landbouw-service M A G A Z I N E
Ju li 2013
New X Generatie bij Mc Cormick
SeedDrive monosem: een hydraulisch beheer van de zaaidichtheid
Libramont 2013 Demo Forest Paliseul, 30 eN 31 juLI
> actueel
INHOUD VOORWOORD
3
SOCIALE ONDERHANDELINGEN 2013-2014 Interprofessioneel overleg
8
SOCIALE ACTUALITEITEN Loonlasten in België
10
Lonen PC 132
21
actueel Ontmoeting met de twee nieuwe co-voorzitters van Landbouw-Service
COLOFON landbouw-service
4
Veel Belgische boeren zijn coöperatieve ondernemers
14
Hervorming gemeenschappelijk landbouwbeleid
16
De Europese aannemers geven gestalte aan hun toekomst
26
Land- en tuinbouw in beweging, een nieuw beeld, een vertrouwde aanpak
32
Leasing, een miskende financieringsformule in de landbouwsector
40
Werken met voldoende veiligheid
44
DOSSIER VERKEER EN VERKEERSVEILIGHEID
“Landbouw-Service” is een periodieke nieuwsbrief voor de leden van de Nationale Centrale Landbouw-Service, de enig erkende beroepsvereniging voor aannemers van land- en tuinbouwwerken, loonsproeiers, handelaars in veevoeders en in meststoffen.
Overlading bij tractoren
21
Dossier Verkeer
22
Toekomst van de landbouwtractoren
24
Copyright: Nationale Centrale Landbouw-Service is niet aansprakelijk voor het gebruik van de informatie in deze publicatie. Citeren mag mits bronvermelding.
PhytofarRecover 31
Verantwoordelijke uitgever: Johan Van Bosch, Algemeen Secretaris Nationale Centrale Landbouw-Service, Gasthuisstraat 31 B2, 1000 Brussel, T 02 274 22 00, F 02 400 71 26 e-mail:
[email protected] BTW-nummer BE0410.344.444
2
/ Landbouw-service
Pesticides Brussels gewest zet pesticidengebruik volledig stop
30
VOORUITBLIK Werktuigendagen Oudenaarde
32
Landbouwbeurs van Libramont 2013
36
Mecanic’Show 2013
38
Nieuwigheden voorgesteld tijdens de Mecanic’Show 2013
39
DOSSIER Mechanisatie Nieuwigheden 50 Actualiteit 57
actueel >
VOORWOORD
G
eachte Collega,
Zoals u weet heeft Landbouw-Service sinds dit jaar twee nieuwe voorzitters: Jean Steenwinckels uit Landen en Annie Van Landuyt uit Braine-le-Château. Zij zullen in een duo-baan het voorzitterschap van Landbouw-Service op zich nemen. We laten hen in deze editie van Landbouw-Service aan het woord. U zal hierbij kennis kunnen maken met hun loonwerkbedrijf en met hun visie op de werking van de beroepsvereniging. Dat een beroepsvereniging nodig is, dat blijkt de laatste weken weeral eens uit de evoluties in bepaalde dossiers. In de eerste plaats is er het dossier van de landbouwtractoren. In heel mijn carrière als algemeen secretaris van diverse beroepsverenigingen heb ik nog nooit zoveel leugens gehoord als in de laatste maand. Ik ben enorm teleurgesteld in een aantal beroepsverenigingen, onder meer de transportbonden, die meermaals leugens verkondigden via hun communicatie met hun leden. Als daarnaast beroepsverenigingen ook nog eens mee de baan opgaan met de controlediensten, dan is het hek van de dam. Het is ongehoord en dit kunnen wij onmogelijk accepteren. Politiediensten moeten hun werk doen, zij hoeven hier niet bijgestaan te worden door bepaalde beroepsverenigingen. Diverse leden vroegen ons om informatievergaderingen te organiseren. Evenwel was niets te vertellen. Het enige dat gewijzigd was, was het systeem van de nieuwe nummerplaten. Bij nieuwe evoluties over periodieke keuring, rijbewijzen, gebruik van rode diesel, … zullen wij de leden eerst via e-mail inlichten, daarna organiseren wij informatievergaderingen. De eerste vergadering is inmiddels al voorzien op maandag 29 juli 2013 in de voormiddag tijdens de landbouwbeurs van Libramont. Vervolgens zijn er de sociale onderhandelingen. Landbouw-Service speelt een cruciale rol bij de onderhandelingen over loon- en arbeidsvoorwaarden binnen het paritair comité 132. We onderhandelen daarbij met de vakbonden en hopen zo een haalbaar en betaalbaar sectorakkoord af te sluiten waarbij voldoende aandacht zal besteed worden aan de noden, behoeftes en bedreigingen waar de loonwerksector mee kampt. Ook zijn er nogal wat leden die ons contacteren om te vragen of we niets kunnen doen aan de lage prijzen in het loonwerk. Dit is een moeilijke zaak. Vroeger publiceerde Landbouw-Service richtprijzen, maar de sector hield zich hier niet echt aan. Tevens verbiedt de Europese en Belgische overheid om op sectorniveau prijsafspraken te maken. We weten dat het niet evident is in onze sector en we roepen iedereen op om een degelijke kostprijsberekening te doen op bedrijfsniveau. Op die manier moeten diverse loonwerkers zich ook bewust worden van de “verkeerde” prijs die zij hanteren… We hopen u te mogen verwelkomen op de informatiedag voor loonwerkers in Libramont op maandag 29 juli 2013. Op 21 en 22 september 2013 nodigen wij u uit voor de Werktuigendagen in Oudenaarde. Johan VAN BOSCH
We wensen u eveneens veel succes voor een behouden zomerperiode.
Algemeen Secretaris Landbouw-Service
Johan Van Bosch verwacht uw reacties:
[email protected]
Landbouw-service /
3
> actueel
Ontmoeting met de twee nieuwe co-voorzitters van Landbouw-Service Sinds de maand februari telt de nationale centrale Landbouw-Service twee nieuwe co-voorzitters, Annie Van Landuyt, van Braine-le-Château en Jean Steenwinckels, van Landen. Ze werden verkozen voor een periode van vier jaar. Landbouw-Service ging hen opzoeken zodat ze hun bedrijf kunnen voorstellen, maar ook om een beetje meer te weten te komen over de uitdagingen die ze zullen moeten oplossen in de nabije toekomst.
Wat is de eerste grote uitdaging die jullie gaan moeten oplossen de komende maanden? Jean: ‘de eerste grote uitdaging is deze van de landbouw nummerplaten. Dit bijzonder gevoelig thema uit
Annie Van Landuyt en Jean Steenwinckels zijn de nieuwe co-voorzitters van LandbouwService sinds februari.
4
/ Landbouw-service
zich in de praktijk door een aantal bijkomende problemen. Als de wet in de praktijk nageleefd moet worden zal dat gepaard gaan met een berg papierwerk, en natuurlijk de nodige bijkomende kosten. Er blijven anderzijds nog een aan-
tal punten die nog niet opgelost zijn, zoals deze van secundair transport die gelinkt is aan een landbouwactiviteit, de periodieke keuring of het gebruik van witte mazout. Verschillende zaken moeten dus nog besproken worden.’
>
Jean Steenwinckels Annie: ‘Anderzijds werd het probleem met de dumpers zodanig uitvergroot dat er bijna niet gesproken werd van andere problematieken, zoals het vervoer van graan tijdens de oogst. En ik denk niet dat transportbedrijven vragende partij zijn om graan ’s nachts te komen laden, dikwijls langs afgelegen wegen, bovendien. Het is ook spijtig te zien dat elk land voor eigen maatregelen gaat, terwijl we allemaal deel uitmaken van de Europese unie.’
2
Hoet ziet de toekomst van de loonbedrijven in België er volgens jullie uit? Annie: ‘Ik denk dat landbouwers steeds meer beroep zullen doen aan de loonwerkers omdat de investeringen in machines toch te zwaar zijn voor de meeste landbouwbedrijven. Anderzijds gaat de schaalvergroting verder, ook bij veeteeltbedrijven, 3 waardoor er meer werk in de stallen is en er minder tijd overblijft om het land te bewerken. Ik merk ook dat steeds meer landbouwers ouder worden en dat hun kinderen dikwijls buitenshuis werken. Deze mensen doen ook gemakkelijker beroep op een loonwerker dan vroeger, ook voor zaai- of spuitwerkzaamheden, wat vroeger minder het geval was.’
Alles is toch niet rooskleurig? Annie: ‘Nee, zeker niet. Naast het probleem van de nummerplaten, denk ik dat het belangrijk is dat loonwerkers genoeg durven vragen voor de werkzaamheden die ze uitvoeren bij bij hun klanten, rekening houdende met alle prijsverhogingen in het loonwerk. Het is de enige manier om de rendabiliteit van onze bedrijven te beschermen.’ Jean: ‘Anderzijds moeten we zien dat we naar de toekomst toe personeel kunnen blijven inschrijven, want zonder bestuurders kunnen de machines
1 1 Jean Steenwinckels en zijn zoon
Jeroen. 2 De service naar veehouders toe
omvat ook het persen en wikkelen van voordroog. 3 Het strooien van vaste mest laat
toe om voldoende werk te hebben buiten de grote seizoenspieken.
op veld niet werken. Ik merk wel dat jongere landbouwers, die vaak grotere bedrijven hebben, de kwaliteit van de diensten uitgevoerd door hun plaatselijke loonwerkers in het algemeen beter weten te waarderen.’
Wat willen jullie doen om de zaken vooruit te helpen? Jean: ‘in een eerste fase willen we onze leden verdedigen ten opzichte van de problemen die zich voordoen, iets wat onze voorbijgangers in het verleden ook deden, trouwens. Ik denk aan de dossiers rond IKKB, de reglementering rond het uitzonderlijk vervoer, de problematiek van modder op de weg… ik denk ook dat we meer moeten communiceren met de buitenwereld en de media, zodat de bevolking toch voor een stukje beseft wat ons beroep allemaal inhoudt en dat we tenslotte ook onze boterham moeten
verdienen. De loonwerkers krijgen niet genoeg erkenning van de buitenwereld.’ Annie: ‘Ja, het is zo en men mag ook niet vergeten dat een loonbedrijf niet een ‘gewone’ levenstijl is. Dikwijls zijn de loonwerkers echt gepassioneerd door hun werk, waardoor het niet altijd gemakkelijk is om strenge regels te volgen. Ons beroep is bovendien sterk afhankelijk van de seizoenen en van de weersomstandigheden, met alle gevolgen van dien. In dat kader is het niet altijd eenvoudig om werkkrachten te vinden en te houden, omdat ze ook beschikbaar moeten zijn tijdens de seizoenen en dat ze meestal heel onregelmatige uren moeten presteren.’
Het loonbedrijf Annie Van Landuyt, in Braine-le-Château Annie begon in 1982 als loonwerkster, alhoewel ze zelf aangeeft dat ze altijd bezeten geweest is van landbouwmachines. De eerste aangeschafte machines waren twee maaidorsers, een bietenrooier, een bietenzaaier en een kleine pakkenpers. Door de jaren heen breidden de activiteiten uit, enerzijds voor het dorsen van granen, en anderzijds Landbouw-service /
5
>
> actueel
Annie Van Landuyt
2
1
3 1 Annie Van Landuyt en haar zoon Guillaume bij het fyto lokaal. 2 Zicht op een deel van het machinepark. 3 Het rooien van bieten is één van de specialiteiten van het
loonbedrijf Van Landuyt.
>
met het hakselen van maïs. Daarachter werden de basisactiviteiten verder uitgebreid met het persen en wikkelen van balen, het openspreiden van vaste mest of het dorsen van maïs. Zoals Annie het aankaart is één van de mijlpalen binnen haar bedrijf de aankoop van de eerste integraal bietenrooier van Ropa, in 1999. Het was de eerste machine van dit type die verkocht werd in de streek, en de rooiactiviteiten kenden sindsdien een steeds groter succes. Achteraf kwamen het zaaien van granen en het loonspuiten de activiteiten vervolledigen. Het spuiten vertegenwoordigt steeds meer werk voor het bedrijf, dat bovendien een volledige opvolging van de teelten aan haar klanten biedt. In dit kader is het fytolokaal van bepaalde klanten nu op het bedrijf gevestigd, wat toelaat om rationeler te werken. Het klantenbestand van het bedrijf zit voornamelijk in een straal van 30 tot 40 km rond Braine-le-Château, alhoewel de taalgrens steeds een ‘natuurlijke hindernis’ blijft. Sinds 2011, is Guillaume, de zoon van
6
/ Landbouw-service
Annie, ook voltijds in het bedrijf actief en is zeer begaan met de toekomst van het bedrijf, zodat het mogelijk is om iets verder te zien en bijkomende activiteiten bij te nemen, op voorwaarde dat ze iets met de landbouwsector te maken hebben.
Het loonbedrijf Jean Steenwinckels, in Landen Jean Steenwinckels is in 1998 met loonwerk begonnen, en maakte op deze manier een beroep van zijn hobby. Jean reed achter zijn uren en tijdens zijn verlof eerst talrijke jaren mee bij een loonwerker uit de buurt en als deze koos om te stoppen met zijn bedrijf liet Jean deze unieke kans niet liggen. De eerste activiteiten waren het dorsen van granen en het rooien van bieten. Amper twee jaar later stopt een tweede loonwerker uit de buurt met het hakselen van maïs, en Jean grijpt deze kans om het takenpakket uit te breiden met het hakselen van gras en maïs en het persen en wikkelen van voordroogbalen. In 2001, worden nieuwe loodsen gebouwd in de industriezone van Landen, wat ook toeliet
om de machines naar éénzelfde locatie te verhuizen, waardoor de organisatie van de verschillende werkzaamheden gemakkelijker verloopt. Om voldoende werk te hebben buiten de arbeidspieken heeft het bedrijf ook beslist om vaste mest open te voeren. Andere kleinere werken vervolledigen het aanbod. Tegenwoordig worden de activiteiten verdeeld tussen twee grote polen: de service voor akkerbouwbedrijven, met het dorsen van granen en het rooien van bieten, en de service voor veetelers, met het inkuilen van maïs en voordroog. Zoals Jean het aankaart, heeft zijn bedrijf een serieuze groei gekend op korte tijd, en ondertussen doen meer en meer k lanten beroep op een compleet gamma diensten van zijn bedrijven. Tijdens de laatste jaren was de grootste uitdaging iedereen kunnen bedienen op tijd en uur, wat niet altijd eenvoudig is, zeker niet als de seizoenen zeer kort zijn. Jeroen, de zoon van Jean, werkt ondertussen al drie jaar samen met zijn vader.
Nieuwe T6 Auto Command™
Intensieve
landbouw makkelijk gemaakt.
UITSTEKEND COMFORT. ULTIEME AUTO COMMAND™ CVT-TECHNOLOGIE. HAAL MEER UIT UW BEDRIJF. De nieuwe T6 Auto Command™ viercilinder is er eindelijk voor u! Met zijn wielbasis van 2,40 meter en zijn korte draaicirkel overstijgt hij iedere trekker in zijn segment. De T6 viercilinder Auto Command™ is beschikbaar in drie modellen: • T6.140 Auto Command™: nom. 110 pk en max. 143 pk, 590 Nm @ 1500 tpm; • T6.150 Auto Command™: nom. 121 pk en max. 154 pk, 634 Nm @ 1500 tpm; • T6.160 Auto Command™: nom. 131 pk en max. 163 pk, 676 Nm @ 1500 tpm. Standaard is deze trekker uitgerust met de alom bekende en eenvoudig te bedienen SideWinder™ II armleuning met CommandGrip™ en IntelliView™ IV touchscreen monitor waarop alle functies gemakkelijk en uiterst precies in te stellen zijn. Geveerde cabine, Terraglide™-voorasvering en vier elektronische regelventielen met geïntegreerde joystick behoren eveneens tot de standaarduitrusting. De T6 Auto Command™, een wendbare trekker met bewezen betrouwbaarheid en een uiterst zuinige FPT motor met SCR Tier IV technologie. Informeer vandaag nog bij een New Holland dealer! TAKE CONTROL
> S O C I ALE O N D E R H A N D EL I N G E N 2 0 1 3 - 2 0 1 4
Interprofessioneel overleg Om de twee jaar bereiden de Belgische werknemers- en werkgeversorganisaties (Groep van tien) een interprofessioneel overleg voor, dat uiteindelijk resulteert in interprofessionele sectoroverschrijdende akkoorden. Vaak wordt de regering als derde partner bij de onderhandelingen betrokken.
D
eze akkoorden moeten steeds resulteren in collectieve arbeidsovereenkomsten, van de Nationale Arbeidsraad, van de verscheidene paritaire comités of in wetten en besluiten. Het belangrijkste element van dergelijk interprofessioneel akkoord is de intentieverklaring om de lonen aan een vooraf afgesproken tempo te laten stijgen. Deze tweejaarlijks afgesproken maximale loonstijging noemt men de loonnorm. Daarnaast komen er in een interprofessioneel akkoord ook afspraken voor met betrekking tot vorming en opleiding van werknemers, arbeidsomstandigheden, tewerkstellingsinspanningen, arbeidsduur, etc. Dit jaar is het interprofessioneel afgesprongen, hoofdzakelijk door de problematiek arbeiders - bedienden.
Geen loonmarge De discussie over de marge voor loonsverhogingen (wat meteen het kader vastlegt voor de sectorale onderhandelingen erna) is de allereerste opdracht van de tweejaarlijkse interprofessionele onderhandelingen. Daarna komen de andere, hiermee verband houdende, kwesties - die zowel werkgevers als werknemers aanbelangen - aan bod. Antwoord van de interprofessionele vakbonden: Geen loonmarge, geen loonnorm, geen onderhandelingen. Geen garantie op sociale vrede. Geen kader voor sectorale onderhandelingen. Dit impliceert dat de loononderhandelingen naar de sectoren doorverwezen worden.
Problematiek arbeiders bedienden Het Grondwettelijk Hof heeft bevestigd dat het grote verschil tussen arbeiders
8
/ Landbouw-service
en bedienden onwettig is. Daarom moet op 8 juli 2013 de discriminatie stoppen. De sociale partners hebben samen met de politiek tot die datum de tijd gekregen om daarvoor te zorgen.
Hoe reageren de vakbonden? ABVV
Het arbeidersstatuut bevat discriminaties die leiden tot een minder grote werkzekerheid en inkomensgarantie voor de werknemer (de situatie is bijzonder duidelijk wanneer men zich bevindt in een kader van de onderhandeling ingevolge van bedrijfssluiting); de scheeftrekkingen tussen de twee statuten, in het bijzonder inzake de opzegver-
goedingen, zijn onaanvaardbaar. De sociale partners hadden zich geëngageerd om te komen tot een oplossing tegen 2006: ze zijn er niet uitgeraakt. De laatste interprofessionele onderhandelingen hebben duidelijk gemaakt dat de onderhandelde weg een halve eeuw in beslag zou nemen alvorens hiertoe te komen… ABVV-HORVAL heeft sindsdien altijd de afschaffing geëist van de discriminaties die de arbeiders treffen. Sindsdien heeft het Grondwettelijk Hof een arrest uitgevaardigd dat de regering in gebreke stelt om een eind te maken aan de discriminaties tegen ten laatste juli 2013, en dit op twee punten: • De afschaffing van de carensdag; • De harmonisatie inzake opzeg.
<
ACV Voeding en Diensten ACV heeft zeven dossiers die hun standpunt over de gelijkstelling van arbeiders en bedienden moet bepleiten. Dossier 1: het begin van de arbeidsovereenkomst, de proeftijd De arbeidsovereenkomst moet volgens ACV schriftelijk een proeftijd kunnen voorzien in functie van de nodige leertijd, met minimum 1 maand en maximum 6 maanden. Tijdens die proeftijd geldt een opzeg van minstens 7 dagen voor de werkgever en maximum de helft voor de werknemer. Dossier 2: uitbetaling loon Het loon moet reëel berekend worden op alle gewerkte en gelijkgestelde uren. ACV wil dat aan werknemers op vaste tijdstippen wordt betaald waarop ze recht hebben. Die loonberekening moet correct én duidelijk zijn. Dossier 3: jaarlijkse vakantie Het enkel vakantiegeld betalen door de werkgever, zoals voor bedienden nu. Het dubbel vakantiegeld uitbetalen via vakantiekassen, zoals voor arbeiders nu. Dat vakantiegeld wordt berekend op alle loonbestanddelen van het vorige jaar (inclusief ploegenpremies, overuren en eindejaarspremie). Tegelijk worden de verschillen inzake solidariteitsbijdrage weggewerkt. ACV zegt dat ze niet kunnen verdedigen dat voor arbeiders de eindejaarspremie wel meetelt voor het vakantiegeld, maar niet voor de bedienden. Omgekeerd zien ze niet goed waarom arbeiders wel en bedienden geen solidariteitsbijdrage betalen als we naar een harmonisering gaan. Dossier 4: arbeidsongeschiktheid ACV eist voor alle werknemers één maand gegarandeerd netto-inkomen. Op basis van de huidige uitgaven (van RIZIV én werkgevers) en inkomsten (voor RSZ en fiscus) zoekt men een evenwichtspunt, met afschaffing van de carensdag. De eerste periode (zonder carensdag
en met normaal loon van dag 1 tot dag x) is ten laste van de werkgever. De tweede periode (van dag x+1 tot dag 30) is ten laste van RIZIV. Dossier 5: bevorderen van werkzekerheid ACV wil bij de eenmaking vooruitgang maken via een recht op 5 dagen vorming, de plicht om alternatieven te zoeken vooraleer te ontslaan, betere definitie van collectief ontslag, uitgebreide loopbaanbegeleiding, enz. Voor het ACV mag het debat over werkzekerheid niet alleen gaan over opzegtermijnen en tijdelijke werkloosheid. Best is immers ontslagen te vermijden. Dossier 6: tijdelijke werkloosheid ACV wenst een eenvormig stelsel van tijdelijke werkloosheid voor alle werknemers, behalve in de non-profitsectoren (uitgezonderd de beschutte en sociale werkplaatsen). Mits strengere controle en syndicale inspraak om onjuist gebruik tegen te gaan. Mits tijdsregistratie om tijdelijke werkloosheid pas toe te laten na recuperatie van overuren. Mits behoud van nettoinkomen en mits gelijkstelling voor jaarlijkse vakantie. Bij economische of andere moeilijkheden lijkt het voor ACV niet meer dan logisch dat de last solidair wordt gespreid. Vroeger was het zo dat die last eenzijdig bij de arbeiders kwam. Zowel voor arbeiders als bedienden is er echter kans op misbruik. In één beweging moet het risico op misbruik worden beperkt. En uiteraard moeten de sectoren ook werk maken van gelijke aanvullingen op de RVA-uitkeringen (van bedrijf of sectorfonds) om koopkrachtverlies te vermijden. De interprofessionele minima die daarvoor werden bepaald (2 versus 5 euro per dag) moeten ook worden rechtgetrokken. De maatregel moet ontslagen helpen voorkomen. Het betekent ook dat men eerst overuren moet recupereren. Om dat te kunnen moet de arbeidstijd worden geregistreerd. Dat gebeurt voor bijna alle arbeiders.
Dossier 7: ontslag Eenvoudige opzegregeling gekoppeld aan anciënniteit (en niet aan loonniveau). Met als regel bij opzeg door werkgever: 1 maand per begonnen dienstjaar en met een minimum van 3 maanden na de proeftijd. Bij opzeg door werknemer: helft van termijn voor de werkgever, begrensd tot 3 maanden. Met meetellen voor de anciënniteit van de eerdere werkervaringen in de onderneming, ook deze via uitzendarbeid. En dit alles met behoud van de reeds opgebouwde rechten.
ACLVB Een eenheidsstatuut houdt enerzijds in dat er een einde moet gemaakt worden aan discriminaties zoals de opzegtermijn bij ontslag of de carenzdag bij ziekte, maar tegelijk ook aan de complexe eigenaardigheden die in de loop der tijd in de regelgeving werd ingevoerd. Hierdoor zijn er een aantal technische hindernissen zoals de invoering van een uniform betalingssysteem van gewaarborgd loon bij ziekte of inzake het vakantiegeld. Vanuit psychologische invalshoek: iedereen is het erover eens dat de noodzaak voor het behoud van twee aparte statuten - één voor het verrichten van handenarbeid en een ander voor het uitvoeren van eerder intellectuele functies - is weggevallen. Vele arbeiders zullen het moeilijk hebben hun bijzonder statuut te moeten opgeven. Maar ACLVB durft er op inzetten dat het bereiken van een eenheidsstatuut niets zal veranderen aan hun gevoel tot een arbeiderswereld te behoren waar solidariteit en broederlijkheid hoog in het vaandel worden gedragen. Er rest dan nog de financiële kant van de zaak. Hoewel het afschaffen van de carenzdag slechts een formaliteit is - vele sectoren en bedrijven hebben deze discriminatie al gebannen - is er het probleem van de duur van de opzegtermijnen. ACLVB vraagt naast de invoering van de motivatieplicht in geval van ontslag, een nieuwe opzegberekening die een ‘juiste’ oplossing biedt.
Landbouw-service /
9
> S O C I ALE ACTUAL I TE I TE N
LOONLASTEN IN BELGIE Onze loonlasten in België behoren tot de hoogste van Europa. Eindelijk beseffen de meerderheidspartijen dat de loonlasten naar omlaag moeten. De manier waarop die loonlasten moeten dalen, verschilt echter van partij tot partij. Het standpunt van werkgeverskant, vertolkt door UNIZO, is zo dat vooral werk moet worden gemaakt van een bijkomende drastische lineaire loonlastenverlaging van 5% “in het belang van de concurrentiekracht van de KMO’s”. Om die algemene loonlastenverlaging te realiseren, moeten echter alle regeringen bereid zijn om samen te werken.
