KWALITEITSWAAIER MEI 2015
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 1
INHOUDSOPGAVE
Algemene veiligheidsregels
Voorkomen van verwisseling
Ondervoeding
Informatieveiligheid
Hygiëne en infectiepreventie
Pijn
Patientidentificatie
Hoofdbehandelaarschap
Palliatieve zorg
Effectieve communicatie
SIT en reanimatie
Mishandeling
Medicatieveiligheid
Kwetsbare ouderen
Medische apparatuur
Meer informatie Dit icoontje verwijst naar de betreffende website of document
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 2
HOOFDMENU
ALGEMENE VEILIGHEIDSREGELS AGRESSIE
BOMMELDING
BRAND
DIEFSTAL/INBRAAK
ONGEVAL
ONTRUIMING
REANIMATIE
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 3
HOOFDMENU
AGRESSIE • Wat kun je doen bij agressie? - Schat de ernst in - Zorg voor eigen veiligheid - Waarschuw collega(‘s) - Bel het alarmnummer 22 22 (of 112 voor buitenpoliklinieken) - Geef duidelijk aan wie je bent, waar de hulp nodig is en wat er aan de hand is - Voorkom dat het conflict erger wordt - Zorg voor opvang van de slachtoffer(s) • Meld het incident bij de leiding en bureau Arbo en Verzuim • Doe bij fysiek geweld en ernstige bedreiging aangifte bij de politie • Evalueer het incident en maak afspraken
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 4
HOOFDMENU
BOMMELDING • Een bommelding kan via elk toestel binnenkomen • Neem elke bommelding serieus, blijf kalm • Noteer nauwkeurig en tijdstip van de melding • Informeer: - Waar de bom ligt - Op welke locatie - Wanneer explodeert de bom - Identiteit van de melder • Let op bijzonderheden zoals accent, geslacht, stem, achtergrondgeluiden • Bel direct het alarmnummer 22 22 • Ga niet zelf op onderzoek uit • Een eventuele evacuatie wordt aangegeven door: - Jouw leidinggevende - Bedrijfshulpverlening - Brandweer • Volg hun aanwijzingen op • Zie verder ‘’ONTRUIMING’’
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 5
HOOFDMENU
BRAND • Meld de brand direct - door het indrukken van handbrandmelder - via alarmnummer 22 22 - geef duidelijk aan waar de brand is • Alarmeer aanwezigen, ontruim eventueel de ruimte • Let op de eigen veiligheid • Blijf niet in een met rook gevulde ruimte • Sluit ramen en deuren • Vang Bedrijfshulpverlening of Brandweer op en informeer hen over de situatie • Volg altijd hun instructies op • ROOK MAAKT DE MEESTE SLACHTOFFERS
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 6
HOOFDMENU
DIEFSTAL / INBRAAK Diefstal • Als je constateert dat er iets gestolen is, bel beveiliging 22 94 • Wacht de komst van de beveiliging af p heterdaad O • Meld direct via alarmnummer 22 22 • Wacht de komst van de beveiliging af • Tracht de dader in het oog te houden • Denk aan de eigen veiligheid • Neem zoveel mogelijk informatie op van de dader (geslacht, lengte, kleur haar etc.) Inbraak • Als je merkt dat er is ingebroken, blijf dan overal van af • Wis geen sporen uit • Wees voorzichtig met eventuele glasschade • Meld inbraak via beveiliging 22 94 • Wacht de komst van de beveiliging af
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 7
HOOFDMENU
ONGEVAL • Let op je eigen veiligheid • Stel je op de hoogte van de situatie • Bel het alarmnummer 22 22 • Geef duidelijk aan: - wie je bent - waar je je bevindt: - waar je je bevindt: - Gebouw - Zonenummer - Bouwlaag - Technisch ruimtenummer. - wat er is gebeurd - de aard van het letsel • Blijf bij het slachtoffer • Wacht deskundige hulp af • Laat omstanders afstand houden
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 8
HOOFDMENU
ONTRUIMING • Een ontruiming start door: - luid alarm of - op aanwijzing van de Bedrijfshulpverlener of ploegleider • Volg hun aanwijzingen op • Handel volgens het ontruimingsschema van het afdelingsontruimingsplan • Help patiënten bij de ontruiming en laat bezoekers mee helpen • Verlaat bij luid alarm het gebouw via de vluchtwegen en (nood)trappenhuizen, gebruik nooit de lift • Ga naar de verzamelplaats
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 9
HOOFDMENU
REANIMATIE • Blijf kalm en zorg voor een veilige plek • Controleer bewustzijn en ademhaling slachtoffer • Bel of laat het alarmnummer 22 00 bellen • Geef duidelijk aan - wie je bent - dat het gaat om reanimatie van volwassene, kind of baby - waar je je bevindt: - Gebouw - Zonenummer - Bouwlaag - Technisch ruimtenummer. • Begin zo mogelijk met de reanimatie • Vraag of haal een AED • Blijf, zo mogelijk, bij het slachtofer • Wacht de komst van het reanimatieteam af • Laat omstanders afstand houden • Reanimatie buitenpoli’s: bij afwezigheid medisch bel 112
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 10
HOOFDMENU
AFVAL Papier - Vertrouwelijk papier - Alle papier (beschreven of bedrukt) - Dag-, week- en maandbladen - Karton en dozen
