Lyme-congres in San Francisco (febr. 2005) legt Dr. Dietrich Klinghardt ondubbelzinnig het verband tussen borroliose, en Nazi-viroloog Erich Traub’s biowar activiteiten: zowel op het Amerikaanse, voor de kust van Connecticut (Lyme) gelegen Plum Island, als op het Duitse Oostzee eiland Riems, en ten slotte in Tübingen. Op de CDC-website stond Lyme tot december 2005 vermeld in een rijtje van mogelijke biowar agentia. Klinghardt meldt hoe al in 1960 in Duitsland in het Zwarte Woud neurologische en psychiatrische aandoeningen voorkwamen, veroorzaakt door spirocheten. Neuroloog professor J. Faust van de Albert-Ludwig Universiteit in Freiburg was aan de hand van de klinische neurologische symptomen zelfs in staat te zeggen in precies welk dal een patiënt zijn besmetting had opgelopen. Tübingen, Traub’s laatste speelterrein (1954-1960), ligt midden in dat gebied. Sinds de USDA (het Amerikaanse ministerie van Landbouw) in 1954 de Plum Island laboratoria overnam van de Marine – met in de diepvriezers 134 stammen van 14 virussen – namen niet alleen dierenartsen de plaats in van artsen (geen eed van Hippocrates), maar verslapten gaandeweg ook de aanvankelijk zeer strenge beveiligingsmaatregelen. Praktisch gezien kan de Borreliabacterie zich vanuit Plum Island daarom heel gemakkelijk via overzwemmende herten en/of de vele (trek)vogelsoorten naar het vasteland hebben verspreid. De eerste uitbraak van borreliose vond plaats op het vasteland van Connecticut, in het nabij Plum Island gelegen Lyme (1975). Er zijn meer voorbeelden van daar ontsnapte ziektekiemen, zoals onder meer mond en klauwzeer (15 september 1978). De toenmalige diagnose van de epidemie in Lyme door Dr. Alan Steere, juveniele reumatoïde artritis, draagt tot op heden bij aan de vele beperkende misverstanden in de (h)erkenning en behandeling van wat nu borreliose heet. De landkaart in de ’CDC-Reported Cases of Lyme Disease, United States in 2000’ laat duidelijk een vanuit het gebied rond Plum Island uitwaaierende concentratie van gemelde ziektegevallen zien. Een tweede duidelijke opeenhoping van borreliosegevallen is in Wisconsin, rond een vaccinproducent. In 1981 identificeert Dr. Willy Burgdorfer, entomoloog aan de National Institutes of Health (NIH) de veroorzaker van de ziekte van Lyme: een bacterie in het lichaamsvocht van de teek Ixodes dammini: de spirocheet Borrelia burgdorferi, kortweg Bb. Dr. Klinghardt constateert dat het Bb-organisme gemakkelijk muteert en zich aan lokale omstandigheden aanpast. De symptomen die hij (al meer dan 15 jaar) in zijn praktijk te zien
krijgt, worden met het jaar meer bizar en obscuur. In tegenstelling tot kleinere soorten die er 4 of 5 hebben, heeft de Borreliabacterie 21 plasmiden – rechtstreeks op andere bacteriën overdraagbare, extrachromosomale DNA-organellen met het vermogen tot zelfreplicatie. Kennis over Bb’s biowar achtergrond is belangrijk om te realiseren waarom de Borreliabacterie zich zoveel anders en agressiever gedraagt dan ’gewone’ ziekteverwekkers (inclusief andere spirocheten). En ook waarom deze daarom vanuit een ander paradigma moet worden benaderd, diagnostisch zowel als therapeutisch. Tevens werpt dit bewustzijn over de oorsprong licht op een aantal anderszins onbegrijpelijke kwesties: Waarom moeten artsen als Dr. Joseph Burrascano zich voor de medische tuchtraad verantwoorden wanneer zij hun bevindingen over borreliose publiceren, en hun patiënten dienovereenkomstig (succesvol) behandelen? Waarom wordt het wereldexperts als prof. Mattman en prof. Whitaker onmogelijk gemaakt om de tests die zij respectievelijk ontwikkelden, te gebruiken om de aanwezigheid van Bb in patiënten daadwerkelijk aan te tonen? En waarom blijven artsen van de Yale University tegen artsen, patiënten en verzekeraars volhouden dat borreliose geen actieve, chronische infectie is? Wanneer een pathogeen feilloos meer dan 360 ziektebeelden weet te imiteren, is er dan sprake van een farmaceutisch bonanza? Verspreiding Werd Bb oorspronkelijk alleen door (herten)teken verspreid, tegenwoordig wordt de ziekte overgedragen door muggen en vele andere vliegende insecten, alsook door vlooien, spinnen, stofmijt, huidmijt, vogels, dieren (w.o. knaagdieren en huisdieren); voedsel als rauwe melk en rauw vlees; bloedtransfusies (deze worden nooit op Bb gecontroleerd), en verder in direct contact van mens tot mens via semen, speeksel, borstvoeding en tranen, alsook door de placenta heen. Iedereen kan daarom altijd met Bb worden besmet. Het hele jaar door. Overal. Via een tekenbeet. En vooral ook op andere manieren. In, en buiten tekenseizoen. Bb kan één van de vele ’onbekende’ contaminaties in vaccins zijn, daarin onder meer aanwezig vanuit de dierlijke cultuurbodems waarop de bacteriële en virale componenten van de desbetreffende vaccins werden gekweekt. Genen Wereldwijd zijn er meer dan 300 Borreliastammen geïdentificeerd, binnen de VS zo’n 100. Vele daarvan zijn pathogeen. Er zijn 8 genera van spirocheten, alle ziekteverwekkend: Borrelia (Lyme), Brachyspira, Brevinema, Cristispira, Leptonema, Leptospira (Weil), Spirochaeta, Treponema (syphilis). Onder Borrelia burgdorferi sensu strictu (Bbss) wordt verstaan: Borrelia burgdorferi (Bb). Borrelia burgdorferi sensu lato (Bbsl): B. burgdorferi, B. afzelii, B. garinii, B. lonestari, B. valaisana, B. andersonii, B. japonica, B. lusitanie, B. turdae, B. tanukii, B. spielmani, B. bisettii. De Borrelia-spirocheet heeft 1500 gensequenties, 6% daarvan is gewijd aan factoren voor de voortbeweging. Borrelia heeft 12 circulaire en 12 lineaire plasmiden, ofwel 24 extra zelfreplicerende extrachromosomale DNA-organellen (ter vergelijking: andere bacteriën hebben 4 of 5 plasmiden). Borrelia is een zelflerende databank: onder deze plasmiden zijn er die specifiek zijn geprogrammeerd voor aanpassingen benodigd bij een verblijf in een menselijke gastheer.
