www.cxonet.be
October / November 2008 – Issue 63
Urbain Vandeurzen: “Delokalisatie is nodig om jobs te creëren” p. 15
CxO verschijnt tweemaandelijks, 7e jaargang, October/November 2008, Issue 63, afgiftekantoor Charleroi X – P106 176, toelating gesloten verpakking; PB-België – B-7, Prijs lidmaatschap ¤ 105,00 (excl. BTW)
Business magazine on strategy and innovation for CEOs, CIOs, CFOs, CTOs, COOs and other executives
Kasparov zet CEO’s en talentvolle kinderen schaakmat – p. 19 Kan schaken bijdragen tot het vormen van managers?
Management Human Resources ICT Logistics
Facility Management quo vadis? – p. 46 Ann Troch, Facility Manager bij Sara Lee
Manufacturing Sales Marketing
Guy Devos, hoofd van Ernst & Young Business Advisory Services voor België en Nederland – p. 51 CFO: de bedrijfsstrateeg van morgen!?
Finance
/
&
3
D
.
-/. "/D
-/
3 A / ! -
.
5/.. "/
+<('(0< +(<'<#+'$< (+
*"< </<" /DDD Tel. 02-509 24 34 – www.meetingpointbelgium.be –
[email protected]
Editoriaal / Editorial Dirk Vermant
uitgever / éditeur & directeur
Het data dilemma Le dilemme de l’information Organisaties beschikken vandaag al snel over terabytes aan data. Elke dag opnieuw verzamelen ze gretig data over hun klanten, medewerkers, producten, leveranciers en partners. Maar biedt die gigantische berg data wel op het juiste moment, de juiste informatie aan de juiste executive? Bedrijven zijn meesters in het verzamelen van data. Maar deze data met kunde beheren zodat ze toegankelijk zijn, kunnen gedeeld worden en door verschillende gebruikers kunnen hergebruikt worden in applicaties en business processen, dat is een ander paar mouwen. Uit onderzoek van IDG Research blijkt dat 70% van de CIO’s van dit issue een absolute prioriteit maken. Om dit probleem op te lossen is echter resultaatgedreven change management nodig. De onoverzichtelijke en exponentieel groeiende berg data ontstond niet op een nacht en zal ook niet op een nacht verdwijnen. Dit fenomeen counteren vraagt een mentaliteitsverandering, sterker nog, het vraagt een nieuwe bedrijfscultuur, tactiek en aangepaste technologie. Daarom dient de voltallige directie dagelijks haar betrokkenheid te tonen. Alleen dan leg je de basis voor change waar medewerkers in kunnen geloven. Wanneer een organisatie beslist om een data management programma te implementeren is het cruciaal om IT-governance te voorzien alsook het gelijkstemmen (alignment) van corporateen strategische beslissingen. Data governance: the policies, technologieën en organisatie die nodig zijn om de beschikbaarheid, toegankelijkheid, kwaliteit en consistentie van bedrijfsdata te verzekeren is essentieel alsook het beheer van de referentiedata (nomenclatuur). Ook datakwaliteit is onmisbaar. Want accurate, consistente data zullen de operationele fouten verminderen en de kwaliteit van dienstverleningen verbeteren. Met andere woorden: succesvol data management vergroot het onderscheidend vermogen van een onderneming.
Editie Edition
Medium Média
Verschijningsdatum Date de parution
62 63 64 65 66 67 68 69 70 71
CxO eZine CxO Magazine CxO eZine CxO Magazine CxO eZine CxO Magazine CxO eZine CxO Magazine CxO eZine CxO Magazine
31/10/2008 28/11/2008 31/12/2008 30/01/2009 29-2-2009 28/03/2009 30/04/2009 30/05/2009 27/06/2009 31/07/2009
Les organisations brassent aujourd’hui plusieurs térabytes de données. Elles accumulent chaque jour des informations sur leurs clients, leurs collaborateurs, les produits, les fournisseurs et les partenaires. Mais cette gigantesque montagne de données offre-t-elle l’information à la bonne personne au bon moment? Les entreprises sont passées maîtres dans la récolte de données. Mais savoir gérer efficacement cette information, la rendre accessible, disponible et utile à divers utilisateurs, réutilisable dans des applications et des processus, c’est une autre paire de manches. Une étude de IDG Research démontre que 70% des CIO font de ce thème un absolue priorité. Pour résoudre le problème, il faut toutefois appliquer une gestion du changement centrée sur le résultat. La croissance sauvage et exponentielle de la montagne de données n’a pas surgi soudainement et ne disparaîtra pas d’un coup de baguette magique. Pour contrer le phénomène, il faut un changement de mentalité, voire même une nouvelle culture d’entreprise, une tactique corrigée et une technologie adaptée. C’est pourquoi l’ensemble de la direction doit montrer quotidiennement qu’elle est concernée. C’est la seule façon d’établir une base de changement qui soit crédible pour les collaborateurs. Lorsqu’une organisation décide de mettre en œuvre un programma de data management, il importe d’y impliquer la gouvernance IT et d’aligner les décisions corporate et stratégiques. Gouvernance de l’information: des règles, des technologies et l’organisation qui sont nécessaires pour assurer la disponibilité, l’accessibilité, la qualité et la pertinence des données d’entreprise. Tous cela, ainsi que la gestion des données de référence (nomenclature) est indispensable. Car les données pertinentes réduiront les fautes opérationnelles et feront progresser la qualité du service. En somme, le data management réussi augmente le pouvoir distinctif de l’entreprise.
Adverteerderslijst Alfacam Athlon Car Lease Athlon Car Lease (advertorial) BCD Travel Care CxO DHL Global Forwarding DigiPoint Econocom Electrabel Exqi
33 57 61 1 63 75 53 42 18 27 39
Groenhoven Luon Meeting Point Belgium Merak Protiviti PwC SwingGroup Switzerland VIL Volvo
50 18 2 48 23 13 35 55 43 45, 76
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Change we need Amerika heeft zijn nieuwe president verkozen. Een historisch moment in de geschiedenis van een natie die veel hoop stelt in Barack Obama. Zal hij, na acht jaar Bush, het tij kunnen keren en zijn land een nieuw elan geven? Zal hij het leiderschap kunnen tonen om zijn idealen waar te maken? Zijn overwinningstoespraak was alvast veelbelovend: “Wij zijn de Verenigde Staten van Amerika en dat voor altijd. Wij leggen onze handen op de boog van de geschiedenis en buigen hem weer om naar de hoop op betere tijden. Het heeft lang geduurd, maar vanavond, op deze dag van deze verkiezing, is het moment gekomen dat Amerika verandert. De weg zal nog lang zijn. De klim zal steil zijn. Maar, Amerika, ik ben nog nooit zo hoopvol gestemd geweest dat we er zullen geraken.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
strategy and innovation Inhoud
Management & Human Resources
Sales & Marketing
ICT & Networks
|09| Outsourcing 2.0: the power of collaboration and multi-sourcing
|28| Monthly Headlines Sales & Marketing
|37| Handige of leuke high tech spullen
|29| Hype of essentie? Emotionele Intelligentie Waar ligt een CEO ‘s nachts wakker van? Waarom lukt de integratie van change management, lean thinking ed. bij de ene organisatie wel en blijft er bij een andere alleen maar chaos over?
|38| Monthly Headlines ICT & Networks
|10| Expert Group HR: Tijdsregistratie wezenlijk onderdeel van HR-beleid |11| Expert Group HR: Verschillend regime voor arbeiders en bedienden |12| Monthly Headlines Management |14| Betrouwbare partner en bedrijfszekerheid essentieel voor slaagkansen |15| Delokalisatie zorgt voor jobs in Vlaanderen |16| Monthly Headlines Human Resources |17| E-recruitment cruciaal voor aanwervingen bij de VRT |19| Kasparov zet CEO’s en talentvolle kinderen schaakmat |20| De notaris integreert de paperless office in zijn administratie |21| Werkplek kost maar liefst 12.285 euro per jaar |22| Excellente coaches zijn schaars |24| Adviesbrief Unizo voor de groei-kmo |25| Teamspirit versus teambuilding |26| Do we really manage and measure our risks?
|30| Deel 13: Merkenstrategie Recepten voor merk- en marketingmislukkingen |34| Thema-artikel: Gifts en gadgets blijven het goed doen De recente financiële crisis speelt de sector nog geen parten, hoewel enige terughoudendheid niet kan ontkend worden. |36| Waarom bedrijven ‘ja’ of ‘nee’ zeggen Als een bedrijf een bestelling plaatst, is dat het resultaat van een intermenselijk proces dat uiteindelijk op ‘ja’ eindigt. Elk van de personen die dat proces beïnvloedt, neemt op een gegeven moment stelling in. Die stellingname wordt bepaald door vier basiskrachten.
|21| Werkplek kost 12.285 euro per jaar
|29| Emotionele intelligentie
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
|39| Patrick Vanderbauwede: privilégier l’outsourcing La stratégie de l’INASTI, organisation complexe aux multiples services est claire et précise: confier le développement d’applications le plus souvent sur mesure à des partenaires extérieurs, pour se concentrer sur le support. |40| Thema-artikel: Comptabilité: Consolidation et intégration Le marché de la comptabilité poursuit sa tendance à la consolidation. En parallèle, sur le plan applicatif, les éditeurs multiplient les initiatives en matière d’intégration et de passerelles. |43| Newsletter CIOnet CIOnet Opinion: Jos Van Pee The shortage of IT talent is one of their most crucial issues a CIO faces today and will continue to face in the coming years.
|39| Privilégier l’outsourcing
Logistics & Manufacturing |44| Monthly Headlines Logistics & Manufacturing |46| Thema-artikel: Facility Management quo vadis? Met welke uitdagingen hebben de facility managers van onze Belgische middelgrote- en grote ondernemingen vandaag de dag af te rekenen? Een bevraging bij drie belangrijke betrokken partijen langs de vraagzijde levert interessante informatie op, die een blauwdruk geeft van de huidige toestand. We kijken met hen naar de toekomst en formuleren enkele uitdagingen. |49| Een van de grootste single customer terminals in de wereld Om van MSC Home Terminal een van de meest moderne en performante laad- en losfaciliteiten van de wereld te maken, werd 250 miljoen euro geïnvesteerd aan de 2,9 km lange kaaimuur en het 160 ha groot terrein.
Legal & Finance
Varia
|51| CFO: de bedrijfsstrateeg van morgen!? De moeilijke beleidsweg van de financiële topman
|64| Neem je eigen toekomst in handen Newsletter Junior Chamber International
|52| Monthly Headlines Finance Corporate Governance dan toch dood?
|66| Thema-artikel: Fleet is big business Uit verzamelde gegevens blijkt dat de negatieve effecten van de economische crisis die in 2007 in de USA aanzwol nog niet ten volle zichtbaar is in de “fleet”-cijfers van dit jaar, maar je kan er donder op zeggen dat de grote smak nog moet komen.
|54| Eco-maatregelen op bedrijfswagens een maat voor niets? Niet het milieu maar wel de belastingen varen er goed bij |55| Onvoorzienbare hindernis op de weg! Bent u aansprakelijk? |56| Het Hof van Cassatie en de kosteloze persoonlijke zekerheidsteller Einde van een controverse? |58| Thema-artikel: Vermogensbeheer (deel III) Wat doen rijke mensen met hun geld? |62| Expert Group Finance: CFO Mobistar is koele minnaar van boekhoudsoftware Oracle Applications
|44| Nieuw distributiecentrum langs A12
|65| Thema-artikel: ITS
|68| Privé brengt gewesten samen Absolute primeur: in november gingen de drie gewesten van dit land bij elkaar op bezoek |69| Creativiteit in tijden van crisis |70| COOL! Winst door belevings marketing Succesregels voor managers Boekbesprekingen |71| Storytelling
|52| Corporate Governance dood?
|67| Fleet is big business
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
CxO’s Raad der Wijzen – Conseil des Sages – Board of the Wise
Recent toegetreden leden Jukka Tiitu general manager Nokia Benelux
Noë Denecker bestuurder Honda Europe
Etienne Blomme secretaris generaal Telenet
Johan Bosschaerts managing director Northgate Arinso
Eddy Bruyninckx afgevaardigd bestuurder Havenbedrijf Antwerpen
Paul Baron Buysse voorzitter RvB Bekaert
Koert Damveld gedelegeerd bestuurder Fiege
Luc De Bruyckere gedelegeerd bestuurder Ter Beke
Vincent de Clippele CEO Nestlé
Luc Deflem CEO Securex
Wouter De Geest gedelegeerd bestuurder BASF Antwerpen
Jean-Claude Delen general manager DHL Global Forwarding
Eddy de Mûelenaere managing director Vandemoortele
Anton De Proft gedelegeerd bestuurder Icos Vision Systems
Paul de Rooij afgevaardigd bestuurder Ford Motor Company
Luc Desender afgevaardigd bestuurder Electrawinds
Chris Dewulf president & CEO Picanol Group
Kaat Exterbille managing director Kate Thomas & Kleyn
Serge Fautré afgevaardigd bestuurder Cofinimmo
Gabriel Fehervari CEO Alfacam en Euro1080
Peter Fimmers general manager American Express
Dirk Fransaer afgevaardigd bestuurder Vito
Inge Geerdens CEO CVWarehouse
Jannie Haeck gedelegeerd bestuurder NMBS
Marc Haelemeersch gedelegeerd bestuurder Centea
Roger Heijens voorzitter PwC
Jan Heiremans managing director StepStone
Marc Lambotte gedelegeerd bestuurder Unisys
Ronnie Leten business area president compressor technique Division, Atlas Copco
Christian Leysen voorzitter RvB AXE
Ingrid Lieten directeur generaal De Lijn
Luc Philips voorzitter RvB KBC Verzekeringen
Karel Plasman gedelegeerd bestuurder Acerta
Nicolas Saverys gedelegeerd bestuurder Exmar
Olivier Serruys directeur Benelux Overtoom International
Stéphane Thiery directeur TEC
Pol Vanbiervliet general manager Cisco
Bart Van Coppenolle president & CEO Metris
Prof. dr. L. Van den Berghe Luc Van den Bossche executive director gedelegeerd bestuurder Belgian Governance Inst. BAC
Phillip Vandervoort general manager Microsoft BeLux
Urbain Vandeurzen voorzitter VOKA
Mieke Vandromme managing director Gamma Solutions
Karel Van Eetvelt gedelegeerd bestuurder Unizo
Gerard van Os zaakvoerder van Os - Sonnevelt
Chris Van Roey zaakvoerder The House of Brands
Norbert Verkimpe CEO WDM Belgium
Eric Verrept voorzitter MIVB
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Bart Verhaeghe afgevaardigd bestuurder Uplace
Management & Human Resources Robert van der Eijk Partner – PricewaterhouseCoopers Advisory
Outsourcing and delocalisation
Outsourcing 2.0: the power of collaboration and multi-sourcing Today, we have arrived at a second stage in outsourcing. For most organisations outsourcing has matured beyond pure cost reduction to help them access talent and capabilities, maintain a flexible business model and drive innovation. The way in which outsourcing is undertaken is also changing. The first wave of IT and business process outsourcing for example depended on long term, exclusive one-on-one contracts which were, by and large, zero sum games between customer and service provider. The customer was certainly locked in, and in many respects so was the service provider. With many initial contracts coming to maturity, organisations are carefully reviewing the pros and cons of this one-supplier contract, with careful consideration of the risks. The automotive industry for example has many examples of strikes at suppliers which brought the car production line to a standstill. They try to rectify this not only by resuming control over core tasks, but also by outsourcing to various outsourcers to ensure production can continue at all times. In the first generation of outsourcing contracts this was not considered an issue, with the consequence that projects failed or there was hardly any added value. In the same sense more and more companies are moving from a single vendor to a multivendor strategy, primarily to spread risks but also to be able to work with real specialists. By adopting this best-of-breed strategy they hope to extract the greatest value from their outsourcing agreements and to stimulate innovation. Offshoring countries are starting to adapt to this trend. Indians, for example, have specialised in project management, which will probably allow them to perform better than others in collaborations.
New structures for efficient collaboration In this new context the success of outsourcing will depend on the way organisations can get various specialists to collaborate
PricewaterhouseCoopers recently detected a marked shift in the motivation for using external outsourcing providers. More and more, organisations are finding in outsourcing a means of achieving strategic ends. This demands new, more open and flexible business models in which organisations and outsourcers collaborate more closely. Organisations already prefer several outsourcers rather than one outsourcer who does everything.
together. New structures will have to be created for this. For example, when General Motors moved from single-sourced information technology outsourcing to multisourcing, it prepared the ground by bringing service providers together to define standards and processes that would enable them to work together while improving the company’s ability to operate globally. Organisations will have to do the same stage when they handle their outsourcing more maturely. Tight, disciplined management must be seasoned with the culture, structures, and processes of collaborative partnering.
singly objective and non-partisan advice on what and how to outsource. In this context PricewaterhouseCoopers is committed to helping organisations achieve sustainable, productive outsourcing arrangements in which each party achieves its specific business objectives.
Need for objective advice As outsourcing further matures in Europe, for both buyers and suppliers, a new model of outsourcing is required: collaboration. Many buyers today feel their outsourcing efforts fail because they lack the experience and skills needed to achieve the benefits envisaged in the original business case. Those who are succeeding are most likely to have honest and transparent business dealings with service providers, decide matters of mutual interest jointly, have effective joint governance structures and share the risks and rewards. A few companies have developed internal centres of excellence to manage outsourcing arrangements in this increasingly complex environment. Success for many thus requires increa-
You can download this global PwC survey at www.pwc.be/publications
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Expert Group HR Management & Human Resources Stijn Dom
fotografe: Annabelle Boon
Georges Anthoon HR manager Axa Belgium
Astrid De Lathauwer HRD Belgacom
Koen Descheemaeker HR manager Gosselin Group
Diane De Winter HR manager Speed-Colli
Koenraad D’Helft Franky Kint chief human resources HR manager Hansen Transmissions Groep FK Consult
Patrick Muylle Directeur personeel en organisatie Campina België
Wim Roef HR Director Benelux Tech Data
Kristian Vandenhoudt HR manager Atlas Copco
Michel Vandermeulen HR-directeur IWT
Andrea Van Duijse HR manager Belgium & Luxembourg Belgian Shell
Marc Van Hoecke HR director KPMG
Systeem beheert ook verlofregeling en loonberekening
“Tijdsregistratie maakt een wezenlijk onderdeel uit van het HR-beleid” Bij het IWT is er slechts een gedeelte van het personeel verplicht om de klassieke tijdsregistratie te volgen. Voor het middenkader is er geen verplichting. Het IWT werkt met een prikklok. De medewerkers melden zich aan als ze binnenkomen en doen hetzelfde als ze het bedrijf verlaten. Op die manier wordt er een gedetailleerd overzicht bijgehouden van de gepresteerde uren. De registratie dient ook om een vlottende en flexibele uurregeling te kunnen garanderen. “De tijdsregistratie is zo’n 10 jaar geleden ingevoerd toen er sprake was van een toenemende flexibiliteit bij overheidsinstanties”, zegt Michel Vandermeulen, HR directeur van IWT. “Binnen onze organisatie zijn er verschillende regimes van kracht en een goede tijdsregistratie is de enige manier voor HR om over correcte gegevens te beschikken. Het pakket dat we gebruiken, dient niet alleen om de tijdsregistratie bij te houden, maar er zitten verschillende modules in. Zo wordt de verlofregeling ook via het systeem beheerd.” Het komt dus neer op time management wat IWT toelaat om afwezigheden bij te houden en een correcte loonberekening uit te voeren.
10
Prikkloksysteem
Projectbeheer
IWT werkt samen met de softwareoplossing Easytime die door Easypay Group is ontwikkeld. Ze gebruiken het klassieke tijdsregistratiesysteem via fysieke badgeterminals. Om het goede voorbeeld aan zijn medewerkers te geven, gebruikt Michel Vandermeulen overigens zelf ook een badge. Hij is tevreden over het systeem. “Vier jaar geleden hebben we omwille van budgettaire redenen beslist om met Easypay in zee te gaan.”
Ook de aard van de activiteit wordt geregistreerd. Daarvoor gebruikt het IWT een apart systeem met codes waarin de activiteiten per half uur worden bijgehouden. Medewerkers die tot het middenkader zijn dus verplicht om daaraan tijd te besteden, maar toch is het nodig om een goede werking en projectbeheer te garanderen. “Sommige mensen van het middenkader zijn gewoon om met tijdsregistratie te werken. Voor hen is er dus geen probleem. Voor anderen is het volledig nieuw en vergt het een inspanning en aanpassing, maar het is de visie van het IWT dat tijdsregistratie een wezenlijk onderdeel uitmaakt van het HR-beleid.”
Het middenkader (allemaal hooggeschoolden) is niet verplicht om de werkuren te laten registreren. Toch doet een vijfde het wel op vrijwillige basis. Als een medewerker van het middenkader deeltijds werkt, is hij/zij wel verplicht om te zijn/haar uren te ‘prikken’. “Elk lid van het middenkader is daarnaast ook verplicht onderworpen aan een actieve registratie per project”, aldus Vandermeulen. “Deze activiteitsregistratie gebeurt buiten het prikkloksysteem. Het is belangrijk om aan projectregistratie te doen en bij te houden hoeveel tijd er aan een welbepaald project wordt besteed.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Michel Vandermeulen, HR directeur van het IWT: “Het pakket dat we gebruiken, dient niet alleen voor tijdsregistratie. Er zitten verschillende modules in vervat.”
Management & Human Resources Stijn Dom
Tijdsregistratie en toegangscontrole garanderen flexibele uurregeling
Campina hanteert verschillend regime voor arbeiders en bedienden
Expert Group HR
Bij Campina is er een aparte regeling voor arbeiders en bedienden inzake tijdsregistratie. Voor arbeiders geld er zowel toegangscontrole als tijdsregistratie. Voor bedienden is er enkel toegangscontrole. Arbeiders hebben namelijk een ander uurrooster dan bedienden. Op die manier wordt er ingespeeld op de verschillende arbeidsregimes.
Patrick Muylle, directeur personeel en organisatie van Campina België: “Tijdsregistratie zorgt ook de verlofregeling en een efficiënte loonberekening.”
Campina telt 900 medewerkers gespreid over drie vestigingen: Aalter, Sleidinge en Diksmuide. In twee van de drie vestigingen is het systeem van tijdsregistratie en toegangscontrole in voege. In de derde vestiging wordt het binnenkort geïntroduceerd. “Voor onze arbeiders worden overuren vanaf de eerste minuut geregistreerd”, vertelt Patrick Muylle, directeur personeel en organisatie van Campina België. “Dat komt neer op een gedetailleerde tijdsregistratie. Voor bedienden worden de overuren per afdeling door de chef geregistreerd. Voor hen geldt dus geen geautomatiseerde tijdsregistratie. Voor het (midden)kader is enkel toegangscontrole van toepassing.” Een viertal jaar geleden is Campina begonnen met tijdsregistratie. Een jaar erna werd toegangscontrole ingevoerd in het kader van de bedrijfsbeveiliging. “Daar-
voor kon iedereen bij wijze van spreke de bedrijfsgebouwen binnen en buiten lopen”, aldus Muylle. “Sindsdien is daar een halt aan toegeroepen. Afhankelijk van de functie van de betreffende persoon, wordt er een badge gemaakt die toegang geeft tot bepaalde delen van het bedrijf. Een manager heeft bijvoorbeeld toegang tot meer afdelingen dan een arbeider. Op de badge van een manager bevinden zich dan ook meer ‘modules’ die de toegang garanderen.”
Tikklok De toegangscontrole registreert alleen of en wanneer iemand het bedrijf binnenkomt of verlaat. Alle werknemers maken dus gebruik van hun badge. Daarvoor is een systeem via fysieke badgeterminals geïnstalleerd. “Vroeger hadden we een ander systeem om de tijdsregistratie bij te houden”, gaat Muylle verder. “Het was een omslachtige en weinig efficiënte oplossing. Via een tikklok werden de werkuren bijgehouden en die werden afgeprint en door de chefs gecontroleerd. De chefs moesten de opmerkingen dan manueel registreren en doorgeven aan de HR-afdeling.” Campina werkt samen met Protime voor tijdsregistratie en toegangscontrole. Dat
geld voor alle Europese vestigingen van Campina. Protime is een leverancier van softwareoplossingen voor tijdsregistratie en personeelsplanning. Het gaat vooral om het beheer van tijd en niet om de controle ervan. “Op dit ogenblik benutten we volop de geautomatiseerde mogelijkheden van de oplossing van Protime. Bovendien is het mogelijk om de verlofregeling automatisch te beheren. Zowel de betrokken medewerker, de afdelingschef als de HR-administratie worden automatisch op de hoogte gehouden.”
Loonberekening Protime wordt ook gebruikt voor de verwerking van de lonen. De chefs van de arbeiders programmeren de uurroosters. “Als de arbeiders zich dan registreren, worden de registratiegegevens automatisch naar de personeelsadministratie doorgestuurd”, besluit Muylle. “HR detecteert anomalieën en die worden dan aan de chef doorgegeven. Hij/zij kan dan binnen zijn/haar departement het nodige doen. Bovendien is er ook een automatische connectie met het sociale secretariaat (SD Worx). De oplossing e-Blox van SD Worx ontvangt automatisch de nodige info om een correcte loonberekening te garanderen.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
11
Management & Human Resources Erwin De Weerdt
Monthly Headlines
Management Veiligheid kost handenvol geld Tegen een achtergrond van fel schommelende brandstofprijzen en Europa dat de luchtvaartsector wil opzadelen met bijkomende CO² taksen, waarschuwen vele luchtvaartmaatschappijen dat zij de kosten voor zo mogelijk nog strengere antiterrorisme veiligheidscontroles in luchthavens en vliegtuigen op hun passagiers gaan verhalen. Vraag is of reizen met het vliegtuig, ook zakelijk, niet stilaan een (te) dure aangelegenheid wordt?
Nog meer veiligheids maatregelen? De harmonisering van de veiligheidsmaatregelen op Europees niveau, bedoeld om vliegreizen veiliger te maken, heeft ertoe geleid dat nu alle EU-lidstaten quasi dezelfde normen en procedures toepassen. Kwestie van in alle landen een minimum niveau van veiligheid te garanderen. Toch kunnen lidstaten vrij beslissen striktere veiligheidsmaatregelen op te leggen mits die “terzake doen, objectief en niet discriminerend zijn en in verhouding staan tot het risico die zij willen indekken”.
De ene “tax free shop” is de andere niet De beperkingen op vloeistoffen die passagiers aan boord mogen meenemen zorgt voor heel wat verwarring en vertragingen op vele Europese luchthavens. Elke week worden honderden tonnen “duty free” goederen en duizenden liters alcohol en parfum aangeslagen van slecht geïnformeerde passagiers. Een van de meest ergerlijke misverstanden is dat grotere volumes vloeistof (parfum, bier, alcohol, water,…) alleen maar in een afgesloten plastic zak aan boord mogen wanneer zij gekocht zijn in een “tax vrije
12
winkel” binnen de EU. Drank en andere vloeistoffen uit “duty free shops” buiten de EU worden ongenadig aangeslagen, zelfs wanneer het transitreizigers betreft. Ondertussen heeft de Commissie een regeling uitgewerkt waarbij het uitzonderingen op de regel toestaat aan die landen die aantonen dat zij even stringente normen hanteren inzake veiligheidscontroles. Tot nu toe hebben Singapore en Kroatië dat statuut gekregen. Andere parallelle maatregelen die bv. de afmetingen wilde beperken van de bagage die passagiers aan boord mogen nemen zijn inmiddels in alle stilte afgevoerd uit vrees dat dit op luchthavens tot een zo mogelijk nog grotere chaos zou leiden.
ding van de overheid tegenover het probleem “vliegen en veiligheid” verschilt in de verschillende lidstaten en die houding geeft aanleiding tot een scheefgetrokken concurrentie tussen luchthavens en luchtvaartmaatschappijen. De Commissie moet nu voor 31 december 2008 én een transparante formule uitwerken voor de berekening van die kosten én een voorstel dat moet waarborgen dat staten de extra taksen die passagiers betalen uitsluitend aanwenden voor het verbeteren van de veiligheidsmaatregelen.
Blootscans Op de luchthavens van Schiphol en Heathrow doet men momenteel proeven met blootscanners. Machines die dwars door de kleding kijken en passagiers letterlijk in hun blootje zetten. O ja, met die scanners kunnen veiligheidsmensen zien of passagiers verdachte voorwerpen op hun lichaam dragen. “Fast, customer friendly en privacy minded” luidt het ter plaatse. Een aantal Europese parlementsleden is alvast niet blij met het voornemen van de Europese Commissie om dit soort scanners officieel toe te laten op Europese luchthavens. Commissaris Antonio Tajani belooft dat er eerst nog technische evaluaties moeten komen en dat hij ook nog eerst het advies zal inwinnen van de Europese toezichthouder op de bescherming van de privacy?
Maar wie draait op voor de kosten van uw veiligheid? Voor vele luchtvaartmaatschappijen en luchthavens is de maat vol. Zij pikken de kosten voor al die bijkomende veiligheidsmaatregelen niet langer. De hou-
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Met blootscanners kunnen veiligheidsmensen zien of passagiers verdachte voorwerpen op hun lichaam dragen.
Enabling business performance* �
With our clients
�
For our people
�
Through Responsible Leadership
“
I truly believe that it is only through sustainable relationships with all of our stakeholders that we can successfully address our clients’ issues, enable real improvements in business performance and deliver a distinctive service that sets us apart.”
Roger Heijens Chairman, PricewaterhouseCoopers www.pwc.com/be/belgiumreview2007
*connectedthinking mêáÅÉï~íÉêÜçìëÉ`ççéÉêë=êÉÑÉêë=íç=íÜÉ=åÉíïçêâ=çÑ=ãÉãÄÉê=Ñáêãë=çÑ=mêáÅÉï~íÉêÜçìëÉ`ççéÉêë=fåíÉêå~íáçå~ä=iáãáíÉÇI=É~ÅÜ=çÑ=ïÜáÅÜ=áë=~=ëÉé~ê~íÉ=~åÇ=áåÇÉéÉåÇÉåí=äÉÖ~ä=ÉåíáíóK== «=mêáÅÉï~íÉêÜçìëÉ`ççéÉêëI=OMMUK==GÅçååÉÅíÉÇíÜáåâáåÖ=áë=~=íê~ÇÉã~êâ=çÑ=mêáÅÉï~íÉêÜçìëÉ`ççéÉêëK
Management & Human Resources Stijn Dom
IT-departement van Centea volledig aan KBC geoutsourced
“Betrouwbare partner en bedrijfszekerheid essentieel voor slaagkansen” “Onze IT-afdeling is volledig geoutsourced”, vertelt Marc Haelemeersch, gedelegeerd bestuurder van Centea. “Wij gebruiken hetzelfde platform als de KBC-groep. KBC is 100% aandeelhouder van Centea en is ook onze leverancier voor IT-toepassingen. De manier waarop we nu samenwerken loopt al drie jaar. Ervoor hadden we onze eigen IT-afdeling.”
Centea is een 100% dochtermaatschappij van KBC en die synergie is ook operationeel op het gebied van IT. Drie jaar geleden heeft Centea de strategische keuze gemaakt om IT volledig te outsourcen. De reden daarvoor was dat er een volledig nieuw systeem moest worden geïmplementeerd. Die verandering werd ook ingegeven door het feit dat er een continue stroom van overheidsverplichtingen aan de gang was. “Het team van IT’ers dat we in dienst hadden (zo’n 60 medewerkers) is toen allemaal naar KBC overgestapt”,
“We hadden de mensen en de middelen nodig om een groot project op vrij korte termijn te realiseren.”
aldus Haelemeersch. “Ze werken op dit ogenblik niet enkel voor Centea, maar voor de hele KBC-groep.” “We hadden de mensen en de middelen nodig om een groot project op vrij korte termijn te realiseren. Het project is op tijd opgeleverd, overeenkomstig het budget en het functioneerde vanaf het eerste uur. We zijn dan ook tevreden over het geleverde werk. En dat is niet evident voor zulke projecten.” Bij problemen of vragen nemen de medewerkers van Centea contact op met de helpdesk die door operatoren van KBC wordt bemand. Ofwel neemt Centea toepassingen ongewijzigd over van KBC ofwel wordt een toepassing aangepast volgens de behoefte van het distributiekanaal. KBC voert de opdracht dan uit met eigen mensen of
14
met externe leveranciers, afhankelijk van de criteria. “Als we over prijzen onderhandelen is onze tegenpartij KBC”, gaat Haelemeersch verder. “Wie het project uitvoert, is hun verantwoordelijkheid.”
Slaagkansen Als de toepassing van KBC niet voldoet aan de eisen van Centea, wordt er aan KBC gevraagd om een oplossing op maat te maken. KBC zorgt dan dat de oplossing wordt ontwikkeld. Dat geldt zowel voor de toepassingen in ons hoofdkantoor en ook die in de agentschappen. “Onze productafdeling en een aantal commerciële mensen bepalen wat er op het gebied van IT nodig is”, zegt Haelemeersch. “Die medewerkers hebben affiniteit met IT, maar zijn geen specialisten. En op basis daarvan wordt een projectcharter opgemaakt. We hebben bij KBC een contactpersoon die controleert of de oplossing beschikbaar is in de vereiste vorm. Zoniet worden er aanpassingen uitgevoerd. Elk project heeft een projectverantwoordelijke (van Centea of KBC) die het volledige project van a tot z beheert. Het is cruciaal dat de mensen die bij het project betrokken zijn, goed gebrieft worden om de slaagkansen van het project gaaf te houden.”
