Lestips Z.E.S. Een nieuwe serie spannende boeken! DE HOOFDPERSONEN
Amber
Izmet
Lars
Rood haar, groene ogen. Nieuwsgierig, soms nukkig, heel vaak melig. Gescheiden ouders. Woont met haar kunstschilderende moeder in het vuurtorenwachtershuis.
Zwart haar, donkerbruine ogen. Lang en sportief. Doet aan flyboarden. Vader is fietsenmaker in Zandplaat.
Lichtbruine krulletjes, blauwe ogen. Rijk. Heeft altijd de nieuwste spullen: mobieltjes, ipod, computer. Ouders zijn eigenaars van een bungalowpark, camping en hotel in Zandplaat.
Margot
Gina
Daan
Blond haar, grijsblauwe ogen, sproeten op haar neus. Slim, laat zich niks wijsmaken. Komt op voor het milieu. Deense vader. Heeft het thuis niet breed, maar klaagt niet. Nichtje van Gina.
Zwart haar, zwarte ogen. Italiaanse vader met een restaurant in Zandplaat. Moeder is dood. Verlegen, maar wel lief. Haat ruzie. Nichtje van Margot.
Donkerblond piekhaar, grijze ogen, brilletje. Iets te mollig. Kan heel goed leren, is dol op jaartallen. Soms een wijsneus. Zoon van de bakker.
1
DEEL 1 HET SPOOK VAN DE VUURTOREN Als het verhaal begint, is Amber net verhuisd van de grote stad naar het kleine dorpje Zandplaat. Haar moeder heeft een erfenis gekregen, en daarmee de oude vuurtoren van Zandplaat gekocht. Ze wil de toren opknappen en er een museum van maken. Amber is helemaal niet blij met de verhuizing. Na een ruzie met haar moeder rent ze verdrietig naar het strand.
OPDRACHT
1
Vertel of schrijf op wat Ambers gedachten zouden kunnen zijn terwijl ze op het strand zit. Tip: stel je voor dat je zelf zou moeten verhuizen naar een plaats waar je helemaal niemand kent. Hoe zou je je dan voelen?
Amber ontmoet Daan. Die zegt dat het spookt in de vuurtoren. De vuurtorenwachter IJsbrand Reynierszoon de Klerck heeft zichzelf er ruim tweehonderd jaar geleden opgehangen. Zijn geest vindt geen rust. Amber gelooft er niets van. Maar dan doen zij en Daan bij het slopen van een oude nis in de vuurtoren een bijzondere ontdekking…
OPDRACHT
2
Probeer erachter te komen wat Amber en Daan ontdekken in de nis. Tip: kijk op www.clavis.be of www.clavisbooks.nl, klik op ‘boeken’ en zoek ‘Het spook van de vuurtoren’ op.
2
Er beginnen allerlei rare dingen te gebeuren. Er verschijnen teksten op de muur van de vuurtoren, ruiten worden ingegooid, en er breekt plotseling brand uit. Als Amber de dag na de brand met Izmet op het strand zit, zegt Izmet: ‘Vroeger stookten ze ook echte vuren op de toren. Zo moet het er een paar honderd jaar geleden elke nacht hebben uitgezien.’ OPDRACHT
3
De eerste vuurtorens waren inderdaad niet meer dan vuurtjes die in de duinen gestookt werden. Maar in de loop van de tijd werden de torens steeds moderner en beter. In het volgende rijtje staan enkele soorten vuurtorens. Kun jij ze in de goede volgorde zetten, de oudste eerst en de modernste laatst? a. Een toren met een glazen huisje bovenin om het vuur tegen de wind te beschermen b. Een toren met elektrisch licht, bediend door een vuurtorenwachter c. Een toren met een olie- of gaslamp d. Een toren met bovenin een open vuur op een ijzeren rooster e. Een computergestuurde vuurtoren waarvan het licht vanzelf gaat branden als het donker wordt
