IST Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectierapport Themaonderzoek
a
Ministerie van Justitie
Inspectie voor de Sanctietoepassing
Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectierapport Themaonderzoek
Oktober 2006
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring
Inhoudsopgave
Voorwoord 4 Samenvatting 5 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 2 2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 3 3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3
Inleiding 8 Aanleiding en doel 8 Reikwijdte 9 Opzet 10 Toetsingskader 12 Objecten 12 Recent onderzoek 13 Bevindingen 14 Preventie bij binnenkomst 14 Huisregels 14 Screening 16 Meerpersoonscelplaatsing 16 Preventie tijdens verblijf 17 Gebouw 17 Beleidsvoering 21 Sanctiebeleid en herstel veiligheid 23 Straf- en maatregelenbeleid 23 Geweldincidentie 23 Sanctietoepassing en herstel veiligheid 27 Conclusie 30 Preventie bij binnenkomst 31 Huisregels 31 Screening 31 Meerpersoonscelplaatsing 31
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring
3.1.4 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 4 4.1 4.2
Conclusie preventie bij binnenkomst 31 Geweldbeheersing tijdens verblijf 31 Dagprogramma 31 Drugs- en contrabandebeleid 33 Conclusie geweldbeheersing tijdens verblijf 33 Sanctiebeleid en herstel veiligheid 33 Straf- en maatregelenbeleid 33 Herstel veiligheid 34 Conclusie sanctiebeleid en herstel veiligheid 34 Aanbevelingen 35 Aanbevelingen voor DJI 35 Aanbevelingen voor de locaties van de huizen van bewaring 36 Bijlage A: Afkortingen 37 Bijlage B: Bronnen 38 Bijlage C: Toetsingskader 40 Bijlage D: Inspectieprogramma 45
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Voorwoord
De Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt) heeft in februari en maart 2006 een themaonderzoek uitgevoerd naar de vraag in welke mate de praktijk van geweldbeheersing binnen penitentiaire inrichtingen gericht is op preventie van geweldpleging. Het onderzoek, dat in tien huizen van bewaring heeft plaatsgevonden, beperkt zich tot geweld tussen gedetineerden onderling (geweldpleging van gedetineerden jegens personeel komt in een ander onderzoek, van de Arbeidsinspectie, aan de orde). Rapportage van dit onderzoek vindt relatief laat plaats doordat de betrokken inspecteurs gedurende enige tijd voorrang moesten geven aan de uitvoering van een omvangrijk incidentonderzoek. De algemene conclusie van de ISt luidt dat het in alle tien onderzochte locaties ontbreekt aan een vaste praktijk ter voorkoming van geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden. Dat betekent natuurlijk niet dat de betrokken locaties geen enkele vorm van beleid voeren gericht op preventie van geweldpleging. Er zijn wel onderlinge verschillen. In dit rapport wordt het wisselende beeld van de onderzochte huizen van bewaring beschreven. De aanbevelingen waarmee het rapport afsluit hebben zowel betrekking op het aanbrengen van verbeteringen als op het uitdragen van best practices. W.F.G. Meurs Hoofdinspecteur
4
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Samenvatting
In periode februari, maart 2006 heeft de Inspectie voor de Sanctietoepassing een tiental inspecties verricht in het kader van het themaonderzoek Beheersing van geweld tussen gedetineerden. Doel van het themaonderzoek is te achterhalen in welke mate de praktijk van geweldbeheersing binnen penitentiaire inrichtingen is gericht op preventie van geweldpleging. Het onderzoek wil eraan bijdragen dat gedetineerden zich beschermd weten tegen onderlinge geweldpleging. Het onderzoek heeft zich beperkt tot geweld tussen gedetineerden onderling in huizen van bewaring voor mannen met het standaard regime. Het landelijk cijfer voor geweldplegingen tussen gedetineerden in het gevangeniswezen laat over de jaren 2002 tot en met 2005 eerst een stijging zien gevolgd door een daling tot onder het niveau van 2002. Achter dit landelijk beeld gaat een variatie schuil in tendens en niveau van geweldplegingen over de clusters van penitentiaire inrichtingen. Tien huizen van bewaring zijn betrokken in het onderzoek op basis van een zo groot mogelijke variatie in niveau van geweldincidentie, in tendens van geweldincidentie en in geografische ligging van het PI-cluster. Voor het onderzoek heeft de ISt een toetsingskader opgesteld ingedeeld in de volgende drie rubrieken: − preventie bij binnenkomst van de gedetineerde; − preventie tijdens verblijf van de gedetineerde; − sanctietoepassing en herstel veiligheid in reactie op geweldpleging tussen gedetineerden. Een algemene conclusie van het onderzoek is dat het alle tien onderzochte huizen van bewaring ontbreekt aan een vastgelegde praktijk ter voorkoming van geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden.
5
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Een groot deel van de resultaten van het onderzoek is gebaseerd op inzage in de registers van disciplinaire straffen en maatregelen van alle beschikkingen en onderliggende rapporten uit 2005 die betrekking hebben op geweldpleging tussen gedetineerden. Preventie bij binnenkomst De conclusie over het binnenkomstproces van de gedetineerde is dat de mate van preventieve maatregelen bij binnenkomst verbeterd kan worden bij een meerderheid van huizen van bewaring door in de huisregels en bij binnenkomst expliciet te wijzen op het gedrag dat van een gedetineerde verwacht wordt in de omgang met medegedetineerden. In het algemeen voldoet de screening van de gedetineerde in de tien huizen van bewaring. De meerpersoonscelplaatsing is in twee huizen van bewaring voor verbetering vatbaar door wel rekening te houden met de voorkeur van de gedetineerde voor een celgenoot. Geweldbeheersing tijdens verblijf In een meerderheid van de tien huizen van bewaring worden de contactmogelijkheden tussen piw’ers en gedetineerden nog voldoende geacht als het gaat om de veiligheid in de inrichting. In een meerderheid van de geweldincidenten was echter geen sprake van een vroegtijdige, onverwijlde interventie. De gehanteerde praktijken van geweldbeheersing lijken dan ook voor verbetering vatbaar door een meer alerte houding van de medewerkers. Van de onderscheiden situaties in het dagprogramma vonden de meeste geweldincidenten plaats bij de telefoon, tijdens de sport en tijdens de arbeid. Bij nagenoeg alle tien huizen van bewaring staat het drugs- en contrabandebeleid in het teken van geweldbeheersing. Sanctiebeleid en herstel veiligheid Acht van de tien huizen van bewaring beschikken over een vastgelegd straf- en maatregelenbeleid. De conclusie over het sanctiebeleid en de wijze van herstel van veiligheid is dat de reactie op en de afhandeling van geweldpleging gericht is op het voorkomen van herhaling van geweldpleging door waar mogelijk onderscheid te maken tussen de agressor en het mikpunt en door het mikpunt met de te nemen maatregel te ondersteunen. Het toepassen van een vorm van geleide zelfcorrectie of van voorwaardelijke straffen vindt evenwel beperkt plaats.
6
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Aanbevelingen Naast een viertal aanbevelingen specifiek gericht aan de in het onderzoek betrokken huizen van bewaring beveelt de ISt de Dienst Justitiële Inrichtingen het volgende aan: 1. Bewerkstellig dat de penitentiaire inrichtingen een praktijk vastleggen van geweldbeheersing ter voorkoming van geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden. 2. Bewerkstellig dat de penitentiaire inrichtingen de vast te leggen praktijk van geweldbeheersing delen met de medewerkers, de gedetineerden en de bezoekers. 3. Ondersteun de penitentiaire inrichtingen in het herzien van de huisregels opdat de huisregels expliciet wijzen op het gedrag dat van een gedetineerde verwacht wordt in de omgang met medegedetineerden. 4. Onderscheid een wijze van meerpersoonscelplaatsing als beste praktijk en draag die beste praktijk uit. 5. Draag de inrichting van de bezoekzaal die het drugs- en contrabandebeleid ondersteunt, uit als beste praktijk. 6. Realiseer dat de penitentiaire inrichtingen camerabeelden opslaan zodat incidenten altijd nagezien kunnen worden. 7. Bewerkstellig, in die gevallen waar dat nog niet gebeurd is, dat de penitentiaire inrichtingen het straf- en maatregelenbeleid vastleggen. 8. Stimuleer de inrichtingen ook een verantwoordelijkheid in geweldbeheersing neer te leggen bij de gedetineerden door ruimere toepassing van geleide zelfcorrectie zoals voorwaardelijke sancties.
7
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
1 Inleiding
1.1 Aanleiding en doel
Aanleiding van het onderzoek Voor haar Inspectiejaarplan 2005 heeft de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt) een zestal thema’s geselecteerd. Een van de thema’s is ‘Geweldpleging in penitentiaire inrichtingen’. Dit thema is voorgesteld door de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) van het ministerie van Justitie. Het DJI Jaarverslag 2002 vermeldt voor het gevangeniswezen een hoger aantal geweldplegingen in 2002 dan verwacht. Het DJI Jaarbericht 2003 vermeldt dat ondanks een beoogde daling het aantal geweldplegingen in het gevangeniswezen in 2003 wederom is gestegen. Het DJI Jaarbericht 2004 vermeldt dat het gevangeniswezen erin is geslaagd het geweld terug te dringen en het DJI Jaarbericht 2005 schenkt geen aandacht aan geweldpleging in het gevangeniswezen1. Het thema is binnen het toezichtkader van de ISt relevant, omdat het onderzoek zichtbaar kan maken hoe het in de praktijk binnen een penitentiaire inrichting gesteld is met de rechtspositie en veiligheid van de justitiabele als het gaat om geweldpleging. Rechtspositie en veiligheid zijn twee van de drie grondslagen van het toezichtkader van de ISt. Doel van het onderzoek Doel van het onderzoek is te achterhalen in welke mate de praktijk van geweldbeheersing binnen penitentiaire inrichtingen is gericht op preventie van geweldpleging. Binnen het onderzoeksdomein komt de inspectie met
I 1
In 2005 registreerde DJI per 100 bezette cellen 13,6 geweldplegingen tussen gedetineerden in het gevangeniswezen. Het aantal geweldplegingen tussen gedetineerden komt daarmee onder het niveau van 2002. Zie Tabel I voor de cijfers voor 2002, 2003 en 2004.
