Inventarisatie terminals en regionale overslagcentra in Nederland. Juni 2005

Inventarisatie terminals en regionale overslagcentra in Nederland Juni 2005

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

opq

Inventarisatie terminals en regionale overslagcentra in Nederland Juni 2005

.......................................................................................

Colofon

Uitgegeven door Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV) Postbus 1031 3000 BA Rotterdam Informatie en bestellingen AVV-Servicedesk Telefoon: (045) 560 5200 Fax: (045) 560 5209 E-mail: [email protected] Internet: www.rws-avv.nl Juni 2005 Overname van (delen van) de inhoud van deze publicatie in gedrukte of digitale vorm is alleen toegestaan met bronvermelding. Hoewel de opgenomen gegevens zo goed mogelijk op juistheid en actualiteit zijn gecontroleerd, kan de samensteller geen aansprakelijkheid aanvaarden voor mogelijke fouten.

3

Inventarisatie terminals en ROC in Nederland

Inhoudsopgave ........................................................................................

1.

Inleiding 5

2. 2.1 2.2 2.3 2.4

Het onderzoek 6 Doel en probleemstelling 6 Onderzoeksopzet 6 Beschrijving respons 7 Beschrijving aanvulling ontbrekende gegevens 8

3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7

De resultaten 9 Overslag in Nederland 9 Overslag per terminaltype 11 Enquêteresultaten vergeleken met andere bronnen 11 Beginjaar 12 Maximale overslagcapaciteit 12 Overslag naar modaliteit 12 Knelpunten en vragen 12

BIJLAGEN Bijlage A Bijlage B Bijlage C Bijlage D

4

Overzicht openbare terminals en ROC 14 Aanbiedingsbrief bij enquête 16 Enquête 17 Resultaten gesignaleerde knelpunten en vragen 21


1. Inleiding ............................................................................... In aansluiting op de rijksbegroting 2004 wordt in het kader van het thema “het versterken van het netwerk voor goederenvervoer” aandacht besteed aan netwerken en knooppunten. In het knooppuntenbeleid wordt gepoogd de integrale vervoersstromen efficiënter te maken door het optimaliseren van overslagpunten. Onderdeel hiervan is inzicht krijgen in de ontwikkeling van het aantal en de overslag op terminals en regionale overslagcentra (ROC). In 2000 en 2002 is een inventarisatie gemaakt van alle openbare terminals en regionale overslagcentra in Nederland. Met behulp van een enquête zijn toen gegevens verzameld. De gegevens in de vorige enquête waren echter niet compleet: de gegevens waren alleen voor 1999 t/m 2002 beschikbaar, niet alle terminals en ROC hadden de enquête geretourneerd en de wel geretourneerde gegevens waren niet altijd volledig ingevuld. Het directoraat-generaal Transport en Luchtvaart (DGTL) wil ook dit jaar graag inzicht in wat er is overgeslagen op de openbare terminals en ROC in Nederland. Rijkswaterstaat Adviesdienst Verkeer en Vervoer heeft het onderzoek uitgevoerd. Deze rapportage bespreekt het onderzoek (hoofdstuk 2) en geeft een overzicht van de resultaten (hoofdstuk 3).

5


2. Het onderzoek ...............................................................................

2.1

Doel en probleemstelling

Het doel van het project is het verzamelen van die gegevens, zodanig dat een volledig beeld van de overslag bij openbare terminals en regionale overslagcentra wordt verkregen. De probleemstelling binnen dit onderzoek is: Hoeveel goederen worden er jaarlijks bij openbare terminals (onderverdeeld naar zee- en inlandterminals) en regionale overslagcentra overgeslagen, uitgesplitst naar verschijningsvorm en naar modaliteit? De probleemstelling kan voor DGTL nog worden toegespitst naar: Hoeveel containers worden er jaarlijks bij openbare inlandterminals overgeslagen? De goederen die overgeslagen worden, zijn onderverdeeld in containers (in aantal containers), stukgoed (in aantal pallets), trailers (in aantal) en bulk (in tonnen). Ook wordt de ontwikkeling van het aantal terminals en ROC gevolgd.

