REGIOSTRATEGIE THUISLOOSHEID NOORD-WEST-VLAANDEREN
JULI 2013
INLEIDING
Enkele maanden geleden startten een aantal partners, op uitnodiging van de Regionale Welzijnscommissie Oostende, met het uitwerken van een regiostrategie met de bedoeling thuisloosheid in de regio Brugge - Oostende op te heffen. Op basis van o.a. een bevraging van alle lokale besturen uit de regio, maakten CAW & JZ Middenkust, CAW Regio Brugge, OCMW Brugge, OCMW Oostende, Provincie WestVlaanderen, Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen en de beide regionale welzijnsraden een voorstel om in de regio verder mee aan de slag te gaan. Ze werden hierbij ondersteund door Danny Lescrauwaet van het Steunpunt Algemeen Welzijnswerk.
Het uitgewerkte voorstel werd getoetst bij leden - organisaties, opnieuw werden de lokale besturen aangesproken. Dit document is nu 'definitief'. 'Definitief' tussen aanhalingstekens omdat het niet af is. Het is een ambitieus basisdocument dat de lijnen uitzet en waarmee we van start kunnen gaan in de regio. Actie na actie zullen we aanpakken om op die manier op langere termijn de thuisloosheid in de regio Noord-WestVlaanderen zo volledig als mogelijk op te heffen.
Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding Maggie De Block liet in antwoord op een parlementaire vraag (maart 2013) weten '... dat het inderdaad interessanter en goedkoper is om de dakloosheid aan te pakken, te verminderen of te voorkomen dan ze te laten bestaan en te beheren.' Deze conclusie is gebaseerd op resultaten van bestaande praktijken m.b.t. thuisloosheid in heel wat Europese landen, van Noorwegen tot Portugal, Duitsland, Finland, Frankrijk, Nederland, ... Hieruit blijkt dat een verbetering van de situatie van thuisloze mensen kan samengaan met een daling van de financiële kost. Iedereen vaart er wel bij wanneer thuisloosheid aangepakt en opgeheven wordt. Hiervoor willen we als regionale welzijnsraden graag onze verantwoordelijkheid opnemen! We hopen ook op de medewerking van alle betrokken partners.
2
THUISLOOSHEID BEËINDIGEN VISIE , MISSIE EN STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN.
Landen of regio’s die het beëindigen van thuisloosheid nastreven doen dit aan de hand van de volgende vijf doelstellingen:
Niemand ( met en zonder papieren) mag genoodzaakt zijn om tegen zijn wil op straat te moeten overnachten bij gebrek aan opvang die aangepast is aan zijn situatie.
Niemand mag genoodzaakt zijn om langer dan nodig te moeten verblijven in de opvang bij gebrek aan doorstromingsmogelijkheid naar (begeleid) wonen.
Niemand mag uit een instelling ontslagen worden ( ziekenhuis, psychiatrie, gevangenis, jeugdinstelling,…) zonder voldoende nazorg en een oplossing voor zijn woonsituatie.
Niemand mag uit huis gezet worden bij gebrek aan begeleidings-en herhuisvestingmogelijkheden.
Niemand die jongvolwassen wordt of is mag thuisloos worden als gevolg van de overgangssituatie naar zelfstandigheid.
Een groeiend aantal landen werkt al aan deze doelstellingen met een strategie gericht op het beëindigen van thuisloosheid. Vlaanderen, haar provincies, steden en gemeenten kan en mag hierbij als één van de meest welvarende Europese regio’s niet achterwege blijven. Thuisloosheid beëindigen is mogelijk mits juist beleid ( zie hierna). Zelfs op relatief korte termijn ( bv. 5 jaar) kan men al duidelijke vooruitgang boeken. Door het beleid te richten op het beëindigen van thuisloos komt er meer aandacht voor preventie.
THUISLOOSHEID BEËINDIGEN MITS JUIST BELEID. Om voormelde doelstelling te bereiken dient het gevoerde beleid van overheden en voorzieningen aan volgende kenmerken te beantwoorden :
3
Gebaseerd zijn op wetenschappelijke en ervaringskennis.
Een wettelijke basis hebben : doelstellingen, verantwoordelijkheden, timing,…
Gebaseerd zijn op mensenrechten.
Een multi-dimensionele aanpak.
Pragmatisme : realistische doelstellingen en prioriteiten.
Centraal en lokaal aangestuurd via de regiefunctie van de betrokken overheden.
Duurzaam : voldoende middelen, politieke wil en een draagvlak en steun van de bevolking.
Gericht zijn op zowel noodopvang, integratie als preventie.
Gebaseerd zijn op de noden en behoeften van thuislozen en met betrokkenheid van de doelgroep.