8
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
aanbevelingen die eraan bijdragen dat de gedetineerden zich beschermd weten tegen onderlinge geweldpleging. 1.2 Reikwijdte Het onderzoek beperkt zich tot geweld tussen gedetineerden onderling in huizen van bewaring voor mannen met het standaard regime. De Arbeidsinspectie zal in 2007 ‘agressie en geweld’ jegens personeel in de penitentiaire inrichtingen onderzoeken. Zie paragraaf 1.3 voor de nadere inperking van het onderzoek tot huizen van bewaring voor mannen met het standaard regime. Definitie geweldpleging Uitgangspunt voor de definitie van geweld is de definitie zoals die gebruikt wordt bij de registratie van geweld in de planning- en controlcyclus van DJI. Deze definitie luidt: Geweldplegingen tussen gedetineerden is het aantal gedetineerden dat fysiek geweld heeft gebruikt tegen een andere gedetineerde, dan wel daarmee heeft gedreigd, voor zover dit heeft geleid tot oplegging van een ordemaatregel of sanctie. Geweldpleging tussen gedetineerden maakte tot en met 2004 deel uit van de p&c-cyclus als de derde ‘prestatie-indicator’. Vanaf 2005 is geweldpleging tussen gedetineerden in de p&c-cyclus een overige indicator geworden naast een aantal stuurindicatoren. Eén van die stuurindicatoren is “Veiligheid/welbevinden gedetineerden” zoals dat gemeten wordt met de Gedetineerdensurvey. Hoofdvraag van het onderzoek De hoofdvraag van het onderzoek luidt: Is de praktijk van geweldbeheersing binnen huizen van bewaring van geweld tussen gedetineerden gericht op preventie van geweldpleging? De hoofdvraag bestaat uit een aantal deelvragen: − Is er een effectieve en billijke praktijk die geweld voorkomt en reageert op geweld? − Is de praktijk van geweldbeheersing bekend bij de medewerkers, de gedetineerden en bezoekers? − Werkt de praktijk van geweldbeheersing in op alle aspecten van detentie?
9
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
− Worden er preventieve maatregelen genomen ter voorkoming van geweld waarbij rekening wordt gehouden met de gebouwelijke situatie, het dagprogramma en kenmerken van gedetineerden? − Is de reactie op en afhandeling van geweldpleging gericht op het voorkomen van herhaling van geweldpleging? 1.3 Opzet
Pilotonderzoek Ter voorbereiding van het themaonderzoek naar geweldbeheersing heeft de ISt in november 2005 een pilotonderzoek gedaan. In deze pilot waren de locatie Zwaag (cluster PI Noord-Holland Noord) en de locatie Roermond (cluster PI Zuid-Oost) betrokken. Het resultaat van de pilot is onder meer dat het themaonderzoek zich beperkt tot huizen van bewaring voor mannen met het standaard regime. Deze keuze is gemaakt om binnen het onderzoekdomein een zo groot mogelijke vergelijkbaarheid te hebben. Zo is bijvoorbeeld de aard van en de omgang met geweldpleging op een afdeling met jong volwassenen (regime JOVO) anders dan op een afdeling met het regime ‘standaard man’. Objectselectie Voorafgaand aan het onderzoek was geen informatie beschikbaar over geweldpleging op locatieniveau. Op basis van clusterinformatie over aantallen geweldpleging tussen gedetineerden per 100 bezette detentieplaatsen voor de jaren 2002, 2003 en 2004 zijn voor het onderzoek tien huizen van bewaring geselecteerd. Gekeken is naar het niveau van geweldincidentie (laag, gemiddeld of hoog), de tendens in geweldincidentie (dalend, stabiel of stijgend) en de geografische ligging van het huis van bewaring (randstedelijk of nietrandstedelijk). De tien huizen van bewaring zijn gekozen op basis van een zo groot mogelijke variatie in niveau, tendens en ligging2. Uitgezonderd van selectie zijn die huizen van bewaring die recentelijk zijn, of die al in de planning staan om te worden doorgelicht door de ISt. Zie Tabel I voor het resultaat van de selectie van de huizen van bewaring en de bijhorende clusterinformatie over geweldpleging in de jaren 2002, 2003 en 2004.
I 2 Aanvankelijk zijn ook de veiligheidsgevoelens zoals gemeten met de Gedetineerdensurvey in 2003 en 2004 bij de selectie betrokken. De veiligheidsbelevingscijfers discrimineren echter niet bijzonder over de locaties (zie ook Verhagen (2005)).
10
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Tabel I: Aantallen geweldpleging tussen gedetineerden per 100 bezette plaatsen in het cluster van het geselecteerde huis van bewaring Cluster
Locatie hvb
Clustercijfer *
PI Overijssel
Zwolle
Laag en daalt
PI Zuid- Oost
Roermond
Laag
PI Haaglanden
Zoetermeer
Laag en daalt vanaf hoog
PI Breda
De Boschpoort
Laag en stijgt
PI Zuid- West
Dordtse Poorten
PI Utrecht
2002
2003
2004
15,7
10,7
8,9
9,6
8,8
11,2
23,6
16,7
11,4
1,5
3,6
12,3
Gemiddeld en daalt
18,4
19,6
13,4
Nieuwegein
Gemiddeld en daalt
18,9
17,0
13,7
PI Flevoland
Almere
Gemiddeld
5,7
28,9
22,3
PI Noord-Holland Noord
Zwaag
Gemiddeld en stijgt
13,0
16,4
23,2
PI Rijnmond
De IJssel
Hoog en stijgt vanaf
16,5
15,4
33,8
16,2
18,5
17,8
De Schie
**
gemiddeld
Landelijk gemiddelde *
Bron: DJI, afdeling informatieanalyse en documentatie. Laag betekent minder dan 70% van het landelijk gemiddelde en hoog betekent meer dan 130% van het landelijk gemiddelde. ** De locaties De IJssel en De Schie vallen beide binnen het cluster PI Rijnmond.
Methode van onderzoek Het onderzoek is in zijn geheel uitgevoerd door twee inspecteurs gezamenlijk. De dataverzameling bestond uit documenten- en dossieronderzoek, observatie tijdens de inspectie en gestructureerde interviews. In het documentenonderzoek zijn betrokken de huisregels, het dagprogramma, het straf- en maatregelenbeleid, de jaarplannen en jaarverslagen. Het dossieronderzoek betrof per huis van bewaring een inzage in het register van maatregelen en disciplinaire straffen voor het jaar 2005. Daarbij zijn in het bijzonder de rapporten en de beschikkingen aangaande geweldpleging tussen gedetineerden bezien. De observatie bestond uit een schouw van de huizen van bewaring met het oog op gebouwelijke risico’s, zichtlijnen, cameratoezicht, een indruk van gedetineerdenstromen zoals van afdeling naar luchten, arbeid en sport en de aantallen telefoontoestellen. Gestructureerde interviews zijn gehouden met locatiedirecteuren, afdelingshoofden, werkmeesters, instructeurs lichamelijke oefening, piw’ers, leden van het IBT, gedetineerden en vertegenwoordigers van de commissies van toezicht.
11
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Tijdpad Het themaonderzoek is op 28 december 2005 aangekondigd bij DJI en de te inspecteren inrichtingen. De inspecties hebben tussen 6 februari en 31 maart 2006 plaatsgevonden. De locatiedirecteuren van de inrichtingen hebben voor wederhoor de conceptdeelverslagen over hun inrichting ontvangen tussen 2 maart en 19 april 2006. De laatste wederhoorreactie op de deelverslagen heeft de ISt op 31 mei 2006 ontvangen. De deelverslagen hebben de basis gevormd voor het conceptinspectierapport. Het conceptinspectierapport is collegiaal getoetst door een derde inspecteur en is op 1 september 2006 voorgelegd aan DJI voor wederhoor. DJI heeft zijn wederhoorreactie op 25 september 2006 aangeleverd. Op 13 oktober 2006 heeft de hoofdinspecteur het rapport vastgesteld en aangeboden aan de minister van Justitie. 1.4 Toetsingskader Het toetsingskader heeft als uitgangspunt het ISt-toetsingskader voor doorlichtingen in het gevangeniswezen. Uit dit toetsingskader is datgene geselecteerd dat direct raakt aan geweldbeheersing. Dat is aangevuld met de ‘Expectations’ over ‘Bullying’ van het Inspectorate of Prisons van Engeland en Wales en reeds beschikbare inzichten uit het WODC-onderzoek over onderlinge agressie en geweld in penitentiaire inrichtingen (WODC, 2007). Het toetsingskader bestaat uit drie rubrieken: − preventie bij binnenkomst; − preventie tijdens verblijf; − sanctietoepassing en herstel veiligheid. Zie Bijlage C voor het uitgewerkte toetsingskader. 1.5 Objecten Gedurende het onderzoek heeft DJI 46 locaties met de bestemming huis van bewaring en het regime standaard man. Tabel II presenteert voor de tien voor het onderzoek geselecteerde huizen van bewaring de capaciteit, de regimes, het bouwjaar en het aantal meldingen bijzonder voorval dat in 2005 werd gedaan.
