JAARVERSLAG
2011 CKG MOLENBERG vzw
Molenberg - Lanaken
Maasmechelen
Molenhof - Beringen
Kadans - Genk 1
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD
4
BESTUUR Algemene Vergadering Raad van Bestuur Externe Beleidscontacten
6 7 8
PERSONEEL
Personeel en organogram Vorming Kwaliteitswerking Preventie anno 2011
10 11 13 14
DEEL 1. KORT GRASDUINEN IN DE WERKVORMEN VAN HET CKG MOLENBERG 1.1 Algemene situering 1.2 Korte historiek 1.3 Wie kan er terecht in een CKG? 1.4 De drie werkvormen van het CKG 1.5 Situering binnen Integrale Jeugdhulpverlening 1.6 Opnamevoorwaarden (indicaties) 1.7 De drie werkvormen, vertaald in typemodules 1.7.1 De mobiele begeleiding 1.7.2 Residentiële opvang met begeleiding 1.7.3 Ambulante begeleiding
16 16 17 18 19 20 22 22 23 24
DEEL 2. VOORSTELLING VAN HET CKG MOLENBERG 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Algemene informatie CKG – Molenberg te Lanaken-Rekem CKG – Molenhof te Beringen Dagcentrum Het Spoor te Maasmechelen Thuisbegeleidingsdienst Kadans te Genk STOP 4-7 te Genk Crisisjeugdhulpverlening
26 28 32 34 35 36 38
DEEL 3. STATISTISCH MATERIAAL 3.1. Evolutie van het aantal begeleidingsdagen 3.2 Begeleidingsdagen per leeftijdscategorie 3.3 Nationaliteit van de moeder 3.4 Geslacht van de kinderen 3.5 Domicilie van de gezinnen 3.6 Kansarmoede 3.7 Gezinssituatie 3.8 De aanmelding volgens type verwijzer 3.9 Soort aanmelding
40 42 42 42 43 44 44 45 45 2
3.10 3.11 3.12 3.13 3.14
Aanmelding volgens probleemcategorie Aanmelding volgens module Begeleidingsdagen per begeleid.vorm Begeleidingsdagen per module Begeleide kinderen per link BJZ
46 46 46 47 47
ANALYSE EN EVALUATIE VAN DE EIGEN WERKING
48
TOEKOMSTPERSPECTIEVEN
59
WOORD VAN DANK
51
3
VOORWOORD Het CKG Molenberg en de afdelingen Molenhof, Kadans en Het Spoor hebben in 2011 op volle toeren gedraaid. Het CKG behaalde een gemiddelde bezetting van 93.16%. In 2011 hebben we 124 “nieuwe” gezinnen met een totaal van 300 kinderen kunnen ondersteunen. In de schoot van de Raad van Bestuur (personeelscommissie) werd het “Strategisch Plan Molenberg 2010-2014” verder geïmplementeerd. De twee werkgroepen, m.n. visie residentieel en visie mobiel, hebben regelmatig vergaderd over de implementatie van het kwaliteitshandboek, de opvolging van de kwaliteitsplannen en over de toepassing van het decreet “rechtspositie van de minderjarige”. In het CPBW werd preventie en veiligheid in de focus geplaatst. Meerdere initiatieven werden uitgewerkt en ten uitvoer gebracht. Elk team residentieel, mobiel en ambulant, elk vanuit zijn werkvorm, blijft zoeken naar nieuwe methodieken en visies om de ouders die op ons beroep doen nog beter te kunnen helpen. Het STOP 4-7 project, een groepstraining voor ouder(s), kind en leerkracht werd toegekend aan de 3 CKG’s van Limburg (sedert juni 2006). Hiervoor werken we nauw samen met het CKG De Stap en bieden we een trainingsprogramma aan vanuit Genk en dit in samenwerking met de opvoedingswinkels en de CLB’s. Dit programma behaalde in 2011 een bezetting van 100%. 2011 is een jaar dat gekenmerkt werd door de verdere groei van diverse netwerken. Het CKG participeert op actieve wijze in tal van netwerken zoals: - de netwerkstuurgroep rechtstreeks toegankelijke hulpverlening in het Maasland en in de Regio’s Tongeren en West-Limburg. - de netwerkstuurgroep crisishulpverlening. Crisismeldpunt 0 – 12 jarigen. - de netwerkstuurgroep rechtstreeks toegankelijke hulpverlening in de regio West - Limburg - Provinciaal platform Kind en Gezin – Integrale Jeugdhulpverlening. - Opvoedingswinkels West-Limburg, Maasland en ook Zuidoost-Limburg. - projecten “POKO” en “Ouders Buurten” - project “Observatorium” (hechting) … en nog vele andere. Dit jaarverslag is opgebouwd uit verschillende delen. We starten met enkele algemene gegevens over onze organisatie. In deel 1 willen we u laten kennismaken met de verschillende werkvormen die een CKG te bieden heeft. Dit deel geeft eveneens een zicht op de opname-indicaties en op de modules die voor elke werkvorm ter beschikking gesteld worden door Kind en Gezin. In deel 2 vindt u een voorstelling van de afdelingen, haar medewerkers en met de modules die ze ter beschikking hebben. Deel 3 geeft de vertaling van onze werking anno 2011 in cijfers en tabellen. 4
Tot slot, geachte lezer, danken wij u voor de aandacht die u aan dit jaarverslag zal willen besteden. Mocht u van nabij met onze werking kennis willen maken, dan bent u van harte welkom voor een bezoek.
Bij voorbaat dank voor uw belangstelling.
Rudi Gerrits, algemeen directeur CKG Molenberg.
5
BESTUUR Algemene Vergadering Het Centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning wordt bestuurd door de V.Z.W. Molenberg, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te Lanaken, Daalbroekstraat 120. Op 31.12.2011 telde de vereniging 26 leden, in alfabetische volgorde gerangschikt als volgt:
1. Dr. Beckers Isi, Ladderstraat 50, 3620 LANAKEN. 2. Bertrand Hilde, Hoogstraat 113, 3600 GENK. 3. Beerden Clara, Oudestraat 39, HERK DE STAD 4. Bloemen Rik, Paalsteenstraat 51, 3500 HASSELT 5. Brouwers Jacques, Huiskensweier 32, 3600 GENK 6. Buckinx Kris, Kruisvindingsstraat 72, 3700 TONGEREN-Mal 7. Caers Karel, Genenbemdestraat 25 a 3945 HAM 8 Drijkoningen Mathieu, Eekhoornlaan 36 3650 DILSEN 9. Feys Louisa, Hoogstraat 62 bus 12, 3600 GENK 10. Dr. Geusens Paul., Hasseltsepoort 2, 3740 BILZEN. 11. Dr. Horrix Marie-Josée, Dr. Haubenlaan 119, 3630 MAASMECHELEN. 12. Dr. Jacobs Mia, Engelenstraat 14, 3621 LANAKEN. 13. Jans Vera, Winevenstraat 47, 3620 LANAKEN 14. Dr. Lenskens Henny, Hengelhoefstraat 101, 3600 GENK. 15. Ooms Judy, psychologe, Zuidstraat 86, 3581 BERINGEN 16. Roebben Maria, Tongersesteenweg 10, 3720 KORTESSEM 17. Sas Arie, Lourdeskapelstraat 15 b 25, 3600 GENK 18. Dr. Schraepen Gilbert, Boudewijnlaan 150, 3630 MAASMECHELEN 19. Timmers Katrien, Jeugdstraat 4A, 3740 BILZEN 20. Tuerlinckx Michel, Tervantstraat 159, 3583 BERINGEN 21. Dr. Van Hootegem Sabine, Sleeuwstraat 8, 3600 GENK 22. Vandebrouck Adelain, Dorpsstraat 33, 3720 KORTESSEM. 23. Vanderhoeven L., Raamstraat 52, 3621 LANAKEN. 24. Vandenput Kathleen, Schreverland 11,3550 HEUSDEN-ZOLDER 25. Vanpeteghem Adrienne, Dieplaan 85 bus 6, 3600 GENK. 26. Wijnen Pierre, Rijksweg 582, 3630 MAASMECHELEN
De jaarlijkse statutaire algemene vergadering der vereniging 2010 werd gehouden op donderdag 19 mei 2011 in Molenberg te Lanaken - Rekem.
6
Raad van bestuur De raad van bestuur was op 31.12.2011 als volgt samengesteld: Voorzitter, Ondervoorzitter - schatbewaarder Secretaris, Bestuurders
De heer Michel Tuerlinckx De heer Adelain Vandebrouck Dr. Mia Jacobs Mevrouw Louisa Gielen - Feys Mevrouw Clara Geerdens- Beerden Dr. Sabine Van Hootegem De heer Karel Caers De heer Rik Bloemen
De Raad vergaderde in principe iedere eerste donderdag van de maand in het centrum "Molenberg" te Lanaken. De algemene directie en de administratieve directie woonden de vergaderingen bij. Omwille van de vele veranderingen en evoluties waaraan onze organisatie onderhevig was in 2011, werden extra bijeenkomsten georganiseerd in al dan niet kleinere commissies zoals personeelscommissie, bouwcommissie, financiële commissie, syndicaal overleg, personeelsvergadering en werkvergadering. Vergaderingen waren er op volgende data: Januari: Februari: Maart: April: Mei: Juni: Juli: Augustus: September: Oktober: November: December:
6 + 14 + 27 + 31 2 + 3 + 23 3 + 22 + 30 + 31 6 + 7 + 21 4 + 12 + 19(alg.verg) + 26 + 31 8 + 9 + 23 + 28 + 30 20 23 1 + 7 + 12 + 13 + 15 + 28 5 + 6 + 20 + 27 3 + 10 + 29 1 + 7 + 21 + 22
7
EXTERNE BELEIDSCONTACTEN EN NETWERKEN 1.
Caritas Catholica Vlaanderen (C.C.VL.) Guimardstraat, 1 1040 Brussel tel. 02/511.04.68
2.
