Leefbaarheid
De Leefbaarometer brengt de leefbaarheid op het laagst mogelijke schaalniveau in beeld. In combinatie met andere gegevens en kaartbeelden wordt de achtergrond van de leefbaarheid duidelijk. Hiermee kunnen problemen en kansen inzichtelijk worden gemaakt. In deze diapresentatie vindt u voorbeelden hiervan.
Leefbaarometer In grote delen van Tilburg gaat het prima met de leefbaarheid.
De Leefbaarometer maakt in één opslag duidelijk waar de problemen liggen en waar het goed gaat.
Vooral in Tilburg-Noord zijn er leefbaarheidsproblemen.
Ontwikkelingen leefbaarheid
In de gebieden waar de leefbaarheid onder druk staat, is deze de afgelopen jaren negatief ontwikkeld.
In het algemeen heeft de leefbaarheid in Tilburg een positieve ontwikkeling doorgemaakt.
Wie woont er?
Leefbaarheidsproblemen hangen sterk samen met sociale problematiek: de gebieden met problemen worden vooral bewoond door huishoudens met een laag inkomen en een lage opleiding.
Wie woont er? Gebieden waar vooral ouderen met een laag inkomen wonen, in de buurt van gebieden met leefbaarheidsproblemen, lopen het gevaar om in verval te geraken als die ouderen overlijden of verhuizen en vervolgens vervangen worden door lage inkomens met een lage opleiding. Onder dit soort huishoudens is de sociaal-economische problematiek meestal het grootst, wat soms samenhangt met leefbaarheidsproblemen.
Leefbaarheidsproblemen op komst?
Nu is in deze gebieden niet of nauwelijks sprake van leefbaarheidsproblemen. Maar als de sociaal-economische situatie van de lokale bevolking verder achteruitgaat – bijvoorbeeld doordat er relatief jonge kansarme huishoudens naar de vrijkomende woningen verhuizen – kan dat wel komen.
Hoe ziet de fysieke omgeving eruit?
Deze twee risicogebieden worden gekenmerkt door woningen uit de eerste decennia na de oorlog, zowel gestapeld als grondgebonden.
In dit risicogebied komen echter ook veel vooroorlogse laagbouwwoningen voor. Dat vergt vermoedelijk een andere aanpak om de komende problematiek aan te pakken dan in buurten met voornamelijk (vroeg-)naoorlogse woningen.
Waterbedeffect
In gebieden met leefbaarheidsproblemen wordt vaak veel gedaan om deze op te lossen. De angst is vaak dat de problemen niet opgelost worden, maar naar elders verplaatsen. Als het ware een waterbed, waarbij door druk op het ene punt, het water op het andere punt naar boven komt. Met de Leefbaarometer en verhuisgegevens is het mogelijk om deze effecten scherp in beeld te krijgen
Waterbedeffect Aandachtswijken Den Haag Op deze kaart is het waterbedeffect vanuit de vier Haagse aandachtswijken in beeld gebracht, door de verhuisstromen (2008-2010) van huishoudens met een lage inkomen vanuit die aandachtswijken te volgen. Een waterbedeffect is natuurlijk alleen problematisch als het samengaat met een daling van de leefbaarheid. Op deze kaart zijn daarom alleen gebieden met een verminderde leefbaarheid afgebeeld. Er is goed te zien dat de meeste huishoudens met een laag inkomen binnen de aandachtswijken blijven wonen. Maar ook gebieden buiten de aandachtswijken – zoals het Regentessekwartier – hebben de leefbaarheid zien dalen, mogelijk door een instroom van lagere inkomensgroepen vanuit de aandachtswijken.
Waterbedeffect Aandachtswijk Nijmegen Op deze kaart is het waterbedeffect vanuit de Nijmeegse aandachtswijk Hatert in beeld gebracht, door de verhuisstromen (2008-2010) van huishoudens met een laag inkomen vanuit die aandachtswijken te volgen.
Ingrepen in de buurten met leefbaarheidsproblemen hoeven niet tot waterbedeffecten te leiden. Vanuit Hatert zijn wel lage inkomensgroepen naar elders verhuisd, maar de omvang van deze stromen zijn dermate klein (minder dan 2% van de bevolking waar de verhuizingen op zijn gericht), dat het niet waarschijnlijk is dat ze de achteruitgang van de leefbaarheid hebben veroorzaakt. Op één gebiedje in de buurt Grootstal na. Daar kan een waterbedeffect hebben bijgedragen aan de negatieve leefbaarheidsontwikkeling
