Inforgas N° 67
september
- oktober - november 2008
Periodiek - Driemaandelijks • Informatie voor de vaklui • Uitgegeven door de Koninklijke Vereniging van Belgische Gasvaklieden, Palmerstonlaan 4 - 1000 Brussel - Afgiftekantoor: Brussel X - P307186
Kwaliteitslabels HR + en HR TOP : garanties en besparingen voor de gebruiker mingstoestellen te gebruiken met zeer hoog rendement en met weinig broeikaseffect. Deze kunnen ook dikwijls met zonne-energie gekoppeld worden voor een deel van behoefte aan warmwater voor het huishouden.
- Bij volle belasting : (84 + 2 log Pn) % (70°C gemiddelde temperatuur) - Bij gedeeltelijke belasting : (80 + 3 log Pn) % (hoger of gelijk aan 50°C gemiddelde temperatuur)
Vanaf 1 januari 2009, zullen nieuwe eisen voor rendement van toepassing zijn voor de label HR TOP, een nieuw duwtje voor het REG en voor het milieu dankzij aardgas.
Voor radiatoren • idem voor twee eerste punten • gegarandeerd minimumrendement : - Bij volle belasting : (QN) : 85 % - Bij gedeeltelijke belasting : (0,4 x QN) : 80 % • Toestel verplicht voorzien van een thermostaat.
Laat ons de verschillende vrijwilligerslabels doornemen.
De vragen m.b.t. energie staan centraal bij de bezorgdheden van iedereen : de particulieren, de beheerders van gebouwen of de schooldirecteurs. Een budget sluitend maken kan vandaag soms onuitvoerbaar lijken. Reden te meer om te kiezen voor residentiële of collectieve toepassingen met het hoogst mogelijke rendement. De kwaliteitslabels HR+ en HR TOP betekenen voor uw klant de garantie verwar-
BRUXELLES X
SOMMAIRE 1-3
HR+ en HR TOP labels
4
Verdunningsfactor
5
Open kachel en verhuurde kamers Afbreken van schroefdraad
6-7
Standpunt van de KVBG over de CO detectoren
8
Nieuws van de fabrikanten
HR+ label Het HR+ label wordt sedert 1996 toegekend, aan zowel vloer- als wandketels die beantwoorden aan een reeks criteria die streng worden gecontroleerd door een door het Ministerie van Economische Zaken erkend laboratorium. Op die manier kan de gebruiker op zijn twee oren slapen, want het HR+ label biedt garanties op het vlak van veiligheid, besparing en milieu (want door minder te verbruiken, vervuilt men minder). ”Wij bieden een maximale garantie. U krijgt een minimaal verbruik”: dat was de slogan die het label promootte. Hij is nog steeds brandend actueel!
Technische garanties Voor zowel vloer- als wandketels : • overeenstemming met de EC-vereisten • overeenstemming met de Belgische veiligheidsnormen (categorie I2E+) en installatienormen (NBN D51-003) • Gegarandeerd minimumrendement
Uw huis probeert u iets te vertellen - www.aardgas.be
Commerciële garanties Voor wandketels : • volledige garantie van twee jaar, met inbegrip van materiaal, arbeid en verplaatsing • volledige dienst na verkoop gedurende 10 jaar na stopzetting van de fabricatie, met inbegrip van de levering van losse stukken • technische bijstand van het merk in België • permanente technische bijscholing en informatie van de technici voor de gecommercialiseerde toestellen. Voor vloerketels : • garantie van 5 jaar op het verwarmingselement, met inbegrip van het materiaal, de arbeid en de verplaatsing • levering van losse stukken gedurende 5 jaar na stopzetting van de fabricatie • technische bijstand van het merk in België • permanente technische bijscholing en informatie van de technici die aan de gecommercialiseerde toestellen werken
Inforgas
Voor radiatoren : • gegarandeerde goede werking van het verwarmingselement gedurende 5 jaar • volledige dienst na verkoop gedurende 10 jaar na stopzetting van de fabricatie, met inbegrip van de levering van de losse stukken • technische bijstand van het merk in België • permanente technische informatie voor de technici die aan de gecommercialiseerde toestellen werken.
de lat nog hoger : alleen de condensatieketels die een minimum rendement van 107% bieden zullen vanaf 2009 het kwaliteitsmerk HR TOP krijgen.
