Kadernota integrale veiligheid
Leiderdorp 2006-2009
Inhoudsopgave Voorwoord........................................................................................................................... 3 Leeswijzer ........................................................................................................................... 3 Samenvatting ...................................................................................................................... 4 Inleiding............................................................................................................................... 6 Aanleiding ..........................................................................................................................................................6
Hoofdstuk 1 Strategische visie.......................................................................................... 8 §1.1 Wat is veiligheid?.......................................................................................................................................8 §1.2 Doelen ........................................................................................................................................................9 §1.3 Uitgangspunten ........................................................................................................................................10
Hoofdstuk 2 Integrale veiligheid binnen de gemeentelijke organisatie ........................ 11 § 2.1 Huidige situatie .......................................................................................................................................11 §2.2 Toekomst ..................................................................................................................................................11
Hoofdstuk 3 Deelnemers integraal veiligheidsbeleid..................................................... 13 §3.1 Veiligheidsnetwerken ...............................................................................................................................13 §3.2 Betrokken partijen Leiderdorp:................................................................................................................15
Hoofdstuk 4 Communicatie.............................................................................................. 17 §4.1 Bekendmaking nota integrale veiligheid ..................................................................................................17 §4.2 Ontwikkelingen veiligheid ........................................................................................................................17
Hoofdstuk 5 Samenvatting inventarisatie veiligheid Leiderdorp .................................. 18 §5.1 Veilige woon en leefomgeving..................................................................................................................18 §5.2 Bedrijvigheid en Veiligheid......................................................................................................................19 §5.3 Jeugd en Veiligheid..................................................................................................................................19 §5.4 Fysieke veiligheid.....................................................................................................................................20 §5.5 Integriteit en veiligheid ............................................................................................................................20 §5.6 Terrorisme................................................................................................................................................21
Hoofdstuk 6 Conclusies en Aanbevelingen.................................................................... 22 §6.1 conclusie ..................................................................................................................................................22 §6.3 Doel- inspanningen netwerk (DIN) ..........................................................................................................23 §6.4 Actieprogramma.......................................................................................................................................25 §6.5 Een nota IVB, en wat nu?.........................................................................................................................32
Nawoord ............................................................................................................................ 38 Bijlage 1: Uitwerking inventarisatie Veiligheidsvelden .................................................. 40 Veiligheidsveld 1: Veilige woon- en leefomgeving...........................................................................................40 Veiligheidsveld 2: Bedrijvigheid en Veiligheid ................................................................................................47 Veiligheidsveld 3: Jeugd en veiligheid.............................................................................................................50
1
Veiligheidsveld 5: Integriteit en veiligheid ......................................................................................................58 Veiligheidsveld 6: Terrorisme..........................................................................................................................58
Bijlage 2 Wijkindeling (globaal) ....................................................................................... 59 Bijlage 3 Bronvermelding................................................................................................. 60 Bijlage 4 Begrippenlijst .................................................................................................... 61
2
Voorwoord Veiligheid is een belangrijk thema in onze huidige samenleving. Het is een veelomvattend begrip met een veelheid van deelterreinen. Belangrijke onderwerpen zijn bijvoorbeeld criminaliteit, rampenbestrijding en overlast. Van de gemeente wordt zowel door de landelijke en provinciale overheid, als door burgers verwacht dat zij zorgdraagt voor de veiligheid op lokaal niveau. Zij dient de regiefunctie op zich te nemen. Het college van burgemeester en wethouders van Leiderdorp neemt de verantwoordelijkheid voor het veiligheidsbeleid serieus en geeft invulling aan deze regierol. Deze nota is een eerste aanzet om vorm te geven aan het integraal veiligheidsbeleid in Leiderdorp. Integraal veiligheidsbeleid geeft de mogelijkheid om weloverwogen keuzes te maken en geeft duidelijkheid over de doelen en inspanningen die nodig zijn om de veiligheidssituatie te optimaliseren. Aangezien veiligheid een veelomvattend begrip is, zijn ook veel partijen nodig om de veiligheid te waarborgen. Burgers, politie, justitie, ondernemers en tal van maatschappelijke organisaties hebben de verantwoordelijkheid om de veiligheid in de gemeente Leiderdorp te waarborgen. Samenwerken is hierbij belangrijk om te voorkomen dat de inspanning van de ene partij door een gemis in de aansluiting op een andere partij verloren gaat. Leiderdorp kan niet worden gekenmerkt als een onveilige woon- of leefomgeving. Met dit integraal veiligheidsbeleid wil de gemeente Leiderdorp voorkomen dat de veiligheidssituatie verslechtert en wil zij de veiligheidssituatie in Leiderdorp optimaliseren en waar mogelijk verbeteren. De nota is het resultaat van een intensief traject, waarbij o.a. partners als de politie, woningbouw, sociaal cultureel werk betrokken zijn. Zo zijn er oriënterende gesprekken geweest met de politieteamchef Leiderdorp en de brandweercommandant. Wij nodigen u van harte uit, nu en in de toekomst actief betrokken te blijven om de veiligheid in Leiderdorp te waarborgen en te optimaliseren.
Leeswijzer De nota is als volgt opgebouwd. Allereerst wordt er in de Inleiding ingegaan op de landelijke ontwikkelingen op het gebied van veiligheid en de politie speerpunten in Leiderdorp. Daarna komt de aanleiding en totstandkoming van deze nota aan bod. In Hoofdstuk 1 wordt de visie op integrale veiligheid beschreven met daarin onder andere de doelen en uitgangspunten. Hoe het integrale veiligheidsbeleid op dit moment wordt vertegenwoordigd in de gemeentelijke organisatie en hoe dit in de toekomst moet worden ingebed in de gemeentelijke organisatie, komt aan bod in hoofdstuk 2. De veiligheidspartners en hun rol worden benoemd in hoofdstuk 3. Communicatie over veiligheid naar burgers en veiligheidspartners is ook belangrijk, hier zal in hoofdstuk 4 aandacht aan worden besteed. In hoofdstuk 5 kunt u inzicht verkrijgen in de huidige situatie en het huidige beleid en activiteiten. Ten slotte staan in hoofdstuk 6 de conclusies en de aanbevelingen. In de bijlage vindt u de uitgebreide inventarisatie van de huidige veiligheidssituatie en het huidige beleid in Leiderdorp. Ook treft u informatie aan over de bronnen die zijn gebruikt bij het opstellen van deze nota. Verder kunt u de verdeling van wijken in Leiderdorp terugvinden op een plattegrond. In de laatste bijlage treft u de begrippenlijst aan.
3
Samenvatting Aanleiding Er is een groeiende aandacht voor veiligheid zowel landelijk als lokaal. De gemeenteraad in Leiderdorp heeft ervoor gekozen om een nota integrale veiligheid op te laten stellen. Bij de totstandkoming van de nota zijn verschillende veiligheidspartners in Leiderdorp betrokken. Veiligheid omvat vele onderwerpen. Het is te onderscheiden in objectieve en subjectieve veiligheid (de beleving). Integrale veiligheid tracht alle facetten van veiligheid bijeen te brengen in het beleid. Dit wordt gekenmerkt door structuur, samenhang, samenwerking en transparantie. Het hoofddoel van integraal veiligheidsbeleid is: Een veilige en leefbare samenleving in Leiderdorp voor iedereen. En in geval van een calamiteit of bij het voordoen van een onveilige situatie zo snel mogelijk terugkeren naar een veilige samenleving. Van belang is dat er een duidelijk beeld wordt weergegeven van de huidige veiligheidssituatie en activiteiten. Daarnaast dient er duidelijkheid te komen over de taken en verantwoordelijkheden van de betrokken partijen. De nota wordt iedere vier jaar geactualiseerd, daarnaast wordt jaarlijks het actieplan bijgesteld. De borging van de integrale aanpak binnen de gemeentelijke organisatie is belangrijk. Op dit moment is veiligheid nog niet voldoende een integraal onderdeel van beleid, advies en uitvoering. Terwijl er een grote verantwoordelijkheid ligt bij de gemeente op het gebied van veiligheid. Het cluster Openbare Orde en Veiligheid (O.O.V.) zal als veiligheidsadviseur gaan fungeren. Zij ondersteunt en adviseert zowel het bestuur als de afdelingen. Daarnaast zal een structureel veiligheidsoverleg zorgen voor samenhang en samenwerking tussen verschillende veiligheidspartners zowel intern als extern. Er zijn veel partijen actief in Leiderdorp op het gebied van veiligheid. Zij hebben hun eigen verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid. Belangrijke partners zijn: burgers, gemeenteraad, het College van B&W, politie, brandweer, woningbouwverenigingen, Bureau Jeugdzorg, Bureau Halt en Stichting Sociaal Cultureel werk (SCw) enz. Veiligheidssituatie De meeste inwoners van Leiderdorp voelen zich veilig. Dit blijkt o.a. uit de wijk- en buurtmonitor en statistieken van de politie. Het aantal woninginbraken is de afgelopen 2 jaar gedaald. Begin 2006 is er weer een stijging waar te nemen. Het aantal woningbranden is toegenomen. Overlast die bewoners ervaren hebben vooral betrekking op verkeer en groepen jongeren. Om de veilige woon en leefomgeving te verbeteren zijn veel partijen actief. Onder andere een Buitengewoon Opsporing Ambtenaar (BOA), wijkagenten en SCw. Daarnaast kunnen huurders van de AWL (woningbouw) bijvoorbeeld gebruik maken van buurtbemiddeling. Op het gebied van bedrijvigheid en veiligheid zijn geen grootschalige problemen. Wel is er bij het winkelcentrum ‘Winkelhof’ sprake van overlast. De gemeente zoekt in samenwerking met andere partijen naar een oplossing. Om jongeren te helpen en op het rechte pad te houden zijn er verschillende overleggen zoals het Zorgadvies team (ZAT) en het signaleringsoverleg waarin hulpverleningsinstanties, politie etc participeren. Over het veld Fysieke veiligheid kan worden gezegd dat de brandweer intensief controleert op de gebruiksvergunning. Het rampenplan met de daarbij behorende procesdeelplannen zijn op orde. Qua verkeersveiligheid is er de laatste twee jaren een stijging te zien van het aantal incidenten. Verkeersveiligheid is een prioriteit van de politie. Ook de gemeente werkt aan verkeersveiligheid zoals beschreven in het ‘Integraal Verkeer en Vervoersplan’ (IVVP). Ook betrekt de gemeente bewoners bij het zoeken van oplossingen om de verkeerssituatie te verbeteren. Er zijn veel grote projecten in Leiderdorp gaande, bij deze projecten is veiligheid een belangrijk aspect.
4
Conclusie De conclusie die kan worden getrokken uit de analyse van de veiligheidssituatie is dat bewoners van gemeente Leiderdorp zich over het algemeen veilig voelen. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat er geen grootschalige problemen in Leiderdorp zijn op het gebied van veiligheid. Het zijn de kleine ergernissen en overlast die spelen in de gemeente. Veel andere gemeenten hebben te maken met soortgelijke problemen. Ondanks dat de problemen niet grootschalig en uniek zijn, is het van belang om aandacht te besteden en een oplossing te bieden aan deze overlast en veiligheidsproblemen. De gemeente heeft een grote rol toebedeeld gekregen op het gebied van veiligheid. Door te investeren in veiligheid kunnen problemen voorkomen worden. De contacten tussen de verschillende veiligheidspartners zijn goed. Binnen de gemeentelijke organisatie zal veiligheid integraal en gestructureerd opgepakt moeten worden. Er worden in deze nota zowel aanbevelingen op organisatorisch gebied gedaan als aanbevelingen op het gebied van de veiligheidsvelden.
5
Inleiding Er is een groeiende aandacht voor het thema veiligheid. Het is een onderwerp dat zowel landelijk als lokaal op de maatschappelijke en politieke agenda staat. In Leiderdorp wordt op dit moment al veel ondernomen op het gebied van veiligheid en dit werpt duidelijk zijn vruchten af. Dit blijkt onder andere uit het Elsevier onderzoek “Waar woont u veilig?” waarin Leiderdorp op de 4e plek kwam van veiligste gemeenten in Nederland (juni 2005). In het Elsevier onderzoek “Hoe goed is uw gemeente?” (maart 2006), wordt het sociale klimaat in de gemeente Leiderdorp als Goed beoordeeld. Het ophelderingspercentage van veelvoorkomende misdrijven over het jaar 2004 is wel gedaald sinds 2002 (met 11,1% gedaald). Veiligheid is prioriteit van het huidige kabinet. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijk relaties (BZK) wil samen met alle betrokken partijen werken aan terrorismebestrijding en crises- en rampenbeheersing, maar ook aan de problemen in de wijk. Dit is de kern van het veiligheidsbeleid waar het ministerie van BZK, samen met het ministerie van Justitie voor staat. Komend jaar wordt er een nieuw veiligheidsprogramma opgesteld voor de periode 2007-2010. Belangrijke thema’s in dit veiligheidsprogramma zullen zijn: aanpak achterstandswijken, vermindering overlast en criminaliteit, verbetering crisisbeheersing en het tegengaan van radicalisering. De landelijke speerpunten voor 2006 zijn: - Vermindering van criminaliteit en overlast: met 20-25% in 2008-2010. In 2006 moet dit al in de 50 wijken met de grootste overlast zichtbaar worden. - Identificatieplicht: de politie kan u wat vaker vragen om u te identificeren. - Terrorismebestrijding: er komen meer grootschalige oefeningen en de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (A.I.V.D.) wordt uitgebreid. - Biometrische kenmerken op reisdocumenten: in 2006 wordt de gelaatsscan ingevoerd. Lokale speerpunten 2006 Politieteam Leiderdorp Ook voor het politieteam in Leiderdorp zijn er speerpunten opgesteld voor 2006. Dit is gedaan door de leden van raadscommissie O.O.V. (openbare orde en veiligheid) in september 2005. Deze speerpunten komen terug in het Teamjaarplan 2006 van het politieteam Leiderdorp. De aandachtspunten die de commissie noemt zijn, naast het doorgaan in de huidige lijn: 1. Preventief optreden door politie continueren, met name overlast door jeugd voorkomen 2. Imago van de politie verbeteren (tevredenheid over politieoptreden verhogen) 3. Aangiftepercentages / aangiftebereidheid verhogen 4. Buurtgericht werken continueren 5. Controles op alcohol (rijden onder invloed verminderen) 6. Controles op snelheid 7. Controles op verlichting, met name fietsers Aanleiding Vanuit het landelijke veiligheidsprogramma wordt van gemeenten verwacht dat zij de taak als regisseur van het veiligheidsbeleid op zich nemen. Er dient een duidelijk kader te zijn, waarbinnen gewerkt wordt aan veiligheid. De gemeenteraad in Leiderdorp hecht belang aan het veiligheidsbeleid. Zij heeft de wens uitgesproken dat er een nota integrale veiligheid wordt ontwikkeld. Deze nota zal worden aangeboden aan het college van B&W en aan de gemeenteraad.
6
Totstandkoming nota Voor de ontwikkeling van deze nota is er een aantal stappen gezet. Om een goed beeld te krijgen van de partijen die participeren in het veiligheidsnetwerk in Leiderdorp en hun ideeën, is er een aantal veiligheidspartners bezocht. Zoals Bureau Halt, Bureau Leerplicht, Politie, Brandweer, GHOR, Milieudienst West Holland, Bureau Jeugdzorg, de Buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) en Stichting Sociaal Cultureel werk (SCw) etc. Om rekening te houden met de ideeën, wensen en de visie van raadsleden, hebben er interviews plaatsgevonden met raadsleden van alle partijen1 over integrale veiligheid. Ook is er gebruik gemaakt van gegevens en statistieken afkomstig van de veiligheidspartners in Leiderdorp.
1
Gesproken met: dhr. Veugen (D66) 21-12-05, dhr. Hollands (PvdA) 21-12-05, mevr. de Waard (groenlinks) 27-12-05, dhr. Gardeniers (CDA) 29-12-05, dhr. v/d Hoogt (BBL) 29-12-05, dhr. Reidsma en dhr. Joosten (VVD) 02-02-06.
7
Hoofdstuk 1 Strategische visie Voor een goed begrip van deze nota worden allereerst een aantal begrippen gedefinieerd. §1.1 Wat is veiligheid? Veiligheid is een breed begrip. Veiligheid is te onderscheiden in objectieve en subjectieve veiligheid. Objectieve veiligheid: is de feitelijke veiligheidssituatie, de feitelijke kans dat zich een gebeurtenis voordoet die de veiligheid aantast. Bijvoorbeeld doordat men slachtoffer wordt van criminaliteit of een verkeersongeval. Deze objectieve veiligheid staat vaak niet gelijk aan de subjectieve veiligheid. Subjectieve veiligheid: staat voor de beleving van die kans, de beleving van veiligheid of onveiligheid. Bij die beleving spelen meerdere factoren een rol. Zoals de fysieke en de sociale kenmerken van de woonomgeving of het vertrouwen in instellingen (zoals gemeente en politie) kunnen hierbij een rol spelen. Maar ook kenmerken als sekse, leeftijd en psychologische factoren zijn hierbij belangrijk. De subjectieve veiligheid heeft vaak de meeste invloed op het gevoel van veiligheid en leefbaarheid van burgers. Integrale veiligheid Integrale veiligheid tracht alle facetten van veiligheid bijeen te brengen, dus zowel op het gebied van de objectieve als subjectieve veiligheid. Goed integraal veiligheidsbeleid wordt gekenmerkt door structuur, samenhang, samenwerking en transparantie. Het gaat hierbij om een gerichte aanpak van problemen. De activiteiten van de verschillende partners moeten op elkaar aansluiten en elkaar versterken. Daarnaast dienen de oorzaken van de problemen aangepakt te worden en niet alleen de verschijningsvormen (gevolgen). Communicatie tussen de vele partners is hierbij zeer belangrijk. Deze nota is een middel om invulling en uitvoering te geven aan het integrale veiligheidsbeleid.
Slachtofferschap
verkeersongeluk
Slachtofferschap
geweldsdelict
Slachtofferschap
brand
Sociale kwaliteit
(on)veiligheid
Mate van dreiging
Persoonlijke kenmerken Sekse, leeftijd, psychologische factoren
Slachtofferschap vernieling
Sociale cohesie, leefbaarheid
Slachtofferschap (poging tot) inbraak
Factoren die invloed hebben op het gevoel van onveiligheid.
8
Op verschillende niveaus kan er gewerkt worden aan veiligheidssituatie. Deze niveaus worden weergegeven in de veiligheidsketen: De veiligheidsketen Voorbeeld
Schakels
Omschrijving
Pro-actie
Het structureel voorkomen van onveiligheid.
Het maken van een nota, programma of plan van aanpak om op een integrale wijze de onveiligheid aan te pakken.
Preventie
Het voorkomen van directe oorzaken van onveiligheid en het beperken van de gevolgen ervan.
Het doorvoeren van preventieve maatregelen in een bepaald gebied, zoals buurtpreventie.
Preparatie De daadwerkelijke voorbereiding op de bestrijding van onveilige situaties Repressie De bestrijding van onveiligheid en de verlening van hulp in acute noodsituaties Nazorg
Alle benodigde activiteiten om zo snel mogelijk weer naar de normale situatie terug te keren
Het opleiden en oefenen van hulpverleningsdiensten en de gemeentelijke rampenorganisatie. Daadwerkelijke inzet van politie, brandweer, GHOR, gemeentelijke actiecentra en overige diensten. Het evalueren van veiligheidsprojecten en als gevolg daarvan bijstellen.
