JAARGANG 9 - juni 2016
De mens centraal ‘Gewoon lief zijn’
Onzekerheid voor werknemers kolencentrales Gemeenteambtenaren vrijwilliger in de zorg
#2
inhoud
50-plussers ‘De gouden formule is een juiste mix van jong en oud.’ Dat zegt oud-voetballer John de Wolf, ambassadeur ouderenwerkloosheid. Hij houdt werkgevers, zelf vaak 50-plussers, een spiegel voor.
‘Knap onzeker’
22
‘Op termijn zullen alle kolencentrales wel sluiten. Maar vergeten wordt dat het wel om werkgelegenheid van honderden werknemers gaat. Van een constante dreiging word je knap mijn goed rechtin de onzeker.’ Op reportage Wees voorzichtig met kolencentrale op de Maasvlakte. sturen van e-mails
2 Voorpagina: foto Pim Geerts
30
De mens centraal: ‘Gewoon lief zijn’ De postkantoren zijn verdwenen, met de gemeente praat je vaak online en in de gezondheidszorg spelen robots en camera’s een steeds grotere rol. Digitalisering heeft voordelen, maar ook een groot nadeel: waar blijft de persoonlijke aandacht? Een reportage in een ziekenhuis met Menslievende Zorg en een blik in het gemeentehuis.
6-11
Vrijwilligers ‘Als iedereen dat nou eens zou doen, een uurtje wandelen of fietsen met een oudere of hulpbehoevende, dan zou de wereld een stuk mooier zijn.’ Drie gemeenteambtenaren zijn actief als vrijwilliger in de zorg. ‘Het is een verrijking van mijn leven.’
32 3
Carrièreworkshops
Pensioenstelsel op schop Honderden leden bezochten afgelopen weken de pensioenbijeenkomsten van CNV. Door het hele land heen ging alle bonden van het CNV op zes locaties in gesprek over de actuele ontwikkelingen en toekomstplannen voor het pensioenstelsel. In het huidige stelsel zeggen pensioenfondsen met grote mate van zekerheid een pensioen van een bepaalde hoogte toe. Om dit na te komen, moeten de fondsen voldoende geld in kas hebben. De rente, die fondsen krijgen als ze pensioenpremies zo veilig mogelijk zouden onderbrengen, is hiervoor leidend. Verwachte rendementen tellen hiervoor niet. De rente is nu ongekend laag en moet daarom gaan stijgen of pensioenen moeten minder afhankelijk gemaakt worden van rente. Het pensioenstelsel gaat mede daarom ingrijpend op de schop. Op de goedbezochte CNV-bijeenkomsten kwam ook de recente verkenning van de Sociaal Economische Raad (SER) uitgebreid aan bod. De SER, waar de CNV zitting in heeft, schetst hierin meerdere varianten. In een van de scenario’s van de SER bouwen alle deelnemers een eigen pensioenpotje op, maar worden deze potjes wel gezamenlijk belegd. Iedere deelnemer krijgt jaarlijks een indicatie van het pensioen dat met dit potje kan worden bereikt. Een gezamenlijke buffer moet voorkomen dat het te bereiken pensioen teveel gaat verschillen tussen leeftijdsgroepen. Als het heel goed gaat, vloeit een deel van de rendementen in de buffer. Als het heel slecht gaat, worden de persoonlijke potjes vanuit de buffer op peil gehouden. Hiermee worden de pensioenfondsen bevrijd van de knellende rente. In de SER-verkenning heeft het CNV gepleit voor behoud van een sterke collectieve pensioenregeling voor werkenden en gepensioneerden. De verwachting is dat het nieuwe kabinet vanaf 2017 knopen gaat doorhakken. CNV blijft daarom alert en maakt zich bij politieke partijen sterk voor een toekomstbestendige pensioenregeling en voor een realistische rekenrente.
4
Soms heb je de behoefte om eens goed te kijken naar je eigen carrière. Het kan zijn dat dit gedwongen gebeurt (bijvoorbeeld door ontslag), of je wil zelf graag eens kijken wat je eigen mogelijkheden zijn binnen een andere functie, organisatie of zelfs sector. Het CNV organiseert twee carrièreworkshops waarin we kijken naar je wensen, kwaliteiten, mogelijkheden en de vervolgstappen. De carrièreworkshops bestaan uit twee verschillende dagdelen. Het eerste gaat over verleden, heden en toekomst en is een oriëntatie op jezelf en de arbeidsmarkt. Het tweede dagdeel gaat over profileren: opvallen, netwerken en jezelf op de kaart zetten. De workshops zijn bedoeld voor iedereen die werkzaam is in de sectoren Zorg & Welzijn, Overheid & Publieke Diensten en Onderwijs. De datum van de workshops is bij het ter perse gaan van dit nummer nog niet bepaald. Neem voor actuele informatie contact op met 030 751 17 47 of
[email protected]. Kijk voor meer info over bijvoorbeeld de kosten ook op www.mijnvakbond.nl/ Carriereworkshops.
Het Huis voor Klokkenluiders De wet Huis voor Klokkenluiders zal 1 juli in werking treden. Deze wet verbetert de meldmogelijkheden voor klokkenluiders. Klokkenluiders worden ook beter beschermd tegen benadeling met deze nieuwe wet. Iedereen die via het werk te maken krijgt met een misstand van maatschappelijk belang, kan vanaf 1 juli advies en ondersteuning vragen aan het Huis. Dit advies is gratis en vertrouwelijk. Het Huis kan ook onderzoek doen naar de vermoede misstand. Ook zal het Huis onderzoek kunnen doen naar de wijze waarop de werkgever zich tegenover de melder heeft gedragen. Vanaf 1 juli moeten alle organisaties met vijftig of meer werknemers een (aangepaste) interne meldregeling hebben. De ondernemingsraad heeft instemmingsrecht op de interne meldregeling. Tot die tijd biedt het Adviespunt Klokkenluiders advies en ondersteuning aan melders van misstanden. Het Adviespunt is te bereiken op
[email protected] of telefonisch op 070 722 24 00. Meer informatie over het Adviespunt staan op de website: www.adviespuntklokkenluiders.nl.
Onderzoek toont grote verschillen tussen werknemers en zzp’ers Dat er verschillen zijn tussen werknemers en zzp’ers is natuurlijk een vaststaand feit, maar wat is de werkbeleving van deze beide groepen? TNO en CBS hebben recent een grootschalig, vergelijkend onderzoek verricht naar de duurzame inzetbaarheid van zelfstandig ondernemers en werknemers. Het onderzoek is gedaan onder bijna vijfduizend zelfstandigen zonder personeel en een kleine 38 duizend werknemers. Zzp’ers werken doorgaans zo’n 36 per week, werknemers 30. Wel zeggen zzp’ers minder last te hebben van werkdruk en burn-outklachten dan werknemers. Ook willen ze later met pensioen dan werknemers. Wel voelen zelfstandig ondernemers zich vaker fysiek zwaar belast. Ruim 7 procent voelt zich ten minste enkele keren per maand opgebrand door het werk. Onder werknemers is dat ruim twee keer zo veel. Het inkomen van zzp’ers wordt, in tegenstelling tot dat van werknemers, niet beschermd door een cao. Daardoor liggen de inkomens bij de meeste zzp’ers flink lager. ‘Bij hen heeft het inkomen geen bodem’, aldus CNVvoorzitter Maurice Limmen. Veel zelfstandigen zijn niet verzekerd en bouwen geen pensioen op. Er vindt concurrentie plaats op loonkosten tussen werknemers en zzp’ers. Dat moet in cao’s worden verholpen. ‘Willen we een redelijk inkomen behouden voor alle werkenden, dan zul je in cao’s afspraken moeten maken over de tarieven van zzp’ers.’
5
(Foto’s: Pim Geerts)
Zet de mens centraal: ‘gewoon lief zijn’
6
De postkantoren zijn verdwenen, met de gemeente praat je vaak online en in de gezondheidszorg moeten robots en camera’s in de toekomst een grote rol gaan spelen. De digitalisering neemt al jaren toe, vaak met voordelen, maar ook met een groot nadeel: persoonlijke aandacht verdwijnt steeds meer. Dat terwijl die overal van waarde kan zijn. In het openbaar vervoer, de ambtenarij, tegenover leerlingen en in de gezondheidszorg. Rita Arts is programmaleider van Menslievende Zorg in het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg en heeft de afgelopen jaren geprobeerd de patiënt weer centraal te stellen. Want, zo staat op de toegangsdeuren van het ziekenhuis te lezen: Waar de mens telt, bloeit een bed vol rozen. Tekst: Hein Bosman
Aandacht is een populair thema, zelfs landelijke opticienketens gebruiken het als marketingmiddel. Is het dat bij het ziekenhuis ook niet, marketing? Met een slogan als Lief Ziekenhuis… Voor een deel, natuurlijk wil het ziekenhuis graag goed te boek staan bij de buitenwereld, maar het is meer dan dat. Het programma is serieus aangepakt. Vijf jaar lang liepen onderzoekers van onder andere de Universiteit Tilburg mee om te bekij-
ken hoe zorg verleend wordt, waar het beter kan en hoe. Een van de methodes: het schaduwen van patiënten. Vanaf het eerste moment dat ze binnenkomen in de wachtkamer van de spoedeisende hulp tot aan het moment dat ze weer naar huis konden. Daaruit bleek wat patiënten zoal bezighoudt als ze in een ziekenhuis zijn: ze zijn bezorgd, angstig, weten niet wat er van ze verwacht wordt, moeten thuis nog dingen regelen. En dan is het niet fijn wanneer je als nummer behandeld wordt. Kleine dingen Het kunnen kleine dingen zijn waardoor een patiënt dat vervelende gevoel niet meer krijgt. Rita Arts, programmaleider Menslievende Zorg: ‘Laat als dokter bij een slechtnieuwsgesprek je pieper even buiten de kamer. We zetten hier elke dag dezelfde schoonmakers op dezelfde afdeling. Dat is fijner voor de patiënt. En neem
de afdelingsassistent, patiënten vertellen hem nog het meest. Soms geeft hij de tip om zoiets toch maar met de arts te bespreken, of stapt hij zelf naar een verpleegkundige toe, mocht dat echt nodig zijn.’ In een beleidsstuk, doorgaans droog van stof, stond een deel over patiëntgericht verplegen. Een term die bij meer ziekenhuizen voorkomt. Maar erachter had een bestuurder tussen haakjes geschreven: gewoon lief zijn. Daaruit kwam het programma Menslievende Zorg voort, en de slogan Lief Ziekenhuis. In het begin was er veel kritiek op. ‘Mensen kregen er uitslag van’, zegt Arts. ‘In de eerste bijeenkomsten werd er erg kritisch, soms cynisch en gekscherend op gereageerd. Al snel werd duidelijk waar het om draait: de patiënt, de mens.’ Kinderen De ramen van de oude kinderafdeling zijn volgeklad met de sneeuwpop uit de Disneyfilm Frozen en teddyberen met hartjes. De patiëntjes mochten zich tijdens hun verblijf creatief uitleven. Nu de verbouwing begint, wordt er nog meer van de kinderen gevraagd, namelijk: Hoe willen jullie dat de nieuwe afdeling eruit komt te zien? Twee studenten enquêteren kinderen over hun wensen. ‘Dat ge-
Veranderen Een van de zaken die onderzocht is rond het programma Menslievende Zorg is het veranderproces, of wel: hoe lukt het om al die goede voornemens echt te verwezenlijken? Dat gaat niet vanzelf. Het kost tijd en vraagt traagheid om het samen eens te worden over een nieuw perspectief, schrijven onderzoekers in het boek De patiënt terug van weggeweest. Dat boek bevat meerdere onderzoeken die in het ziekenhuis zijn gedaan tijdens het programma. ‘Opleggen en implementeren helpen niet. Honoreren van eigen initiatief, onderzoek en dialoog helpen wel en stimuleren het (zelf)vertrouwen.’
