JAARVERSLAG 2011 LUCHTVERKEERSLEIDING NEDERLAND Verantwoording aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
INHOUDSOPGAVE
Bericht van de raad van toezicht .............................................................................................................................. 3
Bestuursverslag.......................................................................................................................................................... 7
Voorwoord LVNL-bestuur................................................................................................................................... 7 Bestuursstructuur .............................................................................................................................................16 Maatschappelijk verantwoord ondernemen .....................................................................................................24 Veiligheid ..........................................................................................................................................................27 Efficiency ..........................................................................................................................................................32 Milieu ................................................................................................................................................................38 Financiën ..........................................................................................................................................................40 Personeel .........................................................................................................................................................46
Jaarrekening 2011 ....................................................................................................................................................48
Lijst van gebruikte afkortingen .............................................................................................................................106
Pagina 2 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
BERICHT VAN DE RAAD VAN TOEZICHT
Samenstelling van de raad van toezicht Functioneren van de raad van toezicht Toezicht op het LVNL-bestuur Visie op de toekomst
De raad kwam in 2011 vijf keer in vergadering bijeen. In mei en oktober woonde een vertegenwoordiging van de raad het overleg bij tussen het bestuur en de ondernemingsraad over de algemene gang van zaken. Daarnaast kwamen de leden van het audit committee en van de veiligheidscommissie ieder tenminste vijf keer apart bijeen, ter voorbereiding van raadsvergaderingen en/of voor advisering van de voltallige raad.
SAMENSTELLING VAN DE RAAD VAN TOEZICHT
Per 1 juli 2011 is de heer drs. M.E.P. Dierikx, als waarnemer namens de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu in de raad, voor onbepaalde tijd opgevolgd door mevrouw drs. L.M.C. Ongering. Met ingang van 1 december 2011 is de heer drs. P.L.B.A. van Geel benoemd als lid van de raad voor een periode van vier jaar, tot 1 december 2015. De benoemingsperiode van dhr. J.T. Bakker is met twee jaar verlengd tot 1 oktober 2013. Met inachtneming van genoemde wijzigingen is de samenstelling van de raad en zijn commissies in 2011 verder ongewijzigd gebleven. Op 1 maart 2012 is mevrouw mr. C.M. Insinger MBA benoemd voor een periode van vier jaar.
FUNCTIONEREN VAN DE RAAD VAN TOEZICHT
De leden van de raad voldoen aan de onafhankelijkheidsvereisten zoals vermeld in de Code goed bestuur uitvoeringsorganisaties. Uitzondering hierop vormen de vertegenwoordigers van de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu en de minister van Defensie in de raad. De waarnemer namens de minister van Defensie is lid van de raad. De waarnemer namens de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu heeft geen stemrecht in de raad. De raad geeft zich volledig en voortdurend rekenschap van zijn wettelijke taken en evalueert periodiek de doelmatigheid van zijn functioneren. Leden van de raad zijn slechts incidenteel afwezig geweest bij raadsvergaderingen.
Pagina 3 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
TOEZICHT OP HET LVNL-BESTUUR
In de vergaderingen van de raad van toezicht legt het bestuur verantwoording af over de prestaties en de bedrijfsvoering. De raad heeft naast een benoemings- en remuneratiecommissie, een veiligheidscommissie en een audit committee. De raad concludeert dat het bestuur adequaat uitvoering heeft gegeven aan de ambitie en beoogde doelstellingen zoals verwoord in het Business en annual plan 2011-2015 en de begroting 2011-2015 en daarmee in 2011 een aantal belangrijke doelen heeft gerealiseerd waaronder: - De levering van een veilige en efficiënte luchtverkeersdienstverlening, nagenoeg volledig binnen de gestelde kaders vanuit de Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol. Eén regel, waarvoor een absolute norm van nul overschrijdingen geldt, is in de nacht van 17 op 18 augustus 2011 door één vliegbeweging overschreden. Op de overige tien regels heeft LVNL, veelal ruim, binnen de normen gepresteerd. De gerealiseerde operationele prestaties ten aanzien van onder meer sustainability, vertragingen en afgehandeld verkeer hebben de doelstellingen zoals opgenomen in het Business en annual plan overtroffen. - Het programma om de kosten en uitgaven in balans te brengen wordt volgens plan uitgevoerd. De ten doel gestelde personeelsreductie is gerealiseerd en de financiële resultaten zijn in weerwil van een moeilijk economisch klimaat en een aantal kostenverhogende factoren die buiten de invloedssfeer van het bestuur liggen, aanmerkelijk beter dan de begrotingsdoelstelling. - Het reduceren van potentiële financiële risico’s, onder meer door het voortijdig beëindigen van de Qualified Technological Equipment lease (QTE), een zogenoemde cross border lease, en het borgen van de financiering voor de bedrijfsvoering en investeringsvoornemens; - Het verder uitbouwen en ontplooien van initiatieven tot internationale samenwerking in FABEC-verband (Functional Airspace Block Europe Central), het uitvoering geven aan het bestaande Memorandum of Cooperation met de Deutsche Flugsicherung, alsmede het gemeenschappelijk initiatief van de Koninklijke Luchtmacht en LVNL om in 2020 te komen tot één organisatie en één luchtruim. - Het actief deelnemen als Associate Partner aan het internationale SESAR-programma (Single European Sky Air Traffic Management Research). - De aansluiting bij het consortium van de Duitse luchtverkeersleidingsorganisatie DFS, de Britse NATS en de Spaanse AENA, voor de gezamenlijke ontwikkeling van een nieuw luchtverkeersleidingssysteem. - De ingebruikname van het Runway Incursion Alerting System Schiphol (RIASS), een additioneel veiligheidssysteem waarmee onveilige situaties op baankruisingen kunnen worden voorkomen. - De naleving van alle toepasselijke wet- en regelgeving.
De raad is tevreden over de genomen initiatieven om de efficiëntie en effectiviteit van de bedrijfsvoering te verbeteren en stelt vast dat dit succesvol is gedaan, zonder de continuïteit en kwaliteit van de dienstverlening in gevaar te brengen.
De evaluatie van het bestuur heeft in en buiten aanwezigheid van het bestuur plaatsgevonden. De raad is tevreden over de informatievoorziening door het bestuur en is van oordeel dat het bestuur in haar besluitvorming de
Pagina 4 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
belangen van de verschillende stakeholders op een begrijpelijke en aanvaardbare manier heeft afgewogen. De raad is zich voldoende bewust van de soms tegenstrijdige belangen die hierbij moeten worden afgewogen. VEILIGHEID Het aspect veiligheid is van eminent belang voor de bedrijfsvoering van LVNL en neemt dan ook een prominente plaats in op de agenda van de raad. Er is tevens een speciale Veiligheidscommissie van de raad actief. De veiligheidscommissie vergadert voorafgaand aan de reguliere raadsvergaderingen. Onderwerpen die aan de orde komen zijn de veiligheidsrapportages, de inrichting en werking van het veiligheidsmanagementsysteem en de verdere verbetering van dit systeem. De vergaderingen verlopen in open en constructieve sfeer en de raad stelt vast dat LVNL op indringende en transparante wijze werkt aan de voortdurende verbetering van de veiligheid in het algemeen en aan de strikte opvolging van het voorvallenonderzoek in het bijzonder.
In 2011 heeft de Veiligheidscommissie vanzelfsprekend stilgestaan bij de door de Onderzoeksraad Voor Veiligheid uitgebrachte onderzoeksrapporten. FINANCIËN De financiële bedrijfsvoering heeft de laatste jaren te lijden gehad onder de economische crisis en heeft veel aandacht gevergd van de raad. De negatieve vermogenspositie blijft het voornaamste aandachtspunt in een tijdperk waarin LVNL zich voor additionele financiële risico’s geplaatst ziet door de invoering van een Europees systeem van prestatiesturing. De raad stelt met tevredenheid vast dat het bestuur eenduidige afspraken met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft gemaakt ten aanzien van het minimaal vereiste eigen vermogen en dat de meerjarenbegroting erin voorziet dat de vereiste vermogenspositie ook tijdig wordt bereikt. Het aanmerkelijk beter dan begrote resultaat als gevolg van de in voorgaande jaren genomen beheersmaatregelen en de toename van het luchtverkeer dragen hier eveneens aan bij.
Het audit committee heeft in 2011 in het bijzonder aandacht geschonken aan risicomanagement, de invoering van prestatiesturing, de QTE, en de ontwikkelingen ten aanzien van de regeling Functioneel Leeftijdsontslag NonActiviteit (FLNA) voor operationeel personeel.
Vanuit risico-overwegingen heeft het bestuur in december 2011 de in 2001 afgesloten QTE-lease, met behoud van een positief rendement, voortijdig beëindigd. De aanhoudende onrust op de financiële markten bracht in potentie steeds grotere risico’s voor LVNL in deze transactie met zich mee. PERSONEEL In 2009 en 2010 is een grootschalige personeelsreductie in gang gezet. De reductiedoelstelling van in totaal 128 full time equivalents (fte) ultimo 2014 in met name de support staff is inmiddels grotendeels gerealiseerd. Een belangrijke uitdaging voor de komende jaren is de sterke natuurlijke uitstroom van operationeel personeel adequaat op te vangen.
Pagina 5 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
VISIE OP DE TOEKOMST
SINGLE EUROPEAN SKY (SES) De raad volgt de Europese ontwikkelingen met betrekking tot de Single European Sky nauwgezet. LVNL werkt samen met de luchtverkeersleidingsorganisaties van België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Zwitserland en het Maastricht Upper Area Control Centre van EUROCONTROL aan de vorming van het functionele luchtruimblok Europe Central (FABEC). De ontwikkelingen leggen een groot beslag op de middelen van LVNL maar bieden veel potentieel om de kosteneffectiviteit en kwaliteit van de dienstverlening verder te verbeteren. In 2011 zijn alle noodzakelijke voorbereidingen getroffen om per 2012 het systeem van prestatiesturing op het gebied van veiligheid, milieu, capaciteit en kosten, met (financiële) prikkels en sancties voor de en-route heffingszone in te laten gaan. LVNL heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het nationale prestatieplan voor de periode 2012-2014 dat inmiddels is goedgekeurd door de Europese Commissie.
Het bestuur ziet ook in het licht van zijn visie kansen in de Europese ontwikkelingen. Nadat LVNL in 2010 als Associate Partner is gaan deelnemen in het SESAR-programma is in 2011 besloten toe te treden tot het consortium van de Duitse luchtverkeersleidingorganisatie DFS, het Britse NATS en het Spaanse AENA, voor de gezamenlijke ontwikkeling van een nieuw luchtverkeersleidingssysteem. Deze initiatieven dragen bij aan de ontwikkeling van een toekomstbestendig luchtverkeersleidingssysteem en de beoogde performanceverbetering in het Europese luchtruim. ONTWIKKELING MAINPORT SCHIPHOL LVNL vervult een cruciale rol in de Nederlandse luchtvaartsector en zal dat ook in de toekomst blijven doen in samenwerking met haar luchtvaartsectorpartners, de overheid en de omgeving. Ondanks de inzet van LVNL om de komende jaren de organisatie kleiner en kosteneffectiever te maken, handhaaft LVNL haar positie als een state-ofthe-art luchtverkeersdienstverlener in een complex werkveld. De focus blijft gericht op de kwaliteit van het primaire proces. Een consequentie hiervan is evenwel dat LVNL tegen het licht van deze ambitie, activiteiten die minder direct verband houden met de kerntaak kritischer zal moeten beoordelen op hun nut en noodzaak en de bekostiging daarvan zal moeten bezien. Met andere woorden: LVNL zal meer resultaatgericht moeten gaan werken en derden zullen moeten gaan betalen voor door LVNL geleverde diensten.
De raad van toezicht heeft kennis genomen van de door het bestuur vastgestelde jaarverslag en de jaarrekening 2011 en stemt in met de inhoud daarvan. De raad constateert dat over 2011 een goedkeurende verklaring van de accountant is verkregen en heeft kennis genomen van de bevindingen van de accountant.
Schiphol, 24 april 2012.
Voor de raad van toezicht, Prof. Drs. G.J. Cerfontaine, voorzitter.
Pagina 6 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
BESTUURSVERSLAG
Voorwoord LVNL-bestuur Bestuursstructuur Maatschappelijk verantwoord ondernemen Veiligheid Efficiency Milieu Financiën Personeel
VOORWOORD LVNL-BESTUUR
Met tevredenheid kijken wij terug op het verslagjaar 2011. Wij constateren dat we in een periode waar economische crisis aan de orde van de dag is goed hebben gepresteerd. Na trajecten als ‘Resultaatgericht werken’, ‘Meer voor minder’ en ‘Inkomsten en uitgaven in balans’ blijven we ons continu afvragen waar het nog beter en nog goedkoper kan. De ontwikkelingen binnen Europa leiden ertoe dat luchtverkeersdienstverleners meer dan voorheen zelf verantwoordelijk zijn voor product en prijs. Risico’s zijn niet voor de staat, maar voor de luchtverkeersleidingsorganisaties die zelf hun inkomsten en uitgaven in balans moeten krijgen en houden. We hebben in 2011 een prachtig, veilig, economisch en milieubewust product geleverd. Veiligheid staat centraal en is hét product van 2011. DE BELANGRIJKSTE MOMENTEN IN VOGELVLUCHT Januari Op 1 januari 2011 werd Gerlach Cerfontaine benoemd tot voorzitter van de raad van toezicht van LVNL, voor een periode van vier jaar. De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu volgde met deze benoeming de voordracht van de raad, die tot 1 januari werd geleid door vicevoorzitter Franklin Oliemans.
Februari Op 8 februari 2011 kende de Europese Unie aan FABEC een Trans-European Transport Network (TEN-T) fonds van 13,8 miljoen euro toe.
Maart Op 8 maart 2011 ondertekende LVNL samen met de Duitse luchtverkeersleidingsorganisatie DFS een overeenkomst voor de deelname aan een Europees consortium, met het doel samen een nieuw Pagina 7 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
luchtverkeersleidingssysteem te ontwikkelen. Dit systeem moet in 2016 een deel van het nu bij LVNL in gebruik zijnde AAA-systeem gaan vervangen.
Op dezelfde datum ondertekende LVNL in FABEC-verband een raamovereenkomst voor de implementatie van een netwerk ten behoeve van air-ground-datalink. Met deze overeenkomst is zeker gesteld dat in 2013 de communicatie-infrastructuur ten behoeve van het hogere en lagere luchtruim volledig voldoet aan de technische specificaties van de FABEC-partners, de eisen gesteld door de Europese Commissie en is voorbereid op toekomstige rollen van luchtverkeersdienstverleners.
Mei Op 20 mei 2011 diende LVNL voorstellen in om haar tarieven voor de begeleiding van vluchten in 2012 te verlagen. Met deze lagere tarieven levert LVNL een bijdrage aan de versterking van de concurrentiepositie van de Mainport Schiphol.
Juni Op 14 juni 2011 werd CEO Paul Riemens gekozen tot voorzitter van het bestuursorgaan van de Civil Air Navigation Services Organisation (CANSO). CANSO behartigt de mondiale belangen van de luchtverkeersleidingsorganisaties.
September Op 15 september 2011 lanceerde LVNL haar volledig vernieuwde corporate website lvnl.nl.
Oktober Op vrijdag 28 oktober 2011 presenteerde LVNL officieel een nieuw veiligheidssysteem dat de dreiging van een botsing met vliegtuigen op start- en landingsbanen op Schiphol helpt te voorkomen: RIASS, voluit Runway Incursion Alerting System Schiphol. Het unieke systeem is door LVNL ontwikkeld in samenwerking met het Nationaal Lucht - en Ruimtevaartlaboratorium NLR, met het doel de veiligheid op de grond verder te verbeteren. Het waarschuwt de luchtverkeersleiders op de verkeerstorens voor dreigende gevaarlijke situaties wanneer zich op een in gebruik zijnde start- of landingsbaan onbedoeld een ander vliegtuig of een voertuig begeeft. Deze situaties worden aangeduid met ‘runway incursions’. Het systeem is een extra aanvulling op de reeds bestaande technische middelen en geldende procedures om onveilige situaties op baankruisingen te voorkomen. Met RIASS is de veiligheid verder verbeterd, terwijl het luchtverkeer groeit, het banenstelsel is uitgebreid, het aantal kruisingen is toegenomen en het verkeer van vliegtuigen en voertuigen door het landingsterrein intensiever is geworden. Alle start- en landingsbanen op Schiphol zijn uitgerust met RIASS.
December Op 21 december 2011 publiceerde de Onderzoeksraad voor Veiligheid het eindrapport over de start van een taxibaan van Schiphol op 10 februari 2010. Tijdens het incident was geen sprake van botsingsgevaar. LVNL heeft Pagina 8 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
naar aanleiding van het zeer uitzonderlijke incident maatregelen genomen met het doel een herhaling te voorkomen. BEDRIJFSRESULTATEN SAMENGEVAT Financiën De economische crisis heeft de financiële positie van LVNL in voorgaande jaren sterk onder druk gezet. In antwoord hierop heeft het bestuur al in een vroegtijdig stadium ingegrepen in de bedrijfsvoering en additionele financiële middelen aangetrokken om de continuïteit adequaat te borgen. Nadat 2010 na een aantal jaren van sterke verliezen kon worden afgesloten met een positief resultaat van 7,8 miljoen euro overtreft het resultaat van het boekjaar 2011 (15,6 miljoen euro positief) deze goede prestatie. Daarbij wordt aangetekend dat in het resultaat 2010 een bijzondere eenmalige last is verdisconteerd. Dit betreft de vorming van de voorziening van 2,4 miljoen euro voor de personeelsreductie van achtentwintig fte. In de begroting 2011 werd nog een positief resultaat van 4,8 miljoen euro voorzien.
De verbetering van het resultaat ten opzichte van 2010 is met name veroorzaakt door het ingezette herstel van het luchtverkeer en - specifiek voor de en-route heffingszone - een stijging van de tarieven met twee procent per 1 januari 2011.
Onderstaande tabel geeft enkele financiële kerngegevens over 2011, in vergelijking met de door de minister goedgekeurde begroting 2011 en de financiële kerngegevens 2010.
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
(bedragen x 1.000 euro)
Bedrijfsopbrengsten
184.448
172.739
170.797
Bedrijfslasten
163.535
162.293
157.168
5.346
5.621
5.790
15.567
4.825
7.839
Financiële baten en lasten Resultaat
Veiligheid In 2011 registreerde LVNL 4.090 meldingen van voorvallen met mogelijke relevantie voor veiligheid, tegen 3.927 in 2010. Alle door LVNL geconstateerde veiligheidsvoorvallen worden gemeld aan het Analysebureau Luchtvaartvoorvallen (ABL), dat resideert bij de Inspectie Verkeer en Waterstaat.
In 2011 zijn 1.333 ATC-gerelateerde voorvallen onderzocht tegen 960 ATC-gerelateerde onderzoeken in 2010. De toename in het aantal onderzoeken is met name het gevolg van een toegenomen meldingsbereidheid; in 2010 en 2011 is veel aandacht besteed aan veiligheidspromotie.
Na onderzoek van voorvallen kunnen aanbevelingen worden gedaan ter voorkoming van herhaling van een type incident. In 2011 werden 39 interne aanbevelingen opgesteld en in behandeling genomen. Pagina 9 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Efficiency LVNL bood in het verslagjaar zowel een hoge uurcapaciteit onder goede omstandigheden, als een zo hoog mogelijke capaciteit bij minder gunstige omstandigheden. Dit laatste staat bekend als een hoge sustainability. Gebruik en ontwikkeling van het LVNL-luchtverkeersleidingssysteem zijn gericht op het bereiken van een zo hoog mogelijke piekuurcapaciteit en een hoge sustainability.
In het verslagjaar registreerde de Central Flow Management Unit (CFMU) van EUROCONTROL in het Nederlandse Air Traffic Flow and Capacity Management (ATFCM) gebied 516.881 vluchten die door LVNL zijn afgehandeld. De gemiddelde vertraging bedroeg 0,90 minuten per vlucht, lager dan de doelstelling van 1 minuut per vlucht. In 2010 was de gemiddelde vertraging per vlucht 0,94 minuten.
Milieu Op 1 november 2010 is, als onderdeel van de uitvoering van het zogenoemde Aldersakkoord, een tweejarig experiment gestart met een nieuw normen- en handhavingstelsel voor Schiphol. In het verslagjaar zijn elk kwartaal door LVNL ontwikkelde monitoringsrapportages opgesteld en besproken aan de Alderstafel.
Het gebruiksjaar 2011, de periode van 1 november 2010 tot en met 31 oktober 2011, is het negende gebruiksjaar waarover LVNL conform de Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol (RMI) rapporteert aan de Inspectie Verkeer en Waterstaat. In dit gebruiksjaar is de norm van één van de elf milieuregels overschreden. Voor de overige tien regels is LVNL, vaak ruim, binnen de normen gebleven.
Personeel Het aantal personeelsleden van LVNL bedroeg op 31 december 2011 - op basis van fulltime equivalenten (38 uur) - 945 fte (afgerond), waarvan 53 inactief en 47 fte in opleiding tot luchtverkeersleider. In 2010 was het aantal personeelsleden 963 fte, waarvan 70 fte inactief en 43 fte in opleiding tot verkeersleider. De formatie bedroeg op 31 december 2011 855,29 fte, dit is 2,89 fte lager dan de stand op 31 december 2010. LUCHTVERKEERSLEIDERSTEKORTEN LVNL kampt nog steeds met een tekort aan luchtverkeersleiders. Hoewel dit de continuïteit van ons primaire proces niet in gevaar brengt, betekent het dat de noodzakelijke inzet van operationele experts op andere gebieden zoals training, belangrijke projecten, en dergelijke onder druk staat. De noodzaak om dit reële tekort in te lopen blijft dan ook onverminderd van kracht en zal de komende jaren als gevolg van de sterke stijging van de natuurlijke uitstroom alleen maar toenemen. LVNL blijft derhalve onverminderd investeren in het opleidingsproces en het vereenvoudigen van het ATM-concept teneinde het opleidingsrendement te kunnen verbeteren.
Ten opzichte van 2010 is de prognose van het tekort verslechterd. Hieraan ligt een drietal oorzaken ten grondslag. Allereerst moest een in 2010 geëlimineerde dienst als gevolg van de sterke toename van het verkeer in 2011 weer opnieuw worden ingeroosterd. Ten tweede is het aantal zogenoemde verkoeverdagen, dagen om te herstellen van operationele diensten, voor operationeel personeel verhoogd vanwege de toegenomen werkdruk. Een derde Pagina 10 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
verklaring is gelegen in het feit dat het steeds moeilijker blijkt te zijn voldoende geschikte kandidaten te vinden om alle beschikbare opleidingsplaatsen te bezetten en vervolgens het opleidingsrendement achterblijft bij de verwachtingen.
Overzicht verwachte luchtverkeersleiderstekorten in fte
2011
2012
2013
2014
2015
2016
Area Control Centre
4,3
2,9
3,5
2,6
2,4
0,7
Schiphol Tower/Approach
6,3
6,4
6,9
6,0
5,8
4,1
Rotterdam The Hague Airport
1,7
0,9
0,1
0,1
1,1
1,1
Totaal verwacht tekort 2011
12,3
10,2
10,5
8,7
9,3
5,9
Totalen verwacht tekort 2010
12,3
8,5
4,9
5,2
3,9
-
Het verkeersleiderstekort op Groningen Airport Eelde en Maastricht Aachen Airport was in het verslagjaar respectievelijk 1,1 fte en 1,5 fte. Het verkeersleiderstekort op beide luchthavens is vooral het gevolg van onvoldoende rendement uit de opleidingen. Verbeteringen van de wervings-, selectie-, en opleidingstrajecten en het betrekken van luchtverkeersleiders van de Koninklijke Luchtmacht, zullen naar verwachting voldoende resultaat opleveren om de verkeersleiderstekorten in te lopen. In 2011 is ook een luchtverkeersleidingsassistent van de Koninklijke Luchtmacht in dienst getreden op Groningen Airport Eelde. JURIDISCHE AANGELEGENHEDEN De Rechtbank Haarlem wees op 14 november 2007 de vorderingen van Chipshol Holding BV af. Deze vorderingen waren gebaseerd op vermeend onrechtmatig handelen van LVNL met betrekking tot ruimtelijke plannen van een gebied in de nabijheid van de luchthaven Schiphol. In februari 2008 werd door Chipshol hoger beroep ingesteld. Het Gerechtshof oordeelde op 15 december 2009 dat LVNL in maart 1999 en in de periode 29 november 2002 tot 18 oktober 2005 onrechtmatig heeft gehandeld jegens Chipshol. Volgens het hof heeft LVNL in deze perioden onvoldoende inzicht gegeven in de bezwaren van LVNL tegen de door Chipshol ingediende bouwplannen. Het Gerechtshof oordeelde overigens ook dat Chipshol - naar eigen zeggen - voor de periode 23 november 2002 tot 30 januari 2003, reeds schadeloos is gesteld. De eveneens door Chipshol gestelde onrechtmatigheid van LVNL over (andere) perioden vanaf 1996 werd door het hof afgewezen. Over deze perioden heeft LVNL wel voldoende inzicht gegeven in de bezwaren tegen de toenmalige (globale) bouwplannen.
Het hof gaf verder aan dat het er in dit geding slechts om gaat vast te stellen of de mogelijkheid bestaat dat Chipshol door de onrechtmatige (want onvolledige) mededelingen van LVNL, (vertragings)schade heeft geleden. Voor de vraag of Chipshol daadwerkelijk schade heeft geleden en in dat geval de hoogte van de schade, verwees het hof naar een apart te voeren schadestaatprocedure. Van een dubbele schadevergoeding aan Chipshol kan - ook volgens het hof - geen sprake zijn.
Pagina 11 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
LVNL kan zich in de gestelde onrechtmatigheid niet vinden en heeft op 12 maart 2010 cassatie aangetekend tegen de uitspraak. Chipshol heeft ook (incidenteel) cassatieberoep ingesteld. LVNL is in afwachting van het arrest van de Hoge Raad, waarvan de datum is bepaald op 25 mei 2012. VOORUITBLIK Samenwerking In de corporate visie en strategie van LVNL wordt enerzijds uiting gegeven aan een keuze voor de focus op de kerntaak, het leveren van luchtverkeersdiensten, en het ontwikkelen en implementeren van ATM-concepten voor complexe huboperaties. Anderzijds geeft het uiting aan de keuze voor schaalvergroting (verbetering kosteneffectiviteit), waarbij LVNL zichzelf ziet als een onderdeel van een groter samenwerkingsverband.
In 2012 blijft LVNL zich richten op kosteneffectiviteit en op nationale en internationale samenwerking. Nationale samenwerking binnen de luchtvaartsector, aan de Alderstafel, in de Commissie Regionaal Overleg luchthaven Schiphol en met de Koninklijke Luchtmacht. Internationaal in FABEC- en SESAR-verband, maar ook specifiek met de Duitse collega-organisatie DFS.
Koninklijke Luchtmacht Op 17 mei 2010 maakte LVNL samen met de Koninklijke Luchtmacht bekend dat de bestaande samenwerking wordt uitgebreid. Het doel is om uiterlijk in 2020 de militaire en civiele luchtverkeersdienstverlening in één organisatie onder te brengen. Deze verregaande samenwerking moet een einde maken aan de scheiding in het Nederlandse luchtruim tussen een civiel en militair deel. Naast efficiëntiewinst in de samenwerking wordt verwacht dat ook belangrijke economische voordelen worden behaald voor de Mainport Schiphol en de gebruikers daarvan. Het opheffen van het onderscheid tussen civiel en militair luchtruim in het nationale luchtruim is ook een belangrijke stap in de realisatie van FABEC.
In dit verband wordt een grote stap gemaakt in het najaar van 2012. Vanaf dat moment zal de militaire algemene verkeersleiding - AOCS Nieuw Milligen - haar taken in het hogere luchtruim gaan uitvoeren vanuit het LVNLluchtverkeersleidingscentrum. De colocatie van de taken heeft vooralsnog een tijdelijk karakter. Op een nader vast te stellen moment vindt een evaluatie plaats. Op basis van de resultaten van deze evaluatie wordt bepaald wat de vervolgstappen zullen zijn.
Luchtvaartsector LVNL werkt met luchtvaartsectorpartners AAS en KLM in diverse werkgroepen samen. Zij hebben onder meer tot doel de verkeersontwikkelingen op Schiphol te monitoren, marktprognoses op te stellen en verbeteringen in technisch-operationele zin te identificeren en initiëren. Daarmee vervullen de werkgroepen voor LVNL een belangrijke rol in de totstandkoming van het meerjaren investeringsprogramma en -begroting, die worden besproken in de breder samengestelde overleggen met luchtvaartmaatschappijen. Ook in 2012 wordt deze constructieve samenwerking voortgezet.
Pagina 12 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
DFS Op 8 maart 2011 heeft LVNL samen met de Duitse luchtverkeersleidingsorganisatie DFS een overeenkomst ondertekend voor de deelname aan een Europees consortium, met het doel samen een nieuw luchtverkeersleidingssysteem te ontwikkelen. Dit systeem moet in 2016 een deel van het nu bij LVNL in gebruik zijnde AAA-systeem gaan vervangen. LVNL heeft zich als partner en mede opdrachtgever gevoegd bij het reeds bestaande consortium van de DFS, de Britse NATS en de Spaanse AENA. Daarnaast hebben LVNL en DFS een overeenkomst gesloten voor de verdere uitbreiding van iTEC tot een systeem dat AAA volledig kan vervangen. LVNL gaat hiervoor gebruik maken van aanvullende systemen die DFS daarvoor ontwikkelt of al ontwikkeld heeft. Het gezamenlijk bouwen van één systeem dat in verschillende Europese landen wordt gebruikt, is een belangrijke stap in de ontwikkeling van één, efficiënt ingericht, Europees luchtruim. Omdat de Engelse en de Duitse luchtverkeersleidingsorganisatie net als LVNL het iTEC-systeem gaan gebruiken, worden de grote, aangrenzende luchtruimen van de buurlanden met en via het Nederlandse luchtruim door één luchtverkeersleidingssysteem verbonden.
