LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS Vak: TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/ Toegepaste informatica/ (7lt/w) Specifiek gedeelte Studierichting: Toerisme Studiegebied: Toerisme Onderwijsvorm: TSO Graad : tweede graad Leerjaar: eerste en tweede leerjaar Leerplannummer: 2016/011 (vervangt 2005/032, 2002/112, 2002/114)
Nummer inspectie: 2016/1234/1//V18 (vervangt 2005/18//1/G/SG/1//D/, 2002/278//1/M/SG/1/II//D/, 2002/276//1/M/SG/1/II//D/)
Pedagogische begeleidingsdienst Huis van het GO! Willebroekkaai 36 1000 Brussel
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
2
Inhoud 1. 2. 3.
Visie Beginsituatie Leerplandoelstellingen en leerinhouden 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6.
4. 5. 6. 7.
Onderdeel 1: Ik ga op reis Onderdeel 2: De toerist en ik Onderdeel 3: Ik ben … Onderdeel 4: Toeristische verkenningen Onderdeel 5: Duurzaamheid en toerisme Onderdeel 6: Ik volg de ontwikkelingen in de toeristische sector
Minimale materiële vereisten Algemene pedagogisch-didactische wenken Evaluatie Bibliografie
3 4 5 5 12 14 18 19 20 21 22 23 25
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
1.
3
Visie
De visie van dit leerplan wordt geschraagd door twee doelen: 1. een betere aansluiting realiseren tussen de 2e graad en de 3e graad Toerisme 2. zonder de verdere schoolloopbaan van de leerlingen te beperken tot de keuze voor een doorstroom naar de 3e graad Toerisme, maar ook andere keuzemogelijkheden open te laten naar andere studierichtingen uit het domein ‘economie en organisatie’ in de 3e graad. Een betere aansluiting tussen de 2e graad Toerisme en de vervolgopleiding in de 3e graad wordt nagestreefd als volgt: in de derde graad Toerisme wordt het specifiek gedeelte beheerst door een geïntegreerd leerplan. Om de aansluiting met de 3e graad mogelijk te maken, wordt ook in de 2e graad gekozen voor een geïntegreerd leerplan waarin toeristische organisatie, informatica en PR geïntegreerd worden. Het aanbevolen aantal lestijden opent heel wat didactische ruimte om innoverende didactische werkvormen te introduceren, zoals co-teaching, activering en differentiatie, extra-murosactiviteiten, geïntegreerde opdrachten, gebruik van multimedia, enz. dit laat toe de actualiteitswaarde én de aantrekkingskracht van de opleiding in de 2e graad sterk te verhogen. daar waar het oude leerplan van de 2e graad (2002/114) een soort “3e graad-light” was, is dit met het nieuwe, geactualiseerde leerplan niet het geval. De bedoeling is de leerling te laten kennismaken – op een voldoende lichte en aantrekkelijke manier – met de belangrijkste aspecten van het toeristisch gebeuren en de beroepsmogelijkheden die erbij horen, zoals reisadviseur, reisbegeleiding, animatie, hosting, enz. Het doel de verdere studiekeuze in de 3e graad niet te beperken, wordt nagestreefd door andere vakken uit het specifieke (en complementaire) gedeelte, zoals aardrijkskunde, talen, kunstgeschiedenis en toegepaste economie niet in het geïntegreerde leerplan op te nemen. Zo blijven andere handels-, talen- of natuurwetenschappelijk georiënteerde studierichtingen mogelijk in de derde graad.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
2.
4
Beginsituatie
Als beginsituatie wordt uitgegaan van het feit dat de leerlingen die de tweede graad aanvatten de minimumdoelstellingen van de eerste graad (A-stroom) hebben bereikt. Naast de algemene voorwaarden om als regelmatig leerling toegelaten te worden tot het eerste leerjaar van de tweede graad TSO, zijn geen bijzondere eisen gesteld voor deze studierichting noch voor dit leervak. Algemeen wordt gevraagd dat de leerlingen een open geest hebben ten opzichte van andere mensen en culturen, dat zij bereid zijn deze openheid en kritische geest verder te ontwikkelen, dat zij extramurosopdrachten en praktijkgerichte taken willen verrichten, zich passend en vlot willen uitdrukken en hun uiterlijke houding verzorgen volgens de professionele vereisten die gangbaar zijn binnen de diverse toeristische beroepscontexten.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
3.
