Kennisbank Wiskunde Productevaluatie voor het Ruud de Moor Centrum
Jos van Kuijk | Stéfanie André Maart 2009
ITS – Radboud Universiteit Nijmegen
Deze uitgave is te bestellen bij het ITS, 024 - 365 35 00.
CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK DEN HAAG Kuijk, Jos van. Kennisbank Wiskunde. Productevaluatie voor het Ruud de Moor Centrum / Jos van Kuijk & Stéfanie André - Nijmegen: ITS ISBN 978 – 90 - 5554 - 375 - 5 NUR 840 Projectnummer: 34000346 2009 ITS, Radboud Universiteit Nijmegen Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, en evenmin in een retrieval systeem worden opgeslagen, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van het ITS van de Radboud Universiteit Nijmegen. No part of this book/publication may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher.
ii
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
Voorwoord Het Ruud de Moor Centrum is een onderdeel van de Open Universiteit dat tot doel heeft als expertise- en kenniscentrum voor professionalisering van onderwijsgevenden op de werkplek te dienen. In deze rol van kenniscentrum heeft het Ruud de Moor Centrum diverse diensten en producten ontwikkeld om leraren in de dagelijkse praktijk te ondersteunen. Deze rol heeft het Ruud de Moor Centrum gekregen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Door naar het veld te luisteren en vraaggestuurd te werken draagt het Ruud de Moor Centrum bij aan de ontwikkeling van leraren. De nadruk ligt hierbij op de professionalisering van leraren. Voor een evaluatie van deze producten en diensten heeft het Ruud de Moor Centrum het Instituut voor Toegepaste Sociale wetenschappen (ITS) de opdracht verleend onderzoek uit te voeren naar een aantal producten van het Centrum. In dit rapport gaat het over de Kennisbank Wiskunde. De Kennisbank Wiskunde is een digitale kaartenbak. In deze kaartenbak kunnen leraren allerlei informatie en voorbeelden vinden. Bijvoorbeeld om het niveau van een klas te toetsen of een leuke praktische opdracht uit te zoeken bij een onderwerp dat aan bod komt in het boek. Met dit product draagt het Ruud de Moor Centrum bij aan de bewustwording en daarmee professionalisering van leraren. Zowel de vraag- als de aanbodkant van de Kennisbank Wiskunde zijn onderzocht door met de projectleiders te praten en een gebruikersonderzoek uit te voeren met een digitale enquête. Wij willen hier in ieder geval de projectleider van het project Kennisbank Wiskunde, Gé Nielissen, bedanken voor de medewerking en informatie. Verder een woord van dank voor de programmamanagers Darco Janssen en Jo Knarren en de onderzoekscoordinator van het Ruud de Moor Centrum, Rob Martens. Tenslotte was dit onderzoek niet mogelijk geweest zonder de groep gebruikers die meegewerkt heeft aan het onderzoek. We hopen dat deze evaluatie en dit rapport bijdraagt aan inzicht in Kennisbank Wiskunde en mogelijkheden voor het gebruik ervan. Verbreding van de gebruikersgroep en van gebruikersmogelijkheden is immers het doel van het Ruud de Moor Centrum. Nijmegen, maart 2009 Stéfanie André, Jos van Kuijk Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
iii
iv
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
Inhoud
Voorwoord
iii
1 Wat is de Kennisbank Wiskunde? 1.1 Historie Kennisbank Wiskunde 1.2 Doel van de Kennisbank Wiskunde 1.3 Wat is de Kennisbank Wiskunde? 1.4 Eerdere evaluaties 1.5 Toekomst Kennisbank Wiskunde
1 1 2 3 3 4
2 Hoe kan de Kennisbank Wiskunde worden gebruikt? 2.1 Structuur Kennisbank 2.2 Gebruik van de Kennisbank Wiskunde 2.3 Conclusies