Restafval - Bloemen - Huishoudelijk afval - Plastic - Porselein - Verband, gazen en watten (drupvrij) pecifiek ziekenhuis afval (SZA) S - Cytostatica - Naalden, scalpels (in naaldencontainer) - Verband, gazen en watten (doordrenkt en druppend) - Weefselresten lein gevaarlijk afval (KGA) K - Batterijen - Oplosmiddelen - Cartridges en toners (in plastic verpakt) - Medicijnen (droog) - Spuitbussen KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 11
las G - Flessen en potten (leeg en zonder dop) - GEEN: - Koffiekannen of theeglazen (restafval) - Vensterglas of spiegels (restafval) - Flessen gevuld met medicijn (SZA) - Flessen met gevaarsymbool (KGA) Bij twijfel: • Raadpleeg afvalkalender • Neem contact op met de milieucoördinator via tst. 80 00
HOOFDMENU
INFORMATIEVEILIGHEID Informatieveiligheid
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 12
HOOFDMENU
INFORMATIEVEILIGHEID Wachtwoordbeleid JBZ • Houd wachtwoorden geheim • Gebruik een goed wachtwoord (zie www.jewachtwoord.nl) • Wachtwoord vergeten? Bel ServicedeskMICT tst. 80 75 Beveilig uw werkplek bij (tijdelijke) afwezigheid • Als je weg gaat van je werkplek meld je dan altijd af/vergrendel je sessie. • Dit geldt ook voor je thuiswerkplek, mobiele devices en tablets met toegang tot het JBZ-netwerk. Toegangsbeveiliging • Berg vertrouwelijke informatie op. • Sluit ruimtes met vertrouwelijk informatie af. Omgang met vertrouwelijke informatie Als medewerker van het Jeroen Bosch Ziekenhuis ben je verplicht: • zorgvuldig om te gaan met de persoonlijke gegevens van zowel patiënten als collega’s. • je aan de geheimhoudingsplicht te houden. • geen gegevens aan onbevoegden te verstrekken • ervoor te zorgen dat onbevoegden geen inzage in gegevens krijgen. KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 13
HOOFDMENU
INFORMATIEVEILIGHEID (VERVOLG) Het is verboden: • Informatie in te zien van patiënten waarmee je geen behandelrelatie hebt of die niet noodzakelijk is voor een goede uitoefening van jouw (zorg)functie. Gebruik internet en e-mail op een goede manier • Je dient je te onthouden van onbehoorlijk gebruik van e-mail en internet. • Voor de regels wordt verwezen naar de brochure “Gebruik van e-mail en internet”. Wees bewust met wat je doet met social media • Doe online niets wat je offline ook niet zou doen. • Houd je aan de Nederlandse wet. • Houd je aan de geheimhoudingsplicht zoals deze is vastgesteld in de gedragsregels. • Het JBZ heeft als aanvulling richtlijnen voor de omgang met social media opgesteld. Meld een beveiligingsincident aan de Information Secrurity Officer (MICT) • Het JBZ is wettelijk verplicht om datalekken te melden aan het College bescherming persoonsgegevens (CBP). De Information Security Officer is bereikbaar via het ServicedeskMICT, tst. 80 75 of
[email protected] KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 14
HOOFDMENU
PATIËNTENIDENTIFICATIE patiëntidentificatie PATIËNTIDENTIFICATIE
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 15
HOOFDMENU
PATIËNTIDENTIFICATIE Patiënt Identificatie Wordt uitgevoerd bij uitgifte van patiëntenpas of pols-/enkelbandje o.b.v. geldig legitimatiebewijs. Patiënt Verificatie Wordt uitgevoerd bij patiëntgebonden handelingen of handelingen die in relatie staan tot de patiënt op basis van 2 identifiers (naam/geboortedatum). Verifieer de patiënt op de volgende momenten - Voorafgaand aan het starten van een (be)handeling en/of (diagnostische) procedures (interne verplaatsingen, overdrachten, verstrekking van voeding e.d.) - Voorafgaand aan het toedienen van medicatie, bloed of bloedproducten - Voorafgaand aan het afnemen van bloed of andere monsters voor onderzoek Verificatie bij opname De patiënt krijgt een pols- of enkelbandje (met o.a. naam en geboortedatum) Verificatie bij polikliniekbezoek Altijd met JBZ patiëntenpas
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 16
HOOFDMENU
PATIËNTIDENTIFICATIE (VERVOLG) Hoe verifieer ik de patiënt? - Vraag de patiënt naar zijn volledige naam* - Vraag de patiënt naar zijn geboortedatum* - Kan de patiënt niet betrokken worden bij de verificatie? Controleer dan de gegevens op het polsbandje. - Is polsbandje defect, niet leesbaar of verwijderd? Geef dan een nieuwe polsbandje aan de patiënt. N.B.: Zorg dat je zelf altijd je JBZ-pas zichtbaar draagt. * Gebruik hiervoor bij voorkeur open vragen
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 17
HOOFDMENU
EFFECTIEVE COMMUNICATIE EFFECTIEVE COMMUNICATIE
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 18
HOOFDMENU