Mede vanwege dit vermogen tot mutatie en aanpassing wordt het organisme met het jaar grilliger en grimmiger. Borrelia heeft 75 genen (waarvan 50% op plasmiden) die upreguleren voor chemotaxis, zintuiglijke sensoren, en voor proteasen om zijn oppervlakte-eiwitten (Osp) te moduleren. Vervolgens zijn er 79 downregulerende genen, waarvan 70% op plasmiden. 154 genen veranderen wanneer de spirocheet voelt dat een teek op de gastheer is aangeland om zich te voeden. Sherwood Casjens (Borrelia Genome, Mol Microbiol 2000;35:490-516): ”Borrelia kent interacties met de gastheer die essentieel anders zijn dan die van de beter bekende pathogenen.” Zo heeft Borrelia het vermogen om tal van medicijnen (w.o. farmaceutische en natuurlijke antibiotica) zeer snel uit zijn systeem weg te spoelen. Toename in virulentie door: upregulering van hechtstoffen – eiwitten die binden aan decorine (collageen type III). Dit helpt de bacterie tijdens de eerste infectiefase (1) voor het immuunsysteem verborgen te blijven, en (2) via een gemakkelijker penetratie van endotheelcellen nieuwe collageengebieden in de gastheer te koloniseren. (Aberer, E., Kersten, et al, Heterogeneity of Borrelia burgdorferi in the skin, Am.J. of Dermatopathology 1996;18(6):571-9). Chemotaxis: Borrelia is zeer gevoelig voor minieme chemische veranderingen. Zo gaat hij af op voedsel (suikers en vetten), infiltreert hij een ’verse’ en nog niet geïnfecteerde teek op de gastheer, en vermijdt hij nadelige omstandigheden van bijvoorbeeld hoge zuurstof concentraties en antibiotica. Borrelia kan op minstens 37 manieren veranderingen aanbrengen in zijn binnenste en buitenste proteïnelagen (Osp). (Brisson D, Dykhuizen D, OspC diversity in Borrelia burgdorferi: different hosts are different niches, Genetics 2004;168(2):713-22. Liang F et al, Borrelia burgdorferi changes its surface antigenic response in response to host immune responses, Infect Immun 2004;72(10)5759-67).
Omwille van de overleving van de soort zullen binnen één en dezelfde gastheer niet alle spirocheten zich op dezelfde wijze aanpassen: er is onder hen een enorme antigene variëteit. Omgevingsveranderingen (bloed en temperatuur) brengen veranderingen teweeg in het Bborganisme (Tokarz et al, Combined effects of blood and temperature shift on Borrelia burgdorferi gene expression as determined by whole genome DNA assay, Infect Immun 2004;72(9):5419-32). Borrelia wisselt voortdurend informatie uit, zowel met eigen soortgenoten, als met andere bacteriën. Aard en eigenaardigheden De Bb-spirocheet is pleomorf: het organisme kan naar willekeur van gedaante veranderen: van een volwassen spirocheet naar de celwandloze (CWD) Lister-vormen van staafje, filament, coccoïd, cyste, elleboog, granule, etc. En weer terug. (Hindle, 1912). De staafjes en filamenten kunnen ’buds’ ontwikkelen, ook wel ’blebs’ of ’konijnenoren’ genoemd. Met elektronenmicroscopie is geconstateerd dat de staafjes en filamenten deze (celwandloze) aanhangsels kunnen afschudden; en dat deze op hun beurt weer nieuwe Borrelia spirocheten kunnen vormen. Borrelia gedraagt zich in de mens (in vivo) anders dan in cultuur (in vitro). In de L-vormen kan Bb – eersteklas reizend in de rode bloedcellen – overal in het lichaam voor onbepaalde tijd rustig een verzwakking van het immuunsysteem afwachten, om zich dan plotseling te manifesteren en te vermenigvuldigen. Naast oude stoorvelden zoals (operatie)littekens heeft het organisme daarbij een voorkeur voor organen als hart en hersenen. Invasie van Bb in de rode bloedcel heeft functieverlies daarvan tot gevolg (ghostcellen). De symptomen daarvan lijken op die van hoogtezieke. Interferentie met ijzer veroorzaakt problemen met oriëntatie, vermindering van het vermogen tot opname van zuurstof heeft onder meer gevolgen voor hart en hersenen.
Bloed heeft een regenererende functie. Bij een verwonding re-differentieert een bloedcel zich tot stamcel, van waaruit naar behoefte weer bindweefsel, zenuwweefsel etc. kan ontstaan. Lyme heeft een voorkeur voor gebieden waar moet worden gegenereerd. De vraag is: doet de meereizende microbe in deze regeneratie mee? (Becker) Met dit talent in gedaanteverwisseling wordt niet alleen het oorzakelijk verband tussen de zich manifesterende symptomen, en het moment van de feitelijke besmetting nog verder verhuld. Ook weet Bb zich zodanig in de cellen en weefsels van de gastheer te verschansen, dat hij onbereikbaar is voor zowel diens immuunsysteem, als voor van buitenaf op hem gerichte antibioticakuren en andere medicatieoffensieven. De respectieve toxinen die deze zich van elkaar onderscheidende Borreliastammen uitscheiden, leiden in hun gastheer tot symptomen en schade op dermatologisch-, cardiovasculair-, en oftalmologisch gebied, alsook aan de skeletspieren. Op neurologisch gebied kunnen zij alle verschijnselen oproepen benoemd in de DSM-IV van de American Psychiatric Association. Door zijn gedrag is de spirocheet Borrelia burgdorferi (Bb) imitator van nog veel meer (>360) ziektebeelden dan zijn neefje, de syfilisbacterie Treponema pallidum. Vergeleken bij andere microbiële organismen (20 minuten) repliceert Bb zeer langzaam (tussen 8 en 12 uur). Het Bb-organisme kan alleen worden gedood tijdens replicatie. Bb heeft voorkeur voor een temperatuur iets onder die van het menselijk lichaam. Een suppressie of deficiëntie van het immuunsysteem kan worden veroorzaakt door een andere infectie (zoals griep), een ongeluk, een fysiek of emotioneel trauma, gebruik van de kunstmatige zoetstof aspartaam (in medicijnen(!), ’light’-, en sportdranken, snoepgoed en toetjes), alsook door vaccinatie(s). Aspartaam en de Borrelia-bacterie zijn ’tweelingen’. Aspartaam kan Lyme veroorzaken, de Borrelia-spirocheet kan dezelfde hyperautoïmmuniciteit en de daaruit resulterende hyperautoïmmuniteitschade veroorzaken als aspartaam. Aan de ene kant vindt er tussen beide ziektes een opvallende interactie plaats, aan de andere kant ondervindt de Lymepatiënt therapeutisch problemen die sterk overeenkomen met zoals aspartaam die oproept, en vice versa. De spirocheet ’speelt’ met het menselijk lichaam en diens immuunsysteem: in plaats van zichzelf, maakt de bacterie het lichaam tot de focus van de aanval door het immuunsysteem. Dat lukt hem door zijn vermomming: hij