§1.2 Doelen Het hoofddoel van integraal veiligheidsbeleid is: Het bereiken van een veilige en leefbare samenleving in Leiderdorp voor iedereen. En in geval van een calamiteit of bij het voordoen van een onveilige situatie zo snel mogelijk terugkeren naar een veilige situatie. SMART2 doelen 1. De (kleine) overlast en criminaliteit in de woon en leefomgeving met 20% verminderen voor 20103. 2. 100% integraal en samenhangend werken aan veiligheid binnen de gemeentelijke organisatie. 3. Er is helderheid bij de partners van veiligheid over de verantwoordelijkheid, taken en doelen op de volgende veiligheidsterreinen: rampenbestrijding, jeugd en veiligheid, fysieke veiligheid voor 2008. Om dit te bereiken zal er op alle niveaus binnen de veiligheidsketen samengewerkt moeten worden. Hiervoor is een structurele aanpak van de veiligheidsproblemen nodig door middel van samenhang, transparantie en samenwerking met de betrokken partijen.
2 3
SMART, specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdsgebonden Hierbij wordt aangesloten bij het landelijke beleid
9
Evaluatie Om de resultaten op het gebied van veiligheid in Leiderdorp te meten, kan 2004 als basisjaar worden gezien. De gegevens uit het wijk- en buurtonderzoek en statistieken van het politieteam Leiderdorp en Bureau Halt kunnen gebruikt worden voor de evaluatie. 2009 is het evaluatiejaar. Dit jaar wordt er weer een wijk- en buurtonderzoek gehouden. Het is een aanbeveling om, om de twee jaar een wijk- en buurtonderzoek te houden zodat de veiligheidssituatie gemeten kan worden. Daarnaast kan men gegevens van de politie gebruiken om tussentijds het veiligheidsniveau (zowel objectief als subjectief) te meten. Of er integraal en samenhangend aan veiligheid gewerkt wordt, kan men evalueren door per veiligheidsveld te bekijken wat er wordt georganiseerd op dat veiligheidsgebied, wie daarbij betrokken worden en of veiligheid voldoende wordt meegenomen bij projecten, beleidsstukken en in de uitvoering. Daarnaast kan bij evaluatie van de reorganisatie die in juni 2006 wordt afgerond het onderwerp veiligheid meegenomen worden. Integraal werken is namelijk een belangrijk aspect van de reorganisatie. De uitkomsten van de brainstormsessies geven aan of er voldoende helderheid is bij betrokkenen over de verantwoordelijkheden, taken en doelen. §1.3 Uitgangspunten Voor de totstandkoming van integraal veiligheidsbeleid wordt uitgegaan van een groeimodel. Het actueel houden van het veiligheidsbeleid is een continu proces. Het is de eerste keer dat er een integraal veiligheidsplan op papier wordt gezet. Op dit moment is het vooral van belang dat alle partners die te maken hebben met veiligheid een duidelijk beeld hebben van de huidige veiligheidssituatie en de huidige activiteiten. Zij dienen een gezamenlijke visie te hebben die houvast biedt aan de verdere invulling van het veiligheidsbeleid. Er dient duidelijkheid te komen over de taken en verantwoordelijkheden van zowel interne als externe partijen. Daarnaast is vooral de organisatorische inbedding van het integrale veiligheidsbeleid binnen de gemeentelijke organisatie belangrijk. Alle factoren die te maken hebben met veiligheid zijn aan verandering onderhevig. Vandaar dat ook het veiligheidsbeleid geactualiseerd moet worden. De nota wordt iedere vier jaar aangepast ( voor een periode van 2006-2010), daarnaast wordt jaarlijks het actieprogramma bijgesteld.
10
Hoofdstuk 2 Integrale veiligheid binnen de gemeentelijke organisatie De zorg voor openbare orde en veiligheid is van oudsher één van de voornaamste taken van de overheid. Vanuit de overheid worden er richtlijnen opgesteld voor het veiligheidsbeleid. De gemeente is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van adequaat veiligheidsbeleid. De lokale overheid dient hierbij een regisserende, sturende, controlerende en een uitvoerende rol te vervullen. Om deze rol te kunnen vervullen is het belangrijk dat het veiligheidsbeleid goed wordt gewaarborgd binnen de gemeentelijke organisatie. § 2.1 Huidige situatie De burgemeester is portefeuillehouder Openbare orde en veiligheid. Hij wordt hierbij ondersteund door het cluster O.O.V.. Er zijn bilaterale overleggen tussen de portefeuillehouder en medewerkers O.O.V. en de brandweercommandant en de politieteamchef. Indien er zich een probleemsituatie voordoet, worden de juiste partijen betrokken en wordt er naar een oplossing gezocht. De contacten tussen de veiligheidspartners zijn goed. Een voorbeeld hiervan is de organisatie van de kermis rond Koninginnedag. In een vroeg stadium is er overleg tussen o.a. Oranjevereniging, kermisexploitant, gemeente, politie, brandweer, om de kermis zo goed mogelijk te laten verlopen en de veiligheid tijdens de kermis zo veel mogelijk te waarborgen. Maar de ervaring leert dat in de gemeentelijke organisatie veiligheid nog niet voldoende gewaarborgd wordt door alle afdelingen. Dit terwijl er een grote verantwoordelijkheid bij de gemeente ligt op het gebied van veiligheid en de gemeente steeds meer taken toebedeeld krijgt. Doordat er nog niet eerder een veiligheidsbeleid is opgesteld, is er onduidelijkheid over wie waar voor verantwoordelijk is, welke doelen worden nagestreefd en welke inspanningen daarvoor nodig zijn. §2.2 Toekomst Om integraal veiligheidsbeleid beter te waarborgen binnen de gemeentelijke organisatie is het van belang dat veiligheid een integraal onderdeel van beleid, advies en uitvoering wordt. De afdelingshoofden zijn hiervoor verantwoordelijk. Veiligheid is een onderwerp dat onlosmakelijk verbonden is met de werkzaamheden binnen de gemeente en binnen de verschillende afdelingen. Het is van belang dat veiligheid vanuit meerdere kanten benaderd wordt. Zo moet zowel naar de objectieve veiligheid als de subjectieve veiligheid gekeken worden. Hiervoor is dus een intensieve samenwerking nodig met de verschillende veiligheidspartners. Het cluster O.O.V. heeft een ondersteunde, adviserende en signalerende taak. Net zoals dat het cluster Communicatie geraadpleegd wordt bij het maken van een persbericht en Juridische Zaken benaderd wordt voor juridisch advies, kan men het cluster O.O.V. om een veiligheidsadvies vragen. Daarnaast ondersteunt het cluster O.O.V. het bestuur. Hier worden in het kort de taken van cluster O.O.V. aangegeven: o Veiligheidsadvies geven aan de verschillende afdelingen; o Specifieke veiligheidszaken, die niet bij een afdeling passen, behartigen en ontwikkelen; Zoals het organiseren van een veiligheidsoverleg en het up-to-date houden van het rampenplan. o Interne en externe contacten opzetten en onderhouden (netwerk); o Het bewaken van de voortgang op het gebied van interne en externe veiligheid; o Landelijke en regionale ontwikkelingen volgen en doorvertalen binnen de organisatie; o Ondersteunen van het bestuur;
11
Afstemming en samenhang Afstemming is wenselijk tussen de interne gemeentelijke afdelingen en tussen de interne en externe partijen. Om te zorgen voor afstemming en samenhang, dient er een structureel veiligheidsoverleg opgestart te worden voor interne partners. De uitwerking hiervan vindt u bij de aanbevelingen op pagina 33. Daarnaast is het MT verantwoordelijk voor afstemming tussen de afdelingen. Afstemming bewoners Afstemming van het veiligheidsbeleid met bewoners gebeurt door aan te sluiten bij het bestaande wijk- en buurtgericht werken. Het contact met bewoners kan veel onderwerpen bestrijken; zoals overlast en de leefbaarheid in de wijk. In het tweede kwartaal van 2006 komt er een doorstart van het wijk- en buurtgericht werken. De gemeente richt zich dan niet langer op buurten maar op wijken. Binnen de gemeentelijke organisatie wordt er een wijkregisseur aangesteld die het wijkgericht werken gaat coördineren. Naast het wijkoverleg, zijn er drie wijkagenten in Leiderdorp waar bewoners terecht kunnen met opmerkingen, vragen en klachten. De wijkagenten onderhouden contact met de gemeente. De politiek-bestuurlijke inbedding van het veiligheidsbeleid Lokaal veiligheidsbeleid vraagt om betrokkenheid en verantwoordelijkheid van de burgemeester die verder gaat dan het invullen van zijn wettelijke verantwoordelijkheid voor openbare orde en veiligheid. De burgemeester moet als bestuurlijke spil van het veiligheidsbeleid de gemeentelijke regisseursrol vorm geven. Dit houdt in: het betrekken van wethouders, het betrekken van externe partners, het verkrijgen van permanent draagvlak van het college en de raad. De bestuurder is verantwoordelijk voor de veiligheidsaspecten binnen zijn portefeuille. Zo is de burgemeester verantwoordelijk voor het handhavingsbeleid. De bestuurder die Wonen en Milieu in zijn pakket heeft, is verantwoordelijk voor de toepassing van het Keurmerk Veilig Wonen. Zo is er daadwerkelijk sprake van collegiale verantwoordelijkheid van het college. Veiligheidsparagraaf en checklist Om te zorgen voor borging van het veiligheidsbeleid is het van belang dat er een vaste veiligheidsparagraaf in de beleidsnota’s, draaiboeken, protocollen wordt gehanteerd. Daarnaast dient er een veiligheidschecklist gemaakt te worden die als handvat kan fungeren voor de verschillende afdelingen. In deze checklist staan de veiligheidsaspecten waarmee rekening gehouden moet worden bij nieuwe projecten of andere plannen. Afspraken vastleggen Afspraken met betrekking op het veiligheidsbeleid moeten worden vastgelegd. Zo weet iedereen wat er van wie wordt verwacht. Daarnaast kan men andere partners hierop wijzen indien afspraken niet worden nagekomen. Met externe partijen kunnen gemaakte afspraken in een convenant worden vastgelegd. Zoals het convenant ‘Veilige School’ en het ‘Horecaconvenant’. Actieprogramma Het veiligheidsbeleid wordt vertaald in een actieprogramma. Dit actieprogramma is dynamisch van karakter en wordt jaarlijks aangepast en vastgesteld. In het actieprogramma staan concrete inspanningen die hun bijdrage moeten leveren aan een veilig Leiderdorp. Periodiek kan worden nagegaan hoe de uitvoering van concrete maatregelen vordert op een aantal kritische punten.
12
Hoofdstuk 3 Deelnemers integraal veiligheidsbeleid De verantwoordelijkheid voor een veilige lokale gemeenschap ligt niet uitsluitend bij de gemeente. Maatschappelijke organisaties, burgers en bedrijven hebben ook een verantwoordelijkheid. Om te komen tot een goed gedragen en goed uitgevoerd veiligheidsbeleid is samenwerking met deze partners van groot belang. De gemeente vervult hierbij de regierol en brengt de partners bij elkaar. Deze partners hebben een eigen verantwoordelijkheid om op de hoogte te zijn van de veiligheidssituatie en hierop te anticiperen. Om tot een succesvolle samenwerking te komen moeten de volgende voorwaarden in acht worden genomen: - Gezamenlijk belang - Partners moeten het belang van samenwerken inzien - Deskundigheid en kennis zijn gegarandeerd - Deelnemers hebben een grote bewegingsvrijheid in hun eigen organisatie - Er worden duidelijke (SMART) afspraken gemaakt, die schriftelijk worden vastgelegd. §3.1 Veiligheidsnetwerken Hieronder worden de veiligheidsnetwerken en overleggen genoemd. Daarnaast zijn de (belangrijkste) veiligheidspartners van Leiderdorp weergegeven per veiligheidsveld. In de veiligheidsvelden zitten overlappingen qua partners. Algemeen veiligheidsnetwerk/ structureel overleg - Veiligheidsregio*; 35 gemeenten, brandweer, politie, GHOR, Algemeen Bestuur, Dagelijks Bestuur. - Districtscollege; districtschef Politie Hollands Midden, burgemeesters van het district. - Werkgroep Politiezaken (Wepoza); beleidsambtenaren O.O.V. van de gemeenten, beleidsmedewerker van het OM, beleidsmedewerker van de politie. Het is gericht op uitwisseling van ervaringen en het onderzoeken van mogelijkheden tot samenwerking. - Bilateraal Politieteamchef, burgemeester, medewerkers O.O.V. *Afstemming en samenwerking zijn erg belangrijk bij integrale veiligheid. Om deze reden zijn de politie, brandweer en de GHOR ingedeeld in een veiligheidsregio. Een aanbeveling is om ook te zorgen voor afstemming met andere hulpverlening en maatschappelijke instanties zoals de GGD en Bureau Jeugdzorg, zodat gemeenten niet met te veel verschillende regio’s te maken hebben. Leiderdorp valt nu bijvoorbeeld onder het politiedistrict Rijn en Veenstreken, zij valt dan ook onder het signaleringsoverleg van Alpen a/d Rijn. Maar is bij het Zorg Adviesteam aangesloten bij Leiden. Dit zijn dus twee verschillende regio’s. Partners veilige woon en leefomgeving - AWL (Algemene Woningstichting Leiderdorp) - Bewoners - Brandweer Leiderdorp - Gemeente Leiderdorp - GGD Zuid Holland Noord - Huisartsen - Kerken - Maatschappelijk dienstverlening Midden Holland - Moskeeën
-
Parnassia (verslavingszorg) Politie Hollands Midden Scholen SCw (Stichting Sociaal Cultureel werk) Stichting Steunpunt Huiselijk geweld Sportvereningen/ servicepunt sport en bewegen St. pluspunt Thuiszorg Groot Rijnland Wereldhave management Winkeliersvereniging
13
Structureel overleg/ netwerk: - Wijkoverleg; bewoners, SCw, gemeente, Politie - Zorgnetwerk: GGD ZHN, AWL, Thuiszorg Groot Rijnland, St. Pluspunt, Parnassia, Maatschappelijke dienstverlening, gemeente Leiderdorp, politie Hollands Midden - Overleg burgemeester- politie; Burgemeester, Politieteamchef, medewerkers OOV (2 wekelijks) - Overleg Winkelhof; Wereldhave management, Politie, brandweer, gemeente, stichting Winkelhof, Scorpions security, ESS-security. Partners bedrijvigheid en veiligheid - Bedrijven - Beveiligingsbedrijven - Brandweer - Gemeente Leiderdorp - GHOR - LOV (Leiderdorpse ondernemers vereniging)
-
Milieudienst West Holland OM Politie Stichting de Baanderij Wereldhave management Winkeliersvereniging
Structureel overleg/ netwerk: - Subsidieoverleg Baanderij (tijdelijk); stichting de Baanderij, gemeente - Horecaoverleg (jaarlijks); gemeente, horeca, politie, LOV en andere partners. - Kermisoverleg (jaarlijks); Oranjevereniging, kermisexploitant, politie, brandweer, gemeente (gemeentewerken, gemeentewinkel). Partners jeugd en veiligheid - Algemeen maatschappelijk werk - Bewoners - Bureau Halt - Bureau Jeugdzorg - Gemeente Leiderdorp - GGD ZHN - Jeugdreclassering - Kinderdagverblijven - OM - OnderwijsAdvies Structureel overleg /netwerk - Signaleringsoverleg; Bureau Jeugdzorg Zuid Holland, Stichting Welzijn Alphen aan den Rijn, Raad voor de kinderbescherming, politie Hollands midden, district Rijn- en Veenstreek, GGD Zuid Holland Noord, Stichting Algemeen Maatschappelijk Werk. Deelnemende gemeenten in de persoon van de leerplichtambtenaar zijn Alphen aan den Rijn, Leiderdorp, Ter Aar, Liemeer, Jacobswoude; Rijnwoude, Zoeterwoude, Alkemade en Nieuwkoop. - ZAT 0-4 jarigen: Algemeen Maatschappelijk Werk, kinderdagverblijven, peuterspeelzalen, jeugdgezondheidszorg 0-4, Bureau jeugdzorg. - ZAT 4-12 jarigen: Weer Samen Naar School (WSNS), basisscholen, speciaal
-
-
-
-
Ouders Peuterspeelzalen Politie Raad van kinderbescherming RBL (Regionaal Bureau Leerplicht) SCw (Stichting Sociaal Cultureel werk Scholen Speciaal Basisonderwijs (BO) WSNS (Weer Samen Naar School)
BO, GGD, bureau Jeugdzorg, Alg. Maatschappelijk werk, OnderwijsAdvies. ZAT 12+; leerlingenbegeleiders van Visser ’t Hooft lyceum Leiderdorp, het Algemeen Maatschappelijk Werk, de GGD, Bureau Jeugdzorg en de leerplichtambtenaar. JCO (Justitieel Casusoverleg); OM, raad van kinderbescherming, jeugdreclassering, politie. Stoplichtenplan; Gemeente (jeugd), politie, SCW
14
Partners fysieke veiligheid - Brandweer - Energiebedrijven - Gemeente Leiderdorp - GHOR - GMK(gemeenschappelijke meldkamer) - Hoogheemraadschap rijnland - HSL organisatie - Hydron - Infraspeed
-
Milieudienst West Holland Nuon Politie Pro-Rail Provincie zuid Holland Regionale ambulance dienst (R.A.D.) Rijkswaterstaat Slachtofferhulp 3VO
Structureel overleg/ netwerk - Werkgroep veiligheid HSL; regionale brandweer Hollands Midden, Politie Hollands Midden, GHOR, Brandweercommandanten van de betrokken gemeenten en de ambtenaren rampenbestrijding uit Alkemade, Rijnwoude, Leiderdorp. Tevens is de HSL organisatie en Infraspeed vertegenwoordigd bij dit overleg. - Verkeersoverleg; gemeente, politie - Kabeloverleg; brandweer, Hydron, Nuon, gemeente - Bilateraal: brandweer, burgemeester, medewerker veiligheid - Veiligheid/ rampenoverleg; MOVers, brandweercommandant, afdelingshoofd Concernzaken. - Handhavingoverleg/ vergunningverleners; burgemeester, afdelingshoofd Gemeentewinkel en Beleid en Projecten, medewerker juridische zaken, medewerker O.O.V., BOA, medewerker Beleid en Projecten (ruimtelijke ordening), politie, brandweer. Partners integriteit - Belastingdienst - Politie Hollands Midden Partners terrorisme - AIVD - Bewoners - Brandweer - Bureau Halt - Gemeente Leiderdorp - GHOR - Huisartsen - KLPD - LOCC
-
Gemeente Leiderdorp Bedrijven
-
Ministerie van BZK Ministerie van Defensie Ministerie van Justitie NCTB (Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding) Politie Hollands Midden Scholen SCW Welzijninstellingen
-
§3.2 Betrokken partijen Leiderdorp: Hieronder worden de rol van zeer belangrijke partners nader toegelicht. Brandweer De brandweer speelt een belangrijke rol bij het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, ongevallen en rampen. Haar activiteiten bestrijken de gehele veiligheidsketen, van pro-actie tot en met nazorg. Naast branden blussen en hulpverlenen bij ongevallen, houdt de brandweer zich onder andere bezig met het geven van veiligheidsadvies en het verlenen van gebruiksvergunningen. Binnen de brandweer is een reorganisatieproces aan de gang (regionalisering) van de brandweertaken in de regio Hollands -Midden. De gemeentelijke commandant wordt dan (regionaal) postcoördinator. Burgers Burgers zijn de belangrijkste partners om de leefbaarheid en veiligheid in de samenleving te verbeteren. De overheid kan voorwaarden scheppen om de veiligheid te verbeteren maar de individuele burger moet zijn eigen verantwoordelijkheid nemen om veiligheid te waarborgen. Zij kunnen waarden en normen uitdragen en de openbare ruimte beschermen. Bovendien zijn zij vaak de eersten die bepaalde problemen
15
op het terrein van veiligheid en leefbaarheid signaleren. Doordat zij direct betrokken zijn bij de veiligheidsproblemen, kunnen burgers mogelijke oplossingen aandragen. In Leiderdorp worden burgers betrokken via het wijkgericht werken. Ook zijn de wijkagenten een aanspreekpunt in de wijk voor burgers. Daarnaast wordt bij bepaalde problemen de betrokken doelgroep benaderd. Gemeentelijke organisatie Veiligheid is een onderwerp dat op elke afdeling binnen de gemeentelijke organisatie is terug te vinden. De gemeentelijke organisatie is te verdelen in 4 afdelingen; Beleid en Projecten, Gemeentewinkel, Gemeentewerken en Concernzaken. Afdeling Beleid en Projecten houdt zich onder andere bezig met jeugd en veiligheid, ook valt onder hen het verkeersveiligheidsbeleid en veiligheidsbeleid bij bouwprojecten. De gemeentewinkel houdt zicht o.a. bezig met vergunningen en handhaving. De Gemeentewerken is verantwoordelijk voor het wijkgericht werken, daarnaast zijn zij bijvoorbeeld belast met verkeersveiligheid en het beheer van de openbare ruimte. Onder Concernzaken valt het cluster Openbare Orde en Veiligheid en Rampenbestrijding. Ook is Juridische Zaken en Communicatie hier onder gebracht. Gemeenteraad Een daadkrachtige betrokkenheid van de gemeenteraad is een belangrijke voorwaarde voor het slagen van het lokale veiligheidsbeleid. Alleen met een actieve en sturende bijdrage van de gemeenteraad mag worden verwacht dat lokaal veiligheidsbeleid tot volle bloei komt. Door het vaststellen van de nota integraal veiligheidsbeleid wordt een belangrijke stap gezet om vorm te geven aan deze kaderstellende taak. Politieteam Leiderdorp De politie is een onmiskenbare partner in het veiligheidsbeleid. De politie houdt toezicht op straat en handhaaft de rechtsorde. Daarnaast verlenen zij hulp bij incidenten en ongevallen. Ook is de politie vertegenwoordigd in verschillende veiligheidsnetwerken. Verder geeft zij veiligheidsadvies aan burgers en instanties. Bij de politie wordt gewerkt in regio’s en districten. Leiderdorp valt onder de regio Hollands Midden. Deze regio bestaat uit 4 districten. Waarvan Leiderdorp nu nog bij district 3 Rijn- en Veenstreek hoort. Het district is weer verdeeld in 6 teams (waarvan 4 blauwe teams en 2 ondersteunden). In het team Leiderdorp zitten 3 gemeenten. Te weten Leiderdorp, Rijnwoude en Zoeterwoude. Elk jaar wordt er een districtsplan en een teamjaarplan opgesteld waarin speerpunten (zie inleiding) voor het komende jaar worden aangegeven.
