Jaarverslag 2012 Zichtbare Schakels Rotterdam
Marjan Hoeijmakers 8 april 2013
Inhoudsopgave ZICHTBARE SCHAKELS ROTTERDAM IN VOGELVLUCHT ................................................... 3
1.
INLEIDING ............................................................................................................... 4
2.
KWETSBARE MENSEN MET MEERVOUDIGE GEZONDHEIDSPROBLEMEN GOED GEHOLPEN ................................................................................................................ 5 2.1 2.2 2.3 2.4
3.
PERSONELE STERKTE ............................................................................................. 13 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
4.
BEZETTING 2012 BETER MAAR NOG NIET OP PEIL ................................................................. 13 GROEI IN AANTAL MEDEWERKERS EN CONTRACTUREN ............................................................. 14 NIEUWE INSTROOM BIEDT ONVOLDOENDE UITBREIDING .......................................................... 15 DESKUNDIGHEIDSBEVORDERING EN ONDERSTEUNING OP MAAT .................................................. 17 WIJKVERPLEEGKUNDIGE NIET MEER WEG TE DENKEN IN WIJKAANPAK ........................................... 18
BORGING WAS HOOFDTHEMA IN 2012 ................................................................... 20 4.1
5.
BEREIK FORS GEGROEID ................................................................................................5 BEREIK ONDER MENSEN MET ANDERE HERKOMST GELIJK GEBLEVEN ............................................. 10 ZELFREDZAAMHEID EN KWALITEIT VAN LEVEN POSITIEF BEÏNVLOED ............................................. 11 ONTWIKKELING ZICHTBARE SCHAKEL-PADEN NIET AFGEROND ................................................... 11
BORGING VERBREDE WIJKVERPLEEGKUNDIGE FUNCTIE PROMINENT OP DE AGENDA ............................ 20
DE WIJKVERPLEEGKUNDIGE IN BEELD................................................................... 23 5.1
WERK WIJKVERPLEEGKUNDIGE GENIET GROEIENDE BEKENDHEID EN IS BREED GEWAARDEERD ............... 23
Jaarverslag 2012
II
Zichtbare Schakels Rotterdam in vogelvlucht Zorg gemakkelijk bereikbaar maken voor iedereen die dat nodig heeft. Dat is in het kort wat Zichtbare Schakels Rotterdam voor ogen heeft. De wijkverpleegkundige is hierbij de verbindende Schakel tussen bewoners, professionals, en vrijwilligers in de wijk. In Rotterdam zijn circa vijftig wijkverpleegkundigen met een extra takenpakket actief: de Zichtbare schakels. Zij werken in kleine teams in ongeveer 25 Rotterdamse aandachtswijken. In deze wijken hebben bewoners vaker dan elders langdurige problemen met hun gezondheid of daarmee samenhangend op het gebied van wonen en welzijn. Ook levert de versnippering van professionele zorgaanbieders problemen op. Als Zichtbare schakel kan de wijkverpleegkundige direct helpen oplossingen te vinden, zonder eerst een indicatie af te moeten wachten om op huisbezoek te kunnen gaan. Door vroegtijdig hulp te bieden kan soms een concrete zorgvraag in een later stadium worden voorkomen of escaleren problemen niet. De Zichtbare schakel kan ook door professionals worden ingeschakeld als een soort vooruitgeschoven post in het veld. Ze besteedt veel aandacht aan het versterken van de zelfredzaamheid en eigen kracht van mensen. En versterkt daarmee de dienstverlening van andere professionals. Met haar spilfunctie is zij een laagdrempelig aanspreekpunt voor zowel bewoners als professionals in de wijk voor alle vragen over gezondheid en zorg. Ook is ze thuis op het gebied van preventie, welzijn en wonen. Door haar deelname in wijkoverlegstructuren onderhoudt zij directe contacten met de eerstelijns zorg, maar ook met maatschappelijk werk, welzijn en GGZ. Signaleren, zorg verlenen, coördineren, regie voeren over zorg in de wijk: dat zijn de kerntaken van de Zichtbare schakels. Zo worden de reguliere taken van de wijkzorg (thuiszorg) versterkt. Ook doet ze actief aan gezondheidsvoorlichting in bijvoorbeeld buurtcentra. Met haar kennis van de gezondheidsproblemen en sociale context van de wijk bouwt ze mee aan zorgstructuren die direct gericht zijn op de behoeften van wijkbewoners. Zichtbare Schakels Rotterdam wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de stichting OSER, samenwerkingsverband voor geïntegreerde eerstelijnszorg. OSER werkt in het project nauw samen met: Aafje, Gezondheidscentra Zorg op Zuid, GGD Rotterdam-Rijnmond, Hogeschool Rotterdam, Humanitas, Laurens, MOB, Sprong Gezondheidscentra, en Thuiszorg Rotterdam. De projectleiding van Zichtbare Schakels Rotterdam bestaat uit een projectmanager Marjan Hoeijmakers, en een projectcoördinator Judy ten Have. De wijkverpleegkundigen zijn in dienst bij een van de samenwerkende thuiszorgorganisaties en voor een aantal uren per week gedetacheerd bij Zichtbare Schakels Rotterdam. Het project was tot en met 2012 onderdeel van een landelijk programma van ZonMw: ‘Zichtbare schakel. De wijkverpleegkundige voor een gezonde buurt’. Het programma is opgezet in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en VWS en geeft uitvoering aan een politiek besluit uit 2008. Voor uitgebreide informatie www.zichtbareschakelsrotterdam.nl
Jaarverslag 2012
verwijzen
we
u
naar
de
website
3
1.
Inleiding
Het jaar 2012 stond voor Zichtbare Schakels Rotterdam vooral in het teken van de borging van de vernieuwde wijkverpleegkundige functie voor de stad Rotterdam. Toen in juni duidelijk werd dat het project nog twee jaar verder zou kunnen via een decentralisatie-uitkering van het Rijk aan de gemeente is de energie van bestuurders en projectleiding gericht op de voortgang in 2013 en borging na 2014. Ondertussen werkten de wijkverpleegkundigen, Zichtbare schakels met grote inzet verder aan het toegankelijk maken van zorg voor iedereen die dit nodig heeft. Zij waren in de wijk aanwezig als laagdrempelig aanspreekpunt voor mensen met vragen op het gebied van gezondheid, zorg, wonen en welzijn. Ook voor professionals waren ze bereikbaar en partner in het geven van samenhangende zorg aan mensen met meervoudige gezondheidsproblemen. De groeicijfers in dit jaarverslag laten zien dat zij hierin succesvol waren. Begin 2012 werd een jaarplan met vier speerpunten, bijhorende doelstellingen en activiteiten opgesteld. Het hierna volgend verslag laat zien wat de resultaten hiervan zijn. De speerpunten: zorg voor mensen met meervoudige (gezondheids)problemen, personele sterkte, borging van de wijkverpleegkundige functie en de wijkverpleegkundige in beeld worden in afzonderlijke hoofdstukken kernachtig beschreven in termen van realisatie van de gestelde doelen en voorgenomen activiteiten. Waar mogelijk is de beschrijving gebaseerd op en ondersteund door cijfers. Het jaarverslag is geen complete weergave van wat in 2012 allemaal is gedaan en gebeurd in het project. Het schetst wel de rode lijn in de ontwikkeling van de functie en rol van de wijkverpleegkundige en de plek die ze verworven heeft in de Rotterdamse ‘prachtwijken’. 2012 laat in verschillende opzichten een duidelijke groei zien. Wijkverpleegkundigen hebben een groeiende groep zeer kwetsbare mensen bereikt. Hun manier van werken daarin heeft zich verbreed en is efficiënter geworden. Het project heeft laten zien dat de wijkverpleegkundige een belangrijke rol speelt in de samenwerking tussen professionals in de wijk om vroegtijdig, samenhangende zorg te leveren. De wijkverpleegkundige is niet meer weg te denken in de integrale wijkaanpak die in Rotterdam centraal staat.