Facility management Ook activiteiten zoals schoonmaak, onderhoud van technische installaties, de catering (bedrijfsrestaurant) en de bewaking van de gebouwen worden door Centea geoutsourced. “Op het gebied
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Marc Haelemeersch, gedelegeerd bestuurder van Centea: “Op het gebied van facility management hebben we niet de kennis in huis om bepaalde jobs uit te voeren.” van facility management hebben we niet de kennis in huis om bepaalde jobs uit te voeren. We zijn geen restaurantuitbaters of beveiligingsspecialisten. We werken samen met specialisten en als we het zelf zouden doen, zou het ons ook meer kosten. We doen onder meer een beroep op Group 4 Falck en Sodexho.” Er zijn een aantal criteria waaraan moet worden voldaan om een outsourcing-project te doen slagen. De toepassing die de leverancier levert, moet de behoeften dekken. “Wij wisten - vooraleer we aan het project begonnen - dat de toepassing van KBC grotendeels aan onze eisen zou beantwoorden. Een betrouwbare partner, die bedrijfszekerheid garandeert, is ook belangrijk. En ook nog duidelijke afspraken voor het doorrekenen van kosten. Bovendien is het belangrijk dat aanpassingen onmiddellijk in de planning van de leverancier opgenomen kunnen worden.” Centea overweegt overigens niet om andere activiteiten te outsourcen, ook al woedt er een financiële crisis en is er sprake van recessie. Wat er overblijft, zijn kernactiviteiten die de financiële dienstverlener niet wil outsourcen.
Management & Human Resources Stijn Dom
Voka adviseert bedrijven om nieuwe groeimarkten te exploreren
“Delokalisatie zorgt voor jobs in Vlaanderen” Urbain Vandeurzen spreekt liever over expansie in plaats van delokalisatie. “In mijn ogen moeten we de pejoratieve betekenis van delokalisatie uit de wereld helpen”, zegt de voorzitter van Voka. “Ondernemingen moeten een internationale koers varen. Dat is essentieel. Delokalisatie komt niet neer op bedrijfssluitingen, maar net het omgekeerde. Het is zelfs nodig om jobs te creëren in Vlaanderen.”
Defensieve reflex Urbain Vandeurzen, voorzitter van Voka: “Het is dus cruciaal om je business te internationaliseren in al zijn aspecten.”
Voka staat uiterst positief ten aanzien van delokalisatie. “Vlaanderen moet internationaliseren,” aldus Vandeurzen. “We hebben onlangs ons congres gehouden over internationaal ondernemen. We staan in Vlaanderen voor een verplichte omwenteling. 50% van onze export wordt vandaag gerealiseerd door 1% van onze ondernemingen. Van de kmo’s zijn er maar 8% die überhaupt exporteren en dat voor 75% binnen Europa. We moeten die Europese olievlek doorbreken en dringend een tweede cirkel trekken richting nieuwe groeimarkten. Daar brandt de lamp. Dat is een absolute voorwaarde om van Vlaanderen een Europese topregio te maken.” “Wij raden Vlaamse bedrijven dan ook aan om goed na te denken over hun langetermijnstrategie”, vertelt Vandeurzen. “Er is op dit ogenblik sprake van een heel sterke internationale concurrentie. En we adviseren onze bedrijven over de manier waarop zij het verschil kunnen maken. Het staat vast dat we naar meer kennis gedreven activiteiten moeten evolueren. Businessmodellen dienen we te vernieuwen en we moeten op de juiste manier omgaan met de nieuwe groeimarkten. Het is dus cruciaal om je business te internationaliseren in al zijn aspecten.”
Als werkgeversorganisatie heeft Voka ook contacten met de sociale partners om een dynamiek op gang te brengen. “We zitten allemaal in hetzelfde schuitje”, zegt Vandeurzen. “Zowel werkgevers, werknemers als de overheid en de vakbonden. We moeten de welvaart van Vlaanderen vrijwaren en ervoor zorgen dat we de boot niet missen. Ik merk dat er bij de vakbonden nog al te vaak een defensieve reflex is als het over delokalisatie gaat. En dat is verkeerd. Het is nodig om oude gewoonten achterwege te laten en vooruit te denken.” Urbain Vandeurzen is ook CEO van LMS, een bedrijf uit Leuven. “Wij zijn een bedrijf dat eigenlijk een partner wil zijn in innovatie. We zijn wereldwijd aanwezig omdat onze klanten wereldwijd aanwezig zijn. Dat is een reden om te internationaliseren; met het oog op je verkoopstrategie maar ook om klanten te ondersteunen. Als je je klanten volgt en ambitieus lokaal aanwezig bent, zal dat enkel maar positieve gevolgen hebben. Eigenlijk is er geen keuze. Als je in je sector wil meespelen, moet je internationaal denken. Als je dat niet doet, laat je de deur open voor je concurrenten die dat wel doen en je vervolgens ook op andere markten zullen bestoken.”
Insourcing “Ons grootste R&D-centrum is hier in Leuven en zal ook hier blijven”, gaat Vandeurzen verder. “Ons tweede grote centrum is in Roemenië. Ten eerste omdat we
daar makkelijk bekwame medewerkers kunnen vinden en ook omdat die loyaal zijn. En omwille van het kostenvoordeel.” Een ander belangrijk aspect is flexibiliteit. “Als we een nieuwe software lanceren, moeten we intensieve testen uitvoeren. Op dat moment hebben we meer capaciteit nodig dan gemiddeld. En dan
“In mijn ogen moeten we de pejoratieve betekenis van delokalisatie uit de wereld helpen.”
schakelen we mensen uit Oost-Europa en ook India in om ervoor te zorgen dat we extra capaciteit hebben. Het gaat om mensen die onze business kennen en die we insourcen.” “We letten er goed op hoe de nieuwe groeimarkten zich ontwikkelen. De tijd is lang voorbij dat men enkel naar China of India moet kijken omwille van kostenvoordelen. Dat zijn markten die heel snel richting innovatie en kennis gedreven business evolueren. We moeten daarop inspelen en meegaan in de vernieuwingstrajecten. Als bedrijf moet je kijken naar de nieuwe trends en waar de nieuwe groeimarkten zich bevinden. Bovendien is ook timing belangrijk. Je mag je er niet te vroeg vestigen. Daarom werken we in een exploratiefase ook met een lokale vertegenwoordiger en niet met een eigen kantoor. Dat doen we om de markt af te tasten. Maar op termijn moet je wel de stap zetten naar een eigen vestiging.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
15
Management & Human Resources Bruno Koninckx
Monthly Headlines
Human Resources Dienst voor Economische Migratie
Geen makkelijke stap van schoolbanken naar eerste job
Als buitenlander in België komen werken is alleen al administratief gezien niet echt eenvoudig. Om hier aan te verhelpen, werd binnen de Dienst Vreemdelingenzaken een Dienst voor Economische Migratie (DEM) opgezet. Deze moet onder meer sneller visumaanvragen regelen op basis van een arbeidskaart of vrijstelling ervan, of op basis van een beroepskaart. De DEM moet ook expertise vergaren omtrent de reglementering en als contacten informatiecentrum fungeren naar de brede bedrijfswereld. In de meeste gevallen blijft de huidige procedure behouden, maar worden dossiers sneller afgehandeld. Voor bepaalde visa gaat de DEM een elektronisch dossier bijhouden zodat terugkerende aanvragen van vertrouwde werkkrachten sneller verwerkt kunnen worden.
Maar liefst 84% van de Belgische laatstejaarsstudenten doet z’n uiterste best om zich goed voor te bereiden op de eerste pasjes op de arbeidsmarkt. Toch vindt achteraf slechts 46% dat ze het goed heeft aangepakt. Dat blijkt uit een bevraging in opdracht van Manpower. De huidige generatie jongeren is echt wel bereid de handen uit de mouwen te steken. Zo’n 70% van de studenten wil na z’n studie zo snel mogelijk aan het werk. Slechts 54% wil nog wel een of twee jaar bijstuderen. 82% heeft rond zijn 18e bewust nagedacht over zijn studiekeuze en aan het einde van die studies voelt 87% zich klaar voor de zoektocht naar een geschikte eerste job. 76% ziet dat wel als een vrij moeilijke uitdaging. Toch is er meer nodig om het enthousiasme van deze jongeren te temperen. Slechts 38% associeert het begrip “werken” met “stress” en “sleur”. Geld lijkt niet (meer) de eerste prioriteit te zijn bij het kiezen van een baan. Het belangrijkste criterium voor de jongeren is een goede bedrijfscultuur en een aangenaam bedrijfssfeer, gevolgd door de carrièremogelijkheden op lange termijn en de jobinhoud en verantwoordelijkheden. Het loon komt pas op de vierde plaats, gevolgd door het evenwicht tussen werk en privéleven op de vijfde plaats. www.manpower.be
Privézaken regelen tijdens kantooruren
De meeste niet-werkgerelateerde activiteiten tijdens kantooruren zijn het versturen van persoonlijke e-mail en het voeren van privételefoongesprekken.
16
Uit recent onderzoek van IT Job Board. be blijkt dat 50% van de ondervraagden kantooruren gebruikt om in contact te blijven met vrienden en familie. De meeste niet-werkgerelateerde activiteiten tijdens kantooruren zijn het versturen van persoonlijke e-mail en het voeren van privételefoongesprekken.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Opvallend is dat ruim 30% van de ondervraagden aangeeft dat tijd besteed wordt aan niet-werkgerelateerde activiteiten doordat men onderbetaald wordt voor het werk dat men doet. 31% besteedt tussen de 15 en 30 minuten per dag aan niet-werkgerelateerde activiteiten. Hetzelfde aantal geeft aan weleens vakanties te hebben geboekt tijdens kantooruren. Ruim 75% van de ondervraagden geeft aan zich niet schuldig te voelen over het tijdens kantooruren afhandelen van persoonlijke zaken. Wel compenseren veel werknemers het regelen van persoonlijke zaken tijdens kantooruren door over te werken.
Wat doen zelfstandigen en zaakvoerders met hun tijd? Heel wat werkgevers voeren actie om hun werknemers een evenwicht te bieden tussen beroeps- en privéleven. Maar hoe zit het met het tijdsgebruik van het ondernemingshoofd? Is er nog plaats in zijn overvolle agenda voor zijn gezin en hobby’s? Het Sociaal Verzekeringsfonds van de HDP-AristA groep peilde bij 748 zelfstandigen naar hun tijdsbesteding. De ondervraagde zelfstandigen in hoofdberoep geven aan gemiddeld 54,5 uur per week te werken op een basis van 5,7 dagen, wat een gemiddelde van 9,5 uur per dag betekent. Vermits de grens tussen werk en privé voor een zelfstandige vager is dan voor een loontrekkende, is dit gemiddelde echter relatief. 82% van de zelfstandigen werkt tijdens het weekend, gemiddeld tussen een halve dag en een dag per weekend. De zelfstandige in hoofdberoep wijdt gemiddeld 26 uur aan zijn eigenlijke werk, 12 uur aan administratief werk en 2 uur aan het personeelsbeheer.
Management & Human Resources Stijn Dom
Gebruiksvriendelijke jobsite automatiseert en versnelt rekrutering
E-recruitment cruciaal voor aanwervingen bij de VRT De VRT heeft een lange weg afgelegd op het gebied van automatisering van IT-projecten. Sinds 1998 wordt SAP gebruikt als ERPoplossing. Voordien bestond de IT-infrastructuur uit een mozaïek van niet geïntegreerde systemen. In 2006 heeft de VRT beslist om met Northgate Arinso in zee te gaan voor de implementatie en de expansie van het HR-programma.
In 2006 heeft de VRT beslist om met Northgate Arinso in zee te gaan voor de implementatie en de expansie van het HRprogramma.
Het systeem wordt gebruikt voor tijdsregistratie, evaluatie, payroll en e-recruitment. Over dat laatste luik hebben we een gesprek gehad met Geert De Preter, IS Manager bij de VRT. Met het project wou de VRT tegemoet komen aan vooral twee verzuchtingen: talent management en de invultijd van de vacatures. De VRT-jobsite (www.vrt. be/jobs) moest vooral attractief, efficiënt en makkelijk te gebruiken zijn. “Bij een vacature voor journalist, ontvangen we gemakkelijk honderden cv’s”, zegt Geert De Preter. “Om die manueel te verwerken, heb je veel tijd en energie nodig. En daar wilden we vanaf. Het aspect automatisering nam dus een belangrijke plaats in bij de voorbereiding van het project.” Bij het openstellen van de vacatures komen er verscheidene stappen aan bod. Als de vacature is opgemaakt wordt die in een template gegoten en goedgekeurd door de HR-manager. De vacature wordt
dan op het intranet van de VRT geplaatst, op de jobsite en AdValvas. De vacatures verschijnen ook in Vacature, Jobat, Monster, … Bovendien stuurt de VRT ze naar een aantal partners zoals de brailleliga. Alle processen werden opgebouwd volgens het principe ‘automatisch waar het kan maar manuele bijsturing van het proces door een HR medewerker waar het moet’. Op de site van de VRT verschijnen de vacatures enkel in het Nederlands.
190 dagen Zodra de vacature openbaar is gemaakt, kunnen de kandidaten hun persoonlijke gegevens, cv en motivatie via de site uploaden. Dan is het aan de HR-medewerker om een selectie te maken. Een aantal kandidaten doorloopt dan de selectieprocedure en uiteindelijk gaat men over tot de aanwerving. Het project dat Northgate Arinso heeft gerealiseerd heeft zo’n 190 dagen in beslag genomen. Na zes maanden is de jobsite online gegaan. “Het project is het resultaat van een samenwerking tussen Northgate Arinso enerzijds en onze departementen HR en IT anderzijds”, vertelt De Preter. “Het gaat om een kruisbestuiving. Een aantal medewerkers van IT staat dicht bij HR en op die manier hebben we samen bepaald aan welke criteria ons project e-recruitment moest voldoen.”
Van a tot z Zoals elke overheidsinstelling, moet ook de VRT de procedure van de open-
bare aanbestedingen volgen. “Northgate Arinso is een naam en een grote speler op de lokale markt”, aldus De Preter. “We zochten een stabiele partner die ons van a tot z kan begeleiden omdat het de eerste keer was dat we een project met zo’n omvang realiseren. Een combinatie van kennis over HR business processen en technische competenties van onderliggende systemen was cruciaal.” Er zijn een tweetal consultants die voor de duur van het project ter plekke bij de VRT hebben gewerkt. In totaal telt de VRT telt zo’n 2.700 werknemers. De afdeling Technologie (lees IT) telt 250 medewerkers. Bij HR werken er zo’n 60 mensen. Het management heeft toegang tot het systeem. Ze kunnen het consulteren, de verschillende fases van een project volgen, feedback lezen, enz.
Diversiteit Diversiteit speelt een grote rol binnen de VRT en daar wordt ook vanuit de beheersovereenkomst sterk de nadruk op gelegd. Via een website bereik je uiteraard een bepaald publiek. Wat doe je met potentiële kandidaten die niet gewoon zijn om online te solliciteren. “We nemen sowieso weinig arbeiders in dienst”, vertelt De Preter. “De meeste profielen die we zoeken, zijn hoog opgeleid en hebben wel degelijk mensen die gewoon zijn om het internet actief te gebruiken. Maar de vacatures worden ook via andere kanalen (kranten, schoolevenementen, jobbeurzen, …) verspreid. En op die manier bereiken we een ruimer publiek.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
17
9[gehd]l]g^^]jlgeYfY_]qgmjAL Yf\L]d][geaf^jYkljm[lmj] Hjg\m[lkKgdmlagfk EYfY_]\K]jna[]k Gmlkgmj[af_$;gfkmdlYf[q$KmhhgjlEYafl]fYf[]
L]d][geK]jna[]k >afYf[aYdK]jna[]k =[gfg[geaf[j]Yk]kmk]jkYlak^Y[lagfYf\hjgna\]k]^Õ[a]fl Y[[]kklgaf^gjeYlagf&&&Yfqlae]$Yfqo`]j]&
www.econocom.be
Don’t shout.
Talk.
Spreken zonder denken, is als schieten zonder mikken.
Hoog tijd voor intelligente e-mailmarketing • Bouw vlot efficiënte campagnes met een intuïtieve, meertalige én gebruiksvriendelijke interface. • Dankzij de online rapportering in real-time, leert u veel uit de reactie van uw e-mailcontacten. Zo worden uw volgende campagnes nóg gerichter.
• Houd de dialoog moeiteloos levendig – met voorgedefinieerde scenario’s anticipeert u meteen op het specifieke gedrag van elke ontvanger.
EMG-partner
Enkele tevreden EmailGarage-klanten
• De nieuwe functies Email Interaction en Email Health Score verrijken elk e-mailadres met een gedetailleerd interactieprofiel.
Test EmailGarage 6.0 en stuur uw eerste 1000 e-mails gratis* Surf naar www.emailgarage.com/testrit * aanbod geldig voor nieuwe gebruikers tot een maand na activatie
EmailGarage - Brusselsesteenweg 560, 3090 Overijse, Tel. +32 2 658 29 58
18
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Management & Human Resources Stijn Dom
Kan schaken bijdragen tot het vormen van managers en entrepreneurs?
Kasparov zet CEO’s en talentvolle kinderen schaakmat Schaken als metafoor voor het bedrijfsleven. Situaties inschatten, strategisch vooruit denken en risico’s nemen. Het schaaktoernooi Your Next Move heeft de troeven van schaken volop onder de spotlights geplaatst. Dat gold (ook letterlijk) voor schaakgrootmeester Garry Kasparov. Op 14 oktober bond hij in de Alfacam-studio’s de strijd aan met zo’n 20 CEO’s en een vijftal getalenteerde kinderen.
Kasparov speelt agressief, doorziet iedere zet en laat je geen schijn van kans. Een strateeg van het zuiverste soort.
Tij moet keren
photo © Karen Van Winkel Kasparov speelt agressief, doorziet iedere zet en laat je geen schijn van kans. Een strateeg van het zuiverste soort.
Het publiek kon het schouwspel meevolgen op een groot scherm in een van de tv-studio’s op het terrein in Lint. Kasparov verplaatste zich peilsnel van tafel tot tafel. Ondanks de snelheid van uitvoering slaagde hij erin om zich niet in het defensief te laten dwingen. Al snel bleek dat het schakende gezelschap zich – zoals verwacht – weinig illusies moest maken. Tot Kasparov zich even verslikte en Ronny Baekelant (Managing Director ThyssenKrupp Materials) een opening liet. Hij maakte het de Rus zichtbaar moeilijk. Kasparov, die zelfs zijn koningin moest opofferen, wist even van geen hout pijlen te maken, begon te ijsberen en met het hoofd te schudden. Suspense in de zaal… Zijn we getuige van een verrassing van formaat? De tafel van Baekelant, die als laatste deelnemer overbleef, bezorgde Kasparov telkens opnieuw kopzorgen. Maar uiteindelijk ging ook hij voor de bijl.
De initiatiefnemers van Your Next Move (Inge Geerdens van CVWarehouse, Gabriel Fehervari van Alfacam en Jan Callewaert van Option) willen schaken bij kinderen promoten omdat ze ervan overtuigd zijn dat het hen kan helpen bij de ontwikkeling van bepaalde capaciteiten. Met name met het oog op leiderschap en strategisch inzicht. Zoals bekend, heeft België een nijpend tekort aan ondernemers en ook ‘innovators’. We hinken achterop in vergelijking met het Europese gemiddelde en het tij moet dringend keren. Feit is ook dat schaken in België niet populair is bij jongeren. Is er een oorzakelijk verband tussen de twee? Misschien wel, misschien niet. Maar schaken kan zeker bijdragen tot het ontwikkelen van heel wat vaardigheden die aansluiten bij het profiel van een goede manager.
Profiel van een succesvolle CEO Door te schaken leren kinderen de juiste beslissingen nemen en vooruit te denken. Ze leren winnen en verliezen, kunnen onder druk handelen en moeten respect tonen voor anderen. Ten slotte is ook concentratie cruciaal. En hard werken; een talent op zich, dixit Kasparov. Risico’s nemen en de gevolgen ervan inschatten komt ook naar voren. Kortom, het profiel van een succesvolle CEO.
Volgens de initiatiefnemers is de link tussen schaken en business niet rechtstreeks zichtbaar. Het draagt bij tot strategisch denken, maar het resultaat is niet concreet te benoemen. Bovendien is schaken een individuele aangelegenheid, terwijl je in bedrijven met mensen te maken hebt. Initiatieven om medewerkers aan het schaken te krijgen om entrepreneurschap te bewerkstelligen, zouden nuttig kunnen zijn maar blijken in de praktijk moeilijk uitvoerbaar.
Eindtermen Garry Kasparov pleit met zijn Chess Foundation voor de invoering van schaken in het onderwijs. Vanuit de Vlaamse overheid zijn er geen initiatieven in die richting. Toch zijn er leerkrachten die schaken gebruiken tijdens hun lessen. Dat bleek uit het getuigenis van een Brugse leerkracht tijdens het schaaktoernooi bij Alfacam. Zij introduceert schaken vanaf jonge leeftijd en slaagt erin om kinderen op een aangename en speelse manier allerlei vaardigheden bij te brengen. Iedereen kan overigens de regels van schaken onder de knie krijgen. De stelling dat het enkel voor de slimmeriken voorbestemd zou zijn, is een mythe. Turkije is het enige land waar schaken tot de eindtermen van het onderwijs hoort. Elders (onder andere in de VS) zijn er lokale initiatieven, maar al te dikwijls maken die geen deel uit van een ruimer geheel. De praktijk leert dat het niet evident is, maar er zijn niet veel investeringen nodig om jongeren aan het schaken te krijgen.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
19
Management & Human Resources Stijn Dom
Innoveer vòòr je ertoe verplicht wordt
De notaris integreert de paperless office in zijn administratie De notaris is beoefenaar van een vrij beroep en tegelijkertijd een door de koning benoemd openbaar ambtenaar. Hierbij worden hem, onder de vorm van een monopolie, een standplaats en werkzaamheden toegewezen. Voor zijn vergoeding mag hij vastgestelde barema’s hanteren. Dit is een luxueuze uitgangspositie.
De Europese Commissie streeft echter naar een verbetering van de concurrentie. Daarom heeft het Directoraat-Generaal Concurrentie bijzondere aandacht voor regels en situaties die de vrije mededinging beperken. Het Europees Parlement heeft op 12 oktober 2006 een resolutie aangenomen waarin zij alle betrokken partijen (Commissie, lidstaten, regulerende autoriteiten, mededingings- en beroepsorganisaties) oproept om zelf werk te maken van de opheffing van onterechte belemmeringen in de mededinging.
gagement is aangegaan om de vrije beroepen een kwart minder papier te laten verbruiken vindt diezelfde pilootgroep het een uitgelezen kans om beide uitdagingen te combineren. De opdracht, in oorsprong uitgeschreven door de Koninklijke Federatie van Belgische Notarissen, beoogt een audit ‘AS-IS’ en voorstellen ‘TO-BE’ over verbeteringen die aangebracht kunnen worden in de administratie van de notaris. De opdracht is toegewezen aan Herman Van den Keybus, lean administration consultant en expert paperless office.
Monopolie
Is de ‘paperless office’ wel haalbaar in het notariaat?
Voor de Belgische notaris stemt dit tot nadenken. Hij werkt nog steeds binnen een absoluut monopolie. Voor wat betreft de standplaats, de vergoeding en de opdrachten is hij niet echt onderworpen aan de wetten van de “vrije mededinging.” Experts en specialisten zoals makelaars, juristen, fiscalisten en andere beoefenaars van vrije beroepen kunnen zijn werkzaamheden op een even gespecialiseerde wijze uitvoeren. Daarom bestaat de kans dat de notaris een concurrentievoordeel geniet. De Europese Commissie beoogt ingrijpende wijzigingen. Een pilootgroep van notarissen wacht niet op ‘opgelegde’ wijzigingen vanuit Europa en zoekt nu al uit op welke manier anders kan gewerkt worden.
Vlaams minister-president Kris Peeters en Kyoto Aangezien ook minister-president Kris Peeters, in het kader van Kyoto, een en-
20
Herman Van den Keybus: “De paperless office is haalbaar in elke administratieve omgeving. Alleen mag ‘paperless’ niet strikt geïnterpreteerd worden als: werken zonder papier. De paperless office is: het op gestructureerde wijze, digitaal beheren en beschikbaar stellen van documenten. Nadat de papieren eilanden en ook hun digitale broertjes ontmanteld zijn en alle documenten elektronisch beschikbaar zijn voor de medewerkers die er over moeten beschikken, dan is de paperless office een feit. Het bereiken van een hogere efficiëntie is de échte doelstelling. Minder papier gebruiken is slechts een minimaal gevolg ten aanzien van de verbetering van de efficiëntie. Bovendien is het minstens even belangrijk dat er gewerkt wordt in een gepaste bedrijfscultuur. De belangrijkste uitdagingen zitten dan ook in de leiderschapsstijl van de notaris en de houding van medewerkers. Ook de toegepaste werkmetho-
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Herman Vanden Keybus: “De authentieke akte is nog uitgesloten, maar het volledige administratieve proces zal paperless verlopen bij de notaris.” des, in combinatie met, én meermaals in conflict met, de mogelijkheden geboden door ICT, zijn niet te onderschatten uitdagingen. Deze uitdagingen manifesteren zich in elke administratie en zijn volgens mij niet groter bij de notaris als in andere omgevingen.” Omwille van de ingrijpende wijzigingen die doorgevoerd worden in hun werkmethodes én hun bedrijfscultuur worden de notarissen aangemoedigd om ook de eigen managementstijl in vraag te stellen. Als ze open staan voor een stijl waarbij de medewerkers de echte eigenaars van hun administratieve werkprocessen zijn, wordt efficiënt werken een automatisch gevolg.
Noodzaak is de moeder van de motivatie In de sector van de notarissen zijn de loonkosten en de administratieve verplichtingen sterk gestegen. Bovendien zijn de barema’s sinds vele jaren niet meer aangepast, zelfs niet geïndexeerd. “In zo’n omgeving is het realiseren van de ‘paperless office’, los van de bedoelingen van de Europese Commissie, zeker geen innovatief idee van een fantast”, aldus Herman Van den Keybus. “Integendeel, de ‘paperles office’ is eerder een noodzaak en wordt door elke vooruitziende notaris gezien als een meer dan zinvolle uitdaging.”
Management & Human Resources Stijn Dom
Mobiele werplek wint meer en meer aan belang
Werkplek kost maar liefst 12.285 euro per jaar Hulpmiddelen en diensten zoals veiligheid, catering en schoonmaak zijn goed voor 18%. Het beleid van de installaties (strategisch beleid, helpdesk, voorziening, enz.) is goed voor 4% van het totaal terwijl de externe diensten (vergaderzalen, hotels en vervoer) de resterende 2% vertegenwoordigen. De voornaamste kostengroep is en blijft die van de huisvesting (gebouw, huur, belastingen, parking, onderhoud van installaties…). Dit is dan ook de voornaamste uitdaging voor de bedrijven om hun kosten te beheersen. Het is op het moment van een verhuizing dat een bedrijf hierop de grootste impact heeft. Door een lichte toename van het niveau van de gemiddelde huurprijzen, is de fractie van deze kosten binnen de totale OCI eveneens beperkt toegenomen. De op één na belangrijkste beslissingsparameter bij verhuizingen is dan ook net het financiële aspect, voorafgegaan door de ligging en gevolgd door ruimtelijke en technische gebouwperformanties. Ondernemingen springen niet efficiënt om met hun werkruimte, zo blijkt. “Zelden komen wij bij een bedrijf over de vloer waar meer dan 60% van de werkplekken in gebruik is. De meeste firma’s komen aan een bezettingsgraad van 50%. AOS Studley adviseert ondernemingen bij het beheer van hun vastgoed en hun algemene diensten.
Mobiele werkplaats De mobiele werkplaats wint meer en meer aan belang. Afhankelijk van het werk dat je uitvoert, zal je op een andere plek werken. Dat betekent dat geen enkele medewerker nog een vast bureau heeft. Bedrijven besparen kosten noch moeite om het personeel in de watten te leggen. Er wordt gekeken naar de hele werkomgeving. Niet alleen naar een comfortabele stoel en tafel, maar ook naar bijvoorbeeld kinderopvang, was- en strijkfaciliteiten, kwaliteit van het restaurant. Het zijn dingen waarmee moderne bedrijven steeds meer proberen om goede medewerkers aan te trekken en te houden.
In 2007 bedroeg de waarde van de Occupancy Cost Index in België voor één werkplek € 12.285 per jaar. 42% van deze totale kostprijs gaat naar de huisvesting (gebouw, huren, parking, onderhoud van installaties…) en 34% wordt besteed aan ICTkosten (algemene hardware, software en diensten, exclusief specifieke hulpmiddelen voor bedrijfsspecifieke activiteiten).
Daarnaast is er uiteraard ook thuiswerk. Moderne werkgevers richten ook die werkplek in. Ten slotte zijn er ook bedrijven die werkruimte per uur of per dag huren op een andere locatie, bijvoorbeeld op plaatsen langs autosnelwegen die voor groepen werknemers vlot bereikbaar zijn. De ongewone stijging van de energieprijzen en de algemene inflatie die deze teweegbrengt, zal de druk op kostenbeheersing enkel doen toenemen. Ook de kantoorhuisvesting zal hieraan niet ontsnappen. De daling van de leegstand in en om Brussel, alsook de krappe arbeidsmarkt zal het bedrijven niet gemakkelijk maken om hun kosten onder controle te blijven houden indien ze niet wensen te sleutelen aan het aangeboden serviceniveau.
vesting en dit op een zeer gestructureerde wijze (zoals Russische baboesjka’s). Daardoor heeft deze index niet alleen het voordeel dat hij zeer volledig is, maar ook dat hij bedrijven precies kunnen identificeren waar er voor hen ruimte is voor verbetering. Er worden bijna 300 verschillende types van uitgaven geregistreerd, en voor al deze types van kosten onderscheidt AOS Studley kosten van eigen personeel, kosten van goederen en diensten, investeringen en afschrijvingen.
OCI als referentiepunt AOS Studley benadrukt echter dat de OCI geen maatstaf op zich is. Bij het beoordelen van de kosten met betrekking tot huisvesting en general services van haar klanten gebruikt AOS Studley de OCI als één van de referentiepunten, maar houdt het zeker ook rekening met het overeenstemmende kwaliteitsniveau. Dankzij de toename van gegevens jaar per jaar kunnen de berekeningen van de OCI verfijnd worden. Alleen door al deze elementen samen te brengen, zullen ondernemingen kunnen leren uit deze oefening en precies kunnen aangeven waar er ruimte is voor verbetering. De OCI biedt een heel gedetailleerd overzicht van alle kosten in verband met huis-
Ondernemingen springen niet efficiënt om met hun werkruimte, zo blijkt.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
21
Column Jef Brouwers – Managing Partner – Act
Excellente coaches zijn schaars Er zijn vandaag veel coaches, minder goede en weinig excellente. Wij geven onze definitie van de ‘excellente’ coach. De excellente coach is de persoon, die alle noodzakelijke en nodige competenties heeft om een persoon of een team naar hogere prestaties te begeleiden. Google eens met ‘goede coach’ en je zult zien dat je 848.000 hits krijgt. Als je ‘excellentie in coaching’ intikt krijg je nog 2.610 hits. Het verschil is duidelijk. Denken dat wij ‘de’ definitie zouden bedenken in een column, is te pretentieus. We zullen vooral de voorwaarden aangeven om als excellente coach te werken. Om de ‘excellente coach’ te blijven is permanente opleiding via intervisie noodzakelijk. Een excellente coach start met ‘de inhoud’ van de coach. Dat is de grote uitdaging. Bij sommige beschrijvingen wordt uitgegaan van het noodzakelijke vertrouwen tussen coach en gecoachte. Dat is zo, maar het kan slechts ontwikkeld worden als je te maken hebt met een coach MET inhoud. Psycholoog is vandaag een beschermde titel. In de toekomst zal men deze van de ‘therapeut’ aanpakken. ‘De Coach’ zal later volgen als men zal merken dat de wildgroei van vandaag onhoudbaar is. Ie-
dereen die ‘iets’ heeft gedaan, voelt zich geschikt om coach te worden. Sommigen hebben het gat in de markt ontdekt en gooien zich op als school voor coaching. Criteria ontbreken zowel voor coachingscholen als voor coaches. Zelfverklaarde ‘coach the coach’ opleidingen verschijnen hoe langer des te talrijker aan het ‘begeleidingsfirmament’. In het bos de bomen zien is de uitdaging. Coachen is een erg complexe baan van het analyseren van een hele reeks van ingrediënten van de ‘andere’ terwijl men vermijdt zichzelf te ‘projecteren’ in de andere. De coach is niet de norm. De coach is bezig met anderen in een proces van optimalisatie en/of verbetering van prestaties. De kwaliteit van de coach start bij de intelligentie van de coach. Hoe complexer een coachingproces, des te verstandiger de coach moet zijn. Het onderschatten van intelligentie als basisvoorwaarde voor effectief coachen leidt tot grote drama’s. Verwarring van ‘psycholoog spelen’, ‘therapeutisch optreden’ zijn niet uit de lucht. Niet iedereen heeft het noodzakelijke denkvermogen om een excellente coach te worden. Vervolgens is de ‘emotionele intelligentie’ een andere startvoorwaarde. Coaches,
‘Coaching is creëren van succes’.