16
Hoofdstuk 4 Communicatie §4.1 Bekendmaking nota integrale veiligheid Zowel in- als extern zal het veiligheidsbeleid bekend gemaakt worden. De communicatie rondom veiligheidsbeleid zal worden verzorgd door het cluster O.O.V. in samenwerking met het cluster Communicatie. Interne communicatie Via e-mail en intranet worden alle medewerkers op de hoogte gesteld van het veiligheidsbeleid. Daarnaast zal er een bijeenkomst worden georganiseerd voor het management team (MT) en een lunchbijeenkomst voor interne partners. De afdelingshoofden sluizen de informatie door naar de juiste personen op de afdeling. Externe communicatie Externe partners zullen een brief en een exemplaar van de nota ontvangen. Daarnaast wordt er een bijeenkomst georganiseerd om het veiligheidsbeleid toe te lichten. Communicatie met bewoners Bewoners worden op de hoogte gesteld van het veiligheidsbeleid middels een persbericht. Er zal een stuk komen in de gemeentelijke digitale nieuwsbrief en in het Leiderdorps weekblad. Daarnaast zal de nota op de website van de gemeente worden gepubliceerd. §4.2 Ontwikkelingen veiligheid Niet alleen over de nota maar ook over de ontwikkelingen op het gebied van veiligheid dient gecommuniceerd te worden naar verscheidene groepen. Interne communicatie Binnen de afdelingen zal gecommuniceerd moeten worden over de ontwikkelingen op het gebied van veiligheid in Leiderdorp. Transparantie is hierbij belangrijk. Elke afdeling stelt de juiste partijen op de hoogte van hun werkzaamheden/ ontwikkelingen omtrent veiligheidsbeleid. Hiervoor kunnen zij gebruik maken van een opgestelde lijst met relevante partners op het gebied van veiligheid. Van belang is dat het cluster O.O.V. goed op de hoogte blijft omdat zij een coördinatiefunctie hebben. Nieuwe stukken en ontwikkelingen komen op intranet te staan onder het kopje veiligheid en bij nieuwsflitsen. Afdelingshoofden zorgen voor afstemming en communicatie naar andere afdelingen, zij hebben hierover de eindverantwoordelijkheid. Externe communicatie Het cluster O.O.V. onderhoudt contacten met externe partijen. Zij spelen relevante informatie door en zien er op toe dat zij op de hoogte worden gehouden van ontwikkelingen bij de veiligheidspartners. Communicatie met bewoners Het is van belang dat de bewoners weten wat er gebeurd op het gebied van veiligheid in hun gemeente. Het cluster O.O.V. houdt bewoners op de hoogte middels de digitale nieuwsbrief, het weekblad Gemeente aan Huis en de website van Leiderdorp. Bij grote veranderingen zal er een persbericht worden verstuurd. Daarnaast onderhoudt de gemeente contacten met bewoners via het wijkgericht werken. Hier kunnen de bewoners zaken die spelen rondom veiligheid en leefbaarheid aangeven. De wijkregisseur houdt het cluster O.O.V. op de hoogte en zij speelt de informatie door naar de juiste partijen. Bewoners hebben ook inspraak via de gemeenteraad. Zij kunnen situaties aankaarten bij gemeenteraadsleden. Daarnaast kunnen zij via brieven en e-mail’s de gemeente bereiken. De rijksoverheid communiceert ook rechtstreeks met de burgers. Zo verstrekt zij voorlichting via spotjes op de televisie en in folders. Zoals bij de campagne ‘Nederland tegen terrorisme’.
17
Hoofdstuk 5 Samenvatting inventarisatie veiligheid Leiderdorp Om te komen tot een samenhangend veiligheidsbeleid is het van belang om de uitgangssituatie in beeld te brengen. Hiervoor is gebruik gemaakt van gegevens uit het wijk- en buurtonderzoek 20044, de Politiemonitor 20055 en statistieken van andere veiligheidspartners zoals Bureau Halt. Daarnaast hebben er gesprekken plaatsgevonden met verscheidene veiligheidspartners. Om een zo volledig mogelijk beeld te geven, is gebruik gemaakt van de veiligheidsvelden en thema’s van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). In dit hoofdstuk wordt per veiligheidsveld, een samenvatting gegeven van de huidige situatie en het huidige beleid. In de bijlage vindt u de uitgebreide inventarisatie. Veiligheidsvelden 1. Veilige woon- en leefomgeving
2. Bedrijvigheid en Veiligheid
3. Jeugd en Veiligheid 4. Fysieke Veiligheid
5. Integriteit en Veiligheid
6. Terrorisme
Veiligheidsthema’s Overlast Onveiligheidsgevoelens Leefbaarheid Huiselijk geweld Geweld Inbraken en voertuigcriminaliteit Brandveiligheid in woningen Senioren en veiligheid Veiligheid op bedrijventerreinen en in de winkelcentra Uitgaan en overlast Grootschalige evenementen Overlast Alcohol en drugs Verkeersveiligheid & veilige infrastructuur Veiligheid bij projecten Brandveiligheid gebouwen Risico’s van aanwezige bedrijvigheid Rampenbestrijding Organisatiecriminaliteit Georganiseerde criminaliteit Integriteit van het lokaal bestuur Dreiging/ Radicalisering
§5.1 Veilige woon en leefomgeving De meeste inwoners van Leiderdorp voelen zich veilig in hun buurt en straat. Ook de leefbaarheid wordt positief beoordeeld. De meeste overlast die wordt ervaren door bewoners is parkeeroverlast, geluidsoverlast van verkeer en overlast van scooters en bromfietsen. Dit blijkt uit de wijk- en buurtmonitor 2004. In de Politie Monitor 2005 geven de inwoners als prioriteit aan; te hard rijden, overlast van groepen jongeren, inbraak in woningen, hondenpoep op straat en agressief verkeersgedrag. Leiderdorp is hierin niet uniek. In de gehele regio Hollands Midden worden deze problemen in ongeveer dezelfde mate ervaren. De vandalismekosten van de gemeente zijn gedaald evenals het aantal vernielingen, dat bekend is geworden bij de politie. Ten opzicht van 2003 is het aantal woninginbraken (70) in 2004 en 2005 gedaald naar 51 en 52 woninginbraken. Begin 2006 ( jan.- maart 06) hebben er al 20 woninginbraken plaatsgevonden. Bij de inbraken wordt gebruikt gemaakt van het zogenaamde hengelen, via de brievenbus wordt geprobeerd de deurklink te openen. Dit is alleen mogelijk wanneer de deur niet op het nachtslot zit. Om woninginbraken tegen te gaan past de gemeente het Keurmerk Veilig Wonen toe. Bij dit Keurmerk wordt niet alleen gekeken naar de beveiliging van de woning maar er wordt ook gekeken naar de omgeving (zoals verlichting in steegjes). Ook kunnen bewoners aan de politie doorgeven wanneer zij met vakantie zijn. De politie houdt de woning dan extra in de gaten. Het aantal diefstallen uit auto’s is ten opzichte van het jaar daarvoor gedaald van 289 incidenten naar 192. Het aantal fietsendiefstallen is gedaald van 235 incidenten naar 180 in 2005.
4
Wijk- en buurtmonitor, 19-07-2004
5
Politiemonitor Bevolking 2005, District Rijn- en Veenstreek- Intomart GK
18
Het aantal woningbranden is het afgelopen jaar toegenomen van 7 naar 14. In 2005 en 2006 is er ook brand geweest in 2 basisscholen. Verder is het aantal aangiftes van huiselijk geweld toegenomen. Binnen het veiligheidsveld zijn veel verschillende partijen actief om de leefbaarheid en veiligheid te verbeteren. Zoals de gemeentelijke handhavers, de politie en maatschappelijke instanties. Het contact tussen de partijen verloopt over het algemeen goed. Ook is er het wijkoverleg waarin bewoners, gemeente en SCw participeren. Huurders van woningen van de AWL kunnen gebruik maken van buurtbemiddeling. Verder heeft de AWL een wooncode opgesteld waar bewoners elkaar op kunnen wijzen. Senioren voelen zich vaak sneller onveilig dan de gemiddelde burger. Terwijl de kans om slachtoffer te worden van geweld en criminaliteit voor deze groep kleiner is dan gemiddeld. In het zorgnetwerk worden senioren besproken en wordt er zo nodig hulpgeboden. In de verkeersmaatregelen wordt door de gemeente veiligheid van senioren zoveel mogelijk meegenomen. Stichting Pluspunt en 3VO organiseren samen het project Halt u Valt. §5.2 Bedrijvigheid en Veiligheid Op het gebied van bedrijvigheid is er veel in ontwikkeling in Leiderdorp. Een voorbeeld hiervan is het W4 project, waarin nieuwe vestigingslocaties voor ondernemers en bedrijven worden ontwikkeld. Bij zo’n project is veiligheid een belangrijk aspect waar vanaf de beginfase van het project aandacht aan moet worden besteed. Dit wordt nog onvoldoende gedaan. Er moet zowel aandacht aan de objectieve veiligheid als de subjectieve veiligheid worden besteed. Bij bedrijven en instellingen is het aantal aangiftes van 55 aangiftes in 2004 gedaald naar 36 aangiftes in 2005. Op de Baanderij is het aantal incidenten in 2005 ten opzichte van 2001 gedaald met 42,17%. Dit is dus een forse verbetering. Bij het winkelcentrum “Winkelhof” is sprake van overlast en vandalisme. In de avonduren wordt er gesurveilleerd door een beveiligingsbedrijf. Ook de politie surveilleert regelmatig. Er zijn intussen aanhoudingen verricht. Maar deze maatregelen zijn nog niet afdoende. De gemeente zoekt in samenwerking met politie, Sociaal Cultureel werk en Wereldhave Management BV naar een oplossing. Overlast door horeca komt weinig voor. De gemeente heeft een horecanota waarin onder andere de onderwerpen handhaving, openbare orde en vergunningen aan de orde komt. Ook is er een handreiking “Tent- en schuurfeestenbeleid voor gemeenten Rijn- en Veenstreek6”. Bij evenementen en feesten zoals de kermis rond Koninginnedag wordt er in een vroeg stadium overleg gevoerd tussen verschillende partners. §5.3 Jeugd en Veiligheid In Leiderdorp is geen sprake van veel overlast van jeugd. Leiderdorp kent namelijk geen harde kern groep, ook zijn er geen veelplegers in Leiderdorp. Het aantal incidentmeldingen (bij de politie) van overlast veroorzaakt door jeugd is afgenomen. Maar het aantal gepleegde delicten in Leiderdorp en het aantal verwijzingen van jongeren naar Halt is gestegen. Inwoners vinden het belangrijk dat er actie wordt ondernomen om de overlast van jeugd terug te dringen, zoals blijkt uit de politiemonitor 2005. Er zijn vele partijen actief om jongeren te helpen en op het rechte pad te houden. Doordat er relatief weinig voorzieningen zijn voor jongeren, is het lastig om ze iets te bieden en afspraken met ze te maken. Ook worden problemen vooral ad hoc aangepakt. Middels het model ‘Aanpak jeugd’ ontwikkeld door de politie (ook wel het stoplichtenplan genoemd), kan hier verandering in komen. Bij deze aanpak worden jeugdgroepen geanalyseerd, vervolgens worden de groepen besproken in een structureel overleg tussen de gemeente (jeugd), politie en Sociaal Cultureel werk, zo nodig nemen ook andere partners hier aan deel. De gemeente heeft een nota Jeugd waarin het jeugdbeleid wordt beschreven. In de gemeente staan een aantal JOP’s waar jongeren bij elkaar kunnen komen. De gemeente Leiderdorp is vertegenwoordigd in het signaleringsoverleg (regio Alphen a/d Rijn). In dit overleg worden risicojongeren besproken om het afglijden naar crimineelgedrag tegen te gaan en een sluitende aanpak m.b.t. het hulpaanbod te bevorderen. Ook wordt Leiderdorp vertegenwoordigd in het ZAT team (regio Leiden) waarin problemen bij kinderen en jongeren vroegtijdig worden gesignaleerd, voortijdig schoolverlaten wordt tegen gegaan en snel goede hulp wordt ingezet. In het Justitieel Casus
6
Tent- en schuurfeestenbeleid voor de gemeenten in politiedistrict Rijn- en Veenstreek
19
Overleg worden jongeren besproken tegen wie een proces verbaal is opgemaakt of strafrechtelijk worden vervolgd door het OM. De politie Leiderdorp heeft een convenant Veilige School afgesloten met Visser ’t Hooft en het ROC. Ook worden er voorlichtingslessen (Doe-Effe- Normaal) gegeven op scholen door de politie, bureau Halt en de GGD. §5.4 Fysieke veiligheid Op het gebied van verkeer is de laatste twee jaren (2004-2005) een stijging te zien van het aantal ongevallen, in 2003 was het aantal ongevallen 309, in 2005 kwam het aantal ongevallen op 430. De meeste incidenten zijn alleen van materiele aard. Ruim 42% van de inwoners van het district Rijn- en Veenstreek is van mening dat te hard rijden een vaak voorkomend probleem in de buurt is. Ten opzichte van 2003 zijn er in 2005 geen veranderingen opgetreden ten aanzien van verkeersoverlast. De gemeente heeft een integraalbeleidsplan voor verkeer en vervoer (IVVP). Met dit plan wil de gemeente een grotere leefbaarheid, een betere bereikbaarheid en beheersbare mobiliteit bewerkstelligen. De principes van het landelijke veiligheidsprogramma Duurzaam Veilig worden gebruikt in het IVVP. Onder het Duurzaam Veilig programma valt bijvoorbeeld ook het project veilige schoolroutes. Bij de politie heeft het controleren op alcohol, snelheid en verlichting (bij fietsers) een prioriteit. De risico’s van aanwezige bedrijvigheid is in kaart gebracht door de Milieudienst West- Holland. In Leiderdorp zijn niet meer dan 10 EVR (externe veiligheidsrelevant) bedrijven. De rampenbestrijdingsorganisatie is op orde. Wel zou het goed zijn om naast de bestuurlijke oefening ook een oefening te organiseren waarbij de actiecentra’s (zoals opvang en verzorging) aan bod komen. Er wordt op dit moment aan risicocommunicatie gewerkt door het cluster Communicatie. De Brandweer Leiderdorp controleert o.a. gebouwen op gebruiksvergunningen en gebruiksvoorwaarden. Uit het onderzoek “ Kwaliteit en doelmatigheid brandweer Leiderdorp” is gebleken dat het korps van Leiderdorp een goede kwaliteit heeft en levert. Zij zitten op dit moment met een capaciteitsprobleem, om het capaciteitsprobleem op te lossen wordt een extra formatieplaats toegekend aan de Brandweer Leiderdorp. Qua projecten is er veel in ontwikkeling in Leiderdorp. Hierbij verdient veiligheid extra aandacht en dan vooral in de beginfase van het project zodat problemen kunnen worden voorkomen. Bij bouwprojecten/ plannen is van belang dat er een lijst is met noodnummers die gebeld kunnen worden bij onveilige zaken. Voor het HSL project is er een werkgroep veiligheid opgestart. In deze werkgroep worden beveiligingsconcepten opgesteld en besproken. Er worden veiligheidszaken aan de orde gesteld en er worden afspraken vastgelegd. Een keer per jaar vindt er een kabeloverleg plaats. In dit overleg zorgen Nuon, Hydron, brandweer en gemeente voor afstemming voor het leggen van kabels zodat er zich zo min mogelijk onveilige situaties kunnen voordoen. Handhaving is het sluitstuk van beleid en wetgeving. In Leiderdorp zijn vele handhavers actief maar er is nog geen overkoepelend beleid, waardoor beleidsdoelen op het gebied van handhaving ontbreken. De gemeentewinkel is verantwoordelijk voor vergunningen en handhaving. Het cluster Bouw en Woning Toezicht (BWT) is verantwoordelijk voor de bouwvergunning en de handhaving daarvan. Hun handhavingsbeleid is vastgesteld in een nota7. De brandweer geeft gebruiksvergunningen af en controleert of de vergunning wordt nageleefd. De Milieudienst West Holland is verantwoordelijk voor de milieuvergunning. Daarnaast is er een BOA actief voor het handhaven van de APV en de gemeentewet. Bureau Leerplicht is belast met het handhaven van de leerplichtwet. Er is een horecanota waar ingegaan wordt op de procedure omtrent de drank en horecavergunning, de handhaving etc. §5.5 Integriteit en veiligheid De gemeente Leiderdorp heeft een notitie integriteit. Het integriteitbeleid van de gemeente is vastgesteld door de gemeenteraad. Alle nieuwe werknemers dienen een integriteitverklaring te tekenen. Ook is er zowel een intern als externe vertrouwenspersoon aangesteld.
7
Handhaven met beleid, 2000
20
§5.6 Terrorisme Terrorisme is een belangrijk landelijk en nationaal thema. De gemeenten wordt op de hoogte gehouden van ontwikkelingen op het gebied van terrorisme door het rijk en de provincie. Gemeenten zelf hebben ook een rol op het gebied van terrorismebestrijding. Zij dienen samen met hun partners radicalisering in de gaten te houden en aan te pakken. Hiervoor is de handreiking terrorismebestrijding op lokaal niveau ontwikkeld door het Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTB). Onder terrorisme kan men ook activisme en bedreigingen verstaan. In Leiderdorp is sprake geweest van dierenactivisme waarbij bedreigingen en vernielingen hebben plaatsvonden.