2.2

Onderzoeksopzet

De eerste stap in het onderzoek is het maken van een overzicht van alle openbare terminals en regionale overslagcentra (ROC). Onder openbaar wordt verstaan dat derde partijen zich kunnen melden bij een terminal of overslagcentrum om hun goederen te laten overslaan. Er worden binnen dit onderzoek drie typen bedrijven onderscheiden: Zeeterminal Een terminal die zich binnen de grenzen van een zeehavengebied bevindt. De overslag bestaat uit alleen containers of uit containers en bulk/stukgoed/pallets/trailers. Inlandterminal Een terminal die zich buiten de grenzen van een zeehavengebied bevindt. De overslag bestaat uit alleen containers of uit containers en bulk/stukgoed/pallets/trailers.

6


Regionaal overslagcentrum Een overslagcentrum waar de overslag bestaat uit goederen als bulk, stukgoed, pallets en trailers. Er worden geen containers overgeslagen. De lijst met terminals en ROC van het onderzoek in 2002 heeft als uitgangspunt gediend. De lijst is vervolgens aan de regionale directies van Rijkswaterstaat voorgelegd. Zij hebben correcties en aanvullingen op de lijst gedaan. Uiteindelijk zijn de adressen van de definitieve lijst met behulp van internet zo goed mogelijk gecontroleerd. Een lijst met terminals en ROC is te vinden in bijlage A. Op basis van de adressenlijst is een enquête verspreid onder de openbare terminals en ROC. De aanbiedingsbrief en de enquête zijn te vinden in respectievelijk bijlage B en C.

2.3

Beschrijving respons

In totaal zijn er 81 enquêtes uitgezet. Er bestaat geen wettelijke verplichting voor terminals en overslagbedrijven om de gewenste gegevens aan te leveren. Na het verlopen van de reactietermijn was de respons van de terminals nog erg laag (48%). Door middel van een nabel-actie zijn alle terminals die nog niet gereageerd hadden, benaderd. Dit had als resultaat dat een deel van de terminals alsnog de enquête heeft ingevuld en geretourneerd. In totaal hebben 56 terminals de enquête geretourneerd. Daarvan gaven drie terminals aan niet openbaar te zijn (zie onderaan bijlage A). Een vierde terminal was niet meer operationeel sinds 1 januari 2005 en wilde geen cijfers meer leveren over de periode 2001-2004. Uiteindelijk zijn 52 bruikbare enquêtes in het onderzoek verwerkt. Dit geeft een respons van 68%. In tabel 3.1 zijn de overgebleven 77 terminals verdeeld naar terminaltype en naar wel/geen medewerking. ............................... Tabel 2.1 Aantal terminals en ROC, naar type en medewerking, inclusief de respons

Terminaltype

Wel medewerking 19

Geen medewerking 6

Totaal

Respons

25

76%

Zeeterminal

16

10

26

62%

ROC

17

9

26

65%

Totaal

52

25

77

68%

Inlandterminal

Uit de tabel kan worden afgelezen dat inlandterminals de hoogste respons hebben, deze categorie heeft het hoogste aantal geretourneerde enquêtes. Dertien terminals en ROC hebben de enquête via internet ingevuld, de overige 39 terminals en ROC hebben schriftelijk gereageerd. Het gevolg van deze respons is dat er in de rapportage geen uitspraken gedaan kunnen worden over de totale overslag in Nederland. Alle

7


resultaten zijn gebaseerd op 68% van alle openbare terminals en ROC in Nederland. Er kan op basis van deze respons geen inschatting gemaakt worden van de totale overslag. Doordat er geen vaste verhouding is tussen het aantal terminals of ROC en de overslag die op deze bedrijven plaatsvindt, is het niet mogelijk om te zeggen dat met dit onderzoek 68% van de totale overslag in Nederland bekend is.

2.4

Beschrijving aanvulling ontbrekende gegevens

Nadat alle gegevens waren ingevoerd, zijn ontbrekende gegevens zo goed mogelijk aangevuld. In de geretourneerde enquêtes was de reeks van de vervoerde goederen voor het jaar 2004 compleet ingevuld, in tegenstelling tot de jaren 2001-2003. De data zijn aangevuld via de volgende stappen: Stap 1: Voor een aantal terminals miste de informatie voor het jaar 2001. Waar mogelijk, zijn deze gegevens aangevuld met gegevens van dezelfde terminal uit de voorgaande enquête uit 2002. Stap 2: Ook de middelste jaren 2002 en 2003 misten voor een aantal terminals. Dit jaar is aangevuld op basis van interpolatie, mits het aannemelijk was dat er daadwerkelijk overslag had plaatsgevonden in het betreffende jaar. Stap 3: Voor een aantal terminals miste de informatie voor de jaren 2001 t/m 2003 (ook de enquête in 2002 was niet ingevuld). Met de overige overslagcijfers is voor de periode 2001-2004 een groeifactor per verschijningsvorm berekend. Vervolgens zijn op basis van deze factor de ontbrekende reeksen aangevuld.

