het glazen huis
prijs voor transparante wooncorporaties
Leren (door) verantwoorden Slotpublicatie Het Glazen Huis prijs voor transparante wooncorporaties
het glazen huis prijs voor transparante wooncorporaties
Colofon Uitgave Aedes vereniging van woningcorporaties, Nederlandse Woonbond, PwC, Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV) en Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) Te k s t e n Ricci Scheldwacht, Amsterdam Redactie Hans Nieuwstraten, Rotterdam Opzet en begeleiding &Windhausen, Utrecht Fotografie Simone de Blouw-van de Kamp, Amersfoort Raymond de Vries, Rotterdam Vormgeving www.absoluutdesigners.com Druk Roels Printing, Lier m a a rt 2 0 1 2
het glazen huis
prijs voor transparante wooncorporaties
Leren (door) verantwoorden Slotpublicatie Het Glazen Huis prijs voor transparante wooncorporaties
INHOUD
Voorw o o rd
3
Doel v a n d e p u b lica t ie e n lees wijzer
5
1 . H et G la ze n H u is in e e n n otendop
6
Beoordelingskader + de acht hoofdcriteria van Het Glazen Huis
2 . H et G la z e n H u is, me e r d a n een p rijs a lle e n
Interview met de beoordelingscommissie over de werking van Het Glazen Huis + zes tips van de beoordelingscommissie
3 . E en ja a r ve rsla g d a t t ra n sparant is laat d e h e le b e le id scyclu s zien
22
De twaalf winnaars in beeld + 12 tips van enkele winnaars
6 . Wat erwe g Wo n e n , d e b e st practis e ov er z e s ja a r
18
Uitspraken van de jury en juryvoorzitters uit zes jaar Het Glazen Huis + vijf tips van de jury
5 . D e ereg a le rij
14
Interview met de screeningscommissie van Het Glazen Huis + zes tips van de screeningscommissie en de belangrijkste trends van de afgelopen zes jaar
4 . D e ju r y sp re e kt
8
28
Interview met de winnaar van de oeuvreprijs van Het Glazen Huis + vijf tips van Waterweg Wonen
7 . H et G la ze n H u is st o p t . H o e nu verder?
30
8 . D e t ip lijst
32
Veran two o rd in g e n d a n kwoord
37
B ijlag en
42
s l o t p ub l i c at i e
Voorwoord In december 2011 vond voor de zesde en laatste maal de uitreiking van Het Glazen Huis plaats. De prijs werd jaarlijks uitgereikt aan de woningcorporatie die er het beste in slaagde om zich in het jaarverslag op een zo transparant mogelijke manier te verantwoorden over haar maatschappelijk presteren en functioneren. Met het instellen van Het Glazen Huis wilden initiatiefnemers PwC en de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV) verdere professionalisering in maatschappelijke verantwoording door corporaties stimuleren. Na zes edities is dat doel voor een belangrijk deel gehaald. Met Aedes, de Nederlandse Woonbond en de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties als mededragers van de prijs, wist Het Glazen Huis een gewaardeerde plek binnen de sector te verwerven. Dat blijkt ook uit de deelnemers aantallen en de scores op de jaarverslagen, waarin duidelijk een stijgende lijn waarneembaar was. Toch hebben wij, dragers van Het Glazen Huis, besloten dat in 2011 de prijzen voor de beste jaarverslagen voor het laatst zijn uitgereikt. We vinden dat we niet alleen kritisch moeten zijn op de kwaliteit van de maatschappelijke verantwoording door woningcorpora ties, maar ook op de bijdrage die we daaraan als dragers via Het Glazen Huis leveren. Twee trends laten zien dat het tijd is om te stoppen met deze prijs. In de eerste plaats is de verantwoording door corporaties door de jaren heen sterk verbeterd. Natuurlijk geldt dat nog niet voor alle verslagen, maar zeker wel voor de genomineerde verslagen die voor anderen een voorbeeldfunctie kunnen vervullen. De tweede trend is de ontwikkeling van internet en de sociale media. Internet wordt een steeds belangrijker medium in de verantwoording door corporaties. In de huidige opzet van Het Glazen Huis, waarin we ons uitsluitend richten op de gedrukte versie van het jaarverslag, kunnen we hieraan onvoldoende recht doen. In deze publicatie willen we ter afsluiting de balans opmaken. Wat hebben zes jaar Het Glazen Huis ons geleerd? Met het beantwoorden van deze vraag willen we rechtdoen aan het motto, waarmee we ooit Het Glazen Huis begonnen: Leren (door) verantwoorden. Een gedachte die door de jaren heen zijn waarde onmiskenbaar heeft bewezen. We hopen daarom dat we u met deze publicatie ook in de toekomst van dienst kunnen blijven zijn bij het maken van uw jaarverslag en wensen u daarbij veel succes.
Het Glazen Huis Aedes vereniging van woningcorporaties Nederlandse Woonbond PWC Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV) Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW)
3
h e t g l a z e n hui s
het glazen huis prijs voor transparante wooncorporaties
HET GLAZEN HUIS 20 07 TR E N DR A PPORT
het glazen huis
het glazen huis prijs voor transparante wooncorporaties
prijs voor transparante wooncorporaties
het glazen huis prijs voor transparante wooncorporaties
het glazen huis 20 08 tr e n dr apport Corporaties laten sinds enkele jaren zien op weg te zijn echte maatschappelijke ondernemingen te worden. Hun ‘vermaat schappelijking’ wordt zichtbaar, ook op het gebied van verantwoording. De notie om je als corporatie maatschappelijk te verantwoorden, komt meer en meer vanuit een innerlijke drive, vanuit ‘het zijn’ van een maatschappelijke onderneming. Het Glazen Huis editie 2008 is daarvan wederom een sprekend voorbeeld. De deelname is in deze derde editie van Het Glazen Huis indrukwekkend. 150 ingezonden jaarverslagen vertegen woordigen bijna tweederde van de volkshuisvesting, gezien als huishoudens en belanghouders aan wie verantwoording is afgelegd. De winnaar van Het Glazen Huis 2008 is Waterweg Wonen uit Vlaardingen. “Met haar maatschappelijk rendementmodel zet Waterweg Wonen een nieuwe standaard neer die in de komende jaren inhoudelijk verder ingevuld kan worden.” De themaprijs ‘Inzicht in maatschappelijke resultaten’, werd gewonnen door Woonpunt uit Elsloo. In dit Trendrapport 2008 staan alle feiten, cijfers, best practices en leer en verbeterpunten voor u op een rij.
het glazen huis 2009 tr e n dr a pport Corporaties laten sinds enkele jaren zien dat ze op weg zijn echte maatschappelijke ondernemingen te worden. Hun ‘vermaatschappelijking’ wordt steeds meer zichtbaar, ook op het gebied van verantwoording. De notie om je als corporatie maatschappelijk te verantwoorden, komt meer en meer vanuit een innerlijke drive, vanuit ‘het zijn’ van een maatschappelijke onderneming. Het Glazen Huis 2009 is daarvan opnieuw een sprekend voorbeeld. Het Glazen Huis 2009 is een verankerd initiatief in de werelden van volkshuisvesting en verslaglegging. Vijf dragers uit de sector geven actief vorm en inhoud aan de jaarverslagprijs voor transparante wooncorporaties. De deelname is ook in deze vierde editie van Het Glazen Huis indrukwekkend. Maar liefst 153 corporaties zonden vrijwillig het jaarverslag in. Samen vertegenwoordigen ze bijna twee derde van de volkshuisvesting, gezien als huishoudens en belanghouders aan wie verantwoording is afgelegd.
het glazen huis 20 08 tre n dr apport
De winnaar van Het Glazen Huis 2009 is Westwaard Wonen uit Papendrecht. ‘In haar beknopte jaarverslag laat Westwaard Wonen duidelijk blijken dat ze weet wat de kern is van maatschappelijk ondernemerschap en waarover de maatschappelijke verantwoording moet gaan.’ De themaprijs ‘Inzicht in maatschappelijke resultaten’ werd gewonnen door Jutphaas Wonen uit Nieuwegein.
het glazen huis 2009 tr e n dr a pport
In dit Trendrapport 2009 staan alle feiten, cijfers, best practices en leer- en verbeterpunten voor u op een rij.
uis
ante
het glazen huis
het glazen huis
prijs voor transparante wooncorporaties
prijs voor transparante wooncorporaties
het glazen huis 2011 tr e n dr a pport het glazen huis 2010 tr e n dr a pport
4
s l o t p ub l i c at i e
Doel van de publicatie en leeswijzer Met deze slotpublicatie willen we stilstaan bij het zesjarig bestaan van Het Glazen Huis: Wat hebben de afgelopen zes jaar ons geleerd? Met het beantwoorden van deze vraag willen we rechtdoen aan het motto, waarmee we ooit Het Glazen Huis begonnen: Leren (door) verantwoorden. Een motto dat was bedoeld voor u, deelnemers aan Het Glazen Huis, die elk jaar weer uw jaarverslag inzond. Maar ook wij hebben de afgelopen zes jaar geleerd.
Met deze publicatie willen wij onze verantwoording aan u geven over wat wij met Het Glazen Huis wilden bewerkstelligen. Wat waren de doelstellingen toen we Het Glazen Huis bedachten? Welke effecten beoogden we met het instellen van deze jaarlijkse prijs? En mogen we, nu Het Glazen Huis na zes jaar ophoudt te bestaan, concluderen dat we in de opgave die we ons hadden gesteld zijn geslaagd? Voor het antwoord op deze vragen komen in deze slotpublicatie de belangrijkste betrokke nen van de afgelopen zes jaar aan het woord. Na een korte (her)introductie van Het Glazen Huis als jaarverslagprijs en het bijbehorende beoordelingskader (hoofdstuk 1), legt de beoordelingscommissie uit wat hun motieven waren om Het Glazen Huis in het leven te roepen. Daarbij schetsen zij ook de door hen beoogde resultaten en de door werking daarvan in de sector (hoofdstuk 2). De medewerkers van PwC, die jaarlijks verantwoordelijk waren voor het toekennen van de scores aan de ingezonden jaarversla gen, vertellen waaraan een goed maatschappelijk jaarverslag moet voldoen en benoemen de meest opvallende ontwikkelingen en trends van de afgelopen zes jaar (hoofdstuk 3). Welke eisen de juryleden stelden bij het aanwijzen van de winnaar en welke afwegingen zij daarbij maakten, komt aan bod in hoofdstuk 4. Daarin komen enkele van hen aan het woord en wordt teruggekeken op de juryrapporten van de afgelopen zes jaar. Alle winnaars komen voorbij in de eregalerij (hoofdstuk 5). Een apart hoofdstuk (hoofdstuk 6) is gewijd aan Waterweg Wonen uit Vlaardingen, de corporatie die de oeuvreprijs kreeg toebedeeld vanwege de constante hoge kwaliteit van de geleverde prestaties en die daarmee uitgroeide tot een lichtend voorbeeld voor andere corporaties. Ten slotte kijken we vooruit. Nu het besluit is gevallen dat Het Glazen Huis ophoudt te bestaan, stellen we ons de vraag wat dat voor de toekomst betekent (hoofdstuk 7). Elk hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal tips. Deze tips zijn in hoofdstuk 8 gebun deld, zodat u deze kunt gebruiken bij het schrijven van de jaarverslagen. We hopen daarmee dat we u door middel van deze slotpublicatie ook in de toekomst van dienst kunnen blijven zijn bij het maken van uw jaarverslag en wensen u daarbij veel succes.
Wat hebben de afgelopen zes jaar ons geleerd?
5
h e t g l a z e n hui s
1
Het Glazen Huis in een notendop Beoordel i ngsk ad er Bewuster maatschappelijk ondernemen door corporaties. Dat was wat initiatiefnemers PwC en Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV) voor ogen stond toen ze in 2006 het initiatief namen voor het instellen van Het Glazen Huis.
Woningcorporaties ondernemen in, met en voor de samenleving. En – hoewel de meningen daarover kunnen verschillen – ook voor rekening van de samenleving. Deze verbondenheid brengt extra verantwoordelijkheden met zich mee. De samenleving stelt vaker vragen die corporaties moeten beantwoorden. Het Glazen Huis richt zich op de manier waarop corporaties zich in hun jaarverslag verantwoorden over hun maatschappelijk presteren en functioneren. Daarvoor is een beoordelingskader uitgewerkt dat bestaat uit een aantal criteria voor maatschappelijke verantwoording. Naast de communicatiewaarde van het verslag zijn daarin alle veronder stelde maatschappelijke informatiebehoeften opgenomen. Hiermee benadert Het Glazen Huis het jaarverslag als een zelfstandig en integraal verantwoordingsdocument. Het Glazen Huis is zich ervan bewust dat wooncorporaties – naast het jaarverslag – ook andere verantwoordingsvormen gebruiken en dat deze van invloed zijn geweest op de inrichting van het jaarverslag. Daarmee accepteert Het Glazen Huis dat corporaties die bewust hebben gekozen om bepaalde verantwoordingsinformatie buiten het jaarverslag te houden en ergens anders te verstrekken, relatief laag scoren. Een oriëntatie op de aspecten van maatschappelijk presteren en de algemene eisen die aan een goed jaarverslag kunnen worden gesteld, heeft geresulteerd in een beoordelingskader, waarin acht hoofdcriteria zijn uitgewerkt tot ruim tachtig screeningsvragen. De afgelopen zes jaar is geprobeerd om dat kader zo min mogelijk te wijzigen, al is dat niet altijd gelukt, omdat er ieder jaar ook een ander thema aan Het Glazen Huis was gekoppeld. De laatste twee jaar was dat duurzaamheid. Het beoordelingskader bestaat uit de volgende hoofdcriteria met bijbehorende weging in de waardering.
De vijf principes van Het Glazen Huis Het Glazen Huis kent vijf leidende principes die ten grondslag liggen aan de totstand koming van de prijs: 1. Het Glazen Huis is onafhankelijk, dat wil zeggen niet verbonden aan deelbelangen in en van de bedrijfstak, de overheid of commerciële partijen. 2. Het Glazen Huis ‘meet’ transparant maatschappelijk verantwoorden via het jaarverslag. 3. Het Glazen Huis kent een transparant en objectiveerbaar beoordelingskader dat wordt toegepast in een transparant ‘beoordelingsproces’. 4. Het Glazen Huis is laagdrempelig en niet verplicht, meedoen is vrijwillig en deelname aan de prijs is kosteloos. 5. Het Glazen Huis stimuleert het leren en verbeteren van maatschappelijk verantwoorden van individuele corporaties en de bedrijfstak als geheel.
6
s l o t p ub l i c at i e
Hoofdcriteria
0
Identiteit, externe oriëntatie en strategie
Resultaten
Beleid en organisatie
Verslaggeving
Governance: organisatie en interne beheersing 15% Beleid 10%
Communicatiewaarde 10%
Missie, opgave en strategieTOTAAL 10% Maatschappelijke resultaten 20% 153 Governance: Financiële resultaten 10% maatschappelijke inbedding 15% Toekomst 10%
De 85 screeningsvragen staan in bijlage 1 van deze publicatie
7
h e t g l a z e n hui s
2
Het Glazen Huis, meer dan een prijs alleen Inter vi ew m et de b e o o r de l i n g sc o m m i ssi e o v e r de werki ng van Het G l a z e n Hu i s Leren (door) verantwoorden. Dat was het motto waarmee Het Glazen Huis zes jaar geleden van start ging. Door het instellen van een jaarlijkse prijs wilden de bedenkers een cultuurverandering bij woningcorporaties bewerkstelligen. Doel: het stimuleren van verdere professionalisering in maatschappelijke verantwoording door woningcorporaties. Het Glazen Huis is daarom meer dan een prijs alleen voor het beste jaarverslag. Het biedt corporaties een leidraad bij het inzichtelijk maken van hun maatschappelijke prestaties en functioneren in hun jaarverslag en werkt door in de praktijk van maatschappelijk ondernemen. Paul Doevendans, Ben Spelbos en Derk Windhausen zijn vanaf de start bij het project betrokken. Een gesprek met de beoordelingscommissie over de werking en de achtergronden van Het Glazen Huis.
+ 6 TIPS van de beoordelings commissie
Waarom hebben jullie Het Glazen Huis bedacht?
Ben Spelbos “Het idee voor Het Glazen Huis is ontstaan tijdens een bijeenkomst die PwC had georganiseerd voor woningcorporaties. René Scherpenisse, de toenmalige directeur van de SEV, hield een praatje over maatschappelijke prestaties van corporaties. PwC had net de Transparantprijs bedacht, de prijs voor het meest transparante jaarverslag voor goede-doelenorganisaties. Daarmee wilden we goede-doelenorganisaties ertoe bewegen om zich bewuster te verantwoorden naar hun donateurs. Dat lukte, want die prijs sloeg enorm aan. Al gauw ontstond het idee om zo’n prijs ook voor woningcorpora ties in het leven te roepen.”
Paul Doevendans “Ik was bij de SEV net bezig met het opstarten van het programma Vernieuw(d) maatschappelijk ondernemerschap. Eén van de belangrijke onderdelen daarvan was een betere verantwoording door het leggen van verbindingen met de samenleving. Corporaties stonden net als goede-doelenorganisaties onder druk van de publieke opinie. Beide werden gezien als gesloten bolwerken die te veel in zichzelf gekeerd waren en te weinig verantwoording aflegden. En dat was niet alleen een opinie, maar bij nogal wat corporaties ook een werkelijkheid. Het idee was om die Transparantprijs zo om te bouwen en hem als instrument in de corporatiesector in te zetten om daarmee het niveau van maatschappelijk ondernemen bij corporaties omhoog te krijgen.” Derk Windhausen
“Voor veel corporaties was dat een vrij nieuw terrein en dat was ook te merken aan de jaarverslagen. Het bleef vooral bij een opsomming van wat er het afgelopen jaar was gedaan, maar meer ook niet. Voor ons was het duidelijk dat er een cultuurverandering moest komen. Corporaties moesten anders gaan denken en Het Glazen Huis was het instrument dat ze daarbij zou gaan helpen.”
8
s l o t p ub l i c at i e
Ben “De naam Transparantprijs mochten we helaas niet gebruiken, want die was beschermd door de Vereniging van Goede-doelenorganisaties. Heel jammer, want de Transparantprijs voor woningcorporaties was natuurlijk een prachtige naam die de lading dekte.”
Paul “Frieda Crooy van de SEV heeft toen de naam Het Glazen Huis bedacht. Wat daarvoor sprak was de transparantie die daarin zit beklonken. Zo doorzichtig als glas. En huis verwijst naar huisvesting, een kerntaak van corporaties. Maar we wilden er meer in leggen dan alleen transparantie, het moest met maatschappelijk ondernemen te maken hebben. De SEV wilde corporaties stimuleren in de ontwikkeling van hun maatschappe lijke profilering. Er was een ontwikkeling gaande waarbij veel corporaties marktgerichte vastgoedjongens waren geworden, terwijl wij als SEV zeiden: let vooral op je maatschappe lijke prestatie en de maatschappelijke verbindingen.”
