Inhoud >
Jaaroverzicht 2004 “Meer dan de som der delen
Pagina
1:
Pagina
2:
Pagina
4:
Pagina
8:
Pagina
10:
Pagina
14:
Pagina
16:
Pagina
20:
Pagina
22:
Pagina
29:
ICTU Jaaroverzicht 2004
Meer dan de som der delen
Op het moment van verschijnen van dit jaaroverzicht, bestaat ICTU vier jaar. Bij de start van ICTU is afgesproken dat na vier jaar een evaluatie zou plaatsvinden. Die wordt nu dan ook ter hand genomen. Dat betekent dat we moeten nagaan of ICTU aan de destijds gestelde doelstellingen heeft voldaan en of ICTU in een behoefte voorziet. Ook dit jaaroverzicht 2004 is een vorm van terugkijken. Zonder de evaluatie voor de voeten te lopen, kan gesteld worden dat ICTU een bloeiende organisatie is, waar inmiddels veel essentiële ICT-programma’s van de overheid zijn ondergebracht. De opeenvolgende jaaroverzichten geven een beeld van een groeiende organisatie, die in de loop der jaren programma’s en projecten in steeds meer samenhang organiseert. Maar meer nog dan terugkijken op de resultaten van 2004, staat dit jaaroverzicht in het teken van vooruitzien. Aansluitend bij de titel van de notitie die het Kabinet aan de Kamer heeft gezonden, zijn wij “op weg naar de elektronische overheid”. Aan ICTU de formidabele uitdaging om de elektronische overheid mede mogelijk te maken. De benoeming van het Programma Andere Overheid tot groot project leidt daarbij tot samenhang op beleidsniveau. Een stevig deel van de “andere overheid” is gebaseerd op de “elektronische overheid”. Door ICTU wordt deze samenhang in de vertaling van beleid naar implementatie tot uitvoering gebracht. ICTU wil een aantrekkelijke faciliteit zijn voor overheden op weg naar de andere, elektronische overheid en meer dan de som der delen.
Drs. L.A.M. van Halder Voorzitter van het bestuur van de stichting ICTU
1
Siep Eilander, directeur van ICTU ‘We zijn één groot project geworden’ Samenhang wordt steeds belangrijker voor ICTU. Tussen de verschillende programma’s wordt deze samenhang steeds duidelijker, vindt directeur Siep Eilander. Een groot aantal projecten van de elektronische overheid is inmiddels bij ICTU ondergebracht. En daarmee de invulling van wezenlijke thema’s van het Programma Andere Overheid, zoals administratieve lastenverlichting, veiligheid en elektronische dienstverlening. ‘We hebben bewezen een goede plek voor ICT-projecten te zijn.’
Het overheidsbeleid op het gebied van ICT bestond tot voor kort uit veel goede initiatieven, maar de samenhang leek te ontbreken. Hierin is verandering gekomen met de notitie ‘Op weg naar de Elektronische Overheid’, die door vier bewindslieden is getekend. De notitie schetst de ICT-infrastructuur. Deze infrastructuur vormt de grondslag voor vernieuwing de komende jaren en moet de realisatie van Programma Andere Overheid mogelijk maken. De geschetste samenhang is goed voor programma’s van ICTU, vindt directeur Siep Eilander. “Het omgekeerde zou verschrikkelijk lastig voor ons zijn. Want wat het beleid gescheiden heeft, kan ICTU niet meer verbinden”, zegt hij. “Wij zijn niet een organisatie die eigen geld of een vaste subsidie te besteden heeft om zelfbedachte doelen na te streven. Alles doen we in opdracht van overheden en daarmee zijn onze activiteiten per definitie begrensd door wat deze derden als opdrachtgever willen. We bieden onderdak aan een scala van programma’s die samen de elektronische overheid vormen. We doen wat we hebben afgesproken en daarbij zullen we de interactie tussen de programma’s zoveel mogelijk bevorderen. De essentie is dat ICTU in staat is voor samenwerkende overheden plannen te realiseren, terwijl de overheden zelf de verantwoordelijkheid houden. Het is moeilijk om samenwerkingsprojecten tussen overheden op te zetten. Wij laten zien dat het kan.”
Andere Overheid Eilander juicht het toe dat het kabinetsprogramma Andere Overheid door de Tweede Kamer in 2004 tot Groot Project is benoemd. “Natuurlijk gaan we er, ook zonder die status, sowieso flink tegenaan. Maar dit betekent wel dat de Kamer en onze opdrachtgevers ons nu zo mogelijk nog nauwlettender volgen. De bewindslieden moeten elk halfjaar over de voortgang rapporteren. Het betekent ook dat de samenhang tussen de programma’s wordt benadrukt. We zijn één groot
2
ICTU Jaaroverzicht 2004
project geworden. Daardoor zal er alleen nog maar meer eenheid in de uitvoering ontstaan.” In juni 2004 bracht minister Thom de Graaf (Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties) in het kader van het Programma Andere Overheid een werkbezoek aan ICTU. Dit bezoek maakte duidelijk hoe belangrijk de bijdrage van ICT(U) is aan de nieuwe, elektronische overheid.
Synergie De ICTU-directeur constateert dat er op verschillende niveaus synergievoordelen worden bereikt. “We delen alle voorzieningen. Op een totaalbestand van 235 medewerkers hebben we een overhead van minder dan tien procent. Zo’n geringe overhead is bijzonder in overheidstermen. Daarnaast hebben we synergie in efficiency gerealiseerd door de gemeenschappelijke methodiek van planning en control en de wijze van het opzetten van projecten. En dan is er de inhoudelijke synergie”, betoogt Eilander. “Het was een zeer goed idee om al die programma’s die richting geven aan de elektronische overheid, bij elkaar te zetten.” Dat leidt tot tal van vormen van samenwerking, aldus Eilander, die met een voorbeeld komt. “De proof of concept voor het Startpakket Actualisering van de Gemeenschappelijke Basisadministratie (GBA) is gebouwd met open standaarden en open source software. Voor verdere uitbreiding van dit concept zal worden samengewerkt met het Burgerservicenummer en DigiD. Nog een voorbeeld; EGEM en Advies Overheid.nl werken samen aan het project Voorhoedegemeenten.” Synergievoordeel valt ook te behalen in heldere en samenhangende communicatie naar de doelgroepen toe. “Kijk eens naar de bijdrage van de programma’s aan drie belangrijke thema’s van het Programma Andere Overheid: administratieve lastenverlichting, veiligheid en het verbeteren van elektronische dienstverlening. Natuurlijk zit er een zeker gebod achter om tot verlichting van de lastendruk te komen. Als je zonder veel administratieve problemen via internet een ticket van Amsterdam naar Milaan kunt boeken, inclusief je favoriete zitplaats in het vliegtuig, dan is het toch vreemd dat overeenkomstige diensten bij de overheid niet geleverd kunnen worden. Het mes snijdt aan twee kanten. Om voor burgers en bedrijven het gemak van een goede dienstverlening te creëren, moeten organisaties hun werkprocessen instellen op een gestroomlijnde efficiency. Het voordeel voor de klant is groot, maar voor de overheidsorganisaties in kwestie ligt er helemaal winst voor het grijpen, uit te drukken in harde euro’s.”
Evaluatie In 2005 vindt de evaluatie van ICTU plaats. Eilander: “Onze eerste opdracht was een organisatie op te bouwen waar andere overheden met een vertrouwd gevoel hun ICT-projecten neer konden leggen. In die opzet zijn we geslaagd. Sommige producten zijn nu klaar en in een uitrolfase gekomen, zoals DigiD en de Overheidstransactiepoort (OTP) Maar de elektronische overheid is nog lang niet af. Het belangrijkste moet nog gerealiseerd worden”, benadrukt Eilander. “We zijn aanbeland bij het realiseren van de basisvoorwaarden voor de informatie-infrastructuur van de overheid. De projecten waaraan we nu werken, leveren een wezenlijke bijdrage aan betere dienstverlening en meer efficiency. Kortom, aan een beter presterende overheid. Het gaat om de elektronische basisvoorwaarden voor het werk van de overheid. Onderwerpen hebben nu tanden gekregen. Als er iets mis is met GOVCERT.NL of het Burgerservicenummer is niet op tijd af, dan heeft de minister politiek gezien een probleem. We komen in 2005 uit op een omzet van 45 miljoen euro. In het oorspronkelijke businessplan van vier jaar geleden werd nog een omzet van twaalf miljoen gulden geraamd, inclusief vier miljoen aan overhead. En ook al is voor een taakorganisatie van de overheid de omzet niet het criterium voor succes, die ontwikkeling zegt toch wel wat. We hebben bewezen een goede plek voor ICT-projecten te zijn.”
3
01
Elektronische dienstverlening Drie keer klikken en klaar is burger Kees
ICTU Jaaroverzicht 2004
Het kabinet streeft ernaar dat in 2007 65 procent van de publieke dienstverlening via internet kan verlopen. Rijk, provincies, gemeenten en andere overheden en uitvoeringsorganisaties richten zich op het verder aanbieden van transactiediensten. Daarvoor moet men zoveel mogelijk processen digitaliseren. De uitdaging voor ICTU is om met de verscheidenheid aan programma’s de werkprocessen en informatiehuishouding van de overheid optimaal te stroomlijnen.
Het kabinetsbeleid om méér internetdienstverlening te realiseren is geen doel op zich. Uitgangspunt is enerzijds om de dienstverlening te verbeteren en anderzijds een andere rolverdeling tussen overheid en samenleving tot stand brengen. Het kabinet wil meer aan burgers zelf overlaten, en die grotere zelfredzaamheid moet onder andere bereikt worden met de inzet van ICT. Bij die nieuwe rolverdeling kan de burger wel een steuntje in de rug gebruiken. Daarom is burger@overheid bijvoorbeeld vorig jaar begonnen een instrument te ontwikkelen dat kan helpen: de BurgerServiceCode. Deze code is geschreven vanuit het perspectief van de burger en bevat 10 normen waaraan de digitale contacten moeten voldoen.