22
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
die zichzelf niet kennen, zullen nooit in staat zijn anderen te coachen. Zelfkennis is immers de basisvoorwaarde om sociale relaties te kunnen managen. En een coachingproces is een sociaal interactieproces met alle nodige competenties vandien. De kritische blik van de excellente coach op zichzelf is zijn/haar permanente bekommernis. De coachingrelatie wordt ontwikkeld vanuit het inschatten van de situatie. De gecoachte leeft immers in zijn situatie en het is vanuit die situatie dat de goede coach zal vertrekken. Vaak ervaren wij dat coachen vertrekt vanuit de eigen ervaringen. Vooral in de sportwereld is dat mediatiek duidelijk. In de bedrijfswereld is het niet anders. We krijgen hoe langer des te meer mensen, die zeggen hun actieve, professionele carrière te beëindigen om nog enigszins actief te blijven als ‘coach’. Alsof er niet meer nodig is dan pensioen of ontslag om een omschakeling tot coach te realiseren. De vertrouwensrelatie tussen coach en gecoachte is de derde voorwaarde. Succes voor de gecoachte is cruciaal. Een geslaagde coachingrelatie levert altijd een betere ‘totate levenskwaliteit’ op via het verbeteren van de prestaties. Het gedetailleerd kennen van de volledige situatie van de gecoachte is een conditio sine qua non voor de excellente coach. De gecoachte kan echter nooit afhankelijk gemaakt worden. Hij/zij blijft ter beschikking zonder zichzelf op te dringen. Hij/zij treedt op, op afroep. De nood tot contact dient aanwezig te zijn bij de gecoachte zodat hij/zij steeds actief blijft in zijn/haar eigen leven. Het makkelijkste deel van het coachen is de specifieke technische aspecten van de baan van een gecoachte. Als we van die technische capaciteiten vertrekken dan lijkt het coachingproces vaak niet te leiden tot groter succes. Dan wordt de coach vaak ontslagen als de technische bagage op is en de andere aspecten niet aanwezig zijn. ACT, Partners for Results, en haar consultants optimaliseren aanwezige individuele en team competenties.
G >H@
6 C 9 =DL > I > B E G D K : H E : G ; D G B 6 C 8 : L=:C>CI:
I=
NDJG HIG6I:
>
c idYVn¼h kdaVi^aZ Wjh^cZhh
&Xdbbjc^XViZVcYYZeadnhigVi"
Zck^gdcbZci!^i]VhcZkZgWZZc
Z\nZ[[ZXi^kZanVcY^cVXdch^hiZci
bdgZ^bedgiVciidZ[[ZXi^kZan
bVccZg VXgdhh i]Z ZciZgeg^hZ0
^YZci^[n VcY ^ciZ\gViZ g^h` bVc"
'egdVXi^kZan^YZci^[n!Xdbbjc^"
V\ZbZci l^i] i]Z YZeadnbZci d[
XViZVcYb^i^\ViZi]Zg^h`h^c]ZgZci
higViZ\n# 6h i]Z gZXZci [^cVcX^Va
^c i]Z higViZ\n0 ( ZchjgZ i]Z
Xg^h^h]VhegdkZc!l]ZchigViZ\n^h
hZVbaZhh ^ciZ\gVi^dc d[ higViZ\^X!
cdiegdeZgana^c`ZYidg^h`bVcV\ZbZci!i]ZgZhjaihXVc g^h` bVcV\ZbZci VcY Xdbea^VcXZ VXi^k^i^Zh0 VcY WZ Y^hVhigdjh# Id Va^\c ZciZgeg^hZ eZg[dgbVcXZ VcY )XgZViZgZVa"i^bZigVcheVgZcXn^cidi]ZdeZgVi^dch g^h` bVcV\ZbZci! Egdi^k^i^ ]Vh YZkZadeZY i]Z d[ i]Z ZciZgeg^hZ id bZVhjgZ XjggZci eZg[dgbVcXZ EZg[dgbVcXZ$G^h` >ciZ\gVi^dc BVcV\ZbZci BdYZa VcYegZY^Xi[jijgZigZcYh#>ch]dgi!EG>B'^cXgZVhZh EG>B'#I]ZbdYZa¼h^ciZ\gViZYVeegdVX]VcYY^h"
i]ZegdWVW^a^ind[hjXXZhh[jaanZmZXji^c\ndjghigViZ\n#
X^ea^cZ ZcVWaZh dg\Vc^oVi^dch id h^bjaiVcZdjhan
Id aZVgc bdgZ eaZVhZ XVaa (' ' )-'#&'#)% ZciZgeg^hZl^YZ# EG>B' ZbedlZgh dg\Vc^oVi^dch id dgZ"bV^aZah#]jnWgZX]ih5egdi^k^i^#WZ# YZeadn higViZ\n VcY bVcV\Z i]Z VhhdX^ViZY g^h`h
© 2008 Protiviti Inc. An Equal Opportunity Employer. Protiviti is not licensed or registered as a public accounting firm and does not issue opinions on financial statements or offer attestation services. PRO-1008
Adviesbrief van UNIZO voor de groei-KMO Karel Van Eetvelt Gedelegeerd bestuurder – UNIZO – www.unizo.be – [email protected]
Waarom is dit geen goede zaak?
Europese Commissie “vereenvoudigt” het boekhoudrecht voor vennootschappen? Europa wil de administratieve lasten voor bedrijven met een kwart verminderen. Daartoe zouden lidstaten de mogelijkheid krijgen de verplichte dubbele boekhouding voor de kleinste bedrijven af te schaffen. Dezer dagen bespreekt de bevoegde Europese parlementscommissie dit voorstel. Klinkt goed, een verplichte boekhouding schrappen. En iedere lidstaat is vrij. Perfect toch? Volgens ons niet. En met ons alle belangrijke economische actoren in België. Akkoord, op het eerste zicht lijkt het weggooien van de boekhouding voor
onze kleinste bedrijven misschien een vereenvoudiging. Maar toch zullen de lasten voor de kleinste bedrijven hierdoor opnieuw stijgen. Ten eerste: De Europese Commissaris stelt voor om in het boekhoudrecht een nieuwe categorie bedrijven te creëren: de micro-ondernemingen, bedrijven met minder dan 20 werknemers, een omzet lager dan twee miljoen euro en een balanstotaal lager dan een miljoen euro. Zij zouden, naar keuze van de lidstaat, geen dubbele boekhouding meer moeten voeren zoals die nu voorgeschreven is door Europa. Voor ons land betekent dit concreet dat de boekhouding voor kleine ondernemingen de facto verdwijnt. Deze maatregel omvat immers 80% van onze Belgische vennootschappen. Waarom is dit geen goede zaak? In zijn huidige vorm is de boekhouding een erg nuttig instrument. Uiteraard in de eerste plaats voor de bedrijfsleider zelf. Hij kan op basis ervan de gezondheid van zijn onderneming evalueren. Het stijgende aantal faillissementen toont aan hoe belangrijk een objectieve bedrijfsthermometer is.
Dat die jaarrekening eenvoudiger moet, klopt. Maar verdwijnen, neen.
24
Maar naast de bedrijfsleider maken ook heel wat anderen dankbaar gebruik van het publiek karakter van deze gegevens. Kredietverleners baseren zich onder meer op deze gegevens om te beslissen over de solvabiliteit van de onderneming. Leveranciers kunnen nagaan of een handelsrelatie aanknopen niet teveel risico’s inhoudt. En de fiscale administratie gebruikt de gegevens voor de vennootschapsbelasting. Al deze actoren kunnen niet zonder dit gezondheidsbulletin van een bedrijf. Zullen ze dan verder zaken doen met onze ondernemingen, hun kredieten verschaffen,… zonder deze informatie op te vragen? Zullen onze over-
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
heden geen statistische gegevens over de financiële gegevens en resultaten van onze bedrijven meer verzamelen? Wie daarvan uitgaat dwaalt. Ieder zal op zijn eigen manier deze informatie opvragen aan onze kleinere bedrijven. In plaats van minder rompslomp zal dit dus leiden tot meer rompslomp. Dan toch gewoon de situatie bij het oude laten? De schrapping van de dubbele boekhouding is slechts een mogelijkheid voor de lidstaten? Ook hier schuilt een addertje onder het gras. Wat immers met de concurrentiepositie van onze bedrijven als ons land ervoor kiest vast te houden aan het huidige systeem en belangrijke handelspartners kiezen voor de afschaffing? Dan hebben de buitenlandse bedrijven de informatie over de Belgische bedrijven maar niet andersom. Het wordt bovendien onmogelijk bedrijven uit de verschillende lidstaten met elkaar te vergelijken. Dat die jaarrekening eenvoudiger moet, klopt. Maar verdwijnen, neen. Tot slot nog twee bedenkingen. Met de financiële crisis die we deze dagen beleven, gaan overal stemmen op voor meer transparantie. Nu een voorstel indienen om die informatieverplichting te schrappen voor 80% van de vennootschappen lijkt dan ook een vreemd idee. Bovendien is de Europese Commissie de laatste maanden maatregelen aan het uitwerken om ook de kleinste bedrijven aan te zetten om meer grensoverschrijdend te werken. Terecht. Onze bedrijven, zelfs de allerkleinste, moeten gestimuleerd worden te internationaliseren. Daar ligt de toekomst. Lijkt een harmonieus boekhoudsysteem voor alle lidstaten dan geen goed idee of moeten ondernemers echt in voor elke lidstaat uitzoeken of en welke cijfers ze moeten bijhouden?
Management & Human Resources Wim Rombaut Director, Still Movin – www.stillmovin.be
Kiezen voor dagelijkse dynamiek
Teamspirit versus teambuilding Teambuilding was een tijdje ‘in’. Als incentive. Waarom loste dat zelden de verwachtingen in? Het volstaat even te denken aan de collega die gefrustreerd afhaakt bij een “rappel”. (i.e. het afdalen van een steile rotswand, vastgehaakt aan een touw). Er zitten heel wat risico’s aan teambuilding-formules zoals die jarenlang de markt overspoeld hebben. Ik geloof veel meer in het opwekken en ondersteunen van de dagelijkse dynamiek van teamspirit, dan in de shocktherapie of de bezigheidstherapie die teambuilding in 90% van de gevallen is. Wat betekent dat in de praktijk: het opwekken en ondersteunen van het dagelijks optimaal functioneren van een team? Patrick Lencioni, de auteur van “Overcoming The Five Dysfunctions of a Team” wordt wereldwijd erkend als de expert bij uitstek in dit domein. Hij schrijft niet alleen bestsellers maar is ook een begenadigde spreker. Hij scoort met de praktische toepasbaarheid van zijn eenvoudige modellen. Hij analyseert 5 functiestoornissen in teamwork: gebrek aan vertrouwen, angst voor confrontatie, gebrek aan betrokkenheid, afschuiven van verantwoordelijkheid en niet-resultaatgericht werken. Een team is zo sterk als zijn zwakste schakel. Dit is geen cliché maar een eenvoudig gegeven. In de sport en op de werkvloer. Daarom vertrekt Still Movin vanuit de persoonlijke ‘spirit’ van ieder teamlid. Vraag één in onze workshop: kent u de definitie van ‘spirit’? Deelnemers roepen dan enthousiast: motivatie, drive, goesting, de paus... En wat als je geen goesting hebt? Hoe krijg je dan ‘goesting’ of ‘spirit’? Bepalend daarbij zijn onder meer jouw DNA, jouw fysische conditie, persoonlijke voorkeuren, situatie privé en professioneel. Diverse persoonlijke factoren dus én omgevingsfactoren. Hoe meer steun je vindt in jouw omgeving, privé of professioneel, hoe groter de kans op goesting. Teamspirit is hierbij een sterk stimulerende factor.
Het is de juiste sfeer, letterlijk de groepsgeest, die ervoor zorgt dat je het beste van jezelf geeft, wil geven en blijft geven. Wat pas helemaal mogelijk is wanneer je zélf in goede conditie bent. In topconditie, fysisch en mentaal. En zo is de cirkel rond. Stel: ieder teamlid heeft de juiste ‘spirit’ om zich te verzorgen (genoeg slaap, gezond eten…), bij te scholen (of goed te trainen), zich flexibel op te stellen, positief te communiceren. Dan is teamspirit het natuurlijke gevolg. Ik doe beroep op ieders intellectueel vermogen om hierover na te denken en hiervoor haalbare routines in te bouwen. Gezonde routines dagelijks integreren vraagt discipline. Kennis en discipline die komt uit de wereld van relaxatietechnieken, sportwetenschappen, trainingsleer, Pilates, Tai Chi en yoga. Aan de slag in de praktijk dan. We trekken een fysische rode draad door Lencioni’s verhaal en we gebruiken positieve taal. Vertrouwen is een basisvereiste voor een team. Stap 1: Vertrouwen bouwen door het aanboren van onze fysische energiebronnen. Beweging, voeding, verzorging, ontspanning. 2 teamleden vertrouwen mekaar een fysiek doel toe en gaan samen een dynamiek ontwikkelen om dat doel te bereiken. Ze worden buddies: vertrouwenspersonen van elkaar. Een team van 10 werknemers bestaat nu uit 5 duo’s die elkaar aanmoedigen, inspireren op weg naar een betere conditie. Niet akkoord? Stap 2: Een korte confrontatie, een open discussie, en zie daar: de 10 neuzen staan in dezelfde richting. Stap 3: Als ik vertrouwen heb in mijn teamgenoten en discussies zijn uitgeklaard, dan ga ik ervoor. Ik engageer mij. Motivatie ontstaat vanzelf. Gevolgd door stap 4: verantwoordelijkheid. De teamleider geeft ieder zijn verantwoordelijkheid, ieder teamlid kent zijn taak en zijn plek en is aan te spreken op stap 5: het resultaat. Die bruisende cocktail van vertrouwen tot verantwoorde-
lijkheid geeft energie en ‘goesting’ om er alle dagen 100 % voor te gaan. De sfeer, de fun en de functionaliteit: alles gaat de hoogte in. Die fysische energiebronnen helpen mij en mijn teamgenoten mentaal - een kwestie van ‘mentaliteit’ - scherp te staan en sterk te presteren. Crisis? Wat we nu meer dan ooit nodig hebben: het positieve verhaal van de opwaartse spiraal: it smells like teamspirit. Wim Rombaut was van 1984 tot 1986 nationaal coach dameswaterpolo en haalde met het Belgische damesteam een 7e plaats op het wereldkampioenschap in Madrid in 1986.
Gezonde routines dagelijks integreren vraagt discipline.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
25
Management & Human Resources Marc Vael – executive director – Protiviti
Enterprise Risk Management
Do we really manage and measure our risks? Today risk profiles are constantly changing regardless of the actions executives take. Experience will not consistently give management the appropriate information they need to make informed decisions. This does mean that even after implementing Enterprise Risk Management (ERM), things can still go wrong. The purpose of ERM is to implement the processes and tools to assist in systematically evaluating the risk landscape to provide current risk assessments to executives so they can make more educated decisions.
Embedded risk management adds value to your organisation today.
ERM does focus on more than compliance areas, it also looks at processes and controls around strategic and operational areas of the organisation. ERM helps to protect enterprise value. In the current climate, boards of directors have a heightened sense of need regarding governance and control infrastructure: assess and manage risks across the organization. This has put pressure on executive management. Some signals for ERM needs are: – No clearly articulated enterprise-wide strategy for taking and bearing risk. – Key decisions made without a systematic evaluation of risk and reward trade-offs. – Risk management not integrated with strategic and business planning. – Risks not systematically identified, sourced, measured and managed on an aggregated basis. – Units of the organization manage similar risks differently. – Increasing demands for more information relating to risks and internal controls from the board and investors.
26
Enterprise Risk Model The figure above depicts more than 70 risk themes organisations may face. Organisations typically have done a good job developing tools to manage their most significant risks, but often lack systematic capabilities across the entire organization. Today we see organisations starting to apply risk management in many areas. Building the capability can install greater confidence in the board, CEO and executive management that risks and opportunities are being systematically identified, rigorously analyzed and exploited on an enterprise-wide basis in a continuously changing environment. The ERM process is not one that can be implemented across an organization in a few months. The journey takes time. Organisations typically begin by establishing a common language for communicating risk factors within an organisation and an overall oversight and governance program. Identifying and assessing risks are important, but this is often the point where organisations stop the effort and begin making decisions. Organisations need to implement processes and controls to communicate, measure and monitor risks on an ongoing basis. This increases the potential for making good
risk-based decisions in the best interest of shareholders.
Effective risk management To be effective, ERM processes must be embedded in an organisation’s ongoing operations building on existing infrastructure to facilitate sustainability, increase transparency and strengthen and improve the governance process. In a pharmaceutical company, we helped the organisation shift from a cost-based approach to a value-based approach for managing risk. The organisation even reorganized their people to facilitate more effective communications of risk and activities. Risk management does not mean the total elimination of risk. Managers who understand the risks they are taking, can seek opportunity with more confidence. Boards and investors get more comfortable with an organization when they see that risk taking is aligned with the organisation’s core competencies and risk appetite. We believe that that the market will differentiate organizations by the quality and extent, real or perceived, of their risk-management capabilities. www.knowledgeleader.com www.protiviti.be
Enterprise Risk Model containing 3 main risk categories and 11 risk classes.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Samen voor minder CO2 en meer toekomst. Duurzame ontwikkeling is vandaag heel belangrijk. Niet alleen voor het milieu, maar ook voor de rentabiliteit en zelfs voor het bedrijfsimago. Daarom werkt Electrabel nauw samen met grote ondernemingen en openbare instellingen. Om hen te helpen met concrete en duurzame oplossingen die hun energieverbruik optimaliseren en hun CO2 -uitstoot verminderen. • Bespaar energie. Electrabel stelt u oplossingen voor, van energie-audits tot sensibiliseringscampagnes en helpt u ook projecten rond duurzame ontwikkeling op te starten. • Consumeer groen en wees er trots op. Met AlpEnergie kiest u voor 100% groene hydro-elektriciteit. Bovendien biedt Electrabel u de tools om uw engagement te communiceren. • Produceer uw eigen hernieuwbare energie. Wij maken u graag wegwijs in de financiële en technische aspecten van de productie van zonne-energie, windturbines, biomassa en warmtekrachtkoppeling. Bespreek uw projecten met uw Account Manager. Samen gaan we voor duurzaamheid.
www.electrabel.be
Het is jouw energie.
Sales & Marketing Karel De Decker
Monthly Headlines
Sales & Marketing Coca-Cola heeft grootste marktwaarde Het Amerikaanse marketingbureau Interbrand becijferde de waarde van CocaCola op ruim 6,6 miljard USD. Na CocaCola volgen IBM (59,03 miljard), Microsoft (59 miljard), General Electric (53 miljard) en Nokia (35,9 miljard). Vorig jaar stond Microsoft op twee en IBM op drie. De rest van de top-10 wordt volgemaakt door Toyota, Intel en Disney. Op de tiende plaats staat de internetgigant Google en dat is meteen het bedrijf dat de grootste sprong voorwaarts heeft gemaakt. Google wist, volgens Interbrand, zijn merkwaarde met 43% op te krikken tot bijna 25,6 miljard en stijgt daarmee van de twintigste naar de tiende plaats. Ook Apple, Zara, Nintendo en Amazon gingen stevig vooruit. De eerste nieuwkomer in de top-100 is het Zweedse kledingmerk H&M (13,8 miljard dollar) op plaats nummer 22. Ook Blackberry, Ferrari, Visa en FedEx waren vorig jaar nergens te bespeuren. Naast financiële zorgen heeft de kredietcrisis blijkbaar ook een verzwakking van de merkwaarde van heel wat banken meegebracht. Zowat alle banken in het
lijstje van Interbrand gaan achteruit. En het zal nog wel een tijdje duren vooraleer de grote bankmerken opnieuw in de top van de ranking zullen voorkomen.
Alpha Card lanceert de ‘American Express Corporate Meeting Card’ Onderzoek heeft aangetoond dat de budgetten uitgegeven aan vergaderingen en evenementen stijgen. Het was dus nodig een verbeterd beheer van deze uitgaven te verzekeren. De ‘American Express Corporate Meeting Card’ kan helpen. Met deze kaart kunnen bedrijven alle uitgaven voor vergaderingen en evenementen in België en in het buitenland betalen. De kaart geeft bedrijven een beter inzicht in het totale volume dat ze spenderen aan meetings en evenementen. Bovendien vereenvoudigen bedrijven zo hun administratie, genieten ze kortingen en extra verzekeringen en krijgen ze bijkomende ondersteuning bij de organisatie van hun evenementen. De kaart werd reeds eerder gelanceerd in Frankrijk, Nederland, Italië, Spanje en Duitsland.
Alpha Card lanceert de ‘American Express Corporate Meeting Card’ met als doelstelling de bedrijven te helpen hun meetingkosten beter te kunnen beheersen.
28
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
De kaart kan dus een belangrijke tool zijn voor grote ondernemingen die permanent aan het zoeken zijn naar middelen om de kosten te verminderen terwijl ze vaak geen exact inzicht hebben op het totale bedrag van hun kosten op dat gebied. Uiteindelijk is er met deze kaart ook tijdwinst, eenvoudigere processen, aangepaste facturering, kostenbeheersing en kortingen. www.americanexpress.be
To google or not to google Het World Advertising Research Center voorspelt dat televisie in 2011 nog steeds het grootste deel van de advertentiebestedingen naar zich toe zal trekken (37%) maar dat onlinebestedingen de grootste groei zullen kennen, driemaal sneller dan enig ander medium. In 2011 zou het internet daarmee goed zijn voor 14% van de wereldwijde media-investeringen. In de VS wordt het duidelijk dat de traditionele media in snel tempo evolueren naar echte mediamerken die via verschillende platformen en kanalen tot bij de consumenten komen. Google is er op enkele jaren in geslaagd om uit te groeien van zomaar een zoekrobot op het internet tot de poort die consumenten toegang verschaft tot de content en sociale netwerken. En tegelijk tot de daarmee samenhangende reclamegelden. Hoe meer mensen online gaan, hoe meer de kassa van Google rinkelt. Google maakt er dan ook geen geheim van dat het een groter deel van de reclamekoek wil. Google is niet tevreden met het huidig marktaandeel, want 90% van de wereldwijde reclame-inkomsten rollen vandaag nog niet over het internet. Google mag dan wel een succesverhaal zijn, de meeste internetbedrijven – ook van de zogeheten ‘Web 2.0’-generatie -slagen er tot vandaag onvoldoende in om hun populariteit onder consumenten ook om te zetten in een rendabele inkomstenstroom. ‘To google, or not to google, that’s the question’.
Sales & Marketing Karel De Decker
Hype of essentie?
Emotionele Intelligentie
Waar ligt een CEO ‘s nachts wakker van? Waarom lukt de integratie van change management, lean thinking ed. bij de ene organisatie wel en blijft er bij een andere alleen maar chaos over? Waarom gaan medewerkers bij het ene bedrijf lopen en wordt een ander bedrijf verkozen tot ‘beste werkgever van het jaar’?
Greet Pipijn, oprichter van ‘Emtioneel Intelligentie Instituut’.
Nu de term ‘Emotionele Intelligentie’ algemeen aanvaard is en de nood aan emotionele intelligentie bij iedereen bekend, verstaan slechts weinigen de kunst te werken met E.I., laat staan een ganse organisatie te begeleiden in dergelijke transitie, volgens mevrouw Greet Pipijn, executive coach/trainer. Ze heeft een kwart eeuw bedrijfservaring en richtte in 2001 haar eigen bedrijf op ‘Emotionele Intelligentie Instituut’ met accent op executive coaching, E.I. -training, presentatie- en communicatievaardigheden enz. ‘Gezien werken aan E.I.-vaardigheden heel wat meer vereist dan kennisoverdracht via klassieke opleidingen, slagen tot op heden weinig bedrijven het momentum van transformatie te bereiken, terwijl anderzijds de nood steeds dwingender wordt: ‘war of talents’, ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’... om maar enkele uitdagingen te noemen’ aldus Greet Pipijn. Het Emotionele Intelligentie Instituut is er de voorbije jaren in geslaagd deze processen te faciliteren bij grote organisaties zoals Dupont de Nemours, Alcatel, Case New Holland e.a.
E.I. veel meer dan ‘emo’-management E.I. dekt vele ladingen; naast ‘emo-management’ komen aspecten als ‘sociale
intelligentie’ of interpersoonlijke relaties om de hoek kijken. Qua vakkennis gaat het van positieve psychologie tot biologie, van hartonderzoek tot boedhistische eeuwenoude empirische vaststellingen. Nadat er lange en uitgebreide aandacht werd besteed aan het ‘meten’ van E.I. rijst nu steeds vaker de vraag ‘hoe’ men E.I. moet ontwikkelen. Bij de methodes voor het ontwikkelen van E.I. zag men een verschuiving van meten van E.I. (wegens niet curatief) naar individuele coaching. De eerste pioniers komen nu ook met nieuwe methodes om individuele coaching (wegens niet rendabel) open te trekken naar grotere groepen.
Grote behoefte aan ‘mens’gerichter ondernemen Greet Pipijn ervaart dat de noodzaak aan E.I. al sterk voelbaar is in bedrijven. Er is een groeiende behoefte aan mensgerichter ondernemen, wat relevant is met het oog op: – het retentiebeleid van bedrijven (werknemerstevredenheid wordt cruciaal, aspect van zingeving wordt zeer belangrijk) en de schaarste op de arbeidsmarkt (focus op potentieel i.p.v. huidige kennis, focus op talenten i.p.v. gaps, resilience en learning agility zowel persoonlijk als voor bedrijven) – leiderschap en corporate governance: in lijn met de blijvende trend van ethisch ondernemen hebben bedrijven een nieuw soort leiders nodig. Ethisch ondernemen gaat om geloofwaardigheid, integriteit en authenticiteit. De focus in het leiderschap zou moeten shiften naar ‘sustainable behavorial change’ i.p.v. kennis. In een
bedrijfscontext wordt vandaag dan ook gesproken over ‘behavorial management’ als synoniem voor E.I. wat veel breder gaat dan ‘emo’-management – resultaten: bottom-line results zijn rechtstreeks afhankelijk van benadering van ‘menselijk kapitaal’ (evolutie van machines, IT, kennis naar mens centraal in de zakenwereld).
Oude gewoontes afleren: moeilijk Volgens Greet Pipijn wordt tot vandaag tevergeefs geprobeerd deze gedragsveranderingen, de verbetering van relaties, leiderschap via opleidingen te realiseren. Vandaag de dag blijft men zweren bij kennisoverdracht. Weten alleen is echter niet genoeg. Waarom is dat alles zo moeilijk? Het is niet zozeer het aanleren van de nieuwe vaardigheden, maar vooral oude gewoontes afleren. Er is dan ook een speciale aanpak nodig: – gebruiksklare praktische tools – continue kleine stappen vooruit – snel succes om te blijven motiveren – in de tijd gespreid – ‘commitment’ om zelf verantwoordelijkheid te nemen over gedrag en het te veranderen. Dat kan alleen ‘onder druk’ van de groep. De huidige uitdagingen van onze bedrijven dwingen nu ook de CEO om te zoeken naar oplossingen om deze ‘menselijke’ kant van de bedrijfsvoering te optimaliseren. Vandaar ook dat de investering in dit soort begeleiding meer en meer uit het ‘change management’-budget komt dan uit het opleidingsbudget, aldus Greet Pipijn.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
29
Sales & Marketing Geert Vanhees
Deel 13: Merkenstrategie
20 recepten voor merk- en marketingmislukkingen Er zijn een aantal erg efficiënte recepten om met grote zekerheid te falen in uw marketing- en merkbeleid. De recepten waarmee ik in mijn consultingpraktijk het meest wordt geconfronteerd, zijn hier samengebracht. In dit artikel leest u wat u vooral moet doen om met zekerheid te mislukken in uw merk- en marketingstrategie. Hoe meer recepten u zal herkennen als de uwe, hoe zekerder u mag zijn dat uw benadering zal uitlopen op een sisser.
Voor de start, eerst het besluit Het bewust najagen van mislukkingen in merk- en marketingbenadering is een geestige bezigheid. Een glimlach is niet ver weg. En perfecte mensen bestaan niet, net zomin als een perfect marketingbeleid. Dus doe de oefening, maar panikeer niet als u een of meerdere recepten herkent. Het bewust maken van de recepten die de marketingactiviteit verzwakken, is wel efficiënt. Zeker omdat niet-marketeers vaak de marketingbeslissingen nemen, is het delen van een aantal veel voorkomende fouten zinvol om tot competitieve bedrijven te komen. Ik hoop dat u veel recepten zult ontdekken die falen veroorzaken. Dat betekent dat u nog sterk kan groeien op basis van marketing, als een ‘driver of growth’.
Recept 1: Richt uw marketing op uw bedrijf, niet op uw klanten Vergeet dat het marketingvak als doel heeft om een ‘connectie’ te realiseren met uw klantendoelgroepen en begin zo snel mogelijk met het maken van communicatietools. Zo kan u bijvoorbeeld grote verdienste halen uit een fantastische PowerPoint-presentatie. Dat niemand die gebruikt, is van geen tel. Ook het analyseren van websitestatistieken is tijdverlies. En het aantal contactkansen die uw communicatietools realiseren, mag u zeker niet maandelijks opvolgen!
30
Recept 2: Zeg dat u beter bent dan de marktleider Als laatkomer in uw markt kan u best niet zeggen dat u anders bent dan de marktleider. Zeg vooral dat u beter bent. Een effectievere strategie om nooit beter te worden, bestaat niet. Daarom is het slaafs volgen van aanpak en communicatieboodschappen van de marktleider het beste recept tot mislukking. Trouwens, nadenken over wat u anders en superieur maakt, is echt geen eenvoudige opdracht, regelmatig hebt u daar een merkstrateeg voor nodig. Je kan externe inmenging best vermijden.
Recept 3: Gebruik afkortingen voor uw merknaam Zorg dat men uw naam niet gemakkelijk onthoudt door te werken met afkortingen. Maak zeker geen positionerende merknamen. Afkortingen dragen uit zichzelf geen betekenissen en zijn dus niet makkelijk te onthouden. Alleen zeer veel herhaling kan dat toch realiseren. Maak het liefst verschillende merken binnen uw merkportfolio op basis van afkortingen. Als je die afkortingen dan nog met elkaar gaat combineren, creëer je met grootste onderscheiding een merk dat niemand zal onthouden.
Recept 4: Gebruik uw bedrijfs naam ook voor uw product
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Een merk is een cluster van associaties. De associaties van een product zijn van een andere aard dan die van een bedrijf. Als je zowel het bedrijf als het merk dezelfde naam geeft, dan zal je er zeker in slagen om verwarring te creëren en verwarring zal er zeker voor zorgen dat uw naam fout of slecht wordt onthouden. Reden: het brein haat verwarring en onduidelijkheid!
Recept 5: Koppel uw marketingactiviteiten los van uw groeiplan U hebt ongetwijfeld veel productfolders en catalogi nodig om uw verkoop te ondersteunen. Samen met uw nieuwe flash website en de herhaaldelijke visie-en-missie-oefeningen bent u hiermee te intensief bezig om u nog te kunnen afvragen welke communicatietools voor welke groei in omzet en marge moeten dienen. Link uw marketingacitiviteiten zeker niet aan omzet- of margeverhogers. Een productanalyse is een zeer lastige zaak. De catalogus is ondertussen de mooiste die u ooit hebt uitgebracht en daar kunt u trots op zijn.
Recept 6: Maak van uw merk een blauwdruk van al uw juridische bedrijven Voorkom eenvoud in uw merkstructuur door alle juridische bedrijven in uw groep, zowel lokaal als internationaal, een merknaam te geven. Zo komt u al gauw aan voldoende merknamen die niemand zal onthouden omdat u er te veel heeft. Uw organisatiestructuur is de beste basis om te voorkomen dat klanten zich kunnen identificeren met uw merk. Vergeet dat merken met connectie te maken hebben.
Recept 7: Verbrand uw merk door uw grootste dromen voor waar te nemen Niets is minder menselijk dan uw eigen gedrevenheid en ambitie voor waar te nemen. Gebruik dus zeker geen scenarioplanning in diverse bedrijfsfuncties om de haalbaarheid te analyseren. Nog
sterker is het om uw meest wilde dromen als waarheid aan journalisten te verkondigen. Binnen een jaar evalueren ze zeker uw dromen en dan lukt het u zeker uw reputatie en betrouwbaarheid kwijt te spelen. Natuurlijk is dit nog efficiënter als uw bedrijf beursgenoteerd is. Dan krijgt u sneller vervelende pers.
Recept 8: Toon dat u niet weet wat u wilt Een betrouwbaar merk heeft veel met consistentie te maken. Probeer dus die consistentie zoveel mogelijk te vermijden. Zo kan het sluiten van een afdeling, om er een paar maanden later op terug te komen, zeker helpen om uw geloofwaardigheid en consistentie te beschadigen. Zo is een ontslag dat tegelijk een aanwerving is via de achterdeur, ook een beproefde manier om ervoor te zorgen dat u als niet-consistent wordt ervaren. Hoe meer dat u hierover communiceert, hoe minder geloofwaardig u zult zijn.
Recept 9: Doe zoals tijdens uw legerdienst: val niet op Het meest kwalijke voor succes is het communiceren van het verschil dat u
Gestalttherapie voor marketing Uit de psychotherapie, met name de Gestalttherapie, kunnen we een interessante benadering ontlenen voor marketing- en merkstrategie. De Gestalttherapie is een therapeutische stroming die zich vooral richt op het hier en nu en zich eerder bezig houdt met het ‘hoe’ dan met het ‘wat’ of ‘waarom’. Hoe worden we ongelukkig, hoe worden we neerslachtig, ...? Aan neerslachtige patiënten vragen om gedrag te plegen dat met grote zekerheid een gevoel van depressie of eenzaamheid zal veroorzaken, maakt die patiënten dikwijls bewust van hun ziekmakende gedragingen in het hier en nu. Wat voor een beperkte groep patiënten binnen de Gestalttherapie een gewaagde maar effectieve therapie kan zijn, is binnen de context van merk- en marketingstrategie eerder ongewoon en hilarisch maar zonder enige twijfel even effectief om de oorzaken van falen te ontdekken.
maakt met uw concurrenten. Probeer dus zeker geen andere activiteiten aan te bieden dan uw concurrenten en vermijd dat u zich onderscheidt op prijs, innovativiteit, performantie of gesegmenteerde aanpassingen. Begin zeker niet het businessmodel aan te passen op een manier dat u hogere klantenwaarde realiseert voor een lagere prijs. Dat is veel te risicovol! Zorg dat uw merkassociaties ook door uw concurrenten kunnen worden geclaimd. U moet zonder twijfel enig verschil met uw concurrenten vermijden.