Jaarverslag 2012
4
2. Kwetsbare mensen met gezondheidsproblemen goed geholpen
meervoudige
Wijkverpleegkundigen zijn primair gericht op mensen met een gezondheidsvraag of probleem. In de wijken waarin Zichtbare Schakels Rotterdam actief is, in het bijzonder achterstandswijken, heeft een groot deel van de bewoners te maken met meervoudige en meestal langdurige (gezondheids)problemen. Zij raken vaak de weg in zorg- en voorzieningenland kwijt. Mensen van allochtone afkomst lijken de wijkverpleegkundige, Zichtbare schakel bovendien minder goed te vinden. Zij zijn nauwelijks vertrouwd met het oude beeld van de gemakkelijk aanspreekbare wijkverpleegkundige voor hun vragen over gezondheid en zorg. Zorg van de wijkverpleegkundige, Zichtbare schakel is er altijd op gericht de zelfredzaamheid van mensen met een (vaak meervoudige) vraag op het gebied van gezondheid en zorg te versterken, te herstellen of gepaste hulp te vinden, ook in het sociaal maatschappelijke domein. Deze uitgangspunten hebben geleid tot de volgende doelstellingen voor 2012. 1. Bereik: in 2012 groeit het bereik van Zichtbare Schakels Rotterdam met 20%. Wijkverpleegkundigen, Zichtbare schakels verlenen zorg aan minimaal 1500 cliënten 2. Het percentage cliënten van allochtone afkomst in de totale groep cliënten in zorg stijgt van 24% naar 40% 3. De zelfredzaamheid en kwaliteit van leven van cliënten die zorg (hebben) ontvangen neemt toe 4. Eind 2012 zijn, met behulp van Omaha, drie Zichtbare schakel-paden ontwikkeld voor mensen met meervoudige gezondheidsproblemen Realisatie doelstellingen samengevat De doelstellingen zijn deels bereikt. Het bereik van de wijkverpleegkundigen is fors gegroeid maar het aandeel mensen met een andere dan Nederlandse herkomst is gelijk gebleven. Met betrekking tot de verbetering van zelfredzaamheid en kwaliteit van leven van cliënten zijn positieve aanwijzingen. Het gebruik van Omaha in een kleine groep wijkverpleegkundigen viel tegen en resulteerde niet in een aantal Zichtbare schakel-paden.
2.1 Bereik fors gegroeid Het bereik van Zichtbare Schakels Rotterdam is in 2012 flink gegroeid. Het aantal cliënten dat afgelopen jaar door de wijkverpleegkundigen, Zichtbare schakels geholpen is, is 2005. Ten opzichte van 2011 is dit een groei van 39%. Het aantal cliënten dat op enig moment gedurende het jaar in zorg was stabiliseert rond de 1200. Twee derde (65%) van de cliënten die in 2012 op enig moment in zorg waren ging ook weer uit zorg (inclusief overlijden). Het merendeel had 1-5 contactmomenten met de wijkverpleegkundige. Dit betekent dat de doorstroom redelijk en stabiel is.
Jaarverslag 2012
5
Tabel 1. Cliënten in zorg
CLIENTEN Vrouwen Mannen TOTAAL
1e kwartaal
2e kwartaal
3e kwartaal
4e kwartaal
Heel 2012
2011
Groei
684 414 1098
749 448 1197
788 476 1264
777 426 1203
1272 733 2005
752 477 1229
41% 35% 39%
Algemene gegevens over contact met cliënten Onderstaande gegevens beperken zich tot grote categorieën en tellen daarom niet allemaal op tot 100%. Bovendien zijn gegevens van cliënten in zorg nog niet (volledig) ingevuld en sommige gegevens worden niet goed uitgevraagd bij cliënten omdat ze gevoelig liggen of niet altijd van toepassing zijn. Andere items scoren meer dan 100% omdat meerdere opties van toepassing zijn. De wijkverpleegkundigen zien beduidend meer vrouwen dan mannen. Hun leeftijd is: ouder dan 75 jaar (41%), tussen 61 en 75 jaar (27%), tussen de 26 en 60 jaar (28%). Cliënten jonger dan 25 jaar zijn veruit in de minderheid (4%). De herkomst van cliënten is deels onbekend omdat niet altijd uitgevraagd wordt of cliënt en diens ouders in Nederland geboren zijn of niet. Aangegeven is dat 60% van Nederlandse herkomst is en 22% van elders komt. De woonsituatie betreft 49% alleenstaand en 14% woont met een partner, zonder kinderen. Het opleidingsniveau is voor de helft van de cliënten bekend. Deze mensen zijn voor het overgrote deel niet of laag opgeleid; 15% van de cliënten heeft geen opleiding genoten, 9% basisonderwijs en 14% Lbo, vmbo of mavo. De maatschappelijke positie van cliënten die bekend is betreft 37% gepensioneerd, 14% arbeidsongeschikt, 8% huisvrouw/man, 5% scholier of student en 3% werkzoekend Van ongeveer twee derde van de cliënten is de bron van inkomen bekend: 40% geniet AOW/pensioen, 29% heeft een inkomen uit een uitkering, 4% heeft inkomen uit werk, en 4% uit studiefinanciering/van ouders. Het meeste initiatief tot contact met cliënten komt van huisarts en POH. En verder van: Thuiszorg, collegae wijkverpleegkundigen, de cliënt zelf, mantelzorger of familielid.
Jaarverslag 2012
6
Tabel 2. Initiatief tot contact Initiatief door
%
Huisarts en POH
31%
Thuiszorg
13%
Collega wijkverpleegkundige
11%
Cliënten zelf
11%
Mantelzorger of familielid
7%
Buurtbewoner
2%
Meldpunt GGD
3%
Welzijnsorganisatie
5%
De reden voor het initiatief is voor het grootste deel omdat de cliënt een zorg-/ hulpvraag heeft, de ‘verwijzer’ een niet pluisgevoel heeft omdat of familie, mantelzorger, buurtbewoner een niet pluisgevoel hebben. Tabel 3. Reden voor initiatief Initiatief op basis van
%
Zorg-/ hulpvraag cliënt
47%
Niet pluisgevoel ‘verwijzer’
31%
Niet pluisgevoel familie of mantelzorger
6%
Niet pluisgevoel buurtbewoner
2%
De hulpvraag van cliënten betreft vooral gezondheid en ziekte, medicatie, zelfredzaamheid en participatie en het welbevinden. Uit de cijfers blijkt dat cliënten meerdere hulpvragen tegelijkertijd hebben. De Rotterdamse evaluatiestudie laat zien dat in ongeveer twee derde van de gevallen de cliënt twee of meer problemen aangeeft en in een derde drie of meer problemen. Tabel 4. Hulpvraag Vraag / probleem
%
Gezondheid en ziekte, medicatie
47%
Zelfredzaamheid en participatie
36%
Het welbevinden
35%
Materiële zaken
22%
De woon- en leefomgeving
20%
Leefstijl
13%
In bijna de helft van de situaties (47%) zijn nog geen zorgverleners/instanties aanwezig. In 29% van de gevallen zijn dit 1-4 zorgverleners en in 3% 5 of meer.
