landbouw-service MAGAZINE Mei 2013 Nieuwe generatie Claas trekkers van 220 tot 270 pk. tussen Trelleborg en New Holland

landbouw-service M A G A Z I N E

Me i 2 013

CONGRES LANDBOUWSERVICE

Nieuwe generatie Claas trekkers van 220 tot 270 pk.

Samenwerking tussen Trelleborg en New Holland tijdens de SIMA 2013

> actueel

INHOUD VOORWOORD

3

CONGRES LANDBOUW-SERVICE Nationaal congres

4

Evolutie van het loonwerk in Europa

13

Hoe kijkt de mechanisatiesector naar loonwerk

14

Sabine Laruelle, Minister van Middenstand, KMO’s, Zelfstandigen en Landbouw erkent het belang van loonwerk voor landbouw

15

Mensen en machines

16

De Landbouwservice-opiniepeiling: Loonwerkers diversifiëren meer en meer hun activiteiten

18

actueel

COLOFON landbouw-service

“Landbouw-Service” is een periodieke nieuwsbrief voor de leden van de Nationale Centrale Landbouw-Service, de enig erkende beroepsvereniging voor aannemers van landen tuinbouwwerken, loonsproeiers, handelaars in veevoeders en in meststoffen. Copyright: Nationale Centrale Landbouw-Service is niet aansprakelijk voor het gebruik van de informatie in deze publicatie. Citeren mag mits bronvermelding. Verantwoordelijke uitgever: Johan Van Bosch, Algemeen Secretaris Nationale Centrale Landbouw-Service, Gasthuisstraat 31 B2, 1000 Brussel, T 02 274 22 00, F 02 400 71 26 e-mail: [email protected] BTW-nummer BE0410.344.444

Stikstofverliezen beperken tijdens het spreiden van drijfmest in weides

21

Uw rechten als zelfstandige. Bewaarexemplaar!

24

Stel u in orde voor het voedselagentschap

26

Oneigenlijk gebruik van lanbouwvoertuigen

27

Gemeenschappelijk mededeling van de FOD Mobiliteit en de FOD Financiën over de nieuwe inschrijving van landbouwtrekkers

28

Hoofdelijke aansprakelijkheid, inhoudingsplicht en werfmelding voor zelfstandigen die opdrachtgevers zijn van werken in (onder)aanneming

30

SIMA : Conferentie over de fiscaliteit en de regels inzake diesel voor landbouwgebruik

33

Lezersbrief

34

Loonwerk in Nederland: is het sop de kool nog waard?

35

Lonen PC 132

36

Het behoud van het hoevezaad is ook belangrijk voor de toekomst van de Europese landbouw

36

Europe besluit tot verbod op neonicotinoïden voor twee jaar 38 Koninklijk besluit over de fytolicentie is gepubliceerd

40

Maximale betaaltermijn van 30 dagen?

42

Hervorming van het GLB: stand van zaken

44

DOSSIER Mechanisatie Nieuwigheden 46 Actualiteit 59

2

/ Landbouw-service

actueel >

VOORWOORD

L

andbouw-Service bestaat meer dan 50 jaar. En dat hebben ze geweten. Op 7 februari 2013 organiseerde Landbouw-Service een succesvol Nationaal Congres met algemene vergadering. Het Congres stond in het teken van “Loonwerk in de 21e eeuw”. Ook werd een boek voorgesteld over de geschiedenis van de beroepsvereniging. Om de toekomst beter te kunnen inschatten en een visie te kunnen ontwikkelen, is het belangrijk om te weten waar men vandaan komt. Het boek kreeg de naam “Mensen en Machines” en kan nog steeds besteld worden bij het secretariaat. Daarna volgden diverse sprekers met hun idee over de toekomst van onze sector. Dat er toekomst in zit, dat bewijst deze editie van uw magazine. Tijdens de Algemene Vergadering werden ook de nieuwe bestuurders gekozen voor de komende bestuursperiode, die loopt tot 2017. Lionel Vanneste werd tijdens het Nationaal Congres benoemd tot erevoorzitter van Landbouw-Service. Deze benoeming is een erkenning voor zijn verdiensten voor de loonwerksector en voor de verdere uitbouw van de beroepsvereniging. Onder zijn voorzitterschap heeft hij de organisatie zien groeien van een honderdtal leden tot bijna 800 leden in 2012. De loonwerksector is Lionel veel dank verschuldigd. De raad van bestuur van Landbouw-Service dankt Lionel dan ook voor zijn initiatief en jarenlange inzet en betrokkenheid. In 2013 waren er opnieuw voorzittersverkiezingen. Er werden twee co-voorzitters verkozen: Jean Steenwinckels uit Landen en Annie Van Landuyt uit Braine-le-Château. Zij zullen in een duo-baan het voorzitterschap van Landbouw-Service op zich nemen. In een volgend nummer van Landbouw-Service laten we hen aan het woord en zal u kennis kunnen maken met hun loonwerkbedrijf. We wensen hen alvast veel succes toe met deze nieuwe uitdaging. Dat er uitdagingen zijn, dat is zeker. Denken we maar aan het zogenaamde oneigenlijk gebruik van landbouwtractoren, een item dat wordt aangekaart door de transportbonden. Een nieuwe reglementering kan verreikende gevolgen hebben voor de ganse sector: nieuwe nummerplaten voor landbouwtractoren, al dan niet gebruik van witte diesel, toeslag van accijnzen, rijbewijzen en dergelijke. Deze problematiek zal ook het thema zijn van komende informatieavonden. Samen met een nieuwe ploeg bestuurders is Landbouw-Service klaar om voor uw belangen verder op te komen. Aarzel niet om hen te contacteren! Johan VAN BOSCH Algemeen Secretaris Landbouw-Service Johan Van Bosch verwacht uw reacties: [email protected]

Landbouw-service /

3

> C O N G R E S LA N D B O U W - S E R V I CE

NATIONAAL CONGRES Verslag van de Algemene Vergadering van 7 februari 2013 om 13.30 u bij Belchim in Londerzeel van • • • • •

Nationale Centrale Landbouw-Service vzw Nationale Beroepsvereniging van Aannemers van Land- en Tuinbouwwerken vzw Nationale Beroepsvereniging van Loonsproeiers en Sproeistoffenhandelaars vzw Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Meststoffen vzw Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Veevoeders vzw

1. Opening door Lionel Vanneste, Voorzitter Landbouw-Service L. Vanneste heet alle aanwezigen welkom en wenst hen een aangename en interessante vergadering toe.

2. Wat heeft Landbouw Service voor U gedaan? Tijdens het Congres werd de werking van vier jaar Landbouw-Service onder de loep genomen. Daarbij kwamen volgende speerpunten aan bod: • Qua organisatie is Landbouw-Service sinds 1 januari 2013 BTW-plichtig door een nieuwe interpretatie van de BTWadministratie over de BTW-reglementering voor VZW’s. • Sinds 2012 is er geen personeel meer bij Landbouw-Service, er werd overgeschakeld op een systeem van zelfstandige arbeid. • De evolutie van het ledenaantal wordt besproken: er is een sterke stijging van het aantal leden, in 2004 waren er 296 leden, in 2008 waren er 628 leden en in 2012 telde Landbouw-Service 746 leden. • Communicatie met de leden: tussen 2009 en 2012 heeft Landbouw-Service 12 Nederlandstalige en 12 Franstalige magazines verstuurd. Sinds 2012 zijn er ook publicitaire inlassingen.

4

/ Landbouw-service

Er werden ook nieuwsberichten per e-mail verstuurd (50-tal per jaar). • Voorlichting en ledenactiviteiten: Tussen 2009 en 2012 werden 24 voorlichtings-vergaderingen voor de Vlaamse leden gegeven. Deze gingen door in Roeselare en Geel. Voor Wallonië ging het over 12 vergaderingen, in Gembloux en Libramont. • Landbouw-Service heeft ook spreekdagen gedaan, waarbij de leden met

individuele problemen kunnen langskomen. Per jaar worden zo 40 dossiers behandeld. • Andere activiteiten: de leden werden ook uitgenodigd op andere evenementen, zoals bezoek aan de werktuigendagen, studiereizen naar Krone, Massey-Ferguson, Isagri, busreis naar SIMA te Parijs, banketten in Diksmuide en Gebloux. Landbouw-Service organiseerde in 2010 en 2012 ook een

>

studiereis naar Polen. • Individueel dienstbetoon: leden kunnen steeds op het secretariaat terecht met vragen. Er worden ongeveer 200 ledenvragen per jaar behandeld. • Sinds kort wordt er ook gewerkt met lidkaarten. Deze blijven geldig en worden niet elk jaar vernieuwd. Met de lidkaarten krijgen de leden toegang tot de studiedagen (er wordt dan gescand bij de ingang). Het Congres was tevens de ideale gelegenheid om de leden te informeren over een aantal dossiers.

Breedtevergunningen Het Koninklijk Besluit van 15 maart 1968 legt in artikel 32 bis de afmetingen en massa’s vast van voertuigen: • Lengte: maximum 12 m voor een enkelvoudig voertuig, 18,75 m voor een combinatie, 25 m met twee aanhangwagens in een straal van 25 km • Hoogte: maximum 4 m • Breedte: maximum 2,55 m, het voertuig beschikt dan over een proces verbaal van goedkeuring (PVG) • Wanneer het voertuig (getrokken of zelf-

rijdend) niet tegelijk voldoet aan de hogergestelde grenzen, dan moet men een proces verbaal van benaming (PVB) aanvragen. Een landbouwvoertuig is toegelaten onder dekking van: • PVG voor tractoren, aanhangwagens en tractoren die uitrusting dragen (met afwijking op het PVG, formulier 78/4) • PVB voor zelfrijdende machines en getrokken machines (met remmen) Het formulier 78/4 blijft altijd geldig. De aslasten moeten op de schets of foto wel aangegeven worden. Let wel op, MTM van de trekkende as is 12 ton. De andere aslasten mogen niet hoger zijn als deze op het PVG of PVB. Indien de afmetingen van de landbouwvoertuigen en trekkers afwijken van de regels (breedte van 2,55 m of 3 m voor landbouwers die het traject hoeve-veld volgen), dan vraagt u een vergunning uitzonderlijk vervoer aan. Het formulier kan gevonden worden op de website (www.mobilit.fgov.be). Het kan zowel on-line aangevraagd worden

als op papier (indienen in tweevoud, eigenhandig ondertekend door de aanvrager). Let wel op: de vergunning uitzonderlijk ver voer is alleen mogelijk voor ondeelbare stukken. Er kan geen vergunning worden aangevraagd voor effectieve vervoersactiviteiten en bij grondverzet, dan is de maximale breedte dus 2,55 m. Bij vervoer voor rekening van derden en grondverzet moet rekening gehouden worden met een aantal beperkingen: het rijbewijs G is niet van toepassing, wel rijbewijs C+E. De breedte van de voertuigen bedraagt maximum 2,55 m. Let wel op dat het afvoeren van producten bij landbouwwerken niet gelijk is aan het vervoer voor rekening van derden. Dergelijke activiteit wordt benoemd als secundair transport.

Diesel Het Ministerieel Besluit van 6 mei 2008 tot wijziging van het MB van 27 oktober 2005 (Belgisch Staatsblad van 28/05/2008 art. 35 § 2) is nog steeds geldig en bepaalt onder meer dat: Land- en tuinbouwtractoren voorzien Landbouw-service /

5

>


>

van een gelijkvormigheidsattest met een eenmalige keuring en ingeschreven onder landbouwtrekker (TL), mogen voor alle werkzaamheden rijden met gemerkte diesel (rode). DUS ook in grondverzet en vervoer voor derden. Ze zijn ook niet onderworpen aan een periodieke keuring. In januari 2013 heeft Melchior Wathelet, staatssecretaris voor mobiliteit op een nieuwjaarsreceptie van de transportorganisaties aangekondigd dat er tegen 1 april 2013 een nieuwe reglementering zou komen over de inschrijving van landbouwvoertuigen. Daarbij zouden de landbouwtractoren die ingezet worden voor vervoer voor rekening van derden en grondverzet niet meer mogen rijden met rode diesel. Er is nog geen duidelijkheid over de nieuwe reglementering.

Rijbewijzen De bestaande reglementering: • Chauffeurs van landbouwtractoren en landbouwmachines (categorie G), die geboren zijn vóór 1 oktober 1982 zijn vrijgesteld van een rijbewijs. Tot categorie G behoren de landen bosbouwtrekkers en hun aanhangwagens evenals de voertuigen ingeschreven als landbouwmaterieel, landbouwmotor of maaimachine. • De begrippen landen bosbouwtrekkers betreffen elk motorvoertuig op wielen of rupsbanden, met tenminste twee assen, voornamelijk bestemd voor tractiedoeleinden en in bet

6

/ Landbouw-service

bijzonder ontworpen voor het trekken, duwen, dragen of in beweging brengen van bepaalde werktuigen, machines of aanhangwagens die voor gebruik in de land- of bosbouw zijn bestemd, en die slechts bijkomstig voor personen- of goederenvervoer over de weg of voor het trekken van voertuigen van personen- of goederenvervoer over de weg worden gebruikt. • Wanneer het landbouw-of bosbouwvoertuig niet gebruikt wordt voor landbouw of bosbouwactiviteiten, dient de bestuurder houder te zijn van een rijbewijs B, B+E, C, C1+E, C of C+E, naargelang de maximale toegelaten massa van het voertuig of van het samenstel.

GMP

Nieuw: vakbekwaamheid: vanaf 10 september 2009 moeten alle bestuurders van een voertuig behorende tot de groep C en die in beroepsverband rijden, voldoen aan de vereisten inzake de vakbekwaamheid. Dit houdt in: • Slagen voor een initieel basiskwalificatie-examen (verwerving vakbekwaamheid); • Volgen van v ijf jaarlijks 35 uren nascholing (verlenging vakbekwaamheid).

IKKB

Medewerkers die hun rijbewijs C of CE hebben behaald voor 10 september 2009, krijgen respijt tot september 2016. Andere chauffeurs dienen deze opleiding af te werken binnen de vijf jaar na de afgiftedatum van het rijbewijs. Wie wordt vrijgesteld van de vakbek w a a m heid s voor sch r i f t en? Onder meer de bestuurders van voertuigen: 1. waarvan de maximaal toegestane snelheid niet hoger is dan 45 km/h; 2. voertuigen of combinaties van voertuigen die worden gebruikt voor het vervoer van materiaal, apparatuur of machines die de bestuurder voor zijn werk nodig heeft, en op voorwaarde dat dit vervoer niet de voornaamste activiteit van de bestuurder is;

Loonwerkers zijn vrijgesteld van GMP voor zover hun vervoer gekoppeld is aan het loonwerk en ze in orde zijn met de IKKB-Standaard Secundair Transport. Het vervoer is een ondergeschikte activiteit aan het landbouwwerk op het land. Er zijn evenwel een aantal bijkomende verplichtingen: • het bijhouden van rittenstaten • reinigingspocedures De audit gebeurt dan om de drie jaar, het betre ft de audit IKKB-Standaard en Secundair Transport. Er is wel een tussentijdse audit nodig voor het Secundair Transport. GMP is dus wel verplicht bij vervoer dat niet gekoppeld is aan het loonwerk.

Iedere loonwerker en toeleverancier aan de landbouw valt onder het Koninklijk Besluit betreffende de autocontrole en de meldingsplicht. De industrie (VEGEBE, VBT, Belgapom, IKM, graansector, suikerbieten en dierlijke productie) vragen certificatie onder de IKKB Standaard Primaire Productie en later ook voor de dierlijke productie (Codiplan). Bedrijven kunnen zich aanmelden bij Vegaplan via de website www.vegaplan.be. Zij dienen dan een certificeringsinstelling te kiezen. De bijdrage aan Vegaplan voor de certificatie van de IKKB Standaard en de Gids

>

Aannemers Land- en Tuinbouwwerken bedraagt: • 50 euro per jaar voor de leden van Landbouw-Service • 75 euro per jaar voor de niet-leden

Hervorming suikermarkt In het kader van de hervorming van de suikermarkt, werd in 2009 steun gegeven aan loonwerkers voor het zaaien en voor het rooien van suikerbieten. Er was geen steun voor de laders. Er kwam ook steun voor landbouwers. In Vlaanderen werd steun gegeven aan landbouwers die investeerden in energiebesparende maatregelen. In Wallonië gaf het Waals Gewest 40 % steun aan landbouwers. Zo werden ook een aantal bietenrooiers gekocht door landbouwers. Landbouw-Service heeft hiertegen geprotesteerd.

Sociale zaken Johan Van Bosch geeft toelichting bij de werking van het paritair comité voor de ondernemingen van technische landen tuinbouwwerken (PC 132), evenals bij de bereikte sociale akkoorden voor de peri-

ode 2009-2010 en voor 2011-2012. Belangrijkste verwezenlijkingen voor de sector zijn de flexibiliteit voor de arbeiders, het maken van een aparte categorie 1A voor gelegenheidsarbeiders en het maken van een pensioenfonds voor arbeiders.

Mecacost Mecacost is een kostprijsberekeningsprogramma voor tractoren en landbouwmachines, gemaakt met de steun van Landbouw-Service. Het betreft eenvoudige software om vooraf de gebruikskosten van landbouw materieel te berekenen, waarbij exploitatiekosten gerationaliseerd kunnen worden, het is eveneens een instrument dat u helpt te beslissen over de aanschaf van nieuw landbouwmaterieel en het analyseert de rendabiliteit van uw investeringen. Meer informatie op: http://mecacost.cra.wallonie.be/

bij de buren en kennissen landbouwwerken te gaan verrichten. Op dat moment zijn ze loonwerker. Transportsector: de staatssecretaris voor fraudebestrijding, John Crombez heeft werk gemaakt van het zogenaamde oneigenlijk gebruik van landbouwvoertuigen, waarbij deze voertuigen aangewend worden voor transportdoeleinden en wegenis- en grondwerken. Er is dan een probleem bij inschrijving van voertuigen (geen landbouwwerken): • Frauduleuze toestand inzake brandstofgebruik, hetgeen voor de accijnzen een aandachtspunt vormt • Frauduleuze toestand inzake eurovignetten en verkeersbelasting • Frauduleuze toestand wegens ten onrechte ingeschreven als “voertuig voor traag vervoer”, dit komt neer op een vrijstelling van de tachograaf en een vrijstelling voor periodieke technische controle. Staatssecretaris voor Mobliteit Melchior Wathelet heeft aangekondigd dat de reglementering over nieuwe nummerplaten, specifiek voor landbouwvoertuigen die louter gebruikt worden voor land- of bosbouwactiviteiten in werking treedt vanaf 31 maart 2013. Deze voertuigen met landbouwnummerplaat zouden dan niet mogen gebruikt worden voor: • grondverzet, behalve in het kader van het beheer van de eigen landbouw- of bosbouwexploitatie; • transport van afval met uitsluiting van toegelaten meststoffen, bodemverbeteraars en eigen bedrijfsafval; • vervoer van materiaal en goederen in

Oneerlijke concurrentie Landbouwers: diverse landbouwers kopen te grote machines, waarbij ze hun machines rendabeler willen maken door

Landbouw-service /

7

>


>

het kader van infrastructuur- of bouwwerken, behalve in het kader van het beheer van eigen landbouw- of bosbouwexploitatie; • het vervoer door aannemers van landbouwwerken (loonwerkers) voor een landbouw- of bosbouwexploitatie van derden, dat niet plaatsvindt tussen deze exploitatie en de bijhorende erven en direct daarbij aansluitend de los- of laadplaats door dezelfde aannemer. Alle activiteiten die niet opgenomen zijn in deze lijst mogen dus worden uitgevoerd met een landbouwvoertuig met landbouwnummerplaat, en geniet van de landbouwvoordelen, inclusief secundair transport. Er is echter nog geen zicht op teksten, waardoor de datum van 31 maart 2013 zeer onwaarschijnlijk lijkt.

Schijnzelfstandigen Er is een nieuwe Wet van 25 augustus 2012 die de arbeidsverhoudingen vastlegt, deze wet werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 11 september 2012 en is in werking getreden op 1 januari 2013. De wet bepaalt wie zelfstandige en wie werknemer is. Wanneer blijkt dat meer dan de helft van die negen criteria niet vervuld zijn, wordt de arbeidsrela-

8

/ Landbouw-service

tie weerlegbaar vermoed een zelfstandigenovereenkomst te zijn. Dat betekent: indien er maximum vier criteria in orde zijn, dan wordt verondersteld dat dit gaat over een schijnzelfstandige, die dus in principe moet gecatalogeerd worden als werknemer van het bedrijf. Over welke criteria gaat het? A. ontstentenis van enig financieel of economisch risico in hoofde van diegene die de werkzaamheden uitvoert, zoals dit onder meer het geval is: - bij ontstentenis van een persoonlijke en substantiële investering in de onderneming met eigen middelen, of, - bij ontstentenis van een persoonlijke en substantiële deelname in de winsten en de verliezen van de onderneming; B. o ntstentenis van verantwoordelijkheid en beslissingsmacht aangaande de financiële middelen van de onderneming in hoofde van diegene die de werkzaamheden uitvoert; C. o ntstentenis van beslissingsmacht over het aankoopbeleid van de onderneming in hoofde van diegene die de werkzaamheden uitvoert; D. o ntstentenis van beslissingsmacht over het prijsbeleid van de onderneming in hoofde van diegene die de werkzaamheden uitvoert, behoudens

wanneer de prijzen wettelijk zijn vastgelegd; E. de ontstentenis van resultaatsverbintenis betreffende de overeengekomen arbeid; F. de garantie op betaling van een vaste vergoeding, ongeacht de bedrijfsresultaten of de omvang van de prestaties geleverd door diegene die de werkzaamheden uitvoert; G. het zelf geen werkgever zijn van persoonlijk en vrij aangeworven personeel of het ontbreken van de mogelijkheid om voor de uitvoering van het overeengekomen werk personeel aan te werven of zich te laten vervangen; H.het zich niet voordoen als een onderneming ten overstaan van andere personen of hoofdzakelijk of gewoonlijk voor één medecontractant werken; I. in ruimtes werken waarvan men niet de eigenaar of de huurder is of werken met materiaal dat ter beschikking wordt gesteld, gefinancierd of gewaarborgd door de medecontractant.

BTW Er zijn ook problemen geweest met de aanrekening van BTW, in casu in volgende gevallen: • zelfstandigen en BTW medecontractant • doorfactureren van loonwerk van een collega • doorfactureren van loonprestaties

Fytolicentie Er komt een nieuwe wetgeving met betrekking tot de erkenningen voor het gebruiken en verkopen van gewasbeschermingsmiddelen. In het nieuwe systeem zullen er 5 types zijn: • P1 Fytolicentie 1: assistent professioneel gebruik: voorbereiden, toepassen en reinigen van het materiaal onder verantwoordelijkheid van niveau 2 of 3 PP • P2 Fytolicentie 2: toepasserbeheerder: aankoop, opslag, voorbereiden, toepassen, reinigen van het materiaal en beheer (land- of tuinbouwer of loonsproeier zonder verkoop van producten) • P2s Fytolicentie specifiek gebruik

>

• P3 Fytolicentie 3: verkoper-voorlichter van professionele producten (loonsproeier) • NP Fytolicentie 3: verkopervoorlichter van amateurproducten De f ytolicentie is persoonlijk. Een persoon kan dan ook maar één licentie hebben. De fytolicentie kan niet op naam komen van een vennootschap. De licentie kan verkregen worden via opleiding via het reguliere onderwijs of via naschools onderwijs en is 6 jaar geldig. Een verlenging is gekoppeld aan permanente vorming, er moeten dus een aantal vormingsactiviteiten bijgewoond worden, die georganiseerd worden via gewestelijk erkende vormingscentra.

Mestbank - Vlaanderen Om de mestwetgeving in Vlaanderen bij te houden, wordt er op regelmatige tijdstippen overleg gepleegd met de Mestbank en de Overleggroep met de landbouwsector. Voor Landbouw-Service geldt dat ieder mesttransport traceerbaar moet zijn, dat betekent AGR-GPS voor ieder mesttransport. Daarnaast pleit Landbouw-Service voor billijke controles en sancties.