Ben “Voor de SEV was dat destijds al een belangrijk thema. Als PwC daarentegen staan wij bekend als een harde organisatie, maar vanuit PwC wilden we ook heel graag een verbinding aangaan met de publieke sector. Het was ons niet alleen om de verantwoording an sich te doen; je moet die verantwoording ook in een context plaatsen. Het gaat om de samenhang. Dat wilden we corporaties bijbrengen. Door structuur te brengen in het stramien van het jaarverslag wilden we een omslag in het denken bewerkstelligen.” Hoe wilden jullie zo’n omslag in het denken bij corporaties bereiken?
Paul “Ons motto was Leren (door) verantwoorden. Dus leren verantwoording af te leggen en leren beter maatschappelijk te functioneren en presteren door jezelf te verant woorden. Een mooie combinatie, omdat we in onze veronderstellingen over de werking van Het Glazen Huis een verband legden tussen verantwoorden via het jaarverslag en de werkelijkheid van functioneren als maatschappelijke onderneming.”
Ben
“In het begin gebeurde het maar al te vaak dat ik bij het lezen van zo’n jaarverslag zelf mijn conclusies moest trekken. Voor mij is het duidelijk dat het jaarverslag dan niet goed is. Een jaarverslag is er juist om als organisatie duidelijk te maken waar je voor staat. Wie ben je? Wat zijn je doelen? Heb je ze bereikt? Op welke manier? En wat vind je als organisatie daar zelf van?”
d e b e o o r de l i ngscomm issi e va n h e t g l a z e n h uis Pau l D o even dan s (Atrivé, MOOi) werkt aan maatschappelijk ondernemen met maatschappelijk rendement. Hij doet dat door onderzoek en het ontwikkelen van kennis, concepten en instrumenten en als adviseur bij maatschappelijke organisaties. Als programmaregisseur van de SEV gaf hij vorm aan het innovatieprogramma Vernieuw(d) maatschappelijk ondernemerschap. Als een van de bedenkers van Het Glazen Huis maakte hij deel uit van de beoordelingscommissie die jaarlijks uit de top 25 de vijf jaarverslagen nomineerde die in aanmerking kwamen voor de eindoverwinning. B en Spel b o s is accountant. Tot 2010 was hij voorzitter sectorgroep Woning corporaties bij PwC. In die hoedanigheid was hij verantwoordelijk voor het bedenken en instellen van Het Glazen Huis en gaf hij als voorzitter van de screeningsc ommissie leiding aan het team dat verantwoordelijk was voor de jaarlijkse uitreiking. Ook maakte hij deel uit van de beoordelingscommissie van Het Glazen Huis. D er k Win dha u s en ondersteunt met zijn adviespraktijk wooncorporaties bij het versterken van het maatschappelijk ondernemerschap. Daarvoor begeleidt hij individuele corporaties bij ontwikkeltrajecten in het bestuursdomein. Binnen Het Glazen Huis zorgde hij als voorzitter van de beoordelingscommissie voor het aanscher pen van de beoordelingscriteria en het bewaken van de kwaliteit en begeleidde hij elk jaar de jury als secretaris.
Derk “De meeste jaarverslagen leken nauwelijks op het verantwoordingsdocument of profileringdocument dat ze zouden moeten zijn. Veel corporaties hadden in het begin echt geen idee. Door de jaren heen zie je dat ze over het geheel veel betere jaarverslagen zijn gaan maken. De eerste jaren hadden we nog een dubbele doelstelling bedacht: Leren met elkaar en leren van elkaar. Daarbij was het de bedoeling dat corporaties die minder goed presteerden, gebruikmaakten van de ervaringen van de betere. Het Glazen Huis heeft aangetoond dat wat we hoopten in de praktijk ook zo uitpakte. We spoorden corporaties bijvoorbeeld aan om hun jaarverslagen op internet te zetten, zodat die goed toegankelijk voor anderen zouden zijn. En dat gebeurde ook. We zagen na verloop van tijd dat corporaties zich duidelijk lieten inspireren door de betere jaarverslagen, de zogeheten best practises.” Ben “En wat ook heeft geholpen, is dat we jaarlijks een trendrapport maakten. Daarin stonden de belangrijkste conclusies. Hoe scoorde de winnaar? Hoe scoorden corporaties gemiddeld? Wat deden ze goed? Wat kon er beter? Daarnaast kreeg iedere corporatie een individuele terugkoppeling, die dan weer de basis kon zijn voor een beter jaarverslag voor volgend jaar. Bedenk wel dat de PwC-medewerkers gemiddeld tien uur hebben besteed aan de screening en de review van elk jaarverslag. Met andere woorden: er werd grondig naar gekeken voordat de scores werden vastgesteld.”
Derk “Door hun eigen scores in de individuele beoordeling te vergelijken met de gemiddelde scores en met de best practices in het trendrapport konden corporaties zien hoe ze scoorden ten opzichte van de andere deelnemers. Per hoofdcriterium hebben we elke keer de best practice aangegeven als voorbeeld van hoe het ook kan. Dat motiveert weer om naar de prestaties van anderen te kijken. Dat is het leren van elkaar.”
9
h e t g l a z e n hui s
Paul “Omdat we van ieder hoofdcriterium een duidelijke best practice naar voren haalden, konden we aan corporaties zeggen: Zoek een onderdeel waarop je slecht scoort, bijvoorbeeld het onderdeel maatschappelijke resultaten en kijk dan naar de best practice, en je weet hoe je daarop in de toekomst ook zelf snel kunt verbeteren. Zonder anderen tekort te doen, de standaard die Waterweg Wonen heeft neergezet op maatschappelijke resultaten kan inspirerend zijn voor velen.” Waarin kunnen corporaties zich nog verbeteren?
Ben
“Corporaties zijn relatief slecht in hun externe profilering. Zeker wat betreft hun maatschappelijke rol. Ze zijn niet goed in te duiden wat ze doen, dat kan veel beter. Ze zijn nog te veel in zich zelf gekeerd, te bescheiden en ze hebben onvoldoende oog voor communicatie met de buitenwereld.”
Derk “Ik denk dat daar nog iets onder ligt. Veel corporaties doen wat ze doen, zonder dat ze weten waarom. Maar het is echt belangrijk dat corporaties dat waarom ook naar buiten kunnen brengen.” Ben “Het heeft ook te maken met valse bescheidenheid. Corporaties zijn zich vaak te weinig bewust van de goede dingen die ze doen. Ze vinden het gewoon. En over gewone dingen schrijf je niet in je jaarverslag. Ik heb vaak gezegd: wees trots op wat je doet en toon die trotsheid. Door het te benoemen, te agenderen en ermee naar buiten te treden, ben je ook in staat om bewegingen en cultuurveranderingen binnen je organisatie op gang te brengen.”
Derk “Het begint ermee dat je als corporatie weet wie je bent en waar je voor staat. Dat je een bepaalde overtuiging hebt en dat je daaraan vervolgens ook vorm weet te geven.” Paul “Als je aan corporaties vraagt om hun maatschappelijke meerwaarde te laten zien, dan is dat natuurlijk een stuk ingewikkelder in vergelijk met hun vastgoedwaarde. Maar stel jezelf als corporatie maar eens de vraag: Wat beteken ik voor de buurt en de bewoners die er wonen? En probeer die vraag dan maar eens goed te beantwoorden. Dat kan best, gezien de goede voorbeelden.” Ben
“Corporaties denken te weinig na om zich daarmee te profileren. En daar heeft Het Glazen Huis ook wel bij geholpen. Helder maken dat gewone dingen ook bijzonder kunnen zijn.” Waar moeten corporaties vooral op letten als ze een goed jaarverslag willen maken?
Derk “Laat ik van de acht hoofdcriteria van Het Glazen Huis er als eerste het criterium ‘Missie, opgave en strategie’ uitlichten. Want dat is een belangrijk criterium dat zijn weerslag heeft op de andere criteria. Corporaties die daarop een hoge score halen, scoren ook op de rest van alle overige punten substantieel beter dan corporaties die dat eerste deel niet goed hebben ingevuld. Wie zijn we, waar staan wij voor, wat zijn onze doelen en hoe verbinden we ons daaraan? Als je dat helder hebt, gaat de rest bijna vanzelf. Door de jaren heen zien we dat corporaties veel beter zijn geworden in het beantwoorden van die vragen.” Ben “Een volgende belangrijke vraag is die van de maatschappelijke inbedding. Hoe zijn corporaties met hun omgeving verbonden? Laat als corporatie zien hoe je je stakeholders bij je activiteiten betrekt. Als je dat ook goed in beeld hebt, ben je beter in staat om te kijken naar je financiële en maatschappelijke prestaties en krijg je ook een veel betere structuur in het jaarverslag.”
Derk “Daarmee zijn we bij het criterium ‘Governance’ beland, dat twee aspecten heeft. De eerste betreft de verbinding met je externe omgeving: je stakeholders of je belang houders. Bij maatschappelijk ondernemen opereer je als corporatie nooit in je eentje, maar altijd met andere partijen. Wie zijn dat? Dat moet ook terug te vinden zijn in het jaarverslag. Het tweede aspect van Governance betreft de bestuurlijke organisatie.
10
s l o t p ub l i c at i e
Hoe is je organisatie opgebouwd? Zijn de afdelingen goed op elkaar afgestemd? Werken de interne beheersingssystemen goed? Is er een evenwichtig krachtenveld tussen bestuurders en toezicht? Wordt de Governancecode Woningcorporaties nageleefd?”
Paul “Uit onze evaluatie in het Trendrapport 2011 blijkt de kwaliteit van de verant woording over de maatschappelijke resultaten een sterke voorspeller voor de overall score. Niet voor niets vormt dit thema een absoluut hoofdcriterium binnen Het Glazen Huis en ook tweemaal de themaprijs.” Het Glazen Huis is dus meer dan een prijs alleen. Hoe belangrijk was het dat er ook echt een prijs werd uitgereikt?
Derk “Na drie jaar hebben we corporaties gevraagd hoe zij Het Glazen Huis zagen. Daar kwamen vijf functies uit, die hoog scoorden. Het werd gezien als een checklist, met name de tachtig vragen. Het werd gezien als inspiratiebron, waar moet ik aan denken? Als een benchmark, hoe doen wij het ten opzichte van anderen? Of als een soort keurmerk, goedgekeurd door Het Glazen Huis’. Pas als laatste werd het gezien als een prijs. Toch was het wedstrijdelement wel degelijk belangrijk. Soms haakten corporaties na een paar keer deelnemen af en als ik ze dan vroeg waarom zeiden ze: ‘Omdat we toch niet kunnen winnen.’ De mogelijkheid om iets te winnen is voor veel corporaties heel belangrijk.” Ben “Dat is logisch. Dat is de waardering die je voor de inspanning krijgt. Ik heb met meerdere winnaars gesproken en die zeggen allemaal: als je zo’n prijs wint straalt dat af op je hele organisatie.”
Paul “Het zorgt voor de nodige exposure, het komt op Aedesnet en in diverse andere landelijke en lokale media. Andere corporaties nemen er kennis van. Het is toch goed voor je naam.” Jullie zijn niet alleen de bedenkers van Het Glazen Huis, maar vormden met z’n drieën ook de beoordelingscommissie die elk jaar bepaalde welke vijf corporaties uit de top 25 werden genomineerd als mogelijke winnaar van Het Glazen Huis. Waar keken jullie naar?
Derk “We hebben jaarverslagen gehad die elk jaar keurig in de top 25 kwamen en die een hoog aantal punten scoorden. Bij sommigen was de inhoudsopgave van het jaarverslag zelfs gelijk aan de acht criteria van Het Glazen Huis. Eén ding wisten wij dan zeker, die gaan niet winnen. Want dat vereist meer dan het aanvinken van de lijst met tachtig vragen.” Ben
“Zulke jaarverslagen halen wel een hoge score en er staat veel belangrijke informatie in, maar de identiteit van de corporatie komt er niet in tot uitdrukking.”
Paul “We waren toch vooral ook op zoek naar een eigen look and feel. De screening van de punten gebeurde natuurlijk heel objectief, maar daarnaast wilden we er ook iets van een gevoelswaarde in kunnen ontdekken. Het verslag moest ons een gevoel geven bij de corporatie en haar context en duidelijk maken dat de club maatschappelijke verant woording ook echt snapte.” Derk “Het Glazen Huis is meer dan een optelsom van die tachtig vragen. In een goed jaarverslag zit ook een verhaal. Is het authentiek? Zorgt het jaarverslag voor een positieve betrokkenheid bij die organisatie? Heb je na lezing ervan ook het idee dat je de corporatie kent?” Ben
“Belangrijk is dat je na lezing ook weet wat de corporatie er zelf van vindt. Het moet duidelijk zijn, zodat de lezer kan toetsen of hij het ermee eens is of niet. Laat de lezer niet in het ongewisse.”
Derk “We moeten dan toch ook even stilstaan bij de rol van de Raad van Commissa rissen. Die hebben vaak ook een eigen hoofdstuk in het jaarverslag, al wordt dat in
11
h e t g l a z e n hui s
Tips Werk vanuit je eigen visie. Wees duidelijk wie je bent, waar je voor staat en welke doelen je wil bereiken.
praktijk meestal door iemand anders geschreven. Dat zou echt anders moeten. Die commissarissen zitten daar natuurlijk niet voor niets, dat zijn wijze mensen en als zij in hun deel van het jaarverslag laten weten dat het goed zit, geeft dat de lezer veel vertrouwen.”
Ben
“Ja, maar dan moet de Raad van Commissarissen zich duidelijker uitspreken dan nu gebeurt. In veel gevallen ontbreekt daar ook een eigen opinie. Een Raad van Commissarissen mag best eigen opvattingen hebben. Ze hebben drie rollen: die van werkgever, opzichter en klankbord en in al die rollen kunnen ze best wat vinden.”
Als corporatie opereer je niet alleen, maar werk je samen met je belanghouders. Kijk goed hoe je organisatie in de externe omgeving past.
Maatschappelijk rendement is niet het makkelijkste om in beeld te brengen, maar het kan steeds beter met methoden en goede voor beelden… ga ermee aan de slag. Het is onmisbaar bij het verantwoor den van je maatschappelijk handelen.
Raad van Commissarissen, durf je uit te spreken. Als je een jaar toezicht houdt, durf dan ook een opinie te hebben.
Gebruik de best practices van Het Glazen Huis als geslaagde voorbeelden van hoe het kan.
Voor wie schrijven corporaties het jaarverslag?
Derk “Dat is een veel gestelde vraag. Veel corporaties hebben nog altijd een houding van: ‘Ach, niemand leest het, dus waarom zouden we dan een jaarverslag maken?’ Globaal zijn er vier typen doelgroepen voor wie het jaarverslag bestemd is. Het is belangrijk dat je bij het schrijven je voortdurend bewust bent van de informatiebehoeften van elk van deze vier doelgroepen. Het is heel goed denkbaar dat sommige specifieke informatie niet in het jaarverslag, maar via een aparte communicatielijn wordt verstrekt. Kies je daarvoor, dan is het wel goed om in het verslag daarvan melding te maken. Ten eerste heb je de belanghebbers voor wie je het doet, zoals je huurders, maar ook de belanghouders met wie je samenwerkt, zoals huurdersverenigingen, onderwijsorganisaties, zorginstellingen, de gemeente, noem maar op. De tweede doelgroep is de groep aan wie corporaties formeel verantwoording moeten afleggen, het ministerie of aan het Centraal Fonds. Dan is er de interne verantwoording naar de eigen organisatie, de verantwoording naar de Raad van Commissarissen of de Raad van Toezicht, al is het bijzonder dat de Raad van Commissarissen zelf ook verantwoordelijk is voor het jaarverslag en tegelijkertijd vaak ook zelf een hoofdstuk in het jaarverslag heeft. En ten slotte heb je de publieke opinie of de maatschappij. Maar wat vaak vergeten wordt, is dat een jaarverslag ook een mooi moment is in de evaluatie voor de corporaties zelf. Dat was ook het doel van Het Glazen Huis: corporaties bewust maken van hun eigen handelen. In die zin schrijven ze het jaarverslag ook voor zichzelf.” Paul “En daarmee zijn we weer terug bij ons motto Leren (door) verantwoorden. Als het verantwoorden niet verticaal – niet vanuit hiërarchie en toezicht – maar horizon taal gebeurt, dan leer je er ook zelf van. Het jaarverslag geeft corporaties de mogelijkheid om te reflecteren op de eigen organisatie, het eigen handelen en presteren. Een goed jaarverslag leidt tot een betere interne bewustwording en externe profilering.” Ben “Daarom is het beter dat corporaties zelf hun jaarverslag schrijven en er zelf bij
Het jaarverslag is een goed instrument voor zelfreflectie.
betrokken blijven, dan dat ze alles uitbesteden aan een extern bureau. Dan mis je als lezer de beleving en juist die eigen stem van de corporatie is heel belangrijk.”
Paul “Een jaarverslag is eigenlijk iets van de systeemwereld. Daarin vormen wetten, methoden en regels het uitgangspunt. Maar een goed jaarverslag weet juist een systeemen leefwereld met elkaar te verbinden en dat moet je kunnen teruglezen. Dan moet je kunnen waarnemen wat voor mensen er in de organisatie werken, met wie ze werken, in wat voor wijken ze actief zijn, hoe ze in het leven staan. Ook dat moet je kunnen proeven uit het jaarverslag.” Derk “Er kan nog meer winst behaald worden als corporaties zich nog beter zouden realiseren dat het jaarverslag er ook is voor de eigen reflectie. Maar zie je het alleen als verplicht nummer, dan verlies je veel van de waarde die het jaarverslag kan hebben. Na zes edities van Het Glazen Huis kunnen we dat wel concluderen: Leren (door) verantwoorden werkt echt.”
12
s l o t p ub l i c at i e
“Na zes edities van Het Glazen Huis kunnen we dat wel concluderen: Leren (door) verantwoorden werkt echt.” 13
h e t g l a z e n hui s
3
Een jaar verslag dat transparant is laat de hele beleidscyclus zien Inter view met de s c r e e n i n g s c o m m i s s i e v a n H et Gl azen Hui s Als voor de meeste Nederlanders de zomervakantie aanbrak, begon de screeningscommissie van Het Glazen Huis met het screenen van de ingezonden jaarverslagen. De afgelopen zes jaar stuurden ruim 255 corporaties hun jaarverslag in. Namens PwC vertellen Bart van Rooijen en Gijsbert Turkenburg over wat hun tijdens het toekennen van de punten opviel. “Het mooiste is het om te lezen als er bij elk hoofdstuk bovenaan kort wordt vermeld: hier staan we voor, dat hebben we eraan gedaan, dit is het resultaat, zo willen we verder en hieronder leggen we het uit.”
+ 6 TIPS van de screenings commissie + de belangrijkste trends van de afgelopen zes jaar van Het Glazen Huis
Bart van Rooijen is namens PwC projectleider van Het Glazen Huis. In die hoedanigh eid stuurde hij elk jaar het team medewerkers aan dat betrokken was bij de screening van de ingezonden jaarverslagen en het samenstellen van de top 25 van de beste inzendingen. Gijsbert Turkenburg is partner bij PwC en sinds 2010 voorzitter van de Sectorgroep Woningcorporaties.
14
Wat is jullie eerste indruk na zes edities van Het Glazen Huis?