Jaarverslag 2012
7
Wijkverpleegkundigen geven meer zorg in minder tijd Ook in de urenregistratie, verdeeld naar cliënt- en niet cliëntgebonden activiteiten, laat tabel 5 zien dat de grootste groei in de zorg voor cliënten (33%) zit. Participatie in wijknetwerken en multidisciplinair en multisectoraal overleg betalen uit in een groter bereik van de wijkverpleegkundige en toegang van cliënten naar laagdrempelige zorg. In de zorg voor cliënten groeit het aandeel dat aan zorgcoördinatie wordt besteed met 5%. Van de activiteiten die wijkverpleegkundigen in het cliëntencontact verrichten wijst 69% naar ‘regelwerk’ (zie hierna). Dit duidt op meer complexe, meervoudige vragen van cliënten. Evenals het gegeven dat cliënten meer problemen noemen. Ook de verhoging in het aantal contacten per cliënt wijst hierop. Het aandeel cliënten dat meer dan 10 contacten had met de wijkverpleegkundige is namelijk gestegen van 4% naar 7%. Het kan ook duiden op het feit dat door grote verschuivingen in het aanbod aan welzijns- en maatschappelijke voorzieningen in de stad cliënten slechts met steeds meer inspanning ‘doorgeschakeld’ kunnen worden. Hierdoor houden wijkverpleegkundigen ook langer een vinger aan de pols wat resulteert in meer contacten. Meer zorg(coördinatie) voor meer cliënten gebeurt in minder tijd. Want de groei van het aantal uren dat wijkverpleegkundigen onder contract waren in 2012 was veel lager, namelijk 9% (zie tabel 9 in hoofdstuk 2). Tabel 5. Overzicht urenregistratie 2012 verdeeld naar activiteiten
CLIENT GEBONDEN Face to face contact Zorgcoördinatie Anders TOTAAL WIJK Netwerken Reistijd Spreekuur Voorlichting groep Voorlichting publiek Wijkteam/sw overleg Anders TOTAAL PROJECT Deskundigheidsbevordering Evaluatie Projectleiding Team-Regio Vakantie Ziekte Anders TOTAAL TOTAAL
Jaarverslag 2012
1e kwart.
2e kwart.
3e kwart.
4e kwart.
TOTAAL 2012
TOTAAL 2011
Groei
2686 1445 124 4255
2218 1328 120 3666
2407 1384 115 3906
2369 1537 100 4006
9680 5694 459 15833
7056 3270 331 10657
1123 236 211 137 70 611
1084 219 226 140 59 509
891 188 173 68 61 521
1015 253 348 163 53 576
4113 896 958 508 243 2217
3538 977 873 416 203 1447
334 2722
552 2789
583 2485
645 3053
2114 11049
3933 11387
565
394
225
509
1693
2046
87 150 524 922 943 408 3599
60 174 642 1603 910 480 4263
34 116 374 2004 879 417 4049
76 294 740 1564 611 565 4359
257 734 2280 6093 3343 1870 16270
166 442 1977 3952 1290 3539 13412
18%
10576
10718
10440
11418
43152
35456
18%
33%
-3%
8
De belangrijkste activiteit die wijkverpleegkundigen inzetten is de inventarisatie van de problematiek / zorgvragen. Verder is ze actief met voorlichting en advies, het bieden van praktische ondersteuning /regelen en zorgcoördinatie. Wijkverpleegkundigen zetten meerdere activiteiten in per cliënt. De Rotterdamse evaluatiestudie geeft aan dat het gemiddeld aantal ingezette activiteiten 3.2 per cliënt is. Tabel 6. Ingezette activiteiten Activiteiten
%
Inventarisatie van de problematiek, zorgvragen
39%
Praktische ondersteuning bieden/regelen
28%
Voorlichting en advies
27%
Toeleiding naar juiste hulp en instanties
24%
Afstemming hulpverlening/instanties
23%
Regie van zorgproces
12%
Vroegsignalering/screening
10%
Bemiddelen familie-, informele zorg
10%
De wijkverpleegkundigen registreren dat in 64% van de gevallen de activiteiten goed zijn afgerond en in 23% van de gevallen niet. Voor 13% is dit (nog) onbekend. Het resultaat van de afronding is in grote lijnen: doorgeleid naar andere zorg/hulp 22%, formele zorg is (beter) georganiseerd 17%, de cliënt heeft meer regie over eigen leven 16%, mantelzorg heeft ondersteuning gekregen 9%, informele zorg is (beter) betrokken 6%, doorgeleid naar sociale activiteiten 4%, doorgeleid naar gezondheid bevorderende activiteiten 4%. Activiteiten op wijk- en projectniveau De activiteiten die op wijkniveau zijn uitgevoerd zijn in totaal aantal uren niet gestegen maar er heeft wel een herverdeling in tijd tussen de activiteiten plaatsgevonden. Participatie in wijknetwerken en overleg vraagt een continue tijdsinvestering. Het aandeel gezondheid bevorderende activiteiten is ook gegroeid. De groei van de vraag en de zorg die aan cliënten wordt besteed treedt echter veel meer op de voorgrond en is natuurlijk ook de primaire activiteit. Dit maakt letterlijk en figuurlijk groeien in bepaalde wijkactiviteiten nauwelijks (meer) mogelijk. In de projectactiviteiten valt op dat veel meer ziekte- en vakantie-uren zijn geregistreerd. Het project had te maken met een paar langdurig zieken die niet zijn vervangen (zie ook hoofdstuk 2). De urenregistratie van vakantie is pas in het tweede kwartaal van 2012 ingevoegd. De afronding van de eerste fase van het project; de evaluatiegesprekken met alle wijkverpleegkundigen en anderszins, voornamelijk in het vierde kwartaal, hebben op het totaal veel uren gevraagd. De verhouding tussen cliënt- en niet cliëntgebonden uren is in een meer stabiele balans gekomen; gemiddeld over 2012 in percentages uitgedrukt: 47%-53%. Zie tabel 7. De visie op het wijkverpleegkundige werk gaat uit van: samenhangende zorg voor
Jaarverslag 2012
9
mensen met (meervoudige) gezondheidsproblemen, aanwezigheid in de wijk en preventieve activiteiten op individueel en wijkniveau. Uitgaande van deze visie vormen de cliëntgebonden- en de wijkactiviteiten de basis van het werk van de wijkverpleegkundige. De verhouding van deze twee ten opzichte van de projectgebonden uren, te beschouwen als ‘improductief’ of wel ondersteunend, wordt dan de sturende indicator. Deze is over 2012 in percentages uitgedrukt: cliënt en wijk samen 62% en project 38%. Tabel 7. Verhouding cliënt- en niet cliëntgebonden activiteiten in 2012 ACTIVITEITEN CLIENTGEBONDEN Face to face Zorgcoördinatie Anders Totaal NIET CLIENTGEB. Project ex. vakantie, ziekte Wijk Totaal VERHOUDING Cliënt/niet cliëntgebonden op totaal
1e kwartaal
2e kwartaal
3e kwartaal
4e kwartaal
2012
2011
63% 34% 3% 100%
61% 36% 3% 100%
62% 36% 3% 100%
59% 38% 3% 100%
61% 36% 3% 100%
66% 31% 3% 100%
39%
39%
32%
59%
38%
42%
61% 100%
61% 100%
68% 100%
38% 100%
62% 100%
58% 100%
49 / 51
45 / 55
52 / 48
43 / 57
47 / 53
35 / 65
2.2 Bereik onder mensen met andere herkomst gelijk gebleven In absolute getallen zijn net als andere doelgroepen ook meer cliënten met een andere herkomst dan Nederland bereikt. Het aandeel op het geheel aan cliënten die op enig moment in 2012 in zorg waren is echter niet gestegen, zelfs met 2% licht gedaald. In 2012 zijn activiteiten gestart met het Kenniscentrum Diversiteit Rotterdam dat organisaties ondersteund om goed aansluiting te vinden met zelforganisaties en bewonersinitiatieven uit verschillende culturen in de stad. In mei zijn twee informatieavonden gehouden van wijkverpleegkundigen en projectleiding met vertegenwoordigers van deze zelforganisaties en bewonersinitiatieven; één bijeenkomst op Zuid en één op Noord. In de herfst zijn als input voor de sociale kaart van de wijkverpleegkundigen gegevens van organisaties en groepen beschikbaar gesteld. Een en ander werd gestuurd door overleg van de projectmanager met twee medewerkers van het Kenniscentrum Diversiteit. De ondersteuning zal in 2013 doorgaan. Ondertussen melden wijkverpleegkundigen wel activiteiten met allochtone groepen en zorg aan individuele cliënten en hun families. Bijvoorbeeld contacten en gespreksgroepen met vrouwen van allochtone afkomst.
