Voorstel aan de Raad
Klik hier voor de begeleidende brief d.d. 16 januari 2007 van college van B&W Klik hier voor de beantwoording van het college van B&W van de op 20 december 2006 gestelde vragen
Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel
7 februari 2007
/ 261/2006 (definitieve versie met enkele technische aanpassingen nav behandeling tijdens Politieke Avond 20 december 2006)
Fatale termijn: besluitvorming vóór:
zo spoedig mogelijk. Onderwerp
GoNoGO Koers West Programma / Programmanummer
Grondbeleid / 9220 Portefeuillehouder
P. Depla
Voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d.
12 december 2006 Samenvatting
Op 15 oktober 2003 heeft uw Raad het Koersdocument Koers West vastgesteld. Hierbij gaat het om de ontwikkeling van het Waalfront tot stedelijk woonwerkgebied, de aanleg van een nieuwe Stadsbrug en de revitalisering van het bedrijventerrein Noord- en Oostkanaalhavens. Indertijd is ook afgesproken dat in het najaar van 2006 de Gemeenteraad een expliciet besluit zal nemen over de voortgang van Koers West als geheel en/ of per onderdeel. Dit voorstel voorziet hierin. Het advies is om Koers West verder in uitvoering te nemen. Voorstel om te besluiten
1. Voortgangsrapportage Koers West, november 2006, vast te stellen. 2. De planexploitaties voor de pijlers Waalfront, Stadsbrug en bedrijventerrein Noord- en Oostkanaalhavens vaststellen overeenkomstig de Voortgangsrapportage Koers West, november 2006. 3. Definitief te besluiten tot uitvoering en “GO” voor Koers West als geheel alsmede voor de afzonderlijke pijlers Waalfront, Stadsbrug en Noord- en Oostkanaalhavens. 4. Voor de periode 2011 tot en met 2014 een bedrag van 24 miljoen euro ten bate van Koers West als raming op te nemen in de gemeentelijke begroting.
Opgesteld door, telefoonnummer
Wout van Hees, 2056
rvs
Voorstel aan de Raad
Aan de Raad van de gemeente Nijmegen 1
Inleiding
Op 15 oktober 2003 heeft uw Raad het Koersdocument Koers West vastgesteld. Koers West bestaat uit 3 pijlers: Waalfront, Stadsbrug en Noord- en Oostkanaalhavens. Het plangebied loopt globaal van het Gelderlandercomplex bij de Hezelpoort tot aan Electrabel, ten noorden van de Weurtseweg en ten westen van de Energieweg tot aan de Neerbosscheweg. Daarna heeft de Raad op 2 februari 2005 de Voortgangsrapportage Koers West vastgesteld met bijbehorende enigszins aangepaste grondexploitaties. Ook is Koers West halfjaarlijks in de Voortgangsrapportage Grote Projecten opgenomen waarbij op onderdelen is gerapporteerd over voortgang en de effecten op de planexploitaties. Doelstellingen en ambities als verwoord in Koersdocument van 2003. Wonen: Aan het Waalfront verrijst een aantrekkelijk woonwerkgebied met ca. 2000 woningen (in verschillende categorieën) en 60.000 m2 ruimte voor werk en voorzieningen. Bereikbaarheid: de stad en de Waalsprong worden beter bereikbaar als gevolg van de aanleg van de Stadsbrug. Economische Structuur: Het bedrijventerrein NOK wordt een mooier en schoner gebied dat goed bereikbaar is, waar economische kansen beter benut worden. Behoud van werkgelegenheid is de inzet. Een toename van de structurele werkgelegenheid behoort tot de mogelijkheden. Leefbaarheid en Milieu: De milieudruk in Nijmegen-West zal niet toenemen en getracht wordt een positieve beleving van de leefomgeving te creëren. Stedelijke Structuur: Nijmegen wordt veel meer één geheel (Nijmegen West gaat volwaardig meedoen; relaties met de bestaande stad (economisch, sociaal en ruimtelijk) worden versterkt, in combinatie met de ontwikkelingen in het Waalspronggebied). Ook zijn er in het Koersdocument van 2003 een aantal dilemma’s genoemd, namelijk: • Stadsbrug versus regionale verbinding; • Stadsbrug versus de milieudruk in het gebied; • verplaatsen van bedrijven in relatie tot behoud van werkgelegenheid in stad en de regio. Of bovenstaande ambities en doelstellingen worden gehaald en hoe het nu staat met deze indertijd benoemde dilemma’s, wordt uitvoerig uitgewerkt en toegelicht in bijgaande Voortgangsrapportage Koers West november 2006, die moet worden gezien als een onderdeel van dit raadsvoorstel. Wat is er vanaf de vaststelling van het Koersdocument in 2003 tot heden gebeurd?
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
2
Waalfront • Er is een intentieovereenkomst met Rabo Vastgoed gesloten. Deze overeenkomst geldt voor de planfase tot aan het Go-NoGo-besluit van de in 2006. Op basis van deze overeenkomst zijn er afspraken gemaakt over verwervingen/aankopen van eigendommen, het masterplan Waalfront en de planexploitatie. De intentie van beide partijen was – en is nog steeds - om deze intentieovereenkomst om te zetten in een samenwerkingsovereenkomst voor de uitvoering van het masterplan Waalfront vanaf 2007. • Het stedenbouwkundig bureau Lodewijk Baljon met architectenbureau Liesbeth van de Pol is geselecteerd om samen met Rabo Vastgoed en de gemeente Nijmegen het masterplan Waalfront te maken; • Er is onderzoek gedaan in het kader van een vrijwillige MER, parallel aan de ontwikkeling van het masterplan. De Milieu-Effect Rapportage wordt vrijgegeven voor inspraak door de Raad; • Wet voorkeursrecht gemeente is april 2006 van toepassing verklaard; • Het masterplan Waalfont is vrijgegeven voor inspraak (bijlage ter inzage). Inmiddels is er een reactienota verschenen op basis waarvan is besloten om ter plekke van de Handelskade op onderdelen het plan bij te stellen/aan te passen. Stadsbrug • De Milieu Effect Rapportage is afgerond; • Stadsbrugtracé, inclusief Energieweg is vastgesteld; • Bestemmingsplanprocedure loopt (inspraak is bijna afgerond en ontwerpbestemmingsplan gaat ter visie); • Verwervingsgesprekken met de bedrijven die moeten verplaatsen worden intensief gevoerd en hebben inmiddels voor enkele ondernemers geleid tot een overeenkomst; • Studieopdracht naar de typologieën van de bruggen is uitgezet bij 3 ingenieursbureaus. Hiermee wordt duidelijk welke bruggen technisch en onder welke (financiële) condities mogelijk zijn; • Aan een Voorlopig Ontwerp voor de herinrichting van de Energieweg wordt gewerkt. Bedrijventerrein NOK • de Ambachtsweg, de Nijverheidsweg, de Dr. Blécourtstraat en de Bedrijfsweg zijn opnieuw ingericht; • De ondernemersvereniging heeft een convenant gesloten met de gemeente Nijmegen waarbij afspraken zijn gemaakt over communicatie en de gezamenlijk aan te pakken onderwerpen. Bij Rhenania en bij Nacco zijn extra damwanden gerealiseerd om het vervoer over water te stimuleren en de bedrijfsvoering van deze bedrijven te optimaliseren.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
3
In de Voortgangsrapportage (bijlage) wordt gedetailleerd ingegaan op de zaken die hierboven globaal zijn weergegeven. De financiële uitgangspunten zijn eveneens op een rijtje gezet. Daarnaast wordt er een doorkijk gegeven naar de toekomstige planning van de taken en uitvoeringswerkzaamheden. Dit raadsvoorstel is een belangrijk (ijk)moment voor de voortgang van Koers West, zoals afgesproken bij de vaststelling van het Koersdocument Koers West in oktober 2003, wordt uw Raad gevraagd een zogenaamd Go of No Go besluit te nemen.
1.1 Wettelijk- of beleidskader
het raadsvoorstel zoals dat hier voorligt voldoet aan de wettelijke en beleidskaders zoals deze zijn vastgesteld.
1.2 Relatie met programma
Voor Koers West -en dan met name voor wat betreft het Waalfront- geldt een relatie met bijna alle programma’s die denkbaar zijn binnen de gemeentelijke begroting. De belangrijkste worden hierna benoemd. Ruimte en Bouwen, Wijken, Milieu, Zorg en Welzijn, Economie, Cultuur, Middelen, Wonen, Mobiliteit en Openbare ruimte. Bij de uitwerking van de plannen rond Koers West zijn deze programma’s sturend geweest.
2
Doelstelling
Met dit voorstel en bijbehorende Voortgangsrapportage wordt inzicht geboden in de werkzaamheden en resultaten binnen Koers West vanaf oktober 2003 tot aan dit moment. Daarnaast worden de resultaten per pijler (Stadsbrug, Waalfront en NOK) besproken. Met dit voorstel moet duidelijk zijn dat Koers West van belang is voor Nijmegen en voor Nijmegen West in het bijzonder, dat het past in het beleid op grond van het milieu, verkeer, cultuurhistorie, etc. , dat het financieel en economische uitvoerbaar is binnen de begroting van Nijmegen en met beperkte risico’s. Dit voorstel met de bijlagen moeten ertoe bijdragen dat uw Raad een definitief besluit kan nemen over de voortgang van Koers West.
3
Argumenten
In 2003 heeft uw Raad aangegeven om in het najaar van 2006 een Go of NoGomoment te introduceren om een “Betuweroutesyndroom” te voorkomen en waar nodig en mogelijk bij te kunnen sturen. Om dit besluit te kunnen nemen is dit voorstel, inclusief de Voortgangsrapportage Koers West van belang. Om een goede afweging te kunnen maken is het van belang om op een aantal essentiële vraagpunten antwoord te kunnen geven.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
4
a. Staat de maatschappelijke relevantie van Koers West nog steeds overeind? (Zowel op zichzelf en gerelateerd aan de 3 pijlers Waalfront, Stadsbrug en Noord- en Oostkanaalhavens). b. Is er voldoende draagvlak? c. Is Koers West uitvoerbaar op grond van de geldende planologische en juridische kaders op het gebied van milieu, verkeer en ruimtelijke ordening? d. Is Koers West financieel uitvoerbaar en wat moet de gemeente hierin investeren? e. Wat betekent Koers West in de risicosfeer voor de gemeente Nijmegen? Is dit risico beheersbaar en/of is samenwerking gewenst? f. Is er binnen Koers West voldoende aandacht voor de werkgelegenheid en wat zijn de effecten? g. Zijn de verwervingen/verplaatsingen uitvoerbaar en wat betekent dit voor de bedrijven en de gemeente? h. Krijgen we Koers West organisatorisch uitgevoerd? Onderstaand wordt op deze vragen een antwoord te gegeven.
a. Staat de maatschappelijke betekenis van Koers West nog steeds overeind? In zijn algemeenheid kan worden opgemerkt, dat Nijmegen –met Koers West- zich ontwikkelt van een stad die zich afkeert van de Waal tot een stad die de rivier omarmt. Voor wonen, werken en voorzieningen rondom de binnenstad ontstaan nieuwe mogelijkheden. Nijmegen wordt als stad daardoor meer één geheel. De ruimtelijke kwaliteit van Nijmegen-West wordt verbeterd. Nijmegen-West wordt versterkt als aantrekkelijk woon- werk- en leefgebied. De bereikbaarheid van de stad en de Waalsprong wordt verbeterd met de aanleg van een nieuwe Stadsbrug. De impact van Koers West reikt verder dan Nijmegen en/of de regio. Het nieuwe ‘stadshart’ wordt inmiddels door de rijksoverheid (VROM en V en W) gezien als van nationale betekenis in het kader van de Nota Ruimte (waar het gaat om binnenstedelijk gebiedsontwikkeling) en het beleid ten aanzien van Ruimte voor de Rivier. Qua werkgelegenheid geldt dat de structurele werkgelegenheid met de uitvoering van Koers West zal toenemen (zie hiervoor ook onder f. met het kopje “Hoe gaan we om met de werkgelegenheid en wat zijn de effecten”). Naast deze toename geldt ook dat deze werkgelegenheid zich beter verhoudt met het wonen en de woonwijken Waterkwartier en De Biezen. Daarnaast is Koers West voor wat betreft de werkgelegenheid een duidelijk toekomstgericht perspectief voor alle belanghebbenden
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
5
Waalfront Wonen - Het Waalfront maakt het mogelijk een nieuw woon-werkgebied (wonen, werken en voorzieningen) te realiseren. Hierin worden ook woningen gebouwd voor de minder draagkrachtigen (40 procent goedkope woningen). Met de realisering van ca. 2600 woningen en ca. 30.000 m2 bvo werken en voorzieningen wordt er ook in kwalitatieve zin een nieuw woon-werkgebied toegevoegd aan Nijmegen. Woningbouwtaakstelling Het Waalfront draagt vanaf 2009-2010 bij aan de realisering van de woningbouwdoelstelling zoals deze is opgenomen in het coalitieakkoord. Het gaat hierbij in totaal om zo’n 1.000 woningen (sociale huurwoningen en sociale koopwoningen). Leefbaarheid en milieu - Bestaande milieuproblemen (luchtkwaliteit, geluidhinder, stank, vrachtverkeer door de wijk) worden grotendeels opgelost. Er wordt geïnvesteerd in groen (groene buffer/groene afscherming). Nieuwe fysieke verbindingen voor de aanliggende wijken en de stad komen tot stand, waar het gaat om de relatie met het water (De Waal) en recreatie. Fiets- en wandelroutes worden toegevoegd. Park West wordt het Waalfrontgebied ingetrokken. Voorzieningen - Het Waalfront draagt bij aan versterking van het voorzieningenniveau in het Waterkwartier en de Biezen en legt sociaal-maatschappelijke verbindingen met de omgeving. Door de voorzieningen in het Waterkwartier te versterken en in het Waalfront geen nieuwe toe te voegen die concurrerend zijn, wordt hier een belangrijke verbinding gelegd die van betekenis is voor het Waterkwartier in economische en in sociaalmaatschappelijke zin. In concreto zijn te noemen: instandhouding en groei basisschool, een nieuw up to date wijkcentrum met mogelijkheden voor sociaal-maatschappelijke activiteiten). Kraijenhofpark - 30 januari 2006 heeft de commissie stadsontwikkeling zich uitgesproken over de plannen rond het Kraijenhoffpark. Indien mogelijk zou dit gebied moeten worden toegevoegd aan het exploitatiegebied Waalfront. Uitgangspunten: • het bouwblok Bronsgeeststraat wordt afgerond met laagbouwwoningen; • behoud van de boterfabriek ten behoeve van woon/werkpanden; • het parkgebied wordt substantieel uitgebreid. In het masterplan Waalfront is deze ontwikkeling expliciet opgenomen. Het maakt voor de uitvoering ook onderdeel uit van de vast te stellen planexploitatie Waalfront. Voor meer inhoudelijke en detailinformatie over het Waalfront wordt verwezen naar het door het college vastgestelde Masterplan Waalfront met bijbehorende inspraak c.q. reactienota en de aanpassingen voor de Handelskade en het verlagen van het dijklichaam ter hoogte van het Waalhaevecomplex.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
6
Stadsbrug De Stadsbrug wordt een nieuwe oeververbinding voor auto, openbaar vervoer, fiets en voetganger. De stadsdelen van Nijmegen worden met de beter bereikbaar. De volgende doelstellingen worden hiermee bereikt: • interne bereikbaarheid Nijmegen-Noord met de rest van Nijmegen wordt verbeterd; • onderlinge stedelijke binding van de wijken in Nijmegen-Noord, met de rest van Nijmegen wordt versterkt; • op stedelijke schaal wordt per saldo het leefmilieu Nijmegen verbeterd, door de verkeersdruk beter te verdelen (“salderen”). Er komen ook compenserende maatregelen voor plaatselijke verslechteringen (omgeving industrieplein); • economisch vestigingsklimaat wordt versterkt; Bedrijventerrein NOK De revitalisering van het bedrijventerrein Noord- en Oostkanaalhavens moet leiden tot een modern en duurzaam industriegebied tussen Park West en het Maas- Waalkanaal. De gemeente Nijmegen heeft hier enkele miljoenen in geïnvesteerd. Met de aanpak van de verschillende straten als Ambachtsweg, Bedrijfsweg, e.a. is een belangrijke stap gezet in deze richting. De toekomstwaarde van dit bedrijventerrein wordt hiermee zeker gesteld. Door het realiseren van meer dan 500 meter lengte damwanden en kade, wordt de binding aan het vaarwater versterkt. Een concrete aanpak en opwaardering van het bedrijventerrein is de beste garantie voor een aantrekkelijke vestigingslocatie voor bedrijven en daarmee het behoud van de werkgelegenheid in dit gebied.
b. Is er voldoende draagvlak? Koers West is inmiddels onderdeel van de ruimtelijke plannen in Gelderland. Bijvoorbeeld in het streekplan, maar ook in het regionale structuurplan en het regionale uitvoeringsprogramma. Zowel de provincie als het KAN onderschrijft de plannen rond Koers West en zien deze gebiedsontwikkeling als een must voor Nijmegen en de regio. Ook op rijksniveau wordt het belang van het Waalfront, de Stadsbrug en NOK onderkend. Bij de Stadsbrug en het bedrijventerrein NOK heeft dit inmiddels geleid tot subsidieverstrekking. Het Waalfront wordt vanuit het ministerie van VROM Koers West ook gezien als een project en een vorm van gebiedsontwikkeling welke past in het Uitvoeringsprogramma van de nota Ruimte. Hiervoor krijgt Nijmegen inhoudelijke waardering en steun. Zie hiervoor ook bijgaande brief van het ministerie van VROM, gedateerd 17 november 2006. De verwachting is dat dit op termijn ook leidt tot financiële steun.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
7
Waalfront Mede door de inbreng van bewoners en ondernemers uit Nijmegen-West is het masterplan Waalfront geworden wat het is. Communicatie en interactie met omwonenden zijn bij het ontwerp als werkwijze gehanteerd. Lodewijk Baljon en Liesbeth vd Pol hebben dat ingevuld door een werkatelier aan de Weurtseweg te starten. Daarnaast is een ‘Meedenktank’ samengesteld, een kleine groep bewoners en belanghebbenden met wie het masterplan en de tussenproducten met regelmaat uitgebreid zijn besproken. Over een lastig onderwerp als verkeer is een buurtbrede themabijeenkomst gehouden. Bij de presentatie van het basismodel als voorloper van het masterplan, spraken geïnteresseerden uit de omgeving van het plangebied op begin 2006 breed hun waardering uit voor het verloop en het resultaat van de planvorming. Bij de inspraak over het masterplan zijn op specifieke onderdelen van het plan kritische reacties gegeven, maar voor het plan als geheel is er brede waardering. De opwaardering van de woonomgeving in Nijmegen-West spreekt de meeste bewoners aan. Bewoners van het Waalhaeve-complex aan de kop van de Weurtseweg houden weerstand tegen de plannen. Dit ondanks de inspanningen die zijn gedaan om met deze recente nieuwbouw bij de planvorming voor het Waallfront zoveel als mogelijk rekening te houden. Stadsbrug Geruime tijd is er in Nijmegen discussie geweest of een tweede Stadsbrug in het verlengde van de Energieweg of een doortrekking van de A73 de voorkeur verdiende. De groei van de Waalsprong en de zware belasting van de Waalbrug hebben velen overtuigd van de noodzaak voor een extra stadsverbinding tussen de noord- en zuidoever van Nijmegen. Voor de aanleg van de Stadsbrug moet een aantal bedrijven (deels) verplaatst worden. Direct na de tracékeuze voor de brug zijn (de eigenaren van) deze bedrijven via een bezoek van collegeleden geïnformeerd en zijn in vervolg daarop één-op-één-gesprekken met de bedrijven gestart over verwerving en mogelijke verplaatsing. Deze werkwijze heeft waardering van de bedrijven opgeleverd en een constructief verloop van de vervolgbesprekingen. De voordelen van een betere bereikbaarheid van Nijmegen worden door vele bewoners en ondernemers erkend. Wel houdt de zorg aan over de gevolgen van de voor de leefbaarheid en het milieu in Nijmegen-West.
