Lesboek
Lesboek Junior
Diploma Veilig Internet Junior Lesboek
© copyright
Het Diploma Veilig Internet en het intellectueel eigendom Het lesmateriaal van het Diploma Veilig Internet kan gratis worden gedownload vanaf de website: www.diplomaveiliginternet.nl. Dit betekent echter niet dat het materiaal helemaal rechtenvrij is geworden. Het lesmateriaal wordt vrijgegeven door middel van een zogenaamde Creative Commons licentie. Er zijn verschillende licenties die de gebruiker verschillende rechten geven. Voor het Diploma Veilig Internet is gekozen voor de licentie: NaamsvermeldingNietCommercieel-GeenAfgeleideWerken. Dit betekent dat de gebruiker het werk onbeperkt mag kopiëren, verspreiden, tonen en op- en uitvoeren. Maar de gebruiker mag het werk niet voor commerciële doeleinden gebruiken en de gebruiker mag het werk ook niet bewerken. De voorwaarden staan hieronder vermeld. De volledige tekst van de licentie is te vinden op www.creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/2.5/nl/legalcode.
Naamsvermelding-NietCommercieel-GeenAfgeleideWerken 2.5 Nederland De gebruiker mag: • het werk kopiëren, verspreiden, tonen en op- en uitvoeren • Onder de volgende voorwaarden: Naamsvermelding. De gebruiker dient bij het werk de door de maker of de licentiegever aangegeven naam te vermelden. Niet-commercieel. De gebruiker mag het werk niet voor commerciële doeleinden gebruiken. Geen Afgeleide werken. De gebruiker mag het werk niet bewerken.
• Bij hergebruik of verspreiding dient de gebruiker de licentievoorwaarden van dit werk kenbaar te maken aan derden. • De gebruiker mag uitsluitend afstand doen van een of meerdere van deze voorwaarden met voorafgaande toestemming van de rechthebbende. Het voorgaande laat de wettelijke beperkingen op de intellectuele eigendomsrechten onverlet. Dit is de vereenvoudigde (human-readable) versie van de volledige licentie.
Inhoudsopgave
Inhoudsogave Dit zijn wij
5
Sem 5 Nienke Erik 6 Shanti
1
2
3
5 6
Ik surf veilig
7
1.1. Ik surf veilig 1.2. Wat is internet? 1.3. Leuke websites 1.4. Wie komen er op internet? 1.5. Niets is geheim 1.6. Mail 1.7. Eigen e-mailadres 1.8. Spam 1.9. Nep 1.10. Virus
7 7 8 9 9 10 10 11 12 12
Is alles waar?
14
2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6.
14 14 15 16 17 18
Is alles waar? Waar of niet waar? Reclame GRATIS Net alsof Foto
Speurneuzen
20
3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 3.8.
20 20 22 22 23 24 25 25
Zoeken op internet Zoekwoorden Gokje Startpagina’s Wikikids Afbeeldingen zoeken Dubbele betekenis Niet voor kinderen
Je bent nu hier: Lesboek - bladzijde 3
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
4
5
6
Persoonlijk?
27
4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5.
27 28 29 29 30
Persoonlijk? Wie ben jij online? Profielsites Foto Wachtwoord
Digitaal pesten
33
5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7.
33 33 34 34 36 36 37
Digitaal pesten Is digitaal pesten anders dan gewoon pesten? Kraken om te pesten Foto Saai Wegwezen Help
Internet is Cool!
39
6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5.
39 39 40 41 42
Internet is Cool! Stel je voor Allerbelangrijkst Tips van Sem, Nienke, Shanti en Erik Toets
Moeilijke woordenlijst
43
Colofon
46
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk
- bladzijde 4
Inleiding
Dit zijn wij Sem Hoi, ik ben Sem. Ik zit op voetbal en ben fan van Oranje. Het liefst speel ik buiten. Meestal ben ik aan het voetballen met vrienden. Op internet speel ik het liefst voetbalgames. MSN heb ik niet. Ik heb wel een eigen profiel website. Daar staat natuurlijk heel veel op over voetbal en daar ben ik vrienden met heel veel andere jongens die van voetbal houden. Ik weet nog niet zo heel veel van internet. Vooral het zoeken naar informatie vind ik lastig. Als ik een website zoek, kan ik nooit de goeie vinden. Gelukkig willen Nienke, Erik en Shanti me dan wel helpen. CU (betekent ‘ik zie je’ volgens Erik)
Nienke Hi, ik heet Nienke. Mijn bijnaam is teigetje. Ik zit heel veel op MSN en op m’n profielsite. Dan chat ik met vriendinnen uit m’n klas. Ik heb ook een paar mensen op MSN die ik ken van vakantie. Ik zit op streetdance. Op internet kun je veel vinden over streetdance. De dansschool waar ik les heb heeft een eigen website. Je kunt ook veel informatie vinden over de dansen en over wedstrijden. Oja, ik heb een eigen mobieltje. Ik moet het beltegoed wel zelf betalen, dat is dan wel weer een beetje jammer. Nu heb ik wel genoeg verteld. Grtz (betekent groetjes) Nienke
Je bent nu hier: Lesboek - bladzijde 5
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Erik Heay, ik ben Erik. Nickname Wizzy. Ik weet alles van internet. Echt waar. M’n moeder werkt bij een computerbedrijf en heeft me alles geleerd. Ik kan zelfs m’n eigen computer bouwen. Soms ga ik met vrienden buiten spelen, maar meestal ben ik bezig met de computer. Of met een robot die ik kan programmeren. Op internet speel ik het liefst spelletjes met vrienden. Als ik uit school kom ga ik gelijk op de computer. Dan spreek ik af met anderen op MSN of we gaan met zijn allen online een game spelen. Wizzy Erik
Shanti Shanti is de naam. MissShnt eigenlijk. Zo heet ik op internet. Ik surf niet zo heel veel op internet. Ik vind het een beetje eng. Je weet nooit wat of wie je tegenkomt. Het liefst zit ik samen met vriendinnen te internetten. Dat is veel leuker dan in je eentje. Weet je wat leuk is op internet? Fanclubs. Van elke band of popster is wel een fanclub of een profielsite gemaakt. Je kunt dan leuke foto’s downloaden of nieuwe muziek luisteren. Als je goed zoekt kun je zelfs fimpjes van concerten bekijken. Bye MissShnt
Je bent nu hier: Lesboek - bladzijde 6
Ik surf veilig
1
Ik surf veilig
1.1. Ik surf veilig Deze lessen gaan over veilig internetten. Je leert hoe je moet zoeken op internet. Waar je op moet letten, zodat je geen gekke dingen tegenkomt op internet. En dat je moet oppassen wat je zegt op internet.
1.2. Wat is internet? Internet is een grote bibliotheek. In de bibliotheek staan allemaal boeken met bladzijden en op internet staan allemaal websites met webpagina’s. De websites staan op grote computers. Zo’n speciale computer wordt een server (spreek uit: surver) genoemd. De servers staan over de hele wereld, net zoals er overal bibliotheken zijn. Alle servers zijn met elkaar verbonden door grote kabels en satellieten. Elke website is een boek op internet. Je kunt door het boek bladeren met een browser (spreek uit: brouwser). Bijvoorbeeld Internet Explorer of Firefox.