LVNL kan met het nieuwe luchtverkeersleidingssysteem in de toekomst voldoende capaciteit bieden voor de verdere versterking van het wereldwijde netwerk van de KLM en haar partners van het SkyTeam. Daarmee wordt de transferfunctie van de Mainport Schiphol versterkt.
FABEC Op 2 december 2010 tekenden de transportministers en hoge vertegenwoordigers van de militaire organisaties van België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland en Zwitserland, in Brussel het FABEC-statenverdrag. Deze overeenkomst maakt de realisatie van FABEC in december 2012 mogelijk en vormt het kader voor verdere samenwerking.
LVNL leidt de werkzaamheden van het Standing Committee on Operations en het Standing Committee on Safety voor FABEC. De samenwerking binnen het Safety Comittee leidt uiteindelijk tot een overall safety case voor FABEC en een coördinerend mechanisme voor de Safety Management Systemen van de FABEC-partners. De Standing Committee Operations stuurt diverse projecten aan die op termijn leiden tot een efficiëntere indeling van het FABEC-luchtruim en de realisatie van een meer geavanceerd afhandelingsconcept.
Prestatiesturing In 2010 is de zogenoemde Prestatieregeling (EG nr. 691/2010) vastgesteld. Met deze EU-verordening wordt vormgegeven aan een belangrijke pijler van de Single European Sky, te weten een systeem van prestatiesturing. Dit systeem moet bijdragen aan de duurzame ontwikkeling van het systeem voor luchtvervoer door het verbeteren van de algemene efficiëntie van de luchtvaartnavigatiediensten op de kernprestatiegebieden veiligheid, milieu, capaciteit en kosteneffectiviteit. Het is de bedoeling dat de prestatieregeling luchtvaartnavigatiediensten volgens een gate-to-gate principe, met inbegrip van luchthavens, benadert om de algemene prestatie van het netwerk te verbeteren. De regeling zal gefaseerd worden ingevoerd. Per 1 januari 2012 is de prestatiesturing van toepassing
Pagina 13 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
op de en-route dienstverlening. Vanaf 2015 zal prestatiesturing ook van toepassing zijn op de ‘terminal’ dienstverlening.
De prestatieregeling voorziet in concrete kritieke prestatie-indicatoren voor de onderscheiden prestatiegebieden waarvoor de Europese Commissie voor meerjarige tijdvakken concrete EU-wijde prestatiedoelen formuleert. De lidstaten moeten op nationaal niveau, of op het niveau van de functionele luchtruimblokken, prestatieplannen ontwikkelen met doelen die consistent zijn met de EU-wijde doelen. Deze prestatieplannen worden beoordeeld en vastgesteld door de Commissie. De prestatieplannen bevatten op hun beurt de relevante elementen van de bedrijfsplannen die de luchtverkeersleidingsorganisaties moeten opstellen. Zij moeten consistent zijn met de prestatieplannen.
In de aanloop naar de eerste referentieperiode (2012-2014) hebben de FABEC-staten in 2011 gezamenlijk het zogenoemde provisional FABEC prestatieplan opgesteld. Dit plan biedt inzicht in de gemeenschappelijke doelstellingen van de FABEC-leden op prestatiegebieden zoals veiligheid, capaciteit en milieu. Er is voor gekozen het prestatiegebied kosteneffectiviteit te adresseren in de nationale prestatieplannen. In 2011 is het Nederlandse prestatieplan voor de eerste referentieperiode ingediend en beoordeeld door de Commissie. Vastgesteld is dat het plan voldoet aan de gestelde criteria.
De belangrijkste Nederlandse kwantitatieve doelstellingen voor de jaren 2012-2014 zijn: -
Het beperken van de gemiddelde ATFM-vertraging per en-route en terminal vlucht tot maximaal 1 minuut.
-
Een betrouwbaarheid van de capaciteitsdeclaratie van de eerste inbound piek (68 bewegingen / uur) van tenminste 92,5%.
-
Het leveren van een prestatie binnen de vigerende normen van de regels voor het route- en baangebruik.
-
Het reduceren van het vastgestelde eenheidstarief voor en-route luchtvaartnavigatiediensten met 3,3%.
Het bedrijfsplan van LVNL voorziet in het leveren van de vereiste bijdrage aan genoemde prestaties. Vanzelfsprekend zijn ook exogene factoren, zoals de ontwikkeling van het verkeersaanbod, bepalend voor de mate waarin de prestaties daadwerkelijk bereikt kunnen worden.
Onderdeel van het systeem van prestatiesturing is dat er een zeker afrekenmechanisme wordt gehanteerd op basis van de bereikte prestaties. De twee belangrijkste die direct in de eerste referentieperiode van toepassing zijn verklaard op LVNL zijn het volumerisico en het kostenrisico. Zij houden direct verband met het kernprestatiegebied kosteneffectiviteit en kunnen financiële consequenties hebben. De prestatieregeling biedt de mogelijkheid om aanvullende stimuleringsmaatregelen te treffen. Voor de eerste referentieperiode is dat niet van toepassing.
Tarieven In 2011 heeft LVNL de terminal tarieven op hetzelfde niveau gehouden als in 2010. De en-route tarieven zijn met twee procent verhoogd.
Pagina 14 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
100 90
Euro's
80 70 60
2009
50
2010
40
2011
30 20 10
Fr Ve an re kr ni ijk gd Ko ni nk rij k Ne de rla nd Zw it s er la nd O os te nr Sp ijk an je (c on t)
an d ts l
Du i
Be lg ië
0
Land En-route tarieven 2009, 2010 en 2011.
Bron: EUROCONTROL
In het verslagjaar is besloten de tarieven voor de en-route en de terminal dienstverlening met ingang van 2012 te verlagen. Voor en-route betreft dit een verlaging van 1% ten opzichte van het voor 2011 geldende tarief, en voor terminal betreft dit een verlaging van 2%. Beide tarieven zullen voor de periode 2012-2014 op hetzelfde, verlaagde niveau toegepast worden, onder de voorwaarde dat het werkelijke verkeersvolume gemeten naar dienstverleningseenheden niet meer dan 5% onder het in het Nederlandse prestatieplan opgenomen verkeersscenario ligt.
Pagina 15 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
BESTUURSSTRUCTUUR
Algemeen Opvolging van bepalingen Afwijkingen van bepalingen Tegenstrijdige belangen Wettelijke taken Raad van toezicht Bestuur Managementteam LVNL Ondernemingsraad
ALGEMEEN
LVNL is sinds 1 januari 1993 een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO). Daarvoor was LVNL onderdeel van het directoraat-generaal Rijksluchtvaartdienst van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Als ZBO legt LVNL over haar prestaties verantwoording af aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu. Het personeel van LVNL is ambtenaar in de zin van de Ambtenarenwet.
LVNL hanteert de Code goed bestuur uitvoeringsorganisaties als leidraad. LVNL doet in dit hoofdstuk verslag over: - De hoofdlijnen van haar bestuursstructuur, conform de principes van deze code. - De belangrijkste wijzigingen in de bestuursstructuur in het verslagjaar.
OPVOLGING VAN BEPALINGEN
In dit jaarverslag wordt voldaan aan de bepalingen in Code goed bestuur uitvoeringsorganisaties met uitzondering van de bepalingen inzake de nevenfuncties van de leden van de raad van toezicht. Alleen van de relevante nevenfuncties wordt opgave gedaan. Als relevant worden beschouwd nevenfuncties die substantieel tijd vergen van de leden van de raad of nevenfuncties bij organisaties van waaruit een potentieel belangenconflict zou kunnen ontstaan. In het verslagjaar zijn geen nevenfuncties vervult waar dit het geval is.
Bij LVNL zijn de door de Code goed bestuur uitvoeringsorganisaties vereiste reglementen en procedures vastgesteld en van kracht. Voor de raad van toezicht zijn dit het Reglement van de raad van toezicht, inclusief gedragscode voor leden van de raad, de Profielschets van de raad van toezicht en het Rooster van aftreden. Het LVNL-bestuur hanteert het Reglement inrichting en bedrijfsvoering LVNL (Bestuursreglement LVNL), inclusief gedragscode voor leden van het bestuur en het Informatiestatuut voor de uitwisseling van informatie tussen LVNL
Pagina 16 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Daarnaast beschikt LVNL over een Klachtenregeling en een Klokkenluiderregeling.
Op basis van de ICAO-verplichting en met het doel de klant te consulteren bij voorgenomen beslissingen die voor hem van belang zijn, dan wel de klant de mogelijkheid te geven ongevraagd advies te geven, worden door LVNL ten minste jaarlijks zogeheten 'user consultation meetings' georganiseerd. In 2011 heeft een dergelijke consultatie voor het eerst ook op FABEC-niveau plaatsgevonden. Onderwerp van consultatie was het zogenoemde FABEC Provisional Performance Plan. LVNL voert ook regelmatig klantwaarderingsonderzoeken uit.
Om de veiligheids-, efficiëntie- en milieuaspecten van de primaire processen te bewaken, is een bedrijfsmanagementsysteem ingericht. Daarmee is interne borging verzekerd.
Op haar website www.lvnl.nl heeft de organisatie de informatie ondergebracht die volgens de code publiek toegankelijk moet zijn.
TEGENSTRIJDIGE BELANGEN
In het verslagjaar hebben zich geen situaties voorgedaan waarbij sprake was van tegenstrijdige belangen van leden van de raad van toezicht of leden van het bestuur, zoals bedoeld in de Code goed bestuur uitvoeringsorganisaties.
WETTELIJKE TAKEN
De taken van LVNL zijn vastgelegd in en bij de Wet luchtvaart. Volgens deze wet is LVNL verantwoordelijk voor: - Het verlenen van luchtverkeersdiensten binnen het vluchtinformatiegebied Amsterdam. - Het verlenen van communicatie-, navigatie- en plaatsbepalingsdiensten. - Het verlenen van luchtvaartinlichtingendiensten en het uitgeven van luchtvaartpublicaties en kaarten. - Het verzorgen of doen verzorgen van opleidingen ten behoeve van luchtverkeersbeveiliging. - Het adviseren van de minister van Infrastructuur en Milieu alsmede de minister van Defensie betreffende aangelegenheden op het gebied van de luchtverkeersbeveiliging. - Het verrichten van andere bij of krachtens de Wet luchtvaart opgedragen taken.
LVNL kan de aan haar opgedragen taken in beginsel door derden laten verrichten. Ook kan LVNL deze werkzaamheden voor anderen uitvoeren, eventueel ook buiten Nederland. MILIEUTAAK In het Luchthavenverkeerbesluit, een algemene maatregel van bestuur gebaseerd op de Wet luchtvaart, zijn regels voor route- en baangebruik vastgelegd waaraan LVNL dient te voldoen. In hetzelfde besluit is ook de Pagina 17 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
verantwoordelijkheid om de grenswaarden voor geluid, externe veiligheid en lokale luchtverontreiniging na te leven vastgelegd. Het luchtverkeer afhandelen binnen deze grenswaarden is een gezamenlijke zorgplicht van LVNL, de luchtvaartmaatschappijen en de exploitant van de luchthaven Schiphol.
RAAD VAN TOEZICHT
De raad van toezicht ziet toe op de werkzaamheden van het bestuur en staat het bestuur met raad terzijde. De leden van de raad worden benoemd door de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu voor een periode van maximaal vier jaar en zijn eenmaal herbenoembaar voor een tijdvak van maximaal vier jaar. LEDEN VAN DE RAAD VAN TOEZICHT Gerlach Cerfontaine (1946), voorzitter. Datum eerste benoeming: 1 januari 2011.
Relevante nevenfuncties: - Voorzitter raad van toezicht Onze Lieve Vrouwe Gasthuis Amsterdam. - Voorzitter raad van toezicht Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). - Voorzitter raad van toezicht Nederlands Filmfonds. - Voorzitter Vereniging VvAA. - Lid Raad van Toezicht Stichting Kennis voor Klimaat. - Voorzitter Internationaal Kamermuziekfestival Utrecht, artistiek leider Janine Jansen. - Voorzitter Bestuur Stichting Vrede van Utrecht. - Lid Raad van Advies Partnership Foundation, ondernemen voor straatkinderen in India. - Adviseur Gilde Health Care en Life Science Fund. - President-commissaris Iddink voortgezet onderwijs B.V.
Franklin Oliemans (1947). Datum eerste benoeming: 1 februari 2000, van 2000 tot 2004 op voordracht van de minister van Defensie. Herbenoemd tot: 1 mei 2012.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Programmamanager van het College van Belanghebbenden Luchtvaart onderwijs (CvBLO). - Member of the Advisory Board at Ganis Systems Ltd. - Eigenaar van Air Related Projects.
Pagina 18 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Jan te Veldhuis (1947). Datum eerste benoeming: 1 mei 2004. Herbenoemd tot: 1 mei 2012.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Voorzitter raad van commissarissen Total Raffinaderij Nederland/Zeeland Refinery. - Voorzitter raad van toezicht Centrum Beeldende Kunst, Vormgeving, Architectuur in Zeeland (CBK). - Voorzitter Stichting Historisch Onderzoek Zeeland. - Lid van de Klachtencommissie Politie Zeeland. - Lid van de Kiesraad. - Voorzitter Meldpunt Monumenten Zeeland.
Bart van Halder (1947). Datum eerste benoeming: 1 juli 2004. Herbenoemd tot: 25 juni 2012.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Lid raad van toezicht Royal Cosun Breda. - Lid raad van toezicht Amphia ziekenhuis Breda. - Lid raad van commissarissen Qpark Maastricht. - Docent management executive programma's.
Arnold Vandenbroucke (1939). Datum eerste benoeming: 15 september 2004. Herbenoemd tot: 15 september 2012.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Ground instructor bij de Sabena Flight Academy.
Marc Dierikx (1953), waarnemer namens de minister van Infrastructuur en Milieu. Datum eerste benoeming: 1 januari 2008. Afgetreden op: 1 juli 2011.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Lid van het Strategisch Platform Logistiek. - Lid van het bestuur van het Carnegie Heldenfonds.
Pagina 19 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Tom Bakker (1946). Datum eerste benoeming: 1 oktober 2009. Benoemd tot: 1 oktober 2013.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Eigenaar van TweeB Software. - Lid van de Raad van Advies van YAPsystems. - Adviseur bij de Onderzoeksraad Voor Veiligheid.
Lidewijde Ongering (1958), waarnemer namens de minister van Infrastructuur en Milieu. Datum eerste benoeming: 1 juli 2011. Benoemd voor onbepaalde tijd.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Lid van het Strategisch Platform Logistiek.
Pieter van Geel (1951). Beoogd plaatsvervanger van Jan te Veldhuis Datum eerste benoeming: 1 december 2011. Benoemd tot: 1 december 2015.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Voorzitter Raad van Toezicht Koninklijke Kentalis. - Voorzitter Stuurgroep Duurzame glastuinbouw. - Voorzitter platform groene biotechnologie. - Voorzitter Raad van Toezicht Ons Middelbaar Onderwijs. - Voorzitter Nederlandse Algemene Keuringsdienst (NAK). - Lid Raad van Toezicht Foundation for Rural Energy Services (FRES). - Bestuurslid Stichting Thomas van Villanova. - Lid Raad van Commissarissen Goede Doelen Loterijen. - Lid Raad van Commissarissen COVRA. - Vicevoorzitter CDA.
Pagina 20 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Charlotte Insinger (1965). Datum eerste benoeming: 1 maart 2012.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - Onderzoeker bij de Ondernemingskamer. - Partner in De Nieuwe Commissaris Consult BV. - Lid Raad van Commissarissen, voorzitter Remuneratie- en nominatiecommissie, Vesteda Groep BV. - Lid Raad van Commissarissen, lid Audit Commissie en Risk Commissie, SNS Reaal NV. - Bestuurslid en penningmeester Doping Autoriteit Nederland. - Vicevoorzitter Raad van Toezicht, voorzitter Financiële Commissie, Stichting Koninklijke Diergaarde Blijdorp.
BESTUUR
Het bestuur is belast met de dagelijkse leiding van LVNL en vertegenwoordigt LVNL in en buiten rechte. Het bestuur van LVNL volgt de principes van een collegiaal bestuur. Het bestuur geeft leiding aan de organisatie en daarbinnen onderkende bedrijfsprocessen. Op voordracht van de raad van toezicht worden de leden van het bestuur benoemd door de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, voor een periode van maximaal vijf jaar. Herbenoeming kan telkens voor een periode van maximaal vijf jaar plaatsvinden. LEDEN VAN HET LVNL-BESTUUR Paul Riemens (1962), Chief Executive Officer (CEO), voorzitter van het bestuur, per 1 oktober 2009, Chief Operating Officer (COO), bestuurslid operationele bedrijfsvoering, tot 1 oktober 2009, waarnemend voorzitter van het bestuur tot 1 oktober 2009. Datum eerste benoeming: 1 januari 2008.
Relevante nevenfuncties in het verslagjaar: - lid van de Adviesraad van het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium (NLR). - lid van de Beirat van de Deutsche Flugsicherung. - Voorzitter van het Executive Committee van CANSO.
Jos van Rooijen (1953), Chief Financial Officer (CFO), bestuurslid. Datum eerste benoeming: 1 oktober 2009.
Pagina 21 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
TAAKVERDELING De taakverdeling tussen de bestuurders is vastgelegd in het Bestuursreglement LVNL. De bestuursleden zijn samen verantwoordelijk voor de taken zoals vastgelegd in de Wet luchtvaart. De voorzitter van het bestuur heeft een bijzondere positie. Onverlet de principes van collegiaal bestuur is hij de eerst aangesprokene voor de resultaten en de algemene gang van zaken binnen LVNL.
MANAGEMENTTEAM LVNL
Het MT-LVNL stuurt samen met het bestuur de dagelijkse bedrijfsvoering aan. LEDEN VAN HET MANAGEMENTTEAM Martin Beringer, director Procedures & Systems.
Jasper Daams, general manager Strategy & Performance.
Hans Keetman, general manager Corporate Services.
John Schaap, director Operations. ORGANISATIESTRUCTUUR
MT-LVNL
EXECUTIVE BOARD Chief Executive Officer: Paul Riemens Chief Financial Officer: Jos van Rooijen
LEGAL AFFAIRS (LA) Manager: Matthé Rutten
CORPORATE SERVICES (CS) General manager: Hans Keetman
OPERATIONS (OPS) Director: John Schaap
Organogram Pagina 22 van 108
PROCEDURES & SYSTEMS (P&S) Director: Martin Beringer
STRATEGY & PERFORMANCE (S&P) General manager: Jasper Daams
REGIONAL UNIT (RU) General manager: Peter van Hoogstraten
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
ONDERNEMINGSRAAD
De ondernemingsraad (OR) wordt gevormd en gekozen door de LVNL-medewerkers. De zittingsperiode van de leden van de OR is drie jaar. Medewerkers moeten minimaal een half jaar bij LVNL in dienst zijn om te mogen stemmen. Kandidaten voor de ondernemingsraad moeten minimaal een jaar in dienst zijn. De OR komt op voor de collectieve belangen van de medewerkers door overleg te voeren met het LVNL-bestuur over het beleid en het functioneren van de organisatie. Daarnaast heeft de OR het recht het LVNL-bestuur te adviseren over onder meer belangrijke wijzigingen in de organisatiestructuur van LVNL en belangrijke investeringen of belangrijke wijzigingen van technologische voorzieningen. De OR heeft recht van instemming bij bepaalde besluiten op het gebied van sociaal beleid. Verder kan de raad op grond van het initiatiefrecht het bestuur ongevraagd advies geven over onderwerpen die de organisatie aangaan. De ondernemingsraad bespreekt tweemaal per jaar de algemene gang van zaken binnen LVNL met het bestuur en een afgevaardigde van de raad van toezicht. LEDEN VAN DE ONDERNEMINGSRAAD OP 31 DECEMBER 2011 Anouk Aardema, voorzitter.
Sacha Smit-van de Velde.
Dirk de Jong, vicevoorzitter.
Douwe Tjerkstra.
Bert Rolvink, secretaris.
Leo Voeten.
Adriaan van der Groef.
Arno van Wijnen.
Fred Holleman.
Martin Zijderveld.
Theo Hoogeboom.
Nils van Zoolingen.
Johan Kooistra. LEDEN VAN DE ONDERNEMINGSRAAD MET INGANG VAN 1 JANUARI 2012 In de eerste twee weken van december 2011 zijn er reguliere ondernemingsraadverkiezingen gehouden. De nieuwe ondernemingsraad trad op 1 januari 2012 aan:
Leo Voeten, voorzitter.
Fred Holleman.
Theo Hoogeboom, vicevoorzitter.
Ton van Horssen.
Bert Rolvink, secretaris.
Erna Ikelaar.
Anouk Aardema.
Johan Kooistra.
Barbara Baltes.
Sylvia Vial.
John Barendregt.
Arno van Wijnen.
Frédérique Fit.
Pagina 23 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDERNEMEN
Bewonersaanspreekpunt Schiphol (Bas) Klachtafhandeling Klantwaardering Consultatie klanten
LVNL voldoet aan de wet- en regelgeving op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Het bevorderen van welzijn voor medewerkers en omwonenden van luchthavens, economische voortgang bij belanghebbenden van de organisatie en minimalisering van negatieve effecten en risico’s voor de maatschappij en het milieu, staan hoog op de agenda. Op diverse terreinen neemt LVNL haar sociaal maatschappelijke verantwoordelijkheid. Hierbij moet bijvoorbeeld worden gedacht aan: microklimaataanpak, energiebesparende maatregelen en samenwerking in het Bewonersaanspreekpunt Schiphol (Bas). Het ontplooien van mogelijke verdere activiteiten wordt bezien in het licht van de beschikbaarheid van middelen.
BEWONERSAANSPREEKPUNT SCHIPHOL (BAS)
Bas is het informatie- en klachtencentrum waar omwonenden terecht kunnen met al hun vragen en klachten over het vliegverkeer op Schiphol. Bas is een gezamenlijk initiatief van Amsterdam Airport Schiphol (AAS) en LVNL. Bas rapporteert per kwartaal op basis van gegevens uit het registratiesysteem. De rapportages, per kwartaal en per jaar, worden gepubliceerd op de website: www.bezoekbas.nl.
KLACHTAFHANDELING
Klachtafhandeling 2011
Aantal nog niet afgehandelde klachten 2010 Aantal binnengekomen klachten in 2011
6 23
Totaal aantal te behandelen klachten in 2011
Aantal afgehandelde klachten uit 2010 of eerder Aantal afgehandelde klachten uit 2011 Totaal aantal afgehandelde klachten
Aantal nog niet afgehandelde klachten op 31 december 2011
Pagina 24 van 108
29
6 23 29
0
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
LVNL handelt aan haar gerichte, schriftelijke klachten van externe belanghebbenden in brede zin, conform hoofdstuk 9 ‘klachtbehandeling’ van de Algemene wet bestuursrecht af. Klachten moeten in beginsel binnen een termijn van zes weken worden afgehandeld. Er kan eenmaal een uitstel van vier weken gemeld worden bij de afhandeling.
Bovenstaand overzicht geeft een beeld van de klachtafhandeling in 2011. Het aantal klachten is ten opzichte van voorgaande jaren aanzienlijk afgenomen. De afname wordt veroorzaakt door de vermindering van het aantal klachten van omwonenden van Schiphol. Dit is de verdienste van de bekendheid van het informatie- en klachtencentrum Bas, dat een steeds duidelijker plek inneemt in het verstrekken van informatie en behandelen van klachten over het vliegverkeer van en naar Schiphol.
Van de in 2011 geregistreerde klachten hadden veertien betrekking op geluidhinder. Daarvan waren acht klachten afkomstig van omwonenden van Schiphol. Van de overige klachten waren twee klachten gebaseerd op een gevoel van onveiligheid. De andere zeven klachten waren divers van aard.
Van alle in 2011 geregistreerde klachten konden vier klachten niet binnen de reguliere afhandelingtermijn van zes weken worden beantwoord. Deze klachten werden met vertraging alsnog in het verslagjaar afgehandeld. De indieners van deze klachten werden vooraf op de hoogte gesteld van de vertraging.
Wanneer klachten betrekking hebben op situaties die buiten het verantwoordelijkheidsgebied van LVNL vallen, worden zij doorgestuurd naar andere instanties. De klagers worden daarvan op de hoogte gesteld. In 2011 werd negen keer doorverwezen voor aanvullende informatie: naar het Ministerie van Defensie, Overheid.nl en het Bewoners Aanspreekpunt Schiphol.
AARD EN ONDERZOEK VAN DE KLACHTEN De klachten die afkomstig waren van omwonenden betroffen vliegverkeer dat zich volledig aan de door de overheid gestelde regels voor route- en baangebruik hield en op een veilige manier werd afgehandeld. Aan deze klagers heeft het klachtenbureau nadere uitleg gegeven over het hoe en waarom van de vliegtuigen die zij waarnamen.
KLANTWAARDERING
In 2011 zijn de voorbereidingen getroffen voor het klantwaarderingsonderzoek dat in de eerste maanden van 2012 door LVNL is uitgevoerd. Het gaat hierbij om een herhaald onderzoek naar de kwaliteit van dienstverlening en de klantgerichtheid van LVNL. In eerder onderzoek scoorde LVNL ruim hoger dan de door het bestuur vastgestelde doelstelling van zeventig procent.
Pagina 25 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
CONSULTATIE KLANTEN
Op basis van de wettelijke verplichting consulteert LVNL tenminste jaarlijks zijn klanten in zogenoemde ‘user consultation meetings’. In het jaar 2011 stond de consultatie in het teken van de introductie van het Europese systeem van prestatiesturing. Daarbij is een belangrijke rol voor de staat weggelegd, die in nauwe samenwerking met onder andere LVNL het zogenoemde ‘nationale performance plan’ heeft opgesteld. Zowel het nationale performance plan als het FABEC performance plan zijn aan de gebruikers voorgelegd, waarbij LVNL de onderliggende kosten en investeringen nader heeft toegelicht. FABEC heeft op 20 mei 2011 voor de eerste keer sinds de ondertekening van het statenverdrag in 2010, het performance plan voorgelegd aan de luchtruimgebruikers. Ook aan deze consultatie heeft LVNL haar bijdrage geleverd.
Op 12 april 2011 zijn de luchtvaartmaatschappijen die opereren op Amsterdam Airport Schiphol geconsulteerd over het begrotingsproces en de resultaten daarvan. De Nederlandse staat heeft een tweede consultatie voor deze klantgroep georganiseerd op 19 mei 2011.
De gebruikers van Rotterdam The Hague Airport werden op 8 november 2011 geconsulteerd, op Groningen Airport Eelde gebeurde dit op 10 januari 2012. Gebruikers van de NSAA-heffingenzone zijn op 28 november 2011 geconsulteerd. Voor Maastricht Aachen Airport vond geen consultatie plaats.
Pagina 26 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
VEILIGHEID
Veiligheidsprestaties Interne programma’s ter verbetering van de veiligheid Veiligheidsstudies Internationale en nationale ontwikkelingen
VEILIGHEIDSPRESTATIES
Eén van de belangrijkste primaire doelen van LVNL is een veilige afhandeling van het luchtverkeer. Het bedrijfsmanagementsysteem van LVNL is sinds 2003 gecertificeerd tegen de ISO 9001:2000 norm. Het specifieke veiligheidsmanagement dat daar integraal onderdeel van uitmaakt, is gecertificeerd volgens de sinds 2005 geldende Europese eisen (Common Requirements) voor luchtverkeersleiding.
De per 2010 ingezette nieuwe manier van werken binnen het voorvallenonderzoek is in 2011 geëvalueerd en voortgezet. De nieuwe manier van werken kenmerkt zich door meer automatiseringsondersteuning voor een snellere doorlooptijd, een scherpere definitie welke voorvallen onderzocht worden, andere competenties in het onderzoek en een veel grotere betrokkenheid van de operationele werkvloer. Hierdoor werd een betere feedback vanuit voorvallen op de operatie gerealiseerd. Dit levert een snellere en kwalitatief betere terugkoppeling op de dagelijkse operaties op. In 2011 werd het proces van de opvolging van aanbevelingen geautomatiseerd en opgenomen in het voorvallenonderzoeksysteem.
In 2011 registreerde LVNL 4.090 meldingen van voorvallen met mogelijke relevantie voor veiligheid, tegen 3.927 in 2010. Alle door LVNL geconstateerde veiligheidsvoorvallen worden gemeld aan het Analysebureau Luchtvaartvoorvallen (ABL), dat resideert bij de Inspectie Verkeer en Waterstaat.
In 2011 zijn 1.333 ATC-gerelateerde voorvallen onderzocht tegen 960 ATC-gerelateerde onderzoeken in 2010. De toename in het aantal onderzoeken is met name het gevolg van een toegenomen meldingsbereidheid; in 2010 en 2011 is veel aandacht besteed aan veiligheidspromotie.
Voor een indicatie van de trend in voorvallen wordt het twaalfmaands voortschrijdend gemiddelde van ATCgerelateerde voorvallen van de ernstcategorie ‘serious’ en ‘major’ per 100.000 vluchten toegepast. De trend wordt weergegeven voor de Mainport Schiphol. Dit betreft de afdelingen: Schiphol TWR/APP, Rotterdam TWR/APP en Amsterdam ACC. Aangezien de nieuwe manier van werken in het voorvallenonderzoek is geïntroduceerd per 2010 en er historische gegevens nodig zijn voor een voortschrijdend gemiddelde, begint het twaalfmaands voortschrijdend gemiddelde vanaf december 2010. Het twaalfmaands voortschrijdend gemiddelde voor de ‘serious’ en ‘major’ voorvallen blijkt voor 2011 stabiel te zijn.