EFFECTIEVE COMMUNICATIE Effectieve communicatie is tijdig, juist, volledig en ondubbelzinnig en wordt door de ontvanger begrepen (readback) en genoteerd. Voor effectieve mondelinge of telefonische communicatie bestaan twee varianten: 1. Readback procedure 2. SABAR Je past de READBACK PROCEDURE toe in alle gevallen waarin je mondeling/telefonisch: - een opdracht aanneemt - een behandeladvies ontvangt - kritieke resultaten van diagnostische tests ontvangt 4 stappen READBACK PROCEDURE 1. de ontvanger noteert de opdracht/uitslag/advies 2. de ontvanger herhaalt de opdracht/uitslag/advies 3. de zender bevestigt de opdracht/uitslag/advies 4. d e ontvanger noteert de opdracht/uitslag/advies in het patiëntendossier en voert opdracht/advies uit
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 19
HOOFDMENU
EFFECTIEVE COMMUNICATIE (VERVOLG) Voor effectieve communicatie tijdens zorgoverdrachten*, bij spoed of consultatie, breid je de READBACK PROCEDURE uit naar SABAR *Zorgoverdracht: - Tussen zorgverleners bij aflossingen/wisseling dienst (readback van de belangrijkste boodschap(pen) van de overdracht) - Tussen verschillende zorgniveau’s in hetzelfde ziekenhuis (SEH -> IC / IC <-> verpleegafdeling /etc.) - Van klinische afdelingen naar diagnostische afdelingen of andere behandelingsafdelingen
S = situatie A = achtergrond B = beoordeling A = aanbeveling R = repeteer
Pas SABAR zo volledig mogelijk toe in jouw situatie: hoe meer essentiële informatie kan worden gecommuniceerd, hoe effectiever.
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 20
HOOFDMENU
EFFECTIEVE COMMUNICATIE (VERVOLG)
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 21
HOOFDMENU
MEDICATIEVEILIGHEID RISICOMEDICATIE
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 22
HOOFDMENU
RISICOMEDICATIE Risicomedicatie is medicatie waarbij een verhoogd risico op schade voor de patiënt en de medewerker bestaat bij verkeerd gebruik en/of foutieve toediening. Er zijn 6 categorieën te onderscheiden: Risico 1. Grotere kans op schade voor de patiënt bij verkeerd gebruik/foutieve toediening 2. Verwisseling en onzorgvuldig gebruik 3. Verwisseling op geneesmiddelennaam 4. Blootstelling medewerker en risico voor de patiënt bij verkeerd gebruik en/of foutieve toediening 5. Misbruik 6. Risico bij klaarmaken op rekenfouten, contaminatie van het product, en grotere kans op schade voor de patiënt bij foutief toedienen
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 23
Categorie Intrinsiek risicovolle geneesmiddelen Geconcentreerde elektrolyten Sound-alikes Carcinogene/ Mutagene/ Reprotoxische geneesmiddelen (CMR) Opiaten Parenteralia
HOOFDMENU
RISICOMEDICATIE (VERVOLG) Risicoreducerende maatregelen : A. Opslag in aparte kast of lade B. Etiket bij opslag met risicocategorie aanduiding C. Waarschuwingstekst bij het voorschrijven in EVS voor arts D. Waarschuwingstekst op Medicatie Overzicht Verantwoordingslijst (MOV-lijst) E. Overige maatregelen
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 24
HOOFDMENU
VOORKOMEN VAN VERWISSELING JUISTE PATIËNT, JUISTE INGREEP/PROCEDURE, JUISTE PLAATS/ZIJDE
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 25
HOOFDMENU
juiste patiënt, juiste ingreep/procedure en juiste plaats/zijde Om schade door verwisseling bij alle patiënten die een chirurgische en/of invasieve procedure* ondergaan (al dan niet onder sedatie) te voorkomen wordt in het JBZ altijd minimaal een Time Out procedure uitgevoerd. * Invasieve procedure = onderzoek of behandeling door snijden, verwijden, wijzigen of insertie van diagnostisch/therapeutische scopen
Time Out procedure Voorafgaand aan elke ingreep of invasieve procedure worden er minimaal vier belangrijke controles uitgevoerd (met de patiënt en bij voorkeur multidisciplinair): • Juiste patiënt • Juiste ingreep/procedure • Juiste zijde of plaats (zie markeerbeleid JBZ) • Check: allergieën, comorbiditeiten, stolling, actuele conditie
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 26
HOOFDMENU
Veiligheidschecklisten: eerst checken, dan veilig verder! SURPASS (SURgical PAtient Safety System) • Check: is alles in orde voor de volgende stap in het operatieproces? • Time Out procedure • Bij alle operaties of invasieve procedures (dagopname of klinisch) binnen het snijdend specialisme (Alleen) Time Out procedure • Check: zijn de cruciale zaken bekend en in orde voor een veilig verloop van de operatie/ingreep? • Time Out procedure • Bij alle operaties of invasieve procedures die plaatsvinden binnen de poliklinische operatiekamer en/of op de polikliniek binnen het snijdend specialisme COMPASS (COMmunicatie PAtient Safety System) • Check: is alles in orde voor de volgende stap in het proces? • Time Out Procedure • Bij ingrepen of invasieve procedures (dagopname of klinisch) binnen het beschouwende specialisme RADPASS (RADiological PAtient Safety System) • Check: is alles in orde voor de volgende stap in het radiologische interventieproces? • Time Out Procedure • Bij interventieradiologie binnen de Beeldvormende Technieken KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 27