BESCHRIJVING EN AFBAKENING VAN DE DOELGROEP. Vanuit de thuislozenzorg wordt ‘thuisloosheid’ gedefinieerd als een proces van ‘ontankering’ : een situatie waarbij een persoon geen permanente woonst, werk en/of bestaansmiddelen heeft, en waarin sprake is van persoonlijke, relationele en maatschappelijke kwetsbaarheid, zodat er geen bindingen van betekenis meer bestaan op deze levensdomeinen 1. Afwezigheid van woonst, activiteit en een sociaal netwerk zijn hoofdkenmerken. In kwantificerende onderzoeken zoals het lopende onderzoek over de aanbodsverheldering van de thuislozenzorg 2, werd op basis van de Europese typologie van dak- en thuisloosheid (Ethos) de doelgroep als volgt afgebakend:
•
Mensen zonder vaste verblijfplaats (die leven op straat of in openbare ruimtes);
•
Mensen in de noodopvang en de nachtopvang (laagdrempelige opvang);
•
Mensen die in de opvang voor thuislozen zitten (verschillende werkvormen);
•
Mensen die langdurige hulp krijgen (via bijv. begeleid wonen) omwille van thuisloosheid;
•
Mensen die dreigen uit huis te worden gezet (op basis van signalen of een procedure);
• 1 2
En mensen die binnenkort een instelling gaan verlaten.
Van Menxel, Lescrauwaet en Parys, Verbinding Verbroken, Steunpunt Algemeen Welzijnswerk, 2003. Stuurgroepverslag 16 februari 2010, onderzoek aanbodsverheldering thuislozenzorg, onderzoek in opdracht
van de Minister van welzijn, uitgevoerd door Lucas, Kuleuven.
4
Tot de doelgroep behoren bijvoorbeeld niet de asielzoekers (verblijvend in federale of lokale opvang) omdat deze onder de bevoegdheid van Fedasil vallen. Anderzijds is er wel een interferentie tussen de asiel- en de thuisloosheidsproblematiek omdat beide beroep doen op dezelfde opvangcircuits en aangewezen zijn op dezelfde woningmarktsegmenten.
Mensen die leven onder dreiging van huiselijk geweld worden in eerste instantie ambulant geholpen via het aanbod ‘intrafamiliaal geweld’ van de CAW’s. Dit aanbod wordt niet gevat in de thuislozenzorg. Het gaat hier ook niet noodzakelijk om een proces van sociale uitsluiting of meervoudige kwetsbaarheid. Daarom rekenen we mensen die leven onder de dreiging van huiselijk geweld niet tot de doelgroep. Maar intrafamiaal geweld kan wel leiden tot thuisloosheid als het slachtoffer de woonst moet ontvluchten. Dat is ook de hoofdreden van de vervrouwelijking van de thuislozenpopulatie de voorbije decennia.
Ook mensen die in niet-conventionele woningen leven (campings, woonwagens,…) rekenen we niet tot de doelgroep. Maar in de mate dat deze mensen niet voor deze woningvormen kiezen, bij gebrek aan betaalbare huisvesting, toont hun aanwezigheid wel de omvang van de huisvestingsproblematiek aan.
5
WERKDOMEIN 1: REGELGEVING - RECHTENDETECTIE IN DE REGIO WORDT RELEVANTE BESTAANDE REGELGEVING ZO DOORGEDREVEN MOGELIJK INGEZET
OPERATIONELE DOELSTELLING 1 IEDERE RELEVANTE ACTOR PUT ALLE RECHTEN VAN EEN THUISLOZE UIT
Mogelijke acties
Er wordt een checklist opgemaakt van alles wat m.b.t. uitputting van rechten van thuislozen gedaan kan worden.
De checklist wordt breed en omkaderd verspreid en wordt door alle betrokken hulpverleners gebruikt.
OPERATIONELE DOELSTELLING 2 DE WETTELIJKE MOGELIJKHEDEN VAN EEN DOELGROEPENPLAN EN LOKAAL TOEWIJZINGSREGLEMENT WORDEN ZO OPTIMAAL MOGELIJK BENUT
Mogelijke acties
Er worden tussen OCMW’s, sociale huisvestingsmaatschappijen en het CAW afspraken gemaakt om de versnelde toewijzing van daklozen zo optimaal mogelijk te benutten.
Op alle lokale woonoverleggen wordt de mogelijkheid en opportuniteit van een toewijzingsreglement bekeken.
6
WERKDOMEIN 2: SAMENWERKING OP REGIONIVEAU WORDT EEN EFFECTIEVE SAMENWERKING UITGEBOUWD MET ALLE BETROKKEN ACTOREN EN DIT ZOWEL OP CLIËNTNIVEAU ALS OP BELEIDSNIVEAU
OPERATIONELE DOELSTELLING 1 BINNEN DE WETTELIJKE BEPALINGEN WORDT IN DE REGIO EEN ACTIEF EN GELIJK BELEID GEVOERD INZAKE HET TOEKENNEN VAN HET REFERENTIEADRES VOOR DAKLOZEN
Mogelijke acties
de criteria die toegepast kunnen worden om een referentieadres te geven, worden opgelijst.
de interpretatie van deze criteria wordt op regioniveau zoveel mogelijk afgestemd.