5 5 7 7
3 Door wie wordt de Kennisbank Wiskunde gebruikt? 3.1 Beschrijving respondenten 3.2 Oordeel over de Kennisbank Wiskunde
9 9 10
4 Samenvatting en conclusie
17
Referenties
19
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
v
vi
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
1 Wat is de Kennisbank Wiskunde?
1.1 Historie Kennisbank Wiskunde Het onderwijs verandert. Vroeger volgden studenten die in opleiding waren voor vakleraar, naast onderwijs over hun eigen vak ook lessen in didactiek, leerpsychologie en pedagogiek. Dit is verandert met de invoer van het competentiegericht onderwijs. Studenten moeten zelf aangeven wat zij willen leren en het leren gebeurt steeds meer op de stageplek. Bij het opleiden van leraren op de werkplek ontstond hierdoor de behoefte aan didactische en vakinhoudelijke informatie die direct toepasbaar zou zijn in de lessen van de leraar in opleiding (Staal, 2006 & Staal, 2007). De Kennisbank Wiskunde van het Ruud de Moor Centrum vult deze lacune bij het opleiden van leraren wiskunde, door didactische en vakinhoudelijke informatie op afstand te bieden. Dit paste goed bij de vraag uit het veld om meer op afstand informatie te bieden. Een groot deel van de opleiding was namelijk van de eigen schoolbanken naar de werkplek verschoven. Een tweede ontwikkeling die aanleiding gaf tot het ontwikkelen van de Kennisbank Wiskunde is het lerarentekort en de daaruit voortvloeiende behoefte aan zijinstomers. Zij-instromers kunnen zich met de Kennisbank Wiskunde per onderwerp de ontbrekende competenties voor het beroep van leraar makkelijk eigen maken. Een derde reden voor de ontwikkeling van de Kennisbank Wiskunde is dat binnen middelbare scholen steeds vaker thema-onderwijs wordt gegeven. Via de Kennisbank Wiskunde kan een leraar van buiten het vakgebeid informatie opdoen over het gebruik en de toepassing van wiskunde bij een thema (RdMC, 2005). Het Ruud de Moor Centrum heeft de Kennisbank Wiskunde ontwikkeld in samenwerking met scholen en lerarenopleidingen (Staal, 2007). In het begin zat de Kennisbank Wiskunde bij de andere exacte kennisbanken (biologie, natuurkunde en scheikunde). Later is er voor gekozen met een aparte Kennisbank Wiskunde verder te gaan. De reden hiervoor is vooral van budgettaire aard. Door een wijziging in de toekenning van de gelden van het ministerie aan het RdMC kwam er geld versneld beschikbaar en moesten er extra plannen worden ingediend. Toen is onder andere besloten om de Kennisbank Wiskunde versneld uit te voeren. De Kennisbank Wiskunde kreeg daarom een eigen budget, projectplan en projectgroep om deze uitvoering op te pakken. De Kennisbank Wiskunde was in het begin gevuld met materiaal uit de database didactiek van wiskunde van het Instituut voor Leraar en School van de Hogeschool
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
1
Arnhem Nijmegen en de Radboud Universiteit Nijmegen. Hierdoor was een grotere verspreiding mogelijk. Ook is de Kennisbank Wiskunde ingezet op de Educatieve Faculteit van de Hogeschool van Amsterdam. Er wordt ook via de Samenwerkingsgroep Lerarenopleidingen Wiskunde (SLW) contact onderhouden met de lerarenopleidingen in Amsterdam, Nijmegen, Rotterdam, Sittard, Tilburg en Utrecht. Deze scholen gebruiken de Kennisbank Wiskunde in hun opleidingen en op basis van de feedback van deze scholen wordt de Kennisbank verder aangevuld en bijgesteld. Ook werkt de SLW mee aan het samenstellen van nieuwe thema’s voor de Kennisbank Wiskunde. Andere partners zijn het LOBO (gezamenlijke lerarenopleidingen basisonderwijs), het Freudenthal Instituut, CITO, SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling) en de NVORWO (Nederlandse Vereniging voor de Ontwikkeling van het Reken en Wiskunde Onderwijs) (RdMC, 2005). In het opzetten van de Kennisbank Wiskunde is veel aandacht besteedt aan de doorlopende leerlijn voor het rekenen, daarom wordt er aangesloten bij de Kennisbank Rekenen voor het Primair Onderwijs. De twee kennisbanken hebben wel twee verschillende toegangspunten op het internet.
1.2 Doel van de Kennisbank Wiskunde Het abstracte doel van dit project was een tijd- en plaatsonafhankelijke Kennisbank Wiskunde te produceren die altijd te raadplegen is en informatie bevat op drie terreinen: algemene vakdidactische kennis, mogelijkheden in de vorm van tools om direct te gebruiken en toe te passen bij het vaststellen van deficiënties en het aanleren van vakinhoud (via het just-in-time principe) en vakinhoudelijke kennis. Als eerste is de Kennisbank gericht op het vmbo, omdat dit de grootste groep van leerlingen is en omdat hier de grootste / meeste problemen met wiskunde werden gesignaleerd (RdMC, 2005). Hier werd daarom verwacht, dat de Kennisbank Wiskunde het meeste zou kunnen bijdragen. Ondertussen wordt de Kennisbank geleidelijk ook uitgewerkt naar andere niveaus (onderbouw havo/vwo) en onderwerpen. In het begin werd vooral de aandacht gericht op stagiaires en leraren in opleiding. Ondertussen is de doelgroep waarop gemikt wordt groter. Ook stagebegeleiders, ervaren leraren en lerarenopleiders kunnen namelijk goed gebruik maken van de Kennisbank Wiskunde. Dit kan mede omdat de Kennisbank ook informatie geeft over bijvoorbeeld vakoverstijgende thema’s zoals dyscalculie. Het is bekend dat leraren nogal eens via stagiaires van opleidingen in aanraking komen met de Kennisbank Wiskunde en er dan zelf gebruik van gaan maken. Na 2007 is mede op verzoek van het Expertisecentrum Lerarenopleiding Wiskunde en Rekenen (ElWIeR)gewerkt aan een uitbreiding naar het primair onderwijs. Dit vooral omdat er behoefte bestond aan ondersteuning bij het uitvoeren van de lessen 2
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
rekenen. Er is hiervoor door het Ruud de Moor Centrum samen met het expertisecentrum ELWIeR, een vooronderzoek gedaan naar de behoefte aan een Kennisbank Rekenen voor het primair onderwijs. Hiervoor zijn studenten van de pabo in Arnhem geïnterviewd en de resultaten zijn voorgelegd aan de opleiders tijdens een conferentie voor pabo-docenten. In dezelfde periode is het Ruud de Moor Centrum benaderd door SLO en NVORWO die ook met de Kennisbank voor het primair onderwijs aan de slag wilden gaan. De ontwikkeling is daarna met NVORWO en SLO gestart. Vanwege de doorlopende leerlijn kan men in de Kennisbank Rekenen alle relevante onderdelen van de Kennisbank Wiskunde bekijken en omgekeerd. In 2009 wordt met name op het punt van de doorlopende leerlijn een grote slag geslagen. Om zoveel mogelijk (aankomende) leraren gebruik te laten maken van de Kennisbank, is er vanaf het begin bewust voor gekozen geen drempels (zoals een wachtwoord) op te werpen bij het inloggen.
