LECTOR VAN HET JAAR VOORDRACHT HOGESCHOOL VAN AMSTERDAM
Met trots draagt de Hogeschool van Amsterdam
PETER WEIJS voor voor de titel
LECTOR VAN HET JAAR
CREATING TOMORROW
Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) en Scienceguide
WIE IS PETER WEIJS? EEN KORTE BIOGRAFIE
Peter Weijs (49) is als lector Gewichtsmanagement verbonden aan de opleiding Voeding en Diëtetiek van de Hogeschool van Amsterdam. Hij bestudeert met name lichaamssamenstelling, energie- en eiwitbehoefte, optimalisering van voedingstherapie bij overgewicht, ondervoeding en (ernstige) ziekte. Effectieve, doelmatige en evidence based diëtetiek vormt daarin een rode draad.
Na zijn masterstudie Humane Voeding aan de Wageningen University werkte hij als promovendus korte tijd in de Verenigde Staten (University of Texas in Galveston) aan stofwisselingsstudies die gebruikmaken van tracermethodologie. Terug in Wageningen promoveerde hij in 1993 op de factoren die bepalend zijn voor de eiwitbehoefte. Daarna was hij docent Fysiologie in Wageningen en in het kader van het Marie Curie Actions Fellowship Programme van de European Commission verbonden aan het Rowett Research Institute in Aberdeen. In 1994 maakte hij de overstap naar de opleiding Voeding en Diëtetiek van de HvA. In die functie coördineerde hij afstudeer-
CREATING TOMORROW
onderzoeken van studenten en zette hij het Voedingslab op. In 2009 werd hij benoemd tot lector Gewichtsmanagement. Daarnaast is hij sinds 2004 verbonden aan de sectie Diëtetiek en Voedingswetenschappen van de afdeling Interne Geneeskunde van het VU Medisch Centrum. Hij maakt deel uit van de Adviesgroep Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht van de gemeente Amsterdam en de Agendacommissie Urban Vitality van de Hogeschool van Amsterdam. Peter Weijs publiceert regelmatig in wetenschappelijke tijdschriften en vakbladen.
PETER WEIJS, LECTOR GEWICHTMANAGEMENT AAN DE HOGESCHOOL VAN AMSTERDAM:
“MIJN STUDENTEN PRESTEREN OP UNIVERSITAIR NIVEAU” Hij noemt zijn lectoraat voor het gemak Gewichtsmanagement, maar Peter Weijs is vooral geïnteresseerd in het verantwoord reguleren van zowel overgewicht als ondergewicht door middel van het manipuleren van voeding en beweging.
Weijs: “De focus in ons onderzoek ligt vooral op obese ouderen, waarbij we ons in het bijzonder richten op de afname van vetmassa en het behoud van spiermassa. Dat was ons eerste speerpunt. Daarnaast houden we ons bezig met Kinderen op Gezond Gewicht. Dat sluit aan bij de Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht, die zich vooral richt op het jonge kind. En als derde lijn hebben we een onderzoek Toekomstbestendige Diëtetiek lopen.” De start Hij was al sinds 1994 verbonden aan de HvA, maar toen hij in 2009 lector werd, heeft Weijs zich in eerste instantie beziggehouden met de professionalisering van docenten, het verwerven van fondsen en het faciliteren van het onderzoek. Weijs: ““Toen die basis stond, konden we ons meer inhoudelijk op het onderzoek richten. Het Voedingslab hadden we al in 2006 opgezet en we voerden kleine, korte, studentgerichte onderzoeken uit. Nu, in 2013, hebben we het eerste, in 2010 gestarte, grote, gerandomiseerde onderzoek afgerond. Daarbij waren in totaal zeker veertig studenten betrokken in groepen van halfjaarlijks wisselende samenstelling. Zij werkten aan het onderzoek mee in het kader van hun afstudeerprojecten. De tweede fase is inmiddels in