Erik Hup: ‘Burgers moeten binnen enkele klikken het product van hun gading kunnen vinden.’ Ook het programma Advies Overheid.nl van programmamanager Erik Hup, houdt zich druk bezig met dit beleid. Het gaat één virtueel loket maken voor de productencatalogi van alle overheden. Nu is op overheid.nl alleen de productencatalogus van de rijksoverheid opgenomen. ‘Omdat de burger de ruim 1200 overheidsloketten nooit allemaal gaat kennen, verbinden we die loketten virtueel aan elkaar. Zodat hij niet de verkeerde richting opgestuurd wordt, ‘no wrong door’ zoals de Engelsen zeggen.’ Er wordt hiermee voortgebouwd op een aanpak die met provincies al is beproefd en succesvol is bevonden. Hup werkt daarnaast aan een nieuwe zoekmachine die er begin 2006 is, en waarmee overheidsinformatie en -diensten beter vindbaar worden. Daarmee komt betere dienstverlening dus weer een stap verder. Ook Kenniscentrum Elektronische Overheid voert de één-loketgedachte verder door. Samen met andere ICTUprogramma’s en andere e-overheidsprogramma’s worden bijvoorbeeld praktijkvoorbeelden, informatie over bedrijven die kunnen bijdragen aan de elektronische overheid en informatie over applicaties verzameld. Via verschillende kanalen wordt deze informatie ter beschikking gesteld aan de verschillende doelgroepen. Daarmee wil Kenniscentrum Elektronische Overheid een zo volledig mogelijk beeld geven van wat er op e-overheidgebied al is gerealiseerd en welke applicaties en bedrijven daar een bijdrage aan kunnen leveren. Hierbij wordt gebruik gemaakt van producten die door andere ICTU-programma’s worden geleverd, zoals open source software, open standaarden en metadata. “Om documenten makkelijker vindbaar te maken zijn de ‘web-metadata’ ontwikkeld. Met deze standaarden kunnen overheden precies aangeven om wat voor type document het gaat en wat het onderwerp is. Een zoekmachine herkent de metadata meteen, mits deze daarvoor is ingesteld. Op die manier vindt de burger dus sneller wat hij werkelijk zoekt, zonder allerlei nutteloze informatie eromheen. Deze standaarden zijn een belangrijk instrument om tot ‘no wrong door’ te komen. Ook is het veel beter mogelijk om de onderlinge samenhang tussen documenten aan te brengen”, zegt Hup die verheugd constateert dat er veel draagvlak is voor de standaarden
5
ICTU Jaaroverzicht 2004
bij de tientallen overheidsorganisaties waar Advies Overheid.nl op dit moment mee aan de slag is. “Dat is een grote stap voorwaarts.”
Koppelen “Standaardiseren is een wezenlijk onderdeel van elektronische dienstverlening”, bevestigt Mark Bressers, programmamanager OSOSS (Open Standaarden Open Source Software). Het niveau van geïntegreerde elektronische dienstverlening dat de overheid nu nastreeft, kan alleen bereikt worden bij de gratie van het koppelen van gegevens. “Daarvoor moet je het hele proces digitaliseren”, zegt Bressers. “Het buzz-woord is: gegevensuitwisseling en applicatiekoppeling. Systemen moeten elkaars taal spreken of op zijn minst in staat zijn binnenkomende berichten te vertalen naar het eigen systeem. Hiervoor zijn open standaarden een must.” De aansluiting op de backoffice-applicaties blijkt in de praktijk echter niet eenvoudig. Het is het bekende probleem waar veel gemeenten tegenaan lopen, de geringe ‘openheid’ van de leverancier. “Daarom hebben we adapters nodig”, zegt Bressers. “Samen met EGEM hebben we binnen de werkgroep Koppelvlakken een goed geformuleerde opdracht aan de leveranciers doen uitgaan. De boodschap is dat we willen dat ze bovenop de koppelvlakken van hun systemen stekkers gaan bouwen. Voor gemeenten is dit essentieel om het gewenste niveau van elektronische dienstverlening te realiseren. Met ‘goed geformuleerd’ bedoel ik dat we exact hebben aangegeven voor welke producten en diensten en op welk technisch niveau we deze adapters willen. Je kunt niet zomaar tegen een leverancier zeggen: doe iets met open standaarden. Dat moet je goed onderbouwen. De ervaring leert dat leveranciers dan ook bereid zijn om mee te denken.”
Proeftuin EGEM heeft een prototype van een elektronisch dienstverlenende gemeente gemaakt, Gemeente Pragmatika. “De Gemeente Pragmatika”, vertelt programmamanager Ineke Schop, “is een soort proeftuin, een super-afkijkvoorbeeld, om te laten zien wat er allemaal bij komt kijken, wanneer je als gemeente met verregaande vormen van elektronische dienstverlening aan de slag gaat.” EGEM wil de Gemeente Pragmatika verder ontwikkelen met een aantal gemeenten. Nog een belangrijk wapenfeit, aldus Schop, is het samenwerkingsmodel, dat samen met de stichting WINST (de gebruikersgroep van het in Dordrecht ontwikkelde Web Intake Systeem) in de maak is. “Het model geeft aan hoe gemeenten gezamenlijk een frontofficeapplicatie kunnen doorontwikkelen. Deze wordt open standaard en misschien wel open source. Waarmee gemeenten niet alleen het plezier van een eigen applicatie kunnen beleven, maar tegelijkertijd minder afhankelijk van leveranciers worden.” Inmiddels is door EGEM voor elke categorie gemeenten (naar gelang het aantal inwoners) een selectie gemaakt. Deze ‘Voorhoedegemeenten’ vormen een select gezelschap, waarin alle programma’s van ICTU samenwerken met de betreffende gemeenten. Deze ‘Voorhoedegemeenten’ vormen een select gezelschap, waarin alle programma’s van ICTU samenwerken met de betreffende gemeenten. “Deze ‘Voorhoede- en referentiegemeenten’ zijn voor ons een katalyserend initiatief, om gemeenten samenhang te tonen in de doelen die in Programma Andere Overheid zijn gesteld en die via de inzet van de programma’s van ICTU gerealiseerd gaan worden”, aldus Ineke Schop.
Ambitieus 65 procent van de publieke dienstverlening online in 2007? “Dat alleen al is flink ambitieus”, zegt Hedy van der Ende, programmamanager van GOVCERT.NL, “laat staan de vraag hoe we dat gaan beveiligen. Allereerst wil je niet dat informatie vervuild raakt. Bovendien moet je ervoor zorgen dat systemen met gevoelige informatie niet gehackt worden. De overheid moet werk maken van informatiebeveiliging. Dat is een nadrukkelijke randvoorwaarde voor de elektronische overheid. Anders kun je het Programma Andere Overheid niet volledig uitrollen.
6
ICTU Jaaroverzicht 2004
De ontwikkelingen gaan al zo snel. Zaak is de informatiebeveiliging in dezelfde pas mee te laten lopen.” Bewustwording bij de burger is hard nodig. Daar ligt ook een taak voor de gemeenten. Van der Ende: “Overheden denken na over het opzetten van allerlei vormen van elektronische dienstverlening, maar er wordt weinig gedaan aan het bewustzijn bij de afnemer, de burger dus. Stel dat een internetcrimineel een complete website van een gemeente nabootst. Hoe moet de burger dat herkennen? Zoiets moet hij wel weten.” Van der Ende heeft een boodschap aan gemeenten. Zorg dat de veiligheid goed geregeld is. “Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat veel gemeenten geen aparte security-officer hebben. Dat is wel nodig.”
Succes Gerrit Jan van ’t Eind, programmamanager van DigiD, wijst op de noodzaak van een authenticatievoorziening. “Om transacties via internet mogelijk te maken, heb je een of andere vorm van authenticatie nodig. Zonder DigiD is elektronische dienstverlening een wassen neus”, zegt hij resoluut. Inmiddels maakt een twintigtal gemeenten en uitvoeringsorganisaties, zoals het CWI en de Sociale Verzekeringsbank (voor de kinderbijslag van het eerste kind en het AOW-pensioen), gebruik van DigiD. Sommige gemeenten passen de authenticatievoorziening toe, om burgers hun WOZ-taxatie via de gemeentesite in te laten zien. “Er zijn nog veel
Mark Bressers: ‘Standaardiseren is een wezenlijk onderdeel van elektronische dienstverlening.’ meer toepassingen te bedenken”, zegt Van ’t Eind. “DigiD moet zijn succes zelf bewijzen. Steeds meer overheidsorganisaties zullen overstag gaan en daarmee een toenemend aantal cliënten.” Daarnaast zijn er mogelijkheden denkbaar in combinatie met de elektronische identiteitskaart (eNIK). Het beheer van DigiD en andere infrastructurele voorzieningen zal uiteindelijk worden ondergebracht bij de Gemeenschappelijke beheerorganisatie (GBO), waarvan het kwartiermakerschap is gestart. “Efficiency is belangrijk”, stelt Michel Bouten, programmamanager Architectuur Elektronische Overheid en plaatsvervangend directeur van ICTU. Planning is daarbij een hoog goed, meent hij. Een programma als Architectuur ELO, dat juist de samenhang wil bewerkstelligen van alle activiteiten die gericht zijn op de elektronische overheid, vormt in dat opzicht een rode draad en werkt daarvoor aan een planning. Eenvoudig gezegd komt het erop neer de bouwstenen, zoals het Burgerservicenummer en de basisregistraties, zo te rangschikken dat het huis van de elektronische overheid optimaal wordt op- en ingericht. Bouten: “We moeten geen wijzigingsmoment aan ons voorbij laten gaan. De momenten waarop organisaties aan het reorganiseren en aan het herinvesteren zijn, moeten we aangrijpen. DigiD is bijvoorbeeld al beschikbaar, dus nu is het tijdstip gekomen om het te gebruiken.” Hierbij is het van belang dat overheidsorganisaties weten waar ze mee te maken krijgen en hoe de verschillende componenten kunnen worden geïmplementeerd. Om overheidsorganisaties bewust te maken, organiseert het programma IMAC leergangen op het gebied van informatiemanagement. Wat is nou het vernieuwende aan de elektronische dienstverlening? Hup tot slot: “Nog geen vier jaar geleden vonden we dat er één overheidsloket moest komen. Nu zeggen we dat het aantal loketten niet uitmaakt, zolang de burger maar in een drietal klikken is waar hij zijn moet. Iedereen was wel vóór de één-loketgedachte, zolang er maar niet aan zijn eigen loket getornd werd. Daar is nu geen sprake van. Dat is een compleet nieuwe kijk op dienstverlening.”