1.3 Wat is de Kennisbank Wiskunde? De Kennisbank Wiskunde levert didactische en vakinhoudelijke informatie die direct toepasbaar is in de dagelijkse onderwijspraktijk. Dit past heel goed bij het competentiegericht leren, dat meer op stages en op het meemaken van onderwijssituaties gericht is en minder op het opdoen van theoretische kennis. De Kennisbank Wiskunde kan bijvoorbeeld een rol spelen bij het portfolio opbouwen (leerproces) zodat de student kan laten zien dat hij of zij gegroeid is gedurende het vak. Binnen de Kennisbank Wiskunde kan op verschillende manieren gezocht worden naar informatie. Bijvoorbeeld via de inhoudsopgave van de meest gebruikte leerboeken of op onderwerp. Eenmaal bij een onderwerp aangeland kan de gebruiker informatie vinden die vooraf gaat aan een thema (beheerst de leerling de basis), van toepassing is op het thema zelf (oefenopgaven, praktische opdrachten) en informatie ter afsluiting van het thema (toetsing). Een uitgebreide beschrijving van de Kennisbank Wiskunde met een voorbeeld is te vinden in hoofdstuk twee.
1.4 Eerdere evaluaties Er zijn verschillende eerdere evaluaties geweest van de Kennisbank Wiskunde, voornamelijk bedoeld om het product verder te ontwikkelen. Zo is er een evaluatie onder de eerste tien gebruikers geweest. Deze hebben de Kennisbank bij hun stage gebruikt, het betrof zij-instromers, die vooral de vakinhoudelijke voorbeelden sterk waardeerden. Daarnaast is er bijvoorbeeld in 2005/2006 een evaluatie geweest gericht op twee Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
3
doelgroepen met twee verschillende vragenlijsten, een voor opleiders en externe deskundigen en één voor de directe gebruiker, de (beginnende) leraar. Een van de zaken die is veranderd aan de hand van deze evaluatie is een printoptie in de Kennisbank Wiskunde. Daarnaast is het voor iedereen die de Kennisbank Wiskunde gebruikt direct mogelijk feedback te leveren op de site in zijn geheel of op bepaalde onderdelen.
1.5 Toekomst Kennisbank Wiskunde De didactische thema’s zijn ondertussen gevuld voor de verschillende leerlagen van de eerste twee leerjaren van het vmbo. In de toekomst wil het Ruud de Moor Centrum de Kennisbank Wiskunde uitbreiden zodat er ook meer leerstof komt voor klassen havo/vwo. Een volgende stap is ook ervaren leraren aan de Kennisbank Wiskunde te verbinden zodat deze feedback kunnen geven op de behandelde onderwerpen (Staal, 2007). Daarnaast zijn er een aantal vraagsturingsprojecten voor zowel 2008 als 2009 waarin de Kennisbank een rol speelt en waardoor de Kennisbank ook verder ontwikkeld kan worden.
4
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
2 Hoe kan de Kennisbank Wiskunde worden gebruikt?
2.1
Structuur Kennisbank
De structuur van de Kennisbank kan op een paar manieren worden ingevuld. Als men begint bij de Kennisbank op www.KennisbankWiskunde.nl kan men kiezen uit zoeken op thema, zoeken via de lesmethode, zoeken op woordenlijst of een vrije zoekopdracht geven. Het is bijvoorbeeld mogelijk om te kijken bij de methode Moderne Wiskunde, vmbo basis, deel 2b, hoofdstuk zeven: formules en vergelijkingen. De gebruiker krijgt dan de beginpunten in de Kennisbank die gebruikt kunnen worden bij het voorbereiden van lessen over dit hoofdstuk. Stel we gaan door met deze zoekopdracht en drukken op de link: lineaire vergelijkingen (oplossen vmbo basis). Dan komt de gebruiker uit op een gedeelte van de site over lineaire vergelijkingen. Het eerste wat te zien is, is een inleiding. Daarna kan de gebruiker kiezen uit een rijtje: doelen, beginsituatie van de leerling, lesvoorbereiding, toetsen of de doelen bereikt zijn. Dit volgt de opbouw van een les. Allereerst willen we weten wat voor doelen er zijn, als we hier kijken blijkt dat de doelen voor lineaire vergelijkingen op basisberoeps vmbo zijn, deze zijn weergegeven in figuur 2.1. Van deze indeling wordt wel eens gezegd dat die nogal traditioneel is. Het Ruud de Moor Centrum is van mening dat er ongeacht de inrichting van het onderwijs er altijd een antwoord op de hiervoor genoemde onderdelen geformuleerd moet kunnen worden. De inhoud achter die traditionele indeling kan daardoor verbluffend modern zijn.
Figuur 2.1 - Doelen lineaire vergelijkingen Doelen aflezen uit grafiek en antwoord controleren terugrekenen met terugrekenschema andere oplossingsmethodieken zoals: o balansmethode o bordjesmethode o inklemmethode bij tabel of grafiek.
Daarna gaan we naar de voorkennis. Om dit hoofdstuk goed te kunnen volgen is er voorkennis nodig over het oplossen van lineaire vergelijkingen. De leerlingen moeten al lineaire vergelijkingen kunnen oplossen met een grafiek of tabel en via terugrekeEvaluatie - Kennisbank Wiskunde
5
nen. Om deze voorkennis te toetsen worden er in de Kennisbank diagnostische opgaven gegeven. Hiermee kan de voorkennis worden getoetst. Een voorbeeld van een diagnostische opgave voor het onderdeel lineaire vergelijkingen staat in het onderstaande kader 2.2.
Figuur 2.2 - Diagnostische opgave lineaire vergelijkingen OPGAVE Een bedrijf verhuurt dvd’s. Voor 15 euro kun je een maand lang steeds weer een nieuwe dvd huren. Hierbij hoort de formule bedrag = aantal maanden *15 De tabel staat hieronder. aantal maanden bedrag in euro's
1
2 15
3 30
4 45
5 60
6 75
90
Rachid heeft 75 euro. Lees uit de tabel af hoeveel maanden Rachid dvd’s kan huren.