beurt eigenlijk nooit,’ zegt Rian Huijsmans, praktijkopleider van de afdeling. ‘We hebben nu een kleine dertig wensen verzameld die de kinderen op belangrijkheid moeten ordenen.’ Volgens Huijsmans moet door personeel van het ziekenhuis niet zomaar uitgegaan worden van het eigen gelijk. ‘Kijk en luister goed naar de patiënt. Naast feiten is er ook zoiets als gevoel. Hoe iemand behandeld wordt, is hoe men zich het ziekenhuisverblijf herinnert.’ Huijsmans haalt zich het moment voor de geest dat de operatie van een kind niet door kon gaan omdat het verkouden was. De moeder bleef herhalen hoe vervelend ze dat vond. ‘Toen dacht ik aan de liefdevolle zorg die we willen bie-
Rita Arts: ‘Zorg wordt pas echt goed als er sprake is van persoonlijk contact.’ 7
Knuffelverbod Begin dit jaar nuanceerde de Inspectie voor de Gezondheidszorg een eerdere uitspraak dat “iedere vorm van aanraking tussen zorgverlener en patiënt verdergaand dan een handdruk” uit den boze is. Dit naar aanleiding van een tuchtzaak. ‘Het is niet zo dat er geen enkele vorm van aanraking is toegestaan. Maar met name bij psychiatrische patiënten moeten zorgverleners waken voor grensoverschrijdend gedrag en dan kan een aanraking in de ogen van de patiënt wel een probleem zijn.’ Medisch ethicus Marian Verkerk, hoogleraar van het UMCG, zei erover in Dagblad van het Noorden: ‘De zorg wordt steeds meer geprotocolleerd en de Inspectie controleert hoe handelingen geregistreerd worden. Daarmee dreigt de relatie tussen zorgverlener en patiënt een blinde vlek te worden.’ den en vroeg ik waarom ze het eigenlijk zo vervelend vond. Bleek dat ze thuis in een heel lastige periode zat, wat de situatie een stuk moeilijker maakte. Ze wilde graag invloed op de nieuwe operatiedatum. Dat is niet gangbaar, maar zo moet je niet denken. Uiteindelijk is het gelukt en daar word je zelf ook blij van.’
(Foto’s: Pim Geerts)
Distantie
8
Verreweg het grootste deel van de klachten van patiënten gaat over hoe er met ze gecommuniceerd wordt. Tijdens haar opleiding in de jaren ’80 en ’90 heeft programmaleider Rita Arts geleerd over de professionele distantie tot de patiënt, zorgprofessionals moesten een bepaalde af-
stand houden. Daarna is er jarenlang veel aandacht geweest voor efficiency, standaardisering en het meetbaar maken van de resultaten. ‘Kookboekgeneeskunde wordt dat ook wel genoemd. Maar zorg wordt pas echt goed als er sprake is van persoonlijk contact. Als wij iemand een nieuwe heup geven, staan daar een ziekenhuisverblijf van drie of maximaal vier dagen voor. Maar wat nou als die patiënt ook reuma heeft, zijn vrouw net is overleden, zijn kinderen niet in de buurt wonen en hij driehoog achter woont zonder lift. Die patiënt kun je niet zomaar naar huis sturen. Ieder mens is uniek, er zijn zaken die niet in een protocol passen. Nu zijn mensen hier soms langer, ja. Uiteindelijk zijn we allemaal begonnen aan dit mooie vak omdat we voor mensen wilden zorgen.’ Ook in andere sectoren kan meer aandacht goed werken. Arts: ‘Mijn
man is leraar en die geeft bij binnenkomst iedere leerling een hand en kijkt ze in de ogen. Ik hoor hem nooit over ordeproblemen.’ Arts heeft ook buiten de zorg presentaties gegeven over de werkwijze. ‘Ik ben bijvoorbeeld bij de Rabobank geweest en heb managers verteld wat bij hun de waarde kan zijn. Het is eigenlijk simpel: herinner je waarom je begonnen bent iets te doen. Ga via kleine stappen terug naar die basis.’ Extra bed Op de afdeling Orthopedie vertelt Wendy van Limpt over een man met een gebroken nek die ontzettend graag de afscheidsmusical van zijn zoon in groep 8 wilde meemaken. ‘We hebben met ict overlegd of we een Skype-verbinding konden maken. Uiteindelijk hebben we een wensambulance geregeld zodat hij alsnog kon gaan. Ik krijg nog kippenvel als ik denk aan hoe dankbaar hij was.’ De angst
die mensen vaak hebben als ze in een ziekenhuis liggen, wordt volgens Van Limpt minder door de persoonlijke aandacht. Daardoor verloopt de opname soepeler en al te veel extra tijd zijn ze er niet aan kwijt. Van Limpt loopt naar een kamer waar meneer Bongers ligt, hij heeft een infectie aan zijn heupprothese. Zijn vrouw is er ook. Ze heeft een eigen bed gekregen naast haar man. Met een complexe beenbreuk kon ze het thuis moeilijk alleen redden. Ze was bezig met een traject via de verzekeraar en gemeente om iets voor elkaar te krijgen, het ziekenhuis regelde het sneller. Mevrouw Bongers hoeft er niets voor te betalen, ze staat er zelf wel op dat ze voor het eten betaalt. ‘Een echt bed heb ik hier, geen stretcher hè.’ Om vier uur komen de bitterballen voor meneer Bongers, hij heeft prote-
Relationele zorg Klaartje Klaver promoveerde april dit jaar met haar onderzoek naar aandacht in de zorg, in specifiek het ETZ, locatie Elisabeth. Aandacht leren is vooral dingen afleren, stelt ze. ‘Soms wordt gedacht dat aandacht hebben hetzelfde is als communiceren, maar dat is niet waar. Belangstelling veinzen is geen belangstelling. Goede aandacht zoals oplettendheid en belangstelling vergen een zekere authenticiteit. Het gaat erom open te zijn, dingen af te leren, ruimte te maken en dan te zien wat er komt. Wanneer een zorgverlener zich als mens laat zien, voelt de patiënt zich gemakkelijker uitgenodigd dat ook te doen.’
ïne nodig vanwege zijn aandoening en dat zit in de snacks. Weer eens wat anders. De koks die in het ziekenhuis de maaltijden bereiden, praten eens per maand met patiënten om te zien hoe het eten bevalt. Hart en ziel Het ziekenhuis heeft een boek laten maken vol interviews met patiënten over de verleende zorg. Ze mogen ook aanbevelingen doen. Dat gebeurt zonder schroom. ‘Voorlichting kan iets beter’, ‘oppassen bij overdracht patiënt’, ‘luister naar de patiënt en handel daarna en geef feedback’, ‘let goed op hoe je dingen zegt’, ‘maak het minder kil’, ‘werk met hart en ziel’. Bijna allemaal punten die in het programma Menslievende Zorg naar voren komen, maar die ook buiten de zorg, in de rest van de samenleving, om aandacht vragen.