Bedrijventerrein NOK De plannen voor de verbetering van de straten in dit gebied zijn tot stand gekomen in overleg met de betrokken ondernemers. Door regelmatig overleg met het bestuur van de ONOK, door informatiebijeenkomsten, door systematisch gesprekken aan te gaan met individuele ondernemers hebben de verhoudingen tussen de gemeente enerzijds en de bedrijven en het bestuur van de ONOK anderzijds zich positief ontwikkeld.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
8
c. Is Koers West uitvoerbaar op grond van de geldende planologische en juridische kaders op het gebied van milieu, verkeer en ruimtelijke ordening? Milieu Het Kronenburgerforum is opgericht om zicht te krijgen op de milieudruk in Nijmegen West en Weurt. Samen met de Provincie en de gemeente Beuningen is gezocht naar een gezamenlijke aanpak en een pakket maatregelen. Uitgangspunt voor de ontwikkelingen is, dat het bedrijfsleven nu en in de toekomst volwaardig moet kunnen blijven functioneren en voor de bewoners van Nijmegen West geldt dat zij in een prettige en gezonde leef- en woonomgeving kunnen verblijven. De Stadsbrug en Park West vormen straks een duidelijke scheiding tussen wonen (Waalfront) en werken (Bedrijventerrein NOK). Bedrijven worden verplaatst uit het Waalfront waardoor de milieudruk in het Waterkwartier/De Biezen zal afnemen. Inmiddels is duidelijk geworden dat de aanleg van een nieuwe , inclusief de noodzakelijke maatregelen, en de toename van verkeersintensiteiten op de Energieweg niet zal leiden tot overschrijding van de luchtkwaliteitsnormen. Ook is duidelijk geworden dat de Stadsbrug geen (regionaal) transitoverkeer gaat aantrekken (dit zal na 2010 over de verbrede A50 gaan). In het Waalfront en voor de aangrenzende wijken leidt het tot verbetering omdat het vrachtverkeer hier niet langer doorheen gaat (ondanks extra verkeersbewegingen agv Waalfront). Voor de stad Nijmegen als geheel wordt per saldo zelfs een verbetering zichtbaar van de luchtkwaliteit. Complicerende factor in het geheel is de Europese wetgeving op het gebied van lucht en fijn stof. Gelet op de MERrapportages die zijn uitgebracht en op basis van de huidige regelgeving in het kader van het milieu, is Koers West feitelijk en juridisch uitvoerbaar. Verkeer Er is in de MERrapportage voor de Stadsbrug en het Waalfront veel aandacht besteed aan de nieuwe verkeersverbindingen die moeten worden gemaakt in de stad. Verschillende varianten zijn onderzocht en uiteindelijk is op basis van deze gegevens, zowel voor de Stadsbrug als het Waalfront gekozen voor het voorliggende tracé ten behoeve van de afwikkeling van het verkeer. Dit is zorgvuldig onderbouwd en bij de uitwerking in bestemmingsplannen zullen noodzakelijke aanvullende rapportages worden toegevoegd. Vanuit verkeersregelgeving en staand beleid is de keuze voor het Stadsbrugtracé en de verkeersontsluiting Waalfront, uitvoerbaar en juridisch handhaafbaar. Ruimtelijke ordening en planologie Om de Stadsbrug en het Waalfront te kunnen realiseren is het noodzakelijk dat er een bestemmingsplanwijziging wordt doorgevoerd. Voor het Stadsbrugtracé loopt de bestemmingsplanprocedure al. De inspraakprocedure is bijna afgerond. Het gaat hier om een traditioneel bestemmingsplan artikel 10WRO.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
9
Op basis van de ingediende reacties van belanghebbenden en partners in het kader van het artikel 10 BRO overleg is te concluderen dat de aanleg van de Stadsbrug niet meer ter discussie staat. Het gaat meer over de wijze waarop en hoe er met de gevestigde belangen wordt omgegaan. Voor het Waalfront zal begin volgend jaar (2007) de bestemmingsplanprocedure worden gestart. Het zal hier gaan om een globaal bestemmingsplan voor het gehele Waalfrontgebied met uitwerkingsvlekken. Afhankelijk van de fasering en de mogelijkheden die zich aandienen kunnen onderdelen van dit bestemmingsplan met artikel 11 WROplannen dan verder worden uitgewerkt en uitgevoerd. Dit met inachtneming van het planologisch beleid dat in het ‘moederplan’ is opgenomen. Samenvattend is de uitvoering van de Stadsbrug en het Waalfront vanuit juridisch planologische optiek dan ook haalbaar en uitvoerbaar.
d. Is Koers West financieel uitvoerbaar en wat moet de gemeente hierin investeren? De financiële vertaling van Koers West vindt plaats in een drietal planexploitaties (Waalfront, Stadsbrug en Bedrijventerrein NOK) met daarboven het financiële resultaat voor Koers West als totaal (geconsolideerde planexploitatie). Deze exploitaties zijn in het Koersdocument 2003 opgenomen en vervolgens bijgesteld bij besluit van de Raad op 2 februari 2005 (Voortgangsrapportage) en geaccordeerd -met eventuele bijstellingen- in het kader van de Voortgangsrapportage Grote Projecten. Tot nu toe was er nog steeds ruimte om op onderdelen de planexploitaties bij te stellen, te schuiven met gemeentelijke middelen of de exploitatie iets anders in te richten. Bijvoorbeeld waar het ging om de externe subsidies en de gemeentelijke investeringen. Nu is het moment gekomen om de planexploitaties definitief te fixeren waar het gaat om de gemeentelijke bijdragen. Voor de planexploitaties Waalfront, Stadsbrug en NOK moet definitief worden bepaald hoe de gemeentelijke bijdrage en dekking is geregeld, vanuit welk programma of begrotingpost, wanneer ze wordt ingeboekt en wat de hoogte wordt van de bijdrage. Voor de afzonderlijke planexploitaties van Waalfront, Stadsbrug en NOK met verdere detaillering op onderdelen, inclusief de verdeling van de gemeentelijke bijdrage per planexploitatie, wordt verwezen naar de bij dit voorstel behorende Voortgangsrapportage Koers West. Deze planexploitaties zijn leidend en taakstellend voor de verdere uitvoering van de deelprojecten Stadsbrug, Waalfront en NOK.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
10
Gemeentelijke bijdragen Hieronder staan in een overzicht de gemeentelijke investeringen welke moeten worden gedaan om Koers West realiseerbaar te maken en hoe deze zijn/of worden gedekt. De gemeentelijke financiële inzet vloeit voort uit de eerder vastgestelde planexploitaties in de Voortgangsrapportage van 2005 en de Voortgangsrapportage Grote Projecten. Totale investeringen: - budget strategische investeringen (Fonds ) - bijdrage rekeningresultaat 2005 en rente begroting - besteedbare investeringsruimte begroting 2007-2010 - besteedbare investeringsruimte begroting 2011-2014 - bijdrage coalitie-akkoord 2002 - ozb bijdrage (verlaagd) Totaal
11 7 19 24 4 15,75 80,75
miljoen miljoen miljoen miljoen miljoen miljoen miljoen
Een aanzienlijk deel van het te investeren gemeentelijk deel in Koers West is inmiddels veilig gesteld in de gemeentelijke begroting van 2007 tot en met 2010: - budget strategische investeringen (Fonds) 11 miljoen - bijdrage rekeningresultaat 2005 en rente begroting 7 miljoen - besteedbare investeringsruimte begroting 2007-2010 19 miljoen - bijdrage college-akkoord 2002 4 miljoen Voor het restant van de dekking - los van de OZB bijdrage - is er financiële investeringsruimte nodig van 2011 tot 2014. In deze periode moet 24 miljoen euro worden ingezet voor Koers West. In de Voortgangsrapportage Koers West van februari 2005 (door de gemeenteraad vastgesteld) en op basis van latere rapportages in het kader van de VGP zijn de ramingen voor deze gemeentelijke investeringen reeds opgenomen. Dit besluit over Koers West, is het moment om dit bedrag expliciet vast te leggen in het kader van de totale financiele gemeentelijke huishouding. Dit is ook als expliciet beslispunt bij dit voorstel opgenomen. De investeringsruimte (jaarlijks tussen de 25 en 30 miljoen euro) die beschikbaar is binnen de begroting van de gemeente Nijmegen - uitgesmeerd over 4 jaar - lijkt deze raming te rechtvaardigen. Voor concrete investeringen per pijler Waalfront, Stadsbrug en NOK betekent dit voor de gemeente: • Stadsbrug van ruim 32,5 miljoen euro. • Waalfront 15,75 miljoen euro (OZB)+ 4 miljoen euro (Coalitieakkoord) + 26,5 miljoen euro (investeringsruimte). • Noord- en OostKanaalhavens in totaal 2 miljoen euro. Verder hoeft er voor de ontwikkeling van Koers West geen beroep te worden gedaan op middelen uit de algemene dienst. Koers West -en dan met name het Waalfront- zal er zelfs voor zorgen dat er extra geld vanuit het gemeentefonds en OZB in de gemeentekas gaan vloeien.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
11
Toelichting op OZB Bij de vaststelling van het Koersdocument Koers West in 2003 is er gerekend met 20 miljoen euro bijdrage aan OZB-inkomsten ván het Waalfront vóór het Waalfront. Dit bedrag is naar beneden bijgesteld naar 15,75 miljoen euro. De redenen hiervoor zijn: • tarieven OZB zijn tussentijds naar beneden bijgesteld; • opbrengstverwachting van de nieuw te bouwen woningen is naar beneden bijgesteld; • indexering voor de komende jaar is bij de aannames naar beneden bijgesteld. Met het naar beneden bijstellen van dit bedrag naar 15,75 miljoen euro wordt gedurende de looptijd van de planexploitatie tot uiterlijk 2022 deze bijdrage OZB geleverd. Het binnenkomen van deze gelden in de planexploitatie is afhankelijk van het tijdstip van het te realiseren vastgoed c.q. de woningbouw en het moment van innen van de OZBbijdrage. Externe subsidies Naast de investeringen van de gemeente zijn externe subsidies nodig om de ontwikkelingen van Koers West te realiseren. Waalfront Voor het Waalfront geldt dat er een susidieverwachting van 57 miljoen euro is opgenomen in de planexploitatie. Hierbij zijn de ogen in eerste instantie vooral gericht op het ministerie van VROM en het uitvoeringsprogramma Ruimte waarvoor de komende jaren circa 1 miljard euro beschikbaar komt. De verwachtingen zijn hooggespannen en Het Waalfront is inmiddels doorgedrongen op de groslijst voor de projecten met gebiedsontwikkelingen in Nederland die hiervoor in aanmerking kunnen komen (zie ook de brief van het ministerie van VROM d.d. 17 november 2006 als bijgevoegd). Voor een project met deze omvang en met deze complexiteit, in de wetenschap dat bij projecten als de Waalsprong en bij de Stadsbrug inmiddels ook aanzienlijke subsidiebedragen zijn verstrekt, mag deze verwachting aan subsidie als ambitieus maar realistisch worden aangemerkt. Het is daarnaast goed om te beseffen dat in de risicosfeer de samenwerkingspartner 50 procent van dit risico mee draagt en dat er altijd nog bijsturingmogelijkheden zijn om financiële problemen te voorkomen danwel te minimaliseren. In de risicovoorziening van de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf is dit ook meegenomen. Hiervoor wordt verwezen naar het kopje “Wat betekent Koers West in de risicosfeer voor de gemeente Nijmegen”. Stadsbrug In een eerder stadium is voor de Stadsbrug 90 miljoen euro aan Rijkssubsidie verkregen als bijdrage ten behoeve van de dijkteruglegging. De minister van Verkeer & Waterstaat heeft hier recent 70 miljoen euro aan toegevoegd.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
12
Waarschijnlijk zal eind 2006 de Provincie en het Knooppunt Arnhem Nijmegen een beslissing nemen over de bijdragen aan de Stadsbrug. Op basis van gesprekken en briefwisselingen is de verwachting gerechtvaardigd dat de provincie 30 miljoen euro bijdraagt en het Knooppunt Arnhem Nijmegen 10 miljoen euro. Daarnaast is er een toezegging van 2,5 miljoen euro op basis van de Topperregeling van het ministerie van Economische Zaken met de mogelijkheid om nog eens 2,5 miljoen euro aan subsidie binnen te halen voor de herontwikkeling van het gebied rond de Cargadoorweg/Fabrieksweg. Noord- en Oostkanaalhavens Voor dit project is inmidels de nodige subsidie toegekend en zijn een groot aantal projecten uitgevoerd. In totaal is er ruim 7 miljoen euro subsidie binnengehaald op grond van Efrosubsidie, Tippgelden, GSO, Tippgelden extra. De eerder gedane subsidieverwachting is hiermee uitgekomen. Met het totaal van de gemeentelijke investeringen in combinatie met externe subsidies wordt zowel de Stadsbrug als het Waalfront financieel uitvoerbaar en haalbaar. Voor een nadere toelichting op de werkwijze en stand van zaken rond de externe subsidies wordt verwezen naar bijgaand overzicht ’Subsidiewerving Koers West 2006” dat vertrouwelijk ter inzage ligt. Toekomstig beheer en onderhoud en de gemeentelijke begroting Met de realisering van het Waalfront zal er een areaaluitbreiding van circa 30 hectare ontstaan. Voor de Stadsbrug (een gemeentelijke brug) geldt dat het onderhoud en beheer eveneens bij de gemeente komt als extra post. Dit zal een aanzienlijke uitbreiding te zien geven. Voor het bedrijventerrein NOK geldt dit niet omdat dit valt binnen de huidige budgetten voor onderhoud en beheer. Omdat de definitieve kosten op dit moment nog moeilijk zijn te bepalen en de uitvoering nog moet starten is het mogelijk om bij de uitwerking van de deelplannen te sturen op de toekomstige beheer- en onderhoudslasten. Voor het Waalfront is het de bedoeling om bij de uitwerking en uitvoering van de plannen, binnen de gestelde ambities van het Waalfront, de beheerlasten op een gelijk niveau te krijgen als bij de beheerlasten per woning in het Waalspronggebied. Voor de Stadsbrug geldt een eigen regiem dat nog nader moet worden ingevuld. De uiteindelijke kosten voor beheer en onderhoud moeten middels areaaluitbreiding in de begroting worden meegenomen en moeten als kostenpost blijven binnen de opbrengsten die vanuit de OZB en het Gemeentefond na gereedkomen van de projecten in de begroting zullen gaan vloeien.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
13
e. Wat betekent Koers West in de risicosfeer voor de gemeente Nijmegen? Is dit risico beheersbaar en/of is samenwerking gewenst? Voor Koers West en meer in het bijzonder de pijlers Waalfront en de Stadsbrug zijn afzonderlijke risicoanalyses gemaakt. Deze analyses hebben betrekking op de inhoud, het proces en de financiën. Een adviesbureau heeft hierover advies uitgebracht. Deze analyses liggen vertrouwelijk ter inzage. In dit advies vindt u ook de beheersmaatregelen en de eventueel noodzakelijke bijsturingmogelijkheden. Waalfront Voor het Waalfront is qua methodiek voor het bepalen van het financiële risico, gekozen voor de zogenoemde ‘Monte Carlo-simulatie’ (analyse). Hierbij worden de risico’s op basis van een aantal aannames en bandbreedtes bij onderwerpen als de discontovoet, de inflatie, de externe subsidies, het proces, de kosten voor verwervingen e.d., berekend. Het maximale risico dat de gemeente eventueel af moet dekken bedraagt 5,75 miljoen euro. Voor een inhoudelijke onderbouwing wordt verwezen naar de vertrouwelijke rapportage die hierover ter inzage ligt. •
• • • • •
• • •
•
Belangrijk uitgangspunt voor de haalbaarheid en het risicoprofiel, is dat de gemeente Nijmegen voor de uitvoering van de planexploitatie Waalfront samen gaat werken met een partner (Rabo Vastgoed, of een andere samenwerkingspartner) die voor de helft participeert in het financiële risico van het Waalfront. Hier is bovengenoemd financiële risico ook op gebaseerd. Dit is wenselijk c.q. noodzakelijk en wel om de volgende redenen: zeer groot investeringsvolume en gemengd programma (wonen, werken,voorzieningen); lange doorlooptijd van 15 jaar: een lange adem, goede afspraken en flexibiliteit in de planning zijn essentieel; versnipperde eigendomssituatie; risico vanuit de archeologie: het blijft enigszins onzeker wat de invloed zal zijn op de budgetten en de planning; risico vanuit de bodemgesteldheid, de grond is jarenlang intensief gebruikt voor industriële activiteiten. De mate waarin de bodem vervuild is en de problemen die hier uit kunnen voort komen zijn nog niet helemaal in beeld waardoor ook de effecten op de planning en budgetten niet geheel voorzienbaar zijn; planologische procedurele risico’s: er worden veel procedures doorlopen waaronder wijziging van het bestemmingsplan; subsidies: er is een aanzienlijk bedrag aan subsidies nodig. Dit levert financieel risico op; groot afzetvolume: de opbrengsten die in het plan zijn opgenomen zijn van cruciaal belang voor de haalbaarheid van het project. Er is bijvoorbeeld een flink woningbouwprogramma opgenomen. De afzetbaarheid, kwaliteit en prijzen vormen een belangrijk risico. Marktkennis is hierbij van grote betekenis; maatschappelijke risico’s: het project heeft een grote maatschappelijke impact.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
14
Voor nog meer informatie en onderbouwing qua vorm van de samenwerking wordt verwezen naar de bijlage “Waarom een samenwerkingsovereenkomst (PPS)?” Samenwerkingsovereenkomst Wanneer het komt tot een samenwerkingsovereenkomst met een marktpartij, dan moet deze voldoen aan de volgende criteria: • Duidelijk moet zijn dat samenwerking met een marktpartij of marktpartijen wenselijk danwel noodzakelijk is om het Waalfront te kunnen uitvoeren; • De moet worden gevraagd om eventueel wensen en/of bedenkingen in te dienen; • Doel van de samenwerking is ontwikkeling en uitvoering van het Waalfrontplan binnen de randvoorwaarden van het door het college van B&W vastgestelde masterplan, inclusief planaanpassingen; • Uitgangspunt is dat tenminste 40 procent van de te realiseren woningen als goedkoop/betaalbaar worden gerealiseerd; • Financiële risico voor de samenwerking ligt bij beide partijen, ieder voor de helft. • Samenwerkingspartners richten een GEM op en zullen daarin participeren en financieren; • De gemeente zal zich inspannen om de benodigde ruimtelijke ordeningskaders tot stand te brengen; • De GEM voert voor haar rekening en risico de gebiedsontwikkeling uit, waarbij het openbaar gebied zal worden opgeleverd aan de gemeente en waarbij een deel van de te realiseren bouwkavels aan de samenwerkingspartner mag worden aangeboden; • De samenwerkingspartner zal de hiervoor genoemde kavels moeten afnemen en de daarop geprojecteerde vastgoedprojecten moeten realiseren; Verwacht wordt dat in januari 2007 een conceptsamenwerkingsovereenkomst met Rabo Vastgoed kan worden voorgelegd. Mocht het niet lukken om voor 1 juni 2007 met een voorstel hiertoe bij de Raad te komen, dan ontstaat er een nieuw feit en zal de Raad op dat moment worden gevraagd een expliciet heroverwegingsbesluit te nemen over de haalbaarheid en uitvoering met betrekking tot het Waalfront . Stadsbrug Bij de Stadsbrug is eveneens gekozen voor de Monte Carlo-simulatie (analyse). Het maximale risico dat de gemeente hier af moet dekken is bepaald op nihil. Uitgaande van toekenning van de subsidies door het Rijk, Provincie en KAN, omdat anders de brug niet gerealiseerd wordt en de reeds gestorte 90 miljoen euro door het Rijk als afdekking van het tot dan toe gelopen risico dient. De studieopdracht naar de brugtypologieën wordt ook uitgevoerd om te bepalen welke brug binnen de budgettaire ruimte haalbaar is.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
15
Voor een inhoudelijke onderbouwing wordt verwezen naar de vertrouwelijke rapportage die hierover ter inzage ligt. In deze rapportage worden ook nog beheersmaatregelen besproken om het risico binnen de perken te houden.