Bij het onderdeel lesvoorbereiding kan wederom voor verschillende opties gekozen worden. Bijvoorbeeld voor: hoe de doelen te bereiken?, leerlingenfouten bij het oplossen van vergelijkingen, ICT en rekenmachine bij het oplossen van vergelijkingen en werkvormen. Onder het kopje leerlingenfouten bij het oplossen van vergelijkingen worden verschillende soorten fouten gegeven die vaak door leerlingen worden gemaakt als het gaat om het oplossen van vergelijkingen. Hierdoor kan de gebruiker, de (beginnende) leraar, zich hierop voorbereiden. Maar ook worden oplossingen voor deze fouten aangegeven. Een voorbeeld van een veel gemaakte fout bij het oplossen van vergelijkingen op vmbo basisberoeps, is dat bijvoorbeeld dat de leerling het verschil tussen een vergelijking en een formule niet weet. In het kader hieronder (2.3) vindt u de oplossing die wordt aangedragen door de Kennisbank.
Figuur 2.3 - Oplossing verschil formule en vergelijking Oplossing Zet formule en vergelijking onder elkaar: Formule: aantal uur * 20 = bedrag Vergelijking: aantal uur * 20 = 80 Laat vervolgens zien dat als je van een formule de uitkomst weet, je het getal kunt bepalen dat bij die uitkomst hoort.
6
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
Ook voor het toetsen van de doelen van het hoofdstuk worden voorbeeldopgaven aangeleverd. De leraar kan hier natuurlijk zelf vrijelijk op variëren, maar het is voor leraren in opleiding wel heel handig om wat voorbeelden bij de hand te hebben. Op elke pagina is het voor de gebruiker mogelijk om een eigen bijdrage te plaatsen. Een reactie op de opdrachten die er staan of de stof zoals die is uitgelegd. Of daadwerkelijk een aanvulling op de opdrachten en stof die al op de website staat. Zo kunnen gebruikers bijdragen aan het uitbreiden van de Kennisbank Wiskunde en hun expertise delen met andere gebruikers.
2.2
Gebruik van de Kennisbank Wiskunde
Voor zover bekend bij het Ruud de Moor Centrum wordt de Kennisbank in opleidingen voor leraren vooral gebuikt bij opdrachten. Studenten krijgen een opdracht en kunnen bij de oplossing hiervan gebruik maken van de Kennisbank. In veel gevallen krijgen ze zelfs de opdracht om van de Kennisbank gebruik te maken. Studenten maken verder, los van de opleiding, vooral gebruik van de directe tools die dicht bij het wiskundeboek staan, bijvoorbeeld over de doelen, de lesvoorbereiding, en de leerlingenfouten. Over hoe leraren de Kennisbank Wiskunde gebruiken bestaat weinig zicht bij het Ruud de Moor Centrum. Op dit moment is het Ruud de Moor Centrum bezig met de afronding van een onderzoek naar het gebruik van de Kennisbank Wiskunde bij vier opleidingen in combinatie met beoordelingsschema’s rond de vakdidactische competentie. Er wordt bijvoorbeeld gekeken naar de begeleiding van leerlingen, het voorbereiden van een les, het voorbereiden van een lessenreeks en het uitvoeren van lessen. Dit onderzoek wordt samen met het expertisecentrum ELWIeR uitgevoerd.
2.3 Conclusies De Kennisbank Wiskunde bevat een zeer uitgebreide hoeveelheid vakinhoudelijk en didactisch materiaal voor zowel studenten als voor leraren. Binnen lerarenopleidingen wordt de Kennisbank vooral gebruikt bij het oplossen van opdrachten en bij het voorbereiden van lessen. Over het gebruik bij leraren is weinig bekend.
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
7
8
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
3 Door wie wordt de Kennisbank Wiskunde gebruikt?
3.1 Beschrijving respondenten In totaal zijn er 76 respondenten aan de enquête begonnen (aangeschreven zijn 358 personen) en niet alle respondenten hebben de vragenlijst helemaal ingevuld. Daarom is er bij het schrijven van dit hoofdstuk telkens gebruik gemaakt van zoveel mogelijk respondenten. Het aantal respondenten dat een vraag beantwoord heeft is telkens weergegeven boven de tabel of figuur. In dit hoofdstuk wordt eerst in deze paragraaf een beschrijving van kenmerken van respondenten gegeven, daarna wordt in de volgende paragraaf het oordeel van de gebruikers over de Kennisbank Wiskunde weergegeven. Van de respondenten is 61 % onder de leeftijd van 30 jaar, 15 % tussen de 30 en 39 jaar oud, 13 % tussen de 40 en 49 jaar en 11 % is ouder dan 50 jaar. Dit betekent dat de Kennisbank Wiskunde vooral gebruikt wordt door jonge leraren in opleiding. Ook een aantal oudere leraren maakt gebruik van de Kennisbank Wiskunde, waardoor er een brede doelgroep wordt bereikt. Er bleken iets meer vrouwen (54 %) dan mannen (46 %) in de respondentengroep te zitten. Dit verschil is echter erg klein. Zeventig procent van de respondenten is student en daarmee in opleiding voor leraar, 20 % is leraar en de overige 10 % is docent op een lerarenopleiding.
Tabel 3.1 - Schooltypen (N=16) Kennismaking via… Vmbo beroepsgerichte leerweg Vmbo theoretische leerweg Havo/vwo onderbouw Havo/vwo bovenbouw Tweedegraads lerarenopleiding Eerstegraads lerarenopleiding
Aantal* 7 6 5 1 3 1
* Meer antwoorden mogelijk.
We zien in tabel 3.1 dat de meeste gebruikers van de Kennisbank Wiskunde lesgeven op het vmbo, dit is uiteraard ook de opleiding waarbij de meeste informatie is te vinEvaluatie - Kennisbank Wiskunde
9
den op de website van de Kennisbank Wiskunde. De meeste gebruikers zijn tussen de nul en acht jaren werkzaam in het onderwijs, twee gebruikers zijn al 35 jaar werkzaam in het onderwijs. Deze vraag is helaas maar door weinigen beantwoord (N=16) doordat de meeste gebruikers in opleiding zijn en dus nog geen leraar.