gang gezet en die gaat de komende vier jaar lopen. Dit onderzoek borduurt verder op het vorige, maar is een prestigieus topsectorenproject, conform het beleid van de minister. We doen dat samen met partners TNO, Nutricia Research, Vialente-Dietheek, Tromp Medical en het Vumc. Niet zomaar een projectje dus, maar écht een neusje van de zalm onderzoek. Dit gaat echt ‘kennis’ opleveren die in de boekjes komt.” Prikkelen, uitdagen, enthousiasmeren en motiveren Waarin onderscheidt het lectoraat zich? Hoe maakt Weijs het verschil? Hij gaat uit van de studenten. Alles wat hij doet, doet hij met hen en voor hen… Weijs: “Vroeger begon een student aan een onderzoek, na een half jaar was hij of zij klaar en dan was het onderzoek afgelopen. Dat was allemaal vrij kleinschalig. Nu zijn we heel anders bezig. We doen nu onderzoeken die ook op een universiteit niet zouden misstaan. Dat is vrij uitzonderlijk. We benoemen onderzoekslijnen, voeren ze grootschalig uit, ook
CREATING TOMORROW
over langere periodes. En we doen dat zo goed, dat we in staat zijn om forse subsidies en dus ook grote projecten binnen te halen. Externe organisaties als Nutricia Research zijn daardoor ook geïnteresseerd in samenwerking met ons. Dat biedt veel mogelijkheden die we anders niet zouden hebben. De studenten doen het onderzoek voor zo’n bedrijf, hier in ons eigen Voedingslab. Ze werken gezamenlijk aan een concreet doel, zijn onderdeel van een groter geheel, weten dat het bedrijf in kwestie er belang bij heeft, voelen zich zeer serieus genomen en zijn dus uitermate geprikkeld, uitgedaagd, geënthousiasmeerd en gemotiveerd om iets heel erg goeds neer te zetten. Ik zie regelmatig dat ze boven zichzelf uitstijgen.” Honours Tracks, maar dan anders Binnen de opleiding houdt Weijs zich persoonlijk niet zozeer bezig met Honours Tracks programma’s – dat doen anderen –, maar hij levert er wel degelijk een bijdrage aan. Zijn studenten schrijven bijvoorbeeld ook wetenschappelijke artikelen en ze voeren maatschappelijk en voor het bedrijfsleven relevante opdrachten uit, die veel uitdagender zijn dan de gemiddelde. Weijs: “Daarmee zwepen we ze als het ware op tot het leveren van veel hogere kwaliteit, meer verdieping en echte topprestaties. Dat komt doordat we binnen het Voedingslab extern gefinancierde projecten hebben, waardoor we ook meer tijd aan begeleiding kunnen besteden. Ook hebben we een efficiënt gezamenlijk Voedingslaboverleg over praktische zaken, waar ook het presenteren en bespreken van onderzoeksprotocollen, wetenschappelijke artikelen en afstudeerpresentaties plaatsvinden. De studenten onderscheiden zich daarmee absoluut ten opzichte van de rest. Afwijkend van de gebruikelijke, formele Honours Tracks programma’s selecteren wij trouwens niet per definitie de beste studenten, maar we halen wél het beste in hen boven. Wij laten studenten die niet persé als excellent bestempeld zijn, wél excellent presteren. Ik krijg regelmatig van externe deskundigen te horen dat de kwaliteit van de scripties van onze studenten op universitair niveau ligt. De afgelopen vier jaar hebben we verscheidene prijzen gewonnen, waaronder twee keer de Van Mechelen Prijs. En in die vier jaar tijd hebben 33 studenten als meepublicerend auteur abstracts ingestuurd naar diverse internationale congressen, Espen bijvoorbeeld. Een aantal van hen heeft daar ook daadwerkelijk gepresenteerd. Ik ben daar hartstikke trots op!”