Bedrijventerrein NOK Hiervoor geldt dat de belangrijkste uitvoeringsprojecten inmiddels zijn uitgevoerd en dat de risico’s te verwaarlozen zijn voor de verdere risicobepaling voor Koers West. Financieel past het binnen de vastgestelde planexploitatie voor NOK. De werkzaamheden die nog moeten gebeuren worden taakstellend afgewikkeld binnen het nog resterend budget voor deze pijler. Consequentie voor ABR Ontwikkelingsbedrijf Bij de vaststelling van het Koersdocument Koers West in 2003 is er binnen de risicoparagraaf van het Ontwikkelingsbedrijf rekening gehouden met een risicovoorziening van 7,6 miljoen euro (plankosten, verwervingen, schadeclaims). Dit bedrag is gebaseerd op het zgn. exitscenario. Hiermee zijn de gevolgen van een stop van de ontwikkeling rond Koers West in het najaar van 2006 financieel afgedekt. Dit bedrag is dus nu al opgenomen in de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf. Er van uitgaande dat het risicoprofiel voor het Waalfront wordt ingeschat op 5,75 miljoen euro en voor de Stadsbrug er geen extra risicovoorziening nodig is (er vanuitgaande dat de subsidies van rijk, provincie en KAN ook binnen komen en omdat we anders de brug niet gaan aanleggen en de 90 miljoen euro van het rijk toereikend is om dit risico af te dekken) ) kan de voorziening binnen de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf voor Koers West worden verlaagd met 1,5 miljoen euro. Zoals eerder in de gemeentelijke begroting en de Voortgangsrapportage Grote Projecten vastgelegd, zou de totale risicovoorziening voor de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf rond de 40 miljoen euro moeten liggen. Deze grens kan nu met 1,5 miljoen euro worden verlaagd zodat de totale risicovoorziening voor de ABR Ontwikkelingsbedrijf komt te liggen op ongeveer 38,5 miljoen euro. In risicotermen kan worden geconcludeerd dat de ontwikkeling van Koers West een overzienbaar financieel risico met zich brengt, dat er nog bijsturingsmogelijkheden zijn en dat er een noodzakelijke voorziening in de ABR is opgenomen voor het eventueel optredend risico.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
16
f. Hoe gaan we binnen Koers West om met de werkgelegenheid en wat zijn de effecten? Bij de gesprekken die worden gevoerd met ondernemers in het gebied en waarvan vast staat dat deze bedrijven op termijn weg moeten (ten behoeve van de Stadsbrug of het Waalfront), is verplaatsing binnen Nijmegen en/of de Regio de inzet. Behoud van werkgelegenheid staat daarbij centraal. Op de efffecten voor de werkgelegenheid in het Waalfrontgebied en bij de Stadsbrug wordt hieronder kort ingegaan. Voor zowel de als voor het Waalfront geldt, dat de structurele werkgelegenheid in deze gebieden zal toenemen als gevolg van realisering. Ook voor de tijdelijke werkgelegenheid geven deze projecten een enorme stimulans aan Nijmegen. Daarnaast zijn er ook nog positieve bestedingseffecten omdat er ca. 4500 bewoners bijkomen in het Waalfront. Voor details en onderbouwing wordt verwezen naar de uitgebreide toelichting in de Voortgangsrapportage Koers West, november 2006.
g. Zijn de verwervingen/verplaatsingen uitvoerbaar en wat betekent dit voor de bedrijven en de gemeente? Waalfront In dit plangebied is het gebouw van De Gelderlander inmiddels eigendom van de gemeente. Daarnaast hebben er -op verzoek van eigenaren in het gebied- een aantal kleinere transacties plaatsgevonden op basis van marktwaarde. De gemeente voert in dit gebied geen actief grondbeleid. Dit zal veranderen wanneer de besluit tot GO voor Koers West en voor het Waalfront. Inmiddels is door de Raad in het Waalfrontgebied met ingang van april 2006 de Wet voorkeursrecht gemeente van toepassing verklaard. Dit betekent dat eigenaren verplicht zijn om bij eventuele verkoop de gronden met opstallen aan te bieden aan de gemeente Nijmegen. Stadsbrug Na de vaststelling van het tracé in de Raad van december 2005 wordt er actief gesproken over verwervingen van de bedrijven die echt weg moeten. Inzet is verplaatsing en behoud van werkgelegenheid op grond van minnelijk overleg. Op het gebied is sedert september 2005 het voorkeursrecht ingevolge de Wet voorkeursrecht gemeenten van toepassing. Bij alle gesprekken die worden gevoerd is er tot op dit moment sprake van bereidwilligheid om mee te zoeken naar een goede oplossing.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
17
De gesprekken zijn in zijn algemeenheid constructief en leiden ook al tot transacties. Met verschillende bedrijven en eigenaren van bedrijfsgebouwen is binnen de grenzen van de planexploitatie voor de Raad inmiddels overeenstemming bereikt. Zie voor een gedetailleerd overzicht de Voortgangsrapportage Koers West, november 2006. Onteigening Mocht in de loop van de tijd blijken dat de bereidwilligheid om te verplaatsen omslaat in tegenwerking danwel vertraging of onwil, dan is er de mogelijkheid om de onteigeningsprocedure in te zetten om de planning van deze projecten toch te kunnen halen. Dit is geen streven maar kan soms noodzakelijk worden in het belang van het project. Het is sowieso wenselijk om de onteigeningsprocedure parallel aan het bestemmingsplan te laten meelopen om te voorkomen dat transacties te laat of niet plaatsvinden en om de regie te kunnen blijven voeren op basis van een realistische planning.
h. Krijgen we Koers West organisatorisch uitgevoerd? Er staat nog al iets te gebeuren in Nijmegen rond de Waal de komende jaren. Een nieuwe verkeersstructuur in Nijmegen-Noord, de Citadel die gerealiseerd gaat worden, een dijkverlegging, de aanleg van een nieuwe Stadsbrug en de ontwikkeling van het Waalfront. Een prachtig perspectief, maar organisatorisch wel een enorme opgave. Zijn we hiertoe voldoende geëquipeerd en hoe gaan we dat dan doen? Allereerst moet worden opgemerkt dat deze projecten vanuit zichzelf voldoende gewicht in de schaal leggen om zelfstandig te kunnen worden uitgevoerd. Met andere woorden, niet alle projecten zijn afhankelijk van elkaar voor de feitelijke uitvoering. Ieder project ontwikkelt zijn eigen dynamiek. De nieuwe Stadsbrug en de aansluitende infrastructuur in Nijmegen West en NijmegenNoord moeten in onderlinge samenhang worden voorbereid en uitgevoerd. Met het Waalfront ligt dit iets genuanceerder, maar principieel zou het ook hier kunnen. Het Waalfront zal worden uitgevoerd met een samenwerkingspartner. Dit maakt het mogelijk om deze projecten projectmatig aan te sturen. De knowhow op projectmanagementgebied in Nijmegen is aanwezig, maar qua capaciteit en specialistische kennis wordt er op onderdelen menskracht toegevoegd. Dit wordt uit deze ontwikkelprojecten gefinancierd. Verder is er op een hoger aggregatieniveau samenhang en afstemming noodzakelijk en wordt bij de uitvoering zorgvuldig samengewerkt om de stad open te houden en niet onnodig last of overlast te veroorzaken. Hierop wordt apart gestuurd. De verwachting is dat met name rond 2010-2011 de piek zal liggen bij de uitvoering van de werkzaamheden. Afstemming en coördinatie zijn erg belangrijk.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
18
Tegen die tijd zal er voor een goede monitoring worden gezorgd en de Raad zal hier ook tijdig over worden geïnformeerd. Dit geldt ook voor de bewoners en ondernemers in Nijmegen. Wellicht dat bestaande platformen hiervoor als spreekbuis kunnen dien. Dit wordt nader uitgewerkt. Samenvattend kan worden gesteld dat deze ontwikkeling organisatorisch uitvoerbaar is en dat de verdere inrichting van de organisatie met monitoring van de uitvoering, als onderwerp voor de jaarlijkse Voortgangsrapportage Koers West zal worden meegenomen.
4
Communicatie
Koers West is een proces dat gekenmerkt wordt door interactie en voortdurende communicatie met de spelers in het veld. Dit geldt voor ondernemers, bewoners, belanghebbenden, deskundigen, professionals. Door middel van voorlichting is steeds getracht om inzicht te geven in het proces en de doelstellingen in en rond Koers West en de ontwikkelingen binnen de verschillende pijlers. Het masterplan Waalfront is na een uitgebreide inspraakronde – met enkele aanpassingen - vastgesteld door het college van B&W. De planologische procedures bij Stadbrug en het Waalfront zullen volgens de huidige regelgeving worden doorlopen, waarbij rechthebbenden c.q. belanghebbenden de mogelijkheid hebben om juridisch te reageren.
5
Uitvoering en evaluatie
Op hoofdlijnen ziet de planning van de uitvoering er voor het Waalfront, de Stadsbrug en NOK er als volgt uit. Waalfront • Januari 2007 wensen en bedenkingen procedure bij de Raad voor Samenwerkingsovereenkomst. • Januari 2007 vrijgave inspraak bestemmingsplan Waalfront (Globaal plan met uitwerkingvlekken). • Juni 2007 ontwerpbestemmingsplan ter visie. • Maart 2008 vaststellen bestemmingsplan door de Raad. • Begin 2009 onherroepelijke goedkeuring bestemmingsplan. • Voorjaar 2010 onteigeningsprocedure afronding voor de noodzakelijke onderdelen. • 2009-2010 bouw en oplevering eerste woningen in het Waalfront. • Na raadsbesluit in december 2006 op basis van de uitgangspunten in de planexploitatie overgaan tot het verwerven van eigendommen in het gebied Waalfront waarbij minnelijke verwerving en behoud van werkgelegenheid uitgangpunt is. • 2022 is de ontwikkeling Waalfront helemaal gereed.
rvs
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
19
Stadsbrug • Begin 2007 kan ontwerpbestemmingsplan ter visie. • Voorjaar 2007 kan de Raad het bestemmingplan vaststellen. • Najaar 2007 start aanbestedingsprocedure . • Eind 2008 onherroepelijke goedkeuring bestemmingsplan. • 2009 eventueel afronden onteigeningsprocedure • medio 2009 start bouw met aanpassingen Energieweg e.d. • 2011/2012 gereed. Bedrijventerrein NOK • Vanaf januari 2007 Uitvoering parkmanagement • 2007/2008 overleg over investeringen en beeldkwaliteit in gebied • 2009 rafelrand Energieweg definitief afronden in relatie tot tracé.
Monitoring, verantwoording en evaluatie Jaarlijks zal er een Voortgangsrapportage Koers West aan de Raad worden voorgelegd met een toelichting op het proces, inhoudelijke en eventueel financiële voortgang op onderdelen en mogelijke bijstellingen. Deze rapportage zal ook dienen als verantwoordingsdocument en tussentijdse evaluatie.
College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Secretaris,
mr. Th. C. de Graaf
P. Eringa
Bijlage(n): Ter inzage:
- voortgangsrapportage Koers West met planexploitatie(s) - Waarom Samenwerkingsovereenkomst (PPS) met Rabo Vastgoed - Brief Ministerie van VROM d.d. 17-11-2006 diversen
rvs
Directie Wijk & Stad Ontwikkelingsbedrijf Projectontwikkelaars
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen
Leden van de Gemeenteraad
Telefoon
(024) 329 91 11
Telefax
(024) 329 96 10
E-mail
[email protected]
Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Datum
Ons kenmerk
Contactpersoon
16-01-2007
Datum uw brief
P320/07.0001218
Janine Sonderen
Onderwerp
Aantal bijlagen
Doorkiesnummer
Go or No Go Koers West
2
3292928
Geachte leden van de Raad,
Tijdens de politieke avond, 20 december jl., zijn er door u een aantal vragen gesteld. Bijgaand treft u, in een bijlage, de beantwoording aan van de door u gestelde vragen. Tevens zenden wij u de definitieve versie van het Raadsvoorstel GoNoGo Koers West met enkele technische aanpassingen zoals behandeld tijdens de Raad d.d. 20 december 2007.
Met vriendelijke groet, college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Secretaris,
mr. Th.C. de Graaf
P. Eringa
Inleiding Op de politieke avond van 20 december 2006 zijn er op het onderwerp GO or NO GO Koers West een aantal vragen gesteld door de gemeenteraad. Zoals u weet bestaat Koers West uit een drietal pijlers: de stadsbrug, Revitalisering Noord Oostkanaalhavens en het Waalfront. De gestelde vragen zijn vooral gericht op de ontwikkeling van het Waalfront en kunnen in de volgende vijf categorieën worden ingedeeld. • • • • •
De toekomstige situatie rondom de Waalhaven; Financiën en samenwerking met Rabo Vastgoed; Verkeer en vervoer; Werkgelegenheid; Overige vragen.
Vragen rondom de Waalhaven •
Naar aanleiding van de inspraak van Aqualink en Schuttevaer is er behoefte aan meer informatie over de ligplaatsen voor de binnenvaart in Nijmegen.
Uitgangspunt bij het opstellen van het Masterplan Waalfront is dat de functie van de Waalhaven niet wijzigt. Er kan nog geen duidelijkheid worden gegeven over de herinrichting van de Waalhaven. Met het opstellen van het inrichtingsplan, voor de Waalhaven kan pas een uitspraak worden gedaan over het definitief aantal ligplaatsen in de Waalhaven. De haven wordt minimaal verkleind. Het aantal plaatsen verandert daardoor minimaal. Bij het inrichtingsplan moet er verder op gelet worden dat de nu beschikbare ruimte bij De Gelderlander ook dan beschikbaar blijft, dit kan door op de goede plaatsen steiger en/of palen aan te brengen. In het kader van waalkade-plannen is er een wens om de binnenvaart die nu ‘parkeert’ aan de waalkade in de toekomst te verplaatsen naar de kade voor het Waalfront (Quartier Romain). Dit zit niet in de plannen voor het Waalfront. Er loopt nu wel een onderzoek of dit technisch, juridisch en financieel kan zonder dat de ontwikkeling van het Waalfront hiermee op enigerlei wijze mag worden gefrustreerd. •
Aqualink wil onderzoek doen om inzichtelijk te maken hoe groot de belangen en de economische waarde per ligplaats zijn. Is de gemeente bereid hieraan mee te betalen?
Als gemeente hechten we een dusdanige waarde aan een dergelijk onderzoek dat we dit onderzoek zullen gaan uitvoeren en financieren. Dit onderzoek zal onder regie van de gemeente Nijmegen, samen met Aqualink en eventueel andere belanghebbenden/betrokkenen worden uitgevoerd. Samen zullen we de onderzoeksvragen opstellen, het tijdspad vaststelllen, een geschikt bureau selecteren om het onderzoek uit te voeren en de rapportage beoordelen.
•
Is de bereikbaarheid van de schippers die zijn afgemeerd in de haven gegarandeerd en is een verkleining van de trappartij op de handelskade mogelijk?
Het havengebied wordt ontsloten via de nieuwe Stadsweg. De exacte wijze waarop dit wordt uitgevoerd moet nog verder worden uitgewerkt. In de huidige en in de toekomstige situatie is er geen sprake van bedrijfsmatige activiteiten, waaronder laden en lossen van schepen in de Waalhaven. Het is een overnachtingshaven en een haven voor woonschepen. Met dit als
uitgangpunt is de kade aan de kant van de nieuwe Stadsweg breed genoeg voor bevoorrading, aflossing van het personeel van de schepen en de bereikbaarheid voor de hulpdiensten. Bij het inrichtingsplan, van zowel de Waalhaven als de Handelskade moet er op gelet worden dat de nu beschikbare ruimte bij De Gelderlander ook dan beschikbaar blijft, door op de goede plaatsen steiger en/of palen aan te brengen. Het is mogelijk dat bij het definitieve inrichtingsplan de trappartij wordt verkleind. •
Zijn er alternatieve locaties voor het geval er in de haven functies niet meer haalbaar zijn (door bv. milieu-eisen)?
Uitgangspunt bij het opstellen van het Masterplan Waalfront is dat de functie van de Waalhaven niet wijzigt. De haven heeft een sociale functie, ook in het Masterplan heeft deze haven die sociale functie. Dit betekent dat de huidige woonboten, schipperscentrum en calamiteitenligplaatsen (politie, brandweer en rijkswaterstaat) blijven. De haven is en blijft in het Masterplan deze functies houden. De volgende activiteiten vinden nu en in de toekomst niet plaats in de Waalhaven: Overslag van goederen; Grootschallige reparaties aan de schepen; Recreatievaart in de haven vindt nu niet tot nauwelijks plaats en in het Masterplan Waalfront is recreatievaart ook niet meegenomen, sterker nog RWS verzet zich tegen een toename van recreatievaart op de Waal. Aandachtspunt is hierbij de eventuele overlast door de schepen. Overlast kan veroorzaakt worden door klein onderhoud zoals dat ook bij woningen gebeurt en het gebruik van aggregaten. Op dit moment zijn er geen klachten van overlast veroorzaakt door de scheepvaart in de Waalhaven bekend. In de nieuwe op te stellen havenkade verordening kan het een en ander juridisch worden geregeld, maar ook fysiek door er bij de inrichting van de haven voor te zorgen dat er voldoende voorzieningen zijn om de overlast te beperken.
•
Welke informatie hadden de bewoners van het Waalhaeve-complex over de toekomstige verkeersstructuur bij aankoop van hun appartement.
In de verkoopbrochure van de Waalhaeve, opgesteld door makelaar/projectontwikkelaar, is aangeven dat de gemeente in het Waalfrontgebied een compacte stad wil realiseren (zie bijlage). In juli 2003 is er een collegebesluit genomen over het Koers West-document en op 15 oktober 2003 heeft de gemeenteraad het Koersdocument vastgesteld. Bij de aankoop van de woningen van de Waalhaeve was het masterplan Waalfront nog volop in ontwikkeling. De vaststelling van het Koersdocument Koers West (oktober 2003) en de start van de verkoop van de appartementen hebben in ongeveer dezelfde tijd plaatsgevonden. In de aanloop naar het Koersdocument heeft de gemeente een aantal plublieksacties ondernomen om de burgers bij de planvorming te betrekken. Daarbij zijn er thema-avonden georganiseerd en is er een uitstapje met burgers gemaakt naar Zaandam en Amsterdam. De gemeente heeft in al haar communicatie aangegeven dat het Waalfront een stedelijk karakter krijgt met dichtheden van Java-eiland, KNSM-eiland en Borneo/Sporenburg in Amsterdam (de plaatsen waar we zijn gaan kijken). Bij een stedelijk gebied hoort een stedelijke verkeersstroom.
In een publieksbijeenkomst van december 2005 zijn de mogelijke varianten voorgelegd. Varianten die ook in de MER Waalfront zijn doorgerekend. In verschillende bijeenkomsten van de Waalhaeve (de eerste op 3 augustus 2005) is de stand van zaken toegelicht.
Vragen over financiën en de samenwerking met Rabo Vastgoed
•
Wat zijn de risico's van uitstel van het Go or NO GO-moment richting juni 2007? Kan gewacht worden tot er meer duidelijkheid is over de te ontvangen subsidies?
Het is juist dit raadsbesluit dat gewenst wordt vanuit het Ministerie van VROM en andere instanties om eventueel tot subsidietoekenning te komen. Het ziet er naar uit dat we in maart 2007 tot een subsidieaanvraag richting VROM kunnen komen. Dit raadsvoorstel en de beslissing van de gemeenteraad is hiervoor van grote betekenis. Daarnaast is het politiek-bestuurlijk naar buiten toe een belangrijk signaal, dat de gemeente Nijmegen betrouwbaar is en besluitvaardig. Zowel naar instanties, maar ook naar de mensen in de stad en vooral Nijmegen-West en de ondernemers/bedrijven in het gebied. Daarom is het belangrijk dat nu het besluit wordt genomen om Koers West door te zetten.
•
Hoe kan de Raad tussentijds bijsturen (aan de knoppen draaien)?
De drie planonderdelen hebben hun eigen dynamiek en hebben hun eigen bijsturings mogelijkheden. Voor wat betreft het bedrijventerrein NOK moet worden gemeld dat hier de eindstreep in zicht is en dat bijsturing op dit projeconderdeel eigenlijk niet meer aan de orde is. Voor de Stadsbrug geldt, dat er nog momenten van bijsturing komen. De gemeenteraad zal halfjaarlijks aan de hand van de Voortgangsrapportage Grote Projecten worden geïnformeerd en wanneer er bestuurlijk belangrijke bijstellingen nodig zijn dan zal de gemeenteraad dit worden voorgelegd. Verder zal het college de uitvoering binnen de financiële als procedurele en inhoudelijke kaders zoals deze door de Raad zijn vastgesteld laten plaatsvinden. Belangrijke sturingsmomenten zijn: vaststelling bestemmingsplan; halfjaarlijkse vaststelling planexploitatie met eventuele wijzigingen; inzet onteigeningsinstrumentarium. Voor het Waalfront geldt eveneens dat de uitvoering van dit project moet plaatsvinden binnen de kaders welke de gemeenteraad hieraan stelt op basis van het GObesluit met alle onderleggers die daarbij horen. De verplichting om 40 procent goedkope woningbouw te realiseren is hierin bijvoorbeeld een harde randvoorwaarde. Er is op dit moment een Intentieovereenkomst met Rabo Vastgoed. De mogelijkheid bestaat dat deze Intentieovereenkomst wordt omgezet in een samenwerkingsovereenkomst (een PPS constructie). Belangrijke sturingsmomenten zijn: wensen en bedenkingen bij het voorleggen van een eventueel gesloten conceptsamenwerkingsovereenkomst voor het Waalfront; vaststelling bestemmingsplan; inzet onteigeningsinstrumentarium; verlenging Wet voorkeursrecht gemeente; halfjaarlijkse vaststelling planexploitatie met eventuele wijzigingen; iedere van belang zijn afwijking op de beleidskaders, zoals deze door de gemeenteraad zijn meegegeven; De gemeenteraad heeft dus tussentijds ruimte om zowel inhoudelijk als in de exploitatie de planontwikkeling (bij) te sturen.
•
Waarom is gekozen voor een PPS constructie en hoe verhoudt Rabobank Vastgoed zich ten op zichte van de 40 procent sociale woningbouw?
Op dit moment is er nog niet gekozen voor een PPS constructie. Wanneer het komt tot een PPS samenwerkingsverband, dan zijn hiervoor de volgende argumenten van belang: Risicospreiding is een belangrijke reden; Inzet van kennis en deskundigheid van de externe partij op het gebied van projectontwikkeling en opstalontwikkeling. Marktkennis (afzetbaarheid van woningen, commerciële voorzieningen e.d.) welke noodzakelijk is om een langjarig en complex project als deze tot een goed einde te brengen is gewenst. Het opereren in een onderneming (Ontwikkelingsmaatschappij Waalfront) biedt financieel en qua risicobeheersing met de specifieke kennis van een externe marktpartij de maximale mogelijkheid om het project effectief en efficient aan te sturen. Voor een derde deel van de te realiseren opstallen is de afzet van grond en dus opbrengsten gegarandeerd (zoals in intentieovereenkomst reeds vastgelegd).
Zie hiervoor ook nog de bijlage bij het raadsvoorstel “Waarom een samenwerkingsovereenkomst (PPS)”? Voor wat betreft de 40 procent sociale woningbouwverplichting kan worden opgemerkt dat deze vanaf de aanvang van Koers West en de selectie van marktpartijen als uitgangspunt is voorgelegd. Blijft dan ook randvoorwaarde voor de uitvoering van het Waalfront. In alle berekeningen is hier ook mee gerekend. Ook een mogelijke partner zal zich hier aan moeten conformeren.
•
Zijn kosten voor archeologisch onderzoek en de verontreinigde grond voldoende meegenomen?