Vertegenwoordigingen Lionel Vanneste en Johan Van Bosch benadrukten tijdens het Congres het belang van een sterke beroepsorganisatie, zoals het belang van overal een voet tussen de deur te hebben. We hebben het dan over de vertegenwoordigingen. Landbouw-Service is onder meer vertegenwoordigd in volgende organisaties en instanties: • Paritair Comité 132, Sociaal Fonds OTLTW, EduPlus, Mission Wallonne des Secteurs Verts, Vlaamse Onderwijsraad • OVOCOM • Vegaplan • Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO • UNIZO • FAVV: Keuring Spuittoestellen • Volsog • Overleggroep Vlaamse Mestbank • Strategische Adviesgroep voor Landen Tuinbouw (Vlaanderen) • CEETTAR

Daarnaast is er geregeld overleg met Boerenbond, ABS, FWA, Fedagrim, Agrimadis, TLV, Febetra, UPTR, Belgapom, Vegebe, Synagra, diverse controlediensten (douane en politie), diverse ministeries en kabinetten.

Hoge raad voor zelfstandigen en kmo Landbouw-Service is vertegenwoordigd in de Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO, Sectorcommissie 6 - landen tuinbouwgebonden activiteiten. Dit is een adviesorgaan voor de federale minister van landbouw, middenstand en KMO, Sabine Laruelle. Volgende dossiers werden behandeld: • Oneerlijke concurrentie • Financiering FAVV • Fytolicentie • BTW • Schijnzelfstandigheid • Verkeer • Reglementering van het beroep • Studentenarbeid

Programma 2013-2017 Tijdens het Congres werden ook enkele actiepunten voor de komende jaren besproken. Zo zal Landbouw-Service blijven investeren in de communicatie met de leden. Dit gebeurt zowel via een e-mail-service, als via nieuwsbrieven en een vernieuwde website. Daarnaast zal Landbouw-Service op geregelde tijdstippen enkele ledenactiviteiten en studiedagen organiseren. Studiereizen zullen

ook verder worden georganiseerd. Er wordt eveneens werk gemaakt van de laureaten van de arbeid, waardoor de zelfstandigen en arbeiders een ereteken kunnen bekomen. Tevens worden een aantal ledenvoordelen ontwikkeld, zoals een CD met modellen en contracten die door de bedrijven in de sector kunnen gebruikt worden en een poster met veiligheidsvoorschriften voor op de werkplek.

3. Aanpassing statuten Wijziging maatschappelijke zetel De leden zijn akkoord om de maatschappelijke zetel van • Nationale Beroepsvereniging van Aannemers van Land- en Tuinbouwwerken vzw • Nationale Beroepsvereniging van Loonsproeiers en Sproeistoffenhandelaars vzw • Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Meststoffen vzw • Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Veevoeders vzw te wijzigen van Spastraat 8, 1000 Brussel naar Gasthuisstraat 31 b2, 1000 Brussel.

Wijziging benaming

De leden zijn akkoord om de benaming te wijzigen van de Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Meststoffen naar de Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Mest en Meststoffen.

Landbouw-service /

9

>


>

4. Verkiezing van de leden van de Raad van Bestuur Tijdens het Congres werden tevens de bestuursmandaten vastgelegd voor de periode 2013-2017. Volgende bestuurders worden unaniem verkozen:

Voor de Nationale Beroepsvereniging van Aannemers van Land- en Tuinbouwwerken vzw • Geert Broekx - Bree • Emiel Cornelis - Berlaar • Carla Gijsels - Wiekevorst • Arlette Heyerick - Nazareth • Eddy Patfoort - Alveringem • Jean Steenwinckels - Landen • Evelien Vandemaele - Lendelede • Marc Wullen - Leisele • Gérard Bini - Meux • Emmanuel Deflandre - Scry-Tinlot • Bernard Saintenoy - Rouveroy • Xavier Schoonbroodt - Thimister • David Van den Heede - Gerpinnes • Annie Van Landuyt -

10

/ Landbouw-service

Braine-le-Château

Voor de Nationale Beroepsvereniging van Loonsproeiers en Sproeistoffenhandelaars vzw • Geert Broekx - Bree • Carla Gijsels - Wiekevorst • Christel Spincemaille Oostrozebeke • Evelien Vandemaele - Lendelede • Toon Vanden Berghe - Rollegem • Jean-Marie Nix - Welkenraedt • Annie Van Landuyt Braine-le-Château

Voor de Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Meststoffen vzw • Geert Broekx - Bree • Herman Delcroix - Nieuwmoer • Carla Gijsels - Wiekevorst

• Lionel Vanneste - Wevelgem • Jean-Marie Nix - Welkenraedt • Xavier Schoonbroodt - Thimister • Annie Van Landuyt Braine-le-Château • David Van den Heede - Gerpinnes

Voor de Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Veevoeders vzw • Herman Delcroix - Nieuwmoer • Arlette Heyerick - Nazareth • Jean Steenwinckels - Landen • Lionel Vanneste - Wevelgem • David Van den Heede - Gerpinnes De voorzitters en ondervoorzitters zullen verkozen worden tijdens de vergaderingen van de respectievelijke raden van bestuur. Ook de voorzitter en ondervoorzitters van de Nationale Centrale Landbouw-Service zullen dan verkozen worden.

Nieuwe bestuursorganen voor landbouw-service Tijdens de eerstvolgende vergadering van de raden van bestuur, werden de voorzitters en ondervoorzitters van de diverse verenigingen en Landbouw-Service benoemd: • Nationale Beroepsvereniging van Aannemers van Land- en Tuinbouwwerken vzw Voorzitter: Annie Van Landuyt Ondervoorzitter: Evelien Vandemaele Ondervoorzitter: Marc Wullen

• Nationale Beroepsvereniging van Loonsproeiers en Sproeistoffenhandelaars vzw Voorzitter: Toon Vanden Berghe Ondervoorzitter: Jean-Marie Nix Ondervoorzitter: Christel Spincemaille • Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Mest en Meststoffen vzw Voorzitter: Carla Gijsels Ondervoorzitter: Geert Broekx Ondervoorzitter: David Van den Heede

• Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Veevoeders vzw Voorzitter: Arlette Heyerick Ondervoorzitter: Jean Steenwinckels • Voor de Nationale Centrale Landbouw-Service vzw Co-Voorzitter: Jean Steenwinckels Co-Voorzitter: Annie Van Landuyt Ondervoorzitter: Marc Wullen Ondervoorzitter: Jean-Marie Nix

5. Nationaal Congres: Loonwerk in de 21e eeuw Aangezien Landbouw-Service vijftig jaar bestaat, is het nuttig om te kijken waar de sector vandaan komt. Zo kunnen er gemakkelijker strategische opties genomen worden voor de toekomst. Volgende sprekers komen uitgebreid aan bod: • De geschiedenis van het loonwerk, toelichting door Bert Woestenborghs, Centrum voor Agrarische Geschiedenis • Economische toestand en evoluties in het loonwerk, toelichting door Luc Versele, CEO Landbouwkrediet en Vincent Van Zande • Evolutie van het loonwerk in Europa, toelichting door Jan Maris, secretarisgeneraal CEETTAR en directeur Cumela-Nederland • Hoe kijkt de mechanisatiesector naar loonwerk, toelichting door Jef Vervaet, algemeen directeur Hilaire Van Der Haeghe en ondervoorzitter Fedagrim • Het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en de gevolgen voor loonwerkers, toelichting door Sabine Laruelle, Minister van Middenstand, KMO’s, Zelfstandigen en Landbouw Tijdens het Nationaal Congres, worden een aantal (oud-)bestuurders bedankt via een ereteken. Het betreft een ereteken beroepsverenigingen eerste klasse. Het Ereteken eerste klasse kan bekomen

worden bij: • 35 jaar gewoon lid • 30 jaar stichtend lid • 20 jaar bestuurslid Sabine Laruelle, Minister van Middenstand, KMO’s, Zelfstandigen en Landbouw had de eer volgende bestuurders een ereteken beroepsverenigingen eerste klasse op te spelden: • André Stragier • Maurice Godefroid • Herman Delcroix • Otto Oestges • Lionel Vanneste

Aangezien Lionel Vanneste (foto hierboven) zijn mandaat als voorzitter van de Nationale Centrale Landbouw-Service niet verder wenst te zetten, is dit ook zijn laatste vergadering in de hoedanigheid van voorzitter. De raad van bestuur van LandbouwService wenst Lionel van harte te danken voor alle input, inzet en toewijding voor de beroepsvereniging. De raad van bestuur geeft aan Lionel Vanneste dan ook de titel van erevoorzitter van Landbouw-Service. Ook zijn echtgenote Lieve wordt in de bloemen gezet.

>

Landbouw-service /

11


6. Receptie

Het evenement wordt afgesloten met een uitgebreide receptie.

12

/ Landbouw-service

>

2/11/201

Wat is de standaard en wat is ons doel?

Evolutie van het loonwerk in Europa Jan Maris, secretaris-generaal CEETTAR en directeur Cumela-Nederland ging tijdens het Congres dieper in op het belang van de loonwerksector in Europa. Ook hij keek terug naar het verleden om een toekomstvisie voor de Europese loonwerksector te….en schetsen. met mobiele machines

V

oor CEETTAR is ook de definitie van loonwerkers gewijzigd, het gaat over alle verplaatsingsprocessen in combinatie met be- en verwerking van grond, bodemgerelateerde producten of gewassen, door de inzet van mobiele werktuigen. De nadruk zal daarbij wel blijven liggen op het agrarisch loonwerk, maar ook andere activiteiten nemen aan belang toe, de mestproblematiek speelt daarbij eveneens een cruciale rol. Maar ook alles wat met grond, plattelandsontwikkeling en infrastructuur te maken heeft, is van belang voor de toekomst van de Europese loonwerksector. De overheid en het (agrarische) bedrijfsleven moeten zich bewust zijn van de kwaliteiten van de sector. Dankzij de efficiëntie en de kwaliteit die de loonwerkbedrijven aanbieden: • Kunnen de veehouders de mest van hun dieren afvoeren

• Is er een sterke suikerbietencultuur in Europa • Is er perspectief voor boeren in Europa met minder landbouwsubsidies • Is er een structurele werkgelegenheid voor 500.000 werknemers • Is er toekomst voor het plattelandsbeleid.

Duurzaamheid Eén van de belangrijkste thema’s waar de loonwerksector mee te maken heeft is het thema van de duurzaamheid. Dat uit zich in diverse onderwerpen: energie (en energiebesparing), milieu (impact op het milieu van gewasbeschermingsmiddelen, mest, CO2), imago en maatschappelijke omgeving. Ook gaat de landbouwsector verder investeren in precisielandbouw, waarbij ook de loonwerkers moeten denken aan een uitgebreide digitalisering. Wie weet komen we in een papierloze maatschappij ?

boven de grond (2038?)

Mobiliteit Aangezien loonwerkbedrijven met landbouwvoertuigen frequent op de baan zijn, is ook mobiliteit een item dat zeer actueel is voor nu en voor de toekomst. Ook via CEETTAR wordt gewerkt aan de Europese typegoedkeuring voor voertuigen en werktuigen. Over de toekomst van de Europese loonwerksector, is Jan Maris zeer duidelijk. Loonwerkers zijn verbonden met plattelandsontwikkeling en de verdere uitbouw van de landbouwsector. Ze zijn niet te missen, en daarom is de toekomst uitdagend en kansrijk.

Landbouw-service /

13


Hoe kijkt de mechanisatiesector naar loonwerk Jef Vervaet, algemeen directeur Hilaire Van Der Haeghe en ondervoorzitter Fedagrim, benadrukte het belang van loonwerkers. Loonwerkers zijn er altijd geweest, maar het zijn wel de loonwerkers die door hun investeringen en initiatief de ontwikkeling van de landbouwmechanisatie hebben voortgestuwd in de westerse wereld.

V

Vorig jaar hebben Belgische loonwerkers naar schatting 230 miljoen euro geïnvesteerd in nieuw materieel. Eén nieuwe tractor op twee wordt ingezet op een loonbedrijf. Bij de oogstmachines is dat zelfs drie op de vier nieuwe machines. Loonwerkers zijn vandaag de belangrijkste klantengroep voor de mechanisatiesector. De loonwerkers zijn bijgevolg ook de prioriteit voor wat betreft de ondersteuning die ze nodig hebben voor het materiaal waarin ze geïnvesteerd hebben.

De mechanisatiesector ziet volgende prioriteiten: • Na de levering moet de meest volledige informatie gegeven worden over het juiste gebruik van alle mogelijkheden van de aangekochte machine.

14

/ Landbouw-service

• Tijdelijke stilstand van machines door eender welk probleem moet vermeden worden. • Onderhoud en eventuele herstellingen moeten uitgevoerd worden op een afgesproken wijze en aan een correcte prijs. Daarbij wil de mechanisatiesector liefst proactief werken. De technologische evolutie van de machines gaat enorm snel. Daarom is een permanente technische scholing nodig van dealers, invoerders, maar ook loonwerkers. Een degelijke opleiding van de bestuurders of gebruikers, en dit door een ervaren persoon (liefst van de invoerder) is belangrijk. Maar ook moet verder geïnvesteerd worden in de opleiding en begeleiding van het serviceteam van de loonwerker voor de uitvoering van het

voorgeschreven onderhoud. Dealer en invoerder hebben daarbij een belangrijke verantwoordelijkheid. . Enerzijds moet de loonwerker kunnen rekenen op een gespecialiseerde dealer, die instaat voor de onderdelen , uitgerust is om snel een diagnose te stellen van eventuele problemen, en dan ook efficiënt voor een oplossing kan zorgen. Anderzijds moeten dealer en invoerder een oplossing kunnen voorstellen wanneer de machine voor langere termijn onbruikbaar zou zijn. Toch duurt het in ons land, in vergelijking met Nederland en Duitsland, langer eer nieuwe technieken op het terrein doorbreken. De grotere rendabiliteit van de machine en de besparing op kosten lonen nochtans de investering. Over de toekomst van landbouwmechanisatie is Jef Vervaet duidelijk. Wellicht is er een grens aan de ontwikkeling om grotere, sterkere en productievere machines te ontwikkelen. In de toekomst zullen waarschijnlijk kleinere, efficiëntere en slimmere machines ontwikkeld worden, die alleen leverbaar zullen zijn op bestelling. De machines zullen een grotere autonomie krijgen, dit betekent onder meer voorgeprogrammeerde robottractoren, afstandsbedieningen en onderlinge automatische sturing van verschillende machines. Fedagrim is van oordeel dat loonwerkers zich meer moeten gaan manifesteren als manager, en minder als chauffeur. Daarbij moet de nodige aandacht besteed worden aan het financieel beheer: investeringen moeten gepland worden in functie van het terugverdieneffect en de continue kostprijsberekeningen.

>

Sabine Laruelle, Minister van Middenstand, KMO’s, Zelfstandigen en Landbouw erkent het belang van loonwerk voor landbouw Het landbouwmodel van morgen moet de landbouwer een inkomen garanderen, productie mogelijk maken zonder milieuschade en de consument voorzien van kwaliteitsvolle maar betaalbare voeding. Dat verklaarde federaal landbouwminister Sabine Laruelle op het congres van loonwerkersfederatie Landbouw-Service. Als het over de toekomst van de landbouw gaat, praat Laruelle liever over “uitdagingen” dan over “problemen”.

E

en opvallende gast op het congres was federaal landbouwminister Sabine Laruelle. “De landbouw moet kunnen beschikken over geavanceerde machines. De investering en de kennis die dat vergt, doet landbouwers een aantal werkzaamheden toevertrouwen aan derden. Dat schept opportuniteiten voor loonwerkers”, maakt Laruelle duidelijk dat zij een toekomst weggelegd ziet voor loonwerk in de landbouw. Loonwerk zal met andere woorden de landbouw bijstaan zodat die het hoofd kan bieden aan alle uitdagingen. Die zijn niet min: de wereld van voldoende voedsel produceren, een behoorlijk landbouwinkomen realiseren en met het klimaat en het leefmilieu rekening houden. Het landbouwmodel van morgen moet dat mogelijk maken. Over de hervorming van het Europees landbouwbeleid bestaat in België “een brede consensus over de nood aan een sterk gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) dat zowel voor boer als burger goed is”. Als woordvoerder van ons land op de Raad van Europese landbouwministers is Laruelle blij met de consensus tussen de gewesten. “Het maakt ons sterker en invloedrijker, ook al zijn we een klein land”, benadrukt ze. Het landbouwbeleid hervormen, en een innovatieve landbouw centraal plaatsen, is volgens de minister nodig om in te spelen op de grote uitdagingen van

de 21ste eeuw. Met solidariteit tussen de lidstaten en gezond verstand kan de hervorming tot een goed einde worden gebracht. “Het mag niet ten koste gaan van de landbouwers of andere schakels in de voedselketen”, verduidelijkt de minister. De hervorming is

volgens Laruelle ook van belang voor de loonwerksector. “Als de inkomsten van de landbouwers zouden dalen, dan voelt ook de loonwerker dat in zijn portemonnee.” Bron: VILT

Landbouw-service /

15


Mensen en machines Geschiedenis van het loonwerk en de toelevering van de landbouw in België Nationale Centrale Landbouw-Service/Agro-Service, 1961-2012 Bert Woestenborghs, Centrum Agrarische Geschiedenis, Leuven

ensen es M en in

MAC HIN ES MEN SEN EN

mach

• Ges chie den toel ever ing wer k en de is van het loon

levering erk en de toe van het loonw Geschiedenis de landbouw in België van ice 1961-2012 trale Nationale Cen

rvice / Landbouw-Se

Agro-Serv

ië bou w in Belg van de land

Congres Nationale Centrale Landbouw-Service Londerzeel, 7 februari 2013 Mensen en machines…, de titel van het boek is natuurlijk niet toevallig gekozen. Zowel de mensen als de machines in het verhaal van de geschiedenis van het loonwerk zijn immers onlosmakelijk met elkaar verbonden. Een viertal aspecten

16

/ Landbouw-service

wil ik nader toelichten. In de eerste plaats is uit het onderzoek gebleken dat er al tussen 1908 en 1910 een Union des entrepreneurs de battage de céréales et des propriétaires de machines à vapeur de Belgique bestond. De werking was ambitieus met onder meer de wekelijkse uitgave van een vakblad La Locomobile. De organisatie ging echter vanaf begin 1910 aan interne conflicten ten gronde waarna de werking volledig stilviel. Iets bekender klinkt misschien Fédération nationale des entrepreneurs de battage in de oren. Opgericht in 1929, met allemaal loonwerkers in de raad van bestuur, groeide ze uit tot de werkgeversvertegenwoordiger van de sector over heel België. Na het oorlogsintermezzo bleef de Fédération tot het einde van de jaren 1950 de vanzelfsprekende gesprekspartner in het sociale overleg en voor de bepaling van de richtprijzen. Maar ondertussen werd ze stilaan overvleugeld door het Loondorsersverbond, één van de vier pijlers van de Nationale Centrale en in feite de basis van de huidige beroepsfederatie.

Dat verbond werd immers einde 1950 opgericht onder de vleugels van wat toen nog het NCMV, nu UNIZO, werd genoemd, precies als reactie tegen het optreden van diezelfde Fédération. Onder impuls van beroepssecretaris Stefaan Tessier werd in de loop der jaren een hele structuur op poten gezet, met ook de uitgave sinds 1956 van het eigen tijdschrift Landbouw-Service. Over het algemeen blijven advies en bijstand, informatieverstrekking via vergaderingen en opleidingen en een binnenlandse en internationale belangenvertegenwoordiging de centrale begrippen. Sinds december 2003 nam de beroepsfederatie een nieuwe start met een opfrissing van de structuren en een heruitvinden van de werking. Ondertussen tekende zich een enorme evolutie af in de landbouw- en loonwerksector. In de eerste periode, grofweg van 1850 tot een eeuw later in 1950, is loonwerk als het ware synoniem met loondorsen. Die symbiose is niet toevallig. In het geheel van activiteiten op de klassieke gemengde boerderij was het

>

dorsen één van de absolute knelpunten. De ontwikkeling van de dorsmachine was dan ook bijna de eerste gemechaniseerde activiteit in de landbouw waarvoor niettemin nog steeds zeer veel werkvolk vereist bleef. Met de introductie van de maaidorser en misschien meer nog de doorbraak van de tractor, beide rond 1950, is de tweede periode in het loonwerk aangebroken, namelijk het tijdperk waarin loonwerk synoniem staat voor alle vormen van gemechaniseerde arbeid in het agrarisch bedrijf: spuiten, zaaien, graanoogst, bietenoogst, grondbewerking en natuurlijk het persen van hooi en stro. Het begin van de derde periode situeert zich rond 1980. Op dat moment kenden in het loonwerk de grondwerken met kraan en andere grondverzetmachines een doorbraak. Die verbreding was natuurlijk niet toevallig, maar integendeel een gevolg van het streven van de loonwerker naar het doorbreken van de klassieke seizoensgebonden. In diezelfde periode na 1980 tekent zich met de electronische en later ook informatica-toepassingen een nieuwe technische ontwikkeling af waarvan de mogelijkheden schijnbaar onbegrensd lijken. Meteen zijn we dan ook beland bij wat de paradox van het agrarisch loonwerk mag worden genoemd. Tot op de dag van vandaag is de loonwerker immers noodgedwongen een volger van de algemene landbouwevolutie. Overheidsmaatregelen, marktschommelingen of tijdsgebonden trends hebben invloed op evolutie in teelten, machines en technieken.

Anderzijds staat diezelfde loonwerker op het vlak van machines en technieken aan de top. Precies die technologische voorsprong is één van de fundamentele aspecten waardoor de loonwerker een meerwaarde kan bieden ten opzichte van zijn klanten - de boeren - die immers ook mogelijkheden hebben om in eigen mechanisering te voorzien. Mensen en machines is een nieuwe bijdrage in het nog lang niet volledig

beschreven bredere verhaal van de evolutie van de landbouwmechanisering in België. Het is zeker ook een zeldzame, maar geenszins nostalgische terugblik op de spectaculaire ontwikkeling van de voorbije halve eeuw. Zeldzaam omdat het een sector betreft waarin de betrokkenen - loonwerkers, maar ook de constructeurs en de diverse beroepsfederaties - in de eerste plaats vooruitkijken en -denken.

Landbouw-service /

17


De Landbouwservice-opiniepeiling:

Loonwerkers diversifiëren meer en meer hun activiteiten Crelan organiseerde in december 2012 voor de derde keer een opiniepeiling bij de leden van Landbouwservice. De resultaten brachten een aantal interessante tendensen over de sector aan het licht, vooral op het vlak van de investeringsintenties, financiële gezondheid en activiteiten van de bedrijven. Voorstelling van Crelan De resultaten van de opiniepeiling werden, begin februari, tijdens het Nationaal Congres van Landbouwservice door de CEO van Crelan, Luc Versele, voorgesteld. Hij feliciteerde ook Landbouwservice met zijn 50-jarig jubileum. Dit congres was trouwens ook een mooie gelegenheid om de nieuwe naam van de bank aan het aanwezige publiek voor te stellen. Want sinds 1 april vormen Landbouwkrediet en Centea een nieuwe bank met als naam Crelan. Crelan kan bogen op meer dan een miljoen cliënten en heeft ongeveer 850 zelfstandige agentschappen en ongeveer 3.300 medewerkers in dienst. In zijn speech bevestigde de heer Versele het strategische belang van de landbouwsector voor de bank. Met een marktaandeel van 50% in Wallonië en 25% in Vlaanderen blijft Crelan een duurzame en gepriviligieerde partner van de landbouwsector.

De resultaten van de enquête Profiel van de ondervraagde bedrijven De enquête werd in december 2012 verstuurd naar 800 leden van de Nationale Centrale Landbouwservice en 22% vulde de enquête effectief in. Een bevredigend resultaat. M. Luc Versele, CEO van Crelan

18

/ Landbouw-service

>

Wat is binnen uwisonderneming minst rendabelede activiteit? Wat binnen uwdeonderneming minst rendabele

activiteit?

3,4%

Aardappelen rooien

4,0%

Maaidorsen

6,2%

Maïs hakselen

11,3%

Grasoogst

16,9%

Alle loonwerken

27,7%

Weet niet - Geen antwoord 0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

% bedrijf

Evolutie tijdens de periode 2008 - 2012 Een belangrijk inzicht van de enquête

Vlaanderen 2008 100

Vlaanderen 2012 17%

10%

16% 15%

75-99

% omzet

De geografische spreiding van de respondenten is representatief voor het profiel van de organisatie: 125 Vlaamse en 52 Waalse loonbedrijven reageerden op de enquête. Uit West-Vlaanderen en Henegouwen kwamen de meeste reacties. Bij de respondenten vallen ongeveer 31% van de Vlaamse loonwerkers in de categorie ‘20-40 jaar’. In Wallonië is die groep minder groot (24%). In Wallonië is bovendien 14% van de bedrijfsleiders 60 jaar of ouder, terwijl dit in Vlaanderen slechts 6% is. De opvolging lijkt een heikel punt te zijn voor de Belgische bedrijven, want bedrijfsleiders ouder dan 50 jaar hebben in 43% van de gevallen nog geen opvolger. Het statuut ‘zelfstandige’ is de meest verspreide juridische vorm onder de leden van Landbouwservice, op de voet gevolgd door de statuten bvba en nv. De loonbedrijven in Vlaanderen zijn groter dan deze in Wallonië. Zij stellen meer vaste arbeidskrachten te werk en doen ook meer een beroep op seizoensarbeid. 31% van de Vlaamse ondernemingen stellen 5 mensen voltijds tewerk. In Wallonië is dat 21% van de bedrijven.