12
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Tabel II: Geselecteerde huizen van bewaring Locatie hvb
Zwolle
Bouwjaar
Capaciteit hvb met regime standaard
JOVO
arrestanten
187
Bijzonder voorval 2005
30
59
1993
7
Roermond
218
*
0
0
2000
2
Zoetermeer
220
0
0
1996
1
De Boschpoort
312
0
0
1886, 2004
0
Dordtse Poorten
204
0
0
1996
0
Nieuwegein
329
24
56
1999
2
Almere
264
72
24
1996
7
Zwaag
253
72
0
1989
0
De IJssel
234
0
30
1996
1
De Schie
223
0
0
1989
0
*
In 2006 heeft de inrichting deels bestemming gevangenis gekregen.
1.6 Recent onderzoek Met uitzondering van de locatie Zwolle heeft de RSJ (Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming) de afgelopen twee jaar van maart 2004 tot en met februari 2006 bij alle in dit onderzoek betrokken locaties een toezichtbezoek afgelegd. DJI is in het voorjaar van 2006 een interne benchmark gestart tussen penitentiaire inrichtingen gericht op vier indicatoren uit de p&c-cyclus. Eén van die indicatoren is geweldpleging tussen gedetineerden. Een rapportage van de benchmark is nog niet beschikbaar.
13
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
2 Bevindingen
De rapportage van de bevindingen volgt de indeling van het toetsingskader. Paragraaf 2.1, Preventie bij binnenkomst, doet verslag van hoe het binnenkomstproces van de gedetineerde bij de tien huizen van bewaring bijdraagt aan het voorkomen van geweldpleging tussen gedetineerden. Paragraaf 2.2, Preventie tijdens verblijf, gaat in op de inrichting van de gebouwen en de gehanteerde praktijk van geweldbeheersing. Daarnaast gaat paragraaf 2.2. in op hoe die praktijk zich manifesteert in beleidsdocumenten, jaarplannen en -verslagen, in preventieve maatregelen bij het gebruik van de gebouwen en de uitvoering van het dagprogramma en in de beleidsvoering van het drugs- en contrabandebeleid. Paragraaf 2.3, Sanctiebeleid en herstel veiligheid, geeft een overzicht voor de tien locaties van hun straf- en maatregelenbeleid en hoe zij, in 2005, gereageerd hebben op geweldpleging tussen gedetineerden. 2.1 Preventie bij binnenkomst Van het binnenkomstproces heeft de ISt drie aspecten betrokken bij het beschouwen hoe de inrichting een gedetineerde voorbereidt op zijn verblijf in het huis van bewaring en hoe de inrichting, bij plaatsing van een gedetineerde, rekening houdt met kenmerken van gedetineerden gericht op preventie van geweldpleging. De ISt heeft met name gekeken naar de ter beschikkingstelling en de inhoud van de huisregels, naar de screening van gedetineerden en naar de wijze waarop gedetineerden samengeplaatst worden op een meerpersoonscel (mpc). 2.1.1 Huisregels In alle tien de onderzochte locaties worden de gedetineerden in een inkomstengesprek gewezen op de huisregels. In één locatie, Roermond, ontvangt de gedetineerde tijdens het inkomstengesprek een uittreksel van de huisregels. In alle locaties zijn de huisregels beschikbaar voor de gedetineerden.
14
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Dat varieert van een exemplaar van de huisregels in het Nederlands op elke cel, een exemplaar op de teamkamer van de verblijfsafdeling, tot de huisregels in meerdere talen in de bibliotheek. De huisregels van de locaties Zwolle, Roermond, Dordtse Poorten en Nieuwegein wijzen expliciet op het gedrag dat van gedetineerden verwacht wordt in de omgang met medegedetineerden. Zwolle heeft in de huisregels opgenomen dat men verwacht dat problemen niet met dreiging en/of geweld worden opgelost maar door middel van praten. Zo niet, dan wordt er gesanctioneerd. Daarnaast hebben de huisregels van Zwolle een bijlage met een gedragscode voor gedetineerden waarin ook wordt aangegeven dat dreigen met geweld alsmede het toepassen van geweld volstrekt niet is toegestaan. Ook vermelden de huisregels dat in geval van ongewenste intimiteiten en/of intimidatie de gedetineerde een beroep kan doen op een vertrouwenspersoon uit de commissie van toezicht. De huisregels van Roermond bevatten een paragraaf met gedragsregels. Bij ongeregeldheden krijgt de gedetineerde over het algemeen de gelegenheid zichzelf te corrigeren. Van de gedetineerden wordt verlangd dat zij zich aan de geldende fatsoensnormen houden zoals dat ook van de medewerkers wordt verlangd. De huisregels van Dordtse Poorten bevatten een aparte paragraaf gewijd aan de omgang met medegedetineerden. De gedetineerde dient op een zodanige manier met boosheid en frustratie om te gaan dat hij anderen geen schade toebrengt. Geweld tussen gedetineerden wordt bestraft. Eenzijdig geweld wordt extra zwaar bestraft. Zonodig wordt aangifte bij de officier van justitie gedaan. De huisregels van Nieuwegein geven aan dat alle vormen van geweld verboden zijn en vermelden expliciet dat dit ook geldt voor schelden, bedreigen en (seksuele) intimidatie. De huisregels van de locaties Zoetermeer, De Boschpoort, Almere, Zwaag, De IJssel en De Schie bevatten geen expliciete gedragsbepalingen voor de gedetineerden anders dan dat een gedetineerde zich niet mag bevinden in de
15
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
verblijfsruimte van een medegedetineerde, dat een gedetineerde geen geld mag overmaken naar medegedetineerden3, dat het niet is toegestaan om goederen aan medegedetineerden uit te lenen, te verkopen4, met hen te ruilen of weg te geven5. De huisregels van Zwaag vermelden dat het niet is toegestaan uit het celraam of rooster te schreeuwen. De huisregels van De Boschpoort vermelden dat het sanctiebeleid ter inzage ligt in de bibliotheek. 2.1.2 Screening Alle locaties, met uitzondering van Roermond, beschikken over een inkomstenafdeling. Op de inkomstenafdeling wordt extra aandacht besteed aan de screening voordat de gedetineerde geplaatst wordt op een reguliere verblijfsafdeling. Bij de plaatsing van de gedetineerde wordt bij alle locaties rekening gehouden met de kwetsbaarheid van de gedetineerde in verband met de aard van het delict (met name zedenzaken). Ook bij alle locaties wordt een gedetineerden met een (psychiatrische) stoornis geplaatst op de bijzondere zorgafdeling (BZA). Locatie De Boschpoort kende tot voor kort een screeningsprocedure waarin voor iedere gedetineerde een risicoprofiel werd opgemaakt dat tijdens het verblijf periodiek werd getoetst. Op het moment van het onderzoek functioneerde deze procedure niet meer wegens gebrek aan tijd, menskracht en de snelle doorstroom van gedetineerden. 2.1.3 Meerpersoonscelplaatsing De locaties Zwolle, Roermond, Zoetermeer, De IJssel en De Schie geven de gedetineerden de gelegenheid een voorkeur voor een celgenoot aan te geven. De locaties De Boschpoort, Dordtse Poorten, Almere, en Nieuwegein letten bij samenplaatsing op rookgedrag, cultuur, religie en taal- en landachtergrond. Nieuwegein hanteert enige drang bij samenplaatsing. In Zwaag vindt er geen specifieke selectie plaats anders dan rekening houdend met de geldende contraindicaties bij samenplaatsing van gedetineerden. Dat kan er daar toe leiden dat een roker bij een niet-roker wordt geplaatst.
