Jaarverslag IC Antoni van Leeuwenhoek 2014
Inhoudsopgave 1 2
3
4
5
6
7 8
Inleiding Personeel 2.1 Medische staf 2.2 Verpleegkundig team 2.3 Afdelingshoofd 2.4 Teamleider 2.5 Zorgassistenten 2.6 Ziekteverzuim Organisatie 3.1 Ziekenhuis/intensive care 3.2 Organogram 3.3 Medische staf 3.4 Verpleegkundig team 3.5 Verpleegkundig specialist pijnbehandeling Kwaliteit 4.1 Veiligheidsronde 4.2 Patiënten Data Management Systeem (PDMS) 4.3 Samenwerking Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG) 4.4 Overplaatsingen 4.5 Deelname NICE en kwaliteitsindicatoren 4.6 Complicatie- en necrologiebespreking 4.7 Chipsoft 4.8 Klachtenregistratie 4.9 Veilig Incidenten Melden (VIM) 4.10 iProva 4.11 Multi Disciplinair Overleg (MDO) 4.12 Registreren van patiënt- en familietevredenheid 4.13 Spoed Interventie Team (SIT) & Consultatief Intensive Care Verpleegkundige (CIV) 4.14 Kwaliteitsmedewerker 4.15 Beleidsplan en jaarplan 4.16 Verantwoording jaarplan Onderwijs en opleiding 5.1 Medische staf 5.2 Verpleegkundig team 5.3 Congresbezoek, cursussen en toetsen 5.4 Onderwijs aan oncologieverpleegkundigen 5.5 Advanced Life Support (ALS) Productie- en uitkomstparameters 6.1 Opnamen en heropnamen, patiëntenkarakteristieken 6.2 Opnametypen 6.3 Reanimatieregistratie 6.4 Beademing 6.5 Uitkomstparameters 6.6 Ernstige sepsis 6.7 Decubitus Vooruitblik 2014 Bronnen
Antoni van Leeuwenhoek
1
2 3 3 3 3 4 4 5 6 6 6 7 8 8 9 9 9 9 9 10 10 10 11 11 12 12 12 13 13 14 14 18 18 18 19 19 19 21 21 22 22 23 23 24 25 26 27
Jaarverslag IC 2014
1
Inleiding
Het doet ons, zoals elk jaar, genoegen het jaarverslag van de afdeling intensive care (IC) van het Antoni van Leeuwenhoek aan u te presenteren. Het Antoni van Leeuwenhoek blijft als tertiair oncologisch centrum een bijzondere plaats in de Nederlandse gezondheidszorg innemen. Dit geldt ook voor de intensive care. De vakgroep anesthesiologie, intensive care, pijnbestrijding en supportive care is medisch verantwoordelijk voor de zorg op de intensive care. Het deel van de vakgroep dat ook werkzaam is op de IC bestond eind 2014 uit 12 fte, waarvan 5 fte intensivist. We hebben in 2014 een nieuwe intensivist mogen verwelkomen en een van de intensivisten heeft besloten om alleen nog als anesthesioloog werkzaam te zijn, waarmee de formatie intensivisten per saldo gelijk bleef. Het aantal opnamen is in 2014 nagenoeg gelijk gebleven aan dat van vorig jaar: 724 (2013, 723), met 75% electief postoperatieve patiënten. De nieuwbouw van de IC is in 2014 ver gevorderd en de nieuwe IC zal in mei 2015 in gebruik worden genomen. In 2014 is gesproken met het Slotervaartziekenhuis en de intentie is om de IC-zorg voor het Slotervaartziekenhuis in het Antoni van Leeuwenhoek plaats te laten vinden. Hiermee zal het aantal opnamen gestaag stijgen, zodat een aantal van 12 IC-bedden geen overbodige luxe lijkt. Ook dit jaar zijn de patiënt- en familietevredenheid weer gemeten, de resultaten blijven onveranderd positief. Dit is het eerste jaarverslag waarin ook het jaarplan is verwerkt met hieraan gekoppeld een voortgangsrapportage. Op deze manier proberen wij duidelijk inzicht te geven in en verantwoording af te leggen over het afgelopen jaar. Hierdoor verwachten wij de doelen uit het jaarplan beter meetbaar en inzichtelijk te krijgen en gehoor te geven aan een aanbeveling uit de visitatie van 2013. Ook naar aanleiding van deze aanbevelingen zijn wij gestart met een dagelijkse radiologiebespreking en is er een verzoek gedaan om secretariële ondersteuning om de verpleging en de intensivisten te ontlasten van de vele administratieve taken die samenhangen met het reilen en zeilen van een intensive care. Al met al zijn er ook in 2014 weer veel ontwikkelingen geweest die ervoor gezorgd hebben dat het werken op onze intensive care een uitdaging blijft. Ons streven blijft om de kwaliteit van de zorg op de intensive care jaar na jaar te verbeteren. Wij zijn trots op onze afdeling en de behaalde resultaten en menen dat wij hoogwaardige zorg binnen een veilige omgeving bieden. Dit maakt dat de intensive care een uitdagende en prettige omgeving blijft om te werken. Het jaarverslag wordt volledig digitaal verspreid. Op verzoek kan een gedrukt exemplaar geleverd worden. Hierover kunt u contact opnemen met de secretaresse van de afdeling anesthesiologie. Wij wensen u veel leesplezier, Julia ten Cate, medisch coördinator intensive care Manon Geerlings, verpleegkundige intensive care
Antoni van Leeuwenhoek
2
Jaarverslag IC 2014
2
Personeel
2.1 Medische staf Drs. Peter F.E. Schutte, anesthesioloog, hoofd afdeling Anesthesiologie-intensive care tot november 2014; Drs. Julia ten Cate, anesthesioloog-intensivist, medisch coördinator IC; Drs. Lenie Hulshoff, anesthesioloog-intensivist, wnd. medisch coördinator IC, wnd. afdelingshoofd, vanaf november 2014 acterend afdelingshoofd; Drs. Karin Ariese-Beldman, anesthesioloog-intensivist; Drs. Dick R. Buitelaar, anesthesioloog-intensivist; Drs. Sandra Huissoon, anesthesioloog-intensivist; Drs. Inge Vergouwe, anesthesioloog-intensivist; Dr. Esther Wolthuis, anesthesioloog-intensivist, per 1 februari 2014; Drs. Sannine Buma, anesthesioloog-pijnarts; Drs. Anita Ophof, anesthesioloog-pijnarts, per 1 februari 2014; Drs. Tina Efthymiou, anesthesioloog-pijnarts; Drs. Marloes Bolman, anesthesioloog; Dr. Christoph P. Hahn, anesthesioloog; Dr. Christiaan Keijzer, anesthesioloog, tot 1 september 2014; Dr. Michael Šrámek, anesthesioloog.
2.2 Verpleegkundig team In 2014 is de verpleegkundige formatie uitgebreid tot 25,5 fte door het extra opleiden van cursisten. Inzet van extern personeel was zeer zelden nodig. Jannie Meijer-Martens is het verpleegkundig hoofd van de intensive care. Zij is tevens verpleegkundig hoofd van de verpleegafdeling medische oncologie. Martine van Leeuwen-Peek is teamleider van de IC. De functie van reanimatiecoördinator wordt vervuld twee verpleegkundigen. Alice Jongman is, naast IC-verpleegkundige, ook voor 0,11 fte de functie van praktijkopleider van de IC. Sinds 1 maart 2012 heeft Peter Zanen, naast zijn functie als IC-verpleegkundige, voor 0,22 fte het aandachtsgebied ICT. 2.3 Afdelingshoofd Jannie Meijer-Martens is verpleegkundig afdelingshoofd met een fulltime dienstverband, verdeeld over de verpleegafdeling medische oncologie, de IC en de Weekend-, Avond- en Nachthoofden (WAN- hoofden). Het verpleegkundig afdelingshoofd is eindverantwoordelijk voor de organisatie van de aan haar toebedeelde afdelingen, voor de kwaliteit van het verpleegkundig aandeel in de patiëntenzorg en voor de personele zorg op de afdelingen.