28% 28%

50-74 13%

25-49 9%

0-24

10%

2%

<0 of GA 0%

25%

12% 5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

% bedrijf

is dat de loonwerkers hun activiteiten meer en meer diversifiëren. We zien dan ook dat het onderdeel ‘landbouwloonwerken’ zowel in Vlaanderen als in Wallonië minder doorweegt in de bruto bedrijfscijfers. De grafiek hierboven toont dat slechts 10% van de ondervraagde Vlaamse loonbedrijven in 2012 exclusief actief zijn in de landbouwsector. Dat is een daling met 7% tegenover 2008. Het aantal ondernemingen dat geen of nog slechts

weinig landbouwactiviteiten uitvoert, stijgt lichtjes sinds 2008 en bedraagt ongeveer 10% van de Vlaamse bedrijven. We zien dezelfde tendens in Wallonië. De loonbedrijven diversifiëren dus volop hun activiteiten. In Vlaanderen staat het mest uitrijden op de eerste plaats (17%), gevolgd door het onderhoud en de reparatie van materieel (14%) en het grondverzet (13%). In Wallonië gaat het vooral om loonsproeien(15%), een landLandbouw-service /

19

>


zoals de prijs van machines, marges die onder druk staan en de steeds duurdere diesel. De uitdagingen voor de loonwerkers zijn de verhoging van het arbeidsrendement, de verlaging van de kosten en de klantenbinding.

De loonwerker en zijn concessiehouder

>

bouwbedrijf uitbaten (13%) en mest uitrijden (13%). Valt net buiten de top 3: tractortransport (10%).

De economische realiteit van de onderneming Een andere belangrijke vaststelling is dat veel bedrijfsleiders niet wilden of konden antwoorden op de vragen over de rentabiliteit van hun activiteiten. Ongeveer één ondernemer op vijf wil of kan niet antwoorden op de vraag naar de meest rendabele activiteit van zijn bedrijf. Ook over de minst rendabele activiteit wil of kan 27,7% van de ondervraagde bedrijven geen antwoord geven, zoals blijkt uit de grafiek op pagina XX. Nochtans zijn de factoren die de rentabiliteit beïnvloeden gekend. Het gaat hier vooral om de stijging van de energiekosten (72%) en de loonkosten (40%). Ook de concurrentie weegt op het bedrijfsresultaat volgens 37% van de respondenten. Al deze factoren hebben een invloed op de financiën van het bedrijf. In Vlaanderen heeft 19% van de ondernemingen financiële moeilijkheden gekend in 2012. Hierdoor worden wel eens investeringen uitgesteld (20%). Andere oplossingen in tijden van financiële schaarste zijn: het aanspreken van de eigen reserves en het snoeien in de uitgaven.

20

/ Landbouw-service

De betalingsachterstand van klanten is een belangrijk fenomeen in Vlaanderen en Wallonië. Ongeveer 67% van de loonbedrijven in Wallonië kijkt naar eigen zeggen aan tegen een betalingsachterstand van hun klanten. In Vlaanderen stelt deze problematiek zich nog scherper; daar hebben 75% van de ondernemingen last van laattijdige betalingen! De oorzaken die voor deze betalingsproblemen worden aangegeven, zijn verschillend in Vlaanderen en Wallonië. Volgens de Vlaamse respondenten zijn de wanbetalers vaak dezelfde personen, terwijl men er in het zuiden vanuit gaat dat het fenomeen ‹betalingsachterstand› eigen is aan het agrarische loonwerk.

In de landbouwsector is er sprake van een grote merkgetrouwheid. De meerderheid van de loonbedrijfsleiders (93%!) is naar eigen zeggen trouw aan een merk. Dat wil niet zeggen dat deze bedrijfsleiders de verschillende spelers op de markt niet vergelijken alvorens over te gaan tot een aankoop. 68% van de ondervraagden bekijken de aanbiedingen van een ander merk voor ze een een bestelling plaatsen. De verwachtingen van de loonwerker t.o.v. zijn verkoper zijn duidelijk: 44% wenst een betrouwbare en snelle dienst na verkoop. Ook de beschikbaarheid van vervangingsmateriaal tijdens een panne is voor 22% van de bedrijven belangrijk. 20% van de bedrijfsleiders wenst ook de garantie op bepaalde producten te kunnen verlengen. Door de stijgende kosten van het materieel gaan loonwerkers op zoek naar goedkopere wisselstukken. 22% gebruikt alleen maar originele wisselstukken; 44% doet voor meer dan de helft van de wisselstukken een beroep op de “parallelle” markt. Onderhoudscontracten en financieringsaanbiedingen vallen slechts bij weinig loonwerkers in de smaak (4%).

Toekomstperspectieven Niets zegt meer over het vertrouwen in de toekomst van de loonwerkers dan de investeringsintenties. De toekomstperspectieven voor 2017 doen vermoeden dat er belangrijke investeringen in het verschiet liggen, vooral op het vlak van tractoren. 70% van de ondervraagde loonbedrijven geeft aan te willen investeren in tractoren van 50 tot 250pk. Andere investeringsintenties gaan over ‘algemeen materieel’ (33%) en gps-systemen (25%). Ondanks de goede voornemens worstelt de sector ook met een aantal problemen

Besluit Meer en meer diversifiëren de loonwerkers hun activiteiten. De zoektocht naar een hoger rendement zet de bedrijfsleiders ertoe aan beslissingen te nemen die ze 10 of 20 jaar geleden niet hoefden te nemen. De loonbedrijven blijven wel investeren in landbouwmaterieel en hebben dus blijkbaar vertrouwen in de toekomst. Vincent Van Zande Market Manager Landbouw [email protected]

actueel >

Stikstofverliezen beperken tijdens het spreiden van drijfmest in weides Tijdens onze talrijke missies merken wij dat de verliezen van de ammoniakhoudende fractie zeer belangrijk zijn bij het gebruik van drijfmesttanken die uitgerust zijn met een klassieke deflector, die de drijfmest naar boven stuwt.

H

et is bij het uitkomen van drijfmest uit de tank dat de verliezen het grootst zijn of, met andere woorden, binnen het uur naar het openspreiden. Om de verliezen van de ammoniakhou-

A

dende fractie van drijfmest te beperken moet het contact lucht-drijfmest zoveel mogelijk vermeden worden. Bezoek ook onze website www.agraost.be en in het bijzonder de rubriek Documenten / Orga-

nisch materiaal / Spreiden van drijfmest in weides… Ik stel U twee technieken voor die de agronomische waardering van het openspreiden van drijfmest sterk verhogen:

Het pendelend systeem is een eenvoudig en goedkoop systeem dat bovendien gemakkelijk op te bouwen is.

Kost van een pendelsysteem om de klassieke deflector te vervangen: +/- 800 €.

Landbouw-service /

> 21

> actueel

>

B

De injecteur met sleepvoeten is ingewikkelder en vereist dat de ton uitgerust is met een onderstel-werktuigendrager achteraan.

Kost van een injecteur met sleepvoeten (bijvoorbeeld Bomech, Joskin, Slootsmid, Farmlandfix,…) ten opzichte van een klassieke deflector: ongeveer 20.000 €. Opmerking: bij het inschakelen van een loonwerker is het prijsverschil tussen een injector en een systeem met deflector steeds kleiner.

Waarde van 1 stikstofeenheid in januari 2013 (N27 %): 1,16 €, wat neerkomt op 313 € per ton. Voor drijfmest afkomstig van runderen en met een drogestofgehalte (DS) van 7,7 %, is de totale stikstofinhoud van 3,5 eenheden. Als men stelt dat 50% van de stikstof onder een ammoniakhoudende vorm bestaat, is deze fractie potentieel snel vervliegend, wat neerkomt op 1,75 eenheid N. Het openspreiden met een klassieke deflector die naar boven gericht is veroorzaakt gewoonlijk 100% verlies van de ammoniakhoudende fractie. In dit geval zal alleen de organische stikstof benut worden.

A

B

22

Als ik een pendelend systeem gebruik, kunnen de verliezen met 50% beperkt worden. Per aanwending van 20 m³ drijfmest per werkgang is een besparing van 20 X 1,75 X 0,5 = 17,5 eenheden N aan 1,16 € mogelijk, wat neerkomt op 20 € of 1 € per m³ opengespreid. Voor het jaarlijks openspreiden van 1500 m³ drijfmest is een besparing van 1500 € mogelijk. Als ik een systeem met sleepvoeten gebruik, kunnen de verliezen met 90% beperkt worden. Per aanwending van 20 m³ drijfmest per werkgang is een besparing van 20 X 1,75 X 0,9 = 31,5 eenheden N aan 1,16 € mogelijk, wat neerkomt op 36,54 € of 1,83 € per m³ opengespreid. Voor het jaarlijks openspreiden van 1500 m³ drijfmest is een besparing van 2745 € mogelijk. / Landbouw-service

Men kan dus concluderen dat, voor het jaarlijks openspreiden van 1500 m³ drijfmest, het pendelend systeem op één jaar afgeschreven wordt, terwijl de injecteur met sleepvoeten meer bedoeld is voor loonwerkers of veehouders die samen werken om op meerdere jaren te kunnen afgeschreven worden (ongeveer 6 jaar). Pierre Luxen Directeur van Agra-Ost [email protected]

New Holland verkiest

-smeermiddelen

EEN SUCCESVOL HAKSELSEIZOEN BEGINT BIJ NEW HOLLAND. DANK VOOR UW VERTROUWEN!

E

MEER CAPACITEIT

HAKSELKWALITEIT NAAR WENS

COMFORTABEL RIJDEN

MEER HAKSELEN MET MINDER KOSTEN

De breedste messentrommel en gewaskneuzer met de grootste diameter op de markt staan garant voor een maximale productiviteit en perfecte hakselkwaliteit.

Met het Hydrolock™-aandrijfsysteem van de invoerrollen kan de snijlengte traploos, tijdens het rijden direct worden aangepast aan uw wensen. De nieuwe FR heeft de beste snijlengte / kwaliteitsverhouding van het gewas.

Een nieuw rijconcept met een zeer ergonomische bedieningsconsole in de speciaal ontwikkelde cabine met panoramisch zicht van 360° zorgt bij de FR voor uitzonderlijk rijplezier. Met de nieuwe 3D camera regelt de spout volledig automatisch het vullen van de wagen, zonder dat u aanpassingen aan de wagen hoeft aan te brengen.

Dankzij het Variflow™-systeem vermindert u het energieverbruik met ongeveer 30 kW bij het werken in gras gewassen. Met het Power Cruise™-systeem kunt u gemiddeld tot 10 % brandstof besparen.

Uw New Holland dealer toont u graag alle innovaties op de FR450, FR500, FR600, FR700 en FR850

DE SPECIALIST VOOR UW SUCCES

> actueel

Uw rechten als zelfstandige. Bewaarexemplaar! Als zelfstandige in hoofdberoep of meewerkende echtgenoot in het maxi-statuut, betaalt u sociale bijdragen. Deze bijdragen leveren u heel wat rechten op. Verschillende organisaties staan klaar om u alle informatie te verstrekken over uw rechten, de voorwaarden waaraan u moet voldoen, enz. Er bestaan ook oplossingen om u te helpen bij een tegenslag, van financiële of van andere aard. Dit document geeft u een algemeen overzicht van uw rechten en maatregelen om u bij te staan en uiteraard ook de gegevens van de organisaties waar u terecht kan voor meer informatie. Een bewaarexemplaar dus! Recht

Wat/Waarom?

Contact

Tel.

Website

Uw gezin Geboortepremie

Uitkering bij geboorte

Uw sociaal verzekeringsfonds

Moederschapsverlof

8 weken + premie

Uw ziekenfonds

Moederschapshulp

105 gratis dienstencheques na de bevalling


Adoptiepremie

Uitkering bij adoptie


Adoptieverlof

Max. 6 weken + premie

Uw ziekenfonds

Kinderbijslag

Maandelijkse uitkering

Uw sociaal verzekeringsfonds Uw gezondheid

Medische kosten

Terugbetaling gezondheidszorgen, met inbegrip van kleine risico’s

Uw ziekenfonds

Ziekte of ongeval

Uitkering vanaf de 2de maand

Uw ziekenfonds

Zware ziekte van kind/partner

Vrijstelling bijdragen en uitkering


Gelijkstelling wegens ziekte

Sociale rechten zonder betaling bij volledige stopzetting


Vervanging Vervangende ondernemer

Vervanging bij tijdelijke stopzetting: vrijwillig of door ziekte

www.vervangendeondernemer.be

FOD Economie

Uw pensioen Voor al uw vragen

Aanvraag, berekening, minimum, vervroegd, …

Pensioenbonus

Toeslag: werken na 62 of 44 jaar loopbaan

Pensioenmalus

Boete bij vervroegd pensioen

Werken na pensioen

65 jaar en een loopbaan van minstens 42 jaar: onbeperkt. De anderen: opgelet, begrensde bedragen

Vrij aanvullend pensioen

Extra bij uw wettelijk pensioen: fiscaal interessant!

Groen nummer

1765

Uw sociaal verzekeringsfonds RSVZ

02 546 42 11

www.rsvz-inasti.fgov.be


Uw openstaande sociale bijdragen Hulp bij tijdelijke financiële problemen

Afbetalingsplan, aanvraag vrijstelling, kwijtschelding, vermindering


Faillissement of gedwongen stopzetting

Faillissement, brand, natuurramp, vernieling, allergie: max. 12 maanden uitkering + gezondheidszorg (meerdere keren beroep op faillissementsverzekering mogelijk)

Stopzetting van uw zelfstandige activiteit Uw sociaal verzekeringsfonds

Voortgezette verzekering

Behoud sociaal statuut met verminderde bijdrage


Werkloosheidsuitkering

Onder bepaalde voorwaarden voor gewezen werknemers

RVA

Hulp bij uw zoektocht naar financiering voor uw project

Federaal

Participatiefonds

02 210 87 87

www.fonds.org

Wallonië

Sowalfin

04 237 07 70

www.sowalfin.org

Vlaanderen

PMV

02 229 52 30

www.pmv.eu

Brussel

GIMB

02 548 22 11

www.gimb.be

Bemiddeling tussen u en uw bank

Kredietbemiddelaar

0800 84 426

www.kredietbemiddelaar.be

02 277 51 11

www.economie.fgov.be

02 210 87 87

www.fonds.org

www.rva.be

Financiering van uw zelfstandige activiteit

Moeilijke relatie met uw bank

Uw personeel Allerhande sociale verminderingen

Eerste 3 aanwervingen, oudere werknemers, …


Specifieke reglementering per regio/sector

Openingsuren, solden,...

FOD Economie

Wijziging of stopzetting van uw activiteit

Verplichte administratie via uw ondernemingsloket


Hinder door openbare werken (bij financiële moeilijkheden)

Vanaf de 8ste dag: vergoeding gedurende max. 30 dagen

Participatiefonds

En ook …

Versie januari 2013. Voor een actuele versie, surf naar de website van uw sociaal verzekeringsfonds Contacteer uw ondernemingsloket bij de start of wijziging van uw zelfstandige activiteit!

24

/ Landbouw-service

i

S

U

C

C

E

S

V

O

L

M

E

T

P

Ö

T

T

I

aNc t uGe e lE >

De Nieuwe Dimensie. PÖTTINGER TERRADISC 6001 T

Draagarm-systeem „TWIN ARM“ voor de hoogste stabiliteit en perfecte arbeidskwaliteit Agressive schijven instelling voor perfecte inwerking Onderhoudsvrije,groot gedimensioneerde schijven tot 50% hogere levensduur Optimaal opklappen van transport frame voor een ideale gewichtsverdeling tijdens de werkgang

PÖTTINGER SERVO

PÖTTINGER SYNKRO

PÖTTINGER lION

Dominique Emond

Danny De Boeck

T: +32 475 57 28 09 [email protected]

T: +32 475 57 28 17 [email protected]

PöTTINgER BElgIuM SPRl: Avenue Adolphe Lacomblé 69-71 (boite 5), BE-1030 Bruxelles, T: +32 2 894 41 61 Landbouw-service /

www.poettinger.at

25

R

> actueel

Stel u in orde voor het voedselagentschap Vraag Moeten de activiteiten van een aannemer van landen tuinbouwwerken bij het Voedselagentschap (FAVV) worden geregistreerd?

Antwoord De activiteiten van een aannemer van landen tuinbouwwerken moeten bij het Agentschap worden geregistreerd bij middel van het “ aanvraagformulier voor een registratie, een toelating en/of een erkenning ” dat beschikbaar is op het internet (http://www.afsca.be/erkenningen/). De activiteiten van een aannemer van landen tuinbouwwerken zijn in de activiteitenboom van het Agentschap. Elke aannemer wordt gekoppeld aan een van de drie hierna vermelde activiteiten: • PL33 loonwerker; AC89 loonwerk voor landen tuinbouw met - gebruik en opslag van gewasbeschermingsmiddelen; PR126 - product niet gespecificeerd, • PL33 loonwerker; AC90 loonwerk voor landen tuinbouw met • gebruik en zonder opslag van gewasbeschermingsmiddelen; • PR126 product niet gespecificeerd, • PL33 loonwerker; AC91 loonwerk voor landen tuinbouw zonder - gebruik van gewasbeschermingsmiddelen; PR126 product niet - gespecificeerd.

Vraag Moet een loonwerker een specifieke activiteit van vervoer melden aan het FAVV als hij producten voor de landbouwer vervoert?

Antwoord Ja, behalve indien de activiteit beperkt

26

/ Landbouw-service

is tot het vervoer van geoogste gewassen naar de rand van het veld of indien de activiteit beperkt is tot het vervoer van gewassen van het veld waar de loonwerker deze geoogst heeft naar de boerderij die geteeld heeft.

Vraag Moet een loonwerker die zaaizaad, graan, aardappelen,… met gewasbeschermingsmiddelen behandelt een specifieke activiteit aangeven?

Antwoord Neen (= impliciete activiteit voor PL33AC89-PR126 of PL33-AC90-PR126).

Vraag Moeten de “machineringen” hun activiteit bij het Voedselagentschap melden?

Antwoord Dit hangt af van de aard van de activiteiten. Indien een “machinering” zich beperkt

tot het verhuren of ter beschikking stellen van landbouwmaterieel aan operatoren (al dan niet leden van de “machinering”), is er geen activiteit die aan het Agentschap moet gemeld worden. Indien de “machinering” (al dan niet gefactureerde) landbouwwerken uitvoert voor rekening van operatoren (al dan niet leden van de “machinering”), moet zij zich als loonwerker bij het Agentschap opgeven.

Vraag Moet een loonwerker die graan voor de derde droogt een specifieke activiteit aangeven?

Antwoord Ja, indien hij geen groothandelaar is, moet hij een activiteit van opslag aangeven en afhankelijk van het geval: • PL31 opslagbedrijf; AC125 opslag buiten de kleinhandel; PR16 diervoeders, • PL31 opslagbedrijf; AC81 opslag op omgevingstemperatuur buiten de kleinhandel; PR52 levensmiddelen.

>

Oneigenlijk gebruik van LANDBOUWVOERTUIGEN De laatste maanden waren er een aantal aankondigingen van wijzigingen in de regelgeving met betrekking tot de inschrijving van landbouwtractoren, aangezien deze - volgens de transportfederaties - oneerlijke concurrentie met de gewone transporteurs aandeden.

W

ij hebben in het verleden er steeds op gehamerd dat er geen oneerlijke concurrentie is. Transporteurs, bouwfirma’s, iedereen kan een landbouwtractor kopen. Daarbij kunnen zij ook rode diesel gebruiken. De transportfederaties wilden echter niet toegeven. Nu hebben wij ook gelijk gekregen bij de FOD Mobiliteit. Landbouw-Service heeft er steeds op toegezien dat loonwerkers die zowel landbouwloonwerk als transport- of grondverzetactiviteiten doen met dezelfde landbouwtractoren, niet gediscrimineerd worden. De eerste teksten waren van die aard dat je als loonwerker moest kiezen: ofwel schrijf je de landbouwtractor in voor landbouwactiviteiten, en dan geniet je van rijbewijs G, rode diesel, eenmalige keuring, … Maar dan mag je die tractor niet gebruiken voor transport of grondverzet. Dan moest je dus die landbouwtractor inschrijven bij DIV voor niet-landbouwgebonden activiteiten. Dat betekende dat die tractor niet meer kon genieten van de landbouwvoordelen, dus moest de chauffeur rijbewijs C hebben, witte diesel, periodieke jaarlijkse keuring, … Het Besluit dat ter tafel ligt en gepubliceerd zal worden vóór 1 juni 2013 is een tussenoplossing. Loonwerkers die occasioneel transport of grondverzetactiviteiten doen, kunnen dit met een landbouwtractor die ingeschreven is voor landbouwactiviteiten. De praktische modaliteiten zullen nog volgen, zoals de nieuwe inschrijvingen voor de bestaande landbouwtractoren.

Let wel op: • de transportfederaties hebben beko-

men dat er een meldpunt komt voor zogenaamde oneerlijke concurrentie. Vanaf 1 juni 2013 zou dan een telefonisch meldpunt komen als transporteurs merken dat er grondverzet wordt gedaan met een landbouwtractor die niet voldoet aan de vigerende reglementering. • De staatssecretaris voor Mobiliteit Melchior Wathelet heeft gemeld dat de nieuwe nummerplaten slechts een eerste stap zijn in het wegwerken van de zogenaamde oneerlijke concurrentie. Landbouw-Service is niet echt tevreden over de manier hoe de nieuwe wetgeving

is tot stand gekomen. Landbouw-Service werd niet meer geraadpleegd door de betrokken overheden. Ook de andere beroepsverenigingen, met name het Agrofront, TLV, UPTR en Febetra hebben Landbouw-Service links laten liggen en bewust niet ingelicht. Wellicht kunnen zij niet verdragen dat Landbouw-Service opkomt voor de leden, en vooral voor die leden die landbouwtractoren inzetten voor gemengd gebruik (landbouwactiviteiten en niet-landbouwgebonden activiteiten). De leden zullen via e-mail ingelicht worden over de praktische modaliteiten.

Dienstverstrekking voor de GNSS RTK correcties voor de geleiding van landbouwvoertuigen ➤ Hoge nauwkeurigheid door modellering van het dichte netwerk ➤ Hoge betrouwbaarheid dankzij een infrastuctuur van de allerlaatste generatie ➤ Gegarandeerde inzetbaarheid door lokale ondersteuning 365d/jaar en 24u/24 ➤ Compatibel met alle bestaande geleidingssystemen

083/63 61 30 ➤ [email protected]

www.drivenby.be

Landbouw-service /

27

> actueel

Gemeenschappelijk mededeling van de FOD Mobiliteit en de FOD Financiën over de nieuwe inschrijving van landbouwtrekkers 1. De landbouwtrekkers die binnen het wettelijk kader van de vrijstelling van accijnzen worden gebruikt voor beroepswerkzaamheden in verband met de exploitatie van landen bosbouw, van hortiof piscicultuur (artikel 429, § 2, i) van de programmawet van 27 oktober 2004, zullen een rode kentekenplaat krijgen. Het doel van deze kentekenplaat is om de visuele controle door de politie, door de controleurs van de douane en accijnzen en van de FOD Mobiliteit en Vervoer sterk te verbeteren. Deze kentekenplaat zal worden toegekend op basis van een vergunning afgegeven door de FOD Financiën (vergunning energieproducten en elektriciteit) die de houder toelaat om te genieten van het gebruik van rode gasolie, alsook op basis van een specifieke aanvraag bij de DIV voor de (her)inschrijving van de betrokken tractor teneinde te genieten van de vrijstelling van accijnzen op de brandstof (indien de aanvrager beslist om de tractor uitsluitend in te zetten voor nietlandbouwactiviteiten en daarom bij de DIV geen melding maakt van de vergunning van Financiën die hij bezit, dan zal de tractor worden ingeschreven met een gewone kentekenplaat en zal deze niet mogen rijden op rode gasolie). Indien deze voertuigen zijn ingeschreven met een rode kentekenplaat, mogen ze de van de accijns vrijgestelde rode gasolie gebruiken. Zij die houder zijn van een vergunning van Financiën en die activiteiten wensen uit te oefenen die niet verbonden zijn aan een landbouwexploitatie, meer bepaald het ongeregeld vervoer voor rekening van derden, mogen het voordeel van de rode gasolie (voor wat de kleur betreft) en van de rode kentekenplaat behouden, maar zul-

28

/ Landbouw-service

len in dat geval de bijkomende accijnzen voor dit vervoer moeten betalen. In dit geval bedraagt de aanvullende accijns momenteel 21 EUR per 1000 liter; wanneer de regelgeving op de technische keuring echter zal zijn gewijzigd en alle tractoren die voor andere doeleinden dan voor de landen bosbouw, van hortiof piscicultuur worden gebruikt, onderworpen zullen zijn aan de periodieke technische keuring, zal de te betalen aanvullende accijns, volgens het momenteel van kracht zijnde tarief 427,6880 EUR per 1000 liter bedragen. Zij zullen ook worden onderworpen aan een periodieke technische keuring (zie hieronder) en zullen houder moeten zijn van een rijbewijs C (en van een vervoersvergunning indien zij vervoer voor rekening van derden doen). Zij zullen dit voornemen op hun aanvraag voor vergunning energieproducten en elektriciteit (zie hoger) moeten vermelden.