Pagina 27 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Aantal voorvallen per 100.000 vluchten Mainport Schiphol
Runway incursions hebben altijd de bijzondere aandacht van LVNL. Ondanks de trend van afneming die de laatste jaren zichtbaar was, is het aantal incursions over 2011 gestegen naar 32. De ernst van de incursions nam echter belangrijk af over de jaren. Dit is het gevolg van de vele genomen maatregelen door de luchthaven Schiphol, de luchtvaartmaatschappijen en luchtverkeersleiding Nederland.
Na onderzoek van voorvallen kunnen aanbevelingen worden gedaan ter voorkoming van herhaling van een type incident. In 2011 werden 39 interne aanbevelingen opgesteld en in behandeling genomen. RIASS Op vrijdag 28 oktober 2011 heeft LVNL officieel het Runway Incursion Alerting System Schiphol - RIASS gepresenteerd. Het systeem helpt de dreiging van een botsing met vliegtuigen op start- en landingsbanen op Schiphol te voorkomen. Het unieke systeem is door LVNL ontwikkeld in samenwerking met het Nationaal Lucht en Ruimtevaartlaboratorium NLR, met het doel de veiligheid op de grond verder te verbeteren. RIASS waarschuwt de luchtverkeersleiders op de verkeerstorens voor dreigende runway incursions. Het is een extra aanvulling op de reeds bestaande technische middelen en geldende procedures om onveilige situaties op baankruisingen te voorkomen.
INTERNE PROGRAMMA’S TER VERBETERING VAN DE VEILIGHEID
LVNL is voortdurend bezig haar systemen, procedures en bekwaamheden van medewerkers te ontwikkelen en aan te passen. Op basis van ‘lessons learned’ uit het veiligheidsmanagementsysteem en eisen gesteld door de klanten, de toezichthouder, de wet- en regelgevers, en de eigen organisatie. Daarbij wordt altijd een afweging Pagina 28 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
gemaakt tussen de te behalen prestaties op de drie basiskenmerken van het geheel: veiligheid, efficiency en milieu (VEM).
In 2011 verscheen drie rapporten van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV) die van belang waren voor LVNL. Het eerste rapport behandelt een near miss van december 2007 in de nabijheid van de luchthaven Schiphol. Het rapport bevat twee aanbevelingen. Op basis van deze aanbevelingen heeft LVNL twee verbetervoorstellen ter beoordeling aan de Inspectie Leefomgeving en Transport aangeboden. Het tweede rapport van de Onderzoeksraad is opgesteld naar aanleiding van een aanvaring van een van Schiphol opstijgende Boeing 737 met een groep ganzen op 10 juni 2010. De OVV heeft LVNL aanbevolen obstakels die mogelijk in de baan van laagvliegende en in nood verkerende vliegtuigen liggen, op het radarscherm zichtbaar te maken. Het derde rapport betreft de afronding van het onderzoek naar de start vanaf een taxibaan op 10 februari 2009. Naar aanleiding daarvan wordt LVNL aanbevolen in samenwerking met de luchthaven Schiphol een nadere risicoanalyse uit te voeren voor het gebied waar het taxibaanincident plaatsvond.
Behalve deze directe aanbevelingen leverden de rapporten van de Onderzoeksraad het inzicht dat de voorschriften die luchtverkeersleiders moeten volgen soms voor meerdere interpretatie vatbaar zijn. Daarnaast constateerde LVNL dat de bestaande ‘Voorschriften Dienst Verkeersleiding’ beter zouden moeten gaan aansluiten bij de filosofie van een eenvoudig en robuust luchtverkeersleidingssysteem. In 2011 is hiervoor een programma ‘Duidelijkheid in Veiligheid’ gestart, hetgeen in 2013 tot resultaat moet leiden.
Als gevolg van interne risicoanalyses en/of veiligheidsaanbevelingen werd uitvoering gegeven aan diverse projecten om de veiligheid te verbeteren. Zo werd gewerkt aan het ontwerp van een nieuwe rijbaan langs de baan 06/24 (Kaagbaan) op Schiphol, om teveel kruisingen in het midden van de baan te kunnen vermijden. Een actief beleid werd ingezet om het aantal ongeautoriseerde binnendringingen van luchtruim, meestal door kleine recreatieve luchtvaart, te reduceren. LVNL neemt actief deel in het programma van de overheid om het risico op vogelaanvaringen ter verminderen. Nadrukkelijk wordt gestuurd op het verminderen van grondincidenten, bijvoorbeeld tijdens het terugduwen van een vliegtuig vanaf de pieren op Schiphol.
In 2011 is voor Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) overtuigend aangetoond dat het traject van wijzigingsvoorstellen, bijbehorende veiligheidsanalyses en met name de notificatie daarvan aan de Inspectie, als geheel goed werd beheerst. Het verscherpte toezicht daarop was door de Inspectie eerder ingesteld vanwege een verschil van inzicht in de toepassing van de Europese regelgeving over ATM-systeemwijzigingen (Commission Regulation (EC) No 1315/2007). Gedurende een periode van ongeveer een jaar is wederzijds duidelijk geworden welke ATMsysteemwijzigingen de goedkeuring van de Inspectie behoefden, welke wijzigingen slechts hoefden te worden aangemeld, en welke wijzigingen helemaal niet onder het regime van de aanmeldingsplicht dienden te vallen.
Pagina 29 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
VEILIGHEIDSSTUDIES
Conform de wetgeving moet voor elke verandering in het luchtverkeersleidingssysteem een veiligheidsstudie worden uitgevoerd. In 2011 werden zeventien van dergelijke studies uitgevoerd. Dit betrof onder meer de opvolging van de aanbevelingen van de OVV naar aanleiding van het ongeval met de Turkish Airlines B737 in 2009, een veiligheidsanalyse over het toelaten van reguliere Airbus 380-vluchten, vaste naderingsroutes naar Schiphol voor de Aalsmeerbaan (36R) en standaardvertrekroutes vanaf de luchthaven Lelystad.
INTERNATIONALE EN NATIONALE ONTWIKKELINGEN
EUROPEAN AVIATION SAFETY AGENCY (EASA) Door EASA werd nieuwe regelgeving voorbereid op vele terreinen, onder meer op het gebied van luchtverkeersleiding. De nieuwe algemene eisen voor luchtverkeersdienstverleners werden van kracht die de voorgaande eisen vanuit de Europese Commissie (de zogenoemde Common Requirements, EG nr 2096/2005) overnemen. Door LVNL wordt in het bijzonder bijgedragen aan nieuwe regelgeving omtrent verplichte veiligheidsstudies en de daarvoor te gebruiken methodieken.
SINGLE EUROPEAN SKY (SES)
In het kader van de Single European Sky (SES) wordt voortdurend hard gewerkt aan de implementatie van het ‘Functional Airspace Block Europe Central’ (FABEC). Op een groot aantal terreinen wordt samengewerkt. LVNL leidt onder andere de werkzaamheden van het Standing Committee on Safety voor FABEC. Nieuw in de SES-regelgeving is de Performance Regulation die voorschrijft hoe over veiligheid gerapporteerd moet worden. LVNL rapport haar veiligheidsprestaties conform deze regelgeving via het FABEC-samenwerkingsverband aan de Nederlandse overheid en aan de Europese Commissie. In de eerste zogenoemde ‘Reference Period’ - van 2012-2014 - is nog geen sprake van normering. Wel worden gedurende deze periode historische data opgebouwd die later gebruikt zouden kunnen worden om de veiligheidsprestaties van luchtverkeersdienstverleners te normeren in de tweede ‘Reference Period’ (2015-2018).
EUROCONTROL
Als gevolg van de herstructurering van het werkprogramma van EUROCONTROL werden de werkzaamheden van alle werkgroepen in 2011 afgerond. Alleen werkgroepen met aantoonbare relevantie en passend in het werkprogramma van EUROCONTROL werden opnieuw opgezet en ingericht. Het Safety team van EUROCONTROL is ook langs deze lijnen opnieuw gevormd en verrichtte werkzaamheden specifiek gericht op de ondersteuning van luchtverkeersleidingsdiensten die naar aanleiding van nieuwe Europese regelgeving moeten worden aangepast.
Pagina 30 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
SAFETY MATURITY
De nieuwe methodiek voor het meten van de Safety Maturity die ontwikkeld is door EUROCONTROL en CANSO, is in 2010 voor het eerst toegepast. Dit is een belangrijke ‘leading indicator’ voor de beoordeling van het eigen veiligheidsniveau en maakt ook deel uit van de nieuwe Prestatieregeling (Eg nr 691/2010). In 2011 werd deze Safety Maturity survey opnieuw uitgevoerd en ook door LVNL ingevoerd naast een zeer groot aantal andere luchtverkeersdienstverleners. Dit maakt het mogelijk de score van LVNL te vergelijken met die van andere landen.
VEILIGHEIDSPLATFORM SCHIPHOL (VPS)
Het Veiligheidsplatform Schiphol (VPS) en dan met name de Expertgroep Flight Safety, waarvoor LVNL de voorzitter levert, richtte zich in 2011 op de onderwerpen Runway Incursions en vogelaanvaringen. Voor het onderwerp vogelaanvaringen is apart het VPS Schiphol Birdstrike Committee opgericht, onder voorzitterschap van Amsterdam Airport Schiphol. Aan de overheidskant is een complementair ‘regieplatform vogelaanvaringen’ opgericht, dat heel Nederland bestrijkt.
Aan de Expertgroep Flight Safety rapporteert het Runway Safety Team Schiphol (RST). Naar aanleiding van internationale ontwikkelingen binnen IATA en de Flight Safety Foundation, werd het aandachtsgebied van het RST verbreed. Naast runway incursions als grootste aandachtspunt behoren nu ook runway excursions tot de scope.
De Expertgroep Flight Safety, het Runway Safety Team, en het Schiphol Birdstrike Committee zetten hun werkzaamheden in 2011 onverminderd voort.
Pagina 31 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Efficiency Verkeerscijfers Afhandelingscapaciteit van het luchtverkeer op Schiphol Vertragingen
VERKEERSCIJFERS
Verkeerscijfers
Amsterdam Area Control Centre - ACC Totaal aantal afgehandelde vluchten 2011
527.333 (493.863)
Verschil ten opzichte van 2010
6,8%
Schiphol Tower/Approach - TWR/APP Totaal aantal afgehandelde vluchten 2011
437.082 (402.027)
Verschil ten opzichte van 2010
8,7%
Rotterdam The Hague Airport - Rotterdam Totaal aantal afgehandelde vluchten 2011
53.899 (52.644)
Verschil ten opzichte van 2010
2,4%
Maastricht Aachen Airport - Beek Totaal aantal afgehandelde vluchten 2011
26.737 (32.671)
Verschil ten opzichte van 2010
-18,2%
Groningen Airport Eelde - Eelde Totaal aantal afgehandelde vluchten 2011
52.774 (64.128)
Verschil ten opzichte van 2010
-17,7%
Het aantal afgehandelde vluchten nam in 2011 zowel bij Amsterdam Area Control (+6,8%) als bij Schiphol TWR/APP (+8,7%) fors toe ten opzichte van 2010. Deze groei werd enerzijds veroorzaakt door verbeterde marktomstandigheden. Anderzijds is de groei te verklaren vanuit het feit dat er in 2010 sprake was van grote verstoringen in het verkeer: de vulkaanasproblematiek in april/mei 2010 en sneeuwoverlast in december 2010. De verwachting is dat de groei van het verkeer in 2012 zal afvlakken.
Op Rotterdam The Hague Airport is sprake van een geringe relatieve toename van het aantal afgehandelde vluchten. Hieraan ligt geen specifieke oorzaak ten grondslag.
Pagina 32 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Door de sterke afname van het aantal leerling-vliegers, als gevolg van de algemene economische teruggang, is sprake van een afname van de lokale vluchten op Groningen Airport Eelde en Maastricht Aachen Airport. Het jaar 2011 laat voor Maastricht Aachen Airport echter een toename zien van het commerciële verkeer. Naar verwachting stabiliseert het aantal vluchten in 2012. Op Groningen Airport Eelde is in het verslagjaar een afname te zien in het commerciële verkeer. Naar verwachting stabiliseert ook hier de situatie zich in 2012. Het besluit om de baanverlenging door te voeren zal nog geen effect hebben in 2012; de verlengde baan wordt in april 2013 opgeleverd. Wel zal in 2012 door verstoringen veroorzaakt door de werkzaamheden mogelijk een verdere daling van het lesverkeer het gevolg zijn.
Verkeerscijfers Schiphol per maand in 2009, 2010 en 2011
Pagina 33 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Groeicijfers Schiphol per maand in 2009, 2010 en 2011, ten opzichte van 2000
AFHANDELINGSCAPACITEIT VAN HET LUCHTVERKEER OP SCHIPHOL
Onderstaande figuren tonen de capaciteit waarmee op Schiphol het vliegverkeer wordt afgehandeld. Te zien is het totaal aantal bewegingen - starts en landingen opgeteld - dat per uur kan worden afgehandeld; de piekuurcapaciteit.
De piekuurcapaciteit van Schiphol is globaal gesproken 106 bewegingen per uur tijdens de landingspiek en 108 bewegingen per uur tijdens de startpiek. Op basis van deze ‘declared capacity’ worden de start- en landingsslots voor Schiphol toegewezen. In de praktijk is de beschikbare capaciteit echter niet altijd hetzelfde. De beschikbare capaciteit hangt van een groot aantal factoren af, met als voornaamste factor het weer. Daarom is de maximale capaciteit niet altijd beschikbaar. In onderstaande figuren is te zien hoe rechts in de grafiek, in circa twintig procent van de tijd, de capaciteit als gevolg van het weer lager is.
LVNL bood in het verslagjaar zowel een hoge uurcapaciteit onder goede omstandigheden, als een zo hoog mogelijke capaciteit bij minder gunstige omstandigheden. Dit laatste staat bekend als een hoge sustainability. Gebruik en ontwikkeling van het LVNL-luchtverkeersleidingssysteem zijn gericht op het bereiken van een zo hoog mogelijke piekuurcapaciteit en een hoge sustainability.
Pagina 34 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
120
100
hoge piekuur capaciteit
80
2008 2011 Decl.Cap.
hoge sustainability
60
40
20
Piekuurcapaciteit (bewegingen per uur)
Piekuurcapaciteit (bewegingen per uur)
120
0
100 hoge piekuur capaciteit
80
hoge sustainability
2008 2011 Decl.Cap.
60
40
20
0
0
20
40
60
80
100
Beschikbaarheid (% gedeelte van de tijd)
0
20
40
60
80
100
Beschikbaarheid (% gedeelte van de tijd)
Beschikbaarheid capaciteit tijdens een
Beschikbaarheid capaciteit tijdens een
landingspiek in de zomer
startpiek in de zomer
KNOWLEDGE AND DEVELOPMENT CENTRE (KDC) Sinds 2006 heeft LVNL een deel van haar onderzoeks- en ontwikkelingscapaciteit belegd in de stichting KDC waarin samen met Air France-KLM en Amsterdam Airport Schiphol vorm wordt gegeven aan de innovatie van het ATM-systeem. Het KDC dient voor LVNL een tweeledig doel:
-
Vergroting van het innovatieve vermogen door kennisinstellingen en universiteiten te laten investeren in ATMontwikkeling. Het verlagen van de financiële lasten die de steeds toenemende ontwikkelvraag met zich meebrengt.
De verdere ontwikkeling en uitbouw van het KDC sluit daarmee goed aan bij de LVNL-strategie.
Uitgebreide informatie is gepubliceerd op: www.kdc-mainport.nl. CONTINGENCY In 2011 is de verdere verbetering van de zogenoemde fall-back faciliteiten - voor verstoringen die langer dan 48 uur duren - voortvarend aangepakt. In het begin van het verslagjaar is begonnen met de bouwkundige aanpassingen van een bestaand gebouw van LVNL. De ruimten zijn geschikt gemaakt en de werktuigbouwkundige voorzieningen, beveiliging en brandmeldinstallatie werden vervangen. Vervolgens zijn de operationele systemen ingebouwd en geplaatst. Begin 2012 werden de werkzaamheden afgerond. Het fall-back centrum wordt op 24 april 2012 geopend.
VERTRAGINGEN
In het verslagjaar registreerde de Central Flow Management Unit (CFMU) van EUROCONTROL in het Nederlandse Air Traffic Flow and Capacity Management (ATFCM) gebied 516.881 vluchten die door LVNL zijn afgehandeld. De gemiddelde vertraging per vlucht bedroeg 0,90 minuten per vlucht, lager dan de doelstelling van 1
Pagina 35 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
minuut per vlucht. In 2010 was de gemiddelde vertraging per vlucht 0,94 minuten.
Net als in voorgaande jaren veroorzaakte het weer het grootste deel van de vertragingen, met name perioden met mist, wind of buien. In februari speelde de sneeuw een grote rol; in november veroorzaakte dichte mist gedurende meerdere dagen veel vertraging. In totaal veroorzaakten de meteorologische omstandigheden zeventig procent van het totaal aantal vertragingsminuten in 2011 (2010: 47 procent) en onregelmatigheden in het verkeersaanbod achtentwintig procent. Technische storingen waren de belangrijkste reden voor de resterende twee procent van de vertragingsminuten.
Van de totaal afgehandelde vluchten werden 34.198 vluchten door LVNL gereguleerd (2010: 33.280). Van het totaal aantal gereguleerde vluchten hebben 21.401 vluchten vertraging ondervonden, 4,1% van het totaal aantal afgehandelde vluchten (2010: 21.623, 4,5%). De totale vertraging bedroeg 465.037 minuten (2010: 454.688). Het aantal vluchten dat in 2011 een vertraging van vijftien minuten of meer had, was 11.211, 2,2% van het totaal aantal afgehandelde vluchten. In 2010 was dat aantal 11.174 (2,3%).
Gemiddelde ATFM-vertraging per vlucht veroorzaakt door LVNL in 2011
Pagina 36 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Vertragingen door LVNL gereguleerde vluchten, in minuten per maand in 2009, 2010 en 2011
Pagina 37 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
MILIEU
Hinderbeperking Prestaties Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol
HINDERBEPERKING De Tafel van Alders is het overleg over de toekomst van Schiphol en haar omgeving onder leiding van onafhankelijk voorzitter Hans Alders. Aan tafel zitten - naast LVNL - vertegenwoordigers van omwonenden, lokale en regionale bestuurders, het Rijk en de luchtvaartsector. De Alderstafel adviseert het kabinet over de balans tussen de groei van de luchtvaart op Schiphol, de hinderbeperking en de kwaliteit van de omgeving voor de korte en de middellange termijn. In februari 2009 werd het zogenoemde Aldersakkoord door de Tweede Kamer bekrachtigd en in mei werd het werkplan vastgesteld. De betrokken partijen voeren samen het akkoord uit.
NIEUW GELUIDSSTELSEL SCHIPHOL Op 1 november 2010 is, als onderdeel van de uitvoering van het Aldersakkoord, een tweejarig experiment gestart met een nieuw normen- en handhavingstelsel voor Schiphol. Het stelsel is tot stand gekomen aan de Alderstafel waar alle belanghebbenden zitting hebben: vertegenwoordigers uit de luchtvaartsector, lokale en regionale bestuurders, bewonersvertegenwoordigers en het Rijk.
De wens om te komen tot een nieuw geluidsstelsel voor Schiphol dateert van begin 2008. Toen heeft de Tweede Kamer aangegeven het bestaande stelsel te complex te vinden en moeilijk te begrijpen voor bestuurders en bewoners. Daarnaast leidt het bestaande stelsel met grenswaarden in zogenoemde handhavingpunten tot ongewenste situaties. Handhaving kan in de praktijk in het bestaande stelsel namelijk tot gevolg hebben dat vluchten uitwijken naar een baan waarvan meer mensen last hebben.
Doel van het nieuwe geluidsstelsel Schiphol is de instandhouding van het netwerk van verbindingen op Schiphol. Verder moet het operationeel uitvoerbaar en veilig zijn én moet het bewoners in de omgeving van Schiphol gelijkwaardig of beter beschermen. Daarbij moet het niet ingewikkeld zijn en goed uitlegbaar. De werking van het nieuwe geluidsstelsel is gebaseerd op regels die voorschriften bevatten over het gebruik van start- en landingsbanen. Rekening houdend met de weersomstandigheden en de herkomst en bestemming van het verkeer worden die banen het meest gebruikt die het minste aantal bewoners hinder bezorgen. De regels zullen in de wet worden verankerd en de naleving ervan zal gehandhaafd worden.
Gedurende de loop van het experiment worden elk kwartaal monitoringsrapportages die door LVNL zijn ontwikkeld opgesteld en besproken aan de Alderstafel. Na een jaar is het experiment tussentijds geëvalueerd. De algemene conclusie van deze evaluatie is dat gedurende het eerste jaar van het experiment grotendeels aan de afgesproken Pagina 38 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
doelstellingen is voldaan. Daarnaast zijn er geen overschrijdingen geweest in de handhavingspunten van het huidige stelsel. Dit betekent dat het nieuwe stelsel geen grote verschillen in de lokale geluidbelasting in de omgeving tot gevolg heeft gehad. Het tweede jaar van het experiment wordt benut om een aantal zaken nader uit te werken en om te bekijken in hoeverre de lijn van de positieve resultaten van het eerste jaar zich voortzet.
PRESTATIES REGELING MILIEU-INFORMATIE LUCHTHAVEN SCHIPHOL
In het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol zijn elf milieuregels opgenomen, waaraan LVNL is gehouden bij de afhandeling van het luchtverkeer van en naar Schiphol. Negen regels hebben betrekking op het routegebruik en twee regels op het baangebruik. Voor elke regel is een norm vastgesteld voor het percentage afwijkingen dat per gebruiksjaar binnen de regel is toegestaan. Deze normen variëren van nul tot vijftien procent van het aantal vliegtuigbewegingen waarop de regel van toepassing is.
Het gebruiksjaar 2011, de periode van 1 november 2010 tot en met 31 oktober 2011, is het negende gebruiksjaar waarover LVNL conform de Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol (RMI) rapporteert aan de Inspectie Verkeer en Waterstaat.
In dit gebruiksjaar is de norm van één van de elf milieuregels overschreden. Het betreft regel 11 voor baangebruik gedurende de nachtperiode. De afwijking betreft één situatie waarbij in de nacht van 17 op 18 augustus 2011 één vliegtuig om 01:40 geland is op de Schiphol-Oost baan (baan 04). Voor de overige tien regels is LVNL, vaak ruim, binnen de normen gebleven.
De jaarlijkse rapportage op de naleving van de RMI-regels wordt gepubliceerd op de LVNL-website www.lvnl.nl.
Pagina 39 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
FINANCIËN
Prestatiesturing Financiering Beëindiging cross border lease Resultaat Financiële kerngegevens
PRESTATIESTURING
In het kader van de Single European Sky is per 1 januari 2012 de zogenoemde prestatieregeling van toepassing op de en-route heffingzone. Vanaf 1 januari 2015 zal deze ook op de terminal heffingzone van toepassing zijn. Op basis van deze prestatieregeling worden concrete prestatiedoelen geformuleerd op verschillende prestatiegebieden, waaronder de kosteneffectiviteit. Belangrijk financieel aspect van de prestatieregeling is dat financiële risico’s als gevolg van het niet bereiken van bepaalde prestatieniveaus, niet langer volledig afgewenteld kunnen worden op de gebruikers. Het betreft concreet het risico dat het aanbod van verkeer in termen van service units afwijkt van de verwachtingen (het volumerisico) en het risico dat de kosten zich niet ontwikkelen conform de verwachting (het kostenrisico).
De Europese Commissie heeft de mogelijkheid geboden de toepassing van het volumerisico uit te stellen tot 2015, indien de vermogenspositie van de luchtvaartnavigatiedienstverlener ontoereikend is. Hoewel in 2009 overeenstemming is bereikt met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu dat LVNL een eigen vermogen mag gaan opbouwen, is er op dit moment nog sprake van een negatieve vermogenspositie. Gegeven deze negatieve vermogenspositie heeft in 2011 uitgebreid overleg plaatsgevonden met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu over het al dan niet van toepassing verklaren van de prestatieregeling op LVNL. In onderling overleg is hierover positief besloten, waarbij een aantal voorwaarden is geformuleerd, onder meer in relatie tot de meerjarige tariefafspraken die in 2011 zijn gemaakt voor de periode 2012-2014.
FINANCIERING
De economische crisis maakte het in 2009 noodzakelijk, en dankzij de constructieve samenwerking met het ministerie mogelijk aanvullende financieringsafspraken met het ministerie overeen te komen. De afspraken hadden betrekking op drie aspecten: -
Een tijdelijke uitbreiding (30 miljoen euro) van de rekening-courant verhouding met het Ministerie van Financiën tot 40 miljoen euro om de liquiditeitsrisico’s te mitigeren;
Pagina 40 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
-
Het onder voorwaarden mogelijk maken om de financiering van kapitaalinvesteringen via leenfaciliteiten bij het Ministerie van Financiën te organiseren, teneinde de continuïteit van het meerjaren investeringsprogramma te borgen;
-
Het opbouwen van een positief eigen vermogen, teneinde de voor LVNL aan het systeem van prestatiesturing verbonden risico’s te kunnen dragen.
De tijdelijke uitbreiding van de rekening-courant is gedurende heel 2011 van kracht geweest. Door de positieve ontwikkelingen is besloten de tijdelijke uitbreiding van de debetlimiet van de rekening-courantverhouding met het Ministerie van Financiën met ingang van 2012 met 5 miljoen euro af te bouwen. De debetlimiet bedraagt daarmee 35 miljoen euro, waarvan 25 miljoen euro een tijdelijke faciliteit is die jaarlijks op zijn noodzaak wordt beoordeeld.
In 2011 heeft LVNL geen aanvullende kredietfaciliteiten hoeven aan te trekken en zijn ook geen leenfaciliteiten met het Ministerie van Financiën afgesloten ten behoeve van kapitaalinvesteringen.
In 2009 heeft de toenmalige minister van Verkeer en Waterstaat aangegeven dat LVNL weerstandsvermogen mag gaan opbouwen. Het beschikken over een dergelijk vermogen is voorzien in de Kaderwet ZBO en wordt door LVNL als een absolute voorwaarde gezien om de financiële risico’s die het Europese systeem van prestatiesturing met zich mee kunnen brengen te dragen. In 2011 is met het ministerie overeenstemming bereikt over de minimum omvang (22 miljoen euro) en het voorgenomen tempo waarin dit eigen vermogen zal worden opgebouwd. De beoogde vermogensvorming is ook onderwerp van consultatie geweest met onze klanten. De bijdrage Rijk blijft na aftrek van de vergoeding voor vrijgestelde vluchten/VFR (Visual Flight Rules) beschikbaar tot het moment dat het minimum niveau is bereikt. De bijdrage Rijk in 2011 van 6,5 miljoen euro is na overleg en goedkeuring van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu via resultaatbestemming aan het bestemmingsfonds en-route toegevoegd.
BEËINDIGING CROSS BORDER LEASE
In 2001 heeft LVNL de zogenoemde Qualified Technological Equipment lease (QTE), een cross border lease, met een tweetal investeerders uit de Verenigde Staten, afgesloten. Onderwerp van deze transactie was hardware en software van het luchtverkeersleidingssysteem. Ingevolge deze transactie was aan de hardware en software een waarde van circa USD 250 miljoen toegekend en heeft LVNL tegelijkertijd een terughuurverplichting op zich genomen. De looptijd van de headlease-transacties was vijfentwintig jaar en van de leasetransacties twintig jaar. Het juridische en het economische eigendom van de bij deze transactie betrokken delen van de luchtverkeersleidingssystemen berustte bij LVNL.
De kredietcrisis heeft ertoe geleid dat het risicoprofiel van deze transactie aanzienlijk verslechterde en aanvullende, kostbare beheersmaatregelen moesten worden getroffen. De credit rating van deze partij was al aanzienlijk verlaagd, stond verder onder druk, en additionele beheersmaatregelen moesten reeds worden getroffen. Vanuit risico-overwegingen is besloten de transactie voortijdig te beëindigen. In december kon de transactie worden beëindigd met een positief resultaat voor 2011 van 0,5 miljoen euro, zijnde de resultante van
Pagina 41 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
enerzijds het restant van de vooruitvangen bate en de getroffen voorziening voor beheer-/beëindigingskosten en anderzijds de afkoop van de QTE contracten en overige beëindigingskosten. Met de beëindiging van de transactie is de gerealiseerde opbrengst van de transactie volledig ten goede gekomen aan de gebruikers. Anders dan was voorzien in onze meerjarenbegroting is er de komende jaren geen bedrag meer beschikbaar voor de gebruikers vanuit de transactie.
RESULTAAT
De economische crisis heeft de financiële positie van LVNL in voorgaande jaren sterk onder druk gezet. In antwoord hierop heeft het bestuur al in een vroegtijdig stadium ingegrepen in de bedrijfsvoering en additionele financiële middelen aangetrokken om de continuïteit adequaat te borgen. Nadat 2010 na een aantal jaren van sterke verliezen kon worden afgesloten met een positief resultaat van 7,8 miljoen euro overtreft het resultaat van het boekjaar 2011 (15,6 miljoen euro positief) deze goede prestatie. Daarbij wordt aangetekend dat in het resultaat 2010 een bijzondere eenmalige last is verdisconteerd. Dit betreft de vorming van de voorziening van 2,4 miljoen euro voor de personeelsreductie van achtentwintig fte. De begroting 2011 voorzag in een positief resultaat van 4,8 miljoen euro.