Recept 10: Creëer evenveel echelons in uw marketingteam als marketingprofessionals Succes heeft veel te maken met de efficiëntie van uw organisatie. Zorg er dus voor dat u meer bezig bent met briefen van wat iemand anders moet doen dan met de uitvoering zelf. Het grote voordeel is dat in elke briefing communicatieboodschappen verloren gaan en dus mogelijk misvattingen ontstaan. Geef zeker niemand de eindverantwoordelijkheid of een eigen afgebakend takenpakket. Dat maakt een medewerker te gedreven.
doende tijd is om een merkstructuur en een merkboodschap te laten beklijven.
Recept 13: Voorkom creativiteit en originaliteit Het nadeel van opvallende en creatieve communicatie is dat het verschil met uw concurrenten duidelijk wordt. Het is ook vervelend om een klant tegen te komen die uw campagne maar niets vindt. Speel op zekerheid, dat is belangrijker dan op merkwaarde. Het is trouwens aan te raden om wat te staan lachen met de stopping power van de creatieve merkcommunicatie van uw concurrenten. Uw brave aanpak zal gelukkig geen doorvertelwaarde hebben – anders wordt uw merk te snel onthouden.
Recept 11: Mix alle business disciplines Wie de laagste prijs, het grootste gamma exclusieve producten en de best gesegmenteerde oplossingen wil combineren, is prijs-, product- en partnerleider op hetzelfde moment. Een olympische prestatie die u zeker verliescijfers zal opleveren. Vergeet dat je identificatie moet realiseren met een bepaald segment van de markt en ga achter alles aan. U zult zich nooit voor succes moeten verantwoorden en hoeft nooit kleur te bekennen.
De Gestalttherapie is eerder ongewoon binnen de context van merk- en marketingstrategie, maar zonder enige twijfel effectief om de oorzaken van falen te ontdekken.
Recept 12: Verander uw po sitionering als de top van uw bedrijf, uw marketeers of uw communicatiebureau verandert De kracht van een merkpositionering is zijn continuïteit. Daar kunt u gemakkelijk aan ontsnappen want elke nieuwe marketeer wil zich bewijzen en komt met een nieuwe positionering. Ook de geregelde wissels aan de top van het bedrijf veroorzaken een nieuwe positionering. En als dit niet lukt, ga dan bij elke personeelswissel voor een nieuw communicatiebureau. Zonder twijfel allemaal geschikte momenten om te vermijden dat er vol-
Heeft u de juiste ‘marketingrecepten’ in huis? Doe de test. Hoe meer recepten u zal herkennen als de uwe, hoe zekerder u mag zijn dat uw benadering zal uitlopen op een sisser.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
>> 31
>>
Recept 14: Maak van uw corporate identiteit uw merkcampagne Uw identiteit wijzigt niet elke dag, dus uw grafische identiteit ook niet. Maar de manier waarop u aandacht krijgt van uw klanten moet wel regelmatig verrassend zijn en dus veranderen. Vermijd dit zo veel mogelijk. Net zoals u nieuwe campagnes beter vermijdt. Beter nog, maak van uw corporate identiteit uw campagne. Het wordt na een tijd zo voorspelbaar dat u stopping power – en de short list – zeker zal voorkomen.
Recept 15: Word een meester in wind, niet in branding Focus u vooral op alles wat over uw bedrijf en uw merk kan worden gezegd en zorg dat u daar zo gedetailleerd mogelijk in bent. Focus zeker niet op die eigenschappen die uw klanten belangrijk vinden en waarin u superieur bent tegenover uw concurrenten. Neem het visitekaartje van uw marketing managers af als zij bij elk product en elke service naar de belangrijke en superieure eigenschappen zoeken. Want dat zijn de enige schuldigen van een sterke positionering en dat kan u best niet doen. Vermijd dus zeker die positionerende eigenschappen als kernwoorden aan uw website toe te voegen. Dan zit u helemaal mis.
Recept 16: Zorg voor een exclu sieve bewaking van uw merk Zorg ervoor dat de merkbetekenissen en positionering goed bewaard blijven bij
een betrouwbare kleine kern in uw bedrijf. De kans bestaat toch altijd dat de receptioniste, de administratie, de HR of finance afdeling de interne branding fout begrijpen of denken marketing beter te kunnen dan de marketingafdeling. Begin zeker niet de country managers en de salesploeg op de hoogte te brengen van de merkboodschappen. U kunt mensen ook te veel informatie geven! Hoe beter de merkassociaties zijn bewaard, hoe minder ze voor foute beeldvorming worden gebruikt.
Recept 17: Zorg voor promotie acties, niet voor merkvoorkeur Begin al maar met incentive- en promotieprogramma’s voordat uw merk als relevant wordt ervaren bij uw doelpubliek. Eén keer dat prospecten merken dat de geschenken die ze kunnen winnen interessant zijn, zullen ze niet meer wakker liggen van de voordelen van uw product of service, noch van de prijs/kwaliteitsverhouding.
Recept 18: Focus op de pros pect, hij alleen is uw toekomst Focus vooral op het realiseren van merkbekendheid en het aantrekken van nieuwe klanten en laat zeker personen links liggen die u al goed kent omdat het uw klanten zijn. Ga er van uit dat ze klant zullen blijven, ook als je in een garantiegeval ‘afwezig’ pleit en klanten kostenposten worden. Geef de klanten van uw concurrenten méér voordelen bij hun overstap dan uw loyale klanten ooit gekregen heb-
ben. Het heeft toch weinig zin om uw bestaande klanten loyaal te maken omdat uw concurrenten hetzelfde doen; beloon shoppers en wees niet bezig met uw bestaand klantenbestand. Geef zeker geen geld uit aan een leuke uitstap naar het voetbal of een theaterstuk met een goede klant. Gewoon onredelijk.
Recept 19: Neem uzelf als maatstaf van de juiste marktbenadering Neem niet uw doelpubliek maar uzelf als maatstaf bij de keuze van uw communicatiemix, uw grafische identiteit en uw marketingbenadering. Er lopen trouwens te veel mensen rond met een slechte smaak. Probeer ook geen rekening te houden met de studies over de efficiëntie van verschillende communicatiemiddelen. Dat zou kunnen betekenen dat tools, zoals elektronische direct mail, waarmee u zelf niet bent opgegroeid in uw communicatiemix verzeild geraken, ook al blijken ze erg efficiënt bij uw doelgroep. U bent zelf zonder twijfel het beste referentiepunt om communicate te kiezen. Vermijd zeker testgroepen bij uw doelpubliek want dat vertraagt alleen maar het proces. En gebruik zoveel mogelijk hard copy tools want daarvan is de efficiëntie moeilijker meetbaar. Anders kom je er te snel achter dat je moet bijsturen.
Recept 20: Maak niemand in uw bedrijf incontournable Veel van de foute recepten worden in uw bedrijf wel opgemerkt. Zo heeft elk bedrijf wel zijn ‘intelligente anarchist’, zijn ‘erudiete amokmaker’ die met veel business intellligence merkt waar de foute recepten worden gebruikt. Zorg ervoor dat hij, net zoals alle anderen, het gevoel krijgt dat het communiceren over foute recepten tot ontslag leidt. Of beter nog, zeg tegen uw medewerker dat hij alle foute recepten mag blijven oprakelen. Als hij dat ook doet, ontsla je hem.
Geert Vanhees Managing Director van het merkstrategisch consultingbureau MINIMUM en gastdocent Vlerick Leuven Gent Management School ([email protected]) Geert Vanhees: “Het ‘hoe’ van ons mislukken is niet alleen een verhelderende benadering van de Gestalttherapie. Ook in merk- en marketingstrategie levert deze benadering veel verhelderende inzichten op.”
32
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Sales & Marketing Wim Vander Haegen
Gifts en gadgets blijven het goed doen
Van USB-stick tot unieke cadeaubon Elektronica in de lift
is geworden. Voor relatiegeschenken van minder dan 50 euro (exclusief BTW) is de BTW 100% recupereerbaar. Het geschenk zelf kan voor 50% als beroepskost in de boekhouding worden opgenomen. Gaat het om louter publiciteitsartikelen, dan is het geschenk 100% aftrekbaar (BTW en beroepskosten), weliswaar op voorwaarde dat het bedrijfslogo onuitwisbaar is aangebracht.
Elektronische producten, in het bijzonder USB-sticks, digitale fotokaders en MP3spelers, doen het prima. De geschenken zijn niet alleen een stuk goedkoper geworden, ze bieden ook een interessante meerwaarde. USB-sticks worden door klanten en eigen werknemers vaak gebruikt om bestanden op te slaan. Op het vlak van incentives of spaarprogramma’s kiezen ook meer en meer bedrijven voor elektronische producten. Klanten kunnen sparen voor een iPod, Wii, PSP, MP4-speler LCD-scherm of andere hifi toebehoren. Rekenmachines zijn dan weer oubollig. Bij vrouwelijke klanten en werknemers zijn wellnesspaketten en andere verzorgingsproducten welkom. Fitness voor computerfreaks? Geen probleem voor Mares dat de gyroscoop verdeelt, een betaalbaar technologisch hoogstandje dat destijds voor astronauten werd ontworpen en ideaal is voor hand- en polsgymnastiek.
Hoogwaardig textiel
Cadeaubonnen en -cheques
Een en ander heeft tot gevolg dat bedrijven gifts en gadgets van een betere kwaliteit aanbieden. De tijd van de goedkopere gadgets lijkt, althans in de bedrijfswereld, definitief voorbij. Op zoek naar trends valt op dat veel leveranciers hoogwaardig textiel aanbieden. Fleece pulls en jassen, bodywarmers, regenjasjes, een mooi hemd,… komen in de plaats van de vroeger populaire T-shirts en polo’s. Het logo en/of de bedrijfsnaam zijn niet langer schreeuwerig aanwezig, maar proberen subtiel de aandacht te trekken. Ook interessant voor bedrijven zijn de veiligheidsjasjes die naast de gevarendriehoek, het blusapparaat en de verbanddoos verplicht in elke wagen aanwezig moeten zijn. En in België rijden bijna 6 miljoen wagens rond,… Lanyards met logo – in Nederland houwtouw genoemd – zijn sinds enkele jaren volop aanwezig op festivals, evenementen en beurzen. Wie dit een iets te opzichtig gadget vindt, kan opteren voor een discretere badge holder.
Ten slotte zijn er ook de cadeaubonnen. Naast de klassieke aankoopcheque zijn er bijvoorbeeld ook de SwingGift cheques. “Klanten of werknemers kunnen op die manier zelf bepalen wat ze willen kopen”, vertelt Gunther Everaert van SwingGroup. “SwingGift is een uniek concept met de grootste en meest gevarieerde verzameling cadeaubonnen op het net. De meer dan 200 cadeaubonnen gaan van klassiekers tot zeer originele geschenkideeën zoals welnessprogramma’s, make-overs, workshops, literatuurshops, reischeques,… De SwingGift cheque bevat een unieke code ter waarde van een door de opdrachtgever bepaald bedrag. Daarmee kunnen alle deelnemers naar hartelust shoppen op de speciale SwingGift-site en zelf hun favoriete bonnen uitkiezen. In tegenstelling tot andere gadgets heeft de ontvanger hier 100% value for money. Wie dat wenst, kan het geschonken bedrag zelfs makkelijk verhogen.”
De sector van gifts en gadgets is een bijzonder dynamische bedrijfstak. Producenten en leveranciers introduceren voortdurend nieuwe initiatieven, steeds vaker met een meerwaarde voor de ontvanger. Cadeaubonnen, bedrukt textiel en elektronica doen het goed. De recente financiële crisis speelt de sector nog geen parten, hoewel enige terughoudendheid niet kan ontkend worden.
Onder druk van de sputterende economische motor en het financiële debacle bij de banken zou het niet meer dan logisch zijn dat ook de sector van de relatiegeschenken de toekomst ietwat minder rooskleurig tegemoet ziet. Een rondvraag bij enkele gespecialiseerde bedrijven leert ons dat het voorlopig allemaal best meevalt. Eindejaar is nog steeds een topperiode en kortlopende acties doen het zelfs beter dan ooit tevoren. De verwachtingen op middellange en lange termijn zijn iets gematigder. Wie vandaag een langer lopende (spaar)actie opstart, houdt rekening met ‘return on investment’ en moet eventuele budgettaire beperkingen inpassen. Bestaande acties die verlengd moeten worden, zijn dan weer het voorwerp van kritisch onderzoek. Een voordeel is dat de fiscale aftrekbaarheid onder impuls van BAPP (Belgian Association of Promotional Products) een stuk aantrekkelijker
Cadeaubonnen zitten vandaag sterk in de lift (doc. SwingGift)
34
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
preferred partners
LUCKILY THEY CAN ALSO CHOOSE
A LESS ADVENTUROUS END-OF-YEAR GIFT*
* Going shopping, out to dinner, book a trip, you name it. In more than 27 million hotel, catering and business establishments worldwide. SwingCard is the first prepaid B2B-giftcard in the Benelux. Usable throughout the whole MasterCard-network it offers your clients, dealers and employees the ultimate freedom. Your guarantee for maximum motivation and loyalty. On top of that, SwingCard supports your company image and it is – in the framework of a bonus plan for your employees – fiscal friendly too. Read more on www.swingcard.eu or call us on +32 9 218 81 20.
SWINGCARD. ADVANTAGES FOR THEM. ADVANTAGES FOR YOU.
ULTIMATE FREEDOM
Sales & Marketing Jan Lagast Adviseur Industriële Marketing – www.forte.eu
De vier basiskrachten achter elke bedrijfsbeslissing
Waarom bedrijven ‘ja’ of ‘nee’ zeggen
Als een bedrijf een bestelling plaatst, is dat het resultaat van een intermenselijk proces dat uiteindelijk op ‘ja’ eindigt. Elk van de personen die dat proces beïnvloedt, neemt op een gegeven moment stelling in. Die stellingname wordt bepaald door vier basiskrachten.
Voor alle duidelijkheid: bedrijven mogen dan al een rechtspersoon zijn, geen enkel bedrijf neemt zelf een beslissing. Het zijn de mensen die daar werken die de bedrijfsbeslissingen nemen. En die mensen hebben vaak erg menselijke trekjes. Ze beslissen op basis van ratio, maar ook op basis van emoties. Ze beïnvloeden elkaar, helpen elkaar of vechten tegen elkaar. Uiteindelijk zorgen zij dat een offerte soms op een ‘ja’ eindigt en dan weer op een ‘nee’. Als je op een bepaald moment in het hoofd van een van die mensen zou kunnen kijken, dan zou je daar vier krachten aan het werk zien: de vier basiskrachten die elke bedrijfsbeslissing sturen. Die vier basiskrachten zijn: bedrijfsvoordeel,
bedrijfsrisico, persoonlijk voordeel en persoonlijk risico. Deze krachten vormen de kern van het denkmodel Four Forces dat we bij Forte de laatste jaren hebben ontworpen. Het mag al eens een model van eigen bodem zijn, dat we in CxO Magazine aan bod laten komen, niet?
Bedrijfsvoordeel en -risico Twee van de basiskrachten zijn bedrijfseigen. De meest voor de hand liggende is het bedrijfsvoordeel. Business marketers spreken al jaren over niets anders. Salesmedewerkers worden getraind om in win-win-termen te denken en te handelen. Agentschappen worden gevraagd om mooie client benefits naar voor te schuiven in campagnes. Aan klantzijde wordt inderdaad gezocht naar benefits, maar er wordt ook getracht om het risico in kaart te brengen dat het bedrijf loopt met het aanbod van haar leveranciers. Als die risicobepaling al geen formele opdracht is, dan is dat de natuurlijke reflex van de voorzichtige medewerker die geen blauwtje wil lopen bij de baas en de collega’s.
Persoonlijk risico en persoonlijk voordeel
Als de medewerkers van uw potentiële klant uw offerte afwegen, laten ze zich leiden door vier basiskrachten. (Foto Forte)
36
Dat potentiële blauwtje is meteen ook een van de thema’s van de derde basiskracht: het persoonlijk risico. “I’ll never get fired for buying XXX” is een uitspraak die dat risico pijnlijk bloot legt. Nog liever een groot en duur merk binnenhalen, dan het risico te lopen dat het fout afloopt. En als het toch fout afloopt, dan fungeert
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
het grote merk wel voor vangnet. Hoezo bedrijfsvoordeel? Wel, als er één ding is waarvan alle HR-directeurs overtuigd zijn, dan is het dit wel: bedrijfsmedewerkers werken in de eerste plaats voor zichzelf en hun gezin. Zij krijgen van hun organisatie geld om goed te doen voor die organisatie en worden door die organisatie jaarlijks geëvalueerd (en al dan niet gepromoveerd). Wie een knap project realiseert en daardoor opgemerkt wordt door de directie, die haalt een stevige pluim binnen in de vorm van een career jump. Niet toevallig is het persoonlijk voordeel de vierde basiskracht achter elke bedrijfsbeslissing.
Gekke beslissing? Tegenstrijdige krachten! Fijn, leuk model. Maar wat ben ik ermee? Klanten en hun beslissingen beter begrijpen! Elke beslissing waarvan je vond dat de klant daar niet meteen beter van werd, moet je eens analyseren op de vier basiskrachten. Open het hoofd van de belangrijke beslissers en beïnvloeders bij de klant. Ga na wie er met de persoonlijke benefits van uw aanbod gaat lopen en wie er de risico’s neemt. Dat zal je meer vertellen over de kansen van een bestelling dan de zuivere bedrijfsvoordelen. Door vooraf een analyse te maken van de vier basiskrachten die in elk van de belangrijke hoofden aan het werk zijn, vermijd je teleurstellingen over deals die aanvankelijk evidente successen leken. Als medewerkers elkaar beïnvloeden of stelling nemen bij een bedrijfsbeslissing, dan wegen ze vier basiskrachten tegen elkaar af: bedrijfsvoordeel, bedrijfsrisico, persoonlijk voordeel en persoonlijk risico. Wie als marketeer of verkoper vooraf een analyse maakt van deze vier basiskrachten in de hoofden van de belangrijke spelers bij de klant, die doorziet snel of een offerte kans maakt (of van te voren een verloren zaak is). Meer over Forte’s eigen denkmodel van de Four Forces leest u in deze editie van CxO Magazine.
ICT & Networks Bruno Koninckx
Multimedia
Handige of leuke high tech spullen
Smartphones met een klaviertje Het hangt er natuurlijk voor een groot deel van af wat je met een smartphone vooral wil doen, maar voor mensen die zo’n toestel vaak willen gebruiken om berichten op te schrijven of korte nota’s op te stellen, is een toetsenbordje toch onontbeerlijk. De HTC Touch Pro en de Nokia E71 zijn twee recente toestellen die goed aangeven wat er zoal mogelijk is. De Touch Pro is de meer zakelijke versie van de designtoestellen van HTC. De Pro heeft een uitschuifbaar toetsenbordje, dat voor z’n geringe omvang toch nog best bruikbaar is. Andere voordelen voor professionele gebruikers zijn onder meer het ruimere geheugen en een goede batterij. Verder is het technisch een heel compleet toestel: het heeft een ingebouwde gps, biedt de snelste HSDPA 3G verbinding, heeft twee camera’s waaronder één 3,2 megapixel, en heeft uiteraard ook WiFi en Bluetooth. De Nokia E71 heeft ook een toetsenbordje, maar dit model is meer op de typische BlackBerry toestellen geïnspireerd. Het is echter enorm dun – slechts 10 mm. De E71 is vooral voor mobiel e-mailen bedoeld. De toetsen zijn heel klein, maar voor korte berichten is het toetsenbord toch nog geschikt. Ondersteuning voor alle e-mail protocollen en diverse mailoplossingen zit ingebouwd. Voor wie een heel draagbaar maar volledig uitgerust toestel wil, is de E71 een interessante keuze. www.htc.com www.nokia.be
Spreken tegen je computer
Het regent netbooks
Spraaktechnologie is al in verschillende domeinen, zoals callcenters of de medische wereld, vrij goed ingeburgerd. Bij de doorsnee gebruiker zie je echter maar zelden een pakket voor spraakherkenning. Toch blijft Nuance met zijn Dragon NaturallySpeaking moedig aan de weg timmeren. De nieuwste versie, nummer 10, belooft tot 99% nauwkeurigheid en driemaal sneller dan typen te kunnen werken. Als je het programma installeert, vraagt het toch om eerst minstens één tekst voor te lezen, en analyseert het ook je documenten en uitgaande e-mails om te zien welke woorden je vaak gebruikt. Het is zeker aan te raden om dit te doen. Bij een test merkten we meteen dat het programma bepaalde woorden die niet in de standaardwoordenlijst die in de software zit, wel herkende als ze ook in documenten of e-mails geregeld gebruikt worden, en in het andere geval niet. Dat brengt ons bij de belofte van 99% nauwkeurigheid. Als je het programma een langere tijd gebruikt, af en toe oefent en duidelijk dicteert, kan je dat misschien halen, maar je haalt het zeker niet de hele tijd. Als je hier rekening mee houdt, dan blijkt NaturallySpeaking een uiterst handig hulpmiddel. Niet alleen als typhulp, maar ook om de computer of programma’s te besturen. Met de Preferred Mobile versie kan je onderweg teksten inspreken in de bijgeleverde dictafoon, en deze dan door het programma laten herwerken. Dit lukt trouwens ook met digitale dictaten van andere apparaten. Prijzen: van 99 tot 299 EUR voor de Preferred Mobile versie www.nuance.com
In navolging van onder meer Asus en Acer, brengen dit najaar bijna alle grote merken goedkope netbooks uit: HP, Dell, en nu ook Toshiba. Bij deze laatste kreeg de netbook de originele naam NB100 mee. De specificaties lopen gelijk met die van een aantal concurrenten: een Intel Atom-processor, 8,9 WSVGA LCD-scherm met ledverlichting en Windows XP. Interessant is dat dit toestel naast ethernet en Wifi ook Bluetooth 2.1 ondersteunt. Zo kan je met een gsm met UTMS contact leggen en deze als modem gebruiken voor mobiel internet. Met drie USB poorten kan je er ook wel genoeg randapparatuur op aansluiten. Met een prijs van rond de 399 euro zit Toshiba wel al aan de topprijzen in dit segment. In het buitenland heeft Toshiba wel verschillende versies van de NB100, met onder meer Linux of Windows, en met harde schijven tot 120GB. www.toshiba.be
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
37
ICT & Networks Jean-Luc Manise
Monthly Headlines
ICT & Networks Le CIO sous le contrôle du CFO C’est le Gartner qui l’affirme: tandis qu’aujourd’hui un responsable informatique sur quatre dépend directement du directeur financier, cette proportion passera, d’ici quatre ans, à plus de la moitié. En raison de la crise économique et financière, le rapprochement entre ces deux fonctions va être de plus en plus étroit. Or le ticket CIO-direction générale qu’on connaît la plupart du temps aujourd’hui permet au responsable informatique d’avoir un impact plus direct et plus important sur la gestion de l’entreprise. Ce “transfert” risque de confiner à nouveau le CIO au seul département informatique et de la placer dans une seule et dure logique de contrôle des coûts.
PC: plus 15% Le marché mondial du PC a connu pour le troisième trimestre 2008 une croissance de 15%, soit 80,56 millions d’ordinateurs vendus, avec dans le trio de tête HP (18,4%), Dell (13,6%) et Acer (12,5%). En Europe, Acer parvient à souffler à HP la première place, notamment grâce aux succès de ses portables low cost. La part de marché du constructeur Taïwanais est de 20,6%, pour 18,7% chez HP.
13.480 gigaflops à l’Université de Gand Il coûte un million d’euros et sera opérationnel à l’Université de Gand. Ce super-ordinateur IBM sera installé par le néerlandais Cluster Vision et desservira plusieurs départements de recherche dans des domaines comme la thermodynamique, la biologie moléculaire ou encore l’imagerie médicale. Il sera également intégré dans le Vlaams Supercomputing Centrum où se combinent différentes puissances de calcul propres aux universités flamandes, pour offrir un bouquet de services communs à la communauté des chercheurs
38
en exercice en Flandre. Côté technique, le supercomputer qui occupe la 240ème place mondial en terme de puissance, comprendra à terme 1568 cœurs (14 châssis de 14 serveurs de 8 cœurs) et une puissance maximale de 13.480 gigaflops (benchmark Linpac).
€ 59,4 millions pour l’IT de la Commission Le service informatique de la Commission a signé un contrat de € 59,4 millions sur 4 ans à 4 consortiums. Le lot 1 (support technique PC et serveurs et gestion système) a été attribué à Sogeti Belgium, Intrasoft et Serco Belgium (pour € 8,8 millions). On retrouve encore Sogeti dans le lot 2 (intégration systèmes), en partenariat avec Siemens IT Solutions & Services et Atos Origin Integration (€ 5,7 millions). Dokumenta décroche le 3ème lot (support et ingénierie applications office et outils collaboratifs) pour un montant de € 8,3 millions. Le quatrième lot est le plus appétissant: d’un montant de € 36,6 millions, ils portent sur le développement et le support de solutions et services ICT. Il a été attribué au trio Intrasoft, Atos Origin Integration et European Dynamics.
Une stratégie de sécurité à l’échelle belge Un groupe de spécialistes IT belges de la
sécurité, le BISI (Belgian Information Security initiative), a publié en septembre un livre blanc sur la sécurité IT à l’échelle belge. Il met sur la table 6 propositions concrètes. La création d’un Forum de Sensibilisation à la Sécurité de l’information permettant l’échange d’information sur les initiatives, les normes relatives à la Sécurité de l’Information ainsi que les expériences de mises en oeuvre et de certification, incluant le management de la sécurité de l’information, le management des risques, les techniques de sécurisation des informations et des TIC. Deuxièmement, la standardisation en matière de sécurité de l’information et la création de “schémas certificateurs” nécessaire à la qualification des produits et processus entrant en jeu dans la sécurité de l’information. Le BISI réclame une coordination de l’éducation, de la formation et de la recherche afin de renforcer les expertises déjà présentes en Belgique et favoriser la collaboration en la matière. Elle souligne l’importance de la protection des infrastructures critiques et la création d’un ou plusieurs CERT nécessaires aux actions d’urgences en cas d’incidents et d’accidents de sécurité de l’information. Le BISI souhaite en cinquième point la consolidation et la révision des lois existantes ainsi que la création d’un cadre légal nécessaire aux nouvelles technologies d’identifications arrivant sur le marché. Enfin, elle plaide pour la création d’une Agence Belge de Sécurité de l’information nécessaire à l’organisation.
Top 5 Vendors: Europe, Middle East, and Africa (EMEA) PC Shipments Vendor
3Q07
3Q08
% Share 3Q07
% Share 3Q08
3Q08/ 3Q07 Growth
Acer * Hewlett-Packard Dell Asus Toshiba
3,113 4,291 2,351 805 1,137
5,920 5,203 2,659 2,060 1,628
14.2% 19.6% 10.7% 3.7% 5.2%
21.3% 18.7% 9.5% 7.4% 5.8%
90.2% 21.3% 13.1% 156.0% 43.2%
Source: IDC EMEA Quarterly PC Tracker, Preliminary Results, 3Q08, October 16, 2008 En Europe, Acer rafle la première place à HP notamment grâce à ses machines low cost.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
ICT & Networks Jean-Luc Manise
CIO World
Patrick Vanderbauwede: privilégier l’outsourcing La stratégie de l’INASTI, organisation complexe aux multiples services est claire et précise: confier le développement d’applications le plus souvent sur mesure à des partenaires extérieurs, pour se concentrer sur le support.
Patrick Vanderbauwede: “Nous sommes un enabler, un service qui rend les choses possibles”.
Patrick Vanderbauwede a été engagé par l’institut en tant que IT Manager. Depuis onze ans, il est responsable de l’informatique de l’INASTI: “Nous travaillons beaucoup avec des partenaires extérieurs, d’où une équipe interne relativement modeste, qui compte une petite vingtaine de personnes. L’INASTI est une organisation relativement complexe, qui doit répondre à de nombreux besoins de fonctionnalités qu’on retrouve dans d’autres entités: nous avons entre autre un secteur pension, un secteur d’obligation, une caisse auxiliaire d’assurances sociales, un service d’inspection et un service société”.
Rendre les choses possibles Comment Patrick Vanderbauwede définitil la mission de son département IT?
“Nous somme un “enabler”. Un service qui rend les choses possibles. Notre rôle est de faire faire les choses, de faire en sorte que les opportunités business soient possibles, au moindre coût”. Et les dossiers ne manquent pas. De l’intégration de la plate-forme collaborative MS Office SharePoint Server, qui permet aux juristes de collecter l’information pertinente pour le service jurisprudence et de la coupler à la base de données juridique de Wolters-Kluwer au projet e-Dossier de gestion électronique des dossiers des indépendants. “Nous avons choisi SharePoint pour la gestion des données non structurées, au départ d’une demande de notre Service Juridique et Etudes générales”.
e-Dossier Mais le plus gros projet porte sur le dossier indépendant unique: “L’information se répartit dans de nombreuses sources. C’est pourquoi nous travaillons au concept de dossier unique. Nous avons fait le choix de SharePoint pour la gestion des données non structurées, et de Filenet celles des données structurées, essentiellement à cause de la puissance de son
moteur de Workflow. Il s’agit ici d’une application entièrement sur mesure, portée principalement par Cegeka, auquel CSC participe au niveau des applications de pensions et sociétés qu’ils développent pour nous. A terme l’INASTI va remplacer les dossiers papier des travailleurs indépendants et des sociétés par une version électronique. Un “proof of concept” a déjà été effectué en 2003 pour déterminer les possibilités d’intégration dans l’environnement mainframe. Il a porté sur les missions de l’inspection du service Obligations. Aujourd’hui, nous nous apprêtons à faire entrer la solution en production”.
Vision consistante Le principal défi de Patrick Vanderbauwede? “Nous sommes une organisation complexe, qui compte de nombreux services et beaucoup de missions différentes, et qui fait appel à de nombreux partenaires externes. Dans ce contexte, il faut veiller à trouver la meilleure solution pour tout le monde, tenir compte des partenaires et développer une vision cohérente et consistante de notre système d’information”.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
39
ICT & Networks Jean-Luc Manise
article de thème
Marché belge de la comptabilité
Comptabilité: Consolidation et intégration
Le marché de la comptabilité poursuit sa tendance à la consolidation. En parallèle, sur le plan applicatif, les éditeurs multiplient les initiatives en matière d’intégration et de passerelles.
Si le rachat de Coda début de cette année a permis au hollandais Unit 4 Agresso de rentrer dans le top 10 des éditeurs de logiciels européens, avec un chiffre d’affaires de l’ordre de € 400 millions et une présence dans plus de 19 pays, celui du belge C-Logic en août dernier permet à la société de renforcer sa présence en Belgique sur le segment des PME. C-Logic, bien connu pour son progiciel Venice, emploie 13 personnes sur son site central de Brugge Sint Michiels et table sur un résultat de € 2 millions. Edwin Van Leeuwen, CFO de Unit 4 Agresso: Aux Pays-Bas, nous détenons une très bonne position sur le marché des petites et moyennes entreprises. “En reprenant C-Logic, nous voulons renforcer notre position existante dans ce segment du marché belge”, déclare Edwin van Leeuwen, CFO de Unit 4 Agresso, dans un communiqué de presse. “En outre, C-Logic est bien introduite auprès des comptables en Belgique. Avec les produits provenant de notre activité ‘accountancy’ aux PaysBas, nous pourrons à présent aussi nous lancer sur le marché belge”.
Objectifs PME C’est également durant l’été dernier que Kluwer a acquis Vero, une société elle aussi spécialisée dans les logiciels comptables et solutions administratives pour PME. Henri Van Engelen, CEO de Kluwer: “Cette acquisition s’inscrit dans la stratégie poursuivie par Kluwer: devenir le principal fournisseur de logiciels pour les professionnels de la fiscalité et de la comptabilité. Elle nous permet d’étendre sensiblement notre empreinte sur ce segment. Ces 20 dernières années,
40
renciée, un potentiel de plus de 12.000 entreprises en francophonie.
Vero s’est bâti une réputation particulièrement solide parmi les comptables et les petites et moyennes entreprises en Flandre. Nos activités sont complémentaires et je suis persuadé que l’addition de la clientèle et de la gamme de produits de Vero représentera une valeur ajoutée à l’offre de Kluwer, et ce, notamment grâce à des produits complémentaires, tels qu’un puissant générateur de rapports, l’intégration des produits dans Microsoft Office et Vero-online”. La gamme de solutions Vero vient enrichir le portefeuille logiciel de Kluwer, où elle rejoint les suites logicielles Expert/M, Briljant, Accon et Fiscalc.