Gijsbert Turkenburg “Corporaties zijn duidelijk gegroeid. In de sector is het besef doorgedrongen dat een jaarverslag meer is dan alleen maar zeggen: ‘Dit hebben we gedaan en zoveel kostte het.’ Je ziet dat corporaties echt hun best doen om verantwoor ding af te leggen. Over hun strategie, over hun eigen organisatie en de interne beheersing. Over de financiële resultaten. Over hun toekomstverwachtingen. Je mag gerust zeggen dat Het Glazen Huis daaraan heeft bijgedragen.” Bart van Rooijen “Toen we er zes jaar geleden mee begonnen was de verwachting dat de transparantie nog niet zo hoog zou zijn. En dat was ook het geval. Eigenlijk was elk verslag hetzelfde, conform de opzet van het BBSH en steeds volgens dezelfde structuur geschreven. En vervolgens bleef het bij een opsomming van de prestaties met daarachter de kosten. Niet meer dan dat. Het Glazen Huis wilde meer verantwoording terugzien dan de wettelijke eisen die het BBSH stelde. Wat we wilden is dat corporaties zich gaan verantwoorden over hun doelstelling, hun handelen en het gevolg daarvan. Wat ga je in de toekomst doen? Dat zat er nog te weinig in. En eerlijk gezegd blijft dat voor sommige corporaties nog altijd een lastige opgave. Maar de afgelopen zes jaar heeft veel verbetering laten zien.” In welk opzicht zijn de jaarverslagen van corporaties beter geworden?
Gijsbert “Waar je dat aan ziet? De verslagen zijn beter te doorgronden. Het is allemaal gerichter opgeschreven. Verantwoording wordt ook vaker gekoppeld aan datgene waar de corporaties zelf voor staan. Ik heb niet zoveel aan een verslag waarin corporaties vertellen wat ze hebben gedaan en hoeveel het heeft gekost. Ik wil een verslag lezen waarin staat: ‘We waren dit van plan, we hebben dit gedaan om dat te bereiken, we hebben dit bereikt, het heeft zoveel gekost, daarmee hebben we wel of niet onze doelstellingen gehaald en in de toekomst gaan we op deze manier verder.’ Het is belangrijk om al die stappen te laten zien. En of dat nu gebeurt op het huisvesten, op het energielabel, op kwaliteit, op
s l o t p ub l i c at i e
financiële prestaties, dat maakt in principe niet uit. Het moet op alle vlakken gebeuren. Een transparant jaarverslag laat telkens de hele cyclus zien. Alleen maar vertellen wat iets gekost heeft, is niet genoeg. Want dan weet de lezer nog niks. Laat als corporatie zien waar je voor staat, wat je wil bereiken en wat je bereikt hebt. Die manier van denken zit er nu echt wel bij corporaties in.”
Bart
“Op het onderdeel ‘Missie, opgave, strategie’ scoren corporaties gemiddeld best goed. Echt stukken beter dan zes jaar geleden. Iedereen heeft dat nu wel opgenomen in het jaarverslag, waar dat in het begin niet zo was. Bij de corporaties die langer meedoen zie je nu vaak de acht criteria van Het Glazen Huis in de kopjes van de hoofdstukken terug komen. Dat is eigenlijk ook weer niet helemaal de bedoeling. Maar het toont aan dat Het Glazen Huis nu als leidraad wordt gebruikt en daar zijn we natuurlijk wel heel blij mee.”
Gijsbert “Uiteindelijk gaat het om verantwoorden van beleid. Daarom is het belangrijk dat in het jaarrapport de hele beleidscyclus is te volgen. In managerstaal noemen we dat integrated reporting, of in het Nederlands: beleidsverantwoording. Wat zijn je beschikbare middelen? Hoe zet je ze in? Wat is het resultaat in hun onderlinge samenhang?”
Bart
“Wat je bijvoorbeeld nauwelijks zag was dat corporaties met een meerjaren prognose kwamen. In het jaarverslag las je niets terug over hun financiële toekomst. Dat zie je nu wel standaard terugkomen. De laatste jaren wordt er, zeker sinds de crisis, ook bij corporaties heel vaak met financiële ratio’s en kerngetallen gewerkt. Ze laten zien wat hun sturingskader is. Misschien hadden ze zo’n kader intern wel, maar daarover werd niet over gerapporteerd in het jaarrapport. Dat gebeurt nu wel.” Zijn er nog andere punten waarop duidelijk vooruitgang is geboekt?
Bart “Een positieve ontwikkeling is dat in veel verslagen interviews zijn opgenomen en dan met name met belanghouders. Corporaties laten zien met wie ze te maken hebben en dat geeft ook weer wat extra’s aan het jaarverslag. Als lezer krijg je dan de interactie met de belanghouders te zien. Het maakt duidelijk in welke omgeving corporaties opereren. En daarbij het leest ook nog prettiger dan alleen een droge opsomming.”
Gijsbert “In de praktijk merken we dat corporaties meer gefocust zijn in de relaties met de omgeving. Corporaties realiseren zich dat ze organisaties zijn die in een omgeving opereren en dat die omgeving vragen stelt. Of eisen. Corporaties moeten op die vragen reageren door antwoorden te geven die de vraagsteller ook snapt. Daar is een mooi woord voor: stakeholdersmanagement. We zien dat corporaties daar meer energie in steken. Dat gaat om relaties met de gemeente, huurdersverenigingen en met andere partijen die in die sociale omgeving opereren zoals scholen, politie, zorginstellingen.” Zijn er nog meer pluspunten te noemen?
Bart
“Een belangrijk doel van Het Glazen Huis is altijd geweest dat corporaties van elkaar leren. En dat gebeurt ook. We zien dat ze zich aan elkaar optrekken. Een goed voorbeeld vind ik de impact van het jaarverslag van Waterweg Wonen, de corporatie die terecht de oeuvreprijs heeft gewonnen. We constateren dat andere corporaties bepaalde dingen van Waterweg Wonen overnemen, zoals de effectenkaart. Die zien we nu bij heel veel corporaties terugkomen. Dat is goed want daarmee laat je als corporatie je maat schappelijke prestaties zien.”
Tips Een transparant jaarverslag laat de hele beleidscyclus zien. Alleen maar vertellen wat iets heeft gekost, is niet genoeg. Geef aan wat je beschik bare middelen zijn, hoe je ze inzet en wat het resultaat is in hun onderlinge samenhang.
Geef je jaarverslag niet klakkeloos de indeling van het beoordelingskader, maar gebruik de acht criteria als leidraad.
Spreek je uit over de (financiële) toekomst. Geef in het jaarverslag ook een meerjarenprognose. Laat zien wat je sturingskader is.
Interviews maken het jaarverslag prettig leesbaar en kunnen de interactie tussen corporatie en belanghouders goed weergeven.
Formuleer je doelstellingen SMART. Ofwel: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden. Probeer je doelen altijd zo duidelijk mogelijk te formuleren dat je ze kunt meten.
Geef het jaarverslag een duidelijke hoofdindeling zodat je informatie snel kunt terugvinden. Presenteer je informatie op een heldere manier.
Gijsbert “Al moeten we na zes jaar ook wel onderkennen, dat het voor corporaties een heel lastige opgave blijft om de maatschappelijke resultaten zichtbaar te maken. Ze proberen het wel en dat moeten ze blijven doen, maar maatschappelijk resultaat is meer dan alleen kunnen laten zien dat de wachtlijsten korter zijn geworden. Corporaties kunnen met tevredenheidsonderzoeken onder huurders best een eind komen, maar als ze bijvoorbeeld echt het maatschappelijke effect van een wijkmeester in een buurt willen aantonen en als ze dat dan weer willen uitdrukken in geld, dan blijft het lastig. Zeker als ze ook nog eens de aanpak van een bepaalde wijk willen vergelijken met de wijkaanpak in een andere buurt. Stel de ene kost een ton en de ander anderhalve ton, is die van een ton dan beter? Dat kun je niet zeggen, omdat de problemen in de ene wijk veel urgenter kunnen zijn dan die in een andere wijk. Toch is het voor ons duidelijk dat de verantwoor
15
h e t g l a z e n hui s
Trends Na z e s edities van Het Glazen Huis hebben veel corporaties ervaring opge bouwd met het afleggen van maatschappe lijke verantwoording in hun jaarverslag. De totaalscores zijn toegenomen van 41,2 procent in het eerste jaar tot 58,2 procent in 2011. Een stijging van ruim 3 procent per jaar. D e de e lnemers scoren al enkele jaren stelselmatig hoger op de criteria ‘Missie, opgave en strategie’, ‘Governance: organisatie en interne beheersing’ en ‘Communicatiewaarde’. In jaargang 2011 van Het Glazen Huis is ook duidelijk progressie zichtbaar in ‘Maatschappelijke resultaten’ en ‘Financiële resultaten’. D oor de jaren heen zijn de scores op het criterium ‘Beleid’ duidelijk lager. Daarmee blijft de verantwoording over het maatschappelijk beleid bij veel corporaties onderbelicht. Het is nog steeds een uitdaging om de scores op te tillen naar het relatief hoge niveau dat wordt bereikt voor de beoordelingscritreria ‘Missie, opgave en strategie’, ‘Governance: organisatie en interne beheersing’ en ‘Communicatie waarde.’ D eelne m ers sc o ren hoger naarmate ze vaker aan Het Glazen Huis hebben deelgenomen. V oor de e l nemers die een aantal jaren achtereen hebben deelgenomen geldt dat er sprake is van een duidelijke leercurve. K le ine cor p o raties scoren gemiddeld lager dan middelgrote en grote corporaties, omdat de score van de kleine corporaties als geheel wordt gedrukt door verhoudings gewijs lage scores bij corporaties die voor het eerste of tweede jaar deelnemen. De scores van de kleine corporaties die vier of vijf jaar achtereen hebben deelgenomen, kunnen de vergelijking met de middelgrote en grote corporaties doorstaan. G r ot e corp oraties scoren gemiddeld hoger dan kleine en middelgrote corporaties, omdat de score van grote corporaties als geheel nauwelijks wordt gedrukt vanwege de lagere score van nieuwe deelnemers.
16
ding van de maatschappelijke resultaten altijd een van de pijlers van Het Glazen Huis moet blijven. Daar kunnen we niet genoeg op blijven hameren.” Op welke onderdelen kunnen corporaties na zes jaar Het Glazen Huis nog veel verbeteren?
Bart “Uit de scores blijkt dat corporaties moeite hebben met het vierde criterium van Het Glazen Huis, de categorie ‘Beleid’. Daarbij vragen we corporaties om hun doelstellin gen te formuleren, maar dat ook te doen op een manier die we SMART noemen. Die afkorting staat voor Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden. Corporaties noemen vaak hun doelstellingen wel, maar ze schrijven dat niet SMART op. Wanneer je als corporatie aantallen kunt benoemen is dat natuurlijk meetbaar, maar kwaliteit is al lastiger om te meten. Probeer daarom je doelen altijd zo duidelijk mogelijk te formuleren, zodat je ze wel kunt meten. Dat is onze focus geweest, hoe benoem je die doelstellingen zo dat ze meetbaar worden.”
Gijsbert “Maar eerlijk is eerlijk, het aantonen van de maatschappelijke opbreng sten, zeg maar de outcome, de waarde van een bepaalde maatregel voor de samenleving, dat blijft een lastige opgave.” Bart “Net zoals we zien dat ze het nog altijd moeilijk vinden om zich uit te spreken over de toekomst. Ook daar kunnen nog grote stappen worden gemaakt.” Wat kenmerkt volgens jullie een goed jaarverslag?
Bart “Een verslag waarvan de hoofdstukindeling logisch is, zodat je snel informatie terug kan vinden. Sommige verslagen zijn behoorlijk dikke boekwerken. Soms haalde een verslag best een hoge score en haalde het met gemak de top 25, omdat alle criteria van Het Glazen Huis erin aan de orde kwamen, maar soms was zo’n verslag dan ook bijna onleesbaar.”
Gijsbert “Het mooiste is het om te lezen als er bij elk hoofdstuk bovenaan kort wordt vermeld: ‘Hier staan we voor, dat hebben we eraan gedaan, dit is het resultaat, zo willen we verder en hieronder leggen we het uit’. Dan wordt de juiste informatie op een heldere manier gepresenteerd. Als ik als lezer word bedolven met informatie en daar zelf conclusies uit moet afleiden, dan is dat niet goed. Als ik van tabel naar tabel word gestuurd en ik moet een rapport van het Centraal Fonds ernaast leggen om te zien of dat op de norm is van de sector of de regio en ik moet het ondernemingsplan ernaast leggen om te achterhalen wat de doelstellingen waren, dan denk ik: zoek het lekker uit. Dat ga ik echt niet doen. En ik ben natuurlijk niet de enige die dat denkt.”
s l o t p ub l i c at i e
Gemiddelde screeningsscores 70
60
50
40
30 2006
2007
2008
2009
2010
Identiteit, externe oriëntatie en strategie
Resultaten
Missie, opgave en strategie Governance: maatschappelijke inbedding
Maatschappelijke resultaten Financiële resultaten Toekomst
Beleid en organisatie
Verslaggeving
Governance: organisatie en interne beheersing Beleid
Communicatiewaarde
2011
Totaal 17
h e t g l a z e n hui s
4
De jur y spreekt Ui tspraken van de j u r y e n j u r y v o o r z i t t e r s u i t ze s j aar Het Gl aze n Hu i s Als de genomineerden voor Het Glazen Huis eenmaal bekend waren, was het aan de jury om te bepalen welke corporatie in aanmerking kwam voor de eindoverwinning. Welke vragen en eisen stelden de juryleden de afgelopen jaren aan de winnende jaarverslagen? Een terugblik op juryrapporten van de afgelopen zes jaar.
+ 5 TIPS van de jury van Het Glazen Huis
“Een beetje verheffen en verbinden”, zo vatte Wim van de Donk, de eerste juryvoorzitter van Het Glazen Huis, heel kort de opdracht samen waarvoor corporaties zich sinds de tweede helft van de vorige eeuw steeds vaker zagen gesteld. De eerste uitreiking van Het Glazen Huis op 5 december 2006 in Nieuwspoort te Den Haag paste dan ook feilloos in de ontwikkeling die corporaties destijds doormaakten. “Wij reiken deze prijs uit in een tijd dat in de Nederlandse samenleving wellicht meer dan ooit moet worden gewezen op het belang van de bindende en de integrerende verantwoordelijkheid van maatschappelijke organisaties”, aldus Van de Donk, destijds ook voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). “Organisaties die aan hun stand verplicht zijn om zelfstandig en voor eigen rekening te bepalen wat vanuit hun missie en taakstelling bezien, in de samenleving prioriteit verdient.” Zes jaar later blijkt dat deze prozaïsche woorden onomstotelijk aan kracht en betekenis hebben gewonnen. Corporaties zijn zich terdege bewust van hun maatschappelijke rol en de verantwoordelijkheden die dat met zich meebrengt. Na zes edities van Het Glazen Huis mag worden geconcludeerd dat corporaties een zichtbare groei hebben doorgemaakt in de manier waarop zij hun maatschappelijke taken verantwoorden in het jaarverslag en dat zij daarbij steeds vaker de dialoog aangaan met de samenleving. Terecht merkte Wim van de Donk in 2006 al op: “Het woord verantwoorden bevat niet voor niets het woord antwoord hetgeen weer een vraag veronderstelt”. Net als Wim van de Donk, die drie opeenvolgende keren juryvoorzitter was, maakte Toos Kloppenburg meerdere jaren deel uit van de jury van Het Glazen Huis. Voor ze toetrad tot de jury van Het Glazen Huis, las Kloppenburg vanwege haar jarenlange activiteiten als vrijwilliger voor diverse huurdersverenigingen al regelmatig jaarverslagen van corporaties. “Jaarverslagen waren lange tijd duidelijk alleen maar geschreven voor het ministerie, gemeenten en voor intern gebruik. Ik was gewend dat ik me als huurder door zo’n jaarverslag heen moest worstelen. Soms dacht ik weleens: zijn dit gewone mensen die dit geschreven hebben?” In de vijf jaar dat ze jurylid van Het Glazen Huis was, constateerde ze een duidelijke verandering in de manier waarop corporaties zich in hun jaarverslag verantwoordden. “De kwaliteit van de jaarverslagen werd met de jaren beter, vooral omdat ze toegankelijker werden.” Zo stelde ze vast dat de deelnemers echt probeerden rekening te houden met de beoordelingscriteria van Het Glazen Huis. Zelf gebruikte Kloppenburg de acht beoor delingscriteria ook als leidraad bij het kiezen van een winnaar. “Ik volgde de hoofdthema’s en een paar subthema’s die ik belangrijk vond, en zo las ik ieder jaarverslag door. Maar als de afgevaardigde van de Woonbond keek ik natuurlijk ook altijd naar de betrokkenheid van huurders en huurdersorganisaties.” Juist haar extra kennis om de corporatie te beoordelen vanuit het gezichtspunt van de huurders, werd door de andere juryleden gewaardeerd, merkte Toos Kloppenburg. “De diversiteit in de jury zorgde ervoor dat er op verschillende manieren naar de jaar verslagen werd gekeken. Omdat iedereen een andere invalshoek had, konden we samen tot een weloverwogen oordeel komen.”
18
s l o t p ub l i c at i e
“Een echte verantwoor“Als juryleden keken we ding over duurzaamheid altijd goed naar de oor blijkt voor de meeste spronkelijke doelstelling” corporaties nog mini“De kwaliteit van de maal één brug te ver” jaarverslagen werd “Een beetje verheffen met de jaren beter” en verbinden” Jan Terlouw – voorzitter 2010-2011 Jan van der Schaar – jurylid 2008-2011 Toos Kloppenburg – jurylid 2008-2011 Wim van de Donk – voorzitter 2006-2008
19
h e t g l a z e n hui s
Tips Gebruik het jaarverslag om de dialoog aan te gaan met je belang houders. Beantwoordt de vragen die de samenleving stelt.
Wees authentiek. Gebruik de beoordelingscriteria niet te rigide, maar als een inspiratiebron voor je eigen verantwoording. Niet aanvinken maar aanvonken.
Laat zien wat je oorspronkelijke doelstellingen zijn, ook als je die niet hebt gehaald. Geef in dat geval ook aan waarom je ze niet hebt gehaald.
Wees helder in je formuleringen. Zeg duidelijk wat je bedoelt. Vermijd verhullend of te algemeen taalgebruik.
Laat bij maatschappelijk rendement het verband zien tussen de genomen maatregelen en de maatschappelijke effecten door SMART te meten en probeer dat ook in geld uit te drukken. Wat kost het en wat levert het op? Een maatschappelijke kosten-baten analyse is kostbaar en vaak moeilijk te maken, maar is wel een goed instru ment om te sturen op beleid.