D
e loonkostenhandicap klokte in 2012 af op 5,1%. Per eenheid product loopt de handicap echter op tot bijna 13% en ten opzichte van Duitsland is dit zelfs 25%. Vooral arbeidsintensieve bedrijven zijn daar het slachtoffer van. Het wegwerken van die concurrentiehandicap is dan ook voor ons prioritair. Daarnaast moet werk gemaakt worden van de aanpassing van de loonmatigingswet om “verdere ontsporingen te vermijden en het concurrentievermogen van de KMO’s te herstellen”.
Sociaal overleg in de loonwerksector Op 14 juni 2013 werd tijdens een vergadering van het paritair comité voor technische land- en tuinbouwwerken (PC 132) het startschot gegeven voor het professioneel sociaal overleg tussen de vakbonden (ACV, ABVV en ACLVB) en de werkgevers (Landbouw-Service). De vakbonden hebben er hun eisenbundel toegelicht voor de periode 2013-2014: 1. Verhoging tweede pensioenpijler: voorstel stijging met 0,50 % over twee jaar (dus niet in 1e tot 3 e kwartaal 2013) 2. Indexering fietsvergoeding 3. Invoering cao 90 - sectorale cao - voor iedereen van toepassing - bedrag af te spreken - modaliteiten met streefdoel - referteperiode - uit te betalen eind 2014
10
/ Landbouw-service
- max. 3.200 euro per werknemer 4. Sociaal fonds: - aanpassing syndicale premie aan het maximaal bedrag (is reeds zo) 5. Vorming: aandacht aan ergonomie - Werkgelegenheidsplan - hoe gaan werkgevers cao 104 (bevordering van tewerkstelling van oudere arbeiders) invullen? - Bevorderen van opleiding van nieuwe werknemers: via peterschapsprojecten 6. Syndicale delegatie vanaf 10 werknemers 7. Verlenging bestaande cao’s
Bijkomende discussiepunten zijn: • Terugbetaling loonlast bij vorming: voorstel voor forfaits in plaats van reële loonlast. • Risicogroepen: bedrag vloeit nu naar RSZ. Er zal worden bekeken om dit terug in sociaal fonds te krijgen, mits degelijke opleidingsmogelijkheden voor de risicogroepen. • Problematiek flexibiliteit • Werknemersleerlingstelsel: zie hierna Half juli zullen de onderhandelingen afgerond zijn. We houden de leden op de hoogte via onze gebruikelijke e-zines.
Werknemers leerlingstelsel Het werknemersleerlingstelsel is een opleidingssysteem waarin jongeren in het kader van een leerovereenkomst een
beroep kunnen aanleren dat gewoonlijk wordt uitgeoefend door een loontrekkende. Dit gebeurt door middel van een alternerende opleiding: de leerlingen krijgen enerzijds een praktische opleiding in de onderneming van een speciaal daartoe erkende werkgever en volgen anderzijds aanvullende theoretische lessen in een onderwijs- of opleidingsinstelling. Meestal is dit een Centrum voor Deeltijds Beroepssecundair Onder w ijs (CDBSO of CDO - Vlaamse Gemeenschap) of een Centre d’Education et de Formation en Alternance (CEFA Franse Gemeenschap); soms gaat het om een ander type van opleidingsinstelling (VDAB, IBFFP, FOREM of Arbeitsamt, centrum voor volwassenenonderwijs of sociale promotie, ...). Het systeem is ook (en meer) bekend onder de naam “industrieel leerlingwezen” (ILW); de leerovereenkomst wordt vaak aangeduid met de term “industrieel leercontract” (ILC). Deze benamingen zijn echter niet correct, omdat het systeem zeker niet beperkt is tot de industrie. Ook ondernemingen met louter commerciële activiteiten of ondernemingen uit de dienstensector kunnen jongeren opleiden in dit systeem. Het wordt zelfs toegepast in de non-profitsector (rust- en verzorgingstehuizen).
Welke werkgevers kunnen een werknemersleerovereenkomst sluiten? Enkel werkgevers die een erkenning als patroon hebben gekregen van het paritair
>
deze afwijking gebonden aan speciale voorwaarden - te checken in elk sectoraal leerreglement (moet dan worden opgesteld)
Scholingsgraad Jongeren die een diploma of getuigschrift hebben dat bewijst dat ze in een bepaald beroep een zekere scholingsgraad bezitten, mogen geen leerovereenkomst meer sluiten om diezelfde scholingsgraad in dat beroep te bereiken. In sommige sectoren wordt de toegang tot het werknemersleerlingstelsel voor meerderjarigen gekoppeld aan de voorwaarde dat ze niet over een bepaald diploma of getuigschrift mogen beschikken. In principe mogen in ondernemingen van minder dan 50 werknemers geen werknemers-leerovereenkomsten gesloten worden voor beroepen waarvoor ook een opleiding gevolgd kan worden via de Middenstandsopleiding (in Vlaanderen is dit de zgn. “leertijd”, georganiseerd door Syntra). De vakbonden zijn akkoord dat hiervan kan worden afgeweken.
Opleidingsinspanningen
leercomité (hierna “PLC”) van hun sector hebben de toelating om leerovereenkomsten te sluiten voor het aanleren van het/de beroep(en) waarop die erkenning betrekking heeft.
Welke werkgevers kunnen geen werknemersleerovereenkomst sluiten? • de werkgevers die niet onder een paritair comité ressorteren (wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités); • de werkgevers van de koopvaardij (paritair comité 316.00) en de zeevisserij;
• de werkgevers die onder een paritair comité ressorteren dat geen werkend PLC heeft; • de werkgevers die geen voorafgaande erkenning als patroon hebben gekregen van het PLC van hun sector.
Leerlingen Algemeen principe: enkel minderjarigen die voldaan hebben aan de voltijdse leerplicht kunnen een werknemersleerovereenkomst sluiten, d.w.z. jongeren tussen 15 en 18 jaar. Als het leerreglement van de sector waartoe de werkgever behoort het expliciet vermeldt, mogen ook meerderjarigen leerovereenkomsten sluiten; dikwijls is
Begin jaren 2000 maakten de sociale partners een afspraak om extra te investeren in personeelsvorming. De bedoeling was om 1,9 % van de totale bruto loonmassa voor te behouden voor personeelsopleidingen. Die doelstelling werd niet behaald. Elk jaar opnieuw controleert de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven de sociale balansen om na te gaan of aan de globale opleidingsinspanning is voldaan. Komen alle werkgevers samen aan die 1,9 %, dan stopt het verhaal onmiddellijk, want dan is de doelstelling gehaald. De werkelijkheid is helaas dat de doelstelling niet werd gehaald. Dit falen bleef voorlopig zonder gevolgen, tot toenmalig minister van werk Joëlle Milquet enkele jaren geleden besloot om de sanctie die in de wet is voorzien, wél toe te passen. Om te bepalen of werkgevers al dan niet de sanctie moeten betalen, wordt er eerder vormelijk en los van de effectieve
Landbouw-service /
11
>
> S O C I ALE ACTUAL I TE I TE N
>
vormingsinspanningen, gekeken naar de sectorale cao. In het paritair comité 132 hebben we een cao afgesloten waar voorzien is in de verhoging van 5 % van de graad van werknemersparticipatie aan vorming. Wordt deze 5 % verhoging van het aantal deelnemers niet behaald, dan moeten de opleidingsinspanningen met 0,1 % van de loonmassa verhoogd worden. Voorlopig zijn we met de loonwerksector verlost van de opgelegde boetes. Maar we houden ons hart vast voor de toekomst. Een ding is zeker: de overheid wil dat sectoren meer inspanningen leveren voor vorming.
Wijziging vakantiekas voor arbeiders onder PC 132 Onder algemeen akkoord van de sociale partners werd vorig jaar besloten om de uitbetaling van de vakantiegelden voor arbeiders in de toekomst te laten gebeuren via de Kas voor Betaald Verlof van de
Dienstverstrekking voor de GNSS RTK correcties voor de geleiding van landbouwvoertuigen ➤
Hoge nauwkeurigheid door modellering
➤
Hoge betrouwbaarheid dankzij een
➤
Gegarandeerde inzetbaarheid door
➤
Compatibel met alle bestaande
van het dichte netwerk infrastuctuur van de allerlaatste generatie lokale ondersteuning 365d/jaar en 24u/24
Belgische Voedingsbedrijven.
Wie betaalt voor het vakantiegeld voor arbeiders Een arbeider betaalt geen bijdrage voor zijn vakantiegeld. De werkgever doet dat via RSZ-bijdragen. Het vakantiegeld van de arbeiders wordt gefinancierd door werkgeversbijdragen via de RSZ, de intresten van de met de werkgeversbijdragen gevormde kapitalen en door de solidariteit tussen de werknemers onder de vorm van een solidariteitsbijdrage, ingehouden op elk vakantiegeld dat door een vakantiefonds wordt uitgekeerd. De werkgevers betalen een bijdrage via de RSZ ten belope van 4 (kwartalen) x 6 % op de loonmassa en 1 (jaarlijks) x 10,27 % op de loonmassa.
Wie keert het vakantiegeld uit Het vakantiegeld wordt uitbetaald hetzij door de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie, hetzij door ene bijzonder vakantiefonds. Tot 2012 kregen de arbeiders onder het paritair comité 132 hun vakantiegeld
via de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie. Het paritair comité 132 heeft beslist om de overstap te maken van de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie naar de Vakantiekas voor de voeding. Dit betekent dat de verlofkas van de voedingsbedrijven de opdracht van de Rijksdienst heeft overgenomen.
Op hoeveel vakantiedagen en hoeveel vakantiegeld heeft je arbeider recht? Een arbeider die het hele vakantiedienstjaar gewerkt heeft (in een vijfdagenweek) heeft het daaropvolgende jaar recht op 20 dagen betaalde vakantie. Als je in het vakantiedienstjaar echter minder dan 230 dagen gewerkt (of gelijkgestelde dagen) hebt - in een vijfdagenstelsel - dan wordt het aantal vakantiedagen in verhouding verminderd. Het brutovakantiegeld (enkel en dubbel samen) van een arbeider is gelijk aan 15.38 % van het brutoloon - verhoogd tot 108 % - verdiend tijdens het vorige jaar. Het is gebaseerd op de bezoldigingen aangegeven aan de RSZ, eventueel vermeerderd met een fictief loon voor de met arbeid gelijkgestelde dagen zoals ziekte,… Niet alleen effectief gewerkte dagen komen dus in aanmerking voor de berekening van de vakantieduur. Er worden ook heel wat inactiviteitsdagen met effectief gewerkte dagen gelijkgesteld.
Verandert er iets voor u? Voor de werkgever verandert er in essentie niets! De bijdragen blijven onveranderd. Deze bijdrage dekt namelijk ook de gelijkgestelde dagen. Er worden geen beheerskosten, noch andere kosten aangerekend. De vakantiegelden worden in mei uitgekeerd, en dit op basis van de prestatie van het vorige jaar.
geleidingssystemen
Meer informatie:
083/63 61 30 ➤
[email protected]
www.drivenby.be
12
/ Landbouw-service
Kas voor Betaald Verlof van de Belgische Voedingsbedrijven Birminghamstraat 225 1070 Anderlecht
i
TIER 4 TECHNOLOGIE.
WIJ ZIJN ER KLAAR VOOR. U OOK?
Meer vermogen, minder brandstof.
Beter voor het milieu én voor uw rendement: uw Case IH tractor vanaf 100 pk voldoet nu al aan de nieuwste emissienormen. • Tot 90% minder fijnstof en NOx. • Bovendien tot 10% minder brandstofverbruik.
VOOR WIE MEER VERWACHT
Waar wacht u nog op? Neem gerust de kortste weg naar betere prestaties en contacteer uw Case IH dealer.
www.caseih-ep.com
> actueel
Veel Belgische boeren zijn coöperatieve ondernemers De Belgische landbouw is “subtop” in Europa wat het aantal landbouwers betreft die deel uitmaken van een coöperatie. Vooral de groente- en fruitveilingen (83% marktaandeel) en de coöperatieve zuivelverwerkers (66% marktaandeel) zorgen ervoor dat het marktaandeel van landbouwcoöperaties in ons land bijna 50 procent bedraagt.
C
oöperaties versterken de inkomenspositie van landbouwers. Ze vergroten hun onderhandelingsmacht, realiseren schaalvoordelen, verminderen marktrisico’s en transactiekosten, geven toegang tot middelen en garanderen voedselveiligheid en -kwaliteit. Hoe beperkter houdbaar het product (melk, groenten en fruit), hoe sterker de sector coöperatief georganiseerd is. De zuivelsector toont aan dat een groot marktaandeel van coöperaties leidt tot een reductie van de prijsvolatiliteit en een hoger aandeel voor landbouwers in de prijs van landbouwproducten. Dat zijn enkele vaststellingen uit het groot opgevatte onderzoek ‘Support for farmers’ cooperatives’ dat werd uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie en gecoördineerd werd door
14
/ Landbouw-service
Wageningen Universiteit. Regionaal coördinator Caroline Gijselinx van het Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving (HIVA) van de KU Leuven gaf in Brussel een korte toelichting bij de onderzoeksresultaten. Coopburo, de coöperatieve dienstverlener van Cera, sprak met Krijn Poppe (LEI - Wageningen UR) die als research manager verantwoordelijk was voor het werkstuk van bijna twee jaar dat bestaat uit een bundeling van bijna 80 deelrapporten over honderden landbouwcoöperaties. Poppe pikt er twee vaststellingen uit die volgens hem frappant zijn. “Ten eerste zien we heel duidelijk dat het volgende rondje fusies
begonnen is en dat er geïnternationaliseerd wordt. Vandaag zijn er reeds 50 coöperaties met leden in meer dan één lidstaat, we vermoeden dat deze trend zich zal doorzetten.” “Ten tweede is het opvallend dat het beleid weinig bekend is met het coöperatieve ondernemingsmodel en dat boeren en tuinders die een coöperatie zouden willen starten geen loket hebben waar ze onafhankelijk advies kunnen inwinnen. Toch zien we sommige landen, waaronder België, die heel wat beleidsmaatregelen nemen om coöperaties te stimuleren en te ondersteunen.”
Lees het interview met Krijn Poppe op www.coopburo.be.
i
>
lIneR zwaders = uw stro binnen voor de regen! • • •
25 modellen Werkbreedte: van 3,5m tot 15m. Enkele, dubbele of vierdubbele rotors. De CLAAS-machines worden in België verkocht door een netwerk van professionele agenten. Er is er steeds één in uw buurt. Voor meer informatie:
http://CLAAS.VANDERHAEGHE.BE of tel. 081/25 09 09
TECNOMA, facilitator van prestaties
LASER FC
3200, 4200 en 5200 liters -
RENDEMENT EENVOUD en ERGONOMIE ROBUUSTHEID en BETROUWBAARHEID NAUWKEURIGHEID GOEDE WERKZAAMHEDEN
Cabine met hydraulische schokbrekers Toegang tot de cabine dankzij een wentelende loopbrug, in laagste stand Motor TIER III B Optionele uitrustingen voor het beheersen van het afvalwater Toegang tot de landbouw precisie dankzij alle GPS opties
M et JM BINI Sprl Rue Janquart, 18 - 5081 MEUX Tél. : 08/156 63 18 Mail :
[email protected] RAWA BVBA Sint-Rijkersstraat 45 8690 ALVERINGEM Tél : 058 28 81 88 www.rawa.be
Garage BOUTANTIN et FILS Rue Lambert Macours, 37 4340 OTHEE (AWANS) Tél. : 04/257 43 21 Mail :
[email protected]
BERNARD MOULIN Grande Route, 271 7530 GAURAIN RAMECROIX Tél. : 069 66 99 66 Mail :
[email protected]
AG SERVICES SOIGNIES Chemin Saint Landry, 12 7060 SOIGNIES Tél. : 067 33 61 02 Mail :
[email protected]
www.tecnoma.com
Landbouw-service /
15
> actueel
HERVORMING GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID De hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid omvat 4 grote wetgevende voorstellen: directe inkomenssteun, marktmaatregelen, plattelandsontwikkeling en de horizontale en financiële bepalingen. Directe inkomenssteun De wijze waarop de inkomenssteun van de landbouwers vandaag verdeeld is over de bedrijven, varieert zeer sterk tussen de lidstaten en tussen landbouwers binnen een lidstaat, en dit om historische redenen. De Commissie stelde daarom voor om de inkomenssteun meer gelijk, eenvoudiger en meer gericht in te zetten. Ook zullen enkel actieve landbouwers in de toekomst nog inkomensondersteuning ontvangen. Tegelijk werd de toekenning van deze inkomenssteun voor 30% gekoppeld aan het respecteren van 3 praktijken die bijdragen aan een beter beheer van de natuurlijke hulpbronnen en aan klimaatactie. Landbouwers moeten hun teelten voldoende diversifiëren, het blijvend grasland behouden en ecologische landschapselementen voorzien op hun bouwland. Daarnaast stelde de Commissie ook voor om een bijkomende inkomensondersteuning te geven voor jonge landbouwers, om het Europees breed gedeelde probleem van opvolging in de sector aan te pakken. Tot slot stelde de Commissie ook een steunverlening op maat voor kleine landbouwbedrijven, en een beperkte mogelijkheid tot steun gekoppeld aan productie voor de meest kwetsbare sectoren.
De belangrijkste elementen zijn: • Interne convergentie van de inkomenssteun: De Europese Commissie stelde voor dat alle landbouwers in een lidstaat of regio tegen 2019 hetzelfde bedrag aan inkomenssteun per hectare zouden ontvangen, via een “geleidelijke” verschuiving van de steun van bedrijven die vandaag zeer hoge
16
/ Landbouw-service
bedragen per hectare ontvangen naar bedrijven die vandaag weinig of geen inkomenssteun krijgen. Het probleem van het voorstel was echter dat het voor veel landbouwers een aanzienlijke daling van hun inkomenssteun zou betekenen; dit was voor zowel de Raad als het Europese Parlement een stap te ver. Ze schroefden de ambitie terug tot een concept waarbij de directe inkomenssteun tegen 2019 wel zal evolueren in de richting van zo’n gelijke betaling per hectare, maar deze zal nog
niet volledig bereikt worden in 2019. Bovendien kunnen de lidstaten kiezen uit een aantal modellen om deze ‘gedeeltelijke interne convergentie’ te realiseren. Vlaanderen heeft actief bijgedragen tot het concept en de uitwerking van dit principe en was sterk vragende partij om bij interne convergentie rekening te houden met de rendabiliteit van de bedrijven die het meest afhankelijk zijn van deze inkomenssteun. Voornamelijk de vleesveeen melkveebedrijven zouden anders in
>
Mijn bank weet hoe je iets laat groeien.
n Inkomkaarte rief a lt e e rd tegen voo tschap. n e g -a n in uw Crela
i.p.v.
Bezoek de landbouwbeurs van Libramont en kom zeker langs op onze stand.
Beurs van Libramont van 26 tot 30 juli 2013
Bankieren met gezond verstand
CreLan: hoofdsponsor LiBramont 2013
> actueel
>
financiële problemen kunnen geraken. Dit neemt niet weg dat veel landbouwers een aanzienlijk inkomensverlies zullen moeten verwerken, als gevolg van de algemene budgetdaling. Die budgetdalingen zijn reeds vastgelegd in de Europese Meerjarenbegroting en zijn dus onvermijdelijk. Dit is één van de redenen waarom Vlaanderen sterk heeft ingezet op die punten waar nog ruimte was om te onderhandelen, namelijk op het realiseren van een geleidelijke interne convergentie. Het eindakkoord bestaat eruit dat de interne convergentie minder verregaand zal ingevoerd worden en dat de lidstaten of regio’s uit verschillend modellen kunnen kiezen om deze interne convergentie te realiseren. Tegen 2019 dienen alle landbouwers minimaal 60% van het regionaal of nationaal gemiddelde betaalrecht/ha te ontvangen. Naast de landbouwers die zullen verliezen zijn er ook heel wat landbouwers die zullen winnen in het nieuwe systeem. Vooral zij die over meer grond dan toeslagrechten beschikken. • Vergroening: de Europese Commissie verbond aan 30% van de direct inkomenssteun de voorwaarde om 3 praktijken te respecteren die bijdragen tot een meer duurzaam beheer van de natuurlijke hulpbronnen en klimaatactie: een voldoende grote teeltdiversificatie binnen het bedrijf, het behoud van het areaal permanent grasland en het instandhouden en/of aanleggen van ecologisch aandachtsgebied op landbouwland. Dit was één van de politiek meest gevoelige onderdelen van de hervorming: de Raad en het Europese Parlement konden zich wel vinden in het principe van de vergroening, maar eisten meer soepele voorwaarden. Bovendien stelde de Raad een alternatief systeem voor waarbij de vergroening gerealiseerd werd via vrijwillige agromilieumaatregelen die voorzien zijn in de programma’s voor plattelandsontwikkeling. Volgens een impactstudie van de Europese Commissie variëren de kosten die een landbouwer moet leveren om deze vergroening te realiseren enorm en is deze kost gemiddeld
18
/ Landbouw-service
per bedrijf het hoogst in Nederland en België. Er dient dan ook vermeden te worden dat de landbouwers een louter economische kosten/baten afweging maken en afstand doen van hun inkomenssteun om deze vergroeningseisen te vermijden. • Jonge Landbouwers: de Europese Commissie stelde voor dat de lidstaten tot 2% van hun nationale enveloppe zouden moeten gebruiken om een bijkomend steunbedrag per hectare te geven aan de jonge, startende landbouwers. Het Europese Parlement steunde deze verplichte betaling maar eiste wel dat het volledige budget van 2% naar jonge landbouwers zou gaan. Ook binnen de Raad klonk de vraag naar de nodige flexibiliteit voor de lidstaten om deze middelen zo optimaal mogelijk te kunnen inzetten voor de jonge landbouwers. • Actieve landbouwer: het Europees landbouwbeleid krijgt soms de kritiek dat het in bepaalde gevallen geen “echte” landbouwers ondersteunt. Daarom stelde de Europese Commissie voor om enkel nog directe inkomenssteun te geven aan “actieve landbouwers”, een begrip waarvoor zij een definitie opstelde. Zowel de lidstaten als het Europees Parlement ondersteunden ten volle de gedachte dat de steun enkel nog naar actieve landbouwers mocht gaan. De definitie die de Europese Commissie voorstelde bleek echter in de praktijk bijna onwerkbaar. Daarom werd grondig aan de definitie gesleuteld. Gedurende dit proces bleek nog maar eens hoe moeilijk het was om ‘niet-actieve landbouwers’ uit te sluiten, onder meer omwille van juridische beperkingen (een criterium opleggen heeft namelijk heel snel een discriminerend effect). Bijkomend probleem is dat ‘landbouw’ een breed begrip is: ook het in goede landbouw- en milieuconditie houden van gronden valt onder dit begrip. Het uiteindelijke politieke compromis houdt rekening met alle praktische en juridische bezwaren. Het belangrijkste element is dat een zogenaamde ‘negatieve lijst’ is opgesteld van organisaties en personen die zeker
geen actieve landbouwer kunnen zijn, zoals luchthavens of vastgoedbedrijven. Onder druk van een aantal lidstaten werd deze lijst optioneel gemaakt voor de lidstaat. Vlaanderen heeft steeds gepleit voor een strenge, verplichte maar werkbare definitie die juridisch geen problemen oplevert. Het eindakkoord bestaat eruit dat alle lidstaten verplicht een aantal types zoals luchthavens moet uitsluiten als begunstigden en dat de lidstaten of regio’s die dit wensen hier vrijwillig verder in kunnen gaan zolang deze keuze op basis van niet-discriminerende en objectieve criteria gebeurt.