maakt, zij het in lichtelijk gedenatureerde vorm, een menselijk eiwit – OspA, outer surface protein A – tot de meest belangrijke, immunologisch dominante, constante component van zijn oppervlakte. OspA is bijna identiek aan het menselijk adhesiemolecuul LFA-1 (leukocyte function-associated antigen-1). Dit verschil is minimaal genoeg om bij personen met een krachtig werkend immuunsysteem een respons op te wekken die de bacterie vernietigt – in personen met een in dit opzicht geringere immuuncompetentie lokt dit hyperautoïmmuniciteit uit. Aspartaam creëert eveneens uit de weefsels van het lichaam gedenatureerde eiwitten, die qua hypersensitiviteit geen gezonde alternatieven opleveren. In onderzoek met patiënten met therapieresistente ’Lyme-artritis’ werd de immunodominante epitoop van AspA voor T-helpercellen geïdentificeerd. In tegenstelling tot de controlegroep van patiënten met andere vormen van artritis, bleek de therapieresistente groep te reageren op behandeling met OspA en hLFA-1 en hun meest gerelateerde peptide epitopen (Gross et al). Co-infecties De co-infecties bij Lyme zijn een kip-en-ei kwestie. Een a-symptomatische drager van Bb kan ook – al of niet symptomatisch – drager zijn van verschillende co-infecties. Of vice versa. Wanneer een aanslag op het immuunsysteem plaatsvindt, kunnen deze zich plotseling alle
manifesteren. In verband met de volgorde in de behandeling daarvan is het belangrijk te weten om welke infecties het in wezen gaat (Klinghardt). Iedere patiënt is uniek. Het patroon van de co-infecties is, samen met dat van de voordien bestaande ziektebeelden – zoals die van kwiktoxiciteit vanuit gebit of vaccins – wèl bepalend voor het beeld van de symptomen, maar niet voor de ernst daarvan. De gradatie in de ernst van verschijnselen hangt nauw samen zowel met de totale som van tegelijkertijd bestaande coinfecties en de daardoor veroorzaakte belasting op het lichaam, als met het genetisch bepaalde vermogen van de desbetreffende patiënt tot het ontgiften van neurotoxinen (Klinghardt). De meeste van deze microbiële exo-, en endotoxinen zijn neurotoxisch, sommige zijn ook carcinogeen, terwijl andere de T3-receptor op de celwand blokkeren. Een afname in de hormoonproductie door de geslachtsklieren en de bijnieren is in Lyme-patiënten een veel gezien, door deze neurotoxinen veroorzaakt verschijnsel. Centrale inhibitie van de pijnappelklier, de hypothalamus en de hypofyse moet bijna altijd, en min of meer onafhankelijk van de behandeling van de infectie worden opgelost (Klinghardt). Belangrijk is ook om rekening te houden met het synergistisch effect tussen enerzijds de biotoxinen van de ziekteverwekkers, en anderzijds de zware metalen, xenobiotica en thioëthers uit beschadigingen en vulmaterialen in de elementen van het gebit (Klinghardt). De voor de Nobelprijs genomineerde microbioloog prof. Garth Nicolson verklaarde op het Lymecongres in Connecticut (mei 2005): De meeste patiënten met chronische ziekten zijn door meer dan één pathogeen besmet. Elk van deze besmettingen veroorzaakt eigen specifieke problemen, en dat is waarom hun ziekteverschijnselen en symptomen zoveel en zo voortdurend wisselen. De belangrijkste microbiële schuldigen zijn: mycoplasma (fermentans), borrelia, babesia, bartonella, ehrlechia, rickettsia, chlamydia, brucella, coxiela, EBV (Pfeiffer), HHV6, CMV (cytomegalovirus), enterovirus, hepatitis C, en – altijd – fungus en schimmels. Ook de veroorzakers van de co-infecties bestaan in vele verschillende stammen – een belangrijke factor in testresultaten en diagnose: naar welke daarvan werd gezocht? De bacterium Mycoplasma fermentans incognitus (Mfi) werd in 1986 door Dr. Shyh-Ching Lo geïsoleerd in een aidspatiënt’s Kaposi sarcoma, en is voor toepassing in experimentele vaccins gepatenteerd door de Amerikaanse overheid (US Patent # 5.242.820, 7 Sept.1993: (1) A biologically pure mycoplasma isolated from tissues of patients with AIDS comprising the mycoplasma produced by the cell line ATCC No. CRL 9127. (2) A biologically pure mycoplasma having the identifying characteristics of M. fermentans incognitus, ATCC 53949). Dr. Garth Nicolson vond dat de kracht en het gevaarlijke
gedrag van dit mycoplasma wordt veroorzaakt door een speciaal gen, identiek aan het gen dat codeert voor de buitenenvelop van HIV-1. Deze combinatie van het mycoplasma met de HIV-1-gen-enveloppe kan alleen via genetische manipulatie zijn ontstaan; het maakt het mycoplasma meer agressief, doordat het zich kan hechten aan cellen, deze binnendringen en vervolgens vergiftigen. Een test op gevangenen in Huntsville, Texas, in een periode voorafgaand aan de Golfoorlog, heeft in die plaats geresulteerd in 350 burgers met op Gulf War Syndrome gelijkende symptomen. HIV ontbrandt tot Aids dankzij Mfi (Nicolson, ’Project Day Lilly’, p. 31, 2005, ISBN 1-4134-8518-9). Van de Nederlandse teken is 30% besmet met Borrelia (Universiteit van Wageningen). Van de Nederlandse teken is 70% besmet met Bartonella. Vooral de Bb-Babesia-combinatie is moeilijk te behandelen. L-vormen en mycoplasma kunnen een leven lang overleven in het ruggenmerg. Net als een kankercel prefereert mycoplasma anaërobe omstandigheden. Wanneer de spirocheetvorm in ruggenmergvocht wordt ingespoten, verandert dit organisme voor 100% naar de celwandloze cystvorm die zich binnenin de cellen van de gastheer kan