7
Arie van Bellen, directeur ECP.NL ‘We moeten geen eilandenrijkjes creëren’ Directeur Arie van Bellen ziet het als de taak van ‘zijn’ ECP.NL om ICTU goed te betrekken bij dezelfde slagen die het bedrijfsleven maakt. Meer samenhang tussen de overheidsinformatisering en elektronische diensten die vanuit het bedrijfsleven en de zorg worden aangeboden, zullen de slagkracht van e-Nederland vergroten. Samenwerking met ICTU op het thema veiligheid is voor hem essentieel.
Tijdens het e-Nederland-congres eind 2004 viel het Arie van Bellen al op dat de elektronische overheid een enorme dynamiek vertoont. “Een overheid die zich ook op de behaalde resultaten laat afrekenen”, zegt hij nadrukkelijk. “Het is beslist niet meer de overheid van ‘het gaat traag of het gaat niet’.” Van Bellen is directeur van ECP.NL, een platform van markt en overheid dat de ICT-ontwikkelingen in ons land wil stimuleren. ECP.NL is organisator van het jaarlijkse e-Nederland-congres, waarop ICTU in de e-Overheid-track het brede palet van programma’s en andere projecten op het gebied van de e-overheid presenteert. Van Bellen is, zoals gezegd, onder de indruk van de voortgang die de e-overheid maakt. Hij leest ambitie in de tal van beleidsnota’s. “Ons land heeft ICT weer op de agenda gezet tijdens het Nederlands EU-voorzitterschap. Er werden maar liefst tien ‘doorbraken’ voor de Europese ICT-agenda gedefinieerd. Het onderwerp standaardisatie is overgenomen door de Europese Commissie. Dat is opmerkelijk, want ICT was na de internetbubble behoorlijk ‘uit’ in Brussel.” Van Bellen weet waar hij het over heeft, want als enige Nederlander heeft hij zitting in de Europese stuurgroep e-Europe (binnenkort omgedoopt in i-Europe, met de ‘i’ van innovation, information en involvement). Het Innovatieplatform in eigen land, zo concludeert hij tevreden, onderkent ICT inmiddels als de horizontale as waarlangs vernieuwing moet plaatsvinden. Daar draait het volgens Van Bellen om. “Horizontale verbinding is cruciaal. De overheid moet zich niet puur focussen op overheidsinformatisering. Het gaat niet alleen om de burger, die elektronisch shopt bij zijn gemeente of andere overheidsinstantie. De burger is tegelijk consument, ondernemer, uitkeringstrekker en zorgpatiënt.” Van Bellen wil het in een brede, integrale dimensie plaatsen. “We moeten geen eilandenrijkjes creëren, maar de poort naar buiten wijd open zetten. Alleen zo kunnen we zorgen dat de burger de aangeboden toepassingen ook daadwerkelijk gaat gebruiken. Een overheid die een elektronische identiteitskaart
8
ICTU Jaaroverzicht 2004
maakt, kan van de burger de reactie verwachten: ‘Hallo, kunt u dat niet combineren met mijn bankpas? Wat moet ik met al die digitale passen?’. De burger bankiert al op internet. Wat is er dan mooier om zijn bankpas uit te breiden met faciliteiten voor e-government. Andere Europese landen zijn wel in staat die slag te maken. Het dilemma in onze gedecentraliseerde eenheidsstaat is dat we niet iedereen alles op kunnen leggen. We moeten verleiden en af en toe stevig met de vuist op tafel slaan.” Aan ICTU zal het niet liggen, die indruk heeft Van Bellen beslist. “Ik zie veel vooruitgang”, zegt hij. “De overheid stemt haar concepten af met het bedrijfsleven. Als je bepaalde standaarden wilt voorschrijven, moet je rekening houden met wat in het bedrijfsleven gangbaar is, zoals XML. Een goede vertaalslag is nodig. Dat kan nog wel beter.”
Veiligheid Van Bellen ziet Administratieve lastenverlichting niet als eerste thema. “Het is natuurlijk niet meer dan logisch dat de overheid haar efficiency verbetert en transparanter wordt. Veiligheid en interoperabiliteit zijn voor ons echter veel belangrijker. Dat maakt de samenwerking met ICTU zo interessant. Met GOVCERT.NL en PKI heeft men het onderwerp veiligheid goed opgepakt. De ICT-infrastructuur is kwetsbaar, weten we door al die virusaanvallen. Belangrijke systemen kunnen ondermijnd worden.” Er zit nog een belangrijk aspect aan veiligheid, aldus Van Bellen, namelijk vertrouwen. “Consumenten deinzen er nog voor terug op internet inkopen te doen. Zorgaanbieders aarzelen met het beschikbaar stellen van vertrouwelijke gegevens. Daar moet nog een doorbraak komen. Van mij mag de aandacht hiervoor beslist op een serieuzer niveau gepositioneerd worden. Zo zijn ouders zich onvoldoende bewust van hun MSN-chattende kinderen. Daar zitten tal van risico’s. We moeten een groter bewustzijn creëren. Ik ben geen goeroe die ICT wil promoten, maar over de veiligheidstoepassingen die er zijn, moeten we niet aarzelen. Als we echt vooruit willen komen, zijn DigiD en Burgerservicenummer onmisbaar. Vandaar dat we met DigiD samenwerken. Wij hopen dan ook dat ICTU slaagt. ICTU is een belangrijke bouwsteen voor e-Nederland, niet alleen als aanjager en werkplaats maar ook als kennisbron en architect.”
9
02
Veiligheid Minder vrijblijvend
10
ICTU Jaaroverzicht 2004
Veiligheid heeft voor de elektronische overheid meerdere gedaanten. Aan de ene kant is er de veiligheid van de systemen en databases. Door een adequate bescherming tegen internetcriminelen moet de burger erop kunnen vertrouwen dat zijn gegevens op de juiste plek terechtkomen. Anderzijds is er de inzet op een betere handhaving en fraudebestrijding door een beter geïnformeerde burger en een beter geïnformeerde overheid die eenvoudiger en sneller gegevens kan uitwisselen met andere overheden. ICTU werkt aan de bouwstenen voor een volwaardige en betrouwbare infrastructuur voor informatiebeveiliging, identificatie en transparantie van overheidsinformatie.
De informatieveiligheid is in het geding. Meerdere incidenten, zoals de aanvallen van internetvandalen op de websites overheid.nl en regering.nl, wijzen daarop. Voor burger@overheid was het platleggen van deze sites reden om in actie te komen. Aanleiding was niet alleen dát de sites uit de lucht waren, maar ook dat er geen noodscenario’s beschikbaar waren op basis waarvan de informatievoorziening toch kon worden gecontinueerd. Verder stoorde burger@overheid
Hedy van der Ende: ‘het gemak waarmee aanvallen vanaf het internet plaatsvinden, is beangstigend.’ zich aan de lauwe manier waarop aanvankelijk op deze actie werd gereageerd: terwijl de vermoedelijke daders al in een vroeg stadium op het internet bekend waren, berichtten de media dat Justitie niet tot vervolging wilde overgaan. Voor burger@overheid reden een open brief te sturen aan minister Donner. Deze actie had weer tot gevolg dat er in de Tweede Kamer vragen werden gesteld aan de minister. Uiteindelijk werden de daders toch in de kraag gevat. Positief aan deze kwestie, was dat het onderwerp computerbeveiliging ook onder de aandacht kwam bij degenen die hier niet hun dagelijks werk in hebben. Zo publiceerden de media bijvoorbeeld over het betrekkelijk nieuwe fenomeen ‘zombienetwerken’ oftewel speciale computer-botnets, geïnfecteerde systemen van slecht beveiligde pc’s waarmee deze ddos-attacks (distributed denial of service) vanuit één centraal punt worden uitgevoerd. Hierbij wordt bijvoorbeeld een website platgelegd door deze van alle kanten te bestoken met informatieverzoeken.
Gerrit Jan van ’t Eind: ‘hoe meer we naar een geautomatiseerd transactieverkeer toegaan, des te minder vrijblijvend het wordt.’ “Het gemak waarmee dit soort aanvallen vanaf het internet plaatsvindt, is beangstigend. Je kunt zelfs botnets kopen op internet”, vertelt Hedy van der Ende, programmamanager van GOVCERT.NL. Het gaat om een uiterst actueel probleem, geeft zij aan. Zo actueel zelfs, dat het thema van het internationale symposium dat GOVCERT.NL jaarlijks organiseert, dit jaar is gewijd aan botnets. Daarnaast bestaat voor de elektronische overheid het grote gevaar van ‘phishing’, het onder valse voorwendselen opvragen van persoonlijke informatie als wachtwoorden en creditcardnummers. Internetcriminelen bouwen soms een complete
11
ICTU Jaaroverzicht 2004
website na en sturen mailtjes naar nietsvermoedende computergebruikers om achter hun identiteit te komen bij het doen van transacties. “Vooral banken in het buitenland ondervinden hier last van”, zegt Van der Ende. De stroom aan fouten in de beveiliging van een bekende browser leidde er vorig jaar toe dat GOVCERT.NL de deelnemende overheden het advies gaf, dat het
Mark Bressers: ‘het ontwikkelmodel van open source is een uitstekende strategie om veiligheid te bereiken.’ verstandiger was om tijdelijk andere browsers te gebruiken. Van der Ende: “Dat gebeurde op een moment dat er geen ‘patches’ (tijdelijke herstellingsfuncties) beschikbaar waren om de beveiligingsfouten te herstellen. Natuurlijk is het niet eenvoudig over te stappen op een andere browser. Wij wilden echter een duidelijk signaal afgeven. De situatie was behoorlijk ernstig.”
