Gemeente Woerden
Regislratiedatum: Behandelend afdeling Afgehandeld door/op:
12.015241
23/08/2012
O
gemeente
WOERDEN
1
2 2 AUG. 2012
Blekerijlaan 14 3447 GR Woerden Postbus 45 3440 A A Woerden
Aan de gemeenteraad P o h . Ambt.: Rtreefdat.:
Afschr.:
Telefoon 14 0348 r
Fax (0348) 42 4108
&e~^
[email protected] www.woerden.nl
RVO.
BTW-nummer
Onderwerp:
NL0017.21.860.B.02
Beantwoording schriftelijke vragen ex art. 40 RvO
KvK-nummer 50177214 Banknummer 28.50.09.672
Uw Kenmerk:
Uw brief van:
8 augustus 2012
geregistreerd onder nr.:
Ons Kenmerk:
Datum:
20 augustus 2012
n.v.t. of nummer
Doorkiesnummer/Behandeld door:
Verz.
428330 / J. Zwaneveld
u-
Aan de leden van de raad,
Op 8 augustus jl bereikten ons via raadslid H. van Dam namens de fractie van de Christenunie vragen aan het college over de recente heffingen in het kader van 'De dertiende penning" In deze brief beantwoorden wij de vragen. 1. Is de gemeente op de hoogte van de onrust die is veroorzaakt door de heffingen? Er zijn tot op heden geen rechtstreekse contacten geweest met vertegenwoordigers van Stichting Beheer Kasteel Renswoude. Wij zijn alleen via berichten in de pers en enkele contacten met bestuursleden van L.T.O. en de Kamerikse stichting op de hoogte van de heffingen en de daaruit voortgekomen onrust. 2. Heeft de gemeente ook een heffing van de dertiende penning ontvangen voor de gronden die in bezit zijn van de gemeente en in het heffingsgebied liggen? Nee, tot op heden is/zijn deze niet ontvangen. 3. Zo ja, heeft de gemeente deze betaald? Zo nee, gaat de gemeente deze betalen wanneer deze heffing op een later tijdstip wordt ontvangen? Mochten heffingen worden ontvangen dan zal zorgvuldig worden onderzocht wat de juridische status van de heffingen is en of daaruit vast komt te staan dat er een betalingsverplichting uit voortvloeit. Zie ook de toelichting bij vraag 4. 4. Hoe is het gesteld met de juridische status van het recht van de dertiende penning die op de gronden in bezit van de gemeente rust? Is er volgens de gemeente sprake van verjaring? Op deze vraag kan niet eenduidig worden geantwoord. In het algemeen verwijzen wij u naar de publicaties die zijn gemaakt naar aanleiding van een vorige heffingsronde in de eerste helft van de jaren 90 van de vorige eeuw. Wij zullen deze week voor u een dossier samenstellen met relevante informatie over difp^l^™^"™,^ algemene inkoopvoorwaardcn van toepassing ( w u iv.wucrden.nl)
/V-
WOERDEN, fTrtO WAAlL HET" GfcDEtME
HARTtODPT
MIX
V-ij3
Papier
FSC
FSCC004511
Datum: Behandeld door: Onderwerp:
20 augustus 2012 J. Zwaneveld Beantwoording schriftelijke vragen ex art. 40 RvO
bijzondere recht en de betekenis voor een deel van ons grondgebied. Dit zullen wij in de commissiekamer neerleggen, zodat u naar eigen behoefte daarvan kennis kunt nemen. Uit rechtszaken tijdens de hiervoor genoemde periode is gebleken dat er op individuele percelen binnen het heffingsgebied sprake kan zijn van verjaring of zelfs afkoopafspraken door eigenaren met eerdere rechthebbenden. Het zijn met name deze aspecten die ertoe leiden dat bij elke aanslag een gedegen historisch onderzoek noodzakelijk is. 5. Is het college bereid waar mogelijk ondersteuning te verlenen aan getroffen bewoners door bijvoorbeeld ook samenwerking te zoeken met de Stichting Dertiende Penning Kamerik? Wij hebben deze week een overleg met enkele bestuursleden van L.T.O. en Kamerikse stichting. De ondersteuning zal zich in algemene zin, evenals in de hiervoor genoemde periode, beperken tot archiefonderzoek en afstemmen van communicatie. Aan de beantwoording van de vragen is 1,5 uur tijd besteed. Wij vertrouwen erop u met deze antwoorden voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet, Burgemeester en wethouders van Woerden de secretaris, de burgemeester,
W. Wieringa
2/2
mr. H.W. Schmidt
Leeswijzer stukken 13 Penning e
Van:
Jan Zwaneveld
Datum: 20 augustus 2012
In bijgevoegde informatieset over het Recht van de Dertiende Penning treft u aan: •
Een speciale uitgave van Heemtijdinghen van de Stichts-Hollandse historische vereniging van maart 1994, uitgebracht vanwege de aanslagen in die periode.
•
Een informatieboekje uit 1993 van de Stichting Dertiende Penning Kamerik met een verzameling van relevante informatie.
•
Een brief van december 1994 van de Kamerikse stichting aan Baron Taets van Amerongen over de wijze van heffen.
•
Een brief van juli 1995 van B&W aan de baron over zijn aanbod om het recht voor het grondgebied van Woerden af te kopen.
•
Een brief van oktober 1995 van de Kamerikse stichting aan inwoners die een aanslag hebben gekregen of die kunnen verwachten.
Naast bovengenoemde stukken heb ik voor geïnteresseerden desgewenst nog beschikbaar: •
Een uittreksel het blad Rechtspraak van de week uit 1994 met een uitgebreid geanalyseerde uitspraak van de Hoge Raad over de wijze van waarderen van de grondslag voor de heffing en de verschillen tussen de gebieden in Vinkeveen en Kamerik.
•
Een boekje van mr. F.M.Vermeulen, de jurist van Derks Star Busman die in de jaren 90 de rechthebbende vertegenwoordigde, dat hij heeft geschreven ".. .om de herinnering aan het recht levend te houden..." en ".. .als bron van informatie voor makelaars en notarissen..."
Mocht u vragen hebben of aanvullende informatie wensen dan kunt u met mij contact opnemen. zwaneveld.ifaiwoerden.nl ;tel. 428330
1
2£
S S
r'.
i
t
4
•f'
s
1.
3
•%
1
1 f
4
r
1
li 1 I
-w
1
'"X.
i•
Li
(1
fc3
S
ie
Heemtijd inghen
Dertiende Penning nieuw leven ingeblazen in Kamerik door J.T. van Es Inleiding De Dertiende Penning leek in Kamerik tot eind 1990 een dood recht te zijn. Deze Middeleeuwse grondbelasting werd sinds vele jaren niet meer actief geheven en zou op 1 januari 2015, althans voor Kamerik, in de vergetelheid geëindigd zijn. Op 3 oktober 1984 werd namelijk een wet in het Staatsblad gepubliceerd, die de afschaffing van de Dertiende Penning regelde. Eind 1990 vielen echter in Kamerik de eerste nieuwe aanslagen voor dit eeuwenoude recht in de bus. Z i j vormden het begin van een nieuw, en naar het zich laat aanzien vrij onplezierig hoofdstuk in de geschiedenis van een restje Middeleeuwen aan het einde van de twintigste eeuw. In dit artikel ligt de nadruk op die nieuwe ontwikkelingen, maar er kan uiteraard niet voorbijgegaan worden aan de lange historie van het Recht op de Dertiende Penning in het algemeen en in Kamerik in het bijzonder. Geschiedenis De oorsprong van de Dertiende Penning is niet volledig duidelijk. In deze eeuw hebben vooral de professoren Van Iterson en Van der Linden zich met het recht beziggehouden. Daarnaast biedt het proefschrift van Ketelaar aanknopingspunten. Van Iterson en V a n der Linden interpreteren de verschillende bronnen echter op zeer uiteenlopende wijze, hetgeen ook voor de nog altijd lopende juridische strijd over het recht en de manier waarop het geheven mag worden van belang is. Van Iterson brengt de Dertiende Penning in verband met de Handwissel ), eveneens een oudheerlijk recht, dat in Utrecht voor het eerst in een uit 1308 daterende akte genoemd wordt. ) De handwissel heeft dan betrekking op een stuk grond dat de Bischopsweyde wordt genoemd en dat nader gepreciseerd wordt als "Custwic ende Ondacht": de polders Lange en Ruige Weide en 1
3
12
/
/
/,
'looiienaaw.
s ,. Jr
0 VT 4—i
9 la
«
A
CP
«
Camcryck Se
c l LX Uvclc
/
JAM
4
Sc r velt •L
Sr T
WOERDEN
IS
•9
Dee/ va/?
13
tl J10 5.1
I
Cf)
DJ
ai
Sc
•
1
Mi)Ei)dc
t 10b ** .>•
Grr»
8K §28 e
f
d
9 19
[ifps Sr* 9"
SI Breevrld
IJ
t +
//e/ heffingsbebied Kamerik nu. Een deel van het oorspronkelijke grondgebied van de gemeente Kamerik is bij de herindeling van 1964 naar Harmelen (Putkop) en Kockengen (Hoek van Sprengen) gegaan. Het meest noordwestelijke deel van de polder Kamerik-Teylingens ging per 1 januari 1989 naar de gemeente Nieuwkoop.
13
De Dertiende Penning, om die naam maar vanaf het begin te hanteren, werd eveneens geheven bij grondoverdracht, maar alleen bij verkoop. De rechthebbenden konden dan aanspraak maken op een dertiende deel van de waarde van de landerijen. Wanneer de pachter overleed en zijn wettige erfgenamen de grond in bezit kregen, was geen heffing verschuldigd. De termen pacht of erfpacht kunnen hier trouwens verwarrend werken. A l relatief kort na de eerste gronduitgifte in de dertiende eeuw, moeten de percelen als eigendom van de pachters of hun opvolgers beschouwd worden. Dat blijkt ook uit de volgende bepalingen rond de Dertiende Penning. B i j verkoop had de rechthebbende namelijk telkens zes weken bedenktijd of hij de grond wilde naasten. H i j diende daarvoor een fatsoenlijke prijs te betalen, terwijl dat, zo erfpacht in de moderne zin van het woord gebruikt zou worden, niet nodig was geweest, omdat dat een vorm van huur genoemd kan worden. In het geval dat de landheer de grond aan zich wilde trekken, diende hij in de kerk zijn voornemen te laten afroepen. Die bepaling was er vooral ten gunste van de pachter. Als de grond aan een ander verkocht werd, was weer het dertiende deel van de waarde van de grond voor de heer. De heffing over de grondwaarde vormt een belangrijk verschil met de eerdergenoemde handwissel, die over de koopprijs werd geheven. Voor de Dertiende Penning zouden de latere eigenaren daar nog grote problemen mee krijgen, terwijl het aanvankelijk juist als tegemoetkoming aan hen bedoeld leek. Immers: de belasting werd geheven over datgene dat oorspronkelijk door de landheer gegeven was: grond in onbewerkte omstandigheid. De opstallen, sloten, hekken en andere voorzieningen, die door de kolonisten en degenen die na hen kwamen werden aangebracht, bleven onbelast. In latere eeuwen ging de grondwaarde echter drastisch omhoog en op dit moment leidt een verschil in interpretatie daarover tot een proces, dat intussen tot de Hoge Raad gevorderd is. Het is overigens niet de eerste keer dat de Dertiende Penning het tot bij de rechter heeft gebracht: al in de vijftiende eeuw zijn processen over de heffins bekend. Het eerste vonnis stamt uit 1410.