verschansen, en van waaruit er, wanneer de ’kust weer veilig is’, gezonde volwassen spirocheten kunnen voortkomen. De cystvorm wordt onder meer gevonden bij chronische MS-patiënten; de steroïden waarmee deze patiënten worden behandeld, doen de bacteriegroei toenemen, en verergeren daarmee hun Lyme-symptomen (Steven Phillips, Lyme-congres Connecticut, mei 2005). Symptomen Er is een verschil tussen dragers, ofwel vooralsnog a-symptomatische personen, en symptomatische patiënten. Een Zwitserse studie uit 1998 laat zien dat slechts 12,5% van met Bb besmette personen (dragers) symptomen had ontwikkeld. Dit percentage moet als een momentopname worden beschouwd. Het uitgangspunt dat een patiënt door een (teken)beet moet zijn geïnfecteerd, en dat zijn lichaam op die plek een kringvormige rode vlek – bull’s eye rash, erythema migrans – moet vertonen, is een gevaarlijk misverstand dat artsen van de correcte diagnose weerhoudt. Niet iedere beet laat een dergelijk zichtbare handtekening achter en, nogmaals, evenmin komt iedere besmetting voort uit een (teken)beet. En nog minder verdwijnen de zenuwfunctiestoornissen in deze patiënten na enige maanden meestal volledig, zoals het Nederlandstalige Merck Manual ons op pagina. 873 wil doen geloven. De mineralen, onmisbaar in het voeden en het tot actie aanzetten van vooral de NK-cellen en de macrofagen van het immuunsysteem, die in Lyme-patiënten meestentijds ontbreken, zijn: koper, magnesium, mangaan (in Lyme) en ijzer (in babiose). Wanneer koper en ijzer worden gesuppleerd, geeft dat aanzienlijke verbeteringen. Homeopathisch koper en ijzer brengen niet alleen een heilzame herverdeling van deze stoffen teweeg, zij maken hen opnieuw biobeschikbaar. Ook jodiumtekort is bij Lyme-patiënten vaak aan de orde. Jodium, in een vierkantje van ca 25 cm2 op de huid aangebracht, moet 24 uur zichtbaar blijven. Hoe eerder uit beeld verdwenen, des te meer jodiumdeficiënt de patiënt is. Een kobaltdeficiëntie blijkt uit een abnormaal verlies via de urine van steroïde geslachtshormonen. Naast kobalt, moet een poos lang in hoge dosering selenium worden gegeven: dit onderdrukt de virale replicatie en maakt bio-beschikbaar kwik non-reactief. Het zijn de uiterst giftige neurotoxische eiwitten, uitgescheiden door de Borreliabacterie en de hem vergezellende microben – al of niet al eerder in het lichaam aanwezig – die de vele uiteenlopende symptomen van de ziekte van Lyme veroorzaken. Deze microbiële afvalproducten zijn vele malen meer toxisch dan welk door mensenhanden gecomponeerd vergift dan ook. Deze biotoxinen, verantwoordelijk voor de het slopend effect van borreliose, brengen in de hersenen zowel op moleculair, structureel, als op functioneel niveau veranderingen aan. O.a. in neurotransmitters (dopamine, serotonine, GABA, acetylcholine, noradrenaline), in neurale membranen van pre- en postsynapsen, in verschillende membraanreceptoren, en in hormonen en enzymen. Voor psychiater Dr. Brian Fallon (San Francisco, febr. 2005) is de relatie tussen Lyme en psychiatrische ziektebeelden helder. Bij volwassenen zijn de meest voorkomende: diepe depressie, paniekstoornissen, paniekaanvallen, algemene angstgevoelens. Bij kinderen komen daar ADHD-achtige-, en cognitieve problemen bij. In dieronderzoek is de directe schade door spirocheten nadat zij in het endothelium zijn binnengedrongen, het zich vasthechten aan de gliacellen (konijnen, rhesus macaken). In ratten hecht Bb zich aan de hersen-astrocyten, en de oligodendrologe-, en micro-gliacellen, resulterend in demyelinering, en cytotoxiciteit van de zenuwcel. Indirecte schade wordt
aangericht door productie door de neuronen van interleukine 6, TNF en cytotoxisch en proinflammatoir stikstofoxide. Lyme veroorzaakt aantoonbaar verstoringen in de hersenfuncties: door tekorten in de bloedtoevoer. Paralimbische disfuncties beïnvloeden het gedrag: aandacht, geheugen en leren; ze veranderen de emotionele respons op zintuiglijke stimuli; ze geven verstoringen in de link tussen viscerale staat en stemming die leiden tot een toename in de stressrespons; ze veranderen de perceptie en emotionele interpretatie van pijn, reuk en smaak. De vermindering in bloedtoevoer en metabolisme in de paralimbische gebieden, geven een biologische lokalisering van de neuropsychiatrische symptomen. De ernst van de ziekteverschijnselen is gerelateerd aan zowel de microbiële belasting van de patiënt, als aan diens genetisch bepaalde vermogen om de daaruit voortkomende neurotoxinen te ontgiften – naast de eventueel al eerder aanwezige zware metalenbelasting. In samenhang met de hierboven genoemde factoren, kunnen de symptomen vanuit de afvalproducten van Bb en co-infecties – giftige microbiële proteïnen –van patiënt tot patiënt enorm variëren, terwijl zij bovendien vaker wel dan niet worden verward met één uit meer dan 350 andere, bestaande ziektebeelden. De reeks daarvan gaat van amyotrofe laterale sclerose (ALS) naar Parkinson, Alzheimer, CVS, ME, MS, autisme, ADHD, sarcoïdose, Bells palsy, hart- en vaatziekten, etc. Zo kunnen meer leden van één gezin tegelijkertijd aan borreliose lijden, maar vanwege hun symptomen ieder een andere diagnose hebben gekregen, met ook ieder van hen een ander medicatieprotocol. Wanneer de desbetreffende medicatie is toegesneden op één van de 350+ foutieve diagnoses, is die voor de patiënt uiteraard zinloos. ”Borreliose kan bijdragen tot iedere psychiatrische aandoening, geformuleerd in de DSM-IV (Diagnostic Symptoms Manual IV) van de American Psychiatric Association”. Aldus Paul Fink, de vroegere president van deze beroepsvereniging. Op de Orthomolecular Health-Medicine (OHM) Lyme Conferentie in San Francisco in februari 2005 werd er herhaalde malen op gewezen, dat wanneer een patiënt een reeks van symptomen vertoont die niet reageren op de daarvoor aangewezen behandeling(en), men ervan moet uitgaan dat de onderliggende oorzaak van de desbetreffende ongrijpbare klachten, de ziekte van Lyme (borreliose) is. Psychische nood Geen ziekte die vanwege een vermeend gebrek aan bewijs en verklaringen voor de vele en steeds veranderende symptomen sneller op de patiënt wordt afgewenteld met de schijndiagnose ’tussen de oren’ dan het Lyme-borreliose-syndroom. Hierdoor krijgen deze patiënten geen adequate zorg. Maar al te gemakkelijk kunnen zij daardoor afglijden naar het ondermijnende en zelfs levensbedreigende derde stadium van de ziekte. De stress vanuit deze extra psychische belasting is het begin van een vicieuze cirkel: deze aanslag op hun immuunsysteem is precies die factor die de Borreliabacterie tot actie aanzet. De ziekte van Lyme trekt ook een zeer zware wissel op de huisgenoten van de patiënt. Diens persoonlijkheidsveranderingen (agressie, depressie), lichamelijk onvermogen, de grilligheid en uitzichtloosheid van de situatie zijn zeer belastend. Testen De gangbare testmethodes schieten bij het vaststellen van borreliose grotendeels tekort. PCR (Polymerase Chain Reaction) blijkt in slechts 35% van de gevallen accuraat, Western Blot maar voor 50 tot 60%. Meer specifieke Lyme tests, zoals de LUAT (Lyme Urine Antigen Test) en ELISA (Enzyme-Linked Immunosorbent (Sera) Assay) presteren nog minder.