Antoni van Leeuwenhoek
3
Jaarverslag IC 2014
2.4 Teamleider Martine van Leeuwen-Peek is teamleider van de intensive care en werkt 0,83 fte. Haar takenpakket bestaat onder andere uit: Coachend leidinggeven aan het team dat bestaat uit IC-verpleegkundigen, IC-cursisten en zorgassistenten; Participeren in het ontwikkelen, vaststellen en uitvoeren van het afdelingsbeleid; Bewaken, toetsen, verbeteren en ontwikkelen van de patiëntenzorg; Deskundigheidsbevordering van het team; Verantwoordelijkheid voor het bewaken van het afdelingsbudget; Uitvoeren van beleid op het gebied van beheer van materiaal, middelen en ruimten; Bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het instellingsbeleid; Projectleider Groei en Innovatie IC. Projectleider werkgroep SIT. Buiten het ziekenhuis is Martine regiovoorzitter van het Regio-overleg Hoofden IC’s Amsterdam (RHIC). 2.5 Zorgassistenten Op de intensive care werken drie zorgassistenten en één zorgassistent in opleiding, totaal 1,98 fte. Het takenpakket van de assistenten bestaat uit: Patiëntenzorg: assisteren bij de verzorging van de patiënten, hulp bieden bij het draaien van een patiënt in bed, het geven van wisselligging en het mobiliseren van een patiënt en patiënten ondersteunen bij persoonlijke verzorging; Indirecte patiëntenzorg: schoonmaken van de patiëntenkamers, aanvullen van materialen, schoonmaken van alle materialen die volgens protocol gebruikt worden op de IC, assistentie verlenen bij intraklinische transporten; Communicatie met patiënt en familie: het signaleren van een patiëntenoproep, het aanbieden van koffie en thee aan familie, het aanbieden van de familiekamer indien gewenst; Bloedafnamen voorbereiden, materialen bestellen en alle andere voorkomende werkzaamheden.
Antoni van Leeuwenhoek
4
Jaarverslag IC 2014
2.6 Ziekteverzuim Het ziekteverzuim onder de medici:
Werkdagen Kort verzuim Lang verzuim Zwangerschapsverlof
2014 2974,5 1,7% 0% 2,1%
2013 2483,8 2,3% 3,9% 1,0%
Het ziekteverzuim onder de verpleegkundigen en zorgassistenten:
Verzuimpercentage Verzuimfrequentie
Antoni van Leeuwenhoek
2014 6,81% 1,62x/jaar
2013 5,0% 1,56x/jaar
5
Jaarverslag IC 2014
3
Organisatie
3.1 Ziekenhuis/intensive care In het ziekenhuis zijn de volgende clusters te onderscheiden: Diagnostische Oncologische Disciplines (DOD); Heelkundige Oncologische Disciplines (HOD); Medische Oncologische Disciplines (MOD); Radiotherapie; Research. De intensive care is onderdeel van de Heelkundige Oncologische Disciplines. 3.2 Organogram Het AVL beschikt over 180 bedden, waarvan 30 bedden op de dagbehandeling. In 2012 heeft de intensive care beschikking gekregen over zes bedden (waarvan één op de recovery). Op vijf bedden bestaat de mogelijkheid tot beademing. Gezien de personele bezetting worden er in principe maximaal vier patiënten tegelijk beademd. De IC heeft een verkoeverfunctie van 19.30 uur tot 08.00 uur.
Clusters HOD en MOD en VLK 14 mei 2013
Raad van Bestuur
medisch clusterhoofd HOD
manager zorg en bedrijfsvoering
medisch specialisten
secretaresse
stafmedewerkers: ICT, beleid, zorg en bedrijfsvoering
medisch specialisten
secretariaat
ok hoofd S. van Tetterode
directie van Leeuwenhoek Kliniek
medisch clusterhoofd MOD
stafmedewerk ers
secretariaat
Vijfde etage hoofd J. Broekhuizen
vierde etage hoofd J. MeijerMartens
intensive care teamleider M. van Leeuwen-Peek
Antoni van Leeuwenhoek
DBO* fyio/ergo therapie Dietetiek
polikliniek med.secr. med. archief pat. L&C
WAN-hoofden
6
plastische chirurgie
dagbeha ndeling OBC
medisch adviseur
HIPEC
Zesde etage hoofd S. de Vries
* maatschappelijk werk, geestelijke verzorging, psychiatrie, psychologie, voorlichtingscentrum, creatieve therapie, vrijwilligers
Jaarverslag IC 2014
3.3 Medische staf Tijdens de werkweek wordt de medische zorg op de intensive care overdag geleverd door de intensivisten. De avond-, nacht- en weekenddiensten worden verzorgd door alle anesthesiologen. Tevens bestaat er een dubbel systeem van achterwacht: indien de dienstdoende anesthesioloog (intensivist) op transport moet met een IC-patiënt is de achterwacht oproepbaar. Ook is er een aparte IC-achterwacht ingeroosterd, voor het geval dat zowel de dienstdoende als de achterwacht geen intensivist zouden zijn. De intensivisten zijn te allen tijde (telefonisch) bereikbaar voor consultatie door de niet-intensivisten. Ook de teleconsulting van de IC van het OLVG fungeert, indien nodig, als een 24/7 telefonische achterwacht.
De anesthesiologen participeren actief binnen en buiten het ziekenhuis en binnen de afdeling in:
A-team (antibiotica stewardship); Accreditatiecommissie NVA; Antibioticacommissie; Bestuur medische staf AVL; Bestuur Nederlandse Vereniging voor Intensive Care; Bloedtransfusiecommissie; Bouwcommissaris vanuit BMS; Commissie Patiëntveiligheid (CP); Calamiteitencommissie; Commissie informatisering van de ondernemingsraad; Commissie sedatie buiten de operatiekamers; Commissie Surpass; Commissie voorbehouden handelingen; Federatie KNMG; Liaisoncommissie Ethiek NVIC; Lid medisch tuchtcollege; Medical audit-commissie; OK-commissie; Onderzoek wetenschappelijke vereniging NVIC; Opleidingscommissie; Penningmeester LAD; Project Groei en Innovatie IC; Projectgroepleider van Groei en Innovatie OK; Reanimatiecommissie; Regiegroep EPD; VMS-thema 1: Voorkomen van wondinfectie na een operatie; VMS-thema 2: Lijnensepsis en ernstige sepsis;
Antoni van Leeuwenhoek
7
Jaarverslag IC 2014
VMS-thema 3: De vitaal bedreigde patiënt; VMS-thema 4: Medicatieverificatie; VMS-thema 7: Vroege herkenning en behandeling van pijn; VIM-commissie intensive care; Voedingscommissie (consulteerbaar); IC-commissie.
De IC-commissie vergadert één keer per jaar. Hierin vertegenwoordigd zijn de verpleegkundige leiding, de intensivisten, een chirurg, een internist-oncoloog, een psychiater, een radioloog, een apotheker, een medisch microbioloog en een klinisch chemicus. Hier worden vooral de grote ontwikkelingen besproken. 3.4 Verpleegkundig team Aan het begin van iedere dienst wordt in onderling overleg bepaald welke verpleegkundige de oudste van dienst is en wie in het reanimatieteam plaatsneemt. Taken van de oudste van dienst zijn: Leidinggeven aan de verpleegkundigen; Inventariseren van de personeelsbezetting; Voor de juiste kwalitatieve en kwantitatieve bezetting zorgen; Waar nodig in de uitvoering van de verpleegkundige taken participeren; Alle voorkomende werkzaamheden coördineren. De IC-verpleegkundigen hebben de volgende taakgebieden binnen de instelling: Deelname reanimatieteam; Verantwoordelijk voor SIT-oproepen; Verantwoordelijk voor ALS-scholing; Consulterende functie naar andere verpleegafdelingen toe (CIV); Participerende functie in de Intensieve Zorgscholing voor afdelingsverpleegkundigen. 3.5
Verpleegkundig specialist pijnbehandeling Dick Visser, de verpleegkundig specialist pijnbehandeling (VSP) voert, onder supervisie van de anesthesiologen, de controles uit van de epidurale katheters, wanneer deze bij postoperatieve patiënten aanwezig zijn. Ook geeft de VSP klinische lessen op de verpleegafdelingen over de signalering en behandeling van postoperatieve en chronische pijn. In 2010 is er een werkgroep geformeerd die zich bezighoudt met het implementeren van het VMS-thema 7: ‘vroege herkenning en behandeling van pijn’. Deze werkgroep bestaat uit een anesthesioloog, een pijnarts en de VSP. Voor het centraal registreren van de pijncijfers is in 2011 een nieuw registratiesysteem ingevoerd, waarin de pijncijfers werden overgenomen vanuit het verpleegkundig dossier. Bij de invoering van het EPD is de handmatige registratie van het pijncijfer vanuit het papieren dossier komen te vervallen en wordt het pijncijfer door de verpleegkundigen rechtstreeks in het EPD genoteerd. Deze overgang heeft medio 2012 plaatsgevonden. Nu al blijkt dat de registratiefrequentie op de chirurgische afdelingen met 10% verbeterd is.
