Inspectierapport
Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam (KDV) Jaltadaheerd 54 9737HC GRONINGEN Registratienummer 162939887
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Groningen Groningen 24-11-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 15-12-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................6 Inspectie-items................................................................................................................7 Gegevens voorziening.......................................................................................................9 Gegevens toezicht............................................................................................................9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 10
2 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Het rapport is tot stand gekomen aan de hand van onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht. Om meer maatwerk bij het toezicht in de kinderopvang mogelijk te maken werken de GGD’en in Nederland volgens een model voor risicogestuurd toezicht. Dat betekent dat er intensiever geïnspecteerd zal worden waar nodig en minder intensief waar gebleken is dat dit kan. De items die in dit inspectierapport zijn getoetst richten zich vooral op die zaken die het meest direct bijdragen aan de kwaliteit van de kinderopvang. Beschouwing Kindercentrum Beijum locatie Wigwam is gevestigd aan de wijkring van Beijum vlakbij basisschool de Beijumkorf. Het kindercentrum beschikt over één lokaal en biedt opvang aan de groep met maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 2-4 jaar. De sfeer is gemoedelijk. Binnen het kindercentrum wordt voor- en vroegschoolse educatie geboden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het programma Piramide. Inspectiegeschiedenis 2012 Het inspectiebezoek 2012 heeft plaatsgevonden op 25 september 2012. Omdat er tijdens dit bezoek tekortkomingen werden geconstateerd, heeft op 24 januari 2013 een nader onderzoek plaatsgevonden. Tijdens het nader onderzoek waren de tekortkomingen adequaat opgepakt door de houder. 2013 Tijdens het inspectiebezoek op 27 augustus 2013 werd volledig voldaan aan de getoetste kwaliteitseisen. 2014 De leidsters werken vanaf de zomervakantie (augustus 2014) dagelijks met elkaar. Ze moeten nog wennen aan elkaar en de groep, dit is zichtbaar tijdens de observatie. Een VVE coach geeft begeleiding om het piramide systeem meer vorm en inhoud te geven. Daarnaast is er ondersteuning vanuit de organisatie. De bevindingen zijn met de locatieverantwoordelijke besproken. Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam voldoet aan de geïnspecteerde voorwaarden die staan in de kwaliteitseisen. Bevindingen huidige inspectie Op 24-11-2015 heeft opnieuw een jaarlijks inspectie onderzoek plaatsgevonden. Er wordt volledig voldaan aan de getoetste wettelijke voorwaarden. Advies aan College van B&W Geen handhaving. Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam staat geregistreerd voor 14 kindplaatsen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Echter is er op 14-10-2014 een wijziging verstuur met betrekking tot 16 kindplaatsen. Graag dit aanpassen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen.
3 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein 'pedagogisch klimaat'. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven die zijn geconstateerd tijdens het onderzoek. Daarna volgt een oordeel of er is voldaan aan de wettelijke voorwaarden. Pedagogische praktijk Bij het observeren van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk voor kindercentra en peuterspeelzalen (januari 2015). Daarin staan beschrijvingen van de specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd. Er wordt bij het beoordelen van de observaties uitgegaan van vier pedagogische basisdoelen waaraan de pedagogische praktijk minimaal moet voldoen, namelijk; - waarborging van emotionele veiligheid - ontwikkeling van persoonlijke competentie - ontwikkeling van sociale competentie - overdracht van normen en waarden Hieronder volgen voorbeelden die tijdens het onderzoek op locatie zijn gezien: Emotionele veiligheid Beroepskrachten nemen (desgewenst) actief informatie in ontvangst bij het brengen en dragen actief informatie over bij het ophalen. Ouders krijgen antwoord op hun vragen. Ouders worden zoveel mogelijk door een vaste beroepskracht/mentor aangesproken. Een kind is aan het wennen op de groep. Dit is opgebouwd, eerst een paar keer met een ouder erbij en later een uurtje zonder de ouder erbij. Pedagogisch medewerkers proberen het kind geborgenheid te geven, door het te troosten, te knuffelen, op schoot te nemen en te betrekken bij de groep. Bij het ophalen is de pedagogisch medewerker in gesprek met de ouder. Waarin de emotionele veiligheid van het kind en een passende afstemming wordt besproken. Persoonlijke competentie Het programma bestaat uit vrij spel en gestructureerde activiteiten. De activiteiten zijn gevarieerd en stimuleren diverse ontwikkelingsgebieden. Kinderen hebben er plezier en zin in; zij voelen zich uitgedaagd (exploratie). Ieder kind krijgt leer-/ervaringskansen. Na het vrije spel gaan de kinderen en de pedagogisch medewerkers in de kring zitten. In de kring wordt iedereen individueel welkom geheten en de pedagogisch medewerker stelt vragen, zodat ieder kind de gelegenheid krijgt om zijn ervaringen te delen. Na het kringmoment gaan de kinderen