>>LopendVuur06 De krant van de Nederlandse Topsport >>september 2014
Technisch directeur Kees Rodenburg: “Iedereen zit te wachten tot je een keer verliest” > 4
Paralympische zeilploeg moet opnieuw beginnen richting Rio 2016 > 5
Mark Huizinga blikt terug op YOG Nanjing 2014: “Dit evenement had een Olympische uitstraling” > 5
Het Talent Maaike de Waard: “Zwemmen is mijn leven” > 8
Nieuwe normen en limieten voor Rio 2016
Reële kans op top 8-notering staat centraal”
>> Het kwalificatiesysteem zoals zich dat in de afgelopen dertig jaar heeft ontwikkeld en dat tot en met de laatste Zomerspelen werd toegepast, was rijp voor een heroverweging; daar was iedereen het wel over eens. “Het leek ons goed om onszelf de kritische vraag te stellen op welke punten het systeem zou kunnen worden aangepast”, aldus Maurits Hendriks. “Daarom zijn we na Londen gestart met een uitgebreide evaluatie, waarbij alle betrokkenen zijn gehoord.” Tijdens de presentatie van de nieuwe normen en limieten in de Arnhemhal op Papendal, benadrukte de technisch directeur nog maar eens dat een positie in de top 10 van succesvolste landen op de Spelen het uitgangspunt is en blijft. “Met daarbij de ambitie om het aantal sporten dat kans maakt op podiumplaatsen duurzaam te vergroten.
FOTO:SPORTFOTOGRAFIE.NL
Na een lange tijd van voorbereiding, die is gestart na de Spelen in London, is op 10 september jl. het aangepaste kwalificatiesysteem van normen en limieten voor de Olympische en Paralympische Spelen in Rio de Janeiro wereldkundig gemaakt. Chef de mission Maurits Hendriks over de ins and outs van het nieuwe traject.
Dat betekent dat we zo veel mogelijk kansrijke starts willen realiseren.”
Maurits Hendriks: “Onze ambitie om bij de tien beste landen van de wereld te behoren staat onverminderd overeind.”
Die ambitie wordt dus nagestreefd met een nieuwe formule. Uit de evaluatie zijn drie punten naar voren gekomen die voor verbetering en wijziging vatbaar waren. De meest in het oog springende verandering heeft betrekking op het systeem van nomineren en het tonen van vormbehoud. Dat wordt in zijn huidige vorm afgeschaft, het systeem is voortaan gericht op directe kwalificatie. “‘Vormbehoud’ was een leeg begrip geworden”, legde Hendriks uit. “Zelden tot nooit mislukte de poging tot vormbehoud, maar het leidde de focus af. Een sporter wil zich zo goed mogelijk voorbereiden op de Spelen, daarbij leidde de eis om vormbehoud te tonen af van het werkelijke doel: optimaal
presteren op de Spelen. Het zat een goede voorbereiding op de Spelen dus in de weg.” Drie systemen Het streven was en is dat NOC*NSF alleen sporters naar de Spelen afvaardigt die daar ook daadwerkelijk wat te zoeken hebben. Daardoor worden in aanvulling op de voorwaarden van de internationale federaties (het IF-systeem) aanvullende prestatieeisen gesteld. Het gevolg daarvan is echter dat er drie systemen door elkaar liepen: het IF-systeem, de nationale normen en limieten en de interne selectieprocedure van de bond. Het leverde soms verwarring op. Daarom heeft de sportkoepel gebroed op een werkwijze die minder
complex is, meer consistentie vertoont en duidelijkheid biedt aan sporter en bond. Dat is gebeurd door aan te sluiten op de IF-eisen en IF-tijdlijnen. Daarbij heeft NOC*NSF de samenwerking gezocht met de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Samen hebben ze in kaart gebracht wat de verschillen tussen de IF-eisen en nationale eisen waren. Hendriks: “We hebben de consistentie onderzocht door bijvoorbeeld competitieanalyses te maken en die met voorgaande kwalificatietrajecten te vergelijken.”
>> lees verder op pagina 2
“We hopen de rechter niet meer nodig te hebben” Voorafgaand aan het overleg tussen de bonden en NOC*NSF over de normen en limieten, moesten de bonden de topsporters en bondscoaches betrekken bij het opstellen van die prestatie-eisen. Dat geldt ook voor de interne selectieprocedure die moet
worden toegepast als er meerdere sporters aan de kwalificatie-eisen hebben voldaan, maar er niet genoeg startplekken zijn. In het verleden leidden deze interne regels nogal eens tot juridisch getouwtrek; voorafgaand aan de Spelen in Londen zijn vijf
rechtszaken gevoerd, waarvan er vier te maken hadden met de interne selectieprocedure van de bond. Maurits Hendriks: “Dat is iets wat we in ieder geval niet meer willen. Niet omdat we bang zijn voor een eventuele uitspraak, maar omdat het voor een
sporter verschrikkelijk is om je op deze manier vlak voor het evenement nog te moeten plaatsen. We hopen nu voor iedereen meer duidelijkheid te scheppen en de rechter niet meer nodig te hebben.”
het Lopend Vuur SEPTEMBER 2014 noc*nsf 1
•
vervolg pagina 1
Deze analyses hebben geleid tot de vorming van vijf clusters, te weten: • cluster teamsporten; • cluster meetbare prestaties (atletiek, zwemmen); • cluster ranglijstsporten (o.a. badminton, judo, tennis); • cluster op basis van ranglijst én prestatie (o.a. beachvolleybal, BMX, hippische sport, tafeltennis); • cluster prestatiesporten ( o.a. turnen, handboog schieten, roeien, zeilen).
