Rapportage noodhulp Hoorn van Afrika 2011 Zomer 2012
Luisterend Dienen Postbus 456 3500 AL Utrecht
[email protected] www.luisterenddienen.nl
Geachte lezer, In juli 2011, nu ongeveer een jaar geleden, hebben Luisterend Dienen en de GZB een oproep gedaan om bij te dragen aan de noodhulp in het door honger getroffen gebied in de Hoorn van Afrika. Door het uitblijven van regen hadden delen van Ethiopië, Kenia en Somalië te maken met één van de droogste perioden in zestig jaar. Miljoenen mensen werden door deze ramp getroffen en velen sloegen op de vlucht op zoek naar eten. Hulporganisaties hebben hun uiterste best gedaan om primaire noodhulp te bieden. Ook Luisterend Dienen wilde bijdragen aan de noodhulp die geboden werd. Luisterend Dienen heeft dat gedaan in samenwerking met de GZB, die via de Reformed Church of Eastern Africa (RCEA) in Kenia hulp kon bieden. De gezamenlijke actie van Luisterend Dienen en de GZB heeft in totaal € 500.440,47 opgebracht. Luisterend Dienen en de GZB willen iedereen die daaraan heeft bijgedragen hartelijk dankzeggen! Luisterend Dienen en de GZB hebben de opbrengsten van de actie besteed via verschillende hulpverlenende organisaties die actief zijn in Ethiopië, Kenia en Somalië. De belangrijkste partner voor deze actie was de RCEA in Kenia. Ongeveer 2/3 van de inkomsten is besteed via de RCEA. Dit betreft een bedrag van € 318.883,-. Hierover is door de GZB afzonderlijk gerapporteerd. U vindt deze rapportage onderaan dit verslag, als bijlage 1. De overige inkomsten, € 181.557,47, is besteed via het internationale kerkelijke netwerk ACT (Action by Churches Together), waarin ook de Protestantse Kerk in Nederland participeert. Vanuit de Protestantse Kerk in Nederland is in de eerste weken na de noodhulpoproep een bedrag van € 1.967.560,- besteed via negen verschillende partners die actief zijn in de Hoorn van Afrika. De bijdrage vanuit Luisterend Dienen is in dit bedrag opgenomen. In het onderliggende verslag treft u een korte weergave van de noodhulpactiviteiten die zijn uitgevoerd door de negen verschillende partners die in de zomer van 2011 zijn gesteund. Luisterend Dienen wil hiermee inzicht geven in de hulp die is geboden aan de vele duizenden slachtoffers van de droogte in de Hoorn van Afrika. Door de steun van de gemeenten en particuliere donateurs hebben we er aan mogen bijdragen dat vele levens werden gered. We hopen en bidden dat de wederopbouwactiviteiten en aan mogen bijdragen dat dergelijke rampen worden voorkomen en/of dat mensen worden toegerust om met situaties van extreme droogte om te gaan. Namens Luisterend Dienen,
Matthijs Geluk Programmacoördinator Luisterend Dienen
Verleende noodhulp door partners in het kerkelijke netwerk ACT 1. LWF-DWS – Ethiopië De Lutheran World Federation (Dep. For World Service) werkt al ruim veertig jaar in Ethiopië voor noodhulp, wederopbouw en ontwikkelingsprogramma’s. Ter bestrijding van de gevolgen van de droogte in juli 2011 is LWF werkzaam in vluchtelingenkampen van Somalische vluchtelingen in Dolo Ado en in de omringende gebieden Abaya, Chinaksen en Dawe Kachen. De bijdrage aan LWF is bestemd voor de aanschaf van voedsel, herstel van voorzieningen van levensonderhoud en sanitaire voorzieningen. Daarnaast is een deel bestemd voor activiteiten voor rampenbestrijding en –preventie. Het gaat om de aanschaf van de volgende producten: Voedsel: 171 ton graan; 5,13 ton plantaardige olie; 17 ton bonen; 18 ton voedingssupplementen. Met dit voedsel worden 2848 gezinnen voor vier maanden onderhouden. Elk gezin ontvangt per persoon per maand 15 kilo graan (tarwe/maïs), 0,45 kilo olie, 1,5 kilo bonen en 4,5 kilo