8


3. De resultaten ...............................................................................

3.1

Overslag in Nederland

De overslag op openbare terminals en regionale overslagcentra in Nederland is weergegeven in tabel 3.1. De cijfers in de tabel zijn gebaseerd op een respons van 68%, met de aanvulling zoals beschreven in paragraaf 2.4. ............................... Tabel 3.1 Overslag per verschijningsvorm in de periode 2001-2004

1

2001

2002

2003

2004

3.132.341

3.530.034

3.762.656

3.960.669

4.989

4.684

4.889

5.613

Containers

TEU

Wissellaadbakken

aantal

Trailers

aantal

10.135

11.517

9.400

8.644

Stukgoed

pallets

1.189.646

1.194.818

1.284.817

1.200.276

Bulkgoed

ton

23.831.569

27.089.954

21.413.652

23.385.760

n.b.

n.b.

n.b.

n.b.

Overig

In de categorie ‘overig’ valt (volgens opgave in enquête): • Auto's en graafmachines (units); • Avi-bodem-as in tonnen; • Boomstammen; • Cellulose; • Forestproducten; • HH Passagiers; • Ketelwagens; • Kolen en Cokes; • Staal; • Zink. Deze afzonderlijke onderdelen zijn door het verschil in eenheid niet bij elkaar op te tellen. De data zijn vanwege bescherming van vertrouwelijke gegevens niet afzonderlijk weergegeven worden.

1

TEU = Twenty-feet-Equivalent-Unit, standaardmaat voor containers (20-feet-container = 1

TEU, 40-feet-container = 2 TEU).

9


De bovenstaande tabel is vervolgens geïndexeerd om de ontwikkeling beter in kaart te brengen. ............................... Tabel 3.2 Geïndexeerde overslag per verschijningsvorm in de periode 20012004 (2001 = 100)

............................... Figuur 3.1 Geïndexeerde overslag voor containers, wissellaadbakken en trailers in de periode 2001-2004 (2001 = 100)

2001

2002

2003

2004

Containers

100

112

120

126

Wissellaadbakken

100

94

98

113

Trailers

100

114

93

85

Stukgoed

100

100

108

101

Bulkgoed

100

114

90

98

140 2001

2002

2003

2004

120 100 80 60 40 20 0 Containers (aantal) Wissellaadbakken (aantal)

10

Trailers (aantal)


Stukgoed (aantal pallets)

Bulkgoed (ton)

3.2

Overslag per terminaltype

De totale overslag naar terminal type wordt weergegeven in de onderstaande tabellen. De cijfers in de tabellen zijn gebaseerd op een respons van 68% (na aanvulling zoals beschreven in paragraaf 2.4). ............................... Tabel 3.3 Overslag per verschijningsvorm op inlandterminals in de periode 20012004

............................... Tabel 3.4 Overslag per verschijningsvorm op zeeterminals in de periode 2001-2004

Containers

2001

2002

2003

2004

595.152

779.721

912.089

1.001.687

Wissellaadbakken aantal

450

100

10

230

Trailers

aantal

245

0

0

0

Stukgoed

aantal pallets

0

0

0

0

Bulkgoed

ton

308.500

628.000

559.000

599.500

2001

2002

2003

2004

2.537.189

2.750.313

2.850.567

2.958.983

0

0

0

0

Containers

TEU

TEU


............................... Tabel 3.5 Overslag per verschijningsvorm op regionale overslagcentra in de periode 2001-2004