SUZANNE VAN DER PLAS (31), STAGECOÖRDINATOR EN COÖRDINATOR VOEDINGSLAB (HVA VOEDING EN DIËTETIEK) OVER PETER WEIJS:
“HIJ SLEURT IEDEREEN MEE IN ZIJN PASSIE” “Peter maakt het mogelijk dat studenten in het kader van hun afstudeerprojecten op een hele goede manier praktijkgericht onderzoek kunnen doen. Hij is de initiator van het Voedingslab, heeft dat gefaciliteerd en doet dat nog steeds. Continu. Hij zorgt ervoor dat de financiële middelen er zijn en dat we kunnen beschikken over uiterst geavanceerde, voor Nederland redelijk zeldzame apparatuur. Hij heeft een uitstekende professionele reputatie, zet het onderzoek binnen het HBO op niet mis te verstane wijze op de kaart, kent iedereen binnen het vakgebied en heeft een groot netwerk. Peter maakt het mogelijk dat studenten zelf van A tot Z onderzoek kunnen uitvoeren. Ze ervaren dat absoluut als een verrijking van hun studie. Ik hoor ze vaak zeggen dat ze dachten dat onderzoek doen saai was, maar dat dat in ons Voedingslab dus helemaal niet zo blijkt te zijn. Integendeel. Ze zijn erg enthousiast. In veel gevallen zie ik ook dat ze na hun periode in ons Voedingslab besluiten om door te studeren op universitair niveau en regelmatig vloeien er ook publicaties in wetenschappelijke bladen uit voort.
CREATING TOMORROW
Peter, mijn collega Amely Verreijen en ik begeleiden hen en doen er alles aan om hen te enthousiasmeren, te motiveren en te stimuleren om het beste uit zichzelf boven te halen. We hebben wekelijks een bespreking met het hele studententeam van het Voedingslab en alle docenten die er iets mee te maken hebben. Peter is daar ook altijd bij. De studenten komen dan vaak met vragen over statistische problemen. Dat is het lastigste deel van onderzoek doen. Peter kan dat heel geduldig, helder en duidelijk uitleggen, maar tegelijkertijd prikkelt hij de studenten ook om anders naar dingen te kijken, verder te graven dan net onder de oppervlakte en zelf hun conclusies te trekken. Ik leer daar ook elke keer nog van. Hij is in zijn vak uiterst gepassioneerd en kan dat erg goed overbrengen op anderen. Hij sleurt iedereen daarin mee. Hij huldigt het principe dat domme vragen niet bestaan. In zijn werk is hij heel direct en to the point, maar voor zijn studenten neemt hij alle tijd. Hij gaat ook gewoon lekker informeel met iedereen om. Totaal niet autoritair of zo. Gewoon voornamen en jij en jou. Een fijne man om mee te werken!”
AMELY VERREIJEN (35), DOCENT, ONDERZOEKER EN STUDENTENBEGELEIDER VOEDINGSLAB (HVA VOEDING EN DIËTETIEK) OVER PETER WEIJS:
“ZONDER HEM WAS HET NIET GELUKT” “Peter heeft in 2006 het Voedingslab opgezet en ik heb daarbij mogen helpen. In het lab meten, evalueren en vergelijken de studenten de effecten van verschillende dieetbehandelingen. Ze doen in het kader van hun afstudeerprojecten het hele onderzoek en behandelen zelf de deelnemers. Sommigen hebben een trainerslicentie en zij trainen de deelnemers dus ook echt fysiek. Vervolgens gaan we kijken welke methode het beste – en uiteraard op een verantwoorde manier – werkt. Ik ben hartstikke trots dat we dat hier kunnen doen en dat komt allemaal door Peter. Hij maakt het allemaal mogelijk. Zonder hem was het niet gelukt. In de opstartfase hebben we op basis van kleinere studentenprojecten tijdens internationale congressen presentaties gehouden. Op één van die congressen waren ook mensen van Nutricia Research aanwezig en onze onderzoeken spraken hen aan. Op initiatief van Peter is toen een samenwerking ontstaan, ook financieel, waardoor we ons onderzoek naar een veel hoger professioneel niveau hebben kunnen tillen. Zo haalt hij veel subsidies binnen, uit het bedrijfsleven dus, maar ook uit andere bronnen, de Stichting Innovatie Alliantie (RAAKmkb) bijvoorbeeld. Heel belangrijk, want zonder geld begin je weinig. Het werken met externe samenwerkingspartners is ook voor de studenten heel goed, want dat betekent dat ze niet alleen op een professioneel niveau kunnen werken, maar dat dat ook moet. Onze partners verwachten dat. De studenten voelen die verantwoordelijkheid en dat maakt dat ze enorm groeien.