5
Leerplandoelstellingen en leerinhouden
D: deze leerplandoelstellingen worden voorzien om aan differentiatie te doen zodat de leerkracht kan inspelen op de verschillende interesses, leerstatus en leerprofielen van de leerlingen. Deze differentiatiedoelstellingen worden cursief gedrukt en aangeduid met een D.
3.1. Onderdeel 1: Ik ga op reis DECR. NR
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
De spelers van het toeristisch veld 1.
2.
Het VVAA-concept ( Vervoer – Verblijf – Attractiefactoren – Aanvullende diensten) Onderscheid tussen “outgoing”, ”incoming” & verschillen herkennen tussen toeristische producten en diensten in relatie tot het soort “domestic” toerisme toerist. Onderscheid tussen verblijfstoerisme en dagtoerisme of recreatie de onderdelen van een toeristisch product herkennen.
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Het VVAA-concept is anno 2015 een veelgebruikt concept in toerisme om de onderdelen van een reis aan te geven. We adviseren de leerkrachten niet te strikt aan vast te houden aan het letterwoord, want dergelijke concepten zijn nogal modegevoelig. Tijdens de les moet aandacht worden besteed aan het gebruik van de juiste vaktermen, zonder evenwel te vervallen in het opmaken en verplicht van buiten leren van lijsten van definities. Het is van belang dat de leerlingen beseffen dat het ‘incoming’ en ‘domestic’ toerisme economisch belangrijker zijn voor Vlaanderen en Brussel dan het ‘outgoing’ toerisme, ook al lijkt het tegendeel intuïtief voor de hand liggend.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
3.
de private en publieke spelers op het toeristisch veld toelichten in relatie tot de onderdelen van het toeristisch product.
6
Vervoer: belangrijke spelers uit luchtvaart, trein, cruise, auto, autocar, fiets, te voet. Verblijf: belangrijke spelers uit wereld van hotels, gastenkamers, campings, vakantieparken, logies voor doelgroepen, huurlogies Attractiefactoren: uitbaters van natuurlijke en menselijke attractiefactoren Aanvullende diensten: belangrijke spelers uit de wereld van reisverzekeringen, verhuur van diensten, consumentenorganisaties, garantiefonds, beroepsverenigingen, publieke dienstverlening
De maatschappelijke rol van het toerisme
4.
5.
Het economische belang van de verschillende soorten toerisme op gebied van omzet en het belang van toerisme aangeven aan de hand van eenvoudige toeristisch-statistische tewerkstelling gegevens. Statistisch bronnenmateriaal: Toerisme Vlaanderen: Toerisme in cijfers Nationale en internationale trendrapporten Bijvoorbeeld: horeca en toerisme events en toerisme de raakvlakken van de toeristische sector met andere sectoren herkennen. het transfer- en taxiwezen sociaal en cultureel aanbod van Steden en Gemeenten
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
7
Ik organiseer een reis dichtbij 6.
populaire bestemmingen dichtbij opzoeken door gebruik te maken van aangepaste bronnen.
7.
toeristisch aantrekkelijk bestemmingen dichtbij selecteren aan de hand van de wensen van de klant.
8.
9.
de geselecteerde bestemmingen op aangepaste kaarten situeren.
de 4 componenten van het toeristisch product (VVAA) bespreken in de geselecteerde reis dichtbij.
Analoge en digitale toeristische bronnen Belangrijke bestemmingen dichtbij toeristische selectiecriteria: vb.: sport, leisure, gastronomie, wellness, gezondheid, shopping, MICE, religie, natuur, cultuur, events, … analoog en digitaal kaartmateriaal Reisoverzicht : vervoerskeuze bij reizen dichtbij keuze van verblijfsformules bij reizen dichtbij keuze van attractiefactoren keuze van aanverwante diensten
Ik organiseer een citytrip 10.
11.
12.
13.
populaire citytrips opzoeken door gebruik te maken van aangepaste bronnen.
populaire toeristische citytrips selecteren aan de hand van de wensen van de klant.
de geselecteerde bestemmingen op aangepaste kaarten situeren.
de 4 componenten van het toeristisch product (VVAA) samenstellen tot één geheel.
analoge en digitale toeristische bronnen: belangrijke bestemmingen van citytrips toeristische selectiecriteria, vb.: sport, leisure, gastronomie, wellness, gezondheid, shopping, MICE, religie, natuur, cultuur, events, … analoog en digitaal kaartmateriaal Reisoverzicht : vervoerskeuze bij citytrips keuze van verblijfsformules bij citytrips keuze van attractiefactoren keuze van aanverwante diensten
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
8
Ik organiseer een reis met een eigen vervoersmiddel
14.
populaire bestemmingen met eigen vervoer opzoeken door gebruik te maken van aangepaste bronnen.