Moeilijke woorden kun je terugvinden op bladzijde 43
Er zijn nog veel meer verschillende browsers. Bijvoorbeeld Google Chrome, Firefox of Netscape.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 1 - bladzijde 7
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
1.3. Leuke websites Veel kinderen hebben favoriete websites. De één kletst met vriendinnen op MSN, de ander werkt elke dag even zijn Hyves bij. Weer een ander speelt het liefste spelletjes. Internet is niet alleen handig om met anderen te kunnen kletsen of spelletjes te spelen. Internet is ook een grote bron van informatie. Over elk onderwerp is informatie te vinden. In hoofdstuk 3 leer je hoe je de informatie kunt opzoeken.
Profielwebsites zijn bijvoorbeeld hyves.nl, cu2.nl, kindertent.nl
Wat doe jij het liefste op internet? Wat vind je het minst leuk op internet? Wat doe je als je iets tegenkomt wat je niet leuk vindt?
Maak opdracht 1 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 1 - bladzijde 8
Ik surf veilig
1.4. Wie komen er op internet? Welke mensen komen op internet? Iedereen kan op internet komen. Als je maar een computer hebt met een internetverbinding. Dat betekent dat leuke, gezellige en lieve mensen op internet zitten. Maar dat betekent ook dat de niet zo leuke, vervelende en boze mensen op internet zitten. Soms weet je niet met wie je te maken hebt. Dat is ook zo met websites. Iedereen, ook kinderen, kan zelf een website maken. Zo kun je hele leuke websites tegenkomen, maar ook heel vervelende websites. Of websites waarop dingen staan die niet waar zijn. Hierover leer je meer in hoofdstuk 2.
1.5. Niets is geheim Nienke doet soms beetje domme dingen op internet. Zo heeft ze eens een berichtje op de Hyves van Sem achtergelaten, waarin ze haar nieuwe telefoonnummer schreef. Wat ze niet wist is dat de Hyves van Sem voor iedereen te lezen is. Iedereen die op de pagina van Sem komt kan dus haar telefoonnummer lezen. Nienke kreeg een telefoontje van iemand die ze niet kende. De jongen vroeg of ze verkering wilde. Even later kwam ze erachter dat de jongen het telefoonnummer bij Sem had zien staan. Oei, niet zo slim dus! Eigenlijk is niets wat je op internet vertelt geheim. Er zijn altijd anderen die mee kunnen kijken of iets kunnen doorgeven. Pas daarom heel goed op wat je zegt en doet op internet.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 1 - bladzijde 9
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
1.6. Mail Weet je wat het woord e-mail betekent? E-mail betekent Electronic Mail, dat is Engels In het Nederlands betekent het elektronische brief. E-mail verstuur je via internet. Je hebt een e-mail adres nodig om te kunnen mailen. Dit kan gratis bij bijvoorbeeld gmail.com, live.nl of hotmail.com.
1.7. Eigen e-mailadres Om gebruik te kunnen maken van MSN, moet je een Windows Live ID aanmaken. Dit kun je doen via www.passport.net. Heb je al een e-mailadres? Dan kun je die gebruiken voor je Windows Live ID.
Veel kinderen hebben een eigen e-mailadres. Wel zo handig om te kunnen mailen, MSN-en en accounts aan te maken. Onthoud wel altijd goed de wachtwoorden die bij de accounts horen. Hoe je een goed wachtwoord kunt bedenken, leer je in hoofdstuk 4.
Als je een eigen e-mailadres hebt, aan wie geef je dit adres dan wel of juist niet door? Wil je dat iedereen je kan e-mailen? Of hou je je mail alleen voor vrienden, bekenden en familie?
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 1 - bladzijde 10
Ik surf veilig
Je e-mailadres is privé. Het is van jou en van niemand anders. Je wilt vast niet dat anderen je wachtwoord kraken of dat je ongewenste mail ontvangt. Bijvoorbeeld spam (reclame) of een hoax (doorstuurmailtjes / nepwaarschuwingen).
Gebruik een tweede e-mailadres als ‘spamadres’
Maak opdracht 2 in het werkschrift
1.8. Spam Spam zijn reclame mailtjes. Je hebt niet gevraagd om de reclame, maar je krijgt het wel. Erik krijgt vaak spam. In de reclame staat dat hij pillen kan bestellen of een verzekering kan afsluiten. Meestal zijn de mails in het Engels. Erik gooit de mails altijd weg. Shanti ontving een mailtje waarin stond dat ze gratis een aantal tijdschriften uit mag proberen. In het bericht stond dat ze zich moest opgeven door naar een website te gaan en daar haar gegevens in moest vullen. Er stond ook in dat ze het bericht aan zoveel mogelijk mensen moest doorsturen. Het bericht bleek nep te zijn. De website bleek een nep-website te zijn. De e-mail adressen werden op deze manier verzameld en doorverkocht. Iedereen kan spam ontvangen. Erik en Shanti kunnen wel een paar dingen doen om ervoor te zorgen dat ze minder spam ontvangen. • Geef je e-mailadres niet door in berichten, gastenboeken of krabbels die iedereen kan lezen. • Geef je e-mailadres niet door op websites. Bijvoorbeeld een spelletjes website. • Geef je e-mailadres niet aan vreemden.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 1 - bladzijde 11
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Downloaden: iets van internet op je eigen computer zetten
Tip
1.9. Nep Nepberichten (in het Engels: hoax, spreek uit als hooks) worden heel veel verstuurd. Sem kreeg een mailtje waarin stond dat een meisje vermist is. Hij moest het mailtje zo snel mogelijk aan 10 mensen doorsturen. Als hij dat niet zou doen, dan zou het meisje dood gaan. Sem schrok van het mailtje. Samen met zijn moeder ging hij op internet zoeken of het bericht echt waar is. Het bleek helemaal niet waar te zijn. Het mailtje wordt al 3 jaar lang doorgestuurd op internet. Het meisje waar het over gaat bestaat helemaal niet. Stuur nepberichten NIET door.
1.10. Virus Heel belangrijk! Een goede virusscanner! Nog belangrijker! Laat de virusscanner dagelijks updates ophalen. Dan is je computer elke dag beschermd tegen de allernieuwste virussen.
Een virus is een klein programmaatje dat stiekem op je computer wordt gezet. Het virus kan bijvoorbeeld je computer kapot maken of kan allerlei bestanden op jouw computer doorgeven aan andere mensen. Hoe kom je aan een virus op de computer? Dat kan op heel veel manieren. Je kunt bijvoorbeeld een e-mail ontvangen met een bijlage. Als je op de bijlage klikt, dan wordt het virus stiekem op je computer gezet. Maar het kan ook door gewoon op internet te surfen. Bijvoorbeeld als je op een link klikt of als je een spelletje of plaatje downloadt.