Jaarverslag 2012
10
2.3 Zelfredzaamheid en kwaliteit van leven positief beïnvloed De gegevens in deze paragraaf komen uit de Rotterdamse evaluatiestudie die de Erasmus universiteit (iBMG) uitvoerde (voor meer informatie raadpleeg het rapport). De wijkverpleegkundigen bereiken een groep bijzonder kwetsbare mensen in onze samenleving. Deze kwetsbaarheid komt tot uitdrukking in de kwaliteit van leven zoals die door cliënten zelf is gerapporteerd. In vergelijking met andere groepen zoals kwetsbare ouderen (70+) in Rotterdam, chronisch zieken en ouderen die onlangs opgenomen waren in een ziekenhuis is de kwaliteit van leven van Zichtbare schakel cliënten significant lager. De groep cliënten die aan het onderzoek meegedaan heeft is te klein (niet vreemd gezien hun kwetsbaarheid) om harde uitspraken te doen over de kosteneffectiviteit van de inzet van de wijkverpleegkundige. Wel zijn er positieve (maar niet significante) aanwijzingen dat de zelfredzaamheid en kwaliteit van leven van cliënten verbetert. Met betrekking tot de zelfredzaamheid geven cliënten na verloop van tijd (meting na 3 en 6 maanden) aan minder problemen te ervaren met zelfzorg, dagelijkse activiteiten en stemming.
2.4 Ontwikkeling Zichtbare schakel-paden niet afgerond Begin 2012 is Zichtbare Schakels Rotterdam gestart met een Omaha werkgroep. Deze groep bestaat uit vijf wijkverpleegkundigen die het Omaha systeem interessant vinden om er hun cliënten mee in kaart te brengen, hun activiteiten en bevindingen te rapporteren en inzichtelijk te maken wat de zorgverlening oplevert. Uiteindelijk zou dit kunnen resulteren in Zichtbare schakel-paden die de zorg aan cliënten met meervoudige problemen beschrijft. De werkgroep, of leden daarvan, is een aantal malen in 2012 bij elkaar gekomen: om het Omaha systeem, zoals dat in een eerste versie in onze we applicatie aanwezig is, te leren kennen, uit te proberen en vervolgens 25 cliënten mee in kaart te brengen. De wijkverpleegkundigen ervaren Omaha niet als een zeer gebruiksvriendelijke tool om het verpleegkundig handelen bij Zichtbare schakel cliënten te sturen en vast te leggen. Als de wijkverpleegkundige al vertrouwd is te werken met andere instrumenten lijkt Omaha weinig meerwaarde te bieden. Ecare-service heeft in het werkproces van de werkgroep enige ondersteuning geboden en er was ook contact met Karen Monsen uit de Verenigde Staten, één van de grondleggers van Omaha. Buurtzorg Nederland is vanwege hun voortrekkersrol in de implementatie (en nagenoeg enige gebruiker) van Omaha in Nederland meermalen benaderd met de vraag kennis te delen en samenwerking in deze te verkennen. Dit heeft geen concrete vorm gekregen. Daardoor werd de uitwerking extra bemoeilijkt. Omaha kent vier domeinen waarin gezondheidsproblemen ondergebracht worden: fysiologisch, gezondheidsgedrag, omgeving en psycho-sociaal. De interventies zijn verdeeld in vier groepen: instructie-voorlichting-advies, behandeling en procedures, casemanagement, en monitoring-bewaking. Uit een eenvoudige analyse van de gegevens van 20 cliënten komt het volgende naar voren. 1. Bij vijf cliënten ligt de hulpvraag op alle vier domeinen, bij zes cliënten betreft het drie domeinen en negen cliënten hebben een enkelvoudige hulpvraag.
Jaarverslag 2012
11
2. de verdeling over de vier domeinen is nagenoeg gelijk met uitzondering van het domein ‘omgeving’. In dit domein komen relatief minder vragen voor (9 ten opzichte van 13 voor de andere domeinen) 3. Per cliënt worden meerdere interventies ingezet: voor deze twintig cliënten samen 113 interventies. De wijkverpleegkundigen maken het meest gebruik van instructie-voorlichting-advies. Vervolgens casemanagement en monitoring-bewaken en daarna behandeling en procedures. Dit beeld komt overeen met de hiervoor beschreven bevindingen. Op basis van de opgedane ervaringen is het niet zinvol op dit moment verdere uitwerking te geven aan de implementatie van Omaha onder de wijkverpleegkundigen in het project.
Jaarverslag 2012
12
3.
Personele sterkte
Personele sterkte is vanaf het begin één van de hoofdpijlers waar Zichtbare Schakels Rotterdam op rust. Het ging ook in 2012 onverminderd om de volgens het subsidiebesluit van ZonMw vastgestelde uitbreiding van de wijkverpleegkundige capaciteit in de ‘prachtwijken’ van Rotterdam. Maar naast dat meer wijkverpleegkundigen aan het werk kunnen, gaat het ook om de vakinhoudelijke ontwikkeling van de wijkverpleegkundige zodat ze uitgerust is om de nieuwe vragen en uitdagingen aan te kunnen. Voor 2012 zijn daarom de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. De startsituatie in 2012 met betrekking tot de inzet van extra fte’s (28,6) verdeeld over vier regio’s in de stad blijft gehandhaafd en op een bezettingsgraad van 90% gehouden 2. Alle wijkverpleegkundigen hebben twee maal deelgenomen aan door het project en extern aangeboden deskundigheidsbevordering 3. Ondersteuning en coaching van wijkverpleegkundigen wordt op maat en conform detacheringovereenkomst aangeboden 4. De rol van de wijkverpleegkundige als spil in integrale zorg in de buurt, in nauw verband met de huisartsenzorg, is verder versterkt en 5. Deze rol wordt door andere disciplines erkend en gewaardeerd Realisatie doelstellingen samengevat Een belangrijke doelstelling, het op peil brengen en houden van de bezetting op minimaal 90% is niet gehaald. Ondanks alle inspanningen is de gemiddelde bezettingsgraad niet boven de 85% uitgekomen. Alle wijkverpleegkundigen hebben minimaal twee keer deelgenomen of deel kunnen nemen aan aangeboden scholing. Waar nodig is ondersteuning en coaching op maat gegeven. De evaluatiestudie die is uitgevoerd door de Erasmus Universiteit bevestigen de versterking van de rol van de wijkverpleegkundige als spil in integrale zorg in de buurt en de waardering ervan door andere professionals.