15.
populaire toeristische autovakantie-bestemmingen selecteren aan de hand van de wensen van de klant.
16.
17.
de geselecteerde bestemmingen op aangepaste kaarten situeren.
de 4 componenten van het toeristisch product (VVAA) samenstellen tot één geheel.
analoge en digitale toeristische bronnen belangrijke bestemmingen voor vakanties met eigen vervoer vormen van eigen vervoer: camper, caravan, auto, fiets, moto, te voet … aanhalen als voorbeeld toeristische selectiecriteria, vb.: sport, leisure, gastronomie, wellness, gezondheid, shopping, MICE, religie, natuur, cultuur, events, … analoog en digitaal kaartmateriaal Reisoverzicht : vervoerskeuze bij vakanties met eigen vervoer keuze van verblijfsformules bij vakanties met eigen vervoer keuze van attractiefactoren keuze van aanverwante diensten
Ik organiseer een vliegvakantie 18.
19.
20.
analoge en digitale toeristische bronnen: de functies van een luchthaven: transfer, transit, stop-over, direct Toeristische selectiecriteria, toeristisch interessante vliegbestemmingen selecteren aan de hand van de wensen van vb.: sport, leisure, gastronomie, wellness, de klant. gezondheid, shopping, MICE, religie, natuur, cultuur, events, … de geselecteerde bestemmingen op aangepaste kaarten situeren. analoog en digitaal kaartmateriaal populaire vliegbestemmingen opzoeken door gebruik te maken van aangepaste bronnen.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
21.
de 4 componenten van het toeristisch product (VVAA) samenstellen tot één geheel.
9
Reisoverzicht : vervoerskeuze bij vliegvakanties keuze van verblijfsformules bij vliegvakanties keuze van attractiefactoren keuze van aanverwante diensten
Help, ik neem de trein
22.
23.
populaire treinbestemmingen opzoeken door gebruik te maken van aangepaste bronnen.
de geselecteerde bestemmingen op aangepaste kaarten situeren.
analoge en digitale toeristische bronnen belangrijke bestemmingen voor treinvakanties vormen van treinvervoer: autoslaaptrein, HST, speciale treinen biljetten en passen voor doelgroepen analoog en digitaal kaartmateriaal
Ik ga op cruise
24.
25. 26.
toeristisch interessante cruisebestemmingen opzoeken door gebruik te maken van aangepaste bronnen.
belangrijke aspecten van de cruise als toeristisch product toelichten. de geselecteerde bestemmingen op aangepaste kaarten situeren.
analoge en digitale toeristische bronnen de belangrijkste cruisebestemmingen zowel op zee(Middellandse Zee, Noord- en Oostzee, Caraïben, wereldtochten) als op rivier (Donau, Rijn, Mekong, Mississippi, …) dekkenplan aan boord: horeca, recreatie en animatie aan wal: excursiemogelijkheden analoog en digitaal kaartmateriaal
Ik organiseer een thematische daguitstap met de fiets of te voet 27. 28.
het bestaand aanbod van daguitstappen opzoeken. zelf een daguitstap uitwerken.
Analoge en digitale toeristische bronnen Aanbod bestaande daguitstappen fiets/te voet Reisoverzicht : vervoerskeuze keuze van attractiefactoren
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
10
29.
30. 31.
de eigen daguitstap vergelijken met een gelijkaardig aanbod.
het eigen product optimaliseren aan de hand van de resultaten van de vergelijking. onder begeleiding een zelfgeorganiseerde daguitstap uitvoeren.
keuze van aanverwante diensten analyse van de relevante knooppunten Elementaire noties van prijskwaliteitsvergelijking Elementaire noties van marketingprincipes inzake matching product-doelgroep het belang van beargumenteerde keuzecriteria bij de samenstelling van het eindproduct het belang van goede werkafspraken en teamafspraken bij het uitvoeren van een daguitstap
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN analoge en digitale toeristische bronnen: brochures, reisgidsen, magazines, websites, apps, blogs, enz. met het werkwoord ‘organiseren’ bedoelen we: informatie opzoeken, de reis samenstellen, de reis virtueel of reëel uitvoeren. het is geenszins de bedoeling dat leerlingen lijsten van bestemmingen van buiten leren. Het is daarentegen de bedoeling dat de leerlingen bestemmingen doelgericht kunnen opzoeken en bespreken. bij het uitvoeren van de daguitstap kan men uiteraard de reis naar het startpunt van de uitstap per trein of ander vervoermiddel uitvoeren. men kan zowel de eigen daguitstap vergelijken met het werk van de medeleerlingen als met een bestaand professioneel aanbod. 32.
