leernoodzaak_3.0-15/05/13 http://lemniscaatmethode.com
[email protected]
LEERNOODZAAK
Een noodzakelijk begrip om het leren van volwassenen te begrijpen en te stimuleren Om het begrip 'leernoodzaak' juist te kunnen vatten, is het nuttig om eerst kort even stil te staan bij het begrip 'leren'.
1
Eerst even dit: het begrip 'leren' Ik maak een strikt onderscheid tussen 'leren' (Eng. to learn, Fr. apprendre) en 'aanleren', 'onderwijzen' (Eng. to teach, Fr. enseigner) en 'opleiden'. Daarnaast gebruik ik ook de term 'afleren'. 'Leren' is het boeiend proces IN de lerenden waarbij zij1 een bepaalde inhoud (kennis, vaardigheid) verbindt met wat reeds in hem opgeslagen is. Leren is een veranderingsproces. Ik maak ook een strikt onderscheid tussen 'leren' en 'studeren'. 'Studeren' is een vorm om jezelf iets aanleren. Dus onderscheid ik 'leervaardigheden', 'studievaardigheden' en 'aanleervaardigheden' en onderscheid ik 'leerweg' en 'opleidingsweg'. Het begrip 'leerwinst' plaats ik naast het begrip 'leerresultaten', dat lijkt me erg nuttig. Bekende begrippen waarbij 'leren' wordt gebruikt terwijl het gaat om 'aanleren': 'systeem-bevestigend leren' of 'veranderend leren', 'impulsief leren' of 'reflectief leren', 'singel loop' of 'double loop', 'impliciet leren' of 'expliciet, bewust, intentioneel leren' of 'intuïtief leren', 'zelfsturend leren' of 'extern gestuurd leren', 'consumerend leren' of 'ontdekkend leren', 'on line' of 'off line', 'Brain Based leren', 'duaal leren', enz. Al deze begrippen zeggen iets over de weg om iets aan te leren en over de middelen die gebruikt worden op die weg. Ze zeggen niets over het proces IN de lerende. Het blijft me verbazen hoe slordig we het woord 'leren' gebruiken in het Nederlands. Dit levert alleen maar misverstanden op én een onduidelijk zicht op 'leren'. Door het begrip 'leren' niet volledig bij de lerende te laten maar ook te gebruiken voor wat een 'leraar'2 doet, nemen we de verantwoordelijkheid voor het leren af van de lerende (alleszins ten dele) en geven we een deel hiervan aan de leraar. Dat is onterecht en m.i. een ongezonde situatie. Een leraar is ten volle verantwoordelijk voor het aanleren, het onderwijzen, voor de manier waarop hij het leren beïnvloedt (en liefst ook bevordert). De lerende is verantwoordelijk voor haar leren.
2
Interne en externe sturing Bij ieder aanleren is er steeds sprake van zowel interne als externe sturing. Interne sturing = ik bepaal zoveel mogelijk zelf wat, wanneer, hoe, waarom ik leer. Externe sturing = mijn keuzes i.v.m. leren worden (minder of meer) beïnvloed door mensen en factoren buiten mij, of beter, ik maak me voor mijn keuzes (minder of meer) afhankelijk van anderen. In alle situaties zijn er mensen en structuren die invloed trachten te hebben op mijn leren, die (mee) willen bepalen wat en hoe ik leer. Het is dus niet of interne of externe sturing. De vraag is: "Hoe hou ik de balans in evenwicht tussen zelf sturen en me laten sturen/gestuurd worden, tussen interne en externe sturing?"
1 2
Waar 'zij' staat if 'haar' kan je evenzeer 'hij' en 'zijn' lezen. Ik gebruik het woord 'leraar' in de zeer ruime zin van het woord = het verwijst naar iemand die op ene bepaald ogenblik een ander iets willen aanleren: ouders, opvoeders, schoolleraar, docenten, artsen, enz.
1 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
Een verraderlijke paradox: iemand die met de beste bedoelingen mij wil sturen (= externe sturing) om meer aan zelfsturing te doen, om meer het leren in eigen handen te nemen.