3.2 Oordeel over de Kennisbank Wiskunde Allereerst is gevraagd hoe men gehoord heeft van de Kennisbank Wiskunde. Hierbij kon gekozen worden uit acht antwoorden en kon men meerdere antwoorden invullen. In tabel 3.2 staan de categorieën waarvan minimaal één respondent heeft aangegeven op deze manier gehoord te hebben van de Kennisbank Wiskunde. Per categorie zijn percentages weergegeven.
Tabel 3.2 - Kennismaking met de Kennisbank Wiskunde (N=68) Kennismaking via… Googlen Publicatie in een tijdschrift/krant Collega De school De lerarenopleiding Anders
Percentage 16 2 10 34 72 2
De meeste respondenten (vooral studenten op lerarenopleidingen) hebben via de lerarenopleiding kennisgemaakt met de Kennisbank Wiskunde. Dit komt overeen met de werkwijze van het Ruud de Moor Centrum bij het ontwikkelen van de Kennisbank waarbij veel contact gezocht is met de lerarenopleidingen.
10
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
Figuur 3.1 – Bekendheid met de Kennisbank Wiskunde (N=66)
Percentage
Hoe goed kent u de Kennisbank Wiskunde? 40 35 30 25 20 15 10 5 0 vaker mee gewerkt
eenmaal mee gewerkt
globaal bekeken
nauwelijks bekend
De helft van de respondenten geeft aan het product makkelijk te kunnen vinden op de website van het Ruud de Moor Centrum. Ongeveer 10 % vindt het moeilijk en de overige 40 % werd rechtstreeks naar het product toe geleid. Van de respondenten blijkt 35 procent er vaker mee gewerkt te hebben en bijna een kwart heeft eenmaal met het product gewerkt. Globaal op de hoogte van de Kennisbank Wiskunde is rond een derde. Een kleine 10 procent geeft aan nauwelijks bekend te zijn met de Kennisbank. Als redenen heeft deze groep dat men niet de juiste informatie kon vinden die men zocht omdat men in de hogere klassen van het vwo les gaf. Een aantal gebruikers geeft verder aan de Kennisbank nog niet nodig gehad te hebben, geen tijd te hebben gehad om deze opnieuw te gebruiken of de site onduidelijk en onoverzichtelijk te vinden en de Kennisbank Wiskunde daarom niet opnieuw te willen gebruiken. Oordeel over de Kennisbank Wiskunde Via een elftal stellingen is gevraagd naar het oordeel over de Kennisbank Wiskunde. Op deze stellingen kon men op een zevenpuntsschaal van zeer oneens tot zeer eens antwoorden. Zes stellingen waren positief geformuleerd en vijf negatief. Voor de analyses zijn de negatieve stellingen gespiegeld, zodat nu alle elf stellingen in dezelfde richting staan. De zes stellingen die positief geformuleerd waren luiden als volgt: het werken met de Kennisbank Wiskunde is leuk, de Kennisbank Wiskunde helpt mij inzichten te verwerven, het werken met de Kennisbank Wiskunde is interessant, de vormgeving van de Kennisbank Wiskunde is aantrekkelijk, de uitleg over het gebruik van de Kennisbank Wiskunde is goed, het werken met de Kennisbank Wiskunde is plezierig. De negatief geformuleerde stellingen luidden: de Kennisbank Wiskunde sluit slecht aan bij de dagelijkse onderwijspraktijk, het is lastig om een goed overzicht van de Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
11
Kennisbank Wiskunde te krijgen, de Kennisbank Wiskunde is niet vernieuwend, het werken met de Kennisbank Wiskunde kost me veel tijd en de Kennisbank Wiskunde is niet zinvol. Waarbij we opmerken dat als het werken met de Kennisbank Wiskunde veel tijd kost dit niet hoeft te betekenen dat dit negatief is. Deze vijf stellingen zijn zoals gesteld gespiegeld, waardoor we de reacties op de stellingen in één figuur (figuur 3.2) kunnen laten zien.
Figuur 3.2 – Reacties op elf aspecten van de Kennisbank Wiskunde (N=68)
is zinvol
kost weinig tijd
is vernieuwend
geeft goed overzicht
sluit goed aan op praktijk
is plezierig
geeft goede uitleg
is aantrekkelijk
is interessant
geeft inzichten
45 40 35 30 25 20 15 10 5 0 is leuk
Percentage mee eens
De Kennisbank Wiskunde...
Uit figuur 3.2 blijkt dat de Kennisbank Wiskunde niet heel erg hoog scoort op veel items. Dit houdt mogelijk verband met het feit dat een deel van de respondenten verwachtte bij de Kennisbank ook materiaal te vinden voor havo en vwo. Wel vindt een groot deel van de gebruikers dat de Kennisbank Wiskunde interessant is, goede inzichten geeft, goed aansluit bij de praktijk en vooral zinvol is. De Kennisbank Wiskunde wordt door de meeste respondenten niet als echt leuk, aantrekkelijk of plezierig ervaren. In wat mindere mate zijn respondenten het er mee eens dat de Kennisbank vernieuwend is en dat de Kennisbank een goed overzicht geeft. Hetzelfde geldt voor de hoeveelheid tijd die het kost om er mee te werken. Dit zijn mogelijk punten waaraan de Kennisbank zou kunnen werken. Later zullen we zien dat over het overzicht dat de Kennisbank biedt, nogal verschillend gedacht wordt. De schaal ‘intrinsieke motivatie’ bevat een aantal items uit het bovenstaande overzicht (werken met Kennisbank is : leuk, interessant en plezier) 1. Op deze intrinsieke motivatie-schaal scoren de gebruikers van de Kennisbank Wiskunde met een 4,6 redelijk (1 =laag, 7=hoog).