33.
een gepaste presentatie creëren.
de gemaakte presentatie voorstellen aan een publiek.
Digitale en/of analoge media om een presentatie te maken Het gebruik van digitale en/of analoge media bij de voorstelling van het eigen toeristisch product Verbale, non- en paraverbale aspecten van presenteren voor een publiek
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Een gepaste voorstelling creëren en voorstellen kan zowel betrekking hebben op de daguitstap als op de andere virtuele of reële opdrachten die de leerlingen uitvoeren. Met digitale of analoge media bedoelen we bijvoorbeeld YouTube, Prezi, PowerPoint, Google Maps, een affiche, een flyer, enz.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
11
Teasing: kennismaking met relevante toeristische software en websites
34.
35.
de rol van gebruikelijke software binnen het toeristisch gebeuren met eigen woorden uitleggen.
elementaire toeristische software gebruiken binnen concrete leeropdrachten.
Publieke software: “Social media”, apps , websites, blogs, enz. Booking.com, Trip Advisor, eBookers, enz. Professionele websites: Travel360, e-learning programma’s, Toerisme Vlaanderen, enz. Informatie-, reservatie en boekingssystemen: BTN4U, Servico, TravelPort, enz… Media wijsheid bij het gebruik van internetgebonden software
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Verwacht wordt dat de leerkrachten de vinger aan de pols houden van actuele ontwikkelingen op het gebied van toeristische software, zowel publiek als professioneel
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
12
3.2. Onderdeel 2: De toerist en ik DECR. NR
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
Ik heb te maken met een doelgroep
36.
37. 38.
diverse toeristische doelgroepen herkennen.
reisbehoeften van de verschillende doelgroepen beschrijven. verschillende doelgroepen met verschillende toeristische producten verbinden.
Voorbeelden van doelgroepen naar leeftijd: kinderen, junioren, medioren, senioren Voorbeelden van doelgroepen naar gezinssamenstelling: gezinnen, singles, pasgehuwden, Voorbeelden van doelgroepen naar mogelijkheden en beperkingen Voorbeelden van doelgroepen naar afkomst: bijvoorbeeld Russische, Chinese, Europese, binnenlandse toeristen Voorbeelden van doelgroepen naar reisreden: zakenreizen, vakantiereizen andere reisbehoeften van minstens 4 doelgroepen toeristische producten als antwoord op specifieke reisbehoeften
Ik kan omgaan met personen en groepen 39. 40.
41.
SOFTEN toepassen in een concrete situatie. een adequate keuze maken tussen verbale – non-verbale en paraverbale elementen van de communicatie.
stressbestendig omgaan met onverwachte gebeurtenissen in concrete situaties.
De SOFTEN-benadering (smile, open gesture, forward leaning, touch, eye contact, nod) Verbale, non-verbale en paraverbale communicatietechnieken bij het begeleiden van personen en/of een groep Basisregels van omgaan met stress Trouble shooting als methode om op probleemsituaties te anticiperen en te reageren
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN De inoefening van deze leerplandoelen gebeurt best in gesimuleerde ‘real life’-omgevingen. ‘Trouble shooting’ leent zich uitstekend om via rollenspel ingeoefend te worden.
13
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
14
3.3. Onderdeel 3: Ik ben … DECR. NR
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
Ik ben een “meeter and greeter” 42.
43.
44.
de rol van de “meeter and greeter” omschrijven binnen het werkterrein van concrete toeristische spelers.
Voorbeelden van ‘meeting & greeting”: Het verschil tussen ‘gids’ en ‘meeter & greeter’
Verbale (schriftelijk en mondeling), para(schriftelijk en mondeling) en non-verbale aspecten van het onthaal van en omgaan met specifieke technieken van groepsmanagement toepassen in reële en/of gesimuleerde groepen “meeter and greeter”-contexten. Begroetings- en afscheidsvormen Voorbeelden van het belang van interculturele etiquette Het oriënteren bij het voorbereiden van een opdracht een stappenplan opstellen en volgen bij het organiseren van een “meeter-en greeter” Het voorbereiden van een opdracht opdracht in een reële of gesimuleerde situatie. Het uitvoeren van een opdracht Het reflecteren over een opdracht.