3
Herken je een of meer van deze ervaringen? • Een multinationaal bedrijf met voornamelijk hooggeschoolde technici en ingenieurs heeft met veel zorg diverse moderne faciliteiten en technieken voor opleiding en zelfstudie aangeboden aan het personeel. De dienst vorming en opleiding heeft zich als doel gesteld bij alle medewerkers het zelfstandig leren te stimuleren. Met een goed doordachte sensibiliseringscampagne hoop men dat de aangeboden middelen zullen gevraagd en ingezet worden. De ontgoocheling is echter groot wanneer na verloop van tijd blijkt dat zeer weinig mensen gebruik maken van het aanbod. • Een groot bedrijf reorganiseert. Dit betekent ondermeer dat het personeel nieuwe technieken en handelingen moet leren en meer op zelfstandige basis zal moeten werken. De opleidingsprogramma's slagen er echter niet in om snel de nieuwe technieken aan te leren. Uit een uitgebreide test blijkt dat een aanzienlijk deel van de laaggeschoolde medewerkers een te laag leerpotentieel heeft. Het betreft voornamelijk mensen van boven de vijfenveertig die gedurende twintig jaar een eenvoudige taak hadden uit te voeren, die enkel strikt de instructies mochten opvolgen en aan wie nooit iets (extra) werd gevraagd. • Een non-profit organisatie stuurt enkele medewerkers naar een (voor de organisatie) dure training 'managementvaardigheden'. Onmiddellijk na afloop hebben de medewerkers veel lof voor de training. Doch na enkele weken blijkt echter dat het gedrag van de medewerkers niet blijvend is veranderd en dat er van implementatie van het geleerde weinig of geen sprake is. Alles verloopt terug op de oude manier. "Het zijn goede tips voor bedrijven maar niet voor onze organisatie." • Karin gaat naar de avondschool om Spaans te leren. Ze doet dat meer om even van huis weg te zijn en om samen te zijn met haar vriendin, dan uit interesse voor de taal. Daarenboven heeft ze geen vooruitzicht dat ze het Spaans ooit zal gebruiken. Misschien wanneer ze eens naar Spanje zal reizen? Na het eerste cursusjaar ziet ze het niet meer zitten en spreekt ze af met haar vriendin dat ze elkaar na de les zullen ontmoeten in een café, voor de gezelligheid. • Enkele reacties van medewerkers tijdens een gesprek met de verantwoordelijke voor de opleiding die hen voorstelt om een training te volgen: "Jawel, ik wil wel, maar dat klinkt allemaal zo moeilijk!" ... "Ja, ik zou dat wel willen leren, maar eigenlijk heb ik geen tijd, ik geraakt nu al moeilijk door al mijn opdrachten." ... "Nu je dit zegt, eigenlijk zie ik niet goed in wat het nut kan zijn om dit te leren." ... "Veranderen, veranderen .. wat helpt het, want binnen de volgende jaren komt er toch weer een herstructurering." ... "Waarom moet ik het doen, de ander kan even goed zijn gedrag wijzigen. Dat hij maar eens eerst begint!" • Twee personen krijgen van dezelfde arts te horen dat ze moeten stoppen met roken omwille van hun gezondheid. De ene doet het ... met veel tegenzin, de andere doet het niet ... met veel plezier. • Op het ogenblik dat An W. met een zware ziekte in het ziekenhuis ligt, maakt zij de bedenking dat ze teveel aandacht heeft gegeven aan haar carrière en te weinig aan haar gezin. Vanaf nu zal ze anders gaan leven!
Wat maakt dat er in deze voorbeelden niet efficiënt en effectief wordt geleerd? Wat ontbreekt bij de opdrachtgever of de organisator? Wat ontbreekt bij de lerende? Wat ontbreekt in de omgeving? Met welke aspecten werd geen rekening gehouden? Hoe zou het beter kunnen? Hoe zou jij het aanpakken?
2 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
4
Wat drijft volwassenen om te leren? Volwassenen vertrekken nooit met "een propere lei". Ieder van ons heeft een leergeschiedenis, ieder heeft zo haar ideeën over leren, over wat men wel en niet kan bereiken, over zin en onzin van leren, enz.. Dit is niet onmiddellijk waarneembaar voor buitenstaanders (bv. opleiders, opleidingsverantwoordelijken, trainers, leraren) doch heeft wel een zeer grote invloed op het leren. Ook de contexten waarbinnen het leren plaatsvindt spelen een grote rol. Enkele algemene kenmerken. • Ieder mens wordt gedreven door edele én minder edele motieven, door drijfveren gericht op zichzelf én gericht op het samenleven met anderen, door ethische waarden én door louter materiële hebzucht, door het streven naar zelfverwerkelijking én door primaire reflexen. Dit geldt ook voor de drang om te leren. Het volstaat bijgevolg niet om enkel het "edele" deel van de mens aan te spreken. • Ieder die leert heeft de behoefte om - tijdens het innerlijk verwerken - de nieuwe kennis, vaardigheden of houdingen te plaatsen binnen haar huidige betekeniskader (haar visie) of om dat kader op een voor haar veilige manier te kunnen aanpassen. (Dit laatste is moeilijker dan je vermoedt. ) Heel wat opleiders of instructeurs hebben geen oog voor de verschillen in (levens)visie van de deelnemers (en evenmin voor het onderscheid met de eigen visie). Op zulke momenten is het erg moeilijk om te zien wat men bij het aanleren vraagt van de deelnemers: dat ze hun visie bijsturen. • In tegenstelling tot kinderen kunnen volwassenen kiezen of ze zullen deelnemen. Bekeken vanuit het standpunt dat leren te maken heeft met veranderen (en niet met memoriseren) speelt ook bij volwassenen in de meeste gevallen sterke druk of pijn (onder een of andere vorm) een rol bij het kiezen voor leren. Dit is de ervaring van vele begeleiders van veranderingsprocessen: zonder druk geen beweging.
5
Wat beweegt wanneer we leren? Bij het leerproces is er een beweging in twee richtingen waar te nemen. Het is een lemniscatische beweging tussen twwee evenwaardige aspecten die steeds samen dienen te worden bekeken.
plezier zoeken het aangename opzoeken er naartoe gaan ontvangen zich open stellen herhaling bewerkstelligen bevestigen, herhalen handelen uit interesse
pijn ontwijken het onaangename vermijden ontwijken, weggaan afwijzen, afweren zich afsluiten herhaling vermijden, tegengaan wijzigen, veranderen handelen uit verplichting
Leren is een fundamentele levensactiviteit die wordt gedreven door de spanning tussen nieuwsgierigheid en noodzakelijkheid.