Maak opdracht 3 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 1 - bladzijde 12
Ik surf veilig
Weetjes De eerste computer was zo groot als een heel klaslokaal. Internet is gemaakt door het Amerikaanse leger. Zij wilden hiermee de geheimen heel snel, maar toch veilig door kunnen geven aan elkaar. Het allereerste virus was een pingpongballetje dat door het beeld heen stuiterde. Verder deed het virus niets, vervelend was het natuurlijk wel. In 1977 was er een meneer van een groot computerbedrijf die dacht dat niemand thuis een computer wilde hebben. (Bron: www.computerflaters.nl )
Cyberkids Samira, 12 jaar: ‘Ik zit heel veel op internet. Ik hou m’n Hyves bij en op MSN klets ik met vriendinnen uit de klas. Ik ben zelf een website aan het maken over dieren. Een eigen website maken is echt vet cool.’ Esmee, 11 jaar: ‘Ik kijk heel veel op youtube. Dat is een website waar je filmpjes kunt bekijken. Ik zoek dan altijd naar funny cats. Dat zijn humorfilmpjes over katten. Maar je moet wel oppassen wat je zoekt op youtube. Er staan ook filmpjes met blote meiden op.’ Yannick, 9 jaar: ‘Ik speel veel voetbalspelletjes op internet. Het meest vervelende op internet vind ik de reclame die overal staat. Dat je ergens op moet klikken en dan iets kan winnen. Ik trap er niet meer in.’ Melanie, 9 jaar: ‘Ik doe nog niet zo veel op internet. Ik heb wel een eigen e-mailadres en een eigen profielsite. Maar daar kijk ik bijna nooit naar. Ik vind turnen veel leuker dan stil zitten achter de computer.’ Fabiën, 11 jaar: ‘Ik heb alle leuke sites in mijn favorieten gezet. Zo kan ik er lekker snel naar toe surfen.’
Meer weten? Www.diplomaveiliginternet.nl www.steffie.nl
De website van het Diploma veilig internet uitleg hoe internet en e-mail werkt.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 1 - bladzijde 13
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
2 Is alles waar? 2.1. Is alles waar? Op internet staat heel veel. Maar is alles wat er staat ook echt waar? Soms weet je niet zeker of iets waar is. Iedereen die een beetje kennis heeft van computers kan een eigen website maken. Ook jij kunt heel makkelijk een eigen website maken met de Websitemaker van Kennisnet. Dat betekent dat iedereen van alles op internet kan zetten. De informatie hoeft niet te kloppen. Er is geen grote baas van internet die controleert of alle informatie echt waar is. Er zijn ook websites waar van alles beloofd wordt. Bijvoorbeeld dat je gratis ringtones krijgt voor je mobieltje. Of dat je een prijs kunt winnen als je je gegevens invult.
2.2. Waar of niet waar? Hoe weet je nu zeker of iets waar is of niet? Dat is best lastig. Je moet het controleren. Dat kun je doen door drie of vier websites te zoeken waar de informatie op staat die je zoekt. Als op al die websites hetzelfde staat, is de kans groot dat het waar is. Hoe je dat kunt doen en goed kunt leren zoeken, leer je in hoofdstuk 3.
Maak opdracht 4 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 2 - bladzijde 14
Is alles waar?
2.3. Reclame Overal op internet staat reclame. Soms heb je het niet eens door dat het reclame is. Op heel veel spelletjessites staat reclame. En ook op MSN of Hyves staat reclame. Natuurlijk willen de makers van de reclame dat je er op klikt. Daar verdienen ze geld mee. Of ze willen dat je iets gaat kopen via hun website.
Banner. Dit is een reclameblok op een website. Meestal met bewegende beelden.
Kun jij een voorbeeld geven: op welke websites zie je reclame en waar gaat de reclame over? Je kunt ook reclame tegenkomen die niet bedoeld is voor kinderen. Bijvoorbeeld een reclamevenster met blote mensen. Soms komt zo’n venster ineens op je scherm. Of word je zelfs gelijk naar de website doorgestuurd. Heel vervelend. Vertel het je ouders of juf/meester dat je zoiets gezien hebt. Klik het daarna weg. Ben jij wel eens vreemde reclame tegengekomen? Reclame of vensters waar je niets van begreep?
Pop up. Dit is een reclameblok dat opent in een nieuw venster.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 2 - bladzijde 15
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
2.4. GRATIS Kom je ze wel eens tegen? Reclame waarin staat dat je iets GRATIS kunt krijgen. Geloof het maar niet. Het kan zijn dat je iets gratis krijgt, maar daarna wel moet gaan betalen. Dit kan bijvoorbeeld bij ringtones. De eerste krijg je gratis, maar daarna krijg je elke week een ringtone waar je wel voor moet betalen.
Bel niet naar een 09-nummer. Vraag altijd je ouders om toestemming als je wilt gaan bellen.
Maar wat zijn dan de dingen die geld kunnen kosten op internet? Bijvoorbeeld: • Ringtones • Credits (punten voor een spel) • Spelletjes • Emoticons (voor MSN) • Muziek Nienke kwam zo’n site met gratis ringtones tegen. Dat wilde ze wel proberen. De eerste ringtone was gratis. Twee dagen later kreeg ze weer een ringtone. Deze keer kostte de ringtone € 1,50. Samen met haar vader zocht ze op de website van de aanbieder hoe dat kon. Het bleek dat ze zich heeft aangemeld voor een abonnement. Dat betekent dat je de eerste ringtone gratis krijgt, maar daarna drie keer in de week een ringtone die € 1,50 kost. Ze kon zich pas na een maand weer afmelden. Ze moest dus vier weken lang betalen.
Maak opdracht 5 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 2 - bladzijde 16
Is alles waar?
2.5. Net alsof Ken je het sprookje ‘Roodkapje’. In het sprookje doet een wolf net alsof hij de grootmoeder van Roodkapje is. Of de boze stiefmoeder, verkleed als lief oud vrouwtje, die sneeuwwitje een vergiftigde appel geeft. Zo zie je maar, iemand kan zich heel anders voordoen. Dat is op internet ook zo. Op internet kan iemand heel leuk zijn. Of iemand zegt 12 jaar te zijn. Maar je weet niet zeker of iemand in het echt leuk en 12 jaar oud is. Mensen kunnen zich op internet heel anders voordoen. Shanti heeft een eigen Hyves. Ze heeft daar een leuke foto van zichzelf op gezet. Ze kreeg een bericht van iemand die vertelde dat hij voor een modellenbureau werkte. De meneer wilde graag foto’s van Shanti. En hij nodigde Shanti uit om naar de studio te komen om foto’s te nemen. Shanti vond het erg leuk natuurlijk. Ze schreef terug dat ze het graag wilde, maar dat haar moeder ook mee zou komen. Dat vond die meneer niet goed. Haar moeder mocht niet mee. Shanti en haar moeder vonden dat natuurlijk heel vreemd. Ze zijn maar niet gegaan. De moeder van Shanti dacht dat die meneer misschien helemaal niet zo vriendelijk zou zijn. En dat zou natuurlijk zomaar kunnen.
Spreek nooit met iemand af die je alleen van internet kent. Vertel het altijd aan je ouders als iemand op internet jou wil ontmoeten.
Vertrouw niet op de foto die iemand op internet heeft gezet. Het hoeft niet zijn eigen foto te zijn. Het kan een foto zijn van iemand anders.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 2 - bladzijde 17
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Voeg alleen kinderen toe op Hyves of MSN die je echt kent. Bijvoorbeeld van school, de sportclub, vakantie.
2.6. Foto Heb jij wel eens een foto van jezelf op internet gezet? Veel kinderen zetten een foto van zichzelf op internet. Bijvoorbeeld op hun Hyves. Waar je op moet letten als je een foto op internet zet leer je in hoofdstuk 4. Wist je dat mensen ook wel eens foto’s van anderen gebruiken. En dan wel zeggen dat het een foto van zichzelf is. Als je iemand nooit in het echt gezien hebt, weet je niet hoe iemand er uit ziet. Het kan dus dat iemand van 18 jaar een foto van een ander van 12 jaar gebruikt. Of dat iemand van 12 jaar een foto van iemand van 18 jaar gebruikt. Pas daarom op met wie je gaat kletsen op internet. Je weet nooit zeker wie er aan de andere kant zit.