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Voorbeelden van ‘meeting & greeting’ zijn: de koetsiers in Brugge, begeleiders van korte boottochtjes in de stadscentra, begeleiders van fietstochten, van stadsspelen, enz. Deze doelstellingen worden liefst geïntegreerd met de doelen van 13 (ik kan omgaan met personen en groepen). Voorbeelden van het belang van interculturele etiquette vinden hun uitdrukking in onderstaande clichés: Chinese klanten hebben een andere tafeletiquette dan Belgen In Afrika kan je veel tijd verliezen door steeds op tijd te zijn Grieken knikken nee en bedoelen ja Japanners lachen niet omdat ze jou zo vrolijk of lachwekkend vinden Opletten met humor: niet iedereen lacht met dezelfde moppen Enz.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
15
Ik ben een reisbegeleider de rol van de reisbegeleider omschrijven.
45.
Algemene taken van de reisbegeleider: voorbereidende taken: vb. deelnemerslijsten opstellen reservaties verzorgen en opvolgen dagplanning opstellen enz. taken tijdens de reis: wekken van de deelnemers begeleiden in- en uitchecken kasbeheer motiveren van deelnemers bewaken van welbevinden van de deelnemers informeren van de deelnemers omgaan met klachten enz. afsluitende taken: bagageregeling afscheid nemen evaluatie van de reis enz. aanpak van de reisbegeleiding bij specifieke doelgroepen
Ik ben een animator 46.
de rol van de animator omschrijven binnen het werkterrein van concrete toeristische spelers.
de rol van de animator in all-inverblijfsformules mogelijke animatietechnieken bij specifieke doelgroepen: kinderen, tieners, senioren.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
47.
een stappenplan opstellen en volgen bij het organiseren van een animatieopdracht in een concrete situatie.
16
Het oriënteren bij het voorbereiden van een opdracht Het voorbereiden van een opdracht. Het uitvoeren van een opdracht Het reflecteren over een opdracht.
Ik ben host/hostess in het binnen- of buitenland
48.
de rol van de host/hostess omschrijven binnen het werkterrein van concrete toeristische spelers.
49.
specifieke technieken van hosting toepassen in reële en/of gesimuleerde hostingcontexten.
50.
een stappenplan opstellen en volgen bij het organiseren van een host-hostessopdracht in een reële en/of gesimuleerde situatie.
De rol van host/hostess als medewerker van een TO in het buitenland De rol van host/hostess in de context van events en aanverwanten. De rol van stewards/stewardessen in de luchtvaart Introductievormen Klantenontvangst Verbale, para- en non-verbale aspecten van het onthaal van gasten Begroetings- en afscheidsvormen Het belang van interculturele etiquette Het oriënteren bij het voorbereiden van een opdracht Het voorbereiden van een opdracht Het uitvoeren (reëel of in simulatie) van een opdracht Het reflecteren over een opdracht
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
17
Ik ben een reisorganisator en/of –verkoper
51.
Minimum drie beroepen te kiezen uit volgende voorbeelden : de reisbureaumedewerker de reisadviseur en diens virtuele en/of jobmogelijkheden in de organisatie en verkoop van het toeristisch product herkennen. analoge netwerken toeristisch medewerker pre-/post-sales bij een Tour Operator toeristisch onthaalmedewerker medewerker toeristisch callcenter
Ik ben een medewerker van een hotel 52.
de beroepenstructuur in een hotel beschrijven.
beroepen in het hotel: F&B, front desk, back office, house keeping functies van de front desk-medewerker functies van de back office-medewerker
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Er zijn buiten de hier vermelde functies en ‘beroepen’ in de brede toeristische sector nog andere mogelijkheden. Deze lijst is dus niet uitputtend. De leerkracht mag gerust zelf accenten leggen en aanvullingen toevoegen. Zo zijn er visionaire spelers, zoals Richard Branson, die een grote groei van de ruimtereizen voorspellen. In dat geval zullen we dan ruimtereisbegeleiders en space-hostessen nodig hebben. Het ligt in de lijn van de verwachting dat er in de komende jaren in Vlaanderen een formele beroepenstructuur voor de toeristische sector zal worden uitgetekend. Informatie daarover kan men steeds vinden bij Toerisme Vlaanderen.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
18
3.4. Onderdeel 4: Toeristische verkenningen DECR. LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN NR De leerlingen kunnen De leerlingen exploreren één toeristische bestemming per schooljaar, gebruik makend van de relevante bronnen en ICT-applicaties (jaar 1: een bestemming in België, jaar 2: een bestemming elders in de wereld). menselijke attractiefactoren van de gekozen bestemming selecteren. Toeristisch relevant cultuur-historisch aanbod 53. 54. 55. 56. 57.
natuurlijke attractiefactoren van de gekozen bestemming selecteren.