14
Voor de eigenaar van de streek was de Dertiende Penning oorspronkelijk een ideaal middel om ongewenste vreemdelingen buiten de deur te houden. Ieder die zich in zijn gebied wilde vestigen en die hij er niet wilde hebben, kon hij tegenhouden: door de betreffende grond te naasten. Wie wel welkom was, betaalde een soort toegangsprijs. Onzeker is wanneer en hoe het recht voor Kamerik ontstaan is. W e l is bekend dat op 28 mei 1473 Bisschop David van Bourgondië Hendrik van Nijenrode gedurende een jaar de pacht gaf van de schoutambten binnen het Kasteleinschap Abcoude. Daartoe behoorden "Vynkenveen, Deenmercken, Outhuysen, Cameric, den Houdijc" (Vinkeveen, Demmerik, Oudhuizen, Kamerik-ende-Houdijken). ) Van Iterson vermoedt dat deze uitgestrekte gronden lang onder het bestuur van de Heren van Abcoude hebben gestaan. De veengebieden tussen Abcoude en de Oude Rijn zijn relatief laat ontgonnen en er waren geen lokale machthebbers die zich konden opwerpen. Abcoude, aan de rand van het veengebied, zou via Baambrugge en Vinkeveen de vingers tot aan het Kamerikse land kunnen hebben uitgestrekt. Akten die tussen 1385 en 1406 zijn opgemaakt wijzen op de jurisdictie van de Abcouder heren over Kamerik, Oud- en Nieuw-Kamerik en de Houdijken. Van der Linden is het vooral op dit punt volstrekt oneens met V a n Iterson. ) H i j gaat ervan uit dat de Heren van Abcoude niet zelf als ontginners zijn opgetreden, maar eerder zetbazen waren van het Kapittel van Sint Pieter, dat op zijn beurt de grond weer van de bisschop zou hebben ontvangen. V o o r de juridische uitwerking zijn de twee visies van groot belang. Waar V a n Iterson een privaatrechtelijke achtergrond kiest, neemt Van der Linden de publiekrechtelijke basis. Die laatste biedt de mogelijkheid om aan te tonen dat het recht op de Dertiende Penning aan het einde van de achttiende eeuw is afgeschaft. De Bataafse Republiek heeft immers door alle heerlijke rechten een streep gehaald bij wet van 1798. Ketelaar noemt in zijn proefschrift de interpretatie van Van der Linden overtuigend. Die mening is echter niet door de rechter gedeeld. De Hoge Raad heeft na een aantal slepende proefprocessen tegen het einde van de jaren zestig en in het midden van de zeventiger jaren geoordeeld dat de Dertiende Penning wel degelijk bestaat en geheven mag worden. De Dertiende Penning was in 1798 niet verdwenen. In het Staatsblad van 3 oktober 1984 werd dat bestaan nogmaals door de wetgever bevestigd, maar daar werd direct een termijn aan gekoppeld. Met ingang van 1 januari 1985 werd de Dertiende Penning verhoogd van het dertiende deel (7,7%) naar 11% van de grondwaarde. Die meeropbrengst werd door de volksvertegenwoordiging bedoeld als een extraatje voor de rechthebbenden, want de Staten-Generaal hadden in 1984 ook besloten, dat het Middeleeuwse recht per 1 januari 2015 afgeschaft zou worden. 3
4
Voor de Middeleeuwse grondgebruiker was de Dertiende Penning waarschijnlijk een recht met beperkte betekenis. H i j betaalde naast de tijnzen, de jaarlijkse huurpenningen, een keer een bepaalde som aan de landheer. Deze had weliswaar het recht tot naasten, maar heeft daarvan, voor zover bekend, niet vaak gebruik gemaakt. De hoogte van de tijns was beperkt. De grond was ten tijde van de uitgifte weinig waard en de huur was toen vastgesteld. De Dertiende Penning ook, maar waar de tijns tot in lengte van jaren vaststond, kon de hoogte van de Dertiende Penning per overdracht verschillen. De waarde van de grond was immers de basis voor de heffing. Naar mate de eertijds woeste grond verder in cultuur werd gebracht en de opbrengsten groter werden, steeg ook de waarde ervan, met als gevolg dat de landheer bij iedere volgende verkoop een hoger bedrag kon vangen. In het algemeen geldt, dat de tijns in de loop van de eeuwen verdwenen is. O f de huur werd op zeker moment afgekocht, of de heffing ervan werd niet meer uitgeoefend. Het was voor de rechthebbende meestal ook niet meer interessant om de luttele bedragen nog langer te innen.
15
Voor de Dertiende Penning lag dat allemaal anders. De eigenaar van het recht hoefde weinig meer te doen dan de hand op te houden in geval van verkoop. E n dat maakte het recht een interessant bezit en het voeren van processen waard.
I
c
i «4 XameriK bij Woerden- erv. 5 Jierx
De Nederlands Hervormde kerk aan het begin van deze eeuw. Recent onderzoek heeft uitgewezen dat de kerk vrij is van betaling van de Dertiende Penning. Foto: collectie Stadsarchief Woerden.
Heffingen in Kamerik In Kamerik is het Recht op de Dertiende Penning in de achttiende eeuw terecht gekomen bij Hendrik Selkaert. H i j kocht het in 1715 van de Staten van Utrecht, die na de reformatie de eigendommen van het Kapittel van Sint Pieter hadden gekregen. Ook een aantal andere Dertiende-Penning-gebieden werd in dat jaar en in 1714 door de Staten van de hand gedaan. Slechts een deel van het oorspronkelijke gebied bleef in handen van de overheid. Het gaat om delen van Abcoude en Baambrugge. Z i j werden in 1811 overgeheveld naar de centrale overheid (intussen het Franse Keizerrijk, dat Nederland bezet hield) en werden bij de bevrijding van 1813 niet meer aan de Staten teruggegeven. De Dienst der Domeinen beheert en administreert hier het recht tegen schappelijke tarieven. De strijd tegen de Dertiende Penning, waarover later meer, is in eerste instantie tegen de particuliere eigenaren gericht. Hendrik Selkaert verkocht zijn rechten alweer in 1723 aan de familie V a n Teylingen, wier nazaten het tot in de twintigste eeuw bezeten hebben. In 1812 heeft de toenmalige jonkheer V a n Teylingen van Kamerik zijn rechten nog eens uitdrukkelijk willen bevestigen. ) H i j liet een notariële akte opmaken, waarin verwezen wordt naar de aankoop van Selkaert in 1714 en naar de voorwaarden, rechten en plichten die deze koop met zich meebracht. Van Teylingen moet ongetwijfeld angst gehad hebben, dat de nieuwe (Franse) overheid zijn oude rechten en zijn inkomsten daaruit zou willen afschaffen. H i j bepaalde daarom dat het recht op de Dertiende Penning als eerste hypotheek op de betreffende percelen zou gelden. 5
16
De Franse wetgever had echter we] iets anders aan zijn hoofd en bovendien waren de wetten, die eventueel op de Dertiende Penning van toepassing zouden kunnen zijn, uiteraard op Franse leest geschoeid en Frankrijk kende veel oude heerlijke rechten, maar niet deze. Van Teylingens actie heeft het beoogde resultaat gehad. Het nieuwe Koninkrijk der Nederlanden liet de familie in haar recht en in 1878 werd dit nog eens bevestigd, met als zonderling gevolg dat de rechthebbenden zich de eerste hypotheek op grond konden toeëigenen. Tot na de Tweede Wereldoorlog zou dit een ernstige handicap zijn voor de grondeigenaren. Niet alleen bij verkoop, maar ook wanneer een lening moest worden afgesloten. Het recht was inmiddels wel aangepast sinds de Middeleeuwen. Het oorspronkelijke "toegangsbewijs" voor vestiging in het gebied, was veranderd in een louter financiële zaak. Ooit kon de landheer met recht stellen, dat betaling van de Dertiende Penning hem verplichtingen gaf. Hij diende de bevolking van zijn gebieden te beschermen en ook anderszins bij te staan. De landheer kon ook gevraagd worden infrastructurele werken te laten aanleggen of daarvoor een bijdrage te geven. A l in de zeventiende en achttiende eeuw is van een dergelijke "tegenprestatie" weinig meer terug te vinden. Het oorspronkelijke naastingsrecht is dan al op de achtergrond geraakt. De al eerder genoemde wet van 1798 heeft ook voor latere generaties afdoende geregeld, dat dit deel van de Dertiende Penning-kwestie, buiten beeld is geraakt. De "landheer" hoefde dus alleen nog te innen. Heffingen kwamen intussen in Kamerik steeds minder vaak voor. In 1903 werd het recht via een legaat geschonken aan A . L . J . Melvill van Carnbee, die het weer naliet aan het echtpaar Taets van Amerongen-Melvill van Carnbee, waarna het geërfd werd door L . E . A . E . baronesse Taets van Amerongen. Twee van haar kinderen: E . M . Post en K . den Tex, die beiden in de Verenigde Staten woonden zouden het recht bij haar dood in 1977 erven. Z i j deden er echter niets mee. Sinds lange tijd werd in Kamerik niet actief geheven, dit in tegenstelling tot de gebieden in Vinkeveen, Baambrugge en Abcoude die in handen zijn van particulieren. Er was een administrator voor het recht. Lange tijd was dit notaris V a n Nes in Woerden, later onder meer de notarissen Van Woerden en Kronenberg in Utrecht. De praktijk kwam er op neer, dat de Dertiende Penning geïnd werd, wanneer een grondverkoop werd aangemeld. De grondbelasting (welke inmiddels afgeschaft is) was dan bepalend voor de hoogte van de aanslag. In het begin van de jaren vijftig kon voor een hectare agrarische grond ƒ 200 - Dertiende Penning verschuldigd zijn, ofwel twee cent per vierkante meter. Voor bebouwde grond lag de prijs hoger, maar ook van betalingen uit de jaren zeventig is bekend, dat het bij "dure" woningen (drie a vier ton) nog steeds om een aanslag van een paar honderd gulden ging. De koper die zich in die laatste periode niet bij notaris Kronenberg meldde had niets te vrezen: hij hoefde helemaal niet te betalen. De situatie in Kamerik verschilde daarmee aanzienlijk met die van de overige Dertiende Penning-gebieden, waar de rechthebbenden steeds vorderingen bleven opleggen. In het deel van Abcoude, waarvan de rechten zijn overgegaan op de staat, wordt door de Dienst der Domeinen het recht zorgvuldig geadministreerd. B i j iedere grondverkoop wordt nog steeds geheven. Domeinen hanteert daarvoor een fictieve waarde van de gronden, die varieert van ƒ 2,50 per vierkante meter voor 1 andbouwpercelen, tot ƒ 12,50, wanneer de grond voor nieuwbouw bestemd is. De aanslagen lopen dan uiteen van ruim een kwartje tot ƒ 1,40 per vierkante meter. In Abcoude bestaat de mogelijkheid tot afkoop, wanneer 150% van de heffing betaald wordt. Vooral bij de ontwikkeling van nieuwbouwwijken is daar door de gemeente Abcoude herhaaldelijk gebruik van gemaakt. In de voormalige gemeente Baambrugge en in delen van Vinkeveen is het recht, net als in Kamerik, in particuliere handen gekomen. In tegenstelling tot Kamerik zijn de heffingen hier de laatste decennia onverminderd doorgegaan. De aanslagen zijn in deze gebieden tegenwoordig aanzienlijk hoger. Basis voor het bepalen van de hoogte van het te betalen bedrag is een, niet openbare, taxatie van de grond. Namens de intussen tientallen erfgenamen van de 17
oorspronkelijke eigenaren treedt hei Utrechtse advocatenkantoor Derks-Star Busman in de persoon van mr. F . M . Vermeulen als administrator van het recht op. Regel is, dat bij grondverkoop door hem of een door hem aangewezen taxateur wordt bepaald welk deel van de koopprijs voor de grond was en welk voor de opstallen. V a n dat voor de grond "afgezonderde" bedrag wordt 11 % als aanslag voor de Dertiende Penning opgelegd.") Het gaat dan om bedragen van elf tot ruim dertig gulden per vierkante meter. In het verleden werd hier overigens veel milder geheven. Van Iterson geeft in een uit 1953 daterend rapport aan, dat de heffingen in alle gebieden van Abcoude. Baambrugge en Vinkeveen gelijk was: als grondprijs werd genomen éénderde van de getaxeerde waarde van de grond, waarbij gebouwen en beplanting worden weggedacht. ) 7
Strijd om de Dertiende Penning In 1907 schaften de Staten-Generaal met een wet, waarover lang was nagedacht, de tienden af. Het recht uit de Middeleeuwen had zichzelf al lang overleefd, maar bestond een kleine eeuw geleden nog steeds. Het gaf de rechthebbenden de mogelijkheid een tiende deel van de waarde van grond, oogst en vee op te eisen. In flinke delen van het land drukten de tienden zwaar op de agrarische sector. De afschaffing van dit recht was een heikele zaak, die een liberale overheid in de tweede helft van de negentiende eeuw nog niet goed aandurfde. De eerste pleidooien voor een streep door deze Middeleeuwse resten werden in de jaren 1860 gehouden, maar de staat durfde de rechthebbenden nog niet goed aan te pakken, hoewel ook in het geval van de heffing van tienden al lang geen sprake meer was van wederdiensten die de rechthebbenden aan de tiendplichtigen leverden. Uiteindelijk zou het bijna een halve eeuw duren voor met de uitvoering ervan begonnen werd. De afschaffing van het tiendrecht leverde voor de eigenaren een schadevergoeding op. Officieel ging de wet in 1909 in. In de diverse delen van het land ging een Tiendcommissie aan het werk om rechten te inventariseren en de schadeloosstelling voor te bereiden. Het zou eind 1922 worden voorde laatste zaken waren afgehandeld. ) 8
De wet, waarbij het einde van de tienden geregeld werd, zou vanaf de jaren dertig ook de strijd tegen de Dertiende Penning inspireren. Waar de tienden echter een nationale zaak waren, die het Rijk een bedrag van 18,5 miljoen gulden kostte, was de Dertiende Penning het domein van een aantal kleine gemeenten, waarover de landelijke overheid zich aanzienlijk minder druk maakte. Ook de gemeenten liepen er niet warm voor. Het gemeentebestuur van Kamerik zelfs in afnemende mate, omdat na de Tweede Wereldoorlog het aantal heffingen geleidelijk tot het absolute nulpunt was gedaald. Professor Van Iterson was een van de eersten die zich heeft ingespannen voor het afschaffen van dit oude recht. Z i j n beide publicaties uit de jaren dertig hebben als voorschot daarop gediend. H i j zou na 1945 een aantal pogingen ondernemen, dat ook voor Kamerik van belang is geweest. Vanaf 1960 werd zijn zaak voortgezet door J . H . van Walbeek uit Abcoude, die nog altijd bij de strijd tegen de Dertiende Penning betrokken is. Diens pogingen hebben tot de laatste jaren echter vooral betrekking op de heffingsgebieden Abcoude, Baambrugge en Vinkeveen gehad. Op 13 mei 1953 richtte Van Iterson zich tot de toenmalige burgemeester van Kamerik, H . L . Breen, met een verzoek om inlichtingen over de manier waarop de Dertiende Penning in zijn gemeente geheven werd. ) Breen heeft een maand later in een uitgebreid antwoord inzicht gegeven niet alleen in de heffingswijze, maar ook in de gevoelens van de Kamerikse bevolking ten aanzien van de Middeleeuwse grondbelasting. Uit de brief blijkt, dat "feitelijk alle eigenaren van boerderijen" problemen met het recht hadden. "De betaling wordt als een last gevoeld en aangemerkt. (...) Tussen de heffers en betalers van het recht bestaat geen enkele relatie. Van een contraprestatie van de zijde van de heffers is geen 9