Het is de eigen inbreng waartoe Wim van de Donk ook de deelnemende corporaties aanspoorde. Met klem wees hij op het risico van een al te rigide gebruik van het beoorde lingskader en de screeningsvragen als benchmark voor maatschappelijke verantwoording en drukte hij corporaties op het hart toch vooral vast te blijven houden aan hun authenti citeit. “En deze authenticiteit moet herkenbaar blijven in de wijze waarop u zich verant woordt en verbindt.” Het doel van Het Glazen Huis is altijd het inspireren van corporaties geweest, hield hij zijn gehoor voor. “Inspireren, dat wil zeggen aanzetten tot het vinden van een verantwoordingswijze die bij u past. Dat mag u niet verwarren met dicteren, het opleggen van een vast stramien waarvan u niet mag afwijken.” Want, zo waarschuwde hij: “Zou de benchmark resulteren in een eenheidsworst, dan gooit Het Glazen Huis zijn eigen glazen in.” De wijze raad die de jury elk jaar meegaf aan deelnemende corporaties om de beoordelingscriteria zo goed mogelijk te benutten, luidde dan ook: ‘niet afvinken maar aanvonken’. Elk jaar kwam de jury een keer bijeen om te vergaderen over de prijswinnaars. Naast de winnaar van de algemene prijs van Het Glazen Huis werd er elk jaar ook een themaprijs uitgereikt. Achtereenvolgens betroffen dat de thema’s ‘Effectiviteit van belanghouders participatie’ (2006), ‘Transparant over maatschappelijk vermogen’ (2007), ‘Inzicht in maatschappelijke resultaten’ (2008 en 2009) en ‘Verantwoorden over duurzaamheid’ (2010 en 2011). Voorzitter van de jury bij de laatste twee edities van Het Glazen Huis was Jan Terlouw, voorzitter Platform Energietransitie Gebouwde Omgeving (PeGO) en voormalig voorzitter geschillencommissie AedesCode. Tot zijn spijt moest hij constateren dat het verantwoor den over duurzaamheid in de corporatiewereld nog altijd geen gemeengoed is. Uitzondering op die regel was Oost Flevoland Woondiensten uit Dronten, de enige corporatie die volgens de jury duurzaamheid wel wist te integreren in alle facetten van haar verantwoording. Oost Flevoland Woondiensten won dan ook de Themaprijs in 2010 en 2011. “Weliswaar wordt duurzaamheid steeds vaker als belangrijk thema geagendeerd, maar een echte verantwoording over de op dit terrein geleverde inspanningen, de behaalde resultaten en de gemeten effecten blijkt voor de meeste corporaties nog minimaal één brug te ver.” En juist het verantwoordingsniveau van zo’n ‘echte verantwoording’ woog zwaar bij het aanwijzen van de winnaars van Het Glazen Huis, zegt Jan van der Schaar, geassocieerd partner van RIGO Research en Advies en jurylid van 2008 tot en met 2011. “Bij verant woorden moet je jezelf altijd twee vragen stellen. Dus niet alleen de vraag of je verant woordt wat je hebt gedaan, maar ook of dat is wat je wilde bereiken. Als juryleden keken we daarom ook altijd goed naar de oorspronkelijke doelstelling. Wat had de corporatie zich aanvankelijk voorgenomen?” Zijn indruk is dat corporaties zich in hun jaarverslag nog altijd betrekkelijk weinig uitspreken over hun oorspronkelijke doelstellingen. “Zeker als het maatschappelijke resultaten betreft.” Daarbij benadrukt Van der Schaar dat alleen het benoemen van de genomen maatregelen en de maatschappelijke resultaten die daarbij worden gehaald, in de ogen van de jury niet voldoende was. “Het maatschappelijke effect moet meetbaar zijn, je moet het kunnen toetsen, zodat je weet dat het effect ook echt het gevolg van de maatregel van de corporatie is en niet een gevolg van andere factoren. Met andere woorden: is het SMART gemeten?” Als corporaties hadden laten zien dat de maatschappelijke resultaten het gevolg waren van de genomen maatregelen, keek de jury vervolgens of ze dat ook in geld wisten uit te drukken. Van der Schaar: “De vraag ‘Wat kost het en wat levert het op?’ werd in de jaarverslagen meestal maar ten dele beantwoord. Veel corporaties zijn helaas nog altijd niet in staat om een verband te leggen tussen hun begroting en hun maatschappelijke prestaties. Je ziet soms dat ze veel geld uitgeven zonder dat ze eigenlijk goed in kaart hebben gebracht wat ze hebben bereikt. In de praktijk doen maar weinig corporaties een maatschappelijke kosten-batenanalyse. Die is lastig om te maken en duur. We zien dat eigenlijk alleen grote corporaties het soms doen. Maar het verdient wel de aanbeveling een maatschappelijke kosten-batenanalyse te maken, want daardoor kun je veel beter sturen op je beleid.” Toos Kloppenburg denkt dat corporaties ook nog flinke vooruitgang kunnen boeken als ze in hun jaarverslagen duidelijker en zorgvuldiger zouden formuleren. “Ik zie vaak dat corporaties aankondigen dat ze huurwoningen gaan verkopen om de opbrengst te investeren in nieuwbouw, maar die directe relatie vind je dan niet weer terug in het
20
s l o t p ub l i c at i e
jaarverslag. Het wordt allemaal op een hoop gegooid, terwijl ik dan eigenlijk wel wil weten hoe die directe relatie werkelijk is. Ronduit slecht zijn corporaties in het verantwoorden van hun deelnemingen. Soms kun je uit de naam van een deelneming nog wel iets afleiden, maar vaak heb je geen idee wat die inhoudt.” Ook een begrip als leefbaarheid kan soms eerder verhullend dan verhelderend werken, zegt Kloppenburg. “Leefbaarheid is een onderwerp waar corporaties maar van alles onderbrengen. Het wordt daardoor te algemeen. Wees gewoon helder. Als je een Johan Cruyff Court sponsort, kun je duidelijk aangeven dat je dat doet voor de jeugd in de buurt. Geef aan wat je daarmee beoogt, in plaats van alleen het label leefbaarheid erop te plakken.” Jurylid Jan van der Schaar benadrukt dat het jaarverslag meerwaarde krijgt als corporaties het aanwenden voor een kritisch zelfonderzoek waarop andere partijen kunnen reageren. “Gebruik het jaarverslag als een uitnodiging tot dialoog aan de belanghouders. Dan heb je er als corporatie zelf ook echt iets aan.” Dat advies van de jury hebben de deelnemers aan Het Glazen Huis ter harte genomen. “Als we terugkijken op de afgelopen zes jaar, dan zijn de verslagen professioneler en transparanter geworden”, aldus juryvoorzitter Jan Terlouw tijdens de laatste prijsuitrei king. “Er is een steeds grotere groep die een goede vorm heeft gevonden voor een maat schappelijke verantwoording. Dat is winst voor de samenleving, waarin u een belangrijke rol vervult. Maar naar wij menen ook voor uzelf, omdat een goede verantwoording uw bewuster maakt van uw maatschappelijke betekenis.” Het was tijdens het bestaan van Het Glazen Huis niet de eerste keer dat werd opgemerkt dat corporaties best wat zelfbewuster mogen zijn over hun maatschappelijke betekenis en hun identiteit. En met deze terugblik op de zes edities van Het Glazen Huis is dat ook een laatste advies aan uw adres. Of zoals Wim van de Donk al opmerkte: “Zorgen voor mensen, op eigen initiatief, dicht bij de samenleving en zonder winstoogmerk: alsof dat al niet genoeg houvast geeft!”
21
h e t g l a z e n hui s
5
De eregalerij De twaal f wi nnaars i n be e l d De zes jaargangen van Het Glazen Huis leverden zes verschillende winnaars op. Daarnaast werd er ieder jaar een themaprijs uitgereikt en tijdens de laatste afsluitende editie ook eenmalig de Energiesprong-prijs en de oeuvreprijs van Het Glazen Huis. Een overzicht van de winnende corporaties.
+ 12 TIPS van enkele winaars
2006 Winnaar van Het Glazen Huis: IN uit Groningen Uit het juryrapport: “IN heeft in haar verslag gekozen voor verantwoording op vier niveaus: het niveau van de stad, het niveau van de wijk, het niveau van de klant en het niveau van de organisatie. Vooral de ruime aandacht voor de prestaties op wijkniveau, ondersteund met vele plattegronden, brengt het verslag dichter bij de samenleving. Verder is het verslag redelijk compleet zonder veel bijzonderheden, of het moet de ruime aandacht voor de Aedex benchmark zijn. Een verbeterpunt is de ontbrekende confrontatie van opgaven, ambities en doelstellingen versus resultaten en daaraan verbonden plannen voor 2006. […] De jury heeft besloten de prijs toe te kennen aan het verslag dat het meeste ‘zin in maatschappelijk ondernemen’ uitstraalt. Het winnende verslag verbindt op een natuur lijke wijze de corporatie met haar omgeving, ademt als het ware mee met haar omgeving. Het kiest de goede woorden om maatschappelijke betrokkenheid te tonen, en legt zowel in woord als in beeld de relatie tussen corporatie en de wijk, stad en regio, waarin ze werkt. De wooncorporatie IN uit Groningen heeft haar jaarverslag van buiten naar binnen geschreven, zowel in taalgebruik als de keuze van onderwerpen. Het geeft bovendien goed inzicht in de governance van de organisatie en biedt waardevolle in- en externe ankerpunten om de geleverde prestaties naar waarde te schatten. Kortom, het verslag van IN legitimeert, wekt vertrouwen en nodigt uit tot waardering van de geleverde prestaties. Ten slotte heeft het verslag van IN een no nonsens uitstraling die de jury goed vindt passen bij een maatschappelijke onderneming, dat wil zeggen goed vormgegeven, maar niet te duur.”
Winnaar van de themaprijs: Wonen Limburg uit Roermond Uit het juryrapport: “Wonen Limburg is de corporatie die in haar jaarverslag het meest van alle ingezonden verslagen blijk geeft van een belanghoudersparticipatie die is geïnspi reerd door het gedachtegoed van de maatschappelijke onderneming. Sterk punt is de uitwerking ervan in een afzonderlijke paragraaf ‘maatschappelijke inbedding’, met een heldere identificatie van belanghouders. Een duidelijk verbeterpunt is ook hier de verantwoording over resultaten van belanghoudersparticipatie. […] De jury heeft na ampel beraad besloten om de themaprijs voor de verantwoording over ‘effectieve belanghoudersparticipatie’ toe te kennen aan het verslag van Wonen Limburg, omdat dat in haar ogen het best informeert over de essentie van belanghouders participatie: betrokken, in dialoog met elkaar en tegelijkertijd de ruimte nemen voor een eigen afweging. Wonen Limburg richt zich in haar verslag in taal en structuur direct tot haar stakeholders. Het eerste hoofdstuk gaat volledig over de wijze waarop ze in gesprek is met haar omgeving. Ook is er nadrukkelijk aandacht voor de vraag tot welke resultaten dat heeft geleid, zowel op organisatieniveau als – en vooral – op vestigingsniveau. Enthou siast is de jury over de aandacht in het verslag voor de stakeholdersconferenties die Wonen
22
2009
20
08
W He inn Wa t Gla aar v ze an te uit rweg n Hu V i Wi laard Won s: nn en i n d g e Wo e th aar on em van n pu a nt prijs uit : Els loo
10 20
an r v is: aa n Hu g r nn W i laze imbu nd tG L He en rmo n n Wo it Roe ar va ijs: u na pr d a n W i hem volan n t e de st Fle ienst Oo ond nten Wo it Dro u
Winnaar van Het Glazen Huis: Westwaard Wonen uit Papendrecht Winnaar van de themaprijs: Jutphaas Wonen uit Nieuwegein
07
11
Wi n H uis et G naar ves laz v en an te W i r uit Hu de nnaa Oos is: Oo them r va terh n ou t Wo st Fle aprij on vol s: uit dien and Dro ste nte n n Th
2006 Winnaar van Het Glazen Huis: IN uit Groningen Winnaar van de themaprijs: Wonen Limburg uit Roermond
20 an s: rv aa Hui loo n nn W i laze it Els n tG tu He npun ar va ijs: a r ing o inn map renig Wo W the ve de bouw ngen n ing ero nge Am mero A uit
n Wo
20
s l o t p ub l i c at i e
23
h e t g l a z e n hui s
Tips “Transparantie is altijd een uitgangspunt voor ons geweest. Maar pas door mee te doen aan Het Glazen Huis is het voor ons inzichtelijk geworden hoe je ook echt transparant kunt zijn. Op basis van het uitgebreide beoordelingskader van Het Glazen Huis en elke terugkoppeling die we kregen, keken we goed naar de aanbevelingen en ook of we daaraan konden en wilden voldoen. Dat dwong ons elke keer weer om goed na te denken welke punten we in het jaarverslag moesten opnemen. Vaak stond het er wel qua inhoud, maar moesten we het gewoon inzichtelijker maken.” Truus Sweringa, Oost Flevoland Woon diensten, winnaar themaprijs 2010 en 2011
“Je maakt het jaarverslag niet om een prijs te winnen. Natuurlijk is het leuk als je wint, maar dat moet geen doel op zich zijn. Blijf bij je eigen verhaal, ga uit van je eigen kracht. Ik heb gemerkt dat door de jaren veel jaarverslagen op elkaar zijn gaan lijken. Overal zag je interviews met stakeholders terug. Maar als die niet kritisch zijn, voegen ze niets toe. Als je echt de dialoog met je omgeving durft aan te gaan, leidt dat tot nieuwe inzichten.” Roel Haanen, Woonpunt, winnaar van Het Glazen Huis in 2007 en van de themaprijs in 2008
Limburg in 2005 heeft gehouden om de visie van belanghouders op de opgave te leren kennen. Wonen Limburg laat hiermee in het verslag bovendien zien, dat ze zich naar haar belanghouders kwetsbaar durft op te stellen.”
2007 Winnaar van Het Glazen Huis: Woonpunt uit Elsloo Uit het juryrapport: “Woonpunt heeft gekozen voor een eigen wijze van verantwoorden. Geen grote hoeveelheid tabellen en droge feiten en cijfers, maar een verslag met een bepaalde dynamiek en een losheid waarmee Woonpunt haar verantwoording toegankelij ker maakt. Ze geeft de indruk de tijd te nemen om het uit te leggen en durft zich kwets baar op te stellen. En dat is prettig. De verbinding met de buitenwereld wordt behalve door de taal ook gelegd doordat Woonpunt ook een blik van buiten biedt, via interviews maar ook via een groot aantal krantenberichten over Woonpunt. Doorslaggevend voor de jury is de beleving van het verslag als verantwoordingdocument van de corporatie zelf, waarbij een onderscheid te maken is tussen de eerste generatie en tweede generatie verslagen, waarbij de eerste generatie vooral gericht is op informeren (‘open leggen wat je doet’) en de tweede generatie op legitimeren (‘laten zien waar het je om gaat, laten voelen wie je bent, laten merken wat het heeft opgeleverd’). Het verschil tussen transparantie en verantwoording, het verschil tussen ‘afvinken’ en ‘aanvonken’. […] De jury heeft besloten de prijs toe te kennen: - aan het verslag dat in haar ogen er het best in slaagt om haar eigenheid over te brengen in haar verantwoording; - aan het verslag dat van de drie genomineerde verslagen het meest kwetsbare verslag is; - aan het verslag dat je als lezer het dichtst laat komen bij wat de corporatie echt bezighoudt en doet; - kortom, het verslag dat meer dan de andere twee nominaties aanvonkt in plaats van aanvinkt.
Winnaar van de themaprijs: Woningbouwvereniging Amerongen uit Amerongen Uit het juryrapport: “Woningbouwvereniging Amerongen, met 789 woningen één van de kleinste deelnemende corporaties, betrekt het gegeven dat zij onderneemt met maatschap pelijk vermogen expliciet in haar verantwoording. Het verslag geeft zowel inzicht in de omvang van de overmaat, haar algemene overwegingen bij de inzet ervan als de concrete bestemming in projecten. In het verslag is voorts expliciet te lezen welke rol de nieuw opgerichte Adviesraad Volkshuisvesting Amerongen heeft met betrekking tot financiële zaken. Concluderend, Amerongen geeft op een goed leesbare en beknopte wijze antwoord op de meest gestelde vragen die over maatschappelijk vermogen gesteld mogen worden.[…] De informatie die Amerongen biedt is beperkter dan van de andere genomineerden, maar zeker ook goed doordacht, to the point en de belangrijkste elementen zitten erin. Deze constatering, gekoppeld aan het feit dat zo’n kleine club dit presteert, heeft de jury doen besluiten om aan Woningbouwvereniging Amerongen de themaprijs 2007 toe te kennen.”
2008 Winnaar van Het Glazen Huis: Waterweg Wonen uit Vlaardingen Uit het juryrapport: “Alleen al qua vorm maakt het verslag van Waterweg Wonen uit Vlaardingen indruk. Het opnemen van een aantal pagina’s waarin in heel grote letters de kern van de boodschap wordt weergegeven, is een vondst. Dat is één van de redenen waarom dit verslag prettig is om te lezen. Verantwoording is ook gediend met toegankelijk heid. Nadenken over de vormgeving is daarvoor belangrijk, en geen luxe. Maar het verslag valt vooral op door haar inhoud. In alles blijkt dat Waterweg Wonen professionaliseert en werk maakt van haar maatschappelijk ondernemerschap. Daarbij maakt ze dankbaar gebruik van concepten en instrumenten op het gebied van MO die in de sector ontwikkeld
24
s l o t p ub l i c at i e
zijn, zoals MaatschappijRelatieManagement (MRM) en methoden van sturing op maatschappelijk rendement. Vooral op dat laatste thema, hét thema van Het Glazen Huis 2008, laat Waterweg Wonen zien dat ze sturing op maatschappelijke resultaten heeft geïntegreerd in haar bedrijfsvoering. Verantwoording in het jaarverslag over maatschappe lijke resultaten is dan een natuurlijk vervolg op een deel van deze sturing. Het ‘maatschap pelijk rendementmodel’ van Waterweg Wonen heeft dezelfde kracht als de jaarrekening en maakt de ontwikkeling van een ‘maatschappelijke jaarrekening’ voor corporaties haalbaar. Een voorbeeld voor veel corporaties, zeer zeker ook een nominatie voor de themaprijs.”
Winnaar van de themaprijs: Woonpunt uit Elsloo Uit het juryrapport: “Heel mooi vindt de jury de manier waarop het verslag maatschappe lijk rendement tastbaar maakt. Maatschappelijk rendement begint bij Woonpunt met het signaleren en alert zijn op de ontwikkelingen die in haar werkgebied spelen. Als in een soort magazine vertelt het verslag per thema aan de hand van interviews met het eigen management en reacties daarop van stakeholders dat Woonpunt gevoelig is voor wat bepaalde groepen in de stad van en met Woonpunt willen. Per thema vermeldt Woonpunt bovendien wat in 2007 is bereikt. De gekozen vorm maakt dat het verslag van Woonpunt van alle verslagen het meest extern georiënteerd is. Woonpunt heeft hiermee verantwoor ding over maatschappelijke resultaten tot intrinsiek onderdeel van haar jaarverslag gemaakt. Met vertellen, door Woonpunt en belanghouders, als methode. Daarna is het ‘reguliere’ jaarverslag vooral een verantwoording over het door Woonpunt gevoerde beleid en ontwikkelingen binnen en buiten in de organisatie. Dit deel van het verslag, dat qua inhoud en structuur erg lijkt op het winnende verslag van vorig jaar, scoort op alle criteria hoog. Bij elkaar is sprake van een zeer communicatief en verantwoordend verslag dat leest als een goed boek.”