1 De betrouwbaarheid van deze schaal is 0,8.
12
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
Bijna 80 procent van de respondenten vindt dat het werken met de Kennisbank Wiskunde gemiddeld tot weinig moeite kost. De gebruikers van de Kennisbank Wiskunde scoren gemiddeld een 6,52 op de onderliggende dimensie ‘cognitive load’. Dit betekent dat de meeste gebruikers redelijk makkelijk kunnen werken met de Kennisbank Wiskunde. Verwachtingen De meeste respondenten hadden verwacht vooral lesmateriaal te zullen vinden. Hierbinnen is er wel sprake van variëteit. Zo verwachtten sommigen dat er kant en klare lessen klaar zouden staan, terwijl anderen enkel aangaven tips te zullen vinden voor het voorbereiden van de les. Een aantal van de respondenten gaf hierbij al aan dat men meer inhoud had verwacht dan er op dit moment op de site van de Kennisbank Wiskunde te vinden is. Een respondent dacht dat er lesmethoden vergeleken zouden worden (De Kennisbank vergelijkt ook wel lesmethoden maar geeft daar geen oordeel over). Bij ruim twee derde van de respondenten zijn de verwachtingen een beetje of helemaal uitgekomen en een derde is die mening niet toegedaan, hun verwachtingen zijn niet of nauwelijks uitgekomen. Uit de toelichting bij dit laatste bleek dat deze gebruikers vooral meer voorbeelden hadden verwacht op niveaus buiten de eerste twee jaarlagen van het vmbo. Frequentie gebruik De meeste respondenten blijken ongeveer een keer per maand gebruik te maken van de Kennisbank Wiskunde. Ongeveer 15 procent maakt er wekelijks gebruik van en ruim 20 procent gebruikt de Kennisbank Wiskunde vaker dan eenmaal per maand. Bijna 30 procent heeft er eenmalig of slechts eenmaal per jaar gebruik van gemaakt. Een deel van deze gebruikers is vooral op zoek naar informatie over de hogere leerjaren en andere schooltypes. De mate van gebruik is terug te zien in tabel 3.2. Bijna de helft van de gebruikers gebruikt de Kennisbank Wiskunde een uur per maand. 30 procent van de gebruikers werkt meer dan twee uur per maand met de Kennisbank Wiskunde. Concluderend kunnen we stellen dat de meeste gebruikers met enige regelmaat terugkeren naar de Kennisbank; sommigen wekelijks, sommigen maandelijks.
2 De schaal ‘cognitive load’ loopt van 1=veel moeite, 9=weinig moeite. Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
13
Tabel 3.2 - Kennismaking met de Kennisbank Wiskunde (N=33) Hoe vaak gebruikt u de Kennisbank Wiskunde… Vaker per week Ongeveer een maal per week Vaker per maand Ongeveer eenmaal per maand Eenmaal per jaar / eenmalig
Percentage 3 12 21 36 27
Positieve en negatieve aspecten van de Kennisbank Wiskunde De positieve punten van het product zijn volgens de respondenten allereerst de ‘overzichtelijkheid’ en de ‘structuur’ die de Kennisbank Wiskunde biedt. Op de tweede plaats komt de ‘grote hoeveelheid informatie’ die de Kennisbank Wiskunde biedt en meteen daarna de ‘directe toepasbaarheid van de Kennisbank Wiskunde’ in de dagelijks onderwijspraktijk. Ook werden genoemd: het continue aanvullen van de stof, didactische onderbouwing van de stof en de duidelijke uitleg. Bij de verbeterpunten die de respondenten konden noemen kwamen twee zaken heel duidelijk naar voren. Aan de ene kant blijken veel respondenten het erg jammer te vinden dat de stof ‘enkel op het vmbo’ (en met name de onderbouw) gericht is, waardoor het voor de gebruikers die niet op dit niveau lesgeven niet nuttig is om de Kennisbank Wiskunde te gebruiken. Daarnaast blijkt dat veel respondenten toch moeite hebben met de ‘navigatie’ en daardoor de Kennisbank Wiskunde ‘onoverzichtelijk’ vinden. Men vindt dat er te veel moet worden geklikt en dat er te veel venstertjes openen, waardoor de kern van het verhaal moeilijk op te pikken is (Het Ruud de Moor Centrum geeft aan dat om auteursrechtelijke reden er voor gekozen is om voor elke externe verwijzing een nieuw venster te openen). Hieruit kunnen we wederom concluderen dat het een goede zaak zou zijn als de Kennisbank Wiskunde wordt uitgebreid naar onderwerpen buiten het vmbo en dat een beter overzicht op de website overwogen moet worden. Het is zoals reeds gezegd wat tegenstrijdig dat de ene helft vindt dat de Kennisbank Wiskunde een redelijk overzichtelijke structuur biedt en de andere helft dit niet vindt. Bij de verbeterpunten kwam dit wederom naar voren, een duidelijkere en overzichtelijkere lay-out, uitbreiding naar havo/vwo, meer oefenopdrachten en een betere navigatie. Bijdrage van de Kennisbank Wiskunde aan de eigen ontwikkeling De bijdrage van de Kennisbank Wiskunde aan de ontwikkeling van de leraar is weergegeven in tabel 3.3. Uit deze tabel blijkt dat de Kennisbank Wiskunde een gemengd beeld oplevert met betrekking tot de professionalisering en eigen ontwikkeling van leraren (in opleiding). Allereerst zien we dat een meerderheid aangeeft dat de Kennisbank Wiskunde enigszins tot veel bijdraagt aan de persoonlijke ontwikkeling, de 14
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
vakinhoudelijke kennis, de pedagogisch didactische kennis en vaardigheden en een verbetering van de kwaliteit van het handelen in de school. Kortom, een aardige bijdrage aan precies die onderwerpen waar de Kennisbank zich op richt. Wat minder respondenten zijn van mening dat de Kennisbank Wiskunde (een beetje tot zeer veel) bijdraagt aan de kwaliteit van het handelen in contacten met leerlingen en bijdraagt aan meer inzicht in het eigen functioneren.