CREATING TOMORROW
Daardoor excelleren ze. Peter, Suzanne van der Plas, vertegenwoordigers van de samenwerkingspartners en ik begeleiden hen, maar zij doen het. Peter is in de begeleiding van de studenten erg enthousiasmerend, maar ook constructief kritisch. Hij is heel slim en heeft een scherp wetenschappelijk inzicht. De studenten weten dat en zorgen er wel voor dat ze bij de presentatie van hun resultaten tijdens de wekelijkse besprekingen goed voorbereid zijn. Ze willen het graag goed doen in zijn ogen. Toch ziet hij vaak dingen die nog beter kunnen en hij vertelt dat dan op een leuke, positieve manier. Zo tilt hij hun niveau nog verder omhoog. Ik vind Peter een vriendelijke, inspirerende en stimulerende man, met wie je veel kunt lachen en die een fijne, vrolijke, open sfeer creëert, waarin we alles tegen elkaar kunnen zeggen. De studenten ook.”
SJORS VERLAAN (40), DIRECTOR RESEARCH MUSCLE & MOBILITY, DANONE-NUTRICIA RESEARCH, OVER PETER WEIJS:
“HIJ IS EEN INNOVATOR; HIJ PAST WETENSCHAP TOE” “Peter is een uiterst gedreven, enthousiaste man. Zeer succesvol, met name in het toepassen van wetenschappelijke data in de praktijk, in de kliniek en in andere lifestyle toepassingen, maar hij schreeuwt het niet van de daken. Hij is een bruggenbouwer. Een bescheiden en prettig mens om mee samen te werken. We kwamen elkaar elk jaar tegen tijdens internationale congressen, Espen bijvoorbeeld. Ik heb een behoorlijke onderzoeksgroep en een flink budget, maar hij presteerde het elk jaar om daar met een redelijk kleine groep en een veel kleiner budget met meer abstracts te komen dan wij en ik wilde weten hoe hij dat voor elkaar kreeg. Al snel bleek dat hij zijn studenten zo weet te motiveren dat ze tot zulke goede resultaten komen. Hij weet ook mensen om zich heen te verzamelen die heel capabel en gestructureerd kunnen werken. Peter staat open voor input van buitenaf. Hij ziet dat niet als bedreiging of bemoeienis, maar als waardevolle aanvulling. Hij zoekt de samenwerking. Hij is niet alleen een uitermate professionele en kundige wetenschapper, maar ook een echte innovator, die – zoals gezegd – in toepassingen denkt en de vertaalslag maakt. Dat is redelijk uniek in de wetenschap. Door dat alles hebben wij een werkrelatie waarbij één plus één niet twee is, maar drie.
CREATING TOMORROW
Het onderzoek dat we samen doen naar het bestrijden van obesitas bij ouderen zonder verlies van spiermassa, is van groot belang voor ons bedrijf, zeker naar de toekomst toe. Danone-Nutricia opereert op twee markten, die van de medische voeding en die van de consumentenvoeding. Daartussen zit een groot gat. Je ziet in de maatschappij dat verantwoordelijkheden steeds meer bij de mensen zelf worden neergelegd. Mensen moeten meer en meer zichzelf gaan voorbereiden op het ouder worden en ervoor zorgen dat ze niet ziek worden. En als ze al ziek zijn, dat ze niet nóg zieker worden. Ouderen die te dik zijn, moeten afvallen, maar wél op een verantwoorde manier, zonder verlies van spiermassa. Er zijn ook veel ouderen met diabetes. Daarop richten we ons in de volgende fase van ons gezamenlijke onderzoek, op hoe we die mensen kunnen helpen om goed met hun chronische ziekte om te gaan en zo prettig mogelijk zo oud mogelijk te worden. Wij kunnen daar met nieuwe, innovatieve productlijnen op inspelen. We zijn daar nu nog niet klaar voor, maar over een jaar of drie, vier, als deze nieuwe fase van het onderzoek is voltooid, ligt dat anders, denk ik.”