3 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
NIEUWSGIERIGHEID
6
LEERVRAAG
NOODZAKELIJKHEID
Leren = interesse én noodzaak Om te leren is er een leervraag nodig waar we ons mee verbinden en die we zowel vanuit (leer)interesse als vanuit (leer)noodzaak aanpakken. Nieuwsgierigheid en noodzaak zijn twee aspecten in een voortdurende interactie met elkaar en met de leervraag. Het doet er niet toe welke van de twee aspecten de aanzet vormde voor het stellen van de leervraag en voor het in gang zetten van het leerproces. Belangrijk is wel dat het andere aspect op een evenwaardige wijze mee in het proces wordt betrokken én dat er een dialoog ontstaat. De dynamiek waarmee interesse en noodzaak elkaar beïnvloeden is verschillend voor ieder van ons. Het maakt deel uit van onze leef- en leerstijl. Het is nuttig voor opleiders, trainers en instructeurs om daar rekenning mee te houden. Niet zelden loopt het de eenzijdige kant uit: wanneer we sterk geïnteresseerd zijn doch geen enkele noodzaak voelen om zelf te veranderen (cursusconsumentisme) of wanneer we sterk de noodzaak aanvoelen doch geen interesse hebben (bv. bij dreiging of dwang). In beide gevallen is er op dat ogenblik geen sprake van echt leren. Indien er al een leervraag wordt geformuleerd, volgt er niet een evenwichtig proces op. Nieuwsgierigheid kan maatschappelijk of voor de betrokkene zowel positief als negatief zijn en dit geldt eveneens voor 'noodzakelijkheid'. Wie of wat bepaalt wanneer iemand té nieuwsgierig is? Wie of wat bepaalt wanneer de noodzaak niet zo groot mag zijn? We hebben beide kanten van deze dynamiek nodig om effectief te kunnen leren en om iets te realiseren in het leven. Zonder nieuwsgierigheid of zonder noodzaak valt de drijfveer van het leven stil en vallen we terug op een louter overleven. Om te weten waar voor een bepaalde persoon nieuwsgierigheid vandaan komt en wat dit voor haar op dit ogenblik betekent en tot welke acties haar dit aanzet, moeten we kijken naar haar 'volgeschreven lei', naar de dynamiek in haar levensloop en haar leergeschiedenis. Hetzelfde geldt voor wat voor haar nu 'noodzakelijk' is. Leren is een biografische activiteit, d.w.z. het proces is steeds gegrondvest in de dynamiek van de levensloop van de lerende en dat geldt ook voor alle begrippen die we in dit verband hanteren.
7
Nieuwsgierigheid Wie is er nieuwsgieriger dan de baby die zijn eerste stapjes waagt? Zij heeft alles wat nieuwsgierig maakt: een zeer open houding, klaar om om het even wat te ontmoeten, zij maakt zich geen zorgen dat zij 'het' niet weet, zij kan haar gezicht niet verliezen, zij meet zich niet af aan wat anderen meer of minder weten of kunnen, er is in haar geen enkel oordeel aanwezig, niets is 'gevaarlijk', zij stapt af op alles wat zij waarneemt, zij neemt op en betast en proeft en luistert en voelt en ruikt, zij klampt zich er niet aan vast maar is bereid om het los te laten en naar een nieuw 'iets' te gaan, als het 'iets' haar ontglipt tracht zij het terug te vatten, wanneer zij zelf valt staat zij terug recht en gaat er opnieuw op af, ... Hoe ver staat onze nieuwsgierigheid als volwassene af van deze 'naïeve nieuwsgierigheid' van de baby? Wat maakt dat we niet meer zo nieuwsgierig kunnen
4 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
en mogen zijn? Waar hebben we die 'naïeve nieuwsgierigheid' verloren? Waar hebben we in onszelf obstakels, remmingen, twijfels, e.d. neergezet? Hoe groot of hoe zwaar zijn ze? Kunnen we terug zo nieuwsgierig worden als de peuter? Wat zou ons dat opleveren? Wat hebben we daar voor nodig? Wat moeten we daar voor doen? Wie kan ons helpen? Zonder nieuwsgierigheid komen we geen stap verder. We worden dan met de dag volwassen armer! Gelukkig bezitten we allemaal een minimum portie nieuwsgierigheid die deel is van ons aangeboren overlevingsgedrag.
8
Noodzakelijkheid 'Noodzakelijk' kenmerkt zich door een gevoel dat iets onmisbaar is om een bepaald doel te bereiken of een bepaalde weg af te leggen. Het gaat gepaard met druk, met spanning en met een uitdaging. Als iets noodzakelijk is, ervaart de betrokkene dat zij bij "ik moet" een "ik wil" kan voegen. Er moet worden gekozen én gehandeld. Wat noodzakelijk is, is onmisbaar en lijkt onvermijdbaar maar toch keren velen het de rug toe. Bij wat noodzakelijk is, kàn men nog steeds weigeren. Een klassiek voorbeeld: wanneer de arts zegt dat het noodzakelijk is om te stoppen met roken betekent dat nog niet dat het voor de betrokkene zodanig noodzakelijk is dat hij ook werkelijk stopt met roken. Hoe vaak hoor je niet: "Ik weet dat ik het anders zou moeten aanpakken, maar ik weet niet goed hoe en ik kom er zo moeilijk toe om het te doen." Leren is veranderen. Om te veranderen is er een innerlijke activiteit nodig die meer doet dan vanuit interesse rondom zich heen kijken, zoeken, verzamelen en reflecteren. Veranderen vereist ruimte maken in onszelf om nieuwe, onbekende ervaringen toe te laten. Dit brengt risico's mee want het betekent: het doorbreken van gewoonten, het loslaten van zekerheden, de confrontatie met andere waarden en normen, maar vooral de confrontatie met onszelf. Om deze stappen te kúnnen zetten, hebben we in de meeste gevallen wat druk nodig, soms een beetje, soms veel. Het is moeilijk om die onszelf op te leggen (interne sturing). Druk van buitenaf is meestal nodig en welkom. Een duwtje in de rug is voor de meesten van ons de noodzakelijke aanzet om in beweging te komen. Dit is niet in tegenspraak met het feit dat we tijdens het leerproces kunnen geboeid geraken, dat we er veel deugd aan kunnen beleven en achteraf kunnen genieten van het resultaat. Indien we geen echte noodzaak voelen om te veranderen zullen we zelden iets wezenlijks ondernemen. Een noodzaak appelleert de nodige emotionele kracht in ons om te kunnen veranderen.