Bodemverontreiniging Op basis van historische onderzoeken, reeds uitgevoerde onderzoeken, praktijkervaringen, gegevens uit de ontwikkeling van de Kop Weurtseweg, zijn aannames gedaan. Er zijn in het Waalfront geen extra bodemonderzoeken gedaan naar de mate van vervuiling in het gebied (was op vrijwillige basis niet mogelijk). Dus de gegevens ontbraken om de exacte saneringskosten te bepalen. Op basis van het Masterplan Waalfront is door Brink Groep in samenspraak met Lodewijk Baljon en de gemeente Nijmegen een grondbalans opgesteld. Op basis van deze grondbalans is door Gemeente Nijmegen vervolgens een begroting gemaakt van de te verwachten saneringskosten in het plangebied. In overleg tussen Gemeente Nijmegen, Brink Groep en InfraSoil (adviseur Rabo Vastgoed) zijn de uitgangspunten van de sanering besproken. Mede op basis van dit overleg zijn de saneringskosten in de grondexploitatie opgenomen. Uitgangspunt daarbij is dat in het plangebied eventuele vervuiling is afgedekt met of een parkeergarage of door één meter leeflaag (schone grond). De grond die in het plangebied wordt ontgraven dient vervolgens te worden gezeefd en gezuiverd. Archeologie Onder het Waalfront bevindt zich een groot deel van de Romeinse stad Ulpia Noviomagus Batavorum. Uitgangspunt van het gemeentelijke beleid bij de ontwikkeling van het Waalfront is dat het archeologische bodemarchief zoveel mogelijk moet worden ontzien. Als dit niet mogelijk is, dient archeologisch onderzoek plaats te vinden. Ten aanzien van de toekomstige ontwikkelingen in het Waalfront geldt dat in vrijwel het gehele plangebied op het huidige maaiveld zal worden gebouwd. Dit betekent dat er geen grootschalige archeologische opgravingen noodzakelijk zijn en er enkel archeologische
begeleiding tijdens de bouw noodzakelijk is. Voor enkele delen geldt dat er mogelijk extra kosten dienen te worden gemaakt. Dit laatste geldt voor de doorgang tussen Het Eiland en het Quartier Romain en de aan te leggen waterdoorgang in het Fortlandschap. Tevens zijn er kosten opgenomen ten behoeve van de aanleg van rioleringen etc. in het plangebied, aangezien deze dieper liggen en er eerder kans is op noodzakelijk archeologisch onderzoek. Uitgangspunt is wel dat zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van de bestaande rioleringstracés. Voor het Fort Kraaijenhoff zijn geen archeologische kosten opgenomen in de grondexploitatie. Het uitgangspunt is dat indien de restanten van het Fort grote archeologische waarde hebben én er aanvullend onderzoek vereist is, dit extern wordt gefinancierd en niet ten laste gaat van het plansaldo van het Waalfront. Daarnaast is er een bedrag opgenomen ten behoeve van eventuele sanering van oorlogsmunitie. Ten aanzien van de toepassing van paalfunderingen in het plangebied geldt, dat dit mogelijk is zonder noodzakelijk archeologisch onderzoek, indien de Romeinse ondergrondse structuren niet te veel worden aangetast. De dikte van palen, wijze van plaatsen, dichtheid en structuren van palenplannen zijn voor de verstoring van het bodemarchief bepalend. Bij het ontwerpen van de (appartementen)complexen zal met deze gegevens rekening gehouden moeten worden om zodoende archeologisch onderzoek te vermijden. •
Hoe is het onderhoud van het bedrijventerrein financieel geregeld?
Voor het bedrijventerrein Noord Oostkanaalhavens is in 2006 een beheerplan voor de periode 2007-2010 opgesteld. Waarom maar voor vier jaar? Na vier jaar zal dit plan worden herzien en aangepast en eventueel worden aangevuld. Het beheerplan maakt inzichtelijk waaruit het beheer moet bestaan. Onder beheer wordt verstaan het dagelijks onderhoud, het groot onderhoud en de eventuele (kleinschalige inrichting) van de openbare ruimte. Ook wordt er aandacht besteed aan handhaving en toezicht. In het plan is tevens aangegeven dat er overleg plaatsvindt tussen het parkmanagement Noordoostkanaalhavens, de bedrijvenverenging ONOK en de stadsdeelbeheerder. Financiering van de uitvoering is geprogrammeerd in de reguliere onderhoudsbudgetten. •
Is het mogelijk meer strategische reserves in te zetten i.p.v. OZB om de exploitatie rond te krijgen (kan de gemeente anders wel op lange termijn het wijkbeheer betalen)?
Door het inzetten van de OZB gedurende de looptijd van de planexploitatie (tot 2022) is de realisering van woningbouw gegarandeerd. Het is het bouwen van woningen welke deze middelen genereert. Het is “gebiedseigen”geld wat bijdraagt aan het verdienend vermogen van de stad. Inzet van meer investeringsgeld of geld uit de reserve geeft uw raad minder ruimte voor het doen van investeringen, terwijl de inzet van deze OZB hierop geen invloed heeft. De OZB bijdrage is gekoppeld aan de doorlooptijd van de exploitatie. Wanneer de ontwikkeling Waalfront is afgerond dan valt alle OZB gewoon weer richting begroting en kunnen de kosten voor onderhoud/beheer en wellicht ook wijkbeheer hier normaal uit worden betaald. •
Wat zijn de totale kosten van Koers West (niet enkel de gemeentelijke kosten)
Het totale investeringsvolume voor Koers West waar het gaat om de grondexploitaties is vast te stellen op afgerond ca. 545 miljoen euro. Voor de Stadsbrug gaat het om ruim 261,7 miljoen euro. Voor NOK gaat het om ruim 14,6 miljoen euro en voor het Waalfront gaat het om ruim 269,3 miljoen euro. Voor de totale investeringskosten kunnen hier voor het Waalfront nog aan worden toegevoegd de zgn. opstalontwikkeling (woningen, gebouwen e.d.). Globaal gaat het dan om nog eens 500
miljoen euro, maar dit heeft geen consquenties voor de gemeente. In totaal komt het investeringsvolume hiermee voor Koers West boven de 1 miljard euro.
Verkeer en vervoer
•
Is het mogelijk om de spoorbaan te reserveren voor openbaar vervoer (in combi met Transferium)?
Het transferium dat bij de Tweede Stadsbrug is gepland valt buiten het studiegebied van het Masterplan Waalfront. Gedacht wordt aan de omgeving van het Vasimgebouw en de parkeerterreinen van Electrabel. De ruimte onder de geplande toren (de Bakens) is nodig om voldoende parkeerruimte te maken voor de eigen parkeerbehoefte. Voor de opstelling van het Masterplan is de aanleg van een HOV-as niet als randvoorwaarde geformuleerd. Deze wens is ontstaan op basis van de HOV-visie. Het Masterplan geeft wel mogelijkheden om een HOV-verbinding in te passen. Zowel op de Weurtseweg als het tracé van de nieuwe Stadsweg kan er ruimte worden gezocht voor deze verbinding. De huidige stamlijn is eigendom en beheer van Prorail. Indien we nu de spoorbaan reserveren voor openbaar vervoer zullen we met Prorail moeten onderhandelen over de overdracht en de sanering van de gronden. Ook contracten van bedrijven die nog gebruik maken van deze spoorlijn moeten worden afgekocht. Deze kosten zijn niet meegenomen in de exploitatie.
•
Is een andere verkeersontsluiting rondom het Waalhaeve-complex mogelijk?
Binnen het Waalfront zijn meerdere tracé’s voor de stadsweg bekeken. Deze zijn beoordeeld in de MER. Een aantal criteria zijn daarbij betrokken: • lengte van het tracé; • aantal nieuwe gehinderden; • aantal gehinderden in de bestaande bebouwing; • ruimtegebruik; • stedebouwkundige mogelijkheden; • veiligheid. Vervolgens is er gekeken naar een drietal varianten, waarbij er in alle varianten als uitgangspunt is gekozen het bestemmingsverkeer ten noorden van de Waalbandijk af te handelen via de nieuwe Stadsweg en ten zuiden van de Waalbandijk via de Weurtseweg. 1. Weurtseweg (100%) ) 2. De nieuwe Stadsweg (100 %) 3. De nieuwe Stadsweg (50 %) en Weurtseweg (50 %) 4. Variant 3, maar dan met een verbinding tussen de nieuwe Stadsweg en de Weurtseweg ten westen van de Waalhaeve. Uit de MER-onderzoeken blijkt dat variant 3 zowel verkeerskundig als milieukundig de beste oplossing is. In het MER Waalfront zijn de onderzoeken nauwkeurig beschreven. In het bestemmingsplan zal de definitieve keuze voor de ontsluiting worden vastgelegd. De te verwachten problemen liggen daar waar beide wegen samenkomen: het plein voor de Hezelpoort en op de aanvoerwegen dicht bij het plein. De onderzoeken beperken binnen de gekozen uitgangspunten de mogelijkheden. De uitgangspunten zijn: ♦
het betreft weliswaar een stadsweg, een weg die meer functies krijgt dan alleen bestemmingsverkeer, maar wel een rustige stadsweg. Verkeersremmende maatregelen zullen er toe leiden dat de hoofdstroom van het verkeer van en naar het centrum via de Marialaan afgewikkeld gaan worden.
♦
het plein voor de Hezelpoort mag geen barrière worden met verkeerslichten of in file wachtende auto’s, maar een oversteekbaar, groen, plein met een makkelijk berijkbare plaats voor het openbaar vervoer. ♦ het plein voor de Hezelpoort krijgt een poortfunctie met aan de randen functies die enerzijds uitnodigen om van de stad naar het Waalfront te gaan en van de andere kant de opmaat is voor wat er achter de poort te beleven valt. Uit de MER blijkt dat dit alleen realiseerbaar is als de verkeersstroom via de nieuwe stadsweg en de Weurtseweg het plein bereikt en niet via de Voorstadslaan. Het onderzoek wijst verder uit dat de variant die vanaf de stadsweg afbuigt naar de Weurtseweg bij de aantakking van de stadsweg op de Weurtseweg en verderop op de Voostadslaan zorgt voor twee extra drukke kruispunten, waarvan er één eveneens met verkeerslichten beveiligd moet worden. Het aantal gehinderden neemt daarmee toe. •
Hoe is het aantal parkeerplaatsen berekend?
Het gemeentelijkbeleid is dat het parkeerbeleid gebruik maakt van de parkeer-kencijfers methodiek van CROW (publicatie 182). De parkeerbehoefte voor het Waalfront is aan de hand van deze cijfers bepaald. Bij het bepalen van de parkeerbehoefte is aan de hand van de functies, de bijbehorende parkeernormen en de aanwezigheidspercentages de parkeerbehoefte op maatgevende momenten van de week bepaald. Voor het aantal parkeeruren zijn tevens een aantal referentieprojecten bekeken (Ceramique in Maastricht, Paleikwartier in Den Bosch, Java-eiland in Amsterdam, Kop van Zuid in Rotterdam en Doorslag in Nieuwegein.
Werkgelegenheid
•
Kan meer duidelijkheid worden gegeven over de verwachte extra werkgelegenheid en het behouden van de werkgelegenheid?
In de voortgangsrapportage Koers West is in hoofdstuk 6 aangegeven wat de effecten voor de werkgelegenheid zijn. Behoud en uitbreiding van werkgelegenheid staan centraal. De gemeente voert met verschillende bedrijven constructieve gesprekken. Op Bijsterhuizen zijn terreinen gereserveerd voor het verplaatsen van bedrijven uit het Waalfront. Stadsbrug Voor het stadsbrugtracé moeten op dit moment 14 bedrijven worden verplaatst. Deze bedrijven hebben in totaal 335 arbeidsplaatsen. Naar verwachting zullen negen bedrijven met 325 banen binnen Nijmegen (incl Wijchens deel van Bijsterhuizen) blijven. Voor 3 bedrijven is verplaatsing binnen de regio Nijmegen waarschijnlijk. Voor de overige twee bedrijven is nog geen zicht op de toekomst. De verplaatsing van bedrijven levert gemiddeld genomen een verbetering van de groei mogelijkheden op. Uitbreiding van de werkgelegenheid voor deze bedrijven is zeer waarschijnlijk. Door aanleg van het stadbrugtracé komen er rond het industrieplein en verder in de richting van de Waal vijf hectare aan nieuwe bedrijfskavels vrij. Uitgaande van 50 werknemers per hectare komt dit neer op 250 nieuwe arbeidsplaatsen. De effecten van de stadsbrug zijn breder dan alleen deze nieuwe kavels. De stadsbrug brengt een verbinding tot stand tussen onder meer Dukenburg/Lindenholt, Nijmegen-West en Nijmegen-Noord. Langs de doorgaande wegen in dit gebied (Energieweg, Industrieplein en Industrieweg) hebben handel, transport en dienstverlening zich de afgelopen tien jaar sterk ontwikkeld/vernieuwd. Het effect van de aanleg van de stadsbrug op de verdere uitbouw (meer werkgelegenheid) van dit soort functies is moeilijk exact te kwantificeren, maar wel zeer waarschijnlijk. De aanleg van de stadsbrug en het nieuwe tracé levert een tijdelijke werkgelegenheid op van 1500 personen.
Waalfront In het Waalfront zijn 33 bedrijven gevestigd met in totaal 1350 banen (peildatum 1 april 2005). Enkele grote bedrijven domineren sterk. In de periode 2001-2005 is de werkgelegenheid met ruim 200 banen teruggelopen. Het is moelijk iets te zeggen over de toekomstverwachtingen van de bedrijven. De verwachting is dat er zonder ingreep werkgelegenheidverlies zal zijn. Verwacht wordt dat het om 400 banen gaat (ongeveer 30% van het totaal) Een deel van de banen kan binnen het plangebied blijven. Met een uiterste inspanning zal geprobeerd worden de overige bedrijven/banen in de stad of regio te huisvesten. Dit hangt af van toevaltreffers en de eigen overwegingen op ondernemers/ondernemingsniveau. In ongunstig scenario gaan we uit van een verlies van 300 banen door het plan. Door toevoeging van nieuwe functies ontstaan er ongeveer 510 nieuwe banen. Door de aanleg en de ontwikkeling van het Waalfront ontstaat er 2700 fte aan tijdelijke arbeidsplaatsen. In het Waalfront komen nieuwe mensen te wonen. Dit heeft voor de binnenstad een positief effect. Het is moeilijk in te schatten hoeveel extra banen dit oplevert in de binnenstad. Aantal banen Stadsbrug Waalfront Totaal
Nu (aantal) 335 1350 1685
Verlies (aantal) 20 300 320
Nieuw door ontwikkeling (aantal) 250 510 760
Tijdelijke banen (fte) 1500 2700 4200
Netto (aantal) plus 230 plus 210 plus 440
Overzicht werkgelegenheid Koerswest
•
Wat is de stand van zaken van de uitkoop van de bedrijven?
Voor een antwoord op deze vraag wordt verwezen naar de Voortgangsrapportage Koers West. Hierin wordt uitvoerig ingegaan op de werkgelegenheidseffecten en de inmiddels plaatsgevonden transacties met bedrijven in dit verband. Over lopende onderhandelingen met bedrijven worden verder geen mededelingen gedaan. In alle gevallen zijn de inspanningen er op gericht om de werkgelegenheid van deze bedrijven voor Nijmegen en/of de regio te behouden. Een en ander gaat nog volgens planning.
Overige vragen
•
Hoe zit het met de culturele functies en kleinschalige bedrijvigheid in het Waalfront?
Tijdens de planontwikkeling zijn met name twee onderzoeken gedaan die van belang zijn hier te noemen. Er is een marktonderzoek gedaan naar de behoefte aan kantoren en grootschalige -en kleinschalige bedrijvigheid. De uitkomsten op hoofdlijnen zijn: het toevoegen van grootschalige kantoorfuncties binnen het Waalfront is op dit moment niet aan de orde. Want er zijn elders in de stad al ontwikkellocaties aangewezen. Als laatste lijkt het ontwikkelen van een functie met een grote verkeersaantrekkende werking in het Waalfront niet haalbaar met het oog op de bestaande normen voor luchtverontreiniging. Grootschalige bedrijvigheid verdraagt zich over het algemeen niet met wonen. Kleinschalig werken, waaronder voorzieningen, kunst en cultuur en werken aan huis kunnen een plek binnen het Waalfront krijgen. In het programma voor het Waalfront is hier ruimte voor gereserveerd. Deze kunnen verspreid over het hele Waalfront ingevuld worden. Uitgangspunt is dat dit volume in de plint gerealiseerd gaat worden. Maar zelfs grotere initiatieven zijn nog inpasbaar als ze zich aandienen.
Uitzonderingen kunnen zijn een functie op het eiland (een museum bijvoorbeeld) of een invulling voor een te sparen industrieel gebouw. Binnen de gemeente is geïnventariseerd wat de behoeftes aan sociaal-maatschappelijke voorzieningen zijn. Uitgangspunt was en is dat het Waalfront aan moet sluiten bij het Waterkwartier / De Biezen. In de wijkvisie is al aangegeven dat voorzieningen die hier gerealiseerd gaan worden rekening houden met het toekomstig Waalfront. Daar waar het Waterkwartier / De Biezen te kort komen (aan voorzieningen) wordt er gezocht naar een invulling in het Waalfront. Het totale volume dat daarmee gemoeid is, in combinatie met de versnippering over de verschillende functies, hebben geleid tot de conclusie dat er binnen het plan niet op voorhand een reservering gedaan moet worden. Daar waar de behoefte zich aandient kan deze worden opgevangen in de plinten van de gebouwen.
•
Waarom is er ruimte voor kantoren gereserveerd terwijl er zoveel leegstand is elders in Nijmegen?
Kantorencomplexen zoal geraliseerd op de Brabantse Poort worden binnen Koers West niet gerealiseerd. De conclusie dat er wezenlijk ruimte voor kantoren is gereserveerd is niet juist. Met uitzondering, van ondergeschikte belang, wordt in de plannen op dit moment geen rekening gehouden met nieuwvestiging van kantoren langs het stadsbrugtracé danwel in het Waalfront. Voor de stadsbrug gaat het om de bestemmingen ‘bedrijfsbestemmingen’ en ‘gemengde doeleinden. Het bestemmingsplan voor de stadsbrug komt voor de zomervakantie van 2007 nog naar de gemeenteraad. Hiermee wordt voor de stadsbrug een en ander formeel vastgelegd. Voor het Waalfront geldt, dat hier evenmin wordt gerekend met kantoorvestiging. De 30.000 m2 voorzieningen worden ingezet voor werken aan huis, horeca, detailhandel, zorg en cultuur. Dit neemt niet weg dat we binnen het Waalfront de flexibiliteit hebben om in de toekomst, wanneer de vraag zich zou voordoen, hier wel op in te kunnen spelen.
•
Waarom is er geen evenemententerrein?
Er is geen evenmententerrein ingetekend. Dat wil niet zeggen dat daarmee geen evenemententerrein binnen het Waalfront mogelijk is. Op pagina 53 van het concept Masterplan Waalfront is als mogelijke suggestie opgenomen om het gebied rondom de Waalhaven als evenemententerrein in te zetten. Aangezien het Masterplan flexibel is zijn er meedere locaties (Fort Kraaijenhof) denkbaar waar een evenemententerrein kan worden aangewezen. Ook net buiten het plangebied zijn evenemententerreinen te bedenken. bijv. het Vasimterrein. In de Waalsprong wordt actief gezocht naar een evenementenlocatie.
•
Is er nagedacht over een overdekte markt?
Er is wel nagedacht over een markt, alleen niet met een definitieve plaats in het Waalfront. Hiervoor geldt ook dat het Masterplan Waalfront flexibel genoeg is om hiervoor ruimte te bieden, mocht er behoefte of een initiatief voor een markt zijn. Indien een exploitant zich meldt om in een van de gebouwen een overdekte markt te exploiteren is het Masterplan voldoende flexibel om dit toe te staan.
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
Inhoudsopgave 1 Inleiding
03
2 Wat is er gebeurd in Koers West sinds februari 2005
07
3 Resultaten per pijler
09
4 Financiën
27
5 Risico
31
6 Werkgelegenheid
33
7 Verwervingen
36
8 Fasering en planning
37
01
02
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
1 Inleiding Op 15 oktober 2003 heeft de gemeenteraad van Nijmegen het Koersdocument Koers West, met bijbehorende grondexploitatie, vastgesteld. Met Koers West wil de Raad een impuls geven aan Nijmegen en in het bijzonder aan Nijmegen West. Koers West betreft het gebied vanaf de Hezelpoort tot aan het Maas Waalkanaal ten noorden van de Weurtseweg samen met het bedrijventerrein Noord Oostkanaalhavens. Binnen het plangebied van Koers West worden er op hoofdlijnen drie pijlers onderscheiden: • het realiseren van een tweede verkeersbrug over de Waal: de Stadsbrug. • het omvormen van het meest oostelijke deel van het industrieterrein tot een aantrekkelijk, stedelijk woon- werkgebied: het Waalfront. • het aanpakken van het overblijvende industrieterrein: het NOK. De drie pijlers/projecten kennen een hoge mate van onderlinge beïnvloeding. Om de samenhang te bevorderen zijn er een 7-tal thema’s benoemd die de oplading en invulling van de deelprojecten mee moeten vormgeven. Het gaat hierbij om de thema’s: Cultuurhistorie en Archeologie, Milieu, Verkeer, Wonen, Werken, Sociaal Maatschappelijke voorzieningen en Ruimtelijke Kwaliteit. Naast de samenhang tussen de 3 plandelen worden hiermee ook de kwaliteit van plannen en de relaties tussen de pijlers zeker gesteld. Het plangebied is inmiddels uitgebreid met de ontwikkeling van park Kraaijenhoff. De commissie Stadsontwikkeling heeft dit als wens uitgesproken tijdens haar vergadering in januari 2006. Na de start met het Koersdocument Koers West (vastgesteld tijdens de raadsvergadering van 15 oktober 2003), de raadsbehandeling van de Voortgangsrapportage Koers West 2004 (2 februari 2005) is dit de derde expliciete behandeling van Koers West en de onderliggende pijlers in de gemeenteraad, naast de reguliere verantwoording op basis van de Voortgang Grote Projecten van het Ontwikkelingsbedrijf, twee maal per jaar.