{ Gedicht in ziekenhuis }
LIEF Recht mijn rug En klop mijn schouder Hou mijn hart vast Voel mij vief Medeleef me En omarm me Heb mijn lijf en leden lief
Robots Suzanne Kruizinga, voorzitter CNV Zorg & Welzijn, is afgereisd naar Japan onder andere om erachter te komen wat de invloed van ict en robots is op de werknemer. Wat doet het met de inhoud van het werk? Zorgt het voor verdringing van arbeidsplaatsen? Kruizinga: ‘Voorlopig hoeven we niet bang te zijn voor de invloed van ict en robots in de zorg. Sterker nog, in Japan werd zichtbaar dat deze middelen steeds weer ingezet worden om de medewerker te ondersteunen in plaats van te vervangen. Dit met de gedachte de mens centraal. Vanuit deze filosofie werd er in de zorg bijvoorbeeld ook bijna geen gebruik gemaakt van tilliften. De gedachte hierachter was dat hierdoor het contact met de patiënt verloren gaat. Men tilt dus liever samen met een aantal collega’s dan dat er een apparaat gebruikt wordt. Ict en robotica worden ook niet gezien als de oplossing voor het tekort op de arbeidsmarkt, maar men hoopt hierdoor wel in de toekomst efficiënter te kunnen werken.’ 9
Persoonlijke ambtenaar blijft nodig in digitale wereld Op de gemeentehuizen vindt een stille revolutie plaats. Steeds meer balies en loketten maken plaats voor automaten en machines. De rol en functie van gemeenten verandert in rap tempo. Computers en burgers nemen het werk van ambtenaren over. Wordt de dienstverlening daardoor onpersoonlijker of krijgen ambtenaren juist meer tijd om zich met mensen bezig te houden? Tekst: Martin Schutrups
Wie eens in de zoveel jaar het gemeentehuis binnenstapt om een paspoort of rijbewijs te verlengen, herkent nog weinig van de drukte van weleer. Lange wachtrijen en balies met drukbezette medewerkers en ratelende apparaten heb-
10
ben plaatsgemaakt voor een overzichtelijke ontvangsthal met nauwelijks zichtbare ambtenaren. De digitalisering heeft zijn werk gedaan. Was het nummertjesapparaat dat aangaf hoeveel mensen nog aan jou voorafgingen lange tijd de enige vorm van automatisme, tegenwoordig lijken computers en apps de afdeling burgerzaken bijna te hebben overgenomen. Dakkapel Het stadhuis is vaak nog de enige instelling waar mensen ‘live’ in contact komen met de overheid. In de toekomst zal het aantal bezoeken aan de lokale overheid nog verder afnemen. Een aantal gemeenten, waaronder Amsterdam, onderzoeken of supercomputers van IBM telefonische vragen kun-
nen afhandelen. Het aangeven van overlijden of geboorte kan vaak digitaal, een vergunning voor de dakkapel aanvragen gebeurt via de gemeentelijke website en een stel dat in ondertrouw gaat, hoeft zich niet meer persoonlijk te melden bij de burgerlijke stand. Jan Smit doet namens het A+O-fonds Gemeenten onderzoek naar de digitalisering. ‘Gemeenten moeten zich instellen op een veranderende samenleving’, zegt Smit. ‘De burger neemt zelf initiatief en regelt met technische hulpmiddelen zijn zaken.’ Ingrijpende gevolgen De automatisering bij de 390 Nederlandse gemeenten staat niet op zichzelf. Bij banken, reisbureaus en verzekeringsinstellingen zijn
Moeite met digitalisering Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen toonde zich onlangs bezorgd over de digitalisering. Niet vanwege de werkgelegenheid, maar voor mensen die moeite hebben met de digitalisering. Bijvoorbeeld ouderen die digitaal niet vaardig zijn en daardoor tussen wal en schip dreigen te vallen. Ook kunnen dingen in digitale systemen fout gaan, zoals identiteitsfraude en gegevens die niet kloppen of niet goed gekoppeld zijn. Zo zou de Belastingdienst volgens Van Zutphen moeten zorgen voor een hulptraject bij de digitalisering. De mogelijkheid van berichten op papier zou moeten blijven bestaan. tienduizenden banen verdampt door de digitalisering. Burgers zijn via internet het werk zelf gaan doen. Internetbankieren, verzekeringen afsluiten en reizen boeken: wie doet het niet? Het is logisch dat bij gemeenten deze ‘self service’ toeneemt. ‘Bovendien is door de decentralisaties van rijkstaken meer werk op gemeenten afgekomen. Dat versnelt de noodzaak tot digitaliseren’, weet Smit. Bij de aanvraag van een paspoort of rijbewijs is er nog fysiek contact nodig om de identiteit van de aanvrager vast te tellen. Een aantal gemeenten bezorgt wel de paspoorten, waardoor je niet twee maar slechts een keer naar het gemeentehuis hoeft. De burger moet nog wel zelf naar het loket om het paspoort aan te vragen.
De gemeente levert het document vervolgens verzegeld af bij een bezorgbedrijf, dat een afspraak maakt voor de bezorging. Dit vindt plaats in een tijdvak van twee uur. De bezorger opent de verzegeling, controleert de identiteit en vraagt om een handtekening. De burger betaalt vervolgens per pin of contant de bezorgkosten. Voor gemeenteambtenaren heeft deze digitalisering ingrijpende gevolgen. Het werk verandert. Volgens de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB) is 70 procent van de aanvragen routinematig. Administratieve handelingen zijn overgenomen door computers. Uit onderzoek van het A+O-fonds Gemeenten, het opleidingsfonds voor 160.000 gemeenteambtenaren, blijkt dat er meer behoefte is aan hoger opgeleid en gespecialiseerd personeel. Omscholing en bijscholing, uiteraard richting ict, is een belangrijk advies. Kans Oud-ambtenaar Davied van Berlo, oprichter van Ambtenaar 2.0 en adviseur netwerksamenleving: ‘Ict-nerd worden lijkt een veilige optie, maar is misschien niet voor iedereen haalbaar.’ Volgens hem kan de ambtenaar daardoor juist meerwaarde toevoegen aan de samenleving. ‘De ambtenaar achter de balie wordt zo relatiebeheerder, contactpersoon en het gezicht van de overheid.’ Gemeenten moeten het zowel digitaal als in het menselijk contact uitstekend doen. Door digita-
lisering krijgen gemeenten meer aandacht voor burgers. Ook voor controles en handhaving ontstaat meer tijd. Smit: ‘Computers en robots kunnen namelijk niet omgaan met emoties. Wat als de burger cynisch is of boos wordt? Empathie blijft noodzakelijk.’ Voor gevallen waar de computer geen raad mee weet of die niet in de formulieren passen, daar rest nog altijd de persoonlijke aanpak van de ambtenaar. Van Berlo ziet daarom in de digitalisering ook een kans. ‘Als de saaie taken worden gedaan door computers, robots en algoritmen, dan blijft het interessante werk over. Dan kunnen ambtenaren zich richten op het verder helpen van mensen en verbeteren van de samenleving.’
Meer weten Het A+O-fonds verkent de verdergaande digitalisering, nieuwe technologieën en de gevolgen hiervan voor dienstverlening, organisatie en het werk bij gemeenten. In het najaar verschijnt, in samenwerking met de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB), een onderzoek. Kijk op www.aeno.nl/ digitalisering voor meer informatie. Ook de Sociaal Economische Raad (SER), waar het CNV zitting in heeft, doet onderzoek naar de gevolgen van robotisering, automatisering en digitalisering voor de arbeidsmarkt en economie. Het advies van de SER wordt deze zomer verwacht. Zie www.ser.nl
11
Voel je zekerder bij het OR-werk Trainingen Als je in de OR zit, wil je een serieuze en professionele gesprekspartner zijn: voor de andere OR-leden, voor je achterban en voor de bestuurder volgens de WOR. CNV Connectief Academie kan je hierbij helpen. Je kunt verschillende trainingen volgen of kiezen voor het OR Partnerschap met de Academie.
Rob Overmars is trainer en adviseur bij CNV Connectief Academie en verzorgt trainingen voor ondernemingsraden. ‘Veel OR’en beginnen met de basiscursus, waarin wordt verteld over de rol van de OR en de rechten en plichten. We kunnen ook scholing op maat aanbieden, over het onderwerp dat jouw OR belangrijk vindt. Populair zijn onder meer het beoordelen van beleid en het omgaan met de achterban. Of onderhandelen, want hoe doe je dat nu eigenlijk? En hoe stel je een werkplan op als ondernemingsraad? Uitleg over financiën is ook gewild. Hoe lees je een begroting of jaarrekening? Een OR kan ook kiezen voor een OR Partnerschap. Je krijgt dan een vaste contactpersoon bij CNV Connectief en hebt recht op een aantal uren dienstverlening per jaar, die je naar eigen behoefte kunt invullen. Tijd die je bijvoorbeeld kunt gebruiken voor scholing of overleggen met je contactpersoon.’
12
Waar moet de OR op letten? Wat wil je als OR bereiken? Hoe kun je ervoor zorgen dat de OR zijn tijd efficiënt gebruikt? Wat zijn de rechten en plichten van de OR? Dit kan CNV Connectief Academie je allemaal leren. Samen met jou wordt er gekeken naar jouw persoonlijke behoefte, of die van de OR als geheel. We maken dan een of meerdere trainingen op maat. Voor meer informatie, bel 030 751 17 85 of stuur een e-mail naar
[email protected]. Hier kun je ook jouw OR aanmelden voor het OR Partnerschap. Wil je onze gratis OR nieuwsbrief ontvangen? Stuur een email naar
[email protected]
(Foto: Pim Geerts)
column
successen vieren we! Den Haag, donderdag 19 mei: staatssecretaris Van Rijn krijgt van parlementariërs de opdracht met CNV Zorg & Welzijn te gaan praten. Hij krijgt vragen als: ‘Weet u dat volgens het CNV thuiszorgmedewerkers 20 procent minder verdienen?’, ‘Kent u het banenplan van het CNV?‘, ‘Weet u al van de pilots van het CNV?’, ‘Wist u al dat ontslagen TSNmedewerkers geen eerlijke keuze hebben als zij een nieuw contract krijgen aangeboden?’ CNV Zorg & Welzijn kiest voor de weg van blijvende oplossingen en dat vraagt om een lange adem, goede contacten en invloed. Ik ben daarom erg blij dat ons geluid in de Tweede Kamer zo goed doorkomt. Dankzij de vereniging, de beroepsgroep en werkorganisatie! Als vakvereniging kunnen we niet zonder signalen en voorbeelden uit de praktijk. Dankzij ons meldpunt
[email protected] kwamen veel meldingen over flutcontracten binnen. Het is zaak dit op de juiste plek aan te kaarten en juridische begeleiding te geven waar mogelijk. Bijvoorbeeld door publiciteit in De Telegraaf, AD en Goedemorgen Nederland en met telefoontjes en brieven aan Kamerleden. Steeds door concreet het probleem te benoemen, maar ook de oplossingsrichting aan te geven. Dat is gelukt! Ja, dan ben ik trots. Trots op onze leden en op onze mensen van de werkorganisatie die dus in staat zijn om echt het verschil te maken en successen te boeken, waardoor wij als vakbond een serieuze partner zijn voor de politiek, gemeenten en werkgevers. Maar we zijn er nog niet. Onze ideeën slaan aan, maar we hebben u heel hard nodig om invulling te geven aan die ideeën. Successen vieren we, maar daarna gaan we weer hard aan het werk. Suzanne Kruizinga Voorzitter CNV Zorg & Welzijn
13
[ advertentie ]
AOV UMC Het is fijn als er ook voor jou wordt gezorgd!