Marktmaatregelen Om tegemoet te komen aan de internationale handelsverplichtingen en omwille van de stijgende volatiliteit van de landbouwmarkten, stelde de Europese Commissie voor om de bestaande marktinstrumenten af te bouwen maar in ruil daarvoor wel instrumenten te voorzien om de onderhandelingspositie van de primaire producenten te verhogen en ook om een goed werkend vangnet van marktmaatregelen overeind te houden om snel en efficiënt te kunnen inspelen op crisissituaties indien deze zich zouden stellen in één van de landbouwsectoren. De beleidsmatig belangrijkste elementen van dit onderdeel zijn: • Suikerquota: de suikersector werd in 2006 grondig hervormd met het oog op een verdere rationalisering van de sector. Dit resulteerde in een daling van de minimum bietprijs met 40%, een krimping van het Europees suikerquotum met 36% en een aanzienlijke afbouw van het aantal suikerfabrieken in Europa. Alle marktinstrumenten werden toen echter wel behouden, zoals onder andere de quota, de referentieprijs voor suiker, de minimum bietprijs, en het systeem van interprofessioneel onderhandelen met bijhorende aankoopvoorwaarden (i.c. een set van regels die vastleggen over hoe en wat er in de keten kan onderhandeld worden en de bietplanters beschermen tegen te lage prijzen). De Europese Commissie stelde nu voor in de
>
S
U
C
C
E
S
V
O
L
M
E
T
P
Ö
T
T
I
N
Verhoog uw inkomsten. PÖTTINGER NOVACAT X8 Perfecte bodemaanpassing van de maaibalken - ontlastings veren voor lage bodemdruk Hydraulische ontlasting bij“ powercontrol bediening“ en NOVACAT X8 collector serie Front-/driepunts combinatie of gehele combinatie in duwmodus Combinaties voor traktoren vanaf 81KW/110PK Werkbreedte 8.30m
PÖTTINGER SerVO
PÖTTINGER SYNKrO
PÖTTINGER liON
Dominique Emond
Danny De Boeck
T: +32 475 57 28 09
[email protected]
T: +32 475 57 28 17
[email protected]
PöTTiNger Belgium SPrl: Avenue Adolphe Lacomblé 69-71 (boite 5), BE-1030 Bruxelles, T: +32 2 894 41 61
www.poettinger.at
G
E
R
> actueel
>
hervorming van het GLB dat de resterende suikerquota volledig zouden afgeschaft worden in 2015 en tegelijk ook bijna alle bijhorende marktinstrumenten (onder andere de minimum bietprijs). Dit voorstel heeft de Raad Landbouw lange tijd verdeeld, het politieke akkoord bestaat erin dat de suikerquota vanaf oktober 2017 zullen afgeschaft worden maar dat de referentieprijs voor suiker en het systeem van interprofessioneel onderhandelen met bijhorende aankoopvoorwaarden wel integraal overeind blijft nadien. Vlaanderen heeft er steeds voor geijverd om rekening te houden met de omschakeling die de bietplanters en suikerfabrieken gemaakt hebben na de hervorming in 2006 en om de bijhorende instrumenten zoals het systeem van interprofessioneel onderhandelen overeind te houden, ook na het verdwijnen van de suikerquota. • Producentenorganisaties/brancheorganisaties (PO’s-BO’s): één van de grote uitgangspunten van de Commissie bij deze hervorming was een verdere liberalisering van de landbouwsector. Net daarom wordt een goede ketenwerking en sterkere onderhandelingspositie van de primaire producenten essentieel. Vandaag is het slechts voor een zeer beperkt aantal sectoren mogelijk om collectief te onderhandelen omwille van beperkingen inzake mededinging. In de toekomst wordt het door de erkenningen van producentenorganisaties en unies van producentenorganisaties mogelijk voor producenten om binnen alle sectoren een betere marktpositie te bemachtigen via collectieve onderhandeling. Ook wordt samenwerking doorheen gans de keten (productie, verwerking, handel) gestimuleerd door het erkennen van brancheorganisaties. De Raad was van mening dat de lidstaten de vrijheid moesten krijgen om deze PO’s-BO’s al dan niet te moeten erkennen, het Europese Parlement was van mening dat deze PO’s-BO’s verplicht dienden erkend te worden door de lidstaat/regio indien ze aan de erkenningsvoorwaarden voldeden en dat ze collectief mochten onderhande-
20
/ Landbouw-service
len over een heel aantal aspecten waaronder de prijs en volume, ook indien ze geen eigenaar zijn van het product, zoals voorzien in het zuivelpakket. Het politieke akkoord bestaat erin dat de producenten over zuivel, suiker, granen, rundsvlees, kalfsvlees en olijfolie collectief mogen onderhandelen over prijs en volume. De andere sectoren mogen ook collectief samenwerken via PO’s en BO’s maar niet collectief over prijzen onderhandelen. • Marktondersteuning: de referentieprijzen die een belangrijke invloed hebben op de hoogte van de interventieprijzen zijn al jaar en dag ongewijzigd. Deze prijzen worden nooit geïndexeerd, waardoor het vangnet in een wereld van stijgende productiekosten en inflatie in reële termen steeds wordt verlaagd. Daarom werd vanuit een aantal lidstaten binnen de Raad (waaronder België) en het Europees Parlement aangedrongen op een aanpassing van de referentieprijzen voor alle sectoren rekening houdende met de effectieve productiekosten.
Plattelandsontwikkeling De grote verandering aan de zogenaamde tweede pijler van het GLB, de plattelandsontwikkeling, is dat dit opgenomen wordt in de koepel van het Gemeenschappelijk Strategisch Kader (GSK), waar ook andere fondsen (EFRO, ESF, EFMZV) deel van uitmaken. De Commissie achtte dit nodig om een meer geïntegreerd en efficiënt beheer van de verschillende fondsen toe te laten. Inhoudelijk wordt er binnen de 2de pijler afgestapt van het systeem met assen en een verplichte minimumbesteding per as. Toch blijft ‘ringfencing’ een feit: verplicht 5% van het budget moet naar Leaderwerking gaan. Ook is het verplicht om in elk programma agromilieu-klimaatmaatregelen aan te bieden. Voorts dient in alle programma’s minstens 30% van de ELFPO-middelen ingezet te worden voor maatregelen inzake leefmilieu en klimaat. Deze middelen mogen besteed worden aan agromilieumaatregelen, biologische landbouw én investeringssteun gericht op leefmilieu- en klimaatacties.
Qua keuzewaaier aan maatregelen blijft er nog steeds heel wat mogelijk. In die zin zijn er weinig beperkingen. Er zijn zelfs nieuwe maatregelen toegevoegd (vb. risicobeheer, samenwerking, …). Voor agromilieu-klimaatmaatregelen is de grootste nieuwigheid de link met de vergroening. De Commissie is van oordeel dat de agromilieumaatregel verder moet gaan dan de vergroening en enkel een vergoeding kan gegeven worden voor extra inspanningen bovenop de relevante vergroeningsvoorwaarden. Een groot pijnpunt binnen plattelandsontwikkeling blijft de grote administratieve last. De Raad heeft hier al heel wat aan kunnen verbeteren, maar het blijft een vrij log instrument.
Horizontale en financiële bepalingen In een aantal lidstaten, waaronder België, zijn de regio’s bevoegd voor het landbouwbeleid. Er stellen zich in de praktijk echter geregeld problemen met de Europese Commissie bij situaties waar deze regio’s een verschillende beleidskeuze wensen te maken. Vaak eist de Commissie in het geval van België dat Vlaanderen en Wallonië hetzelfde beleid inzake landbouw voeren. Dit in tegenstelling tot artikel 4,2 van het Verdrag van de Europese Unie waarin gesteld wordt dat de Europese instellingen de institutionele organisatie van de lidstaten dienen te respecteren. Op expliciete vraag van België en het Verenigd Koninkrijk had de Raad in haar positie in maart ermee ingestemd om op te nemen dat de lidstaten alle bepalingen van het GLB waarin zij een beleidskeuze dienen te maken, op juiste institutionele niveau mogen toepassen. Voor het eerst werd hiermee het Belgische systeem waar de regio’s volledig verantwoordelijk zijn voor de toepassing van het GLB erkend. In het finale politieke akkoord zijn ook het Europese Parlement en de Europese Commissie akkoord gegaan met deze expliciete bepaling. Bovendien heeft de Europese Commissie hierover een bijkomende verklaring afgelegd op verzoek van Vlaanderen en Wallonië om iedere vorm van twijfel uit de weg te gaan.
DOSSIER VERKEER
S O C I ALE ACTUAL I TE I TE N
Lonen PC 132 Technische land- en tuinbouwwerken (132.000) 1/1/2013 CATEGORIE 1 Categorie 1A
8.58 €
Categorie 1B
10.49 €
Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 €)
10.52 €
Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 €)
10.54 €
Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 €)
10.64 €
Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 €)
10.74 €
Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 €)
10.87 €
CATEGORIE 2 Categorie 2
11.01 €
Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 €)
11.04 €
Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 €)
11.06 €
Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 €)
11.16 €
Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 €)
11.26 €
Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 €)
11.39 €
CATEGORIE 3 Categorie 3
11.58 €
Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 €)
11.61 €
Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 €)
11.63 €
Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 €)
11.73 €
Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 €)
11.83 €
Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 €)
11.96 €
CATEGORIE 4 Categorie 4
12.75 €
Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 €)
12.78 €
Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 €)
12.80 €
Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 €)
12.90 €
Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 €)
13.00 €
Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 €)
13.13 €
CATEGORIE 5 Categorie 5
13.99 €
Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 €)
14.02 €
Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 €)
14.04 €
Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 €)
14.14 €
Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 €)
14.24 €
Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 €)
14.37 €
>
Overlading bij tractoren Bij een controleactie in het arrondissement Dendermonde heeft de politie begin juni 2013 vastgesteld dat 7 van 15 gecontroleerde tractoren overladen waren. De actie was gericht tegen het gebruik van tractoren buiten de landbouwsector omdat zware landbouwvoertuigen zich vaak schuldig maken aan verkeersovertredingen en voor overlast kunnen zorgen.
D
e controles vonden plaats tussen 5.30 en 11.30 uur. De tractoren werden selectief uit het verkeer gehaald en afgeleid naar de verkeerspost van de wegpolitie in Wetteren, waar ze ook gewogen werden. Met deze actie willen politie en parket landbouwvoertuigen onderscheppen die niet aan de nodige voorschriften voldoen en zo een oneerlijke concurrentie vormen tegenover de transportsector. Deze landbouwtractoren worden steeds vaker ingezet in de bouwsector, voor grond- en afbraakwerken. De politie controleerde 15 tractoren en stelde een reeks inbreuken vast. Zeven tractoren waren overladen, en twee bestuurders ervan moeten een administratieve inning betalen van 1.800 euro wegens een asoverlading. De controles leverden verder vier inbreuken op de wegcode op, vier inbreuken op het rijbewijs, drie overtredingen betreffende het bezoldigd zakenvervoer, twee overtredingen betreffende de inschrijving van de voertuigen en twee processen-verbaal inzake milieudelicten. De Vlaamse belastingdienst stelde ook drie inbreuken op het Eurovignet vast en drie bestuurders hadden geen verkeersbelasting betaald.
Vergoedingen Vergoeding op verplaatsing
15.60 €
Huisvestingsvergoeding Scheidingsvergoeding per verplichte overnachting
8.45 €
Nachtwerk in de winteruurregeling (tussen 22u en 6u)
+20 %
in de zomeruurregeling (tussen 23u en 7u)
+20 %
Landbouw-service /
21
>
DOSSIER VERKEER
DOSSIER Verkeer De laatste weken zijn er enorm veel leugens verteld in de pers. Ook een aantal beroepsverenigingen, waaronder de transportbonden sloegen de bal vaak mis met misplaatste en verkeerde informatie.
Waar staan we nu? Het enige dat officieel is, is de nieuwe nummerplaat voor landbouwtractoren. We benadrukken dat dit alleen betrekking heeft op tractoren, en dus niet op andere landbouwmachines. Er zijn loonwerkers die problemen ondervinden bij het toekennen van de rode G-nummerplaat. Dit kan te wijten zijn door onwetendheid door de betrokken diensten, maar dit kan eveneens het gevolg zijn van uw eigen inschrijving bij de KBO. In uw dossier (het vroegere handelsregisternummer), moet uitdrukkelijk vermeld staan dat u ook landbouwwerken uitvoert. Dan kan er geen probleem zijn om een landbouwnummerplaat voor uw landbouwtractoren aan te vragen. Eveneens zal DIV kijken of de betrokken loonwerker een vergunning “Energieproducten en elektriciteit” heeft. Dit is het vroegere contingentnummer voor het gebruik van rode landbouwdiesel.
Hoe deze vergunning aanvragen? Men moet het standaardformulier invullen en opsturen naar douane en accijnzen: www.finform.fgov.be (onder het thema accijnzen, energie producten en elektriciteit).
Hoe invullen • vul naam, adres, telefoon, fax, ondernemingsnummer in • aard aanvraag = nieuwe vergunning • aard activiteit = eindgebruiker • vul adres van eindgebruiker in °productcode voor gasolie verwarming vrijst. Acc. = 7906 ■ productcode voor petroleum/ kerosine vrijst. Acc. = 7905 ■ productcode voor gasolie extra
22
/ Landbouw-service
vrijst. Acc. = 7907 ■ productcode voor zware stookolie vrijst. Acc. = 7908 ■ productcode voor vloeibaar petroleumgas vrijst. Acc. = 7909 ■ productcode voor kolen, cokes en bruinkool vrijst. Acc. = 7911 ■ productcode voor professionele diesel (>= 7,5 ton) = 22 • het geschat volume op jaarbasis • vul adres van boekhouding in • handtekening en hoedanigheid van de vertegenwoordiger Stuur dit alles zo snel mogelijk naar gewestelijke directie van douane en accijnzen.
Hoe zit het met de rode of witte diesel en de accijnsvermindering? Na overleg met de Federale Overheidsdienst Financiën bleek er niets veranderd te zijn. We overlopen de regels: Het gebruik van rode en witte diesel en de tarieven van accijnzen worden geregeld in twee reglementeringen: • Richtlijn 2003/96/EG: ■ De Europese lidstaten kunnen een tot een nultarief verlaagd belastingniveau toepassen op energieproducten en elektriciteit die worden gebruikt voor de landbouw, tuinbouw, visteelt en bosbouw. ■ Artikel 8 spreekt over activiteiten in landbouw, tuinbouw, visteelt en bosbouw, evenals heeft het betrekking op voertuigen bestemd op buiten de openbare weg te worden gebruikt, of waarvoor geen vergunning is verleend voor overwegend gebruik op de openbare weg. • Programmawet van 27 december 2004,
artikel 429 § 2, i: ■ Een vrijstelling (nultarief) van accijnzen wordt verleend voor gasolie, kerosine, zware stookolie, LPG, aardgas, elektriciteit, kolen, cokes en bruinkool, uitsluitend gebruikt voor landbouw, tuinbouw, visteelt en bosbouwwerkzaamheden. ■ Deze vrijstelling is van toepassing voor landbouw-, tuinbouw- en bosbouwtractoren, machines, gereedschappen, werk- en voertuigen met een speciaal voortstuwingsmechanisme die ongeschikt zijn voor tractie en personen-, goederen- en dierenvervoer en die speciaal ontworpen zijn om uitsluitend te worden gebruikt in de land-, tuin- en bosbouw en in de visteelt. ■ Onder landbouw, tuinbouw en bosbouwtractoren wordt verstaan: de eigenlijke tractoren en tuinfrezen, als dusdanig ingeschreven, die op de openbare weg mogen rijden en die gebruikt worden voor + Het voorttrekken van machines, landbouwwerktuigen, al dan niet geladen aanhang- of transportwagens, die bij hun exploitatie worden gebruikt door een landbouwer, tuinbouwer en bosbouwer of in de visteelt of door personen die in hun dienst werken, voor zover er een direct verband bestaat tussen het gebruik op de openbare weg en het beheer van deze exploitatie. + Door andere dan voornoemde ondernemers, of door hun personeel, voor werkzaamheden die betrekking hebben op de exploitatie door derden van de land-, tuin- en bosbouwbedrijven of viskwekerijen, voor zover het ver-
>
Enkele aandachtspunten De vrijstelling van accijnzen is dus niet van toepassing op de brandstoffen die gebruikt worden voor de voeding van motoren van vrachtwagens en andere speciaal ingerichte voertuigen die dienen of zouden kunnen dienen voor het vervoer van tractoren, machines en andere werktuigen. oVervoeren van landbouwmachines of tractoren met een dieplader, via een vrachtwagen: valt niet onder de vrijstelling van accijnzen. oVervoeren van landbouwmachines of tractoren met een dieplader, via een landbouwtractor: valt WEL onder de vrijstelling van accijnzen.
voer via de openbare weg van handelsgoederen, landbouwproducten of dieren slechts gebeurt tussen de boerderij en de bijhorende erven en omgekeerd. Dit artikel is van toepassing voor loonwerkers.
vervoer via de openbare weg van handelsgoederen, landbouwproducten of dieren slechts gebeurt tussen de boerderij en de bijhorende erven en omgekeerd.
Concreet Landbouw-, tuinbouw- of bosbouwtractoren die buiten de exploitatie van de landbouwer rondrijden genieten eveneens van een vrijstelling van accijnzen, op voorwaarde dat: • ze zijn ingeschreven als landbouw / bosbouwtractor bij de DIV; • ze worden gebruikt: ■ voor het voorttrekken van machines, landbouwwerktuigen, al dan niet geladen aanhang- of transportwagens, die bij hun exploitatie worden gebruikt door een land-, tuin- en bosbouwer of in de visteelt of door personen die in hun dienst werken, voor zover er een direct verband bestaat tussen het gebruik van de openbare weg en het beheer van de exploitatie; ■ door andere dan voornoemde ondernemers of door hun personeel, voor werkzaamheden die betrekking hebben op de exploitatie door derden van de land-, tuin- en bosbouwwerkzaamheden of de viskwekerijen voor zover het
Landbouwtractoren mogen (tot op heden) rijden met rode diesel. Afhankelijk van het gebruik van de landbouwtractoren moet er gekeken worden of er accijnzen moeten betaald worden: • landbouwtractoren die ingezet worden voor landbouwwerken, waarbij de tractor dient voor het afvoeren van gewassen van het veld (gekoppeld aan het loonwerk) naar de hoeve (en omgekeerd): vrijstelling van accijnzen. • landbouwtractoren die ingezet worden voor landbouwwerken, waarbij de tractor dient voor het afvoeren van gewassen van het veld naar de industrie (diepvriesindustrie, aardappelhandelaar, molen): verlaagd tarief van accijnzen moet worden toegepast: 21 euro per 1.000 liter. • landbouwtractoren die ingezet worden voor niet-landbouwwerken (pure vervoersactiviteiten, afbraakwerken, grondverzet, …): accijnzen moeten worden betaald: 427,6880 euro per 1.000 liter.
Mogen landbouwtractoren, die vallen onder de vrijstelling, ingezet worden voor agronatuurbeheer, waarbij één of meer landbouwers onderhoudswerkzaamheden uitvoeren in de open ruimte? Hiervoor moeten accijnzen (verlaagd tarief) betaald worden, aangezien het geen landbouwer betreft, dan wel openbare ruimte, landschapsvoorziening,... De vrijstelling is uiteraard wel van toepassing als de werken betrekking hebben op de eigen terreinen. Valt het vellen van bomen bij particulieren, onder bosbouw/tuinbouw? Nee, hiervoor moeten ook accijnzen (verlaagd tarief) betaald worden. Valt het strooien van zout op de openbare weg, in opdracht van een overheid, onder landbouw? Nee, hiervoor moeten ook accijnzen (verlaagd tarief) betaald worden. Enkel indien de overheid (gemeente, provincie, gewest) landbouwtractoren opvordert voor deze werkzaamheden, kan overmacht worden ingeroepen en kan dit onder de vrijstelling van accijnzen. Vallen tractoren en andere zelfrijdende machines (bv. grasmaaiers) ingezet voor tuinbouwwerkzaamheden (onderhoud) in tuinen, parken, golfterreinen en sportterreinen onder de vrijstelling? Nee, hiervoor moeten ook accijnzen (verlaagd tarief) betaald worden. Landbouw-service /
23
>
DOSSIER VERKEER
Toekomst van de landbouwtractoren De overheid is bezig met het opmaken van diverse nieuwe reglementeringen. We benadrukken dat deze nieuwe zaken nog niet in voege zijn, maar we lichten ze graag toe.
Momenteel ligt volgende tabel ter tafel met betrekking tot het gebruik van landbouwtractoren: Landbouwer / loonwerker enkel landbouwactiviteit
Gemengd gebruik (landbouw en niet-landbouwactiviteit)
Pure vervoersactiviteiten of grondverzet
Landbouwplaat (G)
Landbouwplaat (G)
Normale nummerplaat
geen probleem
secundair transport wordt aanvaard
vervoer // secundair transport wordt aanvaard
Douane en accijnzen
rode diesel
rode diesel + bijbetalen van accijnzen
witte diesel
Rijbewijs
rijbewijs G
Rijbewijs C/CE
Rijbewijs C/CE
alles 6 % wat landbouw is
Transport naar handelaar: = 21 %
transport naar handelaar = 21 %
afvoeren naar landbouwer + alle andere landbouwactiviteiten - 6 %
afvoeren naar landbouwer + alle andere landbouwactiviteiten - 6 %
1 maal bij inschrijving
periodiek
periodiek
Voor Vlaanderen:Eurovignet
neen
ja
ja
Verkeersbelasting
neen
ja
ja
vrijstelling aangezien snelheid niet > 40 km/ uur
vrijstelling aangezien snelheid niet > 40 km/ uur
vrijstelling aangezien snelheid niet > 40 km/ uur
DIV FOD mobiliteit
FOD Financiën (BTW)
Keuring
Tachograaf
N
aar aanleiding van de invoering van de landbouwkentekenplaat heeft de Vlaamse Belastingdienst beslist voortaan de bestaande wetgeving met betrekking tot de vrijstelling van de verkeersbelasting en het eurovignet strikter toe te passen. Tot nu toe ging de Vlaamse Belastingdienst ervan uit dat landbouwtrekkers onvoorwaardelijk vrijgesteld waren van de wegverkeersbelasting en het eurovignet. Vanaf nu zullen enkel nog land-
24
/ Landbouw-service
bouwvoertuigen die uitsluitend gebruikt worden in het kader van land- en tuinbouwactiviteiten in aanmerking komen voor een vrijstelling van de verkeersbelasting en/of het eurovignet.
op zich. Het is dus niet omdat een landbouwtrekker rijdt met een G-kentekenplaat dat er sowieso een vrijstelling van de verkeersbelasting en/of het eurovignet bestaat.
De Vlaamse Belastingdienst hanteert de activiteit waarvoor de landbouwtrekker op het moment van de controle wordt gebruikt als criterium voor de fiscale behandeling en niet de kentekenplaat
Landbouw-Service heeft een overleg gevraagd met de Vlaamse Belastingdienst, om uit te klaren welke activiteiten beschouwd worden als land- en tuinbouwactiviteiten. Dit zal eerstdaags klaarheid
<
moeten brengen. Het is wel duidelijk dat landbouwtrekkers die niet meer in aanmerking komen voor een vrijstelling van de verkeersbelasting en/of het eurovignet het best zo snel mogelijk de verplichtingen naleven en hun voertuig aangeven bij de Vlaamse Belastingdienst (http://belastingen.vlaanderen.be). Het gaat dan om de tractoren die uitsluitend gebruikt worden voor nietland- of tuinbouwactiviteiten.
Eurovignet Aan het eurovignet zijn onderworpen de motorvoertuigen en de samengestelde voertuigen bedoeld of uitsluitend gebruikt voor het vervoer over de weg van goederen en waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht minstens 12 ton bedraagt. Het eurovignet is verschuldigd vanaf het ogenblik dat deze voertuigen rijden op het wegennet door de Koning aangeduid. Voor de voertuigen die in België zijn of moeten zijn ingeschreven, is het eurovignet echter verschuldigd vanaf het ogenblik waarop deze voertuigen op de openbare weg rijden. Van het eurovignet zijn onder meer vrijgesteld: de voertuigen die in België ingeschreven zijn en slechts af en toe op de openbare weg in België rijden en die worden gebruikt door natuurlijke of rechtspersonen die het goederenvervoer niet als hoofdactiviteit hebben, mits het vervoer dat met deze voertuigen plaatsvindt tot het Belgische grondgebied beperkt is. Deze vrijstelling kan slechts worden toegekend indien deze aangevraagd wordt voor het begin van het belastbare tijdperk. Aan het begrip ‘af en toe’ wordt verondersteld voldaan te zijn als het betrokken voertuig maximum dertig dagen op de openbare weg wordt gebruikt.
Verkeersbelasting Met uitzondering van de motorvoertuigen en van de samengestelde voertuigen gebruikt voor het vervoer van goederen over de weg, met een maximaal toegelaten massa van minstens 12 ton, zijn van de belasting onder meer vrijgesteld:
A de eigenlijke tractoren, de voertuigenwerktuigmachines die speciaal zijn ontworpen voor de landbouw, en de aanhangwagens, wanneer die voertuigen uitsluitend worden gebruikt om landbouwarbeid te verrichten, zelfs indien ze het personeel, de voorwerpen of de producten vervoeren die daarvoor onmisbaar zijn en om de voortbrengselen van de uitvoering van die arbeid te vervoeren naar om het even welke plaats van de onderneming van de landbouwer voor wiens rekening de werken werden uitgevoerd. Voor zover hij er eigenaar van is of er het bestendig of gewoonlijk gebruik van heeft, mag de landbouwer eveneens, met vrijstelling van belasting, deze voertuigen gebruiken voor het vervoer van vee, waren of goederen, welke voortkomen van zijn landbouwbedrijf of ervoor zijn bestemd, zomede van brandhout bestemd voor eigen verbruik. Dit geldt ook wanneer deze voertuigen toebehoren aan een van de leden van een groep landbouwers die, zij het tijdelijk, in gemeenschap werken, en waarmede vee, waren of goederen worden vervoerd die voortkomen van het bedrijf van een van hen of ervoor zijn bestemd. De vrachtauto’s, lichte vrachtauto’s en de auto’s voor dubbel gebruik die door de landbouwer voor eigen rekening
worden aangewend binnen de perken en onder de voorwaarden gesteld bij de vorige twee leden zijn eveneens vrijgesteld, voor zover de landbouwer, sedert een datum vóór 1 juli 1965, eigenaar is van die voertuigen of er het bestendig of gewoonlijk gebruik van heeft; B de tractoren en aanhangwagens die aan de ondernemingen van vlasroting en vlaszwingeling toebehoren en die uitsluitend voor de noodwendigheden van de onderneming van de eigenaar binnen een straal van ten hoogste tien kilometer worden gebruikt, hetzij om het vlas naar de installaties van deze ondernemingen te brengen, hetzij om het vlas tijdens de roting- en zwingelverrichtingen te vervoeren, met inbegrip van het vervoer van het gezwingeld vlas naar de plaats van levering. Wat betreft de motorvoertuigen en de samengestelde voertuigen gebruikt voor het vervoer van goederen over de weg met een maximaal toegelaten massa van minstens 12 ton, zijn van de belasting vrijgesteld: de motorvoertuigen en de samengestelde voertuigen die slechts af en toe op de openbare weg in België rijden en die worden gebruikt door natuurlijke of rechtspersonen die het goederenvervoer niet als hoofdactiviteit hebben, mits het vervoer door deze voertuigen niet leidt tot concurrentievervalsing.