Je kunt ook voor de gek gehouden worden met foto’s. Een foto kun je namelijk bewerken. Je kunt een foto dan veel mooier maken. Of je kunt iemand uit een foto knippen en in een andere foto plakken. Reclamemakers bewerken heel vaak hun foto’s. Zo maken ze mensen of dingen mooier dan ze in het echt eigenlijk zijn.
Maak opdracht 6 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 2 - bladzijde 18
Is alles waar?
Weetjes Het is slim om twee e-mailadressen te hebben. Eentje die je altijd gebruikt en doorgeeft aan bekenden. En eentje die je bijvoorbeeld gebruikt om je aan te melden bij een website. Als je op het tweede adres e-mail krijgt die je niet wilt, gebruik je het adres niet meer. Dan neem je gewoon een ander adres. Wist je dat volwassen mensen de nepberichten heel vaak geloven? Ze sturen ze dan aan iedereen door. Niet zo slim natuurlijk. Vertel jij die volwassenen maar eens hoe het echt zit met al die nepberichten. Internet staat bomvol met reclame. Ook spelletjes kunnen reclame zijn. Kijk maar eens goed als je een spelletje speelt. Zie je daaromheen reclame? Of in het spel zelf zit reclame.
Cyberkids Serena, 10 jaar: ‘Mijn ouders moesten eens heel veel betalen voor de telefoon. Ik had een spelletje gespeeld en de computer laten aanstaan. Ik had voor een code gebeld. Voor die code moet je betalen. Dat wist ik niet eens. Toen moesten we wel alles betalen.’ Yorn, 11 jaar: ‘Ik had leuke foto’s van mezelf op internet gezet. Een vriendje wilde een grap uithalen. Die heeft de foto bewerkt en toen weer op internet gezet. Nu krijg ik die foto niet meer weg. Ik zet nu alleen nog kleine fotootjes op internet. Die kan hij niet bewerken, die zijn te klein.’
Meer weten? www.diplomaveiliginternet.nl www.gebouw13.nl
info kinderen detective spel
Pop-up killers: http://toolbar.MSN.nl http://toolbar.Google.com/intl/nl
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 2 - bladzijde 19
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
3
Speurneuzen
3.1. Zoeken op internet Nog meer zoekmachines zijn bijvoorbeeld: Ilse.nl, netwijs.nl, yahoo.nl.
Zoeken op internet kan best moeilijk zijn. Er zijn miljoenen websites. Waar moet je dan beginnen met zoeken. Daar is iets op bedacht. Dit zijn de zoekmachines. Bijvoorbeeld Google.nl of Davindi.nl. Er zijn ook webpagina’s die vol staan met adressen naar andere webpagina’s. Zo’n adres waar je op kunt klikken noemen we een hyperlink. Een pagina vol met hyperlinks heet een startpagina. Bijvoorbeeld kinder.startpagina.nl.
3.2. Zoekwoorden Je moet de zoekmachine vertellen naar welk woord hij moet zoeken. Sem zoekt bijvoorbeeld informatie over dinosaurussen voor zijn spreekbeurt. Hij typt het woord ‘dinosaurus’ in. Google vindt alle webpagina’s waar het woord ‘dinosaurus’ in voorkomt. Hij vindt al snel een paar websites waar hij veel informatie kan vinden. Eigenlijk wil Sem de spreekbeurt over één soort dinosaurus houden. Over de T-rex.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 3 - bladzijde 20
Speurneuzen
Hij zoekt opnieuw en typt het woord ‘T-rex’ in. De zoekmachine laat nu alle webpagina’s zien waar dat woord op staat. Er is een klein probleempje. Er zitten heel veel Engelse websites bij. Die kan Sem niet lezen. Hij klikt onder de zoekregel op ‘pagina’s uit Nederland’. En zoekt nog een keer. Zo, nu is hij die Engelse sites tenminste kwijt. Sem kijkt de lijst eens door. Er staat een website bij van een transportbedrijf. En een website over modelbouw. Die zoekt hij ook niet. Sem typt de woorden ‘Dinosaurus T-rex’ in. Dan gaat het al beter. De websites met modelbouw zijn dan verdwenen. Sem wil weten hoe groot de tanden van de T-rex waren. Hij typt de woorden ‘Dinosaurus t-rex tanden’ in. Hij vindt nu heel snel informatie over de tanden van de T-rex.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 3 - bladzijde 21
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Sem ziet ineens dat er kant en klare spreekbeurten op internet staan over dinosaurussen. Hij denkt even na. Zou hij niet makkelijker zo’n spreekbeurt printen en gebruiken? Dat zou hij kunnen doen. Maar hij kan het beter niet doen. Er kunnen bijvoorbeeld fouten in staan of dingen die niet waar zijn. Dan krijgt hij misschien een onvoldoende omdat de informatie niet klopt. Maar wat denk je, zou de juf of meester ook kunnen zoeken op internet? Ja dus! En als de juf of meester dat doet, dan weet ze direct dat je het van internet hebt gehaald.
3.3. Gokje Je kunt ook zoeken door een internetadres te gokken. Je typt dan het adres in en hoopt dat het de website is die je zoekt. Vaak is het dan toch niet de website die je zocht. Shanti was op zoek naar informatie over olifanten. Ze typt www.olifant.nl in. Hé, dat is een website van een sigarenfabriek. Dat zoekt ze natuurlijk niet.
Er zijn veel verschillende startpagina’s. Bijvoorbeeld startpagina.nl en startkabel.nl.
Kijk eens op www.pagina.nl. Daar staan alle startpagina’s op alfabet.
Je kunt dus beter zoeken via een zoekmachine of een startpagina. Want als je zomaar wat intypt, kun je ook op websites terechtkomen die niet bedoeld zijn voor kinderen.
3.4. Startpagina’s Een pagina vol met links naar andere webpagina’s heet een startpagina. Ze zijn heel handig. Want je kunt een startpagina over één onderwerp opzoeken. De links die daar op staan hebben allemaal met het onderwerp te maken. Bijvoorbeeld dinosaurus.startpagina.nl en olifanten.startkabel.nl.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 3 - bladzijde 22
Speurneuzen
3.5. Wikikids Wikikids is een encyclopedie voor kinderen, gemaakt door kinderen. Je kunt er informatie vinden over verschillende onderwerpen. Nog leuker, je kunt zelf meedoen. Door zelf informatie te schrijven over een onderwerp en dat op de website te plaatsen. Shanti zocht op wikikids.nl naar informatie over olifanten. Ze vond genoeg informatie om verder te kunnen met haar spreekbeurt.
Maak opdracht 7 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 3 - bladzijde 23
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
3.6. Afbeeldingen zoeken Je mag niet zomaar afbeeldingen van internet gebruiken. Vraag toestemming aan de eigenaar van de website.
Op internet kun je heel veel afbeeldingen vinden. Er zijn websites waar je op afbeeldingen kunt zoeken. Bijvoorbeeld via Google.nl of Ilse.nl. Sem zoekt afbeeldingen van een T-rex voor zijn spreekbeurt. Hij zoekt met Google op Afbeeldingen. Hij gebruikt de zoekwoorden ‘Dinosaurus T-rex’.