Antoni van Leeuwenhoek
8
Jaarverslag IC 2014
4
Kwaliteit
4.1 Veiligheidsronde De jaarlijkse veiligheidsronde vond plaats op maandag 24 november 2014. De controle werd uitgevoerd door: Emile Voest Raad van Bestuur Anke Serrarens Commissie Patiëntveiligheid, beleidsmedewerker K&V Ab Doorn Patiëntenraad Jannie Zeef Commissie Patiëntveiligheid (t.b.v. de verslaglegging) Cees van de Ven Oncologisch IC-verpleegkundige Martine Peek Teamleider IC Aandachtspunten en aanbevelingen naar aanleiding van de terugkoppeling aan en het overleg met de afdeling IC: Aanbevolen wordt de sleutel van de opiatenlade in een kluisje te bewaren. In de nieuwbouw zijn hier plannen voor; Aandacht voor de consequente uitvoering van de SIT-procedure, evenals voor het codebeleid; Aandacht voor een integrale OK-planning voor een goede bezetting van de IC-bedden. Niet alleen uit efficiency-overwegingen, maar ook voor een meer evenwichtige verdeling van OKpatiënten op de IC met het oog op de patiëntveiligheid; Tip: wellicht nog meer inspiratie opdoen bij andere IC’s? 4.2 Patiënten Data Management Systeem (PDMS) Het PDMS Metavision wordt continu geoptimaliseerd en aangepast aan de wensen van de medische staf en het verpleegkundig team. Peter Schutte, anesthesioloog, en Peter Zanen, IC-verpleegkundige, werken hier gezamenlijk aan. Voor 2015 zal de nadruk bij Peter Zanen onder andere liggen op het maken van nieuwe verpleegkundige protocollen en scholing van nieuw personeel en personeel van andere afdelingen die gebruik gaan maken van Metavision. Ook zal er in 2015 vanuit de NICE een landelijke pilot ‘zorgzwaartemeting’ starten waarin de IC zal participeren. 4.3 Samenwerking Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG) Ook in 2014 is de samenwerking met de IC van het OLVG uitstekend verlopen. De intensivisten van het OLVG hebben inzage in het PDMS en EZIS van de IC van het AVL. Elke donderdag vindt er middels teleconferentie een structureel overleg plaats, waarbij langdurig behandelde en gecompliceerde patiënten worden besproken. Naast het reguliere overleg bestaat er te allen tijde de mogelijkheid om te overleggen over gecompliceerde opnames en patiënten. Het OLVG blijft onze ‘preferred partner’ in het geval van overplaatsingen. Dit verliep in 2014 over het algemeen soepel. Er zijn dit jaar acht patiënten overgeplaatst naar het OLVG. De reden van overplaatsing was in vier gevallen niervervangende therapie bij nierfalen, één keer vanwege plaatsgebrek op onze IC, één keer multiorgaanfalen bij sepsis, één keer voor vaatchirurgie bij een occlusie van de aortabifurcatie en één keer betrof het een patiënt die eerst voor diagnostiek vanuit het OLVG overgeplaatst was naar het AVL en een dag later weer teruggeplaatst is. 4.4 Overplaatsingen In 2014 zijn er 15 patiënten van onze IC naar elders overgeplaatst. In acht gevallen zijn de patiënten overgeplaatst naar het OLVG (zie paragraaf 4.3). De overige patiënten werden overgeplaatst om de volgende redenen: cardiaal (3x), CVVH of dialyse (2x), retour eigen ziekenhuis na postoperatieve bewaking op onze IC (1x) en ECMO (1x).
Antoni van Leeuwenhoek
9
Jaarverslag IC 2014
4.5 Deelname NICE en kwaliteitsindicatoren Sinds 1 juli 2008 neemt de IC deel aan de NICE (Nationale Intensive Care Evaluatie) voor benchmarking van onze gegevens. Ieder kwartaal ontvangen wij hierover een rapportage, twee keer per jaar een halfjaarverslag en één keer per jaar een jaarverslag. Dit zorgt ervoor dat wij onze kwaliteit van zorg regelmatig kunnen evalueren en indien nodig verbeteren. De bedoeling is om uiteindelijk aan de hand van deze gegevens een ‘plan-do-check-act’-cyclus te implementeren. De verslagen die wij van de NICE ontvangen geven hier ook steeds meer mogelijkheden toe. In dit jaarverslag hebben wij weer een stap hierin gezet door het jaarplan op te nemen en te evalueren. De IC registreert ook de kwaliteitsindicatoren sinds juli 2008. Eerder al heeft de IC geparticipeerd in de pilot voor de kwaliteitsindicatoren, zodat deze al sinds 2006 in MediScore geregistreerd worden. In juli 2009 is een sepsismodule in MediScore aangeschaft, zodat sinds die tijd tevens de sepsisbundel wordt bijgehouden. De complicatiemodule volgde in april 2011 (zie 4.6). In 2014 is de Stichting NICE begonnen met het openbaar maken van een selectie van intensive caregegevens. Dit alles in het kader van de toenemende vraag om transparantie vanuit de maatschappij. Via deze link kunt u onze gegevens op de website van de NICE, onder de naam ‘Data in beeld’, inzien. Tijdens de NICE Discussiebijeenkomst van 4 december is de datakwaliteit award 2014 uitgereikt aan onze IC. Anesthesioloog-intensivist Julia ten Cate nam deze met gepaste trots in ontvangst. 4.6 Complicatie- en necrologiebespreking In april 2011 is men gestart met het registreren van de complicaties in de complicatiemodule van MediScore. In 2012 zijn wij begonnen met het houden van een halfjaarlijkse complicatie- en necrologiebespreking van de patiënten van de intensive care. Hierin zijn de ernstige complicaties, zoals die in de complicatiemodule zijn gescoord, uitgediept en/of zijn de patiënten besproken die zijn overleden tijdens de IC-opname of kort daarna op de afdeling. Voor 2014 betekent dit dat wij de patiënten bespreken die een gemiddeld sterfterisico hebben en overleden zijn. Bij deze patiëntencategorie was de gerecalibreerde APACHE IV 1.38. Deze patiënten worden in 2015 besproken. In 2014 zijn de patiënten met een lage sterftekans besproken die in 2013 zijn overleden. Hierbij bleek dat het overgrote deel van die patiënten overleden is aan hun oncologische aandoening. Zo nodig is een casus besproken met de hoofdbehandelaar en/of zaalarts. Naar aanleiding van de complicatiebespreking is er bij de SIT-commissie nadruk gelegd op het goed registreren van de SIT-criteria. Hier is de SIT-commissie mee gestart. Het blijft echter een aandachtspunt. In 2014 is ook een patiënt besproken die na een pneumonectomie met gecompliceerd beloop, uiteindelijk overleden is. Als gevolg van deze bespreking wordt nu gewerkt aan de oprichting van een MDO waar patiënten besproken kunnen worden waarbij een gecompliceerd beloop in de verwachting ligt. Hierbij zullen dan alle relevante behandelaars, medisch, verpleegkundig en para-medisch, betrokken worden en deze bespreking zal pre-operatief plaatsvinden. 4.7 Chipsoft In oktober 2007 is Chipsoft als EZIS in het ziekenhuis ingevoerd. Per december 2012 is het AVL volledig overgegaan op het elektronisch patiëntendossier (EPD). Er bestaat een aantal koppelingen tussen Chipsoft, MediScore en Metavision die de administratieve belasting van de verpleging en medische staf vermindert. Een groot voordeel is dat statusonderzoek en het vervolgen van patiënten na IC-opname een stuk eenvoudiger zijn geworden.
Antoni van Leeuwenhoek
10
Jaarverslag IC 2014
4.8 Klachtenregistratie Er zijn in 2014 geen officiële klachten ingediend met betrekking tot IC-opnames en patiëntenzorg. 4.9
Veilig Incidenten Melden (VIM)
Aantal meldingen Aantal incidenten Aantal bijna-incidenten
2014 48 35 13
2013 65 42 23
Risicoverdeling Klein risico Gemiddeld risico Groot risico Extreem risico
Aantal meldingen 12 23 12 1
Het is niet helemaal duidelijk waarom het aantal incidentmeldingen daalt. Er is een aantal zeer drukke perioden geweest in 2014 met een tekort aan personeel ten opzichte van de patiëntenpopulatie. Verpleegkundigen geven aan dan geen tijd te hebben om alle (bijna-)incidenten te melden. Er wordt wel op gewezen dat er dan juist gemeld moet worden en dat dit ook op een ander moment kan. Tussen 1 september en 31 december zijn er maar elf meldingen gedaan. Er zijn in totaal zeven meldingen gedaan waarin de werkdruk als te hoog wordt omschreven. In al deze gevallen bleek het aantal verpleegkundigen ook te klein ten opzichte van de patiëntenpopulatie. Het kwam regelmatig voor dat er maar twee verpleegkundigen in een dienst aanwezig waren. Het was dan niet altijd mogelijk om taken buiten de patiëntenzorg (CIV, SIT, reanimatie) volgens protocol uit te voeren. Naar aanleiding hiervan is er opnieuw gesproken over de verpleegkundige bezetting, ook met het oog op de nieuwe IC. In 2015 zal dit plan vastgelegd worden. Bij alle gemelde incidenten door drukte is het WAN-hoofd op de hoogte gebracht. Tevens is er hulp gevraagd van andere afdelingen, maar dat was niet altijd mogelijk.