18
sprake (meerj. Daarom wordt de heffing nu ... als een onrecht aangevoeld. Een ieder is er tegen, zowel de tegenwoordige als de toekomstige grondbezitter.'" Volgens Breen waren het vooral de kleine stukken grond, die meermalen van eigenaar verwisselden, waarop flink geheven kon worden. Een ander probleem heeft zich tijdens de crisis van de jaren dertig voorgedaan en ook in de moeilijke jaren van bezetting en kort na de bevrijding. Diverse grote boerderijen zijn toen in Kamerik publiek verkocht, omdat de eigenaren onvoldoende geld hadden hun eigendom zelf te houden. B i j die verkoop is uiteraard Dertiende Penning betaald en toen enkele jaren later de boerderijen in een aantal gevallen weer door de oorspronkelijke eigenaren konden worden teruggekocht, moest die opnieuw met geld over de brug komen. En andermaal streken de rechthebbenden een aanzienlijk bedrag aan Dertiende Penning op. De toenmalige Woerdense notaris Th.J. van Nes was een warm voorstander van afschaffing van deze belasting, maar heeft, voor zover bekend, nooit actie ondernomen om het recht afgeschaft te krijgen. Van Iterson wel. En hij wist op zeker moment ook de burgemeesters van Kamerik, Vinkeveen en Waverveen, Abcoude en Baambrugge enthousiast te krijgen. In de loop van 1953 en 1954 zijn deze enige malen bijeen geweest om de mogelijkheden van een gezamenlijke actie tegen de gehate Dertiende Penning te ondernemen. Van Iterson heeft hen daarin gesteund en hij is zelf ook op pad gegaan. In de zomer van 1953 raadpleegde hij over deze kwestie zijn vriend mr. J.C. Tenkink, de secretaris-generaal van het ministerie van justitie. ) Tenkink werd door V a n Iterson op de hoogte gesteld van de heffingen en van de achtergronden daarvan. Op basis daarvan zou de secretarisgeneraal van justitie zich hebben uitgesproken voor afschaffing van de Dertiende Penning. H i j verzocht Van Iterson een rapport over de problematiek te schrijven, dat deze in de nazomer van 1953 in Den Haag liet bezorgen.") De ambtelijke molens bij justitie maalden langzamer dan Van Iterson wilde en na wat telefonisch aandringen kreeg hij een uitnodiging om op 5 oktober van dat jaar zijn bezwaren tegen de Dertiende Penning te komen toelichten. H i j werd op het ministerie ontvangen door mr. L . de Vries, referendaris van de Zesde Afdeling van het departement. Die bleek het rapport van de hoogleraar intussen gelezen te hebben en had nog een paar vragen. De ambtenaar had echter vooral bezwaren tegen afschaffing van het recht. Het belangrijkste argument was, dat er nog veel meer van dergelijke oude rechten in ons land te vinden waren en waarom zou nu net de Dertiende Penning moeten wijken, terwijl de andere niet aangepakt werden. "Dit argument is natuurlijk een dooddoener, waarmede men zich heerlijk van de zaak af kan maken," schreef V a n Iterson teleurgesteld aan Breen. "Intussen is het nu drie maanden geleden dat ik op het Departement ben geweest en sindsdien heb ik niets meer over deze aangelegenheid gehoord. Ik vrees, dat deze zoetjesaan in het vergeetboek zal geraken. Ik w i l niet al te zeer op spoed gaan aandringen, uit vrees, dat ik daarmede de goede zaak zou verknoeien." I0
Wél drong Van Iterson bij Breen op actie aan. H i j liet in het midden of dat via de grondeigenaren, de burgemeesters, notarissen, wethouders of zelfs de agrarische organisaties zou moeten gebeuren. Kennelijk is zijn suggestie ter sprake geweest in het eerder genoemde overleg van de burgemeesters van de vier gemeenten, maar tot concrete stappen heeft dat waarschijnlijk niet seleid. Veel directe aanleidins daartoe was er ook niet. In de brief van Van Iterson wordt namelijk al melding gemaakt van de mogelijkheid tot afkoop van het recht in Abcoude; het heffingsgebied van de Staat der Nederlanden. "Het tarief, dat daarbij is ingevoerd lijkt mij tamelijk hoog. Ik heb dit ook op het Ministerie medegedeeld..." A f k o o p van het recht werd en wordt door particuliere rechthebbenden bijna nooit toegestaan, zodat de hoogleraar zelf moet hebben ingezien dat zijn pogingen schipbreuk zouden lijden. Voor het Kamerikse gemeentebestuur verdween in de jaren vijftig de noodzaak om actie te ondernemen, nu de rechthebbenden hun heffingen lieten versloffen. 19
Deze zouden behoorlijke sommen geld hebben kunnen incasseren. Niet zozeer door de boerderijen die in de periode na 1950 verkocht werden, maar wel door de talrijke nieuwbouwprojecten welke in de polder Teylingens gerealiseerd zouden worden. Het gemeentebestuur hield intussen wel rekening met nieuwe aktiviteiten op dit gebied. B i j diverse bouwplannen werd de prijs van de grond extreem laag gehouden, zodat een mogelijke heffing slechts een gering bedrag zou beslaan. ) Dat was van belang, gezien de historische verschillen tussen de heffingen in Kamerik en de andere Dertiende Penning-gebieden. In Kamerik was het immers de grondbelasting waarop de hoogte van de aanslag werd gebaseerd. Als die belasting laag bleef, kon ook de heffing alleen maar gering zijn. 12
Toen dan ook vanaf 1960 J.H. van Walbeek uit Baambrugge, later wonend in Abcoude, begon met een nog altijd niet geëindigde "kruistocht" tegen dit Middeleeuwse restant was de reactie van de gemeente Kamerik lauw. Aanvankelijk werden de pogingen van V a n Walbeek om de Dertiende Penning afgeschaft te krijgen nog met belangstelling gevolgd. De initiatiefnemer lichtte het Kamerikse gemeentebestuur van veel van zijn stappen in en stuurde kopieën van een groot aantal door hem verstuurde brieven en opgestelde nota's. De actualiteit ging er echter voor de Kamerikers af, nu de Dertiende Penning voor hun gemeente alleen nog op papier bestond. De laatste actie die vanuit het gemeentehuis ondernomen werd om de voorheen gehate belasting afgeschaft te krijgen, was in 1969. Per brief van 7 oktober 1969 werden door de gemeenteraad van Kamerik steunbetuigingen verstuurd aan het adres van zowel de minister van justitie, als de fracties in de Tweede Kamer. Van Walbeek had, in samenwerking met een aantal notarissen, een opzet voor een wetsvoorstel gemaakt en dat aan de volksvertegenwoordiging gestuurd. De reacties in Den Haag bleven afwachtend en afwijzend. Vanuit Abcoude werden meer pogingen ondernomen. Er werden opnieuw processen tegen de heffingen aangespannen. Een van die rechtszaken leidde tot de principiële vraagstelling of de heffing van de Dertiende Penning nog wel rechtmatig was. In zowel 1969 als in 1975 bevestigde de Hoge Raad het bestaan van het recht. Heffen mocht dus, maar de manier waarop de aanslagen tot stand kwamen was nog niet vastgesteld. Dat is nog steeds niet gebeurd, waardoor de bewoners van de heffingsgebieden in Baambrugge en Vinkeveen in onzekerheid zijn gebleven. Kamerik maakte zich geen zorgen. Hoewel dit niet in de gemeentelijke archieven terug te vinden is, gaat het hardnekkige verhaal in het dorp, dat de toenmalige wethouder Van Leeuwen in de jaren zestig in de positie geweest is om het recht te kopen voor zijn gemeente. Het college zou er geen belangstelling voor gehad hebben.
J_3_
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden — _ _ _ _ _ —
—
— , — _ — . — .
—
.——
Jaargang 1984
1
i i
i
443 W e t v a n 3 o k t o b e r 1984, h o u d e n d e r e g e l e n o m t r e n t de o p h e f f i n g v a n het recht v a n d e D e r t i e n d e P e n n i n g Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Per 1 januari 2015 wordt de Dertiende Penning afgeschaft; de wet werd in oktober 1984 in het Staatsblad afgedrukt. 20
De betrokkenheid van Kamerik bij de Dertiende Penning was in de regionale kranten nog een berichtje waard, toen de Wet op afschaffing van de Dertiende Penning door de beide Kamers aanvaard was. Maar steeds werd de nadruk gelegd op het feit dat sinds vele jaren geen heffingen meer werden opgelegd en dat het Middeleeuwse recht in Kamerik alleen nog op papier bestond. Een poging van Van Walbeek om in 1986 het gemeentebestuur te laten reageren op voorstellen tot een proefproces om de hoogte van de heffingen in Baambrugge en Vinkeveen aan de kaak te stellen, leidde dan ook alleen tot een koel, zakelijk briefje, dat het gemeentebestuur kennis had genomen van de inhoud van de opgestuurde stukken.'-) Het zou de laatste bijdrage van het Kamerikse gemeentebestuur zijn aan het dossier van de Dertiende Penning. Tot de gemeente per 1 januari 1989 werd opgeheven bleef het op dit terrein stil. Nieuw leven en nieuwe strijd Die stilte zou duren tot begin 1991. Toen kwamen, onder meer bij de gemeente Woerden en bij de Algemene Christelijke Politie Bond, de koper van het voormalige gemeentehuis aan het Burgemeester Breenplantsoen, op 27 december 1990 gedateerde brieven binnen van de Stichting Beheer Kasteel Renswoude. De stichting schreef sinds 28 november van dat jaar eigenaresse te zijn geworden van het recht van de Dertiende Penning in de voormalige heerlijkheid Kamerik en de Houdijken. De akte was gepasseerd bij notaris Houben in Rotterdam. Na nog een stukje geschiedenis werd door het bestuur van de stichting meteen boter bij de vis geëist. De rekening kon oplopen van honderdtien gulden voor een klein lapje grond van 21 centiare, dat de gemeente Kamerik eens had gekocht, tot enige tienduizenden guldens als het om een groter perceel ging. Daarmee begon een nieuw hoofdstuk in de lange Dertiende Penning-geschiedenis voor Kamerik. Veel Kamerikers hoorden er echter voor het eerst van, toen de Stichting Beheer Kasteel Renswoude in de tweede week van januari 1991 de kranten haalde met de nieuwe vorderingen. De Renswoudse stichting had het recht in november verkregen, maar de meest interessante overdracht had op 2 februari 1990 plaats. Toen verkochten de beide rechthebbenden, E . M . Post en K . den Tex, hun Dertiende Penning aan de stichting Taets van Amerongen. Deze stichting was niet helemaal toevallig achter het bestaan van het recht gekomen: de familie Taets van Amerongen had het immers sinds de twintiger jaren in eigendom gehad. V i a vererving was het uit de familie geraakt, nu was het dus weer terug. Waarschijnlijk om belastingtechnische redenen werd het recht overgeheveld naar de Stichting Beheer Kasteel Renswoude, met wie de Stichting Taets van Amerongen adres, bankrekening en briefpapier deelt. De aangeschrevenen kregen te horen dat de stichting zichzelf bevoegd achtte om over alle grondtransacties sinds 1967 alsnog heffingen op te leggen. Maar omdat per 1 januari 1985 de nieuwe wet op de afschaffing van de Dertiende Penning werd geregeld, had zij besloten alleen vanaf die datum te heffen.'") Ineens was er volop belangstelling voor de zaak en het gemeentebestuur, intussen dat van Woerden, had aanzienlijk meer haast om zich bij Van Walbeek te melden, dan zijn rechtsvoorganger. V a n Walbeek had in die jaren niet stilgezeten. Nadat in 1987 al een actiecomité in Abcoude/Baambrugge was opgericht, werd dit in 1988 in een stichting omgezet die zich ging inspannen voor de belangen van degenen die een aanslag hadden ontvangen. In Abcoude, Baambrugge en Vinkeveen werd de hoogte van de door de particuliere rechthebbende opgelegde heffingen als onredelijk ervaren. Hetzelfde advocatenkantoor dat voor hen de zaken in deze plaatsen afhandelde, bleek nu ook in Kamerik met aanslagen en vorderingen te zijn belast. Ook de Kamerikers konden kennis maken met forse bedragen die zij binnen vier weken dienden te hebben betaald. De Abcouder stichting had sinds april 1988 een proefproces lopen bij de Utrechtse rechtbank over de heffingsgrondslag. De advocaat van de rechthebbenden, mr. Vermeulen, stelde zich op het standpunt, dat de grondslag was: koopprijs van woning en bijbehorende grond. Daar wordt 21
een door de taxateur te bepalen bedrag afgetrokken als fictieve waarde van het huis alleen en over het resterende deel moet 11% Dertiende Penning betaald worden. De advocaat van de stichting, mr. L . Hardenberg, verdedigde de stelling, dat de heffingen alleen gebaseerd mogen zijn op de kale grond, dus zonder de voorzieningen om haar bouwrijp te maken. Immers: bij de oorspronkelijke gronduitgifte was sprake geweest van woest en ledig land. Het gemeentebestuur van Woerden sloot zich eind januari 1991 bij de stichting Dertiende Penning aan en besloot een financiële bijdrage te leveren, teneinde garen te spinnen bij het proces, dat mogelijk ook voor het Kamerikse gebied van belang kon zijn. ) Het proces werd pas in april 1992 voorlopig beëindigd met een vonnis door het Gerechtshof in Amsterdam, dat de rechthebbenden op alle punten in het gelijk stelde. De stichting diende een klein jaar later een verzoek om cassatie in bij de Hoge Raad. Naar verwachting doet deze uitspraak tegen het einde van 1994. Dan pas is vastgesteld op welke wijze de Dertiende Penning over bebouwde grond geheven mag worden. Uiteraard gaan beide partijen er op dit moment van uit, dat hun visie door de Hoge Raad gedeeld wordt. De praktijk heeft tot nu toe echter geleerd, dat de rechterlijke macht er meestal weinig heil in ziet om de eigenaren van de heerlijke rechten in de uitoefening van hun bezit te beperken. De laatste decennia is geen enkel Dertiende Penningproces door de aangeklaagde partij verloren. 15
I
s • J
s!