Transacties Gerrit Jan van ’t Eind, programmamanager van de landelijke authenticatievoorziening DigiD, bevestigt dat veiligheid een erg belangrijk onderwerp is. “Er zitten risico’s aan het doen van elektronische transacties. Het vertrouwen van de burger kan een fikse deuk oplopen, als er iets misgaat. Als het CWI bijvoorbeeld onbereikbaar is of een gemeente kan geen diensten meer leveren, dan heb je een groot probleem. Hoe meer we naar een geautomatiseerd transactieverkeer toegaan, des te minder vrijblijvend het wordt. Transacties via internet stellen hoge eisen aan de systemen die je gaat gebruiken. Daarom is het belangrijk dat ook DigiD goed beveiligd is.” De discussie over acceptabele risico’s is bij de overheid immers niet te voeren, geeft hij aan. “We kunnen ons geen enkele fout veroorloven. Betrouwbaarheid is essentieel.”
Erik Hup: ‘zo bouw je als overheid waarborgen in, waarmee burgers beter inzicht krijgen in de risico’s die zich in hun directe omgeving bevinden.’ Als het gaat om informatieveiligheid ziet Mark Bressers, programmamanager van OSOSS (Open Standaarden en Open Source Software), een belangrijke rol weggelegd voor open source software. “Het klinkt heel paradoxaal. Mensen denken juist dat met open source de programmeerregels op straat liggen, dus dat dit uiterst onveilig is. Maar juist vanwege het feit dat de software op internet staat, worden fouten sneller opgespoord. Door software vrij te geven wordt de community van mensen die ideeën voor verbetering aandragen, bovendien veel groter. Natuurlijk is er ook veel onveilige open source software, net zoals er veel onveilige gesloten software is, maar het ontwikkelmodel van open source is een uitstekende strategie om veiligheid te bereiken.” Daarnaast zorgt de community voor de acceptatie van nieuwe software, aldus Bressers.
Transparantie Bovendien, vervolgt Bressers, draagt open source software bij aan de transparantie van de overheid. In sommige landen is de broncode van de software in stemkastjes voor iedereen inzichtelijk op internet. “Natuurlijk is niet iedereen deskundig om de software te controleren. Maar het geeft mij als burger een gerust gevoel, dat de
12
ICTU Jaaroverzicht 2004
software beschikbaar is om te checken.” OSOSS heeft vorig jaar meegeholpen met het open source maken van de software, waarmee Nederlanders in het buitenland bij wijze van proef mochten stemmen voor het Europees Parlement. Bij het programma Advies Overheid.nl is een aantal projecten gestart, om aan het onderwerp transparantie invulling te geven. Ook Kenniscentrum ELO werkt aan een betere transparantie. Ze geeft inzicht in e-overheid voor iedereen. Want wanneer de overheid zelf beter ingelicht is, komt dit ten goede aan burgers en bedrijven. Centraal hierbij staat het beschikbaar en vindbaar maken van informatie. Illustratief zijn de plannen om op overheid.nl een attenderingsservice voor de burger te maken. Burgers kunnen dan opgeven over welke onderwerpen ze door de overheid geïnformeerd willen worden. “Als de burger eenmaal beter geïnformeerd wordt, betekent dit ook dat de handhaving wordt verbeterd of, zoals dat in ambtelijk jargon heet, het horizontaal toezicht”, zegt Erik Hup, programmamanager van Advies Overheid.nl. “Als je bijvoorbeeld van jouw gemeente een
Michel Bouten: ‘informatie is het hoogste goed als het gaat om het voorkomen van criminaliteit.’ mailtje krijgt, dat je buurman een kapvergunning heeft gekregen, dan kun jij controleren of hij ook voor nieuwe aanplant heeft gezorgd, wat in veel gemeenten verplicht is.” Rampen als in Enschede en Volendam laten zien dat het noodzakelijk is om burgers meer inzicht te geven in de risico’s die zich in hun directe omgeving bevinden. Had bijvoorbeeld de rampzalige cafébrand in Volendam daarmee voorkomen kunnen worden? “Mogelijk niet”, reageert Hup, “maar dan was in elk geval wel voor meer mensen duidelijk geworden, dat de café-eigenaar niet aan zijn verplichtingen voldeed”.
Hoogste goed “Informatie is het hoogste goed als het gaat om het voorkomen van criminaliteit”, beaamt Michel Bouten, programmamanager Architectuur Elektronische Overheid en plaatsvervangend directeur van ICTU. “Essentieel is het snel kunnen koppelen van informatieverzamelingen. Daarvoor moet informatie op dezelfde leest, oftewel standaarden, geschoeid zijn. Anders krijg je het knap lastig.” Een wezenlijk onderdeel zijn open standaarden, valt hij Bressers bij. “De eisen die de processen stellen aan informatie, zijn leidend. Voor de zwaailichtensector is het online kunnen raadplegen van de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) onontbeerlijk. De politie wil niet 24 uur hoeven wachten. Voor een huisarts waar de patiënt de volgende dag op consult komt, is dat weer niet perse nodig.” De overheid moet wel garanderen, beklemtoont Van der Ende, dat de gegevens van burgers en bedrijven op de juiste plek terechtkomen. “Voor de burger moet bijvoorbeeld duidelijk zijn dat de politie er niet met zijn medische gegevens vandoor gaat. Wat beslist niet altijd opzettelijk hoeft te gebeuren, maar ook een gevolg kan zijn van slecht programmeren”, besluit Bressers.
13
Tom Kok, voorzitter van de Internet Society ‘Onderwerpen krachtig oppakken’ Een toegankelijk en veilig internet voor iedereen, dat staat hoog in het vaandel bij voorzitter Tom Kok van de Nederlandse vertegenwoordiging van de Internet Society (ISOC). Kok ziet ICTU als een kennisorganisatie ‘pur sang’. Hij vindt dat ICTU inmiddels een uitstekende vertrouwenspositie in overheidsland heeft opgebouwd, om deze onderwerpen met elan te kunnen behartigen.
Prijzen horen erbij, vindt Tom Kok. Ze zijn een uitstekend middel om de elektronische overheid een impuls te geven. Als oud-jurylid van de Webwijzer Award is de internationaal opererende ondernemer en oud-partijvoorzitter van D66 dan ook erg begaan met deze jaarlijkse prijs die uitgereikt wordt door het programma burger@overheid. “Prijzen zijn leuk om te winnen. Gemeenten trekken zich de Webwijzer Award bijzonder aan. Iedereen kijkt ernaar. Advies Overheid.nl houdt de ontwikkelingen scherp in de gaten en zet druk op de ketel. Ook de webflop houdt overheden scherp. Natuurlijk levert dat veel boosheid op, maar af en toe is het nodig om met wat peper te strooien.” Wel vreest hij, als negatief bijeffect, dat overheidssites steeds meer op elkaar gaan lijken. “We zouden ook een criterium als ‘creativiteit’ moeten opwaarderen. Daarmee kun je immers doorbraken creëren in de manier waarop websites functioneren.” Kok is voorzitter van de Nederlandse vertegenwoordiging van ISOC, een vereniging die wereldwijd de internetprotocollen beheert. In ons land telt deze organisatie twintig sponsors en zo’n vijfduizend particuliere betrokkenen. ISOC zet zich in voor een toegankelijk en veilig internet voor iedereen. Over toegankelijkheid gesproken: met weemoed kijkt Kok terug op het succes van het programma ‘Drempels Weg!’ (een project van het Landelijk Bureau Toegankelijkheid) dat als doel had internet toegankelijk te maken voor mensen met een handicap. “De subsidie is beëindigd. Je ziet dat een aantal enthousiaste hobbyisten er nog mee bezig is. Maar zoiets moet je blijvend professioneel aanpakken. Laatst kwam er iemand bij ons met de vraag ‘Mijn oude vader wordt langzaam blind. Hoe kan hij via internet toch mee blijven doen?’. Onze verwijzing naar Drempels Weg! bood toen uitkomst.” Kok vindt dat ICTU alle webmanagers van de overheid op een cursus Drempels Weg! zou moeten sturen. Internet is een uitermate geschikt instrument, aldus Kok, om mensen met elkaar in contact te brengen. Wat hem meteen op het tweede belangrijke aspect van internet brengt: veiligheid. “Bij ISOC zijn we zeer
14
ICTU Jaaroverzicht 2004
bezorgd over wat er op dat vlak gaande is. De overheid verzamelt steeds meer gegevens over burgers uit oogpunt van terrorismebestrijding. Ik vraag me sterk af of al die gegevens adequaat beschermd kunnen worden. Hoe veilig zijn de systemen en de databases van de overheid? De overheid is een grootgebruiker van Explorer en dat is een open en vaak gehackt kanaal, weten we uit ervaring. Dan is het onhandig als een ambtenaar op dezelfde computer ook met burgerdossiers werkt.”
Kennis Kok beaamt dat beide onderwerpen, toegang en veiligheid, prima behartigd worden door ICTU. Hij constateert dat ICTU een vertrouwenspositie in overheidsland heeft veroverd. “Er is een enorme rijkdom aan kennis bij elkaar is gebracht. De erkenning daarvan is slechts een kwestie van tijd. Dat komt wel goed. Maar, en dat is een typisch overheidstrekje, er wordt naar mijn smaak nog te voorzichtig en te gereserveerd geopereerd. Ik zou ICTU wat meer willen zien doorpakken.” Open source software is volgens Kok zo’n onderwerp waar ICTU haar tanden moet laten zien. ISOC is een fervent pleitbehartiger van het gebruik van open source software. Kok: “Een goedkope oplossing om internet voor iedereen waar ook ter wereld toegankelijk te maken. Sommige landen hebben gewoon niet genoeg geld voor torenhoge licentiekosten. Internet is een cruciale ontwikkeling die niet beheerst mag worden door patenten.” Binnen het ICTU-programma OSOSS is veel kennis verzameld, constateert Kok, “maar deze wordt in mijn ogen nog te vrijblijvend aangeboden. ICTU kan het zich juist veroorloven hierin voorop te lopen, namelijk door het gebrek aan kennis over dit onderwerp bij andere overheden met een stevig advies te overbruggen.” Kok ziet ICTU als een kennisorganisatie ‘pur sang’. Daarom zou zij zich niet tot haar rol van aanjager moeten beperken. “Je kunt niet zoveel kennis over de elektronische overheid bij elkaar brengen en dan geen adviezen geven. Dat is weggegooid geld. Ik weet dat je hierdoor in moeilijkheden kunt komen. Stel, je geeft een slecht advies en iemand is daar flink boos over. Maar ik zou gaan voor die negentig procent van adviezen die wel goed werken en voor een versnelling van de elektronische overheid zorgen.”