3.1 Bezetting 2012 beter maar nog niet op peil Zichtbare Schakels Rotterdam startte in 2012 met een onderbezetting van 25% op de toegestane formatie van 28.6 fte. De bezettingsgraad is in 2012 weliswaar gestegen van 75% naar 85%, maar is nog steeds onder het gewenste minimum van 90%. Voor een deel betreft het al langer openstaande vacatures, naast vacatures in nieuw aan het project toegevoegde wijken (eind 2011). Ook vacatures door tussentijds vertrek van medewerkers zijn niet altijd (meteen) weer ingevuld. Op basis van een screening van alle wijken eind 2011 naar oorzaken van de onderbezetting zijn de criteria voor het in kunnen zetten van een wijkverpleegkundige Zichtbare schakel vanuit de deelnemende thuiszorgorganisaties verruimd. Ook zijn de vacatures voor alle deelnemende thuiszorgorganisaties opengesteld (voorheen waren deze 'toegewezen' op basis van het marktaandeel van een thuiszorgorganisatie in specifieke wijken). Een aantal wijkverpleegkundigen is meer uren in het project gaan werken. Ondanks deze stappen is het niet gelukt de bezetting op het gewenste niveau te krijgen, zoals uit tabel 8 blijkt. Wel is het gelukt om, in ieder geval ten dele, de sterk onderbezette regio West te versterken. Het team wijkverpleegkundigen is daar bijna verdubbeld ten opzichte van 2011. Deze
Jaarverslag 2012
13
regio kent naast langer bestaande vacatures ook een relatief groot verloop. In wijken en regio’s waar meerdere deelnemende thuiszorgorganisaties naast elkaar actief zijn, blijken vacatures wat gemakkelijker in te vullen dan in wijken en regio’s waar sprake is van één ‘marktleider’. De regio’s noord en zuidwest zijn, op een enkele wijk na, het meest stabiel gebleven in vergelijking met 2011. Deze regio’s hebben ook het minste verloop. De daling van de bezetting in noord concentreert zich in een wijk waar een wijkverpleegkundige met relatief veel contracturen vertrok. De groei in de regio Zuidoost is grotendeels toe te schrijven aan invulling van vacatures in de Afrikaanderwijk. De onderbezetting en het verloop in de regio west en in enkele specifieke wijken in de andere regio’s is een blijvende bron van zorg binnen het project. Onderbezetting is een groot probleem voor de wijkverpleegkundigen (overbelasting en bereikbaarheid), wisselingen hebben een negatief effect op de betrouwbaarheid, zichtbaarheid en continuïteit als samenwerkingspartner in de wijk voor andere professionals. Oorzaken voor het verloop liggen deels in de slechte situatie van de arbeidsmarkt (er zijn weinig potentiële kandidaten) en deels in het spanningsveld dat ontstaat door vaak als gescheiden werelden ervaren, gewaardeerde brede inzet als Zichtbare schakel en de AWBZ-geïndiceerde zorg. Thuiszorgorganisaties en –teams verkeren bovendien in een transitie die regelmatig extra eisen stelt aan de wijkverpleegkundigen en knelpunten oproept. Door de inzet van de projectcoördinator in samenwerking met de leden van de projectgroep is in 2012 toch een redelijk stabiele bezetting gerealiseerd. Tabel 8. Bezetting 2012
REGIO Noord West Zuidoost Zuidwest TOTAAL
Totale formatie
% van totaal
Ingevuld 1-1-12
% van regioformatie
Ingevuld 4e kwartaal
% van regioformatie
8,03 fte 6,60 fte 7,30 fte 6,70 fte 28,63 fte
29% 23% 25% 23% 100%
7,56 fte 3,02 fte 5,60 fte 5,25 fte 21,43 fte
94,0% 45,7% 76,7% 78,0% 74,8%
7,00 fte 4,53 fte 6,50 fte 6,19 fte 24,22 fte
87,0% 68,7% 89,0% 92,3% 84,6%
3.2 Groei in aantal medewerkers en contracturen Het aantal wijkverpleegkundigen is in 2012 gestegen met 6%, zie tabel 9. Gemiddeld werkten 51 wijkverpleegkundigen per maand in het project. (spreiding tussen 4753). De groei vond vooral in de eerste helft van het jaar plaats in de regio West omdat de bezetting daar eind 2011 bijzonder laag was. Ook in de regio Zuidoost waren een paar wijken slecht bezet. Na de zomer heeft geen groei meer plaatsgevonden maar was er alleen sprake van instroom ter vervanging van uitstroom. Door onzekerheid over de voortgang van het project na 2012 besloot een aantal wijkverpleegkundigen een andere carrièrestap te maken. Dit verklaart de dip in het aantal medewerkers medio 2012.
Jaarverslag 2012
14
Naast dat meer nieuwe medewerkers werden aangesteld dan weggingen zijn in 2012 ook een aantal medewerkers meer uren in het project gaan werken (contractuitbreiding). De stijging van het aantal contracturen is daardoor groter (9%) dan van het aantal medewerkers (6%). Zie tabel 9 en figuur 1.
Tabel 9. Medewerkers: aantal en contracturen
Aantal medewerkers Contracturen
2012
2011
Gemiddeld per maand
Gemiddeld per maand
51 862
48 781
Totalen 2012
Totalen 2011
10348
9373
GROEI 6% 9%
Figuur 1. Ontwikkeling aantal medewerkers en contracturen in 2012
3.3 Nieuwe instroom biedt onvoldoende uitbreiding Ten opzicht van 2011 is zowel de in- als uitstroom van het aantal wijkverpleegkundigen sterk gedaald. Er werd minder gewisseld, zie onderstaande tabel 10. De instroom in 2012 daalde ten opzichte van vorig jaar met 10 mensen (14 versus 24). Er verlieten ook minder mensen het project (7 versus 17). Het project verkeerde in een fase van groei en consolidatie die ten goede kwam aan de personele bezetting. Hoewel in 2012 meer nieuwe wijkverpleegkundigen bij Zichtbare Schakels Rotterdam zijn komen werken dan het project verlieten betekent niet dat ook hun contracturen evenredig zijn toegenomen. Integendeel, de ‘uitstromers’ werkten gemiddeld 0,6 fte binnen het project, de ‘instromers’ 0,47 fte. Dit betekent dat nog meer mensen nodig waren om de totale bezetting (beschikbare en vrijgekomen vacatureruimte) in te vullen. Dit is kwetsbaar gezien de magere arbeidsmarkt en de inspanningen die nodig zijn om medewerkers te werven, in te werken en te ondersteunen. Met alle medewerkers die het project hebben verlaten is een exitgesprek gevoerd. De redenen waarom men het project verlaat zijn divers, maar veelal niet primair toe te schrijven aan factoren binnen het project. Wel heeft de onzekerheid over voortzetting van het project na 2012 een rol gespeeld.
Jaarverslag 2012
15
Tabel 10. In- en uitstroom van wijkverpleegkundigen in 2012 in vergelijking met 2011
REGIO Noord West Zuidoost Zuidwest TOTAAL 2012 TOTAAL 2011
Uitstroom in fte
Uitstroom in aantal
Instroom in fte
Instroom in aantal
0,78 fte 1,05 fte 1,88 fte 0,50 fte 4,21 fte 7,30 fte
2 2 2 1 7 17
0 fte 2,5 fte 2,6 fte 1,5 fte 6,6 fte 10,7 fte
0 6 5 3 14 24
Tot slot een overzicht van de detachering van wijkverpleegkundigen verdeeld over de deelnemende thuiszorgorganisaties. De verdeling tussen de verschillende organisaties is door het jaar heen vrij stabiel. Het ‘vrijgeven’ van vacatures voor alle deelnemende thuiszorgorganisaties heeft niet tot een verschuiving geleid. Tabel 11. Detachering verdeeld over thuiszorgorganisaties 2012
TZORGANISATIE TZR Laurens MOB Humanitas Aafje TOTAAL
In fte 1e kwartaal
% van totaal
In fte 4e kwartaal
% van totaal
9,95 fte 7,53 fte 0,83 fte 4,27 fte 2,06 fte 24,64 fte
41% 31% 3% 17% 8% 100%
9,93 fte 7,21 fte 1,27 fte 4,15 fte 1,64 fte 24,2 fte
41% 30% 5% 17% 7% 100%
Ziekteverzuim in 2012 toegenomen Het ziekteverzuim over 2012 bedroeg 7,7% (exclusief de afwezigheid i.v.m. zwangerschapsverlof). Een goede vergelijking met 2011 is lastig te maken omdat dit item pas in het tweede kwartaal van 2011 is toegevoegd in de applicatie waarin wijkverpleegkundigen registreren. Dat het aantal geregistreerde ziekte-uren in 2012 fors is toegenomen is echter evident. De verklaring ligt in het aantal langdurig zieke werknemers (langer dan zes weken). Met deze wijkverpleegkundigen is geregeld contact onderhouden tijdens de ziekteperiode en is met betrokken thuiszorgorganisaties overlegd over hun integratietraject na herstel. In de meeste gevallen zijn de uren bij langdurig ziekteverzuim niet vervangen. In combinatie met de onderbezetting (zie paragraaf 2.1) heeft dit op enkele plekken veel werkdruk gegeven bij de zittende wijkverpleegkundigen. Het kortdurend ziekteverzuim in 2012 (korter dan zes weken) bedroeg 3,2 %. Ook hiervoor geldt dat een goede vergelijking met 2011 niet mogelijk is.