i
i
Het voormalige gemeentehuis aan het Burgemeester Er eenplantsoen. Na de verkoop aan de ACP werd een vordering van ƒ 33.000 - opgelegd. Foto: collectie Stadsarchief Woerden. Voor de Kamerikse bevolking die in de polders Houtdijken en Teylingens woonde, was het aanvankelijk zeer onzeker. Juist omdat weinig bekend was en ook de stichting in Renswoude tegenover de kranten ieder commentaar weigerde, gonsde het van de geruchten. Om die geruchtenstroom in te dammen werd op 19 februari een informatie-avond in dorpshuis "de Schulenburch" gehouden. ) Hier kwamen circa 150 Kamerikers bijeen en zij kregen door een inderhaast bijeengetrommeld forum van hele en halve deskundigen lang niet alle antwoorden die ze hadden willen hebben. De meeste deskundigheid zat in Abcoude. V a n Walbeek was als éminence grise aanwezig, de nieuwe voorzitter van de Stichting Dertiende Penning, C . Wester, eveneens. Z i j hadden een nieuwtje voor de Kamerikse aangeslagenen: mogelijk was de Dertiende Penning al helemaal vervallen. Advocaat Hardenberg meende de stelling te kunnen verdedigen, dat, nu het recht al tientallen jaren niet meer actief geheven was, het onmogelijk zou zijn het nieuw leven in te blazen. 16
Voor de ontvangers van de hoogste rekeningen, de A C P had een aanslag van ƒ 33.000,gekregen, een veehouder kreeg er een van vijftig mille, was dat een strohalm. A l s steun in de rug werd bovendien die avond in principe besloten een eigen proefproces te beginnen. Dat moesten de Kamerikers dan wel zelf aanspannen. De stichting in Abcoude voelde er weinig voor Kamerik bij het door haar gevoerde proces te betrekken. Ook zou zij de Kamerikse belangen niet zelf willen behartigen, maar wel steun willen geven aan een nieuw op te richten Stichting Dertiende Penning Kamerik. Voorwaarde om tot die laatste te komen was wel, dat bewoners van het heffingsgebied bereid zouden zijn een bedrag van een of meer honderd gulden te storten, om voldoende financiën te krijgen waarmee zo'n proces gevoerd kon worden. Die stichting werd in het voorjaar gevormd. ) Toen was al duidelijk dat de rechtsgang jaren zou gaan duren. Allereerst zou het niet mogelijk zijn om met één proces alle onduidelijkheden uit de wereld te helpen. De stichting in Renswoude wilde daaraan niet medewerken. W e l toonde zij zich bereid, tegen rente-vergoeding, de inning van de vorderingen op te schorten tot de rechter uitspraak had gedaan. 17
Daarnaast zou het een probleem zijn om een goed voorbeeld te vinden, waarmee de rechtbank overtuigd kon worden. Niet iedere grondtransaktie leende zich daarvoor. Alleen wanneer regelmatig verkocht was en duidelijk gemaakt kon worden dat de Dertiende Penning niet geheven en geïnd was, zou de Kamerikse stichting kans van slagen hebben. Een deel van de Kamerikers betaalde, al dan niet onder protest. Ook de gemeente, die voor de aankoop van een reepje grond nabij het Schoolpad, nog een aanslag van ƒ 88,- had gekregen, voldeed de rekening. Het protest was nodig om, als de stichting Dertiende Penning het proces zou winnen, de betaalde bedragen weer van Renswoude te kunnen terugvorderen. Vrijdag 20 november 1992 was het pas zover dat er enig schot in de zaak kwam: de beide stichtingen stonden tegenover elkaar in een klein zaaltje van het Utrechtse gerechtshof. Zeker vijftig belangstellenden hadden zich naar Utrecht gespoed en zij konden alleen met veel passen en meten in de ruimte. De rechters dienden een oordeel te vellen over de rechtmatigheid van een aanslag die Renswoude had opgelegd aan P. den Boer uit Kockengen. Deze had een stuk grond in de polder KamerikTeylingens gekocht, waarover na een eerdere verkoop van 10 april 1929 geen Dertiende Penning was betaald, terwijl het perceel in 1942 nogmaals van eigenaar was gewisseld. Cruciaal daarbij was het argument van mr. Vermeulen, dat de kopers de plicht zouden hebben om hun transactie aan de rechthebbenden op de Dertiende Penning te melden. De advocaat van de Kamerikse stichting, mr. Hardenberg, daarentegen betoogde dat deze meldingsplicht alleen in het Oud Vaderlands Recht, van voor 1798, had bestaan en dat deze dus al bijna twee eeuwen vervallen was. H i j verwees daarbij naar een arrest van de Hoge Raad uit 1855, dat stelt, dat de rechthebbende moet aantonen een oud recht in bezit te hebben. Omdat de rechthebbenden in dit geval nooit iets van zich hadden laten horen, hield Hardenberg de rechters voor, zou ook de Dertiende Penning in Kamerik vervallen zijn. Hoewel ook de advocaat van de Kamerikse stichting wist dat het non usus (niet gebruiken) van een recht niet automatisch betekent, dat het recht niet bestaat, ging hij ervan uit dat als een rechthebbende dertig jaar lang geen gebruik maakt van (in dit geval) de Dertiende Penning, deze voor zijn gebieden vervallen is. ) Hoewel de rechtbank aanvankelijk meldde in februari 1993 uitspraak te zullen doen, bleek al spoedig dat de zaak veel langer ging duren. De rechter vroeg aan de stichting in Renswoude om aan te tonen dat de Dertiende Penning de afgelopen jaren wel degelijk geheven was. Ook moest zij duidelijk maken dat het recht eindjaren zestig, bij de ruilverkaveling die een deel van de polder Klein-Houtdijk trof, betaald was. Tijdens de zitting had mr. Vermeulen dat wel gezegd, maar niet kunnen bewijzen. ) 18
19
23
De stichting in Kamerik probeerde intussen de druk van de ketel te halen voor de kopers en verkopers van woningen. De Dertiende Penning zou omzeild kunnen worden, wanneer de grond niet doorverkocht werd, maar in erfpacht zou worden uitgegeven. In dat geval zou het recht niet van toepassing zijn. Daartoe werd een speciale stichting in het leven geroepen, de Stichting Kamerik Teylingen, die in juli 1993 voor het eerst in actie kwam. ") De stichting verkreeg het bloot eigendom van een woning en de bijbehorende gronden in Kamerik, maar liet het gebruik en de overige rechten en plichten aan de bewoner. De rechter heeft deze erfpachtconstructie nog niet getoetst en het is de vraag of het ooit zover komt. 2
Wel wees de rechtbank eind januari 1994 vonnis: de Dertiende Penning mocht in Kamerik geheven worden. ) De Stichting Beheer Kasteel Renswoude werd door de rechter op alle punten in het gelijk gesteld. Het feit dat de grond, waarom het tijdens het proefproces ging, in 1942 was verkocht zonder dat een aanslag was ingediend of een heffing was betaald, werd door de rechtbank niet als maatgevend beschouwd. Bovendien verwierp zij het argument dat de meldingsplicht al zou zijn afgeschaft. Dat zou eerst door nadere studie en rechtsgang bepaald moeten worden, maar omdat de Kamerikse stichting al op andere punten in het ongelijk werd gesteld, is de rechter aan beantwoording van die vraag niet meer toegekomen. Met het vonnis lag voor Renswoude de weg open om ook voor bebouwde percelen te gaan heffen. Hoewel aanvankelijk verwacht werd, dat de stichting daar pas aan zou beginnen, nadat de Hoge Raad uitspraak had gedaan in het Abcouder proefproces over de heffingsgrondslag voor bebouwde grond, werd toch drie weken na het Kamerikse vonnis de eerste aanslag bij een aantal Kamerikse woningen bezorgd. ) 21
22
Recht afgekocht of niet? Renswoude had dat gedaan om aanspraak te kunnen maken op rentevergoeding: de Kamerikers die niet binnen vier weken na dagtekening van de vordering zouden betalen, moesten rekening houden met een rente van minimaal negen procent. De aanslagen zorgden echter voor een onverwacht effect. B i j archiefonderzoek kwam een lijst naar voren, die aangaf dat een deel van de bebouwde percelen in de polder Teylingens en in de polder Klein-Houtdijk buiten de Dertiende Penning viel. ) Bewoners van de betreffende huizen die bezwaar maakten tegen de door Renswoude ingediende rekening, kregen vrijwel per kerende post antwoord dat zij gelijk hadden en dat de aanslag werd ingetrokken. ) Het betrof hier woningen in de oude dorpskern. Grofweg het deel van de Van Teylingenweg tussen de voormalige graanhandel van Hogendoorn en de winkel van loodgieter Samsom. Dat was reden voor de stichting in Kamerik om een door Renswoude aan de rechtbank overgelegde lijst van kadastrale nummers van aan het einde van de negentiende eeuw met de Dertiende Penning belaste percelen te toetsen aan kadastrale kaarten. Daaruit kwam naar voren dat een groter deel van de toen bebouwde percelen in de polders Teylingen en de beide Houtdijken vrij zouden zijn van betaling. ) Die ontdekking heeft voedsel gegeven aan talrijke speculaties. De meest verstrekkende daarvan is, dat de Dertiende Penning voor alle bebouwde percelen indertijd blijkbaar is afgekocht. Die kans moet niet te hoog worden ingeschat. Uit het verleden is niets bekend van een grootscheepse afkoop van het recht, de rechthebbenden verzetten zich daar steeds tegen, ook als het om zeer kleine reepjes grond ging. ) De Kamerikse stichting heeft in principe besloten om, naast het instellen van hoger beroep tegen het vonnis van de Utrechtse rechtbank, een tweede proefproces aan te spannen, waarin een aantal problemen aan de orde moet komen. Het proces moet in ieder geval gaan over een bebouwd perceel, dat de afgelopen veertig jaar enige malen van eigenaar is veranderd. Op die manier hoopt de stichting alsnog bevestigd te krijgen dat de rechthebbenden hun Dertiende Penning hebben laten versloffen. Ook moet meer zekerheid worden verkregen over de manier waarop een heffing 23
24
25
26
24
plaats mag vinden. Weliswaar biedt de later in 1994 verwachte uitspraak door de Hoge Raad in de cassatie over de zaak in Abcoude enige aanknopingspunten, maar die geeft geen uitspraak over de rechtmatigheid van Renswoude om de Abcouder heffingsmethode ook in Kamerik toe te passen, terwijl daar in het verleden altijd op andere basis werd gewerkt. Tenslotte moet duidelijk worden of de vrijgestelde percelen die intussen zijn ontdekt alleen vrij van betaling zijn voor de in 1896 bekende opstallen en hun op ongeveer dezelfde plaats gebouwde opvolgers, of dat met "bebouwde percelen" alle op de betreffende grond verrezen panden bedoeld worden. In dat laatste geval zouden namelijk ook de in de jaren na de Tweede Wereldoorlog gebouwde huizen op de achterliggende gronden meetellen. Dat laatste zou een kleine revolutie in het heffingsgebied Kamerik van de Dertiende Penning betekenen en ongetwijfeld tot de Hoge Raad moeten worden uitgeprocedeerd, omdat het de rechthebbenden
a
f t
f
K v. v y w o r 3 > K Het kasteel te Renswoude op een l&e-eeuwse gravure van Jan de Beijer. Mede met de inkomsten uit de Dertiende Penning wordt dit kasteel gerestaureerd. zeer veel aan inkomsten zou schelen. Het valt echter te betwijfelen of de rechters in dit geval met de Kamerikse stichting meegaan. De lange geschiedenis van processen tegen de heffers van de Dertiende Penning heeft aangetoond, dat deze maar zelden in het ongelijk zijn gesteld. Het zou al net zo 'n kleine revolutie zijn, wanneer de rechterlijke macht daar in de laatste twintig jaar van het bestaan van dit Middeleeuwse recht anders over zou denken. Anders dan bij eerdere processen zal ook nu het gemeentebestuur meer dan normale belangstelling voor de uitspraken van de rechter hebben. In 1992 werden namelijk de gronden tussen de Van Teylingenweg, de Goudenregenlaan en de Eikenlaan aangekocht ten behoeve van wegaanleg en woningbouw. Niet alleen over die grondaankoop zou Dertiende Penning verschuldigd zijn, ook over de verkoop van ieder individueel kavel voor de woningen. Gezien de nu bekende aanslagen zou het per huis om bedragen van minimaal drie- tot vijfduizend gulden gaan. En de gemeente gaat vooralsnog uit van de realisatie van circa tweehonderd woningen. Z o heeft de "landheer" in de jaren negentig van de twintigste eeuw nog steeds invloed op wie er in " z i j n " gebied kan komen wonen en niet: alleen degene die het kan betalen.