2009 Winnaar van Het Glazen Huis: Westwaard Wonen uit Papendrecht Uit het juryrapport: “Dit verslag is van alle verslagen die mogelijk in aanmerking kwamen voor een nominatie, verreweg het meest beknopte verslag, niet alleen qua formaat maar ook qua hoeveelheid tekst. En toch is dit verslag qua volledigheid als tweede uit de screening gekomen. Westwaard Wonen laat hiermee zien dat het bij verantwoorden vooral gaat om een goed doordachte verantwoording en dat dat niet hoeft te resulteren in ‘telefoonboeken’. Westwaard Wonen laat dan ook duidelijk blijken dat ze weet wat de kern is van maat schappelijk ondernemerschap en waarover de maatschappelijke verantwoordding moet gaan. Achtereenvolgens komen aan de orde de missie en de strategie, de maatschappelijke inbedding, de behaalde maatschappelijke resultaten, de doorwerking ervan in maatschap pelijke effecten en ten slotte de randvoorwaarden voor de organisatie en financiële positie. Opvallend is dat het verslag niet alleen informeert over de zaken die zijn gerealiseerd, maar in een aparte paragraaf ook aandacht geeft aan wat niet gelukt is in 2008. Dat heeft ons het meest gepakt en mede daarom koos de jury als de winnaar van Het Glazen Huis 2009: Westwaard Wonen uit Papendrecht.”
“Door mee te doen aan Het Glazen Huis zijn we ons veel bewuster met het jaarverslag gaan bezighou den. Dankzij dat beoordelingskader gingen we er echt de dingen inzetten die we wilden vertellen. Waar staan wij als corporatie voor? Wat willen we bereiken? Als je dat begrijpelijk in het jaarverslag benoemt, krijgt het een plek in de organisatie. Mensen refereren ernaar in gesprekken op de werkvloer als ze hun dagelijks handelen in het jaarverslag herkennen. Dan krijgt zo’n jaarverslag pas echt betekenis voor ze.” Martine van der Plas, Westwaard Wonen (nu Woonkracht 10), winnaar van Het Glazen Huis in 2009
“Door deelname aan Het Glazen Huis is ons jaarverslag vollediger geworden. Om een heldere structuur te krijgen zijn we met formats gaan werken. Zo kan ieder kantoor op uniforme wijze zijn activiteiten verantwoorden.” Esther Blom, Wonen Limburg, winnaar van Het Glazen Huis, 2010
“Het jaarverslag moet gedragen worden door de hele organisatie. Zorg dat de afdelingen gedurende het hele jaar rapporteren, zodat de rapportage een vast onderdeel wordt van hun werkzaamheden. De informatie is afkomstig van alle afdelingen, dus in het jaarverslag moet dat ook tot uitdrukking komen.” Peter Heerens, Waterweg Wonen, winnaar van Het Glazen Huis in 2008 en winnaar van de oeuvreprijs
Winnaar van de themaprijs: Jutphaas Wonen uit Nieuwegein Uit het juryrapport: “Het jaarverslag van Jutphaas is een voorbeeld van een kleine corporatie, die met een kleine organisatie en in een sobere vorm tot een goed verantwoor dend en professioneel jaarverslag weet te komen, met een centrale plek voor maatschap pelijke resultaten. Het verslag geeft heel transparant inzicht in behaalde en niet-behaalde resultaten en maakt daarbij onderscheid in doel/perspectief (outcome) en activiteiten (output), met consequenties voor toekomst en samenwerking. Het laat in heldere overzichten zien dat en welke partners van belang zijn bij het realiseren van doelen. Per ‘profileringsgebied’ krijgen bovendien de belanghebbenden zelf ook het woord, zodat ook een verhaal over maatschappelijke samenwerking en resultaten wordt verteld. Bij elkaar ruim voldoende argumenten om dit zeer goed scorende verslag te nomineren voor de themaprijs. […] Als beloning voor de mooie wijze van verantwoorden over haar maatschappelijke bijdrage
25
h e t g l a z e n hui s
“We hebben een betere structuur aangebracht in de planning van het jaarverslag, omdat we nu een groter deel van de organisatie betrekken bij het samenstellen ervan.” Esther Blom, Wonen Limburg
“Het jaarverslag is van de hele organisatie. Als de medewerkers die de wijken ingaan niets doen en geen prestaties leveren, dan valt er in het jaarverslag ook geen leuk verhaal te vertellen. Dus dat hebben we hier intern ook duidelijk gemaakt: zonder jullie prestaties kunnen we geen leuk verhaal vertellen.” Roel Haanen, Woonpunt
“Als je niet oppast kan de vraag hoe je maatschappelijk rendement moet meten tot een discussie leiden die jaren duurt, zonder dat je een steek verder komt. Ga er gewoon mee aan de slag. Besef dat het lastig is. Maar de ervaring leert dat je model op den duur beter wordt en betrouwbaarder.” Peter Heerens, Waterweg Wonen
“Voorheen was het jaarverslag een doel op zich. Het jaarverslag is nu meer een middel geworden om te leren van het afgelopen jaar en deze lessen mee te nemen voor de toekomst.” Marella Verhagen, Jutphaas, winnaar van de themaprijs in 2009
en de voorzichtige stappen die zijn genomen in het verantwoorden over de opbrengsten van coproductie, heeft de jury besloten om de themaprijs 2009 uit te reiken aan Jutphaas Wonen uit Nieuwegein.”
2010 Winnaar van Het Glazen Huis: Wonen Limburg uit Roermond Uit het juryrapport: “Het jaarverslag 2009 heeft hetzelfde overzichtelijke en goed leesbare format als voorgaande jaren, maar is volgens de jury duidelijk beter dan voorgaande jaren. Wonen Limburg is een complexe organisatie, de verslaglegging is duidelijk, goed gestructureerd, goed leesbaar en brengt zowel het concern als voor de vestigingen de ambities en prestaties goed in beeld. De lokale inbedding en verantwoording komen goed naar voren. Er is voor een pakkende structuur gekozen door steeds de jonge Maurice te laten vertellen. […] Het jaarverslag 2009 heeft hetzelfde overzichtelijke en goed leesbare format als voorgaande jaren, maar bevat in de ogen van de beoordelingscommissie ook duidelijke verbeteringen. Zo maakt het verslag nu meer dan voorheen inzichtelijk waar de opgaven liggen en via welke speerpunten, organisatieontwikkelingen en financiële kaders zij deze oppakt. Het verslag maakt vervolgens eerst helder hoe deze onderwerpen op concernniveau zijn aangepakt – heel compleet in governance – en tot welke groepsresultaten dat heeft geleid. Vervolgens geeft het tweede deel, opnieuw gekoppeld aan de opgaven en de speerpunten, inzicht in de activiteiten en resultaten van de zes vestigingen. Waarbij ook aandacht is voor wat niet is gelukt en wat de financiële gevolgen van de afzonderlijke activiteiten zijn geweest. Alles bij elkaar een goed verslag dat qua opzet en schrijfstijl echt de indruk geeft dat de corporatie het belangrijk vindt om zich naar haar omgeving te verantwoorden. […] Het winnende verslag plaatst de prestaties heel duidelijk in de context van de lokale opgaven waaraan de corporatie zich verbindt, geeft aan wat gelukt is en wat niet en legt daarbij een duidelijk verband tussen ambities en prestaties, en zet bovendien belangrijke stappen om de financiële gevolgen van haar volkshuisvestelijke keuzes zichtbaar te maken. Daarnaast heeft de jury kunnen vaststellen dat dit verslag is verbeterd ten opzichte van voorgaande jaren – in het bijzonder door een sterkere verbinding met de strategische thema’s – en er dus duidelijk ook sprake is van een lerende corporatie. Daarom koos de jury als de winnaar van Het Glazen Huis 2010: Wonen Limburg uit Roermond.”
Winnaar van de themaprijs: Oost Flevoland Woondiensten uit Dronten Uit het jaarverslag: “De aandacht voor duurzaamheid is op alle onderdelen van het functioneren van Oost Flevoland Woondiensten voelbaar en te lezen. Zowel in de visie als bij de doelstellingen is duurzaamheid het op één na belangrijkste onderwerp. Duurzaam heid en energie worden op verschillende niveaus uitgewerkt, zowel voor de complexen en de woningen als voor haar eigen organisatie. Dit thema is ook breed ingebed in de gehele organisatie. […] Anders dan bij veel andere verslagen beperkt de aandacht voor duurzaamheid bij Oost Flevoland Woondiensten dan ook niet tot een apart hoofdstuk. Dat neemt niet weg dat het verslag een stevig hoofdstuk over duurzaamheid bevat waarin alle dimensies, inclusief de gemeten effecten van beleid (zoals gemeten besparingen in gasverbruik ten opzichte van 2000) aan de orde komen. […] De prijs gaat naar het jaarverslag dat naar onze opvatting het meeste aandacht geeft aan duurzame ontwikkeling. Ook wordt expliciet aangegeven wat het begrip duurzaamheid concreet inhoudt voor de organisatie. Wanneer wordt ingezoomd op de vertaling van de visie en strategie in de praktijk dan blijkt vooralsnog energiereductie de belangrijkste operationalisering van het fenomeen duurzaamheid. En dat doet de corporatie erg goed. Door vooral kwantitatief te benoemen welke resultaten zijn beoogd en behaald. Zo worden resultaten uitgedrukt in de expliciete besparing voor de klant en de reductie van CO2 als maatschappelijk resultaat.”
26
s l o t p ub l i c at i e
2011 De winnaar van Het Glazen Huis: Thuisvester uit Oosterhout Uit het juryrapport: “Thuisvester heeft dit jaar een heel knap jaarverslag gemaakt dat in de volle breedte van het beoordelingskader hoog scoort. Het verslag valt vooral op door de systematische aanpak in de verantwoording waarin per strategisch hoofdthema de geleverde prestaties niet alleen worden gekoppeld aan gewenste effecten en concrete doelstellingen, maar ook de vervolgstappen aandacht krijgen. De activiteiten waarmee invulling wordt gegeven aan het thema ‘Maatschappelijk presteren’ worden bovendien maatschappelijk gepositioneerd door aan te geven welke partijen verder betrokken zijn en welke financiële investering er mee gemoeid is. Al met al een rijk verslag dat bevestigt dat ook na een fusie heel snel een hoog verantwoordingsniveau kan worden behaald.”
De winnaar van de themaprijs: Oost Flevoland Woondiensten uit Dronten Uit het juryrapport: “In het jaarverslag van Oost Flevoland Woondiensten is voelbaar dat ze op alle onderdelen van haar functioneren als wooncorporatie aandacht heeft voor duurzaamheid. Duurzaamheid is voor Oost Flevoland Woondiensten dan ook eerder het leidmotief dan een prestatieveld. Het verslag spreekt over duurzame samenwerking, duurzame resultaten, duurzame ontwik keling en dergelijke. Dat neemt niet weg dat het verslag een stevig hoofdstuk over duur zaamheid bevat waarin alle dimensies aan de orde komen. Echt verantwoorden dus over het jaar 2010 en Oost Flevoland Woondiensten laat zien dat daar meer voor nodig is dan alleen het thema belangrijk maken en vooruitkijken. Zij ziet zichzelf ook als voorbeeld voor de rest van de wooncorporaties als het gaat om duurzaamheid.”
De winnaar van de Energiesprong-prijs: TBV Wonen uit Tilburg Uit het juryrapport: “Dit jaar hebben we in het kader van duurzaamheid nog een prijs, namelijk de Energiesprong-prijs. De Energiesprong-prijs wordt uitgereikt aan de corporatie die én een hoge ambitie formuleert én deze ambitie ook vertaalt in visie, strategie en realisatie van projecten en programma’s waarmee aan een grote energiesprong wordt gewerkt. De winnaar anticipeert op de wereld van de toekomst door nu te experimenteren met energieneutrale nieuwbouw en heeft als doel om de komende jaren steeds meer energieneutraal bezit te hebben. Dit omdat het energiegebruik van een woning steeds bepalender zal worden voor de totale woonlasten en daardoor de verhuurbaarheid en verkoopbaarheid van woningen zal beïnvloeden. In 2010 zijn er al energieneutrale woningen opgeleverd. De Energiesprong-prijs gaat naar TBV Wonen uit Tilburg.”
“We besteden niet alleen aandacht aan de verantwoording over het afgelopen jaar, maar we geven ook een blik in de toekomst. We proberen te achterhalen waarom een doel niet gehaald is, wat de effecten daarvan zijn en wat dat betekent voor het volgend jaar.” Esther Blom, Wonen Limburg
“Presentatie is belangrijk. Zorg voor eyecatchers die snel een overzichtelijk beeld geven. Bij Waterweg Wonen zijn dat het maatschappelijk rendementsmodel en de samenwerkingsmatrix met belanghouders. Begin de hoofd stukken concreet met vermelden van je doelstellingen.” Peter Heerens, Waterweg Wonen
“Dat we de themaprijs twee keer op rij hebben gewonnen, is de bevestiging dat we het goed doen. Daar mogen we met z’n allen best trots op zijn en dat zijn we ook.” Truus Sweringa, Oost Flevoland Woondiensten
2006-2011 Winnaar van de oeuvreprijs van Het Glazen Huis: Waterweg Wonen uit Vlaardingen Uit het juryrapport: “Met de introductie van het rendementsmodel, waarmee heel over zichtelijk de relatie tussen opgave, resultaat, investering en effect in beeld wordt gebracht, heeft Waterweg Wonen een trend gezet die door vele anderen is gevolgd. Waterweg Wonen levert hierdoor al jaren kwaliteit van een hoog niveau. Deze buitengewone prestatie belo nen we door bij het sluiten van Het Glazen Huis aan Waterweg Wonen uit Vlaardingen een ‘oeuvreprijs’ toe te kennen.”
27
h e t g l a z e n hui s
6
Waterweg Wonen, de best practise over zes jaar I nter vi ew m et d e wi n n a a r v a n de o e u v r e pr i j s van Het Gl azen H u i s Waterweg Wonen uit Vlaardingen werd uitgeroepen tot winnaar van de oeuvreprijs van Het Glazen Huis. Controller Peter Heerens is één van de drijvende krachten achter het succes. “Toen we in 2008 voor het eerst Het Glazen Huis wonnen, heeft ons dat echt op de kaart gezet.”
+ 5 TIPS van Waterweg Wonen
P e t e r Heeren s is teamleider van de afdeling Controlling bij Waterweg Wonen.
Gefeliciteerd met de oeuvreprijs. Zijn jullie blij met de uitverkiezing? “Uiteraard. Zo’n oeuvreprijs is een erkenning voor het hoge niveau dat we een paar jaren achtereen in ons jaarverslag hebben laten zien. In vier jaar tijd zijn we eigenlijk zes keer genomineerd, viermaal voor de algemene prijs en tweemaal voor de themaprijs. Natuurlijk zijn we blij dat Het Glazen Huis dat nu beloont met een oeuvreprijs. Daar mogen we best trots op zijn. Het ministerie stuurde ons officieel een felicitatie en van andere corporaties hebben we veel leuke reacties ontvangen. Eentje liet ons weten: ‘Hierna alleen nog de AKO-literatuurprijs en dat gaat jullie vast ook lukken’.” Is door deelname aan Het Glazen Huis de kwaliteit van het jaarverslag vooruit gegaan? “Jazeker, het heeft ons jaarverslag veel meer body gegeven. Dat ging samen met onze groeiende interesse voor maatschappelijk rendement. Voordat we meededen aan Het Glazen Huis stonden we al bekend als een club met ambities, maar we konden dat nog niet waarmaken. Als je kijkt naar de jaar- en bedrijfsplannen uit die tijd, bleef het toch vooral bij papieren ambities. We hadden ons wel het nodige voorgenomen, maar wisten nog niet hoe we dat vorm moesten geven. Door mee te doen aan Het Glazen Huis hebben we de denkrichting die we al waren ingeslagen een flinke impuls kunnen geven. We konden vanaf toen echt stappen gaan maken. Toen we in 2007 voor het eerst mee deden, hadden we nog niet zo uitgebreid naar de beoordelingscriteria gekeken. We stuurden ons jaarverslag in met de gedachte dat het wel aardig zou zijn als een externe partij er ook eens een keer naar keek. Toen we een beoordeling teruggekregen, is het hier echt gaan leven. Een aantal aanbevelingen vonden we zeer waardevol. Je kunt dus wel zeggen dat door Het Glazen Huis ons jaarverslag echt op een hoger plan is gekomen.” Hoe ging dat in zijn werk? “Als controller ben je gewend om bij elke maatregel na te denken in rendement. Wat levert het op? Maar als je bij maatschappelijke projecten puur op financieel rendement gaat sturen, kom je er niet. Want zulke projecten betalen zich nooit helemaal terug in geld. Dus moet je ook kijken wat er maatschappelijk is te winnen. Maar dan moet daar ook het één en ander meetbaar zijn. Hoe doe je dat? Dat is een heel denkproces. We hadden al wat ervaringen met het maatschappelijk rendementsmodel van de SEV, omdat we ooit hadden meegedaan aan een experiment over het rendement van de huismeester. Op basis van die ervaringen hebben we toen een eigen effectenkaart ontworpen. Die hebben we elk jaar als handzame bijlage aan ons jaarverslag toegevoegd, zodat we snel konden laten zien wat we maatschappelijk hadden gepresteerd. Je kunt als corporatie al je activiteiten natuurlijk wel maatschappelijk noemen, maar dat is natuurlijk niet zo. Het verhuren van woningen is te vergelijken met de activiteiten van welk ander verhuurbedrijf ook. In ons maatschappelijk rendementsmodel staan echt alleen onze maatschappelijke prestaties, zoals al onze leefbaarheidsuitgaven en kunst- en cultuuruitgaven. Maar bijvoorbeeld ook de kosten van
28
s l o t p ub l i c at i e
de begeleiding van onze huurders tijdens een slooptraject. Dat doen we heel zorgvuldig en intensiever dan commerciële verhuurders gewend zijn te doen.” In hoeverre volgden jullie de acht hoofdcriteria van Het Glazen Huis als leidraad? “Ik heb weleens andere inzendingen gezien waarbij het jaarverslag exact was opgebouwd volgens de beoordelingscriteria van Het Glazen Huis. Dat hebben we nooit gedaan. Wij zien het jaarverslag echt als een verantwoordingsdocument voor ons bedrijfsplan. Daarom hebben we aan de structuur van ons bedrijfsplan vastgehouden. We hebben de aanbevelingen die we van Het Glazen Huis terugkregen wel altijd heel serieus genomen. Ons maatschappelijk rendementsmodel is daardoor een stuk uitgebreider geworden: we hadden er al één, maar door de jaren heen is het model verbeterd. Dankzij Het Glazen Huis zijn we op verschillende onderdelen echt een aantal punten omhoog gegaan. Bij elke beoordeling die we terugkregen, zetten we de verbeterpunten op een rij en vervolgens hebben we daar acties aan gehangen. Maar de structuur van ons jaarverslag hebben we niet aangepast.” Hoe komt transparantie bij Waterweg Wonen tot uitdrukking? “In ons bedrijfsplan 2008–2011 spraken we de ambitie uit om onze belanghouders nauwer te betrekken bij ons beleid. Ons bedrijfsplan van de periode daarvoor was heel erg gericht op de relatie tussen de huurder als klant en de corporatie als professionele dienstverlener. Toen we de kwaliteit van de dienstverlening eenmaal op niveau hadden gebracht, zijn we verder gaan kijken en kwamen we uit bij onze belanghouders. We zijn een traject ingegaan waarbij we onze belanghouders vaker wilden raadplegen. Ze mochten zich ook uitspreken over wat zij zelf van ons beleid vonden. Ze konden input leveren. Er kwam een Dag van de verantwoording, waarin we het jaarverslag en onze begroting met onze belanghouders doorspraken. En ze mochten een hartenwens indienen voor projecten waaraan wij volgens hen geld aan moesten besteden. De afgelopen jaren hebben we vooral daarop ingezet. Maar we proberen ook op andere terreinen ons best te doen, door elke keer zo goed mogelijk onze doelen te formuleren, zodat we daarover dan weer verantwoording kunnen afleggen.” Hoe groot is volgens jullie de impact van Het Glazen Huis geweest? “Waterweg Wonen is een middelgrote corporatie. We zitten alleen in Vlaardingen. Toen we in 2008 voor het eerst Het Glazen Huis wonnen, heeft ons dat echt op de kaart gezet. Dat merkte je wel aan de reactie van collega’s. We hebben toen heel wat corporaties over de vloer gehad die alles wilden weten over ons maatschappelijk rendementsmodel en de manier waarop we ons jaarverslag hadden gemaakt. Toen merkten we dat het hele idee van de best practices ook echt werkte. Andere corporaties namen bepaalde dingen van ons over, zoals ons maatschappelijk rendementsmodel dat in de jaren daarna bij veel andere jaarverslagen terugkeerde. In die zin was dat onze bijdrage om de sector op een hoger niveau te brengen. Laatst kwam ik iemand uit de zorgsector tegen die vertelde dat ze bij haar in het bedrijf het maatschappelijk rendementsmodel van Waterweg Wonen gingen gebruiken. Als een organisatie in een andere sector dat ook al doet, dan is dat natuurlijk een geweldig compliment. Het is ook goed voor de beeldvorming: blijkbaar zijn ze bij woningcorporaties toch ook wel goed bezig.” Hoe gaan jullie verder nu Het Glazen Huis ermee ophoudt? “Het zou mooi zijn als Het Glazen Huis een vervolg krijgt en dat er bijvoorbeeld vanuit het ministerie een standaardmodel komt, waarmee corporaties zich verplicht moeten verantwoorden over hun maatschappelijk rendement. Ik denk dat je corporaties wel die kant op moet duwen, ook voor hun eigen bestwil. Anders blijf je toch de situatie houden dat de één veel aandacht aan maatschappelijk rendement besteedt en de ander niet. En daar schiet uiteindelijk niemand iets mee op. Voor onszelf heb ik er een dubbel gevoel over. Het Glazen Huis is toch een prikkel om steeds hoger te scoren, aan de andere kant legt zo’n prijs ook wel een hoge druk op. Wat dat betreft is de oeuvreprijs een hele mooie afsluiting. Voor ons kan het niet beter. Maar dit is natuurlijk geen eindpunt. We blijven op de ingeslagen weg voortgaan. Het jaarverslag blijft in de toekomst onze aandacht krijgen. Net zoals we ons zullen blijven verantwoorden over onze maatschappelijke prestaties. Daarin blijven we ook investeren. Een tijdje geleden hadden we ons opgegeven voor een cursus over de maatschappelijke effectenmeting en toen kregen we een verbaasd telefoontje van het trainingsbureau met de vraag waarom wij ons hadden aangemeld. Wij hadden Het Glazen Huis immers toch al gewonnen?”
