Ver. Uitg. Corinne François - N°7317
N° 2015/04 - september/oktober 2015
Lokale besturen garant voor democratie Democratie is nooit een definitieve verworvenheid. Het succes van populistische bewegingen die soms racistisch en xenofoob zijn, in verschillende Europese landen, bewijst dat. We moeten altijd alert blijven om onze fundamentele vrijheden te vrijwaren. In tijden van economische crisis is de verleiding groot om een zondebok te zoeken (de immigrant, de werkloze, …) of in antipolitiek te vervallen. De traditie in ons land van een grote autonomie voor de lokale besturen is een waarborg tegen dergelijke ontsporingen. En die waarborg dient te allen prijze gevrijwaard te worden. Democratie is niet de verticaliteit van de macht. Deze gaat altijd gepaard met technocratie, die een scherm vormt tussen de politieke mandataris en de burger. Democratie is de verdeling van de macht. Een land zoals Oekraïne, waar ik de institutionele evolutie van zeer dichtbij gevolgd heb als verslaggever van de Raad van Europa voor lokale democratie, heeft dat goed begrepen. Zij opteerden voor meer horizontaliteit van de macht, in de hoop dat dit de terugkeer naar het verleden en autoritaire regimes zou afblokken.
dering in Brussel van het Bureau van het Congres van Lokale en Regionale Autoriteiten van de Raad van Europa. Het feit dat de helft van de Brusselse gemeenten met een saneringsplan moet functioneren, is interpellerend. De andere helft van de gemeenten moeten verstandig omspringen met de beschikbare middelen om een delicaat financieel evenwicht te bewaren. Zij hebben het ook steeds moeilijker om hun taken uit te voeren. De nieuwe Europese regels in verband met boekhouding en overheidsinvesteringen maken het er ook niet gemakkelijker op. Net zoals de soms zeer grote variabiliteit van de prognoses en de doorstortingen van ontvangsten van de federale overheid in het kader van de aanvullende belastingen. In die context is het behoud en zelfs de verhoging van de financiële steun van het Gewest aan de gemeenten meer dan ooit noodzakelijk. De federale overheid zou ook haar bijdrage kunnen leveren door – zoals onze Vereniging vraagt – een mechanisme in het leven te roepen van voorschotten voor de opcentiemen op de personenbelasting en de actualisering van de KUL-norm voor de financiering van de politiezones. Marc COOLS - VSGB-voorzitter
EDITO
Het lokale niveau is het enige niveau waar werkelijk rechtstreeks contact tussen verkozene en burger bestaat. Zo heeft de verkozene voeling met de realiteit waarin zijn medeburgers leven. Zij die op andere overheidsniveaus dit contact niet hebben, lopen het risico zich in een ivoren toren op te sluiten. Het volstaat niet te zeggen dat de lokale autonomie essentieel is voor de democratie. Men moet ook de nodige middelen uittrekken om deze uit te oefenen. Dan is er de vraag van de financiën. Autonomie zonder financiële middelen is gewoon de autonomie om niets te doen, zoals Brussels minister-president Rudi Vervoort enkele maanden geleden onderstreepte tijdens een verga-
Het Gewest hertekent het gemeentelijk landschap ������������������������������������������������� 5 De financiële situatie van de Brusselse gemeenten ������������������������������������������������� 7 Het plan-Juncker en de ESR-norm������������������������������������������������������������������������� 9 Cartografie van de buurten in moeilijkheden�������������������������������������������������������� 10 Europese Week van de Lokale Democratie 2015: focus op enkele activiteiten ����� 13 Gelijkheid man-vrouw: VSGB en Gewest als tussenschakel voor Europese prioriteit �������������������������������� 15 Wetgeving ����������������������������������������������������������������������������������������������������������� 18
Sterke stof geeft zwak werk: alcohol en drugs op het werk ������������������������������ 20
OCMW Ontmoeting tussen de Federaties van OCMW's en de minister van Maatschappelijke Integratie De minister van Maatschappelijke Integratie ontving op 17 juni de Federaties van OCMW's. Dat was de gelegenheid om de balans op te maken in verscheidene dossiers: de compensaties voor de overdracht van werkloosheid naar OCMW, sociale activering, het elektronisch sociaal verslag en uiteraard de fusie tussen gemeente en OCMW. De Federaties herinnerden de minister aan hun standpunten in deze verschillende dossiers. De minister van zijn kant legde uit op welke manier hij de OCMW's in 2015 wil vergoeden voor de overdrachten die voortvloeien uit de stopzetting van de inschakelingsuitkeringen. Wat de aanpassing van de organieke wet betreft om de integratie van de OCMW's in de gemeente mogelijk te maken, liet de minister weten dat hij verscheidene juridische adviezen heeft ontvangen en een voorstel zal kunnen doen tegen het begin van de zomer. Tot op heden hebben we echter geen nieuws meer gehad over dit prioritaire dossier. Misschien bij de start van het schooljaar?
Colloquium 'OCMW-middenveld' Ter gelegenheid van het colloquium dat onze Waalse collega's op 2 juni organiseerden rond het thema 'OCMW en middenveld: duo of duaal?', hield Michel Colson, voorzitter van de Afdeling OCMW van de VSGB, een presentatie over de sociale coördinatie bij Brusselse OCMW's. Het was een uitgelezen kans om het belang van dit mechanisme, dat voorzien is in artikel 62 van de organieke OCMW-wet, in de kijker te zetten. U kunt de documenten van dit colloquium terugvinden op www.uvcw.be > CPAS / Fédération des CPAS > Insertion précarité > Conférences
Kinderarmoede – Hoorzitting in de Senaat Volgens het jaarverslag 2014 van Unicef België leven in Brussel 4 op 10 kinderen in armoede, in Wallonië 1 op 4 en in Vlaanderen 1 op 10. Op 22 juni 2015 werden de Federaties van OCMW's door de Senaat uitgenodigd om er te spreken over de strijd tegen kinderarmoede. Dominique Decoux (voorzitter van het OCMW van Schaarbeek) en Jean Spinette (voorzitter van het OCMW van Sint-Gillis) vertegenwoordigden Brussel en schetsten in de Senaatscommissie Transversale Aangelegenheden – Gemeenschapsbevoegdheden hun terreinervaring.
Federale prijs Armoedebestrijding De Afdeling OCMW woonde de uitreiking bij van de federale prijs Armoedebestrijding 2015, op 3 juli in het OCMW van Sint-Gillis, in aanwezigheid van koningin Mathilde. Dit jaar kwamen de volgende thema's in aanmerking: armoedebestrijding bij alleenstaanden, armoedebestrijding bij personen met een migratietraject, de strijd tegen kinderarmoede en de invoering van vernieuwende oplossingen tegen dakloosheid. Voor Brussel waren de drie genomineerden de vzw Diogènes, de vzw Samenlevingsopbouw Brussel en het OCMW van Etterbeek voor zijn project Espace Libellule.
Meer info
2
www.mi-is.be
Nieuwsbrief 2015/04
Vrije keuze van zorgverlener – Adviesaanvraag De Federaties van OCMW's werden door de Kamercommissie Volksgezondheid, Leefmilieu en Maatschappelijke Hernieuwing geïnterpelleerd over een wetsvoorstel tot wijziging van artikel 57 van de organieke OCMW-wet om te garanderen dat de patiënt zijn zorgverlener vrij kan kiezen. In een schriftelijk advies hebben wij eraan herinnerd dat de huidige wetgeving dat principe van vrije keuze al garandeert en bovendien ook voor OCMW's de mogelijkheid voorziet om de vrije keuze van de patiënt te vrijwaren en tegelijk het principe van goed beheer van de overheidsgelden in acht te nemen. Na een grondige analyse van het voorstel hebben we de problemen opgelijst die de voorgestelde wijziging op het terrein met zich zou meebrengen. We hebben ook benadrukt dat de wijziging zou leiden tot de teloorgang van de lokale beleidslijnen van de OCMW's inzake toegang tot gezondheidszorg.
Studenten en OCMW's – Info- en uitwisselingsdag Op 15 september 2015 wijdt de Afdeling OCMW een studiedag aan een specifiek doelpubliek: studenten. In juni 2015 loopt het eerste schooljaar op zijn einde waarin het decreet 'Onderwijslandschap' of 'Marcourt' van 7 november 2013 toegepast werd. Dat decreet legt het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies vast. Tijdens de studiedag kunnen de OCMW's een stand van zaken opmaken van de precieze inhoud van het decreet en thema’s aankaarten die studenten aanbelangen.
Meer info
www.avcb.be > Agenda > Studenten en OCMW – Volzet, inschrijvingen afgesloten
Studies GPMI en handboek voor sociaal onderzoek in OCMW's Naast de studie over de geïndividualiseerde projecten voor maatschappelijke integratie (GPMI) die in april aanving, ging in mei ook een nieuwe studie van start om een handboek voor sociaal onderzoek in OCMW's op te stellen. De drie Federaties van OCMW's maken eveneens deel uit van het begeleidingscomité van deze nieuwe studie, die werd opgezet door de POD Maatschappelijke Integratie.
Gedetineerden Aangezien het ontwerp van programmawet voorziet in de schorsing van de betaling van de vergoedingen wegens werkonbekwaamheid gedurende detentie of opsluiting van de begunstigde, schreven de Federaties van OCMW’s naar de minister van Maatschappelijke Integratie om diens aandacht te vestigen op de gevolgen van een dergelijke maatregel op de OCMW’s. Als het gezin van de gedetineerde diens vergoeding niet langer ontvangt, heeft het immers geen andere keuze meer dan een steunaanvraag in te dienen bij het OCMW. Deze nieuwe maatregel druist volgens ons in tegen de onderliggende visie van de wet-Dupont van 12 januari 2005 met het oog op de bevordering van de re-integratie van gedetineerden in de samenleving. De Federaties van OCMW's schreven ook naar minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon betreffende een ontwerp tot wijziging van de wetgeving inzake de inschrijving van gedetineerden die geen inschrij-
ving als hoofdverblijfplaats hebben in de bevolkingsregisters. Momenteel zijn deze personen ingeschreven op het adres van de gevangenis in de registers van de gemeente van de instelling. De wijziging houdt in dat ze met een referentieadres ingeschreven zouden worden bij het OCMW van hun laatste verblijfplaats. Dit voorstel omvat echter een aantal struikelblokken die wij onder de aandacht van de minister wilden brengen.
Meer info
U kunt de twee brieven nalezen op www.vsgb.be > Actua > Gedetineerden: twee initiatieven van de OCMW's [7.8.2015]
Sociale economie Als gevolg van de regionalisering namen de vertegenwoordigers van de sociale inschakelingsinitiatieven, FeBISP en FeBIO, contact op met de Afdeling OCMW om een betere samenwerking te bespreken. Dankzij dit overleg konden de problemen aangekaart worden die bepaalde leden van die federaties ondervinden om jobs te verkrijgen via artikel 60 §7 van de organieke OCMW-wet.
Partnerschapskader Actiris - LINK LINK is eindelijk operationeel. Deze dienst van Actiris is belast met het opkrikken van de tewerkstelling van personen na hun contract via artikel 60 §7 van de organieke wet. Op 24 juni vond in het OCMW van Sint-Gillis de startdag van het project plaats, in aanwezigheid van de Brusselse OCMW's en Actiris. De Afdeling OCMW was een van de sprekers in het kader van de presentatie van de nieuwe dienst van Actiris. Op 17 juli 2015 gaf de Afdeling OCMW een opleiding aan het LINK-personeel over de maatregel in artikel 60 §7 van de organieke wet. De voorgeschiedenis van dit dossier vindt u terug in het jaarverslag 2014 van de Afdeling OCMW, hoofdstuk IV - 2 (Partnershipkader OCMW's - Actiris), p. 33. Het verslag is beschikbaar op www.vsgb.be > Publicaties.
Rusthuizen en btw Op 2 juni 2015 schreef de Afdeling OCMW naar de ministers Gosuin, Fremault, Vanhengel en Smet om te melden dat de OCMW's ongerust zijn over de aankondiging in de pers dat er mogelijk een btw-heffing komt op een deel van of de hele rusthuisfactuur. Als die informatie bevestigd wordt, zou dat uiteraard problemen teweegbrengen inzake toegankelijkheid van rusthuizen en dat zou een impact hebben op de financiën van de OCMW’s. Daarom hebben wij de verschillende ministers gevraagd om in hun respectieve bevoegdheidsdomein initiatieven te nemen. De maatregel zou betrekking hebben op serviceflats en niet op rustoorden. Volgens de informatie van het kabinet van Brussels minister Pascal Smet heeft de FOD Financiën gepleit voor het behoud van de vrijstelling voor serviceflats, net zoals voor rustoorden. Als het Hof de Belgische these volgt, die ook wordt voorgestaan door de Europese Commissie, zal de situatie onveranderd blijven. Anders zullen de door serviceflats geleverde prestaties onderworpen worden aan de btw, zonder dat dit de rusthuizen treft.
winstbejag, het vrijwillige karakter van de organismen, prijzencontrole en geen concurrentieverstoring. Hij stelt dat als de rusthuissector zich naar deze voorwaarden schikt, de btw-vrijstelling mogelijk blijft. Aangezien de beslissing van het Europees Hof gevolgen heeft voor de rusthuissector, zal hij het dossier op de agenda van het overlegcomité zetten.
Meer info
U vindt onze brieven terug op www.vsgb.be > Actua > Rusthuizen en btw [7.8.2015]
Voorstellen tot verbetering van de RVT-normen Volgens de beleidsverklaring van het Verenigd College zal het College er in het algemeen op toezien dat alle nieuwe normen vanuit financieel oogpunt worden geëvalueerd en besproken met de inrichtende machten van de rusthuizen, teneinde extra kosten te vermijden. Voorts wijzigt een besluit van 9 maart 2014, waarvan de eindversie en de toepassingsdatum niet besproken werden met de sector, het KB van 21 september 2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, en creëert het problemen. Er werd een debat aangekondigd over de RVT-normen op het niveau van de afdeling instellingen en diensten voor bejaarden. In die context schreef de Afdeling OCMW op 12 juni 2015 een brief met een reeks voorstellen tot verbetering van de RVT-normen. U kunt de brief nalezen op www.vsgb.be > Actua > RVT-normen: Afdeling OCMW doet voorstellen tot verbetering (7.8.2015] De Algemene beleidsverklaring van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie kunt u raadplegen op http://be.brussels > Over het Gewest / De Gewestregering / Akkoorden en Besluiten / Algemene Beleidsverklaring van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC)
Brussels Gezondheidsplan - Medewerking aan werkgroep ROB-RVT Het Brussels Gezondheidsplan wordt gestuurd door de gewestministers die bevoegd zijn voor volksgezondheid. Een werkgroep ROB-RVT (rustoorden voor bejaarden - rust- en verzorgingstehuizen) vergaderde in juni en juli om het overleg te organiseren voor de materies in verband met gezondheid, namelijk de financiering van de gezondheidszorg, de programmatie van de RVT-bedden, de vastlegging van de RVT-erkenningsnormen en de inspectie op de naleving ervan. De andere materies in verband met ROB-RVT (de programmatie van de ROB-bedden, de vastlegging van de ROB-erkenningsnormen en de inspectie ervan, de vastlegging van de huisvestingsprijs, de bouwkalender) zullen in een specifieke werkgroep behandeld worden door de kabinetten Bijstand aan Personen en Volksgezondheid. De Afdeling OCMW nam aan de vergaderingen deel. Heel wat van onze bekommernissen zijn terug te vinden in de synthese waarin de werkzaamheden van de werkgroep samengevat zijn. U kunt de synthese terugvinden op www.vsgb.be > Documenten > Brussels Gezondheidsplan – medewerking aan werkgroep ROBRVT [7.8.2015]
Brussels minister Didier Gosuin heeft ons op 8 juni geantwoord dat de Europese rechtspraak vier voorwaarden vooropstelt opdat activiteiten van algemeen nut vrijgesteld zouden blijven van btw: geen stelselmatig Nieuwsbrief 2015/04
3
alyses: n a a m e h t s iu lf e B De de een diepere kijk op actualiteit
Velen onder u zijn al vertrouwd met de Belfius-studies die ons team Research al decennialang verspreidt als service voor sleutelfiguren in de publieke en sociale sector. Deze studies worden ook altijd door de pers opgepikt en leiden niet zelden tot extra debat in de media. Vanaf 2015 spelen we meer dan ooit in op de actualiteit met een extra serie thema-analyses: specifieke onderwerpen die wij voor u samenvatten in hun huidige stand van zaken en onderbouwen met objectief cijfermateriaal. Zo krijgt u bijkomend inzicht in tal van uitdagingen die u de komende jaren te wachten staan. De momenteel al beschikbare thema-analyses zijn: “Het belang van overheidsinvesteringen voor de economie”, met aandacht voor het aandeel van de investeringsuitgaven in de totale overheidsuitgaven;
4
“De lokale besturen in het kader van het budgettair stabiliteitspact en de ESR-normen”, met aandacht voor de nieuwe financiële verplichtingen en hoe de investeringscapaciteit te behouden. Alle thema-analyses zijn permanent online beschikbaar op www.belfius.be/onzestudies. De kans is groot dat u van ons reeds een e-mail krijgt bij elke nieuwe uitgave. Is dat niet het geval? Dan kunt u zich inschrijven op onze mailinglijst en ontvangt u telkens een update met link naar de analyse. En mocht u vragen hebben of bijkomende info willen, dan kunt u ons team altijd contacteren. Wij zijn er voor u!
