Leeuw van Vlaanderen te Amsterdam Projectgegevens Opdrachtgever : website : Architect :
Corporatie Far West http://www.farwest.nl Heren 5 architecten bv bna
Adviseur bouwfysica Adviseur constructies Hoofdaannemer
: : :
Ontwerp Uitvoering Oplevering
: : :
2002 - 2004 2004 - 2006 januari 2006
Omvang
:
Verloop Prijsklassen
: :
96 woningen, waarvan 54 sociale huur en 42 markthuur, 72 woningen in het bestaande gebouw, 24 woningen in de dakopbouw terugkeer van 32 bewoners (bijna de helft) sociale huur: ! 391 - ! 443, wibo: ! 442 - ! 475, vrije sector ! 735 - ! 1.195, servicekosten ! 40 - ! 50
Kosten
:
W/E adviseurs, Gouda Pieters Bouwtechniek Amsterdam BV Coen Hagendoorn Bouw, Huizen,
bouw ! 14,2 miljoen, grond ! 0,7 miljoen, bijkomende kosten ! 2,3 miljoen, stichtingskosten ! 17,2 miljoen
Pagina 1 van 7
De locatie Oorspronkelijk was De Leeuw van Vlaanderen (± 1960) gepland aan een brede laan, maar met de opening van de Coentunnel in 1966 kwam het gebouw aan de Ringweg A10 te liggen. De woningen lagen op nog geen vier meter direct aan de snelweg, terwijl vandaag de dag door de toegenomen autodrukte dagelijks circa 180.000 auto’s het woongebouw passeren. De A10 zorgt niet alleen voor een tweedeling van het stadsdeel Bos en Lommer, maar ook voor problemen als verkeerslawaai en stank. Het oorspronkelijke gebouw vanaf de A10, fotografie Kees Hummel "Snelwegen in Nederland zijn niet of nauwelijks geïntegreerd in het stedelijk weefsel. Hierdoor ontstaan monofunctionele zones zonder ruimtelijke kwaliteit", zoals Heren 5 architecten, het architectenbureau van de herstructurering van De Leeuw van Vlaanderen, het verwoordt. Dit bureau heeft oplossingen onderzocht en gerealiseerd, waardoor de ruimte rondom de snelweg op een duurzame wijze integreert met het stedelijk weefsel van de Westelijke Tuinsteden. Als onderdeel van de Kolenkitbuurt in de Westelijke Tuinsteden fungeert het gebouw nu behalve als geluidsscherm die de achterliggende buurt afschermt van het snelweggeluid, ook als boegbeeld van de stedelijke herstructurering. Hierdoor speelt het gebouw, met zijn sociale huurwoningen, een belangrijke rol in de doelstelling van de stedelijke vernieuwing en vervult het een functie als aanjager voor dit proces. Het gebouw De Leeuw van Vlaanderen is een bestaand woongebouw van rond 1960 naar een ontwerp van architect J.P. Kloos uit 1958 en staat langs de snelweg A10 in Amsterdam. Oorspronkelijk had deze portiekflat vijf bouwlagen met balkons aan de snelwegzijde. De renovatie leidde tot de nodige veranderingen van het complex. Het gebouw is gestript tot op het casco en omgezet van portiek- naar galerijflat. Het complex is opnieuw zo opgebouwd dat de indeling volledig is omgedraaid. De balkons van de woningen liggen nu aan de straatzijde in plaats de snelwegzijde. De achtergevel aan de snelwegzijde is voorzien van een tweede geluidswerende vliesgevel. Tussen het bestaande complex en de vliesgevel is een ruimte van 2 meter breed ontstaan die dient voor de ontsluiting van het complex. De bestaande en verouderde ontsluiting met negen portieken is omgezet in één met drie korte galerijen met liften; er is dus geen lange anonieme galerij.Zij- en achterzijde, fotografie Kees HummelOorspronkelijke situatie.