PRIJZEN
LECTORAAT GEWICHTSMANAGEMENT AMELY VERREIJEN
LAURA KOOL EN NICOLIEN VAN BAAR
“Behoud van spiermassa bij ouderen”. HvA Research Battle 2011 (www.havanaweb.nl/nieuws/amely-verreijen-wr-vsi-1727.html)
“Protein intake during infancy and overweight at 8-9 y of age”. Best Poster Award, 4e Voedings- & Gezondheidscongres, 29 en 30 oktober 2009, Ede
AMELY VERREIJEN
KAREN BOND EN KELLY DUIN
De muscle preservation studie, ofwel spierbehoud studie, waarin we laten zien dat een eiwit supplement tijdens een gewichtsverliesprogramma (inclusief krachttraining) bij obese ouderen helpt om de spiermassa te behouden tijdens het afvallen in vergelijking met een controle supplement. Dat scheelde een kilo in spiermassa (controle groep verloor een kilo spiermassa, eiwit groep behield de spiermassa). Espen congres 2013: Van de 600 ingediende abstracts zijn we als 6e gerankt. (studie mocht daarom gepresenteerd worden op het Espen congres)
“Effects of a hypocaloric high-protein diet and an exercise program including resistance training on fitness and quality of life in an overweight adult population” Prof. Dr. Willem van Mechelen scriptieprijs, 10 december 2009, Amsterdam
AMELY VERREIJEN
CHAYA SCHUURMANS EN XANDRA BLAAUW
De muscle preservation studie, ofwel spierbehoud studie, waarin we laten zien dat een eiwit supplement tijdens een gewichtsverliesprogramma (inclusief krachttraining) bij obese ouderen helpt om de spiermassa te behouden tijdens het afvallen in vergelijking met een controle supplement. Dat scheelde een kilo in spiermassa (controle groep verloor een kilo spiermassa, eiwit groep behield de spiermassa). Foppe ten Hoor prijs 2013 (www.voedingsacademie.nl/nutritional-science-days)
“De invloed van cognitieve gedragstherapie op de kwaliteit van leven bij de behandeling van overgewicht in de diëtistische praktijk” Prof. Dr. Willem van Mechelen scriptieprijs, 7 december 2012, Amsterdam
CREATING TOMORROW
JITSKE SPIJKER EN ANNELIES VAN DEN HOVEN “Ontwikkeling van een formule voor het energieverbruik in rust voor sporters” NVVL HBO scriptieprijs, 22 april 2010, Den Bosch
ABSTRACTS 2009-2012 34th Congress of Espen, Barcelona, Spain, 8-11 September 2012 1. Broeder N, van den Berg P, Jonkers C, Tabbers M, Weijs P. Treatment of paediatric patients with intestinal failure associated liver disease (IFALD) with omega-3 polyunsaturated fatty acids: a pilot study. Clin Nutr Suppl 2012;7(supplement 1):60(PP086). 2. Van Harmelen R, Verreijen AM, Weijs PJ. Sensitivity and specificity of BIA versus DEXA for assessment of low appendicular skeletal muscle mass in the diagnosis of sarcopenic obesity. Clin Nutr Suppl 2012;7(supplement 1):1(OP002). 3. Langius JAE, Zandbergen MC, van Tulder MW, Eerenstein SEJ, Leemans CR. Effect of nutritional interventions on nutritional status of patients with head and neck cancer: a systematic review. Clin Nutr Suppl 2012;7(supplement 1):75(PP125). 4. Langius JAE, Kampman M, Doornaert P, Leemans CR, Kruizenga HM, Weijs PJM. Risk factors for severe weight loss in patients with head and neck cancer during radiotherapy. Clin Nutr Suppl 2012;7(supplement 1):76(PP126). 5. Weijs PJ, Hofsteenge AG, Chinapaw M. Delemarre-van de Waal H. Long-term effect of the Go4it group treatment for obese adolescents: a randomized controlled trial. Clin Nutr Suppl 2012;7(supplement 1):130(PP266). 