Investeren in en door mensen Visie op nieuwe arbeidsverhoudingen netwerkbedrijven
2013 - 2015
Als sector het verschil durven maken ter inspiratie van anderen, waarbij sociale partners grensverleggend bezig zijn in het belang van de sector en de samenleving.
1. Waar staan de netwerkbedrijven? De energiesector Energie is van essentieel belang voor de ontwikkeling van de economie en een vitale samenleving. Netwerkbedrijven zijn het kloppend hart van de energiesector. Ze zijn verantwoordelijk voor de aanleg en onderhoud van gas- en elektriciteits-netwerken en het verzorgen van transport en balanshandhaving. Vanouds zijn dit de kerntaken, maar inmiddels heeft zich een nieuwe kerntaak aangediend: het betaalbaar houden van een duurzame energievoorziening. Zij worden daarbij geholpen door de ontwikkelingen in de informatietechnologie, variërend van slimme meters bij individuele huishoudens tot ICT-systemen voor de im- en export van elektriciteit binnen Europa. Een optimale distributie van energie die eveneens bijdraagt aan de hoge betrouwbaarheid van de netten. Nieuwe markt- en productontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op. Denk aan ’slimme netten’ (smart grids, nieuwe energietoepassingen, technologische vernieuwing, slimme meters, mobiliteit).
Er wordt volop geïnvesteerd in het onderhoud, vervanging, uitbreiding en vernieuwing van de transport- en distributienetwerken. Op de internationale gasmarkt zien we veel aandacht voor Nederland als ‘gasrotonde’ en daarmee een verschuiving van productie naar transport en opslag. In de elektriciteitsmarkt zien we enerzijds meer duurzaam opgewekte energie en slimme netten (lokaal, inclusief teruggeven aan het net), anderzijds steeds meer internationale koppeling en samenwerking in Europa. De samenleving verbruikt steeds meer energie. Ze wil ook dat deze meer duurzaam geproduceerd wordt, maar ook betaalbaar blijft. Dat kan alleen met een goed functionerend netwerk waarover het transport veilig en betrouwbaar plaatsvindt. Complexere omstandigheden dus, in een samenleving die ervan uitgaat dat leveringszekerheid een gegeven is. De netwerkbedrijven zorgen ervoor dat die onveranderd goed blijft. Meer vraag naar duurzame energie noodzaakt tot groei en innovatie voor de netwerkbedrijven. Dat geldt zowel voor de traditionele als voor nieuwe activiteiten om de energietransitie te faciliteren. Naast de genoemde informatietechnologie zijn klantgericht handelen en meer contact met stakeholders belangrijke voorwaarden om de groei en innovatie - tegen een verantwoorde kostenontwikkeling - te verwezenlijken.
Duurzame inzetbaarheid Om aan al die voorwaarden te voldoen, ligt er een uitdaging voor de sector om talent te behouden, te ontwikkelen en aan te trekken. Duurzame inzetbaarheid door vitaliteit, kennis en vakmanschap staat centraal. Naast het talent in de sector is er ook nieuw en ander talent nodig. Talent wordt schaars. Gevolg is dat de arbeidsmarkt kantelt naar de werknemer die ‘aan het roer staat’. Dat schaarse talent heeft andere motieven en behoeften dan voorheen. De uitdaging is om dit schaarse talent voor de sector te interesseren met moderne arbeidsvoorwaarden en arbeidsverhoudingen. Ook is meer flexibiliteit nodig in werkvormen, contracten en keuzemogelijkheden voor werknemers. Daarom heeft de sector ingezet op innovatie van arbeidsvoorwaarden en –verhoudingen en deze in de toekomst verder uitbouwen.
Innovatie arbeidsverhoudingen Een uitdagend en vernieuwend perspectief voor de netwerksector. Samen hebben werkgevers en vakbonden in 2011 een gezamenlijke lange termijn visie vastgesteld voor de sector. De vernieuwing van de cao heeft de netwerkbedrijven volop mogelijkheden geboden voor een nieuwe start, met nieuwe arbeidsverhoudingen. Deze nieuwe verhoudingen zijn de basis voor een innovatieve cao met volop eigen keuzemogelijkheden voor werknemers. Met deze geactualiseerde visie notitie 2013-2015 gaan sociale partners verder op de ingeslagen weg naar een nieuwe relatie tussen werknemer en werkgever.