Antoni van Leeuwenhoek
11
Jaarverslag IC 2014
4.10 iProva iProva is een softwareprogramma voor kwaliteitsmanagement en risicobeheersing en bevat de modules iDocument, iProcess en iPortal. Sinds 2012 worden alle documenten en protocollen in dit nieuwe systeem beheerd, gepubliceerd en beschikbaar gesteld voor raadpleging. Eind 2014 zijn er voor de IC 86 documenten en protocollen (hierna protocollen genoemd) beschikbaar. In Metavision is een directe link geplaatst naar deze protocollen. Hierdoor kunnen deze direct geraadpleegd worden. Het documentbeheer is in handen van twee ICverpleegkundigen, Marijke Geskus en Serva Jansen. Zij zijn geschoold in het iProva-systeem. Deze verpleegkundigen zijn tevens auteur van de meeste IC-protocollen. Een deel van de protocollen is geschreven door een anesthesioloog/intensivist of een collega-IC-verpleegkundige. Regelmatig worden collega-IC-verpleegkundigen, specialistische verpleegkundigen en relevante disciplines, zoals de afdeling ziekenhuishygiëne en afdeling fysica en instrumentatie, uitgenodigd als gastauteur. De anesthesioloog-intensivisten zijn vrijwel altijd autorisator van de protocollen. De diverse protocollen worden verdeeld naar de aandachtsgebieden van de intensivisten. Alle protocollen worden centraal gecontroleerd door een documentbeheerder. In 2014 zijn tien nieuwe IC-protocollen toegevoegd. Er zijn vijf protocollen totaal herzien. Enkele protocollen zijn vervallen. 43 protocollen zijn gecontroleerd en/of gewijzigd. Het gaat hierbij om kleine wijzigingen op het gebied van taal- en spelfouten, het toevoegen van links naar andere protocollen en/of (grotere) inhoudelijke wijzigingen. Protocollen worden standaard elke drie jaar herzien. Regelmatig wordt beoordeeld welke ziekenhuisbrede protocollen van belang zijn voor de IC. 4.11 Multi Disciplinair Overleg (MDO) Dagelijks wordt aan het begin van de dag op de intensive care visite gelopen door de intensivist. Tevens zijn verwijzend specialisten uitgenodigd om deze ronde bij te wonen. Het MDO vindt iedere werkdag om 11.30 uur plaats. Hierbij zijn de intensivist, IC-verpleegkundige, apotheker, microbioloog en internist veelal aanwezig. Ook de dienst begeleiding en ondersteuning is indien gewenst aanwezig. Overige specialismen worden uitgenodigd. Alle op de IC opgenomen patiënten worden besproken. De intensivist leidt het overleg, presenteert de patiënt en verwerkt de uitkomsten van de bespreking in Metavision. In de nieuwbouw is er voor het MDO een vergaderruimte gereserveerd in de buurt van de IC. 4.12 Registreren van patiënt- en familietevredenheid Ook in 2014 zijn er familie- en patiëntenenquêtes uitgedeeld. Wederom zijn de uitslagen hiervan positief, maar is er ook zeker ruimte voor verbetering. In de patiëntenenquête kreeg de IC een 8,7 als rapportcijfer, in de familie-enquête was dit een 8. De verpleegkundigen en artsen worden als respectvol en deskundig ervaren en over het algemeen houden zij voldoende rekening met de privacy van de patiënt en diens familie. Veelal was het mogelijk om naar wens van de familie een gesprek te hebben met de intensivist. Voor deze gesprekken werd voldoende tijd genomen en alle vragen zijn beantwoord. Uit de ingevulde enquêtes blijkt dat naderhand contact met iemand van de IC soms gewenst is. Oriëntatie op de afdeling voorafgaand aan de operatie wordt op prijs gesteld. Patiënten en familie klagen beiden over lawaai op de IC. Dit heeft te maken gehad met de verbouwing van het AVL, maar ook wordt het personeel als oorzaak van overlast genoemd. Dit is
Antoni van Leeuwenhoek
12
Jaarverslag IC 2014
teruggekoppeld naar het team. Een andere vaak genoemde klacht is het niet gebeld worden van de familie door de operateur, dit wordt besproken met betrokken personen. 4.13 Spoed Interventie Team (SIT) & Consultatief Intensive Care Verpleegkundige (CIV) Het VMS-thema Vroegtijdige herkenning en behandeling van de vitaal bedreigde patiënt leidde in 2010 tot de voorbereiding van het invoeren van een spoedinterventieteam (SIT). Tijdig ingrijpen bij patiënten met dreigend falen van de vitale functies kan voorkomen dat zij op de IC belanden, dan wel leiden tot een verkorte opnameduur op de IC. Een werkgroep ontwierp een scorekaartje en een stroomdiagram voor de afdelingsverpleegkundigen en de afdelingsartsen. Met behulp van het scorekaartje is snel vast te stellen of men te maken heeft met een vitaal bedreigde patiënt. Het stroomdiagram geeft vervolgens richting aan de te nemen stappen. In 2011 trad, na intensieve scholing, het SIT in werking. Ook in de daarop volgende jaren vond er regelmatig scholing plaats. Vanaf 2013 brengen de Basic Life Support(BLS)-instructeurs het SIT onder de aandacht tijdens de BLS-lessen. Daarnaast schenkt de IC-verpleegkundige, die de Intensieve Zorgcursussen verzorgt op de verpleegafdelingen, tijdens de cursus aandacht aan het belang van de SIT-score. Eén van de anesthesiologen schoolt de nieuwe afdelingsartsen. Tevens lopen de afdelingsartsen een twee weken durende IC-stage waarin zij leren bewuster om te gaan met vitale parameters van de patiënt. Het aantal geregistreerde SIT-oproepen staat in 2014, net als voorgaande jaren, nog niet in verhouding tot het aantal spoedopnamen op de IC. De SIT-werkgroep evalueert en analyseert het proces regelmatig. In 2014 is er een beleidsstuk geschreven waarin afferente en efferente interventies alsook borgingscomponenten beschreven worden. Het ziekenhuis scoort matig op het gebied van scholing en evaluatie (borgingscomponent). Daarnaast is geconcludeerd dat ook de affertente tak (vroegtijdige signalering van vitaal bedreigde patiënten en de oproepprocedure)niet goed werkt. De werkgroep is tot de conclusie gekomen dat sturing alleen van de kant van de IC niet langer afdoende is. Meer betrokkenheid van de afdelingen is gewenst en daarom is de werkgroep eind 2014 vergroot door artsen en verpleegkundigen van de verpleegafdelingen te laten deelnemen. Voor het jaar 2015 is een jaarplan opgesteld. Vanaf april 2014 is het extra tabblad SIT in het elektronisch patiëntendossier (EPD) operationeel. De SIT-scores kunnen ingevoerd worden in dit tabblad. Ook is er de mogelijkheid aan te geven of het SIT al dan niet is ingeschakeld, met vermelding van de reden waarom dit wel of niet gebeurd is. Naast de SIT-oproepen registreren de IC-verpleegkundigen sinds 2011 ook de verpleegkundige consulten. Informeel bestond de CIV (Consultatief Intensive Care Verpleegkundige) al, maar gelijktijdig met de invoering van het SIT is aan de mogelijkheid om een IC-verpleegkundige te consulteren extra aandacht gegeven. Dit proces verloopt naar wens. De afdelingsverpleegkundigen maken veelvuldig gebruik van de CIV. Daarnaast zullen de consulten door de intensivist op de afdeling apart geregistreerd gaan worden. 4.14 Kwaliteitsmedewerker Heleen de Haan is per 1 december 2009 aangesteld als kwaliteitsmedewerker. Hiernaast is zij werkzaam in de patiëntenzorg. Haar takenpakket als kwaliteitsmedewerker bestaat uit de volgende onderdelen: In samenwerking met collega’s, nurse practitioners, medisch specialisten en leidinggevenden kwaliteitsprojecten initiëren en ondersteunen op afdelingsniveau en ziekenhuisbreed;
Antoni van Leeuwenhoek
13
Jaarverslag IC 2014
nieuwe ontwikkelingen terugkoppelen in de vorm van scholing en activiteiten in het vakgebied naar het verpleegkundig team. Adviserende rol betreffende de kwaliteit van zorg naar afdelingsmanagement; Heleen is onder andere betrokken geweest bij de volgende activiteiten: Projectlid werkgroep Infectiepreventie; Projectleider Ergonomie; Projectlid Groei en Innovatie IC; Scholingsdagen organiseren voor IC-verpleegkundigen; Het verzorgen van het patiënt- en familietevredenheidsonderzoek; Verantwoordelijkheid voor organisatie van de medicijnkamer en het magazijn.