I 3
De Boschpoort staat de gedetineerden toe onderling geld over te maken met een maximum van € 25 per maand. De huisregels van Zwaag vermelden dat het bezit en gebruik van alle drugs en op drugs gelijkende stoffen alsmede de handel hierin niet is toegestaan en leidt tot een rapport. 5 Met uitzondering van De Schie werken de winkels van de locaties met bestelling van de artikelen in verzegelde boxen op de afdeling. In De Schie gaan gedetineerden zelfstandig in groepjes van zes naar de winkel toe. 4
16
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Tabel III: Mpc-plaatsen per locatie ten tijde van de inspecties Locatie hvb
Capaciteit
Aantal mpc-plaatsen
Aantal mpc-plaatsen in % van de capaciteit
Zwolle
187
60
32
Roermond
218
56
26
Zoetermeer
220
96
44
De Boschpoort
312
72
23
Dordtse Poorten
204
48
24
Nieuwegein
329
62
19
Almere
264
96
36
Zwaag
253
104
41
De IJssel
234
48
21
De Schie
223
57
26
Totaal
2444
699
29
Tabel III geeft per locatie een overzicht van het aantal mpc-plaatsen en het aandeel van de mpc-plaatsen in het totaal van de detentieplaatsen ten tijde van de inspecties. 2.2 Preventie tijdens verblijf Om een beeld te vormen in hoeverre de praktijk van geweldbeheersing tijdens het verblijf van de gedetineerden is gericht op preventie van geweld heeft de ISt de gebouwen van de tien locaties geschouwd met het oog op mogelijk risicovolle situaties. Paragraaf 2.2.1 doet verslag van deze schouw. Paragraaf 2.2.2 doet voor de tien locaties verslag van hoe de praktijk van geweldbeheersing zich manifesteert in beleidsdocumenten, jaarplannen en verslagen en hoe die praktijk zich manifesteert in preventieve maatregelen bij het gebruik van de gebouwen en de uitvoering van het dagprogramma en in de beleidsvoering van het drugs- en contrabandebeleid. 2.2.1 Gebouw De hoofdgebouwen van de locaties Roermond, Zoetermeer, Dordtse Poorten, Nieuwegein, Almere en De IJssel, alle met een bouwjaar van vanaf 1996, hebben als gemeenschappelijk kenmerk een kruisopstelling van de verblijfsafdelingen met in het hart van het kruis een toezichtpost. De locaties Zwolle, De Boschpoort, Zwaag en De Schie, alle met een bouwjaar van voor 1996, hebben
17
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
elk een eigen kenmerkende bouw. De schouw van de gebouwen van de tien locaties heeft zich in het bijzonder gericht op achtereenvolgens de verblijfsafdelingen, het aantal telefoontoestellen, de recreatieruimten, douches, trappenhuizen en gangen, wachtruimten, de bezoekzaal, de luchtplaats, arbeidsruimten, sportzalen en de bibliotheek. Hieronder volgen uitsluitend de opvallende kenmerken van de tien locaties. Afdelingen In locatie Zwolle kenmerken de verblijfsafdelingen zich door een smalle gang met aan weerszijden cellen. Er is toezicht op de gangen met camera’s. Geopende celdeuren ontnemen het zicht op de gang. In de Koepel van De Boschpoort bieden hoog in de Koepel geplaatste camera’s beperkt toezicht, daar de camera’s een vaste richting en geen zoommogelijkheid hebben. In unit 3 van De Boschpoort zijn op de afdelingen een aantal zichtloze hoeken. Telefoontoestellen Het aantal telefoontoestellen op een afdeling varieert van één toestel per 10 tot 25 detentieplaatsen. Het gemiddelde is één toestel per 16 detentieplaatsen. Op de bijzondere zorgafdeling in Zwaag is het zicht op de telefoontoestellen beperkt. In De Schie is vanuit de afdeling geen zicht op de telefoontoestellen. In De Boschpoort is het telefoneren gereguleerd met een wekkersysteem en toezicht. In Zwolle zijn de twee luchtplaatsen voorzien van drie telefooncellen om ook tijdens de luchtactiviteit te kunnen telefoneren6. In De Schie beschikt de luchtplaats over één telefooncel. Recreatieruimten In Zwolle is zeer beperkt zicht op de recreatieruimten vanuit de afdeling. Bovendien bevindt de keuken van de recreatieruimte zich in een zichtloze hoek. Vanwege het ontbreken van zicht vanuit de gang is het toilet in de recreatieruimte buiten gebruik. In De IJssel is vanuit de gang beperkt zicht op de recreatieruimte. Ook hier is om die reden het toilet buiten gebruik gesteld. In De Schie is vanuit de afdeling geen zicht mogelijk op de recreatieruimten.
I 6
Plaatsing van telefooncellen vond plaats als compensatie voor de inkorting van het dagprogramma.
18
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Douches In een aantal inrichtingen zijn alle cellen of op een aantal afdelingen de cellen voorzien van douche. Alle cellen zijn voorzien van douche in Zwolle en in De IJssel. In Nieuwegein zijn alle cellen van unit I en op de inkomstenafdeling voorzien van douche, in Zoetermeer op de ISD-afdeling en in Dordtse Poorten en Almere op de inkomstenafdeling. In de overige locaties en afdelingen zijn de douches op de afdeling. De douches zitten buiten het directe zicht vanuit de afdeling in Zoetermeer (afdeling A), in de Koepel van De Boschpoort, in Zwaag en in De Schie. Trappenhuizen en gangen In Zwolle is cameratoezicht op trappen en gangen. Niettemin bestaat de mogelijkheid dat gedetineerden zich onttrekken aan dit toezicht daar de gedetineerden zich onbegeleid kunnen bewegen door het complex. In Roermond, Dordtse Poorten, Almere, De IJssel vallen alleen de trappen buiten het cameratoezicht. Niet alle gedetineerdenbewegingen vinden hier plaats onder begeleiding van piw’ers. In Zoetermeer is cameratoezicht zeer beperkt toegepast. Hier vinden alle gedetineerdenbewegingen plaats onder begeleiding van piw’ers. Unit 3 van De Boschpoort huisvest bijzondere doelgroepen die op een andere wijze, intensiever, begeleid worden door de medewerkers. Ook zedendelinquenten maken deel uit van deze bijzondere doelgroepen. Wanneer zij zich bewegen vanuit unit 3 naar de overige voorzieningen binnen het complex bestaat het risico dat zij andere, onbegeleide, gedetineerden treffen. De medewerkers die deze beweging direct en indirect (via cameratoezicht) begeleiden zijn hiervan op de hoogte en houden daar rekening mee. Vanuit de Koepel van De Boschpoort leiden verschillende loopgangen naar andere voorzieningen zoals bibliotheek en (tijdelijke)7 bezoekruimten. Het overzicht is hier minder goed en ook het cameratoezicht is niet optimaal. Tijdens gedetineerdentransporten vinden hier volgens de respondenten wel eens geweldincidenten plaats. In De Schie is geen cameratoezicht in het trappenhuis dat de galerijen en de benedenvloer van de afdelingen verbindt. Het trappenhuis komt uit in de gang naar algemene voorzieningen zoals de bibliotheek en de luchtplaatsen. In deze gang is slechts beperkt cameratoezicht. Het gebouw is overigens in zijn
I 7
De bezoekruimten worden verbouwd. De geschouwde bezoekruimten hebben een tijdelijk karakter.
19
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
algemeenheid overzichtelijk met directe zichtlijnen en nagenoeg overal camera’s. Het cameratoezicht in de trappenhuizen van het voorgebouw is goed. Als enige locatie slaat De Schie alle camerabeelden op schijf op, zodat men incidenten altijd kan nazien. Wachtruimten Sommige wachtruimten waarin gedetineerden gezamenlijk worden opgehouden hebben geen toezichtmogelijkheid, omdat er bijvoorbeeld geen venster in de deur zit en cameratoezicht ontbreekt. Zoetermeer, die zeer beperkt cameratoezicht heeft toegepast, heeft de wachtruimte voor en na bezoek wel voorzien van cameratoezicht. In Nieuwegein is er alleen cameratoezicht in de wachtruimte voor bezoek. In vier locaties zijn wachtruimten zonder toezichtmogelijkheid. Zwolle heeft geen toezichtmogelijkheid in de wachtruimte voor gedetineerden voor en na bezoek. In Dordtse Poorten is in de wachtruimte voor de medische dienst geen direct toezicht. In Zwaag en in De IJssel is geen toezichtmogelijkheid in de wachtruimte na bezoek. Bezoekzaal Op twee locaties, Roermond en De Schie, is de bezoekzaal zo ingericht dat de bezoekers en gedetineerden van elkaar gescheiden blijven. Er is slechts fysiek contact mogelijk tussen bezoeker en gedetineerde boven het tafelblad. In Almere zal vanaf voorjaar 2006 de bezoekzaal zodanig zijn ingericht. Luchtplaats De luchtplaatsen zijn over het algemeen overzichtelijk en tevens voorzien van cameratoezicht. Arbeidsruimten De arbeidsruimten zijn over het algemeen overzichtelijk. In een enkel geval ontnemen machines of apparatuur het overzicht. Sportzalen De sportzalen en fitnessruimten zijn overzichtelijk. In een enkel geval is er geen direct zicht op de sportdoucheruimte.
20
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Bibliotheek Nieuwegein heeft bij de inrichting van de bibliotheek rekening gehouden met het overzicht door alle boekenkasten tegen de wand te plaatsen. In enkele locaties heeft het bibliotheekpersoneel een beter overzicht gekregen met spiegels of camera’s. 2.2.2 Beleidsvoering Geen van de locaties heeft een vastgelegde praktijk van haar werkwijze en aanpak gericht op het voorkomen van geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden. Wel noemt Roermond in haar missie dat ze streeft naar een gezond en veilig woon- en leefklimaat voor de gedetineerden. De Schie beschikt over een vastgelegde gedragscode voor het personeel met als motto: “In onze inrichting bestaat een veilig leefklimaat voor gedetineerden en een veilig werkklimaat voor de medewerkers.” De jaarplannen van de locaties voor 2005 en 2006 gaan niet in op geweldpleging tussen gedetineerden. Als er streefcijfers over geweldpleging zijn opgenomen, worden ze niet toegelicht. Een uitzondering hierop is Zwolle. Ondanks de neerwaartse trend van het aantal geweldplegingen in Zwolle verwacht men een stijging door de effecten van het meerpersoonscelgebruik en de verdichting van het dagprogramma. Hoewel geen van de locaties beschikt over een vastgelegde praktijk ter voorkoming van geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden hanteren ze wel een meer of minder doordachte praktijk. Als elementen die hierin een rol spelen noemen de respondenten: − − − − − − −
sturing door de leiding gericht op het voorkomen van geweld; ervaring personeel; observatie van de groepsdynamiek, het kennen van je gedetineerden; onderlinge informatieoverdracht tussen het personeel; vroegtijdig ingrijpen bij verbaal geweld; in gesprek treden met gedetineerden; respect krijgen van gedetineerden door als piw’er te laten merken dat je doorziet wat er speelt, respect tonen aan gedetineerden en het serieus onderzoeken van beweringen en voorvallen; − groepssamenstelling overwegen, agressor overplaatsen.