De bestuurders zullen bovendien houder moeten zijn van het rijbewijs van categorie C en een vervoersvergunning moeten hebben (indien zij vervoer voor rekening van derden doen).

2. De landbouwtrekkers die buiten beroepswerkzaamheden in verband met een exploitatie van landen bosbouw, van hortiof piscicultuur worden gebruikt, en die vooral voor het vervoer voor rekening van derden of door bouwondernemers worden ingezet, zullen een traditionele witte kentekenplaat krijgen. Zij zullen witte gasolie moeten gebruiken. Op deze gasolie is een belasting verschuldigd van 427,6880 EUR per 1000 liter.

Een gevolg van deze situatie is voor de landbouwtrekkers het automatische wegvallen (krachtens de fiscale regelgeving) van de mogelijkheid om de aan 21% promille belaste rode gasolie te gebruiken in het raam van vervoersactiviteiten voor rekening van derden. Dit geldt ook voor de gemeenten die een landbouwtrekker gebruiken voor hun eigen noden of voor een privépersoon die zijn hout voor eigen rekening gaat halen en die daarbij de openbare weg gebruikt. Even eraan herinneren dat het pas op de inwerkingtredingsdatum van de verplichting tot onderwerping aan de technische keuring is, dat het accijnstarief van 21 EUR per 1000 liter, dat momenteel wordt toegepast op landbouwtrekkers die niet aan de periodieke technische keuring zijn onderworpen, zal verdwijnen.

Opmerking: het vervoer (zelfs van landbouwproducten) uitgevoerd door een landbouwondernemer buiten elk landbouwondernemingscontract zal onder deze tweede categorie vallen.

3. De landbouwtrekkers, met uitzondering van de trekkers uitsluitend gebruikt in verband met een exploitatie van landen bosbouw, van hortiof piscicultuur, zullen een jaarlijkse technische keuring moeten laten uitvoeren, wat een meerwaarde is voor de verkeersveiligheid. Deze TK is uitvoerbaar en testen hiervoor zullen begin april in de TK-instellingen starten. Deze TK bestaat al voor de landbouwtrekkers na de eerste inschrijving en in geval van doorverkoop. Deze keuring zou periodiek worden. Deze periodieke TK zou vóór het einde van dit jaar van kracht moeten worden.

>

Herhaling van bepaalde voorwaarden De landbouwtrekkers die binnen het wettelijk kader van de vrijstelling van accijnzen worden gebruikt voor beroepswerkzaamheden in verband met de exploitatie van landen bosbouw, van hortiof piscicultuur (artikel 429, § 2, i) van de programmawet van 27 oktober 2004) zullen occasioneel nog mogen worden ingezet voor andere dan de hogervermelde activiteiten (en dus mogen werken in de transportsector) en dit met behoud van de kentekenplaat voor landbouwvoertuigen (G) in zoverre: • zij hun voornemen dienaangaande op het aanvraagformulier voor “de vergunning energieproducten en elektriciteit”, die aan de Administratie der Douane en Accijnzen is bezorgd, hebben vermeld; • zij voor deze werkzaamheden de bijkomende accijnzen voor de “witte” gasolie betalen, en dit ofwel volgens het momenteel geldende tarief - het accijn-

13 -20 98 19

r a a j 15

ing KIN k r e S nw - JO e samONE KR

s

e cti

ma

u ile

b Ju

starief van 427,6880 EUR per 1000 liter; • zij hun tractoren periodiek technisch laten keuren (van toepassing vanaf tweede helft 2013); • zij houder zijn van een rijbewijs voor categorie C (naargelang van de massa van de voertuigen) en van een vervoersvergunning (in geval van vervoer voor rekening van derden). • Kentekenplaat voor landbouwvoertuigen • De kentekenplaat “G” (rode diesel) zal worden toegekend bij een gewone aanvraag tot inschrijving; • Deze kentekenplaat zal vanaf 1 juni 2013 voor elke nieuwe inschrijving

worden afgegeven. Dit is de voorziene begindatum die afhangt van de bekendmakingsdatum van de besluiten die van kracht zullen worden 10 werkdagen na deze datum. Een planning zal worden voorzien voor de regularisatie van de vóór deze datum ingeschreven tractoren. Na afloop van de regularisatieperiode (vermoedelijk op 1 januari 2015) zal de vrijstelling van accijnzen voor de landbouwtrekkers afhangen van het bezit van een kentekenplaat “G”; • Enkel en alleen de officiële kentekenplaat achteraan, onder het gewone formaat (51,5 cm/11cm) zal worden voorzien. Een reproductie, in rode kleur (RAL 3020) zal op de kosten van de gebruiker op de voorkant van de tractor worden aangebracht; • Een plaat met kleinere metingen zal slechts uitzonderlijk en mits voorlegging van de benodigde stukken (bijv. foto) die aantonen dat een gewone kentekenplaat niet zou kunnen worden geplaatst, worden toegestaan.

KOOP EEN KRONE BALENPERS,

KRIJG DE BEDIENINGSTERMINAL ALS CADEAU !

Actie geldig op een beperkt aantal persen, bel snel de dealer van uw streek op ! FORTIMA en COMPRIMA : Beta terminal COMPRIMA CF en CV : Gamma terminal BIG-PACK : Delta terminal

www.distritech.be

DistriTECH JOSKIN Landbouw-service /

29

> actueel

Hoofdelijke aansprakelijkheid, inhoudingsplicht en werfmelding

voor zelfstandigen die opdrachtgevers zijn van werken in (onder)aanneming

Hoofdelijke aansprakelijkheid, inhoudingsplicht en werfmelding zijn belangrijke begrippen. Niet alleen voor aannemers maar voor alle zelfstandigen die opdrachtgever zijn van werken, zowel in rechtstreekse aanneming als in onderaanneming. Dit zijn quasi alle werken die betrekking hebben op gebouwen, maar ook het kuisen van gebouwen door kuisfirma’s wordt hiermee bedoeld, alsook grondwerken, bestratingswerken, aanleggen van tuinen en parken, aanleggen van opritten en parkings, enz. Deze reglementeringen bestaan reeds vele jaren, maar werden herhaaldelijk gewijzigd wat betreft toepassingsgebied, modaliteiten, vorm,… Hoofdelijke aansprakelijkheid en inhoudingsplicht

neer u correct de inhoudings- en doorstortingsverplichting nakomt bij alle betalingen.

Voor de hoofdelijke aansprakelijkheid en inhoudingsplicht van de medecontractant wordt enkel nog gekeken naar het al dan niet hebben van schulden.

Wat als RSZ en fiscus, beiden, u hoofdelijk aansprakelijk stellen?

1. Aansprakelijkheidsreglementering (beoordelingstijdstip: bij afsluiting contract) Principe: De opdrachtgever die werken laat uitvoeren door een aannemer / onderaannemer die sociale en/ of fiscale schulden heeft op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst, is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de sociale en/ of fiscale schulden van de medecontractant. De hoofdelijke aansprakelijkheid geldt ook ten aanzien van de schulden van alle vennoten van de tijdelijke handelsvereniging (THV). De hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale schulden bedraagt 100% van de totale prijs, excl. btw, van de werken die werden toevertrouwd aan de onderaannemer met sociale schulden. De hoofdelijke aansprakelijkheid voor de fiscale schulden bedraagt 35%. De hoofdelijke aansprakelijkheid vervalt volledig wan-

30

/ Landbouw-service

• Is de RSZ de 1ste schuldeiser in de tijd, die u hoofdelijk aansprakelijk stelt en komt de fiscus nadien, geldt het volgende: - maximum 100% hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale schulden; - 0% hoofdelijke aansprakelijkheid voor fiscale schulden. • Is de fiscus de 1ste schuldeiser in de tijd, die u hoofdelijk aansprakelijk stelt en komt de RSZ nadien, geldt het volgende: - maximum 35% hoofdelijke aansprakelijkheid voor fiscale schulden; - maximum 65% hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale schulden. De hoofdelijke aansprakelijkheid geldt voor de schulden van de medecontractant uit het verleden en deze ontstaan tijdens de uitvoering van de overeenkomst.

Hoe controleert u of uw medecontractant sociale en/of fiscale schulden heeft? Zowel de RSZ als de fiscus hebben een toepassing op het internet om per bedrijf na te gaan of er schulden zijn.

2. Inhoudings- en doorstortingsplicht (beoordelingstijdstip: bij elke uitbetaling van de factuur) 2.A. Het sociale luik Principe: De opdrachtgever moet bij de betaling aan de onderaannemer 35% van het door hem verschuldigde bedrag, excl. btw inhouden en storten aan de RSZ, indien de aannemer / onderaannemer sociale schulden heeft. Centraal bij de inhoudingsplicht staat het principe dat het bedrag van de inhouding niet hoger mag zijn dan de openstaande schuld. De inhouding wordt beperkt tot het bedrag van de schuld met een maximum inhouding van 35% en minder inhouden kan in bepaalde gevallen dus ook.

Hoe ziet deze inhoudingsplicht er uit? • Ingeval de factuur minder bedraagt dan 7.143 euro en er zijn sociale schulden, moet de opdrachtgever de (onder)aannemer niet voorafgaand verwittigen. De (onder)aannemer kan een attest* voorleggen waaruit blijkt dat zijn schuld kleiner is dan 35% van de factuur en vragen de inhouding te beperken tot het bedrag van de schuld.

>

• Ingeval de factuur meer bedraagt dan 7.143 euro en er zijn sociale schulden, moet de opdrachtgever zijn (onder)aannemer een attest vragen. De (onder)aannemer kan op verschillende manieren reageren: - ofwel geeft hij geen attest*; - ofwel geeft hij wel een attest* binnen de 30 dagen, waarop een bepaalde schuld vermeld staat. Al naargelang het geval moet de maximuminhouding van 35% gebeuren, of moet een lagere inhouding gebeuren. We leggen dit hierna uit aan de hand van een voorbeeld. (* Het attest i.v.m. de sociale schulden blijft 20 dagen geldig.)

Voorbeelden in te houden bedrag voor de RSZ Factuur verschuldigd van 5.000 euro en (onder)aannemer heeft sociale schulden • Opdrachtgever houdt 35% in: 1.750 euro en stort dit door aan de RSZ • (Onder)aannemer moet niet voorafgaand verwittigd worden • (Onder)aannemer K AN attest

voorleggen waaruit blijkt dat zijn schuld kleiner is dan 1.750 euro en vragen de inhouding te beperken tot het bedrag van de schuld Factuur verschuldigd van 10.000 euro en onderaannemer heeft sociale schulden • Opdrachtgever MOET attest vragen aan de (onder)aannemer • (Onder)aannemer geeft attest niet binnen de 30 dagen: inhouding van 35%: 3.500 euro • (Onder)aannemer geeft attest en schuld is meer dan 3.500 euro: inhouding van 3.500 euro • (Onder)aannemer geeft attest en schuld is bv. 2.800 euro: inhouding beperken tot 2.800 euro • (Onder)aannemer deelt mee dat mag worden ingehouden: 3.500 euro inhouden. Professionele opdrachtgevers zijn dus net als hoofdaannemers in de bouwsector - hoofdelijk aansprakelijk en moeten inhouden zodra er sociale schulden zijn. Concreet betekent dit dat de hoofdaannemer met sociale schulden geen volledige uitbetaling van de factuur krijgt. Onder-

aannemers dienen hiermee rekening te houden omdat deze inhoudingen bij de hoofdaannemer mogelijk een impact kunnen hebben bij hun eigen uitbetaling. U kan op de website van de RSZ (www.socialsecurity.be - rubriek “Aannemers onroerend goed”, “Artikel 30bis Inhoudingsplicht”) nagaan of bedrijven al dan niet op inhoudingsplicht staan.

2.B. Het fiscale luik Principe: De opdrachtgever moet bij de betaling aan de (onder)aannemer 15% van het door hem verschuldigde bedrag, exclusief btw inhouden en storten aan de fiscus, indien de (onder)aannemer fiscale schulden heeft. Centraal bij de inhoudingsplicht staat het principe dat het bedrag van de inhouding niet hoger mag zijn dan de openstaande schuld. De inhouding wordt beperkt tot het bedrag van de schuld met een maximum inhouding van 15% en minder inhouden kan in bepaalde gevallen dus ook.

Landbouw-service /

31

>

> actueel

>

Hoe ziet deze inhoudingsplicht er uit? • Ingeval de factuur minder bedraagt dan 7.143 euro en er zijn fiscale schulden, moet de opdrachtgever de (onder)aannemer niet voorafgaand verwittigen. Hij doet een inhouding en doorstorting van 15%. • Ingeval de factuur meer bedraagt dan 7.143 euro en er zijn fiscale schulden, moet de opdrachtgever zijn (onder)aannemer een attest vragen. De (onder)aannemer kan op verschillende manieren reageren: - ofwel geeft hij geen attest*; - ofwel geeft hij wel een attest* binnen de 30 dagen, waarop een bepaalde schuld vermeld staat. Al naargelang het geval moet de maximuminhouding van 15% gebeuren, of moet een lagere inhouding gebeuren. We leggen dit hierna uit aan de hand van een voorbeeld. (* Het attest i.v.m. de fiscale schulden blijft 20 dagen geldig.)

Voorbeelden in te houden bedrag voor de fiscus Factuur verschuldigd van 5.000 euro en (onder)aannemer heeft fiscale schulden • Opdrachtgever houdt 15% in: 750 euro en stort dit door aan de fiscus • (Onder)aannemer moet niet voorafgaand verwittigd worden. De inhouding is automatisch en verplicht. Factuur verschuldigd van 15.000 euro en (onder)aannemer heeft fiscale schulden • Opdrachtgever MOET attest vragen aan de (onder)aannemer • (Onder)aannemer geeft attest niet binnen de 30 dagen: inhouding van 15%: 2.250 euro • (Onder)aannemer geeft attest en schuld is 1.000 euro: inhouding van 1.000 euro • (Onder)aannemer geeft attest en schuld is 5.000 euro: inhouding

32

/ Landbouw-service

beperken tot 2.250 euro (nl. 15% maximum) • (Onder)aannemer deelt mee dat mag worden ingehouden: 2.250 euro inhouden. Professionele opdrachtgevers zijn dus - net als hoofdaannemers in de bouwsector hoofdelijk aansprakelijk en moeten inhouden zodra er fiscale schulden zijn. Concreet betekent dit dat de hoofdaannemer met fiscale schulden geen volledige uitbetaling van de factuur krijgt. Onderaannemers dienen hiermee rekening te houden omdat deze inhoudingen bij de hoofdaannemer mogelijk een impact kunnen hebben bij hun eigen uitbetaling. U kan op de website van de Fiscus (www. myminfin.be, rubriek: “Naar MyMinfin zonder authentificatie” en vervolgens “E-services”) nagaan of bedrijven al dan niet schuldenaar zijn bij de fiscus en of derhalve al dan niet inhoudingen moeten gebeuren.

Opgelet met buitenlandse aannemers! De nieuwe regelgeving vanaf 1 januari 2008 heeft elk onderscheid willen wegwerken in de behandeling van Belgische of buitenlandse aannemers. Hierdoor geldt ten aanzien van de buitenlandse aannemer eenzelfde hoofdelijke aansprakelijkheid en inhoudingsplicht als voor een Belgische aannemer. De buitenlandse aannemers zullen evenwel niet consulteerbaar zijn op een website. Om na te gaan of de buitenlandse aannemer geen sociale schulden heeft, dient u na te gaan of er voor elke persoon aanwezig op de werf een geldig detacheringsdocument aanwezig is (A1) alsook een bewijs van aansluiting en geen schulden bij de PDOK, zijnde het zegelstelsel in België. Voor wat betreft het laatste (PDOK) is dit enkel vereist wanneer de buitenlandse aannemer eigen personeel in dienst heeft dat hier in België werkzaamheden verricht. U maakt best kopieën van deze documenten, die u dan bewaart. Omdat er voor de fiscus geen gelijkaardige documenten bestaan, zal het dus van belang zijn, om na te gaan of de buiten-

landse aannemer geen fiscale schulden heeft in België. Hiervoor zal u hem een attest moeten vragen waaruit blijkt dat hij (geen) fiscale schulden heeft in België.

Inhoudingen Praktische gegevens RSZ Hoeveel? Maximum 35% op het bedrag van de factuur (excl. btw). Wanneer? Gelijktijdig met de betaling van (het saldo) van de factuur aan de medecontractant. Hoe? Door middel van het betalingsformulier dat door de RSZ ter beschikking wordt gesteld. Hierop moet u het nummer van de factuur vermelden. Adres: RSZ-sectie 30 bis, Victor Hortaplein 11, 1060 Brussel. Rek. nr.: IBAN: BE76 6790 0001 9295 BIC: PCHQBEBB Andere verplichting. De opdrachtgever of de aannemer moet met behulp van documenten van de RSZ (ADII 30bis 4.2 voor opdrachtgevers of ADII 30bis 4.1 voor aannemers) informatie verstrekken, alsmede een kopie van de factuur verstrekken.

Fiscus Hoeveel? Maximum 15% op het bedrag van de factuur (excl. btw). Wanneer? Gelijktijdig met de betaling van (het saldo) van de factuur aan de medecontractant. Hoe? Door middel van een storting op het onderstaande rekeningnummer. Adres: Ontvangkantoor Brussel 3 - Bijzondere ontvangsten, Kruidtuinlaan 50 bus 3110, 1000 Brussel Rek. nr.: IBAN: BE33 6792 0023 2046 BIC: PCHQBEBB Andere verplichting. De opdrachtgever of de aannemer moet de storting doen onder vermelding van het ondernemingsnummer van de betrokken (onder-) aannemer, het bedrag en datum van de factuur, alsmede de naam van de betrokken (onder-)aannemer. Tegelijk verstuurt u een afschrift van de factuur waarop de inhoudingsplicht betrekking heeft, naar ontvangkantoor Brussel 3.

>

3. Unieke werfmelding Sedert 1 juni 2009 moeten alle werken in onroerende staat en daarmee gelijkgestelde werken gemeld worden. Er wordt hierbij expliciet verwezen naar de btwwetgeving. Omdat het onmogelijk is alle werkzaamheden die onder het nieuwe toepassingsgebied vallen op te sommen, kunnen we als tip meegeven dat voortaan alle diensten gemeld moeten worden die ook in aanmerking komen om, in voorkomend geval, gefactureerd te worden met de verlegging van de heffing (btw medecontractant). Let op: bij particulieren en bepaalde klanten geldt de regel van de medecontractant niet (omdat zij niet btw-plichtig zijn), maar dit neemt niet weg dat deze werken toch gemeld moeten worden. Het is van belang te weten dat de werken voorafgaand aan de start ervan gemeld moeten worden.

De werfmelding is verplicht voor werken vanaf 25.000 euro (excl. btw) en/of wanneer men met een onderaannemer samenwerkt (ongeacht het bedrag dat men in onderaanneming geeft). Zodra aan één van beide voorwaarden is voldaan, is de werfmelding verplicht.

Wie moet de werken melden? Elke (hoofd-)aannemer die een opdracht krijgt van een opdrachtgever (dus een klant). Ongeacht deze opdrachtgever een beroepspersoon of een particulier is. Ongeacht het werken zijn die de opdrachtgever beroepsmatig of voor uitsluitend particuliere doeleinden zal bestemmen.

Wat als ik als onderaannemer een eigen onderaannemer aanstel? In dergelijke geval dient u de gegevens van uw eigen onderaannemer aan uw (hoofd-)aannemer te bezorgen, zodat hij de aanvulling kan doen van de werkmelding.

Hoe melden? De werken moeten gemeld worden aan de RSZ, via de website www.socialezekerheid.be. Werkmeldingen kunnen enkel nog op elektronische wijze. Er zijn 2 soorten elektronische meldingen. De eerste soort is de klassieke melding, waarbij de aangever zich niet moet laten registreren (inloggen en een paswoord ingeven). De tweede soort elektronische melding is er een waarbij de aangever eerst moet inloggen en een paswoord moet ingeven. Dan komt men in een zogenaamde beveiligde toepassing of omgeving.

Wat als de werken of er een onderaannemer niet gemeld worden? In dergelijk geval kan men een sanctie oplopen gelijk aan 5% van het bedrag van de niet gemelde werken (excl. btw).

SIMA : Conferentie over de fiscaliteit en de regels inzake diesel voor landbouwgebruik O

p 25 februari hebben de CEETTAR en de FNEDT in het kader van de Internationale Ontmoetingen op SIMA 2013 een conferentie georganiseerd over de regels inzake diesel voor landbouwgebruik in Frankrijk en in 5 andere Europese landen (Duitsland, België, Denemarken, Italië en Nederland). Op het einde van de vergadering tijdens welke de CEETTAR, de Europese Commissie, de douane en de FNEDT hun analyse voorstelden, was het voor de deelnemers heel duidelijk dat deze kwestie op juridisch, administratief en financieel vlak verder reikt dan de landsgrenzen. Uit dit initiatief blijkt dat de Europese loonwerkers in gezamenlijk overleg dienen te reage-

ren zodat de lasten in de toekomst niet zwaarder worden. De CEETTAR nodigt dan ook zijn leden uit om de komende maanden gelijkaardige vergaderingen te organiseren in de ver-

schillende lidstaten om tot een consensus te komen die kan leiden tot een meer doorgedreven harmonisatie van de verschillende nationale stelsels.

Landbouw-service /

33

> actueel

LEZERSBRIEF Hallo Johan, Laatst zat ik op vergadering van Boerenbond, over wijzigingen in mestwet en ook een toelichting over nummerplaten. Toen wist die vrolijke paljas van Boerenbond ons te vertellen dat zij ervoor gezorgd hebben dat aan landbouwers niet geraakt ging worden en dat alle kosten op rekening van de loonwerker moest gezet worden want die hebben het per slot van rekening verkloot! En ik was uitgenodigd dus die wist toch dat daar loonwerkers aanwezig waren? Boerenbond is maffia, die snappen niet dat die tractoren enkel bij hun terugverdiend moeten worden dat er dan toch tariefverhogingen bijkomen zeker? Hoewel die nummerplaten voor mij niet slecht zullen zijn hoor want daar schrijf ik niet voor, wou alleen even mijn woede over de Boerenbond kwijt. Waar ik dan wel achter wil informeren: Bij ons in de buurt is een “landbouwer”, die maait al jaren de pannen van het dak, ook oogsten van het gras. Nu heb ik die de pieren uit zijn neus gehaald (aan den toog) toen ik aan de cola zat (want ik was BOB) en hem goed bier voederde (want hij kon wel wat verzetten), ja, zo kom je wel wat meer te weten. Ik zeg maar man, hoe doe jij dat toch, aan die prijzen en dan alle 2 jaar nieuwe maaiers? Dat is heel simpel zegt die: tegen mij kunnen jullie niet winnen. Ik koop nieuwe maaiers, trek daarvoor Vlaamse VLIF-steun en als ik die na 2 seizoenen inruil moet ik maar net zoveel laten vallen als wat ik aan steun heb getrokken, al wat ik maai is zuiver in mijn tas. Jij kan beter stoppen met maaien zegt die daar nog bij. Nu heeft die hetzelfde gedaan met een bemestertank, voor eigen gebruik zegt die dan en bij mijn klanten gaat die dan leuren onder het motto: ik heb geen gps dus jullie kunnen rijden wat je willen. Dat zijn dus 2 vragen: 1. Hoe zit dat met die “bijklussende” landbouwers? Want nu gaat die weeral met een hoop klanten lopen. Daar is al veel over gezegd maar hoever staat dat nu eigenlijk? 2. Ligt dat ook aan Boerenbond of zijn ze op mestbank gewoon niet slimmer? Die gps-systemen lopen hun doel volledig mis als niet iedereen gelijk is voor de wet, dat zou toch duidelijk moeten zijn maar toch kopen boeren tanks van 20m³ of groter en geen enkele mestbank die zich daar vragen bij stelt? Verder is alles goed in orde, het werk doe ik nog zeer graag maar de ongelijkheid en overrompeling van wetten en regeltjes voor loonwerkers en het gebrek eraan bij landbouwers speelt me soms parten. Vriendelijke groeten, Naam en adres bekend bij de redactie.