21
Hoofdstuk 6 Conclusies en Aanbevelingen §6.1 conclusie De meeste inwoners van Leiderdorp voelen zich veilig. Ook de leefbaarheid in Leiderdorp wordt positief beoordeeld. Naast deze subjectieve gegevens blijkt ook uit objectieve gegevens dat er geen grote veiligheidsproblemen in Leiderdorp zijn. Uit de Politiemonitor Bevolking 2005 blijkt dat in veel gemeentes dezelfde problemen in ongeveer dezelfde mate worden ervaren. Zo ook in Leiderdorp. Aandacht voor veiligheid is van belang aangezien er een grote verantwoordelijkheid ligt bij de gemeente op het gebied van openbare orde en veiligheid en rampenbestrijding. De gemeente krijgt steeds meer taken toebedeeld en er wordt van haar verwacht dat zij de regierol op zich neemt. Zowel objectieve als subjectieve onveiligheid kan de leefbaarheid en het welzijnsniveau van mensen behoorlijk aantasten. Belangrijk is dus dat het huidige veiligheidsniveau in leiderdorp op pijl wordt gehouden en wordt geoptimaliseerd. In Leiderdorp wordt veel ondernomen om de veiligheid en leefbaarheid te waarborgen. Hierbij zijn vele partijen actief. Deze partijen hebben goed contact met elkaar. Het contact vindt vooral op ad hoc basis plaats. Binnen de gemeentelijke organisatie is veiligheid nog te weinig een integraal onderdeel van beleid, advies en uitvoering. Doordat er nog niet eerder een veiligheidsbeleid op papier is gezet is er nog niet voldoende eenduidigheid en helderheid over de taken, doelen en verantwoordelijkheden binnen de gemeentelijke organisatie. Afdelingen betrekken elkaar en andere veiligheidspartners nog te weinig bij veiligheidszaken. Structuur, samenhang en samenwerking zijn hierbij belangrijke woorden. 100% veiligheid is niet mogelijk toch zijn er altijd verbeteringen aan te brengen om de veiligheidssituatie te optimaliseren. De inspanningen die gedaan moeten worden, sluiten aan bij het hoofddoel en de SMART doelen. Op de volgende pagina wordt dit in een doel -inspanningennetwerk (DIN) weergegeven. Daarna worden de aanbevelingen uitgewerkt. Vervolgens wordt er in § 6.5 ingegaan op de implementatie van integraal veiligheidsbeleid in de gemeentelijke organisatie en de daarbij behorende inspanningen.
§6.2 Aanbevelingen Aanbevelingen op veiligheidsvelden 1. Ontwikkeling nota handhaving 2. Aanpak jeugdoverlast 3. Verduidelijking rol wijkagenten 4. Verbetering wijk- en buurtgericht werken 5. Meldpunt onveilige zaken 6. Wijk- en buurtmonitor 7. Veiligheid bij projecten 8. Oefening actiecentra rampenbestrijding 9. Mogelijkheden bestuurlijke boete
Aanbevelingen implementatie IVB 1. Starten structureel veiligheidsoverleg 2. Organiseren brainstormsessies 3. Ontwikkeling veiligheidschecklist 4. Organiseren lunchbijeenkomsten 5. Mogelijkheden workshop, cursus, opleidingen 6. Ontwikkelen veiligheidstoolbox 7. Intervisie adviseurs 8. Discussiebijeenkomst MT
22
§6.3 Doel- inspanningen netwerk (DIN)
Het bereiken van een veilige en leefbare samenleving in Leiderdorp voor iedereen. En in geval van een calamiteit of bij het voordoen van een onveilige situatie zo snel mogelijk terugkeren naar een veilige situatie
1. De (kleine) overlast en criminaliteit in de woon en leefomgeving met 20% verminderen voor 2010.
1. Structureel veiligheidsov erleg
2. Brainstorm sessies
3. Wijk en buurt monitor
2. 100% integraal werken aan veiligheid binnen de gemeentelijke organisatie voor 2010.
4.Veiligheids toolbox
5. Veiligheids overleg bij projecten
6. Ontwikkelen van checklist veiligheid
3. Helderheid bij de interne partners over doelen, inspanningen, taken en verantwoordelijkheden, op de volgende veiligheidsterreinen: rampenbestrijding, jeugd en veiligheid, fysieke veiligheid
7. Oefening voor actiecentra
8. lunch bijeen komst
9. Workshops, cursussen, opleidingen
23
Het bereiken van een veilige en leefbare samenleving in Leiderdorp voor iedereen. En in geval van een calamiteit of bij het voordoen van een onveilige situatie zo snel mogelijk terugkeren naar een veilige situatie
1. De (kleine) overlast en criminaliteit in de woon en leefomgeving met 20% verminderen voor 2010.
11. Verduidelijking rol wijkagent
12. Plan van aanpak jeugdoverlast
2. 100% integraal werken aan veiligheid binnen de gemeentelijke organisatie voor 2010.
13. Discussie bijeenko mst MT
14. Meldpunt onveilige zaken
15. Verbeteren wijkgericht werken
16. Intervisie adviseurs
3. Helderheid bij interne partners over doelen, inspanningen, taken en verantwoordelijkheden op de volgende veiligheidsterreinen: rampenbestrijding, jeugd en veiligheid, fysieke veiligheid
17. Ontwikkelen nota handhaving
18. Voorstel bestuurlijke boete
24
§6.4 Actieprogramma Aanbevelingen op veiligheidsgebied. 1.
Ontwikkelen van een nota handhaving
Probleem/ huidige situatie Er wordt geen overkoepelend handhavingsbeleid gevoerd. Er zijn vele handhavers actief binnen de gemeente Leiderdorp. Maar doordat er geen algemeen handhavingsbeleid is, ontbreken overkoepelende beleidsdoelen op het gebied van handhaving. Doel/ gewenste situatie Ontwikkeling handhavingbeleid middels een nota handhaving. Handhaving is het sluitstuk van beleid en wetgeving, zowel strafrechtelijke als bestuurlijke handhaving zijn belangrijke instrumenten ter verbetering van ondermeer de objectieve en subjectieve veiligheid in Leiderdorp. Door middel van handhaving kan naleving van regels worden bewerkstelligd en kunnen beleidsdoelen worden bereikt. Handhaving is niet alleen van belang als dwangmaatregel maar ook vanuit het oogpunt van preventie. Er kan vorm gegeven worden aan het handhavingsbeleid middels het schrijven van een nota handhaving. Hierin worden alle handhavinginstrumenten genoemd, wordt het wettelijke kader weergegeven en worden de bevoegdheden, procesbeschrijvingen, uitvoeringen beschreven en uitgewerkt. Een nota handhaving zorgt voor duidelijkheid, het voorkomt ongelijkheid en willekeur en daarnaast kunnen er gemotiveerde prioriteiten worden gesteld. Actie Ontwikkelen nota handhaving (integraal). Partners Gemeentewinkel (handhavers), Afdeling Beleid en Projecten, cluster O.O.V. Politie, Brandweer Actieverantwoordelijke Afdeling Beleid en Projecten Bestuurlijk verantwoordelijk Burgemeester Tijdspad Eerste kwartaal 2007 Kosten Informatie zoeken landelijk bestaand handhavingsbeleid Oriënterende gesprekken met handhavers over waar behoefte aan is Huidige situatie Leiderdorp onderzoeken Beleid maken Beleid herschrijven Totaal 2.
16 uur 32 uur 16 uur 72 uur 72 uur 208 uur (indicatief)
Jeugdoverlast Leiderdorp
Probleem/ huidige situatie Inwoners vinden het belangrijk dat er actie wordt ondernomen om jeugdoverlast aan te pakken. Dit blijkt uit de politiemonitor 2005. Doel/ gewenste situatie Het terugdringen van overlast veroorzaakt door jongeren.
25
Actie Starten met het model aanpak jeugd dat is ontwikkeld door de politie. Hierbij worden alle jeugdgroepen in kaart gebracht. Vervolgens kan worden in samenwerking met jongeren en relevante veiligheidspartners worden gezocht naar oplossingen voor de ondervonden problemen. Zoals een plek voor jongeren zoeken waar ze elkaar kunnen ontmoeten, wat kunnen drinken en geen overlast veroorzaken of het aanbieden van activiteiten. Partners Afdeling Beleid (beleidsmedewerker Jeugd), cluster O.O.V., Stichting Sociaal Cultureel werk Leiderdorp, politie. Actieverantwoordelijke Afdeling Beleid en Projecten (beleidsmedewerker Jeugd) Bestuurlijk verantwoordelijk Portefeuillehouder welzijn en jongerenbeleid Tijdspad Tweede kwartaal 2006 Kosten Valt onder het structureel overleg model aanpak jongeren.
3. Verduidelijking rol wijkagenten Probleem/ huidige situatie De wijkagenten zijn niet zichtbaar voor alle bewoners. Zij nemen deel aan vele overleggen om de veiligheid en leefbaarheid in de wijk te verbeteren. Daarnaast hebben zij ook administratieve werkzaamheden en worden zij ook ingezet voor noodhulp. Hierdoor kunnen zij niet voor 100% als wijkagent fungeren en in de wijk aanwezig zijn. Doel/ gewenste situatie Wijkagenten kunnen zich 100% richten op het werken in de wijk. De rol en taken van de wijkagent zijn bij bewoners en partners duidelijk. Actie In overleg zien te bewerkstelligen dat de capaciteit van de wijkagent wordt vergroot, zodat de wijkagenten voor 100% inzetbaar zijn als wijkagent. Daarnaast kan door middel van voorlichting via folders, het Leiderdorpse weekblad aan bewoners duidelijk worden gemaakt wie de wijkagent is, wat hun rol en taken zijn en hoe zij te bereiken zijn. Partners Politie, gemeente; cluster O.O.V. Actieverantwoordelijke De politie Tijdspad Voorlichting: Eerste kwartaal 2007 Capaciteitsuitbreiding is geen gemeentelijke verantwoordelijkheid. Kosten Valt onder de werkplanning van cluster O.O.V. Overleg politie 1 uur Voorlichting 2 uur
26
Totaal
3 uur
4. Verbeteren/ uitbreiden wijk en buurtgericht werken Probleem/ huidige situatie Communicatie tussen de coördinator van het wijkgericht werken en het cluster O.O.V. vindt nog te weinig plaats. Het wijk- en buurtgericht werken zal zich in het tweede kwartaal van 2006 gaan richten op wijken in plaats van op buurten. Er wordt dan ook een wijkregisseur aangesteld. Doel/ gewenste situatie Het aanstellen van een wijkregisseur. Verbetering van het contact tussen het wijkoverleg (in de zin van de wijkregisseur) en het cluster O.O.V. en de Afdeling Beleid en Projecten. Actie Het aanstellen van een wijkregisseur. Afspraken maken tussen wijkregisseur en het cluster O.O.V. en de Afdeling Beleid en Projecten. Partners Afdeling Gemeentewerken, Beleid en Projecten en cluster O.O.V. Actieverantwoordelijke Afdeling Gemeentewerken Bestuurlijk verantwoordelijk Portefeuillehouder wijkgericht werken Tijdspad Derde kwartaal 2006 Kosten Kosten wijkregisseur is opgenomen in de werkplanning van afdeling Gemeentewerken. Het verbeteren van het contact tussen het wijkgericht werken en het cluster OOV is opgenomen in de werkplanning van cluster O.O.V. 5. Meldpunt onveilige zaken Probleem/ huidige situatie Er wordt door de gemeente niet goed genoeg aangegeven waar bewoners onveilige situaties kunnen melden. Het is gebleken dat bewoners nog wel eens van het kastje naar de muur worden gestuurd. Doel/ gewenste situatie Er is duidelijkheid bij bewoners waar zij onveilige situaties kunnen melden. Actie Een meldpunt onveilige situaties creëren. Via de gemeentegids, website worden bewoners op de hoogte gebracht van dit meldpunt. Ook interne wordt dit gecommuniceerd. Partners Afdeling Beleid en Projecten, Gemeentewinkel, Gemeentewerken en cluster O.O.V. Actieverantwoordelijke Gemeentewerken in samenwerking met Gemeentewinkel Bestuurlijk verantwoordelijke Burgemeester
27
Tijdspad Tweede kwartaal 2006 Kosten Opgenomen in de werkplanning van cluster O.O.V. Tekst schrijven voor op de site, gemeentegids 1 uur Juiste partijen op de hoogte stellen 1 uur Totaal 2 uur 6. Wijk- en buurtmonitor Probleem/ huidige situatie Om input te hebben voor het veiligheidsbeleid is het belangrijk om te weten wat er speelt onder de bevolking. In 2004 is er een wijk- en buurtonderzoek gehouden, waarin vragen aan bewoners van Leiderdorp werden gesteld over veiligheid en leefbaarheid. In 2010 dient de nota integrale veiligheid te worden herzien. Hiervoor is dus weer input vanuit de bevolking nodig. Doel/ gewenste situatie Het houden van een wijk- en buurtonderzoek in 2009 zodat deze informatie gebruikt kan worden voor het herzien van de nota integrale veiligheid. Actie Het organiseren van een wijk- en buurtonderzoek in 2009. Hiervoor kan gebruik worden gemaakt van de wijk en buurtmonitor 2004. Partners Afdeling Beleid en Projecten, Gemeentewinkel, Gemeentewerken, Concernzaken (cluster O.O.V.) Actieverantwoordelijke Afdeling Beleid en Projecten Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder wijk- en buurtgericht werken Tijdspad 2009 Kosten Zijn opgenomen in de werkplanning van de afdeling Concernzaken. 7. Betrekken van veiligheid bij projecten Probleem/ huidige situatie Bij projecten komen veel veiligheidsaspecten kijken. Om de veiligheid tijdens de bouw en na de bouw te waarborgen is het van belang dat de kennis en kunde van verschillende veiligheidspartners wordt geraadpleegd. Dit dient al gedaan te worden in de startfase van het project. Bijvoorbeeld middels een overleg, daarnaast moet veiligheid worden opgenomen in het draaiboek voor projecten. Doel/ gewenste situatie Veiligheid is een essentieel onderdeel bij (grote) projecten . Actie Het betrekken van veiligheid bij nieuwe projecten. Zoals het organiseren van een veiligheidsoverleg bij nieuwe projecten. Per project dient er bekeken te worden of er een overleg nodig is. Veiligheid dient een onderdeel te zijn in het draaiboek voor projecten. Het is van belang dat de veiligheidschecklist wordt gebruikt. Ook kan er voor worden gekozen om bij grote projecten gebruik te maken van de Veiligheids
28
effectrapportage (VER). Dit is een instrument waarmee vooraf duidelijk wordt met welke veiligheidsrisico’s rekening mee gehouden moet worden. De VER kan bijvoorbeeld gebruikt worden bij de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein, bij de bouw van een winkelcentrum of een sportcomplex. Bij bouwplaatsen is het van belang dat er borden staan met bereikbaarheidsgegevens in het geval van onraad. Partner Gemeente, Politie, GHOR, Brandweer, projectontwikkelaars Actieverantwoordelijke Afdeling Beleid en Projecten en Gemeentewerken. Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder ruimtelijke ordening/ projecten Tijdspad Eerste kwartaal 2007 Kosten Bijeenkomst organiseren Overleg
2 uur 2 uur
8. Oefeningen rampenbestrijding Probleem/ huidige situatie Één keer per jaar wordt er binnen de gemeente een bestuurlijke rampenoefening gehouden. Hierbij komen de taken van de actiecentra zoals opvang en verzorging niet aan bod. Waardoor dit niet goed wordt geoefend. Oefenen is belangrijk aangezien je tijdens een oefening tegen problemen aanloopt die je van te voren niet verwacht. Oefen baart kunst. Doel/ gewenste situatie Ieder jaar een oefening organiseren waarbij het functioneren van de actiecentra aan bod komt. Actie Het organiseren van een oefening. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van het “ Regionaal Oefenplan” (concept). Partners Gemeente, brandweer, Politie, GHOR. Actieverantwoordelijke Het cluster Rampenbestrijding Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad Vierde kwartaal 2006 Kosten Organiseren oefening Oefening 20pers.x3 Evaluatie Totaal
72uur 60 uur 36 uur 168 uur (indicatief)
29
9.
Bestuurlijke Boete
Probleem/ huidige situatie Er zijn twee wetsvoorstellen ingediend bij de Tweede Kamer over de bestuurlijke boete. De bestuurlijke boete is een instrument voor gemeenten om krachtiger te handhaven. Dit is een boete opgelegd door het bestuur met de onvoorwaardelijke verplichting tot betaling van een geldsom. De boete is bedoeld om de overtreder te bestraffen. Indien de Tweede Kamer akkoord gaat met de wetsvoorstellen, mogen gemeente zelf bepalen of zij dit handhavinginstrument gaan gebruiken. Hiervoor moet de gemeente zich verdiepen in de voor- en nadelen van de invoering van de bestuurlijke boete. Er zullen afspraken gemaakt moeten worden met de politie, OM en buurgemeenten. Doel/ gewenste situatie De voor- en nadelen van de bestuurlijke boete goed in kaart brengen, zodat er een weloverwogen besluit kan worden genomen. Actie Het bekijken van de voor- en nadelen (ook de kosten) van de bestuurlijke boete in Leiderdorp. Buurgemeenten benaderen i.v.m. eventuele samenwerking. Partners Gemeente, Afdeling Concernzaken (juristen en cluster O.O.V. en P& O), gemeentewinkel (handhavers), Politie, OM, buurgemeenten, Brandweer Actieverantwoordelijk Afdeling Concernzaken Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad Derde kwartaal 2006 Kosten 100 uur (indicatief)
30
Nummer 1 2
Actie’s Ontwikkelen nota handhaving Opstarten aanpak jeugdoverlast
3
Zichtbaarheid wijkagent verbeteren Verbeteren, uitbreiden wijkbuurtgericht werken Duidelijkheid meldpunt onveilige zaken Organiseren wijk- en buurtonderzoek Het betrekken van veiligheid bij nieuwe projecten Oefening organiseren voor actiecentra rampenbestrijding Voor- en nadelen bestuurlijke boete onderzoeken
4 5 6 7 8 9
Actieverantwoordelijk Wanneer Beleid en Ontwikkeling Eerste kwartaal 2007 Beleid en Ontwikkeling Tweede kwartaal 2006 Politie, cluster O.O.V. Eerste kwartaal 2007 Gemeentewerken
Derde kwartaal 2006
Gemeentewerken i.s.m. gemeentewinkel Beleid en Ontwikkeling
Tweede kwartaal 2006. 2009
Beleid en Ontwikkeling
Eerste kwartaal 2007
Cluster Rampenbestrijding Concernzaken
Vierde kwartaal 2006 Derde kwartaal 2006
31
§6.5 Een nota IVB, en wat nu? Hoe implementeren we het integrale veiligheidsbeleid in de gemeentelijke organisatie? Een knelpunt dat in de praktijk is gebleken, is dat veiligheid nog niet voldoende wordt opgepakt in de gemeentelijke organisatie. Vandaar dat het volgende bereikt moet worden, om het integraal veiligheidsbeleid te laten slagen. Het hoofddoel: Integraal werken aan veiligheid binnen de gemeentelijke organisatie voor een veilig en leefbaar Leiderdorp.