15
03
Administratieve lastenverlichting Minder regels, minder lasten
ICTU Jaaroverzicht 2004
De ambities uit ‘Andere Overheid’ liegen er niet om. In 2006 moeten de administratieve lasten van burgers en bedrijven met een kwart zijn teruggebracht. In de nabije toekomst hoeven gegevens nog slechts eenmaal aan de overheid te worden verstrekt. Leidmotief hierbij is het hergebruik van informatie. ICTU zorgt voor de basiscondities: basisregistraties, Burgerservicenummer, open standaarden en de onmisbare authenticatie met DigiD en een gemeentelijke referentiearchitectuur.
“Lastenverlichting uit zich in het zo min mogelijk bevragen van burgers en bedrijven, dus in een overheid die niet naar de bekende weg vraagt”, zegt Michel Bouten, programmamanager Architectuur Elektronische Overheid en plaatsvervangend directeur van ICTU. “En áls je iets vraagt als overheid, doe het dan zo efficiënt mogelijk.” Leidmotief hierbij is het hergebruik van informatie, benadrukt Bouten. “Wat er bij de ene organisatie aan informatie is opgeslagen, kan heel goed door andere overheden worden hergebruikt.” Dat is het principe van de authentieke basisregistraties: wie zorgt er voor informatie en wie beheert de informatie? Het programma Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) is een belangrijke schakel in het beheren van informatie. Niet langer, en dat is de kern volgens Bouten, hoeft iedere schakel in de keten zich af te vragen of de informatie juist is. “Dat wordt nu nog zo vaak door zoveel overheidsinstanties gedaan. De
Michel Bouten: ‘De controleplicht zorgt voor al die bureaucratie. Met de komst van de basisregistraties haal je dat eruit.’ controleplicht zorgt voor al die bureaucratie. Met de komst van de basisregistraties haal je dat eruit. Zaak is de informatie logisch te koppelen aan verschillende processen.” Het besef dat de overheid een groot beroep doet op burgers is nog te gering, vindt burger@overheid. Het kabinet wil weliswaar een kwart minder administratieve lasten voor burgers en het bedrijfsleven in 2007, maar verreweg de meeste aandacht gaat uit naar de lasten van het bedrijfsleven. Uit onderzoek dat burger@overheid vorig jaar heeft gedaan, blijkt dat de overheid naar de burgers langzaam en bureaucratisch werkt en vele, vaak overbodig ingewikkelde, verplichtingen oplegt. Bouten schetst de vruchten van de lastenverlichting. Een burger die een belastingaanslag terugstuurt door onterecht aan te geven dat hij niet langer op het aangegeven adres woont, keert wel op zijn schreden terug als hij weet dat vervolgens de uitkeringsinstantie op basis van dit frauduleuze gedrag zal concluderen dat ook zijn uitkering niet meer nodig is. De fiscus bespaart zich hiermee een voortdurende zoektocht naar de juistheid van gegevens. Woont die persoon daar nu wel of niet? Die informatie is via andere proceseigenaren al geverifieerd. “Door processen met dezelfde informatie te koppelen kun je ongewenst gedrag voorkomen. Misschien niet altijd, maar je zorgt er in elk geval wel voor dat de grote groep die wel eerlijk is, niet meer lijdt onder degenen die dat niet zijn.” Tegelijkertijd levert dit lastenverlichting voor de burger op, omdat hij een adreswijziging niet meer aan verschillende overheidsinstanties hoeft door te geven.”
Open standaarden “Administratieve lastenverlichting heeft alles te maken met open standaarden”, vult Mark Bressers, programmamanager bij OSOSS, aan. “Om ervoor te zorgen
17
ICTU Jaaroverzicht 2004
dat informatie aan de verschillende processen gekoppeld kan worden, moeten systemen met elkaar kunnen praten. Daar heb je standaarden voor nodig. Niet alleen technische standaarden, maar ook eenduidige gegevensdefinities. Computers snappen niks. Als je bijvoorbeeld de systemen van CWI en UWV in de sociale
Mark Bressers: ‘Administratieve lastenverlichting heeft alles te maken met open standaarden.’
zekerheidsketen wilt koppelen, moet duidelijk zijn wat er onder het begrip ‘loon’ wordt verstaan.” Waarom moeten het persé ‘open’ standaarden zijn? “Het is de enige garantie”, antwoordt Bressers stellig, “dat je als overheid zelf aan het stuur van je informatiebeleid zit. Bij het uitwisselen van informatie gaat het om wezenlijke processen. Dan is het onvermijdelijk dat je standaarden gebruikt waar je als organisatie zelf over kunt beschikken en invloed op uit kunt oefenen. Open standaarden zijn inmiddels in overvloed beschikbaar”, aldus Bressers. OSOSS heeft er honderden gebundeld in CANOS, wat staat voor de Nederlandse catalogus van open standaarden. Elke overheidsorganisatie kan deze standaarden zo implementeren. “Daar zijn geen drempels voor.”
Voorbeelden OSOSS voerde vorig jaar het project EDEX-standaard uit, waarin samen met het ministerie van Onderwijs een open standaard werd ontwikkeld voor het uitwisselen van leerlinggegevens. Daarnaast heeft OSSOS samen met de Raad voor de Vastgoedinformatie (RAVI) gewerkt aan een op XML-gebaseerde open standaard voor de beschrijving van geo-informatie. Beide voorbeelden leiden tot een effi-
Ineke Schop: ‘Lastenverlichting is geënt op een goed opgezette informatiearchitectuur.’ ciëntere informatieuitwisseling en daarmee tot lastenverlichting bij de betrokken partijen. Een ander voorbeeld geeft Ineke Schop, programmamanager EGEM, het programma van en voor gemeenten. Voor de ‘verklaring omtrent goed gedrag’ die sommige werkgevers van een nieuwe medewerker vragen, is een traject in gang gezet, waardoor deze voortaan direct bij het ministerie van Justitie kan worden aangevraagd, en niet langer bij de gemeente. “Dat scheelt burgers dus een gang naar het stadhuis”, zegt Schop. Het is een van de vele voorbeelden uit het EGEMwerkplan voor 2005. Schop ziet het overigens breder. Voor haar gaat administratieve lastenverlichting hand in hand met andere thema’s uit Andere Overheid, zoals elektronische dienstverlening en veiligheid. “Als je als overheid je elektronische dienstverlening goed regelt, heb je ook de handhaving op orde en pak je tegelijk de administratieve lastendruk aan.” EGEM heeft een eerste proeve van een gemeentelijke referentiearchitectuur neergezet. “Alledrie de thema’s komen elkaar in de informatiehuishouding tegen. Met de referentiearchitectuur kan een gemeente haar gegevenshuishouding optimaal positioneren binnen de bedrijfsvoering. Lastenverlichting is geënt op een goed opgezette informatiearchitectuur.”
18
ICTU Jaaroverzicht 2004
Authenticatie Ook DigiD-programmamanager Gerrit Jan van ’t Eind is van mening, dat vermindering van de lastendruk niet zonder digitaal transactieverkeer te realiseren is. Digitale authenticatie is hiervoor onontbeerlijk, een manier waarmee de overheid kan zien wie er aan de andere kant zit. “DigiD is een belangrijke, noodzakelijke voorwaarde om tot betrouwbare transacties te komen.” DigiD draagt bij aan de efficiency van de elektronische overheid, meent Van ’t Eind. Als voorbeeld geeft hij het CWI dat dit jaar de intake van werkzoekenden elektronisch mogelijk gaat maken. Hiervoor maken deze gebruik van DigiD. “De
Gerrit Jan van ’t Eind: ‘DigiD voorkomt dat burgers met een digitale sleutelbos worden opgezadeld.’ werkzoekende vult zelf zijn gegevens in, op de terminal bij het CWI of thuis via internet. Dat levert een enorme tijdwinst op, waardoor het CWI zijn medewerkers meer kan inzetten op de moeilijke gevallen.” Er is nog een pluspunt, aldus Van ‘t Eind. De landelijke authenticatievoorziening wordt nu al door een twintigtal gemeenten en uitvoeringsorganisaties, zoals het CWI en de Sociale Verzekeringsbank, gebruikt. “Het aantal gebruikers van DigiD is groeiende. Daarmee voorkomen we dat burgers met een digitale sleutelbos worden opgezadeld. Een enorme efficiencyslag”, benadrukt Van ’t Eind, die gruwt van de gedachte dat overheden eigen digitale pasjes gaan invoeren. “Doe het dan eenmaal in de vorm van DigiD en doe het op vergelijkbare wijze, zodat de burger maar op één manier bij de overheid terechtkomt.” Bijkomend voordeel is, aldus Van ’t Eind, dat er niet iedere keer opnieuw in authenticatie hoeft te worden geïnvesteerd. Door in DigiD gebruik te maken van het Burgerservicenummer in combinatie met het gebruik van basisregistraties zoals wordt beoogd met het programma Stroomlijning Basisgegevens, kan de dienstverlening makkelijker en efficiënter worden.
Brede slag Veel overheidsorganisaties beseffen inmiddels dat ze langs de weg van gemeenschappelijkheid moeten werken, constateert Bouten verheugd. “Het innovatieve is dat we die brede slag aan het maken zijn. We moeten het met de bril van de burger durven bekijken. Die zegt: ik begrijp de overheid niet. De overheid is één organisatie, toch worden mijn gegevens telkens opnieuw gevraagd. Aan onze kant zien we zelfs duizenden organisaties waarvan de een niet eens weet wat de ander doet.” Met een Burgerpanel probeert burger@overheid meer inzicht in de behoeften van de burger te krijgen. Er moeten nog de nodige organisatorische drempels worden geslecht, beseft Bouten. “Iedere organisatie heeft haar eigen rol in het beheer van informatie. Niemand wil die rol zomaar kwijtraken. De huidige stand van de informatietechnologie kent echter veel mogelijkheden om gegevens uit te wisselen. De bereidheid om allemaal een stukje macht in te leveren is de uitdaging.” Bouten vergelijkt het met het opstellen van het verkeersstelsel. “In het verkeer hebben we een aantal principes afgesproken. Bijvoorbeeld dat iedereen rechts rijdt, anders zou het een zooitje worden. Ook stellen we eisen aan de voertuigen die aan het verkeer deelnemen. Op grond van deze afspraken gunnen participanten elkaar hun bewegingsvrijheid.” Precies zo moeten de deelnemers aan de basisinfrastructuur van de overheid het doen, stelt Bouten voor. “Informatie moet van de ene database in de database van de ander terecht kunnen. Daar moet je heel wat voor afspreken.”