03
1.1 Voortgangsrapportage Koers West 2006 Koers West is een complex, omvangrijk en langdurig project, met een tijdshorizon tot 2020. De gemeenteraad heeft gevraagd om een beslissingsmoment eind 2006. Met het aanbieden van deze Voortgangsrapportage Koers West 2006, met bijbehorend raadsvoorstel en bijlagen, wordt daaraan tegemoet gekomen. Deze voortgangsrapportage geeft inzicht in de werkzaamheden en activiteiten welke na vaststelling van het koersdocument Koers West tot en met nu zijn gebeurd. Er wordt verantwoording afgelegd over de stappen die zijn gedaan. Ook wordt er gekeken naar de toekomst en de planning met bijbehorende activiteiten. Deze notitie is bedoeld om de bouwstenen aan te dragen die de gemeenteraad nodig heeft om het GO-besluit over de exploitatie van Koers West én de afzonderlijke GO-beslissingen over de bouw van de Stadsbrug, het Waalfront en de aanpak van Noord- en Oostkanaalhavens te kunnen nemen . 1.2 Doelstellingen en ambities koers west De doelstellingen in het Koersdocument (toegelicht in de Voortgangsrapportage Koers West 2004) zijn bij de planontwikkeling als uitgangspunt gebruikt. Op basis van inzichten en afspraken met derden zijn deze in de loop van het proces genuanceerd. Hieronder staat een overzicht van de stand van zaken. Verderop in deze rapportage wordt één en ander verder toegelicht. • Wonen: Aan het Waalfront verrijst een aantrekkelijk woonwerkgebied met ca. 2.600 woningen (in verschillende categorieën) en ca. 28.500 m2 ruimte voor werk en voorzieningen, met een totaal volume van 320.000 m3. • Bereikbaarheid: De bereikbaarheid van de stad wordt gegarandeerd door de bouw van de Stadsbrug. Door de toegezegde steun van de Minister van Verkeer en Waterstaat is de realisatie van de brug haalbaar. • Economische Structuur: Behoud/uitbreiding van werkgelegenheid is nog steeds de inzet. Bij verplaatsingen van bedrijven wordt vestiging binnen Nijmegen/de regio nagestreefd. Er is voldoende ruimte aanwezig om dit te kunnen realiseren. Daarnaast wordt er werk gemaakt van nieuwe werkgelegenheid. Het bedrijventerrein NOK is een mooier en schoner gebied geworden. • Leefbaarheid en Milieu: De milieudruk in Nijmegen West zal niet toenemen. Het milieu blijft echter een aandachtspunt. Inmiddels hebben de betrokken overheden bij het milieuproject Nijmegen West-Weurt (de Provincie Gelderland en de gemeenten Beuningen en Nijmegen) overeenstemming bereikt op het meten en verkrijgen van gegegevens en op handhaving en beleidsaanscherping. Het Kronenburgerforum is gebruikt om dit vorm te geven. Inmiddels ligt er een concept milieuprogramma met 10 verbeterpunten tot 2010. • Stedelijke Structuur: Nijmegen wordt veel meer een geheel. Nijmegen West gaat volwaardig meedoen; relaties met de bestaande stad (economisch, sociaal en ruimtelijk) en de Waal worden versterkt, wonen, werken en recreëren in het Waalfront wordt op termijn mogelijk en de ontwikkelingen in de Waalsprong komen binnen handbereik. Deze ambities staan nog als een huis en zijn vanaf februari 2004 op onderdelen geconcretiseerd.
04
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
1.3 Dilemma’s Naast deze ambities zijn in het koersdocument in 2003 ook de dilemma’s in beeld gebracht, namelijk: • Stadsbrug versus regionale verbinding De Provincie Gelderland, het KAN en de regiogemeenten hebben gekozen voor een gezamenlijke voordracht. De Minister van Verkeer en Waterstaat is gevraagd de bouw van de Stadsbrug te ondersteunen in samenhang met de verbreding van de A50. De Minister heeft dat standpunt overgenomen en de bijbehorende steun is toegezegd. De Stadsbrug is daarmee bereikbaar geworden. • Stadsbrug versus de milieudruk in het gebied Het overleg tussen de Provincie Gelderland en de gemeenten Beuningen en Nijmegen en de raadpleging van het Kronenburgerforum hierover hebben geleid tot een overeenkomst tussen de partijen, waarbij o.a. afspraken zijn gemaakt over metingen, de handhaving en beleidsdoelstellingen. Te nemen milieumaatregelen zijn benoemd. • Verplaatsing bedrijven in relatie tot behoud werkgelegenheid in stad en regio Bedrijfsverplaatsing is aan de orde bij zowel de realisatie van de Stadsbrug als bij de ontwikkeling van het Waalfront. Uitgangspunt is behoud van werkgelegenheid door de te verplaatsen bedrijven een vervangende locatie binnen de gemeente/ in de regio aan te bieden. Daarnaast zullen beide ontwikkelingen een impuls geven die werkgelegenheid van de stad naar verwachting stimuleert. Zie voor onderbouwing het kopje werkgelegenheid ondeer de pijlers Stadsbrug en Waalfront. • Cultuurhistorie/Archeologie De waarden binnen Koers West zijn geïnventariseerd. Voor het Waalfront is er, voorafgaand aan de aanbesteding van het ontwerpproces, een appart traject doorlopen in het kader van Belvédere. Met inachtneming van de bevindingen zijn er binnen het Masterplan Waalfront suggesties gedaan om de culturele rijkdom binnen de planvorming een plek te geven, dan wel in de beeldvorming gebruik te maken van cultuurelementen. In het Masterplan is dit duidelijk terug te vinden. Bij de bespreking van de pijlers komen deze onderwerpen, daar waar het aan de orde is, terug.
05
1.4 Organisatie en proces Onder aansturing van het Bestuursteam Koers West, waarin zitting hebben de wethouders Ruimtelijke Ordening en Wonen, Verkeer en Milieu en Economische Zaken, is er een ambtelijk coördinatieteam Koers West met de projectleiders, een communicatieadviseur, de wijkmanager en een procesmanager. Op basis van bestuurlijke opdrachten –voortvloeiende uit het Koersdocument Koers West en de planexploitatie- wordt het ambtelijk apparaat aangestuurd en vinden er activiteiten plaats. Het proces Koers West wordt gekenmerkt door de grote mate van interactiviteit. Buurtbewoners, ondernemers, belanghebbenden en belangstellenden zijn actief betrokken bij de verdere uitwerking en ontwikkeling van de verschillende onderdelen. Ook is er een Platform Koers West dat gevraagd en ongevraagd het College van burgemeester en wethouders adviseert over belangrijke zaken in het gebied. 1.5 Aanpak rapportage In de inleiding zijn de ambities en (geconcretiseerde) doelstellingen van Koers West weergegeven. Hoofdstuk 2 gaat in op wat er tot nu toe gedaan is met Koers West. Hoofdstuk 3 geeft duidelijkheid omtrent de resultaten die per pijler (Waalfront, Stadsbrug en Bedrijventerrein NOK) zijn geboekt.In hoofdstuk 4 wordt inzicht gegeven in de fasering en planning op hoofdlijnen van de activiteiten en projecten van Koers West . Hoofdstuk 6 beschrijft de financiële stand van zaken en de ontwikkelingen en eventuele aanpassingen op dat terrein.
06
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
2 Wat is er gebeurd in Koers West sinds februari 2005 Een korte terugblik In februari 2005 is de Voortgangsrapportage Koers West 2004 door de gemeenteraad vastgesteld. Deze notitie gaf inzicht in de activiteiten tot dat moment, de stand van zaken en een doorkijk naar de nabije toekomst tot het GO/NOGO besluit in de gemeenteraad eind 2006. Deze Voortgangsnotitie Koers West 2006 borduurt voort op de rapportage van 2005. Hierin is alle relevante informatie opgenomen om een goed beeld te geven van gedane zaken, de stand van zaken en een langlopende planning. De informatie om een gewogen GO-besluit te kunnen nemen over Koers West en de pijlers afzonderlijk moet hiermee mogelijk zijn. In het algemeen kan worden opgemerkt dat er draagvlak is voor de aanpak van Nijmegen West en meer in het bijzonder voor de gebiedsontwikkeling Koers West. Aan dat draagvlak is ook in de afgelopen periode gewerkt. Aan de ene kant door, net als voorheen, de betrokkenen te blijven interesseren voor de planontwikkeling en de voortgang in discussie te brengen. Aan de andere kant door de plannen steeds meer te verfijnen en bij die verfijning de betrokkenen te laten zien dat er rekening wordt gehouden met hun argumenten. De omgeving • De wijkvisie voor het Waterkwartier die in 2005 is vastgesteld. Dit is het niveau waarop alle ontwikkelingen en projecten in het Waterkwartier in kaart zijn gebracht en de samenhang et de toekomstvisie voor Nijmegen West wordt vastgelegd. Er is gekeken naar het voorzieningenniveau binnen de wijk op het gebied van winkels, gezondheidszorg en welzijn. Er doet zich een unieke kans voor om de centrumfunctie te versterken in het gebied. Op loopafstand van elkaar zijn er mogelijkheden voor de ontwikkeling van een voorzieningenhart (Waterstraat), een zorgkruispunt (Hartmanterrein) en een wijkwinkelcentrum (Marialaan/Koekoekstraat). De ontwikkelingen rond Koers West worden gezien als een welkome versterking van de ontwikkelingen binnen West. Immers de ontwikkeling van het Waalfront levert impulsen die de bestaande initiatieven in het Waterkwartier versterken. Ook de bewoners van het Waalfront zullen daar gebruik van gaan maken. Immers, in het Waalfront komen geen concurrerende voorzieningen. Daar waar het Waterkwartier een tekort aan voorzieningen heeft, bestaat de mogelijkheid in het Waalfront voor aanvulling te zorgen. • De herstructureringsplannen met betrekking tot sloop en nieuwbouw van woningcorporatie Portaal in het Waterkwartier dragen eveneens bij aan de verbetering van de wijk (te beginnen met de Rijnstraat/Lekstraat). • De gemeentelijke overheid investeert verder in de aanleg en uitwerking van Park West. Door de realisatie van het Waalfront wordt Park West tot aan de Waal gebracht en verder het gebied in getrokken richting de Hezelpoort. • Een parkeeroplossing voor de binnenstad achter de Hezelpoort met mogelijke nieuwbouw van woningen, zijn impulsen die eveneens van betekenis zijn voor Nijmegen West als geheel. Dit geldt ook voor de achterkant van het spoor (Spoorzone) en de verdere ontwikkeling van dit gebied met de PTTlocatie en het ROC, maar ook het gebied rond Vissers Meubelen. • De ontwikkeling bij de overburen in de Waalsprong zijn input voor de ontwikkeling van Koers West. De Stadsbrug is een aanvulling op de ontsluiting van de Waalsprong vice versa. De Stadsbrug landt in de Waalsprong, vlak achter de dijk en zal zijn weg vinden naar de A325.
07
•
Het Waalfront kijkt letterlijk naar de De Citadel. Deze Citadel wordt het centrumgebied voor de Waalsprong. Ook hier wordt verstedelijking gezocht, maar op een andere wijze dan in het Waalfront. De programma’s zijn voor een groot deel aanvullend, ook al omdat de wijk Waalsprong andere eisen stelt aan het programma en voorzieningenniveau, dan het Waalfront dat aansluit bij een volop functionerend Waterkwartier / De Biezen.
Nijmegen West en het Kronenburgerforum In het zogeheten Kronenburgerforum zijn vertegenwoordigers van belanghebbenden en betrokken overheden (provincie Gelderland, gemeente Beuningen en Nijmegen) in vergadering bijeen. Hier worden de uitgangspunten van het plaatselijk milieubeleid besproken, doelstellingen bepaald en worden er afspraken gemaakt over een uitvoeringsprogramma. Het Kronenburgerforum heeft de provincie en gemeenten geadviseerd: • Hoe de milieudruk meetbaar te maken; • De wijze waarop metingen te vertalen zijn in bruikbare modellen waarin milieudruk en leefbaarheid aan elkaar worden gewogen (MILO); • Omtrent de eventueel noodzakelijk te nemen maatregelen. Inmiddels zijn de afspraken gemaakt en vertaald in een milieuprogramma. Dit milieuprogramma zal in december van 2006 worden vastgesteld door de college’s van de gemeenten Beuningen en Nijmegen en Gedeputeerde Staten van Gelderland. Inzet en vertrouwen Koers West biedt kansen en wil bijdragen aan de verbetering van de balans tussen wonen, werken en bereikbaarheid in Nijmegen. Het vraagt nog steeds veel vertrouwen en een lange adem, maar de balans is nog steeds positief. Om deze lijn vast te houden moet er de komende jaren nog meer inzet en energie worden geleverd. Niet alleen door bestuurders en ambtenaren, maar ook door bewoners, ondernemers en andere belanghebbenden. Het college van burgemeester en wethouders ziet hier voor zichzelf een belangrijke stimulerende en uitvoerende rol. Concluderend We zijn inmiddels een paar jaar verder, de plannen rond de pijlers van Koers West zijn verder geconcretiseerd en de conclusie is gerechtvaardigd dat op hoofdlijnen de doelstellingen gehaald kunnen worden. In hoofdstuk 3 zal worden ingegaan op de concrete resultaten die tot op dit moment zijn geboekt in de pijlers: Bedrijventerrein NOK, Stadsbrug en Waalfront.
08
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
3 Resultaten per pijler (Waalfront / Stadsbrug / bedrijventerrein NOK) 3.1 Bedrijventerrein NOK De revitalisering van het bedrijventerrein Noord- en Oostkanaalhavens moet leiden tot een modern en duurzaam industriegebied tussen Park West en het Maas- Waalkanaal. Met de aanpak van de verschillende straten als Ambachtsweg, Bedrijfsweg, e.a. is een belangrijke stap gezet in deze richting. De toekomstwaarde van dit bedrijventerrein wordt hiermee zeker gesteld. Door het realiseren van meer dan 500 meter lengte damwanden en kade, wordt de binding aan het vaarwater versterkt. Een concrete aanpak en opwaardering van het bedrijventerrein is de beste garantie voor het behoud van de werkgelegenheid in dit gebied. De ondernemersvereniging heeft een convenant gesloten met de gemeente Nijmegen, waarbij afspraken zijn gemaakt over communicatie en onderwerpen als de herinrichting van straten, parkmanagement (veiligheid, gezamenlijke inkoop van produkten e.d.), energieverkenning en beeldkwaliteit. Op basis van dit convenant is er inmiddels door de ONOK een contract afgesloten voor parkmanagement in het gebied waardoor veiligheid, beheer en toezicht wordt verbeterd en de kosten kunnen worden beperkt voor de ondernemers. De verwachting is dat ondernemers nu ook zullen gaan investeren en uitbreiden en waar mogelijk met extra aandacht voor de beeldkwaliteit. Gemeente en ondernemersvereniging proberen dit gezamenlijk op te pakken. * de Ambachtsweg, de Nijverheidsweg, de Dr. de Blécourtstraat en de Bedrijfsweg zijn opnieuw ingericht; * Bij van Gemert, Rhenania en bij Nacco zijn extra damwanden gerealiseerd om het vervoer over water te stimuleren en de bedrijfsvoering van deze bedrijven te optimaliseren. De financiële stand van zaken is opgenomen in het betreffende hoofdstuk.
09
3.1.1 Communicatie NOK In 2005 en 2006 is opnieuw gericht geïnvesteerd in een goede relatie met de bedrijven en hun vertegenwoordigng: de Ondernemersvereniging Noord-Oost Kanaalhaven (ONOK). Dat gebeurde in de vorm van regelmatig overleg met het bestuur van de ONOK, door informatiebijeenkomsten, door systematisch gesprekken aan te gaan met individuele ondernemers die direct gevolgen ondervinden van de revitalisering of de plannen voor de Stadsbrug, door medewerking aan de ONOK-nieuwsbrief NoordOoster en door gezamenlijk op te treden waar ‘geoogst’ kon worden. De verhoudingen tussen gemeente en bestuur van de ONOK zijn duidelijk verbeterd. Zoals beschreven in deze voortgangsprapportage is het bedrijventerrein op verschillende plekken gerevitaliseerd. De plannen voor de straten zijn in overleg met de betrokken ondernemers tot stand gekomen tijdens en naar aanleiding van inloopbijeenkomsten. Met het bestuur van de ONOK werden de hoofdlijnen en de voortgang van het werk besproken. Tijdens de werkzaamheden bleek communicatie over problemen en vertragingen via de uitvoerder niet afdoende. Daarom is in de loop van het project een digitale nieuwsbrief Nijverheidsweg en Ambachtsweg ingesteld die de ondernemers maandelijks op de hoogte hield. Ook over de Stadsbrug is veelvuldig met de bedrijven gecommuniceerd. Ondernemers die mogelijk moeten wijken voor de Stadsbrug hebben het bijzonder gewaardeerd dat ze persoonlijk bezocht zijn naar aanleiding van het besluit over het Stadsbrugtracé. Voor álle ondernemers in het gebied zijn naar aanleiding van het besluit twee aparte inloopbijeenkomsten georganiseerd. De vragen spitsten zich vooral toe op de ontwikkelingen rond de Energieweg. Over de grote lijnen van de voortgang van de revitalisering en de voorbereidingen voor de Stadsbrug verscheen informatie in de digitale nieuwsbrief Koers West, de ONOK-nieuwsbrief NoordOoster en op de websites van gemeente en ONOK. De DVD over de Stadsbrug is vertoond tijdens de jaarvergadering van de ONOK. De revitaliseringsprojecten die de gemeente uitvoert, zijn eind 2006 afgerond. De ontwikkelingen rond de Stadsbrug zullen de komende jaren de belangrijkste fysieke maatregelen voor het bedrijventerrein bepalen. Daar ligt dan ook het zwaartepunt van de communcatie met de ondernemers. Uiteraard blijft aandacht nodig voor communicatie met en ondersteuning van het bestuur van de ONOK bij andere initiatieven, zoals park- en vervoersmanagement.
10
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
3.2 Stadsbrug
De Stadsbrug wordt een nieuwe oeververbinding voor auto, openbaar vervoer, fiets en voetganger. De stadsdelen van Nijmegen worden met de Stadsbrug beter bereikbaar. De volgende doelstellingen worden hiermee bereikt: • interne bereikbaarheid Nijmegen-Noord met de rest van Nijmegen wordt verbeterd. In de Waalsprong verrijst een nieuw stadsdeel dat zal uitgroeien tot een woonwijk met 12.000 woningen en ongeveer 25.000 bewoners. Op dit moment zijn er 2.400 woningen gerealiseerd en de files voor de bestaande Waalbrug worden langer. De tweede verkeersbrug zal de mensen die de Waal willen kruisen een tweede keus geven. Met name de mensen die het centrum voorbij willen zullen gaan kiezen voor de nieuwe brug. Daarmee verzorgt de bestaande brug met name de verbinding met het centrum; • het leefmilieu in Nijmegen met betrekking tot verkeerseffecten wordt verbeterd; • de bereikbaarheid van het industrieterrein NOK wordt verbeterd. Vrachtverkeer van en naar het NOK dat nu nog via Nijmegen-West en het Keizer Karelplein naar het noorden en oosten rijdt kan dan over de Stadsbrug gerichter zijn weg vinden; • het economisch vestigingsklimaat wordt versterkt en dit versterkt de groeiende regiofunctie van Nijmegen; • een nieuwe brug is een historische aanvulling op de iconen van de stad • regionaal is gekozen voor de verbreding van de A50 (voor (boven)regionaal verkeer) en gelijktijdige aanleg van de tweede verkeersbrug voot Nijmegen (bestemmingsverkeer). 11
3.2.1 Het besluit over het tracé Ten eerste zijn er afspraken gemaakt waar en hoe het tracé tussen het Industrieplein en de Waal zal lopen en ten tweede over de aanpassingen die er in het verdere traject naar het zuiden gewenst zijn, met name aan de Energieweg. Ten derde is het programma vastgesteld en het bijbehorend ruimtegebruik bepaald. De vervolgacties, o.a. verplaatsing en verwerving van bedrijven, zijn hierop afgestemd. Het Tracé • Er zijn 3 varianten onderzocht, waarvan er 2 westelijk van de VASIM liepen en 1 oostelijk. De keuze is gevallen op de oostelijke variant. Met name omdat het niet mogelijk blijkt CPKelco te verplaatsen; • Er komt een verhoogde afslag tussen het Industrieplein en de Waal, met name om het noordelijk deel van het NOK en het Waalfront te ontsluiten richting de parkeergarage achter de Hezelpoort en de binnenstad; • Omdat er een grote hoeveelheid kabels en leidingen in de grond zitten, blijft de brug op pijlers tot de nieuwe afslag en zal daarna op een grondlichaam doorlopen en op maaiveld aansluiten op het Industrieplein; • In verband met de scheepvaart op de Waal moet de brug een minimumhoogte hebben. Dat resulteert erin dat de brug ter hoogte van de VASIM nog altijd 13 meter boven het maaiveld uitsteekt. De VASIM zal vrijwel in zijn geheel zichtbaar zijn, onder de brug door. De Energieweg c.s. De capaciteit van de Energieweg voldoet, behalve bij kruisingen en bij de doorkruisingen van de middenberm bij bedrijven. • Bij de reconstructie van de Energieweg wordt er daarom uitgegaan van het “kettingkastprincipe”. Dat houdt in dat kruisingen uitgevoerd gaan worden als een rotonde en de middenbermen voor het overige gesloten gaan worden. Daarmee wordt links afslaan op de Energieweg onmogelijk; • Er is plaats voor een tweezijdig fietspad aan de oostkant van de Energieweg en een enkelzijdig fietspad aan de westkant; • De stamlijn blijft gehandhaafd; • Het profiel is aangepast, zodat aan de milieunormen (met name geluid en luchtverontreiniging) kan worden voldaan. Het programma van de brug De brug zal bestaan uit 4 rijstroken voor gemotoriseerd verkeer (auto’s, bussen, vrachtauto’s) en vrijliggende fietspaden en voetpaden. Daarnaast is het in het Programma van Eisen bepaald dat de brug in de toekomst verbreed kan worden ten behoeve van openbaar vervoer. Voor de fietser en voetganger worden op- en afritten gemaakt. Ter hoogte van het Waalfront wordt er gedacht aan een lift. 12
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
3.2.2 Het Milieu Effect Rapport (MER) Om inzicht te krijgen in de milieueffecten van de Stadsbrug en om het milieubelang in de besluitvorming daarover een volwaardige plaats te geven, heeft de gemeente een Milieueffectrapport opgesteld. De gemeente gebruikt de informatie uit dit rapport bij het maken van keuzes voor het ontwerp van de Stadsbrug en het bestemmingsplan. In eerste instantie is er een milieuonderzoek gedaan om de onderbouwing van de tracékeuze te onderzoeken: het MER deel 1. De gemeenteraad heeft MER deel 1 in 2005 aanvaard. Het tracé is vervolgens vastgesteld. Om te komen tot een goed doordacht bestemmingsplan is er, mede op basis van het advies van de Commissie voor de m.e.r., gekozen voor een aanvulling op het MER. Op 30 mei 2006 heeft het college deze MER deel 2 vrijgegeven voor inspraak. MER deel 1 en deel 2 zijn als geheel een bijlage bij het bestemmingsplan. Als het bestemmingsplan aan de gemeenteraad ter vaststelling wordt aangeboden wordt het complete MER daaraan toegevoegd. Enkele conclusies van het MER deel 2 zijn: • De komst van de Stadsbrug en de herinrichting van de Energieweg zorgen voor extra capaciteit, een betere doorstroming van het verkeer en daarmee een betere verdeling van het verkeer op het hoofdwegennet in Nijmegen. • Door de maatregelen als geluidsschermen en het aanleggen van stil asfalt vermindert de geluidshinder langs de Energieweg. • De Stadsbrug heeft per saldo een gunstig effect voor de luchtkwaliteit in Nijmegen 3.2.3 Het Bestemmingsplan Het voorontwerp bestemmingsplan is een uitwerking van de tracékeuze die de gemeenteraad van Nijmegen in 2005 heeft gemaakt. Met het bestemmingsplan worden de volgende ingrepen mogelijk gemaakt: • De Energieweg wordt doorgetrokken vanaf het Industrieplein tot aan de Waal door het bestaande industrieterrein. • Het Industrieplein wordt opnieuw ingericht met onder andere verkeerslichten. • De Energieweg wordt verbreed met zijbermen, de middenbermen worden afgesloten en er is rekening gehouden met bijvoorbeeld taluds en geluidsschermen. Het is een weg met verkeerslichten waar maximaal 50 km per uur gereden mag worden. • Er komen nieuwe rotondes op de Energieweg ter hoogte van de Neerbosscheweg, de Dr. de Blécourtstraat en de Ambachtsweg. • Ter hoogte van de PGEM sportvelden en woningen ontstaat een nieuw bedrijventerrein. • Er komt een nieuw stuk natuurontwikkeling ter compensatie op een nader te bepalen locatie. Een vastgesteld en goedgekeurd bestemmingsplan is nodig om in 2009 een bouwvergunning voor de Stadsbrug te kunnen verlenen. Inmiddels heeft het voorontwerp bestemmingsplan ter inzage gelegen. Naar verwachting wordt het bestemmingsplan in het voorjaar van 2007 door de raad vastgesteld. 3.2.4 Voorlopig Ontwerp Energieweg Het blijkt dat de Energieweg in zijn huidige maat over het algemeen ruim genoeg is om de aanpassingen op te kunnen vangen. Inmiddels wordt er gewerkt aan een voorlopig ontwerp en een inrichtingsplan. In overleg met met betrokken ondernemers en instellingen worden de in- en uitritten ontworpen.