Hendriks: “De eis voor het eerste cluster is simpel: de IF-kwalificatie geldt. Daar voegen wij niets aan toe. Bij het tweede cluster stellen we aanvullende prestatie-eisen als er bijvoorbeeld sprake is van een erg groot deelnemersveld, zoals bij de marathon. Bij de ranglijstsporten maken we nadrukkelijk gebruik van het onderzoek dat we samen met de RUG hebben uitgevoerd, waarbij we kijken naar de vraag: Welke plekken geven kans op een plek in de top 8 of top 4 tot 6 bij de Paralympische sporten? Ook voor het vierde cluster (ranglijst en prestatie) hebben we
eerst de eisen van de IF bekeken, en zijn die zo dat een kans op een plek in de top 8 aanwezig is, dan nemen we die over. Zijn die IF-eisen echter vooral ingegeven om zo veel mogelijk landen mee te laten doen, dan hebben wij de prestatie-eisen aangescherpt. Hetzelfde geldt grosso modo voor de prestatiesporten.” Niet de deur openzetten Naast het afschaffen van de eis van vormbehoud en het bieden van meer duidelijkheid voor de sporters door het kwalificatiesysteem consistenter in te richten, is ook de interne
selectieprocedure onder handen genomen (zie kader). Eén punt wil Hendriks nog benadrukken: “Onze ambitie om bij de tien beste landen van de wereld te behoren staat onverminderd overeind. Het is dus niet zo dat we met dit aangepaste kwalificatiesysteem de kans op uitzending naar de Olympische Spelen vergroten. Dat zou ook niet kunnen; aan de voorkant meer focussen en aan de achterkant de deur verder openzetten.” Meer info en specifieke normen en limieten: www.nocnsf.nl/rio2016 en www.paralympisch.nl/rio2016
Via Baku naar Rio Negen van de twintig sporten die op het programma staan van de Europese Spelen Baku 2015, hebben een relatie met de Olympische Spelen Rio 2016. De winnaars van het tafeltennis (enkelspel) kwalificeren zich rechtstreeks voor Rio 2016. De winnaars van de disciplines van het sportschieten en de
>> Bij het (beach)volleybal, handboogschieten, taekwondo en wielrennen zijn punten voor de wereldranglijst te verdienen. Bij atletiek, dat tijdens de Europese Spelen een landenwedstrijd in de Third League is, kunnen IAAFlimieten worden behaald. Tijdens het zwemtoernooi van de Europese Spelen, tijdens Baku 2015 en een Jeugd-EK, kunnen FINA-limieten worden gezwommen.
soccer, acrogym en aerobics hebben geen topsportstatus. Ritmische gymnastiek heeft dat wel, maar in die tak van sport zijn momenteel geen sporters die voor deelname aan de Europese Spelen in aanmerking komen. Atletiek is tijdens Baku 2015 een landenwedstrijd in de Third League, het laagste niveau. Nederland komt uit in de First League.
Aan zes disciplines zal Nederland niet deelnemen in Baku: sambo, beach
Voor een aantal van de andere sporten heeft Nederland inmiddels
FOTO: BAKU2015.COM
triatlon halen voor Nederland quotumplaatsen (aantal deelnemers, niet op naam).
In Baku zijn de voorbereidingen in volle gang.
quotumplaatsen toegewezen gekregen. De invulling van die plaatsen zal gebeuren op basis van de selectiecriteria van NOC*NSF. Uitgangspunt daarbij is een redelijke kans op een plaats bij de top acht van Europa.
De eerste editie van de Europese Spelen wordt van 12 tot en met 28 juni 2015 gehouden in de Azerbeidzjaanse hoofdstad Baku. >>Meer info: www.nocnsf.nl/baku2015
“Twee jaar tot Paralympische Spelen Rio 2016”
>> “De ontwikkelingen in de Paralympische sport gaan gewoon door”, aldus Cats. “Misschien in een iets minder duizelingwekkend tempo, maar de Paralympische sport is verre van uitontwikkeld. Wij zijn na Londen op dezelfde voet verder gegaan: professioneel sporten, fulltime en ervoor zorgen dat sporters in de juiste omgeving hun sport beoefenen. Dat zijn de ingrediënten die wij blijven gebruiken richting Rio.” Focus In het najaar van 2012 is NOC*NSF op
topsportgebied meer gaan focussen. Dat is ook op Paralympisch gebied gebeurd. “Focus is bij Paralympische sport belangrijk. Wij kunnen niet in alles goed zijn. Zeker omdat we daarvoor niet de financiële middelen hebben, maar ook omdat we niet genoeg talentvolle sporters hebben voor alle sporten. We hebben in 2012 gekozen voor dertien sporten waar wij succesvol in willen zijn. Die dertien sporten proberen we zo maximaal mogelijk te ondersteunen en die dertien sporten willen we terugzien in Rio. Bij die sporten zit één nieuwe sport: boccia. >> lees verder op pagina 7
FOTO: SPORTFOTOGRAFIE.NL
Over twee jaar, op 7 september, beginnen in Rio de Paralympische Spelen. De Paralympische sport maakte de afgelopen jaren een stormachtige ontwikkeling door. Chef de mission Paralympic TeamNL André Cats geeft een update over de huidige stand van zaken in de Nederlandse Paralympische sport.
André Cats met medaillewinnaar Bibian Mentel tijdens de Paralympische Winterspelen.
Colofon Lopend Vuur is een uitgave van NOC*NSF Ontwerp Diep Arnhem, Opmaak en druk Edauw & Johannissen BV, Den Haag, Hoofdredactie Friso Schotanus (Het Sportbureau)/NOC*NSF, Eindredactie Janneke Westermann, Medewerkers Robert Barreveld, Erik Duiven, Daniël Schildkamp, Roelof Jan Vochteloo Productie Arko Sports Media, Nieuwegein, Redactieadres NOC*NSF: Lopend Vuur T.a.v. Annemiek van der Meer, Postbus 302, 6800 AH ARNHEM, Tel.: 026 483 47 83, E-mail:
[email protected], www.nocnsf.nl/lopendvuur 2
noc*nsf het Lopend Vuur SEPTEMBER 2014
NOC*NSF zoekt potentiële topsporters op Talentdag Talentherkenning. Het is een van de belangrijke punten in de Sportagenda 2016 van NOC*NSF. Hoe komen potentiële toptalenten ook daadwerkelijk bij de sport terecht die het best aansluit bij hun potentie? In dit kader startte NOC*NSF onlangs de campagne ‘Ik wist niet dat ik het in me had’, die jonge sporters tussen de twaalf en achttien jaar moet interesseren voor de Talentdag op 2 november. Op die dag hoopt de sportkoepel talenten te verwelkomen die voldoen aan een bepaald profiel en het daardoor in zich hebben de top te bereiken .
>> NOC*NsF concludeerde de afgelopen jaren zowel in de praktijk als na onderzoek dat het voor jonge talenten bij een aantal sporten heel reëel is om in de leeftijdscategorie twaalf tot achttien jaar nog over te stappen naar een andere sport. “Wij willen op 2 november de bonden helpen die ook buiten hun eigen sport potentiële toptalenten kunnen vinden”, aldus Kayan Bool, projectleider Topsport bij NOC*NsF.