Vlaams Welzijnsverbond Guimardstraat, 1 1040 Brussel tel. 02/511.44.70 - KV directies CKG’s (1ste dinsdag) - Ad hoc werkgroepen
3.
Kind en Gezin (K&G) - Erkenning en Subsidiëring - Forum - Platform K&G - Integrale Jeugdhulp
4.
Caritas Limburg - Diocesane Pastorale Werkgroep - Coördinatiecomité voorzieningen Jeugdbijstand (derde woens dag)
5.
Integrale Jeugdhulp - Netwerkstuurgroepen Maasland - Netwerkstuurgroep Zuid - Netwerkteams Maasland en Zuid - Netwerkstuurgroep crisishulp / werkgroep meldpunt - Kerngroep crisishulpverlening IJH - Coördinatieplatform crisispunt -18
6.
OMWEGO hulpverleningsoverleg Genk Netwerkvorming rond hulpverlening voor de regio Genk. Schiepse Bos 2 3600 Genk tel. 089/32.45.11
7.
Opvoedingswinkel Maasland: Netwerk Opvoedingsondersteuning Maasmechelen, Koning Albertlaan 35 bus 2 3630 Maasmechelen
8.
Opvoedingswinkel Genk – vzw Pas Grotestraat 31 3600 Genk - Algemene Vergadering
9.
Opvoedingswinkel West-Limburg, voorzitter stuurgroepen, Geiteling 13, Beringen
10.
Opvoedingswinkel Zuid-Limburg, 8
voorzitter stuurgroep, Hospitaalstraat, Bilzen 11.
Agendacommissie zorgcircuit West-Limburg
12.
Werkgroep ADHD-Genk. Grotestraat 31 3600 Genk.
13.
Overleg Welzijnswerk West-Limburg
14.
Gezinsraad Beringen
15.
Lokaal Overleg Kinderopvang Beringen
16.
Lokaal Overleg Opvoedingsondersteuning Heusden-Zolder
17.
Lokaal overleg Opvoedingsondersteuning Lanaken
18.
Overleg crisisopvang Politiezone Beringen-Ham-Tessenderlo
19.
Clustergroep Lokaal Sociaal Beleidsplan
20.
Team Pedagogische Preventie Stad Beringen
21.
Limburgs overleg opvoedingsondersteuning
22.
Lokaal overleg opvoedingsondersteuning Lanaken
23.
Lokaal overleg opvoedingsondersteuning Heusden-Zolder
24.
Gezinsraad Lanaken Algemene vergadering
25.
Coördinatieplatform STOP 4-7
26.
Werkgroep “Hechting” Limburg – project observatorium
27.
Diverse stuur- en werkgroepen vanuit de CKG’s.
28.
Provinciaal overleg BJZ – CWL- CKG – Kind en Gezin
9
PERSONEEL (situatie per 31.12.2011)
Per 31.12.2011 waren er 78 personeelsleden in dienst waarvan 41 deeltijds. In fulltime equivalenten uitgedrukt stemt dit overeen met 61.77 tewerkgestelde werknemers. 2 werknemers vallen onder het statuut van Gesco en er zijn 5 Wep-plus personeelsleden actief. Van de 78 leden zijn er 68 vrouwen en 10 mannen. Op 31.12.2011 was de gemiddelde leeftijd 42,35 jaar.
Organogram.
10
VORMING, TRAINING EN OPLEIDINGEN (VTO), GEVOLGD IN 2011
Wat
WAAR
Management in de welzijnszorg Timemanagement Conversie loonverwerking De client centraal wat nu Wees wijs voorkom agressie Decreet rechtspositie Bedreigde hechting Sign's of safety Zien met andere ogen Het gezin centraal Wees wijs voorkom agressie Oplossingsgericht werken Opvoeden met een etiketje Hechting Hou ze vast (IJH) Kinderarmoede Opleiding EHBO Het geheim van geluk Groeien in taal Pestgedrag Het versterken van sociale netwerken Zindelijkheidstraining Video hometraining Safety & security Opleiding ehbo Rechtspositie minderjarige Bedreigde hechting Systeem en oplossingsgericht werken in gezin Oplossingsgericht werken Kinderen en echtscheiding Scheiden en verbinden Hulpverlening aan gezinnen met ass
KUL/VOCA KUL/VOCA SSC Khlim Hasselt Icoba Hasselt Brussel Hasselt CKG's Antwerpen OWW Beringen Khlim houthalen Icoba hasselt Intern Gezinsbond Lanaken K&G Hasselt IJH hasselt Hasselt Intern Maasmechelen CC Maasmechelen
Krachtgericht en effectief werken met video Routekaart tienerzwangerschappen Hechting Buitenschoolse taalstimulering Opvoeden met een etiketje Autisme bij normaal begaafden Hooggevoeligheid bij kinderen
Steunpunt Videohome Antwerpen Schaffen PHL Hasselt Onderwijs en Gezin Gezinsbond Lanaken CM Hasselt CM Hasselt
Brussel Intern k&g Brussel Houthalen khlim Houthalen khlim Intern Lummen Rapunzel De onderstroom vosselaar Erasmus hogeschool Brussel
11
Adhd Opvoeden da's mijn job Motorische ontwikkelingen bij jonge kinderen De client centraal wat nu Grenzen stellen Hou ze vast (IJH) Bedplassen bij kinderen Faalangst bij kinderen EHBO Oplossingsgericht werken Hou ze vast (IJH) Opgroeien met een etiketje Mag ik triest zijn Triple P level 4 (opleiding) Bedplassen bij kinderen Hoe maak ik mijn kind weerbaar Maatschappelijke noodzaak – vormingstraject (IJH) Mijn kind is anders en toch heel gewoon Hechting
CM Lanaken Landelijke Kinderopvang Eisden Landelijke Kinderopvang Eisden Khlim Hasselt Gezinsbond Hasselt IJH Hasselt CM Hengelhoef CM Hengelhoef Intern Intern IJH Hasselt Gezinsbond Gezinsbond Triple P Antwerpen CM Hengelhoef CM Hengelhoef Hasselt Kind en Gezin Hasselt
75 personeelsleden volgden 836,50uren vorming waarvan er 468 verplicht sociaal pedagogische dienst telt zeven personeelsleden en deze volgden 212 u begeleiding aan huis volgde 147,50 uren vorming leefgroep personeel volgde 388,75 uren vorming
12
KWALITEITSWERKING 2011: kwaliteit in volle groei in het CKG Molenberg Tijdens de eerste maanden van 2011 werd het handboek verder afgewerkt. De laatste teksten werden onder de loep genomen op de verschillende visiegroepen en op de raad van bestuur. Zo werd het handboek gedrukt in maart 2011. De documenten werden gebruiksvriendelijker gemaakt en beschikbaar gesteld op alle afdelingen van de organisatie. We introduceerden een nieuwe website waarop het handboek raadpleegbaar is voor alle medewerkers en website-bezoekers. Het is hier dat steeds de meest recente versie vindbaar is. Het handboek gebruiksvriendelijker maken was de doelstelling voor 2011. Doorstroming van informatie van de visiegroepen naar de medewerkers op de werkvloer blijft een aandachtspunt. Veranderingen gaan ook in onze organisatie niet zonder weerstanden. We willen dit item zeker meenemen naar het werkjaar 2012, een jaar waarin we de communicatiestromen beter in beeld zullen brengen en beter gebruiken. Tijdens het werkjaar 2011 ging heel wat aandacht naar het Decreet Rechtspositie van de Minderjarige (DRM). Zo kwam er een welkomstboekje in alle afdelingen van de organisatie, waarin de rechten van de kinderen opgenomen zijn en waarin op een kindvriendelijke manier aandacht geschonken wordt aan de informatie die kinderen nodig hebben om in een leefgroep te verblijven. Dit had een positief gevolg in de samenwerking tussen aandachtsopvoeder en kind. Er is meer dialoog en de kindbesprekingen worden zo tussen kind en aandachtsopvoeder voorbereid, zodoende komt de stem van het kind op de teambesprekingen beter aan bod. In dit kader werd het item “aandachtsopvoeder” in het handboek onder de loep genomen en aangepast. Omdat blijvende vorming belangrijk geacht wordt in de gehele organisatie werd de tekst omtrent het VTO-beleid herschreven en aangepast. Er werd een VTO-werkgroep opgericht,waarin directie, coördinatoren en kwaliteitscoördinator zetelen. Als thema voor 2011 kwam “gezinsgericht werken” aan bod. Er werd in het najaar voor de leefgroepbegeleiders en thuisbegeleiders een vorming georganiseerd: “oplossingsgericht werken met gezinnen”. Zo kunnen we in elke geleding vanuit het zelfde basis-denken vertrekken. Een derde aandachtspunt in het kwaliteitsjaar 2011 was de tevredenheid van cliënten en verwijzers. Elke gebruiker van het CKG krijgt bij het einde van een begeleiding de vraag om zijn tevredenheid te noteren. Dit om de werking daar waar nodig bij te sturen. Voor het jaar 2012 verwachten we de verdere implementatie van het handboek in de werking en kijken we uit naar het nieuwe BVR over de werking van de CKG’s en het daarbij horende ministerieel besluit betreffende kwaliteitszorg in de Centra voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning.