13
3.2.5 De studieopdracht voor de brug Het college heeft op 11 juli 2006 het Programma van Eisen (PvE) voor de Stadsbrug vastgesteld. Dit PvE is nog betrekkelijk abstract, het betreffen globale eisen. Het besluit over het PvE biedt onvoldoende basis om in één slag marktpartijen te vragen een aanbieding te doen voor ontwerp èn uitvoering en deze aanbiedingen vervolgens op objectieve wijze te beoordelen. De technische en financiële risico’s die aan het Programma van Eisen kleven, dienen inzichtelijk te worden gemaakt. Het gaat nu niet om het ‘plaatje van de brug’ maar om de aspecten financiën en techniek. Deze hebben het primaat en daarom raadpleegt de gemeente drie ingenieursbureaus. Voordat de gemeente Nijmegen de opdracht voor de realisatie van de Stadsbrug kan aanbesteden, wordt een Studieopdracht uitgevoerd. De gemeente ontbeert de ervaring en kennis om op dit moment goede opdracht te formuleren voor de bouw van de Stadsbrug. Deze studieopdracht moet duidelijk maken welke technische, financiële en beeldkwaliteitseisen we moeten stellen om tot een goede aanbesteding van de bouw van de Stadsbrug te komen. In de Studieopdracht oriënteert de gemeente zich op vier brugtypen, zodat we niet vastzitten aan één type brug: de kokerligger, de tuibrug, de boogbrug en de hangbrug. 3.2.6 De aanbesteding van de brug Voordat er wordt overgegaan tot de feitelijke aanbesteding van het ontwerp en de realisatie van de brug worden nog een aantal besluiten genomen. Na oplevering van de Studieopdracht is de noodzakelijke informatie over de mogelijke brugtypologieën beschikbaar. Met die informatie zijn wij in staat om onze vraag aan de markt goed te formuleren: het is een zogenaamde ‘vraagspecificatie’. Deze specificatie omschrijft onze opdracht: ontwerp én realiseer de brug die aan onze eisen voldoet! De gemeenteraad neemt een besluit over deze aanbesteding. Begin 2007 bepalen wij welk aanbestedingstraject voor de realisatie wij ingaan. De adviezen betreffende het ‘contractering- of inkoopplan’ van de brug zijn nu in voorbereiding. Op dit moment gaan de gedachten uit naar een Design&Construct (D&C) of Design, Built&Maintain-contract (DBM). dat wil zeggen dat een aannemer samen met een architect zorg draagt voor de realisatie. Maintain houdt in dat ook het onderhoud en beheer over een lange periode tot het contract behoort.
14
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
3.2.7 Communicatie stadsbrug Rode draad in de communicatie rondom de Stadsbrug is het intensieve contact met de betrokkenen waarbij luisteren naar zorgen en beantwoorden van vragen veel aandacht krijgt. Vanaf de eerste ontwikkelingen is de gemeente in gesprek met iedereen die directe gevolgen ondervindt en omwonenden. Daarnaast is de communictie gericht op het overtuigen van zoveel mogelijk Nijmegenaren over het nut en de noodzaak van de Stadsbrug. Eind 2004 hebben de gemeenteraden van NIjmegen en Arnhem en de Provinciale Staten immers besloten dat de tweede Stadsbrug in Nijmegen samen met de verbreding van de A50 de beste oplossing is voor de verkeersproblemen in Nijmegen en de regio. Wat heeft de gemeente daarvoor gedaan in 2005 en 2006? In 2005 stond de keuze van het tracé en het MER deel 1 volop in de belangstelling. Ter ondersteuning van een zorgvuldig raadsbesluit over de beste ligging van het tracé in december 2005 is het volgende gebeurd: • bestuurders bezochten direct na het collegebesluit alle instanties en ondernemers die in het plangebied liggen en direct geraakt worden door de komst van de Stadsbrug. Dit oogstte waardering en was aanleiding voor de start van 1-op-1-gesprekken met de ondernemers over verwerving en mogelijke verplaatsing • persoonlijke gesprekken met betrokkenen uit het plangebied, maar ook met milieugroeperingen, platform Waalsprong en andere belangengroeperingen in de omliggende wijken over het tracé en het MER deel 1 • een fietstocht voor de raadsleden in het projectgebied • drie inloopbijeenkomsten met kaartmateriaal. Specialisten gaven een toelichting op de plannen. Daarnaast konden geinteresseerden de besluitvorming volgen door berichtgeving op www. nijmegen.nl, de huis-aan-huis-bladen en de digitale nieuwsbrief Koers West. Het college stond de pers is te woord in een persconferentie, in persoonlijke gesprekken en een persbericht Mede naar aanleiding van de zorgen die direct betrokkenen uitten over de toename van het verkeer en de gevolgen voor het milieu in hun wijk besloot het bestuur tot een aanvullend Milieueffectrapport dat de gevolgen op wijkniveau laat zien. Dit is het MER deel 2. In 2006 maakte de gemeente het MER deel 2 samen met het voorontwerp bestemmingsplan. De plannen kregen vorm in de eerste maanden van 2006 na veel gesprekken en afstemming met: • ondernemers en hun belangenvertegenwoordigers zoals de ONOK • milieugroeperingen • vertegenwoordigers van bewoners uit het Waterkwartier, Wolfskuil, Hees, Heseveld en Neerbosch Oost • professioneel betrokken instanties en andere overheden • het Kronenburgerforum. Hierdoor kon de gemeente vroegtijdig inspringen op vragen en suggesties voor verbeteringen meenemen.
15
Voor de uiteindelijk presentatie van het bestemmingsplan en MER gebruikte de gemeente: • commentaar van direct betrokkenen op de proefpresentatie om te zorgen dat de grote hoeveelheid informatie helder kon worden overgebracht tijdens de inloop- en inspraakbijeenkomst • informatie over onderzoek naar de reistijden met en zonder Stadsbrug voor vrachtwagens (door TLN) en personenvervoer • wijkraadbijeenkomsten, bijeenkomsten van milieugroeperingen en persgesprekken om toelichting te geven • een bijpraatsessie voor nieuwe raadsleden over de ontwikkelingen van de Stadsbrug • publikatie op www.nijmegen.nl van alle rapporten en de 25 meest gestelde vragen over de Stadsbrug. De gemeente investeert nu in een helder geschreven inspraaknota die het college begin 2007 aanbiedt aan de raad. Ondanks de omvang van het project is het aantal reacties en de gevolgen voor het plan beperkt. De inspraaknota geeft overzicht van de hoofdlijnen van de inspraak, de noodzakelijke correcties en aanvullingen op het bestemmingsplan en MER, geeft een heldere afweging tussen voor- en nadelen van de Stadsbrug en laat de bestuurlijke overtuiging zien.
16
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
3.3 Waalfront Het Waalfront is het nieuwe woon- en werkgebied tussen het VASIMgebouw en de Hezelpoort, ten noorden van de Weurtseweg. Een fraai gebied met excellente kansen om een nieuw wervend woonmilieu toe te voegen aan het inmiddels veelzijdige aanbod van woonmilieus in Nijmegen. In het onderstaande wordt een overzicht gegeven van de activiteiten van de afgelopen periode. Alle activiteiten zijn een puzzelstukje in de vraag van de gemeenteraad de haalbaarheid van de gestelde opgave te onderzoeken.Het Waalfront wordt niet in één dag gebouwd. In de planning gaan we uit van een horizon van vijftien jaar tot 2022. Vandaar dat er belang gehecht wordt aan een plan met robuuste fundamenten, maar waarop flexibel gebouwd kan worden. Het Masterplan Waalfront voorziet hierin. De stedenbouwkundige opzet is stevig verankerd. Hij grijpt terug op de landschappelijke opbouw en de opeenvolgende culturele ontwikkelingen die het gebied gemaakt hebben tot wat het nu is. Deze ondergrond bestaat voornamelijk uit lijnen. Het lijnenspel levert een vlekkenkaart, die uitnodigt tot een gevarieerde invulling van de deelgebieden die zo ontstaan. Per deelgebied zijn beelden en programma bepaald. In de voorgestelde structuur is een logische vijfde laag te herkennen die niet alleen de komende 15 jaar, maar nog ver daarna, aanknopingspunten geeft voor ontwikkeling. We gaan er van uit dat de fundamenten van het plan met gemak gaan overleven. Daarnaast is er veel gerekend en getekend aan de daadwerkelijk invulling als totaal en per deelgebied. De opgave bestaat er niet alleen in een robuust fundament neer te leggen, maar ook aan te tonen dat een invulling op basis van de uitgangspunten (o.a. financieel en juridisch) haalbaar is. Door de detaillering zijn de marges onderzocht, op basis waarvan de keuzes gemaakt moeten worden. Deze zijn verwerkt in de planexploitatie. Daarbij zijn de volgende producten gedefinieerd en uitgewerkt: * Masterplan Waalfront * MER Waalfront * Grondexploitatie (GREX) * Risicoanalyse * Concept samenwerkingsovereenkomst (SOK) Afsluitend zal er worden beschreven hoe er tijdens de planfase van het Masterplan met communicatie is omgegaan. 3.3.1 Samenwerking met een externe partij In de Voortgangsrapportage Koers West 2004 was er nog sprake van drie overgebleven partijen als mogelijke samenwerkingspartners. Uiteindelijk is gekozen voor RABO Vastgoed bv als beoogd partner in het Waalfront. Er is een intentieovereenkomst met Rabo Vastgoed gesloten. Hiertegen zijn door de gemeenteraad geen wensen of bedenkingen ingebracht. Deze overeenkomst geldt voor de planfase tot aan het raadsbesluit over het Go-NoGo moment. Op basis van deze overeenkomst zijn er afspraken gemaakt over verwervingen/aankopen van eigendommen, het Masterplan Waalfront en de planexploitatie. De intentie van beide partijen was –en is nog steeds- om deze intentieovereenkomst om te zetten in een samen werkingsovereenkomst voor de uitvoering van het Masterplan Waalfront vanaf 2007.
17
3.3.2 Masterplan Waalfront Het Masterplan Waalfront geeft in (globale) beelden de hoofdstructuren weer van de gewenste ontwikkelingen. Het Masterplan is niet juridisch bindend in de zin dat burger en overheid rechten kunnen ontlenen aan tekst en/of tekeningen. Maar het is ook weer geen vrijblijvend plan. Het Masterplan Waalfront is de onderlegger en beleidsdocument voor alle verdergaande plannen en producten. Uitgangspunten voor ontwerp Het Waalfront wordt een stedelijk gebied, dat aantrekkelijk moet zijn voor de mensen die er aan wonen en werken, voor het Waterkwartier als “uitloopgebied” en toegang tot de Waal en de voorzieningen die hier in de toekomst zullen verreizen en voor Nijmegen als stad, als interessante plaats om te verblijven en recreëren. Het stedelijk plan, de kwaliteit van de openbare ruimte en het voorzieningenaanbod en -niveau zijn hierop afgestemd. De gemeenteraad heeft in 2003 (Koersdocument Koers West) een programma vastgesteld van minimaal 2.000 woningen en 60.000 m2 voorzieningen. In overleg met Rabo Vastgoed is een bandbreedte vastgesteld, waarbinnen de gewenste ontwikkeling zijn grenzen vindt. Deze bandbreedte is ook gebruikt om de MER Waalfront uit te laten voeren. De ontwikkelingen in de omgeving zijn aangenomen als autonome ontwikkelingen. Daarbij springen met name naar voren: • de bouw van de Stadsbrug. Het tracé van de Stadsbrug loopt vlak langs het plangebied. De aansluiting van het Waalfront op de brug en het gebied er achter moet natuurlijk overkomen. Het Waalfront mag gevoelsmatig niet ophouden bij de brug, maar moet verder richting de VASIM en de sluis. Daarnaast is er komende vanaf de brug richting het Industrieplein een afslag geprojecteerd die toegang geeft tot Noordoost Kanaalhavens en, met een bocht terug, naar het Waalfront, de parkeergarage achter de Hezelpoort en naar de stad. Het ontwerpen van deze afslag door en/of langs het Waalfront was een opgave die de ontwerpers hebben meegekregen; • de parkeergarage achter de Hezelpoort. De parkeergarage achter de Hezelpoort is een parkeervoorziening voor de binnenstad. Hij dient gedeeltelijk als vervanging voor de garage aan de Pijkestraat. In het Waalfront moet de bereikbaarheid van de garage gewaarborgd worden. • de ontwikkeling van het Kraaijenhoffpark. De raadscommissie Stadsontwikkeling heeft zich op 30 januari 2006 uitgesproken over de planontwikkeling rond het Kraaijenhoffpark. Indien mogelijk zou dit gebied moeten worden toegevoegd aan het exploitatiegebied Waalfront. Uitgangspunten: • het bouwblok Bronsgeeststraat wordt afgerond met laagbouwwoningen; • behoud van de boterfabriek ten behoeve van woon/werkpanden; • het parkgebied wordt substantieel uitgebreid. In het Masterplan Waalfront is deze ontwikkeling expliciet opgenomen. Het maakt voor de uitvoering ook onderdeel uit van de vast te stellen planexploitatie Waalfront. De cultuurhistorische rijkdom van het gebied dient als onderlegger bij het ontwerp een belangrijke drager te zijn. Daarbij zijn met name vier lagen onderschreiden: het landschap, de Romeinse stad, Fort Kraaijenhoff en de industriële bebouwing.
18
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
De verbindingen met de bestaande stad verdienen aandacht. In het bijzonder: • de koppeling van het Waalfront aan Waterkwartier / De Biezen. Het Waalfront mag geen op zichzelf staande wijk worden, maar meer een buurt van de grote wijk; • de verbinding met de binnenstad. De huidige verbindingen bij de Waal en de Hezelpoort zullen meer kwaliteit moeten krijgen. Het Waalfront moet een logisch vervolg zijn op de binnenstad, waardoor de oriëntatie zich niet alleen van het Waalfront op de binnenstad richt, maar vooral ook andersom. De nieuw te maken boulevard in het Waalfront moet uitnodigen tot een wandeling die begint bij het Casino en eindigt in de VASIM en terug (de helft van de noodzakelijke dagelijkse 10.000 gezondheidsstappen). De gemeenteraad heeft gevraagd het stedenbouwkundig plan op te stellen in een open planproces. Daaraan is tegemoetgekomen. In het kopje onder communicatie wordt een verantwoording gegeven. Werving van het ontwerpteam In samenwerking tussen Rabo Vastgoed en de gemeente is er een keuze gemaakt voor een ontwerpbureau. Daarbij is er gekozen voor een bureau dat uitaard aan alle kwaliteiten moet voldoen die horen bij de technische en inhoudelijke uitvoering van een dergelijke klus. In dit geval is er extra aandacht gevraagd voor de landschappelijke opbouw van het Waalfront. Daarnaast is het accent gelegd op eerdere ervaring met burgerparticipatie en het betrekken van belanghebbenden en stakeholders. De keuze is gevallen op de combinatie van Lodewijk Baljon Landschapsarchitecten en Atelier Zeinstra van der Pol. 19
Programma Het programma is meer dan een optelsom van de huizen. In het Waalfront zijn afspraken gemaakt over een veelvoud van zaken, onder andere voortvloeiend uit het gemeentelijk beleid. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt over het voorzieningenniveau, de kwaliteit van de openbare ruimte met bijbehorende voorzieningen, bereikbaarheid en parkeren etc. Hieronder volgt een opsomming. •
•
Woningbouw: opgeteld worden in het Waalfront circa 2.600 woningen gebouwd in een grote variatie. Voor jong en oud, voor alleenstaanden en gezinnen, studenten, goedkoop (40%) en duur(der). Binnen de verschillende deelgebieden is een verdeling gemaakt, waarbij er in de verschillende deelgebieden andere accenten gelegd zijn. Uitwisseling tussen de deelgebieden is mogelijk, afhankelijk van de wensen en mogelijkheden van dat moment. Voorzieningen en werken: er is 28.500 m2 vloeroppervlak becijferd, waarbij we er van uitgaan dat er geen grote voorzieningen in het Waalfront gerealiseerd gaan worden. Het Waalfront is voor de maatschappelijke voorzieningen (winkels, school, voorzieningenhart) voornamelijk aangewezen op de voorzieningen in het Waterkwartier / De Biezen. In het Waalfront wordt er meer gedacht aan voorzieningen die te maken hebben met recreëren en aanvulling vormen op segmenten die in het Waterkwartier / De Biezen ontbreken (horeca, leisure). Zie hieronder voor een toelichting.