VIA UMC
27% 90.1611.16
KORTING
Jij zorgt altijd voor anderen. Thuis, op je werk en dat doe je met hart en ziel. Maar wat als jij eens uitvalt? Wie zorgt er dan voor jou? Als jij langdurig uit de running bent, heeft dat veel impact. Ook op je inkomen. Daarom is er de AOV umc. Dé arbeidsongeschiktheidsverzekering speciaal voor alle medewerkers van universitaire medische centra. Nu regelen, voor altijd een zorg minder. Ga naar www.loyalis.nl/aov-umc
mijn verhaal
‘sterker als lid van de bond’
Functie
‘Ik was tot voor kort voedingsassistente in De Losserhof in Losser, een instelling van de Twentse Zorgcentra voor geestelijk gehandicapten. Mijn taak was om ervoor te zorgen dat de bewoners afgewogen maaltijden kregen, rekening houdend met hun dieetbehoeften: niet te zout, niet te zoet en vooral niet te veel.’ Leuk aan mijn werk ‘Dat ik wist dat de bewoners een lekkere, uitgebalanceerde maaltijd voorgeschoteld kregen. De lach op hun gezicht, zeker als bami of nasi op het menu stond, was mijn beloning. Maar vis, puree en worteltjes vonden ze ook lekker hoor.’ Reden om lid te worden ‘De maaltijden worden sinds kort verzorgd door Huuskes (een landelijk opererend bedrijf dat verse maaltijden aan ziekenhuizen en zorgcentra levert, red.) Daardoor was ik boventallig. We dachten dat we, zeker als het ging om mobiliteit, sterker stonden als lid van een vakbond.’ Verwachtingen van de bond ‘Met hulp van CNV Zorg & Welzijn werk ik nu in de dagbesteding van een van de instellingen van de Twentse Zorcentra. Het is een ervaringsplek. Ik had wel het diploma, maar dit werk had ik nog nooit gedaan. De bedoeling is dat ik leer de bewoners een zinvolle invulling aan hun dag te geven.’ Buiten mijn werk
Foto: Pim Geerts
Claudia Riesewijk (45), lid sinds 1 april 2016
‘Ik ga graag met mijn twee honden naar buiten. Verder hou ik van wandelen, koken en films kijken. Heel gewoon eigenlijk.’
Tekst: Peter Magnée
15
sectornieuws
Meldpunt contracten thuiszorg bevestigt misbruik Veel medewerkers in de thuiszorg hebben na hun ontslag een verslechterd contract aangeboden gekregen. Dat blijkt uit meldingen op het door CNV Zorg & Welzijn geopende meldpunt
[email protected]. Voor een aantal bleek het aanleiding om als huishoudelijke hulp te stoppen, anderen accepteerden de slechte arbeidsvoorwaarden om niet in de WW te belanden. Het voelt vooral als een gebrek aan waardering voor het werk dat is verzet. Door de opgestuurde contracten ontstaat een helder, maar schokkend beeld van de arbeidsvoorwaarden waaronder ontslagen medewerkers van onder meer TSN-Thuiszorg nu voor andere zorgaanbieders moeten werken. Dit patroon is zichtbaar in alle delen van Nederland en opvallend is het grote aantal kleine zorgaanbieders die de medewerkers in dienst hebben genomen. Opvallend is de angst onder de medewerkers dat hun naam of situatie bekend wordt bij hun werkgever. CNV Zorg & Welzijn luidt de noodklok bij de politiek. Voorzitter Suzanne Kruizinga: ‘Wij hebben gedaan wat we konden. Er ligt een keurige cao die algemeen verbindend is verklaard, we hebben meegewerkt aan de code verantwoordelijk marktgedrag in de thuisondersteuning, we hebben gepleit voor een keurmerk, maar als zorgondernemers zich daar niet aan houden zet de race naar de bodem onverkort door over de rug van kwetsbare werknemers. Dit is ontoelaatbaar en daarom vragen wij de politiek verantwoordelijkheid te nemen.’
Angst om fouten te maken bij Beweging 3.0 Werkdruk en personele tekorten binnen zorginstelling Beweging 3.0 veroorzaakten angst om fouten te maken, vertelden leden van CNV Zorg & Welzijn aan bestuurder Karin Kasper. Het leidde per 1 juni tot het vertrek van bestuurder Marlijn Lenselink. Alle gaten in de personele bezetting werden opgevuld door het maken van extra uren of het inzetten van flexwerkers of uitzendkrachten. En als de bezetting echt niet meer kon worden ingevuld, werd er een peloton vrijwilligers ingezet. Dit bleek in het Pinksterweekend het geval te zijn bij woonzorgcentrum Nijenstede in Amersfoort. Maar zolang het goed bleef gaan, er geen ongelukken gebeurden, de medewerkers zich toch wel bleven inspannen en de Inspectie buiten de deur bleef was er niets aan de hand, leek het motto bij Beweging 3.0. Leden van CNV Zorg & Welzijn vroegen zich af of ze verantwoordelijk zouden zijn als er fouten gemaakt werden. Ze moesten zó veel in zó weinig tijd doen en soms ging het maar net goed. Als ze het probleem aankaartten werden ze van het kastje naar de muur gestuurd en gaven ze het uiteindelijk maar op. Gelukkig vonden er een aantal de weg naar de vakbond.
16
De angst en intimidatie onder het personeel van Zorggroep Charim (vestigingen in Veenendaal, Woudenberg en Zeis) is grotendeels terug te voeren op voorzitter en enig lid van de raad van bestuur Henk Prins. Adviesbureau Basis & Beleid, vakbond CNV Zorg & Welzijn en een ex-werknemer wijzen naar de raad van bestuur, gevormd door Prins, als hoofdschuldige voor de verziekte cultuur. Het adviesbureau presenteerde onlangs een onderzoek naar misstanden binnen Charim. De conclusie van het onderzoek, uitgevoerd op aandrang van bond en ondernemingsraad, was spijkerhard. Binnen een aantal teams is sprake van intimiderend gedrag door leidinggevenden. Bestuurder Karin Kasper van CNV Zorg & Welzijn noemt het zorgelijk dat op veel plekken binnen Charim sprake is van sociale onveiligheid. Medewerkers moeten volgens haar kunnen werken in een fijne omgeving. ‘In het middenkader en hoger management is sociale onveiligheid in de aansturing, waardoor er in situaties en bepaalde verhoudingen sprake is van angst en intimidatie. Wij willen hier iets aan doen.’
VKW gefuseerd met Kerk & Ideëel De Vereniging Kerkelijk Werkers (VKW) is per 1 januari onderdeel geworden van de sectorgroep Kerk & Ideëel binnen de sector Zorg & Welzijn van CNV Connectief. Dit betekent voor de leden van vroegere VKW uitbreiding van het aanbod van diensten en producten, zoals een volledige rechtsbijstandsverzekering en toegang tot meerdere seminaries en workshops. De fusie zal aan de individuele en collectieve belangenbehartiging van de leden een grote bijdrage leveren. Dit alles met als doel verdere professionalisering van de beroepsgroep en haar werkers, met behoud van eigenheid en identiteit.
sectornieuws
Oorzaak bekend van angst en intimidatie bij zorggroep Charim
Impuls kinderopvang door akkoord innovatie en kwaliteit Vijf partijen uit de kinderopvang hebben met minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het akkoord Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang ondertekend. CNV Zorg & Welzijn, BOink, Brancheorganisatie kinderopvang, FNV en MOgroep zien dit als een kwaliteitsimpuls waarvan kinderen, ouders en arbeidsmarkt en de maatschappij profiteren. Suzanne Kruizinga, voorzitter CNV Zorg & Welzijn is blij met het akkoord. ‘Dankzij dit akkoord zijn er in de kinderopvang meer beroepskrachten per kind. Dat betekent minder
werkdruk voor medewerkers en meer tijd voor pedagogisch medewerkers om aandacht aan kinderen te besteden. Een grote wens van ons gaat ook in vervulling, omdat alle medewerkers recht op coaching en scholing krijgen.’ Deze extra investering erkent het belang van kinderopvang voor de samenleving en voor de ontwikkeling van kinderen en de arbeidsparticipatie van hun ouders. Het is
een beloning voor betrokken partijen na hun jarenlange inzet om de eerdere bezuinigingen terug te draaien.
17
MET
Hart
&ZIEL
Foto: Pim Geerts
Karen van der Horst (40) werkt sinds 2009 als paraveterinair dierenartsassistent in het Dierenziekenhuis in Drachten, net als vijf andere collega’s en drie dierenartsen. Het is een bijzondere praktijk, want naast honden, katten en andere wollige huisdieren worden er ook vogels en reptielen behandeld. ‘Ik ben allround inzetbaar, zit achter de balie om de telefoon op te nemen en mensen te adviseren en doe aan dierenverzorging. Daar hoort bijvoorbeeld narcosezorg bij, dan let ik erop dat de dieren goed in slaap zijn tijdens de operatie of bij het maken van een MRI. Verder help ik bijvoorbeeld bij keizersnedes, neem ik bloed af en geef ik dieren medicijnen. Ik hou van de afwisseling in mijn werk en vind het fijn dat ik veel verantwoordelijkheid krijg.’ AvdG
18
19
Mijn vragen ZORG & WELZIJN
heb ik recht op een jubileumgratificatie? Ja, in verschillende cao’s in Zorg & Welzijn staat dat recht. In de gehandicaptenzorg, verpleeg- en verzorgingshuizen, thuiszorg en ziekenhuizen krijg je bij een 12,5-jarig jubileum een kwart maandsalaris, bij 25 jaar dienst een half maandsalaris en bij 40 jaar een heel bruto maandsalaris. Als je dienstverband stopt bij het bereiken van je AOW-leeftijd, krijg je de helft van je bruto maandsalaris.