Nieuwe relatie werknemer – werkgever De relatie tussen werknemer en werkgever verandert. Werknemers zijn steeds vaker mensen met een ondernemende instelling die zelf de verantwoordelijkheid nemen om hun kennis, vaardigheden en ervaring te ontwikkelen en te delen binnen een gelijkwaardige arbeidsrelatie. Daarom investeren door mensen zelf, waarbij zij zelf mede de koers voor hun ontwikkeling bepalen. Zo kunnen zij de uitdagingen die zij ambiëren ook aan. Dat kan in een dienstverband, maar ook in andere contract- en samenwerkingsvormen. De werkgever van zijn kant streeft er naar aantrekkelijk te zijn voor elk talent met de meest uiteenlopende wensen. Alleen zo kan de werkgever zíjn ambities waarmaken. Daarom is investeren in mensen van belang. De werkgever krijgt een meer faciliterende rol en verschuiven er verantwoordelijkheden naar de werknemer. Dit alles wordt weerspiegeld in de vernieuwing van de cao: een cao die veel ruimte biedt aan individuele wensen en flexibiliteit biedt aan werkgevers én werknemers. De cao als kaderstellend instrument om de visie te realiseren. Een cao die zo ook kansen biedt om andere groepen dan de traditionele naar de sector toe te trekken.
Samenwerking De netbeheerders weten het allang als het gaat om de uitvoering van hun primaire taak: samenwerking levert voordeel op. Reden om elkaar bijvoorbeeld op het gebied van uitrol slimme meters, elektrisch vervoer en duurzame energietransitie te versterken. Maar wat geldt voor de primaire taak, geldt ook voor samenwerking op sociaal gebied. Op het gebied van arbeidsmarkt en ontwikkeling liggen volop kansen en uitdagingen om een topsector te zijn. Daarom werken de bedrijven intensief samen voor maatwerk opleidingen die er toe doen voor de sector en voor een toppositie in de arbeidsmarkt. Hiertoe hebben zij middelen beschikbaar gesteld in een Opleidings- & Ontwikkelingsfonds. Door als sector vroegtijdig in de keten samen te werken met (regionale) onderwijsinstellingen om gemeenschappelijke opleidings- en ontwikkelprogramma’s te ontwikkelen, wordt meer technisch geschoolde uitstroom gerealiseerd. Werkgevers en werknemers pakken dit samen op. Zo kunnen zij inhoud geven aan hun ambitie: toonaangevend en vernieuwend binnen de Nederlandse arbeidsmarkt!
2. Arbeidsmarkt & Opleiding Vakmanschap, ondernemerschap en inzetbaarheid Om de komende jaren over voldoende gekwalificeerde werknemers te kunnen beschikken, blijven bedrijven investeren in de ontwikkeling van huidige en toekomstige werknemers. Daarbij gaat het om vakmanschap, ondernemerschap én duurzame inzetbaarheid: werknemers dragen zelf zorg voor hun ontwikkeling en voortdurende bijscholing om mee te kunnen met de nieuwste technologische ontwikkelingen in hun werkomgeving. Ook zorgen zij zelf dat zij zich blijven inzetten om op lange termijn gezond en vitaal te blijven. En werkgevers faciliteren dit. Investeren in duurzame inzetbaarheid is daarmee een must die onderkend wordt door cao-partijen en die daarvoor in de cao ruimte en middelen bieden. Alles met als doel dat de werknemer vitaal, wendbaar en gezond duurzaam inzetbaar blijft. Nieuwe markt- en productontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op. Informatietechnologie vormt een steeds belangrijker onderdeel van alle werkprocessen. Het werk en de functies veranderen: de werknemer verandert mee. Dit vraagt om vitale medewerkers! Beschikbaarheid van gedegen vakmanschap vormt de komende jaren een knelpunt. Alternatieve onderwijsvormen, samenwerking met onderwijsinstellingen en zelf vakmensen opleiden vragen nu alle aandacht.