voedingssupplementen (famix = graanproducten) Voorzieningen voor levensonderhoud: Gereedschap (nodig voor levensonderhoud) voor 134 gezinnen; zaden voor 118 huishoudens (voor kweek van voedsel); dieren (veestapel) voor 314 huishoudens; 1 kinderdagverblijf; 40.000 zaailingen. Vijf huishoudens leren compost te maken als natuurlijke kunstmest. Ook is 25 hectare verarmde landbouwgrond hersteld en zijn er 2250 bomen aangeplant. Vijftig jongeren en volwassenen kregen alfabetiseringslessen; vijftig jongeren werden getraind voor het maken van bakstenen. Veertig vrouwen kregen naailessen en twintig jongeren kregen handwerklessen. Sanitaire voorzieningen: Watervoorzieningen voor 224 huishoudens; installatie van 12 latrines en dagelijkse watervoorziening voor 7000 personen in transitkampen. Activiteiten voor rampenbestrijding en –preventie: Twee personeelsleden werden getraind in droogtecyclus management; vijf gezondheidswerkers werden getraind om gemeenschappen vijf dagen lang training geven over water, hygiëne en sanitaire voorzieningen; 600 gemeenschapswerkers werden getraind op het gebied van natuurbescherming en –onderhoud; vijf personeelsleden werden getraind om in te kunnen spelen op klimaatverandering en het ontwikkelen van signalering- en waarschuwingssytemen voor rampen; tien geselecteerde boeren werden getraind op het gebied van duurzame landbouwontwikkeling en beheer van ‘natural resources’; 200 personen getraind in natuurbeheer; 1 groep werd getraind voor bewustwordingsactiviteiten rond natuurbeheer in het transitkamp; vijf personen werden getraind voor het maken van biogasinstallaties en 400 energiezuinige kookovens werden gedistribueerd. 2. EECMY – Ethiopië EECMY is de Ethiopian Evangelical Church Mekane Yesus, een van oorsprong Ethiopische kerk. Door middel van de Development and Social Services Commission (DASSC) biedt EECMY hulp aan getroffen gemeenschappen, door middel van voedselhulp en het werken aan wederopbouw, zodat getroffen gezinnen zelf in hun voeding kunnen voorzien. EECMY heeft een bijdrage gekregen van € 175.000,- voor voedselhulp van drie maanden voor 4326 personen in de getroffen gebieden in Gassara, Sababuru, Madawalabu en Dhas. Elke persoon ontving per maand 15 kilo maïs, 1,5 kilo bonen en 0,45 kilo plantaardige olie. Daarnaast heeft men de bijdrage gekregen voor wederopbouw, met name voor het helpen van huishoudens om eigen groenten te verbouwen en dieren te houden. 3867 huishoudens (totaal 19.332 personen) in de gebieden Gassara en Sababuru (Oromia region) ontvingen zaden (15 kg maïs, 15 kg sorghum, 15 kg haricot bonen, 10 kg kikkererwten per huishouden), 60.000 suikerrietplanten, 9.000 bananenboompjes, 9.000 avocadoboompjes, 9.000 mangoboompjes, 9.000 gishtaboompjes. Ieder huishouden ontving twee kippen en twee geiten. 3. DKH/DBC – Somalië
Diakonia Katastrophen Hilfe is een Duitse christelijke organisatie voor noodhulp bij rampen. Vanuit DKH is in 1992 een aparte Somalische organisatie ontstaan onder de naam Daryeel Bulsho Guud. DKH en DBG hebben een bijdrage ontvangen van € 300.000,- voor noodhulp in vluchtelingenkampen. De bijdrage is bestemd voor de voedselvoorziening aan 770 gezinnen (in totaal 4620 personen) in 20 vluchtelingenkampen in Mogadishu en voor 770 gezinnen in nieuw ontstane vluchtelingenkampen in Banadir en Lower Shabelle. Daarnaast voorziet DKH de gezinnen in Banadir en Lower Shabelle van dekens, tenten, klamboes, zeep, jerrycan en slaapmatten. Tevens worden in de vluchtelingenkampen 350 latrines gebouwd voor betere sanitatie (waarvan er 50 uit deze bijdrage worden betaald). (DKH biedt in totaal hulp aan 4.800 gezinnen per regio, de bijdrage van € 300.000,- volstaat voor 770 gezinnen per regio.) 