4.15 Beleidsplan en jaarplan In 2013 zijn voor de afdeling intensive care een beleidsplan en (voor het eerst) een jaarplan opgesteld. Het beleidsplan is geschreven voor de periode 2013-2015 en is van toepassing op het medisch en verpleegkundig vlak. Met dit plan wordt aangegeven hoe de afdeling vanuit het huidige niveau in kan spelen op de toekomstige ontwikkelingen en kan uitgroeien tot een afdeling die voldoet aan de visie van de IC: het verlenen van optimale en complete zorg en behandeling op maat aan de oncologische medium en intensive care-patiënt in het Antoni van Leeuwenhoek. De kaderbrief 2014 en het meerjarenbeleidsplan van de Raad van Bestuur zijn uitgangspunten geweest voor het beleidsplan van de IC. Het plan beslaat slechts drie jaar omdat voor deze periode redelijk duidelijk is wat de invloed is van de verschillende ontwikkelingen op de IC. Welke invloed de ontwikkelingen na 2015 hebben is op veel punten nog onduidelijk. In dit kader is met name de samenwerking met het Slotervaartziekenhuis in 2014 ter sprake gekomen. Verkennende gesprekken zijn opgestart en er wordt geïnventariseerd wat de mogelijkheden zijn om IC-patiënten vanuit het Slotervaartziekenhuis op de IC van het AVL te behandelen. Dit is deels afhankelijk van de overname van de oncologische neurochirurgie van het Slotervaartziekenhuis. Het beleidsplan 2013-2015 van de IC en het meerjarenbeleidsplan NKI-AVL zijn de basis geweest voor het jaarplan IC 2014. In het beleidsplan is aangegeven welke doelstellingen de IC de komende jaren nastreeft. Deze doelstellingen sluiten aan op onderdelen van het meerjarenbeleidsplan NKI-AVL. Om richting te geven beschrijft het beleidsplan 2013-2015 hoofddoelen. Per hoofddoel worden de doelen, waar de IC een bijdrage aan levert, in het jaarplan uitgewerkt en zo veel mogelijk meetbaar geformuleerd. Hieronder is het jaarplan integraal opgenomen en in de paragraaf daarna wordt aangegeven in hoeverre de diverse punten uitgewerkt en gerealiseerd zijn. 4.16 Verantwoording jaarplan De basis voor het jaarplan van de IC wordt gevormd door het beleidsplan 2013-2015 van de IC en het meerjarenbeleidsplan van het NKI-AVL. De missie van het meerjarenbeleidsplan is het leveren van een significante bijdrage aan het oplossen van het kankerprobleem in de 21e eeuw. Om deze missie richting te geven zijn er hoofddoelen geformuleerd. Niet alle hoofddoelen zijn van toepassing of krijgen prioriteit op de IC. De doelen waar de IC een bijdrage aan levert zijn beschreven in de doelstellingen van het jaarplan IC 2014. In deze paragraaf zullen de doelstellingen uit het jaarplan worden besproken en zal worden aangegeven in hoeverre wij hiermee gevorderd zijn.
Doelstelling 1: de IC- en MC-verpleegkundigen zijn volledig geschoold om de benodigde werkzaamheden uit te voeren. Deze scholing bestaat uit: tweejaarlijkse bijscholingen: zijn georganiseerd, dit wordt gecontinueerd; Amsterdam Symposium: zowel in 2014 als in 2015 is het symposium in het AVL georganiseerd; geaccrediteerde klinische lessen: zijn georganiseerd, dit wordt gecontinueerd; mogelijkheden voor een ander symposium: dit loopt.
Antoni van Leeuwenhoek
14
Jaarverslag IC 2014
Doelstelling 2: anesthesiologen(-intensivisten) hebben de mogelijkheid om zich continu bij te scholen in de oncologie. Onderwijsanalyse: wat loopt reeds en/of wat zijn nieuwe mogelijkheden?: afgerond. De Donamo (DOorlopende NAscholing Medische Oncologie) vindt plaats in het AVL, vanaf 2015 in een nieuwe opzet met een volledige dag in het najaar; scholingsplan: opgesteld en uitgevoerd. In 2014 is een aantal intensivisten naar de Donamo-middagen geweest. In 2015 zijn de intensivisten meer structureel (deels) uitgepland om aan de Donamo deel te kunnen nemen. Doelstelling 3: IC- en MC-verpleegkundigen hebben meer kennis over de oncologische patiënt en de consequenties van bepaalde oncologische behandelingen. Bijscholingsdag voor alle verpleegkundigen: er is een ziekenhuisbrede nascholing georganiseerd, er wordt naar gestreefd dat alle verpleegkundigen hieraan deel kunnen nemen; bijscholingen in het ziekenhuis: IC- en MC-verpleegkundigen worden gemotiveerd en gefaciliteerd tot het volgen van deze bijscholingen; klinische lessen op de intensive care: worden georganiseerd; symposia over de oncologie: IC- en MC-verpleegkundigen worden gemotiveerd en gefaciliteerd tot het bezoeken van deze symposia. Doelstelling 4: verbreden van de kennis van medewerkers op de klinische afdelingen over vitaal bedreigde functies. Integreren in de BLS-lessen; gebruik kaartje met SIT-criteria: WAN-hoofden worden geïnstrueerd verpleegkundigen tot het gebruik van het kaartje te motiveren; arts-assistenten worden geïnstrueerd door middel van de IC-stage. Het doel, namelijk dat bij 90% van de klinische patiënten de vitale functies volgens afspraak worden bijgehouden tijdens hun opname is echter niet bereikt. Het blijkt toch steeds zeer moeizaam om de verpleegkundigen op de afdeling voldoende te motiveren en gemotiveerd te houden om de vitale parameters bij te houden. Er is besloten om dit bij de teamleiders van de verpleegafdelingen neer te leggen. Het probleem zit namelijk op de verpleegafdelingen en de IC is na jaren proberen tot de conclusie gekomen dat de oplossing dus ook daar vandaan moet komen. Het is de bedoeling dat het SIT meer in de verpleegafdelingen ingebed gaat worden, onder andere door het aanstellen van “aandachtsvelders”. Doelstelling 5: arts-assistenten zijn getraind in het herkennen van de vitaal bedreigde patiënt. Er wordt een rooster gemaakt en de inhoud van de training wordt bepaald. In 2014 zijn met name assistenten van het HOD geweest, sinds voorjaar 2015 lopen ook de MOD-assistenten een IC-stage. De inhoud hiervan is vastgelegd, er is een opleidingsschema met vastgestelde lessen; de stage wordt, ook voor komende jaren, structureel ingevoerd. Samenwerking met de IC van het Slotervaart zal mogelijk consequenties hebben. Doelstelling 6: verbreding van het palet aan diagnostische mogelijkheden op de IC. Voor alle intensivisten is een echocursus ingeroosterd, eind 2014 hebben niet alle intensivisten de cursus gevolgd, maar in de loop van 2015 hebben allen tenminste de echocursus van de NVIC gevolgd en sommigen nog een aanvullende cursus; in 2014 is er een proefplaatsing van hemodynamische monitoring, met behulp van PiCCO, geweest en is hiervoor een aanvraag op de begroting van 2016 gezet. Doelstelling 7: verbeteren samenwerking met andere specialisten/teams van de kliniek. Doel was eind 2014 het inschakelen van het SIT-team voor 80% overeen te laten komen met het aantal (medische) spoedopnames op de IC. Door het matig
Antoni van Leeuwenhoek
15
Jaarverslag IC 2014