Tips Laat het jaarverslag en ook je kwartaalrapportages een logisch gevolg zijn op het bedrijfsplan. Niet alleen qua structuur, maar ook qua inhoud. Het jaarverslag is dan een optelsom van wat er tijdens het jaar is gebeurd. Laat alle belangrijke punten aan de orde komen en voorkom daarmee dat er aan het eind van het jaar opeens allerlei essentiële informatie nog ontbreekt. Als je niet oppast kan de vraag hoe je maatschappelijk rendement moet meten tot een discussie leiden die jaren duurt, zonder dat je een steek verder komt. Ga er gewoon mee aan de slag. Besef dat het lastig is. Maar de ervaring leert dat je model op den duur beter wordt en betrouwbaarder. Het jaarverslag moet gedragen worden door de hele organisatie. Zorg dat de afdelingen gedurende het hele jaar rapporteren, zodat de rapportage een vast onderdeel wordt van hun werkzaamheden. De informatie is afkomstig van alle afdelingen, dus in het jaarverslag moet dat ook tot uitdrukking komen. Presentatie is belangrijk. Zorg voor eyecatchers die snel een overzichtelijk beeld geven. Bij Waterweg Wonen zijn dat het maat schappelijk rendementsmodel en de samenwerkingsmatrix met belang houders. Begin de hoofdstukken concreet met vermelden van je doelstellingen. Kies ieder jaar een eigen ander thema. In het laatste jaarverslag van 2011 van Waterweg Wonen was dat ‘door’, omdat we als corporatie ook in deze moeilijke economische tijden willen doorpakken.
29
h e t g l a z e n hui s
7
Het Glazen Huis stopt. Hoe nu verder? Na drie jaargangen van Het Glazen Huis werd er onder de deelnemende corporaties een enquête gehouden waarbij er werd gevraagd wat Het Glazen Huis voor hen betekende en waar ze vooral belang aan hechtten. Op een schaal van 1 tot 5 noemden de corporaties vijf functies die hoog scoorden. Het Glazen Huis werd gezien als een inspiratiebron (hoe kan het ook?) als een checklist (waar moet ik op letten?), als een benchmark (hoe doen wij het ten opzichte van anderen?), als een soort keurmerk (goedgekeurd door Het Glazen Huis) en ten slotte pas als evenement waarbij men een prijs kon winnen.
Toch was voor veel corporaties de mogelijkheid om een prijs te winnen juist een belang rijke drijfveer om hun jaarverslag in te zenden, merkte Derk Windhausen na verloop van tijd. Als corporaties besloten om na een aantal deelnames niet meer mee te doen en hij ze vroeg waarom, dan kreeg hij vaak als antwoord, dat ze toch niet konden winnen, omdat anderen te goed waren. Het Glazen Huis is echter meer dan een prijs alleen. Het biedt corporaties een leidraad bij het inzichtelijk maken van hun maatschappelijke prestaties en functioneren in hun jaarverslag en werkt door in de praktijk van maatschappelijk ondernemen. Nu het besluit is genomen dat Het Glazen Huis ophoudt te bestaan, is het de vraag wat dit betekent voor de toekomst, nu corporaties het voortaan moeten doen zonder wenkend perspectief van een prijs en het bovendien moeten stellen zonder het jaarlijkse trend rapport en de terugkoppeling die elke inzender individueel kreeg. De scorelijsten met de best practices en de vergelijkende diagrammen in het trendrapport werden als zeer waardevol ervaren. “Aan de hand daarvan kun je zien, hoe je scoort ten opzichte van andere corporaties”, zegt Roel Haanen van Woonpunt. “Je kunt van jezelf wel een idee hebben wat je sterke punten en zwakke punten zijn, maar in zo’n diagram zie je dat het soms wel meevalt en dat je niet eens zo slecht scoort. Of dat je juist flink achterloopt bij de rest en een tandje bij moet zetten. Die vergelijkingen met de sector vind ik wel handig.” Dat het belangrijk is om te kunnen beschikken over vergelijkingsmateriaal, onderschrijft ook Martine van der Plas van Westwaard Wonen (nu Woonkracht 10). “Toen wij wonnen, werd ons jaarverslag ineens veel vaker opgevraagd. Dat heb ik zelf ook gedaan: de prijswinnende verslagen van andere corporaties opvragen.” Ook Peter Heerens van Waterweg Wonen merkte dat een winnend jaarverslag op veel aandacht van andere corporaties mag rekenen. “Toen we in 2008 voor het eerst Het Glazen Huis wonnen, hebben we heel wat corporaties over de vloer gehad die alles wilden weten over de manier waarop we ons jaarverslag hadden gemaakt. Toen merkten we dat het hele idee van de best practices ook echt werkte. Andere corporaties namen bepaalde dingen van ons over, zoals ons maatschappelijk rendementsmodel dat in de jaren daarna bij veel andere jaarverslagen terugkeerde.”
30
s l o t p ub l i c at i e
Nu Het Glazen Huis ophoudt te bestaan, moeten corporaties het voortaan niet alleen meer stellen zonder de individuele terugkoppeling en het jaarlijkse trendrapport, er wordt ook niet meer vastgesteld wat in de toekomst de beste jaarverslagen zullen zijn. Maar inmiddels zijn er wel genoeg goede voorbeelden voorhanden. Die gedachte en de wetenschap dat de kwaliteit van de best practices van de laatste jaren bijzonder hoog is te noemen, zorgen ervoor dat we met Het Glazen Huis kunnen stoppen. Jurylid Toos Kloppenburg zou wel graag zien dat er iets voor in de plaats terugkwam. “Misschien zou de jaarverslaglegging onderdeel van de visitatie kunnen zijn.” Ook Peter Heerens van Waterweg Wonen denkt dat het mooi zou zijn als Het Glazen Huis een vervolg krijgt, bijvoorbeeld als een standaardmodel vanuit het ministerie, waarmee corporaties zich verplicht moeten gaan verantwoorden over hun maatschappelijk rendement. “Ik denk dat je corporaties wel die kant op moet duwen, ook voor hun eigen bestwil.” Want zoals Toos Kloppenburg het zegt: “Of je het los kan laten weet ik niet, volgens mij is het met corporaties net als met kleine kinderen: je moet blijven herhalen.”
31
h e t g l a z e n hui s
8
De tiplijst Met Het Glazen Huis wilden we u een handreiking bieden om uw maatschappelijke verantwoording op een bewustere manier vast te leggen in het jaarverslag. Deze slotpublicatie, waarin betrokkenen van de afgelopen zes jaar aan het woord kwamen, is daarvan het sluitstuk. Hieronder zetten we de tips van de beoordelings- en screeningscommissie, de jury en winnaars nog eenmaal op een rij. We hopen dat u in de toekomst deze tiplijst kunt gebruiken als aanvulling op het uitgebreide beoordelingskader bij het schrijven van uw jaarverslag.
1. Het Glazen Huis biedt een format om na te denken over een goede maatschappelijke verantwoording “Transparantie is altijd een uitgangspunt voor ons geweest. Maar pas door mee te doen aan Het Glazen Huis is het voor ons inzichtelijk geworden hoe je ook echt transparant kunt zijn. Op basis van het uitgebreide beoordelingskader van Het Glazen Huis en bij elke terugkoppeling die we kregen, keken we goed naar de aanbevelingen en ook of we daaraan konden en wilden voldoen. Dat dwong ons elke keer weer om goed na te denken welke punten we in het jaarverslag moesten opnemen. Vaak stond het er wel qua inhoud, maar moesten we het gewoon inzichtelijker maken.” Truus Sweringa, Oost Flevoland Woon diensten, winnaar van de Themaprijs in 2010 en 2011 “Door mee te doen aan Het Glazen Huis zijn we ons veel bewuster met het jaar verslag gaan bezighouden. Dankzij dat beoordelingskader gingen we er echt de dingen inzetten die we wilden vertellen.
32
Waar staan wij als corporatie voor? Wat willen we bereiken? Als je dat begrijpe lijk in het jaarverslag benoemt, krijgt het een plek in de organisatie. Mensen refereren ernaar in gesprekken op de werkvloer als ze hun dagelijkse handelen in het jaarverslag herkennen. Dan krijgt zo’n jaarverslag pas echt betekenis voor ze.” Martine van der Plas, Westwaard Wonen (nu Woonkracht 10), winnaar van Het Glazen Huis in 2009 “Het Glazen Huis is meer dan een optel som van die tachtig vragen. In een goed jaarverslag zit ook een verhaal. Is het authentiek? Zorgt het jaarverslag voor een positieve betrokkenheid bij die organisatie? Heb je na lezing ook het idee dat je de corporatie kent? Belangrijk is dat je na lezing ook weet wat de corporatie er zelf van vindt. Het moet duidelijk zijn, zodat de lezer kan toetsen of hij het ermee eens is of niet. Laat de lezer niet in het ongewisse.” Derk Windhausen en Ben Spelbos, leden van de beoordelingscommissie
“In haar oordeel heeft de jury in de eerste plaats gekeken naar het verantwoorddings niveau van de jaarverslagen. Waarbij het eerste niveau staat voor het verantwoorden over activiteiten en prestaties, het tweede niveau deze activiteiten plaatst en analy seert in het licht van de beleidsdoelstellin gen, het derde niveau inzicht geeft in het maatschappelijke nut van de geleverde prestaties en het vierde niveau ten slotte bovendien een relatie legt tussen de behaalde resultaten en de financiële consequenties van het gevoerde beleid. Daarnaast hebben we als jury subjectieve elementen laten meewegen, zoals de toegankelijkheid, leesbaarheid en vormgeving.” Jan van der Schaar, jurylid
s l o t p ub l i c at i e
2. Gebruik Het Glazen Huis als inspiratiebron: het beoordelingskader is een richtlijn, geen vaststaand format “Het Glazen Huis wil inspireren, dat wil zeggen aanzetten tot het vinden van een verantwoordingswijze die bij u past. Dat mag u niet verwarren met dicteren, het opleggen van een vast stramien waarvan u niet mag afwijken.” Wim van de Donk, juryvoorzitter van Het Glazen Huis “Door deelname aan Het Glazen Huis is ons jaarverslag vollediger geworden. Om een heldere structuur te krijgen zijn
we met formats gaan werken. Zo kan ieder kantoor op uniforme wijze zijn activiteiten verantwoorden.” Esther Blom, Wonen Limburg, winnaar van Het Glazen Huis in 2010
“Geef je jaarverslag niet klakkeloos de indeling van het beoordelingskader, maar gebruik de acht criteria als leidraad.” Bart van Rooijen, lid van de screenings commissie
“Wees authentiek. Gebruik de beoorde lingscriteria niet te rigide, maar als een inspiratiebron voor je eigen verantwoor ding. Niet aanvinken maar aanvonken.” Wim van de Donk, juryvoorzitter van Het Glazen Huis
“Gebruik de best practices van Het Glazen Huis als geslaagde voorbeelden van hoe het kan.” Ben Spelbos, lid van de beoordelings commissie van Het Glazen Huis
3. Benoem duidelijk je missie, opgave en strategie “Werk vanuit je eigen visie. Wees duidelijk wie je bent, waar je voor staat en welke doelen je wil bereiken.” Ben Spelbos, lid van de beoordelings commissie van Het Glazen Huis “Blijf bij je eigen verhaal en ga uit van je eigen kracht.” Roel Haanen, Woonpunt, winnaar van Het Glazen Huis in 2007 en van de Themaprijs in 2008
“Missie, opgave en strategie. Wie zijn we, waar staan we voor, wat zijn onze doelen en hoe verbinden we ons daaraan? Als je dat helder hebt, gaat de rest bijna vanzelf.” Derk Windhausen, lid van de beoordelings commissie
als corporatie maar eens de vraag: ‘Wat beteken ik voor de buurt en de bewoners die er wonen?’ En probeer die vraag dan maar eens goed te beantwoorden. Dat kan best gezien de goede voorbeelden.” Paul Doevendans, lid van de beoordelings commissie
“Als je aan corporaties vraagt om hun maatschappelijke meerwaarde te laten zien, dan is dat natuurlijk een stuk ingewikkelder dan hun vastgoedwaarde. Maar stel jezelf
4. Laat je maatschappelijke inbedding zien (Governance) “Als corporatie opereer je niet alleen, maar werk je samen met je belanghouders. Kijk goed hoe je organisatie in de externe omgeving past.” Paul Doevendans, lid van de beoordelings commissie van Het Glazen Huis “Gebruik het jaarverslag om de dialoog aan te gaan met je belanghouders. Beantwoordt de vragen die de samenleving stelt.” Wim van de Donk, juryvoorzitter van Het Glazen Huis
“Laat als corporatie zien hoe je je stakehol ders bij je activiteiten betrekt. Als je dat ook goed in beeld hebt, ben je beter in staat om te kijken naar je financiële en maatschap pelijke prestaties en krijg je ook een veel betere structuur in het jaarverslag. Bij maatschappelijk ondernemen opereer je als corporatie nooit in je eentje, maar altijd met andere partijen. Wie zijn dat? Dat moet ook terug te vinden zijn in het jaarverslag.” Ben Spelbos en Derk Windhausen, leden van de beoordelingscommissie
“Als je kijkt naar onze winnende jaarversla gen, zie je dat de gesprekken met onze belanghouders goed worden weerspiegeld in het jaarverslag. Belanghouders waarderen het zeer als hun stem ook in het jaarverslag wordt gehoord. Maar ga niet alleen naar complimenten vissen. Dat voegt niet zo veel toe. Je moet ook kritisch naar je eigen organisatie durven te kijken. Wij hebben een journalist ingehuurd, die onze medewerkers en stakeholders kritische vragen mocht stellen. Op die manier kom je tot nieuwe inzichten.” Roel Haanen, Woonpunt
33
h e t g l a z e n hui s
5. Geef inzicht in de bestuurlijke organisatie (Governance) “Het jaarverslag moet gedragen worden door de hele organisatie. Zorg dat de afdelingen gedurende het hele jaar rapporteren, zodat de rapportage een vast onderdeel wordt van hun werkzaamheden. De informatie is afkomstig van alle afdelingen, dus in het jaarverslag moet dat ook tot uitdrukking komen.” Peter Heerens, Waterweg Wonen, winnaar van Het Glazen Huis in 2008 en winnaar van de oeuvreprijs “We hebben een betere structuur aangebracht in de planning van het jaarverslag, omdat we nu een groter deel van de organisatie betrekken bij het samenstellen ervan.” Esther Blom, Wonen Limburg
“Het jaarverslag is van de hele organisatie. Als de medewerkers die de wijken ingaan niets doen en geen prestaties leveren, dan valt er in het jaarverslag ook geen leuk verhaal te vertellen. Dus dat hebben we hier intern ook duidelijk gemaakt: zonder jullie prestaties kunnen we geen leuk verhaal vertellen.” Roel Haanen, Woonpunt “Het tweede aspect van Governance betreft de bestuurlijke organisatie. Hoe is je organisatie opgebouwd? Zijn de afdelingen goed op elkaar afgestemd? Werken de interne beheersingssystemen goed? Is er een evenwichtig krachtenveld tussen bestuurders en toezicht? Wordt de
Governancecode Woningcorporaties nageleefd?” Derk Windhausen, lid van de beoordelings commissie van Het Glazen Huis “Ook de Raad van Commissarissen mag zich duidelijker uitspreken dan nu vaak gebeurt. In veel gevallen ontbreekt daar een eigen opinie. Een Raad van Commissa rissen mag best eigen opvattingen hebben. Ze hebben drie rollen: die van werkgever, opzichter en klankbord en in al die rollen kunnen ze best wat vinden.” Ben Spelbos, lid van de beoordelings commissie van Het Glazen Huis
6. Geef inzicht in het gevoerde beleid “Een goed verslag is een verslag waarin staat vermeld: ‘We waren dit van plan, we hebben dit gedaan om dat te bereiken, we hebben dit bereikt, het heeft zoveel gekost, daarmee hebben we wel of niet onze doelstellingen gehaald en in de toekomst gaan we op deze manier verder’. Het is belangrijk om al die stappen te laten zien. En of dat nu gebeurt op huisvesten, op het energielabel, op kwaliteit, op financiële
prestaties, dat maakt in principe niet uit. Het moet op alle vlakken gebeuren. Een transparant jaarverslag laat de hele beleidscyclus zien. Alleen maar vertellen wat iets gekost heeft, is niet genoeg. Geef aan wat je beschikbare middelen zijn, hoe je ze inzet en wat het resultaat is in hun onderlinge samenhang.” Gijsbert Turkenburg, lid van de screenings commissie
“Formuleer je doelstellingen SMART. Ofwel: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden. Probeer je doelen altijd zo duidelijk mogelijk te formuleren dat je ze kunt meten.” Bart van Rooijen, lid van de screenings commissie
7. Geef inzicht in de maatschappelijke resultaten “Maatschappelijk rendement is niet het makkelijkste om in beeld te brengen, maar het kan steeds beter met methoden en goede voorbeelden… ga ermee aan de slag. Het is onmisbaar bij het verantwoorden van je maatschappelijk handelen.” Paul Doevendans, lid van de beoordelings commissie van Het Glazen Huis “Uit de scores blijkt dat corporaties moeite hebben met het formuleren van hun doelstellingen en ook om dat op een manier te doen die we SMART noemen.