Let op! Gebruik goede zoekwoorden. Het liefst twee woorden. Het kan gebeuren dat je afbeeldingen vindt waar je niet naar op zoek was. Dat overkomt iedereen wel eens. Vertel het je ouders of op school de juf/meester. Probeer het daarna nog eens met andere zoekwoorden.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 3 - bladzijde 24
Speurneuzen
3.7. Dubbele betekenis Ken jij een woord dat meerdere betekenissen heeft? Neem nu het woord BANK. Je hebt een bank waar je op kunt zitten. Een bank waar je je spaargeld naar toe brengt. Het kan gebeuren dat je afbeeldingen tegenkomt waar je niet naar op zoek was. Dit komt meestal omdat woorden dubbele betekenissen kunnen hebben. Gebruik daarom altijd twee zoekwoorden. Dan heb je meer kans dat je afbeeldingen vindt waar je naar op zoek bent.
3.8. Niet voor kinderen
Maak opdracht 8 in het werkschrift
Er zijn websites en afbeeldingen die niet bedoeld zijn voor kinderen. Je kent het vast wel. Je surft op internet, klikt ergens op en ineens ben je op een website die niet voor kinderen is bedoeld. Dit kunnen websites zijn met blote mensen of geweld. Als je zo’n website tegenkomt kun je het beste een volwassene vragen om mee te kijken. Vertel hoe je op de site terecht bent gekomen. Je kunt er vaak niets aan doen. Erik heeft een paar tips om te voorkomen dat je op dit soort websites terechtkomt. • Gebruik altijd twee of meer zoekwoorden • Stel het zoekfilter van de zoekmachine in (Erik legt op www.diplomaveiliginternet.nl uit hoe dat moet.) • Klik niet op een link die je niet vertrouwt • Klik niet op reclame
Maak opdracht 9 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 3 - bladzijde 25
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Weetjes Eigen startpagina Je kunt een eigen startpagina maken. Op zo’n pagina kun je al jouw favoriete websites zetten. Dan hoef je nooit meer te zoeken. Je gaat gewoon naar je startpagina toe. Zo’n pagina kun je maken op www.yurls.net, www.mypip.nl, www.eigenstart.nl. Hoe oud is Google? Google is in 1998 gemaakt door twee mensen van een universiteit in Amerika. Hoe oud ben jij? Google is dus niet eens zo oud. En toch kunnen we niet meer zonder. Wikikids Wikikids is een bibliotheek voor kinderen op internet. Die bibliotheek moet gevuld worden. Dit doen kinderen zelf. Jij kunt ook helpen. Kijk op www. wikikids.nl en klik op ‘Hulp bij meehelpen’.
Cyberkids Manouk, 12 jaar: ‘Op internet had ik gelezen dat de Olympische spelen in het jaar 724 werden gehouden. Dus dat had ik opgeschreven voor mijn werkstuk. Dat was helemaal fout. Het stond gewoon fout op die website. Het moest 776 voor Christus zijn.’ Daisy, 10 jaar: ‘Ik wilde een spreekbeurt houden over poezen. Ik typte zomaar wat in en kwam op een website met allemaal blote vrouwen uit. Dat vond ik zo stom.’ Yorn, 10 jaar: ‘Internet is heel groot. Het is best moeilijk om iets te vinden. Ik ga dan naar startpagina.nl. Daar kun je heel veel sites vinden.’
Meer weten? www.steffie.nl www.wikikids.nl www.8-12.info veilig.kennisnet.nl
hoe werkt internet bibliotheek door en voor kinderen startpagina voor kinderen startpagina van kennisnet over veilig internetten
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 3 - bladzijde 26
Persoonlijk?
4
Persoonlijk?
4.1. Persoonlijk? Deze les gaat over persoonlijke gegevens. Wat zijn persoonlijke gegevens eigenlijk? Persoonlijk betekent iets van jezelf. Persoonlijke gegevens betekent informatie over jezelf. Iets wat persoonlijk is ga je niet aan iedereen vertellen. Je vertelt aan iemand op straat niet wat jouw telefoonnummer is. Wat je aan een vreemde op straat niet zou vertellen, vertel je ook niet op internet. Stel je voor: Iemand op internet vraagt jouw e-mailadres of een foto. Bedenk dan of je het zou doen als iemand op straat dat aan je vraagt. Zou je dat niet doen, dan kun het op internet beter ook niet doen. Veel kinderen (en ook volwassenen) vertellen heel erg veel over zichzelf op internet. Zou jij willen dat iedereen in jouw woonplaats kan lezen wanneer je gaat sporten en waar, op wie je verliefd bent, aan wie je een hekel hebt, wanneer je op vakantie gaat. Er zijn zelfs kinderen die hun e-mailadres, telefoonnummer of adres op internet zetten. Nienke is ook niet altijd voorzichtig. Ze wilde haar nieuwe nummer doorgeven aan Erik. Ze heeft haar nummer in een krabbel op de Hyves van Erik gezet. Dat was niet slim. Nu kan iedereen haar mobiele nummer zien.
Maak opdracht 10 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 4 - bladzijde 27
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
4.2. Wie ben jij online? Wat heb jij allemaal over jezelf verteld op internet? Weet je dat? Het kan zijn dat er meer over jou op internet staat dan je weet. Je naam of foto kan staan op de website van de sportvereniging waar je sport, op de schoolwebsite of profielwebsites. Je naam of andere gegevens kunnen door anderen op internet gezet zijn. Nienke heeft tegen iemand op internet gezegd hoe ze heette en naar welke school ze gaat. Ze dacht dat het geen kwaad kon. Maar de slimmerik waarmee ze zat te kletsen had haar adres zo gevonden. Hij zocht haar naam op in Google. Zo kwam hij op het profiel van Nienke. Daarin stond haar woonplaats. Hij zocht in Google op woonplaats en naam van de school. Hij wist toen in welke buurt Nienke ongeveer woonde. Hij zocht daarna haar achternaam op in de telefoongids. En jawel, hij vond het adres van Nienke. Hij stuurde haar een kaartje dat hij helemaal verliefd was op Nienke en haar op zou komen halen om naar de stad te gaan. Nienke werd er bang van. Ze wilde dat helemaal niet. Ze had er nooit bij stil gestaan dat iemand haar op die manier zou kunnen vinden. Ze heeft haar ouders verteld wat er gebeurd was. De jongen is nooit bij Nienke geweest. Maar wat zou Nienke moeten doen als hij wel voor de deur had gestaan? Of wat als de jongen een geheim afspraakje had willen maken? Wat vertel jij allemaal over jezelf op internet?
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 4 - bladzijde 28
Persoonlijk?
4.3. Profielsites Een profielsite is bijvoorbeeld Hyves.nl of kindertent.nl. Een profielsite ziet er uit als een vriendenboekje. Je schrijft allerlei dingen over jezelf in het profiel en meestal kun je er ook foto’s en filmpjes bij zetten. Dat profiel kan door iedereen die internet heeft bekeken worden. Kinderen maken de profielen voor hun eigen vrienden en vriendinnen. Maar bedenk altijd dat alles wat op internet staat door iedereen gelezen kan worden. In een profiel kun je laten zien wie je bent, waar je van houdt en met wie je vrienden bent. Je kunt elkaar berichten sturen en chatten. Al doen de meeste kinderen dat toch liever op MSN. Het profiel van Erik kun je vinden op wizzyerik.Hyves.nl en van Nienke op giecheltje001.Hyves.nl.