Bij de totstandkoming van deze nota heeft het cluster O.O.V. naar haar eigen rol in de organisatie gekeken en nagedacht over wat zij wil bereiken. Daaruit is het volgende voortgekomen: Iedereen in de gemeentelijke organisatie pakt zijn eigen rol op en neemt zijn verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid waardoor het cluster O.O.V. zich zelf uiteindelijk overbodig maakt (het ultieme doel). Wat is de toegevoegde waarde van het cluster OOV? - Bredere kennis- overview - Netwerk - Ervaring - Actuele informatie - Weten mogelijkheden/ onmogelijkheden - Aanspreekpunt veiligheid (portefeuillehouder) - Aandacht voor aspect veiligheid in (grote) projecten. Het Cluster O.O.V. neemt een actieve houding aan ten aan zien van het adviseren van de afdelingen. Zij zal nieuwe ontwikkelingen op het gebied van veiligheid goed in de gaten houden en doorspelen naar de juiste personen, zij zullen actief opzoek gaan naar mogelijkheden en knelpunten. Een valkuil van het cluster O.O.V. is dat het bestaat uit twee parttimers waardoor er maar maximaal 1,5 FTE beschikbaar is. Capaciteitsuitbreiding zou een mogelijkheid zijn om aan alle verwachten taken te voldoen. Hieronder staan een aantal inspanningen beschreven die een bijdrage leveren aan een goede implementatie van het integraal veiligheidsbeleid. 1. Ontwikkelen structureel veiligheidsoverleg Om problemen eerder te signaleren en op te pakken is het een aanbeveling om een structureel veiligheidsoverleg te organiseren (intern). Dit bevordert de samenwerking en samenhang. Een intern overleg is van belang en zo nodig kunnen externe partijen hieraan deelnemen of kan er een apart overleg worden georganiseerd. Doel/ Gewenste situatie Afstemming en samenwerking tussen de veiligheidspartners middels een structureel overleg. Het eerder signaleren en oppakken van veiligheidsproblemen door de juiste partijen. Actie Het organiseren van een structureel overleg voor interne partners en zo nodig externe partijen. Dit overleg zal 1 keer per kwartaal plaatsvinden. Partners Gemeente Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V.
32
Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad Vierde kwartaal 2006 Kosten 6 personen x 2 uur: 4 bijeenkomsten Totaal
12 uur per overleg 48 uur (indicatief)
2. Brainstormsessie veiligheidsthema’s Deze nota fungeert als basisdocument voor het veiligheidsbeleid in de gemeente Leiderdorp. Veiligheid is een breed begrip. Hieronder vallen veel thema’s. Om verdere invulling te geven op de specifieke veiligheidsterreinen is het van belang dat er helderheid is over de beoogde doelen, inspanningen en resultaten. De betrokkenen dienen een duidelijk beeld voor ogen te hebben hierover. Op deze manier kan er meer planmatig gewerkt worden. Om dit beleid te ontwikkelen is het een aanbeveling om een brainstormsessie te organiseren met de meest betrokken personen. Per onderwerp dient er een brainstormsessie(s) gehouden te worden en worden betrokken personen benaderd. Doel/ gewenste situatie Er is helderheid over de beoogde doelen, inspanningen en resultaten op de specifieke veiligheidsterreinen bij de betrokken personen. Zoals bij rampenbestrijding, jeugd en veiligheid en fysieke veiligheid. Actie Het organiseren van brainstormsessies Partners Iedereen binnen de gemeente Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V. Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad Start met de brainstormsessie over het thema rampenbestrijding: derde kwartaal 2006 Start met de brainstormsessie over het thema jeugd en veiligheid: 2007 Start met de brainstormsessie over het thema fysieke veiligheid: 2008 Kosten 7 personen x 8 uur: 56 uur per sessie (indicatief) 3. Veiligheidschecklist Iedereen bekijkt veiligheid vanuit zijn eigen perspectief. Waardoor vaak maar van één kant de veiligheid wordt belicht. Zo wordt bijvoorbeeld bij projecten en beleidsontwikkeling wel gekeken naar de fysieke veiligheid maar niet naar de sociale veiligheid. Doel/ gewenste situatie Alle veiligheidsaspecten worden meegenomen bij het beleid, bij projecten en in de uitvoering.
33
Actie Ontwikkeling van veiligheidschecklist per veiligheidsveld/ thema dat als handvat kan fungeren. Hierin staan veiligheidsaspecten en partijen die mogelijk meegenomen of benaderd moeten worden. Partners Gemeente Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V. in samenwerking met de relevante afdelingen Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad Tweede kwartaal 2006 Kosten Opgenomen in werkplanning van cluster O.O.V. 4. Lunchbijeenkomsten Probleem/ huidige situatie Veiligheid wordt nog niet voldoende integraal opgepakt in de gemeentelijke organisatie. Doel/ gewenste situatie Veiligheid wordt integraal opgepakt binnen de gemeentelijke organisatie. De kennis op het gebied van veiligheid bij de interne partners wordt verbreed. Actie Lunchbijeenkomsten over deelonderwerpen veiligheid Partners Alle afdelingen Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V. Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad 2007 Kosten Opgenomen in werkplanning van cluster OOV 5. Mogelijkheden workshops/ opleidingen/ cursussen Probleem/ huidige situatie Veiligheid wordt nog niet voldoende integraal opgepakt in de gemeentelijke organisatie. Doel/ gewenste situatie Veiligheid wordt integraal opgepakt binnen de gemeentelijke organisatie. De kennis op het gebied van veiligheid bij de interne partners wordt verbreed.
34
Actie Het onderzoeken naar mogelijkheden voor het aanbieden van workshops, opleidingen, cursussen over veiligheid aan interne partners. Partners Alle afdelingen Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V. Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad Continu (ieder jaar) Kosten Nader te onderzoeken 6. Veiligheidstoolbox Probleem/ huidige situatie Veiligheid is een breed onderwerp. Alle kennis, kunde en informatievoorziening is verspreid over de afdelingen en organisaties. Doel/ gewenste situatie Een plek waar alle informatie met betrekking tot veiligheid te vinden is. Zoals contactgegevens, checklists, beleidsstukken, handleidingen, links Actie Het ontwikkelen van een veiligheidstoolbox. Zoals het ontwikkelen van een website waarop alle informatie, gereedschappen etc. met betrekking tot veiligheid gezet kan worden. Partners Afdeling Concernzaken; cluster O.O.V., cluster Communicatie, cluster Automatisering Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V. Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad 2007 Kosten Uitzoeken waar behoefte aan is Uitzoeken van de mogelijkheden, uitvoering Totaal
24 uur 72 uur 96uur (indicatief)
7. Intervisie adviseurs Probleem/ huidige situatie De werkwijze van het cluster O.O.V. is in de nieuwe organisatie veranderd. Zij zal dan de rol van adviseur op zich nemen. Om een goede invulling te geven aan deze taak, is het van belang dat zij voldoende feedback krijgt en aan haar competenties kan werken.
35
Doel/ gewenste situatie Cluster O.O.V. voert haar taak als adviseur zo goed mogelijk uit (ultieme doel is zich zelf overbodig maken). Actie Het organiseren van intervisiebijeenkomsten met andere adviseurs. Partners Adviseurs Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V. Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijdspad Vierde kwartaal 2006 Kosten Opgenomen in werkplanning van cluster O.O.V. 8. Discussiebijeenkomst MT Probleem/ huidige situatie Om integraal te werken is het van belang dat het MT op één lijn zit over veiligheidsbeleid. Doel/ gewenste situatie Het MT zit op één lijn over het veiligheidsbeleid en iedereen neemt zijn verantwoordelijkheid. Actie Discussiebijeenkomst organiseren voor het MT Partners Het Management Team, cluster O.O.V. Actieverantwoordelijke Cluster O.O.V. Bestuurlijk verantwoordelijke Portefeuillehouder Openbare Orde en Veiligheid Tijd Tweede kwartaal 2006 Kosten Opgenomen in werkplanning cluster O.O.V. en het MT
36
Nummer 1
Actieverantwoordelijke Wanneer Cluster O.O.V. Vierde kwartaal 2006 Cluster O.O.V. a. Derde kwartaal 2006 b. 2007 c. 2008
6 7
Actie Ontwikkelen structureel veiligheidsoverleg Organiseren brainstormsessies a. Rampenbestrijding b. Jeugd en veiligheid c. Fysieke veiligheid Ontwikkelen veiligheidschecklist Organiseren lunchbijeenkomsten Workshop, cursus, opleidingen regelen Veiligheidstoolbox Intervisie adviseurs
8
Discussiebijeenkomst MT
Cluster O.O.V.
2
3 4 5
Cluster O.O.V. Cluster O.O.V. Cluster O.O.V. Cluster O.O.V. Concernzaken
Tweede kwartaal 2006 2007 Continu (ieder jaar) 2007 Vierde kwartaal 2006 Tweede kwartaal 2006
37
Nawoord De eerste stap is nu gezet. Het veiligheidsbeleid van de gemeente Leiderdorp staat op papier. Hiermee is een aanzet gegeven om meer integrale borging en structuur te krijgen in het veiligheidsbeleid van Leiderdorp. Er is nu helderheid over het veiligheidsniveau van Leiderdorp en welke inspanningen nodig zijn om het niveau te optimaliseren. Maar de gemeente Leiderdorp beseft dat we er met deze nota nog niet zijn. Het implementatieproces zal enige tijd vergen. Er is een verandering in de manier van werken nodig binnen de gemeentelijke organisatie. Het veiligheidsbesef bij de partners zal moeten groeien en breder worden. Dit gebeurt niet van de een op de andere dag. Ook het nemen van maatregelen die in het actieprogramma staan beschreven zal enige tijd vergen. Daarnaast zijn er veel landelijke en regionale ontwikkelingen gaande op het gebied van veiligheid. Deze ontwikkelingen moeten gevolgd worden en hierop dient geanticipeerd te worden. Het is een continu proces wat blijvende aandacht vraagt. Deze aandacht is nodig van de gemeente maar ook van burgers en van andere veiligheidspartners. Tijdens het opstellen van deze nota zijn verscheidene partners betrokken. Ik ga er van uit dat deze partners en vele andere partijen samen met veel enthousiasme en professionaliteit willen werken aan een (nog) veiliger Leiderdorp. Voor de geïnteresseerde lezer hebben wij als afsluiting nog een aantal onderliggende stukken met extra informatie en cijfermateriaal in de bijlage opgenomen.
Namens, De burgemeester van Leiderdorp M. Zonnevylle
38
Bijlagen
1. Uitwerking inventarisatie veiligheidsvelden 2. Veiligheidspartners en netwerken 3. Kaart buurten Leiderdorp 4. Bronvermelding
39
Bijlage 1: Uitwerking inventarisatie Veiligheidsvelden In deze bijlage wordt per veiligheidsveld (5 velden), ingegaan op de huidige veiligheidssituatie in Leiderdorp. Ook wordt beschreven welke activiteiten op het gebied van veiligheid al worden ondernomen in Leiderdorp. Veiligheidsveld 1: Veilige woon- en leefomgeving De leefbaarheid en veiligheid in wijken en buurten kunnen op uiteenlopende manieren bedreigd worden. Veiligheidsthema’s binnen deze categorie hangen nauw samen met de fundamentele kwaliteit van het wonen in de gemeente en de ontwikkelingen daarin. 1.1 Overlast Definitie overlast: Schade, hinder die iemand te lijden heeft. Uit de wijk- en buurtmonitor 2004 is gebleken dat parkeeroverlast, geluidsoverlast door verkeer en overlast van scooters en bromfietser de meest voorkomende vormen van overlast zijn in Leiderdorp. Overlast door buren/ omwonenden komt relatief weinig voor. Op de vraag hoe vaak overlast door (groepen) jongeren voorkomt, geeft 38% van de respondenten aan dat dit zelden het geval is. Overlast door jongeren komt verhoudingsgewijs het meeste voor in Buitenhof M/W (NO), Buitenhof Z/O (NO), Binnenhof (NO) en Schansen (NW).
Overlast in de buurt
Overlast jongeren
Overlast buren
Parkeeroverlast
overlast scooters/bromfietsen
geluidsoverlast verkeer
50 40 30 % 20 10 0
vaak soms zelden nooit opgave
Bron: wijk en buurtmonitor 2004
Uit de politiemonitor 2005 is aan inwoners gevraagd welke genoemde buurtproblemen zij het belangrijkste vinden, in die zin dat zij voor de politie een prioriteit moeten worden. De top vijf voor team Leiderdorp is: Prioritering buurtproblemen Te hard rijden Overlast van groepen jongeren Inbraak in woningen Hondenpoep op straat Agressief verkeersgedrag Bron: rapportage politie
Team Leiderdorp
31,5% 24,8% 14,1% 12,2% 9,8%
40
Minder belangrijk waren: aanrijdingen, bekladding van muren en gebouwen, dronken mensen op straat, mensen die op straat worden lastiggevallen. In het gehele politiedistrict Rijn- en Veenstreek, worden ongeveer aan dezelfde problemen prioriteit gegeven. In team Leiderdorp geven zelfs relatief minder mensen dan gemiddeld in het district aan dat de politie de meeste aandacht moet besteden aan: diefstal uit auto’s, vernieling aan of diefstal vanaf auto’s, aanrijdingen en bedreiging. Leefbaarheid Bewoners vinden het over het algemeen belangrijk om betrokken te zijn bij hun buurt. Mensen willen zich thuis voelen bij de mensen in de buurt. De veiligheid en leefbaarheid van de buurt wordt door de bewoners redelijk hoog gewaardeerd in de wijk- en buurtmonitor. De leefbaarheid krijgt gemiddeld het rapportcijfer 7,2. Ook in de politiemonitor 2005 wordt de leefbaarheid hoog gewaardeerd. 95% van de inwoners geeft aan dat zij (zeer) tevreden is over het wonen in de eigen buurt. 77% geeft aan graag te willen wonen in deze buurt. Vandalisme De vandalismekosten in Leiderdorp zijn gedaald. In 2005 zijn de vandalismekosten met 34,4% gedaald t.o.v. 2004. Bij vandalisme gaat het om vernielingen van prullenbakken, bankjes, speeltoestellen etc. Ook het aantal incidenten (bekend bij de politie) met betrekking tot vernielingen is het afgelopen jaar afgenomen. In 2005 was het aantal incidenten: 381, het aantal aangiftes was 232. In 2004 was dit respectievelijk 434 en 256.
Jaar
2001 2002 2003 2004 2005
Kosten vandalisme in euro’s
23.044 24.428 46.231 22.523 14.783
Bron: afdeling gemeentewerken Leiderdorp
De gemeente Leiderdorp heeft een notitie vandalisme. Hierin wordt aangegeven wat er zoal gebeurd om vandalisme te bestrijden. Het geeft oplossingsrichtingen aan en mogelijke maatregelen. Verder zorgt de gemeente Leiderdorp ervoor dat hekken, prullenbakken, fietsenrekken en dergelijke zoveel mogelijk in beton worden verzonken, zodat deze moeilijker los te halen zijn. Als vernielingen worden aangericht, worden de betreffende attributen zo snel mogelijk verwijderd en vervangen. Ook vervuiling wordt zo snel als mogelijk verwijderd. Graffiti wordt eveneens zeer snel verwijderd. Dit alles om ervoor te zorgen dat de omgeving zo min mogelijk uitnodigt om dingen te vernielen of de omgeving te vervuilen. De gemeente heeft een onderhoudscontract met het bedrijf ICS Nederland B.V. Zij verwijdert graffiti en illegale affiches van gemeentelijke objecten. Wijk- en buurtgericht werken In 2001 is de gemeente gestart met wijk- en buurtgericht werken. In het overleg participeren de volgende partijen: bewoners, gemeente in de vorm van een coördinator wijkbeheer, sociaal cultureel werk en indien nodig partijen zoals de politie, AWL (woningbouw) etc. Bij dit overleg worden sociale en fysieke problemen die in de wijk spelen besproken. In een werkplan worden doelen geformuleerd die de gemeente in samenwerking met andere partijen wil bereiken. In het tweede kwartaal van 2006 wordt het wijkgericht werken uitgebreid. Geheel Leiderdorp zal dan vertegenwoordigd zijn in een wijkoverleg. Ook komt er een wijkregisseur. Er zal voldoende aandacht moeten worden besteed aan de communicatie tussen de wijkregisseur en het cluster O.O.V.
41
Toezicht openbare ruimte Binnen de gemeente is één buitengewoon opsporing ambtenaar (boa) werkzaam. Deze boa heeft drie taken. Ten eerste is hij handhaver van de A.P.V. Hij is voor de volgende artikelen uit de APV bevoegd om een proces verbaal op te maken. 2.1.5.1 voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg, 2.1.5.2 aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg, 2.1.5.3 maken en veranderen van een weg, 2.2.2 evenementen, 2.4.17 loslopende honden, 2.4.18 verontreiniging door honden, 2.4.12 overlast van fiets of bromfiets op markt en kermis terrein, 5.1.6 parkeren van reclamevoertuigen, 5.2.3 standplaatsen: uitstallingen op de weg, Daarnaast is de boa ook toezichthouder voor het aanbieden van huis/ grof afval dat is geregeld in de afvalstoffen verordening. Eveneens functioneert de boa als marktmeester. Indien in de toekomst de bestuurlijke boete wordt ingevoerd zal de boa deze kunnen uitdelen. De boa dient de leefbaarheid en veiligheid in de gemeente te bevorderen. Hij houdt zich bezig met het aanpakken van de kleine overtredingen en ergernissen zoals het fout parkeren bij scholen en winkels. Wijkagenten In Leiderdorp zijn drie wijkagenten actief. De wijkagenten besteden een deel van hun werktijd aan de leefbaarheid en veiligheid in de buurt. De wijkagenten onderhouden contacten met burgers (slachtoffers) en overleggen met verschillende instanties over problemen in hun wijk. De wijkagenten kunnen hun tijd niet 100% besteden aan het werken in de wijk aangezien zij ook worden ingezet bij noodhulp. Door de velen overleggen en het inzetten van de wijkagenten bij noodhulp zijn de wijkagenten niet voor iedereen zichtbaar in Leiderdorp. De contacten die de wijkagenten hebben met verschillende partijen zoals Bureau Halt, Wereldhave Nederland management b.v., SCw en de boa zijn goed. Sociaal cultureel werk Stichting Sociaal Cultureel werk Leiderdorp (SCw), houdt zich bezig met buurtgericht werken. Het buurtgericht werken van het SCw Leiderdorp is gericht op het versterken van sociale cohesie in de buurt. SCw Leiderdorp wil de bewoners van Leiderdorp voorwaarden/faciliteiten bieden om zelf actief te werken aan het eigen welzijn. Het buurtwerk is er op gericht om diverse bewoners; jong en oud, autochtoon en allochtoon, de openbare ruimte te laten delen, elkaar te ondersteunen en elkaar te vrijwaren van overlast. Om de activiteiten zo toegankelijk mogelijk te maken voor een brede groep bewoners van Leiderdorp voert het SCw haar activiteiten uit op verschillende locaties in Leiderdorp. Zoals in het activiteitencentrum dWaRS&zo in de Bloemerd en het activiteitencentrum de Buit aan de Buitenhoflaan. SCw streeft er naar om in de toekomst haar activiteiten zoveel mogelijk te verspreiden over de wijken. Sport & Veiligheid Het aanbieden van sportmogelijkheden is een middel om de leefbaarheid en saamhorigheid in de wijk te vergroten. Het servicepunt Sport en bewegen voor Leiderdorp en Zoeterwoude, beweegt mensen om te bewegen doormiddel van het aanbieden van verschillende breedtesportactiviteiten. O.a. het uitlenen van sportmaterialen, het coördineren van schoolsporttoernooien en wijk- en buurtsport. Daarnaast zijn zij het aanspreekpunt voor sportverenigingen. Er zijn vele sportverengingen actief in Leiderdorp. Legionella In Leiderdorp vinden elke 3 maanden controles plaats naar mogelijke concentraties van de Legionellabacterie in gebouwen die gemeente beheert. Door deze periodieke controles heeft de gemeente de mogelijkheid om Legionella tijdig te signaleren en de nodige maatregelen te nemen. Door de vroegtijdige constatering is er geen bedreiging voor de volksgezondheid. Het bedrijf Puris zal de reiniging uitvoeren.