Het ontwerpproces Bij de zoektocht naar het ideale ontwerp is er van een aantal randvoorwaarden uitgegaan. Gedeeltelijk zijn deze ingegeven door de gemeenteraad (Koersdocument Koers West), gedeeltelijk door de gegeven omstandigheden, maar vooral ook door de wensen van de belanghebbenden en omwonenden. Er is gekozen voor een interactief planproces. Dat houdt in dat er vanaf de start van het ontwerpproces burgers, betrokkenen en stakeholders zijn betrokken bij het ontwerp. Verder is er gestart vanuit “een blanco kaart”. De randvoorwaarden waren gesteld door de gemeenteraad en de burgers. Onder het kopje Communicatie is hier meer over opgenomen. De inspraak Het college van Burgemeester en Wethouders heeft het concept-Masterplan Waalfront op 9 september 2006 vrijgegeven voor inspraak. De inspraakreacties, het verslag van de informatieavond en het standpunt van het college zijn gebundeld in de inspraaknotitie. 20
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
Meest voorkomende reacties betreffen onderstaande thema’s. • Verkeer In het Masterplan is gekozen voor een nieuwe ontsluitingsweg aan de noordkant van de Waalbandijk. Deze komt te liggen ten noorden van de Waalhaeve, het nieuwe appartementencomplex dicht bij de Hezelpoort. De bewoners van de Waalhaeve hebben aangegeven hiertegen bezwaar te hebben. Door te kiezen voor een aangepast wegprofiel, verdiept achter de dijk, is het mogelijk de weg visueel in te passen, zodat het verkeer (gedeeltelijk) aan het oog onttrokken is. Daarnaast wordt hiermee de geluidoverlast beperkt tot normwaarden. Door te kiezen voor deze nieuwe weg wordt de Weurtseweg / Voorstadslaan ontlast. • Dijkhoogte De dijk wordt niet verhoogt. De waterkering (nu een witte betonnen rand) zal worden verfraaid in de vorm van een dijkje op de al bestaande dijk. • Handelskade Het Masterplan voorziet in een redelijk fors programma op de Handelskade. De bewoners van Waalhaeve maken bezwaar, omdat daarmee hun uitzicht op de Waal ten oosten van de spoorbrug wordt weggenomen. Aan deze bezwaren wordt tegemoet gekomen door enerzijds het programma aan te passen, waardoor er ter plekke minder volume wordt gerealiseerd en aan de andere kant door het volume anders vorm te geven, waardoor er doorzichten mogelijk worden. Bij de definitieve uitwerking van de deelplannen zal hier extra aandacht aan worden gegeven. • Waalhaven Uitgangspunt van ontwerp is dat de functie van de haven gelijk blijft. De huidige gebruikers maken zich zorgen of dit haalbaar is binnen de plannen van het Masterplan. • Het Masterplan voorziet in een aanpassing bij de Handelskade. De binnenvaart geeft aan dat
21
• • •
de bruikbaarheid van de haven daarmee verloren gaat, omdat de schepen daarmee niet meer de haven in en uit kunnen. Inmiddels is er een verkennend onderzoek verricht door Haskoning naar de mogelijkheden van de binnenvaart om in en uit de haven te kunnen. Deze laten zien dat er bij de uitwerking inderdaad extra aandacht moet zijn voor deze problematiek, maar dat het niet onmogelijk is; Het aantal ligplaatsen loopt landelijk terug. De binnenvaart is daarom alert op verlies aan ligplaatsen dus ook in Nijmegen; Bij andere ontwikkellocaties elders in het land blijkt dat woningbouw en binnenvaart niet goed te combineren is, omdat bewoners door klachten uiteindelijk de binnenvaart weten te weren; De inrichting van de haven is bepalend voor de gebruiksmogelijkheden. De huidige gebruikers wensen deel te nemen bij het overleg over de inrichting.
Bovenstaande punten worden bij de verdere planuitwerking sowieso meenomen als toets en wegingsfactor. • Ruimte voor de Rivier/regioadvies PKB en PKB Het Waalhavengebied in het Waalfront valt binnen de huidige Beleidslijn Ruimte voor de Rivier. Dit betekent dat woningbouw of anderszins bebouwing en nieuwe functies hier niet zomaar mogen worden gerealiseerd. Het gesprek hierover met RWS is lopende en de vooruitzichten zijn positief. • Bestaande woningen in het gebied De huizen aan de Havenweg kunnen beschouwd worden als onderdeel van de industriële periode. Bij deze periode gaat het niet alleen om fabrieksgebouwen maar ook om woningbouw en andere gebouwen. In het Cultuurhistorisch Profiel is geen bijzondere cultuurhistorische waarde toegekend aan de huizen. Bij de uitwerking van het Masterplan zal de inpasbaarheid onderzocht worden. Bovenstaande geldt niet voor de woningen van de Dijkstraat/Lijnbaanstraat/Pater van Hooffstraat en Marsstraat. Deze huizen zullen op termijn (op zijn vroegst 2009) gesloopt gaan worden om de voorgestelde ontwikkeling mogelijk te maken. •
22
De overige inspraakreacties zijn terug te vinden in de inspraaknotitie.
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
3.3.3 MER Waalfront Door het college is gekozen voor een vrijwillige milieueffectrapportage (m.e.r.). Uit de regelgeving was niet eenduidig op te maken of er wel of niet een m.e.r.-traject wettelijk verplicht was. Om misverstanden te voorkomen en omdat het gaat om een grote stedelijke ingreep is er besloten vrijwillig een m.e.r.-procedure te volgen. Er is gekozen voor een gelijktijdige en gelijkopgaande ontwikkeling van het Masterplan en m.e.r.. Daarbij waren de ontwerpvarianten onderwerp van onderzoek in de m.e.r. en konden de onderzoekers van de m.e.r. meteen de ontwerpers resultaten meegeven voor verder ontwerp. De processen waren dus gekoppeld. Het Masterplan Waalfront kent nu maar één voorstel. Tijdens het ontwerpproces zijn verschillende opties en detailleringen bekeken, maar deze zijn in het Masterplan samengevat in één voorstel. De Wet milieubeheer stelt de doorrekening van varianten echter verplicht, waardoor een vergelijk mogelijk wordt. Het is gebruikelijk bandbreedtes aan te geven waarbinnen ontwikkelingen mogelijk zijn en deze als varianten te beschouwen. Bij de m.e.r. Waalfront is dit ook gebeurd. De belangrijkste onderscheidende keuzes die daarbij gemaakt zijn staan hieronder vermeld: • het Koersdocument Koers West gaat uit van 2.000 woningen en 60.000 m2 voorzieningen. In overleg met Rabo Vastgoed is in eerste instantie gezocht naar de uiterste grenzen in de programmering en deze zijn vastgesteld op 2.000 - 2.800 woningen en 25.000 - 60.000 m2 voorzieningen; • een ontsluiting van het gebied en de Stadsbrug via of de Weurtseweg, of de nieuwe Waalfrontweg, of een combinatie van beide. Al dan niet met hoogwaardig openbaar vervoer en de beperking van de Hezelpoort in ogenschouw genomen; • parkeervarianten; • aansluiting met het Waterkwartier/De Biezen; • de plaats die cultuurhistorie gekregen heeft. Binnen de onderzoeken van de m.e.r. blijven de varianten die gekozen zijn zichtbaar, in tegenstelling tot het ontwerpproces van het Masterplan. De onderzoeken uit de m.e.r. Waalfront hebben ter inzage gelegen tegelijkertijd en als bijlage van het Masterplan Waalfront. Zo was het de lezer van het Masterplan mogelijk te achterhalen waarom keuzes gemaakt zijn. De gemeenteraad heeft het milieueffectrapport (MER) Waalfront inmiddels vrijgegeven voor inspraak.
23
3.3.4 Communicatie Waalfront “Na heel veel luisteren pas tekenen”. Dit citaat van een van de ontwerpers van het Masterplan Waalfront illustreert treffend hoe het plan tot stand is gekomen: in een open dialoog met belanghebbenden. Er is voor gekozen om omwonenden, ondernemers en andere betrokkenen al in een vroeg stadium te laten meedenken en -praten over de toekomstige invulling van het gebied. Eén van de belangrijkste uitgangspunten van het Waalfront is immers het zoeken van de verbinding met het Waterkwartier. En wie kunnen daar beter bij helpen dan de bewoners en ondernemers van de wijk zelf? Het gaat om hun directe leefomgeving. Daarnaast wordt het Waalfront door de ligging vlakbij het centrum ook een belangrijke aanvulling voor heel Nijmegen. Ook met andere inwoners van de stad is daarom veelvuldig gecommuniceerd. Hoe is dit intensieve open planproces vormgegeven? Interactief Al in 2002 en 2003 konden bewoners van Nijmegen-West tijdens een serie bijeenkomsten suggesties, ideeën en wensen voor hun woonomgeving kenbaar maken. Die zijn opgenomen in het Koersdocument en het Ideeënboekje en vormden waardevolle input voor de ontwerpers. Na de officiële start van het ontwerpproces op 1 oktober 2005 is het gesprek met belanghebbenden op verschillende manieren voortgezet. Zo was er het inspirerende proces met de Meedenktank: een groep van tien omwonenden en stakeholders met wie de tussenproducten van het Masterplan steeds uitvoerig zijn besproken. Dit waren voor de ontwerpers belangrijke ‘toetsmomenten’. Ook was er de Open Architectenwerkplaats aan de Weurtseweg. In deze ruimte waren de plannenmakers regelmatig aan het werk. Om de sfeer van het gebied op te snuiven en om inspiratie op te doen op de plek zelf. Tijdens de speciale open avonden kwamen telkens zo’n dertig belangstellenden uit heel Nijmegen binnenlopen. Ze namen kennis van de plannen en wisselden van gedachten met de architecten. Drie onderwerpen kregen bijzondere aandacht tijdens themabijeenkomsten. De vraag ‘Wat moet het Waalfront toevoegen aan Nijmegen?’ werd voorgelegd aan een stadspanel, omwonenden discussieerden over de meest wenselijke toekomstige verkeerstructuur en in LUX debatteerden wijkbewoners en deskundigen over de vraag hoe de rijke geschiedenis van het gebied in de plannen vertaald moest worden. In januari 2006 lag er een voorlopige schets van het Masterplan, het basismodel. Tijd om breder dan de Meedenktank te toetsen of de ontwerpers op de goede weg zaten. Een extra mogelijkheid om op de plannen te reageren, nog voor de formele inspraak. Tijdens de drukbezochte informatiebijeenkomst voor omwonenden en andere nieuwsgierigen uit de stad werd de schets gepresenteerd en met applaus ontvangen.
24
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
Na een paar maanden van ‘fine tuning’ werd eind augustus 2006 het concept-Masterplan door het college vastgesteld. Dit werd bekend gemaakt tijdens: • een persconferentie voor landelijke, regionale en vakmedia • een bootdebat en tentoonstelling in het architectuurcentrum voor de vakwereld • de inspraakavond • rondleidingen door het gebied • een speciale uitgave van de nieuwsbrief Waterkwartier • een expositie in Open Huis Andere communicatievormen Gedurende het hele ontwerpproces zijn verschillende doelgroepen op de hoogte gehouden van het proces en de procedures via diverse communicatiemiddelen. Denk aan: tussentijds overleg met de Wijkvereniging Waterkwartier, de Buurtvereniging Benedenstad, de havenbewoners, de vereniging van eigenaren van Waalhaeve, de ONOK, de Commissie Watergebonden Belangen Nijmegen, individuele ondernemers en andere belangengroepen. En verder: huis-aan-huisbrieven, de nieuwsbrief Waterkwartier, de Brug, de ONOK-nieuwsbrief, Open Huis, persberichten, etcetera. Op de gemeentelijke website is een onderdeel Koers West ingericht, waar alle actuele informatie over het project is ondergebracht. Hieraan is ook de digitale nieuwsbrief Koers West gekoppeld. Koers West is ook een dankbaar onderwerp voor het onderwijs. Enkele duizenden scholieren en studenten hebben zich tijdens scholenprojecten vanuit verschillende invalshoeken gebogen over de drie pijlers. Vanuit de projecten zijn deze initiatieven ondersteund. Een mooie en leerzame manier om de wellicht toekomstige bewoners van het gebied met de plannen kennis te laten maken. Draagvlak Wat heeft dit uitvoerige traject van praten, bediscussiëren en presenteren opgeleverd? Het antwoord is waardering. Waardering voor het open planproces, maar belangrijker nog: voor het resultaat, het Masterplan. Dat blijkt onder meer uit de positieve belangstelling voor het project in de kranten, de gesprekken rondom de maquette in Open Huis en tijdens de rondwandelingen door het gebied, de relatief geringe opkomst tijdens de inspraakavond en de aard van de inspraakreacties. Het Masterplan Waalfront is met enthousiasme ontvangen. De pers De knipselkrant met alle persuitingen liggen als bijlage ter inzage.
25
26
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
4 Financiën De financiële vertaling van Koers West vindt plaats in een drietal planexploitaties (Waalfront, Stadsbrug en Bedrijventerrein NOK) met daarboven het financiële resultaat voor Koers West als geheel (geconsolideerde planexploitatie). Deze exploitaties zijn in het Koersdocument Koers West opgenomen en vervolgens bijgesteld bij besluit van de raad op 2 februari 2005 (Voortgangsrapportage Koers West 2004) en geaccordeerd -met eventuele bijstellingen- in het kader van de Voortgangsrapportage Grote Projecten. Tot nu toe was er nog steeds ruimte om op onderdelen de planexploitaties bij te stellen, te schuiven met gemeentelijke middelen of de exploitatie iets anders in te richten. Bijvoorbeeld waar het ging om de externe subsidies en de gemeentelijke investeringen. Nu is het moment gekomen om de planexploitaties definitief te fixeren waar het gaat om de gemeentelijke bijdragen. Voor de planexploitaties Waalfront, Stadsbrug en NOK moet definitief worden bepaald hoe de gemeentelijke bijdrage en dekking is geregeld, vanuit welk potje, wanneer ze wordt ingeboekt en wat de hoogte wordt van de bijdrage. Voor de afzonderlijke planexploitaties van Waalfront, stadsbrug en NOK met verdere detaillering op onderdelen, inclusief de verdeling van de gemeentelijke bijdrage per planexploitatie, wordt verwezen naar de bij dit voorstel behorende Voortgangsrapportage Koers West. Deze planexploitaties zijn leidend en taakstellend voor de verdere uitvoering van de deelprojecten Stadsbrug, Waalfront en NOK.
4.1.1 Gemeentelijke bijdragen Hieronder staan in een overzicht de gemeentelijke investeringen welke moeten worden gedaan om Koers West realiseerbaar te maken en hoe deze zijn/of worden gedekt. De gemeentelijke financiele inzet vloeit voort uit de eerder vastgestelde planexploitaties in de Voortgangsrapportage van 2005 en de Voortgangsrapportage Grote Projecten. Totale investeringen: • budget strategische investeringen (Fonds stadsbrug) 11 miljoen • bijdrage rekeningresultaat 2005 en rente begroting 7 miljoen • besteedbare investeringsruimte begroting 2007-2010 19 miljoen • besteedbare investeringsruimte begroting 2011-2014 24 miljoen • bijdrage college-akkoord 2002 4 miljoen • ozb bijdrage (verlaagd) 15,75 miljoen Totaal 80,75 miljoen
27
Een aanzienlijk deel van het te investeren gemeentelijk deel in Koers West inmiddels veilig gesteld in de gemeentelijke begroting van 2007 tot en met 2010: • budget strategische investeringen (Fonds Stadsbrug) 11 miljoen • bijdrage rekeningresultaat 2005 en rente begroting 7 miljoen • besteedbare investeringsruimte begroting 2007-2010 19 miljoen • bijdrage college-akkoord 2002 4miljoen Voor het restant van de dekking - los van de OZBbijdrage - is er financiele investeringsruimte nodig van 2011 tot 2014. In deze periode moet 24 miljoen euro worden ingezet voor Koers West. Gelet op de investeringsruimte die beschikbaar is binnen de begroting van Nijmegen en - uitgesmeerd over 4 jaar - is dit een verantwoorde, en vanuit de inhoud wenselijke investering. Voor concrete investeringen per pijler Waalfront, Stadsbrug en NOK betekent dit voor de gemeente: • Stadsbrug van ruim 32,5 miljoen euro. • Waalfront 15,75 miljoen euro (OZB)+ 4 miljoen euro (Coalitieakkoord) + 26,5 miljoen euro (investeringsruimte). • Noord- en OostKanaalhavens in totaal 2 miljoen euro. Verder hoeft er voor de ontwikkeling van Koers West geen beroep te worden gedaan op middelen uit de algemene dienst. Koers West -en dan met name het Waalfront- zal er zelfs voor zorgen dat er extra geld vanuit het gemeentefonds en OZB in de gemeentekas gaan vloeien. 4.1.2 Toelichting op OZB Bij de vaststelling van het Koersdocument Koers West in 2003 is er gerekend met 20 miljoen euro bijdrage aan OZB-inkomsten ván het Waalfront vóór het Waalfront. Dit bedrag is naar beneden bijgesteld naar 15,75 miljoen euro. De redenen hiervoor zijn: • tarieven OZB zijn tussentijds naar beneden bijgesteld; • opbrengstverwachting van de nieuw te bouwen woningen is naar beneden bijgesteld; • indexering voor de komende jaar is bij de aannames naar beneden bijgesteld. Met het naar beneden bijstellen van dit bedrag naar 15,75 miljoen euro wordt gedurende de looptijd van de planexploitatie tot uiterlijk 2022 deze bijdrage OZB geleverd. Het binnenkomen van deze gelden in de planexploitatie is afhankelijk van het tijdstip van het te realiseren vastgoed c.q. de woningbouw en het moment van innnen van de OZBbijdrage. 4.1.3 Externe subsidies Naast de investeringen van de gemeente zijn externe subsidies nodig om de ontwikkelingen van Koers West te realiseren. 4.1.4 Waalfront Voor het Waalfront geldt dat er een susidieverwachting van 57 miljoen euro is opgenomen in de planexploitatie. Hierbij zijn de ogen in eerste instantie vooral gericht op het ministerie van VROM en het uitvoeringsprogramma Ruimte waarvoor de komende jaren circa 1 miljard euro beschikbaar komt. De verwachtingen zijn hooggespannen en Het Waalfront is inmiddels doorgedrongen op de grosslijst voor de gebiedsontwikkelingsprojecten in Nederland die hiervoor in aanmerking kunnen komen. Voor een project met deze omvang en met deze complexiteit, in de wetenschap dat bij projecten als 28
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
de Waalsprong en bij de Stadsbrug inmiddels ook aanzienlijke subsidiebedragen zijn verstrekt, mag deze verwachting aan subsidie als ambitieus maar realistisch worden aangemerkt. Het is daarnaast goed om te beseffen dat in de risicosfeer de samenwerkingspartner 50 procent van dit risico mee draagt en dat er altijd nog bijsturingsmogelijkheden zijn om financiele problemen te voorkomen danwel te minimaliseren. In de risicovoorziening van de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf is dit ook meegenomen. Hiervoor wordt verwezen naar het kopje “Wat betekent Koers West in de risicosfeer voor de gemeente Nijmegen”. 4.1.5 Stadsbrug In een eerder stadium is voor de stadsbrug 90 miljoen euro aan Rijkssubsidie verkregen als bijdrage ten behoeve van de dijkteruglegging. De minister van Verkeer & Waterstaat heeft hier recent 70 miljoen euro aan toegevoegd. Eind 2006 zal de Provincie en het Knooppunt Arnhem Nijmegen een beslissing nemen over de bijdragen aan de stadsbrug. Op basis van gesprekken en briefwisselingen is de verwachting gerechtvaardigd dat de provincie 30 miljoen euro bijdraagt en het Knooppunt Arnhem Nijmegen 10 miljoen euro. Daarnaast is er een harde toezegging van 2,5 miljoen euro op basis van de Topperregeling van het ministerie van Economische Zaken met de mogelijkheid om nog eens 2,5 miljoen euro aan subsidie binnen te halen voor de herontwikkeling van het gebied rond de Cargadoorweg/Fabrieksweg. 4.1.6 Noord- en Oostkanaalhavens Voor dit project is inmidels de nodige subsidie toegekend en zijn een groot aantal projecten uitgevoerd. In totaal is er ruim 7 miljoen euro subsidie binnengehaald op grond van Efrosubsidie, Tippgelden, GSO, Tippgelden extra. De eerder gedane subsidieverwachting is hiermee uitgekomen. Met het totaal van de gemeentelijke investeringen in combinatie met externe subsidies wordt zowel de Stadsbrug als het Waalfront financieel uitvoerbaar en haalbaar. Voor een nadere toelichting op de werkwijze en stand van zaken rond de externe subsidies wordt verwezen naar bijgaand overzicht “Subsidiewerving Koers West 2006” dat vertrouwelijk ter inzage ligt. 4.1.7 Toekomstig beheer en onderhoud en de gemeentelijke begroting Met de realisering van het Waalfront zal er een areaaluitbreiding van ca. 30 hectare ontstaan. Voor de Stadsbrug (een gemeentelijke brug) geldt dat het onderhoud en beheer eveneens bij de gemeente komt als extra post. Dit zal een aanzienlijke uitbreiding te zien geven. Voor het bedrijventerrein NOK geldt dit niet omdat dit valt binnen de huidige budgetten voor onderhoud en beheer. Omdat de definitieve kosten op dit moment nog moeilijk zijn te bepalen en de uitvoering nog moet starten is het mogelijk om bij de uitwerking van de deelplannen te sturen op de toekomstige beheeren onderhoudslasten. Voor het Waalfront is het de bedoeling om bij de uitwerking en uitvoering van de plannen, binnen de gestelde ambities van het Waalfront, de beheerlasten op een gelijk niveau te krijgen als bij de beheerlasten per woning in het Waalspronggebied. Voor de Stadsbrug geldt een eigen regiem dat nog nader moet worden ingevuld. De uiteindelijke kosten voor beheer en onderhoud moeten als areaaluitbreiding in de begroting worden meegenomen. Ze mogen als kostenpost niet uitstijgen boven de opbrengsten die vanuit de OZB en het Gemeentefonds na gereedkoming van de projecten in de gemeentekas zullen gaan vloeien.