Standpunt van Landbouw-Service: Keuring
Rijbewijs
• Voorstel om keuring te laten uitvoeren om de 3 jaar in plaats van jaarlijks
• Voor gemengd gebruik van landbouwtractoren zouden de chauffeurs een rijbewijs C/CE moeten hebben. Hier kunnen wij absoluut niet mee akkoord gaan. Ons standpunt: ■ Voor landbouwwerken: rijbewijs G ■ Voor andere werken (grondverzet, transport,…): rijbewijs C/CE
FOD Mobiliteit • Benadrukken dat zij de nota in verband met het secundair transport blijven aanvaarden
FOD Financiën • Er blijven op het terrein nog vele onduidelijkheden en of verkeerde interpretaties
Landbouw-service /
25
> actueel
In Madrid (Spanje):
De Europese aannemers geven gestalte aan hun toekomst De Algemene Vergadering 2013 van CEETTAR (Confédération Européenne des Entrepreneurs de Travaux Techniques Agricoles, Ruraux et Forestiers) vond dit jaar op 19 en 20 juni plaats in Madrid. Dit was de ideale gelegenheid voor een discussie over de bezorgdheden die de aannemers momenteel bezighouden en waarover zij met hun Europese collega’s ideeën kwamen uitwisselen.
“V
elen onder u maken zich zorgen over de ingrijpende weersveranderingen van de laatste weken die tot een enorme vertraging in de teelten en bij diverse werken hebben geleid”. In zijn welkomstwoord verwees Gérard Napias, voorzitter van CEETTAR en FNEDT, naar de grillige weersomstandigheden in 2013. Ook Miguel Ángel Duralde Rodríguez, voorzitter van ASEMFO, en Eduardo Caballero Escribano van de vereniging AMACO-ANESA, de Spaanse organisaties die deze bijeenkomst mede organiseerden, verwelkomden de afgevaardigden uit heel Europa. In Madrid vergaderden immers niet minder dan veertig deelnemers van twaalf delegaties, hoofdzakelijk uit West-Europa, terwijl ook Oost-Europa (Polen, Slowakije) was vertegenwoordigd.
Nieuwe impuls Eric Drésin, directeur van CEETTAR, presenteerde het activiteitenverslag 20122013.Hij herinnerde eraan dat de drie prioriteiten van CEETTAR de strijd tegen concurrentievervalsing, het vrije verkeer van machines en bosbouw blijven. “De laatste maanden heeft CEETTAR onverminderd actief gelobbyd om ervoor te zorgen dat het gemeenschappelijke landbouwbeleid voor de jaren 2014-2020 meer rekening zou houden met de aannemers. Dit moet een einde maken aan de concurrentievervalsing tussen de aannemers die diensten leveren voor landbouw en bosbouw enerzijds en de landbouwbedrijven die van het GLB steun ontvangen voor
26
/ Landbouw-service
investeringen in uitrusting anderzijds,” zo verklaarde Eric Drésin. Op het domein van het vrije verkeer van machines werd in de lente een nieuwe fase ingeluid in de dialoog tussen enerzijds CEETTAR, met de actieve steun van CUMELA, de lidorganisatie uit Nederland, en anderzijds CEMA, de Europese organisatie van constructeurs van landbouwmachines. De doelstelling van deze fase was om de veiligheid van de landbouwtractoren en potentieel nuttige verbeteringen voor de andere weggebruikers centraal te stellen in de discussie. Wat de bosbouwwerken betreft, benadrukte Eric Drésin de aanzienlijk verbeterde vertegenwoordiging van CEETTAR bij de gemeenschapsinstanties en de uitgebreide samenwerking met ENFE (Europese vereniging van aannemers van bosbouwwerken). De actieve aanwezigheid in Madrid van Simo Jaakkola, die tegelijk voorzitter van ENFE en van de Finse vereniging van aannemers van bosbouwwerken Koneyrittäjien liitto is, moet als een evident symbool van deze evolutie gezien worden. Het werkplan 2013-2014 heeft niet alleen tot doel om in Europa een betere erkenning te verkrijgen voor bedrijven die landbouw- en bosbouwactiviteiten uitvoeren, maar ook om CEETTAR een nieuwe impuls te geven. “Wij moeten beter anticiperen op onze problemen op Europees niveau en onze werkmethodes herzien, onder andere inzake communicatie”, aldus Eric Drésin tot de vergadering. Een betere representativiteit blijft een andere prioriteit voor
CEETTAR. De organisatie is er de voorbije drie jaar bijvoorbeeld in geslaagd om ook Luxemburg en de Spaanse aannemers van landbouwwerken te vertegenwoordigen en om contacten te leggen met de representatieve organisaties van aannemers in Ierland en Finland, die beide op de vergadering in Madrid waren uitgenodigd.
Europese uitwisseling De bijeenkomst in Madrid ging verder dan de algemene vergadering van CEETTAR. Ze bood de leden ook volop gelegenheid om hun acties toe te lichten en elkaar beter te leren kennen. “2012 was een erg moeilijk jaar voor landbouwers en aannemers wegens de slechte weersomstandigheden. De gevolgen hiervan laten zich ook in 2013 voelen, met onder andere een hachelijke financiële situatie”, verklaarde Rick Hartley van de Engelse nationale vereniging van aannemers van landbouwwerken (NAAC). “Ons hoofdprobleem is de toegang tot financiering door de banken. Wij hopen dat wij onze leden kunnen helpen dankzij CEETTAR”, aldus Richard White van de Ierse vereniging Farm Contractors Ireland, een jonge organisatie met 140 aangesloten aannemers. “Nieuwe Koninklijke en Ministeriële Besluiten verplichten ons sinds twee weken om nieuwe nummerplaten voor onze landbouwtractoren te gebruiken”, verklaarde Johan Van Bosch, nationaal secretaris van de Belgische vereniging Landbouwservice/Agro-Service.
>
De groep afgevaardigden op bezoek in het kasteel “Castilla de la Mota”, 150 km ten noorden van Madrid, vóór het bezoek aan het bedrijf Pita
Europese fiscale tegenstrijdigheden inzake diesel voor landbouwgebruik De bijeenkomst van Madrid bood CEETTAR de gelegenheid om een presentatie te houden over de uiteenlopende fiscale stelsels en regels voor diesel voor landbouwgebruik in Europa. Over dit thema werd door CEETTAR en FNEDT op 25 februari reeds een conferentie in Parijs georganiseerd in het kader van de Internationale Ontmoetingen op SIMA 2013. De grote ongelijkheid in Europa over dit onderwerp vertrekt van een even eenvoudige als verbluffende vaststelling: de Europese wetgeving kent wel landbouwers, maar geen landbouwwerken. In de praktijk krijgt men te maken met de meest uiteenlopende situaties in de tien bestudeerde landen (Frankrijk, Duitsland, België, Italië, Nederland, Denemarken). Aan de ene kant vindt men landen zoals Duitsland en meer recent ook Nederland die slechts één type diesel gebruiken voor alle activiteiten. Maar in andere landen bestaat zowel witte als rode diesel (bijvoorbeeld België, Denemarken en Frankrijk). In bepaalde landen is de situatie nog complexer, omdat ze afhangt van regionale wetten en regels (Italië). Uit de vergadering op SIMA was het voor de deelnemers nochtans duidelijk dat deze kwestie grensoverschrijdend is, zowel juridisch, administratief als technisch. “Deze studie zou kunnen worden uitgebreid tot andere landen en zij toont in elk geval duidelijk aan dat de aannemers van Europa gezamenlijk moeten optreden om erover te waken dat de lasten in de toekomst niet nog zwaarder worden”, benadrukte Gérard Napias. Hij nodigde de leden van CEETTAR uit om de volgende maanden gelijkaardige vergaderingen te organiseren in verschillende lidstaten, zodat er een consensus kan ontstaan voor een meer diepgaande harmonisering van de diverse nationale stelsels.
Hij voegde eraan toe dat deze besluiten talrijke onduidelijkheden bevatten en onder andere een periodieke technische controle opleggen. Nog steeds op het domein van het verkeer van landbouwvoertuigen wees Claes Jönsson, voorzitter van de Zweedse vereniging LSM, op een interessant initiatief van zijn organisatie. Zij belegde in de lente een vergadering met de overheid, de werkgeversorganisaties en een landbouwuniversiteit om de risico’s van het verkeer van landbouwvoertuigen op de openbare weg beter te omschrijven. “Het proefcentrum voor de productie en logistiek van houtpellets in Lozoyuela, ten noorden van Madrid, dat in 2009 werd opgezet met steun van het ministerie van Landbouw, heeft in 2012 bewezen dat het leefbaar is en dat het op 400 andere plaatsen in Spanje kan worden herhaald. Dit biedt ons nieuwe groeivooruitzichten”, aldus Arancha López de Sancho, directrice van ASEMFO. Ten slotte werd in Madrid ook de winstgevendheid van de aannemers van landbouwwerken besproken, met een opgemerkte toespraak van Bent Juul Jor-
Landbouw-service /
27
>
> actueel
Het dynamisme van de familie Pita, van Spanje tot Chili Tijdens de conferentie in Madrid hadden de afgevaardigden na de eerste ochtend de gelegenheid om een bezoek te brengen aan Pita, S.L., een bedrijf op ongeveer 160 km ten noorden van Madrid, in de gemeente Rubi de Bracamonte, in de buurt van Valladolid. Tijdens de rondleiding door José, een van de drie Pita-broers, konden de deelnemers de originaliteit en het dynamisme bewonderen van dit familiebedrijf dat door hun vader, een landbouwer, was opgericht. Het bedrijf Pita omvat niet alleen nog steeds een familiaal landbouwbedrijf van 400 ha. Sinds 1992 heeft het zich ook gespecialiseerd in het oogsten van bieten, met klanten in Castillië, waar het bedrijf gevestigd is, maar ook in Andalusië. De migratie van machines van het noorden naar het zuiden helpt de aannemer om zijn vier Holmer-rooimachines beter te rendabiliseren tijdens twee opeenvolgende campagnes. Pita heeft momenteel twaalf werknemers, onder wie zeven chauffeurs. Het
>
gensen, directeur van de Deense vereniging van aannemers van landbouwwerken (Danske Maskinstationer og Entreprenører). Deze organisatie biedt haar leden hulp bij het optimaliseren van hun economische resultaten en hun rendabiliteit, met dienstverlening op maat voor analyse en advies, alsook opleidingsdagen. De vergadering eindigde met een laatste discussie over een recent initiatief van CEETTAR inzake risicopreventie. Aan het woord kwamen Sylvain Ducroquet van EMSA (Europese organisatie van mobiele zaadsorteerders), Sophie Delemazure van het bureau PeriG, Simo Jaakkola van Koneyrittäjien liitto en José Ayala Jimenez van de Spaanse vakbond CC.OO. Zij schetsten een volledig beeld van de uitdagingen die moeten worden aangegaan en zij stelden oplossingen voor die zij putten uit hun nationale best practices. Tot besluit wees Klaus Pentzlin, onder voorzitter van CEETTAR en voorzitter van BLU, de deelnemers erop dat het beroep van aannemer per definitie permanent een - goed berekend - risico inhoudt.
28
/ Landbouw-service
bedrijf zag zich verplicht om op verscheidene paarden te wedden om de regelmatige daling van de oppervlakte aan suikerbieten te compenseren. In 2005-2006, vóór de hervorming van de suikersector in Europa, bedroeg de teeltoppervlakte nog meer dan 100 000 ha, tegenover slechts 45 000 tijdens de campagne 2010/2011. Het bedrijf is nu ook importeur en distributeur in Spanje van de merken Holmer, WM, Horsch en Ropa. Het heeft ook elders naar groei gezocht, door zijn diensten in Marokko en zelfs in Chili aan te bieden. Daar zet het bedrijf twee rooimachines in op een totale teeltoppervlakte van 1200 ha. De laatste belangrijke investering van het bedrijf: een wijngaard van 27 ha en een investering van 1,3 miljoen euro in een wijnkelder met aan het hoofd Inacio, de jonge zoon van José die zich in Bordeaux bekwaamd heeft in de œnologie. Het dynamisme van deze familiesaga sprak de CEETTAR-afgevaardigden sterk aan.
De afgevaardigden op bezoek in het bedrijf Pita, S.L.
<
KUHN, DAT IS MIJN KRACHT!
Pers strakke, rechthoekige Pakken!
Dankzij de doordachte KUHN-technologieën, produceert u stevige, strak geperste en mooi gevormde balen in alle gewassen:
Scan de QR-code om de video te bekijken
✔ Integral Rotor : invoervijzels met een grote diameter die op één lijn staan met de invoerrotor ✔ Power Density : unieke invoervork met variabele bewegingsmogelijkheid en dubbele snelheid t.o.v. de perswagen
Packo agri WERKT UITSLUITEND MET
B-8210 Zedelgem T : 050/25 00 10
EEN PROFESSIONEEL DEALERNET.
B - 5 5 9 0 C i n e y T : 0 8 3 / 6 1 1 4 74
KENNIS EN SERVICE BIJ DE DEUR.
E :
[email protected] W : www.packo.be
Landbouw-service /
29
> P e s t i c id e s
Brussels gewest zet pesticidengebruik volledig stop Brussel wil pesticiden vanaf 2019 volledig bannen van alle openbare plaatsen in de hoofdstad. Voor gevoelige plaatsen gaat het verbod al meteen in. Dat heeft het Brussels parlement vrijdag quasi unaniem beslist.
O
p dit moment geldt al een princiepsverbod op het gebruik van pesticiden indien er een andere techniek voorhanden is. De regel wordt echter niet in elke Brusselse gemeente even nauwgezet toegepast.
Fliegl afschuifwagen, het multitalent!
1 wagen voor alle werk
Ludo Pauwels 0032 477 50 42 36
30
/ Landbouw-service
www.ludopauwelsbvba.be
Vanaf 2019 gaat een algemeen verbod in voor alle openbare domeinen. Het gaat dan bijvoorbeeld om parken, bermen of beplante ronde punten. Maar ook voor private plaatsen waar kwetsbare groepen samenkomen, komt er een verbod. Denk bijvoorbeeld aan scholen, crèches of ziekenhuizen. En ook op plaatsen met een verhoogd veiligheidsrisico, zoals op punten waar drinkwater wordt opgehaald, zal het verbod gelden. De enige uitzondering op de regel wordt het bestrijden van invasieve soorten waarop andere technieken geen vat hebben. Bron Belga
<
PhytofarRecover Al meer dan 15 jaar biedt PhytofarRecover aan land- en tuinbouwers en loonsproeiers de mogelijkheid om in het najaar de lege verpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen naar een inzamelpunt te brengen. Wettelijk is het verplicht om de verpakkingen naar de inzamelplaats of naar een erkende collecteur te brengen. In geen geval mogen ze verbrand worden.
Z
o wordt jaarlijks om en bij de 90% van de op de markt gebrachte fytoverpakkingen ingezameld. Dit topresultaat wordt bereikt door de samenwerking met de hele keten en in het bijzonder de distributie, loonsproeiers en de land- en tuinbouwers. PhytofarRecover vraagt aandacht om tijdens het seizoen de verpakkingen goed schoon te spoelen: spoelen gebeurt ofwel 3 maal handmatig ofwel met behulp van de spoelinstallatie op de spuitmachine. Goed gereinigde verpakkingen kunnen bij de niet-gevaarlijke fractie. De doppen van de verpakkingen dient men volledig apart bij te houden en te leveren tijdens de ophaling. Het niet bevuilde karton van een groepsverpakking kan ook samengebonden geleverd worden. Bij de gevaarlijke fractie horen: de niet spoelbare verpakkingen, de verzegelingen, de papier- en kartonverpakkingen die rechtstreeks in contact zijn met poederfromuleringen, wateroplosbare granulaten en verpakkingen van microgranulaten. Is de kartonnen groepsdoos vervuild door het product, dan komt deze ook bij de gevaarlijke fractie. Ook gebruikte beschermkledij zoals overalls, handschoenen, maskers,… horen in deze fractie thuis. Niet Bruikbare Gewasbeschermingsmiddelen (NBGM) dienen naar de inzamelplaats meegebracht te worden. Deze middelen kunnen zijn: producten die niet langer erkend zijn in België, producten die niet meer in het teeltplan van het bedrijf passen, producten waarvan het etiket niet meer leesbaar is,
Kontroleer uw fytolokaal op niet-bruikbare gewasbeschermingsmiddelen en plaats ze apart en voorzien met de vermelding
(karton): in afwachting van de volgende collecte NBGM van PhytofarRecover. Hou tegelijk in het fytolokaal een lijst bij van deze NBGM. Neem ze ook op in het in-out register van het fytolokaal.
i De website www.phytofarrecover.eu biedt verdere informatie over de werking van de collecte van lege fytoverpakkingen en van niet bruikbare gewasbeschermingsmiddelen. Registreer u en dan kunt u er ook zelf vooraf uw uitnodiging en na de collecte uw attest afdrukken. Bent u professioneel gebruiker van gewasbeschermingsmiddelen, hebt u nooit eerder verpakkingen binnen gebracht en werd u hiertoe niet uitgenodigd? Ook dan kunt u zich registreren via de website en deelnemen door naar een dichtbij zijnde site te komen. Zo werken we als land- en tuinbouwers, loonsproeiers, distributie en PhytofarRecover samen aan een verantwoorde en duurzame landbouw.
Landbouw-service /
31
> actueel
Land- en tuinbouw in beweging een nieuw beeld, een vertrouwde aanpak
Op 21 en 22 september 2013 zullen op de terreinen in Oudenaarde enkele honderden machines en duizenden bezoekers ontvangen worden. Het is nog steeds het doel om aan de land- en tuinbouwers en loonwerkers een vergelijkend beeld te geven wat er mogelijk en vooral nuttig is in zijn bedrijfsvoering. Daarnaast willen de organisatoren aan alle plattelandsbewoners en sympathisanten een breed en realistisch beeld geven over onze land- en tuinbouw, zoals dit ook gebeurd met een dag van de landbouw.
M
et betrekking tot het dierengebeuren zijn er de stilaan gekende provinciale fokveeprijskamp en de tentoonstelling van varkens. Er is uiteraard de doorlopende tentoonstelling van de vele
exposanten langs verharde wegen en zijn er de verschillende infostands: land- en tuinbouwmachines, banden, de zaaizaden, toelevering in haar brede zin: gereedschappen en benodigdheden,
werkkledij, hernieuwbare energie, overheidsdiensten, onderwijs, onderzoeksinstellingen en voorlichting, banken,…
De teelten op Heurne Kouter te Oudenaarde
• Gazon: 2 ha • Grasland: 6 ha • Totaal landbouw: 70 ha
Demonstraties: Heurne-veld à we like it
Het terrein heeft zijn klassieke omvang behouden. De bodem was in 2013 op een normaal tijdstip bewerkbaar en de zaai gebeurde tijdig. De groei heeft, net als overal, een tijdelijke achterstand.
Overzicht van het teeltplan • Granen: 15 ha • Korrelmaïs: 6 ha + (4) • Silomaïs: 15 ha • Suikerbiet: 21 ha • Aardappelen: 1 ha
32
/ Landbouw-service
Akkerbouw Teelttechnieken: • Suikerbiet: resistente variëteiten • Aardappelen: teelttechniek van KWS • Mais en korrelmais, o.a experiment met mais onder plastiek • Het derde gewas: Soya, Sorgum, Miscantus op het demoveld van ILVO • Gazon: aangelegd door AVEVE en DCM • Grasland: doorzaaitechnieken en beregeningstechnieken
Wat staat in 2013 in de kijker
Korrelmais Het is alweer een tiental jaren geleden dat het thema maisdorsen op agenda van de Werktuigendagen stond. Intussen is de teelt in Vlaanderen enorm uitgebreid, en de technieken aangepast. Er wordt de nadruk gelegd op: het goed versnipperen van de stengel; het rijonafhankelijk dorsen; bodemdruk beperken door vooral hogere banden of rupsen; de
>
Kies groen … … oogst goud
Wilt u een nieuwe John Deere maaidorser uitproberen in de tarweoogst van 2013 ? Neem deel aan onze DEMO-TOUR! Voor data en locaties bel: 0474 750 125
Onze W, T en S-Serie maaidorsers zijn ontworpen om uw kostbare graan te oogsten. Ontworpen, ontwikkeld en gebouwd in Zweibrücken, Duitsland waar we vorig jaar meer dan € 200 miljoen hebben geïnvesteerd om de meest betrouwbare maaidorsers met de hoogste kwaliteit te kunnen produceren. Voeg daar aan toe dat we ook nog € 23 miljoen geïnvesteerd hebben in het uitbouwen van onze wisselstukkenvoorziening en dat we in elke regio oogstmachine specialisten ter beschikking hebben. De tijd is rijp om goud te oogsten. Voor meer informatie neem contact op met Erik De Ridder : 0474 750 125
Peperstraat 4A - 3071 Erps-Kwerps Tel. : 02 759 40 93 - Fax. : 02 759 99 28 - E-mail :
[email protected]
JohnDeere.be
> actueel
>
transport optimalisatie.
Afduw- / afdraaiwagens Steeds meer constructeurs produceren loswagens met beweegbare bodem.
Banden Grootvolume banden met Flexion techniek. De evolutie van de banden gaat vooral in de richting van de hoogte. Met de breedte botst men tegen de 255 of 350 cm aan. Het probleem is dat deze hoge banden moeten passen in het constructieconcept van de machine. Maar het is duidelijk dat de bodemdruk verlaagt door banden met extra diameter. De bandenspanning op het veld moet laag genoeg zijn, en, om met lage bandenspanning toch nog aan 40 km/h op de weg te kunnen rijden heeft men in Europa de flexi-
ontechniek op de markt gebracht. Deze wordt door alle bandenfirma’s getoond op WTD. Tevens zullen drukwisselsystemen de nodige aandacht krijgen.
Rupsen op de werktuigen Tegen september zal de wetgeving aangepast worden zodat de kunststof rupsen toelating krijgen om op de weg te mogen rijden. Uiteraard mits voorwaarden. Deze voorwaarden en mogelijkheden zullen in beeld gebracht worden op Heurne kouter.
Veiligheid & landbouw machines Voorkomen van ongevallen blijft een dagelijkse zorg. Maar het thema komt steeds meer onder de aandacht. Dit om diverse redenen. Eerst en vooral omwille van de verkeersveiligheid. Maar steeds meer bedrijven hebben vreemde arbeids-
krachten in dienst en bijgevolg moet o.a. om wettelijke reden, de aandacht aan veilig gebruik van machines aangescherpt worden. Daarbovenop komt dat de werkzaamheden steeds op kortere tijd moeten gerealiseerd zijn. Dit brengt zonder meer extra stress mee voor de bestuurder en de kans op fouten maken wordt groter.
Remvermogen Het remvermogen van een landbouwvoertuig is een belangrijk onderdeel van de veiligheid. Omdat de voertuigen steeds zwaarder en sneller worden, zal hierop moeten toegezien worden. Zes jaren geleden was dit reeds een demothema te Oudenaarde. Op WTD 2013 zal voor de eerste keer een testbank voor controle van de remmen van landbouwvoertuigen gedemonstreerd worden.
Frontwerktuigen
21 & 22 09/2013 Oudenaarde hét evenement voor lande tuinbouwersn én liefhebbers
Een tractor wordt vaak efficiënter benut wanneer er combinatiewerktuigen aangebouwd worden. Combinaties met frontwerktuigen zijn bijzonder doeltreffend. Alleen het aspect gewichtsverdeling op voor- en achteras is een grote stap voorwaarts. Dankzij een aanpassing van de verkeersreglementering mogen frontwerktuigen ook wettelijk op de weg komen.
Gestuurde assen De meervoudige assen moeten in de landbouw gedwongen gestuurd worden. Dit om meerdere redenen, denk maar aan bodembescherming op het veld, veiligheid op de weg, voorkomen van extra bandenslijtage zijn belangrijk. Maar goede gestuurde assen kunnen voorkomen dat de tractoren veel frontgewicht moeten meenemen. Bijgevolg wordt het nuttig laadvermogen met 1 ton vergroot.
RTK of precisielandbouw Dit thema van 2009 en 2011 gaat ook dit jaar verder. Steeds zijn er meer toepassingen, steeds wordt de omslag van gadget naar rendabiliteit kleiner. Bijna in alle teelten en teelttechnieken is het nu bruikbaar.
34
/ Landbouw-service
WTD2013_Landbouw-Service125x100.indd 1
26/06/13 09:04
<
Bewust bodemgebruik Preventie van bodemverdichting met aangepaste banden en gewichten is reeds aangehaald. Actueel is Erosiepreventie, omdat de maatschappij hier steeds meer gaat verwachten van de landbouwsector: de drempelbouw tussen de aardappelruggen zal gedemonstreerd worden. Mais zaaien in engere rijafstand wordt nu ook mogelijk voor de korrelmais. Mais kan op die manier misschien van de vloek verlost worden om steeds als erosiegevoelige teelt beschouwd te worden. Bij de techniek van NKG (niet kerende bodembewerking) wordt de bodemdruk op een toelaatbaar niveau gebracht door steeds meer getrokken werktuigen, ipv gedragen machines, in te zetten.
Robotmaaiers Na de robotmelkmachines, de robot mestrooster reinigers, de robot ruwvoederkeerders, de robot stofzuigers, komen nu ook de robotgazonmaaiers in de markt. De testfase van deze maaiers is achter de rug. De werkkwaliteit en betrouwbaarheid is bewezen. Deze machines zullen samen met de professionele dieselmaaiers op de grote gazon ingezet worden.
Landscape & Houthakselen Om de ingeslagen weg verder te zetten, zal ook dit jaar , aandacht geschonken worden aan houthakselen. De groensector heeft grote behoefte aan houtverwerking en het product is vaak zeer geschikt als brandstofleverancier voor serres of andere agrarische gebouwen.
Oldtimers De oldtimer tractoren zijn intussen een vast waarde geworden op de Werktuigendagen. Naast de show van de tractoren komt de ploegwedstrijd voor gedragen en getrokken ploegen. De oldtimers zullen ook gras maaien en schudden met oldtimer werktuigen. Tot nu toe kende het dorsen met stationaire machines grote bijval. Nieuw is het maishakselen met oude gedragen, getrokken of zelfrijdende hakselaars. Spektakel verzekerd.