34
Corporaties noemen vaak hun doelstellin gen wel, maar ze schrijven dat niet SMART op. Wanneer je als corporatie aantallen kunt benoemen is dat natuurlijk meetbaar, maar kwaliteit is lastiger om te meten. Probeer daarom je doelen altijd zou duidelijk mogelijk te formuleren, zodat je ze wel kunt meten.” Bart van Rooijen, lid van de screenings commissie “Als je niet oppast kan de vraag hoe je maatschappelijk rendement moet meten
tot een discussie leiden die jaren duurt, zonder dat je een steek verder komt. Ga er gewoon mee aan de slag. Besef dat het lastig is. Maar de ervaring leert dat je model op den duur beter wordt en betrouwbaarder.” Peter Heerens, Waterweg Wonen “Laat zien wat je oorspronkelijke doel stellingen waren, ook als je die niet hebt gehaald. Geef in dat geval ook aan waarom je ze niet hebt gehaald.” Jan van der Schaar, jurylid
s l o t p ub l i c at i e
8. Geef inzicht in de financiële resultaten “Het is niet alleen een kwestie van begroten, maar ook het verantwoorden over de prestaties hoort erbij.” Esther Blom, Wonen Limburg “Als corporaties hadden laten zien dat de maatschappelijke resultaten het gevolg waren van de genomen maatregelen, keek de jury vervolgens of ze dat ook in geld wisten uit te drukken. De vraag ‘Wat kost
het en wat levert het op?’ werd in de jaarverslagen meestal maar ten dele beantwoord. Veel corporaties zijn helaas nog altijd niet in staat om een verband te leggen tussen hun begroting en hun maatschappelijke prestaties. Je ziet soms dat ze veel geld uitgeven zonder dat ze eigenlijk goed in kaart hebben gebracht wat ze hebben bereikt. In praktijk doen maar weinig corporaties een maatschappelijke
kosten-batenanalyse. Zo’n analyse is lastig om te maken en duur. We zien dat eigenlijk alleen grote corporaties het soms doen. Maar het verdient wel de aanbeveling een maatschappelijke kosten-batenanalyse te maken, want daardoor kun je veel beter sturen op je beleid.” Jan van der Schaar, jurylid
9. Spreek je uit over de toekomst “Spreek je uit over de (financiële) toe komst. Geef in het jaarverslag ook een meerjarenprognose. Laat zien wat je sturingskader is.” Bart van Rooijen, lid van de screenings commissie
“Voorheen was het jaarverslag een doel op zich. Het jaarverslag is nu meer een middel geworden om te leren van het afgelopen jaar en deze lessen mee te nemen voor de toekomst.” Marella Verhagen, Jutphaas, winnaar van de themaprijs in 2009
“We besteden niet alleen aandacht aan de verantwoording over het afgelopen jaar, maar we geven ook een blik in de toekomst. We proberen te achterhalen waarom een doel niet gehaald is, wat de effecten daarvan zijn en wat dat betekent voor het volgend jaar.” Esther Blom, Wonen Limburg
10. Wees duidelijk en helder in de communicatie “Wees helder in je formuleringen. Zeg duidelijk wat je bedoelt. Vermijd verhullend of te algemeen taalgebruik.” Toos Kloppenburg, jurylid “Geef het jaarverslag een duidelijke hoofdindeling zodat je informatie snel terug kunt vinden. Presenteer je informatie op een heldere manier.” Bart van Rooijen, lid van de screenings commissie
“Presentatie is belangrijk. Zorg voor eyecatchers die snel een overzichtelijk beeld geven. Bij Waterweg Wonen zijn dat het maatschappelijk rendementsmodel en de samenwerkingsmatrix met belanghouders. Begin de hoofdstukken concreet met vermelden van je doelstellingen.” Peter Heerens, Waterweg Wonen
“Interviews maken het jaarverslag prettig leesbaar en kunnen de interactie tussen corporatie en belanghouders goed weergeven.” Bart van Rooijen, screeningscommissie
11. B egin tijdig “Laat het jaarverslag en ook je kwartaal rapportages een logisch gevolg zijn op het bedrijfsplan. Niet alleen qua structuur, maar ook qua inhoud. Het jaarverslag is dan een optelsom van wat er tijdens het jaar is gebeurd. Laat alle belangrijke punten
aan de orde komen en voorkom daarmee dat er aan het eind van het jaar opeens allerlei essentiële informatie nog ontbreekt.” Peter Heerens, Waterweg Wonen
35
h e t g l a z e n hui s
12. Een goed jaarverslag kan een positieve bijdrage leveren aan het zelfbewustzijn “Het jaarverslag geeft corporaties de mogelijkheid om te reflecteren op de eigen organisatie, het eigen handelen en presteren. Een goed jaarverslag leidt tot een betere bewustwording en externe profilering.” Paul Doevendans, lid van de beoordelings commissie “Wees trots op wat je doet en toon die trotsheid. Door het te benoemen, te agenderen en ermee naar buiten te treden, ben je ook in staat om cultuurveranderin gen binnen je organisatie op gang te brengen.” Ben Spelbos, lid van de beoordelings commissie
“We doen al vanaf het begin mee, dus toen we de prijs wonnen, waren we ongelooflijk blij, vooral omdat we al eerder bij de genomineerden zaten. Binnen onze organisatie zorgde dat voor een enorm wij-gevoel. Ongeveer een maand na onze prijsuitreiking was de Serious request-actie op de radio van Het Glazen Huis van 3FM. Toen zijn we hier met de pet rondgegaan en hebben we een leuk bedrag opgehaald.” Esther Blom, Wonen Limburg
“Dat we de themaprijs twee keer op rij hebben gewonnen, is de bevestiging dat we het goed doen. Daar mogen we met z’n allen best trots op zijn en dat zijn we ook.” Truus Sweringa, Oost Flevoland Woondiensten “Deelname aan Het Glazen Huis heeft er voor gezorgd dat het gehele personeel bij het jaarverslag betrokken wordt. Het is nu een product van veel meer medewerkers.” Marella Verhagen, Jutphaas
Wat kenmerkt een goed jaarverslag? “Een verslag waarvan de hoofdstukindeling logisch is, zodat je snel informatie terug kan vinden.” Bart van Rooijen, lid van de screenings commissie “Het mooiste is het om te lezen als er bij elk hoofdstuk bovenaan kort wordt vermeld: ‘Hier staan we voor, dat hebben we gedaan, dit is het resultaat, zo willen we verder en hieronder leggen we het uit’.” Dan wordt de juiste informatie op een heldere manier gepresenteerd. Als ik als lezer word bedolven met informatie en ik moet daar zelf conclusies uit afleiden, dan is het niet goed. Als ik van tabel naar tabel word gestuurd en ik moet een rapport van het Centraal Fonds ernaast leggen om te zien of dat op de norm is van de sector of de regio en ik moet het ondernemingsplan ernaast leggen om te achterhalen wat de doelstellingen waren, dan denk ik: zoek het
36
lekker uit. Dat ga ik echt niet doen. En ik ben natuurlijk niet de enige die dat denkt.” Gijsbert Turkenburg, lid van de screenings commissie “Bij verantwoorden moet je jezelf altijd twee vragen stellen. Dus niet alleen de vraag of je verantwoordt wat je hebt gedaan, maar ook of dat is wat je wilde bereiken. Als juryleden keken we daarom ook altijd goed naar de oorspronkelijke doelstelling. Wat had de corporatie zich aanvankelijk voorgenomen?” Jan van der Schaar, jurylid “Ik zie vaak dat corporaties aankondigen dat ze huurwoningen gaan verkopen om de opbrengst te investeren in nieuwbouw, maar die directe relatie vind je dan niet weer terug in het jaarverslag. Het wordt allemaal op een hoop gegooid, terwijl ik dan eigenlijk wel wil weten hoe die directe
relatie werkelijk is. Ronduit slecht zijn corporaties in het verantwoorden van hun deelnemingen. Soms kun je uit de naam van een deelneming nog wel iets afleiden, maar vaak heb je geen idee wat die inhoudt. Ook een begrip als leefbaarheid kan soms eerder verhullend dan verhelderend werken. Leefbaarheid is een onderwerp waar corporaties maar van alles onderbrengen. Het wordt daardoor te algemeen. Wees gewoon helder. Als je een Johan Cruyff Court sponsort, kun je duidelijk aangeven dat je dat doet voor de jeugd in de buurt. Geef aan wat je daarmee beoogt, in plaats van alleen het label leefbaarheid erop te plakken.” Toos Kloppenburg, jurylid Ten slotte de wijze raad die de jury elk jaar meegaf aan deelnemende corporaties om de beoordelingscriteria zo goed mogelijk te benutten. Die luidde dan ook: “Niet afvinken maar aanvonken.”
s l o t p ub l i c at i e
Verantwoording en dankwoord Ruim 255 verschillende corporaties hebben de afgelopen zes jaar ten minste eenmaal deelgenomen aan Het Glazen Huis. Uit de deelnemersaantallen, uit scores op de jaarverslagen en uit de (h)erkenning van dit initiatief blijkt dat Het Glazen Huis in de zes jaar van zijn bestaan een gewaardeerde plek heeft verworven in de bedrijfstak. Ten eerste willen we daarom alle corporaties bedanken die de afgelopen zes jaar hun jaarverslag hebben ingezonden en daarmee een bijdrage hebben geleverd aan het succes van Het Glazen Huis. Voor Aedes vereniging van woningcorporaties en de Woonbond waren dit goede redenen om betrokken te zijn bij de prijs. Ook de Vereniging van Toezichthouders in Woning corporaties honoreerde de uitnodiging om in Het Glazen Huis te participeren. Samen met de SEV en PwC waren zij de dragers van Het Glazen Huis. Namens hen hebben Ben Spelbos, Gijsbert Turkenburg, Paul Doevendans, Lex de Boer, René Scherpenisse, Albert Kerssies, René van Genugten, Hendrien Witte, Tineke Koelewijn en Rob Ravestein zich ingezet voor Het Glazen Huis. Veel dank zijn wij verschuldigd aan alle juryleden die de afgelopen zes jaar met veel kennis van zaken en wijsheid bepaalden wie de winnaar van Het Glazen Huis werd en wie de Themaprijs in ontvangst mocht nemen (en in het laatste jaar ook de Energiesprong-prijs en de oeuvreprijs). Wij danken Wim van de Donk (voorzitter 2006–2008) en Jan Terlouw (voorzitter 2010–2011) en de juryleden Maurits de Brauw, Andrée van Es, Pieter Hilhorst, Hamit Karakus, Toos Kloppenburg, Jan van der Schaar en Jaap Winter. Namens PwC droegen Ben Spelbos, Nico Gouwerok, Bart van Rooijen en Gijsbert Turkenburg en een team van medewerkers zorg voor de jaarlijkse screenings en het opstellen van de evaluatierapporten die de inzenders elk jaar na beoordeling kregen teruggestuurd. Leden van de beoordelingscommissie waren Paul Doevendans, Ben Spelbos en Derk Windhausen, die tevens verantwoordelijk waren voor de inhoudelijke organisatie van Het Glazen Huis. Het jaarlijkse Trendrapport werd opgesteld door Derk Windhausen en Eduard Kas. Maartje Verest van &Windhausen zorgde in goede samenwerking met de vele betrokkenen binnen PwC, de SEV en Aedes voor de projectcoördinatie. Van hen willen we hier Heleen ter Haar, Frieda Crooy en Carolien van der Ploeg in het bijzonder bedanken voor hun bijdrage aan Het Glazen Huis.
Het Glazen Huis Aedes vereniging van woningcorporaties Nederlandse Woonbond PWC Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV) Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW)
37
bijlagen >>>
h e t g l a z e n hui s
B e oor del i ngs k a der 2011 Overzicht van de 8 hoofdcriteria met onderliggende 85 screeningsvragen aan de hand waarvan de screeningscommissie een eerste selectie maakt uit de ingezonden jaarverslagen.
SCORE Het antwoord op de screeningsvraag ‘geeft het verslag inzicht in...’
1 = = onvoldoende Nee, ondanks... het verslag bevat info die van belang is van de vraag, maar biedt onvoldoende om de vraag zelfstandig te kunnen beantwoorden (te beperkt, verstopt, onvolledig).
3 = = goed Ja… het verslag voldoet aan de gestelde vraag: geeft het inzicht, is (nagenoeg) compleet, biedt samenhang, is duidelijk. 80% punten
40% punten
0 = geen sterren = slecht Nee, beslist niet... het verslag bevat geen of nagenoeg geen info waarmee het gevraagde inzicht kan worden gekregen.
2 = = voldoende Ja, maar... de gevraagde info is er wel (grotendeels), maar de lezer moet moeite doen om het gewenste inzicht te verkrijgen (niet compleet, info verspeid, niet in samenhang gepresenteerd).
4 = = uitstekend Ja, bovendien…het verslag geeft het gevraagde inzicht en meer. Voorbeelden van meer: aansluiting bij de achterlig gende vraag, eigen methodiek, innovatieve manier van presenteren, etc.
0% punten
60% punten
100% punten
1 Missie, opgave en strategie
10% Punten
A
Geeft het verslag inzicht in de identiteit van de corporatie (doelgroep, behoefte, rolopvatting)?
10
B Is de missie opgenomen in het verslag?
5
C Maakt het verslag duidelijk welke maatschappelijke opbrengsten de corporatie beoogt?
20
D Geeft het verslag inzicht in het gedachtegoed van de corporatie over hoe maatschappelijke effecten tot stand komen (veranderingstheorie)?
20
E
Geeft het verslag inzicht in de posities van waaruit de corporatie haar keuzes maakt? Denk hierbij aan vastgoedpositie (typering, geografische spreiding, marktaandeel) en netwerkpositie (waar is de corporatie in staat besluitvorming te beïnvloeden).
10
F
Informeert het verslag over de strategische uitgangspunten die ten grondslag liggen aan het gevoerde beleid? Waar gaat de corporatie zich in het bijzonder op richten?
10
G Bevat het verslag een vertaling van de strategische keuzes naar meetbare strategische doelen?
5
H Informeert het verslag over de geplande voortgang in de realisatie van de strategische doelen?
5
I
Maakt het verslag een verwijzing naar het vigerende strategisch kader (beleidsplan, strategienota, etc)?
5
J
Geeft het verslag inzicht in de wijze waarop de corporatie haar strategie actueel houdt?
10 100
42
Wooncorporaties dienen hun opdracht om werkzaam te zijn ten behoeve van de volkshuisvesting te concretiseren naar de specifieke context waarin ze opereren. Vanuit een eigen identiteit en uitgangspositie kiest de corporatie voor een rolopvatting die aansluit bij de opgave die ze ziet en de mogelijkheden die ze heeft. Samen met de strategische doelen die daaruit voortvloeien, vormen zij het voornaamste referentiekader voor de waardering van de behaalde resultaten. Uit oogpunt van maatschappelijke verantwoording is een goed inzicht in de (ontwikkeling van) de strategie daarbij een voorwaarde.
s l o t p ub l i c at i e
2 Gover nance: maatschappelijke inbedding
15%
A
Punten Geeft het verslag inzicht in de belanghouders van de corporatie (belanghoudersidentificatie)?
10
B Maakt het verslag duidelijk hoe de corporatie de onderscheiden belanghouders positioneert (type, rol, mate van invloed, etc) ten opzichte van de corporatie (belanghoudersdifferentiatie)?
10
C Besteedt het verslag aandacht aan de verwachtingen/voorkeuren van belanghouders over het functioneren van de corporatie?
20
D Geeft het verslag inzicht in de wijze waarop de corporatie belanghoudersparticipatie heeft geborgd in haar eigen bedrijfsvoering?
20
E
Bevat het jaarverslag een inhoudelijk verslag van het overleg dat in het verslagjaar met belanghouders is gevoerd?
20
F
Maakt het verslag inzichtelijk wie bij dit overleg vanuit de wooncorporatie aanwezig waren? En welke belanghouders aanwezig waren?
5
G Kan uit het jaarverslag worden geconcludeerd of de visie op de opgaven wordt gedeeld door haar belanghouders?
10
H Kan uit het verslag worden geconcludeerd of de gekozen strategie is afgestemd met de belanghouders?
10
I
Geeft het verslag inzicht in de inhoud van de prestatieafspraken met huurdersorganisaties?
10
J
Geeft het verslag inzicht in de inhoud van de prestatieafspraken met gemeente(n)?
15
K Geeft het verslag inzicht in de inhoud van de prestatieafspraken met overige belanghouders?
10
L
10
Worden resultaten in termen van de relatie tussen de corporatie en de belanghouders besproken? (verstandhouding, invloed belanghouders op besluitvorming)?
Wooncorporaties ondernemen met maatschappelijk bestemd vermogen en dat vraagt om een externe legitimatie van de strategische keuzes. Het jaarverslag bevat bij voorkeur informatie over de wijze waarop de gevolgde strategie is afgestemd op de verwachtingen van de belanghouders van de corporatie.
150
3 Gover nance: bestuurlijke organisat ie
15%
3 . 1 O rg a n i s a t i e s t r u c t u u r, s a m e n w e r k i n g s v e r b a n d e n en inrichting van interne beheersystemen
A
Wordt inzicht gegeven in de organisatiestructuur inclusief eventuele nevenstructuren (verbindingen)?
Punten 15
B Worden samenwerkingsverbanden met andere organisaties toegelicht inclusief de toegevoegde waarde van de samenwerking voor de corporatie?
10
C Wordt inzicht gegeven in de interne risicobeheersing- en controlesystemen en de werking hiervan (aanwezigheid planning & controlcyclus, interne audits, in control statements, risicoprofiel corporatie, risicoprofiel deelnemingen)?