Medailles winnen “Er zijn best voorbeelden te noemen van topsporters die op relatief late leeftijd de overstap naar een andere sport hebben gemaakt, maar het berust nog te veel op toeval”, legt Bool uit. “Bij sporten als turnen en voetballen moeten kinderen heel jong beginnen om de top te kunnen bereiken, maar dat geldt niet voor alle sporten.” Met het woord ‘toptalenten’
bedoelt NOC*NsF alleen de extreem getalenteerde kinderen. “Nederland heeft een topsportambitie. Wij willen bij de wereldtop horen en dus medailles winnen. Medailles worden veelal gewonnen door extreme talenten die de absolute wil hebben om de top te bereiken.” Profielen Om welke profielen gaat het in de praktijk? “Eigenlijk is dat simpel”, zegt Bool. “We zoeken kinderen die sterk en lang zijn of lang gaan worden, kinderen die heel snel of explosief zijn en kinderen met een groot uithoudingsvermogen. Het zijn startvoorwaarden. Lang en sterk zijn bijvoorbeeld voorwaarden voor roeien en volleybal. Zonder die voorwaarden is het vrijwel uitgesloten dat iemand de top bereikt.”
LANG & STERK
SNEL & EXPLOSIEF
UITHOUDINGSVERMOGEN
PARALYMPISCH
OLYMPISCH
TALENT HEB JIJ HET IN JE?
De Spelen zijn misschien wel dichterbij dan je denkt. Ben jij lang en sterk of juist snel en explosief? Of beschik je over een enorm uithoudingsvermogen? Meld je dan aan voor de NOC*NSF Talentdag op 2 november.
Ga naar ikwistnietdatikhetinmehad.nl
Coaches NOC*NsF organiseerde in het kader van deze campagne op 18 september al een dag voor docenten Lichamelijke Opvoeding. Zij krijgen als geen ander veel jonge talenten onder ogen. De sportkoepel wil nu echter ook andere groepen aanspreken. “We willen zeker ouders en de kinderen zelf bereiken, maar ook in topsportprogramma's zitten altijd mensen die maar een kleine kans hebben om in die bewuste sport de top te halen. Coaches moeten nooit nalaten de optie van een andere sport te opperen. Ook die jonge atleten zijn welkom op de Talentdag.” >> Meer info: www.ikwistnietdatikhetinmehad.nl
Commissie Evenementen geïnstalleerd De netwerkorganisatie ‘De kracht van sportevenementen’, die met een beetje goede wil de erfopvolger van de evenementenambitie van het Olympisch Plan kan worden genoemd, heeft deze zomer verder gestalte gekregen. De organisatie krijgt vorm, nu er ook een onafhankelijke Commissie Evenementen is geïnstalleerd. >> In de ‘De kracht van sportevenementen’ zijn het ministerie van VWs, NOC*NsF en de G5 – Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, utrecht en Eindhoven – en sinds kort ook het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (NBTC) verenigd. Het doel is om – steeds vijftien jaar vooruitkijkend – in Nederland toonaangevende internationale sportevenementen te organiseren. Nederland wil zich zo op de kaart zetten als sportland en als gastvrije handelsnatie. Belangrijke doelstelling is het realiseren van zoveel mogelijk maatschappelijke en economische spin-off van deze evenementen. Commissieleden Er zijn nu vijf personen benoemd die samen de Commissie Evenementen vormen. Deze commissie is één van de drie
onderdelen van de netwerkorganisatie, die verder bestaat uit een directeurenoverleg en een werkorganisatie. De door het directeurenoverleg benoemde leden beschikken over ruime ervaring op het gebied van sport, evenementen, marketing, onderzoek en cultuur, te weten: Harry Been (organisator EK 2000, bestuurslid NOC*NsF), Johan Wakkie (organisator WK hockey 1998 en 2014, voormalig directeur hockeybond), Maarten van Bottenburg (hoogleraar sportontwikkeling aan de universiteit utrecht), Marcel Beerthuizen (expert op het gebied van partnership marketing) en Tanja Dik (managing director bij stage Entertainment). Beperkte omvang De ambities van de nieuwe netwerkorganisatie zijn eind vorig jaar door de
Van links naar rechts: Marcel Beerthuizen, Johan Wakkie, Tanja Dik, Harry Been en Maarten van Bottenburg.
betrokken partijen geformuleerd. Ook de organisatorische contouren zijn nu vastgesteld. Er is een werkorganisatie, die wordt aangestuurd door Marco Kooiman van NOC*NsF. De besluiten worden genomen in het acht zetels tellende directeurenoverleg. Het directeurenoverleg en de Commissie Evenementen zullen qua omvang beperkt blijven, om slagvaardig te kunnen zijn, vertelt Kooiman. “Er komt zeker geen nieuwe en opgetuigde organisatie zoals Olympisch Vuur, maar de partners leveren wel allemaal een financiële en personele bijdrage aan het samenwerkingsverband. De werkorganisatie staat wel open voor andere relevante partijen om mee te denken en vooral mee te doen. Kennisdeling rond de organisatie van evenementen en input omtrent promotie en communicatie zijn bijvoorbeeld zeer welkom.”
Topevenementenkalender De Commissie Evenementen is in het leven geroepen om zwaarwegend advies aan het directeurenoverleg te geven over plaatsing van evenementen op de topevenementenkalender – dat is de toplaag van de ‘gewone’ sportevenementenkalender. De leden komen maximaal vier keer per jaar bijeen en worden gefaciliteerd door de werkorganisatie. Kooiman: “Naast het advies over de inrichting van de topevenementenkalender gaan de leden van deze commissie hun tijd en expertise ook inzetten voor advies aan de evenementenorganisaties die op de kalender staan, met als doel dat de evenementen excellent worden georganiseerd en zoveel mogelijk maatschappelijke impact hebben.” >> Meer info:
[email protected] HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014 NOC*NsF 3
DE COACH Kees Rodenburg
Als technisch directeur van het Koninklijk Nederlands Korfbalverbond is Kees Rodenburg eindverantwoordelijk voor het nationale team. Nederland is al jaren ongeslagen, maar: “Aan de top blijven is moeilijker dan het lijkt.” Naam: Kees Rodenburg
Nationaliteit: Nederlands
Beroep:
Technisch directeur Koninklijk Nederlands Korfbalverbond
Leeftijd: 55 jaar
In dienst sinds: 2006
>> De laatste nederlaag van het Nederlands team op een groot toernooi dateert uit 1991. Met Jong Oranje was dat nog langer geleden, tot afgelopen zomer. De talenten verloren van België. Rodenburg: “Als je de beste bent, ligt alle druk bij jou. Iedereen zit te wachten tot je
een keer verliest. Wij zijn de beste als we ons normale niveau halen. Dat moet je wel steeds waarmaken en dat maakt het lastig.” Om de voorsprong op het buitenland te behouden, is er sinds een jaar of zes wat veranderd in de topsportstructuur van het korfbal. Rodenburg legt uit. “Vroeger trainden de toppers voor negentig procent bij de clubs en werd er voor tien procent getraind met de nationale selecties. Nu is de situatie naar fifty-fifty gegaan. Het programma van de nationale ploeg is naar een hoger niveau getild. Zo blijven we nummer één.” Aandachtspunt Met circa 100.000 leden op de velden en sterke competities op clubniveau
FOTO: KNKV
“Iedereen zit te wachten tot je een keer verliest” Kees Rodenburg: “Het programma van de nationale ploeg is naar een hoger niveau getild.”