De resultaten van deze tests worden door de CDC (Centers for Disease Control) beschouwd als materiaal voor epidemiologisch overzicht, en beslist niet als basis voor, of vervanging van een klinische diagnose. Psychiater Raphael Stricker concludeert op het Lyme-congres in San Francisco (febr. 2005) dat in zijn onderzoek met 73 chronische Lyme-patiënten een afname in de CD57 Natural Killer subset een belangrijk merkteken is voor chronische Lyme, en dat de veranderingen daarin als hulpmiddel kunnen dienen om de respons op de therapie te volgen. Om officieel als Lyme-patiënt te worden beschouwd, eist het CDC als maatstaf dat in de tests 5 lijnen zichtbaar moeten zijn. Daarbij houdt men er geen rekening mee dat in de praktijk dit lijnenpatroon in mannen en vrouwen verschilt: mannen hebben er gewoonlijk 6, vrouwen meestal niet meer dan 4. Vrouwelijke Lyme-patiënten worden dus bijna per definitie niet (h)erkend. De meeste van de orthodoxe bloedtests gaan niet alleen voorbij aan de pleomorfe, intracellulaire gedragingen van Borrelia-spirocheet, maar ook aan het feit dat het vermogen tot het produceren van antilichamen in een met Bb besmette persoon zeer ernstig is gecompromitteerd. Wanneer een ziekteverwekker zich binnenin de cellen en weefsels schuilhoudt, is het immuunsysteem zich van diens aanwezigheid niet bewust, en heeft dan ook geen impuls antilichamen aan te maken. En al evenmin wanneer het pathogeen zich als lichaamseigen vermomt. Vandaar dat antilichamen niet zijn terug te vinden in de klassieke beoordelingsmanieren van bloed, serum of ander lichaamsvocht. Chronische Lyme-patiënten produceren geen antilichamen. Hoe zieker de Lyme-patiënt, hoe kleiner de kans dat deze, op grond van de bestaande orthodoxe testen, behandeling krijgt. Om de aanwezigheid van een organisme als Borrelia betrouwbaar te kunnen vaststellen, moet men heel anders kijken: naar de pleomorfe L-vormen, en niet naar de klassieke (spirocheten). Prof. Jo Anne Whitaker van Bowen Research, Florida, is kinderarts, hematoloog, oncoloog, psychiater, zowel als voedingsdeskundige. Zij erin geslaagd Bb in de cellen te fotograferen. Zij ontwierp daarop de Quantative Rapid Identification of Bb (Q-RIBb©), waarmee zowel de kwalitatieve, als kwantitatieve aanwezigheid van de Borreliabacterie in de cellen kan worden aangetoond in allerhande lichaamsvloeistoffen en -weefsels, waaronder: urine, liquor, speeksel, borstvoeding, bloed, alsook het vocht in schouder-, en vingergewrichten, en placentaweefsel. De Bowen Q-RiBb (2005 USA Patent # 6838247 B2) kijkt niet dan ook naar antilichamen, maar stelt de aanwezigheid van het antigeen zelf vast: zowel in de spirochete gestalte van het volwassen organisme, als in de celwandloze L-vormen. Dit gebeurt met behulp van een fluorescente kleuring, specifiek voor het opsporen van Bb volgens hoe deze zich in zijn Lvormen aan het proteïne vasthecht. In april 2003 werd de CLIA-status van Dr. Whitaker’s laboratorium plotseling ingetrokken. Sindsdien voert zij de Q-RIBb©-test uit via haar Bowen Research Institute onder de noemer van een wetenschappelijk researchproject, gesteund door ’donaties’. Goedkeuring van deze test door de FDA is in behandeling. De in 1988 voor de Nobelprijs (geneeskunde) genomineerde microbioloog professor Lida Mattman bestudeert spirocheten al meer dan 50 jaar. Teneinde de betrouwbaarheid van Whitaker’s QRIBb-test officieel te toetsen en vast te stellen, voerde Mattman daarop controles uit met de door haar eigen Gold Standard Culture Method. Deze bevestigden alle door Whitaker gevonden resultaten voor 100%. Met geweld en zonder opgaaf van valide redenen heeft het Michigan’s State Attorney General’s Office Professor Mattman onlangs gedwongen om haar overtuigende testmethode te staken.
Een zeer hoge boete en een gevangenisstraf weerhouden haar er verder van artsen te helpen in het overtuigend aantonen van borreliose in hun patiënten. Voordat deze beide wetenschappers officieel werden gekortwiekt, hebben Mattman en Whitaker, door het naast elkaar leggen van de resultaten van hun respectieve testmethodes, kunnen aantonen hoe de vele honderden patiënten, gediagnosticeerd met fibromyalgie, Parkinson, Alszheimer, CVS, ME etc. in werkelijkheid aan borreliose leden. Zodra deze patiënten vervolgens overeenkomstig deze (nieuwe) Lymediagnose werden behandeld, bleken hun klachten direct gedeeltelijk, of zelfs geheel te verdwijnen. Een van de grootste bezwaren van de orthodoxen is dat deze beide tests ’te veel positieven’ zouden geven. Mede gezien de afkomst en het karakter van de Borrelia-bacterie is het de vraag of dat waar is. Een andere manier om een Bb-infectie aan te tonen, is met levend bloed analyse (LBA). Voor een correcte diagnose moeten de rode bloedcellen zijn vernietigd, hetzij door opzettelijke beschadiging via verhitting van enkele seconden tot 160 graden Celsius, hetzij door te zijn geplet met de druk van een paperclip op het dekglaasje. Want pas nadat de cellen kapot zijn, komt daaruit de microbiële belasting tevoorschijn: in alle verschillende vormen, soorten en maten (Kroun, Weber, Bradford). De in microscooponderzoek vaak als artefacten geïnterpreteerde zwarte stipjes, blijken in werkelijkheid sporevormen van Borrelia. Behandeling Ook bio-energetisch- en psychosomatisch arts Fred Kuipers (TS-congres, maart 2005) benadrukt het belang van het verbeteren van het terrein. Dat kan naast microbiële belasting onder druk staan vanwege onder meer elektromagnetische vervuiling, stoorvelden, belasting door vreemd DNA, zware metalen en toxinen vanuit omgeving, gebit, vaccins, medicijnen. Intracellulaire parasieten kunnen zich als viraal element gedragen, evenals sommige bacteriën, vgl. papilloma, candida. Parasieten dienen bovendien dikwijls als schuilplaats voor bacteriën, en juist in chronische situaties is dat zeer gevaarlijk. Ontgiften is dan ook van het hoogste belang, te beginnen bij het gebit (verwijdering amalgaam). Verder: aanpassing van het dieet, parasitaire besmetting schuilt immers vaak in vlees, eieren, melk. Interessant is ook het aspect van draaiing: gezond DNA is rechtsdraaiend, zieke (tumor)cellen draaien naar links. Ook op dat niveau kan worden ingegrepen. De inzet van antibiotica is een van de meest krachtige manieren om de bacterie aan te zetten tot verandering naar een celwandloze