Jaarverslag 2012
16
3.4 Deskundigheidsbevordering en ondersteuning op maat Om de inhoudelijke ontwikkeling van de wijkverpleegkundige functie vorm te geven hebben alle wijkverpleegkundigen de kans gekregen nieuwe kennis en vaardigheden op te doen. Elke wijkverpleegkundige heeft ten minste twee maal een deskundigheidsbevorderende activiteit aangeboden gekregen. De workshop ‘sociaal isolement’ en de workshop ‘wijkanalyse maken’ door het project zelf georganiseerd zijn aan alle wijkverpleegkundigen werkzaam in het project aangeboden. Bijna alle wijkverpleegkundigen hebben daadwerkelijk twee keer of meer aan een scholing deelgenomen. Met uitzondering van de wijkverpleegkundigen die pas in het laatste kwartaal van 2012 zijn ingestroomd of die door ziekte niet in staat waren de aangeboden scholing te volgen. De deskundigheidsbevordering is vanuit verschillende kanten aangeboden: op initiatief van en georganiseerd door het project, behorend bij het samenwerkingsverband met Context in het kader van het programma ‘Preventiekracht dichtbij huis: Rotterdamse risicogroepen’ en op uitnodiging van externen. Tabel 12 geeft een overzicht. Tabel 12. Deskundigheidsbevordering Zichtbare Schakels Rotterdam 2012 Aantal deelnemers
Omvang
J. Zwijnenburg, Bureau AanEEN
38
1 dagdeel
H. Rosendal Hogeschool Rotterdam H. Sibbing Hogeschool Den Haag
40
1 dagdeel
50
v. Kleef instituut
5
v. Kleef instituut
5
Workshop zelfredzaamheid
v. Kleef instituut
5
Workshop Domotica Netwerkbijeenkomsten i.s.m. CONTEXT Training project preventiekracht dichtbij huis: Rotterdamse risicogroepen (signaleren psychische problematiek, POM-methodiek, motiverende gespreksvoering)
v. Kleefinstituut v. Kleefinstituut
1 8
2 dagdelen (verspreid) 2 dagdelen (verspreid) 2 dagdelen (verspreid 2 dagdelen (verspreid) 2 dagdelen 1 dagdeel
Context
26
1-3 dagdelen (verspreid) Aantal dagdelen afhankelijk van te volgen onderdelen
V&VN
5
ZonMw
2
2 dagdelen (aansluitend) 1 dagdeel
v. Kleef instituut V&VN V&VN
5 4 1
1 dagdeel 2 dagdelen 1 dagdeel
Deskundigheidsbevordering Op initiatief van project Scholing sociaal isolement: typologie en interventiemogelijkheden Nieuwe beroepsprofielen Schakeldag 14 juni Workshop wijkanalyse november + Schakeldag 13 december Workshop motiverende gespreksvoering Workshop netwerken
EXTERN Congres / ‘dag van de toekomst’ Invitational Conference ZonMw over Zichtbare schakels en preventiekracht Van Kleeflezing Scholingsblok ZS (ZonMw landelijk) Presentatie expertisegebied wijkverpleegkundige
Jaarverslag 2012
Door
17
Ondersteuning op maat Ondersteuning wordt door de projectcoördinator (-manager) op maat gegeven, uitgaande van afspraken in de detachering, persoonlijke behoefte en vraag van de wijkverpleegkundige. En op initiatief van de projectcoördinator zelf waar waar zij dit nodig acht. Belangrijke aandachtspunten zijn: pro-actief werken en initiatief nemen naast reageren op vragen van cliënten en professionals, grenzen van het eigen handelen, prioriteren van activiteiten en afbouwen van zorg. In vergelijking met 2011 is het thema onderlinge samenwerking van de wijkverpleegkundigen meer aan bod gekomen in de gesprekken. De ondersteuning en coaching van de wijkverpleegkundigen zag er in 2012, naast organisatorische en administratieve aspecten, uit als in onderstaande tabel is aangegeven. Tabel 13. Ondersteuning wijkverpleegkundigen door projectcoördinator ACTIVITEIT Regio-overleg Bespreken van: projectzaken, planning teams, voortgang Voortgangs-, exitgesprekken Eindgesprekken met alle wv ivm formele beëindiging detacheringsovereenkomsten eind 2012 Coaching Op vraag van team / wijkverpleegkundige of initiatief van projectcoördinator
Wie Iedereen
Frequentie Tweemaandelijks 2 uur
Iedereen
Bij start, 1x per jaar, bij einde contract
10 personen
1-1,5 uur, frequentie afhankelijk van situatie
Hoewel niet concreet is gemeten in hoeverre wijkverpleegkundigen zich afgelopen jaar ondersteund voelden in hun taakuitvoering, is een positieve beoordeling hier wel op zijn plaats. In de voortgangsgesprekken, de evaluatiegesprekken aan het einde van het jaar (i.v.m. vernieuwing van de detachering in de tweede fase) en de evaluatie op de Schakeldag brachten de wijkverpleegkundigen naar voren dat ze de steun en leiding van projectcoördinator en- manager veelal positief ervaren en waarderen.
3.5
Wijkverpleegkundige niet meer weg te denken in wijkaanpak
De rol van de wijkverpleegkundige als spil in integrale zorgverlening, in nauw verband met de huisartsenzorg, is zeker versterkt. De evaluatiestudie van Zichtbare Schakels Rotterdam benadrukt het belang van de rol van de wijkverpleegkundige in de wijk omdat ze in staat is de samenwerking tussen disciplines te versterken (relationele coördinatie genoemd) en daarmee de kwaliteit en tevredenheid met de zorgverlening beter wordt. De rol en het werk van de wijkverpleegkundige worden door andere professionals positief gewaardeerd; met een gemiddelde score van 7.5. De tevredenheid over de bereikbaarheid en de professionaliteit scoren als afzonderlijk item het hoogst, een 7.8 (voor meer informatie zie rapport Erasmus universiteit).