C’est également en 2007 qu’Exact Software devait annoncer le rachat de Solid Data, devenant du coup le plus grand fournisseur de logiciels comptables pour PME sur le marché belge. Julien Anno, General Manager d’Exact Software Belgique devait déclarer à l’époque: “Pour Exact, ce rachat constitue une valeur ajoutée en raison d’une part des liens étroits qu’entretient Solid Data avec les comptables belges et d’autre part de son expérience dans la vente de logiciels comptables en ligne. Par ailleurs, nos solutions Exact Online, Exact Globe 2003 et Exact e-Synergy complètent parfaitement la gamme de produits Solid Data, ce qui nous offre d’excellentes opportunités de vente”. Fournisseur de logiciels de gestion comptable (dont le célèbre ProAc et ses 12.500 licences) et administrative, Solid Data employait alors 40 personnes pour un chiffre d’affaires de l’ordre de € 3,5 millions.
Reprises d’été
e-Accounting
Et pour clôturer le shopping estival des éditeurs de gestion, on signalera encore la reprise par Avanade du gantois Quadreon, fournisseur de solution ERP basée sur Microsoft Dynamics en juin dernier. Cela permet à Avanade de voir le nombre de ses consultants en Belgique doubler. La société, fondée en 2000 en tant que co-entreprise d’Accenture et de Microsoft, enregistre un chiffre d’affaires supérieur à € 6 millions. Pour mémoire, Prodware avait annoncé l’année passée l’acquisition du belge Winit, autre spécialiste de l’ERP MS. Avec un chiffre d’affaires de plus de € 2 millions et une équipe d’une quinzaine de consultants, Winit renforçait ainsi la position de Prodware sur le mid market francophone. L’opération contribuait également à conforter la stratégie de verticalisation de l’offre grâce notamment à des briques logicielles qui ciblent les entreprises industrielles dont la production est diffé-
Sur le plan fonctionnel, les éditeurs continuent à développer des passerelles à deux niveaux: il s’agit d’une part de développer l’intégration avec d’autres briques logicielles de gestion (supply chain, facturation, gestion commerciale, gestion de production, suite bureautique et surtout le sacro-saint Excel,…) et d’autre part avec les opérateurs de gestion et de communication de documents financiers électroniques sécurisés, lisez Isabel ou encore Certipost. Cette dernière société, qui fête son cinquième anniversaire, est devenu l’un des poids lourd de l’échange de documents électroniques. Certipost est passée de 1.187 clients professionnels en 2006 à 42.000 aujourd’hui. D’ici 2010, Certipost veut franchir le cap des 100.000 clients professionnels actifs. “Nous simplifions et rentabilisons l’échange et la protection de documents électroniques pour toutes les entreprises” déclare Stijn Vander Plaetse, CEO. “Notre marché ré-
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
pond à la loi des grands nombres: il devient intéressant dès l’instant où 10% des organisations échangent des factures électroniques. Nous ne sommes plus tellement loin de ce point et nous sommes donc à l’aube d’une accélération. Plus le nombre d’organisations recourant à notre système est important, plus les économies sont grandes pour nos clients. Comparez cela à l’histoire du fax au siècle dernier. Certipost établit des partenariats supplémentaires et plus étendus avec des sociétés de services informatiques et des fournisseurs de logiciels comptables (Dont Microsoft Dynamics, Popsy, SAP ou Multivers). La facturation électronique sert de tremplin vers l’échange d’un plus grand nombre de documents comme les bons de commande, les fiches salariales, les notes d’envoi et les contrats”.
Finvoice Isabel travaille lui aussi à jeter des ponts entre la facture électronique et la profession comptable et plus précisément les experts comptables. En septembre
dernier et en collaboration avec l’Institut des Experts Comptables et des Conseils fiscaux, la société a ainsi annoncé le lancement de Finvoice (FINancial inVOICE). Ce nouveau standard développé par le groupe de travail “e-Invoice Bridging” définit un cadre fonctionnel pour la facturation électronique et satisfait aux exigences du opint de vue légal, comptable et technique. Commentaire d’André Bert, président de l’IEC: “sous la direction d’Olivier de Bonhome, expert-comptable à l’IEC. Cette initiative tend à faciliter l’accès à la facturation électronique pour les PME; de plus, elle cadre dans le projet européen de simplification administrative et de diminution des charges des entreprises. Le standard en question permettra de mettre en oeuvre l’uniformisation nécessaire de la facture électronique. Ainsi, les experts-comptables pourront, plus encore que par le passé, se concentrer sur leur fonction de contrôle dans les entreprises. En outre, la collaboration des expertscomptables devrait accélérer considérablement la percée de la facture électronique en Belgique”.
Stijn Vander Plaetse, CEO Certipost: “Nous établissons des partenariats étendus avec les fournisseurs de logiciels comptables”.
Facture électronique depuis la compta Finvoice est supporté par, outre les membres fondateurs Isabel et l’IEC, les principaux éditeurs de logiciels comptables et les banques. Des contacts ont déjà été pris avec Certipost, l’IPCF et l’IRE. Commentaire de Christian Luyten, Corporate Communications Officer d’Isabel: “L’UE s’attend à ce que le SEPA (Single Euro Payments Area), grâce à l’intégration de la facture dans les flux financiers, contribuera à réaliser en 6 ans une économie de € 238 milliards. Le nouveau standard Finvoice (FINancial inVOICE) doit permettre à Isabel, la plate-forme belge la plus importante pour les opérations financières en ligne, de réunir la facture et le paiement dans la pratique des opérations bancaires par l’internet via Zoomit. Les 110.000 entreprises qui utilisent Isabel peuvent de ce fait présenter, à partir de leur logiciel comptable et de facturation, leurs factures à des millions d’utilisateurs particuliers et professionnels de l’internet banking.
Christian Luyten, Corporate Communications Officer d’Isabel: “Les 110.000 entreprises utilisatrices d’Isabel peuvent émettre directement des factures à partir de leur logiciel comptable”.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
41
Newsletter CIOnet Hendrik Deckers
CIOnet Opinion: Jos Van Pee
Our Government needs to develop an overall ICT Vision The shortage of IT talent is one of their most crucial issues a CIO faces today and will continue to face in the coming years. Research shows that a lack of skilled people is one of the primary factors driving outsourcing. The root cause of this shortage is a fundamental lack of interest of young people to study IT or the plan for a career in IT. We asked Jos Van Pee, Associate Director of CIOnet and former Vice-President of Global Business Services at Procter and Gamble the following question: Could the government do more to make ICT jobs more attractive? Several professional and academic organizations, and also the government have good initiatives to alleviate the shortage of talent in the ICT sector in Belgium. It’s clear that everyone could do more, but this article focuses on the question whether the government could do more to ease the short term problem and at the same time lay the foundation for the knowledge economy. Our current economy is dominated by manufacturing and distribution. These industries are very traffic-intensive, not only to transport the goods but also for employees to travel to their workplace. And every day our roads are coming closer to an infarct. Needless to say that these industries will remain very important for the future. But is there enough done to stimulate in parallel the ICT-based knowledge industry? It’s a booming sector worldwide and probably the least traffic intensive of all industries as there aren’t massive transports required and it’s the sector with probably the greatest potential for work-from-home. Eight years ago, people feared that ICT would move to low-cost countries, and
yes a lot has moved, but at the same time, the shortage of ICT talent at home has never been so high. This is just evidence that this is a major growth sector and one could wonder how much more added value could be created for the country by a pro-active knowledge-industry strategy. Such a strategy has to cover all facets – education, telecommunications, knowledge parks, focus for attracting foreign investments, incentives for ICT entrepreneurs, etc.- As with every strategy, it needs to be inspirational, aspirational and believable. It also needs to be integrated, which represents a challenge as different ministries, the federal and regional governments would have to be involved. Critically important is the public declaration of the strategy and the continuous positive communication about it. Professional and Academic organizations will of course have to contribute to such a strategy, through their insights on strengths, weaknesses and opportunities. One may wonder how this could alleviate the short term shortage of talent that companies are faced with. Well, we shouldn’t underestimate the short term impact of the declaration and positive communication of the strategy; Students and job
Jos Van Pee seekers may suddenly see ICT as very aspirational, something that’s certainly not sufficiently the case today. The communication should reach ICT graduates, but also other majors, who with appropriate training could become quickly active in the ICT business; ICT jobs are very diverse, there is a spectrum ranging from deep ICT skills required to more soft skills required, like business process understanding, relationship management,… So to answer the question: Yes, the government could do more to make ICT jobs more attractive in the short term, and longer term for the knowledge-industry to be a core value creator for the country.
CIOnet (www.cionet.com) is the first independent and invitation-only online business network that empowers CIO’s & ICT Managers to network more efficiently and effectively for business. CIOnet is all about Building Relationships, Sharing Knowledge & Growing a Peer Network in the CIO community. CIOnet is supported by business partners such as HP, Microsoft, BT, Capgemini, Quint, PWC, Unisys, Rittal, Xplore, BDNA, Techteam, APC, Xerox, IBM, Orange, VMware and DataVantage. Interested to join? Contact [email protected].
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
43
Logistics & Manufacturing Karel De Decker
Monthly Headlines
Logistics & Manufacturing Distrilog opende distributie centrum in Willebroek In oktober nam het logistiek bedrijf Distrilog haar nieuwe distributiecentrum langs de A12 Antwerpen-Brussel in gebruik. Distrilog startte in 1991 als een bescheiden transportbedrijf annex opslagplaats. 17 jaar later werken er 450 mensen. 400 stuks rollend materieel leggen samen 12 miljoen km per jaar af. Tot vandaag werden 2.500.000 paletten verwerkt. Met de opening van Distrilog-Willebroek overschrijdt Distrilog de kaap van de 200.000 m² opslag- en distributie. Voor verdere groei denkt Distrilog-Willebroek aan een efficiënter gebruik van alle schakels van het logistieke proces. Het nieuwe distributiecentrum DistrilogWillebroek vervult hierbij een sleutelrol.
Met deze zogenaamde ‘vendor hub’ als draaischijf worden de meest uiteenlopende vervoersstromen, afkomstig van verschillende leveranciers, bij elkaar gebracht in Willebroek en samen verder vervoerd naar een gezamenlijke klant. De voordelen van deze aanpak liggen voor de hand. Leveranciers moeten niet langer afzonderlijk hun transport organiseren. Eindklanten zien hun transportkosten en het aantal aan- en afrijdende vrachtwagens aan de verkooppunten drastisch dalen. Dit komt bovendien de druk op weg en milieu ten goede. Het gebouw Distrilog-Willebroek is een realisatie van Warehouses De Pauw (WDP), dat hiermee zijn miljoenste vierkante meter opslagruimte mocht noteren. Distrilog zal er een 100-tal mensen tewerkstellen. www.distrilog.be
Japanners investeren fors in haven van Zeebrugge
In oktober nam het logistiek bedrijf Distrilog haar nieuwe distributiecentrum langs de A12 Antwerpen-Brussel in gebruik.
44
Het gaat goed met de haven van Zeebrugge en vooral de Japanse bedrijven investeren er fors. Bandenproducent Bridgestone vergroot zijn distributiecentrum voor West-Europa en Scandinavië. Over een jaar moet een bijkomend magazijn van 18.000 m² klaar zijn, goed voor 40 extra jobs. Daarnaast zijn er plannen voor nog een opslagplaats van 20.000 m². Zeebrugge is nu al de belangrijkste haven in Europa voor Bridgestone. Ook de carterterminal ICO, een dochter van de Japanse rederij NYK, heeft een bijkomende concessie gekregen. ICO, dat in de Zeebrugse haven al 1,3 miljoen (vooral Japanse) wagens per jaar verdeelt; wil in de toekomst 400.000 wagens op zijn terrein kunnen plaatsen. Daarvoor wordt het terrein vergroot met 30 ha. Japan blijft voor de Vlaamse overheid een cruciale handelspartner. Daarom is het land uitgekozen als eerste bestemming voor de promotie van de Flanders Port
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Area, het nieuwe verbond van de havens van Antwerpen, Zeebrugge, Gent en Oostende.
Cushman & Wakefield brengt praktische gids over duurzaam heid in logistieke sector Cushman & Wakefield lanceerde recent een praktische gids die op objectieve wijze informatie en advies verschaft in de complexe wereld van green warehousing. De uitgave focust zich uitsluitend op logistieke gebouwen. Het is een actuele en overzichtelijke stand van zaken met een verwijzing naar andere bronnen waar meer informatie kan gevonden worden over nieuwe ontwikkelingen. In deze gids laat Cusham & Wakefield bedrijven als Nike, Reynaers Aluminium en Polypane aan het woord. Ook de ontwikkelaars WDP en ProLogis verdiepen zich in de problematiek. Specialist op het vlak van windenergie Aspiravi wijst op de gratis energie die de wind ons kan leveren. IRS wijst op de voordelen van dakmembranen met geïntegreerde pv-cellen en Dexia geeft meer inzicht in hoe de administratieve rompslomp tot een minimum te beperken en een overzicht te krijgen van de kosten, baten en de terugverdienperiode van een duurzame investering. Architectenbureau Signum+ legt dan weer het belang uit van een integrale aanpak bij de bouw van een ‘green warehouse’. De problematiek rond green warehousing had nood aan een praktische, kritische benadering vanuit een helikopterview. Deze gids doet dat omdat hij vragen beantwoordt als: Welke norm hanteert men vandaag? Wat is rendabel? Wat is écht duurzaam en wat wordt als milieuvriendelijk ‘verkocht’? Hoe sterk zal de energieprijs stijgen? Hoe kunnen we duurzaamheid toepassen in ons specifiek geval? Die antwoorden zitten in deze gids. www.cushmanwakefield.com
ÉPE N DANTS D IN S E L , S E L A R É LIB VOLVO. Z E LE S PROFE SS ION S H C S É T Â G T N VRAIM E ET LE S PM E SONT
MOTION PACK: Système de navigation RTI + Système mains-libres pour GSM Bluetooth + Peinture métallisée.
VOLVO V70 AVEC MOTION PACK*
Volvo. for life
Parce que nous aimons choyer les professions libérales, les indépendants et les PME, Volvo vous offre maintenant le Motion Pack sur la Volvo V70. Pour un prix très avantageux, vous jouissez ainsi d’encore plus de confort tout en goûtant à la sécurité et la polyvalence de votre Volvo V70. Et pour vous en rendre compte, pourquoi ne pas venir tout simplement l’essayer? Votre distributeur Volvo se fera un plaisir de vous confier les clefs d’une de nos voitures. Et il vous renseignera sur nos formules financières très intéressantes, adaptées sur mesure pour votre affaire. *Motion Pack également disponible sur les Volvo S40, V50, S80, XC90.
Consommation moyenne : de 5,9 à 11,3 l/100km. Emission CO2 moyenne : de 157 à 270 g/km. Donnons priorité à la sécurité. Infos environnementales AR 19/03/2004 : www.volvocars.be Offre réservée exclusivement aux clients fleet. Photos à titre illustratif.
WWW.VOLVOCARS.BE
Life is bett er lived t ogether
Logistics & Manufacturing Karel De Decker
Blauwdruk van de huidige toestand
Facility Management quo vadis? thema-artikel Met welke uitdagingen hebben de facility managers van onze Belgische middelgrote- en grote ondernemingen vandaag de dag af te rekenen? Een bevraging bij drie belangrijke betrokken partijen langs de vraagzijde levert interessante informatie op, die een blauwdruk geeft van de huidige toestand. We kijken met hen naar de toekomst en formuleren enkele uitdagingen.
We legden iedereen dezelfde vragen voor. De antwoorden hebben we verwerkt tot een ervaringsrapport. De betrokken partijen: Ann Troch, Facility Manager bij Sara Lee, Jan De Kesel, Directeur General Services bij Alcatel-Lucent en Kurt Heuten, Belux Facilities Manager bij HP. We hebben hen volgende vragen gesteld en noteerden de reacties: 1. Wat betekent FM voor u? 2. Wat valt voor u en uw organisatie onder FM en wat niet? 3. Mocht u de kans krijgen om aan een expert op het gebied van FM een vraag te stellen, welke vraag zou dat dan zijn? 4. Met welke leveranciers werkt u samen op het gebied van FM? Wat zijn de ‘lessons learned’ op dit gebied? 5. Hoe houdt u de exploitatiekosten van uw bedrijfsgebouwen onder controle? 6. Met welke uitdagingen op het gebied van FM heeft u te kampen? 7. Welke belangrijke investering deed uw bedrijf recent (of gepland) op het gebied van FM? 8. Moeten FM, ICT, Finance, Purchasing en HR beter op elkaar afgestemd worden om de kernprocessen optimaal te ondersteunen? 9. Kan een dergelijke integrale aanpak, ook wel ‘Corporate Resource Management’ genoemd, uitgroeien tot een nieuw overkoepelend besturingsconcept?
46
Niet altijd werden alle vragen beantwoord. Dat merk je aan de cijfers vooraan de reacties.
3.
4.
Ann Troch: ‘Van FM wordt veel flexibiliteit vereist’
5.
Ann Troch, Facility Manager bij Sara Lee 1. FM is de verzameling van activiteiten die geleverd moeten worden binnen een organisatie om een optimale werkomgeving te voorzien voor alle medewerkers. FM is een ondersteunende dienst binnen een bedrijf en zou naar mijn opinie op hetzelfde niveau moeten staan als HR, Finance, ICT, Procurement, die op hun beurt ook ondersteunende diensten zijn voor een organisatie. 2. Onder het Facilitair Bedrijf bij Sara Lee valt de uitgebreide waaier van activiteiten die men enigszins onder Facilities kan zetten: maintenance (HVAC), energie, cleaning, catering, security,
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
6.
receptie, fleet, telefonie (vaste & mobiele), postkamer, reprografie, office supplies, interne verhuizen, nieuwe gebouwen, planten & tuinonderhoud, enz. Ik zou graag zijn/haar visie hebben over hoe FM zich in het bedrijf nog beter kan profileren en waarom het (zo)lang duurt of geduurd heeft om FM op de kaart te zetten binnen de organisatie. Waarom vindt men het normaal dat HR, Finance, ICT, enz. strategisch belangrijk zijn en FM nog vaak als ondergeschikt aan een van deze is? De catering, cleaning, technical maintenance, security & receptiediensten hebben we geoutsourced naar bedrijven die dit als corebusiness hebben. Anderzijds doen we nog beroep op andere leveranciers voor expertises die wij niet altijd zelf in huis hebben en die soms ook maar tijdelijk nodig zijn. Eerst en vooral is het belangrijk om een transparante FM-kost voor alle geleverde diensten ter beschikking te hebben (total cost of ownership wordt steeds belangrijker). Om die kosten onder controle te houden is het eigenlijk een permanente oefening waar er natuurlijk softwarepakketten zijn die hierbij kunnen helpen. Enerzijds bv.sturing van technische installaties, van verlichting enz. Maar anderzijds ook de softwarepakketten zoals Archibus, Planon, Nordinet enz. die op basis van de plannen organisatorisch ondersteunen en vandaar ook intelligente rapporteringen bieden die op hun beurt dan weer toelaten om de benchmarking in de markt of business-cases te maken ten behoeve van het onder controle houden van exploitatiekosten. Je moet ook op de hoogte blijven van de leveranciersmarkt die altijd innovaties aanbiedt om de exploitatie van gebouwen te optimaliseren. De permanente uitdaging voor FM is het juiste evenwicht te houden tussen de kosten versus enerzijds de steeds uitgebreidere diensten en anderzijds
het kwaliteitsniveau van al die diensten die moeten geleverd worden. De flexibiliteit die geëist wordt van het facilitair bedrijf vraagt ook meer en meer expertise op bepaalde domeinen. Ook de invoering van verschillende wetgevingen vraagt een continue inspanning. 7. Momenteel zijn wij voor de productie op het vlak van energiebesparingen en/of energierecuperatie studies aan het doen en zijn investeringen gepland om deze uit te voeren. 8. FM, Finance, Purchasing, ICT en HR moeten op hetzelfde niveau als ondersteunende diensten de kernprocessen ondersteunen. Dit is in heel veel bedrijven nog zeker niet op die manier georganiseerd. 9. Ik denk inderdaad dat deze aanpak op lange termijn de meest aangewezen is en ook voor het bedrijf de optimale communicatie garandeert tussen deze afdelingen. Deze overkoepelende aanpak van shared services zal ook de flexibiliteit die meer en meer aan de orde is (economisch, resource management, besparingen, productwisselingen...) optimaal garanderen.
omdat het in het erwachtingspatroon van de gebruiker zit). 3. Wat is volgens u de optimale ratio van eigen FM-medewerkers versus externe FM-medewerklers om een gebouw te beheren? 4. Technisch: Imtech, Faceo, Lambrechts, Dago, ACS,... Management: Ceusters, Faceo. 5. Via management-tool Planon en strikte budgettaire controle plus vergelijking van de kost per werknemer en kost per m² met de andere sites binnen de groep. 6. FM is een deel van de algemene kosten: wegens onvoorspelbare omzet/ winstmarges in de sector blijft flexibiliteit de grootste challenge. Ook innovatie speelt hier een belangrijke rol. 7. Planon via partner (Ceusters). 8. Zeer zeker, voornamelijk ICT-infrastructuur lijkt mij de eerste prioriteit (gezien de verwachtingen van de gebruiker): wel is de toegang naar data van costaccounting, procurement en HR cruciaal om optimaal te werken.
Kurt Heuten: ‘De uitdaging: 100% outsourcing’
Jan De Kesel: ‘flexibiliteit is de grootste challenge’
Kurt Heuten, Belux Facilities Manager bij HP Jan De Kesel, Directeur General Services bij Alcatel-Lucent 1. FM is in de ruime zin het beheren/optimaliseren van een werkomgeving (anytime, anywhere, anyplace) zodanig dat de output van het individu of team optimaal ten dienste kan gesteld worden van de bedrijfsobjectieven. 2. Wel: facilitair beheer, Environment, Health & Safety (preventiedienst, milieu enz.) en real estate. Niet: IT (hoewel op termijn het infrastructureel zou moeten geïntegreerd kunnen worden
1. FM is voor een bedrijf als HP, een strategisch onderdeel dat mee bepaalt hoe het bedrijf zijn winstfactor kan behouden. FM is een kostenfactor die nauwkeurig gecontroleerd wordt, via benchmarking en outsourcing. 2. Onder FM valt binnen HP, alle office services (schoonmaak, catering, vending,maintenance, events on site) alsook real estate. 3. Zoals de foodsuppliersmarkt klein wordt, wordt de FM suppliersmarkt ook zo klein en wat zal de invloed zijn op de huidige concurrerende prijzen? 4. Slechts 1 speler voor services in gans
5.
6. 7. 8.
Europa en een groot gedeelte van Aziê: ISS. Lessons learned: te vroeg na de implementatie van ISS sinds oktober. Interne benchmarking, constante prijsvergelijkingen result-based contracten i.p.v. hourly-rate-contracten. 100% outsourcing. Contract met ISS. Hiervoor is binnen HP een platform om de horizontale communicatie tussen de verschillende supportgroepen af te stemmen.
Het Facility Management in België beter bekendmaken, is het doel van de Facility Awards 2008, georganiseerd door IFMA. De winnaars worden bekendgemaakt op 17 december. Dit is de vierde editie. De vorige winnaars waren Nike, Siemens en Alcatel-Lucent. De toegevoegde waarde van elk project wordt in verband gebracht met de activiteiten van het bedrijf, de overheidsinstelling, de vereniging of het ziekenhuis. De drie winnende projecten krijgen een Oscar van het FM2008. In het kader van de postgraduaatopleidingen FM aan de Kaho St. Lieven en de Haute Ecole de la Province de Liège, worden ook twee studenten beloond voor de kwaliteit en originaliteit van hun eindwerk. De genomineerden: – wasserij van en voor gehandicapten, een Westvlaamse instelling geleid door Dominiek Savio – Business Processing Reengineering (BPR) van de facilitaire diensten bij de Federale Overheidsdienst – FOD Sociale Zekerheid – OCWM Waregem – het nieuwe Telenet-gebouw – Zoersel integreert alle gemeentediensten – Universitaire Ziekenhuizen Leuven en de KU met een masterplan voor het ziekenhuis Gasthuisberg. Tegen 2020 moet dit uitmonden in een ‘health sciences’-campus van Europees formaat.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
47
DATA VERLOREN?
Archiving Solutions
Yo u r i n f o r m a t i o n i s n o w h e r e s a f e r
de volledige back-up beveiliging bel nu naar 078 15 31 61 of surf naar www.merak.eu
Logistics & Manufacturing Karel De Decker
MSC Home Terminal
Een van de grootste single customer terminals in de wereld MSC (Mediterranean Shipping Company) Home Terminal Antwerpen is een van de grootste single customer containerterminals in Europa. Maandelijks worden er ruim 200.000 containers op en van containerschepen gelost en geladen. MSC Home Terminal beschikt eveneens over faciliteiten voor spoorvervoer, binnenscheepvaart en wegtransport. Momenteel neemt MSC Home Terminal meer dan 50% van de containertrafiek in de Antwerpse haven voor zijn rekening. MSC Home Terminal blijft dus sterk groeien.
Dirk Oellibrandt, general manager, MSC Home Terminal.
In juli ll. werd 440 meter extra kade aan de noordkant van het Delwaidedok in gebruik genomen waardoor de capaciteit met 300.000 containers per jaar kan verhoogd worden. Typisch voor MSC Home Terminal is dat meer dan de helft van de containers niet voor import of export bestemd zijn, maar voor doorvoer naar andere havens (transhipment). Over de stand van zaken en de toekomst van MSC Home Terminal hadden we een gesprek met Dirk Oellibrandt, general manager. MSC Home Terminal maakt deel uit van PSA (Port of Signapore Authorities), die in 2004 een 50/50 joint venture oprichtte en op de terreinen van de vroegere Hesse-Noord Natie (HNN) een eigen terminal uitbouwde. Die terminal werd een volledig zelfstandige entiteit binnen MSC en PSA-HNN en werkte haar eigen operationele, financiële, technische en ICT-diensten uit.
Modern en performant Om van MSC Home Terminal een van de meest moderne en performante laad- en losfaciliteiten van de wereld te maken, werd 250 miljoen euro geïnvesteerd aan de 2,9 km lange kaaimuur en het 160
ha groot terrein. De stapelcapaciteit bedraagt 65.000 TEU containers. In totaal zijn 22 kranen en 124 straddle carriers dagelijks in de weer om gedurende 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 te lossen en te laden. De zogeheten ‘dwell time’ (de verblijftijd van de containers) bedraagt minder dan 6 dagen. Vrachtwagens die containers afhalen, zijn op minder dan 40 minuten de weg op. Het zijn prestaties die in de havenwereld (en vooral bij de klanten) tot de verbeelding spreken.
Eigen informaticanetwerk ont wikkeld en online-monitoring Logistiek is in dit bedrijf bijzonder interessant omdat de logistieke planning van de yard (het containerplein) op een heel andere wijze verloopt en veel complexer is dan voor een typische import/export terminal. MSC Home Terminal ontwikkelde een eigen informaticanetwerk waarmee de twee partijen van de joint venture afzonderlijk verbinding kunnen maken. Tegelijk wilde de ICT-afdeling zich meer toeleggen op zakelijke en strategische informatica. MSC/HT zocht dus naar een partner die het dagelijks beheer op zich zou nemen. MSC Home Terminal installeerde een eigen netwerk gescheiden van zowel MSC als PSA-HNN, de twee ondernemingen van de joint venture. Dat netwerk wordt 24/7 permanent bewaakt door IT-dienstenleverancier MSP. (CeGeKa)
De voordelen van dit concept zijn: – zelfstandig netwerk met onafhankelijke afgeschermde verbindingen naar PSA en MSC – services zijn permanent beschikbaar – MSC HT ICT heeft meer tijd voor kernactiviteit – snellere interventies. Door de monitoring uit te besteden, kan de informatica-architectuur en het -beleid mee uitgetekend worden. In een internationale omgeving is het immers belangrijk dat de informatica-afdeling bezig is met de kern van zijn operaties. Met zijn managed services neemt MSP op een gestandaardiseerde manier routinezaken uit de handen van MSC HT. Zo weet men sneller waar er zich een probleem voordoet in de informatica-omgeving en kan men het probleem sneller oplossen.
Groeien, groeien ... De jaarcijfers van het bedrijf zijn indrukwekkend. De TEU-capaciteit is sinds 2004 verdriedubbeld. Ook het aantal arbeidsplaatsen stijgt voortdurend, 1000 werknemers in dienst waarvan 160 dockers per shift. Volgens Dirk Oellibrandt wordt het steeds maar moeilijker om geschikt personeel te vinden. Knelpuntberoepen geraken nu eenmaal moeilijk ingevuld. Hoe dan ook, de vooruitzichten zijn goed en de ingenomen sterke positie op de wereldmarkt zal MSC Home Terminal niet vlug prijsgeven.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
49
for “OUT OF THE OFFICE” activities & performance for directors & top-management:
“engineering” the company - strategy refining organisation development - public communication
for human resources:
enhancing creativity & inventivenes - technical and commercial training - teambuilding - motivation corporate dinners
for efficient marketing & MORE SALES:
product launch - contacting clients & distributors networking - business meeting
“GROENHOVEN meeting the future for you and your company” beauty GROENHOVENestate-brussels a place, inspiring people for “OUT OF OFFICE” activities & performance
“abandon your office” invest in more profit for the future tel: +32 52 38 17 61 [email protected] www.groenhovenestate.com
Legal & Finance Jan Callant
De moeilijke beleidsweg van de financiële topman
CFO: de bedrijfsstrateeg van morgen!?
Dat de rol van de CFO binnen zijn bedrijf tegen sneltempo evolueert, verbaast u waarschijnlijk niet. Opvallend is echter dat de CFO, samen met zijn afdeling, steeds vaker een strategische rol gaat spelen. De tijd dat de CFO de saaie boekhouder was is voorbij. Nieuwe verantwoordelijkheden en uitdagingen kenmerken nu de tijdsbesteding van de financiële leider.
Guy De Vos laat er geen twijfel over bestaan: de rol van de CFO is duidelijk aan het veranderen, maar blijft gebaseerd op de taak van weleer: de scorekeeper.
Weg van een strategische rol Ernst & Young publiceerde eerder dit jaar de studie ‘What’s next for the CFO? – Where ambition meets reality.’ De conclusie daarin was dat de CFO steeds meer en bredere verantwoordelijkheden krijgt toegeschoven. Leuk zo u zeggen, maar niet elke CFO is daar gelukkig mee. In de vierde editie van hun corporate Magazine Impuls, gaat Guy Devos, hoofd van Ernst & Young Business Advisory Services voor België en Nederland, verder in op dit gegeven. Hij stelt dat de CFO nu vaker ook geconfronteerd wordt met de rol van compliance manager. Na de diverse schandalen in Amerikaanse en Europese bedrijven, was er een duidelijke noodzaak aan een strikte opvolging van een aantal verstrengde regels. Guy Devos: ‘De nieuwe functie van compliance manager werd prompt toegevoegd aan het to dolijstje van de CFO. Die was immers altijd al de bewaker van de pragmatische toepassing van regelgeving. Het gevolg is dat de CFO vandaag niet de rol kan spelen die hij voor zichzelf had verwacht. Veel CFO’s zouden graag de strategie van hun bedrijf mee willen bepalen, maar de vele
extra taken inzake in de complexe materie rond nieuwe regelgeving, compliance en corporate governance, doen zijn strategische rol sterk inkrimpen’. De visie staat ons inziens haaks op een steeds vaker voorkomende situatie dat de CFO recent een duidelijkere rol gaat spelen als rechterhand van de CEO. Dat meer dan vroeger de CFO doorgroeit naar de taak van CEO bewijst dat. Tot voor kort was deze doorstroming bijna exclusief weggelegd voor sales-mensen. Maar blijkbaar is de pragmatische en bredere kijk van de financieel verantwoordelijke, een belangrijke competentie in de strijd naar een degelijk dagelijks bestuur binnen de onderneming.
Aanpak en doorzicht In hetzelfde artikel somt Jos Nijns, CFO van Realdolmen, de drie factoren op die de rol van de CFO de laatste jaren heeft doen exploderen. In eerste instantie is er de toenemende rol van de IT en de constante stroom van businessinformatie die daardoor ontstaat. De CFO is degene die deze stroom moet voeden. Ten tweede is er de competitie tussen de bedrijven onderling. De CFO is hierin degene die aan de hand van de verbetering van de processen, het onderscheid gestalte moet geven. Ten derde is er de globalisering en de internationalisering van de bedrijven. De Belgische markt is in vele sectoren te klein en de enige oplossing voor degelijke expansie is zonder twijfel de landsgrenzen overschrijden. De CFO wordt dan op technisch vlak ook zwaar onder druk gezet.
CFO op een kruispunt In zijn studie laat Ernst & Young niet na stevige conclusies te trekken. Dat de CFO meer moet zijn dan een goede ‘scorekeeper’, staat buiten discussie. Zijn ambities om strategische partner te worden binnen het bedrijf worden gedwarsboomd door de uitzonderlijk druk rond compliance en corporate governance. Hun besluit citeert 3 grote prioriteiten: 1. Scorekeeping- en bewakingsprocessen moeten getroomlijnd worden om tijd vrij te krijgen voor een rol met meer toegevoegde waarde. 2. Werk maken van een doorgedreven integratie van financiële en niet-financiële informatie. 3. Zich omringen met talent, zowel intern als extern. Vertaald naar de praktijk, betekent dat dat van de CFO verwacht wordt dat hij het bedrijf als geen ander in al zijn geledingen kent. Hij moet kunnen ingrijpen bij elke situatie, met uitzonderlijke kennis van zaken. Kostenbeperking, winstmaximalisatie of human capital, van de CFO wordt verwacht dat zijn keuze weloverwogen en gedocumenteerd is. Dat hij betrokken wordt in alle mogelijke taken van financiële (zijn uitvalsbasis), over human resources naar zelfs commerciële taken, bewijst dat zijn waardering stijgt. Jammer genoeg gebeurt dat niet op het vlak waar hij dat zelf wil, namelijk dat van de strategie. De CFO wordt meer een sector- en bedrijfsspecialist, die de puzzelstukken perfect weet af te meten en af te wegen, zodat alles mooi in elkaar past. http://www.ey.com/global/content.nsf/ International/Home
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
51
Legal & Finance Jan Callant
Fortis, Dexia en Binnenlandse Zaken: foei!