Aantrekkelijke werkgever ‘Een bedrijfstak waar het goed werken is’. Dat imago willen de werkgevers in de sector uitstralen. Zowel voor werknemers die al binnen de sector werkzaam zijn als voor nieuwe werknemers. Zowel voor de huidige zeer ervaren medewerker, als voor nieuwe doelgroepen zal de sector een aantrekkelijke werkgever moeten zijn. Investeren in huidige en nieuwe medewerkers is een topprioriteit. De bedrijven moeten goed opgeleide medewerkers met een technische en/of ICT-opleiding aanspreken. Over meerdere generaties heen, van jongeren die hun eerste werkervaring opdoen tot ervaren medewerkers, biedt de sector uitdagend werk. De sector biedt ruimte aan een grote diversiteit aan (potentiële) werknemers: een boeiende werkomgeving en mogelijkheden voor persoonlijke ontwikkeling, waarmee het potentieel aan beschikbare (ook hoog) opgeleide technici wordt vergroot. De aantrekkelijkheid van de sector wordt ook bepaald doordat de bedrijven een belangrijke functie vervullen in de economie en de samenleving. Netwerkbedrijven zijn maatschappelijk verantwoordelijke organisaties en handelen daar ook naar. Betrouwbaarheid, innovatie en duurzaamheid staan daarbij centraal. Medewerkers kunnen trots zijn op het belangrijke werk dat zij verrichten.
Aantrekkelijke werknemer Bij aantrekkelijk werkgeverschap past dat werknemers zich zelf verantwoordelijk voelen voor het bijhouden van hun vakkennis en vaardigheden. Alleen als zij hun competenties actueel houden, zijn zij in staat een zinvolle bijdrage te leveren aan de bedrijfsprocessen en behouden zij hun arbeidsmarktpositie. Werkgevers bieden hiervoor hun mensen uiteenlopende (keuze-) mogelijkheden en ondersteuning: kansen om blijvend te werken aan professionele ontwikkeling, zinvol werk verrichten en ruimte om werk en privé goed te combineren. Kortom: de duurzaam inzetbare medewerker.
Cao en opleiding Het belang van opleiding en onderwijs komt telkens terug in de NWb-cao. Werkgevers en werknemers streven ernaar de opleidingsfaciliteiten te ontwikkelen en te innoveren en nieuwe impulsen te geven. Samen én voor jezelf; voor meer innovatief vermogen en professionalisering. Uitgangspunt voor de werkgever is de bedrijfsvoering en vitale medewerkers. Voor de werknemer zijn vakbekwaamheid, een goede arbeidsmarktpositie en duurzame inzetbaarheid van belang. In de cao zit een balans tussen faciliteren door de werkgever en het dragen van eigen verantwoordelijkheid door de werknemer. De werknemer heeft hiervoor een opleidingsbudget, waarover hij zelf kan beschikken om zijn inzetbaarheid te vergroten.
Werkgelegenheidsmaatregelen Werkgevers en bonden vinden het belangrijk dat in de sector ook mensen een kans krijgen die momenteel op enige afstand staan van de arbeidsmarkt. Ter versterking van hun positie maakten werkgevers en de bonden in het cao-overleg afspraken over extra werkgelegenheidsmaatregelen. Het Sectorarrangement met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en het UWV heeft het werkgelegenheidsproject een extra impuls gegeven. De netwerkbedrijven doen dit niet alleen vanuit hun maatschappelijke verantwoordelijkheid als goede werkgevers, maar ook omdat zij hiermee in tijden van arbeidsmarktkrapte voor bepaalde beroepen een nog onvoldoende benut potentieel kunnen aanspreken.
Samenwerking met onderwijs Continue scholing is voor de netwerkbedrijven van cruciaal belang. Om mensen een kans te geven om hun plek in te nemen in deze aantrekkelijke sector en om voldoende toestroom van vakbekwame werknemers te verzekeren, werkt de sector nauw samen met het onderwijs. De netwerkbedrijven gaan regionale samenwerkingsverbanden aan met onderwijsinstellingen en met onderwijskoepels waaronder MBO- raad, HBO-raad. Het onderwijsveld en de netwerksector zijn zich bewust dat zij elkaar veel te bieden hebben.