Nieuwsbrief uitgever: 2015/04 Verantwoordelijke Belfius Bank, Pachecolaan 44, 1000 Brussel RPR Brussel BTW BE 0403.201.185
HET GEWEST HERTEKENT HET GEMEENTELIJK LANDSCHAP Op 17 juni hield de Vereniging haar Algemene Vergadering in het prachtige kader van het Brusselse Parlement. Naast het statutaire gedeelte werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om Baptiste Delhauteur, adjunct-kabinetschef van minister-president Vervoort, uit te nodigen om toelichting te geven bij de grote gewestelijke dossiers van het moment. Focus op 4 organisatorische aspecten: toezicht, contractualisering, financiën en personeel van de gemeenten. Legislatuurovereenkomst: voor 2018 De contractualisering van de relaties met de gemeenten verloopt volgens een vereenvoudigd mechanisme, gelinkt aan vereenvoudigde financiële stromen en duidelijke doelstellingen. Ondanks de uitgezette bakens blijft het onderwerp moeilijk en delicaat, aangezien het verplichtingen zal teweegbrengen die nageleefd moeten worden en waaraan dus ook eventuele sancties gekoppeld zullen worden. De timing van deze overeenkomsten zal de gemeentelijke legislatuur volgen.
De regering wil een zo homogeen mogelijke visie om de human resources en hun financiële impact zo goed mogelijk te organiseren. Zo zou de premie voor de stijgende levensduurte bij voorbeeld geheroriënteerd moeten worden naar de mobiliteitsplannen voor het personeel (fiets- en voetgangerspremie, …), wat eventueel zou kunnen in het kader van de overeenkomsten die met de gemeenten afgesloten moeten worden. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de objectivering van bepaalde uitdagingen op dat vlak.
In de loop van de komende twee jaar zullen er tools ontwikkeld worden met de gemeenten, om te waarborgen dat de visie gedeeld wordt op het niveau van de doelstellingen en de tools.
Hervorming van het toezicht op de gemeenten Op onze Algemene Vergadering werd aangekondigd dat de hervorming van het toezicht op de gemeenten voor de nabije toekomst is, maar bij de afsluiting van dit nummer had de eerste lezing door de Brusselse regering nog niet plaatsgevonden. In grote lijnen sluit die hervorming aan bij de opties die het Vlaams en het Waals Gewest reeds genomen hebben. De hervorming is noodzakelijk omdat het aantal documenten dat aan het toezicht voorgelegd moet worden, blijft toenemen, wat het huidige systeem onwerkbaar maakt. Daarom wou de regering evolueren naar een verlichting van de aan het toezicht onderworpen documenten, gekoppeld aan een duidelijk streven naar responsabilisering van de lokale besturen ten aanzien van het legaliteitsbeginsel. Als andere baken van de hervorming bleek de meerwaarde van het gewestelijk toezicht in zijn huidige vorm bovendien onvoldoende. Als de hervorming volledig doorgevoerd wordt, zullen documenten niet meer automatisch voorgelegd worden, maar gewoon vermeld in een lijst die de gemeente overmaakt. Vervolgens zal het toezicht steekproeven verrichten in plaats van een stelselmatige controle. Wat de responsabilisering betreft, zal het wettelijk kader aangevuld worden. Met name door een systeem van ‘stempel’ die op de documenten gezet wordt als ze door de hogere gemeentebeambten goedgekeurd zijn. Maar dat kader zal uitgetekend worden met de hogere gemeentebeambten.
Baptiste Delhauteur werd op onze Algemene Vergadering uitgenodigd om de actuele gewestelijke dossiers toe te lichten.
Financiën De verdeling van de algemene dotatie aan de gemeenten zal aangepast worden op basis van een dubbel criterium, zowel demografisch als wat de precariteit betreft. De envelop zal ook opnieuw bekeken worden. Het technische debat over de criteria is inmiddels afgerond. Nu moeten nog de budgettaire aspecten onder de loep genomen worden. In elk geval zal bij de arbitrage rekening gehouden worden met de gemeenten die het meest op de dotatie rekenen. De regering belooft een grondig debat en houdt rekening met de zorgwekkende toestand van de gemeentefinanciën, aangezien we binnenkort van acht naar tien gemeenten met een saneringsplan gaan.
Personeel
Het fiscaal compensatiefonds zal binnenkort een bijkomende dimensie krijgen, door van 16 naar 27 miljoen euro te gaan, met een duidelijk streven naar transparantie, leesbaarheid en indien mogelijk harmonisering, in de legislatuurovereenkomsten. Een harmonisering die zo veel mogelijk op de taxeerbare basis kan. De regering wil een algemene diagnose stellen, zonder dat het fonds evenwel alles moet compenseren.
Het dossier van het Sociaal Handvest komt opnieuw op de agenda van Comité C, met op het menu het kader, de evaluaties, de graden en de kwesties vorming, rekrutering en bevordering.
Wat de aanvullende belastingen op de personenbelasting en op de onroerende voorheffing betreft, erkent Baptiste Delhauteur dat de basis van het kadastraal inkomen herzien zou moeten worden, omdat de ver-
Dan blijft nog de vraag van de onderwerping van de OCMW’s aan het toezicht, maar daarvoor ligt de oplossing bij de bicommunautaire instanties.
Nieuwsbrief 2015/04
5
schillen op het terrein interpellerend zijn. Deze basis evolueert niet op dezelfde manier in de 19 gemeenten. In België evolueert het kadastraal inkomen slechts met 1 % per jaar, maar in Brussel is dat vreemd genoeg nog minder. Integendeel, de belastbare basis gaat zelfs achteruit, zowel voor de opcentiemen op de personenbelasting (vooral voor de invordering van de inkomsten 2012 en 2013, die een invloed ondervinden van de crisis) als voor de onroerende voorheffing (met name ingevolge opdelingen van eengezinswoningen). Maar de onroerende voorheffing vertegenwoordigt 30 % van de gemeente-inkomsten, via de aanvullende belastingen waarvan het bedrag hun manoeuvreermarge vormt. Dat is 7 % meer dan in Vlaanderen en in Wallonië. Wij zijn dus ‘OV-afhankelijk’. We stellen dus een probleem vast van ‘erosie’ van de fiscaliteit. De belastinghervorming die momenteel uitgetekend wordt, zal daar antwoorden voor aanreiken.
Concreet zal er overleg plaatsvinden met de federale minister van Financiën, met name omdat de gegevens die het mogelijk maken de inkohiering en de invordering van de aanvullende belastingen te volgen, sinds enkele maanden niet meer verzonden worden naar het Bestuur Plaatselijke Besturen, zonder dat daarvoor een verklaring gegeven werd.
Actie van de Vereniging Bij het verschijnen van dit artikel zal het Bureau van de VSGB eind augustus een analyse verricht hebben van de impact van de regionalisering van de aanvullende personenbelasting naar aanleiding van de 6e staatshervorming, met focus op de eventuele gevolgen voor de gemeenten. En op 16 september, na overleg met de Federatie van gemeentesecretarissen en -ontvangers, zal de VSGB onder meer daaromtrent vergaderen met de voorzitter van de FOD Financiën.
VSGB sluit zich aan bij verzet tegen federale vennootschapsbelasting Zoals we in ons vorige nummer op de valreep nog aangaven, is de VSGB mee in beroep gegaan tegen de wet waardoor de intercommunales onderworpen worden aan vennootschapsbelasting. Het ging om een voorzorgsmaatregel, want op 18 augustus in het staatsblad verscheen de herstelwet van 10 augustus 2015 als antwoord op het lobbywerk van onder andere de VSGB. Ter herinnering: door de programmawet van december 2014 moeten de intercommunales voortaan vennootschapsbelasting betalen. Zo dreigen ze dubbel belast te worden op de reserves die ze in het verleden aangelegd hadden. Interfin en Sibelga hebben deze "dubbele belasting" op de reserves dan ook aangevochten. De VSGB had voordien, tijdens haar onderhoud met de minister van Financiën op 13 mei, aan de regering gevraagd om de nodige correcties aan te brengen. Later werd dat verzoek herhaald tijdens overleg met de eerste minister. Die bevestigde vervolgens dat de regering inderdaad van plan is een aanpassingswet aan te nemen, maar die was jammer genoeg nog niet rond toen de beroepstermijn verstreek. Dus moest er uit voorzorg opgetreden worden. Intussen is dat wel gebeurd, maar na het verstrijken van de beroepstermijn. Daarom heeft het Bureau van de VSGB beslist om zich bij het geding aan te sluiten door een verzoekschrift tot vrijwillige tussenkomst in te dienen in afwachting van de nodige overgangsmaatregelen.
Meer info
www.vsgb.be > Actua > De VSGB sluit zich aan bij het verzet tegen federale vennootschapsbelasting [17.07.2015]
6
Nieuwsbrief 2015/04
DE FINANCIËLE SITUATIE VAN DE BRUSSELSE GEMEENTEN Op 7 juli jl. presenteerde de minister-president het rapport over de toestand van de Brusselse gemeentefinanciën 2008-2014 aan het Brussels parlement. Wij geven hier de conclusies van het document weer en leggen het naast de dynamische studie van de buurten in moeilijkheden in de Belgische stadsgewesten. De gemeentefinanciën zijn sterk afhankelijk van de grote contextgevoelige trends die zich aftekenen op het vlak van economische activiteit, levensstandaard en demografie. Een factor die van belang is voor de economische activiteit en de levensstandaard en die zwaar doorweegt op de gemeentefinanciën, is de inflatie. Deze heeft rechtstreekse gevolgen voor de uitgaven en tast vervolgens ook met enige vertraging de ontvangsten aan.
Brusselse context Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is in ons land met voorsprong het gewest met het hoogste bruto binnenlands product per inwoner. Toch komt dit gunstig economisch kader met een grote toegevoegde waarde niet ten goede aan een bepaald deel van de Brusselse bevolking, waarvan het globaal gemiddeld inkomen beduidend lager ligt dan het nationale gemiddelde. Deze kloof tussen levensstandaard en economische activiteit is onder meer toe te schrijven aan de nadelige gevolgen die het Brussels Gewest als politieke en economische hoofdstad van het land ondervindt van de fiscale externaliteit. Een groot deel van de banen wordt er immers ingenomen door mensen die wonen in één van de andere Gewesten, wat leidt tot een beperking van belangrijke bronnen van inkomsten (personenbelasting) maar tegelijk grote uitgaven met zich meebrengt (voor infrastructuur, veiligheid en sociale bijstand). Naast de verschillen met de andere gewesten tekent zich ook een verarming van de bevolking af, die te wijten is aan een structurele daling van het tewerkstellingscijfer en zich concentreert in de gemeenten nabij de historische kern en in het westen van het Gewest, waar de bevolking van oudsher volkser is dan in het zuidoostelijke deel. De verarming moet gezien worden in samenhang met de demografische groei die eind vorige eeuw is ingezet en zich het voorbije decennium in versneld tempo heeft doorgezet. Het groeicijfer van de welvaartsindex per gemeente en de bevolkingsevolutie volgen een tegengestelde curve - in de gemeenten met een hoge welvaartsindex groeit de bevolking minder snel aan en omgekeerd - waardoor de ruimtelijke kloof tussen de zuidoostelijke gemeenten en de gemeenten van de eerste gordel en het westelijke deel versterkt wordt. De demografische groei gaat gepaard met een verjonging van de bevolking, waardoor de behoeften verschuiven naar specifieke diensten voor de lagere leeftijdsgroepen (crèches, scholen, sportinfrastructuur). De kosten daarvan worden grotendeels gedragen worden door de gemeenten en het Gewest. Deze tendens staat in schril contrast met de voortschrijdende vergrijzing die op nationaal niveau bezig is en waarvan de zwaarste gevolgen zich in de loop van de volgende decennia zullen manifesteren.
Gemeentefinanciën De gemiddelde toestand van de gemeenten op het eigen dienstjaar is in de periode 2008-2014 vrij evenwichtig gebleken dankzij de toekenning van steun door het Gewest voor een bedrag van 30 miljoen euro per jaar, de hulp van het Brussels Gewestelijk Herfinancieringsfonds van de Gemeentelijke Thesaurieën (BGHGT) en de toepassing van het principe dat de gemeenten hun begroting in evenwicht moeten houden, uitgaande van de recentste begrotingsramingen (gewijzigde begrotingen 2014). De algemene trend die zich aftekent voor het ge cumuleerd resultaat vermeerderd met de gewone reserves, doet vragen rijzen: de resultaten waren tussen 2008 en 2010 in stijgende lijn, maar slonken daarna van 2011 tot 2014 toch wel vrij aanzienlijk. De gemeenten zijn dus genoodzaakt hun reserves aan te spreken om het hoofd te bieden aan de groeiende moeilijkheden waarmee zij te maken krijgen. Deze globale resultaten mogen overigens niet verhullen dat er binnen het Gewest verschillen bestaan (kijken we maar naar de moeilijke situatie van Schaarbeek) en dat er bijzonder lastige jaren geweest zijn (2012-2013), die het gevolg zijn van omstandigheden waarop de gemeenten niet altijd vat hebben. Uit de analyse van de ontvangsten blijkt dat deze overwegend bestaan uit opbrengsten van de onroerende voorheffing (OV) en overdrachten (grotendeels vanwege het Gewest). Daarnaast merken we ook dat een toenemend deel van de ontvangsten afkomstig is uit de fiscaliteit (gemeentebelastingen), terwijl het aandeel van de opbrengsten uit de personenbelasting jaar na jaar slinkt, net zoals dat het geval is voor de dividenden en creditrenten. De bestendiging van de ontvangsten dient zich vandaag aan als een grote uitdaging voor de globale financiële gezondheid van de gemeenten. De gemeenten krijgen immers almaar meer te maken met belastingontheffingen en vertraagde inkohieringen, die een ingrijpende weerslag hebben op hun ontvangsten uit de OV en de personenbelasting. Recent is vastgesteld dat de ontvangsten uit de opcentiemen op de OV en de personenbelasting beduidend lager uitvallen dan wat voorzien was door de begrotingsramingen 2014. Dat verschil van maar liefst 40 miljoen euro zal een weerslag hebben op de resultaten van de rekeningen 2014 en bedreigt dus de vrij gezonde financiële toestand die de begrotingsramingen lieten verhopen. Het Gewest en de gemeenten moeten dus samen een manier zien te vinden om dit aanzienlijke inkomsten verlies op te vangen. Bovendien hebben sommige bedrijven een financiële constructie opgezet om de OV op uitrusting te ontwijken, wat voor de gemeenten grote verliezen met zich meebrengt.
Nieuwsbrief 2015/04
7
Voorts stellen we ook vast dat bepaalde uitgaven sneller toenemen dan andere. Het gaat meer bepaald om de volgende uitgaven: - pensioenen + 12,4% in de periode 2010/2014 - politie + 20,8% - OCMW's + 20,9%.
tot 2013 de gemiddelde realisatiegraad van de door de 19 gemeenten begrote investeringen slechts 53% bedroeg. De belangrijkste investeringsdomeinen zijn (i) verkeer en wegen, (ii) huisvesting en stedenbouw en (iii) onderwijs. De gemeenten kunnen daarenboven rekenen op het BGHGT, dat leningen toekent op basis van een overeenkomst.
Het Gewest levert via het Herfinancieringsfonds van de Gemeentelijke Thesaurieën (BGHGT) een tegemoetkoming om de druk op de gemeentefinanciën te verlichten. Dat Fonds heeft een aantal niet-terugvorderbare leningen toegekend om het hoofd te bieden aan de bevolkingsgroei (26 miljoen euro in 2012 en 60 miljoen euro in 2013-2014).
De schuld (exclusief BGHGT) is tussen 2008 en 2013 gemiddeld met 27,1% toegenomen. Deze stijging valt evenwel lager uit wanneer we kijken naar de evolutie van de schuld per inwoner (15,4 %).
Tussen 2006 en 2012 heeft het Fonds tevens bijna 50 miljoen euro geïnjecteerd om de gemeenten die het financieel moeilijk hebben bij te springen. Op dit ogenblik zijn er 9 gemeenten die het Gewest een saneringsplan heeft opgelegd omwille van de benarde financiële situatie waarin ze verkeren. Het gaat om de gemeenten Anderlecht, Sint-Agatha-Berchem, Etterbeek, Evere, Ganshoren, Jette, Sint-Jans-Molenbeek, Sint-Gillis, Schaarbeek en Watermaal-Bosvoorde. De gemeente Evere zal binnenkort de tiende gemeente zijn die gezien de begrotingsresultaten op de laatste rekeningen een plan moet afsluiten. Verder merken we dat de verdeling van de lopende uitgaven in de periode 2008-2014 stabiel blijft: de personeelsuitgaven bedragen bijna 41,2% (inclusief pensioenlasten), de dotaties aan de OCMW's en de politiezones vertegenwoordigen respectievelijk 13,8% en 16,0%, de werkingsuitgaven 11,6% en de schuldlasten 10,1%. Ondanks de moeilijke context blijven de investeringsuitgaven (regieën buiten beschouwing gelaten) stijgen. Zo stellen we voor 2013 een sterke stijging vast (37%), nadat zich in 2012 een lichte daling had voorgedaan (-4 %). Daarbij dient erop gewezen dat in de periode van 2009
De druk op de gemeentefinanciën begint tot uiting te komen in de rekeningen. Het financiële traject verslechtert. Het aantal gemeenten met een financieel herstelplan die onder het toezicht staan van een inspecteur, neemt toe, ondanks de door het Gewest ingezette middelen die de gemeenten tot op heden in staat hebben gesteld om de crisis het hoofd te bieden. Het rapport besluit dat de komende jaren bepalend zullen zijn: “een grotere solidariteit, een betere samenwerking en het sluiten van een pact voor het beheer van de lokale financiën zullen daarbij een sleutelrol vervullen”.