inschakelen van het SIT-team en het niet goed bijhouden van de vitale parameters op de afdeling lukt dit nog niet; met collega-specialisten (buiten de IC) is afgesproken bij welke overdrachten van de afdelingen anesthesiologen(-intensivisten) aanwezig zijn: dit punt is niet als zodanig besproken. Wel wordt er in 2015 onderzocht of er een MDO opgezet kan worden voor verwacht moeilijke operatiepatiënten, waarbij de diverse betrokken disciplines dan betrokken zijn. Doelstelling 8: verbeteren uitvoering functie ‘oudste van dienst’ op de IC. Van MC/IC-verpleegkundigen wordt inhoudelijke input gevraagd bij de functieomschrijving; document is opgesteld en opgenomen in iProva; evaluatiemomenten worden ingepland om de functie te evalueren: de nieuwe uitvoering van de functie is ingegaan per 1-5-2015, met het in gebruik nemen van de nieuwe IC, evaluatie zal daarna ingepland gaan worden. Doelstelling 9: verbeteren van de communicatie aangaande algemeen beleid, operationele zaken etc. Het team (verpleegkundigen en artsen) wil graag meer overlegmomenten over niet-patiëntgebonden onderwerpen. Inventarisatie verschillende overlegvormen: er is een werkoverleg sinds 2014, hierbij zijn echter alleen IC-verpleegkundigen betrokken. Er is een wekelijkse IC-vergadering op de maandagmiddag, hierbij zijn de intensivisten (en anesthesiologen) betrokken. Eén keer per maand doet de teamleider (Martine Peek) hieraan mee; onderzoek naar mogelijkheden qua ruimtes en tijden: zie hierboven. Doelstelling 10: opzetten nazorgpoli. Er is reeds informatie opgevraagd bij andere ziekenhuizen; de patiëntencategorieën zijn afgebakend. Alle patiënten die niet gepland op de IC opgenomen zijn, die langer dan 72 uur opgenomen zijn geweest en patiënten met een onverwacht gecompliceerd beloop komen in aanmerking. inhoud spreekuur vaststellen: er bleek in het AVL het project ‘ondersteuning bij kanker’ te lopen. Dit is een project waarbij de patiënt vanaf het moment dat de diagnose kanker gesteld is ondersteuning aangeboden krijgt. De mogelijkheden tot ondersteuning lijken erg op de mogelijkheden die na een IC-opname mogelijk gewenst zijn (psychologisch, revalidatie, maatschappelijk werk, transfer, et cetera). Wij zullen nu als IC bij dit project aansluiten. Hierbij zal er een mogelijkheid komen om een nagesprek met een intensivist en/of IC-verpleegkundige te hebben, als hier behoefte aan is. Het hele ondersteuningstraject wordt gecoördineerd door een verpleegkundig specialist, die als een soort spin in het web en als contactpersoon naar de patiënt fungeert. Dit project gaat in 2015 als pilot lopen voor een beperkt aantal afdelingen en het is de bedoeling dat het in 2016 dan over het hele ziekenhuis uitgerold gaat worden. Op dat moment zal de IC hier ook in mee gaan doen. Doelstelling 11: de IC doet mee aan de landelijke pilot zorgzwaartemeting. Softwareprogramma is geïnstalleerd binnen het programma Mediscore op de IC: de pilot heeft wat vertraging opgelopen en zal uiteindelijk in 2015 gaan starten. De software is in 2015 geleverd en wordt geïnstalleerd; verpleegkundigen zijn geïnstrueerd: de Stichting NICE heeft een e-learning-module gemaakt, aan de hand hiervan zullen de verpleegkundigen geïnstrueerd worden. Verwacht wordt dat in augustus-september 2015 daadwerkelijk met de pilot begonnen zal worden. Doelstelling 12: MC/IC-verpleegkundigen zijn getraind in kennis en vaardigheden over Eerste Hulp, brandbestrijding en ontruiming (BHV). de verpleegkundigen hebben de theoretische en praktische training gehad. De intensivisten zijn allen ook geschoold.
Antoni van Leeuwenhoek
16
Jaarverslag IC 2014
Doelstelling 13: uitzoeken hoeveel patiënten continue veno-veneuze hemofiltratie (CVVH) nodig hebben. Bijhouden Mediscore en Metavision: is uitgezocht; opvragen verwijzingen overige patiënten uit de kliniek: ook dit is gedaan. Inmiddels is een werkgroep geïnstalleerd om CVVH op de IC te gaan implementeren. CVVHapparatuur is aangevraagd in de begroting voor 2016. De beoogde samenwerking met de intensivisten van het Slotervaart Ziekenhuis heeft hier ook een impuls aan gegeven, op de IC van het Slotervaart Ziekenhuis bestond al de mogelijkheid om CVVH toe te passen. Het wachten is nu nog op goedkeuring vanuit het management. Doelstelling 14: evenwichtige formatie verpleegkundig personeel. Opleiden van IC-en MC-verpleegkundigen: er worden jaarlijks maximaal twee ICverpleegkundigen opgeleid. In 2015 wordt de IC weer voor de opleiding van ICverpleegkundige gevisiteerd; continue coördinatie van de formatie ten opzichte van het aanbod; acties betreffende het continueren van het uitzenden van een positief signaal over werken op de IC wordt in 2014 zowel intern (in het AVL) als extern vervolgd; opstellen ouderenbeleid door HR. Dit is een voorwaarde om op de IC een evenwichtige personeelsopbouw te kunnen creëren de komende jaren: dit punt zou door HR opgepakt moeten worden, die blijven tot nu toe echter in gebreke, ondanks herhaalde verzoeken. Doelstelling 15: uitbreiding formatie anesthesiologen(-intensivisten). Werving en selectieprocedure in samenwerking met HR naar aanleiding van formatieberekening voor 9 bedden: de formatie anesthesiologen is aangevuld met twee chefs de clinique, dit zijn geen intensivisten. Inmiddels bestaat de groep uit zeven intensivisten, waarvan één in 2015 met pensioen zal gaan. Overleg met het management door het dagelijks bestuur van de afdeling anesthesiologie loopt. De beoogde samenwerking met de intensivisten van het Slotervaart Ziekenhuis zal ook hier consequenties hebben. Dit punt blijft ook in 2015 doorlopen. Doelstelling 16: geïnventariseerd is hoeveel en welke administratieve ondersteuning de IC nodig heeft. Onderbouwing is opgesteld; indien de manager Z&B toestemming geeft voor het aantrekken van een medewerker voor administratieve ondersteuning, wordt de juiste medewerker aangetrokken: dit wacht nog steeds op toestemming van de manager. Momenteel worden veel oneigenlijke administratieve taken verricht, zowel door verpleegkundigen als door de intensivisten. Dit is ook al gesignaleerd bij de visitatie in 2013 en is een continue bron van verspilling van de tijd van hoogopgeleide verpleegkundigen en intensivisten. Zeker met de uitbreiding van de IC in 2015 wordt de behoefte aan administratieve ondersteuning op de IC steeds dringender gevoeld. Doelstelling 17: er wordt effectief samengewerkt in het IC-team, verpleegkundig, medisch en management. Teambuilding door Florien van Benten; effectieve succesfactoren zijn hiervoor geformuleerd; afnemen van de jaarlijkse enquête waar teamsamenwerking het onderwerp is: is niet gedaan in 2014.
Antoni van Leeuwenhoek
17
Jaarverslag IC 2014
5
Onderwijs en opleiding
5.1 Medische staf Onderwijs- en opleidingsactiviteiten van de vakgroep anesthesiologie-intensive care: FCCS (Fundamental Critical Care Support)-instructeur: in 2014 zijn vier intensivisten instructeur bij de FCCS geweest, dit in totaal vijf keer. De FCCS is een basiscursus IC voor niet-intensivisten. In het AVL nemen de arts-assistenten deel aan deze cursus. In twee dagen krijgen zij een overzicht van de IC-geneeskunde. Met deze cursus zijn zij in staat te functioneren als de ‘vijfminuten-dokters’ buiten kantooruren, conform de richtlijn ‘Organisatie en werkwijze op intensive care-afdelingen voor volwassenen in Nederland’ uit 2006. Alle arts-assistenten uit het AVL volgens deze cursus, kort nadat zij in dienst getreden zijn. Visitaties intensive care elders vanuit de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care. Reanimatiecommissie: één van de anesthesiologen participeert in de reanimatiecommissie die de BLS-lessen verzorgt voor de verpleegkundigen (van IC en verpleegafdeling), de artsassistenten en de medisch specialisten. Scholing aan de arts-assistenten en anesthesiemedewerkers: Eind 2013 is een twee weken durende stage begonnen voor de arts-assistenten. Het is de bedoeling dat zij in het begin van hun inwerkperiode in het ziekenhuis twee weken op de IC en OK ingewerkt worden. Het gaat dan om het herkennen van de vitaal bedreigde patiënt, voedings- en vochtbeleid, hemodynamiek en monitoring, respiratie en ventilatie, et cetera. Dit om beter voorbereid op de verpleegafdelingen aan het werk te kunnen; scholing over (epidurale) pijnbestrijding; lessen op de Amstel Academie aan anesthesiemedewerkers in opleiding. Supervisie van de verpleegkundig specialist pijnbestrijding. 5.2 Verpleegkundig team De IC-verpleegkundigen hebben in april en november een scholingsdag bijgewoond. Tijdens de scholing in 2014 zijn de volgende onderwerpen behandeld: ABCDE; Ziektebeleving van de islamitische patiënt; Supportive Care Team; Melanomen en M14TIL; Pijn en epiduralen; Cardiologie; HIPEC maag; Pathologie; Beademing; Elektrolyten; ECMO en PiCCO; Leerportaal.