HOOFDMENU
Markeerbeleid JBZ (garanderen juiste plaats en zijde) • De markering vindt plaats vóór de ingreep of invasieve procedure, enkel in de vorm van een PIJL
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 28
HOOFDMENU
HYGIENE & INFECTIEPREVENTIE HANDHYGIËNE
DIENSTKLEDING
PERSOONLIJKE HYGIËNE
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 29
HOOFDMENU
HANDHYGIËNEKAART
HANDHYGIËNE
5 momenten van handhygiëne
2 1
Vóór een aseptische handeling
4
Voor patiënten contact
Ná patiënten contact
3
Na mogelijke blootstelling aan lichaamsvloeistoffen. Ook na het uittrekken van handschoenen
5
Ná contact met patiënten omgeving
Pas bij voorkeur handdesinfectie toe (handalcohol) Handdesinfectie is efficiënter, sneller en beter voor de handen. Pas handreiniging toe (water en zeep) • bij zichtbaar vuil op de handen • bij plakkerig aanvoelen van de handen • na bezoek aan het toilet • na neus snuiten, niezen en hoesten • Pas na het wassen van de handen vervolgens geen handdesinfectie meer toe. Dubbele handhygiëne is een grote belasting voor de handen. Zie ook protocol ‘Handhygiëne, uitvoeren van’ iPortal 002936
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 30
Hanteer de persoonlijke hygiëne-regels: • draag geen ringen, armbanden en horloges gedurende werkzaamheden -> uniform aan, sieraden af. • kortgeknipte nagels, geen kunstnagels, geen nagellak. • lang haar opgestoken of bijeengebonden • dienstkleding dagelijks en bij zichtbaar vuil wisselen, in het ziekenhuis aan en uittrekken en laten wassen • draag dienstkleding gesloten, armen dienen onbedekt te zijn. • handhygiëne volgens de 5 momenten; zie de kaart handhygiëne
HOOFDMENU
1
HANDHYGIËNE (VERVOLG)
2
Techniek handdesinfectie
Breng handalcohol aan op beide handen
3
Wrijf, met gespreide vingers, de re. handpalm over de li. handrug en andersom
5
Wrijf de buitenkant van de vingers over de tegenoverliggende handpalm met in elkaar grijpende vingers
7
Wrijf draaiend links- en rechtsom, de vinger-toppen van de re. hand in de handpalm van de li. hand en andersom
Wrijf beide handpalmen over elkaar
4
Wrijf handpalm tegen handpalm met gekruiste/ gespreide vingers
6
Wrijf draaiend met de li. duim in de gesloten re. handpalm en andersom
8
Draai de handpalm van de re. hand rond de pols en onderarm van de li. hand en andersom. Wrijf de handen tot ze droog zijn.
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 31
HOOFDMENU
HANDHYGIËNE (VERVOLG) Draag handschoenen bij elk contact met lichaamsvocht van de patiënt • Na het uittrekken van handschoenen altijd handhygiëne toepassen • Werk van “schoon” naar “vuil” • Wissel handschoenen bij werk van “vuil” naar “schoon”. • Draag persoonlijke beschermingsmiddelen (spatbril, overjas, mondneusmasker, face shield bij kans op spatten van lichaamsvocht en aërosolvorming) • Meld infecties bij medewerkers bij de bedrijfsarts, tst. 39 39 • Meld prik-, snij-, bijt- en spatincidenten bij de Dienst Hygiëne en Infectiepreventie, tst. 33 88 • Kijk naar de volledige hygiëne- en infectiepreventieprotocollen op I- document
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 32
HOOFDMENU
DIENSTKLEDING Wordt altijd gedragen bij patiëntgebonden werkzaamheden of indien met patiëntmateriaal wordt gewerkt. Neem de volgende regels in acht: • Trek dagelijks schone dienstkleding aan • Dienstkleding wordt dagelijks vóór de dienst afgehaald bij het kledinguitgiftepunt (KUA) • Dienstkleding wordt dagelijks ná de dienst ingeleverd bij het kledinginnamepunt (KIA) • Dienstkleding: - bedekt de eigen kleding tot op kniehoogte - wordt gesloten gedragen - wordt direct vervangen bij zichtbare verontreiniging - dient eigen kleding te bedekken, eigen kleding mag niet onder de dienstkleding uitkomen, zodat goed handhygiëne mogelijk blijft. • Overige: - draag geen persoonlijke kleding over dienstkleding (bijvoorbeeld een shawl of vest) - draag geen lange kettingen (incl. keycard cord) over dienstkleding - trek dienstkleding in het ziekenhuis aan en uit - dienstkleding wordt door de ziekenhuiswasserij gewassen! - draag geen dienstkleding buiten het ziekenhuis - bewaar dienstkleding apart van burgerkleding KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 33
HOOFDMENU
DIENSTKLEDING (VERVOLG) • Bescherm dienstkleding bij kans op besmetting of spatten met lichaamsvloeistoffen met een beschermend schort, dat de dienstkleding volledig afschermt. • Indien de werkzaamheden uit sociale contacten bestaan (zonder direct patiëntencontact): draag eigen kleding, dienstkleding is niet nodig. • Indien ter herkenning toch dienstkleding wordt gedragen: draag de dienstkleding met alle bijbehorende regels.