42
Bloemerdoverleg In de buurt de Bloemerd is een overleg opgericht om met sportverenigingen, onderwijs, SCw, politie, gemeente en omwonenden van de Bloemerd in gesprek te gaan over hun omgeving. Zij stellen samen doelen en inspanningen vast. Om vandalisme en overlast tegen te gaan, heeft er beveiliging rond gelopen bij het sport- en recreatiepark de Bloemerd. Er loopt geen beveiliging meer rond aangezien er geen overeenstemming bereikt kon worden over de noodzaak van beveiliging in de Bloemerd. Het Bloemerdoverleg was van mening dat beveiliging niet meer nodig was. Op dit moment is weer sprake van overlast in de Bloemerd. Buurtbemiddeling Huurders van woningen van de Algemene Woningstichting Leiderdorp (AWL) kunnen buurtbemiddelaars inschakelen indien er problemen zijn met buren of buurtgenoten. Bij buurtbemiddeling probeert een panel van twee getrainde vrijwilligers problemen tussen buren of buurtgenoten de wereld uit te helpen. Te denken valt aan: geluidsoverlast, rommel in trappenhuis of plantsoen, harde muziek, overhangende takken, vernieling, verschillende leefwijze, vreemde geuren, stank van huisdieren, parkeeroverlast, sloopauto's in de straat en pesterijen. Indien er grotere problemen aan de orde zijn, kan buurtbemiddeling niet ingeschakeld worden, maar gaat de AWL hier achteraan in samenwerking met relevante partijen. Overlast Schansen en Dreven AWL heeft een beveiligingsbedrijf ingeschakeld om de veiligheid en leefbaarheid bij de Schansen en Dreven te waarborgen. Zij zijn op oproepbasis beschikbaar. Ook is de AWL bezig met de vormgeving aan buurtbeheer in deze wijk, dit staat nog in de kinderschoenen. Door de werkgroep Buurtbeheer is een wooncode samengesteld. Deze werkgroep werd vertegenwoordigd door verschillende partijen. Te weten de bewoners, gemeente, politie, brandweer, algemeen maatschappelijk werk, stichting sociaal-cultureel werk (SCw) en de AWL. In deze wooncode zijn bepaalde regels opgesteld waar de AWL en bewoners elkaar op kunnen wijzen. Deze wooncode fungeert als extra handvat. Op deze manier wordt er een bijdrage geleverd aan een leefbare omgeving. Binnenkort gaat de wooncode ook werken bij andere complexen. Bij de Schansen en Dreven is ook een huismeester aangesteld. Hondenplezier Het beleid van de gemeente Leiderdorp beperkt zich op dit moment hoofdzakelijk tot het geven van voorlichting over de regels die in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) staan. Wie deze regels overtreedt, riskeert een bekeuring. Vooruitlopend op de herziening van het hondenbeleid is in 2004 op initiatief van het buurtoverleg op twee locaties in de Oranjewijk een proef gedaan met het plaatsen van Depodogs. Deze proef is begin 2005 geëvalueerd door het buurtoverleg en de resultaten zijn in juni 2005 aan de gemeente aangeboden. Aan de hand van de aanbevelingen gaat de gemeente nu bekijken of de proef naar het hele dorp wordt uitgebreid. Scooteroverlast Het Openbaar Ministerie hanteert het volgende beleid bij scooteroverlast: de verkeersofficier van justitie is in geval van recidive incidenteel bereid tot inbeslagname van de scooter of brommer over te gaan. De politie Hollands Midden zorgt voor dossieropbouw. Alvorens tot inbeslagname van een scooter wordt overgegaan moet uit het proces verbaal blijken dat aan een aantal voorwaarden is voldaan. Zo moet er bijvoorbeeld sprake geweest zijn van een waarschuwing dat herhaling van het feit leidt tot in beslagname van de scooter.
43
1.2 Onveiligheidsgevoelens Het gaat hier om het gevoel van onveiligheid, ook wel de subjectieve veiligheid. Over het algemeen voelen de bewoners van Leiderdorp zich zowel in hun straat als in hun buurt veilig. In de wijk- en buurtmonitor gaf 75% van de respondenten aan dat het gevoel van onveiligheid in hun straat of buurt zelden of nooit voorkomt. Mensen voelen zich iets vaker onveilig in hun buurt dan in hun straat. Het aantal mensen dat aangeeft zich vaak onveilig te voelen, is vrijwel nihil. In de Schansen (NW) voelt 36 % zich soms onveilig in de straat en 40 % voelt zich soms onveilig in de buurt. Dit is dus beduidend hoger dan in andere buurten. De Schansen en Dreven zijn nu opgeknapt. Hoe vaak doet de volgende situatie m.b.t. uw veiligheidsgevoel zich voor? In % Komt vaak voor Komt soms voor Komt zelden voor Komt nooit voor Geen opgave Bron: wijk- en buurtmonitor 2004
Ik voel mij wel eens onveilig in mijn straat
Ik voel mij wel eens onveilig in mijn buurt
2 14 38 41 5
2 18 40 34 5
1.3 Huiselijk geweld Huiselijk geweld, is geweld dat door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer is gepleegd. Het kan daarbij gaan om lichamelijk en seksueel geweld en om psychisch geweld, zoals bedreiging en belaging (‘stalking’). Huiselijk geweld kan de vorm aannemen van kindermishandeling en seksueel kindermisbruik, partner- en relatiegeweld in alle denkbare verschijningsvormen, en mishandeling of verwaarlozing van ouderen. Het aantal incidentmeldingen en het aantal aangiftes van huiselijk geweld in de regio Hollands Midden is in 2005 ten opzichte van 2004 gestegen van 28 incidenten in Leiderdorp naar 68 incidenten. Het streven om huiselijk geweld achter de voordeur vandaan te krijgen heeft effect. Zowel op landelijk als lokaal niveau. Leiderdorp valt onder het ‘Advies en steunpunt huiselijk geweld Zuid Holland Noord’. Dit is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld en voor iedereen in hun omgeving. Zij zoeken samen met de beller naar een oplossing. Een mogelijkheid is het in contact brengen met andere instanties zoals de politie of maatschappelijk werk. Zij hebben verschillende samenwerkingsafspraken met partijen zoals de politie en andere hulpverleningsinstanties. In het tweede kwartaal 2006 zal er door de Afdeling Beleid en Projecten van de gemeente een notitie Huiselijk Geweld worden geschreven. Ook de politie heeft een belangrijke rol bij de aanpak van huiselijk geweld. Zij werken aan de hand van een protocol. Hierin is tevens een verwijzing naar daderhulpverlening en zorg voor directe slachtoffers en kinderen die getuige zijn geweest van huiselijk geweld, opgenomen. In 2006 start Politie Hollands Midden met een programma van verdergaande deskundigheidsbevordering en kennisontwikkeling van agenten. Agenten worden aan de hand van nagespeelde praktijksituaties verder getraind in het herkennen van situaties van huiselijk geweld en hoe daarin te handelen. Door een wetswijziging heeft de politie meer bevoegdheid gekregen om in te grijpen bij huiselijk geweld. Zij hoeven niet meer te wachten tot dat het slachtoffer aangifte doet, om in te mogen grijpen. 1.4 Geweld In de wijk- en buurtmonitor in 2004 geeft 55% van de bewoners aan dat geweldsdelicten nooit voorkomen in hun buurt. 33% geeft aan dat dit zelden voorkomt in hun buurt. Dit zijn dus subjectieve gegevens. Objectieve cijfers geven aan dat bij 58% van de geweldsmisdrijven in 2005 een dader is aangehouden. In 53% leidde dit ook tot de oplossing van het feit. Zoals in onderstaande tabel is af te lezen is er een lichte stijging van het aantal geweldsincidenten in 2005 ten opzichte van 2004.
44
Geweld w.v. art. 141sr. tegen personen w.v. binnen relaties w.v. straatroof w.v. bedreiging w.v. overig geweld 8 Bron: politierapportage
Incidenten 2004
Aangiftes 2004
Incidenten 2005
Aangiftes 2005
148 5 20 3 49 71
87 4 14 3 24 42
158 1 27 3 53 74
107 1 16 3 32 55
Het beleid vanuit de politie is het standaard toepassen van het protocol Geweld. Zij besteden veel aandacht aan geweld. De opsporing en de aanpak van daders van geweldsdelicten heeft een hoge prioriteit. Bij het veiligheidsveld Jeugd en veiligheid op pagina 50 wordt ingegaan op de aanpak bij jongeren en geweld. 1.5 Inbraken en voertuigcriminaliteit Woninginbraak Een woninginbraak tast de privacy aan en wordt vaak als zeer schokkend ervaren. In de wijk- en buurtmonitor 2004 geeft in wijk Zuid één derde van de respondenten aan dat zij denken dat een woninginbraak soms voorkomt. In Noordoost geeft meer dan de helft van de respondenten aan dat het soms voorkomt. Uit gegevens van de politie blijkt dat er in 2003, 70 woninginbraken hebben plaatsgevonden. In 2004 is dit aantal gedaald naar 51, in 2005 kwam het aantal neer op 52 woninginbraken. Ondertussen (jan-maart ‘06) hebben er 20 woninginbraken plaatsgevonden. Bij de meeste inbraken wordt gebruik gemaakt van het zogenoemde “hengelen”. Via de brievenbus wordt geprobeerd de klink van de deur te openen. Dit kan alleen als de deur niet op het nachtslot zit. Keurmerk Veilig Wonen In Leiderdorp hebben 203 woningen een certificaat van het Keurmerk Veilig Wonen. Dit is een stijging van 23% ten opzicht van 2004. De kans dat er wordt ingebroken bij een woning met een Keurmerk Veilig Wonen is minder groot (tot 90% minder) in vergelijking met de kans op inbraak in een niet beveiligde woning. De gemeente past het keurmerk in samenwerking met de woningbouwverenigingen zoveel mogelijk toe. Bij nieuwbouw maakt de gemeente Leiderdorp afspraken met projectontwikkelaars om de woningen en de woonomgeving te laten voldoen aan het keurmerk. Een ambtenaar heeft de opleiding IBOR9 gevolgd, waardoor deze bouwplantoetser in staat is om bouwplannen te toetsen aan de eisen die het Keurmerk Veilig Wonen stelt. Vakantiekaartenproject De politie Hollands Midden houdt woningen van bewoners die op vakantie zijn extra in de gaten. Bewoners kunnen per brief(kaart), telefonisch of mondeling laten weten wanneer zij met vakantie zijn. De politie gaat dan een of meerdere keren bij de woning langs om deze te controleren op onregelmatigheden. Is er sprake van onregelmatigheden, dan wordt de sleutelhouder daarvan op de hoogte gesteld. Bij zo’n bezoek letten de agenten ook op de omgeving. Het vakantiekaartenproject draait met succes het hele jaar door. Vanuit de bevolking heeft de politie positieve reacties ontvangen over het project. Voertuigcriminaliteit In de wijk- en buurtmonitor geeft 15 % van de bewoners van de Schansen aan dat zij denken dat diefstal uit/ af auto vaak voorkomt. Gemiddeld in Leiderdorp geeft 4% aan dat dit vaak voorkomt, 32 % denkt dat dit soms voorkomt. In de schansen is dit 26%. Het aantal diefstallen af/uit auto’s is het afgelopen jaar (2005) gedaald ten opzicht van 2004. 8 9
Verschil in cijfers kan zitten in de codering in het bedrijfsprocessensysteem (BPS)bij de politie. IBOR: Intregraal Beheer Openbare Ruimte
45
2005 Diefstal Diefstal af/uit auto 186 aangifte’s Diefstal af/uit auto 192 Incidenten Diefstal van (brom)fiets 174 aangifte’s Diefstal van (brom)fiets 180 incidenten Bron: politie rapportage, Objectieve gegevens
2004
269 289 221 235
Fietsendiefstal Fietsendiefstal komt niet veel voor, volgens bewoners van Leiderdorp (wijk- en buurtmonitor 2004). Er zijn verschillen in de buurten waar te nemen. Zo geeft 25% van de bewoners van de Schansen (NW) en 16 % van de respondenten in Binnenhof (NO) aan dat zij denken dat fietsendiefstal vaak voorkomt. Gemiddeld is dit 7%. Het aantal aangiftes en het aantal diefstalincidenten is in 2005 gedaald ten opzicht met het jaar daarvoor. Hoe vaak komt voor: Fietsendiefstal in de buurt Komt vaak voor 7% Komt soms voor 40% Komt zelden voor 38% Komt nooit voor 9% Geen opgave 6% Bron: Wijk en buurtmonitor 2004, subjectieve gegevens
Diefstal uit /vanaf auto
4% 32% 44% 13% 7%
1.6 Brandveiligheid in woningen In 2005 zijn er 14 binnenbranden (meldingen) geweest in Leiderdorp. In 2004 was dit aantal 7. In 2004 vond er 1 schoorsteenbrand plaats. In 2005 waren er 3 schoorsteenbranden. In 2005 is dit aantal dus gestegen. Brandveiligheid bij woongebouwen is een zorgpunt. Woongebouwen hebben geen gebruiksvergunning nodig, maar ook hier is brandveiligheid erg belangrijk. De brandweer Leiderdorp onderneemt een aantal activiteiten in het kader van brandpreventie bij woningen. Zo worden er folders verspreid over brandveiligheid. Daarnaast publiceert de brandweer artikelen in “Gemeente aan Huis” (G.a.H.), op de website van de gemeente Leiderdorp en op de website van de brandweer Leiderdorp. Ook wordt er één keer in de twee jaar open huis gehouden, waarbij bewoners terecht kunnen met vragen over brandveiligheid en het brandweerwerk. In samenwerking met het cluster Bouwen en Wonen zijn nieuwbouwprojecten en verbouwingsplannen “brandpreventief” begeleid. In een aantal gevallen wordt een vooroverleg gevoerd met architecten, aannemers en particulieren t.a.v. nieuwbouw- en verbouwingsplannen. De brandweer heeft ook contact met de woningbouw (AWL) over brandveiligheid. 1.7 Senioren en veiligheid Oudere mensen voelen zich vaker onveilig dan de gemiddelde burger, terwijl zij minder kans hebben om slachtoffer te worden van criminaliteit en geweld. In het zorgnetwerk worden senioren besproken en wordt er zo nodig hulpgeboden. In de uitvoering van verkeersmaatregelen wordt de veiligheid van senioren zoveel mogelijk meegenomen. Stichting Pluspunt houdt zich bezig met het project Halt u valt in samenwerking met 3VO. Er wordt in 2006 een dag in het teken van veiligheid georganiseerd. Het gaat dan vooral om de fysieke veiligheid zoals het voorkomen van ongelukken met rollators op de stoep.
46
Veiligheidsveld 2: Bedrijvigheid en Veiligheid Ondernemers kunnen slachtoffer worden van bedrijfsinbraken of overvallen, maar kunnen ook door hun eigen bedrijvigheid een aanleiding vormen van onveiligheid (zoals een vuurwerkopslag). In dit veiligheidsveld komen de volgende thema’s aan bod: 2.1 Veiligheid op bedrijventerreinen en in winkelcentra 2.2 Uitgaan en overlast 2.3 (Grootschalige) evenementen 2.1 Veiligheid op bedrijventerreinen en in winkelcentra Leiderdorp kent 2 industrieterreinen, De Baanderij en De Lage Zij, evenals een meubelboulevard. Daarnaast zijn er twee winkelcentra de Winkelhof en Santhorst. Er is op dit moment veel in ontwikkeling op het gebied van bedrijvigheid. Een voorbeeld hiervan is het W4 project waarbij nieuwe vestigingslocaties (Vierzicht, Bospoort, Amaliaplein) worden ontwikkeld en worden aangeboden aan ondernemers en bedrijven. Ook zijn er plannen om het bedrijventerrein de Baanderij en het winkelcentrum de Winkelhof uit te breiden. Bij grote projecten zoals het W4 project is het van belang dat het onderwerp veiligheid vanaf de beginfase van het project wordt meegenomen. Diefstal Het aantal diefstalen in bedrijven/ instellingen is de afgelopen jaren gedaald (Politiestatistieken). Het aantal aangiftes kwam in 2005 op 36. In 2004 was dit aantal nog 55. De Baanderij Het aantal incidenten op de Baanderij is in 2005 in vergelijking met voorgaande jaren sterk afgenomen. In 2005 is het aantal incidenten gedaald met 42% ten opzicht van 2001. Op de Baanderij is sprake van surveillance in de avonduren en in het weekend. Het ministerie van Economische Zaken heeft een subsidie van 100.000 euro toegekend aan de gemeente Leiderdorp. Met deze subsidie kunnen de ondernemers het bedrijventerrein De Baanderij beveiligen. Er wordt nog niet gewerkt volgens het keurmerk veilig ondernemen. 2001
2002
2003
2004
2005
Bedreiging Diefstal a/u auto Diefstal a/u bedrijf Diefstal a/u overig onroerende goederen Diefstal a/u overig roerende goederen Diefstal auto Diefstal overige goederen Diefstal uit winkel Oplichting Overvalalarm Stil / luid alarm Verduistering Vernieling auto
0 5 12 7 0 10 4 6 1 4 29 2 3
2 14 19 2 1 4 9 7 4 2 26 3 7
2 9 15 1 0 0 5 4 2 4 47 2 5
6 30 12 2 0 3 4 11 2 1 32 2 13
4 13 8 1 1 1 4 2 1 1 5 1 6
Eindtotaal
83
100
96
118
48
Bron: politie Hollands Midden
47
aantal incidenten
Baanderij 150 2001 2002
100
2003 50
2004 2005
0 totaal aantal incidenten jaartal
Bron: politie Hollands Midden
Winkelhof Bij het winkelcentrum “Winkelhof” is sprake van overlast en vandalisme. Voornamelijk komt dit voor in de parkeergarage en in de avonduren. Beveiligingsbedrijf ESS, ingehuurd door Wereldhave Management, surveilleert in de avonduren in de parkeergarage ter vermindering van overlast. Ook de politie controleert regelmatig bij de parkeergarage. Er zijn intussen aanhoudingen verricht. Deze maatregelen zijn nog niet afdoende. De gemeente zoekt in samenwerking met politie, Sociaal Cultureel werk, Wereldhave Management BV naar een oplossing. Winkelcentrum Santhorst In 2003 hebben er diverse ramkraken plaatsgevonden bij het winkelcentrum de Santhorst. Om ramkraken te voorkomen zijn er door de gemeente anti- rampaaltjes (bij de Juwelier) geplaatst. Ook bij de Oranjegalerij zijn er anti- rampaaltjes geplaatst. 2.2 Uitgaan en overlast Er zijn weinig grootschalige horecagelegenheden in Leiderdorp. Overlast door horeca komt weinig voor. Dit wordt bevestigd in de wijk- en buurtmonitor waarin meer dan 85% van de respondenten aangeeft zelden of nooit last door horeca te ondervinden. Horecanota10 De gemeente heeft een horecanota. Hierin wordt een helder kader geboden voor horecaondernemers met betrekking tot de voorwaarden waaraan zij moeten voldoen om zich te mogen vestigen en om gevestigd te mogen blijven. Handhaving, openbare orde en vergunningen komen aan de orde in deze nota. Ook is er een hoofdstuk opgenomen waarin aan de orde komt wat er gedaan moet worden voordat een evenement kan plaatsvinden. 2.3 (Grootschalige) evenementen In 2003 waren er 12 incidenten bij evenementen waarbij de politie aanwezig was. In 2004 waren dit er nog 32. Handreiking evenementen Voor grootschalige evenementen is er een handreiking bij evenementen. De handreiking bevat een analysemodel om de risico’s van een evenement in te kunnen schatten. Daarnaast wordt aangegeven wanneer hulpverleningsdiensten en het Openbaar Ministerie betrokken moeten worden bij de voorbereiding van een evenement. De ambtenaar die de vergunningen verleend kan aan de hand van de risicoanalyse besluiten of, en zo ja welke hulpdienst en / of het Openbaar Ministerie om advies gevraagd wordt over de veiligheidsaspecten van het voorgenomen evenement. De ambtenaar vergunningen onderhoudt goede contacten met de boa, de brandweer en de politie over het wel of niet verlenen van vergunningen en onder welke voorwaarden.