In de tien locaties varieert het beeld als het gaat om de evaluatie van incidenten: van geen tijd nemen voor de evaluatie van incidenten tot het evalueren van elk
21
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
incident op toeval, geen toeval en patroonherkenning. Wel leiden in de meerderheid van de locaties incidenten op rij of ernstige incidenten tot aanpassingen. Voorbeelden zijn het onder toezicht laten openen van de winkelbox, plaatsing van extra telefooncellen, camera’s en bolspiegels, herinrichting van de arbeidsruimte, de luchtplaats en bibliotheek, het verkleinen van groepsgrootten en het reguleren van het telefoongebruik. Dagprogramma Bij alle locaties heeft de verdichting van het dagprogramma geleid tot een vermindering in de contactmogelijkheden tussen de piw’ers en de gedetineerden. Nochtans acht in de meerderheid van de locaties zowel de directie als de medewerkers het contact voldoende als het gaat om de veiligheid. Het personeel moet daartoe wel meer de gelegenheid creëren dan voorheen. In De IJssel wordt een forse verschraling van de contactmogelijkheden ervaren en in Zwaag wordt een vrij grote kloof ervaren tussen de wereld van piw’ers en de wereld van de gedetineerden. Over het algemeen vindt men dat in de overdracht van de gedetineerden vanaf de afdeling naar de sport en de arbeid voldoende aandacht wordt geschonken aan bijzonderheden. Op vier locaties biedt de arbeid en ook wel de sport ruimte voor een gesprek met de gedetineerden. Bijzonderheden worden dan vanuit de sport en arbeid teruggemeld aan de afdeling. Als risicovolle situaties voor onderling geweld tijdens het dagprogramma noemen de respondenten: − het telefoneren; − de arbeid; − de bijeenkomsten onder leiding van een geestelijk verzorger; − de wisseling van activiteiten als verschillende gedetineerdengroepen elkaar tegenkomen; − toezichtloze plaatsen als trappenhuizen, gangen, recreatieruimten en douches. Afgezien van frustratie en emotionele ontvlamming wordt irritatie over het telefoongebruik het meest genoemd als aanleiding voor conflicten en geweld. Daarnaast worden ook wel genoemd: ruzie om telefoonkaarten; rookwaar; drugs; diefstal en intolerantie tussen autochtone gedetineerden en allochtone gedetineerden.
22
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Drugs- en contrabandebeleid Nagenoeg alle locaties onderkennen een relatie tussen geweldpleging en drugshandel en -gebruik. Het drugs- en contrabandebeleid staat bij de locaties dan ook in het teken van geweldbeheersing. Uitzondering hierop is de locatie Zwaag waar het beleid louter in verband wordt gebracht met resocialisatieaspecten. Het drugsbeleid bestaat uit preventie van invoer, urinecontroles en spitacties al of niet met drugshonden. Het bezit van harddrugs wordt zwaarder bestraft dan het bezit van softdrugs. Om de gelegenheidsreden dat softdrugs rust brengen wordt in vijf locaties niet provocerend softdruggebruik wel eens door de vingers gezien. 2.3 Sanctiebeleid en herstel veiligheid
2.3.1 Straf- en maatregelenbeleid Acht locaties beschikken over een vastgelegd straf- en maatregelenbeleid. De locaties Almere en Zwaag hebben hun straf- en maatregelenbeleid niet vastgelegd. In locatie De Boschpoort ligt het sanctiebeleid in de bibliotheek ter inzage. In locatie De Schie is men van plan te werken aan de inzichtelijkheid van de regelgeving voor de gedetineerden om het gevoel van willekeur bij sanctionering te verminderen. Bij twee locaties, De Boschpoort en Dordtse Poorten, voorziet het straf- en maatregelenbeleid in de mogelijkheid van voorwaardelijk straffen. In Dordtse Poorten staat als sanctie op bedreiging van een medegedetineerde eerst uitpraten en in het uiterste geval herplaatsen van de agressor. 2.3.2 Geweldincidentie Van de tien locaties zijn uit het register8 disciplinaire straffen en maatregelen alle beschikkingen en onderliggende rapporten uit 2005 bezien die betrekking hebben op geweldpleging tussen gedetineerden9.
I 8
Uit het register zijn die incidenten geselecteerd die hebben plaatsgevonden in het huis van bewaring van de locatie met regime standaard man. 9 Op het moment van inzage had Dordtse Poorten het register van het eerste kwartaal van 2005 al vernietigd. Van twee geweldincidenten zijn daardoor geen beschikkingen en rapporten beschikbaar. De IJssel had alleen de tweede helft van 2005 ter beschikking. Voor de vergelijking met de andere locaties zijn de geweldgegevens van De IJssel eenvoudigweg geëxtrapoleerd door verdubbeling.
23
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
De geweldplegingen −het aantal gedetineerden dat fysiek geweld heeft gebruikt tegen een andere gedetineerde, dan wel daarmee heeft gedreigd, voor zover dit heeft geleid tot oplegging van een ordemaatregel of sanctie− zijn herleid tot het aantal betrokken gedetineerden en het aantal incidenten. Tabel IV geeft een overzicht van de geweldincidenten in de tien locaties in 2005. Het aantal geweldplegingen in 2005 is 268 in totaal, dat wil zeggen 268 opleggingen van een ordemaatregel of sanctie in relatie tot geweldpleging. Deze 268 geweldplegingen zijn te herleiden tot 185 geweldincidenten. Bij deze incidenten waren 388 gedetineerden betrokken. Het betrof in 34 gevallen verbaal en in 151 gevallen fysiek geweld. Tabel V presenteert voor de tien locaties het aantal geweldincidenten per 100 detentieplaatsen. Gemiddeld hebben in 2005 in de tien locaties een kleine acht geweldincidenten per 100 detentieplaatsen plaatsgevonden. Per 100 detentieplaatsen zijn de laagste aantallen geweldincidenten geregistreerd in Zoetermeer (2,3), De Boschpoort (5,4) en Roermond (5,5) en de hoogste aantallen in Nieuwegein (8,8), Almere (11,7) en De Schie (11,7). Tabel VI en VII geven weer in welke situatie, respectievelijk binnen en buiten de afdeling, de incidenten hebben plaatsgehad. Over het geheel bezien vinden de meeste incidenten (65%) binnen de afdeling plaats. In de locaties Roermond, Zoetermeer en Dordtse Poorten is het andersom, daar vinden meer incidenten buiten de afdeling plaats. Van de geweldincidenten binnen de afdeling vindt 20% in meerpersoonscellen plaats. Vervolgens is het aandeel bij de telefoon 16%, in de recreatieruimte 12%, en de douche 3%. Van de geweldincidenten buiten de afdeling vindt 32% tijdens de arbeid plaats. Vervolgens is het aandeel tijdens het sporten 29%, tijdens het luchten 18% en in trappenhuizen en gangen 8%. Bij vergelijking tussen de locaties heeft mpc-geweld het grootste aandeel in het totaal van geweldincidenten, binnen en buiten de afdeling, in Nieuwegein (24%) en in Zwaag (32%). Het mpc-geweld heeft gemiddeld over de tien locaties een aandeel van 13% in het totaal van geweldincidenten. Zie Tabel VIII voor een nadere vergelijking van de locaties met betrekking tot mpc-geweld.
24
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Tabel IV: Geweldpleging tussen gedetineerden in 2005 Locatie hvb
Aantal
Aantal
Aantal
Verbaal
Fysiek
geweldplegingen
betrokkenen
incidenten
geweld
geweld
Zwolle
14
24
12
3
9
Roermond
18
27
12
1
11
Zoetermeer
6
11
5
0
5
De Boschpoort
25
36
17
1
16
Dordtse Poorten
20
32
16
1
15
Nieuwegein
40
57
29
5
24
Almere
45
61
31
8
23
Zwaag
30
43
19
5
14
De IJssel
28
42
18
2
16
De Schie
42
55
26
8
18
Totaal
268
388
185
34
151
Tabel V: Geweldincidenten per 100 detentieplaatsen in 2005 Locatie hvb
Capaciteit
Aantal incidenten
Aantal incidenten per 100 plaatsen
Zwolle
187
12
6,4
Roermond
218
12
5,5
Zoetermeer
220
5
2,3
De Boschpoort
312
17
5,4
Dordtse Poorten
204
16
7,8
Nieuwegein
329
29
8,8
Almere
264
31
11,7
Zwaag
253
19
7,5
De IJssel
234
18
7,7
De Schie
223
26
11,7
Totaal
2444
185
7,7
25
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Totaal
Overig
Telefoon
ruimte
Recreatie-
Douche
soonscel
Locatie hvb
Meerper-
Tabel VI: Geweldincidenten binnen de afdeling naar situatie in 2005
Zwolle
1
0
0
1
8
10
Roermond
1
1
0
0
2
4
Zoetermeer
1
0
0
0
0
1
De Boschpoort
3
0
4
0
5
12
Dordtse Poorten
1
0
0
3
3
7
Nieuwegein
7
1
1
3
5
17
Almere
4
1
2
3
13
23
Zwaag
6
1
2
2
4
15
De IJssel
0
0
0
6
8
14
De Schie
0
0
5
1
11
17
Totaal
24
4
14
19
59
120
Totaal
Overig
Arbeid
Sport
Luchten
Locatie hvb
huis
Tabel VII: Geweldincidenten buiten de afdeling naar situatie in 2005
Trappen-
Oktober 2006
Zwolle
1
0
1
0
0
2
Roermond
1
0
1
5
1
8
Zoetermeer
1
1
2
0
0
4
De Boschpoort
0
1
1
3
0
5
Dordtse Poorten
0
2
2
3
2
9
Nieuwegein
1
4
3
4
0
12
Almere
1
1
3
1
2
8
Zwaag
0
2
0
0
2
4
De IJssel
0
0
0
4
0
4
De Schie
0
1
6
1
1
9
Totaal
5
12
19
21
8
65
26
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
In De Boschpoort (24%) en De Schie (19%) heeft geweld in de recreatieruimte het grootste aandeel10 bij een gemiddelde van 8%. Geweld bij de telefoon heeft het grootste aandeel in De IJssel (33%) bij een gemiddelde van 10%. Verder springen de volgende cijfers in het oog: geweld tijdens het luchten in Nieuwegein 14%, tijdens het sporten in De Schie 19% en tijdens de arbeid in Roermond 42% en De IJssel 22%. Het gemiddelde aandeel in het totaal zijn voor tijdens het luchten 6%, tijdens het sporten 10% en tijdens de arbeid 11%. Mpc-geweld Tabel VIII vergelijkt de locaties met betrekking tot de incidentie van mpcgeweld. Hoewel het om kleine aantallen gaat, maakt Tabel VIII duidelijk dat Nieuwegein en Zwaag, buiten het eerder genoemde het grootste aandeel mpcgeweld, ook de hoogste aantallen hebben in het aantal mpc-geweldincidenten per 100 mpc-plaatsen. Zwaag deelt met Zoetermeer het hoogste aandeel mpccapaciteit in de totale capaciteit. 2.3.3 Sanctietoepassing en herstel veiligheid Tabel IX geeft aspecten weer van sanctietoepassing en herstel veiligheid in percentages van het aantal in 2005 geregistreerde geweldincidenten. In 73% van de gevallen was er tijdens het voorval toezicht. In 64% van de incidenten was er niet sprake van een vroegtijdige, onverwijlde interventie. In 28% van de gevallen werd waar mogelijk geen billijk onderscheid gemaakt tussen de agressor en het mikpunt. In 10% van de gevallen was er sprake van geleide zelfcorrectie door bijvoorbeeld het opleggen van een voorwaardelijke sanctie. In 12% van de gevallen ondersteunde de genomen maatregel het mikpunt niet. De Schie valt op door het relatief lage percentage (35%) gevallen waarin geen vroegtijdige, onverwijlde interventie plaatsvond. Relatief hoog (89%) is het percentage van geen vroegtijdige, onverwijlde interventie in De IJssel. Zwolle en Zoetermeer hebben in alle gevallen waar mogelijk onderscheid gemaakt tussen het mikpunt en de agressor. Dordtse Poorten maakt met 43% het meest geen billijk onderscheid tussen de agressor en het mikpunt in de gevallen waar dat mogelijk leek.