maakt de bond zich geen zorgen over de doorstroming van talent. “Vergelijk het met Taiwan, daar hanteren ze een high school-model. Weinig talent in een hoogwaardig programma. Dan kom je te kort op het gebied van competitie.” Wel erkent Rodenburg dat de overstap vanuit de jeugdselecties naar Jong Oranje en Oranje langzaam groter wordt. “De bond zou ook in de jeugdselecties meer moeten investeren, maar dat is een ordinaire geldkwestie. Niettemin is het een aandachtspunt.” Portugal Als dominant korfballand helpt Nederland de internationale bond met de ontwikkeling van de sport in de rest van de wereld. “Dat blijven we
doen, totdat het moment is aangebroken dat we ons gaan afvragen: Is dit nou wel zo handig? Maar zo ver zijn we nog niet, met uitzondering van België dan.” Als bondscoach van Portugal heeft Rodenburg de sport daar in het verleden een impuls proberen te geven. “Ik heb toen sporters gezocht in het handbal, volleybal en voetbal en ben intensief gaan trainen. In een korte tijd kun je dan een eind komen: we hebben brons gehaald op het WK. Maar dat was echt het absolute maximum. Het gat naar goud en zilver kun je pas dichten als het echt een grote sport wordt. In Duitsland zie ik daarvoor potentie. Het is een land met een verenigingscultuur en gezien de afstand is er veel samenwerking met Nederland mogelijk.” Een must Als technisch directeur van het KNKV is Rodenburg ook betrokken bij het programma Mastercoach van NOC*NSF. “Ik draai al vanaf het begin mee. Het is zo belangrijk dat bondscoaches en technisch directeuren zich blijven ontwikkelen. Bovendien is het leuk en stimulerend om met elkaar zo’n traject aan te gaan. Je kunt je eigen teamsport bijvoorbeeld toetsen aan een individuele sport, of leren hoe de structuur binnen andere sportbonden in elkaar zit. Ik vind het voor elke coach eigenlijk een must om hieraan mee te doen. We kunnen onze kennis delen en dat is een sterk punt van Nederland als sportland.”
Geen vraag is te gek bij het Vertrouwenspunt Sport Het Vertrouwenspunt Sport is voor de zomer al officieel gelanceerd en is inmiddels vol in bedrijf. Bij dit meldpunt kunnen sporters, begeleiders en anderen terecht met vragen en meldingen van zaken die mogelijk in strijd zijn met de regels en die de integriteit van de sporter of de sport aantasten.
>> Het Vertrouwenspunt is door NOC*NSF en de sportbonden in het leven geroepen. Het team bestaat uit twaalf vertrouwenspersonen die na- en meedenken over de meest uiteenlopende vragen die te maken hebben met het gedrag van mensen binnen de sport. “Sporters, maar ook trainers of bestuurders, kunnen er bijvoorbeeld terecht met vragen over ongewenst gedrag of hoe het aangepakt kan worden. Je kunt er ook terecht om even met iemand te ‘sparren’ wanneer je vragen of vermoedens hebt op het 4
gebied van doping of matchfixing”, legt Maarten Borneman, coördinator van het Vertrouwenspunt Sport uit. In de knel Borneman licht toe waar het initiatief tot het oprichten van een vertrouwenspunt vandaan komt. “Sporters spreken minder snel over hun zorgen, hun twijfels of het feit dat ze in de knel zitten. Dat is begrijpelijk, maar het kan de sportieve prestaties lelijk in de weg gaan staan en leiden tot het gevoel er helemaal alleen voor te staan. Thema’s
noc*nsf het Lopend Vuur SEPTEMBER 2014
als pesten, discriminatie en andere vormen van grensoverschrijdend gedrag zijn onderwerpen die vaak als ‘lastig’ worden ervaren. Ook vermoedens van doping of machfixing zijn vaak moeilijk om over te praten. Wij vinden dat jammer. Jammer voor de sporter – hij of zij zit er immers mee – maar ook jammer voor de sport en sporters in het algemeen. Is het niet zo dat sport pas leuk is wanneer er op een eerlijke manier gesport wordt en iedereen tot zijn recht kan komen?” Ook per mail De gesprekken zijn vertrouwelijk, de sporter, trainer, coach of het bestuurslid kan erop vertrouwen dat de inhoud niet naar buiten komt. Hoe dat werkt, legt de vertrouwenspersoon vooraf aan
ieder contact uit. Het contact is overigens gratis. Ook wanneer ouders of vrienden van sporters zich zorgen maken over de gang van zaken kunnen ze kosteloos contact zoeken met Vertrouwenspunt Sport. Borneman: “Omdat het soms niet mogelijk is om over een vraag of een beschuldiging te praten, is het ook mogelijk om een kwestie per mail aan te kaarten. Op onze site worden de mogelijkheden daartoe uitgelegd. Ook de mogelijkheid om anoniem een vraag te stellen of om een melding te doen, wordt op de site uitgelegd.”