Natuurrecreatief aanbod
gastronomisch aanbod van de gekozen bestemming selecteren.
Gastronomisch aanbod
logiesaanbod van de gekozen bestemming selecteren.
Logiesaanbod
vervoersaanbod naar, van en binnen de gekozen bestemming selecteren.
Vervoersaanbod
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Deze opdrachten zijn bedoeld als geïntegreerde leeractiviteiten, waarbij de leerlingen overwegend zelfstandig aan het werk gaan – bijvoorbeeld in het kader van een OLC - doorheen het schooljaar, begeleid door één of meerdere leerkrachten die als leercoach van de individuele leertrajecten van de leerlingen optreden. Aangewezen is om samenwerking te zoeken met de collega’s van aardrijkskunde en (kunst-)geschiedenis. Deze leeropdrachten zijn eveneens te beschouwen als mogelijke verdiepingsmomenten bij het realiseren van de andere leerplandoelen. Deze leeropdrachten zijn te beschouwen als een voorbereiding op de geïntegreerde opdrachten van de 3e graad.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
19
3.5. Onderdeel 5: Duurzaamheid en toerisme DECR. NR
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
Duurzaamheid en toeristische verkenningen 58.
toeristisch aanbod evalueren op basis van duurzaamheidscriteria.
duurzaamheidscriteria, toegepast op de onderdelen van het toeristisch product
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Deze doelstelling is te beschouwen als generiek. Het is hierbij geenszins de bedoeling dat duurzaamheid als een aparte lesinhoud wordt behandeld. Duurzaamheid dient daarentegen als een dimensie van het toeristisch handelen worden beschouwd. Voor de omschrijving van het begrip duurzaamheid kan worden verwezen naar het leerplan aardrijkskunde voor de 2e graad. Een vakoverschrijdende benadering is hier aangewezen. Interessante modellen om te reflecteren over duurzaamheid kunnen worden gevonden op http://www.lne.be/themas/natuur-enmilieueducatie/algemeen/edo Interessante link in verband met duurzaam toerisme: http://www.viaviatourismacademy.com/
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
20
3.6. Onderdeel 6: Ik volg de ontwikkelingen in de toeristische sector DECR. NR
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen
LEERINHOUDEN
Ik volg de toeristische actualiteit
59.
60.
onder begeleiding de impact van actuele gebeurtenissen op het toerisme bespreken.
onder begeleiding bepaalde trends in de toeristische sector bespreken.
actuele gebeurtenissen met een impact op het toeristisch gebeuren, zoals natuurverschijnselen, politieke en sociale gebeurtenissen, enz. bronnen voor publiek en actueel reisadvies: diplomatie.be, e.a. Trendwatching nieuwe vormen van mobiliteit en van logies culinair-toeristische trends intercontinentaal low budget reizen ruimtetoerisme ‘slow traveling’ nieuwe doelgroepen andere trends
SPECIFIEKE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Deze doelstelling is te beschouwen als generiek. Het is hierbij geenszins de bedoeling dat actualiteit als een aparte lesinhoud wordt behandeld. Actualiteit dient daarentegen als een dimensie van het toeristisch handelen worden beschouwd.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
21
Minimale materiële vereisten1
4.
Voor de realisatie van dit leerplan zijn de volgende minimale materiële vereisten aanwezig: ICT-ondersteuning: toeristische dienstverlening is vandaag uitgesloten zonder permanente beschikbaarheid van internet. Vandaar dat de volgende vereisten minimaal zijn: het toeristische klaslokaal beschikt over probleemloze draadloze internetverbinding, zodat alle leerlingen tegelijkertijd op internet kunnen. Wifi moet aldus ongelimiteerd aanwezig zijn voor elke leerling apart. De school moet er hierbij op toezien dat de schoolse internetfilters er niet voor zorgen dat de leerlingen geen toegang hebben tot sociale media, YouTube, en andere courante internetsites. gratis beschikbare toeristische software moet kunnen worden gebruikt, zoals gratis versies van informatie- en reservatiesystemen die gangbaar zijn in de toeristische sector. toegelaten GSM- (smartphone-)gebruik als vervangende bron van informatie en communicatie Opstelling van het klaslokaal: deze benadert zo dicht mogelijk de realiteit van een toeristisch kantoor of reisbureau en maakt zowel individueel als groepswerk mogelijk. Ook simulaties van ‘real life’situaties moeten mogelijk zijn. Praktijkgerichte en activerende werkvormen: vooral als leerlingen vanuit praktijkervaring antwoord willen bekomen op vragen die ontstaan bij de behandeling van bepaalde dossiers, procedures of vragen van klanten, is de beschikbaarheid van voldoende informatie en andere bronnen noodzakelijk. In deze leeromgeving zijn daarom volgende elementen aanwezig: promotiemateriaal en een prikbord; folder- en brochurerekken; projectie-infrastructuur zoals een beamer; toeristische naslagwerken en -gidsen; kaartmateriaal, zowel digitaal als analoog; software zoals video’s, CD-ROMs, demopakketten CRS …;
1
Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex ARAB AREI Vlarem Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t.: De uitrusting en inrichting van lokalen; De aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat: Duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn; Alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen; De collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden;
-
De persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
5.