I 10
De Boschpoort laat zich evenwel moeilijk vergelijken met de overige locaties daar de recreatieruimte in de Koepel van De Boschpoort geen onderdeel uitmaakt van de afdeling.
27
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Tabel VIII: Mpc-geweldincidenten per 100 mpc-plaatsen in 2005 Locatie hvb
Mpc-capaciteit
Aantal mpc-
Aantal mpc-
in % van totale
plaatsen
incidenten
Aantal mpcincidenten per 100
capaciteit
mpc -plaatsen
Zwolle
32
60
1
1,7
Roermond
26
56
1
1,8
Zoetermeer
44
96
1
1,0
De Boschpoort
23
72
3
4,2
Dordtse Poorten
24
48
1
2,0
Nieuwegein
19
62
7
11,3
Almere
36
96
4
4,2
Zwaag
41
104
6
5,8
De IJssel
21
48
0
0
De Schie
26
57
0
0
Totaal
29
699
24
3,4
Zwolle
75
58
0
8
0
Roermond
75
58
17
0
0
Zoetermeer
80
60
0
0
0
De Boschpoort
82
76
35
0
29
Dordtse Poorten
64
79
43
14
14
Nieuwegein
76
66
38
7
28
Almere
65
65
29
10
6
Zwaag
58
68
21
11
16
De IJssel
78
89
33
11
0
De Schie
81
35
19
23
8
Totaal
73
64
28
10
12
mikpunt
steuning
Geen onder-
sanctie
waardelijke
Voor-
agressor
mikpunt vs.
onderscheid
interventie Geen
interventie
onverwijlde
Geen
Locatie hvb
toezicht
Tabel IX: Aspecten van sanctietoepassing en herstel veiligheid in percentages van het aantal in 2005 geregistreerde geweldincidenten per locatie.
Wel
Oktober 2006
28
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Het aandeel voorwaardelijke sancties is het grootst in de Schie (23%). De genomen maatregel ondersteunde in alle gevallen het mikpunt in Zwolle, Roermond, Zoetermeer en De IJssel. Het aandeel van de gevallen waarin de genomen maatregel het mikpunt niet ondersteunde, is het grootst in De Boschpoort (29%) en Nieuwegein (28%).
29
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
3 Conclusie
Beleidsvoering in geweldbeheersing Het landelijk cijfer voor geweldplegingen tussen gedetineerden in het gevangeniswezen laat over de jaren 2002 tot en met 2005 eerst een stijging zien gevolgd door een daling tot onder het niveau van 2002. Achter dit landelijk beeld gaat een variatie schuil in tendens en niveau van geweldplegingen over de PI-clusters. Ook een variatie is zichtbaar in het niveau van geweldincidenten in 2005 over de tien voor dit onderzoek geselecteerde huizen van bewaring. De hoofdvraag van dit onderzoek luidt of de praktijk van geweldbeheersing binnen huizen van bewaring is gericht op preventie van geweldpleging. Een eerste conclusie is dat het alle tien onderzochte locaties ontbreekt aan een vastgelegde praktijk ter voorkoming van geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden. Het gebrek aan een vastgelegde praktijk betekent echter niet dat de locaties niet een, meer of minder doordachte, praktijk van geweldbeheersing hanteren die gericht is op preventie van geweldpleging. Van de tien locaties maken drie locaties, Zwolle, Roermond en De Schie, hun aandacht voor geweldbeheersing op enigerlei wijze zichtbaar in het jaarplan, de missie of de gedragscode voor de medewerkers. Als het gaat om de evaluatie van geweldincidenten varieert het beeld over de locaties van geen tijd nemen voor de evaluatie van incidenten tot het per geval evalueren van de incidenten op toeval, geen toeval en patroonherkenning. Wel leiden in de meerderheid van de locaties geweldincidenten op rij of ernstige geweldincidenten tot zichtbare aanpassingen, waarbij rekening wordt gehouden met de gebouwelijke situatie en het dagprogramma.
30
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
3.1 Preventie bij binnenkomst
3.1.1 Huisregels Vier van de tien locaties, Zwolle, Roermond, Dordtse Poorten en Nieuwegein, wijzen in de huisregels expliciet op het gedrag dat van een gedetineerde verwacht wordt in de omgang met medegedetineerden. 3.1.2 Screening Alle tien locaties letten bij de plaatsing van de gedetineerde op een mogelijke (psychiatrische) stoornis of kwetsbaarheid in verband met de aard van het delict. 3.1.3 Meerpersoonscelplaatsing Vijf van de tien locaties, Zwolle, Roermond, Zoetermeer, De IJssel en De Schie, geven de gedetineerden de gelegenheid een voorkeur voor een celgenoot aan te geven. Nieuwegein plaatst met enige drang en in Zwaag vindt er geen specifieke selectie plaats anders dan rekening houdend met de geldende contra-indicaties. Nieuwegein en Zwaag hebben de hoogste aantallen in het aantal mpcgeweldincidenten per 100 mpc-plaatsen. Hier gaat de suggestie van uit dat de wijze van plaatsen op een meerpersoonscel van invloed is op de geweldincidentie in meerpersoonscellen. 3.1.4 Conclusie preventie bij binnenkomst De conclusie is dat de mate van preventieve maatregelen bij binnenkomst verbeterd kan worden bij een meerderheid van de locaties door in de huisregels en bij binnenkomst expliciet te wijzen op het gedrag dat van een gedetineerde verwacht wordt in de omgang met medegedetineerden. De screening voldoet en de meerpersoonscelplaatsing is in twee locaties voor verbetering vatbaar door rekening te houden met de voorkeur van de gedetineerde voor een celgenoot. 3.2 Geweldbeheersing tijdens verblijf
3.2.1 Dagprogramma Bij alle locaties heeft de verdichting van het dagprogramma geleid tot een vermindering van de contactmogelijkheden tussen de piw’ers en de gedetineerden. Nochtans acht de meerderheid van de locaties het contact
31
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
voldoende als het gaat om het signaleren van risico’s in de veiligheid. Het personeel moet daartoe wel meer de gelegenheid creëren dan voorheen. In De IJssel wordt een forse verschraling van de contactmogelijkheden ervaren en in Zwaag wordt een vrij grote kloof ervaren tussen de wereld van piw’ers en de wereld van de gedetineerden. In een meerderheid van de geweldincidenten, 73%, was er toezicht. Ook in een meerderheid van de geweldincidenten, 64%, was geen sprake van vroegtijdige, onverwijlde interventie. Locatie De Schie valt op door het relatief lage percentage, 35%, gevallen waarin geen vroegtijdige, onverwijlde interventie plaatsvond. In locatie De IJssel is het percentage van geen vroegtijdige, onverwijlde interventie relatief hoog, 89%. Deze cijfers suggereren dat de gehanteerde praktijken van geweldbeheersing kunnen worden verbeterd door een meer alerte houding van de medewerkers. Hieronder wordt ingegaan op situaties in het dagprogramma in de volgorde van de mate waarin er geweldincidenten plaatsvinden. Wachtruimten, douches, trappenhuizen en gangen Geweldincidenten in wachtruimten, douches en trappenhuizen en gangen hebben gemiddeld een aandeel in het totaal van geweldincidenten van respectievelijk 1%, 2% en 3%. Luchten Geweldincidenten tijdens het luchten hebben een aandeel van 6% in het totaal van de geweldincidenten. In locatie Nieuwegein is dit aandeel 14%. Recreatieruimte Geweldincidenten in de recreatieruimte hebben een aandeel van 8% in het totaal van de geweldincidenten. In locatie De Schie is dit aandeel 19%. In De Schie is vanuit de afdeling geen zicht op de recreatieruimten. Telefoon Geweldincidenten bij de telefoon hebben een aandeel van 10% in het totaal van de geweldincidenten. In locatie De IJssel is dit aandeel 33%.