Info Rapport over de financiële toestand van de Brusselse gemeenten 2008-2014, Brussel Plaatselijke Besturen – Directie Financiën, juli 2015, voorgesteld door de minister-president op 7 juli 2015 in het Brussels Parlement: kan gedownload worden op www.plaatselijkebesturen.irisnet.be > Lokale financiën > Finan ciële toestand. Wij herinneren eraan dat het eerste hoofdstuk van onze “analyse van de impact van het Brussels regeerakkoord 2014-2019 op de gemeenten” (beschikbaar op www.vsgb.be [10/2014]) gewijd is aan de gemeentefinanciën.
En ook Eind juni 2015 publiceerde Belfius zijn traditionele jaarlijkse studie over de gemeentefinanciën. Toch werd de formule aangepast en komen voortaan de begrotingen van gemeenten, provincies, OCMW’s en politiezones tegelijk aan bod, om een volledig beeld te geven van de lokale besturen. Vroeger wijdde Belfius afzonderlijke studies aan de OCMW’s en de politiezones. De studie is beschikbaar op www.belfius.be > “Public & social”. Opgelet, bij het ter perse gaan van dit nummer bevatte de rubriek “Onze studies” enkel de studie 2014. Behalve indien het sindsdien aangepast werd, is het wel degelijk via de rubriek “Nieuws” van de pagina “Public & social” dat u de studie “Lokale financiën 2015” nieuwe formule vindt.
Stedenbouwkundige misdrijven: succes van de VSGB De VSGB heeft een voorstel van ordonnantie opgesteld betreffende de bestemming van de opbrengst van administratieve boetes inzake stedenbouwkundige misdrijven en legde het aan de regering voor in een brief van 27 november 2014. De wetswijziging beoogde de adequate financiering van de overheidsdiensten die bevoegd zijn voor de opsporing, vaststelling en vervolging van stedenbouwkundige misdrijven. Het voorstel werd ingediend door de heer Loewenstein, Brussels parlementslid en lid van het Bureau van de VSGB. Het werd op 3 juli 2015 goedgekeurd in het Brussels Parlement.
8
Nieuwsbrief 2015/04
Dat is een succes te noemen voor de VSGB en voor de Brusselse gemeenten. De ordonnantie kent 85% van de opbrengst van de administratieve (stedenbouwkundige) boetes toe aan de gemeenten die de overtredingen vaststellen en 15% aan de gewestelijke dienst die bevoegd is voor de procedure inzake administratieve boetes.
HET PLAN-JUNCKER EN DE ESR-NORM Op 25 juni 2015 werd de verordening tot oprichting van het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI) goedgekeurd. Dat vormt de essentie van het veelbesproken 'plan-Juncker'. In de praktijk is het echter weinig waarschijnlijk dat gemeenten aanspraak kunnen maken op die financieringen. Bovendien lost het plan de problemen rond de ESR-norm niet op, hoewel het een positief signaal geeft voor het investeringsklimaat. De VSGB en haar zusterverenigingen blijven dan ook op federaal niveau de aandacht vestigen op deze kwestie. Het plan-Juncker, een signaal voor investering Gezien de beperkte speelruimte van de overheid is het plan bedoeld om particuliere investeerders aan te trekken aan de hand van garanties en financiële instrumenten van de Europese Investeringsbank (EIB). Het EFSI is dus geen nieuw fonds, maar wel een garantie aan de EIB op basis van het Europese budget (8 miljard euro), zodat de bank gewaagdere investeringen kan doen ten belope van ongeveer 60 miljard euro. Als we daar nog de andere bijdragen van particulieren en de overheid bij tellen, zouden die leningen in de EU de komende drie jaar investeringen ter waarde van 315 miljard euro kunnen opleveren. Initiatiefnemers kunnen rechtstreeks contact opnemen met de EIB, want het EFSI werkt noch met nationale toekenning, noch met een einddatum. De lijst met projecten die de lidstaten in december 2014 indienden, is niet langer up-to-date. In de praktijk echter dreigen gemeenteprojecten uit de boot te vallen, omdat ze niet de vereiste omvang en het risicoprofiel hebben om in aanmerking te komen voor een lening bij de EIB. De EIB financiert normaal gezien immers overheidsprojecten ter waarde van meer dan 50 miljoen euro. Voor kleinere projecten verstrekt de EIB doorgaans leningen aan financiële tussenpersonen, zoals Belfius bij het programma 'Smart Cities & Sustainable Development' voor de gemeenten. Bovendien geeft de EIB de voorkeur aan publiek-private samenwerking en andere vormen van risicodeling.
De aanhoudende problemen met de ESR-norm Het EFSI doet opnieuw de vraag rijzen over het boeken van investeringen in de gemeentelijke begrotingen volgens de ESR-norm. In deze Europese boekhoudnorm wordt namelijk geen rekening gehouden met de reserves of de leningen die nodig zijn om investeringen te financieren en evenmin met de afschrijving ervan. In het kader van het investeringsplan publiceerde de Europese Commissie op 13 januari 2015 wel een mededeling met als titel: 'Optimaal benutten van de flexibiliteit binnen de bestaande regels van het stabiliteits- en groeipact'. Daarin stelt ze voor om flexibiliteit aan de dag te leggen door de bijdragen van de lidstaten aan het Junckerfonds te neutraliseren en door de mogelijkheid te bieden om bepaalde cofinancieringen voor het structuur- en cohesiebeleid (EFRO en ESF) te neutraliseren, zij het onder bijzonder strenge voorwaarden. Op 24 juni 2015 verklaarde de Commissie dat ze die flexibiliteit zou uitbreiden naar de bijdragen van de lidstaten voor de thematische of meerlandeninvesteringsplatformen – die opgericht zouden kunnen worden om de EFSI-projecten te groeperen – of voor de nationale stimuleringsbanken (de investeringsmaatschappijen in België). In de Belgische institutionele context zijn die opties echter moeilijk te benutten.
Ze bieden dus geen bevredigend antwoord op de problematiek die de Belgische gemeenten hebben aangekaart omtrent de ongeschiktheid van de ERS-norm en de impact ervan op de gemeentelijke investeringen. België blijft in dit dossier op Europees niveau alleen staan en het bestaan van bijkomende regels in Wallonië (investeringsbakens voor de gemeenteboekhouding) maakt de analyse nog ingewikkelder. Het debat kent een eerste bescheiden doorbraak bij de Europese Commissie, in die zin dat men zich bewust wordt van het probleem en de politieke aspecten ervan, maar ook van de moeilijkheden om er op Europees niveau een oplossing voor te vinden. Door het plan-Juncker goed te keuren heeft de Commissie toch een belangrijk signaal gegeven waarmee ze het belang erkent van overheidsinvesteringen om de economie weer aan te zwengelen. Op 21 mei 2015 schreven de drie verenigingen van Belgische lokale besturen (VSGB, VVSG, UVCW) in die geest premier Charles Michel aan om hem te vragen rekening te houden met de verhoudingen van de overheidsinvesteringen in de bijdrage van de lokale besturen aan het begrotingstraject. In zijn antwoord van 4 juni liet minister van Begroting Hervé Jamar ons weten dat hij een interfederale werkgroep heeft opgericht om de problematiek te onderzoeken. Tijdens de ontmoeting met minister van Financiën Johan van Overtveldt hebben de verenigingen van lokale besturen bovendien gevraagd om een vertegenwoordiger te mogen afvaardigen naar de Hoge Raad van Financiën, die het voorbereidende programma uitwerkt met het oog op de opstelling van het traject van het stabiliteitsprogramma. De Vereniging zal u uiteraard op de hoogte houden van de toekomstige ontwikkelingen.
Meer info • Verordening (EU) 2015/1017 van het Europees Parlement en de Raad van 25 juni 2015 betreffende het Europees Fonds voor strategische investeringen, de Europese investeringsadvieshub en het Europese investeringsprojectenportaal en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1291/2013 en (EU) nr. 1316/2013 – Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), Publicatieblad van de Europese Unie L 169 van 1.7.2015 (inforum nr 293053) • Website van de EIB www.eib.org • Fiche over de EIB in onze databank Subsidies op www.vsgb.be • Europese Commissie, 'Optimaal benutten van de flexibiliteit binnen de bestaande regels van het stabiliteits- en groeipact', COM/2015/012 final, 13.01.2015 • Een langere versie van dit bericht is beschikbaar op www.vsgb.be
Nieuwsbrief 2015/04
9
DYNAMISCHE CARTOGRAFIE VAN DE BUURTEN IN MOEILIJKHEDEN IN DE BELGISCHE STADSGEWESTEN Eind juni bracht de dienst Grootstedenbeleid van de POD Maatschappelijke Integratie een nieuwe editie van zijn cartografie van de buurten in moeilijkheden. Wij zoomen in op enkele belangrijke waarnemingen uit dit werk. Belgische steden worden steeds meer geconfronteerd met grote sociale tegenstellingen tussen bepaalde wijken op hun grondgebied. Dat is vaak het resultaat van een samenloop van sociale moeilijkheden die bepaalde zones meer treft dan andere. In deze wijken vormen lage gemiddelde inkomens, hoge werkloosheidscijfers, een lage scholingsgraad en een soms achtergestelde leefomgeving en zwak uitgebouwde openbare dienstverlening een voedingsbodem voor negatieve toekomstperspectieven.
uitkering zoals een leefloon. In Luik bij voorbeeld daalde het werkloosheidspercentage met 12,3% en steeg het aantal uitkeringsgerechtigden met 26,1%. In Charleroi ging het om een respectievelijke daling met 13,5% en een stijging met 86,1%. In de hoofdstad daalde het werkloosheidspercentage met 1,2% en steeg het aantal uitkeringsgerechtigden met 30,8%. Terwijl het in Antwerpen en Gent respectievelijk gaat om -12,8% en +20,4%, en in Gent om -23,9% en +42,5%. “Deze cijfers zijn sprekend en bevestigen dat we de OCMW’s moeten blijven ondersteunen in hun rol”, onderstreept Julien Van Geertsom.
De gegevens uit deze studie spreiden zich over een periode van 2003 tot 2010. Dat geeft ons een duidelijke kijk op de evolutie van de verAnalyse dynamique des quartiers en difficulté dans les régions urbaines belges schillende problemen in kansarme buurten, zoals werkloosheid, inkoDe atlasstudie ‘Dynamiek van (http://www.mi-is.be) de buurten in moeilijkheden’ geeft een Publié sur SPP Intégration Sociale men, belang van de aanwezigheid van nieuwkomers,... Zo legt de studie nieuwe kijk op de achtergestelde wijken in België. Ze concentreert zich de vinger op een correlatie tussen het sterftecijfer en armoede. Om de op de meest achtergestelde stadsgewesten die samen goed zijn voor 30% evoluties beter te begrijpen, heeft het onderzoek eveneens de migravan de bevolking, dus meer dan 2 miljoen inwoners. tiestromen in kaart gebracht. Er werd een onderscheid gemaakt tussen buitenlandse en binnenlandse migraties. Daarbij werd er ook rekening gehouden met het sociaal statuut van de migranten. Over het algemeen heeft de migratie-evolutie van de afgelopen tien jaar bepaalde problemen doen toenemen. De buitenlandse immigratie naar de grote Vlaamse steden en naar Brussel zorgt ervoor dat de armste wijken een thuisbasis worden voor de meest kwetsbare nieuwkomers. Die immigratie confronteert deze dichtbevolkte en kwetsbare wijken met hoge geboortecijfers en een nog sterkere bevolkingsdruk. Zo steeg | GROOTSTEDENBELEID de Brusselse bevolking met 8,3% van 2005 tot 2010, maar die van de Anderzijds is er een nieuwe bevolkingsgroep afkomstig uit de middenklasse die zich eveneens komt vestigen in achtergestelde wijken met 13,3%. andereis belangrijk woorden: bepaalde delen van de arme sikkelsteeg of de rand ervan. Dit procesMet van gentrificatie geweestBrussel in het westelijke deel van de Vijfhoek en zien we nu vooral in de kanaalbuurt waar bepaalde sectoren een moeiliwordt dichter bevolkt, maar tegelijk ook armer. jkheidsindex hebben die verbetert. Gepubliceerd door de POD MI
Gilles Van Hamme (ULB), Julien Van Geertsom (POD MI), Maarten Loopmans (KUL)
Photo: Gilles Van Hamme (ULB), Julien Van Geertsom (POD MI [1]), Maarten Loopmans (KUL) Ce qui saute aux yeux, c'est l'ampleur des différences entre les villes wallonnes et Bruxelles, d'une part, et les villes flamandes, d'autre part. Les grandes villes wallonnes, qui traversent une crise structurelle depuis les années '70, sont les plus touchées par la pauvreté. La région urbaine de Liège abrite plus de 283.000 personnes résidentes dans un quartier en difficulté (43%) et Charleroi 230.000 (56%). Mais les grandes villes flamandes ne restent pas épargnées. Tout comme à Bruxelles, de nombreux habitants vivent dans des quartiers pauvres : ils sont 200.000 à Anvers (20%) et 78.000 à Gand (18%). C'est là que s'accumulent les problèmes tels que chômage, dépendance vis-à-vis des revenus de remplacement, forte présence de personnes d'origine étrangère, soucis de santé et mauvais résultats scolaires.
De ene Belgische stad is de andere niet. Maar ondanks hun diversiteit, bemerken we enkele sterk vergelijkbare trends als het gaat om de armoedeverdeling in de steden. Enerzijds zien we in alle stadsregio’s de tegenstelling tussen een verarmd stadscentrum en een bemiddelde stadsrand. Au sein des secteurs, un phénomène important de glissement du taux de chômage vers le taux d’allocataires sociaux est observé. A Liège, le taux klasse de chômage a baissé de 12,28% "De randverstedelijking door par de exemple, bemiddelde houdt duidelijk aan. alors que le taux d’allocataires sociaux a augmenté de 26,09%. A Charleroi, ces taux respectifs s’élèvent à -13,48% et +86,07%. Dans laopwaarderingsprocessen capitale, le taux de chômage akunnen baissé de 1,21% et le taux De lokale gentrificatie of voorlopig nog d’allocataires sociaux a augmenté de 30,73%. Quant aux villes d’Anvers et de Gand, elle affiche des taux geen respectifs de -12,75% etbieden. +20,37% Hier et de -23,91% et +42,46%. « op Ce constat exige une politique tegengewicht en daar zien we lokaal niveau wel al de soutien des CPAS [2] dans leur rôle », souligne Julien Van Geertsom. positieve veranderingen", licht Julien van Geertsom, voorzitter van de Les données de l'étude s'étendent sur une période allant de 2003 à 2010, ce qui permet d'obtenir une vision de l'évolution des différents problèmes PODclaire Maatschappelijke Integratie toe.des quartiers en difficulté, comme le chômage, le revenu, l'afflux massif de nouveaux arrivants, etc. Pour une meilleure compréhension
Grenzend aan de arme sikkel bevinden zich meer sociaal gemengde wijken met indicatoren die gemiddeld Julien van Geertsom: "Van een leegloop van de grote steden is geen sprake minder ongunstig zijn. De grote meerderheid van deze wijken behoort tot het type 5a, in matige moeilijkheden met een sterk aandeel personen in het buitenland geboren. het westen toe worden deze wijken voor heteen meer. Brussel - en in mindere mate deNaar grote Vlaamse steden - moet merendeel gekenmerkt door een zeer negatieve dynamiek van de sociaaleconomische index, terwijl dit duidelijk minderbevolkingsgroei is in de eerste oostelijkeincasseren." kroon van de stad. Deze situatie wordt verklaard door de migratiebewegingen: sterke Zelfs in de Waalse stadscentra krimpt in de arme sikkel vertoont de achtergestelde bevolking die er reeds langer woont de tendens om naar de wijken te trekken niet die minder in verval zijn, terwijl de de nieuwe immigranten de oorspronkelijke hetaangrenzende bevolkingsaantal meer, hoewel demografische groei daar bevolking gedeeltelijk vervangt. We zijn dus getuige van een verspreiding van de armoede naar de aangrenzende wijken, in het bijzonder het westen,nieuwe die eveneensevolutie nieuwe immigranten Daarentegen ertoe merken we minder groot is.in "Deze noopt ontvangen. de overheden actie op dat het rijke zuidoostelijke kwadrant van de stad noch de nieuwe arme migranten opneemt, noch de min of achtergestelde bewoners die debijvoorbeeld arme centrale delengaan van de stad Anders gesteld, context te meer ondernemen. Het kan omverlaten. het bouwen vanin eenwoningen van bevolkingsaangroei en gemiddelde verarming van de stad, hebben de zuidoostelijke wijken, evenals het grootste deel van de periferie, een stagnerende bevolking waarvan de sociale samenstelling vrij stabiel is. De evolutie van de synthese-index van moeilijkheden
des chiffres, l'analyse porte également sur les flux migratoires. Une distinction a été établie dans ce cadre entre les migrations étrangère et intérieure. Il a également été tenu compte du statut social des migrants.
Wat in het oog springt, is de omvang van de verschillen tussen de Waalse steden en Brussel enerzijds en de Vlaamse steden anderzijds. Jammer genoeg is de evolutie het opvallendst in Brussel, waar arme buurten kampen met een opstapeling van problemen als werkloosheid, de afhankelijkheid van vervangingsinkomens, het grote aandeel van personen van buitenlandse afkomst, gezondheidsproblemen en slechte schoolresultaten. Page 3 sur 6
10
Een belangrijke vaststelling is een aanzienlijke verschuiving van het percentage werkloosheid naar het aantal personen die afhangen van een
Verbetering van de synthese-index van moeilijkheden Geen sterke wijzigingen
0
10
20 km
Achteruitgang van de synthese-index van moeilijkheden
Ten slotte, is er een derde type wijk in moeilijkheden in Brussel (type 4). Dit type is meer perifeer gelegen en bestaat hoofdzakelijk uit enkele sociale woonwijken, tuinwijken zoals Goede Lucht en Het Rad in Anderlecht of sociale woonblokken zoals de Modelwijk in Laken. Deze wijken worden gekenmerkt door een geringer aandeel personen in het buitenland geboren dan de arme wijken van het centrum.