>> Meer info: www.vertrouwenspuntsport.nl of 0900 202 55 90
Paralympische zeilploeg moet opnieuw beginnen richting Rio 2016 Na Londen 2012 zag bondscoach Ronald van Vianen zijn medaillewinnaars stoppen. Het gouden sonartrio en de bronzen 2.4mR-zeiler Thierry schmitter zetten een punt achter hun carrière. Voor het Paralympisch zeilen betekent dit dat er op weg naar Rio 2016 een nieuwe start gemaakt moet worden. >> Tijdens de wereldkampioenschappen, eind augustus in het Canadese Halifax, wisten de verschillende Nederlandse boten nog geen nominatie voor de Paralympische spelen te behalen. “Dat doel hebben we niet gehaald, dus dat is teleurstellend”, zegt bondscoach Ronald van Vianen. “In de skud18, een voor Nederland nieuwe zeilklasse, kan ik niet verwachten dat ze meedoen om de hoogste plekken. Die teams zijn onervaren,
het kost tijd om tactisch en strategisch beter te varen. Ze gaven te makkelijk goede posities weg.” Niettemin werd de beste prestatie neergezet door skud18-duo Jan-Rein van Esseveld en Vera Voorbach. Zij werden zevende. In dezelfde klasse finishten Rolf schrama en sandra Nap als tiende. Het lichtpuntje dat de coach ziet, is dat deze zeilers gemotiveerder thuis zijn gekomen. “We gaan ons de komende jaren focussen
op de skud18”, erkent hij. “We zijn direct na Londen begonnen met een talententeam, daar zullen we mee bezig blijven, en wellicht komt daar dan ook een nieuw team voor de sonarklasse uit.” uitdaging Eén van de grootste uitdagingen die de coach de komende jaren heeft, is de financiën rond krijgen. “Onze zeilers zullen wedstrijden moeten varen om ervaring op te doen met verschillende omstandigheden. Dat kost niet alleen energie en inzet, maar ook geld. Dat wordt een uitdaging.” Van Vianen hoopt dat het zware jaar 2014 iets goeds brengt voor de komende jaren: “Halifax was een enerverende week, met een harde les”, zegt hij. “Maar ik blijf positief:
MARK HuIZINgA BLIKT TERug OP YOg NANJINg 2014
“Dit evenement had een Olympische uitstraling”
>> In Nanjing streden 3.800 atleten uit 201 landen anderhalve week lang om de medailles op 222 onderdelen. Net als vier jaar geleden in singapore werd afgelopen zomer de basketbalvorm drie tegen drie gespeeld. Ook hockey (vijf tegen vijf), atletiek (8x100 meter estafette) en wielrennen (klassement van vijf onderdelen) waren in Nanjing in een ander jasje gegoten. Huizinga legt uit dat de Jeugd Olympische spelen deels als een proeftuin dienen, maar dat het IOC ook voor deze vormen heeft gekozen om zo het totaal aantal deelnemers te beperken. “Met Nederland waren we onder meer actief in het basketbal en het hockey en dat vond ik er erg leuk uitzien. Het kleinere veld maakt beide sporten nog attractiever.” gemixte teams De aanwezigheid van gemixte teams vormt een ander kenmerk van de Jeugd Olympische spelen. Zo won springruiter Lisa Nooren goud met Team Europa en bestond het winnende team van judoka Lisa Müllenberg uit tieners van verschillende continenten. “Dit mixen van landen en seksen is bedoeld om
FOTO: NOC*NsF
Jongstleden augustus vond in het Chinese Nanjing de tweede editie van de Jeugd Olympische Spelen plaats. Oud-topjudoka Mark Huizinga was als chef de mission verantwoordelijk voor de 41 Nederlandse sporters in de leeftijd van vijftien tot achttien jaar, die op twaalf onderdelen een medaille wonnen.
sporters met elkaar in contact te brengen. Dat geeft een leuke sfeer van verbroedering, maar deze onderdelen zijn eigenlijk niet meer dan feestelijke bijnummers. Ik ben blij met de medailles van de twee Lisa’s, maar de gouden medaille van Maaike de Waard op de 50 meter rugslag sla ik een stukje hoger aan.” Naast driemaal goud won Nederland in Nanjing viermaal zilver en vijfmaal brons. Omdat de Jeugd Olympische spelen bedoeld zijn als opleidingsevenement is er geen medailleklassement bijgehouden, maar Huizinga stelt vast dat Nederland het met twaalf medailles in negen sporten uitmuntend heeft gedaan. “Van de 41 Nederlandse sporters zijn er 24 met een medaille thuisgekomen. Dat is knap als je je bedenkt dat ze het in Nanjing tegen de wereldtop in hun leeftijdscategorie hebben opgenomen.”
Voor herhaling vatbaar’ “De grootste winst van Nanjing is dat onze talenten enorm veel ervaring hebben opgedaan”, zo concludeert de winnaar van Olympisch goud (2000) en tweemaal Olympisch brons (1996 en 2004). “Op een groot podium hebben ze leren winnen en verliezen. Tijdens de spelen in Rio de Janeiro (2016) of Tokio (2020) zal moeten blijken of we Nederlandse medaillewinnaars gaan krijgen die aangeven dat ze iets aan hun deelname aan de Jeugd Olympische spelen hebben gehad.” Huizinga heeft naar eigen zeggen veel geleerd van zijn rol als chef de mission tijdens dit evenement, dat “goed georganiseerd was en een Olympische uitstraling had”. “Ik vond het erg leuk om te doen en wat mij betreft is het voor herhaling vatbaar.”
na slechte tijden komen er goede tijden. We blijven kijken naar 2016, maar kijken ook al verder, naar 2020, want je kunt niet verwachten dat we in twee jaar tijd ineens medaillekandidaten hebben in alle klassen. Er zijn veel nieuwe mensen die graag willen, maar het kost tijd om die klaar te stomen voor de top.” Teleurstelling In de 2.4mR-klasse was de prestatie van Barend Kol (vijftiende, red.) teleurstellend. Vorig jaar werd hij nog vijfde op de wereldkampioenschappen. Van Vianen oordeelt hard: “Barend zal echt moeten veranderen. Hij doet al jaren leuk mee op het hoogste niveau, maar wint niet. Dat is een mentale kwestie. Hij is beter dan hij denkt. Daar moeten we aan gaan werken.”
Seesing en De Nooijer Ex-bmx’er Joyce seesing begeleidde als Young Ambassador de Nederlandse sporters tijdens het culturele en educatieve programma dat hoort bij een opleidingsevenement als de Jeugd Olympische spelen. Oud-tophockeyer Teun de Nooijer was in Nanjing aanwezig om als Athlete Role Model de aanwezige talenten te vertellen over zijn weg naar de top.
Nederlandse medailles goud 1. Lisa Müllenberg, judo, teamwedstrijd; 2. Lisa Nooren, hippische sport, intercontinentale teamwedstrijd springen; 3. Maaike de Waard, zwemmen, 50 meter rugslag.
Zilver 4. Odile van Aanholt, zeilen, Byte CII-klasse; 5. Kyle stolk, zwemmen, 200 meter vrije slag; 6. Basketbalsters drie tegen drie; 7. Hockeysters vijf tegen vijf.