HR+ label lage temperatuur
• minimumrendement bij gedeeltelijke belasting (0,3 x Pn en kW) gelijk of hoger dan 107 % (temperatuur van het water bij het binnenkomen in de verwarmingsketel = terugvloeitemperatuur: 30°C). • de concentratie van CO en NOx in de lucht- en watervrije verbrandingsproducten (0% O2) en van de waterdamp mag voor CO niet hoger zijn dan de maximale limietwaarden van 110 mg/kWh en voor NOx niet hoger zijn dan max. 70 mg/kWh voor de wandketels en max 100 mg/kWh voor de vloerketels.
Technische garanties • minimumrendement bij nominaal vermogen (Pn en kW) gelijk of hoger dan 95 % (gemiddelde temperatuur van het water in de verwarmingsketel : 70°C).
Om te beginnen : wat is een verwarmingsketel op aardgas op lage temperatuur ? Een vewaringsketel op lage temperatuur heeft geen andere omschrijving dan de rendementen die door de Richtlijn “Rendement” 92/42 worden opgelegd: • rendement bij nominaal vermogen : min 87,5 + 1,5 log Pn (gemiddelde temperatuur van het water van de verwarmingsketel 70°C) en • rendement bij gedeeltelijke belasting van 0,3 Pn : min 87,5 + 1,5 log Pn (gemiddelde temperatuur van het water in de verwarmingsketel 40°C)
Commerciële garanties • totale garantie van twee jaar inbegrip van het materiaal, de arbeid en de verplaatsing (omniumgarantie) en garantie van 3 jaar op het verwarmingselement indien de verwarmingsketel werd geplaatst overeenkomstig de instructies van de fabrikant (installatiehandleiding). • technische bijstand van het merk in België en dienst na verkoop tot 10 jaar na de stopzetting van de fabricatie van het model • permanente specifieke technische bijscholing en informatie voor condensinstallaties voor erkend installateurs van het merk om hun condenserende ketels te installeren • commercialisering van de condenserende ketel, enkel via de verdelers die vooraf een specifieke technische opleiding kregen voor condensinstallaties.
De technische en commerciële garanties zijn du dezelfde als deze van het HR+ label, behalve met betrekking tot het rendement.
Label HR TOP De condensatieketels betekenen op het gebied van de kwaliteit een extra sprong in de technologie van de ketels : de kwaliteit van de verbrandingsproducten van aardgas maakt het mogelijk dat hun latente warmte (in de waterdamp) kan worden gerecupereerd via condensatie. Het globale rendement kan dus hoger zijn dan 100% op de calorische onderwaarde Hi. Sedert een vijftiental jaar worden er condenserende ketels met alle vermogens ontwikkeld door fabrikanten die steeds aan populariteit winnen bij privé-personen (meer dan 60% van de verkochte modellen in het 1ste semester 2008).
HR+ of HR TOP : de juiste keuze Elke CV-installatie is een specifiek geval dat ook als dusdanig door een deskundig installateur moet bekeken worden -liefst gehabiliteerde aardgas- zodat we echt geen ”ideale” installatie eens en voor altijd kunnen voorstellen.
In 1998 werd voor dit type verwarmingsketels het HR TOP-label door de gassector gelanceerd. Het geldt tegenwoordig ook voor condenserende warme lucht generatoren en luchtverhitters evenals voor de warmwatergeneratoren.
Nieuwbouw
Tien jaar later plaatsen de fabrikanten die lid zijn van de Gasgemeenschap en KVBG
2
Inforgas N ° 67 - s e p t e m b e r
-
o k to b e r
Nieuwbouw geeft uiteraard een maximum aan mogelijkheden. De plaatsing van de toestellen
-
n o v e m b e r 2008
voor de verwarming en de warmwaterbereiding kan rustig bekeken worden in samenwerking met de architect en de installateur. In nieuwbouw kan men ook de warmte emettoren zodanig dimensioneren dat men tijdens het ganse stookseizoen een maximaal productierendement bereikt. Hier denken we dus automatisch aan verwarming op zeer lage temperatuur zodat de condenserende ketel (met HR TOP kwaliteitslabel uiteraard) volkomen tot zijn recht kan komen. Natuurlijk bevelen wij een gesloten (type C) toestel aan – waardoor de investering van een schoorsteen meteen wegvalt – en ideaal op zolder geplaatst met een rechtstreekse afvoer door het dak. De gesloten toestellen mogen trouwens eender waar in huis geplaatst worden want ze vergen geen speciale luchtaanvoeropening voor de verbrandingslucht (wat niet betekent dat er helemaal geen luchtverversing nodig is !). De keuze van de warmte-afgifteelementen is bijna onbeperkt : van discrete vloerverwarming tot indrukwekkende designradiatoren die perfect in het globale bouwconcept kunnen ingepast worden. Alleen niet vergeten de installatie zo te dimensioneren dat tijdens het meeste deel van het stookseizoen de CV-ketel kan condenseren; en, uiteraard, een kwaliteitstemperatuurregeling te plaatsen. Vergeet ook de gasstop in de keuken (alle echte gastronomen koken immers op aardgas) en de living (voor de inbouwcassette met zijn uitzonderlijk knusse sfeer, bv. in het tussenseizoen) niet.