Corporate Governance dan toch dood?
In onze vorige editie gunden we zowel Fortis als de Corporate Governance nog het voordeel van de twijfel. Het dispuut redactionele deadline versus verschijningsdatum zorgde ervoor dat de tekst al achterhaald was toen u hem te lezen kreeg. Gelukkig zaten we op het goede spoor, maar onze conclusie kon harder en duidelijker zijn. Een update ...
Bankcrisis Niemand kon voorspellen dat de banken zo’n harde klappen gingen krijgen. Verwonderlijk was wel dat vooral grote banken ten prooi vielen aan die crisis. Op vandaag schiet van Fortis nog amper een schim over en ook Dexia heeft veel pluimen verloren. KBC blijft ogenschijnlijk buiten schot maar daar wordt de crisis veel minder open gespeeld. KBC blijft als
Dexia zette onmiddellijk de grote bazen aan de deur en probeerde met gere nomeerde leiders het tij te doen keren.
enige Belgische grootbank achter. Vraag is voor hoelang. Wat er bij Fortis gebeurde, tart echter alle verbeelding. Na het vertrek van Voltron, leverde Fortis een slechte zaak aan de naar hun voorzitter genoemde code. De transparantie was steeds verder zoek; de komst van Verwilst en het aanvankelijk aanblijven van Lippens; het vervangen van Verwilst door een nieuwe interne pion Dierickx en uiteindelijk het vertrek van Lippens zelf, konden de gemoederen niet bedaren. Fortis zou zijn overnamedrift voor ABN-Amro bekopen met zijn leven. Fortis is nu gedoemd om verder te leven in afzonderlijke delen, maar zonder transparantie naar bestuur en toekomst toe. Wie nu ook aan de macht komt daar, de kans dat het vertrouwen snel opveert is klein. Bij Dexia hebben ze op dat vlak een betere koers gevaren. Het snelle vertrek van
52
Miller en Richard was een goed teken, maar de gevolgen bleven dezelfde. Het algemene wantrouwen in de banksector was ongenadigd. Na de nodige ingrepen van een perfecte handelende regering Leterme, kreeg Dexia twee topmannen van formaat. Met Jean-Luc Dehaene en Pierre Mariani worden twee zwaargewichten van buiten het ‘blunderende’ Dexia gehaald. De code Lippens kan nog zegevieren, als zij tenminste de openheid van beleid blijven gebruiken en zij de aandeelhouders en de spaarders/klanten duidelijk laten weten waar het op staat. Hun politieke en internationale uitstraling en ervaring kunnen daarbij alleen een troef zijn.
Liberaal mistasten De Corperate Governance werd echter nog een veel slechtere dienst bewezen door Minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael en door Minister van Financiën Didier Reynders. De liberale excellenties vergrijpen of vergrepen zich aan onterechte benoemingen in en om hun kabinetten. Dat Dewael daar vooral in de fout ging, is overduidelijk. De al dan niet ten onrechte gepromoveerde secretaresses van politiebaas Koekelberg werden door hem geschorst en teruggestuurd naar af. Dat ondertussen een medewerkster van zijn eigen kabinet toch een lucratieve job kreeg ondanks haar falen op het examen (wat door de diensten van Dewael netjes werd bijgepast); stoorde hem echter niet. In tegendeel, hij liet eens te meer anderen opdraaien voor deze louche praktijken. De enige correcte oplossing was het
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
De ervaring en het leiderschap van JeanLuc Dehaene en Pierre Mariani, moeten volstaat om Dexia doorheen de moeilijke periode van de kredietcrisis te helpen.
ontslag van Dewael geweest; maar voor liberalen geldt coporate governance niet. Postjes pakken en plakken is veel belangrijker. Dat Dewael niet eens weet wat op zijn kabinet gebeurd, is blijkbaar bijzaak, zolang de schuld maar op anderen kan geschoven worden. Een andere liberale excellentie voert al dezelfde politiek. Didier Reynders kondigde enige tijd geleden aan dat op FOD Financiën heel wat onbekwaam en overbodig personeel zat. Reynders, die het departement al veel langer leidt, zou ingrijpen. Hij heeft dit ook gedaan en tal van ambtenaren moesten de baan ruimen. Dat ze echter vervangen werden, lag al niet binnen de plannen. Maar dat ze vervangen werden door mensen met een vooral liberale interesse, tart alle verbeelding. Onderzoek moet nog uitwijzen of dit helemaal strookt met de werkelijkheid, maar nu al staat vast dat de corporate governance ook hier geen dienst mee bewezen werd. Deze is nu op sterven na dood. Hopelijk wordt de nieuwe code voorzien van meer dan alleen een nieuwe naam en een wettelijk karakter. Tot dan heeft u vrijgeleide, naar eigen goeddunken, wel te verstaan.
FLEXIBLE OCEAN AND AIR FREIGHT SOLUTIONS FOR YOUR EVERY NEED
To find out more, please contact +32 (0)2 752 02 11 or visit www.dhl.be DHL Global Forwarding deliver ocean and air freight solutions for when flexibility counts. These allow us to consistently meet the ever-changing needs of businesses large and small from sectors including automotive, consumer products, life sciences & healthcare and technology. As you’d expect from the market leader, our extensive range of freight options let you balance both speed and cost, enhancing your commercial advantage each and every day. Add to this a host of value added benefits and you can rest assured that, however large your shipment, we’ll always deliver a solution locally and globally.
Moving your business forward. Globally.
Legal & Finance Jan Callant
Niet het milieu maar wel de belastingen varen er goed bij
Eco-maatregelen op bedrijfswagens een maat voor niets? We naderen stilaan het einde van het eerste fiscale jaar waarin alle auto’s onder de CO2-regelementering van april 2007/2008 vallen. Vraag is in hoeverre deze maatregelen een invloed zullen hebben op de belastingsdruk op de ondernemingen. De eerste berichten zijn onheilspellend. Welke keuzes heeft u als werkgever dan? En losse greep uit het aanbod.
Als werkgever heeft u eigenlijk de keuze uit 4 oplossingen. Een eerste is de vervanging van vervuilende auto’s door nieuwe. De vraag hierbij is de haalbaarheid.
teert in een meerkost die de leasemaatschappijen, afhankelijk van het contract, maar deels kunnen verhalen op de leasenemer. Niemand is dus gebaat bij het voortijdig terugsturen van te vuile auto’s.
De opdracht voor de wagenpark beheerders zal er één worden van vooral financiële en fiscale aard.
Een tweede oplossing ligt in het beperken van de vrijheid van de personeelsleden bij de keuze van een nieuwe wagen. Sedert april 2007 hebben vele bedrijven deze regel ingevoerd, maar met matig succes. De wagens die aanvankelijk een echt positief eco-label hadden, waren op één hand te tellen. BMW was de eerste constructeur die daarin (naar eigen zeggen) slaagde. Andere constructeurs volgden door lagere motorisaties te voorzien, die voor minder uitstoot zorgden. Jammer genoeg bleken deze wagens duurder dan hun voorgangers, waardoor ze steeds minder in het budget voor de werknemers pasten. Gezien de fiscale aftrekbaarheid nauwelijks kon en kan doorgerekend worden in de bijdrage van het personeelslid, werd ook deze oplossing niet de meest interessante.
Leasemaatschappijen waarschuwen dat de markt van de tweedehandswagens (mede door de kredietcrisis) in elkaar zakt. De vooropgestelde restwaarde wordt vaak niet meer gehaald, wat resul-
Daarmee komen we aan bij een derde mogelijke oplossing. De werknemer toch meer laten betalen voor een te sterk vervuilende auto. Contractueel is dit niet altijd mogelijk, maar in de toekomst kan dit zeker een belangrijke maatregel zijn om de CO2-doelstellingen toch te bereiken. Monovolumes, jeeps en SUV’s krijgen een negatief eco-rapport en worden daardoor meer en meer geweerd uit het bedrijfswagenpark.
54
Een laatste keuze is het toekennen van bedrijfswagens beperken. Op die manier keren we terug naar de tijd dat eigenlijk enkel salesmensen aanspraak konden
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
maken op een bedrijfsvoertuig. Voor hen die een bedrijfswagen hebben gekregen als een deel van een bijkomende verloning, vervalt dan dit voordeel. Ook hier stellen werkgevers zich vragen. Het lijkt onwaarschijnlijk dat werknemers zonder slag of stoot hun voordeel van een bedrijfswagen zullen laten vallen voor de schone ogen van de CO2. Hiervoor zullen alternatieven moeten opduiken, die waarschijnlijk niet in het voordeel van de bedrijven zullen zijn.
Verkapte belastingsverhoging Dat de leasemaatschappijen in samenspraak met de bedrijven een betere oplossing zullen moeten uitwerken, is duidelijk. De opdracht voor de wagenparkbeheerders zal er één worden van vooral financiële en fiscale aard. Ook voor de constructeurs staan nog een aantal opdrachten op het programma. De eis om nog schonere auto’s met een aanvaardbaar vermogen maar vooral tegen een zeer redelijk prijs, lijkt de uitdaging van de komende jaren te worden. Daarenboven zal ook van de brandstofleveranciers een belangrijke inspanning gevraagd worden. Het zullen niet alleen de autoconstructeurs zijn die voor schonere voertuigen moeten zorgen, ook aan de brandstof zullen hogere eisen worden gesteld. En daarvan zal de prijs ook moeten dalen. Shell heeft met zijn V-Power Benzine en Diesel al een stap in de goede richting gezet, maar nu zullen ze nog moeten bewijzen dat deze magische brandstof op lange termijn ook een ecologisch effect kan hebben en dan liefst zonder meerprijs. De conclusie van dit alles is te beperken tot een paar kenwoorden. Het ganse ecogedoe is voor het ogenblik enkel en alleen een synoniem voor de cover om de belastingsinkomsten te verhogen. Alle maatregelen lijken vooralsnog enkel financiële maatregelen op het niveau van taksen en belastingen. Willen we echt iets doen aan het ecovraagstuk inzake bedrijfswagens, dan zullen we zonder meer uit een ander vaatje moeten tappen.
Legal & Finance Solange Tastenoye
Bent u aansprakelijk?
Onvoorzienbare hindernis op de weg!
Het is u als bedrijfsleider wellicht al eens overkomen: u bent gehaast, springt in uw wagen en hoopt dat u toch niet te laat komt op uw vergadering. Tijdens een dergelijke rit zijn ongevallen echter niet uitgesloten. Niet alleen een ongeval met een ander voertuig kan op de loer liggen, maar ook een onbekend voorwerp op de rijbaan kan voor zware ongevallen zorgen. Wat indien iets dergelijks u overkomt? Kan u de Overheid hiervoor dan aansprakelijk stellen? Of bent u alleen de aansprakelijke?
Een normaal voorzichtige bestuurder moet zich niet verwachten aan een vrachtwagenwiel op de autosnelweg.
Bij vragen omtrent aansprakelijkheid kan men zelden onmiddellijk iemand met de vinger wijzen en stellen dat deze persoon de aansprakelijke is. In de meeste gevallen is er een deftig onderzoek van de feiten nodig om een schuldige te kunnen aanduiden. Bij ongevallen op de weg zal in de meeste gevallen beroep gedaan worden op de politie om ter plaatse alle nodige vaststellingen te doen. Het is dan precies op basis van deze elementen dat de rechter, ten tijde van een rechtszaak, zal moeten beoordelen wie er hier een fout heeft gemaakt en wie aansprakelijk zal zijn voor dit schadegeval.
Wat nu in geval van een onvoorzienbare hindernis? Het lijkt ons interessant om op deze vraag een antwoord te formuleren aan de hand van een praktijkgeval. Wij geven hieronder een overzicht van de feiten en beperken ons tot de beoordeling omtrent de aansprakelijkheid.
De feiten Bestuurder Paul rijdt met zijn wagen op de autosnelweg. Op een bepaald moment constateert hij dat er een vrachtwagen-
wiel op de weg ligt. Links van hem rijdt een wagen; hij probeert dan maar het wiel rechts te ontwijken. Doch, hij slaagt hier niet in, verliest de controle over het stuur en rijdt de middenberm in! Door het feit dat bestuurder Paul door de middenberm ging, had hij schade toegebracht aan de balustrade en de beplantingen; eigendommen van het Vlaamse Gewest dus! Het Vlaamse Gewest meent dat bestuurder Paul aansprakelijk is en hij haar dan ook alle schade moet vergoeden. Paul vond dan weer dat het Vlaamse Gewest aansprakelijk was! Paul vond dat het Vlaamse Gewest dit wiel eerder had moeten verwijderen. De rechter in eerste aanleg meent dat noch bestuurder Paul, noch het Vlaamse Gewest aansprakelijk zijn en dat het Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds gehouden was tot vergoeding. Deze laatste gaat hier niet mee akkoord en gaat in hoger beroep.
kelijk een voorwerp te ontwijken indien men 90 km/u rijdt. Wat de aansprakelijkheid van het Vlaamse Gewest betreft, meent de rechter dat een rijbaan niet gebrekkig wordt door de loutere aanwezigheid van een voorwerp. Het is noodzakelijk dat dit voorwerp deel uitmaakt van de rijbaan. De rechter is de mening toegedaan dat dit wiel door een onbekende reden terecht kwam op de autosnelweg en er aldus ook geen deel kon van uitmaken, zodat de rijbaan zelf niet gebrekkig kon zijn. Ook het Vlaamse Gewest kan volgens de rechter niet aansprakelijk gesteld worden.
119_08e_05_ins_belgien_klein
7.5.2008
11:06 Uhr
Beoordeling van de aansprakelijkheid door de rechter in hoger beroep De rechter vindt dat Paul zich kan beroepen op overmacht. Uit de getuigenverklaringen blijkt duidelijk dat er een vrachtwagenwiel op de autosnelweg lag. Een “normaal voorzichtige bestuurder moet zich niet verwachten aan een vrachtwagenwiel op de autosnelweg”, aldus de rechter. Bovendien is het niet gemak-
Meeting on top level. For free advice or quotation please contact the Switzerland Convention & Incentive Bureau +32 (0)2 345 83 57 or mail [email protected]. Visit us on www.MySwitzerland.com/mice.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
55
Seite 1
Legal & Finance Dirk Huygens en Glenn Fredrix Buntinx Huygens Advocaten – www.bnh-law.be
Einde van een controverse?
Het Hof van Cassatie en de kosteloze persoonlijke zekerheidsteller Velen onder u zullen het beamen: door de financiële crisis verlangen kredietverstrekkers steeds meer zekerheden vanwege hun kredietnemers. Zo worden tal van zaakvoerders en bestuurders verplicht zich zeker te stellen voor de aan hun vennootschap verstrekte kredieten (bv. d.m.v. een borgstelling). Komen deze zekerheidstellers nog in aanmerking voor bevrijding van hun verbintenis na faillissement van de vennootschap-kredietnemer?
De polemiek rond de bevrijding van de kosteloze zekerheidstel ling in een stroomversnelling? Krachtens artikel 80 Faillissementswet bevrijdt de rechtbank de natuurlijke persoon die zich kosteloos persoonlijk zeker heeft gesteld voor de gefailleerde, wanneer zij vaststelt dat zijn verbintenissen niet in verhouding staan tot zijn inkomsten en patrimonium. Deze regel lijdt uitzondering voor het geval de zekerheid-
steller zijn onvermogen frauduleus heeft bewerkstelligd. Reeds lange tijd woedt er een controverse rond de betekenis van het begrip ‘kosteloos’ in voornoemd wetsartikel. De controverse laat zich vooral gevoelen bij zaakvoerders/bestuurders (en/of hun echtgenoten) die zich borg hebben gesteld voor de verbintenissen van hun vennootschap. Hebben zij zich – gelet op hun betrokkenheid bij de kredietnemer – ‘kosteloos’ borg gesteld? In rechtspraak en rechtsleer zijn verschillende visies verkondigd. Enerzijds wordt geargumenteerd dat ‘kosteloos’ de afwezigheid van een directe economische tegenprestatie veronderstelt. Anderzijds wordt geargumenteerd dat ‘kosteloos’ als ‘belangeloos’, en derhalve bijzonder beperkend moet worden geïnterpreteerd. Wanneer de borgsteller ‘belang’ heeft bij de zekerheidstelling, zou zij niet ‘kosteloos’ zijn, en zou een bevrijding niet meer mogelijk zijn. Deze laatste interpretatie leidt tot de – voor kredietverstrekkers zeer gewenste en voor zekerheidstellers bijzonder nefaste – conclusie dat zekerheidstellers niet bevrijd worden indien wordt vastgesteld dat zij een ‘economisch belang’ hadden bij de zekerheidstelling. Dit belang vertaalt zich in de volgende cascaderedenering: door de zekerheid krijgt de vennootschap krediet; met die zekerheid kan zij investeringen doen; die investeringen kunnen (hogere) winsten doen genereren; die winsten kunnen leiden tot een hogere be-
56
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
De cassatiearresten van 26 juni 2008: quid novi?
zoldiging voor de zaakvoerder/bestuurder, tot een hogere waarde van de aandelen (vaak in handen van deze laatste), en tot een hogere dividenduitkering. Het Hof van Cassatie heeft op 26 juni 2008 in twee spraakmakende arresten stelling genomen.
De cassatiearresten van 26 juni 2008: quid novi? In deze economisch onzekere tijden zullen de banken het graag horen. Het Hof van Cassatie heeft recentelijk gesteld dat ‘kosteloos’ betekent: ‘het ontbreken van enig economisch voordeel, zowel rechtstreeks als onrechtstreeks, dat de persoonlijke zekerheidssteller kan genieten ten gevolge van de zekerheidstelling’. Determinerend is of de zekerheidsteller een economisch voordeel – zowel direct als indirect – put, kan putten of wenste te putten uit de zekerheidstelling voor de vennootschap. In de specifieke omstandigheden van de zaak oordeelde het hof dat een oprichter, enige aandeelhouder en zaakvoerder van een gefailleerde vennootschap waarvoor hij zich had borg gesteld, deze borgstelling aanging met het oog op investeringen met de verwachting de vennootschap winstgevend te maken, en zodoende geen kosteloze borg was. Zaakvoerders en bestuurders: u bent gewaarschuwd …
De wind is onzichtbaar, en toch stuwt hij schepen voort
Transparantie is onzichtbaar, en toch brengt ze vaart in uw vlootbeheer
Transparantie heeft uiteenlopende effecten op uw fleet management. Ze verduidelijkt alle informatie, werpt een beter licht op uw kostenstructuur en elimineert de duistere zones. Zo spoort u nutteloze uitgaven op, vermijdt u dat uw budget uit de bocht gaat en bent u verzekerd van een duurzame vooruitgang. Daarom maakt Athlon Car Lease Belgium deel uit
www.athloncarlease.be
van de Top 3 van de Belgische markt.
Een nieuwe mijlpaal in transparantie
Logistics & Manufacturing Erwin De Weerdt
Wat doen rijke mensen met hun geld?
Titel Vermogensbeheer (deel III) thema-artikel In dit derde en laatste deel over vermogensbeheer krijgt u antwoord op de volgende vragen: 1. Welke kosten zijn aan het vermogensbeheer bij u verbonden? 2. Rekent u extra kosten aan voor patrimoniaal advies? 3. Koopt u uitsluitend huisfondsen? 4. Op welke manier communiceert u over uw dienstverlening met bestaande en potentiële klanten?
1. Welke kosten zijn aan het vermogensbeheer verbonden bij u?
58
Degroof Cliënten die via onze fondsen beleggen betalen hiervoor de eraan verbonden kosten. Die zijn zeker niet overdreven, zoals blijkt uit de meest recente Fitzrovia-studie. Volgens een door Fitzrovia uitgevoerde vergelijking van de TER of Total Expense Ratio’s op de Belgische markt, rekent Bank Degroof de laagste beheerskosten aan en heeft ze de laagste gemiddelde kostenratio. (Cash!, augustus 2005). Cliënten met een complexere beleggingstrategie betalen daarbij nog een beheersloon. De ambitie van Bank Degroof is om de beste service te verlenen tegen een competitief tarief. De beheersvergoeding hangt af van het gekozen risicoprofiel, de beheersmethode en het bedrag dat in beheer wordt toevertrouwd. Bijgevolg kunnen wij u geen vast tarief communiceren. Wij gaan dus werkelijk op maat tewerk en hebben de ambitie de beste service te verlenen tegen een competitief tarief.
ING Kosten variëren in functie van: – het type beheer (relative return – absolute return) – de mate van betrokkenheid van de cliënt: discretionnair beheer – adviesbeheer – trading – het geinvesteerde bedrag – de globale relatie die de cliënt en zijn familie hebben met de bank.
Delen Ons standaardtarief bedraagt 0,3%, maar het is best mogelijk dit percentage vanaf een zeker bedrag te onderhandelen. In de
KBC Als vergoeding voor de beslissingen genomen op het vlak van de spreidingen tussen de activaklassen en de muntindek-
markt valt Bank Delen zeker in het lage gemiddelde. Dexia Er wordt gewerkt met een globale beheersfee die afhankelijk is van het portefeuilletype en start vanaf 0.4%. Bij de aankoop en verkoop van fondsen, zowel eigen als externe fondsen, wordt geen intrede- of uittredecommissie aangerekend. Ook bij aan- en verkooptransacties in andere instrumenten zijn de aangerekende commissies steeds beperkt.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
kingen, wordt per jaar 0,25% gerekend (Privileged Portfolio formules en PortfolioScanner®). Naast dit tarief, wordt voor het ‘protected’ beheer een vergoeding aangerekend voor de bewaking van de bodemgrens van 0,50% per jaar. Deze vergoedingen zijn te aanzien als extra vergoedingen ten opzichte van de keuze van de klant voor vermogensadvies. Daar staat tegenover: de dagdagelijkse opvolging van de portefeuille op het vlak van spreidingen en muntrisico’s en, zeer belangrijk, transacties van aanen verkoop waar nóch toetredingsvergoedingen, nóch uittredingsvergoedingen voor worden aangerekend. SG Private Banking Er zijn verschillende kosten verbonden aan het vermogensbeheer, namelijk een vergoeding voor het beheer van het vermogen, een vergoeding voor de transacties die worden uitgevoerd en vergoeding wanneer wij een uitzonderlijk rendement hebben neergezet. Kosten voor bewaring van de titels, dossierkosten, instap- of uitstapkosten en dergelijke rekenen wij niet aan, die zijn in de beheersvergoeding inbegrepen.
2. Rekent u extra kosten aan voor patrimoniaal advies? Degroof Vermogens- en successieplanning of “estate planning” maakt integrerend deel uit van onze visie op vermogensbeheer. Wij wensen cliënten optimaal te begeleiden bij de opbouw, de consolidatie, de overdracht en het beheer van hun vermogen. Voor patrimoniaal advies worden in principe geen extra kosten aangerekend, tenzij in uitzonderlijke gevallen. Delen Deze dienst is gratis, wat niet wil zeggen dat hij niet kwalitatief zou zijn. Wij zijn daar 12 jaar geleden mee begonnen en er staan nu juristen speciaal ter beschikking van de klanten.
Dexia Nee, er worden geen extra kosten aangerekend voor patrimoniaal advies. In de globale beheersfee zit naast de vergoeding voor het portefeuillebeheer eveneens het aanbieden van vermogensplanning, vermogensoverdracht en vermogensstructurering. ING Patrimoniaal advies is één van de kernelementen van ons Private Banking aanbod. Wij rekenen onze cliënten hiervoor geen kosten aan. KBC Bij KBC Private Banking kan een cliënt terecht voor “Integrale Vermogensbegelei-
ding”. Centraal staat de begeleiding door het fiscaal-juridische bos om stapsgewijs tot een oplossing te komen op maat van de cliënt. We informeren zowel over het privé als het vennootschapsvermogen in het kader van overdracht en successie. Er worden geen extra kosten voor aangerekend. SG Private Banking Ook kosten voor patrimoniaal advies zijn in de beheersvergoeding inbegrepen. Voor ons is dit een essentiële dienstverlening waarvoor wij in een competent team mensen geïnvesteerd hebben. Hier onderscheiden wij ons, naast het beheer, ten opzichte van de anders spelers op de markt en brengen wij naar onze cliënten een grote toegevoegde waarde.
3. Koopt u uitsluitend huisfondsen? Degroof Op het gebied van asset allocatie durven wij eigenzinnig te zijn en tegen de algemene markttrend in te gaan indien wij overdreven koersreacties zien onder invloed van de emoties van het moment. Onze institutionele vermogensbeheerder Degroof Fund Management Company is de Europese pionier op het vlak van Behavioral Finance. In plaats van mee te lopen met de markten, slaan we munt uit overdreven koersschommelingen. Inzake aandelenbeleggingen zijn wij value investors. Ondergewaardeerde kwaliteitsaandelen met hoog rendement worden verkozen boven de volatielere groeiaandelen. In regio’s en activacategorieën waarin we zelf geen specialisatie ontwikkelen, zoals groeimarkten, private equity en hedge funds, bieden we beleggingsfondsen aan van de beste externe fondsbeheerders. De beleggingsfondsen van Bank Degroof behoren tot de beste in hun categorie. De prestaties staan niet in verhouding tot de grootte, wel integendeel. Onze organisatie berust op beperkte maar gespecialiseerde teams met enthousiaste medewerkers en niet op grote, logge comités. Grote banken hebben meer moeite om de begrippen geduld, continuïteit en langetermijnperspectief te integreren, terwijl dat juist ons metier zo kenmerkt. Nemen wij bijvoorbeeld het begrip continuïteit:
Bank Degroof, die zelf prat kan gaan op een lange voorgeschiedenis (1871), verwelkomt tegelijkertijd drie, tot soms zelfs vier generaties van eenzelfde familie. Onze fondsen staan open voor alle beleggers. Wij verkopen ze rechtstreeks aan onze institutionele cliënten en, via andere financiële tussenpersonen, aan alle andere beleggers. De reacties van de institutionele markt zijn steeds uitstekend geweest. Verzekeringsmaatschappijen, pensioenfondsen, vermogensbeheerders en dakfondsen tonen zeer veel belangstelling voor onze producten. Voor ons zijn derden belangrijke institutionele cliënten. Om die reden hebben wij een team gevormd dat speciaal belast is met het uitwerken van oplossingen in antwoord op behoeften en vragen van deze groep. Delen Neen, niet uitsluitend tenzij zij kwalitatief goed zijn. Maar indien bepaalde fondsen interessant zijn zoals energie, milieu, enz. dan zullen wij die allicht van dichtbij bekijken. Zes van onze medewerkers tracken fondsen wat het ons mogelijk maakt de best mix voor te stellen. Dexia Nee, binnen het portefeuillebeheer wordt gekozen voor een “guided architecture” waarbij naast het gebruik van de eigen
fondsen ook externe fondsen, die de portefeuille verder kunnen optimaliseren in functie van verwacht rendement en risico, worden opgenomen. ING Wij concentreren ons op de beste fondsen op vlak van performance en risico. Wij houden rekening met de stabiliteit van deze perfo en met de kwaliteit van de procedures inzake risicobeheer. Wij zijn niet gebonden aan bepaalde fondsenpromotoren (ook niet aan ING). Wij werken in totale open architectuur. Wij beschikken over een team van 20 specialisten die zich exclusief bezig houden met de selectie van de beste fondsen op de markt (alle activaklassen, alle sectoren, alle grote investeringsthema’s). KBC KBC hanteert een open architectuur met fondsen van streng geselecteerde, internationale asset managers in verschillende van de vermogensbeheer formules. Zij worden uitgezocht voor die onderdelen van de portefeuille waar zij een meerwaarde leveren. Essentiële criteria voor al of niet opname van een extern fonds zijn de gerealiseerde track-record, het managementteam en de kwaliteit van het beleggingsproces en dit rekeninghoudend met de risicograad van deze externe beheersaanpak. Er zijn ook formules met KBC-pro-
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
>> 59
>>
ducten, beheerd door een zeer omvangrijk team van ervaren beheerders, analisten en strategisten, gelokaliseerd in verschillende beheersentiteiten, wereldwijd, elk met zijn (markt)specialisatie (Azië, Centraal Europa, Verenigd Koninkrijk-Ierland, enz.). Een zorgvuldig beheer vergt immers grote investeringen in een uitgebreid team van professionelen met zeer uiteenlopende (diepe) specialisaties (niets voor kleine spelers dus). Bij KBC is de anciënniteit in deze functies opmerkelijk.
SG Private Banking Wij werken volledig in open architectuur en ook daar zijn wij uniek. Niet alleen hebben onze cliënten toegang tot alles fondsen op de markt, maar wij hebben in Guernsey zelfs een competentiecentrum met een twintigtal medewerkers dat via een kwantitatieve en kwalitatieve analyse uit een selectie van 30.000 fondsen de beste selecteert en opvolgt, zodat wij hierin eveneens advies verlenen en zelfs een specifieke beheersstijl hebben ont-
wikkeld. Voor ons, in tegenstelling tot andere financiële instellingen, lijkt het onmogelijk dat één instelling de beste is op alle terreinen. Hoe kan je een cliënt correct en in vertrouwen adviseren als je enkel je eigen producten commercialiseert? Wanneer wij een product van onze concurrenten aan de cliënt aanbieden dan kan hij er zeker van zijn dat wij dit niet doen om onszelf te verrijken, maar omdat het simpelweg het beste product in de markt is.
4. Op welke manier communiceert u over uw dienstverlening met bestaande en potentiële klanten? Degroof Transparantie is het sleutelwoord. Cliënten krijgen periodiek rekeninguittreksels, beheersverslagen, nieuwsbrieven, enz. En kunnen ook altijd terecht op “Degroof@home”, onze beveiligde website. Maar niets vervangt het persoonlijke contact tussen de cliënt en zijn relatiebeheerder die permanent ter beschikking staat. Verder organiseert de Bank regelmatig informatiesessies over de macroeconomische situatie en meer technische onderwerpen waarop zowel cliënten als potentiële cliënten uitgenodigd worden. Delen Klanten krijgen brieven, rekeninguittreksels maar vooral onze website “Delen online” is voor de meesten het communicatieplatform bij uitstek. Aan de hand van een paswoord en een gebruikersnaam kunnen zij te allen tijde hun historisch rendement volgen. Deze website is vorig jaar bekroond als beste website inzake vermogensbeheer. Dexia De cliënt kan, in functie van zijn investeringshorizon en risicotolerantie, kiezen uit een ruim gamma van portefeuilletypes. Deze gaan van portefeuilles die relatief willen outperformen en als doel hebben beter te presteren dan de traditionele activaklassen (aandelen en obligaties) tot portefeuilles waarbij contractueel de target return in absolute termen wordt vastgelegd en waarbij essentieel wordt gewerkt met een mix van cash en
60
alternatieve fondsen. Er wordt steeds gewerkt vanuit een Core Satellite benadering waarbij een strikte risicobeheersing via de Core wordt gekoppeld aan een continu zoeken naar marktopportuniteiten in de Satellite om de performance verder te optimaliseren. Op het gebied van communicatie is transparantie ons credo. Naast het regelmatig rechtstreeks contact dat de Private Banker onderhoudt met de cliënt, beschikt de cliënt ook over meerdere publicaties ( finacieel, juridisch,… ) die hem helpen bij de evaluatie van zijn beleggingen en zijn vermogenssituatie. ING De private banker is de bevoorrechte gesprekspartner van de cliënt. De communicatie verloopt dus grotendeels via hem. Elke drie maanden krijgen onze cliënten een gedetailleerd overzicht van hun portefeuille. Wij bieden onze cliënten ook een driemaandelijks magazine aan. “Outline” brengt voornamelijk artikels over financiële onderwerpen: tendensen inzake macro-economie, marktanalyses, productinformatie, rondetafelgesprekken, interviews met experten, juridische en fiscale informatie, enz. Verder communiceren wij a.d.h.v. brochures, internet, advertising en evenementen. KBC Elke 3 tot 6 maanden worden onze klanten met een formule vermogensbeheer door hun relatiebeheerder of beleggingsadviseur persoonlijk uitgenodigd
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
op het kantoor om de prestaties van het vermogensbeheer over de voorbije periode in alle privacy te bespreken. Want praten werkt. Elke klant ontvangt ook een gedetailleerd rapport op papier dat hij thuis krijgt toegestuurd of dat hem door zijn kantoor wordt overhandigd. Klanten in de formule Privileged Portfolio krijgen bovendien jaarlijks beeldmateriaal overhandigd waardoor zij rechtstreeks de mondelinge toelichting van de concrete beheerders, strategisten heel direct kunnen ervaren. Leden van het beheerdersteam lichten immers de toegepaste strategie en het waarom toe, bij de gerealiseerde prestaties. Ook de marktontwikkelingen worden met grafieken en cijfers toegelicht zodat de cliënt een grondig inzicht verwerft. Deze rapporteringsaanpak van KBC is uniek. SG Private Banking Wij communiceren heel regelmatig met onze cliënten over de investeringsstrategie en over de gedane transacties, zo is er volledige transparantie. Wij willen in de eerste plaats de cliënt leren kennen: wie is hij, wat doet hij, wat is zijn familiale situatie, zijn risicoprofiel,… Nadien bekijken wij zijn patrimoniale situatie en proberen wij die te optimaliseren en pas nadien wordt de portefeuille ingevuld, aangepast aan de behoeften van de cliënt. Potentiële clienten worden ons meestal voorgesteld en aangebracht door bestaande tevreden cliënten. Eén tevreden cliënt heeft voor ons meer resultaat dan een reclamecampagne.