19
Directeur Leo Smits van Het Expertise Centrum ‘Programma’s van ICTU hebben veel gemeen’ ICT is geen panacee voor administratieve lastenverlichting, vindt directeur Leo Smits van Het Expertise Centrum. Tegelijkertijd constateert hij dat de eenmalige uitvraag van gegevens gerealiseerd gaat worden met de basisregistraties en het Burgerservicenummer. Volgens Smits ontpopt ICTU zich als de kraamkamer van belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen.
Het Expertise Centrum (HEC) en ICTU hebben een natuurlijke band met elkaar, weet HEC-directeur Leo Smits. Beide organisaties richten zich op de verbetering van de informatievoorziening van overheden. Beide opereren daarmee op het snijvlak van ICT en bestuur. Smits illustreert dit: “Wij bedachten het concept van IMAC, kort voor de Informatiemanagement Academy. ICTU heeft IMAC succesvol ter hand genomen, met name voor informatiemanagers bij uitvoeringsorganisaties. IMAC is er nu zelfs voor plaatsvervangend Secretarissen Generaals (pSG’s) en komt er mogelijk voor gemeentesecretarissen.” Een gesprek over de elektronische overheid komt vlot op gang. Smits vertelt gedreven en heeft er geen enkele moeite mee om aan te haken bij thema’s als administratieve lastenverlichting, veiligheid en elektronische dienstverlening. Volgens Smits is de hoop te zeer op automatisering gevestigd, als zaligmakende oplossing voor de lastendruk. “Dat is wel zo, maar ICT is geen panacee.” Smits was lid van de commissie Wallage die ruim drie jaar geleden haar rapport ‘In dienst van de democratie’ presenteerde over de toekomst van de overheidscommunicatie. “Een van onze conclusies was, dat de overheid niet mag vragen wat ze al weet. Ik zie dat daar nu hard aan gewerkt wordt met de basisregistraties en het Burgerservicenummer.” Een tweede conclusie van de commissie was dat overheden geen vragen mogen stellen die burgers niet langs digitale weg kunnen beantwoorden. Smits stelt dat hieraan inmiddels goed gehoor is gegeven. Burgers kunnen elektronisch hun belastingaangifte doen, gemeentelijke diensten en producten aanvragen en zelfs aangifte doen bij de politie. “Een mooi voorbeeld waar ICT en lastenverlichting samenkomen”, zegt Smits. Nog een voorbeeld: bedrijven zijn geen tijd meer kwijt aan het invullen van de vragenlijsten van het CBS. Winkelketens sturen hun gegevens voor prijsindexatie als het ware direct uit de kassa door naar ’s lands rekenmeesters. “Wat niet alleen de lastendruk vermindert, maar ook veel preciezere informatie oplevert”, aldus Smits.
20
ICTU Jaaroverzicht 2004
Veiligheid Uit het oogpunt van veiligheid wil de overheid allerlei informatiestromen gaan koppelen. Waar burgers echter lukraak met pasjes en bonuskaarten een stroom van sporen achterlaten die door de commercie goed worden bijgehouden en gekoppeld, loopt de overheid die hetzelfde wil doen direct tegen de beperkingen van de privacywetgeving aan. “Dat is niet handig”, zegt Smits. ICTU zou daarbij volgens hem een belangrijke rol kunnen spelen. “ICTU wordt nog te veel gezien als een facilitator. Langzamerhand ontpopt zij zich echter als de kraamkamer van belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen. Een broedplaats die nog meer aan kwaliteit en impact zou winnen, als men de verschillende programma’s direct met elkaar in verband zou weten te krijgen. De programma’s hebben veel gemeen. Een programma als Stroomlijning Basisgegevens loopt zo dominant door de andere activiteiten heen, terwijl het erop lijkt dat er gewoon per programma gewerkt wordt. De mensen bij ICTU zien dat zelf ook wel.” Smits verwacht veel van de basisregistraties als het om veiligheid gaat. “Van de Bijlmerramp hebben we geleerd dat we niet via de bevolkingsadministratie konden achterhalen wie er in de flats woonden. Dat kunnen we nu veel beter, maar er is nog een wereld te winnen. Het moet toch mogelijk zijn gebouwgegevens en persoonsgegevens met elkaar te matchen.” Volgens Smits zijn er nog volop toekomstige onderwerpen voor ICTU. Hij noemt het voorbeeld van biometrie. “Daar is ICTU nog niet mee bezig, maar dit onderwerp maakt wel een snelle ontwikkeling door. In de VS gaat men strengere eisen stellen ten aanzien van persoonsherkenning. Dat gaan we ook in Nederland krijgen. Dus duurt het beslist niet lang, voordat er een programma bij ICTU voor is. Dat voorspel ik je. Bij HEC zijn we er al mee bezig en we hebben immers een natuurlijke band. De volgende stap is de uitvoering.”
21
ICTU Jaaroverzicht 2004
Overzicht lopende programma’s Deze lijst bevat alle actieve programma’s van ICTU in 2004. Onder deelnemers verstaat ICTU: de overheidsorganisaties waarmee en waarvoor ICTU het betreffende programma uitvoert.
Programma:
Doelgroep: Deelnemer: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemer: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemer: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
22
Advies Overheid.nl (april 1999 - december 2007) Het programmabureau Advies Overheid.nl draagt in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties met raad en daad bij aan een via internet toegankelijke overheid. Door het stimuleren en ondersteunen van 1300 overheidsorganisaties bij het verbeteren van de transparantie van overheidsinformatie en –diensten via internet. En met het doorontwikkelen en beheren van de portal Overheid.nl, waarmee alle overheidsinformatie en diensten online vindbaar zijn. Dit gebeurt in het kader van het actieprogramma Andere Overheid. overheden en de Nederlandse bevolking. ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). • Overheid.nl Monitor 2004/2005. • Overheid.nl Webrichtlijnen. • Overheid.nl Webmetadatastandaard. • Spitsprojecten decentrale regelgeving, vergunningen en bekendmakingen en samenwerkende catalogi. programmamanager Erik Hup, www.overheid.nl, www.advies.overheid.nl,
[email protected]. Architectuur Elektronische Overheid (2003 - 2007) Het programma Architectuur Elektronisch Overheid is gericht op het versterken van de samenhang in de informatie infrastructuur van de overheidsorganisaties. Het draagt daarmee onder meer bij aan de realisatie van de doelstellingen uit de nota ‘Op weg naar de elektronische overheid’. verschillende ICTU programma’s, informatiekundigen/e-architecten van (koepel)organisaties. ministerie van BZK en Economische Zaken (EZ). • Actielijn 1, het bevorderen van het in samenhang werken aan de Elektronische overheid (ELO-planning). • Actielijn 2, het bevorderen van de samenwerking tussen overheidsorganisaties (praktijkprojecten). • Actielijn 3, het verbeteren van de interoperabiliteit tussen overheidsorganisaties, met het oogmerk de interactie van de overheid met burgers en bedrijven te optimaliseren (verdieping/verbreding). programmamanager Michel Bouten;
[email protected]. Burger@overheid (2002 - 2007) Burger@overheid is een onafhankelijk forum dat de digitale overheid stimuleert vanuit het burgerperspectief. Daartoe inventariseert het wensen van burgers en adviseert het overheden. Burger@overheid doet regelmatig onderzoek met een burgerpanel, reikt jaarlijks de Webwijzer Award uit voor de beste overheidswebsite en ontwikkelt op dit moment de BurgerServiceCode met kwaliteitsnormen voor digitale informatievoorziening en dienstverlening. burgers en overheden. ministerie van BZK. • Opstelling Handvest Digitale Contacten. • Uitvoering van onderzoeken naar transparantie van overheden. • Toekenning Webwijzer Award aan de gemeenten Dongen en Roermond. directeur Matt Poelmans, www.burger.overheid.nl,
[email protected].
ICTU Jaaroverzicht 2004
Programma:
Doelgroep: Deelnemers:
Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers:
Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Burgerservicenummer: BSN (2004 - 2006) Het Burgerservicenummer (BSN) is één van de instrumenten om tot eenmalige gegevensverstrekking en stroomlijning van basisgegevens te komen, doelstellingen die het kabinet geformuleerd heeft voor verbetering van de kwaliteit van overheidsdienstverlening. Het betreft een nummer waarmee de burger bij elke frontoffice in de publieke sector terecht kan en waarmee alle persoonsgegevens kunnen worden samengebracht, waarvan dat is toegestaan voor de vraag, dienst of taak die aan de orde is. overheidsorganisaties en private organisaties die het BSN bij of krachtens de wet mogen gebruiken. ministeries van BZK, Financiën, Justitie, Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) en Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Door deelname aan de Stuurgroep zijn de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) betrokken bij het programma. • Het goedgekeurde programmaplan. • Functionele ontwerpen van ondermeer de beheervoorziening van BSN. • Architectuur van het BSN-stelsel en het concept wetsvoorstel. • Algemene Bepalingen Burgerservicenummer. programmamanager Ineke Ruiter, www.programmaBSN.nl,
[email protected]. DigiD (2004 - 2007) DigiD staat voor Digitale Identiteit van burgers en bedrijven. Het is een systeem waarmee alle overheidsinstellingen de identiteit en handtekening kunnen verifiëren van klanten die gebruikmaken van hun elektronische diensten. Een combinatie van gebruikersnaam en wachtwoord biedt in veel gevallen voldoende zekerheid over de identiteit van de gebruiker. Soms is ‘zwaardere’ verificatie gewenst. Overheidsinstellingen beoordelen zelf welke mate van zekerheid is gewenst. burgers, bedrijven en overheidsorganisaties. Gemeenschappelijke Beheerorganisatie (GBO), Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (BKWI), Manifestpartijen (Belastingdienst, College voor Zorgverzekeringen, Centrum voor Werk en Inkomen, Informatie Beheer Groep, Sociale Verzekeringsbank en Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen), EGEM, diverse gemeenten, ministerie van BZK en ministerie van EZ. • Beschikbaarheid van DigiD met ingang van 1 januari 2005 voor alle burgers. • Programmabureau DigiD is nu verantwoordelijk voor het tactisch beheer van DigiD. • Burgers kunnen met één wachtwoord van een groeiend aantal overheidsdiensten op het internet gebruik maken. programmamanagers Gerrit Jan van ’t Eind en Ronald Houtsma, www.DigiD.nl,
[email protected]. EGEM (2003 – 2008) EGEM helpt gemeenten hun dienstverlening op een hoger peil te brengen met behulp van ICT. EGEM ontwikkelt hiervoor standaarden en referentiemodellen, verspreidt bestaande kennis en goede praktijkvoorbeelden, stimuleert samenwerking en geeft advies. Het motto daarbij is ‘afkijken en nadoen, EGEMwijs’. gemeenten. Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het ministerie van BZK. • Tientallen quick scans bij gemeenten. • Een toetsingskader voor praktijkvoorbeelden. • Deelname in samenwerkingsverbanden. • Eerste proeve van een referentiearchitectuur. • Start van de virtuele gemeente Pragmatika. • Introductie van DigiD bij gemeenten. • Start project Voorhoedegemeenten. programmamanager Ineke Schop, www.egem.nl,
[email protected].