10
Horeca-nota Leiderdorp 2001
48
Tent- en schuur- feestenbeleid In negen gemeenten van het politiedistrict Rijn- en Veenstreek is een eenduidig beleid gemaakt voor tenten schuurfeesten. De gemeente, politie, brandweer en Openbaar Ministerie zoeken in dit kader naar een juist evenwicht tussen enerzijds de wensen van de organisaties c.q. de feestvierende menigte en anderzijds het waarborgen van de veiligheid, het handhaven van de openbare orde en de bescherming van het woon- en leefmilieu van omwonenden. Excessen moeten worden voorkomen en er moet aan algemene wet- en regelgeving worden voldaan. Bij evenementen en feesten zoals de kermis rond Koninginnedag wordt er in een vroeg stadium overleg gevoerd tussen verschillende partners zoals de politie, brandweer, organisator evenement/ feest, boa, etc.
49
Veiligheidsveld 3: Jeugd en veiligheid Jeugd kan zowel slachtoffer als (mede)veroorzaker zijn van onveiligheid. In dit veiligheidsveld komen de volgende thema’s aan bod: Overlast Veelplegers, doorstromers en harde kern Alcohol en drugs Huidige activiteiten en partners 3.1 Overlast Relatief gezien, afgezet tegen de regio cijfers, is in Leiderdorp geen sprake van bovengemiddelde overlast veroorzaakt door jongeren, integendeel, Leiderdorp kent bijvoorbeeld geen “veelplegers” of “harde kernjeugd”. In sommige wijken wordt overlast ervaren veroorzaakt door jongeren. De mate waarin deze overlast wordt ervaren verschilt sterk. In wijk Zuid, geeft tweederde van de respondenten aan dat er zelden of nooit overlast is van jongeren. In noordoost geeft 16% aan vaak overlast te ondervinden. In Buitenhof, Binnenhof en de Schansen is verhoudingsgewijs de meeste overlast van jongeren aldus de wijk- en buurtmonitor 2004. Ook is er sprake van overlast in de parkeergarage van het winkelcentra “Winkelhof” en op schoolpleinen. Jongeren laten hier troep achter en brengen vernielingen aan. De plekken waar overlast wordt ondervonden, veranderen regelmatig. In 2005 is in Leiderdorp zowel het aantal gepleegde delicten, als het aantal jongeren dat naar Halt en Stop werden doorverwezen gestegen, ten opzichte van 2003 & 2004. Het is moeilijk te zeggen wat hier de oorzaak van is. Het aantal verwijzingen naar Halt gaat altijd in een golfbeweging met pieken en dalen. Het Team Leiderdorp is heel actief geweest in het opsporen van strafbare feiten. Statistisch gesproken komt 4,5 a 5 % van alle jongeren onder de leeftijd van 18 jaar in aanraking met de politie. Gemiddeld wordt 80% van de first offenders11 niet meer terug gezien bij de politie. Ongeveer 2% van de jongeren valt onder de categorie problematisch. In 2005 daalde het aantal overlast incidenten (die bekend waren bij de politie) van/ door jeugd aanzienlijk namelijk van 321 in 2004 naar 265 in 2005. Bij de prioritering van buurtproblemen, door inwoners, (in die zin dat zij voor de politie prioriteit moeten hebben), staat overlast door groepen jongeren op nummer twee12. Het zijn vaak oudere personen die overlast van jeugd ervaren.
11 12
First offenders, jongeren die voor het eerst met justitie in aanraking komen. op 1 staat te hard rijden, 2 overlast groepen jongeren, 3 inbraak in woningen, 4 hondenpoep, 5 agressief verkeersgedrag.
50
20 15 10 5 0 2003
2004
2005
Aantal gepleegde delicten Leiderdorp
baldadigheid Vernieling Vuurwerk
brandstichting Vermogensdelicten Overig
Statistieken Bureau Halt
3.2 Veelplegers, doorstromers, harde kern Veelplegers zijn personen van 18 jaar of ouder tegen wie in totaal meer dan tien keer proces-verbaal is opgemaakt, die volharden in hun crimineel gedrag en die daardoor stelselmatig met de politie in aanraking komen. Zij vormen de vaste klanten, de ‘draaideurklanten’ van politie, justitie en zorginstellingen. Van jeugdige veelplegers is sprake als het gaat om jongeren van 12 tot en met 17 jaar tegen wie in totaal meer dan vijf keer proces verbaal is opgemaakt. In 2005 kwamen in Leiderdorp géén veelplegers voor. De politie Hollands Midden geeft veel aandacht aan veelplegers. Op elke veelpleger wordt een persoonlijk plan van aanpak gemaakt. De zeer actieve veelplegers zullen met voorrang door het Openbaar Ministerie voor de rechter worden gebracht. Naast de veelplegers wordt er ook veel aandacht besteed aan de doorstromers. Met doorstromers worden aankomende veelplegers bedoeld. Doorstromers worden besproken in het Justitieel Casusoverleg Jeugd (JCO). Het aantal doorstromers uit Leiderdorp was in 2005 4. Leiderdorp heeft ook niet te kampen met een groep harde kern jongeren. Harde kern jongeren zijn jeugdige criminelen die veel (en ernstige) delicten plegen en verhoudingsgewijs verantwoordelijk zijn voor een groot deel van de gepleegde criminaliteit. 3.3 Alcohol en drugs 85% van de bewoners geeft aan dat zij zelden of nooit last ondervinden van overlast door alcohol en drugs. 50% van de respondenten uit de wijk- en buurtmonitor 2004 geeft aan dat er nooit dronken mensen op straat lopen in de buurt. 36% geeft aan dat dit zelden voorkomt. Ook overlast van drugs komt weinig voor. Uit de Politiemonitor 2005 blijkt het volgende: 7% van de inwoners van het district Rijn- en Veenstreek ervaart de aanwezigheid van dronken mensen op straat als een vaak voorkomend probleem in de buurt. 3% van de inwoners is de mening toegedaan dat drugsoverlast vaak voorkomt. Leiderdorp verschilt hierin niet veel in vergelijking met andere teams uit het district. Ook Politieteam Leiderdorp geeft aan dat er in Leiderdorp géén drugs- of alcoholprobleem is. In Leiderdorp zijn een aantal gebieden aangewezen als zijnde gebieden waar geen alcohol mag worden genuttigd en waar men geen aangebroken flessen, blikjes en dergelijke met alcoholhoudende drank bij zich mag hebben. Dit op grond van artikel 2.4.8 van de Algemene Plaatselijke Verordening Leiderdorp 2005. Het komt voor dat er hinder op straat en voor omwonenden ontstaat ten gevolge van met name jongeren die op straat alcoholhoudende drank nuttigen. In het kader van de handhaving van de openbare orde kan door middel
51
van het onderhavige aanwijzingsbesluit hiertegen worden opgetreden. Het verbodt geldt niet voor terrassen behorende bij horecabedrijven. 3.4 Huidige activiteiten en partners Bureau Leerplicht De gemeente Leiderdorp is aangesloten bij het Regionaal Bureau Leerplicht Zuid-Holland Noord (RBL). Bij RBL is een leerplichtambtenaar die Leiderdorp vertegenwoordigd. De leerplichtambtenaar houdt toezicht op de naleving van de leerplichtwet. Daarnaast heeft zij een maatschappelijke zorgtaak. Zij houdt zich bezig met het vinden van oplossingen voor problemen die de schoolloopbaan van een leerling in gevaar kunnen brengen. De leerplichtambtenaar neemt deel aan verschillende overleggen m.b.t. jeugd. Bureau Halt Bureau HALT stelt zich ten doel een bijdrage te leveren aan het terugdringen en voorkomen van strafbaar baldadig gedrag van jongeren en het wegnemen van oorzaken die tot dit gedrag kunnen leiden. Zij doet dit door het afhandelen van HALT- zaken en het verrichten van preventieve, adviserende en signalerende activiteiten. Zoals voorlichting over normoverschrijdend gedrag en vuurwerk en het geven van taakstraffen zoals het opruimen van vuurwerk. De HALT doelgroep bestaat uit jongeren tussen 12 en 17 jaar. In de jaarlijkse rapportages van Bureau HALT onderscheidt de jeugd van Leiderdorp zich niet noemenswaardig van andere regiogemeenten. De Stopreactie Het STOP-programma is bedoeld voor kinderen onder de 12 jaar die in aanraking zijn gekomen met de politie omdat het kind een strafbaar feit heeft gepleegd. Kinderen leren in de Stop-reactie wat zij verkeerd hebben gedaan en hoe zij in dergelijke situaties andere keuzes kunnen maken. De Stop-reactie wordt uitgevoerd door Halt, onder verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie. Sociaal cultureel werk SCW Leiderdorp organiseert activiteiten voor kinderen, tieners en jongeren. SCw streeft ernaar om activiteiten aan te bieden in de hele gemeente. Activiteiten van het SCw Leiderdorp voor kinderen zijn er op gericht om kinderen te ondersteunen bij hun cognitieve, sociaal-emotionele en fysieke ontwikkeling. Activiteiten van het SCW Leiderdorp voor tieners en jongeren zijn gericht op een zinvolle invulling van hun vrije tijd. De functie van ontmoeting en recreatie is hierbij van grote betekenis. Het gaat hierbij om het organiseren van accommodatiegebonden werk als het onderhouden van contacten op straat en bij jongerenontmoetingsplekken (JOP’s). Ook organiseert het tiener- en jongerenwerk workshops en activiteiten die aansluiten bij de leefwereld van tieners en jongeren. SCw Leiderdorp neemt deel in het wijkoverleg. Daarnaast hebben zij goed contact met de wijkagenten. Nota jeugd De gemeente heeft een nota jeugd13, waarin het jeugdbeleid wordt beschreven. De doelstellingen van het jeugdbeleid zijn “Meer continuïteit in de ontwikkelingslijn van jongeren tussen 0 en 25 jaar en meer jeugdparticipatie”. Aanpak overlastgevende jeugd en jeugdgroepen Vanuit de politie is er een integraal modelaanpak ontwikkeld voor jeugd en jeugdgroepen. De gemeente is bezig hier organisatorische invulling aan te geven. Het doel van de aanpak is het verminderen van overlast. Dit model gaat uit van een integrale benadering, waarbij betrokken partijen samenwerken. Er wordt gebruik gemaakt van de checklist die uitgaat van drie groepen jongeren. De aanvaardbare groep ( groene) de hinderlijke groep (geel) en de overlastgevende groep (rode). Elk type groep kent een modelaanpak. Aan de hand van de checklist wordt een analyserapport gemaakt die in een veiligheidsoverleg besproken wordt.
13
investeren in jeugd, beleidsnota integraal jeugdbeleid Leiderdorp 2003-2006
52
Convenant Veilige School De politie heeft met de scholen Visser ’t Hoofd en Regionaal Opleidingscentrum (ROC) te Leiderdorp een convenant Veilige School afgesloten. Zij hebben samen een handelingsprotocol ter ondersteuning van de samenwerking ondertekend. Doe- Effe- Normaal lessen (DEN-lessen) Binnen het schooladoptie plan ‘Doe-Effe-Normaal’ van de politie, is een medewerker van de politie het aanspreekpunt voor een basisschool. Op deze wijze geeft de politie invulling aan haar preventieve jeugdtaak op basisscholen. In samenwerking met de GGD en Bureau Halt geeft de politie voorlichting op scholen. De politie verzorgt 4 lessen die te maken hebben met de kerntaken van de politie. De GGD ZuidHolland Noord geeft preventie lessen over alcohol, drugs en roken. Ook geeft Bureau Halt een aantal preventielessen op de basisscholen. JOP’s In de gemeente Leiderdorp staat een aantal JOP’s. Jongeren kunnen hier samen komen. Omdat zich bij sommige JOP’s specifieke problemen voordoen is inmiddels een aantal maatregelen genomen om de overlast te verminderen. Het gaat dan bijvoorbeeld om: het op werkdagen schoonmaken van de betreffende JOP, intensievere controle van politie en Sociaal Cultureel werk, onder de aandacht brengen van de regels en eventueel verbaliserend optreden. Daarbij hanteert de gemeente het uitgangspunt dat wanneer een probleemsituatie zich voordoet, ook wordt getracht door overleg met betrokkenen een oplossing te vinden. De JOP’s worden wisselend gebruikt. Op de JOP’s geldt een alcoholverbod. Signaleringsoverleg De gemeente Alphen a/d Rijn is trekker van het signaleringsoverleg Rijn- en Veenstreek. Doel van het overleg is het tegengaan van afglijden naar crimineel gedrag en het bevorderen van een sluitende aanpak met betrekking tot het hulpaanbod dat aan een jongere wordt gedaan. De doelgroep bestaat uit risicojongeren. Dit zijn jongeren die nog geen misdrijven hebben gepleegd die geleid hebben tot het instellen van strafvervolging vanuit het OM, in de leeftijd van circa 8 tot 23 jaar. Het overleg komt 8 keer per jaar bijeen. Partners zijn: Bureau Jeugdzorg Zuid Holland, Stichting Welzijn Alphen aan den Rijn, Raad voor de kinderbescherming, politie Hollands midden, district Rijn- en Veenstreek, GGD Zuid Holland Noord, Stichting Algemeen Maatschappelijk Werk. Deelnemende gemeenten in de persoon van de leerplichtambtenaar zijn Alphen aan den Rijn, Leiderdorp, Ter Aar, Liemeer, Jacobswoude; Rijnwoude, Zoeterwoude, Alkemade en Nieuwkoop. Deelnemers hebben een samenwerkingsovereenkomst getekend en hanteren een privacyreglement. In het district signaleringsoverleg zijn 55 jongeren uit alle deelnemende gemeenten besproken in 2005. In de periode van 1 januari 2005 tot 15 januari 2006 zijn 6 jongens besproken uit Leiderdorp. Er zijn geen meisjes uit Leiderdorp besproken. In het district is men bezig om het Jongeren Preventie Team (JPT) binnen te halen. Vanuit Bureau Jeugdzorg worden preventiemedewerkers bij de politie ondergebracht. Jongeren die risicogedrag vertonen worden door het JPT in begeleiding genomen. Zorg-Adviesteam (ZAT) Voor het Visser ‘t Hooft lyceum Leiderdorp is er een Zorg Adviesteam opgericht ter voorkoming van voortijdig schoolverlaten. Deelnemers zijn leerlingenbegeleiders van de school, het Algemeen Maatschappelijk Werk, de GGD, Bureau Jeugdzorg en de leerplichtambtenaar. Convenant Zorg-Adviesteam Voor kinderen van 0 tot 12 jaar in de Leidse regio is er een convenant Zorg adviesteams afgesloten. Deelnemers hierin zijn peuterspeelzalen, kinderopvang en basisscholen samen met medewerkers van het Algemeen Maatschappelijk Werk, Bureau Jeugdzorg en de Jeugdgezondheidszorg. Gezamenlijk zorgen zij er voor dat problemen bij kinderen op tijd gesignaleerd worden en dat snel goede hulp wordt ingezet. Justitieel Casus Overleg De doelgroep is jongeren van 12 tot 18 jaar tegen wie een proces verbaal is opgemaakt of strafrechtelijk vervolgd worden door het OM. Het overleg vindt één keer per maand plaats. In dit overleg participeren de volgende partijen: OM, Raad van Kinderbescherming, Jeugdreclassering en Politie.
53
Veiligheidsveld 4: Fysieke veiligheid Bewoners, werknemers, recreanten en publiek lopen fysieke risico’s op straat, in gebouwen, bij deelname aan het verkeer maar ook in de eigen woning. In dit veiligheidsveld komen de volgende thema’s aan bod: 4.1 Verkeersveiligheid & veilige infrastructuur 4.2 Veiligheid bij projecten 4.3 Risico’s van aanwezige bedrijvigheid 4.4 Rampenbestrijding& crisisbeheersing 4.5 Handhaving en vergunningverlening 4.1 Verkeersveiligheid & veilige infrastructuur Na een daling van het aantal ongevallen vanaf 2000 t/m 2003 van 456 naar 309 is te zien dat de laatste twee jaar weer een stijging is waar te nemen. Bij de meeste incidenten is alleen sprake van materiele schade. Leiderdorp/ jaar
Totaal ongev.
Dodelijke ongev.
Slachtoffers ongev.
Uitsl. Materiële schade
2004 2005
436 430
2 0
26 39
408 391
Verkeersoverlast Ruim tweevijfde deel van de inwoners van het district Rijn- en Veenstreek is van mening dat te hard rijden een vaak voorkomend probleem in de buurt is (42%). Veertien procent van de inwoners is van mening dat geluidsoverlast door verkeer vaak voorkomt en 13% vindt dat agressief verkeersgedrag vaak voorkomt. Aanrijdingen komt volgens 6 % van de mensen vaak voor. Ten opzichte van 2003 zijn er in 2005 geen veranderingen opgetreden ten aanzien van verkeersoverlast. Wel is er ten opzichte van 1999 een afname te zien in het aandeel mensen dat van mening is dat te hard rijden en agressief verkeersgedrag vaak voorkomen. In 1999 bedroeg dezen percentage respectievelijk 49% en 20%. Er zijn geen noemenswaardige verschillen te constateren in de politieteams onderling in het district. IVVP De gemeente heeft een Integraal Verkeers- en Vervoersplan (IVVP) opgesteld. Dit is een allesomvattend plan voor het verkeer en vervoer in Leiderdorp. Het Integraal Verkeers- en Vervoersplan (IVVP) heeft tot doel een grotere leefbaarheid, betere bereikbaarheid, duurzame veiligheid en een beheersbare mobiliteit in Leiderdorp. De principes van ‘Duurzaam Veilig’ vormen het uitgangspunt, zoals die ook uitgangspunt zijn voor de verschillende concrete projecten op het gebied van verkeer en vervoer.”Duurzaam Veilig” is de naam van een verkeersprogramma dat overal in Nederland wordt toegepast en ervoor moet zorgen dat er minder doden en gewonden vallen in het verkeer. Basisprincipe is dat de openbare ruimte zo wordt ingericht dat verkeersdeelnemers in één oogopslag zien hoe ze zich moeten gedragen. De gemeente betrekt bewoners bij het zoeken naar oplossingen voor verkeersproblemen in de wijk door middel van het organiseren van bijeenkomsten. Het politieteam Leiderdorp houdt regelmatig verkeerscontroles, dit is een van haar prioriteiten. Kabeloverleg Één keer per jaar vindt er een kabeloverleg plaats. Dit is een overleg met de Nuon, Hydron, brandweer, gemeentewerken en eventuele andere partijen over de afstemming van het leggen van kabels, zodat de straten zo min mogelijk worden opgebroken. Hierdoor worden onveilige situaties op straat voorkomen, zijn er minder omleiding (wat de bereikbaarheid van hulpverleningsdiensten beter waarborgt) en kunnen er minder onveilige situaties met de kabels zelf voor komen.