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 34
HOOFDMENU
PERSOONLIJKE HYGIËNE
DRESSCODEKAART dienstkleding, juiste kledingwijze
Arts
Verpleegkundige
Overige disciplines
• Doktersjas met korte mouwen, of
• Uniformjasje, met uniformbroek, of • Uniformjasje, met uniformbroek
• Doktersjas met uniformbroek, of
• Uniformjurk
• Kort uniformjasje, met uniformbroek
Opmerking: voor medewerkers werkzaam op de laboratoria gelden afwijkende kledingvoorschriften: • Laboratoriumjas met lange mouwen, indien er wordt gewerkt met huidonvriendelijke chemicaliën, of mouwen kort opgerold bij patiëntcontact, of • ‘Doktersjas’ met korte mouwen
z.o.z. voor aanvullende informatie
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 35
• Draag geen ringen, armbanden of polshorloge in combinatie met dienstkleding. • Draag geen ringen, armbanden of polshorloge tijdens werkzaamheden waarbij men in contact komt me patiënten en/of patiëntenmateriaal. • Draag geen piercing (o.a. oorbellen), indien hinderlijk bij behandeling van de patiënt of indien de piercing ontstoken is. • Draag schoeisel van goed te reinigen materiaal/ reinig schoeisel bij zichtbare verontreiniging. • Zorg voor schoon haar/ steek lang haar op of bind het bijeen. • Draag de hoofddoek zo dat het materiaal van de hoofdbedekking niet in contact komt of kan komen met de patiënt of met -materiaal/vervang de hoofddoek dagelijks. • Houd nagels kort en schoon/draag geen nagellak of kunstnagels. • Verzorg baarden en snorren goed/knip baarden en snorren kort.
HOOFDMENU
HOOFDBEHANDELAARSCHAP
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 36
HOOFDMENU
SIT EN REANIMATIE OPSPORINGSCRITERIA SPOEDINTERVENTIETEAM (SIT)
REANIMATIEVERKLARING BASALE REANIMATIE VOLWASSENEN
BASALE REANIMATIE KINDEREN
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 37
HOOFDMENU
OPSPORINGSCRITERIA De SABAR methode pas je toe: - Bij spoed en/of inschakeling van het spoedinterventieteam (SIT) - Bij mondelinge/telefonische consultatie SABAR S = situatie A = achtergrond B = beoordeling A = aanbeveling R = repeteer
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 38
Klik hier om naar SABAR te gaan
HOOFDMENU
SPOED INTERVENTIE TEAM (SIT) Wanneer schakel je het Spoed Interventie Team (SIT) in? • Je constateert een patiënt met een plotselinge verstoring in de vitale functies • Je raadpleegt het SABAR kaartje voor opsporingscriteria • Bij een verstoring van één van deze opsporingscriteria bel je de dienstdoende arts-assistent of arts van jouw afdeling • Dienstdoende arts van verpleegafdeling stelt behandelplan op. Bij onvoldoende of afwezigheid van verbetering van de vitale toestand van de patiënt roept de (hoofd)behandelaar het SIT (tst. 39 58, arts-assistent IC) op • Arts-assistent IC neemt contact op met tst. 39 55 van de SIT verpleegkundige • Het SIT team komt naar je toe • Vul na afloop het evaluatieformulier in
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 39
HOOFDMENU
Reanimatieverklaring • In overleg met patiënt en/of diens vertegenwoordiger of familie en behandelend arts bespreken • Bij geplande opname poliklinisch bespreken en anders uiterlijk bij opname • Vastleggen in Mirador en in het verpleegkundig dossier (VPA-009) en ondertekenen door behandelend arts
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 40
HOOFDMENU
BASALE REANIMATIE VOLWASSENEN
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 41
HOOFDMENU
BASALE REANIMATIE KINDEREN
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 42
HOOFDMENU
KWETSBARE OUDEREN DELIER
VALLEN
FYSIEKE BEPERKING
ONDERVOEDING verwijzing naar -
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 43
HOOFDMENU
(RISICO OP) DELIER Een delier kan zich bij iedereen voordoen, binnen en buiten het ziekenhuis, als complicatie bij een lichamelijke aandoening. In Nederland krijgen jaarlijks tussen de 100.000 en 150.000 ziekenhuispatiënten een delirium. Bij naar schatting 20 tot 60% van deze patiënten wordt het delier niet of te laat herkend. Gevolgen delier: 12 keer meer kans om dementie te ontwikkelen 40% is binnen twee jaar overleden Gemiddeld zijn deze patiënten vijf dagen langer opgenomen in het ziekenhuis.