29
Stadsbrug herziening per 1-7-2006
bedragen zijn exclusief btw KOSTEN
235.776 21.618 15.792 11.540261.646
OPBRENGSTEN
gemeentelijke bijdragen budget strat investering rekeningresultaat 2005 Stadsbegroting
herziening per 1-11-2006
verschil
KOSTEN
verwerving en infrastructuur kostenstijging plankosten rente totaal kosten
externe subsidies dijkteruglegging incl. rente overige subsidies
omschrijving bijdragen
235.800 21.600 15.800 11.500261.700
totaal kosten
24 188 40 54
OPBRENGSTEN
209.600 90.800 118.800 32.300 10.700 7.000 14.600
grondverkopen tbv bedrijfsruimten renteopbrengsten opbrengststijging
8.224 10.940 651
totaal opbrengsten
261.715
totaal saldo ncw
externe subsidies dijkteruglegging overige subsidies
209.600 90.800 118.800
gemeentelijke bijdragen budget strat investering rekeningresultaat 2005 Stadsbegroting
32.300 10.700 7.000 14.600
grondverkopen tbv bedrijfsruimten renteopbrengsten opbrengststijging
totaal opbrengsten
8.200 10.900 700
244049
261.700
15-
69
69-
Waalfront herziening per 1-1-2006
bedragen zijn exclusief btw KOSTEN
verwerving en infrastructuur kostenstijging plankosten overige rente totaal kosten
212.974 27.500 10.077 3.176 12.999 266.726
OPBRENGSTEN
herziening per 1-11-2006
verschil
totaal kosten
211.600 10.500 13.300 2.900 31.000 269.300
1.37417.0003.223 27618.001 2.574
57.000
30-
46.200
3.970-
OPBRENGSTEN
externe subsidies
gemeentelijke bijdragen collegeakkoord OZB-inkomsten Stadsbegroting 2005-2008
omschrijving bijdragen KOSTEN
57.030
subsidies
50.170
gemeentelijke bijdragen collegeakkoord OZB-inkomsten Stadsbegroting 2005-2008
4.000 20.000 26.170
grondverkopen
142.426
opbrengststijging
totaal opbrengsten
17.115
266.741
totaal saldo ncw
4.000 15.700 26.500
grondverkopen opbrengsstijging
totaal opbrengsten
132.500
9.926-
33.600
16.485
269.300
2.559
15 6
156-
Noord- Oost- Kanaalhavens herziening per 1-7-2006
bedragen zijn exclusief btw KOSTEN
12.304 566 2.064 50214.432
OPBRENGSTEN
gemeentelijke bijdragen Stadsbegroting 2005-2008 rioleringsbudget grondverkopen totaal opbrengsten totaal saldo ncw
30
herziening per 1-11-2006
KOSTEN
infrastructuur kostenstijging plankosten rente totaal kosten
externe subsidies EFRO TIPP GSO GSB subsidies
omschrijving bijdragen
12.010 218 2.177 273 14.678
totaal kosten OPBRENGSTEN
8.707 4980 2426 293 1008
externe subsidies EFRO TIPP GSO GSB subsidies
4.668 2.482 293 153 1.000
8.596
bijdr. gem. Nijmegen 2008-2014 rioleringsfonds
2.000 3.496
5.296 2.000 3.296 433 14.436 4 2
5.496
grondverkopen totaal opbrengsten
588 14.680 2 1
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
5 Risico Voor Koers West en meer in het bijzonder de pijlers Waalfront en de Stadsbrug zijn afzonderlijke risicoanalyses gemaakt. Deze analyses hebben betrekking op de inhoud, het proces en de financiën. Een adviesbureau heeft hierover advies uitgebracht. Deze analyses liggen vertrouwelijk ter inzage. In dit advies vindt u ook de beheersmaatregelen en de eventueel noodzakelijke bijsturingmogelijkheden. 5.1.1 Stadsbrug Bij de Stadsbrug is gekozen voor de Monte Carlo simulatie (analyse). (alle kosten die gemaakt zijn tot aan de uitvoering van het werk stadsbrug kunnen worden afgetrokken van de reeds gestorte 90 miljoen euro van het rijk, dus daar loopt de gemeente geen risico mee.) Het maximale risico dat de gemeente hier af moet dekken is bepaald op nihil. Uitgaande van toekenning van de subsidies door het Rijk, Provincie en KAN, omdat anders de brug niet gerealiseerd wordt en de reeds gestorte 90 miljoen euro door het Rijk als afdekking van het tot dan toe gelopen risico dient. Voor een inhoudeijke onderbouwing wordt verwezen naar de vertrouwelijke rapportage die hierover ter inzage ligt. In deze rapportage worden ook nog bijsturingmogelijkheden aangereikt om het risico binnen de perken te houden. 5.1.2 Waalfront Voor het Waalfront is qua methodiek voor het bepalen van het financiële risico, gekozen voor de zogenoemde ‘Monte Carlo-simulatie’ (analyse). Hierbij worden de risico’s op basis van een aantal aannames en bandbreedtes bij onderwerpen als de discontovoet, de inflatie, de externe subsidies, het proces, de kosten voor verwervingen e.d., berekend. Het maximale risico dat de gemeente eventueel af moet dekken bedraagt 5,75 miljoen euro. Voor een inhoudeijke onderbouwing wordt verwezen naar de vertrouwelijke rapportage die hierover ter inzage ligt. Belangrijk uitgangspunt voor de haalbaarheid en het risicoprofiel, is dat de gemeente Nijmegen voor de uitvoering van de planexploitatie Waalfront samen gaat werken met een partner (Rabo Vastgoed, of een andere samenwerkingspartner) die voor de helft participeert in het financiële risico van het Waalfront. Hier is bovengenoemd financiële risico ook op gebaseerd. Dit is wenselijk c.q. noodzakelijk en wel om de volgende redenen: • zeer groot investeringsvolume en gemengd programma (wonen, werken,voorzieningen); • lange doorlooptijd van 15 jaar: een lange adem, goede afspraken en flexibiliteit in de planning zijn • • •
•
essentieel; versnipperde eigendomssituatie; risico vanuit de archeologie: het blijft enigszins onzeker wat de invloed zal zijn op de budgetten en de planning; risico vanuit de bodemgesteldheid, de grond is jarenlang intensief gebruikt voor industriële activiteiten. De mate waarin de bodem vervuild is en de problemen die hier uit voort kunnen komen zijn nog niet helemaal in beeld, waardoor ook de effecten op de planning en budgetten niet helemaal te voorzien zijn; planologische procedurele risico’s: er worden veel procedures doorlopen waaronder wijziging van het bestemmingsplan;
31
• •
•
subsidies: er is een aanzienlijk bedrag aan subsidies nodig. Dit levert financieel risico op; groot afzetvolume: de opbrengsten die in het plan zijn opgenomen zijn van cruciaal belang voor de haalbaarheid van het project. Er is bijvoorbeeld een flink woningbouwprogramma opgenomen. De afzetbaarheid, kwaliteit en prijzen vormen een belangrijk risico. Marktkennis is hierbij van grote betekenis; maatschappelijke risico’s: het project heeft een grote maatschappelijke impact.
Voor nog meer informatie en onderbouwing qua vorm van de samenwerking wordt verwezen naar de bijlage “Waarom een samenwerkingsovereenkomst (PPS)?” 5.1.3 Bedrijventerrein NOK Hiervoor geldt dat de belangrijkste uitvoeringsprojecten inmiddels zijn uitgevoerd en dat de risico’s te verwaarlozen zijn voor de verdere risicobepaling voor Koers West. Financieel past het binnen de eerder vastgestelde planexploitatie voor NOK. De werkzaamheden die nog moeten gebeuren (bijv. in het kader van het parkmanagement en beeldkwaliteit) moeten taakstellend worden afgewikkeld binnen het nog resterend budget voor deze pijler. 5.1.4 Consequentie voor ABR Ontwikkelingsbedrijf Bij de vaststelling van het Koersdocument Koers West in 2003 is er binnen de risicoparagraaf van het Ontwikkelingsbedrijf rekening gehouden met een risicovoorziening van 7,6 miljoen euro (plankosten, verwervingen, schadeclaims). Dit bedrag is gebaseerd op het zgn. exit-scenario. Hiermee werden de gevolgen van een stop van de ontwikkeling rond Koers West in het najaar van 2006 financieel afgedekt. Dit bedrag is dus nu al opgenomen in de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf. Er van uitgaande dat het risicoprofiel voor het Waalfront wordt ingeschat op 5,75 miljoen euro en voor de Stadsbrug er geen extra risicovoorziening nodig is (zie hierboven) kan de voorziening binnen de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf voor Koers West worden verlaagd met 1,5 miljoen euro. Zoals eerder in de gemeentelijke begroting en de Voortgangsrapportage Grote Projecten is vastgelegd, zou de totale risicovoorziening voor de ABR van het Ontwikkelingsbedrijf rond de 40 miljoen euro moeten liggen. Deze grens kan nu met 1,5 miljoen euro worden verlaagd, zodat de totale risicovoorziening voor de ABR Ontwikkelingsbedrijf komt te liggen op ongeveer 38,5 miljoen euro. In risicotermen kan worden geconcludeerd dat de ontwikkeling van Koers West een overzienbaar financieel risico met zich brengt, dat er nog bijsturingmogelijkheden zijn en dat er een noodzakelijke voorziening in de ABR is opgenomen voor het eventueel optredend risico.
32
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
6 Werkgelegenheid Bij de gesprekken die worden gevoerd met ondernemers in het gebied, waarvan vaststaat dat deze bedrijven op termijn weg moeten ten behoeve van de Stadsbrug of het Waalfront, geldt dat verplaatsing binnen Nijmegen en/of de regio uitgangspunt is. Behoud van werkgelegenheid staat centraal. Dat is de inzet. Op de effecten voor de werkgelegenheid in het Waalfrontgebied en bij de Stadsbrug wordt hieronder ingegaan. 6.1.1 Stadsbrug Binnen het tracé van de Stadsbrug worden bedrijven en particulieren geraakt door de aanleg van de brug en de aanpassingen in de verkeersstructuur. Soms zijn dit zeer beperkte effecten (wijzigingen aan de inrit, bijvoorbeeld), maar soms betekent het ook het verdwijnen van de bestaande locatie. Uiteindelijk moeten naar de stand van vandaag 14 bedrijven wijken voor het plan. Deze 14 bedrijven hebben gezamenlijk 335 arbeidsplaatsen. De meeste (11) bedrijven kennen een neutraal toekomstperspectief (stabiel aantal banen). Bij de andere drie bedrijven is het toekomstbeeld er een van groei. Met name de grotere bedrijven kennen een positieve autonome toekomstverwachting. Hierdoor zitten 225 banen bij groeiende organisaties en ca. 130 bij stabiele bedrijven. Van de 14 bedrijven zullen naar verwachting negen bedrijven met 325 banen binnen Nijmegen (incl. Wijchens deel van Bijsterhuizen) verplaatst worden. Voor drie bedrijven met 20 banen is verplaatsing binnen de regio Nijmegen waarschijnlijk. Voor twee bedrijven met 11 banen is nog geen zicht op de toekomstplannen. De herhuisvesting van bedrijven pakt grosso modo gunstig uit voor het groeiperspectief van de bedrijven. Mét de verandering is voor zeven (zonder plan 3) bedrijven met 300 (zonder plan 225) banen banengroei waarschijnlijk. De verwachting is nog steeds dat voor de te verplaatsen bedrijven en banen een goede oplossing binnen stad of regio mogelijk is. Voor een aantal is dit al gelukt (zie hiervoor de voorbeelden in het hoofdstuk Verwervingen). De verplaatsing van de bedrijven levert gemiddeld genomen een verbetering op van de groeimogelijkheden. Programma nieuwe economische functies Rond het Industrieplein en verder in de richting van de Waal komen in het plangebied Mercuriuspark West vijf hectaren nieuwe bedrijfskavels beschikbaar. Uitgaand van een gemiddelde dichtheid van 50 banen per hectaren in het gebied Noord- en Oostkanaalhavens (NOK), zouden hier 250 banen kunnen worden gerealiseerd. Bij een hoger aandeel kantoren dan gemiddeld gangbaar op het oude bedrijventerrein NOK, zijn meer banen denkbaar. Van de andere kant is het ook mogelijk dat een deel van de kavels in gebruik wordt genomen door verplaatsers uit het plangebied. We zullen daarom de 250 banen aanhouden als verwachte opbrengst.
33
De effecten van de Stadsbrug zijn breder dan alleen deze nieuwe kavels. De Stadsbrug brengt een verbinding tot stand tussen onder meer Dukenburg/Lindenholt (ca. 40.000 inwoner), Nijmegen West (23.000) en Nijmegen Noord met uiteindelijk 33.000-36.000 inwoners. Langs de doorgaande wegen in dit gebied (Energieweg, Industrieplein en Industrieweg) hebben handel, transport en dienstverlening zich de afgelopen tien jaar al sterk ontwikkeld. Een effect van de aanleg van de Stadsburg op de verdere uitbouw van dit soort functies is moeilijk exact te kwantificeren, maar wel zeer waarschijnlijk. Tijdelijke economische effecten/werkgelegenheid In totaal wordt ten behoeve van aanleg van de Stadsbrug geïnvesteerd in plankosten, verwervingen, bouw- en woonrijp maken, in infrastructuur en in opstallen. Alles bijeengenomen gaat het om ongeveer 278 miljoen euro aan investeringen (excl. BTW). Rekening houdend met het gedeeltelijk weer herinvesteren van de verwervingskosten in nieuwe bedrijfsgebouwen in stad en regio en de gangbare omzetten per arbeidsjaar in de bouwsector, levert dit 1.450 mensjaren werk op in stad en regio. In banen gemeten spreken we over tijdelijke werkgelegenheid voor 1.500 personen.
6.1.2 Waalfront Binnen het plangebied Waalfront treffen we op peildatum 1 april 2005 33 vestigingen aan met een totale werkgelegenheid van ca. 1.350 banen. Enkele grote bedrijven domineren sterk (NUON, Heinz/ Honig, Slachthuis c.a., Wegener, Latenstein). In de periode 2001-2005 is de werkgelegenheid in dit gebied met ruim 200 banen teruggelopen (14%). Hoewel het moeilijk is iets met zekerheid over de perspectieven van de bedrijven te zeggen, geldt voor een aantal dat ook zonder ingreep in het gebied werkgelegenheidsverlies waarschijnlijk (en soms zelfs zeker) is. In totaal beftreft dit bijna 400 banen (29% van het totaal). Van de overige banen kan een deel binnen het plangebied blijven. Hierbij gaat het om ca. een kwart van de geregistreerde banen in het gebied. Van de overige ruim 600 banen die voor het plan moeten wijken, kan een groot deel in principe meer of minder makkelijk worden geaccommodeerd op een andere plaats in de stad of de regio. Of dat daadwerkelijk gebeurt hangt af van toevalsfactoren en de eigen overwegingen op ondernemers/ondernemingsniveau. In een ongunstig scenario, gaan we voorlopig uit van het mogelijke verlies van 300 banen door het plan.
34
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
Programma nieuwe economische functies Tegenover dit mogelijke banenverlies, staat het bouwprogramma van het waalfront, met ruim 28.500 m2 bvo aan werkfuncties. Voor de verschillende categorieën van ruimtegebruik is vervolgens het ruimtegebruik per werkzame persoon (ongeacht het aantal uren per week) in de beschouwing betrokken. Deze gegevens zijn ofwel afkomstig uit landelijke bronnen of ontleend aan de bestaande situatie van soortgelijke organisaties in de stad (banengegevens en WOZ gegevens voor de oppervlakte). Dit leidt uiteindelijk tot ca. 510 mogelijke nieuwe banen binnen dit functionele programma. Tijdelijke economische effecten/werkgelegenheidwerkelegenheid Naast deze blijvende werkgelegenheid, leidt het project ook tot een zeer aanzienlijke tijdelijke werkgelegenheid. Uitgaand van de geplande 2.600 woningen en 28.500 m2 voorzieningen met 3800 parkeerplaatsen, herinvestering van 75% van de verwervingskosten van bedrijven door nieuwbouw binnen deze regio en de kosten van “maken” van de bouwgrond, komen de totale uitgaven aan werkzaamheden in de regio op ca. 490 miljoen euro. Uitgaand van kengetallen van het cbs over omzet per werkzame persoon en per FTE in de relevante delen van de bouwnijverheid, zou dit voor 2.700 manjaren werk opleveren (2.700 fte, 2.875 mensjaren in personen). Bestedingseffecten nieuwe bewoners Er wonen straks meer dan 4.500 mensen in het Waalfront. Deze mensen zorgen voor flink wat bestedingen. Dit zijn niet allemaal nieuwe bewoners voor Nijmegen en dus ook niet allemaal nieuwe bestedingen, maar een aanzienlijk deel wel. De ligging van het Waalfront in de nabijheid van de binnenstad betekent voor de binnenstad een relatief groot positief effect. Hierdoor ontstaan er ook extra banen in de binnenstad.
35
7 Verwervingen 7.1.1 Stadsbrug Na de vaststelling van het Stadsbrugtracé in de raad van december 2005 wordt er actief gesproken over verwervingen van de bedrijven die echt weg moeten om te komen tot verwerving en verplaatsing. Uitgangspunt is verplaatsing en behoud van werkgelegenheid. Met de volgende bedrijven/eigenaren van bedrijfsgebouwen is binnen de grenzen van de planexploitatie voor de Stadsbrug inmiddels overeenstemming bereikt: • Balvers Beheer(Velba), Koopvaardijweg 4 (krijgt nieuwe locatie op Westkanaaldijk) • Van der Stad, Winselingseweg 16 (wordt verplaatst naar het Industrieplein) • Schulpen Schuim, (vindt overleg plaats over nieuwe locatie met economische zaken) • Leonhard Kurz, Fabrieksweg 20 (verplaatsing vindt plaats in overleg met economische zaken in de regio) • • • • •
Geurts, Fabrieksweg 22 (stond gedeeltelijk leeg. Restant is tijdelijk gehuurd door 2 ondernemers die elders zijn gevestigd in Nijmegen) Dieselservice, Beurtvaartweg 11-13 (bedrijfspand is leeg gekocht) De eigendommen van Vasim werden al eerder verworven. Ook de eigendommen van Nuon aan/nabij de Kreekweg(woningen/sportvelden c.a.) zijn verworven. CPKelco, Winselingseweg 12, er is een maatoplossing. Het bedrijf kan blijven zitten op de huidige locatie, maar zal een deel van de eigendommen aan de gemeente Nijmegen overdragen om het Stadsbrugtracé te kunnen realiseren. Intern zal er verbouwd gaan worden. De werkgelegenheid blijft behouden.
Op dit gebied is sedert september 2005 het voorkeursrecht ingevolge de Wet voorkeursrecht gemeenten van toepassing. 7.1.2 Waalfront In dit gebied is Wegener (Gelderlandercomplex) inmiddels eigendom van de gemeente. Daarnaast hebben er -op verzoek van eigenaren in het gebied- een aantal kleinere transacties plaatsgevonden op basis van marktwaarde (bedrijfseigendommen Bennink en Real Estate Malden en een enkele woning aan de Weurtseweg). In dit gebied voert de gemeente geen actief grondbeleid. Dit zal gaan veranderen wanneer de gemeenteraad besluit tot GO voor Koers West en dus voor het Waalfront. Inmiddels is door de gemeenteraad in het Waalfrontgebied met ingang van april 2006 de Wet voorkeursrecht gemeente van toepassing verklaard. Dit betekent dat eigenaren verplicht zijn om bij eventuele verkoop de gronden met opstallen aan te bieden aan de gemeente Nijmegen. 7.1.3 Onteigening Mocht in de loop van de tijd blijken dat de bereidwilligheid om te verplaatsen omslaat in tegenwerking danwel vertraging of onwil, dan is er de mogelijkheid om de onteigeningsprocedure in te zetten om de planning van deze projecten toch te kunnen halen. Dit is geen streven maar kan soms noodzakelijk worden in het belang van het project. Het is sowieso wenselijk om de onteigeningsprocedure parallel aan het bestemmingsplan te laten meelopen om te voorkomen dat transacties te laat of niet plaatsvinden en om de regie te kunnen blijven voeren op basis van een realistische planning.
36
Voortgangsrapportage Koers West | november 2006
8 Fasering en planning Onderstaand vindt U een fasering van activiteiten met een planning op hoofdlijnen voor de afzonderlijke pijlers, met name de Stadsbrug en het Waalfront. Op hoofdlijnen ziet de uitvoering er voor het Waalfront, de Stadsbrug en NOK uit. 8.1.1 Waalfront • Januari 2007 wensen en bedenkingen procedure bij de raad voor Samenwerkingsovereenkomst. • Januari 2007 vrijgave inspraak bestemmingsplan Waalfront (Globaal plan met uitwerkingvlekken). • Juni 2007 ontwerpbestemmingsplan ter visie. • Maart 2008 vaststellen bestemmingsplan door de gemeenteraad. • Begin 2009 onherroepelijke goedkeuring bestemmingsplan. • Voorjaar 2010 onteigeningsprocedure afronding voor de noodzakelijke onderdelen. • 2009-2010 bouw en oplevering eerste woningen in het Waalfront. • Na raadsbesluit in december 2006 op basis van de uitgangspunten in de planexploitatie overgaan tot het verwerven van eigendommen in het gebied Waalfront waarbij minnelijke verwerving en behoud van werkgelegenheid uitgangpunt is. • 2022 is de ontwikkeling Waalfront helemaal gereed. 8.1.2 Stadsbrug • Begin 2007 kan ontwerpbestemmingsplan ter visie. • Najaar 2007 kan de gemeenteraad het bestemmingplan vaststellen. • Najaar 2007 start aanbestedingsprocedure Stadsbrug. • Eind 2008 onherroepelijke goedkeuring bestemmingsplan. • 2009 eventueel afronden onteigeningsprocedure • 2009 start bouw Stadsbrug met aanpassingen Energieweg e.d. • 2011-2012 Stadsbrug gereed. 8.1.3 NOK • Vanaf januari 2007 Uitvoering parkmanagement • 2007/2008 overleg over investeringen en beeldkwaliteit in gebied • 2009 rafelrand Energieweg definitief afronden in relatie tot Stadsbrugtracé. Monitoring, verantwoording en evaluatie Jaarlijks zal er een Voortgangsrapportage Koers West aan de gemeenteraad worden voorgelegd met een toelichting op het proces, inhoudelijke en eventueel financiële bijstellingen op onderdelen en aanpassingen. Deze rapportage zal ook dienen als verantwoordingsdocument en tussentijdse evaluatie.
37