Brons 8. Nabil Ennadiri, taekwondo, klasse tot 63kg; 9. Mathys Goosen, zwemmen, 50 meter vlinderslag; 10.Niek Kimman/Wiebe scholten, wielrennen, teamwedstrijd; 11.Lars van someren, windsurfen, BIC Techno-klasse; 12.Frank de Wit, judo, klasse tot 81kg.
HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014 NOC*NsF 5
Update van de Dopingautoriteit Een waarschuwing voor het pre-workoutsupplement unstoppable, de Nederlandse reactie op de Dopinglijst 2015 en de implementatie van het Nationaal Dopingreglement 2015. Tijd voor een korte update…
>> Waarschuwing voor supplement ‘unstoppable’ De afgelopen maanden heeft de Dopingautoriteit meerdere meldingen ontvangen van sporters die serieuze gezondheidsklachten kregen na het gebruik van het pre-workout supplement unstoppable (merk Dedicated Nutrition). Nader onderzoek heeft uitgewezen dat het product twee dopinggeduide stoffen bevat: nor-DMAA (niet gedeclareerd op het label) en higenamine (wel gedeclareerd). De aard van de klachten is van dien aard dat de zaak inmiddels ook bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) is gemeld. Het is vooral het niet-gedeclareerde nor-DMAA dat kan leiden tot zware
bijwerkingen. Het stimulantium is een afgeleide van het eerder uit de markt gehaalde methylhexanamine (DMAA) en staat onder andere gedeclareerd onder de alternatieve namen 2-amino-4-methyl-pentane (AMP), 4-methylamylamine en 1,3 dimethylbutylamine. Alternatieve namen voor de luchtwegverwijder higamine zijn norcoclaurine (nor) en demethylcoclaurine. De Dopingautoriteit waarschuwt al jaren voor de bewuste en onbewuste verwerking van dopinggeduide stoffen in voedingssupplementen en raadt sporters die in aanmerking (kunnen) komen voor dopingcontroles aan om alleen NZVT-goedgekeurde supplementen te nemen.
Vervoersbehoeften topsporters gepeild
Nederlandse reactie op Dopinglijst 2015 Het Wereld Anti-Doping Agentschap (WADA) stelt ieder jaar een nieuwe dopinglijst samen. Alle belanghebbende partijen mogen in dit proces reacties geven en opmerkingen plaatsen. Namens Nederland wordt er traditioneel één gezamenlijke reactie geschreven. De drie belangrijkste Nederlandse adviezen zijn: • plaats de schildklierhormonen thyroxine (T4), tri-joodthyronine (T3), evenals de aanverwante hormonen TsH en TRH op de dopinglijst; • haal de groep S8 – Cannabinoïden (wiet, hasj, marihuana) van de dopinglijst af; • splits de groep S2 – Peptide Hormones, Growth Factors, Related substances and Mimetics op. De categorie is over de jaren te complex en te divers geworden.
De definitieve versie van de Dopinglijst 2015 wordt uiterlijk 1 oktober 2014 door WADA gepubliceerd. Nationaal Dopingreglement 2015 Per 1 januari treedt de herziene Wereld Anti-Doping Code 2015 in werking. Daaraan gekoppeld wordt in Nederland het Nationaal Dopingreglement 2015 (NDR 2015) van kracht. Dit betekent dat alle topsportbonden vóór die tijd het NDR 2015 als Bondsreglement dienen vast te stellen. Om de uniformiteit van de procedures te garanderen en afwijkingen van de Code te voorkomen, dienen alle topsportbonden het NDR 2015 in zijn geheel en ongewijzigd over te nemen. De Dopingautoriteit zal samen met NOC*NsF toezicht houden op de vaststelling, implementatie en inbedding van het NDR 2015.
@SvRouwendaal Heel blij met m'n nieuwe auto! Hij rijdt geweldig en trekt heel hard op haha! #pon #nocnsf #Volkswagen #vroemvroem
Alle sporters met een A-, B- of HP-status in de Olympische en Paralympische programma’s krijgen binnenkort een e-mail van NOC*NsF en Volkswagen met het verzoek mee te doen aan een online onderzoek. De sportkoepel en haar Partner in sport willen toetsen welke vervoersbehoeften deze topsporters hebben en hoe ze de sponsoring door Volkswagen ervaren. Marie-Louise Busscher, teammanager Brand Activation & Retail bij Volkswagen, geeft tekst en uitleg. >> De Volkswagen-importeur Pon is sinds 1987 verbonden aan NOC*NsF en daarmee is het een van de oudste partners van de sportkoepel. sinds het allereerste begin voorziet Volkswagen in de mobiliteitsbehoefte van sporters door haar wagenpark beschikbaar te stellen. Momenteel rijden er zo’n 115 topsporters en vijftien bondscoaches rond in een NOC*NsFVolkswagen. De Volkswagen up! is de standaardauto voor de Olympische sporters, maar in overleg is een ander type auto ook mogelijk. Tot en met de Olympische spelen in Rio de Janeiro onderstreept Volkswagen de samenwerking met NOC*NsF door het voeren van de slogan ‘Elke dag supporter van Olympische sporters’. Busscher: “Voor topsporters 6
draait het allemaal om de ultieme prestatie op dat ene moment. Door hun mobiliteitsbehoeften te vervullen stelt Volkswagen ze in staat om zich elke dag optimaal op dat moment te kunnen voorbereiden.” Onderzoek Busscher legt uit dat Volkswagen als Partner in sport graag zo veel mogelijk sporters zo goed mogelijk van dienst is. “Daarom is het belangrijk om eens te checken in hoeverre we in de vervoersbehoeften van de – potentiële – Volkswagen-rijders voorzien en hoe zij onze sponsoring ervaren. De uitkomsten van het onderzoek stellen ons wellicht in staat om eventuele verbeteringen te kunnen doorvoeren.”
NOC*NsF HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014
NOC*NsF en Volkswagen sturen alle ruim 500 sporters met een A-, B- of HP-status in de Olympische en Paralympische programma’s binnenkort een e-mail, waarin ze worden geïnformeerd over het onderzoek. “Vervolgens zal een onafhankelijk onderzoeksbureau de sporters per e-mail verzoeken om online – en anoniem – een vragenformulier in te vullen.”