10
3 . 2 O rg a n i s a t i e v a n h e t b e s t u r e n e n t o e z i c h t h o u d e n
D Beschrijft de corporatie in een afzonderlijk hoofdstuk de hoofdlijnen van de governancestructuur (organen en taakverdeling), zoals bedoeld in de Governancecode Woningcorporaties?
Governance, organisatie en interne beheersing bestrijken een zeer breed aandachts– gebied. Bedoeling is dat een externe belanghebbende op basis van het jaarverslag kan beoordelen of de wooncorporatie adequaat is toegerust qua bestuur, toezichthoudend orgaan, organisatiestructuur, interne beheerssystemen en of de nieuwe governancecode daarbij in acht wordt genomen. Tevens is inzicht van belang in de aard van de samenwerkingsverbanden, de toegevoegde waarde van dergelijke verbanden en eventuele risico’s.
15
>>
43
h e t g l a z e n hui s
>>
E Wordt van (elk lid van de raad van) bestuur opgave gedaan van: geslacht, leeftijd,
nevenfuncties (voor zover relevant), tijdstip eerste benoeming en de organen waarin het bestuur/directie de corporatie vertegenwoordigt?
F
Wordt van elk lid van de raad van commissarissen opgave gedaan van: geslacht, leeftijd, hoofdfunctie, nevenfuncties (voor zover relevant), tijdstip eerste benoeming en eventueel herbenoeming, lopende termijn waarvoor hij/zij is benoemd en eventueel lidmaatschap van een kerncommissie?
Punten 5
5
G Geeft het verslag informatie over de bezoldiging van de leden van de raad van commissarissen en de bestuurder(s)?
5
H Wordt de bezoldiging van de bestuurders weergegeven in een afzonderlijk ‘remuneratierapport’ waarin de door de code gevraagde informatie wordt weergegeven?
5
I
Maakt het verslag melding van het al dan niet bestaan van kerncommissies, de samenstelling ervan, het aantal vergaderingen en de belangrijkste onderwerpen die zijn besproken?
5
3.3 Functioneren van het bestuur
J Is een verslag van het bestuur opgenomen met daarin ten minste vermeld: - een overzicht van belangrijkste bestuursbesluiten? - een beoordeling en evaluatie van de activiteiten in relatie tot de strategische doelen? - een beoordeling van de toekomstige ontwikkelingen (strategische risico’s) en de wijze waarop de organisatie daarop inspeelt met strategie, beleid en jaarplan? - een evaluatie van het functioneren van de corporatie en het interne beheerssysteem (adequaat om risico’s te beheersen) (actieve beheersing van risico’s, toezicht op naleving van wet- en regelgeving en/of op de doelmatigheid en doeltreffendheid van de bedrijfsvoering)? - een bestuursverklaring?
15
3.4 Functioneren van het inter ne toezicht
K Is een adequaat en transparant verslag van de RvT/RvC opgenomen met daarin tenminste vermeld: - een overzicht van de belangrijkste gespreksonderwerpen en besluiten over financiële beleid (projecten, treasurystatuut, verkopen etc…..), realisering van de volkshuisvestelijke opgaven en verbindingen; - invulling van de werkgeversrol? (wijze van beoordelen functioneren bestuurder(s), beloning bestuurder(s), wijze van toepassing adviesregeling Izeboud, en, indien van toepassing, benoemingen en ontslag van het bestuur).
15
L Besteedt het verslag aandacht aan de borging van de kwaliteit van het toezicht: - blijkt uit het jaarverslag dat zelfevaluatie heeft plaatsgevonden, en zo ja, welke bronnen daarbij zijn gebruikt en welke consequenties zijn verbinden aan de resultaten? - informeert het verslag over de deskundigheidsbevorderende activiteiten waarin door de individuele commissarissen is deelgenomen? - informeert het verslag over de gevolgde procedure bij (her)benoemingen van nieuwe commissarissen in het betreffende jaar? - is er adequaat verslag gedaan van de contacten met de belanghouders en de OR?
10
M Blijkt uit het verslag dat en hoe het bestuur verslag heeft gedaan aan de RvC over de werkzaamheden van de klachtencommissie?
5
N Maakt het verslag inzichtelijk of in het verslagjaar het functioneren van de externe accountant is beoordeeld, en indien deze beoordeling heeft plaatsgevonden, zijn de belangrijkste bevindingen bij de beoordeling opgenomen?
5
O
5
Geeft het verslag inzicht in de vraag of er transacties hebben plaatsgevonden waarbij tegenstrijdige belangen van leden van bestuur of leden van de raad van commissarissen speelden die van materiële betekenis zijn voor de woningcorporatie en/of voor de leden van het bestuur cq raad. En indien deze zich voordeden, worden deze in het verslag genoemd met vermelding van het tegenstrijdig belang en de verklaringen dat hierbij de bepalingen uit de governancecode in acht zijn genomen?
>>
44
s l o t p ub l i c at i e
>>
Punten
P Blijkt uit het jaarverslag dat de Governance Code Woningcorporaties wordt nageleefd.
15
En als wordt afgeweken van de Governancecode wordt dit dan transparant uitgelegd (‘leg uit of pas toe’-principe)? Q Blijkt uit het verslag dat de corporatie beschikt over een gedragscode (een integriteitscode), een klokkenluidersregeling, een frauderisicoanalyse?
5
150
4 Beleid
10%
4.1 Marktgericht handelen
A
Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht (volkshuisvestelijk en financieel) in het gevoerde (ver)huurbeleid (woningtoewijzing, doelgroepenbeleid, huurbepaling, huurverhoging, etc)?
10
B Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht (volkshuisvestelijk en financieel) in het gevoerde voorraadbeleid (aankoop, verkoop, nieuwbouw, renovatie, herstructurering, duurzaamheid)?
10
C Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht (volkshuisvestelijk en financieel) in het gevoerde kwaliteitsbeleid (onderhoud, energieprestaties, leefbaarheid/woonomgeving, wonen en zorg)?
10
D Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht in het gevoerde klantbeleid (inrichting klantprocessen, huurdersparticipatie, klachten afhandeling, bewonerscommunicatie, aanvullende diensten)?
10
E
Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht in het gevoerde financieel beleid (kostenmanagement, rentemanagement, financierbaarheid, waardemanagement)?
10
4.2 Maatschappijgericht handelen
F
Biedt het verslag inzicht in het afwegingskader dat de corporatie hanteert bij besluitvorming over maatschappelijke investeringen?
Punten
G Geeft het verslag inzicht in de afweging bij individuele maatschappelijke investeringen? - maatschappelijk (verwachte bijdrage aan strategie, afbreukrisico, dilemma’s); - bedrijfsmatig (rendementseis, risicoprofiel, capaciteit).
10
10 10
H Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht in het gevoerde beleid om vanuit de ketens Wonen-leren-werken en Wonen-welzijn-zorg maatschappelijke opgaven op te pakken?
10
I
10
Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen aan hoe invulling wordt gegeven aan maatschappelijk verantwoord ondernemerschap (sponsoring, stage, people planet profit)?
In haar beleid vertaalt de corporatie haar strategische doelen naar concrete SMARTe (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) doelstellingen en wijst zij haar middelen aan activiteiten toe. De wijze waarop ze dat doet, is van wezenlijk belang voor het vertrouwen dat ze geniet als maatschappelijk ondernemer. Maatschappelijke verantwoording vraagt om inzicht in gevoerd beleid, zowel met betrekking tot het bedrijfs– matig handelen als het maatschappelijk handelen van de corporatie.
100
5 Maatschappelijke resultaten
20% Punten
A Geeft het verslag een beschrijving van de in het verslagjaar door de corporatie geleverde prestaties? - de prestaties zijn beschreven; - met gebruikmaking van externe bronnen (bijv. krantenartikelen, interviews, visitatie, KWH-meting, etc); - geleverde prestaties zijn vergeleken met interne doelstellingen voor het verslagjaar;
20 10 10 >>
Corporaties streven maatschapp elijk rendement na. En dat vraagt om investeringen waarvan de opbrengsten niet zonder meer in financiële keng etallen kunnen worden uitg edrukt. Een beschrijving van de maatschappelijke prestaties mag daarom niet ontbreken.
>>
45
h e t g l a z e n hui s
Punten
>>
- geleverde prestaties worden verbonden aan extern gecommuniceerde prestatie- afspraken (met gemeente, met stakeholders, met de samenleving).
20
B Geeft het verslag inzicht in de maatschappelijke betekenis van de geleverde prestaties? - de geleverde prestaties zijn beschreven in de context van de ondernemingsstrategie; - de voortgang in de realisatie van de strategische doelen wordt in beeld gebracht.
20
C Informeert het verslag over in de samenleving waargenomen ontwikkelingen die gerelateerd zijn aan de door de corporatie beoogde maatschappelijke opbrengsten?
20
D Biedt het verslag informatie over de externe waardering van de prestaties van de corporatie (klanttevredenheid, uitspraken van stakeholders, visitatie, etc)?
20
E
Informeert het verslag over de doorwerking van de door de corporatie geleverde prestaties op de samenleving? (output --> outcome)
40
F
Maatschappelijk verantwoord ondernemen. Wordt inzicht gegeven in de effecten van de verrichte activiteiten voor: - duurzaamheid en milieu? - werkgelegenheid?
G Wordt inzicht gegeven in de resultaten in termen van betrokkenheid van de maatschappij/samenleving bij de corporatie (imago, reputatie, etc)?
20
>> Door de geleverde prestaties bovendien in de context te plaatsen van de geidentificeerde maatschappelijke opgave, de verwachtingen van belangh ouders en de eigen ambities ontstaat het noodzakelijke inzicht in de maatschappelijke impact van de corporatie.
5 5 10
200
6 Financiële resultaten
10%
Punten
A
46
Is een financieel verslag opgenomen met daarin ten minste opgenomen de balans en W & V?
20
B Worden de waarderingsgrondslagen adequaat toegelicht?
5
C Geeft het verslag inzicht in de beleidswaarde van het bezit en de parameters die aan de beleidswaarde ten grondslag liggen?
5
D Geeft het verslag een indicatie van de marktwaarde van het bezit?
5
E
Wordt een kwalitatieve analyse van het resultaat gegeven (resultaat, bijzondere posten, kostenpercentage, financiële risico’s, inzicht in structureel en incidenteel resultaat)?
5
F
Bevat het verslag een kwalitatieve en kwantitatieve vergelijking met de begroting en financiële doelstellingen?
5
G Geeft het verslag inzicht in de belastingpositie van de corporatie?
10
H Wordt er een verband gelegd tussen de financiële en maatschappelijke resultaten van de corporatie?
10
I
Geeft het (financieel) verslag duidelijk inzicht in de effecten van de gewijzigde economische omstandigheden op de prestaties en de voorgenomen prestaties van de corporatie?
5
J
Bevat het verslag een ‘benchmark’ op basis waarvan het behaalde resultaat (kostenstructuur, direct rendement, indirect rendement) in extern perspectief geplaatst kan worden?
5
K Geeft het verslag inzicht in het oordeel van het CFV over het financieel presteren van de corporatie?
5
L
5
Geeft het verslag inzicht in de financieringsruimte van de corporatie en de mate waarin deze zich verhoudt tot de voor de komende jaren verwachte financieringsbehoefte?
M Geeft het verslag inzicht in de investeringsruimte van de corporatie (het eigen vermogen dat beschikbaar is of de komende jaren beschikbaar komt voor nieuw beleid ten behoeve van de maatschappelijke taak)?
10
N Geeft het verslag een oordeel over de omvang van het eigen vermogen in het licht van de opgave, de strategie en (als afgeleide) het risicoprofiel van de corporatie?
5
100
Corporaties werken met maatschappelijk bestemd vermogen. Traditioneel verschaft een jaarverslag financiële informatie in termen van het behaalde resultaat en de mutaties in de bezittingen, schulden en het eigen vermogen. Maar vanuit het perspectief van maatschappelijke verantwoording is ook inzicht gewenst in de relatie tussen inzet van vermogen en maatschappelijk rendement en de efficiency waarmee de maatschappelijke doelen worden nagestreefd.
s l o t p ub l i c at i e
7 Toekomst
10%
Punten
A
Geeft het verslag inzicht in de wijze waarop de financiële continuïteit is gewaarborgd rekening houdend met de voorgenomen investeringen en de opgaven waaraan de corporatie zich (feitelijk dan wel emotioneel) heeft verbonden (ontwikkeling eigen vermogen, financieringsruimte, risicoscenario’s)?
20
B
Geeft het verslag inzicht in de (maatsschappelijke en organisatorische) effecten van de invoering van de Tijdelijke Regeling van het ministerie van BZK van 8 november 2010 ten aanzien van de toewijzing: het aanbesteden van maatschappelijk vastgoed en een eventuele splitsing van het vastgoed in DAEB en niet-DAEB?
15
C Geeft het verslag inzicht in het effect van de invoering van de integrale vpb-plicht op de ontwikkeling van haar financiële positie?
5
D Maakt het verslag duidelijk hoe de in het verslagjaar behaalde resultaten doorwerken naar beleidskeuzes en doelstellingen voor de komende jaren?
20
E
Geeft het verslag inzicht in de maatregelen die de corporatie treft om te anticiperen op toekomstige ontwikkelingen (kennismanagement, ontwikkeling medewerkers, innovatie, organisatiestructuur, omgaan met veranderende wettelijke context, alternatieve beleidsscenario’s)?
20
F
Geeft het verslag inzicht in het formele en informele netwerk waarvan de corporatie deel uitmaakt en de wijze waarop ze dat onderhoudt om haar uitgangspositie voor maatschappelijk ondernemerschap te behouden?
10
G Geeft het verslag inzicht in de bijdrage die de corporatie levert aan de ontwikkeling en beeldvorming van de branche (algemene beeldvorming, bijdrage aan vernieuwingen, bijdrage aan samenhang (invulling lidmaatschap Aedes)?
Wooncorporaties hebben een duurzame taak en dat vraagt om aandacht voor de zaken die bepalend kunnen zijn voor het functioneren van de corporatie in de toekomst. Enkele kernwoorden zijn: financiële continuïteit, reageren op niet geplande resultaten, anticiperen op toekomstige ontwikkelingen en participatie in zowel brancheorganisaties als maatschappelijke netwerken.
10
100
8 Communicatiewaarde
10%
Punten
A Positioneert het jaarverslag zich t.o.v. andere verantwoordingskanalen van de corporatie?
10
B Definieert het verslag het doel en de doelgroep van het jaarverslag?
10
C Wat is de eerste indruk bij de voorpagina van het verslag (impact, relevantie, aantrekkelijkheid)?
5
D Hoe is de communicatiewaarde van de vormgeving van het verslag (creativiteit, past vorm bij de inhoud/bij de corporatie, attentiewaarde, gebruik en afwisseling tekst, foto’s, grafieken)?
10
E
Hoe is de communicatiewaarde van de inhoud van het verslag (leesbaarheid, toegankelijkheid en begrijpelijkheid van de tekst (omvang van het verslag, heldere structuur, complexiteit, gebruik jargon, afkortingen?
10
F
Hoe is de compactheid van het verslag / snelheid opzoeken informatie / verhouding en in evenwicht zijn van feitelijkheden t.o.v. contextuele informatie (profilering versus verantwoordingsinformatie)?
10
G Wordt inzicht gegeven in betrouwbaarheidsaspecten van de informatie in het jaarverslag (verificatie informatie als: bronvermelding tabellen, grafieken, foto’s, reikwijdte assurance werkzaamheden)?
5
H Is het jaarverslag op internet beschikbaar?
30
I
10
Wordt op de website de mogelijkheid geboden om meer info of een volledige jaarrekening te krijgen door te bellen of te mailen?
De waarde van het jaarverslag als instrument van maatschappelijke verantwoording hangt niet alleen samen met de inhoud, maar ook met de wijze waarop de inhoud wordt aangeboden. Beschikbaarheid, toegankelijkheid en betrouwbaarheid zijn hierbij de sleutelbegrippen.
100
Hoofdcriteria totaal
100% 1000
47
h e t g l a z e n hui s
B e oordelingskader t h e m apr i j s 2011 Ve r a n twoord e n ove r d uu rzaamheid Du u r zaa m b ou we n e n d uu r zaam wo nen
100%
T h e m a t i s e r i n g A
Wordt duurzaamheid in het jaarverslag geagendeerd als een thema voor de corporatie?
Punten 5
B Maakt het verslag zichtbaar hoe breed (of hoe smal) de corporatie duurzaamheid definieert?
5
C Geeft het verslag inzicht in het gedachtegoed van de corporatie ten aanzien van duurzaamheid en energie (visie, veranderingstheorie), inclusief een vertaling naar uitgangspunten voor het eigen handelen (strategische doelen)?
10
Ve r a n t w o o r d i n g i n p u t e n p r o c e s D Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht in het gevoerde beleid gericht op het vergroten van de duurzaamheid van het eigen vastgoed (materiaalgebruik, flexibiliteit in gebruik, levensduurverlenging)?
5
E
Geeft het verslag inhoudelijk en in termen van SMARTe doelstellingen inzicht in het gevoerde beleid gericht op het verlagen van het energieverbruik in de woningen (voorlichting aan bewoners, energielabels, energiebesparende maatregelen)?
5
F
Biedt het verslag inzicht in het afwegingskader dat de corporatie hanteert bij besluitvorming over duurzaamheidsinspanningen (financieel, voorraadtechnisch, maatschappelijk belang, organisatorisch)?
5
G Zijn de activiteiten in verband gebracht met die van partners in de duurzaamheidsketens?
10
Ve r a n t w o o r d i n g o u t p u t H Maakt het verslag zichtbaar welke prestaties de corporatie heeft geleverd op het terrein van duurzaam bouwen?
10
I
10
Maakt het verslag zichtbaar welke prestaties de corporatie heeft geleverd op het terrein van energieverbruik?
J Zijn de geleverde prestaties op energie en duurzaamheidsgebied gekwantificeerd en vergeleken met beleidsdoelstellingen?
10
Ve r a n t w o o r d i n g o u t c o m e K Geeft het verslag inzicht in de maatschappelijke betekenis van de geleverde prestaties? - de geleverde prestaties zijn beschreven in de context van de ondernemingsstrategie - de voortgang in de realisatie van de strategische doelen wordt in beeld gebracht. L
Informeert het verslag over de doorwerking van de door de corporatie geleverde prestaties op de samenleving? (output --> outcome)
5 10 10
100
48
Colofon Uitgave Aedes vereniging van woningcorporaties, Nederlandse Woonbond, PwC, Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV) en Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) Te k s t e n Ricci Scheldwacht, Amsterdam Redactie Hans Nieuwstraten, Rotterdam Opzet en begeleiding &Windhausen, Utrecht Fotografie Simone de Blouw-van de Kamp, Amersfoort Raymond de Vries, Rotterdam Vormgeving www.absoluutdesigners.com Druk Roels Printing, Lier m a a rt 2 0 1 2
het glazen huis
prijs voor transparante wooncorporaties
Leren (door) verantwoorden Slotpublicatie Het Glazen Huis prijs voor transparante wooncorporaties
het glazen huis prijs voor transparante wooncorporaties