13
PREVENTIE ANNO 2011: een jaar werking vanuit de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk. Het CPBW vergaderde in 2011 in januari, maart, mei, september en oktober. Het jaaractieplan voorzag om te werken aan : een noodplanning in Kadans wondverzorging voor leefgroepen en keukenpersoneel een stressmeting de opmaak van een onthaalbrochure informatie om te werken met chemische producten
Gezien de werking in Kadans afgebouwd zou worden is er ook geen noodplan opgemaakt; In het voorjaar werden de leefgroepmedewerkers ondergedompeld in een opleiding wondverzorging. Deze opleiding werd verzorgd door Mensura en wordt in 2012 herhaald voor de keuken en onderhoudsmedewerkers. De stressmeting werd uitgesteld. Een onthaalbrochure voor nieuwe medewerkers werd opgemaakt en aan alle medewerkers bezorgd : “Welkom als nieuwe medewerker in het CKG Molenberg”. In dit kader werd er een tweede brochure gemaakt waarin alles werd opgenomen wat werknemers moeten weten over veiligheid en gezondheid op het werk. De keuken- en onderhoudsmedewerkers werden ingelicht over de nieuwe reglementering en nieuwe etikettering van chemische producten, S –zinnen (veiligheidszinnen) en R- zinnen (gevaar of waarschuwingszinnen). Vanuit het CPBW werd verder werk gemaakt van : Een asbestinventaris in Molenhof en afspraken voor inkapseling Bespreking thema’s voor stressmeting Zoektocht naar een geschikte woning om werking van Het Spoor onder te brengen Aanstelling van een tweede vertrouwenspersoon (Heidi Braeken) Opvolging van de evacuatieoefeningen (gepland en niet gepland) in Rekem en Beringen. KB levensmiddelenhygiëne van 18/05/2011 Voorkomen van eventuele legionellabesmettingen Griepvaccin voor alle medewerkers
14
Voor het jaar 2012 wordt aandacht gevestigd op: Het actualiseren van de werkpostfiches en risico analyses. Wondverzorging voor keuken en onderhoud. Mogelijkheden voor stressmeting Omgaan met agressie van cliënten Herhaling evacuatieoefeningen te Rekem en te Beringen
15
Deel 1. Kort grasduinen in de werkvormen van het Centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning Molenberg.
1.1. Algemene situering. De afkorting CKG staat voor “Centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning”. De CKG’s worden erkend en gesubsidieerd door Kind & Gezin en vertegenwoordigen een nog jonge sector. Er zijn ongeveer 1500 plaatsen, verdeeld onder de CKG’s, waar ouders kunnen beroep op doen. Er zijn 23 erkende CKG’s in Vlaanderen met heel wat afdelingen. Onderstaand schema geeft weer waar deze te vinden zijn. De rode stippen geven aan waar onze organisatie actief is.
1.2. Korte historiek Reeds lang voordat de Centra voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning in het leven werden geroepen (1995), namen de meeste van de nu bestaande centra reeds een taak op zich die te maken had met “zorg voor gezinnen met noden”. Doorheen de tijd evolueerde die opdracht, hierbij de geest en de noden van de tijd volgend. - begin 20ste eeuw en periode tussen de twee wereldoorlogen: er was vooral aandacht voor weeskinderen en kinderen uit arme gezinnen: om de kindersterfte en ondervoeding tegen te gaan werden kinderen in “kolonies” tijdelijk opgevangen om daar aan te sterken.
16
- na 2de wereldoorlog: er kwam stilaan een einde aan de schrijnende toestanden van armoede: de sociale zekerheid was ingevoerd, kindergeld, ziekenkas, vakantiegeld, stempelgeld zorgden ervoor dat meer gezinnen zelf beter materieel in de zorg voor hun kinderen konden voorzien. Toch bleef er nog ruime aandacht voor de opvang en opvoeding van kinderen uit kansarme gezinnen, voornamelijk binnen de “kinderopvangcentra” en de “kinderdag- en nachtverblijven”. Het Kinderdorp Molenberg vzw werd opgericht in 1946. Eind 20ste eeuw verschoof de klemtoon terecht nog meer naar “opvoedingsondersteuning”: de overheid gaat er van uit dat opvoeden een taak is die het meest wenselijk door de ouders wordt opgenomen. In de huidige tijdsgeest, waarin families, dorpen, wijken,… minder samenhangend zijn dan vroeger én waarin de maatschappij steeds hogere en wisselende eisen stelt aan gezinnen en individuen, hebben vele ouders in de opvoeding van hun kinderen baat bij een duwtje in de rug. De centra voor kinderzorg en gezinsondersteuning werden in 1995 in het leven geroepen. Ze hebben als opdracht gezinnen vroegtijdig bij te staan en te steunen bij de opvoeding van de kinderen. Dit via verschillende werkvormen en met verschillende intensiteit, maar steeds vanuit een zelfde doelstelling: ervoor zorgen dat ouders de nodige steun krijgen, die hen helpt om de opvoeding van hun kind zelf verder op te nemen en tot een goed einde te brengen. Binnen deze opdracht wordt zorg voor het kind en de ondersteuning van de ouders naadloos gecombineerd.
1.3. Wie kan er terecht in een CKG? Gezinnen met kinderen van 0 tot en met 12 jaar (zolang ze basisonderwijs volgen, met bijzondere aandacht voor 0-6jarigen). in al hun diversiteit (ras, stand, godsdienst, herkomst,….) die een hulpvraag stellen omdat het opvoedingsgebeuren voor ouder en/of kind vastloopt of dreigt vast te lopen en waarvoor met een tijdelijk hulpaanbod voldoende perspectief is op verandering. Belangrijk is het perspectief. De situatie in het gezin moet van die aard zijn dat er nog verbetering mogelijk is (perspectief naar huis staat centraal). Mits tijdelijke ondersteuning kan het gezin terug op weg geholpen worden. Het is vanzelfsprekend dat de gezinnen zelf bereid zijn om mee te werken. Ook het preventieve karakter van de hulpverlening is een bepalend kenmerk van de ondersteuning. Door samenwerking met het CKG wordt er naar gestreefd om escalatie of crisis binnen het gezin te voorkomen. Waar nodig wordt met de ouders, een netwerk uitgebouwd (steun van familie, vrienden, hulpverleners) rond het gezin om het gezin te ondersteunen naar de toekomst toe. Ook hulp aan gezinnen met kinderen in acute crisissituaties en bij maatregelen van hoogdringendheid, met name waar onmiddellijk een oplossing nodig is, zijn een opdracht/doel voor het CKG. Doelstelling is hier de verdere toename van de gezinsproblemen te vermijden door 17
vroegtijdig te werken aan het probleem. CKG’s zijn dan ook 24 u/24 bereikbaar, elke dag van het jaar.
Enkele voorbeelden Opvoeden loopt niet altijd van een leien dakje. Niet alle kinderen zijn gelijk. Het ene kind heeft een andere aanpak nodig dan het andere. Maar hoe kan je weten welke aanpak? Meestal raak je er als ouder zelf wel uit, vind je voldoende steun bij vrienden of familie. Zo ontdek je wat er wel allemaal nog goed gaat in jouw gezin. Maar soms lijkt het stilaan boven je hoofd te groeien en weet je niet goed hoe het nu verder moet. Dan kan het nodig zijn dat iemand je gezin weer mee op weg helpt. Al weken houdt je baby het hele gezin wakker met zijn gehuil. Je familie ziet het niet meer zitten om hem nog op te vangen. Je bent ontzettend moe. Je bent aan het eind van je Latijn. De adviezen die bij andere kinderen wel lijken te werken, leveren jou niet het gewenste resultaat op. Je wil graag dat iemand met jou bekijkt hoe jij best kan omgaan met de noden van je kind. Je hebt het gevoel dat niets van wat je doet of zegt iets verandert aan het gedrag van je kind. Elke keer als jij iets verbiedt, loopt het uit de hand. Bij je andere kinderen ging alles zo vlot, maar nu lijkt niets aan te slaan. En ook de andere kinderen hebben last van de ruzies. Je hebt het gevoel dat je voor hen weinig tijd en energie overhoudt. Je wil deze situatie ombuigen, maar weet niet goed waar te beginnen. Je staat er alleen voor. Je probeert je vorige relatie te vergeten, alle schulden af te lossen en de ruzie met je moeder bij te leggen. Je kan er niet echt zijn voor je kinderen. Je hebt het gevoel dat je op een meer betrokken manier ouder zou willen zijn en zoekt hierbij begeleiding. Je zou de tijd willen krijgen om voor jezelf eens alles op een rijtje te kunnen zetten. Je was erg jong toen de baby geboren werd. Zolang hij klein was, lukte het je wel. Maar nu hij groter wordt, kan je aan niemand vragen hoe je hem leert luisteren, hoe je hem leert praten, leert eten, leert slapen, enz. Er is zo veel dat je hem wil leren, maar je twijfelt er sterk aan of dit allemaal wel zal lukken. Je hebt zelf psychische problemen en de opvoeding van je kind wordt zwaar om te dragen en dreigt uit de hand te lopen. Je hebt tijd nodig om voor jezelf een oplossing te zoeken, maar je wil de opvoeding van je kind niet verwaarlozen. Je angst om je kind te verliezen is groot. Je zoekt hulp om dit te voorkomen
1.4. De drie werkvormen De begeleiding kan op verschillende manieren gebeuren. Met de ouders worden de vragen en behoeften besproken. In overleg met de ouders wordt beslist welke hulpverleningsvorm het best past bij de situatie en het minst ingrijpend is voor het kind. Bij de mobiele begeleiding gaat een begeleider aan huis om samen met het gezin uit te zoeken hoe de opvoedingssituatie weer hanteerbaar kan worden. De begeleider bevraagt hoe de problemen ervaren worden en maakt een sterkte-zwakte-analyse op van het gezin. Vervolgens wordt samen met de ouder(s) nagegaan hoe het komt dat de dingen niet lopen zoals ze zouden willen. 18
Tijdens het hulpverleningsproces wordt de ouder begeleid in het zoeken naar, en het ontwikkelen van, andere opvoedingsvaardigheden waardoor de ouder de verzorging en/of de opvoeding als minder problematisch ervaart en waardoor haar/zijn kind een optimale ontwikkeling kent. Indien aangewezen kan het kind voor een korte tijd overdag in het CKG verblijven. Dit noemt men de ambulante werkvorm. De begeleiding aan het kind en/of de ouders gebeurt dan intensief vanuit de leefgroep i.s.m. pedagoge en sociale dienst. Mogelijke ambulante werkvormen zijn ook: - met opvang:Het kind komt een stuk van de dag naar het centrum, alleen of samen met de ouder. Het kind (of de kinderen) kan voor een korte tijd bij ons overdag of ’s nachts verblijven. Deze opvang heeft plaats in een huiselijke sfeer. Tijdens dit verblijf kan er intensief met het kind gewerkt worden en kan er gezocht worden hoe thuis de situatie anders kan aangepakt worden. - oudertraining: ouders komen naar een training in ouderlijke vaardigheden Voorbeelden van ambulante hulpverlening zijn: Triple P, Het Spoor (tuimelmodule) en STOP 4-7. Residentiële begeleiding. Wanneer de situatie van die aard is dat het kind voor korte tijd niet thuis kan blijven, kan hij of zij terecht in één van de drie leefgroepen van het CKG en dit in combinatie met een begeleiding van zowel het kind als van het gezin. Deze opvang heeft plaats in een huiselijke sfeer. Tijdens dit verblijf kunnen de medewerkers in de leefgroep intensief met het kind bezig zijn en wordt intussen gezocht met de pedagoge en/of de maatschappelijk werker hoe de moeilijkheden kunnen aangepakt worden.