Nieuwsbrief 2015/04 IGEAT-ULB
39
of om het ter beschikking stellen van verschillende overheidsdiensten, zoals kinderopvang en onderwijs", vult Julien van Geertsom aan. In Brussel en in de grote Vlaamse steden merken we zeer duidelijk een verschuiving van de achtergestelde bevolking uit de arme centrale wijken naar de aangrenzende wijken van gemiddelde standing (de dynamiek van de grote Waalse steden ziet er enigszins anders uit). Tegelijkertijd vestigen nieuwe migrantenpopulaties zich bij voorkeur in de meest kansarme wijken. De meest welstellende wijken lijken echter ontoegankelijk te blijven: zowel huishoudens die de armste wijken ontvluchten, als nieuwe migranten laten die wijken links liggen. "De groeiende demografische druk op de grote steden, in het bijzonder op Brussel, wordt dus vooral gedragen door de armste wijken en hun iets minder achtergestelde randgebieden", verklaren de onderzoekers. Julien van Geertsom besluit: "In grote steden zoals Brussel, Gent en Antwerpen is het probleem niet zozeer het gemiddelde inkomensniveau of de werkloosheid, als wel de geografische concentratie van de meer achtergesteld bevolking in bepaalde delen van de stad."
Atlas 2015 Doorheen de jaren heeft het federaal Grootstedenbeleid meermaals een onderzoek laten uitvoeren naar de meest achtergestelde wijken in onze Belgische stadsgewesten. Deze atlas wordt onder meer gebruikt om de wijken te identificeren waarbinnen projecten worden ondersteund in het kader van de contracten ‘Duurzame Stad’ en bij het bepalen van de steden die financiële ondersteuning krijgen in het kader van deze contracten. De resultaten van de vorige atlasstudie verschenen in 20061. De nieuwe atlas is dus een update van de versie uit 2006. De “Cartografie van de buurten in moeilijkheden in de Belgische stadsgewesten” is te vinden op www.mi-is.be > Grootsteden beleid > Publicaties.
GSOB vormingen: focus
Het “Gemeentelijk Management” nieuw leven ingeblazen Voor zijn 25e verjaardag krijgt de basiscyclus “Gemeentelijk Management” een lifting! Aandacht voor 2 opvallende nieuwigheden: - Verruiming van de doelgroep: vanaf 2015-2016 kunnen ook politiezones hun agenten inschrijven. - Herziening van programma en inhoud: administraties evo lueren, behoeften veranderen, dus wordt de vorming bijgestuurd: - Een nieuwe module “IT management” wordt gewijd aan het beheer van processen en administratieve vereenvoudiging (ter vervanging van “Statistieken en informatica”). - De modules “L’être humain dans le système social” en “Ges tion urbaine” staan voortaan open voor iedereen. - Die laatste wordt "Gestion urbaine et développement durable" en wordt beperkt om plaats te maken voor een les interne en externe communicatie ter aanvulling van de module overheidsmanagement en HRM. www.erap-gsob.brussels
GSOB : focus HR-ondersteuning
HR-coaching voor de administraties
STUDIE DYNAMIEK VAN DE BUURTEN IN MOEILIJKHEDEN in de Belgische stadgewesten
Voor 2015 wou de Brusselse regering de coördinatie van de werkgroep HR (de humanresourcesmanagers van de gemeenten) aan de GSOB toevertrouwen. Er zullen nog steeds thematische workshops georganiseerd worden waar een deskundige toelichting komt geven en goede praktijkvoorbeelden uitgewisseld worden over een actueel thema in verband met human resources, maar een deel van de toegekende subsidie zal tevens gewijd worden aan de individuele coaching van de administraties die dat wensen, in een proces van aanpassing van hun HR-procedures. De formule ]3a[=HR+ werd ontwikkeld: 3 fasen (audit, advise, act) voor open en geïndividualiseerde HR-ondersteuning, om de uitdagingen van het sociaal handvest optimaal aan te pakken.
IGEAT
Deze vorming wordt gepresenteerd aan burgemeesters, secretarissen en humanresourcesmanagers, die hun steentje kunnen bijdragen. www.erap-gsob.brussels
1 Zie Nieuwsbrief-Brussel 2007/1.
Nieuwsbrief 2015/04
11
Rekruteren met
Select Actiris,
eenvoudig en gratis.
biedt diensten aan die uw aanwerving vereenvoudigen. • Een consultant gespecialiseerd in uw activiteitensector • Een selectie van maximum 6 kandidaten die aan het gewenste profiel voldoen • Tips om uw loonkosten te optimaliseren • Administratieve ondersteuning bij het aanwerven van jongeren en stagiairs
Om gratis gebruik te maken van onze diensten, surf naar www.actiris.be De consultant van Select Actiris heeft me geholpen om snel en efficiënt medewerkers te rekruteren voor mijn nieuw restaurant. Jerome Vandermeulen - Burger Master Manhattn’s burgers
12
Actiris verandert de toekomst van uw bedrijf Nieuwsbrief 2015/04
www.actiris.be
FOCUS OP ENKELE ACTIVITEITEN VAN DE EWLD 2015 Voor deze 7e editie van de Europese Week van de Lokale Democratie (EWLD) ‘teasen’ wij u, enerzijds met de adviesraden voor internationale solidariteit van vier gemeenten (Brussel, Etterbeek, Jette en Sint-Joost-ten-Node), voorgesteld door Emilie De Becker Malfait, van de cel internationale solidariteit van de stad Brussel, en anderzijds het programma dat ‘uitgebroed’ werd door de gemeente Anderlecht en hier voorgesteld door Aurore Moerman, van hun Participatiedienst. Vier gemeenten in de bres voor solidariteit Nieuwsbrief: waarom bundelen vier gemeenten de krachten rond solidariteit? Emilie De Becker Malfait: “Begin 2015 werden op initiatief van de werkgroep ‘participatieve democratie’ van de ‘adviesraad voor internationale solidariteit’ van de stad Brussel en de gemeente Sint-Joost-ten-Node, ontmoetingen en uitwisselingen tussen Brusselse gemeenten georganiseerd rond lokale internationale solidariteit (debatten en uitwisseling van goede praktijkvoorbeelden, …). Zij kwamen tot de vaststelling dat we samen sterker staan: sterker om adviesraden op te richten of meer uitstraling te verlenen, lokaal te sleutelen aan internationale solidariteit, in contact te treden met allerlei partners, synergie en netwerken tot stand te brengen en dergelijke meer. Stilaan kwam er een open werkgroep tot stand, met een waaier aan actoren in het Brusselse (gemeente, verenigingen, burgers, instellingen, politiek,…).” Nieuwsbrief: en wat zal deze groep tijdens de Week aanbieden? Emilie De Becker Malfait: “Onze vier gemeenten vergaderen om in het kader van de EWLD 2015 een dag te wijden aan de Brusselse verenigingen die actief zijn rond internationale solidariteit. De verenigingen kunnen hun vaststellingen, behoeften en suggesties kenbaar maken in een participatief proces. De verenigingen en andere instanties die acties zijn rond internationale solidariteit op lokaal niveau van hun kant kunnen elkaar leren kennen en uitwisselingen doen over zaken die iedereen aanbelangen. Het zal voor deze Brusselse verenigingen een uitstekende gelegenheid zijn om netwerken op te bouwen en elkaar te leren kennen, om synergie tot stand te kunnen brengen en elkaar te helpen. Dit initiatief legt de basis voor een duurzame dynamiek. In die zin zullen met de bijstand van deskundigen op het vlak van participatie sporen van de dag bewaard blijven volgens de uitgetekende contouren. Als u op lokaal vlak actief bent omtrent internationale solidariteit en dit initiatief u aanspreekt, afspraak op 17 oktober voor workshops, contacten, animatie, …” Info & reservatie: solidarité
[email protected]
Anderlecht zet steeds meer activiteiten op het getouw Aurore Moerman: “Sinds 2008 is de EWLD een topweek in de agenda van het Anderlechtse Participatiehuis. In de loop der jaren is de actie gegroeid en elk jaar wordt er een mooie samenwerking tot stand gebracht met andere gemeentediensten en verenigingen. Op het programma dit jaar staan drie evenementen die we reeds enige jaren aanbieden, rond de thema’s lokale democratie en participatie. Eerst zijn er de (h)eerlijke Oxfam -ontbijten op zaterdag 10 en zondag 11 oktober. Die gezellige momenten worden georganiseerd door vrijwilligers van de Oxfam-winkel. Vervolgens stelt het Participatiehuis ook een avond van de Week in het teken van de buurtcomités, om hen aan te moedigen in hun engagement. Dit jaar nodigen we ze uit op donderdag, om samen na te denken over de beste manier om met de inwoners te communiceren. Uiteraard is iedereen welkom, ook wie geen lid is van een wijkcomité. Tot slot lanceert de adviesraad voor gehandicaptenbeleid voor het derde opeenvolgende jaar een sensibiliseringscampagne rond de naleving van voorbehouden plaatsen voor personen met een handicap. Maar het thema van dit jaar inspireerde ook een reeks verenigingen en gemeentediensten om activiteiten voor te stellen die het samenleven in onze gemeente met multiculturele accenten aanmoedigen. In de eerste plaats organiseert de preventiedienst wandelingen waarbij de inwoners bepaalde plaatsen van verschillende erediensten mogen betreden (moskee, synagoge, kerk) en met hun verantwoordelijken praten. Die wandelingen bevorderen ontmoeting en dialoog en bieden de inwoners de kans om andere geloofsovertuigingen te ontdekken en clichés te ontkrachten. Het is gepland op zaterdag 10 en zondag 11 oktober, vlak na het fairtradeontbijt. In dezelfde gedachtenorde hebben de vzw’s Sémaphore, Javva en Safe de krachten gebundeld met de preventiedienst, om een activiteit te organiseren voor kinderen en jongeren rond het thema samenleven, op woensdag 14 oktober. In kleine groepjes volgen zij een parcours met verschillende kleine activiteiten en dit wordt afgesloten met een internationaal dansspektakel. ’s Avonds nodigt het interconvictioneel platform de inwoners uit op een debat rond het thema “samenleven met tolerantie en zonder vooroordelen”. De week wordt afgesloten op zaterdag 17 oktober met een vrijwilligersdag in de wijk Compas, georganiseerd door de vzw Javva en
Nieuwsbrief 2015/04
13
wijkcontract Compas. Jongeren uit de wijk en jonge vrijwilligers zullen er standjes aanbieden rond vrijwilligerswerk en kunst, om het Liverpoolplein nieuw leven in te blazen. Uiteraard is iedereen welkom om een handje toe te steken.”
Het volledige programma EWLD in Anderlecht is beschikbaar op de website van het Participatiehuis: www.participation-anderlecht.be
VACATURE De vzw Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Gewest (VSGB) vertegenwoordigt de gemeenten, OCMW’s en intercommunales van het Brussels Gewest. Haar taken bestaan uit adviesverlening, lobbying, informatie en vorming. Wij zoeken een
SECRETARIAATSMEDEWERKER (M/V)
Info logo-ELDW.pdf
1
31/08/15
14:27
Alle activiteiten die de Brusselse gemeenten voorstellen: www.vsgb.be > Lokale democratie > Europese Week van de Lokale Democratie
GESCO, voltijds, contract van onbepaalde duur indiensttreding: oktober/november 2015
Taken • Verwerken van binnenkomende en uitgaande brieven: redactie, lay-out, revisie, verzending en archivering • Bijwerken van de gegevensbank contacten en opstellen van lijsten voor de verschillende diensten van de Vereniging • Telefonische oproepen aannemen, dispatchen en boodschappen doorgeven • Verschillende mailboxen van de Vereniging opvolgen • Beheer van bestellingen en verzendingen van publicaties van de Vereniging • Opstellen van verslagen van vergaderingen • Ondersteuning van het diensthoofd bij de samenstelling van dossiers, klassering van documenten en registratie van prestaties (loonfiches, maaltijdcheques, …)
Diploma • Diploma hoger secundair onderwijs met 3 jaar ervaring • Belangstelling voor gemeentelijke materies
BRUSSEL
Capaciteiten
12Ò18.10.2015
N E V E L N E M SA EEN MULTICULTURELE IN SAMENLEVING
TERACTIE
LOOG – IN RESPECT – DIA
eek e.int/demow
ewld.be - co
14
COUNCIL OF EUROPE
Nieuwsbrief 2015/04
CONSEIL DE L’EUROPE
• vlotte pen en communicatief • Nederlandstalig of Franstalig, met zeer goede kennis van de tweede landstaal • zin voor analyse en synthese • grondige kennis van Word, Excel, Outlook, PowerPoint, Access en gegevensbanken
Procedure
Gelieve uw sollicitatiebrief met CV vóór 18 september 2015 te zenden naar Stéphanie Melkebeke, hoofd van de algemene diensten - VSGB - Aarlenstraat 53 bus 4 – 1040 Brussel E-mail:
[email protected] De selectieproeven zullen in principe plaatsvinden op: - 30 september: schriftelijke proef - 7 of 8 oktober: mondelinge proef De geselecteerde personen zullen persoonlijk verwittigd worden.
Meer info: www.vsgb.be
CHARTER VOOR GELIJKHEID VROUW-MAN: VSGB EN GEWEST ALS SCHAKEL VOOR EEN EUROPESE PRIORITEIT Het Europees charter voor gelijkheid van vrouwen en mannen op lokaal vlak kwam in 2006 tot stand, in het kader van een project met de steun van de Europese Commissie, in het verlengde van het 5e actieprogramma voor gelijkheid tussen vrouw en man1. Waarom een charter? Het charter werd opgesteld door de REGR (Raad van Europese Gemeenten en Regio’s) in het kader van een project in samenwerking met talrijke partners en verenigingen van lokale besturen. Het bundelt verschillende visies op gelijkheid in Europa. Het vat de voorstellen samen van de betrokkenen (honderden lokale en regionale vertegenwoordigers) en neemt de verschillende bevoegdheden van lokale en regionale overheden in Europa in aanmerking. Via hun ondertekening verbinden de lokale en regionale bewindvoerders zich ertoe om het gelijkheidsbeginsel te onderschrijven en worden zij aangezet om een concreet beleid uit te werken en acties op touw te zetten met de instellingen en organisaties op hun grondgebied. Het charter is een juridisch instrument dat rechten opsomt, maar niet dwingend is. De REGR is er zich bewust van dat het bewerkstelligen van de doelstellingen van het charter een zeer veeleisende opdracht is. Daarom beveelt de Raad de ondertekenaars aan om het stap voor stap aan te pakken en prioritaire interventiedomeinen te bepalen.
Wat staat er in het charter? In het eerste deel van het charter worden de 6 basisbeginselen opgesomd: 1. De gelijkheid van vrouwen en mannen vormt een basisrecht. 2. Teneinde de gelijkheid van vrouwen en mannen te garanderen, moet er rekening worden gehouden met de vele discriminaties en hindernissen. 3. De evenwichtige deelname van vrouwen en mannen in de besluitvorming is een basisvoorwaarde voor een democratische samenleving. 4. Het wegwerken van seksuele stereotypes is absoluut nodig voor het creëren van gelijkheid van vrouwen en mannen. 5. Het opnemen van de genderdimensie in alle activiteiten van de plaatselijke en regionale overheden is nodig om de gelijkheid van vrouwen en mannen te doen groeien. 6. Gepast gefinancierde actieplannen en programma’s zijn de benodigde instrumenten om de gelijkheid van vrouwen en mannen te doen groeien. In het tweede deel volgen de specifieke maatregelen waartoe de ondertekenaars zich verbinden om de bepalingen van het charter uit te voeren. 1 2
In het derde deel worden de 30 artikelen per bevoegdheidsdomein voorgesteld: • democratische verantwoordelijkheid • politieke rol • algemeen kader voor gelijkheid • de taak van de werkgever • levering van goederen en diensten • de taak van leverancier van diensten • planning en duurzame ontwikkeling • reguleringsrol • verbroedering en internationale samenwerking
De Brusselse gemeenten bundelen de krachten Aangezien Brussel Plaatselijke Besturen reeds beschikte over een dienst Gelijke Kansen ten behoeve van de gemeenten, werd er overeengekomen dat actieve samenwerking tussen Gewest, gemeenten en de VSGB met betrekking tot het charter alle partners ten goede zou komen. Zoals u kon lezen in onze Nieuwsbrief 2015/2 en 2015/3, werd begin 2015 een platform met de Brusselse gemeenten tot stand gebracht, dat gecoördineerd wordt door de VSGB en Brussel Plaatselijke Besturen (de gewestelijke overheidsdienst voor toezicht op de gemeenten). Dat platform brengt de gemeenten samen om hun relevante informatie aan te bieden betreffende gendergelijkheid en de uitvoering van hun respectieve actieplannen. Het versterkt bovendien de synergie tussen onze gemeenten en bevordert de uitwisseling van goede praktijkvoorbeelden.