Tabel 3.3 – Bijdrage van gebruik Kennisbank Wiskunde aan …. (in procenten) (N=31) Helemaal Nauwe- Een beetje niet lijks Uw eigen persoonlijke ontwikkeling? Uw eigen vakinhoudelijke kennis? Uw eigen pedagogische/didactische kennis en vaardigheden? Een verbetering van de kwaliteit van uw handelen in contacten met leerlingen? Een verbetering van de kwaliteit van uw handelen in de school? Meer inzicht in uw eigen functioneren
Veel
Zeer veel
N.v.t.
19 29
19 10
32 32
23 19
0 6
6 3
19
23
35
13
6
3
16
32
19
16
3
13
19 32
16 26
35 19
19 10
3 3
6 10
Ook is gevraagd of de respondenten nog vaker gebruik zouden maken van de Kennisbank Wiskunde. Bijna alle respondenten die deze vraag beantwoord hebben, willen de Kennisbank Wiskunde ook in de toekomst vaker gaan gebruiken. De meesten geven daarbij aan de Kennisbank af en toe te willen gebruiken als aanvulling op het voorbereiden van hun lessen wiskunde. Het ontwikkelen van de Kennisbank Wiskunde De Kennisbank Wiskunde kan enkel ontwikkeld worden als leraren ook zelf mee werken en reacties plaatsen op de Kennisbank of bijvoorbeeld zelf bijdragen schrijven. Er is gevraagd aan de respondenten of zij zelf al eens gereageerd hebben op de inhoud. Ongeveer 17 % bleek dit ooit gedaan te hebben. Hierbij dient aangetekend te worden dat de meeste respondenten studenten zijn. De respondenten die aangaven niet op de inhoud te hebben gereageerd, hebben dat niet gedaan omdat: men niet bewust was van de mogelijkheid, men hier geen behoefte aan had of de eigen kennis niet toereikend vindt. Ongeveer 30 % denkt in de toekomst wel of nogmaals een reactie te geven op een of meer onderdelen van de Kennisbank Wiskunde.
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
15
Naast het geven van reacties is het mogelijk voor gebruikers om zelf een bijdrage te maken en op de Kennisbank Wiskunde te zetten. Vier procent van de respondenten heeft wel eens zelf een bijdrage op de Kennisbank Wiskunde gezet. De belangrijkste reden waarom respondenten (nog) niet zijn toegekomen aan het leveren van een bijdrage is vooral dat men zich niet vaardig genoeg voelt. Ook vindt men het vaak niet nodig om een eigen bijdrage te leveren of vindt men dat het leveren van een eigen bijdrage te veel tijd kost. Ongeveer 20 % geeft aan in de toekomst mogelijk wel een bijdrage op de Kennisbank Wiskunde te zullen plaatsen. Toepassing in eigen les Het aantal gebruikers dat onderdelen van de Kennisbank Wiskunde heeft toegepast in de eigen les (45%) is iets kleiner dan diegenen die dat nog niet hebben gedaan (55%). Bij de ‘toepassers’ gaat het om het maken van een oefenles voor de lerarenopleiding of het voor bereiden van een les omdat er veel lesideeën instaan. De ‘niet toepassers’ hebben dezelfde redenen als waarom men nog niet eerder een reactie heeft gegeven. Dit wil zeggen dat ze het niet nodig vinden, de lerarenopleiding hier geen opdracht toe heeft gegeven of ze hebben geen tijd en hebben het al druk genoeg met het voorbereiden van lessen en dergelijke. Een mooi dilemma: de Kennisbank Wiskunde is nu juist bedoeld om studenten en leraren te helpen bij het voorbereiden van hun lessen. Richting Kennisbank Wiskunde In hoofdstuk één is al duidelijk naar voren gekomen dat de Kennisbank Wiskunde drie soorten informatie levert; algemene didactische informatie, vakinhoudelijke thema’s en vakinhoudelijke achtergrond. De respondenten gaven aan vooral meer vakinhoudelijke thema’s te willen (55 %), tweede werd algemene didactische inhoud (24 %) en nipt derde vakinhoudelijke achtergrond (21 %). Wat betreft het eerste wordt door het Ruud de Moor Centrum aangegeven dat vrijwel alle inhoudelijk thema’s van het vmbo in de Kennisbank zitten. Deze wens zal dan ook vermoedelijk afkomstig zijn van studenten die meer informatie over het havo en vwo willen. Ook is gevraagd welke thema’s er nog gemist worden door de gebruikers. Suggesties die gegeven zijn: meer over lerarencompetenties, toetsen, extra oefenmateriaal buiten het boek om en wortels. Ook wordt hier wederom genoemd dat men graag meer inhoud op andere niveaus wil hebben.