De verbetering van het resultaat ten opzichte van 2010 is met name veroorzaakt door het ingezette herstel van het luchtverkeer en - specifiek voor de en-route heffingszone - een stijging van de tarieven met twee procent per 1 januari 2011. BEDRIJFSOPBRENGSTEN De opbrengsten van LVNL bestaan uit opbrengsten uit heffingen (omzet) en overige opbrengsten. Als tariefgestuurde ZBO bestaat het grootste deel van de opbrengsten uit heffingen. LVNL kent drie heffingzones, te weten de en-route heffingszone, de terminal heffingszone en de NSAA-heffingzone (North Sea Area Amsterdam). De twee eerstgenoemde heffingzones zijn gezamenlijk goed voor ruim 99 procent van de heffingen.
De omzet (173,8 miljoen euro) is hoger dan in 2010 (161,1 miljoen euro). De eerste vijf maanden van het jaar gaven - ook wanneer de effecten van de vulkaanaswolk in april en mei 2010 buiten beschouwing worden gelaten een sterker dan verwachte toename van het verkeersvolume gemeten naar service units, ten opzichte van 2010. Vanaf juni vlakte deze groei echter duidelijk af; in de en-route heffingszone gaven enkele maanden zelfs een kleine afname van het aantal service units te zien ten opzichte van het jaar 2010. Over het hele jaar bezien is er echter in alle heffingszones sprake geweest van een substantiële groei ten opzichte van 2010 die ook hoger lag dan in de begroting was aangenomen.
Ten opzichte van 2010 geldt dat de en-route heffingszone een 9,0 miljoen euro hogere opbrengst uit heffingen rapporteert. Dit wordt verklaard door enerzijds een tariefstijging met ingang van 2011 met twee procent en anderzijds een toename van het aantal afgehandelde service units met 5,5 procent. Voor de terminal heffingszone zijn de tarieven ongewijzigd gebleven en komt de stijging van de heffingen (3,8 miljoen euro) ten opzichte van 2010 volledig voor rekening van de toename van het aantal afgehandelde service units (2,9%). Tenslotte laat de NSAAPagina 42 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
heffingszone een daling van de heffingen zien van 53 duizend euro ten opzichte van 2010, hetgeen verklaard wordt vanuit de combinatie van een tariefdaling per 1 januari 2011 van 6,2 procent en een stijging van het aantal afgehandelde vluchten met bijna 1 procent. De sterke tariefdaling in 2011 is het gevolg van het toepassen van het N+2 verrekenmechanisme.
De gerealiseerde omzet (173,8 miljoen euro) overtreft eveneens de begroting 2011 (166,4 miljoen euro). Dit wordt volledig verklaard uit het feit dat alle heffingzones een hoger afgehandeld aantal service units c.q. vluchten laten zien.
De bijdrage van het Rijk bestemd voor de dekking van de kosten verbonden aan vluchten die door de overheid zijn vrijgesteld van heffingen en het VFR-verkeer (2,2 miljoen euro) is lager dan 2010 (2,4 miljoen euro) en ligt onder het niveau van de begroting (2,5 miljoen euro). Dit is toe te schrijven aan het lagere aantal vluchten in deze categorie.
De overige opbrengsten (10,6 miljoen euro), met name bestaande uit opbrengsten uit dienstverlening aan derden en een bijdrage van het Rijk zijn hoger dan in 2010 (9,7 miljoen euro). Hierin zit besloten het positieve beëindigingsresultaat van de QTE (0,5 miljoen euro). Vanaf 2011 is de bijdrage Rijk overeenkomstig de afspraken met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu met betrekking tot de vermogensvorming beschikbaar voor de overeengekomen vermogensopbouw.
De overige opbrengsten (10,6 miljoen euro) zijn aanmerkelijk hoger dan begroot (6,4 miljoen euro) hetgeen wordt verklaard door het resultaat van de voortijdige beëindiging van de QTE en een hogere bijdrage Rijk. BEDRIJFSLASTEN De bedrijfslasten bedragen 163,5 miljoen euro (2010: 157,2 miljoen euro) en zijn daarmee licht hoger dan begroot (162,3 miljoen euro). In de vergelijking met de bedrijfslasten 2010 dient rekening te worden gehouden met de in 2010 getroffen voorziening ad 2,4 miljoen euro voor de additionele personeelsreductie van achtentwintig fte.
De personeelskosten (122,5 miljoen euro) laten een stijging van 5,5 miljoen euro zien ten opzichte van 2010 en liggen 6,2 miljoen euro boven begrotingsniveau. Dit is het gevolg van een met de vakorganisaties overeengekomen niet voorziene arbeidsvoorwaardenverbetering van 1% per 1 juli 2011, een aantal additioneel overeengekomen vertrekregelingen, en een tussentijdse stijging van de pensioenpremies. Tenslotte zijn als gevolg van de rente- en arbeidsvoorwaardenontwikkeling dotaties noodzakelijk gebleken aan diverse personele voorzieningen.
Na de sterke personeelsreductie in 2010 als gevolg van het programma Inkomsten en Uitgaven in Balans is gedurende 2011 de personele bezetting van actieve fte’s met vijf fte afgenomen tot 845 actieve fte (2010: 850 actieve fte).
De algemene kosten (29,8 miljoen euro) zijn ten opzichte van 2010 (28,7 miljoen euro) gestegen. Nagenoeg over de gehele linie doet zich een kostenstijging voor. De inhuur ten behoeve van enkele grote projecten en extra Pagina 43 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
wervingskosten voor verkeersleiders met stijgingen van respectievelijk 1,1 miljoen euro en 0,5 miljoen euro laten de grootste negatieve afwijkingen zien welke voor een deel ondervangen worden door de terugvordering van in het verleden ten onrechte aan LVNL berekende btw met betrekking tot erfpacht (0,5 miljoen euro). In de begroting 2011 werd rekening gehouden met een kostenniveau van 32,8 miljoen euro, hetgeen aangeeft dat de onverminderde aandacht voor kostenbeheersing ook in 2011 succesvol is gebleken. De erfpachtkosten, onderhoudskosten, verzekeringskosten en opleidingskosten laten de grootste kostenonderschrijdingen zien.
De afschrijvingen (11,3 miljoen euro) zijn nagenoeg gelijk aan de afschrijvingen in 2010 (11,5 miljoen euro). Belangrijkste ingebruiknames in 2011 betreffen de zend- en ontvangststation Rotterdam, het glasvezelnetwerk Rotterdam, omgebouwde consoles en een aantal faciltaire voorzieningen. De lagere afschrijvingen ten opzichte van de begroting (13,3 miljoen euro) zijn met name het gevolg van het lagere, getemporiseerde investeringsniveau in 2010 en 2011 waaronder Surveillance dekking op de Noordzee. De komende jaren wordt een stijging van het investeringsniveau voorzien, onder meer als gevolg van de ingebruikname van het nieuwe Voice Communication Systeem. Op de middellange termijn staat de vervanging van het luchtverkeersleidingssysteem gepland. Voor dit meerjarige vervangingstraject worden de voorbereidingen getroffen en is LVNL in 2011 een zogenoemde entry agreement met het iCAS-consortium aangegaan. FINANCIËLE LASTEN De middelen van LVNL zijn aangemerkt als publieke middelen. LVNL is in de zin van de Comptabiliteitswet aangemerkt als een Rechtspersoon met Wettelijke Taak (RWT). Dit brengt met zich mee dat LVNL haar liquide middelen verplicht, rentedragend aanhoudt in de schatkist van het Rijk. Voor 2011 is de tijdelijke verhoging van 10 miljoen euro tot 40 miljoen euro van kracht. Op kwartaalbasis wordt verantwoording afgelegd over de ontwikkeling van het saldo aan het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Vanuit kostenmotieven heeft LVNL zich ten doel gesteld ook de financiering van het investeringsprogramma via het Schatkistbankieren, door middel van zogenoemde leenfaciliteiten, zeker te stellen. In 2010 is hierover overeenstemming bereikt met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. In 2011 was er geen noodzaak gebruik te maken van deze faciliteit.
De financiële baten en lasten (5,3 miljoen euro) liggen iets onder het niveau van 2010 (5,8 miljoen euro). Ten opzichte van de begroting (5,6 miljoen euro) is er eveneens sprake van een onderschrijding. Hieraan ligt enerzijds de gunstige ontwikkeling van de kapitaalmarktrente ten grondslag en anderzijds was er sprake van een aanzienlijk sterkere dan voorziene kasstroomontwikkeling.
Pagina 44 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
FINANCIËLE KERNGEGEVENS
Onderstaande tabel geeft enkele financiële kerngegevens over 2011, in vergelijking met de door de minister goedgekeurde begroting 2011 en de financiële kerngegevens 2010.
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
(bedragen x 1.000 euro)
Bedrijfsopbrengsten
184.448
172.739
170.797
Bedrijfslasten
163.535
162.293
157.168
5.346
5.621
5.790
15.567
4.825
7.839
Financiële baten en lasten Resultaat
Pagina 45 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
PERSONEEL
Personele bezetting Ziekteverzuim Personeelsbeleid Werving en selectie kandidaat-luchtverkeersleiders
PERSONELE BEZETTING
In 2011 is de in 2009 opgestarte reorganisatie ter reductie van honderd fte succesvol afgerond. De activiteiten die gericht waren op begeleiding van werk naar werk voor de 11 medewerkers met de zogenoemde herplaatsingsstatus bleken in de moeilijke economische omstandigheden voor tien medewerkers niet tot een succesvolle bemiddeling te leiden. Dit heeft in april 2011 helaas geleid tot het ontslag van tien medewerkers.
Een tweede reorganisatie, die tot doel heeft om voor 1 januari 2015 28 fte extra te reduceren, is in 2010 opgestart. De verwachting is dat deze reorganisatie grotendeels uitgevoerd kan worden door gebruik te maken van (semi)natuurlijk verloop. De reorganisatie verliep in 2011 volgens planning.
In 2010 werd in het kader van deze reorganisatie een formatiereductie van 3 fte doorgevoerd. In 2011 werd een formatiereductie van 2,1 fte doorgevoerd. Daarnaast is er onder andere door enkele individuele vertrekregelingen, maar ook door de creatie van enkele nieuwe functies, een additionele formatiereductie doorgevoerd van 0,79 fte. In het verslagjaar bedroeg daarom de totale formatiereductie 2,89 fte.
Het aantal personeelsleden van LVNL bedroeg op 31 december 2011 - op basis van fulltime equivalenten (38 uur) - 945 fte (afgerond), waarvan 53 inactief en 47 fte in opleiding tot luchtverkeersleider. In 2010 was het aantal personeelsleden 963 fte, waarvan 70 fte inactief en 43 fte in opleiding tot verkeersleider. De formatie bedroeg op 31 december 2011 855,29 fte, dit is 2,89 fte lager dan de stand op 31 december 2010.
ZIEKTEVERZUIM
In 2011 was het ziekteverzuim (exclusief zwangerschap) 3,7 procent, 0,2 procent hoger dan het percentage in 2010, maar ruim binnen de LVNL-doelstelling van vier procent. Het verzuim inclusief zwangerschap was in 2011 3,9 procent.
Pagina 46 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
PERSONEELSBELEID
In 2011 is de proef competentiegericht beoordelen van start gegaan binnen de hoofdafdeling Corporate Services. De in 2011 en 2012 opgedane ervaringen zullen eerst geëvalueerd worden, waarna moet worden besloten of deze vorm van personeelsbeoordeling toegepast gaat worden binnen de gehele organisatie.
Het personeelsbeleid staat in 2012 voor een groot deel in het teken van de ontwikkeling van medewerkers binnen de veranderende LVNL-organisatie. Zowel het management development als het employee development programma hebben het verbeteren van het verandervermogen van LVNL en haar medewerkers tot doel.
In 2012 wordt er weer een medewerkertevredenheidsonderzoek gehouden.
WERVING EN SELECTIE KANDIDAAT-LUCHTVERKEERSLEIDERS
In het verslagjaar leverde de werving voor kandidaat-luchtverkeersleiders 1.845 sollicitanten op. Daarvan werden 1.214 kandidaten uitgenodigd voor de eerste fase van het selectietraject, de capaciteitstest. Zowel voor de klas die in het voorjaar van 2011 van start ging, als voor de klas die in het najaar is gestart, werden twintig leerlingen geselecteerd.
De opleiding leverde in het verslagjaar voor de ‘On the job training’ zestien kandidaten op; acht voor Schiphol toren- en approachverkeersleiding, vier voor het Area Control Centre (ACC), twee voor Maastricht Aachen Airport, één voor Groningen Airport Eelde en één voor Rotterdam The Hague Airport.
Elf aspirant-luchtverkeerleiders sloten conform plan hun opleiding succesvol af in 2011: vijf als ACC-verkeersleider, vier als Schipholverkeersleider en twee als luchtverkeersleider op Rotterdam the Hague Airport.
Pagina 47 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
JAARREKENING 2011 LUCHTVERKEERSLEIDING NEDERLAND
INHOUDSOPGAVE JAARREKENING 2011
Geconsolideerde exploitatierekening 2011 ........................................................................................................... 49
Geconsolideerde balans per 31 december 2011 ................................................................................................... 50
Mutatieoverzicht geconsolideerd eigen vermogen............................................................................................... 51
Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2011.................................................................................................... 52
Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening.................................................................................................. 53
Toelichting op de geconsolideerde exploitatieregeling ....................................................................................... 68
Toelichting op de geconsolideerde balans............................................................................................................ 77
Overige gegevens...................................................................................................................................................104
Pagina 48 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
GECONSOLIDEERDE EXPLOITATIEREKENING 2011
(bedragen in € 1.000)
Toelichting
2011
2010
Omzet Overige opbrengsten Bedrijfsopbrengsten
8 9
173.802 10.646 184.448
161.071 9.726 170.797
Personeelskosten Afschrijvingen Algemene kosten Bedrijfslasten
10 11 12
122.446 11.302 29.787 163.535
116.952 11.475 28.741 157.168
20.913
13.629
216 5.562 5.346
54 5.844 5.790
15.567
7.839
6.471 9.096 15.567
0 7.839 7.839
Exploitatieresultaat Financieringsbaten Financieringslasten Netto financieringslasten Resultaat Resultaat toe te rekenen aan: Bestemmingsfonds Egalisatiereserve
13 13
Pagina 49 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2011
(bedragen in € 1.000)
Toelichting
2011
2010
Activa Materiële vaste activa Totaal vaste activa
14
99.735 99.735
92.964 92.964
Vorderingen Geldmiddelen en kasequivalenten Totaal vlottende activa
15 16
38.036 13.802 51.838
37.575 11.300 48.875
151.573
141.839
Totaal activa
Passiva Eigen vermogen
17
-19.035
-34.602
Verplichtingen Leningen en overige financieringsverplichtingen Vooruit ontvangen baten Personeelsbeloningen Overige voorzieningen Totaal langlopende verplichtingen
18 19 20 21
67.465 3.345 49.097 398 120.305
75.725 12.370 48.695 1.446 138.236
18 19 22
20.670 863 28.770 50.303
14.005 2.474 21.726 38.205
151.573
141.839
Leningen en overige financieringsverplichtingen Vooruit ontvangen baten Handels- en overige schulden Totaal kortlopende verplichtingen Totaal passiva
Pagina 50 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
MUTATIEOVERZICHT GECONSOLIDEERD EIGEN VERMOGEN
Bestemmingsfonds
Egalisatiereserve
Totaal
Saldo per 1 januari 2010
0
-42.441
-42.441
Resultaat 2010
0
7.839
7.839
Saldo per 1 januari 2011
0
-34.602
-34.602
6.471
9.096
15.567
6.471
-25.506
-19.035
(bedragen in € 1.000)
Toelichting
Resultaat 2011 Saldo per 31 december 2011
17
Pagina 51 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT OVER 2011
(bedragen in € 1.000.000)
Toelichting
Ontvangsten heffingen en-route Ontvangsten heffingen terminal Ontvangsten heffingen helikopters Overige ontvangsten Ontvangsten uit operationele activiteiten
2010
2011 163,1 54,5 1,2 1,9
156,9 52,1 1,2 1,8 220,7
Betalingen personeel Betalingen EUROCONTROL Betalingen KNMI Betalingen verzekeringen Betalingen leveranciers Betalingen uit operationele activiteiten
-122,5 -32,3 -3,5 -1,4 -25,7
Netto kasstroom uit operationele activiteiten
212,0 -126,0 -37,4 -9,0 -1,7 -26,9
-185,4
-201,0
35,3
11,0
Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in Materiële Vaste Activa Ontvangsten joint ventures Betalingen joint ventures Netto kasstroom uit investeringsactiviteiten
-18,1 0,0 0,4 -0,7
Opname/aflossing lange termijn leningen Aflossing lange termijn leningen Rente lange termijn leningen Financial leasetermijnen Rente financial leasetermijnen Rente Ministerie van Financiën Ontvangen subsidies Beëindiging QTE Netto kasstroom uit financieringsactiviteiten
13,0 -12,1 -3,1 -2,7 -0,7 0,1 1,0 -9,9 0,0
-14,4
22,2
0,0
2,5
26,5
-18,4
Totaal netto toe-/afname kasstromen Beginstand geldmiddelen en kasequivalenten Totaal netto toe-/afname kasstromen Eindstand geldmiddelen en kasequivalenten
Pagina 52 van 108
-6,5 0,0 0,8 -1,0
38,4 -10,7 -2,3 -2,2 -1,0 0,0 0,0 0,0
11,3 2,5 25
-6,7
-15,2 26,5 13,8
11,3
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING
1.
VERSLAGGEVENDE ENTITEIT
Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) is statutair gevestigd aan het Stationsplein Zuid West 1001 te SchipholOost in Nederland. Bij wet is Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL), voorheen Luchtverkeersbeveiligingsorganisatie (LVB), met ingang van 1 januari 1993 opgericht. LVNL is een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) met rechtspersoonlijkheid. Kernactiviteit is het verlenen van luchtverkeersdienstverlening, zodanig dat het luchtverkeer op een veilige en efficiënte wijze wordt afgehandeld binnen de gestelde milieurichtlijnen. In de Wet luchtvaart zijn alle taken van LVNL vastgelegd. Daaronder vallen onder meer het vernieuwen en beheren van technische systemen, het verstrekken van luchtvaartinlichtingen, het verzorgen van opleidingen voor luchtverkeersleiding en het verzorgen van luchtvaartkaarten en -publicaties.
De raad van toezicht heeft op 24 april 2012 voorafgaand aan de publicatie ingestemd met de jaarrekening.
De geconsolideerde jaarrekening van LVNL over 2011 omvat de dochtermaatschappijen Vredezicht Schiphol B.V., Vredezicht Schiphol II B.V. tot en met Vredezicht Schiphol VII B.V. en de joint ventures KDC en Bas. De vennootschappen Vredezicht Schiphol II B.V. tot en met Vredezicht Schiphol VII B.V. zijn opgericht ten behoeve van de ‘cross-border lease’ constructie Qualified Technological Equipment (QTE).
LVNL legt als ZBO verantwoording af over haar prestaties aan de minister en de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu conform het door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu opgestelde informatiestatuut. Bovendien heeft de minister beslissingsbevoegdheid met betrekking tot de begroting en de tarieven van LVNL.
BASIS VOOR PRESENTATIE
2.
OVEREENSTEMMINGSVERKLARING
In artikel 12 lid 1 van de EG verordening Nr 550/2004 van het Europees parlement en de Raad betreffende de verlening van luchtvaartnavigatiediensten in het gemeenschappelijke Europees luchtruim (zogenoemde luchtvaartnavigatiedienstenverordening) is aangegeven dat:
“Verleners van luchtvaartnavigatiediensten moeten, ongeacht hun eigendomsstructuur of rechtsvorm, hun jaarrekeningen opstellen, aan een onafhankelijke accountantscontrole onderwerpen en publiceren. Deze jaarrekeningen moeten voldoen aan de door de Gemeenschap goedgekeurde internationale standaarden voor jaarrekeningen (lees: EU-IFRS). Wanneer deze jaarrekeningen wegens juridische status van de dienstverlener niet volledig aan de internationale standaarden voor jaarrekeningen kunnen beantwoorden, streeft de betrokken dienstverlener ernaar zoveel als mogelijk aan deze standaarden te voldoen.”
Pagina 53 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft de reikwijdte van de implementatie van Verordening 550/2004 van het Europees parlement en de Raad beperkt. Het Ministerie heeft in de brief gedateerd op 31 maart 2009 en met onderwerp ‘Toepassing IAS 19 Jaarrekening LVNL’ bepaald dat wordt afgezien van het treffen van een voorziening van de niet-afgefinancierde opgebouwde FLNA-rechten. Het Ministerie heeft tevens aangegeven dat deze niet afgefinancierde opgebouwde FLNA-rechten moeten worden toegelicht onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen. Hierdoor voldoet de jaarrekening niet volledig aan de vereisten van EU-IFRS doch zoveel als mogelijk.
Daar waar in de jaarrekening de term ‘LVNL-waarderingsgrondslagen’ wordt gehanteerd, wordt bedoeld de waarderingsgrondslagen op basis van Verordening 550/2004 van het Europees parlement en de Raad en de brief van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu gedateerd op 31 maart 2009 en met onderwerp ‘Toepassing IAS 19 Jaarrekening LVNL’.
LVNL en Kaderwet ZBO: benaming van eigen vermogenscomponenten LVNL is aangemeld voor de Kaderwet ZBO. Zodra de Wet Luchtvaart in lijn is gebracht met de Kaderwet ZBO, valt LVNL onder de werking van deze Kaderwet. Vooruitlopend hierop heeft LVNL in de jaarrekening de benaming van de eigen vermogensonderdelen in lijn gebracht met de Kaderwet ZBO. De egalisatiereserve – voorheen bestemmingsfonds – zoals bedoeld in artikel 33 van de Kaderwet ZBO omvat het met de klanten verrekenbare deel van de gerealiseerde over- en onderdekkingen op de heffingzones van LVNL. Vanaf 2011 vormt LVNL op voordracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu een bestemmingsfonds om de financiële effecten uit hoofde van de risico’s in de vanaf 1 januari 2012 van toepassing zijnde Prestatieregeling op te kunnen vangen. 3.
WAARDERINGSBASIS
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld op basis van historische kosten, met dien verstande dat afgeleide financiële instrumenten worden gewaardeerd tegen reële waarde. 4.
FUNCTIONELE VALUTA EN PRESENTATIEVALUTA
De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro, wat de functionele valuta is voor LVNL. Alle financiële informatie is afgerond in duizenden euro’s, tenzij anders vermeld. 5.
VERONDERSTELLINGEN EN SCHATTINGEN
Het management heeft bij het opstellen van de jaarrekening in overeenstemming met de geldende grondslagen, op onderdelen gebruik gemaakt van veronderstellingen en schattingen die mede bepalend zijn voor de opgenomen bedragen. De feitelijke uitkomsten kunnen van deze veronderstellingen en schattingen afwijken. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schattingen worden herzien en in de toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.
Vorenstaande is van toepassing op de volgende onderwerpen:
Pagina 54 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
a) Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa De boekwaarde van materiële vaste activa wordt periodiek getoetst aan de realiseerbare waarde indien aanwijzingen bestaan voor een bijzondere waardevermindering. Een aanwijzing voor een bijzondere waardevermindering kan bijvoorbeeld zijn indien, naar inschatting van het bestuur, sprake is van:
-
Een snellere daling van de marktwaarde van een actief dan uit verloop over de tijd of normaal gebruik zou voortvloeien.
-
Een belangrijke wijziging in de toepassing van een actief of in de bedrijfsstrategie.
-
Prestaties die sterk achterblijven ten opzichte van de verwachtingen, een significante verslechtering in de bedrijfstak of economie, of veroudering of beschadiging van het actief.
Daarnaast kunnen omstandigheden, naar de inschatting van het bestuur, duiden op de noodzaak tot het terugnemen van een eerder toegepaste bijzondere waardevermindering.
Om in voornoemde gevallen te kunnen bepalen of daadwerkelijk sprake is van bijzondere waardeverminderingen of de noodzaak tot herziening, wordt de realiseerbare waarde bepaald. Daarbij maakt het bestuur gebruik van inschattingen en veronderstellingen ten aanzien van de bepaling van kasstroomgenererende eenheden, de toekomstige kasstromen en de disconteringsvoet. De beoordelingen die hieraan ten grondslag liggen, kunnen van jaar tot jaar verschillen door economische of marktomstandigheden, veranderingen in de bedrijfsomgeving of in wet- en regelgeving en door andere factoren waar LVNL geen invloed op kan uitoefenen. Indien de prognoses voor de realiseerbare waarde moeten worden bijgesteld, kan dit leiden tot bijzondere waardeverminderingen of (in het geval van vaste activa) herziening daarvan. b) Economische levensduur en restwaarde van materiële vaste activa De materiële vaste activa maken een belangrijk deel uit van de totale activa van LVNL en de kosten van periodieke afschrijvingen vormen een belangrijk deel van de jaarlijkse bedrijfslasten. De, op basis van haar inschattingen van en veronderstellingen door het bestuur, vastgestelde economische levensduur en restwaarden hebben een belangrijke invloed op de waardering van materiële vaste activa. De economische levensduur van materiële vaste activa wordt mede geschat aan de hand van de technische levensduur, de ervaringen ten aanzien van soortgelijke activa, de onderhoudshistorie en de periode gedurende waarin de economische voordelen uit hoofde van de exploitatie van het activum ten goede zullen komen aan LVNL. Periodiek wordt getoetst of zich wijzigingen hebben voorgedaan in inschattingen en veronderstellingen die een aanpassing van de economische levensduur en/of restwaarde noodzakelijk maken. Een dergelijke aanpassing wordt prospectief doorgevoerd. c) Actuariële aannames met betrekking tot voorzieningen personeelsbeloningen Verplichtingen uit hoofde van actuarieel berekende personele regelingen, evenals vorderingen of verplichtingen uit hoofde van pensioenregelingen van deelnemingen, worden actuarieel bepaald. Daarbij wordt gebruik gemaakt van veronderstellingen ten aanzien van toekomstige ontwikkelingen in salaris, sterfte, personeelsverloop, rendement van beleggingen en andere uitgangspunten.
Pagina 55 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Voor het disconteren maakt LVNL gebruik van de actuele effectieve marktrente gebaseerd op hoogwaardige ondernemingsobligaties rekening houdend met de termijnstructuur van de verplichtingen. Hoogwaardig betekent in de praktijk minimaal AA volgens de kredietwaardigheidclassificatie van Standard & Poor’s. d) Aannames met betrekking tot ontslagvergoedingen Bij het vaststellen van de voorziening voor ontslagvergoedingen is door het management een inschatting gemaakt van het aantal overeen te komen vertrekregelingen en de kans dat herplaatsingkandidaten gedurende de herplaatsingperiode een nieuwe werkkring vinden. Voorts is rekening gehouden met de bepalingen in het rechtspositiereglement. e) Claims en geschillen Periodiek wordt door het bestuur een beoordeling uitgevoerd op alle claims en geschillen om te bepalen in welke mate er sprake is van bestaande en/of voorwaardelijke verplichtingen. Een voorziening wordt opgenomen voor bestaande verplichtingen voor zover het waarschijnlijk is, dat een uitstroom van middelen zal plaatsvinden om de verplichting in te lossen en er een betrouwbare schatting kan worden gemaakt van het bedrag van de verplichting. Een voorwaardelijke verplichting dient te worden toegelicht. Aan de hand van de uitkomst van deze beoordeling wordt derhalve bepaald voor welke claims en geschillen een voorziening wordt getroffen en voor welke een toelichting wordt opgenomen. Indien een voorziening dient te worden getroffen vraagt ook de inschatting van de kans en omvang van een uitstroom van middelen een aanzienlijke mate van beoordeling. In deze beoordeling maakt het bestuur mede gebruik van juridisch advies.
f)
Voorziening dubieuze debiteuren
De voorziening dubieuze debiteuren wordt gevormd ten behoeve van de luchtvaartmaatschappijen waarvan onzeker is of zij aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen. Op basis van de ouderdom worden de posten individueel beoordeeld en wordt er een schatting gemaakt voor het oninbare deel van de vordering. 6.
GRONDSLAGEN VOOR FINANCIËLE VERSLAGGEVING
De grondslagen voor de financiële verslaggeving zijn consequent toegepast op alle in deze geconsolideerde jaarrekening vermelde perioden.
Het boekjaar van LVNL vangt aan op 1 januari en eindigt op 31 december van hetzelfde jaar.
LVNL is aangemerkt als eindgebruiker voor de BTW. Hierdoor zijn de verantwoorde kosten inclusief BTW.
a) Nieuwe standaarden en wijzigingen in standaarden en het effect op LVNLwaarderingsgrondslagen Voor het boekjaar startend vanaf 1 januari 2011 is een aantal wijzigingen doorgevoerd binnen IFRS die zijn goedgekeurd door de International Accounting Standards Board (IASB). Deze wijzigingen bestaan uit nieuwe standaarden, herziene standaarden en jaarlijkse verbeteringen op de standaarden. De door de IASB Pagina 56 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
goedgekeurde wijzigingen zijn nog niet allemaal door de Gemeenschap (EU) goedgekeurd. Zoals blijkt uit de overeenstemmingsverklaring (zie toelichting 2) moet LVNL voldoen aan de door de Gemeenschap goedgekeurde standaarden.
In het jaar 2011 zijn de onderstaande aanpassingen in de standaarden door de Gemeenschap goedgekeurd:
-
IFRS 1
First time adaption
-
IAS 24R
Related Party
-
IAS 32
Financial Instrument
-
IFRIC 14
Limit on Defined Benefit asset
-
IFRIC
Extinguish liablity
Deze aanpassingen hebben niet tot wijzigingen geleid in de LVNL-waarderingsgrondslagen dan wel in de presentatie van de jaarrekening.
Daarnaast zorgen de jaarlijkse verbeteringen die geldig zijn in het boekjaar 2011 en zijn goedgekeurd door de Gemeenschap niet tot aanpassingen in de LVNL-waarderingsgrondslagen.