OPERATIONELE DOELSTELLING 2 IN DE REGIO WORDT MAXIMAAL INGEZET OP GEZAMENLIJK(E) VERANTWOORDELIJKHEID/ENGAGEMENT, SAMEN ZOEKEN NAAR OPLOSSINGEN TEN AANZIEN VAN THUISLOZEN
Mogelijke acties
Het aanklampend werken wordt versterkt via samenwerking met de Lokale Adviescommissies (LAC).
Tussen thuislozenzorg en andere sectoren (psychiatrie, personen met een handicap, jeugdhulp, verslaafdenzorg, ...) worden samenwerkingsovereenkomsten gesloten m.b.t. opname-engagement, coaching van de eerste lijn, ...
Het verlaten van een residentiële setting wordt maximaal voorbereid o.a. door cliëntoverleg, Eigen Kracht Conferentie, ... tijdig in te zetten.
7
WERKDOMEIN 3: AANBOD ER WORDT EEN REGIO-DEKKEND AANBOD UITGEBOUWD, DIT ZOWEL M.B.T. WONINGEN ALS M.B.T. DIENSTVERLENING
OPERATIONELE DOELSTELLING 1 ER IS EEN VOLDOENDE, AANGEPAST EN GEDIFFERENTIEERD AANBOD AAN NOOD- EN TRANSITWONINGEN IN DE REGIO, OOK TIJDENS EXTREME WEERSOMSTANDIGHEDEN Mogelijke acties
Er wordt een inventaris opgemaakt van het huidige bestaande aanbod.
Er wordt een overzicht gemaakt van de tekorten.
Er wordt een regionale programmatie opgemaakt op basis van objectieve parameters.
De tekorten worden weggewerkt, o.a. door waar mogelijk het aanbod van de sociale verhuurkantoren (SVK) en sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM) uit te breiden.
Criteria voor het gebruik van crisis- en transitwoningen worden regionaal afgestemd.
OPERATIONELE DOELSTELLING 2 ER IS VOLDOENDE EN GEDIFFERENTIEERD(E) AANBOD/METHODIEK AAN DIENSTVERLENING
Mogelijke acties
Voor langdurig thuislozen, voor wie een opvangtraject niet aangewezen is, wordt naar mogelijkheden gezocht om een aangepast en gedifferentieerd aanbod uit te bouwen, o.a. housing first, structurele nachtopvang, ...
De preventieve woonbegeleiding van (sociale) huurders wordt verruimd.
8
Het aanbod inzake begeleid wonen wordt, waar haalbaar en mogelijk, verruimd.
Er wordt door CAW en andere partners een aanmeldingspunt uitgebouwd voor aanvragen vanuit gevangenissen ten behoeve van gedetineerden die zich in de regio willen vestigen.
Het herval in de thuisloosheid wordt beperkt in residentiële werkingen door aanpassing van de werkmethodes en een differentiatie van het aanbod.
Het 'Zakboekje Thuisloosheid' wordt aangevuld met concrete engagementen van organisaties, bv het aanbieden van een gratis maaltijd, gelegenheid tot douchen, ...
9
WERKDOMEIN 4: PREVENTIE IN DE REGIO WORDT ACTIEF INGEZET OP SENSIBILISEREN EN SIGNALEREN MET BETREKKING TOT THUISLOOSHEID
OPERATIONELE DOELSTELLING 1 SENSIBILISEREN Mogelijke acties
Er wordt regelmatig en duidelijk gecommuniceerd over de werkzaamheden voortvloeiend uit de regiostrategie thuisloosheid.
Er wordt meegewerkt aan de jaarlijkse update van de ‘Gids voor daklozen’, uitgegeven door POD MI.
De problematiek van thuisloosheid wordt regelmatig op de politieke agenda geplaatst via beleidsplannen, de beleids- en beheerscyclus, het lokaal sociaal beleid,…
OPERATIONELE DOELSTELLING 2 SIGNALEREN Mogelijke acties
Knelpunten die naar voren komen tijdens de uitvoering van de regiostrategie worden door zoveel mogelijk betrokken partijen samen doorgegeven naar de juiste instantie(s).
10
CONTACT REGIONALE WELZIJNSCOMMISSIE OOSTENDE ANNEMIE DEVREESE
[email protected]
WELZIJNSRAAD REGIO BRUGGE TINY SCHEIPERS
[email protected]
11