vorm; bacteriën doen dit bij wijze van overlevingsstrategie (Mattman, Hoekstra). Juist vanwege dit vormveranderend vermogen van Bb sorteert de inzet van antibiotica vaak geen effect: deze benadering kan een ziekteverwekker alleen beïnvloeden wanneer deze zich buiten de cellen bevindt. Wat de borreliabacterie betreft, betekent dit direct na de feitelijke besmetting, tijdens een niet-celwandloze periode van hooguit enkele uren. De gelegenheid daartoe kan ook bewust worden gecreëerd: door de bacterie opzettelijk uit zijn schuilplaatsen en uit zijn celwandloze vorm te lokken. Dit kan door via het met vaste regelmaat inlassen van een pauze in de toediening van de antibiotica, of van de complementaire middelen, zoals de fytotherapeutica Samento en Noni, hoogwaardige vormen van colloïdaal zilver, homeopathie, olijfblad extract, etc. (Het Nutramedix concentraat van Noni is inmiddels verboden op aandrang van een Nonisap distributeur). Eric Rentz (San Francisco febr. 2005; Utrecht juni 2005) geeft de bijzondere eigenschappen aan van Silver Hydrolsol, een breedspectrum antimicrobieel oligodynamisch zilver. Nadat de zilverionen de essentiële eiwitten in het beschermingsmembraan van de bacterie hebben
gebroken, dringen zij deze binnen en vernietigen de voor het leven van de bacterie essentiële enzymen. En wanneer de zilverionen vervolgens dieper in de moleculaire uithoeken doordringen, verlammen zij tenslotte de genenvoorraad van de ziektekiem, waardoor deze zijn vermogen tot repliceren verliest. Dr. Floyd Taub (San Francisco) meldt hoe een bijzondere nieuwe immuunmodulator, het ’nanomedicijn’ Taurox SBTM, onder meer helpt de vermoeidheidsklachten van Lymepatiënten te verminderen. Hij noemt de benadering ’adapto-micro-geneeskunde’. Klinische tests hebben laten zien dat de stof – in formule NH2-CH2-DH2-SO3H – enkele lymfocyten activeert, die vervolgens deze boodschap in een hoort-zegt-het-voort-modus als een olievlek door het gehele systeem verspreiden. Taurox, als het ware de herstelknop van het immuunsysteem, verbetert het terrein, verhoogt het effect van antibiotica, laat bovendien transplantaten ongemoeid. Antibioticagebruik betekent in algemene zin een ernstige aanslag op de heilzame darmbacteriën, hoofdrolspelers in de zetel van het immuunsysteem. Langdurig antibioticagebruik (tot een jaar, of zelfs langer) is bij borreliose in sommige gevallen succesvol gebleken – echter tegen welke prijs? Op de Lyme conferentie in San Francisco bracht niemand bij dergelijk langdurige antibioticabehandelingen de noodzaak tot het intelligent gebruik van pre- en probiotica naar voren (Dr G.J. Jansen, universiteit Groningen, ”De specifieke voordelen van microbiologische metabolieten boven het gebruik van klassieke probiotica”, Nutri-Fyto Congres, april 2005). Ook prof. Robert Bradford (Lyme seminar Arnhem, april 2005) is gericht op verbetering van het terrein, en heeft verder, in navolging van de behandelingservaringen met syfilis, naast de diagnostische middelen High Resolution Blood Morfology en de Variable Projection High Resolution Microscope, een (intraveneuze) behandelmethode ontwikkeld met een organische vorm van bismuth. Klinghardt heeft gezien hoe arrogant het is te denken dat alle microben voorgoed uit het systeem kunnen worden weggevaagd. Langdurige antibioticakuren laten ernstige, blijvende, en onacceptabele bijkomende werkingen zien van bijvoorbeeld tinnitus, nierfalen, en niettraceerbare verwoestingen van het immuunsysteem. Een synergistische benadering van behandelmodaliteiten waarmee men zich richt op de aanwezigheid van de Bb-infectie en de co-infecties, de effecten van de microbiële exo-, en endotoxinen, zowel als van de immuunreacties vanuit de toxinen en de microben, heeft vaak tot resultaat dat Lyme-patiënten weer een leefbaar leven terugkrijgen. De volgorde in de behandeling van de diverse microbiële en toxische belastingen is zeer belangrijk. Klinghardt geeft aan: • ontwormen; • giardia, entamoeba, trichmonas; • strep infecties, gaan vaak samen met herpes; • Babesia; • (Ayurvedische) systemische antivirale behandeling; • schimmels en gisten; • mycoplasma; • spirocheten en hun familieleden rickettsia, ehrlechia, brucella. Klinghardt heeft zeer goede ervaringen met de energetische helingmodaliteit van elektromagnetische frequenties. Inzet van het negatieve-, of spiegelbeeldgolfpatroon, specifiek behorend bij dat van een bepaalde microbe, zal deze laatste vernietigen (vgl. Tesla, Rife, Clarke). De microstroomtechnologie Klinghardt Matrix Therapy werkt rechtstreeks op het cellulair niveau. Specifieke programma’s richten zich op onder meer de inhibitie van specifieke pathogenen,
lymfedrainage, het ontgiften van zware metalen, en de energetische en emotionele balans. Verder ontwikkelde Klinghardt een aantal ’microben-Cd’s’: micro-opnamen van het geluid van specifieke microben. Wanneer deze in versterkte vorm op een CD weergegeven, door een patiënt worden beluisterd, blijkt dit diens immuunrespons tegen de microbe in kwestie aanzienlijk te verhogen. Binnen het kader van KMT vallen ook Klinghardt’s – nog meer intrigerend en controversieel geachte – ’microben-Cd’s’: micro-opnamen van het geluid van diverse specifieke microben. Wanneer deze, op de CD versterkt, voor de patiënt worden afgespeeld, blijkt dat diens immuunrespons tegen de microben in kwestie te verhogen. Op het congres wilden toehoorders hiervan graag de bewijzen zien – simultane levend bloed analyse zou die wel eens kunnen leveren, direct en zichtbaar. Een ’12 dagen op, 1 ½ dag af’-benadering met bacteriedodende, fytotherapeutische middelen als Samento en Noni dient om de Bb-bacterie telkens uit zijn spore-, of cystvorm te verlokken. Want alleen dan is hij aan te pakken: in de niet-L-vorm, buiten de cellen. Deze behandeling zal zo’n 8 tot 12 maanden moeten worden voortgezet. Immers, de meeste lichaamscellen zijn na circa 8 maanden vervangen. Ook Dr Lee Cowden raadt aan het terrein te verbeteren: door dieetaanpassing (bloedgroependieet), een juiste balans in het zuur-base-evenwicht en detoxificatie. Hij raadt ook het gebruik van bromelaïne aan, de enzymen daarin tasten de beschermlaag rondom de microben aan. Om de pijn van Lymepatiënten te verlichten, leert hij hen oefeningen in spierstrekkingen over de gewrichten heen. Ontgiften, ontgiften, ontgiften Details