Trailers

aantal

7.168

8.391

6.664

5.473

Stukgoed

aantal pallets

989.646

994.818

984.817

975.276

Bulkgoed

ton

117.032

97.310

111.824

262.000

2001

2002

2003

2004

Containers

TEU

0

0

0

0


4.539

4.584

4.879

5.383

Trailers

aantal

2.722

3.126

2.736

3.171

Stukgoed

aantal pallets

Bulkgoed

ton

3.3

200.000

200.000

300.000

225.000

23.406.037

26.364.644

20.742.828

22.524.260

Enquêteresultaten vergeleken met andere bronnen

De uitkomsten van de enquête zijn vergeleken met goederenvervoergegevens afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Bij de vergelijking is ervan uitgegaan dat het containervervoer op inlandterminals overeenkomt met het binnenlands containervervoer door zowel de binnenvaart als over het spoor. Met de enquête is voor de jaren 2001 en 2002 circa 80% van de totale overslag uit de CBSgoederenvervoerbestanden gerapporteerd. De overslag van containers door zeeterminals is vergeleken met het containervervoer door zeeschepen. Circa 45% van overslag is in de enquête gerapporteerd. Deze vergelijking laat zien dat de resultaten voor de inlandterminals meer representatief zijn dan voor de zeeterminals.

11


3.4

............................... Tabel 3.6 De ontwikkeling van het aantal inlandterminals, zeeterminals en ROC

Beginjaar

In de enquête is gevraagd naar het jaar waarin de terminal operationeel is geworden. Hiermee wordt een beeld gecreëerd van de ontwikkeling van het aantal terminals (zie tabel 3.6).

Onbekend Voor 1999 1999 2000 2001 2002 2003

Inlandterminal 2 16

Zeeterminal 3 19 1

2 3 2

1 1

2004

1

1

TOTAAL

3.5

ROC 1 21 3

25

26

26

Maximale overslagcapaciteit

Tevens is gevraagd welk percentage van de maximale overslagcapaciteit op de terminal of ROC in gebruik is. In tabel 3.7 staat aangegeven hoeveel de terminals en ROC benutten van hun maximale overslagcapaciteit. ............................... Tabel 3.7 Overzicht van de benutte overslagcapaciteit van een terminal of ROC (in procenten)

Aantal

Percentage

Onbekend

27

35%

Lager dan 25%

3

4%

Tussen 25 en 50%

6

8%

Tussen 50 en 75%

15

19%

Tussen 75 en 100% Totaal

26 77

34% 100%

3.6

Overslag naar modaliteit

In de enquête is op twee verschillende wijzen gevraagd voor welke modaliteiten de terminal of ROC ontsloten was. Echter, bij vergelijking van de antwoorden op deze twee vragen bleek dat er niet altijd een eenduidig beeld per terminal was. Hierdoor was het niet mogelijk om uitspraken te doen over de overslag naar modaliteit.

3.7

Knelpunten en vragen

De enquête sloot af met de vraag of er nog knelpunten zijn, die de exploitatie van het bedrijf (nu en in de toekomst) bedreigen. Ook konden de geënquêteerden hun vragen en opmerkingen hier kwijt. In bijlage D zijn de knelpunten, vragen en opmerkingen per terminaltype vermeld.

12


13


Bijlage A

Overzicht openbare terminals en ROC

Inlandterminals Naam Barge Terminal Born Barge Terminal Tilburg Bossche Containerterminal BV Combi Terminal Twente BV Container Terminal Harderwijk Container Terminal Lelystad Container Terminal Nijmegen BV Container Terminal Ridderhaven BV Container Terminal Utrecht Containerterminal Oost-Gelderland (CTOG) Containerterminal Vrede Zaanstad BV Den Ouden R.O.C. BV ECT Venlo BV Euroterminal Coevorden Huisvuilcentrale (Leeghwaterhaven) Miltimodaal Container Service BV Multimodaal Container Service Groningen NV Oosterhout Container Terminal BV Osse Overslag Centrale BV Rail Service Centrum Groningen Rail Terminal Eindhoven Rail Terminal Friesland Regionaal Overslag Centrum Waalwijk BV Regionaal Overslagcentrum Wanssum ROC Kampen Exploitatie BV

Plaats Born Tilburg Den Bosch Hengelo Harderwijk Lelystad Nijmegen Ridderkerk Utrecht Zutphen Zaandam Helmond Venlo Coevorden Alkmaar Meppel Groningen Ooosterhout Oss Veendam Eindhoven Leeuwarden Waalwijk Wanssum Kampen

Zeeterminals Naam Barge Center Waalhaven Ceres Paragon Terminal Combined Container Terminal Container Terminal Delfzijl BV Delta Marine Terminal ECT delta en hometerminal Gevelco Terminals BV H.T. Holland Terminals BV Harlingen Containerlines BV Harlingen Marine Terminal Hoogland & Zoon BV J. Oosterom & Zn. BV Multipurpose terminal Westdorpe N.B.K. BV Rail Service Center Rotterdam BV Rhenus Spoorhaven BV Rietlanden Stevedores