Er wordt samengewerkt in het ontwikkelen van lesmateriaal, het aanbieden van stage- en leer/werkervaringsplaatsen en het inbrengen van vakinhoudelijke kennis voor (praktijk) onderwijs. De sector blijft substantieel investeren in de samenwerking met scholen. Hiernaast werkt de sector nauw samen binnen hun eigen bedrijfsscholen, om in eigen instroom en het verzorgen van ‘aanwijzingen’ te blijven voorzien. Ondersteunt vanuit het O&O-fonds maken de bedrijven voor scholing gebruik van moderne onderwijstechnologie, zoals e-learning in een elektronische leeromgeving.
Samenwerking Nationale Denktank in project Ruim Baan Om ook inspiratie van buiten de sector naar binnen te halen wordt nauw samengewerkt met de Nationale Denktank. In samenwerking met andere sectoren binnen de WENb hebben de leden van de Nationale Denktank een analyse gemaakt van de arbeidsmarkt en mobiliteit in het project Ruim Baan. Hieruit zijn vier concrete initiatieven voortgekomen die gericht zijn op het verbeteren van de arbeidsmarktpositie en aantrekkelijkheid van de bedrijven door samenwerking en profilering.
3. Innovatieve cao Aansprekende arbeidsvoorwaarden De sector biedt aansprekende arbeidsvoorwaarden. En wil dat zo houden door enerzijds gezond te blijven in financieel opzicht met een verantwoorde bedrijfsvoering en anderzijds aantrekkelijk te blijven op de arbeidsmarkt. Anders gezegd: om werk te houden moeten bedrijven concurrerend, kostenbewust èn innovatief zijn; om werknemers te houden moeten bedrijven aantrekkelijke werkgevers blijven. Voor de vakorganisaties geldt dat zij om leden te winnen en te binden aansprekende collectieve arbeidsvoorwaarden moeten afspreken. Werkgevers, vakorganisaties en medezeggenschap trekken samen op om uitdagende en innovatieve arbeidsvoorwaarden te bieden waar medewerkers eigen keuzes in kunnen maken. De relatie werkgever - werknemer is volop in ontwikkeling. Flexibeler, maar ook volwassener. Leiderschap verandert van controlerend naar faciliterend. Ander leiderschap zal de komende jaren in belangrijke mate de aantrekkingskracht op de arbeidsmarkt bepalen. Hierbij past maximale keuzevrijheid voor medewerkers, bijvoorbeeld met een Benefit Budget waarmee de medewerker zelf keuzes in zijn arbeidsvoorwaarden maakt. Voor duurzame inzetbaarheid krijgt dit vorm door het invoeren van een inzetbaarheidsbudget. In een gedeelde verantwoordelijkheid van werkgever en werknemer worden keuzes gemaakt en instrumenten aangewend om op maat blijvend te werken aan de duurzame inzetbaarheid van alle medewerkers in onze sector.
Cao-vernieuwing De cao-vernieuwing is gestart met de visie in 2011. Nu staat er een moderne cao, aangepast aan de veranderde arbeidsrelatie. Vanuit de visie dat alle medewerkers er toe doen, wordt iedereen bij de cao-ontwikkeling betrokken. De nieuw gerealiseerde arbeidsverhoudingen tussen vakbonden, medezeggenschap en werkgevers hebben geleid tot de totaal vernieuwde webbased cao NWb. www.caonwb.nl., waarbij met behulp van social media tools naast vakbondsleden, alle medewerkers in de sector bereikt worden en naar hun mening wordt gevraagd. Een cao die wat betreft communicatie (interactief via sociale media), vormgeving (multimedia) en taal voldoet aan deze tijd.
Belangrijke cao-thema’s zijn: a) Duurzame inzetbaarheid ■ vitaliteit en duurzame inzetbaarheid ■ mobiliteit en doorstroombeleid ■ nieuwe deal bij veranderde omstandigheden: aanpassing arbeidsvoorwaarden aan nieuwe werksituatie.
b) Het nieuwe en duurzame werken ■ faciliteiten van plaats- en tijdonafhankelijk werken ■ anders/zelf roosteren ■ duurzame mobiliteit (reizen)
c) Flexibele arbeidsrelaties ■ flexibiliteit door de loopbaan heen ■ combinaties van vast en flexibel werken ■ langer werken
d) Maatschappelijk verantwoord ondernemen ■ duurzaamheid ■ diversiteit ■ werkgelegenheidsafspraken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt ■ goed werkgeverschap
4. Sociale innovatie van arbeidsverhoudingen Van traditionele overlegvormen… De energiesector heeft een verleden met traditioneel georganiseerde werkgevers- en werknemersorganisaties. Bovendien kent de sector belangenbehartiging met een traditioneel onderscheid tussen vakorganisaties en ondernemingsraden. Hiermee spreken we de nieuw binnengekomen werknemers niet aan. Zij worden hierdoor ook niet vertegenwoordigd.