Pagina 2 van 7
Het zware, ruim bemeten betonskelet maakte het mogelijk een ruimer aanbod aan woningtypen te creëren en het gebouw op te toppen met twee extra woonlagen voor 24 appartementen. Hierdoor is het woningaantal gestegen van 72 naar 96 woningen, waaronder 54 sociale huurwoningen. Het architectenbureau heeft de indeling van de woningen hetzelfde gelaten, evenals de plaats van de trappenhuizen (zij het deels vervangen door een lift). De optopping en de nieuwe gevels zijn uitgevoerd in staalframebouw. De keuze voor staalframebouw stoelt op diverse overwegingen. Doorslaggevend was dat staalframebouw de windbelastingen en belasting van een gevelonderhoudsinstallatie kan opnemen. Daarnaast speelden het geringe eigen gewicht om de extra belastingen op de bestaande constructies te beperken, de snelle bouwtijd en de beperking van omgevingshinder een rol. Verder heeft De Leeuw van Vlaanderen rondom nieuwe gevels gekregen, de geluiddichte glazen vliesgevel houdt het geluid, de stank en het fijn stof van de nabije A10 buiten. Vanwege de sociale controle en een verlevendigd straatbeeld –onmisbaar voor het succes van de stedelijke vernieuwing- zijn de oorspronkelijke gesloten en anonieme plint van garages vervangen door woningen. De oude portiekflat vlak langs de A10 heeft zo een nieuw uiterlijk gekregen. Van het oorspronkelijke ontwerp is vrijwel niets meer terug te vinden; slechts het betonskelet bleef bestaan. Aangezien het uiterlijk van het complex sterk is veranderd, heeft de architect de horizontale banden in de gevel (betonvloeren die aan de buitenkant zichtbaar zijn) als typerend kenmerk uit de jaren '60 behouden; de oorspronkelijke koudebruggen zijn door de nieuwe gevelbekleding opgeheven. Het proces De organisatie van stedelijke vernieuwing in het gebied Om invulling te geven aan de vernieuwing van de Westelijke Tuinsteden waar De Leeuw van Vlaanderen staat, hebben vier Amsterdamse corporaties - De Key, Het Oosten, Rochdale en Woonmaatschappij - hun woningbezit (totaal 10.000 woningen en 1.000 bedrijfsruimten) overgedragen aan Far West. Deze organisatie is in 2000 opgericht vanwege het belang van de integrale planontwikkeling; herstructurering kan alleen succesvol zijn, als naast de verbetering van de woningvoorraad ook de openbare ruimte wordt aangepakt. Om dit proces te bundelen, hebben de vier corporaties Far West opgericht voor een periode van 15 jaar. Als de vernieuwing af is, heft deze organisatie zichzelf op en wordt het vernieuwde bezit weer verdeeld over de vier corporaties.
Pagina 3 van 7
Problematiek van de snelweg Om de inzet van de vier stadsdelen en de gemeente Amsterdam bij de vernieuwing van de Westelijke Tuinsteden te bundelen is Bureau Parkstad opgericht als coördinerend samenwerkingsverband tussen de vier stadsdelen Osdorp, Slotervaart, Geuzenveld-Slotermeer, Bos en Lommer, en de centrale stad van de gemeente Amsterdam. Bureau Parkstad coördineerde in dit kader de problematiek rondom de A10 voor een integrale aanpak van het gehele gebied om de geluidsoverlast af te laten nemen en de leefbaarheid voor de omgeving te vergroten. Waar geluidsschermen niet helpen of kunnen, moesten andere maatregelen worden getroffen.Spouw achter glasvliesgevel (nog zonder vloerdelen), fotografie Kees Hummel De locatie van De Leeuw van Vlaanderen was zo'n plek; Bureau Parkstad had daar geen ruimte voor geluidsschermen en Far West had daar een gebouw dat niet meer voldeed aan de huidige wooneisen. De sloop van de flat werd overwogen, maar als gevolg van Europese milieueisen was herbouw niet mogelijk, terwijl de flat dient als geluidsbarrière voor de achterliggende wijk en een vervangende voorziening nodig geweest zou zijn. De Leeuw van Vlaanderen moest dus blijven staan en mocht blijven staan als het gerenoveerd zou worden. En aangezien het gebouw mede door de overlast van de snelweg niet meer voldeed aan de huidige eisen, gebeurde dat en werden bovendien nog twee bouwlagen boven op het gebouw gezet. De aanpak van het gebouw Het project kreeg subsidie voor de bouw van de vliesgevel, omdat Rijkswaterstaat hiermee geld uitspaarde voor de aanleg van een geluidsscherm. De enige restrictie was, dat de vliesgevel binnen anderhalf jaar gereed moest zijn om het snelwegverkeer zo kort mogelijk te verstoren (het gebouw staat immers een paar meter van de snelweg af). Mede vanwege de beperkte ruimte op de bouwlocatie en de eis van Rijkswaterstaat hebben Heren 5 Architecten en Far West gekozen voor de uitvoering van de vliesgevel en de optopping met twee verdiepingen in IFD-bouw om het bouwproces te versnellen. De keuze viel verder op IFD, omdat zo de woningen een flexibele indeling kunnen krijgen.