1.5. Situering binnen Integrale Jeugdhulpverlening. In Vlaanderen zijn er heel wat diensten zich richten op kinderen en/of hun opvoeders. Al deze diensten vallen onder de “integrale jeugdhulp”. Hieronder vallen alle diensten die hulp verlenen aan kinderen en/of hun opvoeders, gaande van zeer eenvoudige hulp tot zeer specialistische hulp. Er zijn diensten die zich richten op heel brede preventie: zij bieden heel vrijblijvend advies, informatie,… aan iedereen die dit zou kunnen gebruiken. Bv. consultatiebureau Kind en Gezin, opvoedingswinkels Aan de andere kant van het continuüm is er de zeer specialistische hulp voor een beperkt aantal kinderen of gezinnen. Bv. gesloten jeugdhulp voor jongeren die zware gedragsproblemen stellen De CKG’s bieden intensieve preventie voor gezinnen met kinderen tussen 0 en 12 jaar Ze worden erkend en gesubsidieerd door Kind en Gezin en richten zich op gezinnen die aanvoelen dat de algemene adviezen die ze vinden niet volstaan om een probleem in de opvoeding op te lossen, maar waar de problemen ook nog niet zo ernstig zijn dat ze niet op korte tijd (1 tot 6 maand) kunnen opgelost of verbeterd worden.
19
1.6. Opnamevoorwaarden (indicaties) Na de intakefase, waarbij vraagverheldering centraal staat, wordt elk gezin besproken op een multidisciplinair opnameteam. De vraag en de eigenheid van het gezin wordt dan geplaatst tegenover de mogelijkheden van onze organisatie. Dan wordt geoordeeld welke module het best aansluit bij de vraagstelling. Het is ook mogelijk dat bepaalde kenmerken van het kind, het gezin, de omgeving of de situatie maken dat het aanbod van andere instanties/voorzieningen beter zou aansluiten bij wat dit gezin nodig heeft. Dan wordt een gerichte doorverwijzing georganiseerd. De gezinnen kunnen terecht bij het CKG voor volgende hulpvragen: 1.Er wordt een hulpvraag rond het opvoedingsgebeuren ervaren. Er is sprake van een noodsignaal. Op basis van een grondige vraagverheldering stelt men vast dat het gezin een probleem ervaart rond de opvoeding van de kinderen. (de ouder kan de situatie niet meer aan, heeft een gevoel van incompetentie, er is behoefte aan acute hulp) .Meerdere levensdomeinen lijken problematisch, maar binnen het geheel van problemen wordt de rode draad onderkend van “opvoeding” en “ ontwikkeling” (cfr Belsky). 2. De ouders slagen er niet in om adequaat om te gaan met de hierna genoemde stressfactoren. Men heeft de hulp van een buitenstaander nodig met de bedoeling om de opvoedingssituatie te verbeteren. De opvoeding geeft moeilijkheden die te maken hebben met stressfactoren op een of meer van de volgende terreinen: Ouder en gezin: gezondheid/fysisch functioneren algemene ouderlijke (persoons)kenmerken geschiedenis van ouder en gezin gezinsinteracties gezinsstructuur communicatie in het gezin de mate waarin de sociale steun ervaren wordt Interactie tussen ouder en kind: verwachtingen belevingen opvoedingsvaardigheden/opvoedingscompetenties opvoedingsklimaat opvattingen over opvoeding
Kind: gezondheid/fysisch functioneren temperament gedrag en emoties
20
Context van het gezin: financiële draagkracht huisvesting verblijfsstatuut gezinsvorm(vb: éénoudergezin, hersamengesteld gezin,…..) professioneel netwerk informeel/sociaal netwerk 3. De leeftijd van de kinderen is tussen 0 en 12 jaar (zolang ze basisonderwijs genieten). 4. Het betreft een plotse, acute situatie (er is nood aan snelle interventie), een maatregel hoogdringendheid of het gaat om problemen “in wording “. 5. De hulpvraag betreft een probleem waarbij een aantal prioritaire werkpunten op het vlak van verzorging, basisvoeding, uitbreiding van het sociaal netwerk, kunnen worden aangewezen. 6. In de leefsituatie zijn nog een aantal gezonde krachten te onderkennen waarmee kan gewerkt worden (empowerment) om op korte termijn tot verbetering te komen. 7. De ouders tonen een minimale bereidheid om mee te investeren in het begeleidingsproces. 8. De ouders geven een mandaat aan het CKG om hulp te bieden. 9. Het sociale netwerk rond het gezin volstaat niet om het probleem op te lossen, het is ontoereikend, het gezin leeft mogelijk geïsoleerd. 10. De externe betrokken diensten- en/of hulpverleners vermoeden of stellen vast dat er een opvoedingsprobleem is en achten het wenselijk dat een grondige observatie en/of complementaire ondersteuning wordt geboden (vb verpleegkundigen- K&G, CLB-medewerkers, diensten CAW, sociale diensten OCMW, kleuter- en lagere school medewerkers, sociale diensten,… .) 11. Andere hulpverleners achten, complementair aan hun eigen aanbod, de opvoedingsondersteuning vanuit het CKG noodzakelijk, zonder dat het CKG de gezinsbegeleiding, waarvoor de betrokken hulpverleners verantwoordelijk zijn, overneemt: vb volwassenenpsychiatrie, thuisbegeleiding Vlaams Fonds, vluchthuis, Centrum voor Integrale Gezinszorg., ziekenhuis, huisarts,…
21
1.7. De 3 werkvormen, vertaald in typemodules. 1.7.1 De mobiele begeleiding. Deze werkvorm noemen we ook al eens “pedagogische begeleiding aan huis”. Deze werkvorm biedt een viertal modules.
1. Mobiele pedagogische diagnostiek voor gezinnen met kinderen tussen 0 en 12 jaar. Deze typemodule richt zich tot gezinnen waarbij een vraag leeft met betrekking tot het helder krijgen van het pedagogisch functioneren van hun gezin. B.m.v. observaties, gesprekken en testing wordt na een maand een diagnose gesteld, een sterkte-zwakteanalyse opgemaakt van het opvoedingsgebeuren waardoor hulpvraag en hulpverleningsplan van meet af aan duidelijk is.
2. Mobiele intensieve gezinsbegeleiding voor baby’s en hun gezin. De Ambermodule staat voor een intensieve, pre- en/of postnatale, kortdurende begeleiding aan huis. Bij deze hoog intensieve begeleiding wordt gewerkt rond hechting, sociaal netwerk en het verhogen van opvoedingsvaardigheden. Participatie van ouders is uiterst belangrijk. De begeleidster gaat driemaal per week aan huis gedurende twee à drie uren. Deze begeleiding kan maximaal 6 maanden duren en start ten vroegste één maand voor de geboorte tot vijf maanden erna.
3. De praktisch pedagogische training voor jonge kinderen en hun ouder(s). PPT. De praktisch Pedagogische Training van ouders met zeer jonge kinderen is een intensieve begeleiding van moeder en het zeer jonge kind (0 – 6j). Focus ligt hier op het aanleren van praktische opvoedingsvaardigheden waardoor de ouders op een meer adequate wijze met hun kind kunnen omgaan. De begeleidster gaat twee- à driemaal per week aan huis.
4. Integrale mobiele pedagogische begeleiding en/of training voor kinderen en hun gezin. Deze begeleiding gebeurt aan huis, éénmaal per week, en benadert de opvoedingsmoeilijkheden van het gezin op een systemische en contextuele wijze. Focus ligt op het bevorderen van een positieve opvoedingsinteractie. Hulpverlening vertrekt vanuit de problemen die door de ouders zelf worden aangegeven en vanuit de vraag van het kind. Diverse levensdomeinen worden betrokken: ouder en gezin, kind, context, … De ontwikkeling en de evolutie van het kind alsook de opvoedingssituatie worden opgevolgd.
22
1.7.2. Residentiële opvang (dag en nacht) met begeleiding
1. Kortstondige aaneensluitende residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding. Draagkracht van het gezin is van die aard dat verblijf in de thuissituatie tijdelijk onmogelijk is. Oorzaken kunnen zowel allerlei stressituaties (armoede, conflicten, psychische problemen,…) zijn, alsmede een opvoedingscrisis.
2. Kortstondige residentiële noodopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar) naar aanleiding van occasionele moeilijke leefomstandigheden (focus op kwetsbare doelgroepen). Het betreft hier een noodsituatie (plotse hospitalisatie van de ouder, dringende rustkuur,…) waardoor ouders gedurende een korte tijd niet kunnen instaan voor de opvoeding van hun kinderen en geen gepaste hulp vinden, noch in de reguliere opvang noch in het eigen netwerk.
3. Onderbroken residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding. Draagkracht van het gezin is van die aard dat er periodisch of sporadisch beroep dient gedaan te worden op een opvang in het CKG. Oorzaken kunnen zowel allerlei stresssituaties (armoede, conflicten, psychische problemen,…) zijn, alsmede een opvoedingscrisis.