Vragen? Heb je vragen over dit onderzoek of over de vervoersvoorzieningen van NOC*NsF? Neem contact op met Marti ten Kate (Athlete services):
[email protected]
Athlete Services Het Ministerie van VWs, NOC*NsF en haar Partners In sport bieden topsporters – in aanvulling op de ondersteuning door de sportbond, bonds- en privésponsors – diverse financiële en materiële voorzieningen aan. Afhankelijk van de topsportstatus en het topsportprogramma van de topsporter, kan van deze voorzieningen gebruik worden gemaakt. Voorbeelden zijn de stipendium- en kostenvergoedingsregeling, vervoersvoorzieningen, een zorg- en arbeidsongeschiktheidsverzekering en loopbaanbegeleiding. De voorzieningen worden vanuit Athlete services gecoördineerd. >> Meer info: www.nocnsf.nl/athleteservices
“We kunnen echt een rol van betekenis spelen” Tommy Mollet is sinds dit jaar de secretaris van de Atletencommissie. Met vier nieuwe leden erbij draait de commissie weer op volle kracht. De oud-taekwondoka kijkt enthousiast naar de toekomst.
toegetreden als secretaris. Wat houdt die functie in? Hij somt op: “Opstellen van agendapunten, notulen maken, actiepunten bijhouden en de kandidaten daaraan helpen herinneren. En niet onbelangrijk: contact houden met NOC*NsF. Ik ben een soort tussenpersoon, ik zorg voor de communicatie tussen de commissieleden en de sportkoepel.” Een van de nieuwe leden is Patrique Dankers, Paralympisch bankdrukker. Mollet: “super dat hij zich kandidaat heeft gesteld. Niet alleen pakt hij dingen snel op en neemt veel initiatieven, het is ook prettig om iemand erbij te hebben met een Paralympische achtergrond.” Nieuw zijn verder voetbalster Leonne stentler, roeier Joris Pijs en wielrenster Vera Koedooder (zie kader). “Leonne heeft een communicatieachtergrond,
dus zij neemt in die richting het voortouw. Wat betreft sociale media kan er wat verbeterd worden.” Normen en limieten Maar wat kan de Atletencommissie nou concreet betekenen voor alle topsporters in Nederland? “Neem de dopingproblematiek en matchfixing. In dat kader zijn wij er om voorlichting te geven, want niet iedereen weet hoe je daar mee moet omgaan. Bovendien zijn we bezig om sportbonden te helpen om een eigen bondsatletencommissie op te zetten, zodat bijvoorbeeld problemen met normen en limieten binnen de eigen bond ondervangen kunnen worden. De Atletencommissie komt één keer per maand bij elkaar en ondertussen communiceren we veel per e-mail. Voorzitter Chiel Warners heeft namens de commissie een zetel in het bestuur van NOC*NsF. Op die
FOTO: sPORTFOTOGRAFIE.NL
>> Mollet is tot de Atletencommissie
Tommy Mollet, zelf oud-taekwondoka, meent dat de Atletencommissie met de vier nieuwe leden erbij uit een mooi gemêleerd gezelschap bestaat.
uitgeschreven. Kijk, een perfecte verdeling tussen mannen en vrouwen, zomer- en wintersporters, team en individueel zou natuurlijk het beste zijn. Dat lukt nooit helemaal maar volgens mij hebben we het nu aardig voor elkaar. Fijn, want we zijn er uiteraard om alle sporters te vertegenwoordigen.”
manier kunnen we echt een rol van betekenis spelen.” Competenties Met de vier nieuwe leden erbij is de commissie echt een gemêleerd gezelschap. Het zijn sporters uit verschillende disciplines en met uiteenlopende competenties. “Daar is natuurlijk ook op gelet bij de verkiezing, die na sochi is
>> Meer info:
[email protected]
WIELRENSTER VERA KOEDOODER:
“Mooi dat ik de sporters kan vertegenwoordigen” ideeën. Ook kan de communicatie tussen sporters en bonden vaak beter. Als Atletencommissie hopen wij daar een bijdrage aan te leveren. Ik ben een sportliefhebber. Vanaf mijn jeugd heb ik geschaatst, geskeelerd en atletiek gedaan op hoog niveau. Nu ben ik professioneel wielrenster. Zodoende ken
ik veel mensen binnen de sportwereld en het is mooi dat ik de sporters nu kan vertegenwoordigen.” FOTO: sPORTFOTOGRAFIE.NL
“Ik heb me kandidaat gesteld voor de Atletencommissie omdat er altijd verbeterpunten te vinden zijn in de sport. Ik ben bijvoorbeeld erg anti-doping en vind het belangrijk dat het dopingbeleid in Nederland goed geregeld is. Daar wil ik over meedenken. En op het gebied van talentontwikkeling heb ik wel een aantal
Vera Koedooder: “Er zijn altijd verbeterpunten te vinden in de sport.”
VERVOLG PAGINA 2
Boccia is een specifieke gehandicaptensport, een balsport, een precisiesport. Ook een sport waaraan we nog nooit hebben deelgenomen op de spelen. Dat heeft inmiddels een fulltime programma, met vijf zeer enthousiaste sporters, en dat moet leiden tot succesvolle deelname in Rio.” “In deze tijden van bezuinigingen hebben ook de Paralympische programma’s moeten inleveren”, vervolgt Cats. “Dat wil je niet. Je wilt natuurlijk altijd meer en beter, dat vraagt de sport ook. Maar ondanks een aantal procenten minder, kunnen we met creativiteit en door kritisch naar de programma’s te kijken, en door additionele middelen binnen te halen, nog steeds met uitstekende programma’s voor de dag komen.”