25
Noten: 1. Iterson. W . van. Handwissel, dertiende penning en zilvergeld (Utrecht, z.j. (1938)), (overdruk uit
Verslagen en mededcclingen der Verceniging tot Uitgaaf der Bronnen van het Oud-Vaderlandsch Recht, deel I X . afleevering 3) 2. Als voren, p. 250. 3. Iterson, W . van, De dertiende penning (s.I., z.j.) (overdruk uit het Weekblad ambt en Registratie, d.d. 11. 18 en 25 maart 1939, p. 8.
voor Privaatrecht,
Notaris-
4. Linden, H . van der, De Cope: bijdrage tot de rechtsgeschiedenis van de openlegging der HollandsUtrechtse laagvlakte (Assen, 1955). p. 81 e.v. 5. Ketelaar, F.C.J., Oude zakelijke rechten, vroeger, nu cn in de toekomst (Zwolle, 1978), p. 209 6. Meer informatie over de exacte omvang van de heffingsgebieden en de manier waarop de aanslagen tot stand komen is te vinden in de brochure "Het Recht van de Dertiende Penning in Abcoude, Baambrugge, Vinkeveen, Kamerik", een uitgave (1993) van de Stichtingen Dertiende Penning in Abcoude en Kamerik. 7. Iterson, W . van, De Dertiende Penning, (rapport, 1953). Een afschrift van dit rapport bevindt zich in het archief van de gemeente Kamerik 1941-1988 onder nr. 1.714, tegenwoordig berustend in het gemeentearchief te Woerden. 8. Ketelaar, p. 96 e.v. 9. De correspondentie tussen Van Iterson en Breen: Archief Kamerik 1941-1988, 1.714. 10. Brief V a n Iterson, 8 januari 1954, Archief Kamerik 1941-1988, 1.714. 11. Dit is het onder noot 7 genoemde rapport, dat ook naar de andere bij de kwestie betrokken gemeentebesturen werd verzonden. 12. Dit is onder meer bekend van de Burgemeester De Kockstraat, waar tegen het eind van de jaren vijftig de eerste nieuwbouw gepleegd werd. 13. Brief van het gemeentebestuur van Kamerik aan J.H. van Walbeek, Archief Kamerik 1941-1988, 1.714. 14. Brieven van de Stichting Beheer Kasteel Renswoude aan de gemeente Kamerik (!), 27 december 1990, Archief gemeente Kamerik 1941-1988,1.714. 15. Woerdense Courant, 31 januari 1991. 16. Woerdense Courant, 21 februari 1991. 17. Woerdense Courant, 18 februari 1993. 18. Woerdense Courant, 26 november 1992 19. Woerdense Courant, 18 februari 1993 20. Woerdense Courant, 8 juli 1993. 21. Woerdense Courant, 20 januari 1994. Hoewel het vonnis zeer uitgebreid gemotiveerd is, wordt een aantal elementaire vragen niet beantwoord, reden voor de Stichting Dertiende Penning Kamerik om in hoger beroep te gaan. 22. Woerdense Courant, 17 februari 1994. 23. Woerdense Courant, 3 maart 1994. 24. Woerdense Courant, 10 maart 1994. 25. Woerdense Courant, 17 maart 1994. Hierbij moet worden aangetekend, dat de exacte betekenis van de vergelijking nog moeilijk te beoordelen is. Het probleem is, dat de lijst met kadastrale nummers uit 1896 stamt en tot dusverre alleen vergeleken is met kadasterkaarten uit 1832 en 1913. Hernummering van percelen heeft in die periode zeker plaatsgevonden. Eén van de uitbreidingen van het onbelaste gebied betreft naar alle waarschijnlijkheid de Hervormde kerk. Gezien de van oudsher bestaande band tussen de landheer en de kerk zou dat niet verwonderlijk zijn. 26. Een voorbeeld daarvan betreft de aanleg van een kleine PTT-centrale, waarvoor het Staatsbedrijf aan het eind van de jaren dertig vergeefs een afkoopregeling heeft proberen te treffen.
26
STICHTING DERTIENDE PENNING
Het Recht van de Dertiende Penning i n
ABCOUDE BAAMBRUGGE VINKEVEEN KAMERIK
Prijs/ 5,00
© SOP 1993
Dit is e e n uitgave v a n d e S T I C H T I N G D E R T I E N D E P E N N I N G A b c o u d e / Baambrugge / Vinkeveen corr. a d r e s : P r W Alexanderstraat 2 0 1396 K C B a a m b r u g g e bank: Rabobank Abcoude 3005.40.299 (giro b a n k : 60916)
Kamerik Meidoornlaan 4 3471 C B Kamerik R a b o b a n k Kamerik 3311.16.871 (giro b a n k : 156121)
STICHTING DERTIENDE PENNING STICHTING DERTIENDE PENNING ABCOUDE / BAAMBRUGGE / VINKEVEEN
zeg
tegen heffingen ï>ertienï>e yenning
TsltE onrebdijke
H e t
r e c h t
v a n d e
1 3 e
p e n n i n g
Deze brochure is bedoeld om de (toekomstige) inwoners van Abcoude, Baambrugge, Vinkeveen en Kamerik te informeren over het recht van de 13e penning.
stort uw bijdrage op bankrekening 3005.40.299 (Rabobank Abcoude)
Stichting Dertiende Penning De Stichting Dertiende Penning heeft geen enkele relatie met de heffers van het recht van de 13e penning.
STICHTING DERTIENDE PENNING KAMERIK Steun de strijd tegen het herleven van een ingeslapen recht
De Stichting Dertiende Penning Abcoude/Baambrugge/Vinkeveen werd opgericht naar aanleiding van een reeks zeer hoge aanslagen 13e penning eind 1987 in Baambrugge. Zij stelt zich tot doel de behartiging van de belangen van diegenen die worden aangeslagen voor het recht van de 13e penning.
onder het motto:
Eind 1990 werd Kamerik opgeschrikt door plotseling binnenkomende aanslagen, terwijl daar het recht van de 13e penning al meer dan 30 jaar in onbruik was geraakt. Dit was aanleiding om in Kamerik ook een Stichting Dertiende Penning op te richten, met dezelfde doelstellingen.
stort uw bijdrage op bankrekening 3311.16.871
In deze brochure zal ook worden ingegaan op de activiteiten van de stichtingen.
$een doornroosje in Kamerik (Rabobank Kamerik)
Wat is het recht van de 13e penning? Het begrip dertiende penning
MCHTBVICHT
AASDOM. BAXYt
^GE
i
+
Waar het begrip d e dertiende penning vandaan komt is niet geheel duidelijk. V o o r zover b e k e n d werd en wordt het steeds gehanteerd als een dertiende deel van.... Mr. F . C . J . Ketelaar schrijft in zijn dissertatie " O u d e zakelijke rechten" over d e 13e penning: "Misschien was de dertiende penning oudtijds de penning die men op iedere schelling (= 12 penningen) moest toeleggen." In feite d u s een twaalfde deel. Geschiedenis van het recht Hoe en wanneer het recht van d e 13e penning is ontstaan ligt nergens duidelijk vast. Het westelijk deel van (toen het Bisdom) Utrecht bestond vroeger uit wildernis en veenmoerassen. Het was een nagenoeg onbewoond gebied. Misschien w a s hier en daar bewoning o p hoger gelegen gebieden bij rivieren en waren monniken b e g o n nen met d e aanleg van dijken. Het gebied is waarschijnlijk rond d e twaalfde eeuw ontgonnen. De leenman, die feitelijk eigenaar was van het gebied, gaf stukken wildernis uit aan kolonisten, die zich in dit gebied wilden vestigen. Indien nu een kolonist zijn grond weer wilde verkopen, was het voor d e heerser v a n groot belang dat d e nieuwe bewoner hem g o e d gezind was en hem steunde bij het besturen van het gebied. Vandaar dat bij verkoop van grond d e toestemming van d e heerser nodig was. Indien m e n grond wilde verkopen en d e heer wenste d e koper niet in zijn gebied, dan k o n hij gebruik maken van zijn recht van naasting of n a k o o p (thans ook wel b e k e n d als het recht van wederinkoop). Als hij geen gebruik maakte van het naastingsrecht, d a n moest d e koper ter erkenning van het g e z a g v a n d e heer een handwissel (het goed wisselde van hand) in geld betalen, zijnde e e n dertiende deel (dertiende penning) van de waarde van de grond, d e g e b o u w e n en beplantingen weggedacht. Immers de heerser had oorspronkelijk slechts maagdelijke grond (wildernis) uitgegeven aan d e kolonist, die zelf h a d g e z o r g d voor d e b o u w van een o n d e r k o m e n en voor de beplanting van d e grond. De waarde van d e aangebrachte voorzieningen mocht van d e k o o p s o m worden afgetrokken.
• 2EGVFUD
to
Kaart 1: Kaartje uit 1720 met d e heffingsgebieden van d e 13e penning
2
In het boek " A b c o u d e en Baambrugge 900 jaar" wordt het recht van d e dertiende penning als volgt beschreven: Tot de rechten waarover de heren van Abcoude en het kapittel van Sint Pieter beschikten behoorde onder meer het naastingsrecht. Indien iemand zijn grond wilde verkopen, was het voor de heer van het grootste belang dat de nieuwe bewoner hem goedgezind was. Vandaar dat bij verkoop de toestemming van de heer nodig was. Indien men onroerend goed wilde verkopen en de heer wenste de koper niet in zijn gebied, dan kon hij gebruik maken van zijn recht van naasting of nakoop. Indien hij niet van zijn naastingsrecht gebruik maakte, moest de koper, tot afkoop van het naastingsrecht, een handwissel (het goed wisselde van hand) in
3
geld betalen. Dit bedroeg een dertiende deel (dertiende penning) over de koopsom of de waarde van de grond en weggedacht hetgeen daarop of daarin is gebouwd, geplant of gepoot; immers de heer had oorspronkelijk slechts grond (wildernis) uitgegeven aan de kolonist, die zelf had gezorgd voor de bouw van opstal en voor beplanting; over deze waardevermeerdering, aangebracht door de kolonist, behoefde niet te worden betaald. Het Het van een
recht van de 13e penning is dus alleen verschuldigd bij de verkoop van grond. recht is derhalve niet verschuldigd bij vererving en bij de vestiging van het recht erfpacht ot het recht van opstal. Het recht is evenmin verschuldigd bij inbreng in maatschap, schenking of ruiling.
Dat het recht alleen mag worden geheven over de verkoop van grond is uitdrukkelijk vermeld in de "Beschrijving en conditiën der veiling van de Ambachtsheerlijkheid van Demrik en Vinkeveen" van 1 april 1878.
Mag het recht nog worden geheven? Over het recht van d e 13e penning zijn verschillende p r o c e s s e n gevoerd. Het is waarschijnlijk d e oudste kwestie waarover nog steeds g e p r o c e d e e r d wordt. Het oudste bekende vonnis dateert reeds van 1410. In de Door werd recht
zeventiger jaren is er actie gevoerd o m te komen tot afschaffing van dit recht. een actiecomité, gesteund door de Amsterdamse advocaat Mr. L Hardenberg, een aantal proefprocessen gevoerd tot aan d e H o g e R a a d met de vraag of dit nog "bestaansrecht' heeft.
Bij d e z e proefprocessen ging het erom of het recht van de 13e penning een heerlijk recht of een zakelijk recht is. Heerlijke rechten zijn na de Franse revolutie namelijk alle afgeschaft, terwijl oude zakelijke rechten zijn blijven bestaan. De H o g e Raad heeft in arresten in 1969 en in 1975 het recht van d e 13e penning als een nog bestaand zakelijk recht erkend.
Hierin wordt vermeld: 3e.
Dat het regt uitsluitend geheven wordt bij verkoop der schuldpllchtlge gronden en niet verschuldigd is bij enige andere wijze van eigendomsovergang, terwijl de gebouwde eigendommen daaraan niet onderworpen zijn.
M e n zou het naastingsrecht in samenhang met d e 13e penning kunnen vergelijken met het "anti-speculatiebeding" dat nu door gemeenten wordt gehanteerd bij d e uitgifte van grond voor gesubsidieerde koopwoningen. Dit anti-speculatiebeding houdt in dat indien een koper grond en het daarop g e b o u w d e huis wil verkopen hij dit eerst moet aanbieden aan de gemeente. P a s als de gemeente afziet van het terugkopen is hij vrij aan een ander te verkopen. Hij is dan wel verplicht de "overmatige" winst, die hij eventueel maakt, aan de gemeente af te dragen. Overigens geldt dit anti-speculatiebeding meestal voor een periode van ten hoogste 10 jaar. In Baambrugge heeft een agrariër zijn mening over het recht van de 13e penning als volgt in een gedicht verwoord.
Die hier bit Janb koopt zij bebacht Dat hier nog aJtijb is van kracht Eert recht uit oen pruikentifb Waarvoor be ianbbouw schabe lijbt De Naam van bit gehate recht U Venning XW, ik heb gezegb. 4
Deze arresten van d e Hoge Raad zijn gevolgd d o o r de wet van 3 oktober 1984, waarbij het recht per 1 januari 2015 wordt afgeschaft en waarbij tevens het heffingspercentage met ingang van 1 januari 1985 met ruim 3 % wordt verhoogd van 1/13 naar 11%. De conclusie is dus: Er mag nog (even) worden geheven! NOOT:
In Kamerik wordt een proefproces gevoerd tegen het weer gaan heffen, nadat zeer lang niet meer actief werd geheven.
Hoe mag er dan worden geheven? Het is duidelijk dat de 13e penning alleen geheven m a g w o r d e n over de verkoop van grond. Nergens ligt echter duidelijk vast hoe de waarde van de grond waarover geheven mag worden moet worden vastgesteld. De voormelde wet zegt dat het recht mag worden geheven over: "de waarde van de onroerende
zaken waarop het recht
rust'.