4. Acute residentiële crisisopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar) in familiale probleemsituaties, aangestuurd door het crisisteam Integrale JeugdHulpverlening. Het betreft acute crisisopvang waarbij men een beroep kan doen op de 24/24u permanentie van het CKG.
5. Acute residentiële crisisopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), aangestuurd door politionele overheid, Jeugdrechtbank of Comité Bijzondere Jeugdzorg. Het betreft een beslissing waarbij, ondanks het minder vrijwillige tot onvrijwillige karakter van de doorverwijzing, aan het gezin nog kansen wordt geboden binnen de vrijwillige hulpverlening. Op korte tijd wordt nagegaan of de hulpverlening: noodzakelijk blijft, in een vrijwillig of gedwongen kader zal worden georganiseerd.
23
6. Residentiële wachtkamer in een leefgroep voor kinderen (0 tot 12 jaar), in afwachting van een definitieve oriëntatie in Bijzondere Jeugdzorg, Vlaamse Fonds of andere voorziening. Een (tijdelijke) oriëntatie van het kind buiten het gezin is duidelijk. De nodige stappen zijn gezet maar er dient een wachttijd overbrugd te worden in het CKG.
1.7.3 Ambulante begeleiding.
Semi-residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding. De bedoeling is om tijdelijk een deel van de zorg en opvoeding met de ouders mee op te nemen teneinde de draaglast te verminderen en het kindfunctioneren te optimaliseren. Het opzet hierbij is om gezinsbegeleiding aan te bieden aan gezinnen waar een hulpvraag is inzake het aanleren van pedagogische vaardigheden en zo het gezinsfunctioneren in het algemeen verbeteren. In het Dagcentrum Het Spoor wordt de methodiek van de Tuimelmodule gehanteerd. Bij deze module worden ouders samen met hun kinderen opgevangen en begeleid. Ouders participeren aan het groepsgebeuren. De begeleiding is zeer intensief.
24
Deel 2. Voorstelling van het Centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning Molenberg.
Kadans
25
2.1 Algemene informatie.
Het CKG Molenberg is erkend als een voorziening met een capaciteit van 95 plaatsen. Deze plaatsen worden verdeeld als volgt: Residentieel en ambulant: Mobiel Crisis IJH (art.17)
42 plaatsen 50 plaatsen 3 verzekerde plaatsen
Het CKG Molenberg organiseert eveneens volgende bijkomende activiteiten: STOP 4-7 Crisis 12-18j Meldpunt crisis IJH
5 plaatsen 1 plaats
Inzet van de drie hulpverleningsvormen
residentieel ambulant mobiel
26
Verdeling van de modules.
ped diagn ppt amber integraal tuimel leefgroep crisis -ijh
Verdeling cap. per team
Verdeling cap. per afdeling spoor kadans mobiel mol mobiel ber leefgroep mol leefgroep ber stop 4-7
Molenhof
Molenberg Kadans 't Spoor
crisis IJH crisis 12-18
27
C.K.G. – MOLENBERG te Lanaken-Rekem Adres: Daalbroekstraat 120 Lanaken – Rekem Telefoon: 089 / 73.00.80 e-mail:
[email protected]
Het CKG Molenberg te Rekem is het “moederhuis” van de organisatie. In dit centrum worden de drie hulpverleningsvormen aangeboden: residentieel, ambulant en mobiel. Directie: Rudi Gerrits, algemeen directeur Patrick Hoekx, administratief directeur Directieoverleg: Heidi Braeken, coördinator Molenhof Joke Loysch, coördinator Kameleon, Kadans, TB Bilzen en Maasmechelen Kathleen Schils, coördinator Kangoeroe en Het Spoor Algemeen en administratieve directie Administratie: Nadine Willemse (secretariaat) Ronny Messina (boekhouding) Logistiek: Agnes, Lilianne, Gerda, Loubna, Sonja, Marina, Yvonne, Josephine, Taiba, An, William, en Leon Preventieadviseur en kwaliteitscoördinator: Mark Bex 28
Voorstelling teams en hun modulair aanbod 2011 Leefgroep Kangoeroe :
ped./coördinator Kathleen
sociale dienst Sylvie
hoofdbegeleider Els
Team: Yolanda Annette Anke An
Annelies Hilde Nadia Nicole
Leefgroep Kameleon :
ped./coördinator Joke
sociale dienst Angele
hoofdbegeleider Els
team: Lydia Linda Veerle Christine
Hilde Emmy Emanuella Virginie Nadia
29
Beide leefgroep-teams kunnen volgende modules aanbieden: 1 Residentiële opvang (dag en nacht) met begeleiding
Kortstondige aaneensluitende residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding. Kortstondige residentiële noodopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar) naar aanleiding van occasionele leefomstandigheden en gericht naar kwetsbare doelgroepen. Onderbroken residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding. Acute residentiële crisisopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar) in familiale probleemsituaties, aangestuurd door het crisisteam Integrale Jeugdhulpverlening. Acute residentiële crisisopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), aangestuurd door politionele overheid, Jeugdrechtbank of Comité Bijzondere Jeugdzorg. Residentiële wachtkamer in een leefgroep voor kinderen (0 tot 12 jaar), in afwachting van een definitieve oriëntatie in Bijzondere Jeugdzorg, Vlaamse Fonds of andere voorziening. Ambulante opvang (dag of nacht) en begeleiding
Ambulante (Semi-residentiële) opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding.
Mobiele begeleiding integraal (team Bilzen en Genk):
ped./coördinator Joke
sociale dienst Bernadette
team: Daisy Carine Jetty Marij Saskia
1
Bij de digitale versie kan je bij elke vermelding van module dmv CTRL+click terecht bij de officiële website van de CKG’s voor meer informatie.
30
Mobiele begeleiding (team Maasmechelen):
ped./coördinator Joke
sociale dienst Sylvie
team: Jetty Carine Wilfried
Beide teams bieden volgende modules aan: Vroegtijdige training en/of begeleiding van ouders en kinderen (0-12 jaar) bij de opvoedingsinteractie, met aandacht voor het integrale.: a. De amber module: intensieve begeleiding van moeder met baby b. P.P.T.: intensieve Praktisch Pedagogische Training van ouders met jonge kinderen.
31
CKG – MOLENHOF te Beringen Adres: Telefoon: e-mail:
Geiteling 13, Beringen 011 / 45.08.90
[email protected] /
[email protected]
Het CKG Molenhof te Beringen is een afdeling van het CKG Molenberg. In dit centrum worden de drie hulpverleningsvormen aangeboden: residentieel, ambulant en mobiel. Residentieel en ambulant = 15 kinderen, mobiel = 15 gezinnen.
Voorstelling van de teams en hun modulair aanbod. Leefgroep Molenhof. ped./coördinator Heidi
sociale dienst Mark
hoofdbegeleider Lize
team: Yvo Magda Hilde Stijn
Carine Anja Carla Mariamma 32
Dit leefgroepteam kan volgende modules aanbieden: Residentiële opvang (dag en nacht) en begeleiding2 Kortstondige aaneensluitende residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding. Kortstondige residentiële noodopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar) naar aanleiding van occasionele leefomstandigheden en gericht naar kwetsbare doelgroepen. Onderbroken residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding. Acute residentiële crisisopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar) in familiale probleemsituaties, aangestuurd door het crisisteam Integrale JeugdHulpverlening. Acute residentiële crisisopvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), aangestuurd door politionele overheid, Jeugdrechtbank of Comité Bijzondere Jeugdzorg. Residentiële wachtkamer in een leefgroep voor kinderen (0 tot 12 jaar), in afwachting van een definitieve oriëntatie in Bijzondere Jeugdzorg, Vlaamse Fonds of andere voorziening. Ambulante opvang (dag of nacht) en begeleiding Ambulante (Semi-residentiële) opvang voor kinderen
(0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een inte-
grale gezinsbegeleiding. Naast deze bovenstaande CKG-modules biedt de afdeling Molenhof, buiten hun kernopdracht, ook een residentieel aanbod voor jongeren 12 – 18 jaar in crisissituaties. De opvang is zeer beperkt in tijd, meestal gaat het om een 24-uren opvang. Dit aanbod komt tot stand met de bijkomende steun van de locale gemeentebesturen van 7 omliggende gemeentes. Mobiele begeleiding (team Molenhof):
ped./coördinator Heidi
sociale dienst Ann
team: Andre Yerika Annelies
Team mobiele begeleiding Molenhof kan volgende module aanbieden: Vroegtijdige training en/of begeleiding van ouders en kinderen (0-12 jaar) bij de opvoedingsinteractie, met aandacht voor het integrale. Medewerkers logistiek:
Ann, Sandra en Semiha
2
Bij de digitale versie kan je bij elke vermelding van een module dmv CTRL+click terecht bij de officiële website van de CKG’s voor meer informatie.
33
Dagcentrum Het Spoor te Maasmechelen.
Adres: Ernest Claesstraat 4 te Maasmechelen. Telefoon: 089 / 77.24.76 e-mail:
[email protected] Het Spoor is in april 2012 verhuisd naar: RINGLAAN 88 te Maasmechelen (zelfde telefoonnummer en e-mailadres)
Nieuwe locatie sedert april 2012 In dit centrum wordt enkel ambulante hulpverlening aangeboden, meer specifiek de Tuimelmodule. pedagoge: Kathleen
hoofdbegeleider Chantal
team: Paula Sarah Semi-residentiële opvang voor kinderen (0 tot 12 jaar), gekoppeld aan een integrale gezinsbegeleiding3. Het is een ambulante pedagogische begeleiding en training voor ouders samen met hun kinderen, ook gekend als Tuimel-module.
3
Bij de digitale versie kan je bij elke vermelding van een module dmv CTRL+click terecht bij de officiële website van de CKG’s voor meer informatie.
34
KADANS – Genk In dit centrum wordt de mobiele hulpverleningsvorm aangeboden alsook een ambulante hulpverlening (STOP 4-7). Adres: Telefoon:
E. Vandorenlaan 30bus 3, 3600 Genk 089 / 38.38.50
Kadans is een afdeling van het CKG Molenberg.