….naar moderne arbeidsverhoudingen En dat terwijl de uitdaging juist is om alle groepen werknemers aan te spreken. Dat kan alleen door arbeidsverhoudingen en relaties te moderniseren. Daarvoor zullen we meer gebruik moeten maken van sociale media en andere ‘netwerkende’ organisatievormen voor opinievorming, representatie en raadpleging. Denk hierbij bijvoorbeeld aan groepen werknemers die elkaar op de hoogte houden via ad hoc en sociale netwerken. Of medezeggenschapsorganen en vakorganisaties die nauw met elkaar samenwerken en met de werkgevers in een stuurgroep, in werkgroepen en bij het organiseren van events.
Vernieuwing in de praktijk Maken de sociale partners optimale afspraken? Gaat het daarbij om thema’s die de werknemer aanspreken? Een heel scala aan instrumenten kan worden ingezet om hier een kwaliteitsslag te maken. We werken met achterbanraadpleging en besluitvorming met behulp van webdiscussies via sociale media, intranetpolls, sms-stemmen en twitter. Ook seminars of themabijeenkomsten kunnen bijdragen aan een beter begrip voor wat er in de sector gaande en belangrijk is. Bij de vernieuwing van onze cao en arbeidsverhoudingen hoort ook het verbreden van het draagvlak en de betrokkenheid van alle werknemers in de sector. In de cao-onderhandelingen 2013 is daarvoor een digitale cao-enquête ingezet waarmee medewerkers hun mening hebben gegeven over de het belang van bepaalde cao-thema’s en de richting waarin de arbeidsvoorwaarden voor onze sector zich moeten ontwikkelen. Werknemers- en werkgeversvertegenwoordiging voelen zich beide verantwoordelijk voor een optimaal besluitvormingstraject, met optimale kansen voor werknemers hierin invloed uit te oefenen. Zij willen ook gezamenlijk hun beider achterbannen informeren en beïnvloeden. Daarvoor is een andere benadering nodig dan vroeger. Traditioneel werkten werkgevers en vakbonden los van elkaar aan eigen onderhandelingsstandpunten en strategieën. Nu overleggen beide partijen vroegtijdig en bereiken overeenstemming op basis van de gezamenlijk gedeelde strategische richting van de sector.
Mensen aan het werk, mensen die leren, mensen die de sector ontwikkelen. Dat is het uitgangspunt voor de wijze waarop de sociale partners met elkaar samenwerken. Dat is ook het kader van de visie: continu en duurzaam investeren in en door mensen, in samenwerkingsvormen en in de samenleving. Meer toegespitst verschuift de aandacht steeds meer naar het investeren in zaken als ontwikkeling, technologie, duurzaamheid en opleiden.
Deze visie vormt daarmee onze gemeenschappelijke basis waarop wij met diverse initiatieven op sector- en bedrijfsniveau in de jaren 2013-2015 verder bouwen.
5. Onze visie geeft richting aan de cao In deze visie zijn de gemeenschappelijke uitgangspunten van werkgevers en werknemers verwoord. Een visie met belangrijke onderwerpen die voor de komende jaren op de agenda van de sector staan. Deze zijn maatgevend voor de agenda van het cao-overleg, nu en in de toekomst. Cao-afspraken zullen steeds in het licht van deze uitgangspunten worden gemaakt. Werkgeversorganisaties, vakorganisaties en de medezeggenschap zijn ervan overtuigd dat met deze gezamenlijke visie de juiste stappen worden genomen in arbeidsvoorwaarden en arbeidsverhoudingen voor de komende jaren.
Arnhem, april 2013, Werkgeversvereniging WENb en de vakorganisaties Abvakabo FNV, CNV Publieke Zaak en VMHP-N en Medezeggenschapsplatform Netwerkbedrijven (MPN) (besluitvorming MPN hierover vindt nog plaats)