Woondifferentiatie en tijdelijke huisvesting Het oorspronkelijk flatgebouw kende twee soorten woningtypes met een verschil van één kamer. De vrijwel gelijke flats behoorden alle tot de sociale huursector. Om een gedifferentieerd woonmilieu te creëren is besloten om verschillende woontypologieën te realiseren. Hiermee ontstaat een meer gemengde woongemeenschap met op de derde en vierde verdieping van het complex 54 sociale huurwoningen en in de rest van het gebouw middeldure en duurdere Maisonettewoning op 1e etage, fotografie Kees Hummel huursegment. Ook uit financiële overweging is hiertoe besloten vanwege de onrendabele top van de kosten van de renovatie. De 18 weggevallen sociale huursectorwoningen van de oorspronkelijke 72 in het complex zijn in de buurt gecompenseerd. De bewoners uit de oude flat konden tijdens de renovatie niet in het gebouw blijven wonen en werden daarom in de buurt tijdelijk gehuisvest door Far West. Omdat Far West een coördinerende taak in de herstructurering van Westelijke Tuinsteden heeft, was de tijdelijke huisvesting relatief eenvoudig.
Pagina 4 van 7
Het gebouw als voorbeeld Zijn bijzondere ligging, pal naast de snelweg en op nog geen drie meter achter de vangrail, maakt het woongebouw beeldbepalend voor de Kolenkitbuurt. Far West heeft dit aangegrepen om het complex te herpositioneren als aanjager van het vernieuwingsproces van het gebied. Dit, in combinatie met de mogelijkheden die moderne bouwtechnieken bieden, zorgde ervoor dat uiteindelijk is gekozen voor hoogwaardige renovatie. Far West toont met het project aan dat het goed mogelijk is om op locaties met een hoge milieubelasting (geluid en fijn stof) op een verantwoorde manier te bouwen en innovatieve keuzes te doen zoals IFD bouwen. De Leeuw van Vlaanderen is een van de 91 inzendingen voor demonstratieprojecten IFD-Bouwen in 2004 en is genomineerd voor de Nationale Staalprijs 2006. Duurzaamheid Achterzijde met optopping, fotografie Kees HummelLeefomgeving Vanuit de stedelijke vernieuwing van de Westelijke Tuinsteden draagt de renovatie van De Leeuw van Vlaanderen bij aan de verbetering van de kwaliteit van het wonen, de versterking van de sociale samenhang en de benutting van economische kansen. Om de kwaliteit van de woningen en de leefomgeving te verbeteren zijn de volgende maatregelen getroffen. * Het complex vormt een deel van de geluidsvoorziening langs de A10 om overlast in de achterliggende wijk te verminderen. Hiervoor zijn de buitenruimten van de woningen verplaatst van de snelwegzijde naar de luwe straatzijde en is de achterzijde van het complex voorzien van een tweede, geluidsisolerende glazen vliesgevel van 6.000 m2. De glazen vliesgevel dempt het geluid en weert de stank van het verkeer. De nieuwe gevel is zo glad dat roetaanslag nauwelijks een kans krijgt. Bovendien is er een speciaal reinigingssysteem aangebracht. * De functie van het gebouw als geluidsbuffer maakt dat de automobilist de stad kan beleven vanaf de snelweg. De automobilist rijdt niet langs een 'stadsafsluitend' geluidsscherm, maar langs een verkeersgeluidswerend gebouw dat zorgt voor de integratie van de snelweg met de daaraan liggende woonwijken. * Langs de snelweg zorgt de optopping voor een nieuwe hoogtemaat die beter bij de omgeving past en de snelweg verder integreert met het stedelijk weefsel. * Aan de straatkant is het gebouw zo gedetailleerd, dat het maat brengt in het lange blok en het de suggestie wekt van een complex van overmaatse herenhuizen. * In de twee meter brede ruimte tussen de vliesgevel en de woninggevels zijn galerijen voor de ontsluiting van het gebouw gekomen. De galerijen bestaan uit drie korte delen met ieder een eigen lift, in plaats van één lange, anonieme galerij. De drie korte galerijen, met 32 woningen verdeeld over zes verdiepingen, vormen drie 'buurten', die zorgen voor het gevoel van een kleinschalige woonomgeving. * Om de sociale controle te verhogen en het straatbeeld te verlevendigen onmisbaar voor het succes van de stedelijke vernieuwing- is de gesloten en anonieme plint van garages vervangen door maisonnettewoningen. * Het grote aantal schotelantennes (in bezit van ruim 70% van de bewoners), die voorheen aan de gevel hingen, is vervangen door een centraal antennesysteem. Hierdoor hoeven de schotels niet terug te keren.