23
ICTU Jaaroverzicht 2004
Programma:
Doelgroep: Deelnemer: Belangrijkste resultaten: Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten: Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
24
eNIK: Elektronische identiteitskaart (2004) Dit programma heeft van mei tot september 2004 het ministerie van Binnenlandse Zaken ondersteund bij het voorbereiden van de besluitvorming rondom de ontwikkeling van de elektronische Nederlandse Identiteitskaart (eNIK). ICTU heeft zich sterk gemaakt voor het creëren van samenhang tussen lopende initiatieven op het terrein elektronische identiteitskaarten en tweezijdige marketing (gelijktijdig de kaart en de diensten ontwikkelen). In 2005 neemt de minister een besluit ten aanzien van de verdere ontwikkeling van de eNIK. Coördinatieoverleg Elektronische Dienstverlening en Identificatie (CEDI). ministerie van BZK. het voorbereiden van de besluitvorming over de eNIK. programmamanager Gerrit Jan van ’t Eind,
[email protected]. e-Provincies (2002 - 2007) e-Provincies stimuleert de twaalf provincies in Nederland om op ICT-gebied meer samen te werken en kennis uit te wisselen. Het programma maakt de sterke punten van de provincies op ICT-gebied zichtbaar, brengt hun kennis en ervaring samen en stelt deze beschikbaar aan anderen. alle provincies. ministerie van BZK en de provincies. • Er is een start gemaakt met de Provinciale Producten/diensten Catalogus (PPC). • Eind 2004 is het op een aantal provinciale websites geplaatst. Bij de overige provinciale websites zal de PPC in 2005 geplaatst worden. • De website www.e-provincies.nl is toegankelijker gemaakt. • Er zijn in samenwerking met verschillende provincies vijf kennisbijeenkomsten georganiseerd over diverse onderwerpen met betrekking tot de elektronische provincie. • Voor de tweede maal heeft de Leergang Elektronische Provincie plaatsgevonden. programmamanager John Kuipéri, www.e-provincies.nl,
[email protected]. GBO: Gemeenschappelijke BeheerOrganisatie (2004) Dit programma heeft van september 2004 tot en met februari 2005 de werkgroep GBO ondersteund bij het opstellen van de contourschets van de gemeenschappelijke beheerorganisatie met het doel de besluitvorming door de CEDI en minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties mogelijk te maken. Het Coördinatieoverleg Elektronische Dienstverlening en Identificatie (CEDI) heeft op 2 februari 2005 het rapport goedgekeurd en een kwartiermaker benoemd. CEDI, overheidsorganisaties. Belastingdienst, OverheidsTransactiePoort (OTP) en DigiD. contourschets gemeenschappelijke beheerorganisatie opgesteld. voorbereider Gerrit Jan van ’t Eind, kwartiermaker Udo Groen,
[email protected]. GOVCERT.NL (sinds juni 2002) GOVCERT.NL is het Computer Emergency Response Team van de Nederlandse overheid. Zij geeft alle overheden advies over bescherming tegen computervirussen en lekken in software en helpt actief bij het oplossen van incidenten: 24 uur per dag, 7 dagen per week. GOVCERT.NL is voor de overheid het centrale meld- en coördinatiepunt voor relevante veiligheidsincidenten. alle overheidsorganisaties. ministerie van BZK. • Succesvol internationaal symposium met 180 deelnemers uit 22 landen. • Tien nieuwe overheidsorganisaties aangesloten bij GOVCERT.NL. • Eerste vier meetpunten operationeel om aanvallen vanaf het internet te detecteren bij overheidsorganisaties. • Pilottraject ter verbetering dienstverlening voor niet-rijksoverheden. programmamanager Hedy van der Ende, www.govcert.nl,
[email protected].
ICTU Jaaroverzicht 2004
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers:
Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
De Waarschuwingsdienst (sinds februari 2003) De Waarschuwingsdienst is een dienst van GOVCERT.NL die computergebruikers thuis en het kleinbedrijf waarschuwt voor computervirussen en lekken in software. Dit doet zij via www.waarschuwingsdienst.nl en gratis e-mail en SMS alerts. computergebruikers thuis en het kleinbedrijf. ministerie van EZ. • Aantal abonnees e-mail alert gestegen tot boven de 50.000. • Toename gebruiksvriendelijkheid van waarschuwingen en voorlichtingsartikelen over ICT-veiligheid voor de computergebruiker thuis. programmamanager Hedy van der Ende, www.waarschuwingsdienst.nl,
[email protected]. IMAC (sinds november 2003) IMAC, overheidsacademie voor informatiemanagement richt zich op het versterken van het informatiemanagement en de ontwikkeling van de groep intermediaire ‘verbinders’ binnen de overheid. informatiemanagers binnen de overheid op middelmanagement en hoger management niveau. Belastingdienst, CWI, IB-groep, RDW, UWV en de ministeries van BZK Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), en SZW. • Start van de tweede lichting Verbinders. • Twee edities van de ICTU leergang ‘Winst met ICT’ verzorgd. • Organisatie van het eerste Ontmoetingsplein voor opdrachtgevers programmamanager Mark Vermeulen, www.imac-academie.nl,
[email protected]. Interwad; standplaats Leeuwarden (sinds 1997) InterWad vormt de meest complete informatiebron over het waddengebied op het internet. Met InterWad biedt de overheid gratis alle beschikbare kennis en informatie over het waddengebied aan. InterWad verzorgt de informatievoorziening en communicatie over het beleid voor het waddengebied op regionaal, nationaal en internationaal niveau. Bovendien kunnen bestuurders en ambtenaren er op interactieve wijze hun beleid presenteren. overheden, waddenprofessionals, Nederlandse bevolking. ministeries van Verkeer en Waterstaat (V&W), Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM), EZ en LNV, Provincies Noord-Holland, Fryslân, Groningen, Eilandgemeenten, Waddenzeekustgemeenten. • Integrale vernieuwing website www.waddenzee.nl op grond van Open Source Content Management Systeem. • Realisatie website WaddenInzicht (digitalisering Jaarboek Waddenzee) in opdracht van Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ), inclusief ontwikkeling online analysemodule cijfermateriaal en geografische kaartmodule. • Realisatie Columnreeks ‘Te gast’. • Realisatie website InterProvinciaal Beheerplan Waddenzee (IBW). • Nieuwsbriefmodule in opdracht van Stuurgroep Waddenprovincies. programmamanager Piet Feddema, www.waddenzee.nl,
[email protected]. iPKIoverheid (2004) iPKIoverheid staat voor Informatiecentrum PKI voor de overheid. Dit programmabureau geeft advies en voorlichting aan andere overheidsorganisaties over het veilig en betrouwbaar aanbieden van overheidsdiensten op het internet. PKIoverheid maakt daarbij gebruik van een gelijknamige technologie: Public Key Infrastructure (PKI). overheidsorganisaties. ministerie van BZK. • Allerlei overheidsorganisaties zijn geadviseerd en ondersteund in hun implementatieen migratietrajecten van en naar de PKI voor de overheid. • Persoonsgebonden PKIoverheid certificaten zijn o.a bij het Nationaal Coördinatie
25
ICTU Jaaroverzicht 2004
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep:
Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers:
26
Centrum (NCC), de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) en het ministerie van SZW in gebruik genomen. • Het stimuleringsprogramma PKIoverheid servercertificaten is gestart. • Verschillende overheidsorganisaties zijn voorzien van een PKIoverheid servercertificaat. programmamanager Ronald Houtsma, www.pkioverheid.nl,
[email protected]. Kenniscentrum Elektronische Overheid: ELO (2003-2006) Kenniscentrum ELO is opgericht om kennis over de elektronische overheid te verzamelen, kennisuitwisseling te stimuleren en te fungeren als vraagbaak. Kenniscentrum ELO helpt overheidsorganisaties het wiel vinden dat anderen al hebben uitgevonden. Daarnaast bundelt het programma kennis en ervaringen tot een samenhangend kennisdomein. Ze organiseert de markt van vraag en aanbod van kennis van de elektronische overheid. de ‘bouwers’ van de elektronische overheid; de bestuurders, beleidsmakers, de ontwikkelaars en uitvoerders. ministerie van BZK. • Bijeenkomsten in de vorm van Haagse IT’s. • Kennismarkt Elektronische/andere overheid. • Kennisbijeenkomst E-dienstverlening. • Ondersteuning IFO-netwerk en het eNederland congres. • Overzicht monitoren op het gebied van elektronische overheid. • Het eerste concept functioneel ontwerp van de kennisportaal ‘Elektronische Overheid’ gereed. • Voorbereiding van het synergieproject voor meer samenhang tussen verschillende componenten van de elektronische overheid. programmamanager Riet van Loon, www.elo.nl,