Mobiel, lang licht. Vanuit Kadans worden 10 gezinnen mobiel begeleid. Voorstelling van het team:
Ped./coördinator Joke
Sociale dienst Bernadette
Team: Marij Saskia
Hun modulair aanbod: 1. Analyse van de pedagogische vraag van een gezin met kinderen tussen 0 en 12 jaar. 2. Vroegtijdige training en/of begeleiding van ouders en kinderen (0-12 jaar) bij de opvoedingsinteractie, met aandacht voor het integrale. 35
STOP 4 – 7 GENK Vanuit Kadans wordt ook een ambulante module aangeboden: STOP 4-7 Stop 4-7 Genk is een samenwerkingsinitiatief tussen CKG De Stap en CKG Molenberg. STOP 4-7 is een trainingsprogramma voor kinderen tussen 4 en 7 jaar, die thuis en/of op school ernstige gedragsproblemen vertonen. Het team Genk geeft drie trainingen per jaar voor telkens maximaal 10 kinderen, hun ouders en hun leerkrachten. STOP 4-7 -team Genk. Vanuit CKG Molenberg: Mieke Heene Ceres Velle Vanuit CKG De Stap: Greet Loeners Jerika Heleven Coördinator: Mieke Heene Het STOP 4-7 aanbod ligt buiten de reguliere werking van het CKG en wordt door Kind en Gezin apart betoelaagd. De statistische gegevens worden vooralsnog niet opgenomen in het CKG-registratiesysteem. Vandaar dat we ze hier apart vermelden.
Statistische gegevens Aantal kinderen per trainingsperiode.
10
De drie trainingsperiodes waren in 2011 voor 100% bezet.
9 8 7 6 5 4 3 2 1 0 nov-feb
ma.-juni
sept-dec
36
Verwijzers:
2 10
CLB
6
SCHOOL DIENSTEN
11
OUDERS
CKG
Leeftijd van de kinderen. 12 10 4 JAAR
8 6
5 JAAR
4
6 JAAR
2
7 JAAR
0
8 JAAR
Geslacht:
Gezinssamenstelling
10 jongens meisjes 20 0
10
20
De werking van STOP 4-7 is intussen 5 jaar oud. De werkvorm is ambulant. De trainingen gebeuren in het trainingscentrum ‘De Apestaart” te Genk. Voor en na de trainingen zijn er huisbezoeken met als doel de geleerde en geoefende opvoedingsvaardigheden te implementeren in de concrete thuissituatie. Naast training aan ouders en kind wordt veel aandacht gegeven aan psycho-educatie van de leerkrachten.
37
CRISISJEUGDHULPVERLENING – LIMBURG.
Een samenwerkingsinitiatief tussen CAW, CKG De Hummeltjes en CKG Molenberg. Crisishulp bestaat in een onmiddellijke en aangepaste interventie in geval van een crisis. Crisis is een acuut beleefde noodsituatie die niet op voorhand kon worden ingeschat en waarin onmiddellijke hulp moet worden geboden. 1. Meldpunt crisisjeugdhulpverlening. Het meldpunt garandeert een 24/24u permanentie die kan reageren op elke oproep van een hulpverlener die geconfronteerd wordt met een gezin in crisis. De meldpuntmedewerker gaat na wat nog de mogelijkheden zijn tot onderhandeling of overleg zijn, en probeert te zoeken naar de minst ingrijpende maar tevens de meest aangewezen hulpverleningsvorm. 2. Crisisinterventie De functie van crisisinterventie is vraagverheldering en bemiddeling. De acties zijn het installeren van veiligheid, stressverlagend werken, bemiddelen, het verduidelijken van de crisisvraag, het voeren van individuele en contextgesprekken, gebruikmaken van crisismethodieken, oriënteren naar verdere hulp en intersectorale dispatching. 3. Crisisbegeleiding De functie van crisisbegeleiding is begeleiding. De acties zijn het bewaken van de veiligheid, het opmaken van een doelstellingenplan met het gezin binnen vijf dagen, het concretiseren van doelstellingen, het voeren van individuele gesprekken en contextgesprekken, het gebruik maken van crisismethodieken, het betrekken van significante hulpverleners, het zoeken naar en toeleiden tot gepaste vervolghulp, het starten van hulpcoördinatie. 4. Crisisopvang De functie van crisisopvang is residentiële opvang. De acties zijn het aanbieden van bed-bad-brood en een veilige omgeving, altijd gecombineerd met crisisinterventie en/of crisisbegeleiding.
Het CKG Molenberg is partner in IJH en heeft een significante bijdrage in dit hulpverlenernetwerk.
38
Onze organisatie engageert zich op volgende terreinen:
Het CKG doet mee aan het netwerk crisisopvang door drie residentiële plaatsen permanent ter beschikking te stellen (=verzekerd aanbod). Samen met CKG De Hummetjes te Hasselt bemannen we het meldpunt 24u/24u en 7dagen op 7 voor elke oproep voor kinderen tussen 0-12j. Voor de jongeren tussen 12-18j wordt het meldpunt verzekerd door de twee C.A.W.’s. Voor de kinderen 12-18j hebben we een mogelijk aanbod van één bed te Molenhof - Beringen
Voor het meldpunt en de opdracht crisisinterventie werkt Conny Maes vanuit het CKG Molenberg samen met de andere partners. Het crisisjeugdhulpverleningsprogramma ligt, net als STOP 4-7, buiten de reguliere werking van het CKG. Voor de subsidiëring van dit project zorgt de Vlaamse Gemeenschap voor de nodige middelen. Omdat ook deze werking niet gevat zit in het CKG registratiesysteem, zullen de statistische gegevens hieronder weergegeven worden. LEEFTIJD EN GESLACHT Geslacht Leeftijd
M
V
N
%
0-12
49
13-17
82
18+ Onbekend Totaal
Onb
Totaal
N
%
N
%
N
%
16,12%
39
12,83%
1
26,97%
106
34,87%
3
0,33%
89
29,28%
0,99%
191
62,83%
2
0,66%
1
0,33%
3
0,99%
5
1,64%
4
1,32%
12
3,95%
21
6,91%
138
45,39%
150
49,34%
16
5,26%
304
100%
GEVRAAGDE CRISISHULP DETAIL Ontvankelijk Vraag
Onontvankelijk
Totaal
N
%
N
%
N
%
Consult
71
23,36%
62
20,39%
133
43,75%
Interventie (I)
26
8,55%
4
1,32%
30
9,87%
Begeleiding (B)
2
0,66%
2
0,66%
Opvang (O)
95
31,25%
28
9,21%
123
40,46%
Interventie en begeleiding (IB)
5
1,64%
1
0,33%
6
1,97%
Interventie en opvang (IO)
7
2,30%
2
0,66%
9
2,96%
1
0,33%
1
0,33%
98
32,24%
304
100,00%
Begeleiding en opvang (BO) Interventie, begeleiding en opvang (IBO) Gevraagde Crisihulp onbekend Totaal aantal minderjarigen
206
67,76%
39
Deel 3. Statistisch materiaal 3.1
Evolutie van de begeleidingsdagen gedurende de laatste vier jaar Een aanwezigheidsdag is elke dag dat het kind in de voorziening aanwezig is. Een begeleidingsdag is elke dag vanaf de inschrijving tot de uitschrijving.
Voor de berekening van de 80 % bezetting worden vanaf 01.01.1996 de begeleidingsdagen geteld : totaal in 2011 = 31.284 verdeeld als volgt : Begeleidingsvorm 2008 9.942 Residentieel (29.6%) 5.118 Ambulant (15.2%) 16.212 Mobiel (48.3%)
Totaal
31.272 (93.12%)
2009 9.906 (28.5%) 5.285 (15.24%) 16.360 (47.2%)
2010 10.397 (31.8%) 3.840 (11.4%) 15.692 (48%)
2011 9.987 (29.74%) 3.701 (11.02%) 17.596 (52.40%)
31.551 (94%)
29.829 (91.4%)
31.284 (93.16%)
Art. 40 van het besluit van 6 april 1995 bepaalt dat het totaal aantal begeleidingsdagen minstens 80 % moet zijn van het maximaal aantal per erkend centrum in te vullen begeleidingsdagen. Indien de 80 % bezetting niet wordt gehaald, dan wordt de erkende capaciteit verminderd. Voor 2011 kan het centrum de capaciteit behouden.
18000 16000 14000 12000 10000 8000 6000 4000 2000 0
residentieel ambulant mobiel
2008
2009
2010
2011
40
Art. 2 § 4 voorziet in volgende percentages voor de begeleidingsvormen: minstens 25 % van de begeleidingsdagen op jaarbasis is residentieel. minstens 25 % van de begeleidingsdagen op jaarbasis is mobiel. de resterende 50 % van de begeleidingsdagen kan flexibel worden ingevuld naargelang van de behoefte. Het centrum behaalde volgend aantal gerealiseerde begeleidingsdagen en percentages: Begeleidingsdagen 2011 R 9.987 A 3.701 M 17.596 Totaal 31.284
32% 11.8% 56.2% 100,00%
Gemiddeld aantal begeleidingsdagen per opname : 31.284 / 300 = 104.28 dagen Art. 3 § 3 bepaalt dat bij ambulante begeleiding er gemiddeld éénmaal per week een begeleiding moet plaatsvinden, in principe in het gezin waartoe het kind behoort. Het centrum behaalde volgende cijfers in 2011: Aantal aanwezigheidsdagen Aantal begeleidingsdagen Gemiddelde 1/7 = 0,1342
2.588 18.163 0.1424
Het aantal aanwezigheidsdagen zijn het aantal huisbezoeken die in werkelijkheden plaats vonden. Hierbij moet volgens de FID-parameters een gemiddelde van 1 bezoek per week en per gezin gehaald worden. Uit de verhouding blijkt dat het centrum het vereiste gemiddelde ruim haalde.