LVNL heeft geen nieuwe standaarden, wijzigingen van standaarden of nieuwe interpretaties die pas met ingang van 2012 of later van toepassing zijn, vervroegd vrijwillig toegepast. b) Grondslagen voor consolidatie Dochterondernemingen Dochterondernemingen zijn die entiteiten waarover LVNL overheersende zeggenschap heeft. Er is sprake van overheersende zeggenschap als LVNL de mogelijkheid heeft om, direct of indirect, het financiële en operationele beleid van een entiteit te bepalen om voordelen te verkrijgen uit de activiteiten van de entiteit. Bij de beoordeling of sprake is van zeggenschap wordt rekening gehouden met potentiële stemrechten die momenteel uitoefenbaar zijn. De jaarrekeningen van dochterondernemingen zijn in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen vanaf de datum waarop voor het eerst sprake is van overheersende zeggenschap, tot aan het moment waarop deze eindigt. De grondslagen voor financiële verslaggeving van dochterondernemingen zijn in overeenstemming met de door LVNL gehanteerde grondslagen.
Joint ventures Joint ventures zijn die entiteiten waarover LVNL gezamenlijke zeggenschap heeft, vastgelegd in een contractuele overeenkomst en unanieme instemming vereisend voor strategische beslissingen over het financiële en operationele beleid. De financiële gegevens van de joint ventures worden volgens de netto vermogenswaarde gewaardeerd.
Pagina 57 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Eliminatie van transacties bij consolidatie Intragroepssaldi en -transacties, alsmede eventuele niet-gerealiseerde winsten en verliezen op transacties tussen LVNL en haar dochterondernemingen of baten en lasten uit dergelijke transacties worden bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening geëlimineerd. Niet-gerealiseerde winsten uit hoofde van transacties met investeringen verwerkt volgens de ‘equity’-methode worden geëlimineerd naar rato van het belang in de investering. Niet-gerealiseerde verliezen worden op dezelfde wijze geëlimineerd als niet-gerealiseerde winsten, maar slechts voor zover er geen aanwijzing is voor een bijzondere waardevermindering. c) Financiële instrumenten Niet afgeleide financiële instrumenten De niet afgeleide financiële instrumenten omvatten vorderingen, geldmiddelen en kasequivalenten, leningen en overige financieringsverplichtingen, handels- en overige schulden. Niet-afgeleide financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde plus, voor instrumenten die niet zijn gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de exploitatierekening, eventuele direct toerekenbare transactiekosten. Na de eerste opname worden niet-afgeleide financiële instrumenten op de hierna beschreven manier gewaardeerd.
De geldmiddelen en kasequivalenten omvatten rekening-courant kredieten bij commerciële banken en het Ministerie van Financiën. Wanneer het rekening-courant krediet bij het Ministerie van Financiën een schuld betreft, wordt deze verantwoord onder de post leningen en overige financieringsverplichtingen. De rekeningcourantkredieten maken in het kasstroomoverzicht deel uit van het saldo geldmiddelen en kasequivalenten. De verwerking van financieringsbaten en -lasten wordt toegelicht onder noot o.
De vorderingen worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, gewoonlijk de nominale waarde, onder aftrek van een voorziening voor geschatte oninbaarheid. Mutaties van deze voorziening worden verantwoord in de exploitatierekening.
De post leningen en overige financieringsverplichtingen bestaan uit leningen en schulden aan kredietinstellingen, het Ministerie van Financiën en leaseverplichtingen. Leningen worden opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode. Rentedragende leningen worden verantwoord onder de kortlopende verplichtingen voor zover wordt verwacht dat aflossing binnen twaalf maanden na balansdatum zal plaatsvinden. Afgeleide financiële instrumenten LVNL maakt gebruik van een afgeleid financieel instrument om renterisico’s af te dekken. Deze interest rate swap heeft betrekking op een lange termijn lening waardoor de variabele rente van die lening wordt gefixeerd op de vaste rente.
Afgeleide financiële instrumenten worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde, toerekenbare transactiekosten worden als last in de exploitatierekening opgenomen wanneer zij worden gemaakt. Na de eerste Pagina 58 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
opname worden afgeleide financiële instrumenten tegen reële waarde gewaardeerd en eventuele wijzigingen op de hierna beschreven manier verantwoord. Indien een derivaat niet voor handelsdoeleinden wordt aangehouden en niet is aangewezen als daarvoor in aanmerking komende afdekkingsrelatie, worden alle mutaties in de reële waarde direct in de exploitatierekening opgenomen. d) Vreemde valuta Transacties luidend in vreemde valuta worden in de functionele valuta omgerekend tegen de geldende wisselkoers per transactiedatum. In vreemde valuta luidende monetaire activa en verplichtingen worden per balansdatum in de functionele valuta omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoers.
Koersverschillen worden ten gunste, respectievelijk ten laste van de exploitatierekening over de per balansdatum afgesloten verslagperiode gebracht.
e) Materiële vaste activa Materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen historische kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingverliezen. In de kostprijs zijn de kosten begrepen die direct toerekenbaar zijn aan de verwerving van het actief.
De financieringskosten die samenhangen met de verwerving of bouw van in aanmerking komende activa, worden eveneens in de kostprijs van materiële vaste activa opgenomen. Aangeschafte software wordt geactiveerd als onderdeel van de daarmee samenhangende apparatuur.
Wanneer materiële vaste activa bestaan uit onderdelen met een ongelijke gebruiksduur, worden deze als afzonderlijke posten onder de materiële vaste activa opgenomen.
Winst of verlies op de verkoop van een materieel vast actief wordt vastgesteld aan de hand van een vergelijking van de verkoopopbrengsten met de boekwaarde van de materiële vaste activa en wordt netto verantwoord onder overige bedrijfsopbrengsten/- kosten in de exploitatierekening. De kostprijs van de vervanging van een deel van een materieel vast actief wordt in de boekwaarde van dat actief opgenomen indien het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen met betrekking tot het actief aan LVNL zullen toekomen en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald. De boekwaarde van het vervangen onderdeel wordt niet langer in de balans opgenomen. De kosten van het dagelijkse onderhoud van materiële vaste activa worden als last in de exploitatierekening opgenomen op het moment dat zij worden gemaakt.
Afschrijvingen worden gebaseerd op de kostprijs van een actief, verminderd met zijn restwaarde. Belangrijke componenten van individuele activa worden apart beoordeeld. Als een component een gebruiksduur heeft die afwijkt van de rest van dat actief, wordt die component apart afgeschreven. Afschrijvingen worden ten laste van de exploitatierekening gebracht volgens de lineaire methode op basis van de geschatte gebruiksduur van ieder onderdeel van een materieel vast actief. Indien het redelijkerwijs zeker is dat LVNL de geleasde activa aan het Pagina 59 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
einde van de leasetermijn in eigendom zal nemen, worden deze afgeschreven in overeenstemming met de termijn van de leaseovereenkomst of kortere gebruiksduur.
Afschrijvingsmethoden, gebruiksduur en restwaarde worden gedurende het boekjaar opnieuw geëvalueerd en, indien noodzakelijk, aangepast. De boekwaarde van materiële vaste activa wordt periodiek getoetst aan de realiseerbare waarde indien aanwijzingen bestaan voor een bijzondere waardevermindering. De realiseerbare waarde is de hoogste van de directe opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde. De directe opbrengstwaarde is het bedrag dat kan worden verkregen uit de verkoop van het actief. De bedrijfswaarde is de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen die naar verwachting uit het actief zullen voortvloeien.
Indien de realiseerbare waarde lager is dan de boekwaarde, wordt het verschil als een bijzondere waardevermindering direct in aanmerking genomen in de exploitatierekening, en in mindering gebracht op de boekwaarde van het actief. Voorts wordt, voor zover van toepassing, de lineaire afschrijving over de resterende economische levensduur bijgesteld. f) Eigen vermogen Het bestemmingsfonds is bedoeld om financiële effecten van de risico’s uit hoofde van de Prestatieregeling te kunnen opvangen. Ultimo 2011 is een bestemmingsfonds gevormd voor de effecten van de Prestatieregeling vanaf 2012 voor de heffingszone en-route.
De egalisatiereserve - zoals bedoeld in artikel 33 van de Kaderwet ZBO - omvat het met de klanten verrekenbare deel van de gerealiseerde over- en onderdekkingen op de heffingzones van LVNL. De egalisatiereserve op 31 december 2011 is onderverdeeld naar de heffingszones binnen de dienstverlening van LVNL: en-route, terminal en NSAA (North Sea Area Amsterdam).
g) Vooruit ontvangen baten In deze post zijn opgenomen de vooruit ontvangen baten met betrekking tot de QTE-leaseovereenkomst, vooruit ontvangen subsidies en vooruit ontvangen bijdragen op activa in aanbouw. De bedragen worden tegen het nominale bedrag gewaardeerd op de balans.
De QTE baten vallen lineair vrij over de looptijd van de transactie en worden verantwoord onder de overige opbrengsten.
Subsidies en vooruit ontvangen bedragen op activa worden evenredig met de bijbehorende afschrijvingslast van het actief in de exploitatierekening verantwoord onder de overige opbrengsten (zie noot k) in de exploitatierekening.
Pagina 60 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
h) Personeelsbeloningen Korte termijn personeelsbeloningen De personeelsgerelateerde schulden zijn betaalbaar binnen twaalf maanden na het einde van het boekjaar waarin de werknemer de prestaties heeft verricht. De kosten uit hoofde van deze personeelsbeloningen worden in de exploitatierekening verantwoord onder personeelskosten, op het moment dat de prestaties zijn verricht of rechten op beloningen zijn ontstaan (bijvoorbeeld vakantiegeld). Per balansdatum worden de niet opgenomen verlofrechten van het personeel gewaardeerd op basis van het tegoed in uren tegen het verwachte tarief op het moment van uitbetaling. Deze kosten komen ten laste van de exploitatierekening in het boekjaar waarin de rechten zijn verworven.
De verplichting die LVNL heeft bij de beëindiging van een dienstverband op grond van een met een medewerker gemaakte vaststellingsovereenkomst tot beëindiging van de dienstbetrekking of bij onvrijwillig ontslag voor zover dit niet een aan de werknemer verwijtbaar ontslag is, wordt volledig in de exploitatierekening van het boekjaar opgenomen zodra deze verplichting ontstaat. Er zijn verschillende regelingen, waaronder wachtgeldregelingen, bovenwettelijke uitkering bij werkloosheid, compensatieregelingen en WW-conforme regelingen. Wanneer de verplichting betrekking heeft op meerdere, toekomstige jaren wordt een voorziening getroffen welke onder de andere lange termijn personeelsbeloningen wordt verantwoord. Vergoedingen na uitdiensttreding LVNL is verplicht de pensioenregeling onder te brengen bij Stichting Pensioenfonds ABP. De pensioenregeling wordt aangemerkt als een collectieve regeling van meerdere werkgevers. IAS 19 verlangt dat bepaalde informatie inzake toegezegde pensioenregelingen wordt toegelicht in de jaarrekening. Met name het saldo van de met de regeling samenhangende activa en passiva dient in de balans te worden opgenomen als een vordering en verplichting. Het ABP heeft aangegeven niet in staat te zijn om aan de deelnemende ondernemingen de informatie te verschaffen die volgens IAS 19 noodzakelijk is voor het verantwoorden van de pensioenregeling als een toegezegd-pensioenregeling.
Daarom wordt de regeling verwerkt volgens de methodiek voor toegezegde-bijdrageregelingen en is bij de berekening van de verplichtingen voortvloeiend uit de pensioenregeling, volstaan met het in aanmerking nemen in de exploitatierekening van de verschuldigde premie ten behoeve van de pensioenen. Voor zover de premie nog niet is betaald, is een verplichting opgenomen op de balans.
LVNL heeft bij eventuele tekorten in het pensioenfonds geen verplichting tot aanvullende bijdragen anders dan toekomstige premieverhogingen.
Pagina 61 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Andere lange termijn personeelsbeloningen Voorziening FLNA Rotterdam, Eelde en Beek De voorziening FLNA Rotterdam, Eelde en Beek is opgenomen tegen de contante waarde van de te verwachten toekomstige verplichtingen. Bij de contante waardeberekening wordt voor het bepalen van de disconteringsvoet rekening gehouden met de looptijd van de voorziening. Jaarlijks wordt de waardering van de toekomstige verplichtingen actuariële berekend. De verplichting bestaat uit de FLNA-rechten van verkeersleiders op de regionale luchthavens Rotterdam The Hague Airport (Rotterdam), Groningen Airport Eelde (Eelde) en Maastricht Aachen Airport (Beek), die reeds zijn afgefinancierd in het kader van de doorgevoerde herstructurering. Voor de overige FLNA-rechten van de luchtverkeersleiders op Schiphol en de nog niet afgefinancierde FLNA-rechten van verkeersleiders op de regionale luchthavens Rotterdam, Eelde en Beek heeft LVNL geen voorziening gevormd. Zie hiervoor de uitzondering op toepassing van IAS 19, zoals opgenomen onder toelichting 2: ‘overeenstemmingsverklaring’.
Voorziening gratificatie bij ambtsjubilea De voorziening gratificatie bij ambtsjubilea is opgenomen tegen de contante waarde van de te verwachten toekomstige verplichtingen. Bij de contante waardeberekening wordt voor het bepalen van de disconteringsvoet rekening gehouden met de looptijd van de voorziening. De verplichting ontstaat vanwege gratificatie bij ambtsjubilea zoals opgenomen in de rechtspositieregeling LVNL.
Jaarlijks wordt de waardering van de voorziening gratificatie bij ambtsjubilea onder IAS 19 actuarieel berekend volgens de methode ‘Projected Unit Credit’. Dit houdt in dat aan het begin van het boekjaar en aan het eind van het boekjaar van elke verplichting de waarde wordt bepaald. Hierbij wordt rekening gehouden met:
-
Toekomstige salarisstijgingen.
-
Toekomstige rekenrente.
-
Personeelsverloop: ontslag, sterfte en invalidering.
Deze lasten worden toegerekend aan de diensttijd van de werknemer. Er wordt berekend hoeveel de uitkering bedraagt op de jubileumdatum. Vervolgens wordt een evenredig deel van deze uitkering toegerekend aan elk dienstjaar en wordt de contante waarde hiervan bepaald, te weten de ‘Projected Benefit Obligation’ (PBO). Ontslagvergoedingen Ontslagvergoedingen LVNL heeft voor medewerkers een ontslagvoorziening gevormd op basis van de overeengekomen ontslagvergoedingen dan wel de rechtspositionele wachtgeldregeling die van toepassing is op medewerkers waarmee nog geen overeenstemming is bereikt. De voorziening voor ontslagvergoedingen is opgenomen tegen de contante waarde van de toekomstige verplichtingen rekening houdend met de ingeschatte vertrekregelingen en de kans dat de herplaatsingskandidaten gedurende de herplaatsingsperiode een nieuwe werkkring vinden. Voorts is
Pagina 62 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
rekening gehouden met de bepalingen in het rechtspositiereglement. De disconteringsvoet is bepaald op basis van de looptijd van de voorziening.
Overige personele voorzieningen Dit betreft verplichtingen die voortkomen uit de 55+ regeling, afkoopverplichtingen en wachtgeldregelingen die LVNL heeft. De overige personele voorzieningen zijn opgenomen tegen de contante waarde rekeninghoudend met de looptijd van de toekomstige verplichtingen. Compensatie bij inkomensverlies Een werknemer waarvan de mate van arbeidsongeschiktheid op grond van de WIA vastgesteld is op minder dan 35 procent en die, als gevolg van een plaatsing in een andere functie of de eigen functie onder andere voorwaarden, inkomensverlies heeft, maakt gedurende een tijdvak van vijf jaren aanspraak op compensatie van dit inkomensverlies. De te verwachten kosten van loonsuppletie bij arbeidsongeschiktheid worden volledig in de exploitatierekening tot uitdrukking gebracht op het moment dat een personeelslid gedeeltelijk arbeidsongeschikt wordt verklaard.
i) Overige voorzieningen Een overige voorziening wordt in de balans opgenomen wanneer LVNL een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden en waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt en het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is. De overige voorzieningen zijn opgenomen tegen de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen. Voor het disconteren maakt LVNL gebruik van de actuele effectieve marktrente gebaseerd op hoogwaardige ondernemingsobligaties rekening houdend met de termijnstructuur van de verplichting.
Er wordt in de balans een voorziening voor verlieslatende contracten opgenomen wanneer de door LVNL naar verwachting te behalen voordelen uit een overeenkomst lager zijn dan de onvermijdbare kosten om aan de verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst te voldoen. De voorziening is gewaardeerd tegen de contante waarde van de verwachte netto kosten van de voortzetting van het contract. j) Omzet Onder de omzet worden de vergoedingen verantwoord die LVNL ontvangt uit hoofde van het verrichten van haar wettelijke taak, het verlenen van luchtverkeersdiensten binnen het Nederlandse luchtruim. Binnen het Nederlandse luchtruim worden door LVNL drie heffingszones onderkend: en-route, terminal en North Sea Area Amsterdam (NSAA). Daarnaast ontvangt LVNL een bijdrage van de overheid voor de vrijgestelde vluchten en VFR- (Visual Flight Rules) verkeer binnen het en-route gebied. Deze bijdrage wordt verantwoord onder de heffingen en-route.
Pagina 63 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
De omzet wordt verantwoord in de exploitatierekening zodra de dienst is geleverd en de vergoeding die LVNL ontvangt op een betrouwbare wijze kan worden bepaald en het waarschijnlijk is dat de economische voordelen naar LVNL zullen toekomen. k) Diverse opbrengsten Onder de diverse opbrengsten worden de opbrengsten verantwoord uit hoofde van activiteiten die LVNL voor derden verricht naast haar wettelijke kerntaak. Wanneer de dienst of goed is geleverd door LVNL worden de opbrengsten verantwoord in de exploitatierekening.
l) Subsidies De subsidies zijn grotendeels verkregen uit hoofde van investeringen in materiële vaste activa. De ontvangen subsidies worden in de balans opgenomen als vooruit ontvangen baten (zie noot g).
Zodra er voldoende zekerheid bestaat dat LVNL voldoet aan de gestelde voorwaarden worden de subsidies systematisch in de exploitatierekening opgenomen gedurende de gebruiksduur van het actief dan wel moment dat definitief is vastgesteld dat LVNL aan de voorwaarden voor toekenning heeft voldaan en de subsidie mag behouden. m) Bijdrage Rijk Deze bijdrage is gebaseerd op de toezegging van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu inzake de hoogte en de allocatie van de van EUROCONTROL ontvangen Internal Tax. Op basis van het door de overheid toegekende en de door de overheid te betalen compensatie van de kosten van de vrijgestelde vluchten en van de VFR-faciliteit (zie toelichting bij j) omzet) wordt jaarlijks de hoogte van deze bijdrage verantwoord in de exploitatierekening. n) Lease Leaseovereenkomsten waarbij LVNL (of haar dochterondernemingen) vrijwel alle aan het eigendom verbonden risico’s en voordelen op zich neemt, worden geclassificeerd als financiële leases. Bij de eerste opname wordt het geleasde actief gewaardeerd op de laagste van de reële waarde en de contante waarde van de minimale leasebetalingen onder de materiële vaste activa. De leningen, die verband houden met deze overeenkomsten, zijn verantwoord onder de leaseverplichtingen.
Op de activa wordt vervolgens afgeschreven in overeenstemming met identieke activa die LVNL zelf in eigendom heeft. De afschrijvingstermijn kan korter zijn indien de leasetermijn korter is, niet verlengd zal worden en de betreffende activa niet overgenomen zullen worden. De betaalde leasetermijnen worden op een zodanige manier verdeeld tussen de financieringskosten en vermindering van de uitstaande verplichting, dat gedurende elke periode van de lease een constante periodieke rentevoet (de effectieve rente) op het resterende saldo van de verplichtingen wordt getoond.
Pagina 64 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Voor contracten waar het economisch eigendom in handen van derden is, ‘operationele leases’, worden uitsluitend de huurtermijnen als kosten verantwoord in de exploitatierekening. o) Financieringsbaten en -lasten Financieringsbaten omvatten de rentebaten op ontvangen uitstaande bedragen en de rente op de rekening-courant kredieten.
Financieringslasten omvatten de rentelasten op opgenomen gelden, oprenting van voorzieningen, de betaalde rente op de lease van de verkeerstoren en de behaalde koersverschillen op vreemde valuta.
Financieringslasten die niet rechtstreeks zijn toe te kennen aan activa in aanbouw, worden met behulp van de effectieve rentemethode in de exploitatierekening opgenomen.
Toegerekende rente aan activa in aanbouw wordt verantwoord in de exploitatierekening wanneer een activum in aanbouw is tot en met activering van het activum onder de vaste activa. Toe te rekenen rente wordt bepaald met behulp van een gemiddelde rentevoet. Wanneer er sprake is van een specifieke objectfinanciering wordt de toe te rekenen rente bepaald op basis van de betreffende lening.
Valutakoerswinsten en -verliezen worden gerapporteerd op gesaldeerde basis hetzij als financieringsbate hetzij als financieringslast. p) Bepaling reële waarde Een aantal grondslagen en de informatieverschaffing van LVNL vereisen de bepaling van de reële waarde van zowel financiële als niet-financiële activa en verplichtingen. Voor waarderings- en informatieverschaffingsdoeleinden is de reële waarde op basis van de volgende methoden bepaald. Indien van toepassing wordt nadere informatie over de uitgangspunten voor de bepaling van de reële waarde vermeld bij het onderdeel van deze toelichting dat specifiek op het betreffende actief of de betreffende verplichting van toepassing is. Vorderingen De reële waarde van vorderingen wordt tegen de contante waarde van de toekomstige kasstromen geschat, die op hun beurt worden gedisconteerd tegen de marktrente per verslagdatum. Derivaten Voor de bepaling van de reële waarde van de interest rate swap wordt de opgave van de betreffende bank gehanteerd.
Pagina 65 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Niet-afgeleide financiële verplichtingen De reële waarde van niet-afgeleide financiële verplichtingen wordt bepaald ten bate van de informatieverschaffing en berekend op basis van de contante waarde van toekomstige aflossingen en rentebetalingen, gedisconteerd tegen de marktrente per verslagdatum. Voor financiële leases wordt de marktrente bepaald aan de hand van vergelijkbare leaseovereenkomsten. 7.
FINANCIEEL RISICOMANAGEMENT
De volgende risico’s worden door het bestuur onderkend: -
Kredietrisico.
-
Liquiditeitsrisico.
-
Marktrisico zijnde valutarisico en renterisico.
Hieronder volgt een toelichting op elk van de bovengenoemde risico’s, de doelstellingen, grondslagen en procedures van LVNL voor het beheren en meten van deze risico’s alsmede het kapitaalbeheer van LVNL. Kredietrisico Kredietrisico is het risico van financieel verlies voor LVNL indien een afnemer de aangegane contractuele verplichtingen niet nakomt. Kredietrisico’s voor LVNL vloeien vooral voort uit vorderingen op gebruikers (vliegtuigmaatschappijen). LVNL heeft geen mogelijkheid om haar kredietrisico te beperken gezien het feit dat LVNL volgens de Wet luchtvaart verplicht is luchtverkeersdiensten te verlenen. LVNL vormt een voorziening ter grootte van de geschatte verliezen uit hoofde van oninbare vorderingen. Liquiditeitsrisico Het liquiditeitsrisico is het risico dat LVNL niet op het vereiste moment aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. De uitgangspunten voor het liquiditeitsrisicobeheer zijn dat er voldoende liquiditeiten worden aangehouden om te kunnen voldoen aan de huidige en toekomstige financiële verplichtingen en zonder dat daarbij onaanvaardbare verliezen worden gelopen of de reputatie van LVNL in gevaar komt. Zorgvuldig beheer van het liquiditeitsrisico brengt met zich mee dat LVNL voldoende geldmiddelen en kasequivalenten aanhoudt en dat via een toereikend bedrag aan kredietfaciliteiten, financiering voorhanden is. Valutarisico Het valutarisico treedt op als toekomstige zakelijke transacties, verantwoorde activa en passiva en netto investeringen in activiteiten worden uitgedrukt in een andere valuta dan de euro (de functionele valuta van LVNL). Het valutarisico voor LVNL is afhankelijk van het aantal materiële transacties in vreemde valuta. Het beleid van LVNL is erop gericht valutarisico’s zoveel mogelijk direct af te dekken.
Pagina 66 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Renterisico Uit hoofde van de Comptabiliteitswet 2001 is LVNL gehouden aan schatkistbankieren waarvoor een variabele rente geldt. Hierover loopt LVNL een renterisico. Het renterisico is beperkt voor de langlopende leningen aangezien met uitzondering van één lening een vast rentepercentage over de gehele looptijd is afgesproken. Het renterisico voor de lening met de variabele rente is afgedekt door middel van een interest rate swap waarvan de hoofdsom gelijk is aan de hoofdsom van de lening. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd.
Pagina 67 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE EXPLOITATIEREKENING
8.
OMZET
De specificatie van de omzet is als volgt: (bedragen in € 1.000)
2011
2010
Heffingen en-route Vergoeding vrijgestelde vluchten/VFR
115.935 2.182
106.736 2.408
Opbrengsten en-route
118.117
109.144
54.739
50.928
946
999
173.802
161.071
Heffingen terminal Heffingen NSAA Totaal
De tarieven voor LVNL voor het en-route, terminal en helikopterverkeer (NSAA) zijn onderwerp van gebruikersconsultatie en worden vastgesteld door het bestuur van LVNL, vereisen instemming van de Raad van Toezicht en worden goedgekeurd door de minister van Infrastructuur en Milieu.
De tarieven voor en-route, terminal en NSAA worden jaarlijks bepaald en zijn gebaseerd op de verwachte totale kosten voor luchtverkeersdienstverlening en de verwachte verkeersontwikkeling in de betreffende heffingszones rekening houdend met de nog te verrekenen resultaten uit voorgaande jaren. Het Rijk en LVNL hebben met ingang van 2010 meerjarige afspraken gemaakt over het niveau van de LVNL-deeltarieven en-route en terminal.
Nederland heeft de facturatie en inning van de en-route heffingen, uit hoofde van internationale overeenkomsten, belegd bij de Central Route Charges Office (CRCO) van EUROCONTROL. LVNL heeft vanaf 2008 de inning van de terminal heffingen uitbesteed aan de CRCO. De facturatie en inning voor NSAA wordt door LVNL verricht.
Op basis van Europese wet- en regelgeving zijn bepaalde vluchten - waaronder VFR-verkeer - vrijgesteld van heffingen. De overheid heeft ingevolge deze regelgeving een compensatieplicht ter zake van de kosten van deze vluchten.
Pagina 68 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
9.
OVERIGE OPBRENGSTEN
De specificatie van de overige opbrengsten is als volgt: (bedragen in € 1.000)
Diverse opbrengsten Vrijval QTE Beëindigingsresultaat QTE Subsidies Bijdrage Rijk Totaal
2011
2010
1.844 1.634 500 197 6.471
1.613 1.634 201 6.278
10.646
9.726
De diverse opbrengsten hebben onder andere betrekking op de verkoop van luchtvaartpublicaties, de dienstverlening in de vorm van onderhoud van apparatuur voor derden, doorberekening van geleverde diensten aan derden en de verhuur van ruimte aan derden.
De vrijval QTE betreft de jaarlijkse vrijval van de vooruit ontvangen bate van de in 2001 gesloten QTE-transactie, zie toelichting 19 ‘Vooruit ontvangen baten’. Eind 2011 is besloten de QTE-transactie voortijdig te beëindigen. Bij deze voortijdige beëindiging is een positief resultaat behaald van 0,5 miljoen euro. Dit resultaat bestaat uit de vrijval van de resterende vooruit ontvangen bate QTE onder aftrek van de afkoopbedragen van de transactie, de daarbij behorende advocaatkosten en de overige kosten voor de beëindiging (zie toelichting 19: ‘Vooruit ontvangen baten’).
De subsidies zijn grotendeels verkregen in het kader van investeringen in materiële vaste activa.
De totale bijdrage Rijk wordt door EUROCONTROL berekend op basis van een door de Eurocontrol-Lidstaten goedgekeurde berekeningsmethode. Op basis van de met de overheid gemaakte afspraken dient LVNL vanuit deze bijdrage de kosten voor de vrijgestelde vluchten en VFR te bekostigen. Het restant van deze bijdrage is in 2011 aangewend als een rijksbijdrage ten behoeve van de noodzakelijke opbouw van een bestemmingsfonds voor de opvang van de ingevolge Europese regelgeving ingevoerde verkeersvolume- en kostenrisico’s. Gegeven het feit dat de en-route heffingszone als eerste onderhevig is aan de prestatieregeling is en daar derhalve de behoefte aan een bestemmingsfonds het grootst is, is met goedkeuring van het ministerie besloten de bijdrage Rijk te bestemmen voor en-route.
Pagina 69 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
10.
PERSONEELSKOSTEN
De specificatie van de personeelskosten is als volgt: (bedragen in € 1.000)
Salarissen Pensioenlasten Sociale lasten Overige vergoedingen Totaal
2011
2010
94.597 17.349 6.749 3.751
91.036 15.877 6.832 3.207
122.446
116.952
Onder de salariskosten worden de korte termijn personeelsbeloningen verantwoord (actief personeel) en de vergoeding die LVNL betaald aan de FLNA-gerechtigden die in het boekjaar gebruik maken van de FLNA-regeling (niet actief personeel) voor zover deze rechten niet zijn afgefinancierd. Voor de FLNA-gerechtigden op de regionale luchthavens Rotterdam, Eelde en Beek waarvan de rechten zijn afgefinancierd worden de betaalde lasten onttrokken aan de voorziening, zie toelichting 20: ‘Personeelsbeloningen’.
De pensioenlasten bestaan uit de af te dragen pensioenpremie aan het ABP voor actieve en niet actieve personeelsleden.