9
Nieuwsgierig ∞ noodzakelijk Meen je dat de baby of de peuter niet handelt vanuit noodzaak? Dan heb je hem nog niet zeer nauwkeurig gade geslagen. Het voortdurend herhalen van een handeling gebeurt niet alleen uit nieuwsgierigheid of omdat die handeling prettig is. Vaak kan je zien dat de herhaling een lichte frustratie oplevert en dat het er veeleer om gaat die frustratie te overwinnen. Daarnaast heeft een baby al snel door dat zij iets meester moet zijn om iets anders te bekomen. Leren kruipen doet zij niet alleen omwille van het plezier van het kruipen maar het leidt ook ergens naartoe, letterlijk én figuurlijk. Voor de baby geldt dat nieuwsgierigheid en noodzakelijkheid beiden aanwezig zijn in haar vele pogingen iets onder de knie te krijgen. En de volwassene? Die heeft het moeilijk met het in evenwicht houden van de balans. Niet zelden loopt het de eenzijdige kant uit: wanneer we sterk geïnteresseerd zijn doch geen enkele noodzaak voelen om echt te veranderen of wanneer
5 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
we sterk de noodzaak aanvoelen doch geen interesse hebben. Vanuit interesse kunnen we opleidingen, cursussen en trainingen volgen, informatie verzamelen, databases aanleggen, boeken lezen, enz. maar dit leidt niet zonder meer naar verandering. Kennis verzamelen is op zich nog geen leren! Wat ons aanzet om op basis van die informatie het leerproces af te werken en bijgevolg iets aan onze opstelling te veranderen, komt vanuit een andere hoek: het gevoel dat iets echt nodig is, dat het NU, echt, moet. We moeten ons er (emotioneel) mee kunnen verbinden, het moet emotionele leer-kracht in ons oproepen. Het duurt soms jaren vooraleer de noodzaak optreedt om de kennis die we in het verleden hebben opgenomen (via het klassieke aanleren of studeren) ook daadwerkelijk toepassen. Op het ogenblik dat zulks gebeurt, zet het leerproces zich verder. De balans tussen nieuwsgierigheid en noodzaak kan zich over vele jaren uitstrekken.
10
Komt leernoodzakelijkheid vanzelf? Vaak zorgen de omstandigheden voor de noodzaak om iets te leren en te veranderen. We hebben de indruk dat het leven ons voldoende obstakels voor de voeten legt waardoor we genoodzaakt zijn een keuze te maken en die aan te pakken Ruim je ze onmiddellijk op? Klim je er over? Vecht je er tegen? Zoek je naar een onmogelijk compromis? Loop je er gewoon rond? Of blijf je er jaren met je hoofd tegenaan botsen, tot je ziek wordt? Zoek je hulp of doe je het alleen? We hebben meestal niet door via welke mechanismen de noodzaak op onze weg komt en daardoor hebben we er geen vat op. Zoals we heel kleine veranderingen nauwelijks of niet opmerken zo is het ook gesteld met het waarnemen van de noodzakelijkheid om te leren: we zien pas dat het echt noodzakelijk is wanneer de uitdaging voldoende groot is of voldoende pijn doet. We beschikken nochtans over en prachtig detectie-instrument: ons lichaam. Het helpt ons iedere dag om tekenen van noodzaak op te vangen. Het zendt duidelijke signalen uit dat er iets moet gebeuren, dat er iets moet veranderen. Spijtig genoeg luisteren we onvoldoende naar ons lichaam en begrijpen we niet steeds wat het ons vertelt. De aansporing om ergens lessen uit te trekken, om te leren, om te veranderen, hebben we niet gevoeld, gezien of gehoord. Het gaat hierbij niet (enkel) om te leren omgaan met je lichaam. Je lichaam geeft signalen … … wanneer je iemand ontmoet (Hoe belangrijk of onbelangrijk is deze ontmoeting? Hoe 'toevallig' voelt dit aan? Wat kun je nu leren uit deze ontmoeting?), … wanneer je iets ziet op tv (Geef je alleen maar voor de zoveelste maal commentaar op de beelden of doe je ook iets? Hoe gemakkelijk of ongemakkelijk zit je nu in je zetel?), … wanneer je in een opleiding zit of aan een workshop deelneemt (Wat heb je nodig om er nu actief aan deelnemen of blijf je liever wat achterover zitten, je 'verstoppen' achter de tafel? Hoeveel maal ga je nog op deze stoel van houding veranderen? Wat doe je met de spanning in je schouders?), enz. In opleidingen, cursussen, trainingen, coaching, supervisie en intervisie is het de opdracht van alle betrokkenen om te zorgen voor een minimale leernoodzakelijkheid. Bij de start is die niet vanzelfsprekend aanwezig. Zowel de personeelsverantwoordelijke, de opleidingsverantwoordelijke, de trainer als de deelnemer hebben specifieke mogelijkheden om leernoodzakelijkheid te creëren of te stimuleren. Dat we op dit ogenblik niet weten hoe we dat moeten doen, ontslaat ons niet van de verantwoordelijkheid om er voor te zorgen. Tenslotte, wie heeft er een probleem indien er niet werkelijk wordt geleerd? Wie heeft dàn een probleem? Welk probleem?