22
Algemene pedagogisch-didactische wenken
Het geïntegreerd karakter van het leerplan heeft een aantal belangrijke didactische gevolgen: de jaarvorderingsplanning kan bezwaarlijk gebaseerd zijn op een lineaire vorm van leerplanrealisatie, waarbij leerplandoel na leerplandoel wordt aangebracht. Integendeel zal de leerkracht moeten overgaan tot vormen van thematisch clusteren van meerdere leerplandoelen in zinvolle en authentieke leeropdrachten. hierbij maakt de leerkracht onderscheid tussen meer generieke leerplandoelen, zoals de klemtoon op de actualiteit, op duurzaamheid, op het gebruik van toeristische software enerzijds, en specifieke leerplandoelen, zoals het leren organiseren van een specifieke reis, anderzijds. Binnen zinvolle leeropdrachten zullen de generieke leerplandoelen a.h.w. permanent aan bod komen. wanneer meerdere leerkrachten betrokken zijn bij de realisatie van het leerplan moeten ze als team samenwerken en permanent overleggen, zodat integratie van verschillende leerplanonderdelen mogelijk wordt. Ze zoeken daarom als team naar zinvolle geïntegreerde taken, waarbij meerdere collega’s kunnen samenwerken. geïntegreerde leerplannen vragen ook dat het leerproces van de leerlingen geïntegreerd en breed wordt geëvalueerd. hierbij zal een transparante rapportage worden nagestreefd zodat de leerling (en de ouders) via het rapport goed kan volgen voor welke leerplanonderdelen uitstekend, goed of minder goed wordt gescoord. Het geïntegreerd karakter heeft ook een aantal schoolorganisatorische gevolgen: het is aan te bevelen meerdere leerkrachten verantwoordelijkheid te geven voor de realisatie van het leerplan. Ze kunnen dan als team onderling afspreken wie de verantwoordelijkheid draagt voor welke leerplandoelen. hierbij is een goede leerplanrealisatie slechts mogelijk wanneer de 7 lestijden in grotere blokken wordt geroosterd. Idealiter worden twee halve dagen in de week voorzien voor de uitvoering van dit leerplan. Leerkrachten kunnen dan extra-muros-activiteiten plannen en uitvoeren, coteaching-momenten inlassen, enz. het is zeker niet aan te bevelen leerkrachten verantwoordelijk te geven voor de realisatie voor (delen van) het leerplan die geen voeling hebben met het toeristisch gebeuren. Want niet alleen moet aansluiting worden gezocht met toeristisch-recreatieve actoren uit de omgeving van de school, maar moeten ook de actuele ontwikkelingen binnen de toeristische sector worden gevolgd. Zo veronderstelt bijvoorbeeld alleen maar al het op de hoogte blijven van de ontwikkelingen inzake toeristische software reeds heel wat toeristische beroepskennis van de leerkracht.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
6.
23
Evaluatie
Doelstelling Evaluatie wordt beschouwd als de waardering van het werk waarmee leraar en leerlingen samen bezig zijn. Het is de bedoeling dat zowel de leraar als de leerling informatie krijgen over het bereiken van de doelstellingen en over het leerproces. De leraar gebruikt deze informatie bij toekomstige besluiten over de manier van lesgeven. Daarenboven is evaluatie – de evaluatie- en rapporteringspraktijk – een belangrijke pijler binnen de kwaliteitszorg van de school en als dusdanig spoort de evaluatie met de schoolvisie op leren. Omdat evaluatie naar de leerlingen toe eenvormigheid moet vertonen over de vakken en de leerjaren heen, is het logisch dat:
de school hierover haar visie ontwikkelt; de betrokken leerkrachten deze visie concretiseren voor hun vak in de vakgroepwerking.