De ondertekenaars van het charter Het charter is gericht tot alle lokale en regionale overheden van Europa die zich willen inzetten voor de bevordering van de gendergelijkheid op hun grondgebied in het kader van een coherente en ambitieuze strategie. Bij het ter perse gaan van dit nummer telde de REGR 1.488 ondertekenaars in 32 landen2. Daar zijn 15 Belgische gemeenten bij, waaronder niet minder dan 10 Brusselse: Anderlecht, Sint-Agatha-Berchem, Brussel-stad, Etterbeek, Evere, Elsene, Jette, Sint-Joost-ten-Node, Schaarbeek en Sint-Pieters-Woluwe. Bovendien willen nog 4 andere Brusselse gemeenten de komende maanden het charter ondertekenen en sommige onder hen hebben zich reeds bij ons overleg aangesloten sinds het platform rond het charter zijn werkzaamheden hernam.
Deze inleiding is voornamelijk gebaseerd op het document op www.charter-equality.eu. www.charter-equality.eu/atlas-of-signatories-of-the-charter
Nieuwsbrief 2015/04
15
Het programma van het platform voor de komende maanden werd door de Brusselse gemeenten opgesteld en de volgende thema’s komen erin aan bod: indicatoren, eenoudergezinnen, ‘vrouwen, migratie en tewerkstelling’ en gendermobiliteit, …
Op de agenda De thema’s ‘eenoudergezinnen’ en ‘vrouwen, migratie en werk’ zullen dit najaar besproken worden op een infosessie waar deskundigen het woord zullen nemen. Het thema ‘gendermobiliteit’ zal uitgewerkt worden in het kader van een vorming die de Vereniging op 12 november organiseert. Een speciale vergadering wordt eveneens gewijd aan de indicatoren, in aanwezigheid van de verantwoordelijke voor het charter Gelijkheid
van de REGR, aangevuld door een vorming georganiseerd door Brussel Plaatselijke Besturen begin 2016. Tot slot vestigen wij ook nog de aandacht op het feit dat de Commissie en de REGR een conferentie organiseren op 14 oktober in de stad Brussel. Alle Europese gemeenten die het charter ondertekenden, worden erop uitgenodigd. In de voormiddag komen verscheidene gemeenten aan het woord, zoals de stad Brussel, voor een uitwisseling van goede praktijkvoorbeelden. In de namiddag worden workshops gehouden rond 3 thema’: ‘tewerkstelling en vrouwen’, ‘leidinggevende functies en vrouwen’ en ‘geweld tegen vrouwen’.
Meer info Het Europees charter voor gelijkheid van vrouwen en mannen op lokaal vlak op www.vsgb.be > Documenten [2.2.2010] en op de specifieke website www.charter-equality.eu Uw contact ‘Gelijke kansen’ bij de VSGB: Barbara Decupere:
[email protected]
GSOB vormingen: focus
Controle op stedenbouwkundige en patrimoniale aangelegenheden Deze vorming kwam tot stand onder impuls van de Brusselse regering, dankzij samenwerking tussen de GSOB en Brussel Stedelijke Ontwikkeling. Het doel is de ambtenaren de nodige kennis van de regelgeving aan te reiken waarop ze hun vaststellingen moeten baseren, tips voor een helder en volledig verslag, en de deontologische en gedragsregels die bij de controle toegepast moeten worden. Concreet bestaat de vorming uit een basismodule (1 dag) gewijd aan de 4 fasen van de controleprocedure, aangevuld met een nascholing (ook 1 dag) toegespitst op het BWRO (art. 330-331) en de GSV, de opstelling van verslagen en oefeningen. Personeel van gemeenten of politiezones die een functie zullen opnemen die aansluit bij deze materie, dienen de 2 dagen te volgen. Personeel dat reeds in dienst is, volgt enkel de nascholing.
Principes en methodes inzake bemiddeling in het kader van gemeentelijke administratieve sancties (GAS) Het KB van 18 januari 2014 betreffende de bemiddeling in het kader van gemeentelijke administratieve sancties stelt dat de GASbemiddelaars die in dienst traden voor 1 januari 2014, een module volgen over de principes en de gebruiken inzake herstelbemiddeling (bovenop de 3 gemeenschappelijke modules met de sanctionerende ambtenaren die de GSOB reeds organiseert). In dat kader heeft de GSOB samen met de POD Maatschappelijke Integratie (Grootstedenbeleid) een programma opgesteld voor de nieuwe bemiddelaars. Zo kwam een vorming in 2 fasen tot stand: - een verplichte module (cf. KB van 18 januari 2014) gewijd aan de 5 grote principes van de bemiddeling (vrijwillig, vertrouwelijk, neutraal, onpartijdig, transparant) en de dynamiek ouder-kind in de specifieke context van de GAS (de theorie wordt geïllustreerd met voorbeelden en in de praktijk omgezet via rollenspelen); - voortgezette vorming in de vorm van een thematisch seminarie. Inschrijving: vanaf eind 2015.
Ter herinnering: deze optie wordt ook aangeboden aan gemeentepersoneel in het kader van hun vorming bij indiensttreding voor niveau A, B en C. www.erap-gsob.brussels
16
Nieuwsbrief 2015/04
EUROPEES CHARTER voor gelijkheid man-vrouw in het lokaal leven: indicatoren voor follow-up woensdag 14.10.2015 – stadhuis Brussel Sinds januari 2012 werken de REGR (Raad van Europese Gemeenten en Regio's), ICF International en de universiteit van Spaans Baskenland aan een proefproject dat gefinancierd wordt door de EU, om indicatoren uit te werken die de ondertekenaars van het Europees charter voor gelijkheid van mannen en vrouwen in het lokale leven de mogelijkheid bieden om de tenuitvoerlegging van het gelijkekansenbeleid te volgen. De REGR organiseert de slotconferentie van dit project, waar de indicatoren van het Europees handvest voorgesteld zullen worden en ook de resultaten van dit tweejarig project. De stad Brussel is gastheer van de conferentie en bij deze gelegenheid zal de Brusselse schepen voor gelijke kansen Mohamed Ouriaghli het werk van zijn stad inzake de gelijkheid van vrouwen en mannen voorstellen, in het bijzonder met betrekking tot het Europees handvest voor gelijkheid. De conferentie zal bestaan in interactieve workshops en zal een goede gelegenheid zijn voor uitwisselingen met vertegenwoordigers van Eu-
BRUSSEL PLAATSELIJKE BESTUREN NODIGT U UIT VOOR HET COLLOQUIUM:
EEN GEMEENTEBEGROTING VOOR MANNEN ... EN VROUWEN?
ropese instellingen, verkozenen en personeel van lokale en regionale besturen. De debatten zullen toegespitst worden op de vooruitgang die tot nu toe geboekt werd op het vlak van gelijke kansen, en de volgende maatregelen die genomen kunnen worden op lokaal, regionaal, nationaal en Europees vlak door gebruik te maken van het charter en de daaraan gekoppelde tools.
Info Programma nog niet beschikbaar. Info & inschrijving bij: • Johanna Törnström, Beleidsmedewerker Gelijkheid bij CEMR (
[email protected]), +32 2 500 05 49, (Frans, Engels, Spaans en Zweeds) • Durmish Guri, Projectcoördinator bij CEMR (
[email protected]), 02 500 05 48, (Frans, Engels en Grieks)
EEN GEMEENTEBEGROTING VOOR MANNEN ... EN VROUWEN? De gemeentelijke begroting bevoordeelt a priori geen mannen ten opzichte van vrouwen, noch omgekeerd. Ze is immers bestemd voor alle inwoners. Vier Brusselse gemeenten hebben hun begroting vanuit genderoogpunt onderzocht en zij willen hun bevindingen met u delen. Tijdens deze dag zullen ook vertegenwoordigers van de stad Wenen, een voorloper op het vlak van gendermainstreaming en gender budgeting, het woord nemen. PROGRAMMA 08.30-09.00 09.00-09.30 09.30-10.00 10.00-10.45 10.45-11.15 11.15-12.00 12.00-12.50 12.50-13.00 13.00-14.00 14.00-14.30 14.30-15.30
• Onthaal • Inleiding • Gender budgeting: theoretisch kader, Nathalie Holvoet, Universiteit Antwerpen. • Voorstelling van het proces dat de Stad Wenen 20 jaar geleden opstartte inzake gendermainstreaming en gender budgeting, Ursula Bauer en Michaela Schatz: 1ste deel • Koffiepauze • Voorstelling van het proces dat de Stad Wenen 20 jaar geleden opstartte inzake gendermainstreaming en gender budgeting, Ursula Bauer en Michaela Schatz: 2de deel • Implementatie van gender budgeting in een gemeentebegroting, voorstelling door de schepenen van de vier proefgemeenten van hun motivering, vragen-antwoorden. • Conclusie van de voormiddag • Lunch • Voorstelling van de proefprojecten van de Brusselse gemeenten m.b.t gender budgeting, CORIF Lillois (Collectif Régional pour l’Information et la Formation des Femmes). • In de namiddag vinden praktische brainstormings plaats met workshops naar keuze:
• Workshop 1 : «Financiële praktische workshop: eerste stappen in de gendergevoelige gemeentebegroting» (met de medewerking van de gemeente Elsene). • Workshop 2 : «Gender budgeting opstellen in een Jeugd of Sportdienst van een gemeente: illustratie van de voorgestelde methode» (CORIF met de ervaring van de gemeente Schaarbeek en de Stad Brussel). • Workshop 3 : «Vrouwen in de openbare ruimte: een besteding van het overheidsgeld die iedereen ten goede komt» (CORIF, met de ervaring van de gemeente Etterbeek). 15.30-16.00 • Conclusie van de dag
22.10.2015
FLAGEY/STUDIO 5 FLAGEYPLEIN 18, 1050 BRUSSELS
De gemeentelijke ambtenaren van de vier betrokken gemeenten zullen de volledige dag ter beschikking staan om uw vragen te beantwoorden. Deelname en lunch zijn gratis, maar inschrijving is verplicht, via: http://www.plaatselijkebesturen.irisnet.be/nl/colloquium Plaats: Flagey-gebouw, Studio 5, Flageyplein 18, 1050 Elsene Inlichtingen:
[email protected] T +32 (0)2 800 32 22 Evenement georganiseerd in samenwerking met de gemeenten Elsene, Etterbeek en Schaarbeek, de Stad Brussel en de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Nieuwsbrief 2015/04
17
bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 22.06.2015 t/m 21.08.2015 10.08.2015 Programmawet - B.S., 18.08.2015 – 292443
het tekort ten laste nemen en de Berg van Barmhartigheid – B.S., 18.08.2015 – 272471
heer van hun afval door professionele gebruikers - B.S., 10.08.2015 – 293786
20.07.2015 Wet houdende bepalingen inzake 292570 sociale zaken - B.S., 21.08.2015 –
Rust- en verzorgingstehuizen
16.07.2015 BBHR betr. de akten van familiale aard die worden uitgesloten uit de definitie van 'vervreemding van een zakelijk recht' in de zin van de ordonnantie van 05.03.2009 betr. het beheer en de sanering van verontreinigde bodems - B.S. 31.07.2015 – 293655
OCMW Vreemdelingen 02.07.2015 Instructie met betrekking tot de toekenning van een individuele plaats op vrijwillige basis in een Lokaal Opvanginitiatief (hierna LOI) voor bewoners van de collectieve opvangstructuren die een machtiging tot verblijf van meer dan 3 maanden betekend hebben gekregen [+ Formulier] – 293143 20.07.2015 Projectoproep Nationale projectfinanciering 2016 voor opvang en vrijwillige 293447 terugkeer - B.S., 20.07.2015 – 04.05.2015 Projectoproep in het kader van het fonds voor asiel, migratie en integratie 2014-2020 (AMIF) - nr. 15: open projectoproep – opvang – 291856 Maatschappelijk welzijn 30.07.2015 Omz. betr. de verwarmingstoelage: verhoging van de interventiedrempels vanaf 213094 01.09.2015 – Advies – Juridische tweedelijnsbijstand en rechtsbijstand – Aanpassing van de bedragen – B.S., 206069 18.08.2015 – Territoriale bevoegdheid 01.08.2015 Omz. betr. het regelen van bevoegd heidsconflicten tussen OCMW's [+ Formulier] 293689 – Werking 04.06.2016 BBHR tot toekenning van een subsidie van 6.375.000,00 EUR aan de gemeenten tot financiering van de loonsverhoging van de personeelsleden van niveau C van de gemeenten, de OCMW’s, de verenigingen gevormd overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk XII van de organieke wet d.d. 8 juli 1976 op de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn waarvan de raad van bestuur uit OCMW’s bestaat, de openbare ziekenhuizen waarvan de gemeenten het tekort ten laste nemen en de Berg van Barmhartigheid 256215 B.S., 29.07.2015 –
18
07.05.2015 BBHR tot toekenning van een subsidie van 1000000 EUR aan de Brusselse gemeenten om het statutariseringsbeleid bij de plaatselijke besturen te promoten van het personeel van de gemeenten, de OCMW's, de verenigingen gevormd overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk XII van de organieke wet 08.07.1976 op de OCMW waarvan de raad van bestuur uit OCMW's bestaat, de openbare ziekenhuizen waarvan de gemeenten
Nieuwsbrief 2015/04
09.07.2015 BVCGG wijz. KB 21.09.2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels - B.S., 03.08.2015 – 293666 Tewerkstelling 09.07.2015 Ordonnantie betr. de instapstages 293463 B.S., 22.07.2015 – 06.07.2015 MB houdende toekenning van een toelage tot dekking van een deel van de kosten betr. de uitvoering van het project 'Begeleiders art. 60, par. 7' van as 2 van het Operationeel Programma Doelstelling 'Regionaal Concurrentievermogen en Werkgelegenheid' van de Federale Overheid - ESF 268970 2007-2013, boekjaar 2015 – 23.07.2015 MB houdende toekenning van een toelage tot dekking van een deel van de kosten betr. de uitvoering van activerende voortrajecten [en socioprofessionele inschakelingprojecten] in het kader van het Operationeel Programma Doelstelling Regionaal Concurrentievermogen en Werkgelegenheid van de Federale Overheid - ESF 2007-2013, boekjaar 2015 - B.S., 20.08.2015 – 231529 MB houdende toekenning van een toelage tot dekking van een deel van de kosten betr. de uitvoering van het pilootproject Roma in het kader van het Operationeel Programma Doelstelling Regionaal Concurrentievermogen en Werkgelegenheid van de Federale Overheid - ESF 2007-2013, boekjaar 274541 2015 – B.S., 06.08.2015 – Sociale tarieven Bekendmaking van de sociale maximumprijzen van toepassing op de periode vanaf 01.08.2015 tot en met 31.01.2016 voor de levering van elektriciteit aan de beschermde residentiële klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie 222048 B.S., 30.07.2015 – Bekendmaking van de sociale maximumprijs van toepassing op de periode vanaf 01.08.2015 tot en met 31.01.2016 voor de levering van aardgas aan de beschermde residentiële klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie - B.S., 222043 30.07.2015 –
LEEFMILIEU 16.07.2015 BBHR wijz. BBHR 17.12.2009 tot vaststelling van de lijst van de risicoactiviteiten 293788 B.S., 10.08.2015 – 16.07.2015 BBHR betr. de opslag en hantering van gewasbeschermingsmiddelen alsook het be-
19.06.2015 BBHR wijz. BBHR 21.12.2007 tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestatie en het binnenklimaat van gebouwen - B.S. 31.07.2015 – 293653 02.07.2015 BBHR wijz. BBHR 21.01.1999 tot vaststelling van de uitbatingsvoorwaarden voor benzinestations - B.S. 10.07.2015 – 293255
BURGERLIJKE STAND/BEVOLKING Grondwettelijk hof - Arrest nr. 49/2015 van 30.04.2015 - De beroepen tot gedeeltelijke vernietiging van de wet 08.05.2013 wijz. wet 15.12.1980 betr. de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en de wet 27.12.2006 houdende diverse bepalingen II - B.S., 01.06.2015 291515 20.07.2015 Wet tot versterking van de strijd tegen 293694 het terrorisme, B.S., 05.08.2015, Grondwettelijk hof - Arrest nr. 87/2015 van 11.06.2015 – De prejudiciële vraag over art. 488bis, h), par. 2, Burg.W., in samenhang gelezen met art. 488bis, b), par. 6, van hetzelfde 292744 Wetboek – B.S., 03.08.2015 – (onbekwaamheid) Grondwettelijk hof - Arrest nr. 94/2015 van 11.06.2015 - De prejudiciële vragen betr. de art. 343, par. 1, a) en b), 348-3, 348-11, 353, 353292959 8, 353-9 en 353-10 Burg.W. (samenwonen, adoptie, afstamming) 25.08.2012 Wet houdende instemming met de (Herziene) Europese Overeenkomst inzake de adoptie van kinderen, gedaan te Straatsburg op 293971 27.11.2008 - B.S., 21.08.2015 -
FINANCIËN/BELASTINGEN Grondwettelijk hof - Arrest nr. 70/2015 van 21.05.2015 - De prejudiciële vragen betr. de art. 1017, 1018 en 1022 Ger.W. - B.S., 292060 (procedurekosten – 15.07.2015 betwisting van belasting) Grondwettelijk hof - Arrest nr. 105/2015 van 16.07.2015 - De beroepen tot gedeeltelijke vernietiging (bepalingen betr. de belastingen op masten, pylonen en antennen) van het dec. van het Waalse Gewest van 11.12.2013 houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het 293693 begrotingsjaar 2014 -
22.07.2015 Omz. Opmaak van de gemeentelijke begrotingen voor het dienstjaar 2016 - B.S., 293498 17.08.2015, –
MANDATARISSEN/ORGANEN Oproep voor burgemeesters met het oog op de samenstelling van de Raad van burgemeesters 293436 B.S., 17.07.2015 – Publicatie in uitvoering van art. 7, par. 3, en van art. 8 van de bijzondere en de gewone wet 26.06.2004 tot uitvoering en aanvulling van de bijzondere en de gewone wet 02.05.1995 betr. de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen Rekenhof 203294 - B.S., 14.08.2015 –