6. Weijs PJ, Stapel S, Girbes A, Beishuizen B. Achieving protein goals in mechanically ventilated ICU patients is independently associated with mortality. Clin Nutr Suppl 2012;7(supplement 1):140(PP006). Nefro hawai begin juli 2012 1. Struijk-Wielinga GI, Zanaki N, Hdoudou M, Weijs PJM. Is protein-energy intake adequate during dialysis treatment in hemodialysis patients? Kidney Research and Clinical Practice 2012;31(2):A76(P246). 2. Struijk-Wielinga GI, Weijs PJM. Resting energy expenditure in hemodialysis patients: which prediction equation estimates the best? Kidney Research and Clinical Practice 2012;31(2):A76(P247). Ageeth Parijs 3. Weijs PJ, Hofsteenge AG, Chinapaw M. Delemarre-van de Waal H. Long-term effect of the Go4it group treatment for obese adolescents: a randomised controlled trial. CONGRES PARIJS
CREATING TOMORROW
Ageeth kinderobesitas NL 7. Weijs PJ, Hofsteenge AG, Chinapaw M. Delemarre-van de Waal H. Lange termijn effect van de Go4it multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten op BMIsds: een gerandomiseerde gecontroleerde studie. 1e Nederlandse Kinderobesitas Congres 2012. Aspen 2012 sandra stapel 1. Weijs PJM, Beishuizen A. Use of parenteral nutrition in critically ill cardiovascular patients is related to higher mortality. JPEN 2012. 33th Congress of Espen, Gothenburg, Sweden, 3-6 September 2011 1. Beishuizen A, Girbes AR, Weijs PJ. Parenteral nutrition is related to increased 28 day mortality in critically ill patients with cardiovascular failure. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):14(O33). 2. Langius JAE, Bakker S, Doornaert P, Kruizenga HM, Leemans CR, Weijs PJM. Weight loss before radiotherapy is independently associated with a worse overall survival in head and neck cancer patients. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):17(O42). 3. Weijs PJ, Leistra E, Schipper M, Oostenbrink J, Kruizenga HM. Achieving protein and energy targets in malnourished hospitalized patients on day 4 of admission improves length of hospital stay. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):21(O50). 4. Langius JAE, Kruizenga HM, Uitdehaag BMJ, Langendijk JA, Doornaert P, Leemans CR, Weijs PJM. Resting energy expenditure in head and neck cancer patients during radiotherapy. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):51(P73). 5. Langius JAE, van Dijk AM, Doornaert P, Kruizenga HM, Verdonck-de Leeuw IM, Leemans CR, Weijs PJM. Weight loss due to radiotherapy is associated with a deterioration in quality of life in head and neck cancer patients. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):51(P74). 6. Neelemaat F, van Bokhorst MA, Weijs PJ. Prediction of resting energy expenditure with current tools in hospitalized malnourished elderly patients fails. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):79 (P146). 7. Verreijen AM, Tuinstra J, Weijs PJ. Treatment of obese elderly by dietitians in the Netherlands. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):99 (P199). 8. van der Graaff S, Knoester J, Koopman J, Haarsma T, Toussaint N, de Roon M, Bloeming D, van Waes S, van der Plas S, Verreijen AM, Weijs PJM. Appendicular skeletal muscle mass by DEXA and Tanita in obese elderly. Clin Nutr Suppl 2011;6(supplement 1):169 (P144).