De wet bepaalt niet wat die zaken zijn en evenmin hoe die waarde moet worden bepaald. In de toelichting op de wet wordt gesteld: "bij verschil van inzicht over de gerechtigdheid o p d e Dertiende Penning - het betreft hier een burgerlijk recht - zal het oordeel van d e rechter moeten worden ingeroepen." Verschil van inzicht over de heffing van de 13e penning heeft inmiddels geleid tot twee nieuwe proefprocessen. Eén proefproces in het g e b i e d B a a m b r u g g e en één in het gebied Kamerik. Verderop in deze brochure wordt hierop n o g nader ingegaan.
5
Waar en hoe wordt de 13e penning geheven Het recht van de 13e penning komt alleen voor in het westelijk deel van d e provincie Utrecht. Er zijn vier gebieden waar het recht van d e 13e penning nog wordt geheven. Deze gebieden zijn:
I.
ABCOUDE Het heffingsgebied A b c o u d e omvat de voormalige Ambachtsheerlijkheid A b c o u d e Proostdij en A e s d o m . Het recht van d e 13e penning geldt alleen in Proostdij en niet in Aesdom. Dit gebied ligt nu gedeeltelijk in de gemeente A b c o u d e en gedeeltelijk in d e gemeente De Ronde Venen.
II.
BAAMBRUGGE Het heffingsgebied Baambrugge omvat d e voormalige Ambachtsheerlijkheid Abcoude-Baambrugge. Dit gebied ligt nu gedeeltelijk in de gemeente A b c o u d e en gedeeltelijk in de gemeente Loenen.
III.
VINKEVEEN Het heffingsgebied Vinkeveen omvat d e voormalige Ambachtsheerlijkheid Vinkeveen en Demmerik. De 13e penning wordt van o u d s alleen geheven in Vinkeveen en niet in Demmerik. Dit gebied behoort nu tot de gemeente De R o n d e Venen.
IV.
KAMERIK Het heffingsgebied Kamerik Kamerik en den Houdijk.
omvat
de
voormalige
Ambachtsheerlijkheid
Dit g e b i e d behoort nu tot de gemeente W o e r d e n . Kaart 2: Begrenzing van de verschillende Ambachtsheerlijkheden
6
7
IV.
KAMERIK
Heffingsgebied De voormalige Ambachtsheerlijkheid Kamerik met de Houdijken behoorde ook tot de z o g e n a a m d e 13e penninggerechten. Dit gebied omvat de polders Kamerik-Teylingens, inclusief Oud-Kamerik en Groot- en Klein-Houtdijk. Wijze van heffing In tegenstelling tot Abcoude, Baambrugge en Vinkeveen waar steeds actief is geheven, stond Kamerik erom bekend dat daar al sedert jaar en d a g niet meer werd geheven. Eind 1990 werd een aantal inwoners van Kamerik dan ook zeer onaangenaam verrast met een aanslag voor de 13e penning. De eerste aanslagen bleken afkomstig van: "De Stichting Beheer Kasteel Renswoude". In d e z e brieven van de Stichting werd aangekondigd dat weer geheven zal worden over verkopen die hebben plaatsgevonden na 1 januari 1985. Naar verluidt hebben de baronnen Taets van A m e r o n g e n het recht van de 13e penning gekocht van de in het buitenland woonachtige rechthebbers. De baronnen h e b b e n het recht vervolgens doorverkocht aan de Stichting Beheer Kasteel Renswoude. Deze stichting heeft het Advocatenkantoor Derks - Star B u s m a n n te Utrecht (i.e. Mr. F.M. Vermeulen) bereid gevonden o m ook in Kamerik d e heffing van het recht van de 13e penning actief ter hand te nemen. Ook de wijze van heffen en de berekening van de aanslagen is ten opzichte van vroeger sterk gewijzigd. In dit gebied werd vroeger de 13e penning berekend op basis van de grondbelasting, hetgeen voor een woning met tuin resulteerde in een aanslag van enkele guldens. Nu wordt ook hier de k o o p s o m van d e grond als basis genomen, wat verhoudingsgewijs veel hogere aanslagen dan vroeger tot gevolg heeft. De aanslagen voor een woning met tuin kunnen nu o p l o p e n tot enkele duizenden guldens. Afkoop van het recht Het is niet te verwachten, dat in Kamerik een algemene mogelijkheid zal worden g e b o d e n tot afkoop van het recht. Uit 1990 is één geval b e k e n d van afkoop van het recht. Dit z o u erop kunnen wijzen dat over afkoop onderhandeld kan worden.
Kaart 14:
Het heffingsgebied Kamerik
25
Wat doen de Stichtingen Dertiende Penning Abcoude/B aambrugge/Vinkeveen Naar aanleiding van een reeks zeer hoge aanslagen 13e penning eind 1987 werd een actiecomité opgericht. Dit comité is een actie gestart tegen de onredelijk hoge aanslagen. In 1988 werd het comité omgezet in de "Stichting Dertiende Penning". Deze Stichting heeft tot doel de behartiging van de belangen van diegenen die worden aangeslagen voor de 13e penning. Proefproces De acties hebben geleid tot een proefproces tegen d e door Mr. F.M. Vermeulen gehanteerde wijze van berekening van het recht van de 13e penning. In het proefproces is aan de orde of bij bouwrijpe grond de 13e penning ook geheven mag worden over in de koopprijs van de grond begrepen kosten van bouwrijpmaken en andere openbare voorzieningen. De Stichting is van mening, dat de 13e penning niet over deze kosten mag worden geheven. Het heffen van de 13e penning over deze door derden gedane investeringen, waaraan d e heffers part noch deel hebben gehad, strookt niet met het oude begrip: "bebouwing, beplantingen en bepotingen weggedacht". In april 1988 werd een proefproces gestart bij de Rechtbank te Utrecht. Tegen een tussen-vonnis van deze Rechtbank werd beroep ingesteld bij het Gerechtshof in Amsterdam. N a een h o o p g e v e n d tussen-arrest in januari 1992 heeft het Gerechtshof op 5 november 1992 echter een zeer teleurstellende eind-uitspraak g e d a a n in het proces over de wijze van heffing van het recht van de 13e penning. Door een geheel anders samengesteld Hof -dan bij het tussen-arrest- zijn alle d o o r d e advocaat van de Stichting, Mr. L. Hardenberg, aangedragen argumenten over omvang en wijze van heffen -vrijwel ongemotiveerd- van tafel geveegd. De heffers van d e 13e penning hebben met deze uitspraak nagenoeg een vrijbrief gekregen o m te heffen op een wijze die hen goeddunkt. Verzoek om cassatie Het arrest van het Hof werd o m advies voorgelegd aan d e in cassatie-verzoeken gespecialiseerde advocaat Mr. Sillevis Smitt te 's Gravenhage. Eind januari 1993 bleek, dat het arrest voldoende aanleiding geeft tot het indienen van een cassatieverzoek. Het verzoek o m cassatie werd vervolgens op 3 februari 1993 ingediend. Dit is een nieuwe stap o m de heffers van de 13e penning ertoe te dwingen o m tot 2015 op een redelijke wijze gebruik te maken van hun recht. De verwachting is dat de procedure bij de H o g e Raad één tot anderhalf jaar zal duren. F o n d s voor p r o c e s k o s t e n O m de kosten van het proefproces te kunnen betalen heeft de Stichting een fonds ingesteld. Dit fonds is samengesteld uit bijdragen van d e g e n e n die een aanslag 13e
26
penning hebben ontvangen en andere inwoners van A b c o u d e , Baambrugge en Vinkeveen die nu of in de toekomst met het recht geconfronteerd kunnen worden. O p 19 december 1992 werd een bijeenkomst belegd voor diegenen, die een aanslag 13e penning hebben ontvangen maar deze nog niet hebben betaald. Tijdens deze bijeenkomst werd d o o r de aanwezigen toegezegd een bijdrage van 5% van hun aanslag in het cassatie-fonds te storten. Uitstel van betaling Naar aanleiding van dit proces is met Mr. Vermeulen afgesproken, dat de invordering van de aanslagen van contribuanten van de Stichting blijft rusten tot de einduitspraak. O m als contribuant van de Stichting te w o r d e n aanvaard dient een bijdrage van 5% van de aanslag 13e penning in het fonds te w o r d e n gestort.
Kamerik Naar aanleiding van een reeks aanslagen 13e penning eind 1990, in een gebied waar de laatste dertig jaar niet werd geheven, is ook in Kamerik een "Stichting Dertiende Penning" opgericht. Proefproces De Stichting Dertiende Penning in Kamerik is eveneens een proefproces gestart bij de Rechtbank in Utrecht. In dit proces is het de vraag of er in Kamerik nog wel geheven mag worden. De Stichting is van mening, dat nu het recht van d e 13e penning in Kamerik meer dan dertig jaar niet (actief) Is geheven, dit recht door nalatigheid en/of ongeïnteresseerdheid van de rechthebbenden helemaal te niet is g e g a a n en niet meer kan worden uitgeoefend. Door de Rechtbank in Utrecht is inmiddels een tussen-vonnis gewezen, waarin aan de Stichting Beheer Kasteel Renswoude de opdracht is g e g e v e n te bewijzen dat en hoe het recht van de 13e penning de laatste 50 jaar in Kamerik is geheven. Aan laatstgenoemde Stichting werd onder meer d e opdracht gegeven een door bescheiden gestaafd overzicht te verstrekken van de uitoefening van het recht vanaf 1940 tot eind 1990, te weten: een staat van d e verkopen van de met het recht bezwaarde percelen; een staat van d e gevallen waarin de dertiende penning is geïnd. Fonds voor proceskosten O m de kosten van dit proefproces te kunnen betalen heeft ook deze Stichting Dertiende Penning een fonds ingesteld. Dit fonds is samengesteld uit bijdragen van degenen die een aanslag 13e penning hebben ontvangen en andere inwoners van Kamerik die nu of in de toekomst met het recht geconfronteerd kunnen worden.
27
Gebied Kamerik
Maria A n n a Miltenburg, wonende te Loenen a/d Vecht; Johannes Ludgerus Antonius Miltenburg, wonende te Ingersoll (Ontario); Barnardus J o h a n n e s Miltenburg, wonende Loenen a/d Vecht; A n n a Anthonia Maria de Graaf-Kok, wonende te Lopik; Anthonia A n n a Maria van Hees-Kok, wonende te 's-Gravenhage; Cecilia Theodora Maria van der Vliet-Kok, wonende te Nijmegen; Johanna T h e o d o r a Bouwman-Kok, wonende te Utrecht; Maria J o h a n n a Kok, wonende te Vinkeveen; Antonius Johannes Kok, wonende te Nijmegen; Rudolf Eugene Witte, wonende te Utrecht; III.
Maria S o p h i a van Weerdenburg, wonende te Breukelen;
IV.
Maria J o h a n n a Jurrissen, wonende te B u s s u m ; Mr. S u s a n n e Pauline Jeanne Foreman, wonende te B u s s u m ; Petronella Cornelia Hendrika Schrakamp-van Aken, wonende te Naarden; E v a Elisabeth Hoyer-Rombout van Henwijnen, wonende te Hilversum; Maria Clasina E v a Mollison-Brassem, wonende te Hurley (Engeland); J a n Cornelis Brassem, wonende te Larchmont (New Y o r k / U S A ) ; Maria Dorothea Hubertina Brassem-Peeters, wonende te Brouwhuis; Willem Alouis B r a s s e m , wonende te Mamaronek (New Y o r k / U S A ) ;
De rechthebber is:
Stichting Beheer Kasteel Renswoude Dorpsstraat 3 3927 B A R e n s w o u d e Het bestuur van deze stichting wordt gevormd door: twee bestuursleden, zijnde wettige afstammelingen van de dochters van Pieter Hendrik Baron Taets van Amerongen van Natewisch; één bestuurslid o p voordracht van de "Stichting Utrechtse Kastelen"; één bestuurslid o p voordracht van de "Stichting het Utrechts Landschap"; één bestuurslid o p voordracht van de "Taets van A m e r o n g e n Stichting". Voorzitter van de Stichting Is: H.M. Baron Taets van Amerongen. Secretaris van de Stichting is: Drs. J . J . C . Baron Taets van Amerongen. Als administrateur treedt op:
V.
De Parochie van het Heilig Hart van J e z u s te Vinkeveen;
VI.
Rosalia Cornelia Hessels-van Riet, wonende te Haarlem; Cornelia Maria Tijsterman-van Goor, wonende te Overveen;
VII.
J o h a n n a Maria Bierman-Kok, wonende te Vinkeveen; Antonius Johannes Kok, wonende te Nijmegen; N.V. Nederlandse Woningfinanciering Maatschappij, gevestigd te Amsterdam, kantoorhoudende te Hilversum.
Advocatenkantoor Derks - Star Busmann Pythagoraslaan 2 3584 B B Utrecht contactpersoon is: Mr. F.M. Vermeulen
Als administrateur treedt op:
A d v o c a t e n k a n t o o r D e r k s - Star B u s m a n n Pythagoraslaan 2 3584 B B Utrecht contactpersoon is: Mr. F.M. Vermeulen Als taxateur treedt op: Gerwig Makelaars o.g. Dannestraat 7 3621 A E Breukelen NB:
30
De heer Gerwig staat als nummer 13e penning onder Baambrugge.
39 vermeld onder de rechthebbende
op de
31
Onvriendelijke opstelling van de heffers
Notarissen en makelaars
Zoals u hiervoor duidelijk zal zijn geworden is het recht van de 13e penning een overblijfsel uit het feodale tijdperk.