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 44
HOOFDMENU
DSM IV delier criteria A Bewustzijnsstoornis (dat wil zeggen, een verminderde helderheid van het besef van de omgeving) met een afgenomen vermogen om de aandacht te concentreren, vast te houden of te verplaatsen. B Een verandering in het cognitief functioneren (zoals een geheugenstoornis, desoriëntatie of taal stoornis) of het optreden van een waarnemingsstoornis, die niet beter verklaard kan worden door een reeds aanwezige, vastgestelde of zich ontwikkelende dementie. C De stoornis ontwikkeld zich in korte tijd (meestal uren tot dagen) en neigt tot een wisselend beloop over de dag. D Er zijn aanwijzingen uit de anamnese, het lichamelijk onderzoek of laboratoriumonderzoek dat de stoornis het gevolg is van een medische aandoening, medicatiegebruik, intoxicatie of -onttrekking of multipele etiologiën. Screenen Bij wie? Op welk moment? Hoe?
Alle patiënten 70 jaar Binnen 24 uur na opname 1. Heeft u geheugenproblemen? 2. Heeft u in de afgelopen 24 uur hulp nodig gehad bij zelfzorg? 3. Zijn er bij een eerdere opname of ziekte perioden geweest dat u in de war was? Wanneer verhoogd risico? Indien één of meer van deze 3 vragen positief wordt beantwoord. Als de patiënt een risico op delier heeft dan wordt DOS-score lijst minimaal 3 keer per dag gedurende 3 dagen ingevuld. KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 45
HOOFDMENU
Hoofdpijlers preventie en behandeling BIJ DELIER Interventies basiszorg indicatoren • Indentificeer en behandel (vermoedelijke) risicofactoren voor/oorzaken van delier: • voorkomen uitdroging en ondervoeding, • optimaliseren visus en gehoor, • vroege mobilisatie, • aanpassen omgeving, • medicatie- en pijnmanagement (evt staken uitlokkende medicatie) • Effectieve communicatie met patiënt en diens naasten. • Optimaliseren oriëntatie • Stimuleer familieparticipatie • Zorgen voor een gepaste veilige zorgomgeving: • vermijd fixaties (= risicofactor voor persisterend delier) • g ebruik alternatieve interventies als domotica (bijv. sensoren) en rooming in • verwijder materialen die delier mede in stand houden (katheter, drains, sondes, infusen) • Overweeg start haldol • als delierprofylaxe bij verhoogd risico op delier •b ij ernstige symptomen als agitatie, psychotische verschijnselen en als veiligheid van patiënt in het geding is. • Vraag eventueel het consultteam van en geriatrie in medebehandeling (tst. 17 24 of 17 66) KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 46
HOOFDMENU
Hoofdpijlers preventie en behandeling BIJ DELIER (VERVOLG) Nazorg na delier •B espreek na het delier met patiënt en familie wat er is voorgevallen. Wees alert op de eventuele aanwezigheid van posttraumatische verschijnselen. • Vermeld delier altijd in ontslagbrief en verpleegkundige overdracht. • Consultteam geriatrie maakt zo nodig afspraak op nazorgpoli delier (=medebehandelingspoli) Folders Folder risico delier (GER-109)
Folder delier (GER-015)
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 47
HOOFDMENU
VALPREVENTIE Kliniek Een aantal algemene basisinterventies is voor alle opgenomen patiënten van toepassing (protocol ‘Valincidenten preventie’). Valrisico-screening wordt uitgevoerd bij alle nieuw opgenomen patiënten in het JBZ op de POS, tijdens het opnamegesprek en/of binnen 24 uur na opname door middel van de vraag ‘Bent u de afgelopen zes maanden één of meerdere keren gevallen?’ (protocol ‘Kwetsbare ouderen; voorkomen van fysieke achteruitgang’). Patiënten worden aangemerkt als hoog-risico-patiënt indien zij in de afgelopen zes maanden één of meerdere keren gevallen zijn. Bij een hoog-risico-patiënt zijn extra interventies van belang: • de checklist ‘Interventies basiszorgindicatoren’ (dagelijks) • evaluatie medicatie • inschakelen fysiotherapie Indien de toestand van de (niet-)risico-patiënt verandert, vindt opnieuw evaluatie plaats.
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 48
HOOFDMENU
VALPREVENTIE (VERVOLG) Polikliniek Valrisicoscreening bij poliklinische 70+ patiënten wordt organisatiebreed ingevoerd, waarbij in 2015 gestart wordt met een pilot op 3 poliklinieken.