9th international symposium on in vivo body composition studies, Hangzhou, China, 21-24 May 2011 1. Earthman CP, Sibley SD, Thomas W, Beckman LM, Mager JR, Beckman TR, Ikramuddin S, Kellogg TA, Weijs PJ, Kunkel SA. Comparison of bioimpedance techniques with multiple dilution for detection of fat free mass and water compartments following gastric bypass surgery. Int J Obesity 2011;35:S25 (O58). 2. Earthman CP, Sibley SD, Thomas W, Beckman LM, Mager JR, Beckman TR, Ikramuddin S, Kellogg TA, Weijs PJ, Kunkel SA. An evaluation of phase angle, impedance ratio, and bioimpedance vector for assessing body composition and clinical outcomes in gastric bypass patients. Int J Obesity 2011;35:S58 (P117). 3. Earthman CP, Kruizenga HM, Weijs PJM. Impedance ratio Z200/Z50 compared to phase angle at 50 kHz better predicts nutritional status and length of stay in hospitalized patients. Int J Obesity 2011;35:S58-S59 (P118) 4. Earthman CP, Weijs PJM. Comparison of bio-electrical impedance spectroscopy versus air displacement plethysmography. Int J Obesity 2011;35:S59 (P119). 2nd International Conference on Cancer Nutrition Therapy 2011, Edinburgh, Scotland, and awarded with the biochemical society award. 1. Langius JAE, Kruizenga HM, Uitdehaag BMJ, Langendijk JA, Doornaert P, Leemans CR, Weijs PJM. Resting energy expenditure in head and neck cancer patients during radiotherapy. Dietistendagen 8-9 april 2011, Noordwijkerhout. 2. Weijs PJM. Wat is de energiebehoefte van mijn patient? NVO meeting, 15 March 2011, Utrecht, The Netherlands, and awarded NVO-ESPEN travel grant. 3. Langius JAE, Kruizenga HM, Uitdehaag BMJ, Langendijk JA, Doornaert P, Leemans CR, Weijs PJM. Resting energy expenditure in head and neck cancer patients during radiotherapy. ASPEN 2011, Vancouver, Canada, 30 January-2 February 2011 4. Weijs PJ, Girbes AR, Beishuizen A. Optimal protein and energy nutrition decreases 28 day mortality in mechanically ventilated critically ill patients: a prospective observational cohort study. JPEN 2011;35(1):132-133. European Academy of Paediatric Societies (EAPS), Copenhagen, Denmark, November 2010 5. De Beer M, Timmers T, Weijs PJM, Gemke RJBJ. Validation of bioelectrical impedance analysis with a three-component model of body composition in 4-7 year old children. Pediatric Research 2010;??(11):207.
CREATING TOMORROW
32th Congress of Espen, Nice, France, 5-8 September 2010 1. Venturini C, Giorgini N, Orlandoni P, van Bavel-Verreijen AM, Weijs PJ. Relative validity of predictive equations for resting energy expenditure in frail elderly italian patients in home enteral nutrition. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):4. 2. Weijs PJ, de Groot SD, Driessen R, Girbes AR, Beishuizen B. Optimal nutrition dereases 28 day mortality in mechanically ventilated critically ill, male and female patients: a prospective observational cohort study. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):13. 3. de Groot SDW, Beishuizen A, Strack van Schijndel RJ, Driessen RH, Weijs PJ. Individualised improved energy and protein intake in ICU patients: the VUmc-algorithm for TPN. Clinical Nutrition Supplements 2010;5( 2):30-1. 4. Wierdsma N, Weijs P, van Bodegraven A, Beishuizen A. Diagnostic accuracy of fecal weight to identify clinical significant malabsorption in critically ill patients. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):31. 5. Wierdsma N, Weijs P, van Bodegraven A, Beishuizen A. Malabsorption syndrome characteristics: fecal energy and macronutrient losses. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):32. 6. Weijs PJ, de Groot SD, Beishuizen B. Validity of predictive equations for resting energy expenditure in mechanically ventilated intensive care patients. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):62. 7. Hoven van den AE, Spijker J, Reitsema JM, Ambergen A-M, Weijs PJ. Cross-validated resting energy expenditure predictive equation in athletes. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):62. 8. Leistra E, Willeboordse F, van Bokhorst-de van der Schueren MAE, Visser M, Weijs PJ, Haans-van den Oord A, Oostenbrink J, Evers AM, Kruizenga HM. Predictors for achieving protein and energy requirements in undernourished hospital patients. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):76-7. 9. Weijs PJ, Kool L, van Baar N, van Bavel-Verreijen AM, van der Zee S. High beverage sugar as well as high animal protein intake at infancy increases overweight risk at 8 years: a prospective longitudinal study. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):91. 10. Weijs PJ, Rondel A-L, de Rooi M, de Beer M, Timmers T, Gemke RJ. Validity of air-displacement plethysmography (BODPOD) for assessment of body composition in 4-7 year old children. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):99. 11. Tjeenk Willink MM, van Stijn MF, Weijs PJ, Houdijk AP. Effect of surgery on bioelectrical impedance phase angle. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):158-9. 12. Borst L, Klinkhamer M, Rasch L, Waal A, van Bavel-Verreijen AM, Weijs PJ. Effectiveness of group and individual dietary counseling on body weight in overweight adults: the COUNSWELL study. Clinical Nutrition Supplements 2010;5(2):184.