Oogstdemonstraties
Andere demonstraties
De preirooiers zijn constant in evolutie. Het automatisch vullen van containers is in volle ontwikkeling en verschillende concepten zijn reeds op de markt. Ook rupsmachines zijn meer en meer in ontwikkeling. Werktuigendagen blijft het uitgelezen moment om de laatste nieuwigheid aan de preiteler voor te stellen en die preiteler kan in een korte periode de verschillende systemen met elkaar vergelijken. Vandaar dat elke constructeur (4) hier ook met zijn laatste nieuwigheid probeert aanwezig zijn. De rooidemonstraties worden terug uitgebreid met nog twee teelten. Er zullen een drietal klembandrooiers aanwezig zijn om knolselder te rooien en er zijn ook witte en rode kolen geplant om te rooien.
Er zullen meer en nieuwere plantmachines aanwezig zijn dan vorige edities. Ook hier staat de evolutie niet stil. Automatisatie en ergonomie zijn hier de sleutelwoorden bij het vernieuwen van een systeem. We hebben er dan ook voor gekozen deze demonstraties dichter tegen de straat te laten doorgaan tussen de standen en de oogstdemonstraties
De teelten om de oogsten zijn reeds geplant: • De prei werd geponst op 11 juni op een afstand van 65 cm tussen de rijen en 9 cm in de rij. Er werd gekozen voor volgende rassen: Mercurian (Syngenta), Curling (Bejo) en Krypton (Nunhems). • De rode en witte kolen werden op 15 mei geplant op een afstand van 70 cm tussen de rijen en 50 cm in de rij. Er werd gekozen voor volgende rassen: Futurima en Surfama (Rijk Zwaan). • De knolselder werd geplant op 22 mei op een afstand van 70 cm tussen de rijen en 40 cm in de rij. Er werd gekozen voor volgende rassen: Rowena en Balena (Bejo).
Meststoffen zijn duur, de regelgeving is strikt. Juist doseren en meststoffen op een ideaal moment toedienen is de boodschap. Rijenbemesting en het toedienen van vloeibare meststoffen kunnen de tuinder hierbij helpen. Diverse machines zullen aanwezig zijn om deze technieken kenbaar te maken bij een ruimer publiek.
Zaadhuizen terug aanwezig Voor de derde editie op rij kan het perceel tuinbouw pronken met nieuwigheden vanuit de zaadhuizen. Een mooi aangelegd demo veldje tussen de tenten van de zaadhuizen en de oogstdemonstraties zal veel publiek trekken.
Landbouw-service /
35
> VOORUITBLIK
Landbouwbeurs
van Libramont 2013
Zes dagen ontmoeting, tentoonstelling en demonstraties, van 26 tot 31 juli De 79e editie van de Beurs van Libramont zal zes dagen omvatten, van 26 tot 29 juli in Libramont zelf en in het bos van Paliseul op 30 en 31 juli.
36
/ Landbouw-service
>
H
et evenement zal groter en innoverender zijn dan ooit. Bijna 1000 exposanten zullen een zeer brede gamma producten aanbieden. Het programma van deze zes dagen is goed gevuld, compleet en spectaculair. Duizenden dieren kunnen bewonderd worden, innoverende machines kunnen bekeken worden, en bovendien wordt er ook gedebateerd over fundamentele eigenschappen van onze maatschappij. Voor de loonwerkers blijft Libramont vooreerst een tentoonstelling van land- en bosbouwmachines die hen toelaat om informatie te bundelen over de verschillende technieken en verbeteringen. Naast het machinepark zullen de Genitec en Mecanic’Show ruimtes ook veel aandacht trekken. Genitec vindt plaats op een speciaal aangelegd terrein en biedt, naast een uniek spektakel op een landbouwbeurs, de mogelijkheid om de recentste ontwikkelingen te zien op gebied van grondverzetmachines en, voor de eerste keer, machines voor onderhoud van wegen. De Mécanic’Show, die deel uitmaakt van de informatiedag voor de loonwerkers, is al meer dan dertig jaar één van de aantrekkingspunten van de beurs van Libramont en wordt bijzonder aantrekkelijk door de professionelen en de techneuten. Dit jaar werden twintig machines geselecteerd door de Commissie “Machines & Produits” op basis van hun innoverend karakter, in het bijzonder op gebied van automatisatie van de afstellingen, nauwkeurigheid van de verdeling en het beheren van de interacties tussen trekker en machine. Deze machines worden tentoongesteld in het “Mécanic’Show” park en dagelijks voorgesteld in de Grote Ring om 13u30, behalve op maandag om 11u45, zodat het programma mooi aansluit op de Informatiedag voor de loonwerkers. Zoals elk jaar zal deze laatste toelaten om verschillende presentaties te volgen, onder andere op gebied van de nieuwe nummerplaten en het beheer van de risico’s binnen een loonbedrijf (Crelan studie over het landbouwvertrouwensindex 2013). De twee andere presentaties zullen als thema hebben: “Investeren in een specifiek spreidsysteem voor drijfmest op weiland en “Banden in functie van de economische verplichtingen”. De dag van de loonwerkers wordt al meer dan twintig jaar georganiseerd in samenwerking met de Commissie “Machines & Produits” van de beurs van Libramont en Crelan. Die evenement wordt ook ondersteund door Total Belgium. Samengevat zal de 79e editie van de land- en bosbouwbeurs van Libramont terug beloftevol verlopen, en de organisatoren hebben alles gedaan om het slagen ervan mogelijk te maken.
Landbouw-service /
37
> VOORUITBLIK
>
MECANIC’SHOW 2013
Meer nauwkeurigheid en automatisatie Voor het jaar 2013 selecteerde de Commissie “Machines & Produits” van de Beurs van Libramont twintig innoverende machines. Het automatiseren van afstellingen, de nauwkeurigheid van toediening en het beheer van de interacties tussen trekker en machine worden verder ontwikkeld in alle sectoren.
C
NH ontwikkelt de telematische toepassingen steeds verder. Deze uitrustingen laten toe om rechtstreeks informatie te ontvangen over een voertuig, door middel van een modem. Daarnaast introduceert CNH een klantensupport- en opleidingscentrum PLM (Precision Land Management). Op die manier hebben de klanten en/of dealers toegang tot een online helpdesk en opleidingscentrum. Op de 6R-trekkers biedt John Deere een semi-powershift aandrijving van het type Direct Drive, met twee koppelingen. Daarmee beschikt de bestuurder over 8 powershift verhoudingen en drie gamma’s die automatisch of manueel kunnen gebruikt worden als de bestuurder de gepaste snelheid wil gebruiken voor bepaalde werkzaamheden. Valtra is de eerste constructeur die een serieproductie van een biogastrekker opstart. De Dual Fuel motor kan zowel met transportbiogas als met aardgas en diesel draaien. Twee machines werden geselecteerd op gebied van precisiezaaien. De Monosem - CRT - Seed Drive is uitgerust met een hydraulisch beheersysteem van de zaaidichtheid met één of meerdere motoren die de zaaielementen aansturen. Bij Kverneland kan de Optima zaaimachine gebruikt worden met een fronttank voor
38
/ Landbouw-service
het lokaal toedienen van vloeibare meststoffen. Het geheel is aangestuurd door middel van een Isobus bedieningskast die een sectieafsluiting mogelijk maakt, zowel voor de zaaimachine als voor het spuitgedeelte. Het zoeken naar meer nauwkeurigheid bij het strooien van meststoffen leidde de firma’s Amazone, Sulky en Kverneland om aanpassingen aan te bieden op hun machines. Op de ZA-TS biedt Amazone een technische oplossing aan om te switchen van het strooien in open veld tot het strooien op de kanten van een perceel en integreert de nodige correcties voor bochten dankzij de ‘HeadLandControl’ bediening. Sulky, met de X Econov RTS, en Kverneland met de Vicon RO-EDW AutoSetApp automatiseren de afstellingen van het strooien door de parameters rechtstreeks via internet te downloaden, zonder voorgaande invoicing. Voor spuitwerkzaamheden biedt de Pantera zelfrijder van Amazone een oplossing voor latere behandelingen, in maïs onder andere. De spuitboom kan verhoogd worden tot een spuithoogte van 3,20 m. Het strooien van organisch materiaal moet efficiënter en nauwkeuriger gebeuren. De firma Bemad ontwikkelde een zelfrijdende meststrooier met laadvijzel zodat één chauffeur zowel laden als
strooien kan, met één enkele machine. Joskin biedt anderzijds meer nauwkeurigheid bij het strooien dankzij een Isobus DPA bediening met weegsysteem, beschikbaar op de Tornado III. Het systeem kan zowel een volume als een aantal ton/ha beheren. Claas, die 100 kaarsjes geblazen heeft, presenteert een Lexion maaidorser met aangepast koelsysteem. De Dynamic Cooling zuigt lucht boven de machine en jaagt het weer uit onderaan de machines. Bovendien laat de Cemos bedieningskast toe om de machine af te stellen volgens de gekozen strategie voor de bestuurder. Bij hooibouwmachines biedt Pöttinger het systeem Liftmatic aan om de werking van de Hit T getrokken schudders nog te verbeteren door de schudelementen horizontaal te plaatsen voordat de machine opgeheven wordt. Bij het harken onderscheidt de Lely Hisbiscus 1515 CD profi zich door een innoverend onderstel. De afstellingen op de curvebaan laten bovendien toe om het afleggen van het gewas af te stellen. Bij voederwinningsmachines moet men voortaan niet meer stilstaan om ronde balen te binden, dankzij de Krone Ultima. De pers beschikt over een voorkamer die het gewas tegen houdt terwijl de vorige baal gebonden en uitgeworpen wordt. De veelzijdige opraapwagen Lely Tigo XR
>
>
onderscheidt zich door een multifunctionele frontwand. Deze kan worden gebruikt voor het automatisch beheren van de lading en de verdichting af te stellen, maar laat ook toe om de capaciteit met 6 m³ te vergroten. De zelfrijdende voermengwagen Kuhn SPW compact is de eerste die over een Tier IIIB motor beschikt. Verder wordt deze zelfrijder gekenmerkt door de ‘automotive’ functie, die het motortoerental aan de last aanpast, zodat het verbruik beperkt wordt. De Isobus standaarden zijn ook van toepassing voor de Cargo Profi frontlader van Fendt, met ingebouwd weegsysteem. Het is mogelijk om verschillende werkingsparameters te programmeren, zoals maximale hef- en zakhoogte en vering. Bij bosbouw- en groenonderhoudsmachines heeft de firma Ménart een nieuwe groenafval verbrijzelaar ontwikkeld, specifiek voor trekkers met een hoog vermogen. De P160 TS kan tot 50 ton/ uur verwerken dankzij een specifiek ontwerp van de rotor en het beheer van de invoer. Vermelden we ook nog dat de Spearhead HC 130 een hagensnoei unit is met ingebouwde mulching functie. Dankzij drie rotoren uitgerust met elk vier messen kan de machine takken verwerken tot een diameter van 40 mm. Zoals bij de vorige edities, zullen de geselecteerde machines tentoongesteld worden in een speciaal aangelegd park, en voorgesteld in de Grote Ring op vrijdag 26, zaterdag 27, zondag 28 juli om 13u30 en op maandag 29 juli om 11u45. De bosbouwmachines zullen ook aan het werken zijn tijdens de bosbouwdemonstraties op dinsdag 30 en woensdag 31 juli. O. MISERQUE DGO3 / DEMNA - Direction de l’Analyse Economique Agricole, Voorzitter van de Commissie “Machines & Produits” G. DUBOIS CRA-w - Unité Machines et infrastructures agricoles, Technisch raadgever voor de Commissie “Machines & Produits”
Nieuwigheden voorgesteld tijdens de Mecanic’Show 2013 Selectie gedaan door de Commissie “Machines & Produits” Olivier MISERQUE en Gaëtan DUBOIS, Voorzitter en Technisch raadgever Nr.
FIRMA
NAAM Machine
Beschrijving
1
CNH BELGIUM NV
CNH TELEMATICS / PLM
Telematische oplossing en ondersteuncentrum
2
COFABEL NV
JOHN DEERE 6R
Trekker met aandrijving met dubbele koppeling
3
MATERA SA
VALTRA - BIOGAS
Trekker met biogas motor
4
JOSKIN DistriTECH SA
MONOSEM - CRT - Seed Drive
Precisiezaaimachine met hydraulische aandrijving van de verdeling
5
KVERNELAND BENELUX BV
KVERNELAND Optima
Precisiezaaimachine met Isobus bediende spuiteenheid
6
Hilaire VAN DER HAEGHE NV
AMAZONE ZA-TS HeadLandControl
Meststoffenstrooier met elektromechanische kantstrooieenheid
7
JOSKIN DistriTECH SA
SULKY X50 ECONOV RTS
Meststoffenstrooier met automatische afstellingen
8
KVERNELAND BENELUX BV
KVERNELAND VICON RO-EDW AutoSetApp
Meststoffenstrooier met automatische afstellingen via internet
9
Hilaire VAN DER HAEGHE NV
AMAZONE PANTERA
Zelfrijdende spuitmachine met spuitboomverhoging
10
BEMAD SPRL
BEMAD GREENCARGO
Zelfrijdende strooier met laadkop
11
JOSKIN SA/Ets
JOSKIN TORNADO 3 DPA Isobus
Stalmestspreider met DPA Isobus afstelling
12
Hilaire VAN DER HAEGHE NV
CLAAS LEXION CEMOS / Dynamic cooling
Maaidorser met automatische afstellingen en originele koeling
13
PÖTTINGER BELGIUM SPRL
PÖTTINGER HIT 10.11 T Liftmatic
Half-gedragen schudder met innoverend hefsysteem
14
FELTEN FRERES et FILS SARL
LELY HIBISCUS 1515CD Profi
Hark met innoverend opbouw en regelbare geleidebaan
15
JOSKIN DistriTECH SA
KRONE ULTIMA
Non-stop perswikkelcombinatie voor ronde balen
16
FELTEN FRERES et FILS SARL
LELY TIGO XR
Opraapwagen met multifunctionele frontbord
17
PACKO-AGRI SA
KUHN SPW compact
Zelfrijdende voermengwagen met automotive functie
18
Hilaire VAN DER HAEGHE NV
FENDT CARGO PROFI
Frontlader met Isobus beheer en weegsysteem
19
MENART Sprl
MENART P160 TS
Groen afval verbrijzelaar voor trekkers met een hoog vermogen
20
STEENO NV
SPEARHEAD HC 130
Snoeiunit voor hagen met geïntegreerde mulchingfunctie
Landbouw-service /
39
> actueel
Leasing, een miskende financierings-
formule in de landbouwsector
De leasingbeginselen dateren niet van gisteren. De eerste sporen van dat soort transacties gaan volgens archeologen en historici terug naar het jaar 2000 vóór Christus. Weinig mensen weten dat de landbouw aan de oorsprong van deze financiële praktijk ligt. De eerste verplichtingen over het verhuur van landbouwmateriaal werden op kleitabletten ‘neergepend’. In de loop der tijden wonnen leasingpraktijken almaar aan belang. Vooral tijdens het Grieks-Romeinse tijdperk, waarin men schepen huurde om handelsactiviteiten uit te bouwen.
I
n de 18e eeuw kwam leasing pas echt tot volle bloei, in de Verenigde Staten. Vooral dan op het vlak van goederentransport, met de financiering van trekdieren. Later, rond 1850, volgde de ontwikkeling van de spoorwegen en de eerste locomotieven. In 1877 besliste het Amerikaanse bedrijf Bell om zijn telefoon-
toestellen te verhuren in plaats van ze te verkopen. Dat is het begin van leasing zoals we het vandaag kennen. De opkomst van leasing in Europa dateert van veel later, rond 1960. Het concept kende een aanzienlijke bloei in de jaren 1990 en raakte stilaan in de commerciële praktijken ingeburgerd.
ROERENDE LEASING: PRODUCTIE PER TYPE UITRUSTING (in mio €)
2000
2005
2008
2009
2010
2011
2012
2012/2011
Industriële machines en uitrustingen
780,3
994,5
1.480,7
1.127,9
1.159,3
1.212,0
1.236,7
2,0 %
Computers en bureelmateriaal
600,4
695,8
865,6
757,6
646,7
627,4
774,8
23,5 %
Bedrijfsvoertuigen
464,9
627,1
695,2
447,6
449,6
479,5
599,8
25,1 %
Personenwagens
657,8
770,6
1.019,6
904,1
1.063,7
1.103,6
1.071,2
-2,9 %
Boten, vliegtuigen, rollend spoorwegmat.
14,3
16,2
75,3
11,5
24,3
118,3
90,0
-24,0 %
424,8
216,8
-49,0 % -16,0 %
Hernieuwbare energie Andere
211,4
96,7
156,9
117,1
247,2
117,5
98,7
TOTAAL
2.729,0
3.200,9
4.293,3
3.365,8
3.590,8
4.083,2
4.087,9
40
/ Landbouw-service
0,1 %
actueel >
ROERENDE LEASING: PRODUCTIE PER KLANTENTYPE (bedragen in miljoenen EUR) (in mio €)
2000
2005
2008
2009
2010
2011
2012
2012/2011
Landbouw
48,7
27,8
32,6
21,8
92,8
55,3
64,9
17,2 %
Industrie
882,5
913,1
1.777,8
1.201,1
1.308,3
1.218,7
1.399,8
14,9 %
Diensten (waaronder vrije beroepen)
1.579,2
1.597,2
2.056,8
1.720,2
1.595,1
2.533,9
2.267,8
-10,5 %
Staat-Gewest-Internationale Instellingen
85,2
142,7
173,5
85,9
206,1
177,3
271,8
53,3 %
Privé
3,6
37,8
2,7
10,9
9,2
8,1
0,0
-100,0 %
Andere
549,4
482,3
249,9
325,9
379,3
89,8
83,7
-6,8 %
TOTAAL
2.729,0
3.200,9
4.293,3
3.365,8
3.590,8
4.083,2
4.087,9
0,1 %
(in mio €)
2000
2005
2008
2009
2010
2011
2012
Landbouw
1,8 %
0,9 %
0,8 %
0,6 %
2,6 %
1,4 %
1,6 %
Industrie
32,3 %
28,5 %
41,4 %
35,7 %
36,4 %
29,8 %
34,2 %
Diensten (waaronder vrije beroepen)
42,5 %
49,9 %
47,9 %
51,1 %
44,4 %
62,1 %
55,5 %
Staat-Gewest-Internationale Instellingen
3,1 %
4,5 %
4,0 %
2,6 %
5,7 %
4,3 %
6,6 %
Privé
0,1 %
1,2 %
0,1 %
0,3 %
0,3 %
0,2 %
0,0 %
Andere
20,1 %
15,1 %
5,8 %
9,7 %
10,6 %
2,2 %
2,0 %
TOTAAL
100,0 %
100,0 %
100,0 %
100,0 %
100,0 %
100,0 %
100,0 %
Wat is leasing eigenlijk? Leasing is een financieringstechniek waarbij een leasingmaatschappij (ook lessor genoemd) bij een leverancier een goed koopt en een gebruiksrecht op dat product aan een klant (of lessee) toekent tegen betaling van periodieke bijdragen. Leasing is bedoeld voor zelfstandigen en ondernemingen die zich een professionele uitrusting willen aanschaffen.
Leasing in België Op 31 december 2012 noteerde de Belgische leasingmarkt1 een uitstaand bedrag van meer dan 12,3 miljard euro. De activiteiten die door leasing worden gefinancierd, hebben voornamelijk te 1
maken met roerende transacties op het vlak van transport, kantoormeubilair en industriële machines. De evolutie van de leasingactiviteiten per soort uitrusting toont een aanzienlijke stijging in het domein van de leasing van computers, kantoormateriaal en bedrijfswagens. (zie onderste tabel) Als we het cliënteel per type product analyseren, zien we een sterke stijging van de landbouwsector. Ook al vertegenwoordigen die activiteiten uiteindelijk minder dan 2 % van de nieuwe productie. (zie bovenste tabel)
Waarom komt leasing zo weinig voor in de Belgischelandbouw? Algemeen gesproken beschikt België
over een superontwikkeld bankennetwerk. De steun aan de landbouwsector was historisch gebaseerd op mechanismen van rentetoelage, wat een nauwe samenwerking tussen de landbouwer, zijn bank en de bevoegde instantie vereiste. Vandaag zijn die mechanismen op vraag van Europa geleidelijk vervangen door kapitaalpremies die rechtstreeks aan de investeerder worden gestort. Niettemin erkennen de hulpprogramma’s de financiële leasing niet altijd als financieringsformule voor een aankoop. We raden dus aan om op voorhand inlichtingen in te winnen als u voor uw project op regionale of federale steun rekent. Bovendien blijft het aspect ‘eigendom’ onweerlegbaar iets heiligs dat diep in de mentaliteit van landbouwers is verankerd.
bron: jaarrapport 2012 Belgische leasingvereniging BLV-ABL Landbouw-service /
41
>
> actueel
>
uw balansstructuur niet belast? Dan zal men u een ‘off balance’-leasingformule aanraden. In dat geval kunt u de betaalde bijdragen als lasten opnemen in uw resultatenrekening.
Waarom is leasing tegenwoordig gunstig voor uw bedrijf? Als economische optimalisatie De leasingformule stelt u in staat om uw materiaal op een flexibele en duurzame manier te financieren. Wanneer de leasingmaatschappij de periodieke bijdragen vastlegt, houdt ze rekening met het domein waarin uw bedrijf actief is, net als met het soms seizoensgebonden karakter van uw inkomsten. De duur van het contract wordt gekozen in functie van de economische levensduur van het gefinancierde goed. Leasing biedt u de mogelijkheid om de liquide middelen van uw onderneming veilig te stellen. Met een leasingcontract kunt u een investering tot 100 % financieren. Bovendien hebben zulke contracten de voorfinanciering van de btw als troef en kunnen ze snel en met weinig moeite worden afgesloten. Het gefinancierde goed doet dan dienst als
13 -20 98 19
r a a j 15
ing KIN k r we JOS n e Em a s ON KR
Leasing, een oplossing voor landbouwondernemers garantie. Leasing biedt u gedurende de volledige duur van het contract de zekerheid van een vaste huurprijs. Er bestaan ook ‘all in’-oplossingen die als voordeel hebben dat ze zowel de financiering als een verzekerings- en/of onderhoudscontract bevatten.
Als boekhoudkundige optimalisatie U hebt de keuze tussen verschillende leasingoplossingen. Als u het goed wilt aankopen, wordt er u een financiële leasing ‘on balance’ voorgesteld. Aangezien u dan als eigenaar van het gefinancierde goed wordt beschouwd, kunt u de aflossingen in uw boekhouding opnemen. Zoekt u daarentegen een oplossing die
i
b Ju
a
m leu
s
e cti
Een landbouwondernemer kan niet zonder uitstekend materiaal en moet er bovendien voor zorgen dat hij de gebruikskosten onder controle houdt. Leasing stelt hem in staat om zijn werkingskosten in de hand te houden en zijn machinepark regelmatig te vernieuwen. Tegenwoordig bieden tal van merken dit soort oplossingen aan hun klanten aan.
Christine Lambert AGCO Finance Commercieel verantwoordelijke België
[email protected]
KOOP EEN KRONE BALENPERS,
KRIJG DE BEDIENINGSTERMINAL ALS CADEAU!
Bezoek ons in
Stand 09-03 Actie geldig op een beperkt aantal persen, bel snel de dealer van uw streek op! FORTIMA en COMPRIMA: Beta terminal COMPRIMA CF en CV: Gamma terminal BIG-PACK: Delta terminal
42
/ Landbouw-service
www.distritech.be
DistriTECH JOSKIN
actueel >
TECHNOLOGISCHE INNOVATIE IS ALTIJD IN BEWEGING.
De nieuwe 6 serie Agrotron TTV De technologische revolutie gaat door.
De nieuwe 6-serie Agrotron TTV is het resultaat van de vooruitgang van DEUTZ-FAHR: de nieuwste technologieën zorgen voor krachtige, productieve, veelzijdige en milieuvriendelijke tractoren. Deutz Common Rail-motoren met Tier 4i, 4 of 6-cilinder, 4-kleppentechniek, SCR-katalysator, tesamen met de continu variabele TTV transmissie, een synergie die zorg draagt voor de beste prestaties, het laagste brandstofverbruik en een hoog niveau van efficiëntie, die door het sublieme rijcomfort wordt verbeterd. De MaxiVision cabine is ontworpen in samenwerking met Giugiaro Design, een nieuwe standaard op het gebied van ergonomie en functionaliteit. Rijcomfort wordt gegarandeerd door de MaxCom armleuning met geïntegreerde touchscreen 12” iMonitor. Bovendien is het dashboard voorzien van het softgrip stuurwiel en multi functioneel InfoCenter. De ontwikkeling van de landbouw heeft behoefte aan continue innovatie. Beschikbare modellen: 6150.4 6160.4 6160 6180 6190 Agrotron TTV Visit and join us at: www.facebook.com/deutzfahrbenelux
DEUTZ-FAHR adviseert het gebruik van originele smeermiddelen en onderdelen. DEUTZ-FAHR LUBRICANTS
DEUTZ-FAHR is een merk van 6series.deutz-fahr.com
Landbouw-service /
43
> actueel
Werken met voldoende veiligheid Uiteenzetting tijdens de S.I.A.1988 door Otto Oestges, Station de Génie Rural, CRA, Gembloux Deze uiteenzetting over de veiligheid bij het gebruik van trekkers en landbouwmachines werd voorgesteld in 1988 tijdens een studiedag georganiseerd door het Sociaal- en Waarborgfonds voor land- en tuinbouwloonwerk, ter gelegenheid van de Internationale w e e k v an de landb ou w. Verschenen in Landbouw-Service (editie maart-april 1988), deze uiteenzetting blijft actueel, omdat de basisvoorzorgen steeds van toepassing blijven op gebied van veiligheid, en dus nog altijd de nodige aandacht vergen.