6 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
Lesgevers, opleiders, trainers of instructeurs gaan er te vaak van uit dat mensen leren als men ze maar positief stimuleert: door het onderwerp boeiend te maken, door interesse op te wekken voor het thema of voor het leren op zich, door te wijzen op het nut van het leren, enz. Er wordt hard gewerkt aan nieuwsgierigheid, aan het verleiden tot leren. Er is in vele aanleer-situaties een gebrek aan het creëren van noodzakelijkheid. Noodzakelijkheid komt niet 'vanzelf'. Indien we zeer goed waarnemen kunnen we reageren op de eerste signalen. In de meeste situaties is het nodig om nadrukkelijk te zorgen voor een gevoel van noodzakelijkheid.
11
Zonder noodzaak creëren we problemen op lange termijn Voor de meesten onder ons komt noodzakelijk niet vanzelf. We hebben een duwtje in de rug nodig. Wanneer we bij het helpen van anderen om effectief te leren - het opvoeden van kinderen of het opleiden van jongeren of volwassenen - nalaten om voor de nodige noodzakelijkheid te zorgen, om te zorgen voor een kleine of een flinke duw in de rug, wachten ons vroeger of later flinke problemen.
Een van de schrijnende voorbeelden is de situatie van jongeren met ouders van allochtone afkomst. Er zijn honderden redenen waarom men tot nu toe niet geëist heeft dat de allochtone ouders voldoende Nederlands zouden leren zodat ze hun kinderen thuis kunnen ondersteunen bij het studeren. Het gevolg van het nalaten om te zorgen voor een gevoel van noodzaak is dat de allochtone jongeren, niettegenstaande hun aangeboren mogelijkheden om effectief te leren, ver achter lopen in ons onderwijssysteem, hoofdzakelijk naar het beroepsonderwijs gaan of onvoldoende opleiding volgen en nauwelijks doorstromen naar het hoger onderwijs. Wij hebben de leergierigheid bij deze jongeren niet kunnen aanwakkeren en evenmin hen kunnen ondersteunen met leernoodzakelijkheid. Dit heeft dan weer als effect dat grote groepen jongeren geen economisch aantrekkelijke plaats verwerven in onze maatschappij en werkloos rondlopen. Het is niet te verwonderen dat zulke jongeren weinig contact nemen met jongeren met een andere achtergrond (en vice versa) en liever in de eigen culturele groep blijven waar ze met elkaar kunnen communiceren in hun eigen taal. Dit is een systeem dat zichzelf voortdurend versterkt. Het is onterecht om alles aan ons onderwijssysteem te wijten en zeker om het op de schouders van onze leerkrachten te leggen. Het is even onterecht om alles aan de jongeren zelf of aan hun ouders te verwijten. Je kan ook niet alles verwijten aan de politici die moeten zorgen voor de nodige regelgeving. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid van ons allemaal. We zullen er slechts uit geraken, door het samen vanuit een hoger niveau te bekijken en ... te dialogeren over 'noodzaak'.
12
Leernoodzakelijkheid = de basis voor implementatie en transfer Implementatie betekent dat het geleerde op de gewenste manier wordt toegepast in die situaties en binnen die relaties die men voor ogen had bij de start van de leerweg. Transfer van kennis en vaardigheden betekent dat men het geleerde ook kan toepassen in nieuwe situaties, zonder dat men voor iedere situatie een nieuwe opleiding of training moet volgen. Het verzorgen van de leernoodzakelijkheid is een belangrijke stap bij de implementatie én de transfer. Dat iemand nieuwe dingen opneemt en ervaart tijdens
7 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
een ontmoeting, in het café, tijdens een cursus, op een training, op de hogeschool, is boeiend maar onvoldoende. De manier waarop men leerwinst te verwerft (via welke aanleermethode dan ook) is niet het ultieme doel, hoogstens een subdoel, doch veeleer een middel. De veranderingen - zelfs de allerkleinste - die uiteindelijk het resultaat zijn van een volledig leerproces moeten op andere terreinen dan daar waar ze voor ons duidelijk werden ook werkelijkheid worden. Door aandacht te besteden aan de leernoodzakelijkheid wordt tegelijk de vraag gesteld wat we met het geleerde zullen doen. Implementatie en transfer krijgen daardoor "grond". Nog te weinig opleidingen en trainingen zijn dermate praktisch en concreet dat de leerwinst praktisch en concreet is. Nog te weinig worden mensen tijdens een opleiding, een cursus of een training aangesproken om onmiddellijk de nieuwe kennis en vaardigheden om te zetten naar de concrete situatie waar ze die zaken ('s anderdaags) moeten toepassen. Nog te vaak wordt dit zonder begeleiding of ondersteuning overgelaten aan de deelnemer. Zij krijgt de volle verantwoordelijkheid, alsof de andere betrokkenen (bv. de manager, de opleidingsverantwoordelijke, de trainer) er geen aandeel in hebben.