Antoni van Leeuwenhoek
18
Jaarverslag IC 2014
5.3 Congresbezoek, cursussen en toetsen De volgende symposia en congressen werden door de medici bezocht: 1st sepsis symposium, Lunteren; Anesthesiologendagen 2014, Maastricht; ATS, San Diego, USA; Challenges of 21th century critical care; the Amsterdam-London intensive care connection, Amsterdam; FCCS train-the-trainer-sessie, Houten; IC wintercongres, Arosa, Switzerland; ICAAC , Washington, USA; Infectieziekten en Intensive Care, Haarlem; Intensivistendagen 2014, ’s Hertogenbosch; Juridische aspecten van beroepsmatig handelen, Amsterdam; Najaarscongres NVIC 2014, Utrecht; Nationaal congres Antibiotic Stewardship in Nederland en Vlaanderen, Rotterdam; Nationaal Congres Antibiotic Stewardship, Lunteren; NICE terugkomdag, Utrecht; Toekomstperspectief en autonomie medisch specialist, Amsterdam; Visies op Intensive Care, openingssymposium IC VUMC, Amsterdam; Wetenschappelijke bijeenkomst sectie IC NVA, Woerden. De volgende symposia en congressen werden door verpleegkundigen bezocht: Bijscholingsavond: Juridische aspecten; Mythen en Missers; Oncologiesymposium AVL; Respiratie LUMC; Themadag BIR; Venticare; VMS symposium SIT team; WES; Zelfsturende teams. 5.4 Onderwijs aan oncologieverpleegkundigen Voor de oncologieverpleegkundigen in het AVL is er ook in 2014 weer een aantal scholingsdagen georganiseerd in het kader van het leertraject Intensieve Zorg. In totaal hebben hier 36 verpleegkundigen aan deelgenomen, allen met een positief eindresultaat. Vanwege de implementatie van ziekenhuisbreed klinisch redeneren zal dit leertraject waarschijnlijk komen te vervallen. In 2014 heeft Peter Zanen binnen de vervolgopleiding oncologie de lessen van klinisch redeneren gegeven, dit werd gedaan vanuit de Proactive Nursing-methode. In 2014 is er door Peter, op alle verpleegafdelingen, een start gemaakt met het geven van klinische lessen waarin voornamelijk ziektebeelden van niet-oncologische aard de revue passeren. Dit om het sneller herkennen van complicaties van niet-oncologische aard te bevorderen. Onder andere zijn cardiale en pulmonale problematiek behandeld. 5.5 Advanced Life Support (ALS) In 2014 was maandelijks een scenariotraining ALS gepland waarvoor men zich kon inschrijven. Deelnemers van het reanimatieteam (IC-verpleegkundigen en WAN-hoofden) zijn verplicht jaarlijks twee trainingen te volgen. Er is mogelijkheid tot het plannen van een OK-stage van drie uur voor het Antoni van Leeuwenhoek
19
Jaarverslag IC 2014
bijhouden van de vaardigheden kapbeademing, het inbrengen van de iGel-larynxmaskers en intubatie. De ALS-trainingen worden gegeven door Alice Jongman en Ida Bulsing, beiden werkzaam als IC- verpleegkundige. Ida heeft de ALS-providercursus gevolgd, aangevuld met de GIC (Generic Instructor Course). Alice is ALS-instructor volgens de ERC (European Resuscitation Council) en tevens reanimatiecoördinator. Elf van de 24 IC- en MC-verpleegkundigen hebben zich twee keer ingeschreven voor deelname aan de scenariotraining, de rest van het team één keer. De afdelingsartsen en medisch specialisten volgen een training onder leiding van twee anesthesiologen.
Antoni van Leeuwenhoek
20
Jaarverslag IC 2014
6
Productie- en uitkomstparameters
6.1 Opnamen en heropnamen, patiëntenkarakteristieken In 2014 vonden er 724 IC-opnamen plaats. Het totale aantal behandeldagen bedroeg 1356,9. Dit zijn ruim drie dagen minder dan vorig jaar. In 2014 bedroeg het gemiddelde aantal opnamen 60 per maand. In 2014 bedroeg het aantal heropnamen op onze IC 64 (8,8%). Dit is een stijging van 1,2% ten opzichte van vorig jaar. Nationaal was het percentage heropnamen 6,0%. In de onderstaande tabel staat het aantal opnamen per jaar zoals geregistreerd in de landelijke database van NICE.
2009 2010 2011 2012 2013 2014
2012 2013 2014
Aantal opnamen 689 723 724
Aantal opnamen 555 604 655 689 723 724 Aantal behandeldagen 1322 1361 1357
Aantal unieke patiënten 487 532 578 621 638 627 Gemiddelde behandelduur (in dagen) 1,9 1,9 1,9
De gemiddelde leeftijd van de opgenomen patiënten bedroeg 62,6 ± 11,5 jaar met een minimumleeftijd van 21 en een maximum van 92 jaar. In de onderstaande grafiek wordt het aantal opnamen per leeftijdscategorie weergegeven voor het jaar 2014 en de voorgaande twee jaren.
Van de 724 opnamen waren er 420 (58,0%) man en 304 (42,0%) vrouw.
Antoni van Leeuwenhoek
21
Jaarverslag IC 2014
6.2 Opnametypen Het grootste deel van de patiënten wordt via de OK van dit ziekenhuis opgenomen, al dan niet voorafgegaan door een opname op een verpleegafdeling. In totaal werden er vijf patiënten vanuit andere ziekenhuizen door de intensive care overgenomen. In onderstaande tabel worden het aantal en het percentage opnamen per herkomst weergegeven. Aantal opnamen 116 5 599 1 3 724
Verpleegafdeling dit ziekenhuis Verpleegafdeling ander ziekenhuis OK dit ziekenhuis Huis Elders Totaal
% opnamen 16,0 0,7 82,7 0,1 0,4 100,0
De onderstaande tabel geeft het aantal en percentage opnamen per verwijzend specialisme weer. Aantal opnamen 13 5 360 145 68 104 29 724
Longziekten Gastro-enterologie Heelkunde Urologie Gynaecologie Keel-, neus- en oorheelkunde Overig Totaal
% opnamen 1,8 0,7 49,7 20,0 9,4 14,4 4,0 100,0
Het aantal en percentage opnamen per opnametype worden in onderstaande tabel weergegeven. Aantal opnamen 119 62 543 724
Medisch Spoedchirurgie Electieve chirurgie Totaal
% opnamen 16,4 8,6 75,0 100,0
In de onderstaande tabel wordt de ontslagbestemming van de IC-patiënten getoond. Aantal opnamen 694 15 2 13 724
Verpleegafdeling dit ziekenhuis Verpleegafdeling ander ziekenhuis Huis Mortuarium Totaal
% opnamen 95,8 2,1 0,3 1,8 100,0
6.3 Reanimatieregistratie In 2014 zijn er 18 reanimaties geregistreerd. In 13 van deze gevallen is er een beroep gedaan op het reanimatieteam. Bij deze 13 oproepen is er zes keer daadwerkelijk gereanimeerd. Van deze reanimaties zijn er vier succesvol geweest en is de patiënt overgeplaatst naar de IC. De resterende twee reanimaties zijn gestaakt, in één geval wegens een infauste prognose. Van al deze patiënten zijn er twee tijdens of direct na reanimatie overleden. Een patiënt overleed na drie dagen omdat er geen neurologisch herstel optrad.