4. LWF – Kenia De Lutheran World Federation (LWF) is in Kenia actief voor de opvang van Somalische vluchtelingen in Dabaab. Men is werkzaam in drie vluchtelingenkampen. De LWF biedt vluchtelingen primaire psycho-sociale hulp, training om met de noodsituatie om te gaan, evenals onderdak, water en voedsel. De LWF in Kenia heeft een bijdrage ontvangen van € 300.000,-, speciaal bedoeld voor onderdak en non-food items (kleding, slippers en sanitaire benodigdheden). Met de bijdrage worden 5.000 meisjes en 10.000 vrouwen voorzien van kleding, alle 15.000 krijgen slippers en onder hen werden 5.000 sanitaire pakketten verspreid. Daarnaast werd de bijdrage gegeven voor het opzetten van 300 noodtenten en het aanstellen van drie tentenmakers. 5. ACK-DOSS – Kenia De Anglicaanse Kerk van Kenia, Department of Social Services (ACK-DOSS) is één van de leden van de ACT Alliance die in Kenia werkzaam zijn. ACK-DOSS is geworteld in de Keniaanse samenleving en heeft jarenlange ervaring met het bieden van noodhulp. ACK-DOSS heeft een bijdrage gekregen van € 100.000,- (wat een steun betekent van 13,31% van het totale bedrag dat men nodig had), met als doel voedselhulp te bieden aan 11.375 huishoudens (ongeveer 68.250 personen). Met de bijdrage van € 100.000,- werden ongeveer 9080 personen geholpen. Voedselhulp houdt voor ACK-DOSS niet in dat men voedselpakketten uitdeelt, maar dat men de huishoudens helpt om zelf voedsel te verbouwen onder zeer droge omstandigheden. Men voorziet de huishoudens van zaden en planten en geeft hen de nodige training om gewassen te verbouwen en te zorgen voor de juiste irrigatie. 6. APDA – Ethiopië APDA is de Afar Pastoralist Development Association. Deze organisatie is werkzaam onder herdersvolken in de regio Afar in Ethiopië. De regio wordt geteisterd door extreme droogte, gevolgd door overstromingen in het regenseizoen (wat gepaard gaat met de uitbraak van ziektes). Daarnaast heeft men te maken met vluchtelingen vanuit Eritrea. In het gebied zijn vele meldingen gemaakt van ondervoeding en kindersterfte. APDA werkt in zeer afgelegen gebieden waar de overheid geen hulp biedt en die alleen bereikbaar zijn te voet of per kameel. APDA biedt hoofdzakelijk medische hulp en materialen voor hygiëne en gezond water. APDA heeft een bijdrage gekregen van € 180.000,- voor de hulp aan 1.400 huishoudens in Bidu, 4.200 huishoudens in Erebti, 1.900 huishoudens in Ad’eela, Alganda en Harsuuma en 3.600 huishoudens in Magaale, een totaal van 11.100 huishoudens. 7. CA/AFD – Ethiopië Christian Aid (CA) werkt samen met de organisatie Action For Development (AFD) in het zuiden van Ethiopië, in het zuidelijke gedeelte van de regio Oromiya. AFD heeft daar jarenlange ervaring in ontwikkelingswerk en in het verlenen van noodhulp. CA/AFD heeft een bijdrage gekregen van € 45.000,- voor directe noodhulp aan dorpen in het gebied Miyo Woreda. De bijdrage is bestemd voor de aanschaf van 3600 m³ water, die verdeeld moest worden over 12.000 mensen voor zestig dagen (5 liter water per persoon per dag). Vanwege de beperkte beschikbaarheid