34

/ Landbouw-service

>

Loonwerk in Nederland: is het sop de kool nog waard?

The Need for Improvement Road Safety: Volgens een studie van Boerenbusiness zullen in 2013 wel 10 a. Prevention accidents / decrease of (fatally) wound tot 15 % meer Nederlandse loonwerkers b. Low Profile / Bad Image of Tractors in Road Traffi stoppen. Dit heeft vooral te maken met de stijgende kosten, en dan vooral in de grensstreek met België.

J

an Maris, directeur van onze Nederlandse zusterorganisatie Cumela, voorspelt dat er dit jaar zelfs 40 tot 50 loonwerkers de activiteiten gedwongen of vrijwillig zullen stopzetten. De stijgende kosten zijn de belangrijkste oorzaak voor de slechte financiële situatie in de sector. De kosten voor onderhoud, afschrijving en personeel waren altijd al de belangrijkste uitgavenposten, maar nu zijn daar de hoge brandstoffacturen bijgekomen. Dat laat nauwelijks ruimte voor huisvestingskosten en verzekeringen. De verzekeringskost is fors gestegen door de verhoging van de assurantiebelasting van 7 naar 21 procent. Sinds het verbod op rode diesel in Nederland

dat inging op 1 januari 2013, ondervindt de sector een concurrentienadeel ten opzichte van Belgische loonwerkers die wel nog rode diesel mogen tanken. Een handicap die uiteraard vooral in het grensgebied speelt. Ondertussen raadt Cumela de loonwerkers aan om zo veel mogelijk samen te werken met andere loonwerkers zodat het machinepark optimaal benut wordt. Ook waarschuwt hij voor te uitgesproken specialisatie: “Zo staat een mooi apparaat voor de aardappelteelt buiten de oogstperiode stil waardoor er gaten in het rendement ontstaan. Net hetzelfde geldt voor trekkers en kippers. Zelfs bij een specialisatie in akkerbouw is het moeilijk het hoofd boven water te houden.” *) Examples:

• Germany: negative attitude of citizens in the villages caused by

• Belgium / Ireland / Germany: different legalisation for tractors u

Eis kwaliteit

the same vehicles, with speed, weight, width etc.).

• Belgium, Ireland, Netherlands strong negative lobby by the ‘pro

bij het strooien !

Laag zwaartepunt Hoge verticale strooiwalsen Zeer grote strooibreedte

Tel: 04 377 35 45 – www.joskin.com

Landbouw-service /

35

> actueel

Lonen PC 132 Technische landen tuinbouwwerken (132.000) 1/1/2013 CATEGORIE 1 Categorie 1A

8.53 €

Categorie 1B

10.42 €

Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 €)

10.45 €

Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 €)

10.47 €


10.57 €


10.67 €


10.80 €

CATEGORIE 2 Categorie 2

10.93 €


10.96 €


10.98 €


11.08 €


11.18 €


11.31 €

Het behoud van het hoevezaad is ook belangrijk voor de toekomst van de Europese landbouw Ondanks de felle kritiek die door de kwekers en de biotechnologie-multinationals wordt geuit op de vrije keuze van de landbouwers en de biodiversiteit van de zaden, hebben de loontrieerders van België, Frankrijk, Duitsland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk tijdens de derde algemene vergadering van hun representatieve Europese organisatie EMSA nogmaals gewezen op de noodzaak om hoevezaad een plaats te geven binnen het Europees landbouwmodel.


11.50 €


11.53 €


11.55 €


11.65 €


11.75 €


11.88 €


12.66 €


12.69 €


12.71 €


12.81 €


12.91 €


13.04 €


13.90 €


13.93 €


13.95 €


14.05 €


14.15 €


14.28 €

“B

innen de Europese Unie wordt er steeds gewezen op de juridische kant van de certificering en de octrooiering van de zaden maar daarbij wordt de economisch draagwijdte van het hoevezaad in de Europese landbouw te vaak uit het oog verloren. In Europa is het hoevezaad prominent aanwezig: meer dan de helft van de 57 miljoen hectaren graan wordt geteeld met zelf geproduceerd hoevezaad dat een waarde vertegenwoordigt van meer dan 500 miljoen euro t.o.v. een zaadmarkt van 1,5 miljard euro”, aldus Nigel Day, voorzitter van EMSA.

in de winteruurregeling (tussen 22u en 6u)

+20 %

De sector, die honderden trieerbedrijven met duizenden werknemers telt, zal er dan ook over waken dat het evenwicht tussen de technische innovatie en de realiteit op het terrein niet zoek raakt. De Commissie mikt op innovatie maar vergeet daarbij te luisteren naar alle actoren. Ze probeert een productiewijze en standaardmethodes op te leggen die enkel de kwekers en de biotechnologiebedrijven ten goede komen. Het is hoog tijd dat er wordt geluisterd naar de landbouwsector en dat zowel de doelstellingen met betrekking tot de verankering van de landbouw in de verschillende gebieden als de EUverbintenissen inzake diversiteit worden gerespecteerd.

in de zomeruurregeling (tussen 23u en 7u)

+20 %

Bron: EMSA - European Mobile Seed Association

Vergoedingen Vergoeding op verplaatsing

15.50 €

Huisvestingsvergoeding Scheidingsvergoeding per verplichte overnachting

8.39 €

Nachtwerk

36

/ Landbouw-service

>

24 keer precisie in het blauw. De Compact-Solitair Z van LEMKEN De compact gebouwde bewerkingscombinatie van een rotoreg, een bandenpakkerwals en zaaielementen is uitgerust met 24 nieuwe OptiDisc dubbelschijfkouters en dieptegeleidingsrollen. Door deze unieke innovatie van LEMKEN kan het zaaigoed precies worden afgelegd. Dankzij de zaaigoed-

www.LEMKEN.com

tank met een inhoud van liefst 3500 liter kan een zo groot mogelijke oppervlakte worden bewerkt. LEMKEN staat voor kwaliteit die mensen enthousiast maakt. Of zoals wij het noemen: precisie in het blauw. Wij weten immers dat elke akker anders is. Test ons op uw akker – wij geven u graag advies.

Landbouw-service /

37

> actueel

Europe besluit tot verbod op neonicotinoïden voor twee jaar De meeste lidstaten zijn voorstander van een verbod op het gebruik van neonicotinoïden gedurende een periode van twee jaar teneinde de impact van deze producten op de bijenpopulaties beter te kunnen evalueren. Tijdens de stemming van het beroepscomité op 20 april in Brussel werd er echter geen gekwalificeerde meerderheid bereikt. De Europese Commissie zou dus in de komende weken de beslissing moeten nemen om de drie belangrijkste moleculen van deze insecticidengroep te verbieden.

D

e Europese Commissie zal een verbod van twee jaar instellen op het gebruik van drie belangrijke insecticiden van de groep van de neonicotinoïden (clothianidin, thiamethoxam et imidacloprid) voor de zaadbehandeling, de bodemtoepassing en de bladbehandeling van voor bijen attractieve gewassen. Vermits de stemming van de lidstaten in het beroepscomité van 29 april geen gekwalificeerde meerderheid voor of tegen het voorstel van de Europese Commissie heeft behaald, zal de beslissing “in de komende weken” in Brussel worden genomen, aldus Europees Commissaris voor Gezondheid, Tonio Borg. Brussel baseert zich daarbij op een advies dat de Europese Autor i t e i t v o o r Vo e d s e l v e i lig heid(EFSA) in januari heeft gepubliceerd.

Italië verandert van mening Vijftien landen (België, Denemarken, F ra n k rijk, Spa nje, Duitsland, Bulgarije, Estland, Cyprus, Luxemburg, Letland, Slovenië, Malta, Nederland, Polen en Zweden) stemden voor een verbod. Acht landen (Verenigd Koninkrijk, Italië, Hongarije, Portugal, Roemenië, Oostenrijk, Tsjechië en Slovakije)

38

/ Landbouw-service

stemden tegen en vier lidstaten onthielden zich (Ierland, Griekenland, Litouwen en Finland). Tijdens de vergadering van het Permanent comité voor de voedselketen en de dierengezondheid op 15 maart hadden 13 lidstaten voor het verbod gestemd. Binnen de maand had Duitsland zich ook aangesloten bij de voorstanders van het verbod maar Italië (dat oorspronkelijk vóór had gestemd) en het Verenigd Koninkrijk (dat zich had onthouden) stemden uiteindelijk tegen het voorstel. Het Verenigd Koninkrijk, dat in april een studie heeft gepubliceerd waaruit blijkt dat de neonicotinoïden niet schadelijk zijn voor de bijen in natuurlijke omstandigheden, heeft zich inmiddels volledig tegen het voorstel van Brussel gekant. Italië wou nog beschikken over de mogelijkheid om de gewassen vóór de bloei te behandelen.

De regeling treedt pas later in werking De definitieve tekst zal voor elk van de drie producten een lijst bevatten van de gewassen die niet meer met neonicotinoïden mogen worden behandeld: talrijke groente- en fruitsoorten en de meeste akkerbouwgewassen met uitzondering van wintergraan (tarwe en gerst) en suikerbieten.

>

Het gebruik op voor bijen attractieve gewassen in serres of akkerbouwgewassen na de bloei blijft uitzonderlijk wel toegelaten. De tekst die oorspronkelijk van kracht zou worden op 1 juli zal pas ingaan op 1 december. Vermits heel wat landbouwers en verdelers al zaden hadden aangekocht, wil Brussel zich niet verplicht zien hen daarvoor te vergoeden. De landbouwers zullen dus voor de laatste keer met neonicotinoïden behandeld koolzaad kunnen telen (dat in de herfst wordt gezaaid). In zijn ongunstig advies, wijst het EFSA voornamelijk op de risico’s van voorbehandeld zaad. Over de bladbehandeling van de gewassen zijn er onvoldoende gegevens beschikbaar. Toch zou Brussel een algemeen verbod op het gebruik van neonicotinoïden instellen. Deze beslissing zal op juridisch vlak gemakkelijker kunnen worden aangevochten door de industrie die deze producten fabriceert, met name groepen zoals Syngenta en Bayer.

De Verenigde Staten delen dezelfde bezorgdheid In de Verenigde Staten hebben het landbouwdepartement (USDA) en het Agentschap voor milieubescherming op 2 mei een teleconferentie georganiseerd in Washington met wetenschappers en de betrokken sectoren over een nieuw rapport gewijd aan de factoren die de gezondheid van de bijenpopulaties aantasten. Het rapport toont aan dat er talrijke oorzaken zijn zoals plagen en ziektes, genetische factoren, slechte voeding en blootstelling aan pesticiden. De studie bevat de resultaten van de laatste onderzoeken, die reeds werden besproken tijdens een conferentie in oktober 2012.

Voorzorgsbeginsel De Europese bedrijven uit de sector hebben uiteraard gereageerd op deze aankondiging. Vermits de Europese Commissie geen gekwalificeerde meerderheid heeft behaald, zou ze de bespreking op een

KUHN, DAT IS MIJN KRACHT!

nieuwe basis moeten hervatten, vindt de Europese Vereniging van Zaadhandelaren (ESA). De ESA vraagt een grondige wetenschappelijk expertise ter zake alvorens er een beslissing wordt genomen. De Europese gewasbeschermingsorganisatie ECPA maakt zich dan weer zorgen over het misbruik van het voorzorgsbeginsel dat, volgens haar, “een bedreiging vormt voor de concurrentiekracht, de productiviteit en de duurzaamheid van de Europese landbouw en een zeer ontmoedigend signaal is voor de hele agrovoedingssector, met name voor het onderzoek en de ontwikkeling.” Over twee jaar zou Brussel de toelatingsvoorwaarden voor de verkoop van neonicotinoïden moeten herzien, rekening houdend met de impact ervan op de bijenpopulaties. Tijdens het moratorium zullen er tevens onderzoeken gebeuren op het veld over de rol van insecticiden. De lidstaten zullen monitoringprogramma’s voor de bijenpopulaties moeten uitwerken.

Pers strakke, rechthoekige Pakken!

Dankzij de doordachte KUHN-technologieën, produceert u stevige, strak geperste en mooi gevormde balen in alle gewassen:

Scan de QR-code om de video te bekijken

✔ Integral Rotor : invoervijzels met een grote diameter die op één lijn staan met de invoerrotor ✔ Power Density : unieke invoervork met variabele bewegingsmogelijkheid en dubbele snelheid t.o.v. de perswagen

Packo agri WERKT UITSLUITEND MET

B-8210 Zedelgem T : 050/25 00 10

EEN PROFESSIONEEL DEALERNET.

B - 5 5 9 0 C i n e y T : 0 8 3 / 6 1 1 4 74

KENNIS EN SERVICE BIJ DE DEUR.

E : [email protected] W : www.packo.be

Landbouw-service /

39

> actueel

Koninklijk besluit over de fytolicentie is gepubliceerd Het Koninklijk Besluit over een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, beter gekend als het KB fytolicentie, is eindelijk gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 16 april 2013.

PROFESSIONELE GEBRUIKERS KUNNEN VANAF 1 SEPTEMBER 2013 EEN FYTOLICENTIE AANVRAGEN Vanaf 25 november 2015 moet u als professionele gebruiker van gewasbeschermingsmiddelen (loonsproeiers, landbouwers, tuinaannemers, personeel groendiensten, …) een fytolicentie hebben. Die kunt u vanaf september 2013 aanvragen. Tot die tijd moet u niets ondernemen.

gebruikers, maar ook distributeurs en voorlichters.

Hoe vraag ik een fytolicentie aan? Professionele gebruikers met minimum twee jaar praktijkervaring kunnen voor 1 september 2015 zonder bijkomende voorwaarden de fytolicentie aanvragen. In de komende maanden zal de FOD Volksgezondheid u laten weten hoe u dat precies moet doen. Voor professionele gebruikers zijn er geen kosten verbonden aan de aanvraag van een fytolicentie.

Wat is de fytolicentie? Dit is een certificaat van de overheid voor iedereen die beroepsmatig met gewasbeschermingsmiddelen werkt: professionele

Schema aanvraag Fytolicentie

bewijs van ervaring conform overgangsmaatregelen? 1

ja

aanvraag in periode 1/09/2013 - 31/08/2015?

nee ja

nee conform diploma via regulier onderwijs? 2 ja nee deelname aan examen in erkend centrum 3 deelname aan basisopleiding in erkend centrum geslaagd? nee ja

1. Administratieve overgangsmaatregelen voor aanvraag Fytolicentie 2. Basisopleiding via regulier onderwijs 3. Basisopleiding en examen via erkend centrum (naschools onderwijs)

40

/ Landbouw-service

toekenning Fytolicentie

>

Welke fytolicenties zullen er bestaan? Productgroep

Doelgroep

Fytolicentie

Gewasbeschermingsmiddelen erkend voor niet-professioneel gebruik

Amateurgebruikers

/

Professionele gebruikers

/

Distributeurs en/of voorlichter

Distributie/voorlichting (P3) of Distributie/voorlichting producten voor niet-professioneel gebruik (NP)

Amateurgebruikers

Geen toelating voor gebruik van deze middelen


• Professioneel gebruik (P2) (of Distributie/voorlichting (P3)) • Assistent professioneel gebruik (P1) als u onder gezag van een licentiehouder (P2 of P3) werkt

Distributeurs en/of voorlichters

Distributie/voorlichting (P3)

Amateurgebruikers

Geen toelating voor gebruik van deze middelen


Specifiek professioneel gebruik (Ps)

Distributeurs en/of voorlichters

Distributie/voorlichting (P3)

Gewasbeschermingsmiddelen erkend voor professioneel gebruik

Gewasbeschermingsmiddelen erkend voor professioneel gebruik, voorbehouden voor houders van de licentie ‘specifiek professioneel gebruik’ (zoals vermeld op akte)

Beknopt overzicht van de toegelaten activiteiten met producten, per type Fytolicentie (uitgezonderd type Fytolicentie “Specifiek professioneel gebruik”)

Type Fytolicentie geen

NP

P1

P2

P3

/

“Distributie/Voorlichting producten voor nietprofessioneel gebruik”

“Assistent professioneel gebruik”

“Professioneel gebruik”

“Distributie/ Voorlichting”

aankopen

ja

ja

ja

ja

ja

gebruiken

ja

ja

ja

ja

ja

stockeren

ja

ja

ja

ja

ja

distribueren

nee

ja

nee

nee

nee

voorlichten

nee

ja

nee

nee

nee

aankopen

nee (afhaling/bestelling mogelijk in opdracht van een P2 of P3, +18, factuur noodzakelijk)



ja

ja

gebruiken

nee (behalve 4)

nee (behalve 1)

ja (onder gezag van P2 of P3)

ja

ja

nee (enkel in aanwezigheid van een P1, P2 of P3 )

nee (enkel in aanwezigheid van een P1, P2 of P3 )

ja

ja

ja

beheer opslag lokaal/ kast + aanwezige producten

nee

nee

nee

ja

ja

distribueren

nee

nee

nee

nee

ja

voorlichten

nee

nee

nee

nee

ja

activiteiten PNP

activiteiten PP

toegang opslaglokaal / kast

4 Een afwijking hieraan wordt toegestaan aan jongeren op het werk, zoals bepaald in het koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van jongeren op het werk, en stagiairs, zoals bepaald in het koninklijk besluit van 21 september 2004 betreffende de bescherming van stagiairs.

Voor meer informatie over de fytolicentie kunt u terecht op www.fytoweb.be (Info voor de gebruiker > Fytolicentie).

Landbouw-service /

i 41

> actueel

Maximale betaaltermijn van 30 dagen? Mijn leverancier zegt dat ik vanaf maart 2013 op 30 dagen moet betalen, omwille van Europese regelgeving, maar klopt dat wel? Neen. Er is weliswaar een nieuwe Europese regelgeving ( 2011) die de betalingstermijnen voor ondernemingen en overheden aanpast. Maar die richtlijn moet nog omgezet worden in Belgisch recht. Dit moest normaal gezien gebeurd zijn op 16 maart 2013, maar die termijn zal in België niet gehaald worden. Op dit moment werkt de regering nog aan een ontwerptekst die dus nog door de ministerraad moet worden goedgekeurd en dan nog door het parlement moet gesluisd worden.

Business to business

Overheidsbetalingen

Hoe dan ook zal er aan de bestaande Belgische wetgeving op zich niet veel veranderen, toch niet voor wat betreft betalingen tussen handelaars onderling ( B2B). Daar zal hoogstwaarschijnlijk niets veranderen aan de wettelijk voorziene betaaltermijnen zelf. Het principe van betaling binnen de 30 dagen (zoals dat nu al in de wet staat) zal hoogstwaarschijnlijk behouden blijven, en contractuele afspraken over langere betaaltermijnen zullen eveneens mogelijk blijven, tenzij die afspraken een zeer duidelijk nadeel vormen voor de schuldeiser. Een maximale wettelijke betaaltermijn van 30 dagen komt er dus zeker niet. Wel krijgt de schuldeiser bij laattijdige betaling door een klant automatisch 9% intrest (in plaats van de huidige 8%) en een forfaitaire vergoeding van 40 euro (ter compensatie van invorderingskosten).

Enkel voor wat betreft betalingen door de overheid, eist de richtlijn wél strengere termijnen. Ook hier geldt het principe dat facturen door de overheid binnen de 30 dagen betaald moeten zijn, maar ook hier zijn contractuele afspraken over langere termijnen mogelijk. Grote nieuwigheid zal wel zijn dat dergelijke contractuele afspraken nooit in een betalingstermijn van méér dan 60 dagen mogen voorzien. betalingstermijnen van 60 dagen worden dus het absolute maximum voor overheden. Dit moet wel genuanceerd worden in de

42

/ Landbouw-service

zin dat de overheid van de richtlijn wel een periode krijgt om ingediende facturen te controleren. Die termijn duurt in principe ook maar 30 dagen. Maar de richtlijn laat hier wel toe dat contractueel langere termijnen worden vastgelegd, en die contractuele afspraken worden door de richtlijn niet beperkt tot 60 dagen. Ook in het kader van overheidsopdrachten krijgt de schuldeiser bij laattijdige betaling automatisch 9% intrest ( in plaats van de huidige 8%) en een forfaitaire vergoeding van 40 euro ( ter compensatie van invorderingskosten).

TIER 4 TECHNOLOGIE.

WIJ ZIJN ER KLAAR VOOR. U OOK?

Meer vermogen, minder brandstof.

Beter voor het milieu én voor uw rendement: uw Case IH tractor vanaf 100 pk voldoet nu al aan de nieuwste emissienormen. • Tot 90% minder ﬁjnstof en NOx. • Bovendien tot 10% minder brandstofverbruik.

VOOR WIE MEER VERWACHT

Waar wacht u nog op? Neem gerust de kortste weg naar betere prestaties en contacteer uw Case IH dealer.

www.caseih-ep.com

> actueel

Hervorming van het GLB: stand van zaken

Na een maandenlange blokkering en veel getalm heeft de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid eindelijk een sprong voorwaarts gemaakt. In februari werd er tussen de verschillende landen een akkoord afgesloten over het financiële kader voor de jaren 2014-2020. Sindsdien hebben zowel de Europese parlementsleden als de ministers van landbouw een intern compromis bereikt zodat aan hun vertegenwoordigers een onderhandelingsmandaat kon worden toevertrouwd. De Commissie, de Ministerraad en het Europees parlement hebben in april hun onderhandelingen aangevat met het oog op het bereiken van een akkoord tegen eind juni.

O

ok al zaten de onderhandelingen over de EU-begroting nog vast, toch waren de technische en politieke besprekingen al gestart tussen de Europese Commissie, het Europees Parlement, de nationale regeringen en de vertegenwoordigers van de industrie. Al bijna twee jaar lang organiseren de CEETTAR, Landbouw-Service en andere nationale representatieve organisaties van de loonwerkers regelmatig bijeenkomsten en worden er nota’s gepubliceerd om de Europese besluitvormers te overtuigen van de noodzaak om het voorstel van de Commissie te wijzigen en een actieve steun te bieden aan de loonwerkers. In de huidige wetgeving worden alleen de landbouwers door de Europese Unie erkend als actoren in de landbouwproductie. Vandaar dat ze subsidies krijgen voor investeringen ook al voeren ze werken uit voor derden. Voor het eerst in de geschiedenis heeft één van de

44

/ Landbouw-service

Europese instellingen, met name het Parlement, er zich toe verbonden te vragen om de loonwerkers op te nemen in de toekomstige Europese wetgeving. Voor de Europese parlementsleden zou zich dat kunnen vertalen in twee soorten van steunmaatregelen: een specifieke steun aan jonge loonwerkers, zoals die reeds bestaat voor jonge landbouwers, en een meer globale steun gericht op de ontwikkeling van bedrijven die diensten verlenen aan landbouwers, eigenaars en lokale overheden. Op die manier zorgt het Europees Parlement voor een erkenning van de bijdrage van loonwerkers aan de plattelandseconomie en de landbouw in Europa waarbij de lidstaten de mogelijkheid krijgen om de loonwerkers financieel te ondersteunen. De vooruitgang die werd geboekt in het Europees Parlement betekent niet dat zulks automatisch zal worden opgenomen in de eindtekst. Het compromis

zal immers nog worden beïnvloed door tal van andere zaken. Tijdens de eerste weken van de besprekingen tussen de drie partijen zullen wellicht de grote lijnen worden vastgelegd die zullen leiden tot een consensus maar de meest gevoelige punten zullen nog moeten worden behandeld tijdens de landbouwraad die zal plaatsvinden op 24 en 25 juni. CEETTAR en Landbouw-Service zullen samen met hun partners blijven ijveren voor de opname van de loonwerkers in de eindtekst zodat ook zij voordeel kunnen halen uit het GLB. Het tot nu toe behaalde resultaat is positief maar er is nog veel werk aan de winkel. Men moet immers proberen op de EU-tekst vooruit te lopen en duidelijk te maken welke steunmaatregelen dienen te worden voorzien opdat de loonwerkers optimaal van dit instrument zouden kunnen gebruik maken.