Ik heb gesolliciteerd en een nieuwe baan gevonden. Als ik nu van een vast naar tijdelijk contract ga, kan dat gevolgen hebben voor de WW als ik word ontslagen in mijn proeftijd? Eerst wordt gekeken of je verwijtbaar werkloos bent. Als dat zo is, heb je geen recht op een WW-uitkering. Dan gaat het UWV onderzoeken of je misschien een benadelingshandeling hebt gepleegd. Twee punten zijn belangrijk. Duurt je nieuwe contract minstens 26 weken? Is er sprake van positieverbetering? Als dit in beide gevallen zo is, krijg je hoogstwaarschijnlijk geen sanctie opgelegd over het aantal vrije weekenden.
20
mijn vragen
Is Koningsdag altijd een feestdag? Ja, omdat deze dag als zodanig door de overheid als erkende nationale feestdag wordt gezien. Ook kan Koningsdag al automatisch in de cao zijn opgenomen.
Onze medewerkers zitten voor je klaar om jouw vragen te beantwoorden. Je kunt bellen: 030 751 10 48 of mailen
[email protected]. Meer antwoorden op jouw vragen: kijk op www.mijnvakbond.nl/veelgesteldevragen
21
meldkamer Ambulance vreest medische missers door fusie Door bezuinigingen komen de Nederlandse meldkamers straks samen in een landelijke meldkamerorganisatie (LMO). Onderdeel van de fusie is de mogelijke toevoeging van een algemene, multiintake centralist die zowel brandweer, politie én zorgtelefoontjes aan moet kunnen nemen en dan de juiste hulpdiensten inschakelt. Ambulancecentralisten vrezen medische missers. ‘Je kunt niet zomaar iedereen achter zo’n scherm zetten.’ Tekst: Anouk van der Graaf
‘Rustig maar meneer, ik ga u helpen.’ Centralist Tamara van der Vlist spreekt de 112-beller geruststellend toe via haar headset. De voormalig ziekenhuisverpleegkundige zit op de ambulancemeldkamer in Dordrecht, die dit jaar verhuist naar Rotterdam als onderdeel van het LMO-project. In 2020 moet het aantal meldkamers gehalveerd zijn, van 21 naar 10; een veelbesproken verandering die al voor veel discussie heeft gezorgd bij ambulance, brandweer en politie. Want: wat betekent het precies voor alle partijen?
(Foto: Pim Geerts)
Schietpartij
22
Op dit moment komt een telefoontje van een 112-beller nog eerst binnen op de algemene meldka-
de Dordtse ambulancemeldkamer. Hij zegt dat er verwarring is over wat er precies gaat gebeuren. ‘Vooral het idee van de multi-intakecentralist roept vragen op. Je kunt niet zomaar iedereen achter zo’n scherm zetten. Een oorspronkelijke mer in Driebergen. Deze vraagt de politieagent kan geen beller naar de plaats van het onmeldingen van de amgeluk en schakelt hem door naar bulance aannemen, een de juiste regiomeldkamer en de brandweercentralist juiste hulpdienst. Maar deze boidem. Wet- en regelgevenste laag valt straks weg in de ving eisen op dit moment LMO en alle telefoontjes komen een verpleegkundige. De dan meteen binnen in de juiste medisch centralisten die nu in de regiokamer, die de hulptroep beambulancemeldkamer wer‘Er kunnen onnodig doden vallen’ ken hebben praktijkkennis opgedaan, bijvoorbeeld op de ambulance of in het ziekenpaalt. Dat klink efficiënt, maar huis, zoals Tamara. De “grijze” brengt ook problemen mee. Zo centralist moet straks een beetje zorgt ‘Driebergen’ er bijvoorbeeld van alles afweten en dat kan nooit voor dat bij een grote calamiteit goed gaan’, denkt de manager. en extreem veel meldingen hier‘We vrezen medische missers over, zoals bij een schietpartij, door een gebrek aan kennis.’ telefoontjes gefilterd worden en niet allemaal binnenkomen in de ‘Een medisch protocol is niet regiomeldkamers. Dit vertelt Frits Weijschede, medisch manager in genoeg om blunders te voorkomen’
Pilot Daarom komt er in de herfst een pilot, om te testen of het idee van de multi-intakecentralist uitvoerbaar is. Arnold van der Meijden is projectleider multi-intake van Ambulancezorg Nederland. ‘Ik begrijp de zorgen, maar de mono-centralist met uitgebreide medische kennis blijft gewoon bestaan en zal de meer medisch ingewikkelde zaken afhandelen.
Er komt alleen iemand bij die meer gelaagde oproepen kan behandelen. Bij welke casussen precies meer medische kennis nodig is? Dat is inderdaad lastig te bepalen, maar moet blijken uit de pilot.’ Een goede casus voor een multi-centralist noemt hij iemand die met auto en al de sloot inrijdt. ‘Daar moet de brandweer heen om hem eruit te takelen, er is medische zorg nodig van de ambulance en de politie onderzoekt wat er precies is gebeurd.
Na het sturen van de juiste hulptroepen kan de multi-centralist een medische mono-centralist inschakelen voor verdere telefonische begeleiding tot de ambulance er is.’ Weijschede vindt de pilot ‘lariekoek’. ‘Het mag niet in een echte meldkamer getest worden en zal dus in een laboratoriumsituatie plaatsvinden. Hierdoor zullen de uitkomsten bij voorbaat niet veel zeggen. Lijkt mij zonde van geld, tijd en energie.’
23
Medisch jargon Het blijft daarbij een grote verantwoordelijkheid om in te moeten schatten welke hulptroepen nodig zijn. Schakel je bijvoorbeeld een ambulance in, of een traumahelikopter? En specifieke vakkennis is ook van belang bij de
‘Mono-centralist blijft bestaan’ communicatie met professionele zorgverleners, zoals de huisarts, verloskundige en tandarts. Want wat gebeurt er als een huisarts het noodnummer belt en de oorspronkelijke politiecentralist niet begrijpt wat de medische term aneurysma betekent? Volgens Van der Meijden zal het zo ver niet komen, want alle communicatie met professionele zorgverleners blijft volgens hem bij de mono-centralist. ‘Daarbij komt er een multiintakeprotocol dat geschikt is voor zowel wit, blauw én rood met alle vragen die gesteld moeten worden om een goede inschatting te maken van de urgentie van een noodgeval.’ Protocol
Privacywetgeving Met het samengaan van de verschillende meldpunten komt ook de regionale kennis straks in het geding. Door de privacywetgeving in Nederland mogen gps-gegevens van bellers niet vrijgegeven worden. Dat betekent dat de 112-beller eerst moet aangeven waar hij of zij zich bevindt. Zo komt er bij Van der Vlist een telefoontje binnen voor een man die met zijn scootmobiel onder een vrachtwagen is gekomen. De beller heeft het over een brug bij het industrieterrein, maar weet niet welke. Omdat ze de omgeving kent kan Van der Vlist de juiste adresgegevens doorgeven aan de ambulancerijders. Een aantal verschillende regiomeldkamers werkt al in één ruimte, maar is nog niet gefuseerd. Ze zitten nu wel naast elkaar, maar met eigen regio en zelfs een eigen protocol. Van der Meijden: ‘Het volledig samengaan is een kwestie van tijd.’
ste advies is A1. Toch besluit Van der Vlist de nood op te schroeven. Van der Vlist neemt in de meld‘Het klonk alsof de man in shock kamer een telefoontje aan van raakte, dus ik heb een traumaeen getuige van een helikopter laten motorongeluk. Ge- ‘Protocol is zonde van komen’, legt ze decideerd werkt ze geld, tijd en energie’ uit. In Dordrecht de punten op het wordt sinds 2010 scherm voor zich af. ‘Er is een amgebruik gemaakt van ProQA, een bulance onderweg. Bent u bij het succesvol protocolsysteem met slachtoffer?’ Na het stellen van uitgebreide vragen die de medisch alle vragen adviseert het systeem centralist helpt bepalen hoe hoog het urgentieniveau A2, het hoogde nood is voor een ambulance.
24
Een prachtig systeem, maar niet waterdicht, aldus Weijschede. ‘In de praktijk schaalt de centralist de oproep regelmatig hoger in op basis van ervaring en intuïtie. Een medisch protocol is niet genoeg om blunders te voorkomen, laat staan een protocol voor alle disciplines samen. Dit is precies waar de multi-intake centralist de fout in zou kunnen gaan. Er kunnen onnodig doden vallen.’
Jenny is 48 jaar als bij haar een ernstige ziekte wordt geconstateerd. Zij werkt op dat moment 32 uur per week als verzorgende bij een grote zorginstelling in het midden van het land. Na twee jaar van behandelingen en voorzichtige re-integratiepogingen wordt haar een arbeidsongeschiktheidsuitkering op grond van de WIA toegekend. Zij is op dat moment nog onvoldoende hersteld van de kuren die zij heeft ondergaan, maar het UWV voorziet nog wel een herstel in de toekomst. De werkgever van Jenny is eigenrisicodrager voor de uitkering (WGA) die haar is toegekend. Dat betekent niet alleen dat de kosten van de uitkering voor rekening komen van de werkgever, maar ook dat de werkgever verplicht is Jenny te helpen bij het zoeken naar ander werk. Ze krijgt begeleiding van een re-integratiebureau, maar helaas zonder succes. Als de eerste periode van de WGA-uitkering afloopt, de periode waarin Jenny een uitkering ontving ter hoogte van 70 procent van haar oude salaris, vindt op verzoek van de ex-werkgever een herbeoordeling plaats. Hieruit blijkt dat Jenny volgens het UWV niet langer minimaal 35 procent arbeidsongeschikt is, en dus niet langer in aanmerking komt voor een uitkering.