De notarissen en makelaars, die werkzaam zijn binnen d e gebieden waar d e 13e penning wordt geheven, behoren op de hoogte te zijn van dit recht en het functioneren daarvan. Vraag hen ernaar!
Degene die in Baambrugge, vinkeveen en Kamerik wordt aangeslagen voor d e 13e penning ontvangt een brief van het Advocatenkantoor Derks - Star B u s m a n n te Utrecht. Deze aanslagen 13e penning vertonen nog steeds feodale trekken. De brief valt direct met de deur in huis, nl. "uw perceel is belast met het Recht van d e Xllle Penning". De brief bevat geen uitleg over het -voor de meeste mensen o n b e k e n de- recht van de 13e penning, n o c h waarover en aan wie het verschuldigd is. Mr. Vermeulen heeft verder de gewoonte o m de eerste nota zodanig te formuleren, dat men o p voorhand "in gebreke wordt gesteld" indien niet wordt betaald binnen de d o o r hem gestelde termijn van vier weken. Daarbovenop wordt bij te late betaling de 'wettelijke rente" (thans 12%) geclaimd. Hiermee wordt bij de ontvanger van de eerste nota de indruk gewekt, dat geen sprake is van een eerste betalingsverzoek, maar van een van een advocatenkantoor afkomstige laatste aanmaning tot betalen. In de praktijk is overigens gebleken, dat die indruk niet geheel onjuist is. N a het verstrijken van de termijn van vier weken werd de nota prompt gevolgd door een dagvaarding o m voor de Rechtbank in Utrecht te verschijnen.
Misslagen De Stichting is ook gebleken, dat er aanslagen worden verzonden voor percelen die niet (meer) belast zijn met het recht van de 13e penning. Het is vrij moeilijk aan te tonen of een bepaald perceel wel of niet belast is met d e 13e penning. Er is geen openbaar register waar aantekening wordt g e h o u d e n van het recht van de 13e penning. Indien u een aanslag ontvangt en u bent op basis van de gegevens in deze b r o c h u re van mening dat uw perceel niet belast is met de 13e penning, neem d a n contact op met de Stichting.
32
NOOT: Bij gebrek aan informatie van de heffers van de 13e penning hebben de Stichtingen besloten tot samenstelling van deze brochure. De informatie in deze brochure is niet gebaseerd op exacte gegevens van de heffers, maar op diverse archiefstukken en op ervaringen met de heffingspraktijk van de verschillende heffers. De informatie is door de Stichtingen naar beste weten opgesteld, doch zij kunnen niet garanderen dat deze informatie ook in alle gevallen volledig en juist is.
33
Voor nadere informatie over het recht van de dertiende penning en hoe te handelen bij het ontvangen van een aanslag kunt u contact opnemen met: ABCOUDE / BAAMBRUGGE O. F. Schrijver, Pr W Alexanderstraat 20, 1396 K C Baambrugge tel.: 02949 - 3015 VINKEVEEN G . de Ree Herenweg 307, 3645 D N Vinkeveen tel.: 02972 - 1680 KAMERIK Mw. J. Birnage Meidoornlaan 4, 3471 C B Kamerik tel.: 03481 - 1284
Deze brochure werd mogelijk gemaakt door financiële bijdragen van: Rabobank Abcoude/Baambrugge Rabobank Kamerik Rabobank Vinkeveen Koop Lenstra makelaars o.g. te Breukelen/Mijdrecht/Uithoorn Vlaanderen & Meybaum makelaars o.g. te Abcoude/Amsterdam Makelaardij Witte te Vinkeveen Drukkerij Sprey te Abcoude
34
Afschaffing recht 13 penning e
O p 1 januari 1985 is in werking getreden d e wet tot verhoging en tot afschaffing o p termijn van het recht van d e Dertiende Penning (wet 3 oktober 1984, S t b . 443). Dit recht van d e Dertiende Penning is een zakelijk recht dat d e rechthebbende aanspraak geeft op een dertiende deel, dat is 7,7%, van d e prijs bij verkoop van kale grond of water. Bij verkoop v a n b e b o u w d e grond wordt het recht over d e waarde van de ondergrond geheven. Het recht bestaat in d e provincie Utrecht, met name in d e lokaties A b c o u d e , Baambrugge, Vinkeveen en Kamerik. Ftechtheffers zijn een drietal groepen van particulieren en d e Staat. De nieuwe wet houdt in dat het recht v a n d e Dertiende Penning met ingang van 1 januari 1985 gedurende 30 jaar wordt verhoogd van 7,7% tot 11%. De daaruit voortvloeiende meeropbrengst wordt b e s c h o u w d als een schadevergoeding voor d e rechtheffers. A a n het einde van deze termijn van 30 jaar wordt het recht afgeschaft. De beëindiging vindt derhalve plaats met ingang van 1 januari 2015. Dit is een publikatie van het ministerie van Justitie.
DERTIENDE Secr. : Btrrcp—Tnlauiawuij 2 4r-ir CH -K___r ikr-
-2 Meidoornlaan 4, 3471 CB Kamerik. 03481-1284
PENNING
KAMERIK Utrecht: s 184742 Bank: 33Il.16.fl71 (Rabo) K . v . K .
Aan: De H o o g w e l g e b o r e n H e e r d r s . J . J . C . B a r o n T a e t s v a n Amerongen, K a s t e e l Renswoude, D o r p s s t r a a t 3, 3927 RA R e n s w o u d e .
Kamerik,
17 d e c e m b e r 1994.
Zeer geachte Heer
B a r o n T a e t s v a n Amerongen,
I n j u l i j . 1 . h e e f t de Hoge Raad a r r e s t gewezen i n h e t p r o c e s b e t r e f f e n d e de w i j z e v a n h e f f e n v a n de 13e P e n n i n g i n h e t g e b i e d A b c o u d e - B a a m b r u g g e / Vinkeveen. H i e r u i t b l i j k t d a t d e i n h o u d v a n h e t r e c h t werd en w o r d t b e p a a l d d o o r r e g e l s v a n o n g e s c h r e v e n r e c h t , met a n d e r e woorden d o o r de i n h o u d v a n g e b r u i k e n en g e w o o n t e n . Om met v o l d o e n d e z e k e r h e i d a a n t e w i j z e n wat h e t v a s t e g e b r u i k e n de v a s t e g e w o o n t e op h e t moment v a n t o e p a s s i n g v a n h e t r e c h t i n h o u d e n , i s h e t j u i s t g e a c h t d o o r de Hoge R a a d , d a t a a n s l u i t i n g w o r d t g e z o c h t b i j h e t g e e n met v o l d o e n d e z e k e r h e i d k a n w o r d e n v a s t g e s t e l d m.b.t. de d a a d w e r k e l i j k e u i t o e f e n i n g v a n d a t r e c h t g e d u r e n d e de meest r e c e n t e , meer dan v i e r d e c e n n i a b e s l a a n d e periode. Nu i s h e t z o , d a t de p r a k t i j k g e d u r e n d e was n i e t s d o e n . De a d m i n i s t r a t e u r h e e f t dat h i j n i e t s mocht doen.
de l a a t s t e v i e r d e c e n n i a i n K a m e r i k z e l f s s c h r i f t e l i j k t e horen gekregen
Zou e c h t e r b l i j k e n , d a t t o c h e e n r e c h t t o t h e f f i n g b e s t a a t , d a n z o u a a n s l u i t i n g g e z o c h t m o e t e n w o r d e n b i j de v a n o u d s h e r g e l d e n d e b e r e k e n i n g s w i j z e . Deze b e r e k e n i n g s w i j z e w i j k t , b i j bebouwd o n r o e r e n d goed, i n K a m e r i k w e z e n l i j k a f v a n die i n andere g e b i e d e n . I n d i e g e v a l l e n , w a a r e e n a a n s l a g i s b e r e k e n d t e n a a n z i e n v a n bebouwd o n r o e r e n d goed w e r d d o o r de r e c h t h e b b e n d e a l t i j d , z o n d e r u i t z o n d e r i n g , de v o l g e n d e formule gehanteerd: Belastbare Belastbare
o p b r e n g s t g r o n d b e l a s t i n g ongebouwd „ , Ee — —f 3 — x 7.69% x 8 0 % ( k o r t i n g v a n 2 0 a ; x o p b r e n g s t g r o n d b e l a s t i n g gebouwd 5
koopsom = b e d r a g d e r t i e n d e
:
penning.
De wet v a n 1984 h e e f t s l e c h t s de h o o g t e v a n h e t r e c h t v a n de d e r t i e n d e p e n n i n g g e w i j z i g d e n n i e t de w i j z e v a n h e f f e n . De i n de f o r m u l e g e h a n t e e r d e 7.69% z a l dus s i n d s de i n v o e r i n g v a n de wet v e r v a n g e n worden d o o r I 1%. Deze w i j z e v a n h e f f e n i s a l meer dan 100 j a a r o u d . E r w o r d t n a a r v e r w e z e n i n h e t boek v a n F . C J . K e t e l a a r e n ook Mr V e r m e u l e n h e e f t d i t i n h e t v e r l e d e n e r k e n d . B o v e n d i e n h e e f t de a d m i n i s t r a t e u r Mr K r o n e n b e r g d i t b e v e s t i g d .
Voorgenoemde f o r m u l e w e r d ook nog t o e g e p a s t na de a f s c h a f f i n g v a n de g r o n d b e l a s t i n g . De b e l a s t b a r e o p b r e n g s t i s nog s t e e d s t e v i n d e n i n de k a d a s t r a l e l e g g e r s v a n de j a r e n 70. Ook b i j h e t G r o o t w a t e r s c h a p v a n W o e r d e n z i j n d i e b e d r a g e n t e v i n d e n , a a n g e z i e n h e t G r o o t w a t e r s c h a p de b e l a s t b a r e o p b r e n g s t b e d r a g t o t 1989 h e e f t g e b r u i k t v o o r de b e r e k e n i n g v a n de w a t e r s c h a p s l a s t e n . Zowel het k a d a s t e r , a l s het G r o o t w a t e r s c h a p b e v e s t i g d e n ons, d a t d i e b e l a s t b a r e o p b r e n g s t b e d r a g e n e e n m a l i g ( b i j v o o r b e e l d , d i r e c t n a d a t een w o n i n g k l a a r was) d o o r de b e l a s t i n g d i e n s t w e r d e n v a s t g e s t e l d en dan v o o r a l t i j d b l e v e n g e l d e n en n o o i t v e r a n d e r d e n , t e n z i j aan de w o n i n g i e t s v e r a n d e r d e b i j v o o r b e e l d aanbouw, s l o o p e n z . Het
i s dus
z e e r w e l m o g e l i j k deze w i j z e van b e r e k e n e n
toe te
passen.
De t h a n s d o o r Mr V e r m e u l e n g e h a n t e e r d e b e r e k e n i n g s w i j z e v o o r h e t bebouwd o n r o e r e n d g o e d , s l u i t a b s o l u u t n i e t aan b i j de g e w o o n t e o v e r de l a a t s t e 100, l a a t s t a a n 40 j a a r , en v e r o o r z a a k t b o v e n d i e n e e n d e r m a t e p l o t s e l i n g e v e r h o g i n g v a n h e f f i n g e n dat d e z e i n s t r i j d moet z i j n met de r e d e l i j k h e i d en de b i l l i j k h e i d . W i j g e v e n U i n o v e r w e g i n g de oude b e r e k e n i n g s w i j z e t e h a n t e r e n , w a a r d o o r een g r o t e h o e v e e l h e i d j u r i d i s c h e p r o c e d u r e s o v e r de h o o g t e v a n de a a n s l a g e n voorkomen zou kunnen worden. Tot nadere
informatie
Hoogachtend, namens de S t i c h t i n g
Mr. B. v a n
z i j n w i j gaarne
13e P e n n i n g
Deuren
T e l n r B. v a n D e u r e n : K a n t o o r N o t a r i s A.R. Oostdam 5, 344 1 EM Woerden.
03480-1294 1 Everts,
bereid.
Kamerik,
gemeente
WOERDEN Aan de Stichting Beheer Kasteel Renswoude t.a.v. de heer drs. J . J . C . baron Taets van Amerongen Kasteel Renswoude Dorpsstraat 3 3927 B A Renswoude
-
archief 2127-jz-ml weth. E n g e r i n g dhr. P f a f f dhr. Van Viegen dhr. Zwaneveld
Onderwerp:
13e penning
Uw kenmerk:
Ons kenmerk:
2127-U- / / b £ ï
Uw brief van:
Datum: 10 JUli 1995
Doorkiesnummer/behandeld door:
ver,
28330
J . Zwaneveld
M J ü L I 1995
Zeer geachte heer,
Naar aanleiding van het gesprek dat wethouder A.H.B. Engering op 1 juni jl. voerde met mr. F . M . Vermeulen over het Recht van de 13e Penning dat door hem namens de Stichting Beheer Kasteel Renswoude wordt uitgevoerd en het aanbod van de stichting om het recht af te kopen, berichten wij u het volgende. Wij hebben over het voorstel van gedachten gewisseld met het bestuur van de Stichting 13e Penning Kamerik. Uit gezamenlijke berekeningen is ons gebleken dat maar een gedeelte van het door de heer Vermeulen genoemde bedrag van ƒ 150.000,- per jaar als reële heffing kan worden beschouwd. Als grondslag voor deze veronderstelling noemen wij het gegeven dat grote gedeelten van de bebouwde gebieden vrijgesteld zijn van het recht en dat bovendien uitgegaan moet worden van de grondbelastingmethode als basis voor de aanslag. Daarnaast wordt vanuit het plaatselijke en regionale notariaat gemeld dat bij onbebouwde transacties in het gebied steeds vaker wordt gekozen voor constructies waarop het recht niet van toepassing is, zoals economische overdrachten, maatschapvorming of erfpachtregeiingen. Verwacht wordt dat deze alternatieven vaker zullen worden gebruikt, naarmate de einddatum van het van kracht zijn van het recht dichterbij komt. Gelet op deze overwegingen achten wij het door de heer Vermeulen genoemde bedrag van ƒ 1,5 miljoen dan ook geen serieuze basis om te komen tot verder overleg en verwachten wij een aanbod dat onderbouwd is met reële cijfers en veronderstellingen.