Inforgas
Bestaande woning Wil uw klant een CV-installatie plaatsen ? Al is uw keuze iets beperkter dan bij nieuwbouw (zo is bv. het plaatsen van vloerverwarming in een bestaande woning vaak technisch niet mogelijk of te ingewikkeld), toch durven we u ook hier een HR TOP wandketel (gesloten model – type C, uiteraard) aanbevelen. Maar ook een type B (open) ketel kan, vanzelfsprekend. Het is echter niet aangewezen een condenserende ketel op een bestaande schoorsteen aan te sluiten. Deze moet eerst getubeerd worden met een aangepast materiaal. Voor de tubering moeten een reeks parameters worden toegepast (weerstand tegen condensaten, drukklasse van het kanaal, enz.). Meer daarover in een volgende Inforgas. Zoals steeds voor een condenserende ketel zijn een correcte dimensionering en een kwaliteitstemperatuurregeling onontbeerlijk om met de HR TOP ketel de ganse winter hoge toppen te scheren inzake energiebesparing.
Uw klant wil zijn gasketel vervangen ? Indien de inrichting van uw huis het niet toelaat (geen mogelijkheid van gevelafzet of verbuizing van uw schoorsteen) plaatst u een HR+ aardgasketel van het type B.
Uw klant wil zijn bestaande ketel ombouwen op aardgas? Hier bestaan er technisch twee oplossingen : • de bestaande eenheid ketel/ventilatorbrander vervangen door een HR+ aardgasketel (men bevindt zich in volgend denkbeeldige situatie : ”uw klant wil zijn gasketel vervangen ?”); • alleen de ventilatorbrander vervangen door een aardgasventilatorbrander. De keuze van deze tweede mogelijkheid wordt volledig bepaald door de ouderdom en de (goede) staat van de ketel: betreft het een recente ketel in perfecte staat met een goed rendement en een kwaliteisregeling dan kan deze oplossing overwogen worden. Opgelet : de mogelijkheid uw brander te vervangen is na te kijken bij de fabrikant. In alle andere gevallen (waarbij de ketel reeds geleden heeft door de vorige brandstof bijvoorbeeld), moet de ketel vervangen worden, zoniet loopt u groot gevaar op korte termijn een ontevreden klant aan de lijn te krijgen. In vele gevallen is de volledige vervanging economischer. Niet vergeten dat bij verandering van brandstof (brander alleen vervangen of nieuwe aardgasketel) de bestaande schoorsteen twee-
maal moet gereinigd worden (schoorsteen grondig vegen met borstel): • een eerste keer vòòr het opstarten van de gasstook • een tweede keer na het eerste stookseizoen. Daarna volstaat het er zich jaarlijks, voor de aanvang van het stookseizoen, van te vergewissen dat de schoorsteen zuiver is en goed trekt. Opgelet: regening houden met de voorschriften van het nieuw decreet van het Vlaams Gewest inzake onderhoud. Ook niet vergeten uw klant te herinneren dat de premies voor de ketels alleen geldig zijn in geval van een installatie van een ketel HR TOP en/of HR+ lage temperatuur (na te kijken in functie van uw gewest) en niet voor het simpel vervangen van uw brander. Wat betreft uw fiscale aftrekbaarheid, deze is enkel toegekend in geval van vervanging van een oude cv installatie door een nieuwe condenserende ketel. Beter tweemaal herhalen, zo vermijdt je een teleurgestelde klant.