De dekkingsgraad en grondslag van het ABP is vermeld in onderstaand schema: ABP Dekkingsgraad Grondslag
Peildatum
2011
2010
94,0%
105,0%
actuele marktrente 31-12-2011
actuele marktrente 31-12-2010
ABP heeft op 1 februari 2012 aangekondigd dat met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2012 een tijdelijke verhoging van de pensioenpremie van kracht is. Deze tijdelijke verhoging betreft 2% bovenop de reeds eerder in werking getreden verhoging van 1%. Deze tijdelijke verhoging geldt momenteel voor de periode 1 januari 2012 tot en met 31 december 2013.
De sociale lasten bestaan uit de af te dragen premies voor actieve en niet-actieve personeelsleden.
Onder de overige vergoedingen worden onder andere de vergoedingen voor reiskosten woon/werkverkeer, studiekosten en ontslagvergoedingen verantwoord. In 2011 stijgen de overige vergoedingen doordat er in 2011 een aantal afkopen zijn geweest die geen onderdeel waren van het programma Inkomsten en Uitgave in Balans 2009 en 2010.
Pagina 70 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Bezetting ultimo 2011 Het aantal personeelsleden van LVNL bedroeg op 31 december 2011, op basis van fulltime equivalenten (38 uur) 945 fte (afgerond), waarvan 53 inactief en 47 fte in opleiding tot luchtverkeersleider (2010: 963 fte, waarvan 70 fte inactief en 43 fte in opleiding voor verkeersleider). Rapportage op grond van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) Op bijgaande lijst staan 87 (2010: 82) werknemers met een totaal omgerekende voltijds beloning 2011 boven de norm van 193 duizend euro (norm 2010: 193 duizend euro). Daarboven zijn 19 (2010: 34) ex-werknemers opgenomen die het directe gevolg zijn van vertrekregelingen. Daarnaast zijn 30 (2010: 18) (ex-)werknemers vermeld voor vergelijkingsdoeleinden, ofwel met in 2011 een totaal omgerekende voltijds beloning onder de 2011 norm doch in 2010 met een totaal omgerekende voltijds beloning boven de 2010 norm.
Salarissen luchtverkeersleiders In 1985 is een salarisconflict ontstaan met de verkeersleiders. Het parlement heeft toen bij het kabinet aangedrongen op een structurele oplossing voor dit conflict. Een staking en/of het vertrek van verkeersleiders naar het buitenland diende te worden voorkomen. Het toenmalige kabinet heeft vervolgens, op basis van het voorstel van de commissie Albeda, besloten de luchtverkeersbeveiligingsorganisatie (LVB) in 1993 te verzelfstandigen naar het Zelfstandig Bestuurs Orgaan (ZBO) Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL). Zo werd LVNL een professioneel geleide organisatie die bedrijfsmatiger en flexibeler kan opereren. LVNL dient op verantwoorde wijze een publieke taak uit te voeren met een bedrijfsvoering geënt op de Europese markt. Als gevolg van het kabinetsbesluit wordt sindsdien het huidige salarisniveau van de verkeersleiders bepaald door LVNL en wordt rekening gehouden met de marktwerking in Europa.
Het loongebouw van LVNL is sinds het jaar 2000 gebaseerd op de Hay methodiek. De Hay methodiek is een erkende methodiek voor het bepalen van de waardering en beloning van functies binnen organisaties. Specifiek voor de verkeersleiders geldt tevens de Regeling Loopbaanvorming Verkeersleiders (RLV). Deze regeling beschrijft de verschillende functieniveaus en ontwikkelmogelijkheden voor de functiegroep verkeersleiders.
Pagina 71 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland (bedragen in €)
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87
Functienaam (peildatum 31 december 2011) Voorzitter van het bestuur Lid van het bestuur Director Director General Manager Unit Manager Unit Manager Unit Manager Unit Manager Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider/Supervisor Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA Verkeersleider FLNA General Manager Manager Senior Consultant
Pagina 72 van 108
Contract Datum in uren per dienst week dec-84 38,00 okt-09 38,00 dec-83 38,00 dec-84 38,00 mrt-00 38,00 okt-88 38,00 dec-83 38,00 nov-93 38,00 dec-84 38,00 sep-86 38,00 jan-90 38,00 apr-88 38,00 dec-84 38,00 jun-82 38,00 sep-85 38,00 mei-89 38,00 jul-88 38,00 apr-88 38,00 sep-85 38,00 okt-88 38,00 apr-87 38,00 mei-86 38,00 nov-84 38,00 nov-89 38,00 nov-84 38,00 apr-88 38,00 nov-89 38,00 nov-91 38,00 okt-92 38,00 okt-88 38,00 jan-83 38,00 okt-92 38,00 jan-90 38,00 okt-92 38,00 nov-95 38,00 nov-93 38,00 jan-90 38,00 mei-93 38,00 aug-89 38,00 jan-82 38,00 mei-92 38,00 okt-94 38,00 sep-88 38,00 okt-92 38,00 mei-93 38,00 sep-96 38,00 sep-90 38,00 okt-85 30,40 sep-86 30,40 mei-89 30,40 okt-85 38,00 mei-89 38,00 apr-91 38,00 okt-85 38,00 feb-88 38,00 aug-84 38,00 okt-88 38,00 nov-89 38,00 okt-88 38,00 jan-91 38,00 apr-88 38,00 okt-88 38,00 mei-89 38,00 nov-91 38,00 okt-92 38,00 mei-93 38,00 okt-88 34,20 mei-92 30,40 nov-77 38,00 nov-71 38,00 okt-70 38,00 okt-68 38,00 jan-76 38,00 nov-71 38,00 nov-72 38,00 nov-77 38,00 nov-84 38,00 jan-83 38,00 sep-80 38,00 dec-73 38,00 jan-82 38,00 jun-82 38,00 okt-74 38,00 jan-76 38,00 okt-85 38,00 nov-87 38,00 okt-98 38,00
Fiscaalloon 2011 287.389 253.024 228.379 182.997 167.007 203.324 199.210 199.476 184.766 196.048 191.712 193.742 183.345 183.181 182.234 182.165 181.621 181.320 181.243 180.843 180.411 179.281 179.005 179.410 179.410 179.274 179.935 178.989 177.080 176.607 175.326 175.073 175.458 173.523 170.252 169.307 171.349 169.967 166.593 165.803 163.871 163.625 163.623 164.918 162.161 158.334 156.224 146.770 144.569 144.775 163.792 162.675 161.223 160.926 159.741 159.210 159.533 159.522 159.091 158.312 158.691 158.451 158.410 155.601 155.914 153.486 145.865 125.594 194.741 194.710 182.153 185.645 171.996 173.873 166.956 168.671 161.756 162.104 160.420 157.125 153.068 152.792 151.054 150.128 168.868 178.412 374.960
Pensioen- Ontslag Pensioen- Ontslag afdracht uitkering Beloning Fiscaalloon afdracht uitkering Beloning 2011 2011 2011 2010 2010 2010 2010 70.738 0 358.126 272.902 68.745 0 341.647 63.665 0 316.689 233.374 59.427 0 292.801 58.083 0 286.462 214.035 56.019 0 270.054 44.303 0 227.300 167.025 42.714 0 209.739 43.889 0 210.895 178.775 37.892 0 216.667 52.303 0 255.626 193.773 50.419 0 244.192 53.097 0 252.308 196.280 51.185 0 247.465 52.303 0 251.779 190.671 48.785 0 239.456 48.075 0 232.841 177.352 46.347 0 223.699 51.773 0 247.821 194.708 50.419 0 245.127 193.253 51.185 0 244.438 53.097 0 244.809 47.351 0 241.093 186.364 45.650 0 232.014 48.075 0 231.419 180.664 46.347 0 227.011 48.075 0 231.255 198.035 51.185 0 249.220 48.075 0 230.308 178.952 46.347 0 225.299 48.075 0 230.239 176.383 44.826 0 221.209 48.075 0 229.696 178.952 46.347 0 225.299 48.075 0 229.395 168.584 41.944 0 210.528 48.075 0 229.318 163.473 41.944 0 205.417 48.075 0 228.918 176.336 46.347 0 222.683 47.351 0 227.762 173.167 45.650 0 218.817 48.075 0 227.356 176.657 46.347 0 223.004 48.075 0 227.080 176.351 46.347 0 222.698 47.351 0 226.762 175.964 44.924 0 220.888 47.351 0 226.762 176.772 45.650 0 222.422 47.351 0 226.625 176.489 45.650 0 222.139 46.495 0 226.430 171.893 43.369 0 215.262 47.351 0 226.340 172.863 44.151 0 217.014 44.983 0 222.063 164.667 40.362 0 205.029 44.824 0 221.431 167.587 42.714 0 210.301 45.794 0 221.120 172.004 44.151 0 216.155 45.794 0 220.867 168.552 42.714 0 211.266 44.983 0 220.440 162.911 39.235 0 202.146 45.794 0 219.317 165.959 41.310 0 207.269 44.303 0 214.555 162.627 41.310 0 203.937 44.303 0 213.610 164.007 41.310 0 205.317 42.074 0 213.424 154.056 37.947 0 192.003 42.074 0 212.041 159.362 40.567 0 199.929 43.503 0 210.097 165.767 41.944 0 207.711 0 208.648 160.910 41.310 0 202.220 42.845 42.845 0 206.716 159.745 39.953 0 199.698 42.845 0 206.471 156.287 39.953 0 196.240 42.845 0 206.469 161.136 41.310 0 202.446 40.691 0 205.610 149.059 37.947 0 187.006 41.437 0 203.597 156.673 38.427 0 195.100 40.691 0 199.025 151.124 37.947 0 189.071 41.437 0 197.660 148.654 39.953 0 188.607 38.491 0 185.260 137.655 33.134 0 170.789 37.881 0 182.450 142.411 36.520 0 178.931 37.225 0 182.000 140.019 36.237 0 176.256 42.845 0 206.637 157.496 39.953 0 197.449 42.074 0 204.750 150.089 37.947 0 188.036 42.074 0 203.298 155.954 39.235 0 195.189 0 199.100 42.074 0 203.000 158.533 40.567 42.074 0 201.815 157.351 40.567 0 197.918 42.074 0 201.285 156.859 40.567 0 197.426 41.437 0 200.969 156.699 39.953 0 196.652 41.437 0 200.958 156.051 39.953 0 196.004 41.437 0 200.527 156.663 39.953 0 196.616 42.074 0 200.386 155.964 40.567 0 196.531 41.437 0 200.128 156.329 39.953 0 196.282 41.437 0 199.887 156.051 39.953 0 196.004 41.437 0 199.847 156.051 39.953 0 196.004 40.691 0 196.292 148.664 37.947 0 186.611 40.073 0 195.987 148.952 37.370 0 186.322 40.073 0 193.559 146.862 37.370 0 184.232 38.139 0 184.004 138.665 37.179 0 175.844 31.996 0 157.590 118.772 29.820 0 148.592 53.097 0 247.839 208.786 51.185 0 259.971 47.414 0 242.124 177.295 45.711 0 223.006 50.697 0 232.849 193.647 48.873 0 242.520 45.799 0 231.444 182.751 44.187 0 226.938 48.075 0 220.071 179.273 46.347 0 225.620 45.888 0 219.761 156.735 44.241 0 200.976 50.034 0 216.990 164.189 48.260 0 212.449 48.075 0 216.746 181.611 46.347 0 227.958 50.036 0 211.792 158.965 48.237 0 207.202 48.075 0 210.178 180.825 46.347 0 227.172 48.075 0 208.495 172.792 46.347 0 219.139 47.414 0 204.539 154.414 45.711 0 200.125 47.351 0 200.419 167.914 45.650 0 213.564 44.041 0 196.833 162.772 42.554 0 205.326 43.659 0 192.095 45.285 0 196.339 148.436 45.285 0 195.412 147.523 43.659 0 191.182 44.423 0 213.290 179.599 39.052 0 218.651 47.351 0 225.764 176.828 50.419 0 227.247 94.041 0 469.001 356.175 91.563 0 447.738
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Specifieke toelichting 1 t/m 2
De bezoldiging van het bestuur wordt jaarlijks vastgesteld door de Raad van Toezicht.
3 t/m 5
De beloning is passend binnen het loongebouw van LVNL.
6 t/m 68
De beloning van LVNL-verkeersleiders is in lijn met de beloning van luchtverkeersleiders in andere Europese landen. Het management van verkeersleiders (e.g. unit managers, supervisors) is afkomstig uit de groep verkeersleiders en ontvangt een beloning passend binnen het loongebouw van LVNL. Verkeersleiders en het management van verkeersleiders ontvangen als onderdeel van de beloning een toeslag voor onregelmatige diensten (TOD).
69 t/m 84
Deze verkeersleiders maken gebruik van de regeling FLNA, passend binnen de rechtspositie en het loongebouw van LVNL. Binnen de kaders van de vigerende rechtspositie en arbeidsvoorwaarden kunnen functionarissen een vergoeding ontvangen additioneel aan de FLNAvergoeding wanneer zij nog actieve werkzaamheden blijven verrichten door na te dienen als verkeersleider, manager of verkeersleidingexpert. De gerapporteerde bedragen betreffen de som van de FLNA-vergoeding en de additioneel verworven vergoeding.
85 t/m 86
Deze (general) managers hebben een achtergrond als verkeersleider hetgeen van belang is voor het uitvoeren van de functie. De beloning past binnen het loongebouw van LVNL.
87
Deze functionaris, voormalig bestuursvoorzitter van LVNL, vertegenwoordigt Nederland in het internationale proces om FABEC te bewerkstelligen. De beloning is in overeenstemming met de in het verleden overeengekomen arbeidsvoorwaarden..
(bedragen in €)
88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106
88 - 96
Functienaam (peildatum 31 december 2011) Specialist Infra Briefing Officer Flight Data Assistent HRD-Consultant Medewerker Aeronautical Cartograaf Accountmanager Senior Consultant Flight Service Specialist (2) Controller Senior Technicus Coördinator Controller BP&C Medewerker Medewerker Support Manager Expert Specialist Teamleader
Contract Datum in uren per dienst week nov-72 38,00 jul-78 34,20 sep-74 36,00 apr-98 36,00 jan-85 36,00 nov-82 32,00 aug-01 38,00 feb-72 38,00 dec-73 38,00 apr-01 38,00 feb-75 38,00 nov-86 36,00 okt-87 38,00 jun-72 38,00 jul-99 38,00 feb-91 38,00 jun-79 36,00 jul-02 38,00 mei-97 38,00
Fiscaalloon 2011 0 1.0650 0 0 0 0 62.712 27.478 95.856 82.358 22.181 0 0 0 48.488 100.060 34.006 89.500
Pensioen- Ontslag afdracht uitkering 2011 2011 0 50.172 0 63.903 0 79.121 0 59.017 0 77.704 0 39.503 0 79.198 14.610 139.763 2.034 225.000 21.712 270.000 20.034 120.000 3.254 174.500 0 70.047 0 42.118 0 49.354 10.409 194.736 20.569 225.000 7.812 200.000 20.656 150.000
Pensioen- Ontslag Beloning Fiscaalloon afdracht uitkering Beloning 2011 2010 2010 2010 2010 50.172 37.815 5.712 100.450 143.977 62.838 97.179 19.903 65.515 182.597 79.121 82.324 17.164 7.127 106.615 59.017 1.086 0 37.888 38.974 77.704 2670 129.633 129.366 39.503 16.030 4.833 50.148 71.011 79.198 0 0 78.948 78.948 217.085 124.465 28.291 0 152.756 254.512 86.854 23.894 0 110.748 387.568 87.286 20.953 0 108.239 222.392 83.314 19.109 0 102.423 199.936 62.932 12.717 0 75.649 70.047 0 0 69.879 69.879 42.118 0 0 41.739 41.739 49.354 8.177 1.465 27.184 36.826 253.632 60.294 13.423 0 73.717 345.630 83.538 19.850 0 103.388 241.818 66.659 15.041 0 81.700 260.156 82.666 19.401 0 102.067
Als reactie op het wegvallen van een belangrijk deel van de inkomsten uit heffingen, ten gevolge van de economische crisis, heeft het bestuur het programma ‘Inkomsten en Uitgaven in Balans’ geïnitieerd. Eén van de doelen van dit programma is een reductie binnen twee jaar van de Pagina 73 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
ondersteunende staf met honderd fte. Vanaf 2009 is door het management invulling gegeven aan dit plan en is een groot aantal vertrekregelingen met medewerkers overeengekomen. Deze vertrekregelingen zijn in alle gevallen individueel maatwerk met het oog op het begeleiden van medewerkers van werk naar werk. Hiermee wordt zoveel als mogelijk tegemoet gekomen aan de individuele situatie van medewerkers en wordt tevens voorkomen dat aan deze medewerkers een hoge wachtgeldvergoeding moet worden uitgekeerd. Diverse van deze medewerkers hebben een totaal omgerekende voltijds beloning onder de WOPT-norm 2011. Echter de beëindigingovereenkomsten die zijn gesloten voor kosten gerelateerd aan het ontslag (waaronder ontslaguitkeringen in 2011 of later) leiden ertoe dat deze opgenomen dienen te worden in de WOPT-rapportage.
97 - 99
Dit betreffen vertrekregelingen die voortvloeien uit een reductie van 28 fte in het kader van het programma ‘Inkomsten en Uitgaven in Balans’. Deze reductie van 28 fte is additioneel aan bovengenoemde reductie van honderd fte.
100 - 101
Dit betreffen oude vertrekregelingen (van vóór 2009) op basis van een wachtgeldregeling. Deze ex-medewerkers hebben een totaal omgerekende voltijds beloning onder de WOPT norm 2011. Echter daar dit onvoorwaardelijke rechten betreft zijn deze ex-medewerkers opgenomen in de WOPT rapportage.
102
Deze ex-medewerker heeft een totaal omgerekende voltijds beloning onder de WOPT-norm 2011. Echter daar dit onvoorwaardelijke rechten betreft is deze ex-medewerker opgenomen in de WOPTrapportage.
103 - 106
Pagina 74 van 108
Dit betreffen eenmalige ontslaguitkeringen toegekend in 2011.
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
(bedragen in €)
107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136
Functienaam (peildatum 31 december 2011) Adviseur Bestuur Communications Professional Consultant Controller Coördinator Coördinator Coördinator Coördinator Engineer Manager Manager Senior Consultant Specialist Specialist Specialist Specialist Specialist Specialist Stafmedewerker Technicus Technicus Senior Consultant Specialist Specialist Verkeersleider FLNA Verkeersleider (2) Verkeersleider (2) Verkeersleider FLNA Manager Senior Consultant
107 - 136
Contract Datum in uren per dienst week mrt-06 38,00 feb-07 36,00 jan-89 36,00 nov-82 38,00 sep-90 36,00 apr-00 36,00 mei-82 38,00 jan-00 36,00 jun-79 38,00 feb-75 38,00 dec-84 36,00 okt-00 38,00 okt-72 28,50 okt-71 34,20 sep-98 38,00 dec-74 36,00 feb-77 38,00 mei-72 38,00 feb-00 36,00 jan-78 38,00 jun-79 36,00 feb-07 36,00 feb-80 38,00 feb-01 38,00 nov-86 38,00 sep-90 38,00 apr-91 38,00 aug-74 38,00 feb-01 38,00 feb-68 38,00
Fiscaalloon 2011 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 545 0 0 0 0 0 0 0 0 149.879 147.228 142.059 76.331 126.332 101.044
Pensioen- Ontslag Pensioen- Ontslag afdracht uitkering Beloning Fiscaalloon afdracht uitkering Beloning 2011 2011 2011 2010 2010 2010 2010 0 0 0 46.293 9.491 375.000 430.784 0 16.242 16.242 0 0 94.503 94.503 0 0 0 9020 275.857 274.955 0 0 0 140.481 28.822 350.000 519.303 0 0 0 358 0 330.796 331.154 0 0 0 2.674 0 257.958 260.632 0 0 0 43.480 8.885 143.872 196.237 0 0 0 73.617 4.245 273.180 351.042 0 0 0 41.883 8.962 186.062 236.907 0 0 0 77.159 14.827 338.000 429.986 0 0 0 10.252 0 436.125 446.377 0 0 0 128.214 18.982 234.198 381.394 0 0 0 63.595 14.385 172.338 250.318 0 0 0 76.678 17.205 124.058 217.941 0 0 0 84.045 18.856 160.000 262.901 80.911 17.289 193.124 291.324 0 0 545 0 0 0 73.999 13.346 146.651 233.996 0 0 0 119.101 23.855 195.451 338.407 0 0 0 79.491 18.171 127.688 225.350 0 0 0 85.141 17.288 184.039 286.468 0 0 0 55.928 9.902 158.587 224.417 0 0 0 108.032 25.026 399.999 533.057 0 0 0 58.088 13.695 250.000 321.783 0 0 0 78.036 18.252 210.000 306.288 42.902 0 192.781 155.680 41.364 0 197.044 39.134 0 186.362 139.367 35.719 0 175.086 41.437 0 183.495 155.871 39.953 0 195.824 16.987 0 93.318 292.164 49.503 0 341.667 41.407 0 167.738 163.577 39.025 0 202.602 21.174 0 122.218 158.532 41.037 0 199.569
Deze medewerkers hadden in 2011 een totaal omgerekende voltijds beloning onder de WOPTnorm 2011. Echter in 2010 had men een totaal omgerekende voltijds beloning boven de 2010 norm. Deze medewerkers zijn voor vergelijkingsdoeleinden opgenomen in de WOPT-rapportage.
11.
AFSCHRIJVINGEN
De samenstelling van de afschrijvingen is als volgt: (bedragen in € 1.000)
Gebouwen en terreinen Gebouwen lease Verkeersleidingsapparatuur Overige bedrijfsmiddelen Subtotaal Buitengebruikstellingen Totaal
2011
2010
2.652 842 6.317 1.470
2.656 841 6.365 1.532
11.281
11.394
21
81
11.302
11.475
Pagina 75 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
12.
ALGEMENE KOSTEN
De algemene kosten kunnen als volgt worden gespecificeerd: (bedragen in € 1.000)
Inhuur personeel Overige personeelskosten Advieskosten Diensten derden Onderhoudskosten Energiekosten Aanschaf goederen Verzekeringskosten Communicatiekosten Erfpacht en Licentiekosten Overige gebruikersrechten Diverse algemene kosten Totaal
2011
2010
2.513 3.578 3.110 2.095 6.413 1.762 1.203 1.252 2.332 1.518 1.992 2.019
1.401 3.080 3.204 2.069 6.345 1.822 1.275 * 1.336 2.285 * 2.076 1.981 1.867
29.787
28.741
* Aangepast voor vergelijkingsdoeleinde. De algemene kosten zijn 1,0 miljoen euro gestegen ten opzichte van 2010. De belangrijkste stijgingen doen zich voor bij de inhuur personeel en overige personeelskosten. De stijging van inhuur personeel wordt grotendeels veroorzaakt door inhuur op enkele grote projecten binnen LVNL en een tijdelijke inhuur van een interim manager. De stijging van de overige personeelskosten wordt veroorzaakt door extra kosten die zijn gemaakt voor de werving van luchtverkeersleiders. De belangrijkste daling doet zich voer bij erfpacht en licentiekosten. De afname van de erfpacht en licentiekosten wordt veroorzaakt doordat er in de afgelopen jaren ten onrechte btw is berekend over een deel van de erfpacht van het LVNL gebouw. In 2011 is de teveel betaalde btw teruggevorderd. 13.
FINANCIERINGSBATEN EN -LASTEN
De financieringsbaten en -lasten kunnen als volgt worden weergegeven: (bedragen in € 1.000)
2011
2010
216 216
54 54
Koersverschillen Rente lasten Rente voorzieningen personeelsbeloningen Rente lease verkeerstoren Geactiveerde rente op activa in aanbouw Financieringslasten
6 3.447 1.814 513 -218 5.562
2 2.895 2.129 935 -117 5.844
Netto financieringslasten
5.346
5.790
Rente baten Financieringsbaten
Pagina 76 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS
14.
MATERIËLE VASTE ACTIVA Overzicht verloop materiële vaste activa
(bedragen in € 1.000)
Stand per 1 januari 2010 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde 1 januari 2010
Gebouwen en terreinen
Gebouwen lease
77.456 -39.846
25.245 -14.586 10.659
Verkeers- Overige Activa in leidings- bedrijfs- aanbouw apparatuur middelen
258.656 -219.861 38.795
37.610 Mutaties gedurende 2010 Investeringen Desinvesteringen Desinvesteringen cum afschrijvingen Afschrijvingen In gebruik genomen activa Saldo mutaties gedurende 2010 Stand per 31 december 2010 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde 31 december 2010 Mutaties gedurende 2011 Investeringen Desinvesteringen Desinvesteringen cum afschrijvingen Afschrijvingen In gebruik genomen activa Saldo mutaties gedurende 2011
-452
24.020 -17.817
4.530 -
389.907 -292.110
6.203
4.530
97.797
18 -443
6.615 -
6.643 -2.051
-
10 -1.156 1.110
452 -2.656 -2.656
-841 -841
-6.365 1.346 -5.055
407 -1.532 3.030 1.480
-4.376 2.239
1.969 -11.394 4.833-
77.004 -42.050 34.954
25.245 -15.427 9.818
258.856 -225.116 33.740
26.625 -18.942 7.683
6.769 6.769
394.499 -301.535 92.964
-517 517
-
143 -1.316 1.316
34 -296 275
17.896 -
18.073 -2.129 2.108
-2.652 199 -2.453
-842 -842
-6.317 3.047 -3.127
-1.470 1.103 -354
-4.349 13.547
-11.281 0 6.771
Stand per 31 december 2011 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2011
Totaal
25.245
260.730
76.686 -44.185
-16.269
-230.117
27.466 -20.137
20.316 -
410.443 -310.708
32.501
8.976
30.613
7.329
20.316
99.735
De verkeerstoren Schiphol Centrum is door middel van een financial lease constructie geleasd van een derde. De geleasde verkeerstoren is verantwoord onder ‘gebouwen lease’. LVNL bezit het economische eigendom van deze verkeerstoren, het juridische eigendom ligt bij derden. De verkeerstoren Schiphol Centrum wordt afgeschreven over de termijn van de gebruiksduur. De bijbehorende leaseverplichtingen zijn opgenomen onder de leaseverplichtingen (zie toelichting 18). De geleasde verkeerstoren Schiphol Centrum strekt tot zekerheid van de leaseverplichtingen.
Pagina 77 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
In verband met de toekomstige verwerving van materiële vaste activa zijn contractuele verplichten aangegaan zoals nader is toegelicht onder toelichting 24: ‘Niet uit balans blijkende verplichtingen’.
Op de materiële vaste activa zijn, met uitzondering voor de verkeerstoren Schiphol Centrum, geen zekerheden aan derden verstrekt.
De geschatte gebruiksduur voor de huidige en vergelijkbare periodes luidt als volgt: Materiële vaste activa
Component
Terreinen Gebouwen Gebouwen lease Verkeersleidingsapparatuur Installaties en machines Transportmiddelen Inventaris IT-middelen
Gebouwen en Terreinen Gebouwen en Terreinen Gebouwen lease Verkeersleidingsapparatuur Overige Bedrijfsmiddelen Overige Bedrijfsmiddelen Overige Bedrijfsmiddelen Overige Bedrijfsmiddelen
Afschrijvingstermijn 20-30 jaar 30 jaar 8-20 jaar 10 jaar 5-10 jaar 10 jaar 5 jaar
Op terreinen wordt niet afgeschreven, met uitzondering van de in 1996 betaalde en geactiveerde BTW met betrekking tot een erfpachtcontract. De BTW wordt over een periode van dertig jaar (de duur van het erfpachtcontract) afgeschreven. Op activa in aanbouw wordt niet afgeschreven. De overboeking van activa in aanbouw naar materiële vaste activa vindt plaats nadat het object volledig gereed en in gebruiken genomen is. Afschrijvingsmethoden, gebruiksduur en restwaarde worden één keer per jaar geëvalueerd.
Schattingswijziging De jaarlijkse evaluatie van de gebruiksduur van de activa heeft in 2011 niet geleid tot aanpassingen in resterende afschrijvingstermijnen van activa. Buitengebruikstelling activa In 2011 zijn enkele activa buiten gebruik gesteld. Het betreft hier voornamelijk activa die zijn vervangen. De eventuele resterende boekwaarde van de buitengebruik gestelde activa is onder de afschrijvingslasten verantwoord als buitengebruikstellingen.
Pagina 78 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Activa in aanbouw De activa in aanbouw worden op 31 december als volgt gespecificeerd: (bedragen in € 1.000)
Primaire verkeersleidingsysteem (iCas) Glasvezelnet Rotterdam Radiodekking Noordzee Verkeersleidingscommunicatiesysteem Overige Verkeersleidingsystemen Contingency ICT-onderwerpen Overige werken Totaal
2011
2010
1.514 0 1.782 8.477 1.596 4.491 1.352 1.104
0 841 1.639 3.044 895 0 0 350
20.316
6.769
In 2011 is een aantal activa in gebruik genomen waaronder de glasvezelnet in Rotterdam, aanpassingen aan de towerconsoles op Schiphol en Rotterdam en de inrichting van het zend- en ontvangststation Rotterdam.
De geactiveerde rente bedraagt 218 duizend euro (2010: 117 duizend euro). Dit is gebaseerd op de gemiddelde kapitaalkostenvoet van LVNL van 4,42 procent (2010: 4,33%) generiek en een objectfinanciering voor het voice communication system (VCS) waarvoor een specifieke lening is afgesloten tegen een rentepercentage van 2,89 procent (2010: 2,89%). 15.