PERSONEEL Omz. nr. 646 Aanpassing van het bedrag van de kilometervergoeding 2015 - B.S., 26.06.2015 – 171131 08.06.2015 MB tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van het Beheerscomité van de sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke besturen, ingesteld bij art. 4, 1) van de wet 12.05.2014 tot oprichting van de Dienst voor de bijzondere socialezekerheidsstelsels - B.S., 293211 09.07.2015 – 10.08.2015 Wet tot verhoging van de wettelijke leeftijd voor het rustpensioen, de voorwaarden voor de toegang tot het vervroegd pensioen en de minimumleeftijd voor het overlevingspensioen - B.S., 292878 21.08. 2015 – Grondwettelijk hof - Arrest nr. 98/2015 van 25.06.2015 - Het beroep tot vernietiging van de art. 81, 88 en 92 van de wet 26.12.2013 betr. de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen - B.S., 17.08.2015 292958
POLITIE MB betr. de toekenning van de financiële hulp van de Staat in het kader van de verkeersactieplannen 2015 - Geïndexeerd bedrag 2007 toegekend aan de politiezones en de federale politie - B.S., 206256 24.06.2015 – KB tot goedkeuring van de wijziging van de statuten van ASTRID - B.S., 17.07.2015 – 206816 14.07.2015 Ministeriële omz. betr. de lopende aanwervingsprocedures van onderluitenanten, de wervingsreserves van onderluitenant en de sta giairs-onderluitenant - B.S., 28.07.2015 – 293610
BESTUURLIJKE POLITIE
STEDENBOUW/LEEFOMGEVING
Grondwettelijk hof - Arrest nr. 45/2015 van 23.04.2015 - Het beroep tot vernietiging van de wet 19.07.2013 wijz. wet 08.04.1965 betr. de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade - B.S., 26.06.2015 – 291399
02.07.2015 BBHR wijz. het BEBHG 29.06.1992 betr. de overlegcommissies – B.S., 10.07.2015 – 293257
Grondwettelijk hof - Arrest nr. 44/2015 van 23.04.2015 – De beroepen tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van de wet 24.06.2013 betr. de gemeentelijke administratieve sancties – B.S., 26.06.2015 – 291397
PREVENTIE 18.12.2014 BBHR wijz. BBHR 15.12.2011 tot toekenning van een algemene subsidie van 55.516.017,86 euros aan de Brusselse gemeenten, in het kader van het Brusselse preventie- en buurtbeleid vaan de jaren 2012 tot 2014 – B.S., 14.08.2015 – 239925
29.07.2015 Ord. houdende oprichting van het Brussels Planningsbureau [BPB] – B.S., 12.08.2015 – 293811 29.07.2015 Ord. wijz. de ordonnantie 20.07.2005 betr. de Maatschappij voor de Verwerving van Vastgoed en tot oprichting van de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting – B.S., 12.08.2015 – 293822 KB houdende bekrachtiging en opheffing van de bekrachtiging van Belgische normen uitgewerkt door het Bureau voor Normalisatie (NBN) - B.S., 10.07.2015 228320 09.07.2015 Ord. rbetr. de inning van de opbrengst van de boetes voor stedenbouwkundige overtredingen - B.S., 20.07.2015 – 293443 09.07.2015 Ord. wijz. ordonnantie 19.07.1990 houdende oprichting van de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp - B.S., 20.07.2015 293445
OCMW - Rusthuizen - Tarifering van geneesmiddelen per eenheid Sinds 1 april 2015 kunnen bepaalde geneesmiddelen in rusthuizen per eenheid getarifeerd worden. Dat wordt zelfs verplicht vanaf 1 september 2015. Een infosessie aan de OCMW’s drong zich dan ook op. Daarom hebben we op 16 juni een infosessie georganiseerd voor de Brusselse OCMW's. We nodigden twee experts uit om terreinwerkers, zoals rusthuisbeheerders en -directeurs te informeren. Bertrand Dirié, apotheker bij het Riziv, schetste de modaliteiten voor aflevering en tarifering van farmaceutische specialiteiten die terugbetaalbaar zijn binnen rusthuizen. Het standpunt en de ervaring van een groep apothekers over de tarifering per eenheid werd vervolgens besproken door Philippe Nollet, directeur bij Multipharma. Zonder exhaustief te willen zijn, vestigen we de aandacht op enkele elementen die aan bod kwamen: het systeem levert besparingen op en zet aan tot overleg tussen geneesheren, apothekers en verzorgend personeel. Momenteel hebben de apothekers en het rusthuispersoneel veel administratief werk, dat enigszins ingeperkt zou worden dankzij het medicatieschema. De vermelding van de dosering op het voorschrift – een wettelijke verplichting – wordt cruciaal. Het voorschrift op stofnaam (DCI) met een maximumduur van drie maanden is een hefboom. Er is nog geen structurele oplossing in geval van een doseringswijziging. Een voorschrift achteraf opstellen zal in onbruik raken, want er zijn twee alternatieven, nl. de 'occasionele aflevering’ en de ‘afwijking op de tarifering per eenheid’. Er is momenteel geen bevredigend antwoord op het verlies van geneesmiddelen wanneer een pil ‘uitgestoten’ wordt of op de grond valt. De facto wordt het individueel beheer van geneesmiddelen door de resident of zijn familie moeilijk. U vindt de documenten van deze infosessie op www.vsgb.be > Actua > Geneesmiddelen in rusthuizen: verplichte tarifering per eenheid [17.08.2015]
Audit van de OCMW's - Brief aan de minister van Maatschappelijke Integratie Tijdens de provinciale ontmoetingen die de POD Maatschappelijke Integratie afgelopen mei en juni organiseerde, heeft de POD de OCMW's gemeld dat de inspectiedienst binnenkort audits zal uitvoeren in het kader van de door de POD gesubsidieerde materies. Aangezien dit federale initiatief niet vooraf besproken werd met onze Federaties van OCMW's, schreven zij de minister van Maatschappelijke Integratie aan met de opmerkingen en vragen van de OCMW's over deze audit. De brief kunt u lezen op www.vsgb.be > Actua > Audit van de OCMW's [7.8.2015]
Nieuwsbrief 2015/04
19
In juni organiseerde de VSGB een infosessie over de problematiek van alcohol op het werk, met een focus op het gemeentelijk niveau. Zowel de invalshoek van de preventieadviseur als van de verzekeraar kwam er aan bod – de tweede komt overigens in een volgende editie van dit tijdschrift aan bod – maar er werd ook ingegaan op de controles die de werkgever kan uitvoeren. In dit nummer belichten we het preventiebeleid, de tests, de indienstneming (medisch onderzoek en ondervraging door de werkgever), het fouilleren, bloedproef en de urinetest. In een volgend nummer diepen we het onderwerp verder uit met twee andere tests (psychomotorische en ademtest), de opvolging van de werknemer, de procedures bij disfunctioneren, de dringende reden, het recht op loon indien de werknemer naar huis gestuurd wordt, het arbeidsreglement en het dealen.
STERKE STOF GEEFT ZWAK WERK: ALCOHOL EN DRUGS ONDER DE WERKTIJD Alcoholgebruik of gebruik van andere geestesverruimende middelen kan de arbeidsprestaties beïnvloeden en voor problemen zorgen op het werk, zelfs wanneer in de privésfeer wordt geconsumeerd. De effecten kunnen immers doorwerken op het werk en daarmee overstijgt dat de private levenssfeer. Overmatig gebruik heeft een invloed op het werk, want onder invloed zijn tast de veiligheid van de werknemer en zijn omgeving aan. Niet alleen leidt het gebruik van alcohol of drugs tot een minder functioneren, afwezigheden en verstoring van de arbeidsrelatie met collega’s, ook kan het aanleiding geven tot ongevallen of grensoverschrijdend gedrag. De productiviteit kan gaan dalen en de kans op arbeidsongevallen kan stijgen. Een goede werksfeer komt erdoor in gevaar.
1. Alcohol: beter voorkomen dan genezen Het is niet gemakkelijk te bepalen hoe de werkgever daarmee moet omgaan. Op hem rust immers de wettelijke verplichting ervoor te zorgen dat werknemers in goede omstandigheden hun werk kunnen doen. Hij moet dan ook maatregelen nemen tegen werknemers die door alcoholof druggebruik hun collega’s in gevaar brengen. Alle wetgevende teksten nemen preventie als uitgangspunt: de werkgever moet een preventief alcohol- en drugbeleid opstellen om zoveel mogelijk alcohol- en drugproblemen op het werk te voorkomen of te vermijden dat ze verergeren. Daarnaast moet hij ook ingrijpen als er zich een ongewenste situatie van misbruik voordoet. Maar hoever reikt de controlebevoegdheid van de werkgever? Mag hij een werknemer onder invloed laten onderzoeken? Mag hij een werknemer fouilleren omdat hij hem ervan verdenkt drugs te dealen op de werkvloer? Mag hij een controlearts de opdracht geven om de werknemer te onderzoeken? De bescherming van de persoonlijke levenssfeer en het controlerecht van de werkgever staan hier tegenover elkaar. Het recht op privacy is weliswaar een internationaal erkend grondrecht1, maar is niet absoluut. Welzijn op het werk rechtvaardigt daarom in bepaalde gevallen inbreuken op de privacy van de werknemer.
2. Toch testen? Soms volstaat het niet meer om preventief te werken, maar moet er getest worden. Voor zover de tests, die een inbreuk vormen op de privacy, voldoen aan de regels van proportionaliteit, finaliteit en transparantie, 1 2
20
3
zijn ze toegelaten. Bovendien moet er een wettelijke basis voorhanden zijn, zoals het arbeidsreglement. Dat moet een omstandige regeling bevatten met regels omtrent de ogenblikken en de soorten van tests. Het is bovendien niet toelaatbaar om in het algemeen preventief te laten testen, omdat dan niet meer aan de vereiste van proportionaliteit wordt voldaan. Werknemers moeten niet steeds en op elk ogenblik bewijzen dat ze arbeidsgeschikt zijn2. Volgens de wet-Mahoux3 mogen biologische tests en medische onderzoeken met het oog op het verkrijgen van medische informatie over de gezondheidstoestand van een werknemer niet worden verricht om andere redenen dan die welke verband houden met de huidige geschiktheid van de werknemer en de specifieke kenmerken van de openstaande betrekking. Deze onderzoeken en tests mogen niet door de werkgever gevraagd worden, maar enkel gevraagd of uitgevoerd door de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer die verbonden is aan de afdeling of het departement belast met het medisch toezicht van de interne dan wel externe dienst voor preventie en bescherming op het werk waarop de werkgever een beroep doet. Die wet geeft echter geen definitie van wat er onder biologische tests moet worden verstaan, maar men kan stellen dat het gaat om testen die peilen naar een bepaald gehalte van een stof. Alleen onder zeer strikte voorwaarden mogen die tests dus worden afgenomen door de preventieadviseur-geneesheer. Zijn rol is wettelijk vastgelegd en hij mag niet door de werkgever worden ingeschakeld om alcohol- of drugtesten in de onderneming uit te voeren. De arts is namelijk onafhankelijk van de werkgever en de werknemer. Hij mag alleen in het kader van het arbeidsge-
Artikel 8 Europees Verdrag Rechten van de Mens (EVRM). Zie ook Van Eeckhoutte W., Alcohol en drugs op de arbeidsplaats: een zichtbaar taboe?, Soc. Kron., 569. Artikel 3 van de wet van 28 januari 2003 betreffende de medische onderzoeken die binnen het kader van de arbeidsverhoudingen worden uitgevoerd, B.S. 17 maart 2003 (wet-Mahoux).
Nieuwsbrief 2015/04
neeskundig onderzoek testen op drugs of alcohol en hij doet dat volledig onafhankelijk. Als hij van oordeel is dat de tests niet noodzakelijk zijn, kan hij niet verplicht worden om te testen op alcohol of drugs. Als hij toch overgaat tot testen, mag hij de werkgever niet op de hoogte stellen van de uitkomst. Het resultaat valt immers onder het medisch beroepsgeheim. De preventieadviseur-arbeidsgeneesheer en de werknemer zijn dan ook de enigen die weten wat het gevolg is van de positieve controle. Deze strenge regels betekenen niet dat de werkgever helemaal niets meer mag nagaan, zolang hij zich maar houdt aan wat hij wettelijk mag en aan de vereisten van finaliteit en proportionaliteit. Het is dan ook volledig legitiem om de veiligheid van de andere werknemers en de eigen veiligheid als finaliteit te stellen. De test moet wettelijk niet verboden zijn en proportioneel zijn aan het preventieve doel. Omwille van het transparantiebeginsel moet de werknemer daar ook op voorhand over ingelicht worden. Vroeger was de wet duidelijk: artikel 99 van het ARAB verbood gedistilleerde alcoholische dranken en gegiste dranken met een gehalte van meer dan 6 % volume alcohol binnen te brengen in fabrieken, werkplaatsen en bureaus alsmede op elke arbeidswerf, de bijhorigheden inbegrepen. Enkel dranken binnenbrengen was verboden, niet het gebruik ervan. De draagwijdte van het artikel bleek zeer beperkt en daarom bleek het niet erg efficiënt. Om die reden en naar aanleiding van cao nr. 100 werd beslist om het af te schaffen. Cao nr. 100 bevat de krijtlijnen voor een preventiepolitiek in de onderneming over een alcohol- en drugbeleid4. De gemeenten zijn echter uitgesloten van het toepassingsgebied van de cao-wetgeving, vandaar dat de bepalingen van de cao nr. 100 niet gelden voor de gemeente. Maar toch is ook de gemeente verplicht om een alcohol- en drugbeleid uit te werken, meer bepaald op grond van de Welzijnswet5. Welzijn op het werk De Welzijnswet is de basiswet op het vlak van veiligheid en gezondheid op het werk, die van toepassing is op alle werkgevers. Elke werkgever moet het welzijn binnen zijn bedrijf bevorderen door risicopreventie, collectieve en individuele beschermingsmaatregelen, opleiding en informatie aan de werknemers. Om mogelijke risico’s voor de werknemers op te sporen, moet de werkgever een interne of externe dienst voor preventie en bescherming op het werk inschakelen. Deze dienst heeft als opdracht de risico’s te evalueren en het medisch toezicht op de werknemers te organiseren. Uit die risicoanalyse kan blijken dat het gebruik van alcohol en drugs een risicofactor is die de bestaande risico’s van een functie verhoogt. In dat geval moet de werkgever een alcohol- en drugbeleid in zijn welzijnsbeleid uitstippelen. Hij moet daarbij algemene preventiebeginselen toepassen, zoals het voorkomen van risico’s of het bestrijden van de risico’s bij de bron. Meten om te weten: informatie garen Het inventariseren van het alcoholgebruik (en ook drugs voor zover ze op het werk genuttigd worden) en de gevolgen hiervan voor het werk is van groot belang voor het ontwikkelen van een alcoholbeleid. Een goede inventarisatie schept op veel punten helderheid. Zo moet er worden nagegaan welke werknemers vaak afwezig zijn door overmatig 4 5 6
Wat zegt cao 100? Het doel van cao 100 is alcohol en drugs op het werk bespreekbaar te maken, wanneer de werknemer daardoor minder of slechter gaat functioneren. Het beleid in de onderneming moet steunen op 4 pijlers: voorlichting en vorming, regels, procedures bij acuut en chronisch misbruik en als sluitstuk hulpverlening. De cao neemt het functioneren van de betrokkene op het werk als graadmeter voor het preventief alcohol- en drugbeleid van een onderneming. Relevant voor de werkcontext is het “probleemgebruik” van alcohol of drugs. Hiermee wordt verwezen naar de gevolgen van occasioneel overmatig gebruik, maar ook naar de impact van chronisch gebruik, niet alleen voor de gebruiker zelf maar ook voor zijn omgeving. Termen zoals “alcoholisme”, “verslaving”, “misbruik”, “afhankelijkheid” daarentegen leggen de nadruk veeleer op de fysiologische en psychische problemen die voortvloeien uit middelengebruik. Volgens de cao zijn preventieve testen wel mogelijk, maar dan moeten ze binnen de contouren van de cao. Op voorhand moet het personeel weten dat het getest kan worden. De aard van de testen die afgenomen kunnen worden, de doelgroep(en) van werknemers die aan de testen kan (kunnen) onderworpen worden, procedures bij het afnemen van deze testen en de bevoegde personen voor het afnemen van deze testen, het (de) tijdstip(pen) waarop kan getest worden, en de mogelijke gevolgen van een positief testresultaat moeten duidelijk op voorhand worden meegedeeld aan het personeel. alcoholgebruik of te laat komen met of zonder concrete excuses, welke gevarenfuncties worden bediend en of er daar behoefte is aan informatie over alcohol of drugs, of er angst is voor arbeidsongevallen gerelateerd aan alcoholgebruik. In eerste instantie zal die informatiegaring via papier gebeuren: de werkgever gaat het ziekteverzuim meten via de personeelsdienst of de dienstoversten. De vraag is of hij meer gedetailleerd de werknemer van wie hij vermoedt dat er iets schort, mag verplichten tests te ondergaan die een alcoholintoxicatie kunnen staven.