van water in het gebied kon uiteindelijk slechts ongeveer 4 liter water per persoon per dag worden uitgereikt. Dit is in principe beneden alle standaards voor noodhulp, maar er waren helaas geen andere mogelijkheden, gezien de beschikbaarheid en de hoeveelheid mensen die water nodig hadden. Naast de watervoorziening kregen zeshonderd huishoudens een speciale training om de zwakke dieren in hun veestapel te identificeren en die te slachten voor voedsel en voor inkomen. Tevens werden er materialen uitgedeeld om de slacht uit te voeren. Voor het drinkwater voor de dieren van 350 huishoudens werd een vijver afgegraven. 8. WPDA – Kenia De Wajir Peace and Development Agency (WPDA) is een organisatie die actief is in de regio Wajir in het noorden van Kenia. In dit gebied, dat getroffen is door extreme droogte, heeft WPDA noodhulp geboden aan 14 dorpen (Ajawa, Wajirbor, Gherille, Handaki, Bojiheri, Kanjara, Hadado, Barmishe, Tullatula, Belet Amin, Bela, Boa, Tarbaj en Burder). Men heeft een bijdrage gekregen van € 100.000,Aan 30.000 mensen kon men 15 liter water per dag bieden. Daarnaast kregen 600 huishoudens (ongeveer 4800 personen) een pakket met non-food items (kookgerei, dekens, tentdoeken en jerrycans). Voor 1500 ondervoede kinderen (van vijf jaar en jonger) werd gezorgd voor extra voeding voor zes maanden. Een bijzondere bijdrage leverde WPDA op het gebied van conflictbeheersing. Vanwege de extreme omstandigheden en de beperkt beschikbare middelen was er een groot risico op onderlinge onlusten. WPDA is gespecialiseerd in het werken aan vredesopbouw. Door middel van vredescomités heeft men de rust in het gebied kunnen handhaven. 9. FCE – Ethiopië Facilitators for Change Ethiopia (FCE) is een netwerkorganisatie in Ethiopië. Samen met zes partnerorganisaties werkt men aan noodhulp in de getroffen gebieden in de Oromiya regio in het zuiden van Ethiopië. De bijdrage aan dit consortium van organisaties is € 667.560,-. Het doel van het werk van deze organisaties is gericht op het verlenen van directe noodhulp, maar daarnaast ook op wederopbouw en het weerbaar maken van de bevolking tegen eventuele verdere rampen. De bijdrage is bestemd voor vier doelen: 1. Voedselhulp aan 1223 personen in het Wuchale District. Om deze mensen vier maanden lang van voedsel te voorzien is 75.000 kg graan aangeschaft, evenals 7.400 kg bonen, 7.800 kg famix (voor 429 kinderen en moeders die borstvoeding geven) en 2202 liter bakolie. 2. Het helpen van 30.437 personen door middel van een Cash for Work-programma(CfW), landbouwontwikkeling en het opbouwen van een veestapel. Het Cash for Work-programma houdt in dat de lokale bevolking wordt ingeschakeld bij wederopbouwwerkzaamheden en daarmee geld verdienen. Het CfW-programma werd uitgevoerd in het Shalla District. De lokale bevolking werkte o.a. mee in het afgraven van vijvers voor wateropvang, het aanleggen van wegen, het gereedmaken van landbouwgrond, het graven van irrigatiekanalen en het aanplanten van bomen. Daarnaast werden aan 3.600 huishoudens zaden en planten (aardappels, uien, groenten) uitgedeeld om opnieuw gewassen te kunnen verbouwen. Ook werden 9.325 huishoudens geholpen met een koppel geiten, schapen of kalveren en met medicatie en vaccinatie van hun dieren. 913 huishoudens werden geholpen met training om hun landbouwactiviteiten te verbeteren. 3. Verbetering van de toegang tot water voor 11.600 personen in de districten Siraro, Doba, Adaberga, Wuchale, Sadden Sodo en Dawo. Hiervoor werden nieuwe (diep)waterputten geslagen en bestaande waterbronnen gerenoveerd. 4. Het verbeteren van de capaciteit van de overheid in zeven districten om kwetsbare mensen te helpen en beter in te springen op toekomstige rampen. Om dit te bereiken werd aan 120 leden van de lokale gemeenschappen en acht werknemers van de lokale overheid een training ‘Disaster Risk Reduction’ aangeboden. Twaalf veldwerkers kregen een training voor
het bieden van humanitaire hulp in het geval van rampen. Daarnaast wordt er gewerkt aan een systeem om rampen vroegtijdig te signaleren en te melden en daarover op een goede manier informatie uit te wisselen (Early Warning System).