Tijdens een onweer is Amber alleen thuis. Ze denkt aan wat er in het dorp verteld wordt over IJsbrand Reynierszoon de Klerck: ‘Als het stormt, hoor je hem kreunen.’ Amber besluit om te onderzoeken of dat waar is, en gaat de trap van de vuurtoren op… Amber voelt angst en opwinding tegelijk. Ze loopt door het halletje en het voorraadhuisje naar de ingang van de vuurtoren. Ze kan haar nieuwsgierigheid niet bedwingen en stapt naar binnen. Voorzichtig zet ze haar voet op de eerste trede van de gietijzeren trap. Dikke druppels tikken intussen tegen de raampjes. Het is nog maar zes uur, maar de lucht is donkergrijs en het binnenste van de toren wordt spookachtig verlicht telkens als een nieuwe bliksemflits de hemel klieft. Op haar tenen gaat Amber verder naar boven. Maar buiten het knarsen van de traptreden, het rollen van de donder en het kletteren van de regen is er niets te horen. Of … wacht eens! Wat was dat? Amber houdt haar adem in en luistert. Voetstappen? Ze staat stil op de trap. Nee, dat moet verbeelding geweest zijn. Ze loopt verder. Tweede verdieping. Weer denkt ze voetstappen te horen, maar ze schudt haar hoofd en houdt zich voor dat het onzin is. Derde verdieping. Ineens is daar een ijl, klaaglijk gekreun. Heel even maar. Dan volgen weer een bliksemflits en een donderslag. Als het gerommel is weggestorven, hoort ze het gekreun opnieuw. Alsof iemand pijn heeft. Het zijn de balken, houdt Amber zichzelf voor. Het is nooit bewezen dat geesten niet bestaan … Dapper loopt ze de trap op naar de vierde verdieping. Het gekreun komt bij tussenpozen terug. Het klinkt gedempt, alsof het uit de muren komt. Met bonzend hart kijkt Amber om zich heen. Ze omklemt de leuning van de trap. Zal ze naar beneden vluchten? ‘Ik vlucht niet’, zegt ze hardop. ‘Ik ben niet bang van je, IJsbrand!’ Ze begint te giechelen. ‘Hoor mij nou’, spot ze met zichzelf. ‘Praten met een geest.’ Het gekreun wordt luider. Amber stapt de vierde verdieping op. De nis! Het komt uit de nis waar ze de schat gevonden hebben! Vlak bij de plaats waar IJsbrand zich van kant gemaakt heeft. Ambers handen zweten en haar borstkas gaat gejaagd op en neer. Toch wil ze niet opgeven. Op haar hoede zet ze haar ene voet voor de andere, haar ogen strak op de nis gericht.
3
OPDRACHT
4
Er gebeurt iets waardoor Amber heel erg schrikt. Zo erg, dat ze van de trap valt. Als je naar het plaatje kijkt, wat denk je dan dat ze gezien heeft? Is het echt? Verbeeldt ze zich maar wat? Verzin zelf een vervolg op het fragment dat je net gelezen hebt.
De schrijfster van Het spook van de vuurtoren is Anneriek van Heugten. Andere boeken die ze geschreven heeft, zijn:
Misschien heb je er wel eens eentje van gelezen. Je vindt alle informatie over Anneriek van Heugten en haar boeken op haar website: www.anneriekvanheugten.com. Daar vind je ook het antwoord op de volgende vragen! OPDRACHT
5
a. Waar is Anneriek van Heugten geboren? b. Welke waren haar favoriete schoolvakken? c. In welke stad speelt haar eerste boek, ‘Een huis vol geheimen’, zich af? d. In ‘De man in de modder’ is Thomas een van de hoofdpersonen. Hoe heet zijn opa? e. Wat wordt er gestolen in ‘Diefstal in de polder?’
De vuurtoren in het boek is geschilderd in rode en witte strepen. De vuurtoren van Breskens heeft zwarte en witte strepen. Zo heeft elke vuurtoren zijn eigen kleur en/of strepen, en ook zijn eigen lichtsignaal of zelfs gekleurd licht. Bij de ene zijn de lichtflitsen lang-lang-kort, bij de andere kortlang-kort bijvoorbeeld. Zo weten de schepen op zee precies welke vuurtorens in zicht zijn en kunnen ze veilig tussen de zandbanken door varen. 4
OPDRACHT
6
Kleur de vuurtoren op het plaatje in volgens je eigen fantasie, en verzin er een lichtsignaal bij.
www.schoolplaten.com
5