3. Geneeskundig onderzoek bij indienstneming Bij de indienstneming kunnen bepaalde categorieën van personeel aan een gezondheidsonderzoek worden onderworpen. Het doel van het gezondheidstoezicht is het bevorderen van de gezondheid van de werknemers door risico’s te voorkomen. De preventieadviseur-geneesheer moet daarom vermijden dat werknemers worden tewerkgesteld aan taken waarvan ze wegens hun gezondheidstoestand normaal de risico’s niet kunnen dragen. Het gaat volgens de wet om werknemers die in dienst genomen worden voor een veiligheidsfunctie6, een functie met verhoogde waakzaamheid,
CAO nr. 100 van 1 april 2009 betreffende een preventief alcohol- en drugsbeleid in de onderneming. Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, B.S. 18 september 1996. Met veiligheidsfunctie wordt bedoeld: elke werkpost waar gebruik wordt gemaakt van arbeidsmiddelen, waar motorvoertuigen, kranen, rolbruggen, hijstoestellen van welke aard ook, of machines die gevaarlijke installaties of toestellen in werking zetten, bestuurd worden of nog waar dienstwapens worden gedragen, voor zover het gebruik van die arbeidsmiddelen, het besturen van die werktuigen en installaties of het dragen van die wapens de veiligheid en gezondheid van andere werknemers van de onderneming of van ondernemingen van buitenaf, in gevaar kan brengen. Art. 2 K.B. 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht op de werknemers, B.S. 16 juni 2003.
Nieuwsbrief 2015/04
21
een activiteit met welbepaald risico of een activiteit verbonden aan voedingswaren. Ook werknemers die al in dienst zijn maar een andere functie toegewezen krijgen die binnen de bovengenoemde situaties vallen, mogen worden onderworpen aan een gezondheidsonderzoek7. Het koninklijk besluit van 28 mei 2003 bepaalt de inhoud van de voorafgaande gezondheidsbeoordeling. De preventieadviseur-arbeidsgeneesheer wordt door datzelfde KB uitdrukkelijk belast met de opsporing van afwijkingen en contra-indicaties om de werkpost in te nemen of de activiteit daadwerkelijk uit te oefenen8. In dat kader kan de geneesheer nagaan in hoeverre een toekomstige werknemer al dan niet te kampen heeft met een drugs- of alcoholverslaving. Hij kan echter alleen maar aan de werkgever meedelen of de aanstaande werknemer voldoende arbeidsgeschikt is, ofwel definitief ongeschikt of voor een periode die de geneesheer bepaalt. De beslissing van arbeidsongeschiktheid moet worden gemotiveerd en ook meegedeeld worden aan de behandelende arts van de kandidaat9. Tegen de beslissing van de arbeidsgeneesheer in het kader van een onderzoek bij indienstneming is geen verhaal mogelijk10. Er wordt immers verondersteld dat de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer beter de arbeidsomstandigheden kent dan de toekomstige werknemer, vandaar dat beroep uitgesloten is11. Als de toekomstige werknemer weigert het gezondheidsonderzoek te ondergaan, stelt de geneesheer de werkgever hiervan op de hoogte. De werkgever kan niet worden verplicht om aan te werven.
4. Vragen staat vrij Het lijkt ons niet mogelijk voor de werkgever om andere categorieën van personeel dan de lijst van het KB aan een preventief onderzoek te onderwerpen, want dat is strikt gereglementeerd. Uiteraard mag de werkgever tijdens de selectieprocedure wel de nodige vragen stellen, voor zover ze relevant zijn voor de toekomstige job. Vragen over het privéleven zijn in principe slechts verantwoord als ze nodig zijn, want de persoonlijke levenssfeer moet worden geëerbiedigd. Zo mag de werkgever vragen stellen omtrent drugs- en alcoholgebruik om meer inzicht te verkrijgen in de gezondheidstoestand om de geschiktheid te beoordelen. Dit kan het geval zijn indien een medische aandoening de veiligheid van de werknemer, zijn of haar collega’s of derden in het gedrang kan brengen12. In de rechtsleer bestaat er geen eensgezindheid tot hoever die relevantie gaat; nog minder eensgezindheid bestaat er of de kandidaat het recht heeft om te liegen. Hij beschikt weliswaar over een zwijgrecht, maar dat zal de werkgever doen aarzelen en niet leiden tot de verhoopte aanwerving13. Volgens sommige auteurs dan weer is de sollicitant zelfs verplicht om spontaan over een verslaving te spreken wanneer ze hem ongeschikt maakt voor de functie. Dat geldt voor de alcoholverslaafde die met een voertuig moet rijden14. Nu lijken deze theoretische mogelijkheden in de praktijk moeilijk toe te passen.
5. Fouilleren Werknemers fouilleren op het bezit van drugs of alcohol kan niet zomaar, want fouilleren wordt als een zware inmenging in het privéleven beschouwd, zodat artikel 8 EVRM van toepassing is. Bijgevolg is het onderworpen aan strikte regels, die staan in de wet op de private en bijzondere veiligheid15. De wet op de private en bijzondere veiligheid bepaalt de controles bij het binnenkomen van de werknemer als bij vertrek, maar zegt niets over het fouilleren op de werkplek. Daarnaast is er ook een gedeeltelijke regeling in cao nr. 8916. Weliswaar geldt die niet voor de openbare sector, maar toch biedt ze een goed juridisch kader en interessante pistes. Het principe is dat er geen inmenging in het privéleven mag zijn zonder de toestemming van de betrokkene. Vandaar dat het principieel verboden is om de persoonlijke kledij te controleren. In sommige gevallen in de rechtspraak wordt de controle aanvaard, maar enkel met het oog op diefstal. Controle op drugs of alcohol kan niet door fouillering. Als de werkgever beslist om over te gaan tot controle, dan mag hij dat niet zelf doen. Hij moet overeenkomstig de wet op de private veiligheid een beroep doen op een bewakingsagent. Als de werkgever drugs vindt, dan kan de werkgever strafklacht neerleggen. Gaat het om het loutere gegeven dat een enkele werknemer in
Art. 26 K.B. 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht op de werknemers, B.S. 16 juni 2003. Art. 28, § 1, 3° K.B. gezondheidstoezicht. De kandidaat heeft het recht te vragen dat de gegevens waarop de arbeidsgeneesheer zich heeft gesteund worden meegedeeld aan de behandelende arts zodat hij samen met zijn behandelende arts kan nagaan wat de redenen zijn die aan de basis liggen van de verklaring tot ongeschiktheid voor een bepaald werk. 10 Art. 64 K.B. gezondheidstoezicht geldt niet voor de voorafgaande gezondheidsbeoordeling. De wetgever gaat ervan uit dat het redelijk en verantwoord is dat een werknemer een beroep kan instellen tegen een beslissing tot ongeschiktheid voor het uitgeoefende werk, omdat de werknemer zelf de kenmerken en eisen eigen aan zijn werkpost of functie kent en die kan vergelijken met zijn gezondheidstoezicht en zijn capaciteiten. Dat geldt niet voor de aanstaande werknemer: daar kent de preventieadviseur-geneesheer beter de werkelijke eisen van het toekomstige werk. 11 Parl. Vr., Kamer, 2012-2013, Vraag nr. 361, p. 122 (17 oktober 2012, Jadin). 12 In dat verband biedt CAO nr. 38 van 6 december 1983 betreffende de werving en selectie van werknemers een goede leidraad, ook al is die niet van toepassing op de gemeenten omdat ze uit het toepassingsgebied van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités uitgesloten zijn. 13 Dewitte, E., Spreken, zwijgen, of liegen … U kiest maar! Of toch niet?!, Jura Falconis, 47, 2010-2011, 285. 14 Oversteyns, B., Juridische problemen bij de aanwerving, in Aids, Alcohol, Drugs, Roken, Brugge, Die Keure, 1989, 95. 15 Wet 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, B.S. 29 mei 1990. 16 CAO nr. 89 van 30 januari 2007 betreffende de diefstalpreventie en de uitgangscontroles van werknemers bij het verlaten van de onderneming of de werkplaats. 17 Art. 3 Wet 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van de giftstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, ontsmettingsstoffen en antiseptica (Drugwet). 18 Eeckhoutte, W., o.c., en Rigaux, M., De arbeidsrechtelijke dimensie van alcohol- en druggebruik door werknemers, Arbeidsgeneeskundige diensten in de onderneming, III, Brussel, Kluwer, XII.2/130. 7
8 9
22
Nieuwsbrief 2015/04
het bezit is van illegale drugs, dan heeft hij de keuze: hij kan, maar hij moet geen klacht neerleggen. Heeft de werkgever een vermoeden dat er illegale drugs gedeald worden op de werkvloer, dan moet hij aangifte doen van het misdrijf. Hij doet dit via de politie, aan wie hij wel kan vragen om het nodige onderzoek en de vaststellingen te doen. Het gaat immers om een misdrijf en de werkgever moet opletten dat hij niet geacht wordt medeplichtig te zijn in geval van verzuim van aangifte17.
heid over wie de test mag afnemen indien er geen toestemming wordt gegeven. Het lijkt ons dat dan de procedure voor het onderzoek aan het lichaam van artikel 90bis van het Wetboek van Strafvordering moet worden gevolgd, dus met een rechterlijk bevel. De vraag rijst trouwens wat de werkgever mag concluderen uit de weigering. Er bestaat nog geen rechtspraak over om eenduidig te kunnen antwoorden dat uit een weigering een verslaving mag worden geconcludeerd.
6. Bloedproef
(wordt vervolgd)
In geen geval mag de werkgever zelf de werknemer verplichten om een bloedproef te ondergaan. De toestemming is vereist en dan rijst de vraag of die kan worden verondersteld te zijn gegeven doordat het arbeidsreglement in de bloedproef voorziet. Volgens sommige auteurs kan dat niet18, want van het recht op privacy en het recht op bescherming van de fysieke integriteit kan niet op voorhand op algemene wijze afstand worden gedaan. Daarnaast rijst ook nog de vraag wie de proef mag afnemen. Zoals hoger gesteld, heeft de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer een opdracht in het kader van preventie en mag hij zijn medewerking niet verlenen om de werknemer tuchtrechtelijk te sanctioneren. Evenmin heeft hij de rol van behandelende arts. Hij mag wel de proef afnemen in het kader van het preventiebeleid, waarbij hij enkel de werknemer geschikt of ongeschikt mag verklaren. Geen enkel resultaat van de bloedproef mag worden meegedeeld aan de werkgever.
7. Urinetest Bij een urinetest is de uitkomst vager. Het recente druggebruik kan worden aangetoond, maar daarmee is nog niet sluitend bewezen of het gaat om acuut gebruik of een verslaving. Ook de urinetest kan enkel met de toestemming van de betrokkene. Er bestaat geen eensgezind-
GSOB vormingen: focus
Vorming burgerlijke stand / bevolking Samen met de WIG 19 heeft de GSOB een vorming uitgewerkt voor het personeel van de dienst burgerlijke stand / bevolking van de 19 Brusselse gemeenten. In 6 gekoppelde modules krijgen de deelnemers een opfrissing en update van de krachtlijnen van de regelgeving die de werkzaamheden van deze diensten omkaderen. Op het programma: - Principes ivm respect en bescherming van de private levenssfeer (onze Vereniging neemt actief deel aan deze vorming: de sessie wordt deels verstrekt door VSGB-adviseurs) - Basisbeginselen van: o het bijhouden van de bevolkingsregisters o de regelgeving inzake verblijf van vreemdelingen o de regelgeving inzake rijbewijs en paspoort o de kieswetgeving o de regelgeving inzake burgerlijke stand De GSOB heeft reeds 3 sessies gepland in het Frans (tussen september 2015 en januari 2016): deze sessies werden prioritair toegewezen via een verdeelsleutel gebaseerd op het bevolkingscijfer van elke gemeente in 2014, en zijn reeds volzet (inschrijving afgesloten). Een Nederlandse sessie is gepland van 18 tot 27 januari 2016 en er volgen nog Franstalige sessies in het eerste trimester 2016. www.erap-gsob.brussels
Hildegard Schmidt
Zie ook Op www.vsgb.be vindt u in de rubriek Documenten de slides die vertoond werden tijdens de infosessie betreffende alcoholisme op het werk in juni 2015.
Beheer van vastgoed van de gemeenten In een brief van 23 juni 2015 vestigt de VSGB de aandacht van de Brusselse regering op het feit dat de instructies van het toezicht betreffende de overdrachten van zakelijke rechten op vastgoed (verkoop, ruil, erfpacht, opstal, ...) niet meer aan de realiteit aangepast zijn. De minister-president heeft op 15 juli geantwoord. Onze Vereniging vraagt enerzijds een evaluatie en een herziening van de geldende omzendbrieven en anderzijds voldoende personeel en middelen voor het gewestelijk aankoopcomité, zodat het binnen redelijke termijnen schattingen van panden kan verrichten voor rekening van de gemeenten. Het Gewest verwijst nog steeds naar de omzendbrief van 22 maart 1982. Het dossier moet een evaluatieverslag bevatten dat opgesteld werd door de ontvanger van de registratie of door het aankoopcomité, maar sinds 1 januari 2015 is geen enkele van deze administraties in staat om deze taak uit te voeren. Het is dus niet langer mogelijk om snel en goedkoop schattingen te verkrijgen. Deze problemen vertragen de behandeling van dossiers, terwijl snelheid vereist is als een gemeente een pand wil kopen in het kader van een openbare verkoop of het voorkooprecht wil uitoefenen binnen de wettelijke termijnen. Aanpassing beloofd De minister-president heeft in een brief van 15 juli geantwoord dat hij zich bewust is van het probleem en aan Brussel Gewestelijke Coördinatie, Brussel Stedelijke Ontwikkeling en Brussel Plaatselijke Besturen gevraagd heeft om zo snel mogelijk een ontwerp in te dienen dat de beantwoordt aan de hoogste kwaliteitsnormen.
Meer info
www.vsgb.be > Actua > Beheer van vastgoed van lokale besturen VSGB vraagt herziening omzendbrieven [21.08.2015]
Nieuwsbrief 2015/04
23
Gemeenschapswachten – Noodzakelijk overleg Na de analyse van de kerntaken van de politie die op initiatief van de minister van Binnenlandse Zaken uitgevoerd werd, zou de minister voorgesteld hebben om het takenpakket van de gemeenschapswachten aanzienlijk uit te breiden. Wij hebben hem aangeschreven om te beklemtonen dat overleg met de lokale besturen in deze kwestie noodzakelijk is. Wij hebben ook benadrukt dat de wet betreffende de gemeenschapswachten dringend aangepast moet worden, zodat zij gemengde verkeersovertredingen mogen vaststellen. • Volgens de VSGB moet er een grondige denkoefening gebeuren over het beroep van gemeenschapswacht De eventuele uitbreiding van het takenpakket van de gemeenschapswachten is niet aan bod gekomen tijdens de vergaderingen die het kabinet van de minister van Binnenlandse Zaken organiseerde over de kerntaken van de politie en waaraan wij deelgenomen hebben samen met onze zusterverenigingen VVSG en UVCW. Anders hadden we het niet nagelaten om te wijzen op de grote moeilijkheden die de gemeenten nu al ondervinden om de wetgeving betreffende gemeenschapswachten toe te passen. De diensten gemeenschapswachten ondervinden namelijk structurele en operationele obstakels bij de toepassing van de wetgeving, wat een rem vormt op de professionalisering van het beroep. Wij verzetten ons niet tegen de uitbreiding van het takenpakket van de gemeenschapswachten, maar vinden dat zo'n verruiming niet kan zonder een grondige denkoefening over het beroep van gemeenschapswacht en de professionalisering ervan. Voortdurend nieuwe taken toevoegen zonder die voorafgaande denkoefening dreigt de bestaande kloof tussen de wettelijke voorschriften en de reële middelen om daaraan te voldoen alleen verder uit te diepen. Zonder die onmisbare professionalisering zullen de gemeenschapswachten hun nieuwe taken, die vroeger aan de politie toegewezen waren, niet doeltreffend en rechtmatig kunnen uitvoeren.
• Gemeenschapswachten moeten gemengde verkeersovertredingen die strafbaar zijn met gemeentelijke administratieve sancties, kunnen vaststellen In onze brief van 30 juli hebben we de aandacht van de minister van Binnenlandse Zaken gevestigd op het feit dat de wet op de gemeenschapswachten dringend aangepast moet worden vooraleer een nieuwe uitbreiding van het takenpakket van de gemeenschapswachten in overweging genomen kan worden. Bij de laatste wijziging van die wet zijn de taken van de gemeenschapswachten namelijk ingeperkt, wat duidelijk het gevolg was van een vergetelheid van de wetgever. Bijgevolg zijn gemeenschapswachten niet langer bevoegd voor de vaststelling van verkeersovertredingen die strafbaar zijn met gemeentelijke administratieve sancties. Voorheen waren ze dat wel als het ging om inbreuken op de algemene politieverordening van de gemeente. We willen onderstrepen dat het in het kader van de nieuwe wet op de gemeentelijke administratieve sancties de wil van de wetgever was dat gemeentelijke ambtenaren die een specifieke opleiding gevolgd hebben nieuwe gemengde verkeersovertredingen mogen vaststellen, zonder de gemeenschapswachten daarbij uit te sluiten. De gemeenschapswachten deze bevoegdheid ontnemen is strijdig met de wil van de wetgever in het kader van de wet op de administratieve sancties. Bovendien strookt dit niet met de geest van de wet op de gemeenschapswachten en met de taken van gemeenschapswachten-vaststellers in de praktijk. Het is van het grootste belang dat elke twijfel over deze kwestie, die het gevolg is van een materiële vergissing van de wetgever, zo snel mogelijk weggenomen wordt.