E
n er zijn redenen genoeg waarom, in het kader van de Internationale week van de landbouw, het Sociaal- en Waarborgfonds uw aandacht wil trekken op gebied van veiligheid. Het beroep van landbouwer of loonwerker is een risicoberoep omwille van het type werk dat uitgeoefend wordt en vooral de verscheidenheid machines die daarvoor gebruikt worden. De ongevallen met trekkers en machines zijn belangrijk door het aantal voorvallen, maar ook de erge gevolgen die ermee gepaard gaan. Tijdens de laatste jaren hebben de constructeurs veel moeite gedaan om hun machines uit te rusten met efficiëntere beschermingen, maar de beste verzekering tegen ongevallen blijft ongetwijfeld een betere bewustwording van de ondernomen risico’s. Talrijke ongevallen zouden kunnen vermeden worden als men niet steeds vlugger wou werken en als de basis veiligheidsregelen
44
/ Landbouw-service
nageleefd waren. Voordat er op een machine gewerkt wordt, moet men altijd de voorschriften van de constructeur naleven: • een machine in beweging mag nooit gereinigd, gesmeerd of afgesteld worden; • nooit een machine inschakelen zonder eerst zeker te zijn dat er geen werktuigen of mensen in de buurt zijn van bewegende delen; • nooit op een machine werken met brede kleren die zouden kunnen worden meegenomen door bewegende delen van de machine; • na elke onderhoudsbeurt, alle beschermingen terug op hun plaats zetten. Statistieken tonen aan dat de trekker verantwoordelijk is voor het grootste aantal ongevallen. Het is daarom dat we voldoende aandacht aan de trekker zullen geven binnen dit artikel. Wat de machines betreft, gaan we alleen een paar belangrijke punten herinneren die belangrijk zijn om ongevallen te vermijden.
Veiligheid bij het gebruik van een trekker Het omdraaien van een trekker is de voor-
naamste oorzaak van dodelijke ongevallen. De trekkers kunnen zowel achterover als zijdelings omdraaien, met dikwijls zware gevolgen. Het kan dus interessant zijn om zich af te vragen hoe dit probleem verholpen kan worden. Om ongevallen te vermijden kunnen talrijke maatregelen genomen worden, waaronder vijf maatregelen ons essentieël lijken te zijn: • niet te dicht rijden tegen grachten, waterlopen en dergelijke, die het evenwicht van de trekker kunnen verhinderen; • om hellingen af te dalen zal een kleinere snelheid gehanteerd worden om mee te genieten van het remmend effect van de motor; • langzaam draaien op zware hellingen; • de toegang tot de velden in het oog houden. Te grote niveauverschillen kunnen ernstige gevolgen hebben; • te zware lasten vermijden en, in elk geval, voorzien dat de aanhangwagen of getrokken voertuig over degelijke remmen beschikt. Men moet wel toegeven dat, ongeacht
>
>
WIJ HEBBEN EEN MONSTER GECREËERD
MF 7626 - 100 % VERMOGEN BESCHIKBAAR !
>
> actueel
>
de getroffen maatregelen op gebied van veiligheid, geen enkele bestuurder buiten gevaar is, omdat onvoorziene omstandigheden ook dikwijls een rol spelen en dat voorlichting deze niet volledig uit de baan kan vegen. Voor deze redenen blijkt dat de enige oplossing bestaat uit de bescherming van de bestuurder door een veiligheidsbeugel of een veiligheidscabine. Verschillende constructeurs hebben ook goedkopere oplossingen getest, zoals een omkeringmelder. Deze systemen werken op basis van een geluidsalarm die afgaat als de trekker onder een bepaalde hoek geraakt. Men kan zich wel afvragen of deze systemen niet gevaarlijker dan doeltreffend zijn, omdat ze geen rekening houden met de traagheidskracht van de trekker. Anders gezegd, eens de trekker over kop begint te gaan, kan hij niet meer tegen gehouden worden. Om lichamelijke letsels te voorkomen in dit geval blijven er dus twee oplossingen over: de veiligheidsbeugel of de veiligheidscabine. Deze uitrustingen zijn ondertussen gehomologeerd volgens een OCDE-code. De controles bestaan uit het toedienen van een hoeveelheid energie door middel van een pendelende massa van 2 ton (dynamische proef) of door een systeem met hefcilinders (statische proef). Na deze testen zal de structuur veilig verklaard worden als de drie volgende voorwaarden voldaan zijn: • de structuur moet een voldoende grote ontwijkzone aan de bestuurder bieden zodat hij niet gekneld geraakt; • de bevestigingselementen mogen geen barsten of spleten vertonen; • geen enkel deel van de structuur mag zich in de ontwijkzone bevinden. Zoals men ziet is de OCDE certificering zeer streng, maar biedt wel geen absolute zekerheid. Geen enkele structuur, ongeacht de sterkte ervan, zal een zeker aantal omwentelingen overleven, zoals het soms met een trekker kan gebeuren op een sterk hellend terrein. In 80% van de gevallen zal een veiligheidscabine verhinderen dat de trekker meer dan een kwart draai doet. Het nut van een cabine
46
/ Landbouw-service
is dus ontegensprekelijk, niet alleen op gebied van veiligheid, maar ook in termen van comfort, omdat de bestuurder minder snel vermoeid geraakt en het risico op ongevallen op deze manier ook lager is.
Comfort, een veiligheidsargument Op een landbouwtrekker kan comfort omschreven worden als een combinatie van factoren die het rijden met de trekker aangenaam en gemakkelijk maken, en dit in een omgeving die een minimum aan vermoeidheid geeft voor de bestuurder. De voornaamste eigenschappen om comfort te meten zijn: • het lawaainiveau ; • het systeem om trillingen te dempen; • de plaatsing van de bedieningshendels en de controlemeters; • de vrije ruimte en de toegang tot de bestuurderspost; • de zichtbaarheid onder verschillende hoeken; • de afstellingen voor het stuur; • de verluchting of klimaatregeling in de cabine. De gevolgen van lawaai op de mensen gaat verder dan alleen gehoorproblemen, en kunnen zich ook manifesteren door houdings-, concentratie en bloeddrukproblemen. Het is ondertussen aangetoond dat gehoorproblemen beschreven worden vanaf 85 dB(A). Boven de 90 dB (A), kunnen de gevolgen van gehoorproblemen dikwijls niet meer verholpen worden. Tijdens de OCDE testen is de intensiteit van het geluid gemeten ter hoogte van de oren van de gebruiker. De gemiddelde gemeten waarden zijn ongeveer 96 dB(A) voor trekkers zonder cabine of met een veiligheidsbeugel, 102 dB (A) voor trekkers met een veiligheidscabine die open is, zonder enige bescherming om lawaai te verhinderen, en vaak minder dan 80 dB(A) voor trekkers met een geïntegreerde cabine. Deze getallen tonen aan dat een geïntegreerde cabine een verlaging van ongeveer 16 dB(A) ten opzichte van een trekker met een veiligheidsbeugel, terwijl een veiligheidscabine die open staat, vaker slecht scoort wat het geluid aangaat.
Een ander essentieel comfort argument is de demping van de trillingen. Dit probleem werd opgelost door geveerde stoelen aan te bieden, terwijl er ondertussen ook al geveerde cabines bestaan. Alle constructeurs bieden ondertussen comfortabele zitruimtes, maar het systeem moet absoluut regelbaar zijn in functie van het gewicht van de bestuurder om een effectief veercomfort te kunnen bieden. De geveerde cabine wordt voor het ogenblik maar op één type trekker aangeboden. De gebruikte ophanging is van het type ‘hydrostable’ en omvat in grote lijnen een combinatie van veren en hydraulische dempers in plaats van de klassieke silent-blocs. De voor- en achterwiegen blijven solidair met de trekker. De toegang tot de cabine is een ander belangrijk punt dat de aandacht van de gebruiker verdient omdat er talrijke ongevallen zich voordoen bij het kruipen in de cabine of het verlaten hiervan. Zoals men ziet zijn de trekkercabines zeer vooruitstrevend en dragen grotendeels toe aan het comfort en de veiligheid van de bestuurder. Maar om een effectieve bescherming te kunnen bieden tegen lawaaihinder moeten ze volledig gesloten zijn, wat problemen kan veroorzaken omdat de bestuurder de machines niet meer hoort draaien. De constructeurs proberen een oplossing te bieden door electronische informatie- en controlesystemen op punt te stellen. In functie van hun ontwikkelingsgraad zijn deze uitrustingen in staat om essentiële functies van de trekker te bewaken en een min of meer groot aantal beheersinformatiepunten weer te geven. In een nabije toekomst zullen ingewikkelde systemen zich veralgemenen om, onder andere, gegevens afkomstig van de aangekoppelde werktuigen aan te tonen, op te slaan en te bewerken. Electronica wordt niet meer enkel toegepast om informatie te bekomen, maar wordt ook steeds meer gebruikt om taken te automatiseren (automatisch beheer van versnellingen, wielslipcontrole, en dergelijke). Veiligheid met de trekker draait niet alleen rond de cabine, maar geldt ook
>
25 maal flexibiliteit in het blauw. De Karat van LEMKEN Bij de ontwikkeling van de Karat hadden de LEMKEN ingenieurs één doelstelling voor ogen: het ontwikkelen van een cultivator die zich kan aanpassen aan elke gewenste grondbewerking. De intensief-cultivator Karat staat voor een flexibele grondbewerking. Het is moeiteloos mogelijk een andere beitelvorm aan de Karat te monteren. Met maar liefst 4 verschillende beitelvormen kan de Karat ingezet worden op werkdieptes van 5 tot 30 cm Omrusten van de beitelhouders kan met het innovatieve LEMKEN snelwisselsysteem, dit werkt supersnel en gaat zonder schroeven. Even briljant is de plaatsing van de maximaal
www.LEMKEN.com
25 tanden over de gehele werkbreedte. Dit staat garant voor het maximaal lostrekken van de bodem en een optimale mengintensiteit. De veelzijdigheid van de Karat wordt ook bevestigd door het aantal keuzemogelijkheden van modellen. De intensief cultivator is zowel leverbaar in gedragen als halfgedragen versies, in starre of opklapbare versies en in werkbreedten van 3 tot en met 7 meter. Dit noemt men LEMKEN kwaliteit. Of zoals we het ook wel durven noemen: flexibiliteit in het blauw. Ook wij weten: elke akker is anders. Test de Karat op uw akker – en wij geven u graag advies.
> actueel
>
voor alle andere delen zoals de aankoppelingen, de transmissie of de werking van aangekoppelde werktuigen.
Werktuigen aankoppelen in alle veiligheid Om het rendement te verhogen worden de werktuigen steeds breder. Daardoor zijn de machines ook steeds moeilijker aan te koppelen omdat ze zwaarder, maar ook gevaarlijker zijn. Bovendien hebben zware machines vlug gewichtsoverdracht problemen naar boven doen komen. De constructeurs hebben dit probleem deels opgelost door het zwaartepunt van de machines dichterbij de trekker te plaatsen. Daardoor is de vrije ruimte tussen trekker en machine kleiner geworden en zijn er meer risico’s om vast te komen zitten tussen trekker en machine. Om de risico’s te beperken tijdens het aanen afkoppelen van machines bestaan er verschillende systemen die de veiligheid verhogen. Vermelden we vooreerst de snelkoppelhaken die hun nut al lang bewezen hebben en die steeds verbeterd worden. Deze systemen gebruiken vanghaken die automatisch vergrendeld worden en dus de aankoppeling van werktuigen aanzienlijk vergemakkelijken. Deze uitrustingen zijn verder uitgebreid door de mogelijke afstelling van het derde punt vanuit de cabine van de trekker en het gebruik van automatische zijdelingse stabilisatoren. Er bestaan ook al enkele jaren volledig geautomatiseerde oplossingen die zowel de drie punt koppelingen als de aftakas tegelijk aankoppelen, en dit voor alle gedragen of getrokken machines. Deze oplossingen zijn zeer praktisch, maar hebben tot nu toe nog niet echt doorgebroken, omwille van hun hoge kostprijs. Vermelden we ook nog dat de nieuwere trekkers meestal uitgerust zijn met bedieningen op de spatborden voor de achterlift. Daardoor verloopt het aan- en afkoppelen van werktuigen een stukje gemakkelijker. Met bepaalde systemen zijn de bewegingen zelfs beperkt tot stappen van 100 mm, om ongevallen en risico’s op verkeerde bedieningen te beperken.
Afscherming van de aftakas Om de aftakasbewegingen over te bren-
48
/ Landbouw-service
gen naar de machine gebruikt men een cardaanas. Deze uitrusting is onmisbaar maar ook zeer gevaarlijk. Talrijke gebruikers houden daar nochtans weinig rekening mee. Standaard worden alle cardans uitgerust met afschermingen die soms problemen kunnen veroorzaken bij het smeren of bevestigen van de cardan. Het zijn nochtans geen geldige redenen om deze af te bouwen. We zien nog te vaak dat kapotte of versleten afschermingen niet vervangen worden. Deze wisselstukken zijn nochtans gemakkelijk te vinden, kosten bovendien niet zoveel geld, en zijn gemakkelijk te plaatsen. Naast deze raden, kan men nog een paar puntjes aanhalen die voor alle aftakas aangedreven machines gelden: • altijd een gepaste cardan gebruiken in functie van de machine. De lengte moet aangepast zijn, maar de sterkte wordt ook bemeten in functie van de over te brengen krachten; • opletten dat de cardan goed bevestigd is op de stomp van de trekker; • de aftakas nooit starten als de trekker aan een hoog motortoerental draait; • geen 1000 t/min regime gebruiken voor machines die ontworpen zijn om te draaien aan 540 t/min ; • regelmatig smeren. Dikwijls is de oorzaak van gebroken kruiskoppelingen terug te vinden in het feit dat er niet genoeg gesmeerd wordt en dat de twee delen niet kunnen in- of uitschuiven bij het nemen van een bocht.
Bijzondere regels bij het gebruik van bepaalde machines Ploegen • frontgewichten gebruiken om te voorkomen dat de vooras van de trekker van de grond komt; • voorzichtig blijven tijdens het draaien van de ploeg op de kopakker; • de uitbreekveiligheden regelmatig nakijken; • de machine nooit afstellen tijdens het werk;
Aftakas aangedreven grondbewerkingsmachines • frontgewichten gebruiken om de trekker gemakkelijk te kunnen sturen; • de geringe vrije ruimte tussen de trekker en de machine vergt bijkomende oplettenheid bij het aankoppelen van de werktuigen; • bij verstoppingen zal de machine eerst stilgelegd worden; • de trekker zal stilgezet worden voordat de machine bijgeregeld wordt. Frezen en rotoreggen zijn zeer gevaarlijke werktuigen.
Mestspreiders • zolang de mestspreider in beweging is mag niemand in de bak kruipen; • alle maatregelen treffen om de projectie van vreemde voorwerpen tegen te gaan; • de aftakas zal eerst uitgeschakeld worden voordat de snelheid van de losbodem geregeld wordt.
Spuitmachines • de gebruiksvoorwaarden en de voorgeschreven dosissen naleven bij het gebruiken van sproeistoffen; • veiligheidskledij en een masker dragen bij het spuiten van gevaarlijke producten; • de spuitmachine moet altijd perfect werken en zal bij voorkeur uitgerust zijn met een mengtrechter voor poeder en vloeibare producten, alsook een reinigingstank gevuld met proper water; • voor de machines uitgerust met spuitbomen die vertikaal dichtvouwen zal men opletten in de buurt van elektrische kabels.
Maaiers • de machines moeten met afschermdoeken uitgerust worden om wegvliegende voorwerpen tegen te houden; • slijtagegraad en bevestigingsysteem van de messen regelmatig nakijken (een loskomend mes kan een snelheid van meer dan 250 km/u halen).
Opraappersen • de opraper nooit met de handen of de voeten vrijmaken als de machine in
<
beweging is; • voordat er aan de binders of naalden gewerkt wordt zal men eerst het vliegwiel van de pers vastzetten; • als men een baaluitwerper gebruikt zal bij voorkeur niemand in de aanhangwagen aanwezig zijn; • om in de perskamer van een ronde balenpers te werken zal de achterdeur verplicht vergrendeld worden.
Zelfrijdende hakselaars • opletten om niet door de maïsbek meegenomen te worden. Om ongevallen te vermijden zal een hakselaar nooit manueel gevoed worden en zal de machine eerst stilgelegd worden voordat verstoppingen verholpen worden; • de deur van de rotor of van de blazer nooit openen als deze elementen in beweging zijn.
Maaidorsers • de versnellingsbak in neutrale stand plaatsen en de dorselementen uitscha-
Bietenrooiers
kelen voordat de motor gestart wordt; • nooit werken onder het maaibord zonder deze op voorhand te hebben vastgezet door middel van de veiligheidspennen; • de verstoppingen ter hoogte van het maaibord nooit proberen te verhelpen als de motor en de dorselementen niet uitgeschakeld zijn; • als de losvijzel vast komt te zitten zal deze met gepaste werktuigen vrijgemaakt worden; • het motorcompartiment moet regelmatig gereinigd worden, en in het bijzonder de uitlaat om brandrisico’s zoveel mogelijk te beperken; • als de machine op hellingen werkt zal de graantank regelmatiger moeten geledigd worden om de stabiliteit van het geheel te verhogen; • als het maaibord aangekoppeld blijft voor transport moeten de gevaarlijke delen beschermd worden op de volledige breedte; • behalve de bestuurder mag niemand op de machine aanwezig zijn.
Deze machines omvatten talrijke bewegende delen en werken dikwijls in moeilijke omstandigheden. • De verstoppingen niet met handen of voeten proberen los te krijgen; • Goed opletten bij het verlaten van het veld. De losgekomen grond kan een gevaar betekenen voor de andere weggebruikers.
Aanhangwagens • de achterlichten en de verkeersborden moeten steeds voldoende zichtbaar zijn. Als de werkzaamheden gedaan zijn (mestvoeren bijvoorbeeld), moeten deze steeds gekuist worden; • het remsysteem moet voldoende zekerheid bieden en aangepast zijn aan het totaalgewicht van de combinatie; • de rempedalen van de trekker moeten aan elkaar gekoppeld zijn voor verplaatsingen op straat; • volgassen en dergelijke moeten vastgezet worden tijdens verplaatsingen aan hogere snelheden.
Het kipt niet, het duwt niet... het vervoert!
S E N I H C A M en ileumprijz tegmeeenr injufobs op www.joskin.com
Bezoek ons in Snel, regelmatig en veilig lossen Geschikt voor elk type materiaal Beperkt leeggewicht
Stand 08-02 Tel: 04 377 35 45 – www.joskin.com
Landbouw-service /
49
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
DOSSIER Mechanisatie door Otto OESTGES
NIEUWIGHEDEN NOUVEAUTÉS New X Generatie bij Mc Cormick
M
c Cormick introduceert de nieuwe trekkers van de X7-reeks, met drie modellen met viercilinder motor en drie modellen met zescilinder motor. In beide gevallen gaat het om βeta Power motoren met Fuel Efficiency Tier 4 interim, Common Rail, en een vermogen van 143 tot 212 pk met Power Plus en 40km/u aan een gereduceerd motortoerental. De andere eigenschappen van het gamma zijn: de Pro Drive transmissie met 4 Powershift snelheden en 6 gamma’s met Autoshift van de 4 snelheden binnen de 6 gamma’s en automatisatie, Load sensing hydraulisch systeem
50
/ Landbouw-service
met een debiet van 123 l/min voor alle modellen, hefinrichting achteraan met electronische bediening en een hefcapaciteit tot 9.300 kg. De aftakas achteraan beschikt standaard over 4 snelheden en is electrohydraulisch bediend, terwijl de frontlift en frontaftakas met electronische bediening en een hefcapaciteit van 3.500 kg in optie aangeboden zijn. Het is de nieuwe cabine “Première Cab” die in het bijzonder het niveau van de nieuwe X7 reeks verhoogt. Dankzij de samenwerking tussen Argo Tractors en een beroemd designbureau is de nieuwe
cabine van de X7 reeks inderdaad bijna even comfortabel als personenwagens. De cabine telt vier stijlen, is zeer ruim en er is veel aandacht besteed aan de zichtbaarheid. De deuren werden helemaal vernieuwd en beschikken over versterkte scharnieren en een sluitingsysteem vergelijkbaar met deze van een personenwagen. Dit concept werd ook toegepast voor de bekleding van de cabine, zodat het comfort op een hoog niveau zit, terwijl er ook gebruik gemaakt wordt van LED verlichting voor een beter zicht. De uitrusting wordt vervolledigd door de ergonomisch geplaatste bediening, een telescopisch stuurwiel met geïntegreerd dashboard, een multifunctionele armgreep met onder andere programeerbare knoppen, de bediening van de ruitenwissers en verlichting aan het stuur, het automatisch terugkeren van de richtingaanwijzers, electrische en verwarmde spiegels in optie, alsook een nieuw gepatenteerd systeem voor het wegklappen van de bijrijderszit (“Hide Away”), die het op- en afstappen vergemakkelijkt.
>
Lemken: per muisklik naar een optimale ploegafstelling
E
en ideale ploegafstelling minimaliseert slijtage en bespaart tijd en brandstofkosten. Daarom rust Lemken haar wentelploegen al jarenlang uit met het afstelcentrum ‚Optiquick‘, dat met behulp van eenvoudige handgrepen voor de juiste ploegafstelling zorgt. Niet alleen de ploeg, maar ook de trekker kunnen optimaal afgesteld worden om economisch te ploegen. Voor alle wentelploegen presenteert Lemken nu een audiovisueel instructieprogramma, dat de zeven belangrijkste afstellingen van de trekker en de ploeg stapsgewijs uitlegt en een interactieve driedimensionale simulatie van ‚Optiquick‘ biedt. Goed ploegen begint al bij de wielen. De juiste spoorbreedte zorgt voor een evenwichtige gewichtsverdeling van de trekker. Het programma laat de effecten zien van verschillende spoorbreedtes en toont tevens de voordelen van een lage bandenspanning, die bij veldwerk voor een hoge tractie en geringe bodemverdichting zorgt. Ook het op de juiste manier ballasten van de vooras is bijzonder belangrijk. Dit beïnvloedt de tractie en waarborgt een veilige wendbaarheid van de com-
binatie. Daarnaast is het voor de ploegafstelling van essentieel belang dat de hefarmstabilisatoren zich in werkpositie vrij kunnen bewegen. Het is tevens van belang om een trekstang-as te kiezen die goed bij het trekkervermogen en de afstand tussen de hefarmbevestigingspunten past. Het instructieprogramma laat hierbij zien hoe de juiste lengte van de trekstang-as bepaald wordt. Pas wanneer de trekker goed voorbereid is, kan de ploeg optimaal afgesteld worden. Met het afstelcentrum ‘Optiquick’ kunnen bij alle wentelploegen van Lemken de eerste schaarbreedte en de trekker/ploeg-treklijn onafhankelijk van elkaar afgesteld worden. Hoe de eerste schaarbreedte bepaald wordt, hoe het optimale verloop van de treklijn eruitziet en welke factoren die loop beïnvloeden, komt in het theoretische deel van het instructiemodule uitgebreid aan bod. Vervolgens kan de gebruiker de opgedane kennis door middel van een aantal testvragen zelf controleren. In de ‘Optiquick’-simulatie kunt u, nadat u de werkbreedte en de trekker gekozen heeft, zelf uitproberen hoe een
verandering van de verschillende parameters de werking van de combinatie beïnvloedt. De spindels van de ploeg, waarmee de eerste schaarbreedte en de treklijn worden afgesteld kunnen met de muis bediend worden. Ook de werkbreedte kan tijdens het virtuele ploegen gewijzigd worden. Als op in- of uitgezoomd gedrukt wordt, is de hele combinatie op het beeldscherm te zien. Daarbij is er door de transparante weergave van de trekker altijd vrij zicht op de door lijnen weergegeven geometrie van de driepuntshefinrichting. Een beeld-in-beeld perspectief maakt daarnaast een gedetailleerde weergave van de driepuntshefinrichting mogelijk. Een groene weergave signaleert de juiste eerste schaarbreedte, terwijl pijlen de verandering in zijdelingse trek op de trekker symboliseren. De gebruiker kan de afbeelding op elk moment naar wens veranderen door kantelen, draaien, verplaatsen of zoomen. Het programma is via de volgende link te downloaden en op uw pc te installeren: http://books.lemken.com/agrotraining/optiquick.zip (engels of duits).
Landbouw-service /
51
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
De Horsch Joker RT grondbreker voortaan uitgerust met een nieuw transportonderstel
I
n de versies met een werkbreedte van 10 en 12 m zijn de Joker RT grondbrekers bedoeld om een intensieve grondmenging te bekomen en een zaaibed klaar te leggen aan hogere snelheden. Deze machine is voortaan uitgerust met eentransportwielstel. Op het land wordt het wielstel naar boven gebracht, terwijl het middenste deel van de rol naar beneden komt. Tijdens het werk blijft het wielstel boven en zijn er dus geen sporen op het land. Tijdens het draaien op de wendakker berust de Joker RT op de rol. Het nieuw ontworpen onderstel laat toe om de capaciteit van de Joker RT te verhogen, omdat de grond die omhoog geworpen wordt door de tweede rij terug beneden gevallen is voordat de rol alles verdicht, waardoor het dichtlopen van de dubbele rol sterk vermin-
derd wordt, terwijl de aandrukking beter is. Tijdens het werk werkt de trekdissel zwevend. De werkdiepte wordt alleen afgesteld door overgedimensioneerde
frontwielen. Deze draaien mee op de wendakker, verhogen de stabiliteit van het geheel bij hogere snelheden en laten een juiste afstelling van de Joker RT toe op de gewenste werkdiepte.