Commerciële waarde Die additionele middelen komen van nieuwe sponsoren. “Wat we in Londen hebben gezien, is dat de Paralympische beweging steeds meer commerciële waarde krijgt. Daar zijn we in Nederland ook over na gaan denken. Hoe kunnen we het Paralympische team van de bagagedrager van het grote Olympisch team afhalen en in de schijnwerpers zetten? Daar zijn we volop mee bezig en we zien dat ook het bedrijfsleven belangstelling heeft voor het Paralympisch team. Langzamerhand druppelen er dus bedrijven binnen die zich echt willen richten op het Paralympisch team. Dat is een geweldig positieve ontwikkeling.” Rio 2016 is over twee jaar, maar Cats is er al volop mee bezig. “Ik ben er nu
een aantal keer geweest en heb gezien dat Brazilië veel uitdagingen kent. We weten allemaal dat de organisatie veel moeite heeft om op schema te liggen. Met Londen , naast de deur, kon er weinig fout gaan. Met Rio, een eind vliegen van hier, kun je in de laatste maanden, weken voor de spelen ontzettend veel fout doen en dat is natuurlijk iets wat we absoluut niet willen. Het brengt dus zeker wel zijn eigen specifieke problemen met zich mee.” Helden De afgelopen maanden waren er in verschillende takken van Paralympische sport grote toernooien waarop Nederland goed voor de dag kwam. “Ik kijk positief aan tegen de resultaten op die toernooien. Er is goed
gepresteerd, er zijn ook tal van nieuwe mensen opgestaan, nieuwe medaillewinnaars. Namen die we vorig jaar nog niet tegenkwamen, hebben zich nu al gemeld op het mondiale podium. Dat is belangrijk. Ik denk dat er een heel mooie nieuwe generatie aan jonge sporters aan het opstaan is. We hebben bijvoorbeeld net de wereldkampioenschappen dressuur achter de rug. Daar zien we Rixt van der Horst, een meisje dat is opgenomen in een project bij NOC*NsF, genaamd Rookies to Rio: een klein groepje jonge sporters waarvan wij verwachten dat zij zich doorontwikkelen tot de nieuwe rolmodellen van de Paralympische sport. Dus ik raad iedereen aan vooral onze jonge Paralympische sporters goed in de gaten te houden. Dat worden onze helden in Rio.” HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014 NOC*NsF 7
agenda 2014 19 september-25 oktober: talentcampagne ‘Ik wist niet dat ik het in me had’ 3-10 oktober: Maurits Hendriks bezoekt het WK turnen, Nanning, China 14 oktober: jubileumbijeenkomst 25 jaar Dopingautoriteit, Papendal 27-29 oktober: voorbereidingsreis Rio 2016 met Partners in Sport, projectpartners en mediapartners, Rio de Janeiro 2 november: NOC*NSF Talentdag voor twaalf- tot achttienjarigen, Amsterdam, Eindhoven, Heerenveen, Papendal 9-12 november: coachreis Rio 2016, Rio de Janeiro 16 december: NOC*NSF I NOS Sportgala, Amsterdam RAI
Het Talent Maaike de Waard
“Zwemmen is mijn leven”
>> “Nanjing was gaaf”, aldus de zeventienjarige De Waard. “Ik was al eens op de Europese Jeugdkampioenschappen, maar had nog nooit tegen de internationale wereldtop gezwommen. Het was echt een Olympische ervaring.” Alle indrukken brachten de uit Rozenburg afkomstige zwemster echter niet van haar stuk. In haar gouden race voerde ze gedecideerd haar strijdplan uit. “Ik boekte winst in de onderwaterfase, daar ben ik goed in. Onder water ben je sneller dan boven water, je mag dan ook maar maximaal vijftien meter onder water zwemmen. Ik kwam na 14,5 meter boven. Dat is een risico, maar het pakte goed uit.” Alleen maar zwemmen De Waard was in haar vroege jeugd ook een verdienstelijk turnster, maar koos uiteindelijk voor zwemmen. “Zwemmen was gewoon leuker. En nu is het mijn
leven. Iedereen om mij heen, het team, de begeleiders, het zijn allemaal vrienden. Voor andere vrienden heb ik haast geen tijd, maar dat voelt niet als een opoffering, dat is een geluk.” Al op vijftienjarige leeftijd verhuisde De Waard van haar ouderlijk huis naar Eindhoven, dicht bij het Regionaal Trainingscentrum. “Het is niet makkelijk om zo jong uit huis te gaan en zonder steun van mijn ouders had ik dat ook nooit gered, maar het wende snel.” De jonge zwemkampioene heeft bij NOC*NSF de status van International Talent, waardoor ze in Eindhoven naar een zogenoemde Topsport Talent School kan. “Ik krijg daar vrijstellingen en een aangepast rooster, waardoor ik optimaal kan trainen. Dat is mooi.” Toekomst De toekomst ziet er goed uit voor De Waard, die volgend jaar gaat trainen
nieuws
TeamNL-app wint Sport App Award De TeamNL-app van NOC*NSF heeft bij de vierde editie van de Sport App Awards van sportmarketingcommunity Sportnext gewonnen in de categorie Events. “Het was de enige app die je tijdens de Olympische Spelen nodig had, met complete informatie, een samenbindende factor en een goede campagne”, aldus het juryrapport over de app van NOC*NSF, die werd
ingezet tijdens de Olympische en Paralympische Winterspelen Sochi 2014. De Sport App Awards zijn een initiatief van Sportnext. Met de jaarlijkse verkiezing beogen de initiatiefnemers de Nederlandse sportmarkt te stimuleren en aan te moedigen meer gebruik te maken van innovatieve media in sportmarketingstrategieën en -concepten.
FOTO: NOC*NSF
Ze had al enkele nationale titels en deelnames aan het EK kortebaan achter haar nam staan, maar een gouden plak op de Jeugd Olympische Spelen hield ze tot vorige maand niet voor mogelijk. Zwemster Maaike de Waard reisde in augustus af naar de JOS in het Chinese Nanjing in de hoop een ereplaats te bemachtigen. Het werd goud op de 50 meter rugslag, haar specialiteit. “Dit had ik niet zien aankomen.”
Maaike de Waard: "Ik nam een risico en het pakte goed uit."
op het Nationaal Trainingscentrum, samen met onder anderen Olympisch kampioene Ranomi Kromowidjojo. “Ik ben heel benieuwd. Ik zie Ranomi regelmatig en heb weleens wat woorden met haar gewisseld, maar ik heb haar nog nooit echt gesproken.” Na Nanjing lijkt Rio 2016 een logisch
doel, maar De Waard is voorzichtig. “Rio komt wel vroeg. Ik moet me dan richten op de 100 meter rugslag, want de 50 meter is niet Olympisch. Ik moet mezelf nog echt verbeteren om me te kwalificeren. Voorlopig wil ik vooral plezier houden in zwemmen, dat blijft het allerbelangrijkste.”
nieuws
Vrijwilligersprocedure Rio 2016 opgestart De sollicitatieprocedure om vrijwilliger te worden bij de Olympische of Paralympische Spelen van Rio, in augustus en september 2016, is geopend. Vanaf heden tot 15 november kan er gesolliciteerd worden naar allerlei functies. Tijdens De Spelen zullen 70.000 vrijwilligers actief zijn. Er zijn verschillende soorten vrijwilligers nodig: bij de ceremonies, bij de
klantenservice, op medisch gebied, operationeel, bij pers en communicatie, protocol en vertalen, sporttechnisch, ICT of transport. De reis moet zelf betaald worden, net als het verblijf. Maak je omgeving enthousiast om mee te gaan. Alle info is te vinden op www.rio2016.com/volunteers.