Kijk toch even de dimensionering van de warmte-emetoren na, want misschien volstaat een keteltje met gevoelig lager vermogen dan het oude model beter. Ook de regeling is vermoedelijk aan een opfrisbeurt toe. Bij open (type B) ketels zijn de luchtaanvoer en de afvoer van de verbrandingsproducten van primordiaal belang om een correcte verbranding te waarborgen. Sinds 1 januari 1996 zijn alle aardgasketels uitgerust met een afvoerbeveiliging zodat de gastoevoer automatisch afgesloten wordt voordat er zich een gevaarlijke situatie kan voordoen. Maar een ketel die enkele keren per week in panne staat mag dan al wel veilig zijn, reclame voor uw bedrijf is het allerminst. Controleer deze twee elementen vooraleer u een bestek opmaakt want anders zijn pijnlijke verrassingen (voor u en voor uw klant) niet uitgesloten.
De lijsten van HR+ en HR TOP toestellen evenals een samenvatting van de toegekende premies zijn te raadplegen op :
www.aardgas.be Inforgas N ° 67 - s e p t e m b e r
-
o k to b e r
-
n o v e m b e r 2008
3
Inforgas
is de veRdunningsfaCtOR van tOePassing tegenOveR afvOeRventilatieKanalen? Verschillende gasinstallateurs en architecten stellen zich terecht de vraag of de uitmonding van een ventilatieafvoer en de uitmonding van een rookgasafvoerkanaal zich bovendaks naast elkaar mogen bevinden. De norm nbn b61-002 bepaalt minimale afstanden tussen de uitstroomopening van de verbrandingsgassen en een toegangsopening in een wand (deur, venster) of een luchttoevoerventilatieopening op basis van de verdunningsfactor. De verdunningsfactor heeft tot doel om tot een situatie te komen zodanig dat verbrande gassen slechts in een gebouw kunnen binnendringen van zodra deze zodanig verdund zijn dat ze geen hinder meer vormen voor de bewoners : voor aardgas en LPG is deze verdunning 1%. We moeten nu het onderscheid maken tussen een luchttoevoerventilatieopening en een luchtafvoerventilatieopening. Bij een luchttoevoerventilatieopening is de verdunningsfactor zeker van toepassing. Tegenover een luchtafvoerventilatieopening is de verdunningsfactor NIET van toepassing om de evidente reden dat er geen lucht in het gebouw binnenkomt. We moeten wel enige voorzichtigheid in acht nemen. Bij een slecht ontworpen natuurlijke ventilatie kan via de luchtafvoerventilatie-uitmonding soms terugslag optreden. Bij een goed ontworpen systeem is dit niet het geval: een natuurlijke ventilatieafvoer met een statische trekkap, geplaatst in zone I of II, waarborgt dat er in normale omstandigheden geen terugslag en luchtinstroming zal optreden. laten we enKele gevallen nadeR besCHOuwen.
luchtafvoer ventilatie-uitmonding uitmonding dampkappen
luchtafvoer ventilatieuitmonding statische trekkap
Clv uitmonding Clv luchtinlaat
Clv
figuur 2: Drie uitmondingen bevinden zich vlak naast elkaar: de uitmonding van de CLV, de uitmonding van de natuurlijke ventilatielucht afvoer en de uitmonding, met statische trekkap, van het kanaal waarop de dampkappen zijn aangesloten ➠ de verdunningsfactor is hier niet van toepassing figuur 1: Een CLV naast een luchtafvoer ventilatie-uitmonding met betonnen statische trekkap aangesloten op een shunt ventilatiekanaal ➠ de verdunningsfactor is hier niet van toepassing
figuur 3: Een prefab schoorsteen combineert in één geheel: > de rookgasafvoer, > de verbrandingsluchttoevoer, > de ventilatieluchttoe- en afvoer (voor balansventilatie systeem D) > de rioolontluchting
De verdunningsfactor is niet van toepassing binnen een prefab schoorsteen : de fabrikant staat immers garant voor een goede werking zonder hinder van het geheel. De rookgasafvoer kan zo de ventilatietoevoer bijvoorbeeld niet hinderen.
4
Inforgas N ° 67 - s e p t e m b e r
-
o k to b e r
-
N o v e m b e r 2008
Inforgas
Verbod op open kachels in verhuurde kamers Het Besluit van de Vlaamse regering betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers (3 oktober 2003) zorgt de laatste tijd voor heel wat onrust bij gasinstallateurs. Dit besluit bevat ondermeer volgende bepaling:
Gevallen van CO vergiftiging in studentenkamers liggen aan de basis van dit voorschrift. De KVBG werd niet geconsulteerd over dit onderwerp en wij zijn net als vele gasinstallateurs voor voldongen feiten geplaatst.