13
Bewust creëren van noodzaak - Enkele voorbeelden ✔ Bewust creëren van de noodzaak om te leren, kan met het formuleren van een vraag of een thema. Welke behoefte ervaar je en op welke vraag wil je een antwoord? Wat maakt deze vraag een leervraag voor jou (= een vraag die je werkelijk aanzet om te leren, niet alleen om aan te leren)? Maak voor jezelf en voor anderen, iedere vraag duidelijk en concreet. Start een leerproces zoveel mogelijk met een concrete, scherp geformuleerde leervraag. Hoe scherper de vraag hoe duidelijker het wordt of ze vertrekt vanuit interesse of uit noodzaak, dan wel of beide elementen reeds aanwezig zijn. Het formuleren van een leervraag hoeft echt niet beperkt te zijn tot formele aanleersituaties (scholing, opleiding, training, vorming). Het leven biedt ons regelmatig de gelegenheid om onszelf de vraag te stellen: "Wat is de vraag waar het hier voor mij om draait? Waar is het mij nu echt om te doen?" Met je partner of de kinderen discussiëren of er nu wel of niet een kat in huis komt, is een leermoment van zodra je jezelf de vraag stelt: "Waar gaat het hier nu echt om? Waar is het ons in deze discussie nu echt om te doen?" Je zal merken dat ieder een andere vraag heeft, een ander thema en dus ook een andere 'innerlijke leerweg'. ✔ Een volgende stap is het doorvragen, enerzijds naar de concrete leerdoelen en anderzijds naar de aanpak = de methoden en de middelen die zullen ingezet worden om zo efficiënt mogelijk het doel te bereiken. Stel duidelijke vragen, aan jezelf, aan anderen. Blijf doorvragen. Wees niet tevreden met het eerste, vlugge antwoord. Wat wil je concreet bereiken? Hoe belangrijk is het voor je dat je dit bereikt? Wat verlies je als je dit niet bereikt? Wat denk je te bereiken als je het op deze manier aanpakt? Wat ga je doen met hetgeen je dan zult geleerd hebben? Welke afspraken kunnen we nu reeds maken? ✔ Bespreek vooraf het nut van wat er kan geleerd worden. Ben je diegene die formeel gaat 'leren' (bv. een cursus of een opleiding volgen), bespreek dat dan met je partner, een vriend, een leermaatje of je opdrachtgever. Ben je de opdrachtgever, een collega, een vriend of het leermaatje van de lerende, spreek deze laatste dan aan alvorens zij de opleiding aanvat. Bedenk: Wat wil jij dat er voor jou inzit wanneer zij terugkomt van de opleiding? ✔ Je kan de werkomgeving zodanig vormgeven dat leren noodzakelijk wordt. Via
8 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
jobsrotatie bijvoorbeeld: mensen die gedurende lange tijd eenzelfde taak uitvoeren, worden op een andere plek gezet, niet omdat het voor het werk echt nodig is maar om het leerpotentieel van de betrokkene te activeren of actief te houden. ✔ Door minder als 'Redder' op te treden en de verantwoordelijkheid bij de ander te laten liggen, maak je het in heel veel gevallen voor de ander noodzakelijk om te leren de zaken anders aan te pakken. Heel veel 'hulpeloosheid', zowel in de dagelijkse leefsituatie als in de werksituatie, is het gevolg van een te lieve 'Redder' in de buurt. Zowel vrouwen als mannen vallen in de reddersvalkuil. Zet je als vrouw langs de kant van de weg met een lekke band, maak een gebaar van hulpeloosheid en er stopt vast en zeker een ridder die je zal redden = die voor jou het werkje zal opknappen. En hoeveel mannen kunnen geen knoop aan hun hemd naaien omdat "ik heb dat nooit geleerd.", maar vooral omdat ze een lieve partner hebben die dat wel eens vlug zal doen. Dit betekent geenszins dat je elkaar niet meer mag helpen. Waar het hier om gaat is dat ieder moment in het leven een leermoment kàn zijn indien we niet te snel tussenbeide komen. Opgelet, je kan ook in deze houding extreem gaan en dan val je in de tweede reddersvalkuil: je gaat dan niet meer 'redden' door het snel voor de ander te doen, maar je gaat dan 'redden' door het voortdurend de ander 'aan te leren', door je als 'belerende leraar' op te stellen. ✔ Bij trainingen kan men de leeromgeving zo inrichten dat de deelnemers worden uitgedaagd om iets te doen met wat hen wordt aangeboden. Bijvoorbeeld: de opdracht geven dat ze een mind map aan de muur hangen van hun huidige situatie zodat je trainer en deelnemers regelmatig kunnen verwijzen naar dat overzicht. Of, de omgeving gaandeweg "verarmen" (stoelen weg, tafels weg, bord weg, ...) zodat de deelnemers verplicht worden keuzes te maken. ✔ De leraar, opleider, trainer of instructeur kan in zijn aanpak leernoodzakelijkheid inbouwen, via: een spel, een groepswerk, een avonturenpiste, een persoonlijke uitdaging, een spiegel voorhouden, concrete cases laten inbrengen en er aan werken. Hij kan opdrachten geven om thuis of op de werkplek uit te voeren, een strikte deadline opleggen =voor het afwerken van een taak, ...enz.
14
Noodzaak kan pijn doen en ervaren worden als dwang Noodzaak wordt in veel gevallen extern aangestoken en wel door een of andere vorm van 'ongemak' en 'pijn'. Nieuwsgierigheid leidt tot 'zoeken', leernoodzaak leidt tot (zwakke of sterke) vormen van 'vermijden'. "Ik volg de opleiding omdat ik moet." is een lichte vorm van het vermijden van negatieve gevolgen, en meestal een zwakke leernoodzaak. Hoe sterker de noodzaak, hoe groter de kans dat de betrokkene iets leert. Je kan opmerken dat de meesten van ons worden gedreven door een noodzaak die extern wordt aangestuurd. Het is een minderheid die uitsluitend via een innerlijke stuwing tot leernoodzaak komen. Tevens kan je opmerken dat het ervaren van een bepaalde mate van pijn voor veel mensen de belangrijkste ontsteker is van leernoodzaak.