Plaats Rotterdam Amsterdam Rotterdam Delfzijl Moerdijk Rotterdam Rotterdam Rotterdam Harlingen Harlingen Amsterdam Rotterdam Westdorpe Velsen Noord Rotterdam Rotterdam Amsterdam

14


Naam Rotterdam Shortsea Terminals BV Rotterdams Havenbedrijf Seabrex Rotterdam BV Uniport Multipurpose Terminals BV United Stevedores Amsterdam Verenigd Cargadoorskantoor Waalhaven Terminal BV Waterland Terminal Zeeland Container Terminal

Plaats Rotterdam Rotterdam Rotterdam Rotterdam Amsterdam Amsterdam Rotterdam Amsterdam Terneuzen

Regionaal overslag centra Naam Amsterdam Fertilizers BV B.V. Zeehavenbedrijf Dordrecht Bunnik Logistics BV BV Houtcentrum Ceres Amsterdam Marine Terminal bv Eggerding BV Europoint Terminals Netherlands BV Floating Grabcranes Services JC van Dijke BV Haven Stein BV Houtbank Roosendaal Hupac Intermodal NV IGMA B.V. Noord-Europees Wijnopslag Bedrijf BV OBA Bulk Terminal Amsterdam Oiltanking Amsterdam BV Overslagbedrijf Moerdijk BV P&O North Sea Ferries BV Rail Distri Centre Benelux BV ROC Haven Gennep BV ROC Nederweert ROC Roermond Rotterdam Car Terminal BV Steinweg Handelsveem BV Unicontrol Commodity BV Wessem Port Service Maastricht BV Wessem Port Services Stein BV

Plaats Amsterdam Moerdijk Gouda Zaandam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Stein Roosendaal Ede Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Moerdijk Rotterdam Tilburg Gennep Weert Roermond Rotterdam Rotterdam Amsterdam Maastricht Stein

Niet openbare terminals Hoogland & Zoon BV

Amsterdam

Jan de Rijk Logistics Terminal Roosendaal Service Point Terminal BV (SPT)

Roosendaal Moerdijk

15


Bijlage B

Aanbiedingsbrief bij enquête

Geachte mevrouw, heer, Hierbij ontvangt u een enquête op basis waarvan het Ministerie van Verkeer en Waterstaat een inventarisatie maakt van de overslag op openbare terminals en regionale overslagcentra in Nederland. De enquête wordt in opdracht van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat uitgevoerd door de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV). AVV is een van de specialistische diensten binnen Rijkswaterstaat. Met dit onderzoek wil het Ministerie een compleet en actueel overzicht van de terminals en regionale overslagcentra in Nederland en de omvang van het type overslag dat daar plaatsvindt, krijgen. Dit overzicht is nodig om het goederenvervoerbeleid te kunnen monitoren. AVV is zich er van bewust dat overslaginformatie gevoelig kan zijn. De gegevens zullen dan ook nooit herleidbaar naar terminal gepresenteerd worden. Dit is slechts mogelijk in het geval vertegenwoordigers van de betreffende bedrijven toestemming daarvoor hebben gegeven. De enquête is in 2002 voor het laatst door het Ministerie gehouden. Om de gegevens te actualiseren vragen we uw medewerking aan deze enquête. Dit jaar is ook mogelijk de enquête via internet in te vullen. Het adres is: www.rws-avv.nl/terminals/. Wilt u zo vriendelijk zijn de ingevulde vragenlijst uiterlijk 15 februari 2005 in de bijgevoegde envelop aan ons te retourneren of te faxen naar AVV (t.n.v. Wenda Bruins), faxnummer 010 - 282 56 41. Als u via internet de enquête heeft ingevuld, hoeft u uiteraard de schriftelijke enquête niet te retourneren. U ontvangt als meewerkende terminal of regionaal overslagcentrum het eindrapport, wanneer alle informatie verwerkt is. Hartelijk bedankt voor uw medewerking! Met vriendelijke groet, DE WAARNEMEND HOOFDINGENIEUR-DIRECTEUR namens deze,

Ir. R J. Akkerman Hoofd Hoofdafdeling Basisinformatie

16


Bijlage C

1

Enquête

Bedrijf

Naam bedrijf:

……………………………………………………………………..…

Postadres:

……………………………………………………………………..…

Postcode en plaats:

……………………………………………………………………..…

Is het bezoekadres gelijk aan het postadres? Zo nee, graag onderstaande gegevens invullen. Bezoekadres:

……………………………………………………………………..…

Postcode en plaats:

……………………………………………………………………..…

Contactpersoon Naam:

Dhr/mevr. ……………………………………………………………

Telefoon:

……………………………………………………………………..…

E-mailadres:

……………………………………………………………………..…

Eigena(a)r(en) / beheerder(s) van de terminal:

……………….………………………….