Meer info
Onze brief aan de minister van Binnenlandse Zaken en de voorgeschiedenis van dit dossier kunt u terugvinden op www.vsgb.be > Actua > Professionalisering van het beroep van gemeenschapswacht en vaststelling van inbreuken inzake verkeer [4.8.2015]
INTERNATIONALE SAMENWERKING Op 19 juni organiseerde de dienst Internationale Samenwerking een vergadering van de werkgroep Marokko in het kader van de tenuitvoerlegging van het Programma voor Gemeentelijke Internationale Samenwerking (GIS) 2014-2016. De acht gemeenten die in Marokko actief zijn, hebben opnieuw informatie en goede praktijken kunnen uitwisselen over hun respectieve partnerschap. De krijtlijnen werden uitgezet voor de geplande Noord-Zuid-workshop Marokko, waarvoor alle Belgische en Marokkaanse gemeentelijke partners dit najaar in Brussel samenkomen. De gemeenten zullen de resultaten en grote verwezenlijkingen aansnijden van het Programma 2014-2016, dat streeft naar een uitbreiding van de knowhow inzake maatschappelijke actie bij de Marokkaanse gemeenten. Tot slot was ook Echo Communication uitgenodigd om de gemeenten een sensibiliseringsfilm over de migratiekwestie te tonen. Deze ngo is bijzonder actief rond het thema decentralisatie via haar territoriale coaching in Marokko. Verscheidene gemeenten toon-
24
Nieuwsbrief 2015/04
den veel interesse en gezamenlijke acties tussen de gemeenten en de ngo zouden het levenslicht kunnen zien bij de start van het schooljaar. Op 3 juli was het de beurt aan de werkgroep Congo. Er werd informatie uitgewisseld over de stand van zaken van het vijftiental Brusselse en Waalse partnerschappen die in Congo actief zijn in het kader van het GIS-programma. De kern van de discussies ging echter over de naderende organisatie van een uitwisselingsplatform tussen Congolese gemeenten. Deze nieuwe en belangrijke samenkomst voor het programma zal eind september begin oktober plaatsvinden in Kinshasa en zal de gelegenheid bieden om een aantal onderwerpen grondig te bespreken. Het gaat om thema's die eigen zijn aan het beheer van de dienst Burgerlijke Stand en Bevolking (een sleutelsector in het Programma), zoals goede praktijken inzake volkstellingen.
KENNISMAKINGSAANBOD! Le Code
bruxellois
1 EXEMPLAAR
€ 49
du logement
10 EXEMPLAREN
€ 190
de
b r u s s e lS E
100 EXEMPLAREN
€ 999
HUISVESTINGSCODE
De hervorming van de wetgeving op huisvesting in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest biedt ons de mogelijkheid om de actuele code voor u in een nieuw jasje te steken: π
in een handig formaat,
π
aangevuld met verwijzingen naar de voornaamste uitvoeringsbesluiten,
π
met een concordantietabel met de artikelen van de Code uit 2003 en hun tegenhanger in de versie van 2013,
π
en ook met uittreksels uit het Burgerlijk Wetboek betreffende de huurovereenkomst met betrekking tot de hoofdverblijfplaats.
Deze publicatie werd niet alleen samengesteld voor gemeenten, maar voor iedereen die in de openbare of de privésector met huisvestingsbeleid in contact komt.
(BTW inbegrepen, zonder verzendingskosten)
FR Versie
NL Versie
OM UW WERK BINNEN EEN TWEETALIGE CONTEXT TE VERGEMAKKELIJKEN KOMT DE INHOUD VAN DE NEDERLANDSTALIGE EN DE FRANSTALIGE VERSIE VOLLEDIG OVEREEN.
✁✁
BESTELBON
Ja, ik bestel .... ex. van De Brusselse huisvestingscode 1 exemplaar = ¤ 49 // 10 exemplaren = ¤ 190 // 100 exemplaren = ¤ 999 (BTW inbegrepen, zonder verzendingskosten) www.avcb-vsgb.be
Uitgeverij Politeia
13/08/15 Naam: ...............................................................................................
Keizerslaan 34 1000 Brussel
Functie: ............................................................................................
Datum en handtekening 17:12
Organisatie: ...................................................................................... Tel: ...................................................................................................
Fax: 02 289 26 19 Tel.: 02 289 26 10 Of bestel via website: www.politeia.be e-mail:
[email protected]
E-mail: .............................................................................................. Adres: ............................................................................................... BTW: ................................................................................................. * Prijzen inclusief btw, exclusief verzendingskosten, geldig gedurende het kennismakingsaanbod. Consulteer steeds www.politeia.be voor actuele prijzen. Uw gegevens worden door ons in een bestand bijgehouden en niet aan derden doorgegeven. Overeenkomstig de wet op privacy heeft u inzage- en correctierecht.
Nieuwsbrief 2015/04
25
Duurzame ontwikkeling Op 15 juni organiseerde de Vereniging een thematische workshop over de aanpassing aan de klimaatverandering. Onze expert die dag was ICLEI – Local Governments for Sustainability, een mondiaal netwerk van steden die zich inzetten voor duurzame ontwikkeling. Een twintigtal ambtenaren uit Brusselse gemeenten en OCMW's nam deel aan de presentatie van tools en goede praktijken rond de centrale vraag: hoe kunnen we optreden tegen klimaatverandering in een stedelijke omgeving? Op 22 juni zette de dienst Duurzame Stad in samenwerking met de studiedienst een werk- en uitwisselingsvergadering op poten om een advies op te stellen over het gewestelijk lucht-klimaat-energieplan, waarvoor het openbaar onderzoek op 31 juli werd afgesloten. Het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (BWLKE) voorziet namelijk dat de VSGB een advies over het plan indient voordat het openbaar onderzoek afgerond wordt. De gemeenten maken geen deel uit van de instanties die rechtstreeks geraadpleegd worden. Vijftien gemeenten namen aan de vergadering deel, wat het mogelijk maakte een werkmethode vast te leggen, informatie en tools uit te wisselen en de indiening van het advies van de gemeenten bij Leefmilieu Brussel te plannen. In het gewestelijk lucht-klimaat-energieplan staan de grote lijnen en maatregelen uitgestippeld die nodig zijn om minstens de in het BWLKE vastgelegde doelstellingen te halen. Daarin staat concreet dat het Gewest 30 % minder broeikasgassen zal uitstoten tegen 2025. Dat document is belangrijk, omdat de plannen, programma's en politieke documenten van het Gewest en de gemeenten inzake ruimtelijke ordening, huisvesting, mobiliteit en onderzoek en innovatie moeten kaderen in de doelstellingen uit het gewestelijk lucht-klimaat-energieplan. In dat plan staan de thema's uitgesplitst in negen assen: bouw en renovatie, transport, economie, milieu en werkgelegenheid, planning en
stedenbouw, nieuwe consumptiewijzen, aanpassing aan klimaatverandering, luchtkwaliteit, deelname aan internationale verbintenissen en de strijd tegen energiearmoede. Eind juli hadden Oudergem, de stad Brussel, Etterbeek, Elsene, Jette, Schaarbeek, Ukkel, Watermaal-Bosvoorde en Sint-Pieters-Woluwe hun advies overgemaakt aan de VSGB, die ze gebundeld heeft en per mail doorgestuurd heeft naar Leefmilieu Brussel. Algemeen gezien zijn de gemeenten tevreden met de ambitieuze doelstellingen die in het ontwerpplan vastgelegd zijn. Ze stellen zich evenwel vragen bij de werkbaarheid en budgettering van de maatregelen en acties uit het ontwerp. Aangezien de economische en budgettaire context momenteel ongunstig is, beklemtoont het advies dat alle beschikbare financieringsbronnen - waaronder ook Europese - aangesproken dienen te worden, teneinde het slaagpercentage van het plan bij de tenuitvoerlegging door de gemeenten op te krikken. Op 26 juni bood de dienst Duurzame Stad in samenwerking met de gemeente Watermaal-Bosvoorde een twintigtal ambtenaren uit Brusselse lokale besturen een bezoek aan om goede praktijken in de gemeente te bekijken. Op het programma stond een ontmoeting met de gemeentelijke tuiniers in het kader van het gedifferentieerde beheer van de groene zones, een rondleiding in de stedelijke boerderij Chant des Cailles, een stedelijk en participatief landbouwproject dat gekoppeld is aan een gemeenschappelijke tuin waar een zeventigtal tuiniers voor verantwoordelijk zijn. De groep ontdekte ook het ‘give-kot’, een soort kast in de openbare ruimte waarin men spullen die men niet meer nodig heeft, kan achterlaten voor anderen. Dankzij het bezoek aan het sportterrein met kunstgras dat aangelegd werd in de Natura 2000-zone van het plateau de la Foresterie, konden de deelnemers ten slotte zien hoe natuurbescherming en de organisatie van recreatieve activiteiten hand in hand kunnen gaan.
Save the date: vorming
“Gender & mobiliteit” Brussel Mobiliteit en de VSGB hebben het genoegen u uit te nodigen op een vorming in verband met gender en mobiliteit, op donderdag 12 november, van 9 tot 16 uur, in het CCN, Vooruitgangsstraat 80/1 te 1035 Brussel. De vorming kadert in de cyclus 2015 van het Brussels netwerk van mobiliteitsadviseurs (CeMA) en sluit aan bij die van 2014 (informatie, communicatie, participatie, animatie van vergaderingen en beheer van conflicten). Het feit dat gender belicht wordt op het vlak van transport, toont dat we te maken hebben met complexe aspecten, niet alleen met betrekking tot het begrip gender maar ook wat de mobiliteit betreft (vervoer en openbare ruimte), en inzicht in maar ook evaluatie van de behoeften van de gebruikers, in het bijzonder de vrouwen. Zowel op gewestelijk en gemeentelijk, maar ook op verenigingsniveau zien we uitdagingen en moeten wijzigingen doorgevoerd worden om te beantwoorden aan de behoeften van de vrouwen. Daartoe is bijzondere aandacht vereist van een groot aantal betrokkenen, maar ook inspanningen en politieke en sociale wil op langere termijn. Doelgroep Mobiliteitsadviseurs, preventiedienst, openbare werken, stedenbouw, gelijke kansen, Gewest, MIVB Programma & inschrijving (tot 30 september) op www.vsgb.be
26
Nieuwsbrief 2015/04
Mobiliteit Op 5 juni organiseerde de Vereniging samen met Brussel Mobiliteit de startvergadering van de werkgroep Verkeersveiligheid rond het thema 'verkeersveiligheid, een gedeelde verantwoordelijkheid'. Naast de presentaties over de nieuwe Directie Verkeersveiligheid van Brussel Mobiliteit, het project 'Voetgangersoversteekplaatsen met verkeerslichten in twee fasen’ en de strategie van staatssecretaris voor Verkeersveiligheid Bianca Debaets, werd er ook een interactieve workshop georganiseerd om een stand van zaken op te maken en de verwachtingen voor de volgende vergaderingen op te lijsten, zowel op het gebied van agendapunten als van organisatie. Op 12 juni werd onze adviseur Yves Englebin door de vereniging 'Rue de l’avenir France' uitgenodigd om een lezing te geven over de Belgische en meer bepaald de Brusselse ervaringen met speelstraten in het kader van een uitwisselingsdag over het thema 'Straten voor kinderen, straten voor iedereen' in het Maison des Acteurs du Paris durable.
Op 16 juni organiseerde de Vereniging in samenwerking met Brussel Mobiliteit de traditionele plenaire vergadering die het startschot vormt voor de week van de mobiliteit en de autoloze zondag.
Tijdens de vergadering van de Raadgevende Commissie voor het Wegverkeer (RCWV) van 14 juli werden verscheidene onderwerpen aangesneden in de marge van de analyse van de aanvullende regle menten. Denken we bijvoorbeeld aan de signalisatie van gedepenaliseerde leveringszones, de procedures om een parkeerplaats te reserveren voor personen met een handicap, het verbod op quads of de reglementering op de invoering van beperkt eenrichtingsverkeer bij werkzaamheden.
SEMAINE DE LA MOBILITÉ WEEK VAN DE MOBILITEIT 16 - 22.09.2015 WWW.MOBILMIX.BRUSSELS
15 ÈME/DE
/EDITIE ÉDITION
.09
20
RE S VOITU HE SAN G DIMANC ZONDA E Z LO O AUT
MIX #MOBIL
be mobilmi be.brussels
E.R./V.U. : Camille Thiry - Rue du Progrès 80 Vooruitgangstraat - Bruxelles 1035 Brussel - Exempté art. 198, 1° CDTD/ Vrijstelling art.198, 1° WDRT.
Op 15 juni organiseerde de dienst Duurzame Stad een vergadering ter evaluatie van de projecten ‘begeleide voetgangersrijen’ met de betrokken gemeenten. Die bood de gelegenheid om een reeks problemen te bespreken die de gemeenten en scholen ondervonden wanneer ze begeleide voetgangersrijen uitprobeerden. De grootste struikelblokken bleken duurzaamheid en financiering te zijn. De conclusies van de groep zullen als discussievoer dienen voor de denkoefening van het begeleidingscomité, dat bestaat uit de VSGB, Brussel Mobiliteit en het kabinet van de minister voor Mobiliteit, en in september samenkomt. In afwachting van de nieuwe projectoproep voor het schooljaar 20162017 (die begin 2016 zou moeten uitkomen) en om de aangevatte acties niet te fnuiken, werd beslist om de tests in 2015-2016 uitsluitend voort te zetten met de gemeenten en scholen die ook in 2014-2015 al meededen.
Gemeenten, politiezones en verschillende verenigingen die actief zijn op het vlak van mobiliteit, namen deel aan de ochtendpresentatie, die werd afgerond door minister Pascal Smet. Het was de gelegenheid bij uitstek om de grote lijnen voor te stellen van de communicatie en de evenementen tijdens de week van de mobiliteit (16-22 september) en de autoloze zondag (20 september).
An initiative of the
Nieuwsbrief 2015/04
27
De Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (VSGB) werft aan:
Directieassistent(e) (halftijds) Indiensttreding: oktober/november 2015
Aarlenstraat 53/ bus 4 - 1040 Brussel Tel 02 238 51 40 - Fax 02 280 60 90
[email protected] www.vsgb.be Redactie :
[email protected]
Nr 2015-04
Taken • De productie, verspreiding en archivering van informatie in goede banen leiden: o notuleren bij stafvergaderingen en overleg van de beleidsinstanties o diverse brieven opstellen, afwerken, verzenden en verder opvolgen • Telefonische oproepen filteren en prioriteren • De agenda, vergaderingen en verplaatsingen beheren • Afspraken maken en opvolgen met ministeriële kabinetten, schepenen en andere contacten • Ondersteuning bij de voorbereiding van begrotingen
Diploma • Diploma hoger secundair onderwijs met 5 jaar ervaring of bachelor met 3 jaar ervaring • Belangstelling voor onze instellingen (gemeente, gewest, federaal en Europa) Voorwaarden & procedure: zie www.vsgb.be > Actualiteit
September-oktober 2015 Directie : Corinne François
NIEUWE GEMEENTEWET - BRUSSELSE EDITIE -
Coördinatie : Philippe Delvaux Redactie : Emilie De Becker Malfait, Marc Cools, Barbara Decupere, Philippe Delvaux, Camille Lépinay, Juliette Lenders, Aurore Moerman, Hildegard Schmidt Vertaling : Liesbeth Vankelecom – An Baeyens – Hugues Moiny Secretariaat : Stéphanie Melkebeke Abonnementen : 02 238 51 49 –
[email protected] Publiciteit : Agenschap Publiest – 02 550 38 04 –
[email protected] U vindt ons nu ook op LinkedIn.com > VSGB Nieuwsbrief wordt gedrukt op 100% gerecycleerd papier Cette revue existe aussi en français. Si vous souhaitez recevoir le Trait d'Union contactez notre secrétariat :
[email protected] Sinds 2002 is Nieuwsbrief-Brussel integraal beschikbaar op www.vsgb.be Gepubliceerd met de steun van het Brussel Hoofdstedelijk Gewest, Belfius en Ethias
U bent mandataris, ambtenaar, betrokken bij het gemeenteleven of gewoonweg geïnteresseerd in gemeentelijke aangelegenheden. Maar kent u de organisatie en het werkingskader voldoende? è Koop onze Brusselse editie van de “Nieuwe Gemeentewet”
Inhoud Onze gecoördineerde Brusselse editie biedt u • de tekst die van toepassing is voor alle gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest • in een versie waarin alle opeenvolgende federale en regionale wijzigingen opgenomen zijn. Het toepassingsgebied van bepaalde wetsartikelen wordt gekoppeld aan verwijzingen naar • andere wetsteksten, • relevante rechtspraak
NGW
Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw
Formaat 2e papieren versie, bijgewerkt tot 1 mei 2015 • compact A5-formaat • handig • om overal mee te nemen
N GW
N ie uw e G em ee nt ew
et
Brus sels e edit ie
Nieuwe Gemeente wet
Nieuwsbrief
Contract van bepaalde duur voor 6 maanden. Aansluitend is een contract van onbepaalde duur mogelijk in geval van positieve evaluatie.
• 34 € (BTW in) voor onze leden (gemeenten, OCMW’s, intercommunales en instellingen aangesloten bij de VSGB) (dit voorkeurtarief geldt voor de instelling, diens mandatarissen en personeel) • 39 € (BTW in) voor niet-leden
Brusselse e ditie
Prijs
VERE NIGI NG
VAN DE STAD EN DE GEM EENT EN
Bestelling:
28
www.vsgb.be > Publicaties > Nieuwe Gemeentewet - tel. 02 238 51 49 Nieuwsbrief 2015/04
VAN HET BRUS SELS HOO FDST EDEL
IJK GEW EST VZW