54
4.2 Veiligheid bij projecten Bij (bouw)projecten is het van belang dat er bij de bouwplaats op borden wordt aangegeven wie mensen moeten bellen bij onraad/ onveilige situaties. Dit wordt verwerkt in het bouwbeleidsplan. HSL project Voor het HSL project is er een werkgroep veiligheid opgestart. De regionale brandweer Hollands Midden is trekker van dit overleg. De volgende partijen participeren in het overleg: Politie Hollands Midden, GHOR, Brandweercommandanten van de betrokken gemeenten en de ambtenaren rampenbestrijding uit Alkemade, Rijnwoude, Leiderdorp. Tevens is de HSL organisatie en Infraspeed vertegenwoordigd bij dit overleg. In deze werkgroep zijn de beveiligingsconcepten “HSL tunnel Groene Hart” opgesteld en besproken. Tevens worden veiligheidszaken tijdens en na de bouw van de HSL aan de orde gesteld en worden afspraken vastgelegd voor het operationele optreden. Ook is er een rampenbestrijdingsplan opgesteld voor tijdens de bouw. Voor de exploitatiefase is een rampenbestrijdingsplan in voorbereiding. A4 project Een onderdeel van het W4 project is de verbreding van de A4. Hierbij komen verschillende veiligheidsaspecten kijken. Bij het begin van het project is er een veiligheidsoverleg geweest over de A4. Zodra de aanbesteding van de A4 een feit is, zal er weer een veiligheidsoverleg over de A4 worden georganiseerd. Risico’s van aanwezige bedrijvigheid Risico-inventarisatie Op grond van het Registratiebesluit externe veiligheid zijn overheden verplicht gegevens aan te leveren over risicovolle situaties met gevaarlijke stoffen. In opdracht van de gemeente heeft de Milieudienst WestHolland een risico-inventarisatie gemaakt. De risico-inventarisatie is uitgevoerd volgens de “Leidedraad risico-inventarisatie gevaarlijke stoffen van Provincie Zuid-Holland”. In Leiderdorp zijn niet er meer dan 10 bedrijven die externe veiligheidsrelevant (EVR) zijn.14 Rampenbestrijding Rampenbestrijdingsorganisatie Rampenbestrijding of bestrijding van zware ongevallen betekent optreden in een situatie waarin snel handelen vereist is vanwege de acute bedreiging van leven, gezondheid, goederen of leefomgeving. Hierbij worden 18 verschillende soorten ramptype onderscheiden15. De rampenbestrijding in Zuid-Holland vindt plaats door middel van samenwerking tussen de (regionale) brandweer (RBHM), politie, geneeskundige hulpverlening (GHOR) en alle gemeenten in de regio Hollands-Midden. De doelstelling is een om zwaar ongeval of een ramp adequaat en doeltreffend te kunnen aanpakken. Om tot een uniforme aanpak te kunnen komen hebben de gemeenten één gezamenlijk prototype rampenplan opgezet. Het rampenplan en de bijbehorende procesdeelplannen zijn in 2005 aangepast aan de eisen die zijn gesteld in de Wet Kwaliteitsbevordering Rampenbestrijding (WKR). Het rampenplan is goedgekeurd door de provincie. Alle leden van de rampenorganisatie hebben de basiscursus rampenbestrijding gevolgd. Jaarlijks vindt er minimaal één oefening plaats om de gemeentelijke rampenbestrijdingsorganisatie goed voor te bereiden op rampen en calamiteiten. Binnen de gemeente hebben verschillende personen rampenbestrijding in hun pakket. Binnen de organisatie wordt rampenbestrijding nog niet voldoende als een van de reguliere taken gezien. De doelen en inspanningen zijn niet altijd helder en er wordt niet altijd planmatig gewerkt. Het is van belang dat alle betrokkenen een duidelijk beeld voor ogen hebben over wat het doel is van rampenbestrijding, wat het resultaat zou moeten zijn, en welke inspanningen daarvoor nodig zijn. Met andere woorden er dient beleid geformuleerd te worden voor de rampenbestrijding. Om hier vorm aan te geven zullen er brainstormsessies georganiseerd worden met betrokken personen.
14 15
website milieudienst http://www.mdwh.nl/ Omschreven in Leidraad Maatramp
55
Risico’s natuurrampen Er is geen sprake van aaneengesloten stukken bos, heide of duingebied in de regio (eenheden van 100 ha). Ook zijn er in Leiderdorp geen acute bedreigingen van overstromingen. Wel kan ook Leiderdorp te kampen krijgen met heftige neerslag. Hierdoor kan er te veel water in het riool terecht komen en kan de infrastructuur ontregeld raken. Bij onderhoudsklussen zorgt de gemeente ervoor dat op die plekken het regenwater naar het oppervlaktewater wordt afgevoerd of wordt de bergingsruimte vergroot. Risicocommunicatie In 2005 heeft het cluster Communicatie van de gemeente Leiderdorp een concept plan van aanpak gemaakt om te komen tot een meer effectieve en resultaatgerichte communicatie in crisissituaties. Dit concept zal in 2006 worden uitgewerkt in samenwerking met de Regionale Werkgroep Rampenvoorlichting, het Expertisecentrum voor Risico- en Crisiscommunicatie (ERC) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en communicatiemedewerkers bij de diverse hulpdiensten. Om te komen tot het gewenste niveau van effectiviteit en resultaatgerichtheid zal worden gekeken of er verbeteringen mogelijke zijn. Brandweer Leiderdorp Het korps bestaat uit 4 beroepskrachten en 29 vrijwilligers. Het brandweerkorps Leiderdorp functioneert goed. Om te voldoen aan de landelijke kwaliteitseisen die worden gesteld aan de brandweerzorg, wordt er in de regio Hollands Midden gestreefd naar een uniform kwaliteitsniveau. Om inzicht te krijgen in het huidige kwaliteitsniveau is er een nulmeting gehouden. Uit het onderzoek “ Kwaliteit en doelmatigheid brandweer Leiderdorp” is gebleken dat het korps van Leiderdorp een goede kwaliteit heeft en levert. De kwaliteit van de repressieve dienst, waaronder de opkomst- en de uitruktijden vallen, werd gekwalificeerd als goed. Er is een overschrijdingspercentage van slechts 1%, met uitruktijden tussen de 3,5 en 5,5 minuut. Gemeten aan de eisen van de “hedendaagse brandweer” scoort Brandweer Leiderdorp de kwalificatie Voldoende. 75% van de korpsen scoort hier met een onvoldoende. De brandweer heeft dit jaar 285 uitrukken gehad. Waarbij zij te maken hadden met drie middelbranden en twee grote branden. Ook heeft de brandweer in 2005 66 keer hulpverleend bij incidenten. Handhaving & vergunningverlening Handhaving is het sluitstuk van beleid en wetgeving, zowel strafrechtelijke als bestuurlijke handhaving zijn belangrijke instrumenten ter verbetering van ondermeer de objectieve en subjectieve veiligheid in Leiderdorp. Door middel van handhaving kan naleving van regels worden bewerkstelligd. Ook kunnen beleidsdoelen worden bereikt. Handhaving is niet alleen van belang als dwangmaatregel maar ook vanuit het oogpunt van preventie. In Leiderdorp zijn vele handhavers actief. Maar op dit moment is er nog geen overkoepelend handhavingsbeleid, waardoor beleidsdoelen op het gebied van handhaving ontbreken. Er kan vorm gegeven worden aan het handhavingsbeleid middels het schrijven van een nota handhaving. Hierin worden alle handhavinginstrumenten genoemd, wordt het wettelijke kader weergegeven en worden de bevoegdheden, procesbeschrijvingen, uitvoeringen beschreven en uitgewerkt. Een nota handhaving zorgt voor duidelijkheid, het voorkomt ongelijkheid en willekeur en daarnaast kunnen er gemotiveerde prioriteiten worden gesteld. Bouwvergunning De gemeente geeft bouwvergunningen af. Het cluster Bouw en Woning Toezicht (BWT) is verantwoordelijk voor de handhaving. Zij hebben een nota handhaving16. Tijdens de bouw kan een inspecteur van bouw- en woningtoezicht controleren of er wordt gebouwd volgens het Bouwbesluit en de 16
Handhaven met beleid, 2000
56
verleende bouwvergunning. Er wordt daarbij vooral gelet op de kwaliteit van het gebouwde en op de veiligheid op de bouwplaats en de omgeving tijdens de bouw. Als blijkt dat wordt gebouwd zonder de vereiste bouwvergunning of in afwijking van de bouwvergunning kan de bouw worden stilgelegd. De gemeente geeft dan aan wanneer de bouw hervat mag worden. BWT werkt samen met projectontwikkelaars en de brandweer i.v.m. de gebruiksvergunning. Gebruiksvergunning De gemeente heeft een gebruiksvergunningenbeleid. Om de brandveiligheid in gebouwen te waarborgen wordt er door de brandweer Leiderdorp gebruiksvergunningen afgegeven. Een gebruiksvergunning heeft een geldigheidsduur van 2 jaar. Maar elk jaar wordt er gecontroleerd door de brandweer. Na de geldigheidsperiode van 2 jaar kan de vergunning verlengd worden. Alvorens er een verlenging kan plaatsvinden, wordt er door de brandweer een verlengingscontrole uitgevoerd. De bedrijven en instellingen die verplicht zijn een gebruiksvergunning te hebben, mogen niet in werking zijn zonder deze vergunning. Op dit moment zijn er ongeveer 130 bedrijven met een gebruiksvergunning. Handhaving van de gebruiksvergunning valt onder de verantwoordelijkheid van de brandweer. Op dit moment zit de brandweer met een capaciteitsprobleem. Om het capaciteitsprobleem op te lossen, wordt er een extra formatieplaats toegekend aan de brandweer (jan. 2007). In 2003 is er door de Rekenkamer een onderzoek uitgevoerd met als onderwerp “Afgifte en controle gebruiksvergunningen”. Naar aanleiding van het onderzoek worden er een aantal aanbevelingen gedaan. Uit de voortgangsrapportage in 2004 blijkt dat er invulling is gegeven aan deze aanbevelingen. Milieuvergunning Taken op het gebied van milieu in Leiderdorp zijn uitbesteed aan de Milieudienst West Holland. Zij verlenen milieuvergunningen en houden zich bezig met de controle op het naleven hiervan. Op de website van de Milieudienst West Holland17 is te zien welke bedrijven gevestigd zijn in Leiderdorp en wat de status is van de vergunning. APV vergunning De BOA is handhaver van de APV en de gemeentewet. Uitgebreidere informatie over de BOA is te vinden op pagina 43 bij veilige woon en leefomgeving. Leerplichtwet Het handhaven van de leerplichtwet heeft de gemeente uitbesteed aan Regionaal Bureau Leerplicht Leiden (RBL). De BOA’s bij de RBL zijn ook beëdigd in Leiderdorp. Meer informatie over leerplicht is eerder in deze nota beschreven bij het veiligheidsveld jeugd en veiligheid op pagina 52. Drank- en Horecavergunning Een horecaondernemer die een zaak wil openen zal eerst een Drank- en Horecavergunningen aan moeten vragen bij de gemeente. Het Horecabeleid is vastgelegd in een Horecanota. Hierin komt o.a. aan bod de procedure, handhaving en de afstemming en coördinatie van de gemeentelijke procedure.
17
http://www.mdwh.nl/
57
Veiligheidsveld 5: Integriteit en veiligheid De overheid heeft een voorbeeldfunctie en moet integer zijn in al haar handelen. Aantasting van de integriteit van het overheidshandelen is ernstig en ondergraaft de rechtsorde. Maar ook maatschappelijke partijen kunnen de rechtsorde ondergraven en hun medeburgers daarmee indirect bedreigen. Het gaat dan om verschijnselen als organisatiecriminaliteit en georganiseerde criminaliteit. Organisatiecriminaliteit Hier is geen zicht op Georganiseerde criminaliteit Hier is geen zicht op Integriteit van het lokaal bestuur Notitie integriteit Om de integriteit van het bestuur te waarborgen heeft de gemeente Leiderdorp een notitie integriteit18. Ambtelijke integriteit houdt in dat iedereen die werkzaamheden verricht in dienst van de gemeente zich ervan bewust is dat hij of zij, ieder in zijn eigen functie, een publieke instelling vertegenwoordigt die het algemeen belang van velen moet behartigen. Dat vraagt dat de ambtenaar zijn of haar werk verricht op een professionele, verantwoorde en zorgvuldige manier, met aandacht voor dienstbaarheid en de vereiste vertrouwelijkheid. Binnen de gemeentelijke organisatie is er een vertrouwenspersoon aangewezen waar medewerkers terecht kunnen voor de regeling Klokkenluiders Leiderdorp, de notitie Integriteit, de Regeling conflicterende belangen loyaliteitsconflict, daarnaast kan men bij de vertrouwenspersoon terecht met zaken op het gebied van ongewenste omgangsvormen. Hierbij kan gedacht worden aan seksuele intimidatie, discriminatie en pesten. Ook is er een externe vertrouwenspersoon aangewezen van de Arbodienst Schermer, Trommel & de Jong voor Ongewenste omgangsvormen. De gemeenteraad is degenen die het integriteitbeleid vaststelt. Veiligheidsveld 6: Terrorisme Terrorismebestrijding is een belangrijk thema in het landelijke en internationale veiligheidsbeleid. De gemeente wordt op de hoogte gehouden van ontwikkelingen op het gebied van terrorisme door het rijk en de provincie. Daarnaast verleent de gemeente haar medewerking bij het voorkomen en bestrijden van terrorisme. Onder terrorisme kan men ook activisme en bedreigingen verstaan. In Leiderdorp is sprake geweest van dierenactivisme waarbij bedreigingen en vernielingen hebben plaatsvonden.
18
Notitie integriteit, zo zijn onze manieren
58
Bijlage 2 Wijkindeling (globaal)
59
Bijlage 3 Bronvermelding Bij het samenstellen van de nota is o.a. gebruik gemaakt van de volgende bronnen: Verslagen/ nota’s/ rapportages - Wijk en buurt monitor Leiderdorp, Twynstra Gudde, Amersfoort, 19-07-2004 - Beleidsnota integraal Jeugdbeleid Leiderdorp, investeren in de jeugd, 2003-2006 - Horeca-nota Leiderdorp, 2001 - Notitie Integriteit, zo zijn onze manieren - Notitie Vandalisme gemeente Leiderdorp, 2004 - Nota Handhaven met beleid, handhaving bouwregelgeving en bestemmingsplannen, gemeente Leiderdorp, 2000 - Tent- en schuurfeestenbeleid voor de gemeenten in politiedistrict Rijn- en Veenstreek - Quick Scan Gebruiksvergunningen, Rapportage Rekenkamer Leiderdorp, september 2003 - Memo voortgangsrapportage brandpreventie n.a.v. de aanbevelingen van de Rekenkamer Leiderdorp, 2004 - Toekomstvisie Leiderdorp 2015 - AO Beschrijving gemeente Leiderdorp, Brandweer afgifte gebruiksvergunning, 23-09-2003 - Naar een vraaggerichte organisatie, Leiderdorp 26 oktober 2005 - Politie monitor bevolking 2005, district Rijn- en Veenstreek, Intomart GK - Statistieken Politie Hollands Midden, district Rijn- en Veenstreek - Jaarplan Politie Leiderdorp - Nieuwsbrieven Bureau Halt - Brief van Advies en steunpunt Huiselijk geweld aan het college van B&W, cijfers politie HM 20042005, 2-2-2006 - Jaarverslag Brandweer Leiderdorp 2004 en 2005 - Jaarverslag Brandweer Hollands Midden 2004 - Enquête Algemene woningstichting Leiderdorp 2004 - Programma Naar een veiligere samenleving, ministerie van BZK en Justitie, Den Haag, oktober 2002 - Regionaal oefenplan, gemeentelijke deelprocessen, oefening baart kunst, werkgroep Regionaal oefenen, 4-4-2006 - Elsevier onderzoek “Waar woont u veilig”, juni 2005 - Elsevier onderzoek “Hoe goed is uw gemeente”, 4 maart 2006, Nota’s ivb gemeenten - Actieprogramma integrale veiligheid Rijnwoude, 2005/2006 - Nota integraal veiligheidsbeleid gemeente Boxtel, 13-04-2005 - Integraal Veiligheidsplan, gemeente Elburg 2004-2007 - Samenwerkingsplan Veiligheid in Oosterhout, 2003-2004 - Kadernota integraal veiligheidsbeleid 2005 t/m 2008 Deurne - Nota integraal veiligheidsbeleid Alphen a/d Rijn, 2000-2004 Website’s - Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, www.minbzk.nl - ministerie van Justitie, www.justitie.nl - www.slagenvoorveiligheid.nl - Centrum van criminaliteitpreventie en veiligheid, www.ccv.nu - Vereniging Nederlandse Gemeenten, www.vng.nl - Project veilige gemeenten, www.projectveiligegemeenten.nl Literatuur - Gids voor veiligheid, deel 1& 2, Ministerie van BZK, Amsterdam 1999 - Veiligheid, Redactie E.R. Muller, Kluwer, Alphen a/d Rijn 2004 - Kernbeleid Veiligheid, Vereniging Nederlandse Gemeenten, Den Haag 2003
60
Bijlage 4 Begrippenlijst Doorstromers Met doorstromers worden aankomende veelplegers bedoeld. Doorstromers worden besproken in het Justitieel Casusoverleg Jeugd (JCO). Het aantal doorstromers uit Leiderdorp was in 2005 4. Leiderdorp heeft niet te kampen met een groep harde kern jongeren. Harde kern Harde kern jongeren zijn jeugdige criminelen die veel (en ernstige) delicten plegen en verhoudingsgewijs verantwoordelijk zijn voor een groot deel van de gepleegde criminaliteit. Integrale veiligheid Integrale veiligheid tracht alle facetten van veiligheid bijeen te brengen, dus zowel op het gebied van de objectieve als subjectieve veiligheid. Goed integraal veiligheidsbeleid wordt gekenmerkt door structuur, samenhang, samenwerking en transparantie. Keurmerk veilig wonen Keurmerk veilig wonen is een veiligheidsinstrument dat aantoonbaar bijdraagt aan de sociale veiligheid in en rond woningen, wooncomplexen en in de wijken. Objectieve veiligheid Objectieve veiligheid is de feitelijke veiligheidssituatie, de feitelijke kans dat zich een gebeurtenis voordoet die de veiligheid aantast. Bijvoorbeeld doordat men slachtoffer wordt van criminaliteit of een verkeersongeval. Deze objectieve veiligheid staat vaak niet gelijk aan de subjectieve veiligheid. Overlast Schade en hinder die iemand te lijden heeft. Politiemonitor Bevolking De Politiemonitor Bevolking is het grootste enquêteonderzoek in Nederland dat op het terrein van veiligheid wordt gehouden. Dit onderzoek bevat een groot aantal vragen over verschillende aspecten van veiligheid en het functioneren van de politie die in 2005 aan bijna 52.000 Nederlanders van 15 jaar of ouder zijn voorgelegd. In de regio Hollands Midden zijn ca. 3.800 inwoners telefonisch geïnterviewd. Het onderzoek werd voor het eerst gehouden in 1993. Subjectieve veiligheid Subjectieve veiligheid staat voor de beleving van die kans, de beleving van veiligheid of onveiligheid. Bij die beleving spelen meerdere factoren een rol. Zoals de fysieke en de sociale kenmerken van de woonomgeving of het vertrouwen in instellingen (zoals gemeente en politie) kunnen hierbij een rol spelen. Maar ook kenmerken als sekse, leeftijd en psychologische factoren zijn hierbij belangrijk. De subjectieve veiligheid heeft vaak de meeste invloed op het gevoel van veiligheid en leefbaarheid van burgers. Veelplegers Veelplegers zijn personen van 18 jaar of ouder tegen wie in totaal meer dan tien keer proces-verbaal is opgemaakt, die volharden in hun crimineel gedrag en die daardoor stelselmatig met de politie in aanraking komen. Zij vormen de vaste klanten, de ‘draaideurklanten’ van politie, justitie en zorginstellingen. Van jeugdige veelplegers is sprake als het gaat om jongeren van 12 tot en met 17 jaar tegen wie in totaal meer dan vijf keer proces-verbaal is opgemaakt. Veiligheidsketen De veiligheidsketen is een instrument (en denkwijze) die een samenhangende en systematische aanpak waarborgt van de verschillende vormen van onveiligheid. De veiligheidsketen kent vijf schakels: Pro-actie, Preventie, Preparatie, Repressie en Nazorg.
61
Wijk- en buurtmonitor 2004 Onderzoek naar de wijktevredenheid onder de bewoners van Leiderdorp uitgevoerd in 2004. Bewoners hebben hun mening gegeven over de ontwikkeling van de buurt, schoon en heel, veiligheid en leefbaarheid, voorzieningen in de buurt en betrokkenheid bij de buurt/ wijk.
62