32
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Sport Geweldincidenten tijdens het sporten hebben een aandeel van 10% in het totaal van de geweldincidenten. In locatie De Schie is dit aandeel 23%. Arbeid Geweldincidenten tijdens de arbeid hebben een aandeel van 11% in het totaal van de geweldincidenten. In locatie Roermond en De IJssel is dit aandeel respectievelijk 42% en 22%. 3.2.2 Drugs- en contrabandebeleid Nagenoeg alle locaties onderkennen een relatie tussen geweldpleging en drugshandel en -gebruik. Het drugs- en contrabandebeleid staat bij de locaties dan ook mede in het teken van geweldbeheersing. Uitzondering hierop is locatie Zwaag waar het beleid louter in verband wordt gebracht met resocialisatie. Op twee locaties ondersteunt de inrichting van de bezoekzaal de preventie van invoer van drugs. De bezoekzaal in Roermond en De Schie is zo ingericht dat de bezoekers en gedetineerden van elkaar gescheiden blijven en enkel contact hebben boven een tafelblad. In Almere zal vanaf voorjaar 2006 de bezoekzaal zo zijn ingericht. 3.2.3 Conclusie geweldbeheersing tijdens verblijf In een meerderheid van de locaties worden de contactmogelijkheden tussen piw’ers en gedetineerden nog voldoende geacht. In een meerderheid van de geweldincidenten was echter geen sprake van een vroegtijdige, onverwijlde interventie. De gehanteerde praktijken van geweldbeheersing lijken dan ook voor verbetering vatbaar door een meer alerte houding van de medewerkers. Van de onderscheiden situaties in het dagprogramma vonden de meeste geweldincidenten plaats bij de telefoon, tijdens de sport en tijdens de arbeid. Bij nagenoeg alle locaties staat het drugs- en contrabandebeleid in het teken van geweldbeheersing. 3.3 Sanctiebeleid en herstel veiligheid
3.3.1 Straf- en maatregelenbeleid Acht van de tien locaties beschikken over een vastgelegd straf- en maatregelenbeleid. De locaties Almere en Zwaag hebben hun straf- en maatregelenbeleid niet vastgelegd.
33
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
In een minderheid van de gevallen, 10%, was er sprake van geleide zelfcorrectie door bijvoorbeeld het opleggen van een voorwaardelijke sanctie. Bij twee locaties, De Boschpoort en Dordtse Poorten, voorziet het straf- en maatregelenbeleid expliciet in de mogelijkheid van voorwaardelijk straffen. In de Boschpoort zijn geen voorwaardelijke straffen toegepast en in de Dordtse Poorten in 14% van de gevallen. 3.3.2 Herstel veiligheid In een minderheid van de gevallen, 28%, werd, hoewel dit wel mogelijk was, geen billijk onderscheid gemaakt tussen de agressor en het mikpunt. Slechts één locatie, De Schie, slaat alle camerabeelden op schijf op, zodat incidenten altijd nagezien kunnen worden. Ook in een minderheid van de gevallen, 12%, ondersteunde de genomen maatregel het mikpunt niet. 3.3.3 Conclusie sanctiebeleid en herstel veiligheid De conclusie is dat de reactie op en de afhandeling van geweldpleging is gericht op het voorkomen van herhaling van geweldpleging door waar mogelijk onderscheid te maken tussen de agressor en het mikpunt en door het mikpunt met de te nemen maatregel te ondersteunen. Het toepassen van een vorm van geleide zelfcorrectie of van voorwaardelijke straffen vindt evenwel beperkt plaats.
34
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
4 Aanbevelingen
4.1 Aanbevelingen voor DJI 1. Bewerkstellig dat de penitentiaire inrichtingen een praktijk vastleggen van geweldbeheersing ter voorkoming van geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden. 2. Bewerkstellig dat de penitentiaire inrichtingen de vast te leggen praktijk van geweldbeheersing delen met de medewerkers, de gedetineerden en de bezoekers. 3. Ondersteun de penitentiaire inrichtingen in het herzien van de huisregels opdat de huisregels expliciet wijzen op het gedrag dat van een gedetineerde verwacht wordt in de omgang met medegedetineerden. 4. Onderscheid een wijze van meerpersoonscelplaatsing als beste praktijk en draag die beste praktijk uit. 5. Draag de inrichting van de bezoekzaal die het drugs- en contrabandebeleid ondersteunt, uit als beste praktijk. 6. Realiseer dat de penitentiaire inrichtingen camerabeelden opslaan zodat incidenten altijd nagezien kunnen worden. 7. Bewerkstellig, in die gevallen waar dat nog niet gebeurd is, dat de penitentiaire inrichtingen het straf- en maatregelenbeleid vastleggen. 8. Stimuleer de inrichtingen ook een verantwoordelijkheid in geweldbeheersing neer te leggen bij de gedetineerden door ruimere toepassing van geleide zelfcorrectie zoals voorwaardelijke sancties.
35
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
4.2 Aanbevelingen voor de locaties van de huizen van bewaring 9. De Schie, Zwolle, Dordtse Poorten, Nieuwegein, Zwaag en De IJssel: Creëer een vorm van toezicht in toezichtloze situaties. In het bijzonder geldt dit voor de recreatieruimten in De Schie en wachtruimten in Zwolle, Dordtse Poorten, Nieuwegein, Zwaag en De IJssel 10. Zwaag en De IJssel: Bezie de uitvoering van het dagprogramma op mogelijkheden om het contact tussen de gedetineerden en de piw’ers te verbeteren. 11. Roermond, Nieuwegein, De IJssel en De Schie: Bezie of die activiteiten in het dagprogramma die in 2005 opvielen in geweldincidentie extra preventieve maatregelen vergen. In Roermond betreft dit de arbeid, in Nieuwegein het luchten, in De Schie het sporten en in De IJssel het telefoneren en de arbeid. 12. Zwaag: Breng het drugs- en contrabandebeleid ook in het teken van geweldbeheersing.
36
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Bijlage A: Afkortingen
BZA cvt DJI Hvb IBT ISD ISt JOVO mpc piw’er RSJ
bijzondere zorgafdeling commissie van toezicht Dienst Justitiële Inrichtingen huis van bewaring intern bijstandsteam inrichting stelselmatige daders Inspectie voor de Sanctietoepassing jong volwassenen meerpersoonscel penitentiair inrichtingswerker Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming
37
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Bijlage B: Bronnen
Arbeidsinspectie, Jaarplan 2005, Handhaven voor resultaat. Disciplinair beleid gedetineerden PI Breda, november 2005 DJI Jaarverslag 2002, “Terugblik en toekomst”, mei 2003 DJI Jaarbericht 2003, “De feiten, factoren en afwegingen”, juli 2004 DJI Jaarbericht 2004, “Open voor vernieuwing”, mei 2005 DJI Jaarbericht 2005, “Waar vrijheid ophoudt en weer kan beginnen”, juni 2006 En nu actie, Plan van aanpak n.a.v. de gedetineerdensurvey, De Schie Gedragscode PI Rijnmond, locatie De Schie, augustus 2005 HM Inspectorate of Prisons, Expectations, Criteria for assessing the conditions in prisons and the treatment of prisoners, 2004 Huishoudelijk reglement hvb PI Rijnmond, locatie De Schie, februari 2006 Huisregels PI Almere Binnen, juni 2003 Huisregels PI Breda, november 2004 Huisregels PI De IJssel, december 2005 Huisregels PI Haaglanden locatie Zoetermeer Huisregels PI Nieuwegein, Huis van Bewaring voor Mannen, versie 01-02-02 Huisregels PI Noord-Holland Noord, unit Zwaag Huisregels PI Overijssel, locatie Zwolle Zuid I, 2006 Huisregels PI Zuid-Oost, Locatie Roermond, 1 oktober 2004 Huisregels voor de gedetineerden, PI Zuid-West, locatie Dordtse Poorten, januari 2005 Richtlijnen Sanctiebeleid De Schie Richtlijnen Sanctiebeleid, PI Haaglanden. Vestiging Zoetermeer, 2004 Richtlijnen straffen/maatregelen PI Overijssel locatie Zwolle, april 2005 Sanctiebeleid, Dordtse Poorten, 2006 Sanctiebeleid PI Roermond Straf- en maatregelenbeleid De IJssel, juli 2005 Straf- en maatregelenbeleid Penitentiaire inrichting Nieuwegein Viermaandensrapportages 2005, locatie Almere Jaarplan 2005 Cluster PI Utrecht
38
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Jaarplan 2005, PI Breda Jaarplan 2005, PI Flevoland Jaarplan 2005, PI Haaglanden, september 2004 Jaarplan 2005 Noord-Holland Noord Jaarplan 2005 PI Overijssel Jaarplan 2005, PI Zuid-Oost Jaarplan 2005, PI Zuid-West Jaarplan 2006, JP 2k6, Unit Zwaag, januari 2006 Jaarplan 2006, PI Breda Jaarplan 2006, PI Flevoland Jaarplan 2006 PI Overijssel Jaarplan 2006 PI Rijnmond Jaarplan 2006 PI Utrecht Jaarplan 2006, PI Zuid-Oost Jaarplan 2006, PI Zuid-West Jaarverslag 2004, PI Breda Jaarverslag 2004, PI Flevoland Jaarverslag 2004, PI Haaglanden, februari 2005 Jaarverslag 2004 PI Noord-Holland Noord Jaarverslag 2004, PI Overijssel Jaarverslag 2004 PI Rijnmond Jaarverslag 2004 PI Utrecht Jaarverslag 2004, PI Zuid-Oost Jaarverslag 2004, PI Zuid-West Jaarverslag 2005 PI Rijnmond Verhagen, Jos J.L.M., Waar vrijheid ophoudt en weer kan beginnen, 1995-2005 Tien jaar Dienst Justitiële Inrichtingen, 2005 WODC werktitel “Onderlinge agressie en geweld in penitentiaire inrichtingen”, (te verschijnen in) 2007
39
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Bijlage C: Toetsingskader
Preventie bij binnenkomst Specifiek
Hoofdvraag
Aanzet tot norm en bron
Informatievraag
Justitiabele is op de
Worden de
De instelling informeert de
Ontvangt de gedetineerde bij
hoogte van zijn
gedetineerden
justitiabele bij binnenkomst
binnenkomst schriftelijke
rechten en plichten
geïnformeerd over de
en gedurende detentie in een
informatie (de huisregels)
regels waar zij zich
voor hem begrijpelijke taal
omtrent: de voorschriften voor
voor een goede
over zijn rechten en plichten.
