liedbundel voor kinderen van 4-12 jaar
onder redactie van meesters in muziek: Frans Haverkort Rinze van der Lei Lieuwe Noordam
met dank aan: Chrystal Cochius, Hans van Eerden, Thea Endedijk, Pieter Jaap Idema, Frida de Koning, Marjanka van Maurik, Christiane Nieuwmeijer, Susan Overmeer, Marjo Schilling, Marinus Scholten, Theo Toenink, Ellen de Vugt, Hermien Wiechers.
Bij dit boek hoort een cd-rom met daarop opnames van het eerste couplet en eventueel het refrein van het lied. Via de website www.meestersinmuziek.nl zijn complete versies van de liederen te downloaden. Ook meezingversies en aanvullende cd’s zijn hier verkrijgbaar of te bestellen.
colofon Tweede versie, tweede druk Muzieknotatie: Hinke Noordam Grafisch ontwerp: Mariëtte Haverkort, Criterium, Arnhem Eindredactie: Marianne van Rijsewijk Illustraties: Heleen Brulot Druk: Geers Offset
© 2010 Stichting ter bevordering van de Muzikale Vorming Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Stichting ter bevordering van de Muzikale Vorming
ISBN 9 789080 497160
besteladres Bureau SMV, Postbus 71, 6120 AB Born, tel./fax : 0031 (0)46 785 05 62,
[email protected] of www.muzikalevorming.nl
voorwoord Eigen-wijs is een bundel met liederen voor kinderen van 4 - 12 jaar. Dit liedmateriaal is ook goed bruikbaar buiten het onderwijs. De bundel bevat ruim 250 liederen, verdeeld over alle groepen van het basisonderwijs. Bijna de helft hiervan is voorzien van didactische aanwijzingen en tips die gebruikt kunnen worden om het materiaal op een muzikale en aantrekkelijke manier aan te bieden. Wij hopen dat de gebruiker door deze aanwijzingen op te volgen zelf voldoende vaardigheden ontwikkelt om ook de andere liederen op een goede manier aan te bieden.
de cd-rom Achterin de bundel bevindt zich een cd-rom met mp3-bestanden waarop het eerste couplet plus eventueel het refrein wordt voorgezongen. Deze opnames zijn bedoeld als instructieversie en geven een goed beeld van de manier van zingen en begeleiden.
groepsaanduidingen Om de hanteerbaarheid van het boek te bevorderen zijn de liederen voorzien van de groepsaanduidingen 1-2, 3-4, 5-6 en 7-8. Deze indeling is gemaakt op grond van de belangstellingswereld van de kinderen en de natuurlijke mogelijkheden van de kinderstem. De aanduidingen zijn bedoeld als advies. Sommige liederen zijn ook goed te gebruiken in andere groepen.
het repertoire De bundel bevat een breed samengesteld liedrepertoire. Er zijn traditionele en eigentijdse liederen opgenomen en liederen in verschillende talen en uit verschillende culturen. Ook zijn liederen met verschillende functies toegevoegd: liederen over seizoenen en feesten, liederen die kunnen worden gebruikt bij het onderwijs vanaf groep 3-4 in de Engelse taal en verschillende speel- en dansliederen. Een deel van de liederen is thematisch geordend. Voor de jongste kinderen wordt ook aandacht geschonken aan muziek en beweging en het gebruik van materiaal. Meer liederen voor de jongste kinderen staan in de bundel ‘Kleuter-wijs’ van dezelfde uitgever. De keuze van de liederen is bepaald door kwaliteit, aantrekkelijkheid en bewezen waarde in de praktijk van de basisschool en is georiënteerd op veel en uiteenlopende bronnen. Veel van het liedmateriaal komt uit actuele liedbundels en methoden.
zingen De in de bundel genoteerde toonhoogte is meestal ook de juiste toonhoogte om het lied met kinderen te zingen. Afhankelijk van de zangkwaliteit van de groep kan het nodig of zinvol zijn om het lied lager of hoger te zingen. Bij het bepalen van de toonhoogte is ernaar gestreefd om het aantal voortekens te beperken, zodat de liederen eenvoudig te spelen zijn op melodie-instrumenten.
instrumentale begeleidingen Boven de liederen staan akkoordsymbolen om het de gebruiker gemakkelijk te maken als hij liederen wil begeleiden in de klas. Er is gekozen voor eenvoudige akkoorden om de gebruikswaarde ervan te vergroten voor bijvoorbeeld, gitaar, piano of keyboard.