[email protected]. OSOSS: Open Standaarden en Open Source Software (2003 - 2005) OSOSS ondersteunt overheden bij het gebruik van open standaarden en open source software, wat bijdraagt aan een efficiënte en meer interoperabele overheid. Het programma doet dit door o.a. het geven van advies en voorlichting, het beschikbaar stellen van een elektronisch platform voor uitwisseling van open source software tussen overheidsinstellingen en de ondersteuning van referentieprojecten. enerzijds bestuurders en algemene managers en anderzijds ICT-managers en hun directe medewerkers binnen de overheid. Waaronder rijksoverheid, provincies en gemeenten. Extra focus ligt op departementen, onderwijssector en organisaties die betrokken zijn bij het realiseren van het programma ‘Andere Overheid’. ministeries van BZK, EZ, OCW. • Publicatie van de handleiding open standaarden en open source software in aanbestedingen. • Ondersteuning van veel overheidsorganisaties met concrete adviezen. • De database met best practices is sterk uitgebreid. • Tien referentieprojecten. • De Nederlandse catalogus van open standaarden (CANOS). programmamanager Mark Bressers, www.ososs.nl,
[email protected]. PA: Policy Authority (2002 - 2006) De Policy Authority (PA) van de PKI voor de overheid ondersteunt de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bij het beheer van PKI voor de overheid. De PA beheert het te hanteren normenkader voor PKI-diensten, het zogenaamde Programma van Eisen. Daarnaast begeleidt de PA de toetreding van organisaties die certificaten uitgeven en houdt toezicht op de werkzaamheden van deze organisaties. alle partijen die betrouwbaar elektronisch willen communiceren binnen en met de Nederlandse overheid. DigiNotar B.V., PinkRoccade Infrastructure Services B.V., Centraal Informatiepunt
ICTU Jaaroverzicht 2004
Belangrijkste resultaten: Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten: Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer Informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Meer informatie:
Programma:
Doelgroep: Deelnemers: Belangrijkste resultaten:
Beroepen Gezondheidszorg (CIBG). toetreding van twee nieuwe certificatiedienstverleners: DigiNotar B.V. en Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg. programmamanager Ton Behre, www.pkioverheid.nl,
[email protected]. RYX: Rijksoverheidsintranet (1 maart 2000 - 1 januari 2006) RYX, het rijksoverheidsintranet, is een overkoepelend intranet voor medewerkers van de rijksoverheid voor het bevorderen van onderlinge communicatie, samenwerking en kennisdeling. medewerkers van ministeries en Hoge Colleges van Staat. alle ministeries. • De migratie van het serverpark van PinkRoccade naar DTO. • Voorbereiding besluitvorming continuering Programma RYX. programmamanager Vincent Swinkels,
[email protected]. Startpakket GBA (2004-2008) De doelstelling van het programma is om de GBA online beschikbaar te maken, flexibeler te kunnen wijzigen, de kwaliteit van gegevens te verbeteren en marktwerking te vergroten. Daarom wordt het GBA gemoderniseerd door het opzetten van een Startpakket Gegevensverstrekking (SpG), een Startpakket Actualisering (SpA) en vernieuwing van de gegevensset. alle gemeenten, ca. 500 afnemers. ministerie van BZK, de VNG, BPR, NVVB, vertegenwoordigers afnemers. • Succesvolle (door)start van het project Startpakket GBA als onderdeel van het programma Modernisering GBA. • Oplevering van onder andere een kwartiermakerrapportage en een gedetailleerd projectplan. • Denktank gemeenten opgestart. programmamanagers Paul Doop, Seada van den Herik, www.gba.nl,
[email protected]. Stroomlijning Basisgegevens (juli 2004 - september 2007) Stroomlijning Basisgegevens werkt aan de totstandkoming van een stelsel van basisregistraties. Eenmalige gegevensverstrekking en overheidsbreed hergebruik van deze gegevens staan daarbij centraal. De basisregistraties moeten een samenhangend stelsel gaan vormen, dat in de loop der tijd uitgebreid wordt. bestuurders en ambtelijke top, verantwoordelijke ministeries en afnemers/gebruikers van basisregistraties (overheden en uitvoeringsorganisaties). ministeries van BZK, EZ, VROM, Financiën, SZW en V&W, VNG, Vereniging voor Kamers van Koophandel, BPR, Kadaster, CBP, UWV, RDW. • Actielijn 1, Stimuleren totstandkoming basisregistraties: o.a. overzicht kandidaatbasisregistraties, haalbaarheidsstudie expertteams, werkgroep wetgeving. • Actielijn 2, Vaststellen / verankeren stelselaspecten: o.a. voorbereiding stelselnota t.b.v. Tweede Kamer, start projecten berichtenverkeer / stelselinrichting. • Actielijn 3, Stimuleren gebruik: o.a. voorbereiding ‘handgrepen’ met praktische tips. programmamanager Dirk Jan van der Linden, www. stroomlijningbasisgegevens.nl,
[email protected] Xpin: Expertisebureau Innovatie Beleidsvorming (april 2001 - juli 2005) XPIN is een kenniscentrum voor de publieke sector en is ontstaan uit de behoefte om kennis en ervaring over de gevarieerde praktijk met betrekking tot innovatieve beleidsvorming te bundelen, verbindingen te maken tussen kennis en organisaties en deze kennis te laten stromen naar de gehele overheidsorganisatie. de hele overheid. Secretarissen Generaal van alle departementen. • Eerste Festival der Bestuurskunde in samenwerking met de Vereniging der
27
ICTU Jaaroverzicht 2004
Bestuurskunde georganiseerd. Studiereis naar de Creative Problem Solving Institute. Conferentie over systeemdenken in Boston. Bijeenkomsten ter voorbereiding van het EU-voorzitterschap. Uitgifte van het boek ‘Empowerment’ in opdracht van het ministerie van Economische Zaken. Cultuurcampagne. • Publicatie van een lijst met 500 Topambtenaren. programmamanager Ton van der Wiel, www.xpin.nl,
[email protected]. • • • •
Meer informatie:
28
Kerncijfers 2004 VOORLOPIGE CIJFERS Alle bedragen x € 1.000 Inkomsten Inkomsten programma’s Overige inkomsten Totaal Lasten Personele lasten Directe programma kosten Algemene kosten Afschrijving Totaal Resultaat
Voorzitter bestuur ICTU ‘Meer dan de som der delen’ Siep Eilander ‘We zijn één groot project geworden’ Elektronische dienstverlening ‘Drie keer klikken en klaar is burger Kees’ Arie van Bellen, directeur ECP.NL ‘We moeten geen eilandenrijkjes creëren’ Veiligheid ‘Minder vrijblijvend’ Tom Kok, voorzitter Internet Society ‘Onderwerpen krachtig oppakken’ Administratieve lastenverlichting ‘Minder regels, minder lasten’ Leo Smits, directeur van Het Expertise Centrum ‘Programma’s van ICTU hebben veel gemeen’ Overzicht lopende programma’s Cijfers en organisatie
Op de cover: ‘Meer dan de som der delen’ is de uitleg die de ‘Dikke van Dale’ geeft aan het begrip synergie. Deze titel is gekozen middels een prijsvraag onder ICTU medewerkers. Deze inzending kwam van Ivonne Moeskops. ‘Meer dan de som der delen’ is het overkoepelende thema voor dit jaarverslag. Aan de hand van de drie thema’s elektronische dienstverlening, veiligheid en administratieve lastenverlichting, wil ICTU de samenhang laten zien. Het gekozen beeldmateriaal zal de thema’s versterken. Dit Jaaroverzicht is in zijn geheel terug te vinden op www.ictu.nl. Op deze site kunt u ook meer lezen over alle afzonderlijke programma’s.
27.391 0 27.391
7.923 17.507 1.298 580 27.308 83
Aantallen personen werkzaam bij ICTU op 31 december 2004
Staf Programma’s Totaal
vast
tijdelijk
8 19 27
8 88 96
gedetacheerd uit overheid 1 36 37
extern bedrijfsleven 4 71 75
totaal 21 214 235
Organisatie Bestuur M.M. Frequin L.A.M. van Halder C.J. Kalden R.J. van der Kluit L.H. Kok C. van Tilborg M.H.J. van Wieringen H.J.M. van Zon Wijzinging t.o.v. 2003 : A.R.A. van der Ham is vervangen door: M.A. Ruijs Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Colofon April 2005 Directeur Plv Directeur Secretariaat Controller Juridische Zaken Programma bureau
Siep Eilander Michel Bouten Hanna Kook Josette Paulus-de Kok Rachid Guernaoui Johan van Luttikhuizen
Programma management Architectuur Michel Bouten B@O Matt Poelmans BSN Ineke Ruiter De Haagse Ring Steven Luijtjens DigiD Gerrit Jan van ’t Eind EGEM Ineke Schop eNIK Gerrit Jan van ’t Eind GBA Paul Doop GBO Gerrit Jan van ’t Eind GOVCERT Hedy van der Ende Interwad Piet Feddema IM Academie Mark Vermeulen iPKI Ronald Houtsma KELO Riet van Loon KIBO Gerard Johanns OPN Erik Hup OSOSS Mark Bressers Eprovincies John Kuiperi RYX Vincent Swinkels SBG2 Dirk Jan van der Linden TPA Ton Behre XPIN Ton van der Wiel Waterschapsnet Erik Hup WD Hedy van der Ende
Deelnemers Provincies/IPO Gemeenten/VNG Waterschappen AZ BZK BUZA Def EZ Fin Jus LNV OCW SZW VW VWS VROM Alg. rekenkamer CBP Eerste kamer Kabinet Nat ombudsman RvState Tweede kamer IBG CWI Soc. Verz. Bank UWV RDW
2 2 1 2 17 2 3 5 4 3 4 3 4 3 2 3 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
Uitgave: Stichting ICTU, Postbus 84011, 2508 AA Den Haag. Tel: 070 – 8887777. www.ictu.nl Interviews en artikelen: Pieter van den Brand Redactie: Renée Hoiting, Jasper van Lieshout, Jessica Lodder, Ivonne Moeskops, Coby Nagelhout, Pim Nieuwenburg, Nancy Reijn Fotografie: René P. de Gilde; Verheul en De Geus Communicatie BV Vormgeving en productie: Verheul en De Geus Communicatie BV, Alphen aan den Rijn Druk: Drukkerij De Longte, Dordrecht