omtrent de exacte omvang en soort van de microbiële belasting zijn van cruciaal belang in de behandelprotocollen. Het afsterven van te veel microben ineens kan de desbetreffende patiënt een Jarish-Herxheimer reactie geven: een helingreactie die wel laat zien dat de goede weg is ingeslagen, maar die met een te plotselinge en een te grote toename in aard en hoeveelheid van symptomen, een ernstig tot zelfs levensbedreigend effect kan hebben. Wanneer de lever het ontgiften van het microbiële afval niet kan bijbenen, raakt het lymfatisch systeem overbelast. Daarom is, naast een gerichte ondersteuning voor de lever, de consequente toepassing van een detoxificatie protocol een absolute voorwaarde in de behandeling. Twistle, een combinatie van fytotherapeutica is daarvan een goed begin. Verder: spirulina en chlorella. Het drinken van veel, schoon en energetisch geladen water (absoluut geen leidingwater!). Als toevoeging: Green Magma, met weer een iets andere functie dan de voorafgaande stoffen, en speciaal heilzaam voor mensen met eczeemklachten. Ook zeer succesvol kan (het aantonen en) het zappen van de verschillende ’Lyme-microben’ zijn met het quantum biofeedback instrument QXCI/SCIO. De positieve effecten daarvan zijn inmiddels zichtbaar bevestigd in een simultaan uitgevoerde levend bloed analyse. Videobeelden van deze benadering zijn in voorbereiding. De cardioloog Dr. Lee Cowden uit Texas is een van de grootste experts op het gebied van de complementaire benadering van de ziekte van Lyme. Hij is tevens bijzonder adviseur van Nutramedix, een bedrijf dat nieuwe, krachtige fytotherapeutica ontwikkelt, afkomstig uit het Peruaanse Amazone regenwoud. Mentaal, emotioneel, psychisch, spiritueel Samen met de daarbij behorende emoties liggen de herinneringen aan alle (traumatische) ervaringen verborgen in de cellen van het lichaam. Dergelijke onopgeloste emotionele conflicten blijven levenslang actief in het onderbewuste, en communiceren met het autonome zenuwstelsel via
de verbinding tussen de hypothalamus en het limbische systeem. Constante, conflictspecifieke prikkelingen van het autonome zenuwstelsel leiden ten slotte tot chronische biochemische en elektromagnetische veranderingen, wijzigingen in het immuunsysteem, secondaire structurele veranderingen, en ziekte. Bij een ernstige belasting als Lyme hoort het aanpakken van deze onzichtbare stoorvelden absoluut in de behandeling thuis. Enkele benaderingen in een dergelijke holistische behandelwijze zijn: de microstroomtechnologie KMT (Klinghardt Matrix Therapy), en de psychotherapeutische mind/body benadering APN (toegepaste psychoneurobiologie, ofwel psychokinesiologie). The Work van Katie Byron, The Journey van Brandon Bays en emotionele acupressuur, ofwel EE en EFT zijn, net als APN, diepgaande en effectieve instrumenten voor het loslaten van zowel de minder tastbare emotionele gifstoffen, als van de stoffelijke neurotoxinen. Voor storingen op mentaal, emotioneel, psychisch en spiritueel gebied beschikken de quantumbiofeedback instrumenten QXCI en SCIO over diverse modaliteiten – zowel voor diagnose, als voor behandeling. Tot slot NB: Een Bb-infectie is anders dan andere ziekten. Iedereen kan altijd, en ook telkens opnieuw met Bb en diens co-infecties worden besmet. Iedere volgende Borreliabesmetting is meer intens. Er valt tegen borreliose geen natuurlijke immuniteit te verwerven. Alle gezinsleden – inclusief de huisdieren – moeten tegelijkertijd met de borreliose-patiënt(en) in hun midden worden behandeld. Een navolgende Bb-infectie zal vanwege de plotselinge toename in de microbiële belasting resulteren in meer, en vaak ook ernstiger symptomen. Iedere nieuwe infectie vereist opnieuw een grondige en complete behandeling.. Voor alle volledigheid is het bij behandeling van de ziekte van Lyme (borreliose) aan te raden zich ook te richten op de emotionele-, psychische-, en spirituele effecten van deze invaliderende infectieziekte. Voorkomen is beter dan genezen. Allereerst door het vermijden van situaties waarin teken zich ongemerkt aan het lichaam kunnen hechten (bos, hoog gras, boomstammen). Door het creëren van een sterk immuunsysteem door rust, goede voeding. Door het vermijden van bewerkte voedingstoffen, kunstmatige zoetstoffen (aspartaam), vaccins, medicijnen, belastende milieufactoren zoals toxinen en elektromagnetische stress. Meer informatie: • CDC-Reported Cases of Lyme Disease, United States, 2000: http://www.cdc.gov/ncidod/dvbid/
• • • • • • •
•
lyme/Lyme_map_2000.htm; 300+ Misdiagnoses, literatuur, non-orthodoxe benaderingen: http://www.samento.com.ec; Q-RIBb©) test: http://www.bowen.org; Mattman, Whitaker, artikel van James Houwenstine in Townsend Letter for Doctors and Patients: http://www.findarticles.com/p/articles/mi_m0ISW/is_252/ai_n6110580/pg_2; Pre- en probiotica: GJ Jansen, spreker Nutri-Fytocongres 2005; Plum Island: http://www.lab257.com, ISBN 0.06.001141.6; Prof. Garth Nicolson: http://www.immed.org/ Joseph J. Burrascano, Advanced topics in Lyme disease, diagnostic hints and treatment guidelines for Lyme and other tick borne illnesses: http://www2.lymenet.org/domino/file.nsf/ UID/guidelines; De New York Lyme controverse, http://www.faim.org/lyme.htm;
• Robert Bradford, Bradford, Variable Projection High Resolution Microscope, High Resolution Blood Morfology; Lyme-artikel in Townsend Letters for Doctors and Patients, januari 2005; • Mary Kroun: http://kroun.ulmarwed.dk , http://www.lymerick.ulmarweb.dk , http:// lymerick.ulmarweb.dk/York2003/York2003.ppt; • Stricker RB, Winger EE, Decreased CD57 lymphocyte subset in patients with chronic Lyme disease, Immunol Lett. 2001 Feb 1;76(1):43-8; • Levend bloed analyse: Jean Ludwig, tel. 020.403.1713; • Quantum biofeedback QXCI / SCIO: http://www.qxsubspace.com; • Psychologische/spirituele betekenis Lyme: Christine Beerlandt, ”De sleutel tot zelfbevrijding”, ISBN 90.75849.32.X; • Behandeling: http://www.marshallprotocol.com/; • Gross DM, Forsthuber T, Tary-Lehmann M, Identification of LFA-1 as a Candidate Autoantigen in Treatment-Resistant Lyme Arthritis, Science,1998; 281:703-706 • http://congregator.net/medicalnews/tietjen/index.html • http://www.lymebusters.com/; • http://www.wildernetwork.org/; • http://www.cfsresearch.org/mycoplasma/nicolson/6.htm; • Klinghardt: http://www.neuraltherapy.com.