Bezetting 2011. Het centrum realiseerde 31.284 begeleidingsdagen in 2011. Dit komt overeen met een totale bruto bezetting van 93.16%. In dit bezettingspercentage werd geen rekening gehouden met de begeleidingen met een hogere weging: Bijvoorbeeld: * module pedagogische diagnostiek wordt aan 1,5 gewogen. * module Amber wordt aan 2 gewogen. * praktisch pedagogische training. * toepassing art.17 IJH, 3 gegarandeerde bedden
41
3.2 Begeleidingen per leeftijdscategorie. Ckg's
Dagen Kinderen % kinderen
<3
3 tot 6
6 tot 12
> 12
9678 86 28.6
8903 87 29
12114 121 40.3
589 6 2
Niet ingevuld 0 0 0
# dagen
31284 300 100%
3.3 Nationaliteit van de moeder Aantal gezinNationaliteit nen 2009 België 113 Dominikaanse Republ. 0 Duitsland 1 Filippijnen 1 Griekenland 2 Italië 3 Kongo 1 Kosovo 0 Marokko 4 Nederland 5 Turkije 7 Togo 1 Roemenië 0 Onbekend 48 Totaal 190
Aantal gezinnen 2010 61 0 0 0 1 1 0 0 0 3 7 1 0 33 111
Aantal gezinnen 2011 79 1 0 1 0 1 0 0 4 9 4 0 2 23 124
De moeders van de opgenomen kinderen hebben vooral de Belgische nationaliteit. Vervolgens komen de Nederlandse, Turkse en Marokkaanse nationaliteit het meest voor. Van 23 moeders was het niet duidelijk welke nationaliteit de moeders hadden, sommigen hadden dubbele nationaliteiten, bij anderen was dit niet duidelijk te krijgen tijdens het intakegesprek. 3.4 Geslacht van de kinderen 2009 – 2011. Aantal Geslacht Kinderen 2009 Jongen 188 Meisje 122 Totaal 310
% 60.5% 39.5% 100.0%
Aantal kinderen 2010 158 122 280
% 56.4% 43.6% 100.0%
Aantal kinderen 2011 191 141 332
% 57.5% 42.5% 100.0%
42
Overzicht jongens/meisjes 2011 per afdeling. Afdeling Het spoor Kameleon Kangeroe Leefgroep Beringen TB Rekem TB Kadans TB Kalimero TB Beringen Totaal
jongens 6 32 20 40 50 14 1 28 191
meisjes 10 25 25 27 19 9 6 20 141
Er worden nog steeds meer gezinnen met jongens dan meisjes begeleid. Dat er meer jongens begeleid worden dan meisjes kan toegeschreven worden aan het gegeven dat ouders vaker naar buiten komen met het moeilijke externaliserend gedrag van hun zonen dan met het internaliserend gedrag van hun dochters. Dat de kloof aan het dichten is kan mogelijks toegeschreven worden aan de reden van opname m.n. POS- situaties.
3.5 Domicilie van de gezinnen: woon- of verblijfplaats van de kinderen 2008 – 2011. 2008
2009
2010
2011
Maasland Maasmechelen Dilsen-Stokkem Maaseik Lanaken Kinrooi
34 14 17 18 3
23 8 9 5 2
16 6 4 8 0
12 11 5 13 4
Zuid-Limb. Riemst Tongeren Bilzen Hoeselt Voeren Kortessem Borgloon Nieuwerkerken Sint-Truiden Wellen Alken
9 12 14 3 1 1 0 0 2 0 0
7 15 9 1 1 2 1 1 3 1 0
3 7 4 1 0 1 0 0 1 0 0
10 6 6 0 1 0 0 0 2 0 1
Regio Genk Genk As Opglabbeek Zutendaal Diepenbeek
19 2 1 3 3
12 2 0 0 3
3 1 3 1 3
10 2 1 1 2
2008 2009 2010 2011 West-Limburg Beringen Halen Lummen Herk-de-Stad Ham Heusden-Zolder Tessenderlo Houth.-Helcht. Leopoldsburg
23 2 2 3 11 6 7 4 7
16 0 3 1 5 8 2 7 1
8 1 1 0 2 4 3 2 2
11 0 0 0 4 2 1 6 2
Regio Noord-Lim. Hechtel-Eksel Neerpelt Peer Hamont-Achel Bree Overpelt Bocholt Lommel Meeuwen-Gruitr.
0 0 4 0 3 0 1 5 4
2 1 1 0 2 2 0 3 4
1 0 0 2 0 0 0 3 1
0 0 0 1 1 0 0 4 0
Regio Hasselt Hasselt Zonhoven
3 1
5 2
4 3
2 0
Wervik Onbekend Totaal
0 0 247
0 7 190
0 6 111
1 2 124
Maasmechelen, Beringen, Dilsen-Stokkem, en Lanaken zijn de gemeenten van waaruit de meeste gezinnen worden begeleid in 2011. De twee “onbekende” kinderen zijn Roma-kinderen, zonder domicilie.
43
3.6 Aanmeldingen volgens kansarmoede Bij gezinnen waarvan hun kind ambulant of residentieel in een van onze leefgroepen verbleef werd dieper ingegaan op hun sociaal-economische situatie voor de berekening van de ouderbijdrage. Hierdoor konden we bijkomende gegevens bekomen die meer zicht gaven op kans-armoede factoren. Eenzelfde gezin kan scoren op meerdere kansarmoedeparameters. Kansarmoede Arbeidssituatie ouders Opleiding ouders Gezondheid gezinsleden Huisvesting Maandinkomen Ontwikkeling van het kind Geen kansarmoede-indicaties
45 26 29 27 29 51 46
Totaal kinderen (residentieel+ambulant)
203
Onze doelgroepgezinnen zijn dus vaak gezinnen met extra kwetsbaarheden.
3.7 Gezinssituatie
Gezinssituatie Natuurlijk gezin Nieuw samengesteld gezin Moeder alleenstaande Vader alleenstaande Familie Pleeggezin Tienermoeder bij ouders Co-ouderschap Andere Totaal
Aantal gezinnen 2007 92
Aantal gezinnen 2008 121
Aantal gezinnen 2009 83
Aantal gezinnen 2010 47
Aantal gezinnen 2011 65
45 72 7 1 3 0 0 0 233
38 75 5 0 2 4 0 0 247
21 73 0 0 0 0 3 9 190
16 43 0 0 0 0 1 4 111
13 37 0 0 0 0 4 5 124
Bij ongeveer de helft van al de gezinnen die beroep doen op onze hulpverlening, zijn vader en moeder van het betreffende kind nog samen. Verder zijn het vooral alleenstaande moeders die nood hebben aan ons hulpverleningsaanbod.
44
3.8 Aanmeldingen volgens verwijzers.
20% 3%
11%
4% 5%
21%
8%
24% 16%
2%
7%
AWW onderw K&G GGZ BJZ VAPH gezondh politie client meldpunt
Uit deze tabel blijkt dat de meeste gezinnen doorverwezen werden door Kind en Gezin (24%) en door een consulent bij Jongerenwelzijn (20%). Voor alle verwijzingen vanuit Jongerenwelzijn wordt zeer nauw samengewerkt met de Centrale Wachtlijst Limburg.
3.9 Soort aanmelding.
10% 21,60% 68,50%
crisis dringend gewoon
45
3.10 Aanmelding volgens probleemcategorie. Algemeen. opvoeding 137
kind 107
ouders 119
context 144
situatie 112
Specifiek geregistreerd. dreigende verwaarlozing materieel/ped. 17
dreigend geweld tov kind 9
psychologische/ psychiatr. probl.
verslaving ouders
26
11
licht mentale handicap ouders 9
kansarmoede
29
3.11 Aanmelding volgens module. amber mob.beg. 6 2,40%
integrL begel. 89 36,30%
dagopv.
tuimel
crisis
cr-ijh
res. kort
31 12,60%
7 2,80%
15 6,10%
3 1,20%
62 25,30%
res. lang W.K. 8 3,30%
res. lang P.H. 10 4%
Veel hulpvragen zijn vragen naar mobiele begeleiding (thuisbegeleiding, 38.7%). Deze hulpverleningsvorm is dan ook de minst ingrijpende voor het gezin en krijgt altijd voorrang, mits de situatie dit toelaat. De vraag naar residentiële opvang bij aanmelding is ook dit jaar nog steeds erg hoog: 39.9%.
3.12 Begeleidingsdagen.
9987 29.74%
10000 8000
mobiel
4000
residentieel
2000
12%
ambulant mobiel 1880
1238
583
0 0
residentieel
00 r oo
Sp
ol en
be rg
0
M
56%
6546 6086 4763 4763
6000
ns
ambulant
31284 93.16%
8988
da
32%
# dagen
0
f
17596 52.40%
Ka
3701 11.02%
ho
CKG Molenberg
ol en
A
M
Ckg
Begeleidingsvormen in dagen M R Niet ingevuld
46
onbek. 5 2%
3.13 Aantal begeleidingen en begeleidingsdagen per module
amber
integraal mobiel 136 16769
7 515
triple P
tuimel
ambulant
cris ijh
crisis
korte res
9 221
16 1880
32 1587
5 18
20 114
48 2203
lang res PH 29 3324
Zoals al eerder werd aangetoond gaan de meeste begeleidingsdagen naar de integrale mobiele begeleiding.
3.14 Begeleide kinderen met een link met Bijzondere Jeugdzorg.
Aantal kind.
Geen
Cbj-p
Cbj-d
Cbjckg
Cbjjrb
Jrbplb
Jrb-p
Jrb-h
Jrbckg
Jrb-d
204
0
59
5
2
26
4
1
5
15
Molenberg Molenhof Kadans Het Spoor Aantal kind.
geen
Cbj-p
Cbj-d
Cbjckg
Cbjjrb
Jrbplb
Jrb-p
Jrb-h
Jrbckg
Jrb-d
105 70 18 11 204 kind.