Jaarverslag 2012
18
De relatie wijkverpleegkundige – huisarts is ook afgelopen jaar verder verstevigd. De vraag van huisartsen aan wijkverpleegkundigen om contact te leggen met cliënten groeit nog altijd; over het hele jaar genomen met 2%. Ten opzichte van begin 2011 is dat 9%. In het vierde kwartaal is een korte pilot van zes weken gedaan waarin wijkverpleegkundigen in twee gezondheidscentra participeerden alsof ze er onderdeel uitmaakten van de workforce. De bevindingen waren over het algemeen positief. Door meer aanwezig te zijn in het gezondheidscentrum vindt er snel mondelinge communicatie plaats met huisartsen en kan de zorg van de Zichtbare schakel regelarm ingezet worden. De huisarts leunt op de wijkverpleegkundige met betrekking tot haar kennis over de wijk. De huisarts moet erop kunnen vertrouwen dat gehandeld wordt op de gestelde vraag en dat er effectief gecommuniceerd wordt. Toegang tot het HIS werkt snel en effectief in de onderlinge communicatie en rapportage. De huisbezoeken die gedaan werden in het kader van preventieve ouderenzorg of ontslag uit het ziekenhuis leverden vooral op dat de cliënt eerder in beeld komt. Ook zijn wijkverpleegkundigen in een aantal huisartsenpraktijken actief in het opvolgen van patiënten na ontslag uit het ziekenhuis en preventieve ouderenzorg in samenwerking met de POH. Deze huisartsen zijn daar gelukkig mee omdat de wijkverpleegkundige met haar brede kennis op deskundige wijze signalen oppakt en opvolgt. Patiënten waarderen dit contact omdat er positieve aandacht is vanuit de huisartsenzorg voor hun gezondheid. De wijkverpleegkundigen maken daarbij gebruik van het HIS om direct te communiceren over hun bevindingen in het cliëntencontact. Op een korte vragenlijst die de wijkverpleegkundigen in december 2012 op de Schakeldag invulden zegt 43% in ruime mate samenwerkingsrelaties en werkafspraken te hebben met professionals in de eerstelijnszorg en daar tevreden over te zijn. De helft van de wijkverpleegkundigen zegt dat daar deels in is voorzien en 3% nauwelijks en zijn daar ten dele tevreden mee. In het afgelopen jaar is op verschillende manieren samengewerkt met de gemeente Rotterdam. In woonservicegebieden bijvoorbeeld zijn wijkverpleegkundigen door de projectleiding in positie gebracht om hun bijdrage te kunnen leveren aan een gezonde buurt. Zij participeren aan overlegtafels waar ondermeer casusbesprekingen worden gevoerd en problemen in de wijk op tafel komen. Op een aantal plekken is de samenwerking met de Vraagwijzer en Vitaliteitswijzer expliciet uitgewerkt. Dit is het geval in wijken van de deelgemeente IJsselmonde, Charlois en Feijenoord. In de Tarwewijk heeft dit bijvoorbeeld vorm gekregen in een kernteam in samenwerking met de eerste lijn. De projectleiding neemt deel aan besprekingen over de vorming van een Children’s Zone in Charlois waarin en wijkteam een cruciale rol speelt. De samenwerking met het gemeentelijk project Even Buurten is in 2012 uitgebreid. Inmiddels zijn er vijf wijken waar zowel de wijkverpleegkundige, Zichtbare schakel als spillen actief zijn. In hierboven genoemde vragenlijst geeft 83% van de wijkverpleegkundigen aan dat er in hun wijk multidisciplinair overleg (m.n. eerstelijnszorg) in ruime mate aanwezig is (17% zegt nauwelijks) en 74% zegt dat dit ook geldt voor multisectoraal overleg (met disciplines uit andere sectoren zoals welzijn en woningbouw).
Jaarverslag 2012
19
4.
Borging was hoofdthema in 2012
Bij de start van 2012 was dit het laatste jaar van Zichtbare Schakels Rotterdam. De subsidie zou stoppen op 31 december. Op basis van dit gegeven werden vier doelstellingen met betrekking tot de borging van de wijkverpleegkundige functie benoemd. 1. Er is een door samenwerkingspartners gedragen model voor de verbrede, integrale inzet van wijkverpleging vanaf 2013. Hier is in opgenomen: de rol en bijdrage van OSER / eerstelijnszorg, thuiszorgorganisaties, gemeente en zorgverzekeraar. Het model en een implementatie plan zijn in juli bekend. 2. De AWBZ gefinancierde zorg is geïntegreerd met de werkzaamheden als Zichtbare schakel tot één verbrede wijkverpleegkundige functie 3. In de tweede helft van 2012 zijn experimenten uitgevoerd met hiervoor genoemd model 4. De wijkverpleegkundigen, Zichtbare schakels hebben een actieve rol gespeeld in de borging Realisatie doelstellingen samengevat Begin juni 2012 werd bekend gemaakt dat de huidige Zichtbare schakel projecten nog twee jaar verder kunnen op basis van een decentralisatie-uitkering van het Rijk aan het Gemeentefonds. Omdat daarmee de agenda met betrekking tot borging veranderde van afbouw naar voortgang zijn een aantal van de doelstellingen en activiteiten verlaten en niet gerealiseerd.
4.1 Borging verbrede wijkverpleegkundige functie prominent op de agenda In 2012 is niettemin veel werk verricht om de verbrede functie van de wijkverpleegkundige te kunnen borgen in de nabije toekomst. De activiteiten van de projectleiding waren gericht op alle niveaus. Landelijk werd onder andere gericht op de staatssecretaris van het ministerie van VWS, leden van de Tweede Kamer en Nma. In Rotterdam is nog meer dan voorheen de samenwerking met de gemeente gezocht. En in het project werden bij de idee- en planvorming omtrent de borging bestuurders, projectgroep en de wijkverpleegkundigen actief betrokken. Nadat bekend werd dat het project verlengd zou worden is een intensief traject doorlopen om de voortgang goed voor te bereiden. Samenwerkingspartners onderschrijven unaniem voortzetting In het bestuurlijk overleg van mei hebben alle samenwerkingspartners van Zichtbare Schakels Rotterdam zich unaniem uitgesproken voor voortzetting van de stedelijke samenwerking om de wijkverpleegkundige weer terug te brengen in de wijk. Op de rondetafelconferentie in oktober hebben de zorgaanbieders van de eerste lijn en thuiszorg hun visie als volgt gepresenteerd. Zorgaanbieders staan voor het betrekken van wijkbewoners en cliënten in de organisatie van zorg, het leven van de cliënt in zorgland eenvoudig maken (regelarm bieden en toeleiden naar gepaste vormen van zorg), zelfredzaamheid en zelfmanagement als uitkomst van het zorgproces.
Jaarverslag 2012
20
De zorgaanbieders staan er voor in dat de wijkverpleegkundige: onafhankelijk van organisatie belangen de meest gepaste (zorg)oplossing voor de cliënt in kan zetten en hiervoor kan samenwerken met wijkverpleegkundigen uit het Zichtbare schakel-team en thuiszorgteams, huisartsen en andere professionals in de eerstelijnszorg en met professionals in andere sectoren. Regelruimte geboden wordt. In samenwerkingsverband (Zichtbare schakelteam) laagdrempelig en langlopend aanwezig is in de wijk (zichtbaar en direct toegankelijk) en kan participeren in de wijknetwerken. Activiteiten kan ontplooien voor een gezonde buurt; preventie en gezondheidsbevordering. De mogelijkheden tot indicatiestelling voor de zorg zullen worden uitgewerkt in een pilot om de taken en verantwoordelijkheden van de wijkverpleegkundige waar wenselijk en mogelijk te verruimen. Zorgaanbieders staan borg voor zichtbaarheid van de wijkverpleegkundige in gezondheidscentra, effectieve werkrelaties en –afspraken en goede communicatiemogelijkheden tussen huisartsenzorg en wijkverpleging. Zij zullen eveneens adviseren over hoe de taken en werkzaamheden van de wijkverpleegkundige, casemanager, POH en praktijkverpleegkundige optimaal met elkaar afgestemd kunnen worden. De zorgaanbieders positioneren en faciliteren de wijkverpleegkundige als één van de kernprofessionals van een Schakelpunt in de wijk en trekken in de ontwikkeling van dit idee samen op. Relatie met gemeente in transitie De gemeente, vertegenwoordigd door een medewerker van publieke gezondheid en zorg en van activering en welzijn, is al twee jaar lid van de werkgroep ’borging’. Ook zorgverzekeraar Achmea participeert in dit overleg. Deze werkgroep actief vanaf 2011 bereidt de structurele inbedding van de wijkverpleegkundige in bestaande structuren in de wijk (en stad) voor. Om de voortgang van het project maar zeker ook de toekomstige rol en plek van de wijkverpleegkundige in de integrale gebiedsgerichte ontwikkeling in de stad verder te bespreken is twee maal een rondetafelconferentie georganiseerd waaraan bestuurders van eerstelijnszorg, thuiszorg, Achmea en het cluster maatschappelijke ontwikkeling van de gemeente een bijdrage leverden. De samenwerkingsrelatie met de gemeente zal in 2013 voortgezet worden als een subsidierelatie (zie subsidieaanvraag). Dit biedt kansen om de agenda voor de toekomst verder uit te werken. Rondetafelconferentie stelt agenda voor de toekomst op Op hiervoor genoemde rondetafelconferenties is zowel de visie van verschillende stakeholders besproken als een agenda voor de toekomst opgesteld. Deze agenda redeneert vanuit de centrale positie die de wijkbewoner met een vraag, op het gebied van gezondheid en zorg, wonen, welzijn en veiligheid inneemt. Hoe deze wijkbewoner met een vraag benaderd wordt is gebaseerd op zelfredzaamheid en zelfmanagement, regelarme ‘zorgverlening’, en efficiënte inzet van middelen. Met andere woorden, de wijkbewoner en zijn sociale systeem wordt eerst aangesproken op de eigen mogelijkheden en capaciteiten, schieten deze tekort dan wordt het sociale netwerk (mantelzorg en vrijwilligers) in de wijk aangesproken en pas daarna
Jaarverslag 2012
21
volgen professionele hulp en voorzieningen. Dit is kort samengevat de basis waarop de deelnemers aan de rondetafelconferentie van 29 oktober in de toekomst aan de slag willen. Onderwerpen die daar bij horen zijn:
Verbinding tussen gezondheid, (eerstelijns)zorg en welzijn Ontwikkeling van wijknetwerken Regelruimte voor professionals Indicatiestellingen Samenwerking met opleidingen Co-financiering door zorgverzekeraar
De vraagstukken die Stichting OSER, in samenwerking met haar partners, voor haar rekening wil nemen zijn: de presentie en positionering van de wijkverpleegkundige in het wijknetwerk, de vertaling van het nieuwe expertisegebied van de wijkverpleegkundige (op basis van het verpleegkundig beroepsprofiel 2020) naar de Rotterdamse praktijk, en samenwerking bij indicatiestelling vanuit welzijn en zorg. In de toekomst zullen twee sporen gevolgd worden. Het project Zichtbare Schakels Rotterdam dat zich met de subsidie van de gemeente verder ontwikkelt op met name samenhangende zorg en de rol van de wijkverpleegkundige in de wijk: de vakinhoud. Tevens leent het project zich om d.m.v. specifieke pilots het tweede spoor mee vorm te geven, dat van de stedelijke wijkontwikkeling waarin zorg en welzijn geïntegreerd zijn, de samenwerking tussen huisarts en wijkverpleegkundige gegarandeerd blijft en wijkverpleegkundige en verzorging samen blijven.