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 49
HOOFDMENU
ONDERVOEDING VOLWASSENEN (>18 JAAR)
KINDEREN (<18 JAAR)
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 50
HOOFDMENU
ONDERVOEDING: VOLWASSENEN (>18 JAAR) Het JBZ heeft gekozen voor de de SNAQ methode (short nutritional assessment questionaire) als screeningsinstrument voor het risico op ondervoeding. Werkwijze verpleegkundige/zorgassistent: Bij SNAQ 0-1: • geen actie nodig Bij SNAQ ≥2: • SNAQ-score doorgeven aan zorgassistent • Muteren op een energie/eiwitrijk dieet •M enukaart tussendoortjes aan patiënt geven, rekening houdend met zijn/haar dieet • 2x per dag een extra verstrekking bestellen, elke dag opvragen • 2 x per week wegen Bij SNAQ ≥3: Idem als bij SNAQ >2 met als extra: • Voedingsintake bijhouden gedurende 3 dagen (dag 2, 3 en 4 van de opname) • Diëtist in consult vragen via ordermanagement in Mirador Werkwijze diëtist: Bij SNAQ-score 0, 1 of 2: geen interventies Bij SNAQ-score ≥3 : • Beoordelen voedingstoestand • Opstellen dieetbehandelplan binnen 2-4 dagen na vaststelling van ernstige ondervoeding • 2x per week evalueren energie -en eiwitinname (intake versus behoefte) en gewichtsverloop, zo nodig behandelplan bijstellen. KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 51
HOOFDMENU
ONDERVOEDING: KINDEREN (<18 JAAR) TEKST VOLGT
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 52
HOOFDMENU
PIJN Pijn
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 53
HOOFDMENU
Vroege herkenning en behandeling van Pijn • Vraag standaard driemaal per dag naar pijn op dat moment, meet de pijn met de NRS •S tel de patiënt de volgende vraag: “Hoeveel pijn heeft u op dit moment op een schaal van 0 tot 10, waarbij ‘0’ betekent dat u geen pijn heeft en ‘10’ de ergst denkbare pijn?” •R egistreer de pijnscores •N eem een pijnanamnese af bij oncologische pijn •O nderneem actie bij een pijnscore van 4 of hoger, of wanneer de patiënt door pijn gehinderd wordt in zijn functioneren; pas pijnbehandeling toe volgens protocol • Informeer ook naar pijn op de polikliniek •G eef voorlichting en betrek de patiënt bij zijn of haar behandeling Voor meer informatie over Pijn in het JBZ zie KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 54
3x daags vragen: Heeft u pijn op dit moment? ja
nee Wordt u gehinderd door pijn bij hoesten, bewegen of doorademen?
nee Registreer pijnscore 0. Geen behandeling
Hoeveel pijn heeft u op dit moment op een schaal van 0-10 waarbij 0 geen pijn is en 10 de ergst denkbare pijn?
ja
<4
Meet en registreer pijnscore bij hoesten, bewegen of doorademen. Behandel volgens protocol.
Wordt u gehinderd door pijn bij hoesten, bewegen of doorademen? nee
Registreer pijnscore op dit moment. Geen behandeling.
≥4 Registreer pijnscore op dit moment. Behandel volgens protocol.
ja
Meet en registreer pijnscore bij hoesten, bewegen of doorademen. Behandel volgens protocol.
HOOFDMENU
PALLIATIEVE ZORG palliatieve zorg
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 55
HOOFDMENU
Palliatieve Zorg en het Palliatief Advies Team (PAT) Waarom? In de palliatieve fase kun je voor complexe problemen komen te staan. Om deze op te lossen of juist voor te zijn, kun je intramurale experts op het gebied van palliatieve zorg raadplegen. Voor wie? Ondersteuning is bedoeld voor alle professionals uit het JBZ: bv. medisch specialisten, arts-assistenten, verpleegkundigen en direct betrokkenen. Waarvoor? De vragen kunnen betrekking hebben op diverse aspecten in de zorg zoals: • Symptomen: pijn, dyspnoe, misselijkheid, obstipatie en verwardheid • Beslissingen rondom het levenseinde: palliatieve sedatie en euthanasie • Zorgpad Stervensfase • Sociale, emotionele en spirituele ondersteuning Wanneer? Het PAT is bereikbaar op elke werkdag bereikbaar van 08.00-17.00 uur op tst 17 72
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 56
HOOFDMENU
MISHANDELING Huiselijk geweld en Ouderenmishandeling
KINDERMISHANDELING
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 57
HOOFDMENU
Vermoeden huiselijk geweld en ouderenmishandeling 1: Onderzoek • Verzamel alle feiten en leg vast in het dossier • Kijk of er kinderen bij betrokken zijn? Zo ja, verzamel kindgegevens (naam en geboortedatum) • Maak een inschatting van de veiligheid (arts en vpk) • Wie heeft de zorg voor de kinderen? Is er hulpverlening betrokken bij het gezin? • Verzamel alle aanwijzingen die het vermoeden of de constatering kunnen onderbouwen of ontkrachten 2: Vraag advies collega, aandachtsfunctionaris en/of Veilig Thuis (0800-2000, 24 uur per dag) • Neem nooit alleen beslissingen, overleg altijd •C onsulteer zo nodig de aandachtsfunctionaris, Aandachtsfunctionaris Kinderen (tst. 17 71) Cecile Zwaans Aandachtsfunctionaris Ouderen (tst. 13 25) Jessica Vrolijk • Inventariseer verder wanneer veiligheid onduidelijk is (verantwoordelijkheid hoofdbehandelaar) • Presenteer casus bij Veilig Thuis (0800-2000)