Terminal opgericht in / operationeel sinds het jaar:

………………..…………………………

Is uw bedrijf openbaar?

Ja / Nee

Openbaar = iedere verlader mag zich bij uw bedrijf melden om zijn goederen te laten overslaan.

Welk type terminal is uw bedrijf? inlandterminal / regionaal overslagcentrum / zeeterminal Een inlandterminal ligt buiten de gemeentegrenzen van een zeehavengebied en slaat (onder andere) containers over. Een regionaal overslagcentrum slaat alleen bulk over en kan overal in Nederland liggen. Een zeeterminal bevindt zich binnen de gemeentegrenzen van een zeehavengebied en slaat (onder andere) containers over.

17


2

Vervoerswijzen

a. Voor welk van de volgende vervoerswijzen is uw bedrijf ontsloten? (Meerdere antwoorden mogelijk) Wegvervoer; Binnenvaart; Railvervoer; Zeevaart; Shortsea;

b. Tussen welke vervoerswijzen heeft uw bedrijf in 2004 overgeslagen? Graag aankruisen wat van toepassing is op uw bedrijf. Kunt u tevens een inschatting maken van de verdeling over de verschillende combinaties van vervoerswijzen? Mogelijke combinaties van vervoerswijzen

Verdeling (in % ton/TEU)

Zee ⇔ Zee Zee ⇔ Weg Zee ⇔ Binnenvaart Zee ⇔ Rail Shortsea* ⇔ Zee Shortsea* ⇔ Weg Shortsea* ⇔ Binnenvaart Shortsea* ⇔ Rail Weg ⇔ Weg Weg ⇔ Binnenvaart Weg ⇔ Rail Binnenvaart ⇔ Rail Anders, namelijk …..………………………… TOTAAL

100%

* Shortsea = zeevaart tussen Nederland en andere Europese havens, inclusief de havens aan de Middellandse Zee (waaronder ook Noord-Afrika), de Oostzee en de Zwarte Zee.

18


3

Goederen

Hoeveel van de volgende eenheden heeft u in de onderstaande jaren overgeslagen? (Meerdere antwoorden per jaar mogelijk) 2000

2001

2002

2003

2004 (inschatting)

…………

…………

…………

…………

…………

a) lege 20-ft-containers

…………

…………

…………

…………

…………

b) lege 40-ft-containers

…………

…………

…………

…………

…………

c) beladen 20-ft-containers

…………

…………

…………

…………

…………

d) beladen 40-ft-containers

…………

…………

…………

…………

…………

2) Aantal wissellaadbakken

…………

…………

…………

…………

…………

3) Aantal trailers

…………

…………

…………

…………

…………

4) Aantal pallets stukgoed

…………

…………

…………

…………

…………

5) Aantal ton bulkgoed Indien mogelijk onderverdeeld naar: aantal ton droge bulk bv granen, aardappelen, suiker, suikerbieten, veevoeder, zand, grind, klei, zout, ruwe mineralen, cement, kalk, gips en (kunst)meststoffen

…………

…………

…………

…………

…………

…………

…………

…………

…………

…………

…………

…………

………

…………

…………

…………….…..……..

…………

…………

………

…………

…………

…………….….……...

…………. ………….

…………

………

…………

…………

…………

………

…………

…………

1) Totaal aantal containers Indien mogelijk onderverdeeld naar:

aantal ton natte bulk bv. ruwe aardolie, energiegassen, vloeibare brandstoffen en chemische basisproducten

6) Overig, nl:

…………….….……...

19


4

Overige vragen

a. Kunt u aangeven hoeveel procent van uw maximale overslagcapaciteit in 2004 is benut? (eventueel onderverdeeld naar vervoerswijzen)

b. Welke knelpunten ziet u voor de exploitatie van uw bedrijf (nu en in de toekomst)?

c.