Jaarverslag 2012
22
5.
De wijkverpleegkundige in beeld
De wijkverpleegkundige is bezig aan een comeback in de wijk. Maar er is nog behoefte aan meer bekendheid over haar diensten, bereikbaarheid en werkwijze, zowel bij wijkbewoners als professionals. Ook in de stad dient ze nog meer op de kaart gezet te worden. De doelstellingen voor 2012 op dit punt waren daarom als volgt. 1. De wijkverpleegkundige is beter bekend in de wijk bij wijkbewoners en professionals 2. De inzet van de wijkverpleegkundige wordt door wijkbewoners en professionals positief gewaardeerd Realisatie doelstellingen samengevat Zowel cliënten als professionals geven een positieve waardering aan het werk van de wijkverpleegkundige. Ze wordt erkend als coördinator in het geven van samenhangende zorg. Haar zichtbaarheid in de wijk scoort daarbij echter iets minder.
5.1 Werk wijkverpleegkundige geniet groeiende bekendheid en is breed gewaardeerd De naamsbekendheid van de wijkverpleegkundige, Zichtbare schakel wordt jaarlijks meegenomen in de Omnibusenquête, nu twee maal op rij. Hierin worden mensen bevraagd in alle wijken van Rotterdam. Dus ook in wijken waarin het project niet actief is. Zonder enige verdere toelichting wordt gevraagd ‘Heeft u wel eens gehoord van de Zichtbare schakels?’. In 2012 beweert 6% van de Rotterdammers (van 16 tot 85 jaar) hier wel eens van gehoord te hebben, hetgeen een verdubbeling betekent ten opzichte van vorig jaar (2011). Cliënten tevreden De cliënten die deelnamen aan de evaluatiestudie hebben met een cijfer aangegeven hoe tevreden zij zijn met het werk van de Zichtbare schakel. In onderstaand overzicht is deze beoordeling te zien. Tabel 14. Tevredenheid met de Zichtbare schakel beoordeeld door cliënten (n=94) Tevredenheid met
Gemiddelde cijfer (1-10)
De houding van de Zichtbare schakel Ik ben tevreden met de hulp die ik heb gekregen van de Zichtbare schakel De Zichtbare schakel schonk ruim aandacht aan mijn persoonlijke vragen, behoeften Ik kon zonodig over elk probleem praten met de Zichtbare schakel Ik heb van de Zichtbare schakel alle informatie gekregen die ik wilde hebben Gemiddelde totaal score tevredenheid Zichtbare schakel
8.2
Jaarverslag 2012
8.1 8.3 8.4 8.2 8.2
23
Over het geheel genomen zijn de cliënten erg tevreden over het werk van de Zichtbare schakels. Zij scoren op alle punten hoog. Het meest tevreden zijn cliënten over het feit dat ze zonodig over elk probleem met de Zichtbare schakel kunnen praten. Dit is een indicatie dat de brede inzet van wijkverpleegkundigen, ingaan op vragen over gezondheid en zorg, welzijn en wonen inderdaad wordt gehanteerd en voldoet aan een behoefte. Professionals tevreden Ook professionals met wie Zichtbare schakels regelmatig samenwerken zijn tevreden over het werk van de wijkverpleegkundige, Zichtbare schakel. Dit blijkt eveneens uit de Rotterdamse evaluatiestudie. Hierin werden professionals twee jaar op rij gevraagd om hun tevredenheid met een cijfer te geven. De deelnemende professionals hebben op zowel in 2011 als 2012 aangegeven hoe tevreden zij zijn met het werk van de Zichtbare schakels. In onderstaande tabel is de beoordeling te zien van verschillende aspecten van het werk van Zichtbare schakels door professionals die regelmatig met de Zichtbare schakels samenwerken. Deze professionals bestonden grotendeels uit huisartsen, maatschappelijk werkers en welzijnswerkers. De verschillende aspecten van het werk van Zichtbare schakels worden positief beoordeeld door deze professionals. De gemiddelde cijfers die professionals hebben gegeven in 2011 wijken niet significant af van de cijfers in 2012. Tabel 15. Tevredenheid met de werkzaamheden van de Zichtbare schakel zoals beoordeeld door professionals met wie zij samenwerken
De bereikbaarheid van de Zichtbare schakel
Gemiddelde (1-10) 2011 7.8
Zichtbaarheid van de Zichtbare schakel
6.9
7.0
Professionaliteit van de Zichtbare schakel
7.9
7.8
Rol in de wijk van de Zichtbare schakel Verbinding tussen gezondheidszorg/ in het bijzonder de eerste lijn en sociaal maatschappelijke domein van de Zichtbare schakel Complementariteit van de Zichtbare schakel Gemiddelde totaal score tevredenheid Zichtbare schakel
7.5
7.6
7.5
7.3
7.7 7.4
7.4 7.5
Tevredenheid met
cijfer
Gemiddelde cijfer (1-10) 2012 7.8
Samenwerking met de Zichtbare schakel wordt door professionals als beter ervaren in vergelijking met de samenwerking met huisartsen, POH’s, fysiotherapeuten en diëtisten. Dit is een belangrijke bevinding en benadrukt het belang van de Zichtbare schakel als spil in de wijkzorg. Aangezien de complexe behoeften en meervoudige vragen van kwetsbare mensen om een samenhangende aanpak vraagt wordt gedacht dat de kwaliteit en tevredenheid met de zorgverlening beter is naarmate het de Zichtbare schakels beter lukt om goede relationele communicatie en coördinatie tussen verschillende professionals te bewerkstelligen (uit de Rotterdamse evaluatiestudie).
Jaarverslag 2012
24