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 58
HOOFDMENU
Vermoeden huiselijk geweld en ouderenmishandeling (VERVOLG) 3: Ga in gesprek met betrokkenen, tenzij de veiligheid van iemand in het geding is • Neem een gelijkwaardige houding aan • Zorg voor een veilige sfeer en oordeel niet • Stel open vragen en vraag door 4: Wegen van de signalen van geweld • Maak een inschatting van de veiligheid • Is het risico af te wenden? 5: Besluiten hulp te organiseren of te melden bij Veilig Thuis (0800-2000) Bij melden: • Informeer de patiënt over de melding • Leg alle stappen goed vast in het dossier • Informeer bij melding de aandachtsfunctionaris, stuur de melding naar de aandachtsfunctionaris via de mail: Kinderen: Cecile Zwaans,
[email protected] Ouderen: Jessica Vrolijk
[email protected] • Maak heldere afspraken over wie wat doet
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 59
HOOFDMENU
Vermoeden huiselijk geweld en ouderenmishandeling (VERVOLG) Bij monitoren/ hulp organiseren: • Leg alles goed vast in het dossier • Maak heldere afspraken over wie wat doet • Zorg voor een zorgvuldige overdracht aan de betrokkenen 6: Evaluatie en zo nodig nazorg • Casuïstiekbespreking • Terugkoppeling van Veilig Thuis
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 60
HOOFDMENU
Vermoedens kindermishandeling 1: Onderzoek • Verzamel alle feiten en leg vast in het dossier • Verzamel alle aanwijzingen die het vermoeden of de constatering kunnen onderbouwen of ontkrachten • Neem een volledige anamnese af • Wie heeft het ouderlijk gezag? • Is er hulpverlening betrokken bij dit gezin? 2: Vraag advies collega, aandachtsfunctionaris en/of Veilig Thuis (0800-2000, 24 uur per dag) • Neem nooit alleen beslissingen, overleg altijd • Consulteerkinderarts voor evt opname •C onsulteer zo nodig de aandachtsfunctionaris, Aandachtsfunctionaris Kinderen (tst. 17 71) Cecile Zwaans Aandachtsfunctionaris Ouderen (tst. 25 48) Jessica Vrolijk • Presenteer casus bij Veilig Thuis
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 61
HOOFDMENU
Vermoedens kindermishandeling (VERVOLG) 3: Ga in gesprek met betrokkenen, tenzij de veiligheid van iemand in het geding is • Vanaf 12 jaar het gesprek met kind en ouders • Neem een gelijkwaardige houding aan • Zorg voor een veilige sfeer en oordeel niet • Stel open vragen en vraag door 4: Wegen van de signalen van geweld • Maak een inschatting van de veiligheid • Is het risico af te wenden? 5: Besluiten hulp te organiseren of te melden bij Veilig Thuis Bij melden: • Informeer de patiënt over de melding • Leg alle stappen goed vast in het dossier • Informeer bij melding de aandachtsfunctionaris, stuur de melding naar de aandachtsfunctionaris via de mail Kinderen: Cecile Zwaans,
[email protected] Ouderen: Jessica Vrolijk
[email protected] • Maak heldere afspraken over wie wat doet KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 62
HOOFDMENU
Vermoedens kindermishandeling (VERVOLG) Bij monitoren/ hulp organiseren: • Leg alles goed vast in het dossier • Maak heldere afspraken over wie wat doet • Zorg voor een zorgvuldige overdracht aan de betrokkenen 6: Evaluatie en zo nodig nazorg • Casuïstiekbespreking • Terugkoppeling van Veilig Thuis
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 63
HOOFDMENU
MEDISCHE APPARATUUR MEDISCHE APPARATUUR
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 64
HOOFDMENU
VEILIG TOEPASSEN MEDISCHE APPARATUUR Verantwoordelijkheden gebruiker 1. Je bent bevoegd en bekwaam voor te gebruiken apparatuur 2. Controleer apparatuur op zichtbare beschadigingen 3. Controleer of de juiste apparatuurstickers aanwezig zijn 4. Controleer of de onderhoudssticker niet verlopen is 5. Controleer of de ruimte waar je werkt geschikt is voor gebruik van dit apparaat 6. Controleer of apparatuur zonder meldingen door de zelftest komt Bij afwijkingen: bel MICT tst. 33 66
Onderhoud
Standaard
Onderhoud
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
Proefplaatsing
Bruikleen
PAGINA 65
HOOFDMENU
VEILIG TOEPASSEN MEDISCHE APPARATUUR (VERVOLG) Bevoegd en bekwaam medische apparatuur Je bent bevoegd als: • je beschikt over vereiste kwalificatie (opleiding) • je aantoonbaar geschoold bent (registratie in LMS van het JBZ) Je bent bekwaam als: • je aantoonbaar handelt volgens afgesproken werkwijze (en de noodprocedures kent) Alleen bevoegde en bekwame medewerkers mogen met medische apparatuur werken. Niet bevoegd, niet bekwaam: gebruik apparatuur niet. Wel bevoegd, maar niet bekwaam: gebruik apparatuur alleen onder supervisie.
KWALITEITSWAAIER JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS MEI 2015
PAGINA 66