4.4. Foto Veel kinderen zetten een foto van zichzelf op internet. Dat lijkt heel erg leuk. Die foto kan door iedereen bekeken worden. Zo kan het gebeuren dat jouw foto door iemand anders van internet gedownload wordt en bijvoorbeeld bewerkt wordt met een speciaal programma. Als je een foto bewerkt, kun je iemand bijvoorbeeld heel lelijk maken. De ander kan de foto via e-mail of MSN doorsturen of op internet zetten. Zou jij willen dat iemand jouw foto gaat misbruiken? Vast niet. Geen foto op je profiel is natuurlijk saai! Je kunt wel rekening houden met het soort foto’s dat je online zet en hoe groot de foto’s zijn. Hoe groter de foto’s, hoe groter de kans dat iemand anders er verkeerde dingen mee kan doen.
Let op! Als je foto eenmaal op internet staat, krijg je hem er NOOIT meer van af. Al haal je de foto weg, de foto staat nu wel in internetarchieven. En anderen kunnen de foto al gekopieerd hebben en op andere plaatsen op internet gezet hebben.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 4 - bladzijde 29
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Tips
• Zet klein formaat foto’s online • Zet geen foto’s met alleen je gezicht online (of heel klein formaat) • Zet geen foto’s in zwemkleding online • Zet geen gekke foto’s online waarvan je niet wilt dat iedereen die over jaren nog kan vinden • Bedenk bij elke foto dat iedereen de foto kan downloaden en verspreiden • Bedenk bij elke foto dat de foto over jaren nog op internet staat
Maak opdracht 11 in het werkschrift
4.5. Wachtwoord
Geef je wachtwoord aan NIEMAND
Heb jij een eigen e-mailadres? Een MSN-account? Of een account op websites? Dan heb je overal een wachtwoord nodig om in te loggen. Een wachtwoord is van jou alleen en voor niemand anders. Stel je voor dat iemand zomaar inbreekt in jouw account en gaat MSN-en onder jouw naam of je Hyves gaat veranderen. Dat kan als je niet voorzichtig bent met je wachtwoord. Geef je wachtwoord nooit aan iemand anders. Ook niet aan je beste vriend of vriendin.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 4 - bladzijde 30
Persoonlijk?
Shanti geeft tips voor een goed wachtwoord.
Tips
Wel doen: • Gebruik HOOFDLETTERS en kleine letters door elkaar • Gebruik cijfers tussen de letters • Gebruik leestekens - _ * ! ? • Bedenk een zin, neem van die zin van alle woorden de eerste letter. Alle eerste letters vormen samen je wachtwoord. (Bijvoorbeeld: Ik Verveel Me Nooit Op Internet ivmnoi1* ) Niet doen: • Je echte naam gebruiken • Je bijnaam gebruiken • Je geboortedatum of combinatie van je naam en geboortejaar gebruiken • Een naam die iets te maken heeft met je hobby’s • Naam van je huisdier of favoriete dier www.digibewust.nl/Wachtwoordencampagne Test hoe veilig jouw wachtwoord is!
Maak opdracht 12 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 4 - bladzijde 31
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Weetjes Iemand die op een website anderen kan blokkeren of waarschuwen is de beheerder van de site. Een beheerder wordt ook wel moderator, operator of webmaster genoemd. Wist je dat heel veel kinderen een eigen homepage of profiel hebben? Wist je ook dat heel veel kinderen veel te veel over zichzelf vertellen op internet? Soms staan er zelfs telefoonnummers en adressen op de homepage of het profiel. Gelukkig weet jij nu waarom je dat maar beter niet kunt doen.
Cyberkids Jetske, 9 jaar: ‘Soms vragen mensen op een chatbox of via een profiel je e-mailadres. Dan zeg ik altijd, krijg je lekker niet.’ Luc, 11 jaar: ‘Ik zit heel veel op een site. Daar heb je je eigen poppetje enzo en kun je een soort profiel invullen. Er werd heel veel gepest in het spel en dan krijg je allerlei vervelende berichten in je mailbox of op je profiel. Ik ben ermee gestopt en naar een ander spel gegaan, waar niet zoveel gepest wordt.’ Marloes, 12 jaar: ‘Ik heb m’n lesje wel geleerd. Ik had iemand ontmoet op internet. Hartstikke leuk, dacht ik. Die jongen wilde me zien via de webcam en dat heb ik gedaan. Hij wilde dat ik in mijn bikini voor de webcam ging zitten. Dat vond ik wel grappig. De volgende dag zag ik dat hij het had opgenomen en op zijn profiel had gezet. Er stond boven: ‘Stomme slet’. Ik doe het nooit meer.’
Meer weten? www.mijnprivacy.nl www.chatinfo.nl www.gebouw13.nl www.kindertelefoon.nl
alles over online privacy (website voor volwassenen) tips waar je op moet letten als je gaat chatten spel waarin je mysteries moet oplossen Ben je in de problemen gekomen? Dan kun je altijd bellen met de kindertelefoon.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 4 - bladzijde 32
Digitaal pesten
5
Digitaal pesten
5.1. Digitaal pesten Iedereen is wel eens gepest. Dat is niet leuk. Iemand die een ander pest is niet aardig. Via internet wordt er ook gepest. Dat is helemaal niet leuk. Wat is pesten eigenlijk? Praat er eens over in de groep. Wat vind jij pesten? En wat vindt een ander pesten? Soms is dat niet hetzelfde. Jij kunt iets grappig vinden, maar de ander vindt het misschien helemaal niet grappig. Op internet, via e-mail of MSN wordt ook gepest. Dat wordt digitaal pesten of internet pesten genoemd.
5.2. Is digitaal pesten anders dan gewoon pesten? Pesten is pesten. Het is nooit leuk. Het maakt niet uit hoe het gebeurt. Er is wel een verschil met pesten op het schoolplein of pesten via e-mail. Als je op het schoolplein gepest wordt, dan weet je wie de pester is. Dat weet je niet altijd als je gepest wordt op internet. Op het schoolplein kun je nog iets terugzeggen, de juf er bij halen of weglopen. Op internet kan dat niet. Dan komen de woorden veel harder over. Als je gepest wordt, dan kun je naar je ouders, je juf of meester om het te vertellen. Ze kunnen je dan helpen om het pesten te stoppen.
Maak opdracht 13 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 5 - bladzijde 33
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
5.3. Kraken om te pesten In hoofdstuk 4 heb je geleerd hoe belangrijk een goed wachtwoord is. Als iemand jouw wachtwoord kraakt, is dat pesten. De kraker kan dan bijvoorbeeld jouw e-mail lezen of kletsen met anderen op jouw MSN of Hyves. Dat wil je natuurlijk niet. Vertel je wachtwoord niet aan je vrienden of vriendinnen of broers en zussen. Als je een keer ruzie hebt, kunnen ze zo in jouw account kijken als ze willen pesten.
Zorg voor een goed wachtwoord en geef het aan niemand door.
Is jouw account gekraakt? • Vertel iedereen met wie je mailt ,op MSN kletst of op je profiel hebt dat je wachtwoord gekraakt is. Als ze een vreemd bericht ontvangen, kan dat geschreven zijn door de kraker en niet door jou. • De kraker is meestal iemand die jou kent. Misschien iemand uit je klas, iemand uit jouw buurt, de sportclub, je broer of zus. Denk erover na wie het zou kunnen zijn. Wie heb jij je wachtwoord wel eens gegeven? Wie zou jou willen pesten?