aan tafel voor het eetmoment. Hierna doen de pedagogisch medewerkers samen met de kinderen een 'Pietendans'. Sociale competentie De beroepskrachten grijpen adequaat in bij negatieve interacties tussen kinderen. Zij helpen om de betreffende situatie stop te zetten of op te lossen. Kinderen krijgen de kans voor 'hoor en wederhoor'. De beroepskrachten leggen doorgaans uit waarom er wordt ingegrepen en geven aan wat wèl de bedoeling is. Een kind pakt een speeltje af van een ander kind. Pedagogisch medewerker ziet dit en grijpt gelijk in. Pedagogisch medewerker gaat in gesprek met de twee kinderen. Zij legt aan het ene kind uit dat als je een speeltje wilt, dat je dit eerst gaat vragen of het ook mag. Aan het ander kind wordt uitgelegd, dat het kind zelf ook kan aangeven dat zij dit niet leuk vind. bijv;"Hier ben ik mee aan het spelen. Je mag het niet zomaar afpakken". Pedagogisch medewerker begeleidt dit proces positief, zodat ieder kind gehoord voelt. Overdracht van normen en waarden 4 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
In de ruimte is op specifieke plaatsen informatie aanwezig (pictogram) waardoor kinderen weten welke afspraken of regels op die plaatsen en in de gehele ruimte gelden. De ruimte is voor kinderen hun eigen en vertrouwde omgeving. Zij gedragen zich over het algemeen naar de afspraken en voelen zich verantwoordelijk voor de gang van zaken (bijv. opruimen, dingen op vaste plaatsen zetten). Na het liedje 'We gaan opruimen', gaan de kinderen en pedagogisch medewerkers in een kring zitten. In de kring wordt gevraagd wie wat gaat opruimen. "Wat ga jij opruimen?" Elk kind wordt bij naam genoemd en gaat iets opruimen. Het is een gezamenlijke activiteiten en de pedagogisch medewerkers begeleiden dit proces. "O, wat kom ik hier tegen? Waar moet dit naar toe? Weet jij dat (naam kind)? Goed zo, bij de puzzels". Uit observatie is gebleken dat de beroepskrachten handelen volgens de vier pedagogische basisdoelen uit de Wet kinderopvang. Ook draagt de houder zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. Er wordt voldaan aan de getoetste wettelijke voorwaarden. Voorschoolse educatie Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam biedt voorschoolse educatie. Hierbij wordt gewerkt met het VVE programma Piramide. Alle beroepskrachten zijn in het bezit van een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s. De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op waarin tot uitdrukking komt op welke wijze de kennis en de vaardigheden van alle beroepskrachten voorschoolse educatie in het vroegtijdig bestrijden van achterstanden door middel van voorschoolse educatie worden onderhouden. Er wordt voldaan aan de getoetste wettelijke voorwaarden. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Pedagogisch medewerkers) Observaties Website Pedagogisch werkplan (juni 2015) VVE-certificaten Opleidingsplan voorschoolse educatie
5 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
Personeel en groepen Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein 'personeel en groepen'. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven die zijn geconstateerd tijdens het onderzoek. Daarna volgt een oordeel of er is voldaan aan de wettelijke voorwaarden. Verklaring omtrent het gedrag De verklaringen omtrent het gedrag zijn steekproefsgewijs beoordeeld. Alle beroepskrachten beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag. Passende beroepskwalificatie De diploma's zijn steekproefsgewijs beoordeeld. Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de CAO Kinderopvang. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in een vaste stamgroep van maximaal 16 kinderen. Er wordt voldaan aan de getoetste wettelijke voorwaarden. Beroepskracht-kindratio Uit de personeelsroosters en de presentielijsten is gebleken dat er voldoende beroepskrachten worden ingezet op het aantal aanwezige kinderen (de beroepskracht-kindratio). Er wordt voldaan aan de getoetste wettelijke voorwaarden. Gebruikte bronnen: Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten (week 46, 47 en 48) Presentielijsten (week 46, 47 en 48) Personeelsrooster (week 46, 47 en 48)
6 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Voorschoolse educatie De voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 en 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van: Een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s. OF Een erkenning van beroepskwalificaties als bedoeld in artikel 5 van de Algemene wet erkenning EG-beroepskwalificaties. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
7 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt dat op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam http://www.COP-groningen.nl 14 Ja
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
Stichting COP Friesestraatweg 213c 9743AD GRONINGEN www.cop-groningen.nl 41012077
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Groningen Postbus 584 9700AN GRONINGEN 050-3674325 Erika Vink
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Groningen : Postbus 7081 : 9701JB GRONINGEN
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
24-11-2015 10-12-2015 14-12-2015 15-12-2015 16-12-2015 16-12-2015
: 06-01-2016
9 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Houder kan zich vinden in het opgestelde inspectierapport.
10 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 24-11-2015 Kindercentrum Beijum, locatie Wigwam te GRONINGEN