Uitkering kan stoppen Jenny erkent dat haar gezondheid in de achterliggende jaren is verbeterd, maar maakt met behulp van een juridisch adviseur van CNV Connectief toch bezwaar. Samen met haar juridisch adviseur weet ze het UWV ervan te overtuigen dat zij wellicht kan werken, maar zeker niet meer dan 20 uur per week. Ze behoudt haar recht op uitkering, maar wordt zich bewust van het feit dat zij zal moeten proberen ander werk te vinden om ook in de toekomst zelfstandig in haar inkomen te kunnen voorzien. Zij zal immers over twee jaar overgaan naar de vervolguitkering die aanzienlijk lager is. Blijvend afgekeurd voor haar eigen werk als verzorgende, wil
mijn goed recht
Ex-werkgever moet opleidingskosten ex-werknemer betalen
Jenny graag een opleiding tot administratief medewerker volgen om haar kansen op ander werk te vergroten. Omdat ze het niet breed heeft, klopt de juridisch adviseur aan bij de ex-werkgever, die wettelijk nog steeds verantwoordelijk is voor verdere re-integratie. Na lang aandringen betaalt de zorginstelling de kosten van de opleiding. Of Jenny ander werk zal vinden, moet nog blijken, maar zij kan nu tenminste doelgericht aan haar toekomst werken. Wie een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt moet beseffen dat deze uitkering kan stoppen. Alleen mensen die een zogenaamde IVAuitkering genieten, zullen deze in beginsel behouden tot zij de AOWleeftijd bereikt hebben.
OPROEP Ben je ook geholpen door juristen van het CNV en wil je hierover vertellen, stuur dan een mail naar:
[email protected]. Misschien komt jouw verhaal dan in het volgende nummer van MijnVakbond!
25
Waarom
pensioenfondsen
niet indexeren
en wellicht moeten korten
(Foto’s : Pim Geerts)
Pensioenfondsen hebben enorm last van de lage rente. Tegelijk is er kritiek dat de rekenrente voor pensioenfondsen eigenlijk nog kunstmatig hoog wordt gehouden. Het voortdurend niet indexeren (aanpassen aan de loonontwikkeling en inflatie) en mogelijk zelfs korten op de pensioenen, is niet alleen direct voelbaar in de portemonnee van ouderen, ook werkenden wacht bij hun pensionering mogelijk een financiële koude douche. En dat terwijl de pensioenfondsen lijken te zwemmen in het geld. Tekst: Peter Magnée en Philip van Teutem
26
Dat pensioenfondsen nu al ongeruste signalen afgeven dat er volgend jaar mogelijk gekort gaat worden, komt omdat ze de plicht hebben op tijd te waarschuwen. Dat is misschien vreemd als je je realiseert dat bijvoorbeeld ABP een vermogen heeft dat zijn weerga niet kent. Ze zijn nog nooit zo rijk geweest als op dit moment. ‘Maar’, zo legt CNV Connectief-bestuurder Patrick Fey uit, ‘het is allemaal geld waarvan over 80 jaar ook nog de pensioenen moeten worden betaald.’ Die garantie is bij wet geregeld met de zogenaamde dekkingsgraad, die aangeeft of een pensioenfonds ook in de toekomst nog aan zijn verplichtingen kan voldoen. Fey: ‘De mensen die nu premie betalen, en ook hun kleinkinderen, hebben recht op een waardevast pensioen. Tegelijkertijd verlang ik naar minder knellende dekkingsregels. Want korten op de pensioenen, terwijl de fondsen bulken van het geld, stuit op onbegrip bij de gepensioneerden. Dat schaadt het vertrouwen in instituten als ABP en PFZW (Pensioenfonds Zorg en Welzijn), zeker nu het er naar uitziet dat reparatie van de gemiste indexaties nog jaren kan duren. Ouderen merken dat in hun koopkracht. Zij moeten soms rondkomen van een klein pensioen, hebben vaak hogere zorglasten. Er is best begrip dat men minder krijgt dan in perioden van voorspoed, maar we moeten niet eenzijdig de bezuinigingen op hen afwentelen. Dat is de onvrede die gepensioneerden terecht voelen.’
Hoe zit het met de rekenrente van pensioenfondsen? De financiële positie van pensioenfondsen, die bepaalt of ze mogen indexeren of moeten korten, wordt gemeten via de dekkingsgraad. Dat is de verhouding tussen het vermogen en de verplichtingen. De verplichtingen bestaan uit alle huidige en toekomstige uitkeringen die een fonds moet doen. De toekomstige uitkeringen worden met een rekenrente teruggerekend naar een bedrag dat daarvoor nu beschikbaar moet zijn. De hoogte van deze rekenrente heeft een heel grote invloed op de hoogte van dat bedrag. Voor een verplichting van € 1.000,- over 60 jaar moet bij een terugrekenrente van 3 procent nu € 170,- beschikbaar zijn. Bij een rente van 1,5 procent is dat € 410,-, bijna tweeënhalf keer zoveel. Pensioenfondsen moeten de toekomstige uitkeringen terugrekenen met de ‘risicovrije’ marktrente. De wetgever schrijft dit voor omdat in het huidige stelsel van uitkeringsovereenkomsten uitkeringen van een be-
Dat reparatie van gemiste indexatie nog jaren kan duren, merken ouderen in hun koopkracht.
27
Moeilijk Voor looptijden tot 20 jaar geldt de zuivere marktrente. Omdat er voor hele lange looptijden geen goede marktinformatie is, wordt er voor looptijden vanaf 20 jaar een correctie toegepast. Dit wordt de UFR-rente genoemd (UFR staat voor Ultimate Forward Rate). De rekenrente groeit dan vanaf de 20-jaarsrente toe naar een fictieve waarde bij een oneindige looptijd. Die waarde bij een oneindige looptijd heeft DNB vorig jaar verlaagd van 4,2 naar 3,3 procent. Voor de media is dat te moeilijk en je hoort of leest dan dat ‘de rekenrente van de pensioenfondsen is verlaagd van 4,2 procent naar 3,3 procent’. Dat valt nog wel mee zou je dan denken. En sommigen zullen zeggen, dat gaat lang niet ver genoeg. Maar fondsen hebben natuurlijk geen verplichtingen in het oneindige. 80 jaar is wel zo’n beetje het maximum (een 20-jarige die pensioen opbouwt en honderd wordt). 28
(Foto : Pim Geerts)
paalde hoogte zijn toegezegd. Die uitkeringen moeten daarom met een zeer hoge mate van zekerheid zijn gefinancierd. Dat terugrekenen met de risicovrije rente moeten de fondsen doen per looptijd van de verplichting. Een uitkering die ze over 5 jaar moeten doen rekenen ze terug met de 5-jaarsrente, een uitkering over 10 jaar met de 10-jaarsrente. De Nederlandsche Bank (DNB) publiceert alle rentes, van de 1-jaarsrente tot en met de 100-jaarsrente (de zogenaamde rentetermijnstructuur), die de fondsen daarbij moeten gebruiken.
Bij de oude manier van corrigeren zou de rekenrente voor een uitkering over 80 jaar bij de huidige marktrente ongeveer 3 procent bedragen. En de rekenrente voor alle looptijden daaronder (veel) lager. Door het besluit van DNB ligt de rekenrente voor een uitkering over 80 jaar op dit moment op nog geen 2,4 procent. Bij een gelijkblijvende marktrente zakt deze rekenrente de komende jaren zelfs nog veel verder omlaag tot onder de 1,4 procent. En de rekenrente voor alle kortere looptijden ligt daar nog weer (ruim) onder. Dramatisch De gemiddelde rekenrente (gewogen naar de looptijd van alle verplichtingen) bedroeg in februari voor ABP nog maar 1,18 procent. Hierdoor zijn de verplichtingen van ABP tot duizelingwekkende hoogte gestegen (tot rond de € 400 miljard). Het vermogen van ABP is, dankzij de goede rendementen, ook tot een enorme
hoogte gestegen (tot rond de € 350 miljard). Maar zo’n snelle stijging van de verplichtingen door de lage rente politiek valt ook met prima rendementen niet bij te benen. PFZW, met een jonger deelnemersbestand en gemiddeld langer lopende verplichtingen, heeft nog meer last van de extreem lage rekenrente. De gevolgen zijn dramatisch. Het perspectief op indexatie van de pensioenen is ver achter de horizon verdwenen en er dreigen nu zelfs kortingen. Als je de rekenrente van 1,18 procent afzet tegen de langjarige rendementen van ABP en PFZW, gemiddeld 7 tot 8 procent per jaar, vinden wij die absurd laag. Bovendien is al lang gebleken dat de pensioenen ook bij een uitkeringsovereenkomst nooit zeker kunnen zijn. Alle reden dus om (ook) rekening te houden met een, uiteraard heel voorzichtige, inschatting van het werkelijke rendement dat de pensioenfondsen op de lange termijn kunnen maken.
MIJN PUZZEL
nieuwe puzzel Los de puzzel op, stuur de uitkomst naar de redactie en maak kans op een Irisbon van vijftig euro.
Deze keer een kruiswoordraadsel. Je kunt de letters invullen in het blok onder de puzzel en dan verschijnt er een uitspraak die past bij Pasen. Stuur de oplossing voor 1 augustus naar www.mijnvakbond.nl/puzzel of stuur een kaartje naar MijnVakbond, Postbus 2510, 3500 GM Utrecht. Veel puzzelplezier! Horizontaal 1 Citrusvrucht 6 noot 12 bestek 14 dierenverblijf 15 Rijksuniversiteit Limburg (afk.)17 Nederlands kampioenschap (afk.) 18 afval van gedorst graan 20 à 21 ordedienst (afk.) 22 schoeisel 25 groente 28 regenboogvlies 29 boek 31 deel van een schip 32 filmgenre 33 oude lengtemaat 35 munt 36 Selenium (symbool) 37 edelgas (symbool) 38 vast 40 in het genoemde jaar 42 op die wijze 43 vrucht 44 deel van het been 46 kleur 48 vruchtbare plek in de woestijn 51 aan boord (afk.) 53 bladzijde (afk.) 54 sappige peersoort 56 voorzetsel 57 Duitsland (afk.) 58 grote steen 60 pluizig oppervlak geven 62 metaal 64 afbeelding van een persoon 66 uitbreiding van een gebouw 68 voorzetsel 69 zoogdier 70 Europees samenwerkingsverband (afk.) 72 legsel 73 muzieknoot 74 vlot 76 verdriet 78 plantje 79 deel van een woonblok.