5.4. Foto Steeds vaker worden kinderen gepest met hun eigen foto. Kinderen zetten foto’s van zichzelf of anderen op internet. Bijvoorbeeld op een profielsite of internet foto-album. Of ze versturen een foto van iemand anders via e-mail of MSN naar anderen. Zo’n digitale foto kan heel makkelijk van internet gehaald worden. Voor je het weet heeft iemand anders jouw foto. De ander kan er dan alles mee doen. De foto bewerken, iets heel lelijks van maken. Het is niet leuk als iemand jouw foto bewerkt en het aan anderen laat zien. Voor je het weet staat op internet een hele lelijke of gemene foto van jou.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 5 - bladzijde 34
Digitaal pesten
Nienke heeft op een profielsite een foto van zichzelf gezet. Het is een leuke foto, waarop ze aan het dansen is. Nienke zou het nieuwe schooljaar naar een andere school gaan. Daar had ze kennis gemaakt en ook verteld dat ze een profiel op internet had. Een groepje kinderen vond Nienke niet leuk. Ze haalden de foto van Nienke van internet. De foto bewerkten ze door van Nienke een monster te maken. De nieuwe klasgenoten maakten een profiel op internet met als titel: Nienke is een monster! Nienke was heel verdrietig. Ze kende de kinderen niet eens. Andere kinderen van die school hadden hele kwetsende berichten op het profiel gezet. Dat Nienke stom is, dat ze geen monster op school willen en ga zo maar door.
Wist je dat digitale foto’s ook gemaakt kunnen worden met mobieltjes of de webcam!
Kun je je voorstellen hoe het zou zijn als klasgenoten dat bij jou zouden doen? De ouders van Nienke hebben gelijk de nieuwe school opgebeld. De klasgenoten moesten het profiel verwijderen van internet en kregen straf. Hoe zou jij na de vakantie naar je nieuwe klas gaan als dit gebeurd zou zijn? De foto kan al door anderen gekopieerd zijn en op andere sites gezet zijn. Het kan dus dat de foto nog jaren op internet te zien is. Je kunt de foto er zelf niet afhalen. Je moet de eigenaar van de website vragen of hij/zij je foto wil verwijderen. En dat is niet altijd makkelijk. Stel je voor dat over tien jaar die foto nog steeds op internet staat. Daar ben je dan vast niet blij mee.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 5 - bladzijde 35
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Bedenk bij elke foto of je het goed zou vinden als de foto op de voorpagina van de krant zou staan. Of door de hele school of wijk zou hangen.
5.5. Saai Helemaal geen foto’s op je profiel is natuurlijk saai. Je kunt best een foto op je profiel zetten. Dan moet je op een paar dingen letten. • Gebruik kleine foto’s • Gebruik foto’s waarop je met iets bezig bent • Gebruik geen portretfoto’s (= alleen je gezicht)
Maak opdracht 14 in het werkschrift
5.6. Wegwezen
Heb je een profiel op Hyves? Stel je profiel zo in, dat alleen je vrienden het profiel kunnen lezen. Dan kunnen anderen je profiel niet zien.
Tip
Er zijn kinderen (en ook volwassenen) die het stoer vinden om te schelden, vervelende berichten te plaatsen of te pesten op internet. Dit kunnen kinderen zijn die je kent, maar ook kinderen die je niet kent. Heb jij wel eens meegemaakt dat iemand tijdens een spel of op een website zomaar begint om te schelden of vervelend ging doen? Wat gebeurde er? Wat deed je toen? Als je merkt dat iemand heel vervelend doet op internet, kun je het beste net doen alsof je er niets van merkt. Ga niet terugschelden. Dan wordt het alleen maar erger. Laat het zien aan je ouders, juf of meester. Dan kunnen jullie samen actie ondernemen. Je kunt de beheerder van de website waarschuwen. Op de meeste sites kun je via een ‘Help’ knop een bericht sturen naar de beheerder. Die kan er dan voor zorgen dat de pestkop een waarschuwing krijgt. Is het niet meer leuk met die pestkoppen op de site? Ga dan lekker naar een ander deel van het spel of naar een andere site.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 5 - bladzijde 36
Digitaal pesten
5.7. Help Pesten los je niet in je eentje op. Je kunt het gevoel hebben dat je helemaal in je eentje bent. Dat is niet zo. Als je gepest wordt, praat er dan over met je ouders, je meester of juf. Zij kunnen je helpen om het pesten aan te pakken. • Negeer de pester. Reageer niet op berichten. • Bewaar alle pestberichten. • Kun je een bericht niet opslaan, maar staat het wel op je scherm. Maak er dan een screenshot van. Dat is een afbeelding van je scherm. Hou de berichtengeschiedenis van MSN bij. Blokkeer het e-mailadres van de pester. • Blokkeer de pester in je MSN lijst. • Verwijder de pester van je Hyves. • Maak een nieuw e-mailadres aan en geef dit alleen door aan familie en goede vrienden. • Waarschuw de beheerder van de website waar je gepest wordt. • Probeer er achter te komen wie de pester is. • Praat er over met je ouders, juf of meester. Laat hen de berichten zien die je ontvangen hebt. • Pas op wie je toelaat of toevoegt op MSN, je Hyves, je habbo of andere websites. Op www.diplomaveiliginternet.nl staat hoe je dat allemaal kunt doen.
Tips
Kun je er met niemand over praten? Dan is het goed om de kindertelefoon te bellen. Dan kun je er met hen over praten. Zij kunnen je ook advies geven. www. kindertelefoon.nl
Maak opdracht 15 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 5 - bladzijde 37
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Weetjes In 2008 deden honderden kinderen mee aan een enquête. Bijna de helft van de kinderen zegt wel eens gepest te worden op internet. Dat is heel erg veel. Op nr. 1 van pesten op internet staat schelden. Op nr. 2 staat het bewerken of ongevraagd plaatsen van een foto van een ander op internet. Steeds meer kinderen en volwassenen pesten elkaar dus met foto’s. Zorg jij er goed voor dat niemand jou kan pesten met jouw foto’s?
Cyberkids Corine, 10 jaar: ‘Ik heb wel eens gezien dat kinderen de foto’s van een klasgenoot gingen bewerken. Daar gingen ze teksten op zetten. En toen gingen ze die foto naar iedereen mailen. Ik vond het heel flauw!’ Anina, 10 jaar: ‘Ik mag alleen foto’s op m’n profiel zetten waar ik gewoon op sta. Niet in bikini enzo. En het zijn altijd hele kleine foto’s. Dan kan een ander er eigenlijk niets mee.’ Philip, 11 jaar: ‘Ik had heel veel punten gehaald in een spel. Iemand heeft m’n wachtwoord geraden en heeft ingebroken. Ik was al m’n punten kwijt. Dat vond ik zo oneerlijk. Ik weet nog steeds niet wie het gedaan heeft. Het spel speel ik maar niet meer.’ Thijs, 9 jaar: ‘Ik ga vaak naar een spel op internet. Daar ben je met heel veel anderen en kun je met elkaar kletsen. Soms wordt er wel eens gescholden of worden rare dingen gevraagd. Dan kun je op de helpknop klikken en het doorgeven aan iemand die bij die website werkt. Die kan de vervelende persoon blokkeren.’
Meer weten? www.stopdigitaalpesten.nl www.digitaalpesten.nl www.diplomaveiliginternet.nl www.pestenislaf.nl www.weetwatjetypt.nl
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 5 - bladzijde 38
Internet Respect
6 Internet is Cool! 6.1. Internet is Cool! Internet is soms gevaarlijk, maar internet is vooral leuk. En dat moet ook zo blijven. Het is net als met fietsen. Als je op straat fietst, kijk je goed uit. Je hebt geleerd hoe je moet fietsen en dat er verkeersregels zijn. In deze lessen heb je geleerd waar je op moet letten als je internet. Eigenlijk kun je nu dus veilig op internet surfen. Je weet wat je moet doen als je iets tegenkomt waar je niet op zit te wachten. Je weet nu ook hoe je je gedraagt op internet. Wat kun je wel doen en wat kun je niet doen. Dat noemen we nettiquette. Nettiquette zijn regels hoe je je gedraagt op internet.