Advertorial
Athlon Car Lease analyseert rijgedrag en genereert advies op maat
EcoCoach: uniek, milieuvriendelijk en kostenbesparend Milieuvriendelijk, veilig en goedkoop rijgedrag: de natte droom van elke fleet manager. De EcoCoach is daarvoor de geknipte oplossing. Dit fleet management systeem van Athlon Car Lease registreert het rijgedrag van de chauffeur en formuleert concrete tips en adviezen op maat. U bespaart maar liefst 15% tot 30% op uw lease-uitgaven. Waar wacht u nog op? De EcoCoach heeft als doel de bestuurders te responsabiliseren en te sensibiliseren voor een veiliger, groener en goedkoper rijgedrag. Deze oplossing laat de wagenparkbeheerder toe om de bestuurders (de onbekende factor) in kaart te brengen en te coachen. U wordt er niet alleen beter van; ook het milieu heeft er baat bij. De EcoCoach is een uniek concept dat door Athlon Car Lease Belgium werd ontwikkeld en gelanceerd. Het systeem bestaat uit elektronica die in de wagen geïnstalleerd wordt en het rijgedrag van de chauffeur registreert. Je kan er ondermeer de kilometerstand, het brandstofverbruik, de snelheid en het acceleratieen remgedrag mee meten. De EcoCoach registreert ook wanneer een auto stopt, stilstaat of wanneer de motor wordt uitgeschakeld. De gegevens worden via gps doorgestuurd en opgeslagen op een beveiligde externe server.
Concrete tips Alle informatie wordt in een EcoCoach-index verwerkt die aan de chauffeur wordt bezorgd samen met concrete tips om veiliger, milieuvriendelijker en goedkoper te rijden. Hoe beter het rijgedrag, hoe hoger de EcoCoach-index. Elke week ontvangt de bestuurder een gedetailleerd overzicht van zijn rijgedrag in zijn mailbox. Op basis daarvan worden er adviezen geformuleerd en daar kan hij zijn rijgedrag op afstemmen. Een keer per maand ontvangt de bestuurder een sms met een topadvies dat hem het meeste rendement zal opleveren. Uiteraard wordt de sms enkel verstuurd als de bestuurder niet achter het stuur zit. Dit fleet management systeem is uiterst milieuvriendelijk en leidt tot een vermindering van het brandstofverbruik met 10%. Dit verminderde verbruik zorgt uiteraard ook voor een verlaging van de CO²uitstoot. De bestuurders verbruiken niet alleen minder brandstof. De opbrengst kan dankzij Climact ook in ecologische projecten geherinvesteerd worden.
Alarmsysteem Verder zorgt de EcoCoach voor kostenbesparingen. En niet alleen op het gebied van brandstofverbruik. De fleet manager heeft immers minder tijd nodig om het beheer van het wagenpark op te volgen.
Maatschappelijk verantwoord ondernemen cruciaal voor Athlon Met de EcoCoach wordt de CO2-uitstoot per jaar met meer dan 1 miljoen ton verminderd en gebeuren er 11% minder ongevallen op de Belgische wegen. Athlon Car Lease helpt u een actieplan op te stellen om wagenbestuurders te sensibiliseren of op te leiden. Daarmee doet Athlon Car Lease zijn duit in het zakje op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. De aanbieder van leasewagens investeert in innovatieve oplossingen die het milieu en de
maatschappij ten goede komen. En dat is een strategische keuze. EcoCoach en Railease vormen de eerste resultaten van die strategie. Maar meer van zulke oplossingen zijn in de maak. Athlon werkt op dit ogenblik aan de ontwikkeling van een formule waarbij transportmiddelen worden gediversifieerd afhankelijk van de behoefte van de bestuurder. Zo kunnen alternatieve vervoermiddelen zoals de trein een geschikte oplossing bieden om files te vermijden.
Pierre-Yves Meert van Athlon Car Lease: “De EcoCoach registreert het rijgedrag van de chauffeur en formuleert concrete tips en adviezen op maat.” De oplossing van Athlon fungeert ook als een alarmsysteem. Bij diefstal kan de auto meteen getraceerd en geblokkeerd worden. Dat kost slechts 1 euro per maand. Ten slotte bewerkstelligt de EcoCoach veiliger rijden. Minder ongevallen betekent minder schadegevallen wat op zijn beurt meer tijdswinst betekent, zowel voor de werknemer als de fleet manager. Veiliger en bewuster rijden betekent ook minder onderhoud en minder slijtage. U merkt het, de EcoCoach herbergt tal van voordelen die op het eerste gezicht niet zichtbaar zijn. De meerprijs die u als klant betaalt, ligt rond de 30 euro per maand. Zowel de hardware, de installatie als de communicatie zit daarin. Maar de return on investment compenseert dat bedrag ruimschoots. U bespaart maar liefst 15% tot 30%.
Voor meer info, kan u contact opnemen met: Pierre-Yves Meert (Innovation Advisor) Athlon Car Lease Belgium Lozenberg 5, 1932 Zaventem Tel : + 32 (0)2 716 56 16 Fax : + 32 (0)2 720 37 26 www.athloncarlease.be
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
61
Legal & Finance Stijn Dom
Expert Group Finance
Ann Cools – Finance & Administration Director G4S Security Services
Werner De Laet CFO Mobistar
Patrick Descamps CFO EOC Belgium
Rudi De Winter HR-manager Van Laere
Joost Gietelink CFO – Randstad Group Belgium & Luxemburg
Johan Maes CFO Aquafin
Walter Van Cauwenberge CFO Innogenetics
CFO Mobistar is koele minnaar van boekhoudsoftware Oracle Applications
“Eigenlijk is het in de eerste plaats geen boekhoudpakket” Mobistar gebruikt voor haar boekhouding het ERP-pakket van Oracle. Het is in 1998 geïmplementeerd. Voordien gebruikte de aanbieder van mobiele telefonie een samenraapsel van verschillende systemen. “We hadden een boekhoudpakket (Oriac) en daar werden systematisch softwarepakketten aan gelinkt via interface”, vertelt Werner De Laet, CFO van Mobistar. Werner De Laet heeft gemengde gevoelens bij het huidige systeem: “Ik ben bij Mobistar gestart om een functionele analyse te maken bij de implementatie
“Een van onze grootste frustraties is dat het systeem niet geschikt is om goede rapporten te maken.”
van de toepassing van Oracle. Zeker in de beginfase heb ik hen tot frustratie toe gewezen op onze behoeften, maar het pakket is wat het is. Reconciliatie van
62
in- en uitgaande facturen vormde bijvoorbeeld een probleem. Zulke dingen tonen aan dat het in de eerste plaats geen boekhoudpakket is. Maar een standaard boekhoudsysteem zou niet voldoende voor ons zijn. Het is duidelijk dat we meer nodig hadden.” Jullie hebben dus heel wat dingen moeten laten toevoegen en aanpassen? “In de loop der tijd zijn er inderdaad enorm veel aanpassingen gedaan. Van het originele pakket blijft dus niet veel meer over. Wat het ook heel duur maakt. We komen van een systeem waarmee we een boekhoudpakket hadden gelinkt aan verschillende systemen wat duur en minder flexibel is. Nu hebben we een volledig geïntegreerd systeem. Er zijn een aantal aanpassingen op maat gebeurd waarvan we vinden dat ze standaard in het pakket zouden moeten zitten. Verder zijn er een aantal zaken veranderd aan het originele Amerikaanse product om de software ‘Belgisch’ te maken. Bijvoorbeeld op het gebied van btw, vaste activa, …”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Werner De Laet, CFO van Mobistar: “Er zijn een aantal aanpassingen op maat gebeurd waarvan we vinden dat ze standaard in het pakket zouden moeten zitten.”
Rapporteringen Welke criteria hebben jullie gebruikt bij de aankoop van het systeem? “Voor ons wat het cruciaal om een geïntegreerd pakket te hebben. We wilden vermijden dat we met een boekhoudsysteem werken dat de slaaf is van andere systemen via interface. Niet alleen is het pakket dan heel beperkt, maar het kan ook heel duur worden als je dat wil upgraden. Want elke keer als je iets verandert, moet je de interface veranderen. Als je je boekhoudpakket gaat beschouwen als een verzamelbak van een aantal systemen, kan je er niet veel gegevens uithalen. Of je moet alle details overpompen.” Zijn jullie tevreden over de mogelijkheden op het gebied van rapportering? “De rapportering gebeurt volledig buiten Oracle. Dat was ook een van onze grote frustraties; het systeem is niet geschikt om goede rapporten te maken. Je hebt wel de standaard rapportering, maar dat is niet voldoende. Voor andere rapporten hadden we telkens de hulp van Oracle nodig. Zij ontwikkelden dan een nieuwe module die ons handenvol geld kostte. En dat was uiteraard op lange termijn niet haalbaar. Voor rapporteringen gebruiken we dan ook het systeem van Hyperion dat ons alle nodige informatie levert.”
Monstermigraties Wat zou u absoluut verbeterd willen zien aan het systeem? “Ik ben tevreden over het systeem, maar zou graag hebben dat het gemakkelijker migreerbaar is naar een hogere versie. Waar ik van droom is dat alle aanpassingen op maat in de verschillende modules zouden zitten. Op die manier verkrijg je een goedkoper en flexibeler systeem qua onderhoud. Upgraden naar een nieuwe module gaat automatisch, behalve voor alle individuele aanpassingen. Hoe meer van die aanpassingen, hoe duurder het systeem omdat je dan verplicht bent om te herschrijven en een volledige functionele en impactanalyse moet uitvoeren. Verder zit de klantenmodule (CRM) volledig in een ander systeem dat we ook gebruiken voor de facturatie. Oracle Applications kan die volumes niet aan. Je moet echt een telecomsoftware hebben omdat je met zoveel transacties en facturen te maken krijgt.” Oracle brengt regelmatig nieuwe versies op de markt. Hebben jullie al veel migraties moeten laten doen?
“We hebben een paar migraties achter de rug en dat zijn echte ‘monstermigraties’. Die worden maanden op voorhand gepland. En dat spreken we over een budget tussen 2 en 2,5 miljoen euro. Wij doen enkel een migratie als er een functionele reden is om up te graden. Het is een traject dat je ook aflegt als je een encyclopedie koopt. Je koopt een aantal delen, maar je stopt niet aan de letter K. Je wil tot de letter Z gaan. En je bent ook verplicht om zo ver te gaan, want na verloop van tijd wordt de oudere versie niet langer meer ondersteunt door de leverancier. Het systeem kost ons meer, maar het rendement en de voordelen die we eruit halen zorgen voor de nodige ROI. Als we volledig van systeem zouden veranderen, zou de kostprijs te hoog liggen. Bovendien zou het daaraan gekoppelde risico te groot zijn. Er zijn heel wat modules die eraan gelinkt zijn en gevaar lopen.”
Onaangename verrassingen Hebben jullie intern de nodige expertise in huis om op de behoeften te kunnen inspelen? “Nu komen we voor weinig verrassingen te staan, vooral omdat we mensen in huis hebben die het systeem kennen. Gelukkig hebben we weinig verloop binnen ons team. Ervaring in de systemen is belangrijk en op dat gebied zitten we goed. Drie mensen binnen finance hebben het statuut van super user. Bij IT zijn er ook medewerkers die het systeem hebben zien groeien. Het duurt zes maanden om mensen wegwijs te maken. We doen zelf geen ontwikkeling. Dat laten we altijd door Oracle of Oracle partners doen. In de implementatiefase zijn we dikwijls voor onaangename verrassingen komen te staan naar aanleiding van dingen die je evident acht, maar die achteraf dan toch niet zo niet zo evident blijken te zijn.” Is het systeem gebruiksvriendelijk? “Het systeem stelt heel wat info beschikbaar die makkelijk traceerbaar is. Er zijn wel enorm veel schermen wat ervoor zorgt dat je herhaaldelijk moet klikken en dat kost heel wat tijd. We gebruiken het systeem niet ten volle. Zo’n geïntegreerd systeem komt volledig tot z’n recht als je meer in een productie-omgeving zit. De productie slaat bij ons enkel op het stuk logistiek en dat is een minder belangrijk gegeven. De facturatie van de telefoongesprekken van onze klanten beheren we met een ander systeem omdat de modules van Oracle daarvoor niet krachtig genoeg zijn.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
63
Newsletter JCI Koen Vanlommel Voorzitter JCI Vlaanderen
Meewerken aan uitdagende projecten of vorming op niveau volgen?
Neem je eigen toekomst in handen
Woord van de voorzitter ‘De wet van Moore: uitbreidbaar naar de maatschappij ?’ IT’ers zijn vertrouwd met de wet van Moore: elke 2 jaar verdubbelt de snelheid van processoren. Niettegenstaande dit slechts een vaststelling was in het begin van de ontwikkeling van de halfgeleiderindustrie, klopt deze wetmatigheid al meer dan 3 decennia. Zou de snelheid waarmee onze maatschappij verandert, ook onderhevig beginnen zijn aan deze wetmatigheid? De wereld van vandaag is niet te vergelijken met die van eergisteren. Een blik op de actualiteit van vandaag 15/10/2008 toont dat keihard aan. Het ziet ernaar uit dat de Verenigde Staten voor het eerst door een zwarte president zullen gedirigeerd worden. De financiële markten worden geregeerd door emoties en de traditionele businesslogica moet plaats maken voor nationalisaties in landen die al jaren privatiseren. De Rode Duivels spelen voor een uitverkocht huis en moeten nauwelijks onderdoen voor de regerende Europees kampioen Spanje. Het afgelopen jaar zijn er 60.000 jobs verloren gegaan in België. Veel van deze fenomenen zouden 12 maand geleden nog bestempeld worden als science fiction. Vandaag blijken ze realiteit. Kan het nog sneller veranderen?
Koen Vanlommel Voorzitter JCI Vlaanderen
Secretariaat JCI Vlaanderen E. Bockstaellaan 193 – 1020 Brussel Tel. 02 428 36 61 – Fax 02 425 48 90 [email protected] www.jcivlaanderen.be
Award voor dé Vlaamse Jonge Ondernemer van het jaar Eén van onze grootste projecten is de ‘Vlaamse JO’, een jaarlijkse award voor de beste jonge Vlaamse ondernemer. Hiermee plaatsen wij een jonge ondernemer, maximaal 40 jaar, in de schijnwerpers. Deze jonge mensen, die voldoende ambitie, durf en doorzettingsvermogen hebben om hun bedrijf uit te bouwen tot een gezond bedrijf, dragen bij tot de welvaart in Vlaanderen. Wij menen dat zij
64
een podium verdienen. Allereerst als erkenning voor de prestaties die zij leveren, maar ook als voorbeeld voor die honderden ondernemende jonge mensen die Vlaanderen ongetwijfeld rijk is. Op 6 mei 2009 wordt de winnaar van 2009 bekend gemaakt tijdens een slotevenement voor 500 genodigden. Wil je aanwezig zijn? Stuur een mailtje naar [email protected]
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
JCI, voluit Junior Chamber International, is een internationale organisatie voor jonge mensen die samen projecten opzetten en uitvoeren om zo bij te dragen aan de vooruitgang van de maatschappij. De missie van JCI steunt op vier competenties: leiderschapskwaliteiten, verantwoordelijkheidsbesef, medemenselijkheid en ondernemingszin. Eigenschappen die positieve veranderingen in de gemeenschap teweegbrengen. Daarom streeft JCI ernaar deze eigenschappen bij haar leden te ontwikkelen door projectwerking en de organisatie van vormingen.
Projectwerking Door ‘Training on the job’ worden vaardigheden ineens in de praktijk omgezet. Anderzijds kan iets eerst theoretisch uitgelegd worden en daarna in de praktijk toegepast. Alternatief 1 heeft risico’s want als er iets misgaat, is het meestal dadelijk zichtbaar. Alternatief 2 kan saai zijn en tenzij de praktijk snel volgt op de theorie, is het leereffect relatief beperkt. Door de organisatie van projecten geeft JCI aan mensen een kans op ‘training on the job’ in een omgeving waar falen geen ramp is. Jaarlijks organiseert JCI in Vlaanderen meer dan 200 projecten, waar telkens andere mensen op een interessante manier en in een leuke omgeving zichzelf vervolmaken.
One man, one year, one job Door elke functie binnen JCI te beperken tot één werkingsjaar, bieden we elk werkingsjaar kansen aan andere mensen. Dit principe maximaliseert onze interne doorstroming. De commitment is beperkt in de tijd, in de hedendaagse maatschappij dikwijls een ‘conditio sine qua non’ om mensen te overtuigen een engagement in een vrijetijdsbeweging op te nemen. Elk jaar opnieuw nieuwe uitdagingen voor nieuwe mensen. Bij JCI doe je ervaring op aan HST-snelheid.
ICT & Networks Jean-Luc Manise
Intelligent Transport Systems
Technologie et transport: pour une mobilité intelligente
thema-artikel
C’est le 23 octobre qu’ITS Belgium a organisé pour la troisième fois son congrès sur la mobilité. Comportant de nombreux workshop thématiques sur les Intelligent Transport Systems (villes et communes, police, gestionnaire de parkings, opérateurs routiers, transport publics,…), l’évènement a réuni de nombreuses personnalités, dont Jef Van Damme, représentant du Ministre bruxellois de la mobilité Pascal Smet.
Jef Van Damme: “L’ITS ne sera efficace que si les scénarios d’intervention sur le trafic sont élaborés avec toutes les parties prenantes (services d’urgence, gestionaie de voiries, forces de sécurité,… ”
La gamme des technologies considérées dans le STI (systèmes de transport intelligent) comprend toutes les applications de la télématique au domaine du transport utilisant notamment l’électronique embarquée ou fixe (p. ex.: capteurs, moyens de calcul), les télécommunications, les bases de données et d’information, les systèmes de régulation, les paiements électroniques.
Tous les transports concernés Tous les modes de transport – routier, ferroviaire, aérien, maritime – sont visés par ces applications, tant pour la sécurité ou la régulation des flux de la circulation que pour l’information des usagers des transports en commun ou des usagers du transport des marchandises.
Promouvoir la technologie routière En Belgique, une association en assure la promotion. ITS Belgium, Alias The Te-
lematics Cluster, est un partenariat public-privé qui souhaite fédérer les forces de tous les acteurs pouvant et voulant accélérer l’introduction de la technologie routière. Lors de son congrès 2007, ITS avait plaidé pour un plan général de gestion du trafic: “Là où il existe des problèmes structurels quotidiens, il est possible d’éviter de nombreuses files grâce à l’utilisation d’infrastructures de gestion du trafic. Elles permettent de mieux informer, de prévenir et, le cas échéant, de guider les usagers de la route.”
DB de panneaux de signalisation Et ITS Belgium de plaider pour un plan général de gestion de la circulation et de se féliciter à l’époque de ce que la ministre flamande de la Mobilité, Kathleen van Brempt, ait l’intention de créer une banque de données des panneaux de signalisation. “Celle-ci contiendra les données des villes et communes sur la nature et l’emplacement précis des panneaux de signalisation. Il sera également possible d’échanger ces informations avec des cartographes et des entreprises qui développent des systèmes de navigation tels que Navteq et Tele Atlas. De cette manière, les systèmes GPS pourront utiliser des données publiques précises. Les conducteurs disposeront ainsi d’un système de navigation à jour qui les guidera au travers du trafic. Ils recevront de manière conséquente toutes les infor-
mations qu’ils ne pouvaient lire auparavant que sur les panneaux de signalisation. Les futurs systèmes de navigation pourront utiliser cette base de données pour afficher les vitesses autorisées, par exemple.”
Centre Mobiris Le colloque sur la mobilité d’ ITS fut notamment l’occasion de faire le point sur la situation à Bruxelles. Jef Van Damme: “Longtemps, la région bruxelloise a été victime de sous-investissements en la matière. Depuis, plusieurs actions ont été entreprises. La création d’un centre Mobiris tout d’abord, à l’identique du centre Perex et du Vlaams Verkeercentrum, et le développement, encore un cours, d’un réseau de fibres optiques (Manbru).” Plusieurs initiatives viennent compléter ces mesures de base. Jef Van Damme: “Le break in” dans tous les tunnels (Fréquences FM radio dans les tunnels) est réalisé. On citera aussi le système “reconnaissance plaque” dans les tunnels (contrôle de vitesse, des véhicules autorisés dans les tunnels, détection d’accidents) qui sera opérationnel dès février 2009. La détection automatique des feux en faveur des transports publics est elle en exécution depuis 2006. Quant à l’installation de panneaux PMV pour l’info mobilité et la déviation en cas d’accidents sur la partie région bruxelloise du ring et sur les grands axes, leur installation débutera début 2009.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
65
Varia Erwin De Weerdt
Grote crisissmak moet nog komen
Fleet is big business thema-artikel Marktsituatie
Uit verzamelde gegevens blijkt dat de negatieve effecten van de economische crisis die in 2007 in de USA aanzwol nog niet ten volle zichtbaar is in de “fleet”-cijfers van dit jaar, maar je kan er donder op zeggen dat de grote smak nog moet komen. De sector “fleet” zal morgen dringend meer flexibiliteit moeten nastreven en een gepast antwoord vinden op het fenomeen “auto van de zaak” als middel om werknemers aan ondernemingen te binden.
Eind 2007 telde de Belgische langetermijnvloot in totaal 270.574 voertuigen met een globale waarde van bijna 6 miljard euro. Ruim de helft (54,57%) van de contracten heeft een looptijd van 37 tot 48 maanden. In totaal zijn er 408 huurders in België met een wagenpark van meer dan 200 voertuigen. Ruim 90% van de langetermijnhuurvoertuigen zijn diesels.
De top-10 langetermijnverhuur Renta Renta is de logonaam van de Belgische Beroepsvereniging van Voertuigenverhuurders (BBVV) en overkoepelt 3 deelsectoren: verhuur op lange en korte termijn en bedrijfsvoertuigen. Eind 2007 telde de gezamenlijke vloot van de Renta-leden ruim 270.000 voertuigen, goed voor zowat 90% van de Belgische verhuurmarkt. De volledige ledenlijst vind u onder www.renta.be.
Verwarring tussen de termen Termen zoals “leasing”,“verhuur op lange termijn”, “operationele leasing”, “renting”, “full operational leasing” zijn termen die niet noodzakelijk dezelfde lading dekken. Voor een goed begrip verwijzen wij naar volgende, eenvoudige “verdeelsleutel”: 1. als de overeenkomst een aankoopoptie voorziet die max. 15% van het geïnvesteerde kapitaal vertegenwoordigt, dan spreken wij over “leasing”, mits alle andere wettelijke voorwaarden vervuld zijn 2. voorziet de overeenkomst niet in de mogelijkheid tot terugkoop (of indien die optie méér bedraagt dan 15 %), dan is sprake van “huur” ipv van “leasing”.
Belangrijk onderscheid Een “leasing”-contract is onderworpen aan bijzondere wettelijke regels, die niet noodzakelijk van toepassing zijn op
66
huurovereenkomsten (zie KB nr. 55 van 10.11.1967). Daarnaast heeft de wetgeving inzake boekhouding bepaalde begrippen gepreciseerd (zie artikel 95 § 1, III, D, 2e van het KB van 30.01.2001). De wetteksten in België gebruiken wel niet de term “leasing” maar “financieringshuur”.
Begrip “langetermijnverhuur” De algemene ‘vlag’ langetermijnverhuur dekt verschillende ladingen zoals autoleasing, renting, financieringshuur, ... – Financiële leasing of financieringshuur: de leasinggever speelt financier, hij koopt de wagen volgens specifieke instructies van de leasingnemer en verhuurt de wagen voor de economische levensduur van het goed. De leasingnemer draagt het economisch risico en zorgt zelf voor verzekering, onderhoud, herstelling,... – Operationele renting: de leasingnemer wil geen wagen kopen maar hem voor een bepaalde periode gebruiken en die periode hoeft zelfs niet overeen te stemmen met de economische levensduur van de wagen. Hier draagt de leasinggever het economische risico. Bij operationele renting beschikt de leasingnemer zelden over een aankoopoptie op het einde van het contract. Meestal voorziet de leasinggever in bijkomende diensten zoals onderhoud, herstellingen, vervangwagen, BA-verzekering, ... Daarom spreekt men ook wel van full-service renting.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
Merk Volkswagen BMW Audi Opel Ford Renault Mercedes Peugeot Citroën Volvo
%
aantal auto’s
15,34 12,61 10,01 9,91 8,41 8,22 7,93 6,88 4,95 3,49
14.367 11.803 9.372 9.276 7.878 7.698 7.241 6.438 4.633 3.269
Begrip “kortetermijnverhuur” Traditioneel gaat het om het verhuren van personen-, bestel- of vrachtwagens voor een periode van één dag tot max. één jaar. Meestal mits een “all in”-formule die zowel de vergoeding van de huurperiode omvat maar ook ongeval- en pechbijstand, onderhoud en banden, de verplichte BA-verzekering of andere terugkoopmogelijkheden van de aansprakelijkheid van de huurder. Ook andere diensten “op maat” kunnen.
“Kortetermijnmarkt” deelmarkten – Luchthavens (veel middenklassers met benzinemotor, cyclisch marktsegment, zeer gevoelig aan economische situatie, meeste verhuurbedrijven zijn internationals met breed netwerk, bekend onder noemer “rent-a-car”). – Thuismarkt of ‘Downtown’ (sterk ge-
De sector “fleet” zal morgen dringend meer flexibiliteit moeten nastreven en een gepast antwoord vinden op het fenomeen “auto van de zaak” als middel om werknemers aan ondernemingen te binden.
groeid segment dat tijdelijke en lokale mobiliteitsbehoeften van Belgen invult, internationale en nationale spelers actief. – Verhuring gebonden aan leasemaatschappijen (bijna alle langetermijnleasecontracten voorzien vervangwagen, kortetermijnverhuur gaat dus vooral over vervangwagens (enkele dagen bij onderhoud of pech) of aanloopwagens (enkele maanden tot levering lange-termijn-wagen). – Verhuringen gebonden aan verzekeringsmaatschappijen (contract met vervangwagen-clausule) – Verhuur van vracht- en bestelwagens (gespecialiseerde voertuigen voor professioneel gebruik (bv. koelwagens) en voor particulieren (bv. weekendverhuis), vaak streekgebonden, kleinere netwerkstructuren).
Marktsituatie In 2007 realiseerde de sector 518.335 verhuurcontracten, goed voor 5.281.150 verhuurdagen en een omzet van ruim 160 mio euro. De gemiddelde kortetermijnvloot bestond uit 17.887 voertuigen. Na jaren bloei vielen diesels lichtelijk terug naar 76,88% doordat de exportmarkt minder diesel en minder zware motoren vraagt.
Marktaandeel kortetermijnverhuur Merk Volkswagen, Audi, Seat Skoda Renault Opel Ford Peugeot Citroën DaimlerChrysler Andere Kia Volvo Hyundai Toyota Fiat
aandeel in % 31,57 10,81 13,28 10,47 6,74 6,00 5,69 3,02 2,88 2,47 2,15 1,35 1,34
Hot topics CO² (http://www.health.fgov.be/pls/portal/co2) Ondertussen evolueerde het wagenpark in Europa dat minder dan 160g CO²/ km uitstoot van 24,41% in 2004 naar 40,29% in 2007. Daarvan beantwoorden 21,90% aan de norm EURO III en 78,09 aan EURO IV. Fleet managers zien dus blijkbaar ook het belang in van energiezuinigere en emissiearme auto’s. Mobiliteit (http://www.mobilit.fgov.be/index.htm) In het verlengde van al dat groen, steekt de roep naar een beter georganiseerd openbaar vervoer en alternatieve mobiliteitsinitiatieven duidelijk de kop op. Zo weten wij bv. uit goede bron dat de Fietsersbond eerstdaags, én met de steun van Europa, haar “Bike to Work” project aan bedrijven gaat voorstellen. Méér werknemers op de fiets voor een goede gezondheid met een betere mobiliteit als toemaatje. Maar tegelijkertijd groeit het besef dat hoe goed ook bedoelde, alternatieve mobiliteitsinitiatieven meer moeten zijn dan alleen maar het terugdringen van het autogebruik. Zij moeten beter zijn dan het huidige gebruik van de auto als verplaatsingsmiddel. Hier is voor de overheid nog veel werk aan de winkel. e-Positief (www.e-positief.be) en Eco-Drive – e-positief rijden is geen eco-driving, defensief of preventief rijden en al zeker geen slipcursus, maar wel e-cologisch rijden (tot 15% minder CO² uitstoot), e-conomisch rijden (tot 15% minder brandstof), en e-limineren van risico’s (tot 10% minder ongevallen). Bedrijven met kleine of grote vloten? Commerciële mensen of onderhoudsploegen op de baan? En waarom ook niet al het personeel, ook wie geen bedrijfswagen heeft? E-positief rijden levert alleen maar voordelen op voor bedrijven – Denk bij Eco-Drive aan een zwarte doos die rijstijl en het brandstofverbruik registreert, analyseert en adviseert. Vooral interessant voor bedrijfswagens. Met Eco-Drive willen leasemaatschappij Athlon en autoverzekeraar Ethias de CO²-uitstoot met een miljoen ton beperken. (alleen zeggen zij er niet bij tegen wanneer en over welke periode). Eco-drive is je ook afvragen hoe je als chauffeur zuiniger kan rijden. Autoconstructeurs ontwikkelen lichtere en brandstofvriendelijke motoren en zoeken tomeloos naar alternatieve energiebronnen. Bandenmakers studeren op de minste rolweerstand. Maar uiteindelijk kan wie rijdt zich een “bewuste” manier van rijden aanmeten. De theorie is glashelder. Practisch: neem de fiets, hou afstand, schakel de juiste versnelling in, gebruik het motorkoppel, rem zo weinig mogelijk, haal die bagage- of fietsenrekken van het dak, schakel niet onnodig de airco in, kijk je bandenspanning na, rij defensief en anticipeer, gebruik je ogen en verstand. Rij niet traag maar soepel. Het scheelt echt een slok op een borrel.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
67
Varia Guido Fonteyn
Absolute primeur
Privé brengt gewesten samen
In november gingen de drie gewesten van dit land bij elkaar op bezoek, wat mij een absolute primeur lijkt te zijn. Het initiatief ging niet van Vlaanderen, Wallonië of Brussel uit, maar kwam uit de privé-sector: het bedrijf Be4Business (*) uit Laken (Brussel), dat wel kon rekenen op de volle steun van de drie betrokken ministers. Dat zijn Patricia Ceysens (Vlaams gewest), Benoît Cerexhe (Brussels gewest) en JeanPierre Marcourt (Waals gewest).
Be4Business pakte met dit initiatief uit onder het motto “Beter een goede buur dan een verre vriend”. Men mag hierin ook een verwijzing zien naar het feit dat delegaties van onze gewesten elkaar geregeld bij zendingen in het (verre) buitenland voor de voeten lopen, maar in België zelf elkaar nog niet hebben gevonden, en soms negeren. In het culturele domein werken instellingen zoals de KVS en het Théâtre National in Brussel al langer systematisch samen, ondanks het ontbreken van een samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse en de Franse gemeenschap-
pen. Be4Business pakte nu met iets gelijkaardigs uit op het vlak van de gewesten. En voor diegenen onder ons voor wie de staatsindeling van België onduidelijk zou zijn: wij hebben drie Gewesten (Vlaanderen, Wallonië, Brussel) en drie Gemeenschappen (de Vlaamse, de Franse, de Duitstalige). Gemeenschappen zijn bevoegd op wat wij de “persoonsgebonden materies” noemen, zoals Onderwijs en Cultuur. Gewesten zijn bevoegd voor ,”grondgebonden materies”, zoals het havenbeleid en de economie.
De oprichters van Be4Business v.l.n.r. Marc Henri De Bruyne (voorzitter), Marie Elise Adriansens (vicevoorzitter), Laurence Van Elegem (bestuurder), Vincent Morrens (bestuurder).
68
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
De drie gewesten van België zijn mekaars voornaamste handelspartners, maar hun bedrijfsleiders (en politici) zijn te weinig op de hoogte van succesverhalen en zakelijke kansen die zich op enkele kilometer over de taalgrenzen, maar in hetzelfde land, bevinden. Daarom baseerde Be4Business zich op het concept van de economische missies naar het buitenland, en maakte daar intergewestelijke,” reizen” van. Een eerste bezoek had plaats in november. Op 25/11 kwam Vlaanderen aan de beurt, op 26/11 Wallonië, en op 27/11 Brussel. De missie duurde telkens 12 uur, en was helemaal gewijd aan de ICT-sector (informatie-en communicatietechnologie). Drie thema’s kwamen aan bod: ”The e-builders” (e-business, e-commerce, e-marketing, e-health, e-…), “The Solutions” (softwareoplossingen, ontwikkeling, IT-concultancy…) en “The Outsiders” (innoverende of moeilijk te catalogeren ondernemingen: 3D-imaging, biometrie, ruimtevaart, Green IT …). Marc Henri De Bruyne, de voorzitter en oprichter van Be4Business zegt dat op dit initiatief geen ideologisch of politiek label moet worden gekleefd, maar dat het enkel gaat om “de optimalisering van de uitwisseling tussen professionals die te weinig van mekaar weten”. De intergewestelijke missies van Be4Business konden bogen op de steun van ongeveer alle partners in het veld: BECI (Brussels Enterprises § Industry), het VBO, UNIZO, Union des Classes Moyennes, UWE (Union Wallonne des Entreprises). BECI zelf is het samenwerkingsverband tussen de Kamer van Koophandel en het Verbond van Ondernemingen te Brussel. Verder namen ook vrijwel alle beroepsverenigingen uit de (brede) ICTsector aan deze eerste missie deel. Informatie: Marc Henri De Bruyne Voorzitter Be4Business Vuurkruisenlaan 173, 1020 Brussel Tel. 02-269 50 21
Varia Stijn Dom
Passie en gedrevenheid zorgen voor ‘power to innovate’
Creativiteit in tijden van crisis
Zonder creativiteit geen innovatie. Creativiteit is de brandstof van de motor die innovatie doet draaien. De innovatietank moet voortdurend bijgevuld worden zodat de motor niet stilvalt. Het Creativity World Forum leek ons de plek bij uitstek om alles te weten te komen over het hoe en het wat van creativiteit.