VORDERINGEN
De vorderingen zijn op 31 december als volgt samengesteld: 2011
2010
Debiteuren Kassiersfunctie EUROCONTROL Vordering EUROCONTROL Overige vorderingen Overlopende activa
33.467 3.032 70 1.467
34.313 2.161 71 1.030
Totaal
38.036
37.575
(bedragen in € 1.000)
LVNL brengt 11,00 procent (2010 11,58 procent) interest aan haar debiteuren in rekening over de openstaande saldi die niet binnen de betalingstermijn van dertig dagen zijn voldaan.
Het totale saldo van de kassiersfunctie namens EUROCONTROL is ultimo 2011 opgenomen onder de overige schulden, ultimo 2010 was dit een vordering.
De vordering EUROCONTROL is het gevolg van de te veel opgevraagde contributie door EUROCONTROL over 2011 ten opzichte van de werkelijke kosten 2011. Deze post wordt in het derde kwartaal van 2012 verrekend met de opvragingen voor de contributie over 2012.
Pagina 79 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
De debiteuren zijn op 31 december als volgt gespecificeerd: (bedragen in € 1.000)
2011
2010
En-route Terminal NSAA Overige Af: voorziening voor oninbaarheid
25.302 8.962 162 191 -1.150
27.197 8.461 137 229 -1.711
Totaal
33.467
34.313
De voorziening voor oninbare vorderingen bedraagt 1,2 miljoen euro (2010: 1,7 miljoen euro). De voorziening is gevormd voor luchtvaartmaatschappijen waarvan onzeker is of ze aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen. In 2011 is er voor een bedrag van 0,7 miljoen euro afgeboekt aan vorderingen.
De overlopende activa zijn op 31 december als volgt gespecificeerd: (bedragen in € 1.000)
Verzekeringspremie gebouwen en bedrijfsmiddelen Overige posten Totaal 16.
2011
2010
624 843
444 586
1.467
1.030
GELDMIDDELEN EN KASEQUIVALENTEN
De geldmiddelen en kasequivalenten zijn op 31 december als volgt samengesteld: (bedragen in € 1.000)
2011
2010
Rekening-courant Ministerie van Financiën Bank Kas
13.779 22 1
11.273 23 4
Totaal
13.802
11.300
Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft een garantstelling afgegeven tot een limiet van 40 miljoen euro in 2011 (2010 40 miljoen euro). In 2010 heeft de LVNL een lening afgesloten van 25,4 miljoen euro en in 2011 een lening van 13 miljoen euro. De opname van deze leningen is direct ten gunste van de rekening courant van het Ministerie van Financiën gekomen. In de komende jaren zal uit de lening van 25,4 miljoen euro de investering van het voice communication systeem gefinancierd moeten worden.
De nominale waarde van bovengenoemde bedragen is nagenoeg gelijk aan de reële waarde ervan.
Pagina 80 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
17.
EIGEN VERMOGEN
Het eigen vermogen bestaat uit het een bestemmingsfonds en een egalisatiereserve. 2011
2010
Bestemmingsfonds Egalisatiereserve
6.471 -25.506
-34.602
Totaal
-19.035
-34.602
(bedragen in € 1.000)
BESTEMMINGSFONDS Voor de jaren 2012-2014 is het LVNL-tarief voor en-route begrensd met dien verstande dat de prestatieregeling van toepassing is op de en-route heffingszone. Dit betekent dat met ingang van 2012 alleen het met de gebruikers te verrekenen deel van het volumerisico en kostenrisico ten gunste of ten laste van de egalisatiereserve mag worden gebracht. Het aandeel in deze risico’s dat voor rekening van LVNL komt, dient ten gunste of ten laste van het bestemmingsfonds te worden gebracht. Teneinde dit mogelijk te maken is met de overheid overeengekomen dat LVNL in 2011 en de komende jaren een bestemmingsfonds mag opbouwen. De verwachting is om ultimo 2014 een positief bestemmingsfonds te bereiken van 22 miljoen euro. De bijdrage Rijk 2011 wordt teneinde deze doelstelling tijdig te realiseren volledig toegevoegd aan het bestemmingsfonds.
Het bestemmingsfonds is als volgt te specificeren: (bedragen in € 1.000)
Saldo per 31 december 2010
Enroute
0
Resultaat 2011
6.471
Saldo per 31 december 2011
6.471
Pagina 81 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
EGALISATIERESERVE De egalisatiereserve per ultimo boekjaar 2011 bedraagt -25,5 miljoen euro (2010: -34,6 miljoen euro) en is als volgt te specificeren naar gebruikers: (bedragen in € 1.000)
Saldo per 1 januari 2010 Resultaat 2010 Saldo per 31 december 2010 Resultaat 2011 Saldo per 31 december 2011
Enroute
Terminal
NSAA
Totaal
-24.499
-18.707
765
-42.441
3.645
4.641
-447
7.839
-20.854
-14.066
318
-34.602
7.132
2.683
-719
9.096
-13.722
-11.383
-401
-25.506
a) Egalisatiereserve en-route In 2010 is er Europese regelgeving aangenomen voor de invoering van de zogenoemde prestatieregeling. Volgens deze regelgeving mag LVNL het saldo egalisatiereserve ultimo 2011 over een periode van maximaal acht jaren (tot en met 2019) verrekenen. Vanuit het perspectief van de tariefdoelstellingen en de vermogensdoelstelling zal worden bepaald hoe het te verrekenen bedrag over de resterende periode tot en met 2019 wordt verrekend. De verwachting is dat het saldo van de egalisatiereserve in 2013 is verrekend. b) Egalisatiereserve terminal De op de balans verantwoorde egalisatiereserve weerspiegelt de nog met de gebruikers te verrekenen bedragen. Gezien de overeengekomen stabilisatie van de tariefontwikkeling in de jaren 2012-2014 wordt er flexibiliteit betracht bij het verrekenen van de resultaten uit het verleden. De prestatieregeling zal met ingang van 2015 ook van toepassing zijn op de terminal heffingszone. Het saldo egalisatiereserve zal evenals bij en-route het geval is met de gebruikers verrekend kunnen worden tot uiterlijk 2019. De verwachting is dat het saldo van de egalisatiereserve in 2015 is verrekend. c) Egalisatiereserve NSAA De resultaten behaald op de helikopteractiviteiten worden conform de geldende internationale wet- en regelgeving voor de luchtvaartsector verrekend in de tarieven volgens de N+2 methode. LVNL heeft inmiddels 0,2 miljoen ten laste van het tarief 2012 gebracht, het restant zal ten laste van het tarief 2013 worden gebracht (0,2 miljoen euro).
Pagina 82 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
18.
LENINGEN EN OVERIGE FINANCIERINGSVERPLICHTINGEN
De leningen en overige financieringsverplichtingen zijn als volgt gespecificeerd: 2011
2010
Langlopende verplichtingen Leningen banken Leaseverplichtingen (financial) Totaal
67.465 0 67.465
67.815 7.910 75.725
Kortlopende verplichtingen Leningen banken Leaseverplichtingen (financial) Derivaat Totaal
12.700 7.910 60 20.670
11.400 2.605 0 14.005
Totaal
88.135
89.730
(bedragen in € 1.000)
De samenstelling van de leningen is als volgt: (bedragen in € 1.000)
Leningdeel
Aflossing in
ABN AMRO
2013
BNG BNG BNG BNG BNG Min. van Financiën
2011
2010
Rente
Valuta
Boekwaarde
Boekwaarde
EUR
3.125
5.625
2013 2018 2019 2020 2021
3 mnd Euribor + 0,125% 3,94% 4,60% 4,60% 4,60% 4,60%
EUR EUR EUR EUR EUR
10.000 8.450 9.750 11.050 12.350
15.000 9.750 11.050 12.350 -
2028
2,89%
EUR
25.440
25.440
80.165
79.215
Totaal
Het renterisico op de lening met de variabele rente (3-maands Euribor + 0,125 procent) is afgedekt door middel van een rentederivaat (interest rate swap). De variabele rente is omgezet in een vast rentepercentage van 3,835 procent. De reële waarde van de interest rate swap is 0,1 miljoen euro negatief (2010: 0,2 miljoen euro negatief).
De nominale waarde is gelijk aan de boekwaarde, aangezien er bij het aangaan van de leningen geen transactiekosten zijn betaald.
Het kortlopende deel van de leningen op 31 december 2011 bedraagt 12,8 miljoen euro (31 december 2010: 11,4 miljoen euro) en is opgenomen onder de kortlopende verplichtingen.
LVNL mag volgens de Comptabiliteitswet 2001 zowel bij het Ministerie van Financiën als bij commerciële instellingen leningen afsluiten. Pagina 83 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
In het kader van bovenstaande leningsfaciliteiten is tot zekerheid bepaald dat LVNL geen van haar tegenwoordige of toekomstige registergoederen, vorderingen, activa of delen daarvan ten behoeve van anderen met een recht van hypotheek zal belasten, verpanden of anderszins met beperkende rechten bezwaren, zonder voorafgaande toestemming van de leninggevers.
Verder heeft LVNL in 2008 vijf leningen (elk 13 miljoen euro) met een rentepercentage van 4,6 procent afgesloten waarvan er met ingang van 2008 jaarlijks een aanvangt in februari. De laatste lening heeft een aanvangsdatum van 1 februari 2012. De looptijd van deze leningen bedraagt elk tien jaar.
Naast bovengenoemde leningen van ABN AMRO bank, Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en het Ministerie van Financiën heeft LVNL een rekening-courant kredietlimiet van 40 miljoen euro bij het Ministerie van Financiën, waarvan 30 miljoen euro een tijdelijke faciliteit is. LVNL heeft hiervan geen gebruik gemaakt in 2011.
De samenstelling van de leaseverplichtingen is als volgt:
(bedragen in € 1.000)
Korter dan 1 jaar Tussen 1 jaar en 5 jaar
Ultimo 2011 Toekomstige minimale leasebetalingen
Ultimo 2010 Waarvan Rente
Contante waarde van minimale leasebetalingen
Toekomstige minimale leasebetalingen
Waarvan Rente
Contante waarde van minimale leasebetalingen
8.687 0
777 0
7.910 0
3.671 8.687
1.066 777
2.605 7.910
8.687
777
7.910
12.358
1.843
10.515
Ter financiering van investeringen met betrekking tot de verkeerstoren Schiphol Centrum is door LVNL in 1992 een ‘financial lease’ contract afgesloten. In 2002 is het contract voor tien jaar verlengd tot en met 26 augustus 2012. Op basis van het contract worden de jaarlijkse betalingsverplichtingen geïndexeerd. Het rentepercentage van de leaseverplichting in 2011 is 11,1 procent (2010: 11,1 procent).
Het kortlopende deel van de leaseverplichting op 31 december 2011 bedraagt 7,9 miljoen euro (31 december 2010: 2,6 miljoen euro). Dit betreft het aflossingsdeel van de leaseverplichting en de optie voor de koop van de toren.
LVNL heeft volgens het leasecontract de optie om op 26 augustus 2012, de verkeerstoren te kopen voor 6,8 miljoen euro of om de verkeerstoren te blijven leasen. Het bestuur van LVNL heeft de voorwaardelijke intentie uitgesproken om de verkeerstoren te kopen.
Pagina 84 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
19.
VOORUIT ONTVANGEN BATEN
De vooruit ontvangen baten zijn op 31 december als volgt gespecificeerd:
(bedragen in € 1.000)
Langlopende verplichtingen QTE Activa in aanbouw Subsidie Totaal Kortlopende verplichtingen QTE Activa in aanbouw Subsidie Totaal Totaal
2011
2010
0 1.817 1.528 3.345
9.803 1.921 646 12.370
0 104 759 863
1.634 104 736 2.474
4.208
14.844
De vooruit ontvangen baten vervallen als volgt:
(bedragen in € 1.000)
Oorspronkelijk Saldo vooruit ontvangen baten
31 dec 2010 Saldo vooruit ontvangen baten
31 dec 2011 Saldo vooruit ontvangen baten
Looptijd Minder Tussen 1 Langer dan 1 jaar en 5 jaar dan 5 jaar
QTE Activa in aanbouw - vooruit ontvangen Subsidies vooruit ontvangen
27.094 2.308
11.437 2.025
0 1.921
0 104
0 521
0 1.296
4.673
1.382
2.287
759
1.282
246
Totaal
34.075
14.844
4.208
863
1.803
1.542
QTE LVNL heeft in 2001 een zestal uitgaande headlease en terugkomende leasetransacties afgesloten aangaande hardware en software voor gedeelten van de luchtverkeersleidingssystemen. Het geheel wordt de QTE-transactie genoemd.
Als gevolg van deze QTE-transactie is aan de hardware en software destijds een waarde van circa US $ 250 miljoen toegekend en waarvoor LVNL een terughuurverplichting op zich heeft genomen. Als gevolg van deze transactie heeft LVNL in 2011 per saldo 27,1 miljoen euro als (toekomstige) bate uit hoofde van de transactie ontvangen. Deze bate viel lineair vrij over de looptijd van de transactie. De looptijd is gebaseerd op de Early Buy Out optie, de volgens de contracten in financiële zin het meest geschikte moment om de QTE-transactie te beëindigen. Pagina 85 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
De looptijd van de headlease-transacties was vijfentwintig jaar en van de leasetransacties twintig jaar. Het juridische en het economische eigendom van de bij deze transactie betrokken delen van de luchtverkeersleidingssystemen berustte hierbij bij LVNL.
Op de leaseovereenkomst waren voorwaardelijke en onvoorwaardelijke rechten en verplichtingen van toepassing. LVNL stond voor vrijwel al deze verplichtingen garant. In deze garanties waren begrepen de vergoedingen voor de eigen vermogenscomponenten van de mogelijk vervroegd te beëindigen leases.
Voortijdige beëindiging
In november 2011 heeft LVNL, mede gebaseerd op de huidige economische omstandigheden, besloten dat zij over wilde gaan tot het beëindigen van deze constructie. In december 2011 is overeenstemming bereikt met de Amerikaanse investeerders tot beëindiging.
Vrijval Vooruit ontvangen baten QTE Voorziening QTE
Kosten als gevolg van beëindiging Afkoop QTE contracten Overige kosten voor beëindiging
Totaal resultaat beëindiging
9.803 776 10.579
9.322 757 10.079 500
Hiermee is het totale resultaat van de QTE transacties over de gehele looptijd uitgekomen op EUR 16.2 miljoen in plaats van de eerder vermelde 27,1 miljoen euro. Hiervan is 14,1 euro miljoen reeds ten gunste gekomen van de overige opbrengsten in de periode tot en met 2010 en 2,1 miljoen euro in het jaar 2011.
Restrisico’s De restrisico’s ten aanzien van de voortijdige beëindiging zijn vergelijkbaar met de restrisico’s van het uitvoeren van de EBO optie op 1 januari 2018. Deze zijn door LVNL ingeschat op theoretisch dan wel nihil. Derhalve zijn hiervoor geen voorzieningen opgenomen op de balans. Activa in Aanbouw - vooruit ontvangen Eind 2003 heeft de Taskforce Noordzee een advies aan de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat (nu Infrastructuur en Milieu) uitgebracht met betrekking tot de veiligheid van civiele helikopteroperaties in de NSAA. In dit advies staat een groot aantal aanbevelingen die tot verbetering van de veiligheid van deze operaties moet leiden.
Met betrekking tot de financiering van de investeringen is LVNL met de Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie (NOGEPA) overeengekomen dat laatstgenoemde een substantieel deel van de door LVNL te
Pagina 86 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
realiseren investeringen financiert. Hiermee kon het exploitatierisico voor LVNL beperkt worden en kon een extreem sterke stijging van de tarieven worden voorkomen.
In 2011 is voor de radardekking Noordzee geen bijdrage ontvangen van NOGEPA. De ingebruikname van de radardekking staat gepland voor 2012. In 2008 is de uitgebreide radiodekking ten behoeve van de helikopteroperatie boven de Noordzee geactiveerd, de hierop vrijgevallen bijdrage in 2011 van 0,1 miljoen euro (2010: 0,1 miljoen euro) is verantwoord als subsidie onder de overige opbrengsten. Subsidies - vooruit ontvangen De vooruit ontvangen subsidies zijn uit hoofde van de investeringspremieregeling voor investeringen in materiële vaste activa en de voorfinanciering van de TEN-T subsidie voor het FABEC project (in 2011 ontvangen 1,0 miljoen euro). Deze zijn tegen nominale waarde gewaardeerd.
De vrijval van de subsidies met betrekking tot de vaste activa verloopt lineair met de looptijd van de afschrijvingen en bedraagt 0,1 miljoen euro in 2011 (2010: 0,1 miljoen euro). De voorfinanciering van de TEN-T subsidie zal vrijvallen wanneer de definitieve beschikking hiervan is ontvangen. 20.
PERSONEELSBELONINGEN
Het verloop in 2010 van de voorziening personeelsbeloningen is als volgt gespecificeerd:
(bedragen in € 1.000)
Saldo per 1 januari 2011
FLNA Rotterdam, Eelde en Beek
Ontslagvergoedingen IUB 2009
Ontslagvergoedingen IUB 2010
Gratificatie Overige Totaal bij ambts- personele jubilea voorzienin gen
27.644
9.951
1.436
6.044
1.183
248
40
261
425 -24
577 -728
1.152 -83
312 -
1.771
192
53
745
18
3.355
289
1.162
1.318
1.326
2.779 0 7.450
3.340
2.081
178
757
692
7.048
27.659
8.159
2.420
6.605
3.620 48.695
Exploitatie boekjaar: Rente over de verplichting Dotaties aan voorziening Vrijval voorziening Actuarieel verlies / winst (-)
Onttrekking voorziening Uitbetaalde uitkeringen in het boekjaar Saldo per 31 december 2011
82
1.814
1.486 3.952 -260 -1.095
4.254 49.097
FLNA Rotterdam, Eelde en Beek De FLNA voorziening voor Rotterdam, Eelde en Beek omvat de contante waarde van de opgebouwde FLNArechten voor de medewerkers op deze luchthavens. De voorziening is gevormd voor de FLNA-rechten van verkeersleiders op de regionale luchthavens Rotterdam, Eelde en Beek, die reeds zijn afgefinancierd in het kader Pagina 87 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
van de doorgevoerde herstructurering. Voor de FLNA-rechten van de verkeersleiders op Schiphol en de nog niet afgefinancierde FLNA-rechten van verkeersleiders op de regionale luchthavens Rotterdam, Eelde en Beek heeft LVNL geen voorziening gevormd.
Aan de waardering van de voorziening ligt een actuariële berekening ten grondslag. Bij de berekening is geen rekening gehouden met een verwacht beleggingsrendement omdat LVNL niet beschikt over beleggingen voor de financiering van deze verplichting. In deze berekening is voor 2011 een disconteringsvoet gehanteerd van 3,7 procent (2010 4,5 procent). Voor de verwachte loonstijging en indexactie van de FLNA-uitkering is aansluiting gezocht bij de door LVNL doorgevoerde loonontwikkeling in de opgestelde meerjarenbegroting 2012 tot 2016 die is goedgekeurd door de minister. De jaarlijkse loonontwikkeling en indexactie van de FLNA uitkeringen zijn voor de jaren 2012 en verder variabel vastgesteld en varieert van 1,5 procent tot 2 procent. Veronderstellingen ten aanzien van toekomstige sterftecijfers zijn gebaseerd op gepubliceerde statistische gegevens en sterftetabellen. In de berekening is uitgegaan van de AG-prognosetafel 2010-2060, met ervaringssterfte.
Voor alle uitkeringen aan deelnemers geboren na 1 januari 1950 is rekening gehouden met de boeteheffing die moet worden betaald bij de uitbetaling van de FLNA-rechten. De verwachte FLNA-last in het boekjaar 2012 bedraagt:
Rente over de verplichting Aan dienstjaar toegerekende rechten Totaal
2012
2011
986 495
1.183 425
1.481
1.608
Naar verwachting zal er in 2012 een bedrag van 3,0 miljoen euro worden onttrokken. In de periode 2013 tot en met 2016 zal naar verwachting een bedrag van 10,8 miljoen euro worden onttrokken. Ontslagvergoedingen Inkomsten en Uitgaven in Balans 2009 (IUB 2009) Het bestuur heeft het programma ‘Inkomsten en Uitgaven in Balans 2009’ geïnitieerd om de financiële positie van LVNL te verbeteren. Eén van de doelen van dit programma was om een personeelsreductie van honderd fte binnen de support staf te realiseren. Hetgeen is behaald. Met een aantal oud-medewerkers is LVNL ultimo 2011 nog niet tot een individuele vertrekregeling gekomen. Voor deze oud-medewerkers is de wachtgeldverplichting in deze ontslagvergoedingen opgenomen. Hierbij is rekening gehouden met een inschatting door het management van de slagingskansen op een succesvolle in-/externe plaatsing in een nieuwe baan. In 2011 heeft een van deze oud-medewerkers een andere arbeidsbetrekking gevonden waardoor er een vrijval heeft plaatsgevonden.
In deze berekening zijn de wachtgeldverplichtingen die langer lopen dan 12 maanden na dit boekjaar verdisconteerd tegen een disconteringsvoet van 2,49 procent (2010: 3,21 procent). Daarnaast is er in deze voorziening rekening gehouden met een gemiddelde loonstijging van tussen de 1,5 en 2 procent per jaar.
Pagina 88 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
De gewijzigde disconteringsvoet en de stijging van de gemiddelde loonstijging ten opzichte van de berekening van vorig jaar zijn voornamelijk de reden van de dotatie aan deze voorziening in 2011.
Naar verwachting zal er in 2012 een bedrag van 1,1 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht. In de periode 2013 - 2016 zal naar verwachting 3,5 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht. In de exploitatierekening 2012 zal de rentelast bestaan uit de rente over de verplichting van 175 duizend euro.
Inkomsten en Uitgaven in Balans 2010 (IUB 2010) In het vervolg op het programma ‘Inkomsten en Uitgaven in Balans’ heeft het LVNL-bestuur medio 2010 besloten om de ingeslagen weg van optimalisatie en efficiencyverbetering ook na 2010 voort te zetten. Daarbij is als doel gesteld de totale formatie in de periode van 2011-2014 verder af te laten nemen met 28 fte. LVNL heeft voor deze medewerkers een ontslagvoorziening gevormd op basis van de overeengekomen ontslagvergoedingen dan wel de wachtgeldregeling die van toepassing is op medewerkers waarmee nog geen overeenstemming is bereikt.
In deze berekening zijn de verplichtingen die langer lopen dan 12 maanden na dit boekjaar (de wachtgeldverplichtingen) verdisconteerd tegen een disconteringsvoet van 1,92 procent (2010: 3,21%). Daarnaast is er in deze voorziening rekening gehouden met een gemiddelde loonstijging van tussen de 1,5 en 2 procent per jaar. De gewijzigde disconteringsvoet, de stijging van de gemiddelde loonstijging en in de 2011 gemaakte individuele vertrekregelingen zorgen voor de dotatie aan deze voorziening in 2011.
Naar verwachting zal er in 2012 een bedrag van 0,4 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht. In de periode 2013 - 2016 zal naar verwachting 1,8 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht. In de exploitatierekening 2012 zal de rentelast bestaan uit de rente over de verplichting van 40 duizend euro.
Gratificatie bij ambtsjubilea De voorziening gratificatie bij ambtsjubilea is gebaseerd op de contante waarde van de toekomstige ambtsjubileauitkeringen. Aan de bepaling van de hoogte van de voorziening ligt een actuariële berekening ten grondslag. De voornaamste actuariële veronderstellingen zijn:
Disconteringsvoet Verwacht beleggingsrendement Algemene loonstijging Kostenopslagen
2011
2010
3,50%
4,30%
n.v.t.
n.v.t.
1,5%-2%
1,50%
Geen
Geen
Veronderstellingen ten aanzien van toekomstige sterftecijfers zijn gebaseerd op gepubliceerde statistische gegevens en sterftetabellen. In de berekening is uitgegaan van de AG-prognosetafel 2010-2060, met ervaringssterfte.
De gewijzigde disconteringsvoet en de gewijzigde algemene loonstijging zorgen voor een dotatie aan de voorziening in 2011. Pagina 89 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
De verwachte jaarlast in 2012 is: 2012
2011
Rente over de verplichting Aan dienstjaar toegerekende rechten
231 365
261 312
Totaal
596
573
Naar verwachting zal er in 2012 een bedrag van 0,6 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht. In de periode 2013 - 2016 zal naar verwachting 1,6 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht.
Overige personele voorzieningen In de overige personele voorzieningen zijn voorzieningen opgenomen voor: wachtgeldregelingen, 55+ regeling, ontslagvergoedingen, FPU suppletie en aanvullende uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid. In 2011 is 0,7 miljoen euro (2010: 0,7 miljoen euro) ten laste gebracht van deze voorziening.
De disconteringsvoet ultimo 2011 is 2,22 procent (2010: 2,83 procent).
De dotatie in 2011 is het gevolg van het vormen van een voorziening voor FPU rechten van gewezen medewerkers LVNL en een aanpassing in de aannames bij een bijpaling van een wachtgeldvoorziening.
Naar verwachting zal in 2012 een bedrag van 0,8 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht. In de periode 2013 tot 2016 zal een bedrag van 1,6 miljoen euro ten laste van de voorziening worden gebracht. In de exploitatierekening 2012 zal de jaarlast bestaan uit de rente over de verplichting van 67 duizend euro (2010: 82 duizend euro). Gevoeligheid voorzieningen In onderstaand overzicht is de gevoeligheid weergegeven van gebruikte parameters bij de personele voorzieningen. In de tabel zijn de eindwaardes van de voorzieningen opgenomen bij: -
Disconteringsvoet -/- 1% (DV -1%)
-
Disconteringsvoet + 1% (DV +1%)
-
Algemene loonontwikkeling + 1% (Loon +1%)
FLNA Ambtsjubilea IUB 2009 IUB 2010 Overige personele voorzieningen
Pagina 90 van 108
Huidige stand
DV -1%
DV +1%
Loon +1%
27.659 6.605 8.159 2.420
29.157 7.252 8.604 2.481
26.289 6.055 7.754 2.360
29.186 7.361 8.657 2.494
4.254
4.427
4.092
4.452
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
21.
OVERIGE VOORZIENINGEN
De overige voorzieningen zijn als volgt gespecificeerd: (bedragen in € 1.000)
Saldo per 1 januari 2011 Dotatie / vrijval (-) In verslagjaar gebruikte voorziening Oprenting voorziening Beëindiging QTE
QTE
Verlieslatend contract
Totaal
841
605
1.446
0 -85 20 -776
13 -226 6
13 -311 26 -776
0
398
398
-
227 171 0 398
227 171 0 398
Saldo per 31 december 2011
Looptijd - korter dan 1 jaar - langer dan 1 jaar en korter dan 5 jaar - langer dan 5 jaar
LVNL heeft een voorziening gevormd met betrekking tot het beheer van de QTE-transactie. Ultimo 2011 is de QTE-transactie beëindigd. Onder de voorziening waren onder andere de kosten voor vereiste Letters of Credit en overige verplichtingen uit hoofde van deze transactie voorzien. De resterende reservering is ultimo 2011 vrijgevallen. Voor een verdere toelichting verwijzen wij naar de toelichting 19 ‘Vooruit ontvangen baten’.
In 2008 heeft LVNL een verlieslatend contract afgesloten. Het contract loopt af in 2013. LVNL heeft voor de verplichting uit hoofde van de verdisconteerde toekomstige betalingen verminderd met de verwachte opbrengsten een voorziening getroffen. De disconteringsvoet is 1,0 procent voor 2011 (2010: 1,0 procent).
De verwachte onttrekking over 2012 is 0,2 miljoen. In 2013 zal de voorziening geheel uitgeput zijn. 22.
HANDELS- EN OVERIGE SCHULDEN
De handels- en overige schulden zijn op 31 december als volgt gespecificeerd: 2011
2010
Personeelsgerelateerde schulden Belastingen en sociale verzekeringspremies Crediteuren Overige schulden Nog te betalen rente Inhuur personeel KNMI NSA Kassiersfunctie EUROCONTROL
7.246 10.602 4.597 1.686 1.313 155 96 261 2.814
6.320 8.793 2.395 1.785 1.274 146 740 273 0
Totaal
28.770
21.726
(bedragen in € 1.000)
Pagina 91 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Tot en met 2010 vervulde LVNL de kassiersfunctie voor het KNMI op het gebied van de heffingszones terminal en NSAA. Vanaf 2011 vervult LVNL alleen nog de kassiersfunctie voor de NSAA. De schuld aan het KNMI bedraagt het aandeel in de ontvangen heffingen NSAA die LVNL nog dient af te dragen aan het KNMI.
Als gevolg van de kassiersfunctie EUROCONTROL heeft LVNL ultimo 2011 een schuld van 2,8 miljoen euro.
De personeelsgerelateerde schulden worden op 31 december als volgt gespecificeerd: 2011
2010
Vakantietoeslagen Verlofdagen Overige personeelsgerelateerde schulden
3.576 2.304 1.366
3.582 2.007 731
Totaal
7.246
6.320
(bedragen in € 1.000)
De belastingen en sociale verzekeringspremies worden op 31 december als volgt gespecificeerd:
(bedragen in € 1.000)
2011
2010
Loonheffing Omzetbelasting Pensioenpremie
7.057 1.753 1.792
6.474 556 1.763
10.602
8.793
Totaal
De overige schulden worden op 31 december als volgt gespecificeerd:
(bedragen in € 1.000)
Overige personeelskosten Advieskosten Diensten derden Onderhoudskosten Energiekosten Diverse algemene kosten Totaal 23.
2011
2010
194 408 62 689 120 213
105 349 96 759 174 302
1.686
1.785
FINANCIËLE INSTRUMENTEN
Met de uitvoering van haar wettelijke taak is LVNL blootgesteld aan een verscheidenheid van financiële risico’s. De risico’s zijn in te delen naar kredietrisico, liquiditeitsrisico en marktrisico’s (waaronder het risico op rente wijzigingen en het wijzigen van valuta koersen).