IW.uiri-v
IVVOlk.ldlVV
l'nslhu^ 4 ï
l!lL-U-n|l.i.m 14
lulL'lnon ir,4S(>
11
Datum:
10 juli 1995
Behandeld door:
J . Zwaneveld
Onderwerp:
13e Penning
-
3
0
i; e m c e n t c
WOERDEN
Daarnaast merken wij nog op dat door u, tijdens het gesprek dat wij op 31 januari jl. met u hebben gevoerd, is toegezegd om degenen die geruime tijd geleden een aanslag hebben ontvangen en van wie uit nader onderzoek zou moeten blijken of zij onder het recht vallen, te zullen berichten dat gedurende de termijn van het nader onderzoek geen rente behoeft te worden betaald, indien uit dit onderzoek blijkt dat men alsnog onder het recht valt. Tot op heden zijn betrokkenen hierover nog niet geïnformeerd. Wij verzoeken u dan ook hieraan invulling te geven. Wij vertrouwen erop u hiermede thans voldoende te hebben geïnformeerd en zien uw reactie met belangstelling tegemoet.
A,
Hoogachtend, .burgemeester urgemeester en wethouders van Woerden, de secretaris, de burgemeester,
rger
2/2
jpEisrnsrusrG aecr.: min -iin..irn, ~t Meidoornlaan 4, 3471 CB Kamerik. 0348-401284
14 o k t o b e r
Geachte heer,
Op
•\ f 31 Ö
3
1995.
mevrouw,
L a n g e t i j d h e e f t U n i e t s meer v e r n o m e n o v e r de 13e P e n n i n g . Zó b i j sommigen o n d e r U h e t i d e e i s o n t s t a a n dat de h e l e z a a k met i s a f g e l o p e n en e r v e r d e r n i e t s meer z a l g e b e u r e n .
l a n g , dat een s i s s e r
N i e t s i s m i n d e r waar. De a c h t e r ons l i g g e n d e r u s t i g e p e r i o d e i s v e r o o r z a a k t d o o r de v e l e b r i e v e n , d i e n a a r Mr V e r m e u l e n v a n D e r k s S t a r Busman z i j n g e s t u u r d n a a r a a n l e i d i n g v a n de a a n s l a g e n . Onterechte
aanslagen
E r i s n a m e l i j k g e b l e k e n , d a t een a a n t a l a a n s l a g e n i n i e d e r g e v a l o n t e r e c h t was. W i j h e b b e n k u n n e n b e w i j z e n d a t b e p a a l d e p e r c e l e n i n h e t " g e t r o f f e n " g e b i e d t o c h n i e t b e l a s t z i j n . Het t o t a a l b e d r a g v a n d e z e o n t e r e c h t e aanslagen i s meer dan ƒ 5 5 . 0 0 0 , — . De mensen d i e h e t b e t r o f z i j n op de h o o g t e g e b r a c h t d o o r Mr V e r m e u l e n en h o e v e n n i e t t e b e t a l e n . Dat h e b b e n we i n i e d e r g e v a l a l b e r e i k t . V o o r d e z e mensen b e t e k e n t h e t b o v e n d i e n , d a t z i j b i j de v e r k o o p v a n hun e i g e n d o m ook g e e n l a s t meer h e b b e n v a n de D e r t i e n d e P e n n i n g . T o e n b l e e k d a t e r v e r k e e r d e a a n s l a g e n w a r e n u i t g e s t u u r d , h e b b e n Mr V e r m e u l e n en de r e c h t h e b b e n d e b e s l o t e n de h e l e z a a k e e r s t g r o n d i g u i t t e z o e k e n v o o r d a t e r op v e r d e r e b e t a l i n g z o u w o r d e n a a n g e d r o n g e n . D i t i s een z e e r t i j d r o v e n d k a r w e i . R e d e n waarom e r zo l a n g n i e t s l e e k t e g e b e u r e n . W i j h e b b e n nu v e r n o m e n , d a t Mr V e r m e u l e n v e r w a c h t vóór 1 j a n u a r i a . s . de z a a k u i t g e z o c h t t e h e b b e n . H i j z a l de mensen d i e een o n b e t a a l d e a a n s l a g h e b b e n u i t s l u i t s e l g e v e n o v e r h e t a l dan n i e t b e l a s t z i j n met h e t R e c h t v a n de D e r t i e n d e P e n n i n g v a n h e t d o o r hen gekochte. Nog
uitstaande
rekeningen
Dank z i j b e m i d d e l i n g v a n de gemeente h e e f t Mr V e r m e u l e n de t o e z e g g i n g g e d a a n , d a t o v e r de p e r i o d e t o t 1 j a n u a r i 1996 d o o r de r e c h t h e b b e n d e geen a a n s p r a a k z a l w o r d e n gemaakt op de w e t t e l i j k e r e n t e j e g e n s d i e g e n e n , d i e een o n b e t a a l d g e b l e v e n a a n s l a g h e b b e n o n t v a n g e n en t o c h u i t e i n d e l i j k de D e r t i e n d e Penning moeten b e t a l e n . D i t i s een b e l a n g r i j k e t o e z e g g i n g , a a n g e z i e n de a a n s l a g e n a l v a n f e b r u a r i 1994 d a t e r e n , de w e t t e l i j k e r e n t e a l t i j d h o g e r l i g t dan de n o r m a l e r e n t e en h e t g e h e e l dus b e h o o r l i j k h a d k u n n e n o p l o p e n . Overname R e c h t d o o r de
K
K . v . x . D t r e c h t : S 1B
22 I
Kamerik,
K: AIM E R I
Gemeente?
M i s s c h i e n h e e f t U a l i n de k r a n t g e l e z e n , d a t de h e e r T a e t s v a n Amerongen de m o g e l i j k h e i d h e e f t g e o p p e r d v a n overname v a n h e t R e c h t d o o r de gemeente W o e r d e n . Een e e r s t e oriëntatiegesprek h e e f t i n m i d d e l s p l a a t s g e v o n d e n . De k w e s t i e i s nog i n s t u d i e b i j de g e m e e n t e , maar h e t l i j k t o.a. g e z i e n de v r a a g p r i j s v a n ƒ 1,5 m i l j o e n , h o o g s t o n w a a r s c h i j n l i j k d a t h e t t o t i e t s z a l l e i d e n . M o c h t e n e r s e r i e u z e o n t w i k k e l i n g e n z i j n , dan w o r d t U e r z e k e r b i j betrokken.
Hoger
Beroep
Z o a l s U weet l o o p t e r nog een p r o c e s i n Hoger B e r o e p , w a a r b i j h e t l a n g d u r i g n i e t a c t i e f h e f f e n i n z e t i s om h e t R e c h t aan t e v e c h t e n . E r i s p l e i d o o i a a n g e v r a a g d en d a a r n a moet de b e s l i s s i n g v a l l e n . V o l l e d i g h e i d s h a l v e d e l e n w i j U mee, d a t w i j v a n a d v o c a a t z i j n g e w i s s e l d . zaak w o r d t nu b e h a n d e l d d o o r a d v o c a t e n k a n t o o r P e l s R i j c k e n & D r o o g l e e v e r F o r t u i j n , een g r o o t en l a n d e l i j k b e k e n d k a n t o o r . A a n s l a g e n b e t r e f f e n d e h u i z e n met
De
tuin/erf
Nog een b e l a n g r i j k e z a a k i s , d a t v o o r z o v e r e r i n h e t v e r l e d e n 13e P e n n i n g b e t a a l d w e r d o v e r een h u i s met t u i n / e r f ( d u s g r o n d met échte b e b o u w i n g ) , de h e f f i n g b e r e k e n d w e r d aan de h a n d v a n een f o r m u l e , w a a r i n de g r o n d b e l a s t i n g een r o l s p e e l d e . U i t d e z e b e r e k e n i n g r o l d e dan a l t i j d een g e r i n g b e d r a g aan h e f f i n g . De m a n i e r w a a r o p Mr V e r m e u l e n nu de h e f f i n g b e r e k e n t komt v e l e m a l e n h o g e r u i t . N a a r o n z e b e r e k e n i n g e n z o u d e n de h o o g s t e a a n s l a g e n t o t nu t o e , op de oude b e r e k e n i n g s w i j z e n i e t meer dan ƒ 5 0 0 , — b e d r a g e n . Om de b e r e k e n i n g s w i j z e v a n Mr V e r m e u l e n aan t e v e c h t e n b i j w o n i n g e n met een t u i n / e r f moet een a n d e r p r o c e s g e v o e r d w o r d e n , a a n g e z i e n h e t h u i d i g e p r o c e s o v e r onbebouwde g r o n d g a a t . Na j u r i d i s c h a d v i e s , z i j n w i j v a n m e n i n g d a t we d i t ook m o e t e n d o e n . De gewoonte s c h i j n t j u i s t i n z u l k e z a k e n e r g bel a n g r i j k t e z i j n , en de gewoonte i n K a m e r i k was a l t i j d de g r o n d b e l a s t i n g formule te gebruiken. I n v e r b a n d h i e r m e e a d v i s e e r t de a d v o c a a t d e g e n e n , d i e een a a n s l a g ( h e b b e n ) o n t v a n g e n o v e r een bebouwd p e r c e e l , en n a d a t d u i d e l i j k i s geworden dat het p e r c e e l w e r k e l i j k met de 13e P e n n i n g i s b e l a s t , een b e t a l i n g t e doen d i e o v e r e e n k o m t met e e n h e f f i n g b e r e k e n d v o l g e n s de f o r m u l e v a n de g r o n d b e l a s t i n g . D a a r b i j d i e n t w e l een t o e l i c h t e n d e b r i e f v e r z o n d e n t e w o r d e n . Een v o o r b e e l d b r i e f h e b b e n w i j v o o r U b e s c h i k b a a r . Met de b e r e k e n i n g v a n de h e f f i n g v i a de g r o n d b e l a s t i n g f o r m u l e k u n n e n w i j U de h e l p e n d e h a n d b i e d e n . M o g e l i j k h e d e n om
de
13e P e n n i n g t e voorkómen
H e e f t U p l a n n e n om g r o n d (bebouwd o f onbebouwd) t e k o p e n o f v e r k o p e n , dan z i j n e r w e l l i c h t m o g e l i j k h e d e n om de 13e P e n n i n g t e o m z e i l e n . Gedacht w o r d t dan aan ( v e r ) k o o p met e r f p a c h t , e c o n o m i s c h e i g e n d o m o f i n b r e n g i n een m a a t s c h a p . W i l t U h i e r meer o v e r w e t e n , neemt U dan c o n t a c t op met B. v a n D e u r e n , ( t e l n r . z i e o n d e r ) . Kortom K r i j g t U a l s a n t w o o r d op Uw p r o t e s t b r i e f t e h o r e n d a t Uw p e r c e e l onder de 13e P e n n i n g v a l t en U dus moet b e t a l e n , dan a d v i s e r e n w i j U a l s v o l g t : 1. Ga
na o f d a t k l o p t . W i j k u n n e n U h i e r b i j
helpen.
2. A l s h e t g a a t om e e n h u i s met t u i n / e r f , b e t a a l dan h e t b e d r a g d a t U v o l g e n s de g r o n d b e l a s t i n g f o r m u l e z o u m o e t e n b e t a l e n . B i j de b e r e k e n i n g kunnen w i j U h e l p e n . 3. S t u u r i n d a t g e v a l t e v e n s de t o e l i c h t e n d e b r i e f , w a a r v o o r w i j een v o o r b e e l d h e b b e n . Ook s t a a t i n de b r i e f d a t U onder p r o t e s t b e t a a l t . 4. A l s h e t g a a t om a l l e e n l a n d en a l s na c o n t r o l e b l i j k t d a t h e t p e r c e e l i n d e r d a a d o n d e r de 13e P e n n i n g v a l t , dan i s e r n i e t v e e l a n d e r s t e doen dan t e b e t a l e n . O n d e r s c h r i f t e l i j k p r o t e s t . V o o r b e e l d b r i e f b e s c h i k b a a r . Wel z i j n e r d i v e r s e a f t r e k p o s t e n m o g e l i j k , z o a l s m e l k q u o t u m , g r a s g e w a s , a f r a s t e r i n g e n , b e p o t i n g e n e t c . V r a a g ons h i e r o v e r n a d e r e i n f o r m a t i e .
Mocht U b e r i c h t e n o n t v a n g e n v a n Mr V e r m e u l e n , dan w o r d e n w i j d a a r g r a a g o v e r i n g e l i c h t . Ook mensen d i e v o o r h e t e e r s t een a a n s l a g o n t v a n g e n r a d e n w i j d r i n g e n d aan c o n t a c t met ons op t e nemen. Met v r i e n d e l i j k e Stichting
groeten,
Dertiende Penning
Kamerik
N.T. v a n Leeuwen ( R a b o b a n k K a m e r i k ) B. v a n D e u r e n ( N o t a r i s k a n t o o r E v e r t s ) J . P . B i r n a g e - v a n Leeuwen
tel. tel. tel.
0348 - 402004 0348 - 4 1294 1 0348 - 401284