De leerling en zijn ouders vinden in de rapportering (score, commentaar, remediëring) bruikbare informatie over de doelmatigheid van de gevolgde studiemethode. Kwaliteitsvol evalueren De leraar houdt rekening met verschillende criteria die bijdragen tot kwaliteitsvolle leerlingenevaluatie: Geïntegreerde evaluatie De leraar stemt de doelstellingen, het lesgeven en de evaluatie op elkaar af. Er zijn verschillende vragen of opdrachten voorzien voor verschillende doelstellingen. De lat ligt voldoende hoog voor iedereen. De leerlingen weten wat ze moeten doen. Het is ook nuttig om eventueel de evaluatietaak te maken voor je de les uitwerkt. Representativiteit/validiteit De leraar ontwerpt een evaluatietaak die de competenties die hij wil beoordelen goed weerspiegelt. Daarvoor moet wat de leraar wil meten geëxpliciteerd zijn en moet hij meten wat hij wil weten. Transparantie De leraar maakt aan de leerlingen duidelijk wat hij evalueert, hoe hij evalueert en welke beoordelingscriteria hij gebruikt. Reproduceerbaarheid/betrouwbaarheid De leraar zorgt dat evaluatieresultaten niet worden beïnvloed door toevalligheden en storende factoren. De vragen zijn onderling onafhankelijk en er zijn voldoende vragen voorzien. Een leerling moet steeds een vergelijkbaar resultaat halen, ongeacht wie de evaluatietaak afneemt en beoordeelt of in welke omstandigheden de evaluatietaak wordt afgenomen. Bij twijfel kan per twee beoordeeld worden. Eerlijkheid De leraar zorgt ervoor dat de evaluatie fair is voor alle leerlingen (ongeacht geslacht, etnische achtergrond, sociaaleconomische status, beperking …). Betrokkenheid De leraar laat leerlingen mee participeren in het evaluatieproces (voor, tijdens (bv. via zelf-, peer of coevaluatie) en/of na de evaluatie).
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
24
Authenticiteit De leraar gaat in de evaluatietaak uit van levensechte, reële situaties. Cognitieve complexiteit De leraar daagt leerlingen uit om in de evaluatietaak hogere cognitieve vaardigheden toe te passen (bv. probleemoplossend denken, kritisch denken, redeneren …). Verantwoording De leraar rechtvaardigt de beoordeling van de evaluatietaak. Impact De leraar houdt rekening met de invloed die de evaluatie heeft op het leergedrag van de leerlingen en op de eigen onderwijspraktijk. Differentiatie In de evaluatie kan de leraar differentiëren door keuzevragen te voorzien, voorbeeldvragen uit de les als toetsvragen aan te bieden, verschillende wijzen van toetsen toe te laten voor dezelfde doelstellingen, te variëren in toetsmateriaal … Feedback geven (mondeling en schriftelijk) is een goede manier om via evaluatie gedifferentieerd te werken met leerlingen. Door feedback te geven stimuleert en motiveert de leraar het leerproces van de leerlingen zodat ze de vooropgestelde doelstellingen kunnen bereiken. Feedback geven kan op taakniveau (juist of fout), op procesniveau (het leerproces, de gebruikte strategie), zelfregulatie (gericht op zelf evalueren en zelfstandig werken) en op persoonlijk niveau. Effectieve feedback beantwoordt volgende vragen: hoe doet de leerling het, wat is het doel van de leerling en wat nu? Soorten Er bestaand verschillende evaluatievormen: observeren, co-evaluatie (waarbij leerling en leraar samen evalueren), peerevaluatie (waarbij leerlingen elkaars werk beoordelen), zelfevaluatie, portfolio, toets, projectwerk … Het gaat niet zozeer om welke evaluatievorm de beste is, wel om afwisseling te brengen in de evaluatiepraktijk gezien de verscheidenheid aan leerlingen. Het kiezen van de juiste evaluatievorm hangt bovendien af van het doel van de evaluatie (bv. vaststellen, rapporteren, remediëren, onderwijsaanpak evalueren, vaardigheden evalueren …) en het moment waarop je evalueert.
TSO – tweede graad – Specifiek gedeelte Toerisme TV /Toerisme/Public relations/Dactylografie/Toegepaste informatica/ (1e leerjaar: 7 lestijden/week, 2e leerjaar: 7 lestijden/week)
7.
Bibliografie
Een uitgebreide bibliografie zal ter beschikking worden gesteld via de virtuele klas van Smartschool.
25