SeedDrive monosem: een hydraulisch beheer van de zaaidichtheid
D
e SeedDrive van Monosem is een systeem met hydraulisch beheer van de zaaidichtheid voor een precisiezaaimachine. Eén of meerdere hydromotren drijven de elementen aan. Dankzij de SeedDrive, kan de bestuurder de zaaidichtheid aanpassen vanuit de cabine in functie van de varieteit, de percelen of de
52
/ Landbouw-service
klant. De CS7000 terminal in de cabine beheert alle functies van het SeedDrive systeem. Het geheel is compatibel met de Isobus norm. De DPA met snelheidsmeting via radar (om slip te voorkomen) en de individuele electronische sensoren maken het mogelijk om de zaaidichtheid zeer nauwkeurig te controleren, en dus
zaad te besparen. Het SeedDrive systeem kan ook uitgebreid worden met verdere modules die nieuwe functies toelaten zoals een beheermodule die toelaat om elk rij afzonderlijk uit te schakelen met de automatische Tramline functie of elke rij manueel afzonderlijk uit te schakelen.
>
Bemesten op de kopakkers met de Rauch OptiPoint
T
ijdens de laatste jaren hebben de constr ucteurs grote stappen ondernomen op gebied van strooinauwkeurigheid en strooihoeveelheden bij het gebruik van schijvenstrooiers. Electronische bedieningsdozen met regulatie in functie van de snelheid, AutoFlow strooiers (EMC of weegstrooiers), alsook systemen voor het beheren van de kopakkers door middel van GPS zijn maar enkele voorbeelden. Alhoewel de nieuwste technologieën toegepast worden blijft er wel een groot probleem: wanneer moet men de doseerschuiven open en sluiten op de kopakkers? Het probleem is goed gekend. Als men, aan het einde van een werkgang, op de kopakker komt en de doseerschuiven te vlug sluit zal het gewas niet genoeg meststoffen krijgen, wat een kleinere opbrengst kan betekenen. Anderzijds, als de doseerschuiven te lang open blijven, zullen er te veel meststoffen toegediend worden.
Er besta a n wel beheer modu les voor het werken op de kopakker die gebruikt worden met behulp van GPS en het openen/sluiten van de doseerschuiven bedienen, maar deze geven geen nauwkeurige raadgev ingen omtrent de gezamenlijke punten van de kleppen in functie van de werkbreedte, de meststoffen, alsook de strooitabellen. De Duitse specialist van de schijvenstrooiers bestudeerde deze problematiek van het optimaal openen en sluiten van de doseerschuiven op de kopakkers. Het resultaat van deze ontwikkelingwerkzaamheden is de OptiPoint berekening die standaard toegepast wordt bij het automatisch activeren van de kopakker erkenning, dat beter gekend is onder de naam Rauch GPS-Control. OptiPoint berekent voor alle meststoffen, hun eigenschappen en voor elke werkbreedte, de optimale positie voor het openen en sluiten van de doseerkleppen op de kopakker. De doseerkleppen worden automa-
tisch bediend via GPS-Control en volgens de aanwijzingen van OptiPoint. Resultaat: strooifouten op de kopakker worden tot een minimum herleid. Daardoor worden de meststoffen optimaler dan ooit benut op de kopakkers, terwijl de kosten lager liggen. Achter deze OptiPoint uitvinding vindt men een ontwikkelingsamenwerking tussen Rauch en de universiteit van Hohenheim. In een eerste fase was OptiPoint alleen mogelijk in de testhallen door middel van tridimensionnele strooitabellen. Na 4,5 miljoen simulaties en het opstapelen van de strooitabellen in 3D met kopakkersimulatie kon de zeer complexe OptiPoint formule worden ontwikkeld. Daardoor is voortaan een eenvoudige en snelle afstelling mogelijk. De gebruiker moet juist de strooieigenschappen van de meststoffen op basis van de strooitabellen van Rauch ingeven in de computer. De OptiPoint resultaten worden op die manier geoptimaliseerd op de kopakkers.
Landbouw-service /
53
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
B elangrijke evoluties op de half-gedragen schudders van Kuhn
H
et gamma schudders van Kuhn wordt verder uitgebreid met 4 nieuwe machines met een werkbreedte tussen 7,80 m en 10,80m (GF 7802 T GII, GF 7902 T GII, GF 8702 T GII en GF 10802 T GII). Deze nieuwe halfgedragen modellen “GII” (voor generatie II) worden gekenmerkt door een transportonderstel met grotere spoorbreedte en grotere wielen, voor meer stabiliteit tij-
54
/ Landbouw-service
dens transportwerkzaamheden. Deze schudders zijn voorzien om aangekoppeld te worden aan compacte of middelmatige trekkers, ondanks de grote aangeboden werkbreedte. Anderzijds werd het transportonderstel dicht bij de rotors geplaatst, waardoor het geheel compact blijft voor transport, de percelen gemakkelijk toegankelijk blijven en er minder plaats nodig is voor stalling. Tijdens
het werk wordt het transportstel volledig geheven en rijdt deze dus niet over het gewas. De rotoren zijn uitgerust met lagers met dubbele lagering voor een langere levensduur van de componenten. Hun dichting werd verstevigd en ze vragen geen onderhoud omdat ze levenslang gesmeerd zijn.
>
Wikkelaar Kuhn RW 1600 C met Autoload beheer
V
oor het seizoen 2013 biedt Kuhn een nieuwe wikkelaar aan, RW 1600 C met draaitafel die standaard uitgerust is met een laadarm voor ronde balen met een breedte van 120 cm en een diameter tussen 100 en 150 cm. Dankzij een verlaagd onderstel, een wikkeltafel met geringe hoogte en grote wielen die achteraan geplaatst zijn is het niet meer nodig om een actieve onderdrukking van de baalafleg te voorzien. Dit concept laat toe om het aantal stappen te verlagen en de baal te kunnen afleggen zonder daarvoor stil te staan. Daardoor
stijgt het werkrendement aanzienlijk. De RW 1600 C wikkelaar laat bovendien toe om zeer zware balen (tot 1.200 kg) te laden, omdat er permanent gewicht overgedragen wordt op de trekker. Daardoor wordt het slippen van de wielen beperkt, terwijl het werken op hellende percelen gemakkelijker verloopt. De electronica werd volledig herdacht, zodat er verbeteringen mogelijk waren op gebied van functionaliteit, ergonomie, veiligheid en rendement. Het bedieningspaneel is overzichtelijk en is vergelijkbaar met deze van de Kuhn
persen. Het gaat om een volledig geautomatiseerd informatica systeem, dat gemakkelijk te bedienen is door middel van een joystick, met Play/Pause functie (Activatie/Stoppen). De werkzaamheden kunnen op elk ogenblik gestopt of opnieuw gestart worden. Het volledig beheren van het process laat toe om gebruikersvergissingen te vermijden, waardoor schade aan de wikkelaar zoveel mogelijk beperkt wordt. Dankzij het nieuw Autoload systeem kan de gebruiker zich volledig concentreren op het besturen van de machine omdat het wikkelprocess automatisch start eens de baal gedetecteerd werd ter hoogte van de laadarm. Het is andersom mogelijk om een tweede baal op te tillen en te vervoeren terwijl de wikkelwerkzaamheden plaats vinden. De RW 1600 C modellen zijn standaard uitgerust met een nieuw systeem bij het breken van de plastiek of het einde van een rol. De nieuwe radiogestuurde afstandsbediening heeft een groter bereik en wordt in optie aangeboden. Een baalaflegger of een radiogestuurde afstandsbediening die toelaten om op een vaste locatie te wikkelen worden in optie aangeboden en verhogen nog de veelzijdigheid van de RW 1600 C.
Opvang van kaf achter de maaidorser
O
m kaf te kunnen opvangen tijdens het maaidorsen biedt de firma Thierart uit Le-Châtelet-surR e t o u r n e ( F r a n k r i j k) momenteel twee uitrustingen: een opvangbak die achteraan de maaidorser bevestigd wordt en een dubbele turbine die het kaf direct op het strozwad aflegt. Met de eerste uitrusting wordt het kaf opgevangen bij het verlaten van de maai-
dorser door middel van twee verticale vijzels en opgevangen in een kipbak. Het kaf kan achteraf dan gebruikt worden voor diverse toepassingen, zoals voor dierenvoeders, voor het strooien van boxen, voor de verwarming of voor de vergisting. De tweede uitrusting, die het kaf op het stro aflegt, biedt als voordeel een toename van volume voor het stro.
Landbouw-service /
55
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
Nieuwe uitrustingen voor de Axial-Flow maaidorsers van Case IH
C
ase IH bracht een paar verbeteringen aan de Axial-Flow maaidorsers voor het seizoen 2013. De voornaamste verbeteringen hebben betrekking tot de cabine en de losvijzel. De cabine is vanaf nu beschikbaar in “Comfort” en “Luxury” uitvoeringen. De multihendel bediening werd hertekend en
de belangrijkste bedieningen vallen gemakkelijk in de hand. Het telescopisch stuur en de standaard pneumatische ophanging van de zetel (semiactieve ophanging in optie) werden ook verder verbeterd. Vermelden we ook nog dat de gebruikers een verbinding kunnen verkrijgen met iPad of iPod.
Om de opbrengst in de gaten te houden of de machine te geleiden, doen de nieuwe Axial Flow modellen beroep op de AFS Pro 700, die ook gemakkelijk in de cabine van een trekker gebouwd kan worden. De verschillende losvijzels kunnen worden uitgerust met de ‘exclusive’ optie, die toelaat om de graantank te ledigen ongeacht van de positie van de losvijzel. De nieuwe strohakselaar en kafspreider kunnen voortaan afgesteld worden vanuit de bestuurderspost.
Nieuwe aluminium kipper Rolland ROLLALU
D
it product is ont wor pen en gebouwd in samenwerking tussen Benalu, de specialist van de aluminium opliggers voor het vervoeren van bulkproducten en Rolland, leader op gebied van landbouwwagens. Deze Rollalu 8844 beschikt over een aluminium kipbak die volledig ontworpen en gebouwd werd door Benalu, met een lengte van 8,80 m, voor een breedte van 2,30 m en een hoogte van 1,72 m. De armen voor de achterdeur zijn ontwor-
56
/ Landbouw-service
pen door Rolland en beschikken over hefcilinders met dubbele geregelde kleppen. De achterdeur is ook vervaardigd uit aluminium en is uitgerust met
een graanluik. Het aluminium onderstel met brede profielen werd speciaal ontworpen door Benalu voor landbouwtoepassingen. De tridem, alsook de hydraulisch geveerde dissel en een draaibaar trekoog zijn gebouwd door Rolland en genieten van dezelfde technologie dan op de Rollspeed kipwagens. Twee kijkluiken vooraan laten toe om de werkzaamheden te volgen. De kipcilinder is vooraan aangebracht en is aangedreven door een hydraulische compressor.
>
ACTUALITEIT
Innoverende machines bekroond tijdens de Sima 2013 De genomineerde machines voor de SIMA 2013 onderstreepten de laatste evoluties op gebied van landbouwmachine s. Deze nieuwe ontwikkelingen, waarvan verschillende machines geselecteerd werden voor de Mecanic’Show tijdens de landbouwbeurs van Libramont, geven ontegensprekelijk weer wat er in de toekomst gaat gebeuren, namelijk een evolutie naar krachtigere machines, met een groter gebruikersgemak en een verhoogd veiligheid niveau.
“Multifuel” trekkers De nieuwe motor ontworpen door John Deere kreeg een gouden medaille en draait op verschillende minerale of plantaardige brandstoffen, op zuivere basis of gemengd in een tank. Toegangsensoren meten de viscositeit, de densiteit en de temperatuur van de brandstof of van de mengeling aanwezig in de tank. Het controle unit van de motor beslist welke parameters ingevuld moeten worden om te kunnen beantwoorden aan de emissienormen Stage IV, terwijl sensoren achteraan (NOX) een controle uitvoeren om te zien of de parameters degelijk relevant zijn. De firma John Deere kreeg ook een Zilveren medaille voor het systeem “Remote Display Acces”. Deze laat de gebruiker toe om, op elk ogenblik, een rechtstreekse hulp te krijgen van een derde om de trekker en de aangekoppelde Isobus werktuigen beter af te stellen en te gebruiken.
Geautomatiseerde meststoffentoediening op de kopakkers en afstandsbediening van de anti-drift doppen De firma Amazone kreeg dit jaar twee onderscheidingen voor het toedienen van meststoffen en het spuiten. Geautomatiseerde meststoffentoediening op de kopakkers. De Amazone TS toepassing gebouwd op de ZA-TS meststoffenstrooiers laat toe om, tijdens het werk, de gepaste schoepen te kiezen voor het strooien in open veld of op de kopakkers. Dankzij het systeem kunnen de schoepen geselecteerd worden terwijl de machine draait. Het geheel wordt beheerd door de “HeadLandControl” applicatie, die het strooibeeld automatisch aanpast op de kopakkers en de geprogrameerde dosis optimaal aanwendt, ook bij het werken op golvingen.
>
Amazone Amaselect Pro
Landbouw-service /
57
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
Claas Cemos Automatic
>
Afstandsbediening van de anti-drift doppen. De “Amaselect Pro” bediening van Amazone beheert individueel, en vanuit de cabine, de gekozen doppen via een bus Can verbinding. Deze toepassing, die voorbehouden blijft voor doppenhouders met meerdere doppen, zal het risico op drift verlagen op de uiteinden van een perceel. De afstandsbediening verhoogt de productiviteit en verlaagt de risico’s voor de gebruiker omdat hij zijn cabine niet meer moet verlaten.
Automatische afstellingen van maaidorsers en universele terminal Isobus De “Cemos Automatic”, aangeboden op de Claas Lexion automatiseert continu de afstellingen van de maaidorser. De signalen afkomstig van de sensoren, en in het bijzonder de hoeveelheid proper graan, voeden de besturingsalgorithmen om de zeven te bedienen, alsook de draaisnelheid van de ventilator en de afscheidingselementen. De universele Isobus “UT App” terminal kan voortaan worden vervangen door een universeel scherm van het type tablet (i-Pad of Androïd). Deze tablet wordt dan de enige terminal met talrijke toepassingen: weer, e-mail, data’s overdracht, traceerbaarheid en opbrengstkaarten. Een derde innovatie van Claas kreeg een Zilveren medaille. Het gaat om het koelsysteem “Dynamic Cooling” voor de maaidorsers. Deze is voorzien van een blazer met variabel toerental die plat op het dak van de machine bevestigd is, achter de graantank en de motor. Lucht wordt bovenaan aangezogen, gaat vervolgens door de radiator, voordat het door het motorcompartiment gaat en terug uit de machine komt langs de lange zijdelingse grillen.
Grootpakkenpersen met verhoogde veiligheid De nieuwe grootpakkenpersen van New Holland gebruiken beschermkappen die zonder hulpstukken te openen zijn (Zil-
58
/ Landbouw-service
veren medaille). Ze worden gekenmerkt door een proëminente frontkap die alleen geopend kan worden als de rem van het aandrijfwiel ingeschakeld is. De transmissie componenten kunnen dan niet meer bewegen, waardoor de gebruiker in alle veiligheid kan werken op de machine.
Afstellingen van een schijvenstrooier via Internet De “Auto Set App” van Kverneland laat de gebruiker toe een verbinding te maken vanuit zijn ISO Match Tellus terminal om toegang te krijgen tot de database van de constructeur, die beschikbaar is op internet. Door de eigenschappen van de meststoffen, of de naam ervan, in te geven, zal de gebruiker toegang krijgen tot de juiste afstellingen van zijn schijvenstrooier.
Automatische afstellingen voor een schijvenstrooier Met het “Ready To Spread” systeem, zal de gebruiker de online gegevenswebsite van Sulky Fertitest raadplegen om de optimale afstelparameters te bekomen voor zijn schijvenstrooier.
Debietsregelingsklep voor spuitmachines De regelingsklep “Dynamic Fluid 4” van Hardi-Evrard werkt op een groot debietbereik door middel van een optimaal afstelling-algorithme. De besturing berust op talrijke parameters, zoals de draaisnelheid van de pomp, de positie van
de regelingsklep, de druk, de werksnelheid en de gespoten hoeveelheid.
Directe inspuiting voor meerdere producten De directe inspuiting voorziening “Clean Sprayer” van Berthoud heeft tot doel de dosissen voor verschillende producten aan te passen en te beheren. Het systeem omvat een mengtrechter achter de spuittank en voor de spuitpomp. Dit systeem maakt gebruik van drie doseerpompen die aangepast zijn aan de verschillende viscositeiten. De “Clean Sprayer” werd ontworpen om zich aan te passen aan een spuitmachine met een klassieke regeling; deze laatste zal zoals voordien kunnen gebruikt worden zonder injectiesysteem.
Individuele bediening van doppenhouders Het systeem “Section-Control Top” van Müller-Elektronic maakt het mogelijk om alle doppenhouders van een spuitmachine individueel te bedienen. Deze functionaliteit, die volledig geïntegreerd is in de regulatie, wordt aangeboden in elektrische en pneumatische uitvoeringen.
Gewichtsoverdracht Dangreville automatiseert het beheer van de gewichtsoverdracht op de mestspreiders om de trekkracht van de trekker optimaal te houden tijdens het lossen van de wagen. Deze uitrusting, genoemd “Auto Report Load System”, wordt bediend vanuit de electronische unit “Easy control”.
>
Inhuldiging van de nieuwe Fliegl fabriek in Mühldorf (Beieren)
Op uitnodiging van de bvba Ludo Pauwels hebben de landbouwjournalisten recent de inhuldiging van de nieuwe fabriek van de groep Fliegl in Mühldorf kunnen meemaken en hebben ze ook de ontwikkeling van het bedrijf kunnen apprecieren, alsook een zeer breed gamma machines en werktuigen die gereputeerd zijn voor hun originaliteit en hun betrouwbaarheid. Eerste Europese constructeur van landbouwwagens Fliegl is vooral gekend van de aanhangwagens en werd opgericht in 1975 door Josef Fliegl Senior. Bij het begin was alles kleinschalig, maar vrij vlug evolueerde het bedrijf zich tot een internationale groep die voor ‘t ogenblik op de eerste plaats in Europa is wat betreft het bouwen van landbouwwagens, drijfmesttanken, allerlei werktuigen, enz. De groep Fliegl biedt werk aan meer dan 900 mensen en is tegenwoordig overal aanwezig in Europa. Maar daar stopt het niet. De groep is voortaan ook onder meer actief in Afrika en in Zuid-Amerika. Het gamma omvat landbouwmachines (aanhangwagens, drijfmesttanken, allerlei werktuigen), maar ook bosbouwmachines en lichte vracht voertuigen. Onlangs breidde Fliegl nog het gamma uit met doseerinrichtingen voor biogasinstallaties. De fabriek van Mühldorf werd ingehuldigd begin juni 2013 en is de grootste
investering ooit bij Fliegl meegemaakt. Meer dan drie jaar werk waren nodig om de fabriek te bouwen, en daarvoor moest ongeveer 1,5 miljoen m³ grond verplaatst worden. De site is 30 ha groot, waarvan 85.000 m² overdekte ruimte die plaats biedt voor vier productielijnen voor kippers, drijfmesttanken, afschuifwagens en biogasinstallaties. Niet minder dan 280 mensen worden er te werk gesteld. De verfinstallatie werd ontworpen om componenten te kunnen behandelen die een maximale lengte van 10 meter hebben, voor een breedte en een hoogte van 3 meter. De stockage van wisselstukken verloopt volledig automatisch en telt 14.000 aparte ruimtes. Een tweede stockageruimte van 900 m² werd ingericht voor kleinere stukken. Vermelden we ook nog dat de stock banden niet minder dan 12.000 referenties van alle afmetingen telt.
Overzicht van de nieuwigheden Het bezoek in Mühldorf was ook de gelegenheid om een voorstelling te krijgen van een breed gamma machines van de constructeur. We beschrijven hierna in het kort enkele van de recentste ontwikkelingen. Met de nieuwe alu opligger in afschuifwagen uitvoering, biedt Fliegl nieuwe mogelijkheden door het ratio leeggewicht - nuttig laadvermogen te herbekijken, zoals de efficiëntie van transport trouwens. Als men twee Fliegl opliggers met een laadvolume van 60 m³ vergelijkt, merken we dat de stalenversie een leeggewicht van 9.900 kg heeft, voor maar 7.900 kg voor de alu versie. Het afschuifconcept ontworpen door Fliegl werd bekroond door een “zeer goed” vermelding van de DLG in 2006. Tijdens hetzelfde jaar werd de combinatie van een afschuifwagen en een mestspreider met mechanische en hydrauLandbouw-service /
59
>
>
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
lische regeling geselecteerd tijdens de Mecanic’Show van de landbouwbeurs van Libramont. De voornaamste troeven van het systeem zijn een betere stabiliteit en het gemakkelijker lossen, zelfs in kleine gebouwen. In het kader van een testproject heeft Fliegl Agrartechnik, in samenwerking met een ander bedrijf, een trekker ontwikkeld en gebouwd die snel vervoer mogelijk maakt, maar ook gemakkelijk in het veld rijdt. Het geheel bestaat uit een Mercedes-Benz Actros 1846 AK trekker met integrale transmissie en een vermogen van 456 pk en een tankwagen van 30.000 liter die aangepast is voor het vervoeren en openspreiden van drijfmest. De twee voertuigen zijn uitgerust met extra brede Terra banden van het type Michelin CargoXBib, die zich onderscheiden op straat door weinig lawaai en in het veld dankzij hun uitmuntende wegligging. De trekker kan uiteraard ook gebruikt worden in combinatie met andere opliggers voor andere werkzaamheden. Fliegl rustte ook een afschuifwagen uit met een elektrische asaandrijving van
Polypro
De groep Fliegl in een notendop
1975 1991 1993 1995 1997 1999 2009 2013
Oprichting van Fliegl Maschinenbau in Kastl Oprichting van de afdeling opliggers van Fliegl, in Triptis (Thuringen) Opening van Fliegl Kbt in Abda (Hongarije) Voorstelling van de drijfmestverdeler met vijzel Verhuis van de productie van Kastl naar Töging Voorstelling van de afschuifwagen op Agritechnica Opening van de Agri-Center Fliegl in Kastl Inhuldiging van de faciliteiten van Mühldorf
het type “PowerDriveElect”. De motor wordt gevoed door middel van een stekker op de trekker, met een wisselstroom van 480V. Als de verbindingskabel bevestigd is communiceert de trekker zijn effectieve snelheid aan een bedieningsbox en de wagen past dan de draaisnelheid van de elektrisch aangedreven as aan. De wagen en de trekker worden op deze manier perfect gesynchroniseerd. Volgens de ontwerpers is de elektrische aandrijving veelzijdig, doeltreffend en efficiënt en kan zeker beschouwd worden als een oplossing voor de toekomst. Een andere innovatie op de Fliegl wagens is het weegsysteem ISOBUS dat rechtstreeks werkt met de computer van de trekker om het dagelijks vervoerd gewicht te tellen, de gegevens uit te wisselen met een
PC en opbrengstkaarten te maken als het geheel verbonden is met een GPS systeem. Om de aardappelrooiers optimaal te laten werken en het dagelijks rendement te verhogen ontwikkelde Fliegl een overlaadband “Pom-Over” die de link verzorgt tussen het veld en de baan. De rooier lost de aardappelen in de afschuifwagen en als deze vol is wordt de oogst overgeladen op vrachtwagens, door middel van de Pom-Over overlaadband. De oogsttrein werkt efficiënter omdat de rooier niet meer moet stoppen om te lossen en dus continu blijft rooien. Om de mengtrechters van biogasinstallaties te voeden biedt de firma de zelfrijdende PolyPro 22 aan. Dit uitzonderlijk voertuig bestaat uit een container met een capaciteit van 22 m³, een uitkuilfrees vooraan en de gepatenteerde duwtechniek van Fliegl. Deze machine kan, in één werkgang, ongeveer 20 m³ silage naar de mengtrechter brengen. Het geheel wordt aangedreven door een 6-cilinder motor van 175 pk en de cabine kan verhoogd worden en draait 360° rond om een maximaal comfort te bieden. ***
Remorque Fliegl Alu
60
/ Landbouw-service
Zowel het fabrieksbezoek als de voorstelling van machines hebben een overzicht van de verscheidenheid en de kwaliteit van de Fliegl productie. De deelnemers aan de inhuldiging van de nieuwe fabriek van Mühldorf hadden allen het gevoel dat de dag bijzonder leerrijk geweest was.
>
Pöttinger: 50 jaar opraapwagens
H
et merk Pöttinger zag het licht in 1981 en is van bij het begin een specialist van de voederwinning geweest, met a l s vla g gen sch ip de opraapwagen, die geproduceerd wordt sinds 1963. Deze opraapwagens worden al 50 jaar lang continu verbeterd, waardoor de Oostenrijkse constructeur tegenwoordig onbetwist wereldleider is in dit domein. Talrijke Pöttinger innovaties kregen onderscheidingen tijdens internationale tentoonstellingen. Bij de recentste ontwikkelingen kunnen we, onder andere, volgende ontwikkelingen vermelden: het zijdelings openschuiven van het snijsysteem “Easy move” om onderhoudswerkzaamheden te vergemakkelijken en het “Autocut” automatisch slijpsysteem voor de messen. Het zeer brede gamma omvat tegenwoordig niet minder dan 56 verschillende modellen, gaande van de opraapwagen voor hooi met een capaciteit van 17 m³ tot de opraapwagen met een hoge capaciteit van 100 m³. Deze laatste is ongetwijfeld een economisch en doeltreffend alternatief
voor de zelfrijdende hakselaar. Vermelden we ook nog dat de firma Pöttinger een sterker speler geworden is op gebied van grondbewerking, onder andere na de overname van de Duitse constructeur Landsberg in 1975, alsook op gebied van zaaimachines, na de overname van de productiefaciliteiten van de Rabe zaaimachines in Bernburg, in 2001. Tegenwoordig telt Pöttinger 1370 medewerkers en haalde in 2011/2012 een record-
omzet van 282 miljoen euro, wat neerkomt op een vooruitgang van 19% ten opzichte van het jaar voordien. Zowat 66% van de omzet wordt behaald met hooibouwmachines, terwijl de grondbewerkingsmachines 23% van de omzet vertegenwoordigen. Sinds november 2012 wordt de Oostenrijkse constructeur in België vertegenwoordigd door het filiaal “Pöttinger Belgium” die beheerd wordt door Dominique Emond en Danny de Boeck.