Checklijst symptomen van (verborgen) besmetting Ziekte van Lyme Kunt u zich herinneren te zijn gebeten door een teek? Nee /Ja Waar/wanneer?..…………………….. Op welke plaats? ………………………… Kunt u zich herinneren een schietschijfachtige huiduitslag te hebben gehad? Nee /Ja Waar/wanneer?..……………………. Op welke plaats? ………………………… Hebt u ooit een andere huiduitslag gehad? Nee /Ja Waar/wanneer?..…………….. ……...Op welke plaats? ………………………… Svp omcirkel het rondje voor elk van onderstaande symptomen die u hebt / of hebt gehad. Bij meerkeuzevragen s.v.p. de exacte symptomen onderstrepen, en ’rapportcijfer’ geven. Hoofd, gezicht en nek • Onverklaarbare en bovenmatige haaruitval; • Hoofdpijn, licht of zwaar; • Zenuwtrekjes in gezichtsspieren, of andere spieren; • (Eenzijdige) uitval van gezichtsspieren, (Bell’s Palsy); • Tintelingen in neus, wangen of gezicht; • Stijve nek / pijn in de nek / kraakgeluidjes bij het bewegen van de nek; • Pijn of stijfheid in de kaak; • Een zere keel; Gezicht en gehoor • Dubbel zien / onscherp zien / (toename in) floating body’s / overgevoelig voor licht; • Pijn in de ogen / zwellingen daaromheen; • Afname van gehoor / suizen / rinkelen / oorpijn / overgevoelig voor geluid; • Spijsverteringskanaal • Verandering in de ontlasting: constipatie / diarree; • Geïrriteerde blaas / blaasdysfunctie (moeite met starten / stoppen); • Maagstoornis / misselijkheid / pijn; Skelet en spieren • Stijfheid in de gewrichten van nek of rug; • Pijn in gewrichten en/of gezwollen gewrichten; zo ja, waar: ……………….……………………… • Spierpijn / spierkramp; Ademhaling en bloedsomloop • Kortademigheid / (vastzittende) hoest; • Pijn in de borst / gevoelige ribben; • Onverklaarbare koortsaanvallen / zweetaanvallen / rillingen /opvliegers; • Hartpalpitaties / overslaan van het hart (extrasystolen) / blokkades van het hart; • Enige geschiedenis van hartruis, of van hartklep prolaps; Neurologisch • Trillingen / onverklaarbaar beven; • Tintelingen / gevoelloosheid / brandende of stekende sensaties / schietende pijn;
• Gevoel van druk in het hoofd; • Licht in het hoofd / duizeligheid; • Plotselinge zwakte in de benen; • Onverklaarbare (scherpe) zenuwpijn; • Toename in reisziekte / hoogtevrees / slecht evenwicht; Psychisch • Stemmingswisselingen / geïrriteerd / depressief / kwaad; • Moeite met spreken of schrijven; • Desoriëntatie, (het gevoel hebben te) verdwalen; • Slaapstoornissen: moeilijk inslapen / te veel / te weinig / te vroeg wakker worden; • Het gevoel hebben de verstandelijke vermogens te verliezen; Mentaal • Vergeetachtigheid / slecht lange-, of korte-termijngeheugen; • Moeite met concentratie of lezen; • Verwardheid / moeite met gedachten te ordenen; • Slechte oriëntatie, verdwalen, naar de verkeerde plaatsen gaan; • Spraakmoeilijkheden / langzaam / onduidelijk / stotteren; • Vergeten hoe simpele taken uit te voeren; Reproductie en seksualiteit • Seksuele dysfunctie / verlies van libido; • Onverklaarbare menstruele onregelmatigheid; • Onverklaarbare melkproductie / pijn in de borst(en); • Pijn in de testikels / pijn in het bekkengebied; Algeheel welbevinden • Onverklaarbare aanvallen van hoge koorts / lage koorts; • Onverklaarbare gewichtsveranderingen: aankomen / afvallen; • Meer dan normale uitputting / vermoeidheid / slecht uithoudingsvermogen; • Opgezwollen klieren; zo ja, waar: …………………………………... • Te sterke symptomen van een kater na alcoholconsumptie; • Afwisselend afnemen en toenemen van de klachten; • Voortdurende infecties: neus-, en bijholten / nieren / ogen / anders; • De pijn verplaatst zich steeds naar andere lichaamsdelen; • In het begin een griepachtige ziekte, waarna u zich nooit meer goed hebt gevoeld; Medicijngebruik, voedingsgewoonten Gebruikte u ooit, of gebruikt u nog aspartaam (kunstmatige zoetstoffen, ’light’ dranken )? ja / nee Gebruikt u antibiotica, of andere medicijnen. Zo ja, welke? …………………………………..……. Naam en adres: …………….………….………………………………….. Datum: ………………..……………….
De neuropsychiatrische symptomen van Lyme (gebaseerd op ILADS-onderzoek door o.m. Fallon, Burrescano, Liegner, Nields) Ernstige depressie; Extreme vermoeidheid; Emotionele instabiliteit (snel huilen); Toename in geïrriteerdheid, stemmingswisselingen; Gevoeligheid voor licht; Slaapstoornissen (slapeloosheid/teveel slapen); Geheugenproblemen; Dyslexie-achtige omkeringen; Aanzienlijk verlies van libido; Ruimtelijke problemen; Abnormale ervaring van reuk en smaak; Veranderingen in eetlust: bulimia / anorexia; Verhoogde gevoeligheid voor vibraties en lawaai;
Nachtelijke angstaanvallen; Paniekaanvallen; Zelfmoordgedachten; Gevoelens van razernij; Gewelddadige gedachten; Mentale mist; Verdwalen op bekende plaatsen; Obsessieve dwangmatigheid; Gebrek aan concentratie; Bell’s palsy (aangezichtsverlamming). Toevallen; Persoonlijkheidsveranderingen; Desoriëntatie.
Volgens Dr. Edwin H. Cassem wordt ware depressiviteit gekenmerkt door het ondervinden van problemen op minimaal vier van de volgende specifieke acht criteria: • • • • • • • •
slaap belangstelling schuld energie concentratie eetlust psychomotoriek zelfmoordgedachten.