Verticaal 1 Leerling 2 televisie (afk.) 3 klein tandrad 4 walvis 5 maanstand (afk.) 7 metriek stelsel (afk.) 8 palmbladen dakbedekking 9 dichterbij komen 10 inhoudsmaat (afk.) 11 van dierenhuiden 13 Zuid-Afrika (in internetadres) 16 insecten jong 18 rond stukje hout 19 vermaardheid 21 zintuigen 23 Nikkel (afk.) 24 slee 26 tin (symbool) 27 ambtshalve (lat afk.) 30 dame 34 bestek 36 op minder eerlijke wijze verkregen 38 schip 39 vreemd 40 Amsterdamse kiosk onderneming (afk.) 41 loflied 45 snaarinstrument bespeler 47 getijde stand 49 groente 50 klok 52 peulvrucht 54 van bastvezel 55 slok 57 deel van een kast 59 Turkije (afk.) 60 muzieknoot 61 natuurkundig ingenieur (afk.) 63 dadelijk 65 kledingaccessoire 67 zwarte kleverige vloeistof 71 vroegere 74 metaal (symbool) 75 linkeroever (afk.) 76 schoolvak (afk.) 77 dag van de week (afk.).
1
2
3
4
5
6
12 15
16
22
13 17
25
29
32
33
45 52
58
26
35
27
36
37
40
41 44
47
48
53
54
59
55
60
64
70
50
56
66
69 74
49
61
65
68
11
21
43 46
10
31
39
42
9
20
30
34
38
51
19
24
28
8
14
18
23
7
57 62
63
67
71
72
75
73
76
78
77
79 © www.ruiterpuzzel.nl www.ruiterpuzzel.nl ©
56
23
44
47
42
4
30
70
65
63
28
9
46
5
37
77
71
34
68
47
57
54
72
36
63
28
1
45
13
33
11
19
Onze leden hebben weer volop gereageerd op de vorige puzzel. De oplossing is: ‘Hij heeft zijn werk volbracht’. De prijswinnaars zijn J. Faber-v/d Brink, Dieren (€ 50,-), P.J. Vollaard, Klaaswaal (€ 40,-) en J.M.E. van Rijkom-Werkman, Losser (€ 30,-). Van harte gefeliciteerd! CNV spec klass 77 in de zo….
www.ruiterpuzzel.nl
[email protected]
1
29
John de Wolf vroeg vorige week tijdens een 5 kmloop voor vijftigplussers in Den Haag aandacht voor een campagne van uitzendbureau Randstad om 5.000 ouderen aan het werk te helpen.
Oud-voetballer John de Wolf, ambassadeur ouderenwerkeloosheid:
(Foto: Henriette Guest)
‘De gouden formule is een juiste mix van jong en oud’
30
Hij was de rots in de branding van de Feyenoord-defensie en een onmisbare schakel in het team dat in 1993 kampioen werd van Nederland. Ook toen hij zwaar en langdurig geblesseerd was, wist hij niet van opgeven en stelde alles in het werk om terug te komen. Dat toonbeeld van onverzettelijkheid komt John de Wolf goed van pas als ambassadeur ouderenwerkeloosheid. Niet alleen moet hij vooroordelen over vijftigplussers op de werkvloer wegnemen, een deel van de ruim 200.000 man sterke doelgroep kan na alle afwijzingen ook wel wat motivatietraining van de oud-international gebruiken. Tekst: Peter Magnée
‘Ik wil graag met De Wolf het beste werkgeverselftal samenstellen en iedereen die aan leeftijdsdiscriminatie doet een rode kaart geven. Zijn aanstelling is een goede voorzet van het kabinet. ANBO kopt die graag in, want vijftigplussers zijn te jong om op de reservebank te zitten.’ Zo citeerde Nu.nl directeur-bestuurder Liane den Haan van de ouderenorganisatie enthousiast, nadat minister Asscher van Sociale Zaken de oud-speler van onder meer Feyenoord, Sparta en FC Groningen uit de hoge hoed had getoverd (een initiatief van 50Plus en de PvdA) om het probleem van de ouderenwerkeloosheid te helpen aanpakken. ‘Ik ben trots en vereerd dat de minister mij heeft uitgekozen. Ik behoor wat betreft leeftijd natuurlijk tot de doelgroep, maar er zijn voor mijn gevoel honderden mensen die er eerder voor in aanmerking zouden komen. Soms denk
ik wel eens dat ik in een Champions Leaguewedstrijd terecht ben gekomen. Dezelfde spanning van toen voelde ik toen ik laatst tijdens een vergadering van de SER werd voorgesteld als ambassadeur ouderenwerkeloosheid.’ Verandering De lange blonde manen van weleer zijn inmiddels danig ingekort, maar John de Wolf ziet er ondanks zijn 53 jaar nog afgetraind uit. Dat is ook niet zo vreemd, want de excentrale verdediger heeft het nog nooit zo druk gehad. Met oudvoetballers als Glenn Helder staat hij op de planken met FC de Rebellen, een voorstelling vol kleedkamerhumor en sappige anekdotes, traint hij het naar de tweede divisie gepromoveerde GVVV uit Veenendaal, is hij analyticus bij tv-zender Fox Sports en helpt hij mensen in Vlaardingen, Maassluis en geboortestad Schiedam die al tijden zonder werk zitten met raad en daad. Daar is nu ook de gewichtige taak van zijn nieuwe baan bijgekomen. De Wolf: ‘Maar ik ga niet ineens praten als een politicus hoor. Ik blijf dicht bij mezelf. Het ligt in het verlengde van wat ik nu doe met langdurig werklozen. Daarvoor werk ik samen met de betrokken gemeentes en train ik twee keer in de week met de groep in een sportschool in Maassluis. Ik breng ze zelfdiscipline bij, leer ze op tijd te komen en daardoor betrouwbaar te zijn voor een werkgever. Ze krijgen ook hun zelfvertrouwen terug door het sporten – zelf voel ik me altijd tien jaar jonger na een training - en dat is goed voor hun
motivatie. Maar het belangrijkste is dat ze weer onder de mensen zijn. Ze steken wat van de verhalen van anderen op en bouwen tegelijk aan een nieuw netwerk. Tegelijkertijd druk ik hen op het hart, en dat ga ik ook tegen de vijftigplussers her en der in het land zeggen, dat ze wel open moeten staan voor verandering. Dat doe ik zelf op mijn leeftijd ook. Als je mij een jaar geleden had gezegd dat ik nu in het theater zou staan en lezingen zou geven voor de managers van de Rabobank, had ik je voor gek verklaard.’ Toch kan hij zich de frustratie voorstellen van mensen die al lang zonder werk zitten en de hulp nodig hebben van een BN’er om aan een baan te komen. ‘Je kunt het irritant vinden, maar zo werkt het blijkbaar. Bedrijven benaderen mij als ze met oudere werknemers in zee willen gaan.’
dat veel vooroordelen over oudere werknemers op niets zijn gebaseerd. Natuurlijk heb je lichamelijk sterke en zwakkere mensen, maar dat speelt onder jongeren ook. De gouden formule is een juiste mix van jong en oud.’ Geen wonderdokter Hij zegt dat oplossingen soms verrassend eenvoudig zijn. Koud in zijn nieuwe rol als ‘boegbeeld’ kreeg hij te maken met een man die al vijfhonderd keer tevergeefs gesolliciteerd had. ‘Nou, dat begreep ik best toen ik zijn Facebookprofiel zag. Er zat een bepaalde woede in, het riep irritaties op. Werkgevers zien dat natuurlijk ook. Maar toen ik eenmaal met die man om de tafel zat, bleek het een heel geschikte vent te zijn, met een goede cv en een leuk gezin. Ik
‘Bazen zijn zelf vaak vijftigers, die hou ik een spiegel voor’ Spiegel voorhouden Volgens De Wolf zijn de oudere werknemers van nu niet meer versleten, zoals vroeger de arbeiders op de scheepswerven in Schiedam. Toch zijn werkgevers terughoudend in het aanstellen van ouderen. Te duur? ‘Dat is een vooroordeel. Maar als je ervaren en goed opgeleid bent, dan verwacht je daar terecht wat voor terug. Kwaliteit kost iets. Het grappige is dat de bazen die zo moeilijk over leeftijd doen, vaak zelf vijftigers zijn. Die hou ik een spiegel voor. “Ben je wel fit en vind je jezelf ook niet te duur?” Zo probeer ik op een luchtige manier duidelijk te maken
heb hem gelukkig duidelijk kunnen maken waarom hij volgens mij niet uitgenodigd werd. Dat is mijn taak. Ik ben geen wonderdokter, maar ik kan luisteren naar en oplossingen aandragen voor de problemen van langdurig werkloze vijftigplussers. En mede door mijn carrière en naamsbekendheid kan ik deuren openen bij werkgevers, vooroordelen wegnemen en hen erop wijzen dat er subsidies zijn om het eens te proberen met iemand van boven de vijftig die al een tijdje aan de kant staat. Ach, al zijn het maar tien mensen die dankzij mij weer aan het werk gaan, dan is voor mijn gevoel mijn missie al volbracht.’ 31
‘Ik vind het een verrijking van mijn leven’
(Foto’s: Petja Buitendijk)
Gemeenteambtenaren vrijwilliger in de zorg
32
Ruud van den Bulk (56) is toezichthouder bij gemeente Lansingerland. Zo houdt hij in de gaten of de 20.000 bomen in de gemeente wel goed groeien en gezond zijn, of kapaanvragen correct zijn en of het onderhoud van de wijk goed gebeurt. Ook meldingen van burgers over een slecht geschoffeld plantsoentje of een gevaarlijk losliggende tegel belanden bij hem op het bureau. Hij werkt fulltime, maar vindt daarnaast nog tijd voor vrijwilligerswerk. ‘O ja hoor’, zegt hij vrolijk. ‘Ik begin om 7 uur, dus ben om half 4 klaar met werken en ga dan elke dinsdag meteen door naar Ada die in zorginstelling Oudelandse Hof woont.’ Zeven jaar geleden stapte hij voor het eerst met Ada op een duofiets. ‘Dat is echt heel leuk! Je zit naast elkaar, dus je kunt lekker praten. Ik heb dat een paar jaar gedaan, maar toen kon Ada niet meer op de fiets klimmen. Nu wandelen we met de rolstoel.’ Hij lacht: ‘Ik vond dat fietsen juist heel leuk, maar ik ga natuurlijk niet zeggen: “Nou, je kunt niet meer fietsen, dus nu doe ik het niet meer!”’ Zo vergezelde hij ook een paar jaar een oudere meneer, die gulzig alle verhalen Van den Bulks werk aanhoorde.