Zwolle, januari 2009 Meesters in muziek (samenstelling en redactie) Frans Haverkort, Rinze van der Lei en Lieuwe Noordam.
Frans Haverkort is hoofdvakdocent opleiding docent muziek aan het ArtEZ Conservatorium te Zwolle. Daarvoor was hij docent muziek aan de lerarenopleidingen basisonderwijs van de hogescholen Windesheim te Zwolle en Iselinge te Doetinchem en vakspecialist muziek in het basisonderwijs.
Rinze van der Lei heeft een coördinatorfunctie aan de lerarenopleiding basisonderwijs van de hogeschool Windesheim te Zwolle. Daarvoor was hij leerplanontwikkelaar/ projectleider bij de SLO en docent muziek aan de hogeschool Windesheim te Zwolle.
Lieuwe Noordam is docent muziek aan de lerarenopleiding basisonderwijs van de hogeschool Windesheim te Zwolle en hoofdvakdocent opleiding docent muziek aan het Prins Claus Conservatorium te Groningen. De auteurs vormen met z’n drieën de ‘Meesters in muziek’. Naast Eigen-wijs en Kleuter-wijs ontwikkelden zij o.a. Muziek Meester 1 en 2 (handboek voor muziek voor de pabo, 2005), Moet je doen – muziek voor de basisschool (2007) en diverse cd’s met liedmateriaal bij Eigen-wijs en Kleuter-wijs.
Eigen-wijs met kleuters Er is een groot verschil tussen het aanleren van een lied aan kleuters en het aanleren van een lied aan oudere kinderen. Deze verschillen hebben te maken met de context waarin het lied klinkt, de centrale plaats voor ondersteunende bewegingen, het materiaalgebruik, het meezingen door de leerkracht en het aantal herhalingen van het lied. context Plaats de liederen altijd in een betekenisvolle context. Zo spelen de kinderen bijvoorbeeld in een liedje over de herfst een rol in een herfstverhaal. Doe daarbij een beroep op de fantasie en verzin er eventueel zelf activiteiten bij. Gaat het liedje over een bakker, dan zijn de kinderen de bakker die iets gaat beleven. Bij kleuters gaat het altijd om meer dan alleen een liedje aanleren.
beweging Er is geen muziekles aan jonge kinderen waarin niet wordt bewogen! Ook bij het aanleren van een nieuw lied neemt de beweging een belangrijke plaats in. Bij het lied ‘Keteltje’ bewegen de kinderen met de tekst van het lied mee, bij ‘ Ik ben een indiaan’ sluipen en stampen ze rond de totempaal.
materiaal Gebruik tijdens de (spel-/muziek)les met kleuters materiaal zoals hoepels en stokken. Dit materiaal kan een enorme stimulans zijn voor de bewegingsdrang van kinderen. Er vindt bovendien tegelijk een muzikale en sensomotorische ontwikkeling plaats. Zorg daarbij ook voor aanschouwelijk materiaal. Bij de meeste liedjes past een voorwerp, tekening of plaatje. Of het nu om de post van de postbode gaat, (Brievenbusblues), de voorwerpen bij ‘Wat ligt daar voor een ding’ of takken en herfstblaadjes bij ‘Herfst is weer gekomen’.
21
groep 1 2 s p el
wakker worden! tekst en muziek: Geeske track 1
24
Nijdam
groep 1 2 spel
ik loop mijn eigen weggetje tekst en muziek: Petra Polman Tuin track 2
aanleren spel met pittenzakken Verspreid op de vloer van het speellokaal ligt een aantal pittenzakken. Zing het lied voor of gebruik de opname. • Loop tussen de pittenzakken door en zing het lied voor of laat de opname horen. Ga precies op het woord ‘zitten’ op een pittenzak zitten. •
Herhaal het lied. Eén kind volgt het voorbeeld maar kiest een ‘eigen weggetje’.
• Het lied klinkt net zo vaak tot alle kinderen op een pittenzak zitten. • Als iedereen op een pittenzak zit, zingen alle kinderen het lied.
zingen en lopen De kinderen starten allemaal tegelijkertijd en lopen al zingend tussen de pittenzakken door. Aan het eind van het lied zoeken ze hun eigen pittenzak weer op en gaan op het juiste moment zitten. (Naar een idee van Petra Polman Tuin, uit: De taal van muziek en materiaal.)
25
groep 7 8
sing a song tekst en muziek: Kees van Damme trac tr ack 250 k 250
367