Heeft u nog opmerkingen, suggesties of vragen?

Hartelijk dank voor uw medewerking! Voor vragen kunt u contact opnemen met: Mevr. drs. Wenda Bruins Adviesdienst Verkeer en Vervoer Telefoon: 010 282 5013 / 06 5250 5551 E-mail: [email protected]

20


Bijlage D

Resultaten gesignaleerde knelpunten en vragen in enquête

De knelpunten en vragen die bij vraag 4 van de enquête zijn ingevuld, worden in deze bijlage vermeld. Alles staat gesorteerd per terminaltype.

D.1

Knelpunten

Inlandterminals Capaciteitsknelpunten terminals • De toename van het aantal terminals, met een smalle markt, zeker in Noord Nederland. • Ruimtegebrek/ opslag / overslag. • Te weinig stockruimte. • Uitbreidingsmogelijkheden ter plaatse. • De komst van andere inlandterminals, met name in de Flevopolders. • Uitbreiding dringend noodzakelijk (is gepland) • De groei van het aantal inlandterminals. Dit is ook nog eens ondersteund met overheidsgeld. Hierdoor treedt versnippering op en prijsverhoging. Eveneens slechtere dienstverlening. • De staat van onderhoud v.h. terrein. Geen uitbreidingsmogelijkheden. • Kannibalisme als gevolg van groot aantal Inlandterminals. Capaciteitsknelpunten (vaar)wegen Voor onze locatie Meppel, geldt de keersluis te Zwartsluis een probleem. • Aan -en afvoerroutes. • Brughoogtes op het Twentekanaal i.v.m. het toenemend gebruik van zgn. High Cube containers door verladers. • Schaalvergroting in de binnenvaart welke via het Twentekanaal pas na 2012 (of later) kan worden geaccommodeerd op de juiste diepgang. • Ons grote knelpunt is de brug over het Wilhelminakanaal welke is bestemd voor de A59. Deze zou ± 1m hoger mogen i.v.m. betere bezetting van de binnenvaart. • Vaardiepte maas voor bulkvervoer. • Toegankelijkheid Oss (N329).

•

Capaciteitsknelpunten havens en sluizen • De vertragingen in de haven van Rotterdam. • Vertragingen in de zeehavens. • Geen 24-uurs bediening van alle sluizen op het Twentekanaal. • Openingstijden sluis Nijkerk. • Ontsluiting industriegebied Lorentz - Harderwijk. • Afhandeling van de binnenvaart in de zeehavens. • Rotterdamse en Antwerpse haven hebben moeite om overslag te kunnen garanderen t.b.v. binnenvaart. Den Haag interesseert het niks, dit gevoel wordt steeds sterker. • Congestie zeehavens voor containerschepen

21


Capaciteitsknelpunten algemeen • Verschuiving van de aanvoer van hout van over zee naar vervoer over de weg • Beslissingssnelheid overheden inzake vergunningstraject. • De prijsdruk vanuit het wegverkeer. • Overtreding van rijtijdenwetten en beladingsgraad/gewicht vanuit het reguliere wegtransport. • Prijsvorming vanuit de markt in het algemeen. • Alkmaar en omgeving heeft weinig industrie. • Alkmaar is geen strategisch tussenstation op een route naar de grote zeehavens • Samenwerking / macht van de rederijen. Zij bepalen steeds meer wie de containers vervoeren, niet de ontvangers. Onvoldoende medewerking (lokale) overheid.

Zeeterminals Capaciteitsknelpunten terminals • Ruimtegebrek • Concurrentie en oppervlakte • Omgeving terminal wordt verbouwd. • Gebrek aan opslagruimte en aan diep water • Te hoge vaste kosten huur, kadegeld, personeel • Capaciteitsbeperkingen • Locatie en arbeidskosten • Beperkte opslagcapaciteit terminal; Capaciteitsknelpunten (vaar)wegen • Aansluiting voor vrachtwagens op snelwegen. • Er is natuurlijk de zeer ondiepe toegangsweg voor zeeschepen van Terschelling naar Harlingen. • De waterdiepte voor de kade. Nieuwe kadewanden zullen nodig zijn. • Infrastructuur Velsen Noord • Ruimte zowel via water als weg Capaciteitsknelpunten havens en sluizen • Doorstroming van zeeschepen door capaciteit huidige sluizen complex IJmuiden. • Beperking invaarmogelijkheid kleine sluis IJmuiden. • Concurrentie havens als Rotterdam - Antwerpen • Harlingen is vrij onbekend, daardoor moeilijk om aan werk te komen. • Beperkte waterdiepte havenbekken waardoor geen toegang voor steeds groter wordende containerschepen Capaciteitsknelpunten algemeen Verdere containerisatie, gebrek aan spooraansluiting Milieuwetgeving en t.g.v. daarvan haast onmogelijk tot uitbreiding Klanten willen steeds meer service voor minder geld Aanvoer over de weg