9 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
Wanneer de druk of de dwang echter té sterk wordt, spreek je niet meer van noodzaak maar van 'dwang' of 'niet te ontkomen dreiging'. Dan is er geen mogelijkheid meer om te weigeren. Noodzakelijkheid is in een extreme positie terecht gekomen. In zulke omstandigheden leer je zelden wat aangeboden wordt maar leer je vooral 'overleven'. Je leert blindelings en zonder nadenken te gehoorzamen of je leert dat je zelf niets waard bent en dat je moet doen en zeggen wat de ander beveelt. Dan zal er ook geen ruimte zijn voor nieuwsgierigheid. Iedere poging in die richting wordt afgestraft. Denk je hierbij aan strafkampen? Ja, dat is één van de voorbeelden. Doch durf te kijken naar de situatie in 'gewone' gezinnen, 'gewone' scholen en 'gewone' organisaties. Men kan op een zeer subtiele manier sterke dwang uitoefenen, niet alleen fysiek. Telkens je iemand iets 'vraagt' en de ander mag niet "nee" antwoorden, zeker niet zonder verantwoording, is er sprake van dwang. We vragen niet, we leggen haar autoritair iets op. Hiermee heb ik niet gezegd dat dwang per definitie ontoelaatbaar is. Willen we het leren stimuleren dan is het echter nuttig om oog te hebben voor wat zij voor haarzelf ervaart als de grens tussen 'noodzaak' en 'dwang'. Misschien is het nodig om eerst die grens te bespreken zodat zij die kan verleggen. Niet zelden draait het hierbij om waarden die voor haar erg belangrijk zijn. Wat is er nodig opdat wij de noodzaak ervaren van een dialoog rond waarden?
15
Dwang omzetten in een noodzaak of een kans? Het kan. • Jongeren moeten naar school, sommigen moeten naar die school of moeten die studierichting volgen, sommigen moeten minimum dat diploma halen. Sommigen ervaren dit als dwang. • Allochtone ouders (zouden) moeten Nederlands leren ook als is het Nederlands vanuit hun moedertaal niet een makkelijke aan te leren taal. Enkel zo kunnen ze er mee voor zorgen dat hun kinderen geen leerachterstand oplopen op school. In Nederland schijnt men dit sneller begrepen te hebben dan in Vlaanderen. • Er zijn jobs waar het leren van nieuwe technische of administratieve kennis een niet te ontkomen verplichting is. Je kunt er niet onderuit, je moet over die kennis beschikken om de job naar behoren te kunnen uitvoeren en te kunnen behouden. • De workaholic wordt geveld door een hartaanval en beseft dat hij zijn leefwijze en eetgewoonten drastisch moet veranderen, wil hem dit geen tweede keer overkomen en dan met fatale gevolgen. Ervaart zij het als een beknotting van haar 'vrijheid'? • Er zijn situaties waarin de dreiging van ontslag boven ons hoofd hangt indien we ons niet aanpassen aan een nieuwe werkomgeving of een nieuwe werkmethode. • Wanneer het dan toch gebeurt dat het bedrijf ons aan de deur zet, is er de sterke druk om zo snel mogelijk ander werk te vinden en dat betekent in veel gevallen de noodzaak om nieuwe vaardigheden te leren of zelfs een nieuw beroep. Niet verwonderlijk dat sommige volwassenen iedere druk of iedere sterke noodzaak ervaren als de zoveelste dwang, als de zoveelste druk die op hen wordt gelegd. Ze willen eigenlijk niet leren of ze zijn er bang voor. Wanneer we een situatie ervaren als een dwang, een negatieve stimulans of een dreiging, zal dat ook zo in ons lichaam werken terwijl we de opleiding of de cursus volgen en zal ons leren beperkt blijven. We zullen ons verzetten en ons lichaam zal verkrampt reageren. Het kan ook anders. We kunnen de situatie herbekijken als een aanbod, als een kans, een opportuniteit of een uitdaging en het voor onszelf als een noodzaak invullen en er een nieuwsgierige vraag bij stellen.
10 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
Dit mechanisme speelt bijvoorbeeld ook wanneer we de confrontatie met een ernstige ziekte zien als een signaal en daarop verkiezen om onze levenswijze te veranderen (= omvormen tot een gekozen noodzaak) in plaats van de ziekte te zien als iets waar we niets mee te maken hebben en er tegen ten strijde te trekken. Zelfs in de meest extreme situaties van dwang zijn mensen er in geslaagd om de situatie te herbekijken en om te zetten in een noodzaak of een opportuniteit om te leren. Sterke voorbeelden zijn de dramatische ervaringen in Auschwitz en de houding van Victor Frankl (Man's Searching for Meaning, 1959) en de ervaringen van Nelson Mandela op Robbeneiland (Amandla! en Long Walk to Freedom). Beiden zijn wijzer uit de extreem negatieve situatie gekomen. Van hen kunnen we leren hoe we het, ondanks de vele tegenwerpingen die we kunnen maken, toch aankunnen.