“Titel II – Veiligheids- en kwaliteitsnormen - Hoofdstuk I: Gemeenschappelijke normen voor kamers en studentenkamers
Concreet betekend dit dat in Vlaanderen open verwarmingstoestellen (kachels) type B11BS verboden zijn op verhuurde kamers. Deze reglementering is niet van toepassing op verwarmingstoestellen in gemeenschappelijke ruimtes e.d. noch op sanitair warm waterproductie, hetgeen niet erg logisch is. De eigenaar is ten slotte ook niet verplicht om toestellen te plaatsen.
Art. 4. Een kamer of studentenkamer die te huur wordt gesteld of verhuurd, moet voldoen aan de volgende elementaire kwaliteits- en veiligheidsnormen, die door de Vlaamse Regering nader worden vastgesteld: 4° De kamer of studentenkamer beschikt over voldoende en veilige verwarming of de nodige toe- en afvoerkanalen. Als verwarmingsbronnen komen enkel in aanmerking: centrale verwarming, elektrische toestellen en luchtdichte gastoestellen met schoorsteen- of gevelafvoer;”
Sinds enkele maanden passen de regionale inspecteurs belast met de controle op de woonkode dit aspect van het besluit van de Vlaamse regering zeer strikt toe. Men weze gewaarschuwd!
Het afbreken van schroefdraad op stalen buizen voor binneninstallaties Verschillende installateurs van gasbuizen in gasbinneninstallaties (stroomafwaarts van de gasmeter) melden dat ze soms geconfronteerd worden met het afbreken van schroefdraadverbinding in een binneninstallatie. Dit is te wijten aan de te dunne wanddikte van de buis in combinatie met versleten draadsnijgereedschap en aan mechanische krachten op de verbinding. Ook al komt dergelijke breuk weinig voor, toch is dit voor aardgasinstallaties een zeer ernstig risico. Uit analyse van de incidenten blijkt dat het meestal gaat om buizen DN15, DN20 of DN25 van de halfzware reeks met een wanddikte aan de benedengrens van de tolerantie. De Belgische norm i.v.m. aardgas binneninstallaties NBN D51-003 (4de uitgave - 06/2004) bepaalt dat stalen buizen voor binneninstallaties moeten voldoen aan de normen NBN A 25-103, NBN A 25-104 of NBN EN 10208-1. De normen NBN A 25-103 en NBN A 25-104 zijn voorbijgestreefd en er worden geen stalen buizen meer vervaardigd volgens deze normen. Nominale diameter DN 15 (1/2’’)
Buiten diameter (mm) 21.3
Wanddikte zware reeks (mm) 3.2
+10% -10%
2.6
2.6 -10% 3.6 -10%
DN 20 (3/4‘’)
26.9
3.2
DN 25 (1’’)
33.7
4.0
+10% -10% +10% -10%
4.5
+10% -10%
DN 50 (2‘’)
60.5
Wanddikte halfzware reeks (mm) +10% -10% +10% +10%
3.2 -10%
+10%
De Europese norm voor de aardgas binnenleidingen NBN EN 1775 (2007) bepaalt dat de stalen buizen moeten voldoen aan de normen NBN EN 10208-1 of NBN EN 10255. De distributienetbeheerders (DNB’s) werden vroeger ook met dit probleem geconfronteerd. Sinds verschillende jaren bestellen zij schroefbare buizen van de zware reeks volgens hun eigen aankoopspecificatie. Sindsdien komt dit probleem niet meer voor bij de DNB’s. Stalen buizen, al dan niet gegalvaniseerd, worden in de bouw niet alleen gebruikt als gasleidingen doch ook als water- en CV leidingen. Hieruit besluiten we dat het afbreken van schroefdraad zich hier evengoed stelt, vandaar de noodzaak om dit probleem globaal aan te pakken. Wij zijn tot het besluit gekomen dat de wanddikte de bepalende factor is. Om deze veiligheidsreden bevelen we dan ook aan om in de toekomst uitsluitend stalen buizen van de “zware“ reeks volgens NBN EN 10208-1 of NBN EN 10255 te gebruiken voor gastoepassingen. Bij volgende herziening van de norm NBN D51-003 “Binnenleidingen voor aardgas en plaatsing van de verbruikstoestellen - Algemene bepalingen”, zal de KVBG voorstellen de specificatie van de stalen buizen aan te passen waardoor het gebruik van zware buizen volgens NBN EN 10208-1 of NBN EN 10255 een dwingend karakter zal hebben.