Bijlage 1 - Rapportage Noodhulp hongersnood in Kenia (GZB)
De hongersnood in de Hoorn van Afrika was vorig jaar wereldnieuws. Ook in Turkana in noordwesten van Kenia was de honger groot. Mede dankzij het zendingswerk van de GZB zijn hier verschillende gemeentes van de Hervormde Kerk van Oost-Afrika (RCEA). Deze kerk was en is dan ook intensief betrokken bij een noodhulpprogramma waar de GZB ook uw hulp bij heeft ingeroepen Jurjen de Groot, coordinator van het noodhulpprogramma en zendingswerker van de GZB: “Mede dankzij hulp vanuit Nederland was het mogelijk om een grootschalig noodhulpprogramma op te zetten. Ik ben eindverantwoordelijk voor het noodhulpprogramma in Turkana en zelf ook een paar keer naar het gebied afgereisd. De tweede keer waren de eerste indrukken meteen hoopgevend. In dorpen waar ik maanden geleden gezinnen met zwaar ondervoede kinderen hulpeloos onder een boom zag zitten, zag ik nu een dansende menigte die hun dankbaarheid probeerden te uiten voor de hulp die ze via de kerk hadden ontvangen. Na twee dagen rondreizen in het getroffen gebied konden we echt concluderen dat de gezondheidstoestand in zijn algemeenheid sterk verbeterd was. Het stemt ons dankbaar. We hebben echt een verschil kunnen maken met de hulp die we hebben geboden. Desalniettemin is de situatie nog steeds zorgelijk. De eerste nood is gelenigd, maar hoe moeten deze mensen hun toekomst weer opbouwen? In een korte tijd is er een hele organisatie opgebouwd die het noodhulpprogramma uitvoert. Werken via de lokale kerken in Turkana werkt uitstekend. De mensen in het veld zijn getraind en weten het programma goed te implementeren. De getroffen mensen in de dorpen worden ook daadwerkelijk bereikt. Een van de grote uitdagingen is de enorme afstand die afgelegd moet worden. Het voedsel moest tot diep in het binnenland worden afgeleverd. Vrachtwagens lopen vast in rivierbeddingen en de zware regens van de afgelopen maanden hebben het werk er niet makkelijker op gemaakt. Desondanks zijn we trots op onze mensen die tot diep in de nacht gewerkt hebben om de voedseltransporten en distributies mogelijk te maken. Vanuit het hoofdkantoor van de kerk wordt het hele programma aangestuurd. De voedseldistributies gingen door tot en met februari 2012. De eerste fase van het noodhulpprogramma loopt daarmee dan af. We willen niet zomaar doorgaan met het distribueren van voedsel. Langzamerhand moet de plaatselijke bevolking hun eigen leven weer gaan oppakken. Het beste zou zijn als ze zelf weer in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien. Dit is vaak makkelijker gezegd dan gedaan. Een gebied dat zo enorm getroffen is door droogte en honger, pakt niet zomaar de draad weer op. Als kerk zijn we samen met de GZB aan het nadenken hoe we kunnen meehelpen aan wederopbouw. Zelf heb ik het idee dat dit een zeer cruciaal moment is voor de kerk en de bevolking in Turkana. Het zou geweldig zijn als we gezamenlijk een programma kunnen starten dat de bevolking in staat stelt om hun lokale sociale en economische structuren weer op te bouwen. Tegelijkertijd is het voor de kerk het een moment om de lokale bevolking te bereiken met het Evangelie. Wilt u bidden voor wijsheid bij de verdere ontwikkeling van het programma?
Financieel overzicht inkomsten GZB Inkomsten via EO Metterdaad via collecten/Luisterend Dienen via particulieren via bedrijven en scholen via Fondsen
€ 280.000 € 318.883 € 121.086 € 12.875 € 18.250
Totale inkomsten € 751.094 af: kosten fondsenwerving € 11.038 Beschikbaar voor noodhulp € 740.056 Uitgaven Aankoop/verspreiding voedsel Personeel en administratie Kenia Begeleiding in Nederland Totale uitgaven (tot feb. 2012)
€ 340.549 € 54.345 € 21.365 € 416.259
Vervolg voedselhulp (tot mei 2012) € 67.000 Totaal uitgegeven: -/- € 494.297 Nog te besteden: € 256.797 Van dit bedrag wordt een programma opgezet om diaconaat vanuit de lokale gemeenten te bevorderen. Naast toerusting wordt daarbij ook voorzien in hulpmiddelen die de opbouw van lokale gemeenschappen bevorderen en weerbaarheid tegen nieuwe rampen verhogen. Er wordt gezocht naar een zendingswerker die de kerk zal helpen dit programma uit te voeren.
65.000 mensen zijn geholpen door het noodhulpvoedselprogramma. Er is 525.000 kg maïs aangekocht bij lokale Keniaanse boeren. Ongeveer 50 mensen zijn betrokken bij de aankoop van voedsel, coördinatie en distributies. De hulp van de Hervormde Kerk van Oost-Afrika is anders dan wat andere hulporganisaties doen: de voedseldistributies zijn goed georganiseerd, andere organisaties proberen van onze werkwijze te leren. De algemene gezondheidstoestand van de verschillende dorpen is sterk verbeterd. De gezondheid van ondervoede kinderen ook. De Hervormde Kerk van Oost-Afrika groeit hard op de plaatsen waar het noodhulpprogramma wordt uitgevoerd.