Kies groen … … oogst goud

Onze W, T en S-Serie maaidorsers zijn ontworpen om uw kostbare graan te oogsten. Ontworpen, ontwikkeld en gebouwd in Zweibrücken, Duitsland waar we vorig jaar meer dan € 200 miljoen hebben geïnvesteerd om de meest betrouwbare maaidorsers met de hoogste kwaliteit te kunnen produceren. Voeg daar aan toe dat we ook nog € 23 miljoen geïnvesteerd hebben in het uitbouwen van onze wisselstukkenvoorziening en dat we in elke regio oogstmachine specialisten ter beschikking hebben. De tijd is rijp om goud te oogsten. Voor meer informatie neem contact op met Erik De Ridder : 0474 750 125

Peperstraat 4A - 3071 Erps-Kwerps Tel. : 02 759 40 93 - Fax. : 02 759 99 28 - E-mail : [email protected]

JohnDeere.be

>

D O S S I E R M EC H A N I S AT I E

DOSSIER Mechanisatie door Otto OESTGES

NIEUWIGHEDEN NOUVEAUTÉS Reeks MF 6600: vijf trekkers met vier cilinder motoren van 120 tot 160 pk

M

assey Ferguson presenteert de nieuwe MF 6600 reeks met vijf modellen met vier cilindermotoren van 120 tot 160 pk. De AGCO Power motoren met een cilinderinhoud van 4,9 liter beschikken over een SCR inspuitsysteem van de tweede generatie en een DOC oxydatiecatalysor om aan de Tier 3B normen te kunnen voldoen. De MF 6600 reeks biedt een breed gamma transmissies aan. De Dyna-VT optie is beschikbaar op de modellen MF 6614, MF 6615 en MF 6616, en bestaat uit een traploze transmissie zodat de snelheid exact afgesteld kan worden, met behoud van een laag toerental van de motor. Het Dynamic Tractor Management (Dyna-TM) systeem wordt standaard aangeboden en past het motortoerental automatisch aan volgens de bemeten last. De Dyna-6 ECO transmissie aangeboden op alle modellen met uitzondering van de MF 6612, is een robuuste en betrouwbare transmissie zonder gebruik te maken van het koppelingspedaal, dankzij dehet Power Control hendel links of dehet hendel op hetde rechter armleuning. Deze transmissie biedt 24 snelheden aan, of 6 Dynashift overbrengingen in vier gamma’s. De optie Dyna-4, op de modellen MF 6612, MF 6613 en MF 6615, is een zeer efficiënte transmissie die 16 snelheden vooraan en achteraan biedt en ook geen beroep doet op het koppelingspedaal. De neutraalstand geactiveerd tijdens het remmen is een praktische functie die standaard aangeboden wordt op de trekkers met Dyna-4 en Dyna-6 transmissie. Zodra het rempedaal ingedrukt is, wordt de koppeling in neutraalstand geplaatst, eens de remmen losgelaten worden is de transmissie weer actief, wat zeer nuttig

46

/ Landbouw-service

is tijdens werkzaamheden met een frontlader. Andere nieuwigheid bij Massey Ferguson: de optie AutoDrive wordt voor het eerst op de Dyna-4 en Dyna-6 transmissies aangeboden. Als het ‘haasgamma’ gekozen is, gaat de AutoDrive automatisch schakelen tussen de snelheden en de gamma’s van de Dynashift, wat het toelaat om 16 snelheden te veranderen door een eenvoudige afstelling van het gaspedaal. Voor veldwerkzaamheden, past het systeem de snelheid automatisch aan binnen dezelfde gamma. De hydraulische hendels en de frontlader worden door één hand bediend dankzij een nieuw hydraulisch systeem met gecombineerd debiet van 100 liter/min en een nieuwe joystick rechts. De cabine, met een geluidsniveau van 71 dB(A), is dezelfde als deze van de MF 7600 reeks, met mechanische of hydraulische vering, en nieuwe bedieningen.

De gebruikers kunnen kiezen tussen drie uitrustingsniveau’s. Alle modellen van de versies “Efficient” en “Exclusive” van de MF 6600 reeks zijn te combineren met het nieuw automatisch geleidingssysteem AutoGuide 3000, dat in optie aangeboden wordt. Alle werkzaamheden en afstellingen gebeuren via het Datatronic scherm, zodat een bijkomend scherm overbodig is. Voor diegenen die een kleuren touchscreen scherm uitgerust met alle functies willen is de C3000 monitor te combineren met de AutoGuide. Het omvat, onder andere, een karteringsfunctie, het beheer van gegevens en de ISOBUS. Het kan gebruikt worden als aanvulling van de Datatronic 4 monitor. AutoGuide 3000 doet beroep op de het Topdoc ontvanger, geschikt om signalen van de GPS, GLONASS en GALILEO satellieten te ontvangen, waardoor de nauwkeurigheid hoog blijft.

>

Case IH Maxxum CVX met traploze transmissie

C

ase IH breidt haar gamma Maxxum Efficient Power trekkers met drie nieuwe modellen uitgerust met de CVX traploze transmissie. Deze traploze transmissie biedt snelheden tussen 0 en 50 km/u aan, en beschikt over twee mechanische overbrengingen voor een zeer goede globale doeltreffenheid. Het hydraulisch vermogen is homogeen op heel het bereik van snelheden, met een deel kleiner dan 25%. De 50 km/h Eco snelheid is bereikt vanaf 1.750 omw/min (of 40 km/u en 1.600 omw/min). De Maxxum CVX trekkers beschikken ook over de APM (automatisch beheer van de productiviteit), een systeem dat zijn grote doeltreffenheid al bewezen heeft op de grotere trekkers van Case IH. De APM reduceert automatisch het motortoerental in functie van het benodigd vermogen. De Maxxum Efficient Power trekkers beschikken bovendien over een actief bedieningssysteem van de stop. Daardoor blijft de trekker staan op hellingen, met of zonder geladen aanhangwagen, en zonder het koppelingspedaal aan te raken. De drie nieuwe Maxxum CVX trekkers worden aangedreven door 4 cilinder turbomotoren met een cilinderinhoud van 4,5 liter. Alle modellen zijn uitgerust met een electronische common-rail inspuitsysteem, alsook SCR, ontworpen door Case IH. Hun doeltreffenheid werd verbeterd en het maximaal koppel is al bereikt aan een motortoerental van 1500 omw/min.

De Maxxum trekkers beschikken ook over een motorvermogenbeheerder die een powerboost van maximaal 22 pk vrij geeft. De Maxxum 130 CVX beschikt bijvoorbeeld over een maximaal vermogen van 143 pk, die tot 163 pk kan stijgen voor transportwerkzaamheden of aftakastoepassingen met het vermogensbeheer van de motor. Als echte veelzijdige trekker is de Maxxum uitgerust met een zeer soepel hydraulisch systeem. Een pomp met axiale plunjers levert op aanvraag belangrijke debieten tot 125 liter per minuut, met druk- en debietafstelling. Het hefvermo-

gen van de lift bedraagt 7.867 kg achteraan en 3.100 kg vooraan. Zeven electrohydraulische ventielen maken het mogelijk om een breed pallet hydraulische functies te beheren. Tot vier ventielen achteraan en drie centraal gemonteerde ventielen zijn beschikbaar. Vermelden we ook nog dat de nieuwe Maxxum CVX reeks uitgerust is met een cabine met panoramisch zicht, met één van de meest comfortabele en stille (71 dB(A) bestuurderspost op de markt. De cabine is de grootste van haar categorie en biedt een uitstekend zicht, dankzij een glasoppervlakte van 5,78 m².

Uuitbreiding van de groenvoorzieningsgamma van New Holland

D

e groenvoorzieningsgamma Boomer Compact werd uitgebreid met vijf nieuwe modellen van 38 tot 51 pok. De trekkers van hetde Boomerreeks 35, 40, 50 en 3000 zijn uitgerust met vier cilinder motoren en bieden, volgens het model, een hydrostatische of mechanische (modellen 35, 40 en 50) aandrijving of de traploze transmissie Easy Drive TM. De electro-hydraulisch geschakelde aftakas biedt de opties 540 omw/min en centrale aandrijving aan. De 35-50 reeks is uitgerust met een bestuurdersplatform met veiligheidsbeugel, terwijl de 3000 reeks over een Super Suite TM cabine met glazen dak beschikt. Voor deze nieuwe reeks trekkers heeft New Holland een herkenningsstrategie met cijfers (ex. 35-50) gekozen dat het maximaal vermogen weergeeft. Landbouw-service /

47

>


Deutz-Fahr, 5 en 6 reeksen met traploze transmissie

T

ijdens de laatste SIMA presenteerde Deutz Fahr de nieuwe 5-reeks met vier modellen van 100 tot 130 pk. De 4 cilinder common-rail motoren van 3,6 liter beantwoorden aan de Tier 4i emissienormen. Ze zijn uitgerust met een DOC-oxydatiecatalysor. De transmissie wordt aangeboden in drie versies: mechanisch met 10 snelheden vooruit en achteruit, semi-powershift met drie powershift snelheden en “Sense Shift” technologie, alsook de TTV traploze aandrijving. Inzake hydraulische uitrusting worden ook drie oplossingen aangeboden: 90 l/ min met tandem pomp of 60 l/min met enkel pomp enkele pomp of tandem pomp (60 ECO). Het hefvermogen achteraan bedraagt 6.600 kg. Vermelden we ook nog dat verschillende uitrustingen het comfort en de veiligheid

verhogen: geveerde vooras, mechanische of pneumatische cabinevering, “Stop & Go” systeem op de powershiftversies, “Power Zero” op de TTV, alsook een remsysteem met “Power Brake” en “Park Brake”.

De 6-reeks trekkers voorgesteld in 2012 met powershift transmissie (zie Landbouw-Service van november 2012) zijn voortaan ook beschikbaar met traploze transmissie van het type TTV.

Nieuwe generatie Claas trekkers van 220 tot 270 pk.

D

e nieuwe Claas Axion 800 trekkers, die in avant-première voorgesteld werden tijdens de SIMA 2013, zijn gebouwd op basis van de technologie van de AXION 900, die in 2011 voorgesteld werden. Het zijn de eerste Claas modellen die beantwoorden aan de

48

/ Landbouw-service

Stage IV (Tier 4) emissienormen voldoen. Ze zijn uitgerust met 6 cilindermotoren van 6,7 liter en twee catalysoren (DOC/OXIKAT en SCR). Met vier modellen van 200 tot 270 pk, vervolledigt de Axion 800 reeks perfect het bestaand programma van

Claas van 145 tot 180 pk met de Arion 500/600 en van 280 tot 400 pk voor de Axion 900. De FPT (Fiat Powertrain Technologies) motor beschikt over 8% hoger koppel dan het vorig model, alsook een bredere vermogensvlakte (500 omw/min). De twee eerste Axion 800 modellen zullen beschikbaar zijn vanaf 2014 met vooreerst een HEXASHIFT transmissie en vervolgens de traploze C-MATIC transmissie. De aftakas vooraan is uitgerust met een nieuwe, en gebreveteerde, koppeling met volledige ontkoppeling als de aftakas niet gebruikt is. Wat de bediening aangaat, heeft Claas geopteerd voor het concept van de Arion 500/600, beschikbaar in CIS (Claas Information System) uitvoering of electronische CEBIS (Claas Elektronisches Bord-Informations System) uitvoering. Vermelden we nog dat de Axion 800 over een langere wielbasis beschikken met een gewichtsverdeling van 50% op de vooras en 50% op de achteras.

>


Deutz-Fahr vervolledigt het gamma Agrovector verreikers

V

oor 2013 vervolledigde Deutz-Fahr hetde gamma verreikers met de modellen 37.6 et 37.7. Deze nieuwe verreikers kenmerken zich door een maximaal laadvermogen van 3,7 t voor een maximale hefhoogte van respectievelijk 6,10 en 7,30 meter. Deze verreikers worden aangedreven door 4 cilinder common-rail motoren van 3,6 liter die voldoen aan de Tier 4i emissienormen. Het respectievelijk vermogen bedraagt 100 en 123 pk. De powershift transmissie beschikt over vier snelheden vooruit en drie achteruit. Het load sensing hydraulisch systeem beschikt over een pomp van 150 l/min met een druk van 250 bar. De nieuwe Agrovector kenmerken zich ook door hun onderhoudsvriendelijkheid: verwijderbare motorkap zonder gerief, olieverversing (motor om de 500 uren, transmissie om de 1.500 uren).

Manitou MLT 629: een compacte en veelzijdige verreiker

D

e Manitou groep stelde tijdens de SIMA de MLT 629 voor, een nieuwe verreiker met achteraan geplaatste motor. Deze verreiker is uitgerust met een Perkins motor van 100 pk en koppelomvormer met mechanische transmissie. De laadcapaciteit bedraagt 2,9 ton, voor een hefhoogte van 5,5 meter. De MLT 629 beantwoordt aan de eisen van talrijke gebruikers, die een compacte machine willen met veel capaciteit. In functie van het type banden (20 of 24 duim), bedraagt de breedte van deze MLT 2,00 m of 2,30 m. Een nieuwe gamma uitrustingen die aangepast zijn aan de capaciteit van de machine zijn ook beschikbaar: gesloten bak van 2.000 l, mestrieken, een breede gamma strobalen, enz…

50

/ Landbouw-service

>

Grondbewerking en zaai in één werkgang met de Kverneland a-drill

V

oor directzaaiwerkzaamheden, stelt Kverneland voor om de a-drill zaaimachine te bevestigen op een compacte schijveneg van het type Qualidisc of een CLC Pro cultivator en het geheel te vervolledigen met een aandrukrol. De a-drill zaaimachine is aangeboden met een kunststof voorraadbak van 200 liter of een stalen voorraadbak met een capaciteit van 500 liter. Deze machine is geschikt om alle zaden te verwer-

ken, alsook een mengeling van verschillende zaden. De getrokken machines zijn standaard uitgerust met een hydraulische blazer, terwijl de getrokken machines over een elektrische of hydraulische blazer beschikken. De hydraulische aandrijving van de blazer wordt aanbevolen voor grotere dosissen en hogere werksnelheden (bijvoorbeeld een dosis van 100 kg/ha met een werksnelheid van 12 km/u). Alle modellen kunnen met twee ver-

schillende bedieningskasten uitgerust worden: de CB 3.2 bediening laat toe om alle basisfuncties te bedienen (vast toerental, proefdraai, aan/uitzetten van de blazer) terwijl de CB 5.2 bediening nog andere functies toelaat: snelheidsonafhankelijke dosering (als een snelheidssensor gebouwd is), aan/uitzetten op de kopakkers, weergave van de oppervlakte en de snelheid, leegdraaien van de machine, enz…

De universele zaaimachine Pöttinger Terrasem voortaan beschikbaar met kunstmesttoediening

O

m een antwoord te kunnen bieden aan de vraag van de markt heeft Pöttinger een kunstmesttoediening ontworpen voor de universele zaaimachine Terrasem. Op de Terrasem gebeurt de toediening van kunstmest onder twee vormen: door de Précis-Dual-Disc scharen of door middel van verspreiders. Het principe van toediening door de Précis-Dual-Disc scharen laat een grote nauwkeurigheid toe, direct achter de bodembewerking door middel van de schijven vooraan, juist voor de twee zaairijen. De aflegdiepte is daardoor afstelbaar en de bandenpacker zal de oppervlakte verdichten, voordat het zaaigoed afgelegd wordt. De Précis DualDisc legt de kunstmest precies af naast het zaaizaad, en dus in de omgeving van

de toekomstige wortels. Daardoor kan men besparen op kunstmest, en wordt de wortelontwikkeling beter ondersteund op langere termijn, wat zich vertaald door hogere opbrengsten. Het principe van toediening door verspreiders maakt het

steeds mogelijk om de kunstmest te verdelen na de bodembewerking, maar dan op de volledige werkbreedte. De kunstmest wordt uniform ingewerkt en bijna zonder verlies, zodat de wortels nutriënten vinden in alle bodemhorizonten.

Landbouw-service /

51

>


Uitbreiding van het gamma grondbewerking- en zaaimachines van Kuhn

Halfgedragen ploeg met verstelbare werkbreedte Kuhn vervolledigt haar gamma halfgedragen ploegen met enkel wiel van het type Leader met een nieuw model met verstelbare werkbreedte van 14” tot 22”. Deze ploeg die uitbreidbaar is tot 6, 7 of 8 schaar voldoet aan de eisen van loonbedrijven en grotere akkerbouwbedrijven, met onder andere een hydraulische nonstop beveiliging en aankoppelingspunten aangepast voor trekkers met veel vermogen (tot 360 pk). Om het draagvermogen te vergroten is het mogelijk om zeer grote wielen te gebruiken (1000 x 500 mm, strepenprofiel of 1200 x 500 mm, landbouwprofiel).

Evolutie van de Master 3 ploegen Het gamma Master 3 ploegen tot 7 schaar geniet van een aantal verbeteringen om de robuustheid te vergroten (verzwaarde aankoppelingspunten en nieuw versterkte draaias), alsook de uitbreekkracht die verhoogt van 3,2 tot 4 ton, en het gebruiksgemak (ventielen, hydraulische schuinstelling en nieuw concept van hydraulisch geregeld loopwiel).

Veelzijdige breker met tanden Met de Cultimer stelt Kuhn een breker met tanden voor dieat zowel kan dienen voor het oppervlakkig- of diepbreken van de grond (tot 35 cm), als voor de grondbewerking in de zomer en het klaarleggen

52

/ Landbouw-service

van grond in het voor- of het najaar. De nieuwe Cultimer is een getrokken werktuig met een werkbreedte van 4, 5 of 6 m. Het bestaat uit een stuurdissel, drie rijen tanden, één rij niveleerschijven en een rol. Dit werktuig is zeer veelzijdig dankzij de mogelijke uitrusting: ganzevoet scharen van 350 mm voor een oppervlakkige bewerking van 3 tot 7 cm, punt 80 mm en vleugels 350 mm (standaard of versterkt) voor een bewerking tot 15 cm diep, punt 80 mm alleen voor een bewerking tot 35 cm diep, smalle punt van 50 mm voor een diepgrondeffect of voor een bodembewerking op harde gronden.

Nieuwe zaaimachines met grote werkbreedte De nieuwe enkelzaadzaaimachine Maxima RXL kan uitgerust worden met 9, 10 of 12 zaairijen, voor werkbreedtes gaande van 6,75 tot 9,00 m. Deze zaaimachine is vooral bestemd voor grote bedrijven en loonbedrijven, en het werkdebiet van de RXL kan oplopen tot 60 ha per dag. De zaaimachine bestaat uit drie delen die elk onafhankelijk zijn om een betere bodemaanpassing te kunnen bieden. In functie van de uitrusting kunnen wielen vooraan of achteraan geplaatst worden, voor gronden die minder dragend zijn. Vermelden we nog in optie: • het beheer van de zaaiwerkzaamheden vanuit de cabine dankzij de KMS

412 terminal; • het besparen op zaaizaad dankzij de uitschakeling vanuit de cabine; • toediening van meststoffen via de fronttank TF 1500; • centraal geplaatste pneumatische microgranulator.

Zaaicontrole voor pneumatische lijnzaaimachines Kuhn biedt voortaan een zaaicontrole systeem van het type KLS 128 aan voor de pneumatische lijnzaaimachines. Dezeit uitrusting omvat sensoren geplaatst op alle leidingen en die gecalibreerd worden tijdens de ingebruikname. Deze uitrusting houdt rekening met de specifieke eigenschappen van het zaaien, zoals het sluiten van één rij op twee. In geval van afwijkingen wordt dat weergegeven op de terminal in de cabine met vermelding van de rij, zelfs als het om een gedeeltelijke verstopping gaat. De KLS 128 werkt met de meeste courante zaden (koolzaad, granen, erwten, bonen…) en kan aangepast worden op de pneumatische zaaimachines van Kuhn, zoals de Venta LC, Venta NC, BTF, BTFR, Moduliner, Speedliner,… De uitrusting is geleverd als opbouwunit vanuit de fabriek.

>

Amazone Amatron 3: een bedieningsterminal met ISOBUS aansluiting

D

e nieuwe Amatron 3 bedienigsterminal vervangt de Amatron+, die meer dan 30.000 keer verkocht is de laatste jaren. Deze terminal kan zowel kunstmeststrooiers als spuit- of zaaimachines van Amazone bedienen, alsook andere machines van andere merken, op voorwaarde dat ze ISOBUS compatibel zijn. Tot drie functies kunnen gecombineerd worden met de GPS localisatie. De

GPS-Switch beheert het openen en het sluiten van de secties op een spuitmachine, een kunstmeststrooier of een zaaimachine. De GPS-Track is een optische stuurhulp om de volledige werkbreedte van de machine optimaal te benutten, en overlappingen te vermijden. De derde functie, de GPS-Map zorgt voor de vertaling op veld van de verschillende taakkaarten.

Nieuwe ontwikkelingen op de drijfmesttanken van Joskin

B

ij Joskin zijn nieuwe technische ontwikkelingen tot stand gekomen om de werking van in het bijzonder de snijverdeler, de injecteurs en de Penditwist bomen verder te verbeteren. Bij de verbeteringen aangebracht op de snijverdelers van Joskin kunnen we volgende punten melden: • de vervaardiging van het lichaam van de snijverdeler in Hardox (langere levensduur

en beter slijpen van de messen); • het robotlassen van de componenten van het verdelerlichaam garandeert de regelmatige vorm ervan; • de voet van de snijverdeler wordt nu vastgebouwt aan het lichaam voor en gemakkelijkere vervanging. Op de sleepslangenbomen Penditwist Joskin hebben de laatste innovaties betrekking tot:

• een snijverdeler uitgerust met een luchtinlaatkast om overdruk te vermijden; • een snelle opening van de snijverdeler met een brandweerslang om de lediging voor opening te vergemakkelijken; • een nieuwe bevestiging op de bomen van 15 tot 18 m, zodat ze langs het vat rusten in transportpositie; • de mogelijkheid om op 15 m (optie in afwerking) te kunnen werken met een boom van 18 m dankzij de sluiting van een kwartslagafsluiter. Vermelden we ook nog dat het gamma Terraflex 2 bouwlandinjecteurs vervolledigd werd met modellen met een werkbreedte van 6,00 - 6,80 en 7,60 m. Zoals de rest van het gamma kunnen deze modellen ook (in optie) uitgerust worden met een nivelleereg, de injecteur te voeden met twee buizen van een diameter van 150“ en scharen van het type ganzevoet te monteren.

Landbouw-service /

53

>


Nieuwe opties op de gedragen spuitmachines Hardi Master Plus

O

p de Sprint versies van de gedragen spuiten biedt de Deense constructeur Hardi een hele resem nieuwe uitrustingsmogelijkheden aan. De AutoSlant optie, die al gekend is van de getrokken en zelfrijdende spuiten van Hardi, is voortaan beschikbaar op de PRO spuitbomen van 20 tot 28 m, die verticaal toevouwen. Het systeem beheert de hoogte van de spuitboom, alsook de hellingscorrectie. Het geheel is gekoppeld aan de automatische hef op de kopakker (HeadLandAssist) tijdensn het draaien. De optie BoomPrime is ontworpen op basis van een lage druk continue circulatie dat toelaat om de spuitleidingen te vullen voordat het spuiten op zichzelf begint. Een ISOBUS terminal met geïntegreerde

functies biedt de mogelijkheid om alle onmisbare informatie te raadplegen tijdens het spuiten en bepaalde onmisbare

functies zoals het sluiten van secties door middel van GPS of de stuurhulp te beheren.

Berthoud Sprinter: een compacte, lichte en veelzijdige getrokken spuitmachine

V

oorgesteld in Berthoud in première tijdens de SIMA 2013, is de Sprinter is een getrokken spuitmachine die beantwoordt aan de eisen van gebruikers die een eenvoudige, compacte en lichte getrokken spuitmachine zoeken.

54

/ Landbouw-service

De Sprinter is uitgerust met een spuittank van 2500 liter en een spoeltank van 260 liter. De stalen spuitboom van het type “ALS” vouwt zijdelings dicht en is beschikbaar in werkbreedtes van 18 tot 24 m. De spoorbreedte van de wielas is mechanisch verstelbaar tussen 1,50 en 2,00 m, waardoor deze

spuitmachine geschikt is voor alle teelten. Standaard biedt Berthoud de Gama pomp, de DP Tronic regulatie en hetde Berlogic bedieningspaneel. Opties zoals een mechanische volgdissel, het verdunnen of het spoelen van de tank met bediening vanuit de cabine maken deel uit van de uitrustingen aangeboden op deze gamma spuitmachines.

>

ONKLOPBAAR! CLAAS ROLLANT 455 Uniwrap: keiharde balen in een recordtempo.