Inforgas N ° 67 - s e p t e m b e r
-
o k to b e r
-
n o v e m b e r 2008
5
Inforgas
Standpunt KVBG i.v.m. CO-detectoren voor huishoudelijk gebruik 1. Inleiding
Het is aangeraden te investeren in een degelijke gasinstallatie die beantwoordt aan de Belgische norm NBN D51-003. Het CO probleem kan worden opgelost door hetzij een gesloten gastoestel, hetzij een open gastoestel met een goede verluchting van het lokaal waar het gastoestel met intrinsieke veiligheid geplaatst is eerder dan een vaste CO-detector.
Koolstofmonoxide (CO) ontstaat door een slechte verbranding: bij normale verbranding komt CO2 vrij, bij verbranding met onvoldoende zuurstof ontstaat CO. CO is een gas zonder geur, kleur of smaak. De ernst van een vergiftiging door koolstofmonoxide wordt hoofdzakelijk bepaald door de CO-concentratie in de lucht, de duur van de blootstelling en de ademhalings frequentie van het slachtoffer.
Indien men toch een vast CO-detector wil plaatsen en men een effectieve veiligheid wil waarborgen moet men met volgende punten rekening houden.
Een CO-intoxicatie geeft hoofdpijn, misselijkheid en braken, maar ook spierzwakte en bewustzijnsverlies. In het laatste geval kan het slachtoffer niet meer reageren en dus ook niet de ruimte verlaten.
3. CO detectoren Een CO-detector heeft als doel de CO-concentratie in de lucht te volgen en een alarmsignaal te geven (licht- of geluidssignaal) wanneer de electrochemische cel een COconcentratie meet die een bepaalde drempel gedurende een bepaalde tijd overschrijdt. Een efficiënte CO-detector geeft geen alarm bij lage CO-concentraties (een omgeving waar gerookt wordt), maar verwittigt wel op tijd zodat het slachtoffer nog in staat is om te reageren.
2. Standpunt KVBG De KVBG streeft naar een optimale veiligheid van alle gasinstallaties onder andere voor wat betreft CO-intoxicatie. Deze veiligheid wordt bereikt door: • het plaatsen van gesloten gastoestellen. De gesloten aardgastoestellen, ook “type C” toestellen genoemd, ontlenen hun benaming aan het feit dat de verbrandingskring gesloten is tegenover het lokaal waarin het toestel geplaatst is. Het is alsof het toestel buiten de ruimte zou geplaatst zijn. De verse verbrandingslucht en de verbrande gassen worden rechtstreeks van buiten aangevoerd en weer afgevoerd. Hierdoor is er geen risico op CO-vergiftiging mogelijk in de woning.
Wij behandelen hier niet de CO-detectoren voor professionelen die gebruikt worden als meettoestel of als individueel beschermingsmiddel: deze toestellen kosten tussen de 250 en de 500 €, dus veel minder duur dan de huishoudelijke vaste CO-detectoren die circa 30 à 80 € kosten. De meetsondes in de COdetectoren voor professioneel gebruik hebben een beperkte levensduur en moeten om de 2 à 3 jaar vervangen worden. Voor bepaalde toestellen voorziet de fabrikant een regelmatige ijking, meestal 2 keer per jaar.
• het plaatsen van open toestellen met geïntegreerde beveiliging - bij toestellen met schoorsteenaansluiting (type B): TTB (Thermisch Terugslag Beveiliging) + een permanente en voldoende luchttoevoer en een goed werkende schoorsteen,
4. Normen CO-detectoren voor huishoudelijk gebruik moeten voldoen aan de normen NBN EN 50291 “Beproevingsmethoden en gebruiks eigenschappen voor elektrisch materieel voor de detectie van koolstofmonoxide in tot bewoning bestemde gebouwen” en NBN EN 50292 “Leidraad voor de keuze, het aanbrengen, het gebruik en het onderhoud van elektrisch materieel voor de detectie van
- bij keukengeisers zonder schoorsteenaansluiting (type A) : Een atmosfeerbeveiliging (type A1AS) + een permanente en voldoende lucht toe- en afvoer.