16
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
4
Samenvatting en conclusie
De Kennisbank Wiskunde is een product van het Ruud de Moor Centrum ontwikkelt ter ondersteuning van leraren. Leraren en leraren in opleiding kunnen de Kennisbank Wiskunde gebruiken bij de voorbereiding van hun lessen en docenten op lerarenopleidingen kunnen de Kennisbank Wiskunde gebruiken ter ondersteuning van hun lessen. In dit laatste hoofdstuk wordt kort samengevat wat de Kennisbank Wiskunde inhoud, hoe deze is ontwikkeld en wat de resultaten van de evaluatie zijn. De Kennisbank Wiskunde kan gezien worden als een grote kaartenbak. Deze kaartenbak is op drie manieren gesorteerd, wat met een echte kaartenbak misschien niet zo makkelijk kan. Een digitale kaartenbak heeft dit voordeel wel. In deze kaartenbak vindt de leraar (in opleiding) voor verschillende onderwerpen informatie die van pas kan komen bij het voorbereiden van de lessen. De informatie kan in drie onderdelen worden verdeeld: vakinhoudelijke kennis, vakinhoudelijke achtergrondinformatie en algemene didactische thema’s. Zo kan binnen een onderwerp zoals het oplossen van vergelijkingen (op het vmbo) allerlei informatie gevonden worden. Bijvoorbeeld diagnostische opgaven om het beginniveau van de leerlingen mee te testen, maar ook oefenopgaven, veel voorkomende fouten van leerlingen en praktische opdrachten die bij het onderwerp horen. Daarnaast is er de mogelijkheid voor leraren om zelf bijdragen toe te voegen of te reageren op een bijdrage in de Kennisbank Wiskunde. Zo heeft de Kennisbank Wiskunde de potentie om een interactief netwerk te worden van leraren wiskunde in Nederland die hun expertise en materiaal delen. De Kennisbank Wiskunde is ontwikkeld door het Ruud de Moor Centrum. Dit hebben zij gedaan in samenwerking met NVORWO en SLO. Ook zijn verschillende lerarenopleidingen in het land betrokken bij het doorontwikkelen van de Kennisbank Wiskunde. Uit de evaluatie van de Kennisbank Wiskunde bij vooral studenten van lerarenopleidingen blijkt dat ze vooral via deze opleidingen in aanraking komen met de Kennisbank. De Kennisbank is makkelijk te vinden en het merendeel van de respondenten heeft er vaker mee gewerkt. De Kennisbank Wiskunde wordt vooral zinvol genoemd. Daarnaast springen de goede inzichten, het aansluiten bij de praktijk en het interessante eruit. Wat minder gebruikers zijn het er mee eens dat de Kennisbank aantrekkelijk, leuk of plezierig is om mee te werken. Ook over het geven van een goed overzicht zijn wat minder gebrui-
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
17
kers het eens. Over dit aspect zijn de gebruikers overigens niet altijd duidelijk: soms wil men meer structuur en overzicht, soms is er makkelijk mee te werken. In de regel voldoet de Kennisbank aan de verwachtingen. Een deel van de gebruikers had verwacht op de Kennisbank ook leermateriaal voor de hogere leerjaren en andere schooltypen (havo/vwo) te vinden. De Kennisbank draagt zoals ook de bedoeling was van het Ruud de Moor Centrum vooral bij aan de vakinhoudelijke kennis, de pedagogische didactische vaardigheden, de eigen persoonlijk ontwikkeling en een verbetering van de kwaliteit van het handelen in de school. Verbeterpunten voor de Kennisbank zijn: de overzichtelijkheid en structuur van de Kennisbank Wiskunde. Bij het klikken door de schermen heen is het makkelijk om het beginpunt kwijt te raken en de kern van het verhaal te missen. Door meer met uitklapschermen te werken en minder met pop-up schermen kan er waarschijnlijk al veel duidelijkheid worden geschapen. Ook kan het belangrijk zijn om de handleiding direct aan te bieden bij het binnenkomen van de site in plaats van in een menu te tonen. een tweede punt waar zeker verbetering kan worden geboekt is bij het uitbreiden van de stof. Wij krijgen het idee vanuit de enquête en vooral vanuit de open vragen dat er veel behoefte is voor het uitbreiden van de Kennisbank Wiskunde naar andere leerlagen en leerjaren. Veel van de respondenten gaven aan dat het ontbreken van materiaal buiten het vmbo de reden was waarom men niet of niet vaker met de Kennisbank Wiskunde heeft gewerkt. Het uitbreiden van het materiaal kan dan ook zeker tot een grotere doelgroep en meer gebruikers leiden. een derde punt is dat er nog te weinig daadwerkelijk gebruik wordt gemaakt van de Kennisbank Wiskunde in de lessen van zittende leraren. De Kennisbank Wiskunde wordt vooral gebruikt voor het voorbereiden van proeflessen op hogescholen / lerarenopleidingen. Of de Kennisbank Wiskunde door leraren op middelbare scholen wordt gebruikt, is op basis van dit onderzoek moeilijk te beoordelen. Te weinig respondenten uit het voortgezet onderwijs hebben deelgenomen aan het onderzoek. Misschien is verspreiding een kwestie van tijd. Als meer mensen zich bewust worden van de Kennisbank Wiskunde en de Kennisbank Wiskunde meer informatie biedt op meerdere niveaus, zal er vanzelf meer gebruik gaan worden gemaakt van de Kennisbank Wiskunde. We concluderen tot slot dat de Kennisbank Wiskunde een gewaardeerd product is van het Ruud de Moor Centrum door vooral studenten van lerarenopleidingen. Het is een product met potentie dat op een aantal punten nog verbeterd kan worden. Door het uitbreiden van de informatie en wellicht een duidelijkere structuur op de website kan de Kennisbank Wiskunde een goed hulpmiddel worden voor studenten en (beginnende) leraren in de wereld van het wiskundeonderwijs.
18
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
Referenties
Staal, H. (2006). Workingpaper: De Kennisbank Wiskunde en competentiegericht opleiden van leraren. Verslag van een samenwerking tussen de Educatieve Hogeschool van Amsterdam en het Ruud de Moor Centrum. Nederland: Ruud de Moor Centrum. Staal, H. (2007). De Kennisbank Wiskunde van het Ruud de Moor Centrum. Euclides 83 (2). P. 71-74. RdMC. (2005). Kennisbank Wiskunde en Rekendidactiek voor het VMBO en Rekenen/Wiskunde in het Basisonderwijs. Plan van aanpak 2006 (concept). Versie 0.5, 12 september 2005.
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde
19
20
Evaluatie - Kennisbank Wiskunde