Nederland is Europees kampioen vrijwilligerswerk. Ongeveer de helft van de bevolking ouder dan 15 jaar zet zich minimaal een keer per jaar belangeloos in om anderen te helpen (CBS, 2015). Op het gemeentehuis van Lansingerland lopen zelfs drie vrijwilligers rond op één afdeling en nog min of meer toevallig ook. Drie gemeenteambtenaren die wekelijks de handen uit de mouwen steken in de zorg. ‘Werken bij de gemeente is een dienstbaar beroep: dan zit het blijkbaar toch in je.’ Tekst: Ciska de Graaff
Vrijwilligerswerk in de vakantie
‘Ja, zeg nou zelf, die mensen maken natuurlijk niet meer zo veel mee. Ze gaan een keer naar de fysiotherapeut en naar een knutselclub en dat is het dan die week. Dan wordt je wereldje klein hoor.’ Van den Bulk vindt het eigenlijk de gewoonste zaak van de wereld. ‘Ik wilde gewoon wat doen. En deze mensen vinden het prachtig! Zo komen ze er nog eens uit en hebben ze wat aanspraak. En ik vind het ook een verrijking van mijn leven, echt! Als iedereen dat nou eens zou doen, een uurtje wandelen of fietsen met een oudere of hulpbehoevende, dan zou de wereld een stuk mooier zijn.’ De gemeenteambtenaar brengt ook het kerkblaadje rond, geeft bloedplasma en verleent wat
hand- en spandiensten in de plaatselijke speeltuin. ‘En telt mijn kinderen helpen ook mee als vrijwilligerswerk?’ lacht hij aanstekelijk. ‘Ik heb drie meiden die ik straks weer moeten helpen verhuizen. Dan willen ze misschien als ik later oud ben ook af en toe een uurtje met me wandelen.’ Martin Kraaijenbos (47) is toezichthouder groen en spelen bij de gemeente Lansingerland. ‘Ik wist dat mijn collega Ruud na werktijd vrijwilligerswerk deed. Ik vond dat echt heel tof. Ik voelde op dat moment ook al behoefte aan wat meer zingeving in mijn leven, om iets te doen voor de medemens. Eigenlijk is het wel los van elkaar ontstaan, maar het is wel toeval-
lig dat we met z’n drieën op een afdeling vrijwilligerswerk doen. Misschien is het ook omdat we een dienstbaar beroep hebben bij de gemeente: dan zit het blijkbaar toch in je.’ Kraaijenbos gaat op de fiets de gemeente door om de speelvoorzieningen en het groen te inspecteren. ‘Ik vind fietsen leuk, dus ik fiets in de zomer met bewoners van de zorginstelling en in de winter doe ik de bingo. Ik heb geen vaste mensen, maar krijg steeds een ander mee. Vaak is het iemand van de gesloten afdeling of iemand met dementie. Ze praten dan zelf niet zo veel, maar ik krijg wel van de verzorgenden terug dat zo’n bewoner heel anders terug komt: relaxter en vrolijker.
33
(Foto: Petja Buitendijk)
Dat vind ik fijn om te horen. Ik heb er zelf ook wat aan: ik ben lekker intensief buiten bezig en krijg een stukje waardering.’ ‘Nee hoor, ik vind het geen belasting om dat naast mijn fulltime baan te doen’, zegt hij resoluut. ‘Ik heb flexibel werk, kan mijn eigen tijd indelen, dus als ik bijvoorbeeld mijn donderdagmiddag block voor mijn vrijwilligerswerk en in de andere dagen mijn werk afkrijg, is dat geen probleem.’
34
Simon de Buck (60), projectmedewerker watermanagement bij de gemeente Lansingerland, schat in dat hij naast zijn fulltimebaan drie uur per week actief is als vrijwilliger, maar als hij opsomt wat hij doet, lijkt dat onmogelijk in die
drie uur. ‘Och’, glimlacht hij, ‘ik ben bescheiden, loop er niet zo mee te koop. Anderen ook niet, want ik wist helemaal niet dat Ruud en Martin ook actief zijn.’ Zijn bescheidenheid nog eens onderstrepend, vraagt hij met klem of een foto echt nodig is. De Buck is verantwoordelijk voor alles wat met afvalwater en hemelwater te maken heeft in de gemeente. Verstoppingen, gemalenbeheer, plannen en bezwaarschriften toetsen, het komt allemaal voorbij. Daarnaast is hij op vrijwillige basis chauffeur van de 3B-bus, een bus die minder mobiele senioren binnen de gemeentegrenzen vervoert. ‘De een gaat naar de dagbesteding, de ander naar haar zus en weer een an-
der naar de kapper. En ondertussen maken ze een praatje met de chauffeur, met mij dus in dit geval. Dat is leuk: die verhalen horen en een luisterend oor zijn. Vaak is dit hun enige uitje van de week en dan willen ze ook wel eens hun verhaal kwijt.’ Daarnaast doet De Buck vrijwilligerswerk in de kerk. Hij is contactpersoon voor zo’n twintig mensen in de wijk. En werkt mee aan diensten voor jongeren tussen 12 en 16 jaar. ‘Dan bieden we op een prikkelende manier het geloof aan. Het houdt mij zelf ook alert op geloofsgebied. Ik weet soms ook geen antwoord op vragen van jongeren en moet dan echt weer nadenken over wat ik geloof. Dat is goed.’
CONTACT MET CNV OVERHEID & PUBLIEKE DIENSTEN EN CNV ZORG & WELZIJN* Vragen over lidmaatschap, werk en inkomen? We staan elke werkdag voor van 8 tot 18 uur voor je klaar. Bel ons: 030 751 10 03, of stuur een mail via www.mijnvakbond.nl/contact.
ledenservice
Contact met het CNV CNV 65+ Bent u 65 jaar of ouder? U kunt dan bij CNV65+ terecht met vragen op het gebied van inkomen, gezondheid en wonen. Bel op werkdagen van 8 tot 18 uur naar 030 751 10 02 of stuur een e-mail:
[email protected].
Brutosalaris
Maandcontributie
Helft minimumloon of minder
€ 8,90
Minimumloon of minder
€ 13,00
Meer dan minimumloon
€ 16,85
Voltijd studenten MBO of HBO zorg/welzijn-opleiding
€ 4,50
(Vroeg)gepensioneerden en uitkeringsgerechtigden (WW/WAO)
€ 8,90
POSTADRES: Postbus 2510 3500 GM Utrecht BEZOEKADRES: Tiberdreef 4 3561 GG Utrecht
* Onderdeel van CNV Connectief
VERDER ZIJN WE TE VINDEN OP: WEBSITE
> cnvoverheid.nl > cnvpubliekediensten.nl > cnvzorgwelzijn.nl MIJNPAGINA
Via jouw persoonlijke, beveiligde pagina kun je inloggen en precies aangeven welk CAO en sectornieuws voor jou van toepassing is. > mijnvakbond.nl/inloggen
FACEBOOK
> facebook.com/CNVOverheid > facebook.com/CNVPubliekeDiensten > facebook.com/CNVZorgWelzijn YOUTUBE Volg onze kanalen:
> CNV Overheid > CNV Publieke Diensten > CNV Zorg & Welzijn LINKEDIN
> linkedin.com/ company/cnv-connectief
TWITTER
> twitter.com/CNVOverheid > twitter.com/CNV_PD > twitter.com/CNVZorgWelzijn
Colofon MijnVakbond is een uitgave van CNV Connectief en verschijnt vier keer per jaar. De volgende editie verschijnt op 24 september 2016. Redactieadres: MijnVakbond, Postbus 2510, 3500 GM Utrecht. Email:
[email protected] EINDRedactie: Ciska de Graaff en Peter Magnée Redactie: Edwin van Baarle, Hein Bosman, Anouk van der Graaf, Martin van Oosten en Martin Schutrups Vormgeving: Marjoleine Reitsma Druk: Media Point B.V., Heerhugowaard Prijs: MijnVakbond wordt gratis toegestuurd naar alle leden van CNV Overheid & Publieke Diensten en CNV Zorg & Welzijn. Niet-leden betalen € 17,50 per jaar. Een los exemplaar kost € 5,-. CD: Leden met een leeshandicap kunnen een selectie van de artikelen uit MijnVakbond op CD ontvangen. Bel met de ledenadministratie: 030 751 10 03 ISSN: editie Overheid & Publieke Diensten > 22151079, editie Zorg & Welzijn > 2215-1060 Overname van artikelen is alleen toegestaan met bronvermelding en toestemming van de uitgever.
35
Mirjam Hilbrink (45): ‘Mijn vader is al heel lang lid van CNV Zorg & Welzijn. Hij vond dat zoiets erbij hoorde’, zegt Mirjam Hilbrink die door haar vader Wander Hilbrink (69) is aangemeld als nieuw lid van CNV Onderwijs. ‘Hij was werkzaam als groepsleider op een schippersinternaat in Maasbracht.’ Dochter Mirjam, die net als haar vader voor een VVV-bon als welkomstgeschenk koos, werkt als onderwijsassistent op twee basisscholen in Sassenheim en Lisse. Waarom zij lid werd? ‘Er zijn tal van reorganisaties, er is veel onzekerheid. Ik wil me gesteund voelen door de bond.’
Kijk op www.cnv-actie.nl
Foto: Ermindo Armino
‘Ik wil me gesteund voelen door de bond’