6
Inforgas N ° 67 - s e p t e m b e r
-
o k to b e r
-
n o v e m b e r 2008
koolstofmonoxide in tot bewoning bestemde gebouwen”. Een recente studie (oktober 2006) uitgevoerd door de inspectieteams van de Algemene Directie Controle en Bemiddeling van het FOD Economie heeft bewezen dat de meerderheid van de CO-detectoren die toen op de markt waren, niet voldeden aan de norm NBN EN 50291. Zij werden dan ook uit de handel teruggenomen. Het is van essentieel belang om er zich bij de aanschaf van een CO-detector van te vergewissen dat die voldoet aan de Europese normen en het merkteken “CE” draagt. Maar zelfs als een CO-detector het CE mark draagt biedt dit geen sluitende waarborg op betrouwbaarheid en veiligheid zoals uiteengezet in alinea 6.
5. Kost Aangezien CO reeds giftig is bij zeer lage concentraties, moet men voor elke ruimte met een verbrandingstoestel (op hout, kolen, gas, petroleum of mazout) een detector voorzien, zowel voor verwarmingstoestellen als voor warmwatertoestellen en nog eens voor elke ruimte waar een schoorsteen doorkomt. Dit verhoogt natuurlijk het aantal detectoren dat moet aangekocht worden. De meetcel heeft een beperkte levensduur, vandaar dat de CO-detector regelmatig moet vervangen worden.
6. Betrouwbaarheid Het voldoen aan de huidige normen biedt momenteel geen sluitende garantie dat een CO-detector tijdig doch niet onnodig zal functioneren. Een CO-detector werkt op basis van een electrochemische cel. Deze cel kan ook gevoelig zijn voor andere substanties dan CO, bij voorbeeld voor vluchtige oplosmiddelen, waardoor het alarm verkeerdelijk zal afgaan. Men moet de garantie hebben dat de COdetector doorheen de tijd goed zal blijven functioneren ondanks de aanwezigheid van stof (wasplaats, kolenkachel), vet (keuken),
Inforgas
vocht (badkamer), intense hitte (bij voorbeeld vlak bij een kachel) of grote temperatuurschommelingen (zoals in de kelder of op zolder). De meeste CO-detectoren voor huishoudelijk gebruik kunnen die garantie niet bieden, zelfs al beantwoorden ze aan de Europese normen. Men moet weten dat wanneer CO snel in grote hoeveelheden vrij komt (meestal in badkamers), het slachtoffer vaak onvoldoende kracht heeft om zelf de ruimte te verlaten …in zo een situatie zou de COdetector een derde persoon aanwezig in het lokaal moeten verwittigen van het gevaar. Een CO-detector zou niet alleen een geluidssignaal moeten geven wanneer de batterij plat is, maar ook bij kortsluiting, vervuiling van de cel of wanneer het toestel opnieuw geijkt of vervangen moet worden.
Wanneer men naast CO-detectoren ook rookdetectoren plaatst, moet er een duidelijk onderscheid te horen zijn tussen de geluidssignalen van beide toestellen! De maatregelen die men moet nemen zijn totaal verschillend: bij een CO-alarm moet men de vensters openen en zoveel mogelijk ventileren, bij een rookalarm daarentegen moet men luchttoevoer en ventilatie vermijden om de vlammen niet aan te wakkeren.
7. Besluit • Men bereikt een optimale veiligheid van gasinstallaties voor wat betreft CO intoxicatie door het plaatsen van gesloten gastoestellen of door het plaatsen van open gastoestellen met geïntegreerde beveiliging; • Het plaatsen van CO-detectoren neemt de oorzaak van de CO-productie niet weg; • Het plaatsen van CO-detectoren stelt u niet vrij van andere maatregelen om blootstelling te voorkomen (correcte installatie en regelmatig onderhoud van toestellen en schoorstenen); • CO-detectoren kunnen een vals gevoel van veiligheid geven.