Koninglijke Reesink N.V. doet majeure overname en voegt sterke merken toe • De voorgenomen overname betreft de activiteiten van Pon Material Handling Europe (PMH-E). • PMH-E is met sterke merken voor intern transport, schoonmaakmachines en hydraulische componenten en systemen actief in aanpalende markten. • Over 2012 realiseerde PMH-E een omzet van ruim € 218 miljoen.
• Door de overname wordt Reesink in een keer een grote Europese speler op het gebied van equipment en material handling. • Vergrote internationale footprint Reesink. • Synergievoordelen met bestaande activiteiten. • Bijdrage aan de winst per aandeel. • De overname wordt mede gefinan-
cierd door een emissie van € 16,0 miljoen (gegarandeerd door Project Holland Fonds), door een onderhandse plaatsing van certificaten van gewone aandelen Reesink bij Pon (€ 9,6 miljoen) en een door Pon verstrekte achtergestelde converteerbare lening.
Landbouw-service /
61
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
Trelleborg en AGCO vernieuwen hun lange termijn overeenkomst
T
relleborg, wereldwijde ontwikkelaar en leverancier van banden en complete wielen voor de agrarische industrie en AGCO hebben hun lange termijn overeenkomst vernieuwd. Hiermee verbinden beide organisaties er zich toe samen verder te werken aan de ontwikkeling en innovatie van landbouwbanden. “Na de erkenning van Trelleborg als de beste EAME (Europa, Afrika en het Midden-Oosten) leverancier in september 2012, is deze nieuwe overeenkomst met AGCO een belangrijke bevestiging van
onze sterke zakelijke relatie. Het biedt een stevige basis aan voor de verwezenlijking van onze ambitieuze toekomst en wederzijdse doelstellingen,” zegt Stefano Bettinelli, OE directeur van de Trelleborg land- en bosbouw banden divisie. In juni 2011, heeft Trelleborg geïnvesteerd in een nieuwe fabriek in China. Kort nadat Trelleborg was goedgekeurd door de AGCO Corporation als een belangrijke bandenleverancier voor de de tractoren die geproduceerd worden in haar fabriek in Changhzou.
Vanaf 2000, is de samenwerking door de jaren heen geconsolideerd tussen Trelleborg en AGCO. Dit is mogelijk geweest dankzij succesvolle gemeenschappelijke projecten en initiatieven van de twee bedrijven en de progressieve bevestiging van beide merken in de markt. Bertrand Blampey, Global Commodity Manager, Assen & Banden bij AGCO, verklaarde: “deze nieuwe overeenkomst past perfect bij de AGCO strategie, die gericht is op kwaliteit, duurzaamheid, innovatie en klanttevredenheid.”
Kverneland Group verdeelt de hooibouwmachines van Deutz-Fahr
S
inds begin dit jaar is Kverneland Group Benelux verantwoordelijk voor het vermarkten van de Deutz-Fahr hooibouwmachines, die in de Deense fabrieken van de Groep gebouwd worden.
62
/ Landbouw-service
Het hooibouwgamma van Deutz-Fahr omvat: • maaiers en schijven maaiers met kneuzers met een werkbreedte van 1,70 tot 9,50 meter; • schudders en harken met een werkbreedte tot 15,00 meter; • opraapwagens met invoerkammen of invoerrotor.
De komende maanden zullen deze machines voorgesteld worden tijdens verschillende demonstraties (op 9 juli bij Pauwels in Artrijke en op 11 juli bij KM Services in Zwevegem) alsook tijdens de Landbouwbeurs van Libramont en tijdens Agribex.
>
De Deense machines SPEARHEAD worden voortaan door de firma Gilles verdeeld voor Wallonië
D
e machines voor tuin en park van het merk Spearhead waren al in Vlaanderen vertegenwoordigd door de firma Steeno en zijn voortaan ook in Wallonië verdeeld door de firma Gilles in Clermont. Spearhead is een Deens merk dat deel uitmaakt van de Alamo Groep, wel gekend in het onderhoud van groene zones, en meer specifiek voor de armmaaiers, de verbrijzelaars en de mulching toepassingen. In ons land zijn vooral de verbrijzelaars en armmaaiers relevant. De HC-130 verbrijzelaar is vooral bestemd voor het scheren van hagen en het verbrijzelen van de takken in één werkgang. Dit werktuig beschikt over drie rotoren die elk door een afzonderlijke hydromotor aangedreven zijn en kan takken tot een diameter van 40 mm versnipperen. Het concept van de machine werd bekroond door een Gouden medaille tijdens de beurs Demopark in Eisenach (Duitsland). Dit werktuig is leverbaar voor alle maaiarmen van Spearhead en kan ook beves-
tigd worden op andere merken. De Twiga SPV is een maaiarm die gebouwd is op een zelfrijder en die vooral bestemd is voor de ondernemers actief in de groensector. In functie van het model zijn drie maaiarmen beschikbaar, die een bereik tot 17 meter kunnen hebben. De Twiga SPV is hydraulisch aangedreven door middel van twee bereiken, tot 12 km/u in werkbereik en tot 40 km/u
in transportbereik. Drie stuurmogelijkheden zijn aangeboden: stuurwielen vooraan, vierwielbesturing of hondengang. Door het merk Spearhead toe te voegen, bevestigd de firma Gilles haar activiteiten als invoerder. Naast het bouwen van bietenrooiers is Gilles ondertussen verdeler van de merken Holmer, Gilibert en Agronomic.
fendt.com
Matexpo 2013 EXHIBITOR AT
4 → 8 SEPTEMBER | KORTRIJK XPO WWW.MATEXPO.COM
Registreer uzelf via de link op onze website en ontvang uw gratis toegangskaart voor Matexpo 2013! http://fendt.vanderhaeghe.be
Fendt. Wij bieden oplossingen. Veelzijdigheid. High-Tech. Service. Fendt biedt U samen met bekende machinefabrikanten uit de bouwmachine-sector totaaloplossingen voor uw toepassingen en noden. De volledig traploos aangedreven Fendt Vario tractoren bewijzen dagelijks hun flexibiliteit in het veld en op de werf. Met een bodemstabiliseringsfrees aan slechts 0,02 km/u bij volle krachtoverdracht, of in transport aan maximale snelheid bijvoorbeeld, bieden ze unieke voordelen en een uitstekend bediencomfort. Kom testrijden op onze Fendt demo-piste op Matexpo 2013 of op de Werktuigendagen 2013 en overtuig uzelf of ga vandaag nog langs bij uw plaatselijke Fendt-verdeler. Informeer ook naar onze nieuwe financieringsmogelijkheden aan 0% via Agco Finance.
Ontdek zo zelf alle unieke voordelen van de verschillende Fendt-modellen tijdens een begeleide testrit op de demo-piste. Maak kennis met het Fendt-gamma en bespreek uw specifieke toepassingen met de Fendt-productspecialisten op onze stand! Wij heten u alvast van harte welkom!
Boomsesteenweg 174, 2610 WILRIJK (Antwerpen) Tel.: 03/821.08.30 • Fax: 03/821.08.86
[email protected] • http://fendt.vanderhaeghe.be
Landbouw-service /
63
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
De Joskin Groep investeert in de toekomst
D
e Joskin Groep is begonnen met een belangrijk programma van investeringen dat tot doel heeft om al zijn vestigingen aan te passen aan zijn ontwikkelingsdoelen en aan de marktverwachtingen. Een eerste realisatie, die juist afgerond was, betrof een Franse eenheid van Joskin Bourges. Deze eenheid, gespecialiseerd in de montage van monocoque aanhangwagens, heeft een belangrijke interne logistische reorganisatie ondergegaan die geleid heeft tot een beter beheer van de stromen en een nauwkeurigere opvolging van de productie: • installatie en inrichting van een magazijn om de fabriek te bevoorraden; • uitwerking van de originele methode van de eigen wagentjes om de werkplaatsen/ montagelijn te bevoorraden; • implementatie van de digitale follow-up door “pixel-codes”. Gelijktijdig was een uitbreiding van 3.650 m² opgebouwd in Soumagne, de historische vestiging van de Joskin Groep, naast de afdeling van algemene mechanica en lasrobots. Deze uitbreiding zal binnenkort de volgende afdelingen herbergen: • een uitbreiding van de werkplaats voor lasrobots; • een grote zone voor het snijden van de buizen en profielen waarin de bestaande zagen geïnstalleerd zullen worden en waarin twee lasers voor het snijden van buizen van kleine tot grote diameter (tot 400 mm) toegevoegd zullen worden; • een opslagmagazijn voor buizen en profielen: dit magazijn van 8.600 m³, gelegen in een toren van 16 m hoog op een oppervlakte van 680 m², zal volledig geautomatiseerd zijn, vanaf de intrede van de profielen in het magazijn tot hun vertrek naar
Geautomatiseerd opslagmagazijn voor buizen en profielen
de werkplaats voor het snijden; het zal 400 opslagruimtes bevatten en 2.400 t van staal kunnen herbergen; • een scholingswerkplaats om leerlingen geïnteresseerd door de technische ambachten van de landbouwmechanisatie te vormen onder de leiding van het gespecialiseerde lerarenkorps afkomstig uit regionale landbouwscholen; deze werkplaats zal later vervolledigd worden met een compleet opleidingscentrum met klaslokaal, kleedkamers, enz. Deze hele investeringsfase is gebudgetteerd op een bedrag van € 4 miljoen en zal in de loop van de herfst 2013 operationeel zijn.
Nieuw logo Deutz-Fahr
D
eutz-Fahr heeft de vooruitgang van de landbouwtechnologie met innovatieve projecten gekenmerkt. Met deze oriëntatie en het streven om haar positioneringstrategie te vervolgen heeft het Duitse merk haar logo gerestyled. Behoud van de waarden en kenmerken van haar eigen geschiedenis, Deutz-Fahr interpreteert deze in een symbool dat staat voor dynamiek en mechanische kracht die het beste vertegenwoordigd zijn in sterkte, slagvaardigheid en ambitieuze persoonlijkheid. Het symbool is ontstaan uit een jarenlange samenwerking met Giugiaro design waarin, uitgaande van de stilistische stijlen van onze nieuwe producten, het gebruik van een onderscheidende vorm die een gevoel van innovatie, technologie en design representeert en de waarden van het Duitse merk uitstraalt. De lancering van het logo is ook een kans om de nieuwe Deutz-Fahr merchandising aan te bieden door het creëren van een geheel nieuwe collectie met verschillende lijnen die speciaal voor specifieke doelgroepen vernieuwd is. U kunt een voorproefje nemen van de eerste nieuwe producten op www.collection. deutz-fahr.com. De nieuwe catalogus zal beschikbaar zijn in aanloop naar de Agritechnica 2013.
64
/ Landbouw-service
>
LEA: hoe het dagelijks beheer van een loonwerkbedrijf vergemakkelijken
L
EA is de naam van het systeem dat tijdens het jaar 2010 ontwikkeld werd door het bedrijf Louvigny, afkomstig uit Libramont (provincie Luxemburg). Het gaat om een programma speciaal ontworpen voor loonwerkbedrijven en die tot doel heeft om het algemeen beheer van het bedrijf te vergemakkelijken, van het plannen van de werkzaamheden tot het opvolgen van de machines en de bestuurders, alsook de facturatie van de uitgevoerde werkzaamheden. Het programma LEA omvat Lea Mobile enerzijds en Lea Manager anderzijds. LEA-Mobile is de toepassing gebruikt door de bestuurders, via hun eigen smartphone. Danzkij deze toepassing, die vergelijkbaar is met een electronische agenda, worden ze steeds gëinformeerd van de werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden. Deze toepassing laat ook de bestuurders toe om, tijdens de dag en vanuit hun cabine, informatie door te sturen omtrent de uitgevoerde werkzaamheden: uitgevoerde werkzaamheden, aankomsttijdstip, gebruikte producten, enz… Al deze gegevens worden stuk voor stuk in het systeem gebracht en worden dan naar de manager gestuurd van zodra de gebruiker van LEA-Mobile een internet verbinding krijgt. De synchronisatie van de gegevens vindt zowel plaats door middel van 3G (mobiel internet), vanuit de cabine, als via Wi-fi (draadloze internet verbinding), vanuit de thuisbasis. Samengevat laat de LEA-Mobile de chauffeur toe om ingevulde werkfiches naar de manager te sturen, maar ook komende opdrachten te ontvangen. Het gedeelte LEA-Manager is voorbehouden aan de zaakvoerder van het bedrijf. Het gaat om een internet platform dat volledig beschermd is en de basis vormt om alle gegevens van het bedrijf te beheren. Daaronder wordt verstaan: het opslaan van prestaties van werknemers, de controle van de tankbeurten of de facturatiegegevens. Via LEA-Manager kan de zaakvoerder ook in enkele klikken taken plannen voor zijn personeel en uitgevoerde werken goedkeuren. Dankzij de gegevens ingegeven
door de werknemers op veld beschikt de manager over nuttige informatie voor zijn bedrijf. De statistieken, listings en rendabiliteitcijfers worden automatisch berekend door LEA. De gebruiker zal maar enkele seconden nodig hebben om het aantaal gepresteerde uren van een werknemer te kennen, het aantal werkzaamheden uitgevoerd door een machine op een seizoen te weten of het te factureren bedrag te kennen per klant, waardoor er heel wat tijd kan worden bespaard. LEA is al drie jaar in dienst, en gebruikt de laatste technologieën, waaronder GPS signalen. Dankzij GPS, blijft de zaakvoerder op elk moment op de hoogte van de positie van elk voertuig, dankzij de smartphone van de bestuurders. Sinds de beginjaren is LEA al serieus gegroeid en heeft ondertussen al de nodige klanten gevonden in België, maar ook in Frankrijk en Zwitserland. Loonwerkbedrijven van alle aard gebruiken deze toepassing, van loonwerkers die alleen werken tot bedrijven die een twintig-tal mensen in dienst hebben. De grootste troef van LEA is het gebruiksgemak. De bestuurders die LEAMobile willen gebruiken zullen niet talrijke opleidingsuren moeten volgen. Deze toepassing is ook zeer adaptatief, en kan worden geïnstalleerd op alle smartpho-
nes en tablets die volgens Androïd of iOS (Apple) werken. Het gedeelte LEA-Manager kan gebruikt worden op eender welke computer, tablet of smartphone, voor zover een internet verbinding beschikbaar is. Bovendien wordt het programma vermarkt onder de vorm van een maandelijks abonnement, en vereist dus geen zware investering in het begin. Alle chauffeurs zullen wel over een eigen smartphone moeten beschikken. Alle informatie over LEA is beschikbaar op de website: www.lea-agri.com .
Ontwikkeld door een landbouwerszoon Het bedrijf Louvigny, die het programma LEA ontwikkeld heeft, had al Agriweb gepresenteerd in 2009, een webstek die vandaag de dag nog druk bezocht is (www.agri-web.eu, meer dan 500 dagelijkse bezoeken). Daardoor kunnen mensen uit de sector talrijke zaken raadplegen die hen kunnen helpen in hun onderneming. Henri Louvigny, de zaakvoerder van het bedrijf en tevens ontwikkelaar van het LEA software, is een landbouwerszoon: “Het liet me toe om, van bij het begin, de specifieke eigenschappen van een loonLandbouw-service /
65
>
>
>
D O S S I E R M EC H A N I S AT I E
werkbedrijf te begrijpen”, geeft hij aan. “Ik ontwikkelde eerst het LEA systeem voor een bedrijf van Vaux-sur-Sûre. Een eerste doelstelling was om de problemen die ontstaan met het gebruik van notitieboekjes op de trekkers te verminderen. Ik denk in het bijzonder aan het verliezen van documenten en dus informatie, maar ook aan de noodzakelijke invoering van de gegevens in een computer achteraf.” LEA werd geïnstalleerd op dit bedrijf eind 2010, en niet minder dan 3000 taken werden dan via het systeem ingevoerd. Het vertegenwoordigt meer dan 800 werkuren, verdeeld onder de verschillende chauffeurs. Op basis van de ingevoerde gegevens werden bijna 1200 facturen opgemaakt via het LEA systeem.
De mening van een gebruiker Greenfarm-Pierard is een loonwerkbedrijf actief in Waals Brabant. Naast de complete opvolging van landbouwbedrijven onderneemt het bedrijf ook specifieke werkzaamheden, zoals het zaaien, spuiten en oogsten voor naburige landbouwers. Vier tot vijf mensen zijn er werkzaam tijdens het grootste gedeelte van het jaar, waardoor er heel wat werken gepland en opgevolgd moeten worden. Het is dus noodzakelijk om geen werkzaamheden te vergeten bij de facturatie. Voor Nicolas Verschuere, de zaakvoerder van GreenFarm, zijn de voornaamste redenen om te investeren in het systeem de volgende: • het weglaten van papieren werkfiches; • een optimalisatie van de planning en van de communicatie met de mensen die op veld bezig zijn; • een evaluatie van de economische doeltreffenheid van de uitgevoerde werkzaamheden en de mogelijkheid om de kostprijs te evalueren; • de traceerbaarheid van de uitgevoerde werkzaamheden, zoals het geëist wordt door de certificerende bedrijven. Bij GreenFarm was men onder de indruk van de online toepassingen, en vooral van de zeer snelle updates via internet, alsook de toegangsmogelijkheden via eender welke computer. De werknemers van het bedrijf hebben deze evolutie warm onthaald en het zou moeten toelaten om de efficientie van het bedrijf verder te verhogen.
66
/ Landbouw-service
Voorstelling van het landbouwsalon Agribex 2013
Alain Vander Cruys, coordinator van Agribex, zet de grote lijnen van het Salon 2013 uiteen, in het bijzijn van Isabelle Weyckmans, Minister van de Duitstalige Gemeenschap.
O
p 15 mei jl. waren de landbouwjournalisten talrijk aanwezig op uitnodiging van Minister Isabelle Weckmans en de organisatoren van Agribex om de voorstelling van de aandachtpunten van het tweejaarlijks landbouwsalon bij te wonen, die van 3 tot 8 december 2013 plaats vindt in de Paleizen van Brussels Expo. Na het welkomstwoord van Jan Packo, de voorzitter van Fedagrim, presenteerde Alain Vander Cruys, de coordinator van Agribex, de voornaamste wijzigingen ten opzichte van de laatste editie.
Nieuwe initiatieven Bij de nieuwigheden voor 2013, kunnen we vermelden dat de formule Breedex uitgebreid is en voortaan Agribex Contact noemt. Een all-in formule waarbij de exposanten een modulaire stand aangeboden krijgen van minimum 12m2 (max 36m²), compleet uitgerust en waar ze enkel hun eigen producten en publiciteit dienen aan te brengen. Alain Vander Cruys merkte ook dat Agribex de exposanten aanspoort om alle bestellingen en documenten via de website te plaatsen. Het exposantenbeurshandboek is vervangen door een online-tool. Overigens is uit de bevra-
ging van 2011 ook gebleken dat het online registreren van bezoekers zonder al te veel problemen is verlopen. 81% van de bezoekers ontving twee jaar geleden een ticket van een exposant en 62% ervan hebben dit geregistreerd via internet. Die registratie verliep voor 70% zonder al te veel moeilijkheden. Vandaar dat AGRIBEX dit systeem, waar nodig zal verbeteren, en dit jaar uitbreidt naar exposantenbadges, meerdagenkaarten en misschien ook persaccreditaties. De twee belangrijkste thema’s hebben betrekking tot duurzame energie en een veilige landbouwmechanisatie en -verkeer. Voor het thema hernieuwbare energiebronnen zal, zoals in 2011 een speciaal eiland ingericht worden. Ook dit keer zal Inagro het geheel coördineren en het centraal aanspreekpunt zijn. Anders dan de vorige editie zal het zwaartepunt verschuiven van zonne-energie naar zonneboilers en verwarmen met houtpellets. Het thema ‘veilige landbouwmechanisatie en -verkeer’ zal betrekking hebben tot de laatste evoluties op juridisch vlak, maar ook op het belang van het respecteren van de veiligheidsnormen.
<
Wat de veeprijskampen en -tentoonstellingen aangaat melde de heer Jean Devillers, voorzitter van de prijskampen, volgende wijzingen: • De hoofdpiste en de kleine piste zullen fysiek gescheiden zijn • Wachtplaatsen en - ringen zullen groter zijn en compleet van het publiek afgescheiden zijn en dit omwille van veiligheidsredenen • Mits goedkeuring door het FAVV zal APEDB Hainaut Brabant een melkveeveiling organisereen
heid om zich te profileren als landbouwregio, en onder andere de opportuniteiten op vlak van hernieuwbare energiebronnen. Voor Isabelle Weckmans, Minister van de Duitstalige gemeenschap, bouwen de contacten logisch voort op de goede relatie die onststaan is tussen Agribex en de Duitstalige gemeenschap tijdens de laatste editie van Agribex, in 2011. De Duitstalige Gemeenschap vult bovendien op dit moment het voorzitterschap van de Euregio in.
De Euregio Maas-Rijn is gastregio
Crelan
De Euregio Maas-Rijn zag het licht in 1976 en is een grensoverschrijdend samenwerkingsverband tussen de regio van Aachen in Duitsland, de provincie Limburg in Nederland, de provincie Luik en Limburg in België en de Duitstalige gemeenschap in België. Dit jaar onderstreept Agribex het belang van een goede samenwerking met de naburige landen en biedt de Euregio Maas-Rijn (EMR) de gelegen-
Tijdens zijn voorstelling herhaalde Jo Baetens, Commercieël en Marketing Directeur, vooreerst dat Landbouwkrediet en Centea op 1 april 2013 samensmolten en voortaan verder gaan onder de benaming Crelan. Deze fusie vond plaats na de overname van Centea door het Landboukrediet, in juli 2011. Na de fusie blijft Crelan, dankzij een sterk netwerk, de geprefereerde partner dan de landbouw- en tuibouwwereld.
Jo Baetens merkte dat de bank bovendien ook een breed gamma algemeen financiële producten aanbiedt aan landbouwers en tuinbouwers, maar ook particulieren, zelfstandigen en loonwerkers. Om de speciale samenwerking met de land- en tuinbouwsector verder te onderstrepen lanceerde de bank een specifieke mediacampagne voor de landbouwers en tuinbouwers en zal ook de voornaamste sponsor van Agribex zijn, voor de 11ste keer op rij. Jo Baetens kondigde ook nog aan dat een derde Symposium plaats zal vinden tijdens Agribex. Dit groot evenement werd herdoopt en wordt nu de Crelan Symposium. Dit s y mposiu m za l pla ats v i nden op vrijdag 6 december met thema: “Ondernemen met gezond verstand in de land- en tuinbouw”. Tijdens dit evenement zulle de Crelan awards ook uitgereikt worden aan de gediplomeerde masters die een thesis geschreven hebben met betrekking tot landbouw en/of landelijke economie.
uitzonderlijke deelname aan de beurs Agritechnica 2013
V
olgens informatie afkomstig van de DLG (Deutsche Landwirtschafts Gesellschaft), zijn 2.200 exposanten afkomstig van 46 landen al ingeschreven om deel te nemen aan de internationale beurs voor landbouw technologieën Agritechnica, die plaatsvindt van 12 tot 16 november 2013 (op uitnodiging op 10 en 11 november) in Hannover. Deze cijfers liggen nu al, volgens Freya von Rhade, directeur van Agritechnica, 10% hoger dan deze van het recordjaar 2011. Altijd in vergelijking met 2011, zou de tentoonstellingsoppervlakte zo’n 15% groter zijn, met een totale oppervlakte van meer dan 23 ha. Zoals Freya von Rhade het aankaart, zullen alle leidingsgevende bedrijven van de sector op de werledmark t aanwezig zijn tijdens Agritechnica 2013 en zullen er hun nieuwigheden en laatste ontwikke-
lingen tentoonstellen. De Agritechnica beurs onderstreept weeral op deze manier de positie als grootste landbouwbeurs ter wereld op gebied van landbouw technologieën. Voor de constructeurs gaat het om wereldwijde ontmoetingen binnen de sector: “Het is op
Agritechnica dat de landbouwers, de investeerders en de belangrijkste klanten binnen de industrie, de handel en de onderzoekcentra’s in heel Europa en op wereldniveau afspreken. Hetzelfde geldt trouwens voor de politici, de raadgevers en de federaties.”
in samenwerking met
Beurs van Libramont Informatiedag voor loonwerkers
met de steun van
georganiseerd in samenwerking met de « COMMISSIE MACHINES & PRODUCTEN » van de beurs van Libramont en met de steun van CRELAN Maandag 29 juli 2013 om 9u45
Inschrijving :
[email protected] Info en Programma www.foiredelibramont.com
[email protected] + 32(0)61 23 04 04
Province de Luxembourg
Tot binnenkort op de Beurs van Libramont, van 26 tot 29 juli en in het bos van Paliseul op 30 en 31 juli voor Demo Forest