• • • •

22


Regionaal overslagcentra Capaciteitsknelpunten terminals • Ruimtegebrek • Nieuwbouw van woningen in de nabijheid. • Door gedwongen sluiting eind 2006 i.v.m. Betuweroute is er nu geen uitbreiding economisch verantwoord. • Ook krijgen we niet de nodige vergunningen meer voor enige uitbreiding. • Stijging kosten • Uitbreidingsruimte • Beperking door bestemmingsplan • Illegale overslag - zonder Wm-vergunning • Illegale overslag op openbare kades • Beperkte geluidsruimte • Beschikbare grond. Beschikken momenteel over drie parkeermagazijnen, maar is een kostbare oplossing. • Geen uitbreidingsmogelijkheden • Mogelijkheden tot uitbreiding • Uitbreiding met nieuwe aanlegmogelijkheden en meer opslagterrein stagneren door (lokaal) overheidsbeleid Capaciteitsknelpunten (vaar)wegen • Diepgangbeperking • Beperking diepgang bij IJmuiden • 1e Infrastructuur Amsterdam (Amelanden naar Amsterdam) • 2e Coentunnel Capaciteitsknelpunten havens en sluizen • Concurrentie R'dam – Parcel; Tankers gaan hoofdzakelijk naar Rotterdam • Beperkte breedte sluizencomplex in Ijmuiden • Voornamelijk opslagfaciliteiten in de haven. • Opslag mogelijkheden voor bulk in de haven Capaciteitsknelpunten algemeen De overheid i.v.m. milieuregels cq voorschriften Wetgeving (vergunningen) Concurrentie Kostprijs voor vervoer over water, deze stijgt naar verhouding veel sneller dan kosten vervoer over de weg. • Uitbreiding met nieuwe aanlegmogelijkheden en meer opslagterrein stagneren door (lokaal) overheidsbeleid

• • • •

23


D.2

Vragen

Inlandterminal • De overheid moet stoppen met subsidies te verstrekken aan inlandterminals, er is voldoende capaciteit. Daarentegen zich richten op het goed ontsluiten van eerstelijns knooppunten en geen fijn vertakt netwerk laten ontstaan. Dit laatste leidt tot versnippering van de markt en daardoor de verdere ontwikkeling. • Multimodaal vervoer door vertragingen in zeehavens en regionale overregulering binnen 10 jaar dood. • Er is goed contact tussen terminal en regionale directie over de knelpunten. • Overheid moet samenwerking inlandterminals bevorderen • Overheid zou zich actief moeten opstellen naar machtpartijen in haven Rotterdam. De kwaliteit van dienstverlening is in de haven steeds verder onder peil. Zeeterminal • Behoefte aan meer kennis voor shortsea is erg groot. Momenteel plan gepresenteerd aan HBR. • Z.s.m. doortrekking A5 tot aan havengebied. Uitbreiding sluizen. • Harlingen ligt zeer gunstig t.o.v. Scandinavische en Baltische havens. Een draaipunt voor containers is niet ondenkbaar. Om dit echter tot een goede uitvoer te brengen is veel geld en deskundigheid nodig. Geef dus veel geld aan nieuwe plannen in Harlingen. • Het is vreemd te lezen dat inlandterminals financieel worden ondersteund terwijl de zeeterminals het volle pond moeten betalen. Hoe hoger de financiële drempel bij de zee, hoe minder lading voor de inlandterminals. Regionaal overslagcentrum • Woning vrije zones rond havens • Grotere schepen zou een kostprijsreductie betekenen wat in ieder geval de toekomst voor vervoer over water verzekert. • Modal shift is zeker een zaak voor onze (huidige) toekomstige economie en dient blijvend (door de overheid) ondersteund te worden

24


25


Inventarisatie terminals en regionale overslagcentra in Nederland. Juni 2005

Recommend Documents