First International Congress of Translational Research in Human Nutrition. Protein-energy metabolism in aging and chronic diseases: role of nutrition and physical activity, Clermont-Ferrand, France, March 19 - 20, 2010 1. van Bavel-Verreijen AM, van Houdt HL, Mulder MA, Weijs PJM. Effects of a hypocaloric high-protein diet and resistance training on body composition, fitness, and quality of life in an overweight adult population. The Journal of Nutrition, Health & Aging 2010;14(3):252(A045). 2. van Bavel-Verreijen AM, Gibson-Smith D, Brouwer IA, Visser M, Weijs PJM. Development and validation of a food frequency questionnaire to assess the protein intake in a Dutch adult population. The Journal of Nutrition, Health & Aging 2010;14(3):252(A046). 31th Congress of Espen, Vienna, Austria, 29 August-1 September 2009 1. Weijs PJM, Willibroorse F, Leistra E, Kruizenga HM. Low protein intake on 4th day of hospital stay is indicative of hospital stay of more than 10 days. Clinical Nutrition Supplements 2009;4(2):102 (P182). 2. Hofsteenge GH, Kruizenga HM, van der Meij BS, Weijs PJM. How long should indirect calorimetry measurement take: a comparison between Vmax and Deltatrac. Clinical Nutrition Supplements 2009;4(2):102-103 (P183). 3. Soumeru C, van Nierop I, Hesseling, Weijs PJM. Measuring dehydration and rehydration; an experiment in Taekwondo players. Clinical Nutrition Supplements 2009;4(2):103 (P184). 4. Den Heijer C, Hekman L, Weijs PJM. Lung volume and FFM hydration corrections in air displacement plethysmographic measurements applied to obese adolescents. Clinical Nutrition Supplements 2009;4(2):157 (P314). 5. Leistra E, Neelemaat F, Evers AM, van Zandvoort HWM, Weijs PJM, van Bokhorst-de van der Schueren MAE, Visser M, Kruizenga HM. Prevalence of undernutrition in Dutch hospital outpatients. Clinical Nutrition Supplements 2009;4(2):109 (P200). 6. van Bokhorst-de van der Schueren MAE, Brouwer IA, Weijs PJM, Langius JAE. Patients waste high amounts of food provided by the hospital kitchen. Clinical Nutrition Supplements 2009;4(2):98 (P172).
CREATING TOMORROW
7th European Congress on Obesity - ECO, Amsterdam, Netherlands, 6-9 Mei 2009 1. Weijs PJM, van Bavel-Verreijen MA, Hofsteenge GH, Vansant G, Lazzer S, Sartorio A. Age related decrease in resting energy expenditure in obese and morbid obese women. Obesity Facts 2009;2(suppl 2):158. 2. Van Bavel-Verreijen AM, Bast D, Weijs PJM. Reproducibility of air displacement plethysmography, bioelectrical impedance spectroscopy, bioelectrical impedance analysis and skin fold thickness for estimation of body fat percentage in lean and overweight subjects. Obesity Facts 2009; 2(suppl 2):91. 3. Hofsteenge GH, Weijs PJM, Singh AS, Delemarre-van de Waal HA, Chin A Paw MJM. Self-reported soft-drink consumption in normal weight and obese adolescents aged 11-14 yrs. Obesity Facts 2009; 2(suppl 2):223.
Hogeschool van Amsterdam Domein Bewegen, Sport en Voeding Opleiding Voeding en Diëtetiek Dr. Meurerlaan 8 1067 SM Amsterdam Tel: 020 5953476 Email:
[email protected] Website: www.hva.nl/kik