• HEAVY DUTY versie op loonwerkerformaat: HD aandrijving, HD kettingen, HD snijrotor, extra stevige rollen, ... • Uniek hydraulisch MPS PLUS systeem: de hoogste persdichtheid op de markt bij lager brandstofverbruik. • Hoogste bediencomfort: Automatische netspanning inclusief elektro-magnetische netrem, automatische anti blokkeringscyclus, aanduiding capaciteitsreserve, enz ... • HYDRAULISCHE MESSENGROEPSCHAKELING per 0, 12, 13 of 25 messen. Bovendien is elk mes individueel beveiligd. • ISOBUS compatibel: u kan de CLAAS COMMUNICATOR TERMINAL ook met uw andere ISOBUS (b.v. hooibouw) machines gebruiken. Maar dankzij Isobus kan u de pers ook via een Isobus-compatibele trekkerterminal bedienen.

De CLAAS-machines worden in België verkocht door een netwerk van professionele agenten. Er is er steeds één in uw buurt. Voor meer informatie:

http://CLAAS.VANDERHAEGHE.BE of tel. 081/25 09 09

Landbouw-service /

55

>


Beyne stelt de zelfrijdende spuit Anaconda voor

T

ijdens de SIMA 2013, stelde de Belgische constructeur Beyne zijn eerste zelfrijdende spuitmachine Anaconda voor. Deze machine wordt aangeboden met spuittanken van 4.000 en 5.000 liter en met spuitbomen van 24 tot 42 meter. De machine wordt aangedreven door een Perkins 6 cilinder motor van 238 pk. Deze zelfrijder beschikt over een hydrostatische aandrijving, een Sauer pomp van 2 x 75 l/min, hydraulische motoren van Poclain, drie mogelijke hoogte van bodemvrijheid (1,25 - 1,50 - 1,75 m) en een hydraulische spoorbreedte aanpassing in optie. De cabine met airco en actieve koolstoffilter is afkomstig van Claas. Vermelden xwe ook nog dat het spuitgedeelte van Beyne afkomstig is, met Isobus Müller terminal en sectieafsluitingen met behulp van gps. Een continu verkeer met pneumatische antidrup alsook een geautomatiseerde reiniging worden in optie aangeboden.

Vernieuwing van de getrokken maaiers van Fella

V

oor het komende maaiseizoen stelt Fella nieuwe getrokken maaiers met centrale knikdissel voor: de SM 3065 Trans en de SM 3575 Trans met een respectievelijke werkbreedte van 3,00 m en 3,75 m. Deze machines kenmerken zich door de mogelijkheid om zowel links als rechts van de trekker te kunnen wer-

56

/ Landbouw-service

ken, maar ook door hun hefhoogte van 600 mm op de kopakker en een veerhoogte van 400 mm. Deze twee modellen zijn beschikbaar met een kneusgedeelte met rollen of met vingers. In dit laatste geval kan de kneusintensiteit afgesteld worden in

vijf posities en zonder werktuigen. Vermelden we ook nog dat de SM 3065 Trans/SM 3575 Trans uitgerust zijn met de nieuwe Drive Guard overloopbeveiliging (zie Landbouw-Service van februari 2013).

>

Nieuwe mogelijkheden op de grootpakkenpersen Case IH LB

D

e nieuwe generatie grootpakkenpersen LB van Case IH omvat vier modellen: de LB 324 (80 x 70 cm), de LB 334 (80 x 90 cm), de LB 424 (120 x 70 cm) en de LB 434 (120 x 90 cm). De LB persen kenmerken zich door hun design, maar vooral door hun talrijke verbeteringen, die gepaard gaan met een verhoging van de prestaties tot 20%, in functie van de gebruiksomstandigheden.

De breedte van het opraapsysteem bedraagt nu 2,40 m. Een zwadverdeler met rol en manuele afstelling aan de oogstomstandigheden is gekoppeld aan een bijkomende invoervijzel om een snelle invoer te garanderen, zelfs bij volumineuze zwaden. Het debiet van de persen werd vergroot door de overbrenging tussen de opraper en

de voorperskamer efficiënter te laten verlopen. Standaard beschikken de LB persen over het AFS beheer met ISOBUS aanpassing, alsook een vulindicator. Een vochtigheidssensor en een weegsysteem voor de balen worden in optie aangeboden.

Vicon Andex 1104 : een professionele hark met twee rotoren

D

eze hark met twee rotoren en middenafleg Andex 1104 geniet van verschillende verbeteringen zodat de capaciteit vergroot. Met een werkbreedte van 9,60 tot 10,50 m, is deze hark vooral bestemd voor grote veehouders en loonwerkers. De verbeteringen hebben vooral betrekking tot het draaigedeelte van de rotor en het onderstel met zes wielen dat een verbeterd bodemaanpassing biedt. Deze 1104 hark geniet natuurlijk van de welbekende eigenschappen van Vicon, zoals het Terra Link Quattro bodemvol-

gingsysteem, de hydraulische afstelling van de hoogte en van de werkbreedte, alsook een bedieningsterminal die alle hydraulische functies herbergt, zoals: • het openen dichtvouwen van de rotoren met automatische blokkering van de rotoren; • het opheffen van de twee rotoren op de kopakker; • de onafhankelijke opheffing van de rotoren; • de afstelling van de werkhoogte van de rotoren met geïntegreerde hydraulische oplichting van de rotoren. Landbouw-service /

57

>


De grootpakkenpersen van John Deere

H

et gamma grootpakkenpersen John Deere 1400 omvat zes modellen die balen van 80 x 90 cm, 120 x 70 cm en 120 x 90 m produceren. De voornaamste eigenschappen van

deze balenpersen zijn: een aandrijving beveiligd met een nokkenkoppeling, een plunjer met 46 slagen/min, een snijsysteem met 10 of 23 messen en een tandem volgas.

De 1400-persen genieten standaard van de ISOBUS technologie. Ze worden bediend door een Greenstar terminal of door de ISOBUS terminal van de trekker.

Agrifac Exxact, een nieuw gamma bietenrooiers met vijf modellen

T

ijdens de laatste SIMA introduceerde de Exel Industries groep het nieuw merk Exxact, dat de bietenrooiers van de merken Agrifac, Matrot en Moreau omvat. Het nieuw gamma Exxact omvat vijf modellen: AutoTraxx, LigtTraxx, OptiTraxx, FlexTraax en SixTraxx. De laadbunker heeft een capaciteit van 7 ton op het kleinste model, tot 28 ton op de grootste rooier. Excel Industries heeft zopas ook 100% van de aandelen van de Duitste constructeur Holmer verworven en wordt dus wereldleider op de markt van de zelfrijdende bietenrooiers.

58

/ Landbouw-service

>

ACTUALITEIT

Automatische stuurhulpen voor trekkers Onderwerp van een studiesessie van Landbouw-Service Op 17 januari jl. organiseerde de Nationale Centrale Landbouw-Service in Gembloux, en in samenwerking met de firma’s DrivenBy en Cofabel, een studiesessie rond de automatische stuurhulpen voor trekkers en zelfrijders. Voor al wie niet aanwezig kon zijn tijdens deze zeer interessante studiesessie geven we hierna een kort overzicht weer van de aangekaarte thema’s. GNSS RTK correctie met hoge toegevoegde waarde voor de landbouw door Jean-Pierre Dejardin, Drivenby De GNSS RTK correcties bestaan uit de rechtstreekse invoering, via een extern signaal, van een algorithme van het type “dubbele verschillen” op afstanden afmetingen tussen de verschillende GPS satellieten (en breder gezien, elk systeem met satellietnavigatie of GNSS) en een GPS ontvanger op aarde. Het correctiesignaal komt ofwel van een individueel basisstation op een gekend punt of door een netwerk basisstations.Dit principe laat de GPS ontvanger toe, die een nominale nauwkeurigheid van ongeveer 10 meter heeft, een positie te behalen met een nauwkeurigheid en een herhaalbaarheid van enkele centimeters. Dit nauwkeurigheidsniveau is toegankelijk op voorwaarde dat men kan genieten van een referentiestation of, beter, een netwerk van referentiestations, in een straal van een twintigtal kilometers. Inderdaad, men stelt gewoonlijk dat in dit interval de omvang en de richting van de GPS vergissingen vergelijkbaar zijn tussen een referentiestation en de mobiele ontvanger. Anderzijds gebruiken de netwerken van referentiestations meestal materiaal van de laatste generatie (Glonass compatible, de Russische versie van de Amerikaanse GPS) dat van op afstand kan beheerd worden, aanvullend is met de telecom link en voorzien van een noodstroomvoorziening.Het kan heel verbazend zijn,

maar automatische stuurhulpen in precisielandbouw zijn de meest veeleisende toepassing van GNSS RTK correcties op gebeid van nauwkeurigheid en herhaalbaarheid van het signaal in de tijd. Bovendien zijn landbouwers v ragende pa r tij voor een degelijke service en ondersteuning die hen moet toelaten deze technologie op een correcte manier te beheersen buiten hun beroep. Om een oplossing te kunnen bieden voor deze noden heef t Driven By, door middel van het SmartNet netwerk, een aantal mogelijkheden gebundeld, dankzij onder andere een sterk partnerschap met de multinational Leica Geosystems. Vermelden we in het bijzonder de versterking van de bronnen van gegevens met

het toevoegen van 5 stations aan deze van het Walcors netwerk, alsook de activatie van geoservers. Hun rekenvermogen kan dan parallel gebruikt worden in functie van de toenemende gebruikerslast. DrivenBy heeft ook bewust gekozen voor Landbouw-service /

59

>

>

>


de GNSS RTK modelisatie oplossing, die het meest doeltreffend blijft op de markt. Deze ontwikkeling van de laatste generatie is functionneel goed ontworpen en is bovendien gefocust op de gebruikers, door onder andere online precisiekaarten te ontwikkelen, alsook de mogelijkheid te bieden om waarschuwingen te sturen en gebruikers van op afstand te volgen en te helpen. Bovendien biedt DrivenBy een ondersteuning 365 dagen per jaar en 24u op 24, met de troeven van een nauwe service en een degelijke kennis van de sector, in samenwerking met machinedealers, alsook providers van mobiele netwerken. Op gebied van technische prestaties moet men weten dat er twee GNSS netwerken bestaan. De eerste bestaat uit een belangrijk aantal individuele referentiestations, die toegankelijk zijn via een radio-modem. De gegevens afkomstig van deze stations worden nooit samen gelegd in een wiskundig model die in staat is om aangepaste correcties

te definiëren in functie van de gebruiker. Anderzijds kan zo’n netwerk in eerste instantie omvangrijk lijken, maar de referentiestations zenden meestal niet verder dan een tiental kilometers in functie van de oneffenheden en de maatregelen van de regulatiediensten voor telecommunicaties (IBPT). In geval van schade aan een referentiestation kan men dus volledig zonder correctiesignaal vallen. De dichtheid van zo’n netwerk is niet gegarandeerd door prestaties op gebied van nauwkeurigheid, maar wel op gebied van golflengte. Anderzijds bestaan er ook gemodeliseerde netwerken van referentiestations. In dit geval zijn de correcties die naar de gebruikers verstuurd worden, geindividualiseerd door een wiskundig algoriythme datie beroep doet aan de verschillende stations die deze laatste omringen. Dit systeem maakt het mogelijk om zich te vrijwaren van de ionospherische storingen die te wijten zijn aan de zonactiviteit en waarvan men

weet dat deze plaatsvinden volgens een cyclus van 11 jaar, met een maximum voorzien in 2013-2014. Als deze storingen niet gemodeliseerd worden kan de nauwkeurigheid met talrijke centimeters achteruit gaan, en zal de herhaalbaarheid dus niet meer gegarandeerd worden. In extreme gevallen kan het onmogelijk zijn om een deftige RTK verbinding te verkrijgen. Een andere troef van een gemodeliseerde oplossing zoals deze aangeboden door DrivenBy is dat het spreidmodus gebaseerd is op internet verbindingen van het type mobile (GSM). In combinatie met het “ NTRIP ” protocol, kan de eindgebruiker kiezen tussen verschillende types en formaten van correcties, zodat een optimalisatie mogelijk is in functie van de beschikbare correcties (in geval van een slechte GSM verbinding), de mogelijke schermen (door de Glonass satellieten te gebruiken) en van het type machines (formaat aangepast aan de generatie machines).

Stand van zaken voor de John Deere stuurhulpen: voorstelling van een oplossing voor België (het RTK netwerk van Cofabel - John Deere) door Gauthier Petit, Cofabel

J

ohn Deere is ervan bewust dat innovatie essentieël is om zich te kunnen aanpassen aan de talrijke factoren die de structuur en het werkmodus van de wereldlandbouw (groei van de bevolking, nieuwe toepassingen voor landbouwproducten, steeds strengere normen, verhoging van de productiekosten, enz…) beinvloeden. Het is daarom dat de constructeur zich al meer dan 15 jaar bezighoudt met het ontwikkelen van AMS producten (Agricultural Management Solution). Het bedrijf is één van de pionniers in dit domein en heeft onlangs beslist om een stap verder te gaan door een uniek concept aan te bieden: Farmsight. De firma Cofabel, invoerder van het merk John Deere voor België, is ook overtuigd van de meerwaarde van deze oplossingen voor haar klanten. Het is daarom dat de firma al de agenten van

60

/ Landbouw-service

het Belgisch netwerk ondersteund die zich inzetten voor het verkopen en de naverkoopzorg voor alle producten uit het AMS gamma. Daarnaast, en in het kader van een continue verbetering van de service, heeft Cofabel beslist om te investeren in de precisielandbouw door een uitgebreid RTK netwerk te ontwikkelen in België.

John Deere Farmsight Het merendeel van de AMS oplossingen zijn vandaag omvat in een uniek concept genaamd John Deere Farmsight. Dit globaal concept integreert de draadloze communicatie en de vooruitstrevende technologie van precisie landbouw om uitrustingen, eigenaars, bestuurders en agenten in contact te brengen en hen de best mogelijke productiviteit te bieden. Al deze producten en diensten hebben tot doel oplossingen te bieden in drie

belangrijke domeinen. • De optimalisatie van machines: door gebruik te maken van de precisie stuurhulpen oplossingen en het netwerk van draadloze gegevens om de productiviteit te verhogen, alsook de werktijden van de uitrustingen. De JD Link interface is een goed voorbeeld van product gelinkt aan het optimaal benutten van machines en logistiek. JD Link is een internet interface die toelaat om vanop afstand gegevens uit te wisselen, zoals de geographische localisatie van de machine, nood aan onderhoud, opvolging van het brandstofverbruik, enz… • De optimalisatie van de logistiek: door de gegevenswisseling tussen de machines en de verbindingen vanop afstand om de machines te beheren. John Deere heeft bijvoorbeeld het Machine Sync systeem ontwikkeld.

>

Deze toepassing optimaliseert de verplaatsingen tussen machines en biedt de gelegenheid aan de bestuurder van een John Deere maaidorser om te communiceren, via hetde Greenstar scherm, met de bestuurder die verantwoordelijk is voor het vervoeren van de oogst, alsook zijn trekker van op afstand te controleren. • De hulp bij agronomische beslissingen: door te helpen bij het nemen van de beste beheersbeslissingen dankzij belangrijke gegevens omtrent de machines, de percelen en de teelten. De HarvestLab sensor is bijvoorbeeld een belangrijk werktuig in dit domein. De sensor geeft informatie over de essentiële componenten van kuilvoer (droge stof, suiker, zetmeel, eiwit). Dankzij het Farmsight concept, toont John Deere één van de zijn belangrijkste troeven aan: het volledig en aanvullend aspect van het geheel van de producten ontwikkeld door het merk. Omdat de AMS producten ontworpen worden binnen John Deere, beschikken de klanten over eenvoudig te installeren en volledig geïntegreerde producten voor hun

machines, één enkele aanspreekpunt, namelijk hun John Deere agent, en een uitstekende service. De machines van concurrerende merken zijn niet vergeten: de gebruikers hebben vandaag al de mogelijkheid om deze machines uit te rusten met JD Link en andere technologieën verbonden met precisielandbouw. In de toekomst zullen trekkers, spuitmachines, maaidorsers en andere voertuigen steeds vaker uitgerust worden met GPS systemen, systemen om gegevens te beheren en uit te wisselen, enz…

Het RTK netwerk van Cofabel John Deere John Deere biedt een heel breed gamma différentiële correctie signalen. Deze diversiteit laat de gebruiker toe om de beste keuze te maken in functie van de werkzaamheden die moeten uitgevoerd worden. Het gamma omvat vier signalen: EGNOS (+/- 30cm nauwkeurigheid), SF1 (+/- 15cm nauwkeurigheid), SF2 (+/- 8 cm nauwkeurigheid) en RTK (+- 2 cm nauwkeurigheid). Om de meest complete en doeltreffende service te kunnen bieden aan haar klanten heeft Cofabel beslist, in samen-

werking met bepaalde agenten van het Belgisch netwerk, om een RTK netwerk te ontwikkelen voor een grote deel van ons land. Deze belangrijke investering laat toe om een doeltreffend en betrouwbaar RTK signaal te kunnen bieden aan de gebruikers die wensen te werken met een grote nauwkeurigheid en herhaalbaarheid. Het RTK netwerk bestaat uit locale basisstations die verdeeld zijn over het land. Deze stations zenden zeer nauwkeurige correcties door naar de StarFire ontvangers van de voertuigen via de RTK ontvanger. Dankzij de kleine afstand tussen de stations en het voertuig, wordt bijna al het GPS geschrapt en is de positie herhaalbaar. Inderdaad, naast de uitzonderlijke nauwkeurigheid van 2cm aangeboden door het RTK netwerk zullen de opgenomen sporen en perceelshoeken jaar na jaar hergebruikt kunnen worden zonder bijkomende aanpassingen of nieuwe metingen. Deze herhaalbaarheid is een belangrijke troef en biedt een gepast antwoord aan de vraag van talrijke gebruikers. Om een maximale doeltreffenheid in alle omstandigheden te kunnen waarborgen heeft John Deere twee bijkomende functies ontworpen voor de klanten die beroep doen op het RTK signaal: de systemen RTK Extend en Repli SF2. RTK Extend is een functie die tot 15 min RTK correcties bied als het signaal niet meer bereikbaar is. Concreet betekend het dat de gebruiker kan blijven werken met een maximale nauwkeurigheid en doeltreffenheid. Het systeem moet wel eerst al een uur actief zijn voordat men over die 15 minuten kan beschikken. Als dit het geval niet is zullen tussen 2 en 10 minuten RTK Extend beschikbaar zijn. Als de gebruiker zich bevindt in een heel moeilijke zone zal hij, na de 15 minuten RTK Extend, kunnen genieten van de SF2 nauwkeurigheid. Deze exclusieve functie op de Belgische markt, genaamd Repli SF2, zal de gebruiker toelaten om te werken met een nauwkeurigheid van +/- 8 cm. Deze twee fundamentele troeven zullen standaard aangeboden worden met de StarFire 3000 ontvanger van John Deere.

Landbouw-service /

61

>


Joskin ontvangt de Marianne de Cristal 2013

D

e “Marianne de Cristal” is een unieke en beroemde economische prijs, opgericht in 1995, die ieder jaar een onderneming onderscheidt die zijn handelsverkeer met Frankrijk buitengewoon ontwikkeld heeft. Georganiseerd door de Franse Kamer van Koophandel en Industrie van de Provincies Luik en Luxemburg in samenwerking met de Ambassade van Frankrijk in België is de prijs echter toegankelijk voor alle Waalse ondernemingen (onder voorbehoud van enkele criteria) die actief zijn in de distributie-, productie- of dienstensector. De resultaten van de 2013 editie waren bekend gemaakt op deze 28 maart 2013 in het fantastische kader van de “Cercle de Wallonie”, bij een gala-avond die de

leidende figuren van hdet economische, politieke en culturele wereld verenigden in aanwezigheid van zijne Excellentie de Franse ambassadeur, Mr. Bernard Valero. De jury, samengesteld uit onaf hankelijke belangrijke persoonlijkheden, heeft verschillende aspecten naar voren gebracht: het intense handelsverkeer tussen Joskin en Frankrijk, de aanwezigheid van een productie-eenheid van de Groep in Bourges sinds 2002, de nieuwe verplichting aangegaan in december 2012 met de overname van Leboulch dat in moeilijkheden verkeerde, en de honderden Franse banen die de Joskin Groep in stand houdt met deze twee productie-eenheden.

Op 28 maart 2013, ontving Victor Joskin de prijs uit handen van zijne Excellentie de Franse ambassadeur, Mr. Bernard Valero.

Overname van Holmer door de Groep Exel Industries

A

anwezig op de markt van de landbouw, de industrie en het groot publiek, heeft Exel Industries zopas een akkoord gesloten voor de overname van 100% van de groep Holmer. Deze Duitse constructeur, gespecialiseerd in machines voor het rooien van suikerbieten, is

62

/ Landbouw-service

aanwezig in 43 landen en telt 380 werknemers. Met de overname van Holmer wordt Exel Industries de wereldleider op gebeid van bietenrooiers. Tijdens de laatste SIMA introduceerde Exel het nieuwe merk EXXACT, datie onder andere de rooiers van de merken Moreau, Matrot en Agrifac omvat.

Op wereldniveau is Exel Industries ook de eerste constructeur op gebied van landbouwspuiten en bekleedt de derde plaats op het gebied van industriële technieken. De groep biedt werk aan 3.200 mensen, is aanwezig in 25 landen en behaalde voor het jaar 2011-2012 een omzet van 525 miljoen euro.

>

Van links naar rechts, M. Daniel en Dimitri Pirot, Wim Verhoeven salesmanager JCB en meneer en mevrouw Eric China

Aflevering van twee JCB Fastrac 8310

N

a grondige testen beslisten de vennootschap Daniel Pirot & Fils alsook het loonbedrijf China, lid van LandbouwService, om elk een Fastrac 8310 te kopen. Deze trekker met integrale ophanging wordt aangedreven door een SISU common-rail motor van 8,4 liter cilinderinhoud en een vermogen van 306 pk, voor een koppel van 1.310 Nm. De traploze transmissie is van het type JCB V-Tronic en geautomatiseerd beheer. Standaard

wordt ook het “Livelink” systeem aangeboden dat toelaat om, van op afstand, de staat, de positie en het verbruik van de trekker te kennen. De twee geleverde trekkers genieten van de “Xtracare” waarborg. Daardoor, en als de service uitgevoerd wordt door een erkend verkoper, is de klant beschermd tegen onverwachte uitgaven tijdens de eerste vijf jaren, zelfs in geval van grotere pannes.

Minder brandstofverbruik voor de Jcb Agri verreikers

S

inds de toepassing van de EcoMax T4i motor en van het nieuw Livelink systeem heeft JCB al 1.400 verreikers geleverd. Op deze manier beschikt de constructeur over een belangrijke stroom aan informatie over het gebruik van deze machines, en in het bijzonder een mogelijke daling van het brandstofverbruik. De bekomen gegevens uit de verreikers in dienst hebben de testen uitgevoerd door de firma bevestigd en tonen aan dat de nieuwe Telescopic Agri het mogelijk maken om tot 13% brandstof te besparen. Bijvoorbeeld voor een Telescopic JCB 541-70 Tier 4i in gemengd gebruik (transport, laden, trekken, goederenverhandeling…) wordt een besparing van het brandstofverbruik tot 6.495 liter op

3 jaar waargenomen, wat neerkomt op een winst van 5.456 € (op basis van 1500 liter/jaar en 0,84 €/l). De koolstof afdruk is ook verminderd van 17.338 kg CO2. De nieuwe knikverreikers TM320 S MAX bieden ook een besparing van meer dan 1.000 liter per jaar door gebruik te maken van de nieuwe JCB EcoMAX motor, terwijl deze machine over een grotere capaciteit (hefvermogen van 3.200 kg) en hydraulisch debiet (160 1/ min) beschikt, alsook meer comfort om meer productiviteit te kunnen bieden met een lager brandstofverbruik. Om de mogelijke besparingen met de nieuwe JCB verreikers te kunnen berekenen is de nieuwe JCB Efficiency Calculator app voortaan beschikbaar op de App Store en op Google Apps.