De KVBG op het BIS beurs van 11 tot 19 oktober De KVBG heeft een stand op het « Bouw en Immosalon » dat van 11 tot 19 oktober 2008 wordt gehouden in Flanders Expo te Gent. Zij presenteert er de nieuwste toepassingen van aardgas en stelt particulieren voor om hun potentiële besparing op de website van aardgas www.aardgas.be te berekenen, als ze hun oude ketel vervangen door een nieuwe op aardgas. Inforgas N ° 67 - s e p t e m b e r
-
o k to b e r
-
n o v e m b e r 2008
7
Inforgas
NIEUW: ATAG A-serie Voor de consumentenmarkt, seriematige vervanging en nieuwbouw de ATAG A-serie is gebruik gemaakt van deze jarenlange ervaring. Zo is de ATAG A opgebouwd uit bestaande en bewezen A-componenten die zorgen voor de uitzonderlijke kwaliteit. Het hart van de ATAG A wordt gevormd door de unieke INOX OSS warmtewisselaar. De doordachte en betrouwbare techniek in combinatie met hoogwaardig inox maakt de warmtewisselaar een zeer sterk hart. ATAG kiest al jaren voor dit hoogwaardige materiaal (INOX) in plaats van goedkopere en vervuilende andere materialen zoals aluminium. Dankzij toepassing van inox gladde buizen is er een optimale en directe warmte-overdacht in de warmtewisselaar.
Met de ATAG A-serie biedt ATAG u een CV-ketel die uitermate geschikt is voor zowel de consumentenmarkt als de seriematige vervanging en nieuwbouw. En op alle onderdelen uitzonderlijke goede prestaties neerzet. Op het gebied van prijs én kwaliteit. Want de ATAG A blinkt uit in rendement, betrouwbaarheid, eenvoud en degelijkheid.
Doordachte techniek
De ATAG A wordt gekenmerkt door het hoogste rendement, op het gebied van verwarming én warm water. Het toestel is compact, licht van gewicht en levert zeer snel warm water. Dankzij een slimme constructie en de toepassing van hoogwaardige materialen is de ATAG A uitzonderlijk installatie-, gebruiks- en onderhoudsvriendelijk. De duurzame, degelijke en schone materialen (INOX) zorgen voor een lage onderhoudsinterval en een blijvend hoog rendement.
Volledig nieuw is het zogenaamde hydroblok. Dit messing gedeelte reduceert het aantal leidingdelen en fittingen in het hydraulische gedeelte van de ketel. Alle onderdelen zitten overzichtelijke en goed bereikbaar geplaatst voor snelle service. Zo zit de compacte driewegklep met stappenmotor als één geheel in het hydroblok. Verder biedt het hydroblok plaats aan het doseerventiel, de flowsensor en de tapwatersensor. Alle leidingen en HR platenwisselaar zitten met een ‘snelkoppeling’ in het hydroblok. Op regeltechnisch en elektrotechnisch terrein is alles nieuw in de ATAG A. De nieuwe besturing met verlicht beeldscherm en directe bediening vanaf de voorzijde van de ketel biedt een vlotte bediening en eenvoudige aflezing van de gewenste informatie. Achter de spatwaterdichte mantel (IPX4D)
Bewezen kwaliteit ATAG is sinds 1948 fabrikant van gasvoerende apparaten. Bij de ontwikkeling van Inforgas N ° 67 - s e p t e m b e r
-
o k to b e r
-
n o v e m b e r 2008
De nieuwe ATAG A-Serie is een uitbreiding op het assortiment. Zo biedt ATAG voor projecten, consumenten en utiliteit altijd een oplossing. Ook op het gebied van het gebruik van duurzame energie.
ATAG CV-ketels: Zuiniger worden ze niet gemaakt!
ATAG Verwarming België
Leo Baekelandstraat 3 • 2950 Kapellen Tél : 03 227 26 24 Fax : 03 227 23 43
[email protected] www.atagverwarming.com
Verantwoordelijke uitgever: An De Backer, Palmerstonlaan 4, 1000 Brussel
ATAG Assortiment.
Naast het hoogste rendement op verwarming biedt de ATAG A dankzij een nieuwe geavanceerde HR tapwatertechnologie een uitzonderlijke hoog rendement op warm tapwater. Dit zorgt voor unieke prestaties, beter dan menig concurrerend toestel. Hierdoor is de ATAG A de beste oplossing bij nieuwbouw.
8
zitten de hoofdzakelijke 230 Volt componenten veilig en overzichtelijk opgesteld. Zo is er een nieuwe fluisterstille ventilator die voor een optimale menging van het verbrandingsgas zorgt. En op het gasblok zit een ontsteekunit met closed loop sparking. Een doeltreffend ontstekingssysteem voor superveilig en storingsvrij ontsteken.