0 0 0 0 0
28 27 3 1 59
1 0 0 4 5
2 0 0 0 2
12 14 0 0 26
4 0 0 0 4
1 0 0 0 1
4 0 1 0 5
9 5 1 0 15
Van de 304 kinderen die in 2011 ingeschreven werden hebben 100 kinderen een link met Bijzondere Jeugdzorg. 51 kinderen hadden een link met de jeugdrechtbank. Deze kinderen zijn vooral terug te vinden in de leefgroepen. Voor 49 kinderen was er aldus een link met een CBJ. Deze kinderen zijn al eens terug te vinden in de mobiele begeleiding maar toch hoofdzakelijk in de leefgroep.
CBJ-P:in ckg wegens plaatsgebrek elders; CBJ-D: CBJ – dossier; CBJ-CKG: CKG neemt contact op; JRB-PLB: plaatsing met beschikking JRB-P: JRB – plaatsgebrek; CBJ-JRB: CBJ-JRB; JRB-H: hoogdringendheid; JRB-CKG: CKG contacteert JRB
47
lang res WK 24 4340
ANALYSE EN EVALUATIE VAN DE EIGEN WERKING Begeleidingsdagen en bezetting 2011 Begeleidingsdagen 2011 R 9.987 A 3.701 M 17.596 Totaal 31.284
32% 11.8% 56.2% 100,00%
Met 31.284 begeleidingsdagen behaalde het CKG Molenberg in 2011 een gemiddelde bezetting van 93.16%. In dit bezettingspercentage werd geen rekening gehouden met de begeleidingen met een hogere weging: Bijvoorbeeld: * module pedagogische diagnostiek wordt aan 1,5 gewogen. * module Amber wordt aan 2 gewogen. * praktisch pedagogische training. * toepassing art.17 IJH, 3 gegarandeerde bedden
De bereikte doelgroep, leeftijd van de kinderen In 2011 werden 124 gezinnen begeleid met 300 unieke kinderen. 57.6% van onze kinderen was geen zes jaar oud; 28.6% was nog geen 3 jaar terwijl 29% tussen 3 en 6 jaar was. 40.3% was tussen 6 en 12 jaar oud waaruit blijkt dat de vraag naar begeleiding van gezinnen met kinderen tot 12 jaar blijft. De mobiele begeleiding kampt voortdurend met wachtlijsten. Ouders moeten vaak tot drie maanden wachten vooraleer onze mobiele begeleiding kan starten. Anderzijds zien we een verschil in de toeleiding van de gezinnen naar de mobiele begeleiding tav de gezinnen in de residentiële werkvorm. De gezinnen uit de residentiële modules zijn vaker gelinkt met “Jongerenwelzijn” dan de kinderen uit de andere modules.
De werkvormen 56.20% van alle begeleidingsdagen waren mobiele modules, 11.80% ambulant en 32% residentieel. Op basis van het ondersteuningsplan wordt bij gelijkblijvend zorgeffect steeds de minst ingrijpende maatregel voorgesteld. Dit betekent dat wij, indien mogelijk, de mobiele begeleiding laten primeren op ambulante (semi-residentiële) en residentiële hulpverlening.
De begeleidingsduur Als begeleidingsduur wordt het principe gehanteerd “zo kort mogelijk, maar zo lang als nodig”. In de meeste dossiers zijn ook andere hulpverleners bij het gezin betrokken en wordt de begeleidingsduur bepaald in het overleg met de ouders en de betrokken hulpverleners. Wanneer wij het aantal opnames delen door het aantal begeleidingsdagen dan komen wij in 2011 voor alle afdelingen en Molenberg zelf, uit op een gemiddelde begeleidingsduur van 104 begeleidingsdagen (alle dagen tussen opname en ontslag). 48
TOEKOMSTPERSPECTIEVEN
Het CKG blijft zoeken naar nieuwe ideeën, visies en methodieken die onze werking kunnen verbeteren. Hierbij blijft de ontwikkeling van het kind, op alle domeinen, centraal staan. We blijven zoeken naar methodieken die onze efficiëntie, doelgerichtheid en professionaliteit verhogen. Enkele voorbeelden hiervan zijn: * implementeren van functionerings- en evaluatiegesprekken. * Het uitbreiden van het takenpakket van de aandachtsopvoeder die naast de individuele begeleiding van het kind ook kan betrokken worden in de uitvoering van de gezinsbegeleiding. * Het organiseren van vormingsavonden voor ouders. * De uitbouw van een nieuwe module: Triple P * De uitbouw van de nieuwe module “pedagogische training van ouders in de leef-groep” * etc. Vervolgens blijft het CKG blijft zich engageren om in de geest van het decreet inzake de rechtspositie van de minderjarigen (DRM), nieuwe ideeën uit te werken die de kinderen ten goede komen. Het kwaliteitshandboek is hiervoor een levend en dynamisch instrument, een handleiding voor iedere medewerker voor de uitvoering van onze missie. In 2010 werd het nieuwe organogram gefinaliseerd dat als basis moet dienen voor de toekomstige werking van de verschillende afdelingen. In 2011 werd dit verder uitgewerkt en toegepast. Samen met een nieuw organogram werd een nieuwe overlegstructuur uitgetekend, werden coördinatoren aangeduid en kreeg ook het vormingsbeleid een nieuwe impuls. Dit alles is terug te vinden in de “Strategische Beleidsnota Molenberg 2010 – 2015”. Bij de nieuwe constructen staan efficiëntie, transparantie en timemanagement centraal. 2012 zal voor ons een zeer belangrijk jaar zijn want de huidige regelgeving voor de CKG’s loopt op 01.09.2012 ten einde. Kind en Gezin heeft een totaal nieuw concept klaar wat momenteel in een BVR gegoten wordt. Vanaf 1 januari 2013 zal de nieuwe regelgeving dan echt moeten toegepast worden. De kernopdracht van de CKG’s is de mobiele en ambulante werking. Bijzondere aandacht zal gaan naar wetenschappelijk onderbouwde preventieve gezinsondersteunende initiatieven. Tenslotte wil ik vermelden dat het ondersteunen van ouders met zeer lichte opvoedingsvragen een explosieve ontwikkeling kent in Limburg. Niet enkel de Vlaamse Gemeenschap maar ook het Provinciebestuur Limburg en de lokale gemeentebesturen willen hiertoe bijdragen. De partners binnen IJH en vele andere organisaties vinden mekaar in één van de vele netwerken die hier rond uitgebouwd werd. Molenberg zal ook in volgende jaren als actieve partner meewerken in het realiseren van laagdrempelige opvoedingsondersteuning voor mensen met een lichte opvoedingsvraag. We zullen ons vooral actief inzetten in volgende regio’s: Maasland, Zuid-Limburg en WestLimburg. 2012 zal ook het jaar worden dat Molenberg zijn eerste steen legt te Bilzen en te Maasmechelen. Zoals u weet zal het CKG Molenberg verhuizen naar Bilzen en naar Maasmechelen. De beslissing werd genomen om een afdeling uit te bouwen te Bilzen en te Maasmechelen. Te Bilzen, aan de Gansbeekstraat, zullen eveneens de centrale diensten gehuisvest worden. 49
De andere afdeling, met de leefgroep Kangoeroe en een team mobiele begeleiding, zal onderdak vinden te Maasmechelen, Dageraadstraat 1, waar een ruime woning aangekocht werd. Deze woning dient verbouwd te worden en aangepast aan de noden van een leefgroep en een dienst voor thuisbegeleiding. Deze locaties bieden beide mogelijkheden om een werking uit te bouwen die nauw aansluit bij de noden van de plaatselijke bevolking. Net als onze afdeling Molenhof te Beringen zullen deze andere twee afdelingen zich kunnen integreren in de omgeving. Dit alles zal drempelverlagend werken wat ten goede komt aan de kinderen waarvan hun ouders de weg naar het CKG beter en sneller kunnen vinden. We verwachten we nog dit najaar 2012 de eerste steen te kunnen leggen zowel te Bilzen als te Maasmechelen.
50
WOORD VAN DANK
Namens de 300 kinderen en hun ouders danken wij langs deze weg allen die bijgedragen hebben tot het realiseren van onze doelstellingen. Onze dank gaat uit naar de leden van de Raad van Bestuur van Kind en Gezin en naar haar provinciale medewerkers die ons de mogelijkheid geboden hebben om ons centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning kwalitatief uit te bouwen. Wij danken eveneens de voorzitter en de leden van de Raad van Bestuur van de V.Z.W. Molenberg die van zeer nabij de werking van het “Centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning” opgevolgd en gesteund hebben. 2011 was een jaar vol vernieuwingen en een “doorstart” van een veelbelovende toekomst. In de organisatie zelf denken we dan aan de sociaal-pedagogische reorganisatie die terug te vinden is in een vernieuwd organogram, in een efficiëntere overlegstructuur en in meer gezinsgerichte en vernieuwde ouder- en kindbegeleidingsmogelijkheden binnen de residentiële werkvorm. Bij onze externe werking is het belangrijk te vermelden dat in de ontwikkelingen van de Integrale Jeugdhulpverlening en in de nieuwe netwerken die ontwikkeld werden, ikv het decreet Opvoedingsondersteuning, onze organisatie zijn plaats als actieve medewerker heeft ingenomen. Alle medewerkers hebben hiervoor medewerking verleend waarvoor mijn welgemeende dank. December 2011 zal ons echter altijd bijblijven door het overlijden van Sofie Jackers, hoofd logistiek. Zij zal bij ons allen blijven verder leven in onze herinneringen. Tot slot wil ik iedereen danken die een constructieve bijdrage geleverd heeft waardoor ons CKG is wat het vandaag is: een organisatie die daadwerkelijk een verschil kan bieden dat voor vele gezinnen een verschil maakt. Indien u voorstellen wilt formuleren die onze werking kunnen verbeteren kan u steeds terecht bij een van onze medewerkers, telefonisch op het nummer 089/73.00.80, per e-mail:
[email protected] of bij mezelf:
[email protected].
Ook kunt U dit jaarverslag raadplegen op onze website: www.ckgmolenberg.be .
Namens de CKG - teams,
Rudi Gerrits, algemeen directeur Molenberg vzw.
51