Pagina 5 van 7
Woondifferentiatie In het royale betonskelet zijn de bestaande woningplattegronden hergebruikt die, samen met het optoppen en het realiseren van woningen in de plint en eerste verdieping, een grote diversiteit aan woningtypologieën opleveren. De woningen variëren in grootte van 100 m2 tot 160 m2. In de optopping met twee woonlagen (5e etage) bevinden zich 24 appartementen in de hogere huurklasse. In de plint en in de optopping zijn zeven verschillende typen maisonnettes gerealiseerd. Het woongebouw bestaat nu uit 96 woningen (voorheen 72), waaronder 54 sociale huurwoningen op de 2e, 3e en 4e etage. Van de 54 sociale huurwoningen hebben 18 een wibo label ('wonen in een beschermde omgeving', bedoeld voor ouderen, bij elkaar gelegen, zelfstandige woningen met in de directe nabijheid een dienstencentrum). Het gebouw wordt nu bewoond door een gevarieerde mix van bewoners. Na de oplevering in december 2005 is bijna 45% van de oorspronkelijke bewoners (32 van de 72) teruggekeerd in De Leeuw van Vlaanderen. Binnenmilieu en energie In de twee meter brede 'spouw'-ruimte achter de vliesgevel vindt constant en installatieloos ventilatie plaats. Schone lucht stroom vanaf de straatzijde onder het gebouw door naar de ruimte achter de vliesgevel. Deze 'spouw'-ruimte werkt door de stijging van temperatuur als een 'zonneschoorsteen'; door de afvoer van de opgewarmde lucht boven in de spouw ontstaat een onderdruk, waardoor luchtaanvoer vanaf de straatzijde plaatsvindt. Binnenventilatie vindt plaats via gevelroosters aan beide zijdes van het gebouw; de lucht wordt mechanisch uit de woningen afgevoerd. De lucht in de spouwruimte voldoet aan de eisen ten aanzien van emissies zoals fijn stof.Bron: Heren5 architecten De geluidsisolerende gevel stelde Heren 5 architecten voor een extra probleem. Door de enorme daling van het aantal decibels in de woningen, moesten ook de woningscheidende wanden en vloeren extra worden geïsoleerd. Zonder die maatregel zouden de bewoners door de stilte worden geconfronteerd met burengerucht, iets waar ze eerder door het verkeersgeluid geen noemenswaardige last van hadden. Om extra energetische kwaliteit toe te voegen aan de woningen is de isolatie van de gevels en het dak verhoogd. De woningen hebben individuele cv's met hrketels.
Pagina 6 van 7
IFD, sloopafval en materiaal Voor de uitvoering van de vliesgevel heeft Heren 5 architecten gekozen voor een staalconstructie en staalframebouw voor de opbouw, de kopgevels en de langsgevel aan de straatzijde. De snelle bouwtijd, het gebrek aan ruimte op de bouwlocatie en het beperkte gewicht van de constructie maakten dat IFD-bouwen de meest gunstige methode was. De keus viel mede op IFD vanwege de mogelijkheid van flexibiliteit in de woningen in de optoplaag; in principe is de indeling veranderbaar door de grote, vrije overspanningen. Door het casco van gebouw te hergebruiken is een aanzienlijke stroom bouwafval voorkomen. Casco's maken ongeveer voor 60 tot 70% deel uit van de milieubelasting van een gebouw; het strippen van het gebouw door onder meer de geveldelen te slopen droeg zo bij aan materiaalbesparing. De kozijnen in de buitengevels zijn uitgevoerd in blank geanodiseerd aluminium, terwijl de kozijnen aan de binnengevel van hout zijn. De vlonders tussen vliesgevel en binnengevel zijn van hout; de dekdelen zijn van belinga en de balken van azobé.
!
Pagina 7 van 7