Dirk Hollinderbäumer, exportverantwoordelijke bij Lemken

N

a 25 jaar dienst bij Lemken wordt Dirk Hollinderbäumer exportverantwoordelijke voor de specialist in grondbewerking-, zaaien spuitmachines. Bij Lemken, vertegenwoordigt de export zo’n 73% van de activiteiten en het bedrijf is actief in meer dan 50 landen. De nieuwe exportverantwoordelijke is v a n men i n g dat h ij zich vooral zal moeten bezighouden met de ontwikkeling van een distributienet in de actuele markten en eigen verkoopstructuren. Er bestaan al Lemken filialen in 22 landen en de ontwikkeling van nieuwe markten (zoals Afrika en Asië) wordt als essentieel beschouwd. Voor de constructeur uit Alpen werd 2012 een recordjaar: de groep realiseerde een geconsolideerde omzet van 430 miljoen euro. Met een groei van niet minder dan 20% bereikt Lemken voor de eerste keer de kaap van de 30? miljoen euro. Lemken stelt niet minder dan 1.070 mensen te werk. Voor de komende vijf jaar voorziet de constructeur om meer dan 50 miljoen euro te gaan investeren in de bouw van nieuwe productiefaciliteiten, voornamelijk in Alpen, alsook logistieke installaties.

Landbouw-service /

63

>


Samenwerking tussen Trelleborg en New Holland tijdens de SIMA 2013

T

ijdens de laatste SIMA in Parijs hebben de bezoekers voor de eerste maal een New Holland T9 trekker gezien met wielen van het ty pe Trelleborg IF 750/75R46 TM1000 High Power van 2,30 m diameter. Ontworpen op basis van de Blue Tire technologie om te kunnen beantwoorden aan de verwachtingen van de laatste generatie trekkers met hoog

vermogen, is de TM1000 High Power band bevestigd op een THK velg die het mogelijk maakt om de doeltreffenheid van de trekker te verhogen door te vermijden dat de band rond de velg draait. De New Holland T9 pakt uit met de geavanceerde technologie SCR ECOBlue, die een hoog vermogen en productiviteit genereert terwijl hdeet milieuafdruk ver-

laagd wordt. Anderzijds biedt de extra brede bandafdruk van de TM1000 High Power een betere tractie en een verlaagd brandstofverbruik, waardoor het aantal werkuren en de uitstoot lager liggen. Vermelden we ook nog dat de grotere bandafdruk zich vertaald door een verlaagde bodemdruk, waardoor de opbrengst van de teelten hoger ligt.

AGCO presenteert de Auto-Guide TM3000

A

GCO, Your Agriculture Company, kondigt de lancering aan van haar laatste automatisch geleidingssysteem ontwikkelinngen. De Auto-GuideTM3000 biedt de professionele landbouwgebruikers ongekende mogelijkheden. “De automatische geleiding speelt tegenwoordig een zeer belangrijke rol op de machines die gebruikt worden door professionele landbouwgebruikers, verklaarde Martin Richenhagen, voorzitter van de raad van bestuur en voorzitter van AGCO. Zowel landbouwbedrijven als loonwerkers kun-

64

/ Landbouw-service

nen hun opbrengst zien verhogen en genieten van een snelle afschrijving van het systeem door onze precisie en technologische oplossingen op te bouwen op hun machines”. De Auto-Guide 3000 is uitgerust met een volledige technologie met automatische geleiding via satellieten en komt het aanbod van AGCO vervolledigen op gebied van technologische en nauwkeurige oplossingen op gebied van stuurhulpen. Om aan de toenemende vraag te kunnen beantwoorden heeft AGCO inderdaad

besloten om een nieuwe generatie stuurhulpen te ontwikkelen die eenvoudig in gebruik zijn en die een nauwkeurigheid van minder dan een meter of een centimeter mogelijk maken. De Auto-Guide 3000 oplossing zal vanaf het tweede kwartaal van 2013 aangeboden worden, onder de vorm van een af fabriek uitrusting op een beperkt aantal trekkers, maaidorsers, zelfrijdende maaiers en mestzelfrijders van de merken Challenger, Massey Ferguson en Valtra.

>

Vergelijkend onderzoek met een maaidorser uitgerust met rupsen en IF (Improved Flexion) banden

D

e Michelin groep bestelde bij het Franse IRSTEA (Institut National de Recherches en Sciences et Technologies pour l’Environ nement) een vergelijkend onderzoek met een maaidorser met geladen graantank en uitgerust met drie mogelijke banden of rupsen: twee IF (Improved Flexion) bandenstellen met een respectievelijke breedte van 800 en 900 mm, alsook een stel rupsen met een breedte van 76 mm. Deze studie had tot doel het meten van de verdichtingsverschillen tussen deze twee technologieën. Op losse grond, en met een snede van 20 cm, verhoogt de maaidorser uitgerust met rupsen de hardheid van de grond met 55% ten opzichte van het getuigobject. Met IF banden van 900 mm breedte en opgeblazen met een druk van 1,4 bar wordt de hardheid van de grond maar van 46% verhoogd, of 9% minder dan met de rupsen (zie tekening hiernaast). Op harde grond tonen de testen aan dat de draagrollen van de rups de oorzaak zijn van een ongelijke bodemdruk, met pieken die bijna twee keer hoger zitten dan deze waargenomen met IF-banden, die de druk gelijkmatig verdelen over de volledige oppervlakte van het loopprofiel. De maaidorser uitgerust met IF banden van 900 mm breedte en opgeblazen met een druk van 1,4 bar verdeelt de bodemdruk gelijkmatig over de volledige oppervlakte van het loopprofiel, met een druk die iets boven de 4 bar waargenomen wordt. Als de maaidorser uitgerust is met rupsen wordt een ongelijke gronddruk bemeten, met pieken van bijna 9 bar, of twee keer zoveel als de druk gemeten met banden, op de plaatsen waar de draagrollen van de rupsen de grond geraken. Deze studie concludeert dus dat de ongelijke lastverdeling op de rup-

Gemiddelde ratio van de hardheid indrukzone/hardheid referentiezone (sonde van 20 cm)

1,90 1,80 1,70 1,60 1,50 1,40 1,30 1,20 1,10

800 band 1,4 bar

900 band 1,4 bar

Rups 760 mm (set van 3)

Bron: Irstea - Rapport d’étude 2013

Bron: Irstea - Rapport d’étude 2013

sen en de overlast ten opzichte van een stel IF-banden niet toelaat om de bodemverdichting te beperken met rupsen.

Landbouw-service /

65

>


Massey Ferguson gaat opnieuw de zuidpool veroveren

M

assey Ferguson is bezig met het samenstellen en vormen van een ploeg mensen die een expeditie naar de Zuidpool moeten organiseren in januari 2014, met behulp van moderne trekkers. Deze expeditie treedt in de voetsporen van Sir Edmund Hillary, de eerste avonturier die de Zuidpool bereikte met drie

Ferguson trekkers, in 1958. Om de 56 e verjaardag van deze expeditie van Sir Edmund Hillary te herdenken, zullen drie MF 5600 trekkers naar de Zuidpool trekken. Tijdens de internationale persconferentie van Massey Ferguson op de SIMA in Parijs, stelde Richard Markwell, Vice-

voorzitter en algemeen Directeur van Massey Ferguson EAME, het hoofd van deze expeditie, namelijk Manon Ossevoort voor. Hij kwam ook uitgebreid terug op de jarenlange motivatie om deze expeditie naar de Zuidpool te herdenken met moderne trekkers van het merk.

Meer dan 50.000 downloads van de landbouw weersvoorspellingen, een New Holland app

L

andbouwers zijn de eersten die moeten rekening houden met het weer. Het blijft de belangrijkste factor die hun dagelijks werk beinvloedt en op dewelke ze geen vat hebben. Daardoor zijn betrouwbare weersvoorspellingen onmisbaar om meer productiviteit uit de landbouwsector te halen. De New Holland app is zeer populair geworden, met meer dan 50.000 down-

loads in meer dan 100 landen op de 5 continenten. En de gebruikers zijn vrij tevreden, zeker als men weet dat ze gemiddeld 4,5 op 5 geven voor deze app. Deze landbouw weersvoorspellingen geveneft essentiële en onmisbare parameters weer om te kunnen beslissen welke taken uitgevoerd moeten worden. Van de actuele temperatuur

tot de windsnelheid, de evapotranspiratie of een analyse van de tendenzen op lange termijn, deze app heeft een groot succes gekend bij de gebruikers. Het commentaar van een tevreden gebruiker: “Een zeer hulpzame app, overzichtelijk en nauwkeurig, goed gezien van New Holland!’’ kan de hulpzaamheid en de intuitieve aanpak van deze app samenvatten.

Inhuldiging van de nieuwe opleidingsfaciliteiten bij Krone

B

ijna 200 mensen woonden op 19 april de officiële inhuldiging bij van de nieuwe opleidingsfaciliteiten van Krone. Dit complex van 2.900 m² vertegenwoordigt een investering van 3 miljoen euro. In zijn toespraak benadrukte Bernard Krone de toegevoegde waarde dat

zo’n moderne faciliteit kan betekenen voor de toekomst van de firma Krone. “Landbouwmachines zoals de Big X hakselaar zijn zeer complexe technische ontwikkelingen, echte kunstwerken die beroep doen op electronica, mechatronica en informatica. Voor de technieker is deze ingewikkeldheid niet meer toegankelijk door eenvou-

dig de gebruikershandleiding te lezen, maar vergt een diepgaande opleiding”. Hedendaags vormt Krone elk jaar ongeveer 5.000 mensen, waaronder klanten, technische medewerkers, dealers en zelfs leraars van landbouwscholen. De nieuwe opleidingsfaciliteiten omvatten ook een testbaan zodat de theorie door praktische oefeningen vervolledigd wordt.

66

/ Landbouw-service

>

“Hopping back to the future”: de nieuwe Trelleborg film in 3D

T

relleborg, wereldwijde ontwikkelaar en leverancier van banden en complete wielen voor de agrarische industrie, heeft een nieuwe 3D-geanimeerde film gemaakt, die vanaf heden te bekijken is op YouTube en via het sociale media-kanaal, TrelleborgAgri. De film, gemaakt met behulp van upto-date en geavanceerde 3D animatietechnieken, vertelt het levensverhaal van een slimme cartoon krekel die zijn eigen miniatuur boerderij begint. Het verhaal, dat begint in 1955, volgt de krekel ‘landbouwer’ die door de eeuwen heen, oog in oog komt te staan met trekker technologieën in ontwikkeling. Gaande van diagonaalbanden, door naar opgewaardeerd trekkers uitgerust met radiale technologie banden; moet de krekel leren om met deze nieuwe technologieën te overleven en werken. Tijdens een sprong naar de jaren negentig, zien we de krekel een ritje maken langs de weg op een snelle, moderne trekker, genietend van het eersteklas comfort en de efficiëntie van Trelleborg XL banden. Tot slot bevindt de krekel zich terug in het heden, met zijn boerderij die omgeven is door duurzame landbouwteelten en technologieën. “ Na het bekijken van de avonturen van ons nieuwe geanimeerde vriend, hopen we dat het publiek de sterke bijdrage en de rol van Trelleborg als

“Hopping back to the future” is nu beschikbaar op het Trelleborg YouTube kanaal (www.youtube.com/trelleborgAgri).

een pionier van de innovatie in de landbouwgeschiedenis waardeert ” zegt Lorenzo Ciferri, Marketing Director Agricultural & Forestry Tires bij Trelleborg Wheel Systems. Bezoekers aan de toonaangevende landbouwbeurs, SIMA 2013 in Parijs, Frankrijk, kregen de kans om te genieten van een exclusieve preview van de film, met 3D bril, in de speciale ‘3D cinema’ op de Trelleborg stand. De film was een groot succes, hij werd bekeken door meer dan 3000

bezoekers. “ Onze 3D film zal onze klanten toestaan om gedurende deze wonderbaarlijke reis de prestaties van Trelleborg producten vanuit een volledig ander perspectief te bekijken. We wilden geavanceerde en moderne entertainment tools in ons bedrijf brengen, met als doel de Trelleborg visie op de toekomst van de landbouw te delen met landbouwspecialisten,” concludeert Ciferri.

Een recordjaar voor JCB

J

CB kondigt aan dat 2012 een recordjaar is voor de laatste 67 jaar activiteit. De omzet vertegenwoordigde 365 miljoen pond tegenover 355 miljoen in 2011. Op een internationale markt dieat wereldwijd met 10% terug viel is JCB erin geslaagd om de verkopen lichtjes te doen stijgen (69.250 machines tegenover 69.100 in 2011).

Sir Antony Bamford, de voorzitter van JCB verklaarde: “Als men rekening houdt met de algemene zwakheid van de wereldeconomie die zich vertaald door nieuwe vertragingen op de markten, zijn de resultaten van JCB voor 2012 zeer moedgevend. Ze bewijzen enerzijds de kracht van ons bedrijf, maar onderstrepen ook het belang van constant te investeren in producten,

gebouwen en klantendienst”. In 2012 is de JCB activiteit verdubbeld in Afrika, terwijl een toename van 20% vastgesteld werd in Amerika, tegen een toename van 12% in het Midden Oosten. De constructeur opende een nieuwe fabriek in Sao Paulo, in Brazilië en zou normaal gezien een vierde productiefaciliteit begin 2014 openen in India. Landbouw-service /

67

>


Grimme en Asa-Lift versterken hun samenwerking

M

et ingang op 1 januari 2013 heeft de Grimme groep de controle van Asa-Lift, een Deens bedrijf gespecialiseerd in het oogsten van groenten, overgenomen. Asa-Lift zag het licht in 1936 en telt

zo’n 80 medewerkers in de fabriek van Soroe (80 km ten westen van Kopenhagen) die een volledig gamma machines bouwen voor het oogsten van groenten. De firma Grimme zag het licht in 1861

en is goed gekend bij de Belgische loonwerkers als specialist voor het rooien van aardappelen. De firma stelt meer dan 2.200 mensen te werk en is aanwezig in meer dan 100 landen.

AGCO FINANCE NU OOK ACTIEF IN BELGIË VOOR ALLE FENDT KLANTEN

V

anaf 15 maart 2013 biedt de firma Hilaire Van der Haeghe ook de financieringsproducten van AGCO Finance aan. Dankzij deze samenwerking, kan de klant voortaan bij de aankoop van zijn Fendt landbouwtractoren gebruik maken van flexibele financieringsoplossingen met lage rentevoet: alles onder één dak ! Met 21.000 nieuwe contracten en een Europese omzet van meer dan 1,3 miljard euro in 2012, is AGCO Finance een toonaangevende speler op het gebied van financiële dienstverlening binnen de landbouwsector. “AGCO Finance is een joint venture van De Lage Landen en AGCO. Het jaarlijks toenemend succes op de Europese markt heeft ons er toe aangezet om onze producten en diensten ook in

68

/ Landbouw-service

België aan te bieden” zegt Christine Lambert, de commerciële verantwoordelijke voor België - Luxemburg. AGCO Finance beschikt over professionele medewerkers met een jarenlange ervaring. Uitgaand van de eigen financiële sterkte kan AGCO Finance flexibele en individuele financieringsoplossingen uitwerken op de maat van elke klant. Als specialisten op het vlak van de landbouw en op het vlak van financieringen, zijn alle medewerkers vertrouwd met de specifieke situatie van landbouwbedrijven en de omgeving waarin ze actief zijn. Zo wordt AGCO Finance een betrouwbare partner voor financieringen op maat, ook in België. Christine Lambert heeft 15 jaar ervaring als financieel adviseur, waaron-

der 7 jaar binnen de landbouwwereld. Ze kent de behoeften van de agrarische sector, net zoals uw lokale Fendt dealer en de medewerkers van Hilaire Van der Haeghe. Ze zal ernaar streven om samen met hen, de best mogelijke financiële oplossing voor alle Fendt klanten te vinden. Samen met AGCO Finance k ijk t ze uit naar een succesvolle samenwerking op ba si s v a n vertrouwen.

Contact : Christine Lambert [email protected]

TECHNOLOGISCHE INNOVATIE IS ALTIJD IN BEWEGING.

De nieuwe 6 serie Agrotron TTV De technologische revolutie gaat door.

De nieuwe 6-serie Agrotron TTV is het resultaat van de vooruitgang van DEUTZ-FAHR: de nieuwste technologieën zorgen voor krachtige, productieve, veelzijdige en milieuvriendelijke tractoren. Deutz Common Rail-motoren met Tier 4i, 4 of 6-cilinder, 4-kleppentechniek, SCR-katalysator, tesamen met de continu variabele TTV transmissie, een synergie die zorg draagt voor de beste prestaties, het laagste brandstofverbruik en een hoog niveau van efficiëntie, die door het sublieme rijcomfort wordt verbeterd. De MaxiVision cabine is ontworpen in samenwerking met Giugiaro Design, een nieuwe standaard op het gebied van ergonomie en functionaliteit. Rijcomfort wordt gegarandeerd door de MaxCom armleuning met geïntegreerde touchscreen 12” iMonitor. Bovendien is het dashboard voorzien van het softgrip stuurwiel en multi functioneel InfoCenter. De ontwikkeling van de landbouw heeft behoefte aan continue innovatie. Beschikbare modellen: 6150.4 6160.4 6160 6180 6190 Agrotron TTV Visit and join us at: www.facebook.com/deutzfahrbenelux

DEUTZ-FAHR adviseert het gebruik van originele smeermiddelen en onderdelen. DEUTZ-FAHR LUBRICANTS

DEUTZ-FAHR is een merk van 6series.deutz-fahr.com

>


CLAAS SCORPION-varipower: traploos van 0 tot 40km/u

D

it onderwerp werd gepresenteerd door Vincent Cipers, Product Manager bij HH, tijdens het diner en de verschillende voorstellingen georganiseerd door Landbouw-Service in Gembloux, de 1ste februari 2013. Dit evenement kent steeds meer succes en kreeg dit jaar de ondersteuning van het Landbouwkrediet (CRELAN) en de firma Hilaire Van der Haeghe.

Een nieuw concept Claas presenteerde vooreerst de vernieuwde verreikers van het gamma SCORPION in 2006. Toen bestonden twee aandrijfmogelijkheden op de markt van de verreikers: de hydrostatische aandrijving en de aandrijving met koppelomvormer. De eerste oplossing heeft als voordeel het rijcomfort (bereik met continu snelheid, dikwijls opgesplitst in twee mechanische bereiken) maar met een kleinere trekkracht. De tweede oplossing is vooral geprezen voor de duwen trekeigenschappen maar is niet zo soepel en nauwkeurig. Landbouwactiviteiten omvatten het continu laden en lossen, transportwerkzaamheden aan hogere snelheden en op ongelijk terrein, alsook het laden van stro in moeilijke omstandigheden (stof, zomerwarmte…). Met een ervaring van meer dan 100 jaar in het ontwikkelen van machines heeft Claas een machine willen ontwerpen die volledig aangepast is aan de landbouweigenschappen. Juist daarom heeft de constructeur de nieuwe VARIPOWER aandrijving ontworpen, die de troeven van beide klassieke oplossingen verenigt.

Varipower: traploos van 0 tot 40 km/u. De uitstekende rijeigenschappen van de SCORPION zijn te wijten aan de VARIPOWER intelligente aandrijving. Het bestaat uit een aandrijfbak zonder mechanische

70

snelheden en met een hydrostatische unit “groot hoek - 45°” (in plaats van 32° op de klassieke hydrostatische aandrijvingen). Door het werkbereik (3 mogelijkheden) te selecteren, kiest de bestuurder voor de nauwkeurigheid van het rijpedaal. Daarnaast kan hij ook kiezen voor de “Cruise Control” die de snelheid afstelt tussen 0 en 7 km/u onafhankelijk van het motortoerental (dus met de maximale hydraulische capaciteit). Deze Claas exclusiviteit is perfect aangepast om te werken met een voederbak, een hydraulisch aangedreven borstel, enz. De Scorpion is uitgerust met drie rijmogelijkheden: sturing op 2 wielen, sturing op 4 wielen en hondengang (automatisch). Om te kunnen voldoen aan de strengste eisen van de moderne landbouw en om de betrouwbaarheid te garanderen is de SCORPION uitgerust met radiatoren (motor en hydraulische olie) met een 20% grotere koelcapaciteit dan de “grondverzet” uitvoeringen. Het SCS (Self Cleaning System) systeem maakt het mogelijk om (bij eender welk motortoerental) het omkeren van de ventilatorschoepen te activeren om de roosters de reinigen. Het SBS veersysteem op de laadarm is het enige op de markt met drie werkingsmo-

Type

hefhoogte

hefvermogen

9040

8,95 m

4,0 t

7045

7,10 m

4,4 t

7040

7,10 m

4,0 t

7030

7,10 m

3,3 / 3,5 t

6030 CP

6,05m

3,0 t

/ Landbouw-service

gelijkheden: ingeschakeld, automatisch in functie van de snelheid, uitgeschakeld. De voorkeuze van één mogelijkheid wordt bediend door een knop en blijft bovendien actief na het herstarten van de motor. Het activeren van de vering op de laadarm blijft dus ten alle tijde gemakkelijk te bedienen.

Drie motorvermogens De SCORPION is leverbaar met drie motorvermogens van 102, 140 en 140 pk (75, 88, 103 kW) volgens de ISO 9249 (TIER3) norm. Voor 2014 zal Claas een vierde model toevoegen dat voorzien is van een motor van 155 pk (TIER4i ) en een hefcapaciteit van 5,5 t. De motoren worden ingebouwd onder een hoek van 90 graden ten opzichte van de rijrichting, waardoor de koeling efficiënter werkt en de toegang voor onderhoudswerkzaamheden vergemakkelijkt is. De SCORPION is ingeschreven als landbouwtrekker (en geleverd met Europees geldigheidsattest) en kan, in functie van het model en de uitrusting, tot een totaal gewicht van maximaal 30.000 kg slepen. Om de machine hydraulisch te voeden koos de constructeur voor een hydraulische pomp met een debiet van 150 l/min aan 250 bar. De telescooparm is standaard voorzien met een centrale smering blok. Dankzij de proportionele bediening is het mogelijk om simultaan verschillende functies te bedienen, met een grote nauwkeurigheid. De bestuurder bedient de rijrichting alsook alle bewegingen van de telescooparm door middel van een joystick.

TECNOMA, facilitator van prestaties

LASER FC

3200, 4200 en 5200 liters -

RENDEMENT EENVOUD en ERGONOMIE ROBUUSTHEID en BETROUWBAARHEID NAUWKEURIGHEID GOEDE WERKZAAMHEDEN

Cabine met hydraulische schokbrekers Toegang tot de cabine dankzij een wentelende loopbrug, in laagste stand Motor TIER III B Optionele uitrustingen voor het beheersen van het afvalwater Toegang tot de landbouw precisie dankzij alle GPS opties

M et JM BINI Sprl Rue Janquart, 18 - 5081 MEUX Tél. : 08/156 63 18 Mail : [email protected] RAWA BVBA Sint-Rijkersstraat 45 8690 ALVERINGEM Tél : 058 28 81 88 www.rawa.be

Garage BOUTANTIN et FILS Rue Lambert Macours, 37 4340 OTHEE (AWANS) Tél. : 04/257 43 21 Mail : [email protected]

BERNARD MOULIN Grande Route, 271 7530 GAURAIN RAMECROIX Tél. : 069 66 99 66 Mail : [email protected]

AG SERVICES SOIGNIES Chemin Saint Landry, 12 7060 SOIGNIES Tél. : 067 33 61 02 Mail : [email protected]

www.tecnoma.com

fendt.com

Fendt 500 & 700 Vario

ver len gin gv an to all t1 ef 0 ju en dt ni

Vo or jaa rs a 201ctie 3 s Perfectie in zijn beste vorm. De talrijke, praktijkgerichte innovaties in de nieuwe Fendt 500 & 700 Vario-serie zijn moeilijk te overtreffen. Met een maximaal vermogen van 125 tot 240 pk, de nieuwe SCR-motortechnologie en de Fendt Variotronic met Varioterminal bieden deze modellen alle kwaliteiten van de grotere in een compactere vorm. Neem contact op met een officiële Fendt-dealer in uw regio en ontdek onze voorjaarsacties!

512 Vario 513 Vario 514 Vario 516 Vario

125 PK 92 kW 135 PK 99 kW 145 PK 107 kW 165 PK 121 kW

714 Vario 716 Vario 718 Vario 720 Vario 722 Vario 724 Vario

145 PK 165 PK 180 PK 200 PK 220 PK 240 PK

107 kW 121 kW 132 kW 147 kW 162 kW 176 kW

* Maximaal vermogen volgens ECE R24

Boomsesteenweg 174, 2610 WILRIJK (Antwerpen) Tel.: 03/821.08.30 • Fax: 03/821.08.86 [email protected] • http://fendt.vanderhaeghe.be

Landbouw-service /

71

Landbouwkrediet verandert van naam. Maar we blijven meer dan ooit de motor van uw projecten.

Bankieren met gezond verstand

landbouw-service MAGAZINE Mei 2013 Nieuwe generatie Claas trekkers van 220 tot 270 pk. tussen Trelleborg en New Holland

Recommend Documents