Inspireren
John Cleese was een van de spreker op het Creativity World Forum. Zijn boodschap: zoek een ‘andere’ wereld op, ver van de dagelijkse routine, en haal de homo ludens in je naar boven.
Net als de cholera aan ons immuunsysteem vreet, vreet de huidige economische crisis aan onze economie. Onzekerheid en angst tieren welig. Onheilspellende berichten vliegen ons dagdagelijks om de oren. Welk pad moeten we bewandelen? Gaan we voor de korte termijn en zetten we alle middelen in om de schade te beperken? Of koesteren we ons creatief brein om de lange termijn veilig te stellen? Aandacht voor het eerste aspect is cruciaal, maar het tweede mogen we zeker niet uit het oog verliezen. België en Vlaanderen smachten om innovators en entrepreneurs. Het verhaal is genoegzaam bekend. We lopen achter en moeten dringend in actie schieten om de concurrentie bij te benen. Anders is onze economie en onze welvaart bedreigd. We zijn verplicht te internationaliseren, een duurzaam beleid te voeren en innovatie hoog in het vaandel te dragen. Allemaal mooie woorden, maar hoe kunnen we die concretiseren?
Hoe ontstaan creatieve ideeën? Op welke manier ontstaat er een voedingsboden voor creativiteit? En, vooral, hoe kan creativiteit aangewend en geconcretiseerd worden in een werkomgeving? Een briljant idee is een ding, het uitvoeren een ander. Mensen inspireren en tools aanbieden om creatieve ideeën te doen ontstaan, was het voornaamste doel van het Creativity World Forum. Moeite noch kosten werden gespaard om van het gebeuren een succes te maken. Flander DC had heel wat in petto: een aantrekkelijke website en dito reclamecampagne en een rist topsprekers met internationale allure. Bovendien concrete tips: test je creativiteitsindex, optimaliseer je brainstormsessies, een HR toolbox rond creativiteit en adviezen om een creatieve bedrijfscultuur te ontwikkelen.
Homo ludens John Cleese nam ons mee in de wondere wereld van zijn creatieve brein. Met begeestering, humor en charme slaagde hij erin om de zaal een uur lang te boeien. Een van de verrassende uitgangspunten van het bekendste lid van Monty Python is: ‘Intelligence is not to think at all’. Einstein zat in zijn kantoor in Princeton dikwijls met de voeten op het bureau te niksen. Zo leek het althans. Maar schijn bedriegt. Cleese: “Hij zocht een ‘andere’ wereld op, ver van de dagelijkse routine en liet de ideeën tot zich komen.” En dat is volgens Cleese de essentie om creativiteit te bereiken. “Onze gemoedstoestand beïnvloedt voor een groot deel onze ma-
nier van denken. Om in een ideale ‘mood’ te komen zijn er twee voorwaarden: bounderies of space en bounderies of time creëren. Zoek dus een rustgevende plek op waar niemand je kan storen en mediteer, indien nodig, om je hoofd leeg te maken. Haal de homo ludens in je naar boven en denk in een andere dimensie dan diegene waarin je je dagelijks bevindt. Zorg er ten slotte voor dat je een afgebakende periode voor ogen houdt. Denk niet te hard na, maar laat de gedachten bij wijze van spreke tot je komen. Wees niet streng voor jezelf en laat ook slechte ideeën toe. Evalueer nadien je ideeën en ga na welke uitvoerbaar zijn.”
Innovatie is een slagveld Van de andere presentaties onthouden we vooral dat passie, gedrevenheid en weerloosheid belangrijk zijn. Weerloosheid komt neer op mildheid in combinatie met een zekere vorm van naïviteit. Organisaties die gepassioneerde mensen in huis hebben, zullen innovatief uit de hoek kunnen komen. Gedrevenheid zorgt voor meer ‘power to innovate’. De bedrijfscultuur is zodanig veranderd ten opzichte van tien jaar geleden dat managers een volledig andere koers moeten varen. Jef Staes vergelijkt het met een schip. “Goeie kapiteins (lees leiders) moeten hun schip op een andere manier uitrusten om in de woelige zee niet te kapseizen. Het conflictmodel is cruciaal, volgens Staes. “Innovatie is een slagveld. Conflicten tussen getalenteerde en gepassioneerde mensen zijn het kenmerk van organisaties die door creativiteit aangestuurd worden.”
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
69
Varia – Op de boekenplank Karel De Decker
Authentiek en overtuigend verhaal
COOL! Winst door belevingsmarketing In de slag om de gunst van de consument zijn belevingsmerken als Apple, Harley Davidson en Gucci de grote winnaars. Fans staan in de rij voor de volgende gadget, het nieuwste type of de komende collectie. Op internet worden deze merken druk besproken en tegen de impact die dat heeft, kan zelfs de duurste reclamecampagne niet op. De sleutel tot het succes van belevingsmarketing is dat al die merken COOL! zijn. Een belevingsmerk vertelt een authentiek en overtuigend verhaal waarin mensen zichzelf herkennen. Dit verhaal is leidend voor alle bedrijfsprocessen en klantcontactmomenten. Het is in de eeuw van de consu-
ment dé kritieke succesfactor geworden. De auteur Diederick van Thiel legt de grondslagen van belevingsmarketing bloot en geeft tips aan ondernemers, managers en marketeers om een merk COOL! te maken. Volgens de auteur onderscheiden belevingsmerken zich van gewone merken door vier kerncompetenties: – focus op winstgevende klanten – de mogelijkheid tot interactie tussen doelgroep en merk – de vanzelfsprekendheid van samenwerking tussen merken (co-marketing) die iets aan elkaar hebben toe te voegen – een ongekende innovatiekracht waarbij met name het vermogen om het verleden te vergeten een kracht is om merken van de toekomst te bouwen. De centrale gedachte in het boek is: ‘return on investment’ gaat hand in hand
met ‘return on inspiration’. Beide zijn een noodzakelijke voorwaarde voor merken die willen overleven in een tijdperk van teveel informatie en te weinig mogelijkheden om die informatie te verwerken. De consumenten zoeken vandaag merken die inspireren, die energie uitstralen en die in ‘return’ voor hun inspiratie de loyaliteit van deze consumenten mogen verwachten. Consumenten die ambassadeurs worden voor het merk en zelf als zender van de inspiratie gaan dienen. Een ding staat vast: de mening die telt zal niet langer meer komen van de hoogste in rang, maar veel meer van de mensen die het dichtst op de huid van hun (potentiële) klanten zitten en daar iets nuttig mee kunnen doen. Aan te raden voor iedereen die met zijn merk het verschil wil blijven maken. Een uitgave van FT, Prentice Hall, Financial Times, Pearson Education ISBN 978-90-430-15899
Een inspiratieboekje
Succesregels voor managers Er zijn boeken die spreken zonder veel te zeggen. ‘Succesregels voor managers’, samengesteld door Gerd de Ley, is er zo een. Het bevat de beste tips, wetten en citaten voor Ambitieuzen en Zakenmensen. Een inspiratieboekje dus. Bijvoorbeeld: een toespraak voorbereiden en net die ene aanzet ontbreekt? Inspiratie nodig om tijdens een bespreking duidelijk je punt te maken? Om nooit om een goede invalshoek verlegen te zitten; kun je bij deze ‘succesregels’ wel terecht.
70
Uit zijn grote collectie koos citatenverzamelaar Gerd de Ley de beste citaten voor managers. Een kweekvijver vol wijsheden, ontleend aan de alledaagse praktijk van internationale managementgoeroes. Uit het boek citeren we enkele wijsheden over ‘raad’: – heel wat mensen hebben hun succes te danken aan een raad die ze niet hebben opgevolgd – het interessantste wat je kan doen met goede raad is die doorgeven, je mag die zelf nooit opvolgen – als goede raad duur was, zou iedereen hem verkopen en niet zomaar geven! – geef me geen raad, ik kan me alleen ook wel vergissen – de ellende met het geven van raad is,
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
dat de mensen je met gelijke munt willen terugbetalen. Nog enkele citaten om het af te leren: – goede wijn behoeft geen krans, alleen maar reclame (Bertold Brecht) – hoe vager de functieomschrijving hoe hoger het salaris (Alan Hanjalic) – je moet je werk ernstig nemen, niet jezelf (Frankie Howard) – zorg ervoor dat je nooit méér geld verdient dan dat je waard bent (Robert Anthony) – slimme managers gaan niet in de politiek (Benjamin Barber) – je kunt alles bereiken. Maar niet alles tegelijk (Oprah Winfrey). Uitgave van Lannoo ISBN 978-90-209-78124
Varia Jens Pas Adviseur bij samenwerkings- en motivatieproblemen en verhalenverteller
Storytelling
Apotheek met wachtdienst Moe maar voldaan was hij vrijdag om elf uur ’s avonds naar huis gereden. De laatste klant bediend. Terwijl hij zich twee maanden eerder druk had gemaakt omdat hij pas om zeven uur was thuis gekomen als gevolg van een installatie die hij persé moest starten om vier uur in de namiddag. Ongehoord vond hij het. Zijn dispatcher had hem gebeld. Een klant had dringend een digitale televisieaansluiting nodig om de match in het weekend te kunnen zien. En aangezien de directie beslist had om klantgericht te werken, moest hij die vrijdag om vier uur nog aanvangen met een installatie. Hij wist dat dit zou uitlopen. Klantentevredenheid. Het stond zelfs op zijn bestelwagen geschreven. Zo kon hij het niet vergeten. Maar dat was twee maanden geleden. Nu was het elf uur en was hij gelukkig. Wat was er veranderd? Hij vroeg het zich af. Hij was zelfstandig geworden. Was dat het? Neen. Hij was nu zelfstandig installateur van allerhande telecommunicatiemateriaal en deed min of meer hetzelfde als toen hij voor die grote netwerkoperator werkte. Het werk was hetzelfde, de klanten eigenlijk ook. En ook hij stelde belang in klantenservice. Anders zou je niet tot elf uur ’s avonds zitten sleutelen onder een tafel in een veel te klein en donker hoekje. Maar hij had slechts 3 klanten bediend die dag, in tegenstelling tot vroeger waar hij een quotum van 5 of liefst 6 moest halen. Anders lag zijn productiviteit lager dan het gemiddelde en kreeg hij een slechte evaluatie. Bij de laatste klant hij had nochtans zeer efficiënt gewerkt. Hij was een professional en kende zijn vak. Maar toen, om 19u, gebeurde er iets. Het zoontje van de klant had koorts gekregen en de moeder had een apotheek nodig. Omdat ze niet goed overweg kon met het internet, had hij voor haar opgezocht wie de apotheek met wachtdienst was en had hij op mappy.com de bijhorende wegbeschrijving opgezocht en afgedrukt. Het had hem zeker een uur werk gekost, temeer daar de printer des huizes aanvankelijk niet mee wou. Zoiets zou ondenkbaar geweest
zijn twee maanden tevoren. Toen was hij installateur met een welbepaalde opdracht en had hij geleerd de focus te bewaren op het in bedrijf stellen van de toestellen van zijn bedrijf. Alleen zo kon hij 6 klanten per dag halen. “Geen koffie aanvaarden” ,had men hem ingeprent. “Geen praatje met de klant na de installatie”. Want al die praatjes met al die klanten waren op het einde van de week goed voor 8 werkuren, zo had een consultant becijferd, een hele werkdag. Verloren gegaan aan praatjes. Hij zag de consultant voor hem staan, op dat bedrijfsseminarie waar hij en zijn collega-installateurs naar toe moesten. Iedereen moest door een “klantengerichtheidsbad” zo klonk het. Er werd geïnvesteerd in de mensen ... Het had hem uitgehold. Zes installaties per dag. En één doos Nurofen per maand ondertussen. Hij was een lege overall met het logo van zijn bedrijf erop geworden. Erin zat geen mens meer, maar een geoptimaliseerd stukje anonieme arbeid, een human resource. Zijn ziel was weg. Zijn werkvreugde. Van de fierheid op zijn eerste werkdag toen hij ook zo’n logo mocht dragen, was na amper één jaar, niets overgebleven. Hij had zijn overall met logo over de haag gegooid en een klein bestelwagentje gekocht. Hij zou het anders aanpakken. Hij had zelfs geen logo, maar wel terug tijd voor de klant. Voor het praatje, voor het zoeken naar de apotheek. Maar als hij werkte was het hard en efficiënt. Hij had immers omzet te realiseren. Anders kon zijn nieuwe auto niet afbetaald worden. De risico’s waren groot. Hij voelde zich terug gelukkig. Hij vroeg zich af of hij zou moeten groeien? Kon hij morgen personeel aanwerven om voor hem installaties te verzorgen? Of zou hij in dezelfde val trappen als zijn vorige werkgever? Kon je je personeel gewoon vertrouwen? Of moest je hen wantrouwen en quota opleggen? Hij vroeg het aan zijn vrouw. En zoals altijd antwoordde ze met een vraag die het antwoord was: “Ben jij dan de enige die zijn werk goed wil doen?” Dicht tegen haar aankruipend viel hij in slaap.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
71
Executive summaries
Management & Human Resources Tijdsregistratie en toegangscontrole garanderen flexibele uurregeling – p. 11 Bij Campina is er een aparte regeling voor arbeiders en bedienden inzake tijdsregistratie. Voor arbeiders geld er zowel toegangscontrole als tijdsregistratie. Voor bedienden is er enkel toegangscontrole. Arbeiders hebben namelijk een ander uurrooster dan bedienden. Op die manier wordt er ingespeeld op de verschillende arbeidsregimes. (SD) Betrouwbare partner en bedrijfszekerheid essentieel voor slaagkansen – p. 14 “Onze IT-afdeling is volledig geoutsourced”, vertelt Marc Haelemeersch, gedelegeerd bestuurder van Centea. “Wij gebruiken hetzelfde platform als de KBC-groep. KBC is 100% aandeelhouder van Centea en is ook onze leverancier voor IT-toepassingen. De manier waarop we nu samenwerken loopt al drie jaar. Ervoor hadden we onze eigen IT-afdeling.” (SD) Delokalisatie zorgt voor jobs in Vlaanderen – p. 15 Urbain Vandeurzen spreekt liever over expansie in plaats van delokalisatie. “In mijn ogen moeten we de pejoratieve betekenis van delokalisatie uit de wereld helpen”, zegt de voorzitter van Voka. “Ondernemingen moeten een internationale koers varen. Dat is essentieel. Delokalisatie komt niet neer op bedrijfssluitingen, maar net het omgekeerde. Het is zelfs nodig om jobs te creëren in Vlaanderen.” (SD) E-recruitment cruciaal voor aanwervingen bij de VRT – p. 17 De VRT heeft een lange weg afgelegd op het gebied van automatisering van ITprojecten. Sinds 1998 wordt SAP gebruikt als ERP-oplossing. Voordien bestond de
72
IT-infrastructuur uit een mozaïek van niet geïntegreerde systemen. In 2006 heeft de VRT beslist om met Arinso in zee te gaan voor de implementatie en de expansie van het HR-programma. Het systeem wordt gebruikt voor tijdsregistratie, evaluatie, payroll en e-recruitment. Over dat laatste luik hebben we een gesprek gehad met Geert De Preter, IS Manager bij de VRT. (SD) Kasparov zet CEO’s en talentvolle kinderen schaakmat – p. 19 Door te schaken leren kinderen de juiste beslissingen nemen en vooruit te denken. Ze leren winnen en verliezen, kunnen onder druk handelen en moeten respect tonen voor anderen. Ten slotte is ook concentratie cruciaal. En hard werken; een talent op zich, dixit Garry Kasparov. Risico’s nemen en de gevolgen ervan inschatten komt ook naar voren. Kortom, het profiel van een succesvolle CEO. (SD) Mobiele werplek wint meer en meer aan belang – p. 21 Ondernemingen springen niet efficiënt om met hun werkruimte, zo blijkt. “Zelden komen wij bij een bedrijf over de vloer waar meer dan 60% van de werkplekken in gebruik is. De meeste firma’s komen aan een bezettingsgraad van 50 procent. AOS Studley adviseert ondernemingen bij het beheer van hun vastgoed en hun algemene diensten. (SD) Do we really manage and measure our risks? – p. 26 Today, all Boards of Directors and executive management are looking to get a better sense of their actual risks present in their organisation. By embedding an enterprise-wide risk management approach in their processes, they facilitate sustainability, increase transparency and
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
strengthen and improve the governance process. Ultimately, this will lead to new opportunities. (MV)
Sales & Marketing Recepten voor merk- en marketingmislukkingen – p. 30 Het bewust najagen van mislukkingen in merk- en marketingbenadering is een geestige bezigheid. Een glimlach is niet ver weg. En perfecte mensen bestaan niet, dus niemand moet zich hierbij aangevallen voelen. Het bewust maken van de recepten die de marketingactiviteit doen mislukken, is wel efficiënt. Zeker omdat niet-marketeers vaak de marketingbeslissingen nemen, is het delen van een aantal veel voorkomende fouten zinvol om tot competitieve bedrijven te komen. Hopelijk ontdekt u nog veel recepten die falen veroorzaken, dat betekent dat u nog sterk kan groeien op basis van marketing, als een ‘driver of growth’. (GVH) Gifts en gadgets blijven het goed doen – p. 34 Eindejaar is voor de leveranciers en producenten van gifts en gadgets een topperiode. In deze hoek lijkt de financiële crisis niet bepaald veel impact te hebben. Mensen krijgen immers graag geschenken en dat ontgaat een slim bedrijf niet. De tijd van de prullaria is definitief voorbij. Hoogwaardig textiel, elektronische producten en cadeaubonnen vieren hoogtij. De vier basiskrachten achter elke bedrijfsbeslissing – p. 36 Als medewerkers elkaar beïnvloeden of stelling nemen bij een bedrijfsbeslissing, dan wegen ze vier basiskrachten tegen elkaar af: bedrijfsvoordeel, bedrijfsrisico, persoonlijk voordeel en persoonlijk risico.
Wie als marketeer of verkoper vooraf een analyse maakt van deze vier basiskrachten in de hoofden van de belangrijke spelers bij de klant, die doorziet snel of een offerte kans maakt (of van te voren een verloren zaak is). Meer over Forte’s eigen denkmodel van de Four Forces leest u in deze editie van CxO Magazine. (JL)
ICT & Networks Patrick Vanderbauwede: privilégier l’outsourcing – p. 39 L’Institut national d’assurances sociales pour travailleurs indépendants (INASTI) est une institution publique de sécurité sociale à personnalité juridique, établie en 1971. L’INASTI a pour mission de gérer le statut social des indépendants. L’INASTI interagit pour ce faire avec l’autorité politique, diverses instances publiques et avec les caisses d’assurances sociales. Pour le développement de ses applications, elle privilégie largement l’outsourcing. (JLM) Comptabilité: Consolidation et intégration – p. 40 Avec les rachats de Coda, C-Logic, Quadreon et Vero, Winit et Solid Data, le mouvement de concentration des acteurs locaux de la comptabilité se poursuit, tandis que les éditeurs développent des modules d’intégration pour la gestion des documents financiers électroniques. A ce niveau, l’intégration automatique de la facture est au coeur de la stratégie de tous. (JLM)
Legal & Finance CFO: de bedrijfsstrateeg van morgen!? – p. 51 De rol van de CFO zit duidelijk op een kruispunt. In zijn studie ‘What’s next for
the CFO? – Where ambition meets reality.’ probeert Ernst & Young te achterhalen waarom de CFO is wie hij nu is en welke factoren zijn functies kleuren. De ambitie om meer en meer betrokken te worden bij de bepaling van de strategie van zijn onderneming, lijkt gestopt te worden door de noodzaak aan meer controle en aan meer naleving van de corporate governance regels. De CFO is niet langer de scorekeeper, maar wel degene die het bedrijf kent als zijn broekzak. (JC) Corporate Governance dan toch dood? – p. 52 Na Fortis beleefde ook Dexia en Ethias moeilijke tijden. Fortis bezweek onder de druk van een mislukte overname. De hoop dat het vertrek van Lippens het tij kon doen keren, leek ijdel. De corporate governance bleef gekwest en verminkt achter. Alsof dat nog niet genoeg was, kwamen malafiede praktijken op het Ministerie van Binnenlandse Zaken aan het licht. Ook daar bleef de kopman vasthouden aan zijn post, de corporate governance ten spijt. (JC) Eco-maatregelen op bedrijfswagens een maat voor niets? – p. 54 Het eco-gedoe rond bedrijfswagens blijkt voor het ogenblik niets meer dan een mooie drogreden om meer belastingen te kunnen innen. Werkgevers, werknemers, leasemaatschappijen, autoconstructeurs en brandstofleveranciers staan voor de enorme uitdaging om een aanvaardbaar evenwicht te vinden tussen ecologie, prestatie en aanwending van en voor bedrijfswagens. Fiscale maatregelen blijken immers een maat voor niets omdat realisme en opportuniteiten nu ver uit elkaar liggen. Tenzij men, zoals nu, tevreden is met een verhoging van de fiscale inkomsten. (JC)
Onvoorzienbare hindernis op de weg! – p. 55 Door het steeds toenemende verkeer op onze wegen, wordt de kans op een ongeval ook steeds groter. In de praktijk hoeft het zelfs niet altijd een ongeval te zijn tussen voertuigen onderling. Vaak bevinden er zich ook bepaalde voorwerpen op de weg (bv. een lading die een voorligger verloor, een wiel, een stuk hout enz…). Daar het niet altijd mogelijk is om dergelijke voorwerpen te ontwijken, ontstaan er hierdoor dan ook geregeld ongevallen. De vraag die de gedupeerde zich dan stelt is of hij zijn schade niet kan verhalen op de Overheid? (ST) CFO Mobistar is koele minnaar van boekhoudsoftware Oracle Applications – p. 62-63 Mobistar gebruikt voor haar boekhouding het ERP-pakket van Oracle. Het is in 1998 geïmplementeerd. Voordien gebruikte de aanbieder van mobiele telefonie een samenraapsel van verschillende systemen. “We hadden een boekhoudpakket (Oriac) en daar werden systematisch softwarepakketten aan gelinkt via interface”, vertelt Werner De Laet, CFO van Mobistar. Hij is een koele minnaar van het boekhoudpakket. (SD) Intelligent Transport Systems – p. 65 L’intelligence dans les systèmes de transport : une société comme Tele Atlas par exemple travaille à un système qui permettra au chauffeur d’introduire les caractéristiques de son véhicule dans le GPS. Le système de navigation tracera un itinéraire qui tiendra compte de ces données. Lorsqu’il existe un passage difficile pour les poids lourds, par exemple, le système de navigation déterminera un itinéraire alternatif.
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
73
CxO Magazine is een drietalige uitgave van CxO Europe bvba en ver schijnt 6 maal per jaar met een oplage van 20.000 exemplaren. Het tijdschrift kan bekomen worden via een lidmaatschap aan 105,00 euro excl. BTW, inbegrepen een jaarabonnement op het magazine en het elektronisch archief en 15% korting op CxO Conferenties. Het lidmaatschap voor Europa bedraagt 135,00 euro en 150,00 euro buiten Europa. CxO Magazine est une édition trilingue de CxO Europe sprl qui paraît 6 fois par an avec un tirage à 20.000 exemplaires. On peut se procurer le magazine par une adhésion à 105,00 euros hors TVA qui comprend un abonnement annuel sur le magazine et l’archive électronique et 15% de rabat aux conférences de CxO. l’Adhesion pour l’Europe est à 135,00 euros et hors Europe à 150,00 euros.
Redactie | Rédaction Jef Brouwers, Jan Callant, Karel De Decker, Jan De Kimpe, Erwin De Weerdt, Stijn Dom, Guido Fonteyn, Frans Godden, Marc Honnay, Dirk Huygens, Bruno Koninckx, Jan Lagast, Dominik Malfait, Jean-Luc Manise, Steve Mertens, Paul Muys, Jens Pas, Wim Rombaut, Solange Tastenoy, Frans Uyttebroeck, Wim Vander Haegen, Geert Vanhees, Alex Van Breedam, Herman Van den Keybus, Michel Visart CxO Testlab In samenwerking met | en collaboration avec ps_testware Fotografie | Photographie Patrick Van Hoof
Jan Callant Hoofdredacteur | Rédacteur en chef
Vertalingen | Traductions Marc Honnay
Dirk Vermant Uitgever – Directeur | Editeur – Directeur
Lay-out | Mise en page dotplus – Merelbeke
Sylvie Scherrens Sales Manager
Verantwoordelijke uitgever | Editeur responsable Dirk Vermant Wielstraat 12, B-2880 Bornem | e-mail: [email protected]
Gerda Van Keer Marketing Officer Dirk Vackier Business Relations Manager Irmin Persy Secretariaat | Secrétariat Raad der Wijzen | Conseil des Sages Fotogalerij van de leden: pagina 6 Galerie de photos des membres: page 6 Uitgeverij | Redactie | Administratie | Regie Maison d’éditions | Rédaction | Administration | Régie CxO Europe bvba | Wielstraat 12, B-2880 Bornem Tel.: +32 (0)3 889 52 59 | Fax: +32 (0)3 899 03 78 e-mail: [email protected] | internet: www.cxonet.be
Niets uit deze uitgave mag verveelvuldigd en/of openbaar gemaakt worden zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. De publicitaire aankondigingen vallen niet onder de verantwoordelijkheid van de uitgever. Ondertekende artikels vallen onder de verantwoordelijkheid van de auteur(s). Feitengegevens in de ‘monthly headlines’ vallen onder de verantwoordelijkheid van de inzender. Cette édition ne peut pas être reproduite et/ou publiée sans l’autorisation écrite de l’éditeur. Les annonces publicitaires ne relèvent pas de la responsabilité de l’éditeur. Les articles signés relèvent de la responsabilité de l’/des auteur(s). Les faits communiqués dans les ‘monthly headlines’ relèvent de la responsabilité de l’envoyeur. © CxO Europe bvba. Uitgeversbedrijf CxO Europe is lid van de Unie van de Periodieke Pers/La Maison d’editions CxO Europe est membre de l’Union de la Presse Périodique
Lijst vermelde organisaties en bedrijven in deze editie van CxO Magazine ABN-Amro 52 Accenture 40 Acer 37, 38 Act 22 Alcatel-Lucent 29, 46 Alfacam 19, 33 Alpha Card 28 Amazon 28 AOS Studley 21 Apple 28, 70 Arinso 17 Aspiravi 44 Asus 37 Athlon Car Lease 57, 61, 67 Atos Origin Integration 38 Avanade 40 Bank Degroof 58 Bank Delen 58 BAPP 33 BBVV 67 BCD Travel 1 Be4Business 68 BECI 68 BISI 38 Blackberry 28 BMW 54 Bridgestone 44 Campina 11 Care 63 Case New Holland 29 Centea 14 Certipost 40 Ceusters 47 CIOnet 43 C-logic 40 Cluster Vision 38 Coca-Cola 28 Coda 40 Cushman & Wakefield 44 CVWarehouse 19 CxO 75
74
Dago 47 Dell 37, 38 DEM 14 Dexia 44, 52, 58 DHL Global Forwarding 53 DigiPoint 42 Disney 28 Distrilog 44 Dokumenta 38 Dupont de Nemours 29 Easypay Group 10 Econocom 18 Electrabel 27 Emotionele Intelligentie Instituut 29 Ernst & Young 51 Ethias 67 European Dynamics 38 Exact Software 40 Exqi 39 Faceo 47 FedEx 28 Ferrari 28 Fietsersbond 67 Flander DC 69 Flanders Port Area 44 FOD Financiën 52 Forte 36 Fortis 52 Gartner 38 Google 28 Groenhoven 50 Group 4 Falck 14 Gucci 70 H&M 28 Harley Davidson 70 Haute école Province de Liège 47 HDP-AristA groep 14 HP 37, 38, 46 HTC 37 Hyperion 62 IBM 38
ICO 44 IEC 41 Imtech 47 INASTI 39 ING 58 Intel 28 Interbrand 28 Intrasoft 38 IRS 44 ISS 47 IT Job Board.be 14 ITS Belgium 65 IWT 10 JCI 64 Jobat 17 Kaho St. Lieven 47 KBC 14, 52, 58 KVS 68 Lambrechts 47 Lannoo 70 Luon 18 Manpower 14 Meeting Point Belgium 2 Merak 48 Microsoft 40 Mobistar 62 Monster 17 MSC 49 Nike 44, 47 Nintendo 28 Nokia 37 Nuance 37 NYK 44 Option 19 Oracle 62 Pearson Education 70 Polypane 44 Prodware 40 ProLogis 44 Protime 11 Protiviti 23
CxO Magazine | October – November 2008 | www.cxonet.be
PwC 9, 13 Quadreon 40 Realdolmen 51 Renta 66 Reynaers Aluminium 44 Sara Lee 46 SD Worx 11 Serco Belgium 38 SG Private Banking 58 Shell 54 Siemens IT Solutions & Services 38 Signum+ 44 Sodexho 14 Sogeti Belgium 38 Solid Data 40 Still Movin 25 SwingGroup 35 Switzerland 55 Théâtre National 68 ThyssenKrupp 19 Toshiba 37 Toyota 28 Union des Classes Moyennes 68 Unit 4 Agresso 40 Unizo 24, 68 UWE 68 Vacature 17 VBO 68 Vero 40 VIL 43 Visa 28 Vlaams Supercomputing Centrum 38 Voka 15 Volvo 45, 76 VRT 17 Warehouses De Pauw 44 Winit 40 Wolters-Kluwer 39 World Adv. Research Center 28 Zara 28
Word lid van de CxO community
Devenez membre de la communauté CxO
(Magazine – eZine – web – archief)
(Magazine – eZine – web – archives)
Ik wens mij te abonneren op CxO Magazine (6 nrs./jaar) – Je souhaite m’abonner à CxO Magazine (6 n°/an) – q CxO q CxO eZine gratis (6 nrs./jaar) eZine (6 n° gratuits/an)
q België: 105,00 EUR q Europa: 135,00 EUR q buiten Europa: 150,00 EUR
q Belgique: 105,00 EUR q Europe: 135,00 EUR q Hors Europe: 150,00 EUR
meer informatie over adverteren q inIk wens CxO Magazine en CxO eZine Mijn gegevens zijn niet correct. q Gelieve hieronder de juiste gegevens in te vullen.
Je souhaite plus d’information sur le placement d’an q nonces publicitaires dans CxO Magazine et CxO eZine Mes coordonnées sont incorrectes. q Veuillez trouver ci-dessous mes coordonnées exactes.
5 goede redenen om u te abonneren op CxO Magazine:
5 bonnes raisons de vous abonner à CxO Magazine:
– lees praktijkgerichte artikelen over visie, strategie, leiderschap en innovatie – laat u inspireren door de interviews met leden van onze Raad der Wijzen – ontdek de executive summaries: handige, korte samenvattingen – geniet 15% korting op CxO Conferences – ontvang gratis CxO eZine
– lisez des articles centrés sur la pratique en matière de vision, de stratégie, de leadership et d’innovation – laissez-vous inspirer par les interviews des membres de notre Conseil des Sages – découvrez les “executive summaries”: des brèves et des résumés bien utiles – bénéficiez de 15% de réduction sur les conférences CxO – recevez gratuitement CxO eZine
Fax terug naar +32 (0)3 899 03 78 | Fax à renvoyer au n° +32 (0)3 899 03 78 NAAM - NOM ………………………………………............................................................................................................................. VOORNAAM - PRENOM ……………………………………….............................................................................................................. FIRMA - FIRME ………………………………………........................................................................................................................... FUNCTIE - FONCTION ……………………………………….................................................................................................................. STRAAT - RUE ………………………………………............................................................................................................................. NR - N° ……………………………………….......................................... BUS - BOÎTE ……………………………………….............................. POSTCODE - CODE POSTAL ………………………………………........................................................................................................ PLAATS - LOCALITE ………………………………………..................................................................................................................... TEL ………………………………………................................................. FAX ………………………………………........................................... E-MAIL ………………………………………...................................................................................................................................... BTW - TVA ……………………………………….................................................................................................................................
E BAAN
E R OP D D R A A W E B L E G N E E MOOISTE
D
DE GLOEDNIEUWE VOLVO XC60 MET STANDAARD CITY SAFETY SYSTEEM
Volvo. for life
Kom niet meer buiten zonder uw engelbewaarder. Een aanrijding is immers vlug gebeurd. Daarom is de Volvo XC60 standaard uitgerust met het unieke City Safety systeem. Deze veiligheidsprimeur helpt aanrijdingen bij lage snelheden in de stad of fi le voorkomen. Als uw voorligger plots remt en u niet tijdig reageert, remt de auto automatisch. En wat meer is, met de XC60 zit u niet alleen aan boord van de veiligste, maar ook de mooiste Volvo ter wereld. Ontdek hem bij uw Volvo verdeler.
199 - 284 g CO2/km • 7,5 - 11,9 l/100 km Geef voorrang aan veiligheid. Milieu-informatie KB 19/03/2004: www.volvocars.be. Afgebeelde modellen ter illustratie.
WWW.VOLVOCARS.BE
Life is bett er lived t ogether