6.2. Stel je voor Stel je voor dat je een kinderwebsite mag maken. Je mag helemaal zelf bepalen hoe de website er uit komt te zien en wat kinderen op de website kunnen doen. Je bent voor één dag de baas over deze website. Hoe zou zo’n website er uit zien? En hoe kun je er voor zorgen dat de website leuk en veilig is voor kinderen?
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 6 - bladzijde 39
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
6.3. Allerbelangrijkst Weet je wat belangrijk is? Als het goed is weet je dat nu wel. Het belangrijkste is dat je anderen vertelt wat je meemaakt op internet. De leuke dingen op internet, maar ook de minder leuke dingen op internet. Kom je iets tegen op internet waar je van schrikt of niet leuk vindt? Of wordt er gepest of worden er vervelende berichten achtergelaten op je profiel? Los het niet in je eentje op! Praat erover met anderen. Je zult zien dat je niet de enige bent die vervelende dingen op internet meemaakt. Erover praten verandert de vervelende sites en het pesten niet natuurlijk. Maar je hoeft het niet in je eentje op te lossen.
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 6 - bladzijde 40
Internet Respect
6.4. Tips van Sem, Nienke, Shanti en Erik
Ga alleen naar websites die je leuk vindt.
Vertel je wachtwoord aan niemand door
Reageer niet op pesten, maar vertel het aan je ouders.
Pas op met wat je over jezelf vertelt op internet.
Maak opdracht 16 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 6 - bladzijde 41
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
6.5. Toets Je hebt nu alle lessen en opdrachten gemaakt. Als het goed is weet je nu hoe je internet leuk kan houden. Of je het echt weet kun je pas zeggen als je de toets gemaakt hebt. Ben je goed voorbereid? Succes met de toets!
Maak opdracht 17 in het werkschrift
Je bent nu hier: Lesboek hoofdstuk 6 - bladzijde 42
Moeilijke woordenlijst
Moeilijke woordenlijst A ADSL Anti-virus software B Banner Blokkeren Browser Bijlage
C Cammen Chatbox Chatten Cheats
D Dialer
Supersnelle internetverbinding Een programma dat virussen van je computer af kan halen.
Een reclameblokje op internet. Meestal zijn het bewegende plaatjes. Iets of iemand de toegang ontzeggen. Een programma waarmee je op internet kunt surfen. Via e-mail kun je bestanden meesturen met een bericht. Het bestand zit in de bijlage. Een bijlage herken je doordat er rechtsbovenin een paperclip staat.
Via een webcam videobeelden naar een ander sturen. Een webpagina op internet waar je kunt kletsen met anderen. Vaak zijn dit mensen die je niet kent. Kletsen via internet of via een Messenger. Hulpjes om in een spelletje zonder veel moeite tot een hogere score te kunnen komen.
Downloaden
Een programma dat geïnstalleerd wordt op je computer, waarmee je inbelt op een duur telefoonnummer. Pesten via internet, e-mail, chat of messenger. Een zwart vierkant schijfje waar je teksten en andere informatie op kunt zetten. Bestanden van internet op je eigen computer zetten.
E E-mail Ergonomisch
Engels: Electronic mail. Een brief via internet versturen. Een goede houding
Digitaal pesten Diskette
F Firewall
Een vuurmuur. Een bescherming voor je computer om te voorkomen dat vreemden in je computer kunnen inbreken.
H Je bent nu hier: Lesboek - bladzijde 43
Diploma Veilig Internet Junior - Lesboek
Hoax Hyperlink
M Messenger
N Nettiquette Nickname P Privé gegevens Pop-up Pop-up killer Profielen website
S Spam Spamfilter
Spyware
U Updates
Een nepbericht dat verstuurd wordt via e-mail. Een verwijzing naar een andere webpagina. Als je met de muis op een link gaat staan verandert het pijltje in een handje. Dan kun je klikken.
Een programma waarmee je met anderen kunt kletsen. Je kunt alleen kletsen met mensen die je in je adreslijst van de Messenger hebt staan. Een hele bekende is bijvoorbeeld: MSN.
Ongeschreven regels over hoe je je moet gedragen op internet. Een bijnaam op internet
Informatie over jezelf, die je niet meteen aan een ander verteld. Een klein venster dat vanzelf opent als je naar een website surft. Meestal staat er reclame in de pop-up. Een programma dat de pop-up vensters blokkeert. een website waar je een eigen pagina kunt maken waar je iets over jezelf vertelt.
Ongewenste e-mail of e-mail waar je je nooit voor aangemeld hebt. Meestal zijn het e-mails met reclame erin. Een programma dat je op je computer moet installeren. Dit programma houdt spam tegen of zet de spam gelijk bij de Verwijderde items in je e-mail programma. Een klein bestandje dat ongemerkt op je computer wordt gezet. Hiermee kunnen anderen bijhouden wat je doet op internet.
Nieuwe gegevens van een programma, die je meestal via internet moet downloaden. Bijvoorbeeld updates voor de virusscanner. Dan is je computer beschermd tegen de nieuwste virussen.
Je bent nu hier: Lesboek - bladzijde 44
Moeilijke woordenlijst
V Virus Virusscanner W Webcam
Weblog Webpagina Webserver Website Webmail
Z Zoekmachine
Zoekwoorden
Een programma dat je computer kan besmetten en ervoor kan zorgen dat je computer kapot gaat. Een programma dat virussen van de computer kan halen.
Een kleine camera die je op de monitor van je computer kunt zetten. Als je het aanzet kun je de videobeelden of foto’s naar een ander laten sturen. Een dagboek op internet. In een weblog kun je verhalen schrijven. Anderen kunnen op de verhalen reageren.’ Eén pagina op internet. Net zoals één bladzijde uit een boek. Een grote computer waar heel veel websites op staan. Net zoals een bibliotheek waar heel veel boekenkasten staan. Eén boek op internet. Net zoals één boek in een boekenkast. E-mailen via een programma op internet. Bijvoorbeeld met hotmail.
Een pagina op internet, waar je websites kunt opzoeken door een zoekwoord in te typen en het programma te laten zoeken. Een woord dat je intypt in een zoekmachine. De zoekmachine gaat zoeken naar webpagina’s waar dat woord in voorkomt.
Je bent nu hier: Lesboek - bladzijde 45
Colofon Stichting Kennisnet
Stichting Technika 10 Nederland
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Vormgeving: GOfor Design Auteur lesboek: S. de Ruiter, Stichting Technika 10 Nederland Auteur werkschrift: S. de Ruiter, Stichting Technika 10 Nederland Auteurs docentenhandleiding: S. de Ruiter, Stichting Technika 10 Nederland Eindredactie: B. Bloem, Stichting Technika 10 Nederland Met dank aan: Ivo Wouters, Bureau C&I
De auteurs van het lesmateriaal hebben hun uiterste best gedaan om websites in dit lesmateriaal te vermelden die gedurende lange tijd beschikbaar zijn. Het team is niet verantwoordelijk en aansprakelijk voor externe websites die niet langer bestaan, evenals voor de inhoud van deze websites hoewel deze voor publicatie van dit boek zorgvuldig gescreend zijn.