Antoni van Leeuwenhoek
22
Jaarverslag IC 2014
6.4 Beademing In het jaar 2014 werden 42 (5,8%) patiënten bij opname beademd. In totaal werden 64 (8,8%) patiënten op enig moment gedurende de eerste 24 uur na IC-opname beademd. In de onderstaande tabel worden voor het jaar 2014 en de voorgaande twee jaren het aantal en het percentage opnamen met beademing op enig moment gedurende de eerste 24 uur getoond. Aantal opnamen 61 42 64
2012 2013 2014
% opnamen 8,9 5,8 8,8
6.5 Uitkomstparameters In 2014 zijn 13 van onze patiënten op de IC overleden. Dit is 1,8%. In 2013 waren dit acht patiënten (1,1%). Na ontslag van de IC zijn er dit jaar nog 11 patiënten op de afdeling overleden (1,5%). Vorig jaar bedroeg dit aantal 15 (2,1%) patiënten. De SMR (Standardized Mortality Ratio) is de ratio tussen het werkelijke aantal ziekenhuisoverledenen en het aantal overledenen dat op basis van de case mix verwacht mag worden. Een SMR van 1,0 geeft aan dat de mortaliteit naar verwachting was. Een SMR boven de 1,0 duidt op een hogere sterfte dan verwacht en een SMR onder de 1,0 duidt op een lagere sterfte dan zou mogen worden verwacht op basis van de case mix. Omdat de behandeling op de intensive care over de jaren steeds beter wordt, wordt de SMR ook elk jaar gerecalibreerd. Dit geeft een zuiverder beeld van de SMR. In 2014 was de gerecalibreerde SMR, berekend uit de APACHE II 0,64 (95% interval 0,410,96)tegenover 1,00 nationaal. De SMR op basis van de APACHE IV was 0,78 (95% interval 0,50-1,17) tegenover 1,00 nationaal. Apache II: Werkelijke sterfte 20 21 24
Apache II: SMR
- 95%
+ 95%
2012 2013 2014
Apache II: Aantal opnamen 633 651 645
0,42 0,59 0,64
0,26 0,36 0,41
0,62 0,87 0,96
Apache IV: Werkelijke sterfte 21 23 24
Apache IV: SMR
- 95%
+ 95%
2012 2013 2014
Apache IV: Aantal opnamen 640 664 653
0,52 0,77 0,78
0,32 0,49 0,50
0,77 1,12 1,17
De SMR is ongeveer gelijk gebleven ten opzichte van vorig jaar en ligt nog steeds laag. De komende jaren zullen moeten uitwijzen of wij onze goede SMR kunnen behouden en wat de invloed van de samenwerking met het Slotervaart Ziekenhuis in dezen zal gaan betekenen. Naar aanleiding van de gegevens die wij terug krijgen van de NICE wordt een complicatie- en necrologiebespreking georganiseerd, waarin de patiëntencategorieën worden besproken die in de SMR opvallend anders zijn. In paragraaf 4.6 vindt u hier meer informatie over.
Antoni van Leeuwenhoek
23
Jaarverslag IC 2014
6.6 Ernstige Sepsis De registratie van ernstige sepsis vindt plaats in het kader van het VMS Veiligheidsprogramma. Van de 724 patiënten van 18 jaar en ouder die zijn opgenomen op onze IC werden alle patiënten bij opname op de IC gescreend op sepsis. In 2014 werden 61 patiënten (8,4%) opgenomen met een ernstige sepsis. Dit is een stijging van 1,3% ten opzichte van vorig jaar. Interventies om sepsis te behandelen zijn ingedeeld in twee bundels: de resuscitatiebundel en de managementbundel. De in de bundels opgenomen interventies zijn opgenomen in de onderstaande tabellen. Bij 38 (62,3%) van de opgenomen ernstige sepsis-patiënten werden zowel de resuscitatiebundel als de managementbundel volledig toegepast. Van de 61 (2013, 51) opgenomen patiënten met ernstige sepsis werd bij 38 (62,3%) patiënten de resuscitatiebundel volledig toegepast (2013, 56,9%) en werd deze bij 23 (37,7%) patiënten gedeeltelijk (2013, 43,1%) toegepast. Van de 61 opgenomen ernstige sepsis-patiënten werd bij allen de managementbundel volledig toegepast. Vorig jaar gebeurde dit in 92,2% van de gevallen. De onderstaande tabellen geven het aantal en percentage opnamen weer waarbij de resuscitatiebundelelementen en managementbundelelementen werden toegepast. Resuscitatiebundel Bloedkwekenafname Antibioticatoediening Lactaatmeting Centraal veneuze saturatiemeting Starten adequate vulling Toediening vasopressoren en/of inotropie Resuscitatiebundel volledig toegepast
Aantal opnamen 52 61 61 46 61 61 38
% opnamen 85,2 100,0 100,0 75,4 100,0 100,0 62,3
Aantal opnamen 61 61 61 61 61
% opnamen 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0
Managementbundel Protectieve beademing Geactiveerd proteïne C Intensieve insulinetherapie Glucocorticoïdentoediening Managementbundel volledig toegepast
Antoni van Leeuwenhoek
24
Jaarverslag IC 2014
6.7 Decubitus Van alle patiënten die in 2013 op de IC behandeld zijn, werd een decubitusscore geregistreerd. Het aantal patiënten met nieuw opgetreden decubitus graad 3 of 4 of een verergering in gradering tot graad 3 of 4 op de IC was in deze periode 2. In onderstaande tabel staat het percentage opnamen weergegeven met nieuw opgetreden decubitus graad 3 of 4 of een verergering in gradering tot graad 3 of 4 per periode gespiegeld aan de nationale gegevens.
2012 2013 2014
Antoni van Leeuwenhoek
% opnamen IC 0,3 0,6 0,3
25
% opnamen landelijk 1,0 0,9 0,9
Jaarverslag IC 2014
7
Vooruitblik 2015
In 2015 wordt de nieuwe IC in gebruik genomen. Vanaf dat moment wordt er een extra bed geopend zodat er zeven bedden operationeel zijn. In 2014 is een business case geschreven voor de toepassing van dialyse op onze IC. De investeringsaanvraag wordt in 2015 gedaan, waarna hopelijk het plan van aanpak gemaakt kan worden, zodat dit opgestart kan worden in 2016. Dit geldt ook voor de toepassing van de PiCCO-technologie. Daarnaast zal het plan concreet worden over het samengaan van de IC van het Slotervaart met de IC van het AVL op locatie AVL. Er zal nog toestemming verleend moeten worden door de beide Raden van Bestuur en Toezicht. De verwachting is dat het samengaan vanaf begin 2016 gerealiseerd zal worden, als aan alle voorwaarden voldaan is Om onze kwaliteit van zorg hoog te houden bij een groeiende IC en een toenemend aantal operatiekamers, zal toegewerkt worden naar het splitsen van de diensten van de groep anesthesiologen. Zeker als de samenwerking met het Slotervaart naderbij zal gaan komen, is een gecombineerde dienst niet meer verantwoord. Een uitbreiding van de formatie van met name anesthesiologen zal dan ook nodig zijn. Voorts is het de bedoeling dat er in 2015 een nieuw afdelingshoofd voor de afdeling anesthesiologie, intensive care, pijnbestrijding en supportive care benoemd gaat worden. De bestuursstructuur op de intensive care zal ongewijzigd blijven. De verpleegkundige formatie zal met het openen van een extra bed verhoogd worden. Twee ICverpleegkundigen zijn reeds aangenomen in 2014, waarna zij zijn gaan voorwerken op de verpleegafdelingen. Ieder half jaar wordt er een IC-verpleegkundige opgeleid, met het oog op natuurlijk verloop en een veranderende arbeidsmarkt. In 2015 doet het AVL mee met de pilot van het CZO over de nieuwe erkenningssystematiek voor de IC-opleiding. De VMS-thema’s blijven continu onder onze aandacht, jaarlijks worden we hierop geaudit door een extern bureau. In 2015 doet de IC ook mee met de zorgzwaartepilot van de NICE met de V&VN IC. Ook zullen wij gaan proberen om de intensive care naar buiten toe wat meer gezicht te geven, onder andere door het maken van een publiciteitsfilm. Onze goede resultaten en goede sfeer brengen wij graag onder de aandacht. Kortom: genoeg uitdagingen en ontwikkelingen om ons verder te ontwikkelen en profileren in 2015.
Antoni van Leeuwenhoek
26
Jaarverslag IC 2014
8
Bronnen
J. ten Cate en M. Geerlings, Jaarverslag Intensive Care Antoni Van Leeuwenhoek, 2013
NICE (Nationale Intensive care Evaluatie), Jaarverslag 2014
NICE (Nationale Intensive care Evaluatie), Jaarverslag kwaliteitsindicatoren, 2014
Verbeteracties naar aanleiding van veiligheidsronde Intensive care, 2014
VMS Veiligheidsprogramma, Praktijkgids Voorkomen van lijnensepsis en behandeling van ernstige sepsis, 2009.
Websites Antoni Van Leeuwenhoek, www.avl.nl en www.werkenbijavl.nl
Antoni van Leeuwenhoek
27
Jaarverslag IC 2014