bejegening van
uitvoering van de
(art. 41 lid 1 EPR en art. 56
gedetineerden, de categorie
vrijheidsbenemende
Pbw)
waartoe hij behoort, de
toezichtcriterium
straf aan houden
disciplinaire regels (EPR35a),
moeten?
de toegestane methoden om informatie in te winnen en klachten in te dienen en alle andere zaken die gedetineerden dienen te weten om hun rechten en plichten te begrijpen en zich aan te passen aan het leven in de inrichting? Welke voorzieningen zijn er om anderstaligen (vreemdelingen) te informeren over hun rechten en plichten en de gang van zaken in de inrichting. Zijn gedetineerden op de hoogte van het sanctiebeleid?
40
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Justitiabelen die op
Vindt er bij
De inrichting reageert bij
Is er een screening bij
grond van medische
binnenkomst
binnenkomst van de
binnenkomst?
of psychische
structureel screening
gedetineerde adequaat op
redenen, of op grond
van gedetineerden
signalen en vormen van
van delictgedrag
plaats?
afwijkend en probleemgevend
extra bescherming
gedrag.
behoeven worden
(art. 2 lid 2, 16 en 43 lid 2 en 3
(vroegtijdig)
Pbw en art 10, 26, 29 en 100
geïdentificeerd.
EPR)
Wie heeft een rol in de uitvoering van die screening? Waar/door wie worden de uitkomsten van screening bij binnenkomst besproken? De uitkomsten van screening worden zorgvuldig vastgelegd. Hoe werkt dit bij de selectie voor 2 op 1 cel? Worden de contra-indicaties getoetst?
Preventie tijdens verblijf Specifiek
Hoofdvraag
Aanzet tot norm en bron
Informatievraag
Geweld, bedreiging
Waarborgt het
Toezichtloze situaties zijn
Zijn er toezichtloze situaties
en intimidatie binnen
inrichtingsbeleid dat
zoveel mogelijke vermeden
die een risico vormen?
de inrichting wordt
onderling geweld,
door directe zichtlijnen en
voorkomen.
bedreiging en
cameratoezicht.
intimidatie wordt
Personeelsinzet is afgestemd
Is op momenten van directe
voorkomen?
op beheersrisico´s.
contacten tussen justitiabelen
toezichtcriterium
de personeelsinzet voldoende? Zijn de medewerkers getraind in het signaleren van dreigende conflicten? Bij de samenstelling van
Wordt er rekening gehouden
groepen en groepsactiviteiten
met bekend zijnde beheers/ of
wordt rekening gehouden met
beveiligingsrisico´s van
risicoprofielen van
gedetineerden?
41
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
gedetineerden. (art. 11 en 12
Wordt er rekening gehouden
EPR). (Follow up screening)
met de uitkomsten van de screening bij binnenkomst? Is er door inrichtingsfunctionarissen regelmatig overleg m.b.t. de samenstelling van groepen justitiabelen ter voorkoming van geweld, bedreiging en intimidatie?
Is er open
Communicatie tussen
Is er voldoende gelegenheid
communicatie en
medewerkers en
voor een gesprek tussen
continuïteit in de
gedetineerden wordt
personeel en gedetineerden
communicatie tussen
gestimuleerd, zodat
over de veiligheidsbeleving?
gedetineerden en
spanningen in omgang tussen
medewerkers?
gedetineerden en tussen gedetineerden en personeel geconstateerd kunnen worden (art. 52 en 56 EPR).
Is er een vastgestelde
Is er een vastgestelde en
en doordachte
doordachte praktijk ter
praktijk ter
voorkoming van geweld,
voorkoming van
bedreiging en intimidatie?
geweld, bedreiging en intimidatie
Is actieve voorlichting ook aan bezoekers een onderdeel van deze praktijk? De gedetineerden hebben kennis van de praktijk en doorzien het nut van de praktijk? Zijn procedures omtrent geld en waardevolle spullen bij binnenkomst (EPR 48(1)), winkeltegoeden, belmomenten, bestellingen winkel, ruilen goederen etc. beschreven? (Dit kunnen elementen zijn die vatbaar
42
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
voor intimidatie en bedreiging) Er is gerichte controle op de
Welke controles vinden in het
aanwezigheid van
kader van onderzoek op
contrabande ter vermijding
contrabande plaats?
van veiligheidsrisico’s.
Er wordt opgetreden
Heeft de inrichting
Er is een drugsbeleid dat
Is er een vastgesteld
tegen invoer van,
een samenhangend
voldoet aan de volgende
drugsbeleid?
handel in en bezit
beleid gericht op
eisen:
van drugs.
voorlichting,
- het is formeel vastgesteld.
begeleiding en
- medewerkers hebben kennis
bestrijding van drugs?
van de inhoud van het
Wordt er conform het
beleid.
vastgestelde
- er is samenhang tussen
drugsbeleid gewerkt?
voorlichting, ontmoediging,
Zijn medewerkers bekend met het drugsbeleid?
begeleiding en bestrijding. - het beleid sluit aan op het zorgbeleid voor verslaafden. - er is sprake van evaluatie en bijstelling van beleid.
Wordt het drugsbeleid actief
Toepassing van het
kenbaar gemaakt aan de
drugsbeleid behelst in ieder
gedetineerden?
geval: - de gedetineerden worden geïnformeerd over de maatregelen die in het kader van drugsbeleid genomen kunnen worden. - verslaafden worden begeleid. - er vinden regelmatig (urine)controles plaats. - sancties worden consequent toegepast. (art. 29 Pbw)
43
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Sanctietoepassing en herstel veiligheid Specifiek
Hoofdvraag
Aanzet tot norm en bron
Informatievraag
Onverwijldheid
Rapportage van misdragingen
Beweringen over intimidatie
maatregel en belang
wordt onmiddellijk gemeld
worden consistent en billijk
mikpunt
aan het bevoegde gezag, dat
behandeld. Er wordt meteen
onverwijld een beslissing
op gereageerd, de voorvallen
neemt (EPR 36 (2))
worden volledig onderzocht
toezichtcriterium
en de uitkomsten worden vastgelegd. De melder van intimidatie wordt op de hoogte gehouden. De uitkomsten van de screening worden actueel gehouden op bedreigingen en op bedreigd worden. Genomen maatregelen ondersteunen het mikpunt en leiden niet vanzelfsprekend tot overplaatsing van het mikpunt. Geweld, bedreiging
Is er een cursus voor
en intimidatie binnen
gedetineerden die gericht is
de inrichting wordt
tegen geweld, bedreiging en
voorkomen.
intimidatie, die verplicht is voor de gedetineerden die zich misdragen? Incidenten worden
Worden incidenten
geëvalueerd.
geëvalueerd? Leiden incidenten tot bijstelling van bestaand beleid?
44
Oktober 2006
Themaonderzoek - Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring Inspectie voor de Sanctietoepassing
Bijlage D: Inspectieprogramma
Dag 1 9.00-12.00 uur 12.15-12.45 uur 13.00-15.00 uur
15.15-16.15 uur Dag 2 9.00-10.00 uur 10.15-10.45 uur 11.00-11.30 uur 11.45-12.15 uur 12.30-13.00 uur 13.15-14.15 uur 14.30-15.00 uur
Inzage Register disciplinaire straffen Lunch Rondgang door huis van bewaring ten behoeve van gebouwelijke indruk, overzichtelijkheid situaties, ten behoeve van indruk van gedetineerdenstromen zoals van afdeling naar luchten, arbeid, sport. Gesprek met locatiedirecteur
Gesprek met twee afdelingshoofden, een werkmeester en een instructeur lichamelijke oefening Gesprek met drie gedetineerden Gesprek met drie gedetineerden Gesprek met vertegenwoordiging van cvt Lunch Gesprek met twee piw’ers en een lid van het IBT (bij voorkeur een beveiligingsbeambte) Afsluiting inspectie, eerste terugmelding aan directie
45
Justitie werkt aan een veiliger samenleving
Justitie voorkomt en bestrijdt criminaliteit. Adequate opsporing, snelle berechting en consequente uitvoering van straffen en maatregelen zorgen dat Nederland veiliger wordt.
Uitgave Oktober 2006, Ministerie van Justitie, Inspectie voor de Sanctietoepassing, Postbus 20301, 2500 EH Den Haag