Transacties in financiële instrumenten kunnen er in resulteren dat LVNL financiële risico’s overgedragen krijgt van of overdraagt aan een derde partij. De risicobeheersing van LVNL is er op gericht om de negatieve effecten van de geïdentificeerde risico’s op liquiditeit en op het resultaat, en daarmee op de tarieven voor luchtverkeersdienstverlening, te beperken. Pagina 92 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Kredietrisico Kredietrisico ontstaat uit liquide middelen uitstaand bij banken en uit openstaande vorderingen op derden waarbij de tegenpartij niet aan haar contractuele verplichten kan voldoen.
In onderstaand overzicht is de blootstelling aan het kredietrisico weergegeven. Verondersteld wordt dat de nominale waarde van de vorderingen na aftrek van de voorziening voor geschatte oninbaarheid de reële waarde benaderd.
(bedragen in € 1.000)
2011
2010
Vorderingen Geldmiddelen en kasequivalenten
38.036
37.575
13.802
11.300
Totaal
51.838
48.875
Op de uitstaande vorderingen loopt LVNL kredietrisico. Voor het overgrote deel bestaan de vorderingen van LVNL uit debiteuren met betrekking tot verstrekte luchtverkeersdienstverlening (€ 34.617). Uit ouderdomsanalyse van de openstaande vorderingen valt af te leiden dat het betaalgedrag van de debiteuren goed is. Slechts 3% van de vorderingen (5% in 2010) heeft een vervaldatum van meer dan 3 maanden. Ten behoeve van het risico op oninbaarheid is een voorziening dubieuze debiteuren gevormd. Daarnaast is er bij LVNL een debiteurenbeleid van kracht.
Ouderdomsanalyse debiteuren: (bedragen in € 1.000)
Bruto
Voorzien
Netto
Niet vervallen 3-6 maanden vervallen Meer dan 6 maanden vervallen
33.487 221 909
-20 -221 -909
33.467 0 0
Totaal
34.617
-1.150
33.467
De ouderdom van de debiteuren per 31 december 2010: Bruto
Voorzien
Niet vervallen 3-6 maanden vervallen Meer dan 6 maanden vervallen
34.192 222 1.610
-101 -1.610
34.192 121 -
Totaal
36.024
-1.711
34.313
(bedragen in € 1.000)
Netto
Pagina 93 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Mutaties in de voorziening voor oninbaarheid zijn als volgt te specificeren: (bedragen in € 1.000)
2011
2010
Stand per 1 januari Onttrekkingen Dotaties
-1.711 687 -126
-1.486 45 -270
Totaal
-1.150
-1.711
Naast het risico op debiteuren loopt LVNL risico op het in gebreke blijven van partijen waarmee op basis van vooruitbetalingen afspraken zijn gemaakt over de levering van toekomstige diensten en/of nog te leveren producten. Deze post overlopende activa is verantwoord onder vorderingen. LVNL dekt dit risico af door zorgvuldige leveranciersbeoordelingen en zijn waar noodzakelijk bankgaranties vereist bij vooruitbetalingen aan debiteuren.
LVNL is verplicht tot schatkistbankieren. Dit betekent dat LVNL alleen liquide middelen aanhoudt op een rekening courant bij het Ministerie van Financiën. LVNL beoordeelt het kredietrisico op het aanhouden van liquide middelen bij het Ministerie van Financiën als zijnde nihil.
Samenvattend acht LVNL het kredietrisico bij het opstellen van het jaarverslag gering.
Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico is het risico dat LVNL over onvoldoende middelen beschikt om aan de directe verplichtingen te voldoen. Bij het beoordelen van het liquiditeitsrisico maakt LVNL gebruik van kasstroom vooruitzichten. Om het liquiditeitsrisico te beheersen zorgt LVNL voor voldoende liquide middelen en kredietfaciliteiten. Bij de beoordeling van het liquiditeitsrisico is uitgegaan van de contractuele kasstroom. De contractuele kasstroom is inclusief eventuele renteverplichtingen (bij leningen en leaseverplichtingen).
De niet-afgeleide financiële instrumenten in onderstaand overzicht zijn opgenomen tegen reële waarde, behoudens de posten vooruitontvangen baten en handels- en overige schulden. Van deze laatste posten is de boekwaarde gepresenteerd. De boekwaarde van de vooruitontvangen baten en handels- en overige schulden benadert de reële waarde. Voor de bepaling van de reële waarde van de verplichtingen uit hoofde van leningen is de discounted cash flow methode gebruikt op basis van de rentepercentages die van toepassing zijn op schatkistbankieren. De reële waarde van de financiële leaseverplichtingen betreft de contante waarde van de toekomstige leaseverplichtingen.
Onder de afgeleide financiële verplichtingen is de rente swap gepresenteerd. De rente swap is zowel in onderstaand overzicht als in de balans gewaardeerd tegen reële waarde.
Pagina 94 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Contractuele kasstroom
< 1 jaar
1 - 5 jaar
(bedragen in € 1.000)
Reële waarde
Verplichtingen uit hoofde van leningen Financiële leaseverplichtingen Vooruitontvangen baten Handels- en overige schulden
86.479 7.910 4.208 28.770
-96.334 -8.687 -4.208 -28.770
-15.696 -8.687 -863 -28.770
-47.602 0 -1.803 0
-33.036 0 -1.542 0
127.367
-137.999
-54.016
-49.405
-34.578
Totaal
> 5 jaar
Afgeleide financiële verplichtingen
Reële waarde
Contractuele kasstroom
< 1 jaar
1 - 5 jaar
> 5 jaar
Voor afdekking gebruikte renteswaps: - financiële activa
-60
-60
-56
-4
0
Totaal
-60
-60
-56
-4
0
(bedragen in € 1.000)
LVNL heeft een renteswap voor de gehele looptijd van de ABN AMRO lening die een vast rente waarborgt. De renteswap draagt bij aan het verlagen van het liquiditeitsrisico door het effect van onverwachte renteschommelingen weg te nemen. Met een vast rente percentage kan met zekerheid de juiste dekking voor de rentekasstroom in de tarieven voor luchtverkeersdienstverlening worden bepaald.
Voor het risico < 1 jaar heeft LVNL in 2012 61,8 miljoen euro middelen ter beschikking: 13,8 miljoen euro aan geldmiddelen en kasequivalenten, 35 miljoen euro rekening courant faciliteit bij het Ministerie van Financiën en 13 miljoen euro langlopende financiering (BNG lening per 1 februari 2012). De langlopende lening is ondermeer ter dekking van de voorgenomen aankoop van de verkeerstoren op Schiphol centrum.
Het liquiditeitsrisico beoordeelt LVNL als gering. Marktrisico Marktrisico betreft het risico op liquiditeit- en resultaatwijzigingen door veranderingen in de markt zoals wijzigingen in rentetarieven en gewijzigde valutakoersen. Voor de beheersing van marktrisico’s zijn richtlijnen vastgesteld door LVNL.
Pagina 95 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Onderstaande posten zijn opgenomen tegen nominale waarde. De nominale waarde benadert de reële waarde. Boekwaarde 2010 2011
(bedragen in € 1.000)
Financiële activa Vorderingen Geldmiddelen en kasequivalenten
38.036 13.802
37.575 11.300
Financiële verplichtingen ABN AMRO lening
-3.125
-5.625
48.713
43.250
Enkel voor rentemutaties gevoelige financiële instrumenten zijn in bovenstaand overzicht weergegeven. Langlopende financieringen worden uitsluitend met vast rentende instrumenten gefinancierd. Uitzondering hierop is de ABN AMRO lening die initieel een variabel rente deel kent. LVNL heeft dit renterisico geëlimineerd met een renteswap voor de gehele looptijd van de ABN AMRO lening waardoor voor de hele looptijd een vast rentepercentage van toepassing is.
LVNL loopt enkel valuta risico op openstaande posities ten aanzien van handels- en overige schulden. LVNL acht dit risico gering omdat de omvang van deze posten gering is.
Gevoeligheidsanalyse
(bedragen in € 1.000)
2011 Boekwaarde Toename Afname
2010 Boekwaarde Toename Afname
Rentemutatie met 100 basispunten Financiële activa Vorderingen Geldmiddelen en kasequivalenten Financiële verplichtingen Leningen banken Gevoeligheid kasstromen (netto)
Pagina 96 van 108
38.036 13.802
380 138
-380 -138
37.575 11.300
376 113
-376 -113
3.125
0
0
5.625
0
0
518
-518
489
-489
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
24
NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE VERPLICHTINGEN
De voorwaardelijke en investeringsverplichtingen bestaan onder meer uit:
2011
2010
Materiële vaste activa in bestelling en huurcontracten Overige inkoopverplichtingen Verplichting jegens de Staat der Nederlanden
15.852 14.759 6.645
22.809 9.040 6.645
Totaal
37.256
38.494
De verplichting jegens de Staat der Nederlanden betreft het verschil tussen de taxatiewaarde en de boekwaarde van gebouwen en terreinen op het moment van verzelfstandiging van LVNL. Het bedrag zal opeisbaar zijn op het moment dat LVNL in liquidatie gaat, overgenomen wordt of fuseert. Juridische procedures De Rechtbank Haarlem wees op 14 november 2007 de vorderingen van Chipshol Holding BV af. Deze vorderingen waren gebaseerd op vermeend onrechtmatig handelen van LVNL met betrekking tot ruimtelijke plannen van een gebied in de nabijheid van de luchthaven Schiphol. In februari 2008 werd door Chipshol hoger beroep ingesteld. Het Gerechtshof oordeelde op 15 december 2009 dat LVNL in maart 1999 en in de periode 29 november 2002 tot 18 oktober 2005 onrechtmatig heeft gehandeld jegens Chipshol. Volgens het hof heeft LVNL in deze perioden onvoldoende inzicht gegeven in de bezwaren van LVNL tegen de door Chipshol ingediende bouwplannen. Het Gerechtshof oordeelde overigens ook dat Chipshol - naar eigen zeggen - voor de periode 23 november 2002 tot 30 januari 2003, reeds schadeloos is gesteld. De eveneens door Chipshol gestelde onrechtmatigheid van LVNL over (andere) perioden vanaf 1996 werd door het hof afgewezen. Over deze perioden heeft LVNL wel voldoende inzicht gegeven in de bezwaren tegen de toenmalige (globale) bouwplannen.
Het hof gaf verder aan dat het er in dit geding slechts om gaat vast te stellen of de mogelijkheid bestaat dat Chipshol door de onrechtmatige (want onvolledige) mededelingen van LVNL, (vertragings)schade heeft geleden. Voor de vraag of Chipshol daadwerkelijk schade heeft geleden en in dat geval de hoogte van de schade, verwees het hof naar een apart te voeren schadestaatprocedure. Van een dubbele schadevergoeding aan Chipshol kan - ook volgens het hof - geen sprake zijn.
LVNL kan zich in de gestelde onrechtmatigheid niet vinden en heeft op 12 maart 2010 cassatie aangetekend tegen de uitspraak. Chipshol heeft ook (incidenteel) cassatieberoep ingesteld. Het wachten is nu op het arrest van de Hoge Raad waarvan de datum is bepaald op 25 mei 2012.
Naast de hierboven genoemde procedures lopen er nog een beperkt aantal kleine procedures. Hiervoor zijn indien nodig reserveringen getroffen.
Pagina 97 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Voorziening FLNA De verplichting uit hoofde van de niet afgefinancierde opgebouwde FLNA-rechten bedraagt 276 miljoen euro per 31 december 2011 (2010: 221 miljoen euro).
Aan de waardering van de voorziening ligt een actuariële berekening ten grondslag. Bij de berekening is geen rekening gehouden met een verwacht beleggingsrendement omdat LVNL niet beschikt over beleggingen voor de financiering van deze verplichting. In deze berekening is voor 2011 een disconteringsvoet gehanteerd van 3,7 procent (2010 4,5 procent). Voor de verwachte loonstijging en indexatie van de FLNA-uitkering is aansluiting gezocht bij de door LVNL doorgevoerde loonontwikkeling in de opgestelde meerjarenbegroting 2012 tot 2016 die is goedgekeurd door de minister. De jaarlijkse loonontwikkeling en indexatie van de FLNA-uitkeringen zijn variabel vastgesteld en variëren van 1,5 procent tot 2 procent. Veronderstellingen ten aanzien van toekomstige sterftecijfers zijn gebaseerd op gepubliceerde statistische gegevens en sterftetabellen. In de berekening is uitgegaan van de AG-prognosetafel 2010-2060, met ervaringssterfte.
Voor alle uitkeringen aan deelnemers geboren na 1 januari 1950 is rekening gehouden met de boeteheffing die moet worden betaald bij de uitbetaling van de FLNA-rechten.
De regeling wordt gefinancierd zodra de uitkeringen zich voordoen. 25.
TOELICHTING OP HET GECONSOLIDEERDE KASSTROOMOVERZICHT Methode
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode.
Netto kasstroom uit operationele activiteiten In 2011 genereert LVNL een netto kasstroom uit operationele activiteiten die ruim 24 miljoen euro groter is dan vorig jaar. Voornamelijk de groei van het vliegverkeer in 2011 draagt bij aan de stijging van de kasstroom door een toename van ontvangsten uit heffingen voor luchtverkeersdienstverlening. De betalingen aan personeel dalen doordat er minder afkoopsommen zijn dan in 2010. In 2011 is de nieuwe afspraak van kracht dat EUROCONTROL direct het heffingen aandeel van KNMI afstort aan het KNMI voor terminal en voor en-route. Dit is zichtbaar door een daling van de betalingen aan het KNMI omdat voor dit deel LVNL geen kassiersfunctie meer heeft.
De kassiersfunctie maakt onderdeel uit van de netto kasstroom uit operationele activiteiten. LVNL verricht een kassiersfunctie voor EUROCONTROL, NSA binnen en-route. De ontvangen heffingen en-route bevatten ook de heffingen voor EUROCONTROL en NSA voor de dienstverlening ten behoeve van de en-route gebruikers. De ontvangen heffingen terminal respectievelijk ontvangen heffingen helikopters bevatten enkel het LVNL deel. De betalingen aan EUROCONTROL is conform de opvragingen van de contributie vanuit EUROCONTROL. De betalingen KNMI betreft de afstortingen door LVNL voor het deel van KNMI in de geïnde heffingen voor het NSAA heffingsdeel en de eindafrekening voor het heffingsdeel terminal en en-route.
Pagina 98 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Netto kasstroom uit investeringsactiviteiten De kasstroom uit investeringsactiviteiten is meer dan verdubbeld ten opzichte van vorig jaar. Bestedingen aan het VCS-project, de contingency voorziening in de Riekenpolder en de vervanging van de ICT (kantoorautomatisering) veroorzaken voornamelijk voor deze stijging. Voor een verdere toelichting zie paragraaf 14 ‘Materiële vaste activa’.
Netto kasstroom uit financieringsactiviteiten Waar vorig jaar sprake was van een positieve kasstroom door de opname van twee nieuwe langlopende leningen, is er nu sprake van een kasuitstroom ter grootte van 14,4 miljoen euro. In 2011 is de vierde BNG lening beschikbaar gekomen in een reeks van vijf leningen die in de periode 2008-2012 ieder jaar leiden tot een opname van 13 miljoen euro. De beëindiging van de QTE constructie heeft geleid tot een uitgave van 9,9 miljoen euro en heeft samen met de contractuele aflossingen op leningen een groot aandeel in de totale kasuitstroom.
Eind 2011 bedraagt de eindstand geldmiddelen en kasequivalenten 13,8 miljoen euro. Dit is een toename van 2,5 miljoen euro ten opzichte van vorig jaar. 26.
SPECIFICATIE NAAR HEFFINGSZONE
LVNL verleent haar diensten vanaf 1 januari 2008 in de volgende heffingszones: a) En-route.
De en-route dienstverlening omvat de algemene dienstverlening inclusief naderingsverkeersleiding van de luchthaven.
b) Terminal.
De terminal dienstverlening omvat de torendienstverlening op de luchthavens Schiphol, Rotterdam, Eelde en Beek.
c) NSAA.
De NSAA-dienstverlening betreft met name het helikopterverkeer in het gebied North Sea Area Amsterdam.
Pagina 99 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Met uitzondering van de NSAA-heffingszone is er een positief resultaat behaald op de heffingszones.
2011
Totaal
Totaal en-route
En-route En-route
(bedragen in € 1.000)
Terminal
NSAA
Bijdrage Rijk
Omzet Overige opbrengsten
173.802 10.646
118.117 8.706
118.117 2.235
6.471
54.739 1.836
946 104
Bedrijfsopbrengsten
184.448
126.823
120.352
6.471
56.575
1.050
Bedrijfslasten Financiële baten en lasten
163.535
109.636
109.636
0
52.186
1.713
5.346
3.584
3.584
0
1.706
56
15.567
13.603
7.132
6.471
2.683
-719
6.471 9.096
6.471 7.132
0 7.132
6.471 0
0 2.683
0 -719
0
0
0
0
0
0
Resultaat Resultaat bestemming Bestemmingsfonds Egalisatiereserve
Totaal
En-route
Terminal
NSAA
Omzet Overige opbrengsten
161.071 9.726
109.144 1.781
50.928 7.820
999 125
Bedrijfsopbrengsten
170.797
110.925
58.748
1.124
Bedrijfslasten Financiële baten en lasten
157.168 5.790
104.320 2.960
51.304 2.803
1.544 27
7.839
3.645
4.641
-447
2010 (bedragen in € 1.000)
Resultaat
In 2010 zijn de afzonderlijke resultaten vanuit de heffingszones toegevoegd aan het egalisatiereserve.
Pagina 100 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
27.
GERELATEERDE PARTIJEN
De volgende gerelateerde partijen worden door LVNL onderscheiden:
De Nederlandse Staat en de minister van Verkeer en Waterstaat De Staat der Nederlanden is verantwoordelijk voor de wetgeving met betrekking tot het verlenen van Luchtverkeersleiding. Uit artikel 5.14 lid 1 Wet luchtvaart blijkt dat binnen het vluchtinformatiegebied Amsterdam luchtverkeersleiding kan worden verleend door: a) LVNL en b) de minister van Defensie. Uit artikel 5.14 lid 2 Wet luchtvaart blijkt dat de minister van Infrastructuur en Milieu en de minister van Defensie tezamen bepalen welke instanties luchtverkeersdienstverlening mogen geven. De in de jaarrekening opgenomen ‘Bijdrage Rijk’ is toegekend door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Dochterondernemingen In de jaarrekening van LVNL zijn de gegevens van Vredezicht Schiphol B.V. en Vredezicht Schiphol II B.V. tot en met Vredezicht Schiphol VII B.V. volledig opgenomen. Deze vennootschappen zijn honderd procent dochtermaatschappijen van LVNL.
Naam
Plaats van vestiging
Direct / indirect belang
Vredezicht Schiphol B.V. Vredezicht Schiphol II B.V. Vredezicht Schiphol III B.V. Vredezicht Schiphol IV B.V. Vredezicht Schiphol V B.V. Vredezicht Schiphol VI B.V. Vredezicht Schiphol VII B.V.
Schiphol-Oost Schiphol-Oost Schiphol-Oost Schiphol-Oost Schiphol-Oost Schiphol-Oost Schiphol-Oost
100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
De vennootschappen Vredezicht Schiphol II B.V. tot en met Vredezicht Schiphol VII B.V. zijn opgericht ten behoeve van de ‘cross-border lease’ constructie Qualified Technological Equipment (QTE).
Vredezicht Schiphol B.V. is opgericht voor het verrichten van verhuuractiviteiten. Deze vennootschap is niet actief.
Joint ventures LVNL heeft de volgende joint ventures:
-
Stichting KDC (Knowledge and Development Centre Mainport Schiphol)
-
Stichting Bas (Bewonersaanspreekpunt Schiphol).
Naam
Plaats van vestiging
Direct / indirect belang
Stichting KDC Stichting Bas
Schiphol-Oost Schiphol-Oost
33% 50%
Pagina 101 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Deze joint ventures worden gewaardeerd volgens de netto vermogenswaarde methode. Voor 2011 en 2010 is de netto vermogenswaarde van deze joint ventures gelijk gesteld aan 0 euro.
Voor beide stichtingen heeft LVNL geen oprichtingskapitaal gestort. De kosten van de door deze stichtingen verrichte diensten zijn opgenomen onder de algemene kosten in de exploitatierekening. In 2011 bedragen de kosten voor Stichting KDC 76 duizend euro ( 2010: 88 duizend euro) en voor Stichting Bas 201 duizend euro (2010: 208 duizend euro). Bestuur Het bestuur is belast met de dagelijkse leiding van LVNL en vertegenwoordigt LVNL in en buiten rechte. Bestuursleden worden voor een periode van ten hoogste vijf jaren benoemd door de minister van Verkeer en Waterstaat op voordracht van de raad van toezicht. Het bestuur van LVNL volgt de principes van een collegiaal bestuur. Het bestuur geeft leiding aan de organisatie en daarbinnen onderkende bedrijfsprocessen. Het bestuur hanteert het Reglement inrichting en bedrijfsvoering LVNL (Bestuurreglement), inclusief gedragscode voor leden van het bestuur. Per 1 januari 2011 bestond het bestuur uit de volgende leden: -
Paul Riemens
-
Jos van Rooijen Beloning voor het bestuur
(bedragen in € 1.000)
2011
2010
289 260
274 241
46 42
45 39
28 22
31 24
Vast inkomen Paul Riemens Jos van Rooijen Pensioenkosten Paul Riemens Jos van Rooijen Overige vergoedingen Paul Riemens Jos van Rooijen
De bestuurders zijn voor zover van toepassing ook opgenomen in de rapportage die uit hoofde van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) moet worden opgesteld. De bovengenoemde bedragen kennen een andere berekeningswijze dan volgens de WOPT moet worden gehanteerd en zijn om die reden niet vergelijkbaar met de informatie uit het WOPT-overzicht. Voornaamste verschil is dat in bovenstaand overzicht wordt uitgegaan van het bruto loon terwijl in het WOPT-overzicht wordt uitgegaan van het fiscaal loon.
Pagina 102 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
De pensioenkosten betreft het werkgeversdeel van de pensioenkosten. De overige vergoedingen bestaan onder meer uit onkostenvergoedingen, de fiscale bijtelling auto van de zaak, het werkgeversdeel van de sociale verzekeringspremies.
De bezoldiging van de individuele bestuurders wordt door de raad van toezicht vastgesteld. Managementteam De werkorganisatie onder het bestuur is ingedeeld in directoraten. Aan het hoofd van ieder directoraat staat een directielid dan wel general manager, belast met de leiding over het directoraat. Directieleden en de general managers worden benoemd door het bestuur.
De leden van de directie zijn: -
Martin Beringer, director Procedures & Systems
-
Jasper Daams, general manager Strategy & Performance
-
Hans Keetman, general manager Corporate Services.
-
John Schaap, director Operations
De beloning van de voltallige directie is als volgt te specificeren: (bedragen in € 1.000)
2011
2010
Vast inkomen Variabele beloning Pensioenkosten Overige vergoedingen
685 43 118 79
675 49 108 53
Totaal
925
885
Raad van toezicht De Raad van Toezicht ziet toe op de werkzaamheden van het bestuur en staat het bestuur met raad terzijde. De leden van de raad worden benoemd door de minister van Infrastructuur en Milieu voor een periode van vier jaar en zijn eenmaal herbenoembaar voor een tijdvak van vier jaar.
De raad van toezicht stelt de vergoedingen voor de voorzitter en de leden van de raad vast. De hoogte van deze vergoeding is gerelateerd aan de omvang van de organisatie en de gemiddelde tijdsbesteding. Aan de leden is een vergoeding toegekend van 14,5 duizend euro per jaar (2010: 14,5 duizend euro) en aan de voorzitter een vergoeding van 19 duizend euro per jaar (2010: 19 duizend euro).
Schiphol, 24 april 2012
Het bestuur, P. Riemens
J.F.M. van Rooijen
Pagina 103 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
OVERIGE GEGEVENS
CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de Raad van Toezicht en het Bestuur van Luchtverkeersleiding Nederland
Verklaring betreffende de geconsolideerde jaarrekening Wij hebben de in het jaarverslag op pagina 48 tot en met 103 opgenomen geconsolideerde jaarrekening 2011 van Luchtverkeersleiding Nederland te Schiphol gecontroleerd. Deze geconsolideerde jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde exploitatierekening over 2011, de geconsolideerde balans per 31 december 2011, het mutatieoverzicht geconsolideerd eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2011 en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de belangrijke grondslagen voor financiële verslaggeving en overige toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van Luchtverkeersleiding Nederland is verantwoordelijk voor het opmaken van de geconsolideerde jaarrekening die het eigen vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met artikel 12 lid 1 van Verordening (EG) 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad en de aanvullende brief van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat gedateerd op 31 maart 2009 met onderwerp ‘Toepassing IAS 19 jaarrekening LVNL’, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de geconsolideerde jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de geconsolideerde jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de geconsolideerde jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de geconsolideerde jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de geconsolideerde jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van Luchtverkeersleiding Nederland. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de Pagina 104 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
Luchtverkeerleiding Nederland gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de geconsolideerde jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het eigen vermogen van Luchtverkeerleiding Nederland per 31 december 2011 en van het resultaat en de kasstromen over 2011 in overeenstemming met artikel 12 lid 1 van Verordening (EG) 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad en de aanvullende brief van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat gedateerd op 31 maart 2009 met onderwerp ‘Toepassing IAS 19 jaarrekening LVNL’.
Verklaring betreffende het jaarverslag Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de geconsolideerde jaarrekening.
Den Haag, 24 april 2012
KPMG ACCOUNTANTS N.V.
C. den Besten RA
Pagina 105 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN
AAA
Amsterdam Advanced Air traffic control system
AAS
Amsterdam Airport Schiphol
ABL
Analysebureau Luchtvaartvoorvallen
ABP
Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds
ACC
Amsterdam Area Control Centre
AENA
Aeropuertos Españoles y Navegación Aérea
AOCS
Air Operations Control Station
APP
Approach
ATC
Air traffic control
ATFCM
Air traffic flow and capacity management
ATM
Air traffic management
Bas
Bewonersaanspreekpunt Schiphol
BNG
Bank Nederlandse Gemeenten
BTW
Belasting over de toegevoegde waarde
BV/B.V.
Besloten vennootschap
CANSO
Civil Air Navigation Services Organisation
CBK
Centrum voor Beeldende Kunst
CBR
Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen
CDA
Christen-Democratisch Appel
CEO
Chief Executive Officer
CFMU
Central Flow Management Unit
CFO
Chief Financial Officer
COO
Chief Operating Officer
COVRA
Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval
CRCO
Central Route Charges Office
CRO(S)
Commissie Regionaal Overleg (luchthaven Schiphol)
CS
Corporate Services
CvBLO
College van Belanghebbenden Luchtvaart Onderwijs
DFS
Deutsche Flugsicherung
DGLM
Directoraat-Generaal Luchtvaart en Maritieme Zaken
DSNA
Direction des Services de la Navigation Aérienne
EASA
European Aviation Safety Agency
EBO
Early buy out
EG
Europese Gemeenschap
ENAV
Società Nazionale per l’Assistenza al Volo
EU
Europese Unie
FAB
Functional Airspace Block
Pagina 106 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
FABEC
FAB Europe Central
FIC
Flight Information Centre
FLNA
Functioneel leeftijdsnon-activiteit
FRES
Foundation for Rural Energy Services
fte
full time equivalent
IAS(B)
International Accounting Standards (Board)
IATA
International Air Transport Association
ICAO
International Civil Aviation Organisation
iCAS
iTEC Centre Automation System
IFRIC
IFRS Interpretations Committee
IFRS
International Financial Reporting Standards
ISO
International Organization for Standardization
IVW
Inspectie Verkeer en Waterstaat
KDC
Knowledge and Development Centre
KLM
Koninklijke LuchtvaartMaatschappij
KLPD
Korps Landelijke Politie Diensten
KNMI
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
LA
Legal Affairs
LVB
Luchtverkeersbeveiligingsorganisatie
LVNL
Luchtverkeersleiding Nederland
MT
Managementteam
MTOW
Maximum Take-Off Weight
MUAC
Maastricht Upper Area Control Centre
MVO
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
NAK
Nederlandse Algemene Keuringsdienst
NATS
National Air Traffic Services
NLR
Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium
NOGEPA
Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie
NOMOS
Noise Monitoring System
NOTAM
Notice to airmen
NSA
National Supervisory Authority
NSAA
North Sea Area Amsterdam
NTI
Nationale Tevredenheidsindex
NV
Naamloze vennootschap
OPS
Operations
OR
Ondernemingsraad
OVV
Onderzoeksraad Voor Veiligheid
P&S
Procedures & Systems
PBO
Projected Benefit Obligation
QTE
Qualified Technological Equipment
RIASS
Runway Incursions Alerting System Schiphol
Pagina 107 van 108
Jaarverslag 2011 Luchtverkeersleiding Nederland
RLBV
Regeling loopbaanvorming voor uitvoerende operationele functies
RMI
Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol
RST
Runway Safety Team Schiphol
RU
Regional Unit
RWT
Rechtspersoon met een wettelijke taak
S&P
Strategy & Performance
SES
Single European Sky
SESAR
SES Air Traffic Management Research
SIEP
Safety Information Exchange Programme
TEN-T
Trans-European Transport Network
TMA
Terminal control area
TOD
Toeslag voor onregelmatige diensten
TWR
Tower
UAC
Upper Area Control Centre
VEM
Veiligheid, efficiency en milieu
VFR
Visual flight rules
VPS
Veiligheidsplatform Schiphol
VvAA
Vereniging van Artsen Automobilisten
WIA
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
WOPT
Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens
VCS
Voice Communication System
WW
Werkloosheidswet
ZBO
Zelfstandig bestuursorgaan
Pagina 108 van 108