16
Het Redder-Slachtoffer spel maakt het er niet makkelijker op3 Veeleer dan te argumenteren dat het niet zo moeilijk is als jij wel denkt, wil ik eerst nagaan wat het wél zo moeilijk maakt. Misschien vind jij dan wel een poort die voor jou een andere aanpak mogelijk maken. • Wat het alleszins erg moeilijk maakt om dwang niet langer als dwang te zien, is het feit dat jij je persoonlijk verbindt met diegene die (voor jou) dwang uitoefent. Dit werkt in twee richtingen: 1) je identificeert de ander als 'dwingeland', 'onderdrukker' of 'despoot' en zet die persoon in de machthebber-positie; alles wat die persoon doet, ga je dan als vijandig, machtig en dwang ervaren, 2) je identificeert jezelf als 'slachtoffer' of 'onderdrukte' en zet jezelf in de onmacht-positie; alles wat jij doet, ga je dan als machteloos, nutteloos of zinloos ervaren. • Als gevolg van je slachtoffergedrag ga je op zoek naar een Redder, iemand die je kan 'helpen' door voor jou de moeilijke klus te klaren = de dwang verminderen of wegnemen. Door deze houding maak je jezelf nog machtelozer dan je al bent en 'ont-kracht' je jezelf. Zo verstevig jij zelf wat je als 'dwang' ervaart en wordt het nog moeilijker omdat om te zetten in 'noodzaak'. • Jezelf overtuigen "Ik kan het niet, nu niet, hier niet." werkt als een zelfvervullende profetie = je voelt je kracht wegebben. Je geraakt in een neerwaartse spiraal; 'niet kunnen' maakt je moedeloos. De 'goede raad' van vrienden en 'helpers' in je omgeving kan je alleen maar bevestigen dat jij het niet kunt. Daarbij wuif je alles weg met "Dit werkt toch niet." of "Ik kan er niet tegen op, de druk is toch veel te groot." of "Ze verstaan het niet, mijn situatie is anders." • Eenmaal gevangen in een neerwaartse spiraal vraagt het veel kracht om de beweging om te buigen naar een opwaartse beweging. Je kan het vergelijken met een zware vrachtwagen die tegen 100km per uur onderweg is en plots een file voor zich ziet en moet stoppen. • Een ander mogelijk gevolg van jezelf zien als 'slachtoffer' van dwang is dat je in de machtsstrijd gaat met de 'dwingeland' en al je negatieve energie stopt in het trachten de ander te overwinnen. Je houdt op met positieve energie aan jezelf te geven en een opbouwende kracht te halen uit je omgeving. Die negatieve energie maakt je blind voor de mogelijkheid om wat je ervaart als 'dwang' om te zetten naar een 'noodzaak' of een 'opportuniteit'.
3
Lees "Hoe het Reddersspel vermijden?" in de LA Bibliotheek.
11 / 12
leernoodzaak_3.0-15/05/13
17
'Dwang' omzetten in 'noodzaak' = zelfsturing en eigen leiderschap Een effectieve stap zetten, betekent dat je een andere 'bril' opzet, met andere ogen kijkt naar jezelf, naar anderen en naar de situatie: ✔ Kijk in de spiegel en zie jezelf staan als iemand die weliswaar nu onder druk staat maar die niet in de slachtoffer-val wil trappen of in de strijd-val. Kijk veeleer naar je 'kracht' dan naar je 'macht', kijk veeleer naar wat je al hebt en kunt dan naar wat je nog mist, kijk naar wat je al gepresteerd hebt en besef dat je dat nog kunt uitbreiden. ✔ Kijk naar de ander als een persoon die op dit ogenblik een bepaalde 'rol speelt'. De leraar, de opleider, de trainer, de opleidingsverantwoordelijke, ... IS geen 'dwingeland' maar iemand die zich zo gedraagt, die zich nu 'dwingend' opstelt doch die tevens een gewoon mens is met alle zwakheden van dien. Ga niet stiekem op zoek naar zijn zwakke plekken om hem daar te 'prikken' (terroristje spelen), dat is immers ook machtsstrijd. Het is vaak als een muur die plots op je pad staat: je hoeft er niet tegenaan te lopen of hem af te breken, je kan er ook over of rond. ✔ Kijk naar de situatie als een samenspel van gegevens, van effecten en gevolgen die jou sterk onder druk zetten of je sterk begrenzen. Weet dat je steeds deel uitmaakt van systemen. Wanneer je in opstand komt tegen een dwangmaatregel ben je bezig het systeem te voeden en vorm te geven. Herdefinieer het systeem dan krijgt het een andere vorm. ✔ Besef dat alles wat je 'overkomt' met jou te maken heeft. Geen 'onderdrukker' zonder 'onderdrukte', geen 'slachtoffer' zonder 'Redder'. Het interafhankelijk proces tussen jou en de mensen in je omgeving betekent dat jij een aandeel hebt in dat wat er nu gebeurt en de wijze waarop het nu gebeurt. Jij hebt een aandeel en de anderen hebben een aandeel. Niets gebeurt toevallig. Jij hebt de sleutel in handen! ✔ Lees het levensverhaal van Nelson Mandela. Lees hoe hij omging met zijn gevangenisbewakers en hoe ondernemend hij was. Kijk dan naar je eigen situatie (die vast en zeker minder dramatisch is dan de zijne) en ga na hoe je je blik en je houding kunt verzachten. ✔ Hulp vragen is belangrijk doch doe dat vanuit onafhankelijkheid, vanuit het besef dat je gelijkwaardig bent aan de hulpverlener. Ik weet het, daarbij moet je vaak een maatschappelijk obstakel over: we worden dagelijks geconfronteerd met een leraar, een hulpverlener, een arts, een verpleegster, een trainer of een opleider die oh zo graag Redder en 'expert' is en jou (onbewust) in de rol van de hulpeloze hulpvrager of de onwetende wil duwen en houden. ✔ Effectief leren begint met het realistisch aanvaarden dat je iets niet weet, iets niet kunt, dat je beperkt wordt, en dat je niet onmiddellijk over de juiste middelen beschikt om dat te veranderen. Doch tevens met het besef dat je over voldoende kracht beschikt om op zoek te gaan naar een oplossing en naar de middelen, zelfs al zie je op dit ogenblik nog geen uitweg. ✔ Zet je voor de spiegel en zeg luidop "Ik moet ...". Herhaal de zin maar verander moeten in: "Ik zal ... indien ..." Herhaal de zin maar verander zullen in: "Ik wil ..." Voel wat het je doet wanneer je de zin verandert. Voel waar de kwaadheid zit, wanneer je in opstand komt en wat dit jou vertelt.
Francis Gastmans
12 / 12